O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge...

42
Reg.nr. INTB-15-01921 Gemeente Oldenzaal Het college van burgemeester en wethouders van Oldenzaal; gelet op het bepaalde in titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 35 van de Participatiewet; besluit: vast te stellen de bij dit besluit behorende Uitvoeringsregels bijzondere bijstand 2015 en de Vergoedingenlijst bijzondere bijstand 2015. Vastgesteld in de vergadering van 24 maart 2015, het college van burgemeester en wwhouders de secretaris de b

Transcript of O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge...

Page 1: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

Reg.nr. INTB-15-01921 Gemeente

Oldenzaal

Het college van burgemeester en wethouders van Oldenzaal;

gelet op het bepaalde in titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 35 van de Participatiewet;

besluit:

vast te stellen de bij dit besluit behorende Uitvoeringsregels bijzondere bijstand 2015 en de Vergoedingenlijst bijzondere bijstand 2015.

Vastgesteld in de vergadering van 24 maart 2015,

het college van burgemeester en wwhouders

de secretaris de b

Page 2: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

Besluit Uitvoeringsregels Bijzondere bijstand 2015

Behoort bij besluit van het college van burgemeester en wethouders van 24 maart 2015, reg. nr. INTB-15-01921, De gemeentesecretaris,

A

Page 3: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

Uitvoeringsregels Bijzondere bijstand

2015

Page 4: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

Inhoudsopgave

Algemeen 3 Definitie bijzondere bijstand 3 Voorliggende voorziening 3 Doelgroep 3 Draagkracht 4 Drempelbedrag 4 Aanvraagtermijn 4

Kostensoorten 5 1. Woninginrichting en duurzame gebruiksgoederen 5 2. Medische kosten 6 3. Woonkosten 8 4. (Huur)schulden 10 5. Aanvulling op algemene bijstand aan jongeren 12 6. Voormalige alleenstaande ouder 12 7. Tegemoetkoming kosten kinderopvang 13 8. Bijzondere bijstand voor andere kosten 13

Page 5: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

Algemeen

De wijze waarop de verlening van bijstand voor bijzondere noodzakelijke bestaanskosten (kortweg: bijzondere bijstand) lokaal plaatsvindt, wordt in hoofdzaak door de gemeente zelf bepaald. De bijzon­dere bijstand heeft het karakter van een op de individuele omstandigheden afgestemde voorziening voor bijzondere bestaanskosten. Als er sprake is bijzondere omstandigheden waardoor iemand hoge­re kosten heeft dan waarin (een inkomen ter hoogte van) de algemene bijstand voorziet, kan bijzonde­re bijstand worden verleend. De bijstand van deze kosten is niet genormeerd; de gemeente heeft de verantwoordelijkheid voor de beoordeling van de noodzaak en hoogte van de bijzondere bijstand. Daartoe moeten uitvoeringsregels worden vastgesteld.

Definitie bijzondere bijstand De definitie van bijzondere bijstand is te vinden in artikel 5 sub d en artikel 35 P articipatiewet: De bijstand die wordt verstrekt voor de uit bijzondere omstandigheden voortvloeiende noodzakelijke kosten van het bestaan, die niet kunnen worden voldaan uit de bijstandsnorm, de individuele inko­menstoeslag, de Individuele studietoeslag, het vermogen en het inkomen voor zover dit meer be­draagt dan de bijstandsnorm (draagkracht).

Het recht op bijzondere bijstand voor bepaalde kosten hangt dus af van de omstandigheden in het individuele geval en kan dan ook slechts van geval tot geval worden beoordeeld. Het kan hierbij om zeer diverse kostensoorten gaan. Uit vaste jurisprudentie volgt dat het recht op bijzondere bijstand niet naar kostensoort is begrensd.

Voorliggende voorziening Ingevolge artikel 15 Participatiewet bestaat geen recht op bijstand voor zover een beroep kan worden gedaan op een voorliggende voorziening die, gezien haar aard en doel, wordt geacht voor de belang­hebbende toereikend en passen te zijn. Het recht op bijstand strekt zich evenmin uit tot kosten die in de voorliggende voorziening als niet noodzakelijk worden aangemerkt. Onder voorliggende voorziening wordt verstaan elke voorziening buiten de Participatiewet waarop aanspraak bestaat ter verwerving van middelen of ter bekostiging van specifieke uitgaven.

Hieruit volgt dat bijzondere bijstand kan worden verstrekt als een voorziening noodzakelijk is, maar een voorliggende voorziening toch geen vergoeding geeft (bijvoorbeeld om budgettaire reden). Als de voorliggende voorziening de kosten echter als niet noodzakelijk beschouwt, dan bestaat er in principe ook geen recht op bijzondere bijstand.

Als een aanvraag bijzondere bijstand wordt afgewezen omdat de aanvrager een beroep kan doen op een voorliggende voorziening, dan dient vast te staan dat de aanvrager ook daadwerkelijk een beroep kan doen op deze voorliggende voorziening. Als de aanvrager bijvoorbeeld niet meer kan aanvragen bij de voorliggende voorziening omdat hij te laat is, dan kan de aanvraag niet worden afgewezen met de motivering dat hij een beroep kan doen op een voorliggende voorziening. Onderzocht moet dan worden of de aanvrager verwijtbaar heeft gehandeld en of de bijzondere bijstand daarom ook moet worden afgewezen. Daarnaast kan bezien worden of de bijzondere bijstand als lening verstrekt moet worden.

Doelgroep Alle inwoners van Oldenzaal die op het moment van aanvraag een inkomen hebben waaruit de bij­zondere noodzakelijke kosten niet kunnen worden voldaan, kunnen een aanvraag indienen. Studen­ten behoren niet tot de doelgroep als het gaat om Individuele inkomenstoeslag en de collectieve ziek­tekostenverzekering.

Page 6: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

Draagkracht Onder draagkracht wordt verstaan dat gedeelte van het inkomen en/of vermogen dat een bepaalde grens te boven gaat. Men wordt in staat geacht met de draagkracht een gedeelte van de kosten zelf te voldoen. De vaststelling van de draagkracht vindt plaats met inachtneming van de volgende punten: • Het in aanmerking te nemen vermogen

Als het vermogen van de aanvrager lager is dan het vrij te laten vermogen ingevolge de Participa­tiewet, dan wordt dit vermogen niet in aanmerking genomen bij het vaststellen van de draagkracht. Er geldt een uitzondering voor de vervanging/aanschaf van duurzame gebruiksgoederen en de kosten van woninginrichting. Als men aan de overige voonA^aarden voldoet geldt hiervoor een vermogensvrijlating van twee keer de voor hen geldende bijstandsnorm (zie: onderdeel kosten­soorten). Voor autobezit geldt een extra vrijlating van € 7.000,00, aangezien een auto tot die waarde als algemeen gebruikelijk wordt aangemerkt.

• Het inkomen voor zover dit meer bedraagt dan 110% van de van toepassing zijnde bijstandsnorm. • Een eventueel verstrekte Individuele inkomenstoeslag wordt niet meegenomen bij de vaststelling

van de draagkracht.

Draagkrachtperiode

De draagkracht wordt vastgesteld voor een jaar en gaat in op de eerste van de maand waarin bijzon­dere bijstand wordt aangevraagd. De draagkracht dient binnen het jaar te worden gebruikt. Als met terugwerkende kracht bijzondere bijstand wordt aangevraagd gaat de draagkracht in op de eerste van de maand waarin de kosten zijn gemaakt (dus ook met terugwerkende kracht).

Draagkrachtpercentage

Bij een inkomen tot 110% van de betreffende bijstandsnorm wordt geen draagkracht aanwezig geacht. Dat betekent dat de bijzondere kosten volledig met bijzondere bijstand kunnen worden vergoed. De betreffende bijstandsnorm wordt berekend met toepassing van het kostendelersprincipe (artikel 22a Participatiewet). Bedraagt het inkomen meer dan 110% van de bijstandsnorm, dan wordt de draag­kracht vastgesteld op 25% van de inkomensoverschrijding. Dat houdt in dat 75% van het inkomen boven 110% van de betreffende bijstandsnorm wordt vrijgelaten. Dat betekent dat bij aanvragers van bijzondere bijstand, die over een inkomen anders dan bijstand beschikken, een beoordeling van de kostendelersnorm dient plaats te vinden, voordat de draagkracht kan worden vastgesteld. Voor de berekening van de draagkracht kan gebruik worden gemaakt van het berekeningsmodel (Bijlage 1.)

Drempelbedrag Op grond van artikel 35, tweede lid Participatiewet kan de gemeente een drempelbedrag hanteren (max. € 129,-). Bij de verlening van bijzondere bijstand wordt in de gemeente Oldenzaal geen drem­pelbedrag toegepast.

Aanvraagtermijn Bijzondere bijstand kan met terugwerkende kracht worden verleend. De bijstand moet wel worden aangevraagd binnen 12 maanden na de datum waarop de kosten daadwerkelijk zijn gemaakt. Er moet altijd een bewijsstuk van de gemaakte kosten worden overgelegd.

Bijstandsverlening met terugwerkende kracht kan het niet-gebruik van bijzondere bijstand verminde­ren. Maar het voorkomt ook het onnodig meerdere malen aanvragen voor kleine bedragen: de klant kan de nota's opsparen.

Uitzonderingen op deze beleidslijn is de verlening van bijzondere bijstand voor verhuis- en inrichtings­kosten (inclusief de kosten van duurzame gebruiksgoederen). Hiervoor moet de klant wel vooraf een aanvraag indienen. De reden hiervoor is dat het niet mogelijk is achteraf de noodzaak van deze kos­ten vast te stellen.

Page 7: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

Kostensoorten

De volgende kostensoorten kunnen voor bijzondere bijstand in aanmerking komen.

1. Woninginrichting en duurzame gebruiksgoederen Ais algemene regel geldt dat de kosten van woninginrichting en duurzame gebruiksgoederen dienen te worden voldaan uit de algemene bijstand (of een ander inkomen) door middel van reservering vooraf (sparen) of achteraf (lenen). Als dat niet mogelijk is kan voor de noodzakelijke kosten bijstand worden verstrekt op de volgende manieren: 1. als borgstelling voor een bij de (Stads)bank af te sluiten lening; 2. als leenbijstand; 3. om niet. Als het inkomen meer bedraagt dan de bijstandsnorm dient het meerinkomen evenals het aanwezige vermogen volledig te worden ingezet. Indien het aflossingsbedrag dat in de bijstandsnorm is begrepen (5%) alsmede het meerinkomen onvoldoende is om de aflossing te bekostigen, is bijzondere bijstand mogelijk ter hoogte van het verschil.

Ad.1 In bepaalde situaties is de Stadsbank alleen bereid een lening te verstrekking indien de gemeente borg staat voor de te verstrekken lening. Dit geniet dan de voorkeur, omdat de Stadsbank ten opzichte van de Participatiewet een voorliggende voorziening is. Ingevolge artikel 51 Participatiewet bestaat de mogelijkheid om aanvullende bijstand te verstrekken voor rente en aflossing van een lening bij de Stadsbank, indien de aflossingsverplichting, in verband met de hoogte van de lening, het maximale aflossingsbedrag (5% van de bijstandsnorm) te boven gaat. Mede in verband met de hoge (rente)kosten die hieraan verbonden zijn, hanteert de gemeente Olden-zaal de volgende werkwijze:

De Stadsbank verstrekt een maximale lening ter hoogte van de aflossingscapaciteit over een periode van 3 jaar. Voor zover betrokkene noodzakelijk behoefte heeft aan een hoger bedrag, zal door de gemeente Oldenzaal een aanvullende bijstand tot dat noodzakelijke bedrag worden toegekend. De aanvullende bijstand wordt gedurende de eerste 3 jaren als leenbijstand ver­strekt, waarbij de aflossing voorlopig op nihil wordt gesteld. Indien gedurende de looptijd van de lening de persoonlijke en/of financiële omstandigheden wijzigen, kan dat leiden tot het tussen­tijds opleggen van een aflossing t.b.v. de lening bij de gemeente Oldenzaal. Na afloop van de driejaarstermijn wordt bezien of de leenbijstand kan worden omgezet in bijstand om niet.

Er worden dus geen betalingen meer verstrekt voor rente en aflossing van de leningen bij de Stads­bank, zodat in voorkomende gevallen geen borgstelling meer nodig is. Bij voortijdige verhuizing naar een andere gemeente houdt zowel de Stadsbank als de gemeente Oldenzaal een vordering op be­trokkene.

Ad. 2 Bijzondere bijstand in de vorm van een geldlening (leenbijstand) is slechts mogelijk indien geen lening afgesloten kan worden bij de Stadsbank en de noodzaak vaststaat. De aflossing bedraagt 5% van de toepasselijke bijstandsnorm. De maximale aflossingsduur bedraagt 3 jaar.

Ad. 3 In bijzondere individuele situaties kan bijzondere bijstand om niet worden verleend. Maar pas als de eerdergenoemde mogelijkheden ((Stads)bank, lening, leenbijstand) niet aan de orde zijn.

Hierop geldt één uitzondering: voor de vervanging van noodzakelijke duurzame gebruiksgoederen (met name: wasmachine, koelkast, stofzuiger) kan onder de volgende voorwaarden bijstand om niet worde verstrekt:

Page 8: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

reserveringsmogelijkheden in het verleden hebben ontbroken en de aflossingscapaciteit is naar de toekomst al volledig ingezet, zonder dat dit het gevolg is geweest van een tekortschietend besef van verantwoordelijkheid; personen met tenminste drie jaar een minimuminkomen (110%) en onvoldoende eigen middelen, worden niet in staat geacht de vervanging van de meest noodzakelijke goederen zelf te bekosti­gen of hiervoor een lening af te sluiten; uit onderzoek moet blijken dat het tegoed op de betaalrekening en/of spaarrekening ontoereikend is om de aanschaf te bekostigen; een bedrag ter hoogte van twee keer het geldende normbedrag per kalendermaand genoemd in Hoofdstuk 3, paragraaf 3.2 en 3.3 Participatiewet wordt vrijgela­ten; er moet sprake zijn van het voeren van een zelfstandig huishouden; gelet op de gemiddelde levensduur van duurzame gebruiksgoederen kan eens per 8 jaar bijstand worden verstrekt; de reparatiekosten wegen niet op tegen de resterende levensduur.

Voor de hoogte van de vergoeding wordt verwezen naar de Vergoedingenlijst bijzondere bij­stand.

Indien de periode van 3 jaar voorafgaand aan de bijstandsaanvraag is onderbroken door een periode van zes maanden of langer, gedurende welke periode een inkomen is ontvangen boven de bijstands­norm, dan gaat de periode van drie jaar daarna opnieuw in. Bij de vaststelling van de hoogte van de bijstand om niet wordt het eventuele meerinkomen, indien er sprake is van een onderbreking met een periode korter dan zes maanden, buiten beschouwing gela­ten, zulks om te voorkomen dat dit een belemmering zou kunnen zijn voor het aanvaarden van werk. De grens is gelegd op zes maanden omdat verondersteld mag worden dat indien de periode dat men de beschikking heeft over een inkomen boven de bijstandsnorm langer is dan zes maanden, er ruimte is om te reserveren voor de aanschafkosten van duurzame gebruiksgoederen.

2. Medische kosten In het kader van armoedebestrijding en het terugdringen van het niet-gebruik van bepaalde voorzie­ningen is bij zorgverzekeraar Menzis een collectieve aanvullende verzekering afgesloten voor alle Oldenzaalse minima met een inkomen tot 130% van de bijstandsnorm, het Garantpakket. In het pakket van deze collectieve verzekering is een aantal kosten opgenomen die voorheen uit de bijzondere bijstand werden vergoed. Deze verzekering heeft het wenselijk gemaakt de verstrekkingen van de basisverzekering en de bijzondere bijstand af te stemmen. Het is daarom niet meer mogelijk om voor (eigen bijdragen van) medische kosten, die zijn opgenomen in het Garantpakket, bijzondere bijstand te verlenen. De inhoud van het Garantpakket wordt jaarlijks regionaal vastgesteld in overleg met Menzis. Voor de actuele vergoedingen wordt verwezen naar de Vergoedingenlijst.

Begrippen

Voorliggende voorziening

Bijzondere bijstand kan worden toegekend voor noodzakelijke kosten waarvoor geen toereikende voorliggende voorziening bestaat. In relatie tot het verstrekken van bijzondere bijstand voor medische kosten is de basisverzekering in het kader van de Zorgverzekeringswet de belangrijkste voorliggende voorziening. De kostensoorten die in de basisverzekering zijn opgenomen zijn kosten die zonder meer als noodzakelijk worden beschouwd. Een en ander impliceert dat medische kosten die niet in de ba­sisverzekering zijn opgenomen, strikt genomen niet ais noodzakelijk worden beschouwd en niet voor bijzondere bijstand in aanmerking komen. Overigens is er op het terrein van de ziektekosten nog een aantal voorliggende voorzieningen zoals de Wlz en de Wmo.

Page 9: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

Aanvullende verzekering

Naast de van overheidswege gecreëerde voorzieningen waar de burger een beroep op kan doen, heeft hij de mogelijkheid zich te verzekeren tegen het risico van (hoge) kosten. Het afsluiten van een aanvullende zorgverzekering past hierin. Naast het begrip voorliggende voorziening kent de Participa­tiewet het begrip: 'tekortschietend besef van verantwoordelijkheid'. De wetgever gaat ervan uit dat de burger van eigen verantwoordelijkheid blijk geeft, door zich te verzekeren tegen normaal gangbare risico's. Het afsluiten van een aanvullende zorgverzekering en in dit geval het Garantpakket wordt gezien als een daad van genoegzaam besef. Als de klant daarin tekort schiet, heeft dit gevolgen voor het recht op bijzondere bijstand. Hierin wordt een onderscheid gemaakt tussen mensen die niet willen en mensen die niet kunnen afsluiten.

Bijzondere bijstand en de basisverzekering

De Participatiewet biedt de mogelijkheid bijzondere bijstand toe te kennen indien de voorliggende voorziening een bepaalde kostensoort niet volledig of maar voor een bepaalde periode vergoedt. De noodzaak van de verstrekking staat hierbij niet ter discussie, maar de overheid heeft, doorgaans om budgettaire redenen, ervoor gekozen de vergoeding te beperken. Er is dan sprake van een eigen bij­drage voor de verzekerde. Bijzondere bijstand is niet mogelijk wanneer in de voorliggende voorziening het te vergoeden bedrag nadrukkelijk aan een maximum is verbonden. In een dergelijk geval is de overheid van mening dat met dit maximumbedrag de kosten adequaat worden vergoed. De voorliggende voorziening wordt in dat geval als toereikend beschouwd. Voor de meerkosten is dan ook geen bijzondere bijstand moge­lijk.

Eigen risico basisverzekering Uitgangspunt van de zorgverzekering is dat door de zorgtoeslag het stelsel voor iedereen betaalbaar is. Dat betekent dat voor het verplicht eigen risico geen bijzondere bijstand kan worden verleend. Ten gevolge van het afschaffen van de landelijke compensatieregelingen voor chronisch zieken en gehandicapten (CER en Wtcg) hebben gemeenten extra budget gekregen om deze doelgroep te compenseren. Vanaf 2015 is daarvoor het Garantpakket 3 zodanig uitgebreid dat de meest voorko­mende kostensoorten worden vergoed; dat geldt ook voor het eigen risico. Naast het verplicht eigen risico maakt de Zorgverzekeringswet het mogelijk dat verzekerden kiezen voor een vrijwillig eigen risico. Als de verzekerde hiervoor kiest moet dit zelf worden opgevangen en wordt voor dit eigen risico geen bijzondere bijstand verstrekt.

Bijzondere bijstand en het Garantpakket De kosten die in de aanvullende verzekering zijn opgenomen zijn strikt juridisch gezien in het kader van de bijzondere bijstand niet als noodzakelijke medische kosten aan te merken. Vanuit die optiek ligt het dan ook niet op de weg van de gemeente aanvullende bijzondere bijstand te verstrekken wan­neer de vergoedingen in het aanvullende pakket de gemaakte kosten niet volledig dekken.

Niet willen deelnemen Wanneer cliënten geen gebruik willen maken van de collectieve verzekering, kunnen zij geen aan­spraak maken op bijzondere bijstand voor de kosten die in het Garantpakket zijn opgenomen.

Niet kunnen deelnemen Wanneer iemand niet kan deelnemen ligt dit uiteraard anders. Bij de aanvraag bijzondere bijstand moet beoordeeld worden of er sprake is van niet kunnen of niet willen deelnemen aan het Garantpak­ket. Als er reden is om bijzondere bijstand te verstrekken, dan wordt deze gebaseerd op de vergoe­dingen die het Garantpakket biedt.

Page 10: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

Eigen beleid

De gemeente heeft een zekere vrijheid zelf beleid te formuleren over de vraag welk niveau van ver­goedingen voor ziektekosten zij wenselijk acht voor haar inwoners. Hierbij moet in het oog worden gehouden dat er een consistent pakket aan vergoedingen ontstaat dat uitvoerbaar is, de betrokkenen duidelijkheid biedt en recht doet aan wet- en regelgeving. In dat kader zijn in de bijgaande Vergoedingenlijst enkele medische kosten opgenomen die noodzake­lijk worden geacht. Voor die kosten kan alleen bijzondere bijstand worden verstrekt als aanvragers niet kunnen deelnemen aan het Garantpakket en in zeer bijzondere situaties. In beide gevallen is ex­tra onderzoek nodig.

3. Woonkosten

3.1 Algemeen Woonkosten zijn algemene noodzakelijke kosten van het bestaan, die uit het inkomen en de eventuele huurtoeslag moeten worden voldaan. In een aantal situaties zijn de woonlasten zo hoog, dat een aan­vulling op het inkomen nodig is. Voor de Participatiewet is de Wet op de huurtoeslag een voorliggende voorziening die, gezien aard en doel, toereikend en passend is. Als het actueel inkomen daalt, wordt de huurtoeslag hierop aangepast. Als er recht bestaat op huurtoeslag is bijzondere bijstand dus niet mogelijk.

Alleen in bijzondere individuele omstandigheden, wanneer men niet in aanmerking komt voor huurtoe­slag en waarbij de huisvesting in gevaar komt, kan een tijdelijke woonkostentoeslag (WKT) als bijzon­dere bijstand worden verstrekt als:

- De huurprijs boven de maximum huurgrens ligt (zie 3.2); - De woonlasten van de eigen woning meer bedragen dan de basishuur (zie 3.3 t/m 3.5).

De woonkostentoeslag wordt berekend aan de hand van het inkomen en vermogen, de hoogte van de woonkosten en de huishoudsituatie. Voor de wijze van berekening wordt verwezen naar het berekeningsformulier woonkostentoeslag (bijlage 2). Wat methodiek betreft komt deze overeen met de berekening van de huurtoeslag.

3.2 Huurprijs boven de maximum huurgrens In de situatie waarbij de rekenhuur de maximale huurgrens overstijgt en er geen recht bestaat op een huurtoeslag, is een WKT mogelijk uiterlijk voor 6 maanden. Voor de wijze van berekening wordt ver­wezen naar het berekeningsformulier woonkostentoeslag (bijlage 2). Wat de methodiek betreft komt deze overeen met de berekening van de huurtoeslag. Daarnaast is de vermogensvrijlating als bedoeld in artikel 34, tweede en derde lid Participatiewet, njet van toepassing. Dat betekent dat het eigen ver­mogen eerst ingezet moet worden om de woonlasten zelf te voldoen. Wel kan een bedrag van twee keer het geldende normbedrag genoemd in Hoofdstuk 3, paragraaf 3.2 en 3.3 Participatiewet worden vrijgelaten.

Aan de bijstandsverlening zijn de volgende verplichtingen verbonden: - binnen een maand na aanvraag inschrijven als woningzoekende bij de WBO voor goedkopere

woonruimte; - het accepteren van woonruimte: de huur moet minder bedragen dan de maximum huurgrens.

Men krijgt de mogelijkheid om binnen 6 maanden goedkopere woonruimte te zoeken. Deze termijn kan de gemeente telkens met 3 maanden verlengen, als buiten eigen toedoen nog geen goedkope­re huisvesting is gevonden. Om voor verlenging in aanmerking te komen moet men kunnen aantonen dat men:

- staat ingeschreven bij de WBO; - heeft gereageerd op vrijkomende huurwoningen.

Als men zich niet aan de opgelegde verplichting houdt, beëindigt de gemeente de WKT. Dit geldt ook als men zelf de kosten boven de maximale huurgrens voor zijn rekening wil nemen.

Page 11: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

3.3 Eigen woning Personen met een eigen woning kunnen ook voor WKT in aanmerking komen. Voor de wijze van berekening wordt verwezen naar tiet berekeningsformulier woonkostentoeslag (bijlage 2). Wat de berekeningsmethodiek betreft komt deze overeen met de berekening van de huurtoeslag. Daarnaast is de vermogensvrijlating als bedoeld in artikel 34, tweede en derde lid Participatiewet njet van toe­passing. Dat betekent dat het eigen vermogen eerst ingezet moet worden om de woonlasten zelf te voldoen. Wel kan een bedrag van twee keer het geldende normbedrag genoemd in Hoofdstuk 3, pa­ragraaf 3.2 en 3.3 Participatiewet worden vrijgelaten. De regels voor krediethypotheek zijn van toe­passing.

Zoals hiervoor vermeld is de vermogensvrijlating als bedoeld in de Participatiewet niet van toepassing. De reden hiervan is dat betrokkene met het eigen vermogen in staat wordt geacht de woonlasten van de eigen woning te voldoen. Dat geldt ook voor het vermogen dat in de woning aanwezig is. Dat bete­kent dat indien de waarde van de woning meer bedraagt dan de hypotheekschuld, de eventueel te verstrekken woonkostentoeslag wordt verstrekt in de vorm van een geldlening (artikel 48, lid 2, onder a Participatiewet). Is er sprak van een krediethypotheek dan wordt ook de woonkostentoeslag daarin meegenomen. Zodra de woning is verkocht of de uitkering wordt beëindigd moet de lening worden afgelost. De overwaarde in de woning kan worden gebruikt om de bijstand terug te betalen c.q. de lening af te los­sen.

3.4 Woonkosten eigen woning boven de huurgrens Als de totale netto woonkosten (woonkosten minus belastingteruggave en rijkssubsidie) hoger zijn dan de maximale huurgrens, is aan de bijstandverlening de verplichting verbonden dat men op zoek gaat naar woonruimte met woonkosten die onder die huurgrens liggen. Hiertoe moet betrokkene binnen 1 maand na aanvraag de eigen woning bij een erkend makelaar te koop hebben aangeboden. De aanvrager krijgt 12 maanden de tijd om andere woonruimte te verkrijgen, waarvan de lasten niet meer bedragen dan de maximale huurgrens. Deze termijn kan steeds met 3 maanden worden ver­lengd, als buiten eigen toedoen nog geen goedkopere huisvesting is gevonden. Om voor verlenging in aanmerking te komen moet men kunnen aantonen dat:

- de woning nog steeds bij een erkend makelaar te koop staat aangeboden; - de vraagprijs van de eigen woning in overeenstemming is met de marktprijs; hierbij kan de

WOZ waarde als uitgangspunt dienen; - de verkoper moet de verkoopprijs aanpassen aan de recente ontwikkelingen op de huizen­

markt. Als men zich niet aan de opgelegde verplichting houdt, beëindigt de gemeente de WKT. Dit geldt ook als men zelf de kosten boven de maximale huurgrens voor zijn rekening wil nemen.

3.5 Woonkosten eigen woning Als woonkosten worden in aanmerking genomen: hypotheekrente, brand- en opstalverzekering, ei­genaargedeelte onroerende zaakbelasting, rioolrecht (eigenaargedeelte), waterschapslasten (ei­genaargedeelte) en onderhoudskosten (volgens normen Stimulansz).

De hypotheekrente kan de aanvrager in m indering brengen op het belastbaar inkomen en vormt een mogelijkheid voor een teruggaaf. Bij de toekenning van een WKT geldt de voorwaarde dat de aanvrager bij de belastingdienst een (actuele) voorlopige teruggaaf aanvraagt. Een bewijs hier­van moet vóór toekenning van de bijstand worden ingeleverd. {Desgewenst kan het team BUA een proefberekening maken van de actuele belastingteruggaaf). Als de aanvrager achteraf een teruggave ontvangt, controleert de gemeente of (een deel van) de te­ruggave verband houdt met de voor de woonkosten verstrekte bijzondere bijstand. Als dit het geval is zal er een terugvordering / verlaging van de WKT plaatsvinden. Als men geen voorlopige teruggaaf aanvraagt, kan dit aanleiding zijn om de WKT op te schorten, te beëindigen en terug te vorderen.

Bij het vaststellen van de woonkosten wordt geen rekening gehouden met de aflossingen en met de premie levensverzekering die vaak gekoppeld is aan een hypothecaire geldlening.

Page 12: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

Het is van belang -vooral bij aanwezigheid van een tweede hypotheek- na te gaan voor welke doel­einden een hypotheek is bestemd. Blijkt (een gedeelte van) de hypothecaire lening te zijn afgesloten voor andere doeleinden dan de aankoop van het eigen huis, bijv. voor financiering van een auto, ca­ravan, woninginrichting of verbouwing, dan kan voor dat gedeelte geen woonkostenvergoeding wor­den toegekend. De hypotheek is dan (voor een deel) te vergelijken met een consumptief krediet.

4. (Huur)schulden

Algemeen

Vanaf 1 juli 2012 is schuldhulpverlening voor de gemeente een wettelijke taak geworden. De gemeen­te moet binnen bepaalde termijnen bij financiële problemen in actie komen als men om hulp vraagt. Als door eigen toedoen vervolgens de hulpverlening wordt gestaakt wordt men voor een periode van twee jaar uitgesloten van hulpverlening.

Bij schulden is sprake van een verstoorde betalingsrelatie tussen schuldeiser en schuldenaar. De gemeente is hierin geen partij en wil dat ook niet worden. Wij zijn wel bereid te bemiddelen tussen schuldenaar en schuldeiser, maar alleen wanneer beide partijen hun verantwoordelijkheid willen ne­men om het probleem op te lossen. Wij willen het probleem niet overnemen. Met een sluitende samenwerking, effectieve preventie en vroegtijdige signalering kunnen huurschul­den en huisuitzettingen vaker worden voorkomen. Het voorkomen van huisuitzettingen bespaart zowel een hoop financiële tegenslag - voor woningbouwvereniging en huurder - als menselijke ellende.

De woningbouwvereniging moet steeds meer moeite doen om huisuitzettingen te voorkomen. Ener­zijds lukt dit door het efficiënte en preventieve incassobeleid, anderzijds door de samenwerking met externe partijen. Huisuitzetting vormt het sluitstuk in vaak langer slepende probleemsituaties. Het eco­nomisch tij is ongunstig en het Rijk komt met steeds ingrijpender bezuinigingen.

Aanpak

De gemeente Oldenzaal heeft gekozen voor een integrale aanpak: schuldhulp voor de financiële zor­gen, maatschappelijk werk voor andere problemen en zo nodig ook andere specialistische hulp (bijv. verslavingszorg, begeleiding bij opvoeding of hulp bij het zoeken naar werk). De gemeente Oldenzaal heeft met WBO Wonen en de Stadsbank Oost Nederland een intentieverkla­ring gesloten, waarin de samenwerking wordt geregeld ter voorkoming van huurachterstanden en huisuitzettingen. Daarnaast zijn met WBO Wonen nadere afspraken gemaakt (zie hierna).

Bijstand

Kosten die de afbetaling van schulden betreffen kunnen in het algemeen niet worden aangemerkt als noodzakelijke kosten van het bestaan in de zin van de wet. De overheid biedt via de Participatiewet iedere burger immers de zekerheid van toereikende middelen om in het noodzakelijke te voorzien. De Participatiewet bepaalt daartoe in artikel 13, eerste lid, dat degene die bijstand vraagt ter gedeelte­lijke of volledige aflossing van een schuldenlast en die overigens bij het ontstaan van de schuldenlast, dan wel nadien, beschikte of beschikt over de middelen om in de noodzakelijke kosten van het be­staan te voorzien, geen recht heeft op bijstand. In afwijking van het bepaalde in voornoemd artikel 13 kan het college ingevolge artikel 49 bijzondere bijstand verlenen: • in de vorm van borgtocht en • indien daartoe zeer dringende redenen bestaan en de borgtocht geen uitkomst biedt in de vorm

van bijstand. Daarnaast is het ook mogelijk om bijstand te verlenen in de vorm van een geldlening of borgtocht in­dien het bijstand ter gedeeltelijke of volledige aflossing van een schuldenlast betreft (artikel 48).

Een dreigende huisuitzetting of een schuld wordt in het algemeen niet aangemerkt als een zeer drin­gende reden. Er moeten dusdanig voor de persoon of het gezin dreigende omstandigheden zijn, die leiden tot onbedoelde en/of ongewenste effecten. Denk hierbij aan een groot maatschappelijk afbreuk-

10

Page 13: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

risico indien er geen bijstand wordt verleend voor de huurschuld. Dit zou het geval kunnen zijn bij een gezin met jonge kinderen.

De oorzaak van het ontstaan van de huurschuld kan tevens van belang zijn om te bepalen of bijstand kan worden verleend en in welke vorm (lening of "om niet"). Als er bijvoorbeeld sprake is van een plotselinge onvoorzienbare inkomensdaling waardoor er een huurschuld is ontstaan hoeft er immers geen sprake te zijn van een tekortschietend besef van verant­woordelijkheid. Het kan ook zijn dat de huurschuld is ontstaan in een periode dat slechts werd be­schikt over een inkomen onder bijstandsniveau en daarnaast onvoldoende middelen beschikbaar wa­ren om de huur te voldoen.

n principe niet mogelijk. de huurder. Tussen deze twee partijen de voorwaarden waaronder een woning

Zoals hiervoor al is aangegeven is bijstand voor schulden Een huurschuld is een zaak tussen de woningeigenaar en moeten vooraf duidelijke afspraken worden gemaakt over wordt gehuurd. Als er sprake is van een huurachterstand rhoet de woningeigenaar er alles aan doen om de huurbetaling weer regulier te laten plaatsvinden. D« gemeente speelt hierin geen rol. Op het moment dat sprake is van een huurachterstand die volgens de woningeigenaar moet leiden tot huisuitzetting, is daarbij de inzet vereist van een deurwaarder. Voordat het zover is moet duidelijk zijn dat de woningeigenaar er alles aan heeft gedaan om huisuitzetting te voorkomen. Uit het oogpunt van veiligheid en volksgezondheid heeft d(ï gemeente een algemene zorgplicht voor haar burgers en een maatschappelijke en sociale verantw(}ordelijkheid. Vanuit die visie is betaling van de primaire lasten dus belangrijk. De gemeente kan in dat verband schuldhulpverlening aanbieden. Als gemeente hebben we daar be­lang bij, niet alleen omdat het maatschappelijk ongewenst kosten van huisuitzetting en eventueel herinrichting vervar

Huisuitzetting kan leiden tot grote sociale onrust en zal vo minderjarige kinderen. Als in afwijking van de hoofdregel c is dat slechts voor een deel van de huurschuld. Het rester^ bracht in een minnelijke regeling of in de WSNP. Cliënt mc terugbetalingsregeling te treffen op basis van de door de c Daarbij worden alle inkomenscomponenten in aanmerking tietoeslag e.d.) evenals eventuele andere financiële verplic betalen moet beperkt zijn (maximaal 36 maanden) zodat De bijstand kan worden verstrekt onder voorwaarden, zoa lijke behandeling van medische aard. Er dient daarnaast c te voorkomen dat in de toekomst nieuwe schulden ontstaa Bij recidive zal, voor wat bijstandsverlening betreft, de aan uitzondering meer kunnen zijn op de hoofdregel.

er

Met WBO Wonen Oldenzaal is de volgende werkwijze afgesproken:

i situaties voorkomt, het voorkomt ook hoge gende woonruimte.

pral gevolgen hebben voor thuiswonende an toch besloten wordt bijstand te verlenen nde deel wordt bij de Stadsbank onderge-

let bereid zijn een direct ingaande reële emeente vastgestelde aflossingscapaciteit, genomen (ook de heffingskortingen, vakan-htingen. De termijn om de bijstand terug te perspectief blijft voor de toekomst,

s het zich onderwerpen aan een noodzake-sntinu aandacht te zijn voor preventie, om n. /vezigheid van minderjarige kinderen geen

tormeren over een huurachterstand die uit Zo veel als mogelijk huisuitzetting voorkomen. De gemeente in een zo vroegtijdig mogelijk stadium in de hand dreigt te lopen. WBO Wonen hanteert voor de incassoprocedure een protocol en stuurt dat naar de gemeente. Tijdens dit incassotraject wordt gebruik gemaakt van d: Met de hulpverlener van Humanitas worden samen me t de medewerker huurincasso van WBO Wonen nadere afspraken gemaakt over vroeg signalering, voorkomen huisuitzetting en tijdig in­schakelen hulpverlenende instanties. WBO Wonen maakt in het kader van schuldhulpverlen ng in principe gebruik van de diensten de Stadsbank. In situaties waarin dit niet voldoende lijkt, wordt de huurder gevraagd of deze tegen betaling de meer intensievere hulp van "Fizom" wenst. Het proces management van de gemeente Oldenzaal formeerd over muiti problematieke situaties.

11

wordt vanuit haar rol in het MDO, tijdig geïn-

Page 14: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

• Gelijktijdig met de laatste aanmaning wordt betrokkene door de gemeente schriftelijk dringend geadviseerd om contact op te nemen met de Stadsbank.

• Betrokkene wordt er tevens op gewezen dat wanneer niet (tijdig) contact wordt opgenomen met de hulpverlenende instanties, de gemeente in een latere fase mogelijk ook niets meer kan betekenen.

Deze afspraken moeten er toe leiden dat • huisuitzetting wordt voorkomen • tijdige en correcte huurbetaling weer wordt opgestart • er geen bijstand verleend behoeft te worden voor de huurschuld • oplossingen voor de lange termijn worden gevonden (start schuldhulpverleningtraject).

5. Aanvulling op algemene bijstand aan Jongeren Omdat de ouders onderhoudsplichtig zijn voor jongeren tot 21 jaar ligt de basisnorm aanzienlijk lager dan bij personen van 21 jaar en ouder (artikel 20 Participatiewet). In bepaalde situaties kan de ge­meente extra bijstand verlenen in de vorm van bijzondere bijstand. Dit kan noodzakelijk zijn als: • de middelen van de ouders niet toereikend zijn; • de jongere zijn aanspraak op de onderhoudsplicht jegens zijn ouders redelijkerwijs niet te gelde

kan maken. In dat geval kan de gemeente de verstrekte bijstand wel op de ouders verhalen.

Alleenstaande jongeren van 18 tot 21 jaar

Als de noodzakelijke kosten hoger zijn dan de basisnorm (artikel 20 Participatiewet), kan ingevolge artikel 12 Participatiewet met inachtneming van het voorgaande, (aanvullende) bijzondere bijstand worden verleend indien aan één van de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. beide ouders zijn overleden; 2. betrokkene uit huis is geplaatst op grond van een officiële maatregel (o.a. Jeugdwet); 3. het onverantwoord is om betrokkene bij zijn/haar ouders te laten wonen (bijv. mishandeling); 4. de jongere de zorg heeft voor één of meer kinderen (de feitelijke woonsituatie is dan bepalend); 5. de jongere al langer dan één jaar buitenshuis woont voordat bijstand wordt aangevraagd en geen

sprake is van een tekortschietend besef van verantwoordelijkheid voor de voorziening in het be­staan.

In alle overige situaties gaat de wettelijke onderhoudsplicht van de ouders boven bijstandsverlening. Enkel de omstandigheid dat ouders in het buitenland wonen kan geen reden zijn voor verstrekking van bijzondere bijstand voor de kosten van het bestaan.

Jongeren verblijvende in een inrichting

Dit is een weinig voorkomende categorie die geen recht heeft op algemene bijstand. Er kan aanspraak worden gemaakt op bijzondere bijstand indien redelijkerwijs de onderhoudsplicht jegens de ouders niet te gelde kan worden gemaakt. De hoogte van de te verstrekken bijzondere bijstand kan gelijk worden gesteld aan de landelijke basisnorm voor een alleenstaande van 21 jaar of ouder verblijvende in een inrichting (artikel 23 Participatiewet).

6. Voormalige alleenstaande ouder Een alleenstaande ouder die nog één kind tot zijn of haar last heeft, gaat er in inkomen op achteruit als het kind 18 jaar wordt. Tot 1 januari 2015 bestond de mogelijkheid om dan met bijzondere bijstand een compensatie te bieden aan die alleenstaande ouder. Met de invoering van de Participatiewet in 2015 is ook de norm alleenstaande ouder komen te verval­len en is de norm voor een alleenstaande van toepassing. Een alleenstaande ouder wordt vanaf die datum gecompenseerd door een extra toeslag vla de Belastingdienst (ALO kopje). Daarmee is ook de toeslag voormalige alleenstaande ouder in het kader van de bijzondere bijstand komen te vervallen. Vanaf 1 januari 2015 kan dus geen bijzondere bijstand in de vorm van een toeslag voormalig alleen­staande ouder worden toegekend.

12

Page 15: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

Overgangsrecht

taande ouder ontvangt, behoudt die toeslag Wie op 31 december 2014 een toeslag voormalige alleenst gedurende het gehele jaar 2015. Uiteraard stopt de toeslag eerder indien de woon- en leefsituatie daartoe aanieiding geeft.

7. Tegemoetkoming kosten kinderopvang

De Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzaien .(Wk) regelt onder meer de verstrekking van toeslagen voor kinderopvang. Vanaf 2013 wordt de uitbetaling van de kinderopvangtoeslag voliedig door de Belastingdienst verzorgd (inclusief het werkgeversdeei). De gemeente blijft verantwoordelijk voor de aanvullende tegemoetkoming, het zogenaamde KOA kopje. Dit is een aanvulling bovenop de kinderopvangtoesiag om de eigen bijdrage, die de uitkeringsgerechtigde is verschuidigd voor de kos­ten van kinderopvang, gedeeltelijk te compenseren.

Doelgroepouders als bedoeld in artikel 1.6 van de Wet kinderopvang kunnen dus, naast de kinderop­vangtoeslag van de Belastingdienst, een gemeentelijke co ten voor kinderopvang krijgen. Deze compensatie vindt va bijstand. Voorwaarde is wel dat de compensatie moet bijdr De compensatie wordt verstrekt als het kind naar een kind gastouderopvang gaat. De compensatie moet voor de staii van de opvang worden aangevraagd. Te iaat aangevraagde kosten komen voor eigen rekening. Daarnaast is het belangrijk dat de kinderop­vangtoeslag ook tijdig bij de Belastingdienst wordt aangevraagd.

mpensatie in de eigen bijdrage van de kos-laf 2015 plaats in de vorm van bijzondere agen aan de re-integratie van de ouder, erdagverblijf, buitenschoolse opvang of

Vanaf 2015 bedraagt de gemeentelijke toeslag voor het eerste kind 6% van het maximale uurtarief van de kinderopvangkosten. Vanaf het tweede kind bedraagt de toeslag 5%. Uitgangspunt is dat de uitkeringsgerechtigde gebruik maal< hanteert dat overeenkomt met het uurtarief dat door de Be wordt de hoogte van de eigen bijdrage zo veel mogelijk be Genoemde gemeentelijke bijdrage wordt redelijk geacht, rr die resteren en voor rekening van de uitkeringsgerechtigdé blijven. Daarbij is rekening gehouden met de volgende argumenten: • Betrokkene wordt er van bewust dat aan kinderopvang

moet betalen, ook als betrokkene naar werk is uitgestroomd; • Gebruik van kinderopvang i.v.m. re-integratie is een investering voor de toekomst; • Als gebruik wordt gemaakt van kinderopvang is er in de thuissituatie sprake van een zekere be­

sparing van kosten (eten, drinken e.d.). Gelet op het voorgaande is een gemeentelijke vergoeding of tegemoetkoming anderszins niet (meer) mogelijk.

t van een kinderdagverblijf dat een uurtarief astingdienst wordt gehanteerd. Daarmee oerkt. ede gelet op de hoogte van de bedragen

kosten zijn verbonden die de ouder zelf

8. Bijzondere bijstand voor andere kosten

treft niet limitatief. Er kan ook voor andere tgangspunten wordt voldaan: noodzakelijke kosten;

Voorgaande kosten zijn voor wat de bijzondere bijstand be kosten bijzondere bijstand worden verleend, mits aan de u • er moet sprake zijn van bijzondere omstandigheden en • de kosten kunnen niet uit de bijstandsnorm, de langdurigheidstoeslag en het vermogen worden

voldaan; • er is geen sprake van een voorliggende voorziening, die gezien aard en doel toereikend en pas­

send is; • de voorliggende voorzienig heeft de kosten niet als niet noodzakelijk aangemerkt.

Voor de meest voorkomende overige kosten waarvoor bijzondere bijstand kan worden verieend zijn in de Vergoedingenlijst de voorwaarden en normbedragen op genomen.

13

Page 16: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

Bijlage 1.

DRAAGKRACHTBEREKENING WWB (110%i draagkrachtjaar tot en met

naam adres

(GEZINS) INKOMEN op maand-basls netto inkomen overige inkomsten;

kosten kinderopvang

Bijstand normuitkering WWB (of AIO voor 65+) pensioenvrijlating totaal aftrekposten 110% grens financiële ruimte

Draagkracht NIHIL: Inkomen < 110% van de bijstandsnorm + evt. pensioenvrijlating buitengewone lasten financiële ruimte na aftrek van evt. buitengewone lasten -

DRAAGKRACHTBEREKENING toepasselijk draagkrachtpercenta­ge draagkracht per maand draagkracht per jaar

0,ÓÓ

25%

eventueel reeds ten laste komende bijzondere kosten: omschrijving

restant draagkracht bij verrekening per maand bedraagt de draagkracht

versie d.d. 04.02.2015

14

Page 17: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

Bijlage 2.

toeslagberekening

Berekening werkelijke woonlasten: (per maand)

hypotheekrente WOZ eigenaar opstalverzekering waterschaplasten rioolrecht onderhoud voor-oorlogse woning onderhoud na-oorlogse woning

totaal (voorlopige) teruggave belasting totaal (na VT)

Woonkosten onder toeslaggrens? Bereken de toeslag op basis van de werkelijke woonlasten.

Woonkosten boven toeslaggrens? Bereken het maximale eigen aandeel en (op basis daarvan) de toeslag. berekening eigen aandeel: subsidiabele grens max huurtoeslag maximaal eigen aandeel

werkelijke woonlasten maximaal eigen aandeel woonkostentoeslag

15

Page 18: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

u Gemeente Oldenzaal

Bezoekadres Ganzenmarkt i

Postadres Postbus 354

7570 A) Oldenzaal Teletdon (0541) 58 8111

E-mail [email protected]

Internet www.oldenzaal.nt

Page 19: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

Gemeente Oldenzaal

Vergoedingenlijst

bijzondere bijstand

2015

Behoort bij besluit van het college van burgemeester en wethouders van 24 maart 2015, reg. nr. INTB-15-01921, De gemeentesecretaris.

februari 2015

Page 20: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

VERGOEDINGENLIJST BIJZONDERE BIJSTAND Het bijzondere bijstandsbeleid wordt door de gemeente bepaald en is vastgelegd in de "Uitvoeringsregels Bijzondere bijstand". Uitgangspunten hierbij zijn: - er is geen vergoeding mogelijk ingevolge een voorliggende voorziening

de kosten moeten als noodzakelijk zijn aan te merken de kosten kunnen niet als algemeen gebruikelijk worden aangemerkt de kosten kunnen niet uit het inkomen en/of vermogen worden voldaan rekening houdend met de draagkrachtregels en de bepalingen ingevolge de Wet werk en bijstand (WWB), kan vervolgens bijzondere bijstand worden verstrekt.

In de "Uitvoeringsregels Bijzondere bijstand" komen de volgende kostensoorten aan de orde: 1. Woninginrichting en duurzame gebruiksgoederen 2. Medische kosten 3. Woonkosten 4. (Huurjschulden 5. Aanvulling op algemene bijstand aan jongeren 6. Voormalige alleenstaande ouder 7. Tegemoetkoming kosten kinderopvang 8. Bijzondere bijstand en andere kosten.

Daarnaast kan voor diverse kosten bijzondere bijstand worden verleend. Om de uitvoering van de bijzon­dere bijstand te vereenvoudigen, hierbij een opsomming van de meest voorkomende vergoedingen en de geldende voorwaarden. De lijst is alfabetisch opgezet en is niet limitatief.

Verqoedinqenliist Onderwerp Pag. Onderwerp Pag. 1 .Alarmsysteem 3 11 .Huishoudelijke ondersteuning 14

2.Begrafenis- of crematiekosten 4 12.Legeskosten 15

3. Bevalling en kraamzorg* 5 13.Maaltijdvoorziening 16

4.Bewassingkosten (incl. kledingslijtage) 6 14.Pruiken* 17

S.Bewindvoering 7 15.Rechtsbijstand en griffierecht 18

6.Brillenglazen, monturen en contactlenzen* 9 16. Reiskosten 19

7. Dieetkosten 10 17. Tandheelkundige hulp* 20

8.Duurzame gebruiksgoederen 11 18. Voetzorg* 21

9.Geestelijke Gezondheidszorg 12 19.Vaste lasten 22-23

lO.Hoortoestel* 13 20.Ziekenvervoer* 24

* Voor deze kosten is ten behoeve van inwoners met een inkomen tot 130% van de bijstandsnorm met Menzis een collectieve aanvullende verzekering afgesloten, het zgn. Garantpakket.

Page 21: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

1. Alarmsysteem Om het zelfstandig wonen van ouderen te bevorderen komen de noodzakelijke kosten voor een alarm­systeem voor bijzondere bijstand in aanmerking, rekening houdend met een eventuele vergoeding uit de aanvullende verzekering van de zorgverzekeraar.

Als de alarmering in de huur is opgenomen (bijv. aanleunwoningen, woonzorgcomplex) en subsidiabel is voor de huursubsidie kan geen bijzondere bijstand worden verleend.

Een alarmeringssysteem kan worden gehuurd indien personen om medische of sociale redenen proble­men hebben met zelfstandig wonen. Een alarmsysteem kan o.a. worden aangevraagd bij de Stichting Welzijn Ouderen of de thuiszorgorganisatie Carint.

De maandelijkse abonnementskosten bedragen: Stichting Welzijn Ouderen (SWO): € 13,- per maand; aansluitkosten eenmalig € 55,-. SWO verzorgt de sociale indicatie. Deze kosten komen voor bijzondere bijstand in aanmerking. Voor € 6,- extra kan het abonnement worden uitgebreid met een zgn. 24-uursservice (i.s.m. Zorgfederatie Oldenzaal), met behulp waarvan een professioneel ziekenverzorgende wordt ingeschakeld. Deze kosten komen in principe niet voor bijzondere bijstand in aanmerking. Indien namelijk sprake is van medische noodzaak worden deze kosten via Menzis vergoed; zie hierna.

Carint: € 15,45 per maand; aansluitkosten eenmalig € 88,-; voor leden van het Carint+ pakket geldt een korting van € 44,-.

Voorliggende voorziening: Bij een medische indicatie, afgegeven op voorschrift van de behandelend arts, worden door Menzis de huur en aansluitkosten van de apparatuur die in bruikleen wordt verstrekt, volledig vergoed. De aansluit­kosten op de meldbank worden niet vergoed. Deze aanspraak bestaat als de lichamelijk gehandicapte in een verhoogde risicosituatie verkeert (verwezen wordt naar de Regeling Zorgverzekering). Voor de eventueel nog resterende eigen bijdrage kan bijzondere bijstand worden vertrekt.

Aanvullende verzekering Vanaf 2014 worden de abonnementskosten niet meer vergoed.

Bewijsstukken nota abonnementskosten

Hoogte bijzondere bijstand Allereerst moet worden beoordeeld of er sprake is van een indicatie. Zonodig moet deze eerst worden aangevraagd. Vergoeding van gemaakte en voor eigen rekening komende kosten is mogelijk op basis van het goed­koopste abonnement.

Uitgangspunt is dat vergoeding in het kader van de bijstand m ogelijk is op basis van het goedkoopste abonnement. (De aansluitkosten spelen dus geen rol In de beoordeling)

Page 22: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

2. Begrafenis- of crematiekosten Algemeen Bijna iedereen sluit bij leven een begrafenis- of crematieverzekering af, dan wel zet een geldsom afge­zonderd op een aparte rekening voor de begrafenis. Als er voor de begrafenis geen voorziening is getrof­fen of als deze niet voldoende is komen de kosten van een begrafenis primair voor rekening van de nage­laten betrekkingen.

Bijstandsverlening Als gevolg van de invoering van het nieuwe erfrecht gelden per 1 januari 2003 de volgende regelingen. • Een van de echtelieden overlijdt.

Als van een echtpaar een persoon overlijdt verkrijgt de langstlevende echtgenoot de goederen uit de nalatenschap, dus ook de schulden. Tot die schulden behoren de begrafeniskosten. De langstleven­de echtgenoot is verantwoordelijk voor voldoening van de schulden uit de nalatenschap, dus ook voor de begrafeniskosten. De kinderen kunnen hiervoor niet worden aangesproken. Kan de langstlevende echtgenoot deze begrafeniskosten niet betalen, dan kan alleen deze hiervoor bijzondere bijstand aanvragen.

• De langstlevende overlijdt: Als de langstlevende echtgenoot overlijdt, zijn de kinderen gezamenlijk verantwoordelijk voor de beta­ling van de begrafeniskosten, leder kan dan voor zijn deel bijstand aanvragen. Er moet wel rekening worden gehouden met het (te) ontvangen deel van de nalatenschap.

• Er zijn geen erfgenamen. In dit geval is niet de WWB maar de Wet op de Lijkbezorging van toepassing. Ingevoige artikel 21 van die wet draagt de burgemeester dan zorg voor begrafenis of crematie. De afdeling Burgerzaken draagt zorg voor de uitvoering van deze wet. In het voorkomende geval wordt contact opgenomen met de afdeling Burgerzaken.

De kosten, mits binnen redelijke grenzen (zie richtprijzen gemeente Enschede), behoren tot de noodza­kelijke bestaanskosten van de nagelaten betrekking. Bijstandsverlening is mogelijk als uit een draag­krachtberekening van de belanghebbende blijkt, dat het inkomen geen of onvoldoende ruimte biedt voor het betalen van de kosten.

Nalatenschap Als iemand overlijdt en de erfgenamen doen een aanvraag om bijstand voor de begrafenis- of crematie­kosten, dan moet de nalatenschap van de overledene aangewend worden voor deze kosten. Voor on­verwachte kosten wordt van de nalatenschap een bedrag van € 500,-- vrijgelaten. Het meerdere moet men besteden aan de begrafenis- of crematiekosten.

Besteding Als bijstand wordt verstrekt voor begrafenis- of crematiekosten ter hoogte van het maximale bedrag, dan is dit bedrag vrij te besteden voor deze kosten en behoeft de besteding niet te gaan volgens de richtbe­dragen.

Begrafenis of crematie in het buitenland Het kan voorkomen dat buitenlanders begraven willen worden in het land van herkomst. De kosten van een dergelijke begrafenis zijn vaak extreem hoog Voor deze kosten kan maximaal bijstand worden ver­leend ter hoogte van het bedrag voor normale begrafeniskosten (zie tabel gemeente Enschede). De meerkosten (met name transportkosten) komen voor rekening van de nabestaanden. Bijstand voor reis­kosten om de begrafenis of crematie in het buitenland bij te wonen, is niet mogelijk.

Page 23: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

3. Bevalling en kraamzorg In bijzondere situaties is bijzondere bijstand mogelijk voor kraamzorg, aangezien deze normaliter onder de algemene bestaanskosten vallen. De kosten in verband met bevallina moeten eerst in rekening worden gebracht bij de ziektekostenverze­keraar. Voor de eventueel nog resterende eigen bijdrage kan bijzondere bijstand worden verstrekt. De kosten van een medisch noodzakelijke klinische bevalling en de kraamzorg worden geheel door Men-zis vergoed.

Voorliggende voorziening: Menzis ExtraVerzorgd 1 + Garant: - ziekenhuisbevalling (zonder medische noodzaak): volledige vergoeding eigen bijdrage gebruik ver­

loskamer kraamzorg: de eigen bijdrage wordt vergoed

Menzis ExtraVerzorgd 2 + Garant: - ziekenhuisbevalling (zonder medische noodzaak): volledige vergoeding eigen bijdrage gebruik ver­

loskamer - kraamzorg: de eigen bijdrage wordt vergoed

kraampakket: het pakket met diverse artikelen wordt vergoed.

Poiikilnische bevalling: - Medische noodzaak: deze dient van tevoren door een arts te zijn aangevraagd bij de zorgverzekeraar

en te zijn beoordeeld door een deskundige van de zorgverzekeraar. Staat de medische noodzaak vast dan vergoedt de zorgverzekeraar alles.

- OD eigen verzoek of via verloskundige: in deze gevallen ontvangt de cliënt zelf een nota. Deze kos­ten worden gedeeltelijk vergoed door de hoofdverzekering. Het resterende bedrag blijft voor eigen rekening c.q. wordt door de aanvullende verzekering (gedeeltelijk) vergoed. Voor deze kosten kan geen bijzondere bijstand worden verstrekt, aangezien de medische noodzaak ontbreekt.

Garantpakket: Ingevolge de collectieve aanvullende verzekering wordt standaard het kraampakket vergoed, alsmede de eigen bijdrage kraamzorg die de verzekerde o.g.v. de Regeling Eigen Bijdrage Kraamzorg is verschul­digd. Vanaf 2010 wordt ook het gebruik van de verloskamer volledig vergoed als er sprake is van een ziekenhuisbevalling zonder medische noodzaak.

Page 24: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

4. BowaSSingkOStGn: inclusief kledingsiytage

Als de cliënt door ziekte of gebrek (meestal tg.v. incontinentie) meer of vaker moet wassen dan gebruike­lijk is bijstand mogelijk voor de extra kosten. Voor de bepaling van de kosten wordt maatwerk geleverd op basis van de feitelijke (noodzakelijk) gemaakte kosten. Onderstaande richtbedragen gelden als handrei­king.

Zelfstandig wonend In tehuis of inrichting Incidenteel incontinent €220,00 €110,00 Regelmatig incontinent € 395,00 € 185,00 Voortdurend incontinent € 630,00 €275,00

De vergoeding voor bewassing bevat tevens de vergoeding voor kleding in verband met de extra slijtage. Naast een vergoeding voor bewassing kan dus geen aparte vergoeding voor kledingslijtage worden ge­geven. Voor de vergoeding moet onderscheid worden gemaakt tussen zelfstandig wonenden en personen die in een inrichting of tehuis verblijven Voor kinderen tot 4 jaar wordt geen vergoeding gegeven.

Page 25: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

5. Bewindvoering

Beschermingsbewind door kantonrechter Het gaat hier over mensen die door hun lichamelijke of geestelijke toestand tijdelijk of blijvend niet in staat zijn hun financiële belangen te behartigen, die hun geld verkwisten of problematische schulden hebben. Een bewindvoering kan worden uitgevoerd door professionele organisaties of door een particulier, bij­voorbeeld een familielid. De onder bewind gestelde moet dan ook de aanvraag indienen, hoewel dit in de praktijk door de bewindvoerder zal gebeuren.

Procedure De particuliere bewindvoerder die een onkostenvergoeding wil, moet bij de kantonrechter 1 keer per jaar 'rekening en verantwoording' afleggen. Deze wordt door de kantonrechter getoetst. Een vergoeding wordt alleen toegekend als het vermogen van de onder bewind gestelde dit toelaat. Als het inkomen en ver­mogen geen ruimte biedt voor een vergoeding kan de onder bewind gestelde bijzondere bijstand aanvra­gen voor de kosten van zijn bewindvoering. Hierbij moet een kopie van de rekening en verantwoording die bij de kantonrechter is ingediend worden overlegd. Bovendien moet uit dat stuk of uit een bijlage blij­ken dat de kantonrechter die verantwoording gezien heeft. Voor professionele bewindvoerders is in artikel 1:447, eerste lid Burgerlijk Wetboek geregeld dat ze 5% van de netto-opbrengst van de onder bewind staande goederen krijgen, tenzij de beloning bij de instelling van het bewind anders is geregeld.

Beloning van 5% van de netto-opbrengst Het gaat hier om netto-opbrengst van huur- en pachtpenningen, rente van geldsommen en leningen en dividenden. Niet onder dit begrip vallen lonen, uitkeringen, pensioenen en lijfrenten, koerswinsten, claims op aandelen en het vrijvallen van obligaties. Dat betekent dat de betaling van een bijstandsuitkering niet is aan te merken als netto-opbrengst van de onder bewind staande goederen. Bijzondere bijstand is in deze situatie niet aan de orde.

Norm van 5% voldoet niet, aanbevelingen van het iandelijk overieg kantonrechters Mocht deze norm van 5% niet voldoen, dan kan de kantonrechter ambtshalve of op verzoek van de be­windvoerder een afwijkende beloning vaststellen. Hierbij zal de kantonrechter in de regel uitgaan van de 'Aanbevelingen vastgestelde forfaitaire jaarlijkse beloningen' van het LOVCK.

Bewindvoerder(skantoor) verzoekt kantonrechter om tarieven goed te keuren Een derde mogelijkheid is dat een bewindvoerderskantoor de kantonrechter verzoeken om de tarieven inzake de beheersvergoeding voor dat jaar goed te keuren. Wordt deze goedgekeurd, dan moetje voor alle bewindvoerders van dat kantoor uitgaan van de afwijkende beloning zoals bedoeld in artikel 1:447, eerste lid, tweede volzin van het BW. Het maakt daarvoor niet uit of de goedkeuring betrekking heeft op alle klanten of op een individuele klant.

Bijzondere bijstand mogeiijk? Is de bewindvoering anders vastgesteld dan de norm van 5%, dan bestaat de mogelijkheid van bijzonde­re bijstand. De kosten van onderbewindstelling zijn noodzakelijk en vloeien voort uit bijzondere individue­le omstandigheden van betrokkene. Dit geldt zowel voor de reguliere kosten van bewindvoering, als voor bijzondere kosten. Denk aan kosten om een verhuizing te begeleiden. Bij twijfel kan de gemeente wel een onderzoek instellen om na te gaan of de bewindvoerder de werkzaamheden echt heeft uitgevoerd en of de kosten waarvoor bijzondere bijstand wordt aangevraagd echt zijn gemaakt.

Bewindvoeringskosten voor beheer RGB Of de kosten voor het beheer van een persoonsgebonden budget (RGB) noodzakelijk zijn, is afhankelijk van de omstandigheden. In sommige gevallen is het wellicht net zo goed mogelijk voor de betrokkene om zorg in natura te ontvangen. Er blijft keuzevrijheid voor betrokkene om te kiezen voor een RGB in plaats van zorg in natura, maar die keuzevrijheid hoeft niet per definitie door de gemeente gefinancierd te wor­den. Er zal dus per geval een afweging gemaakt moeten worden of de keuze voor een RGB noodzakelijk was.

UN B04643, CRvB 09.11.2010 LJN B04439, CRvB 09.11.2010

BW Boek 1 art. 447

Page 26: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

Kosten bewindvoering en mentorschap 2015

Per 1 januari 2015 treedt de ministeriële Regeling beloning curatoren, bewindvoerders en mentoren in werking. In de regeling is de beloning van de curator, beschermingsbewindvoerder en mentor geregeld. De aanbevelingen van het LOVCK houden op te bestaan. Deze regeling bouwt voort op de systematiek van de aanbevelingen. Er wordt uitgegaan van een forfaitaire jaarbeloning op basis van het aantal uren waarin de werkzaamheden jaarlijks worden uitgeoefend, inclusief een onkostenvergoeding.

Een belangrijke aanvulling betreft de introductie van de vergoeding voor extra werkzaamheden naar aan­leiding van het aanwezig zijn van problematische schulden. Als sprake is van bewerkelijke schulden (zo­als stabiliseren schulden, toeleiding tot een minnelijke hulpverlening of WSNP, het ongedaan maken van foutief gelegd beslag) kan de bewindvoerder om een hogere beloning verzoeken.

Voor de beloning wordt een onderscheid gemaakt tussen enerzijds 'gewone' curatoren, bewindvoerders en mentoren (hierna: 'familiecurator, -bewindvoerder en -mentor', of 'familievertegenwoordigers') en an­derzijds curatoren, bewindvoerders en mentoren als bedoeld in de artikelen 383, 435 en 452, telkens zevende lid. Boek 1 BW (hierna: 'professionele curatoren, bewindvoerders en mentoren', of 'professione­le vertegenwoordigers', hoewel de mentoren ook vrijwilligers kunnen zijn). De eerstbedoelde zijn bijvoor­beeld de partner, een familielid, vriend of buurvrouw, terwijl de laatstbedoelde ten minste drie personen onder hun hoede hebben en aan kwaliteitseisen moeten voldoen.

Naast de jaarbeloning kunnen professionele vertegenwoordigers in voorkomende gevallen tevens aan­spraak maken op een forfaitaire beloning voor bepaalde incidentele werkzaamheden, zoals werkzaam­heden in verband met een verhuizing.

Voor de actuele bedragen van de vergoedingen wordt verwezen naar het Handboek van Stimulansz.

Bijzondere bijstand Voor de kosten van curatele, bewind en mentorschap wordt door personen met een laag inkomen vaak een beroep op bijzondere bijstand gedaan.

Jurisprudentie van de Centrale Raad van Beroep laat de gemeente weinig tot geen ruimte voor beoorde­ling van de noodzaak van de kosten. De gemeente zal derhalve moeten aansluiten bij de beslissingen van de rechter.

De bijstand wordt toegekend voor de duur van bewindvoering of voor de maximaai een jaar (afhankeiijk of een wijziging van inkomen/vermogen te verwachten is). Bij toekenning voor maximaai een jaar wordt a.d.h.v. een bijzondere controie de continuering beoordeeid. Met de Stichting Stuiver zijn terzake werkafspraken gemaakt (Zie memo d.d. 05-08-2010).

Als iemand na TBS in het kader van een re-sociaiisatieproces door de kantonrechter onder bewindvoe­ring wordt besteld, meestal via de reclassering, komen de kosten in principe ook voor bijzondere bijstand in aanmerking.

WSNP-bewindvoering: Naar aanleiding van uitspraken van de Centrale Raad van Beroep hoeft er geen bijzondere bijstand meer verstrekt te worden voor de kosten van WSNP-bewindvoering (dus bij faillissementen). De kosten kunnen geheel binnen het kader van de Faiiiissementswet ontwikkeld stelsel worden afgewikkeld. Als het inko­men en/of de boedei geen ruimte doen deze kosten zich niet voor, dus ook dan geen bijzondere bijstand.

8

Page 27: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

6.Brillenglazen, monturen en contactlenzen

De vergoedingen van Menzis ingevolge de ExtraVerzorgd (EV) pakket zijn als volgt: - EV1: geen vergoeding - EV2: € 100,- per twee jaar

EV3: € 150,- per twee jaar

Via het collectieve Garantpakket is voor deze kosten via Menzis een afdoende (aanvullende) vergoeding geregeld (zie hierna). Indien men Garant-verzekerd is kan voor deze kosten dus geen bijzondere bijstand worden verleend. Indien men niet Garant-verzekerd is, omdat men bijvoorbeeld een andere zorgverzekeraar heeft, bestaat geen recht op bijzondere bijstand omdat de Garantverzekering geldt als een voorliggende voorziening.

Garantpakket 2015

De vergoeding voor brillen en contactlenzen Is verduidelijkt. Vanaf 2013 geldt eens per twee kalenderjaren een volledige vergoeding van een bril met enkelvoudige of meervoudige glazen zonder bijbetaling, wanneer deze geleverd wordt door Pearte, Specsavers of Hans Anders.

In plaats van een bril geldt voor contactlenzen, losse glazen, een montuur of reparaties bij deze leveran­ciers de volgende vergoeding per twee kalenderjaren: GarantVerzorgdl: € 100 GarantVerzorgd2: €150 GarantVerzorgdS: € 200

Als een bril, lenzen, montuur of glazen (of reparaties aan een bril) bij een andere dan bovengenoemde leveranciers wordt gekocht, geldt de volgende maximale tegemoetkoming In de kosten per twee kalen­derjaren: GarantVerzorgdl: € 30 GarantVerzorgd2: € 50 GarantVerzorgd3: €100

Geen vergoeding vooreen zonnebril, gekleurde glazen/lenzen of een speciale bril (bijvoorbeeld een las-bril).

De kosten van het ontspiegelen van glazen zijn bij bovenstaande vergoeding inbegrepen.

Menzis heeft bij Hans Anders, Specsavers en Pearl een zgn. brilarrangement afgesloten. Dat betekent dat Garant-verzekerden zonder (bij)betaling daar een bril kunnen aanschaffen.

Page 28: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

7. Dieetkosten Een voorgeschreven dieet behoeft in beginsel niet te leiden tot hogere voedingskosten. Uit de voorschrif­ten van de behandelend arts in verband met een dieet vloeien veelal zowel kostenverlagende als kosten­verhogende factoren voort. De meest voorkomende diëten brengen echter geen of nauwelijks hogere, soms zelfs lagere kosten met zich mee dan de normale voedingskosten. De kans is dus klein dat er bij­zondere bijstand wordt verstrekt.

De zorgverzekeraar vergoedt slechts de zgn. dieetpreparaten. Dit zijn vloeibare energie- en eiwitrijke voedingsmiddelen, die via een natuurlijke weg, een sonde of een infuuspomp worden toegediend. De zorgverzekeraar vergoedt geen zgn. dieetproducten. Het gaat hierbij om producten als zoutloze kaas, suikervrije jam, halvarine, glutenvrij brood e.d. Cliënten dienen gewezen te worden op de voorliggende voorzieningen ingevolge de Zorgverzekerlngs-wet. Als duidelijk is dat geen recht bestaat op een vergoeding door de zorgverzekeraar, kan verstrekking van bijzondere bijstand worden beoordeeld.

Toekenning van bijstand voor meerkosten i.v.m. dieet geschiedt op schriftelijk advies van een diëtist van Thuiszorg. Aan de hand van de Tabel Meerkosten dieetvoedingen (zie Handboek Stimulansz) kunnen de meerkosten worden berekend.

Per 1 september 2009 is een aantal dieetadviezen komen te vervallen c.q. verlaagd, omdat niet of nau­welijks sprake is van meerkosten. Dit betreft de volgende diëten:

Vloeibaar energie verrijkt (sterk) natrium beperkt Vetbeperkt, alcoholvrij en/of natriumarm Diabetes dieet (i.c.m. natrium beperkt)

- Hyperchoiesteroiemie Overige nierziekten zonder hemodiaiyse

- Epilepsie

In de praktijk komt het dus nog nauwelijks voor dat bijzondere bijstand kan worden verstrekt voor dieet­kosten.

Garantpakket; Vanaf 2015 is In het pakket GarantVerzorgd3 een vergoeding opgenomen voor dieetkosten. Dieetkosten worden vergoed als dit medisch noodzakelijk is. De dieetkosten worden opgeteld tot het maximumbedrag van € 650 per kalenderjaar. Er bestaat recht op deze vergoeding ais; • er een schriftelijke dieetbevestiging van een medisch specialist, huisarts of bevoegd diëtist

wordt overgelegd waaruit blijkt welk dieet wordt gevolgd, en • het dieet volgens de fiscale regels in aanmerking komt voor aftrek specifieke zorgkosten.

10

Page 29: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

8. Duurzame gebruiksgoederen (woninginrichting)

Met inachtneming van de Uitvoeringsregels Bijzondere bijstand 2013 (punt 1) dient allereerst te worden bepaald of is voldaan aan de voorwaarden om voor bijzondere bijstand in aanmerking te komen.

Vervolgens dient de noodzaak van aanschaf c.q. vervanging te worden vastgesteld (bijvoorbeeld d.m.v. een huisbezoek).

Woninainrichtino: De woninginrichting zal om een medische en/of sociale reden moeten plaatsvinden. Als de nadruk in het individuele geval ligt op de sociale reden, dan hoeft geen medisch advies gevraagd te worden. Wat de hoogte van het bedrag betreft moet aangetoond worden wat noodzakelijk is. Hierbij wordt met de volgen­de zaken rekening gehouden:

Overname goederen vorige bewoner; Bedrag dat betrokkene ontvangt uit goederen die kunnen worden overgedaan aan de bewoner van de oude woning; Vloerbedekking en gordijnen die uit de oude woning kunnen worden meegenomen.

Bij degene die voor het eerst zelfstandig gaan wonen wordt er van uit gegaan dat men zelf voor de kos­ten verantwoordelijk is. Bij uitzondering kan het noodzakelijk zijn, dat er toch bijstand moet worden ver­leend, waarbij aandacht moet worden besteed aan:

-Het zelfstandig gaan wonen is onvermijdbaar; -Er is een duidelijke en specifieke indicatie aanwezig.

Voor de kosten van woninginrichting worden de volgende bedragen noodzakelijk geacht:

Nieuw Oud Kamerbewoning €1.435,00 Alleenstaande €2.750,00 Echtpaar €3.315,00 Inwonend kind € 300,00

Duurzame qebruiksooederen: Voor de vervanging van duurzame gebruiksgoederen (wasmachine, koelkast en stofeuiger) kan met in­achtneming van hetgeen in de Uitvoeringsregels is bepaald (punt 1, sub 3), bijzondere bijstand worden verleend. Met de locale leveranciers worden nadere afspraken gemaakt. Onderstaande bedragen gelden daarbij als maximum.

Wasmachine € 385,00 Koelkast € 245,00 Stofzuiger € 95,00

Gelet op de gemiddelde levensduur van deze gebruiksgoederen is bijstand voor deze kosten eens per 8 jaar mogelijk.

LEES OOK: de notitie Overlea met Expert van 23.07.2013 NB: de korting van 10% die Expert verleent komt ten goede aan de cliënt.

11

Page 30: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

9.Geestelijke Gezondheids Zorg (GGZ)

Vanaf 1 januari 2014 worden psychische klachten behandeld door de huisarts. Deze hulp valt onder de basisverzekering. Kan de huisarts niet (verder) behandelen, dan verwijst hij naar de Basis GGZ of gespe­cialiseerde GGZ. De zorgverzekeraar vergoedt deze behandelingen grotendeels. Wel is het eigen risico van de zorgverze­kering van toepassing. Vanaf 2014 geldt geen eigen bijdrage meer voor psychologische hulp of een internetbehandeltraject (e-heaith).

Vergoeding hulp huisarts Vanaf 1 januari 2014 kan men voor de behandeling van psychische klachten terecht bij de huisarts. Ook kan hulp verkregen worden van een praktijkondersteuner geestelijke gezondheidszorg als de huisarts daarmee samenwerkt.

Hulp van huisarts en praktijkondersteuner vallen in de basisverzekering. Hiervoor geldt geen eigen risico.

Vergoeding bij behandeling in de GGZ Kan de huisarts of praktijkondersteuner onvoldoende hulp bieden? Dan verwijst hij naar de Basis GGZ of gespecialiseerde GGZ.

Vanaf 2014 valt iedereen met een lichte tot matige psychische aandoening onder de Basis GGZ. De ge­specialiseerde GGZ is bedoeld voor patiënten met zware, ingewikkelde psychische aandoèningen. Ook de bedrijfsarts of jeugdarts kaan doorverwijzen.

De zorgverzekeraar vergoedt geheel of gedeeltelijk de behandeling in de Basis GGZ of de gespeciali­seerde GGZ. Elke zorgverzekeraar kan de vergoeding anders regelen (zie de polisvoorwaarden). Voor de behandelingen geldt wel het eigen risico voor de zorgverzekering.

Vergoeding speciale therapieën De behandeling van aanpassingsstoornissen (bijvoorbeeld burn-out) valt buiten het verzekerde pakket. Sommige therapieën, zoals mindfulness-trainingen, worden alleen vergoed bij bepaalde indicaties. De zorgverzekeraar kan daarover informatie verstrekken.

12

Page 31: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

10. Hoortoestel

Hoortoestel De vergoedingen op grond van de Basisverzekering zijn geregeld in de Regeling zorgverzekering. Voor hoortoestellen geldt vanaf 2013 een eigen bijdrage van 25% van de aanschafkosten. De vaste be­dragen zijn komen te vervaiien.

De aanvullende verzekeringen (ExtraVerzorgd) kennen vanaf 2008 geen vergoeding meer voor de aan­schaf van een hoortoestel.

Garantpakket 2015: Vanaf 2013 wordt uit het Garantpakket de volgende extra vergoeding van de eigen bijdrage verstrekt; Garantverzorgd 1: € 100,-Garantverzorgd 2: € 150,-Garantverzorgd 3: € 200,-Voorwaarde voor deze vergoeding is dat van Menzis een vergoeding wordt ontvangen uit de Basisverze­kering voor de aanschaf van een hoortoestel. De leverancier moet dus door Menzis zijn gecontracteerd.

Het vorenstaande betekent dat men in 2015, mits verzekerd bij Menzis, voor de volgende bedragen een hoortoestel kan aanschaffen zonder bijbetaling: GarantVerzorgdl: €400 (75% vergoeding Basisverzekering + € 100 GarantVerzorgdl) GarantVerzorgd2: € 600 (75% vergoeding Basisverzekering + € 150 GarantVerzorgd2) GarantVerzorgd3: € 800 (75% vergoeding Basisverzekering + € 200 GarantVerzorgd3)

De vergoedingen uit de Basisverzekering en het Garantpakket worden voldoende en adequaat geacht. Er kan dus geen bijzondere bijstand voor een hoortoestel worden verstrekt omdat de de Garantver­zekering geldt ais een afdoende voorliggende voorziening.

Batteriien Voor de aanschaf van accu's (batterijen) en reparatiekosten van boorapparaten wordt vanaf 2014 geen vergoeding meer verstrekt ingevolge het Garantpakket en kan dus ook geen bijzondere bijstand meer worden verstrekt. Wel vallen deze kosten onder de regeling Specifieke Zorgkosten waarvoor belastingteruggave mogelijk is.

13

Page 32: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

11. Huishoudelijke ondersteuning

De huishoudelijke ondersteuning valt onder de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo). Men heeft de keuze tussen zorg in natura of een persoonsgebonden budget.

Zorg in natura Voorzorg in natura heeft de gemeente Oldenzaal per 1-1-2015 contracten afgesloten met de volgende organisaties;

Aster Zorg Stichting Skoel Attent BV/Wmo Stichting Wijk-zorg Beter Thuis Wonen Thuiszorg Thuiszorg Longlife BiOns BV TSN Thuiszorg BV BTKZorg Tzorg Harmonie Zorg Vitaal thuiszorg Kristal Welzorg Groep Zorg en RIezier Madeliefje Thuiszorg Zorggroep Manna Olcea Nieuwe Zorglandschap BV ZorgRIus Twente Solace ATC

Bij zorg in natura ontvangt de aanvrager hulp via één van voornoemde instellingen op basis van zgn. resultaatfinanciering. Dat wil zeggen dat de aanbieder verantwoordelijk is voor de omvang van de te leve­ren zorg tegen een vast bedrag per cliënt.

Persoonsgebonden budget (RGB) Met een RGB krijgt de aanvrager een bedrag waarmee hulp kan worden ingekocht.

Eigen bijdrage Bij zowel zorg in natura als bij een RGB is men een eigen bijdrage verschuldigd. Bij een inkomen tot een bepaalde grens geldt een minimale eigen bijdrage. De hoogte is afhankelijk van de gezinssituatie. De eigen bedragen bij de laagste inkomens zijn per 01-01-2015 als volgt:

Gezinssituatie Eigen bijdrage p/4wk Ongehuwd < AOW leeftijd 19,40 Ongehuwd > AOW leeftijd 19,40 Gehuwd < AOW leeftijd 27,60 Gehuwd > AOW leeftijd 27,60

Indien het inkomen de inkomensgrens te boven gaat, wordt de eigen bijdrage met 15% van dat meerin-komen verhoogd.

Bijzondere bijstand Met ingang van 1 januari 2015 hebben Menzis en de gemeente Oldenzaal de dekking van de collectieve ziektekostenverzekering uitgebreid. Wie gebruik maakt van deze aanvullende verzekering krijgt ook een vergoeding voor de eigen bijdrage van het CAK tot een bedrag van € 400 per jaar. Dat geldt zowel voor pakket 1, 2 en 3. Deze verzekering geldt als een voorliggende voorziening. Met ingang van 1 januari 2015 kan daarom niet langer bijzondere bijstand worden verleend voor deze kosten. Reeds toegekende periodieke bijzondere bijstand is per 1 januari 2015 beëindigd.

Uiteraard wordt daarbij maatwerk geleverd. Als iemand zich had kunnen verzekeren, maar dat niet heeft gedaan kan geen bijstand worden verstrekt. Als iemand zicht niet had kunnen aanmelden voor onze col­lectieve verzekering i.v.m. inkomen en zijn inkomen daalt in de loop van het jaar zal wel bijstand verstrekt kunnen worden. Er zijn wellicht nog meer bijzondere situatie denkbaar, maar dan uiterlijk tot de eerstvol­gende mogelijkheid om van verzekeraar om of pakket te veranderen, dus per 1 januari.

14

Page 33: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

12. Legeskosten verblijfsvergunning

In principe behoren legeskosten tot de incidenteel voorkomende algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan. De Centrale Raad van Beroep zegt dat dit ook zo is indien sprake is van jarenlange bijstand, gestegen legeskosten of een tijdelijke verblijfsvergunning.

Normaliter moet een identiteitsbewijs eens per 5 jaar worden verlengd. Indien echter sprake is van voormalige vluchtelingen of asielzoekers doet zich een bijzondere situatie voor. Indien zij vanuit een opvangcentrum regulier worden gehuisvest en niet meer onder de COA vallen, zijn ze op dat moment in het bezit van een geldige (tijdelijke) verblijfsvergunning. Indien deze vergunning binnen 5 jaar moet worden verlengd is sprake van een bijzondere omstandigheid en kunnen de kosten (ca. € 200,-) worden vergoed (bijzondere bijstand). Meestal is de geldigheidsduur 3 of 5 jaar.

Kosten in verband met gezinshereniging worden niet noodzakelijk geacht en komen daarom niet voor bijstand in aanmerking.

15

Page 34: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

13. Maaltijdvoorziening Bijzondere bijstand voor een gesubsidieerde warme maaltijd is mogelijk indien men niet meer in staat is zelf de maaltijd te bereiden en de kosten hiervan niet uit het inkomen kunnen worden bestreden. Bij een toekenning kunnen alleen de meerkosten worden vergoed, met als uitgangspunt de feitelijk gemaakte kosten, waarop een bedrag in verband met besparing (2015: € 2,41) in mindering wordt gebracht.

Er zijn drie mogelijkheden voor maaltijd verstrekking: 1. Warme maaltijd aan huis 2. Vries vers maaltijd 3. Restaurantfunctie verzorgingstehuis

Sub 1. Voor deze maaltijdvoorziening dient altijd een indicering van de Stichting Welzijn Ouderen (SWO) aanwezig te zijn. Indien men door SWO is geïndiceerd voor een aanleunwoning is daarmee tevens de noodzakelijkheid voor een warme maaltijdvoorziening vastgesteld. De maaltijd kan zelf worden samengesteld, waarbij een hoofdgerecht verplicht is, al dan niet aangevuld met een voorgerecht, nagerecht of rauwkost.

Sub 2. Hier bestaan twee mogelijkheden, nl. met en zonder indicatie. Met Stichting Welzijn Ouderen (dhr. J. Stipdonk) is afgesproken dat zij informatie kunnen verstrekken inzake de noodzakelijkheid. Mocht er (nog) geen indicatie zijn uitgebracht dan gaan zij dat alsnog doen. (Van het totale aantal vries vers maaltijden geschiedt 80% op indicatiebasis).

Sub 3. Is in principe als niet-noodzakelijk aan te merken, gelet op de hoogte van de kosten en de vrije toegang tot deze voorziening.

Kosten (1-1-2015) Besparing (per 2015) Warme maaltijd via SWO - hoofdgerecht € 5,00

-voorgerecht €0,65 - nagerecht € 0,50 - rauwkost € 0,60 Totaal max. €6,75

€2,41

Vries Vers maaltijd via SWO (Apetito) - hoofdgerecht € 4,70 -voorgerecht €1,10 - naaerecht € 0.70 Totaal max. €6,50

€2,41

Conclusie: De totale kosten waarvoor bijstand verleend kan worden bedragen nooit meer dan € 6,75 per maaitijd, onder aftrek van de besparing van € 2,41 per maaltijd (= € 4,34). Dit geldt ook voor vries-vers maaltijden (= € 4,09).

NB Als een zegelboekje wordt ingeleverd waardoor korting verkregen wordt, dient deze korting te worden beschouwd ais een korting op de eigen bijdrage van betrokkene. De bijzondere bijstand ondergaat geen wijziging.

16

Page 35: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

14. Pruiken In de Zorg verzekeringswet is ter zake het volgende bepaald. "Een pruik is een haarwerk ter geheie of gedeelteiijke vervanging van het hoofdhaar. De aanspraak op vergoeding bestaat indien de verzekerde van een biijvende of iangdurige, gehele of gedeelteiijke kaalhoofdigheid zodanige psychische bezwaren ondervindt dat het gebruik van haarwerk redelijkerwijs is aangewezen. Indien de aanschaffingskosten van hulpmiddelen als bedoeld in het eerste lid hoger zijn dan €414,50, betaalt de verzekerde een bijdrage ter grootte van het verschil tussen de aanschaffingskosten en dat bedrag. M.a.w. de vergoeding bedraagt dan maximaal € 414,50."

De zorgverzekeraar geeft meestal een vergoeding voor de pruik.

Vergoedingen 2015: - Basisverzekering (Zorgverzekeringswet): € 414,50 - Aanvullende verzekeringen:

• ExtraVerzorgd 1: € 100,-• ExtraVerzorgd 2: € 200,-• ExtraVerzorgd 3: € 300,-

- Garantpakket: € 150,-

Als een eigen bijdrage verschuldigd is kan hiervoor bijzondere bijstand worden verstrekt tot een bepaald maximum. Als regel geldt dat een pruik niet duurder mag zijn dan de maximale vergoedingen uit Basis­verzekering (€ 414,50), aanvullende verzekering (€ 300,-) en Garantpakket (€ 150,-), zijnde € 864,50. Bijzondere bijstand is mogelijk tot maximaal dit bedrag, onder aftrek van de vergoedingen uit de Basis­verzekering en aanvullende verzekeringen.

Vorenstaande houdt in dat bijzondere bijstand kan worden verleend indien sprake is van aanvullende verzekering ExtraVerzorgd 1 en 2. Bij een ExtraVerzorgd 3 verzekering wordt reeds de maximale ver­goeding ontvangen.

Opmerking: De afweging welk soort pruik wordt aangeschaft is vaak esthetisch van aard en nogal subjectief. Welke pruik staat iemand mooi ? In het kader van bijstandsverlening wordt de Zorgverzekeringswet en de goedkoopste aanvullende ver­zekering (ExtraVerzorgd 1) in het algemeen als toereikende voorliggende voorziening aangemerkt. Om te voorkomen dat minima die op een pruik zijn aangewezen en het zich gelet op de hogere premie niet kunnen veroorloven een duurdere (lees ExtraVerzorgd 3) verzekering af te sluiten wordt het redelijk geacht bijzondere bijstand te verstrekken tot maximaal de vergoeding die wordt ontvangen met een Ex­traVerzorgd 3 verzekering verhoogd met de vergoeding uit het Garantpakket.

17

Page 36: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

15. Rechtsbijstand en griffierecht Voor het eigen aandeel in de kosten van rechtsbijstand en eventueel andere kosten zoals griffierecht kan in het algemeen geen bijstand worden verleend, tenzij het kosten betreft in verband met het voeren van een gerechtelijke procedure die in het kader van de aan de bijstand verbonden verplichtingen wordt ge­voerd en niet op de tegenpartij kunnen worden verhaald. Daarnaast komen de kosten rechtsbijstand e.d. voor bijstand in aanmerking indien er sprake is van toe­voeging in het kader van de Wet op de rechtsbijstand (Wrb). Deze wet regelt de toevoeging van een ad­vocaat en de eventuele eigen bijdrage. Naast de eigen bijdrage zijn er kosten die voor eigen rekening blijven, zoals griffierecht, bureau- en kantoorkosten en reiskosten.

Als op grond van de toevoeging krachtens de Wrb rechtsbijstand is verleend, kan de noodzaak voor het verlenen van rechtshulp worden aangenomen. De kosten van een procedure, die de Wrb voor eigen re­kening laat, worden in zijn algemeenheid gerekend tot de bijzondere noodzakelijke kosten.

Per 1 juli 2011 is het Besluit eigen bijdrage rechtsbijstand gewijzigd. De wijziging houdt in dat de eigen bijdrage voor de rechtzoekende voor de verlening van rechtsbijstand door een advocaat wordt verlaagd met € 50,- indien hij eerst (gratis) rechtshulp vraagt aan het Juridisch Loket in plaats van meteen naar een advocaat te gaan. In het kader van bijzondere bijstand is het Juridisch Loket een voorliggende voorziening. Om te kunnen beoordelen of bijzondere bijstand mogelijk is moet dus eerst worden vastgesteld of betrokken bij het Juri­disch Loket is geweest. Dit kan worden aangetoond met een zogenaamd diagnosedocument. Hierin wordt geadviseerd door welke instanties het probleem het beste kan worden opgelost. Aanvrager over­handigt bij de aanvraag bijzondere bijstand dit diagnosedocument van het Juridisch Loket waaruit blijkt dat de door de rechtzoekende gewenste rechtsbijstand door een advocaat noodzakelijk is en daarmee ook de verschuldigde eigen bijdrage rechtsbijstand noodzakelijk is. Voor het gebruik maken van rechtsbijstand kan men een beroep doen op de Wet op de rechtsbijstand, zodat men niet alle kosten zelf hoeft te betalen. De advocaat moet hiervoor toestemming vragen aan de Raad voor de Rechtsbijstand. Geeft de Raad toestemming dan betaalt men slechts een eigen bijdrage waarvan de hoogte afhankelijk is van het inkomen en vermogen. Als men eerst naar het Juridisch Loket gaat, en van daaruit wordt doorverwezen naar een advocaat, gaat de eigen bijdrage met 50 euro omlaag. Als men vervolgens een beroep doet op bijzondere bijstand voor de eigen bijdrage wordt er altijd van uit gegaan dat men eerst het Juridisch Loket heeft geraadpleegd. De hoogte van de bijzondere bijstand wordt dus altijd bepaald op het lagere bedrag dat geldt voor degene die eerst bij het Juridisch Loket is geweest.

Het Juridisch Loket vervult hiermee nog sterker dan in het verleden de functie van filter. Dit zal leiden tot het afgeven van minder toevoegingen voor het verlenen van rechtsbijstand door een advocaat.

Hieronder volgt een opsomming van de meest voorkomende situaties:

1. kosten echtscheiding De voor eigen rekening blijvende kosten kunnen geacht worden te behoren tot de bijzondere bestaans­kosten. Hierbij valt o.a. de eigen bijdrage advocaat en de te betalen griffierechten.

2. herziening alimentatie Voor de voor eigen rekening komende kosten bij verzet tegen een procedure tot vermindering of nihilstel-ling van alimentatie kan bijstand worden verleend. Deze bijstand kan echter alleen worden verleend in situaties dat dit verzoek ook enige kans van slagen heeft. Hieronder vallen de eigen bijdrage advocaat en rechtshulp.

3. Procedure tot verkrijging van middelen (inkomsten en/of vermogen) Hierbij gaat het om procedures tot het verkrijgen c.q. behouden van inkomsten en/of vergoedingen uit andere bronnen als gevolg waarvan er per saldo minder of geen kosten van bijstand meer behoeven te worden gemaakt. Indien men over een rechtsbijstandsverzekering beschikt, dienen de kosten eerst bij deze verzekering te worden gedeclareerd.

18

Page 37: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

16. Reiskosten Kosten verbonden aan deelname aan het maatschappelijk verkeer behoren tot de algemeen noodzakelij­ke kosten van het bestaan waarvoor geen bijstand kan worden verleend.

Uitzonderingen In bijzondere situaties kan bijstand worden verleend voor reiskosten. De voor bijstandsverlening in aanmerking komende reiskosten zijn te onderscheiden in:

1. kosten in verband met bezoek aan elders verpleeod/verzorad wordende gezins- of familieleden in de eerste graad;

2. kosten in verband met bezoek aan in detentie verblijvende gezins- of familieleden in de eerste graad.

Voorwaarden voor biistandsverlenina: er is geen voorliggende voorziening, zoals Wmo of Zorgverzekeraar er moet sprake zijn van bijzondere omstandigheden; in de norm is namelijk een bedrag opgenomen voor deelname aan het maatschappelijk verkeer

- de te maken kosten worden beschouwd als bijzonder noodzakelijke kosten; de draagkrachtregels zijn van toepassing

Reiskosten ziekenbezoek ExtraVerzorgd 2 en ExtraVerzorgd 3 kennen voor een gezinslid de volgende vergoedingen op basis van 1 bezoek per dag, waarbij de eerste 500 km voor eigen rekening komt: EV2: max. € 0,25 per km, tot max. € 150,- per polis; EV3: max. € 0,25 per km, tot max. € 250,- per polis. De eigen bijdragen kunnen als noodzakelijke kosten worden beschouwd. Reiskosten komen echter eerst in aanmerking voor bijzondere bijstand, als deze meer bedragen dan de vergoeding uit de aanvullende verzekering, waarbij de eerste 500 km per kalenderjaar als algemeen gebruikelijk worden aangemerkt. De bijstand wordt berekend op basis van de laagste tarieven openbaar vervoer. De voorwaarden van de aanvullende verzekering van Menzis zijn van toepassing. Niet-gezinsleden in de eerste graad kunnen een beroep doen op bijzondere bijstand op basis van boven­genoemde vergoedingssystematiek.

Reiskosten weekendverlof cliënten die elders worden verpleegd In het algemeen zal de zorgverzekeraar niet als voorliggende voorziening fungeren. Alleen bij psychia­trisch verpleegde patiënten in een inrichting op meer dan 50 km van Oldenzaal zal, op medische indicatie van de behandelend arts, de zorgverzekeraar de reiskosten aan de cliënt vergoeden gedurende de laat­ste 3 maanden, voorafgaand aan het ontslag uit een psychiatrisch ziekenhuis. De vergoeding op grond van de WWB dient te worden afgestemd op de frequentie van het noodzakelijk geachte weekendverlof.

Reiskosten l.v.m. bezoek aan In detentie verblijvende gezins- of familieleden (1° graad) De volgende reiskosten i.v.m. bezoek aan gedetineerden binnen Nederland komen voor bijzondere bij­stand in aanmerking: 1. éénmaal per maand voor 2 personen; 2. of tweemaal per maand voor 1 persoon. De vergoeding is gebaseerd op de tarieven openbaar vervoer. Betaling vindt plaats na overlegging van de betaalbewijzen en/of verklaring van de inrichting.

Reis- en verblijfkosten gedetineerden Reiskosten en eventueel kosten van levensonderhoud voor gedetineerden die op weekendverlof gaan in het kader van resocialisering dienen volgens jurisprudentie binnen de wettelijke bepalingen van Justitie te worden opgelost. Voor deze kosten kan geen bijstand worden verleend, aangezien geen sprake is van noodzakelijke kosten van het bestaan in het kader van de WWB.

19

Page 38: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

17. Tandheelkundige hulp Voor tandheelkundige kosten is een voorliggende toereikende en passende voorziening getroffen in de Zorgverzekeringswet. In beginsel kan hiervoor dus geen bijstand worden verstrekt.

Basisverzekering Voor jeugdige verzekerden (tot 18 Jaar) geldt dat alle tandheelkundige behandelingen door de Basisver­zekering worden vergoed. Hier is bijzondere bijstand dus niet aan de orde. Er zijn twee uitzonderinoen: - kronen en bruggen, zgn. tandvervangende hulp met niet-plastische materialen (zie hierna);

orthodontie (zie hierna). Kronen e.d. worden wél vergoed als het gaat om hulp ter vervanging van ontbrekende, blijvende snij-en/of hoektanden als gevolg van een ongeval, of wanneer deze niet zijn aangelegd. Voor volwassen verzekerden (18 Jaar en ouder) geldt vanuit de Basisverzekering alleen nog maar een vergoeding voor: 1. bijzondere tandheelkundige hulp; 2. volledige boven- en/of onderprothese (een eigen bijdrage van 25% van de kosten). Uit de aanvullen­

de verzekering wordt de eigen bijdrage gedeeltelijk vergoed. BIJ partiële prothese kan aanvullende bijstand worden verstrekt. Dit geldt niet voor frameprotheses. Voor kosten voor het niet nakomen van afspraken wordt geen vergoeding gegeven.

Garantpakket vanaf 18 Jaar. Vanaf 2015 worden ingevolge de Garantpakketten TandVerzorgd 350, 650 en 950 (voorheen TV 1, 2 en 3) de voor eigen rekening gebleven kosten volledig vergoed tot een maximum van respectie­velijk € 350, € 650 en € 950 per verzekerde per kalenderjaar. Voorwaarde is voorts dat de vergoeding is opgenomen in TandVerzorgd 950, met uitzondering van orthodontie. Bijzondere bijstand is dus in prin­cipe niet meer aan de orde. Personen die geen aanvullende tandartsverzekering hebben afgesloten geldt dat geen vergoeding inge­volge de bijzondere bijstand mogelijk is, uitoezonderd personen met een volledige aebitsprothese. Voor hen geldt geen verplichte tandartsverzekering.

Orthodontie (tand- en kaakregulatie) Op sociale gronden wordt orthodontie voor kinderen tot 18 jaar noodzakelijk geacht. De Basisverzekering en TandVerzorgdl en 2 (vanaf 2013) kennen geen vergoeding voor deze kosten.

Ingevolge Tandverzorgd 950 worden de kosten van orthodontie tot 18 jaar vergoed voor de gehele behandelingsduur tot een bedrag van € 2000 Inclusief de periodieke controlebezoeken. Voorwaar­de Is dat het kind TandVerzorgd 950 verzekerd Is. De premie bedraagt € 15 per maand. Er geldt een wachttijd van 1 jaar. Deze verzekering geldt als een voorliggende voorziening t.o.v. de bijzon­dere bijstand. Ingevolge het Garantpakket wordt daarnaast nog een vergoeding van € 500,- per jaar verstrekt, als na het bereiken van de maximum vergoeding uit TandVerzorgd3 nog behandelingen noodzakelijk zijn. Er wordt dus geen bijzondere bijstand meer verleend omdat een aanvullende verzekering de kos­ten vergoedt, hetgeen een afdoende voorliggende voorziening Is. Dat geldt ook als men niet bij Menzls maar elders verzekerd Is: ook daar kan een aanvullende verzekering worden afgesloten die de kosten vergoedt.

Kronen en bruggen De kosten van deze vorm van tandheelkundige hulp komen ni^ voor bijzondere bijstand in aanmerking aangezien deze kosten uitdrukkelijk buiten de werkingssfeer van de Zorgverzekeringswet zijn gelaten. Kroon- en brugwerk kan derhalve nooit als een noodzakelijke voorziening ingevolge de bijzondere bij­stand worden aangemerkt. Er is namelijk bijna altijd een andere goedkopere adequate oplossing voor­handen, zoals een gehele of partiële gebitsprothese, welke kosten al dan niet reeds volledig worden ver­goed.

20

Page 39: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

18. Voetzorg Orthopedisch schoeisel Orthopedisch schoeisel wordt ingevolge de Basisverzekering vergoed, minus een eigen (bespa-rings)bijdrage (€ 140,50,-per paar; kind < 16 jaar € 70,- per paar). De eigen bijdrage wordt vanaf 2008 niet meer door de aanvullende verzekeringen (ExtraVerzorgd) vergoed. Ingevolge de Garantpakketten 1 en 2 bestaat recht op een vergoeding van de eigen bijdrage tot maximaal € 75,- per kalenderjaar. Vanaf 2015 geldt voor het Garantpakket 3 een vergoeding van 100%. Indien sprake is van een eerste aanschaf komen de voor eigen rekening blijvende kosten volledig voor bijzondere bijstand in aanmerking. Bij een tweede en vervolg aanschaf dient rekening te worden gehouden met de kosten van een paar gewone schoenen ad. € 50,-. De meerkosten komen voor bijzondere bijstand in aanmerking.

Voetzorg Menzis: De vergoedingen voor pedicure, podotherapie, podologie, podozolen en orthopedische steunzolen zijn sinds 2013 samengevoegd tot één gezamenlijke vergoeding: Voetzorg. Hiervoor gelden de volgende vergoedingen:

ExtraVerzorgd 1: maximaal € 100,- + GarantVerzorgdl € 50,- = € 150,-ExtraVerzorgd 2. maximaal € 150,- + GarantVerzorgd2 € 50,- = € 200,-ExtraVerzorgd 3: maximaal € 200,- + GarantVerzorgdS € 50,- = € 250,-

Bovengenoemde vergoedingen gelden als een afdoende voorliggende voorziening, zodat voor deze kosten geen bijzondere bijstand meer kan worden verleend.

Wat de voorwaarden betreft zie hieronder:

Orthopedische steunzolen Een orthopedische steunzool is een losse inlegzool voor een schoen. Deze kan een ontlastende of on­dersteunende functie of een corrigerende functie hebben. De voet- en loopstand verbetert hierdoor. Door Menzis wordt maximaal 2 orthopedische steunzolen per kalenderjaar vergoed, mits de leverancier een contract met Menzis heeft.

Podologie De podoloog behandelt voetfunctiestoornissen en voetklachten. Dit kan met het aan de voet toepassen van corrigerende of beschermende technieken, zoals schoen- en zooicorrecties en het adviseren over voetaandoeningen. Er geldt een vergoeding voor podologie en podozolen, mits de zorgaanbieder is aan­gesloten bij het Omni Podo Genootschap of de Stichting LOOP.

Podotherapie De podotherapeut behandelt alle voorkomende klachten aan voeten, tenen en nagels en klachten elders in het lichaam die door voet-, teen- en nagelcorrectie beïnvloed kunnen worden. Er geldt een vergoeding voor podotherapie en podozolen mits de zorgaanbieder geregistreerd podotherapeut is.

Pedicure Een pedicure verzorgt voeten, tenen en nagels bij klachten. In bepaalde gevallen is pedicurezorg verze­kerd in de Basisverzekering. Er geldt een vergoeding voor pedicurezorg als: - Het gaat om een aandoening die staat op de door Menzis vastgestelde lijst. Hierop staat ook wan­

neer en van wie een ven/vijzing nodig is. De pedicure moet in het bezit zijn van het certificaat 'Diabetische voet' en/of 'Reumatische voet' en/of 'Medische Pedicure' en/of in het bezit van het Stipezodiploma, en De pedicure is ingeschreven in het ProCERT KwaliteitsRegister voor Pedicures (KRP) of het Register Paramedische Voetzorg (RPV).

Er wordt geen vergoeding verstrekt voor pedicurezorg als dit een cosmetische of verzorgende reden heeft.

21

Page 40: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

19. Vaste lasten Detentie

Hoofdregel Gedurende de periode van detentie is bijstandsverlening niet mogelijk (WWB artikel 13, eerste lid onder a).

Afwijking van de hoofdregel Indien ten aanzien van een alleenstaande of alleenstaande ouder sprake is van "zeer dringende redenen" kan op grond van artikel 16 WWB van de hoofdregel worden afgeweken en bijzondere bijstand worden verstrekt voor de betaling van vaste lasten voor het aanhouden van de woning. Bij de toepassing van artikel 16 WWB dient vast te staan dat sprake is van een acute noodsituatie en dat de behoeftige om­standigheden op geen enkele andere wijze zijn te verhelpen. "Zeer dringende redenen" wordt ingevolge constante jurisprudentie aanwezig geacht in geval van een acute noodsituatie, dat wil zeggen een situatie die van levensbedreigende aard is of blijvend ernstig letsel of invaliditeit tot gevolg kan hebben. Ook de situatie dat er sprake is van ernstige consequenties voor de psychische gezondheidstoestand van de belanghebbende kan onder het begrip "acute noodsituatie" vallen. Geen bijstand wordt verstrekt voor de opslag van de inboedel.

Een voorstel ter zake dient van toelichting en motivatie te worden voorzien. Afwijking van de hoofdregel is niet mogelijk indien; • de detentieperiode korter duurt dan een maand; • de detentieperiode langer zal duren dan 12 maanden; • het detentie betreft in plaats van een boete • betrokkene de straf tijdens de weekenden of anderszins kon ondergaan • betrokkene is staat was om voor deze kosten te reserveren.

In geval van zeer dringende redenen dient rekening te worden gehouden met de onderstaande punten: • Als bijstandsverlening gelet op alle omstandigheden noodzakelijk is kan deze alleen worden verstrekt

voor zover de eigen middelen ontoereikend zijn voor de betaling van de kosten. • De eventuele bijstand voor betaling vaste lasten dient verstrekt te worden in de vorm van een geldle­

ning die de gedetineerde na afloop van zijn detentie terug dient te betalen • Onder eigen middelen worden alle middelen verstaan waarover de klant kan beschikken dus ook het

bescheiden vermogen, de auto en de gereserveerde vakantietoeslag. Indien de klant hieraan geen medewerking wil verlenen (bijvoorbeeld door het niet verstrekken van gevraagde informatie of het niet mee willen werken aan de verkoop van de auto) dient er geen bijstand te worden verstrekt.

• Bij doorbetaling nutsvoorzieningen dient het maandelijkse voorschot afgestemd (verlaagd) te worden op het niet-gebruik van de woning. Bij de jaarafrekening dient een eventueel tegoed aan de gemeen­te Oldenzaal gecedeerd te worden.

• Voor de overige aan de woning verbonden kosten (zoals OZB, verzekeringen e.d.) dient de gedeti­neerde zelf een regeling te treffen, deze kosten komen als uitgangspunt niet voor vergoeding in aan­merking.

• Dit geldt ook bij een eventuele eigen woning met een hypotheek; in dat geval dient er een regeling getroffen te worden met de hypotheekverstrekker in plaats van een vergoeding krachtens de bijzon­dere bijstand.

• Als de vaste lasten worden doorbetaald gedurende de detentie van cliënt, en cliënt heeft een inko­men uit arbeid in de strafinrichting, dan rekening houden met deze inkomsten als deze meer bedra­gen dan het normbedrag voor persoonlijke uitgaven (zak- en kleedgeld).

Inrichting Bij opname van een alleenstaande in een inrichting (verpleeghuis, ziekenhuis) wordt nagegaan in hoever­re een voorziening moet worden getroffen voor de betaling van de vaste lasten. Tot maximaal 6 weken na opname kan de reguliere bijstandsnorm worden doorbetaald. Daarna wordt de norm aangepast en bere­kend naar de werkelijke situatie. Een alleenstaande ontvangt vanaf dat moment de norm zak- en kleed­geld; bij een echtpaar is dat de norm alleenstaande (ouder) plus zak- en kleedgeld.

Bijzondere bijstand kan worden verleend voor de vaste lasten die doorbetaald moeten worden zoals: huur, gas, elektriciteit water, gedurende maximaal een iaar te rekenen vanaf het moment dat de norm wordt aangepast naar de norm zak- en kleedgeld.

22

Page 41: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

Als de toestand en omstandigheden van de cliënt/patiënt dit mogelijk maken wordt de bijstand aan be­trokkene betaald.

Als aangenomen mag worden, dat de alleenstaande blijvend verpleging en verzorging nodig zal hebben, wordt in overleg met betrokkene of als deze hiertoe geestelijk niet bij machte is in overleg met familie of bewindvoerder, een regeling tot beëindiging van de vaste lasten c.q. huurovereenkomst en liquidatie van de eigen huishouding getroffen.

Wanneer de opname tijdelijk is, maar toch aanmerkelijk langer duurt dan in eerste instantie werd ver­wacht, worden na een opname van één iaar de volgende beslissingsmomenten in acht genomen: • heeft de opname bij het eerstvolgende heronderzoek al langer dan één jaar geduurd, maar korter dan

2 jaren, dan wordt contact met de inrichting opgenomen om vast te stellen of de opname nog steeds van tijdelijke aard is.

• heeft de opname inmiddels langer geduurd dan 2 jaren, dan wordt de doorbetaling van vaste lasten in principe beëindigd.

NB: na een periode van 6 weken verblijf in een inrichting dient het voorschotbedrag voor gas, water en elektriciteit in overleg met de leverancier terstond te worden verlaagd.

23

Page 42: O ldeGemeente nz a al...Re g.n r. IN TB -15 -01 92 1 O ldeGemeente nz a al He t colle ge va n bu rge me es ter en we tho ud ers va n Ol de nz aa l; ge let op het be pa ald e in titel

20. Ziekenvervoer

Ambulancevervoer wordt ingevolge de basisverzekering van de Zorgverzekeringswet volledig vergoed.

Andere vormen van ziekenvervoer per taxi (zgn. zittend ziekenvervoer) worden ingevolge de Regeling Ziekenvervoer nog slechts voor bepaalde groepen patiënten vergoed: - nierdialysepatiënten

radiotherapie- en chemokuurpatiënten - visueel gehandicapten

rolstoelgebruikers.

In die gevallen waarin sprake is van vergoeding van kosten, geldt een eigen bijdrage van € 97,- per 12 maanden (Regeling z iekenvervoer 2015). Met een indicatie van de behandelend arts kan worden vastgesteld of een patiënte tot één van de groe­pen behoort. Met deze indicatie kan betrokkene bij de verzekeraar vragen om een vergoeding.

Indien iemand niet tot de doelgroepen behoort en langdurig is aangewezen op vervoer naar een behan­delend arts of instelling kan een beroep doen op de hardheidsclausule. Hierbij zijn de volgende criteria van belang:

vervoer is langer dan vijf maanden noodzakelijk - vervoer dient minimaal twee keer per week noodzakelijk te zijn - de enkele reisafstand bedraagt 25 km of meer.

Personen die niet in aanmerking komen voor vergoeding via de zorgverzekeraar kunnen mogelijk een beroep doen op bijzondere bijstand. Er djent in voorkomende gevallen een medische indicatie gesteld te worden dat openbaar vervoer niet tot de mogelijkheden behoort en betrokkene voor bezoek aan arts of instelling is aangewezen op vervoer per taxi. Een Wmo-vervoersindicatie is ook voldoende. Bijzondere bijstand voor bijzondere noodzakelijke reiskosten in verband met openbaar vervoer c.q. eigen vervoer buiten Oldenzaal behoort in individuele situaties ook tot de mogelijkheden. Vergoeding vindt plaats op basis van kosten openbaar vervoer c.q. kilometervergoeding.

Garantpakket: Ingevolge het Garantpakket wordt de eigen bijdrage volledig vergoed.

24