OMGEVINGSVERGUNNING … · van een bedrijfsruimte, bouwen van 3 hallen, realiseren van een...
Transcript of OMGEVINGSVERGUNNING … · van een bedrijfsruimte, bouwen van 3 hallen, realiseren van een...
1
****15.00347215.00347215.00347215.003472****15.003472omgevingsvergunningomgevingsvergunning
OMGEVINGSVERGUNNINGOMGEVINGSVERGUNNINGOMGEVINGSVERGUNNINGOMGEVINGSVERGUNNING nr. nr. nr. nr. 185083185083185083185083
uitgebreide procedure
Het College van burgemeester en wethouders heeft op 12 januari 2014 een aanvraag voor een
omgevingsvergunning ontvangen voor het uitbreiden van een bedrijfsruimte, het bouwen van 3 hallen,
realiseren van een in-/uitrit en het legaliseren van bestaande bebouwing. De aanvraag gaat over
Zeelandsedijk 28A in Volkel, kadastraal bekend als gemeente Uden, sectie O, nummer 1058 + 1186 +
1188. De aanvraag is geregistreerd onder nummer 185083.
BBBBesluit esluit esluit esluit
Het College van burgemeester en wethouders besluit, gelet op artikel 2.1, 2.2 en 2.10 van de Wet
algemene bepalingen omgevingsrecht de omgevingsvergunning te verlenen.
De omgevingsvergunning wordt verleend voor de volgende activiteiten:
- Bouwen
- In-uitrit aanleggen,
zoals op de gewaarmerkte situatietekening is aangegeven.
ProcedureProcedureProcedureProcedure
Op dit besluit is de coördinatieregeling ex artikel 3.30 Wet ruimtelijke ordening (Wro) toegepast. Dit
betekent dat het besluit tezamen met het ontwerpbestemmingsplan “Zeelandsedijk 28-30a, Volkel” is
voorbereid (artikel 2 jo. artikel 4 van de Coördinatieverordening Wro Uden 2013). Op basis van artikel
3.31, lid 3 Wro, wordt daarbij de uitgebreide procedure zoals bedoeld in afdeling 3.4 van de Algemene
wet bestuursrecht (Awb) gevolgd. Deze aanvraag haakt aan bij de procedure voor het nieuwe
bestemmingsplan voor de locatie.
De aanvraag voor de activiteit het (ver)bouwen van een bouwwerk is getoetst aan artikel 2.1,
lid 1a van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en de activiteit het maken, hebben of
veranderen van een uitweg of het gebruik daarvan veranderen is getoetst aan artikel 2.2, lid 1e van de
Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. Ook hebben wij uw aanvraag getoetst aan het Besluit
omgevingsrecht en de Ministeriele regeling omgevingsrecht. Uw aanvraag voldoet aan de voorschriften
en daarom besluiten wij u de gevraagde omgevingsvergunning te verlenen.
Overige bijgevoegde documentenOverige bijgevoegde documentenOverige bijgevoegde documentenOverige bijgevoegde documenten
Onlosmakelijk onderdeel van deze vergunning zijn de bijgevoegde en als zodanig gewaarmerkte
stukken.
BeroepsclausuleBeroepsclausuleBeroepsclausuleBeroepsclausule
U en andere belanghebbenden kunnen tegen het besluit binnen zes weken na bekendmaking van dit
besluit beroep aantekenen. Het beroepschrift moet worden ondertekend en bevat tenminste naam en
adres van de indiener, de dagtekening, een omschrijving van het besluit waartegen het beroep zich
richt en de gronden van het beroep. Het beroepsschrift moet in tweevoud worden ingediend bij de
Rechtbank Oost-Brabant, t.a.v. de sector Bestuursrecht, Postbus 90125, 5200 MA ’s-Hertogenbosch.
Het indienen van een beroepschrift betekent niet dat de werking van het besluit wordt uitgesteld.
2
Indien gelet op uw belangen onverwijlde spoed is vereist bestaat de mogelijkheid om na indiening van
een beroepschrift een voorlopige voorziening aan te vragen bij de Voorzieningenrechter van de
Rechtbank Oost-Brabant, Postbus 90125, 5200 MA ’s-Hertogenbosch.
InwerkingtredingInwerkingtredingInwerkingtredingInwerkingtreding
Tegen het besluit kan binnen zes weken na bekendmaking een beroepschrift worden ingediend. De
beschikking treedt in werking na het verstrijken van deze termijn. Het indienen van een beroepschrift
schorst de werking van het besluit niet.
Wanneer u of andere belanghebbenden van mening zijn dat het besluit niet in werking mag treden
gelet op de diverse belangen, kan een voorlopige voorziening worden gevraagd. Wanneer een
voorlopige voorziening wordt aangevraagd treedt de beschikking pas in werking nadat hierover een
beslissing is genomen.
Uden, 9 januari 2015
Namens Burgemeester en wethouders van Uden
mevr. mr. C.J.F. Mutsaars-van Es
wnd. hoofd afdeling Bouwen en Milieu
3
InhoudsopgaveInhoudsopgaveInhoudsopgaveInhoudsopgave
De volgende onderdelen horen bij en maken deel uit van de omgevingsvergunning voor het uitbreiden
van een bedrijfsruimte, bouwen van 3 hallen, realiseren van een in-/uitrit en legaliseren van de
bestaande bebouwing op Zeelandsedijk 28A in Volkel.
Procedureel
blz. 04
Voorschriften blz. 05
Overwegingen blz. 07
4
ProcedureelProcedureelProcedureelProcedureel
Gegevens aanvragerGegevens aanvragerGegevens aanvragerGegevens aanvrager
Op 12 januari 2014 ontvingen wij een aanvraag voor een omgevingsvergunning zoals bedoeld in de
Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). Het gaat om een verzoek van: Van Engeland-
de Groot B.V., t.a.v. De heer W.W.C.M. de Groot, Zeelandsedijk 28A, 5408 SM Volkel.
Het project waarvoor vergunning wordt gevraagd is als volgt te omschrijven:
uitbreiden van een bedrijfsruimte en bouwen van 3 hallen
Gelet op bovenstaande omschrijving wordt vergunning gevraagd voor de volgende in de Wabo
omschreven omgevingsaspecten:
- bouwen
- in-/uitrit aanleggen
Bevoegd gezagBevoegd gezagBevoegd gezagBevoegd gezag
Gelet op bovenstaande projectbeschrijving, alsmede op het bepaalde in hoofdstuk 3 van het Besluit
omgevingsrecht (Bor) en de daarbij horende bijlage zijn wij het bevoegd gezag om de integrale
omgevingsvergunning te verlenen. Daarbij zijn wij er procedureel en inhoudelijk voor verantwoordelijk
dat in ons besluit alle relevante aspecten aan de orde komen over de fysieke leefomgeving, zoals
ruimte, milieu, natuur en aspecten over bouwen, monumenten en brandveiligheid. Verder dienen wij
ervoor zorg te dragen dat de aan de omgevingsvergunning verbonden voorschriften op elkaar zijn
afgestemd.
OntvankelijkheidOntvankelijkheidOntvankelijkheidOntvankelijkheid
Artikel 2.8 van de Wabo biedt de grondslag voor een geharmoniseerde regeling van de indienings-
vereisten. Dit betreft de gegevens en bescheiden die bij een aanvraag om een omgevingsvergunning
moeten worden gesteld om tot een ontvankelijke aanvraag te komen. De regeling is uitgewerkt in
paragraaf 4.2 van het Bor, met een nadere uitwerking in de Ministeriële regeling omgevingsrecht (Mor).
Na ontvangst van de aanvraag hebben wij deze aan de hand van de Mor getoetst op ontvankelijkheid.
Wij zijn van oordeel dat de aanvraag voldoende informatie bevat voor een goede beoordeling van de
gevolgen van de activiteit op de fysieke leefomgeving. De aanvraag is dan ook ontvankelijk en in
behandeling genomen.
Ter inzage leggingTer inzage leggingTer inzage leggingTer inzage legging
Tussen 08-05-2014 en 18-06-2014 heeft een ontwerp van de deze beschikking ter inzage gelegen en
zijn belanghebbenden in de gelegenheid gesteld om zienswijzen naar voren te brengen.
Hiervan is gebruik gemaakt door Banning advocaten, namens Van Engeland – De Groot B.V., en
Boskamp en Willems advocaten, namens de heer F.W. Bouwmans. . . . Deze zienswijzen en de
beantwoording daarvan zijn opgenomen in het bij dit besluit behorende ‘Zienswijzenrapport
Ontwerpbestemmingsplan Zeelandsedijk 28-30a te Volkel’.
5
VoorschrifVoorschrifVoorschrifVoorschriftentententen
Aan de omgevingsvergunning zijn de volgende voorschriften verbonden:
HHHHet (ver)bouwen van een bouwwerket (ver)bouwen van een bouwwerket (ver)bouwen van een bouwwerket (ver)bouwen van een bouwwerk
1. Er moet gebouwd worden met inachtneming van het Bouwbesluit en de bepalingen van de Bouw-
verordening van de gemeente Uden.
2. Uiterlijk 3 weken voordat met de werkzaamheden wordt gestart moeten de onderstaande stukken
bij de afdeling Bouwen en Milieu zijn ingediend:
- tekeningen en/of berekeningen van de gewapende beton-,staal-, systeemvloer-, hout- en
spantconstructies.
3. Uiterlijk 3 weken voordat met de werkzaamheden mag worden gestart moeten de onderstaande
stukken bij de afdeling Bouwen en Milieu zijn ingediend en zijn goedgekeurd:
- gegevens, tekeningen en/of berekeningen van de toe te passen installaties;
- tekeningen van de riolering;
- capaciteitsberekening van de infiltratievoorziening;
- capaciteitsberekening van de retentievoorziening;
4. Het uitzetten van het bouwwerk en de bepaling van het erfgrenspeil wordt door de gemeente
uitgevoerd. Hiervoor dient een afspraak te worden gemaakt met de heer Sengers van Landmeten,
bereikbaar op telefoonnummer (0413) 281339.
5. Het bouwplan moet worden uitgevoerd overeenkomstig de bijgevoegde geluidsrapportage.
6. Na gereed zijn van de werkzaamheden en voor ingebruikname van het bouwwerk moet met een
geluidmeting worden aangetoond dat het bouwwerk voldoet aan de gestelde geluidseisen. De
resultaten van het onderzoek moeten aan de afdeling Bouwen en Milieu worden verstrekt.
7. Indien er voor, tijdens of na de bouwwerkzaamheden bronnering plaatsvindt, moet hiervoor
goedkeuring worden gevraagd bij Waterschap Aa en Maas te ’s-Hertogenbosch. Dit kan via
telefoonnummer (073) 6158333 of per email: [email protected]
8. Indien bij de bouw vrijkomende grond wordt hergebruikt op een andere bestemming dan op het
betreffende perceel, dient u contact op te nemen met de gemeente waar de grond naartoe wordt
getransporteerd. Indien de grond hergebruikt wordt in de gemeente Uden dan dient van deze
grond een bewijs te worden overgelegd dat deze grond geschikt is voor hergebruik. Hierover moet
u contact opnemen met de heer Van den Elzen van de afdeling Bouwen en Milieu, bereikbaar via
telefoonnummer (0413) 281450.
9. Het hemelwater mag niet worden afgevoerd op het gemeentelijk riool, maar dient te worden
afgevoerd naar een in de nabijheid gelegen sloot of dient te worden geïnfiltreerd in de bodem.
Voor de opvang en het transport van het hemelwater mogen géén uitlogende materialen worden
gebruikt.
10. Indien het hemelwater wordt geïnfiltreerd moet hierover contact worden opgenomen met de heer
Van Roosmalen, bereikbaar op telefoonnummer (0413) 281319.
11. Indien er puin wordt aangebracht dat als infiltratievoorziening gaat dienen, moet hiervan op basis
van het Bouwstoffenbesluit, 3 werkdagen voordat het wordt aangebracht, een certificaat worden
overgelegd aan de heer Van Roosmalen, telefonisch bereikbaar via nummer (0413) 281319.
12. Indien het hemelwater op een sloot wordt geloosd, moet hiervoor goedkeuring worden
aangevraagd bij Waterschap Aa en Maas te ’s-Hertogenbosch. Dit kan via telefoonnummer (073)
6158333 of per email: [email protected]
13. Indien werkzaamheden worden uitgevoerd in of nabij een watergang dient hierover contact te
worden opgenomen met Waterschap Aa en Maas te ’s-Hertogenbosch. Dit kan via
telefoonnummer (073) 6158333 of per email: [email protected]
14. Indien water wordt onttrokken uit een bestaande watergang, dient hierover contact te worden
opgenomen met Waterschap Aa en Maas te ’s-Hertogenbosch. Dit kan via telefoonnummer (073)
6158333 of per email: [email protected]
6
15. Indien tijdens de bouw detail-, of materiaalkeuzes worden gemaakt die niet voldoende uitgewerkt
waren bij de vergunningaanvraag, en waarvan is aangenomen dat deze voldoen aan het Bouw-
besluit, dient bij twijfel ten genoegen van de met het toezicht belaste ambtenaar alsnog
aangetoond te worden dat aan het Bouwbesluit wordt voldaan.
16. Er dient op het perceel secundaire bluswatervoorziening te worden aangebracht die:
- een brandweereenheid de mogelijkheid biedt om binnen vijftien minuten na aankomst met
een lage druk watertransport water op de brandhaard te hebben en geen grotere afstand tot de
(te verwachten) brandhaard mag hebben dan 320 meter;
- die aanvullend is op de primaire bluswatervoorziening zoals geboorde putten, bluswaterriolen
of een vijver;
- moet voorzien in een waterlevering die voldoende en te allen tijde beschikbaar is. De kwaliteit
van het water moet van dien aard zijn dat er geen schade aan de bluspomp kan ontstaan;
- die voldoet aan de voorwaarden van brandweer LUV (zie bijlage 1).
17. Indien de maximale variabele vuurbelasting wordt overschreden, dient er door aanpassingen aan
de dan geldende regelgeving te worden voldaan.
18. Minimaal 3 weken voor aanvang van de werkzaamheden moet aan onderstaande
voorwaarden voldaan zijn:
Bouwbesluit 2012 Artikel 2.84 lid 1, 2.94 lid 1
Van alle onderdelen uit een brandwerende scheiding die een brandwerendheid bezitten moeten
testrapporten conform de NEN 6069, 6076, 6077 (of eenzelfde europese norm) overgelegd
worden.
Bouwbesluit 2012 Artikel 6.30 lid 1
Omdat er geen toereikende openbare bluswatervoorziening is, moet worden zorg gedragen voor
een toereikende niet-openbare bluswatervoorziening.
De bluswatervoorziening moet een capaciteit hebben van tenminste 90 mDe bluswatervoorziening moet een capaciteit hebben van tenminste 90 mDe bluswatervoorziening moet een capaciteit hebben van tenminste 90 mDe bluswatervoorziening moet een capaciteit hebben van tenminste 90 m3333/h./h./h./h.
Bouwbesluit 2012 Artikel 7.7 lid 1,2 en 3
Bedrijfsmatige opslag van brandbare niet-milieugevaarlijke stoffen is zodanig dat bij brand geen
onveilige situatie kan ontstaan voor een op een aangrenzende perceel gelegen of op dat perceel
volgens het bestemmingsplan nog te realiseren gebouw (voorzover dat een brandcompartiment
is), of voor een speeltuin, kampeerterrein of opslag van brandgevaarlijke stoffen.
Voor de opslag van hout, anders dan in een gebouw, geldt dat:
a. de opslag bij brand gedurende een periode van ten minste 60 minuten, gerekend vanaf het
ontstaan van de brand, geen grotere stralingsbelasting veroorzaakt dan 15 kW/m²;
b.b.b.b. de bereikbaarheid van de opslag vanaf twee tegenover elkaar liggende zijden is gewaarborgd,
waarbij in een derde zijde ook een toegangsmogelijkheid aanwezig is indien die zijde langer is
dan 40 m, en bij de opslag een bluswatervoorziening met gedurende ten minste vier uren een
toevoercapaciteit van ten minste 90 m³ per uur aanwezig is. De bluswatervoorziening is De bluswatervoorziening is De bluswatervoorziening is De bluswatervoorziening is
onvoldoende en moet worden aangepast. onvoldoende en moet worden aangepast. onvoldoende en moet worden aangepast. onvoldoende en moet worden aangepast.
Het Het Het Het maken, veranderen van een uitwegmaken, veranderen van een uitwegmaken, veranderen van een uitwegmaken, veranderen van een uitweg
- Er wordt een inrit gerealiseerd met een maximaal breedte van 8 meter aan de wegkant.
- U dient rekening te houden met eventuele liggingen van kabels en leidingen.(KLIC-melding)
- De asfaltweg dient ingezaagd te worden voor een mooie aansluiting met de inrit.
- De materialen van de inrit worden door de aanvrager zelf besteld en gerealiseerd.
- Als er begonnen wordt aan het realiseren van de inrit dient er contact opgenomen te worden
met Henry Scheffers telefoonnummer 0413-281269.
7
OverwegingenOverwegingenOverwegingenOverwegingen
Aan het besluit liggen de volgende inhoudelijke overwegingen ten grondslag:
Het (ver)bouwen van een bouwwerk.Het (ver)bouwen van een bouwwerk.Het (ver)bouwen van een bouwwerk.Het (ver)bouwen van een bouwwerk.
Op grond van artikel 2.1 van de Wabo is voor het realiseren van het project een omgevingsvergunning
noodzakelijk voor de activiteit Bouwen.
De activiteit is in strijd met het bestemmingsplan “Buitengebied 2006” om de volgende redenen. De
aanvraag is gedeeltelijk gelegen buiten het toepasselijke bouwvlak waarbinnen bebouwing is
toegestaan en tevens wordt de maximale maatvoering welke is toegestaan binnen het bouwvlak
overschreden.
Voor de bovengenoemde strijdigheden is een nieuw bestemmingsplan, “Zeelandsedijk 28-30a, Volkel”,
opgesteld. De ingediende aanvraag voldoet aan de toepasselijke voorschriften van het
bestemmingsplan “Zeelandsedijk 28-30a, Volkel”. Door dit bestemmingsplan en de aanvraag
omgevingsvergunning gelijktijdig te behandelen en ter inzage te leggen wordt toepassing gegeven aan
de coördinatieregeling op grond van afdeling 3.6 Wro en de coördinatieverordening van de gemeente
Uden 2013. Aanvrager heeft schriftelijk aangegeven medewerking te verlenen aan een gelijktijdige
behandeling op grond van de coördinatieregeling.
Het bestemmingsplan en de aanvraag omgevingsvergunning hebben ter inzage gelegen van 08-05-
2014 tot en met 18-06-2014. Gedurende deze periode zijn zienswijzen ingediend. Deze zienswijzen
en de beantwoording daarvan zijn opgenomen in het bij dit besluit behorende ‘Zienswijzenrapport
Ontwerpbestemmingsplan Zeelandsedijk 28-30a te Volkel’. Deze zienswijzenrapportage maakt een
onlosmakelijk onderdeel uit van dit besluit. Tevens heeft de gemeenteraad op 11 december 2014 het
bestemmingsplan voor de locatie gewijzigd vastgesteld en, gezien het bericht van de provincie Noord-
Brabant op PM, is dit bestemmingsplan op PM Dit besluit is op PM gepubliceerd in de Staatscourant en
op PM in werking getreden.
Het maken, hebben of veranderen van een uitweg of het gebruik daarvan veranderenHet maken, hebben of veranderen van een uitweg of het gebruik daarvan veranderenHet maken, hebben of veranderen van een uitweg of het gebruik daarvan veranderenHet maken, hebben of veranderen van een uitweg of het gebruik daarvan veranderen
Op grond van artikel 2.2 lid 1 sub e van de Wabo juncto artikel 2.12 van de APV Uden is voor het
maken van een uitweg naar de weg of verandering brengen in een bestaande uitweg naar de weg een
vergunning vereist. Ingevolge artikel 2.12, lid 2 van de APV Uden kan de vergunning worden geweigerd
in het belang van:
a. de bruikbaarheid van de weg;
b. het veilig en doelmatig gebruik van de weg;
c. de bescherming van het uiterlijk aanzien van de omgeving;
d. de bescherming van groenvoorzieningen;
e. het behoud van openbare parkeerplaatsen.
Gebleken is dat er geen sprake is van de belangen genoemd onder a t/m e om de gevraagde
vergunning te weigeren.