Popmuziek en de Rassenverhoudingen in de VS 1955-1968
-
Upload
xavierbaudet -
Category
Documents
-
view
35 -
download
0
description
Transcript of Popmuziek en de Rassenverhoudingen in de VS 1955-1968
-
YOUVE LOST THAT LOVIN FEELINPOPMUZIEK EN DE RASSENVERHOUDINGEN IN DE
VERENIGDE STATEN VAN AMERIKA
1955-1968
BACHELOR SCRIPTIE SOCIALE en AMERIKAANSE GESCHIEDENIS
van
XAVIER BAUDET
-
2
Inhoudsopgave
INLEIDING
HOOFDSTUK 1
ROCK N ROLL, TECHNOLOGIE EN DESEGREGATIE
HOOFDSTUK 2
CROSS OVER: DE ROL VAN PLATENMAATSCHAPPIJEN
HOOFDSTUK 3
1964: BETOVERING EN ONTGOOCHELING
HOOFDSTUK 4
THE LONG HOT SUMMER EN THE SUMMER OF LOVE: DE
ESCALATIE 1967-68
CONCLUSIE
BIJLAGE:
HET GELUID VAN EEN REVOLUTIE, TECHNOLOGIE ALS
INSTRUMENT
BRONNEN
3
4
11
16
23
32
35
40
-
3
INLEIDING
Sinds midden jaren dertig publiceerde Billboard Magazine wekelijks een hitparade van
wat er zoal aan muziek werd verkocht in de winkels, gedraaid op de radio of aangevraagd
in Jukeboxen. Daarbij werd onderscheid gemaakt tussen verschillende genres en hun
bijbehorende radiostations en verkoopadressen. De grens tussen genres liep langs
etnische lijnen en de R&B lijst gold en geldt als representatief voor de zwarte
gemeenschap. Maar toen Rock n roll doorbrak bij een blank publiek en dit bovendien leidde tot een explosieve groei van de platenindustrie als geheel verloor het onderscheid
tussen blanke en zwarte lijsten aan relevantie. Op 23 november 1963 schafte Billboard
het verschil dan ook af. Maar in januari 1965 voerde ze het opnieuw in. En was in de
laatste gesegregeerde Top 30 van 1963 nog steeds ongeveer een derde van blanke artiesten, na de herinvoering waren dat er slechts drie waarvan er maar n de top tien
haalde: Youve Lost That Loving Feeling van The Righteous Brothers. In iets meer dan een jaar waren de verschillen tussen de blanke- en zwarte muzieksmaak dusdanig
toegenomen dat n gentegreerde Billboard-lijst geen recht meer deed aan de
werkelijkheid. Hoe kwam het dat in 1964 de ogenschijnlijke toenadering tussen de
muzikale voorkeuren van blank en zwart tot staan kwam? Dit is in het kort waar deze
scriptie over gaat. Ik zal deze vraag proberen te beantwoorden door een context zichtbaar
te maken en door onder meer een antwoord te geven op de vraag waarom beide
bevolkingsgroepen vr 1964 juist naar elkaar toe lijken te groeien. Een voor de hand
liggend beginpunt is 1955, het jaar dat Rock n roll doorbrak, maar ook het moment dat de wereld kennismaakte met Martin Luther King. Ik eindig bij de desintegratie van links
Amerika in het jaar 1968 met onder andere de moord op King en kort daarop Robert
Kennedy. Maar ook het moment dat de tot dan toe vrij uniforme jeugdcultuur uiteenviel
in verschillende subculturen. Uiteraard is deze tijdsafbakening niet keihard. Bepaalde
trends en ontwikkelingen die ik hier onderzoek speelden al voor 1955 of hielden niet
abrupt op in 1968. Door mijn achtergrond als musicus heb ik een specifieke interesse in
de technische- en institutionele factoren die een rol speelden in de popgeschiedenis. Ook
denk ik aspecten te kunnen herkennen die veel historici allicht vermoeden maar door
gebrek aan muzikanten-oren niet met zekerheid kunnen stellen. Zo onderzoek ik onder
andere welke rol bepaalde uitvindingen speelden bij veranderingen in het popgeluid, en
hoe deze ontwikkelingen van invloed konden zijn op de rassenverhoudingen.
-
4
HOOFDSTUK 1
ROCK'N ROLL, TECHNOLOGIE EN DESEGREGATIE
Wie iets wetenschappelijks over Popmuziek wil zeggen stuit allereerst op het probleem
dat er geen algemeen geaccepteerde definitie van dit genre bestaat. Over het algemeen
laat men deze muzieksoort ontstaan in het midden van de jaren 50 toen Elvis Presley doorbrak. In die definitie is Pop dus synoniem met Rockn roll. Maar die stijl is van zichzelf al moeilijk te onderscheiden van Rhythm & blues, Rockabilly en de snellere,
ruwere varianten van Country en Jazz. Daarnaast geldt dat artiesten als Elvis ook platen
maakten met duidelijke invloeden uit andere genres1. In de jaren zestig integreerde deze
muziek met Folk (een akoestisch gespeelde, traditioneel aandoende muziek met een
belangrijke rol voor de tekst). Dit gebeurde voornamelijk onder invloed van Bob Dylan
en The Beatles. Door deze ontwikkeling werden de teksten diepzinniger en het genre in
z'n algemeenheid minder frivool, waardoor het met dansen geassocieerde suffix n roll steeds vaker werd weggelaten. The Beatles, wier muziek bekend stond als Beat-muziek putten daarnaast ook uit Britse Music Hall- en Europese klassieke invloeden. Het woord
`Rock deed bijvoorbeeld geen recht aan `Yesterday (1965). Alleen het oeuvre van The Beatles is al zo veelzijdig dat het buitengewoon lastig is om door een stijl-inhoudelijke
analyse tot een eenduidige definitie te komen.
Een gebruikelijke oplossing is om Popmuziek te definiren als populaire muziek, de
muziek van het volk, of beter: de muziek die populair werd toen de massacommunicatie
opkwam. Maar die definitie gaat er op het eerste gezicht aan voorbij dat Radio en
Televisie, de Microfoon en de Grammofoon(plaat) er allemaal al waren voor dat Elvis
werd geboren in 1935. George Gershwin, Marlene Dietrich en Rachmaninov zouden
evengoed als popmusici kunnen worden getypeerd. De definitie klopt echter wel als we
kijken naar de verspreiding en het bereik van deze apparaten en daarmee nauw
samenhangend wie invloed had op wat er gedraaid werd.
Zo beperkte de Federal Communication Commission tot 1947 het aantal zenders per
luistergebied tot 3 a 5. Een argument was de geluidskwaliteit in verband met
interferentie. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was het argument dat zendapparatuur die
krachtig genoeg was voor een radiostation niet onttrokken mocht worden aan de
oorlogsindustrie. En een argument dat sinds de Radio Act van 1927 werd gebruikt:
vulgair taalgebruik en buitenissige politieke en religieuze overtuigingen dienden uit de
ether te worden geweerd2. Maar met de opkomst van de Televisie concludeerde de FCC
dat radio op zijn retour was en werden de etherfrequenties vrijgegeven3.
Binnen enkele maanden nam het aantal regionale en lokale zenders fors toe, van 89 in
november 1946 tot 142 in januari '474. Deze veelal regionale en lokale zenders waren te
arm om hun eigen huisorkesten in te huren, wat tot dan toe gebruikelijk was. In plaats
daarvan werden grammofoonplaten gedraaid. Hierdoor ontstond ook ruimte voor genres
1 Geels, Frank W., `Analyzing The Breakthrough of Rockn roll (1930-1970) Multi regime Interaction And
Reconfiguration In The Multi-level Perspective Technological Forecasting And Social Change vol 74, 8 (2007)1424 2 http://en.wikipedia.org/wiki/Radio_Act_of_1927#The_Radio_Act_of_1927
3 Peterson, Richard, Why 1955? Explaining The Advent Of Rock Music Cambridge Journal Popular
Music (1990) Volume 9 Issue 1 101 4 http://jeff560.tripod.com/142fm.html
-
5
die de huisorkesten niet beheersten. En de zenders baseerden hun speellijsten op wat er
verkocht werd en wat er in de jukeboxen werd aangevraagd, zoals dat onder andere door
het blad Billboard werd bijgehouden. Dat kon van alles zijn. En hoewel de grammofoon-
industrie aanvankelijk vreesde dat mensen een plaat niet zouden kopen als ze hem op de
radio gratis konden horen, bleek juist het tegenovergestelde het geval5. Voor de reclame
industrie had het vrijgeven van de ether tot gevolg dat veel meer moeite moest worden
gedaan om bepaalde bevolkingsgroepen te bereiken:
De zwarte bevolking lag in de jaren dertig nog flink achter op blank Amerika als het
ging om aantallen radio's en dat was - naast racistische vooringenomenheid- een van de
redenen dat er op landelijke zenders bijna geen zwarte muziek was te horen. Maar nu de
welvaart steeg en de zwarte bevolking zijn eigen zenders kreeg en niet meer naar de
blanke zenders luisterde zag de reclame industrie zich gedwongen te adverteren in
Rhythm& Blues programma's. Het meest ingrijpende gevolg was dat een muziekgenre
dat tot dusver goeddeels genegeerd werd door de heersende cultuur plotseling in de
positie kwam om die cultuur ingrijpend te benvloeden6.
Zoals we in de geschiedschrijving na de Tweede Wereldoorlog zien dat het
gedachtegoed van Les Annales doorbreekt en dat historici zich meer gaan verdiepen in de
geschiedenis en de beleving van de gewone man, zo zien we aan tal van ontwikkelingen
dat in deze periode sprake is van een emancipatiebeweging. Naast de beroemde
voorbeelden van de Civil Rights Movement en de Tweede Feministische Golf zien we
onder andere dat de gemiddelde burger veel eerder in zijn leven toegang krijgt tot vormen
van luxe die voorheen het privilege waren van ouderen. Veel jongeren zijn in 1968 hoger
opgeleid dan hun ouders7. Ze hebben voor het eerst een eigen budget. Daarnaast is deze
groep zo talrijk dat zowel de commercie als de politiek zich op deze groep gaat richten.
Maar ook hun ouders waren er financieel beter aan toe dan ooit. Zo steeg het
gemiddelde inkomen van een Amerikaanse man met 160% tussen 1950 en 19608. Het
aantal huishoudens met tenminste n televisie stijgt van minder dan 1 miljoen in 1949
tot 44 miljoen in 19709 . Het huizenbezit stijgt van 55% in 1950 naar 61 % in 1960. Een
even grote toename als in de vijf decennia sindsdien10
. Ook de werkloosheid was laag in
deze periode en bereikte in 1954 zijn laagste en in 1968 zijn op n na laagste naoorlogse
waarde.
In zijn artikel Why 1955? Explaining the advent of rock music beschrijft Richard
Peterson een reeks ontwikkelingen die bijdroegen aan de doorbraak van de Rock 'n roll.
Zo beschrijft hij dat de platen die voor 1955 op de radio kwamen qua sfeer en tekst
nauwelijks aansloten bij de belevingswereld van pubers en hun conflicten met ouders,
frustraties over school, werk en het andere geslacht. Maar hij wijst er op dat deze
5 Peterson, 105
6 Barnouw 1966 289 (geciteerd in Quispel C. en Kloosterman, R.C.,
Not Just The Same Old Show On My Radio: An analysis of the role of radio in the diffusion of black music among whites in the south of the United States of America, 1920 to 1960 Cambridge Journal Popular Music(1990) Volume 9 Issue 2 151-164 7 Putnam, Robert D., Tuning In Tuning Out The Strange Disappearance of Social Capital in America
Political Science & Politics (December 1995) 667,668 8 http://en.wikipedia.org/wiki/Personal_income_in_the_United_States
Taken from World Almanac (in turn sourced to US Census Bureau) 9 http://www.livinghistoryfarm.org/farminginthe50s/life_17.html
10 http://www.census.gov/hhes/www/housing/census/historic/ownerchar.html
-
6
belevingswereld voornamelijk met de babyboomers wordt geassocieerd terwijl die in
1955 nog nauwelijks bestonden. Volgens hem ontstond al veel eerder een markt voor
Rockn roll, maar was de industrie hier blind voor, mede door de persoonlijke voorkeur v an een aantal oligopolisten
11.
Na een royalty-dispuut tussen de radiostations en muziekuitgever ASCAP richtten de
radiozenders in 1940 een concurrerende uitgeverij op (BMI) die getalenteerde
componisten trachtte te ronselen met gunstige royaltydeals. Omdat de ASCAP-
componisten bijna allemaal trouw bleven aan hun uitgever, trok BMI vooral componisten
uit genres aan die tot dan toe nooit op de radio te horen waren geweest, zoals Latin,
Country en Rhythm & Blues. Maar ASCAP sloot een nieuwe deal met de zenders en
behield voorlopig haar marktaandeel. Pas toen de gemakkelijke vervoerbare 45 toeren
plaat werd ingevoerd kreeg een ander geluid echt toegang tot de ether12
.
Dit geluid was het geluid van Chuck Berry met Maybellene, Bill Haley & His Comets
met Rock Around The Clock , Fats Dominos Aint That A Shame The Platters met The Great Pretender en pas later, in 1956, Elvis Presley met Heartbreak Hotel. Elvis was dus
niet de eerste, maar hij beschikte wel over precies die kwaliteiten die een
miljoenenpubliek zouden aanspreken. Elvis had iets van James Dean, de enkele maanden
eerder overleden rebel without a cause: jong, slank, goed en sportief gekleed,
spectaculair gekamd, sympathiek, maar niet ongevaarlijk13
. Artiesten als Chuck Berry en
Fats Domino hadden het geluid, maar niet de looks. Elvis daarentegen was geknipt voor
het medium televisie. Al deze factoren maakten hem tot ht idool bij uitstek voor de
laatste pre-babyboomers. De rol van zijn fysieke verschijning benadrukt ook hoe
belangrijk mode en televisie waren geworden. Zonder te willen afdingen op Elvis vocale kwaliteiten en de karaktertrekken die hij daarin legde speelden zijn niet hoorbare
eigenschappen een minstens zo grote rol. De voor die tijd schokkende heupbewegingen
die hem de bijnaam Pelvis opleverden en zijn ondeugende grijns waren minstens zo sexy
als zijn stem.
Misschien wel doorslaggevend was echter dat Elvis een blanke was die zwarte muziek
zong14
. Elvis muziek werd gezien als zwarte muziek en in tegenstelling tot bijvoorbeeld de Jazz van Louis Armstrong betrof het hier gevaarlijke, subversieve, seksueel gedreven,
ordinaire negermuziek. Voor het eerst hield een jong blank publiek van iets zwarts
waarvoor muzikaal gezien geen concessie was gedaan. En anders dan bij George
Gershwin die vooral het melodieuze aspect van de zwarte muziek met de blanke
klassieke invloeden mengde, betrof het hier de subversief geachte ritmische aspecten van
de zwarte muziek. Niet dat Elvis de eerste blanke was die zich liet inspireren door het
ritme van de zwarte muziek15
: In de jaren dertig trad Benny Goodman op met zwarte
musici Teddy Wilson, Charlie Christian en Lionel Hampton en brak daarmee een taboe.
Maar zijn Swing stond ver af van de ruwe blues van bijvoorbeeld de Mississippi Delta.
Een ander groot verschil met Rock 'n roll was dat Gershwin en Goodman vooral
instrumentale muziek maakten en als er al bij gezongen werd bleven de voor Blues en de
11
Peterson, 99-100 12
Peterson, 100 13
Chin, Daryl, From Popular To Pop: Mass Media And The New Imagery Performing Arts Journal Volume 13. No 1 (January 1991) 7 14
Ward, Brian, Just My Soul Responding, Rhythm and Blues, black consciousness and race relations
(London/New York 1991) 38 15
Quispel/Kloosterman, 152
-
7
latere Rock 'n roll en Soul karakteristieke vocale uithalen achterwege. Elvis kon zingen
als Frank Sinatra, maar op Jailhouse Rock en Hounddog schreeuwt hij en dat was iets
wat verder alleen door zwarte vocalisten werd gedaan. Gershwin en Goodman waren
Joden uit het kosmopolitische New York. Maar van een 'redneck' uit het gesegregeerde
Zuiden moet deze flirt met de zwarte cultuur een opvallende stap zijn geweest.
Precies in dezelfde tijd dat Elvis doorbrak leidde Martin Luther King de Montgomery
Bus Boycott tegen de segregatie in het openbaar vervoer in Alabama. En hoewel Rock n roll teksten niet over politiek gingen wees de populariteit van dit genre op de naderende
ondergang van het oude Zuiden. Rock 'n roll werd door de oudere generaties afgewezen
als zondig en niggermusic. Maar de blanke jeugd was er dol op. Al duurde het nog een
decennium eer Rock n roll teksten politiek werden, van meet af aan was het de strijdmuziek van een jeugdcultuur die zich verzette tegen de heersende moraal. En daarin
vonden blanke en zwarte jongeren elkaar, in ieder geval voorlopig:
In juli 1960 zou de zwarte Deejay Shelley Stewart plaatjes draaien in Bessemer,
Alabama. Maar de lokale Ku Klux Klan dwong de zaaleigenaar tot afgelasting van het
optreden. Dit leidde tot een woedende reactie van 800 tieners die hun entertainment
wilden, ongeacht de huidskleur van de artiest. De politie greep niet in maar vaardigde een
arrestatiebevel uit tegen that nigger trying to dance with white girls En Stewart wist zich slechts te nauwer nood te redden
16. Enkele jaren eerder, in 1956 werd Nat King
Cole het slachtoffer van racistisch geweld toen Asa Carter, de speechschrijver van de
latere gouverneur Wallace van Alabama een campagne tegen Rock n roll lanceerde17. Dit terwijl Cole helemaal geen Rock n roller was. Carter plaatste onder meer fotos van Cole met blanke vrouwen in zijn krant met de kop Cole And Your Daughter
18. Een
groepje mannen hoopte de zanger, die met een gemengd gezelschap optrad, tijdens een
concert te ontvoeren. Maar de zaalwacht kwam tussen beide en Cole werd ontzet.
Bij een gesegregeerd concert in Virginia een maand later braken rassenrellen uit toen
enkele blanken gingen dansen op de voor zwarten bestemde begane grond van de zaal.
Vanuit het voor blanken gereserveerde balkon werd het overwegend zwarte publiek met
flessen bekogeld, waarschijnlijk uit protest tegen het openlijk schenden van Jim Crow-
wetten. Door dit soort incidenten werd Rock n roll in het Zuiden een zeer geladen onderwerp
19. Maar niet alleen in het Zuiden. Ook elders in Amerika en zelfs vanuit het
Congres werden pogingen gedaan om het genre te verbieden of in ieder geval te temmen.
Daarbij werden zo vaak niet-steekhoudende argumenten aangedragen dat het lijkt alsof
de eigenlijke redenen van het institutionele verzet tegen Rock n roll niet hardop konden worden uitgesproken:
Na een uit de hand gelopen dansavond in Boston met de DJ die de term Rock n roll had bedacht, Alan Freed, plaatste het blad Newsday een kritisch artikel waarin werd
gewezen op de monopolistische trekjes van de pop-industrie en de
belangenverstrengeling tussen concertpromotors, radiobazen, labels, etc . Nadat (toen
nog) Senator John Kennedy dit artikel liet voorlezen in de Senaat werd besloten tot een
onderzoek naar misstanden bij het gemengde BMI. Maar toen bleek dat de nauwelijks
gemengde concurrent ASCAP veel monopolistischer opereerde liet men het onderwerp
16
Ward, 129 17
Ward 95-104 18
The Southerner (Mei 1956) 2-3,8 (Augustus 1956) 8 (Maart 1956) 5 19
Ward 113
-
8
rusten20
. Alan Freed zelf werd persona non grata toen bleek dat hij zich had laten
omkopen om bepaalde muziek te draaien (het Payola schandaal). Maar TV presentator Dick Clark die in zijn programma American Bandstand een zeer tamme vorm van Rockn roll promootte ging voor veel ernstiger vergrijpen vrijuit
21. Ging het hier om de openbare
zeden of om de emancipatie van de zwarte bevolking? In veel gevallen werd dat laatste
gezien als een bedreiging van het eerste. Tijdens de debatten over BMI sprak Senator
Barry Goldwater van overspoeling van de ether met inferieure muziek, sinds de oprichting van BMI, het betrof hier vrijwel altijd zwarte muziek22. Hoewel er op deze manier dus een relatie werd gelegd tussen popmuziek en sociale
verandering wordt aan de achterstelling van zwarten nauwelijks of slechts subtiel
gerefereerd. Veel liedjes gaan over aardse zaken als auto's, meisjes, dansen, kleding. En
hoewel bijvoorbeeld de teksten van Chuck Berry een zekere literaire waarde hebben zijn
ze doorgaans weinig diepzinnig. Er kan echter wel met enige moeite black pride in worden gelezen, zoals bijvoorbeeld in Brown Eyed Handsome Man uit 1956
23
Arrested on charges of unemployment, he was sitting in the witness stand
The judge's wife called up the district attorney
Said you free that brown eyed man
You want your job you better free that brown eyed man
Flying across the desert in a TWA,
I saw a woman walking across the sand
She been a-walkin' thirty miles en route to Bombay.
To get a brown eyed handsome man
Her destination was a brown eyed handsome man.
Way back in history three thousand years
Back ever since the world began
There's been a whole lot of good women shed a tear
For a brown eyed handsome man
That's what the trouble was a brown eyed handsome man
Beautiful daughter couldn't make up her mind
Between a doctor and a lawyer man
Her mother told her daughter go out and find yourself
A brown eyed handsome man
That's what your daddy is a brown eyed handsome man
Milo Venus was a beautiful lass
She had the world in the palm of her hand
But she lost both her arms in a wrestling match
To get a brown eyed handsome man
She fought and won herself a brown eyed handsome man
Two, three count with nobody on
He hit a high fly into the stand
20
Ryan, John, The Production Of Culture In The Music Industry, The ASCAP-BMI Controversy (Lanham
1985) 104 21
Ward, 164 22
Ward, 116 23
Berry, Chuck, Brown Eyed Handsome Man (1956)
-
9
Rounding third he was headed for home It was a brown eyed handsome man
That won the game; it was a brown eyed handsome man
In hun artikel Not Just The Same Old Show On My Radio beschrijven Chris Quispel en
Robert Kloosterman dat een belangrijk aspect van een racistische samenleving de druk is
die door haviken binnen een bevolkingsgroep wordt uitgeoefend op gematigder personen
om de afstand ten opzichte van de andere groep te bewaren24
. Wie te vriendelijk deed
tegen zwarten liep het risico te worden weggezet als niggerlover. En de consequenties
daarvan konden dodelijk zijn, zoals tot diep in de jaren 60 bleek, bijvoorbeed als een blanke Freedomrider naar het zuiden kwam om zwarten te helpen zich te registreren als
kiezer25
. Dat blanke jongeren in het Zuiden zich opeens begonnen te onttrekken aan deze
sociale druk heeft als voornaamste reden dat de mogelijkheid was ontstaan om in
afzondering naar zwarte muziek te luisteren zonder dat iemand het merkte. De tot dan toe
gangbare buizenradio's waren zwaar en prijzig waardoor de meeste gezinnen er zelden
meer dan een hadden. Maar vanaf midden jaren vijftig dumpte het Japanse bedrijf TTEC
(het huidige Sony) op grote schaal goedkope transistorradio's op de Amerikaanse markt
die je kon meenemen naar je slaapkamer, auto of strandfeestje26
. Dit stelde onder andere
een jonge Elvis in staat om zich (verder) te verdiepen in deze 'zondige' muzieksoort.
Naast de impact van technologische en juridische ontwikkelingen moeten we misschien
ook kijken naar het psychologische aspect van de nasleep van de Tweede Wereldoorlog:
Door communicatietechnologie was het niet alleen mogelijk geworden om het volk
massaal toe te spreken (zoals Hitler en Mussolini en de sterren van hun propaganda
machine hadden aangetoond) maar vooral ook dat de massa hierdoor zlf van zich kon
laten horen. De technische mogelijkheid daartoe bestond al sinds de jaren twintig, de
bereidheid ertoe is echter onlosmakelijk verbonden met de impact van bovengenoemde
dictators en de bloedige nalatenschap van hun autoritaire ideologie27
.
Als Hitler en de zijnen niet zon strikt hirarchische maatschappij hadden willen vestigen waren `rechts en `autoritair mogelijk niet zulke beladen begrippen geworden en `links en anti-autoritair niet zo hip als ze in ieder geval eind jaren zestig zouden worden. Misschien werden kinderen kort na de oorlog minder streng opgevoed omdat
hun ouders niet autoritair wilden overkomen. Daar waar ze zonder gefundeerd argument
autoritair waren, bijvoorbeeld in hun afwijzing van popmuziek, stonden ze moreel zwak.
En daarmee werd deze muziek juist aantrekkelijker. Uiteraard had de onmisbaarheid van
gefundeerde argumenten en de noodzaak om moreel consequent te zijn ook gevolgen
voor de rassenverhoudingen. Iets wat zich misschien het best laat illustreren met een
citaat uit President Kennedys Address On Civil Rights van 11 juni 1963: We preach freedom around the world, and we mean it, and we cherish our freedom here at home, but
are we to say to the world, and much more importantly, to each other that this is a land of
the free except for the Negroes; that we have no second-class citizens except Negroes;
24
Quispel en Kloosterman 25
En van hen, Andrew Goodman werd door Klan-leden vermoord en door zijn klasgenoot Paul Simon
vereeuwigd in het liedje He Was My Brother (1964). 26
Peterson 102 27
Bennis, Warren, Autobiography: Part 2 Journal Of Applied Behavioral Science (June 1992) 319, 320
-
10
that we have no class or cast system, no ghettoes, no master race except with respect to
Negroes?28.
Conclusie
Popmuziek is stilistisch te ongrijpbaar voor een definitie gebaseerd op stijl-analyse. Maar
wat onder dit genre verstaan moet worden laat zich uitleggen door een reeks andere
trends te bestuderen die samenvielen met de doorbraak van Rock 'n roll. De doorbraak
van Popmuziek in 1955 is het gevolg van een reeks technologische, politieke en andere
ontwikkelingen die al langer speelden, maar precies in 1955 samenkwamen. De
voornaamste zijn de uitvinding van de transistorradio, de 45toeren plaat en het vrijgeven
van etherfrequenties. Door de economische groei kon een eigenwijs jong publiek zelf
beslissen waar het zijn geld aan uitgaf. Rock 'n roll was niet politiek maar blanke
jongeren luisterden er naar, misschien wel juist omdat het niet mocht. Deze trend hangt
nauw samen met de emancipatie van a) zwarten en b) jongeren c) het volk in z'n
algemeen. Ten gevolge van de economische groei en een minder autoritair denkklimaat
als reactie op de Tweede Wereldoorlog ontstond een situatie waarbij verschillende
emancipatoire trends elkaar versterkten. Mede daardoor werd de zwarte bevolking in de
jaren vijftig optimistischer over de bereidheid van de blanke bevolking om hen als
volwaardige medeburgers te accepteren. Al bleven er uiteraard tegenslagen.
28
http://millercenter.org/president/speeches/detail/3375 en
http://www.youtube.com/watch?v=QMsa5bZ89x4
-
11
HOOFDSTUK 2
CROSS OVER: DE ROL VAN PLATENMAATSCHAPPIJEN
Cross-over is een combinatie van verschillende stijlen, veelal populaire muziekstijlen. De term is niet voorbehouden aan een bepaalde muzieksoort en wordt als
genreaanduiding gebruikt wanneer de verschillende stijlen in gelijke mate in de muziek
doorklinken 29. In de Amerikaanse Popgeschiedenis wordt de term het meest gebruikt om stijlen te beschrijven die zowel een blank als zwart publiek aanspreken. Daarbij wordt
dus gekeken naar het publiek en niet zo zeer naar de oorsprong van de muziek, al speelt
die vaak wel een rol. Als muzikale term wordt het ook gebruikt voor andere
genreontstijgende muziek zoals Fusion (jazz / wereldmuziek/rock) en Folkrock. De
geschiedenis van Cross-over in de Popmuziek is tevens een sociale geschiedenis, een
geschiedenis van de integratie. En daarin wordt een voorname rol gespeeld door een
aantal platenmaatschappijen en producers.
Een opvallend verschil tussen de blanke en zwarte popartiesten in de jaren zestig is dat
zwarten over het algemeen bij een relatief jonge platenmaatschappij zaten, en blanken bij
een oud gevestigd bedrijf. Voor de bands van de `British (Beat) Invasion is dit begrijpelijk: het vergt een omvangrijk internationaal netwerk om een artiest aan de andere
kant van de oceaan aan de man te brengen. Maar het geldt ook voor blanke Amerikanen
als The Beach Boys die bij Capitol zaten, Bob Dylan, The Byrds en Simon &Garfunkel
(alle bij Columbia). En oud gediende Elvis zat bij RCA-Victor. Columbia was al in 1888
opgericht, Capitol pas in 1942, maar maakte sinds 1956 deel uit van het Britse EMI dat in
1931 was opgericht. Deze gevestigde maatschappijen hadden overigens wel zwarte
artiesten onder contract, Nat King Cole, Duke Ellington en Miles Davis zaten bij Capitol,
Louis Armstrong en Count Basie bij Columbia. Dit waren echter veelal artiesten van
vr de doorbraak van de Rock n roll in 1955. De nieuwe zwarte helden zaten bij kleine labels die ontstonden na de liberalisering van
de etherfrequenties in 1947. Bijvoorbeeld Chess Records dat in 1951 een nummer 1 hit in
de R&B lijsten had met Rocket 88 en verantwoordelijk was voor Chuck Berry, Bo
Diddley, Muddy Waters en Etta James. Andere kleine labels waren Specialty Records
waar Little Richard en Sam Cooke hun eerste platen uitbrachten, Atlantic Records (onder
meer Ray Charles en Big Joe Turner), Vee Jay Records met John Lee Hooker en ABC
Records met onder andere Fats Dominoe. Overigens waren ook deze nieuwe labels niet
gesegregeerd, ze waren vaak zelfs eigendom van blanken met een passie voor zwarte
muziek. Zo begon Sun Records van Sam Philips met BB King, en HowlinWolf maar werd uiteindelijk vooral bekend door blanke artiesten als Johnny Cash, Carl Perkins en
uiteraard Elvis, voordat RCA hem voor 35000 dollar wegkocht. Ook waren veel van deze
labels niet geheel onafhankelijk. Zo was Vee Jay (overigens wl volledig in zwarte
handen) gelieerd aan EMI en had daardoor de eer het eerste Amerikaanse label te zijn dat
The Beatles contracteerde30
.
Het is dus niet zo dat blanken niet bij zwarte maatschappijen zaten en andersom.
Rockn roll drong simpelweg pas laat door tot de grotere labels. Het was wl te horen op de lokale zwarte zenders. En juist dankzij het versplinterde, lokale karakter van de
29
http://nl.wikipedia.org/wiki/Cross-over_(muziek) 30
http://www.dermon.com/Beatles/Veejay.htm
-
12
nieuwe radiocultuur konden kleine maatschappijtjes floreren. Enkele van de nieuwe
maatschappijtjes wisten echter dusdanig groot te worden dat de artiesten bij hun
maatschappij konden blijven en anders dan Elvis konden meegroeien. Het beroemdste
voorbeeld van zon zwart succes was Berry Gordys Motown Records in Detroit. Een iets minder groot (en ook iets minder zwart) succes maar minstens zo memorabel was Stax in
Memphis. Het geluid van Stax was over het algemeen vrij rauw en frappant is dat de
huisband Booker T & The MGs zowel uit blanken als zwarten bestond. Een kenmerkend
element van de Stax-sound is de gitaar op bijvoorbeeld Soul Man van Sam&Dave en
(Sitting On) The Dock Of The Bay van Otis Redding. Die werd bespeeld door Steve
Cropper, een blanke die ook veel productioneel werk voor Stax deed31
. Ook bassist Duck
Dunn was blank.
Net als Stax had Motown een min of meer vaste huisband die tegenwoordig bekend
staat als The Funk Brothers, maar in de jaren 60 nooit als zodanig op een plaat is vermeld, al speelden ze op zon 90 nummer 1 hits, meer dan The Beatles, The Rolling Stones en Elvis bij elkaar. Hun bekendste lid was bassist James Jamerson wiens stijl
kenmerkend was voor het geluid van The Supremes, Marvin Gaye, The Four Tops en in
mindere mate Stevie Wonder. Motown had daarnaast ook artiesten die hun nummers zelf
schreven en speelden zoals Smokey Robinson & The Miracles. Maar in alle gevallen
zorgde Berry Gordy ervoor dat `zijn artiesten en zijn geluid onmiskenbaar Motown waren, onder andere door het alleenrecht op de studiomusici contractueel vast te leggen,
zodat ze niet voor andere studios konden werken. Gordy had enige tijd gewerkt aan de lopende band van een van Detroits autofabrieken en dat inspireerde hem om ook zijn
label te organiseren als een ware muziekfabriek3233
.
Berry Gordy werd gedreven door de overtuiging dat een zwarte het in Amerika alleen
kan redden als hij niet bedreigend overkomt en hij lette erop dat zijn artiesten op geen
enkele wijze aanstoot zouden geven. Een van de neven-activiteiten van Motown was
onder andere het door Maxine Powell geleide Artist Development Bureau, ook bekend
als The Motown Charm School waar artiesten werden klaargestoomd om voor presidenten en koningen te verschijnen
34. Zo bouwde hij Motown uit tot een ongekend
hitsucces met een enorme aantrekkingskracht op zowel blank als zwart. Over het
algemeen wordt de Motown-sound getypeerd als softer, zwoeler en commerciler dan die
van Stax, met onder andere meer gebruik van klassieke instrumenten, zoals strijkers35
.
De keerzijde van het succes van zwarte labels als Stax en Motown was echter dat de
nieuwe zwarte sterren niet doorstroomden naar de gevestigde platenmaatschappijen,
waardoor deze `blanker werden dan ze waren ten tijde van Nat King Cole. Want de grote blanke rockartiesten zaten daar inmiddels wel. Bepaalde vormen van raciale toenadering
bleven daardoor allicht uit. Voor sommige muziek waren de zwarte labels te zwart en de
blanke te blank. Jimi Hendrix vond bijvoorbeeld bij geen enkele Amerikaanse
platenmaatschappij gehoor36
. Aan de andere kant is het misschien te simpel om dat laatste
te wijten aan de dominantie van bepaalde labels, of aan diep in de Amerikaanse
31
http://www.sl-prokeys.com/stax/stax-session.htm 32
Quispel, Chris, Detroit City Of Cars, City Of Music Built Environment Volume 31 nr 3, 231 33
The Motown Story part 4 http://www.youtube.com/watch?v=NfjYBr2UoMk&feature=relmfu 34
The Motown Story part 5 http://www.youtube.com/watch?v=SY1kO9D0MsA&feature=relmfu 35
Garofalo, Reebee, RockinThe Boat, Mass Music And Mass Movements (Cambridge 1992) 236 36
Shaar Murray, Charles, Jimi Hendrix, Kind Van De Regenboog, (Londen 1989), 108
-
13
samenleving gewortelde vooroordelen. Uiteindelijk werd Hendrix ontdekt door de Brit
Chas Chandler, bassist van The Animals. Maar ook de eveneens Britse manager/producer
van de Rolling Stones Andrew Loog Oldham bij wie Hendrix in 1966 auditie deed zag
hem niet zitten. Hendrix, althans de muziek waarmee hij doorbrak was mogelijk gewoon
te extravagant voor het moment.
Hoewel zwarte popartiesten dus nauwelijks doordrongen tot de gevestigde blanke
labels was n van de voornaamste producers van Columbia echter wel een zwarte: Tom
Wilson. Hij was onder andere verantwoordelijk voor het eerste officile album van Sun
Ra, Jazz By Sun Ra (1956) 37
. Ook zorgde hij voor een revolutie in de voornamelijk
blanke Folk-beweging en de levens van Paul Simon, Art Garfunkel en Bob Dylan: In
1964 hadden Simon & Garfunkel hun album Wednesday Morning 3AM met Wilson
opgenomen, maar zonder al te veel commercieel succes, waarna Simon naar Engeland
vertrok en Garfunkel naar de Universiteit. Maar nadat The Byrds een grote hit hadden
met een elektrische versie van Dylans Mr Tambourine Man nam Wilson buiten medeweten van Simon & Garfunkel een vergelijkbaar arrangement op voor n van de
akoestische nummers van het duo, het door President Kennedy genspireerde The Sound
Of Silence. Op Nieuwjaarsdag 1966 bereikte het de top van de Bilboard Hot 100. Op
dezelfde dag dat Wilson dit nummer elektrificeerde werkte hij ook met Bob Dylan aan Like A Rolling Stone. Wilson speelde aldus een hoofdrol bij de toenadering van Rock en
Folk38
.
Dit voorval zegt iets over de positie van de producer ten opzichte van enerzijds de
artiest en anderzijds het label. Interessant is de vraag of die bij zwarte labels anders was
dan bij blanke. Aan de ene kant hebben we Motown waar de invloed van Berry Gordy
reikte tot diep in de garderobe van Diana Ross. Aan de andere kant hebben we het Britse
voorbeeld van The Beatles die in de loop van de jaren zestig hun producer slechts nog
zijn werk lieten doen als het ze uitkwam. (Tijdens The White Album ging George Martin
zelfs op vakantie)39
. Daar tussen bevinden zich bijvoorbeeld Phil Spector, een blanke
producer die veel zwarte platen produceerde en daarbij ook gebruik maakte van een vast
huisorkest. Zijn betekenis nam echter snel af na 1966. Het Stax-label dat net als Motown
en Spector met een vaste huisband werkte was qua studio techniek zoveel minder
geavanceerd dan bijvoorbeeld Motown dat er nauwelijks een onderscheid was tussen
produceren en arrangeren, met als gevolg dat de macht eigenlijk automatisch bij de leider
van de huisband lag40
. (Maar dus niet bij de ster).
Gordys Motown week in dit opzicht dus niet enorm af van de blanke Spector. Evenmin kunnen we bovengenoemd aspect van de bedrijfscultuur van Stax toeschrijven aan het
gemengde karakter van de huisband of de voorkeur voor zwarte muziek. Misschien is het
belangrijkste verschil tussen wat we ervaren als blanke en zwarte labels wel veroorzaakt
door The Beatles: Motown, Stax en Spector werkten voornamelijk met zangers en
zanggroepen die zichzelf niet konden begeleiden en volledig afhankelijk waren van
huisbands of orkestbanden. In het geval van Motown was dat onder andere gevolg van
37
Campbell, Robert L., & Trent, Christopher. The Earthly Recordings of Run Ra (2nd edition) (Redwood,
NY 2000) 38
http://www.allmusic.com/artist/tom-wilson-p138930/biography 39
Emerick, Geoff, Here, There And Everywhere, My Life Recording The Music Of The Beatles (New York
2006) 200 40
OHare, Peter, Approaching Sound: A Sonocological Examination Of The Producers Role In Popular Music (Glasgow 2008), 10-11
-
14
het feit dat veel jong talent het budget ontbeerde om instrumenten te kopen waardoor ze
genoodzaakt waren dan maar een een a capella groep te vormen, wat rond 1960 een ware
rage was41
. Maar The Beatles schreven en speelden hun muziek zelf. Bij de eerste poging
tot een Amerikaans antwoord op The Beatles (The Monkees) werd dit aspect niet mee gekopieerd
42. Ook de eerste single van The Byrds werd door sessiemusici in elkaar gezet.
Maar al snel toonde het publiek een voorkeur voor groepen die net als Dylan en The
Beatles hun eigen gang gingen en dat uitstraalden ook. Voorbeelden zijn The Loving
Spoonful, The Doors, en Jefferson Airplane. Heel anders dan Motowns Supremes of The Four Tops.
Met de British Invasion van 1964 grepen de grote platenmaatschappijen hun kans om
een marktaandeel terug te veroveren dat ze met de opkomst van de Rockn roll in 1955 waren kwijtgeraakt. De grote labels hadden hun marktaandeel zien krimpen van 75% in
1954 tot 36% in 1958. In 1954 kwamen 22 van de 30 grootste hits van onafhankelijken
en in 1957 zelfs 29 van de 3443
. In dezelfde periode nam de totale omzet van de
platenindustrie toe van 200 tot 600 miljoen dollar per jaar. Vanuit commercieel oogpunt
was het negeren van de Rockn roll dus letterlijk een kapitale blunder, die alleen maar erger leek te worden tot het moment dat Elvis in het leger moest, Little Richard dominee
werd, Buddy Holly neerstortte en Jerry Lee Lewis bleek te zijn getrouwd met zijn 13
jarige nichtje: In 1959 stopt de groei abrupt waarna ze langzaam opkrabbelt tot 700
miljoen in 1963. Maar vanaf 1964 neemt de verkoop explosief toe tot 1800 miljoen dollar
in 1971. In 1970 was een kleine 80% van de opname industrie weer in handen van een
klein aantal giganten44
.
De grote platenmaatschappijen hadden begin jaren zestig dus behoefte aan een gat in de
markt. Dit gat werd in eerste instantie gevonden door Phil Spector die begreep dat de
productie, inclusief het opname technische aspect (de sound) minstens zo bepalend was
voor de populariteit van een nummer als de muziek45. Spectors aanpak maakte van hem
zelf een ster en zijn succes droeg er toe bij dat binnen de studio de macht verschoof naar
degenen die begrepen hoe je een bepaald geluid moest maken. Uiteraard ging dit gepaard
met onenigheid over de vraag van wie nu eigenlijk een sound was. In antwoord op The
Beatles kreeg Brian Wilson een verregaande autonomie bij het produceren van The
Beach Boys. The Byrds als Bob Dylan ruzieden met hun platenmaatschappijen over de
hegemonie op productioneel gebied en wonnen46
. Ahmet Ertegun, eigenaar van Atlantic
Records wist zijn (freelance) producers die van The Buffalo Springfield een soort
Monkees wilden maken te overtuigen om de productie over te laten aan de band zelf47
.
Soms ook kregen bands autonomie omdat de rol van producer in naam werd opgeeist
door de vaak a-muzikale manager, zoals in het geval van Creedence Clearwater Revival.
41
Quispel, 230 42
Stahl, Matthew, Authentic Boybands On TV? Performers and Impressarios in The Monkees and Making The Band Popular Music, Vol. 21 No 3 (2002) 310 43
Chanan, Michael, Repeated Takes. A Short History Of Recording And Its Effects On Music (New York
1995) 112 44
Geels, 1425 45
OHare, 5 46
Rogan, Johnny. The Byrds: Timeless Flight Revisited (London 1998) 147149 en http://www.allmusic.com/artist/tom-wilson-p138930/biography 47
http://en.wikipedia.org/wiki/Buffalo_Springfield
-
15
Een dergelijke verschuiving van de autonomie in het voordeel van de artiest vereist
voor de artiesten bijvoorbeeld dat ze zichzelf kunnen begeleiden. En omdat het voorbeeld
van The Beatles zo populair was schoten vanaf 1964 de getalenteerde en minder
getalenteerde blanke bandjes die zichzelf konden begeleiden als paddestoelen uit de
grond. Maar intussen bleven Motown en Stax trouw aan hun beproefde concept van een
huisband met wisselende gezichten. En met succes, al bestond er ook bij Motown
onvrede over de interne machtsverhoudingen. Maar die conflicten werden eigenlijk
allemaal gewonnen door Gordy of leidden tot een uittocht van bijvoorbeeld het schrijvers
team Holland-Dozier-Holland in 196748
. Tussenvormen Phil Spector en Brian Wilson
(die net als Motown een huisorkest had, maar dat inhuurde voor Beatles-achtige
psychedelische experimenten) raakten na 1966 goeddeels uit de gratie.
Of het nou een commercile of artistieke overtuiging was, Gordy had geen ambitie om
Motown in de markt te zetten als een zwarte maatschappij49
. De slogan van Motown was
The sound of young America en niet bijvoorbeeld the sound of black America. En bij het
grote publiek had hij veel meer succes dan het vrijere en rauwere Stax, misschien wel
juist omdat Motown niet over het rassenthema sprak. Oprichter Jim Stewart hield van het
R&B geluid en was als blanke minder bezorgd om zijn positie in de blanke maatschappij.
Omdat de integratie binnen zijn bedrijf aardig op gang was gekomen en in feite werd
gedreven door een blanke passie voor het rauwe zwarte geluid was Stewart er veel
minder op uit om bij blanken in de smaak te vallen dan Gordy. Een paradoxaal gevolg
was dat het gentegreerde Stax eind jaren Zestig veel beter aansloot bij de
belevingswereld van zwarten die begonnen af te knappen op blank Amerika dan de
prachtige- maar volstrekt fabrieksmatige formulepop van het volledig zwarte Motown50
.
Conclusie:
Hoewel de platenmaatschappijen niet gesegregeerd waren ontstond in de jaren 50 een verschil tussen de grote labels en een reeks kleine onafhankelijke maatschappijtjes. Het
marktaandeel van de grote labels was eind jaren 50 flink gereduceerd doordat ze het potentieel van de Rockn roll niet voldoende hadden onderkend..Begin jaren 60 leek de oplossing te liggen in het vinden van een aanstekelijke sound en niet alleen in goede
melodien. Motown, Phil Spector en Stax, waren zich hier van bewust en Motown wist
uit te groeien tot een grote maatschappij. Maar er ontstond een verschil tussen de invloed
die de artiesten, de sterren op hun geluid hadden en dit verschil wordt in hoge mate
bepaald door de mate waarin ze zichzelf konden begeleiden. De artiesten die boven
kwamen drijven na The British Invasion waren relatief autonomer en daardoor rebelser
dan de sterren van Spector, Stax en Motown. Hierdoor ontstonden ook verschillen in het
geluid en de aantrekkingskracht op bepaalde bevolkingsgroepen.
48
The Motown Story part 6 http://www.youtube.com/watch?v=XoX3f-2ndBY&feature=relmfu 49
The Motown Story part 1 http://www.youtube.com/watch?v=8k_oa-aVnv4&feature=relmfu 50
Garofalo, 236
-
16
HOOFDSTUK 3
1964: BETOVERING EN ONTGOOCHELING
De doorbraak van The Beatles en de dood van President Kennedy zijn vaak met elkaar in
verband gebracht. In Newsweeks jubileumuitgave The Beatles! 50 Years Since The Music Started legt Billy Joel uit hoe de moord op de jonge, linkse president een hele
generatie cynisch maakte. Maar The Beatles boden een uitlaatklep en zelfs een antwoord.
Hun muziek leek een soort universele taal die overal ter wereld werd begrepen, ze
stonden voor het vermogen om zich op te werken uit een achterstandspositie, maar ook
voor echtheid, dit was geen prefab uit Hollywood.51
In zijn artikel The Cultural Meaning
Of The Kennedys typeert Steven Stark de Kennedys als Hollywood. In concrete politieke zin zouden John en Robert Kennedy geen fractie hebben verwezenlijkt van
bijvoorbeeld Roosevelt, maar in hun schijnbare voorkeur voor stijl boven substantie
vormden ze de prelude voor een acteur-president als Ronald Reagan. Kennedy staat
volgens Stark dichter bij Elvis dan bij FDR en de taferelen tijdens Robert Kennedys campagne in 1968 hadden veel weg van Beatlemania
52.
Maar als President Kennedy een soort politieke popster was verklaart dat mogelijk
waarom de Amerikaanse jeugd tussen 1959 en 1963 genoegen neemt met idolen die qua
charisma onderdoen voor eerdere helden als James Dean en Elvis, en latere als Bob
Dylan en The Beatles. Kortstondig voorzag het politieke establishment in een behoefte
waarvoor men doorgaans aanklopt bij acteurs en schrijvers, de luizen in de pels van dat
establishment. Misschien verklaart het ook dat de Kennedy-jaren vaak als welhaast
sprookjesachtig gelukkig worden ervaren, iets wat bijvoorbeeld tot uiting kwam in de
typering Camelot. Het gat dat Koning Arthur achterliet kon niet worden opgevuld door Lancelot, maar slechts door de kundigste hofnarren sinds de uitvinding van het vak. The
Beatles speelden die rol perfect. Ze waren beschaafd genoeg om in de smaak te vallen bij
bijvoorbeeld het Britse koningshuis, maar buitenissig en autonoom genoeg om cynici de
mond te snoeren.
Waren de Kennedys voor representanten van de serieuze wereld bovengemiddeld entertaining, dan waren The Beatles voor entertainers bovengemiddeld serieus te nemen en stonden beide iconen niet heel ver van elkaar af. Op de suggestie dat het bij de
Kennedys alleen maar om stijl ging valt echter het nodige af te dingen. Inzake de
Burgerrechtenbeweging krijgt Kennedy kritiek dat hij veel meer had kunnen doen, maar
de passie waarmee hij zich uiteindelijk op 11 juni 1963 schaarde achter deze beweging
heeft misschien wel meer impact gehad dan welke beleidsmaatregel ook53
. En uiteraard
trad zijn regering wel degelijk op, bijvoorbeeld om James Meredith toegang tot de
universiteit van Mississippi te verschaffen. En al gaf Kennedy ook toestemming voor het
afluisteren van Martin Luther Kings telefoonverkeer, in 1968 was er maar n kandidaat die zich durfde vertonen in de zwarte gemeenschap, en die liefkozend werd getypeerd als
Bobby Blue-Eyed Soulbrother54.
51
Joel, Billy, Why They Matter in The Beatles! 50 Years Since The Music Started (2012) 19-21 52
http://www.theatlantic.com/past/unbound/flashbks/pres/stark.htm 53
Zie hoofdstuk 1 en http://millercenter.org/president/speeches/detail/3375
en http://www.youtube.com/watch?v=QMsa5bZ89x4 54
Eppridge, Bill, A Time It Was. Bobby Kennedy In The Sixties, (New York 2008) 58
-
17
De moord op de Kennedys was een serieuze domper op het integratieproces, al was het geen Kennedy, maar Lyndon Johnson die de Civil Rights Act aangenomen kreeg.
Maar ook na het aannemen van deze wet in juli 1964 bleken zwarte Democraten uit
Mississippi niet te mogen meestemmen over hun delegatie op de Democratische
Conventie55
. En al waren zwarten nu op papier gelijk, van echte liefde was geen sprake
en op tal van terreinen verbeterde er voor hen helemaal niets56
. In die zin vormde het
hoogtepunt van de Burgerrechtenbeweging een enorme anticlimax, die eerder met
Johnson dan met Kennedy werd geassocieerd. Het valt te betwijfelen of de zwarte
bevolking hiervoor ook troost vond bij The Beatles.
Al vroeg in de carrire van The Beatles bleek hun interesse in `rootsmuziek. Hun BBC radioprogramma Pop Goes The Beatles in 1963 vulden ze met een melange van
Rock n roll, Music hall, Tex-Mex (bijvoorbeeld Besame Mucho en Three Cool Cats) R&B en Country&Western. Ze coverden een groot aantal liedjes van zwarte
meidengroepen (bijvoorbeeld Please Mr Postman) en negeerden daarmee zowel etnische
als `gender barrires. Bij hun eerste bezoek aan de VS in februari 1964 belden ze radiostations op om muziek van bijvoorbeeld Marvin Gaye aan te vragen, wat onder meer
te zien is in de film die Alfred Maysles van dit bezoek maakte 57
. De 12-snarige
Rickenbacker gitaar die George Harrison gebruikte voor A Hard Days Night (1964) had klankovereenkomsten met Folk-instrumenten als de Dulcimer en de Ierse Bouzouki
58. En
de slaggitaar van Shes A Woman (1964) is op een 6-snarige banjo zelfs beter na te bootsen dan op de meeste gitaren. Dit aspect van The Beatles had een enorme
aantrekkingskracht op jonge Folk- en Bluegrass musici waaronder de toekomstige leden
van The Byrds en The Buffalo Springfield59
.
Tijdens hun tweede toernee in de VS in de zomer van 1964 stelde dichter Allen
Ginsberg The Beatles voor aan Bob Dylan. Voor The Beatles was dit het begin van twee
belangrijke ontwikkelingen in hun loopbaan: Dylan bracht hen in aanraking met
marijuana (tot dan toe kenden ze alleen speed) wat hen uiteindelijk via de LSD bij de
Psychedelische Rock zou brengen. En Dylan wakkerde de artistieke pretenties van The
Beatles aan, wat zich de volgende jaren op talloze manieren zou manifesteren. Dylan
ging zich in navolging van The Beatles een stuk hipper kleden (Chelsea boots en
corduroy in plaats van tuinbroeken en een arbeiderspet). Maar fundamenteler was zijn
besluit om voortaan met een begeleidingsband op te nemen. Het resultaat van dit besluit
is te horen op de door Tom Wilson geproduceerde LP Bringing It All Back Home. De titel
alleen al verwees naar wat de Beatles hadden gedaan met oorspronkelijk Amerikaanse
stijlen als R&B. Dylans geluid op dit album is niet ver verwijderd van sommige nummers van The Beatles op hun album For Sale (1964). Met name Lennons Im A Loser klinkt als een openlijke oproep aan Dylan. Maar Dylans antwoord is rauwer. Tijdens deze tournee ontmoetten The Beatles ook The Supremes. De meisjes hadden
zich keurig aangekleed en kwamen gepoederd en met chaperonne op de hotelkamer van
55
Ward, 178 56
Quispel, 227 57
The Beatles First Us Visit (film) http://www.youtube.com/watch?v=jYciRQDkYD4 7.20 58
Dulcimer http://www.youtube.com/watch?v=MJDuholrvok&feature=fvwrel En luister bijvoorbeeld eens
hoezeer de Irish Bouzouki doet denken aan het Electric 12-string:
http://www.youtube.com/watch?v=4dLzsZlPZZk&feature=related 59
http://die-augenweide.de/byrds/speak/aboutbeatles.htm
-
18
The Beatles waar het blauw stond van de hasj-dampen terwijl de heren zelf in
spijkerbroeken op hun bedden hingen. The Beatles hadden blijkbaar gerekend op
gemakkelijke zwarte feestbeesten en The Supremes op niets minder dan Britse adel.
Hoewel het maar n anekdote is zegt het voorval veel over de rol van muziek in de
ontwikkeling van de rassenverhoudingen: The Beatles hadden altijd naar zwarte muziek
geluisterd en zich iets bij zwarte meisjes voorgesteld wat helemaal niet bleek te kloppen.
The Supremes zochten via The Beatles aansluiting bij een blank establishment waar The
Beatles zich juist tegen afzetten. The Supremes hadden de Motown Charm School
doorlopen om zich staande te houden bij de `upper ten. Terwijl The Beatles als eerste Britse sterren weigerden hun provinciale accent af te leren. Het verschil is hun
verhouding tot de gevestigde orde. Beide wilden hoger op, maar The Beatles zaten daar
al60
.
Voor een groot deel van de Britse popsterren die in de jaren zestig doorbraken in
Amerika geldt dat ze voortkwamen uit een sociale klasse die het in de loop van de
jaren 50 steeds beter had gekregen61. John Lennon omschreef zichzelf als Working Class Hero maar eigenlijk kwam alleen Ringo Starr uit een arbeiders milieu. Veel lastige
pubers gingen in het Engeland van de jaren 50 naar Artschool waar ze in aanraking kwamen met experimentele kunst, toneel en film. Daar werd hun rebelse inslag
gekoppeld aan artisticiteit en praktische vaardigheden. Pete Townshend van The Who,
Ray Davis van The Kinks, Keith Richards van The Rolling Stones, Eric Burdon van The
Animals, Jimmy Page van The Yardbirds en later Led Zeppelin, allemaal gingen ze naar
het zelfde schooltype62
. De beroemdste uitzondering op de regel was Mick Jagger die aan
de London School of Economics studeerde. In zekere zin hadden de Britse sterren dus net
als de Motown sterren een Charm School doorlopen, maar dan gericht op het charmeren
van een andere klasse. Het verklaart dat zovele Britse sterren op een gegeven moment
probeerden om hun muziek behalve een amusementswaarde ook een artistieke betekenis
te geven.
Deze artistieke aspiraties vielen meteen op bij Amerikaanse `Folkies evenals bij klassieke grootheden als Leonard Bernstein zoals hij in 1966 tijdens een van zijn Young
Peoples Concerts liet weten63. Maar het zijn precies deze aspiraties die ook zorgden voor een kloof met de zwarte popcultuur. Dat betekent in zn geheel niet dat zwarten op een of andere manier minder diepzinnig zouden zijn dan blanken. Zelfs valt te betwijfelen of de
voor door-en-door blank versleten klassieke invloeden van The Beatles onbekend en
onbemind waren bij een zwart publiek. Maar wat een cruciaal verschil was, was dat The
Beatles aansluiting vonden bij een blank publiek dat enkele jaren eerder alleen naar jazz
of folk zou hebben geluisterd. Dit publiek kreeg nu a shot of Rhythm n Blues dat 10 jaar eerder te ordinair zou zijn geacht voor de betere jeugd. En voor zover het nog steeds te ordinair werd gevonden waren jongeren inmiddels door hun aantallen en financile
middelen in een positie om daar maling aan te hebben. They got the guns, we got the
numbers zongen The Doors64
. En terwijl blanke jongeren uit de middenklasse zich vrijer
60
Shaar Murray, Charles, Jimi Hendrix, Kind Van De Regenboog, (Londen 1989), 105 61
Badman, Keith The Beatles Off The Record Outrageous Interviews And Unrehearsed Interviews (London
2000) 7 62
Frith, S. and Home, H., Art Into Pop (London/New York 1987) 73 63
http://www.youtube.com/watch?v=ygn7ORgPbEE 64
The Doors Five To One (1968)
-
19
gingen gedragen, hipper gingen kleden, hun haar lieten groeien, stiekem een jointje
rookten, kleefden aan dergelijk gedrag voor zwarten ernstiger consequenties dan voor
blanken.
Althans dit was de les die viel te trekken uit het feit dat Elvis multimiljonair was terwijl
Chuck Berry in de gevangenis zat en Sam Cooke werd vermoord zogenaamd omdat hij
een vrouw wilde verkrachten. Dat de zwarte sterren er tot laat in de jaren zestig veel
netter uit zien dan hun blanke tegenhangers is omdat Motown acceptabel wilde zijn voor
het grote blanke publiek. Dit terwijl artiesten als Paul McCartney en David Crosby
openlijk spraken over- en opriepen tot het gebruik van LSD65
. En toen een groot deel van
het publiek in navolging van hun idolen een richting in sloeg waar zwarten niet in mee
konden gaan re-segregeerde de popcultuur. Daar staat tegenover dat bands als The
Rolling Stones juist aandacht vroegen voor oudere zwarte bluesmusici als Muddy Waters
en BB King, die ze in hun voorprogramma lieten spelen. Dit benadrukte echter de status
van zwarten als voorlopers, en dat wat hun blanke navolgers met dit pionierswerk deden
als het meer ontwikkelde eindresultaat. De blanke sterren werden er bovendien ook nog
veel rijker mee dan hun voorbeelden66
.
Volgens BB King zagen zwarten de Blues vaak als iets van vroeger dat hen herinnerde
aan een armoedige tijd die ze liever vergaten67
. Het is denkbaar dat juist de gebrekkige
geluidskwaliteit van bluesplaten (bijvoorbeeld mondharmonicas door piepende overstuurde versterkers) door blanken expres werd gemiteerd terwijl zwarten zich een
beetje schaamden voor dit soort amateurisme. Toch besteed het gezaghebbende
poptijdschrift Rolling Stone tussen 1967 en 1972 nauwelijks aandacht aan contemporaine
zwarte sterren als Marvin Gaye, Smokey Robinson of Stevie Wonder, terwijl Waters en
King in deze periode meerdere artikelen aan zich gewijd zagen68
.
Door bepaalde aspecten van folk, klassieke muziek en Music-hall te koppelen aan het
rebelse en hedonistische karakter van Rock n roll doorkruisten The Beatles de ontwikkeling van de Amerikaanse muzikale integratie. Vanaf 1959 was er een vrij tamme
maar etnisch onbestemde popcultuur ontstaan die Billboard er in november 1963 toe
bracht het onderscheid tussen blanke en zwarte hitlijsten op te heffen. Maar iets meer dan
een jaar later waren verschillen in koopgedrag dusdanig toegenomen dat een aparte R&B
lijst opnieuw nodig leek. Stonden in de laatste R&B Top 30 van 1963 nog 10 platen van
blanken, waaronder The Beach Boys, in de eerste nieuwe gesegregeerde lijst staan
slechts 3 platen van blanken waarvan maar n in de Top 10: Youve Lost That Loving Feeling van The Righteous Brothers, geproduceerd door Phil Spector
69.
Wat zegt het over het vertrouwen van zwart Amerika in hun blanke landgenoten dat de
enige blanke muziek die hen nog raakt zo triest is? De tekst is gericht aan een meisje,
maar kan even goed op de blanke liberals slaan die na een korte flirt met de
Burgerrechtenbeweging de interesse in het thema lijken te zijn verloren:
You never close your eyes anymore when I kiss your lips.
65
Paul McCartney admits taking LSD (ITN Interview 19 juni 1967)
http://www.youtube.com/watch?v=DVmXoTa20dY en The Byrds- Live At Monterrey: Have You Seen
Her Face http://www.youtube.com/watch?v=HWcnYoB_Ykc 66
Ward,175 67
Sawyer, C., B.B. King The Authorized Biography (Blandford 1981) 86 68
http://www.rollingstone.com/allaccess 69
The Righteous Brothers/Phil Spector Youve Lost That Loving Feeling (1964)
-
20
And there's no tenderness like before in your fingertips.
You're trying hard not to show it, (baby).
But baby, baby I know it...
You've lost that loving feeling,
Whoa, that loving feeling,
You've lost that loving feeling,
Now it's gone...gone...gone...wooooooh.
Now there's no welcome look in your eyes when I reach for you.
And now you're starting to criticize little things I do.
It makes me just feel like crying, (baby).
'Cause baby, something in you is dying.
You lost that loving feeling,
Whoa, that loving feeling,
You've lost that loving feeling,
Now it's gone...gone...gone...woooooah
Baby, baby, I get down on my knees for you.
If you would only love me like you used to do, yeah.
We had a love...a love...a love you don't find everyday.
So don't...don't...don't...don't let it slip away.
Baby (baby), baby (baby),
I beg of you please...please,
I need your love (I need your love), I need your love (I need your love),
So bring it on back (So bring it on back), Bring it on back (so bring it on back).
Bring back that loving feeling,
Whoa, that loving feeling
Bring back that loving feeling,
'Cause it's gone...gone...gone,
and I can't go on,
noooo...
In zijn boek How The Beatles Destroyed Rock n roll: An Alternative History Of American Popular Music stelt Elijah Wald dat de nieuwe Britse bands weliswaar
interessante melodieuze innovaties aanbrachten, maar dat hun ritmes citeerden uit muziek
die voor zwarten een stap terug was. The Beatles zorgden volgens Wald voor een re-
segregatie van de hitparade70
. Wald omschrijft de Motown-beat als complexer en
krachtiger dan die van The Beatles, hetgeen doet twijfelen aan zijn inzicht aangezien dat
aantoonbaar niet waar is71
. Wat echter wel klopt is dat intellectualistische tendensen in
het oeuvre van The Beatles trends veroorzaakten in de blanke pop die grote delen van het
blanke publiek te snobistisch maakten voor bepaalde zwarte specialismen. Daarbij gaat
het voornamelijk om het verschil in dansbaarheid tussen Beatmuziek en de meeste zwarte
muziek.
70
Wald, Elijah, How The Beatles Destroyed Rock roll: An Alternative History Of American Popular Music (Oxford 2009) 5 71
De meeste Motown platen tot Marvin Gayes I Heard It Through The Grapevine zijn ritmisch juist heel monotoon, vergelijk Baby Love, Dancing In The Street of How Sweet It Is (To Be Loved By You) met All
Ive Got To Do, I Feel Fine of Ticket To Ride van The Beatles
-
21
Waar ritmische innovaties bij zwarte artiesten als James Brown leidden tot het ontstaan
van een zeer dansbare Funk, zijn Ringo Starrs indrukwekkendste drumpartijen (bijvoorbeeld She Said, She Said, A Day In The Life) juist minder dansbaar dan zijn
vroegste werk72
. The Times begroette het minst dansbare album van The Beatles tot dan
toe met de kop The Beatles Revive Hopes Of Progress73. Uiterst technische Britse drummers als Ginger Baker, Keith Moon en Mitch Mitchell vielen niet direct op door een
dansbare groove. Wel sloten ze aan bij ontwikkelingen in de Jazz, maar ook dat was een
genre waar vrijwel alleen blanken en een piepkleine zwarte elite naar luisterden74
.
Mogelijk zal een blanke drummer die aansluiting zoekt bij de `hogere kunst van zijn cultuur juist minder met dans geassocieerd willen worden omdat de dans in de westerse
cultuur van oudsher bekendstaat als het tijdverdrijf van de laagste sociale klassen75
. In de
zwarte traditie ligt dit minder gevoelig. Zo was het niet het opzwepende ritmische
karakter van Gospel dat Martin Luther King zorgen baarde, maar wel dat dit genre werd
gebruikt om aardse genoegens te bezingen in plaats van hemelse76
. En dat was precies
wat bijvoorbeeld Ray Charles en Sam Cooke aan het doen waren.
De religieuze traditie van zwarten staat van oudsher anders tegenover dans dan de
Europese kerkelijke traditie waar zelfdiscipline, stil zitten en het zingen van statige
melodien (waarvan soms zelfs alle noten even lang moeten zijn) getuigen van de
opperste devotie. Zwarte kerken hebben sinds de verstedelijking moeten concurreren met
elkaar en met de theaters en clubs in de grote steden. (Voor die tijd hielden sociale
controle en slavernij ze bijeen). En een middel om publiek te lokken was spektakel. De
muziek speelde een hoofdrol. Het samen vieren, spontaan uiting geven aan gevoelens, de
collectieve extase77
. Het zijn facetten van de popmuziek die hun oorsprong hebben in de
zwarte kerk, die bij blanken associaties met heidendom en Bacchanalia opriepen, terwijl
het voor zwarten juist stond voor saamhorigheid en al dan niet religieuze troost. Ook dit
maakt dat zwarten en blanken bij het zelfde schouwspel mogelijk verschillende gevoelens
hebben gehad waardoor zij na verloop van tijd verschillende richtingen kozen. Voor een
blanke was dansen op Rock n roll dus veel rebelser en zondiger dan voor een zwarte78. Toen de ruige Rock n roll van de beginjaren plaats maakte voor de zwoelere klanken van Sam Cooke, Ben E. King en Motown verdween het aanstootgevende karakter en
integreerden zwart en blank. Maar The Beatles vestigden opnieuw de aandacht op die
zwarte muziek waar blanken aanstoot aannamen. En al vond de blanke jeugd het
prachtig, een zwarte kon er niet aan meedoen zonder een stukje respectabiliteit prijs te
geven. De tegenstelling werd nog meer versterkt door nummers als Satisfaction van The
Rolling Stones die expliciet de seksuele connotaties van de Rythm & blues benadrukten.
Een zwarte kon zich hier niet zomaar aan wagen zonder oude stigmas van zwarte dierlijke ongeremdheid nieuw leven in te blazen. Otis Redding die gesteund door zijn
blanke begeleiders dit risico wel aandurfde werd prompt een icoon van black pride.
72
The Beatles She Said She Said http://www.youtube.com/watch?v=DlKIsg_XdkI 73
http://www.flickr.com/photos/rinkratz/5312049054/ en www.thetimes.co.uk. 74
Ward, 306 75
Cicero zei dat niemand danst als hij sober is tenzij hij gek is Nemo enim fere saltat sobrius, NISI forte
insanit en als advocaat nam hij het ooit op voor Lucius Murena die door Cato een `danser werd genoemd en daardoor ongeschikt voor het consulaat.http://carnaval.com/italy/dance/roman_dance.htm 76
Ward, 173 ,189 77
Ward,193 78
Ward,198
-
22
Maar Motown paste wel op. Seksueel expliciete teksten komen bij Motown niet voor.
Lets Get It On (1973) van Marvin Gaye is een van de weinige uitzonderingen. Dat zwarten zichzelf als het ware censureerden zien we ook op een ander niveau: De
Burgerrechtenbeweging vermeed liefst de associatie met zwarte popmuziek, terwijl
blanke helden als Dylan, Joan Baez en The Beatles en `beschaafdere zwarte artiesten als Sammy Davis Jr en Harry Belafonte wel werden benaderd voor benefietconcerten.
Motown had op haar beurt geen behoefte om het zorgvuldig opgebouwde krediet bij de
blanke middenklasse te verspelen door zich uit te spreken over politieke zaken79
. Tenzij
het een politieke zaak betrof die het specifiek zwarte belang ontsteeg. Zo verschenen The
Supremes wl in een CBS-special over Johnson en de War On Poverty80
.
Benefietconcerten leverden echter weinig op als er bijvoorbeeld in een zwarte buurt Folk-
artiesten waren geboekt die buiten de blanke gemeenschap nauwelijks aansloegen. Maar
de associatie met blanke artiesten bracht de beweging legitimiteit en nuttige contacten.
De rol van zwarte artiesten was vooral psychologisch, hun succes zorgde voor `black
pride en vaak doneerden ze geld. In dat opzicht zijn deze artiesten vergelijkbaar met zwarte geestelijken die niet politiek actief waren maar wel troost boden
81.
Conclusie
The Beatles boden afleiding na de moord op Kennedy en vulden in zekere zin het gaat het
gat dat hij achterliet. Kennedy zou kunnen worden gezien als een overgangsfiguur tussen
de tieneridolen James Dean, en Elvis enerzijds en Dylan en The Beatles anderzijds. Met
hun doorbraak twee maanden na Kennedys dood bliezen ze dat platenindustrie nieuw leven in. Ze legden nieuwe verbanden tussen bestaande stijlen en integreerden daarmee
de zwarte rhythm and blues met blanke folk. Maar paradoxaal genoeg leidde dit juist tot
een verwijdering tussen zwart en blank Amerika. De oorzaak hiervan ligt deels in het
extravagante gedrag van de The Beatles en hun navolgers. Maar ook in snobistische,
intellectualistische trekjes van het blanke (pop) establishment. Onder invloed van The
British Invasion ontwikkelt de Amerikaanse blanke popmuziek zich zo dat zwarten de
aansluiting missen. Een belangrijke rol speelt de culturele lading van het fenomeen
dans, onder meer in religieuze context: In de zwarte kerkelijke traditie is het met lichamelijke handelingen uiting geven aan devotie meer geaccepteerd dan in de Europese
kerk. Dansmuziek gold als amusement waar muziek die kunstzinnig werd geacht meestal
niet dansbaar was82
. Het begin van de verwijdering in de jeugdcultuur valt ongeveer
samen met het hoogtepunt van de Burgerrechtenbeweging: de Civil Rights Act van 1964.
Maar na dit hoogtepunt volgde de ontgoocheling dat de verbeteringen slechts op papier
bestonden en verder nergens.
79
Ward, 395 80
Idem, 397 81
Idem, 336 82
Uiteraard hebben we het hier niet over (klassiek) ballet, maar over muziek die ook dansbaar is voor
mensen die er niet een leven lang voor hebben gestudeerd.
-
23
HOOFDSTUK 4
THE LONG HOT SUMMER EN THE SUMMER OF LOVE: DE ESCALATIE
(1967-68)
The Summer Of Love is een beroemde term voor de zomer van 1967 toen zon 100.000 hippies naar San Francisco togen. De wijk Haight Ashbury werd het centrum van wat
sindsdien de Counterculture wordt genoemd, een spontaan sociaal experiment met
nieuwe samenlevingsvormen zoals communes, geestverruimende drugs en vrije liefde.
Maar in `Hashbury zoals Hunter S.Thompson het noemde ging het niet alleen om hedonisme
83. De (eerste) bewoners werden gedreven door een anti-kapitalistisch ideaal.
Zo kende de wijk ook een Weggeefwinkel en een Free Clinic die nog steeds bestaat.
Uiteraard beperkte het hippie-fenomeen zich niet tot San Francisco, het was een
wereldwijd fenomeen, van Amsterdam tot Sao Paolo. Al lag het centrum onmiskenbaar in
California. Als hoofdstad hield The Haight het echter niet lang vol, op 6 oktober 1967
werd de hippie beweging symbolisch ten grave gedragen omdat de wijk de vele
bezoekers niet meer aankon, maar velen verspreidden vervolgens de hippie-rage in hun
eigen landen en steden.
Een andere typering van deze zomer is The Long Hot Summer, waarmee een heel ander
gevoel tot uiting wordt gebracht dan het hippie idealisme van Haight Asbury. De zomer
van 1967 werd namelijk gekenmerkt door een escalatie in de rassentegenstellingen. In
totaal 159 rassenrellen braken uit in onder andere Newark, New York, Tampa, Detroit en
een groot aantal andere steden. Dit bracht President Johnson ertoe de Kerner-Commission
in te stellen om de achtergronden van deze rellen in kaart te brengen. Eind februari 1968
vatte de commissie de problemen samen met de woorden Our nation is moving toward two societies, one black, one white, separate and unequal84. De commissie weet dit voornamelijk aan blank racisme en adviseerde onder meer betere huisvesting voor
zwarten in buurten die dichter bij de industrile centra lagen. De regering Johnson legde
het rapport echter naast zich neer, tot woede van onder andere Senator Robert Kennedy
die moeite had zijn president nog langer trouw te blijven85
.
Uiteindelijk, tijdens een ontbijt met de verzamelde pers op 30 januari 1968 maakte hij
bekend definitief geen tegenkandidaat voor Johnson te willen zijn. Maar amper een
etmaal later bleek Kennedys beroemde politieke instinct hem pijnlijk in de steek te hebben gelaten toen Noord Vietnam en de Viet Cong een gezamenlijke aanval op
Amerikaanse doelen in Zuid Vietnam lanceerden. Deze aanval verbrijzelde in Kennedys woorden ` het masker van de officile illusie dat Amerika aan het winnen was
86. De regering Johnson had al maandenlang consequent beweerd dat de overwinning
nabij was. En al bleek het Tet-offensief geen militair succes voor de communisten, het
was een psychologische nederlaag die Amerika, en in het bijzonder President Johnson
niet meer te boven zou komen.
83
Anderson, T. The Movement And The Sixties; Protest In America From Greensboro To Wounded Knee
(Oxford 1995) 174 84
http://www.eisenhowerfoundation.org/docs/kerner.pdf 85
Schlesinger, Arthur M Jr, Robert Kennedy And His Times (New York 1978) 846 86
Clarke, Thurston, The Last Campaign, Robert F. Kennedy and 82 days that inspired America (New York
2008) 34
-
24
Al sinds de voor de Democraten slecht verlopen `mid-term verkiezingen van 1966 speelden enkele activisten onder leiding van Al Lowenstein met het idee om voor
Johnson een tegenkandidaat te zoeken binnen de Democratische partij. Deze Dump
Johnson Movement klopte vergeefs aan bij Kennedy maar vond een alternatief in Senator
Eugene McCarthy87
. Bij de voorverkiezingen in New Hampshire op 12 maart kreeg hij
42% van de stemmen tegen Johnsons 49%, iets wat algemeen als een morele nederlaag voor Johnson werd genterpreteerd. Hierdoor werd het niet per se gemakkelijker voor
Kennedy om zich alsnog te kandideren, omdat hem verweten kon worden dat hij
McCarthy het vuile werk had laten opknappen, maar het was duidelijk dat het nu of nooit
was. En dus stelde hij zich alsnog officieel kandidaat op 16 maart 1968. Al weer een
Kennedy beslissing die toevallig samenviel met een bloedige gebeurtenis in Vietnam: het
My Lai Bloedbad (dat overigens pas later bekend werd).
Op 31 maart trok Johnson zich onverwachts terug, waarna de race geheel open lag, al
verwachtten de meeste deskundigen dat Vice President Hubert Humphrey vrijwel zeker
het partij-establishment achter zich krijgen. Kennedy genoot echter de sympathie van
uiteenlopende personen en organisaties. Van Martin Luther Kings SCLC tot aanhangers van de racistische George Wallace
88. De kans was reel dat invloedrijke partijbonzen als
burgemeester Richard Daley van Chicago uiteindelijk voor Kennedy zouden zwichten als
hij tenminste kon bewijzen dat hij verkiesbaar was. Maar ook activisten als Tom Hayden
die op dit moment al druk waren met plannen om de Democratische Conventie in Daleys Chicago te verstoren waren bereid daar van af te zien als Kennedy genomineerd zou
worden89
.
Een van de campagne posters van McCarthy bevatte de tekst Our Children Have Come
Home met de uitleg: suddenly theres hope among our voting people, suddenly theyve come back into the mainstream of American life. And its a different country. Deze woorden refereerden onder andere aan het Get Clean For Gene-fenomeen: Vrijwilligers
voor McCarthy schoren hun baarden en knipten hun haar om er iets acceptabeler uit te
zien voor potentile kiezers90
. Leek het er even op dat miljoenen nieuwe kiesgerechtigden
zich zouden afkeren van de politiek, door de abdicatie van Johnson en de rele kans dat
een vredeskandidaat hem zou opvolgen was er in het voorjaar van 1968 daadwerkelijk
sprake van politieke hoop. En al sprak McCarthy vooral de jeugd aan, ten gevolge van de
Babyboom was die goed voor 13 miljoen nieuwe kiezers, nog exclusief jonge
immigranten en babyboomers uit de staten waar al vanaf 18 of 20 mocht worden
gestemd91
. De komende jaren zou dit aantal nog fors toenemen, een belangrijke reden
voor kandidaten om zich op de jeugd te richten.
Maar de plotselinge euforie na het aangekondigde aftreden van Johnson werd vier
dagen later wreed verstoord in Memphis. Op donderdag 4 april werd Martin Luther King
door een blanke scherpschutter vermoord op het balkon van zijn hotel. King, het symbool
van het vreedzame verzet was in de maanden voor zijn dood steeds meer buiten spel
komen te staan naarmate protesten tegen armoede en andere achterstelling van zwarten
87
Kaiser, Charles, 1968 In America, Music, Politics, Chaos, Counterculture and the Shaping of a
Generation (New York 1988) 31 88
Clarke, 281 89
Kurlansky, Mark 1968 The Year That Rocked The World (London 2005) 138 90
http://minnesota.publicradio.org/display/web/2006/11/20/mccarthy2a/ 91
http://geography.about.com/od/populationgeography/a/babyboom_2.htm Alle nieuwgeboren tussen 1944
en 47. In Kentucky en Georgia mocht vanaf 18 gestemd worden in Hawaii en Alaska vanaf 20
-
25
steeds vaker ontaardden in geweld. Leden van het Student Nonviolent Coordinating
Committee (SNCC) jouwden King al in 1966 uit met kreten als Black Power! waar King vergeefs had gepleit voor de kreet `Black Equality 92. Eind maart 1968 liep een vreedzaam bedoelde actie voor vuilnismannen in Memphis uit op een fiasco toen de
actievoerders de politie aanvielen.
Door de (blanke) pers werd King steeds vaker voor gek gezet, maar ook door zwarte
activisten als Stokely Carmichael. In zijn Blackpower-speech in 1966 verwees hij
ondubbelzinnig naar Kings I Have A Dream (1963): Some negroes have been walking down a dreamstreet talking about sitting next to white people93. Dat King kritiek kreeg uit radicale hoek was niet nieuw, maar door de escalatie van het geweld werden hij en
zijn geweldloosheid geheel door de feiten achterhaald. Nu King zich bovendien had
uitgesproken tegen de Vietnam-oorlog raakte hij ook gebrouilleerd met zijn machtigste
bondgenoot President Johnson en een groot deel van de tot dusver welwillende coldwar
liberals94
. Tegen het eind van zn leven was King totaal gedesillusioneerd geraakt, wat wel blijkt uit de titel van zijn laatste, onafgemaakte speech die hij hoopte uit te spreken
bij de herkansing van het vuilnis-protest: Why America May Go To Hell95
.
Het waren Black Panthers als Bobby Seale, Huey Newton en Eldridge Cleaver die in
een radicaliserend klimaat boven kwamen drijven. In zijn boek Soul On Ice(1968)
verhaalde Cleaver onder andere hoe hij blanke vrouwen verkrachtte `to send waves of
consternation through the white race96. Cleaver typeerde gelauwerde zwarten als Martin Luther King en James Baldwin als Uncle Toms en als schoothondjes van het blanke establishment, alleen al omdat ze zoals bijvoorbeeld King een Nobelprijs hadden
97.
Cleaver was in 1968 presidentskandidaat voor Peace And Freedom Party, waarvoor hij
vanuit de gevangenis campagne voerde na een schietincident met de politie van Oakland,
wat hij naar eigen zeggen zelf had uitgelokt als wraak voor de moord op King. Maar
omdat Black Panthers regelmatig ten onrechte door de politie werden opgejaagd en de
neiging hadden om onder verdachte omstandigheden te overlijden bestond er een zekere
mate van sympathie voor hun gewapend verzet. Een van hen, H. Rap Brown
veroordeelde Kings geweldloosheid als moreel onjuist en zei there should be more shooting than looting, the white man is your enemyyou better get a gun, violence is as American as cherry pie 98. Het wekt geen verbazing dat SNCC, het Student Nonviolent Coordinating Committee niet lang meer zou bestaan. Of zoals Carmichael het
verwoordde: Now that theyve taken Dr King off, its time to end this nonviolence bullshit99. En zo zag een groot deel van de zwarte bevolking het ook. Die avond braken er
honderden rellen uit in een groot aantal steden in de VS, waaronder Detroit en
Washington DC waar zon 1200 gebouwen in rook opgingen. In Baltimore waren de rellen pas 10 dagen later onder controle. Van de in totaal 39 dodelijke slachtoffers vielen
92
Kaiser 137 93
http://www.americanrhetoric.com/speeches/stokelycarmichaelblackpower.html 94
Kaiser 137-138 (coldwar liberals staan voor links binnenlands beleid maar voor een harde opstelling in de Koude Oorlog) 95
http://freedemocracy.blogspot.com/2008/04/martin-luther-king-jr-why-america-may.html 96
http://edition.cnn.com/US/9805/01/cleaver.late.obit/ 97
Kurlansky, 113 98
New York Times 28 juli 1967 99
Kurlansky 117
-
26
er 11 de eerste twee dagen in Chicago waar burgemeester Daley zijn politiecorps het
shoot to kill commando gaf. Ook een vreedzame blanke demonstratie tegen het politie
geweld in de gettos werd beantwoord met traangas en slaag100. In activistische kringen werd aangenomen dat Daley zich extra afschrikwekkend opstelde met het oog op de
Democratische Conventie later dat jaar101
.
Een van de weinige staten waar geen rellen waren uitgebroken was Indiana. Volgens
velen was dit te danken aan de kalmerende woorden die Kennedy daar de avond van
Kings dood sprak. Kennedy bracht zelf het nieuws en maakte een diepe indruk met zijn
oproep om rassentegenstellingen te overbruggen en als n volk te strijden tegen
onderdrukking en armoede. Zijn gemproviseerde toespraak mist hier en daar samenhang
als hij als argument lijkt te gebruiken dat zijn broer eveneens door een blanke werd
vermoord, maar dat viel in het niet bij het indrukwekkende feit dat hij zijn persoonlijke
verlies berhaupt had durven delen102
. Tot dit soort uitingen van empathie was Eugene
McCarthy volstrekt niet in staat. Als het aan hem had gelegen was hij niet eens naar
Kings begrafenis gegaan103. Woede over racisme en de oorlog in Vietnam kwamen samen, nog voor de moord op
King bij protesten op Columbia University. Studenten waren boos over de betrokkenheid
van hun universiteit bij defensie onderzoek voor de oorlog in Vietnam en de aanleg van
een gymzaal in de wijk Harlem. Voor dit project werden woningen van zwarten gesloopt
en de ingang van de gymzaal zou bijna niet te bereiken zijn vanuit de zwarte wijk. Dit
leverde het project al gauw de bijnaam Gym Crow op. Sinds 1959 bleken zon 7000 zwarten en Puertoricanen uit hun huizen te zijn gezet voor de uitbreiding van een
overwegend blanke elite universiteit. Een door Columbia georganiseerde dienst ter
nagedachtenis aan King werd door het studentenprotest als uiterst hypocriet ervaren en
deed de vlam in de pan slaan104
. Vervolgens werd een aantal universiteitspanden bezet.
Het werd echter snel duidelijk dat ook de activisten gesegregeerd waren: de zwarte
activisten verzochten de blanken om de in Harlem gelegen panden te verlaten. De
Counterculture leed aan de zelfde kwaal als de maatschappij waartegen ze ageerde105
.
De strijd tussen McCarthy en Kennedy wordt in de Primary van 5 juni 1968 in
Californi beslecht in het voordeel van Kennedy. Maar na zijn overwinningsrede in het
Ambassador Hotel in Los Angeles wordt hij neergeschoten door een Jordanir die boos
was over Kennedys steun aan Israel. Kennedy overlijdt de volgende dag. Vervolgens stelt McCarthy zich merkwaardig op: Hij lijkt zich terug te willen trekken en doet geen
poging de Kennedy aanhang voor zich te winnen (integendeel). Dit leidt onder andere tot
de kandidatuur van een derde vredeskandidaat, George McGovern. Mede door deze
verdeeldheid lukt het Vice President Hubert Humphrey vrij gemakkelijk de nominatie in
de wacht te slepen. Maar op en nabij de Democratische Conventie breken rellen uit
tussen politie en de activisten van Abbie Hofmann en Tom Hayden. Hoewel het geweld
nauwelijks zo heftig was als tijdens de rellen na de moord op King was de impact veel
groter. Aan de rellen in Chicago kon de hele wereld zien dat links Amerika in opperste
100
Schulz John, No One Is Killed: Documentation and Meditation: Convention Week, Chicago-August
1968 (Chicago 1969) 194 101
Gitlin, Todd, The Sixties Years of Hope Days Of Rage, (New York 1987) 309 102
http://www.youtube.com/watch?v=_E3-_z5YP0M&feature=fvwrel 103
Kaiser, 146 104
Kurlansky, 195-6 105
Idem, 200
-
27
verwarring was. De politieke coalitie die de Democraten sinds 1932 slechts twee keer niet
het Witte Huis had opgeleverd was opgehouden te bestaan.
De radicalisering en desintegratie in het politieke landschap vertaalt zich uiteraard ook
naar de Popcultuur. In talloze popteksten wordt gerefereerd aan de politieke onrust van de
periode. Bekende (blanke) voorbeelden zijn For What Its Worth van The Buffalo Springfield, Revolution van The Beatles en Streetfighting Man van the Rolling Stones,
Long Time Gone van Crosby, Stills Nash & Young over het missen van de laatste kans
om de totale ontaarding te vermijden met het wegvallen van de Kennedys. Soms
noemden artiesten het onderwerp van hun protestliederen bij naam zoals The Rolling
Stones in Sympathy For The Devil, daarmee refererend aan het collectieve schuldgevoel
dat zich meester maakte van (een deel van) de Amerikaanse samenleving106
:
I watched with glee while your kings and queens
Fought for ten decades for the gods they made
I shouted out Who killed the Kennedys? When after all it was you and me
Veel minder direct is Blackbird van The Beatles, dat kan worden gelezen als een liedje
over een merel in een kooi maar volgens schrijver Paul McCartney over de
Burgerrechtenbeweging gaat. Onbedoeld toepasselijk is het laatste refrein van Simon &
Garfunkels Mrs Robinson dat de Billboard Hot 100 aanvoerde op