Moeilijke verkleinwoorden en meervouden - Abimo · 4 Datum-je, -tje, -etje LACHERTJES Lees de...
Transcript of Moeilijke verkleinwoorden en meervouden - Abimo · 4 Datum-je, -tje, -etje LACHERTJES Lees de...
Abimo Uitgeverij | Schoolsupport
Moniek Vermeulen
Moeilijke verkleinwoorden en meervouden
Frank Pollet
Inhoud
blz. titel oefeningen
1 BEELDENDE WOORDJES -je, -tje, -pje
2 LAAT HET KLINKEN -je, -tje, -pje
3 EEN VREEMDE EEND -etje
4 LACHERTJES -je, -tje, -etje
5 LETTER FOETSIE! -je, -tje, -pje, -etje
6 VOLAUTOMATISCH -je, -tje, -pje, -etje
7 LIJMEN aandacht voor het grondwoord
8 ROOSTERTJE aandacht voor het grondwoord
9 GETALWOORDEN veranderen grondwoord
10 VERDIEN EEN DIPLOMAATJE veranderen grondwoord
11 EEN BEETJE VERKEERD veranderen grondwoord
12 RARE WOORDEN moeilijke verkleinwoorden: gemengde oefening
13 DE STORM moeilijke verkleinwoorden: gemengde oefening
14 BREEK DE KETTING moeilijke verkleinwoorden: gemengde oefening
15 GROOTJES moeilijke verkleinwoorden: gemengde oefening
16 LEKKER SCHELDEN moeilijke verkleinwoorden: gemengde oefening
17 ALFABETJE moeilijke verkleinwoorden: gemengde oefening
18 MET JE BOTTEN IN DE BOTEN van meervoud naar enkelvoud
19 SLECHT WEER VANDAAG -en
20 OUDE LIEDJES -en, -s
21 EEN VLIEGTUIGJE -en, -s
22 WOORDEN DIE SPREKEN -en, -eren
Inhoud
23 MAG HET EEN LETTER MEER ZIJN? f naar v, s naar z, met uitzonderingen
24 PARENDANS f naar v, s naar z, met uitzonderingen
25 ERAAN OF ERAF -s, 's
26 DE PUT -en, -s, 's
27 ACHTERSTEVOREN -en, -s, 's
28 SLINGEREN -en, -s, 's, -eren
29 BEESTIG -en, 's -eren, -ën
30 ZET DE BLOEMETJES MAAR BUITEN -en, 's, -eren, -ën
31 EEN RARE JONGEN, DIE TAPIR -en, -s, 's, -ën
32 OP ZIJN KOP -ën, -¨n, -heden
33 BERGBEKLIMMEN klankverandering
34 EEN KAUWGUM IN EEN CACTUS meervoud: gemengde oefening
35 BEESTENBOEL meervoud: gemengde oefening
36 DIAGONAALWOORDEN meervoud: gemengde oefening
37 VERBODEN VOOR E meervoud: gemengde oefening
38 KLEIN OF VEEL verkleinwoorden en meervouden
39 OPRUIMEN! verkleinwoorden en meervouden
40 KLEIN OF DUBBEL? verkleinwoorden en meervouden
1
-je, -tje, -pje Datum
BEELDENDE WOORDJESStel met de twee puzzelstukken een woord samen. Schrijf dat woord op. Noteer in de kolom ernaast het verkleinwoord.
regenworm regenwormpje
2
-je, -tje, -pjeDatum
LAAT HET KLINKEN!
In de linkerkolom vind je alleen maar de medeklinkers van een woord. Zoek in het kader welke klinkerreeks bij de medeklinkers past, zodat je een goed woord kunt vormen. Noteer dat woord. Schrijf ook het verkleinwoord ernaast.
o / ee / u o / e / oo a / a / e a / e / oe
a / a / e / aa ie / oe a / a / e / oo ie / e
a / a / ie / o / e o / e / aa ie / ui ie / e / e i / e / oe
w ...... lr ... nn ... r wielrenner wielrennertje
f ...... tsh ... lm
t ... n ...... lst ... k
vr ... chtw ... g ... n
p ... dd ... nst ...... l
dr ...... h ...... k
vl ...... gt ...... g
n ... t ... nb ...... m
k ... n ... r ...... v ... g ... l
h ... bb ... lp ...... rd
g ... r ... g ... p ...... rt
k ... nd ... rst ......l
b ... dk ... m ... rr ...... m
3
-etje Datum
EEN VREEMDE EEND
Omcirkel in elke reeks het woord, waarvan het verkleinwoord niet met +je gevormd wordt. Noteer van dat woord de correcte verkleinvorm.
broek – driehoek – renpaard – vel velletje
voorhoofd – nachtlamp – ijskar – veldmuis
buurman – wijnfles – wasdraad – tuinhuis
handdoek – duikbril – leesboek – kamerplant
bierton – donderwolk – zeehond – schoolbord
kaars – deurbel – verjaardagsfeest – woord
soepkom – kinderfiets – goudvis – aardappelmes
potlood – barbiepop – poppenkleed – rookbom
kleuterklas – kinderstem – poppenbed – aap
boterham – boekentas – kind – zwembad
autobus – bos – gasvlam – olifant
vriendin – speelplaats – mus – taart
wipneus – telefoontoestel – kameraad – heks
tennisbal – fuif – schaap – regenjas
4
-je, -tje, -etjeDatum
LACHERTJES
Lees de grapjes. Noteer van de vetgedrukte woorden de correcte verkleinvorm.
• Waarom gooit men met rijstkorrels op een bruidspaar?
Omdat aardappelen nogal hard aankomen.
• Welk beest staat in een wei en morst?
Een knoei.
• Wat ligt in een groentewinkel en ontploft?
Een boemkool.
• Een haan zit op de grens tussen mijn tuin en de tuin van mijn buurman. In welke tuin zal hij
een ei leggen?
Een mannelijke kip legt geen eieren.
5
-je, -tje, -pje, -etje Datum
LETTER FOETSIE!
De computer is een beetje defect. Er is één letter die hij niet zet. Zoek uit welke letter in alle woorden één of meerdere keren ontbreekt. Schrijf dan de woorden correct op; noteer ook de verkleinvorm.
popp•nkast
woord•nbo•k
t•l•visi•
ond•rwijz•r•s
comput•rsch•rm
r•g•nton
ruimt•rak•t
z••m••rmin
k•uk•ntaf•l
knuff•lb••st
oli•boll•nkraam
r•g•nlaars
w•r•ldz••
blo•m•nvaas
zold•rtrap
6
-je, -tje, -pje, etjeDatum
VOLAUTOMATISCH
Hieronder vind je de beschrijving voor de bediening van een huishoudapparaat. Goed lezen!
Controleer of elke sproeiarm vrij kan draaien en niet wordt geblokkeerd. Sluit het apparaat.
Draai de waterkraan open als die nog dicht is. Druk de aan-toets in. De controlelamp brandt.
Draai de programmakeuzeschakelaar op het gewenste programma. Druk nu de start-knop
in. De machine start. Na een tijd gaat het licht ‘Spoelen’ branden. Daarna begint het toestel te
‘drogen’. Het licht in de knop brandt bij ‘Einde’, na afloop van het programma. Open de deur.
Zet alles weer netjes in de keukenkast.
Bij welke machine past deze beschrijving?
We maken er nu een mini-apparaat van. Vul van de ontbrekende woorden (de vetgedrukte woorden)
de verkleinvorm in.
Controleer of elk vrij kan draaien en niet wordt geblokkeerd.
Sluit het . Draai het open als dat
nog dicht is. Druk het in. Het brandt. Draai
het op het gewenste . Druk nu
het in. Het start. Na een gaat
het ‘Spoelen’ branden.
Daarna begint het ‘drogen’.
Het licht in het brandt bij ‘einde’,
na afloop van het programma. Open het .
Zet alles weer netjes in het .
7
Aandacht voor het grondwoord Datum
LIJMEN
Maak verkleinwoorden door uit elke kolom één deeltje te nemen en de deeltjes aan elkaar te plakken.
Je mag elk deeltje maar eenmaal gebruiken. Schrijf naast het verkleinwoord ook het grondwoord.
kame feetje kameraadje kameraad
schommel netje
feestdi kettinkje
stamca raadje
motor stoeltje
wande helmpje
station lingetje
water singetje
pasfo nuutje
honden nertje
autobot skietje
dagme filmpje
griezel tootje
8
aandacht voor grondwoordDatum
ROOSTERTJE
Zoek de 14 verkleinwoorden in het rooster. Je vindt ze van links naar rechts en van boven naar beneden. Streep de gevonden woorden door.Noteer ze in de linkerkolom. Schrijf het grondwoord in de rechterkolom.
K E R M I S K R A A M P J E A
B O T E R B L O E M P J E O R
V R I E N D I N N E T J E P M
X K A N O O T J E Y L S Y E L
S X T A N D J E X Q E T X N E
L C X Y Q X X Y Q X P R C I U
E X P A A D J E Q Y E O Y N N
E Q Y C X Q Y C X Q L O X G I
T Q H A R I N K J E T T Y E N
J X Y Q X C Q Y Q C J J Q T K
E Y P A A R D J E X E E X J J
X T E K E N I N G E T J E E E
kermiskraampje kermiskraam
9
veranderen van grondwoord Datum
GETALWOORDEN
Zoek eerst de woorden door de getallen tevervangen door de juiste woorddelen. Noteer dan ook het verkleinwoord.
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14a feest zee vla ad ver de mi bol keers zeep bri té wo
15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28wa slacht bu ca fer hond of co lie ko kraam reau zen ring
29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42by o en ter len vo ten ba ga le ning lie bel grot
6 / 10 / 16 / 21 / 19 verkeersslachtoffer verkeersslachtoffertje
1 / 12 / 24 / 27 / 4
2 / 22 / 8 / 13
3 / 20 / 31 / 36 / 29
30 / 23 / 9 / 33 / 25
15 / 32 / 38 / 40
5 / 34 / 18 / 35 / 17 / 26
6 / 37 / 7 / 28
11 / 41
42 / 14 / 39
10
veranderen van grondwoordDatum
VERDIEN EEN DIPLOMAATJE
Noteer bij elke omschrijving het passende woord. Kies uit:ski, paraplu, mama, bikini, agenda, menu, beha, auto, taxi, programma
1. regenscherm: 2. daarin noteer je wat je elke dag moet doen 3. wat er allemaal zal gebeuren : 4. een auto met chauffeur, die je tegen betaling ergens naartoe brengt: 5. tweedelig zwempak: 6. lange lat om te skiën: 7. moeder: 8. lijst van gerechten: 9. voertuig: 10. meisjesondergoed:
Noteer nu de verkleinwoorden van je ingevulde woorden in het woordraadsel. Let op: er verandert telkens iets aan het grondwoord!
2 3 4
1 5
6
7
8
9
10
11
veranderen van grondwoord Datum
EEN BEETJE VERKEERD
De gegeven woorden zijn onderling verkeerd samengesteld. Maak eerst twee goede woorden. Noteer dan in de kolom ernaast het juiste verkleinwoord.Voorbeeld halsmachine / wasketting
wordt: halsketting halskettinkje wasmachine wasmachientje
koekenboom / dennenpan
aardhuis / tuinbeving
drankschoen / voetbalautomaat pijlenkoning / sprookjesschema hardrocksom / rekencafé eikenworm / regenblad kaboutersla / fruitmuts