N9 mei 2013

28
TIJDSCHRIFT VAN HET UNIVERSITY COLLEGE HOGESCHOOL-UNIVERSITEIT BRUSSEL & KAHO SINT-LIEVEN JUNI 2013 - NUMMER 9 “De leerlingen leren niet alleen fietsen, ze leren ook de Nederlandse taal.” Gerinkel in alle talen In dit nummer: Algoritmen in de zorg Le français en image Lessen uit de crisis Stage in de Groote Schuur studenten- projecten vanaf pag 6 10

description

 

Transcript of N9 mei 2013

Page 1: N9 mei 2013

TIJDSCHRIFT van HeT UnIveRSITy College HogeSCHool-UnIveRSITeIT BRUSSel & KaHo SInT-lIevenJUnI 2013 - nUMMeR 9

“De leerlingen leren niet alleen fietsen, ze leren ook de nederlandse taal.”

Gerinkel in alle talen

In dit nummer:Algoritmen in de zorg

Le français en imageLessen uit de crisis

Stage in de Groote Schuur

studenten- projecten

vanaf pag 6

10

Page 2: N9 mei 2013

N9 2

Verder…

aGendaop pag 26

08

03

10

17

18

20

23

financieel rijbewijs Leren omgaan met geld

le français en imaGe Kijk eens naar een Franse film

alGoritmen in de zorG Automatische roosterplanning

PalliatieVe zorG In de voetsporen van Zuster Leontine

lessen uit de crisis Paul Davies te gast in Brussel

in de Groote schuur Op stage in Zuid-Afrika

Gerinkel in alle talen Fietslessen voor anderstaligen

de jeuGd Van VandaaG…04 Compleet anders of toch niet?

multilinGual learninG09 Criteria van anderstalig onderwijs

kennis Voor kmo’s14 Een netwerk van LED’s

Goed wonen 24 Onderzoek gezinsvriendelijkheid

colofon n9: viermaandelijks tijdschrift van de Hogeschool-Universiteit Brussel (www.hubrussel.be) en de KAHO Sint-Lieven (www.kahosl.be) Eindredactie: Evelyne Schrevens (Hogeschool-Universiteit Brussel) Redactie: Filip Clarisse (Hogeschool-Universiteit Brussel) en Inge De Schuyter (KAHO Sint-Lieven)Concept, realisatie en productie: www.f-twee.beCover: student Michiel D’Hont Fotograaf: Anne DeknockVerantwoordelijke uitgever: Dirk De Ceulaer, Warmoesberg 26, 1000 Brussel

n9 inhoud

Page 3: N9 mei 2013

N9 3

Behaal je financieel rijbewijs

oPleidinGen

Naast een gewoon rijbewijs

kunnen jongeren nu ook hun

‘financieel rijbewijs’ halen.

Lieven De Moor en Geert

Van Campenhout van de

Hogeschool-Universiteit Brussel

stelden hun concept voor

op de allereerste nationale

conferentie over financiële

vorming.

Jongeren leren omgaan met geld

Als jongeren een rijbewijs nodig hebben om met de wagen te mogen rijden, waar-om zouden ze dan geen ‘rijbewijs’ moeten hebben om met geld om te gaan? Van-uit dat idee vertrok-ken HUB-professoren Lieven De Moor en Geert Van Cam-penhout. Ze werk-ten een workshop uit rond financiële vorming voor jongeren. “Laatstejaars-studenten uit het middelbaar kunnen aan de HUB zo’n sessie volgen. Twee uur lang krijgen ze uitleg over belangrijke financiële thema’s, zoals risicospreiding, vermogens-beheer, beleggingsprofielen… Interactie staat centraal: de jongeren beantwoorden vragen via sms en de resultaten worden meteen op een groot scherm geprojec-teerd. Wie aan het einde van de sessie slaagt voor de test, krijgt een certificaat

of ‘financieel rijbewijs’. De financiële vor-ming kan gecombineerd worden met een bezoek aan het Geldmuseum van de Nati-

onale Bank. Na de sessie ontvangt de leerkracht een globaal rapport over

de financiële kennis van de groep. Daarop kan dan verder gewerkt worden.”

Erbarmelijke cijfersHebben jongeren zo’n financieel

rijbewijs echt nodig? “Jazeker”, zegt Lieven De Moor. “Onderzoek wees uit dat het slecht gesteld is met de finan-ciële geletterdheid van de Belgen. Ze scoorden net geen 55% op de test. De 18- tot 24-jarigen bengelden onderaan met een score van iets minder dan 45%. Die erbarmelijke cijfers deden ons besef-fen dat jongeren echt nood hebben aan financiële vorming. Want vroeg of laat krijgen ze sowieso te maken met allerlei financiële producten zoals leningen, ver-

zekeringen en beleggingen. En dan kun-nen ze maar beter goed voorbereid zijn.”

Op eigen initiatiefDe HUB-professoren stelden hun initiatief voor op de eerste nationale conferentie over financiële vorming van de FSMA (Financial Services and Markets Autho-rity). Die organisatie is de toezichthouder van de Belgische financiële sector. Lieven De Moor: “Het is belangrijk om financiële vorming in te bouwen in het lessenpak-ket. Ons ‘rijbewijs’ komt aan die vraag tegemoet. Scholen kunnen zich op eigen initiatief inschrijven voor zo’n vormings-sessie. We hebben tijdens de conferentie ook onze visie over financiële vorming in het plichtonderwijs voorgelegd aan de minister van Onderwijs. Dat resulteerde in een aantal belangrijke beleidspunten die nu verder uitgewerkt worden.”

Meer info: [email protected]

Laatstejaars secundair maken aan de HUB kennis met allerlei financiële producten.

Page 4: N9 mei 2013

N9 4

oPleidinG

Pedro De Bruyckere is jongerenexpert en auteur van onder meer

‘De jeugd is tegenwoordig’ en ‘Jongens zijn slimmer dan meisjes’.

In zijn boeken trapt hij op basis van gedegen onderzoek vrolijk

enkele heilige huisjes onderuit. Nee, de jeugd van vandaag is niet

anders dan die van vroeger – of toch maar een klein beetje.

Compleet anders of toch niet?

De wereld is om zeep. Want de jeugd van tegenwoordig is losbandig, hangt wat rond op pleinen en verdoet zijn tijd op Facebook. Aristophanes zei 400 jaar voor Christus al precies hetzelfde (met uitzondering van het laatste) en Pedro De Bruyckere schrijft er anno 2013 nog altijd boe-ken over. Zijn wetenschap-pelijk onderzoek naar wat de jeugd van tegenwoordig denkt en voelt, intrigeerde de docenten van de KAHO Sint-lieven. Ze nodigden hem uit voor een lezing die in geen tijd volliep. Voor wie geen plaatsje meer vond, selecteerden we enkele opmerkelijke stel-lingen. De jeugd van tegenwoordig…

...is altijd bereikbaar?Pedro De Bruyckere noemt de huidige jongerengeneratie de ‘Generation stand-by’: ze zijn altijd bereikbaar met hun gsm

of smartphone, via Facebook... en zijn dus ook altijd bezig. “Een westerse tienerjon-gen verstuurt per maand 3.900 sms’en en

een tienermeisje 2.900. Dit is een generatie van jongeren die

thuis bezig is met het werk en op het werk bezig is met thuis. Eigenlijk willen ze dat niet, want slechts 15% van de jongeren is tevreden

met die situatie. Maar die 15% blijken wel de high poten-

tials te zijn.”

...is zonder normen? Eén op vijf jongeren is racistisch. Een afschrikwekkend, maar constant aantal. Jongeren zijn niet meer of minder onver-draagzaam dan de voorgaande gene-raties. Ze nemen die waarden trouwens over van hun ouders. Pedro De Bruyckere: “De schrik dat deze generatie te ‘los’ is opgevoed door ouders die liever vrien-

den wilden zijn dan grenzen te trekken, is ongegrond. De belangrijkste waarden die jongeren met zich meedragen, zijn respect voor de ouders en woord hou-den. Drank, tabak en drugs worden steeds minder populair in Vlaanderen. Tegelijk is deze generatie de meest verdraagzame ooit naar holebi’s toe.”

...is politiek geëngageerd?De huidige generatie jongeren is niet minder politiek geïnteresseerd dan de vorige, maar heeft gewoon minder tijd. Pedro De Bruyckere: “Een typerend voor-beeld zijn de scouts en gidsen in Vlaan-deren. In 2000 was iemand gemiddeld 4,5 jaar leider, in 2009 nog 3 jaar. Het engage-ment van jongeren verdwijnt niet, maar verschuift naar kortlopende projecten: Bouworde, Music for Life… Die zorgen voor een plotse, gigantische mobilisatie omdat ze makkelijker in de agenda te plannen zijn.

Page 5: N9 mei 2013

N9 5

De student van tegenwoordig

Als studentenpsycholoog aan de HUB weet Marc Ophalvens als geen ander waarmee jongeren vandaag bezig zijn. Is de jeugd van tegen-woordig… een goeie student? “De studenten zijn kritischer dan vroeger. Ze aanvaarden ook niet meer zo gemakkelijk gezagsbeslis-singen. Ze houden van instantoplos-singen en zoeken de snelste weg om aan informatie te geraken. Wat nog niet veranderd is over de jaren heen, is dat studenten doorgaans pas stu-deren wanneer ze ‘in the mood’ zijn. Als ze dan toch moeten blokken ter-wijl ze eigenlijk geen ‘goesting’ heb-ben, dan voelen ze dat aan als een verschrikkelijk moment waarop ze echt moeten doorbijten. Dat is altijd zo geweest. Wel is het zo dat ze tij-dens het studeren vaker even swit-chen naar sociale media. Wij zien dit veeleer als een extra afleiding. Maar voor hen werkt het vaak omgekeerd: ze kunnen zich daarna weer beter concentreren.”

De huidige generatie is niet minder geëngageerd. Ze heeft gewoon minder tijd.

...is gestresseerd?Kinderen volgen muziekles, dansles, zijn lid van een sportclub, een jeugdvereni-ging... En vaak een combinatie van dat alles. En de hedendaagse ouder? Die speelt in het weekend taxichauffeur. “Tegenwoordig leren kinderen in de basis-school niet meer kiezen. Een derde van de Vlaamse kinderen tussen 10 en 14 jaar

heeft zware stresssymptomen. Het tijd-schrift Klasse vroeg aan leerlingen in het lager onderwijs om hun droomschool te tekenen. Een derde tekende een school met een ruimte waar ze niets moesten doen, alleen rusten.”

...wil huisje, tuintje, kinderen?Voor het eerst zien we een generatie jongeren die echtscheidingen van dicht-bij heeft meegemaakt of die ouders ziek zag worden van een burn-out. Pedro De Bruyckere: “Aan jongeren uit het secun-dair werd gevraagd hoeveel dagen ze per week willen werken. Ruim de helft

van de meisjes wil niet voltijds werken. Van de rest wil een groot deel op woens-dag thuisblijven. Bij de jongens wil een kwart niet voltijds werken. Dat is wellicht de belangrijkste evolutie van de voorbije jaren.”

“Veel jongeren willen niet voltijds werken. Ze zagen welke problemen dat opleverde bij hun ouders.”

Page 6: N9 mei 2013

Infoavondin de moskee

Voor de tweede keer op rij organiseerde de KAHO Sint-Lieven samen met LUCA en vzw FLUX een infoavond over het hoger onderwijs. FlUX is een vereniging van Turkse studenten die Turkse jongeren sensibiliseert om verder te studeren. Om ook de ouders te bereiken, kozen de organisatoren voor een aparte locatie: de moskee in Gent. De toekomstige studenten en hun ouders kregen een dvd te zien met interviews van allochtone studenten en afgestudeerden. En die viel zeer in de smaak!

03

Masterstudenten Handelswetenschappen winnen Facebook ChallengeIn maart namen masterstudenten Handelswetenschappen Mat-teo De Bie, Stijn Vansteenhuyse, Tom Vandevelde, Gemma Ros-seeuw en Nausika Depoorter deel aan de Entrepreneurship Chal-lenge van Deloitte. “We deden mee omdat we de kennis die we tijdens onze studie opgebouwd hebben wel eens wilden omzet-ten naar de praktijk”, zegt Matteo De Bie. De studenten gingen als team de uitdaging aan om een fictief bedrijf te leiden actief op het vlak van elektrische voertuigen. Daarnaast moesten ze een filmpje maken om hun project te promoten via Facebook. “En in de Facebookcompetitie waren wij zeer succesvol”, zegt een trotse Matteo De Bie. “We wonnen die Challenge met meer dan 1100 likes voor ons filmpje. Maar liefst 400 likes meer dan onze eerste achtervolger! Om likes te verzamelen, spraken we al onze vrienden aan en namen we contact op met Facebookgroe-pen over milieu en elektrische wagens.” De studenten werden beloond met combitickets voor Rock Werchter.

01Max Temmermankiest mooiste gedicht

Elk jaar organiseert de HUB een wedstrijd naar aanlei-ding van de gedichtendag. Uit meer dan 70 gedichten over het opgelegde thema ‘dromen’ koos dichter Max Temmerman het sterkste gedicht. Dat werd ‘onbeant-woorde droom’ van avondstudent Handelsweten-schappen Hubert Samson. Temmerman bekroonde Huberts gedicht omdat het “veel mooie woorden, veel mooie zinnen en veel mooie beelden bevat.” Met zijn gedicht steekt Hubert een geschenkbon van 125 euro op zak. De andere deelnemers gingen evenmin met lege handen naar huis. Ze kregen allemaal een exem-plaar van Temmermans gedichtenbundel ‘Vaderland’.

02

Onbeantwoorde droom

Ze

welft lichaamtot schoonheid.souffleert stilte

tot rust.ontdoet genot

zijn haast.

Beminzaamnaast mebevlekt ze

gekoesterde hoop

Ze

kleurt ruimtetot ontspanning

relaxt zetelstot schroot

Ze

te hebbenis te groot

door Hubert Samson

N9 6

kort nieuws

Page 7: N9 mei 2013

05

Brusselse vrijwilligers zijn voornamelijk 35-plusser en hoogopgeleid. Dat en nog veel meer bleek uit een studie van de on-derzoeksgroep Sociaal-Agogische Weten-schappen van de HUB. “In opdracht van de vlaamse gemeenschapscommissie (vgC) gingen we na welke behoeften vrijwilli-gerswerkingen in Brussel precies hebben. We ondervroegen daarvoor 276 Brusselse organisaties”, zegt onderzoeker Joris Van Puyenbroeck. Een verrassend resultaat van het onderzoek is dat het Brusselse vrijwil-ligerswerk – in tegenstelling tot wat vaak gedacht wordt – helemaal niet in een dalende lijn zit. “Zo’n 80% van de onder-vraagde organisaties geeft aan een stabiel of zelfs een toegenomen vrijwilligersaan-tal te hebben. Wel is het zo dat het vrijwilli-gerswerk in heel wat organisaties vergrijst. Brusselse organisaties zijn dus vooral op zoek naar jongeren die een duurzaam engagement willen aangaan”, besluit Joris Van Puyenbroeck.

Vrijwilligersin Brussel

06

Voor oudere verpleegkundigen is het steeds lastiger om directe patiënten-zorg te verlenen. Daarom startte de KaHo Sint-lieven met het project ‘Con-vert’ dat verpleegkundigen omschoolt tot medical management assistants. “Oudere gezondheidswerkers beschikken over belangrijke competenties en heel wat kennis. Denk maar aan de medische terminologie die ze beheersen, de behandelprogramma’s die ze kennen en hun manier van communiceren met patiënten”, zegt Sabien Van Rampelberg, coördinator van de afstudeer-richting Medical Management Assistant. “Het zou zonde zijn om die ervaring verloren te laten gaan.” De deelnemers van het project krijgen een program-ma op maat. Ze maken zich medisch-administratieve vaardigheden eigen en krijgen de kans om uit te maken of een dergelijke job bij hun persoonlijkheid past. Na het programma hebben de omgeschoolde zorgverleners heel wat nieuwe carrièremogelijkheden. Ze kunnen nog steeds aan de slag in de zie-kenhuissector, maar ook bij huisartsen, tandartsen, ziekenfondsen en arbeids-geneeskundige diensten.

Omscholen naar een administratieve zorgjob

04

Eind mei stelden de afstude-rende studenten Plastische opvoeding van de HUB hun eigen artistieke werk ten-toon tijdens de expo ‘Mas-terpieces from bachelors’. De studenten mochten zelf kiezen met welke materi-alen en technieken ze aan de slag gingen voor hun afstudeerwerk. “De ene liet zich inspireren door Brussel als stripstad, de andere door hoeden en mode en nog een andere door sprookjes. Dat zorgde dus voor een verrassend geheel”, zegt do-cente PO Nele Dekoninck. De tentoonstelling is een jaarlijks evenement en de

organisatie is helemaal in handen van de studenten. Nele Dekoninck: “Ze moesten daarvoor maandelijks vergaderen, beslissen over het ontwerp van de affiche, de opening organiseren… Zo ontwikkelen ze alle competenties die ze als toekomstige leerkrachten Plastische opvoeding nodig hebben.”

Studenten Plastische opvoedingtonen hun meesterwerken

MET BEELDEND WERK VAN SIMON BRUNEEL • SARAH DE SMEDT • JOERI DEPOORTER •SIMON DERGEZ • AMINA DJAFRI • LISSE DOMS • FREKE DU BOIS • MONIQUE FAGNIART • KAREN FRANCOIS • SARA HULSMANS • MARGO KOEKOEKX • GAEL SWAELES • WALTRAUT VAN OVERBERGHE • SISKA VANDERVEKEN • EVA VANROY

n9 7

Page 8: N9 mei 2013

“Al zo lang als ik me kan herinneren,

voel ik me aan-getrokken tot de Franse taal”, ver-telt de 22-jarige

Jurgen De Rijck, die in januari afstu-

deerde als leraar Frans en Geschiedenis aan de KAHO Sint-Lie-ven. “Ik vind het mooi klinken. Bovendien leven we in een drietalig land, waar Frans toch een belangrijke rol speelt. Jammer genoeg verkiezen jongeren doorgaans Engelstalige films, series en muziek. Daarom begrijpen ze het Engels beter. En toegegeven: Frans is niet bij alle jongeren populair, zeker niet als vak op school. Daar wilde ik met mijn project op mijn stage-school verandering in brengen.”

Franse OscarsFilms waren volgens Jurgen een ideale binnenkomer om zijn stageklas van het vierde middelbaar warm te maken voor de Franse taal. “Ik deelde de klas op in groepjes. Elk groepje kon een Franse film kiezen die ik op voorhand selecteerde. Ze bekeken hem, deden wat research en vul-den een filmfiche in. Daarna kropen ze in de rollen van de regisseurs en acteurs om hun film voor te stellen op een geënsce-neerde uitreiking van de Franse Oscars: les César. Ook mocht elk groepje een poster of een collage ontwerpen. Aan het einde kozen alle leerlingen een top drie en wer-den de prijzen uitgereikt.”

Taal is doenJurgen gelooft niet dat jongeren een taal kunnen leren door woordenlijstjes uit

het hoofd te leren. “Een taal leren, moet je dóen”, vertelt hij. “Ik was Erasmusstu-dent in Frankrijk en ondervond dat mijn Frans er elke dag op vooruitging door in de taal te móeten communiceren. Ook op school ligt de nadruk steeds vaker op vaardigheden en minder op theore-tische kennis. Met het project ‘le français en image’ wilde ik alle vaardigheden aan bod laten komen. De leerlingen moeten luisteren, lezen, schrijven én spreken.” Jur-gens project werd zowel door zijn stage-begeleiders als de leerlingen zelf met veel enthousiasme onthaald. “Het grote voor-deel is dat leerlingen ervaren dat Frans leren ook leuk kan zijn. De leerkrachten kunnen het project een eigen invulling geven. Als ik ooit zelf voor de klas sta, hou-den we elk jaar een gala-uitreiking!”

CSI, The Walking Dead, The Simpsons… Series uit Hollywood doen het prima bij jongeren. Series uit

Parijs… zijn er niet. Dat is een van de redenen waarom leerlingen het Engels vaak beter onder de knie

hebben dan onze tweede landstaal. Jurgen De Rijck wil daar met zijn project ‘le français en image’

verandering in brengen.

Kijk eens naar een Franse film

Jurgen De Rijck maakt jongeren warm voor de Franse taal.

N9 8

studentenProject

Page 9: N9 mei 2013

N9 9

Het aantal internationale

studenten stijgt fors. Maar

les volgen of lesgeven

in een andere taal dan je

moedertaal blijft een flinke

uitdaging. Daarom stapte

de Hogeschool-Universiteit

Brussel mee in een

Europees onderzoeksproject

dat de kwaliteitscriteria voor

anderstalig onderwijs in

kaart moet brengen.

Multilingual and multicultural learning

onderzoeksProject

De Hogeschool-Universiteit Brussel werkt mee aan de kwaliteitscriteria voor anderstalig onderwijs.

Maar liefst 784 studenten schreven zich dit academiejaar in voor een Engelstalige opleiding aan de HUB: Business Admi-nistration, International Business Econo-mics and Management en English and Economics of Academic Studies. “Dat is een kleine volksver-huizing”, zegt Maarten Hulselmans, program-macoördinator Busi-ness Administration en docent Engels. “En er zijn meer dan honderd docenten bij betrokken, zowel uit ons land als daar-buiten. Het is dus een heel nut-tige oefening om na te gaan hoe we leren en doceren in een andere taal op punt kunnen stellen.”

Sterktes en zwaktesAan het project ‘International University, the challenges of the Multilingual and Multicultural Learning Space’ nemen 38 universiteiten en hogescholen deel uit 28 Europese landen. Maarten Hul-

selmans: “We willen de sterktes en zwaktes oplijsten die zowel uit

onderzoek als uit de praktijk blijken. Zo kunnen we enkele kwaliteitscriteria opstellen en op basis daarvan aanbevelin-

gen doen naar beleidsmakers of naar hogescholen en universitei-

ten die een anderstalig programma willen opstarten of verbeteren. Om een voorbeeld te geven: zelf doceer ik Engels aan studenten uit de opleiding Business Administration. Ik leer hen onder meer

onderhandelings-, vergader- en presen-tatietechnieken aan. Wat opvalt, is dat ze best wel taalvaardig zijn als het op praten aankomt, maar hun schrijfvaardigheid hinkt achterop. Dat is een voorbeeld van zo’n ‘uitdaging’ die we moeten aanpakken.”Bovendien zijn er niet alleen op het gebied van taal, maar ook op cultureel vlak discre-panties. Maarten Hulselmans: “In sommi-ge landen springt men bijvoorbeeld veel losser om met plagiaat, terwijl dat bij ons streng bestraft wordt. Het is dus goed om je internationale studenten daar van bij het begin op te wijzen. Trouwens, ook de studenten zelf worden nauw bij het pro-ject betrokken. We zitten regelmatig met hen samen om linguïstische, didactische en culturele problemen te bespreken.”

Page 10: N9 mei 2013

N9 10

Bedrijfsprocessen stroomlijnen is in. Niet alleen de industrie, maar

ook de dienstensector heeft de voordelen ervan ontdekt. CODeS,

de KAHO-onderzoeksgroep van Greet Vanden Berghe, werkt al

jaren aan algoritmen die onder meer de planning in ziekenhuizen

ondersteunen. De meeste ziekenhuizen in België doen intussen een

beroep op de algoritmen, zo ook het AZ Jan Portaels in Vilvoorde.

Algoritmen in de zorgsector

onderzoek

“De algoritmen bouwen roosters op die wetten en wensen respecteren.”

Uurroosters van ziekenhuizen in elkaar knutselen, is een tijdrovend precisiewerk-je. Vergelijk het met een megapuzzel van duizend stukjes. Met dat verschil dat bij de minste vergissing de zorg van zieke patiën ten in het honderd dreigt te lopen. Het AZ Jan Portaels in Vilvoorde startte in 2009 met een computergestuurde plan-ning. Wim Van Doorsselaere, consultant

bij het AZ Jan Portaels: “Automatische roosterplanning betekent een enorme vereenvoudiging. Waar men vroeger soms tot een anderhalve dag bezig was om een goed uurrooster in elkaar te puz-zelen, verschijnt nu al na een half uur-tje een concreet planningsvoorstel op het computerscherm. In het verleden

gebeurde de planning ook op maandba-sis, nu weten verpleegkundigen over een periode van drie maanden exact hoe hun uurrooster eruitziet.”

Optimaal runnenComputergestuurde roosterplanning is ondertussen gemeengoed in de zieken-huiswereld. Intern zorgt het voor een vlot-

tere organisatie, extern bevordert het de kwaliteitsperceptie van het ziekenhuis. Sinds enkele jaren moeten ziekenhuizen immers rekening houden met accredita-ties en zorginspectie. De accreditatie is een extern, onafhankelijk onderzoek naar de kwaliteit van de diensten, op basis van vaste normen en standaarden. De zorgin-

spectie is het agentschap van de Vlaamse overheid dat de zorgkwaliteit controleert. Beide maken dat de zorgsector steeds meer aangespoord wordt om zijn dien-sten en interne organisatie zo optimaal mogelijk te runnen.

Wetten en wensenWat is nu het geheim achter automati-sche roosterplanning? Algoritmen! Op basis van een eindige reeks instructies leiden de algoritmen naar een beoogd doel. In dit geval dus het opstellen van uurroosters. Maar het kunnen ook tal van andere zaken zijn. Ingenieur Greet Van-den Berghe begon aan het einde van de jaren 90 aan de KAHO Sint-Lieven met de uitwerking van algoritmen voor automa-tische roosterplanning voor de zorgsec-tor. Een groot succes, want ondertussen maakt de meerderheid van de zieken-huizen in België ervan gebruik. Maar ook buiten de landsgrenzen gooit de rooster-

Page 11: N9 mei 2013

N9 11

De meeste Belgische ziekenhuizen maken hun planning op met algoritmen.

CODeSEind jaren 90 begon Greet Vanden Berghe in het kader van haar docto-raat in Toegepaste Wetenschappen met de uitwerking van algoritmen voor automatische roosterplanning in de zorgsector. Vandaag staat ze aan het hoofd van de onderzoeks-groep CODeS. Met een team van twaalf medewerkers werkt ze nog steeds aan de verfijning en uitbrei-ding van modellen en algoritmen voor diverse sectoren. Greet Vanden Berghe: “Zo hebben we een model ontwikkeld dat berekent hoe de lading van een vliegtuig met con-tainers verdeeld moet worden. Een algoritme voor een citytripplanner zorgt op basis van je voorkeuren en interesses dan weer voor de best mogelijke reis. Nog een ander algoritme stippelt de route uit voor gevangenenvervoer in Nederland. Dat zorgde voor een kostendaling van maar liefst 25%. En we zijn nog niet aan het einde van de mogelijke toepassingen. Ideeën genoeg!”

planning hoge ogen, zelfs tot in Nieuw-Zeeland. “De algoritmen bouwen roosters op die wetten en wensen respecteren”, aldus Greet Vanden Berghe. “De bezettingsvereisten op de diensten zijn bij-voorbeeld verschillend naargelang het moment van de dag en het aantal patiënten. Elke verpleegkun-dige heeft ook ‘unieke voorwaarden’ waaraan moet worden voldaan. Werkt de persoon parttime of fulltime, doet hij dag- of nachtdiensten, vroege of late shifts, of een combinatie van beide, hoeveel week-ends mag hij na elkaar werken, hoelang mag hij aan één stuk werken, enzovoort. Sommige afdelingen voeren maar liefst meer dan honderd restricties in. Geluk-kig hoeven die maar één keer te worden ingegeven en is elke beperking afzonder-lijk aan te passen, mocht dat nodig zijn.”

Bedplanning graagHetzelfde principe kan doorgetrokken

worden om andere problemen aan te pakken. “Ook voor de

bedplanning in ziekenhuizen zouden ze handig kunnen zijn”, vindt Wim Van Doors-selaere: “Te vaak liggen

patiënten in een verkeerde kamer, staan er bedden leeg of

worden lakens onnodig ververst door een slechte planning. Dat kost niet alleen geld, tijd en energie, maar zorgt ook voor ongemakken bij zowel perso-neel als patiënten. Een ziekenhuis is zo’n complexe omgeving; de bezetting van bedden en kamers kan onmogelijk opti-maal door het menselijk brein georgani-seerd worden. Dus is er zeker nood aan automatisering en technische ondersteu-ning.”

Page 12: N9 mei 2013

N9 12

kort nieuws

Jongeren bewustmaken van en informeren over duurzame energieproductie en -consumptie. Dat is het doel van het project e(co)nergie. Van novem-ber 2012 tot februari 2013 hebben studenten uit de tweede bachelor Milieu- en preventiemanagement de etappes van het project doorlopen. Eerst vulden ze een vragenlijst in om zich bewust te worden van hun eigen ecologische voetafdruk. Vervolgens namen ze deel aan een workshop over hernieuwbare energie. Tot slot bezochten ze de productiesite van Eco power in Eeklo waar ze in real life kon-den zien hoe duurzame energieproductie in z’n werk gaat. In het tweede semester gingen de studenten aan de slag als begeleiders van en-kele klassen uit het secundair die aan hetzelfde project deelnamen. E(co)nergie werd gerealiseerd in het kader van ‘Later word ik Einstein’, een project dat jongeren warm wil maken voor wetenschappen.

02

03Eind maart werd Martine de Clercq, waarnemend rector van de HUB-KU Brussel in de bloe-metjes gezet ter ere van haar emeritaat. Zo’n 250 genodigden woonden de viering bij in de Koninklijke Vlaamse Academie van België voor Wetenschappen en Kunsten. Collega’s en oud-studenten blikten terug op haar academische carrière, haar aanstekelijke enthousiasme en haar bijzondere hartstocht voor Brussel. Speciaal voor Martines emeritaat schreef Koen Peeters het literaire portret ‘De dozen. Omtrent professor Martine de Clercq’. Het boekje biedt een literaire kijk op Martines gevarieerde leven: haar jeugd in Congo, haar verblijven in londen en de verenigde Staten, haar emeritaat, de geboorte van haar kleindochter… Koen Peeters trakteerde het publiek op een fragment. Na afloop van de viering kregen alle aanwezigen een genummerd exemplaar van het boekje. Heel wat gegadigden stonden met plezier in de rij om hun exemplaar te laten signeren door Martine.

E(co)nergievoor studenten en scholieren

01

Joke Gillisjans, een creatieve studente uit de Lerarenoplei-ding Lager onderwijs van Cam-pus Dirk Martens, behaalde de eerste prijs in de wedstrijd ‘Les dix mots de la francophonie 2013’. De wedstrijd werd geor-ganiseerd door de Alliance fran-çaise, een instantie die de Fran-se taal en cultuur wereldwijd wil verspreiden. elk jaar benoemt een internationale jury tien Franse woorden tot ‘les dix

mots de la francophonie’. vervolgens moeten studenten de woorden verwerken tot een chanson. Joke componeerde het lied ‘L’amour est universel’ met de woorden atelier, bouquet, cachet, coup de foudre, équipe, protéger, savoir-faire, unique, vis-à-vis en voilà. Daarmee werd ze uitgeroepen tot winnaar in de categorie ‘Toekomstige leerkrachten Frans uit het Vlaams- of Duitstalig gebied in België’. De beloning? Een zomerstage ter waarde van 1.600 euro in Frankrijk.

Studente Lager onderwijscomponeert winnend chanson

Martine de Clercqgehuldigd met literair portret

Page 13: N9 mei 2013

N9 13

De arbeidsmarkt smeekt al een tijdje om tech-nisch geschoolde mensen, maar toch blijft de vraag groter dan het aanbod. Te weinig jonge-ren kiezen voor een technische richting in het secundair onderwijs. En dat laat zich ook voelen in het hoger onderwijs. Het Regionaal Technolo-gisch Centrum (RTC) Oost-Vlaanderen is daarom gestart met de campagne Techniek is sjiek. De KaHo Sint-lieven participeert aan de campag-ne en richt samen met het RTC tal van work-shops in om jongeren warm te maken voor techniek. Want techniek wordt nog al te vaak geassocieerd met olie, bouten en bandwerk. “Niets is minder waar”, zegt coördinator van het RTC Emmanuel Depoortere. “Met een technische richting kun je alle kanten uit. Durven innoveren, creatief zijn en problemen oplossen staan cen-traal. Dat willen we duidelijk maken met de cam-pagne Techniek is sjiek.”

Erkenning voor de opleidingen Milieucoördinator, Preventie-adviseur en Veiligheidscoördinator

De KAHO Sint-Lieven werd door de Vlaamse Overheid (Departement Leefmilieu, Natuur en Energie) opnieuw erkend als organisator van de opleiding Milieucoördinator. Vanaf dit academiejaar kreeg de KAHO de erkenning voor onbepaalde duur. ook voor de opleidingen Preventie-adviseur en veiligheidscoördinator werd de huidige erkenning ver-lengd, voor de maximale termijn van vijf jaar. De erkenning voor Pre-ventieadviseur en Veiligheidscoördinator werd toegekend door de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg. De nieuwe erkenningen zijn het resultaat van een geslaagde doorlichting van de opleidingen.

04

06

05Studenten Othopedagogieorganiseren muzische sessies

Techniek is sjiek

Onlangs trokken dertig derdejaarsstudenten Orthopedagogie naar vormingscentrum Destelheide in Dworp. Een week lang organiseer-den ze artistieke sessies voor verschillende doelgroepen: kleuters, mensen met een verstandelijke beperking, jongeren uit de bijzondere jeugdzorg, bewoners van een asielcentrum… De studenten boden aan elke groep een programma op maat, dat telkens rond een spe-cifieke kunstvorm draaide. Ze gingen aan de slag met drama, muziek, beeld, dans, poëzie of spel en probeerden op die manier verande-ringsprocessen op gang te brengen. Voor de deelnemende groepen waren de sessies een welkome afwisseling in hun dagelijkse patroon. Zij verlieten hun normale plek en werden voor even ondergedompeld in een kunstzinnig bad. Hun vaste begeleiders maakten opnieuw ken-nis met muzische vorming en zagen hoe anderen aan de slag gingen met de doelgroep die zij al zo goed kennen. En voor de studenten was het een unieke leerervaring.

Page 14: N9 mei 2013

N9 14

“Wij analyseren het probleem en zeggen welke stappen je kunt zetten.”

Hoe zit het met de laatste isolatienormen? Wanneer moet je een expeditiekantoor inschakelen om te exporteren? Levert een kleine windmolen voldoende energie voor mijn bedrijf? Grote ondernemingen hebben eigen kenniscentra die dergelijke vragen kunnen beantwoorden. Kleinere bedrijven beschikken meestal niet over eigen specifieke experts. Nochtans is de nood aan kennis daar even groot. Een net-werk van LED’s (Laagdrempelige Experti-se- en Dienstverleningscentra) moet die kloof overbruggen. TweerichtingsverkeerEuropa en de Vlaamse overheid trekken het LED-project. De KAHO Sint-Lieven neemt de domeinen Duurzaam bouwen en Elektrische energie voor zijn reke-ning. De Hogeschool-Universiteit Brussel neemt een LED rond Logistieke innovatie en planning onder de vleugels. “Kennis delen met de bedrijfswereld is sowieso een streefdoel van de hogescholen”, vertelt Bart Henssen (Departement Han-

delswetenschappen en bedrijfskunde, HUB). “Onze kennis stroomt door naar de ondernemingen, maar het werkt ook in de andere richting. Dankzij die LED-wer-

king houden we voeling met het werk-veld en met de vragen die daar leven. Dan kunnen we onze opleidingen daarop afstemmen.”

Bouwknopen ontwardSommige LED’s staan al verder dan ande-re, maar het startschot is intussen overal gegeven. “Bij de LED Duurzaam bouwen verwachten we alvast heel uiteenlopende vragen”, vertelt Marcus Peeters (Expertise-cel Bouwen en Wonen, KAHO). “De nor-men in de sector veranderen constant. Een klein bouwbedrijf kan bijvoorbeeld vragen hebben over de uitwerking van een bouwknoop. Bouwknopen zijn plek-

ken waar verschillende elementen zoals vloer, gevel en ramen samenkomen. Dat stelt problemen voor isolatie en wind-dichtheid. Veel antwoorden hebben we

klaarliggen. Is dat niet zo, dan werken we samen met andere experts. Zo hebben we partnerships met organisaties zoals het Passief huis Platform, het Vlaams Insti-tuut voor Biotechnologisch Bouwen en de Vlaamse Architectenorganisatie.”

Service bestaat alOok de LED Elektrische energie zit bij de KAHO. In die LED stellen vier onderzoeks-groepen hun expertise ter beschikking in windenergie, draadloze voeding van gsm’s en sensoren, verlichtingstechnolo-gie en autonome energiesystemen. Jan Cappelle, onderzoeksgroep E&A (studie-gebied Industrieel ingenieur): “We doen

corPorate

Kmo’s kloppen graag aan bij hogescholen. Hun vragen om advies

worden nu gestroomlijnd in een systeem van Laagdrempelige

Expertise- en Dienstverleningscentra (LED’s). De HUB en de KAHO

zetten er drie op poten: Duurzaam bouwen, Elektrische energie

en Logistieke innovatie en planning. Ook de studenten zullen

hun steentje bijdragen.

LED-netwerk

Page 15: N9 mei 2013

15

bijvoorbeeld onderzoek naar hybride dieselgeneratoren. De klassieke diesel-generator op een bouwwerf moet soms draaien voor een lamp en een boorma-chine. In zo’n hybride systeem schakelt de generator dan over op de batterij bij zo’n klein verbruik. Er lopen momenteel ook onderzoeksprojecten rond zonnepa-nelen, batterijtechnologie, laadpalen voor elektrische auto’s en bewakingssystemen voor een rationeler energieverbruik. Rond die thema’s krijgen we nu al vragen van bedrijven. In die zin is de LED een formali-sering van een bestaande service.”

LogistiekDe HUB bouwde in de loop der jaren veel logistieke expertise op en stelt die ter beschikking in de LED Logistieke innova-tie en planning. Welke vragen verwacht LED-coördinator Carl Eeckelaerts? “Heel verschillende vragen! Stel je een kmo voor die een nieuwe exportactiviteit wil opstar-ten. Waaraan moet je denken? Bij wie kun je terecht met vragen? Voor welke

bestemming heb je een expeditiekantoor nodig? Wij analyseren het probleem en zeggen welke stappen je kunt zetten. We kunnen zelfs advies geven over de finan-ciering en de subsidies. Daarnaast geven we bedrijven toegang tot het netwerk van contacten dat we opgebouwd heb-ben. Op het vlak van interne logistiek ver-wachten we onder andere vragen rond warehousing. Waarop moet je letten als je een deel van je opslag wilt uitbesteden? Hoe gaat dat in zijn werk? Hoe weet je dat een bepaalde leverancier zijn werk cor-rect doet? Eventueel kunnen we aan de analyse van het probleem ook een eind-werk of een studentenproject koppelen.” Bart Henssen: “En daarin ligt een belang-rijke toegevoegde waarde voor onze stu-denten. Als het past in de timing van de onderneming en in de planning van ons academiejaar, willen we ook studenten-projecten opstarten.”

Meer info: www.lednetwerk.be

Kmo’s kunnen via een LED-netwerk voortaan een beroep doen op de expertise van de HUB en de KAHO.

De knowhow is er

“Voor kleine bedrijven geldt het-zelfde als voor grote ondernemin-gen”, vindt Julien De Wilde, extern bestuurder van HUB-KAHO. “Hoe meer samenwerkingen met het hoger onderwijs, hoe beter. Dat genereert succesvolle spin-offs. Denk maar aan wat er gebeurt in de LRD (KU Leuven Research and Development). Dankzij de Associ-atie KU Leuven kunnen de hoge-scholen nu ook een beroep doen op die hele organisatie. Een van hun taken is advies geven aan kmo’s. Dat dit geformaliseerd wordt in een laagdrempelig systeem van LED’s kan ik alleen maar toejuichen. Er is veel knowhow aanwezig in de hogescholen. Hopelijk komt die nu nog beter bij de bedrijven terecht.”

Julien De Wilde begon zijn loopbaan bij Texaco. Daarnaast bekleedde hij topfuncties bij Alcatel en Bekaert. Van-daag is hij voorzitter van de raad van bestuur bij Agfa-Gevaert en Nyrstar. Hij maakt deel uit van de raad van bestuur van HUB-KAHO.

Page 16: N9 mei 2013

N9 16

kort nieuws

De Faculteit Letteren van de HUB organiseerde in februari en maart een taalwedstrijd voor Nederlands, Frans, Engels en Duits. Maar liefst 280 laatstejaars uit heel Vlaanderen namen het tegen elkaar op. Lore Declerck, Tom Bossuyt, Liesa Van Liede-kerke en Nikolaas De Ketelaere bleken de grootste talenknob-bels. Zij worden deze zomer beloond met een prestigieuze taalstage in het buitenland. De taalwedstrijd bestond uit twee rondes. In de eerste ronde kregen de deelnemers een reeks meerkeuzevragen over spelling en grammatica. Daarna volgde een lees- en luistertekst. Tot slot schreven ze een opiniestuk. De tien leerlingen die per taal het beste scoorden, werden op 20 maart verwacht voor de tweede ronde. Die dag gaven ze aan een publiek en een jury een PowerPointpresentatie. Meteen daarna werden de winnaars bekendgemaakt.

De EHSAL Management School (EMS) viert dit jaar haar zilveren jubileum. Daarom gaf sopraan Griet De Geyter op vrijdag 31 mei een feestconcert boordevol muzikale bravoure. In 1988 werd EMS opgericht als een apart centrum voor permanente vorming binnen de EHSAL, voorloper van de HUB. Ondertussen volgden al meer dan 10.000 professionals een opleidingsprogramma van EMS. Sinds 2008 richt EMS zich niet enkel tot professionals. Ook pas afgestudeerden kunnen nu een aantal postgraduate dag-programma’s volgen en zo hun basisdiploma aanvullen met een praktijkgerichte specialisatieopleiding. Volgens Jo Van den Bossche, directeur van EHSAL Management School, is het suc-ces van EMS toe te schrijven aan enkele belangrijke troeven: “Dankzij het brede aanbod, de goede service en vooral de uitstekende prijs-kwaliteitverhouding profileert eMS zich als een sterke speler. Bovendien organiseren we opleidingen die snel vertaalbaar zijn naar een werkomgeving.”

Twee passiefklassen op de TechnologiecampusDe KAHO Sint-Lieven speelt een voortrekkersrol op het vlak van duurzaam bouwen. Dat bewijst de inhuldiging van twee passiefklassen op maandag 13 mei op de Technologiecampus Gent. Studenten Bouwkunde van de opleiding Industri-ele Ingenieurswetenschap-pen zullen de klassen gebruiken als leslokaal én testlokaal. “En dát maakt de passiefklassen zo bijzonder”, zegt Marnik De Vos, hoofd gebouwen van de HUB en de KAHO. “Op die ma-nier ontstaat er een unieke, gecontroleerde testomgeving met echte gebruikers. De resultaten zullen ook in andere scholen worden toegepast, want de Vlaamse regering heeft het licht op groen gezet om 24 scholen volgens de passiefhuisstandaard te bouwen.”

25 jaar EHSAL Management School

Taalwedstijdbeloont talenknobbels

03

02

01

Diversiteit staat centraal op de Technologiecampus van de KAHO Sint-Lieven. Maar hoe ga je daar als hoge-school mee om? Hoe heet je jongeren van verschillende nationaliteiten welkom in je instelling? Want iedereen is anders en toch gelijk. Daarom gingen de studenten van de opleiding grafische vormgeving van Sint-lu-cas Beeldende Kunst rond dat thema aan de slag. Ze ontwierpen posters rond diversiteit en verschillende nationaliteiten. Het resultaat? Een boeiende poster-tentoonstelling opgebouwd rond het woord ‘Welkom’ in verschillende talen: Nederlands, Engels, Frans, Duits, Spaans, Russisch, Arabisch, Turks, Grieks, Slovaaks, Bul-gaars… De posters zijn te bewonderen in de gebouwen van de Technologiecampus.

Postertentoonstelling heet studenten welkom04

Page 17: N9 mei 2013

N9 17

oPleidinG

De laatste levensdagen van terminale patiënten zo aangenaam mogelijk maken, dat is het basis-idee van palliatieve zorg. Dat ‘palliatieve denken’ kwam in ons land in een stroomversnelling terecht dankzij Zuster Leontine. In 1990 richtte zij de allereerste dienst op voor palliatieve zorg in België, in het Brusselse Sint-Jansziekenhuis waar ze lange tijd als arts en directrice actief was. Zij gaf de palliatieve zorg een officieel plekje in de reguliere gezondheidszorg, terwijl dat buiten onze landsgrenzen een veeleer marginaal fenomeen bleef.

Verzorgen Als eerbetoon werd in oktober 2010 het Fonds Zuster Leontine opgericht. “Dat

fonds wil vooral het verpleeg-kundig onderwijs, en in het bijzonder het onderwijs in de palliatieve zorg aanmoe-digen en projecten rond

wetenschappelijk onderzoek en educatie ondersteunen”,

vertelt Candice De Windt, direc-teur Gezondheidszorg van de HUB en

de KAHO. “Zo ontvangt ook onze oplei-ding Palliatieve zorg financiële middelen van het Fonds. Die centen kunnen we goed gebruiken, onder meer om oplei-dingsdagen op poten te zetten, want de nood aan zorgverstrekkers in de pallia-tieve zorg blijft hoog. We worden met z’n allen steeds ouder en ook de medische technologie staat niet stil. De gezond-heidszorg van vandaag focust niet enkel op een genezingsproces, maar ook op een goede zorg voor mensen bij wie een

ziekte onomkeerbaar is en dus niet meer te genezen. Zorgverleners leren in deze bachelor-na-bachelor dan ook omscha-kelen van ‘genezen’ naar ‘verzorgen’. En op die manier treden ze in de voetsporen van Zuster Leontine.”

Hoge scoresDe bachelor-na-bachelor Palliatieve zorg bestaat intussen zes jaar en kreeg in maart vorig jaar voor het eerst een visitatiecom-missie over de vloer. Een jaar later is het rapport – samen met de accreditatie voor de volgende acht jaar – binnen. “Onze opleiding haalde hoge scores op alle vlak-ken”, vertelt Candice De Windt. “Van de inhoud van de opleiding tot en met de begeleiding van onze studenten en de samenwerking met andere instellingen zoals het Forum Palliatieve Zorg. Een all-round succesverhaal!”

Zuster Leontine is hét boegbeeld

van de palliatieve zorg in ons land.

De studenten van de bachelor-

na-bachelor Palliatieve zorg zetten

haar werk verder. En dat doen ze

goed: de opleiding kreeg onlangs

een positief rapport van de

visitatiecommissie. Bovendien zorgt

het ‘Fonds Zuster Leontine’ ervoor

dat de aandacht voor palliatieve zorg

niet wegdeemstert, ook niet na het

overlijden van de zuster.

Palliatieve zorg

HUB-studenten zetten het werk van Zuster Léontine verder.

Page 18: N9 mei 2013

N9 18

“We zullen er nog decennia over debat-teren”, zegt Paul Davies. Hij is professor Corporate Law aan de rechtsfaculteit van Oxford en geeft als houder van de Fran-cqui-leerstoel een reeks lezingen aan de HUB. Het centrale thema van zijn inaugu-rale lezing: Wat heeft de bankencrisis ver-oorzaakt? En welke lessen kunnen we nu al trekken? Die vragen worden nog niet al te luid gesteld, want economen heb-ben hun handen vol aan alle brandjes die wereldwijd – en vooral in Europa – geblust moeten worden. Maar ondertussen is het al vijf jaar geleden dat het faillissement van de bank Lehman Brothers in Wall Street de crisis op gang trok.

Altijd een risicoDe kern van het traditionele bankwezen is eenvoudig: de bankier ontvangt depo-sito’s van spaarders en gebruikt het geld om (hypothecaire) leningen te geven. En elke lening is per definitie risicovol. Paul Davies: “Bankieren houdt altijd gevaren in. We hebben sinds de Tweede Wereldoorlog

al minstens vijf financiële crisissen doorge-maakt. Maar geen enkele kon uitgroeien tot een wereldwijd fenomeen. Deze wel. Dat maakt deze crisis ook intrigerend. Wat lag aan de oorzaak?”

De kiemKort na de eeuwwisseling gingen de ban-kiers een stap verder. De hypothecaire leningen werden in pakketten van dui-zenden in een doos gestopt en verkocht als een financieel product. Paul Davies: “De banken die de hypothecaire leningen gaven, waren Amerikaans: Wells Fargo, Citi-group, Bank of America... De banken die de ‘dozen’ met hypothecaire leningen koch-ten, waren wereldwijd verspreid: Deutsche Bank, ABN Amro, Barclays... Op het eerste gezicht was dat zeer goed, want zo werd het risico gespreid. Maar tegelijk was de kiem voor een wereldwijde impact gelegd.” Toen de ‘dozen’ gekoppeld werden met een verzekering (voor alle zekerheid, je wist immers nooit...) werd ook de verzekerings-sector in het bad getrokken. “De verwe-

venheid van de financiële wereld is groot en dat heeft geleid tot een wereldwijde besmetting. Toen de eerste bank omviel, leek het onvermijdelijk dat andere zouden volgen. Achteraf bekeken vind ik de onrust niet geheel terecht. We weten nu dat bijvoorbeeld verzekeraar AIG misschien niet ten onder hoefde te gaan.” De finan-ciële instellingen gingen in egelhouding. Ze leenden geen dollar, euro of yen meer aan elkaar. Het wantrouwen was groot. Alle geldstromen vielen stil. “Het was de schrik die tot een crisis heeft geleid. De liquiditeit viel stil. De bankencrisis was in mijn ogen vooral een liquiditeitscrisis.”

Geen mirakeloplossingPaul Davies behoort tot een strekking die in het bankwezen heel wat aanhangers heeft: niet enkel de bankiers moeten met de vinger gewezen worden. Ook de rating-bureaus deden hun werk niet naar beho-ren, het grote publiek ging mee in het verhaal en vooral de overheid treft schuld. De Clinton-regering stimuleerde de Ameri-

onderzoek

Het begon in september 2008 toen een financiële reus in Wall

Street de boeken dichtklapte. De boekhouding van vele landen

ging aan het wankelen. Vijf jaar later wordt het tijd om lessen te

trekken uit de crisis. Paul Davies, professor in Oxford, kwam voor

de gerenommeerde Francqui-leerstoel naar de Hogeschool-

Universiteit Brussel. Tijdens de openingslezing gaf hij als advies:

geen ingrijpende maatregelen, maar veel kleine aanpassingen.

Paul Davies (Oxford University) te gast aan de HUB

Page 19: N9 mei 2013

N9 1919

kanen bijvoorbeeld om een hypotheek aan te gaan omdat ze het bezit van een eigen huis belangrijk vond. Kortom, de schuldi-gen achter de crisis moeten niet alleen in de directiezalen van de banken gezocht worden, aldus Paul Davies. “Met zoveel boter op zoveel hoofden is er geen mira-keloplossing voorhanden. We hebben niet één smoking gun en we komen er dus niet met één maatregel.”

Geen muurMeer eigen kapitaal voor de banken, meer liquide beleggingen en strenger toezicht hadden volgens professor Davies de cri-sis minder ingrijpend gemaakt. Maar een grootscheepse hertekening van de ban-ken is volgens hem niet nodig. “Sommigen pleiten voor een muur tussen spaarbanken die deposito’s van spaarders aantrekken en

investeringsbanken die allerlei gecompli-ceerde financiële producten verhandelen. Maar we mogen ons geen illusies maken. Finaal zal er toch geld van de spaarders naar de financiële markten stromen. En door een muur op te trekken, zijn er min-der fondsen beschikbaar voor de huis-houdens en de kmo’s. Dat is nefast voor een economie. Wat we nodig hebben, is een lange reeks kleinere ingrepen die elk

een impact hebben en herhaling hopelijk voorkomen. En die maatregelen komen er. De Verenigde Staten hebben ondertussen al 900 bladzijden aan extra regels goedge-keurd en er komen er nog. Beter toezicht, betere rapportering, grotere kapitaalbuf-fers… Ook Europa is nog volop aan het werk en het ziet er niet naar uit dat het einde snel in zicht zal komen.”

De bekende professor Paul Davies van Oxford University geeft zijn visie op de financiële crisis.Te veel regels De belangrijkste les uit de crisis? Vol-gens Stefan Duchateau, docent aan de Faculteit Economie en Bedrijfswe-tenschappen van de HUB, zijn er te veel regels. “Niemand heeft nog een compleet overzicht en dat creëert foute inschattingen van het risico. De gevolgen hebben we gemerkt. Wat we nodig hebben is een radicale tabula rasa waarin de vier C’s centraal staan.”1. Context: een systeemcrisis is altijd

onverwacht. Verwacht je daaraan.2. Correlatie: de verwevenheid tus-

sen banken moet beperkt worden.3. Concentratie: sommige ban-

ken zijn ‘too big to fail’ voor een bepaald land. Een Europees draag-vlak geeft een veel bredere liquidi-teit.

4. Contaminatie van de bedrijven. Er moet een ‘lender of last resort’ komen die aan de kmo’s geld blijft lenen, om de economie overeind te houden.

“Het was de schrik die tot een crisis heeft geleid. De liquiditeit viel stil.”

Page 20: N9 mei 2013

N9 20

internationaal

Op 2 februari 2013 was het eindelijk zover. Studentes Katrien De Leeuw en Deborah Vandermeeren pakten hun koffers om in Brussel de TGV naar Parijs te nemen. Daar stapten ze het vliegtuig op richting Kaap-stad. Vol enthousiasme en nieuwsgierig-heid, maar toch met een zekere spanning om wat komen zou. Katrien: “We vonden geen andere studenten die stage gelopen hadden in Zuid-Afrika. Enkel de blog van een oud-student die er een tijdje gestu-deerd had, gaf een beeld van het leven daar. We hebben zelf veel informatie opge-zocht, reisgidsen gelezen en met mensen gepraat die in Zuid-Afrika gewoond heb-ben of er op reis geweest zijn. Toch is het heel moeilijk om in te schatten wat je mag verwachten. Zo ver van huis en in een totaal andere cultuur.”

Graag traagKatrien en Deborah zijn laatstejaarsstuden-ten Medical Management Assistant. Hun buitenlandse stage was een combinatie van les volgen en een ziekenhuisstage.

Deborah: “We zijn in totaal drie maanden in Zuid-Afrika gebleven, waarvan we acht weken les kregen en drie weken stage lie-pen. We volgden les in het tweede jaar van Office Management & Technology aan de Cape Peninsula University of Technology. Wat meteen opviel, was dat alles er veel trager verliep. De lessen zijn minder strikt en georganiseerd dan in België. Het is inte-ressant om te zien hoe het er daar aan toe-gaat, maar als we moeten kiezen dan toch liever onze lesmethode. De studenten in Kaapstad zijn bijvoorbeeld zeer rumoerig in de klas. Dat maakte het voor ons een pak moeilijker om te volgen en alles te begrij-pen. De medestudenten waren wel heel vriendelijk en wilden ons altijd helpen.”

KookkunstenKatrien en Deborah verbleven in een resi-dentie van de universiteit op vijfhonderd meter van de campus. “We voelden ons heel welkom en leerden snel nieuwe men-sen kennen. Zowel de lokale bevolking als de buitenlandse studenten spreken je

spontaan aan. Onze avonden zaten bijna altijd vol gepland. Om de een of andere reden wilden alle andere buitenlandse studenten door ons worden uitgenodigd voor het avondeten. Blijkbaar staan de Belgische kookkunsten hoog aangeschre-ven in het buitenland”, lacht Katrien. “We hadden elke dag les, maar gelukkig was er in het weekend tijd voor ontspanning en leuke uitstapjes in en rond Kaapstad.”

Gigantische schuurHet bekende ziekenhuis ‘de Groote Schuur’ in Kaapstad werd de stageplek van de twee studentes. Dat ziekenhuis haalde in december 1967 het wereldnieuws toen hartchirurg Christian Barnard er voor het eerst ter wereld een patiënt een nieuw hart gaf. Met die operatie werd de hart-chirurg wereldberoemd en tegelijk zette hij de Groote Schuur én Zuid-Afrika inter-nationaal op de medische kaart. Deborah: “Wat meteen opvalt, is de grootte van het ziekenhuis. De Groote Schuur is niet groot, ze is gi-gan-tisch. Je loopt er makkelijk ver-

Katrien De Leeuw en Deborah Vandermeeren studeren

Medical Management Assistant aan de KAHO Sint-Lieven

en liepen stage in Zuid-Afrika. Hun stageplek heeft zelfs

in België een naam als een klok. De Groote Schuur, het

ziekenhuis waar de legendarische dokter Barnard de eerste

succesvolle harttransplantatie ter wereld uitvoerde.

Op stage in Zuid-Afrika

Page 21: N9 mei 2013

N9 21

loren. Bovendien was het ziekenhuis niet echt voorbereid op de komst van stagiairs. Het was de eerste keer dat internationale studenten Medical Management Assistant er stage kwamen lopen. Inhoudelijk was

ons werk ongeveer hetzelfde als in België. Het grote verschil is dat er in Kaapstad nog niet digitaal wordt gewerkt. Alles gebeurt op papier, wat natuurlijk een pak omslach-tiger is.”

Nooit alleenHoewel Zuid-Afrika bekend staat als een risicovol land, bleven Katrien en Deborah gespaard van incidenten. Op aanraden van de lokale bevolking gingen ze wel-iswaar nooit alleen op stap en vermeden ze de gevaarlijke buurten. Deborah: “In

het ziekenhuis kwamen we wel patiënten met schotwonden en messteken tegen. Sommigen zijn gewoon op het verkeerde moment op de verkeerde plaats. Anderen, voornamelijk vrouwen, worden door hun

partner mishandeld. Vooral in de buurten waar geen politie komt, nemen de bewo-ners vaak zelf het heft in handen.” Over de vraag of ze opnieuw zouden kiezen voor een stage in Zuid-Afrika hoeven Katrien en Deborah echter geen seconde na te den-ken. “Zuid-Afrika leek ons een unieke kans en dat is ten volle bevestigd. Het betekent een enorme meerwaarde, niet alleen als student maar ook als persoon. Je komt met een totaal nieuwe cultuur in contact en leert jezelf op een andere manier ken-nen. Een aanrader, absoluut!”

Studentes Medical Management Assistant verkennen nieuwe horizonten in Kaapstad.Spil medisch team

De vraag naar medical manage-ment assistants is groot en zal, zeker met de toenemende vergrij-zing, gestaag blijven groeien. Maar zo’n MMA, is dat niet gewoon een medisch secretaresse? “Het is veel meer dan dat”, zegt Sabien Van Rampelberg (coördinator MMA). “Als medical management assistent vorm je de administratieve spil van een medisch team. Agendaplan-ning, patiënten begeleiden, medi-sche dossiers opstellen… Dat alles behoort tot je takenpakket. Daar-naast werk je aan een kwaliteitsop-timalisatie van de medische omge-ving. MMA’s gaan trouwens niet alleen aan de slag in een ziekenhuis of een medische praktijk, maar ook in farmaceutische bedrijven. Werk-gevers waarderen de combinatie van medische kennis, taalvaardig-heid en ICT-skills. Terwijl het vroeger een typisch vrouwelijk beroep was, zien we nu trouwens ook een ten-dens naar meer mannelijke MMA’s.”

“De Groote Schuur is gi-gan-tisch. Je loopt er makkelijk verloren.”

Page 22: N9 mei 2013

N9 22

studentenProject

Leg een wetenschappelijk probleem zo uit dat zelfs je bomma het kan volgen. Dat was de uitdaging van YouReCa Challenge (Young Researchers’ Careers). Jon-ge onderzoekers moesten al hun creativiteit gebrui-ken om een wetenschappelijk fenomeen op een ver-helderende, creatieve en vermakelijke manier uit te leggen aan een live publiek. Het doel was om de toe-hoorders net dat missende stukje van de wetenschap-pelijke puzzel te bieden. Doctoraatstudenten Katrien Van Nimmen (KAHO Sint-Lieven) en Kristof Maes (KU Leuven) gingen de uitdaging aan. Ze maakten een schitterend filmpje waarin ze onthullen hoe twee per-sonen met een gezamenlijke massa van slechts 117 kg een brug van 45 ton kunnen laten bewegen met amplitudes van 15 cm en meer! Hun project ‘Good vi-brations’ werd door een vierkoppige jury beloond met de tweede prijs.

03Good vibrations behaalt tweede plaats in YouReCa Challenge

Een groene speelplaats, welke school droomt er niet van? Studenten van de lerarenopleiding op Campus Waas maakten de droom van het Instituut Maris Stella in Borgerhout waar. De bankjes op de speelplaats kregen een laagje verf en de muren werden aangekleed met kleurrijke mozaïekpatronen en schilderijen. Ook knutselden de studenten mooie zitkussens in elkaar. En dat alles met ecovriendelijke materialen. Tot slot legden ze ook nog een amfitheater en een voetbalveldje aan. De stad Sint-Niklaas en het Ecohuis zorgden voor de nodige (financiële) onder-steuning.

02Leraars in speontwerpen natuurspeelplaats

Op 15 mei maakte de Hogeschool-Universiteit Brussel de win-naars bekend van de tiende editie van de Social Profit Project Awards. De prijzen gingen naar eerstejaarsstudenten Handels-wetenschappen en Handelsingenieur die in het kader van hun opleiding een bijzondere activiteit voor het goede doel orga-niseerden. De HUB reikt elk jaar vier awards uit. De profitaward voor het meest winstgevende project ging naar een jogging ten voordele van het Stefanie’s Rozen Fonds die maar liefst 4.139 euro opbracht. Een EHBO-workshop voor jongeren werd beloond met de non-profitaward voor de beste sensibiliserings-campagne. De studenten die een paintballevent organiseerden ten voordele van Kom op tegen Kanker sleepten de creativi-teitsaward in de wacht. En Arno Cuyckens ging aan de haal met de taalaward voor de beste paper. “Door zelfstandig een groeps-project uit te werken, willen we de studenten leren samenwer-ken en hun ondernemerszin prikkelen”, zegt SPP-coach Carla Vanderweyden. “Bovendien leverden de projecten 39.712 euro op voor het goede doel. Een mooi extraatje!”

Projectenvoor het goede doel01

Page 23: N9 mei 2013

N9 23

Gemiddeld één op vier anderstaligen kan niet (goed) fietsen. Dat bleek uit een onderzoek van Michiel D’Hont in het kader van zijn eindwerk bij anderstalige Vlamingen. In hun eigen land zien ze fiet-sen als een wat buitenissige, exotische bezigheid. Bovendien, de ouders kunnen het niet, dus wie zou het de kinderen aanleren? De pas afgestudeerde regent Lichamelijke opvoeding aan de KAHO Sint-Lieven ontwikkelde een lessenpakket op vraag van de Onthaalklas Andersta-lige Nieuwkomers (OKAN) in Sint-Niklaas. “OKAN-klassen bestaan uit leerlingen tussen 12 en 18 jaar die het Nederlands onvoldoende beheersen en nog geen twaalf maanden in ons land verblijven. De fietslessen hebben eigenlijk een dubbele functie. De leerlingen leren niet alleen fietsen, ze leren ook de Nederlandse taal.

Bijna zonder het te beseffen: zonder echt les te geven leer je hen toch spelender-wijs woorden en uitdrukkingen aan. Twee vliegen in één klap!”

De fietsdoosVoor zijn lessenpakket werkte Michiel een theoretisch en praktisch gedeelte uit. Het theoretische gedeelte bundelde hij in een fietsdoos. “Die fietsdoos bevat technische informatie over de fiets zelf, een stappen-plan om te leren fietsen, leuke oefen- en taalspelletjes voor tijdens het fietsen enzovoort. Dankzij de fietsdoos kunnen nu ook andere leerkrachten aan de slag om fietslessen te geven aan anderstali-gen.” Het praktische gedeelte van het les-senpakket bestaat uit vier lessen van tel-kens twee uur. Ze houden rekening met de fietsvaardigheid van de leerling, maar

in principe moet iedereen na acht uur vlot kunnen fietsen.

Moeizame startDe grootste horde bleek de opstart. Een fietsgroepje bij elkaar krijgen, bleek moei-lijker dan gedacht. “Aanvankelijk vonden de leerlingen het niet echt een goed idee. Ze zagen er het nut niet van in omdat fietsen in hun land niet zo gebruikelijk is. Nadien waren ze echter heel blij dat ze, bijvoorbeeld tijdens de sportdag, konden meefietsen. Zodra een paar het kunnen, werkt hun enthousiasme aanstekelijk voor de hele groep. Jongeren die naar school fietsen, hoeven overigens niet met de auto gebracht te worden. En dat is dan weer een opsteker voor de directie die al dat onveilige gemanoeuvreer aan de schoolpoort liever vermijdt.”

Vlamingen en fietsen: dat zijn twee handen op één buik. Anderstaligen hebben minder affiniteit met

die Vlaamse ‘wielergekte’. Voor zijn eindwerk leerde Michiel D’Hont anderstaligen de kunst van het

fietsen: “Je staat ervan versteld hoeveel anderstaligen in Vlaanderen niet kunnen fietsen.”

Fietslessen voor anderstaligen

studentenProject

Met het lessenpakket van Michiel D’Hont leren anderstaligen fietsen én Nederlands spreken.

Page 24: N9 mei 2013

N9 24

onderzoek

Gezinsvriendelijkheid ligt politiek goed in de markt: heel wat steden en gemeenten willen gezinnen met kinderen aantrekken én houden. Het beleid dat Vlaanderen en Europa hiervoor voeren, is vooral gericht op voorzieningen en diensten. Maar dat schiet zijn doel voorbij, aldus Dirk Luyten, gastdocent in de opleiding Gezinsweten-schappen van de HUB. Elk jaar stuurt hij er ‘zijn’ tweedejaarsstudenten op uit om bij ouders te peilen naar de gezinsvriendelijk-heid van de buurt waarin ze wonen.

Gezinsvriendelijkheid“Steeds meer lokale overheden willen inspelen op hoe gezinnen wonen: hoe zijn hun huizen ingericht? Wat verlangen ze van hun woonomgeving? Dat zijn de zaken die de studenten onderzoeken”, vertelt Dirk Luyten. “Ze bevragen ouders onder meer over omgevingsfactoren zoals groen, parken en pleinen om te spe-len, verkeersveiligheid, contacten tussen buren, scholen en vrijetijdsmogelijkheden in de buurt… De ouders vertellen hoe-

veel belang ze hechten aan de thema’s die we voorleggen. Vinden ze het voor een gezins-vriendelijke wijk bijvoor-beeld belangrijk dat er geen vandalisme is? Dat er bepaalde voorzieningen in de onmid-dellijke buurt zijn? Veilige voetpaden? Op die manier toetsen we af hoe zij het con-cept ‘gezinsvriendelijkheid’ ervaren. En we weten tegelijk meteen welke items ze het belangrijkste vinden. Aan de hand van die items vragen we hen ook een score te geven aan hun eigen wijk. En tot slot vragen we of ze de goede punten in hun buurt kunnen benoemen en suggesties willen doen om de pijnpunten te verhel-pen. Zo kunnen we de gemeente heel concreet beleidsadvies geven.” Concrete adviezenHet is intussen al het vijfde jaar op rij dat de tweedejaarsstudenten Gezinsweten-schappen peilen naar de gezinsvriende-

lijkheid van bepaalde buurten. Dirk Luyten: “Ondertussen werden al 450 mensen in 25 verschillende woonwijken in

Vlaanderen en Brussel bevraagd. De studie dient in eerste instantie

om studenten te confronteren met de praktijk: hoe voer je zo’n onderzoek? Hoe verwerk je de uitkomst en wat leer je eruit? Maar door de resultaten te vertalen naar concrete adviezen voor de steden en gemeenten, leren ze ook vanuit een ander oogpunt naar gezinsbeleid kijken. Dat gaat immers een pak breder dan lou-ter opvoeden of de relatie tussen ouders en kinderen. Op termijn willen we ook een instrument ontwikkelen voor lokale over-heden, zodat ze zelf kunnen toetsen hoe gezinsvriendelijk hun woonwijken zijn.”

WoonzorgzonesDe studie toont een duidelijke trend: ouders vinden verkeersveiligheid en soci-ale veiligheid een absolute prioriteit. Dirk Luyten: “Het is logisch dat ze willen dat

Vlaamse gezinnen met kinderen kiezen minder vaak voor de

grootstad. Maar wat verlangen ze precies van hun huis en de

buurt waarin ze wonen? Studenten uit de bacheloropleiding

Gezinswetenschappen trekken jaarlijks op onderzoek om ouders

te bevragen over hun behoeften, wensen en tevredenheid.

Gastdocent Dirk Luyten schreef er een boek over.

Studenten onderzoeken gezinsvriendelijkheid

Page 25: N9 mei 2013

N9 25

hun kind zorgeloos de deur uit kan. Ook voldoende groen staat hoog op de lijst. De nabijheid van een jeugdbeweging of sportclub is dan weer minder belangrijk. Die voorzieningen moeten wel makkelijk bereikbaar zijn, maar ze hoeven zich niet noodzakelijk in de wijk zelf te bevinden. Dit in tegenstelling tot senioren of hulpbehoe-venden: die willen net wel voorzieningen in de buurt, want ze zijn een pak minder

mobiel. Voor lokale overheden ligt daar de uitdaging, want in een wijk wonen meer bevolkingsgroepen dan enkel mensen met kinderen. Momenteel is er vanuit het beleid ook aandacht voor de vergrijzing; men wil ervoor zorgen dat ouderen zo lang moge-lijk zelfstandig kunnen wonen. Met woon-zorgzones of levensloopbestendige wijken wil men aan de noden van die bevolkings-groep tegemoet komen. Die overlappen

deels met de behoeften van gezinnen met kinderen, maar er zijn ook wezenlijke verschillen. Hoe ga je om met het span-ningsveld tussen die twee? Professioneel geef ik al enkele jaren advies aan steden en gemeenten over gebiedsgericht woon-beleid. Momenteel staan vooral de steden voor de grote uitdagingen, maar ze heb-ben wel een schaalvoordeel waardoor hun beleid efficiënter en effectiever wordt. Een

speelvoorziening of een seniorenclubhuis in een wijk zal er beter renderen dan in een gebied met een lagere bevolkingsdicht-heid. Dat maakt het voor gemeenten vaak moeilijk om betaalbare ingrepen te doen.”

Dirk Luyten heeft een boek uit over het onder-werp: ‘Lokaal woonbeleid, een plan van actie’ (Vanden Broele, 2013)

Studenten Gezinswetenschappen peilen bij ouders naar de gezinsvriendelijkheid van hun buurt.

Werk aan de winkel

Ook Brussel is geïnteresseerd in gezinsvriendelijkheid. De stad is volop woonzorgzones aan het uit-tekenen en wil daarbij de noden van gezinnen niet over het hoofd zien. “Wij deden in Brussel voor-lopig nog maar in twee wijken onderzoek: in Helmet (Schaarbeek) en Kuregem (Anderlecht)”, zegt Dirk Luyten. “Wat opvalt, is dat het Ken-niscentrum Woonzorg Brussel de bewoners bevraagt over dezelfde elementen als onze studenten: welke woonvormen zijn er? Is men tevreden met de diensten en voor-zieningen in de buurt? Met het soci-ale leven? Alleen worden die zaken dan vanuit het oogpunt van oude-ren bekeken. Qua gezinsvriendelijk-heid blijkt er werk aan de winkel: de districten haalden de laagste score van alle wijken die we onderzoch-ten. Gemiddeld geven ouders een tevredenheidsscore van 3,4 op 5 aan hun buurt, in Helmet was dat 3,1 en in Kuregem slechts 2,9.”

“Gezinsbeleid gaat breder dan opvoeden of de relatie tussen ouders en kinderen.”

Page 26: N9 mei 2013

Infodagen voor al je vragen

De beste manier voor laatstejaarsstu-denten om op al hun vragen antwoord te krijgen én de sfeer op te snuiven in hun toekomstige school? De infodagen, natuurlijk! Studenten kunnen er cursussen inkijken, docenten en studenten aan de tand voelen, labo’s bezoeken, studenten-verenigingen ontmoeten en informatieinwinnen over het inschrijvingsgeld,de kost van cursusmateriaal en studietoe-lages. En nog veel meer!

InFowww.kahosl.be/infodagenwww.hubrussel.be/infodagenWaar? Campussen van de HUB en de KAHOWanneer? 26 en 29 juni, 3 juli, 7 en 14 september

26 juni- 14 sept

n9 26 n9 26

aGenda

1

mei-14 juni

tentoonstellIngvrouwen in het Klein Kasteeltje

Hoe ziet het dagelijks leven van een asielzoekster eruit? Hoe gaat ze om met de stress die haar asielprocedure teweeg-brengt? Hoe slaagt ze erin haar ‘mannetje’ te staan in de harde minisamenleving waarin asielzoekers in het Klein Kasteeltje terechtkomen? Hoe vindt ze haar weg tus-sen de 850 andere bewoners? Fotografe Lisa Van Damme stapte in het dagelijkse leven van deze vrouwen. Ze ontdekte hun verhalen, hun geheimen en hun verleden, maar ook hun dromen en hoop voor de toekomst.

[email protected]? Campus HIG, Huart Hamoirlaan 136 in BrusselWanneer? 1 mei tot 14 juni

20

sept

ouders en jeugdsportgeen kinderspel

Hoe ben je als ouder een goede coach en een gedreven supporter van je sportende kind? Op 20 september organiseert het kenniscentrum van het Hoger Instituut voor Gezinswetenschappen de studiena-middag ‘Ouders en jeugdsport: geen kin-derspel’. Opvoedingsondersteuning voor ouders in jeugdsportclubs staat centraal.

[email protected]? Campus HIG, Huart Hamoirlaan 136 in BrusselWanneer? 20 september, van 13u tot 17u

30

juni -13

juli

Zomercursusinternationale financiën

Deze zomer organiseren de HUB en KU Leuven de cursus ‘Principles of Interna-tional Business Finance’. De cursus richt zich tot professionals en studenten die al financiële basiskennis hebben. De lessen worden gegeven door Piet Sercu (KU Leu-ven), Lieven De Moor (HUB) en Rosanne Vanpée (HUB).

InFowww.kuleuven.be/summercoursesWaar? Campus Brussel, Stormstraat 2 in Brussel en KU Leuven , Hogenheuvelcollege, Naamsestraat 69 in LeuvenWanneer? 30 juni tot 13 juli

6 juni

eenZaamheId en Isolementbij ouderen

Eenzaamheid en sociaal isolement bij ouderen is een actueel thema in Vlaan-deren. Nochtans bestaat er vaak nog onduidelijkheid over de terminologie, hoe vaak het voorkomt en wat er tegen gedaan kan worden. Daarom organiseert het kenniscentrum van het Hoger Instituut voor Gezinswetenschappen een studie-dag om duidelijkheid te scheppen. Op het programma staan het meest recente cijfermateriaal, verhalen uit de praktijk en discussiegroepen.

[email protected]? Campus HIG, Huart Hamoirlaan 136 in BrusselWanneer? 6 juni, van 9u tot 16u30

24 en 25 juni

summercoursetechnologie

Op maandag 24 en dinsdag 25 juni organiseren de opleidingen Bouw, Elektromechanica en Industriële inge-nieurswetenschappen van de KAHO Sint-Lieven in Aalst een Summercourse Technologie. Zo kunnen laatstejaars uit het aso en uit niet-technologische tso- richtingen kennismaken met technologi-sche opleidingen in het hoger onderwijs. Ze kunnen workshops volgen als ‘Hoe werkt een motor’, ‘Maak een elektronisch gadget’ en ‘Passief bouwen’.

InFowww.ilovetechnology.beWaar? Campus Dirk Martens, Kwalestraat 154 in AalstWanneer? 24 en 25 juni

Page 27: N9 mei 2013

n9 27

Het opleidingsaanbod van de HUB en de KAHO Sint-Lieven

sterk lokaal aanweziG met kwalitatief aanbod

Ook over schakelprogramma’s, bachelor-na-bachelors, master-na-masters, voortgezette opleidingen, posthogeschoolopleidingen, seminaries en studiedagen vindt u meer informatie op

www.hubrussel.be en www.kahosl.be

Professionele bachelors

agro- en biotechnologie (Sint-Niklaas)Bedrijfsmanagement (Aalst – Brussel)Biomedische laboratoriumtechnologie (Gent)Bouw (Aalst)Chemie (Gent)elektromechanica (Aalst)elektronica-ICT (Gent)energietechnologie (Gent)ergotherapie (Brussel)Facilitair management* (Gent)gezinswetenschappen (Brussel)Kleuteronderwijs (Aalst – Brussel)lager onderwijs (Aalst – Sint-Niklaas – Brussel)ontwerp- en productietechnologie (Gent)Medische beeldvorming (Brussel)office management (Aalst – Brussel)optiek & optometrie (Brussel)orthopedagogie (Brussel)Secundair onderwijs (Sint-Niklaas – Brussel)Sociaal werk (Brussel)Toegepaste informatica (Brussel)vastgoed (Aalst)verpleegkunde (Aalst – Sint-Niklaas – Brussel)voedings- en dieetkunde (Gent)vroedkunde (Sint-Niklaas)

academische bachelors

Business administration (Brussel)Handelsingenieur (Brussel)Handelswetenschappen (Brussel)Industriële wetenschappen (Aalst - Gent)Milieu- en preventiemanagement (Brussel)Rechten (Brussel)Taal- en letterkunde (Brussel)Toegepaste taalkunde (Brussel)

masters

Biochemie (Gent)Bouwkunde (Gent)Business administration (Brussel)Chemie (Gent)elektromechanica (Gent)elektronica-ICT (Gent)energie (Gent)Handelsingenieur (Brussel)Handelswetenschappen (Brussel)International business economics and management (Brussel)Internationale bedrijfseconomie en –beleid (Brussel)Journalistiek (Brussel)Meertalige communicatie (Brussel)Milieu- en preventiemanagement (Brussel)Tolken (Brussel)vertalen (Brussel)* Enkel het derde modeltraject van Facilitair management wordt

nog in Sint-Niklaas aangeboden.

Page 28: N9 mei 2013

GROEI UIT JEZELFKlaar voor de uitdaging die je wil aangaan? Met een opleiding aan de KAHO Sint-Lieven en de Hogeschool-Universiteit Brussel (HUB) komen jouw ambities helemaal tot ontwikkeling. Je volgt er niet zomaar een opleiding. Je ontwikkelt er jezelf als mens. Zo stap je met een rijke ervaring en veel kennis de volgende fase van je leven binnen. Meer info op www.kaho.be en www.hubrussel.be.

HUBth8031628-advertentie_HUB-KAHO_270x195.indd 1 06/09/11 16:55