Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in ... 05-2010.pdf · Logisticon Waterbehandeling...

24
Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in Nederland (Vewin) u Cover_ankeiler_1 Cover_ankeiler_11 u Cover_ankeiler_2 Cover_ankeiler_22 u Cover_ankeiler_2 Cover_ankeiler_22 13de jaargang, nummer 5 oktober 2010 Water spiegel Themanummer Begroting 2011 Lobbypunten Vewin voor nieuw politiek jaar Biodiversiteit en natuurlijke hulpbronnen Hans Alders (voorzitter landelijke Taskforce) u Kennisbundeling binnen watersector Ron Thiemann (Deltares)

Transcript of Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in ... 05-2010.pdf · Logisticon Waterbehandeling...

Page 1: Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in ... 05-2010.pdf · Logisticon Waterbehandeling Nationale Beeldbank PWN Cees Verkerk Vitens-Evides International Waternet Waterschap

Opin ieblad van de Verenig ing van waterbedr i jven in Neder land (Vewin)

uCover_ankeiler_1

Cover_ankeiler_11uCover_ankeiler_2

Cover_ankeiler_22uCover_ankeiler_2

Cover_ankeiler_22

13de jaargang, nummer 5 oktober 2010

Waterspiegel

Themanummer Begroting 2011Lobbypunten Vewin voor nieuw politiek jaarBiodiversiteit en natuurlijke hulpbronnen

Hans Alders (voorzitter landelijke Taskforce)

uKennisbundeling binnen watersector

Ron Thiemann (Deltares)

Page 2: Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in ... 05-2010.pdf · Logisticon Waterbehandeling Nationale Beeldbank PWN Cees Verkerk Vitens-Evides International Waternet Waterschap

Colofon inhoudWaterspiegel is een periodieke uitgave van Vewin, de Vereniging van waterbedrijven in Nederland. Waterspiegel brengt nieuws, achtergronden en opinies uit de wereld van water en aanverwante sectoren.

uiTGEVERRinus VissersNijgh Periodieken B.V.Postbus 1223100 AC SchiedamTel. 010-4274100Fax 010-4739911 E-mail [email protected]

hooFdREdACTiEVewinMarco Zoon ([email protected])

(Eind)REdACTiENijgh Periodieken B.V.Pieter de Vries([email protected])

dRuK En LAY-ouTDeltaHage grafische dienstverlening, Den Haag

REdACTionELE BiJdRAGEnPhilip Reedijk/Maas CommunicatieRobert Visscher

AAn diT nuMMER WERKTEn MEELieke Coonen, Arjen Frentz, Sabine Gielens, Hendrik Jan IJsinga, Cees Verkerk en Nicole Zantkuijl.

FoToGRAFiE En iLLuSTRATiESANPDeltaresEvides WaterbedrijfHollandse HoogteVictor van LeeuwenLineair FotoarchiefLogisticon WaterbehandelingNationale BeeldbankPWNCees VerkerkVitens-Evides InternationalWaternetWaterschap AGVWetsusWML

ABonnEMEnTEnWaterspiegel wordt toegezonden aan personen die beroepsmatig bij de watersector betrokken zijn. Adreswijzigingen kunnen worden gericht aan Vewin (Postbus 1019, 2280 CA Rijswijk). Verzoeken om een gratis abonnement zijn ter beoordeling van de uitgever.

Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen zonder toestemming van de uitgever.

2 W a t e r s p i e g e l / o k t o b e r 2 0 1 0

Ron ThiEMAnn, diRECTiELid dELTARES

18 ‘Met waterexpertise de wereld winnen’

ron thiemann (Deltares) is voorstander van (meer) kennisbundeling binnen

de watersector. Vraagstukken op het gebied van klimaatverandering, water-

veiligheid, zoetwatervoorziening, afvalwaterbehandeling en drinkwater vra-

gen om een integrale benadering. in het Nederlandse innovatiebeleid is water

één van de ankerpunten. samenwerking tussen kennisinstituten, overheden

en bedrijven is nodig voor het behoud van de vooraanstaande positie van de

Nederlandse waterexpertise.

hAnS ALdERS, VooRziTTER TASKFoRCE BiodiVERSiTEiT

4 ‘drinkwaterbedrijven natuurlijke partners’

in 2010 – het internationale jaar van de biodiversiteit – staat het behoud

van biodiversiteit hoog op de politieke agenda. Dit najaar wordt in Japan

onderhandeld over nieuwe, mondiale doelstellingen. in Nederland leveren de

drinkwaterbedrijven als natuurbeheerders een bijdrage aan de biodiversiteit.

Vewin heeft zich aangesloten bij de Coalitie biodiversiteit. reden voor een

interview in deze Waterspiegel met Hans alders, voorzitter van de landelijke

taskforce biodiversiteit.

JohAn dE BondT, diJKGRAAF WATERSChAp AGV

6 ‘Besparingen door integratie afvalwaterketen’

Johan de bondt, dijkgraaf van Waterschap amstel, gooi en Vecht, kan er

kort over zijn: “Door het integreren van de afvalwaterketen kan het nieuwe

kabinet zowel organisatorisch als financieel een flinke besparing realiseren

en tegelijkertijd het eindproduct verbeteren. Het nieuwe kabinet zou

daartoe wel snel duidelijkheid moeten verschaffen over de toekomst van de

waterschappen.”

STAndpunTEn En pLEidooi VEWin pER MiniSTERiE

8-15 Themanummer Begroting 2011

Zoals elk jaar wordt in het septembernummer van Waterspiegel ruim aan-

dacht besteed aan prinsjesdag. per ministerie, waarvan het beleid raakvlak-

ken heeft met drinkwater, zijn de belangrijkste standpunten en wensen van

Vewin puntsgewijs aangegeven. in korte interviews met de beleidsmedewer-

kers van Vewin worden waterrelevante thema’s uitgelicht.

Page 3: Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in ... 05-2010.pdf · Logisticon Waterbehandeling Nationale Beeldbank PWN Cees Verkerk Vitens-Evides International Waternet Waterschap

3W a t e r s p i e g e l / o k t o b e r 2 0 1 0

VooRWooRd

sMart Cities 2050Ruim voor 2000 was duidelijk dat de 21ste eeuw tal van nieuwe ontwikkelingen zou brengen.

De omineuze codenaam Y2K duidde daar ook op: onophoudelijk veranderen. Tussen 2000 en 2010

tekenden zich inderdaad steeds meer en snellere transities af. Van Sydney tot Bejing, van Lissabon

tot Rio: de hele wereld is aan het veranderen. Panta Rei, niets blijft hetzelfde.

In de komende tientallen jaren zullen de veranderingen vermoedelijk ook nog eens versnellen.

Tot 2050 brengt de wereldbevolkingsgroei 150.000 nieuwe stadsbewoners per dag. Elke week dus

ergens ter wereld een nieuwe stad van 1 miljoen mensen, waarvoor extra infrastructuur en (water)

voorzieningen aangelegd moeten worden: de metacities van 2050.

Om te voorkomen dat de wereld één grote stadschaos wordt is planning en design nodig.

De International Water Association (IWA) doorzag dat tijdig. In 2005 startte IWA de campagne

Cities of the Future. Een uitdagend project dat tijdens het laatste IWA wereldcongres op een

hoogtepunt kwam. Vanuit Montreal deed IWA een dringend appel op de leiders van onze aarde

voor een integraal design van nieuwe steden, waarbij water, huisvesting en energie strakker met

elkaar worden verweven. Met name deltagebieden moeten alle zeilen bijzetten om degradatie

van hun steden te voorkomen. Een kolfje overigens naar onze hand want bijna nergens ter wereld

is zoveel nieuwe kennis op het gebied van waterbouw en stadsvernieuwing aanwezig als in

Nederland. Alles is in huis: van steeds groener (eco-agri), tot steeds blauwer (aqua) en smarter (ICT).

Om deze toppositie te behouden moeten wij nu investeren in innovatieve agrariërs, architecten,

bouwkundigen, universiteiten en bedrijven. De smart cities 2050 vragen nu om investeren en

versnellen: op weg naar verdubbeling van de innovatiesnelheid.

Hier ligt een taak voor het bedrijfsleven, maar evenzeer voor het nieuwe kabinet.

Een gouden kans voor het nieuwe kabinet.

Theo Schmitz

Page 4: Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in ... 05-2010.pdf · Logisticon Waterbehandeling Nationale Beeldbank PWN Cees Verkerk Vitens-Evides International Waternet Waterschap

W a t e r s p i e g e l / o k t o b e r 2 0 1 04

‘Drinkwaterbedrijven natuur-lijke partner biodiversiteit’hans Alders over waarde van biodiversiteit en hulpbronnen

In 2010 – het internationale jaar van de biodiversiteit – staat het

behoud van de vele soorten planten, dieren en ecosystemen hoog

op de politieke agenda. Dit jaar wordt in Japan onderhandeld

over nieuwe, mondiale doelstellingen. In Nederland leveren de

drinkwaterbedrijven als beheerders van duizenden hectares

natuurgebied een bijdrage aan de biodiversiteit. Vewin heeft zich

aangesloten bij de Coalitie Biodiversiteit. Alle reden voor een

interview in deze Waterspiegel met Hans Alders, oud-minister

van VROM en voorzitter van de landelijke Taskforce ‘Biodiversiteit

en Natuurlijke Hulpbronnen’. “Drinkwaterbedrijven zijn een

natuurlijke partner in het behoud van biodiversiteit.”

Biodiversiteit is een breed begrip.

“Het gaat niet alleen om de schoon-

heid van de natuur en de soorten-

rijkdom aan planten, dieren en ecosyste-

men”, stelt Hans Alders. “Het is ook een

kwestie van de vele functies die de natuur

vervult. Denk aan de voedselvoorziening,

medicijn- en grondstoffenproductie,

waterkwaliteit en waterbuffers. Biodiver-

siteit is een eerste voorwaarde voor het

leven op aarde.”

Des te belangrijker is het behoud ervan.

Of beter, het tegengaan van de achteruit-

gang van de biodiversiteit wereldwijd. De

natuur levert de mensheid onmisbare

‘ecosysteemdiensten’ en grondstoffen.

Alders geeft enkele voorbeelden van

roofbouw. “De mensheid heeft in de loop

der jaren de natuur op inefficiënte wijze

ingewisseld voor functies zoals landbouw

en houtproductie. Met alle negatieve

gevolgen van dien: uitputting van

bodems en watervoorraden, erosie van

berghellingen als gevolg van overmatige

boskap.”

Bij zijn benoeming als voorzitter van de

taskforce in 2008 benadrukte Alders de

noodzaak om te stoppen met ontbossing.

Behoud van het tropisch regenwoud is

immers essentieel in het tegengaan van

de opwarming van de aarde. Als ‘belang-

rijk neveneffect’ noemde Alders het

behoud van de diversiteit aan flora en

fauna in de tropische bossen: goed voor

meer dan de helft van de soorten wereld-

wijd.

hulpbronnen

In het licht van de doorgaande bevol-

kingsgroei – volgens schattingen van de

VN leven in 2050 circa 9 miljard mensen

op aarde – moet het roer volgens Alders

drastisch om. “Als we onzorgvuldig

blijven omgaan met onze natuurlijke

hulpbronnen, ontstaan in de toekomst

tekorten aan voedsel, water, medicijnen

en grondstoffen.”

Alders constateert ook positieve ontwik-

kelingen, zoals de discussie binnen de EU

over natuurbescherming en het beheer

van de rivieren. De Europese Kaderricht-

lijn Water, die een verbetering van de

waterkwaliteit beoogt, is een stap in de

goede richting, beaamt Alders. “Maar er

is veel meer nodig. We staan voor een

noodzakelijke overgang naar de

duurzame productie van voedsel en

goederen, die minder ten koste van de

natuur gaat.”

Probleem is, aldus Alders, dat we aan

veel zaken geen prijs toekennen en ze

daarom schijnbaar geen (economische)

‘In de bIodIversIteItdIscussIe zIjn water- kwantIteIt en -kwalIteIt heel belangrIjk’ hans alders

Page 5: Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in ... 05-2010.pdf · Logisticon Waterbehandeling Nationale Beeldbank PWN Cees Verkerk Vitens-Evides International Waternet Waterschap

5W a t e r s p i e g e l / o k t o b e r 2 0 1 0

Taskforce

Hans Alders is in 2008 benoemd tot voorzitter van de Taskforce ‘Biodiversiteit en Natuurlijke

Hulpbronnen’. De taskforce ontwikkelt een visie op de wijze waarop Nederland zijn beslag op

natuurlijke hulpbronnen kan verminderen, ter behoud en bevordering van de biodiversiteit.

Daarnaast zal de taskforce aangeven welke extra inspanning Nederland kan leveren aan het

behoud van biodiversiteit (ecosystemen, planten- en diersoorten) in binnen- en buitenland.

De leden van de taskforce zijn afkomstig uit bedrijfsleven, overheid, wetenschap en maat-

schappelijke organisaties. Gezamenlijk zoeken ze naar innovatieve oplossingen om het verlies

van het aantal soorten dieren, planten en micro-organismen tegen te gaan. In de loop van 2011

zal deze inventarisatie uitmonden in een advies aan de regering.

Hans Alders

waarde hebben. Oftewel, aan het behoud

van biodiversiteit moet een prijskaartje

hangen. Alders pleit voor een expliciete

relatie tussen economie en biodiversi-

teit. “Aan de functie van bossen als

CO2-opslag moet je een waarde toeken-

nen, zodat bij de houtkap deze (extra)

economische overweging een rol speelt.”

Water

Ook water is een goed voorbeeld. Niet

voor niets wordt in landen die kampen

met watertekorten en uitputting van

voorraden wegens inefficiënt waterge-

bruik, meer en meer gepleit voor prijsme-

chanismen. “Water is slecht beprijsd”,

bevestigt Alders.

“Met onze zoetwatervoorraden moeten

we zorgvuldig omgaan, bijvoorbeeld door

goed rivierbeheer. In de biodiversiteitdis-

cussie is zowel de waterkwantiteit als

-kwaliteit heel belangrijk.” Met betrek-

king tot de kwaliteit onderstreept hij het

belang van preventie. “We moeten voorko-

men dat er teveel chemische middelen

vanuit de landbouw in het water terecht-

komen, bijvoorbeeld door alternatieve

gewasbeschermingtechnieken te ontwik-

kelen.”

Bij het behoud van biodiversiteit komt

volgens Alders ‘heel veel’ kijken. Inzet

van hernieuwbare energie, hergebruik

van stoffen, het sluiten van kringlopen en

een efficiënter gebruik van natuurlijke

hulpmiddelen en grondstoffen waarvan

de voorraden eindig zijn. “Het hoort er

allemaal bij. Ik denk dat we voor een

enorme transitietocht staan. Gezien de

groei van de wereldbevolking zal in de

landbouw de opbrengst per hectare flink

omhoog moeten en moet het water

efficiënter gebruikt worden.”

Coalitie Biodiversiteit

Al met al een proces van lange adem. Ook

om het bewustzijn ten aanzien van het

belang van biodiversiteit te vergroten.

Vandaar dat de voorzitter van de

taskforce, die in 2011 haar eindrapport

presenteert aan het kabinet, de Coalitie

Biodiversiteit verwelkomt. Ook Vewin is

hiervan lid.

“Een hartstikke goed initiatief. Deze

coalitie is een mooi platform voor de

voortzetting van het werk van de

taskforce. De drinkwaterbedrijven zie ik

als een natuurlijke partner in het behoud

van biodiversiteit. Niet alleen omdat ze

natuurterreinen beheren. Ze denken ook

steeds beter na over het op peil houden

van de watervoorraden en de kwaliteit

daarvan. Typisch een bedrijfstak die het

goede voorbeeld kan geven voor efficiënt

gebruik van grondstoffen en het tegen-

gaan van verspilling.” ■

Page 6: Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in ... 05-2010.pdf · Logisticon Waterbehandeling Nationale Beeldbank PWN Cees Verkerk Vitens-Evides International Waternet Waterschap

W a t e r s p i e g e l / o k t o b e r 2 0 1 066 W a t e r s p i e g e l / o k t o b e r 2 0 1 0

‘sluit de afvalwaterketen’dijkgraaf de Bondt over besparingen door integratie van taken

Johan de Bondt, dijkgraaf van Waterschap Amstel, Gooi en Vecht,

kan er kort over zijn: “Door het integreren van de afvalwaterketen

kan het nieuwe kabinet zowel organisatorisch als financieel een

flinke besparing realiseren en tegelijkertijd het eindproduct

verbeteren. Het nieuwe kabinet zou daartoe wel snel duidelijkheid

moeten verschaffen over de toekomst van de waterschappen.”

Nu nog is de gemeente verant-

woordelijk voor het riool en het

waterschap voor de afvalwater-

zuivering. Dat moet veranderen, volgens

De Bondt: “Het onafhankelijke feitenon-

derzoek toonde vorig jaar al aan dat

landelijk zo’n 380 miljoen euro kan

worden bespaard door aanleg, beheer en

onderhoud van de riolering en afvalwa-

terzuiveringsinstallaties in ons land te

combineren.”

Afvalwaterakkoorden

“Je belegt dan de capaciteits- en kwali-

teitsvraagstukken binnen één organisa-

tie, waardoor je efficiënter en effectiever

kunt werken. Dit sluit ook aan bij de

Rijksvisie op de waterketen uit 2003, die

stelt dat gemeenten en waterschappen

door het sluiten van afvalwaterakkoorden

de afvalwaterketen doelmatiger kunnen

laten functioneren.”

“In onze optiek moet er wel een scheiding

zijn tussen enerzijds de verantwoordelijk-

heid voor de gemeentelijke zorgplichten,

planvorming en beleid die bij de gemeen-

ten blijft – en anderzijds de uitvoering

van operationele taken in het dagelijks

beheer van de afvalwaterketen bij het

waterschap.”

Samenwerking met drinkwaterbedrijven

“Ik voorspel dat we in de nabije toekomst

ook meer samenwerking zullen zien

tussen de waterschappen en de drink-

waterbedrijven. Wij hebben in onze regio

bijvoorbeeld alle zaken rondom water al

jaren geleden samengevoegd in één

organisatie: Waternet. Daarin werken de

gemeente Amsterdam en het waterschap

Amstel, Gooi en Vecht nauw samen, zowel

op het beleidsvoorbereidende als op het

uitvoerende vlak. Sinds 2008 valt hier ook

de drinkwatervoorziening via het Drink-

waterbedrijf Amsterdam onder.”

“Waternet is daarmee het eerste watercy-

clusbedrijf van Nederland en zorgt op een

integrale, samenhangende en maatschap-

pelijk verantwoorde wijze voor drinkwa-

ter, afvalwater en grond- en oppervlakte-

water. De structurele synergievoordelen

van deze integrale aanpak waren tevoren

berekend op 8 miljoen euro, maar inmid-

dels zijn we de 15 miljoen al gepasseerd!

Deze manier van samenwerking zal

Page 7: Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in ... 05-2010.pdf · Logisticon Waterbehandeling Nationale Beeldbank PWN Cees Verkerk Vitens-Evides International Waternet Waterschap

7W a t e r s p i e g e l / o k t o b e r 2 0 1 0 7W a t e r s p i e g e l / o k t o b e r 2 0 1 0

alleen maar toenemen, ook met de andere

drinkwaterbedrijven.”

“Het gaat overigens niet alleen om geld,

maar ook over de kwaliteit”, zegt De

Bondt. “Gemeenten en waterschappen

kunnen via optimalisatiestudies in beeld

brengen welke afvalwaterstromen

moeten worden afgevoerd en gezuiverd

en welke investeringen daarvoor noodza-

kelijk zijn. Door vanuit de eigen optiek,

maar wel samen, de knelpunten in de

gehele afvalwaterketen te analyseren,

kunnen bredere afwegingen worden

gemaakt dan tot nu toe het geval is.”

Beheer primaire waterkeringen

“Inmiddels bestaat er ook met de andere

partners in dit veld, met name met de

VNG, een hoge mate van overeenstem-

ming voor deze opzet. In het kader van de

bezuinigingen is het daarom van groot

belang deze ontwikkeling nu snel in gang

te zetten. Ik zou dit combineren met het

overhevelen van het beheer en onderhoud

van de primaire waterkeringen, van Rijks-

waterstaat naar de waterschappen.”

“Op die manier sla je twee vliegen in één

klap; je creëert een forse besparing bij het

ministerie van Verkeer en Waterstaat en

je stelt de financiering van de hoogwater-

bescherming veilig. Want anders dan bij

het Rijk mag het budget bij de waterschap-

pen maar voor één doel worden aange-

wend: voor waterzaken. Je loopt bij ons

dus geen kans dat in een nieuwe bezuini-

Johan de Bondt (dijkgraaf AGV)

gingsronde getornd gaat worden aan de

veiligheid van de dijken.”

Toezicht

“In deze nieuwe situatie zou het Rijk

uiteraard wel het toezicht blijven houden

op de uitvoering. Dit past ook zeer goed

in de veranderende positie die Rijkswater-

staat de laatste jaren voor zichzelf kiest:

meer regie en minder uitvoering.”

“Ook de afstemming tussen afvalwaterta-

ken en watersysteemtaken van het water-

schap zullen geformaliseerd en transpa-

rant moeten worden. Om een situatie te

voorkomen waarin we als waterschappen

twee toezichthouders hebben – de provin-

cie voor de traditionele waterschapstaken

en Rijkswaterstaat voor de primaire

waterkeringen – zou het Rijk beide taken

op zich moeten nemen.”

duidelijkheid

Resumerend, is de boodschap van De

Bondt aan het kabinet: “Breng snel duide-

lijkheid over de toekomst van de water-

schappen, sluit de afvalwaterketen en laat

onderhoud en beheer van de primaire

waterkeringen over aan de water-

schappen.” ■

Page 8: Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in ... 05-2010.pdf · Logisticon Waterbehandeling Nationale Beeldbank PWN Cees Verkerk Vitens-Evides International Waternet Waterschap

8 W a t e r s p i e g e l / o k t o b e r 2 0 1 0

V r o M• Een Europese bodemrichtlijn is van belang

voor een geharmoniseerde aanpak van

bodembedreigingen en als kader voor bete-

re bescherming van drinkwaterbelangen.

Nederland moet zo’n richtlijn steunen.

• De wettelijke status van drinkwater als

‘dwingende reden van groot openbaar

belang’ moet doorklinken in de ruimtelijke

ordening. Dat vereist juridische verankering

van ruimtelijke beschermingszones voor

waterwinning in gebiedsdossiers.

• Bodemverontreiniging bedreigt een zestig-

tal waterwinningen. Deze moeten worden

aangewezen als humane spoedlocaties en

met prioriteit worden gesaneerd.

• Verzakelijking, verzelfstandiging en opscha-

ling stimuleren bedrijfsmatig werken, zoals

in de drinkwatersector is gebeurd. Deze

aanpak kan in de gehele waterketen leiden

tot meer efficiency en duur zaamheid.

• Drinkwaterbedrijven staan de komende

jaren voor omvangrijke (vervangings)inves-

teringen.

Daarvoor moet voldoende eigen vermogen

gegarandeerd worden.

• De Europese en Nederlandse wetgeving

voor de toelating van biociden moet een

hoog beschermingsniveau waarborgen,

door samenhang met de KRW en

Drinkwater richtlijn.

• Geneesmiddelen kunnen in de toekomst

een knelpunt vormen voor de drinkwater-

productie. Resultaatgebonden afspraken

zijn nodig om een toename van medicijn-

resten te voorkomen.

• Over de invloed van ondergrondse energie-

opslag op de grondwaterkwaliteit is weinig

bekend. Binnen grondwaterbeschermings-

gebieden moet dit verboden worden.

• Gebouweigenaren moeten worden gewezen

op hun verantwoordelijkheid voor de drink-

waterkwaliteit. Dat vereist voldoende inzet

van de VROM-Inspectie voor legionellapre-

ventie.

• Het waarborgen van de kwaliteit van warm

tapwater – middels meetprogramma’s en

controles van het ontwerp van systemen –

moet worden opgenomen in het Drinkwa-

terbesluit.

• Drinkwaterbedrijven verkennen de moge-

lijkheid brak grondwater te gebruiken voor

drinkwaterbereiding. Deze innovatie vraagt

om opheffing van wettelijke restricties voor

de afvoer van brijn.

Meer informatie via Arjen Frentz:

[email protected]

Drinkwatersector 27,5 % efficiënterVewin heeft 10 september het rapport ‘Water in Zicht 2009’ overhandigd aan

Annemarie Jorritsma, voorzitter van de VNG. Jorrtisma: “Met graagte neem ik deze

benchmark in ontvangst, omdat een goede drinkwatervoorziening een basisvoor-

waarde is voor de volksgezondheid. Het is een mooie vanzelfsprekendheid voor de

burgers en het bedrijfsleven.”

‘Water in Zicht 2009’ is het vijfde bedrijfsvergelijkende onderzoek binnen de Neder-

landse drinkwatersector. Met de resultaten van deze benchmark krijgen consumen-

ten, het Rijk, de politiek, wetenschappers, aandeelhouders en commissarissen van de

drinkwaterbedrijven inzicht in de prestaties van de gehele sector en de individuele

bedrijven. Het onderzoek geeft een overzicht van de belangrijkste resultaten op het

gebied van drinkwaterkwaliteit, dienstverlening, milieu en financiën & efficiency.

positieve resultaten

Jan Hendrikx, voorzitter van Vewin: “De bedrijven functioneren goed. Met de resul-

taten kan worden gepolijst aan verbeteringen. Dat is belangrijk voor de consumen-

ten en de waterbedrijven zelf.” De resultaten zijn zeker goed te noemen. De sector

heeft sinds de eerste benchmark in 1997 een efficiencywinst van 27,5 procent

geboekt. Hierdoor zijn de kosten per aansluiting met 24 procent gedaald. Tegelijker-

tijd is de belastingdruk op drinkwater met 60 procent toegenomen. Jorritsma:

“Water voor een betaalbare prijs is de uitdaging voor de toekomst.”

De waterkwaliteit scoort hoog. Klanten waarderen het product gemiddeld met een

8,3. Over de dienstverlening van drinkwaterbedrijven zijn de klanten eveneens

tevreden: zij geven de service gemiddeld een 7,6. Ook presteert de sector goed op het

gebied van leveringszekerheid: de waterlevering wordt gemiddeld slechts 7,5

minuten per jaar onderbroken. De drinkwatersector heeft zich ingespannen de

milieuvoetafdruk te minimaliseren. Met als resultaat dat 80 procent van de

benodigde energie nu duurzaam wordt opgewekt, tegenover 4 procent in 1997. “Het

leven met water is een complexe opgave. Als daarop wordt gescoord, is dat een

olympische prestatie”, aldus Theo Schmitz, directeur Vewin.

Jan Hendrikx (Vewin) en Annemarie Jorritsma

Page 9: Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in ... 05-2010.pdf · Logisticon Waterbehandeling Nationale Beeldbank PWN Cees Verkerk Vitens-Evides International Waternet Waterschap

9W a t e r s p i e g e l / o k t o b e r 2 0 1 0

V en W• De kosten van vervuiling op vervuilers verha-

len prikkelt tot investeringen in duurzame

innovaties. Handhaving van het voorzorgsbe-

ginsel ‘de vervuiler betaalt’ is noodzakelijk.

• De oorzaak van normoverschrijdingen in

Nederlandse rivieren ligt geregeld in het

buitenland. Daarom zijn internationale

stroomgebiednormen voor probleemstoffen

voor drinkwater nodig.

• Rijkswaterstaat en andere waterbeheerders

monitoren veel (potentiële) probleemstof-

fen voor drinkwater niet. De drinkwater-

functie van rivieren en zoetwaterbekkens

moet zwaarder wegen bij monitoring van de

waterkwaliteit.

• Rijkswaterstaat, waterschappen en provin-

cies zijn de verantwoordelijke waterbeheer-

ders voor drinkwaterbronnen. Op ‘blauwe

knooppunten’ zijn afrekenbare afspraken

nodig over waterkwaliteitsdoelen.

• De Deltawet moet meer prioriteit geven aan

maatregelen ten gunste van de zoetwater-

voorziening en waterkwaliteit. Beschermde

gebieden vereisen extra voorzieningen.

• Zes miljoen Nederlanders zijn voor hun

drinkwater afhankelijk van oppervlaktewa-

ter. Voor een veilige drinkwatervoorziening

is het voorkómen van verzilting, verwar-

ming en verontreiniging van rivieren en

zoetwaterbekkens essentieel.

• Opwarming van oppervlaktewater is nade-

lig voor de drinkwaterproductie. Daarom

moeten innovatieve alternatieven voor

koelwaterlozingen (inter)nationaal worden

bevorderd.

• EU-lidstaten mogen dichtbij vervuilings-

bronnen in oppervlaktewater mengzones

aanwijzen. Deze moeten worden begrensd

en mogen geen drinkwaterinnamepunten

bevatten.

• Bij de vaststelling van de nieuwe lijst priori-

taire stoffen is het drinkwaterbelang onvol-

doende geborgd. Probleemstoffen als glyfos-

aat en mecoprop moeten op deze lijst komen.

• Binnen het programma ‘Water Mondiaal’

voor deltagebieden moet de bescherming

van drinkwaterbronnen als speerpunt wor-

den benoemd.

• Verbetering van de kwaliteit van drinkwa-

terbronnen, conform de KRW, is onvoldoen-

de verankerd in Nederlands beleid.

Bescherming van drinkwaterbronnen en

eenvoudige zuivering moeten in ieder

be leidsplan worden opgenomen.

Meer informatie via Nicole Zantkuijl:

[email protected]

‘Voldoende zoet water van goede kwaliteit garanderen’De plannen van aanpak voor de deelprogramma’s van het Deltaprogramma voor

waterveiligheid en zoetwatervoorziening worden deze maand afgerond. Voor de

drinkwatersector is vooral het zoetwaterprogramma van belang. “Binnen de strate-

gie van het Deltaprogramma moet voldoende water van goede kwaliteit gegaran-

deerd worden voor de drinkwatervoorziening en volksgezondheid”, zegt Nicole

Zantkuijl, secretaris van de Vewin-stuurgroep Bronnen & Kwaliteit. Belangrijk

aandachtspunt voor Vewin is dat de drinkwatersector de eerste positie verdient in

de zogeheten verdringingsreeks. “In geval van watertekorten moet drinkwater de

hoogste prioriteit krijgen bij de bestemming van watervoorraden.”

Naar verwachting zal in een waterrijk land als Nederland in eerste instantie niet de

kwantiteit maar de kwaliteit een knelpunt kunnen vormen. Zantkuijl: “Vanwege

vervuiling, verwarming en verzilting is extra aandacht nodig voor de waterkwali-

teit. In de Nederlandse rivieren worden te hoge concentraties milieuvreemde stoffen

aangetroffen. Geregeld ligt de oorzaak in het buitenland. Daarom is een internatio-

nale inbedding van stroomgebiednormen, op basis van de drinkwaterfunctie van de

Rijn en Maas, noodzakelijk. Aan bovenstroomse landen moeten eisen worden

gesteld.”

Vervuiling, verwarming en verzilting – mogelijk versterkt door klimaatverandering

– vragen volgens Zantkuijl om ‘flexibele, duurzame’ oplossingsrichtingen in het

Deltaprogramma. “Denk aan de aanleg van klimaatbuffers en een combinatie van

functies van waterlichamen. Verder zijn aanpassingen nodig als gevolg van de

hogere zoutgehaltes van water in het westen van Nederland. We moeten effectiever

met water omgaan.” Verschillende drinkwaterbedrijven onderzoeken inmiddels de

mogelijkheid drinkwater te bereiden uit brak grondwater. “Voor de afvoer van het

brijn moeten wettelijke regelingen komen.”

Aandachtspunt is ook de opwarming van rivieren. De watertemperatuur nadert de

kritische grens van 25 graden Celsius; daarboven ontstaan problemen met de ecolo-

gie en de drinkwaterbereiding. Des te belangrijker is de aanpak van koelwaterlozin-

gen in de rivieren, die zorgen voor kunstmatige opwarming. “Hergebruik van

koelwater in plaats van lozen moet worden gestimuleerd, evenals innovaties voor de

ontwikkeling van alternatieven.”

zoet water belangrijke pijler in plan deltacommissaris

Ons land nu en in de toekomst beschermen tegen hoog water en de zoetwatervoor-

ziening op orde houden. Dat is het belangrijkste doel van het eerste Deltapro-

gramma van deltacommissaris Kuijken. Het werd op Prinsjesdag aan de Tweede

Kamer aangeboden. Vewin vindt een prominente zoet water pijler binnen dit plan

van groot belang. Naast veiligheid voor de Nederlandse delta, zijn goed beschermde

drinkwaterbronnen een eerste prioriteit voor de bevolking.

Page 10: Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in ... 05-2010.pdf · Logisticon Waterbehandeling Nationale Beeldbank PWN Cees Verkerk Vitens-Evides International Waternet Waterschap

10 W a t e r s p i e g e l / o k t o b e r 2 0 1 0

V W s• Het aantal medicijnresten in het water-

milieu neemt toe. Ook voor drinkwater-

bronnen geldt: voorkomen is beter dan

genezen. Partijen in de keten – farma-

ceuten, artsen, ziekenhuizen, apotheken

en patiënten – kunnen een convenant

sluiten over minder belastend genees-

middelengebruik.

• Water drinken draagt bij aan een gezonde

leefstijl. Drinkwaterbedrijven participeren

in het Convenant Gezond Gewicht en vra-

gen extra aandacht voor de bestrijding van

(ernstig) overgewicht onder scholieren.

• Nederland wil de Olympische Spelen van

2028 organiseren. Dat biedt een prima

gelegenheid om bewegen en sporten in

Nederland op een hoger niveau te brengen

en dus voor een brede lobby voor gezond

leven.

Meer informatie via Cees Verkerk:

[email protected]

Medicijnresten in water: proactieve aanpak bij bronSchoon en veilig drinkwater is cruciaal voor de volksgezondheid. De drinkwater-

bronnen moeten daarom zo schoon mogelijk zijn en tegen emissies van (restanten

van) geneesmiddelen worden beschermd. Uit onderzoek van het RIVM (2007) blijkt

dat geneesmiddelen vaker dan voorheen – weliswaar in zeer lage concentraties –

voorkomen in drinkwaterbronnen. Medicijnresten zijn aangetroffen in zowel kleine

als grote oppervlaktewateren en in grondwater dat onder invloed staat van opper-

vlaktewater.

De geconstateerde hoeveelheden medicijnresten in drinkwater zijn zo laag, dat geen

nadelige effecten op de volksgezondheid te verwachten zijn. Toch is voorzichtigheid

en actie geboden. Nader onderzoek is nodig naar de cumulatieve effecten van een

mix aan geneesmiddelen, de interactie met voorgeschreven medicatie en de impact

op kwetsbare groepen. Bovendien neemt het geneesmiddelengebruik in de toekomst

naar verwachting toe als gevolg van vergrijzing. Vewin meent daarom dat nu actie

moet worden ondernomen om de emissies van geneesmiddelen naar drinkwater-

bronnen te voorkomen.

Vewin pleit voor een adequate aanpak bij de bron, in combinatie met het uitgangs-

punt van de Kaderrichtlijn Water dat de huidige kwaliteit van de waterlichamen

niet achteruit mag gaan. Sporen van geneesmiddelen moeten beneden die concen-

traties blijven, waarvoor gegarandeerd kan worden dat nadelige effecten op de

volksgezondheid uitblijven. Alle partijen in de ‘geneesmiddelenketen’ moeten

kritisch naar de eigen mogelijkheden kijken om emissies naar het watermilieu te

voorkomen. Om resultaten te bereiken is een convenant humane geneesmiddelen

een geschikt middel.

Gevraagd, kortom: fundamenteel onderzoek naar de effecten van medicijnresten,

in combinatie met pragmatische maatregelen. Emissiereductie moet zo vroeg

mogelijk in de keten worden bereikt. Daartoe bepleit de drinkwatersector bijvoor-

beeld inzameling van urine bij ziekenhuizen en verpleeghuizen.

Page 11: Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in ... 05-2010.pdf · Logisticon Waterbehandeling Nationale Beeldbank PWN Cees Verkerk Vitens-Evides International Waternet Waterschap

11W a t e r s p i e g e l / o k t o b e r 2 0 1 0

l N V• De terreinen die drinkwaterbedrijven pach-

ten van Staatsbosbeheer en die zijn inge-

richt als bedrijfsterrein, zouden verkocht

moeten worden aan waterbedrijven.

De overige gebieden, waar drinkwaterbe-

drijven de natuur beheren, moeten als

natuurterrein worden gewaardeerd.

• De Europese richtlijn voor gewasbescher-

mingsmiddelen moet rekening houden met

nationale omstandigheden. Gezien de spe-

cifieke waterhuishouding moet Nederland

gewasbeschermingsmiddelen kunnen ver-

bieden.

• Het toekomstige Europese Gemeenschap-

pelijke Landbouwbeleid moet aansluiten bij

de KRW-doelen voor waterkwaliteit, met

betalingen aan agrariërs op basis van gele-

verde groene en blauwe diensten.

• In veel wateren worden kwaliteitsdoelen

niet gehaald wegens het gebruik van

gewasbeschermingsmiddelen en nutriën-

ten. Het uitvoeringsprogramma Diffuse

Bronnen moet duurzaam gebruik stimule-

ren. Het programma ‘Schone Bronnen’ ver-

dient navolging met het oog op haalbare,

betaalbare innovaties.

• Realisatie van Natura 2000-doelen mag niet

ten koste gaan van waterwinning. Dat bete-

kent: het vergunde onttrekkingsniveau

(Grondwaterwet) als grondslag voor water-

winningen en volledige kostencompensatie

voor Natura 2000-maatregelen.

• Drinkwaterbedrijven beheren veel natuur-

gebieden en dragen zo bij aan het behoud

van biodiversiteit. De subsidieregeling voor

natuurbeheer en biodiversiteit moet ook

voor waterbedrijven opengesteld worden.

• In het Convenant Antibioticaresistente Dier-

houderij zijn afspraken gemaakt over het

registreren en monitoren van diergenees-

middelen. Om het gebruik hiervan terug te

dringen, moeten afrekenbare reductiever-

plichtingen aan het convenant worden toe-

gevoegd.

Meer informatie via Nicole Zantkuijl:

[email protected]

‘Milieubelasting gewasbeschermingmoet verder omlaag’Eind 2010 loopt het Convenant Duurzame Gewasbescherming af. Hierin participe-

ren de ministeries van LNV en VROM, de Unie van Waterschappen, Vewin, LTO,

Nefyto (producenten gewasbeschermingsmiddelen) en Agrodis (handelaren). De

eindevaluatie van het convenant is eind 2011. Vewin vindt het van groot belang dat

het convenant een vervolg krijgt. Lieke Coonen, beleidsmedewerker van Vewin: “Er

moet nog veel gebeuren, dus we moeten niet een jaar niets doen in afwachting van

de eindevaluatie. Gewasbeschermingsmiddelen leveren nog steeds knelpunten op

voor drinkwater. Uit cijfers van het Planbureau voor de Leefomgeving blijkt dat de

milieubelasting van oppervlaktewater nog te hoog is. Aandachtspunten zijn stoffen

in gewasbeschermingsmiddelen, zoals bentazon en mecoprop.”

Om de milieubelasting verder omlaag te dringen verdient ook het project ‘Schone

bronnen, nu en in de toekomst’, navolging. “Schoon water is een gezamenlijk

belang. Daarom moet de toepassing van milieuvriendelijker, innovatieve landbouw-

technieken blijvend worden gestimuleerd. De inzet van communicatie is belangrijk

om bewustwording en gedragsverandering bij agrariërs te bewerkstelligen.”

Bij de implementatie in Nederland van de Europese richtlijn voor het duurzaam

gebruik van gewasbeschermingsmiddelen houdt Vewin de vinger aan de pols. Met

als uitgangspunt: bescherming van de kwaliteit van de drinkwaterbronnen. Coonen:

“Bij de toelating en het gebruik van deze beschermingsmiddelen is het van belang

dat wordt getoetst op de gevolgen voor de drinkwaterbronnen. Daarnaast moeten

beschermingszones langs oppervlaktewater bestemd voor drinkwater worden

ingesteld, met een wettelijke grondslag zoals al bestaat voor grondwater.”

De richtlijn schrijft voor dat lidstaten een Nationaal Actieplan moeten opstellen.

“Daarin moeten maatregelen worden opgenomen om de risico’s voor het milieu te

verminderen en de invoering van alternatieve gewasbeschermingstechnieken te

bevorderen. Het is belangrijk dat dit gebeurt aan de hand van kwantitatieve doelen

en monitoring van de resultaten.” Tevens is van belang dat Nederland, conform de

EU-wetgeving, op grond van de specifieke waterhuishouding, bodemgesteldheid en

het milieu bepaalde middelen die wel in andere EU-lidstaten zijn toegestaan, kan en

moet verbieden. Of dat Nederland aanvullende eisen stelt aan het gebruik.

Page 12: Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in ... 05-2010.pdf · Logisticon Waterbehandeling Nationale Beeldbank PWN Cees Verkerk Vitens-Evides International Waternet Waterschap

12 W a t e r s p i e g e l / o k t o b e r 2 0 1 0

b Z k & J u s t i t i e• Gemeentelijke precarioheffing op waterlei-

dingen leidt lokaal tot fors hogere drinkwa-

ternota’s. Op voor burgers ondoorzichtige

wijze wordt de gemeentekas aangevuld.

Precario op waterleidingen moet daarom

worden afgeschaft.

• Afgelopen voorjaar is het landelijke conve-

nant Drinkwater vastgesteld, met samen-

werkingsafspraken tussen drinkwaterbe-

drijven en veiligheids- en politieregio’s. Het

is nu zaak de drinkwaterconvenanten zo

snel mogelijk regionaal te ondertekenen en

implementeren.

• Bij regio-overstijgende kwesties moet het

Veiligheidsberaad, met daarin de voorzit-

ters van de 25 veiligheidsregio’s, een cen-

trale positie met mandaat innemen.

• Drinkwaterbedrijven zijn in de Wet veilig-

heidsregio’s benoemd tot crisispartner.

Daarom zijn ze bij drinkwatergerelateerde

incidenten een volwaardige partner in het

regionale operationeel en beleidsteam.

• Via het Strategisch Overleg Vitale Infra-

structuren zetten overheden en vitale sec-

toren zich in voor vergroting van de

robuustheid en verkleining van de onderlin-

ge onafhankelijkheid. Kosten voor ‘Vitaal’

moeten worden toegewezen op basis van

de eigen verantwoordelijkheid van partijen.

• Uit een oefening in mei 2010 bleek dat het

Alerteringssysteem Terrorismebestrijding

(ATb) verdere ontwikkeling behoeft. Binnen

het ATb-systeem zijn bovenregionale

afstemming en aansluiting op de reguliere

crisisstructuur nodig.

Meer informatie via Sabine Gielens:

[email protected]

‘Convenant Drinkwater snel uitwerken op regionaal niveau’Dit voorjaar hebben Vewin en – na een positief advies vanuit de Raad van Korpschefs

– het Veiligheidsberaad het landelijk convenant Drinkwater bestuurlijk vastgesteld.

Het convenant tussen de tien drinkwaterbedrijven en 25 veiligheids- en politiere-

gio’s bevat afspraken over crisisbeheersing, rampenbestrijding, herstel en bescher-

ming van (vitale) drinkwaterlocaties. Wat Vewin betreft wordt het landelijk conve-

nant zo snel mogelijk op regionaal niveau ondertekend én geïmplementeerd. “Wij

pleiten voor een stevige positie van het Veiligheidsberaad, dat moet toezien op de

voortgang van de implementatie”, zegt Sabine Gielens, secretaris van de Vewin-

stuurgroep Beveiliging & Crisismanagement. “Regio’s die onvoldoende voortvarend

te werk gaan, zouden daar door het Veiligheidsberaad op moeten worden aangespro-

ken.”

De landelijk gemaakte afspraken snel uitwerken op regionaal niveau, dat verdient

volgens Gielens prioriteit. “Het gaat bijvoorbeeld om afspraken over de onderlinge

afstemming van crisisplannen, de organisatie en inzet van nooddrinkwater, de

inzet van C2000, crisiscommunicatie, alarmering via de meldkamers, op- of afscha-

ling en gezamenlijke oefeningen. Daarbij ontstaat een proces van elkaar en elkaars

werkwijze, organisatie, taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden leren

kennen. Dat is van groot belang voor een adequate en snelle respons in geval van

een ramp.”

Bij de samenwerking in het geval van regio-overstijgende incidenten ziet Vewin een

rol als regisseur en coördinator weggelegd voor de veiligheidsregio’s. Niet alleen

voor brandweer, geneeskundige diensten, politie en gemeenten, maar ook ten

aanzien van vitale sectoren als de drinkwatersector. “Een veiligheidsregio moet de

regie voeren bij de implementatie van één gezamenlijk convenant, wanneer deze

regio meerdere drinkwaterbedrijven omvat. Wanneer een drinkwatergerelateerd

incident regio-overstijgend is, moet de ‘bronregio’ van het incident het aanspreek-

en coördinatiepunt zijn naar het betrokken drinkwaterbedrijf.”

Vanwege de benodigde expertise en wettelijke taken en verantwoordelijkheden

moeten drinkwaterbedrijven als crisispartner deel uitmaken van de regionale

operationele en beleidsteams. Dit is van belang voor afstemming van de externe

communicatie. “Van belang is dat drinkwaterbedrijven bij drinkwatergerelateerde

incidenten en rampen probleemeigenaar en eerste aanspreekpunt zijn.” De overige

crisispartners moeten inzicht krijgen in de gevolgen van het (deels) uitvallen van de

drinkwatervoorziening en de gevolgen van bestuurlijke besluiten op het herstel

ervan. “Bij uitstek kennis die bij drinkwaterbedrijven aanwezig is.”

Page 13: Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in ... 05-2010.pdf · Logisticon Waterbehandeling Nationale Beeldbank PWN Cees Verkerk Vitens-Evides International Waternet Waterschap

13W a t e r s p i e g e l / o k t o b e r 2 0 1 0

e Z• Vervuiling van drinkwaterbronnen, verzil-

ting, drukte in de ondergrond en multifunc-

tioneel ruimtegebruik vragen om innovatie-

ve oplossingen voor drinkwater. Voor de

benodigde investeringen moet het Innova-

tieprogramma Watertechnologie openstaan

voor publieke waterbedrijven.

• Om de vooraanstaande positie van de

Nederlandse (drink)watertechnologie te

behouden en extra spin-off te creëren is de

oprichting van een Europees Topinstituut

voor Watertechnologie nodig.

• Behalve voordelen kleven aan nanotechno-

logie ook mogelijke risico’s voor het water-

milieu en de volksgezondheid. Conform het

voorzorgprincipe moet nanotechnologie

pas worden toegepast na uitvoeriger tes-

ten.

• Om aan wettelijke verplichtingen over aan-

sluiting, leveringszekerheid en beveiliging

te kunnen voldoen, moet voor drinkwater-

bedrijven de toegang tot de ondergrond via

eenvoudige procedures worden gewaar-

borgd.

• De status van ondergrondse netwerken

(waaronder drinkwaterleidingen) als onroe-

rende goederen, leidt tot veel administra-

tieve rompslomp bij Kadastrale registratie.

Deze netwerken moeten als roerende goe-

deren worden aangemerkt.

• Verzakelijking, verzelfstandiging en opscha-

ling stimuleren bedrijfsmatig werken, zoals

in de drinkwatersector is gebeurd. Deze

aanpak kan in de gehele waterketen leiden

tot meer efficiency en duur zaamheid.

• Het Innovatieplatform heeft (drink)water

benoemd tot één van de sleutelgebieden

voor de Nederlandse economie en export.

Binnen het Innovatieplatform verdient

waterzuiveringstechnologie een nieuwe

impuls, met meer aandacht voor innovaties.

Meer informatie via Arjen Frentz:

[email protected]

‘Meer investeren in innoveren’Vewin vindt dat innovaties in de (drink)watersector een krachtige investeringsim-

puls van de Nederlandse overheid vergen. Niet alleen voor het behoud en de verster-

king van de vooraanstaande internationale positie van de Nederlandse watersector

en de kansen voor ‘waterexport’. Maar ook vanwege de noodzaak van innovatieve

oplossingen voor vraagstukken als toenemende verzilting, vervuiling van drinkwa-

terbronnen en multifunctioneel gebruik van de ruimte (ook ondergronds).

Het Innovatieplatform heeft het belang van de Nederlandse watersector onderkend

en (drink)water aangewezen als één van de sleutelgebieden. Het platform heeft

daaraan stimuleringsprogramma’s gekoppeld zoals het Innovatieprogramma Water-

technologie. Het programma wordt binnenkort vernieuwd. Het is van belang dat

drinkwater een prominente plaats krijgt in het Innovatieprogramma Watertechno-

logie, met voldoende aandacht voor innovaties op het gebied van waterzuivering-

technologie. Binnen de drinkwatersector is veel kennis en kunde, en daarmee

innovatiepotentieel, aanwezig. Bovendien kunnen drinkwaterbedrijven als

‘launching partner’ fungeren voor internationaal opererende Nederlandse bedrijven,

consultants en ingenieursbureaus.

Duurzame en decentrale oplossingen volgens het ‘cradle- to-cradle’ principe moeten

volgens Vewin centraal staan bij innovatie. Dat betekent onder meer hergebruik van

grond- en reststoffen, inzet van hernieuwbare energie (zon, wind, water, biomassa)

en efficiënter watergebruik. Duurzaamheid is één van de pijlers van het Kenniskom-

pas dat de drinkwatersector heeft ontwikkeld. Andere pijlers zijn watertechnologie

(kwaliteit van product en grondstof) en het belang van de consument.

Het Kenniskompas geeft de gewenste richtingen aan voor kennisontwikkeling in de

komende jaren. Belangrijk innovatiegebied is dat van de sensortechnieken, waarmee

zowel de waterkwaliteit als -kwantiteit (voorraden) gemonitord kunnen worden.

Daarnaast zijn de ontwikkeling en optimalisering van detectietechnieken voor de

kwaliteit van het leidingnet (vervangingsprognose) van belang. Innovatiekansen

zijn er ook op het snijvlak van water en energie, water en landbouw en water en

voedsel. Schone drinkwaterbronnen vragen om innovatieve cradle-to-cradle maatre-

gelen tegen verontreinigingen (emissiereductie).

Page 14: Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in ... 05-2010.pdf · Logisticon Waterbehandeling Nationale Beeldbank PWN Cees Verkerk Vitens-Evides International Waternet Waterschap

14 W a t e r s p i e g e l / o k t o b e r 2 0 1 0

F i n a n c i ë n• De gemiddelde prijs van drinkwater bestaat

voor een kwart uit belastingen en heffin-

gen. De belastingdruk op deze primaire

levensbehoefte moet worden verlaagd,

waardoor ook de lasten van burgers en

bedrijven worden verlicht.

• Grondwaterbelasting verhoogt de drinkwa-

tertarieven fors. Deze belasting dient geen

milieudoelen, zoals het ministerie van

Financiën in 2007 concludeerde, en moet

worden afgeschaft.

• Gemeentelijke precarioheffing op waterlei-

dingen leidt lokaal tot fors hogere drinkwa-

ternota’s. Op voor burgers ondoorzichtige

wijze wordt de gemeentekas aangevuld.

Precario op waterleidingen moet daarom

worden afgeschaft.

• Het belastingtarief voor het afvoeren van

asbestcement waterleidingen is in 2010

verzesvoudigd, terwijl in Nederland geen

alternatieven voorhanden zijn. Voor de

afvalstoffenbelasting moeten deze leidin-

gen worden aangemerkt als ‘monostroom’.

Meer informatie via Hendrik Jan IJsinga:

[email protected]

‘belastingdruk op drinkwater verlagen’Vewin vindt het totaal aan belastingen op drinkwater in Nederland veel te hoog.

“Het is principieel onjuist dat de overheid zoveel belasting heft over drinkwater. Het

gaat immers om een eerste levensbehoefte die tegen een redelijke prijs beschikbaar

moet zijn voor burgers”, zegt Hendrik Jan IJsinga, stuurgroepsecretaris van Vewin.

Van het bedrag dat consumenten en bedrijven betalen voor drinkwater gaat gemid-

deld 25 procent rechtstreeks naar de diverse overheden: Belasting op leidingwater

(Bol), grondwaterbelasting, (provinciale) grondwaterheffing, precario en btw. Lokaal

kan dat nog verder oplopen omdat grondwaterbelasting of precario wordt geheven.

Vewin heeft met ongenoegen kennisgenomen van het kabinetsbesluit de vrijstelling

van precario op ondergrondse netwerken (zoals waterleidingen) voorlopig niet door

te voeren. Daarmee is een eerder besluit tot afschaffing van deze gemeentelijke

belasting teruggedraaid. “In 2005 heeft de minister van Binnenlandse Zaken toege-

zegd precario op waterleidingen af te schaffen. Vijf jaar later is er nog steeds niets

wettelijk geregeld. Lokaal kan de drinkwaternota (gemiddeld circa 175 euro per

jaar) door precario tot 40 euro oplopen. Mensen met lagere inkomens in precario-

heffende gemeenten als Rotterdam, Den Haag of Leiden kunnen hierdoor in proble-

men komen.”

IJsinga noemt twee principiële argumenten voor de afschaffing van precario.

“Gemeenten spekken zo via de drinkwaternota – op een voor de burger ondoorzich-

tige wijze – de gemeentekas. Bovendien zijn drinkwaterbedrijven enerzijds wettelijk

verplicht iedereen op het drinkwaternet aan te sluiten, terwijl ze anderzijds per

strekkende meter worden belast en dit via de nota moeten doorberekenen aan de

afnemers.”

Vewin pleit eveneens voor de afschaffing van grondwaterbelasting. Het ministerie

van Financiën concludeerde in 2007 dat deze belasting geen enkel milieudoel dient

en slechts in stand gehouden wordt voor het genereren van algemene middelen.

“Grondwaterbelasting zorgt voor een forse opwaartse druk op de drinkwatertarie-

ven. Aangezien deze belasting vanuit milieuoogpunt nutteloos is gebleken, moet ze

zo snel mogelijk worden afgeschaft.”

Page 15: Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in ... 05-2010.pdf · Logisticon Waterbehandeling Nationale Beeldbank PWN Cees Verkerk Vitens-Evides International Waternet Waterschap

15W a t e r s p i e g e l / o k t o b e r 2 0 1 0

o s• In het kader van de millenniumdoelen van

de Verenigde Naties heeft Nederland toege-

zegd schoon drinkwater en goede sanitaire

voorzieningen te helpen realiseren voor 50

miljoen mensen. De drinkwaterbedrijven

kunnen hieraan met hun bewezen kennis

en kunde een wezenlijke bijdrage leveren.

De VN-doelen, zeker bij sanitatie, zijn nog

ver weg. De overheid moet (drink)waterpro-

jecten in ontwikkelingslanden ondersteu-

nen.

Meer informatie via Hendrik Jan IJsinga:

[email protected]

‘eU Water Faciliteit voorziet in behoefte’In samenwerking met de ACP-landen (Afrika, Caribische en Pacifische gebied) heeft

de Europese Commissie dit jaar een subsidieregeling voor drinkwater- en sanitatie-

projecten gelanceerd: de EU-ACP Water faciliteit. In totaal is 200 miljoen euro

beschikbaar gesteld, waarvan 40 miljoen voor maatregelen die publiekpublieke

partnerschappen (‘twinnings’) in de watersector stimuleren. “De EU Water Facili-

teit voorziet duidelijk in een behoefte, zeker met het oog op het dichterbij brengen

van de millenniumdoelen voor drinkwater en sanitatie”, meent Jan Janssens, een

zelfstandig consultant die voorheen werkzaam was bij de Antwerpse Waterwerken

en de Wereldbank.

De Nederlandse drinkwaterbedrijven zijn al in veel landen actief om via langdurige

partnerschappen de prestaties van lokale wateroperators te helpen verbeteren. De

sector heeft zes projectvoorstellen ingediend bij de EU Water Faciliteit. Janssens

denkt dat Nederland een nuttige bijdrage kan leveren. “Via de sterke consultancy-

sector en via de drinkwaterbedrijven, die vanwege hun expertise goed bekend

staan en al zeer actief zijn in het buitenland.”

Wat betreft de financiering van waterprojecten ziet Janssens als te volgen pad ‘een

combinatie van schenkingen, renteloze leningen en commerciële leningen’. Schen-

kingen zullen volgens Janssens een grote rol spelen, in het bijzonder in afvalwater,

sanitatie en het verstrekken van drinkwater aan arme bevolkingsgroepen. Waarbij

hij wel wijst op het risico van vrijblijvendheid. “Eigenlijk zou er een inspannings-

verplichting van partijen in de ontvangende landen aan gekoppeld moeten worden.

Daarom is het goed dat de EU Water Faciliteit lokale commitment eist en lokale

partijen 25 procent van de projectkosten moeten financieren.”

Van belang is dat gerealiseerde leidingnetwerken of zuiveringsstations goed onder-

houden en beheerd worden. Daarom pleit Janssens voor een langdurige samenwer-

king tussen partners. “In veel van deze landen is onvoldoende capaciteit voor goed

onderhoud en management. Niet alle landen kennen genoeg belang toe aan de

watersector. De positieve effecten van gerealiseerde waterinfrastructuur zijn pas

na verloop van tijd zichtbaar.” Belangrijke uitdaging voor samenwerkingsprojecten

in de watersector is verdere professionalisering, denkt Janssens: “Voorwaarde voor

het bereiken van een duurzame impact is dat het personeel van waterbedrijven

voor langere termijn zou kunnen worden uitgezonden naar de ontvangende

landen.”

Page 16: Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in ... 05-2010.pdf · Logisticon Waterbehandeling Nationale Beeldbank PWN Cees Verkerk Vitens-Evides International Waternet Waterschap

W a t e r s p i e g e l / o k t o b e r 2 0 1 016

‘benoem de watersector tot economisch speerpunt’

“Denk aan de vele wereldste-

den die in delta’s of aan zee

zijn gelegen. Vroeg of laat

krijgen zij allemaal te kampen met vraag-

stukken rondom beveiliging tegen hoog

water, maar vooral ook rondom de drink-

watervoorziening. Vaak is door de nabij-

heid van de zee het ontzilten van zeewater

een goede oplossing om de drinkwater-

productie op peil te krijgen. Hierdoor is

het ontwikkelen en opleveren van ontzil-

tingsinstallaties ‘big business’ geworden.”

“Maar er kleven ook nadelen aan deze

methode. Zo blijven na het ontziltingspro-

ces grote hoeveelheden ‘brijn’ achter: een

geconcentreerde zoutoplossing met daarin

enkele chemische hulpstoffen. Norit is

druk bezig met een ‘zero-chem’-oplossing

voor dit probleem: een ontziltingsproces

op basis van een membraantechniek die

vrijwel geen chemische hulpstoffen nodig

heeft. Maar echte alternatieven worden

pas over een jaar of tien verwacht.”

Ook in ons land is één van de urgente

problemen op watergebied het opdringen

van zout water in de bodem, vooral in het

westen van het land. Het gaat hier om

zoute kwel die het zoete grondwater

verdringt of om zeewater dat via de rivier-

monden steeds verder het land binnen-

Reverse osmosis (Ro)

Osmosis (osmose) is de vermenging van

twee vloeistoffen door een half doorlatend

membraan. Dit proces verloopt op basis van

het natuurkundige principe dat een vloei-

stof met een lagere concentratie aan opge-

loste stoffen via een membraan naar vloei-

stof met een hogere concentratie stroomt,

tot de mengverhouding aan beide kanten

gelijk is. Bij reverse osmosis (omgekeerde

osmose) wordt het membraan gebruikt als

filter. Het proces van osmose wordt omge-

draaid door een oplossing (bijvoorbeeld

zout water) onder druk door een halfdoor-

laatbaar membraan te persen, zodat de

natuurlijke osmotische druk wordt omge-

keerd. Het resultaat: gezuiverd water aan

de ene zijde van het membraan en een

geconcentreerde zoutoplossing aan de

andere kant.

dringt. Maar vooral ook om grootschalige

lozingen van brijn door tuinders.

Broens: “In de glastuinbouw is veel water

nodig, dat tuinders vaak oppompen uit de

eerste watervoerende laag. Dit water is

voor bepaalde plantensoorten niet zoet

genoeg. Daarom wordt het water ‘verzoet’

ofwel gefiltreerd via een selectief

membraan. De Nederlandse glastuinbouw

heeft dit proces, ‘reverse osmosis’ of RO,

zo’n dertig jaar geleden als eerste ter

wereld voor dit doel ingezet.”

“Het zoete water gaat naar de kassen en

het brijn wordt teruggepompt in het riool

of in de bodem. En daar ontstaat het

probleem. Het brijn is mogelijk verontrei-

nigd met zware metalen, bestrijdingsmid-

delen en nutriënten. Samen met het brijn

wordt deze verontreiniging verplaatst

naar de ‘schone’ tweede watervoerende

laag. Een ongewenste situatie, vooral uit

het oogpunt van waterwinning.”

“Norit werkt met een aantal partijen aan

een oplossing om de waterketen in de

glastuinbouw te sluiten, op basis van

Brede inzet nederlandse knowhow heeft vele voordelen

Als het aan Lute Broens, voorzitter van de European Desalination

Society en bestuurslid van het Netherlands Water Partnership,

ligt, roept het kabinet de watersector uit tot nieuw speerpunt

van ons economisch beleid, zoals dat in de jaren zeventig van de

vorige eeuw gebeurde met de petrochemische industrie. “Dat

maakt de weg vrij om van de watersector een echte innovatiemotor

te maken”, aldus Broens, als Business Development Director

werkzaam bij Norit. “Want de potentie is zonder meer aanwezig:

ons land loopt wereldwijd voorop bij de ontwikkeling en de

toepassing van deltatechnologie én waterzuiveringtechnologieën.

En uitdagingen zijn er volop.”

Page 17: Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in ... 05-2010.pdf · Logisticon Waterbehandeling Nationale Beeldbank PWN Cees Verkerk Vitens-Evides International Waternet Waterschap

17W a t e r s p i e g e l / o k t o b e r 2 0 1 0

bovengrondse nanofiltratie. Met als

einddoel: de kas zonder afval (zie ook

Stowa-rapport 28 uit 2007; Kasza). Voor dit

type problemen is aanzienlijke research

& development-kracht nodig die de

mogelijkheden van afzonderlijke bedrij-

ven vaak te boven gaat. Hier moeten

overheid, kennisinstellingen, onderwijs

en bedrijfsleven de handen ineenslaan.

Ook in dat kader zou het dus goed zijn als

het thema water in de breedste zin van

het woord wordt uitgeroepen tot speer-

punt van economisch beleid.”

oasen en Vitens

Ook de Nederlandse drinkwaterbedrijven

zitten niet stil. Zo werken onder andere

Vitens en Oasen aan nieuwe toepassingen

voor RO bij brak grondwater. Alexander

Vos de Wael, directeur van Oasen: “Door

een RO-installatie in een waterput te

bouwen kun je efficiënt gebruikmaken

van de hoge waterdruk in de ondergrond.

Hierdoor is het in theorie mogelijk om

40 procent energie te besparen vergele-

ken met normale bovengrondse RO-instal-

laties.”

“Momenteel loopt een pilotproject met

de werknaam PURO. Het concept bestaat

uit een geboorde put van ongeveer 100

meter diep met daarin een RO-installatie

en twee filters. De gedachte is dat de

RO-unit het water in de ondergrond

zuivert en het uitgefilterde zout dieper in

de ondergrond laat wegstromen. Dit

laatste gebeurt dan op een nog grotere

diepte waar al een soortgelijke zoutcon-

centratie aanwezig is, zodat er geen extra

verzilting optreedt. Groot voordeel van

deze methode ten opzichte van boven-

grondse RO is dat je minder energie en

putten nodig hebt; er blijven alleen

milieueigen stoffen in de ondergrond

achter, en – zeer belangrijk voor de drink-

watervoorziening – de zoetwatervoor-

raad wordt beschermd.”

“Vanzelfsprekend zijn er nog veel onder-

zoeksvragen die beantwoord moeten

worden. Het plan is om in 2011 de eerste

RO-put aan te leggen. In de komende

maanden begint de projectgroep (TU

Delft, Oasen, Waternet, grondboorbedrijf

Haitjema en Logisticon Water Treatment)

met de technische uitwerking. Het

overige onderzoek gaat waarschijnlijk

meer tijd in beslag nemen. Hiervoor zal

via de TU Delft een promovendus worden

aangetrokken. Het PURO-project heeft de

eerste prijs voor de InnoWATOR-subsidie-

regeling toegekend gekregen.”

productiecapaciteit

“Vitens is – samen met de Universiteit

Twente, KWR en Hatenboer Water – bezig

met een RO-pilot in Noordbergum, een

van onze grootste productielocaties:,

vertelt Walter van der Meer van Vitens.

“Door de verzilting van het grondwater

in Friesland Friesland kunnen wij maar

50 procent van onze oorspronkelijke

winvergunning benutten. Geen wense-

lijke situatie, ook gezien de investeringen

in de ondergrondse infrastructuur die we

hier in het verleden hebben gedaan. Wij

geloven dat RO hierin verandering kan

brengen.”

“Wij pompen brak grondwater anaeroob

op en voeren dat bovengronds door een

RO-installatie. Het gezuiverde water kan

dan verder worden behandeld en gedistri-

bueerd. Het overblijvende brijn injecteren

we in de diepere ondergrond. We zorgen

ervoor dat het terechtkomt in een laag

die qua zoutgehalte overeenkomt met het

residu. Voordeel van deze methode is dat

we geen chemicaliën (anti-scalants) nodig

hebben die de ondergrond zouden

kunnen vervuilen.”

“We zijn al enige jaren met dit onderwerp

bezig, maar het project kwam in een

stroomversnelling door de steun van het

ministerie van Economische Zaken dat

exportmogelijkheden ziet in deze

techniek. Wij werken samen met Evides

in Vitens Evides International aan inter-

nationale projecten op het gebied van

kennisoverdracht. Tot nu toe ging dat

vooral over management, maar je kunt je

voorstellen dat je ook dit soort specifieke

technische kennis ter beschikking van

ontwikkelingslanden stelt.” ■

RO-installatie in Dubai ontzilt dagelijks 64.000 kubieke meter zout water.

Page 18: Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in ... 05-2010.pdf · Logisticon Waterbehandeling Nationale Beeldbank PWN Cees Verkerk Vitens-Evides International Waternet Waterschap

W a t e r s p i e g e l / o k t o b e r 2 0 1 018

‘Met waterexpertise de wereld winnen’Vraaggesprek met Ron Thiemann van kennisinstituut deltares

Ron Thiemann, lid van de directie van Deltares, is voorstander van (meer) kennisbundeling binnen

de watersector. Nationale en internationale vraagstukken op het gebied van klimaatverandering,

waterveiligheid, zoetwatervoorziening, afvalwaterbehandeling en drinkwater vragen om een integrale

benadering. In het Nederlandse innovatiebeleid zijn volgens Thiemann duidelijke keuzes nodig en

is water één van de belangrijke ankerpunten. Samenwerking tussen kennisinstituten, overheden

en bedrijven is noodzakelijk om de vooraanstaande positie van de Nederlandse waterexpertise te

behouden. “Als we samen optrekken, valt er met elkaar een wereld te winnen.”

Voor de ontstaansgeschiedenis van

Deltares verwijst Ron Thiemann

naar het rapport ‘De kracht van

directe verbindingen’ van de commissie-

Wijffels. Daarin werd gepleit voor een

directe verbinding tussen de kennisvraag

van de overheid en het bedrijfsleven en

het kennisaanbod van TNO en de grote

technologische instituten (GTI’s). Andere

aanbeveling van de commissie: meer

afstemming tussen kennisinstituten,

universiteiten en vragende partijen is van

groot belang voor versterking van de

innovatiekracht van het bedrijfsleven en

de overheid. In de Nederlandse watersec-

tor heeft dit begin 2008 geresulteerd in

de oprichting van Deltares: een samen-

voeging van GeoDelft, WL | Delft Hydrau-

lics, de unit Bodem- en Grondwater van

TNO en delen van de specialistische

diensten van Rijkswaterstaat (RIZA, RIKZ

en DWW).

“De kennis over grondwater, oppervlakte-

water, bodem en geotechnologie zat deels

bij TNO, deels bij Rijkswaterstaat en deels

in Delft. Het was te versnipperd en niet

efficiënt georganiseerd”, vertelt

Thiemann. “Vijftig procent van de wereld-

bevolking leeft in delta’s en kust- en

riviergebieden, waar problemen als water-

overlast maar ook watertekorten spelen.

Gezien de klimaatverandering en de

daaraan gerelateerde grote vraagstukken

op het gebied van water, is een integrale

benadering van het watersysteem nodig.

Dat vraagt om bundeling van kennis en

het bij elkaar brengen van kennisinstitu-

ten. Als we gezamenlijk optrekken

kunnen we de kennisvraag vanuit de

overheid en het bedrijfsleven beter invul-

len.”

Krachtenbundeling

De krachtenbundeling binnen Deltares

werpt zijn vruchten af, constateert

Thiemann. “De samenwerking bij projec-

ten levert synergievoordelen op. De

verschillende kennisdisciplines verster-

ken elkaar.” Bij ‘Rijke Dijken’ bijvoorbeeld

– een combinatie van veiligheid tegen

overstromen en natuurontwikkeling –

worden ecologisch diverse zeeweringen,

havendammen, golfbrekers of pieren

ontwikkeld. “Daarbij zoeken we naar de

optimale harde structuren als habitat van

bijvoorbeeld macro-algen en schelpdie-

ren, zodat het natte deel van een dijk

diverser en productiever wordt.”

Ruim twee jaar na het ontstaan, is Delta-

res een begrip, weet Thiemann. “Ook in

het buitenland. We worden veel benaderd

voor specialistische adviezen.” Zo heeft

Deltares samen met ingenieurbureaus als

Royal Haskoning, DHV en Arcadis de

autoriteiten van New Orleans een ‘Neder-

landse oplossing’ voorgesteld voor een

betere waterveiligheid. En dat heeft tot

opdrachten geleid. “De senator van New

Orleans was zeer geïnteresseerd in de

wijze waarop wij onze waterkennis

hebben gebundeld. Ook vanuit Vietnam is

er interesse. Interessant voor de Vietna-

mezen is de vraag hoe je maatregelen

voor waterveiligheid, zoals de commissie-

Veerman in Nederland heeft aanbevolen,

daar kunt toepassen, ook in verband met

het veiligstellen van de landbouw.”

Totaaloplossingen voor deltavraagstuk-

ken zijn volgens Thiemann van steeds

groter belang. “Water houdt niet op bij de

dijk. Waterveiligheid, waterkwaliteit,

waterbeschikbaarheid en klimaatveran-

dering raken elkaar. Ik zou dan ook graag

meer samenwerking zien tussen onder-

zoek op het terrein van deltatechnologie

en watertechnologie, om waterveiligheid,

waterkwaliteit en watervoorziening te

verbinden. Er is veel aandacht voor water-

veiligheid, maar drinkwater is eveneens

een absolute levensvoorwaarde in dicht-

bevolkte delta’s. We moeten af van die

gescheiden werelden. De drinkwatersec-

tor heeft met KWR Watercycle Research

Institute en Wetsus uitstekende onder-

zoeksorganisaties. Als Nederlandse

overheden, kennisinstituten en bedrijven

samen optrekken, valt er met elkaar een

wereld te winnen.”

Goede reputatie

Wat betreft waterexpertise heeft Neder-

land in het buitenland een goede reputa-

Page 19: Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in ... 05-2010.pdf · Logisticon Waterbehandeling Nationale Beeldbank PWN Cees Verkerk Vitens-Evides International Waternet Waterschap

19W a t e r s p i e g e l / o k t o b e r 2 0 1 0

deltares

Deltares is een onafhankelijk kennisinstituut

en specialistisch adviseur voor deltatechnolo-

gie. Het instituut werkt aan innovatieve

oplossingen voor water-, ondergrond- en del-

tavraagstukken, die het leven in delta’s, kust-

en riviergebieden veilig, schoon en duurzaam

maken. Deltares verricht onderzoek en advi-

seert overheden en marktrelaties in binnen-

en buitenland. Kennis ontwikkelen, toepas-

sen en delen staan daarbij centraal. Kennis

wordt ontwikkeld in samenwerking met uni-

versiteiten, andere kennisinstituten en het

bedrijfsleven – in onderzoeksprogramma’s

van de overheid, maar ook via contractonder-

zoek.

Deltares vervult diverse rollen. Als ontwikkel-

centrum beantwoordt het instituut de vraag

naar nieuwe kennis, innovatieve producten

en diensten op het gebied van deltatechnolo-

gie. Als kennis- en informatiecentrum maakt

Deltares hoogwaardige kennis, producten en

informatie beschikbaar. Tevens fungeert het

instituut als kennisschakelaar bij de vraag

naar integrale oplossingen. Deltares richt zijn

adviezen op marktactiviteiten die bijdragen

aan de kennispositie van overheden, bedrij-

ven en maatschappelijke organisaties. Als

deltaverkenner en -evaluator geeft Deltares

een deskundig, feitelijk oordeel over de fysie-

ke toestand van delta’s. Het instituut identifi-

ceert trends en ontwikkelingen en evalueert

de effectiviteit van beleid.

dering betekent voor de landbouw, drink-

watervoorziening en waterveiligheid.

“Des te belangrijker wordt de samenwer-

king tussen kennisorganisaties binnen de

watersector, maar bijvoorbeeld ook met

Alterra, het kennisinstituut voor de

groene leefomgeving, waarmee we in

toenemende mate samenwerken. We

moeten samen onderzoeksprojecten

aanpakken en de verkregen kennis

doorgeven om de overheid en het bedrijfs-

leven te ondersteunen. Kennis moet

stromen!”

innovatie

Om de vooraanstaande kennispositie van

‘waterland’ Nederland te behouden, zijn

structurele investeringen in innovatie

volgens Thiemann onontbeerlijk. Wat zou

hij de beleidsmakers willen adviseren?

“Probeer niet in alles de beste te zijn,

maar maak keuzes. Definieer een palet

van kennisgebieden waarin je sterk wilt

zijn en blijven. Daarbij is water voor

Nederland absoluut één van de ankerpun-

ten. Vervolgens moet je investeren in

meerjarige onderzoeksprogramma’s. Bij

subsidieregelingen moet de termijn

langer zijn dan de huidige vier jaar.” ■

tie. “We worden herkend en erkend

vanwege onze specialistische technologi-

sche kennis. Die positie moeten we behou-

den. We moeten zorgen dat Nederland

goed blijft in waterveiligheid en drinkwa-

tertechnologie. We kunnen kennis

brengen naar het buitenland maar er ook

kennis halen. We moeten niet denken

Ron Thiemann (Deltares)

alles beter te weten. De Nederlandse

watersector kan ook van andere landen

leren. Netwerken dus, in plaats van

bolwerken.”

Thiemann constateert dat er vanuit het

buitenland steeds meer vraag is naar

integrale kennis over wat klimaatveran-

Page 20: Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in ... 05-2010.pdf · Logisticon Waterbehandeling Nationale Beeldbank PWN Cees Verkerk Vitens-Evides International Waternet Waterschap

W a t e r s p i e g e l / o k t o b e r 2 0 1 020

Drinkwaterbedrijven zettenin op hernieuwbare energiepraktijkvoorbeelden: WML gaat voor zon, pWn voor wind

Duurzaamheid is een belangrijke pijler binnen de bedrijfsvoering

en het beleid van de Nederlandse drinkwaterbedrijven.

Kernbegrippen in deze ‘groene’ strategie die moet leiden tot

een vermindering van de CO2-footprint: energiebesparing,

hernieuwbare energie en efficiënt(er) gebruik van energie en

grondstoffen in het proces van drinkwaterbereiding. In dit artikel

twee praktijkvoorbeelden. Waterleiding Maatschappij Limburg zet

in op zonne-energie en PWN Waterleidingbedrijf Noord-Holland wil

zelf windenergie gaan opwekken.

Waterleiding Maatschappij

Limburg (WML) zet in op

hernieuwbare energie. Bij

Waterproductiebedrijf Heel worden in

februari 2011 op drie locaties zonnepane-

len in gebruik genomen. Deze leveren

gezamenlijk 85.000 kWh per jaar aan

duurzaam opgewekte energie. Volgens

Ria Doedel, directeur van WML, is de

totale energiebehoefte van het productie-

bedrijf weliswaar veel groter. Maar het is

in elk geval een veelbelovend begin. “We

zullen kijken hoe het functioneert en

daarna wellicht ook op andere locaties

zonnepanelen installeren. Voor windener-

gie hebben we geen plannen, omdat in

ons voorzieningsgebied weinig open

ruimtes zijn.”

Voorbeeldfunctie

Doedel vindt het bij de maatschappelijke

verantwoordelijkheid van een publiek

drinkwaterbedrijf als WML horen de

eigen CO2-footprint te reduceren. Bijvoor-

beeld door gebruik te maken van

hernieuwbare energie. “Zonne-energie zit

volop in de ontwikkelfase en is voor ons

nog niet rendabel. Toch zetten we deze

extra stap, omdat we een voorbeeldfunc-

tie hebben. Met dit soort initiatieven

stimuleer je de verdere ontwikkeling van

de technologie. Als zonnecellen meer

capaciteit krijgen, wordt zonne-energie

steeds rendabeler en bedrijfseconomisch

dus interessanter.”

De inzet van hernieuwbare energie maakt

deel uit van een project bij WML, met als

doel een reductie van de CO2-uitstoot met

5 procent in 2011. “De beste manier om

dat te bereiken is ten eerste ons energie-

verbruik te verminderen tot dat deel, dat

Ria Doedel (WML)

Page 21: Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in ... 05-2010.pdf · Logisticon Waterbehandeling Nationale Beeldbank PWN Cees Verkerk Vitens-Evides International Waternet Waterschap

21W a t e r s p i e g e l / o k t o b e r 2 0 1 0

echt nodig is voor onze bedrijfsvoering”,

licht Doedel toe. Daarvoor heeft WML

diverse maatregelen genomen. Zo zijn

alle lagedrukpompen vervangen door

zuiniger exemplaren en is WML bezig het

energieverbruik verder omlaag te brengen

door een drukverlaging in de ringleiding

WP Heel voor de watervoorziening. Verder

rijden medewerkers van WML in energie-

zuinige auto’s. “Het aantal gereden

kilometers houden we zo laag mogelijk.

We houden videoconferenties en

medewerkers kunnen gebruikmaken van

een mobiliteitskaart voor het openbaar

vervoer.”

Al met al wordt het energieverbruik zo

flink gereduceerd. In de (verlaagde)

energiebehoefte wil WML de komende

jaren voorzien door de opwekking van

duurzame energie en – zoals al gebeurt –

door groene energie in te kopen.

Gaat WML na 2011 nog verder in haar

ambities dan de genoemde 5 procent

reductie van de CO2-uitstoot? Doedel: “De

drinkwatersector streeft naar een reduc-

tie van 20 procent. WML zal proberen

daarbij aan te haken. Eind dit jaar laten

we ons energieverbruik doorlichten. Aan

de hand daarvan bekijken we de verdere

mogelijkheden en zullen we onze reduc-

tiedoelen eventueel bijstellen.”

pWn

PWN Waterleidingbedrijf Noord-Holland

wil in een substantieel deel van de

energiebehoefte van productielocatie

Andijk voorzien door de opwekking van

windenergie. “In eerste instantie wilden

we zes windmolens met een capaciteit

van 2 megawatt plaatsen. Na bezwaren

over mogelijke problemen voor de vogel-

trek, mogelijke geluidsoverlast en

horizonvervuiling hebben we ons plan

aangepast”, vertelt Martien den Blanken,

directeur van PWN.

“Nu hebben we een plan voor drie

windmolens van 2,3 megawatt op het

bedrijfsterrein ingediend. Hiermee

kunnen we ongeveer 20 procent van ons

totale energieverbruik dekken. Voor eind

2010 hopen we een vergunning te

krijgen.”

De wens om eigen energie op te wekken

leeft volgens Den Blanken sterk bij PWN.

“We hebben bij Andijk het chemicaliënge-

bruik verminderd door toepassing van

UV-zuivering, een energie-intensief

proces. Met windenergie kunnen we een

substantiële bijdrage leveren aan de

vermindering van onze CO2-footprint.”

PWN heeft ook op productielocatie

Heemskerk de mogelijkheden van

windenergie bekeken. “De plaatsing van

windmolens langs de duinen is niet te

verenigen met de natuurwaarde van het

duingebied. Alleen Andijk was een

haalbare locatie.”

Over zonne-energie wordt eveneens

nagedacht bij PWN. “Probleem is dat je

een groot oppervlak zonnepanelen nodig

hebt voor een substantiële bijdrage in het

energieverbruik. We zijn geïnteresseerd

en blijven de ontwikkelingen van de

technologie volgen.”

Het inventariseren van de verschillende

opties voor toepassing van hernieuwbare

energie is onderdeel van het beleid van

duurzaam en maatschappelijk verant-

woord ondernemen bij PWN. “De drink-

watersector levert een kleine bijdrage

aan het totale energieverbruik in Neder-

land”, relativeert Den Blanken. “Maar

net als bij andere drinkwaterbedrijven is

ook ons beleid gericht op het verminde-

ren van ons energieverbruik en onze

footprint.”

investeren in kwaliteit

Volgens Den Blanken levert PWN de

belangrijkste bijdrage aan duurzaamheid

door een perfecte kwaliteit drinkwater te

leveren. Hij wijst op het gebruik van

flessenwater en de bijbehorende ‘milieu-

kosten’ (transport en afvalverwerking).

“In veel landen is flessenwater gemeen-

goed. In Nederland is dat minder wegens

de kwaliteit van ons drinkwater. Daarin

moeten we blijven investeren. Investerin-

gen in verbeterde zuiveringstechnolo-

gieën en het beheer en de bescherming

van de kwaliteit van onze bronnen, zijn

de moeite waard. Energie-intensieve

processen hebben onze voortdurende

aandacht. In de voorzuivering van Andijk

maken we bijvoorbeeld gebruik van een

nieuwe techniek, met ionenwisseling en

keramische membranen. Daardoor

vermindert het energieverbruik tijdens

de UV-zuivering en hoeven we bovendien

minder chemicaliën te gebruiken in de

voorzuivering.” ■

Martien den Blanken (PWN)

Page 22: Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in ... 05-2010.pdf · Logisticon Waterbehandeling Nationale Beeldbank PWN Cees Verkerk Vitens-Evides International Waternet Waterschap

W a t e r s p i e g e l / o k t o b e r 2 0 1 022

KoRT niEuWS –– KoRT niEuWS –– KoRT niEuWS –– KoRT niEuWS

KoRT niEuWS –– KoRT niEuWS –– KoRT niEuWS –– KoRT niEuWS

Waternet en BadBuiten: aandacht voor schoon oppervlaktewater

pWn en oasen partners

van programmatafel

‘prioritaire stoffen’

Het Technologisch Topinstituut Watertechno-

logie (TTI-W) Wetsus heeft een programma-

tafel ‘priority pollutants’ opgericht. Als eer-

ste partijen zijn toegetreden de drinkwater-

bedrijven PWN en Oasen, samen met Trojan,

leverancier van UV-zuiveringsinstallaties. De

programmatafel zoekt nieuwe oplossingen

voor ongewenste stoffen die in oppervlakte-

of grondwater kunnen voorkomen. Het gaat

bijvoorbeeld om resten van geneesmiddelen,

cosmetische producten en gewasbescher-

mingsmiddelen. Dit soort stoffen willen

drinkwaterbedrijven liever niet in hun bron-

nen of zuiveringsstations aantreffen.

Als gevolg van de toepassing in de industrie

van steeds beter wateroplosbare stoffen,

voorzien drinkwaterbedrijven in de toe-

komst noodzakelijke aanpassingen in de

zuivering. De programmatafel van Wetsus

faciliteert fundamenteel en toegepast

onderzoek naar betere zuiveringsinstalla-

ties. Het eerste onderzoek richt zich op de

optimale inzet van ultraviolet licht (of

waterstofperoxide) voor de desinfectie tij-

dens de drinkwaterzuivering. Met deze

techniek hebben PWN en Trojan ruime erva-

ring opgedaan. Wetsus nodigt andere par-

tijen uit om zich bij de programmatafel aan

te sluiten, zodat ook andere onderzoeken

kunnen worden opgestart.

Evides Waterbedrijf bij Wereldhavendagen 2010

Ook dit jaar was Evides Waterbedrijf weer present bij de Wereldhavendagen in Rotterdam, van

3 tot en met 5 september. Het drinkwaterbedrijf van Zeeland, het zuidwesten van Zuid-Holland

en de Brabantse Wal informeerde de bezoekers van het evenement over het belang van schoon

drinkwater in Europa’s grootste havenstad. Op de Willemskade had Evides een informatie-

stand. Daar kregen belangstellenden antwoord op vragen als ‘Waar komt het kraanwater van-

daan?’, ‘Hoe wordt het gezuiverd?’ en ‘Hoe komt het water uiteindelijk uit de kraan?’. Ook

waren de Evides waterboten, die drinkwater leveren aan de binnenscheepvaart, aanwezig. Eén

van deze boten gaf hiervan een demonstratie, samen met de Haaibaai van Blijdorp, een tanker

die zeewater levert aan het Oceanium.

Water for Life

Bij de stand aan de Willemskade konden bezoekers een donatie doen aan Evides Water for Life,

het klantenfonds waarmee drinkwaterprojecten in ontwikkelingslanden worden (mede)gefinan-

cierd. Schoon, betrouwbaar en veilig drinkwater, waaraan we in Nederland zijn gewend, is in

arme landen geen vanzelfsprekendheid. Daardoor ontstaan levensbedreigende ziekten. Water

for Life helpt deze mensen met praktische, structurele oplossingen.

Het eerste drijvende openluchtzwembad in

Nederland is een feit. Het Amsterdamse Bad-

Buiten aan de Korte Ouderkerkerdijk is op 27

augustus officieel geopend. Speciaal voor

deze gelegenheid nam Nederlands succesvol-

ste openwaterzwemster, Edith van Dijk, een

duik in de Amstel en zwom naar het zwem-

bad. Vervolgens was het de beurt aan een

groep ouders met kleine kinderen om het bad

in gebruik te nemen. Daarmee werd de ambi-

tie achter BadBuiten geïllustreerd, namelijk

dat deze generatie in de toekomst gewoon in

de Amstel kan zwemmen.

Met Badbuiten vraagt initiatiefnemer Water-

net aandacht voor het belang van schoon

oppervlaktewater en een schone leefomge-

ving in Amsterdam. In deze opzet is het

watercyclusbedrijf al grotendeels geslaagd,

gezien de artikelen over het openluchtbad die

zijn verschenen in diverse landelijke dagbla-

den. Het openluchtbad is in nog geen half

jaar tijd gerealiseerd. Het zwembad bestaat

uit twee betonnen casco’s en drie drijvende

pontons en bevat 125.000 liter water. BadBui-

ten is tot 1 oktober dagelijks geopend van

11.00 tot 23.00 uur.

Page 23: Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in ... 05-2010.pdf · Logisticon Waterbehandeling Nationale Beeldbank PWN Cees Verkerk Vitens-Evides International Waternet Waterschap

23W a t e r s p i e g e l / o k t o b e r 2 0 1 0

KoRT niEuWS –– KoRT niEuWS –– KoRT niEuWS –– KoRT niEuWS

KoRT niEuWS –– KoRT niEuWS –– KoRT niEuWS –– KoRT niEuWS

Agentschap.nl van het ministerie van Economische Zaken heeft de eerste prijs voor de InnoWa-

tor-subsidieregeling toegekend aan het PURO-project. Het gaat om een projectplan voor een

energiezuinige anaerobe RO-installatie (reverse osmosis) in een grondwaterput. Drinkwaterbe-

drijven Oasen en Waternet hebben dit onderzoeksvoorstel samen met de TU Delft, grondboor-

bedrijf Haitjema en Logisticon Waterbehandeling bedacht.

Door klimaatverandering zal de zuivering van brak (of zout) water de komende jaren aan belang

winnen. Met een RO-installatie kan zoet water gemaakt worden van brak/zout water. Het is een

beproefde, maar dure techniek die binnen de drinkwatersector steeds meer in zwang raakt. Op

verschillende locaties in Nederland zijn al RO-installaties gebouwd.

Membranen met fijne poriën filteren het zout uit het water. Hiervoor is een hoge druk vereist,

wat gepaard gaat met een hoog energieverbruik. Voordeel van het aanleggen van een onder-

grondse RO-installatie is het benutten van de hoge waterdruk. Hierdoor kan 40 procent energie

worden bespaard ten opzichte van bovengrondse RO-installaties. Binnenkort start de techni-

sche uitwerking; het plan is dat de eerste ‘RO-put’ in 2011 wordt aangelegd.

Vewin pleit voor

command centre voor

coördinatie noodhulp

Door de zware overstromingen heeft Paki-

stan een groot tekort aan drinkwater. Ziekte

en sterfte dreigen. ‘Waterland’ Nederland

kan Pakistan voorzien van schoon en veilig

drinkwater. Wij leven en werken al eeuwen

met water en beschikken over geavanceer-

de apparatuur, waarmee we van vervuild

rivierwater schoon en betrouwbaar drink-

water kunnen maken. Gezien de toename

van het aantal rampen bepleit Vewin de

oprichting van een ‘command centre’, voor

een snelle en efficiënte coördinatie van de

Nederlandse hulp.

De aanpak van rampen vraagt om samen-

werking. Vewin roept stakeholders in de

drinkwatersector op onze kennis wereldwijd

in te zetten. Geld voor noodhulp kan de

drinkwatersector direct omzetten in resul-

taat. Hiervoor staat de meest geavanceerde

techniek klaar. Drinkwaterbedrijven en

bedrijven als Norit en Paques hebben de

kennis om ter plekke snel drinkwater te zui-

veren en produceren. De drinkwatersector

heeft in bijvoorbeeld Haïti en Indonesië

bewezen de nood te kunnen lenigen. Na de

bestrijding van de ramp kan het land gehol-

pen worden bij de aanleg van waterinfra-

structuur en het opstellen van een delta-

plan. Wereldwijd laten zien wat Nederland

in huis heeft is ook de manier om de water-

export te vergroten.

Jongeren interesseren voor waterstudie

jaar hun profielwerkstuk maken over water.

Ze kunnen aan de slag bij drinkwaterbedrijf

Evides, de waterschappen, provincie en Rijks-

waterstaat. Waterbedrijf Groningen nam

deze maand deel aan de jaarlijkse Energy

Battle. Daarin kunnen studenten in teamver-

band op innovatieve wijze energievraagstuk-

ken oplossen, met als rode draad: ‘Wat moe-

ten we nú doen om in 2014 succesvol te zijn

op het gebied van energie?’. Het drinkwater-

bedrijf doet mee omdat de rol van water in de

energievoorziening groeit en water ook een

functie heeft als energiedrager.

prijs voor energiezuinige

Ro-installatie in grondwaterput

Steeds minder jongeren studeren af op het

gebied van water. Geen goed teken voor een

waterland. De Nederlandse waterkennis is

van hoog niveau en moet ervoor zorgen dat

Nederland terugkeert in de top-5 van kennis-

economieën. Dat vereist voldoende instroom

van jongeren. Het aantal ‘waterstudenten’ is

tussen 2003 en 2009 afgenomen met 30 pro-

cent. Hierdoor ontstaat een hiaat tussen de

Nederlandse waterambities en beschikbare

kennis. Dat verklaarde Michiel van Haersma

Buma, dijkgraaf van Hoogheemraadschap van

Delfland, in het Financieele Dagblad. Alleen

de Nederlandse deltatechnologie telt in 2012

al circa 8.000 vacatures. Van Haersma Buma

heeft het initiatief genomen tot een kennis-

dialoog, die met een plan komt om de afname

van waterkennis te voorkomen.

De watersector doet meer om jongeren te

trekken. In Zeeland is het project http://

Ikonderzoekwater.nl gestart. Onder begelei-

ding van professionals kunnen scholieren dit

Page 24: Opinieblad van de Vereniging van waterbedrijven in ... 05-2010.pdf · Logisticon Waterbehandeling Nationale Beeldbank PWN Cees Verkerk Vitens-Evides International Waternet Waterschap

24 W a t e r s p i e g e l / o k t o b e r 2 0 1 0

DRI

NKW

ATER

BED

RIJV

EN E

N E

VEN

EMEN

TEN

achterpagina_plat

Op de derde dinsdag van september, wanneer de troonrede

door koningin Beatrix wordt voorgelezen, is het een drukte van

jewelste in Den Haag. Dagjesmensen komen van heinde en

verre om een glimp op te vangen van de koninklijke stoet. Poli-

tici, bestuurders en leden van het Koninklijk Huis vallen op door

hun kleding en vooral door hun hoeden. Den Haag loopt op

Prinsjesdag ook vol met militairen, die bijvoorbeeld de Konink-

lijke Stoet van Paleis Noordeinde tot aan het Binnenhof begelei-

den en een deel van de erehaag vormen.

En daarbij is water onmisbaar, weet luitenant-kolonel Detlev

Simons, hoofd van de sectie communicatie van de Koninklijke

Landmacht. De militairen mogen als ze langs de route staan

weliswaar niet drinken. “Ze zijn onderdeel van de ereafzetting

en staan in de houding of in rust”, vertelt de luitenant-kolonel.

Voldoende drinken

Daarom is het juist belangrijk dat ze, voordat ze naar het cen-

trum van de hofstad gaan, voldoende drinken. Defensie wijst de

soldaten op de mogelijkheid om water uit de kraan te drinken.

“We verzamelen op de Frederikkazerne aan de Van der Burch-

laan in Den Haag. Daar krijgen de militairen vooraf een lunch-

pakket met eten en drinken”, aldus Simons. “De militairen kun-

nen op de kazerne ook water tappen uit de normale kranen. Er

zijn geen extra faciliteiten of waterinstallaties nodig.”

De erehaag wordt mede gevormd door militairen van de Konink-

lijke Marine, Koninklijke Landmacht, Koninklijke Luchtmacht en

Koninklijke Marechaussee. Tijdens de rit geven vier zogenoem-

de Gele Rijders saluutschoten af op het Malieveld. In totaal gaat

het om meer dan 1.700 deelnemers aan de Koninklijke Stoet en

de erehaag. Goed drinken en eten is bij alles wat de militairen

doen van belang, aldus de luitenant-kolonel. “Daar wijzen wij

de soldaten uitgebreid op tijdens hun basistraining.”

8.500 liter voor paarden

De militairen zijn ongeveer 2,5 uur in de weer als erewacht van

de Koninklijke Stoet. Een belangrijk onderdeel van deze stoet

vormen de paarden. Zij trekken de in het oog springende koet-

sen en worden daarnaast bereden door militairen en politie. In

totaal lopen in de Prinsjesdagstoet 170 paarden mee. Per dag

drinkt een paard gemiddeld tussen de dertig en vijftig liter

water. Op Prinsjesdag dient daarom ongeveer 8.500 liter

beschikbaar te zijn voor de dieren. De paarden drinken voordat

de stoet vertrekt en na afloop.

Een bijzonder onderdeel van de erehaag op Prinsjesdag vormen

de negentig leden van studentenweerbaarheden. Zij maken

deel uit van studentenverenigingen uit Utrecht, Leiden, Rotter-

dam, Wageningen, Amsterdam en Den Haag. De weerbaarhe-

den staan op een prominente plaats op het Binnenhof, nabij de

uitgang van de troonzaalzijde. Ook voor hen is voor het nodige

water gezorgd. “Wij drinken altijd voldoende water, voordat wij

starten in de Parkstraat. Dat wordt verzorgd door het Regionaal

Militair Commando West”, zegt Dennis Schaap van het Haags

Studenten Schutters Korps ‘Pro Libertate’.

Water onmisbaar voor prinsjesdagstoet