Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie...

31
Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente Gemeente Oost Gelre, Lichtenvoorde Eerste begeleider: B. Keegstra Tweede begeleider: M. Brus Hogeschool Saxion, Enschede Eerste lezer: S. Wormgoor Tweede lezer: C. van den Akker Iris Rouwhorst (S418986) Media, Informae en Communicae Journalisek en Voorlichng 17 juni 2019

Transcript of Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie...

Page 1: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

Jongeren betrekken bij de energietransitie

Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente

Gemeente Oost Gelre, LichtenvoordeEerste begeleider: B. KeegstraTweede begeleider: M. Brus

Hogeschool Saxion, EnschedeEerste lezer: S. Wormgoor

Tweede lezer: C. van den Akker

Iris Rouwhorst (S418986)Media, Informatie en Communicatie

Journalistiek en Voorlichting17 juni 2019

Page 2: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

Iris Rouwhorst (S418986)Media, Informatie en CommunicatieJournalistiek en VoorlichtingInleverdatum: 17 juni 2019

Hogeschool Saxion, EnschedeEerste lezer: S. WormgoorTweede lezer: C. van den Akker

Gemeente Oost Gelre, LichtenvoordeEerste begeleider: B. KeegstraTweede begeleider: M. Brus

Page 3: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

Voor u ligt de scriptie ‘Jongeren betrekken bij de energietransitie. Een onderzoek naar communice-ren met jongeren vanuit de gemeente’. Dit onderzoek is uitgevoerd bij de gemeente Oost Gelre. In het gemeentehuis in Lichtenvoorde heb ik van 11 februari tot en met 17 juni 2019 mogen werken aan het onderzoek. Deze scriptie, het bijbehorende bijlagedocument en het adviesrapport ‘Jongeren betrekken bij de energietransitie’ zijn ontworpen in het kader van mijn afstuderen aan de opleiding Media, Informatie en Communicatie aan het Saxion te Enschede.

Samen met mijn begeleiders vanuit de gemeente heb ik het onderwerp van dit onderzoek gekozen en de onderzoeksvraag bedacht. Het onderzoek was erg breed en er waren veel jongeren die wilden helpen om de onderzoeksvraag te kunnen beantwoorden. Tijdens dit onderzoek heb ik genoeg hulp gekregen van mijn bedrijfsbegeleiders, Marleen Brus en Brandt Keegstra, en mijn begeleidster vanuit school, Susanne Wormgoor om een goed onderzoek uit te voeren. Daarvoor wil ik hen via deze weg bedanken.

Ik wil mijn medestagiaires en collega’s bij de gemeente bedanken voor de leuke samenwerking. Tot slot wil ik mijn zussen en mijn ouders in het bijzonder bedanken. Met hun ideeën en hulp heb ik deze scriptie tot een goed einde kunnen brengen.

Ik wens u veel leesplezier toe.

Iris Rouwhorst,

Zieuwent, 17 juni 2019

Voorwoord

Page 4: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

De gemeente Oost Gelre wil in 2030 energieneutraal zijn. Het proces om energieneutraliteit te bereiken, wordt de energietransitie genoemd. Voor deze energietransitie is alle hulp die geboden kan worden, nodig. Daarom wil de gemeente de inwoners zoveel mogelijk bij deze verandering betrekken. Wat de gemeente echter opmerkt is dat zij met haar communicatiemethoden voornamelijk 45-plussers bereikt. Daarom was het doel van deze onderzoeksopdracht uit te zoeken op welke wijzen de gemeente jongeren kan betrek-ken bij de energietransitie. Dit heeft geleid tot de volgende hoofdvraag: “Op welke wijzen kunnen de jon-geren uit de gemeente Oost Gelre betrokken worden bij de energietransitie van de gemeente Oost Gelre?”.Betrekken is geen afgebakend begrip. Daar is bewust voor gekozen, omdat het niet duidelijk is op welke wijze de jongeren betrokken willen worden. Dit werd binnen deze opdracht onderzocht. Daarnaast werd onderzocht hoe jongeren denken over de energietransitie en het milieu. De jongeren die de gemeente wil betrekken, de doelgroep, betreft de leeftijdscategorie 15 tot en met 24 jaar en woonachtig in de gemeen-te Oost Gelre.

Het onderzoek bevat drie methoden: deskresearch, een enquête en interviews. Uit de deskresearch is veel informatie naar voren gekomen over de energietransitie. Toch zijn de meeste resultaten verkregen via de andere twee methoden. De enquête is online uitgezet onder de doelgroep via social media en het mail

-systeem van het Marianum, de middelbare school in de gemeente. De interviews zijn gehouden met negen respondenten van de enquête. Door deze aanpak is duidelijk in beeld gekomen hoe de jongeren denken over de energietransitie en de communicatie van de gemeente richting jongeren.

Het meest opvallende resultaat uit het onderzoek is dat 224 jongeren nog niet bekend waren met de ener-gietransitie, 62 jongeren wel. Wel blijkt dat de jongeren het eens zijn met de plannen die de gemeente heeft voor de energietransitie. Ook komt naar voren dat veel jongeren zich al bewust zijn van hun gedrag en welke invloed het heeft op het klimaat.

Om de jongeren uit de gemeente te betrekken bij de energietransitie, moet er eerst meer informatie worden gedeeld over de energietransitie om meer bekendheid te creëren bij de jongeren. Voor het delen van informatie zijn er offline en online methoden. De meerderheid van de jongeren wil online bereikt worden door de gemeente. De geprefereerde kanalen hierbij zijn e-mail, Facebook en Instagram. Als eer-ste kan de gemeente daarom via Facebook en Instagram informatie delen met jongeren. Er zijn jongeren die aangeven de gemeente niet online te willen volgen. Zij kunnen bereikt worden via advertising. Dit kan online met gesponsorde berichten en offline met posters op plekken waar jongeren veel komen.

De toon van de communicatie moet serieus zijn, maar het bericht zelf moet ook laagdrempelig zijn. Het bericht mag geen moeilijke woorden bevatten, maar ook geen jongerentaal. Daarnaast prefereren jon-geren beeld bij communicatie-uitingen. Belangrijk is om de communicatie en informatie zo veel mogelijk naar jongeren toe te brengen, omdat zij zelf aangeven niet gemotiveerd te zijn moeite te doen voor iets waar zij geen interesse in hebben. Wanneer er gevraagd wordt naar de mening van jongeren, willen zij dat ernaar geluisterd wordt.

Door het onderzoek is duidelijk geworden hoe de jongeren denken over de energietransitie en de com-municatie van de gemeente. De resultaten van het onderzoek zijn uitgewerkt in een adviesrapport dat de gemeente kan gebruiken om jongeren te betrekken bij de energietransitie.

Samenvatting

Page 5: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

5

Hoofdstuk 1. Inleiding 6 1.1 De organisatie 6 1.2 Aanleiding voor de opdracht 7 1.3 Probleemanalyse 8 1.4 Probleem- en vraagstelling van de opdrachtgever 8 1.5 Doelstelling 9

Hoofdstuk 2. Ontwerpplan voor beroepsproduct 10 2.1 Het beroepsproduct 10 2.2 Te onderzoeken 11

Hoofdstuk 3. Literatuur en theoretisch kader 12

Hoofdstuk 4. Opzet praktijkonderzoek 16 4.1 Onderzoeksmethoden 16 4.2 Onderzoeksmethoden per deelvraag 17

Hoofdstuk 5. Resultaten praktijkonderzoek 19 5.1 Deelvraag 1: Wat houdt de energietransitie van de gemeente Oost Gelre in? 19 5.2 Deelvraag 2: Hoe denken de jongeren van de gemeente Oost Gelre over de energietransitie en het klimaatvraagstuk? 19 5.3 Deelvraag 3: Hoe groot is de betrokkenheid van jongeren in de gemeente bij het klimaatvraagstuk? 22 5.4 Deelvraag 4: Hoe zijn de jongeren te bereiken op een manier die hen aanspreekt? 23 5.5 Deelvraag 5: Welke voorbeelden van vergelijkbare initiatieven kunnen als inspiratie dienen om jongeren te betrekken bij de energietransitie? 25

Hoofdstuk 6. Conclusie 27 6.1 Conclusies 27 6.2 Hoofdvraag: Op welke wijzen kunnen de jongeren uit de gemeente Oost Gelre betrokken worden bij de energietransitie van de gemeente Oost Gelre? 28 Bibliografie 30

Inhoudsopgave

Page 6: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

6

De opdracht wordt uitgevoerd voor de gemeente Oost Gelre. Deze gemeente is ontstaan op 1 januari 2005. Die dag zijn de acht plaatsen Groenlo, Harreveld, Lichtenvoorde, Lievelde, Mariënvelde, Vragender, Zieuwent en Zwolle samengevoegd tot één gemeente. De plaatsen Groenlo en Lichtenvoorde zijn de hoofdkernen en de zes (kerk)dorpen zijn de kleine kernen. De gemeente heeft een oppervlak van ca. 90 km² en een inwonertal van 29.707 per 1 januari 2019 (Gemeente Oost Gelre, sd). De gemeente ligt centraal in de regio Achterhoek in het oosten van de provincie Gelderland.

De gemeente Oost Gelre wordt met veel dingen geassocieerd. Zo is de gemeente rijk aan natuurgebieden. De natuur in de gemeente staat bekend om haar schoonheid en rust. Het is er erg groen en de gemeente staat in het teken van landleven (Gemeente Oost Gelre, sd). De inwoners zijn vriendelijk, nuchter en altijd bereid anderen te helpen. Zo is het begrip ‘noaberschap’ veel van toepassing (InfoNu, 2010). Dit betekent dat buren op elkaar letten en voor elkaar klaarstaan als dat nodig is zonder dat hier iets voor terug wordt verwacht. De gemeenschap is creatief en sterk verbonden met elkaar. Dit wordt onder andere getoond met evenementen als de Zwarte Cross, het Lichtenvoordse Bloemencorso en de slag om Grolle.

MissieIn 2009 heeft de gemeente Oost Gelre een slogan opgesteld waarin de missie en de belofte wordt weergegeven: “Aangenaam, Oost Gelre. Dat is waar de gemeente voor staat. Elkaar kennen en voor elkaar zorgen, maar wel de ruimte voor jezelf hebben. Goed, verantwoord en prettig leven. Duidelijk, degelijk en ‘to-the-point’. Gedeelde verantwoordelijkheid, zonder aan daadkracht in te boeten. En mee met de tijd, maar niet als koploper.”

VisieDe gemeente wil dat haar inwoners fijn kunnen leven, samen met mensen waar zij zich in herkennen. Maar toch ook met ruimte voor de inwoner zelf. Ruimte om ‘je eigen ding’ te doen. Zonder gedoe! Want Achterhoekers: die willen d’r an! Gewoon doen! De gemeentelijke organisatie ziet voor zichzelf een rol weggelegd om fijn te kunnen leven mogelijk te maken. Dit geldt in algemene zin: voor bewoners, voor bezoekers en voor bedrijven. Dit doet zij zonder ‘gedoe’: duidelijk, begripvol, zich niet met alles bemoeiend, door ruimte te bieden aan initiatieven en mogelijk te maken dat die gerealiseerd kunnen worden (Gemeente Oost Gelre, 2009).

StrategieDe strategie kent drie kernwaarden waarmee de gemeente vasthoudt aan de missie en visie:

Aandachtig: Medewerkers van de gemeente hebben aandacht en tijd voor mensen. Zij zijn toegankelijk en tonen oprechte interesse in hun klanten en collega’s. Zij zijn betrokken en zorgen voor een prettige samenleving, zonder gedoe.

Uitnodigend: De gemeente en haar medewerkers staan open voor initiatieven. Dat kunnen initiatieven zijn vanuit de maatschappij, maar ook vanuit de eigen organisatie. De gemeente maakt de realisatie van deze initiatieven mogelijk; door partijen samen te brengen of door een faciliterende rol in te nemen.

Eerlijk: Het handelen van de gemeente en haar medewerkers kenmerkt zich door duidelijkheid. Wat zij doen is fair en inzichtelijk. Dit geldt voor door de gemeente ondernomen handelingen, maar ook voor de kwaliteit van haar producten. Want de kwaliteit; die staat voorop (Gemeente Oost Gelre, 2009).

1.1 De organisatie

Hoofdstuk 1. Inleiding

Page 7: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

7

Inleiding

OverheidsparticipatieDe gemeente is een voorstander van overheidsparticipatie door de inwoners. Ze vraagt hen niet alleen mee te denken over initiatieven, maar vooral ook zelf initiatieven te ontplooien. De gemeente ondersteunt en faciliteert de initiatieven. Oost Gelre kent daarvan diverse voorbeelden, zoals de privatisering van sport-complexen, de oprichting van een Zorgcorporatie in Mariënvelde en de privatisering van het zwembad. Waar het initiatief wél van de gemeente komt betrekt de gemeente de inwoners al in een vroeg stadium, bijvoorbeeld door te werken met klankbordgroepen.

Dichtbij de inwonersInwoners ervaren een lage drempel als zij contact zoeken met de gemeente. De inwoner kan langskomen tijdens openingsuren op het gemeentehuis, bellen of een afspraak maken. Contact zoeken met de gemeente kan ook online door te mailen. Via de website, Facebook of Twitter van de gemeente kan de inwoner informa-tie krijgen en vragen stellen of opmerkingen maken. Ook WhatsApp is inmiddels ingeburgerd en een door de inwoners veel gebruikt middel. Dit kan de inwoner gebruiken om vragen te stellen of om bijvoorbeeld meldingen door te geven. Op deze wijzen wil de gemeente dicht bij haar inwoners staan.

OrganisatiestructuurIn totaliteit werken er circa 180 medewerkers bij de gemeente Oost Gelre. Zij hebben allen een eigen functie die van belang is voor het geheel van de organisatie. Onder iedere zijtak vallen meerdere medewerkers. De opdracht wordt uitgevoerd bij het communicatieteam van de gemeente. Zij vallen onder de afdeling Publiek en Bestuur. Het organogram van de gemeente Oost Gelre staat in bijlage 1.

De gemeente Oost Gelre wil in 2030 energieneutraal zijn. Dat betekent dat er over elf jaar net zoveel energie duurzaam wordt opwekt als verbruikt. Het doel is om af te stappen van het gebruik van fossiele brandstoffen en over te gaan op het gebruik van groene opgewekte energie (Gemeente Oost Gelre, sd). Hierin staat de gemeente Oost Gelre niet alleen. Samen met de zeven andere gemeenten van de Achterhoek heeft de gemeente Oost Gelre het Akkoord van Groenlo ondertekend. Samen willen de gemeenten ervoor zorgen dat de Achterhoek in 2030 energieneutraal is. Iedere gemeente pakt dit aan op de manier waarvan zij denkt dat die het beste is voor haar regio (regio Achterhoek, 2015). Hoe minder energie er wordt verbruikt, hoe minder er hoeft worden opgewekt. Energie besparen is daarom een belangrijk doel op weg naar 2030. Toch zal er ook een tandje bij moeten worden gezet op het gebied van duurzame energieopwekking. De gemeente wil van het opwekken van energie door olie en kolen overstappen naar energieopwekking door zon, wind en biomassa. Dit is de enige manier om de uitstoot van CO2 terug te dringen. Hierbij denkt de gemeente Oost Gelre dat inwoners en bedrijven een belangrijke bijdrage kunnen leveren (Gemeente Oost Gelre, sd).

De gemeenteraad heeft de Uitvoeringsagenda Energietransitie vastgesteld. Daarin staan concrete plannen om de ambitie van 2030 te halen: Oost Gelre energieneutraal. Energie besparen begint thuis en op het bedrijf door isolatie, het gebruik van energiezuinige apparaten en ledverlichting en het plaatsen van zonnepanelen en/of een warmtepomp om minder gas te verbruiken.

1.2 Aanleiding voor de opdracht

Page 8: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

8

Ter vervanging van fossiele brandstoffen, is in lijn met de regionale ambitie een energiemix voor de gemeente opgesteld. De energiemix is een combinatie van energiebesparing en opwekking van energie middels duur-zame energiebronnen. De energiemix bestaat uit energiebesparing, zon, wind en biomassa. Om in 2030 energieneutraal te zijn, zet de gemeente in op besparing enerzijds en duurzame energieopwekking anderzijds. De gemeente daagt inwoners uit om energie te besparen, maar ook met initiatieven te komen voor duurzame energieopwekking. Een voorbeeld daarvan zijn de lokale energiecoöperaties. Daarnaast vraagt de gemeente van de inwoners om te accepteren dat deze alternatieve energieopwekking in de gemeente, zichtbaar is in de omgeving. Daarmee doelt de gemeente op de realisatie van zonneparken, windmolens en biomassavergisters in het landschap.

De gemeente gaat ook verder met vier initiatieven om een eerste grote stap te zetten. Als eerste is er het ‘Zon op erf’ project. Dit betekent dat stallen van boeren die met pensioen gaan of willen stoppen met het bedrijf kunnen worden gesloopt en dat daarvoor in de plaats zonnepanelen op het erf komen. Ten tweede is er een onderzoek naar niet-landbouwgronden voor de realisatie van zonneparken. Ten derde is het de bedoeling dat er een of enkele windmolens worden geplaatst en het vierde onderdeel is om 1.000 woningen in Oost Gelre te verduurzamen (BügelHajema Adviseurs, 2018). Bij deze laatste stap kan de burger meewerken. Daarnaast wil de gemeente het initiatief voor realisatie van deze onderdelen neerleggen bij lokale partijen als dorps-belangenverenigingen en energiecoöperaties.

De eerste concepten en stappen voor de energietransitie zijn door de gemeenteraad in samenwerking met de inwoners opgesteld. Voor het opstellen van het beleid en het uitvoeringsprogramma voor de eerste stappen in de energietransitie zijn een aantal bijeenkomsten georganiseerd. Aan deze bijeenkomsten namen vooral inwoners deel uit de leeftijdscategorie boven de 45 jaar. Daardoor viel het de gemeente op dat zij met haar communicatiemethoden voornamelijk de “oudere” doelgroep bereikt. De gemeente realiseert zich echter dat als zij een betere wereld wil doorgeven aan volgende generaties, zij deze generaties er ook bij moet betrekken.

De organisatie Youth For Climate NL riep middelbare scholieren in heel Nederland op om te komen staken voor het klimaat in Den Haag op 7 februari 2019. Elf leerlingen van de middelbare school Het Marianum, de middelbare school in de gemeente, hebben aan die staking deelgenomen.

Jongeren geven het signaal af dat zij zich betrokken voelen bij het klimaat. Door de combinatie van de klimaat-staking van jongeren en de observatie dat de gemeente inwoners onder de 45 jaar niet voldoende bereikt, heeft de gemeente besloten de jongeren meer te willen betrekken bij de energietransitie. De gemeente weet alleen niet op welke wijze zij dit kan realiseren.

1.3 Probleemanalyse

Page 9: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

9

Inleiding

Op 31 december 2019 woonden er in de gemeente Oost Gelre 3.667 jongeren in de leeftijdscategorie 15 tot en met 24 jaar (Gemeente Oost Gelre, 2019). De gemeente vindt het van belang dat zij, evenals uitwonende studenten in diezelfde leeftijdscategorie, betrokken zijn bij het streven om de energietransitie binnen elf jaar (in 2030) te voltooien. In die elf jaar wordt deze doelgroep volwassen en zal zij haar aandeel moeten leveren. Deze groep jongeren is opgegroeid met internet. Op internet zijn zij geconfronteerd met vele meningen en standpunten waarin zij zelf hun mening moesten vormen (Veen & Jacobs, 2005). De jongeren hebben daar-door hun mening gevormd over belangrijke onderwerpen, maar daar wordt volgens hen niet vaak naar geluisterd. Daar wil de gemeente verandering in brengen. Zij wil graag jongeren betrekken bij de energie-transitie. Hoewel betrekken een vaag begrip is, is het in ieder geval duidelijk dat de gemeente de deur open wil zetten om de dialoog aan te gaan met jongeren. Daarom is de hoofdvraag voor het onderzoek als volgt:

Op welke wijzen kunnen de jongeren uit de gemeente Oost Gelre betrokken worden bij de energietransitie van de gemeente Oost Gelre?

Het antwoord op de hoofdvraag wordt gegeven in de vorm van een adviesrapport. Dit rapport biedt de gemeente houvast over de wijze waarop zij kan communiceren met de jongeren uit de omgeving. Het doel voor dit onderzoek is om inzicht te krijgen in de wijze waarop de jongere inwoners graag communiceren met de gemeente en hoe de gemeente dit kan inzetten om de jongeren te betrekken bij de energietransitie.

1.4 Probleem- en vraagstelling van de opdrachtgever

1.5 Doelstelling

Page 10: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

10

Het beroepsproduct dat opgeleverd wordt, is een adviesrapport. Dit rapport gaat in op het doel van de gemeente: jongeren uit de omgeving betrekken bij de energietransitie. Onderwerpen die onder andere aan bod komen zijn de middelen die de gemeente kan inzetten, de kernboodschap en de wijze waarop er inter-actie met de doelgroep gecreëerd kan worden.

Het adviesrapport wordt opgesteld ten behoeve van het programma Energietransitie binnen de gemeente. Het rapport wordt opgeleverd aan de projectleider energietransitie en de afdeling Communicatie. De projectleider is verantwoordelijk voor de interne en externe communicatie vanuit het programma. Ze wordt daarin onder-steund en geadviseerd door het team communicatie. Zij kennen de vorm en inhoud van de communicatie van de gemeente en de wijze waarop dit kan worden ingezet om zoveel mogelijk inwoners te bereiken.

De gemeente heeft bij de bijeenkomst voor het opstellen van het beleid en de communicatieaanpak geen specifieke doelgroepen uitgenodigd, zoals jongeren. Achteraf ziet zij dit als een gemiste kans om jongeren te betrekken bij het onderwerp. Daarom wil zij jongeren zo snel mogelijk alsnog betrekken. Zodra het advies-rapport gereed is, wil de gemeente een nieuwe medewerker aannemen die gelijk met het rapport aan de slag kan. Daarom is het van belang dat het rapport zo is geschreven, dat de nieuwe medewerker er gelijk mee uit de voeten kan.

Op de opmaak van het document na, heeft de gemeente geen vaste aanpak voor het opstellen van een advies-rapport. Het rapport start met een inleiding en als het een heel dik document is (over de 50 pagina’s) komt er een leeswijzer bij. Na de inleiding worden alle bevindingen beschreven en wordt het advies opgeschreven. Het adviesrapport zal deze opbouw volgen.

DeelproductNaast het adviesrapport zal er ook een deelproduct gemaakt worden voor de gemeente. Zo heeft zij een idee bij de informatie die gegeven wordt in het adviesrapport. Dit deelproduct zal gebaseerd worden op resultaten uit het onderzoek. Daarom is voorafgaand aan het onderzoek nog niet duidelijk wat het deelproduct wordt. In hoofdstuk 7 Verantwoording concept zal hier meer informatie over staan.

Randvoorwaarden voor het beroepsproductDe gemeente stelt twee randvoorwaarden. Er moet een kernboodschap geformuleerd worden en het advies-rapport moet worden opgemaakt in de huisstijl van de gemeente.

2.1 Het beroepsproduct

Hoofdstuk 2. Ontwerpplan voor beroepsproduct

Page 11: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

11

Ontwerpplan

De hoofdvraag van het onderzoek is: “Op welke wijzen kunnen de jongeren uit de gemeente Oost Gelre betrokken worden bij de energietransitie van de gemeente Oost Gelre?” Om deze vraag te beantwoorden zijn er deelvragen opgesteld om gerichter informatie te verzamelen en het onderzoek uit te voeren. Deze vragen worden hieronder beschreven.

1. Wat houdt de energietransitie van de gemeente Oost Gelre in?

Om jongeren succesvol bij de energietransitie te kunnen betrekken, is het van belang om te bepalen wat de energietransitie inhoudt.

2. Hoe denken de jongeren van de gemeente Oost Gelre over de energietransitie en het klimaatvraagstuk?

Wanneer de gemeente weet hoe jongeren denken over de energietransitie en het klimaatvraagstuk, kan daar-op worden ingespeeld tijdens het betrekken van jongeren bij de energietransitie.

3. Hoe groot is de betrokkenheid van jongeren in de gemeente bij het klimaatvraagstuk?

Deze vraag dient als nulmeting. Als jongeren al betrokken zijn bij het klimaatvraagstuk, kan vanuit daar worden verder gewerkt om jongeren te betrekken bij de energietransitie. Als de jongeren nog niet betrokken zijn, zal de gemeente eerst hun interesse voor het klimaatvraagstuk en de energietransitie moeten wekken.

4. Hoe zijn de jongeren te bereiken op een manier die hen aanspreekt?

Om jongeren te betrekken bij de energietransitie, zal er met hen gecommuniceerd moeten worden. Het is daarbij van belang om te weten hoe jongeren bereikt willen worden, zodat de communicatie die de gemeente toepast hen aanspreekt.

5. Welke voorbeelden van vergelijkbare initiatieven kunnen als inspiratie dienen om jongeren te betrekken bij de energietransitie?

De gemeente Oost Gelre is niet de eerste instelling met het initiatief om jongeren te betrekken bij de energie-transitie. Er kan gekeken worden naar andere initiatieven en de wijze waarop deze vergelijkbare projecten zijn aangepakt. Daar kan de gemeente van leren en een voorbeeld aan nemen.

2.2 Te onderzoeken

Page 12: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

12

Energietransitie wordt volgens Rotmans (2011) vaak geassocieerd met lastig, saai en vervelend. Wat dan kan werken om mensen erbij te betrekken, is de energietransitie “cool en hip” maken. Gedragsverandering ontstaat vaak vanuit positieve stimuli en kan worden bevorderd door de energietransitie als een inspirerende uitdaging te presenteren. Dit kan via slimme campagnes die jongeren aanspreken, via prijsvragen, wedstrijden en symbolen. Een project dat dit op deze manier aanpakte, was ‘Energiedialoog met jongeren’ in gemeente De Bilt.

Energiedialoog met jongeren in gemeente De BiltEen voorbeeld van initiatiefnemers die de mening van jongeren wilden weten over de energietransitie is de gemeente De Bilt, provincie Utrecht en Natuur en Milieufederatie Utrecht.Zij startten 18 mei 2018 een campagne genaamd Energiedialoog met jongeren, om jongeren te betrekken bij de strijd tegen klimaatverandering. 4.348 Jongeren in de leeftijdscategorie 16 tot en met 25 jaar uit Bilthoven, De Bilt, Groenekan, Hollandsche Rading, Maartensdijk en Westbroek werden tussen 18 mei en 6 juli uit-gedaagd hun mening te geven over de energietransitie. Het doel van de campagne was om inzicht te krijgen in de mening van jongeren over de energietransitie. Die mening gaven zij via de tool “Swipocratie”. De gebruiker van de online tool kan bij de stelling steeds uit twee antwoorden kiezen en kiest deze door te swipen: vegen over het scherm (Provincie Utrecht, 2018).

In afbeelding 1 en 2 zijn stellingen weergegeven die worden voorgelegd aan de jongeren. Door de antwoorden op deze vragen peilt de online tool de mening van de jongeren over de energietransitie en de klimaat-verandering. Doordat de vragen worden ondersteund door afbeeldingen, komt de vraag duidelijker over op de jongeren. Daarnaast is swipen een internetactiviteit van de hedendaagse jongeren waardoor het de jongeren meer aanspreekt. De manier van vragen is dus “hip” gemaakt, zoals Jan Rotmans (2011) suggereerde.

Nagenoeg alle jongeren uit de gemeente zijn bereikt, volgens provincie Utrecht. Er is 425 keer geklikt naar Swipocratie. De tool is 239 keer volledig ingevuld door de doelgroep, dat is hoger dan van tevoren verwacht werd door de projectondernemers. Voor het verspreiden van de campagne en Swipocratie zijn twee campag-nefilmpjes en een poster gemaakt. De poster is verspreid op scholen en sportverenigingen. De filmpjes zijn gedeeld op Facebook en Instagram (mobile first strategie). (Provincie Utrecht & Natuur en Milieufederatie Utrecht, 2019). Deze filmpjes zijn kort, direct en eenvoudig. Dat is volgens Den Ouden en Doorschot (2010) belangrijk bij communicatie met jongeren

Afbeelding 1: Stelling uit Swipocratie Afbeelding 2: Stelling uit Swipocratie

Hoofdstuk 3. Literatuur en theoretisch kader

Page 13: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

13

Literatuur

Communiceren met jongeren vanuit de gemeenteHet algemene advies van de onderzoekers van ‘Zeg Jong’, een onderzoek dat liep in België, luidt dat overheden kort en krachtig in ‘normale taal’ met jongeren moeten communiceren. Dit wordt het KISS-principe genoemd: Keep it short & Simple. Dit komt ook terug in de adviezen die de Rijksvoorlichtingsdienst gaf aan Den Ouden en Doorschot om jongeren te bereiken:- Houd het eenvoudig;- Sluit aan bij de beeldtaal van jongeren;- Gebruik volwassen spreektaal;- Pas een lange termijn aanpak toe;- Denk niet dat jongeren niet maatschappelijk geïnteresseerd zijn;- Pak allochtone jongeren niet apart aan; en- Vergeet de ouders niet.Er zijn twee adviezen specifiek gericht op het taalgebruik: houd het taalgebruik eenvoudig en gebruik volwassen spreektaal. Het advies over eenvoudig taalgebruik wordt als volgt toegelicht: ‘Het gemiddelde opleidingsniveau is VMBO. Volledigheid is daarbij belangrijk. Maak het niet te ingewikkeld. Jongeren doen weinig moeite en vinden het lastig zich lang te concentreren. Pas op voor betutteling, neem jongeren serieus.’ Het advies voor volwassen spreektaal wordt ook toegelicht: ‘Gebruik gewone, volwassen spreektaal. Laat zien dat een volwassen organisatie jongeren serieus neemt’ (Den Ouden & Doorschot, 2010).

Dat jongeren geen jongerentaal willen, blijkt uit het onderzoek van Den Ouden en Van Wijk in 2007. De conclusie van dat onderzoek is dat jongeren teksten met jongerenjargon beschouwen als een inbreuk op het terrein van jongeren. Wanneer je als niet-jongere gebruik maakt van jongerenjargon, word je als ongeloof-waardig en niet oprecht beschouwd (Den Ouden & Van Wijk, Om vet gaaf op te kicken, 2007).

Dat communicatie gericht tot jongeren niet te moeilijk en serieus moet zijn, blijkt ook uit een ander onderzoek van Den Ouden en Doorschot in 2010. Zij deden onderzoek naar een brief aan alle nieuwe stemgerechtigden voor de Tweede Kamerverkiezingen in Houten. Deze gemeente had een persoonlijke, relationele sfeer in de brief verwerkt. Hiermee werd de kleine afstand tussen de zender en de ontvanger aangeduid. Deze brief was de basis voor het opstellen van een meer zakelijke en afstandelijke brief. De persoonlijke brief startte met de zin: “Hé, een brief van de burgemeester?”, waar de zakelijke brief startte met: “Deze brief gaat over de komende verkiezingen.” De brieven zijn voorgelegd aan 258 jongeren. In het onderzoek keken Den Ouden en Doorschot naar de effecten van de stijl waarin de brief geschreven was op tekstwaardering, begrijpelijkheid, geloofwaardigheid en gepastheid. Uit de resultaten bleek dat de persoonlijke brief hoger scoorde op tekst-waardering en begrijpelijkheid dan de zakelijke brief. Dit bleek vooral onder jongeren die een lage interesse hadden in de politiek. De geloofwaardigheid en gepastheid bleek echter hoger te scoren bij de zakelijke brief. Dit betekent dat een officiële instantie wel gepast en serieus moet blijven in haar communicatie, maar deze communicatie tegelijkertijd makkelijk te begrijpen moet houden (Den Ouden & Doorschot, 2010).

Valkuilen in communiceren met jongerenDen Ouden en Doorschot geven aan wat vooral wel gebruikt moet worden bij communicatie richting jongeren. Boschma en Groen (2007) hebben daarentegen vier valkuilen geformuleerd die voorkomen in de communica-tie met jongeren. Zie daarvoor tabel 1.

Tabel 1. Valkuilen in communicatie met jongeren (Boschma & Groen, 2007)Valkuilen Wat het inhoudt 1. Eénrichtingsverkeer De zender vertelt2. Communicatie als lapmiddel Problemen worden opgelost door communicatie3. Arrogantie De verwachting dat de ontvanger je gelooft4. Belangenverstrengeling Het eigen belang van elke partij

Page 14: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

14

Valkuil 1 is éénrichtingsverkeer. Hierbij is de zender aan het vertellen, maar de ontvanger krijgt niet de mogelijkheid om te reageren en kan alleen luisteren of weglopen. Jongeren willen juist tweerichtingsverkeer. Internet staat voor contact met anderen. Voor jongeren is het volstrekt logisch dat ze reageren op wat bedrijven melden, dat ze bedrijven suggesties geven. Ze verwachten dan echter wel dat er vervolgens iets met hun reactie wordt gedaan, als tweerichtingsverkeer, interactie, hen geboden wordt.

Valkuil 2 is communicatie als lapmiddel inzetten. Jongeren merken het wanneer communicatie wordt gebruikt om bijvoorbeeld problemen van een product te maskeren. Jongeren willen juist bewijsvoering zien en trappen niet in dergelijke campagnes.

Valkuil 3 is arrogantie. Veel communicatiedeskundigen geloven nog steeds dat de meeste mensen hun tekst geloven. Jongeren kijken hier echter zeer kritisch naar. Zij moeten beschouwd worden als gesprekspartners met een gelijkwaardig kennisniveau en niet als ontvangers die alles geloven wat hen gezegd wordt.

Valkuil 4 is belangenverstrengeling. Belangenverstrengeling heeft gevolgen voor de invulling van communicatie-uitingen en -middelen. Wanneer een partij in haar uitingen en middelen haar eigen belang benadrukt, wordt dit door jongeren als onlogisch beschouwd. De tijd, plaats en functie van ingezette middelen moeten een samenhang hebben en niet zichtbaar tonen dat de partij haar eigen belang benadrukt (Boschma & Groen, 2007).

Interactie met jongerenBoschma en Groen (2007) stellen dat het belangrijk is te beseffen dat er geen doelgroep “jongeren” bestaat. Deze groep is opgesplitst in talrijke subgroepen. Ga in gesprek met ze en laat ze meedenken over het product of de advertentie die aan de “jongeren” gericht is. Vertel hen wat zij willen horen en niet wat het bedrijf aan ze wil vertellen. Daar stellen Vincent Mirck (2017) en Jessica Benedictus (2017) bij dat de ‘ouderen’ geen verstand hebben van jongeren, dus moeten ze niet voor jongeren denken (RTLNieuws, 2017). Wat daarente-gen wel werkt is naar de mening van jongeren vragen, en er ook wat mee doen, aldus Jeroen Koopman (2018).

Naar de mening van jongeren vragen kan via social media, volgens Wit (2011) Het is belangrijk goed te luiste-ren naar wat er online over en tegen het bedrijf wordt gezegd. Er moet voldoende mankracht beschikbaar zijn om dit te monitoren en hierop te reageren. Het betekent dat er ook op vervelend commentaar gereageerd moet worden, op een sympathieke manier. Voor het bereiken van jongeren online, heeft Adjiedi Bakas, volgens zijn website een van de bekendste trendwatchers van Nederland, nog meer tips.

Online communiceren met jongerenBakas heeft tips en trucs opgesteld voor bedrijven om jongeren te bereiken met hun online communicatie: - Een van zijn tips is dat het van belang is de juiste media te gebruiken. Jongeren van 15 tot 25 jaar zijn opgegroeid met de smartphone, internet en social media en gebruiken alle kanalen en middelen door elkaar heen. Daar moet men als bedrijf op in spelen.- Wat ook goed scoort bij jongeren in online uitingen is humor in combinatie met persoonlijke aandacht. Hierdoor komt het bedrijf meer menselijk over.- Ga waar de jongeren gaan. Zoek de plekken op waar zij veel tijd spenderen, dat zullen voornamelijk digitale plekken zijn. - Gebruik veel beeld. Jongeren zijn extreem visueel ingesteld. En het gezegde is: een beeld zegt meer dan 1000 woorden, mits dit beeld goed, krachtig en aansprekend is.- Jongeren hebben een korte spanningsboog. Kom daarom snel to the point met de boodschap.- En zoals al vaker gezegd, jongeren leven online. Daarom is het belangrijk dat de mobiele bereikbaarheid goed is. Gebruiksvriendelijkheid is hierbij key (Bakas, sd).

Page 15: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

15

Literatuur

GedragsveranderingNaast dat communicatie de boodschap moet overbrengen, is het ook belangrijk dat het gedragsverandering stimuleert. De energietransitie zal voor veranderingen zorgen in de gemeente. Bij maatschappelijke veran-deringen horen ook gedragsveranderingen van inwoners. Gedragsverandering wordt het beste bereikt als de mens zich eerst bewust wordt van wat er moet veranderen. Daarvoor kunnen de volgende tips van de Dienst Publiek en Communicatie van toepassing zijn.- Houd informatie simpel. Eenvoudige informatie wordt beter verwerkt.- Verpak de boodschap in iets dat mensen graag zien. Daardoor wordt de houding tegenover de boodschap positiever.- Concrete aanwijzingen. Mensen willen soms wel veranderen maar weten niet hoe. - Houd het lang vol en herhaal. Gedrag kan niet veranderen in één keer. Mensen moeten tien tot twintig keer worden blootgesteld aan een boodschap, wil die invloed hebben op het gedrag (Dienst Publiek en Communicatie, 2015).

De theorie van gepland gedrag, opgesteld door Icek Ajzen, stelt dat de intentie de belangrijkste factor is voor gepland gedrag (Ajzen, 2019). Het gedrag wordt beïnvloed door drie factoren: De (positieve of negatieve) me-ning en houding tegenover het gedrag (attitude), de sociale druk om het gedrag te vertonen (sociale norm) en de mate waarin men zelf verwacht het gedrag daadwerkelijk te kunnen (waargenomen gedragscontrole). Deze drie factoren bepalen de intentie om het gedrag te vertonen. In afbeelding 3 staat de theorie in een model weergegeven.

Over het algemeen geldt dat hoe positiever de drie factoren samen zijn, hoe groter de kans dat het gedrag vertoond wordt. De intentie wordt dus gezien als de voorspeller van het gedrag (Eck, 2019).

Afbeelding 3: Theorie van gepland gedrag

Page 16: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

16

Het onderzoek geeft antwoord op de vraag: “Op welke wijzen kunnen de jongeren uit de gemeente Oost Gelre betrokken worden bij de energietransitie van de gemeente Oost Gelre?” De hoofdvraag is zeer omvangrijk, daarom zijn er deelvragen opgesteld:

1. Wat houdt de energietransitie van de gemeente Oost Gelre in? 2. Hoe denken de jongeren van de gemeente Oost Gelre over de energietransitie en het klimaatvraagstuk?3. Hoe groot is de betrokkenheid van jongeren in de gemeente bij het klimaatvraagstuk?4. Hoe zijn de jongeren te bereiken op een manier die hen aanspreekt?5. Welke voorbeelden van vergelijkbare initiatieven kunnen als inspiratie dienen om jongeren te betrekken bij de energietransitie?

Voor het onderzoek worden drie onderzoeksmethoden toegepast. Dit zijn de methoden deskresearch, enquête en interviews. Er is gekozen voor een enquête en interviews, omdat deze methoden elkaar aanvullen. Met de enquête wordt uitgezocht hoe de jongeren uit de gemeente op dit moment denken over de energietransitie en de communicatie van de gemeente. In de enquête wordt ook gevraagd of de respondent wil meewerken aan een interview. De interviews gaan dieper in op de antwoorden uit de enquête en zijn geschikt om met jongeren te sparren over communicatiemethoden die de gemeente kan toepassen.

EnquêteDe enquête geeft antwoord op de vraag: “Hoe denken de jongeren uit de gemeente Oost Gelre over de plan-nen van de gemeente voor de energietransitie?” Daarnaast is er ook gefocust op het beantwoorden van de vraag: “Hoe willen de jongeren uit de gemeente bereikt worden voor informatie door de gemeente?”

De enquête wordt opgesteld met de online tool Qualtrics, daardoor is de enquête eenvoudig digitaal te ver-spreiden en ook eenvoudig in te vullen. In de enquête wordt veel gewerkt met afbeeldingen, zodat jongeren een beeld hebben bij het vraagstuk dat hen wordt voorgelegd. Daarnaast wordt er gefocust op gemakkelijk te begrijpen taal, zodat de jongere niet te veel moeite hoeft te doen en het risico op afgebroken enquêtes wordt beperkt. De enquête wordt uitgezet op social media en bij de enige middelbare school in de gemeente, het Marianum. De social media platforms zijn Facebook, Instagram en LinkedIn. Via deze platforms wordt gefocust op het bereiken van de studenten. In totaliteit zal de enquête drie weken openstaan. Er is gekozen voor een fasering van de verspreiding van de enquête over drie weken zodat de jongeren in de gemeente niet te veel berichten in een keer ontvangen over de enquête. Zie hiervoor tabel 2.

De populatie bestaat uit 3.664 jongeren. Bij een foutmarge van 5% en een betrouwbaarheidspercentage van 95% zijn 348 respondenten nodig volgens de steekproefcalculator (Alles over marktonderzoek, sd). 348 respondenten is erg ambitieus. Daarom wordt er een ondergrens van 200 volledig ingevulde enquêtes vastge-steld.

4.1 Onderzoeksmethoden

Tabel 2. Fasering enquêteverspreiding

Hoofdstuk 4. Opzet praktijkonderzoek

Page 17: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

17

InterviewsAlle interviews die worden gehouden, worden uitgewerkt in een transcript. Daarna worden de interviews geanalyseerd door middel van kleurcodering. De belangrijkste informatie en veel terugkomende informatie uit de interviews worden gearceerd. Het interview wordt semigestructureerd. Voor het interview wordt een vooraf opgestelde vragenlijst gebruikt, maar er is ook ruimte voor vragen die op dat moment opkomen en door te vragen op gegeven antwoorden. Voorbeeldvragen die gesteld worden zijn:

- Wat voor een toon wil je dat de gemeente gebruikt in haar communicatie? - Hoe vond je het dat er afbeeldingen stonden bij de vragen in de enquête?- Wat zou je ervan vinden als de gemeente jongeren probeert te bereiken via social media?- Onderneem je actie voor het klimaat?

Het doel is om acht tot tien jongeren te interviewen over hun mening en ideeën over de energietransitie en het klimaatvraagstuk. De doelgroep is erg breed met jongeren van 15 tot en met 24 jaar en qua levensstijl kan er een groot verschil zijn tussen jongeren die student zijn en jongeren die middelbare scholier zijn. Daarom is er voor de interviews gekozen om vier à vijf jongeren te interviewen die student zijn als jongeren die middel-bare scholier zijn. Alle geïnterviewden worden individueel gesproken. Er wordt dieper in gegaan op de vra-gen die bij de enquête worden gesteld en ook over mogelijke communicatiemethoden die de gemeente kan toepassen voor de energietransitie. Er is gekozen voor 4 à 5 interviews om er zeker van te zijn dat er genoeg bruikbare antwoorden zijn.

Op dit moment is duidelijk dat er in Nederland twee vergelijkbare initiatieven zijn: een project van de provincie Utrecht en een project van de provincie Zeeland. Deze organisaties worden benaderd om vragen te beantwoorden. In verband met een efficiënt gebruik van de beschikbare tijd is ervoor gekozen dit via e-mails te doen.

Deelvraag 1: wat houdt de energietransitie van de gemeente Oost Gelre in?De onderzoeksmethode voor deze vraag is deskresearch. Bij de start van het onderzoek zijn zes documenten door de gemeente aangeboden die allen informatie bevatten over de energietransitie van de gemeente Oost Gelre. Deze documenten bevatten de antwoorden voor deze deelvraag.

Deelvraag 2: Hoe denken de jongeren van de gemeente Oost Gelre over de energietransitie en het klimaatvraagstuk?De onderzoeksmethoden voor deze vraag zijn interviews en een enquête. De enquête wordt ingezet om de mening van de jongeren uit de gemeente te peilen over de energietransitie en het klimaatvraagstuk. De inter-views worden gehouden om de antwoorden te bespreken.

Daarnaast wordt er een gesprek voor gemeentelijk wethouder Bart Porskamp met zes leerlingen van Scholen-gemeenschap Marianum over onderwerpen als het klimaat en de energietransitie georganiseerd en bij-gewoond. Dit naar aanleiding van de klimaatmars die middelbare scholieren voerden op 7 februari en 14 maart in Den Haag en Amsterdam. De wethouder heeft laten weten graag jongeren te willen spreken en daar-op heeft de gemeente gezegd dat dit gesprek mag plaatsvinden, mede voor dit onderzoek. Na de bijeenkomst wordt een samenvatting gemaakt van de aantekeningen tijdens het gesprek. Echter zijn dit ook jongeren die al actief bezig zijn met het klimaat en voor het onderzoek is het noodzakelijk om ook jongeren te spreken die daar nog niet (heel) actief mee bezig zijn en daarom worden de drie methodes ingezet.

Opzet praktijkonderzoek

4.2 Onderzoeksmethoden per deelvraag

Page 18: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

18

Deelvraag 3: Hoe groot is de betrokkenheid van jongeren in de gemeente bij het klimaatvraagstuk?De onderzoeksmethoden voor deze vraag zijn interviews en een enquête. Het doel van deze vraag is er-achter te komen of er al jongeren in de gemeente zijn die zich bezighouden met of zich actief inzetten voor het klimaatvraagstuk. In de interviews met jongeren wordt gevraagd of de jongeren zelf actie ondernemen of nadenken over het klimaatvraagstuk. Ook wordt er gevraagd of zij door volwassenen worden gestimuleerd er-over na te denken. Deze vragen worden ook gesteld in de enquête, maar de interviews geven de mogelijkheid om op de antwoorden door te vragen. Daarnaast is het plan om een interview af te nemen met de school-hoofden van de twee middelbare scholen in de gemeente. Deze zijn beiden onderdeel van Scholengemeen-schap Marianum. Aan hen wordt gevraagd of zij de leerlingen betrekken bij het klimaatvraagstuk.

Deelvraag 4: Hoe zijn de jongeren te bereiken op een manier die hen aanspreekt?De onderzoeksmethoden voor deze vraag zijn deskresearch, interviews en een enquête. Door middel van deskresearch wordt onderzocht welke manier van communiceren met jongeren veel wordt toegepast. Met de enquête wordt gevraagd welke communicatiemiddelen de jongeren graag zelf gebruiken en wat ze graag zien dat de gemeente voor hen zou gebruiken. Met de interviews worden meerdere manieren van communiceren besproken met de jongeren om zo te achterhalen wat zij denken dat de beste manier van communiceren voor de gemeente is over de energietransitie.

Deelvraag 5: Welke voorbeelden van vergelijkbare initiatieven kunnen als inspiratie dienen om jongeren te betrekken bij de energietransitie?De onderzoeksmethoden voor deze vraag zijn deskresearch en mogelijk interviews. Door middel van desk-research wordt gezocht naar vergelijkbare initiatieven. Als er een of meerdere initiatieven gevonden worden, is het plan om deze initiatieven goed samen te vatten. Daarnaast worden deze mensen gecontacteerd met de vraag of zij meer informatie willen geven. Dit zal dan in de vorm van een interview zijn. Zo’n interview zal via de mail gaan. Willen de personen achter deze initiatieven dit niet, dan blijft het antwoord op de deelvraag bij deskresearch.

Opzet praktijkonderzoek

Page 19: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

19

Resultaten praktijkonderzoek

5.1.1 EnergieneutraalDe regio Achterhoek wil in 2030 energieneutraal zijn. Energieneutraal betekent dat er evenveel duurzame energie wordt opgewekt, als dat er energie wordt verbruikt (Gemeente Oost Gelre, 2019). Gemeente Aalten, Bronckhorst, Winterswijk, Berkelland, Montferland, Doetinchem, Oost Gelre en Oude IJsselstreek vormen deze regio. Zij hebben op 30 september 2009 en halverwege 2013 opnieuw het Akkoord van Groenlo opgesteld. In dit akkoord hebben de acht gemeenten toegezegd te werken aan een duurzame energieopwekking in de Achterhoek (regio Achterhoek, 2015). De meeste energie wordt nog steeds opgewekt met fossiele brand-stoffen. Deze brandstoffen raken echter op. Daarom wil de gemeente Oost Gelre overstappen op duurzame energie. Die overstap heet de energietransitie. Daarbij is het van belang dat hoe minder energie er wordt ver-bruikt, hoe minder duurzame energie er hoeft te worden opgewekt (Gemeente Oost Gelre, 2019). In bijlage 2 staat een analyse van stakeholders en bedrijven die betrokken zijn bij de energietransitie.

5.1.2 Gevolgen voor de inwonerDe gemeente heeft een plan om deze doelstelling te halen, maar om dit te bereiken moeten er diverse veran-deringen plaatsvinden binnen de gemeentelijke samenleving. De gemeente is daarom in gesprek gegaan met inwoners over de stappen die zij wil maken. Daarbij heeft ze met de inwoners onderzocht welke voorwaarden zij willen vinden aan de nieuwe groene vorm van energieopwekking. Deze nieuwe vorm wordt namelijk zicht-baar in het landschap en dit landschap is belangrijk voor de gemeente doordat het een agrarische bestemming heeft.

De plannen voor de energietransitie zijn gebaseerd op de energiemix die de gemeente heeft gemaakt. De onderdelen uit deze mix moeten er samen voor zorgen dat de gemeente in 2030 energieneutraal is. Dit zijn de onderdelen energiebesparing, zonne-energie, windenergie en biomassa. Dit heeft twee gevolgen voor de inwoner. Zo zal de inwoner allereerst energie moeten besparen. Als er minder energie verbruikt wordt, hoeft er ook minder worden opgewekt. De gemeente wil inwoners ook stimuleren om zonnepanelen en warmte-pompen te installeren. De gemeente wil jongeren stimuleren zodat zij wanneer zij in de komende elf jaar een huis kopen, deze verduurzamen. Daarnaast zal de inwoner de energieopwekking gaan zien in de omgeving. Hoewel de gemeente op dit moment een zeer groen landschap heeft, zullen daar in de komende jaren installa-ties als windmolens, zonneparken en mestvergisters gerealiseerd worden. Draagvlak onder de inwoners is voor deze transitie van belang om de ambitie te realiseren.

In de enquête (bijlage 3) die 320 keer is ingevuld, werd de jongeren gevraagd naar hun mening over de plan-nen van de gemeente voor de energietransitie.

5.2.1 zonne-energieAan de jongeren werd gevraagd of zij zonnepanelen op weides in de gemeente, ook wel zonnevelden genoemd, een goed idee vinden. Het antwoord daarop staat weergegeven in afbeelding 3 op de volgende bladzijde.

5.1 Deelvraag 1: Wat houdt de energietransitie van de gemeente Oost Gelre in?

5.2 Deelvraag 2: Hoe denken de jongeren van de gemeente Oost Gelre over de energie-transitie en het klimaatvraagstuk?

Hoofdstuk 5. Resultaten praktijkonderzoek

Page 20: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

20

171 jongeren zijn het ermee eens, 96 jongeren zijn neutraal en 39 jongeren zijn het er niet mee eens.Zonnepanelen op boerenerven en –daken vinden 282 jongeren dan weer wel een goed idee, slechts 2 jongeren vinden het geen goed idee en 22 jongeren zijn er neutraal over.

Er zijn 9 interviews gehouden (bijlage 4). Van de 9 gehouden interviews, werd er in 7 interviews de voorkeur gegeven aan alle daken vol zonnepanelen voor het opwekken van energie met de verwachting dat dit genoeg energie opwekt. Wanneer er 5 geïnterviewden wordt gevraagd naast de daken vol zonnepanelen nog een optie te kiezen, kiezen twee geïnterviewden voor een zonneveld en drie geïnterviewden voor een windmolen.

Als jongeren moeten kiezen tussen 9 windmolens van 150 meter of alle daken in de gemeente vol zonne-panelen, kiezen de meesten (187) toch voor zonnepanelen. 104 jongeren kiezen de windmolens. De jongeren is ook gevraagd of ze liever zonnepanelen of windmolens in de natuur hebben. Het antwoord daarop staat in afbeelding 5.

141 jongeren kiezen voor de panelen. De windmolens worden door 93 jongeren in de natuur geprefereerd. 58 jongeren maakt het niet uit welke van de twee in de natuur geplaatst wordt.

Wanneer in interviews gevraagd wordt waarom er gekozen wordt voor zonnepanelen boven windmolens, komt vaak het antwoord terug dat de jongere al gewend is aan zonnepanelen omdat die al veel in de gemeen-te te vinden zijn.

Afbeelding 4: resultaat enquêtevraag 8: “Ik vind zonnevelden een goede manier om energie op te wekken.”

Afbeelding 5: resultaat enquêtevraag 16: “Liever zonnepanelen of windmolens in de natuur?”

Page 21: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

21

Resultaten praktijkonderzoek

5.2.2 Windenergie

De jongeren is ook de stelling voorgelegd of het een goed idee is om in de gemeente één of enkele wind-molens te plaatsen. De meningen van de jongeren daarover zijn weergegeven in afbeelding 6.

194 jongeren zijn het ermee eens, 73 jongeren zijn neutraal en 39 jongeren zijn het er niet mee eens.

Bij de interviews zijn de meningen verdeeld over windmolens. Twee jongeren hebben deze liever niet, omdat ze die nogal lelijk vinden. Twee anderen vinden het oké, zolang de windmolen afgelegen staat en daardoor geen inwoners tot overlast kan zijn.

5.2.3 BiomassavergistingOok werd de jongeren gevraagd of biomassavergisting een goed alternatief is om energie op te wekken. Het antwoord daarop staat weergegeven in afbeelding 7.

232 jongeren vinden het wel een goed alternatief, 75 jongeren niet.

In de interviews waren de meningen verdeeld. Zo was een jongere juist voor mestvergisting, terwijl de ander juist vijf argumenten tegen mestvergisters had.

5.2.4 KernenergieDe laatste vraag van de enquête was of de jongeren nog iets kwijt wilden over het onderwerp. Dit wilden 30 jongeren. Hiervan gingen 7 reacties over kernenergie. De respondenten vonden dit een goed alternatief voor energieopwekking. Net als een jongen tijdens het interview, hij prefereerde kernenergie boven zon- en windenergie. De vijf leerlingen van het Marianum-gesprek met de wethouder vinden dit ook een goede optie. Volgens de jongeren kunnen zonnepanelen en windmolens niet alle energieverbruik opvangen, en kernenergie kan dat wel. Daarom kiezen zij daarvoor.

Afbeelding 6: resultaat enquêtevraag 10: “Ik vind het een goed idee om in de gemeente een of enkele windmolens te plaatsen.”

Afbeelding 7: resultaat enquêtevraag 12: “Vind je biomassa een goed alternatief voor energie?”

Page 22: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

22

Uit de interviews (bijlage 4) bleek dat de jongeren niet direct actie ondernemen voor het klimaat. Dit komt ook terug in de enquête (bijlage 3) waarin 224 jongeren aangeven niet bekend te zijn met de energietransitie. Er zijn van het Marianum, de middelbare school in de gemeente, wel 11 leerlingen naar Den Haag afgereisd in februari om daar deel te nemen aan de klimaatmars van Youth For Climate NL maar daarna is er geen echte actie meer ondernomen. Toch zijn de negen geïnterviewde jongeren zich wel bewust van hun gedrag ten opzichte van de klimaatproblematiek. “Voor alle schade die nu wordt aangebracht, moet in de toekomst weer een oplossing gevonden worden, dus ik denk dat het goed is om de schade zo veel mogelijk te beperken.”

5.3.1 Energie besparenVoor de energietransitie is het ook van belang energie te besparen. Daarom is in de enquête gekeken hoe de jongeren tegenwoordig energie verbruiken. Zo stoken 108 jongeren nog de kachel of verwarming op wanneer zij het koud hebben, in plaats van een deken of trui te pakken. 212 jongeren doen dit laatste al.

Ook werd de jongeren de keuze voorgelegd tussen korter douchen of minder vlees eten om energie te be-sparen. Zie voor het resultaat afbeelding 8.

160 jongeren douchen liever korter dan dat zij minder vlees eten. Andersom willen 111 jongeren liever minder vlees eten dan korter douchen. 50 jongeren wil allebei doen om energie te besparen. In de interviews komt ook naar voren dat veel jongeren bereid zijn minder vlees te eten. De jongeren weten dus dat ze korter kunnen douchen en minder vlees kunnen eten, of vaker met de fiets of het Openbaar vervoer kunnen reizen in plaats van met de auto. Echter wordt er ook aangegeven dat het niet altijd mogelijk is (of dat de bereidheid er niet is) om het gedrag voor het klimaat aan te passen. Zo vinden de jongeren dat het openbaar vervoer in de Achterhoek te wensen overlaat. En het gedrag van de ouders van de jongeren blijkt bepalend voor hoe de jongere leeft. Zo hebben sommige jongeren een gezin waarbij geen enkele maaltijd zonder vlees bereid zal worden, terwijl in een ander huishouden juist het hele gezien de vleesconsumptie probeert te verminderen.

5.3.2 Op schoolHet Marianum heeft volgens de leerlingen nog niet veel aandacht voor het klimaatvraagstuk en de energie-transitie in de lessen, waardoor de leerlingen er minder bij betrokken zijn. Een teambegeleider van het Marianum vertelt daarover dat het docentafhankelijk is. De lessen waar het klimaatvraagstuk wel aan bod komt zijn aardrijkskunde, biologie en af en toe Maatschappijleer. Een collega van de teambegeleider vertelt dat het Marianum leerlingen wel probeert te stimuleren hun gedrag aan te passen aan het klimaat. Mede-werkers en leerlingen van het Marianum zien een mogelijkheid om de energietransitie als onderwerp te nemen bij een projectweek, om er zo meer aandacht voor te creëren.

5.3 Deelvraag 3: Hoe groot is de betrokkenheid van jongeren in de gemeente bij het klimaatvraagstuk?

Afbeelding 8: resultaat enquêtevraag 5: “Zou je korter douchen of minder vlees eten?’’

Page 23: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

23

In de enquête (bijlage 3) werd de jongeren gevraagd of zij informatie van de gemeente online of offline wilden ontvangen. 190 jongeren gaven online de voorkeur. 95 jongeren offline. Toch hebben de jongeren ook vragen beantwoord over de andere methoden.

5.4.1 Offline communicatiemethodenAan de jongeren werd gevraagd op welke manier zij offline informatie het liefst ontvangen. 176 jongeren van de 287 kozen voor de brief via de post. 53 jongeren gaven aan de informatie te willen lezen in de krant: de Elna of de Groenlose Gids. 45 jongeren gaven aan helemaal niet offline gecontacteerd te willen worden door de gemeente.

5.4.2 Online communicatiemethoden277 jongeren zijn actief op Social Media. 13 jongeren niet. Bij de vraag ‘welke kanalen gebruik je het liefst?’ konden de jongeren maximaal 3 favorieten kiezen. WhatsApp kreeg met 250 stemmen, de meeste stemmen. Daarop volgde Instagram met 220. Als derde eindigde Snapchat met 170. Facebook volgde met 87 stemmen en YouTube met 66 stemmen.

Voor Facebook geven de jongeren in de leeftijdscategorie 19 tot en met 24 jaar 71 stemmen, waar jongeren van 15 tot en met 18 jaar 16 stemmen geven. Instagram krijgt van jongeren van 19 tot en met 24 jaar 75 stem-men, waar jongeren van 15 tot en met 18 jaar 145 stemmen geven.

Ook voor de online communicatiemethoden werd de jongeren gevraagd op welke manier zij het liefst informa-tie ontvangen. Hierbij konden zij maximaal 3 keer stemmen. 200 jongeren ontvangen het liefst informatie via e-mail. Daarop volde Facebook met 81 stemmen. WhatsApp werd derde met 67 stemmen en Instagram vierde met 54 stemmen. YouTube kwam op de vijfde plek met 24 stemmen. 55 jongeren gaven aan niet online door de gemeente gecontacteerd te willen worden. Uit de interviews blijkt dat veel jongeren WhatsApp toch te persoonlijk vinden om mee bereikt te worden door een instantie als de gemeente.

Ook werd in de enquête gevraagd of de jongeren de gemeente op social media zouden volgen. 169 jongeren zouden dit wel doen. 117 jongeren niet. Van deze 117 vallen er 96 jongeren in de leeftijdscategorie 15 tot en met 18 jaar. Hun redenen om dit niet te doen zijn vrijwel gelijk: hun interesse ligt niet bij de gemeente en daarom willen ze de gemeente niet volgen op social media, waar ze enkel kanalen volgen die wel hun interes-se wekken.

5.4.3 Niet-volgers bereikenOm jongeren die de gemeente online niet volgen toch te bereiken, gaven jongeren in de interviews aan dat adverteren dan een mogelijkheid is. Op deze wijze worden de berichten van de gemeente toch zichtbaar in de tijdlijn van een online medium als Facebook of Instagram. Adverteren kan ook offline met posters op locaties waar veel jongeren komen. Denk daarbij aan school, de bus of de trein. Een jongere zegt daarover (bijlage 4): “Daar kijk je ook vaak naar, misschien onbewust.”

Voor het onderzoek is met 9 middelbare scholieren gesproken. Vijf scholieren tijdens het gesprek met wet-houder Bart Porskamp (bijlage 5) en vier scholieren door middel van interviews (bijlage 4). De vijf leerlingen die in gesprek waren met de wethouder dachten dat de gemeente leerlingen kan bereiken door de wethouder een presentatie te laten geven op school. Tijdens zo’n presentatie is er interactie tussen de wethouder en alle leerlingen. Daarnaast hoeven de leerlingen dan geen moeite te doen, omdat het onderwerp naar hen toe-komt. Daar brachten twee geïnterviewden tegenin dat er vaak bij presentaties niet door iedereen wordt op-gelet. De vijf leerlingen van het gesprek met de wethouder gaven daarvoor als optie dat de leerlingen konden kiezen tussen de presentatie en een andere gelijkwaardige optie.

Voor de presentatie van de wethouder zijn meerdere voor- en tegenargumenten gegeven maar toch geven de gesproken jongeren aan zo’n bezoek van de wethouder interessant te vinden.

Resultaten praktijkonderzoek

5.4 Deelvraag 4: Hoe zijn de jongeren te bereiken op een manier die hen aanspreekt?

Page 24: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

24

5.4.4 Luisteren naar de jongerenNadat in het theoretisch kader bleek dat jongeren graag interactie hebben, werd in de enquête gevraagd of de jongeren vaker hun mening wilden geven over gemeentelijke plannen inzake de energietransitie. 180 jongeren zijn daartoe bereid. In afbeelding 9 staat een weergave van de daarbij mogelijke methoden en de daarvoor opgegeven voorkeuren.

Deelnemen aan online enquêtes is favoriet, daarna reageren onder social media posts en deelnemen aan maandelijkse bijeenkomsten. Wel geven de jongeren in de interviews (bijlage 4) aan dat zij na het geven van hun mening, graag willen zien dat hier wat mee wordt gedaan. Daarnaast geven ze ook aan meer informatie te willen ontvangen, voordat zij hun mening vormen en geven.

5.4.5 Tone of voiceTijdens de interviews (bijlage 4) werd gevraagd welke tone of voice de gemeente moet gebruiken in haar com-municatie richting jongeren. Van de grotere doelgroep (15 tot en met 24 jaar) was iedereen het erover eens dat er geen onnodig moeilijke woorden moeten worden gebruikt, maar dat de gemeente ook geen jongeren-taal moet gaan gebruiken. Het bericht moet laagdrempelig zijn, maar wel netjes. De gemeente is immers een serieuze instelling.

5.4.6 BeeldUit het theoretisch kader blijkt dat beeld belangrijk is bij communicatie richting jongeren. Daarom zijn in de enquête ook afbeeldingen geplaatst bij de mogelijke vormen van energieopwekking. In de interviews is ge-vraagd wat de jongeren daarvan vonden. Alle geïnterviewden gaven aan dit als prettig te hebben ervaren. Een jongere zegt (bijlage 4): “Verhelderend. Ik vond het zelf ook wel heel fijn. Ik bedoel ik weet wel wat ze bedoe-len met bepaalde dingen maar het is toch wel fijner om het dan ook te zien.” Daarop werd gevraagd of de gemeente vaker met beelden als video’s zou moeten communiceren voor de energietransitie. De 9 geïnterviewden verwachtten dat dit een positief effect kan hebben. Zo zei een jongere: “Beeld heeft gewoon een sterke associatie.” Volgens een ander is het ook mogelijk om een afbeelding met een tekst te gebruiken die gemakkelijk blijft hangen in je geheugen: “een beetje à la Loesje of een omdenken-achtige tekst.”

Afbeelding 9: Resultaat enquêtevraag 29: “Hoe zou jij je mening dan willen geven?”

Page 25: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

25

Resultaten praktijkonderzoek

Alle 9 geïnterviewden (bijlage 4) zouden graag meer op de hoogte gehouden worden van waar de gemeente mee bezig is op het gebied van de energietransitie. Ze zijn bereid de social media van de gemeente te volgen voor updates, mits er niet te veel berichten worden geplaatst. Alle 9 geven aan social mediakanalen te ont-volgen, zodra er te veel berichten door de gemeente worden gepost. Daarbij is 2 à 3 berichten per dag het maximale aantal dat getolereerd wordt.

Van de 9 geïnterviewden geven er 7 aan liever niet openlijk te reageren op social media, het reageren via anonieme berichten heeft hun voorkeur. Daarbij valt te denken aan polls. Een jongere noemt de Instagram-poll als voorbeeld: “als het in een story staat met een poll dan vul ik die wel in, want dat ziet alleen de persoon die de poll plaatst mijn antwoord.” Een anonieme enquête zoals gebruikt voor dit onderzoek wordt ook als prettig ervaren.

6 geïnterviewden gaven aan informatie te willen ontvangen van de gemeente via e-mail, net als 200 jongeren via de enquête. Op de vraag hoe zij dit voor zich zagen, werd geantwoord: in de vorm van een nieuwsbrief. Deze moet ‘to the point’ geschreven zijn, en er moet geen ander nieuws toegevoegd worden. Daarbij werd ook gevraagd met welke frequentie de nieuwsbrief verstuurd mocht worden. De volgende antwoorden wer-den het vaakst benoemd: per week, per maand of “wanneer er iets nieuws gebeurt, als er nieuws is”.

Er zijn drie initiatieven gevonden die als inspiratie kunnen dienen voor de gemeente Oost Gelre.

5.5.1 Provincie Utrecht, gemeente De Bilt, Natuur en Milieufederatie Utrecht en Frisse Blikken: Energiedialoog met jongerenHet doel van het project Energiedialoog met jongeren is het achterhalen hoe jongeren denken over de energietransitie in de gemeente De Bilt, dit willen zij in kaart brengen. Jongeren van 16 tot en met 25 jaar konden van 18 mei tot en met 8 juni 2018 hun mening geven over de energietransitie en het klimaatvraagstuk via de online tool Swipocratie. Met Swipocratie konden jongeren al ‘swipend’ hun keuze maken tussen twee opties op het gebied van energietransitie. Alle keuzes werden bijgehouden door diezelfde tool.

Om de jongeren te bereiken, is de campagne uitgezet via de mobile first strategie. Er zijn twee campagne-filmpjes gemaakt en deze zijn verspreid op Facebook en Instagram. Daarnaast zijn er posters opgehangen op plaatsen waar de jongeren veel komen, zoals scholen en sportclubs (Hindriks, 2019). In Swipocratie werd gevraagd of de jongeren verder willen nadenken over het onderwerp. Degenen die geïnteresseerd waren, zijn uitgenodigd voor een bijeenkomst. Daar werd een ontwerpsessie gehouden, met behulp van serious gaming. De jongeren konden zelf hun energieneutrale gemeente ontwerpen.

Uit Swipocratie blijkt dat van de 239 jongeren in gemeente De Bilt die de tool hebben gebruikt en dat 84% van hen meer wil doen tegen klimaatverandering. Meer resultaten van dit project staan in bijlage 6.

5.5.2 Provincie Zeeland, Finding Roots en Bright Future Lab: Jongeren energiedialoogHet doel van het Jongeren energiedialoog van Provincie Zeeland was jongeren te laten nadenken over energie en de energietransitie (Annemiek, Sanne, & Rina, 2017). Een groep van 25 jongeren is in drie sessies in novem-ber 2017 aan de slag gegaan met de vraag hoe zij de duurzame toekomst zien. Om de jongeren te bereiken en uit te nodigen, zijn docenten van middelbare scholen ingezet om jongeren te benaderen, daarnaast is social media gebruikt. Op de dag van het Energiedialoog, 6 december 2017, hebben de jongeren die deelnamen aan het project hun visie in de vorm van een manifest overhandigd aan Zeeuwse bestuurders. (Zeeuwse Milieu-federatie, 2017). Uit dit manifest blijkt dat de jongeren vooral belang hechten aan bewustwording op jonge leeftijd, toekomstgericht onderwijs, groene technologie en nieuwe bedrijfsmodellen, leren van succesvolle initiatieven, diversiteit stimuleren en vooral: vandaag beginnen (Jouw Zeeland, 2017).

5.5 Deelvraag 5: Welke voorbeelden van vergelijkbare initiatieven kunnen als inspiratie dienen om jongeren te betrekken bij de energietransitie?

Page 26: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

26

5.5.3 Youth for Climate NLYouth For Climate NL heeft een andere insteek dan de bovengenoemde projecten, aangezien dit niet een project is dat is opgezet door de overheid. Youth for Climate NL is opgericht door een groep middelbare scholieren uit Den Haag. Het initiatief ligt dus bij de jongeren zelf. Youth for Climate is ontstaan in Zweden, door klimaatactiviste Greta Thunberg. Zij besloot elke schooldag te staken tot er meer aandacht zou zijn bij het Zweedse parlement voor het klimaat (Dongen van, 2019). Geïnspireerd door Greta ontstonden er in december 2018 wereldwijd acties door jongeren die meer aandacht willen voor het klimaat. In Nederland ontstond daar-door de organisatie Youth For Climate NL. Zij hebben als doel de regering wakker te schudden en ze roepen de regering op om maatregelen te nemen tegen de opwarming van de aarde. Op 7 februari 2019 hebben zij een schoolstaking en klimaatmars georganiseerd in Den Haag, voor middelbare scholieren uit heel Nederland. De klimaatspijbelaars ontvingen de steun van honderden Nederlandse hoogleraren en wetenschappers via een open brief (Nagtegaal & Peek, 2019).

De communicatie van Youth for Climate NL gaat via social media en een eigen website. De platforms die ge-bruikt worden zijn Instagram (18.100 volgers), Facebook (811 volgers) en Twitter (3.771 volgers). De website heet: youthforclimate.nl.

De organisatie achter Youth for Climate NL heeft al een ontmoeting met minister-president Rutte gehad, maar is over de uitkomst van dit gesprek nog niet tevreden. Daarom wil de organisatie doorgaan met demonstreren, net zolang totdat de regering aanvullende stappen onderneemt op het gebied van klimaat. Daarbij zullen zij mede-middelbare scholieren uit heel Nederland oproepen met hen mee te doen.

Resultaten praktijkonderzoek

Page 27: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

27

Conclusie

6.1.1 Deelvraag 1: Wat houdt de energietransitie van de gemeente Oost Gelre in?De gemeente Oost Gelre wil in 2030 energieneutraal zijn. Dat betekent dat er evenveel hernieuwbare energie wordt opgewekt als dat er wordt verbruikt. De overstap van fossiele brandstoffen op duurzame energiebron-nen wordt de energietransitie genoemd. Dit heeft gevolgen voor de inwoner. Zo zal zij meer energie moeten besparen, zodat er minder energie hoeft te worden opgewekt. Daarnaast zal de inwoner de energieopwek-king gaan zien in de omgeving. De installaties voor de energiebronnen komen in het groene landschap van de gemeente, en daar zal de inwoner aan moeten wennen. Maar diezelfde inwoner kan er ook invloed op uit-oefenen, want meer besparen betekent minder energie opwekken. Dat kan weer leiden tot minder zichtbare energieopwekking in het landschap. De inwoner kan bijdragen aan de energietransitie door mee te denken over de plannen en vervolgstappen voor de energietransitie.

6.1.2 Deelvraag 2: Hoe denken de jongeren van de gemeente Oost Gelre over de energietransitie en het klimaatvraagstuk?Bij alle stellingen over zonne-energie, windenergie en biomassa is de meerderheid van de jongeren positief over deze duurzame energiebronnen. De voorkeur van de jongeren gaat uit naar zonne-energie. Daarop reage-ren zij het meest positief in de enquête. De jongeren kiezen voor zonne-energie, omdat zij al gewend zijn aan zonnepanelen op daken. Als er meer zonnepanelen op daken komen, verandert er in hun beleving minder aan de omgeving dan wanneer er een windmolen zou worden geïnstalleerd.

6.1.3 Deelvraag 3: Hoe groot is de betrokkenheid van jongeren in de gemeente bij het klimaatvraagstuk?Jongeren zijn niet betrokken bij de energietransitie. Slechts 62 jongeren van de 286 waren op de hoogte van de plannen van de gemeente. Er wordt in de gemeente door jongeren dan ook niet veel actie ondernomen voor het klimaat. Echter zijn jongeren zich wel bewust van hun gedrag ten opzichte van het klimaat en de invloed die zij daarop hebben. Zo geven veel geïnterviewde jongeren aan minder tot geen vlees te eten omdat dit beter is voor het milieu. De jongeren in de gemeente zijn dus wel betrokken bij het klimaatvraagstuk, maar nog niet bij de energietransitie.

Op de middelbare school in de gemeente zijn er kansen om jongeren meer te betrekken bij de energie-transitie. Zo kan het klimaatvraagstuk vaker benoemd worden in de lessen en kan het klimaatvraagstuk een onderwerp worden in een projectweek.

6.1.4 Deelvraag 4: Hoe zijn de jongeren te bereiken op een manier die hen aanspreekt?Om jongeren te bereiken op een manier die hen aanspreekt, kan het beste online gecommuniceerd worden. Wanneer de jongeren gevraagd wordt via welke kanalen, kiezen zij voor e-mail, Facebook, WhatsApp en als vierde Instagram. Daarbij geven de jongeren ook aan WhatsApp te persoonlijk te vinden waardoor e-mail, Facebook en Instagram de kanalen zijn om jongeren mee te bereiken.Het is daarbij belangrijk niet te veel berichten te delen en dat de juiste toon wordt gebruikt. Dat betekent dat er geen moeilijke woorden worden gebruikt maar de communicatie wel serieus moet zijn. Daarbij moet er ook gebruik worden gemaakt van beeld. Daarmee wordt de aandacht van jongeren eerder getrokken dan met tekst.

Toch geven veel jongeren aan online de gemeente niet te willen volgen. Daarom moet de gemeente hun infor-matie naar de jongeren toe brengen. Dat kan met advertising. Online met gesponsorde berichten op Facebook en Instagram, offline met poster bij bijvoorbeeld scholen, sportverenigingen en het openbaar vervoer.

6.1 Conclusies

Hoofdstuk 6. Conclusie

Page 28: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

28

Jongeren willen daarnaast een mogelijkheid tot interactie, kunnen reageren, als er naar hen gecommuniceerd wordt. Zij hebben aangegeven hun mening vaker te willen laten weten aan de gemeente. Dit kan de gemeente faciliteren met online enquêtes of stellingen op social media. Zo kunnen de jongeren ook anoniem reageren, als zij dat willen. Daarbij willen ze dat er naar hun mening geluisterd wordt en indien mogelijk er ook iets mee wordt gedaan. Het is belangrijk dat jongeren eerst meer informatie krijgen over de energietransitie, voordat zij hun mening vormen en die geven.

6.1.5 Deelvraag 5: Welke voorbeelden van vergelijkbare initiatieven kunnen als inspiratie dienen om jonge-ren te betrekken bij de energietransitie?Er zijn drie initiatieven in Nederland die als inspiratie kunnen dienen. Het eerste initiatief is het ‘Energiedia-loog met jongeren’ van Provincie Utrecht, gemeente De Bilt en Natuur en milieufederatie Utrecht. Het tweede initiatief is ‘Jongeren energiedialoog’ van Provincie Zeeland, Finding Roots en Bright Future Lab. Het derde initiatief is Youth for Climate NL.

Het belangrijkste leerpunt van het initiatief van provincie Utrecht is dat zij de communicatie en informatie naar de jongeren toebracht. De jongeren kwamen de communicatie-uitingen offline (posters) en online (video’s op Facebook en Instagram) tegen, maar ze hoefden zelf geen moeite te doen om het project te vinden. Een belangrijk leerpunt van het initiatief van provincie Zeeland is dat zij docenten hebben ingezet om jonge-ren op scholen persoonlijke te vragen. Ook hebben zij social media ingezet. Het belangrijkste leerpunt is dat de jongeren hun mening over de energietransitie, een manifest, hebben kunnen overdragen aan de Zeeuwse bestuurders. Hierdoor hebben zij zich gehoord gevoeld. Het belangrijkste leerpunt van Youth For Climate NL is dat zij een gezamenlijk doel heeft met haar volgers: de regering oproepen maatregelen te nemen voor het klimaat. Door hier online over te communiceren, zijn de berichten die gedeeld worden voor de volger interessant.

Uit dit onderzoek blijkt dat veel jongeren zich bewust zijn van hun gedrag en de invloed daarvan op hetklimaat. Uit het onderzoek komt echter ook naar voren dat om jongeren verder te betrekken bij de energie-transitie, er eerst meer informatie over de energietransitie met hen gedeeld moet worden. 224 jongeren die de enquête hebben ingevuld geeft namelijk aan nog niet bekend te zijn met de plannen van de gemeente voor de energietransitie. Daarnaast hebben jongeren behoefte aan interactie. Dit kan de gemeente creëren door naar de mening van de jongeren te vragen.

Informatie delenEen manier om jongeren uit de gemeente te betrekken bij de energietransitie is het delen van meer infor-matie. Dit kan met offline en online methoden. Offline communicatie kan met een brief via de post, of met posters op plekken waar jongeren veel komen. Ook kan er informatie gegeven worden op bijvoorbeeld scholen door docenten. Online communicatie kan via social media als Facebook en Instagram, en e-mail.

Belangrijk is om de informatie zo veel mogelijk naar de jongeren toe te brengen, zodat zij zelf geen moeite hoeven te doen. Jongeren geven aan geen motivatie te hebben om informatie op te zoeken over iets dat hen niet interesseert of waar zij geen weet van hebben.

Mening vragenEen andere manier om jongeren te betrekken bij de energietransitie is om naar hun mening te vragen. Zo ontstaat er interactie voor de jongeren, en dat zien zij graag. Dit kan via stellingen op social media of online enquêtes. Daarbij moet de mogelijkheid bestaan om anoniem te reageren. Voorwaarde van de jongeren is dat er geluisterd wordt naar hun mening en dat er dan, indien mogelijk, ook wat mee wordt gedaan.

Vormgeving communicatieHet is belangrijk de juiste toon te gebruiken in de communicatie met jongeren. Deze toon moet niet te formeel of ingewikkeld zijn, maar er mag ook geen jongerentaal overgenomen worden. Daarnaast blijkt uit het onder-zoek dat jongeren het prettig vinden als er beeld wordt gebruikt bij communicatie.

6.2 Hoofdvraag: Op welke wijzen kunnen de jongeren uit de gemeente Oost Gelre betrokken worden bij de energietransitie van de gemeente Oost Gelre?

Page 29: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

29

Conclusie

Page 30: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

30

AGEM. (2019). Over AGEM. Opgehaald van AGEM Achterhoekse Energie: https://agem.nu/over-agem/Ajzen, I. (2019). Theory of Planned Behavior Diagram. Opgehaald van Icek Ajzen: http://people.umass.edu/aizen/tpb.diag.html#null-linkAlles over marktonderzoek. (sd). AOM Steekproefcalculator. Opgehaald van Alles over marktonderzoek: https://www.allesovermarktonderzoek.nl/steekproef-algemeen/steekproefcalculator/Annemiek, Sanne, & Rina. (2017, December 21). Terugblik op jongeren-energiedialoog. Opgehaald van Calvijn College: https://www.calvijncollege.nl/actueel/nieuws/bericht:terugblik-op-jongeren-energiedialoogBügelHajema Adviseurs. (2018). Beleid installaties opwekking hernieuwbare energie Oost Gelre. Lichtenvoorde: Gemeente Oost Gelre.Bakas, A. (sd). Hoe je met plezier en tijd jongeren bereikt: 12 tips en trucs. Opgehaald van Multicopy: the co-muunication company: https://www.communicatietrends.nl/hoe-je-met-plezier-en-tijd-jongeren-bereikt-12-tips-en-trucs/Boschma, J., & Groen, I. (2007). Generatie Einstein. In J. Boschma, Generatie Einstein (p. 264). Lev.Brus, M., Reintjes, M., Evers, T., Porskamp, B., & Ordelman, J. (2018). Uitvoeringsagenda Energietransitie Oost Gelre. Gemeente Oost Gelre.Den Ouden, H., & Doorschot, M. (2010). Overheidscommunicatie afstemmen op jongeren: experimentele evaluatie van een aansporing om te gaan stemmen. Amsterdam: Tijdschrift voor Taalbeheersing - Amsterdam University Press.Den Ouden, H., & Van Wijk, C. (2007). Om vet gaaf op te kicken. Amsterdam: Tijdschrift voor Taalbeheersing - Amsterdam University Press.Dienst Publiek en Communicatie. (2015). Gereedschap voor gedragsverandering. Den Haag: Ministerie van Algemene Zaken.Dongen van, A. (2019, februari 5). Wie is het klimaatmeisje Greta Thunberg? Opgehaald van AD: https://www.ad.nl/buitenland/wie-is-het-klimaatmeisje-greta-thunberg~a85eb898/Dongen, A. (2019, februari 2). Stijn (17) organiseert klimaatstaking: ‘Het mag geen GroenLinks-dag worden’. Opgehaald van AD: https://www.ad.nl/binnenland/stijn-17-organiseert-klimaatstaking-het-mag-geen-groenlinks-dag-wor den~a1bae51f/Eck, J. (2019). Het mediagebruik van migranten. Enschede: Universiteit Twente.Gemeente Oost Gelre. (2009). Toekomstvisie 2020. Lichtenvoorde: Gemeente Oost Gelre.Gemeente Oost Gelre. (2013). Strategie gemeente Oost Gelre - samen aan de slag in andere tijden. Lichtenvoorde: Gemeente Oost Gelre.Gemeente Oost Gelre. (2019). Aangepast geslacht gemeentedeel en leeftijdscategorie per 4 jaar 31-12-2018. Oost Gelre: Gemeente Oost Gelre.Gemeente Oost Gelre. (2019). Oost Gelre energieneutraal in 2030. Opgehaald van Gemeente Oost Gelre: https://www.oostgelre.nl/energieneutraal-oost-gelreGemeente Oost Gelre. (sd). Communicatieplan Energietransitie Oost Gelre. Lichtenvoorde: Gemeente Oost Gelre.Gemeente Oost Gelre. (sd). Oost Gelre energieneutraal 2030. Opgehaald van Gemeente Oost Gelre: https://www.oostgelre.nl/energieneutraal-oost-gelre

Bibliografie

Page 31: Onderzoek Jongeren betrekken bij de energietransitie · Jongeren betrekken bij de energietransitie Een onderzoek naar communiceren met jongeren vanuit de gemeente. Gemeente Oost Gelre,

31

Bibliografie

Gemeente Oost Gelre. (sd). Over de gemeente Oost Gelre. Opgehaald van Gemeente Oost Gelre: https://www.oostgelre.nl/over-de-gemeente-oost-gelreHindriks, L. (2019, april 5). Campagne energiedialoog met jongeren. (I. Rouwhorst, Interviewer)Hoijtink, R., Halen, R., Brus, M., Reintjes, M., & Evers, T. (2018). Uitvoeringsagenda Energietransitie Oost Gelre. Gemeente Oost Gelre.Jouw Zeeland. (2017, december 7). Dag van de Energiedialoog. Opgehaald van Facebook: https://www.facebook.com/pg/praatmee.jouwzeeland/photos/?tab=album&album_ id=1169485853187531Mirck, V. (2017, augustus 24). Waarom jongerenmarketing vaak een fissa van ongemakkelijkheid is. Opgehaald van Frankwatching: https://www.frankwatching.com/archive/2017/08/24/waarom-jonge renmarketing-vaak-een-fissa-van-ongemakkelijkheid-is/Nagtegaal, B., & Peek, S. (2019, februari 7). Duizenden scholieren op Malieveld voor een doortastender klimaatbeleid. Opgehaald van NRC: https://www.nrc.nl/nieuws/2019/02/07/malieveld-loopt-vol-met-scholieren-voor-een-doortasten der-klimaatbeleid-a3653260Planbureau voor de Leefomgeving. (sd). Het doel voor 2050: veel lagere CO2-uitstoot. Opgehaald van Energietransitie Joulebak 2050: https://themasites.pbl.nl/energietransitie/Provincie Utrecht & Natuur en Milieufederatie Utrecht. (2019, maart). Energiedialoog met jongeren. Opgehaald van Magazine provincie Utrecht: http://magazine.provincie-utrecht.nl/energiedialoog-met-jongeren/campagne/Provincie Utrecht. (2018, mei 18). Jongeren geven swipend hun mening over de energietransitie. Opgehaald van Provincie Utrecht: https://www.provincie-utrecht.nl/actueel/nieuwsberichten/nieuwsberichten/2018/mei-2018/jonge ren-geven-swipend-mening-energietransitieProvincie Utrecht. (2018, juli 17). Wat jongeren in de gemeente De Bilt vinden van klimaatverandering. Opgehaald van Provincie Utrecht: https://www.provincie-utrecht.nl/actueel/nieuwsberichten/nieuws berichten/2018/juli-2018/jongeren-gemeente-bilt-vinden-klimaatverandering/ regio Achterhoek. (2015). Energietransitienota Duurzame Energie Achterhoek. Achterhoek.Rotmans, J. (2011). Staat van de Energietransitie in Nederland. Rotterdam: Erasmus Universiteit Rotterdam.RTLNieuws. (2017, augustus 16). ‘Yo tjappie, wil je money in the bank?’ bedrijven blunderen met jongerentaal. Opgehaald van RTL Nieuws: https://www.rtlnieuws.nl/editienl/artikel/1780226/yo-tjappie-wil-je-money-bank-bedrij ven-blunderen-met-jongerentaalStreekgids. (2018, maart 8). Oost Gelre energieneutraal in 2030. Opgehaald van Streekgids.nl: http://www.streekgids.nl/gemeente/oost-gelre-energieneutraal-in-2030/Veen, T., & Jacobs, F. (2005). Leren van jongeren, een literatuuronderzoek naar nieuwe geletterheid. Utrecht: Stichting Surf.Vertrouwd, S. (2017). Communicatie op maat: verkiezingscommunicatie afstemmen op jongeren. Arnhem/Utrecht: Universiteit Utrecht.Wit, M. (2011). Afstudeeropdracht social media & jongeren. Utrecht: Hogeschool Utrecht.Youthforclimatenl. (2019). Youth For Climate NL. Opgehaald van Instagram: https://www.instagram.com/youthforclimatenl/Zeeuwse Milieufederatie. (2017, december 19). De Zeeuwse Energiedialoog. Opgehaald van ZMF: https://zmf.nl/actueel/nieuws/de-zeeuwse-energiedialoog