Parool PS de Wereld

2

description

On August 13, Specialist Operations featured in the Dutch newspaper Het Parool; PS de Wereld. The excellent full spread article by journalist David Oranje raises some issues on the international post-war reconstruction effort in Afghanistan. Also, it makes a strong case for participation of the spatial discipline in nation-building endeavors. A big leap in innovation is much desired if reconstruction interventions are to respond properly to help shape a new nation

Transcript of Parool PS de Wereld

Page 1: Parool PS de Wereld
Page 2: Parool PS de Wereld

‘Afghanistan is de grootste we-deropbouwmissie uit de ge-schiedenis,” zegt Jan WillemPetersen. “Alleen de Amerika-nen hebben daar al meer danhonderd miljard dollar inge-pompt. Om een vergelijking temaken: de wederopbouw vanDuitsland na de Tweede We-reldoorlog kostte hen zo’n 32miljard dollar tegen de huidigekoers, dus de omvang is niet

moeilijk te bevatten.” Ondanks die enorme investering zet Petersen, die met

zijn bureau Specialist Operations onderzoek doet naarruimtelijke-ordeningsvraagstukken in conflictgebieden,in het bijzonder naar de nation building in Afghanistan,serieuze vraagtekens bij de wederopbouw van het doortientallen jaren oorlog verwoeste land. De naar schatting44.000 projecten die zijn uitgevoerd door de 47 landendie deelnamen aan de Navo-operatie Isaf, hebben dooreen gebrek aan expertise, inschattingsfouten en onerva-renheid vaak niet opgeleverd wat ze – gezien de torenho-ge kosten – hadden moeten of kunnen opleveren. “Af-ghanistan was voor het Westen twaalf jaar een experi-mentele proeftuin van wisselend beleid en doctrine.Soms succesvol, maar meestal helaas niet.”Wederopbouw wordt volgens hem te veel in cijfers ge-

meten: “Een provincie is bijvoorbeeld van zes naar zes-tien klinieken gegaan. Het onderliggende systeem – art-sen, materiaal, bereikbaarheid et cetera – ontbreekt vaakvolledig, maar in de rapporten worden wel extra klinie-ken bijgeschreven.”

WensdenkenVolgens Petersen wordt er niet over nagedacht hoe wes-terse ambities zullen uitwerken binnen de lokale omstan-digheden. “Het gat tussen wat het Westen wenselijk achten de realiteit ter plaatse is echt enorm – een chronischemismatch. Het gebouwtje staat er, we noemen het eenschool, dus dan is er een school. Maar dat er geen studen-ten en docenten zijn of onderwijs van oudsher plaats-vindt in moskeeën, privéhuizen of buiten, wordt nietmeegenomen in de redenering. Er wordt niet gekekennaar manieren waarop bestaande structuren te verbete-ren zijn. Kunnen we bijvoorbeeld niet beter de moskeeuitbreiden met een echt klaslokaal in plaats van eennieuw gebouw neerzetten?”Het afstemmen van projecten op de cultuur, om-

gangsvormen en manier van leven ter plekke, gebeurtvrijwel niet. “Het nadeel daarvan is dat je iets nieuwsbrengt dat zich nog moet bewijzen of waarvoor geen on-derliggende structuur bestaat, in plaats van dat je aan-sluiting zoekt bij wat zich op die plek al bewezen heeft.Dat westerse wensdenken is in veel gevallen funest ge-bleken.”“De Australiërs ontwierpen in Uruzgan een politie-

post met een puntdak. Dat leek handig tegen de regen tezijn, ook al is in Uruzgan geen puntdak te vinden. Hoewelde politiechef dat dak niet wilde, werd het ontwerp door-gezet. De politie heeft toen de post deels gesloopt en als-nog een plat dak gebouwd – dat was uiteindelijk het be-ste observatieplatform.”“Zoiets toont goed aan hoe westers denken niet

strookt met lokale opvattingen. Dit gebouw kreeg eentweede kans, maar andere projecten worden gesloopt,

achtergelaten of gedegradeerd tot opslagruimte. Die pro-jecten kosten zo ontzettend veel geld, met zo weinig ren-dement.”Ook kortzichtigheid hindert volgens hem de inspan-

ningen. “In 2004 zette een grote internationale organisa-tie een project in gang om in alle vierhonderd districtenvan Afghanistan te zorgen voor onderwijs. Dit kwam neerop het bouwen van zeshonderd scholen in negen maan-den tijd, volgens strikte Amerikaanse specificaties. Grotebouwkranen moesten onbegaanbare bergkammen over.Toen de uitvoering naar westerse maatstaven onmogelijkbleek te zijn, werden meteen alle randvoorwaarden los-gelaten. Daardoor werden de dakconstructies zo dun datdie instortten. Het project werd uiteindelijk gecanceld.”Er kwamen scholen met meerdere verdiepingen in

een gebied waar lang niet genoeg kinderen wonen om debegane grond te vullen, houten constructies in strekendie door termieten worden geteisterd, fragiele gebouwenin aardbevingszones, wegen die dwars door kostbarelandbouwgrond zijn aangelegd. Petersen heeft legiovoorbeelden. “Er zijn zeker mensen die een enorme in-spanning hebben geleverd voor een succesvolle weder-opbouw, maar de lijst met mislukte projecten is teleur-stellend lang.”

Geen ruimtelijke expertiseHet probleem ligt volgens Petersen vooral bij het gebrekaan ruimtelijk denken bij de militaire en diplomatiekeapparaten. “Het verbaasde me dat geen architecten ofplanners zich bezighouden met de projecten, terwijl alleswat daar gebeurt – schooltjes, wegen, klinieken, land-bouw – ruimtelijk is. Dat er in de wederopbouwketen nie-mand bezig is met de manier waarop projecten ruimtelijkhun weerslag krijgen, is heel wonderlijk. Hoe borg je dande nalatenschap van projecten?”De Provinciale Reconstructie Teams (PRT’s), eenhe-

den die in Afghanistan zorgdragen voor de veiligheid enwederopbouw in een gebied, hebben volgens Petersenniet de expertise in huis om dergelijke projecten succes-vol tot stand te brengen. “Slechts een klein deel van dePRT’s bestaat uit civiel personeel, de rest heeft een mili-taire achtergrond. En ik denk dat militairen maar mini-maal zijn uitgerust om wederopbouw te verzorgen. Uit degesprekken die ik met Defensie heb gehad, blijkt dat zedat ook wel erkennen. De cultuur om over deze vraag-stukken na te denken, bestaat simpelweg niet in de mili-taire en diplomatieke apparaten.”Waar andere landen nog steeds worstelen met de juis-

te aanpak van een doordachte wederopbouw, heeft deNederlandse krijgsmacht de inzichten die tijdens de Af-ghanistanmissie zijn opgedaan, relatief vlot toegepast.Petersen heeft dit aangegrepen om in samenwerking metDefensie en Buitenlandse Zaken te onderzoeken hoe deruimtelijke discipline ingezet kan worden bij toekomstigewederopbouwmissies. Hij pleit ervoor bij volgende missies, naar Afghani-

stan of andere landen, meer civiele mensen, onder wieruimtelijke denkers, mee te nemen. “Er zijn behoorlijkwat potentiële conflictgebieden waar wellicht nog wes-terse interventies zullen plaatsvinden. Om toestandenzoals in Afghanistan te voorkomen, moet vanaf dag éénde benodigde expertise worden meegenomen. Een bre-der begrip van de stedelijke omgeving en de dagelijksegang van zaken zijn nodig voor een succesvolle wederop-bouw, wat uiteindelijk toch een verantwoordelijkheid isvan een interventiemacht.”

Eind dit jaar brengt Petersen een handleiding met aanbe-velingen uit die aan Defensie en Buitenlandse Zakenwordt gepresenteerd: Twentynine articles, reconstructionfundamentals for conflict affected environments. “Daarinworden de kernzaken besproken waarover moet wordennagedacht bij wederopbouwmissies. Nu wordt er te veelwesters wensdenken meegenomen, westerse interpreta-ties over wat bijvoorbeeld landbouw of educatie zoumoeten zijn. Dat moet anders aangepakt worden, willenwe toekomstige missies een kans van slagen geven.”

JAN WILLEM PETERSENDe uit Amsterdam afkomstige Jan Willem Petersen (36) ronddein 2003 de opleiding architectonische vormgeving af aan deGerrit Rietveld Academie. Daarna ging hij naar de prestigieuzeArchitectural Association School of Architecture in Londen, waarhij in 2005 met Honours afstudeerde. Hij ontwikkelde er zijninteresse voor samenwerking met professionals die een sterkeinvloed hebben op de stedelijke ontwikkeling, maar vaak niet uithet ruimtelijke werkveld komen. Zo adviseerde hij het Britseministerie van Buitenlandse Zaken en Britse veiligheidsdienstenover alternatieve antiterrorismemaatregelen in Londen.In 2006 richtte hij in Amsterdam het bureau SpecialistOperations op, dat overheden en internationale organisatiesondersteunt met culturele analyse, ontwerp, ruimtelijkonderzoek en advies. Het bureau heeft projecten gedaan inlanden als Soedan, Libanon, Iran en recentelijk Afghanistan.Voor één van de grotere projecten, Constructing Lebanon, deedhet bureau langdurig onderzoek naar de wederopbouw van hetland in de nasleep van de oorlog met Israël in 2006. Het toondeaan hoe de verwoesting van Libanon is aangegrepen door deverzetsbeweging Hezbollah om zich te profileren als effectiefplanningsorgaan, die zo met stedenbouw zijn politieke macht enterritorium heeft kunnen bestendigen.

Ruimtelijk planner Jan Willem Petersen (36) vertrok onlangs voor de derde keervoor langere tijd naar Afghanistan. De wederopbouwmissie faalt er, constateerthij. ‘Afghanistan is twaalf jaar een experimentele proeftuin geweest. Meestalzonder succes.’ tekst DAVID ORANJE foto SANNE ZURNÉ

ORDE IN DE CHAOS