Oncologisch team en palliatief supportteam: zorg delen en ... · Psychosociale steun...
Transcript of Oncologisch team en palliatief supportteam: zorg delen en ... · Psychosociale steun...
Studie- en
Ontmoetingsvoormiddag
Palliatieve Support Teams
Oncologisch team en palliatief supportteam:
zorg delen en samenwerken?!
Werkgroep PST, Federatie Palliatieve Zorg Vlaanderen
30/01/2015
Verwelkoming – Marc Merchier
PSYCHOSOCIALE ONCOLOGISCHE ZORG:
SAMEN ZORGEN WE BETER!
Michiel Daem
Verpleegkundig specialist
oncologie UZ Gent
AkkoordNiet
akkoord
De zorgverleners die dicht bij het bed van
de patiënt staan worden onvoldoende
gehoord in genomen
behandelingsbeslissingen?
AkkoordNiet
akkoord
Een kankerpatiënt ziet teveel verschillende
zorgverleners doorheen zijn traject?
AkkoordNiet
akkoord
Tijdsdruk van artsen legitimeert het
overdragen van psychosociale zorg naar
verpleegkundigen, psychologen of het PST
Huisarts vaak ‘vergeten’ bij
kankeroverleg
Huisartsen zijn zelden aanwezig op de vergadering
die alle betrokken artsen moeten houden over de
behandeling en verzorging van een kankerpatiënt.
Soms worden ze zelfs niet eens uitgenodigd. Men
‘vergeet’ hen wel eens. Dat blijkt uit een rapport van
het federaal Kenniscentrum Gezondheidszorg.
20 januari, 2015
(Singer et al.)
Inleiding
• Nationaal kankerplan
• Psychosociale omkadering afhankelijk van
diagnose/ziekenhuis/behandelingsfase
• Opeisen zorgvragen/territoriumafbakening
• Drempel tav. psycholoog bij
patiënt/zorgverleners
• Transmurale opportuniteiten
(Onkelinx, 2008; Rommel, 2009; Ronse, 2011; Vandenberghe, 2009)
Doel
Wat zijn succesfactoren voor de
interdisciplinaire samenwerking in de
psychosociale oncologische zorg ?
Doel
Goede interdisciplinaire zorg is zorg die door de
patiënt als positief ervaren wordt,
die geen overlapping of hiaten vertoont en
waar ieder professional zich kan in vinden.
Methode
• Kwalitatief, principes Grounded Theory
• 2 perifere, 2 universitaire ZH
• 1ste lijn, intramuraal
• Patiënten – zorgverleners
• Semi-gestructureerde interviews
• Onderzoekerstriangulatie
Participerende zorgverleners per discipline
(n=31)
Participerende patiënten per afdeling (n=28)
+ 15 borstkankerpatiënten (Willems M.)
Resultaten
Psychosociale zorg
‘Het zijn die kleine dingen die het hem maken.
Die zorgen dat je het gevoel hebt dat je nog een mens bent’
Betekenis psychosociale zorg
Patiënten
• Niet los te koppelen van medische zorg
– Succes verpleegkundigen
• Begrijpen wat de ziekte betekent en dit tonen
• Ingaan op appèl van de patiënt
• Going the extra mile, betekenis niet in
verhouding tot inspanning
• ‘Passende zorg’, het ‘klikt’:
– Niet discipline/positiegebonden
– Respecteren voor effectiviteit
Betekenis psychosociale zorg
‘Ik zie dat aan haar gezicht. Ik zie dat ze
compasieus is wanneer ze zegt: ja maar, je
moet eten en ik kreeg van alles wat een
ander niet kon krijgen… Als ze zag dat ik in
het ziekenhuis lag, kwam zij altijd een keer
op bezoek. Het verplicht haar niemand en
ze stond daar toch.’
Patiënt met borstkanker
Betekenis psychosociale zorg
Zorgverleners
• Noden moeilijk detecteerbaar
• De patiënt aanvoelen
• Door in gesprek te gaan, meer dan luisteren of noden
afwachten, komen zelden op klachtenniveau
• Vanuit reflectieve modus, soms ook confronterend
• Self-disclosure versus professionaliteit (angst
geraakt/geclaimd te worden vanuit betrokkenheid)
• Dynamisch concept, ‘shift’ doorheen behandeling en
mede bepaald door werking team
Betekenis psychosociale zorg
Ge moet daar zo’n beetje voelsprietjes voor
hebben. Dat is een aanvoelen denk ik. Ge moet
u altijd aanbieden, dat de mensen weten van:
we kunnen bij u terecht als er een probleem is.
Als ik het niet kan oplossen dan zal ik het wel
doorverwijzen. Maar soms voelt ge dat aan dat
iemand daar nood aan heeft en dan moet je een
keer doorvragen eigenlijk. Meer gericht.’
Verpleegkundige
Psychosociale steun – psychosociale hulp
Psychosociale zorg
Psychosociale Psychosociale
steun hulp
Psychosociale steun – psychosociale hulp
Psychosociale steun:
• Ondersteuning om met moeilijke situaties om te gaan
• Vaak informeel, ‘onzichtbaar’ voor de patiënt
• Vaak a-theoretisch, ook niet-professionele zorg
• Chaosreductie
• Door iedereen en nooit teveel
• Blijk van besef van de zorgverlener
• Bewust van draagwijdte en betekenis ziekte
• Binnen normaliteit, niet gericht op problematisch
gedrag, ondersteuning in de zware opgaven
Psychosociale steun – psychosociale hulp
‘Je leven raast voorbij. Je wordt op een draaimolen gezet en je geraakt er niet meer af. Je kan niet anders dan meegaan in onderzoeken, in chemo, in die operatie… En dan springt daar af en toe iemand op die draaimolen en dan zegt
die: “draai nog maar eventjes voort, maar het komt wel goed”. En dan springt die van die draaimolen af, maar die is er dan toch wel
geweest.’
Patiënt met borstkanker
Psychosociale steun – psychosociale hulp
Psychosociale hulp:
• Professionele psychosociale hulp
• Psychosociaal probleem, deficit, tekort, defect
• In algemeen niet nodig gevonden door patiënt:
abnormaliteit (positieve attitude), tekortschieten,
pathologisch
• Bedreiging positieve gemoedstoestand
• Waardevol voor andere patiënten, als vangnet of voor
zichzelf indien nodig
• Minder weigerachtig en vaak hoog gewaardeerd indien
reeds vertrouwd
Psychosociale steun – psychosociale hulp
‘Hetgeen ik in het begin vertelde, dat is onze instap, maar bij haar (de psycholoog) heb ik altijd het gevoel: het begint bij kanker en dan wordt het groter en persoonlijker. Dan gaat het over: wie ben ik, hoe sta ik in de wereld en die dingen. Ja, zij slaagt daar voor mij heel goed in om mij te helpen, mezelf te helpen uittillen boven kanker en een mens te worden met kanker vooral, in de hoop dat het is afgelopen.’
Patiënt met borstkanker
Psychosociale steun – psychosociale hulp
Vruchtbaar onderscheid (echter conceptueel):
• Zowel voor de zorg en de samenwerking
• Bewust zijn van onderscheid, steunverleners in
bijzonder
• Grens als indicatiestelling tot doorverwijzing
• Normaliseren psychosociale hulp & problemen
(‘eerder de situatie dan de patiënt’)
‘Er was een vrouw en die had het heel moeilijk met
het innemen van haar hormoontherapie. En de arts
maakt zich kwaad op haar en die zegt: Dat zit
allemaal tussen uw oren, ga naar de psycholoog.
Maar de manier waarop dat die dokter dat zo
benoemde betekende voor mij dat ik alle contact
met die vrouw verloor. Je bent problematisch, dus
psycholoog hé.’
Psycholoog
Psychosociale steun – psychosociale hulp
Vertrouwen als voorwaarde
psychosociale zorg
• Belang vertrouwenspersoon/gids
• Beïnvloedende factoren
• Eenmaal gebroken, vaak definitief stuk, maar
vrees om zorgverleners voor hoofd te stoten
• Teamleden ‘baden mee’ in vertrouwen (pos-neg)
• Extern beïnvloedbaar (soms a priori aanwezig),
zelfs tegen de feiten in.
‘De psycholoog had gezegd: Hier is dat de politiek om niet te liegen en zeker niet door de professor. Want als er iemand rechtuit is, is hij het wel. En ik vertrouw de professor, maar ik vertrouw de psycholoog nog veel meer… Hoe moet ik het zeggen. Mocht zij een sekte oprichten en ik ben daar lid van, ik ga meedoen aan de collectieve zelfmoord. Ik bedoel: Al wat zij zegt is heilig, erg hé maar het is zo (lacht).’
Patiënt met borstkanker
Vertrouwen als voorwaarde
psychosociale zorg
Uitwisselbare psychosociale zorg
Vervangbaarheid en deelbaarheid
bij het verlenen van psychosociale zorg, mits
beschikbaarheid
Multidisciplinaire samenwerking
‘De oncologisch chirurg plaatst mij in het vak van
de amputatie, de radioloog in de radiotherapie, de
plastisch chirurg in de borstreconstructie.
Voor mij is dat één proces.’
Multidisciplinaire samenwerking
Patiënten
– Moeilijk zichtbaar
– Minder geïnteresseerd in taakverdeling,
eerder vertrouwenspersoon
– Nieuwe relatie opbouwen ervaren ze steeds
als opdracht
– Vertrouwen dat de juiste beslissingen
worden genomen, ‘medische onzekerheid’
– Delen van info als vanzelfsprekendheid,
maar vertrouwelijkheid respecteren
Multidisciplinaire samenwerking
‘Hij (arts) zei tegen mij vandaag: Dat jij zo moe
bent, dat is toch niet normaal? En ik zeg in mijn
eigen: Moet jij dat nu weten? Ik ga dat niet
zeggen (lacht). Zodus, gisteren heb ik bloed
gekregen en het moet zijn dat ik weer heel de
tijd heb liggen slapen. Dat is uit horen zeggen
dat hij het weet… Dat hij heel goed weet
waar dat hij mee bezig is, dat hij weet wie dat
er voor hem zit.’
Borstkankerpatiënt
Multidisciplinaire samenwerking
‘In het begin was ik daar wel een beetje
bezorgd over, over die verschillende
disciplines. Maar als ik dan hoorde: wij
hebben de zaak besproken en er is dat
uitgekomen, dan was ik daar wel in
gerustgesteld.’
Hematologische patiënt
Multidisciplinaire samenwerking
Zorgverleners
• Verschillende vormen van samenwerking, allen
wenselijk
• Gemeenschappelijkheid en patiëntgerichtheid
• Continuïteit
– Luisteren naar de vraag achter het verhaal
– Inschatten wie het best geplaatst is om
tegemoet te komen aan deze vraag
Multidisciplinaire samenwerking
Samenwerking tussen ziekenhuis en eerste lijn:
• Scheiding door professionelen
• Positie huisarts, gevoel patiënt te verliezen
• Nood aan meer communicatie, patiënt als
informatiebron
• Meerwaarde op psychosociale vlak, medisch
georiënteerd
• Eenrichtingsverkeer
• Bestaan begeleidingsverpleegkundigen
• Beschikbaarheid psychosociale zorgverleners uit
ziekenhuis
Multidisciplinaire samenwerking
‘Eigenlijk heb ik ook wel de gewoonte om
patiënten na de operatie bij de huisarts te
sturen om de draadjes te verwijderen. Minder
voor die draadjes te verwijderen, want dat
kan ongeveer iedereen, maar voornamelijk
omdat ik het belangrijk vind dat de mensen
terug bij de huisarts komen en dat die terug in
dat project betrokken geraakt.’
Chirurg
Multidisciplinaire samenwerking
Doorverwijzing:• Tijdsgebrek/ overtuiging dat zorg niet tot takenpakket
behoort
– Vaak aangehaald, niet altijd terecht
– Lichamelijke zorg dwingender
– Niet comfortabel voor patiënt, maar begrijpen
• Competenties ander
– Belang van samenwerking en ervaring
• Te belastende zorg (emotioneel)
– Betrokkenheid en herkenbaarheid raakt
• Men ‘loopt vast’
– Geen prettige ervaring
• Op vraag patiënt
Multidisciplinaire samenwerking
Doorverwijzing:• Reden doorverwijzing en mandaat
kenbaar maken
• Weinig pro-activiteit, probleemidentificatie
• ‘Niet-pluis gevoel’, intuïtief, soms afspraken
• Voorkomt isolement van expertise-domeinen
• Belang juist referentiekader:
– Eigen functie en die van de ander kunnen
definiëren
– ZV hebben vaak foutief beeld over terrein ander
– Weinig formeel geregeld, moeilijkheid voor
nieuwkomers
• Eigen grenzen kennen, deskundigheid erkennen
Condities multidisciplinaire
samenwerking
‘De belangrijkste attitude is dat je
verschillende perspectieven kan
aannemen. En niet mijn perspectief is
belangrijker, beter, meer waard.’
Condities in samenwerking
Samenwerking in diversiteit:
• Patiënt centraal stellen
• Elkaar kennen (als persoon/als professional), samen
zorg meemaken en oplossen, overlap doorbreken
• De eigen bijdrage (en zichzelf) relativeren: evenwicht
tussen vasthoudendheid (assertiviteit) en loslaten
(flexibiliteit), de patiënt kunnen laten gaan
• Gezag en organisatie in het team
– Gelijkwaardigheid
– Niet rigide teamwerking
Condities in samenwerking
Samenwerking in diversiteit:
• Behoefte probleemoplossend vermogen teams:
– Leiding en coördinatie binnen grotere teams of ingeval
minder intensieve samenwerking, echter niet
inhoudelijk
– Moeilijkheden zijn opdracht van het team zelf
– Afstemming zoeken op team en specifieke situatie
– Formaliseren van wat informeel niet goed loopt,
weinig effectief voor patiënt en zorgverlener
– Domeinconflicten als signaal van niet functioneren ipv
oorzaak
Condities in samenwerking
‘Ik heb gedurende de afgelopen drie jaar van intensieve
behandeling ervaren dat er in het ziekenhuis dezelfde
dynamiek voor conflicten en spanningen is als in
ieder ander bedrijf. Op zich begrijpelijk, het gaat om
interactie tussen medewerkers, maar de inzet in een
ziekenhuis is toch heel wat delicater dan in de
meeste andere bedrijven omdat het om patiënten gaat.
Het is een beschermen van het eigen territorium. Men
moet het territorium durven openstellen en mekaar
durven vertrouwen, dat men complementair is.’
Patiënt met borstkanker
Condities in samenwerking
Samenwerking in psychosociale zorg:
• Plaats van psychosociale zorg
– Bereik
– Gewicht
• Psychosociale zorg als opdracht van iedereen
• Drempel voor acceptatie verlagen, maar soms
onvoldoende
– Vertrouwen overdragen
– Zorgprobleem of probleem van de patiënt?
Condities in samenwerking
‘De cultuur is nog altijd zeer medisch gericht. Toen
ik hier kwam zeiden ze: “Waarom moet jij eigenlijk
een computer hebben, jij doet toch gewoon
babbeltjes met mensen”…
Holisme is echt nog iets helemaal anders. Dat is
een hele cultuurverandering, dus dat neemt jaren en
de hoofdfocus zal altijd op het medische en het
verpleegkundige liggen.’
Psycholoog
Praktisch
Komt dit van zelf?
• Meer dan processen van samenwerking:
persoonskenmerken, interprofessionele relatie,
situatiegebonden variabelen,…
• Hoe de meerwaarde erkennen en ontdekken?
– Competentie tonen en ontdekken
– Openheid kwaliteit te ontdekken
– Communicatie
– Casusbesprekingen
– Intervisie
– Feedback (positief – negatief)
– Debriefen over samenwerking en besluitvorming
– …
Praktisch
Besluit
• Psychosociale zorg niet verdelen, duplicaties in steun
storen niet
• Territoriumstrijd dus overbodig, uiting van gebrek aan
vertrouwen, kunnen loslaten
• Uitdaging supportief te handelen ondanks tijdstekort
• Nood aan veilig klimaat, geen schrik elkaar voor de
borst te stoten
• Authentiek samen werken als weg van meeste
weerstand
• Kennis boven status
Besluit
– Afgrenzing op basis van competenties (ipv
taakomschrijvingen) en bereidheid vanwege patiënt om
met zorgverlener op pad te gaan
– Vangnet biedt vertrouwen, teamleden zijn optioneel
(fragmentatie niet evident in psychosociale zorg)
– Psychosociale hulp als groeimodel
– Vertrouwen overdragen
– Nood aan steun en hulp ook na behandeling
Samenwerking = ruimte voor verschillende perspectieven!
Psychosociale zorg voor patiënten met kanker: een gedeelde opdracht.
Daem, M., Verbrugghe, M., Schrauwen, W., Leroux, S., Decoene, E., Verhaeghe, S., Van Hecke, A., Beeckman, D., & Grypdonck, M.
Contact: [email protected]
Project gerealiseerd met de steun van Kom op tegen Kanker
Wat is de taak van het OST en PST?
1. Wettelijk kader
2. Praktijkervaring
3. Verwachtingen van artsen van OST en
PST
4. Panelgesprek
1. Wettelijk kader
Ingrid Mels
Hoofdverpleegkundige OST en PST
AZ Nikolaas, Sint-Niklaas
Organisatie OST - PST
• Veel verschillen in organisatie/naamkeuze
• Geschiedenis van de instelling en beleidskeuzes
• Wettelijke normeringen
• KB’s Palliatieve Zorg
• Zorgprogramma’s oncologie
• Het kankerplan
• Bronnen:
• Federatie PZ Vlaanderen: www.palliatief.be
• Het kankerplan: Stand van zaken Januari 2014, FOD -
RIZIV
• www.ejustice.just.fgov.be
Organisatie OST-PST AZN
• Algemeen ziekenhuis, 822 bedden, 5 campussen
• OST en PST
• 2 aparte teams, nauw verbonden met elkaar
• zowel aparte als gezamenlijke overlegstructuren/activiteiten
• 1 departement, 1 zorgmanager, 1 leidinggevende
• Redenen voor deze organisatievorm,
• Reeds lang goed functionerend palliatief supportteam en
borstkliniek
• Eigen identiteit en competenties
• Palliatieve zorg: oncologische + niet-oncologische zorg
• Oncologische zorg: hoewel overlappend, andere uitgangspunten
• Beleidskeuzes bij de inzet/taken van het bijkomend personeel (
Kankerplan)
Wettelijke bepalingen PST
• KB 1997:
• Pluridisciplinair team voor PZ
• Bepaling personeelscategorieën
• Taak van PT: ondersteuning van activiteiten mbt
behandeling en opvang van terminale ZH patiënten
• Omschrijving taken van het ziekenhuisteam
• MB 2001- KB 2002:
• Wettelijke verplichting mobiel team
• Financiering
• De term ‘palliatief support team’ als zodanig wordt niet
gebruikt
• KB 2007: wijziging budget financiële middelen van ZH
Wettelijke bepalingen: concreet
• ‘Pluridisciplinair team’ bijgestaan dr ‘mobiele equipe’
• Specifieke opleiding
• Bestaffing mobiele equipe: ZH met 500 bedden:
• 0,5 VTE geneesheer-specialist, 0,5 VTE gegradueerde vpk
(= bachelor), 0,5 VTE psycholoog
• > 500 bedden: verhoudingsgewijze verhoging a rato van
het aantal bedden
• Financiering: vast en variabel bedrag
• Vast bedrag: afh. van de grootte van het ZH – anciënniteit
11 jaar
• Variabel bedrag: afh. van de zorgzwaarte
• Audit - accreditering
Omschrijving taken van het
ziekenhuisteam/ ‘PST’, KB 97
• Palliatieve zorgcultuur invoeren
• Advies inzake PZ verstrekken
• Zorgen voor permanente opleiding
• Zorgen voor continuïteit van de zorgverlening, met nadruk
op extramurale verderzetting van zorg
• Louter adviserende en organiserende functie, zorgen voor
goede communicatiedoorstroming en doorgeven van
kennis als belangrijke opdracht voor het PST
• ! Praktijk: opvolging van complexe en tijdrovende situaties
Wettelijke bepalingen OST
• Oncologische zorgprogramma’s
• Zorgprogramma oncologische basiszorg en
oncologische zorg
• Zorgprogramma voor borstkliniek
• Het kankerplan
Zorgprogramma’s
• KB 2003 - KB 2009: normen voor de zorgprogramma's oncologie en
oncologische basiszorg
• Bestaffing: per 250 MOC’s
• 1 VTE licentiaat/master in de psychologie
• 1 VTE verpleegkundige
• 0,5 VTE maatschappelijk werker
• Andere omkadering oa kiné
• KB 2007 – KB 2013: normen voor de borstkliniek
• Bestaffing: minstens 125 nieuwe diagnoses
• 1 VTE verpleegkundige
• Minstens 0,5 VTE psycholoog
• Vanaf 350 diagnoses: bestaffing x 2
• Andere omkadering: kiné, revalidatieprogramma
• KB 2013: striktere definiëring mbt vereiste beroepservaring van het
multidisciplinaire team
Het kankerplan
Bron: Het kankerplan: Stand van zaken Januari 2014
• Strijd tegen kanker: prioriteit voor volksgezondheid
• Gecoördineerd door het RIZIV en FOD
• Oorspronkelijke termijn 2008 – 2010 werd verlengd
• 3 Krachtlijnen
• Preventie en opsporing
• Zorg, behandeling en steun voor pt
• Onderzoek, vernieuwende technologieën en evaluatie
• 32 Acties, opgedeeld in maatregelen
Het kankerplanKrachtlijn 2: zorg, behandeling en steun voor pt
• Actie 7: Specifieke steun bij diagnosemededeling
• communicatie in oncologie - trainingsprogramma psycho-oncologie
• Cédric Hèle Instiuut (CHI) en Centre de Psycho-oncologie (CPO)
• Actie 8: Opwaardering van het MOC
• Actie 9: Invoeren van zorgtrajecten voor kankerpt.
• Actie 10: Psycho-sociale steun voor patiënt in het kader van
oncologische zorgprogramma’s
• Financiering van verpleegkundigen, maatschappelijk werkers en psychologen in
erkend oncologisch zorgprogramma
• Actie 11: Financiering datamanagers
• Actie 12 : Definitie en financiering van de oncologische
zorgprogramma’s in de pediatrie
• Erkenningsnormen + financiering van 2 bijkomende personeelsleden voor
paramedische omkadering
Het kankerplanKrachtlijn 2: zorg, behandeling en steun voor pt
• Actie 14: Erkenning van de titel van verpleegkundige in de
oncologie
• Actie 21: Steun aan ouders met kinderen met kanker
• Actie 22: Toegang tot oncologische steun of deelname aan
praatgroepen of ondersteuningsactiviteiten
• Oproep tot projecten die ouders met kinderen met kanker
ondersteunen
• Oproep tot projecten die patiënten en/of gezinsleden
psychologische bijstand of begeleiding bieden
• Actie 24: Ondersteuning voor proefprojecten inzake klinische
oncogeriatrie
Het kankerplanKrachtlijn 2: zorg, behandeling en steun voor pt
• Actie 25: Het aanbod palliatieve zorgen voor kankerpatiënten
verbeteren
• Behoeftenstudie rond PZ
• Versterken van personeelsformatie in rusthuizen en RVT
• Herwaardering zorgforfaits in het kader van palliatieve
thuisverpleging
• Palliatieve dagcentra: erkenningsnormen/financiering
• Bijkomende actie: Betere behandeling inzake de voeding van
kankerpatiënten
• Financiering van de diëtisten in de oncologische
zorgprogramma’s
• 1 VTE voor zorgprogramma’s met 1 tot 500 MOC’s
• 0,5 VTE per schijf van 250 MOC’s met max. 4 VTE
Omschrijving taken pluridisciplinair
supportteam/ ‘OST’
• Taakomschrijving en functieprofielen zijn vaag:
• ‘Psycho-sociale begeleiding en infoverstrekking aan pt.’
• ‘Begeleiden van pt. en coördineren van de uitvoering van het
zorgplan zoals besproken op het MOC’ ( borstverpleegkundige)
• ‘Voldoende info over de verschillende aspecten van de
zorgverlening en voldoende psychologische steun geven’
(borstverpleegkundige)
• Vooral gericht ifv rechtstreekse zorg voor patiënt/naasten en in
mindere mate ter ondersteuning van de zorgverleners
• Veel initiatieven ter ondersteuning van patiënt/naasten ism externe
partners zoals Kom op tegen kanker, Stichting tegen kanker, Think
Pink, zelfhulpgroepen/lotgenotencontact … .
Besluit: OST en PST
zorg delen en samenwerken?!
• Gedragenheid - communicatie:
• Wat is goede zorg voor de patiënt/naasten/ruimere omgeving
• Ondanks de verschillen, met name:
• Normen/bepalingen door overheid
• Doelen en eigenheid/domein
• Vb Palliatieve zorg: niet alleen oncologische patiënten
• Vb oncologische zorg: aard van de ondersteunende initiatieven
• Ondersteuning door overheid/instelling?
• Financiering en richtlijnen door het kankerplan?
• Werkcontext/verwachting van de cliënten
• Patiënt – naasten – artsen – andere medewerkers
• Verschillende goed werkende en steunende vormen van samenwerking
PAUZE
2. Praktijkervaring
• Ilse Loubele, diensthoofd patiëntenbegeleiding
coördinator PST
• Kristin Van Roosendael, psychologe OST en PST
Samenwerking
OST en PST in het AZ Sint-Jozef Malle
Inhoud
• Situering
• Samenstelling teams
• SWOT
Situering
AZ Sint-Jozef
Emmaus
Iridium kankernetwerk
Samenstelling teams
OST
• Borstverpleegkundige
• 3 psychologen
• Maatschappelijk werker
• Pastoraal werker
• Seksuoloog
PST
• Palliatief verpleegkundige
• Psycholoog
• Maatschappelijk werker
• Pastoraal werker
• 2 artsen
SWOT: Strength-Weakness-Opportunity-Threat
• Door beide teams
• Verpleegkundigen daghospitaal en
verblijfsafdeling oncologie
• Artsen
SWOT: Sterktes
• Trajectbegeleiding
Onderscheid 1ste en 2de lijnswerking
• Bijwonen multidisciplinaire
patiëntenbespreking (zowel OST als PST)
• Dezelfde leden in beide teams
• Permanentie
• Informele zorg voor de hulpverlener
SWOT: Zwaktes
• Situering werkplek
• Informeren
Extern: huisarts
Intern: MOC
• Formele zorg voor de hulpverlener
• Trajectbegeleiding onco bij vakantie
SWOT: Uitdagingen (1)
• Complexere begeleidingen
• Zorg voor de hulpverlener
ijveren voor formele zorg
belang van informele zorg
• Patiëntenbespreking daghospitaal onco
• Mandaat
• Permanentie artsen
SWOT: Uitdagingen (2)
• Communicatie
Doorstroming psycho-sociale informatie
• Zichtbaarheid OST en PST
Voorstelling team bij nieuwe artsen
Sensibilisering
Digitalisering
SWOT: Bedreigingen
• Aantal begeleidingen neemt toe
• Tendens van korte opnames en
daghospitalisaties
opbouwen vertrouwensband
hoe hulpverlenersrol opnemen?
Toekomst
• Streven naar enkel sterktes?
• Uitdagingen belangrijk
Motivatie
Inzet
2. Praktijkervaring
Praktijkervaring vanuit het
AZ Maria Middelares, Gent
• Heidi Schelkens (OC)
• Marc Merchier (PST)
Casus
• Illustraties samenwerking
Oncocoach (OC) – palliatief
supportteam (PST)
• Patiënt X, ,
Casus
• 5/2014
*Spoedopname owv vermoeden cva (hemibeeld)
*CT hersenen: tumoraal letsel
instapmoment OC
*Verdere staging: primair longcarcinoom
met hersenmetastase waarvoor
pancraniële radiotherapie
Casus
• 8/2014
* Spoedopname: exploratieve laparatomie:
colon descendens en sigmoidresectie met
aanleg stoma wegens multiple colonperforaties
door Salmonella infectie.
* Opname heelkunde :
- blijvend probleem van pijn pijnvpk
- moeizaam herstel
Casus
• 10/2014
- botmetastase thv re humerus waarvoor RT
- aangeven dat genezen niet meer mogelijk is.
- patiënt heeft contact met andere
patiënt/vriend in palliatieve setting.
- patiënt heeft reeds vroeger overlegd met
echtgenote om “papieren” in orde te brengen.
instapmoment voor PST
Casus
- half oktober ontslag
palliatieve thuiszorg is ingeschakeld
wilsverklaring is in orde
pijnbeleid wordt overgenomen
aanvraag palliatieve premie in orde
Casus• 12/2014
opname owv pijn en opzetting re bovenarm: abces
Taak PST:
aanpassen pijnmedicatie
ondersteuning patiënt en familie
Taak OC:
ondersteuning patiënt en familie
inschakelen andere zorgverleners naar vraag
bv soc dienst, diëtisten,…
Taak oncocoach
• Oncologische zorg = aandacht voor alle
dimensies van de zorg
= maatwerk
= anticiperen op wat komt
= multidisciplinaire zorg !!!!
Samenwerking OC –PST
3 stappen
Stap 1 = kennismaking
Kantelmoment in de oncologische begeleiding
van de patiënt :
noodzaak om het PST te betrekken
Samenwerking OC – PST 3 stappen
. Pijnprobleem (<=> algologische vpk)
. Inschakelen palliatieve thuiszorg
. Informatieverstrekking PZ
. Transfer regelen palliatieve eenheid
. Vroegtijdige zorgplanning
. Enz…
Introductie PST door OC bij pat. en familie
Samenwerking 3 stappen
Stap 2 = blijvend samenwerken
Samen op weg gaan met de patiënt
Samenwerking 3 stappen
Stap 3 = terminale fase
Oncocoach zet stapje terug, blijft
echter wel aanwezig
PST zet een stapje naar voor
Positieve punten in de samenwerking OC - PST
1. Informatiedoorstroming van OC naar PST bij
start PZ begeleiding
2. Communicatiedoorstroming in twee richtingen
tijdens de gezamelijke begeleiding van de
patiënt, onder andere door informele contacten
Positieve punten in de samenwerking OC - PST
3. Als team met onze specifieke deskundigheid
naar de patiënt stappen.
4. Doorverwijzen door de OC bij vraag van patiënt
naar vroegtijdige zorgplanning.
Knelpunten in de samenwerking OC - PST
1. Dunne grens bij de psycho–sociale ondersteuning ! Wie
doet wat en wanneer ?
OC heeft door langer contact een totaalbeeld van
situatie en familie.
2. Communicatie knelpunten:
nog onvoldoende raadplegen van het
patiëntendossier
nog onvoldoende telefonisch en mondeling
rapporteren naar elkaar
Bedenkingen OC
Tijdstip van doorverwijzen naar PST niet
makkelijk te bepalen afh van arts, familie,
patiënt zelf.
Bedenkingen PST
• Evolutie in de patiëntenbegeleiding :
Vroeger kwamen we heel snel bij de
oncologische patiënt, soms ongemakkelijke
situatie.
Soms comfortabel omdat we vroeg, intens
met de patiënt op weg gingen.
Bedenkingen PST
Oncologie wordt meer en meer chronische zorg.
Kantelmoment PZ schuift op terminale zorg !
Verschuiving van de patiëntenbegeleiding binnen het
PST.
Meer begeleidingen van niet-oncologische palliatieve
patiënten.
- Geriatrie
- Neurologie
- Nefrologie
- Terminaal hart- en longfalen
- Enz …
Bedenkingen PST
Verschuiving van onze deskundigheid en binnen het
ziekenhuis ook implementatie als ‘consulent vroegtijdige
zorgplanning’.
Besluit :
• Samenwerking OC – PST wordt duidelijk als
een meerwaarde ervaren door de patiënt.
• Groeien in samenwerken: niet steeds evident,
vraagt van elkeen inspanning
• Respect voor ieders deskundigheid !
• Teamwerk !
• …
Dank voor jullie aandacht !
3. Verwachtingen van artsen van OST en PST
Dr. Koen Van Eygen,
hematoloog AZ Groeninge,
Kortrijk
100
• Mail naar 1 contactpersoon per ziekenhuis in 15 Vlaamse Ziekenhuizen met de vraag te verspreiden naar de collega’s die met oncologie bezig zijn.
• 73 antwoorden
• Géén wetenschappelijk onderzoek:
– Geen idee over responspercentage
– Vooral geinteresseerden zullen antwoorden
– ...
Vragenrondje januari 2015
Wie heeft geantwoord ?
Minstens de helft van de
respondenten is voltijds met
oncologie bezig
Wie heeft geantwoord ?
U werkt in een ziekenhuis met … bedden
Uw leeftijd
Oncocoach = Oncoverpleegkundigen of oncopsychologen. Hiermee
bedoelen we gespecialiseerde verpleegkundigen en psychologen die
niet in de dagelijkse zorg staan, maar de patiënt met kankerdiagnose
begeleiden doorheen zijn diagnose- en behandelingstraject op de
raadpleging, dagziekenhuis, opnameafdeling (Nationaal Kankerplan
actiepunt nr. 11).
Palliatief Support Team = het team van verpleegkundigen,
psychologen, artsen ... dat instaat voor de palliatieve zorg in een
ziekenhuis zoals dat wettelijk is bepaald
Zuiver oncologische disciplines = artsen die door de aard van hun
specialisatie enkel met oncologie bezig zijn (radiotherapeuten, medisch
oncologen, hematologen)
Definities
ONCOCOACHES
Gemiddeld traject van een
oncologische patiënt
Problee
m
Diagnosti
sch
traject
Diagnose
Behandelp
lan
Evt.
Operatie
Evt.
Radiother
apie
Evt.
Chemothera
pie
OpvolgingEvt.
Recidief
Eindeloze mogelijkheden
om oncocoaches in dit
traject zinvol met
patiënten en hun
problemen te laten
omgaan
• Praktische begeleiding: afspraken, begeleiding
tussen verschillende diensten
• Inhoudelijke begeleiding: uitleg over de aandoening,
opvang van inhoudelijke vragen
• Go-between tussen arts en patiënt
• Emotionele begeleiding van patiënt en familie
• Combinatie van al deze taken
• Accenten vaak ingekleurd door achtergrond van de
oncocoach (verpleegkundige, psycholoog)
Rol van oncocoaches:Veel mogelijkheden
Eindeloze combinaties
Een oncocoach is ….Meerdere antwoorden mogelijk
44,4%
48,6%
48,6%
58,3%
69,4%
80,6%
90,3%
0,0% 10,0% 20,0% 30,0% 40,0% 50,0% 60,0% 70,0% 80,0% 90,0% 100,0%
Er zouden meer oncocoaches moeten zijn
Een administratieve ondersteuning van de arts enverpleegkundigen
Een ondersteuning van de verpleegkundigen van deafdeling
Een inhoudelijke ondersteuning van de arts enverpleegkundigen
Onmisbaar geworden voor goed oncologischhandelen
Een psychologische ondersteuning van de patiënt
Een inhoudelijke informatieve ondersteuning van depatiënt
n=72
Een oncocoach is ….Meerdere antwoorden mogelijk
41,9%
58,1%
48,4%
80,6%
64,5%
77,4%
93,5%
46,3%
41,5%
48,8%
41,5%
73,2%
82,9%
87,8%
Er zouden meer oncocoaches moeten zijn
Een administratieve ondersteuning van de arts en verpleegkundigen
Een ondersteuning van de verpleegkundigen van de afdeling
Een inhoudelijke ondersteuning van de arts en verpleegkundigen
Onmisbaar geworden voor goed oncologisch handelen
Een psychologische ondersteuning van de patiënt
Een inhoudelijke informatieve ondersteuning van de patiënt
andere (n=41) oncoRTHem (n=31)
Clinical Nurse Specialists
The CNS has a unique APRN role to integrate care
across the continuum and through three spheres of
influence: patient, nurse, system. The three spheres are
overlapping and interrelated but each sphere possesses
a distinctive focus. In each of the spheres of influence,
the primary goal of the CNS is continuous improvement
of patient outcomes and nursing care
APRN Consensus Work Group & the National Council of State Boards
of Nursing APRN Advisory Committee (7 July 2008)
De oncocoach als zelfstandig“nurse-specialist”
Oncocoaches zouden raadplegingen moeten kunnen doen waarop ze de patiënt over hun
aandoening informeren, vragen over de ziekte beantwoorden, praktische
behandelingsproblemen aankaarten en proberen op te lossen. U bent het met deze uitspraak
Geen verschil
tussen zuiver
oncologische
en andere
disciplines
Informatieverwerking door patiënten
Patienten herinneren zich weinig
van een doktersgesprek
Jansen, J., Butow, P.N., Weert, J.C.M.
van, Dulmen, S. van, Devine, R.J.,
Heeren, T.J., Bensing, J.M., Tattersall,
M.H.N. Does age really matter? Recall of
information presented to newly referred
patients with cancer. Journal of Clinical
Oncology, vol. 26, 2008, nr. 33
Patiënten
herinneren zich
slechts ongeveer 50
% van de informatie
van een consultatie
waarin een
kankerdiagnose
wordt besproken
- Patiënt bevragen na de consultatie
- Geschreven materiaal meegeven
- Verwijzen naar websites, videomateriaal
- …..
- Oncocoach consultatie laten bijwonen +
nabespreken met patiënt
Betere herinnering van
informatie door patiënten…
De oncocoach als deel van het team
Oncocoaches zijn aanwezig op de raadpleging wanneer ik een nieuwe
diagnose en behandeling bespreek (n=73)
Geen verschil
tussen zuiver
oncologische
en andere
disciplines
De oncocoach als deel van het team
Artsen die dit verwachten of het goed idee vinden (n=44)
Oncocoaches zijn aanwezig op de raadpleging wanneer ik een nieuwe diagnose en
behandeling bespreek
Aanwezigheid op de
raadpleging min of
meer onafhankelijk
van verwachtingen
van artsen
Oncocoaches die een inhoudelijk ingewikkeld of emotioneel moeilijk gesprek ondersteunen
N= 72 (0 % : verslechtering van de kwaliteit van de zorg)
Geen verschil
tussen zuiver
oncologische
en andere
disciplines
Als een patiënt het ziekenhuis wenst te contacteren dan
is de oncocoach de logische eerste contactpersoon
Geen verschil
tussen zuiver
oncologische
en andere
disciplines
• Er lijkt een breed draagvlak te bestaan voor de
aanwezigheid van oncocoaches
• Uit informele reacties blijkt een enorme verscheidenheid in
de manier waarop oncocoaches worden ingezet.
• Informeren en emotioneel ondersteunen worden
beschouwd als hun belangrijkste taken
• Degenen die oncocoaches intensiever inschakelen
(raadpleging ….) lijken daar erg positief over te zijn
• Voor zover enquête representatief is zijn oncocoaches
slechts op ongeveer 15% van de moeilijke raadplegingen
aanwezig: ruimte voor verbetering ?
• Verwachtingen tav oncocoaches verschillen meestal niet
tussen zuiver oncologische disciplines
(med.onc./RT/hemato) en gemengde disciplines
Oncocoaches
Wetgever creëerde functie van
oncocoaches naast de palliatieve support
teams zonder de opdrachten af te lijnen
• Concurrent van de oncocoaches ?
• Gelijkaardig maar toch anders ?
• Complementair
Palliatief Support Team:
Begeleiding door Oncocoach en Palliatief Support Team
(PST) zou meestal als volgt op elkaar moeten afgestemd zijn
122
Begeleiding door Oncocoach en Palliatief Support Team
(PST) zou meestal als volgt op elkaar moeten afgestemd zijn
N=31 N=41
Het PST is ….
N=31 N=42
Wie contacteert het PST ?
AZ Groeninge 2012 2013 2014
Behandelend arts 34 % 21 % 42 %
Verpleegkundige 17 % 55 % 46 %
Anderen (patiënt,
familie, PTZ, Soc.
Dienst…)
49 % 23 % 12 %
125
Wie kan het PST contacteren ?
De situatie doet zich voor dat het PST gecontacteerd wordt
door iemand anders dan U zelf. Het PST neemt daarom
contact met U op. Bent U dan….
Geen verschil
tussen zuiver
oncologische
en andere
disciplines
De responderende artsen staan open
voor initiatief van anderen om het PST in
te schakelen
De situatie doet zich voor dat het PST gecontacteerd wordt
door iemand anders dan U zelf. Het PST neemt daarom
contact met U op. Bent U dan….
Het PST kan initiatieve nemen in de aanpassing van het
pijnbeleid volgens vooraf afgesproken richtlijnen (bijv pijnladder
etc...)
Geen verschil
tussen zuiver
oncologische
en andere
disciplines
129
Een slechtnieuwsgesprek….
Ik verwacht van het PST…
N=71
Dame van 73 jaar met borstkanker sinds 2001 en uitzaaiingen
sinds 2007.
- 2007-2010 hormonale behandeling
- 2007, 2009 radiotherapie op pijnlijke skeletmetastase
- 2010 chemotherapie CAF 6 maand
- 2012 chemotherapie taxotere 6 maand
- 2013 chemotherapie xeloda zonder veel effect, onmiddellijk navelbine.
Herhaaldelijk radiotherapie op pijnlijke skeletmetastasen. Mobiliteit sterk
gedaald, bijna bed en zetelgebonden
- 2014: bezoek aan het dagziekenhuis wegens nieuwe klachten
- opnieuw progressie. Behandelend oncoloog stelt nieuwe therapie voor, schat de kans
op goede respons op 30% en is daar nogal enthousiast over
- Patiënte heeft het wel gehad met de chemotherapie, maar wil haar arts niet
ontgoochelen en brengt dat niet ter sprake tijdens de consultatie
- Terug op de kamer voelt de palliatief zorgkundige aan dat patiënte eigenlijk liever niet
met chemotherapie zou starten, ook al benoemt patiënte dit ook naar haar niet expliciet
Sturende taak van het PST ?
132
Wanneer verpleegkundigen en/of familie en/of patiënt het gevoel hebben dat er
sprake is van therapeutische hardnekkigheid terwijl het behandelend artsenteam
dat (nog) niet zo aanvoelt moeten ze dit aan het PST kunnen melden. Het is dan
de taak van het PST om dat gesprek met patiënt, familie, verpleegkundigen op
gang te brengen.
Aansluitend op vorige vraag: het gebeurt dat het
PST met mij de zinloosheid van verderzetten van
therapie bij een patiënt komt aankaarten
2,8%
27,8%
30,6%
33,3%
5,6%
3,4%
55,2%
13,8%
13,8%
13,8%
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90%100%
Dat is al gebeurd. Het was een vervelendeervaring
Dat is al gebeurd. Het zou vaker moetengebeuren
Nooit, en dat is jammer
Nooit, en ik vind dat eigenlijk wel best zo
Regelmatig
OncoRTHem (n=29) andere (n=36)
134
Wat verwacht U van het PST
bij een euthanasievraag
47,2%
66,7%
41,7%
52,8%
86,1%
80,6%
80,6%
54,8%
67,7%
71,0%
71,0%
90,3%
96,8%
100,0%
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%
Zij zoeken een tweede arts
Zij zijn aanwezig bij de euthanasie
Zij spreken tijdstip en plaats van deeuthanasie af
Zij treffen alle praktische schikking rond deuitvoering (infuus, medicatie bestellen, ...)
Zij coördineeren gesprekken met familie enpatiënt
Zij bewaken de nazorg bij familie
Zij bewaken de wettelijk correcte gang vanzaken
OncRTHem (n=31) andere (n=36)
• Volgens de respondenten nogal unaniem
onmisbaar geworden bij het medisch handelen
• Het PST heeft een psychisch/emotioneel
ondersteunende maar ook een praktische taak
• Zuiver oncologische disciplines lijken meer te
rekenen op een pro-actieve en sturende houding
van het PST bij het medisch handelen rond het
levenseinde dan gemengde disciplines.
• Euthanasie: grote voorbereidende activiteit
verwacht / betrokkenheid bij praktische uitvoering
wordt minder verwacht
Palliatief support team
Mijn vader had een uur lang zitten zwijgen bij mijn
bed.
Toen hij zijn hoed had opgezet
zei ik, nou, dit gesprek is makkelijk te resumeren.
Nee, zei hij, nee toch niet,
je moet het maar eens proberen.
Judith Herzberg
(Beemdgras, 1968)
Panelgesprek
Met dr. Gert Huysmans als moderator,
Huisarts, palliatief arts en
Voorzitter Federatie Palliatieve Zorg
Vlaanderen vzw