ManagementBron:

Organiseren & managenAndré Weber, Aldert DoelenNoordhoff UitgeversISBN 978-90-01-83424-1

Week 1 Lijnstaf organisatie:

HRM Financiën Administratie Schoonmaak Marketing Communicatie

Product Innovatie = participatief -> niet bij de directeur maar bij de mensen zelf

Operational Excellence Tegen een lage prijs produceren / leveren Groot klantenbestand Volume Schaalvoordelen

Kenmerken: Hoge vaste kosten maken grote volumes essentieel om lage kosten per eenheid te bereiken;

schaalvoordelen en efficiency zijn cruciaal Strijd om schaal; enkele grote spelers in de markt domineren

Product Innovation De nieuwste producten aanbieden Veel slimme mensen in dienst hebben Niet gericht op lage kosten

Kenmerken: Vroegtijdige markttoetreding maakt het berekenen van premiumprijzen en het verwerven

van een groot marktaandeel mogelijk; snelheid is cruciaal Strijd om talent van personeel Organisatie is werknemersgericht, creatieve sterren zijn zeer belangrijk

Customur Intimacy Precies weten wat de behoefte van de klant is Naast de klant staan Langdurige relaties

Kenmerken: Hoge kosten voor klantacquistie, dus belangrijk dat de klant veel bij de organisatie koopt Sterk service georiënteerd Personeel moet veel empathie hebben

Klant staat centraal

Week 2

Lijnorganisatie

Voordelen:• Eenvoudige en duidelijke structuur• Duidelijke gezagsverhoudingen• TBV zijn duidelijk af te bakenen• Goed toezicht en controle op uitvoering processen• Snelle besluitvorming mogelijk• Relatief geringe kosten aan leidinggevenden en organisatie

Mogelijke nadelen van de lijnorganisatie: Beslissingen nemen meer tijd De manager weet niet altijd genoeg voor de juiste beslissing Afstemming tussen de afdelingen via de managers Soms veel managementlagen

Lijnstaforganisatie

Voordelen lijn-staforganisatie Lijnmanager kan meer gebruikmaken van specialistische kennis -> betere beslissingen Lijnmanager heeft nu zelf meer tijd over. Omdat hij stafmedewerkers kan inschakelen Het omspanningsvermogen van de manager kan toenemen

Mogelijke nadelen van de lijn-staforganisatie Hogere kosten Staan ver van het primaire proces af Kan ondoorzichtig zijn wie er de leiding heeft

Lijn- en functionele staforganisatie

Voordelen: (funtionele) staffunctionaris nu meer betrokken bij het resultaat -> doet nu zelf meer mee Uniformiteit en consistentie in procedures, beleid etc. Inbreng van deskundigheid in bedrijfsprocessen

Nadelen: De staffunctionaris mag nu ook een medewerker iets dwingend opleggen -> loslaten van

eenheid van bevel Een afdelingsmanager heeft minder grip op het geheel

OrganisatiestructuurBij de interne afstemming letten we vooral op het ontwerp van een passende organisatiestructuur

Om als organisatie goed te functioneren is nodig: De arbeid moet zo goed mogelijk worden verdeeld (functies, afdelingen etc)

Alles moet goed worden afgestemd en moet worden gecoördineerd

Interne differentiatie

Functionele indeling Alle taken en functies en relaties binnen het primaire proces zorgen allemaal samen dat

het product / de dienst van de hele organisatie tot stand komt.

Groeperen naar gelijksoortigheid van werkzaamheden (taken/functies) Er ontstaan nu deelprocessen van het totale (primaire) proces De deelprocessen worden ondergebracht in afdelingen Iedere afdeling levert een bijdrage aan het product/de dienst van de organisatie

Voordelen: Routine Bezetting machines Deskundigheid Gelijkheid werkhouding

Nadelen: concurrentie tussen afdelingen Saai en eentonig werk Weinig flexibiliteit Vervreemding van het eindproduct Meer overleg tussen afdelingen

Structuur:1. Taakroulatie

verschillende2. Taakverrijking3. Taakverbreding

Interne specialisatie Er zijn ook organisaties die wat complexer zijn. In dergelijke organisaties zijn meerdere primaire processen te ontdekken die steeds een

ander product / een andere dienst leveren. De primaire processen vinden plaats in zelfstandige organisatorische eenheden

(bedrijfsonderdelen)

- Groepering op basis van het product / de dienst dat / die de organisatorische eenheid moet opleveren.

- Het kan gaan om een indeling naaro Producto Markto Geografisch

Voordelen:- Snelle probleemoplossingen- Korte communicatielijnen

- Grote betrokkenheid- Veel kennis eindproduct

Nadelen:- Meer machines nodig- Leegstand afdelingen- Concurrentie tussen afdelingen

Week 3

SysteemEen systeem is het geheel van formele en informele procedures en werkinstructies (processen) die een bepaald resultaat moeten opleveren.

Het proces in hoofdlijnen- Een proces bestaat uit fasen- Bij een proces is er sprake van input en output- Een proces is dynamisch- Er is sprake van transformatie of verandering

Proces van een organisatie

Flowchart: (stroomdiagram)Een flowchart is een schematische weergave van een proces

Swimline: (functiestroomdiagram)Een swimlane toont de exacte route van het proces langs de verschillende functies in een organisatie

Nu de strategie van de organisatie is beschreven, de structuur vastgelegd is in een organigram en de systemen vastgelegd zijn in een flowchart / swimlane, kunnen we eindelijk kwaliteit gaan leveren!

KwaliteitKwaliteit is het voorzien in de behoeften en voldoen aan de eisen en de wensen van de klant

Kwaliteit is leveren wat de klant verwacht:Verwachtingen <-> Werkelijke product

Een sterke organisatie streeft altijd naar een betere kwaliteit, zowel intern (efficiency) als ook extern (effectiviteit), maar wil ook kwaliteit behouden (borgen)

• Verbeteren van kwaliteit• Borgen van kwaliteit

Week 4

Processen en Enterpise Resource Planning- Het totale bedrijfsproces is opgedeeld in samenhangende bedrijfsprocessen- Binnen de bedrijfsprocessen doen zich gebeurtenissen voor - Elke gebeurtenis heeft een gevolg- Alle gebeurtenissen en gevolgen worden opgenomen in het ERP-systeem

Enterprise Resource PlanningEen ERP-systeem is een standaard softwarepakket met een zeer sterk geïntegreerde functionaliteit, die zich uitstrekt over alle bedrijfsprocessen van een organisatie. Het systeem gebruikt een database.

Historie ERP- MRP I- MRP II + CRM + SCM + HRM + financiën- Eilandautomatisering (decentral of Best of Breed)

- ERP- X-ERP

ERPEen ERP-systeem werkt met centrale databases, waar elke afdeling haar informative uithaalt. Deze databases worden ook wel stambestanden genoemd.

Bijvoorbeeld;- Een stambestand met klantgegevens- Een stambestand met artikelgegevens

ERPVoordelen:

- Integratie- Procesgerichtheid- Gebruiksgemak- Openheid

Nadelen:- Lange implementatie- Complex- Locked- in

Week 4 werkcollege

Tips flowchart:- Maak het proces ‘rond’: start en einde- Activiteiten in werkwoorden- Beslissingen in vragende vorm -> niveau bereikt? In voorraad?

Week 5

Bij een participatieve stijl -> product innovation als waarde disciplineBij een autocratische stijl -> operational excellenceBeiden -> customer intimacy -> goede onderbouwing.

Klassieke organisatie:- Top management- Midden management- Lager management

Modern organisatie- Top management- Midden management

Als het slecht gaat met de economie wordt er gesneden in het midden management.

Beslissingen:- Managers in verschillende lagen / niveaus nemen andersoortige beslissingen- 3 soorten beslissingen:

o Strategische beslissingeno Tactische/organisatorische beslissingeno Operationele beslissingen

Leiding gevenDe stijl van leiding geven is altijd:

- Persoonsgebondeno De persoonlijkheid van de manager speelt een rol

- Situatieafhankelijko Medewerkers, taken, superieuren, collega’s, de cultuur etc.

Managers moeten samen met medewerkers de doelstellingen realiseren- 5 bronnen van invloed/macht van managers om hiervoor te zorgen

Leiding geven1. Beloningsmacht

o Gedrag via beloning beïnvloeden2. Afgedwongen macht

o Gedrag via straf beïnvloeden3. Legitieme macht

o Manager mag gedrag medewerker sturen4. Expertisemacht

o Macht gebaseerd op deskundigheid manager5. Referentiemacht

o Beïnvloeden gedrag door prestige of bewondering voor de managero Manager heeft charisma

Leiding gevenDe macht die een manager heeft is in twee delen te splitsen

- Groep 1: beloning, straf en functieo Formele bronnen samenhangend met de positie van een manager in de organisatieo Hieraan wordt gezag ontleend, positionele macht

- Groep 2: deskundigheid en indentificatieo Samenhangend met de manager als persoono Hieraan wordt meer ‘werkelijke’ macht ontleend

Kenmerken van problemen:- Routine versus non-routineproblemen

o Routine problemen: zijn algemeen bekende problemen in de organisatie, hier worden procedures voor geschreven

o Non-routine problemen die een keer voorkomen waar nog geen procedure voor is geschreven

- Eenvoudige versus complexe problemeno Eenvoudige problemen: een factor/oorzaak van het probleemo Complexe problemen : een probleem wat ontstaat door verschillende

factoren/oorzaken

- Zekerheid versus onzekerheido Zekerheid: gaat om de zekerheid van oplossen. Je weet dat de manier van oplossen

effectief is.o Onzekerheid: bijvoorbeeld stress, je weet niet wat de effectieve oplossing is.

- Gelijke versus tegengestelde belangen:o Gelijke: er is veel draagvlak, dus de oplossing is makkelijk gevonden. Iedereen heeft

dezelfde belangeno Tegengestelde belangen: moeilijk op te lossen, iedereen heeft andere belangen

Kenmerken van besluitvormingsprocessen:- Rationeel proces

We gaan precies analyseren waar het probleem zit -> verdiepen -> veel data nodig- Beperkt rationeel proces

Nadenken over wat de oplossing voor het probleem is -> zonder analyse- Vuilnisvatmodel

Alle problemen en oplossingen worden verzameld en we doen er niks mee -> hopen dat de problemen vanzelf opgelost worden

- Politiek procesOverleggen hoe het probleem opgelost kan worden -> kijken naar elkaars belangen

Goede besluitvorming:Criteria voor goede besluitvorming:

- Effectiviteit- Efficiency- Legitimiteit- Uitvoerbaarheid

Week 6

Morele waarden en normen- Iedereen moet zich houden aan de genormeerde morele waarden (wetten)- Iedereen heeft daarnaast eigen persoonlijke waarden en normen- Persoonlijke waarden en normen zijn niet algemeen bindend

EthiekEthiek of moraalwetenschap is een tak van de filosofie die zich bezighoudt met de kritische bezinning over het juiste handelen.

Drie soorten:- Deugden-ethiek- Plichten-ethiek- Gevolgen-ethiek

Deugden-Ethiek- Deugd = goede manier van handelen (opvoeding en scholing)- Geen regels en principes- Het karakter van de persoon staat centraal- Gulden middenweg

Plichten-Ethiek- Plicht om morele verantwoordelijkheid op je te nemen- Wederkeringheidsprincipe- Geen middenweg

Gevolgen-Ethiek- Scheidslijn tussen goed en fout is niet duidelijk- Belangrijk: wat heeft een beslissing tot gevolg?

MVOIn Nederland ook wel genoemd:

- Duurzaam ondernemenIn Engelstalige landen ook wel genoemd:- Sustainability

Meestal gaat het begrip gepaard met de 3 P’s

MVOPeopleBij People gaat het om het welzijn van de medewerkers van het bedrijf, maar ook van de maatschappij als geheel. Denk daarbij aan issues zoals diversiteit, medezeggen-schap, gedragscodes, maar ook om mensenrechten, waar internationale ondernemers mee te maken kunnen krijgen.

Maar ook;- Goede arbeidsvoorwaarden- Gelijke kansen- Inspraak van medewerkers- Controleerbare verantwoording- Geen corruptie- Geen fraude- Transparantie

PlanetPlanet betekent dat de bedrijfsactiviteiten binnen ecologische randvoorwaarden plaatsvinden. Er wordt bijvoorbeeld op energieverbruik gelet, afval wordt gescheiden ingezameld en productieprocessen zijn zo zuinig mogelijk

Maar ook;- Duurzame productieontwerpen- Leveranciersselectie- Verantwoording afleggen- Cradle-to-cradle

o Tijdens een recyclingproces neemt de kwaliteit van de grondstoffen af. Uiteindelijk is de grondstof niet meer te bewerken. (cradle-to-grave). Cradle-to-cradle (van wieg tot wieg) betekent dat tijdens het recyclingproces de kwaliteit van de grondstoffen behouden worden.

ProfitProfit kijkt niet alleen naar de financiële prestaties van het bedrijf zelf, maar ook naar de economische effecten van de bedrijfsactiviteiten op de omgeving. Hierbij kun je denken aan werkgelegenheid, investeringen in infrastructuur, uitbesteding en sponsoring.

MVOMVO is geen einddoel, maar een proces. Idealiter is maatschappelijk verantwoord ondernemen verankerd in alle bedrijfsprocessen en wordt er bij iedere beslissing een afweging gemaakt tussen de belangen van alle verschillende stakeholders. Dus ook verankerd in het 7S-model

MVO prestatieladder

Week 7 2 cases in het tentamen. GEEN MEERKEUZE VRAGEN!

Shared Values/cultuur.- Integriteit: vanuit jezelf handelen, vanuit je bewustzijn handelen. Getolereerd gedrag, eerlijk

en oprecht. - Integraliteit: naar het grote geheel kijken.

Cultuur is een patroon van denken en doen van mensen, op overtuigen wat goed en fout is. Gemeenschappelijke waarden/cultuur.

Typering van Harrison:

Een bedrijf begint met een machtscultuur. Daarna naar een rollencultuur, alleen via regels en procedures. De derde stap is een taakcultuur, de klant wordt belangrijk. Uiteindelijk komt er een persoonscultuur, het individu wordt erg belangrijk (advocatenkantoor, ziekenhuis, universiteit). Managers hebben hier geen invloed, want ze hebben geen verstand van zaken.

De ontwikkelingsfasen

Weerstand is de kracht van individu of groep, die zich van de verandering afkeert door zich te verzetten tegen die bepaalde verandering of zich te richten op het handhaven van het bestaande. (Een grote verandering in je leven)

Je kan deze weerstand verlagen door te veranderen in kleine stapjes.

Diffuus: ondergrondse vorm van weerstand, niet snel zichtbaar. Manifest: openlijk uiten, openlijke weerstand.

Sleutelvaardigheden/kernbekwaamheden - Hetgeen wat een organisatie onderscheidt van andere organisaties.

(prijs is geen sleutelvaardigheid)

Organisatie niveau: competenties van de organisatie als geheel. Medewerkers niveau: competenties van de individuele medewerkers (product innovatie).

Ze bieden de organisatie een concurrentievoordeel, de organisatie is echt uniek.