PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave...

40
Wetenschappelijk magazine PASSIE VOOR INNOVATIE

Transcript of PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave...

Page 1: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

Wetenschappelijk magazine

Passie voor innovatie

Page 2: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs, Frans van Egmond Fotografie: Levien Willemse en Marieke de Lorijn Redactie: Jan Willem Cohen Tervaert, Marketing & Communicatie, Franciscus Vriendenfonds Concept en ontwerp: hAAi, Rotterdam Wilt u de genoemde wetenschappelijke artikelen inzien? Neemt u dan contact op via [email protected]. De inhoud van dit magazine is tot stand gekomen met dank aan de medewerkers van diverse specialismen en afdelingen. Hoewel aan de inhoud uiterste zorg is besteed, kan geen aansprakelijkheid worden aanvaard voor mogelijke onjuistheden.

onderdeel van de Sint Franciscus/Vlietland Groep

In dit nummer:

4

6

8

10

24

26

34

3638

39

12

14

17

18

20

22

28

30

31

32

Bariatrie Chirurg aan het woord‘ Een maagverkleining geeft mensen hun leven terug’

Patiënt vertelt‘ Van 215 kilogram terug naar onder de 100’

aStMa & COPD Longarts aan het woord‘ Astma verdwijnt na maagverkleining’

Patiënt vertelt‘ Ik had mijn astma nooit in verband gebracht met mijn overgewicht’

NR2

hart- & vaatziekten

Onderzoek rol cholesterol en bloedcellenVan slagroomproeven naar rode bloedcellen

Proefpersonen aan het woord‘ Het was best heftig om aan mee te werken’

PrOStaatCentruM

InnovatieNauwkeuriger opereren

Patiënt vertelt‘ Het is me blijkbaar gegund om verder te gaan’

Uroloog aan het woord‘ Een mooi zorgtraject met een korte doorlooptijd’

en verDer

CarDiOlOgieOnderzoek bij obesitaspatiënten

FranCiS-studieOnderzoek risico hart- en vaatziekten

geriatrieOnderzoek natrium bij ouderen

BlaaSkankerVerpleegkundig wetenschappelijk onderzoek

vrienDenFOnDSAmbassadeurs aan het woordGerealiseerd project

BijzOnDere PreStatieS

Page 3: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

Het belang van onderzoek

Mijn vriend Sjoerd kreeg op zijn zestigste opeens opgezette, pijnlijke handen. Al snel kon hij niet

goed meer wandelen vanwege pijnlijke voeten. Met moeite kon hij zijn werk als ondernemer nog

een paar uur per dag volhouden. Met de klachten aan zijn handen en voeten werd hij verwezen

naar de polikliniek Reumatologie in het Sint Franciscus Gasthuis, waar de diagnose reuma werd

gesteld. De reumatoloog vroeg of hij mee wilde doen aan wetenschappelijk onderzoek. Hij stemde

toe en kreeg een experimentele behandeling met drie medicijnen. Binnen drie maanden kon hij

alles weer en voelde zich herboren. Inmiddels is de studie waaraan hij heeft meegedaan afgerond.

Gebleken is dat deze experimentele behandeling van reuma veel sneller en beter werkt, dan

de standaardbehandeling die in Nederland gegeven wordt. Mede door dit wetenschappelijke

onderzoek is mijn vriend dus zo snel hersteld en kunnen ook andere reumapatiënten in de

toekomst beter herstellen. Wij weten nu dat drie middelen bij reuma beter werken dan één.

Wetenschappelijk onderzoek is belangrijk, omdat het bijdraagt aan de verbetering van patiënten-

zorg of aan kostenbesparing binnen de zorg. Het helpt om vast te stellen of een patiënt baat heeft

bij nieuwe medicijnen, behandelwijzen of leefstijladviezen. Zo kijken wij in het Sint Franciscus

Gasthuis of we patiënten met reuma of astma beter kunnen behandelen, hoe we bij patiënten

met aderverkalking kunnen voorkomen dat ze een beroerte of een hartaanval krijgen, hoe we

patiënten met prostaatkanker het beste kunnen behandelen en hoe we patiënten met extreem

overgewicht het beste kunnen opereren. Maar, ook onderzoek kost geld. De kosten van weten-

schappelijk onderzoek zitten niet alleen in arbeidsloon van de onderzoekers, maar ook in extra

laboratoriumbepalingen die niet door de zorgverzekeraars worden vergoed. Om onderzoek te

bekostigen, is het Sint Franciscus Gasthuis op zoek naar sponsoren, die passie hebben voor

innovatie en daarom bereid zijn om wetenschappelijk onderzoek te steunen. Het grootste fonds

ter wereld komt voort uit het bedrijfsleven (de ‘Bill & Melinda Gates Foundation’). Helaas komen

we met ons onderzoek niet in aanmerking voor sponsoring door dit fonds, aangezien het zich

richt op bestrijding van ziektes in de derde wereld. Als medewerkers van het Sint Franciscus

Gasthuis vertrouwen wij erop partners vanuit het Rotterdamse bedrijfsleven te vinden die ons

onderzoek (financieel) willen steunen.

Bent u een maatschappelijk betrokken ondernemer, met hart voor de zorg; denk dan aan ons. Misschien biedt deze stap u het gevoel van ‘Stairway to Heaven’ of uw ‘Walk on the Wild Side’. In ieder geval wordt het voor u, zoals Lou Reed voorspelde, een ‘Perfect Day’.

Prof. Dr. Jan Willem Cohen Tervaert, Specialist Manager Wetenschap

« Wetenschappelijk onderzoek is belangrijk voor ons topklinisch (STZ)

ziekenhuis. Het levert een belangrijke bijdrage aan de opleiding

van medisch specialisten, verpleegkundigen en andere mede-

werkers in het Sint Franciscus Gasthuis. Daarnaast draagt het bij

aan het verder verbeteren van de hooggespecialiseerde zorg die

in het Sint Franciscus Gasthuis aan patiënten wordt geboden. » Karen Kruijthof, Lid Raad van Bestuur Sint Franciscus/Vlietland Groep

3

Page 4: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

WETENSCHAPPELIjk MAGAZINE 2013 / 20144

Bariatriehoudt zich bezig met de oorzaken, preventie en behandeling van obesitas.

Binnen dit deelgebied probeert men door middel van diëten, oefening en

gedragstherapie of chirurgie gewichtsafname te bereiken.

MOrBiDe OBeSitaS tegengaan Met Sleeve reSeCtie OF gaStriC ByPaSS

Bariatrie is het chirurgische specialisme wat ernstig over-

gewicht, ook wel morbide obesitas genoemd, moet

tegengaan. In het Sint Franciscus Gasthuis worden twee

typen operaties uitgevoerd.

Bij een sleeve resectie wordt in de lengterichting een deel

van de maag weggehaald.Hierdoor gaat de maag in grootte

van een rugbybal naar een banaan; de maag zit dus sneller

vol. Daarnaast wordt het spijsverteringshormoon ghreline

blijvend verlaagd, waardoor het gevoel van trek hebben

vermindert.

Bij een gastric bypass wordt met nietjes een nieuwe, kleine

maag gemaakt in het bovenste gedeelte van de maag.

Hierdoor komt voedsel direct in de darm en ontstaat snel een

vol gevoel. Voedingsstoffen worden door de darm minder snel

opgenomen, waardoor een aangepast dieet noodzakelijk is.

Page 5: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

Facts & Figures Bariatrie

6.600.000 mensen in ons land hebben matig of ernstig overgewicht, dat komt neer op

41%Deze groep heeft meestal te maken met Diabetes type 2.

Wanneer men het overgewicht kwijt is, dan is men ook

van de Diabetes type 2 af.

uw BMi Berekenen kan OP www.SFg.nl/BMi

van de Nederlandse bevolking.

BODy MaSS inDex

BMi = kg/m2

gezOnDheiDSklaChten

kanker

DiaBeteS tyPe 2

hart- en vaatziekten

BerOerte

SINT FRANCISCUS GASTHUIS 5

18,5 - 25BMi

30 - 40BMi

40+BMi

25 - 30BMi

nOrMaal gewiCht

OBeSitaS MOrBiDe OBeSitaS

OvergewiCht

Sleeve reSeCtie

gaStriC ByPaSS

Page 6: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

6 WETENSCHAPPELIjk MAGAZINE 2013 / 2014

Chirurg aan het woordBariatrie

‘ Een maagverkleining geeft mensen hun leven terug’

Het Sint Franciscus Gasthuis is niet het enige ziekenhuis in Nederland dat maag-

verkleiningen uitvoert. Volgens dr. Guido Mannaerts hoort het Sint Franciscus

Gasthuis, waar hij verantwoordelijk is voor deze zogeheten bariatrische ingrepen,

met zeshonderd operaties per jaar tot de subtop. De planning is dat het aantal

maagverkleiningen in het Sint Franciscus Gasthuis in een jaar groeit naar duizend.

Page 7: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

Maar het is, stelt Mannaerts, niet in

de eerste plaats het aantal operaties

dat telt. ‘Waar wij in voorop lopen, zijn

de studies die inzicht geven in welke

techniek het meest effectief is, niet alleen

wat betreft gewichtsverlies, maar ook met

het oog op een betere kwaliteit van leven

na de ingreep. De meeste studies focussen

alleen op gewichtsverlies, maar het gaat

ook om hoe iemand in het leven staat.

Zo kunnen wij beter bepalen welk type

operatie het beste bij de persoon past.’

Van rugbybal naar banaanEr zijn namelijk twee manieren om de maag

te verkleinen. De ene techniek heet gastric

bypass. Guido Mannaerts: ‘Dat is een om-

leiding waardoor het eten en de spijsverte-

ringssappen in het darmstelsel tijdelijk van

elkaar gescheiden worden gehouden.

Pas later komen de darmsappen bij het

eten. Daardoor is een relatief korter stuk

dunne darm beschikbaar om de voedings-

stoffen in het bloed op te nemen.’

De tweede techniek is de sleeve resectie

die de grootte van de maag terugbrengt van

een rugbybal tot een banaan. ‘Daardoor kun

je minder eten en zit je eerder vol,’ zegt

Guido Mannaerts. Vroeger werd een andere

techniek vaak toegepast: de maagband.

‘Dat was een weinig risicovolle techniek,

alleen bleek die op de lange termijn niet zo

effectief te zijn. De ingrijpender maagverklei-

ningstechnieken zijn effectiever en kunnen

veilig worden toegepast. Het risico van deze

ingreep is nooit helemaal nul, maar je kunt

zeggen dat het gevaarlijker is om morbide

obees te zijn dan een maagverkleinings-

operatie te ondergaan.’

Men spreekt van morbide obees als een

persoon zo zwaar is dat hij ernstige gezond-

heidsrisico’s loopt. Deze mensen komen in

aanmerking voor een maagverkleining.

Volgens een internationale richtlijn mag

worden geopereerd bij een body mass index

(BMI) van boven de 40 of bij een BMI van

35 in combinatie met een aandoening

die aan het overgewicht is toe te schrijven,

zoals suikerziekte of hoge bloeddruk.

Die combinatie vergroot het risico op

vroegtijdig overlijden. ‘Het is eigenlijk iets

onnatuurlijks wat je doet,’ vervolgt Guido

Mannaerts. ‘Je grijpt in een relatief gezond

lichaam in. Maar aan de andere kant

hebben de mensen die we opereren

bewezen dat ze niet kunnen afvallen.

Ze lopen grote medische risico’s, zitten vaak

in een sociaal isolement, durven de straat

niet meer op, kunnen moeilijk een baan

krijgen en vinden lastig een partner.

In hun verdriet zitten ze zich thuis vol te

bunkeren, waardoor het alleen maar erger

wordt. Na de maagverkleining staan deze

mensen anders in het leven. Vaak hoor je

ze zeggen dat ze eindelijk hun leven terug

hebben. Het is heel dankbare chirurgie.’

Is obesitas een ziekte?‘Ons eten is in feite te goedkoop en te

gemakkelijk te krijgen,’ zegt Guido

Mannaerts. Daarin ziet hij de belangrijkste

oorzaak van de epidemische omvang die

obesitas zo langzamerhand heeft aan-

genomen. ‘We pakken liever de auto dan

de fiets. We leveren te weinig inspanning.

Bovendien zitten bijna overal suikers in.

Dat maakt dat de bevolking steeds

dikker wordt. Als je alleen maar rauwe

groenten eet, word je niet dik.’

« Zo kunnen we beter

bepalen welk type

operatie het beste

bij de persoon past »

Is obesitas een ziekte? ‘Ja en nee.

Het is een welvaartsprobleem. Bij sommige

mensen, minder dan één procent van

alle patiënten, heeft het een medische

oorzaak, doordat bijvoorbeeld de schildklier

niet functioneert. Ook zijn er mensen die

genetisch meer aanleg hebben om dik te

worden. Obesitas wordt als ziekte gezien,

omdat mensen er medische problemen

van krijgen.’

Worden bij een maagverkleining ook

de oude eetgewoonten weggeopereerd?

Guido Mannaerts: ‘Die krijg je natuurlijk

nooit helemaal weg, maar de mensen bij

wie de maag is verkleind, kunnen niet

meer zoveel eten. Ze vallen goed af en

staan daardoor anders in het leven.

In het Sint Franciscus Gasthuis worden

twee typen operaties uitgevoerd om

morbide obesitas tegen te gaan:

• Sleeve resectie: in de lengterichting

wordt een deel van de maag weggehaald.

Hierdoor gaat de maag in grootte van

een rugbybal naar een banaan.

• Gastric bypass: er wordt een nieuwe,

kleine maag gemaakt in het bovenste

gedeelte van de maag. Voedsel komt

direct in de darm, niet in de maag.

De operaties worden met vaste teams

uitgevoerd, die gedurende de dag zoveel

mogelijk hetzelfde type operatie uitvoeren.

Uit onderzoek (Stepaniak et al, 2012) is

gebleken dat deze werkwijze sneller en

veiliger is en dat het de onderlinge

samenwerking van het team verbetert.

De ervaring van de bariatrisch chirurgen

geeft daarnaast een verminderde kans op

complicaties of overlijden.

» Birkmeyer, j.D., et al. Surgical skill and

complication rates after bariatric surgery.

The New England journal of Medicine

2013; 369: 1434-1442

» Stepaniak, P.S., et al. Bariatric Surgery

with operating room teams that stayed

fixed during the day: a multi-center

study analyzing the effects on patient

outcomes, teamwork and safety climate,

and procedure duration. Anesthesia &

Analgesia 2012; (115) 6: 1384-1392

Ze kunnen weer sporten en genezen

van de ziektes die door hun overgewicht

werden veroorzaakt. Als je van 150 kilogram

bent teruggegaan naar 90, motiveert

dat enorm. ’Eén jaar na de operatie zijn

de patiënten gemiddeld 70 procent van

hun overgewicht kwijt, op de langere termijn

ligt het gemiddelde op 60 procent.

Is een maagverkleining een fysieke

ingreep voor iets wat tussen de oren zit?

‘Zeker. Maar heel veel zorg die wij leveren

heeft te maken met dingen die wij niet

zouden moeten doen, zoals roken of te

hard rijden...’

SINT FRANCISCUS GASTHUIS 7

De eSSentie van het OnDerzOek

Page 8: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

‘ Van 215 kilogram terug naar onder de 100’

Niets aan de 34-jarige Rinaldo Francisco Lopes verraadt dat hij ooit 215 kilogram woog.

‘Ik ben eigenlijk nooit een klein jongetje geweest,’ zegt hij, terugkijkend op de persoon

die hij was voordat hij in 2011 in het Sint Franciscus Gasthuis een maagverkleining

onderging. Zo blij was hij dat hij afscheid kon nemen van zijn vroegere ik, dat hij

geboortekaartjes rondstuurde, een bericht om te laten weten dat hij herboren was.

WETENSCHAPPELIjk MAGAZINE 2013 / 20148

Patiënt vertelt Bariatrie

Page 9: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

SINT FRANCISCUS GASTHUIS 9

Sinds zijn twaalfde had hij niet meer

onder de 100 kilogram gewogen. Hoe hij

dan zo zwaar geworden was? ‘Zoiets gaat

geleidelijk aan. In de puberteit ging ik mijn

problemen weg eten. Al mijn ongenoegen

vertaalde ik in voedsel. Het gaat ongemerkt.

In mijn familie is alles aanleiding om

gezellig met elkaar te eten. Ik ben opgevoed

zonder vader. Ik was ook een van de

weinige kleurlingen op de basisschool.

Die dingen hebben hun sporen nagelaten.

In de puberteit ontwikkel je je als persoon,

daar kwam ik seksueel anders georiënteerd

uit dan de meeste andere mensen. Ik had

dus wel wat psychische problemen om weg

te eten.’

Stiekeme eterRinaldo werd een stiekeme eter. Hij verstopte

etenswaren, snoepwikkels, verpakkingen;

uiteindelijk om alleen zichzelf in de maling

te nemen. Na de basisschool (‘op zich een

leuke tijd’) koos Rinaldo voor een horeca-

opleiding. Dat heeft natuurlijk ook niet

bijgedragen aan een gezonde levensstijl,

weet hij nu. ‘Je gaat onregelmatig eten,

want je werkt van 17.00 tot 2.00 uur. Als je

’s nachts klaar bent, móet je iets eten.

Dat wordt dan fastfood, er is niets anders.

Toen ik met de opleiding klaar was, woog ik

215 kilogram.’

Een eerste moment van inzicht kwam toen

hij tijdens een avond stappen een oude klas-

genoot tegenkwam. ‘Het eerste wat hij tegen

me zei was niet: “Hé, hallo, hoe is het?”,

maar: “Jeetje, wat ben jij dik geworden!”

Op dat moment vond ik het echt een

ongelooflijke rotopmerking. Maar ik ging

daardoor wel anders naar mezelf kijken.

Ik zag ineens hoe andere mensen me zagen.’

Het roer gaat omRinaldo zei de horeca vaarwel en ging op

dieet. Op verschillende diëten. Met het ene

viel hij vijftien kilogram af, met het andere

twintig, maar net zo gemakkelijk kwam

hij vervolgens weer achttien kilogram aan.

Zo heeft hij een paar jaar lang gejojood

tussen de 170 en 215 kilogram. Hulp had

hij niet nodig, omdat hij eigenlijk nergens last

van had. ‘Ik turnde, salto’s maken was geen

punt en als ik moest rennen voor de tram,

deed ik dat zonder probleem,’ zegt hij. ‘Maar

je bent jong, je gewrichten kunnen nog veel

aan. Je weet ook dat het een keer ophoudt.’

Vlak voor zijn dertigste verjaardag ging hij

opnieuw serieus aan de slag. Hij at alleen

nog vloeibaar en bereikte een gewicht van

150 kilogram. Er kwam niets meer bij en er

ging niets meer van af. ‘Ik dacht: dat zal dan

mijn ideale gewicht zijn. Onzin natuurlijk,

een ideaal gewicht van 150 kilogram!’

Een jaar later kwam hij uiteindelijk toch in

de, zoals hij zegt ‘medische molen’ terecht,

nadat hij in het vliegtuig naar zijn vakantie-

bestemming tot drie keer toe een epileptische

aanval had gekregen. Zijn bloeddruk

(240 over 180) sprak boekdelen, maar toen

de internist opperde dat hij misschien eens

moest denken aan een maagverkleining,

werd hij ‘behoorlijk kwaad’.

« Een maagverkleining

is geen wonder-

middel: je moet

het zelf doen »

Rinaldo: ‘Ik zag het als een zwaktebod om

een maagverkleining te nemen. Dat was

een moeilijk moment.’ Het was het besef

dat hij misschien niet oud zou worden, dat

hem deed besluiten om zich op te geven

voor een maagverkleining. Hij voegde zich

in een traject van voorlichting, lichamelijke

onderzoeken en psychische testen. Er kwam

het voorstel uit om een sleeve resectie toe

te passen.

De dag van de operatieToen het zover was, lag hij met vijf anderen

op zaal. ‘Daar had ik eerder tegenop gekeken,

een zaal met allemaal mededikkertjes.

Maar het was juist fijn, omdat je allemaal

precies hetzelfde gaat doormaken.

De operatie duurde een half uur. De ochtend

erna mocht ik naar huis. Dat ik nog pijn had,

was mijn eigen schuld, want ik dacht dat drie

paracetamolletjes per dag wel genoeg zou

zijn.Tot de verpleegster zei: ‘Je mag er

twaalf per dag, je hoeft geen pijn te lijden!’’

De eerste dagen alleen vloeibaar mogen

eten, ervoer Rinaldo als een hel.

‘Uit onderzoek dat is uitgevoerd in het

Sint Franciscus Gasthuis, is een voorlopige

conclusie te trekken dat het toepassen van

een sleeve resectie in het Sint Franciscus

Gasthuis positieve resultaten geeft.

Het is een veilige en effectieve procedure.

» Gadiot, et al., Laparoscopic Sleeve

Gastrectomy with an Extensive Posterior

Mobilization: Technique and Preliminary

Results. Obese Surgery 2012;

22: 320-329

Het smaakte nergens naar en na zo’n maag-

verkleining kun je maar twee theelepels eten.

Dat waren vijf vreselijke dagen. Er wordt

geadviseerd om vijf eetmomenten per dag

te nemen, maar ik vind drie genoeg en daar

houd ik me nog steeds aan. Je kunt niet

veel eten, elke hap te veel komt er weer uit.

Maar het werkte wel: de eerste twee weken

verloor ik negen kilogram, dat werd tien,

twaalf, veertien. Dat stimuleerde me om te

gaan sporten, dat doe ik drie keer per week.

Vóór de operatie had ik 115 kilogram

genoemd als streefgewicht. Toen ik daar

na zeven maanden op uitkwam, was ik niet

tevreden. Uiteindelijk kwam ik uit op 98,

dat was een feestje.’

Ik was herborenNa de maagverkleining is Rinaldo nog twee

keer in het ziekenhuis geweest. Bij een eerste

buikwandcorrectie is overtollig vel weg-

gehaald. ‘Toen ik ontwaakte uit de narcose,

dacht ik: is dat mijn buik? Hij was hartstikke

plat. Op 9 juni 2012, na een laatste bodylift,

was ik echt herboren. De persoon die ik

jaren was geweest, bestond niet meer.

Ik kan nu zeggen dat ik er van buiten net

zo uitzie als ik me jaren van binnen heb

gevoeld.’ En Rinaldo doet er alles aan om

dat zo te houden. ‘Denk niet dat een maag-

verkleining een wondermiddel is; dat is

de grootste misvatting die iemand kan

maken. Het is een hulpmiddel, verder moet

je alles zelf doen. Als de knop in je hoofd

niet om gaat, werkt het niet. Het gaat om

wilskracht en discipline. Maar ik geniet van

elke hap die ik neem, nog steeds. Ik ben

eigenlijk meer van eten gaan genieten dan

daarvoor.’

De eSSentie van het OnDerzOek

Page 10: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

WETENSCHAPPELIjk MAGAZINE 2013 / 201410

Bas van Dalen is als cardioloog

verbonden aan het Sint Franciscus

Gasthuis. Tijdens zijn opleiding

heeft hij in het Erasmus MC

uitgebreid onderzoek gedaan naar

het bewegingspatroon van de linker-

hartkamer. Nu wil hij in het Sint

Franciscus Gasthuis onderzoek

doen bij obesitaspatiënten met als

uiteindelijk doel hartfalen bij deze

patiënten sneller te kunnen opsporen

en behandelen.

10

Beter begrip door nieuwe echotechnieken

‘Het is nu nog de gewoonte,’ zegt de

cardioloog, ‘om de beweging van de linker-

hartkamer met het blote oog te beoordelen.

We kijken naar bewegende plaatjes met

een echo van het hart. Met deze methode

dachten we de beweeglijkheid van de linker-

kamer goed te kunnen inschatten, maar

als je er met nieuwe technieken naar kijkt,

zie je dat je er erg naast kunt zitten.

Met het blote oog kun je zien hoe de hart-

spier verdikt. Maar dat verdikken van

de linkerhartkamer is het resultaat van

het samentrekken in drie verschillende

richtingen.’

Met zijn handen verbeeldt Bas van Dalen

een kloppend hart. Hij doet voor hoe het in

de lengte en in de breedte samentrekt en

uitzet. ‘Het zijn drie bewegingen,’ zegt hij.

‘Maar het hart wringt zich ook leeg, dat is

De linkerhartkamer, ook wel linkerventrikel genoemd, zuigt zuurstofrijk bloed aan uit de longaders

en pompt dat via de aorta naar de verste uithoeken van het lichaam. Dat alle organen en lichaams-

delen voortdurend worden voorzien van vers, zuurstofrijk bloed, is essentieel voor het functioneren

van het lichaam. Een gezond hart, dat krachtig aanzuigt en pompt, is dus belangrijk. Maar soms

is de werking van het hart verstoord.

Onderzoek bij obesitaspatiënten CarDiOlOgie

Page 11: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

SINT FRANCISCUS GASTHUIS 1111SINT FRANCISCUS GASTHUIS

eigenlijk de vierde beweging, een samen-

trekking zoals je een vaatdoek uitwringt.

Al het zuurstofrijke bloed wordt eruit

geknepen, zodat er weer plek komt voor

nieuw zuurstofrijk bloed.

Overgewicht heeft invloedBij mensen met obesitas kan het verdikken

van de hartspier op het oog prima lijken,

maar als je in detail kijkt, kan blijken dat

de beweging van het hart in één bepaalde

richting sterk afgenomen is. Dat wordt dan

gecompenseerd door een van de andere

bewegingen van het hart: vaak is dat het

zichzelf leegwringen. Er kan dus van alles

aan de hand zijn met een hart dat op

het oog prima werkt.’

Hij zegt: ‘Beter dan van een te dikke hart-

spier is het om te spreken van een verstijfde

hartspier. Het hart moet zichzelf goed

kunnen leegknijpen, maar net zo belangrijk

is dat het hart zich ontspant om nieuw bloed

aan te zuigen. Dat leegknijpen noemen we

met een deftig woord de systolische functie,

het ontspannen heet de diastole functie.

Die laatste functie, dat ontspannen van de

hartspier, is in sommige patiëntengroepen,

zoals bij mensen met suikerziekte, het

grootste probleem.’ Maar, voegt Bas van

Dalen eraan toe: ‘Naarmate we ouder

worden, krijgen we er allemaal last van.

Vrouwen hebben het vaker dan mannen.’

« Bij mensen met obesitas kan blijken dat de beweging van het hart in één bepaalde richting sterk is afgenomen »

‘Bij mensen met obesitas komt hartfalen

ongeveer twee keer zoveel voor als bij

mensen met een normaal lichaamsgewicht.

Hartfalen wil zeggen dat het hart als pomp

niet kan voldoen aan de brandstofbehoefte

van het lijf. Een oorzaak kan zijn dat het

leegknijpen van de linkerhartkamer verstoord

is, maar het kan ook komen doordat juist

het zich ontspannen en daardoor de aan-

zuigende werking van het hart is aangedaan.

Dat zijn twee verschillende ziektebeelden

die elk een andere behandeling hebben.

Conventionele echo’s voldoen nietAls je met nieuwe echotechniek gaat

kijken, zie je dat bij obesitaspatiënten

het niet goed kunnen leegknijpen maar

weinig voorkomt, maar dat in ongeveer de

helft van de gevallen juist het ontspannen

van het hart is verstoord. Hoe dat precies

komt, weet niemand. Alle onderzoeken

zijn gedaan met conventionele echo’s.

In de praktijk van alledag zijn die prima,

maar om meer in detail naar die aan-

zuigende functie van het hart te kijken,

heb je de nieuwe echotechnieken nodig.

Je krijgt dan meer informatie over

het bewegingspatroon van het hart en

inzicht in waarom juist die aanzuigende

werking verstoord raakt.’

« Met nieuwe echo- techniek zie je dat bij obesitaspatiënten vaak het ontspannen van het hart is verstoord »

‘Bij patiënten met morbide obesitas zie

je na een maagverkleining dat de aan-

zuigende werking van het hart vrij vlot

verbetert, binnen een jaar. Dat kun je met

de conventionele echotechnieken al zien,

met gevoeliger techniek kun je dat veel

beter in kaart brengen en daardoor

misschien het onderliggende probleem

beter begrijpen. Als we zover zijn, kunnen

we misschien het risico van hartfalen beter

voorspellen en beter behandelen.’

Onderzoek in de toekomstWat heeft Bas van Dalen nodig om zijn

onderzoek voort te zetten? ‘De techniek is er,

de laboranten hier in huis kunnen ermee

werken, dus dat zijn niet de grote kosten-

posten. Ik heb geld nodig om een arts-

onderzoeker aan te trekken. Tot nu toe lukt

het mij redelijk in mijn vrije uurtjes, maar als

het echt gaat lopen en we honderd mensen

hebben die we twee, drie keer met 3D-

echocardiografie onderzoeken, gaat er veel

tijd zitten in het analyseren en het schrijven

van artikelen. Dan zou het mooi zijn om

daar iemand fulltime op te kunnen zetten.

Dat kost dus een jaarsalaris.’

‘Linker ventrikel diastolische dysfunctie’

is een verstoring van de functie van

de linker hartkamer (linker ventrikel)

en een belangrijke voorspeller voor het

ontstaan van hartfalen. Bij obesitas is

er een verhoogd risico op het ontstaan

van diastolische dysfunctie. Er zijn

aanwijzingen dat gewichtsreductie kan

leiden tot een verbeterde functie van

de linker hartkamer.

In het onderzoek wordt de linker

ventrikel diastolische functie vóór en ná

bariatrische chirurgie bestudeerd met

de meest geavanceerde echocardiografie-

technieken, zoals 3D-echocardiografie

en speckle tracking echocardiografie.

Cardioloog Bas van Dalen gebruikte

deze technieken eerder al met succes

bij patiënten met een zieke hartspier.

» Dalen, B.M. van, et. al. (2009).

Influence of the pattern of

hypertrophy on left ventricular twist

in hypertrophic cardiomyopathy.

Heart, 95: 657–661.

De eSSentie van het OnDerzOek

Page 12: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

WETENSCHAPPELIjk MAGAZINE 2013 / 201412

aStMa & COPDzijn twee luchtwegziekten met klachten als benauwdheid, piepende adem-

haling of hoesten. Astma is een chronische ontsteking aan de luchtwegen,

eventueel verergert door allergieën. Bij COPD zijn de luchtwegen en longen

onherstelbaar beschadigd, meestal door roken.

OnDerzOek MOgelijke relatie OBeSitaS en tOenaMe van aStMa

De mogelijke relatie tussen obesitas en de toename van

astma werd onderzocht. Bij het onderzoek kwamen longartsen

een nieuw probleem tegen: astma is bij dikke mensen veel

moeilijker vast te stellen dan bij slanke mensen.

Astrid van Huisstede onderzocht 86 patiënten met obesitas.

Op grond van het verhaal werd bij 32 patiënten gedacht dat

de patiënt leed aan astma.

Longfunctieonderzoek liet zien dat dit bij slechts 59% van

de patiënten het geval was. Aan de andere kant werd bij 31%

van de patiënten, waarvan de arts dacht dat er geen sprake

van astma was, toch astma – via de longfunctie – vastgesteld.

Bij extreem obese patiënten moet de diagnose astma altijd

gebaseerd zijn op longfunctieonderzoek.

Page 13: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

aStMa & COPD

SINT FRANCISCUS GASTHUIS

Facts & Figures aStMa & COPD

13

350.000 COPD

1 OP De 10 Nederlanders heeft luchtwegklachten Daarvan hebben er

Onder mensen met obesitas

is het aantal astmapatiënten12-15%

aantal OOrzaken aStMa

huiSStOFMijt

kat/hOnD OF anDere Dieren

BlOeMen, Planten, BOOM- OF graSPOllen

verkOuDheiD

SigarettenrOOk

kOuDe, vOChtige luCht OF wiSSeling van teMPeratuur

eMOtieS (StreSS)

liChaMelijke inSPanning

500.000 aStMa

ºC

Page 14: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

Unieke studie in het Sint Franciscus Gasthuis naar de longfunctie van te dikke mensen

‘ Astma verdwijnt na maagverkleining’

Longarts Gert-jan Braunstahl en longarts in opleiding Astrid van Huisstede voerden

onderzoek uit naar de mogelijke relatie tussen astma en ernstig overgewicht.

Ze vonden honderd mensen bereid om voor en na hun maagverkleiningsoperatie

meerdere testen te ondergaan. En dat leverde duidelijke resultaten op.

WETENSCHAPPELIjk MAGAZINE 2013 / 201414

Longarts aan het woordaStMa & COPD

Page 15: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

Als longarts ziet Gert-Jan Braunstahl

veel patiënten vóór een maagverkleinings-

operatie. ‘We merkten op dat velen van

deze mensen astma zouden hebben,

maar het niet hadden. En andersom: veel

mensen met ernstig overgewicht die

onbewust wél astma hadden. Dat zette

ons aan het denken.’

We doen het niet altijd goedWat was het probleem? Gert-Jan Braunstahl

steekt de hand in eigen boezem: ‘Dat we

het niet altijd goed doen als zorgverleners.

Dat blijkt uit ons onderzoek. Aan de ene

kant heeft dat te maken met de artsen,

aan de andere kant met de patiënten zelf.

Denkt een patiënt: ‘Ik heb het benauwd,

omdat ik te dik ben’, dan zoekt hij geen

hulp voor zijn benauwdheid. De longarts van

het Sint Franciscus Gasthuis onderscheidt

twee problemen bij mensen met obesitas:

de mensen bij wie ten onrechte astma wordt

vastgesteld, worden behandeld met astma-

medicijnen die geen effect hebben.

Zeker in het geval van prednison kan je lijf

nog dikker worden, waardoor die mensen

eerder minder gaan bewegen dan meer.

Het andere probleem is dat er nu ook veel

mensen rondlopen met astma van wie door

de hulpverleners wordt gezegd: ‘Ja, maar je

bent gewoon wat te dik, daarom ben je

benauwd.’ Dan worden goed te behandelen

astmaklachten niet aangepakt.’

De huisarts is vaak degene die de diagnose

astma stelt. ‘Dat gaat vrijwel altijd goed,’

benadrukt Braunstahl. ‘Van oudsher

wordt de diagnose astma gesteld met

de stethoscoop. Hoort een arts gepiep in

de longen? Dan is het astma, want alles wat

piept is astma. Alleen bij extreem dikke

mensen geldt dat helaas niet altijd. Je hebt

dikke mensen die ook piepen, voornamelijk

na inspanning, maar die strikt gezien geen

astma hebben. Het is waarschijnlijk de

locatie van het vet die veroorzaakt dat die

mensen vernauwde luchtwegen hebben.

De klassieke astmamedicijnen slaan dan

niet aan.

Is het astma of ben je te dik?Omdat dikke mensen een categorie vormen

bij wie het lastig is vast te stellen of het astma

is of het overgewicht, zou het wat mij betreft

heel verstandig zijn om bij het vermoeden

van astma bij deze categorie patiënten

altijd een longfunctieonderzoek te doen.

Dan kun je een betere diagnose stellen.’

Als Gert-Jan Braunstahl praat over mensen

die te dik zijn, bedoelt hij ‘mensen met

extreem overgewicht, een BMI van boven

de 35. Het gemiddelde BMI van de groep

die we hebben onderzocht, lag rond de 44.

Om een indruk te geven: dat zijn mensen

van 1.70 meter met een gewicht van

rond de 130, 140 kilogram. Die mensen

krijgen allerlei klachten, niet alleen van

kortademigheid, maar ook suikerziekte,

hoge bloeddruk, gewrichtsklachten en

stoornissen in de vetstofwisseling.

« Waar we naartoe

moeten is dat we

grondig kijken wat

de benauwdheid

veroorzaakt »

Uit wetenschappelijke literatuur blijkt dat

astma ook een belangrijke factor is.

Maar er is ook verwarring in de literatuur.

Statistieken laten zien dat de kans op astma

zestig procent groter is bij dikke mensen.

Maar ja: hoe is de diagnose astma in dit

soort onderzoeken gesteld? Dat blijkt vaak

zonder gedegen longfunctieonderzoek te

zijn. Dus waar we naartoe moeten, is dat

we grondig kijken wat de benauwdheid

veroorzaakt. Is het inderdaad een ontsteking

waar we met medicijnen iets aan kunnen

doen? Of wordt de benauwdheid alleen

veroorzaakt doordat de patiënt dik is?

In dat laatste geval hebben astmamedicijnen

geen zin.’

Unieke studieDe studie die in het Sint Franciscus Gasthuis

is gedaan, is uniek omdat er voor het eerst

hapjes uit de luchtwegen van patiënten zijn

genomen. Braunstahl: ‘Bij slanke mensen

met astma vind je in de luchtwegen een

bepaald type ontsteking. De eerste resultaten

laten nu zien dat dit type bij dikke mensen

minder vaak voorkomt. Dat betekent dat

ze een ander type astma hebben.

Het onderzoek van Astrid van Huisstede

heeft aangetoond dat de klachten verdwijnen

als ze afvallen. Dan kun je de medicatie

afbouwen, de longfunctie verbetert, de over-

gevoeligheid van de luchtwegen neemt af.

De vraag blijft: is het astma of toch iets

anders? Hoe werkt astma in deze categorie

patiënten? Dat moeten we zien te ontrafelen.’

Vele soorten astma

Astma komt in Nederland voor bij zo’n acht

procent van de bevolking; maar drie procent

van de bevolking wordt behandeld.

Onder mensen met extreem overgewicht

zou het percentage twaalf tot vijftien

zijn. Bij slanke mensen met astma is de

behandeling vooral gericht op het remmen

van de ontsteking. ‘Belangrijk is dat mensen

deze ontstekingsremmers blijven gebruiken,

anders komt de astma weer terug.

Astma verdwijnt nooit, het is een chronische

aandoening. Bij obesen wordt astma vaak

op latere leeftijd vastgesteld. Deze astma

verdwijnt als het gewicht drastisch is

afgenomen. Dat is dus een wezenlijk

verschil ten opzichte van astma bij mensen

zonder obesitas.’ De laatste jaren is

vastgesteld dat er vele soorten astma zijn.

Elke soort heeft zijn eigen behandeling

nodig. ‘Ons onderzoek heeft veel nieuw

inzicht verschaft,’ zegt Gert-Jan Braunstahl.

15SINT FRANCISCUS GASTHUIS

Gert-Jan Braunstahl, longarts

« Ons onderzoek heeft

veel nieuw inzicht verschaft »

Page 16: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

WETENSCHAPPELIjk MAGAZINE 2013 / 201416

De eSSentie van het OnDerzOek

Tot het werk van de jonge arts-onderzoeker

hoort ook het sturen van kerstkaarten.

Daar kwam Astrid van Huisstede (31)

proefondervindelijk achter. Want als je

honderd mensen bereid hebt gevonden

om aan je onderzoek mee te werken,

moet je ze wel blijven motiveren.

kans op astma groter naarmate je zwaarder bent ‘Ik vroeg nogal veel van ze,’ geeft de longarts

in opleiding toe. ‘Ze waren een hoop tijd kwijt

voor mijn onderzoek. Dus om te voorkomen

dat ze het voor gezien hielden, schreef ik

nieuwsbrieven, stuurde ik kerstkaarten – alles

om ze erbij te houden. Ik had van tevoren

niet gedacht dat er zoveel bij een onderzoek

kwam kijken.’

Maar al doende sleepte ze ook prijzen in

de wacht: op Internistendagen in Maastricht

de prijs voor beste praatje en op de jaarlijkse

wetenschapsdag van het Sint Franciscus

Gasthuis won ze de prijs voor beste

presentatie. Ze kwam, net afgestudeerd,

in 2007 in het Sint Franciscus Gasthuis

werken als arts-assistent.

Na twee jaar ben ik gevraagd om onderzoek

te doen. Ik had eerst mijn bedenkingen,

wilde niet dagelijks in een laboratorium

werken. Maar omdat ik veel direct contact

met patiënten zou hebben, zei ik ‘ja’.

Ik kreeg drie jaar voor het onderzoek.

Over een jaar hoop ik te promoveren en

intussen ben ik in opleiding tot longarts.’

Doel van het onderzoek was om vast te

stellen of astma bij obese mensen verdwijnt

als ze na een maagverkleining zijn afgevallen.

Astrid van Huisstede: ‘We zijn op het idee

gekomen om dit onderzoek te doen doordat

er steeds meer dikke mensen in de wereld

zijn en tegelijkertijd ook steeds meer mensen

met astma. Misschien heeft dat met elkaar

te maken, dachten we. Uit eerder onderzoek

was al gebleken dat de kans op astma groter

wordt naarmate je zwaarder bent. We wilden

kijken of de kans op astma afneemt als je

bent afgevallen.’

Uit het onderzoek bleek inderdaad dat

de longfunctie van mensen die obesitas

hadden in combinatie met astma duidelijk

verbeterd was na de operatie.

Maar opvallend genoeg deed die verbetering

zich ook voor bij obesen zonder astma.

Alle deelnemers aan het onderzoek heeft

Astrid zelf geworven. Iedereen die in het

Sint Franciscus Gasthuis voor een maag-

verkleining gaat, passeert de longarts

en dus Astrid van Huisstede.

‘Ik vroeg de mensen om mee te doen,

ik gaf informatie mee, belde ze op.

Het verzamelen van patiënten ging maar

langzaam. Toen ben ik op de maandelijkse

voorlichtingsavonden voor obesitaspatiënten

over mijn onderzoek gaan vertellen.

Dan hadden ze mij al een keer gezien als

ze bij mij kwamen, dat praatte makkelijker.

Nuttig onderzoekIk vroeg veel: ze moesten voor de operatie

twee keer komen en daarna nog eens vijf

keer. Steeds kostte hen dat zo’n twee, drie

uur. Longfunctieonderzoek, bloedprikken

en het belangrijkste was nog een broncho-

scopie. Dan kijk je in de longen en neem je

hapjes uit het weefsel. Daarvan zei iedereen:

‘Dat is toch onder narcose, dus dat is goed.’

Maar ik wilde dat een jaar na de operatie

nog een keer doen.

« Uiteindelijk werkten

honderd mensen

met obesitas mee »

Het was moeilijk om de mensen ervan

te overtuigen dat dat nuttig was...’

Uiteindelijk werkten honderd mensen met

obesitas mee: veertig patiënten met astma

die een operatie ondergingen, veertig

zonder astma die werden geopereerd

en twintig met astma die geen operatie

kregen.

Astrid van Huisstede, longarts in opleiding

« Ook kerstkaarten sturen hoort bij

wetenschappelijk onderzoek » De mogelijke relatie tussen obesitas en

de toename van astma werd onderzocht.

Bij het onderzoek kwamen longartsen

een nieuw probleem tegen: astma is bij

dikke mensen veel moeilijker te stellen dan

bij slanke mensen. Astrid van Huisstede

onderzocht 86 patiënten met obesitas.

Op grond van het verhaal werd bij 32

patiënten gedacht dat de patiënt leed aan

astma. Longfunctieonderzoek liet zien dat

dit bij slechts 59% van de patiënten het

geval was. Aan de andere kant werd bij

31% van de patiënten, waarvan de arts

dacht dat er geen sprake van astma was,

toch astma – via de longfunctie – vastgesteld.

Conclusie: bij extreem obese patiënten

moet de diagnose astma altijd gebaseerd

zijn op longfunctieonderzoek.

» Van Huisstede et al. (2013)

Underdiagnosis and overdiagnosis

of asthma in the morbidly obese.

Respiratory Medicine, 107, 1356-1364

De eerste onderzoeksresultaten zijn

intussen gepubliceerd. Astrid van Huisstede:

‘Daaruit blijkt in elk geval dat als je afvalt

het beter gaat met je astma.

Maar de belangrijkste resultaten komen

nog.’ Astrid van Huisstede maakt haar

onderzoek de komende maanden nog af.

Intussen is haar opvolgster Yasmine Türk

begonnen aan een vervolgonderzoek.

Page 17: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

SINT FRANCISCUS GASTHUIS 17SINT FRANCISCUS GASTHUIS

Henriëtte Rijsdijk nam deel aan het onderzoek van Astrid van Huisstede. Bij obesitaspatiënten die bariatrische chirurgie ondergingen, werd de longfunctie getest om de astma vóór en na de operatie te vergelijken.

‘Voor de operatie krijg je een blaastest. Dat gaat in fasen.

Ik kwam in eerste instantie niet verder dan de derde of de vierde

stap. Je moet blazen, bij elke stap krijg je iets meer stoffen die je

inademt en waar je eigenlijk niet tegen kan, je reageert er op.

Na de operatie kwam ik tot de achtste of de negende stap: je ziet

dus dat je veel minder reageert op allergische factoren. Dat is

winst, alleen voor de longen al,’ vertelt ze. Want ook in ander

opzicht heeft de maagverkleining Henriëtte Rijsdijk, die zelf

nascholingsbureau Mates runt en medisch advies, trainingen

en support geeft, goed gedaan. ‘Ik ben tweeënveertig kilogram

afgevallen,’ lacht ze. ‘Die operatie was om het gewicht te

verminderen. In eerste instantie heb je niet door wat dat betekent

voor je longproblemen. Dat je longen zo kunnen opknappen!

Ik had nooit verwacht dat ik met zoveel minder medicatie kan.’

Geen extra medicatie meer nodigHenriëtte was in een ander ziekenhuis in behandeling voor

haar astmaklachten. ‘Ik was heel goed ingesteld op de medicatie.

Ik kwam naar het Sint Franciscus Gasthuis, omdat ik een maag-

verkleining wilde. Toen werd ik gevraagd om mee te doen aan

het onderzoek. Natuurlijk deed ik graag mee. Pas na de operatie

– om de twee maanden moest ik terugkomen voor de vervolg-

onderzoeken – kwam ik erachter dat mijn overgewicht terdege

had meegespeeld bij mijn longproblemen. Vóór de operatie had

ik bij een infectie antibiotica nodig. Nu gebruik ik, net als ieder

ander die wel eens verkouden is, misschien één pufje meer,

maar geen antibiotica.’

Andere fysieke klachten had ze eigenlijk niet, zegt ze. ‘De klachten

die ik had, gingen in mijn hoofd zitten. Ik vond het niet prettig

meer om op foto’s te gaan, ik kreeg een schaamtegevoel. Ik had

nog geen diabetes of verhoogd cholesterol, maar dat zat eraan te

komen als ik op dezelfde manier was doorgegaan. Van origine

ben ik verpleegkundige, dus ik wist waar overgewicht toe kan

leiden. Bij mij was er een medische oorzaak: mijn schildklier

functioneerde niet.’ Zo kwam Henriëtte Rijsdijk in het Sint

Franciscus Gasthuis, het ziekenhuis waar ze ooit haar opleiding

had gedaan. Ze doorliep het hele traject en pas bij de longarts

realiseerde ze zich dat haar astmaklachten met haar overgewicht

samenhingen: ‘Ik had ze nooit zo herkend, die problemen.

Ze waren er gewoon, altijd.’

Beste beslissing ooitDe beslissing om een maagverkleining te ondergaan, was

‘de beste die ik ooit heb kunnen nemen,’ zegt Henriëtte Rijsdijk

nu, ‘met alle gezondsheidsvoordelen die ik erbij heb gekregen.’

Ze werd op vrijdag geopereerd en die zondagmiddag liep ze

alweer met de hond in het park. ‘Bij mij is het heel snel gegaan.

Ik was binnen tien dagen weer aan het werk. Complicaties bleven

achterwege.’ Haar man, die volledig achter haar stond, had in

het begin wel moeite met haar nieuwe eetgewoonten.

‘Doordat ik zo weinig at, één of twee hapjes, had hij het gevoel

dat hij zat te schransen,’ lacht ze.

Een advies van Henriëtte Rijsdijk, adviseren is nu eenmaal haar

werk: ‘Een maagoperatie is niet het summum, zoals wel wordt

gedacht: dan kun je alles weer doen wat je wilt en eten wat je

wilt... Dat is niet zo.’ Er zijn trouwens ook mensen, zegt ze, die je

om je maagverkleining veroordelen. Die vinden dat je profiteert

van de verzekering. Of ze zeggen: ‘Ja, lekker makkelijk op die

manier. Zo kan ik het ook.’ Nog één laatste advies dan: ‘Trek je er

niets van aan. Het is maar een mening.’

‘ Ik had mijn astma nooit in verband gebracht met mijn overgewicht’

Patiënt verteltaStMa & COPD

17

Page 18: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

NR2

WETENSCHAPPELIjk MAGAZINE 2013 / 201418

vormen in ons land de belangrijkste oorzaak van overlijden. De oorzaak

van hart- en vaatproblemen is onder andere cholesterol- en vetafzetting

in de vaatwand. Het risico op hart- en vaatziekten is voor mannen groter

dan voor vrouwen en neemt toe naarmate u ouder wordt.

verBanD OBeSitaS, DiaBeteS en hart- en vaatziekten

Obesitas is een belangrijke risicofactor voor het ontstaan

van diabetes en hart- en vaatziekten of gewrichtsproblemen.

Bij obesitas is de vetstofwisseling ernstig verstoord.

Daardoor is niet alleen het cholesterolgehalte te hoog, maar

worden ook andere afwijkingen gevonden die het risico op

hart- en vaatziekten vergroten.

Een belangrijke afwijking is dat mensen met obesitas na

een vette maaltijd veel meer vetten in het bloed krijgen dan

slanke mensen. Deze vetten veroorzaken ontstekingen van

de door aderverkalking aangetaste bloedvaten. Hierdoor kan

een hart- of herseninfarct optreden.

Nu gebleken is dat een maagverkleining leidt tot het verdwijnen

van suikerziekte (diabetes) als gevolg van overgewicht, is

het de verwachting dat diabetes patiënten met een BMI lager

dan 35 wellicht in de toekomst ook in aanmerking komen

voor een maagverkleining.

hart- & vaatziekten

Page 19: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

NR2

SINT FRANCISCUS GASTHUIS 19

Facts & Figures hart- & vaatziekten

9 riSiCOFaCtOren hart- & vaatziekten

rOken

te weinig liChaaMS- Beweging

OngezOnDe vOeDing

OvergewiCht

hOOg ChOleSterOl

hOge BlOeDDruk

DiaBeteS

OverMatig alCOhOlgeBruik

erFelijkheiD

12345

6789

1 OP De 3 Nederlanders sterft aan een hart- of vaatziekte. In 2011 was dit aantal

39.000

60-70x p.min.bij een volwassene in rust

150-180x p.min.bij een volwassene tijdens inspanning

nOrMaal hartritMe

Page 20: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

WETENSCHAPPELIjk MAGAZINE 2013 / 201420

‘ Elke keer als we vet eten,

worden de vetten samen

met cholesterol als een

soort pakketjes afgegeven

aan de bloedbaan’

Onderzoek rol cholesterol en bloedcellenhart- & vaatziekten

Page 21: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

SINT FRANCISCUS GASTHUIS 21

Van slagroom- proeven naar rode bloedcellen Het cholesterolgehalte in het bloed kan nauwkeuriger worden

vastgesteld door op een andere dan de gangbare manier te

meten. Hierdoor verkleint het risico op hartfalen. Tot die

conclusie komt arts-onderzoeker en promovendus Boudewijn

klop. Het is één van de ontdekkingen die hij de afgelopen

drie jaar deed tijdens zijn onderzoek naar de rol die cholesterol

en bloedcellen spelen bij het ontstaan van aderverkalking.

Pakketjes voor de bloedbaanWe ontmoeten hem in het Diabetes- &

Vasculaircentrum van het Sint Franciscus

Gasthuis: ‘Elke keer als we vet eten,

bijvoorbeeld door naar de McDonald’s

te gaan, worden de vetten samen met

cholesterol als een soort pakketjes afgegeven

aan de bloedbaan. De pakketjes activeren

de witte bloedcellen en die reageren erop

alsof het bacteriën zijn. Witte bloedcellen zijn

de afweercellen, die bacteriën en virussen

opruimen. Eenmaal geactiveerd, wordt hun

buitenkant plakkerig: de bacteriën plakken

eraan vast. Maar de cellen kunnen ook

aan de vaatwand plakken en daar schade

veroorzaken. We hebben gekeken of we

dat konden verminderen met vitamine D.’

SlagroomproevenOm daarachter te komen, heeft Boudewijn

Klop een aantal proefpersonen slagroom-

proeven ‘aangedaan’. Hij gebruikt dat woord

met opzet, want het was voor de proef-

personen bepaald geen pretje om een flinke

beker ongeklopte slagroom leeg te drinken.

Om er nog maar van te zwijgen dat de

arts-onderzoeker vervolgens om de twee uur

bloed afnam om te kijken in welke mate

de witte bloedcellen zich lieten prikkelen

door het cholesterol dat met de slagroom mee

naar binnen was gekomen. Bovendien kregen

de proefpersonen een dosis vitamine D

toegediend, voldoende voor drie maanden.

Na een week moest dan opnieuw de beker

slagroom tot de bodem worden opgedronken,

waarna Boudewijn Klop opnieuw bloed

afnam. ‘Wat ik zag, was dat de vaatfunctie

verbeterde na de vitamine D. De slagaders

werden elastischer. Ook nam de activatie

van de witte bloedcellen af, maar dat was

alleen bij vrouwen, niet bij mannen.

Dat is heel verwonderlijk. Mijn opvolgster,

Marijke de Vries, gaat dat verder uitzoeken.

Misschien zijn geslachtshormonen hierop

van invloed,’ zegt Boudewijn Klop.

Spannende zoektochtZoals dat gaat met wetenschappelijk onder-

zoek, leidt de ene veronderstelling tot de

volgende. Als de pakketjes vet en cholesterol

een verbinding aangaan met witte bloed-

cellen, gebeurt dat misschien ook met de

rode bloedcellen. Eerst legt Boudewijn Klop

uit dat cholesterol en vet niet in water

kunnen oplossen en daarom alleen met

een trucje in de bloedbaan terecht kunnen

komen. Ze worden verpakt met een oplos-

baar eiwit. ‘Door het eiwit te meten, krijg je

een idee van de hoeveelheid pakketjes die

ronddrijven in het bloed,’ zegt Boudewijn

Klop. Het bleek dat we dat specifieke eiwit

ook konden zien op de rode bloedcellen.

Dat betekent dus dat daar ook cholesterol-

pakketjes aan vastgeplakt zitten.

We dachten: alles wat aan de rode bloed-

cellen geplakt zit, kan niet in de vaatwand

gaan zitten. Misschien beschermen de rode

bloedcellen op die manier tegen hart- en

vaatziekten. ’Onderzoek bij meer dan

vierhonderd mensen wees uit dat mensen

zónder hart- en vaatziekten inderdaad meer

rode bloedcellen hadden die cholesterol-

pakketjes meevoeren dan mensen mét

zo’n aandoening. ‘Dus het lijkt inderdaad een

beschermende factor te zijn,’ concludeert

Boudewijn Klop, die erop wijst dat dit bij

een standaard cholesterolmeting buiten

beschouwing wordt gelaten. ‘Het is nu zaak

om te kijken of er manieren zijn om de

binding van cholesterol aan de rode bloed-

cellen te bevorderen om zo het risico op

hartfalen te verminderen. Dat onderzoek

staat nog in de kinderschoenen. Het is

een spannende zoektocht.’

Een beroerte of hartaanval is meestal een

gevolg van aderverkalking, een ziekte van

bloedvaten waarbij stapeling van vetten,

ontsteking en stolselvorming een grote rol

spelen. Voedingsvetten worden opgenomen

in de darmen en na binding aan rode bloed-

cellen naar de weefsels vervoerd. Gebonden

aan rode bloedcellen, kunnen deze vetten

geen kwaad. Echter, bij onvoldoende binding

kunnen deze vetten opstapelen in bloedvaten

en leiden tot aderverkalking. Boudewijn Klop

en andere betrokken onderzoekers toonden in

hun studie aan dat aderverkalking inderdaad

veel erger is bij patiënten bij wie de vetten

minder goed aan rode bloedcellen binden.

Daarnaast toonde hij aan dat rode bloedcellen

van patiënten met bloedgroep 0 beter vetten

binden (en dus beter tegen aderverkalking

beschermen) dan rode bloedcellen van

patiënten met bloedgroep A, B of AB.

» klop, B., et al. Erythrocyte-Bound Apoli-

poprotein B in Relation to Atherosclerosis,

Serum Lipids and ABO Blood Group.

PLoS ONE 2012; (8), 9: e75573

De eSSentie van het OnDerzOek

Page 22: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

Twee proefpersonen en de ‘cholesterolbol’

‘ Het was best heftig om aan mee te werken’

Als kind droom je ervan: een hele bak slagroom achteroverslaan. Claudio Bartolozzi

en Ati Wijma hadden het excuus dat het voor de wetenschap was. Maar als je hen

er nu naar vraagt, trekken ze nóg een vies gezicht.

WETENSCHAPPELIjk MAGAZINE 2013 / 201422

Proefpersonen aan het woord hart- & vaatziekten

Page 23: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

Jullie hebben meegedaan aan het onder- zoek van arts-onderzoeker Boudewijn Klop. Hoe kennen jullie Boudewijn? Claudio: ‘Ik ben zijn vaste meubelmaker.

Boudewijn doet veel met kunst. Hij is

een keer naar me toe gekomen voor een

sokkeltje en zo is een vriendschap ontstaan.’

Ati: ‘Boudewijn is ook kunstenaar en

boetseert naar model, ik ben een zeer veel

gebruikt model van Boudewijn. Er moeten

veel sokkels van Claudio onder mijn

beeltenis bestaan. Ook ik ben al jarenlang

bevriend met Boudewijn. Via de kunst.’

Claudio en Ati hadden al aan eerdere

onderzoeken van Boudewijn Klop meege-

werkt. Toen deze in het Sint Franciscus

Gasthuis ging samenwerken met dr. Manuel

Castro Cabezas, had hij voor het onderzoek

dat hij ging doen nog een paar gezonde

personen nodig met een normaal lichaams-

gewicht. Dat werden Claudio en Ati dus.

De enthousiaste onderzoeker vertelde

tijdens een etentje wat het onderzoek

behelsde. ‘We waren met zes, zeven man,’

herinnert Ati zich. ‘Iemand aan tafel zei:

‘Boudewijn, hou op, we zitten te eten!’

Toen viel voor het eerst het woord

cholesterolbol.’ Claudio: ‘Ik had nog

nooit van een cholesterolbol gehoord.’

Ati: ‘Maar het is een tijdje een wezenlijk

onderdeel van ons leven geweest.

Ook al stap je niet onbezonnen in zo’n

onderzoek, je staat er toch niet goed

bij stil wat het is, zo’n dagopname. Je krijgt

een infuus, je hebt het idee dat je veroor-

deeld bent tot één plek ergens hoog in

het Sint Franciscus Gasthuis, zo nu en dan

komt er een rennende dokter Klop binnen

die een paar dingen doet en dan weer

wegrent. En er was vrij veel bloed... En dat

twee keer achter elkaar met een week

ertussen. Ja, het was heel anders dan ik

had verwacht. Het is ook wel gek: je gaat

apegezond het ziekenhuis in en je komt

er ’s avonds strompelend uit. Je hebt niets

gegeten. Het was best zwaar en heftig om

aan mee te werken.’

« Je gaat apegezond

het ziekenhuis in en

komt er ’s avonds

strompelend uit »

Claudio: ‘Het begon eigenlijk al de avond

ervoor.’ De dagopname begon met een

eerste onderzoek van een half uur en

daarna om de twee uur een bloedafname.

Belangrijk onderdeel was het wegwerken van

een beker slagroom. Ongeslagen slagroom.

Alles bij elkaar werden Ati en Claudio van

8.00 tot 17.30 uur beziggehouden.

Ati was proefpersoon in de winter, Claudio in

het voorjaar. ‘Het was een prachtige, zonnige

dag, maar omdat vitamine D een rol speelde

in het onderzoek, mocht ik onder geen

beding in de zon komen.’ Want om te kijken

wat vitamine D doet met cholesterol, kregen

de proefkonijnen aan het einde van de dag

een hoge dosis vitamine D toegediend.

(Zie ook het interview met Boudewijn Klop

op pagina 20 en 21).

Hebben jullie dit voor de wetenschap gedaan? Ati: ‘Ik moet eerlijk zeggen: ik doe dit soort

dingen voor Boudewijn. Hij vindt het leuk om

mij te betrekken bij zo’n onderzoek. Ik denk:

waarom niet? Dus ik heb niet het idee dat

ik dit voor het maatschappelijk belang heb

gedaan. Het is meer dat Boudewijn hard aan

zijn carrière werkt, als ik hem daarbij kan

helpen, doe ik dat graag.’

Wat merk je van zo’n hoge dosis vitamine D? ‘Niets, behalve dat je meer dan genoeg

vitamine D in je systeem hebt,’ zegt Ati.

‘Dat is wel prettig, want het is iets waar je

heel snel een tekort aan hebt. Je moet het

van het zonlicht hebben en van vette vis.’

Claudio: ‘Maar er iets van merken? Nee.’

Van die slagroom wel waarschijnlijk? Ati: ‘Ik had er niet zo’n moeite mee.

Het is gewoon een kwestie van de andere

kant opkijken en doen wat je moet doen.’

« Arts-onderzoeker Boudewijn Klop:

‘Elke keer als we vet eten, worden de vetten

samen met cholesterol als een soort

pakketjes afgegeven aan de bloedbaan. »

SINT FRANCISCUS GASTHUIS 23

Obesitas is een belangrijke risicofactor voor

het ontstaan van hart- en vaatziekten.

Bij obesitas is de vetstofwisseling ernstig

verstoord. Daardoor is niet alleen het choles-

terolgehalte te hoog, maar worden ook andere

afwijkingen gevonden die het risico op hart-

en vaatziekten vergroten. Een belangrijke

afwijking is dat mensen met obesitas na een

vette maaltijd veel meer vetten in het bloed

krijgen dan slanke mensen. Deze vetten

veroorzaken ontstekingen van de door ader-

verkalking aangetaste bloedvaten. Hierdoor

kan een hart- of herseninfarct optreden.

Het onderzoek van Boudewijn Klop richt zich

op de vetten in het bloed en de ontsteking

die hiervan een gevolg is.

De eSSentie van het OnDerzOek

Page 24: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

WETENSCHAPPELIjk MAGAZINE 2013 / 201424

Verlagen van risico op hart- en vaatziekten bij patiënten met reumatoïde artritis

24

Deborah van Breukelen en haar opleider,

reumatoloog dr. Jendé van Zeben, genieten

nog na van het goede bericht dat de eerste

publicatie (een overzicht van de huidige

literatuur over het cardiovasculaire risico van

RA-patiënten) van Deborah van Breukelen

is geaccepteerd in het vooraanstaande

medisch tijdschrift Atherosclerosis. ‘Ik ben

heel blij met deze publicatie,’ benadrukt

Jendé van Zeben.

‘Deborah heeft de FRANCIS-studie van

de grond af opgebouwd en dan is het zeer

motiverend om te starten met een publicatie

in zo’n mooi tijdschrift.’ Deborah van

Breukelen zelf lijkt wat meer gelaten onder

het goede nieuws, maar haar ogen stralen.

‘Soms wil je het onderzoek het liefste in

de prullenbak gooien. Dan zitten dingen

tegen of duurt het allemaal langer dan je

wilt. Maar je gaat toch altijd weer verder,

Patiënten met reumatoïde artritis hebben een verhoogd risico op hart- en vaatziekten.

Uit onderzoek van reumatoloog Deborah van Breukelen blijkt dat maar liefst tachtig procent van

deze patiënten een te hoog cholesterol heeft, waarvoor zij niet of onvoldoende worden behandeld.

De FRANCIS-studie die zij uitvoert, moet aantonen wat de beste aanpak voor deze patiënten

is om het risico op hart- en vaatziekten te verlagen.

Deborah van Breukelen is net

klaar met haar opleiding tot

reumatoloog en werkt sinds kort

in het ziekenhuis in Ede.

Zij heeft nog één dag per week

ter beschikking voor de FRANCIS-

studie. De voorbereidingen

voor deze studie startten in 2010

en in 2011 is het onderzoek

daadwerkelijk van start gegaan.

Jendé van Zeben doet al haar

hele leven onderzoek naar

reumatoïde artritis.

Onderzoek risico hart- en vaatziekten FranCiS-studie

Page 25: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

SINT FRANCISCUS GASTHUIS 25

zeker als je dit soort steuntjes in de rug

krijgt.’ Deborah van Breukelen is net klaar

met haar opleiding tot reumatoloog en

werkt sinds kort in het ziekenhuis in Ede.

Zij heeft nog één dag per week ter

beschikking voor de FRANCIS-studie.

De voorbereidingen voor deze studie startten

in 2010 en in 2011 is het onderzoek

daadwerkelijk van start gegaan. ‘In 2011

werd ook de richtlijn gepubliceerd waarin

vermeld werd dat reumatoïde artritis een

sterk verhoogd risico geeft op hart- en

vaatziekten. Er is echter nog nooit gekeken

naar de effecten van mogelijke behande-

lingen. Daar kijkt deze FRANCIS-studie

naar.’ Deborah van Breukelen werkt nauw

samen met dr. Manuel Castro Cabezas.

Deze doet onderzoek naar vasculaire

factoren en runt het Diabetes- & Vasculair-

centrum (een expertisecentrum) in

het Sint Franciscus Gasthuis.

Onvoldoende behandelingPatiënten met reumatoïde artritis worden

in de studie van Deborah van Breukelen

onderzocht op cardiovasculaire risicofactoren.

‘Als zij een zeer hoog risico blijken te hebben,

worden ze direct behandeld. Dit geldt

gelukkig slechts voor een paar procent van

de patiënten die we onderzocht hebben.’

De andere patiënten kunnen aan de

FRANCIS-studie meedoen en worden via

loting naar willekeur ingedeeld in een groep

die onder behandeling in het ziekenhuis

blijft en een groep die voor behandeling naar

de huisarts wordt verwezen.

‘Inmiddels zijn ruim driehonderd patiënten

opgenomen in de studie en zijn de eerste

resultaten beschikbaar,’ vertelt Deborah van

Breukelen. ‘We willen de patiënten vijf jaar

lang volgen en hopen verschillen tussen de

groepen te kunnen zien in het optreden van

hart- en vaatziekten.’ De resultaten van het

eerste bezoek van de patiënten zijn bekend.

‘Het blijkt dat tachtig procent van de patiënten

een te hoog cholesterol heeft,’ legt zij uit.

‘Het cholesterolgehalte werd in het verleden

vaak niet gecontroleerd. Nu we het wel

controleren en behandelen, blijkt dat de

behandeling vaak onvoldoende is. Er is dus

sprake van onderdiagnose én onderbehan-

deling.’ De voorlopige conclusie is dat er te

weinig aandacht is voor de cardiovasculaire

risicofactoren bij deze groep patiënten.

‘De huisarts denkt dat de reumatoloog erop

let en de reumatoloog denkt dat de huisarts

erop let. En ondertussen gebeurt er niets.’

Verdieping van de discussieWat er precies uit haar onderzoek komt,

durft Deborah van Breukelen nog niet goed

te voorspellen. ‘Wellicht kan ik bevestigen

dat er inderdaad een sterk verhoogd risico

op hart- en vaatziekten is en kan ik aantonen

dat behandelen van cardiovasculaire risico-

factoren heel belangrijk is. Dat zou prima

zijn. Maar ik ben net zo blij met de uitkomst

als er geen effect van strikte behandeling

van de risicofactoren blijkt te bestaan.

Dat verdiept de discussie hoe je nu reuma

moet behandelen.’

« Onderzoek geeft verdieping

van je vak en daarmee

verbetering van de zorg »

Haar promotor, Jendé van Zeben, is niet zo

overtuigd dat het risico op hart- en vaatziekten

zo sterk verhoogd is, zoals nu wordt veronder-

steld. ‘Dat is echt overdreven,’ vindt zij.

‘Wellicht dat vroeger, toen we minder streng

behandelden, de ontstekingen door het

lichaam gierden en daardoor een verhoogd

risico ontstond. Maar nu zijn we heel goed

in het behandelen van reuma en lijkt mij

een dergelijk hoog risico onwaarschijnlijk.

Maar we weten hier gewoon nog onvoldoende

over.’ Jendé van Zeben doet al haar hele

leven onderzoek naar reumatoïde artritis.

‘Onderzoek uitvoeren houdt je bij de les

en geeft verdieping van je vak en daarmee

verbetering van kwaliteit van zorg. Op basis

van de eerste resultaten van Deborah’s

onderzoek, controleer ik vaker het choleste-

rolgehalte van mijn patiënten.’ Beiden zijn

best trots op wat ze in korte tijd voor elkaar

hebben gekregen en de resultaten die nu al

geboekt zijn.

Deborah van Breukelen wil nog wel even

gezegd hebben dat dit niet mogelijk was

geweest zonder de inzet van het laborato-

rium. ‘De onderzoekscoördinator Gert Jan

van der Geijn doet heel veel werk voor ons.

Dat maakt dat de studie loopt en ook nog

eens binnen de geplande tijd.’

De reumatologen van het Sint Franciscus

Gasthuis werken in verschillende studies

samen met andere ziekenhuizen.

Hieronder een greep uit deze studies:

• FRANCIS-studie: Er wordt verondersteld

dat reumatoïde artritis een sterk verhoogd

risico geeft op hart- en vaatziekten.

De FRANCIS-studie kijkt of een strikte

behandeling van risicofactoren, zoals

een hoog cholesterol en hoge bloeddruk,

effect heeft op het risico op hart- en

vaatziekten bij deze patiënten met reuma.

• POEET-studie: samen met het Radboud

universitair medisch centrum wordt in

deze studie onderzocht of patiënten met

reumatoïde artritis die TNF-blokkers

gebruiken en al langere tijd klachtenvrij

zijn, met deze geneesmiddelen kunnen

stoppen.

• TARA-onderzoek: samen met Erasmus MC

wordt ook gekeken naar afbouwen van

medicatie bij reumatoïde artritis, zowel

TNF-blokkers als andere geneesmiddelen

die bij reuma worden gebruikt.

• tREACH-studie: samen met Erasmus MC

en Maasstad Ziekenhuis wordt in deze

studie gekeken naar de vroegbehandeling

van reumatoïde artritis en naar mogelijke

combinaties van geneesmiddelen.

• PREDICT-studie: samen met Erasmus MC

wordt in deze studie gekeken naar

de therapietrouw bij patiënten met

reumatoïde artritis.

Breukelen-van der Stoep, D.F. van, et al.

Cardiovasculair risk in rheumatoid arthritis:

how to lower the risk? Atherosclerosis 2013;

231: 163-172

FRANCIS staat voor Franciscus Rheumatoid

Arthritis and Cardiovascular Intervention

Study en is een gezamenlijk onderzoek van

de afdelingen Reumatologie en Interne

Geneeskunde van het Sint Franciscus Gasthuis.

De eSSentie van het OnDerzOek

Page 26: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

WETENSCHAPPELIjk MAGAZINE 2013 / 201426

Vaak is een laag natriumgehalte een toevalsbevinding, want patiënten hebben geen klachten.

Soms echter kan een tekort aan natrium leiden tot bewusteloosheid of zelfs overlijden.

Cyndie Mannesse, geriater in het Vlietland Ziekenhuis, onderzoekt alle ins en outs van

natrium bij ouderen.

Cyndie Mannesse werkt parttime

als geriater in het Vlietland

Ziekenhuis en besteedt de overige

werkdagen aan haar onderzoek.

‘Als geriater en klinisch

farmacoloog gaat mijn interesse

vooral uit naar bijwerkingen van

psychotrope geneesmiddelen

bij ouderen,’ vertelt Cyndie

Mannesse.

Het Vlietland Ziekenhuis is onderdeel van de Sint Franciscus/Vlietland Groep

26

GERIATRIE

Ideeën voor onderzoek ontstaan in de praktijk

De geheimen van natrium ontrafelen

Psychotrope geneesmiddelen zijn medicijnen

die invloed hebben op de psyche, bijvoor-

beeld antidepressiva en antipsychotica.

Een bekende bijwerking van één van

de soorten anti-depressiva, de SSRI’s

(waarvan Prozac het bekendste voorbeeld

is), is een verlaging van het natriumgehalte

in het bloed.

‘Als er weinig natrium in het bloed zit en

meer in de cellen, gaan de cellen water

opnemen. Dan kunnen ze opzwellen.

Als dat in de hersencellen gebeurt, kan dat

leiden tot vage verschijnselen, maar ook tot

bewusteloosheid of mensen kunnen er zelfs

aan overlijden,’ aldus Cyndie Mannesse.

Zij startte haar onderzoek met een grote

Onderzoek natrium bij ouderengeriatrie

Page 27: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

SINT FRANCISCUS GASTHUIS 2727SINT FRANCISCUS GASTHUIS

De eSSentie van het OnDerzOek

Matige verlaging natriumgehalte

Geriatrie

Intensive Care

Andere afdelingen

Verpleeghuizen

NaSodium

22,2%

17,2%

6%18,8%

NaSodium

4,5%10,3%

0,8%

Ernstige verlaging natriumgehalte

literatuurstudie, om te kijken wat er bekend

was over het voorkomen van laag natrium-

gehalte. Daaruit bleek dat matig verlaagd

natriumgehalte bij bijna een kwart van

de patiënten op een geriatrische afdeling

voorkomt en ernstig verlaagd natrium bij

bijna vijf procent (zie infographic rechts-

onderaan). De volgende stap in haar

onderzoek was om te kijken hoe vaak laag

natrium voorkomt bij ouderen die niet alleen

SSRI’s maar ook andere antidepressiva

gebruiken, welke risico-factoren er zijn en

welk mechanisme eraan ten grondslag ligt.

Effect op de nierenDe eerste resultaten van dit vervolgonderzoek

zijn recentelijk gepubliceerd. ‘De meest

opvallende bevinding: we zagen een laag

natriumgehalte bij zowel SSRI’s als andere

typen anti-depressiva’, aldus Cyndie

Mannesse.

‘Dat hadden we niet verwacht. We dachten

altijd dat het voorkomen van laag natrium

iets te maken had met de invloed van SSRI’s

op de hormoonhuishouding in de hersenen.

Dat bleek niet het geval, die hormonen

deden keurig hun werk. We denken nu

dat er mogelijk sprake is van een algemeen

effect van antidepressiva op het niveau van

de nieren.’

« Als er weinig natrium

in het bloed zit en meer

in de cellen, gaan de

cellen water opnemen »

Cyndie Mannesse vond in haar onderzoek

een aantal risicofactoren dat van invloed

is op het voorkomen van laag natrium.

‘Eén van die risicofactoren is een laag

natrium in de voorgeschiedenis van de

patiënt, dat zegt iets over de gevoeligheid,’

legt zij uit. ‘Ook een laag lichaamsgewicht

is een risicofactor, omdat patiënten bij een

laag gewicht ook minder lichaamswater

hebben.’

De derde risicofactor die Cyndie Mannesse

gevonden heeft, is een bijzondere: de aan-

wezigheid van een psychose. ‘Dat is een

bijzondere bevinding die nog nooit eerder is

gevonden.’ Cindy heeft nu vier onderzoeken

gepubliceerd.

Is het oorzaak of gevolg?Waar het natuurlijk om gaat is de klinische

impact van haar studies. ‘Ik wil het probleem

van een laag natriumgehalte graag op

het netvlies van mijn collega’s krijgen,’

legt zij uit. ‘Het wordt steeds duidelijker dat

een matige verlaging van het natriumgehalte

gepaard kan gaan met een hogere sterfte-

kans, vermindering van kennis, vallen,

botbreuken, et cetera. Lang hebben we

gedacht dat een laag natrium een uiting

was van een ernstige ziekte.

« Een te laag natrium-

gehalte geeft soms

ernstige neurologische

verschijnselen »

Maar er komen steeds meer aanwijzingen

dat het de oorzaak is en niet het gevolg.’ Met

collega’s bedoelt Cyndie Mannesse dan niet

alleen haar collega-specialisten, maar ook de

huisartsen. ‘Het staat helaas nog niet in de

standaard van de huisartsen om na

het starten met een plaspil, te controleren

op het natriumgehalte. Omdat een te laag

natrium soms ernstige neurologische

verschijnselen geeft, zou het fijn zijn als

de huisarts wat alerter wordt op het voor-

komen van laag natrium.’

Nieuwsgierigheid is haar belangrijkste

drijfveer om door te gaan met haar onder-

zoek. ‘Het is best bijzonder om als arts

naast patiëntenwerk ook onderzoek te doen.

Meestal is daar namelijk onvoldoende tijd

voor. Gelukkig werk ik in een ziekenhuis met

heel goede ondersteuning voor onderzoek.

Ik ben gelukkig met mijn huidige werkvorm,

want echte goede ideeën voor klinisch

relevant onderzoek ontstaan toch in de

praktijk.’

Een te laag natriumgehalte in het bloed

wordt nogal eens bij toeval gevonden, zonder

dat de patiënt er last van heeft. Maar soms

kan een laag natriumgehalte leiden tot

bewusteloosheid of zelfs overlijden. In de

studie van Cyndie Mannesse werd gekeken

hoe vaak een laag natriumgehalte voorkomt

op geriatrische afdelingen. Een matige

verlaging van het natriumgehalte werd

gevonden bij 22% van de patiënten

(op andere afdelingen 6%) en een ernstig

verlaagd natrium bij 4,5% (op andere

afdelingen 0,8%). Een laag natriumgehalte

is bij de geriatrische patiënt een vaak

voorkomend  probleem. Geriaters worden

geadviseerd hier goed op te letten.

» Mannesse, C., et. al. Prevalence of

hyponatremia on geriatric wards

compared to other settings over four

decades: A systematic review. Ageing

Research Reviews 2013; 12: 165-173

Natriumgehalte bij patiënten op

verschillende afdelingen

(Bron: onderzoek Cyndie Mannesse)

Page 28: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

WETENSCHAPPELIjk MAGAZINE 2013 / 201428

PrOStaat CentruM

Het Prostaatcentrum zuidwest Nederland is een samenwerking tussen

het topklinische Sint Franciscus Gasthuis en het universitaire ziekenhuis

Erasmus MC. Expertise, ervaring en kunde worden gebundeld, waardoor

de kwaliteit en snelheid van de behandeling worden bevorderd.

SaMenwerking urOlOgen, raDiOtheraPeuten en OnCOlOgen

In het Prostaatcentrum werken zeer ervaren urologen, radio-

therapeuten en oncologen van beide ziekenhuizen nauw samen.

Zij maken gebruik van de laatste technologieën bij de behande-

ling van prostaatkanker. Daarnaast worden zij ondersteund door

andere deskundigen zoals pathologen, radiologen en klinisch

chemici. Bij voorkeur krijgt de patiënt zijn eigen uroloog.

Betere en snellere zorg wordt mogelijk gemaakt door uitwisse-

ling van kwaliteitsgegevens en afstemming van protocollen

tussen de centra, terwijl de resultaten van het wetenschappelijk

onderzoek voor patiënten sneller in de praktijk toegepast

kunnen worden. Een identieke werkwijze draagt bij aan

de verbetering van de kwaliteit van de zorg voor mannen met

prostaatkanker. De multidisciplinaire behandeling door in

prostaatkanker gespecialiseerde urologen, radiotherapeuten en

oncologen staat hierbij centraal. In samenspraak met de patiënt

bekijkt het team welke behandelingsvorm het beste bij hem

past. Het Prostaatcentrum biedt vele behandelingsvormen,

zoals de Da Vinci Robot.

Page 29: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

SINT FRANCISCUS GASTHUIS 29

Facts & Figures PrOStaatCentruM

De DiagnOSe PrOStaat-kanker wOrDt geStelD Met een PrOStaatBiOPSie, waarBij Met een Dunne naalD weeFSelMOnSterS van het PrOStaat wOrDen genOMen.

Een verhoogde PSA-waarde (Prostaat Specifiek Antigeen) kan op prostaatkanker wijzen of bijvoorbeeld een ontsteking. Prostaat Specifiek Antigeen (PSA) is een eiwit dat normaal in geringe mate in het bloed aanwezig is.

1234

Prostaatkanker is de meest voorkomende kanker bij mannen. Het aantal mannen in Nederland dat hieraan overlijdt is

1 OP De 9 mannen krijgt voor zijn 80ste levensjaar prostaatkanker. In Nederland zijn dit er

±10.000 Per jaar

3.000 Per jaar

4 riSiCOFaCtOren PrOStaatkanker

leeFtijD; hOe OuDer, hOe grOter het riSiCO

erFelijkheiD; riSiCO iS 2x zO hOOg alS De vaDer OF BrOer PrOStaatkanker heeFt

etniSChe aChtergrOnD

vOeDingSPatrOOn

Page 30: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

30 WETENSCHAPPELIjk MAGAZINE 2013 / 2014

Nauwkeuriger opereren

Met de op afstand bestuurbare Da Vinci Robot kunnen complexe operaties voor blaas- en prostaatkanker

worden uitgevoerd. De opererende arts zit met zijn hoofd en handen in een nauwe ruimte en bestuurt

met subtiele vingerbewegingen de instrumenten. Ook beschikt hij over een vergroot driedimensionaal beeld.

Hierdoor kan hij nog preciezer opereren en blijven belangrijke zenuwen en bloedvaten gespaard.

Doordat via kleine gaatjes wordt geopereerd, is er minder bloedverlies. Vaak is het herstel voor patiënten

sneller en kunnen zij eerder naar huis. Eenvoudige ingrepen kunnen meestal heel goed zonder deze techniek

worden gedaan. In de toekomst gaan ook gynaecologen en chirurgen van het Sint Franciscus Gasthuis met

de Da Vinci Robot werken.

>> www.prostaatcentrumzwn.nl

GERIATRIE

Innovatie PrOStaatCentruM

Page 31: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

31SINT FRANCISCUS GASTHUIS

‘Het is soms nog halen en brengen, maar over het algemeen heb ik weer ritme in mijn leven.’ joost Emmen is 48 jaar en een jaar geleden geopereerd aan beginnende prostaatkanker. Tijdens een robotoperatie is zijn prostaat verwijderd. ‘Een tijd incontinent zijn, is geen pretje!’

Joost Emmen was net aan het opkrabbelen van een burn-out en

een virusinfectie op zijn evenwichtsorganen. ‘Na het lopen van de

marathon van New York, ben ik omgevallen,’ vertelt hij. ‘Het was

allemaal teveel geweest, jarenlang te hard werken en teveel sporten.

‘Door die burn-out ben ik wel rustiger geworden, heb mezelf

helemaal gereset. Als toetje op mijn burn-out kwam het bericht van

de prostaatkanker.’ Joost Emmen had moeite met plassen en bleek

een vergrote prostaat te hebben. Zijn alerte huisarts verwees hem

meteen door. Uit een biopt bleek dat hij prostaatkanker had, maar

nog geen uitzaaiingen naar de lymfeklieren.

‘Ik was vol vertrouwen’‘Ik kreeg hier in het ziekenhuis door uroloog Egbert Boevé en

oncologieverpleegkundige Lucrezia Bani een helder beeld geschetst:

vanwege mijn leeftijd was een verwijdering van de prostaat de

beste optie. Ik was vol vertrouwen en voelde me in goede handen.’

De operatie verliep vlot en voorspoedig, de gevolgen van een

dergelijke operatie zijn heftig. ‘Ik was incontinent, impotent en had

erectiestoornissen,’ aldus Joost Emmen. ‘De incontinentieklachten

zijn tijdelijk, gewoon een kwestie van veel trainen. Ik heb een korte

tijd met luiers rondgelopen, dat is niet leuk. Maar ik heb er nooit

geheimzinnig over gedaan en het me niet laten belemmeren in

de sociale omgang. Sommige mensen vinden het allemaal heel

interessant, anderen zijn onzeker en projecteren hun eigen angsten.’

Nieuwe deur opengegaanNa de operatie is Joost Emmen een maand thuis geweest en

daarna weer rustig begonnen met werken. ‘Je kunt thuis gaan

zitten treuren, maar dat schiet ook niet op.’ Het heeft wel even

geduurd voordat hij het allemaal een plek heeft kunnen geven.

‘Ik heb een aantal maanden alleen maar aan mezelf gedacht,’

geeft hij toe. ‘Ik moest alle emoties door laten dringen en die

kwamen er op een gegeven moment ook allemaal uit.

Ik realiseerde me dat er een deur gesloten was, maar een nieuwe

deur was opengegaan. Ik ben nu meer in het hier en nu bezig en

concentreer me op de dingen die ik nog wél kan.’ Dit is hem gelukt

mede dankzij de begeleiding van zijn psycholoog en huisarts.

Geen angstJoost Emmen krijgt elke drie maanden een controle. ‘Mijn PSA-

waarde (een test om prostaatkankerpatiënten te volgen) is niet

meetbaar en dat is goed. Ik heb gelukkig geen nabehandeling

nodig met bestraling of hormonen.’ Hij heeft geen angst dat

de kanker zal terugkeren. ‘Als het zover is, zie ik wel. Als ik nu

terugkijk op mijn leven, heb ik gedaan wat ik wilde doen.

Ik heb mijn dromen uit laten komen. En er is rust in mijn hoofd.’

‘ Het is me blijkbaar gegund om verder te gaan’

Patiënt vertelt PrOStaatkanker

Page 32: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

WETENSCHAPPELIjk MAGAZINE 2013 / 201432

‘ Een mooi zorgtraject met een korte doorlooptijd’

Het Sint Franciscus Gasthuis is het eerste ziekenhuis in Nederland dat samen met

het Erasmus MC een Prostaatcentrum heeft opgericht. ‘We willen patiënten met

prostaatkanker een multidisciplinair zorgtraject aanbieden dat logistiek goed in elkaar

zit en een vlotte doorlooptijd heeft,’ aldus uroloog john Rietbergen. ‘Daarnaast zijn

we betrokken bij een groot aantal onderzoeken en zetten we zelf onderzoek op.’

Uroloog aan het woord PrOStaatCentruM

Page 33: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

33SINT FRANCISCUS GASTHUIS

John Rietbergen is uroloog. Samen met

tien collega’s is hij verantwoordelijk voor

de urologische zorg in drie Rotterdamse

ziekenhuizen: Sint Franciscus Gasthuis,

Vlietland Ziekenhuis en Havenziekenhuis.

John Rietbergen is pas na een aantal

omzwervingen dit vakgebied ingerold.

‘Ik ben onder meer marine-arts geweest,

heb in het VU Medisch Centrum thorax-

chirurgie en in het Lucas Ziekenhuis

chirurgie gedaan. In 1995 ben ik als

arts-onderzoeker bij het toenmalige Dijkzigt

Ziekenhuis gaan werken en heb promotie-

onderzoek gedaan op het gebied van

prostaatkankerscreening.’ Daarna is hij

de opleiding voor uroloog gestart en heeft

tijdens zijn opleiding een uitstapje van een

half jaar naar Parijs gemaakt. ‘Als één van de

eerste Nederlanders heb ik daar geleerd een

laparoscopische prostatectomie uit te

voeren.’ Zijn specialiteit binnen de maat-

schap Urologie is dan ook de urologische

oncologie. Inmiddels is de laparoscopie

grotendeels vervangen door de robot.

Er is veel discussie over de meerwaarde

van de robot. Waar John Rietbergen al

meerwaarde van de robot inziet, is de

ergonomie. ‘Ik heb vandaag bijvoorbeeld drie

operaties uitgevoerd met een robot en ik kan

nog gewoon lezen en schrijven. Als ik drie

laparoscopische prostatectomieën had

moeten doen, was ik nu kapot geweest!

De ingreep met een robot is veel comfor-

tabeler.’ Maar uiteindelijk gaat het natuurlijk

om de patiënt. Is er verschil tussen een

laparoscopische ingreep of een robotingreep?

‘Dat zit hem vooral in de leercurve,’ denkt

John Rietbergen. ‘Het verschil tussen

een open operatie en een robotoperatie is

enorm voor de patiënt, maar tussen een

laparoscopische ingreep en een robot-

ingreep is dat veel kleiner.’

Prostaatcentrum‘Bij de behandeling van prostaatkanker is het

heel belangrijk dat de patiënt goed weet

tussen welke behandelingen hij kan kiezen

en wat de voor- en nadelen van de verschil-

lende behandelingen zijn. Het is fijn als

het traject van diagnose snel verloopt en

de patiënt snel de uitslag krijgt. En tot slot is

het goed als alle disciplines dicht bij elkaar

zitten. We zitten nu met de radiotherapeut,

verpleegkundigen en oncoloog op één gang

en kunnen snel overleggen. Dat is slechts

een kwestie van het spreekuur iets ruimer

opzetten, zodat je tussendoor even bij elkaar

binnen kunt lopen om te overleggen.’

Het centrum is nu twee jaar open, heeft

een grote regionale functie en draait goed.

Prostaatwijzer‘Naast patiëntenzorg is het Prostaatcentrum

betrokken bij diverse onderzoeken en voert

het zelf onderzoek uit,’ vertelt John Riet-

bergen. ‘Daarnaast zijn we betrokken bij een

groot aantal studies vanuit het Erasmus MC

naar verschillende behandelmethoden waar-

onder een virustherapie en bij onderzoek

naar nieuwe geneesmiddelen. Het Prostaat-

centrum heeft een belangrijke bijdrage

geleverd aan het PRIAS-project. Dat is een

grote internationale studie waarbij patiënten

met een minimale prostaatkanker een

follow-up programma worden aangeboden

en wordt ingegrepen op het moment dat

de veiligheid niet langer gewaarborgd is.

« De prostaatwijzer

geeft de kans op

kanker aan bij een

verhoogd PSA »

‘Op basis van deze studie is een zoge-

naamde prostaatwijzer ontwikkeld. Dit is een

instrument dat de kans op kanker aangeeft,

gebaseerd op een aantal factoren bij patiënten

met een verhoogd PSA. Samen met Philips

zijn we nu een geautomatiseerd keuze-

instrument aan het ontwikkelen waarin de

voor- en nadelen van bepaalde behandelingen

kunnen worden afgewogen.’ Bij de keuze voor

een behandeling gaan steeds meer factoren,

zoals leeftijd en comorbiditeit,

een rol spelen. John Rietbergen heeft het idee

dat patiënten met een minimale prostaat-

kanker vaker dan vroeger voor niet-opereren

kiezen. ‘We hebben geen precieze cijfers,’

zegt hij. ‘Maar ik vermoed dat een derde

van de patiënten kiest voor een afwachtend

beleid, een derde laat zich bestralen en

de overige patiënten worden geopereerd.’

De eSSentie van het OnDerzOek

Screening op prostaatkankerEr is veel discussie over het nut van screenen

op prostaatkanker. Wat vindt John Rietbergen

daarvan? Zijn promotieonderzoek ging over

de vroege detectie en opsporing van prostaat-

kanker. ‘Soms noem ik PSA ook wel eens

‘Patient Stress Amplifier’,’ grapt hij. ‘Er zitten

verschillende kanten aan het screenen op

prostaatkanker. Op zich is het niet fout om te

screenen en het vermindert daadwerkelijk de

sterfte ten gevolge van prostaatkanker, maar

de kosten van het screenen zijn heel hoog.

Dat bedoel ik niet in termen van geld, maar

in termen van kwaliteit van leven voor degene

die gescreend worden. De PSA-waarde zegt

soms maar heel weinig en men zit dan wel

een tijd in onzekerheid over het wel of geen

kanker hebben. Je kunt dus ook veel schade

aanrichten met screening.’

‘Er wordt vaak te pas en onpas PSA geprikt,

als een soort routine. Maar wat doe je

dan vervolgens met een hoge PSA-waarde?

Dat zegt eigenlijk helemaal niet zoveel en

brengt veel ongerustheid.’

Waar John Rietbergen echt van kan genieten,

is een patiënt die zonder wachttijden door

het diagnostische en therapeutische proces

heen komt. ‘En dan natuurlijk het liefst met

een goed resultaat!’

In het Prostaatcentrum zuidwest Nederland

wordt meegewerkt aan grote Europese

studies. In één van deze studies werd het nut

van een PSA-screening onderzocht bij

182.160 mannen. Na elf jaar werd gevonden

dat screening op PSA geen effect heeft op

de overleving van deze mannen. Wel heeft

screening effect op het risico om te

overlijden aan prostaatkanker. Om na elf jaar

één patiënt minder aan prostaatkanker te

laten overlijden, moeten 1.055 mannen op

PSA getest worden. Dit effect is zo klein dat

op dit moment het screenen op PSA niet

aanbevolen kan worden.

» Postma, R., et al. Cancer detection and

cancer characteristics in the European

Randomized Study of Screening for

Prostate Cancer (ERSPC) - Section

Rotterdam. A comparison of two rounds

of screening. European Urology 2007;

52: 89-97.

Page 34: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

WETENSCHAPPELIjk MAGAZINE 2013 / 201434

Het enthousiasme straalt ervan af. Oncologieverpleegkundigen Sally Wildeman en

Corine van Golde namen zelf het initiatief voor een onderzoek naar de psychosociale

last die patiënten ervaren bij het ondergaan van een blaasinstillatie. ‘Deze groep

patiënten verdient meer aandacht en begeleiding,’ vinden beide dames.

‘Het is een beetje een vergeten groep!’

Sally Wildeman (links) werkt al

21 jaar met urologiepatiënten,

eerst op de verpleegafdeling en

nu op de polikliniek Urologie van

het Sint Franciscus Gasthuis.

Nadat zij in 2008 de opleiding

tot oncologieverpleegkundige

had afgerond, zette zij een spreek-

uur op voor deze groep patiënten.

Corine van Golde (rechts) werkt

sinds vier jaar op de polikliniek

Urologie en daarvoor vijf jaar

op de verpleegafdeling.

34

Onderzoek bij een vergeten groep

‘Urologie is echt mijn passie,’ vertelt Sally.

Zij houdt zich al twaalf jaar bezig met

patiënten die blaasinstillaties moeten onder-

gaan. Ook voor Corine van Golde geldt dat

urologie haar voorliefde heeft. ‘Je vindt

urologie heel leuk of je hebt er niets mee.

Het is een heel technisch vak, maar er komt

ook veel emotie bij kijken.’ En Sally Wildeman

vult aan: ‘Het is divers, nooit saai. We zien

patiënten vaak over een langere periode en

dan krijg je echt een band.’

Tijdens haar opleiding voor oncologie-

verpleegkundige zocht Corine van Golde

een onderwerp voor haar literatuurstudie.

‘Helaas kon ik de suggestie van Sally, om

de psychosociale kanten van blaasinstillatie

te bestuderen, niet overnemen. Maar het

werd ons daarna vanuit het Sint Franciscus

Gasthuis wel mogelijk gemaakt om daar

onderzoek naar te doen.’ Dit onderwerp

intrigeerde Sally Wildeman al langere tijd

en toen Corine van Golde de opleiding had

Verpleegkundig wetenschappelijk onderzoek BlaaSkanker

Page 35: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

SINT FRANCISCUS GASTHUIS 3535SINT FRANCISCUS GASTHUIS

afgerond, startten ze samen een onderzoek.

Sally Wildeman: ‘Tot onze verbazing was hier

heel weinig over bekend. In de praktijk zien

we veel emoties en angsten die met kanker

in het algemeen, maar ook met blaas-

instillatie in het bijzonder te maken hebben.

Vooral het katheteriseren vindt men angstig

en er zijn veel vragen en onduidelijkheden

over seks. Voor ons gevoel wordt dit nogal

eens onderschat.’

Niet teveel seksvragenDe dames gingen op zoek naar literatuur,

maar konden weinig vinden. Via via kwamen

zij in contact met de Amerikaanse onder-

zoeker Lamm en hebben dankzij hem

wat literatuur gevonden. Na de nodige

voorbereidingen startten Sally Wildeman

en Corine van Golde in 2012 een onderzoek

waarin ze honderd patiënten die blaas-

instillaties ondergingen, ondervroegen

over de psycho-sociale aspecten daarvan.

‘Alleen al van het onderzoeksprotocol

schrijven, hebben we enorm veel geleerd,’

zegt Corine van Golde. ‘Wat een pak papier

hebben we geproduceerd!’

Zowel van de ziekenhuisdirectie als van het

hoofd van de polikliniek Urologie onder-

vonden zij veel steun in hun voorbereidingen.

‘Dat motiveert enorm en heeft ons heel

enthousiast gemaakt,’ aldus Sally Wildeman.

Het onderzoek bestaat uit twee vragenlijsten:

een lastmeter en een gevalideerde vragenlijst.

‘In de oorspronkelijke vragenlijst kwamen

veel vragen over seks voor. Daar moesten

we er een aantal van verwijderen van

de medisch-ethische toetsingscommissie,’

vertelt Corine van Golde. ‘Zij zijn misschien

niet zo gewend om veel over seks te praten,

wij doen dat continu.’ Ze zijn nu een jaar

onderweg en hebben inmiddels bij ruim

dertig patiënten de vragenlijsten afgenomen.

‘We waren in het begin verrast dat er nogal

wat mannen niet mee wilde doen. Dat had

wellicht te maken met de manier waarop

we het doel van het onderzoek brachten.

Patiënten zeiden dan al snel: ach, ik heb

nergens last van hoor!’ De onderzoekers zijn

zich bewust dat er een bepaalde selectie

optreedt door mensen de vrije keuze te

laten wel of niet mee te doen met het

onderzoek. ‘Daar moeten we in de eind-

conclusies rekening mee houden,’ beaamt

Corine van Golde.

Meer aandacht voor een vergeten groepWie onderzoek doet, moet een lange adem

hebben en er veel eigen tijd in stoppen.

‘Het is dan ook heel prettig om het onder-

zoek samen te doen,’ benadrukt Sally

Wildeman. ‘We motiveren elkaar en vullen

elkaar ook heel goed aan.’ Corine van Golde

is goed in taal en Sally Wildeman heeft

veel kennis in huis. Beiden zien als belang

van verpleegkundig onderzoek dat dit type

onderzoek zich richt op de menselijke kant

van de patiënt. ‘Veel onderzoek richt zich

op een ziektebeeld; wij kijken meer naar

de patiënt als mens met al zijn facetten,’

aldus Corine van Golde.

« Het is een heel

technisch vak, maar

er komt ook veel

emotie bij kijken »

Met de resultaten van hun onderzoek

willen de verpleegkundigen aandacht

vragen voor de gevolgen van het onder-

gaan van blaasinstillaties. Ze beginnen

allebei een beetje te glunderen als ze

voorzichtig praten over een presentatie

op een congres. ‘Sally heeft in 2012

een prijs gewonnen met een poster op

het congres van de V&VN (Verpleeg-

kundigen & Verzorgenden Nederland),’

vertelt Corine van Golde trots. ‘Wat zou

het mooi zijn als we een keer een poster

mogen presenteren over ons onderzoek

bij blaasinstillaties.’ Maar wat natuurlijk

veel belangrijker is, is de verbetering van

de zorg voor deze groep patiënten.

Sally Wildeman: ‘Ik hoop oprecht dat door

de resultaten van ons onderzoek bij alle

patiënten een lastmeter wordt afgenomen

en dan ook op de juiste manier.’ Corine

vult aan: ‘En ik hoop dat blaasinstillaties

in de toekomst worden begeleid door

gespecialiseerde verpleegkundigen die aan

alle bijkomende aspecten aandacht geven.’

BlaasinstillatieIn Nederland wordt jaarlijks bij ruim

6.250 mensen de diagnose blaascarcinoom

gesteld. Van deze mensen heeft 4.400

een vorm van kanker die niet of nauwelijks

de blaaswand ingroeit (bron: Nederlandse

Kankerregistratie 2011). Een van de

mogelijke behandelingen bij deze groep

patiënten is blaasinstillatie (oftewel

blaasspoeling) met BCG of mitomycine.

In het Sint Franciscus Gasthuis werd in

2012 bij 113 mensen blaaskanker vast-

gesteld. 22 van hen werden behandeld

met BCG en 19 met mitomycine.

Deze behandelingen variëren in duur van

één tot drie jaar en vinden met enige

regelmaat plaats.

Mitomycine en BCG hebben een verschillend

werkingsmechanisme. Mitomycine is een

zogenaamd cytostaticum, een geneesmiddel

dat tumorencellen doodt. BCG is een levend

verzwakte tuberkelbacil die het immuun-

systeem activeert. Door BCG in de blaas

achter te laten gedurende een bepaalde

periode, zal dit in de blaas de lokale afweer

versterken en zo uiteindelijk de tumorcellen

doden. Dit heet immunotherapie.

Bijwerkingen van blaasinstillatie:

• Blaasirritatie, waardoor het lastig is

het medicijn gedurende enige tijd in

de blaas te houden

• Urineweginfectie

• Overgevoeligheid voor het medicijn

• Vermoeidheid en concentratiestoornissen

De eSSentie van het OnDerzOek

Page 36: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

WETENSCHAPPELIjk MAGAZINE 2013 / 201436

De Vrienden zorgen voor een aangenamer verblijf in het ziekenhuis

Natuurlijk draait het allemaal om

de beste zorg voor de patiënten

maar ook de eigen medewerkers

worden niet vergeten.

Liselotte Snuverink (links) heeft

maar liefst zeven herniaoperaties

ondergaan in het Sint Franciscus

Gasthuis en weet dus als geen

ander welke zorg daar geleverd

wordt. Zij wilde graag wat terug-

doen voor al deze goede zorgen.

Maria Quanjer (rechts) is altijd

op zoek naar win-winsituaties en

de samenwerking met Rituals

is daar een mooi voorbeeld van.

Ongelofelijke toewijdingLiselotte Snuverink: ‘De medewerkers zijn

zo ongelooflijk toegewijd, daar heb ik enorme

bewondering voor.’ Zij wilde graag wat

terugdoen voor al deze goede zorgen en

heeft vanuit haar functie als shopmanager

voor Rituals Cosmetics Hillegersberg een

avond georganiseerd voor medewerkers

van het ziekenhuis, om ze eens lekker te

verwennen. ‘Ik heb er diverse bedrijven

bijgehaald, zodat we massage, schoonheids-

behandelingen en visagie konden aanbieden.

Daarnaast kregen de medewerkers korting

op producten van Rituals. Het was een groot

succes!’ Dit laatste wordt beaamd door

Maria Quanjer, coördinator Franciscus

Vriendenfonds. ‘De volgende avond zit al

in de planning en het animo bij de mede-

werkers is zeer groot.’

Een band met Rotterdamse ondernemersMaria Quanjer: ‘Rituals verkoopt producten en

onze medewerkers worden lekker verwend.’

Er zijn meer voorbeelden te noemen.

Zo is er contact met het Luxor Theater dat

korting voor medewerkers op theaterkaartjes

biedt en komen muzikanten van het

Philharmonisch Orkest regelmatig spelen

voor patiënten. Daarnaast is Maria Quanjer

bezig de zogenaamde Health to Business

(H2B) op te zetten. ‘We willen graag met

ondernemers in Rotterdam een band

opbouwen en organiseerden daarom een

avond voor hen met het thema ‘Passie voor

Innovatie’. Artsen vertelden tijdens een live

Ambassadeurs aan het woordvrienDenFOnDS

Page 37: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

SINT FRANCISCUS GASTHUIS 37

Baby reanimatie pop De baby reanimatie pop is bedoeld als trainingsmateriaal

voor artsen, arts-assistenten en verpleegkundigen van

die afdelingen die zorg bieden aan kinderen. De pop

bootst reële en levensbedreigende situaties na die een

te vroeg geboren baby kunnen overkomen. Zowel zorg-

verleners als ouders worden getraind voor noodsituaties.

» Investering € 25.000

Informatiefilm op DVDEen informatiefilm helpt onze patiënten om zich voor

te bereiden op het polikliniekbezoek, de behandeling

op de verpleegafdeling, de dagbehandeling of

over de gang van zaken tijdens het behandeltraject.

De patiënt kan thuis in alle rust, samen met zijn

naasten, de dvd bekijken en zich zo voorbereiden.

» Investering € 8.000

Voetmassages oncologiepatiënten Gebleken is dat (voet)massages voor oncologie-

patiënten een bijdrage kunnen leveren aan de kwaliteit

van leven. Aanraking en een moment van aandacht

ontspannen en verminderen pijnklachten.

Door het ontspannende karakter van de massages

kunnen patiënten beter slapen. Kort gezegd: patiënten

voelen zich over het algemeen ‘beter in hun vel’.

» Investering € 16.000

Loungehoekjes in onze Centrale HalIn de Centrale Hal willen we een aantal loungehoekjes

maken. Zo creëren we voor patiënten en bezoekers

een prettige en aangename omgeving om zich terug

te trekken voor een moment van bezinning of het

voeren van een gesprek.

» Investering € 20.000

Robotsimulator als vaardigheidstrainer voor de Da Vinci RobotIn ons ziekenhuis voeren artsen operaties uit met

de Da Vinci Robot. Door een beter zicht en fijnere

vingerbewegingen, kan de arts nauwkeurig opereren.

De robotsimulator helpt de arts zijn vaardigheid verder

te ontwikkelen. Na het leertraject met de Da Vinci Robot

kan een arts daadwerkelijk ingrepen met de robot

verrichten.

» Investering € 65.000

operatie over hun passie voor innovatie.

Het Vriendenfonds wil geld werven voor

onderzoek op het gebied van longziekten,

bariatrie (behandeling van obesitas) en

andere speerpunten van het ziekenhuis.’

Enthousiaste ambassadeurLars Klootwijk is directeur van het Rotter-

damse bedrijf Lumick en is door een

ervaring in het Sint Franciscus Gasthuis

één van de enthousiaste ambassadeurs van

het Vriendenfonds geworden. Zijn vader

heeft ooit een aantal weken in het zieken-

huis gelegen. Hij was ernstig ziek en

verbleef geruime tijd op de Intensive Care

(IC). Mede door een onverwoestbaar

doorzettingsvermogen kon Klootwijk senior

wandelend het ziekenhuis verlaten.

Hij pakte de draad van het leven weer op

en liep vervolgens wekelijks tien kilometer,

om zich voor te bereiden op de beklimming

van de beroemde Kilimanjaro in Afrika.

Hoewel die periode in het Sint Franciscus

Gasthuis niet de plezierigste in het leven

van Lars is geweest, was hij zeer onder

de indruk van de manier waarop de hele

organisatie zich richt op mensen beter

maken. Daarom viel de ietwat troosteloze

sfeer in de wachtruimte en de familie-

kamers van de Intensive Care hem zo op.

‘Deze kamers zijn zo somber, dat een

slechte boodschap extra hard aankomt.’

Ondernemend als hij is, bood hij aan daar

iets aan te doen. ‘Niemand ligt er voor z’n

plezier, maar wij hebben geprobeerd de

omgeving iets vriendelijker te maken.’

Daar heeft hij met zijn bedrijf de mogelijk-

heden voor. Dus plaatste hij in het voorjaar,

in overleg met de staf van de afdeling en

het Franciscus Vriendenfonds, LED-panelen

met een wolkenlucht in het plafond van

de IC-wachtruimte. ‘Zo’n paneel zorgt voor

een egale lichtopbrengst, waardoor het

daglicht wordt benaderd. Licht maakt

de situatie vaak draaglijker.’

Maria Quanjer van het Franciscus

Vriendenfonds is enthousiast over de actie.

‘Eén van onze belangrijkste doelstellingen

is de ondersteuning bij de ziektebeleving,

van de healing environment. Lumick

beweegt zich op hetzelfde speelveld.’

Lars Klootwijk is blij dat hij iets terug heeft

kunnen doen. Want ondanks de vervelende

tijd heeft hij een hechte band met het Sint

Franciscus Gasthuis gekregen. Daarnaast

ziet hij veel raakvlakken met zijn bedrijf:

‘In deze tijd moet een ziekenhuis, al dan

niet gedwongen, ondernemender worden.

Dat betekent onder meer aanvullende

financieringsstromen ontdekken voor

niet-medische zaken, die onwaarschijnlijk

belangrijk zijn voor de beleving van een

ziekenhuis. Het Franciscus Vriendenfonds

doet dat op een manier waarin onder-

nemers zich herkennen.

Door altijd te zoeken naar win-winsituaties.

Daarnaast speelt een ziekenhuis een voor-

aanstaande rol in de gezondheidsbeleving

van de mens en dus ook van mijn mede-

werkers. Natuurlijk probeer je er zo weinig

mogelijk te komen. Maar als het opeens

actueel wordt, is het heerlijk om te weten

dat er adequate en professionele hulp

beschikbaar is.’ ‘Voor mij geeft het simpelweg

storten van geld weinig voldoening.

Ik wil méér: betrokkenheid tonen, interactie,

bezig zijn. Dan gebeurt er wat. Dan worden

patiënten blij, ondanks het feit dat de situatie

doorgaans minder plezierig is. We gaan onze

ervaringen met het Sint Franciscus Gasthuis

en het Franciscus Vriendenfonds zeker

uitdragen’ aldus Lars Klootwijk.

Trots op projecten waar verbinding ontstaatDe lijst van projecten die door het Franciscus

Vriendenfonds gefinancierd worden, breidt

zich snel uit. Het varieert van kleine

projecten met snel resultaat tot grotere

projecten met grote budgetten. ‘Ik ben

vooral trots op de projecten waar verbinding

ontstaat,’ legt Maria Quanjer uit. ‘Dat kan

heel klein of heel groot zijn. ‘De een is nu

eenmaal meer verbonden met dialyse en

de ander met kanker. Waar het om gaat, is

de verbinding, de betrokkenheid van onze

Vrienden met patiënten. Die verbinding

krijgen we door onze eigen medewerkers

bij het Vriendenfonds te betrekken.

Zij zien namelijk heel goed waar hun

patiënten behoefte aan hebben.’

Zo heeft het AD Rotterdams Dagblad een

artikeltje geplaatst met het verzoek voor

dvd’s voor het Dialysecentrum. Binnen een

week mochten we 1.250 dvd’s ontvangen.

Dat is toch fantastisch!’

een greeP uit De PrOjeCten van het vrienDenFOnDS

Page 38: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

WETENSCHAPPELIjk MAGAZINE 2013 / 201438

‘ De wachtruimte en de familie- kamer waren sluitpost op de begroting’

Gerealiseerd projectvrienDenFOnDS

Patiënten, medewerkers en (potentiële) Vrienden met elkaar verbinden en vervolgens win-winsituaties creëren. Dat is de ambitie van Maria Quanjer, coördinator van het Franciscus Vriendenfonds. ‘Financiering van de zorg komt uit het reguliere budget. We zorgen ervoor dat het verblijf van patiënten in ons ziekenhuis aangenamer wordt. Maar ook leggen we de medewerkers graag in de watten.’

De aanhouder wintEen mooi voorbeeld van een verbetering door de inzet van een medewerker,

zijn de vernieuwde familiekamers en wachtruimte op de Intensive Care (IC).

Mark Vlcek is IC-verpleegkundige en werkt al jaren in het Sint Franciscus Gasthuis.

‘Enkele jaren geleden is de IC binnen het ziekenhuis verhuisd,’ vertelt Mark Vlcek.

‘De wachtruimte en de familiekamer waren sluitpost op de begroting, daar was

helaas geen geld meer voor.’ Het was hem altijd een doorn in het oog hoe ongezellig

deze ruimten waren. Marc Vlcek hanteerde het principe: de aanhouder wint.

‘Regelmatig heb ik het opknappen van deze ruimten bij mijn leidinggevenden

aangekaart. Het is voor naasten van een IC-patiënt heel belangrijk dat ze in

een rustgevende, prettige ruimte kunnen vertoeven, lekker kunnen zitten of even

tot bezinning kunnen komen.’ De huidige leidinggevende van Mark Vlcek was

het ermee eens dat deze ruimten sterk verbeterd konden worden en stelde voor

om bij het Vriendenfonds aan te kloppen.

Onverwachts snel‘Daar kreeg ik een zeer positieve reactie,’ aldus Mark Vlcek. ‘Begin 2013 diende ik

een aanvraag in, opgedeeld in deelprojecten. Ik verwachtte namelijk dat de financie-

ring niet zo vlot zou verlopen. Maar het geld dat we nodig hadden, was na zes

maanden binnen!’ Mark Vlcek is blij verrast met de snelheid waarmee dat gegaan is.

‘De Vrienden van het Franciscus Vriendenfonds hebben een deel gefinancierd en

verder zijn er heel veel acties geweest.’ Deze varieerden van eigen medewerkers die

mee renden met de Ladiesrun tot ‘met de pet rondgaan’ op de afdeling. De wacht-

ruimte en de familiekamers zijn al sterk verbeterd. ‘Er moet alleen nog kunst aan

de muur komen, maar ik ben heel tevreden!’

Het mooie aan dit project vindt Maria Quanjer dat er ook veel in natura is geleverd.

‘We hebben bijvoorbeeld de verlichte plafondpanelen (zie foto) van de zoon van een

ex-patiënt mogen ontvangen (zie vorige pagina), maar ook deuren en verlichting

zijn geleverd door bedrijven uit Rotterdam. Met enthousiasme ontstaan de mooiste

dingen en wordt het één organisch geheel. Medewerkers van het ziekenhuis doen

hun werk met liefde en toewijding, dan volgt vanzelf verbinding met en betrokken-

heid van de donateurs, onze Vrienden. Ik ben ervan overtuigd dat we op deze

manier veel mooie projecten kunnen realiseren.’

Page 39: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

39SINT FRANCISCUS GASTHUIS

Prijs voor beste presentatie Tijdens de jaarlijkse Inter-

nistendagen, in april 2013

in Maastricht, won Astrid

van Huisstede, longarts in

opleiding, een prijs voor

‘beste presentatie’. Astrid is

sinds 2007 werkzaam in het

Sint Franciscus Gasthuis,

eerst als ANIOS Interne

Geneeskunde en eind 2009

begon zij als arts-onderzoeker

voor het specialisme Long-

ziekten.

Haar promotieonderzoek gaat

over de relatie tussen astma

en overgewicht, en de effecten

van bariatrische chirurgie

(maagverkleining). Haar doel

is om in de lente van 2014

haar onderzoek af te ronden

met een promotie.

(Zie interview Astrid van

Huisstede op pagina 16).

» Huisstede, A., et.al.

Underdiagnosis and over-

diagnosis of asthma in the

morbidly obese. Respiratory

Medicine (2013) 107;

1356-1364

Beste wetenschappelijke artikel in Nederlands Tijdschrift voor Anesthesiologie Op vrijdag 31 mei 2013 werd

het specialisme Bariatrie van

het Sint Franciscus Gasthuis

ten overstaande van vele

Nederlandse anesthesiologen

op de kaart gezet.

Anesthesioloog Marcel de

Quelerij ontving, samen met

collega anesthesioloog Serge

Verbrugge, de prijs voor het

jaar 2012, voor de beste

wetenschappelijke publicatie

in het Nederlands Tijdschrift

voor Anesthesiologie.

» Quelerij, M., et.al.

Prevalence and determinants

of complications in a bariatric

ICU population. Nederlands

tijdschrift voor anesthesiologie

2012; 25 (5) 16-21

Case report in The Lancet In het internationale weten-

schappelijke tijdschrift The

Lancet, uitgave 6 juli 2013,

stond een casus-beschrijving

van cardioloog Sweder van

de Poll en arts-assistent

Shmaila Talib. In de casus

wordt een patiënt beschreven

met een zeldzame hartritme-

stoornis, het zogenaamde

‘Brugada Syndroom’.

Tijdens het Suikerfeest op

19 augustus 2012 werd op

de Spoedeisende Hulp van het

Sint Franciscus Gasthuis een

52-jarige man binnengebracht

die steeds flauwviel. Er was

sprake van een erfelijke ziekte

van het hart, het Brugada

Syndroom. Dit leidde tot

levensbedreigende ritmestoor-

nissen met een kortdurende

hartstilstand. Enkele elek-

trische schokken en een

implanteerbare defibrillator

waren nodig om dergelijke

levensbedreigende ritme-

stoornissen te voorkomen.

De hartstilstand zo kort na

de Ramadan kwam door het

feit dat de patiënt in de nacht

van het Suikerfeest veel had

gegeten. Het is bekend dat

een volle maag bij deze

erfelijke aandoening het hart

erg gevoelig maakt voor

ritmestoornissen. In Nederland

zijn al veel families met het

Brugada Syndroom opgespoord.

» Talib, S. en Poll, S. van de.

Brugada syndrome diagnosed

after Ramadan. The Lancet

2013; 382 (9886) 100

Verpleegkundig weten- schappelijk onderzoek:Angst bij patiënten op de Intensive Care Angst is een veel voorkomende

reactie bij alerte, beademde

IC-patiënten. Vanwege

de fysieke conditie en de

beperkte communicatiemoge-

lijkheden is het vaststellen

van angst bij deze patiënten

moeilijk. Uit literatuur-

onderzoek is gebleken dat

de verkorte State Anxiety

Inventory (VSAI) en de Faces

Anxiety Scale (FAS) het meest

geschikt zijn om angst te

meten bij deze patiënten.

Resultaten over het gebruik

van deze meetinstrumenten in

de Nederlandse praktijk waren

niet bekend. In onderzoek uit-

gevoerd onder zevenenzeventig

postoperatieve- en vijftig

langdurig alerte beademde

IC-patiënten is onderzocht

welk meetinstrument het best

gebruikt kan worden om angst

te meten bij de Nederlandse

alerte beademde IC-patiënt.

Hieruit is gebleken dat de

VSAI meer valide, betrouwbaar

en hanteerbaar is dan de FAS.

» Bos, L. Franssen, F.A.R.,

Hoogendoorn, M.E.,

Boudesteijn, E., Meeuwisse, E.

en Verbrugge, S.j.C.

Sensitivity, specificity, reliability

and practicality of the SSAI and

the FAS in alert mechanically

ventilated patients in the

Netherlands. Netherlands

journal of Critical Care.

2013, 17:4

BijzOnDere PreStatieS

Page 40: PASSIE VOOR INNOVATIE - Franciscus · 2019. 8. 21. · PASSIE VOOR INNOVATIE. Dit is een uitgave van het Sint Franciscus Gasthuis. ‘ Auteurs: Frank van Dijl, Lynette Wijgergangs,

NR2

BariatrieLees meer op bladzijde 4Het Franciscus Vriendenfonds is hét

goede doel van het Sint Franciscus

Gasthuis. Onze doelstelling is het

verblijf voor onze patiënten aange-

namer te maken en waar mogelijk een

bijdrage te leveren aan zorginnovatie.

Het Sint Franciscus Gasthuis is een

topklinisch ziekenhuis met een rijke

historie in Rotterdam. Ons ziekenhuis

biedt zorg verdeeld over een breed

palet van specialismen en een aantal

expertisecentra waar hooggespeciali-

seerde zorg wordt geboden.

Het Sint Franciscus Gasthuis

beschouwt het als zijn missie om,

in de geest van zijn naamgever en

vanuit zijn hart, te zorgen voor de

zorgen van zijn patiënten. Niets geeft

een mens immers meer onzekerheid

en zorgen dan gezondheidsproblemen.

Wij zeggen dan ook:

‘ Uw zorg, onze passie’

aStMa & COPDLees meer op bladzijde 12

hart- & vaatziektenLees meer op bladzijde 18

PrOStaatCentruMLees meer op bladzijde 28

Niemand ligt voor zijn plezier in het

ziekenhuis. Wij doen dan ook alles

wat in ons vermogen ligt om het verblijf

zo prettig mogelijk te maken.

Wij hebben hiervoor veel extra

voorzieningen nodig, waarvoor het

team van het Franciscus Vriendenfonds

zich met hart en ziel inzet.

Dankzij de steun van vele Vrienden

zijn belangrijke projecten gerealiseerd,

waaronder de familiekamer op de

Intensive Care, de kinderwachtkamers

op verschillende afdelingen en tv’s

voor dialysepatiënten. Maar we kunnen

nog veel meer doen. Wetenschappelijk

onderzoek is, zoals u leest in dit

magazine, van groot belang om zorg

te kunnen verbeteren. Daarom

ondersteunt het Franciscus Vrienden-

fonds ook wetenschappelijk onderzoek.

Laten we samen bouwen aan een

gezonde toekomst. U kunt een verschil

maken.

Word ook Vriend van het

Sint Franciscus Gasthuis.

Wist u dat wetenschappelijk onderzoek gemiddeld 250.000 euro kost? Mocht u besluiten om wetenschappelijk onderzoek in het Sint Franciscus

Gasthuis te steunen, dan kunt u zelf aangeven aan welke van de

onderzoeken u de voorkeur geeft.

www.franciscusvriendenfonds.nlBank: NL90 RABO 0396 3195 80

Samen voor een gezonde toekomst

U maakt het verschil