Najaarsnota 2017 - Provincie Zuid-Holland · ongetwijfeld nieuwe investeringen met zich mee gaat...
Transcript of Najaarsnota 2017 - Provincie Zuid-Holland · ongetwijfeld nieuwe investeringen met zich mee gaat...
Najaarsnota 2017
Vastgesteld door Provinciale Staten op 11 oktober 2017
3
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave ........................................................................................................................................................ 3
Bestuurlijke inleiding ................................................................................................................................................ 5
Financieel beeld ...................................................................................................................................................... 7
Programma's ......................................................................................................................................................... 15
Programma 1 Groen, Waterrijk en Schoon ............................................................................................................ 17
Doel 1-1 Duurzaam beschermd tegen overstromingen en wateroverlast .............................................................. 18
Doel 1-2 Goede kwaliteit en kwantiteit grond- en oppervlaktewater ...................................................................... 20
Doel 1-3 Groenblauwe structuur versterkt samenhang stad-land en recreatieve gebruiks- en belevingswaarde
landschap .............................................................................................................................................................. 23
Doel 1-4 De biodiversiteit is behouden en waar mogelijk versterkt ........................................................................ 27
Doel 1-5 Sterke positie voor duurzame economisch rendabele grondgebonden landbouw .................................. 33
Doel 1-6 Een gezond(er) en veilig(er) leefmilieu .................................................................................................... 35
Programma 2 Bereikbaar en Verbonden ............................................................................................................... 39
Doel 2-1 Instandhouding, bereikbaarheid en verkeersveiligheid op orde .............................................................. 40
Doel 2-2 Een adequaat aanbod van openbaar vervoer ......................................................................................... 44
Programma 3 Aantrekkelijk en Concurrerend ........................................................................................................ 47
Doel 3-1 Een groeiende, duurzame en innovatieve economie .............................................................................. 49
Doel 3-2 Schone en toekomstbestendige energie ................................................................................................. 54
Doel 3-3 Beter benut (bebouwd) gebied ................................................................................................................ 57
Doel 3-4 Goede ruimtelijke kwaliteit ...................................................................................................................... 59
Doel 3-5 Vraag en aanbod wonen, werken en voorzieningen in balans ................................................................ 61
Doel 3-6 Beschermd, bekend en beleefbaar cultureel erfgoed .............................................................................. 64
Doel 3-7 Schonere bodem en beter benutte bodem en ondergrond ...................................................................... 66
Programma 4 Bestuur en Samenleving ................................................................................................................. 69
Doel 4-1 Slagvaardig, toekomstbestendig en transparant bestuur ........................................................................ 70
Doel 4-2 Cultuurparticipatie en bibliotheken .......................................................................................................... 73
Doel 4-3 Borgen kennis sociaal domein en afbouw subsidies maatschappelijke participatie ................................ 74
Doel 4-4 Afbouw taken jeugdzorg .......................................................................................................................... 75
Programma 5 Middelen ......................................................................................................................................... 77
Doel 5-1 Financieel gezonde huishouding ............................................................................................................. 81
Paragrafen ............................................................................................................................................................. 85
Paragraaf Bedrijfsvoering ...................................................................................................................................... 87
Investeringskredieten ............................................................................................................................................ 94
Kijklijn .................................................................................................................................................................... 96
Bijlagen .................................................................................................................................................................. 99
Bijlage 1 Voordracht en Besluit ............................................................................................................................ 101
Bijlage 2 Amendementen en Moties .................................................................................................................... 111
Bijlage 3 Gewijzigde taken................................................................................................................................... 113
5
Bestuurlijke inleiding
De Najaarsnota 2017 is de tweede wijziging op de Begroting 2017. De najaarsnota is een rapportage op
afwijkingen van het voorgenomen beleid en op de voorgenomen middeleninzet op doelniveau. Deze najaarsnota
bevat enkele bijstellingen op indicatoren en financiële mutaties. Deze zijn het gevolg van bijstellingen van beleid,
planningen of budget.
De najaarsnota bestaat uit drie delen:
1. de bestuurlijke inleiding en het budgettair kader met aandacht voor de ontwikkeling van de algemene
reserve, het effect op de financiële ruimte en mutaties in de programmareserves;
2. de beleidsmatige en financiële afwijkingen per programma en de paragraaf Bedrijfsvoering, onderverdeeld
naar:
1. algemene toelichting op de realisatie
2. financiële afwijkingen ten opzichte van de Begroting 2017;
3. de bijstellingen van investeringskredieten, voor zover deze betrekking hebben op 2017.
In de najaarsnota worden vier categorieën financiële bijstellingen onderscheiden:
op beleid: dit betreft afwijkingen ten opzichte van door Provinciale Staten vastgesteld beleid;
op planning: dit betreft afwijkingen in de planning. Het doel staat niet ter discussie, evenmin de omvang en
het benodigde budget;
op budget: dit betreft een autonome wijziging van het budget, niet veroorzaakt door bijstelling van beleid of
planning;
administratief: dit zijn financieel-technische verschuivingen van budgetten en de kostenverdeling.
Insteek vanuit de Voorjaarsnota 2017- en Kadernota 2018 - 2021
In de Voorjaarsnota 2017 en Kadernota 2018 - 2021 heeft het college er voor gekozen de focus te leggen op het
invullen en financieel verwerken van de investeringsimpuls van € 48 mln uit de Begroting 2017. Vanuit strategisch
oogpunt is er gekozen om ruimte te houden om in te kunnen spelen op het nieuwe regeerakkoord, wat
ongetwijfeld nieuwe investeringen met zich mee gaat brengen. Dit is in het licht van de lopende
kabinetsonderhandelingen nog niet concreet te maken.
Versnellen, voorspellen en vertellen
In deze Najaarsnota 2017 is ingezet op de verdere verhoging van de voorspellende waarde ervan. Dat is een
grote uitdaging voor een regio met zoveel dynamiek als Zuid-Holland. Omstandigheden veranderen snel en onze
provincie is afhankelijk van een veelheid aan externe factoren bij het realiseren van maatschappelijke opgaven. In
deze najaarsnota is een aantal stappen ten aanzien van de voorspellende waarde gezet, waarvan onderstaande
twee de belangrijkste zijn.
In algemene zin geldt dat in de Najaarsnota 2017 sneller gekozen is voor bijstelling van budgetten indien
daar aanleiding toe is. Waar in het verleden ‘bij twijfel’ vaak gekozen werd om budgetten in stand te houden
wordt nu gekozen voor aanpassing. Deze werkwijze zal naar verwachting bijdragen aan een zo klein mogelijk
verschil tussen de Najaarsnota 2017 en de Jaarstukken 2017.
Met de totstandkoming van het Programma Zuid-Hollands Groen (PZG) wordt een kwaliteitsslag gemaakt in
de programmatische sturing op het groenbeleid van de provincie. Dit zal de sturingsmogelijkheden van
Gedeputeerde Staten verbeteren, alsook de informatiebehoefte van Provinciale Staten. Eén van de effecten
van invoering van het PZG is dat de geplande programmering van de activiteiten in het kader van het
groenbeleid meerjarig budgettair wijzigt. Voor 2017 betekent dit een aframing ten opzichte van de huidige
budgetten, te verwerken in de Najaarsnota 2017. In de Begroting 2018 wordt de meerjarige
(her)programmering budgettair verwerkt.
6
Momenteel worden de businesscases voor de Natuur Netwerk Nederland opnieuw doorgerekend. De
resultaten van die doorrekening zullen zich vertalen in een aangepaste financiële programmering. Deze
voorstellen worden in het Kaderbesluit Groen en de voorjaarsnota 2018 aan PS voorgelegd.
De versnelling die het College ingezet heeft met de investeringsimpuls ‘extra investeringen in een slimmer,
schoner en sterker Zuid-Holland’ is verwerkt in de Voorjaarsnota 2017. In deze Najaarsnota 2017 leest u in een
aparte kijklijn hoe het staat met de voortgang hiervan.
Gebruikte afkortingen
De volgende afkortingen zijn gebruikt:
BAT: Baten (ontvangen van derden)
DP: Doorgeschoven Prestatie
FR: Financiële Ruimte
OVP: Overlopende passiva
RES: Reserves
7
Financieel beeld
Het bij begroting en voorjaarsnota 2017 ingezette positieve beeld van de financiële positie wordt voortgezet
hierop wordt hieronder nader ingegaan.
Ontwikkeling van de algemene reserve
(bedragen x € 1 mln)
Stand Voorjaarsnota (er waren geen amendementen voorjaarsnota) 50,6
Saldo Najaarsnota 2017 17,9
Stand algemene reserve na Najaarsnota 2017 68,5
Financieel resultaat en financiële mutaties
Het saldo van de najaarsnota, € 17,9 mln, wordt veroorzaakt door de begrotingswijzigingen die effect hebben op
de financiële ruimte. Om de lopende begroting sluitend te krijgen, wordt vervolgens de financiële ruimte verrekend
met de algemene reserve. Hieronder een verklaring van het saldo najaarsnota:
(bedragen x € 1 mln)
Exogene ontwikkelingen
doel
5.1 Verhogen Opcenten Motorrijtuigenbelasting 2017 5,1
5.1 Behoedzaamheid Motorrijtuigenbelasting 2017 3
5.1 Behoedzaamheid Provinciefonds 2017 2
5.1 Hydrologische maatregelen 0,5
5.1 Loonkosten vast CAO 2017 per 1 juli 2017 inclusief gedifferentieerd belonen -1,8
5.1 Resterende afname algemene uitkering -1,7
Totaal exogene mutaties 7,1
Overige ontwikkelingen
doel
1.6 Uitkering DCMR reserve 2,6
3.5 Overschot in reserve planvorming bedrijventerreinen naar algemene middelen 1,8
5.1 Restantbedrag in OVP Clusterregeling a € 1,8 mln. wordt ter beschikking gesteld van de algemene middelen 1,8
3.3 Bijstellingen onttrekkingen en vrijval Reserve Glastuinbouw 1,1
5.1 Overhevelen budget Versterken kwaliteit van de organisatie van 2017 naar 2018 0,7
5.1 Vrijval diverse budgetten DCZ 0,6
4.3 Teruggaaf JSO budget 2017 aan algemene middelen 0,5
5.1 Vrijval post Onvoorzien 0,5
3.1 Jaarlijks overschot 2017 in exploitatiebudget planvorming bedrijventerreinen naar algemene middelen 0,5
Mutaties kleiner dan € 0,3 mln 0,7
Totaal overige ontwikkelingen 10,8
Totaal 17,9
8
De bovenstaande mutaties zijn verder toegelicht in de najaarsnota.
In deze najaarsnota zijn verschillende (structurele) voorstellen opgenomen die betrekking hebben op doel 5.1
Financiële gezonde huishouding. Deze voorstellen hebben betrekking op:
1. De vrijval van de behoedzaamheidsmarges bij de opcenten motorrijtuigenbelasting en bij het provinciefonds
(bij elkaar in 2017 € 5 mln positief).
2. De ontwikkelingen van het wagenpark in relatie tot opcenten motorrijtuigenbelasting ( naast vrijval
behoedzaamheidsmarge is dit voor 2017 € 5,1 mln).
3. De Cao ontwikkelingen (€ 1,8 mln negatief in 2017).
Toelichting bij de vrijval behoedzaamheidsmarge opcenten MRB en Provinciefonds
Bij het ramen van de algemene inkomsten uit de opcenten MRB en het provinciefonds hanteert de provincie op
grond van besluit PS onzekerheidsmarges om (relatief beperkte) nadelige ontwikkelingen op te kunnen vangen.
Het gaat om circa 1 procent van het geraamde bedrag (dit is een bedrag van € 5 mln structureel). Vanwege de
positieve ontwikkeling van het wagenpark kan de behoedzaamheidsmarge bij de opcenten MRB van € 3 mln in
2017 komen te vervallen.
De behoedzaamheidsmarge bij het Provinciefonds van € 2 mln (bijna 1% van de algemene uitkering) bedoeld als
buffer voor het opvangen van (relatief beperkte) nadelige ontwikkelingen in het accres, de verdeelmaatstaven en
het BCF. Ook daarvan is de verwachting dat deze in 2017 niet nodig zal zijn.
Opcenten motorrijtuigenbelasting / Ontwikkeling wagenpark
Er staan in Zuid Holland ruim 1,5 mln motorrijtuigen geregistreerd in 36 gewichtsklassen. De ontwikkeling van het
wagenpark is positief; 2,1 % in 2016 en in het eerste half jaar van 2017 0,7%. Deze trend is ook zichtbaar in de
baten van de opcenten motorrijtuigen. Deze nemen toe, ten opzichte van de voorjaarsnota wordt de begroting op
basis van gegevens van de belastingdienst met € 8 mln bijgesteld. Hiervan bestaat € 3 mln uit vrijval van de
veiligheidsmarge van 1% en wordt het overige deel van € 5 mln veroorzaakt door marktontwikkelingen.
Prognose 2018 en verder
Het verloop van toekomstige inkomsten is moeilijk te voorspellen vanwege de ontwikkeling van het
wagenpark. Het aantal auto's in zwaardere klassen neemt procentueel meer toe dan het aantal in de reguliere
klassen. Het grootste deel van het wagenpark blijft bestaan uit auto's in de reguliere klassen. Ook is een
verschuiving van het aantal onbelaste auto's naar het aantal belaste auto's waarneembaar. Daarnaast schommelt
de procentuele toename van het wagenpark.
In de begroting 2018-2021 wordt vanwege alle onzekere factoren een stabiele reeks gehanteerd.
De te verwachte inkomsten worden in 2018 met 0,7% verhoogd ten opzichte van 2017 (€ 332 mln plus 0,7%
= € 334 mln) en daarna constant gehouden.
Wegens afloop van het amendement ‘tijdelijke verlaging opcenten’ bij kadernota 2016 neemt het
opcententarief vanaf 2020 toe met 0,3 waardoor de inkomsten met € 1 mln stijgen naar € 335 mln.
Marktontwikkelingen worden in het lopende jaar (T) gemonitord op basis van gegevens van de
belastingdienst. De raming wordt indien nodig vervolgens in de voor- en najaarsnota bijgesteld.
De technische verwerking hiervan treft u aan in de begroting 2018.
Provinciefonds
De Meicirculaire 2017 bevat de meest recente inzichten over de ontwikkeling van het provinciefonds. Op basis
hiervan wordt de raming bijgesteld. Dit is de eerste circulaire die gebaseerd is op het nieuwe (begin 2017 door de
Eerste Kamer bekrachtigde) door provincies zelf ontwikkelde verdeelmodel voor het provinciefonds. Dit model
maakt het verdelen van middelen over provincies transparanter en eenvoudiger.
9
Tegelijkertijd met de invoering van het nieuwe model zijn ook een aantal bestaande geldstromen van het rijk naar
provincies overgeheveld naar de algemene uitkering van het provinciefonds. Dit betreft structurele middelen voor
natuur, verkeer & vervoer (voormalige BDU) en BRZO (besluit risico zware ongevallen).
Ten opzichte van de Voorjaarsnota 2017 (die gebaseerd is op de Septembercirculaire 2016) stijgen de inkomsten
uit het Provinciefonds in 2017 voor de provincie met een bedrag van € 3,3 mln.
Dit is opgebouwd uit een toename van € 5 mln waar voor de provincie ook extra uitgaven tegenover staan (en
daarom budgetneutraal is) en een afname van € 1,7 mln door diverse autonome ontwikkelingen.
Hieronder wordt ingegaan op de budgetneutrale ontwikkelingen. Het betreft vier decentralisatie-uitkeringen en
één taakgerelateerde ontwikkeling in de algemene uitkering. De provincie ontvangt extra middelen voor:
beter benutten (€ 3,4 mln incidenteel): Rijk, regio en bedrijfsleven nemen in dit programma samen
innovatieve maatregelen om de bereikbaarheid van de drukste regio’s te verbeteren. De middelen worden
toegevoegd aan programma 2;
hydrologische maatregelen (€ 0,5 mln incidenteel): conform het zogenaamde begrotingsakkoord 2013
ontvangen provincies middelen voor de bekostiging van hydrologische maatregelen. De middelen worden
toegevoegd aan programma 1;
MKB Innovatiestimulering Topsectoren (€ 0,4 mln incidenteel): provincies ontvangen in 2017 het restant van
de middelen die in 2016 zijn overgebleven. De middelen worden toegevoegd aan programma 3;
erfgoed & ruimte (€ 0,05 mln incidenteel): provincies ontvangen via het Provinciefonds verschillende
uitkeringen voor het programma erfgoed & ruimte. Daaronder zijn eveneens begrepen uitkeringen voor
nominatie werelderfgoed en de erfgoedmonitor provincies. De middelen worden toegevoegd aan programma
3;
natuur (€ 0,7 mln structureel): via de algemene uitkering ontvangt de provincie structureel extra middelen
voor natuur (agrarisch natuurbeheer en kleine natuurbeheerders). De middelen worden toegevoegd aan
programma 1. Omdat het structurele middelen betreft, komen deze ook terug in de Begroting 2018.
De resterende afname van € 1,7 mln betreft de overige (niet budgetneutrale) ontwikkelingen in de algemene
uitkering. Dit nadeel werkt structureel door en is daarom ook in de Begroting 2018 opgenomen. Het bedrag is als
volgt opgebouwd:
€ 1,9 mln voordeel door een hoger accres. Dit komt hoofdzakelijk door een hogere loon- en prijsontwikkeling
op de rijksbegroting.
€ 0,9 mln nadeel door de eindafrekening van het BTW-compensatiefonds (BCF) over 2016.
Gemeenten en provincies hebben in 2016 meer BTW gedeclareerd dan eerder door het Rijk geraamd. Hierdoor
voegt het Rijk minder middelen toe aan het Provincie- (en Gemeente)fonds.
€ 2,7 mln nadeel door ontwikkelingen in de verdeling van het Provinciefonds. Dit komt vooral door de relatief
sterke groei van de inkomsten uit de opcenten (ten opzichte van het gemiddelde van alle provincies
tezamen).
Toelichting op de cao ontwikkelingen
Voor 2017 maar met name structureel per 2018 doen zich ontwikkelingen voor die voor een prijsstijging van de
lonen zorgen. In de Cao is afgesproken tot een loonstijging van 2% per 1 juli 2017 (dit resulteert in een verhoging
van het loonbudget met € 1,1 mln in 2017 en 2,2 mln vanaf 2018). Daarnaast is afgesproken tot een eenmalige
uitkering van € 500,- naar rato van bezetting. Dit leidt tot verhoging van het loonbudget met € 0,7 mln in 2017.
De nieuwe Cao kent naast het looncomponent ook nog meerdere beleidsmatige componenten die in co-creatie
tot stand zijn gekomen. Voor de gevolgen hiervan is een werkgroep ingesteld. De directe financiële gevolgen zijn
reeds verwerkt in de najaarsnota, namelijk € 1,8 mln voor 2017 en € 2,2 mln voor 2018.
10
11
Mutaties op lasten/baten en reserves per programma:
(bedragen x € 1.000) Lasten Baten Saldo lasten
en baten
Toevoeging
reserves
Onttrekking
reserves
Mutaties
reserves
Resultaat
Programma 1 -59.892 -29.788 -30.104 27.690 -1.674 29.364 -740
Programma 2 -11.681 -144 -11.537 -17.152 59.040 -76.192 -87.730
Programma 3 -22.269 294 -22.563 12.160 -10.787 22.947 384
Programma 4 686 276 410 276 938 -661 -252
Programma 5 -2.482 15.455 -17.937 111.209 4.027 107.182 89.245
Overhead 27 175 -148 361 1.121 -760 -909
Totaal -95.611 -13.732 -81.879 134.545 52.665 81.879 0
In bovenstaand overzicht worden de effecten van het reëler ramen zichtbaar. De grootste bijstellingen vinden
plaats in het kader van het PZG, circa € 56 mln. Dit wordt mede veroorzaakt door een andere
begrotingssystematiek bij Programma 1 Groen, Waterrijk en Schoon, die dichter de realiteit benadert. De totale
lasten zijn afgenomen met € 95,6 mln, de baten zijn eveneens afgenomen met € 13,7 mln. Het voordelig saldo
van de baten en lasten bedraagt van € 17,9 mln en is toegevoegd aan de Algemene reserve binnen programma
5, die daarmee op € 68,5 mln uitkomt.
De stortingen in reserves bedragen € 134,5 mln inclusief € 17,9 mln storting in de Algemene reserve. De
onttrekkingen aan de reserves bedragen € 52,7 mln.
Overheveling reserve kapitaallasten van programma 2 naar programma 5
In 2013 is de beleidsnota Investeringen, waarderingen en afschrijvingen 2014 vastgesteld. De belangrijkste
wijziging daarin was het besluit investeringen niet meer jaarlijks te activeren, maar pas bij technische
gereedmelding van het project. Door dit besluit ontstond een vrijval van kapitaallasten. Deze vrijval is gestort in
een reserve Kapitaallasten, die als programmareserve 2 in de begroting is opgenomen omdat mobiliteit het
grootste aandeel in de vrijval had. Ook als de oplevering van een project vertraagt ontstaat een vrijval van
kapitaallasten. De vrijval van de kapitaallasten staat echter los van het programma Mobiliteit, maar is onderdeel
van de concernfinanciën. Daarom is de reserve Kapitaallasten in het programma Middelen opgenomen en de
reserve Kapitaallasten in programma 2 is opgeheven. De investeringsmiddelen opgenomen in het Programma
Zuid-Hollandse Infrastructuur (PZI) blijven voor mobiliteit behouden.
Bijstelling van de geraamde mutaties in de programmareserves
Binnen de programmareserves 1 t/m 5 wordt onderscheid gemaakt tussen verschillende onderwerpen. Hieronder
volgt een overzicht op onderwerp van de belangrijkste mutaties. Het totaal aan gereserveerde middelen in de
programmareserves 1 t/m 5 (exclusief de algemene reserve) neemt per saldo toe met € 63,6 mln. Er is in deze
najaarsnota € 52,7 mln meer onttrokken en € 116,2 mln meer gestort.
De hoogte van de toename en afname komt met name door de hiervoor toegelichte verschuiving van € 66,6 mln
van de programmareserve 2 naar de programmareserve 5.
Voor een toelichting op de bijstellingen in de reserves wordt verwezen naar de doelen in deze najaarsnota.
Een plus (+) in de kolom onttrekking uit reserve betekent dat de geraamde onttrekking aan de reserve wordt
verlaagd. Een min (-) in de kolom onttrekking uit reserve betekent dat extra wordt onttrokken.
Een plus (+) in de kolom storting in reserve betekent dat er meer gestort wordt. Een min (-) betekent dat een
eerdere storting wordt teruggedraaid.
12
Reservenaam Doel Onttrekkingen Stortingen Eindtotaal
Programmareserve 1 Groene ambities 1-1 0,2 - 0,2
Groene ambities 1-2 - 0,4 0,4
Groene ambities 1-3 -0,3 0,7 0,4
Groene ambities 1-4 4,7 12,1 16,8
Groene ambities 1-5 2,3 0,3 2,6
Sanering glastuinbouw 3-3 0,6 - 0,6
Sanering glastuinbouw 5-1 -1,1 - -1,1
Meerjarenplan Bodemsanering 1-4 0,1 - 0,1
Meerjarenplan Bodemsanering 3-7 0,9 0,0 0,9
Luchtkwaliteit (NSL) 1-6 0,8 - 0,8
Beheerplannen Natura 2000 en PAS 1-4 - 2,2 2,2
Vlietland 1-3 - 0,3 0,3
Decentralisatieakkoord natuur 1-3 1,4 - 1,4
Reserve apparaatslasten DLG 5-1 0,2 - 0,2
Reserve Natuurcompensatie 3-4 0,0 - 0,0
Milieuaspecten omgevingbeleid 1-6 0,4 - 0,4
Reserve UPG 40 Hoofdlijnenakkoord 1-3 - 0,3 0,3
Reserve Ontwikkelopgave natuur 1-4 -6,2 11,4 5,2
Programmareserve 2 1%-regeling Kunst 1-4 0,0 - 0,0
Reserve bereikbaarheid 2-1 - - -
Reserve bereikbaarheid 2-2 - - -
Egalisatiereserve afschrijvingslast. 2-1 -65,7 -25,4 -91,1
Mobiliteit 2-1 3,5 3,4 6,9
Mobiliteit 2-2 5,4 - 5,4
Egalisatieres.beheer & onderhoud DBI 2-1 - - -
Voorm.Invest.budg.Sted.Vern.3 (ISV3) 1-3 -0,8 - -0,8
Voorm.Invest.budg.Sted.Vern.3 (ISV3) 2-1 -1,1 - -1,1
Voorm.Invest.budg.Sted.Vern.3 (ISV3) 3-6 -0,5 - -0,5
Programmareserve 3 Bedrijventerreinen 3-5 1,2 0,1 1,3
Bedrijventerreinen 5-1 -1,8 - -1,8
EFRO middelen 3-1 -0,0 - -0,0
Alt.locatie Hoeksche Waard 3-5 9,0 - 9,0
Mitigatie/Energie 3-2 - 1,2 1,2
Interreg-cofinanciering EFRO 3-1 -0,3 0,0 -0,2
Greendeal Zonnepanelen-asbest 3-2 0,9 - 0,9
Res Project duurz ontw. Zuidplaspold 1-1 0,1 - 0,1
Res Project duurz ontw. Zuidplaspold 1-4 0,0 - 0,0
Res Project duurz ontw. Zuidplaspold 3-3 0,5 - 0,5
13
Reservenaam Doel Onttrekkingen Stortingen Eindtotaal
Regionale netwerken topsectoren 3-1 - 0,4 0,4
Versterking economie 3-1 -5,0 - -5,0
MIT MKB Innovatiestimulering topsect 3-1 - 8,0 8,0
Implementatie Omgevingswet 3-3 1,8 - 1,8
Opstellen integrale onderzoeksagenda 3-3 -0,1 - -0,1
Regionale gebiedsgerichte projecten 4-1 -0,8 - -0,8
Reserve Zuidelijke Randstad 4-1 -0,1 0,3 0,1
Programmareserve 4 Rest.rijksmonumenten & erfgoedlijnen 3-6 1,7 2,4 4,1
Programmareserve 5 IODS 1-4 -1,0 - -1,0
Groot onderhoud MJOP gebouwen 6-1 -1,1 - -1,1
Egalisatiereserve afschrijvingslst. 2-1 -1,1 4,9 3,8
Egalisatiereserve afschrijvingslst. 5-1 -1,3 93,3 92,0
Eindtotaal -52,7 116,2 63,6
15
Programma's
17
Programma 1 Groen, Waterrijk en Schoon
Voor een groen, waterrijk en schoon Zuid-Holland
Water
De opgave om Zuid-Holland te beschermen tegen overstromingen en wateroverlast blijft onverminderd van
kracht. Daarnaast vraagt de noodzaak voor een goede kwaliteit en kwantiteit van het grond- en oppervlaktewater
om voortdurende inzet van de provincie en andere overheden. Om burgers bewust te maken van actuele vraag-
stukken zoals bodemdaling en waterbeschikbaarheid, trekken de provincie en waterschappen gezamenlijk op.
Bodemdaling
Bodemdaling is een substantiële opgave in Zuid-Holland. Ruim een kwart van de provincie bestaat uit
veengronden die gevoelig zijn voor bodemdaling en circa driekwart bestaat uit slappe veen- of kleigronden die
gevoelig zijn voor zettingen. Bodemdaling heeft grote gevolgen voor woningen, landbouw en de aanleg en het
onderhoud van infrastructuur. De provincie wil de gevolgen van bodemdaling voor de toekomst zichtbaar en
bespreekbaar maken en handelingsperspectief voor de toekomst (helpen) bieden. Deze ambitie is vertaald in het
programma Bodemdaling.
Groen
Het sleutelwoord bij het inrichten van onze groene leefomgeving is participatie. Niet langer meer de provincie als
betalend en bepalend, maar een provincie die samen met alle belanghebbenden werkt aan een duurzame
toekomst voor natuur en landschap in Zuid-Holland.
Voldoende mogelijkheden voor de beleving van en ontspanning in het groen blijven belangrijk voor het leef- en
vestigingsklimaat van Zuid-Holland. Er is sprake van een accentverschuiving naar het beter beleefbaar maken en
beter benutten van bestaande recreatievoorzieningen. De inzet op de realisatie en het beheren van het
Natuurnetwerk Nederland, wat onder meer moet leiden tot het stoppen van de teruggang in de biodiversiteit,
wordt voortgezet. Zuid-Holland streeft naar verduurzaming van de landbouw- en voedselketen. De provincie stelt
daarom financiële ondersteuning beschikbaar voor proeftuinen, waar de provincie samen met koplopers in de
voedselketen duurzame landbouw uitprobeert en ontwikkelt.
Schoon
Economische, ruimtelijke, groene en mobiliteitsambities kunnen alleen vorm krijgen wanneer zij voldoen aan
wettelijke eisen inzake de kwaliteit van het milieu, in het bijzonder luchtkwaliteit, geluid en externe veiligheid. De
provincie blijft, samen met andere overheden, onverminderd werken aan een gezond(er) en veilig(er) leefmilieu.
Door uitvoering van het Europese project Clean Inland Shipping (CLINSH) zetten Gedeputeerde Staten zich
samen met Europese partners in om de luchtkwaliteit in stedelijke gebieden te verbeteren door emissiereductie in
de binnenvaart te versnellen.
De provincie wil een schonere bodem realiseren door de aanpak van de spoedlocaties en herontwikkeling van
overige locaties met bodemverontreinigingen.
Wat mag dat kosten voor het programma?
Bedragen x € 1.000 Primaire
begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 215.751 226.304 -59.892 166.413
Baten 65.832 63.947 -29.788 34.159
Totaal saldo baten en lasten 149.918 162.358 -30.104 132.254
Storting in reserve 0 17.923 27.690 45.613
Bijdrage uit reserve 36.684 47.537 -1.674 45.863
Resultaat 113.235 132.744 -740 132.005
18
Doel 1-1 Duurzaam beschermd tegen overstromingen en wateroverlast
Wat willen we bereiken?
Met dit doel wordt beoogd het volgende te bereiken:
Overstromingen en wateroverlast worden voorkomen met preventieve maatregelen, passend bij de gewenste
ruimtelijke en economische ontwikkeling van Zuid-Holland
Zuid-Holland is waterrobuust ruimtelijk ingericht, zodat bij overstromingen en wateroverlast de gevolgen zo
klein mogelijk zijn
Bijstelling beleidsrealisatie
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Toelichting effectindicator(en)
Voor dit doel zijn er geen effectindicatoren.
Wat mag dat kosten voor het doel?
Bedragen x € 1.000 Primaire
begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 3.363 3.572 -778 2.795
Baten 492 602 0 602
Totaal saldo baten en lasten 2.870 2.970 -778 2.193
Storting in reserve 0 0 0 0
Bijdrage uit reserve 450 628 -248 379
Resultaat 2.420 2.343 -529 1.813
Toelichting bijstelling
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Lasten
€ 0,5 mln (v)
Nee
FR
Deze wijziging betreft een bijstelling van het budget.
Evaluatie van de budgetten binnen dit doel heeft geleid tot een aframing van
€ 0,5 mln in 2017, waarvan € 0,4 mln structureel. Voorgesteld wordt dit in te
zetten in doel 1-2.
€ 0,2 mln (v)
Ja
FR
Deze wijziging betreft een bijstelling van het budget.
Bij het analyseren van de budgetten van doel 1.1 blijkt voor 2017 een bedrag
van € 0,2 mln niet nodig en wordt teruggegeven aan de financiële ruimte.
€ 0,2 mln (v)
Ja
RES
Deze wijziging betreft een bijstelling van de planning door het Waterschap
Rivierenland.
De subsidie voor de Klimaatdijk Streefkerk schuift hierdoor een jaar op van
2017 naar 2018.
Deze mutatie wordt verrekend met de reserve Groene Ambities.
€ 0,1 mln (n) Nee Deze wijziging betreft een administratieve bijstelling.
Deze wijziging betreft de verhoging van de directe loonkosten als gevolg van
de nieuwe Cao. De wijzigingen van de totale loonkosten worden nader
toegelicht bij de paragraaf Bedrijfsvoering.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Baten
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
19
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Storting in reserve
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Bijdrage uit reserve
€ 0,2 mln (n)
Ja
N.v.t. De lasten van dit doel worden deels gedekt uit programmareserves. Hierin zijn
middelen gereserveerd voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote onttrekking uit de programmareserve
Groene Ambities bijgesteld.
Overzicht reserves
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Groene ambities 150 150 -150 0
Res Project duurz ontw. Zuidplaspold 0 100 -98 2
Programmamanagement Kustontwikkeling 100 178 0 178
Zandmotor 200 200 0 200
Totaal bijdrage uit reserve 450 628 -248 379
20
Doel 1-2 Goede kwaliteit en kwantiteit grond- en oppervlaktewater
Wat willen we bereiken?
Met dit doel wordt beoogd het volgende te bereiken:
Evenwicht tussen beschikbaarheid en vraag naar zoet water, met de voorkeursstrategieën uit het
Deltaprogramma als leidraad
Voldoende drinkwatervoorzieningen en drinkwatervoorraden (kwalitatief en kwantitatief)
Alle Kader Richtlijn Water (KRW)-grondwaterlichamen in 2027 in goede toestand (kwantitatief en kwalitatief)
Alle KRW-oppervlaktewaterlichamen in 2027 in goede toestand (kwalitatief)
Grond- en oppervlaktewater in Natura 2000 gebied voldoet aan eisen van natuurdoelen (kwalitatief en
kwantitatief)
Voldoende veilige en kwalitatief goede zwemwaterlocaties
Omgaan met veenbodemdaling (stoppen, remmen of loslaten)
Bijstelling beleidsrealisatie
Planning geactualiseerd van POP3 budgetten
In de Begroting 2017 waren de POP3 budgetten gebaseerd op de openstellingsbesluiten. De planning is
geactualiseerd waarbij niet de openstelling bepalend is voor de financiële verantwoording, maar de te leveren
prestatie. Dit betekent dat de POP3 lasten over meerdere jaren gespreid worden en er een afvlakking van het
volume te zien is.
In de begroting waren de POP3 budgetten gebaseerd op de openstellingsbesluiten. De planning is geactualiseerd
waarbij niet de openstelling bepalend is voor de financiële verantwoording maar de te leveren prestatie. Dit
betekent dat de POP3 lasten over meerdere jaren gespreid worden en er een afvlakking van het volume te zien
is.
Effectindicatoren (= outcome indicatoren)
Omschrijving Nulmeting 2017 2018 2019 2020
1.2.a Aantal KRW-grondwaterlichamen dat aan de
KRW-doelen voldoet
3 geen meting 4 geen meting geen meting
Toelichting effectindicator(en)
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Wat mag dat kosten voor het doel?
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 8.011 8.011 -4.317 3.694
Baten 6.421 6.421 -4.546 1.875
Totaal saldo baten en lasten 1.590 1.590 229 1.819
Storting in reserve 0 0 410 410
Bijdrage uit reserve 0 0 0 0
Resultaat 1.590 1.590 639 2.229
21
Toelichting bijstelling
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Lasten
€ 4,1 mln (v)
Ja
BAT
3,6 mln
RES
0,4 mln
Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Actualisatie POP3 budgetten. In de Begroting 2017 waren de POP3 budgetten
gebaseerd op de openstellingsbesluiten. De planning is geactualiseerd en zal
separaat tegelijk met de begroting aan GS/PS worden aangeboden. De
gewijzigde planning is verwerkt in de Najaarsnota 2017 en de Begroting 2018
waarbij niet de openstelling bepalend is voor de financiële verantwoording
maar de te leveren prestatie (o.b.v. info van subsidieontvanger). Dit betekent
dat de POP3 lasten over meerdere jaren gespreid worden en er een afvlakking
van het volume te zien is. Het totaal volume van de POP3 subsidies, verdeeld
over meerdere doelen, blijft gelijk (€ 52 mln).
De mutatie wordt verrekend met de reserve Groene Ambities.
€ 0,9 mln (v)
Nee
BAT
Deze wijziging betreft een bijstelling van beleid.
Met het GS-besluit van 4 oktober 2016 is het heffingstarief van de
Grondwaterheffingen per 1 januari 2017 verlaagd van € 0,0113 per kubieke
meter naar € 0,005 per kubieke meter en worden de inkomsten en uitgaven
voor de komende jaren bijgesteld van € 1,4 mln naar € 0,5 mln.
€ 0,5 mln (n)
Nee
FR
Deze wijziging betreft een bijstelling van het budget.
Evaluatie van de budgetten binnen dit doel heeft geleid tot een benodigde
ophoging van € 0,5 mln voor 2017 waarvan € 0,4 mln structureel. Binnen
programma 1 is hiervoor dekking gevonden in doel 1.1.
€ 0,1 mln (n) Nee Deze wijziging betreft een administratieve bijstelling.
Deze wijziging betreft de verhoging van de directe loonkosten, als gevolg van
de nieuwe Cao. De wijzigingen van de totale loonkosten worden nader
toegelicht bij de paragraaf Bedrijfsvoering.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Baten
€ 3,7 mln (n)
Ja
BAT
Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Als gevolg van de bijstelling van de planning van POP3 zijn de baten verlaagd
met € 3,7 mln.
€ 0,9 mln (n)
Nee
BAT
Deze wijziging betreft een bijstelling van beleid.
Met het GS-besluit van 4 oktober 2016 is het heffingstarief van de
Grondwaterheffingen per 1 januari 2017 verlaagd van € 0,0113 per kubieke
meter naar € 0,005 per kubieke meter en worden de inkomsten en uitgaven
voor de komende jaren bijgesteld van € 1,4 mln naar € 0,5 mln.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Storting in reserve
€ 0,4 mln (n)
Ja
N.v.t. De lasten worden gebruikt voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote storting in de programmareserve
groene ambities bijgesteld.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Bijdrage uit reserve
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden
22
Overzicht reserves
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Groene ambities 0 0 410 410
Totaal storting in reserve 0 0 410 410
23
Doel 1-3 Groenblauwe structuur versterkt samenhang stad-land en recreatieve gebruiks- en belevingswaarde landschap
Wat willen we bereiken?
Met dit doel wordt beoogd het volgende te bereiken:
Voldoende, toegankelijke en gevarieerde groen- en watergebieden in Zuid-Holland
Beleefbaar landschap door recreatieve routenetwerken
Grote betrokkenheid van particulieren en bewoners bij versterken groenbeleving (groenparticipatie)
Bijstelling beleidsrealisatie
Met de totstandkoming van het Programma Zuid-Hollands Groen (PZG) wordt een kwaliteitsslag gemaakt in de
programmatische sturing op het groenbeleid van de provincie. Dit zal de sturingsmogelijkheden van GS
verbeteren, alsook de informatiebehoefte van PS. Eén van de effecten van invoering van het PZG is dat de
geplande programmering van de activiteiten in het kader van het groenbeleid meerjarig budgettair wijzigt. Voor
2017 betekent dit een aframing ten opzichte van de huidige budgetten, te verwerken in de Najaarsnota 2017. In
de Begroting 2018 wordt de meerjarige (her)programmering budgettair verwerkt. Momenteel worden de
businesscases voor het Natuur Netwerk Nederland (NNN) opnieuw doorgerekend. De resultaten van die
doorrekening zullen zich vertalen in een aangepaste financiële programmering. Deze voorstellen worden in het
kaderbesluit Groen (PZG) en de Voorjaarsnota 2018 aan PS voorgelegd.
Effectindicatoren (= outcome indicatoren)
Omschrijving Nulmeting 2017 2018 2019 2020
1.3.a Percentage Zuid-Hollanders dat tevreden is met
recreatief groen in de buurt (straal van 2 km
en/of binnen 10 minuten fietsen)
73% 73% geen meting 73% geen meting
1.3.b Percentage Zuid-Hollanders dat tevreden is met
recreatieve routenetwerken (varen, fietsen,
wandelen)
66% 68% geen meting 70% geen meting
Toelichting effectindicator(en)
Metingen voor de indicatoren 1.3.a en 1.3.b vinden plaats medio september / oktober 2017. De
onderzoeksresultaten worden medio november 2017 opgeleverd.
Wat mag dat kosten voor het doel?
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 33.908 40.518 -1.808 38.710
Baten 955 1.005 -412 593
Totaal saldo baten en lasten 32.953 39.514 -1.396 38.117
Storting in reserve 0 546 1.234 1.781
Bijdrage uit reserve 13.952 18.097 -316 17.781
Resultaat 19.002 21.963 154 22.117
24
Toelichting bijstelling
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Lasten
€ 0,3 mln (n) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
De verschillende landschapstafels worden met ingang van 2017 apart
verantwoord. Daartoe zijn de budgetten herverdeeld. Daarnaast is het kasritme
aangepast op basis van de te verwachten realisatie met een uitloop naar 2022.
Waarbij niet de openstelling bepalend is voor de financiële verantwoording
maar de te leveren prestatie (op basis van info van subsidieontvanger). Dit
betekent dat de subsidie lasten over meerdere jaren gespreid worden en er
een afvlakking van het volume te zien is. Het totaal volume blijft gelijk. Het
aanpassen van het kasritme leidt tot een hogere bijdrage van € 0,3 mln in 2017
uit de reserve Groene Ambities.
€ 0,2 mln (n) Nee FR Deze wijziging betreft een administratieve bijstelling.
Deze wijziging betreft de verhoging van de directe loonkosten, als gevolg van
de nieuwe Cao. De wijzigingen van de totale loonkosten worden nader
toegelicht bij de paragraaf Bedrijfsvoering.
€ 0,7 mln (v) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Diverse aanpassingen voor de producten met betrekking tot routenetwerken.
De wijziging leidt tot een lagere bijdrage uit de reserve Groene Ambities van €
0,7 mln.
€ 3,1 mln (n) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Voor de overdracht van provinciale recreatiegebieden (PRG’s) is een
afkoopsom van oorspronkelijk € 10 mln euro beschikbaar gesteld bij het
Uitvoeringsprogramma Groen 2015. De prognose is dat eind 2017 ruim de helft
van de afkoopsom is besteed. De resterende afkopen komen in 2018 en 2019
tot uiting. In eerste instantie was de afkoop van Vlietland niet meegenomen bij
de beheerafkoopsom voor de PRG’s, omdat dit gebied in de Nota
Uitgangspunten Overdracht PRG’s (GS april 2013), als ‘voorlopig niet
overdragen’ is aangemerkt. Door meevallers bij de uitvoering wordt de
beheerafkoop van Vlietland alsnog opgenomen in de meerjarenraming van de
€ 10 mln. Nadere besluitvorming over de overdracht van Vlietland wordt niet
eerder dan in 2019 verwacht.Met de begrotingswijziging worden de verwachte
bedragen voor 2017, 2018 en 2019 (inclusief Vlietland € 2,7 mln
)respectievelijk (€ 3 mln , € 0,8 mln en € 3,6 mln) geraamd. Totaal € 7,4 mln.
Tot en met 2016 is er al € 2,6 mln uitgegeven. Totaal komt hiermee op € 10
mln. In tegenstelling tot eerdere besluitvorming wordt de afkoop Vlietland niet
bekostigd uit de UPG100 maar uit de reserve groene ambities. Dit leidt tot een
hogere bijdrage in 2017 van € 3,1 mln uit de reserve Groene Ambities.
€ 0,3 mln (v) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van budget. Wegens afname van de
jaarlijkse bijdrage van deelnemende publieke organisaties aan de
recreatieschappen wordt het budget 2017 afgeraamd. De meerjarige raming
wordt aangepast bij Kaderbesluit, in samenhang met een bredere afweging
van de inzet van middelen voor recreatiebeheer.
In de budgetbehoefte voor 2017 is al rekening gehouden met de
subsidietoekenning door Gedeputeerde Staten aan de nationale parken NL
Delta en Hollandse Duinen, tezamen € 0,2 mln per jaar. De niet benodigde
middelen van € 0,3 mln worden in de reserve Groene Ambities gestort.
25
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
€ 0,3 mln (v) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
De kosten voor beheer van provinciale recreatiegebieden door
Staatsbosbeheer in opdracht van PZH vallen naar verwachting lager uit. De
overeenkomst die eind 2016 met Staatsbosbeheer is afgesloten inzake het
beheer, beoogt onder meer een efficiencyslag, mede ingegeven door
voortgaande overdracht van provinciale recreatiegebieden. Hiermee werd
vanaf 2018 in de begroting rekening gehouden. Inmiddels blijkt deze
efficiencyslag al voor 2017 te kunnen worden doorgevoerd. De niet benodigde
middelen ad € 0,3 mln worden in de reserve Groene Ambities
€ 3,9 mln (v) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van de planning.
Wijziging van project Bentwoud en recreatiegebieden door derden. Project
Bentwoud wordt bijgesteld o.b.v. VGR 2 en overleg AOG naar € 0,9 mln
(aflaging € 0,4 mln) in 2017. Er is in overleg tussen AOG & W&G een begroting
gemaakt voor de kosten die nog komen voor recreatiegebieden door derden (€
1,7 mln). Voor beheer padenplan (Bentwoud) wordt in 2020 € 1,7 mln
gereserveerd op deelproduct Beheer PZH Recreatiegebieden. Er stond ruim
meer geraamd dan nodig is, dit wordt afgeraamd. Deze aframingen leidt tot
een lagere bijdrage uit de reserve Groene Ambities van € 2,5 mln en een
lagere bijdrage van € 1,4 mln uit de reserve Decentralisatieakkoord natuur.
€ 0,3 mln (v) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Voor groenparticipatie wordt voor 2017, 2018 en 2019 een subsidieplafond van
€ 1 mln ter beschikking gesteld. De lasten worden nu verdeeld over jaren
conform de verwachte realisatie van de subsidies (50% beschikkingsjaar, 50%
jaar opvolgend). Dat leidt tot een verschuiving van de lasten. De mutaties
tussen de jaren lopen administratief via de reserve UPG 40. In 2017 vindt
daardoor een storting in de reserve UPG 40 Hoofdlijnenakkoord van € 0,3 mln
plaats.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Baten
€ 0,8 mln (n) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
De verschillende landschapstafels worden met ingang van 2017 apart
verantwoord. Daartoe zijn de budgetten herverdeeld. Daarnaast is het kasritme
aangepast o.b.v. te verwachten realisatie met een uitloop naar 2022. Waarbij
niet de openstelling bepalend is voor de financiële verantwoording maar de te
leveren prestatie (op basis van info van subsidieontvanger). Dit betekent dat de
subsidielasten over meerdere jaren gespreid worden en er een afvlakking van
het volume te zien is. Het totaal volume blijft gelijk De wijziging van het
kasritme leidt tot een hogere bijdrage van € 0,8 mln uit de reserve ISV 3 in
2017..
€ 0,3 mln (v) Ja BAT Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
In 2016 is € 0,3 mln uit de reserve Vlietland onttrokken in verband met een
storting in de voorziening Dubieuze debiteuren inzake project Meeslouwerplas.
Deze € 0,3 mln valt eind 2017 vrij uit de voorziening en wordt weer terug
gestort in de reserve Vlietland. Daarnaast worden de proceskosten meerjarig
verdeeld over de juiste jaren conform de planning 2e kwartaal 2017
. De vrijval van de voorziening leidt tot een hogere toevoeging aan de reserve
Vlietland van € 0,3 mln.
26
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
€ 0,1 mln (v) Nee BAT Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Vanwege de versnipperde ligging van de eigendommen in het Bentwoud heeft
de provincie in 2013 en 2015 afspraken gemaakt met Staatsbosbeheer en de
gemeenten Zoetermeer en Alphen aan den Rijn over gezamenlijk beheer en
onderhoud van het recreatiegebied. Daarbij is afgesproken dat de gemeenten
respectievelijk € 87.394 (Zoetermeer) en € 45.206 (Alphen aan den Rijn)
bijdragen. Deze bijdragen waren nog niet geraamd.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Storting in reserve
€ 0,6 mln (n) Ja N.v.t. De lasten worden gebruikt voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote storting in de programmareserve
groene ambities bijgesteld.
€ 0,3 mln (n) Ja N.v.t. De lasten worden gebruikt voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote storting in de programmareserve
Vlietland bijgesteld.
€ 0,3 mln (n) Ja N.v.t. De lasten worden gebruikt voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote storting in de reserve UPG40
Hoofdlijnenakkoord bijgesteld.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Bijdrage uit reserve
€ 0,3 mln (v) Ja N.v.t. De lasten van dit doel worden deels gedekt uit programmareserves. Hierin zijn
middelen gereserveerd voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote onttrekking uit de programmareserve
Groene ambities bijgesteld.
€ 1,4 mln (n) Ja N.v.t.
De lasten van dit doel worden deels gedekt uit programmareserves. Hierin zijn
middelen gereserveerd voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote onttrekking uit de programmareserve
Decentralisatieakkoord bijgesteld.
€ 0,8 mln (v) Ja N.v.t.
De lasten van dit doel worden deels gedekt uit programmareserves. Hierin zijn
middelen gereserveerd voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote onttrekking uit de programmareserve
Voormalige Investeringen budget Stedelijke Vernieuwingen 3 (ISV3) bijgesteld.
Overzicht reserves
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Groene ambities 0 546 669 1.215
Vlietland 0 0 256 256
Reserve UPG 40 Hoofdlijnenakkoord 0 0 310 310
Totaal storting in reserve 0 546 1.234 1.781
Groene ambities 9.401 13.127 250 13.377
Vlietland 82 82 0 82
Decentralisatieakkoord natuur 4.069 3.807 -1.366 2.440
Reserve UPG 40 Hoofdlijnenakkoord 0 681 0 681
Voorm.Invest.budg.Sted.Vern.3 (ISV3) 0 0 800 800
Frictiekosten algemeen 400 400 0 400
Totaal bijdrage uit reserve 13.952 18.097 -316 17.781
27
Doel 1-4 De biodiversiteit is behouden en waar mogelijk versterkt
Wat willen we bereiken?
Met dit doel wordt beoogd op termijn het volgende te bereiken:
Natuurwaarden in het Natuurnetwerk Nederland (NNN), voorheen de herijkte Ecologische Hoofdstructuur
(EHS), blijven voldoen aan de ambitie uit het natuurbeheerplan
Het Natuurnetwerk in Zuid-Holland is compleet inclusief de ecologische verbindingen
Instandhoudingsdoelen Natura 2000 zijn behaald met behoud van economische ontwikkelruimte (conform
PAS)
Bijstelling beleidsrealisatie
Planning geactualiseerd van POP3 budgetten
In de Begroting 2017 waren de POP3 budgetten gebaseerd op de openstellingsbesluiten. De planning is
geactualiseerd waarbij niet de openstelling bepalend is voor de financiële verantwoording, maar de te leveren
prestatie. Dit betekent dat de POP3 lasten over meerdere jaren gespreid worden en er een afvlakking van het
volume te zien is. Dit leidt tot een verschuiving van middelen uit 2017 naar latere jaren. Bij doel 1.4 betreft dit
circa € 4,6 mln. Dit wordt ook zichtbaar bij de doelen 1.2 en 1.5.
Beschikbaar krijgen gronden voor nieuwe natuur
Het beschikbaar krijgen van gronden om nieuwe natuur te realiseren zal in 2017 naar verwachting sterk
achterblijven op de streefwaarde. De complexiteit van de gebiedsprocessen waarbij afstemming met en
instemming van veel partijen nodig is, vertraagt de deelname aan zelfrealisatie en het beschikbaar krijgen van
grond.
Ook de realisatie van ecologische verbindingen zal naar verwachting in 2017 achterblijven bij de streefwaarde.
Weinig van de lopende projecten waarvoor subsidie is verleend, zullen in 2017 tot afronding komen. Bovendien
blijft het aantal projecten die derden met subsidie willen uitvoeren, achter bij het provinciale streven.
Nieuwe wet Natuurbescherming
In 2017 zijn de omgevingsdiensten Zuid-Holland Zuid en Haaglanden gestart met handhaving en
vergunningverlening in het kader van de nieuwe Wet natuurbescherming. De implementatie van de nieuwe taken
leidt waarschijnlijk tot hogere (aanloop- en implementatie) kosten. Daarnaast lijken de geraamde baten ten
behoeve van vergunningverlening lager uit te vallen als gevolg van een lager aantal aanvragen dan geraamd.
Gezien de onzekerheid over de financiële omvang zijn deze niet verwerkt maar zullen indien nodig worden
verwerkt en toegelicht in de jaarrekening.
Effectindicatoren (= outcome indicatoren)
Omschrijving Nulmeting 2017 2018 2019 2020
1.4.a Biodiversiteitsgraadmeter: Ontwikkeling
kenmerkende soorten per ecosysteem (bos,
open duin, moeras, natuurlijk grasland,
agrarisch gebied)
100 104 105 105 105
1.4.b Kwaliteit SNL-beheertypen (flora, fauna,
structuur, abiotiek en ruimtelijke condities)
M.i.v. 2019 afhankelijk
van
nulmeting in
2019
afhankelijk
van
nulmeting in
2019
nulmeting afhankelijk
van
nulmeting in
2019
1.4.c Kwaliteit habitattypen in Natura 2000 gebied
met vastgesteld beheerplan (% met een goede
kwaliteit)
27% 27% 27% 27% 27%
1.4.d Kwaliteit leefgebied/populatiegrootte vogel- en
habitatrichtlijnsoorten in N2000 gebied met
vastgesteld beheerplan (% met goede kwaliteit)
49% 49% 49% 49% 49%
28
Toelichting effectindicator(en)
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Wat mag dat kosten voor het doel?
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 98.656 94.545 -38.559 55.986
Baten 43.480 41.188 -16.539 24.650
Totaal saldo baten en lasten 55.177 53.357 -22.021 31.337
Storting in reserve 0 6.230 25.703 31.933
Bijdrage uit reserve 12.306 10.919 2.343 13.262
Resultaat 42.871 48.668 1.340 50.008
Toelichting bijstelling
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Lasten
€ 0,4 mln (n) Nee Deze wijziging betreft een administratieve bijstelling.
Het betreft de verhoging van de directe loonkosten, als gevolg van de nieuwe
Cao. De wijzigingen van de totale loonkosten worden nader toegelicht bij de
paragraaf Bedrijfsvoering.
€ 0,7 mln (V) Nee FR Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Betreft structurele verhoging decentralisatie middelen Natuur t.b.v. agrarisch
natuurbeheer. Conform Meicirculaire 2017 bijgesteld.
€ 0,3 mln (n) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Het budget voor project de Groene Waterparel wordt hiermee op basis van de
meest recente voortgangsrapportage tot het einde van de looptijd begroot.
De mutatie wordt verrekend met de reserves Ontwikkelopgave Natuur en
Project Duurzame Ontwikkeling Zuidplaspolder.
€ 6,7 mln (v) Nee OVP
(€ 0,7 mln)
RES
(€ 6,0 mln)
Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Met deze begrotingswijziging worden de lasten voor Krimpenerwaard meerjarig
begroot. Ook de grondaankopen en afwaarderingslasten worden meerjarig
begroot. De nieuwe inventarisatie van de totale projectkosten tot einde looptijd
die gedaan is in het kader van het PZG is hierin ook verwerkt.
De mutatie wordt verrekend met de reserve Groene Ambities en de OVP.
€ 11,8 mln (v) Ja OVP
(€ 17,0 mln (v))
RES
(€ 5,2 mln (n))
Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Voor de Najaarsnota 2017 en de Begroting 2018 zijn de grondopbrengsten en -
kosten en de pachtopbrengsten en kosten geactualiseerd.
De mutatie wordt verrekend met de reserve Ontwikkelopgave Natuur
€ 10,2 mln (v) Ja OVP
(€ 2,5 mln.)
RES
(€ 2,5 mln)
FR
(€ 5,1 mln)
Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Met deze mutatie worden de lasten voor Gouwe Wiericke meerjarig begroot.
Ook de grondaankopen en afwaarderingslasten worden meerjarig begroot. De
nieuwe inventarisatie van de totale projectkosten tot einde looptijd die gedaan
is in het kader van het PZG is hierin ook verwerkt.
De mutatie wordt verrekend met de reserve Groene Ambities.
29
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
€ 2,2 mln (v) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Voor Natura2000 / PAS is in 2017 minder budget nodig en dit wordt in de
reserve Beheerplannen Natura 2000 en PAS gestort. Dit wordt voornamelijk
veroorzaakt omdat ruim begroot is en er wat vertraging optreedt als gevolg van
het schuiven van evaluaties waardoor de beheerplannen en daarmee de
beheerkosten doorschuiven in de tijd. De planning voor 2018 e.v. is nog niet
verwerkt in de begroting omdat hiervoor de financiën nog geactualiseerd
moeten worden.
€ 0,2 mln (v) Ja OVP
(€ 2,4 mln (v))
RES
(€ 2,2 mln (n))
Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Met deze begrotingswijziging worden de lasten voor Deltanatuur meerjarig
begroot. Ook de grondaankopen en afwaarderingslasten worden meerjarig
begroot. De nieuwe inventarisatie van de totale projectkosten tot einde looptijd
die gedaan is in het kader van het PZG is hierin ook verwerkt.
De mutatie wordt verrekend met de reserve Ontwikkelopgave Natuur.
€ 0,5 mln (n) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Voor de actualisatie van de beleidsvisie groen en waterrijk zijn aanvullende
middelen benodigd voor onderzoek, werkateliers etcetera.
Deze middelen worden onttrokken aan de reserve Groene Ambities.
€ 2,9 mln (v) Ja OVP Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Na aanleiding van meest recente voortgangsrapportage wordt de Begroting
2017 van PMR bijgesteld. Voor 2017 wordt totaal € 4,4 mln aan lasten
verwacht, waarvan € 0,2 mln wordt gedekt uit de reserve bodemsanering
(RWB). Middels deze wijziging worden de lasten die gedekt zijn door de OVP
op € 4,4 mln komen te staan. Huidig budget € 7,2 mln, bijstelling dus van € 2,9
mln. Bij de Voorjaarsnota 2017 is er teveel overhead terug gegaan naar W&G.
Een deel daarvoor wordt ingeleverd ter dekking van P&P, hiervan wordt
€ 0,08 mln teruggedraaid.
€ 4,6 mln (v) Ja BAT
(€ 2,3 mln)
RES
(€ 2,3 mln)
Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Actualisatie POP3 budgetten. In de begroting waren de POP3 budgetten
gebaseerd op de openstellingsbesluiten. De planning is geactualiseerd en zal
separaat tegelijk met de Begroting 2018 aan GS/PS worden aangeboden. De
gewijzigde planning is verwerkt in de najaarsnota en begroting waarbij niet de
openstelling bepalend is voor de financiële verantwoording maar de te leveren
prestatie (o.b.v. info van subsidieontvanger). Dit betekent dat de POP3 lasten
over meerdere jaren gespreid worden en er een afvlakking van het volume te
zien is, een wijziging in de systematiek van verantwoording lasten. Het totaal
volume blijft gelijk (€ 52 mln). De mutatie wordt verrekend met de reserve
Groene Ambities.
€ 0,2 mln (n) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van beleid.
PS hebben een motie 719 ingediend om incidenteel € 2 mln beschikbaar te
stellen voor 3 jaar voor schade-uitkeringen ganzen. Hiervoor is een separaat
behandelvoorstel aan de staten aangeboden. Deze € 2 mln is gespreid over 4
jaar te beginnen in 2017 met € 0,2 mln.
Dekking vindt plaats uit de reserve Groene Ambities.
€ 3,1 mln (v) Ja BAT
(€ 2,5 mln (v))
OVP
(€ 1,6 mln (v))
RES
(€ 1,1 mln (n))
Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Met deze begrotingswijziging worden de lasten voor Ecologische
verbindingszones en Overig NNN) meerjarig begroot. De nieuwe inventarisatie
van de totale projectkosten tot einde looptijd die gedaan is in het kader van het
PZG is hierin verwerkt.
De mutatie wordt verrekend met de reserves Groene Ambities en
Ontwikkelopgave Natuur.
€ 1,0 mln (n) Ja
RES Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
De begrote lasten zijn toegenomen omdat een begrote meevaller (retour
ontvangen subsidie duurzaam boer blijven) van € 1,3 mln niet meer in de
Begroting 2017 maar in de Jaarrekening 2016 is verwerkt
30
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
€ 0,2 mln (v) Nee FR Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
De overhead wordt bijgesteld. In het kader van de wijziging BBV is besloten de
overhead niet meer te activeren maar ten laste van de exploitatie te brengen.
In 1e instantie waren de projecten van W&G aangeslagen voor € 1 mln. Dit
wordt nu bijgesteld naar € 0,7 mln.
€ 0,1 mln (v) Ja BAT
(€ 0,17 mln (v))
RES
(€ 0,06 mln
(n))
Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
De Begroting 2017 is aangepast op het Trappenhuis (kwartaalrapportage
RVO) en de inventarisatie van lopende projecten. In het Trappenhuis staat
alleen wat al beschikt is, dat is te beperkt. De provinciale middelen uit het
coalitieakkoord zijn volledig ingezet en ook alle decentralisatie-uitkeringen
(inclusief de middelen die met de Meicirculaire beschikbaar zijn gekomen) zijn
volledig ingezet. Waar dat niet voldoende is, is de reserve Groene Ambities
ingezet, zoals ook in voorgaande jaren.
€ 0,1 mln (v) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Met de Voorjaarsnota 2017 is € 0,2 mln beschikbaar gesteld ,voor Sanering
van Rhoonse Stort, hiervan wordt een deel (€ 0,1 mln) doorgeschoven naar
2018.Verrekening vindt plaats middels de reserve Meerjarenplan
Bodemsanering.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Baten
€ 0,7 mln (n) Ja OVP Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Met deze begrotingswijziging worden de lasten voor Krimpenerwaard meerjarig
begroot. Ook de grondaankopen en afwaarderingslasten worden meerjarig
begroot. De nieuwe inventarisatie van de totale projectkosten tot einde looptijd
die gedaan is in het kader van het PZG is hierin ook verwerkt.
De mutatie wordt verrekend met de reserve Groene Ambities.
€ 1,4 mln (v) Ja
OVP
(€ 17 mln
(n))
RES
(€ 15,6 mln
(v))
Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Voor de Najaarsnota 2017 en de Begroting 2018 zijn de grondopbrengsten en
kosten en de pachtopbrengsten en kosten geactualiseerd.
De mutatie wordt verrekend met de reserve Ontwikkelopgave Natuur.
€ 2,5 mln (n) Ja OVP Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Met deze mutatie worden de lasten voor Gouwe Wiericke meerjarig begroot.
Ook de grondaankopen en afwaarderingslasten worden meerjarig begroot. De
nieuwe inventarisatie van de totale projectkosten tot einde looptijd die gedaan
is in het kader van het PZG is hierin ook verwerkt.
De mutatie wordt verrekend met de reserve Groene Ambities.
€ 2,4 mln (n) Ja OVP Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Met deze begrotingswijziging worden de lasten voor Deltanatuur meerjarig
begroot. Ook de grondaankopen en afwaarderingslasten worden meerjarig
begroot. De nieuwe inventarisatie van de totale projectkosten tot einde looptijd
die gedaan is in het kader van het PZG is hierin ook verwerkt.
De mutatie wordt verrekend met de reserve Ontwikkelopgave Natuur.
€ 2,9 mln (n) Ja OVP Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Naar aanleiding van de meest recente voortgangsrapportage wordt de
Begroting 2017 van PMR bijgesteld. Voor 2017 wordt totaal € 4,4 mln aan
lasten verwacht, waarvan € 0,2 mln wordt gedekt uit de reserve
Bodemsanering (RWB). Middels deze wijziging worden de lasten die gedekt
zijn door de OVP op € 4,4 mln komen te staan. Huidig budget € 7,2 mln,
bijstelling dus € 2,9 mln. Bij de Voorjaarsnota 2017 is er teveel overhead terug
gegaan naar W&G. Een deel daarvoor wordt ingeleverd ter dekking van P&P ,
hiervan wordt € 0,08 mln teruggedraaid.
31
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
€ 2,3 mln (n) Ja BAT Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Actualisatie POP3 budgetten. In de begroting waren de POP3 budgetten
gebaseerd op de openstellingsbesluiten. De planning is geactualiseerd en zal
separaat tegelijk met de begroting aan GS/PS worden aangeboden. De
gewijzigde planning is verwerkt in de najaarsnota en begroting waarbij niet de
openstelling bepalend is voor de financiële verantwoording maar de te leveren
prestatie (o.b.v. info van subsidieontvanger), dit is een wijziging in de
systematiek. Dit betekent dat de POP3 lasten over meerdere jaren gespreid
worden en er een afvlakking van het volume te zien is. Het totaal volume blijft
gelijk (€ 52 mln).
€ 4,1 mln (n) Ja BAT
(€ 2,5 mln
(n))
OVP
(€ 1,6 mln
(n))
Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Met deze begrotingswijziging worden de lasten voor Ecologische
verbindingszones en Overig NNN meerjarig begroot. De nieuwe inventarisatie
van de totale projectkosten tot einde looptijd die gedaan is in het kader van het
PZG is hierin verwerkt.
De mutatie wordt verrekend met de reserves Groene Ambities en
Ontwikkelopgave Natuur.
€ 0,2 mln (n) Ja BAT De begroting is aangepast op het Trappenhuis (kwartaalrapportage RVO) en
de inventarisatie van lopende projecten. In het Trappenhuis staat alleen wat al
beschikt is, dat is te beperkt. De provinciale middelen uit het coalitieakkoord
zijn volledig ingezet en ook alle decentralisatie-uitkeringen (inclusief de
middelen die met de Meicirculaire beschikbaar zijn gekomen) zijn volledig
ingezet. Waar dat niet voldoende is, is de reserve Groene Ambities ingezet,
zoals ook in voorgaande jaren.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Storting in reserve
€ 12,1 mln (n) Ja N.v.t. De lasten worden gebruikt voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote storting in de programmareserve
Groene Ambities bijgesteld.
€ 2,2 mln (n) Ja N.v,t, De lasten worden gebruikt voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote storting in de programmareserve
Natura 20000 en PAS bijgesteld.
€ 11,4 mln (n) Ja N.v.t. De lasten worden gebruikt voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote storting in de reserve
Ontwikkelopgave Natuur bijgesteld.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Bijdrage uit reserve
€ 4,7 mln (n) Ja N.v.t. De lasten van dit doel worden deels gedekt uit programmareserves. Hierin zijn
middelen gereserveerd voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote onttrekking uit de programmareserve
Groene Ambities bijgesteld.
€ 0,1 mln (n) Ja N.v.t. De lasten van dit doel worden deels gedekt uit programmareserves. Hierin zijn
middelen gereserveerd voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote onttrekking uit de reserve
Meerjarenplan Bodemsanering bijgesteld.
€ 6,2 mln (v) Ja N.v.t. De lasten van dit doel worden deels gedekt uit programmareserves. Hierin zijn
middelen gereserveerd voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote onttrekking uit de reserve
Ontwikkelopgave Natuur bijgesteld.
32
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
€ 0,05 mln (n) Ja N.v.t. De lasten van dit doel worden deels gedekt uit programmareserves. Hierin zijn
middelen gereserveerd voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote onttrekking uit de reserve Project
Duurzame Ontwikkeling Zuidplaspolder bijgesteld.
€ 1,0 mln (v) Ja N.v.t. De lasten van dit doel worden deels gedekt uit programmareserves. Hierin zijn
middelen gereserveerd voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote onttrekking uit de programmareserve
IODS bijgesteld.
Overzicht reserves
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Groene ambities 0 3.755 12.111 15.866
Beheerplannen Natura 2000 en PAS 0 2.475 2.167 4.642
Reserve Ontwikkelopgave natuur 0 0 11.425 11.425
Totaal storting in reserve 0 6.230 25.703 31.933
Groene ambities 6.435 7.874 -4.692 3.182
Meerjarenplan Bodemsanering 0 235 -110 125
Beheerplannen Natura 2000 en PAS 1.058 1.058 0 1.058
Decentralisatieakkoord natuur 0 1.000 0 1.000
Reserve Natuurcompensatie 43 65 0 65
Reserve Ontwikkelopgave natuur 0 0 6.208 6.208
1%-regeling Kunst 13 13 0 13
Res Project duurz ontw. Zuidplaspold 0 91 -46 45
IODS 4.757 583 983 1.566
Totaal bijdrage uit reserve 12.306 10.919 2.343 13.262
33
Doel 1-5 Sterke positie voor duurzame economisch rendabele grondgebonden landbouw
Wat willen we bereiken?
Met dit doel wordt beoogd het volgende te bereiken:
Verbeteren kwaliteit van de leefomgeving via verduurzaming door
o sluiten van kringlopen van grondstoffen
o versterken van regionale voedselketens
o versterken biodiversiteit bij normale agrarische bedrijfsvoering door nieuwe verdienmodellen
Versterken van volhoudbare sterke economische sector door:
o Landbouwsector als sterke economisch cluster op lange termijn in stand houden
Bijstelling beleidsrealisatie
Planning geactualiseerd van POP3 budgetten
In de Begroting 2017 waren de POP3 budgetten gebaseerd op de openstellingsbesluiten. De planning is
geactualiseerd waarbij niet de openstelling bepalend is voor de financiële verantwoording, maar de te leveren
prestatie. Dit betekent dat de POP3 lasten over meerdere jaren gespreid worden en er een afvlakking van het
volume te zien is. Dit leidt tot een verschuiving van middelen uit 2017 naar latere jaren. Bij doel 1.5 betreft dit
circa € 5,3 mln.
Effectindicatoren (= outcome indicatoren)
Omschrijving Nulmeting 2017 2018 2019 2020
1.5.a Barometer Duurzame landbouw (in
ontwikkeling)
Toelichting effectindicator(en)
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Wat mag dat kosten voor het doel?
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 12.274 11.870 -5.146 6.725
Baten 4.315 4.411 -2.673 1.738
Totaal saldo baten en lasten 7.959 7.459 -2.472 4.987
Storting in reserve 0 183 343 526
Bijdrage uit reserve 4.364 4.617 -2.278 2.339
Resultaat 3.595 3.026 148 3.174
Toelichting bijstelling
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Lasten
€ 0,1 mln (n) Nee Deze wijziging betreft een administratieve bijstelling.
Deze wijziging betreft de verhoging van de directe loonkosten als gevolg van
de nieuwe Cao. De wijzigingen van de totale loonkosten worden nader
toegelicht bij de paragraaf Bedrijfsvoering.
€ 5,3 mln (v) Ja BAT
(€ 2,7 mln.)
RES
€ 2,6 mln.)
Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Actualisatie POP3 budgetten. In de begroting waren de POP3 budgetten
gebaseerd op de openstellingsbesluiten. De planning is geactualiseerd en zal
separaat tegelijk met de begroting aan GS/PS worden aangeboden. De
gewijzigde planning is verwerkt in de najaarsnota en begroting waarbij niet de
34
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
openstelling bepalend is voor de financiële verantwoording maar de te leveren
prestatie (o.b.v. info van subsidieontvanger), dit betreft een wijziging van de
systematiek van verantwoorden. Dit betekent dat de POP3 lasten over
meerdere jaren gespreid worden en er een afvlakking van het volume te zien
is. Het totaal volume blijft gelijk (€ 52 mln).
De mutatie wordt verrekend met de reserve Groene Ambities.
€ 0,1 mln (n) Nee FR Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
De overhead wordt bijgesteld. In het kader van de wijziging BBV is besloten de
overhead niet meer te activeren maar ten laste van de exploitatie te brengen.
In 1e instantie waren de projecten van W&G aangeslagen voor € 0,95 mln. Dit
wordt nu bijgesteld naar € 0,71 mln.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Baten
€ 2,7 mln (n) Ja BAT Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Actualisatie POP3 budgetten. In de begroting waren de POP3 budgetten
gebaseerd op de openstellingsbesluiten. De planning is geactualiseerd en zal
separaat tegelijk met de Begroting 2018 aan GS/PS worden aangeboden. De
gewijzigde planning is verwerkt in de najaarsnota en begroting waarbij niet de
openstelling bepalend is voor de financiële verantwoording maar de te leveren
prestatie (o.b.v. info van subsidieontvanger), dit betreft een wijziging van de
systematiek van verantwoorden. Dit betekent dat de POP3 lasten over
meerdere jaren gespreid worden en er een afvlakking van het volume te zien
is. Het totaal volume blijft gelijk (€ 52 mln).
De mutatie wordt verrekend met de reserve Groene Ambities.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Storting in reserve
€ 0,3 mln (n) Ja N.v.t. De lasten worden gebruikt voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote storting in de programmareserve
Groene Ambities bijgesteld.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Bijdrage uit reserve
€ 2,3 mln (n) Ja N.v.t. De lasten van dit doel worden deels gedekt uit programmareserves. Hierin zijn
middelen gereserveerd voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote onttrekking uit de programmareserve
Groene Ambities bijgesteld.
Overzicht reserves
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Groene ambities 0 183 343 526
Totaal storting in reserve 0 183 343 526
Groene ambities 3.488 3.740 -2.278 1.463
Sanering glastuinbouw 67 67 0 67
Decentralisatieakkoord natuur 810 810 0 810
Totaal bijdrage uit reserve 4.364 4.617 -2.278 2.339
35
Doel 1-6 Een gezond(er) en veilig(er) leefmilieu
Wat willen we bereiken?
Het milieubeleid richt zich op een gezonde en veilige leefomgeving. Dat betekent dat de provincie wil bereiken dat
mensen minder blootgesteld worden aan:
Verontreinigde lucht
Te hoge geluidbelasting
Risico’s vanwege risicovolle activiteiten of transport van gevaarlijke stoffen
Bijstelling beleidsrealisatie
De beleidsrealisatie ligt op koers, er zijn in de najaarsnota geen beleidswijzigingen opgenomen.
De bijstellingen zijn vooral van financiële aard, de toelichting hierop is opgenomen in de tabel.
Binnen dit doel wordt, als onderdeel van de extra investeringen in een slimmer, schoner en sterker Zuid-Holland,
gewerkt aan Extra Impuls Investering nummer 12 Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving versneld te
versterken
Effectindicatoren (= outcome indicatoren)
Omschrijving Nulmeting 2017 2018 2019 2020
1.6.a Aantal blootgestelden aan risicovolle activiteiten 653.000 0% 0% 0% 0%
1.6.b Aantal blootgestelden aan risicovolle activiteiten
dat is verantwoord (als percentage van het totaal
aantal blootgestelden)
27% 61% 62% 63% 64%
1.6.c Aantal blootgestelden boven de grenswaarde
stikstofdioxide (NO2)
81.000 0% 0% 0% 0%
1.6.d Aantal geluidgehinderden langs de provinciale
wegen boven de 55 dB
9.800 PM PM PM PM
Toelichting effectindicator(en)
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Wat mag dat kosten voor het doel?
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 59.539 67.787 -9.284 58.503
Baten 10.170 10.320 -5.619 4.702
Totaal saldo baten en lasten 49.369 57.467 -3.665 53.802
Storting in reserve 0 10.964 0 10.964
Bijdrage uit reserve 5.612 13.276 -1.175 12.101
Resultaat 43.756 55.154 -2.490 52.664
Toelichting bijstelling
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Lasten
€ 5,4 mln (v) Ja BAT Deze wijziging betreft bijstelling van budget.
De bijdrage aan het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit
(NSL) wordt in 2017 definitief financieel afgerekend met de partners en het
Rijk. De lasten en baten zijn in een eerdere jaarrekening reeds verantwoord.
36
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Abusievelijk is de raming van € 5,4 mln aan lasten en baten in de begroting
blijven staan. Dit betreft een administratieve handeling zonder gevolgen voor
uitputting van de middelen.
€ 0,4 mln (v) Ja RES Deze wijziging betreft bijstelling van budget.
Vanuit de reserve Luchtkwaliteit NSL zijn voor dit jaar subsidies geraamd voor
Coolport. Voorzichtigheidshalve worden de bedragen € 0,4 mln naar beneden
bijgesteld.
€ 0,1 mln (n) Ja BAT Voor de gewijzigde subsidie voor de verduurzaming van de Waterbusvloot
wordt € 0,1 mln extra ingezet. De subsidie wordt gedekt door een bijdrage uit
de OVP NSL.
€ 0,4 mln (v) Ja BAT In afwachting van de afrekening van de subsidie NSL worden de lasten en de
baten met € 0,4 mln verlaagd. De middelen worden toegevoegd aan de OVP
NSL.
€ 1,7 mln (v)
Ja BAT ( € 1,3
mln)
RES (€ 0,4
mln)
Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Het meerjarige Europese project CLINSH is gestart met de
aanbestedingsprocedure voor de demonstratieschepen. De
binnenvaartbranche is niet bekend met Europese aanbestedingsprocedures.
Het gaat hier om een Europese aanbesteding in 3 lidstaten. De schippers
waar het om gaat, dienen in hun eigen taal hun bieding te kunnen doen. De
provincie heeft daardoor meer tijd genomen om zo een zorgvuldige en
succesvolle procedure te waarborgen. Dit heeft geleid tot een vertraging van 7
maanden. Deze vertraging wordt opgevangen binnen de looptijd van het
project, waarbij de einddatum (2020) van het project gehandhaafd blijft.
Het tweede voorschot vanuit LIFE vindt plaats nadat de financiële
tussenrapportage is ingediend. Dit is voorzien in mei 2019. De baten en lasten
van de Europese bijdrage van € 1,3 mln verschuiven hierdoor naar 2019. De
provinciale inzet (€ 0,4 mln) wordt verdeeld over de looptijd van het project.
€ 0,2 mln (v)
Ja FR Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Het programma leren voor duurzame ontwikkeling en Duurzaam door wordt in
het najaar afgerekend. Op basis van de huidige inzichten wordt € 0,2 mln niet
besteed. Het programma heeft in totaal meer dan 10 jaar geduurd, waarbij er
ook sprake was van een cofinancieringsconstructie. Op de resterende
middelen zit geen terugbetalingsverplichting, zodat deze ten gunste van de
financiële ruimte komen.
€ 1,0 mln (v)
Ja BAT Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
De Wabo leges worden in de najaarsnota zowel voor de baten als de lasten
met € 1 mln naar beneden bijgesteld. De reden hiervoor is dat er minder
gebouwd wordt dan verwacht, met name bij grote bouwprojecten. Hierdoor
blijven de baten achter. De Wabo leges zullen voor 2017 naar verwachting
niet kostendekkend zijn, wat in 2017 binnen het programma zal worden
opgevangen.
Voor 2018 is er een onderzoek door een extern bureau gestart. De
kostendekkendheid van de regeling is een van de onderwerpen van dit
onderzoek. De verwachting is dat ook naar de toekomst de Wabo regeling niet
kostendekkend zal zijn, tenzij er sprake is van een forse tariefstijging. De
oplevering van het rapport wordt eind september verwacht. Dit betekent dat
de uitkomsten van het onderzoek pas in de Voorjaarsnota 2018 meegenomen
kunnen worden.
€ 0,4 mln (v)
Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Vanuit de reserve Milieuaspecten Omgevingsbeleid wordt het project
“Monitoring stille wegdekken” gefinancierd. Daarnaast is gestart met de geluid
review Rotterdamse Haven ten behoeve van het actualiseren van modellen en
herziening van vergunningen (met het oog op de Omgevingswet). Hiervoor is
in 2017 een bijdrage voorzien. Voor de komende jaren wordt vanuit het
beleidsterrein Geluid een heroriëntatie stiltegebieden en daaruit voortvloeiend
37
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
herbebording voorzien. Voorzichtigheidshalve wordt voor dit jaar de bijdrage
uit de reserve met € 0,4 mln verlaagd.
€ 0,1 mln (n)
Ja BAT Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
De rijksoverheid, VNG en IPO hebben samen afspraken gemaakt om de
knelpunten als gevolg van de invoering van artikel 8 van de Europese
Energie-Efficiency Directive (EED) op te lossen.
Dit artikel gaat over de uitvoering van energie-audits door grote
ondernemingen. De provincies zijn bevoegd gezag voor het toezicht op grote
ondernemingen, die om de 4 vier jaar een energie-audit moeten uitvoeren.
€ 0,1 mln (n) Nee FR Deze wijziging betreft bijstelling van budget.
Deze wijziging betreft de verhoging van de directe loonkosten, als gevolg van
de nieuwe Cao. De wijzigingen van de totale loonkosten worden nader
toegelicht bij de paragraaf Bedrijfsvoering.
€ 0,1 mln (v) Ja FR Deze wijziging betreft bijstelling van budget.
Diverse kleine bijstellingen.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Baten
€ 5,4 mln (n) Ja BAT Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Zie toelichting bij wijziging NSL (administratieve correctie).
€ 0,3 mln (n)
Ja OVP Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Zie toelichting bij wijziging NSL (waterbusvloot en afrekening subsidie).
€ 0,2 mln (n)
Ja OVP Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Zie toelichting bij leren voor duurzame ontwikkeling.
€ 1,0 mln (n)
Ja BAT Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Zie toelichting bij Wabo leges.
€ 1,3 mln (n)
Ja BAT Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Zie toelichting bij CLINSH.
€ 2,6 mln (v) Ja FR Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
De afwikkeling van de verkoop van het oude kantoorpand van DCMR heeft
vertraging opgelopen omdat de projectontwikkelaar en tevens koper van het
oude pand failliet is gegaan. Hiervoor is er een bestemmingsreserve
huisvesting op de balans van DCMR gevormd. In december 2016 is een
vaststellingsovereenkomst afgesloten met de curatoren van de
projectontwikkelaar. Er zal een executoriale verkoop of veiling van het pand
plaatsvinden. Als gevolg hiervan heeft het Algemeen Bestuur (AB) van de
DCMR op 5 juli 2017 besloten om een groot deel van de bestemmingsreserve
huisvesting uit te keren aan de deelnemers van de Gemeenschappelijke
Regeling. De provincie Zuid-Holland krijgt naar rato van haar bijdrage € 2,6
mln. (incidenteel) teruggestort. Dit bedrag wordt toegevoegd aan de financiële
ruimte.
Om de resterende risico’s bij de afwikkeling van de verkoop op te kunnen
vangen, staat er nog een bestemmingsreserve van € 1,5 mln. op de balans van
DCMR. Na de gehele afwikkeling van de verkoop (verwacht in 2018) wordt het
restant van deze reserve mogelijk uitgekeerd aan de deelnemers van de
Gemeenschappelijke Regeling. Daar zal te zijner tijd een separaat besluit over
moeten worden genomen door het AB van DCMR.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Storting in reserve
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
38
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Bijdrage uit reserve
€ 1,2 mln (n) Ja N.v.t. Dit bestaat uit de volgende reservemutaties:
Verlaging bijdrage uit de reserve Luchtkwaliteit NSL.
Verlaging bijdrage uit de reserve Milieuaspecten omgevingsbeleid.
Overzicht reserves
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Milieuaspecten omgevingbeleid 0 1.000 0 1.000
Reserve Omgevingsveiligheid 0 9.964 0 9.964
Totaal storting in reserve 0 10.964 0 10.964
Luchtkwaliteit (NSL) 2.363 2.363 -825 1.538
Milieuaspecten omgevingbeleid 470 970 -350 620
Reserve Omgevingsveiligheid 2.780 9.944 0 9.944
Totaal bijdrage uit reserve 5.612 13.276 -1.175 12.101
39
Programma 2 Bereikbaar en Verbonden
Voor een bereikbaar en verbonden Zuid-Holland
Verkeer en vervoer
Een optimaal functionerend mobiliteitssysteem blijft een essentiële voorwaarde voor de economie van Zuid-
Holland. De provincie zet, naast het verbeteren van de bestaande en aanleg van nieuwe infrastructuur ook in op
het beter benutten en slimmer gebruiken van de bestaande capaciteit van het mobiliteitssysteem. Dit kan door de
vraag naar mobiliteit meer af te stemmen op het aanbod van infrastructuur en vervoermiddelen. Hiertoe wil de
provincie de keuzemogelijkheden voor en de combinatie van vervoermiddelen voor reizigers verbeteren. De
nadruk komt te liggen op de aansluiting tussen auto, openbaar vervoer, fiets en personenvervoer over water.
Een belangrijke stap in de ontwikkeling van het beter bereikbaar maken is het onherroepelijk geworden
Provinciaal Inpassingsplan voor de Rijnlandroute. Deze weg lost huidige knelpunten op en garandeert de
doorstroming in de regio Holland Rijnland, met name rondom Leiden en Katwijk. In 2017 zullen de
werkzaamheden buiten zichtbaar worden.
De provincie is met gemeenten en andere regionale belanghebbenden in de regio Drechtsteden / Alblasserwaard
/ Vijfheerenlanden een interactief proces gestart ter voorbereiding van de aanbesteding voor de volgende
concessieperiode. Bij deze aanbesteding zal worden gezocht naar mogelijkheden om innovaties in het openbaar
vervoer, bijvoorbeeld op het vlak van zero-emissie vervoer en kleinschalig vervoer, te introduceren. De
daadwerkelijke aanbestedingsprocedure vindt, na vaststelling door Provinciale Staten van het beleidskader, in
2017 plaats. Ook de verdere uitrol van het R-net wordt verkend.
In het Fietsplan maakt de provincie keuzes voor de provinciale inzet van fietsgebruik in Zuid-Holland voor de
periode 2016 tot 2025. In dit plan geeft de provincie prioriteit aan de optimalisatie van fietsnetwerken, een goede
aansluiting tussen fiets, OV, auto en wandelen en innovatieve, energieneutrale fietspaden. Het Fietsplan is in
overleg met medeoverheden, belangenorganisaties, kennisinstellingen, bedrijven en inwoners opgesteld.
De provincie wil haar positie als binnenvaartprovincie en economische meerwaarde als logistieke hotspot
behouden en versterken. Daarbij is goederenvervoer over water een onmisbare modaliteit. De provincie helpt de
slag naar vergroening van vervoer over water door te zetten.
Wat mag dat kosten voor het programma?
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 275.063 265.277 -11.681 253.596
Baten 11.648 10.548 -144 10.404
Totaal saldo baten en lasten 263.415 254.729 -11.537 243.192
Storting in reserve 136.075 171.702 -17.152 154.550
Bijdrage uit reserve 119.380 136.264 59.040 195.304
Resultaat 280.110 290.167 -87.730 202.437
40
Doel 2-1 Instandhouding, bereikbaarheid en verkeersveiligheid op orde
Wat willen we bereiken?
Met dit doel wordt beoogd het volgende te bereiken:
Kwaliteit bestaande provinciale infrastructuur op orde
Compleet maken mobiliteitsnetwerk
Verbeteren Verkeersveiligheid
Benutten bestaande infrastructuur door:
o Vraag naar mobiliteit afstemmen op het aanbod van infrastructuur en vervoermiddelen
o Verbeteren integratie van netwerken
Mobiliteit systeem versterken en opwaarderen
Bijstelling beleidsrealisatie
De bijstellingen zijn vooral van financiële aard, de toelichting hierop is opgenomen in de tabel.
Binnen dit doel wordt, als onderdeel van de extra investeringen in een slimmer, schoner en sterker Zuid-Holland,
gewerkt aan Extra Impuls Investering nummer 3 Nieuwe impuls voor verduurzaming van onze mobiliteit
Effectindicatoren (= outcome indicatoren)
Omschrijving Nulmeting 2017 2018 2019 2020
2.1.a Percentage wegen in goede technische staat op
basis van conditiemeting (NEN 2767)
93% 90% 90% 90% 90%
2.1.b Percentage vaarwegen in goede technische
staat op basis van conditiemeting (NEN 2767)
51,6% 55% 58% 61% 64%
2.1.c Percentage beweegbare kunstwerken
voldoende beschikbaar voor het wegverkeer
98% 100% 100% 100% 100%
2.1.d Percentage beweegbare kunstwerken
voldoende beschikbaar voor het vaarwegverkeer
94% 100% 100% 100% 100%
2.1.e Gemiddelde snelheid autoverkeer spits op
belangrijke regionale trajecten (km per uur)
50,1 km/uur ≥ 2016 ≥ 2017 ≥ 2018 ≥ 2019
2.1.f Gemiddelde snelheid autoverkeer dal op
belangrijke regionale trajecten (km per uur)
54,0 km/uur ≥ 2016 ≥ 2017 ≥ 2018 ≥ 2019
2.1.g Aantal dodelijke verkeersslachtoffers Zuid-
Holland
64 ≤ 2016 ≤ 2017 ≤ 2018 ≤ 2019
2.1.h Aantal dodelijke verkeersslachtoffers in het
regiegebied Zuid-Holland
34 ≤ 2016 ≤ 2017 ≤ 2018 ≤ 2019
2.1.i Aandeel fietsgebruik bij afstanden tot 15 km 31% ≥ 31% ≥ 32% ≥ 33% ≥ 34%
2.1.j Gebruik provinciale vaarwegen in
vaarbewegingen -- Aantal vaarbewegingen
(beroepsbinnenvaart) op de Gouwe
8.100 ≥ 2016 ≥ 2017 ≥ 2018 ≥ 2019
2.1.k Gebruik provinciale vaarwegen in tonnages --
Vervoerde tonnages (x100.000) op de Gouwe
33.000 ≥ 2016 ≥ 2017 ≥ 2018 ≥ 2019
Toelichting effectindicator(en)
2.1.c: De Julius Ceasarbrug, in eigendom en beheer van de gemeente Leiden, wordt op verzoek van de gemeente
Leiden op afstand bediend door de provincie Zuid-Holland. Door een technische storing en de levertijd van
vervangende onderdelen is de brug vijf dagen niet beschikbaar geweest voor fietsers. Met de gemeente Leiden
zijn vergevorderde gesprekken om tegen vergoeding deze brug door de provincie Zuid-Holland te laten beheren
en onderhouden. Naar verwachting zal de streefwaarde in 2017 om deze reden niet gehaald worden.
41
2.1.d: De sluizen in Vianen, Leidschendam en Gorinchem zijn in het eerste half jaar meer dan 17,5 uur ongepland
in storing geweest en voldoen daarmee niet aan de norm. Bij de sluis Gorinchem vinden de storingen hun
oorzaak in het opnieuw afstellen van de regelsystemen na het uitgevoerde groot onderhoud. Bij de sluizen Vianen
en Leidschendam is geen eenduidige oorzaak van de diverse storingen aan te wijzen. De gemiddelde duur van
een storing is circa 2 uur. Naar verwachting zal de streefwaarde in 2017 om deze reden niet gehaald worden
Wat mag dat kosten voor het doel?
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 181.687 172.816 -5.620 167.196
Baten 10.856 9.756 956 10.713
Totaal saldo baten en lasten 170.831 163.060 -6.576 156.484
Storting in reserve 51.095 81.221 -17.152 64.069
Bijdrage uit reserve 33.328 50.212 64.390 114.603
Resultaat 188.597 194.068 -88.118 105.950
Toelichting bijstelling
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Lasten
€ 0,4 mln (v) Ja Doel 2-2 en
Doel 3-3
Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Het budget voor Verkeer en Vervoerbeleid wordt ingezet voor het uitvoeren
van extra werkzaamheden ten behoeve van de verkenning naar draagvlak voor
een nieuw luchthavenbeleid van Rotterdam The Hague Airport (€ 0,3 mln, doel
2-2) en het Gebiedsprogramma Westland (€ 0,1 mln, doel 3-3).
€ 0,2 mln (n)
Nee BAT Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
De provincie en Metropoolregio Rotterdam Den Haag werken samen aan de
verbetering en bewustwording van de verkeersveiligheid. Dit resulteert in de
Samenwerkingsovereenkomst Regionaal Ondersteuning Verkeersveiligheid.
Op basis van het recent vastgestelde Meerjarenprogramma Regionaal
Ondersteuningsbureau Verkeersveiligheid (ROV) 2017-2020 worden de
bijdragen van de MRDH en de lasten voor het ROV met € 0,2 mln verhoogd.
€ 3,8 mln (v)
Ja RES
Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
De wijziging in budget betreft de administratieve verwerking van het in PS van
oktober 2014 behandelde besluit invulling vrije ruimte Brede Doel Uitkering
(BDU). Voor functionele verbeteringen aan het bestaande areaal is in 2016 en
2017 € 3,8 mln beschikbaar. Aangezien de bijdrage uit reserve niet ten gunste
van de projecten mag worden geboekt, wordt de bijdrage in de reserve
Afschrijvingslasten (Programmareserve 5) gestort ter dekking van toekomstige
afschrijvingslasten
€ 2,7 mln (v)
Ja RES € 3,5
mln (v)
BAT € 0,8
mln (n)
Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
In het Bestedingsplan Mobiliteit worden bijdragen aan regionale en provinciale
projecten en infra duurzaam veilig opgenomen. De tot op heden ontvangen
verzoeken tot een bijdrage voor regionale projecten i.h.k.v. het fietsplan blijven
achter bij de verwachting; we hebben hier met de regio’s contact over.
Voorzichtigheidshalve wordt de raming met € 2,7 mln naar beneden bijgesteld.
€ 0,2 mln (n)
Ja RES Deze wijziging betreft een administratieve bijstelling.
In 2017 is een tweejarige subsidie verstrekt aan de TU Delft voor het project
Realtime monitoring Dashboard mobiliteit. De subsidielasten van € 0,2 mln
worden gedekt uit het budget energietransitie binnen programmareserve 2
Bereikbaar en Verbonden en komen ten laste van de exploitatie. Zodoende
wordt minder geactiveerd en kan de dekking uit de reserve Kapitaallasten
worden gehaald.
42
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
€ 0,9 mln (n) Nee FR Deze wijziging betreft een administratieve bijstelling.
Deze wijziging betreft de verhoging van de directe loonkosten, als gevolg van
de nieuwe Cao. De wijzigingen van de totale loonkosten worden nader
toegelicht bij de paragraaf Bedrijfsvoering.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Baten
€ 0,2 mln (v) Ja BAT Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Zie toelichting bij de lasten ROV.
€ 0,8 mln (v) Ja OVP Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Zie toelichting bij de lasten voor regionale en provinciale projecten en infra
duurzaam veilig.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Storting in reserve
€ 25,4 mln (v) Ja N.v.t. De geraamde storting van de vrijval kapitaallasten wordt op nul gesteld. De
vrijval wordt nu gestort in de nieuwe Egalisatiereserve afschrijvingslasten in
programmareserve 5. Voor een nadere toelichting zie het Financieel Beeld.
€ 1,1 mln (n) Ja N.v.t. Vanuit reserves mogen geen bijdragen in mindering worden gebracht op
investeringen. Voorgesteld wordt het in de reserve ISV 3 beschikbare aandeel
voor het Kwaliteitsnet goederenvoer vrij te laten vallen en te storten in de
egalisatiereserve Afschrijvingslasten ter dekking van de stijgende
afschrijvingslasten.
€ 3,3 mln (n)
Ja N.v.t.
Via de Meicirculaire is in het Provinciefonds een bedrag van € 3,3 mln
ontvangen voor het programma Beter Benutten. Het ontvangen bedrag wordt
gestort in de reserve Mobiliteit.
€ 3,8 mln (n) Ja N.v.t. Het voordeel bij de lasten voor de functionele verbeteringen wordt in de
reserve Egalisatiereserve Afschrijvingslasten gestort.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Bijdrage uit reserve
€ 2,2 mln (n) Ja N.v.t. Dit bestaat uit de volgende reservemutaties:
Lagere bijdrage uit de reserve mobiliteit van € 3,5 mln i.v.m. regionale en
provinciale projecten en infra duurzaam veilig.
Bijdrage uit de reserve ISV3 van € 1,1 mln.
Bijdrage uit de egalisatiereserve afschrijvingslasten van € 0,2 mln t.b.v. het
project Realtime monitoring Dashboard mobiliteit.
€ 66,6 mln (n) Ja N.v.t. Betreft de egalisatiereserve afschrijvingslasten. Voor een nadere toelichting
zie Financieel Beeld.
43
Overzicht reserves
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Egalisatiereserve expl proj PZI 10.662 10.462 0 10.462
Reserve bereikbaarheid 259 15.489 0 15.489
Egalisatiereserve afschrijvingslast. 23.191 25.414 -25.414 0
Mobiliteit 11.515 11.515 3.362 14.877
Egalisatieres.beheer & onderhoud DBI 5.467 18.340 0 18.340
Egalisatiereserve afschrijvingslst. 0 0 4.900 4.900
Totaal storting in reserve 51.095 81.221 -17.152 64.069
Egalisatiereserve expl proj PZI 1.667 2.042 0 2.042
RijnGouwelijn 0 10.900 0 10.900
Reserve bereikbaarheid 7.100 11.744 0 11.744
Egalisatiereserve afschrijvingslast. 1.224 2.189 65.660 67.849
Mobiliteit 20.047 20.047 -3.500 16.547
Voorm.Invest.budg.Sted.Vern.3 (ISV3) 0 0 1.100 1.100
Coolport middelen 3.290 3.290 0 3.290
Egalisatiereserve afschrijvingslst. 0 0 1.131 1.131
Totaal bijdrage uit reserve 33.328 50.212 64.390 114.603
44
Doel 2-2 Een adequaat aanbod van openbaar vervoer
Wat willen we bereiken?
Met betrekking tot een adequaat aanbod van openbaar vervoer wordt beoogd het volgende te bereiken:
Goed functionerende dienstverlening OV voor bus, regionaal spoor en waterbus
Infrastructuur openbaar vervoer op orde
Verbeterde kwaliteit openbaar vervoer
Bijstelling beleidsrealisatie
De bijstellingen zijn vooral van financiële aard, de toelichting hierop is opgenomen in de tabel.
Binnen dit doel wordt, als onderdeel van de extra investeringen in een slimmer, schoner en sterker Zuid-Holland,
gewerkt aan:
Extra Impuls Investering nummer 3 Nieuwe impuls voor verduurzaming van onze mobiliteit
Extra Impuls Investering nummer 9 Behoud aanbod en verbetering van openbaar vervoer
Extra Impuls Investering nummer 10 Oplossen van knelpunten openbaar vervoer
Effectindicatoren (= outcome indicatoren)
Omschrijving Nulmeting 2017 2018 2019 2020
2.2.a Aantal instappers in de busconcessies 27,9 mln ≥ nulmeting ≥ nulmeting ≥ nulmeting ≥ nulmeting
2.2.b Aantal reizigerskilometers in de busconcessies 277,5 mln ≥ nulmeting ≥ nulmeting ≥ nulmeting ≥ nulmeting
2.2.c Aantal instappers R-net lijnen 1,5 mln ≥ 2016 ≥ 2017 ≥ 2018 ≥ 2019
2.2.d Aantal reizigerskilometers R-net lijnen 13,1 mln ≥ 2016 ≥ 2017 ≥ 2018 ≥ 2019
2.2.e Aantal instappers spoordiensten 3,0 mln ≥ 2016 ≥ 2017 ≥ 2018 ≥ 2019
2.2.f Aantal reizigerskilometers spoordiensten 42,0 mln ≥ 2016 ≥ 2017 ≥ 2018 ≥ 2019
2.2.g Aantal instappers Waterbus 1,5 mln ≥ 2016 ≥ 2017 ≥ 2018 ≥ 2019
2.2.h Waardering Openbaar Vervoer obv
Klantenbarometer
7,5 ≥ landelijk
gemiddelde
2017
≥ landelijk
gemiddelde
2018
≥ landelijk
gemiddelde
2019
≥ landelijk
gemiddelde
2020
2.2.i Waardering van de sociale veiligheid in het
openbaar vervoer obv klantenbarometer
7,7 ≥ landelijk
gemiddelde
2017
≥ landelijk
gemiddelde
2018
≥ landelijk
gemiddelde
2019
≥ landelijk
gemiddelde
2020
2.2.k Bezettingsgraad fietsenstallingen bij OV-haltes 79,7% ≥ nulmeting ≥ nulmeting ≥ nulmeting ≥ nulmeting
2.2.l Bezettingsgraad P&R-plaatsen bij OV-haltes 86,2% ≥ nulmeting ≥ nulmeting ≥ nulmeting ≥ nulmeting
Toelichting effectindicator(en)
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Wat mag dat kosten voor het doel?
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 93.376 92.461 -6.061 86.400
Baten 792 792 -1.100 -308
Totaal saldo baten en lasten 92.584 91.669 -4.961 86.708
Storting in reserve 84.981 90.481 0 90.481
Bijdrage uit reserve 86.052 86.052 -5.350 80.702
Resultaat 91.513 96.098 389 96.487
45
Toelichting bijstelling
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Lasten
€ 3,4 mln (v) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
In de Visie Ruimte en Mobiliteit is de ambitie opgenomen dat het openbaar
vervoer binnen twee concessieperiodes (15-20 jaar) energie-neutraal is.
Energietransitie is een belangrijk speerpunt in het Hoofdlijnenakkoord 2015-
2019. Een onderdeel hiervan is de bijdrage aan het project 3E-motion voor de
aanschaf van 4 brandstofcel-bussen op waterstof. De levering van de bussen
vindt plaats in 2018, daarom verschuiven de lasten van € 3,4 mln voor 3E-
motion naar 2018.
€ 2,0 mln (v)
Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
De geraamde bijdragen uit de reserve aan regionale en provinciale projecten
verschillen jaarlijks. Voor de exploitatie van het OV 2017 was in het
bestedingsplan Mobiliteit 2017een raming van € 80,9 mln opgenomen. Op
basis van bijgestelde prognoses bedraagt de raming € 78,9 mln. De bijdrage
uit de reserve Mobiliteit wordt uit voorzichtigheidsoverweging met dit verschil
verlaagd.
€ 1,1 mln (v)
Ja BAT Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
In 2017 is incidenteel voor subsidies onderhoud en vervanging veren € 1,4 mln
opgenomen. Naar verwachting wordt in 2017 beperkt gebruik gemaakt van
deze regeling. Aangezien de uitgaven afhankelijk zijn van (uitblijvende)
subsidieaanvragen worden de lasten en de baten met € 1,1 mln verlaagd.
€ 0,3 mln (n) Ja Doel 2-1 Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Uit het budget voor Verkeer en Vervoerbeleid wordt € 0,3 mln ingezet voor het
uitvoeren van extra werkzaamheden ten behoeve van de verkenning naar
draagvlak voor een nieuw luchthavenbeleid van Rotterdam The Hague Airport.
€ 0,1 mln (n) Nee FR Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Deze wijziging betreft de verhoging van de directe loonkosten, als gevolg van
de nieuwe Cao. De wijzigingen van de totale loonkosten worden nader
toegelicht bij de paragraaf Bedrijfsvoering.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Baten
€ 1,1 mln (n) Ja OVP Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Zie toelichting bij de lasten vervanging veren.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Storting in reserve
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Bijdrage uit reserve
€ 5,4 mln (n) Ja N.v.t. Dit bestaat uit de volgende reservemutaties:
Lagere bijdrage uit de reserve Mobiliteit voor project 3E-motion van € 3,4 mln.
Lagere bijdrage uit de reserve Mobiliteit voor regionale en provinciale projecten
van € 2 mln
Overzicht reserves
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
46
Mobiliteit 83.681 89.181 0 89.181
Revolverend Verenfonds 1.300 1.300 0 1.300
Totaal storting in reserve 84.981 90.481 0 90.481
Reserve bereikbaarheid 1.500 1.500 0 1.500
Mobiliteit 84.552 84.552 -5.350 79.202
Totaal bijdrage uit reserve 86.052 86.052 -5.350 80.702
47
Programma 3 Aantrekkelijk en Concurrerend
Voor een aantrekkelijk en concurrerend Zuid-Holland
Economie
Om aantrekkelijk en concurrerend te blijven, zet de provincie zich samen met partners in om de economische
kracht van het gebied rond Rotterdam en Den Haag veel beter te benutten. De basis hiervoor is het
investeringsprogramma Investeren in Vernieuwen. Dit programma is opgesteld door de Metropoolregio Rotterdam
Den Haag, de Economische Programmaraad Zuidvleugel, de rovincie Zuid-Holland, Holland Rijnland en
Drechtsteden en heeft als doel de economie in het dichtstbevolkte stuk van Nederland te vernieuwen en te
verduurzamen. Investeren in Vernieuwen bestaat uit 150 concrete projecten die zijn aangedragen door de
betrokken gemeenten, de provincie, kennisinstellingen en het bedrijfsleven.
Energie
De provincie wil snel meer energie besparen en de overgang naar schone energie slimmer en sneller realiseren.
Ruim 200 betrokkenen van bedrijven, kennisinstellingen, maatschappelijke organisaties en overheden hebben
bijgedragen aan het opstellen van de Zuid-Hollandse Energieagenda. In deze agenda staan ambities en acties
voor industrie, glastuinbouw, stedelijke omgeving, mobiliteit en infrastructuur en productie van duurzame energie.
De provincie en samenwerkingspartners werken aan vijf strategieën: innovatie, gebruik rest- en aardwarmte,
duurzaam investeren, energietransitie ruimtelijk mogelijk maken en samen werken met de regio’s.
Omgevingsbeleid
De opgave om een Omgevingsvisie, een Omgevingsverordening en Omgevingsprogramma’s binnen de kaders
van de Omgevingswet te ontwikkelen is één van de prioriteiten van het college. Voor de ontwikkeling van het
provinciale omgevingsbeleid heeft Zuid-Holland een adaptieve werkwijze ontwikkeld. Op deze manier kan de
provincie blijven inspelen op ontwikkelingen in de maatschappij en constructief meedenken met de opgaven op
gemeentelijk niveau.
Actieprogramma Slim ruimtegebruik
De provincie Zuid-Holland werkt met gemeenten en organisaties samen om de schaarse ruimte in onze
dichtbevolkte provincie beter te benutten. Eén van de vier actielijnen uit het in 2016 vastgestelde actieprogramma
Slim ruimtegebruik betreft het uitvoeren van gebiedsgerichte pilots, waarover op dit moment met meerdere
gemeenten gesprekken worden gevoerd. Het gaat dan om gebieden die om herontwikkeling vragen, maar waar
zich problemen voordoen om dit mogelijk te maken. De provincie wil in de pilots de betrokken partijen helpen om
een doorbraak te forceren, bijvoorbeeld door het beschikbaar stellen van deskundigheid.
Cultureel erfgoed
Het beleid voor cultureel erfgoed krijgt vanaf 2017 nieuwe accenten in een nieuwe beleidsvisie cultureel erfgoed.
Deze accenten betreffen de kwaliteitsverbetering van erfgoedlijnen, meer inzet op herbestemmingen gekoppeld
aan slim ruimtegebruik, monumentale gebouwen en landschapslijnen centraal stellen in transformatie-opgaven.
Daarnaast wordt de intensivering op publieksbereik archeologie, molenonderhoud en monumentrestauraties
voortgezet.
48
Wat mag dat kosten voor het programma?
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 85.203 96.986 -22.269 74.717
Baten 1.416 2.373 294 2.667
Totaal saldo baten en lasten 83.787 94.613 -22.563 72.050
Storting in reserve 13.129 40.406 12.160 52.566
Bijdrage uit reserve 32.169 41.392 -10.787 30.606
Resultaat 64.747 93.627 384 94.011
49
Doel 3-1 Een groeiende, duurzame en innovatieve economie
Wat willen we bereiken?
Met dit doel wordt beoogd het volgende te bereiken:
Vergroten van de innovatiekracht van het kennisintensieve MKB
Vergroten van het organiserend vermogen van het kennisintensieve MKB
Vergroten van het organiserend vermogen in de Greenports en in het Haven Industrie Complex (HIC)
Duurzame transitie van de Greenports en het Haven industrie Complex (HIC)
Bijstelling beleidsrealisatie
Binnen dit doel wordt, als onderdeel van de extra investeringen in een slimmer, schoner en sterker Zuid-Holland,
gewerkt aan:
Investering nummer 2 Transitie chemiecluster Rotterdams Havengebied
Het voorstel rondom de financiële bijdrage voor project ‘Waste to chemicals’ is vastgesteld in de PS vergadering
van 31 mei 2017. Bij voorjaarsnota is een bedrag van € 7,5 mln vanuit de extra investeringen in een slimmer,
schoner en sterker Zuid-Holland beschikbaar gesteld en toegevoegd aan de reserve Versterking economie.
Investering nummer 4 Transitiecampus Zuid-Holland
Het voorstel rondom de financiële bijdrage voor de Transitiecampus Zuid-Holland is vastgesteld in de PS
vergadering van 25 juni 2017. Bij Voorjaarsnota 2017 is een bedrag van € 5 mln vanuit de extra investeringen in
een slimmer, schoner en sterker Zuid-Holland beschikbaar gesteld en toegevoegd aan Versterking economie.
Investering nummer 5 ‘Investeren in vernieuwing’
Het voorstel van GS voor de inzet van de extra middelen voor het Regionaal Investeringsprogramma en
Gebiedsgericht Werken is in een aparte brief van medio mei aan PS aangeboden. Bij Voorjaarsnota 2017 is een
bedrag van € 5 mln ‘Investeren in vernieuwing' toegevoegd aan de reserve Versterking economie
Investering nummer 6 Modernisering glastuinbouwcluster Westland
Investering nummer 6 Modernisering glastuinbouwcluster Westland Het betreft een versterking van de
herstructurering en modernisering van de glastuinbouw zoals bedoeld in het Impulsprogramma van de provincie
Zuid-Holland voor € 4mln. Door de gemeente Westland een subsidie te verlenen voor het opkopen en uitplaatsen
van de in de weg liggende woningen/obstakels kunnen 200 hectare tuinbouwareaal worden vrijgespeeld voor
modernisering en herstructurering die de provincie voor ogen staat. De provincie werkt in coalitieverband (HOT)
samen met het bedrijfsleven om te komen tot een duurzaam tuinbouwcluster voor de toekomst.
Investering nummer 7 Cofinanciering van de innovatiestimulering MKB.
De verhoging van het Subsidieplafond 2017 regeling MKB Innovatiestimulering Topsectoren Zuid-Holland (MIT
ZH) is vastgesteld in de PS vergadering van 22 februari 2017. Bij Voorjaarsnota 2017 is een bedrag van € 1 mln
beschikbaar gesteld en toegevoegd aan de reserve Versterking economie.
MKB innovatieondersteuning topsectoren (MIT)
Uitvoering van de samenwerkingsagenda 'Gezamenlijke innovatie ondersteuning MKB'
Door middel van de samenwerking met het Rijk (samenwerkingsagenda 'Gezamenlijke MKB
innovatieondersteuning') en via de subsidieregeling MKB innovatieondersteuning topsectoren (MIT) Zuid-Holland
stimuleert de provincie innovatie in het MKB. Het Rijk heeft de MIT regeling recent geëvalueerd. Uit het rapport
blijkt onder meer dat de regeling toegankelijk is, voorziet in een duidelijke behoefte en ondersteunt het MKB in de
eerste fase van innovatietrajecten. Voorts bevestigt de evaluatie dat innovatieve mkb’ers baat hebben bij het
gezamenlijk optrekken van het Rijk en de provincies in de MIT. In 2017 is er voor deze MIT regeling € 10 mln
begroot, € 3 mln voor Haalbaarheids- en innovatieadviesprojecten en € 7 mln voor R&D samenwerkingsprojecten
(50% rijks-cofinanciering). Meer dan 50% van de MIT aanvragen wordt afgewezen omdat er niet voldoende
50
budget is. Binnen programma 3 Economie is een reservering voor het afdekken van het risico van de investering
in InnovationQuarter. Deze reservering is destijds gebaseerd op een schatting en niet op een risico analyse. Deze
analyse is ondertussen wel uitgevoerd en gebleken is dat op dit moment de huidige reservering hoger is dan
nodig. € 3 mln die begroot is voor het afdekken van dit risico kan op een andere wijze worden ingezet. Deze € 3
mln wordt ingezet voor MIT in 2017.
Bij voorjaarsnota/kadernota is door Provinciale Staten over een investeringsimpuls van in totaal € 48 mln.
toegekend, met daarin een bedrag van € 5 mln. voor innovatie. Daarbinnen is € 3,5 mln. bestemd voor Fieldlabs.
Voor Fieldlabs is beoogd zo middelen beschikbaar te stellen voor projecten die net niet passen binnen een EFRO
call , maar wel goed passen binnen de Roadmap Next economy. In het kader hiervan is ook het Fieldlab
Composite Automation Development Center (CADC ) genoemd van TU Delft. In het Voortgangsbericht Regionaal
Investeringsprogramma dat GS onlangs aan PS zond, is een nadere beschrijving van dit Fieldlab opgenomen.
De aanvraag van TU Delft voor het CADC is 12 mei jl. ingediend bij EFRO Kansen voor West II en is als kansrijk
aangemerkt, maar er moest volgens de onafhankelijke deskundigencommissie EFRO Kansen voor West II nog
wel aan geschaafd worden. In september 2017 volgt een nieuwe openstelling voor de EFRO. Hierna, in het
laatste kwartaal van 2017, zal de deskundigencommissie de aangepaste aanvraag van het CADC opnieuw
beoordelen.
In het geval van het fieldlab CADC speelt dat TU Delft, betrokken bedrijven en regionale consortiumpartners van
het CADC (w.o. de provincie) het belangrijk vinden dat het CADC per 1 januari 2018 van start gaat. Dit omdat de
betrokken bedrijven vanaf begin 2018 in het CADC aan hun automatiseringsvragen en digitaliseringsvragen met
betrekking tot composietproductie willen werken.
Vanwege het belang van de start begin 2018 en omdat we op dit moment niet kunnen voorspellen dat EFRO
wordt toegekend, wordt voorgesteld om max. € 1,75 mln. te reserveren als een achtervang om die, bij een
afwijzing binnen EFRO, op dat moment in de vorm van een incidentele subsidie aan het CADC toe te kunnen
kennen.
Dit gaat dan ten laste van de investeringsimpuls, onderdeel Fieldlabs. De provincie gaat dan ook in gesprek met
de betrokken gemeenten om, op basis van de gezamenlijke intentieverklaring# voor de vestiging van het CADC,
te bezien wat zij bijdragen aan de achtervangfinanciering (ad. maximaal € 1,75 mln.). Voorts wordt in het kader
van de eventuele verlening van een incidentele subsidie aan TU Delft ten behoeve van het CADC
(achtervangfunctie) aan PS gevraagd om GS hiervoor te mandateren om zodat GS de benodigde snelheid in het
proces kan waarborgen.
Naast deze eventueel benodigde incidentele subsidie speelt er een liquiditeitstekort in de opstartfase van het
fieldlab CADC. Om dit liquiditeitstekort weg te nemen en zo een tijdige opstart mogelijk te maken, vraagt GS aan
PS toestemming om een lening te verstrekken aan TU Delft van maximaal € 2,4 mln. Deze lening, die dient te
voldoen aan de regels voor staatssteun, kent een maximale looptijd van 5 jaar.
Zodra GS een besluit neemt met betrekking tot de incidentele subsidie van maximaal € 1,75 mln. en/of de lening
van maximaal € 2,4 mln. wordt PS per ommegaande geïnformeerd over deze besluitvorming. Indien er geen
besluitvorming heeft plaatsgevonden voor de behandeling van de Voorjaarsnota 2018 vervallen bovengenoemde
besluiten.
Effectindicatoren (= outcome indicatoren)
Omschrijving Nulmeting 2017 2018 2019 2020
3.1.a Procentuele jaarlijkse groei van het inkomen van
de prioritaire clusters
0,1 0,1 0,1 0,1 0,1
51
Toelichting effectindicator(en)
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Wat mag dat kosten voor het doel?
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 12.264 24.477 -2.486 21.991
Baten 80 381 580 961
Totaal saldo baten en lasten 12.184 24.096 -3.066 21.030
Storting in reserve 3.100 25.000 8.464 33.464
Bijdrage uit reserve 300 8.322 5.235 13.557
Resultaat 14.984 40.774 162 40.937
Toelichting bijstelling
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Lasten
€ 4,15 mln (v) Ja
Doel 5.1
RES
RES
RES
Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Vanwege de grote belangstelling voor de MIT-regeling wordt het budget 2017
verhoogd:
het Rijk heeft via het Provinciefonds € 0,4 mln extra toegezegd;
vanuit de Impulsgelden is € 1 mln toegekend aan de MIT regeling (via
reserve Versterking Economie).
Daarnaast wordt € 2,5 mln extra beschikbaar gesteld voor de MIT
regeling 2017 (uit de reserve Versterking Economie).
De lasten 2017 stijgen hierdoor met € 3,9 mln. Voor 2018 wordt € 1,3 mln.
extra beschikbaar gesteld. In totaal derhalve € 5,1 mln.
Er wordt verwacht dat van de eerder verleende bedragen 2017 in voor-en
najaarsnota 2017 € 8 mln pas in 2018 door subsidieontvangers zal worden
besteed. Daarom wordt dit bedrag in de reserve gestort. Per saldo dalen de
lasten 2017 hierdoor met € 4,15 mln.
€ 1,3 mln (n)
Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Voor het onderwerp Versterking economie wordt € 1,3 mln voor het jaar 2017
uit de reserve onttrokken. De uitgaven hebben betrekking op proceskosten als
gevolg van projecten en opdrachten gericht op de versterking van de
economie.
€ 0,4 mln (v)
Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Van de verleende bedragen 2017 Regionale Net werken Topsectoren (RNT) -
regeling zal door de subsidieontvangers € 0,4 mln pas in 2018 en 2019 worden
besteed. Dit bedrag wordt in de reserve RNT gestort.
€ 0,5 mln (n)
Ja OVP
Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
De eindafrekening van de OVP middelen Clusterregeling met derden is
volledig afgerond. Van de resterende middelen kan € 0,5 mln worden ingezet
voor Innovatie Prestatie Contracten (IPC) kosten.
€ 0,1 mln (n)
Ja OVP Deze wijziging betreft een administratieve bijstelling.
De activiteiten voor het programma Voordelta zijn in 2017 afgerond. Het
restbedrag van € 81.000 wordt vanuit de OVP Voordelta toegevoegd, ter
bestemming in 2017.
€ 0,3 mln (n)
Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
De EFRO uitgaven zijn, door wijziging in de fasering, in 2017 hoger dan
geraamd. Daarom wordt € 0.3 mln. aan de reserve EFRO onttrokken.
52
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
€ 0,4 mln (v)
Ja FR Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
De subsidieafrekening van de cofinanciering watercentrum Delft leidt tot een
vrijval van € 0,4 mln.
€ 0,2 mln (n)
Ja Paragraaf
Bedrijfs-
voering
Deze wijziging betreft een administratieve bijstelling.
Als gevolg van wijzigingen in de wetgeving wordt de overhead op een andere
wijze verdeeld over de organisatie. Het betreft hier een actualisering van de
eerder berekende taakstelling.
€ 0,2 mln (v)
Ja Doel 3.5 Deze wijziging betreft een administratieve bijstelling van budget.
Het budget Greenports wordt overgebracht naar 3.5. In doel 3.1 was het
abusievelijk onder de middelen schaalsprong begroot.
€ 0,2 mln (n)
Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Onderdeel van de investeringsimpuls van € 48 mln vormt de fasering Glas
Westland (totaal € 4 mln). In de Begroting 2018 wordt voor de komende jaren €
3,8 mln. onttrokken aan de reserve Versterking Economie, waarin de middelen
tijdelijk zijn verantwoord. Nu wordt € 0.2 mln. onttrokken in verband met
voorbereidingskosten in 2017.
€ 0,1 mln (n) Nee Paragraaf
Bedrijfs-
voering
Deze wijziging betreft een administratieve bijstelling.
Deze wijziging betreft de directe loonkosten, als gevolg van de nieuwe CAO.
De wijzigingen van de totale loonkosten worden nader toegelicht bij de
paragraaf Bedrijfsvoering.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Baten
€ 0,08 mln (v) Ja OVP
Deze wijziging betreft een administratieve bijstelling.
De activiteiten voor het programma Voordelta zijn in 2017 afgerond. Het
restbedrag van € 80.000 wordt vanuit de OVP Voordelta toegevoegd.
€ 0,5 mln (v)
Ja OVP Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
De eindafrekening van de OVP middelen Clusterregeling met derden is
volledig afgerond. Van de resterende middelen kan € 0,5 mln worden ingezet
voor IPC kosten. (zie lasten)
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Storting in reserve
€ 8,5 mln (n) N.v.t. De lasten worden gebruikt voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote storting in de programmareserve
bijgesteld.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Bijdrage uit reserve
€ 5,2 mln (v) N.v.t. De lasten van dit doel worden deels gedekt uit programmareserves. Hierin zijn
middelen gereserveerd voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote onttrekking uit de programmareserve
bijgesteld.
53
Overzicht reserves
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Interreg-cofinanciering EFRO 2.500 2.500 31 2.531
Regionale netwerken topsectoren 0 0 433 433
Versterking economie 0 22.500 0 22.500
MIT MKB Innovatiestimulering topsect 0 0 8.000 8.000
WorldExpo 2025 600 0 0 0
Totaal storting in reserve 3.100 25.000 8.464 33.464
EFRO middelen 0 0 31 31
Interreg-cofinanciering EFRO 0 2.146 250 2.396
Regionale netwerken topsectoren 0 526 0 526
Versterking economie 0 950 4.954 5.904
MIT MKB Innovatiestimulering topsect 0 4.500 0 4.500
IRP Goeree-Overflakkee 300 200 0 200
Totaal bijdrage uit reserve 300 8.322 5.235 13.557
54
Doel 3-2 Schone en toekomstbestendige energie
Wat willen we bereiken?
Bijdragen aan de afspraken die in Parijs zijn gemaakt om de CO2-uitstoot terug te brengen met 80 tot 95% in
2050
Bevorderen van energiebesparing in de industrie en de gebouwde omgeving
Faciliteren van de opwekking van duurzame energie
Activeren, faciliteren en motiveren van partijen ten aanzien van de ontwikkeling, levering, inzet en gebruik
van duurzame warmte.
Bijdragen aan leveringsbetrouwbare schone energie
Ervaring opdoen met CO2-afvang en -opslag
Benutten van kansen voor innovatie en economie
Bijstelling beleidsrealisatie
Binnen dit doel wordt, als onderdeel van de extra investeringen in een slimmer, schoner en sterker Zuid-Holland,
gewerkt aan:
Extra Impuls Investering nummer 1 Fonds ter financiering van kleinschalige, maatschappelijke
energieprojecten
De subsidieregeling voor lokale energie-initiatieven beoogt de bewustwording van de noodzakelijke energie-
transitie in de maatschappij te vergroten en deze te versnellen. Lokale initiatieven zorgen er voor dat het
eigenaarschap van de energietransitie tot in de haarvaten van de samenleving doordringt. De regeling biedt
initiatiefnemers de mogelijkheid om hun project professioneel voor te bereiden, waarmee de slagingskans ervan
groter wordt. Het al beschikbaar gestelde budget ad € 2 mln wordt over 3 kalenderjaren verdeeld (waarvan
€ 0,8 mln voor 2017).
De subsidieregeling "asbest eraf, zon erop" bevordert het verwijderen en verantwoord afvoeren van asbestdaken
in combinatie met het stimuleren van duurzame energieopwekking. De regeling is verruimd naar een bredere
doelgroep, na afloop van een oude regeling die specifiek was toegesneden op de landbouw. De nog beschikbare
middelen worden onttrokken aan de reserve (zonnepanelen / asbest) en ter begroting gebracht voor de jaren
2018 - 2023.
Effectindicatoren (= outcome indicatoren)
Omschrijving Nulmeting 2017 2018 2019 2020
3.2.a Aandeel duurzame energie in Zuid Holland (%) 3.1 % 5% 6% 7% 9%
3.2.b Geleverde duurzame energie in Zuid Holland
(PJ)
13.4 PJ 21 26 30 39
3.2.c Vermeden CO2 uitstoot door duurzame energie
inzet in Zuid Holland (in Mton)
1.7 3.2 3.9 4.5 5.9
3.2.d Absolute energiebesparing ten opzichte van
1990 (PJ)
-34 PJ -34 -29 -21 -14
3.2.e Vermeden CO2 uitstoot door energie-efficiëntie,
besparing en transitie ten opzichte van 1990
(Mton)
-4 Mton -4 -3 -2 -1
3.2.f Totale emissie van CO2 door finaal
energiegebruik in Zuid Holland (Mton)
40 44 43 42 41
Toelichting effectindicator(en)
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
55
Wat mag dat kosten voor het doel?
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 1.867 5.638 -1.900 3.738
Baten 0 182 0 182
Totaal saldo baten en lasten 1.867 5.456 -1.900 3.557
Storting in reserve 6.000 6.000 1.200 7.200
Bijdrage uit reserve 170 1.759 -870 889
Resultaat 7.697 9.697 170 9.867
Toelichting bijstelling
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Lasten
€ 1,2 mln (v) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
In het Impulsprogramma van € 48 mln is € 2 mln opgenomen voor
Kleinschalige, maatschappelijke energieprojecten. Dit bedrag is in de
Voorjaarsnota 2017 verwerkt. De nadere verdeling van deze middelen over de
jaren 2017-2019 wordt nu verwerkt via de reserve. De verdeling 17-18-19 is
respectievelijk € 0,8 mln – € 0,6 mln - € 0,6 mln.
€ 0,17 mln (n) Ja Doel 5.1 Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Het ministerie van Economische Zaken heeft een bedrag van € 170.000
toegekend voor het project Warmte Koude 2017. Het bedrag wordt via het
Provinciefonds overgemaakt, via de baten bij doel 5.1.
€ 0,9 mln (v)
Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
De nieuwe subsidieregeling zonnepanelen is in de Voorjaarsnota 2017
verwerkt. Het budget van € 0,9 mln wordt grotendeels verdeeld over de periode
2018 – 2023. Het deel voor 2018 en verder wordt in deze najaarsnota in de
reserve Asbest / zonnepanelen gestort.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Baten
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Storting in reserve
€ 1,2 mln (n) N.v.t. De lasten worden gebruikt voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote storting in de programmareserve
bijgesteld.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Bijdrage uit reserve
€ 0,9 mln (n) N.v.t. De lasten van dit doel worden deels gedekt uit programmareserves. Hierin zijn
middelen gereserveerd voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote onttrekking uit de programmareserve
bijgesteld.
56
Overzicht reserves
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Mitigatie/Energie 0 0 1.200 1.200
Risicoreserve Energiefonds 6.000 6.000 0 6.000
Totaal storting in reserve 6.000 6.000 1.200 7.200
Mitigatie/Energie 0 617 0 617
Greendeal Zonnepanelen-asbest 0 920 -870 50
Programma Warmte-Koude Z-H 0 52 0 52
Versterking economie 170 170 0 170
Totaal bijdrage uit reserve 170 1.759 -870 889
57
Doel 3-3 Beter benut (bebouwd) gebied
Wat willen we bereiken?
Met dit doel wordt beoogd het volgende te bereiken:
Nieuwe stedelijke ontwikkelingen concentreren binnen bebouwd gebied
Nieuwe stedelijke ontwikkelingen concentreren nabij haltes Hoogwaardig Openbaar Vervoer (HOV)
Hergebruik en transformatie leegstaande kantoren, detailhandel en ander leegstand vastgoed
Versterken interactiemilieus (hotspots, campussen en binnensteden)
Bijstelling beleidsrealisatie
Slechts marginale financiële bijstellingen bij najaarsnota (terugboekingen naar reserves) zonder politiek relevante
gevolgen voor beleidsrealisatie.
Toelichting effectindicator(en)
Voor dit doel zijn er geen effectindicatoren.
Wat mag dat kosten voor het doel?
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 20.498 15.694 -2.780 12.914
Baten 0 0 118 118
Totaal saldo baten en lasten 20.498 15.694 -2.898 12.796
Storting in reserve 300 300 0 300
Bijdrage uit reserve 11.221 6.028 -2.873 3.156
Resultaat 9.577 9.966 -25 9.941
Toelichting bijstelling
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Lasten
€ 0,5 mln (v) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
De subsidieaanvraag voor het Energieweb Glasparel+ is ingediend maar nog
niet volledig genoeg om in 2017 al tot toekenning over te gaan, waardoor de
uitgaven in 2017 lager zullen zijn. De hiervoor gereserveerde middelen worden
daarom teruggestort in de betreffende reserve en zullen op een later moment
weer worden onttrokken.
€ 0,6 mln (v) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Voor de aanpak van verspreide glastuinbouw werd nog een businesscase en
een subsidieaanvraag verwacht. Inmiddels is bekend dat deze aanvraag niet
meer zal komen en wordt de begrote onttrekking teruggestort in de reserve.
€ 0,1 mln (n) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Ten behoeve van niet eerder begrote onderwerpen (Gezonde Leefomgeving,
Masterclass en Trendpublicatie) in het kader van de Toekomstagenda worden
middelen onttrokken aan de reserve Toekomstagenda.
€ 0,1 mln (v) Ja FR Deze wijziging betreft een administratieve bijstelling.
Als gevolg van wijzigingen in de wetgeving wordt de overhead op een andere
wijze verdeeld over de organisatie. Het betreft hier een actualisering van de
eerder berekende taakstelling.
€ 0,1 mln (n) Ja BAT Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Voor de externe detachering gedurende 2017 van 2 provinciale medewerkers
worden baten ontvangen. Deze baten waren nog niet eerder begroot en mogen
worden ingezet ten behoeve van eventuele vervanging. Het
arbeidskostenbudget wordt met deze boeking verhoogd.
58
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
€ 1,8 mln (v) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
De implementatie van de Omgevingswet heeft in het landelijke traject
vertraging opgelopen. Hierdoor worden de geraamde lasten over een langere
tijd uitgestreken.
€ 0,1 mln (n) Nee Deze wijziging betreft een administratieve bijstelling.
Deze wijziging betreft de verhoging van de directe loonkosten, als gevolg van
de nieuwe Cao. De wijzigingen van de totale loonkosten worden nader
toegelicht bij de paragraaf Bedrijfsvoering.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Baten
€ 0,1 mln (v) Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Voor de externe detachering van 2 provinciale medewerkers worden baten
ontvangen. Deze baten waren nog niet eerder begroot en kunnen binnen het
arbeidskostenbudget worden ingezet voor eventuele vervanging.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Storting in reserve
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Bijdrage uit reserve
€ 2,9 mln (n) Ja N.v.t. De lasten van dit doel worden deels gedekt uit programmareserves. Hierin zijn
middelen gereserveerd voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote onttrekking uit de programmareserve
bijgesteld.
Overzicht reserves
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Opstellen integrale onderzoeksagenda 300 300 0 300
Totaal storting in reserve 300 300 0 300
Sanering glastuinbouw 1.035 1.035 -638 397
Res Project duurz ontw. Zuidplaspold 7.470 2.177 -500 1.677
Implementatie Omgevingswet 2.620 2.620 -1.820 800
Opstellen integrale onderzoeksagenda 97 97 85 182
IRP Goeree-Overflakkee 0 100 0 100
Totaal bijdrage uit reserve 11.221 6.028 -2.873 3.156
59
Doel 3-4 Goede ruimtelijke kwaliteit
Wat willen we bereiken?
Met dit doel wordt beoogd het volgende te bereiken:
Zorgvuldig ruimtegebruik buiten Bestaand stads- en dorpsgebied (BSD), waarbij aandacht is voor de kwaliteit
van de ontwikkeling en zijn omgeving
Beschermen van specifieke waarden
Behouden en ontwikkelen van waardevolle landschapselementen
Bijstelling beleidsrealisatie
Slechts marginale financiële bijstelling bij najaarsnota (terugstorting naar financiële ruimte) zonder politiek
relevante gevolgen voor beleidsrealisatie.
Toelichting effectindicator(en)
Voor dit doel zijn er geen effectindicatoren.
Wat mag dat kosten voor het doel?
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 3.515 2.084 13 2.096
Baten 0 0 0 0
Totaal saldo baten en lasten 3.515 2.084 13 2.096
Storting in reserve 0 1.038 0 1.038
Bijdrage uit reserve 9 9 -9 0
Resultaat 3.506 3.112 22 3.134
Toelichting bijstelling
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Lasten
€ 13.000,- Er stonden nog ten onrechte lasten begroot ad € 9.000 ten laste van de
reserve natuurcompensatie binnen dit doel. Deze begrote lasten worden
verlaagd naar nul. Overige is herverdeling directe loonkosten.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Baten
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Storting in reserve
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Bijdrage uit reserve
€ 9.000,- N.v.t. Er stonden nog ten onrechte lasten begroot ad € 9 duizend mln ten laste van
de reserve natuurcompensatie binnen dit doel. Deze begrote lasten worden
verlaagd naar nul. Daarmee wordt ook de bijdrage uit de reserve verlaagd naar
nul.
60
Overzicht reserves
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Groene ambities 0 1.038 0 1.038
Totaal storting in reserve 0 1.038 0 1.038
Reserve Natuurcompensatie 9 9 -9 0
Totaal bijdrage uit reserve 9 9 -9 0
61
Doel 3-5 Vraag en aanbod wonen, werken en voorzieningen in balans
Wat willen we bereiken?
Met dit doel wordt beoogd het volgende te bereiken:
Levendige en krachtige stads- en dorpscentra
Vraag naar en aanbod van woningen in balans (kwantitatief en kwalitatief)
Bedrijfslocaties realiseren die de vitaliteit en kracht van het bedrijfsleven versterken
Vraag naar en aanbod van werklocaties in balans (kwantitatief en kwalitatief)
Bijstelling beleidsrealisatie
Verlaging exploitatiemiddelen Planvorming bedrijventerreinen
Het overschot planvorming bedrijventerreinen betreft:
Middelen voor de planvorming binnen de greenports;
Middelen voor planvorming op overige bedrijventerreinen, waarvan in de jaren 2014/2015 geen gebruik is
gemaakt;
De regeling voor de Greenports past niet meer bij de manier waarop we nu onze werkzaamheden hebben
ingericht. Daarom hebben we ervoor gekozen om deze middelen terug te storten in de algemene reserve. De
planvormingsregeling voor overige bedrijventerreinen is inmiddels weer opgesteld en er wordt ook goed gebruik
van gemaakt. De beschikbare middelen zijn toereikend voor de uitvoering, waardoor we geen aanspraak meer
willen doen op de middelen die nog in de reserve staan.
Effectindicatoren (= outcome indicatoren)
Omschrijving Nulmeting 2017 2018 2019 2020
3.5.a Aantal gemeenten dat in het kader van de
rapportage Interbestuurlijk toezicht op het
domein huisvesting vergunninghouders rood
scoort
0 0 0 0 0
3.5.b Leegstandspercentage kantoren in Zuid-Holland
mag niet oplopen t.o.v. het
leegstandspercentage kantoren in Nederland
1,7% ≤1,7% ≤1,7% ≤1,7% ≤1,7%
Toelichting effectindicator(en)
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Wat mag dat kosten voor het doel?
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 23.179 23.124 -10.618 12.506
Baten 0 0 0 0
Totaal saldo baten en lasten 23.179 23.124 -10.618 12.506
Storting in reserve 0 0 120 120
Bijdrage uit reserve 13.264 13.264 -10.200 3.064
Resultaat 9.915 9.860 -298 9.562
62
Toelichting bijstelling
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Lasten
€ 9,0 mln (v) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Uit recente informatie van EZ is gebleken dat de activiteiten voor de
alternatieve locatie Hoeksche Waard naar verwachting niet in 2017 maar in
2018 zullen plaatsvinden. Het desbetreffende budget wordt daarom in de
reserve gestort en in 2018 ter begroting gebracht.
€ 0,5 mln (v)
Nee
FR
Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Vanuit de exploitatiemiddelen Planvorming bedrijventerreinen valt met ingang
van 2017 structureel € 0,5 mln vrij aan de algemene middelen.
€ 1,3 mln (v)
Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Op basis van actuele dossiergegevens wordt de onttrekking 2017 aan de
reserve Bedrijventerreinen neerwaarts bijgesteld met € 1,2 mln. De storting
wordt met € 0,1mln verhoogd.
€ 0,2 mln (n)
Ja Doel 3.1 Deze wijziging betreft een administratieve bijstelling van budget.
Het budget Greenports wordt overgebracht van Doel 3.1, waar het abusievelijk
onder de middelen schaalsprong was begroot.
€ 0,1 mln (v)
Ja Doel 3.3 Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
De bijdrage 2017 van doel 3.5 aan de Gebiedsverkenning Westland-HOT-
GPWO bedraagt € 0,1 mln.
€ 0,1 mln (n) Nee Paragraaf
Bedrijfs-
voering
Deze wijziging betreft een administratieve bijstelling.
Deze wijziging betreft de verhoging van de directe loonkosten, als gevolg van
de nieuwe CAO. De wijzigingen van de totale loonkosten worden nader
toegelicht bij de paragraaf Bedrijfsvoering.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Baten
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Storting in reserve
€ 0,1 mln (n) N.v.t. De lasten worden gebruikt voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote storting in de programmareserve
bijgesteld.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Bijdrage uit reserve
€ 10,2 mln (n) N.v.t. De lasten van dit doel worden deels gedekt uit programmareserves. Hierin zijn
middelen gereserveerd voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote onttrekking uit de programmareserve
bijgesteld.
63
Overzicht reserves
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Bedrijventerreinen 0 0 120 120
Totaal storting in reserve 0 0 120 120
Bedrijventerreinen 2.899 2.899 -1.200 1.699
Manden maken 615 615 0 615
Alt.locatie Hoeksche Waard 9.000 9.000 -9.000 0
Bedrijventerreinen:IRP Oude Rijnzone 750 750 0 750
Totaal bijdrage uit reserve 13.264 13.264 -10.200 3.064
64
Doel 3-6 Beschermd, bekend en beleefbaar cultureel erfgoed
Wat willen we bereiken?
Met dit doel wordt beoogd het volgende te bereiken:
Erfgoedlijnen ontwikkelen en versterken en het verhaal vertellen
Onderhoudsachterstand monumenten wegnemen en nieuwe functies geven
Presenteren en toegankelijk maken van de Zuid-Hollandse archeologische vondsten
Beschermen cultureel erfgoed
Bijstelling beleidsrealisatie
Er zijn in beperkte zin wijzigingen t.o.v. de begroting. Die worden bij de financiële mutaties toegelicht. Het
verschuiven van budget t.b.v. publieksbereik archeologie van 2018 naar 2017 is te zien als een versnelling.
Effectindicatoren (= outcome indicatoren)
Omschrijving Nulmeting 2017 2018 2019 2020
3.6.a Percentage bestemmingsplannen cultureel
erfgoed zonder zienswijze
80 80 80 80 80
3.6.b Aantal omwentelingen Zuid-Hollandse molens 200.000 200.000 200.000 200.000 200.000
3.6.c Aantal bezoekers iconen erfgoedlijnen 595.000 610.000 630.000 650.000 650.000
3.6.d Waardering bezoekers iconen erfgoedlijnen 8 8 8 8 8
3.6.e Aantal vrijwilligersuren erfgoedlijnen 17.300 18.000 19.000 20.000 20.000
3.6.f Aantal bezoekers website geschiedenis van
Zuid-Holland.nl
92.000 96.000 98.000 100.000 100.000
3.6.g Aantal bezoekers Archeologiehuis 50.000 52.000 54.000 55.000 55.000
3.6.h Waardering bezoekers Archeologiehuis 8 8 8 8 8
3.6.i Aantal bruiklenen Archeologisch Depot 33 36 38 40 40
Toelichting effectindicator(en)
3.6.e: Het aantal vrijwilligersuren erfgoedlijnen komt in 2017 waarschijnlijk hoger uit dan begroot: ongeveer
29.000. Dit was bij voorjaarsnota nog niet bekend; de aanvragen zijn in de afgelopen maanden binnen gekomen.
Wat mag dat kosten voor het doel?
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 16.207 16.487 -3.741 12.746
Baten 504 504 -498 7
Totaal saldo baten en lasten 15.703 15.983 -3.243 12.740
Storting in reserve 0 3.750 2.350 6.100
Bijdrage uit reserve 2.400 5.339 -1.202 4.137
Resultaat 13.303 14.394 309 14.703
Toelichting bijstelling
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Lasten
€ 4,1 mln (v) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Op basis van de ingediende subsidieaanvragen 2016 en 2017 voor erfgoed en
monumenten is de fasering over de jaren herberekend. Op basis hiervan wordt
€ 2.4 mln in de reserve gestort en wordt € 1,7 mln minder onttrokken.
Onderdeel van de fasering naar 2018 is Fort Wierickerschans, waarvan de
schatting is dat er voor € 1 mln in 2018 zal worden uitgevoerd.
65
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
€ 0,2 mln (n)
Ja FR Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Voor publieksbereik Archeologie wordt € 170.000 niet in 2018 maar al in 2017
besteed. Verlaging van het budget 2018 vindt in de Begroting 2018 plaats.
€ 0,1 mln (n)
Ja Doel 5.1 Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Het Rijk heeft € 51.000 aan het Provinciefonds toegevoegd voor de
monumentenmonitor. Dit bedrag wordt toegevoegd aan het budget restauraties
rijksmonumenten.
€ 0,1 mln (n) Nee Paragraaf
Bedrijfs-
voering
Deze wijziging betreft een administratieve bijstelling.
Deze wijziging betreft de verhoging van de directe loonkosten, als gevolg van
de nieuwe CAO. De wijzigingen van de totale loonkosten worden nader
toegelicht bij de paragraaf Bedrijfsvoering.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Baten
€ 0,5 mln (n) Ja RES Deze wijziging betreft een administratieve bijstelling van budget.
Betreft administratieve overboeking van baten ISV3 naar Reserve ISV3. De
baten worden daarom verlaagd. De middelen worden aan de reserve
onttrokken.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Storting in reserve
€ 2,4 mln (n) N.v.t. De lasten worden gebruikt voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote storting in de programmareserve
bijgesteld.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Bijdrage uit reserve
€ 1,2 mln (v) N.v.t. De lasten van dit doel worden deels gedekt uit programmareserves. Hierin zijn
middelen gereserveerd voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote onttrekking uit de programmareserve
bijgesteld.
Overzicht reserves
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Rest.rijksmonumenten & erfgoedlijnen 0 3.750 2.350 6.100
Totaal storting in reserve 0 3.750 2.350 6.100
Voorm.Invest.budg.Sted.Vern.3 (ISV3) 0 0 498 498
2016 DP Molens CVT groot onderhoud 200 200 0 200
Rest.rijksmonumenten & erfgoedlijnen 2.200 5.139 -1.700 3.439
Totaal bijdrage uit reserve 2.400 5.339 -1.202 4.137
66
Doel 3-7 Schonere bodem en beter benutte bodem en ondergrond
Wat willen we bereiken?
Met dit doel wordt beoogd het volgende te bereiken:
Saneren of beheersen spoedlocaties en adequate nazorg van restverontreiniging
Herontwikkelen locaties met bodemverontreiniging en herontwikkelen voormalige vuilstortplaatsen
Beheersen van verontreinigingen stortlocaties
Duurzaam gebruik van de ondergrond en toepassing 3D-ordening
Bijstelling beleidsrealisatie
Slechts marginale financiële bijstellingen bij najaarsnota (terugboekingen naar reserves) zonder politiek relevante
gevolgen voor beleidsrealisatie.
Effectindicatoren (= outcome indicatoren)
Omschrijving Nulmeting 2017 2018 2019 2020
3.7.a Aantal spoedlocaties (MTR-lijst 2013) waarvan
de risico’s zijn gesaneerd dan wel zijn beschikt
als niet-spoed locatie.
112 20% 40% 60% 80%
3.7.b Aantal grondwater locaties met invloed op een
KRW kwetsbaar object waarvan de risico’s zijn
gesaneerd dan wel alsnog als niet-spoed -
locatie zijn beschikt.
0% 10% 20% 50% 100%
Toelichting effectindicator(en)
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Wat mag dat kosten voor het doel?
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 7.672 9.483 -758 8.725
Baten 832 1.306 93 1.399
Totaal saldo baten en lasten 6.840 8.177 -851 7.326
Storting in reserve 3.729 4.318 26 4.344
Bijdrage uit reserve 4.805 6.671 -868 5.803
Resultaat 5.764 5.824 43 5.867
Toelichting bijstelling
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Lasten
€ 0,5 mln (v) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Voor zover de provincie de jaarstukken 2016 met accountantsverklaring van de
omgevingsdiensten heeft ontvangen, worden deze afgewikkeld en de lasten
gecorrigeerd. Eventuele verschillen tussen stand opgenomen bij jaarrekening
2016 en daadwerkelijke eindstand worden bij Najaarsnota ten gunste of laste
van de reserve afgewikkeld. Op basis van de nu beschikbare definitieve cijfers
en prognose worden de lasten bijgesteld en de eerder begrote onttrekkingen
aan de reserve Bodemsanering bijgesteld.
€ 0,2 mln (v) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
De begrote onttrekking aan de reserve Bodemsanering voor de bijdrage aan
de voetgangersbrug op het Sluiseiland wordt teruggedraaid. Gemeente Gouda
zal de aanvraag voor de bijdrage aan de voetgangersbrug niet in 2017
67
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
indienen. Door Midden Holland wordt momenteel aan een vervolgverkenning
en een projectvoorstel gewerkt voor de locatie van een containeroverslagpunt.
Afhankelijk van de uitkomst van het projectvoorstel kan de gemeente Gouda
de bijdrage voor de voetgangersbrug alsnog aanvragen. Dit zal niet eerder dan
in 2018 plaatsvinden.
€ 0,1 mln (n) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Voor de locaties Schanspolder en Geitenwei binnen het programma
Hollandsche IJssel is geconstateerd dat zaken nog niet optimaal functioneren,
waardoor deze locaties nog niet kunnen worden overgedragen aan de
omgevingsdienst Midden-Holland.
Voor beide locaties zijn nu adviesbureaus ingeschakeld om de oorzaken te
onderzoeken en de herstelwerkzaamheden in gang te laten zetten. Hiervoor
worden de middelen onttrokken aan de reserve Bodemsanering.
€ 0,1 mln (v) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Op basis van de accountantsverklaring wordt het restant van de in 2013 door
de provincie betaalde bijdrage aan Capelle aan den IJssel voor de
kwaliteitsimpuls IJsseloevers teruggegeven door de gemeente en gestort in de
reserve Bodemsanering.
€ 0,2 mln (v) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
De verkoop van de bouwkavels binnen het project Gouda-Zuider IJsseldijk
heeft plaatsgevonden, maar het woonrijp maken van de kavels heeft vertraging
opgelopen door de latere voltooiing van de villa’s hierdoor worden de begrote
lasten bijgesteld.
€ 0,1 mln (n) Ja BAT Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
De subsidie voor de Cantineweg Katwijk is verleend en zal na vaststelling bij
het Rijk worden verhaald in het kader van de Bedrijvenregeling.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Baten
€ 0,2 mln (v) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
De subsidieverlening voor de Cantineweg Katwijk wordt verhaald bij het Rijk en
gestort in de reserve. Deze ontvangst wordt nu begroot.
€ 0,1 mln (n) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
De verwachting is dat de baten voortvloeiend uit de liquidatie van de Stichting
Herontwikkeling Zellingwijk lager zullen uitvallen dan oorspronkelijk begroot.
De stichting is in de afrondende fase van het afhandelen van de bankzaken en
het restant bedrag van de bankrekening zal worden overgemaakt aan de
provincie.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Storting in reserve
€ 26.205,- N.v.t. Diverse kleine bijstellingen.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Bijdrage uit reserve
€ 0,9 mln (n) N.v.t. De lasten van dit doel worden deels gedekt uit programmareserves. Hierin zijn
middelen gereserveerd voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote onttrekking uit de programmareserve
bijgesteld.
68
Overzicht reserves
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Meerjarenplan Bodemsanering 3.729 4.318 26 4.344
Totaal storting in reserve 3.729 4.318 26 4.344
Meerjarenplan Bodemsanering 4.805 6.671 -868 5.803
Totaal bijdrage uit reserve 4.805 6.671 -868 5.803
69
Programma 4 Bestuur en Samenleving
Voor een goed bestuur, gezonde financiën en een toekomstbestendige organisatie
Kwaliteit lokaal bestuur
De provincie blijft zich inzetten voor krachtige en slagvaardige gemeenten. In 2017 zal een herindelingsadvies
Hoeksche Waard aan Provinciale Staten worden aangeboden en zullen ook benodigde stappen worden gezet om
te komen tot een fusie van Leerdam, Zederik en Vianen. In een groot aantal regio’s zijn gemeenten met elkaar in
gesprek over de toekomst. De provincie zal dit waar nodig ondersteunen.
Integrale gebiedsaanpak
De provincie wil op steeds meer plekken komen tot een integrale gebiedsaanpak. In de Hoeksche Waard roepen
Gedeputeerde Staten iedereen op om de discussie over de bestuurlijke vorm om te zetten in het denken en
werken aan de inhoudelijke kansen en opgaven van deze regio.
De samenwerking tussen de gemeente Goeree-Overflakkee en de provincie met als doel het realiseren van
nieuwe economische impulsen om de sociale en economische vitaliteit van het landelijk gebied inclusief de
dorpen en kernen te versterken en te behouden, wordt voortgezet binnen het Integraal Gebiedsprogramma
Goeree-Overflakkee.
Transparante en Open Provincie
De provincie wil in Nederland voorop lopen in het transparant maken van de provincie: open overheid, open
spending en open data. Zij investeert daartoe in de ICT-infrastructuur en werkprocessen die een grotere
transparantie mogelijk maken.
Wat mag dat kosten voor het programma?
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 28.799 27.914 686 28.600
Baten 851 477 276 753
Totaal saldo baten en lasten 27.948 27.437 410 27.847
Storting in reserve 2.000 7.000 276 7.276
Bijdrage uit reserve 0 0 938 938
Resultaat 29.948 34.437 -252 34.185
70
Doel 4-1 Slagvaardig, toekomstbestendig en transparant bestuur
Wat willen we bereiken?
Met dit doel wordt beoogd het volgende te bereiken:
Robuuste gemeenten en waterschappen
Een slagvaardige provincie
Bijstelling beleidsrealisatie
Binnen dit doel is bij voorjaarsnota een reservering ondergebracht voor de investeringsimpuls Regionale
gebiedsgerichte economische werken (investering nummer 8). Aan de hand van recente plannen per deelproject
zijn nu de bijbehorende kosten voor de komende jaren in beeld gebracht, aan de reserve onttrokken en ter
begroting van die jaren gebracht.
Vanuit de reservering wordt voor 2017 € 790.000 beschikbaar gesteld bestemd voor de daadwerkelijk snelle
uitvoering van een aantal gebiedsgerichte projecten in de regio’s Goeree-Overflakkee, Hoeksche Waard, Alphen-
Gouda-Woerden en Alblasserwaard-Vijfheerenlanden. De middelen zullen via een incidentele subsidie
beschikbaar worden gesteld aan de betrokken regionale partners.
Programma Transparante en Open Provincie (TOP)
Het zwaartepunt van de investeringen die voortvloeien uit de ambitie uit het Hoofdlijnenakkoord om ‘voorop te
lopen in het transparant maken van de provincie’ ligt in 2018. Daarom wordt een deel van het budget dat
gereserveerd is voor 2017 naar 2018 verschoven.
Binnen dit doel wordt, als onderdeel van de extra investeringen in een slimmer, schoner en sterker Zuid-Holland,
gewerkt aan:
Extra Impuls Investering nummer 8 Ophoging budget voor regionale gebiedsgerichte economische werken
Effectindicatoren (= outcome indicatoren)
Omschrijving Nulmeting 2017 2018 2019 2020
4.1.a Klanttevredenheid (schaal 1-10) 6,84 geen meting >7,0 geen meting >7,0
Toelichting effectindicator(en)
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Wat mag dat kosten voor het doel?
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 15.846 15.010 1.207 16.217
Baten 795 421 276 697
Totaal saldo baten en lasten 15.051 14.590 930 15.520
Storting in reserve 2.000 7.000 276 7.276
Bijdrage uit reserve 0 0 938 938
Resultaat 17.051 21.590 269 21.859
71
Toelichting bijstelling
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Lasten
€ 0,8 mln (n) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
In het Impulsprogramma is € 5 mln opgenomen in programma 4 (Bestuur) voor
regionale gebiedsgerichte projecten. Eerder was er al € 2 mln voor dit onderwerp
vrij gemaakt. In totaal is € 7 mln beschikbaar in de reserve regionale
gebiedsgerichte projecten.
Aan de hand van recente plannen per deelproject kunnen de jaarbudgetten aan
de reserve worden onttrokken en ter begroting van die jaren gebracht. In de
begroting 2018-2021 zal € 6,2 mln worden verwerkt. Voor 2017 betreft het een
onttrekking van € 0,8 mln aan de reserve.
€ 0,3 mln (v)
Ja FR Deze wijziging betreft een bijstelling van planning.
Op basis van de recente inschatting van de activiteiten TOP wordt de fasering
van de kosten over de jaren aangepast. Er wordt nu € 1,4 mln voorzien voor
2017 (geraamd was € 1,7 mln). In de najaarsnota wordt daarom € 0,3 mln naar
2018 verschoven. Het TOP-budget is in het hoofdlijnenakkoord beschikbaar
gesteld. De fasering van middelen over de jaren verloopt daarom via de
Financiële Ruimte.
€ 0,1 mln (n) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van planning
Met het wegvallen van een terugbetalingsverplichting aan de partners op de OVP
Zuidvleugel, wordt het saldo (€ 276.273) overgeboekt naar de nieuw gevormde
reserve Zuidvleugel. Op basis van een prognose wordt daaraan € 147.608
onttrokken in 2017 en € 128.665 in 2018.
€ 0,6 mln (n) Nee Paragraaf
Bedrijfs-
voering
Deze wijziging betreft een administratieve bijstelling.
Deze wijziging betreft de verhoging van de directe loonkosten, als gevolg van de
nieuwe CAO. De wijzigingen van de totale loonkosten worden nader toegelicht bij
de paragraaf Bedrijfsvoering.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Baten
€ 0,3 mln (v) Ja OVP Deze wijziging betreft een bijstelling van planning
Met het wegvallen van een terugbetalingsverplichting aan de partners op de
OVP Zuidvleugel, wordt het saldo (€ 276.273) overgeboekt naar de nieuw
gevormde reserve Zuidvleugel. Op basis van een prognose wordt daaraan €
147.608 onttrokken in 2017 en € 128.665 in 2018.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Storting in reserve
€ 0,3 mln (n) N.v.t. De lasten worden gebruikt voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote storting in de programmareserve
bijgesteld.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Bijdrage uit reserve
€ 0,9 mln (v) N.v.t. De lasten van dit doel worden deels gedekt uit programmareserves. Hierin zijn
middelen gereserveerd voor de realisatie van dit doel. Als gevolg van
wijzigingen in de lasten wordt de begrote onttrekking uit de programmareserve
bijgesteld.
72
Overzicht reserves
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Regionale gebiedsgerichte projecten 2.000 7.000 0 7.000
Reserve Zuidelijke Randstad 0 0 276 276
Totaal storting in reserve 2.000 7.000 276 7.276
Regionale gebiedsgerichte projecten 0 0 790 790
Reserve Zuidelijke Randstad 0 0 148 148
Totaal bijdrage uit reserve 0 0 938 938
73
Doel 4-2 Cultuurparticipatie en bibliotheken
Wat willen we bereiken?
Met dit doel wordt beoogd het volgende te bereiken:
Waarborgen van basisvoorzieningen cultuurparticipatie (Kunstgebouw, Jeugdtheaterhuis, Popunie, Stichting
Educatieve Orkestprojecten (SEOP) en onderhouden van regionale cultuurnetwerkers (tot 2017)
Ondersteunen van bibliotheken
Bijstelling beleidsrealisatie
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Toelichting effectindicator(en)
Voor dit doel zijn er geen effectindicatoren.
Wat mag dat kosten voor het doel?
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 6.708 6.658 0 6.658
Baten 57 57 0 57
Totaal saldo baten en lasten 6.651 6.601 0 6.601
Resultaat 6.651 6.601 0 6.601
Toelichting bijstelling
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Lasten
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Baten
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Storting in reserve
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Bijdrage uit reserve
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Overzicht reserves
Voor dit doel zijn er geen reserves.
74
Doel 4-3 Borgen kennis sociaal domein en afbouw subsidies maatschappelijke participatie
Wat willen we bereiken?
Met dit doel wordt beoogd het volgende te bereiken:
Borgen van kennis van het sociale domein en maatschappelijke ontwikkelingen in Zuid-Holland ten behoeve
van de provinciale kerntaken
Afbouwen van subsidies voor maatschappelijke participatie
Bijstelling beleidsrealisatie
Er zijn beperkte wijzigingen t.o.v. de begroting. Deze zijn hieronder aangegeven. De wijzigingen hebben
betrekking op de boekjaarsubsidie JSO vanwege het gewijzigd goedgekeurd werkplan 2017 en borging van
beleidsinformatie voor maatschappelijke ontwikkelingen (borging kennis sociaal domein).
Toelichting effectindicator(en)
Voor deze taak zijn er geen effectindicatoren.
Wat mag dat kosten voor het doel?
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 6.246 6.246 -521 5.725
Baten 0 0 0 0
Totaal saldo baten en lasten 6.246 6.246 -521 5.725
Resultaat 6.246 6.246 -521 5.725
Toelichting bijstelling
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Lasten
€ 0,6 mln (v) Ja FR Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Door een gewijzigd goedgekeurd werkplan 2017 voor het boekjaarsubsidie
voor JSO wordt de subsidie € 550.000,00 lager dan geraamd. Dit bedrag wordt
aan de algemene middelen toegevoegd.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Baten
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Storting in reserve
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Bijdrage uit reserve
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Overzicht reserves
Voor dit doel zijn er geen reserves.
75
Doel 4-4 Afbouw taken jeugdzorg
Doel 4-4 is per 1 januari 2015 vervallen.
De wettelijke taak in het kader van de Jeugdwet is per 1 januari 2015 gedecentraliseerd naar gemeenten. De
provinciale taak is per dezelfde datum beëindigd.
Wel spelen nog 2 beroepszaken tussen een jeugdinstelling en de provincie. De beroepszaken staan op de rol van
de Rechtbank voor eind september 2017. Mocht in deze beroepszaken de provincie geen gelijk krijgen, dan heeft
dit geen gevolgen voor de provinciale begroting. De gelden die hiervoor zijn gereserveerd en zijn beschikbaar via
de toenmalige doeluitkering jeugdzorg.
77
Programma 5 Middelen
Wat mag dat kosten voor het programma?
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 1.361 3.131 -2.482 649
Baten 562.644 576.787 15.455 592.242
Totaal saldo baten en lasten -561.282 -573.656 -17.937 -591.593
Storting in reserve 8.741 19.642 111.209 130.851
Bijdrage uit reserve 18.077 81.126 4.027 85.152
Resultaat -570.618 -635.140 89.245 -545.895
Resultaat Programma 5 is inclusief overzicht onvoorzien en overzicht algemene dekkingsmiddelen, beide worden
hieronder nog apart gepresenteerd.
Provinciefonds
De Meicirculaire 2017 bevat de meest recente inzichten over de ontwikkeling van het Provinciefonds. Op basis
hiervan wordt de raming bijgesteld. Dit is de eerste circulaire die gebaseerd is op het nieuwe (begin 2017 door de
Eerste Kamer bekrachtigde) door provincies zelf ontwikkelde verdeelmodel voor het Provinciefonds. Dit model
maakt het verdelen van middelen over provincies transparanter en eenvoudiger.
Tegelijkertijd met de invoering van het nieuwe model zijn ook een aantal bestaande geldstromen van het Rijk
naar provincies overgeheveld naar de algemene uitkering van het Provinciefonds. Dit betreft structurele middelen
voor natuur, verkeer & vervoer (voormalige BDU) en BRZO (besluit risico zware ongevallen).
Ten opzichte van de Voorjaarsnota 2017 (die gebaseerd is op de Septembercirculaire 2016) stijgen de inkomsten
uit het Provinciefonds in 2017 voor de provincie met een bedrag van € 3,3 mln.
Dit is opgebouwd uit een toename van € 5 mln waar voor de provincie ook extra uitgaven tegen overstaan (en
daarom budgetneutraal is) en een afname van € 1,7 mln door diverse autonome ontwikkelingen.
Overzicht onvoorzien
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm voorjaarsnota
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 500 500 -500 0
Baten 0 0 0 0
Totaal saldo baten en lasten 500 500 -500 0
Toelichting overzicht onvoorzien
In de Begroting 2008 is een structurele post onvoorzien ad € 0,5 mln ingesteld. Dit budget was bedoeld voor
incidentele tegenvallers binnen de programma’s. In de afgelopen jaren is deze post onvoorzien niet
aangesproken, want incidentele tegenvallers kon binnen het betreffende programma worden opgevangen. Ook
vanuit de huidige risicomanagement methodiek is er geen behoefte meer aan een dergelijke algemene post
onvoorzien.
78
Overzicht algemene dekkingsmiddelen
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
begroting tm
voorjaarsnota
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 18 2.012 -1.994 18
Baten 562.644 576.787 15.455 592.242
Totaal saldo baten en lasten -562.626 -574.775 -17.449 -592.224
Overzicht overhead
De overhead maakt geen deel uit van het resultaat van Programma 5. Maar wordt hier als een los overzicht
gepresenteerd.
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm voorjaarsnota
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 84.664 86.408 27 86.435
Baten 2.085 2.243 175 2.418
Totaal saldo baten en lasten 82.578 84.165 -148 84.017
Storting in reserve 0 0 361 361
Bijdrage uit reserve 0 0 1.121 1.121
Resultaat 82.578 84.165 -909 83.257
Toelichting overhead
Financiële mutaties Toelichting / onderbouwing op mutatie
Eenmalig
Ja/Nee Bron
Lasten
€ 1,1 mln (n) Ja Res Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Uit de reserve MeerJarig Onderhouds Programma Huisvesting (MJOP) wordt
€1,1 mln onttrokken voorde uitgaven voor de verbouwing van gebouw D. Deze
verbouwing is medio 2e kwartaal 2017 afgerond.
€ 0,8 mln (v) Ja Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
De middelen voor de versterking van de kwaliteit organisatie, zoals
beschikbaar gesteld in het Hoofdlijnenakkoord, worden in 2017 niet geheel
ingezet omdat niet alle verachte profielen in 2017 zijn uitgewerkt. De
verwachting is dat in 2018 alle profielen zullen zijn uitgewerkt en dat hiermee
een groot deel van het budget voor kwaliteit van de organisatie nodig zal zijn.
Het budget wordt doorgeschoven naar 2018.
€ 0,7 mln (v) Ja Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
In de bedrijfsvoeringsbudgetten zal naar verwachting € 0,7 mln niet worden
besteed. Dit wordt deels veroorzaakt door vacatures die niet ingevuld raken
omdat er tot op heden geen goede match heeft plaatsgevonden, deels wordt
hiervoor wel extern ingehuurd. Daarnaast is er ook sprake van
organisatorische ontwikkelingen die deels vertraging hebben opgelopen zoals
de vorming van concerncontrol.
€ 0,4 mln (v) Ja Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
De niet bestede middelen gedifferentieerd belonen van voorgaande jaren
dienen beschikbaar te blijven voor het personeel en worden gestort in de
reserve. In 2018 zal dit budget worden gebruikt voor het aantrekken van jonge
ambtenaren (kick-starters) en ontwikkelen van vitaliteitscentrum
€ 0,8 mln (n) Ja Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Loon (deel overhead), zie toelichting paragraaf Bedrijfsvoering onderdeel
arbeidskosten
79
Financiële mutaties Toelichting / onderbouwing op mutatie
Eenmalig
Ja/Nee Bron
Baten
€ 0,2 mln (v ) Ja Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Betreft opbrengsten van derden in het kader van arbeidskosten.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Storting in reserve
€ 0,4 mln (v) Ja Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
De niet bestede middelen gedifferentieerd belonen van voorgaande jaren
dienen beschikbaar te blijven voor het personeel en worden gestort in de
reserve. In 2018 zal dit budget worden gebruikt voor het aantrekken van jonge
ambtenaren (kick-starters) en ontwikkelen van vitaliteitscentrum
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Bijdrage uit reserve
€ 1,1 mln (n) Ja RES Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Uit de reserve MeerJarig Onderhouds Programma Huisvesting (MJOP) wordt €
1,1 mln onttrokken voorde uitgaven voor de verbouwing van gebouw D. Deze
verbouwing is medio 2e kwartaal 2017 afgerond.
Voorfinanciering Houdstermaatschappij Zuid-Holland B.V.
Bij besluit van 12 oktober 2016 hebben de staten € 250.000 ter beschikking gesteld ten behoeve van de
beheerskosten voor de eerste vijf jaar van enkel de Houdstermaatschappij Zuid-Holland B.V. (hierna HZH). Het
betreft hier de aanloopkosten voor het bestuur tot 2021. Na deze datum moeten deze kosten worden gedragen
door de onderliggende werkmaatschappijen.
Op 22 maart 2017 is de HZH opgericht en op 4 juli 2017 is door de Provincie besloten om - via de HZH – de
eerste werk BV onder de HZH te plaatsen, te weten het Energiiq Energie Innovatiefonds Zuid-Holland.
Onder de HZH kunnen nu de eerste stappen worden gezet om te komen tot de voorgestane energie-transitie. Met
het actief worden van het construct, zijn en worden extra en nieuwe kosten gemaakt
De nieuwe kosten betreffen zowel incidentele kosten (ca. € 300.000) als jaarlijks terugkerende kosten (ca. €
250.000).
Het betreft hier o.a. een aantal incidentele advies - en andere opstartkosten zoals de searchkosten voor een
Raad van Commissarissen en het doorbelasten van initiële kosten vanuit de Provincie naar de HZH. De jaarlijkse
kosten bestaan o.a. uit het in de opstartfase werken met één accountkantoor voor zowel de HZH als voor de
werkmaatschappijen, de Raad van Commissarissen en de benodigde ambtelijk-secretariële ondersteuning.
De extra kosten worden veroorzaakt door de BTW, aangezien op basis van recent fiscaal-juridisch advies blijkt
dat de BTW voor het construct en de werkmaatschappijen zeer waarschijnlijk niet compensabel is.
Al deze kosten worden gemaakt binnen de houdstermaatschappij, maar zijn uiteindelijk (ook) ten behoeve van de
huidige en toekomstige werk BV’s. Het uitgangspunt dat de werk BV’s deze kosten op termijn zullen dragen blijft
intact. In de aanloopperiode heeft de HZH echter te weinig inkomsten zijn om alle exploitatiekosten van de
houdstermaatschappij te dekken en is er sprake van een tijdelijk liquiditeitstekort. Deze kapitaalbehoefte kan
worden opgelost door een agiostorting richting HZH te doen van € 1,55 mln.
.
80
Na vijf jaar zal gefaseerd deze agio worden teruggestort naar de provincie. Het tempo en fasering van deze
terugstorting zal afhangen van de hoogte van de positieve baten van de werkmaatschappijen en de
werkmaatschappijen zullen ieder naar rato van het uitstaand vermogen moeten bijdrage. Hierbij wordt er vanuit
gegaan dat onder de Houdstermaatschappij meerdere werk B.V.’s komen te hangen die de kosten voor de
Houdster naar rato kunnen opbrengen. Mocht door voortschrijdend inzicht of andere omstandig-heden geen
nieuwe werk B.V.’s onder de houdster worden gebracht, dan zal de doorbelasting naar redelijkheid en billijkheid
plaatsvinden waarbij gekeken wordt naar de oorspronkelijke opzet.
81
Doel 5-1 Financieel gezonde huishouding
Wat willen we bereiken?
Met dit doel wordt beoogd het volgende te bereiken:
Financieel gezonde huishouding
Een belastingdruk voor de burger die past bij het provinciale voorzieningenniveau
Bijstelling beleidsrealisatie
Provinciefonds
Ten opzichte van de Voorjaarsnota 2017 (die gebaseerd is op de Septembercirculaire 2016) stijgen de inkomsten
uit het Provinciefonds in 2017 voor de provincie met een bedrag van € 3,3 mln.
Dit is opgebouwd uit een toename van € 5 mln waar voor de provincie ook extra uitgaven tegenover staan (en
daarom budgetneutraal is) en een afname van € 1,7 mln door diverse autonome ontwikkelingen.
Hieronder wordt ingegaan op de budgetneutrale ontwikkelingen. Het betreft vier decentralisatie-uitkeringen en
één taakgerelateerde ontwikkeling in de algemene uitkering. De provincie ontvangt extra middelen voor:
beter benutten (€ 3,4 mln incidenteel): Rijk, regio en bedrijfsleven nemen in dit programma samen
innovatieve maatregelen om de bereikbaarheid van de drukste regio’s te verbeteren. De middelen worden
toegevoegd aan programma 2;
hydrologische maatregelen (€ 0,5 mln incidenteel): conform het zogenaamde begrotingsakkoord 2013
ontvangen provincies middelen voor de bekostiging van hydrologische maatregelen. De middelen worden
toegevoegd aan programma 1;
MKB Innovatiestimulering Topsectoren (€ 0,4 mln incidenteel): provincies ontvangen in 2017 het restant van
de middelen die in 2016 zijn overgebleven. De middelen worden toegevoegd aan programma 3;
erfgoed & ruimte (€ 0,05 mln incidenteel): provincies ontvangen via het Provinciefonds verschillende
uitkeringen voor het programma erfgoed & ruimte. Daaronder zijn eveneens begrepen uitkeringen voor
nominatie werelderfgoed en de erfgoedmonitor provincies. De middelen worden toegevoegd aan programma
3;
natuur (€ 0,7 mln structureel): via de algemene uitkering ontvangt de provincie structureel extra middelen
voor natuur (agrarisch natuurbeheer en kleine natuurbeheerders). De middelen worden toegevoegd aan
programma 1. Omdat het structurele middelen betreft, komen deze ook terug in de Begroting 2018.
De resterende afname van € 1,7 mln betreft de overige (niet budgetneutrale) ontwikkelingen in de algemene
uitkering. Dit nadeel werkt structureel door en is daarom ook in de Begroting 2018 opgenomen. Het bedrag is als
volgt opgebouwd:
€ 1,9 mln voordeel door een hoger accres. Dit komt hoofdzakelijk door een hogere loon- en prijsontwikkeling
op de rijksbegroting.
€ 0,9 mln nadeel door de eindafrekening van het BTW-compensatiefonds (BCF) over 2016.
Gemeenten en provincies hebben in 2016 meer BTW gedeclareerd dan eerder door het Rijk geraamd. Hierdoor
voegt het Rijk minder middelen toe aan het Provincie- (en Gemeente)fonds.
€ 2,7 mln nadeel door ontwikkelingen in de verdeling van het Provinciefonds. Dit komt vooral door de relatief
sterke groei van de inkomsten uit de opcenten (ten opzichte van het gemiddelde van alle provincies
tezamen).
Bij het ramen van de inkomsten uit het Provinciefonds hanteert de provincie een behoedzaamheidsmarge van € 2
mln (bijna 1% van de algemene uitkering). Deze behoedzaamheid is bedoeld als buffer voor het opvangen van
(relatief beperkte) nadelige ontwikkelingen in het accres, de verdeelmaatstaven en het BCF. Dit is in 2017 niet
nodig en valt vrij in het resultaat.
82
Effectindicatoren (= outcome indicatoren)
Omschrijving Nulmeting 2017 2018 2019 2020
5.1.a Weerstandsvermogen (>2.0) ≥ 2,0 ≥ 2,0 ≥ 2,0 ≥ 2,0
Toelichting effectindicator(en)
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Wat mag dat kosten voor het doel?
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 1.361 3.131 -2.482 649
Baten 562.644 576.787 15.455 592.242
Totaal saldo baten en lasten -561.282 -573.656 -17.937 -591.593
Storting in reserve 8.741 19.642 111.209 130.851
Bijdrage uit reserve 18.077 81.126 4.027 85.152
Resultaat -570.618 -635.140 89.245 -545.895
Toelichting bijstelling
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Lasten
€ 2,0 mln (v) Nee Deze wijziging betreft een administratieve bijstelling.
Directe loonkosten zijn verdeeld naar de desbetreffende programma's.
€ 0,5 mln (v) Nee FR In voorgaande jaren is een structurele post onvoorzien ingesteld ad € 0,5 mln.
Dit budget was bedoeld voor incidentele tegenvallers binnen de programma’s.
Vanuit de huidige risicomanagement methodiek is er geen behoefte meer aan
een dergelijke algemene post onvoorzien. Voorgesteld is om het bedrag van
€ 0,5 mln structureel vrij te laten vallen ten gunste van de financiële ruimte.
€ 0,9 mln (n) Nee FR Gemeenten en provincies hebben in 2016 meer BTW gedeclareerd dan eerder
door het Rijk geraamd. Hierdoor voegt het Rijk minder middelen toe aan het
Provincie- (en Gemeente)fonds. De provincie heeft hierdoor € 0,9 mln nadeel
uit deze eindafrekening van het BTW-compensatiefonds (BCF) over 2016.
€ 2,7 mln (n) Nee FR De provincie heeft een structureel nadeel van € 2,7 mln door ontwikkelingen in
de verdeling van het Provinciefonds. Dit komt vooral door de relatief sterke
groei van de inkomsten uit de opcenten (ten opzichte van het gemiddelde van
alle provincies tezamen). In zowel de oude als nieuwe systematiek van het
Provinciefonds, wordt een deel van de meeropbrengsten uit de opcenten ten
opzichte van het landelijke gemiddelde, verevend via de inkomstenmaatstaf in
het Provinciefonds.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Baten
€ 1,8 mln (v) Ja FR Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
De eindafrekening van de OVP middelen Clusterregeling met derden is
volledig afgerond. De resterende middelen ad € 1,8 mln worden aan de
algemene middelen toegevoegd.
€ 0,05 mln (v) Ja FR De provincie ontvangt via het Provinciefonds een uitkering ad € 0,05 mln voor
de nominatie werelderfgoed en de erfgoedmonitor provincie.
€ 0,4 mln (v) Ja FR Voor het MKB Innovatiestimulering Topsectoren is in 2017 incidenteel (€ 0,4
mln ontvangen van de restantmiddelen die in 2016 zijn overgebleven.
€ 0,5 mln (v) Ja FR Voor hydrologische maatregelen is incidenteel (€ 0,5 mln) ontvangen conform
het zogenaamde begrotingsakkoord 2013.
83
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
€ 0,7 mln (v) Nee FR Via de algemene uitkering ontvangt de provincie structureel € 0,7 mln extra
middelen voor natuur (agrarisch natuurbeheer en kleine natuurbeheerders).
€ 3,4 mln (v) Ja FR Samen met het Rijk, regio en bedrijfsleven wordt in het programma Beter
benutten innovatieve maatregelen genomen om de bereikbaarheid van de
drukste regio’s te verbeteren. Hiervoor wordt incidenteel € 3,4 mln ontvangen.
€ 1,9 mln (v) Nee FR De provincie ontvangt € 1,9 mln door een hoger accres. Dit komt hoofdzakelijk
door een hogere loon- en prijsontwikkeling op de rijksbegroting
€ 0,2 mln (v) Nee FR Het programma leren voor duurzame ontwikkeling en Duurzaam door wordt in
het najaar afgerekend. Het programma heeft in totaal meer dan 10 jaar
geduurd, waarbij er ook sprake was van een cofinancieringsconstructie. Op de
resterende middelen zit geen terugbetalingsverplichting waarmee deze ten
gunste van de financiële ruimte komen. Op basis van de huidige inzichten zal
er een bedrag van € 0,2 mln (vrijval OVP gelden ad € 0,15 mln en provinciale
middelen ad
€ 0,04 mln) niet meer worden besteed..
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Storting in reserve
€ 93,3 mln (v) N.v.t. Deze wijziging betreft een bijstelling van budget
De gereserveerde vrijval afschrijvingslasten wordt overgeboekt naar de nieuwe
reserve Egalisatiereserve afschrijvingslasten.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Bijdrage uit reserve
€ 1,8 mln (v) Ja N.v.t. In de reserve planvorming bedrijventerreinen is sprake van een overschot ter
hoogte van € 1,8 mln. De vrijval komt ten gunste van de algemene middelen.
€ 0,17 mln (v) Ja N.v.t. Deze wijziging betreft bijstelling van budget.
In de bedrijfsvoeringsbudgetten zal naar verwachting € 0,7 mln niet worden
besteed. Dit wordt deels veroorzaakt door vacatures moeilijk ingevuld kunnen
worden. Daarnaast is er ook sprake van organisatorische ontwikkelingen die
vertraging hebben opgelopen. Tevens zijn opdrachten naar volgend jaar
verschoven, waardoor onderbesteding van budget plaatsvindt. De vrijval komt
ten gunste van de algemene middelen.
€ 1,1 mln (n) Ja N.v.t. Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Voor de aanpak van verspreide glastuinbouw werden nog een aantal laatste
subsidieaanvragen ( incl. businesscase) verwacht.
Inmiddels is bekend dat deze aanvragen niet meer zullen komen en wordt de
begrote onttrekking verlaagd en teruggestort in de reserve.
Gelet op de reeds begrote onttrekkingen kan het niet benutte deel van de
reserve Glastuinbouw vrijvallen ten gunste van de financiële ruimte.
€ 1,8 mln (n) Ja N.v.t. Deze wijziging betreft bijstelling van budget.
Overschot in reserve Planvorming bedrijventerreinen wordt overgeheveld naar
algemene middelen.
€ 1,3 mln (n) Ja N.v.t. Deze wijziging betreft bijstelling van budget.
De gereserveerde vrijval afschrijvingslasten wordt overgeboekt naar de nieuwe
reserve Egalisatiereserve afschrijvingslasten.
Overzicht reserves
In 2016 is een deel van de reserve Sanering Glastuinbouw ter beschikking gesteld binnen het doel voor Beter
benut (bebouwd) gebied. Tot op heden is slechts een beperkt aantal aanvragen ontvangen die ten laste van deze
middelen konden worden gebracht. Voor het restant van dit deel van de reserve worden in de nabije toekomst
geen aanvragen meer verwacht, daarom kan het binnen dit doel niet benutte deel van de reserve voor een
84
bedrag van € 1.147.065 vrijvallen ten gunste van de algemene middelen. Mochten in de toekomst alsnog
middelen benodigd zijn voor dit onderwerp dan zal er te zijner tijd een beroep worden gedaan op de financiële
ruimte.
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Algemene reserve 4.657 15.557 17.945 33.503
Reserve apparaatslasten DLG 3.250 3.250 0 3.250
Egalisatiereserve afschrijvingslst. 0 0 93.263 93.263
Egal.kaplast Nota IWA Bedrijfsvoer. 834 834 0 834
Totaal storting in reserve 8.741 19.642 111.209 130.851
Algemene reserve 14.680 77.390 0 77.390
Sanering glastuinbouw 0 0 1.147 1.147
Reserve apparaatslasten DLG 3.398 3.398 -170 3.228
Bedrijventerreinen 0 0 1.760 1.760
Egalisatiereserve afschrijvingslst. 0 0 1.289 1.289
Frictiekosten algemeen 0 38 0 38
Jonge ambtenaren 0 300 0 300
Totaal bijdrage uit reserve 18.077 81.126 4.027 85.152
85
Paragrafen
87
Paragraaf Bedrijfsvoering
Doel 1: De omvang en kwaliteit van de organisatie van de provincie Zuid-Holland moet in
overeenstemming zijn met het door ons voorgestane takenpakket. Wij werken aan een innovatieve,
lerende en op de uitvoering gerichte organisatie die effectief en efficiënt is.
Effectenindicator 1.1 : Werken aan een op de uitvoering gerichte organisatie die effectief en efficiënt is
Prestatie-indicator Nulmeting 2017 2018 2019 2020
1.1.1 Percentage overhead 38 38 38 38 38
Toelichting
1.1.1 Percentage overhead
In de Begroting 2017 is voor het eerst een indicator voor overhead volgens de nieuwe BBV-definitie opgenomen.
De streefwaarde van het percentage overhead is constant gehouden op 38%. Met de overdracht van de
uitvoeringsorganisatie Groenservice Zuid-Holland naar Staatsbosbeheer is gebleken dat de cijfers wat anders
komen te liggen aangezien G.Z-H als uitvoeringsorganisatie een lager percentage aan overhead kent. De ambitie
is om wel het percentage van 38% aan te houden. Gelet op de koers waarin opgavegericht werken leidend is,
zullen medewerkers uit de ondersteuning steeds meer direct betrokken zijn bij de uitvoering van de primaire
taken. Met deze ombuiging blijft het percentage overhead naar verwachting stabiel. Het gaat om een ombuiging
van ongeveer 35 fte van indirecte naar directe taken. Conform de toepassing van de BBV-definitie is zo’n 20 fte
aan administratieve ombuiging gerealiseerd. Het betreft met name formatie onder de noemer
projectcommunicatie en klantcontactcentrum. Daarbij is de directe formatie gestegen zoals verwoord in het
onderdeel arbeidskosten, ad a). Dit resulteert medio 2017 in een percentage overhead van 39%. In het kader van
opgavegericht werken is vanuit de bedrijfsvoering initiatief genomen om inzichtelijk te maken welk deel van de
indirecte formatie in 2017 feitelijk directe taken heeft uitgevoerd binnen een maatschappelijke opgave. Medio
2017 komt deze inventarisatie uit op 15 fte. Als deze ombuiging wordt vertaald naar het overheadpercentage
komt het uit op 37,8%.
Effectenindicator 1.2 : Kwaliteit dienstverlening
Prestatie-indicator Nulmeting 2017 2018 2019 2020
1.2.1 Afhandeling facturen binnen 30 dagen in % 85 85 PM PM PM
1.2.2 Doorlooptijd bezwaar- en beroepsprocedures (niet zijnde
belastingen) en klachten (percentage binnen termijn)
74 75 75 75 75
1.2.3 Doorlooptijd advisering bezwaren en klachten - 80 85 85 85
1.2.4 Doorlooptijd belasting bezwaren - 90 90 90 90
1.2.5 Klanttevredenheid (rapportcijfer op tienpuntsschaal) 6,8 - 7 - 7
1.2.6 Informatie is beschikbaar op jaarbasis 99,8% 99,7% 99,7% 99,7% 99,7%
Toelichting
1.2.1 Afhandeling facturen binnen 30 dagen in %
De afhandeling van de facturen binnen 30 dagen ligt op dit moment op 87% en derhalve boven de gestelde
indicator van 85% voor het jaar 2017.
1.2.2 Doorlooptijd bezwaar- en beroepsprocedures (niet zijnde belastingen) en klachten (% binnen termijn)
Er heeft geen bijstelling plaatsgevonden.
88
1.2.3 Doorlooptijd advisering bezwaren en klachten
Er heeft geen bijstelling plaatsgevonden.
1.2.4 Doorlooptijd belasting bezwaren
Er heeft geen bijstelling plaatsgevonden.
1.2.5 Klanttevredenheid (rapportcijfer op tienpuntsschaal)
In het afsprakenkader ‘Samen werken, Samen leven’ (2007) tussen Rijk en provincies is opgenomen dat de
overheidsdienstverlening minimaal een 7 moet scoren naar het oordeel van klanten. Provincies meten daarom
sinds 2010 in gezamenlijkheid elke twee jaar de klanttevredenheid, gemeten in een rapportcijfer (6,8 in 2014).
In december 2016 is het 3e klanttevredenheidsonderzoek (KTO) uitgevoerd met het rapportcijfer 7,1 als resultaat.
In de tweede helft van 2017 worden de onderzoeksresultaten samen met de resultaten uit het reputatieonderzoek
aan Provinciale Staten gepresenteerd.
1.2.6 Informatie is beschikbaar op jaarbasis
Informatie op de corporate website en op het SIS (Staten Informatie Systeem) is voor de Staten beschikbaar. Het
SIS wordt extern gehost en is beschikbaar voor alle Statenleden. De beschikbaarheid wordt gemeten op basis
van 24 uur x 7 dagen, met uitzondering van het geplande en met de gebruikersorganisatie afgestemde
onderhoud.
89
Doel 2: We zijn een aantrekkelijk en goed werkgever
Effectenindicator 2.1 : We zijn maatschappelijk betrokken en streven naar een divers personeelsbestand
Prestatie-indicator Nulmeting 2017 2018 2019 2020
2.1.1 Aantal trainees 20 20 20 20 20
2.1.2 Aantal participatiebanen 14 22 27 33 40
2.1.3 Aantal stageplaatsen 50 50 50 50 50
2.1.4 Aantal werkervaringsplaatsen (voor o.a. statushouders & mbo'ers) 12 32 - - -
2.1.5 Aantal uitwisselingen van personeel tussen mede-overheden 50 50 50 50 50
Toelichting
2.1.1 Aantal trainees
Op dit moment zijn er 20 trainees aan de organisatie verbonden. Hiervan maken 12 trainees onderdeel uit van
een generalistisch programma en 8 zijn verbonden aan specialistische programma's (technisch, bodem en
financieel).
2.1.2 Aantal participatiebanen
Op dit moment zijn er 19,25 fte aan participatiebanen gecreëerd. Om de wettelijke verplichting van 22 fte
gecreëerde participatiebanen te behalen, wordt een aantal stimulerende maatregelen getroffen om aan de
inspanningsverplichting te voldoen. In 2017 geldt het uitgangspunt dat elke afdeling aan het einde van het jaar óf
een participant in dienst heeft óf een deel van het afdelingsbudget ter grootte van een arbeidsplaats voor een
participant ter beschikking heeft gesteld ten gunste van de realisatie van een plaats voor iemand met een
arbeidsbeperking elders in de organisatie.
2.1.3 Aantal stageplaatsen
Medio 2017 zijn er 26 stagiaires aan de organisatie verbonden. Nog eens 13 stagiaires zijn via studieopdrachten
aan de provincie verbonden. Bekend is dat er in het 3e kwartaal 20 stageopdrachten door de organisatie zijn
toegezegd . De verwachting is dat de doelstelling wordt behaald.
2.1.4 Aantal werkervaringsplaatsen (voor o.a. statushouders & mbo'ers)
In de eerste helft van 2017 zijn 7 extra werkervaringsplaatsen gecreëerd. Het totaal aantal werkervarings-
plaatsen dat, via het project kickstart, door de provincie beschikbaar is gesteld aan statushouders met een
vluchtachtergrond en recent afgestudeerde mbo'ers komt hiermee op 24. Bekend is dat in 3e kwartaal de
organisatie 5 extra werkervaringsplaatsen beschikbaar heeft gesteld. De verwachting is dat de doelstelling wordt
gehaald.
2.1.5 Aantal uitwisselingen van personeel tussen mede-overheden
IIn het eerste half jaar van 2017 zijn er 35 uitwisselingen tussen mede-overheden gerealiseerd. De verwachting is
dat het aantal uitwisselingen verder zal toenemen als gevolg van de vergroting en intensivering van het
overheidsbrede mobiliteitsnetwerk die zal gaan plaatsvinden. De verwachting is dat de doelstelling wordt gehaald.
Effectenindicator 2.2 : We doen onderzoek naar en werken actief aan het werkgeversmerk 'provincie Zuid-Holland' bij
werkzoekenden en personeel
Prestatie-indicator Nulmeting 2017 2018 2019 2020
2.2.1 Rapportcijfer beste werkgever / werkplezier 6,7 - 7,0 - 7,3
90
Toelichting
2.2.1 Rapportcijfer beste werkgever / werkplezier
Het project ter bevordering van 'beste werkgever' is in het tweede kwartaal van 2017 geïnitieerd. In het project is
aandacht voor verbetering van de dienstverlening van de werkgever om het werkplezier te vergroten en
inspanningen worden verricht om de medewerkers zich bewust te laten zijn in hun eigen verantwoordelijkheid ten
aanzien van het werkplezier. Bovendien is aandacht voor een betere profilering van de provincie Zuid-Holland als
aantrekkelijk en maatschappelijk betrokken werkgever voor zowel werkzoekende als medewerkers van de
provincie. Een nieuwe meting in het kader van beste werkgever staat medio 2018 gepland.
91
Doel 3: De provincie voert een duurzaam inkoop- en aanbestedingsbeleid
Effectenindicator 3.1 : Bij het voeren van een duurzaam inkoop-en aanbestedingsbeleid gaat provincie Zuid-Holland verder dan
alleen het oorspronkelijke uitgangspunt, te weten: de minimumeisen.
Prestatie-indicator Nulmeting 2017 2018 2019 2020
3.1.1 Aanpak Duurzaam GWW is binnen de ROVK ingenieursdiensten
uitgangspunt bij alle uitvragen
100 100 100 100 100
Toelichting
3.1.1 Aanpak Duurzaam GWW is binnen de ROVK ingenieursdiensten uitgangspunt bij alle uitvragen
Duurzaam inkopen wordt ook wel maatschappelijk verantwoord inkopen (MVI) genoemd. Maatschappelijk
verantwoord inkopen (MVI) betekent dat, naast op de prijs van de producten, diensten of werken ook gelet wordt
op de effecten van de inkoop op milieu en sociale aspecten. Op de volgende site vindt u alle informatie die u
nodig heeft om duurzaam in te kopen (https://www.pianoo.nl/themas/maatschappelijk-verantwoord-inkopen-mvi-
duurzaam-inkopen).
Relevante thema's voor maatschappelijk verantwoord inkopen:
Internationale sociale voorwaarden
Social return
Milieuvriendelijk inkopen
Biobased inkopen
Circulair inkopen
Innovatiegericht inkopen
Kansen voor MKB
Op landelijk niveau wordt gestreefd naar het door alle overheden ondertekenen van het manifest
Maatschappelijk Verantwoord Inkopen. Onderdeel hiervan is het opstellen en concretiseren van een actieplan.
PZH heeft het voornemen om dit in het najaar van 2017 mede te ondertekenen.
Voor het inkopen van werken is samen met de markt, kennisinstituten en de overheid de Aanpak Duurzaam
Grond Weg en Waterbouw (GWW) ontwikkeld.
In 2014 is het convenant Duurzaam GWW ondertekend en in 2017 de nieuwe versie GWW 2.0 De kern van de
Aanpak Duurzaam GWW is het meewegen van duurzaamheidsaspecten vanaf een vroege planfase, met een
focus op de hele levenscyclus van de aan te leggen infrastructuur of object(en) (inclusief beheer en onderhoud).
Zodat in elk project een goede afweging wordt gemaakt tussen People, Planet en Profit. Een gezamenlijk
instrumentarium is ontwikkeld om duurzaamheid op uniforme wijze te toetsen en innovatie te stimuleren. De
aanpak heeft een link met het programma Energietransitie.
De Aanpak Duurzaam GWW 2.0 is uitgangspunt binnen al de aanbestedingen van werken en Ingenieursdiensten.
Een van de instrumenten die gebruikt wordt voor het maken van een goede afweging bij het toepassen van elk
van de duurzaamheidsthema’s is het Ambitieweb. Dit Ambitieweb kent al zijn toepassing in de GWW en zal
uitgebreid worden naar alle inkoopgroepen.
92
Arbeidskosten (loonkosten en inhuur)
Inleiding
In dit deel van de paragraaf Bedrijfsvoering wordt ingegaan op arbeidskosten. De hieronder opgenomen
bedragen voor loonkosten en kosten van inhuur zijn de bijstellingen op de door Provinciale Staten toegekende
budgetten die zijn opgenomen in de meerjarenramingen van de Begroting 2017.
De hier bedoelde middelen voor arbeidskosten bestaan uit
a. formatiebudget;
b. materiële budgetten voor personele inzet (personeel in dienst van de provincie) en
c. materiële budgetten voor inhuur.
Ad a: Arbeidskosten, onderdeel formatiebudget
Implementatie nieuwe cao 2017-2018
Per 1 juli 2017 is er een nieuwe cao overeengekomen voor 2017 en verder. Deze cao, die tot stand is gekomen
met de inbreng van alle partijen, kent zowel financiële als beleidsmatige effecten. De consequenties van de
beleidsmatige effecten worden op korte termijn verder uitgewerkt. De directe financiële gevolgen worden in de
najaarsnota 2017 en de begroting 2018 verwerkt. Voor 2017 betekent dit een structurele salarisverhoging van
2% per 1 juli 2017 (€ 1,1 mln) en wordt een eenmalige uitkering van € 500,- per medewerker in vaste of tijdelijke
dienst (deeltijders naar rato) toegekend (€ 0,7 mln), zoals opgenomen in voorliggende najaarsnota. Voor 2018 is
een verdere structurele loonsverhoging verwerkt in de begroting 2018 van € 3,6 mln, bestaande uit € 2,2 mln
structurele doorwerking van de verhoging die per 1 juli 2017 is ingegaan en een structurele verhoging van € 1,4
mln per 1 januari 2018.
Variabele loonkosten
Dit betreft een technische overzetting van middelen van gedifferentieerd belonen naar variabele loonkosten van €
0,1 mln.
Gedifferentieerde loonkosten
Het restant aan gedifferentieerd belonen over de jaren 2014, 2015 en 2016 van € 0,4 mln is tijdelijk gestort in de
reserve Jong Ambtenaren. Voor 2018 zijn er concrete plannen op welke manier deze middelen worden ingezet
(kickstart jonge ambtenaren, vitaliteitscentrum) waardoor het noodzakelijk is dat deze middelen hun bestemming
houden en niet vrijvallen aan de algemene middelen. Er wordt momenteel gewerkt aan een reserve
Gedifferentieerd Belonen waar deze middelen naar zullen worden overgeheveld (inclusief een eventueel restant
over 2017) ten tijde van het vaststellen van de jaarrekening.
Tabel Formatiebudget
Omschrijving 2017
Formatie (fte) 0 fte
Vaste loonkosten 1,8
Variabele loonkosten 0,1
Gedifferentieerde loonkosten -0,5
Totaal formatiebudget 1,4
93
Ad b: Arbeidskosten, onderdeel materiële budgetten voor personele inzet
Dit onderdeel betreft de medewerkers in dienst van de provincie, waarvan de loonkosten worden gedekt uit
materiële budgetten. De najaarsnota bijstellingen hebben hoofdzakelijk betrekking op het aanwenden van reeds
bestaande budgetten zoals de kwaliteitsimpuls en het budget voor frictie personeelsgerelateerde kosten ter
versterking van de kwaliteit van de organisatie (€ 0,3 mln verhoging).
De opzet van de Kwaliteitsimpuls is om versnelde instroom mogelijk te maken van nieuwe collega’s die met hun
kennis en vaardigheden de richting en de ontwikkeling van de organisatie verder brengen. Het budget is verdeeld
binnen een aantal prioritaire opgaven. In de praktijk blijkt het voor opgaven afzonderlijk echter een grote
inspanning te vragen om in contact te komen met deze groep potentieel nieuwe collega’s. Het type vaardigheden
dat wij via de Kwaliteitsimpuls proberen binnen te halen is schaars. Betreffende kandidaten zijn bovendien niet uit
zichzelf op de provinciale organisaties gericht. Om die reden wordt een gedeelte van het budget ad € 0,8 mln
doorgeschoven naar 2018. In de resterende maanden van 2017 worden diverse specifieke
wervingsacties ingezet om dit contact tot stand te brengen. Het gaat dan onder meer om het versterken van onze
arbeidsmarktcommunicatie, op vernieuwende manieren het contact met de doelgroep organiseren, het inzetten
van onze bestaande netwerken en toegang krijgen tot nieuwe netwerken.
Tabel Materieel budget ten behoeve van personele inzet
Omschrijving (bedragen x € 1 mln) 2017
Materieel budget t.b.v. personele inzet* 0,3
Ad c: Arbeidskosten, onderdeel inhuur
Inhuur (gedekt door inzet materieel budget) wordt met een bedrag van € 0,2 mln verlaagd op basis van minder
inzet (€ 0,2 mln verlaging).
Tabel: Materieel budget ten behoeve van inhuur
Omschrijving (bedragen x € 1 mln) 2017
Materieel budget t.b.v. inhuur -0,2
Opbrengsten detachering en UWV
Rondom arbeidskosten realiseert de provincie ook opbrengsten. Enerzijds betreft dit opbrengsten voor
medewerkers die elders zijn gedetacheerd (maar waarvoor bij de provincie wel loonkosten bestaan) en waarvoor
een vergoeding in rekening wordt gebracht, anderzijds betreft dit uitkeringen van het UWV bij zwangerschap en
dergelijke. Bij najaarsnota worden opbrengsten detacheringen verhoogd met een bedrag van € 0,2 mln.
Tabel: Opbrengsten detachering en UWV
Omschrijving (bedragen x € 1 mln) 2017
Detachering opbrengsten 0,2
94
Investeringskredieten
Inleiding
Investeringen en afschrijvingen voor 2018 en verder zijn opgenomen conform de beleidsuitgangspunten zoals
opgenomen in de op 14 december 2016 door Provinciale Staten vastgestelde herziene beleidsnota Investeringen,
waarderingen en afschrijvingen (nota IWA 2017).
Programma 2 Mobiliteit
De wijzigingen voor programma 2 zijn opgenomen in het nieuwe PZI 2018-2047 dat in november gelijktijdig met
de Begroting 2018 wordt behandeld.
In onderstaande tabel staan de belangrijkste wijzigingen voor 2017. Het betreft projecten waarvan het
projectbudget is gewijzigd en/of waarvan de activering in 2017 wordt aangepast.
De gegevens in de kolommen “was” en “jaar oud” zijn gebaseerd op het vastgestelde PZI 2017-2046. De
gegevens in de kolommen “wordt” en “jaar nieuw” zijn gebaseerd op het nieuwe PZI 2018-2047, waarin ook de
besluiten uit het Kaderbesluit Infrastructuur 2017 zijn verwerkt.
Project (bedragen x € 1 mln) Uitg/ Ink Te activeren was
Te activeren wordt
Jaar activeren
was
Jaar activeren
wordt
Opgenomen in
Paragraaf Wegen
HWN/OWN aansluiting N57/N218 U 9,1 9,5 2016 2017 PZI 2018-2047
I 3,4 3 2016 2017 PZI 2018-2047
(On)gelijkvloerse kruising N214/216 U 0,6 0,3 2017 2019 PZI 2018-2047
N207-Corridor, aanleg Bentwoudlaan en Vredenburghlaan (rotonde Bredeweg)
U 0,9 0,9 2016 2017 PZI 2018-2047
N208 Verbeteren leefbaarheid Hillegom U 0,7 0,7 2018 2017 PZI 2018-2047
N207 - Reconstructie Rotterdamse Brug U 2,8 3 2016 2017 Kaderbesluit Infra 2017 - € 1,2 mln PZI 2018-2047 verrekend met N207 ZW Randweg + € 1,4 mln
Dynamisch Verkeersmanagement (Uitrol opwaarderen VRI's)
U 0,3 0,9 2017 2018 PZI 2018-2047
Energietransitie infrastructuur (Plant-E) U 0,4 0,4 2016 2017 PZI 2018-2047
Paragraaf Openbaar vervoer
Ontwikkeling buscorridors: Goeree Overflakkee - Rotterdam (N498 B Haltepaar Schaapsweg GO-R'dam)
U 1,5 1,5 2017 2018 PZI 2018-2047
Paragraaf Fietspaden
Uitvoeringsprogramma fiets 2008-2011 U 0,5 0,5 2016 2017 PZI 2018-2047
Uitvoeringsprogramma fiets 2012-2016 U 8,6 8 2016/ 2017
2017/ 2018
PZI 2018-2047
Uitvoeringsagenda ‘Samen verder fietsen’ U 0,8 0,8 2017 2019 PZI 2018-2047
Paragraaf Verkeersveiligheid
Rotondes Ammerstol en Wetering (rotonde De Wetering)
U 1,7 2 2017 2019 PZI 2018-2047
I 1,4 1,4 2017 2019 PZI 2018-2047
Aanpassing hoofdrijbaan N223 (Duurzaam veilig fase 2)
I 0 1 2016 2017 PZI 2018-2047
95
Project (bedragen x € 1 mln) Uitg/ Ink Te activeren was
Te activeren wordt
Jaar activeren
was
Jaar activeren
wordt
Opgenomen in
Paragraaf Vaarwegen
Julianasluis loswal U 1,5 1,3 2017 2019 PZI 2018-2047
I 0,4 0,4 2017 2019 PZI 2018-2047
Beheer en onderhoud
Programma Beheer en onderhoud U 6,7 6,7 2016 2017 PZI 2018-2047
I 1,8 1,4 2017 2017 PZI 2018-2047
U 16,8 16,8 2018 2017 PZI 2018-2047
Totaal uitgaven 52,9 53,3 Totaal inkomsten 7 7,2 Totaal netto 45,9 46,1
Paragraaf Bedrijfsvoering
In onderstaande tabel staan de belangrijkste wijzigingen voor 2017. Het betreft projecten waarvan het
projectbudget is gewijzigd en/of waarvan de activering in 2017 wordt aangepast.
De gegevens in de kolommen “was” betreft de stand uit de Najaarsnota 2017.
Projectnaam (bedragen x € 1.000)
Fase V/U Was Wordt Jaar oud Jaar nieuw
Programma Continuïteit 2017 U 3 2,4 2017 2017
Programma ICT Vernieuwingen U 2 1,7 2017 2017
Programma E-HRM U 1.8 2,1 2017 2017
6,8 6,2
MJOP Provinciehuis-Bouwkundig/Installaties U 3 3 2017 2018
3 3
96
Kijklijn
Wat is een kijklijn
De begroting is opgebouwd vanuit een structuur die bestaat uit programma's, doelen en taken. Echter, er zijn
steeds meer onderwerpen die bestuurlijk van belang zijn die binnen verschillende programma's, doelen en taken
terugkomen. Deze onderwerpen zullen binnen de kijklijnen terugkomen.
Extra investeringen in een slimmer, schoner en sterker Zuid-Holland
In de bestuurlijke inleiding van de Begroting 2017 is aangegeven dat de provincie ruimte en vertrouwen heeft om
de ambities verder te versnellen, te verdiepen en te versterken door middel van incidentele en structurele inzet
van middelen. Hierbij is welbewust naar kansen gekeken die nog in de resterende collegeperiode kunnen worden
uitgevoerd (of verplicht). In de Begroting 2017 zijn 12 voorstellen benoemd, waarover bij de Voorjaarsnota 2017
een afweging is gemaakt. In deze kijklijn wordt een totaaloverzicht gegeven van de 12 voorstellen gevolgd door
een nadere toelichting op een eventuele afwijking ten opzichte van hetgeen in de voorjaarsnota is opgenomen.
Totaaloverzicht extra investeringen in slimmer, schoner en sterker Zuid-Holland Nr. Onderwerp
(bedragen in €) Besluit
voorjaarsnota I/S R/B Programma-
doel Actualisatie t.o.v. de voorjaarsnota
voorjaarsnota
Versnellen transitie naar innovatieve en duurzame toekomst
1 Fonds ter financiering kleinschalige, maatschappelijke energieprojecten 2.000.000 I R 3.2 Ja
2 Bijdrage aan de transitie van het chemiecluster in de Rotterdamse haven 7.500.000 I R 3.1 Ja
3 Nieuwe impuls voor verduurzaming mobiliteit 6.000.000 I B 2.1 Nee
4.000.000 I B 2.2 Nee
4 Bijdrage aan een Zuid-Hollandse transitiecampus - echt groene groei 5.000.000 I R 3.1 Ja
Versterken Zuid-Hollandse economie
5 Reservering voor de uitvoering van 'Investeren in vernieuwing' 5.000.000 I R 3.1 Ja
6 Bijdrage aan de modernisering van het glastuinbouwcluster in het Westland 4.000.000 I R 3.1 Ja
7 Extra bijdrage t.b.v. cofinanciering van de innovatiestimulering MKB 1.000.000 I R 3.1 Ja
8 Ophoging budget voor regionale gebiedsgerichte economische werken 5.000.000 I R 4.1 Ja
Verdiepen van bestaande ambities
9 Behoud aanbod en verbetering van het openbaar vervoer (m.i.v. 2018 € 1,5 mln) 3.000.000 S B 2.2 Nee
10 Oplossen knelpunten openbaar vervoer 1.500.000 I B 2.2 Nee
11 Beperkte verlaging opcenten op de MRB (m.i.v. 2017 € 1 mln) 3.000.000 S 5 Nee
12 Extra impuls om Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving versneld te versterken
500.000 I R 1.6 Nee
500.000 I B 1.6 Nee
Totaal 48.000.000
I/S = Incidenteeel / Structureel
R/B = toevoeging aan Reserve of Budget
97
Toelichting
Onderstaand wordt een toelichting gegeven op de voorstellen waarbij sprake is van een actualisatie ten opzichte
van hetgeen in de voorjaarsnota is opgenomen.
1. Fonds ter financiering van kleinschalige, maatschappelijke energieprojecten
De subsidieregeling voor lokale energie-initiatieven beoogt de bewustwording van de noodzakelijke energie-
transitie in de maatschappij te vergroten en deze te versnellen. Lokale initiatieven zorgen er voor dat het
eigenaarschap van de energietransitie tot in de haarvaten van de samenleving doordringt. De regeling biedt
initiatiefnemers de mogelijkheid om hun project professioneel voor te bereiden, waarmee de slagingskans ervan
groter wordt. Het al beschikbaar gestelde budget ad € 2 mln wordt over 3 kalenderjaren verdeeld (waarvan
€ 0,8 mln voor 2017).
2. Bijdrage aan de transitie van het chemiecluster in de Rotterdamse haven
Het voorstel rondom de financiële bijdrage voor project ‘Waste to chemicals’ is vastgesteld in de PS vergadering
van 31 mei 2017. Bij voorjaarsnota is een bedrag van € 7,5 mln vanuit de extra investeringen in een slimmer,
schoner en sterker Zuid-Holland beschikbaar gesteld en toegevoegd aan de reserve Versterking economie.
4. Transitiecampus Zuid-Holland
Het voorstel rondom de financiële bijdrage voor de Transitiecampus Zuid-Holland is vastgesteld in de PS
vergadering van 25 juni 2017. Bij Voorjaarsnota 2017 is een bedrag van € 5 mln vanuit de extra investeringen in
een slimmer, schoner en sterker Zuid-Holland beschikbaar gesteld en toegevoegd aan Versterking economie.
5. Reservering voor de uitvoering van ‘Investeren in vernieuwing’
Het voorstel van GS voor de inzet van de extra middelen voor het Regionaal Investeringsprogramma en
Gebiedsgericht Werken is in een aparte brief van medio mei aan PS aangeboden. Bij Voorjaarsnota 2017 is een
bedrag van € 5 mln ‘Investeren in vernieuwing' toegevoegd aan de reserve Versterking economie
6. Bijdrage aan de modernisering van het glastuinbouwcluster in het Westland
Investering nummer 6 Modernisering glastuinbouwcluster Westland Het betreft een versterking van de
herstructurering en modernisering van de glastuinbouw zoals bedoeld in het Impulsprogramma van de provincie
Zuid-Holland voor € 4mln. Door de gemeente Westland een subsidie te verlenen voor het opkopen en uitplaatsen
van de in de weg liggende woningen/obstakels kunnen 200 hectare tuinbouwareaal worden vrijgespeeld voor
modernisering en herstructurering die de provincie voor ogen staat. De provincie werkt in coalitieverband (HOT)
samen met het bedrijfsleven om te komen tot een duurzaam tuinbouwcluster voor de toekomst.
7. Extra bijdrage t.b.v. cofinanciering van de innovatiestimulering MKB
De verhoging van het Subsidieplafond 2017 regeling MKB Innovatiestimulering Topsectoren Zuid-Holland (MIT
ZH) is vastgesteld in de PS vergadering van 22 februari 2017. Bij Voorjaarsnota 2017 is een bedrag van € 1 mln
beschikbaar gesteld en toegevoegd aan de reserve Versterking economie.
8. Ophoging budget voor regionale gebiedsgerichte economische werken
Aan de hand van recente plannen per deelproject zijn de bijbehorende kosten voor de komende jaren in beeld
gebracht, aan de reserve onttrokken en ter begroting van die jaren gebracht. Vanuit de reservering wordt voor
2017 € 790.000 beschikbaar gesteld bestemd voor de daadwerkelijk snelle uitvoering van een aantal
gebiedsgerichte projecten in de regio’s Goeree-Overflakkee, Hoeksche Waard, Alphen-Gouda-Woerden en
Alblasserwaard-Vijfheerenlanden. De middelen zullen via een incidentele subsidie beschikbaar worden gesteld
aan de betrokken regionale partners.
99
Bijlagen
101
Bijlage 1 Voordracht en Besluit
102
103
104
105
106
107
108
109
111
Bijlage 2 Amendementen en Moties
Er zijn geen vastgestelde amendementen en moties.
113
Bijlage 3 Vastgestelde taken door Gedeputeerde Staten d.d. 4 september 2017
Taak 3.1.1 Economische clusters en innovatief MKB faciliteren
Om een groeiende, duurzame en innovatieve economie te stimuleren, faciliteert de provincie economische
clusters en innovatief MKB en daarnaast de transitie van de Greenports en het HIC ondersteunen met de inzet
van ruimtelijk, milieu- en infrastructureel instrumentarium.
Uitvoering van de samenwerkingsagenda 'Gezamenlijke innovatie ondersteuning MKB'
Door middel van de samenwerking met het Rijk (samenwerkingsagenda 'Gezamenlijke MKB
innovatieondersteuning') en via de subsidieregeling MKB innovatieondersteuning Zuid-Holland stimuleert de
provincie innovatie in het MKB in de topsectoren van Zuid-Holland waar onder de Greenports en de topsectoren
gelieerd aan het HIC. De provincie en het ministerie van Economische Zaken hebben in 2016 ieder € 4,45 mln
ten behoeve van deze regeling ingezet. Na evaluatie van de gezamenlijke uitvoering hebben Rijk en regio’s begin
2016 besloten de samenwerking op het vlak van het MIT voort te zetten.
Ondersteunen van samenwerkingsverbanden die publieke en private partijen samenbrengen rondom
economische clusters met veel groeipotentie
De provincie zet middelen in voor de ontwikkeling van regionale netwerken waarin de triple helix partijen zijn
vertegenwoordigd. Met de subsidieregeling regionale netwerken topsectoren wil de provincie binnen de pijlers
Greenports, HIC en Kennisas het organiserend vermogen van de topsectoren en hun cross-overs versterken.
Cross-over verbindingen stimuleren vernieuwing en innovatieve samenwerking.
Uitvoering van de Economische Agenda Zuidvleugel en doorontwikkeling Economische Programmaraad
Zuidvleugel
Met de uitvoering van de Economische Agenda Zuidvleugel versterkt de provincie het organiserend vermogen
door het bevorderen van regionale samenwerking en samenhang, stimuleert de provincie het innovatief MKB,
innovatieve campussen en hotspots en de transitie van de Greenports en het HIC.
Investeren in vernieuwen: een gezamenlijke investeringsagenda met regio’s en de EPZ
Samen met de Metropoolregio Rotterdam Den Haag, de regio Drechtsteden, de regio Holland-Rijnland en de
Economische Programmaraad Zuidvleugel heeft de provincie een investeringsprogramma opgesteld, gericht op
vernieuwing van de economie. Dit programma is niet in beton gegoten, maar drukt wel de ambitie uit om samen
met bedrijven, kennisinstellingen, het Rijk en Europa de projecten en bijbehorende financiering uit te werken.
Organiseren van financiering voor proeftuinen en innovatieprojecten
Via het Kansen voor West II programma zet de provincie in op het stimuleren van innovatieve proeftuinen. Het
doel is om in de proeftuinen met behulp van nieuwe kennis rendabele oplossingen te vinden voor
maatschappelijke opgaven, zoals op het gebied van duurzaamheid, gezondheid en veiligheid. Via de proeftuinen
worden met name kennisintensieve MKB-ers ondersteund om hun nieuwe producten en diensten te ontwikkelen
en te testen. Naast de middelen uit Europa (EFRO) en de private middelen die worden ingezet, zet de provincie
ook cofinanciering in om de proeftuinen te ondersteunen. Ook voor innovatieve Interreg-projecten op het gebied
van clean technology waar samen wordt gewerkt met een Vlaamse partner zet de provincie cofinanciering in.
Uitvoeringsorganisatie InnovationQuarter ondersteunen
Met deelname in de regionale ontwikkelingsmaatschappij InnovationQuarter (IQ), het beschikbaar stellen van
aanvullend kapitaal en het verlenen van subsidie aan IQ wil de provincie het innovatiepotentieel van Zuid-Holland
beter benutten.
114
De vier Greenports ondersteunen en ruimtelijk faciliteren
De provincie richt zich op het stimuleren van innovatie, het ruimtelijke accommoderen van onder andere
ontwikkelingen die de modernisering, clusterwerking en verbetering van de logistieke verbindingen ten goede
komen.
Het Havenindustrieel complex ondersteunen en faciliteren bij groene chemie, logistiek en maritiem
De provincie richt zich op het stimuleren van samenwerking en innovatie, het ruimtelijk accommoderen van haven
gerelateerde ontwikkelingen en haven gerelateerde overslaglocaties, het stimuleren van de ontwikkeling van een
energie- en grondstof efficiënte haven en het stimuleren van versterking van de Greenport en Mainportrelatie
door facilitering van het bedrijfsleven
Bijstelling beleidsrealisatie
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Prestatie-indicatoren (= output- en procesindicatoren)
Omschrijving Nulmeting 2017 2018 2019 2020
3.1.1.1 Aantal kennisintensieve MKB'ers uit topsectoren
ondersteund
90 175 175 175 175
3.1.1.2 Aantal triple helix-netwerken ondersteund
gericht op Kennis en Innovatie, de Greenports
en het Haven Industrieel Complex
8 7 8 8 8
3.1.1.3 InnovationQuarter ondersteund met kapitaal en
middelen voor de uitvoering van Business
Development en Marketing
11 mln 16,5 mln 1,5 mln 1,5 mln 1,5 mln
Toelichting prestatie-indicator(en)
Het Rijk heeft de MIT regeling recent geëvalueerd. Uit het rapport blijkt onder meer dat de regeling toegankelijk is,
voorziet in een duidelijke behoefte en het MKB ondersteunt in de eerste fase van innovatietrajecten. Meer dan
50% van de MIT aanvragen wordt afgewezen omdat er niet voldoende budget is. Voorgesteld wordt € 3 mln
(gedekt binnen programma 3) in te zetten voor de overvraag van de MIT regeling in 2017. Deze middelen
worden toegevoegd aan het plafond voor de R&D samenwerkingsprojecten. Met deze middelen verwacht de
provincie de indicator 3.1.1.1 te verhogen tot 175
Wat mag dat kosten voor deze taak?
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 11.808 24.271 -2.808 21.463
Baten 80 381 500 881
Totaal saldo baten en lasten 11.728 23.890 -3.308 20.582
Storting in reserve 3.100 25.000 8.464 33.464
Bijdrage uit reserve 0 8.122 5.235 13.357
Resultaat 14.828 40.768 -80 40.689
Toelichting bijstelling
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Lasten
Voor toelichting zie bovenliggend doel.
115
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Baten
Voor toelichting zie bovenliggend doel.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Storting in reserve
Voor toelichting zie bovenliggend doel.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Bijdrage uit reserve
Voor toelichting zie bovenliggend doel.
Overzicht reserves
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Interreg-cofinanciering EFRO 2.500 2.500 31 2.531
Regionale netwerken topsectoren 0 0 433 433
Versterking economie 0 22.500 0 22.500
MIT MKB Innovatiestimulering topsect 0 0 8.000 8.000
WorldExpo 2025 600 0 0 0
Totaal storting in reserve 3.100 25.000 8.464 33.464
EFRO middelen 0 0 31 31
Interreg-cofinanciering EFRO 0 2.146 250 2.396
Regionale netwerken topsectoren 0 526 0 526
Versterking economie 0 950 4.954 5.904
MIT MKB Innovatiestimulering topsect 0 4.500 0 4.500
Totaal bijdrage uit reserve 0 8.122 5.235 13.357
Taak 3.6.2 Restaureren monumenten en onderhouden molens
De taak om rijksmonumenten te restaureren is in 2012 gedecentraliseerd naar de provincies. Zuid-Holland telt
ruim 9.000 monumenten, waarvan 228 molens. Voor provinciale subsidie komen echter alleen monumenten in
aanmerking die geen woonhuis zijn of een rendabele bestemming hebben. Daarvoor bestaat een fiscale regeling,
respectievelijk kan een lening met lage rente worden aangevraagd bij het Nationaal Restauratie Fonds (NRF).
Toch wordt de provincie geconfronteerd met een aanzienlijke restauratiebehoefte. In 2016 is onderzoek gedaan
naar de restauratiebehoefte in Zuid-Holland. Dit is in een Erfgoedmonitor opgenomen. Bij de monumenten buiten
de erfgoedlijnen betreft dat vooral religieuze gebouwen en molens. De restauratie van monumenten binnen de
erfgoedlijnen is begrepen onder taak 3.6.3. In 2017 worden wederom intensiveringsmiddelen ingezet om de
restauratie-achterstand van rijksmonumenten in Zuid-Holland weg te werken.
Restauratie is tegelijk vaak ook de eerste stap op weg naar herbestemming. Maar voor het welslagen van
herbestemming komt natuurlijk meer kijken. Zo moet er een 'markt' zijn voor een nieuwe functie en ook iemand
die het initiatief wil trekken. De provincie heeft in dat verband de meest kansrijke monumenten geselecteerd met
behulp van de provinciale 'transitietool' (instrument om kansrijke herbestemmingen te selecteren). Voor kansrijke
initiatieven die een duwtje in de rug kunnen gebruiken, laten wij Adviezen op maat uitvoeren.In afstemming met
het Actieprogramma Slim Ruimtegebruik organiseren wij werksessies om herbestemming en gebiedsontwikkeling
te stimulerenSamen met opleidingsinstituten wordt in de vorm van prijsvragen maximale creativiteit aangeboord
116
om te komen tot nieuwe herbestemmingen. De subsidieregeling van Restauratie Rijksmonumenten wordt
uitgebreid met een paragraaf herbestemming.
Voor de molens is het belangrijk dat ze kunnen draaien (hun windrecht gaat terug op de Middeleeuwen). Naast
subsidie voor onderhoud en restauratie verstrekt de provincie daarom ook draaipremies naar rato van het aantal
gemaakte omwentelingen. Om te kunnen draaien dient ook de omgevende molenbiotoop op orde te zijn. Vaak
wordt de windvang binnen die biotoop verstoord door matig en slecht onderhouden bomen en struiken
(wervelingen leiden dan tot onregelmatige slijtage). Op twee manieren stimuleert de provincie totstandkoming van
groenbeheerplannen bij molens. Door ze te betrekken bij de beoordeling van ruimtelijke plannen (zie hierboven bij
taak 3.6.1) en via het 'molennetwerk', dat de provincie via het Erfgoedhuis Zuid-Holland ondersteunt. In 2016 is
hiermee een begin gemaakt en in 2017 wordt dit voortgezet met inzet van intensiveringsmiddelen. Ook wordt de
regeling Onderhoud Molens inclusief Groot Onderhoud voortgezet.
98% van de molens in Zuid-Holland maakt gebruik van de regeling voor de onderdelen onderhoud en
draaipremies. Het beschikbare budget wordt jaarlijks zo goed als volledig uitgeput. In 2016 is voor het eerst geld
beschikbaar gesteld voor groot onderhoud. Daartoe zijn specifieke typen werkzaamheden benoemd in de
subsidieregeling. De provincie Zuid-Holland is de enige provincie in Nederland met een dergelijke
subsidieregeling. Aanleiding hiervoor waren het onderzoeksrapport Molentoekomst (juni 2015) van vereniging De
Hollandsche Molen en signalen uit het molenveld. In 2016 is het budget voor grootonderhoud volledig benut, van
de 23 aanvragen konden er 6 worden gehonoreerd met het beschikbare budget. De doeltreffendheid van de
regeling voor groot onderhoud zal in een evaluatie worden beoordeeld. Met subsidies voor onderhoud en groot
onderhoud wordt het behoud van de molens geborgd. Met draaipremies wordt het draaien gestimuleerd.
Bijstelling beleidsrealisatie
Er zijn in beperkte zin wijzigingen t.o.v. de begroting. Deze zijn hieronder aangegeven.
Prestatie-indicatoren (= output- en procesindicatoren)
Omschrijving Nulmeting 2017 2018 2019 2020
3.6.2.1 Aantal gesubsidieerde restauraties
rijksmonumenten
15 20 20 20 20
3.6.2.2 Aantal maatadviezen herbestemming 7 8 8 8 8
3.6.2.3 Percentage aangevraagde onderhoudssubsidies
molens
95 96 97 98 98
3.6.2.4 Percentage groenbeheerplannen molenbiotopen
waarbinnen groenbeheer matig is
32 36 38 40 42
Toelichting prestatie-indicator(en)
3.6.2.1: Het aantal gesubsidieerde restauraties komt in 2017 waarschijnlijk uit op 35 (26 subsidies in het kader van
de Subsidieregeling Restauratie Rijksmonumenten Zuid-Holland en 9 in het kader van de erfgoedlijnen). Dit is
hoger dan begroot, doordat PS € 2 mln extra beschikbaar hebben gesteld voor de restauratie van
rijksmonumenten in Zuid-Holland.
3.6.2.2: Het subsidieplafond voor herbestemming wordt niet geheel bereikt. Er moet € 250.000 worden
doorgeschoven / beklemd voor 2018.
Achtergrond: In december 2016 hebben Gedeputeerde Staten het besluit genomen om een paragraaf
toe te voegen aan de subsidieregeling Restauratie Rijksmonumenten Zuid-Holland. Hierdoor hebben
subsidieaanvragers de mogelijkheid om, aanvullend op de subsidieaanvraag voor de restauratie van
een rijksmonument, subsidie aan te vragen voor duurzaamheids- en toegankelijkheidsmaatregelen
t.b.v. de herbestemming van het monument. De termijn tussen het in werking treden van de
aanvullende paragraaf van de subsidieregeling Restauratie Rijksmonumenten Zuid-Holland en de
indieningstermijn voor subsidieaanvragen in het kader van deze regeling was echter kort. Hierdoor
was er onvoldoende bekendheid met de mogelijkheid om subsidie aan te vragen voor herbestemming,
waardoor het subsidieplafond niet is bereikt. De verwachting is dat er volgend jaar meer aanspraak zal
117
worden gemaakt op de regeling door de toegenomen bekendheid met de regeling.
3.6.2.3: Op verzoek van de Stichting tot instandhouding van Molens in de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden
(Simav) is de subsidie voor de molen Souburgh op nihil gezet. De bijbehorende middelen van € 150.000 vallen
daarmee vrij. Voorstel is om deze in 2017 in te zetten voor de planuitwerking van de herbestemming van Fort
Buitensluis.
Voor de erfgoedlijnen wordt er ongeveer € 650.000 doorgeschoven. Voor de restauraties van Rijksmonumenten
(binnen en buiten de erfgoedlijnen) wordt ongeveer € 5 mln doorgeschoven. Dit is hoger dan voorzien in de
voorjaarsnota (€ 3 mln). In de voorjaarsnota hebben we een inschatting gemaakt op basis van ervaringen in de
voorgaande jaren. Omdat een paar grote subsidies in de subsidieregeling restauratie (Huys te Warmond en
Academie voor de kunsten Den Haag) grotendeels worden uitgevoerd in 2018, 2019 en 2020, moeten de
middelen worden doorgeschoven. Ook zal de uitvoering van Fort Wierickerschans grotendeels in 2018 en verder
worden uitgevoerd.
Wat mag dat kosten voor deze taak?
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 10.863 10.264 -3.955 6.309
Baten 7 7 0 7
Totaal saldo baten en lasten 10.856 10.257 -3.955 6.302
Storting in reserve 0 3.000 2.000 5.000
Bijdrage uit reserve 2.400 4.830 -1.900 2.930
Resultaat 8.456 8.427 -55 8.372
Toelichting bijstelling
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Lasten
€ 0,2 mln (v) Ja 3.6.3 Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Het budget 2017 van molen Souburg a € 150.000 wordt verschoven naar het
onderwerp Herbestemming (bij opdrachten erfgoed).
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Baten
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Storting in reserve
Voor toelichting zie bovenliggend doel.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Bijdrage uit reserve
Voor toelichting zie bovenliggend doel.
118
Overzicht reserves
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Rest.rijksmonumenten & erfgoedlijnen 0 3.000 2.000 5.000
Totaal storting in reserve 0 3.000 2.000 5.000
2016 DP Molens CVT groot onderhoud 200 200 0 200
Rest.rijksmonumenten & erfgoedlijnen 2.200 4.630 -1.900 2.730
Totaal bijdrage uit reserve 2.400 4.830 -1.900 2.930
Taak 3.6.3 Erfgoedlijnen ontwikkelen en beleefbaar maken
In het provinciaal erfgoedbeleid heeft de provincie het accent verschoven van bescherming van het individuele
monument naar gebiedsgerichte en integrale ontwikkeling van complexen van monumenten. Een ingewikkelde en
dure opgave die de provincie niet alleen kan realiseren en betalen. Daarom brengt de provincie vanaf eind 2012
in cocreatie met vele partijen van binnen (onder meer Groen, Water, Ruimtelijke Ordening, Mobiliteit) en buiten
(netwerkend werken met ruim 200 partijen) zeven erfgoedlijnen tot ontwikkeling.
De provincie onderscheidt momenteel de volgende erfgoedlijnen: Atlantikwall, Oud Hollandse Waterlinie,
Landgoederenzone, Romeinse Limes, Goeree-Overflakkee, Trekvaarten en Waterdriehoek. Elke lijn heeft een
erfgoedtafel waaraan iedereen die zich in de erfgoedlijn interesseert of er belang bij denkt te hebben, mee doet.
Deze tafels hebben een onafhankelijk voorzitter en staan permanent open voor nieuwe partijen met nieuwe
belangen en ideeën. De voorzitter bewaakt het open karakter van de tafel, houdt partijen bij elkaar en bewaakt de
voortgang bij het bereiken van het gezamenlijke doel. De regeling erfgoedlijnen kent vanaf het van kracht worden
in 2012 jaarlijks meer dan vijftig aanvragers, de beschikbare plafonds worden volledig benut. Het werken via
netwerken verenigd aan erfgoedtafels leidt tot veel enthousiasme en cofinanciering door deze partners,
samenwerking, kennisdeling en extra inzet van vrijwilligers. Er zijn zo’n 250 partners betrokken bij de uitvoering
van de erfgoedlijnen. De erfgoedtafels hebben zelf een streefbeeld voor hun erfgoedlijn vastgesteld. In het kader
van de kwaliteitsslag erfgoedlijnen, hebben de erfgoedlijnen in 2016/2017 hun streefbeeld aangescherpt en op
kaart gezet. Hieruit volgen de projecten die moeten bijdragen aan het behalen van het streefbeeld. De
erfgoedtafels volgen zelf de uitvoering van de projecten en beoordelen samen met de provincie of er voldoende
balans is tussen de operationele doelen en gebruiken hiervoor diverse prestatie- en effectindicatoren. Hierover
wordt tweejaarlijks gerapporteerd via de Monitor Erfgoedlijnen.
Bijstelling beleidsrealisatie
Er zijn in beperkte zin wijzigingen t.o.v. de begroting. Deze zijn hieronder aangegeven.
Prestatie-indicatoren (= output- en procesindicatoren)
Omschrijving Nulmeting 2017 2018 2019 2020
3.6.3.1 Aantal partijen erfgoedtafels 265 275 280 285 285
3.6.3.2 Waardering partijen erfgoedtafels 7,5 8 8 8 8
3.6.3.3 Percentage cofinanciering erfgoedlijnen 250 250 250 250 250
3.6.3.4 Aantal gesubsidieerde projecten / activiteiten
Maatregelenpakket Erfgoedlijnen
50 50 50 50 50
Toelichting prestatie-indicator(en)
3.6.3.1: De waardering van de partijen aan de erfgoedtafels komt waarschijnlijk uit op een 7,5 in 2017. In 2017
heeft het Tympaan instituut de tweede monitor Erfgoedlijnen uitgevoerd. Deze monitor gaat in op de uitvoering
van de erfgoedlijnen in 2015 en 2016. In deze monitor is ook de waardering van deelnemers voor de
erfgoedtafels gemeten.
Het percentage cofinanciering op de erfgoedlijnen is waarschijnlijk lager dan begroot: 135. In de erfgoedlijnen
wordt nauw samengewerkt met externe partijen. Er is geen eis ten aanzien van cofinanciering, al blijkt de
119
cofinanciering in de afgelopen jaren altijd ruim (zo’n 3 maal) boven onze eigen bijdrage uit te komen. De
cofinanciering kan daarom wel van jaar tot jaar verschillen.
3.6.3.4: Er zijn in 2017 76 gesubsidieerde projecten/activiteiten opgenomen in het Maatregelenpakket
erfgoedlijnen in 2017. Dit is ruim hoger dan begroot. Het aantal projecten dat wordt aangedragen door de
erfgoedtafels verschilt per jaar. Daarnaast zijn in 2017 extra middelen beschikbaar gesteld voor een aantal
projecten in de erfgoedlijnen (waaronder Fort Wierickerschans, de Nederlandse Limessamenwerking en de
bijdrage aan de Themafondsen Landgoederenzone en Goeree-Overflakkee bij het Prins Bernhard Cultuurfonds).
Wat mag dat kosten voor deze taak?
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Lasten 5.096 5.675 44 5.719
Baten 498 498 -498 0
Totaal saldo baten en lasten 4.599 5.178 542 5.719
Storting in reserve 0 750 350 1.100
Bijdrage uit reserve 0 509 698 1.207
Resultaat 4.599 5.419 194 5.613
Toelichting bijstelling
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Lasten
€ 0,2 mln (n) 3.6.2 Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Het budget 2017 van molen Souburg a € 150.000 wordt verschoven naar het
onderwerp Herbestemming (bij opdrachten erfgoed).
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Baten
Voor toelichting zie bovenliggend doel.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Storting in reserve
Voor toelichting zie bovenliggend doel.
Financiële mutaties Eenmalig
Ja/Nee
Bron Toelichting / onderbouwing op mutatie
Bijdrage uit reserve
Voor toelichting zie bovenliggend doel.
Overzicht reserves
Bedragen x € 1.000 Primaire
Begroting
2017
Bijgestelde
Begroting 2017
tm VJN
Bijstelling
Najaarsnota
Bijgestelde
Begroting 2017
Rest.rijksmonumenten & erfgoedlijnen 0 750 350 1.100
Totaal storting in reserve 0 750 350 1.100
Voorm.Invest.budg.Sted.Vern.3 (ISV3) 0 0 498 498
Rest.rijksmonumenten & erfgoedlijnen 0 509 200 709
Totaal bijdrage uit reserve 0 509 698 1.207