Enkele gedachten als inleiding

Werken rond roeping is niet vanzelfsprekend omdat o het een beladen woord iso het begrip roeping zoveel betekenissen heefto het voor mezelf niet altijd duidelijk iso het zo ver van de leefwereld van jongeren lijkt te staano het vooral iets is voor laatstejaars SOo

Werken rond roeping kan vanuit vele perspectieven die elkaar aanvullen.

Werken rond roeping gaat om mens worden, om groeien. Het gaat om gelovig mens worden waardoor je een hele waaier van thema’s krijgt die het mogelijk maken dat jongeren (later) kunnen ingaan op hun roeping: o een gekregen leven: gratuïteit, verwondering, niet vanzelfsprekend …o een gegeven leven: jezelf inzetten voor een ander maakt gelukkig … o innerlijkheid ontdekken: stilte, binnenkant, gebed …o eigen identiteit ontdekken: wie ben ik, wat wil ik, wat droom ik, wat

verlang ik? Wat verlang ik ten diepste?o kiezen, trouw, …

Systematisch met deze thema’s bezig zijn en daarin af en toe mensen laten kennen die hun roeping volgen is ‘werken rond roeping’. (bijv. workshop 2 rond gelukkig zijn en 3 rond kiezen)

Werken rond roeping gaat om ontmoeting, Het is goed dat jongeren in contact komen met mensen die hun roeping gevonden hebben en gelukkig zijn. Het is goed dat jongeren zien dat er jonge mensen zijn die het nu aandurven om priester te worden of religieus Het is goed dat jongeren mensen ontmoeten die durven trouw zijnHet is goed dat jongeren horen en zien dat Jezus je leven richting kan geven.Het is goed dat jongeren Kerk mogen ervarenBelangrijk is om deze ontmoeting voor te bereiden en er achterna verder mee te werken(bijv de workshop 1 Nodig een priester of religieuze uit)

Werken rond roeping gaat om ontmoeting, ervaring én verkondigingHet is mogelijk om speciefiek rond roeping te werken. Wat is dit? Hoe wordt dit ervaren(bijv. de workshop 4 rond roeping waar vanuit spel, verhaal en getuigenis gewerkt wordt)

1

Werken wondroeping

Voorbereiding

Wat doet een priester?

FAQ opstellen

Getuigenis

Nawerking

Doosjes in doosjes

Stichting Roeping

Wat doet een priester?

De bedoeling van deze werkvorm is jonge mensen te laten nadenken over de verschillende terreinen waar een priester bezig is (andere dan een mis opdragen). Op deze manier kan de getuigenis vanuit de-Weg-wijzen concreet voorbereid worden

Mogelijkheid 1:

Er hangen in het lokaal een aantal foto’s van priesters in verschillende situatie’s. Elke jongere kiest een foto die voor hem of haar het best weergeeft wie een priester is. Dit wordt kort aan elkaar verteld.

Als klas/groep worden een 5-tal foto’s uitgekozen die een goed beeld geven van wat een priester doet of is.

Mogelijkheid 2:

Je kan beginnen met te vragen wat een brandweerman doet. Dan kan je duiden dat hij aan branden blussen maar een klein deel van zijn tijd besteedt. Dat betekent niet dat mensen die bij de brandweer werken, hele dagen zitten niets te doen dan te wachten op een brand. Ze doen ook andere dingen (zelf trainen, trainingen en rondleidingen organiseren, advies rond brandveiligheid uitbrengen, kelders leegpompen...). Met andere woorden, hun job is veelzijdiger dan het beeld dat wij ervan hebben.

Je kan vragen wat een priester allemaal doet. Het eerste wat de leerlingen zullen zeggen is ‘de mis doen’ want dit is het beeld dat de meeste mensen hebben van een priester. Maar zoals bij een brandweerman, is hun taak veel veelzijdiger.(“Een van onze meeste guitige misdienaars zei op het einde van de zondagse mis: “Mijnheer pastoor, nu heb je weer een week verlof.” Hij wilde daarmee

2

“Onderwijs is in essentie vocationeel”

1. Nodig een priester of religieuze uitde-Weg-wijzen

zeggen dat ik waarschijnlijk niet veel te doen had tot ik volgende zondag weer eens moet optreden in de mis.”Uit het interview met Rudi Mannaerts)

3

Inleefopdracht:

De klas/groep wordt in kleine groepjes verdeeld. De leerlingen krijgen een 15-tal minuten om deze opdracht uit te voeren.

Het is belangrijk dat de jongeren weten dat ze dit nadien in de grote groep moeten voorstellen. Benadruk ook dat er geen juiste en verkeerde antwoorden zijn.Misschien is het voor sommige groepen goed dat je ‘advocaat van de duivel’ speelt om hen te laten nadenken. 

AchtergrondWe denken soms dat we alles over iemand weten omdat we iets over hem weten. In werkelijkheid is hun leven en dikwijls ook hun werk, interessanter en veelzijdiger dan we eerst dachten.  Wat een priester betreft, hij doet heel wat werk dat niet gezien wordt. Dikwijls menen de mensen dat hij bijna altijd in de kerk is. 

In de inleefopdracht moesten we ons inleven in de situatie van een priester en enkele – moeilijke – keuzes maken over wat hij die dag zou doen. In werkelijkheid is een dag van een priester niet altijd zo ingewikkeld. Toch hebben ze evenveel uren om te leven en te werken als ieder ander en moeten ze soms moeilijke keuzes maken wat ze wel of niet doen, waar ze wel of niet aanwezig zullen zijn.

Misschien kan je dieper ingaan op sommige antwoorden als enkele groepen met een zelfde antwoord op de proppen komen. Welke opdrachten zijn dringend? Welke opdrachten kan hij door anderen laten doen? Tijd voor gebed is niet dadelijk “nuttig” maar misschien wel nodig? Hoe zou een priester zich voelen als hij bezig is met deze mensen?

Je kan ook aanhalen dat een parochiepriester meestal niet zoveel verdient. Wel kan hij veel voldoening hebben als hij zijn roeping kan beleven in dienst van mensen.

 PS Kopieer genoeg bladen om te kunnen werken in kleine groepjes. Je kan de kaartjes ook eerst uitsnijden. Dit is handiger voor de jongeren om te beslissen welke kaartjes ze willen weg doen of om de kaartjes in een zekere rangorde te leggen.

 

4

Opdracht: “Stel je voor dat jij een priester bent die woont in een drukke parochie. Je hebt vandaag heel wat te doen maar realistisch gezien kan je er maar 7 doen. Welke 7 zou jij er uitpikken en waarom?”

  Samen met enkele mensen van je parochie overleggen hoe de parochie levend kan zijn

  Eucharistieviering tijdens de middagpauze in de plaatselijke school.

 

 Het ziekenhuis belt met de vraag of jij bij een stervende patiënt de ziekenzalving kunt komen doen.

 Interview met de lokale radio (die ongeveer 10.000 mensen bereikt) 

 Tijd voor gebed 

 Middageten

 Een gebroken venster laten herstellen in het parochiehuis 

 Een verjaardagsfeestje in je familie 

 Een andere priester komt langs om met jou te overleggen 

 Er staat iemand aan de deur die een probleem heeft en jou wilt spreken

 Een koppel wil je spreken want ze willen binnenkort trouwen

 Een samenkomst van Ziekenzorg waar ze graag hebben dat jij aanwezig bent.

5

 Een preek schrijven voor

de zondagsviering 

 Een documentaire bekijken op TV

6

Frequently Asked Questions

Intro:De leerlingen kijken naar een stukje van de DVD 4-kant voor GodBijv. Filip Hacour (priester) – 7:03Bijv. Bart Verhack (Tibériade) – 4:43

Wat is hun eerste reactie als ze dit zien?

Op een website vind je meestal een aantal FAQ. Frequently asked questions, vragen die dikwijls gesteld worden zodat de webmaster ze op de website beantwoord en niet telkens opnieuw moet reageren op een mail met één van deze vragen.

De volgende vragen staan bij de FAQ op een website rond priesterroeping

Waarom zou je priester worden? Hoe reageerde je familie en je

vrienden op je beslissing? Hoe belangrijk is bidden voor jou? Is bidden altijd gemakkelijk? Moet je veel studeren om priester

te worden? Mag je niet trouwen als priester? Wat als je dan verliefd wordt? Ben je niet eenzaam als priester? Wat doe je een hele dag als priester? Wat is een priester eigenlijk? Heb je God echt horen roepen?

OfDe volgende vragen staan bij de FAQ op een website rond roeping tot religieus leven

Waarom kiest iemand om zuster te worden?Hoe reageerde je familie en je vrienden op je beslissing?Kan je niet trouwen en toch helemaal voor God leven?Heb je geen spijt van je beslissing?Wat bedoel je als je spreekt over roeping?Moet je dan altijd zo een speciale kleren dragen?

De leerlingen krijgen deze vragen en overlopen ze.

Eerst wordt gezocht of ze nog andere vragen zouden bijvoegen.(Heb je zelf nog andere vragen? Wat zou jij aan een priester, zuster … vragen?)

Daarna kiezen ze in kleine groepjes van 2, 3 leerlingen een vraag uit die hen het interessants lijkt en proberen zelf een antwoord te geven op de vraag.Deze vragen kunnen nadien gesteld worden aan iemand die komt getuigen.

7

Doosjes in doosjes oftewel vijf krachten die een mens tot mens maken

Als je het over keuzes maken of over roeping hebt, gaat het over heel de mens.Aan de hand van Matroesjkas worden 5 krachten die een mens tot mens maken aangebracht. Het zijn 5 krachten die energie geven, die mijn leven richting kunnen geven. We zijn niet altijd gewend om bij alle 5 de krachten stil te staan die samen de menselijke persoon structureren.

Ik ben lichaamDankzij mijn bloed en mijn adem, worden al mijn cellen geïrrigeerd en kunnen ze leven.Dankzij mijn hersens, wordt alle energie van de zenuwen doorgegeven in heel mijn lichaam. Mijn fysiek weerspiegelt zich in mijn uiterlijk.Soms heb ik een overvloed van energie, soms zit ik er maar zwakjes bij.

Ik ben verstandDankzij mijn verstand kan ik de natuur, de mensen, de moeilijkheden van het gewone leven begrijpen. Ik kan begrijpen wat er ín mij gebeurt.Het willen weten, het zoeken naar kennis kan mij energie geven maar soms heb ik het moeilijk om situaties (en mezelf) te begrijpen…

Ik ben gevoelensTalrijke gevoelens wonen in mij en zijn een deel van mij (zijn mij). Ik ben goedheid, vreugde, vrijgevigheid, vrede, … Ik ben ook kwaadheid, goesting, droefheid, jaloersheid …Al deze gevoelens zijn energie die me helpen om te leven of die me verhinderen om te leven …

Ik ben fantasieEigenlijk ben ik vol van beelden: beelden van de natuur, uit mijn concrete leven, beelden uit films, boeken, mooie beelden die me gelukkig maken, lelijke beelden die me in de war brengen …Al deze beelden geven energie om bezig te zijn, te scheppen of af te breken.

Ik ben hart en geest en zielIn de bijbel praten gelovigen vaak over het hart, dat is de kern van een mens. Met mijn hart engageer ik me, met mijn hart beslis ik: ik ben voor.. Tegen, ik ga … doen. In de bijbel gebruiken gelovigen ook het woord ‘adem’ of ‘geest’ om het hart aan te duiden. Het is de geest (Geest) in mij die bevestigt wie ik ben, wat ik wil …Met de ziel wordt de binnenkant van de mens bedoeld, een innerlijke plek waar je helemaal jezelf kan zijn, de plek waar God aanwezig kan komen.Mijn hart, mijn geest, mijn ziel is helemaal vitaal, het is energie in pure staat.

(Naar Parler des vocations au cours de religion ou en retraite scolaire, blz 34Centre National des vocations, Louvain-la-neuve)

8

9

Iedere deelnemer krijgt 5 blaadjes vierkant papier. Elk papier is 0,5 cm kleiner dan het vorige. Bij elk papier wordt een vraag gesteld waar ieder persoonlijk het antwoord op schrijft. We beginnen met het grootste papier. Als de vraag beantwoord is, wordt met het papier een doosje geplooid *. Uiteindelijk passen de 5 doosjes in elkaar en kom je dichter en dichter bij de kern, het hart van de mens, bij het diepste verlangen dat in een mens leeft. Dit is

richtinggevend bij belangrijke keuzes.

Grootste blad: Hoe zou je er binnen 10 jaar willen uitzien? Of: Wanneer ervaar je dat je

fysiek veel energie hebt?

Iets kleiner blad: Wat zou je nog allemaal willen begrijpen en realiseren?

Nog iets kleiner: Waar en wanneer voel ik me goed?

Nog wat kleiner: Van wat droom ik? (niet waarvan droom ik ’s nachts in mijn slaap maar hoe

is mijn droom voor de toekomst?)

Het kleinste blad Wat leeft er diep van binnen in me, waar ik soms geen woorden voor vind

en waar ik niet gemakkelijk met anderen over spreek?

Bij het eerste doosje zal het nog rumoerig zijn want ieder moet nog leren een doosje te plooien, naargelang de vragen persoonlijker worden, wordt het ook stiller …

Ondertussen speelt rustige muziek.

* Hoe je een doosje kan plooien, vind je op www.roepingen.be (klik op did materiaal, workshop kiezen voor dummies)

10

Stichting Roeping

De leerkracht geeft wat achtergrondinformatie rond de Belgische Stichting ‘Roeping’

Achtergrondinfo

Stichting Roeping stelt nieuwe laureaten voor

Brussel - De Stichting Roeping zorgt er al sinds 1963 voor dat mensen met een doel, en geen Messiaanse opdracht zoals de titel een beetje doet vermoeden, subsidies krijgen voor een levensproject of levensdroom. Ook in 2008 zijn er opnieuw enkele opmerkelijke laureaten.  Iedereen heeft een roeping, zoveel is zeker. Maar jongeren met toekomstdromen weten vaak niet waar begonnen. Daarom is er de Stichting Roeping, die jongeren de kans geeft om hun roeping waar te maken.Sinds het ontstaan van de Stichting in 1963 door Emile Bernheim, de gewezen baas van de Innovation, hebben al 613 jongeren een beurs ontvangen. En daar zijn enkele bekende namen bij: choreografe Anne Teresa De Keersmaeker, Koningin-Elisabethfinalist Jan Michiels, regisseur Pieter De Buysser en schrijfster Annelies Verbeke. Natuurlijk krijgt de jongere met de roeping niet zomaar een blanco cheque. Daarvoor moet hij of zij eerst langs een jury. Die bestaat uit een twintigtal vooraanstaande specialisten uit de wereld van wetenschappen, kunst, letteren en muziek. In 2008 kwamen er vierhonderd kandidaturen binnen. Een voorwaarde om deel te nemen is dat de beurzen niet gebruikt worden voor commerciële doeleinden, maar alleen om een roeping, een droom werkelijkheid te laten worden.De vijftien ‘normale’ beurzen van elk 10.000 euro gingen naar erg uiteenlopende projecten. Een selectie. Laborante Patricia Cornet vindt haar roeping in de wetenschap: ze werkt mee aan de wetenschappelijke en technische ontwikkeling van een laboratorium voor tropische geneeskunde in Angola, en wil nu met het extra geld instaan voor de verdere opvolging van plaatselijke laboranten. De organiste Cindy Castillo is al sinds haar twaalfde in de ban van het orgel en kan dankzij de beurs voortstuderen. Emilie Guillaume is gepassioneerd door actietheater, gecombineerd met acrobatie en vechtsporten. Door de Stichting studeert ze nu in de Chinese hoofdstad Peking aan een internationale kunstschool. De Brusselse Ariane Loze is eveneens bevlogen door theater, maar dan modern theater, en gaat met het extra geld een eigen theatervoorstelling maken. De in Boekarest geboren Adi-Alice Petre ten slotte bespeelt de harp en verzeilde in Brussel om aan het Conservatoire Royal te studeren. Met de steun van de Stichting kan Petre een nieuw instrument aanschaffen.

(http://www.brusselnieuws.be/

PROMOTIE 2010 – SELECTIEVOORWAARDEN

-     Tenminste 18 jaar en  jonger dan 30 jaar zijn op 30 september 2009 (geboren zijn tussen 30 september 1979 en 30 september 1991) - De Belgische nationaliteit bezitten -   Een echte roeping hebben ongeacht in welke discipline (artistiek, sociaal, wetenschappelijk,...) - Getuigen van die roeping door een aanzet tot realisatie. De Stichting kent geen beurzen toe om studies aan te vatten of een commerciële activiteit op te starten maar wel om de jongere toe te laten het project dat overeenkomt met zijn roeping te verwezenlijken.

11

WAT IS EEN ROEPING?

Een passie die het leven stuurt en op dwingende wijze een levensdoel bepaalt. 

'Een roeping is een levensinvulling waarvan je eigenlijk altijd al geweten hebt dat het de jouwe is. Dat wat je absoluut wil doen, simpel gezegd. Je hebt het gevoel dat de vervulling van die roeping voor een groot deel zal bijdragen tot je algemene geluk. Je moet zeker hard werken om je roeping te concretiseren, maar het gaat dan om het soort werk dat je graag doet en waar je goed in bent.' Annelies Verbeke, schrijfster, laureate van de Belgische Stichting Roeping in 2003. 

www.fondationvocation.be

Dan krijgen de leerlingen de vraag welk project zij zouden indienen bij deze stichting.Het gaat dus over hun eigen leven, geen gefantaseerd iets, maar iets wat zij echt zouden willen verwezenlijken.

Afhankelijk van de klasgroep kan je hierover in gesprek gaan.

12

Vooropdracht

De leerlingen vragen aan een 5-tal mensen wat hen gelukkig maakt. Ze zoeken 5 mensen uit van verschillende leeftijden en achtergrond, dus geen 5 vrienden.Als ze het antwoord op deze vraag gekregen hebben stellen ze ook de vraag wat hen écht gelukkig maakt. Het kan zijn dat dit hetzelfde antwoord geeft, het kan zijn van niet. De jongeren brengen deze antwoorden mee.

Wat maakt gelukkig?

Aan de hand van de antwoorden wordt een lange lijst gemaakt van wat mensen allemaal gelukkig maakt. Als je zelf de antwoorden opschrijft, kan je ze al wat groeperen. Anders maak je er gewoon een lange, lange lijst van.

Wat maakt écht gelukkig?

In een gesprek wordt gekeken met de leerlingen of er een verschil is met de antwoorden op de vorige vraag. Samen met hen wordt nagedacht over het verschil tussen gelukkig zijn en écht gelukkig zijn (er zijn veel dingen die me gelukkig maken; écht gelukkig ben ik als iets me diep geraakt heeft of als het me lange tijd gelukkig maakt of)

DVD 4-kant voor God

Je kan hier enkele fragmenten uit de eerste film gebruikenPriester Rudi Mannaerts (dankbaar en gelukkig – de droom van Jezus doorgeven – onmiddellijk opnieuw beginnen)Broeder en Priester Bart Verhack (speel alles)

Ofwel kan je werken met volgende teksten “Het mooiste moment”

Rudi Mannaerts

“Het mooiste als priester is dat je iets kan doorgeven waar je hart vol van is. Ik denk dat dit voor elke opvoeder, ouder of leraar zo is. Een leraar die een beetje vervult is van zijn vak en een ouder die een eigen droom heeft kunnen waarmaken, die willen dat doorgeven. Ik denk dat het voor een priester niet anders is. Je hebt ergens de droom van Jezus leren kennen - die je zelf ook maar voor een bepaalde aantal procenten waarmaakt - maar je vindt die droom mooi genoeg om door te geven. Je wil de benepenheid van onze nogal materialistisch gevulde medeburger even een

13

2 Wat maakt je gelukkig?

seintje geven: kijk eens dieper of kijk eens hoger. Hoe doe je dat? Proberen op de golflengte te komen van de mensen, als ze met een bepaald gevoel zitten, een vrolijk gevoel bij een geboorte, meestal een droevig gevoel bij een uitvaart of bij ziekte. Dan stamelend met woorden die naar dat hogere en dat diepere van God reiken zodat ze een beetje meer veerkracht, een beetje meer hun gevoelens tot uiting kunnen brengen. Als je les geeft, probeer je meer inzichtelijk, intellectueel een aantal mechanisme of basisideeën door te geven. Hopelijk kan men daar toch ergens op terug vallen. Dat is ook voor het geloof, het is niet alleen een kwestie van gevoel, het heeft ook te maken met ideeën, met inzichten.”

Bart

Veel jongeren denken dat jullie een ongelofelijk saai leven hebben …

Het kan een saai en monotoon leven lijken maar eigenlijk is het een diep bevrijdend leven.Alles is strak georganiseerd en dat maakt het mogelijk om het moment ten volle te beleven. Je moet je niet afvragen wat je straks gaat doen terwijl je aan het bidden bent. Zo kan je ten volle bidden.Soms staan we voor verrassingen, plots komt een bus met jongeren aan (die we vergeten waren) en die vragen om een getuigenis. Maar uiteindelijk is het ritme, het levensritme elke dag hetzelfde, dat geeft smaak aan ons leven …Ik zou bijna zeggen het gebed en het dagelijks contact met de Heer maar tegelijkertijd ook het broeder zijn, het samen leven met broeders en zusters, geeft smaak aan het leven. Wat er uiteindelijk smaak geeft aan het leven is de liefde. Als je dit echt in het centrum van je leven wilt plaatsen is dat een fantastisch avontuur, welke organisatie je leven dan ook krijgt.

Zuster Elisabeth

Wat zijn de mooiste momenten?

De mooiste momenten, dan denk ik aan een aantal momenten in onze gemeenschap waarin je voelt dat er hier iets echts leeft. Ik denk bijvoorbeeld aan de viering van Witte Donderdag (waar Jezus voor de laatste maal met zijn apostelen samen is). De abdis die de verantwoordelijke is van onze gemeenschap, gaat dan rond om alle zusters de voeten te wassen, net zoals in het evangelie. Dat is een intens gebeuren. Als we zo in de liturgie samen zijn, dan wordt daar veruitwendigd wat wij proberen samen te beleven. Elke keer opnieuw raakt het mij.

Filip Hacour

Wat zijn de mooiste momenten voor U als priester?

De mooiste momenten voor mij als priester zijn de doopvieringen. Ik vind het fantastisch als ik rond de doopvont sta met het jonge koppel met hun kinderen en met andere kinderen. En dan mogen zeggen: “Ik doop U in de naam van de vader, van de zoon en van de Heilige Geest, beste Noor of beste Elias of welke naam dan ook”. En dan die vreugde zien van die mensen dat maakt mij gelukkig.

Het is misschien eigenaardig maar ook bij een begrafenis als ik mag ervaren dat we deze mens die gestorven is, op een rustige manier uit handen mochten

14

gegeven en vertrouwen dat God nu voor deze mens zorgt. Daar aan deelnemen, als priester daarin mogen voorgaan, dat maakt mij gelukkig als priester.

15

Bespreking

- heb je vragen bij de film of teksten (dingen die je niet begrijpt)- Wat maakt hen gelukkig?- Wat maakt hen écht gelukkig?- Waarin zijn hun antwoorden wél/niet anders dan deze uit onze

interviews?

Slotopdracht

Iedere leerling krijgt een blad tekenpapier en schrijft daarop in verschillende kleuren wat hen allemaal gelukkig kan maken. Ze houden drie kleuren die ze mooi vinden apart.

Deze gebruiken ze om

- de dingen (of mensen of situaties) die hen écht gelukkig maken in een extra mooie kleur door te onderlijnen, te versieren, er een cirkel rond te trekken …;

- de dingen (of mensen of situaties) die ze ‘gekregen’ hebben, niet alleen letterlijk als een geschenk maar de dingen of situaties die ze zelf niet bepaald hebben, een andere extra kleur te geven;

De derde kleur wordt gebruikt als ze denken dat God er iets mee te maken heeft.

16

We werken vanuit twee filmpjes. Het eerste is een reclamefilmpje van Proximus. Dit spotje vind je op

www.garagetv.be zoek naar “proximus Pay&Go generation Spot 60 “ Het tweede is gemaakt door 2 jonge zusters van Don Bosco en kan je

vinden op www.zustersvandonbosco.be als je klikt op de bewegende regel.

Deel 1: Reclamefilmpje van Proximus

Het jongste reclamespotje van Proximus (gemaakt door Famous) toont wat er zich afspeelt in het hoofd van een 17-jarig meisje, dat moet kiezen tussen een nieuwe jeans of een nieuw kapsel. Haar mentale gevecht wordt in Kill Bill-stijl en met de nodige humor in beeld gebracht. Het spotje is het begin van een campagne gericht op jongeren. Voortaan zijn sms'en en mms'en voor de Pay & Generation 24/24 gratis naar alle netwerken.

Laat de leerlingen eerst vrij reageren op het spotje. (Wat vind je ervan? Leuk? Mooi? Grappig? Overdreven? …)

Daarna kan je filosoferen met de leerlingen rond de vraag:“Kan je leven zonder iets op te offeren?”Eerst laat je de leerlingen persoonlijk nadenken en enkele gedachten of elementen pro of contra opschrijven. Nadien kan er een (boeiend) gesprek volgen.

Ofwel werk je met de 4 kwadranten (zie inleiding)

17

3. Moet je kiezen? Kan je kiezen?

Deel 2: filmpje van de zusters van Don Bosco

Dit filmpje werd gemaakt door twee jonge zusters van Don Bosco (twintigers, die na 4 jaar beginvorming, nu leven met tijdelijke geloften d.w.z. dat ze elk jaar opnieuw hun geloften afleggen en bevestigen dat ze willen als religieuze, als zuster van Don Bosco leven). Ze kregen als opdracht hun leven voor te stellen naar jongeren. Het resultaat mag er zijn.

Laat de leerlingen opnieuw eerst vrij reageren. (Wat vind je ervan? Leuk? Mooi? Grappig? Overdreven? …)

Wat willen deze twee zusters vertellen over kiezen?Houdt hun leven ‘opofferen’ in? Waarom wel/niet?

18

Eerste gelofte en hernieuwing geloften als zuster vanDon Bosco, 5 augustus 2008

Het is de bedoeling om met de leerlingen te werken rond het begrip ‘roeping’. Al spelend wordt de inhoud ervan verduidelijkt. Nadien wordt deze inhoud geconcretiseerd aan de hand van een roepingverhaal.

IntroOp het bord of een grote flap staat een tekstballon met de vraag

De leerlingen brengen aan welke associaties zij maken.

Duiding van de workshop

We willen het begrip ‘roeping’ verkennen (inleiding wordt gelinkt aan de aangebrachte associaties). We doen dit aan de hand van 2 spelen en 2 korte verhalen. Telkens staan we even stil bij wat we gedaan en gehoord hebben en leggen de link met roeping.

Spel 1: stoorzender

Spelverloop: De klas wordt in twee groepen verdeeld.

Groep 1 stelt zich op aan de buitenzijde van het terrein, groep 2 neemt plaats tussen hen in.Het is de bedoeling dat groep 1 –A een boodschap doorgeeft aan groep 1-B maar groep 2 speelt voor stoorzender, ze roepen en tieren waardoor de boodschap moeilijk bij de bestemmelingen geraakt. Groep 1-A spreekt onderling af hoe ze dit gaan aanpakken.Ze mogen niet voorbij hun lijn. Groep 2 mag ook niet achter de lijnen komen.

Mogelijke boodschappen:- Het zijn onze keuzes die werkelijk tonen wie we zijn (J.K. Rowling)- We kunnen proberen om geen keuzes te maken, maar dat is eigenlijk ook een keuze (Gary Collins)- Soms droomt hij dat de puzzel past (uit een lied van Bart Peeters)

19

4. Roeping

Wat is roeping?

Groep 1 - A

Groep 2

Groep 1- B

Bespreking:

Hoe was het om de boodschap door te geven? Hoe heb je hem uiteindelijk toch begrepen?

Korte duidingRoeping heeft te maken met luisteren, met horen wat er allemaal op je afkomt. Dat is niet eenvoudig. Je kan je eigen roeping maar ontdekken als je kan luisteren. Luisteren naar mensen, stilstaan bij onze ervaringen, in de diepte van ons hart stil worden en God aan het woord laten, …Er zijn in ons gewone leven heel wat stoorzenders die het luisteren moeilijk maken. We hebben het zo druk, er is veel dat ons wegtrekt van onszelf, we staan niet graag stil bij ons leven want dan komen er vervelende gevoelens naar boven …

Het woord LUISTEREN wordt op een flap geschreven en opgehangen

Een kort verhaal 1: verstoppertje

In de tuin, een grote tuin, zijn de kinderen aan het spelen. Jana stelt voor om verstoppertje te spelen. Iedereen is enthousiast want de tuin geeft veel mogelijkheden om je te verstoppen. Ze beginnen, Tim moet eerst aftellen tot 100, dan mag hij beginne te zoeken. Het is leuk, er wordt gelachen. Tim vindt zijn broertje achter een boom, hij kan zich nog niet echt verstoppen want daarvoor is hij te klein. Hij moet lopen om zijn vriend te kunnen afpotten. Het is leuk en spannend.Daarna zitten ze samen een koek te eten als plots Karima wenend naar hen toe komt stappen. Karima speelde ook mee verstoppertje. Ze vragen wat er toch is. Karima antwoordt: ‘Niemand heeft mij gezocht’

Samen met de leerlingen wordt gezocht naar ervaringen waar ze zich ‘niet gezocht’ voelden maar ook naar de andere ervaringen waar ze wel gezocht of gewaardeerd of nodig wisten.

Korte duidingRoeping heeft te maken met gezocht worden. Het gaat niet alleen om wij die kiezen maar het is de sterke ervaring dat we nodig zijn, dat we de moeite waard zijn, dat we graag gezien zijn. Het vreemd is dat het een ander of een Ander (God) is die ons

nodig heeft.

20

Roeping overkomt je, je wordt gezocht.

Het woord GEZOCHT WORDEN wordt op een flap geschreven en opgehangen

21

Spel 2: Blinddoekenspel

Dit spel wordt per twee gespeeld. Iemand wordt geblinddoekt, de ander moet de geblinddoekte persoon langs een parcours leiden. Deze begeleider mag de geblinddoekte persoon niet aanraken. Hij of zij moet er langs, voor of achter lopen en zeggen hoe de geblinddoekte moet gaan. Daarna wordt omgewisseld.

Er wordt kort besproken hoe dit aanvoelt om als geblinddoekte te moeten vertrouwen op een ander. Je kan ook verder gaan op de vraag in welke situaties de leerlingen vertrouwen ervaren.

Korte duidingRoeping heeft te maken met vertrouwen. Je weet niet waar het ingaan op je roeping je zal brengen, je kan je toekomst niet voorspellen, er kunnen zoveel dingen anders lopen dan je verwacht hebt. Als je ingaat op je roeping, kan je dat maar vanuit vertrouwen want je hebt het verdere verloop niet in handen.

Het woord VERTROUWEN wordt op een flap geschreven en opgehangen

Een kort verhaal 2: Marc Chagall (1887 – 1985)

De wereld transparant maken

Marc Chagall, de beroemde joods-Russische schilder, schrijft in zijn memoires over zijn miserabele jeugd in Vitebsk, een onooglijk dorpje in de Russische steppe.

Daarin vertelt hij dat op een zekere dag de schoolmeester in de klas kwam met een gele rol papier onder de arm die hij behoedzaam ontvouwde en aan het bord spijkerde. Het was een reproductie van Dürer: twee gevouwen handen. De kleine Chagall zat er gefascineerd naar te kijken, alsof er niets anders meer op de wereld bestond. Dat kon dus, met één afbeelding de hele wereld doorzichtig maken, met pen en penseel een wereld scheppen die alleen in je diepste dromen bestaat.

22

Chagall schrijft over dat moment: “Toen is in mij de schilder geboren…” Hij durfde kijken naar de wereld zoals die er nog niet is.Kijken is schilderen.

Uit Manu Verhulst, Op de golfslag van de geest

[ Info: Chagall werd geboren in het deel van het Keizerrijk Rusland dat tegenwoordig Wit-Rusland is. Later verdraaide hij zijn naam naar het meer Franse Marc Chagall. Hij was de zoon van een eenvoudige haringhandelaar en de oudste van negen kinderen. Het gezin was joods. Deze arme maar gelukkige periode in Chagalls leven keert talloze malen terug in zijn werk.Zijn werk wordt vaak geassocieerd met het surrealisme. Maar eigenlijk valt zijn werk onder verschillende stromingen al maakt het nergens helemaal deel van uit. Chagall heeft een hele eigen stijl die dromerig aan doet. Hij haalde zijn inspiratie uit de Russische volkskunst en het volksleven, zijn herinneringen aan zijn jeugd en de rol van het Jodendom hierin. Hij combineerde elementen hiervan met onder andere de kleur van de moderne stijlen die hij in Parijs ontmoette. Zijn werk laat sporen van het Expressionisme, Kubisme en Fauvisme zien. Tevens beeldde hij met grote regelmaat Bijbelscènes af.] Hoe ontdekt hij zijn roeping? Is dit een groots gebeuren? Is dit merkbaar voor de anderen?

Korte duiding:Roeping heeft te maken met het ontdekken (en innemen) van je eigen, unieke plaats in deze wereld. Door jouw leven zal de wereld er anders, mooier, rijker, rechtvaardiger, … uitzien. Dat ontdekken kan plots gebeuren, soms is het een hele zoektocht.

Het woord EIGEN UNIEKE PLAATS wordt op een flap geschreven en opgehangen.

Een roepingsverhaal

De leerlingen kijken naar het roepingsverhaal van zr Elisabeth Schonken, zusters Clarissen(4-kant voor God, tweede film).

(Ofwel kan je één van de roepingsverhalen op tekst gebruiken)

Na het kijken kunnen ze eerst enkele vragen stellen ter verduidelijking.

Daarna wordt samen gekeken hoe de vier kernwoorden in dit verhaal naar voor komen.

23

SlotAls slot wordt geluisterd naar het lied De Puzzel van Bart Peeters.

Ondertussen krijgen de leerlingen een kaartje mee met de wens:Ik wens en biddat de puzzel van jouw leven zal passen;dat je jouw roeping mag ontdekkenen de kracht vindt om die weg te gaan;Ik wens en bid dat je zo gelukkig wordt.

Tekst van het lied:

Soms droom ik wel eens dat de puzzel past Soms droom ik wel eens dat de puzzel pastAls dat ooit zo zou zijndan wordt het kot te kleinDan kijkt iedereen tot bloedens toe verrastSoms droom ik wel eens dat de puzzel past

Als op een dag de puzzel plotseling kloptDan weet ik zekerdat de komedie even stoptWant het is niet zo fijn

om een slappeling te zijnDus droom ik wel eens dat de puzzel kloptDus droom ik wel eens dat de puzzel klopt

Dat de puzzel past(Soms droomt hij dat de puzzel past)Dat de puzzel klopt(Soms droomt hij dat de puzzel klopt)Soms droom ik ook weleensdat alle zever stoptSoms droom ik wel eens dat de puzzel kloptSoms droom ik wel eens dat de puzzel klop

Nee ik ding niet meer meenaar een vacaturevoor schotelvod schotelvodIk vraag aan een mechaniekerom mijn antenne bij te sturenWant voorlopig is dat beest kapotWant voorlopig is dat beestje kapot

Mijn antenne is kapot (zijn antenne is kapot)Mijn antenne is kapot (zijn antenne is kapot)Is er dan geen timmermandie mijn schotel maken kanWant ik ben niet graag een schotelvodWant ik ben niet graag een schotelvod

24

Soms droom ik wel eens dat de puzzel pastIk had het onlangs nog met een IkeakastMaar ik had weer een vijs of drie te weinigook al deed ik zo mijn bestMaar met vier twijgjesbouw ik moeiteloos een nestMaar met vier twijgjesbouw ik moeiteloos een nest

Bouw ik moeiteloos een nest(bouwt hij moeiteloos een nest)Bouw ik moeiteloos een nest(bouwt hij moeiteloos een nest)Dus droom ik dat de puzzel past(dat de puzzel past)Dus droom ik dat de puzzel past

Yeh Yeh Yeh Yeh Yeh Yeh Yeh!(dat de puzzel past)Yeh Yeh Yeh Yeh!(dat de puzzel past)Oh Oh Oh OhEn dan wist ik op hoeveel graden ...(Oh Oh Yeh)Je gekleurde truien wast ...(Bart Peeters)

April 2009Zr Marina RerrenRoepingenpastoraal Vlaanderen

Deze werkvormen zijn gebaseerd op het materiaal uitwww.roepingen.be (did materiaal)http://www.kuleuven.be/thomas (In de Kijker 67)

25