NIEUWE INZICHTEN DANKZIJ UITWISSELING Friese en · PDF filekader van het Twinning-project de...
Transcript of NIEUWE INZICHTEN DANKZIJ UITWISSELING Friese en · PDF filekader van het Twinning-project de...
NIEUWE INZICHTEN DANKZIJ UITWISSELING
Friese en overzeese schoolleiders twinnenSchoolleiders van de bovenwindse eilanden Saba en Sint Eustatius staan voor
diverse uitdagingen. Ze willen hun onderwijskwaliteit verbeteren, terwijl tegelijk
het Nederlands een prominentere plek krijgt, goede leerkrachten snel van baan
wisselen en ouders hun kinderen vaak onvoldoende aansporen. Redenen genoeg
om te sparren met Nederlandse collega’s: Twinning gaat internationaal.DOOR JOËLLE POORTVLIET
Het Twinning-project van de PO-Raad boekte in Neder-
land al eerder succes. Schoolleiders van zwakke scholen
werden gekoppeld aan collega’s van sterke(re). Ze
kregen – in een notendop – tips en ondersteuning van iemand
die ook met de voeten in de klei staat. Het principe werkt voor
de schoolleiders van Saba en Sint Eustatius niet anders. Laverne
Duggins is basisschooldirecteur op Sint Eustatius en deed in het
kader van het Twinning-project de school van Bert Kampherbeek
in Sint Nicolaasga (Friesland) aan: “Dit bezoek zet me echt aan het
denken. De teamgeest, het teamwork: hoe kan ik dat in mijn eigen
school stimuleren? Als ik bijvoorbeeld een klassenbezoek doe,
kijk ik naar te veel verschillende dingen. Van Bert heb ik geleerd te
focussen. Eén punt bespreken met de leerkracht, net zo lang tot
hij of zij het doorheeft, en dan het gewenste effect checken.”
CARIBISCH NEDERLANDOp 10 oktober 2010 zijn de bovenwindse eilanden Saba (onge-
veer 2000 inwoners) en Sint Eustatius (bijna 2900 inwoners)
bijzondere Nederlandse gemeenten geworden (zie kader). Voor
het primair onderwijs betekent dat dat de vijf basisscholen op
deze eilanden met Nederlandse wetgeving te maken krijgen. De
Onderwijsinspectie bezocht Saba en Sint Eustatius in het voorjaar
van 2011. Al eerder stuurde OCW aan op een verbetertraject.
Samen met de scholen is afgesproken dat zij in 2016 op een ‘naar
Nederlandse en Caribische maatstaven aanvaardbaar niveau’ zit-
14 SchoolManagement totaal Maart 2012
po
Twinnen is tweerichtingsverkeer, je steekr er van beide kanten iets van op.
ten. Dit niveau is niet gespecificeerd, maar dat een hoop beter kan
en moet, daar is iedereen van doordrongen, legt Nienke Deelstra
uit. Zij is via een PO-Raad project gedetacheerd als schoolcoach
op Saba (1 basisschool) en Sint Eustatius (4 basisscholen). “De
scholen willen heel graag verbeteren en waar het kan, help ik ze
daarbij.”
TAALTaal is misschien wel de grootste uitdaging voor het primair onder-
wijs op de bovenwindse eilanden. Onder de Antilliaanse regering
is er steeds minder Nederlands gesproken. Ook op de scholen
werd (Statia-)Engels de voertaal. Ouders van de huidige generatie
kinderen kunnen meestal nog wel een aardig mondje Nederlands,
maar spreken het thuis niet (meer). Met de nieuwe status van
oktober 2010 heeft Saba ervoor gekozen Engels als eerste taal op
de basisschool te handhaven. Kinderen kunnen extra Nederlandse
lessen krijgen, bijvoorbeeld als ze naar een middelbare school wil-
len waar Nederlands wordt gesproken. Op de meeste scholen van
Sint Eustatius wordt vanaf groep 5 Nederlands als instructietaal
gebruikt, de voertaal in de klas is dan Nederlands. Dit met het oog
op een Nederlandstalige vo-school en een eventuele vervolgstudie
in Nederland. In de groepen 1 t/m 4 krijgen de kinderen Neder-
lands als vak en is de voertaal meestal Engels.
Het taal-dilemma brengt allerlei vragen met zich mee. Cito-toetsen
(met uitzondering van rekenen) zijn op dit moment nog niet
vertaald in het Engels. Schoolcoach Nienke Deelstra: “Je kunt
niet op alle vakgebieden van Caribische kinderen hetzelfde niveau
verwachten als Nederlandse kinderen. De normen voor de Drie-
Minuten-Toets zijn op dit moment nog veel te hoog gegrepen.”
Terug naar de praktijk, want tijdens een studiedag in het Friese
Joure, waar de twinnende schoolleiders samenkomen om te pra-
ten en leren over kwaliteit van onderwijs, komt het taalprobleem
opvallend weinig aan de orde. De schoolleiders krijgen, dankzij het
‘spieken’ bij Nederlandse collega’s, allerlei andere inzichten om het
onderwijsniveau te verbeteren.
WERKHOUDINGDe vijf directeuren hebben voorafgaand aan de studiedag drie
dagen meegelopen op de scholen van hun Friese collega’s. Met
name het verschil in werkhouding valt hen op. Laverne Dug-
gins verbaast zich over de rust die heerst op de school van Bert
Kampherbeek: “Kinderen hebben plezier in wat ze doen, ze zijn
enthousiast over werken. Het grootste probleem bij ons op school
is discipline.” Diane Wilson, directeur op Saba, beaamt: “Bij ons is
het altijd druk. Je moet constant controle houden. Op de school
van Keimpe Strikwerda zijn de kinderen als ze binnenkomen klaar
voor instructietijd. Vanaf de kleuterklas gelden dezelfde regels en
deze worden consequent door de klassen heen uitgevoerd.” Voor
een deel is de discipline van de Nederlandse kinderen te verklaren
door opvoeding, maar goed klassenmanagement doet wonderen,
weet directeur Ellis Woodley (Sint Eustatius) inmiddels van zijn
twinning-partner Kees Flikkema. “De structuur binnen zijn school
is anders. Hoe leerkrachten te werk gaan en hoe leerlingen zich
gedragen tijdens de les. Ik ben blij met de kans om dit te zien.”
De Nederlandse manier van leidinggeven blijkt inspirerend voor de
bovenwindse schoolleiders. Diane Wilson: “Hier zie ik weer een
bepaalde rust. Keimpe Strikwerda beloont z’n leerkrachten als
ze het goed doen. Hij geeft ze vertrouwen en daardoor voelen ze
zich competent. Vijf jaar geleden was zijn school ook niet honderd
procent. Het hielp hem om analyses te maken. Die tips zijn goed
voor mij.” Ook het gebruik van de Kijkwijzer bij klassenbezoek,
het ‘stoplicht-systeem’ dat zelfstandig werken stimuleert en het
leerlingvolgsysteem worden als kansrijk gezien voor de eilanden.
Debby Clarke: “Op Sint Eustatius heb ik al een blik kunnen wer-
pen op bepaalde methodes en systemen, maar hier kan ik ze echt
ervaren. Zien hoe het in de praktijk uitpakt, dat heeft meerwaarde.
Ik kijk ernaar uit om deze inzichten te delen, met m’n bestuur en
leerkrachten.”
OUDERBETROKKENHEIDAls één van de motoren voor kwaliteitsverbetering komt ouder-
betrokkenheid ter sprake. Debby Clarke over de situatie op Sint
Eustatius: “Onze ouders moeten bewuster worden: dat wat zij
doen maakt wel degelijk uit voor wat wij met de kinderen kun-
nen bereiken. Hun positieve inbreng is heel belangrijk. Alle ouders
zijn vóór de Nederlandse taal, maar niemand spreekt het thuis.
Ze focussen meer op hun werk dan op de ondersteuning van
hun kinderen. Onze kleine gemeenschap is afgelopen jaren sterk
veranderd. Er zijn kinderen van Spaanse, Jamaicaanse en Domini-
caanse afkomst: een echte melting-pot. De kinderen van Spaans-
sprekende ouders brengen het soms verder dan die van Statia-
ouders. Dat vind ik jammer. Spanjaarden weten: als mijn kind later
in Nederland verder wil studeren, moet hij of zij de Nederlandse
taal leren. Het is een andere mentaliteit.”
ANDERSOMDe uitwisseling is geen eenrichtingverkeer. Regelmatig spreken de
Nederlanders hun bewondering uit voor hun collega’s, die naast
het directeurschap vaak ook nog een eigen klas hebben. Kees
Fikkema: “Ellis Woodley zit in het bestuur van het ziekenhuis, van
de kerk, doet dingen voor de huurcommissie. Hij is dag in dag uit
in de weer voor het eiland.” Keimpe Strikwerda heeft respect voor
de ambities van zijn twinning-partner Diane Wilson: “In Nederland
legt een leerkracht die iets wel kan, het uit aan de ander. Naar wat
ik heb begrepen zijn in Caribisch Nederland minder bevoegde
kwaliteitsleerkrachten en gaan de goede vaak snel weer weg. In
dat opzicht hebben we het in Nederland aanzienlijk luxer. Het ver-
loop van leerkrachten is hier minder.” Debby Clarke: “Jullie zitten
wel met al die parttimers.” Bert Kampherbeek reageert: “Dat klopt,
maar een voordeel daarvan is dat je om de paar dagen een frisse
kracht hebt. Die kan er dan weer tegenaan.”
SchoolManagement totaal 15Sdu Uitgevers
De schoolcoach Nienke Deelstra is sinds maart 2011 schoolcoach voor Saba en Sint Eusta-
tius en initieerde de uitwisseling tussen de basisschooldirecteuren van
de bovenwindse eilanden en die van haar oude bestuur Onderwijsgroep
Primus in Friesland (met uitzondering van Keimpe Strikwerda, zijn
school valt onder scholennetwerk De Basis). Deelstra zocht naar matches
waarbij de deelnemers persoonlijk klikken en inhoudelijk het meest van
elkaar kunnen leren.
Als schoolcoach is Deelstra op Saba en Sint Eustatius om de scholen te
bezoeken en de schoolleiders bij te staan. Samen met hen heeft ze verbe-
terplannen geformuleerd.
Ook Bonaire kent een vanuit de PO-Raad uitgezonden schoolcoach: Bert
Becker. Dit eiland is een stuk groter (ongeveer 15.000 inwoners met 7
basisscholen).
INSPECTIEVlak voor de kerstvakantie zijn de inspectierapporten bij de
bovenwindse directeuren binnen gekomen. De inhoud bevat
geen verassingen. Wel is het pakket aan (zelf geformuleerde)
verbeterplannen soms overweldigend. De Onderwijsinspecteur
voor Caraïbisch Nederland, Jan Willem Maijvis, is ook in Joure en
probeert helderheid te creëren: “We verwachten geen kopieën van
de Nederlandse scholen. Het toezichtplan lijkt dichtgetimmerd met
allerlei afspraken, maar is geënt op het eigen verbeterplan. 2016
als einddoel blijft staan, maar als tussendoor iets niet op tijd lukt
en je hebt daar een goede verklaring voor, is dat geen probleem.”
In de inspectie-eisen staat bijvoorbeeld dat het onderwijs afge-
stemd moet zijn op het niveau van de verschillende leerlingen.
Maar, wordt tijdens de bijeenkomst uitgelegd, die afstemming
is geen doel, geen onderdeel van de basiskwaliteit. Anneke van
der Linde van de PO-Raad: “Het gaat eerst om de basis. Om
klassenmanagement, rust creëren, overzicht krijgen van wat je
leerkrachten doen en wie je leerlingen zijn. Daarna kun je je gaan
buigen over de verschillen en dan is afstemming van het onderwijs
een middel om tot goede gemiddelde resultaten te komen.”
TEGENBEZOEKIn mei zullen de Friese twinning-directeuren de scholen op Saba
en Statia bezoeken. Wederom een werkbezoek waarbij wordt
geëvalueerd: welke in Nederland opgedane ideeën zijn inmid-
dels gerealiseerd en wat nog niet. Wat heeft dat voor gevolgen
voor m’n verbeterplannen? De Friezen kijken er naar uit. Keimpe
Strikwerda: “De winst zit ‘m juist in de situatieverschillen, daar leer
je van elkaar.”
Geschiedenis Caribisch Nederland Sinds begin jaren vijftig van de vorige eeuw vormen zes eilanden in de
Caribische zee - de benedenwindse eilanden Aruba, Bonaire, Curaçao en
de bovenwindse Saba, Sint Eustatius en Sint Maarten - samen één land
binnen het Koninkrijk der Nederlanden: De Nederlandse Antillen. Aruba
werd in 1986 - binnen het Koninkrijk - onafhankelijk. Op 10 oktober 2010
volgden Curaçao en Sint Maarten elk dit voorbeeld, terwijl Saba, Sint
Eustatius en Bonaire vanaf dat moment als speciale gemeenten zijn
opgenomen bij Nederland. Een maatregel met verstrekkende gevolgen
voor de eilandbewoners. Sint Eustatius is bijvoorbeeld voor levensmid-
delen afhankelijk van import vanuit de Verenigde Staten via St. Maarten.
Doordat St. Maarten nu ook een land is, wordt de invoer nog een keer
belast, wat een flinke prijsstijging voor de bovenwindse eilandbewoners
tot gevolg heeft.
De matches Deelnemers aan het Twinning-uitwisselingsprogramma:
- Ruud Wagenmakers (OBS Zuiderveldschool en OBS Lyts Luchten-
veldschool) is gekoppeld aan Debby Clark van de Golden Rock school
(Sint Eustatius)
- Klaas Snijder (OBS de Lytse Mienskip en OBS de Stobbestjelp) is
gekoppeld aan Floyd Woodley van de Gouvernor de Graaff school
(Sint Eustatius)
- Bert Kampherbeek (OBS de Beuk) is gekoppeld aan Laverne Duggins
van de SDA-school (Sint Eustatius)
- Kees Flikkema (OBS Westermarskoalle) is gekoppeld aan Ellis
Woodley van de Bethel Methodist School (Sint Eustatius)
- Keimpe Strikwerda (van Maesdijkschool/Heerenveen) is gekoppeld
aan Diane Wilson van de Sacred Heart School (Saba).
De twinninggroep Friesland bijeen.
16 SchoolManagement totaal Maart 2012
VOOR MEER INFORMATIE OVER DIT PROJECT KUNT U MAILEN NAAR
NIENKE DEELSTRA: [email protected].