OP 1 LIJN NR 76 › Images › opeenlijn_76_tcm7... · paald geeft de gemeente een gratis...
Transcript of OP 1 LIJN NR 76 › Images › opeenlijn_76_tcm7... · paald geeft de gemeente een gratis...
HET MAGAZINE VAN DE LIJN VOOR UW GEMEENTE
NR 76JUNI 2011
Driemaandelijkse uitgave
afgitekantoor Gent X
P409030OP 1 LIJN
›DOSSIERINTER-GEMEENTELIJKESAMENWERKING› HasseltenGenkmaken
samenmobiliteitsplan
› Nachtnetdoor21gemeentenregioLeuven
› Opleidingeneco-driving
› Nieuwepresentatievaninfokaders
NIEUW:
elektronische
nieuwsbriefp.15
02 OP1LIJN›NR.76
INHOUD
06 Plaats voor debatDe openbaarvervoercommissie
08 Nachtnet regio Leuven21 gemeenten zorgen voor sterk netwerk
10 Hasselt en Genk werken samen aan mobiliteitsplanEén regionaalstedelijk gebied
12 Samen rond de tafel voor tram en carpoolparkingZwijndrecht en Beveren hebben samenwerkingsovereenkomst
14 Duurzaam woon-werkverkeer naar bedrijventerreinHam, Tessenderlo en Beringen stimuleren duurzame verplaatsingen
Ook in dit nummer 04 Eco-driving: meer rijcomfort voor de reiziger
05 Digitale nieuwsbrief over omleidingen
15 Kort nieuws
16 Routeplanner op website Hooglede
17 Lijn door Vlaanderen: Koksijde
18 Nieuwe presentatie van infokaders
20 Gratis met de klas op cultuuruitstap
21 Sint-Pieters-Leeuw: diepgaande samenwerking tussen politie & De Lijn
22 Vraag & antwoord
24 In de kijker: Met De Lijn naar de binnenstad
COLOFONVERANTWOORDELIJKE UITGEVER › Tamara De Bruecker, De Lijn, Motstraat 20, 2800 Mechelen ›› REDACTIE › Koen
Baecke (De Lijn), Sandra De Bel (Kluwer), Erwin Debruyne (VVSG), Tom Depla (Kluwer), Cécile Dusart (De Lijn), Bart Janssen
(Kluwer), Erik Mottar (De Lijn), Marc Nuytemans (De Lijn), Griet Similon (De Lijn), Michel Teughels (De Lijn), Timothy Tilsley
(De Lijn) ›› FOTOGRAFIE › Peter Van Hoof (cover), Stefaan Van Hul CARTOON › Dirk Vercampt ›› CONTACTPERSONEN ›
Koen Baecke, De Lijn, Motstraat 20, 2800 Mechelen, tel: 015 44 09 38, fax: 015 44 09 99, [email protected] /
Erwin Debruyne, VVSG, Paviljoenstraat 9, 1030 Brussel, tel: 02 211 56 09, fax: 02 211 56 00, [email protected] ›› EINDREDACTIE › Kluwer ›› OPMAAK › EHBOntwerp ›› DRUK › Geers Offset ›› De papiersoort van het Op 1 Lijn-magazine,
de Condat matt Perigord, heeft een label FSC-Mixed Sources.
REACTIES ALTIJD WELKOMWilt u graag reageren op een artikel in dit
Op 1 Lijn-magazine? Of hebt u suggesties
voor een onderwerp dat in een volgend
nummer aan bod kan komen? Laat het dan
weten aan de redactie via [email protected].
PAG. 6
PAG. 10
PAG. 12
PAG. 18
DOSSIER INTERGEMEENTELIJKE SAMENWERKING
OP1LIJN›NR.76 03
TELEX
JAARVERSLAG › Het jaarverslag van De Lijn
voor het jaar 2010 is uit. U vindt er een overzicht
van de nieuwigheden in het afgelopen jaar zoals
bijvoorbeeld de invoering van het sms-ticket
in heel Vlaanderen, belangrijke communicatie-
campagnes, milieuprojecten zoals de start van
de bouw van groene stelplaatsen via PPS of de
berekening ecologische voetafdruk, details over
de nieuwe beheersovereenkomst tussen De Lijn
en de Vlaamse overheid … Het jaarverslag bevat
ook allerlei cijfers: over het voertuigenpark, het
personeel, de gereden kilometers, het aantal
reizigers… Dit jaar wordt het jaarverslag niet
gedrukt, maar enkel op www.delijn.be gepu-
bliceerd. U kunt het daar integraal terugvinden
onder de tab ‘over De Lijn’. ›› HALTEACCOM-
MODATIE›De gemeente Maasmechelen heeft
een grote bestelling gedaan van gesubsidieerde
halteaccommodatie. Het gaat om 76 U-vor-
mige leunbeugels voor fietsen, 35 zitbanken en
37 vuilnisbakken. >> De Lijn Limburg heeft een
nieuwe verantwoordelijke halteaccommodatie:
Heidi Blokken, tel. 011 85 49 21, heidi.blokken@
delijn.be ›› DERDEBETALERSYSTEMEN › Op 1
april 2011 startte Kontich met DBS 4, meer be-
paald geeft de gemeente een gratis netabonne-
ment aan haar 60- tot 64-jarige inwoners. Asse
paste op 1 april 2011 haar DBS 1 aan en draagt
voortaan 50 % i.p.v. 40 % bij in de kosten op
de Buzzy Pazz en de Omnipas. In Sint-Niklaas
krijgen nieuwe inwoners sinds 1 mei 2011 een
infopakket met gratis Lijnkaart (derdebetaler-
systeem nieuwe inwoners).
INTRO
STERKE SCHOUDERS77 procent van de Vlamingen
wil meer openbaar vervoer
tegen 2050. Dat cijfer van een
enquête als voorbereiding op
het nieuwe beleidsplan Ruimte
Vlaanderen trok mijn aandacht.
De enquête toont aan dat we
met z’n allen meer en meer
gewonnen zijn voor groene,
autoluwe en duurzame woon-
omgevingen. Een streven waar
wij alvast werk van maken.
Zo berekenden we eind vorig
jaar voor het eerst onze ecolo-
gische voetafdruk en koppelden
daar een ambitieus actieplan
aan om onze voetafdruk te
verkleinen. We willen de komende jaren nog meer inzetten op groene voer-
tuigen en stelplaatsen. Onze chauffeurs volgen alvast allemaal een opleiding
ecorijden om ons brandstofverbruik en dus ook de uitstoot van schadelijke
stoffen verder te verminderen.
Ook de gemeenten vervullen al langer een voortrekkersrol om van onze
woonomgevingen leefbare, groene ruimtes te maken. Dit Op 1 Lijn nummer
zet samenwerkingen over de gemeentegrenzen heen in de kijker. Ik haal hier
graag het voorbeeld aan van het nachtnet Leuven: 20 gemeenten zorgen
ervoor dat hun inwoners gratis met de nachtbussen reizen. Of de ontsluiting
van het bedrijventerrein van Ravenshout: Beringen, Ham en Tessenderlo
slaan de handen in elkaar om dit bedrijventerrein op een duurzame manier
bereikbaar te maken.
De UITP (de internationale vereniging van openbaarvervoerbedrijven)
wil het marktaandeel van het openbaar vervoer wereldwijd verdubbelen
tegen 2025 met een ‘smart, green solution’. Een ambitie waar we met veel
enthousiasme samen met u onze schouders onder zetten.
Roger Kesteloot
Directeur-generaal De Lijn
‘Als gemeenten samen hun schouders zetten
onder een duurzaam project, kunnen we in
onze partnerships zoveel meer bereiken.’
04 OP1LIJN›NR.76
Sinds eind 2010 krijgen alle chaufeurs van De Lijn
een opleiding ‘eco-driving’. Op 1 Lijn sprak met Luc
Bogaerts, hoofd rijschool in Brugge.
‘Het uitgangspunt van eco-driving is dat
er brandstof wordt bespaard en dat op
die manier ook de CO2-uitstoot en andere
emissies verminderen. Eco-driving houdt
ook een anticiperend en defensief rijgedrag
in waardoor het comfort van de reiziger ver-
hoogt en de kans op ongevallen afneemt.’
Wievolgtdezeopleiding?
‘Het is de bedoeling dat tegen eind dit jaar
alle chauffeurs van De Lijn de opleiding
gevolgd hebben. In West-Vlaanderen heb-
ben momenteel 40 % van onze chauffeurs
de gespecialiseerde dagopleiding in eco-
driving gevolgd. De basisprincipes werden
ook geïntegreerd in de algemene basisop-
leiding van beginnende chauffeurs.’
Hoezietzo’nopleidingsdageruit?
‘Eerst wordt de rijstijl van de chauffeurs
onder de loep genomen. De meetappara-
tuur op onze opleidingsbus houdt onder
meer het instant brandstofverbruik, het
gebruik van de versnellingen en de rem-
bewegingen in de gaten. Tijdens de oplei-
ding leren de chauffeurs meer anticiperen,
constanter rijden, beter remmen en meer
rekening houden met het overige verkeer.
Door het aangepaste rijgedrag kan op
brandstof bespaard worden. Een constan-
ter en anticiperend rijgedrag zorgt boven-
dien ook voor meer veiligheid en meer
comfort voor de reizigers, bijvoorbeeld
door minder vaak op te trekken en nadien
weer af te remmen. Vreemd genoeg mer-
ken we geen tijdsverlies op bij ritten die
gereden worden volgens de principes van
eco-driving, integendeel.’
Ishetresultaatonmiddellijkmerkbaar?
‘Aan het begin van de opleiding maken
de chauffeurs een rit met onze bus die
uitgerust is met meetapparatuur. Op het
einde van de dag maken ze dezelfde rit
nog eens, maar dan volgens de principe
van eco-driving. Gemiddeld levert dat een
resultaat op van 15 % minder brandstof-
verbruik. Een hallucinant resultaat. Om
dat resultaat in het oog te kunnen houden,
krijgen we wel vragen van chauffeurs die
de opleiding gevolgd hebben om meetap-
paratuur te installeren in alle bussen. We
bekijken momenteel of de installatie van
een rijstijlmeter mogelijk is.’
Hoereagerendechauffeurs?
‘Uitermate positief. De meeste chauffeurs
zijn blij met de opleiding. Wat zeker mee-
speelt is dat hun eigen rijgedrag geanaly-
seerd wordt, wat de opleiding heel praktisch
en persoonlijk maakt. Velen passen de
principes nadien ook toe wanneer ze met
hun eigen wagen rijden, zodat ze ook in hun
privégebruik brandstof kunnen besparen.’
Eco-driving:meerrijcomfortvoordereiziger
MILIEU
De meetapparatuur op de laptop houdt het brandstofverbruik, het gebruik van de versnellingen en de rembewegingen in de gaten.
Luc Bogaerts: ‘We merken geen tijdsverlies op bij ritten die gereden worden volgens de princi-pes van eco-driving.’
OP1LIJN›NR.76 05
Sinds begin dit jaar biedt De Lijn een nieuwe service
aan: een e-mail die reizigers op de hoogte houdt van
geplande omleidingen. Gemeenten kunnen dit infor-
matiekanaal mee inzetten in hun communicatieplan
rond ‘Minder Hinder’.
Zijn er in uw gemeente werken of is er een
evenement gepland met gevolgen voor
bus- of tramverkeer? Verwijs in uw com-
municatie naar de digitale nieuwsbrief over
omleidingen van De Lijn. Die nieuwsbrief
houdt inwoners en bezoekers via e-mail op
de hoogte als er op hun openbaarvervoer-
traject geplande omleidingen zijn.
HOE WERKT HET?
Iedereen kan zich via de website van De
Lijn gratis abonneren op de digitale nieuws-
brief omleidingen. Bij de aanvraag kan de
abonnee ingeven over welke trajecten hij
informatie wil ontvangen. Zijn er geplande
omleidingen op dat gekozen traject, dan
wordt een e-mail met informatie over de
omleiding en eventueel een aangepaste
dienstverlening verstuurd. De abonnee ont-
vangt dus enkel nieuws over de lijnen die hij
heeft aangegeven.
GEEF OMLEIDINGEN TIJDIG DOOR
De digitale nieuwsbrief geeft voorlopig
alleen informatie over omleidingen die
gepland zijn. Die informatie staat of valt
met de input die De Lijn krijgt vanuit de
lokale besturen. Verwittig daarom tijdig
De Lijn bij verwachte hinder op open-
baarvervoertrajecten. In een latere fase
zal De Lijn ook informatie aanbieden over
onvoorziene omleidingen en verstoringen
van de dienstverlening.
Proefproject Vlaams-Brabant nu in heel Vlaanderen
Digitalenieuwsbriefoveromleidingen
Reizigers krijgen via mail een overzicht van omleidingen en andere wijzigingen op hun traject.
Gratis abonneren op de digitale nieuwsbrief over omleidingen kan via www.delijn.be/omleidingen, of via deze banner op de homepage van De Lijn.
INFORMATIE
MEER DAN 12 500 ABONNEES
In de tweede helft van 2010 voerde
De Lijn een proefproject uit met
de digitale nieuwsbrief in Vlaams-
Brabant. Daar schreven meer dan
4 000 reizigers zich in. Op 1 februari
2011 werd het project uitgebreid naar
heel Vlaanderen. Momenteel zijn er al
meer dan 12 500 abonnees. Een stand
van zaken (toestand eind april 2011):
• Antwerpen: 3 019 abonnees
• Limburg: 864 abonnees
• Oost-Vlaanderen: 2 686 abonnees
• Vlaams-Brabant: 5 049 abonnees
• West-Vlaanderen: 897 abonnees
06 OP1LIJN›NR.76
DOSSIER INTERGEMEENTELIJKE SAMENWERKING
Openbaar vervoer stopt niet aan gemeentegrenzen. Bij projecten die in de open-
baarvervoercommissie besproken worden, zitten daarom meestal meerdere loka-
le overheden samen rond de tafel.
Op openbaarvervoercommissies (OVC)
worden onder meer projecten rond net-
management besproken. Daarom worden
consequent alle betrokken lokale besturen
rond de tafel geroepen. In 95 % van de
gevallen zijn meerdere gemeentebesturen
uitgenodigd, een geschikt forum dus voor
intergemeentelijke communicatie.
SNELBUSLIJN AALST - SINT-NIKLAAS - DENDERMONDE
In sommige OVC-dossiers zetten ver-
schillende lokale besturen samen hun
schouders onder één project. Bijvoorbeeld
bij de snelbuslijn Aalst - Sint-Niklaas –
Dendermonde. Voor dit project waren
grote doorstromingsaanpassingen op het
grondgebied van de drie gemeenten nood-
zakelijk. Na grondig overleg – onderling en
met andere partners als De Lijn en AWV
– stapten de drie gemeenten mee in het
verhaal. De drie stadsbesturen waren over-
tuigd van het nut van een snelbuslijn, ook
al bracht dat de realisatie van busbanen
De openbaarvervoercommissie
Plaatsvoordebat
Dankzij de realisatie van busbanen in de verschillende steden is de snelbuslijn Aalst - Sint-Niklaas – Dendermonde een succes.
OP1LIJN›NR.76 07
met zich mee, wat op veel tegenkanting
stootte bij handelaars en bevolking. Dankzij
het doorzettingsvermogen van de drie ste-
den is er nu een succesvolle snelle verbin-
ding tussen de verschillende stadskernen.
HASSELTSE BUSBAAN HELPT REGIO VOORUIT
In andere dossiers ondernemen gemeen-
ten actie op hun eigen grondgebied om
een lijn die over meerdere gemeenten
loopt meer kans op slagen te geven. De
buurgemeenten profiteren met andere
woorden mee van de inspanningen
die één partner levert. Al wie van het
noorden Hasselt binnenrijdt op de N74,
één der meest drukke gewestwegen in
Vlaanderen, weet het: vanaf Zonhoven is
er een extra busbaan aangelegd tot aan
de spoorwegbrug. De herinrichting van
de N74 - de Kempische Steenweg - biedt
voordelen voor alle verkeer. Voor de auto’s
zijn er geen rijstroken verdwenen. De
bussen rijden op een nieuwe extra strook
en zorgen ervoor dat in de ochtendspits
de werknemers en studenten met stipte
regelmaat naar de Limburgse provincie-
hoofdstad vervoerd worden. De bussen
boeken tijdswinst maar kunnen vooral
veel regelmatiger rijden dan voorheen.
En automobilisten verliezen geen tijd ten
opzichte van de bestaande situatie dank-
zij het feit dat een doseerverkeerslicht
ervoor zorgt dat er op het wegvak voorbij
de busbaan net geen file ontstaat.
De herinrichting van de Kempische Steenweg biedt voordelen voor alle verkeer. Dankzij de extra busstrook kunnen de bussen er veel regelmatiger rijden dan vroeger.
DE OVC ALS GESPREKSFORUM
De OVC behandelt volgende projecten en acties:
• de informatieverstrekking over en promotie van het geregeld vervoer (module 7);
• doorstromingsmaatregelen voor het geregeld vervoer (module 8), met uitsluiting van
de infrastructurele maatregelen;
• projecten verhoging van het aanbod van geregeld vervoer (module 9);
• projecten basismobiliteit en netmanagement;
• wijzigingen aan het bestaande aanbod;
• evaluatie van de projecten (ook de projecten basismobiliteit) en modules die de
verhoging van het openbaar vervoeraanbod en de communicatie over het aanbod tot
doel hebben.
Als er projecten op stapel staan in een regio die via de OVC behandeld moeten wor-
den, zorgt De Lijn voor een OVC-overleg. Alle partners worden dan rond de tafel uitge-
nodigd voor een debat over het openbaar vervoer in de regio. Via de regelgeving rond
netmanagement & toetsing aan een model (met als parameters potentieel, modal shift,
verkeersveiligheid en milieu) wordt een prioriteitenlijst opgesteld voor projecten die
voorkomen op een OVC. Vooraf werden de projecten meestal al getoetst in een inter-
gemeentelijke GBC.
Foto
: Pet
er V
an H
oof
08 OP1LIJN›NR.76
Om in te spelen op de groei van de stad
Leuven als cultuur- en vrijetijdsstad werd
in het busplan Leuven 2002-2012 een ‘laat
avond’-bediening van en naar het centrum
van Leuven opgenomen. Alle betrokken
gemeenten hebben zich toen geëngageerd
door de ondertekening van de modules 7, 8
en 9 van het mobiliteitsconvenant:
• Module 7 - Informatieverstrekking over
en promotie van het geregeld vervoer;
• Module 8 - Doorstromingsmaatregelen
voor het geregeld vervoer;
• Module 9 - Verhoging van het aanbod
van geregeld vervoer.
Het nachtvervoer in de regio Leuven was
van dan af een feit en bleek al snel een
succes. Op vraag van aanpalende steden
en gemeenten werd het in 2009 uitge-
breid van 12 naar 19 nachtlijnen.
De nachtlijnen volgen hetzelfde traject
als de daglijnen. Ze rijden op vrijdag en
zaterdag met een frequentie van 30 tot
60 minuten tussen 23 en 2.30 uur. De
Lijn sloot met 20 steden en gemeenten
een derdebetalersysteem af. Dankzij hun
financiële tussenkomst kunnen reizigers
vanaf 22.22 uur gratis gebruik maken
van de nachtlijnen. Ze moeten enkel hun
abonnement tonen. Wie geen abonnee
is, krijgt een nulbiljet van de chauffeur.
Wie buiten deze uren de bus neemt of
in Holsbeek, Brussel of Mechelen op- of
afstapt, betaalt het gewone tarief.
‘HORECA EN TOERISTISCHE TREKPLEISTERS BEREIK-BAAR’
Oud-Heverlee was een van de eerste
gemeenten die deel uitmaakten van het
nachtnet rond Leuven. ‘Vooral de jeugd
maakt er gretig gebruik van. Maar ook
de andere bevolkingsgroepen zien meer
en meer het nut en de voordelen van het
nachtnet in’, zegt Adri Daniëls, schepen in
Oud-Heverlee. ‘Het is een veilig alterna-
tief voor mensen die naar onze gemeente
komen of van daar ergens anders naar-
toe willen. Ook horeca en toeristische
trekpleisters in Haasrode, Vaalbeek en
Blanden kunnen veilig bereikt worden via
lijnen 5 en 6 van het nachtnet. Lijn 337
- die Oud-Heverlee en Sint-Joris-Weert
bedient - is een van de drukst gebruikte
lijnen, dat zegt genoeg over de noodzaak
om ook die twee dorpen te voorzien.’
‘ We hadden wel graag ook nog wat meer
busaanbod gehad in de vooravond van de
weekenddagen in Haasrode en Blanden.
Nu hebben mensen immers vaak nog
andere vervoermiddelen nodig om op hun
bestemming te geraken, terwijl ze wel met
de bus terug naar huis kunnen. Ook iets
frequentere informatie over het aantal rei-
zigers en de bezetting zou welkom zijn.’
‘PIEK TIJDENS FESTIVALS EN OUDEJAARSNACHT’
De gemeente Tervuren stapte in mei
2009 mee in het nachtnet. Josse Coudré,
schepen mobiliteit in Tervuren: ‘Wij
DOSSIER INTERGEMEENTELIJKE SAMENWERKING
Aarschot
Tienen
Boutersem
Roosbeek
Kumtich
Tielt-Winge
HoeilaartOverijse
Ottenburg
Sint-Agatha-Rode
Huldenberg
Loonbeek
Neerijse
Korbeek-Dijle
Tervuren
Sterrebeek
Bierbeek
Lovenjoel
Korbeek-Lo
Kessel-Lo
Pellenberg
Haasrode
Sint-Joris-Weert
Oud-Heverlee
Heverlee
Lubbeek
Kortrijk-Dutsel
Werchter
Tremelo
Haacht
Boortmeerbeek
Hever
Linden
Holsbeek
Wezemaal
Wilsele
Vossem
Leefdaal
Erps-Kwerps
WinkseleVeltem-Beisem
Kortenberg
Herent
Wijgmaal
Sint-Joris-Winge
Gelrode
Rotselaar
Tildonk
WespelaarWakkerzeel
Bertem
Leuven
NachtnetregioLeuvenSinds 28 mei 2004 bestaat er in de regio
Leuven een uitgebreid nachtnet, verspreid
over maar liefst 21 gemeenten. Dankzij
die uitgestrektheid werd het nachtnet
een absoluut succesverhaal.
OP1LIJN›NR.76 09
waren al langer vragende partij voor een
nachtlijn. Twee jaar geleden werden de
nachtlijnen tot Leefdaal verder doorge-
trokken naar Tervuren. Sindsdien zijn er
ook bij ons twee nachtlijnen. We merken
duidelijk dat het nachtnet geapprecieerd
wordt. Het succes is zelfs zo groot dat we
door het intensieve gebruik boven onze
geraamde kosten uitkomen, maar uiter-
aard zijn we blij met het succes.’
‘ We merken een duidelijke piek tijdens
de zomer als er festivals of andere evene-
menten worden georganiseerd, en ook in
de periode rond oudejaarsavond. Op 31
december vorig jaar maakten maar liefst
180 mensen gebruik van onze nachtbus-
sen in Tervuren, een mooi resultaat. De
bus wordt tijdens gewone weekends
ook vaak gebruikt tussen de verschil-
lende jeugdclubs in onze gemeente en
in de buurgemeenten. Het bestaan van
de nachtbussen raakte bekend als een
lopend vuurtje. De solidariteit tussen de
betrokken gemeenten is groot. Het succes
van het nachtnet staat of valt immers bij
elke schakel: als één van de gemeenten
niet meer meewil, dan stopt het verhaal
en dat zou bijzonder jammer zijn.’
‘VOORAL OM UIT TE GAAN’
Ook Rotselaar maakt sinds 2009 deel
uit van het nachtnet. Dirk Claes, burge-
meester Rotselaar: ‘Zowel het gemeen-
tebestuur als onze inwoners zijn er zeer
tevreden over. In februari 2010 deden
we een bevraging. Daaruit bleek dat er in
Rotselaar meer dan 700 reizigers gebruik
maken van het huidige aanbod. Door een
onderzoek naar de verplaatsingsreden
werd ook duidelijk dat 88 % van de reizi-
gers het nachtnet gebruikt om uit te gaan.
Als er geen nachtvervoer zou zijn, zou
68,8 % van hen de auto of de bromfiets
nemen. Het is net ons doel om deze doel-
groep een gemakkelijk alternatief aan te
bieden. Het nachtvervoer van De Lijn is
een comfortabele manier om uit te gaan
en veilig terug naar huis te keren. Ook de
ouders van jongere feestvierders weten
dit bijzonder te appreciëren: ze worden
niet langer ingeschakeld voor het nachte-
lijk vervoer en ze weten dat hun kinderen
veilig thuis geraken.’
‘De laatste ritten zijn nu rond 3 uur, maar
een groot aantal gebruikers zou liever nog
latere ritten zien. Wij hebben dit voorstel
gelanceerd op de openbaarvervoercom-
missie. De Lijn liet al weten dat er zeker
potentieel is, maar dat dit ook extra kos-
ten met zich meebrengt. Wij hopen alvast
dat deze suggestie verder in overweging
wordt genomen.’
Aarschot
Tienen
Boutersem
Roosbeek
Kumtich
Tielt-Winge
HoeilaartOverijse
Ottenburg
Sint-Agatha-Rode
Huldenberg
Loonbeek
Neerijse
Korbeek-Dijle
Tervuren
Sterrebeek
Bierbeek
Lovenjoel
Korbeek-Lo
Kessel-Lo
Pellenberg
Haasrode
Sint-Joris-Weert
Oud-Heverlee
Heverlee
Lubbeek
Kortrijk-Dutsel
Werchter
Tremelo
Haacht
Boortmeerbeek
Hever
Linden
Holsbeek
Wezemaal
Wilsele
Vossem
Leefdaal
Erps-Kwerps
WinkseleVeltem-Beisem
Kortenberg
Herent
Wijgmaal
Sint-Joris-Winge
Gelrode
Rotselaar
Tildonk
WespelaarWakkerzeel
Bertem
Leuven
Burgemeester Dirk Claes (Rotselaar), schepenen Josse Coudré (Tervuren) en Adri Daniëls (Oud-Heverlee): 'Het succes van het nachtnet staat of valt met de samenwerking tussen de betrokken gemeenten.'
BIJNA 200 000 REIZIGERS
In 2008 maakten 94 305 reizigers gebruik van de nachtlijnen in regio Leuven. In 2010
– na de uitbreiding van het net – vervoerde De Lijn in totaal 196 534 reizigers. 75,5 %
van de reizigers is jonger dan 26, 18,9 % tussen 26 en 49 jaar. Uit marktonderzoek
vorig jaar bleek ook dat 88,5 % van de reizigers het nachtnet gebruikt om uit te gaan,
12,3 % om te gaan werken. Hetzelfde onderzoek wees uit dat de meeste reizigers
(42,8 %) zich met de bromfiets, de motor of de auto verplaatsten voor het nachtnet
bestond. De rest gebruikte de fiets (12,5 %) of verplaatste zich nog niet (33,2 %).
Het nachtnet wordt gepromoot via de infokanalen in de gemeenten (website, info-
bladen,…) en via een reclamecampagne van De Lijn met onder meer affiches, folders
en flyers. De kosten om deze nachtlijnen gratis te maken, worden gelijk verdeeld
onder de gemeenten.
10 OP1LIJN›NR.76
DOSSIER INTERGEMEENTELIJKE SAMENWERKING
De stadskernen van Hasselt en Genk liggen amper
15 km uit elkaar. In het Ruimtelijk Structuurplan
Vlaanderen vormen ze een ‘regionaalstedelijk
gebied’. Sinds 2007 werken de steden samen voor
hun mobiliteitsplannen. Openbaar vervoer speelt
daarin een belangrijke rol.
‘In 2007 bleek uit de sneltoets dat ons
mobiliteitsplan uit 1999 vernieuwd moest
worden’, zegt Katleen Loos, mobiliteits-
ambtenaar in Genk. ‘Omdat onze stad het
echt grondig wilde aanpakken, dachten
we aan een samenwerking met Hasselt.
Onze schepen van Mobiliteit heeft toen
contact opgenomen met zijn collega en
daarna was de zaak heel snel geregeld.
Hasselts mobiliteitsambtenaar Daniël
Lambrechts bevestigt dat: ‘Het is zelfs
vreemd dat we voordien nauwelijks met
HasseltenGenkwerkensamenaanmobiliteitsplan
© B
MV
Lim
burg
OP1LIJN›NR.76 11
elkaar samenwerkten. Onze steden liggen
vlakbij elkaar. Nu hebben we voortdurend
contact met elkaar. Een mobiliteitsplan
mag je eigenlijk nooit alleen voor je eigen
gemeente maken, je moet minstens naar
de omliggende gemeenten kijken. Het ver-
keer stopt en begint niet aan de gemeen-
tegrens.’
Hebbenjullieééngrootmobiliteitsplan
voorzowelHasseltalsGenk?
Loos: ‘We hebben een mobiliteitsplan dat
uit vier delen bestaat: een gezamenlijk
deel voor de bovenlokale onderwerpen,
een plan voor Hasselt en een plan voor
Genk, en een multimodaal verkeersmodel
dat het Vlaams gewest voor beide steden
samen ontwikkeld heeft.’
Hetverlooptdesamenwerkingcon-
creet?
Lambrechts: ‘Vooraf dachten we dat we
vooral apart zouden werken om daarna
dan de resultaten samen te leggen. Maar
al na de eerste stuurgroep bleek dat de
samenwerking veel verder zou gaan. Alles
werd samen besproken, op enkele uitzon-
deringen na.’
Loos: ‘Nu we met onze eigen lokale mobi-
liteitsplannen bezig zijn, wordt er wel wat
meer apart vergaderd in kleine gemeente-
lijke werkgroepjes zonder Hasselt. Nadien
leggen we alles samen in de grote werk-
groep en uiteindelijk in de stuurgroep. Het
is namelijk ook de bedoeling dat we ons
lokaal beleid op elkaar afstemmen.’
Ookopenbaarvervoerisbovenlokale
materie?
Loos: ‘Inderdaad. Bovenlokaal wordt er
gekeken hoe gebieden ontsloten kun-
nen worden met het openbaar vervoer.
Die beslissingen worden daarna vertaald
naar het lokale niveau. We bekijken dan
bijvoorbeeld welke halteaccommodatie
er nodig is of waar er een busbaan moet
worden aangelegd.’
Lambrechts: ‘Het openbaar vervoer
wordt op drie niveaus bekeken. Er is het
regionaal pendelverkeer van en naar de
treinstations in Hasselt en Genk, het
bestemmingsverkeer naar de vervoers-
kern van de steden en het Park & Ride-
verkeer. In beide steden zijn telkens drie
P&R-parkings gepland op belangrijke
vervoersassen.’
Loos: ‘De sneltramlijn die deel uitmaakt
van het Spartacusplan, zal de belangrijk-
ste OV-schakel zijn tussen Hasselt en
Genk. Als die af is zal De Lijn natuurlijk
de bestaande buslijnen aanpassen aan de
nieuwe situatie.’
Zijnernegatievekantenaandesamen-
werking?
Loos: ‘Ik kan maar één negatief puntje
bedenken: doordat de stuurgroep zo
omvangrijk is, is het niet altijd gemakkelijk
om snel iedereen rond de tafel te krijgen.
Voor de rest is de samenwerking alleen
maar positief.’
Watligternoginhetverschiet?
Lambrechts: ‘We zijn op dit moment
samen een nieuw mobileitsplan aan het
uitwerken. Tegen eind 2011 zou alles af
moeten zijn. Voor Hasselt is De Lijn ook
bezig met een herziening van het stadsnet.’
Katleen Loos (Genk): ‘Onze schepen van Mobiliteit heeft contact opgenomen met zijn collega en daarna was de zaak heel snel geregeld.’ Daniël Lambrechts (Hasselt): ‘Het is zelfs vreemd dat we voordien nauwelijks met elkaar samenwerkten. Onze steden liggen vlakbij elkaar.’
Foto
: Pet
er V
an H
oof
12 OP1LIJN›NR.76
Goed tien jaar geleden werd in
Zwijndrecht en Beveren een ambitieus
project gerealiseerd: een tramverlen-
ging met aansluitend een grote
carpoolparking.
Tijdens de herinrichting van de N70 in Zwijndrecht rijpte het idee
om ook meteen de tramsporen vanuit Antwerpen door te trek-
ken. Dat was in 2000. Twee jaar later was de realisatie rond en
reed tram 3 door Zwijndrecht. Aan de eindhalte (grondgebied
Zwijndrecht) kwam een carpoolparking met een capaciteit van
380 personenwagens en 128 fietsen. Het grootste deel van die
parking ligt op het grondgebied van Melsele, deelgemeente van
buurgemeente Beveren.
‘Omdat de parking niet alleen de gemeentegrens, maar ook de pro-
vinciegrens overschreed waren er heel wat partners mee gemoeid.
Zwijndrecht en Beveren
Samenronddetafelvoortramencarpoolparking
De carpoolparking en tramdoortrekking overtuigden vele pendelaars om hun voertuig achter te laten en verder de tram te nemen naar Antwerpen.
DOSSIER INTERGEMEENTELIJKE SAMENWERKING
OP1LIJN›NR.76 13
Toch verliep dit vlekkeloos dankzij goed gestructureerd overleg’,
zegt Willy Minnebo, burgemeester van Zwijndrecht. ‘Met Beveren
maakten we ook afspraken rond de politiepatrouilles op de parking:
afwisselend zijn er patrouilles uit Zwijndrecht en Beveren. Die
afspraken werden vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst.
Nu, bijna tien jaar later, werkt dit nog altijd perfect.’
SUCCESVERHAAL
De carpoolparking werd aangelegd met de bedoeling om pen-
delaars van op de snelweg te overtuigen om hun voertuig ach
ter te laten en verder de tram te nemen naar het centrum van
Antwerpen. Met succes. Meteen al na de aanleg verminderde het
autoverkeer naar Antwerpen met 15 tot 20 %. Momenteel staan
er op de snelweg ook infoborden waar de automobilist extra
wordt gewezen op de mogelijkheid van Park & Ride.
Ook nu nog wordt er regelmatig een overleg ingepland met
Zwijndrecht, Beveren, De Lijn Antwerpen, De Lijn Oost-
Vlaanderen en de NMBS om het openbaar vervoer in de streek
in zijn totaliteit te bekijken. Er staan ook nieuwe plannen op sta-
pel: tram 3 wordt binnen enkele jaren verder doorgetrokken via
Melsele tot in het centrum van Beveren.
‘MEER DAN HELFT VAN INWONERS GENIET VAN DBS’
Bij de invoering van tram 3 in het centrum van Zwijndrecht in 2002 trok de gemeente reso-
luut de kaart van het openbaar vervoer. Er werden tegelijk verschillende derdebetalersyste-
men ingevoerd waardoor het voor inwoners van Zwijndrecht heel aantrekkelijk werd om met
De Lijn te reizen. WillyMinnebo,burgemeesterZwijndrecht: ‘Wij wilden zo veel mogelijk
mensen op de bus en de tram krijgen om de verkeersknoop rond Antwerpen mee te helpen
ontwarren. Vorig jaar betaalden we 732 000 euro voor onze derdebetalersystemen. Daarmee
horen we bij één van de grootste derdebetalers in Vlaanderen. Het mist dan ook zijn effect
niet: meer dan de helft van de inwoners van Zwijndrecht heeft een abonnement op zak.’
Derdebetalersystemen in Zwijndrecht:
• 75 % bijdrage voor Buzzy Pazz (systeem 1): in 2010 hadden 2 317 jongeren een Buzzy Pazz.
• 75 % bijdrage Omnipas (systeem 1): in 2010 hadden 4 609 reizigers een Omnipas.
• Gratis vervoer voor 6 tot 12-jarigen (systeem 4): 1 015 rechthebbende inwoners
• Gratis vervoer voor 60 tot 64-jarigen (systeem 4): 1 181 rechthebbende inwoners
14 OP1LIJN›NR.76
De drie Limburgse gemeenten Beringen, Ham en Tessenderlo zetten mee hun schouders
onder een project om duurzaam verkeer naar het bedrijventerrein Ravenshout te verbe-
teren en te promoten.
Het bedrijventerrein Ravenshout is met
haar 930 hectaren, meer dan 180 bedrijven
en 9 000 werknemers het tweede grootste
industrieterrein van Limburg. Het terrein
ligt op het grondgebeid van Beringen,
Ham en Tessenderlo. Na een onder-
zoek door de POM Limburg (Provinciale
Ontwikkelingsmaatschappij) bleek de
mobiliteit op en rond het bedrijventerrein
eerder problematisch. 85 % van de werkne-
mers komt individueel met de auto naar het
werk. Slechts 1 op 10 van de werknemers
neemt de fiets, terwijl toch 35 % binnen
fietsbare afstand (<7,5 km) van het werk
woont. Minder dan 1 % van de werknemers
kiest voor de bus. Dit laatste is wellicht het
gevolg van het lokale busaanbod, dat eerder
minimaal is. Het aantal bushaltes is beperkt.
De aanwezige buslijnen zijn ook niet altijd
afgestemd op de uiteenlopende shiften in
de verschillende bedrijven.
EUROLOGISCH OP WEG
De POM Limburg, Mobidesk en de lokale
besturen van de drie betrokken gemeenten
zetten een gezamenlijk project op poten
om de bereikbaarheid van Ravenshout te
verbeteren en duurzaam woon-werkver-
keer te stimuleren. Het project kreeg de
naam ‘Ravenshout, eurologisch op weg’
en is pas uit de startblokken. De provin-
cie Limburg vormt samen met de drie
gemeenten een coördinerende stuurgroep
en financieren het project, met steun
van EFRO (Europees
Fonds voor Regionale
Ontwikkeling) en het
Hermesfonds van de
Vlaamse Overheid. De
POM Limburg en De
Lijn Limburg werken als
ondersteunende partners
intensief mee aan de uitvoering.
DOELSTELLINGEN
Het project ‘Ravenshout’ omvat enerzijds
de opmaak van een mobiliteits- en bereik-
baarheidsprofiel en anderzijds een uitge-
breid luik rond sensibilisering. De centrale
doelstelling van het project is de bereik-
baarheid van het bedrijvenpark vrijwaren
door het implementeren en stimuleren van
duurzaam woon-werkverkeer. Het autoso-
lisme moet tegen 2015 met 10 % dalen en
tegen 2018 zelfs met 18 %. Het carpoolen
moet stijgen naar respectievelijk 6 % en
8 % en het busgebruik naar 5 % en 8 %.
Maar er zal vooral zwaar worden ingezet
op het gebruik van de fiets (14 % en 17 %),
al dan niet in combinatie met de bus.
FIETSSATELLIETPUNTEN
Een in het oog springend (nog niet gereali-
seerd) project is de bouw van fietssatelliet-
punten. Dat zijn beveiligde fietsenstallingen
op het bedrijventerrein, uitgerust met een
fietsverhuursysteem. De fietsenstallingen
en de fietsen zelf zullen onderhouden wor-
den door vzw Fietsbasis. De fietssatelliet-
punten zullen geïnstalleerd worden
aan openbaarvervoerknoop-
punten waar meerdere
buslijnen voorbijkomen,
de exacte locaties wor-
den bepaald na opmaak
van het mobiliteits- en
bereikbaarheidsprofiel.
Wie dus met de bus
naar het werk komt, zal
in de toekomst vlot kunnen
overstappen op een fiets om de
laatste kilometers naar het bedrijf snel te
overbruggen. Individuele werknemers kun-
nen een fiets huren, bedrijven zullen gratis
fietsen ter beschikking kunnen stellen van
hun werknemers.
BRIGADE
Ook communicatie en sensibilisatie
zijn een belangrijk luik van het project.
Hiervoor werd een apart communicatie-
project bedacht, de Ravenshoutbrigade.
Dit is een groep van 50 enthousiaste
werknemers van bedrijven op Ravenshout
die zelf acties en ideeën zullen ontwik-
kelen om hun collega’s te overtuigen om
minder met de auto en meer met de fiets,
het openbaar vervoer of via carpooling
te pendelen. Zij worden de ‘anders naar
het werk’ -ambassadeurs en het gezicht
van een duurzame mobiliteit van en op
Ravenshout. De ‘brigadiers’ kunnen dan
nadien eventueel ook een rol spelen in de
intergemeentelijke communicatie voor
duurzaam woon-werkverkeer op en rond
het bedrijventerrein.
Beringen, Ham & Tessenderlo
Duurzaamwoon-werkverkeernaarbedrijventerrein
DOSSIER INTERGEMEENTELIJKE SAMENWERKING
OP1LIJN›NR.76 15
In april plantte De Lijn 20 000
bomen in acht nieuwe ‘Lijnbossen’.
Met dit initiatief steunt zij de actie
‘1 miljoen bomen’ van de Vereniging
voor Bos in Vlaanderen en het
Agentschap voor Natuur en Bos.
De 20 000 bomen zijn het resul-
taat van een milieucampagne van
De Lijn vorig jaar. Daarbij konden
reizigers een Bospas kopen, een
vervoerbewijs voor tien enkele rit-
ten. Per verkochte Bospas geeft De
Lijn één euro aan de actie ‘1 mil-
joen bomen voor Vlaanderen’. Het
ingezamelde bedrag is goed voor
20 000 nieuwe boompjes. Voor een
zo goed mogelijke spreiding over
Vlaanderen krijgen acht gemeenten
een bos: Belsele, Evergem, Gooik,
Harelbeke, Merchtem, Oostkamp,
Opwijk en Zemst. Meer dan duizend
bomen in het Gooikse Busbos krij-
gen een persoonlijke boodschap. Via
de campagnesite konden de reizi-
gers die een Bospas hebben gekocht
een gepersonaliseerde boodschap
invoeren die aan hun boom wordt
bevestigd. In totaal stuurden 1 100
mensen zo’n boodschap in.
20 000 BOMEN DANKZIJ BOSPAS
Lijnbosaangeplantinachtgemeenten
KORTNIEUWS
In het najaar start De Lijn met een gratis maandelijkse
elektronische nieuwsbrief voor lokale besturen. De nieuws-
brief wordt verspreid in de vorm van een bondige e-mail met
korte nieuwsberichten die het openbaarvervoerbeleid in uw
gemeente aanbelangen.
Wiltuookopdehoogteblijven?Schrijfudaninvia
onzewebsitewww.delijn.be/overhedenofmail
Nieuw:Elektronischenieuwsbrief
voorgemeenten
Voor het eerst heeft De Lijn haar ecologische voetafdruk laten berekenen. De ecolo-
gische voetafdruk is de aardoppervlakte die nodig is om te voorzien in de levensstijl.
De berekening door het onafhankelijk onderzoeksbureau Ecolife gebeurde op basis
van een reeks cijfers uit 2009, zoals het aantal kilometers, het aantal reizigers, het
energie- en waterverbruik en de hoeveelheid afval. De Lijn is het grootste bedrijf
in Vlaanderen dat de berekening heeft laten maken, en ook het enige openbaar-
vervoerbedrijf wereldwijd. Het resultaat komt overeen met 111 154 hectare. In een
scenario zonder De Lijn en met een hoger autogebruik zou de Vlaamse voetafdruk
van het autoverkeer met 384 906 hectare bijna 3,5 keer groter zijn. De Lijn zoekt
nog voortdurend naar manieren om haar ecologische voetafdruk te verkleinen. De
grootste ecologische winsten komen van de de vergroening van de voertuigen,
energie-efficiënte gebouwen en duurzame aankoopcriteria.
WERELDPRIMEUR
DeLijnlaatecologischevoetafdrukberekenen
De Lijn zoekt nog voortdurend naar manieren om haar ecologische voetafdruk te verkleinen.
16 OP1LIJN›NR.76
Sinds eind vorig jaar kunnen gemeenten gratis een plug-in route-
planner van De Lijn op hun website zetten. Hooglede gaf hem een
prominente plaats op haar homepage. Voor 18 bestemmingen
zijn de adresgegevens al helemaal ingevuld.
De gemeente Hooglede plaatste de
routeplanner een paar maanden gele-
den online. Bezoekers kunnen makkelijk
doorklikken naar 18 vooraf ingevulde
bestemmingen binnen de gemeente,
waaronder het gemeentehuis, de sport-
hal, het cultureel centrum en de ver-
schillende bibliotheken.
Fien Adriaen, mobiliteitsambtenaar
Hooglede: ‘Toen ik via Op 1 Lijn het
bestaan van de routeplanner ontdekte,
was ik er meteen voor gewonnen om
hem op onze nieuwe website te integreren. We waren net bezig
met een nieuwe lay-out voor de website. Daardoor kon de plug-
in gemakkelijk een plaats krijgen op onze homepage. We pro-
grammeerden een aantal bestemmingen voor, maar bezoekers
kunnen ook zelf nog altijd een andere keuze maken. De laatste
tijd merken we dat de routeplanner meer geconsulteerd wordt.
Waarschijnlijk heeft dat te maken met de wegenwerken in het
centrum. De mensen hebben ook wat tijd nodig om de nieuwe
website www.hooglede.be te ontdekken.’
INFORMATIE
Routeplanner op website Hooglede
‘18bestemmingenvoorafalingevuld’
‘In onze nieuwe lay-out konden we de route-planner een promi-nente plaats geven.’
ZET DE ROUTEPLANNER OP UW WEBSITE
Sinds vorig jaar kunnen bedrijven en gemeenten de pluggable
routeplanner van De Lijn gratis op hun website zetten. Via die
routeplanner kunnen bezoekers dan gemakkelijk reisinformatie
van De Lijn opzoeken. Dat reisadvies houdt rekening met heel
recente wijzigingen in de dienstregeling. Een extra voordeel is
dat de gemeente zelf al bestemmingsadressen kan ingeven,
zoals bijvoorbeeld de belangrijkste attractiepolen op het grond-
gebied van de gemeente. Sinds kort wordt ook de laatste terug-
rit voor het opgegeven traject vermeld. Ook de dienstregelingen
van de NMBS, MIVB en TEC zijn geïntegreerd in het reisadvies.
Zelf een routeplanner op uw website plaatsen? Vraag hem aan
op www.delijn.be (banner plug-in routeplanner op homepage)De routeplanner kreeg een prominente plaats op de homepage.
Bezoekers kunnen op deze 18 adressen doorklikken.
Het vooraf ingevulde adres van de bestemming (in dit geval de bibliotheek in Hooglede) verschijnt dan automatisch in het vakje ‘aan-komst’.
OP1LIJN›NR.76 17
Koksijde
EENLIJNDOORVLAANDEREN
Koksijde stimuleert het gebruik van openbaar vervoer
vooral via derdebetalersystemen en mooi verzorgde
halteaccommodatie.
Koksijde biedt al 10 jaar gratis openbaar
vervoer aan voor zestigplussers. ‘Meer
dan 40 % van onze inwoners zijn 60+.
We merken dat deze doelgroep vooral de
Kusttram gebruikt, meestal om andere
badgemeenten te bezoeken.’ Recent
besliste de stad ook om voor 25 % tus-
sen te komen in de aankoop van een
Buzzy Pazz. Burgemeester Marc Vanden
Bussche: ‘Daardoor geven we ook gezin-
nen met kinderen een financieel steuntje
in de rug. In onze stad kunnen jongeren
maar tot het tweede secundair naar
school. Daarna moeten ze uitwijken naar
de buurgemeenten. Met de goedko-
pere Buzzy Pazz proberen we daarbij het
gebruik van bus en tram te stimuleren.’
SMALLE SCHUILHUISJES
Als badstad is Koksijde een interessante
plaats voor publicitaire schuilhuisjes. Er
staan dan ook al jaren schuilhuisjes van
JCDecaux. ‘We zijn daar erg tevreden
van, maar onlangs hebben we toch twee
gesubsidieerde schuilhuisjes van De Lijn
bijbesteld. Het gaat om de smalle model-
len (type D). We wilden immers graag op
een aantal perrons ook een schuilhuisje
plaatsen, maar het is daar te smal voor
een standaardmodel, en JCDecaux heeft
geen smalle opties in haar gamma.’
NIEUW MOBILITEITSPLAN
Het mobiliteitsplan van Koksijde wordt
momenteel volgens spoor 2 (verdiepen en
verbreden) herzien. De procedure bevindt
zich in een eindfase. In ons nieuwe plan
houden we onder meer rekening met het
Neptunusplan van De Lijn. Daarin is onder
meer een tramlijn voorzien tussen Veurne
en Koksijde’, zegt burgemeester Vanden
Bussche. Het project zit in de studiefase,
de opmaak van een Plan-MER is opgestart.
Recent werd het openbaar vervoer in onze
regio al grondig herzien: er kwamen lijnen
bij, maar er werden ook een aantal haltes
verplaatst of afgeschaft. Op sommige
plaatsen zorgde dat voor klachten. Na
overleg met De Lijn hebben we hier geluk-
kig een mouw aan kunnen passen. Veel
van onze inwoners hebben een hogere
leeftijd, waardoor ze vaak moeilijker te
been zijn. Voor ons was het erg belangrijk
dat we aan hun wensen tegemoet konden
komen door een aantal haltes op kortere
afstand van elkaar te behouden.’
Naast het nieuwe mobiliteitsplan staat er
de stad nog op korte termijn een nieuwe
mobiliteitsuitdaging te wachten: in januari
2012 is het wereldkampioenschap Cyclo
Cross gepland in Koksijde. ‘Dat evene-
ment brengt makkelijk 40 000 mensen
op de been. Als kuststad zijn we wel wat
bezoekers gewoon, maar voor dit evene-
ment nemen we toch extra maatregelen.
We zitten hiervoor nu al rond de tafel met
De Lijn en de NMBS.’
‘Oogvoorzestigplussers’
Marc Vanden Bussche, burgemeester Koksijde: ‘Alleen de smalle schuilhuisjes van De Lijn passen op de perrons.’
Koksijde
21 832 inwoners
4 396 ha oppervlakte
47 haltes
31 schuilhuisjes
688 Buzzy Pazzen
401 Omnipassen
Derdebetalersysteem 1: 25 % op Buzzy Pazz Derdebetalersysteem 4: Gratis abonnement van 60 tot 64 jaar
18 OP1LIJN›NR.76
HALTEACCOMMODATIE
De infokaders in de nieuwe gesubsidieerde schuil-
huisjes van De Lijn werden licht aangepast.
Gemeenten die eigen schuilhuisjes ontwerpen, kun-
nen best rekening houden met de afmetingen van
de nieuwe informatiedragers, zodat alles netjes kan
gepresenteerd worden. Ook heel wat haltepalen zul-
len van nieuwe infokasten voorzien worden om meer
ruimte te bieden voor duidelijkere informatie.
De Lijn investeerde de afgelopen jaren in
de modernisering van haar reizigersinfor-
matie aan de haltes om de tevredenheid
van reizigers te verhogen en nieuwe rei-
zigers aan te trekken. Het merendeel van
de 40 000 haltes in Vlaanderen kreeg
vernieuwde halte-informatie: nieuwe
halteborden, nieuwe tabellen met door-
komsttijden en haltenaamborden aan
de voor- en zijkant van gesubsidieerde
schuilhuisjes. De tevredenheidsmetingen
van De Lijn tonen het succes van deze
aanpassingen aan. Recent deed De Lijn
nog een aantal kleine aanpassingen in de
presentatie van de informatie.
TWEEDE INFOKADER
Nieuw is ook een hele reeks hulpmiddelen
om de halte-informatie beter te presen-
teren. De voorbije jaren werd in de reeds
bestaande gesubsidieerde schuilhuisjes
(type Armada en Epsilon) een tweede
infokader geplaatst om meer ruimte te
bieden voor de tabellen met doorkomst-
tijden en eventuele netplannen. In de
nieuwe generatie gesubsidieerde schuil-
huisjes die ook door de firma Epsilon
worden gemaakt, vinden we een tweede
infokader standaard terug. Deze infoka-
ders van geanodiseerd aluminium hebben
een nuttige oppervlakte van 70 cm in de
breedte en 95,2 cm in de hoogte en een
metalen achterzijde voor bevestiging van
magneten.
Nieuwepresentatievaninfokaders
In alle infokaders waar geen netplannen hangen, wil De Lijn de passe-partouts aanbrengen, zodat de dienstregelingen makkelijk netjes gepresenteerd worden.
OP1LIJN›NR.76 19
NIEUW: PASSE-PARTOUTS
In alle infokaders waar geen netplannen
maar alleen dienstregelingen worden
uitgehangen, worden binnenkort mag-
netische passe-partouts geplaatst. Deze
passe-partouts hebben een buitenafme-
ting van 70 cm (B) x 95 cm (H) waarvan
maximaal 1,5 cm langs elke kant niet
zichtbaar mag zijn. Met de passe-par-
touts kunnen op een eenvoudige en vlotte
manier zowel 4 dienstregelingtabellen in
A3 (gelijkmatig gekadreerd) als een plan
zo groot als de nuttige oppervlakte aange-
bracht worden. Eén persoon kan de infor-
matie binnen de minuut vervangen.
Deze passe-partouts worden ook
gemaakt op maat van de kaders van
publicitaire schuilhuisjes. De Lijn werkt
momenteel samen met Clear Channel en
JCDecaux om ervoor te zorgen dat er ook
in de publicitaire schuilhuisjes 2 infoka-
ders komen (zeker daar waar momenteel
soms plaatsgebrek is). De Lijn wenst deze
passe-partouts overal waar mogelijk in
gebruik te nemen, dus ook in de schuil-
huisjes ‘eigen ontwerp’ en busstations.
Lokale overheden houden hier dus best
al rekening mee bij het uitschrijven van
hun bestek voor een eigen ontworpen
schuilhuisje.
NIEUWE INFOKASTEN VOOR HALTEPALEN
Nog meer nieuws. De Lijn sloot onlangs
een contract met de firma Epsilon voor de
levering van nieuwe infokasten voor hal-
tepalen. De bekende ‘infokast’, de ovalen
kast die u wellicht kent van de haltepaal
aan de haltes zonder schuilhuisje, blijft
bestaan waar ze voldoende ruimte biedt
voor de noodzakelijke halte-informatie.
Waar er plaats tekort is voor de nieuwe
tabellen met doorkomsttijden, standaard
in A3-formaat, wordt een nieuwe infokast
geplaatst van Epsilon. Deze infokast heeft
het voordeel modulair te zijn. Je kan 1
infokast voor 2 A3’s uitbreiden tot 4 info-
kasten voor een totaal dus van 8 A3’s aan
1 haltepaal. Deze infokasten zijn gemaakt
van geanodiseerd aluminium.
TIJDELIJKE INFORMATIE
Voor omleidingen introduceerde De Lijn
ook een tijdelijke infokast. Die kan snel
gemonteerd worden boven de bestaande
infokast om bijvoorbeeld een omleiding
aan te kondigen zonder de bestaande
informatie als doorkomsttijden te moeten
bedekken. In het verleden werd deze info
vaak gelamineerd en met een spanbandje
rond de haltepaal bevestigd. De informa-
tie in de tijdelijke infokast kan indien nodig
snel uitgewisseld worden. Montage vergt
amper enkele seconden.
Aan sommige haltes zonder schuilhuisje biedt de oude infokast niet genoeg plaats voor alle infor-matie. Daarom wordt ze binnenkort vervangen door een nieuwe modulaire infokast.
De nieuwe tijdelijke infokast kan snel gemonteerd worden bovenop een bestaande infokast.
Nieuwe infokast Oude infokast
20 OP1LIJN›NR.76
CULTUUR
Al meer dan twee jaar werkt De Lijn mee aan het
project dynamoOPWEG. Dat biedt scholieren en
leerkrachten de kans om gratis met de bus of tram
naar 650 culturele bestemmingen te reizen.
Via dynamoOPWEG kunnen leerlingen
en leerkrachten uit het leerplichtonder-
wijs, het deeltijds kunstonderwijs en het
volwassenenonderwijs gratis de bus of
tram van De Lijn nemen naar één van de
650 ‘cultuurschakels’. Cultuurschakels zijn
cultuureducatieve bestemmingen (musea,
culturele centra, gemeenschapscentra,
bibliotheken, academies en weldra ook
bioscopen ) die vooraf werden gescreend
door CANON, de cultuurcel van het
Agentschap voor Onderwijscommunicatie.
Ze engageren zich om scholen gastvrij te
ontvangen en wegwijs te maken in hun
culturele en educatieve werking.
De scholen kunnen op vertoon van een
voucher die ze via www.dynamo3.be aan-
vragen, gratis op het vervoer van De Lijn.
Voorwaarde is wel dat de groep niet groter
is dan 30 mensen, en dat de uitstap gebeurt
binnen de daluren (na 9 uur en voor 15u30
of opnieuw na 18u30). Het aanbod geldt bin-
nen de bestaande lijnen, De Lijn legt hiervoor
dus geen extra vervoer in. Eventueel kunnen
scholen de belbus oproepen. Klassen uit het
deeltijds kunstonderwijs kunnen er ook op
zaterdag gebruik van maken.
STIJGEND SUCCES
De meeste jongeren kennen De Lijn vooral
als vervoermiddel van en naar de school.
Via het project dynamoOPWEG motiveert
De Lijn hen om de bus of tram ook op
andere tijdstippen te gebruiken om zich
naar culturele activiteiten te verplaatsen.
In 2010 werden er 970 aanvragen voor
dynamoOPWEG goedgekeurd. Dat komt
neer op gemiddeld 80 aanvragen per
maand. Tijdens de eerste drie maanden
van 2011 zijn al 455 aanvragen goed-
gekeurd. Deze cijfers wijzen dus op een
stijgende bekendheid en een toenemend
gebruik van dynamoOPWEG.
Het dynamoPROJECT maakt deel uit
van dynamo3, een subsidieproject van
de CANON Cultuurcel in samenwerking
met De Lijn, partners uit de culturele
sector en de Lerarenkaart. Om subsidies
te kunnen krijgen moet een school eerst
een dynamoPLAN opstellen, waarin
ze haar cultuureducatief aanbod ana-
lyseert. Met een goedgekeurd PLAN
kan de school gebruikmaken van dyna-
moOPWEG en van dynamoPROJECT
(max. 1 500 euro subsidie voor een
creatief schoolproject).
Gratismetdeklasopcultuuruitstap
Meer info op www.dynamo3.be.
OP1LIJN›NR.76 21
Al bijna 10 jaar werken de politie van Sint-Pieters-Leeuw en De Lijn samen om de sociale
veiligheid op de plaatselijke bussen en aan de haltes te garanderen. Het project startte
klein, maar ondertussen zijn De Lijn en de politie structurele partners. Korpschef Mark
Crispel kwam de samenwerking toelichten op de ‘themadag sociale veiligheid’ die De Lijn
op 17 maart jl. organiseerde in Anderlecht.
‘In 2002 was er een opvallende stijging
van het aantal klachten rond veiligheid
op de bussen en rond de bushaltes’, zegt
Crispel. ‘Er waren vooral problemen met
jongeren die chauffeurs en reizigers lastig
vielen en vandalenstreken uithaalden.’
Na contact tussen De Lijn en de politie
van Sint-Pieters-Leeuw werd beslist om
gezamenlijke controles uit te voeren.
Lijncontroleurs gingen samen met poli-
tiemensen uit de afdeling interventie op
pad. ‘We begonnen met maandelijkse
controles, nadien werden ze stelselmatig
afgebouwd. We bleven wel regelmatig
controleren, zodat de pakkans reëel bleef.’
Het resultaat werd snel voelbaar: het
aantal gevallen van agressie en steaming
daalde, er kwamen beduidend minder
klachten binnen van overlast en bedrei-
gingen. Het veiligheidsgevoel bij reizigers
en chauffeurs steeg.
CHARTER
Na het succes van deze acties zaten de
politie en De Lijn regelmatig rond de tafel
en werd de samenwerking langzaam uit-
gebreid. Zo werden ook andere buslijnen
betrokken in de controleacties, werden
er parkeercontroles uitgevoerd aan bus-
haltes en controles op het misbruik van
de busstrook. In 2004 werd alles offici-
eel in een charter gegoten. Crispel: ‘We
ondertekenden een handhavingscharter
met De Lijn als officiële bezegeling en
bekrachtiging van onze samenwerking en
een verder engagement naar de toekomst.
Omdat de samenwerking zo’n succes
was, ondertekenden we twee jaar later
een gelijkaardig charter met de MIVB.’
GEEN EXTRA KOSTEN
In 2007 kreeg de samenwerking een
nieuwe stimulans door een afspraak
met de Vlaams-Brabantse politieschool
PIVO. Crispel: ‘Nieuwe politieambtenaren
krijgen sindsdien in hun opleiding een
vorming van De Lijn. Zo worden zij zich
bewust van wat De Lijn allemaal doet,
maar ook hoe ze efficiënt kunnen optre-
den op een bus en hoe een bus zich in het
verkeer beweegt. Om dit nog realistischer
te maken nemen de nieuwe agenten ook
deel aan een gezamenlijke controleactie.
De politieschool gaf op zijn beurt ook al
een opleiding aan de lijncontroleurs.’
Over het kostenplaatje van de samenwer-
king is de korpschef duidelijk. ‘Gaandeweg
is het verzekeren van de veiligheid van
het openbaar vervoer geïmplementeerd
in de reguliere werking van de afdeling
interventie van de politie in Sint-Pieters-
Leeuw. Het project brengt dus geen extra
kosten met zich mee.’ Binnenkort wordt
het charter vervangen door een conve-
nant sociale veiligheid.
Sint-Pieters-Leeuw
Diepgaandesamenwerkingtussenpolitie&DeLijn
Korpschef Mark Crispel licht het samenwerkingscharter tussen De Lijn en de politie van Sint-Pieters-Leeuw toe op de themadag sociale veiligheid in Anderlecht.
WAT DOET DE POLITIE?
• Repressieve parkeercontroles aan
de bushalte
• Repressieve controle op misbruik
van busstrook
• Participatie bij controles van bussen
• Ondersteuning van de actie ‘voor-
aan instappen’
• Informatie-uitwisseling
SOCIALEVEILIGHEID
22 OP1LIJN›NR.76
Worden er nog gebiedsevaluaties gedaan?
Om haar netwerk gestructureerd onder de loep te kunnen nemen
en kwaliteitscontroles te kunnen uitvoeren, evalueert De Lijn haar
aanbod aan de hand van gebiedsevaluaties. Per entiteit wordt een
aantal gebieden gedefinieerd die regelmatig in detail doorgelicht
worden op verschillende niveaus: het netwerk, de doorstroming,
de visie op de toekomst,… Dankzij die evaluaties kan De Lijn kort
op de bal spelen en beter rekening houden met investeringspro-
gramma’s en begrotingen.
De eerste cyclus gebiedsevaluaties werd afgerond in 2009. Na
een interne evaluatie heeft De Lijn beslist om de evaluaties te
herbekijken en er een krachtiger instrument van te maken. Ook
externe partners waren hier vragende partij voor. Daarom heeft
De Lijn in 2010 een sabbatjaar ingelast voor de gebiedsevalua-
ties, om er een nieuw proces voor uit te werken. De gebiedseva-
luaties zijn nu ook verankerd in de nieuwe beheersovereenkomst
die De Lijn met de Vlaamse overheid afsloot.
Met de vernieuwde gebiedsevaluaties wil De Lijn in dialoog tre-
den met externe mobiliteitspartners om:
• het huidige netwerk te onderzoeken en te evalueren,
• acties ter versterking en verbetering van het huidige aanbod
uit te werken en op te volgen, zowel voor De Lijn als voor de
externe partners,
• de eigen visie te delen met de externe partners,
• op basis van gemotiveerde argumentatie afspraken te maken
(input voor investeringsplannen en begrotingen),
• engagementen met betrokken externe partners op te volgen.
Van bij het begin van de evaluatie zal rekening gehouden wor-
den met de input van de lokale overheden. Deze input kan op
verschillende manieren geïnventariseerd worden: een overleg,
telefonisch contact, een brief, in kaart brengen van reeds gekende
vragen,… Elke entiteit van De Lijn bekijkt de meest aangewezen
aanpak. Over de eerste resultaten van de evaluatie zal ook terug-
gekoppeld worden met de betrokken steden en gemeenten,
waarna een verdere verfijning mogelijk is.
Momenteel lopen de eerste evaluaties. De Lijn beschouwt ze als
pilootevaluaties. Op basis van de opgedane ervaringen zal het
proces geëvalueerd en zo nodig bijgestuurd worden. Het is dus
een leertraject. De betrokken gemeentes zijn al op de hoogte
gebracht of dat gebeurt binnenkort.
Belangrijk is wel aan te geven dat De Lijn geen garanties kan geven
met betrekking tot de uitvoering van de eventueel geformuleerde
acties op korte termijn (bv. bijkomend aanbod). De Lijn neemt die
mee als input voor beleidsvoorbereiding en budgetaanvragen.
Wistudit?Vaak gestelde vragen uit en over de openbaarvervoercommissie (OVC)
VRAAGENANTWOORD
Nieuwe gebiedsevaluaties
OP1LIJN›NR.76 23
Kunnen gemeenten nog een beroep doen op LijnCom voor gratis onderhoud van de gesubsidieerde schuilhuisjes in ruil voor publiciteit?
Volgens de huidige wetgeving mag in de gesubsidieerde schuil-
huisjes van De Lijn geen publiciteit worden aangebracht door
derden. Daarom zal LijnCom het onderhoud van die schuilhuisjes
stopzetten. De regeling ‘publiciteit in ruil voor onderhoud’ ver-
dwijnt dus. Voor de lopende contracten blijft Lijncom de kosten
van herstellingen en onderhoud aan de gesubsidieerde schuil-
huisjes nog dragen in afwachting van een blijvende oplossing. Op
dit ogenblik bedient LijnCom nog ongeveer 300 schuilhuisjes,
hoofdzakelijk gesitueerd op grote assen (net) buiten grootstedelijk
gebied. Deze maatregel heeft enkel betrekking op gesubsidieerde
schuilhuisjes van De Lijn, en heeft dus geen effect op de afspraken
tussen lokale overheden en publicitaire firma’s als JCDecaux die
gratis publicitaire schuilhuisjes plaatsen en onderhouden.
Waarom moeten reizigers vooraan instappen?
Sinds 21 september 2009 moeten de busreizigers van
De Lijn verplicht vooraan instappen. Omdat de chauffeur contact
heeft met elke reiziger, leidt het vooraan instappen tot een grotere
sociale controle. De chauffeur weet wie er in zijn voertuig zit, wat
zijn gezag versterkt. Daardoor voelen de reizigers en de chauffeur
zich veiliger, en is er minder agressie en vandalisme. Verplicht
vooraan instappen doet ook het aantal zwartrijders dalen omdat
alle opstappende busreizigers hun vervoerbewijs moeten tonen
aan de chauffeur. Dat de maatregel vruchten afwerpt, bewijzen
cijfers uit 2010. Ondanks een stijging van het aantal controles
werden vorig jaar minder reizigers betrapt op zwartrijden. De
eerste zes maanden van 2010 controleerde De Lijn 869 858 rei-
zigers, dat is 8 % meer dan dezelfde periode in 2009. Toch liepen
20 % minder reizigers tegen de lamp.
De verplichte instap vooraan geldt alleen voor bussen, niet voor
trams. Omdat een tram veel meer mensen vervoert dan een bus,
mogen de reizigers daar vrij kiezen waar ze opstappen. Reizigers
met een kinderwagen of rolstoel en minder mobiele men-
sen mogen op een bus aan elke deur instappen.
Verplicht vooraan instappen zorgt voor een significante daling van het aantal zwartrijders.
De regeling ‘publiciteit in gesubsidieerde schuilhuisjes in ruil voor onderhoud’ via LijnCom zal verdwijnen.
Campagne vanaf half juni
MetDeLijnnaardebinnenstadHalf juni lanceert De Lijn in heel Vlaanderen een campagne om
automobilisten aan te zetten om voor verplaatsingen naar de stad te
kiezen voor de bus en tram. Want wie slim is, vermijdt parkeerstress
en laat zich met de bus en tram naar het centrum brengen.
RANDPARKINGS
Als je zonder parkeerstress naar het stadscentrum wil, neem je de bus
of tram. Zelfs als je met de auto bent want je kan ook met de auto naar
een parking aan de rand van de stad rijden en daar overstappen op een
bus of tram naar het centrum. Op www.delijn.be/randparkings krijgen
reizigers informatie op maat om van thuis naar een stadscentrum te
gaan door de auto te combineren met de bus en tram (of de volledige
reis te maken met het openbaar vervoer). De site geeft een overzicht
van randparkings in verschillende steden.
CENTRUMPAS
Tijdens deze campagne wordt ook de ‘Centrumpas’ gelanceerd. Met
dit vervoerbewijs kunnen reizigers van De Lijn voor slechts 9 euro 10
ritten maken naar het stadscentrum (of terug) met de bus en tram. De
Centrumpas zal te koop zijn in de Lijnwinkels en de e-shop van De Lijn.
Meer info: www.delijn.be/randparkings (online vanaf 14 juni)
INDEKIJKER
TamaraDeBruecker,directeurMarketing&CommunicatieDeLijn: ‘Parkeren scoort altijd
hoog als we in onderzoeken vragen waarom mensen de bus of tram nemen. In ons imago-
onderzoek van 2008 bleek 85 % akkoord te gaan met de stelling dat het slim is om De Lijn
te gebruiken om naar de binnenstad te reizen. Ook in de kwaliteitsmonitor van 2010 was
parkeren een topantwoord: 67 % van de reizigers die ook een auto hebben, gebruiken De
Lijn om parkeerproblemen te vermijden. In 2008 was dit nog maar 52 %. De ondervraagde
reizigers vinden ook dat reizen met de bus of tram goedkoper, handiger en minder stresse-
rend is. Ze kunnen immers aan het begin of einde van een winkelstraat in- en uitstappen.
Sinds 2007 werken we met doelgerichte probeeracties om automobilisten meer de bus en
tram te laten gebruiken. Met de nieuwe campagne willen we de automobilist overtuigen
om en parkeerstress te vermijden en voor een handig alternatief te kiezen: de combinatie
van de auto met een bus of tram. Want in veel steden is het mogelijk om je auto te parkeren
aan de rand van de stad en daar over te stappen op een bus of tram naar het centrum.’
‘Uitstappen aan het begin van een winkelstraat’