OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

30
MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2 deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl 1 OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE Opgave 1 Wat wordt verstaan onder corporate governance? De manier waarop een onderneming… a. goed en efficiënt geleid moet worden. b. de financiering op lange termijn zekerstelt. c. invulling geeft aan het besturen van de onderneming en hierover verantwoording aflegt. d. goed, efficiënt en verantwoord invulling geeft aan de bedrijfsidentiteit. Het juiste antwoord is c. Bladzijde 162 boek. Opgave 2 De current ratio van Kroet bv is groter dan 1. Wat betekent dit? a. Het werkkapitaal van Kroet bv is negatief. b. De vlottende activa van Kroet bv zijn groter dan het kort vreemd vermogen. c. De vaste activa van Kroet bv zijn gedeeltelijk met kort vreemd vermogen gefinancierd. De formule van de current ratio is: Current ratio = vlottende activa kort vreemd vermogen Het juiste antwoord is dus b.

Transcript of OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

Page 1: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

1

OPGAVEN EN UITWERKINGEN

OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

Opgave 1

Wat wordt verstaan onder corporate governance?

De manier waarop een onderneming…

a. goed en efficiënt geleid moet worden.

b. de financiering op lange termijn zekerstelt.

c. invulling geeft aan het besturen van de onderneming en hierover

verantwoording aflegt.

d. goed, efficiënt en verantwoord invulling geeft aan de bedrijfsidentiteit.

Het juiste antwoord is c.

Bladzijde 162 boek.

Opgave 2

De current ratio van Kroet bv is groter dan 1.

Wat betekent dit?

a. Het werkkapitaal van Kroet bv is negatief.

b. De vlottende activa van Kroet bv zijn groter dan het kort vreemd vermogen.

c. De vaste activa van Kroet bv zijn gedeeltelijk met kort vreemd vermogen

gefinancierd.

De formule van de current ratio is:

Current ratio = vlottende activa

kort vreemd vermogen

Het juiste antwoord is dus b.

Page 2: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

2

Opgave 3

Telly bv wil de capaciteit van het gebouw vergroten door middel van een dakopbouw.

De kosten hiervan zijn € 50.000. Om dit te financieren storten de aandeelhouders van

Telly bv per 2 januari van jaar 2 € 20.000 in de onderneming. Het restant van de

financieringsbehoefte wordt op 2 januari van jaar 2 verkregen via een hypothecaire

lening van € 30.000.

Wat is het gevolg van dit financieel feit voor het weerstandsvermogen?

Het weerstandsvermogen…

a. neemt af

b. blijft gelijk

c. neemt toe

Interest coverage ratio:

ICR = Winst voor belasting + Interestkosten

Interestkosten

Er wordt niets vermeld over een stijging van de winst.

Stel: de winst voor belasting is 100 en de interest is 100. Dan is het weerstandvermogen:

100 + 100

100= 2

In de nieuwe situatie wordt dat:

100 + 120

120= 1,83

Het juiste antwoord is dus a.

Opgave 4

Seter bv stort gedurende vier jaar op 1 januari van elk jaar € 15.000 op de

spaarrekening. De samengestelde interestvergoeding is 2,5% per jaar.

Wat is de eindwaarde op 31 december van jaar 4 van alle verrichte stortingen op basis

van samengestelde interest? Vul het bedrag in.

Cont

ante

waa

rde

stor

ting

€ 15

.000

stor

ting

€ 15

.000

stor

ting

€ 15

.000

stor

ting

€ 15

.000

jaar 1 jaar 2 jaar 3 jaar 4

Page 3: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

3

De formule om de contante waarde uit te rekenen is:

Cw = T × 1 − (1 + i)−n

i

Cw = € 15.000 × 1 − (1 + 0,025)−4

0,025

Cw = € 56.429,613 …

Gevraagd wordt de waarde aan het einde van het vierde jaar dus:

jaar 1 jaar 2 jaar 3 jaar 4

?????

CW =

€ 5

6.42

9,61

3…

De formule hiervoor is:

Ew = Cw × (1 + i)n

Ew = € 56.429,613 … × (1 + 0,025)5

Ew = € 63.844,93

Opgave 5

Kock bv overweegt begin jaar 1 een nieuwe productielijn te openen voor de productie

van het succesvolle product X. De investering is € 2.400.000. Ten behoeve van de

investeringsselectie zijn de volgende gegevens verzameld:

Winst na belasting:

Jaar 1 € 230.000

Jaar 2 € 240.000

Jaar 3 € 260.000

Jaar 4 € 270.000

Jaar 5 € 750.000

Jaar 6 € 750.000

Page 4: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

4

Verdere gegevens:

De productielijn wordt in 6 jaar lineair afgeschreven.

De restwaarde is € 300.000 en wordt ontvangen op 31 december van jaar 6.

Als wordt overgaan tot investering in de productielijn wordt het volledige

investeringsbedrag op 1 januari van jaar 1 betaald.

De kasstromen, behalve die van de investering en de restwaarde, zijn

gelijkmatig over het jaar verdeeld.

Wat is de terugverdientijd in jaren van de productielijn?

De totale cashflow:

Jaar Winst na

belastingen

Afschrijving Cashflow Totale

cashflow

I 230.000€ 350.000€ 580.000€ 580.000€

II 240.000€ 350.000€ 590.000€ 1.170.000€

III 260.000€ 350.000€ 610.000€ 1.780.000€

IV 270.000€ 350.000€ 620.000€ 2.400.000€

V 750.000€ 350.000€ 1.100.000€

VI 750.000€ 350.000€ 1.100.000€

De investering is na 4 jaar terugverdiend:

Antwoord is dus vier jaar.

Opgave 6

Investeringsfonds Transformers bv overweegt op 1 januari van jaar 1 een noodlijdende

winkelketen over te nemen voor € 6.500.000. Na herstructurering van de bedrijfsvoering

zal de winkelketen aan het eind van jaar 4 voor een geschat bedrag van € 9.000.000

worden verkocht.

Voor de periode van jaar 1 tot en met jaar 4 is het volgende overzicht van de geschatte

cashflows gemaakt.

Cashflow

Jaar 1 € 200.000

Jaar 2 € 650.000

Jaar 3 € 1.000.000

Jaar 4 € 10.500.000

Bij de investeringsbeslissing wordt gebruikt gemaakt van de netto contante waarde. Het

geëiste rendement van Transformers bv is 18%. De cashflows worden aan het einde van

ieder jaar ontvangen.

Wat is de netto contante waarde van dit investeringsproject op 1 januari van jaar 1?

Page 5: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

5

Jaar 1

€ 200.000 × 1,18-1 = € 169.491,53

€ 650.000 × 1,18-2 = € 466.819,88

€ 1.000.000 × 1,18-3 = € 608.630,87

€ 10.500.000 × 1,18-4 = € 5.415.783,19

Investering € - 6.500.000,00 +

Netto contante waarde € 160.725,47

Let op!

In de cashflow van het laatste jaar zit de verkoopprijs van € 9.000.000.

Opgave 7

Moes bv overweegt op 1 januari van jaar 1 een nieuw project te starten met een looptijd

van vier jaar. Het project vergt een investering in vaste activa van € 450.000. De

restwaarde van de vaste activa is € 130.000. Moes bv schrijft de vaste activa lineair af.

Door het project neemt het netto werkkapitaal aan het begin van het eerste jaar met

€ 200.000 toe. Dit bedrag zal vrijvallen aan het einde van de looptijd van het project.

Moes bv verwacht in jaar 1 een omzet van € 350.000. In jaar 2 zal de omzet met 5%

toenemen; daarna blijft de omzet op het niveau van jaar 2. De variabele kosten zijn 45%

van de omzet. De constante kosten, met uitzondering van de afschrijvingskosten, zijn

€ 75.000 per jaar.

Moes bv betaalt 20% winstbelasting. De ontvangsten en uitgaven met betrekking tot de

omzet, kosten en belasting vinden plaats aan het einde van het desbetreffende jaar.

Wat is de gemiddelde boekhoudkundige rentabiliteit?

De gemiddelde boekhoudkundige rentabiliteit wordt als volgt berekend:

(A / B) x 100% = C.

C is hierbij de in een percentage uitgedrukte gemiddelde boekhoudkundige rentabiliteit.

Vul de bedragen in bij A en B en het percentage bij C. Als C geen geheel percentage is,

vul dan een antwoord met twee decimalen in.

De formule van de boekhoudkundige rentabiliteit is:

Gemiddelde boekhoudkundige rentabiliteit

= Gemiddelde winst na belastingen

Gemiddeld geïnvesteerd vermogen× 100%

Page 6: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

6

Investering € 450.000

Restwaarde € 130.000

Toename netto werkapitaal € 200.000

Vrijval na project € 200.000

Lineaire afschrijving

Omzet jaar 1 € 350.000

Omzet jaar 2 + 5% jaar 1 € 367.500

Omzet jaar 3 € 367.500

Omzet jaar 4 € 367.500

Variabele kosten 45% van de omzet

Constante kosten zonder afschr. € 75.000

Belasting 20%

Afschrijving:

€ 450.000 − € 130.000

4= € 80.000

De gemiddelde winst na belasting:

Jaar 1 Jaar 2 Jaar 3 Jaar 4

Omzet 350.000€ 367.500€ 367.500€ 367.500€

Variabele kosten 157.500€ 165.375€ 165.375€ 165.375€

Constante kosten ex afschr. 75.000€ 75.000€ 75.000€ 75.000€

Afschrijving 80.000€ 80.000€ 80.000€ 80.000€

Totale kosten 312.500€ 320.375€ 320.375€ 320.375€

Winst voor belasting 37.500€ 47.125€ 47.125€ 47.125€

Belasting 7.500€ 9.425€ 9.425€ 9.425€

Winst na belasting 30.000€ 37.700€ 37.700€ 37.700€

Gemiddelde winst na belasting 35.775€

Het gemiddeld geïnvesteerd vermogen:

€ 450.000 + € 200.000 + € 130.000 + € 200.000

2= € 490.000

Page 7: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

7

De boekhoudkundige rentabiliteit is :

€ 35.775

€ 490.000× 100% = 7,30%

Opgave 8

Wat is een voorbeeld van indirecte overdracht van vermogen?

de emissie van aandelen op een aandelenbeurs

het uitgeven van een bedrijfsobligatie op Euronext

het aantrekken van vermogen door middel van crowdfunding

het aantrekken van vermogen door middel van een banklening

Het juiste antwoord is d.

Opgave 9

Welke balanspost behoort tot de vlottende activa?

a. inventaris

b. onderhanden werk

c. rekening-courantkrediet

d. te betalen belasting

Het juiste antwoord is c.

Onderhanden werk wordt als voorraad beschouwd.

Opgave 10

Vier zakenpartners zijn van plan om de firma Gwyna op te richten.

Partner A brengt € 150.000 aan vermogen in, partner B € 170.000, partner C € 300.000

en partner D € 380.000. De schulden van de onderneming zijn € 800.000.

Bij het kiezen van de rechtspersoon twijfelen de zakenpartners tussen een vof en een

bv.

Is er voor de vof en de bv een verschil in het bedrag waarvoor partner B aansprakelijk

kan worden gesteld?

a. Nee, in beide gevallen voor € 800.000.

b. Nee, in beide gevallen voor € 170.000.

c. Ja, bij de vof voor € 170.000 en bij de bv voor € 800.000.

d. Ja, bij de vof voor € 800.000 en bij de bv voor € 170.000.

Het juiste antwoord is D.

Bij een vof is hij hoofdelijk aansprakelijk voor de gehele schuld. Bij een bv is hij hooguit

zijn inleg kwijt.

Page 8: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

8

Opgave 11

Schaper bv heeft te maken met een toename van de omloopsnelheid van de voorraad

bij een gelijkblijvende omzet.

Wat gebeurt er met de vermogensbehoefte van Schaper bv?

De vermogensbehoefte…

a. daalt

b. blijft gelijk

c. stijgt

Het juiste antwoord is A.

De formule van de omloopsnelheid van de voorraad is:

Omloopsnelheid van de voorraad = Omzet tegen de inkoopwaarde

Gemiddelde voorraad tegen de inkoopwaarde

Wanneer de omzet gelijk blijft wordt de toename veroorzaakt door een dalende

gemiddelde voorraad.

De vermogensbehoefte daalt omdat de waarde van de activa afneemt.

Opgave 12

Tobogan nv heeft aan het begin van jaar 1 een geplaatst aandelenkapitaal van

€ 50.000.000. De nominale waarde van een aandeel is € 10. De agioreserve van Tobogan

nv aan het begin van jaar 1 is € 15.000.000.

Voor de financiering van een nieuwe fabriek wenst Tobogan € 10.000.000 te verkrijgen

via een aandelenemissie. Er wordt geëmitteerd tegen de koers van € 40.

Wat is de agioreserve na de aandelenemissie?

Aantal aandelen dat wordt verkocht is:

€ 10.000.000

€ 40= 250.000 stuks

Opbrengst tegen de nominale waarde is:

250.000 × € 10 = € 2.500.000

Toename agioreserve is:

€ 10.000.000 − € 2.500.000 = € 7.500.000

Agioreserve na de emissie:

€ 15.000.000 + € 7.500.000 = € 22.500.000

Page 9: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

9

Opgave 13

De balans van Kenei nv per 31 december van jaar 1 ziet er als volgt uit.

De nominale waarde van een aandeel Kenei is € 4. Wat is de intrinsieke waarde per

geplaatst aandeel Kenei?

Aantal geplaatste aandelen is:

€ 8.400.000

€ 4= 2.100.000 stuks

Waarde eigen vermogen:

Geplaatst aandelenkapitaal € 8.400.000

Algemene reserve € 2.140.000

Agioreserve € 4.000.000

Overige reserves € 2.310.000 +

Totaal € 16.850.000

Intrinsieke waarde is:

€ 16.850.000

2.100.000= € 8,02

Opgave 14

Van Jansen bv is het onderstaande gegeven:

Omzet € 1.600.000

Materiaalkosten € 330.000

Huurkosten € 200.000

Loonkosten € 340.000

Afschrijvingen € 170.000

Betaalde interest € 160.000

Winst voor belasting € 400.000

Vennootschapsbelasting € 96.000

Winst na belasting € 304.000

Page 10: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

10

Winst na belasting + afschrijvingen:

€ 304.000 + € 170.000 = € 474.000

Opgave 15

Fut nv heeft een converteerbare obligatielening uitstaan van 2.400 obligaties met een

nominale waarde van € 500 per stuk. Bij inlevering van drie converteerbare obligaties en

een bijbetaling van € 225 ontvangt men 50 aandelen met een nominale waarde van € 10

per stuk. Toen de beurskoers per aandeel € 52 was, heeft 60% van de obligatiehouders

zijn obligaties ingeruild tegen de hierboven beschreven voorwaarden.

Met welk bedrag neemt de agioreserve toe door deze conversie?

Converteerbaar 2.400 obligaties nominaal € 500 per stuk

Conversiekoers

3 × € 500 + € 225

50= € 34,50

Nominale waarde aandeel € 10

Agio per aandeel:

€ 34,50 − € 10 = € 24,50

Aantal pakketjes van aandelen dat is verstrekt:

60% × 2.400 = 1.440 stuks

Per pakket 3 stuks converteerbare obligaties dus:

1.440

3= 480 pakketten van ieder 50 aandelen

Totaal aandelen 480 × 50 = 24.000 aandelen agio per aandeel is € 24,50

Toename agioreserve:

24.000 × € 24,50 = € 588.000

Page 11: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

11

Opgave 16

Paulus nv heeft een converteerbare obligatielening uitstaan van € 5.000.000 nominaal.

De volgende gegevens zijn beschikbaar:

De converteerbare obligaties hebben een nominale waarde van € 250 per stuk.

Bij conversie kunnen 4 obligaties met een bijbetaling van € 250 worden

ingeruild tegen 50 aandelen met een nominale waarde van € 5 per stuk.

De beurskoers in de conversieperiode is € 27 per aandeel. In januari van jaar 4

is bij conversies een bedrag van € 2.000.000 aan agio geboekt.

Hoeveel converteerbare obligaties zijn in januari van jaar 4 geconverteerd?

Conversiekoers:

4 × €250 + €250

50= € 25

Nominale waarde is € 5.

Agio is € 20 per aandeel.

Toename agio € 2.000.000

Aantal aandelen dat door de conversie is geplaatst € 2.000.000

€ 20= 100.000 st

Aantal conversiepakketten (50 aandelen per pakket):

100.000

50= 2.000 paketten

Ieder pakket heeft 4 converteerbare obligaties.

Dus aantal ingeleverde converteerbare obligaties is:

2.000 × 4 = 8.000 stuks

Opgave 17

Jacob bv heeft op 1 september van jaar 4 een bedrag van € 4.000.000 aan vorderingen

op debiteuren uitstaan. Met de factoormaatschappij is Jacob bv overeengekomen, dat

als Jacob bv geld nodig heeft, zij een deel van deze debiteuren aan de factoor aanbiedt.

De factoor neemt 60% van dit aanbod over.

Na deze goedkeuring zal direct 80% per debiteur worden overgemaakt. Het bedrag dat

Jacob bv op 1 september van jaar 4 nodig heeft, is € 1.200.000.

Hoeveel procent van de uitstaande vorderingen op debiteuren per 1 september van jaar

4 moet Jacob bv voordragen ter goedkeuring door de factoor als Jacob bv € 1.200.000

wil ontvangen?

Als het antwoord geen geheel percentage is, vul dan een percentage met één decimaal

in.

Page 12: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

12

Openstaande debiteuren op 1-9-04 € 4.000.000

Factor neemt 60% vorderingen over.

Na goedkeuring wordt 80% aan Jacob overgemaakt.

De vergelijking wordt:

0,60 × vorderingen × 0,80 × vorderingen = € 1.200.000

0,48 × vorderingen = € 1.200.000

Aangeboden vorderingen = € 2.500.000

In percentage van de totale vorderingen is dit:

€ 2.500.000

€ 4.000.000× 100% = 62,50%

Opgave 18

Bok bv heeft een totaal vermogen van € 3.000.000 dat voor de helft uit eigen vermogen

bestaat. De rentabiliteit van het eigen vermogen is 8%. Aan de verschaffers van vreemd

vermogen is € 60.000 interest betaald. Het tarief van de vennootschapsbelasting is 20%.

Wat is de rentabiliteit van het totaal vermogen?

De formule van de RTV is

RTV =Winst voor belastingen + Interestkosten

Gemiddeld geïnvesteerd totaal vermogen x 100%

De bekende gegevens invoeren:

RTV =Winst voor belastingen + € 60.000

€ 3.000.000 x 100%

2 onbekenden, dat is er één teveel.

Dan proberen we de rentabiliteit van het eigen vermogen:

REVna belasting = Nettowinst na belasting

gemiddeld geïnvesteerd eigen vermogen × 100%

Gegevens invoeren:

8% = Nettowinst na belasting

€ 1.500.000 × 100%

Vergelijking met één onbekende oplossen.

Page 13: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

13

Nettowinst na belasting:

€ 120.000

Nettowinst voor belasting:

Winst voor belasting 100%

Belasting 20%

Winst na belasting 120.000€ 80%

Invullen van gegevens:

Winst voor belasting 150.000€ 100%

Belasting 30.000€ 20%

Winst na belasting 120.000€ 80%

Nu kan de rentabiliteit van het totale vermogen worden berekend:

RTV =€ 150.000 + € 60.000

€ 3.000.000 x 100%

RTV = 7%

Vraag 19

Van Blok bv zijn de volgende gegevens bekend:

Bedrijfsresultaat € 564.000

Betaalde interest € 180.000

Winst voor belasting € 384.000

Winstbelasting € 96.000

Winst na belasting € 288.000

De rentabiliteit van het eigen vermogen is 12% en de gemiddeld betaalde interest over

het vreemd vermogen is 5%. Wat is de hefboomfactor?

REVvoor belasting = (RTV + ((RTV − RVV) ×Vreemd vermogen

Eigen vermogen))

De hefboomfactor is:

VV

EV

Vreemde vermogen:

0,05 × VV = € 180.000 ==> VV = € 3.600.000

Page 14: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

14

Eigen vermogen:

REVna belasting = Nettowinst na belasting

gemiddeld geïnvesteerd eigen vermogen × 100%

Invullen wat bekend is:

12% = € 288.000

gemiddeld geïnvesteerd eigen vermogen × 100%

Eén onbekende, dus oplossing.

Gemiddelde geïnvesteerde eigen vermogen is € 2.400.000.

De hefboomfactor is:

€ 3.600.000

€ 2.400.000= 1,5

Opgave 20

Van Dasco bv is de volgende opstelling gegeven:

Omzet € 4.660.000

Materiaalkosten € 2.520.000

Verkoopkosten € 340.000

Afschrijvingen € 680.000

Interestkosten € 320.000

Winst voor belasting € 800.000

Vennootschapsbelasting € 192.000

Winst na belasting € 608.000

Wat is de interest coverage (ICR) over jaar 1?

De interest coverage ratio (ICR) wordt berekend als: A / B = C

De formule van de interest-coverage is:

ICR = Winst voor belasting + Interestkosten

Interestkosten

€ 800.000 + € 320.000

€ 320.000= 3,5

Page 15: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

15

Opgave 21

ASD bv heeft een in een bepaald jaar een bedrijfsresultaat van 4,8% van de omzet

behaald.

Het totaal vermogen is € 8.000.000 en de rentabiliteit van het totaal vermogen is 12%.

Wat is de omloopsnelheid van het totaal vermogen?

Formule voor omloopsnelheid totaal vermogen is:

Omloopsnelheid van het totale vermogen = Omzet

Gemiddeld totale vermogen

We beginnen met de formule van de RTV:

Winst voor belastingen + Interest

Gemiddelde totale vermogen× 100% = RTV

Invullen:

Winst voor belastingen + Interest

€ 8.000.000× 100% = 12%

Winst voor belastingen + interest = € 960.000

Winst + interest is gelijk aan het bedrijfsresultaat. Het bedrijfsresultaat € 960.000. We

weten ook dat het bedrijfsresultaat is 4,8% × de omzet. Dus:

0,048 × Omzet = € 960.000

Omzet is dan € 20.000.000

De formule van de omloopsnelheid van het totaal vermogen is:

Omloopsnelheid van het totale vermogen = Omzet

Gemiddeld totale vermogen

Getallen invullen:

Omloopsnelheid van het totale vermogen = € 20.000.000

€ 8.000.000= 2,5

Page 16: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

16

Opgave 22

Adam bv heeft in het afgelopen jaar een omzet op rekening van € 10.333.333 gerealiseerd.

In jaar 16 was het debiteurensaldo op 1 januari € 1.200.000, op 30 juni € 1.800.000 en op

31 december € 1.400.000. Het jaar wordt gesteld op 360 dagen.

Wat is de gemiddelde krediettermijn van de debiteuren in dagen?

Formule voor de gemiddelde krediettermijn van de crediteuren:

Gemiddeld debiteurensaldo (inclusief BTW)

Omzet op rekening (inclusief BTW) × 360

Gemiddeld debiteurensaldo:

0,5 × 1.200.000 + € 1.800.000 + 0,5 × € 1.400.000

2= € 1.550.000

De gemiddelde krediettermijn debiteuren is:

€ 1.550.000

€ 10.333.333× 360 = 54 dagen

Er staat in de opgave niets over BTW.

Opgave 23

Van Klus bv zijn de volgende gegevens bekend:

Omzet:

De omzet van € 36.000.000 van Klus bv is in de verhouding 2:3:4:3 over de

kwartalen verdeeld.

De omzet is voor de helft contant en voor de andere helft op rekening.

Alle afnemers op rekening betalen na 1,5 maand.

De inkopen zijn 50% van de omzet en geheel op rekening.

De leveranciers worden na 1 maand betaald. De inkopen worden steeds twee

maanden voorafgaand aan de verkoop gedaan.

De verkopen en inkopen zijn regelmatig binnen de kwartalen verdeeld.

Vaste lasten en loonkosten:

Aan loonkosten betaalt Klus bv € 1.000.000 per maand aan vast personeel en

5% van omzet per maand aan flexwerkers.

Aan de vaste lasten huur en lease betaalt Klus bv € 1.500.000 per maand, steeds

een maand na de huurperiode.

In mei wordt het vakantiegeld voor alle vaste werknemers betaald, precies een

maand loon. Flexwerkers ontvangen hun vakantiegeld bij het beëindigen van

hun werkzaamheden. In het eerste en tweede kwartaal verrichten alle

flexwerkers nog werkzaamheden voor Klus bv.

Page 17: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

17

Interestkosten:

De interestkosten van de leningen van Klus bv zijn 6% van € 18.000.000.

De interestkosten worden in zes gelijke bedragen per jaar betaald en wel de

eerste op 15 januari en elke volgende betaling twee maanden later.

Op de lening wordt jaarlijks op 1 september € 1.500.000 afgelost.

Op de eerste dag van het tweede kwartaal is het positieve banksaldo € 1.500.000, alle

ontvangsten en betalingen vinden plaats via de bank.

Met welke bedragen komen de volgende posten voor op de liquiditeitsbegroting over het

tweede kwartaal van Klus bv?

Vul de bedragen in.

Begonnen wordt met de vragen die het minste tijd vergen. Dus slaan we in eerste instantie

“De ontvangsten wegens inkopen”en “Betaling aan inkopen” over.

Betaling aan lonen:

Aan loonkosten betaalt Klus bv € 1.000.000 per maand aan vast personeel en

5% van omzet per maand aan flexwerkers.

De omzet in het tweede kwartaal is:

De omzet van € 36.000.000 van Klus bv is in de verhouding 2:3:4:3 over de kwartalen

verdeeld.

De omzet in het tweede kwartaal is:

€ 36.000.000

2 + 3 + 4 + 3= € 3.000.000 × 3 = € 9.000.000

De lonen die aan de flexwerkers worden betaald zijn:

5% × € 9.000.000 = € 450.000

De lonen die aan vast personeel worden betaald zijn:

3 × € 1.000.000 = € 3.000.000

Loonbetaling in het tweede kwartaal:

€ 3.000.000 + € 450.000 = € 𝟑. 𝟒𝟓𝟎. 𝟎𝟎𝟎

Page 18: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

18

Huur en leasekosten:

Aan de vaste lasten huur en lease betaalt Klus bv € 1.500.000 per maand, steeds

een maand na de huurperiode.

De opmerking “steeds een maand na de huurperiode” heeft geen toegevoegde waarde.

In april worden dan wel de huurkosten van maart betaald maar er is uit de gegevens niet

af te leiden dat de huur en leasekosten in de maand maart anders zijn dan in de maanden

van het tweede kwartaal.

Dus betaling huur en lease in het tweede kwartaal:

3 × € 1.500.000 = € 𝟒. 𝟓𝟎𝟎. 𝟎𝟎𝟎

Betaling vakantiegeld

In mei wordt het vakantiegeld voor alle vaste werknemers betaald, precies een

maand loon. Flexwerkers ontvangen hun vakantiegeld bij het beëindigen van

hun werkzaamheden. In het eerste en tweede kwartaal verrichten alle

flexwerkers nog werkzaamheden voor Klus bv.

Uit de gegevens blijkt dat er geen vakantiegeld aan flexwerkers wordt betaald. Het

vakantiegeld dat aan vaste medewerkers in mei wordt voldaan is € 1.000.000

Betaling aan interest

Interestkosten:

De interestkosten van de leningen van Klus bv zijn 6% van € 18.000.000.

De interestkosten worden in zes gelijke bedragen per jaar betaald en wel de

eerste op 15 januari en elke volgende betaling twee maanden later.

Op de lening wordt jaarlijks op 1 september € 1.500.000 afgelost.

Moet hier nu wel of niet rekening houden met de aflossing. De gegevens zijn mijns inziens

vaag. Per jaar wordt door de associatie gezien als een jaar tussen de aflossingen. Voor

hetzelfde geld wordt een jaar beschouwd tussen 15 januari jaar X en 15 januari jaar X+1

Zoals de associatie het berekend wordt in ieder geval in het eerste jaar niet 6 gelijke

termijnen betaald.

Oplossing associatie:

2 maandelijkse termijn:

6% × € 18.000.000

6= € 𝟏𝟖𝟎. 𝟎𝟎𝟎

Page 19: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

19

In het tweede kwartaal vindt één betaling plaats:

Jan Feb Mrt Apr Mei Jun Jul

Bet

alin

g

€ 18

0.00

0

Bet

alin

g

€ 18

0.00

0

Bet

alin

g

€ 18

0.00

0

Bet

alin

g

€ 18

0.00

0

Kwartaal 2

Dus antwoord = € 180.000

Ontvangsten wegens verkopen

De omzet van € 36.000.000 van Klus bv is in de verhouding 2:3:4:3 over de

kwartalen verdeeld.

De omzet is voor de helft contant en voor de andere helft op rekening.

Alle afnemers op rekening betalen na 1,5 maand.

De omzet is voor de helft contant. De omzet in het tweede kwartaal was € 9.000.000. Dit

houdt in dat in het tweede kwartaal contant wordt ontvangen

€ 9.000.000 × 50% = € 4.500.000

De verkopen op rekening is iets lastiger. De rekeningen worden na 1,5 maand voldaan.

Dat is dus een half kwartaal. Dit houdt in dat van de omzet op rekening in het eerste

kwartaal de helft in het tweede kwartaal wordt ontvangen.

Omzet 1e kwartaal is:

€ 36.000.000

2 + 3 + 4 + 3= € 3.000.000 × 2 = € 6.000.000 × 50% (rest contant) ×

1

2= € 1.500.000

Van de omzet van het tweede kwartaal wordt van de verkoop op rekening de helft in het

derde kwartaal ontvangen. Dus de andere helft in het tweede kwartaal zelf.

€ 36.000.000

2 + 3 + 4 + 3= € 3.000.000 × 3 = € 9.000.000 × 50% (rest contant) ×

1

2= € 2.250.000

Totaal ontvangsten n.a.v. verkopen in tweede kwartaal

€ 4.500.000 + € 1.500.000 + € 2.250.000 = € 8.250.000

Page 20: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

20

Uitgaven n.a.v. de inkopen

De inkopen zijn 50% van de omzet en geheel op rekening.

De leveranciers worden na 1 maand betaald. De inkopen worden steeds twee

maanden voorafgaand aan de verkoop gedaan.

Dus van de omzet van juni worden de inkopen in april gedaan enzovoorts.

Maand Omzet Inkoop-

waarde 50%

Aanschaf

inkopen

Betaling

januari 2.000.000€ 1.000.000€ 1.000.000€

februari 2.000.000€ 1.000.000€ 1.500.000€ 1.000.000€

maart 2.000.000€ 1.000.000€ 1.500.000€ 1.500.000€

april 3.000.000€ 1.500.000€ 1.500.000€ 1.500.000€

mei 3.000.000€ 1.500.000€ 2.000.000€ 1.500.000€

juni 3.000.000€ 1.500.000€ 2.000.000€ 2.000.000€

juli 4.000.000€ 2.000.000€ 2.000.000€ 2.000.000€

augustus 4.000.000€ 2.000.000€ 2.000.000€

september 4.000.000€ 2.000.000€

Uitgaven inkopen kwartaal 2 5.000.000€

Opgave 24

Slak bv heeft onderstaande balans per 31 december van jaar 5 opgesteld:

Voor jaar 6 wordt een omzet van € 20.000.000 verwacht. De omzet is regelmatig

over het jaar verspreid.

De verkopen zijn geheel op rekening. De afnemers betalen steeds na 1,5 maand.

De inkoopprijs van de goederen is steeds 60% van de omzet.

De inkopen vinden 1 maand voor de verkopen plaats. De ingekochte goederen

worden op het moment van bestellen geleverd.

De inkopen zijn geheel op krediet, leveranciers worden 2 maanden na inkoop

betaald.

Op de vaste activa wordt € 610.000 per jaar afgeschreven.

De overige kosten zijn 24% van de omzet en worden betaald in de periode dat

de omzet wordt gerealiseerd.

Page 21: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

21

De verkoopkosten zijn € 175.000 per maand en worden betaald in de periode

dat ze gemaakt worden.

De interestkosten in jaar 6 zijn € 90.000. Op de lening wordt in jaar 6 € 200.000,-

afgelost.

Van de winst na belasting wordt de helft aan dividend uitgekeerd, de andere

helft wordt aan de reserves toegevoegd.

In jaar 6 wordt geïnvesteerd in vaste activa voor € 210.000. Alle ontvangsten en

betalingen vinden plaats via de bank.

Voor jaar 6 wordt een omzet van € 24.000.000 verwacht.

De winst voor belasting is € 400.000. Het tarief van de winstbelasting is 25%.

Met welke bedragen komen de volgende posten voor op de balans van Slak bv per

31 december van jaar 6?

Vaste activa

Beginbalans € 3.300.000

Afschrijving € 610.000 -

€ 2.690.000

Investering € 210.000 +

Eindbalans € 2.900.000

Voorraden

Voor jaar 6 wordt een omzet van € 20.000.000 verwacht. De omzet is regelmatig

over het jaar verspreid.

Voor jaar 71 wordt een omzet van € 24.000.000 verwacht.

De inkoopprijs van de goederen is steeds 60% van de omzet.

De inkopen vinden 1 maand voor de verkopen plaats. De ingekochte goederen

worden op het moment van bestellen geleverd.

1 In de opgave staat foutief jaar 6

Page 22: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

22

De omzet in januari jaar 7 is:

€ 24.000.000

12= € 2.000.000

Deze wordt in december ingekocht.

De inkoopprijs hiervan is:

€ 2.000.000 × 60% = € 𝟏. 𝟐𝟎𝟎. 𝟎𝟎𝟎

Aangezien de beginvoorraad van een bepaalde maand in dezelfde maand steeds wordt

verkocht. Is dit de enige voorraad op 31-12-jaar 6.

Debiteuren

Voor jaar 6 wordt een omzet van € 20.000.000 verwacht. De omzet is regelmatig

over het jaar verspreid.

De verkopen zijn geheel op rekening. De afnemers betalen steeds na 1,5 maand.

Op 31-12 jaar 6 moet nog door de klanten worden betaald. De helft van de omzet van

november en de gehele omzet van december

€ 20.000.000

12= € 𝟐. 𝟓𝟎𝟎. 𝟎𝟎𝟎

Reserves

De winst voor belasting is € 400.000. Het tarief van de winstbelasting is 25%.

Van de winst na belasting wordt de helft aan dividend uitgekeerd, de andere

helft wordt aan de reserves toegevoegd.

Winst € 400.000

Vennootschapsbelasting 25% € 100.000 -

Winst na belasting € 300.000

Dividend 50% € 150.000 -

Toevoeging aan reserve € 150.000

Reserve beginbalans € 1.950.000

Toevoeging € 150.000 +

Reserve eindbalans € 2.100.000

Lening

€ 1.900.000 − € 200.000 = € 𝟏. 𝟕𝟎𝟎. 𝟎𝟎𝟎

Page 23: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

23

Crediteuren

De inkopen vinden 1 maand voor de verkopen plaats. De ingekochte goederen

worden op het moment van bestellen geleverd.

De inkopen zijn geheel op krediet, leveranciers worden 2 maanden na inkoop

betaald.

Voor jaar 6 wordt een omzet van € 20.000.000 verwacht. De omzet is regelmatig

over het jaar verspreid.

Voor jaar 72 wordt een omzet van € 24.000.000 verwacht.

De inkoopprijs van de goederen is steeds 60% van de omzet

In november worden de inkopen gedaan die zijn gebaseerd op de omzet van december

In december worden de inkopen gedaan die zijn gebaseerd op de omzet van januari jaar

7.

De inkopen zijn 60% van de inkoop.

De maanden november en december zijn voor de crediteuren van belang omdat er na

twee maanden wordt betaald.

Inkopen november:

60% ×€ 20.000.000

12= € 1.000.000

Inkopen december

60% ×€ 24.000.000

12= € 1.200.000

Crediteuren = € 1.000.000 + € 1.200.000 = € 𝟐. 𝟐𝟎𝟎. 𝟎𝟎𝟎

1 In de opgave staat foutief jaar 6

Page 24: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

24

Opgave 25

Van Johans bv zijn de volgende interne overzichten gegeven.

Overige gegevens over jaar 2 zijn:

Er is voor € 380.000 aan vaste activa tegen de boekwaarde verkocht.

Vennootschapsbelasting is in jaar 2 betaald.

In jaar 2 is van de winst € 150.000 aan dividend uitgekeerd en betaald.

De rest van de winst na belasting is aan de reserves toegevoegd.

In jaar 2 zijn 10.000 aandelen met een nominale waarde van € 10 per stuk

geëmitteerd tegen een koers van € 51,60.

Page 25: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

25

Vul de bedragen die bij A t/m F ontbreken in onderstaand kasstroomoverzicht voor

Johans bv in volgens de indirecte methode.

Geef steeds in de eerste kolom aan of het om een ingaande of een uitgaande kasstroom

gaat. Vul bij een ingaande kasstroom een + in en bij een uitgaande kasstroom een -.

Onttrekking ten laste van de voorzieningen

Let op!

Het gaat hier om de onttrekking aan de voorziening en niet de mutatie van de gehele

voorziening.

Onttrekking 90.000€ Saldo beginbalans 780.000€

Saldo eindbalans 740.000€ Dotatie voorziening 50.000€

830.000€ 830.000€

Voorziening

Zie de winst- en verliesrekening. Dit zijn net als

afschrijvingen geen uitvagen maar wel kosten. De dotatie

heeft net als afschrijvingen een positieve invloed op de

kasstroom.

Doordat het totaal € 830.000 is en het eindsaldo € 740.000

betekend dit dat de ontrekkingen € 90.000 zijn. Dit heeft een

negatief effect op de kasstroom.

De toaten verandering van de voorziening betekend een

negatieve kasstroom van € 40.000 (€ 50.000 - € 90.000) of €

740.000 - € 780.000. Gevraagd word echter de ontrekking. Dus

- € 90.000

Crediteuren

Eindsaldo € 1.300.000

Beginsaldo € 1.460.000 -

Verschil € -160.000

De afname heeft een negatief effect op de kasstroom. Er is een lening aan de

leveranciers afgelost. Hiervoor is geld nodig.

Page 26: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

26

Investering vaste activa

Beginsaldo € 3.650.000

Afschrijving € 320.000-

€ 3.330.000

Verkoop vaste activa € 380.000 -

Eindsaldo moet zijn € 2.950.000

Het eindsaldo is € 3.980.000

Dat kan alleen maar wanneer er is geïnvesteerd. De investering is:

€ 3.980.000 − € 2.950.000 = € 1.030.000

De investering aan vaste activa heeft een negatieve invloed op de kasstroom.

Desinvestering vaste activa

Verkocht is voor € 380.000 aan vaste activa. Hiervoor is geld ontvangen. Dit heeft een

positieve invloed op de kasstroom.

Agio

In jaar 2 zijn 10.000 aandelen met een nominale waarde van € 10 per stuk geëmitteerd

tegen een koers van € 51,60.

De agio per aandeel

€ 51,60 − € 10 = € 41,60

10.000 aandelen zijn verkocht.

Agio heeft een positief effect op de kasstroom. Totale ontvangst vanwege agio

10.000 × € 41,60 = € 416.000

Mutatie debiteuren

Saldo beginbalans € 2.360.000

Saldo eindbalans € 2.270.000 -

Verschil € 90.000

Door de afname van de debiteuren wordt er minder uitgeleend aan klanten. Hierdoor

komt er geld vrij. Het effect op de kasstroom is dus positief.

Page 27: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

27

Opgave 26

Wat is het belangrijkste nadeel van de terugverdienperiode bij het beoordelen van een

investeringsvoorstel?

De terugverdienperiode…

a. houdt geen rekening met de interest.

b. gaat uit van winst in plaats van cash flows.

c. houdt geen rekening met de afschrijvingen.

d. houdt rekening met de cash flows na de terugverdientijd.

Antwoorden A en D zijn beide juist. De belangrijkste is dat er geen rekening gehouden

wordt met interest (volgens de Associatie).

Vraag 27

Fan bv heeft een bedrag van € 800.000 aan vlottende activa op de balans staan. De

current ratio is 1,6 en de quick ratio is 1,2.

Wat is het bedrag van de voorraden?

Formule current ratio

vlottende activa

kort vreemd vermogen= current ratio

Gegevens invoeren

€ 800.000

kort vreemd vermogen= 1,6

kort vreemd vermogen is € 500.000

Formule quick ratio

vlottende activa − voorraden

kort vreemd vermogen= current ratio

vlottende activa − voorraden

€ 500.000= 1,2

vlottende activa min voorraden = € 600.000

De waarde van de voorraad is dus:

€ 800.000 − € 600.000 = € 200.000

Page 28: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

28

Opgave 28

Tracker bv verkoopt het horloge Hello. Ten behoeve van de opstelling van de

resultatenbegroting over het eerste kwartaal van jaar 11 zijn de volgende gegevens

bekend:

De verkoopprijs per Hello-horloge is € 118 exclusief 21% omzetbelasting.

De inkoopprijs van een horloge is € 70,80.

Voordat de horloges op de Nederlandse markt worden aangeboden,

ondergaan ze verschillende assemblage-handelingen. Per horloge is nodig:

o voor loonkosten: 0,10 uur à € 60 per uur

o voor verpakkingsmaterialen: € 3 per stuk

o voor machinekosten: 0,10 machine-uur à € 80 per uur

De afzet en inkoop van horloges Hello per maand van november jaar 10 tot en met

maart jaar 11 zijn:

Tracker bv heeft drie bestelwagens in bezit die op 1 januari van jaar 10 zijn aangeschaft

voor € 21.000 per stuk. De bestelwagens worden jaarlijks met 20% van de boekwaarde

afgeschreven. De restwaarde is nihil. De afschrijvingskosten worden gelijkmatig over het

jaar verdeeld. De overige afschrijvingskosten van Tracker bv zijn € 10.000 per

bestelwagen per maand.

De bestelwagens zijn deels gefinancierd met vreemd vermogen. Tracker heeft op 1

januari van jaar 10 een vijfjarige lening van € 50.000 aangetrokken. Het

interestpercentage is 5% en de lening wordt in vijf jaarlijks gelijke bedragen afgelost,

voor het eerst op 1 januari jaar 11.

Met welke bedragen komen de volgende posten voor op de resultatenbegroting van

Tracker bv over het eerste kwartaal van jaar 11?

Als een financieel feit niet leidt tot een verandering in resultaat, vul dan een 0 in.

Page 29: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

29

Omzet

(1.625 + 850 + 3.700) × € 118 = € 𝟕𝟐𝟖. 𝟔𝟓𝟎

Inkoopwaarde van de omzet

De inkoopwaarde van de voorraad wordt in de boekhouding gedebiteerd tegen de prijs

van de voorraad. Deze is hier gebaseerd op de inkoopprijs. Dus

(1.625 + 850 + 3.700) × € 70,80 = € 𝟒𝟑𝟕. 𝟏𝟗𝟎

Assemblagekosten

De kostprijs van de assemblage

Loonkosten € 6

Verpakkingsmateriaal € 3

Machinekosten € 8 +

assemblagekosten per stuk € 17

We hebben het over het maken van een resultatenbegroting. Alleen de kosten die

samenhangen aan de omzet mogen worden meegenomen. De assemblagekosten zijn dan

ook gebaseerd op de omzet

(1.625 + 850 + 3.700) × € 17 = € 104.975

Afschrijving bestelwagens

Jaar Boekwaarde

begin jaar

Afschrijving 20% Boekwaarde

einde jaar

10 63.000€ 12.600€ 50.400€

11 50.400€ 10.080€

Afschrijving per kwartaal 2.520€

Overige afschrijvingskosten:

€ 10.000 × 3 × 3 = € 90.000

Totale afschrijving

€ 90.000 + €2.520 = € 𝟗𝟐. 𝟓𝟐𝟎

In de uitwerking zijn cijfers omgewisseld.

Aflossing

Dit heeft niets met kosten te maken dus € 0.

Page 30: OPGAVEN EN UITWERKINGEN OEFENEXAMEN 2 DE ASSOCIATIE

MBA MODULE FINANCIERING OPGAVEN EN UITWERKINGEN ASSOCIATIE OEFENEXAMEN 2

deBestSiteStory.nl M 06 24 14 46 79 | E [email protected] | W www.aunikom.nl

30

Interestkosten

De bestelwagens zijn deels gefinancierd met vreemd vermogen. Tracker heeft op 1 januari

van jaar 10 een vijfjarige lening van € 50.000 aangetrokken. Het interestpercentage is 5%

en de lening wordt in vijf jaarlijks gelijke bedragen afgelost, voor het eerst op 1 januari

jaar 11.

Op 1 januari jaar 11 is de schuld:

€ 50.000 − € 10.000 = € 40.000

Rentekosten eerste kwartaal:

€ 40.000 × 5 × 3

1.200= € 𝟓𝟎𝟎