Online zijn is een recht
Transcript of Online zijn is een recht
Online zijn is een recht
foto reyer boxem
Toegang tot internet is niet voorieder kind vanzelfsprekend. Socialeongelijkheid ontstaat ook digitaal,waarschuwen deskundigen. Zepleiten voor gelijke digitale rechtenvoor alle kinderen, ook die inasielzoekerscentra.
SOMAJEH GHAEMINIA
Grote kans dat u zich geregeldafvraagt of het wel veilig, educatiefen sociaal is wat uw (klein)kindonline uitspookt. Terwijl hij of zijprogrammeert, met een nichtje inAustralië chat of in Minecraft destenen voor een zelf gecreëerdewereld zorgvuldig selecteert, zijn ergroepen kinderen die bijna nooitkunnen inloggen. Dat lijkt eenverademing in de snelle digitalewereld, maar het is een bedreigingvoor de ontwikkeling van het kind,stellen experts. Een kind datnauwelijks online kan, wordt nieterkend in zijn rechten.
Digitalisering heeft zo'n groteinvloed op de levens van kinderen
dat hun 'digitale rechten' moetenworden verankerd in hetkinderrechtenverdrag, vinden deorganisaties en deskundigen achterMediawijzer.net. Dit platform steldedaarom tien 'mediawijzekinderrechten' op, als onderdeelvan een manifest dat onlangs werdaangeboden aan deKinderombudsman (zie kader).
Kinderen uit arme gezinnen, injeugdzorginstellingen, ziekenhuizenen asielzoekerscentra moetenregelmatig online kunnen zijn,stellen de makers van het manifest.Tot genoegen van Marjon Donkers,coördinator van Werkgroep 'Kind inazc'. De Werkgroep, bestaande uitUnicef Nederland, Defence forChildren, StichtingKinderpostzegels Nederland, Kerkin Actie en VluchtelingenWerkNederland, vraagt al jarenaandacht voor het gebrek aancomputers en goedeinternetverbinding inasielzoekerscentra.
Zonder wifi raakt deze kwetsbaregroep kinderen nog verdergeïsoleerd, legt Donkers uit. "Zekunnen hun schoolwerk niet goedmaken omdat ze opdrachten nietkunnen downloaden en geeninformatie kunnen opzoeken voorwerkstukken. Sociaal contact metfamilie en vrienden is niet mogelijk.En ze hebben geen toegang totinformatie over hun leven: waarwonen ze nu eigenlijk? Hoe zit hetmet hun asielprocedure? Wat staathen te wachten? Deze kinderen zijnal afgesneden van hun land, familieen vrienden. Zonder internetworden ze uitgesloten van de restvan de wereld."
Speciaal voor asielzoekerskinderen- eind 2014 woonden bijna 5300kinderen van 4 tot 17 jaar in deopvang - initieerde Werkgroep Kindin azc de interactieve website 'Tell-me'. Hier vinden kindereninformatie over het land vanherkomst, de procedure waarin zezitten en hun rechten.
De website wordt echter
mondjesmaat bezocht, bleek uiteigen onderzoek. "Deinternetverbinding in azc's is zotraag dat de website regelmatigvastloopt", zegt Donkers. "Endaarbij: als je hooguit een halfuurtje per week online kunt in hetcomputerlokaal, dan krijgen hetchatten met vrienden en familie enhet downloaden van informatie voorhuiswerk voorrang."
Ongelijkheid online
Die informatie is voor gemiddeldekinderen in Nederland beschikbaarals water uit de kraan, zegt RemcoPijpers, specialist jeugd en digitalemedia en lid van de kerngroep vanMediawijzer.net.
"In een tijd waarin we digitaal wijzeen digitaal excellerende kinderenwillen", stelt Pijpers, "waarin weons afvragen hoe we onze kinderendigitaal vaardig moeten maken,vergeten we een belangrijke vraag:hoe zorgen we ervoor dat wegelijke digitale kansen creëren vooralle kinderen? De socialeongelijkheid die het SociaalCultureel Planbureau vorig jaarschetste, ontstaat ook digitaal."
Ook Simone van der Hof,hoogleraar recht eninformatiemaatschappij aan deUniversiteit Leiden, gespecialiseerdin kinderen en internet, pleit voorinternettoegang voor alle kinderen."Het relateert aan belangrijkekinderrechten: recht op informatie,recht op het geven van een meningover zaken die hen aangaan, hetrecht op het ontwikkelen van eenidentiteit. Als ze minder toeganghebben tot online informatie die opandere wijzen niet meerbeschikbaar is - wat steeds vakervoorkomt - dan zijn dievoorzieningen er dus niet enworden hun rechten geschonden."
Mede onder druk van deWerkgroep heeft het Centraalorgaan opvang asielzoekers (Coa)het aanleggen van wifi inasielzoekerscentra tot prioriteitgemaakt. Maar door de grote
© Trouw woensdag 14 januari 2015 Pagina 7 (1)
instroom van nieuwe asielzoekersuit brandhaarden Syrië en Irakheeft het Coa zijn handen vol aanhet inrichten van nieuwe centra,zegt woordvoerder JacquelineEngbers.
Een derde van de locaties heeftinmiddels wifi-hotspots. Wanneeroveral wifi beschikbaar zal zijn,zoals eerder toegezegd, isonduidelijk. "Een planning ismoeilijk te geven. Op verafgelegenazc's moet van alles wordenaangelegd, er zijn sowieso hogekosten mee gemoeid."
Marjon Donkers voorziet echter eennieuw probleem; het gebrek aancomputers en laptops. "Lang nietalle kinderen hebben eensmartphone, tegenwoordig eenbasisuitrusting voor pubers. Hetaantal computers in azc's is zeerbeperkt. Laptops zijn er niet."Stichting de Vrolijkheid, dieactiviteiten organiseert voorkinderen in asielzoekerscentra, zagverschillende inzamelinitiatievenvan anderen stranden.
Landelijk coördinator Tom Staal:"Het blijkt ingewikkeld met dit soortacties de kinderen vantweedehands laptops te voorzien.Wie gaat ze uitdelen? Waar kunnende kinderen terecht als deapparaten stuk gaan? Wie krijgt zewel en wie niet?"
Dit is tekenend voor het klimaat inde opvang, zegt Staal. "Deorganisatorische bezwaren en hetvermijden van risico's winnen hetvaak van de uitzonderingen diemenselijkheid in de asielopvangmogelijk kunnen maken."
'Mediawijze kinderrechten'
Geïnspireerd door het VN-Kinderrechtenverdrag maakteMediawijzer.net samen metkinderen en deskundigen tienmediarechten voor kinderen:
Kinderen hebben recht op toegangtot internet
Kinderen hebben recht op veiligemedia
Kinderen hebben recht opmediawijze opvoeding
Kinderen hebben recht opmediawijs onderwijs
Kinderen hebben recht op onlinevergetelheid
Kinderen hebben recht op vrijheidvan meningsuiting in de media
Kinderen hebben recht op onlineprivacy
Kinderen hebben recht opbescherming tegen schadelijkebeelden en teksten
Kinderen hebben recht op onlinespelen
Kinderen hebben recht opmediagrenzen
'In de supermarkt kon ik even metvriendinnen chatten'
Forozan Hosseini (11) heeft eenIraanse moeder en een Afghaansevader, een broertje en zusje.Samen wonen zij in 'azc Emmen',een zogeheten gezinslocatie vooruitgeprocedeerde asielzoekers metminderjarige kinderen.
Wave-boarden, skeeleren, tikkertjespelen, na schooltijd is Forozanvaak buiten actief.
Ze moet diep nadenken over devraag wanneer ze voor het laatstonline was. "Vandaag heb ik opschool even een plaatje van hetinternet gehaald en geprint. Maarvorige week was ik eventjes echtonline, met mijn vader in desupermarkt. Daar hadden we welinternet. Ik stond met mijn telefoonin de hand het nieuws te lezen enmet vriendinnen te chatten."
Forozan kwam vijf jaar geleden methaar ouders naar Nederland. InGezinslocatie Emmen woont ze nutwee jaar. Daar gaat ze ook naarschool. Contact houden metvriendinnen mist Forozan hetmeest.
"Die uit het asielzoekerscentrum
zijn verhuisd. Zij hebben wel eenverblijfsvergunning gekregen. Ikdenk dat ik een half uurtje per weekop internet ben, meestal is dat opschool om informatie te zoeken.Maar ik heb gehoord dat we hierwifi krijgen, dus dan wordt het vastbeter."
'Wij praten de hele dag over eenselfie'
Lukas Zwanenburg (12) zit in groep8 en woont met zijn ouders inVoorschoten.
Via de skypeverbinding op zijniPhone geeft Lukas een kijkje in zijnjongenskamer. Op het bureaustaan schermen en toetsenbordente pronken. Lukas maakt graagmuziek via zijn computer, vertelt hij.Daarvoor hoeft hij niet per se hetinternet op. Maar gemiddeld is hijwel een uur per dag zoet met hetchecken van foto's online, chattenmet vrienden in de whatsappgroepvan zijn klas en die van zijnhockeyteam. Spelletjes speelt hijook online, Minecraft bijvoorbeeld."Doe ik soms ook als er eenvriendje komt spelen. Dan bouw ikeen huis en richt hij het in."
Voor zijn schoolwerk zit Lukasdagelijks achter de computer."Laatst moesten we op school eenwerkstuk maken over Voorschoten.Omdat ik graag een goed cijfer wilhalen, ben ik thuis ook even onlinegegaan om foto's en informatie tezoeken."
Twee derde van zijn klasgenotenheeft nu een eigen smartphone,weet Lukas. "Wij praten een heledag over een gekke selfie die eenvan ons heeft gemaakt. Als iemandzo'n foto niet heeft kunnen zien,dan voel hij zich denk ik welbuitengesloten."
© Trouw woensdag 14 januari 2015 Pagina 7 (2)