OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE
Transcript of OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
1
OPGAVEN EN UITWERKINGEN
OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE
Opgave 1
Wat wordt verstaan onder corporate governance?
De manier waarop een onderneming…
a. goed en efficiënt geleid moet worden.
b. de financiering op lange termijn zekerstelt.
c. invulling geeft aan het besturen van de onderneming en hierover
verantwoording aflegt.
d. goed, efficiënt en verantwoord invulling geeft aan de bedrijfsidentiteit.
Het juiste antwoord is c.
Bladzijde 162 boek.
Opgave 2
De current ratio van Kroet bv is groter dan 1.
Wat betekent dit?
a. Het werkkapitaal van Kroet bv is negatief.
b. De vlottende activa van Kroet bv zijn groter dan het kort vreemd vermogen.
c. De vaste activa van Kroet bv zijn gedeeltelijk met kort vreemd vermogen
gefinancierd.
De formule van de current ratio is:
Current ratio = vlottende activa
kort vreemd vermogen
Het juiste antwoord is dus b.
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
2
Opgave 3
Telly bv wil de capaciteit van het gebouw vergroten door middel van een dakopbouw.
De kosten hiervan zijn € 50.000. Om dit te financieren storten de aandeelhouders van
Telly bv per 2 januari van jaar 2 € 20.000 in de onderneming. Het restant van de
financieringsbehoefte wordt op 2 januari van jaar 2 verkregen via een hypothecaire
lening van € 30.000.
Wat is het gevolg van dit financieel feit voor het weerstandsvermogen?
Het weerstandsvermogen…
a. neemt af
b. blijft gelijk
c. neemt toe
Interest coverage ratio:
ICR = Winst voor belasting + Interestkosten
Interestkosten
Er wordt niets vermeld over een stijging van de winst.
Stel: de winst voor belasting is 100 en de interest is 100. Dan is het weerstandvermogen:
100 + 100
100= 2
In de nieuwe situatie wordt dat:
100 + 120
120= 1,83
Het juiste antwoord is dus a.
Opgave 4
Seter bv stort gedurende vier jaar op 1 januari van elk jaar € 15.000 op de
spaarrekening. De samengestelde interestvergoeding is 2,5% per jaar.
Wat is de eindwaarde op 31 december van jaar 4 van alle verrichte stortingen op basis
van samengestelde interest? Vul het bedrag in.
Cont
ante
waa
rde
stor
ting
€ 15
.000
stor
ting
€ 15
.000
stor
ting
€ 15
.000
stor
ting
€ 15
.000
jaar 1 jaar 2 jaar 3 jaar 4
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
3
De formule om de contante waarde uit te rekenen is:
Cw = T × 1 − (1 + i)−n
i
Cw = € 15.000 × 1 − (1 + 0,025)−4
0,025
Cw = € 56.429,613 …
Gevraagd wordt de waarde aan het einde van het vierde jaar dus:
jaar 1 jaar 2 jaar 3 jaar 4
?????
CW =
€ 5
6.42
9,61
3…
De formule hiervoor is:
Ew = Cw × (1 + i)n
Ew = € 56.429,613 … × (1 + 0,025)5
Ew = € 63.844,93
Opgave 5
Kock bv overweegt begin jaar 1 een nieuwe productielijn te openen voor de productie
van het succesvolle product X. De investering is € 2.400.000. Ten behoeve van de
investeringsselectie zijn de volgende gegevens verzameld:
Winst na belasting:
Jaar 1 € 230.000
Jaar 2 € 240.000
Jaar 3 € 260.000
Jaar 4 € 270.000
Jaar 5 € 750.000
Jaar 6 € 750.000
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
4
Verdere gegevens:
De productielijn wordt in 6 jaar lineair afgeschreven.
De restwaarde is € 300.000 en wordt ontvangen op 31 december van jaar 6.
Als wordt overgaan tot investering in de productielijn wordt het volledige
investeringsbedrag op 1 januari van jaar 1 betaald.
De kasstromen, behalve die van de investering en de restwaarde, zijn
gelijkmatig over het jaar verdeeld.
Wat is de terugverdientijd in jaren van de productielijn?
De totale cashflow:
Jaar Winst na
belastingen
Afschrijving Cashflow Totale
cashflow
I 230.000€ 350.000€ 580.000€ 580.000€
II 240.000€ 350.000€ 590.000€ 1.170.000€
III 260.000€ 350.000€ 610.000€ 1.780.000€
IV 270.000€ 350.000€ 620.000€ 2.400.000€
V 750.000€ 350.000€ 1.100.000€
VI 750.000€ 350.000€ 1.100.000€
De investering is na 4 jaar terugverdiend:
Antwoord is dus vier jaar.
Opgave 6
Investeringsfonds Transformers bv overweegt op 1 januari van jaar 1 een noodlijdende
winkelketen over te nemen voor € 6.500.000. Na herstructurering van de bedrijfsvoering
zal de winkelketen aan het eind van jaar 4 voor een geschat bedrag van € 9.000.000
worden verkocht.
Voor de periode van jaar 1 tot en met jaar 4 is het volgende overzicht van de geschatte
cashflows gemaakt.
Cashflow
Jaar 1 € 200.000
Jaar 2 € 650.000
Jaar 3 € 1.000.000
Jaar 4 € 10.500.000
Bij de investeringsbeslissing wordt gebruikt gemaakt van de netto contante waarde. Het
geëiste rendement van Transformers bv is 18%. De cashflows worden aan het einde van
ieder jaar ontvangen.
Wat is de netto contante waarde van dit investeringsproject op 1 januari van jaar 1?
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
5
Jaar 1
€ 200.000 × 1,18-1 = € 169.491,53
€ 650.000 × 1,18-2 = € 466.819,88
€ 1.000.000 × 1,18-3 = € 608.630,87
€ 10.500.000 × 1,18-4 = € 5.415.783,19
Investering € - 6.500.000,00 +
Netto contante waarde € 160.725,47
Let op!
In de cashflow van het laatste jaar zit de verkoopprijs van € 9.000.000.
Opgave 7
Moes bv overweegt op 1 januari van jaar 1 een nieuw project te starten met een looptijd
van vier jaar. Het project vergt een investering in vaste activa van € 450.000. De
restwaarde van de vaste activa is € 130.000. Moes bv schrijft de vaste activa lineair af.
Door het project neemt het netto werkkapitaal aan het begin van het eerste jaar met
€ 200.000 toe. Dit bedrag zal vrijvallen aan het einde van de looptijd van het project.
Moes bv verwacht in jaar 1 een omzet van € 350.000. In jaar 2 zal de omzet met 5%
toenemen; daarna blijft de omzet op het niveau van jaar 2. De variabele kosten zijn 45%
van de omzet. De constante kosten, met uitzondering van de afschrijvingskosten, zijn
€ 75.000 per jaar.
Moes bv betaalt 20% winstbelasting. De ontvangsten en uitgaven met betrekking tot de
omzet, kosten en belasting vinden plaats aan het einde van het desbetreffende jaar.
Wat is de gemiddelde boekhoudkundige rentabiliteit?
De gemiddelde boekhoudkundige rentabiliteit wordt als volgt berekend:
(A / B) x 100% = C.
C is hierbij de in een percentage uitgedrukte gemiddelde boekhoudkundige rentabiliteit.
Vul de bedragen in bij A en B en het percentage bij C. Als C geen geheel percentage is,
vul dan een antwoord met twee decimalen in.
De formule van de boekhoudkundige rentabiliteit is:
Gemiddelde boekhoudkundige rentabiliteit
= Gemiddelde winst na belastingen
Gemiddeld geïnvesteerd vermogen× 100%
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
6
Investering € 450.000
Restwaarde € 130.000
Toename netto werkapitaal € 200.000
Vrijval na project € 200.000
Lineaire afschrijving
Omzet jaar 1 € 350.000
Omzet jaar 2 + 5% jaar 1 € 367.500
Omzet jaar 3 € 367.500
Omzet jaar 4 € 367.500
Variabele kosten 45% van de omzet
Constante kosten zonder afschr. € 75.000
Belasting 20%
Afschrijving:
€ 450.000 − € 130.000
4= € 80.000
De gemiddelde winst na belasting:
Jaar 1 Jaar 2 Jaar 3 Jaar 4
Omzet 350.000€ 367.500€ 367.500€ 367.500€
Variabele kosten 157.500€ 165.375€ 165.375€ 165.375€
Constante kosten ex afschr. 75.000€ 75.000€ 75.000€ 75.000€
Afschrijving 80.000€ 80.000€ 80.000€ 80.000€
Totale kosten 312.500€ 320.375€ 320.375€ 320.375€
Winst voor belasting 37.500€ 47.125€ 47.125€ 47.125€
Belasting 7.500€ 9.425€ 9.425€ 9.425€
Winst na belasting 30.000€ 37.700€ 37.700€ 37.700€
Gemiddelde winst na belasting 35.775€
Het gemiddeld geïnvesteerd vermogen:
€ 450.000 + € 200.000 + € 130.000 + € 200.000
2= € 490.000
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
7
De boekhoudkundige rentabiliteit is :
€ 35.775
€ 490.000× 100% = 7,30%
Opgave 8
Wat is een voorbeeld van indirecte overdracht van vermogen?
de emissie van aandelen op een aandelenbeurs
het uitgeven van een bedrijfsobligatie op Euronext
het aantrekken van vermogen door middel van crowdfunding
het aantrekken van vermogen door middel van een banklening
Het juiste antwoord is d.
Opgave 9
Welke balanspost behoort tot de vlottende activa?
a. inventaris
b. onderhanden werk
c. rekening-courantkrediet
d. te betalen belasting
Het juiste antwoord is c.
Onderhanden werk wordt als voorraad beschouwd.
Opgave 10
Vier zakenpartners zijn van plan om de firma Gwyna op te richten.
Partner A brengt € 150.000 aan vermogen in, partner B € 170.000, partner C € 300.000
en partner D € 380.000. De schulden van de onderneming zijn € 800.000.
Bij het kiezen van de rechtspersoon twijfelen de zakenpartners tussen een vof en een
bv.
Is er voor de vof en de bv een verschil in het bedrag waarvoor partner B aansprakelijk
kan worden gesteld?
a. Nee, in beide gevallen voor € 800.000.
b. Nee, in beide gevallen voor € 170.000.
c. Ja, bij de vof voor € 170.000 en bij de bv voor € 800.000.
d. Ja, bij de vof voor € 800.000 en bij de bv voor € 170.000.
Het juiste antwoord is D.
Bij een vof is hij hoofdelijk aansprakelijk voor de gehele schuld. Bij een bv is hij hooguit
zijn inleg kwijt.
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
8
Opgave 11
Schaper bv heeft te maken met een toename van de omloopsnelheid van de voorraad
bij een gelijkblijvende omzet.
Wat gebeurt er met de vermogensbehoefte van Schaper bv?
De vermogensbehoefte…
a. daalt
b. blijft gelijk
c. stijgt
Het juiste antwoord is A.
De formule van de omloopsnelheid van de voorraad is:
Omloopsnelheid van de voorraad = Omzet tegen de inkoopwaarde
Gemiddelde voorraad tegen de inkoopwaarde
Wanneer de omzet gelijk blijft wordt de toename veroorzaakt door een dalende
gemiddelde voorraad.
De vermogensbehoefte daalt omdat de waarde van de activa afneemt.
Opgave 12
Tobogan nv heeft aan het begin van jaar 1 een geplaatst aandelenkapitaal van
€ 50.000.000. De nominale waarde van een aandeel is € 10. De agioreserve van Tobogan
nv aan het begin van jaar 1 is € 15.000.000.
Voor de financiering van een nieuwe fabriek wenst Tobogan € 10.000.000 te verkrijgen
via een aandelenemissie. Er wordt geëmitteerd tegen de koers van € 40.
Wat is de agioreserve na de aandelenemissie?
Aantal aandelen dat wordt verkocht is:
€ 10.000.000
€ 40= 250.000 stuks
Opbrengst tegen de nominale waarde is:
250.000 × € 10 = € 2.500.000
Toename agioreserve is:
€ 10.000.000 − € 2.500.000 = € 7.500.000
Agioreserve na de emissie:
€ 15.000.000 + € 7.500.000 = € 22.500.000
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
9
Opgave 13
De balans van Kenei nv per 31 december van jaar 1 ziet er als volgt uit.
De nominale waarde van een aandeel Kenei is € 4. Wat is de intrinsieke waarde per
geplaatst aandeel Kenei?
Aantal geplaatste aandelen is:
€ 8.400.000
€ 4= 2.100.000 stuks
Waarde eigen vermogen:
Geplaatst aandelenkapitaal € 8.400.000
Algemene reserve € 2.140.000
Agioreserve € 4.000.000
Overige reserves € 2.310.000 +
Totaal € 16.850.000
Intrinsieke waarde is:
€ 16.850.000
2.100.000= € 8,02
Opgave 14
Van Jansen bv is het onderstaande gegeven:
Omzet € 1.600.000
Materiaalkosten € 330.000
Huurkosten € 200.000
Loonkosten € 340.000
Afschrijvingen € 170.000
Betaalde interest € 160.000
Winst voor belasting € 400.000
Vennootschapsbelasting € 96.000
Winst na belasting € 304.000
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
10
Winst na belasting + afschrijvingen:
€ 304.000 + € 170.000 = € 474.000
Opgave 15
Fut nv heeft een converteerbare obligatielening uitstaan van 2.400 obligaties met een
nominale waarde van € 500 per stuk. Bij inlevering van drie converteerbare obligaties en
een bijbetaling van € 225 ontvangt men 50 aandelen met een nominale waarde van € 10
per stuk. Toen de beurskoers per aandeel € 52 was, heeft 60% van de obligatiehouders
zijn obligaties ingeruild tegen de hierboven beschreven voorwaarden.
Met welk bedrag neemt de agioreserve toe door deze conversie?
Converteerbaar 2.400 obligaties nominaal € 500 per stuk
Conversiekoers
3 × € 500 + € 225
50= € 34,50
Nominale waarde aandeel € 10
Agio per aandeel:
€ 34,50 − € 10 = € 24,50
Aantal pakketjes van aandelen dat is verstrekt:
60% × 2.400 = 1.440 stuks
Per pakket 3 stuks converteerbare obligaties dus:
1.440
3= 480 pakketten van ieder 50 aandelen
Totaal aandelen 480 × 50 = 24.000 aandelen agio per aandeel is € 24,50
Toename agioreserve:
24.000 × € 24,50 = € 588.000
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
11
Opgave 16
Paulus nv heeft een converteerbare obligatielening uitstaan van € 5.000.000 nominaal.
De volgende gegevens zijn beschikbaar:
De converteerbare obligaties hebben een nominale waarde van € 250 per stuk.
Bij conversie kunnen 4 obligaties met een bijbetaling van € 250 worden
ingeruild tegen 50 aandelen met een nominale waarde van € 5 per stuk.
De beurskoers in de conversieperiode is € 27 per aandeel. In januari van jaar 4
is bij conversies een bedrag van € 2.000.000 aan agio geboekt.
Hoeveel converteerbare obligaties zijn in januari van jaar 4 geconverteerd?
Conversiekoers:
4 × €250 + €250
50= € 25
Nominale waarde is € 5.
Agio is € 20 per aandeel.
Toename agio € 2.000.000
Aantal aandelen dat door de conversie is geplaatst € 2.000.000
€ 20= 100.000 st
Aantal conversiepakketten (50 aandelen per pakket):
100.000
50= 2.000 paketten
Ieder pakket heeft 4 converteerbare obligaties.
Dus aantal ingeleverde converteerbare obligaties is:
2.000 × 4 = 8.000 stuks
Opgave 17
Jacob bv heeft op 1 september van jaar 4 een bedrag van € 4.000.000 aan vorderingen
op debiteuren uitstaan. Met de factoormaatschappij is Jacob bv overeengekomen, dat
als Jacob bv geld nodig heeft, zij een deel van deze debiteuren aan de factoor aanbiedt.
De factoor neemt 60% van dit aanbod over.
Na deze goedkeuring zal direct 80% per debiteur worden overgemaakt. Het bedrag dat
Jacob bv op 1 september van jaar 4 nodig heeft, is € 1.200.000.
Hoeveel procent van de uitstaande vorderingen op debiteuren per 1 september van jaar
4 moet Jacob bv voordragen ter goedkeuring door de factoor als Jacob bv € 1.200.000
wil ontvangen?
Als het antwoord geen geheel percentage is, vul dan een percentage met één decimaal
in.
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
12
Openstaande debiteuren op 1-9-04 € 4.000.000
Factor neemt 60% vorderingen over.
Na goedkeuring wordt 80% aan Jacob overgemaakt.
De vergelijking wordt:
0,60 × vorderingen × 0,80 × vorderingen = € 1.200.000
0,48 × vorderingen = € 1.200.000
Aangeboden vorderingen = € 2.500.000
In percentage van de totale vorderingen is dit:
€ 2.500.000
€ 4.000.000× 100% = 62,50%
Opgave 18
Bok bv heeft een totaal vermogen van € 3.000.000 dat voor de helft uit eigen vermogen
bestaat. De rentabiliteit van het eigen vermogen is 8%. Aan de verschaffers van vreemd
vermogen is € 60.000 interest betaald. Het tarief van de vennootschapsbelasting is 20%.
Wat is de rentabiliteit van het totaal vermogen?
De formule van de RTV is
RTV =Winst voor belastingen + Interestkosten
Gemiddeld geïnvesteerd totaal vermogen x 100%
De bekende gegevens invoeren:
RTV =Winst voor belastingen + € 60.000
€ 3.000.000 x 100%
2 onbekenden, dat is er één teveel.
Dan proberen we de rentabiliteit van het eigen vermogen:
REVna belasting = Nettowinst na belasting
gemiddeld geïnvesteerd eigen vermogen × 100%
Gegevens invoeren:
8% = Nettowinst na belasting
€ 1.500.000 × 100%
Vergelijking met één onbekende oplossen.
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
13
Nettowinst na belasting:
€ 120.000
Nettowinst voor belasting:
Winst voor belasting 100%
Belasting 20%
Winst na belasting 120.000€ 80%
Invullen van gegevens:
Winst voor belasting 150.000€ 100%
Belasting 30.000€ 20%
Winst na belasting 120.000€ 80%
Nu kan de rentabiliteit van het totale vermogen worden berekend:
RTV =€ 150.000 + € 60.000
€ 3.000.000 x 100%
RTV = 7%
Vraag 19
Van Blok bv zijn de volgende gegevens bekend:
Bedrijfsresultaat € 564.000
Betaalde interest € 180.000
Winst voor belasting € 384.000
Winstbelasting € 96.000
Winst na belasting € 288.000
De rentabiliteit van het eigen vermogen is 12% en de gemiddeld betaalde interest over
het vreemd vermogen is 5%. Wat is de hefboomfactor?
REVvoor belasting = (RTV + ((RTV − RVV) ×Vreemd vermogen
Eigen vermogen))
De hefboomfactor is:
VV
EV
Vreemde vermogen:
0,05 × VV = € 180.000 ==> VV = € 3.600.000
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
14
Eigen vermogen:
REVna belasting = Nettowinst na belasting
gemiddeld geïnvesteerd eigen vermogen × 100%
Invullen wat bekend is:
12% = € 288.000
gemiddeld geïnvesteerd eigen vermogen × 100%
Eén onbekende, dus oplossing.
Gemiddelde geïnvesteerde eigen vermogen is € 2.400.000.
De hefboomfactor is:
€ 3.600.000
€ 2.400.000= 1,5
Opgave 20
Van Dasco bv is de volgende opstelling gegeven:
Omzet € 4.660.000
Materiaalkosten € 2.520.000
Verkoopkosten € 340.000
Afschrijvingen € 680.000
Interestkosten € 320.000
Winst voor belasting € 800.000
Vennootschapsbelasting € 192.000
Winst na belasting € 608.000
Wat is de interest coverage (ICR) over jaar 1?
De interest coverage ratio (ICR) wordt berekend als: A / B = C
De formule van de interest-coverage is:
ICR = Winst voor belasting + Interestkosten
Interestkosten
€ 800.000 + € 320.000
€ 320.000= 3,5
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
15
Opgave 21
ASD bv heeft een in een bepaald jaar een bedrijfsresultaat van 4,8% van de omzet
behaald.
Het totaal vermogen is € 8.000.000 en de rentabiliteit van het totaal vermogen is 12%.
Wat is de omloopsnelheid van het totaal vermogen?
Formule voor omloopsnelheid totaal vermogen is:
Omloopsnelheid van het totale vermogen = Omzet
Gemiddeld totale vermogen
We beginnen met de formule van de RTV:
Winst voor belastingen + Interest
Gemiddelde totale vermogen× 100% = RTV
Invullen:
Winst voor belastingen + Interest
€ 8.000.000× 100% = 12%
Winst voor belastingen + interest = € 960.000
Winst + interest is gelijk aan het bedrijfsresultaat. Het bedrijfsresultaat € 960.000. We
weten ook dat het bedrijfsresultaat is 4,8% × de omzet. Dus:
0,048 × Omzet = € 960.000
Omzet is dan € 20.000.000
De formule van de omloopsnelheid van het totaal vermogen is:
Omloopsnelheid van het totale vermogen = Omzet
Gemiddeld totale vermogen
Getallen invullen:
Omloopsnelheid van het totale vermogen = € 20.000.000
€ 8.000.000= 2,5
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
16
Opgave 22
Adam bv heeft in het afgelopen jaar een omzet op rekening van € 10.333.333 gerealiseerd.
In jaar 16 was het debiteurensaldo op 1 januari € 1.200.000, op 30 juni € 1.800.000 en op
31 december € 1.400.000. Het jaar wordt gesteld op 360 dagen.
Wat is de gemiddelde krediettermijn van de debiteuren in dagen?
Formule voor de gemiddelde krediettermijn van de crediteuren:
Gemiddeld debiteurensaldo (inclusief BTW)
Omzet op rekening (inclusief BTW) × 360
Gemiddeld debiteurensaldo:
0,5 × 1.200.000 + € 1.800.000 + 0,5 × € 1.400.000
2= € 1.550.000
De gemiddelde krediettermijn debiteuren is:
€ 1.550.000
€ 10.333.333× 360 = 54 dagen
Er staat in de opgave niets over BTW.
Opgave 23
Van Klus bv zijn de volgende gegevens bekend:
Omzet:
De omzet van € 36.000.000 van Klus bv is in de verhouding 2:3:4:3 over de
kwartalen verdeeld.
De omzet is voor de helft contant en voor de andere helft op rekening.
Alle afnemers op rekening betalen na 1,5 maand.
De inkopen zijn 50% van de omzet en geheel op rekening.
De leveranciers worden na 1 maand betaald. De inkopen worden steeds twee
maanden voorafgaand aan de verkoop gedaan.
De verkopen en inkopen zijn regelmatig binnen de kwartalen verdeeld.
Vaste lasten en loonkosten:
Aan loonkosten betaalt Klus bv € 1.000.000 per maand aan vast personeel en
5% van omzet per maand aan flexwerkers.
Aan de vaste lasten huur en lease betaalt Klus bv € 1.500.000 per maand, steeds
een maand na de huurperiode.
In mei wordt het vakantiegeld voor alle vaste werknemers betaald, precies een
maand loon. Flexwerkers ontvangen hun vakantiegeld bij het beëindigen van
hun werkzaamheden. In het eerste en tweede kwartaal verrichten alle
flexwerkers nog werkzaamheden voor Klus bv.
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
17
Interestkosten:
De interestkosten van de leningen van Klus bv zijn 6% van € 18.000.000.
De interestkosten worden in zes gelijke bedragen per jaar betaald en wel de
eerste op 15 januari en elke volgende betaling twee maanden later.
Op de lening wordt jaarlijks op 1 september € 1.500.000 afgelost.
Op de eerste dag van het tweede kwartaal is het positieve banksaldo € 1.500.000, alle
ontvangsten en betalingen vinden plaats via de bank.
Met welke bedragen komen de volgende posten voor op de liquiditeitsbegroting over het
tweede kwartaal van Klus bv?
Vul de bedragen in.
Begonnen wordt met de vragen die het minste tijd vergen. Dus slaan we in eerste instantie
“De ontvangsten wegens inkopen”en “Betaling aan inkopen” over.
Betaling aan lonen:
Aan loonkosten betaalt Klus bv € 1.000.000 per maand aan vast personeel en
5% van omzet per maand aan flexwerkers.
De omzet in het tweede kwartaal is:
De omzet van € 36.000.000 van Klus bv is in de verhouding 2:3:4:3 over de kwartalen
verdeeld.
De omzet in het tweede kwartaal is:
€ 36.000.000
2 + 3 + 4 + 3= € 3.000.000 × 3 = € 9.000.000
De lonen die aan de flexwerkers worden betaald zijn:
5% × € 9.000.000 = € 450.000
De lonen die aan vast personeel worden betaald zijn:
3 × € 1.000.000 = € 3.000.000
Loonbetaling in het tweede kwartaal:
€ 3.000.000 + € 450.000 = € 𝟑. 𝟒𝟓𝟎. 𝟎𝟎𝟎
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
18
Huur en leasekosten:
Aan de vaste lasten huur en lease betaalt Klus bv € 1.500.000 per maand, steeds
een maand na de huurperiode.
De opmerking “steeds een maand na de huurperiode” heeft geen toegevoegde waarde.
In april worden dan wel de huurkosten van maart betaald maar er is uit de gegevens niet
af te leiden dat de huur en leasekosten in de maand maart anders zijn dan in de maanden
van het tweede kwartaal.
Dus betaling huur en lease in het tweede kwartaal:
3 × € 1.500.000 = € 𝟒. 𝟓𝟎𝟎. 𝟎𝟎𝟎
Betaling vakantiegeld
In mei wordt het vakantiegeld voor alle vaste werknemers betaald, precies een
maand loon. Flexwerkers ontvangen hun vakantiegeld bij het beëindigen van
hun werkzaamheden. In het eerste en tweede kwartaal verrichten alle
flexwerkers nog werkzaamheden voor Klus bv.
Uit de gegevens blijkt dat er geen vakantiegeld aan flexwerkers wordt betaald. Het
vakantiegeld dat aan vaste medewerkers in mei wordt voldaan is € 1.000.000
Betaling aan interest
Interestkosten:
De interestkosten van de leningen van Klus bv zijn 6% van € 18.000.000.
De interestkosten worden in zes gelijke bedragen per jaar betaald en wel de
eerste op 15 januari en elke volgende betaling twee maanden later.
Op de lening wordt jaarlijks op 1 september € 1.500.000 afgelost.
Moet hier nu wel of niet rekening houden met de aflossing. De gegevens zijn mijns inziens
vaag. Per jaar wordt door de associatie gezien als een jaar tussen de aflossingen. Voor
hetzelfde geld wordt een jaar beschouwd tussen 15 januari jaar X en 15 januari jaar X+1
Zoals de associatie het berekend wordt in ieder geval in het eerste jaar niet 6 gelijke
termijnen betaald.
Oplossing associatie:
2 maandelijkse termijn:
6% × € 18.000.000
6= € 𝟏𝟖𝟎. 𝟎𝟎𝟎
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
19
In het tweede kwartaal vindt één betaling plaats:
Jan Feb Mrt Apr Mei Jun Jul
Bet
alin
g
€ 18
0.00
0
Bet
alin
g
€ 18
0.00
0
Bet
alin
g
€ 18
0.00
0
Bet
alin
g
€ 18
0.00
0
Kwartaal 2
Dus antwoord = € 180.000
Ontvangsten wegens verkopen
De omzet van € 36.000.000 van Klus bv is in de verhouding 2:3:4:3 over de
kwartalen verdeeld.
De omzet is voor de helft contant en voor de andere helft op rekening.
Alle afnemers op rekening betalen na 1,5 maand.
De omzet is voor de helft contant. De omzet in het tweede kwartaal was € 9.000.000. Dit
houdt in dat in het tweede kwartaal contant wordt ontvangen
€ 9.000.000 × 50% = € 4.500.000
De verkopen op rekening is iets lastiger. De rekeningen worden na 1,5 maand voldaan.
Dat is dus een half kwartaal. Dit houdt in dat van de omzet op rekening in het eerste
kwartaal de helft in het tweede kwartaal wordt ontvangen.
Omzet 1e kwartaal is:
€ 36.000.000
2 + 3 + 4 + 3= € 3.000.000 × 2 = € 6.000.000 × 50% (rest contant) ×
1
2= € 1.500.000
Van de omzet van het tweede kwartaal wordt van de verkoop op rekening de helft in het
derde kwartaal ontvangen. Dus de andere helft in het tweede kwartaal zelf.
€ 36.000.000
2 + 3 + 4 + 3= € 3.000.000 × 3 = € 9.000.000 × 50% (rest contant) ×
1
2= € 2.250.000
Totaal ontvangsten n.a.v. verkopen in tweede kwartaal
€ 4.500.000 + € 1.500.000 + € 2.250.000 = € 8.250.000
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
20
Uitgaven n.a.v. de inkopen
De inkopen zijn 50% van de omzet en geheel op rekening.
De leveranciers worden na 1 maand betaald. De inkopen worden steeds twee
maanden voorafgaand aan de verkoop gedaan.
Dus van de omzet van juni worden de inkopen in april gedaan enzovoorts.
Maand Omzet Inkoop-
waarde 50%
Aanschaf
inkopen
Betaling
januari 2.000.000€ 1.000.000€ 1.000.000€
februari 2.000.000€ 1.000.000€ 1.500.000€ 1.000.000€
maart 2.000.000€ 1.000.000€ 1.500.000€ 1.500.000€
april 3.000.000€ 1.500.000€ 1.500.000€ 1.500.000€
mei 3.000.000€ 1.500.000€ 2.000.000€ 1.500.000€
juni 3.000.000€ 1.500.000€ 2.000.000€ 2.000.000€
juli 4.000.000€ 2.000.000€ 2.000.000€ 2.000.000€
augustus 4.000.000€ 2.000.000€ 2.000.000€
september 4.000.000€ 2.000.000€
Uitgaven inkopen kwartaal 2 5.000.000€
Opgave 24
Slak bv heeft onderstaande balans per 31 december van jaar 5 opgesteld:
Voor jaar 6 wordt een omzet van € 20.000.000 verwacht. De omzet is regelmatig
over het jaar verspreid.
De verkopen zijn geheel op rekening. De afnemers betalen steeds na 1,5 maand.
De inkoopprijs van de goederen is steeds 60% van de omzet.
De inkopen vinden 1 maand voor de verkopen plaats. De ingekochte goederen
worden op het moment van bestellen geleverd.
De inkopen zijn geheel op krediet, leveranciers worden 2 maanden na inkoop
betaald.
Op de vaste activa wordt € 610.000 per jaar afgeschreven.
De overige kosten zijn 24% van de omzet en worden betaald in de periode dat
de omzet wordt gerealiseerd.
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
21
De verkoopkosten zijn € 175.000 per maand en worden betaald in de periode
dat ze gemaakt worden.
De interestkosten in jaar 6 zijn € 90.000. Op de lening wordt in jaar 6 € 200.000,-
afgelost.
Van de winst na belasting wordt de helft aan dividend uitgekeerd, de andere
helft wordt aan de reserves toegevoegd.
In jaar 6 wordt geïnvesteerd in vaste activa voor € 210.000. Alle ontvangsten en
betalingen vinden plaats via de bank.
Voor jaar 6 wordt een omzet van € 24.000.000 verwacht.
De winst voor belasting is € 400.000. Het tarief van de winstbelasting is 25%.
Met welke bedragen komen de volgende posten voor op de balans van Slak bv per
31 december van jaar 6?
Vaste activa
Beginbalans € 3.300.000
Afschrijving € 610.000 -
€ 2.690.000
Investering € 210.000 +
Eindbalans € 2.900.000
Voorraden
Voor jaar 6 wordt een omzet van € 20.000.000 verwacht. De omzet is regelmatig
over het jaar verspreid.
Voor jaar 71 wordt een omzet van € 24.000.000 verwacht.
De inkoopprijs van de goederen is steeds 60% van de omzet.
De inkopen vinden 1 maand voor de verkopen plaats. De ingekochte goederen
worden op het moment van bestellen geleverd.
1 In de opgave staat foutief jaar 6
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
22
De omzet in januari jaar 7 is:
€ 24.000.000
12= € 2.000.000
Deze wordt in december ingekocht.
De inkoopprijs hiervan is:
€ 2.000.000 × 60% = € 𝟏. 𝟐𝟎𝟎. 𝟎𝟎𝟎
Aangezien de beginvoorraad van een bepaalde maand in dezelfde maand steeds wordt
verkocht. Is dit de enige voorraad op 31-12-jaar 6.
Debiteuren
Voor jaar 6 wordt een omzet van € 20.000.000 verwacht. De omzet is regelmatig
over het jaar verspreid.
De verkopen zijn geheel op rekening. De afnemers betalen steeds na 1,5 maand.
Op 31-12 jaar 6 moet nog door de klanten worden betaald. De helft van de omzet van
november en de gehele omzet van december
€ 20.000.000
12= € 𝟐. 𝟓𝟎𝟎. 𝟎𝟎𝟎
Reserves
De winst voor belasting is € 400.000. Het tarief van de winstbelasting is 25%.
Van de winst na belasting wordt de helft aan dividend uitgekeerd, de andere
helft wordt aan de reserves toegevoegd.
Winst € 400.000
Vennootschapsbelasting 25% € 100.000 -
Winst na belasting € 300.000
Dividend 50% € 150.000 -
Toevoeging aan reserve € 150.000
Reserve beginbalans € 1.950.000
Toevoeging € 150.000 +
Reserve eindbalans € 2.100.000
Lening
€ 1.900.000 − € 200.000 = € 𝟏. 𝟕𝟎𝟎. 𝟎𝟎𝟎
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
23
Crediteuren
De inkopen vinden 1 maand voor de verkopen plaats. De ingekochte goederen
worden op het moment van bestellen geleverd.
De inkopen zijn geheel op krediet, leveranciers worden 2 maanden na inkoop
betaald.
Voor jaar 6 wordt een omzet van € 20.000.000 verwacht. De omzet is regelmatig
over het jaar verspreid.
Voor jaar 72 wordt een omzet van € 24.000.000 verwacht.
De inkoopprijs van de goederen is steeds 60% van de omzet
In november worden de inkopen gedaan die zijn gebaseerd op de omzet van december
In december worden de inkopen gedaan die zijn gebaseerd op de omzet van januari jaar
7.
De inkopen zijn 60% van de inkoop.
De maanden november en december zijn voor de crediteuren van belang omdat er na
twee maanden wordt betaald.
Inkopen november:
60% ×€ 20.000.000
12= € 1.000.000
Inkopen december
60% ×€ 24.000.000
12= € 1.200.000
Crediteuren = € 1.000.000 + € 1.200.000 = € 𝟐. 𝟐𝟎𝟎. 𝟎𝟎𝟎
1 In de opgave staat foutief jaar 6
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
24
Opgave 25
Van Johans bv zijn de volgende interne overzichten gegeven.
Overige gegevens over jaar 2 zijn:
Er is voor € 380.000 aan vaste activa tegen de boekwaarde verkocht.
Vennootschapsbelasting is in jaar 2 betaald.
In jaar 2 is van de winst € 150.000 aan dividend uitgekeerd en betaald.
De rest van de winst na belasting is aan de reserves toegevoegd.
In jaar 2 zijn 10.000 aandelen met een nominale waarde van € 10 per stuk
geëmitteerd tegen een koers van € 51,60.
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
25
Vul de bedragen die bij A t/m F ontbreken in onderstaand kasstroomoverzicht voor
Johans bv in volgens de indirecte methode.
Geef steeds in de eerste kolom aan of het om een ingaande of een uitgaande kasstroom
gaat. Vul bij een ingaande kasstroom een + in en bij een uitgaande kasstroom een -.
Onttrekking ten laste van de voorzieningen
Let op!
Het gaat hier om de onttrekking aan de voorziening en niet de mutatie van de gehele
voorziening.
Onttrekking 90.000€ Saldo beginbalans 780.000€
Saldo eindbalans 740.000€ Dotatie voorziening 50.000€
830.000€ 830.000€
Voorziening
Zie de winst- en verliesrekening. Dit zijn net als
afschrijvingen geen uitvagen maar wel kosten. De dotatie
heeft net als afschrijvingen een positieve invloed op de
kasstroom.
Doordat het totaal € 830.000 is en het eindsaldo € 740.000
betekend dit dat de ontrekkingen € 90.000 zijn. Dit heeft een
negatief effect op de kasstroom.
De toaten verandering van de voorziening betekend een
negatieve kasstroom van € 40.000 (€ 50.000 - € 90.000) of €
740.000 - € 780.000. Gevraagd word echter de ontrekking. Dus
- € 90.000
Crediteuren
Eindsaldo € 1.300.000
Beginsaldo € 1.460.000 -
Verschil € -160.000
De afname heeft een negatief effect op de kasstroom. Er is een lening aan de
leveranciers afgelost. Hiervoor is geld nodig.
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
26
Investering vaste activa
Beginsaldo € 3.650.000
Afschrijving € 320.000-
€ 3.330.000
Verkoop vaste activa € 380.000 -
Eindsaldo moet zijn € 2.950.000
Het eindsaldo is € 3.980.000
Dat kan alleen maar wanneer er is geïnvesteerd. De investering is:
€ 3.980.000 − € 2.950.000 = € 1.030.000
De investering aan vaste activa heeft een negatieve invloed op de kasstroom.
Desinvestering vaste activa
Verkocht is voor € 380.000 aan vaste activa. Hiervoor is geld ontvangen. Dit heeft een
positieve invloed op de kasstroom.
Agio
In jaar 2 zijn 10.000 aandelen met een nominale waarde van € 10 per stuk geëmitteerd
tegen een koers van € 51,60.
De agio per aandeel
€ 51,60 − € 10 = € 41,60
10.000 aandelen zijn verkocht.
Agio heeft een positief effect op de kasstroom. Totale ontvangst vanwege agio
10.000 × € 41,60 = € 416.000
Mutatie debiteuren
Saldo beginbalans € 2.360.000
Saldo eindbalans € 2.270.000 -
Verschil € 90.000
Door de afname van de debiteuren wordt er minder uitgeleend aan klanten. Hierdoor
komt er geld vrij. Het effect op de kasstroom is dus positief.
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
27
Opgave 26
Wat is het belangrijkste nadeel van de terugverdienperiode bij het beoordelen van een
investeringsvoorstel?
De terugverdienperiode…
a. houdt geen rekening met de interest.
b. gaat uit van winst in plaats van cash flows.
c. houdt geen rekening met de afschrijvingen.
d. houdt rekening met de cash flows na de terugverdientijd.
Antwoorden A en D zijn beide juist. De belangrijkste is dat er geen rekening gehouden
wordt met interest (volgens de Associatie).
Vraag 27
Fan bv heeft een bedrag van € 800.000 aan vlottende activa op de balans staan. De
current ratio is 1,6 en de quick ratio is 1,2.
Wat is het bedrag van de voorraden?
Formule current ratio
vlottende activa
kort vreemd vermogen= current ratio
Gegevens invoeren
€ 800.000
kort vreemd vermogen= 1,6
kort vreemd vermogen is € 500.000
Formule quick ratio
vlottende activa − voorraden
kort vreemd vermogen= current ratio
vlottende activa − voorraden
€ 500.000= 1,2
vlottende activa min voorraden = € 600.000
De waarde van de voorraad is dus:
€ 800.000 − € 600.000 = € 200.000
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
28
Opgave 28
Tracker bv verkoopt het horloge Hello. Ten behoeve van de opstelling van de
resultatenbegroting over het eerste kwartaal van jaar 11 zijn de volgende gegevens
bekend:
De verkoopprijs per Hello-horloge is € 118 exclusief 21% omzetbelasting.
De inkoopprijs van een horloge is € 70,80.
Voordat de horloges op de Nederlandse markt worden aangeboden,
ondergaan ze verschillende assemblage-handelingen. Per horloge is nodig:
o voor loonkosten: 0,10 uur à € 60 per uur
o voor verpakkingsmaterialen: € 3 per stuk
o voor machinekosten: 0,10 machine-uur à € 80 per uur
De afzet en inkoop van horloges Hello per maand van november jaar 10 tot en met
maart jaar 11 zijn:
Tracker bv heeft drie bestelwagens in bezit die op 1 januari van jaar 10 zijn aangeschaft
voor € 21.000 per stuk. De bestelwagens worden jaarlijks met 20% van de boekwaarde
afgeschreven. De restwaarde is nihil. De afschrijvingskosten worden gelijkmatig over het
jaar verdeeld. De overige afschrijvingskosten van Tracker bv zijn € 10.000 per
bestelwagen per maand.
De bestelwagens zijn deels gefinancierd met vreemd vermogen. Tracker heeft op 1
januari van jaar 10 een vijfjarige lening van € 50.000 aangetrokken. Het
interestpercentage is 5% en de lening wordt in vijf jaarlijks gelijke bedragen afgelost,
voor het eerst op 1 januari jaar 11.
Met welke bedragen komen de volgende posten voor op de resultatenbegroting van
Tracker bv over het eerste kwartaal van jaar 11?
Als een financieel feit niet leidt tot een verandering in resultaat, vul dan een 0 in.
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
29
Omzet
(1.625 + 850 + 3.700) × € 118 = € 𝟕𝟐𝟖. 𝟔𝟓𝟎
Inkoopwaarde van de omzet
De inkoopwaarde van de voorraad wordt in de boekhouding gedebiteerd tegen de prijs
van de voorraad. Deze is hier gebaseerd op de inkoopprijs. Dus
(1.625 + 850 + 3.700) × € 70,80 = € 𝟒𝟑𝟕. 𝟏𝟗𝟎
Assemblagekosten
De kostprijs van de assemblage
Loonkosten € 6
Verpakkingsmateriaal € 3
Machinekosten € 8 +
assemblagekosten per stuk € 17
We hebben het over het maken van een resultatenbegroting. Alleen de kosten die
samenhangen aan de omzet mogen worden meegenomen. De assemblagekosten zijn dan
ook gebaseerd op de omzet
(1.625 + 850 + 3.700) × € 17 = € 104.975
Afschrijving bestelwagens
Jaar Boekwaarde
begin jaar
Afschrijving 20% Boekwaarde
einde jaar
10 63.000€ 12.600€ 50.400€
11 50.400€ 10.080€
Afschrijving per kwartaal 2.520€
Overige afschrijvingskosten:
€ 10.000 × 3 × 3 = € 90.000
Totale afschrijving
€ 90.000 + €2.520 = € 𝟗𝟐. 𝟓𝟐𝟎
In de uitwerking zijn cijfers omgewisseld.
Aflossing
Dit heeft niets met kosten te maken dus € 0.
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2
deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl
30
Interestkosten
De bestelwagens zijn deels gefinancierd met vreemd vermogen. Tracker heeft op 1 januari
van jaar 10 een vijfjarige lening van € 50.000 aangetrokken. Het interestpercentage is 5%
en de lening wordt in vijf jaarlijks gelijke bedragen afgelost, voor het eerst op 1 januari
jaar 11.
Op 1 januari jaar 11 is de schuld:
€ 50.000 − € 10.000 = € 40.000
Rentekosten eerste kwartaal:
€ 40.000 × 5 × 3
1.200= € 𝟓𝟎𝟎