Natuurlijk imkeren

3
28 Breedbeeld Natuurlijk imkeren De allereerste zelfoogstimkerij Tekst en foto’s Bart Coenen De vier bijenkasten van Ruben Joos staan op een ongebruikt terrein van een boer- derij in Lede. In de buurt vind je veel slee- doorn en wilg. Meidoorn ook, tot grote tevredenheid van Joos: ‘Dergelijke planten zijn belangrijk voor de bijen in de lente. In de zomer en het najaar worden de hoge kruiden en ruigteplanten zoals kleine berenklauw en moerasspirea belangrijk. Niet maaien is de boodschap. Bestuiving is iets raars. In sommige steden is het aantal (solitaire) bijen groter dan op het platteland, omdat de voedselhoeveel- heid er groter is. In een tuin kun je veel doen voor de bij, maar dat betekent niet noodzakelijk dat je bijenplanten moet zetten. Ik heb liever dat je je tuin vult met inheemse planten; daar zit altijd wel wat tussen voor de bijen.’ Natuurlijk imkeren Ruben Joos volgde een opleiding tot boswachter en werkt bij het ecologische schildersbedrijf Tintelijn in Gent. Hij leerde imkeren bij de Aalsterse imkers- bond en heeft vijf jaar praktijkervaring als imker. Ruben Joos beseft dat dit niet veel is, dat hij lang nog niet alles weet en hij hoopt dat ervaren imkers hem verder kunnen inspireren. ‘Veel imkers weten er meer over dan ik. Vandaar het idee om een vereniging of een coöperatie op te richten. Ik hoop dat ervaren imkers zich op de een of andere manier voor dit ini- tiatief willen engageren.’ Samen met een boekhouder pluist hij uit hoe het zit met subsidies, welke vormen van participatie goed zouden werken en welke vorm zijn initiatief het best kan aannemen. Een vzw, een cvba …? Intussen geeft Joos lezingen en infoavonden waar hij zijn idee uit de doeken doet. Daar blijkt dat veel beginnende imkers vragen hebben. Ruben Joos: ‘Veel startende imkers weten niet waar en hoe ze aan bijen kun- nen geraken. Er is een grote vraag naar ondersteuning voor kleinschalige imkers. 90 procent van de imkers bij ons is amateurimker. Ik wil hen ondersteuning bieden en hen op een natuurlijke manier leren imkeren. Wanneer je 50 kasten op een weide zet, ben je niet meer natuurlijk aan het imkeren. Het kan best zijn dat die streek dat aankan, maar wat de 2500000 honingbijen doen met de solitaire bijen in de buurt is niet altijd even duidelijk. Je bestuift optimaler – en je zet de andere bijen minder onder druk – als je die 50 kasten over omliggende tuinen en weiden verspreidt. We moeten niet proberen om met high-tech snufjes de wereld te ver- beteren. Dat geldt zeker als het gaat over bijen houden. Die beestjes zijn een stuk ouder dan ons.’ Bij-eigen Joos begon fundamenteel alles in vraag te stellen en gaat daarin heel ver. ‘Het begint bij de bouw van de bijenkast. Die van mij bevat bijvoorbeeld geen metaal, be- halve in het koninginnenrooster. In mijn concept moet de bijenkast slechts 8 à 10 keer per jaar open. De bijen worden dus weinig gestoord. Het totale werk dat ik aan een kast besteed – met effectief mijn pak aan – is 1 à 1,5 u, verspreid over die 8 à 10 keer. Er zijn twee oogstmomenten, een in het voorjaar en een in augustus. Ik gebruik geen gifstoffen en zelfs geen rook meer en ik geef geen was, geen stuifmeel Wat is een zelfoogstimkerij? Ruben Joos haalde de mosterd voor de zelfoogstimkerij bij de zelfoogstboerderij of CSA (Community Supported Agriculture, zie Seizoenen van november 2008). Het doel is om de imkerij duurzamer, bijvriendelijker en ecologischer te laten verlopen doordat de imker ondersteund wordt door een gemeenschap, net zoals bij een CSA- project. In een CSA komen de ‘klanten’ bij de boer voor een deel van de oogst. Het grootste verschilpunt is dat bij de zelfoogstimkerij de imker tot bij de mensen komt. Jij maakt ruimte vrij voor een bijenvolk in de tuin, Ruben Joos verhuurt de bijenkast, komt op tuinbezoek en geeft advies over een bij- (en mens)vriendelijke inrichting en een korte opleiding (geen imkercursus). Hij beheert de korf en oogst samen met de mensen de honing. Om de vergelijking af te maken zou het erop neerkomen dat een landloze boer in jouw tuin een moestuin komt onderhouden in ruil voor een deel van de oogst. Voor wie geen bijen wil of kan houden, maar toch het initiatief wil steunen, voorziet Ruben Joos een soort van peterschap. Wie hieraan deelneemt, blijft op de hoogte en krijgt medezeggingschap in de onderneming. Meer en meer imkers vinden de weg naar Velt en omge- keerd. Imkers, tuiniers en landbouwers beseffen het belang van gezonde bijenvolken en een goede bestuiving. Ruben Joos brengt dit alles samen in Bee Yourself, een concept dat moet uitgroeien tot een zelfoogstimkerij. De allereerste ter wereld.

description

Meer en meer imkers vinden de weg naar Velt en omgekeerd. Imkers, tuiniers en landbouwers beseffen het belang van gezonde bijenvolken en een goede bestuiving. Ruben Joos brengt dit alles samen in Bee Yourself, een concept dat moet uitgroeien tot een zelfoogstimkerij. De allereerste ter wereld. www.velt.nu

Transcript of Natuurlijk imkeren

Page 1: Natuurlijk imkeren

28 Breedbeeld

Natuurlijk imkerenDe allereerste zelfoogstimkerij

Tekst en foto’s bart coenen

De vier bijenkasten van Ruben Joos staan op een ongebruikt terrein van een boer-derij in Lede. In de buurt vind je veel slee-doorn en wilg. Meidoorn ook, tot grote tevredenheid van Joos: ‘Dergelijke planten zijn belangrijk voor de bijen in de lente. In de zomer en het najaar worden de hoge kruiden en ruigteplanten zoals kleine berenklauw en moerasspirea belangrijk. Niet maaien is de boodschap. Bestuiving is iets raars. In sommige steden is het aantal (solitaire) bijen groter dan op het platteland, omdat de voedselhoeveel-heid er groter is. In een tuin kun je veel doen voor de bij, maar dat betekent niet noodzakelijk dat je bijenplanten moet zetten. Ik heb liever dat je je tuin vult met inheemse planten; daar zit altijd wel wat tussen voor de bijen.’

Natuurlijk imkerenRuben Joos volgde een opleiding tot boswachter en werkt bij het ecologische schildersbedrijf Tintelijn in Gent. Hij leerde imkeren bij de Aalsterse imkers-bond en heeft vijf jaar praktijkervaring als imker. Ruben Joos beseft dat dit niet veel is, dat hij lang nog niet alles weet en hij hoopt dat ervaren imkers hem verder kunnen inspireren. ‘Veel imkers weten er meer over dan ik. Vandaar het idee om een vereniging of een coöperatie op te richten. Ik hoop dat ervaren imkers zich op de een of andere manier voor dit ini-tiatief willen engageren.’ Samen met een boekhouder pluist hij uit hoe het zit met

subsidies, welke vormen van participatie goed zouden werken en welke vorm zijn initiatief het best kan aannemen. Een vzw, een cvba …? Intussen geeft Joos lezingen en infoavonden waar hij zijn idee uit de doeken doet. Daar blijkt dat veel beginnende imkers vragen hebben. Ruben Joos: ‘Veel startende imkers weten niet waar en hoe ze aan bijen kun-nen geraken. Er is een grote vraag naar ondersteuning voor kleinschalige imkers. 90 procent van de imkers bij ons is amateurimker. Ik wil hen ondersteuning bieden en hen op een natuurlijke manier leren imkeren. Wanneer je 50 kasten op een weide zet, ben je niet meer natuurlijk aan het imkeren. Het kan best zijn dat die streek dat aankan, maar wat de 2500000

honingbijen doen met de solitaire bijen in de buurt is niet altijd even duidelijk. Je bestuift optimaler – en je zet de andere bijen minder onder druk – als je die 50 kasten over omliggende tuinen en weiden verspreidt. We moeten niet proberen om met high-tech snufjes de wereld te ver-beteren. Dat geldt zeker als het gaat over bijen houden. Die beestjes zijn een stuk ouder dan ons.’

bij-eigenJoos begon fundamenteel alles in vraag te stellen en gaat daarin heel ver. ‘Het begint bij de bouw van de bijenkast. Die van mij bevat bijvoorbeeld geen metaal, be-halve in het koninginnenrooster. In mijn concept moet de bijenkast slechts 8 à 10 keer per jaar open. De bijen worden dus weinig gestoord. Het totale werk dat ik aan een kast besteed – met effectief mijn pak aan – is 1 à 1,5 u, verspreid over die 8 à 10 keer. Er zijn twee oogstmomenten, een in het voorjaar en een in augustus. Ik gebruik geen gifstoffen en zelfs geen rook meer en ik geef geen was, geen stuifmeel

wat is een zelfoogstimkerij?Ruben Joos haalde de mosterd voor de zelfoogstimkerij bij de zelfoogstboerderij of CSA (Community Supported Agriculture, zie Seizoenen van november 2008). Het doel is om de imkerij duurzamer, bijvriendelijker en ecologischer te laten verlopen doordat de imker ondersteund wordt door een gemeenschap, net zoals bij een CSA-project. In een CSA komen de ‘klanten’ bij de boer voor een deel van de oogst. Het grootste verschilpunt is dat bij de zelfoogstimkerij de imker tot bij de mensen komt. Jij maakt ruimte vrij voor een bijenvolk in de tuin, Ruben Joos verhuurt de bijenkast, komt op tuinbezoek en geeft advies over een bij- (en mens)vriendelijke inrichting en een korte opleiding (geen imkercursus). Hij beheert de korf en oogst samen met de mensen de honing. Om de vergelijking af te maken zou het erop neerkomen dat een landloze boer in jouw tuin een moestuin komt onderhouden in ruil voor een deel van de oogst. Voor wie geen bijen wil of kan houden, maar toch het initiatief wil steunen, voorziet Ruben Joos een soort van peterschap. Wie hieraan deelneemt, blijft op de hoogte en krijgt medezeggingschap in de onderneming.

Meer en meer imkers vinden de weg naar Velt en omge-keerd. Imkers, tuiniers en landbouwers beseffen het belang van gezonde bijenvolken en een goede bestuiving. Ruben Joos brengt dit alles samen in Bee Yourself, een concept dat moet uitgroeien tot een zelfoogstimkerij. De allereerste ter wereld.

Page 2: Natuurlijk imkeren

29Breedbeeld

en geen suiker aan mijn bijen. Al wat in de kast zit, is bij-eigen, door de bijen zelf geproduceerd dus.’

suiker of honing?Met zijn eigenzinnige methodes botst Ru-ben Joos weleens op problemen. Zo vroeg hij zich af of er manieren zijn om honing aan de bijen terug te geven. Het antwoord van de imkers waarmee hij sprak, was vaak dat dit niet gezond is voor de bijen, omdat er in honing meer vulstof zit. ‘Het komt er op neer dat bijen bij honing meer stoelgang geven dan wanneer ze worden gevoed met suiker.’ Omdat dit antwoord hem niet bevredigde (‘Wilde bijen leven toch ook van hun honing?!’), sloeg Joos aan het experimenteren. En wat blijkt? ‘Verzwakte bijen krijgen inderdaad last wanneer ze honing krijgen, maar door

mijn werkwijze raakt het volk niet ver-zwakt. Van mijn vier kasten verloor ik er het voorbije seizoen een. In augustus was dit volk beginnen te zwermen. Het volk dat overbleef was te klein om in zo’n grote kast te overleven. Een echte sterfte kun je dit dus niet noemen.’ Ondanks de vele vragen zijn de imkers op Joos’ lezingen doorgaans enthousiast. ‘Omdat ik een doelgroep aanspreek die zij niet bereiken. Voor veel mensen is een gebrek aan “natuurlijkheid” een afknap-per wanneer ze zich informeren over het imkeren of starten met een cursus. De vleugels afknijpen bij de koningin, haar een nummer opkleven, kunstmatige inseminatie en de verwijdering van het darrenbroed: veel mensen stellen zich het imkeren toch anders voor.’

Een duurzame bijenkastVia zijn job bij Tintelijn raakte Ruben Joos vertrouwd met diverse aspecten van duurzaam bouwen. Joos: ‘Zo kwam ik op het idee om een bijenkast te ontwerpen die de natuurlijke situatie sterk benadert. In gangbare kasten zijn de daken zwaar geïsoleerd en beschilderd met dikke lagen verf. Die kisten kunnen niet ademen. In het wild wonen bijen in bijv. holle bomen. Ze zitten droog en er is een zekere tocht, dus om het in bouwtechnische termen te zeggen is hun huisvesting “dampopen”. Dat wilde ik imiteren door een korf te ontwerpen die lijkt op de holle boom. Mijn ontwerp is een dampopen kast uit FSC verduurzaamd grenen hout dat ik door een schrijnwerker laat bouwen. Via het vlieggat wordt koude lucht binnen-getrokken. Deze warmt in de korf sterk op, stijgt en wordt vochtig waardoor de korf bovenin verzadigd raakt met vocht. Voor mensen is een te vochtige woning niet gezond. Dat geldt ook voor bijen. Neem bijvoorbeeld bijen die fourageren bij kersenbomen. Zij halen gemakkelijk 4 tot 5 kg nectar per dag op. Een dag later weegt die massa nog de helft. De rest is waterdamp. Daardoor zit je met veel vocht in de bijenkast. In mijn bijenkasten kan deze damp weg via het geïsoleerde, maar dampopen dak.’

de zorgimkerijRuben Joos zoekt naar manieren om ecologisch en duurzaam te imkeren, maar het kan nog verder gaan. Hij denkt eraan om zorgaspecten in het concept te inte-greren en er naar analogie met de zorg-boerderij een “zorgimkerij” van te maken. Zo’n initiatief bestaat al in Nederland. En er zijn wel meer parallellen te trekken met de (biologische) landbouw, als het gaat over de prijszetting bijvoorbeeld. Joos: ‘Ik moet een derde meerkost aanrekenen bij de mensen omdat mijn opbrengst gemiddeld ook een derde lager ligt. Uiteindelijk zijn mijn inkomsten gelijk aan die van een gewone kast. Maar ik wil vooral het bijenproduct – hetzij honing, hetzij koninginnenbrij of andere bijenproducten – afhankelijk maken van de vraag. Door het goede voorjaar en de zeer goede zomer van vorig jaar zaten sommige volken dit jaar aan het einde van maart al met 20 kg honing. Ik zorg altijd dat er honing over is, zodat de bijen niet zonder komen te zitten. Waar

Page 3: Natuurlijk imkeren

30 Tuin

andere imkers soms moeten bijvoederen, kunnen mijn bijen drie of vier weken met slecht weer in de zomer overleven. In goede zomers zitten imkers dan weer met een overschot aan honing waardoor de marktprijzen in elkaar stuiken en ze met zeer veel overschotten blijven zitten. Het gaat me dus niet alleen om duurzaamheid in de betekenis van ecologische duur-zaamheid, maar ook om een economisch aspect: een duurzaam inkomen voor de imker.’ Joos sluit af met een heuse metafoor: ‘De boer met dikbilrundvee kweekt zijn bees-ten voor het vlees en optimaliseert zijn bedrijfsvoering economisch. De bioboer doet het al veel beter, hij heeft meer aan-dacht voor het dierenwelzijn. Toch blijft ook daar de vleesproductie een belangrijk doel. Tenslotte heb je de Galloways die na-tuurgebieden begrazen. Als ze met te veel zijn, of oud worden heb je de keuze om deze koeien ofwel van ouderdom te laten sterven of te laten verhongeren, ofwel om hen te slachten en het vlees op de markt te brengen. Ik wil imkeren zoals in die laatste situatie. Het gaat me om de bij en om de bestuiving, niet om de honing.’

bee YourselfBee Yourself is een totaalpakket om te starten met bijen. Je wordt begeleid bij alle stappen die je moet ondernemen. De eerste kennismaking met de bijen begint met een stoomcursus imkeren van twee dagen. Hier ontdek je wat elk individu van het volk doet en hoe ze samen een bijenvolk vormen. We gaan ook dieper in op de prakti-sche kant van het imkeren. We trekken een pak aan en passen wat we hebben geleerd toe in de praktijk. De plaats van de bijenkast is van groot belang, daarom kom ik persoonlijk kijken waar jij de kast wilt zetten en dan kan ik corrigeren indien nodig. Meestal volstaat de cursus om volledig zelfstandig te kunnen werken met je bijen, omdat het zo eenvoudig is. Heb je toch nog vragen, dan kun je altijd rekenen op mijn steun. Tweemaal per jaar kom ik de bijenkasten opkuisen en neem ik een deel van de raten mee. Hiermee kan ik nieuwe volkeren opbouwen, waarop je steeds kunt terugvallen als je bijen zouden sterven tijdens de winter. De honing slingeren we met verschillende mensen samen in je buurt. Ik zorg voor al het materiaal. In ieder geval wordt het een dag om je vingers af te likken.

Wat kost dit? De startprijs is € 500,00. Hierin zitten je bijenpak, handschoenen, de tweedaagse opleiding, persoonlijke begeleiding, de bijenkast, al het materiaal dat je nodig hebt om honing te slingeren, een bijenvolk, kortom: alles. Het jaar nadien wordt het jaar-abonnement € 250,00. Dit lijkt veel geld, maar per jaar heb je zowat 25 kg honing met een gemiddelde waarde van een € 350,00. Hierdoor heb je op drie jaar tijd alle kosten teruggewonnen. Als je meer informatie wenst, ben je welkom op een van de geplande lezingen in Aalst, Merchtem of Gent. Ik kan ook een lezing organiseren op vraag. (Ruben Joos)→ www.beeyourself.be

oogst zelf solitaire bijenDe solitaire bij is in vele opzichten een betere bestuiver dan de honingbij, maar ze is moeilijker te kweken. Daar moet de Bee-O-Topic van Velt-lid Leo Aerts verandering in brengen.

De Bee-O-Topic is een stapelbare module uit terracotta. Leo Aerts laat ze maken bij Koramic, bekend van de Pottelberg-dakpan. De Bee-O-Topic is gemakkelijk te openen en reinigbaar met water en borstel. De grootste voordelen van deze uitvinding zijn dat ze is gericht op het comfort van de bijen en de oogst van co-

cons eenvoudig maakt. Ontwikkelaar Leo Aerts richt zich met dit product in eerste instantie tot de professionele (bio)sector om de boeren onafhankelijker te maken van bedrijven die cocons verkopen en om de modules in voldoende grote hoeveel-heden te kunnen laten produceren zodat de prijs daalt. Om het product te lanceren, liet Aerts toch al een kleinere serie maken. Deze biedt hij aan in de vorm van een startpakket. Dit bestaat uit een set van twaalf platen die je slagregenvrij opstelt in zuidoostelijke richting (met de in- en uitvliegkant in de richting van de och-tendzon) of onderbrengt in een bestaand bijenhotel. De rugzijde dicht je af met een vlakke plaat of kleefstrook, bijv. alumi-niumfolie of loodgieterstape. Met een startpakket kun je het eerste jaar al enkele honderden cocons kweken. Wie dat wil, verdient zijn investering terug door de cocons te verkopen. Aerts hanteert een richtprijs van € 0,5 per cocon. Startcocons kun je bij hem bestellen, maar je kunt met het systeem ook zelf solitaire bijen aantrekken.

Oogsten doe je als volgt: zet de modules enkele minuten verticaal in een bad. Het metselslijk zakt en de cocons komen bovendrijven. Deze schep je af en laat je drogen. Beschermd tegen rovers berg je ze op in gelijk welk schuurtje met buitentemperatuur of je bewaart ze in een koelkast of koele kamer tot het volgende voorjaar.

Een startpakket (twaalf platen ofwel 222 gaten) kost € 166,50 exclusief verzending. De verzendkosten spaar je uit bij afhaling.Wie een pakket wil kopen of een groeps-demonstratie wil organiseren neemt contact op met Leo Aerts, Fortstraat 10 in Mortsel via +0032 (0)3 440 26 17, +0032 (0)474 546 110 of [email protected].→ www.bee-o-topic.com

win een bee-o-Topic-set!De Velt-redactie mag een set t.w.v. € 166,50 wegschenken. Stuur voor 1 juni een e-mail naar [email protected] of een kaartje t.a.v. de redactie.