Maria Uit de Bijbel Naar Een Protestants-evangelische Mariologie

14
126 MARIA UIT DE BIJBEL Naar een protestants-evangelische mariologie? Wouter Biesbrouck Inleiding Deze bijdrage beoogt na te denken over de rol en betekenis van Maria vanuit de protestants-evangelische traditie, naar aanleiding van rooms- katholieke mariologie. De bedoeling is niet apologetisch – dus niet om een bepaalde protestantse visie te verdedigen tegenover een rooms-katholieke, maar om naar aanleiding van rooms-katholieke mariologie na te denken of er in de protestants-evangelische traditie plaats kan gemaakt worden voor een mariologie, en zo ja, wat de krijtlijnen dan kunnen zijn. De bedoeling van deze bijdrage is dubbel. Aan de ene kant wil ik met mijn reflecties een aanzet geven tot een protestants-evangelische mariologie. Dit gebeurt vanuit een poging om rooms-katholieke mariologie op een posi- tieve, niet-polemische manier te bekijken. Aan de andere kant wil ik rooms- katholieke lezers enige inkijk geven in hoe protestants-evangelischen naar rooms-katholieke mariologie kijken en hen hierbij een zekere spiegel voor- houden vanuit de overtuiging dat een (protestants) buitenperspectief ook verhelderend kan werken voor het (rooms-katholieke) zelf-verstaan. Opdat deze oefening vruchtbaar zou zijn is het echter wenselijk om de pro- testants-evangelische traditie kort te schetsen. Hoewel ik hierbij uitdrukke- lijk schrijf vanuit de protestants-evangelische traditie, kan ik niet gezagvol spreken namens deze traditie. Situering van het evangelicalisme 1 De hedendaags protestants-evangelische traditie is een beweging die zich door drie historische lagen van het protestantisme wortelt. De oudste laag is vanzelfsprekend die van de Reformatie zelf, uit de 16 de eeuw. Een tweede richtinggevende beweging was die van het piëtisme dat verbonden is met de lutherse predikant Philipp Jacob Spener die in 1675 zijn manifesto Pia Desi- deria (de piëteit—vroomdheid—die we verlangen) publiceerde. Dit werk riep op tot een vernieuwing van het innerlijke geestelijke leven, tot een actievere

description

een evaluatie van mariologie voor evangelische protestanten

Transcript of Maria Uit de Bijbel Naar Een Protestants-evangelische Mariologie

Page 1: Maria Uit de Bijbel Naar Een Protestants-evangelische Mariologie

126

MARIA UIT DE BIJBEL

Naar een protestants-evangelische mariologie?

Wouter Biesbrouck

Inleiding

Deze bijdrage beoogt na te denken over de rol en betekenis van Maria

vanuit de protestants-evangelische traditie, naar aanleiding van rooms-

katholieke mariologie. De bedoeling is niet apologetisch – dus niet om een

bepaalde protestantse visie te verdedigen tegenover een rooms-katholieke,

maar om naar aanleiding van rooms-katholieke mariologie na te denken of

er in de protestants-evangelische traditie plaats kan gemaakt worden voor

een mariologie, en zo ja, wat de krijtlijnen dan kunnen zijn.

De bedoeling van deze bijdrage is dubbel. Aan de ene kant wil ik met mijn

reflecties een aanzet geven tot een protestants-evangelische mariologie. Dit

gebeurt vanuit een poging om rooms-katholieke mariologie op een posi-

tieve, niet-polemische manier te bekijken. Aan de andere kant wil ik rooms-

katholieke lezers enige inkijk geven in hoe protestants-evangelischen naar

rooms-katholieke mariologie kijken en hen hierbij een zekere spiegel voor-

houden vanuit de overtuiging dat een (protestants) buitenperspectief ook

verhelderend kan werken voor het (rooms-katholieke) zelf-verstaan.

Opdat deze oefening vruchtbaar zou zijn is het echter wenselijk om de pro-

testants-evangelische traditie kort te schetsen. Hoewel ik hierbij uitdrukke-

lijk schrijf vanuit de protestants-evangelische traditie, kan ik niet gezagvol

spreken namens deze traditie.

Situering van het evangelicalisme1

De hedendaags protestants-evangelische traditie is een beweging die zich

door drie historische lagen van het protestantisme wortelt. De oudste laag

is vanzelfsprekend die van de Reformatie zelf, uit de 16de eeuw. Een tweede

richtinggevende beweging was die van het piëtisme dat verbonden is met de

lutherse predikant Philipp Jacob Spener die in 1675 zijn manifesto Pia Desi-

deria (de piëteit—vroomdheid—die we verlangen) publiceerde. Dit werk riep

op tot een vernieuwing van het innerlijke geestelijke leven, tot een actievere

Page 2: Maria Uit de Bijbel Naar Een Protestants-evangelische Mariologie

127

participatie van leken in het dagdagelijkse geloof, minder fixatie op kerk-

structuur, en een breder gebruik van de Bijbel door iedereen in de Kerk

(Noll, 2004, 15).

De meest rechtstreekse basis van de evangelicale beweging werd gelegd in

Groot-Brittannië en de V.S. en kwam op gang in de periode 1735-1765 met

een reeks revivals, opwekkingsbewegingen – intense periodes van buitenge-

wone respons op evangelie-predikatie, gepaard aan ongewone inspanning

van godvruchtig leven. Bekende opwekkingspredikers zijn George White-

field, Charles en John Wesley, en Jonathan Edwards. Centraal in die pre-

diking stond de noodzaak van bekering (wedergeboorte) en een leven van

actieve heiliging (Noll, 2004, 12-13, 15).

Sinds de 18de eeuw heeft deze beweging zich verspreid naar alle conti-

nenten. Opvallend daarbij is dat dit niet in de eerste plaats een kerkde-

nominatie is, maar een beweging in (voornamelijk) protestantse kerken.

Bebbington (2005, 50-58) vermeldt evangelicalen in mainstream kerken

(anglicaans, presbyteriaans, methodistisch, baptistisch) naast andere (con-

gregationalisten, mennoniten, Moravische broeders, e.d.m.). Hoewel er

sprake is van enige concurrentie tussen die verschillende groepen, is er ook

samenwerking. In de 19de eeuw uitte dit zich vooral in de oprichting van

Bijbelgenootschappen voor de vertaling, publicatie en verspreiding van de

Bijbel en vanaf het einde van die eeuw ook in de oprichting van Evangeli-

sche Allianties (Bebbington, 2005, 61).

De gemeenschappelijke centrale eigenschappen van het evangelicalisme

doorheen de verschillende kerkelijke strekkingen en doorheen de geschie-

denis kunnen in vier thema’s samengevat worden:

1. Bekering – het geloof dat levens moeten veranderd worden door zich

toe te keren naar God

2. De Bijbel – het gezag en de toereikendheid van de Schrift, die toegan-

kelijk is voor de gelovigen

3. Activisme – het engagement van alle gelovigen, inclusief leken, voor

leven in dienst aan God, in het bijzonder in evangelisatie en missie,

maar ook in sociale actie

4. Centraliteit van het Kruis – of de overtuiging dat de dood van Christus

cruciaal was in het brengen van verzoening voor zonden. Hiermee is

ook aangegeven dat er sprake is van Christocentrisme (Noll, 2004, 17).

Page 3: Maria Uit de Bijbel Naar Een Protestants-evangelische Mariologie

128

In Vlaanderen is de protestantse traditie een kleine minderheid, waarbin-

nen de protestants-evangelische beweging de meerderheid vormt. De evan-

gelicale beweging manifesteert zich in Vlaanderen voornamelijk in vrije

kerken, met een congregationalistische kerkorganisatie.2

Maria uit de Bijbel

Het is hard zoeken naar Maria in het evangelicalisme. Soms verschijnt zij

met Kerst op het toneel, om daarna weer stilletjes te verdwijnen. Voor veel

protestants-evangelischen lijkt het wel alsof Maria verdwenen is uit de Bij-

bel. Er is nauwelijks reflectie over Maria in het kerkelijk leven – wellicht

omdat het thema taboe is.3 De nadruk dat Maria Christus niet mag over-

schaduwen heeft er in protestantse kerken toe geleid dat Maria bijna vol-

ledig uitgewist is (Greene-McCreight, 2005, 485).

Er zijn twee belangrijke redenen voor die gevoeligheid. Ten eerste is er de

historische polemiek over Maria tussen de Reformatie en de rooms-katho-

lieke kerk. Ten tweede, en daaruit volgend, is er het feit dat de respectieve

identiteiten voor lange tijd in sterke mate mee gevormd werden door de

positie t.o.v. Maria.

Het is duidelijk dat zo’n Maria-taboe niet te verantwoorden is vanuit het

Sola Scriptura principe. Maria heeft een plaats in de Bijbel en theologische

reflectie over Maria mag dus niet uit de weg gegaan worden.

Maria in de Bijbel

Als er een protestants-evangelische mariologie kan zijn, dan moet het een

mariologie zijn die stevig gefundeerd is vanuit de Bijbel: het is de ‘Maria uit

de Bijbel’.

Gelukkig zijn er de laatste tijd, en met name het voorbije decennium, in

de (vooral Engelstalige) evangelicale theologische literatuur verschillende

werken verschenen die Maria opnieuw bestuderen (McKnight, 2007, Perry,

2006, Longenecker & Gustafson, 2003, Gaventa & Rigby, 2002). Niet ge-

heel onverwacht is de grote aandacht die ze schenken aan een grondige

bestudering van wat de Schrift over Maria zegt.

Page 4: Maria Uit de Bijbel Naar Een Protestants-evangelische Mariologie

129

Geboren uit de maagd Maria

Het eerste dat evangelicalen bijna unaniem —zowel theologen als leken—

zullen belijden, is dat Jezus Christus is ‘ontvangen van de Heilige Geest,

geboren uit de maagd Maria’. Dit artikel uit het Apostolicum, staat niet ter

discussie. Integendeel, als reactie op het liberale protestantisme dat komaf

maakte met de maagdelijke conceptie4 van Christus, kwam er rond 1900

vanuit Angelsaksische protestants-evangelische hoek weerwerk. Eén van de

90 traktaten die in de Fundamentals uit 1917 (Orr, 1917) opgenomen werd,

ging expliciet over de maagdelijke geboorte. Het belijden daarvan werd een

soort orthodoxietest van het evangelicalisme. Het eigene hiervan is evenwel

dat dit op den duur niet in de eerste plaats een christologische test werd,

maar een bibliologische. Het is de betrouwbaarheid van de Schrift die in

vraag wordt gesteld wanneer betwijfeld wordt dat Jezus uit de maagd Maria

is geboren.

Een manier om de christologische impact van het artikel uit het credo te

benadrukken is om te spreken van het moederschap van Maria. Dat Maria

de moeder is van Jezus, geeft het mens-zijn aan van hem. Hij is een van

ons, want zijn moeder is Maria. In de vroege Kerk wordt het mens-zijn van

Christus verdedigd door te wijzen op het moederschap van Maria. “De Va-

ders benadrukten dat de Zoon onze wereld van tijd en ruimte binnentrad

op de meest gewone manier – door geboorte, en als gevolg hiervan was zijn

mens-zijn even reëel als dat van ons” (Perry, 2006, 273 – eigen vertaling).

Perry (274) geeft terecht aan dat het voor de protestants-evangelische bewe-

ging belangrijk is om het moederschap van Maria te benadrukken vanwege

de tendens om Jezus’ goddelijkheid zo te onderstrepen dat zijn mens-zijn

docetische trekjes krijgt. Redding wordt dan al makkelijk redding uit de

schepping, i.p.v. redding door herschepping. Dit kan al snel leiden tot een

houding die zich onttrekt van alle maatschappelijke en politieke verant-

woordelijkheid.

Maria, de moeder van Jezus

Wat nog opvalt bij een grondige studie van de evangelies, is dat Maria er

bij is op de belangrijke momenten in het leven van Jezus. Dat ligt voor een

aantal van die momenten zo voor de hand, dat het uit het oog verloren kan

worden. Maria is er niet alleen van bij het prille begin (conceptie), en zijn

geboorte (Kerst), zij staat ook met Jozef in voor de opvoeding van Jezus.

Een belangrijk aspect daarvan is ook de religieuze opvoeding. Jezus’ visie op

God, Israël, zonde, ballingschap, verlossing, … werden in niet onbelangrijke

Page 5: Maria Uit de Bijbel Naar Een Protestants-evangelische Mariologie

130

mate bijgebracht door zijn moeder. McKnight (2007, 102-104) merkt op

dat er interessante parallellen te trekken zijn tussen de thema’s in Maria’s

Magnificat en de centrale thema’s van Jezus’ bediening: het goede voorzien

voor de armen, het oordeel over de heersende machthebbers, het tonen

van barmhartigheid aan verdrukten, het geloof in de trouw van God aan

zijn belofte om Israël te verlossen, … Het kan bijna niet anders dat Maria

als profetes Jezus’ religieuze wereldbeeld sterk beïnvloed heeft. McKnight

(104-105) merkt overigens ook op dat we dezelfde thema’s terugvinden

in de brief van Jacobus, waarvan de traditie deze auteur als Jacobus de

Rechtvaardige, de broer van de Heer, beschouwt (cf. Gal 1,19). We kunnen

hier voorbijgaan aan de vraag of broer letterlijk te begrijpen is (zoals de

meeste protestanten aannemen), of verwijst naar halfbroer of neef (zoals

traditioneel de opvatting is bij orthodoxen resp. rooms-katholieken).

De opmerking blijft dat in de familie van Jezus, deze thema’s opvallend

veel aandacht krijgen. Er is duidelijk een bepaalde religieuze cultuur

aanwezig die doorgegeven wordt aan de volgende generaties. De neiging

onder protestants-evangelischen om voorbij te gaan aan Jezus’ religieuze,

maar ook emotionele, intellectuele, en sociale ontwikkeling van kind

tot volwassene heeft als gevolg dat Maria’s (en Jozefs) rol in zijn leven

onderbelicht blijven.

Maria als discipel aan de zijde van Jezus

We vinden Maria niet enkel terug in de evangelies waar het Jezus’ kindertijd

betreft. Minstens even belangrijk is de aanwezigheid van Maria bij Jezus’

openbare optreden. Met name de evangelist Lucas portretteert Maria als

discipel. Green (2002, 10) argumenteert dat Lucas Maria schetst als “toe-

gankelijk voorbeeld”, en hij werkt dit uit aan de hand van de twee vrou-

wen in het Lucasevangelie die Maria als ‘gezegend’ benoemen. Het eerste

is wanneer Maria Elisabet ontmoet, het tweede gebeurt een eind verder in

het evangelie:

Terwijl hij dit zei, verhief een vrouw uit de menigte haar stem en riep tegen hem:

‘Gelukkig de schoot die u gedragen heeft en de borsten waaraan u gedronken

hebt!’ Maar hij zei: ‘Gelukkiger zijn zij die naar het woord van God luisteren en

ernaar leven’ (Lc 11,27-28).

De conventionele waarden m.b.t. de status en rol van vrouwen komt hier

tot uitdrukking. Eer voor vrouwen komt voort uit de kinderen die ze krij-

gen. Dat was zo in Israël, maar ook in Rome. In zekere zin kent deze vrouw

Jezus eer toe door naar zijn moeder te verwijzen, want als de moeder te

Page 6: Maria Uit de Bijbel Naar Een Protestants-evangelische Mariologie

131

prijzen is, dan moet de zoon wel belangrijk zijn. Jezus’ reactie geeft aan

dat hij het hier niet bij wil houden, hij wil haar (en onze) kijk verruimen.

En hiermee geeft Jezus ook een stuk cultuurkritiek. Hij stelt namelijk de

voornaamste manier waarop vrouwen uit die tijd aanzien konden verwer-

ven in vraag. Het is ook een commentaar op wat Lucas eerder schreef, nl. de

uitroep van Elisabet bij het bezoek van Maria:

‘De meest gezegende ben je van alle vrouwen, en gezegend is de vrucht van je

schoot! ... Gelukkig is zij die geloofd heeft dat de woorden van de Heer in vervul-

ling zullen gaan’ (Lc 1,42.45) .

Maria is gezegend en wordt gelukkig geprezen omdat ze gelooft. Dit is be-

langrijk omdat het welzijn van Maria, en andere vrouwen met haar, niet

afhangt van vruchtbaarheid.5 Green (2002, 13) stelt dan ook dat Maria niet

goddelijke genade vindt omdat ze zwanger wordt, maar haar zwangerschap

is een gevolg van haar gezegend zijn. Zoals Roger Burggraeve in zijn bijdra-

ge in deze bundel aantoont, contrasteert Lucas Maria’s lage sociale status

en afkomst met die van de andere protagonisten (Jozef, Zacharias en Elisa-

bet) uit de eerste twee hoofdstukken. Haar onbeduidendheid is precies het

punt dat Lucas wil maken. Dat God Maria uitkiest, is reeds een omkering

van de sociale waarden (Green, 2003, 14). In het annunciatieverhaal laat

Maria zich bovendien kennen als dienares van de Heer (Lc 1,38). Daarbij

stelt ze zich in de eerste plaats onder God, terwijl het sociale verwachtings-

patroon van haar vereist dat ze zich onder haar man of haar vader stelt.

Maria opent zich voor de verrassingen van het Rijk Gods dat zich aandient.

Ze schrijft zich hiermee in bij Gods familie en laat die primeren boven de

gewone gezinsrelaties. Daarmee anticipeert ze op wat Jezus later zal zeg-

gen: ‘Mijn moeder en mijn broers zijn degenen die naar het woord van God

luisteren en ernaar handelen.’ (Lc 8,21).

Dit geloof dat Maria bij de aankondiging uitspreekt is iets dat in het da-

gelijkse leven moet waargemaakt worden. Voor protestants-evangelischen

is het vanzelfsprekend dat dit voor Maria ook met vallen en opstaan ge-

beurde. Ook Maria moest opnieuw herinnerd worden aan die juiste fami-

lieverhoudingen (Lc 8,19-21, iets wat bij Mc 3,31-35 nog scherper naar vo-

ren komt). Het is hierin dat Maria voor evangelicalen net een ‘toegankelijk

voorbeeld’ kan zijn. Zij moet net als ons, telkens leren wat de juiste priori-

teiten zijn. Maar zij is hierin een voorbeeld, omdat ze de weg die ze aangaf

bij de annunciatie, ook volgehouden heeft. Lucas laat ons in het begin van

het boek Handelingen zien dat Maria deel uitmaakt van het selecte groepje

trouwe volgelingen van Jezus dat wacht op de komst van de Heilige Geest.

Page 7: Maria Uit de Bijbel Naar Een Protestants-evangelische Mariologie

132

(Hnd 1,14). Maria is door haar responsief geloof moeder (en zuster) van Je-

zus, niet enkel door de maagdelijke conceptie. Het is op deze wijze dat Ma-

ria een voorbeeld kan zijn voor vrouwen én mannen in deze tijd. Wie zich

actief open stelt voor de verrassingen van het Rijk Gods, en desnoods tegen

de heersende culturele waarden ingaat, behoort tot de familie van Jezus.

Maria buiten de Bijbel

‘Maria uit de Bijbel’ heet deze bijdrage. We zagen vooreerst dat voor pro-

testants-evangelischen Maria nauwelijks plaats heeft in het concrete ge-

loofs- en kerkleven waardoor het wel lijkt of ze uit de Bijbel is verdwenen.

Vervolgens hebben we enkele aanzetten gegeven hoe evangelicalen kunnen

nadenken over de Maria uit de Bijbel (‘Maria in de Bijbel’). Nu willen we

kijken of we ook iets kunnen zeggen over de Maria die niet (rechtstreeks)

uit de Bijbel komt, de Maria van de Traditie (‘Maria buiten de Bijbel’).

In zeker opzicht is het gevaarlijk terrein voor een protestant om zich op het

terrein van de Traditie te begeven. Want is de Traditie niet bij uitstek het

domein waar de Kerk de mist is ingegaan? Dat is althans een veelgehoorde

opinie onder evangelicalen.6 Toch willen we ons hieraan wagen. Ten eerste

wil ik argumenteren dat er een opinieverschuiving hier rond optreedt on-

der protestants-evangelischen. Ten tweede wil ik aantonen dat het theolo-

gisch noodzakelijk is.

Protestants-evangelischen en Traditie: het kan

Deze sectie geeft aan dat de mogelijkheidsvoorwaarden gunstiger zijn dan

in het (nog niet zo verre) verleden. Er zijn hiervoor meerdere redenen aan

te geven, en de manieren waarop zich dat uit zijn ook divers. Er is, sinds

een paar decennia, een toenemende interesse voor de geschiedenis van kerk

en theologie. Waar gevestigde protestanten vaak een zekere trots kenden

(en kennen) t.a.v. hun reformatie-geschiedenis, begon de kerkgeschiedenis

voor veel evangelicalen vaak met hun eigen generatie.7 Jongere evangeli-

calen, die grootgebracht zijn in deze traditieloze traditie, zijn vaker geïn-

teresseerd in de wortels van de evangelicale beweging. Daarnaast heeft de

veranderende tijdsgeest er mee voor gezorgd dat er een verschuiving in de

interesses optreedt, van de focus op onderwijs via proposities en apologe-

tiek naar beleving in verwevenheid met grotere gehelen. Er is in de protes-

tants-evangelische erediensten plots een beetje ruimte voor (en vraag naar)

liturgie. Vervolgens mag ook niet onderschat worden dat vele evangelicalen

Page 8: Maria Uit de Bijbel Naar Een Protestants-evangelische Mariologie

133

de rooms-katholieke kerk niet langer beschouwen als ‘de vijand’ (zie ook

McGrath, 2006, 204-205). Niet alleen is de impact van de rooms-katholie-

ke kerk op de maatschappij sterk verminderd, door de pluralisering is het

minder noodzakelijk voor protestanten om hun identiteit enkel in oppo-

sitie met rooms-katholieken te definiëren. In de Verenigde Staten heeft dit

geleid tot een reeks gezamenlijke verklaringen van evangelicalen en rooms-

katholieken door een beweging die Evangelicals and Catholics Together heet. In

1994 kwam de eerste verklaring, over christelijke missie in het derde mil-

lennium, in 2009 kwam er op die manier een verklaring over Maria (ECT,

2009).8

Op liturgisch vlak is er een toenemende belangstelling voor het volgen van

(elementen uit) het kerkelijk jaar, in het bijzonder de vasten en de advent.

Zeker dat laatste creëert gelegenheden voor reflectie over de plaats van Ma-

ria. Maar er is ook een toenemende interesse voor de patrologie, en voor

de geschiedenis van Kerk en theologie in de oudheid in het algemeen als

bron voor geestelijke verdieping (cf. Williams, 1999). Het is in de confron-

tatie met de Apostolische Vaders en de Kerkvaders dat duidelijk wordt dat

mariologie geen uitvinding uit de middeleeuwen is. Wat voor protestants-

evangelischen vervelend is, is dat al heel vroeg na de apostelen, Maria een

grotere rol toebedeeld krijgt dan in de hedendaagse protestantse theolo-

gie.9 Is de Kerk dan al zo snel na de apostelen afgeweken van het ideaal?

Maar wat het ernstig nemen van Maria in de Traditie vooral mogelijk maak-

te is het besef dat de theologische methode van protestants-evangelischen

dit toelaat. Sola Scriptura betekent niet dat de Schrift de enige bron is voor

theologie, wel dat ze de normerende bron is (Lane, 2005, 809-812). Er is een

toenemend besef dat het verrijkend is om de Schrift te lezen en tegelijk te

kijken hoe de Kerk door de eeuwen die teksten heeft begrepen. Daarmee

komen ook weer oude leesstrategieën boven, zoals de typologie, een cano-

nieke lezing, en een grotere nadruk op een theologische interpretatie van

de Schrift. Op die manier kan de Schrift plots toch meer verwijzingen heb-

ben naar Maria – bijv. via een Eva-typologie.10

Protestants-evangelischen en Traditie: het moet

Te rade gaan bij de Traditie is niet alleen een optie, het is ook een noodzaak.

Daarbij moet de Traditie niet beschouwd worden als een monolithisch ge-

heel, maar een dynamisch gegeven dat continuïteit en verandering in zich

combineert. Bij uitstek voor protestanten is de Schrift daarbij het richt-

snoer dat impulsen geeft tot bijsturing van het Traditietraject. “Het verhaal

Page 9: Maria Uit de Bijbel Naar Een Protestants-evangelische Mariologie

134

van het protestantisme is een koerscorrectie, niet een afwijzing, van het

oude oecumenische geloof, iets wat helemaal in overeenstemming is met de

betrouwbare buigzaamheid van de orthodoxie. Er kan geen betrouwbaar

protestantisme zijn zonder Traditie” (Williams, 1999, 38—eigen vertaling).

Het is belangrijk om het werk van de Heilige Geest in het bewaren van de

waarheid doorheen de (kerk)geschiedenis, ernstig te nemen (zie ook 2 Tim

1,13-14).

Als de protestants-evangelische beweging op doctrinair vlak orthodox wil

zijn, en trouw aan de Schrift, dan kan dat niet gerealiseerd worden zonder

beroep te doen op, en integratie van, de funderende Traditie van de vroe-

ge Kerk (Williams, 1999, 13). Het is in dat opzicht ironisch dat de meeste

evangelicalen orthodoxie van fundamenteel belang vinden, en metterdaad

het geloof zoals overgeleverd in de geloofsbelijdenissen van Nicaea, Con-

stantinopel en Chalcedon aanhangen. De ironie schuilt niet daarin dat

ze die belijdenissen niet als dusdanig kennen of opzeggen in de eredienst,

noch in het feit dat ze die credo’s geen absoluut gezag willen toekennen,

maar dat concepten als de triniteit, of homoousion die ook voor protestants-

evangelischen cruciaal zijn, als dusdanig geen Bijbelse concepten zijn, maar

termen die de Kerk in de Traditie heeft overgeleverd. Voor onze bijdrage

hier, is de belijdenis van Maria als theotokos van belang. Het is deze term die

we dan ook in volgende sectie aanpakken.

Theotokos - Moeder Gods

Je zal een evangelicaal er niet vaak op betrappen Maria Theotokos te noemen,

letterlijk, de God-baarster. Het brengt tot uitdrukking dat Maria de moe-

der is van Jezus, die volledig God was (en tegelijk ook volledig mens). Deze

gedachte wordt onverminderd beleden door protestants-evangelischen.11

De reserve om over Theotokos te spreken, zeker als dit vertaald wordt met

‘Moeder Gods’ heeft te maken met de (al dan niet vermeende) implicaties

van die term voor het begrijpen van Maria. Het is als christologische uit-

spraak dat er zich geen probleem stelt, de mariologische implicaties zorgen

voor terughoudendheid (cf. Proctor, 1984, 739).

Een andere insteek vinden we echter in het veel recentere werk van de evan-

gelicaal Tim Perry.

Het mariale materiaal van het Nieuwe Testament vereist theologische reflectie om

een aantal centrale loci in christelijke theologie te vervolledigen; met name christo-

logie (Maria’s moederschap), eigenlijke theologie (de doctrine van uitverkiezing)

Page 10: Maria Uit de Bijbel Naar Een Protestants-evangelische Mariologie

135

en ecclesiologie (Maria’s rol in de Kerk). Of, om het meer controversieel te stellen,

geheel voorbij gaan aan mariologie laat een aantal andere christelijke doctrines

onderontwikkeld (Perry, 2006, 268—eigen vertaling).

Perry ziet de belijdenis van Maria als Theotokos dan ook als de fundering voor

een evangelicale mariologie, want het punt waar mariologie en christologie

elkaar kruisen is de belijdenis van Maria als Theotokos¸ Moeder Gods (Perry,

2006, 269). Met Cyrillus van Alexandrië stelt hij dan ook dat als christenen

niet kunnen belijden dat de mensgeworden God ontvangen en geboren is

uit Maria, God zich het lot van de mensheid niet heeft aangetrokken, en

de mensheid niet gered is. “Als Maria niet God droeg in haar schoot—als ze

niet Theotokos is—dan zijn mensen niet gered” (Perry, 2006, 271). Voor Perry

is dit, na een uitgebreide studie van het Bijbels materiaal over Maria en een

historisch-theologische studie van Maria, het beginpunt van een doctrine

omtrent zowel de persoon van Maria als haar werk.

Veel protestants-evangelischen zullen van mening zijn dat Perry te ver gaat

in zijn uitwerking van zijn mariologie. Dat Maria’s persoon en werk über-

haupt besproken worden in protestants-evangelische systematische theo-

logie is niet vanzelfsprekend, ook al blijft zijn methodologie uitgesproken

protestants, en ook al blijft zijn mariologie een onderdeel van de christo-

logie. Maar evangelicalen doen er goed aan de waarschuwing van kerkge-

schiedenis ernstig te nemen, namelijk, dat mariologie een bescherming

biedt voor het vasthouden aan de incarnatie van God de Zoon. De vraag die

vanwege protestants-evangelische theologie aan rooms-katholieke Maria-

devotie en mariologie gesteld mag worden, is of de nadruk op een toegan-

kelijke, want mede-menselijke, Maria ook niet leidt tot een overbenadruk-

ken van Jezus’ goddelijkheid ten koste van zijn menselijkheid?

Bibliografie

BEBBINGTON, D. W., The Dominance of Evangelicalism. The Age of Spurgeon and

Moody (A History of Evangelicalism), Leicester, IVP, 2005.

ECT (EVANGELICALS AND CATHOLICS TOGETHER), Do Whatever He Tells You: The

Blessed Virgin Mary in Christian Faith and Life. A Statement of Evangelicals

and Catholics Together, in First Things, November 2009.

GAVENTA, B. G. & RIGBY, C. L. (ed.), Blessed One: Protestant Perspectives on Mary,

Louisville, Westminster John Knox, 2002.

Page 11: Maria Uit de Bijbel Naar Een Protestants-evangelische Mariologie

136

GREEN, J. B., Blessed is She Who Believed: Mary, Curious Exemplar in Luke’s Nar-

rative, in GAVENTA, B. G. & RIGBY, C. L. (ed.) Blessed One: Protestant

Perspectives on Mary, Louisville, Westminster John Knox, 2002, 9-20.

GREENE-MCCREIGHT, K., Mary, in VANHOOZER, K. J., BARTHOLOMEW, C. G.,

TREIER, D. J. EN WRIGHT, N. T., Dictionary for Theological Interpretation of

the Bible, London/Grand Rapids, SPCK/Baker Academic, 2005, 485-

486.

LANE, A. N. S., Tradition, in VANHOOZER, K. J., BARTHOLOMEW, C. G., TREIER, D.

J. AND WRIGHT, N. T., Dictionary for Theological Interpretation of the Bible,

London/Grand Rapids, SPCK/Baker Academic, 2005, 809-812.

LONGENECKER, D. & GUSTAFSON, D., Mary: A Catholic-Evangelical Debate, East-

bourne, Gracewing, 2003.

MCGRATH, A. E., Christianity’s Dangerous Idea: The Protestant Revolution: A His-

tory from the Sixteenth Century to the Twenty-First, London, SPCK, 2006.

MCKNIGHT, S., The Real Mary: Why Evangelical Christians Can Embrace the Mo-

ther of Jesus, Brewster, Paraclete Press, 2007.

NOLL, M. A., The Rise of Evangelicalism. The Age of Edwards, Whitefield and the

Wesleys (A History of Evangelicalism), Leicester, IVP, 2004.

ORR, J., The Virgin Birth of Christ, in TORREY, R. A. & DIXON, A. C. (ed.), The

Fundamentals: a Testimony to the Truth, Vol.2, Grand Rapids, Baker,

1917, herdruk 1988.

PERRY, T., Mary For Evangelicals: Toward an Understanding of the Mother of Our

Lord, Downers Grove, IVP Academic, 2006.

PRINS, A., Geschiedenis van de Evangelische Beweging in Vlaanderen in de 19e en

20e eeuw, lezing gehouden op de studiedag van ETF en Evadoc op

24 april 2010, http://www.evadoc.be/evadoc.be/images/downloads/

evadoc100424_aprins_geschiedenis_van_de_evangelische_bewe-

ging.pdf.

PROCTOR, W.C.G., Mother of God, in ELWELL, W. A. (ed.), Evangelical Dictionary

of Theology, Grand Rapids, Baker Book House, 1984.

WILLIAMS, D. H., Retrieving the Tradition & Renewing Evangelicalism: A Primer

for Suspicious Protestants, Grand Rapids, Eerdmans, 1999.

Eindnoten

1. Ik kies ervoor om het Engelse ‘evangelical’ te vertalen met ‘protestants-evangelisch’ of met

het neologisme ‘evangelicaal’ en ‘evangelicalism’ met ‘evangelicalisme’. In het Nederlands,

en met name in rooms-katholieke middens, wordt ‘evangelisch’ in eerste instantie begre-

pen als ‘m.b.t. het evangelie’. Een evangelische beweging zou dan verstaan worden als een

beweging die vanuit het evangelie geïnspireerd wordt, en niet als een kerkelijke traditie.

Vandaar: evangelicale beweging of protestants-evangelische beweging (die gelukkig ook

wel door het evangelie geïnspireerd wordt).

Page 12: Maria Uit de Bijbel Naar Een Protestants-evangelische Mariologie

137

2. Voor uitgebreidere informatie over de geschiedenis van de evangelicale beweging in

Vlaanderen, zie Prins, 2010.

3. Dit is enigszins een karikaturale schets. Karikaturen zijn bedoeld om de eigenaardighe-

den uit te vergroten zodat ze onder ogen gezien worden.

4. Sommige protestants-evangelische theologen verkiezen te spreken van ‘maagdelijke con-

ceptie’ i.p.v. ‘maagdelijk geboorte’ om aan te geven dat ze enkel de maagdelijkheid ante

partum, en niet in partu bevestigen. Perry (2006, 280-283) geeft een systematisch-theologi-

sche verantwoording om als evangelicaal te kunnen spreken van Maria als semper virgo.

5. Zie hiervoor ook de bijdrage van Annemie Dillen in deze bundel.

6. Het is natuurlijk zo dat protestants-evangelischen die theologisch geschoold zijn, hier-

over doorgaans een veel genuanceerdere mening hebben.

7. Deze opmerking geldt vooral voor evangelicalen in vrije kerken. Evangelicalen in de ge-

vestigde kerken hebben vaak al door de langere geschiedenis van hun kerk een grotere

verbondenheid met hun wortels.

8. We gaan hier niet rechtstreeks in op de belangrijke oecumenische implicaties van deze

verklaring. Voor een algemeen overzicht van Maria in de oecumene verwijzen we graag

naar de bijdrage van Peter De Mey in deze bundel.

9. We denken hier bijvoorbeeld aan verwijzingen naar Maria in de brieven van Ignatius van

Antiochië (ca. 100 n.C.) en de Oden van Salomo (een vroegchristelijk werk, mogelijks van

halverwege de tweede eeuw).

10. Reeds voor het concilie van Nicaea (325) werd Maria door veel Kerkvaders beschouwd als

een ‘nieuwe Eva’, in vergelijking en contrast met Eva. Waar Maria, door ‘ja’ te zeggen tegen

het woord van de Engel, een (secundaire) rol speelt in de verlossing van de mensheid, doet

ze de ongehoorzaamheid teniet van haar voormoeder Eva. Want Eva speelde, door ‘ja’ te

zeggen tegen het woord van de gevallen engel (de ‘slang’) een (secundaire) rol in de vloek

die over de mensheid rust (zondeval) (Perry, 2006, 119-147).

11. Zie de bijdrage van Kristof Struys in deze bundel voor meer uitleg over de geschiedenis en

theologische achtergrond van deze term.

Page 13: Maria Uit de Bijbel Naar Een Protestants-evangelische Mariologie

Redactie: Kristof Struys en Wouter Biesbrouck

GEBOREN

UIT DE MAAGD MARIA

Een tip van de sluier opgelicht

Page 14: Maria Uit de Bijbel Naar Een Protestants-evangelische Mariologie

Geboren uit de maagd Maria

Een tip van de sluier opgelicht

Reeks: LOGOS, Leuvense Ontmoetingen rond Geloof, Openbaring en Spiritualiteit

Redactie: Kristof Struys en Wouter Biesbrouck

Vormgeving en druk: Halewijn nv

© Halewijn nv 2011, Halewijnlaan 92, 2050 Antwerpen, www.halewijn.info

Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd

gegevensbestand of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch,

mechanisch, door fotokopieën, opnamen of op enige andere wijze, zonder voorafgaande

schriftelijke toestemming van de uitgever.

D/2011/5930/011

ISBN 978-90-8528-184-9