Junior florist: niveau 2 Senior florist: niveau 3Ondernemer florist: niveau 4

Eye-catcherJamies job

Start businessklas 1

Oefensituatie Marketing en verzendorganisaties

Leeractiviteit Verkoopt en verleent serviceBijbehorende competenties: Neemt bestellingen aan die d.m.v.

verzendorganisaties worden verzonden

AlgemeenDe meeste winkels kiezen een bepaalde doelgroep. Een mooie bloemenwinkel richt zich op een andere doelgroep dan een bloemenkraam op de markt. Voor een bloemenzaak is het belangrijk dat die gevestigd is op een logische plaats. Meestal komen de klanten uit de omgeving. Het is voor iedere winkelier en ondernemer belangrijk dat er een groep vaste klanten is. Het hangt natuurlijk van het product af hoe vaak die klanten komen. Zo komen de vaste klanten van een meubelzaak veel minder vaak dan de klanten van een slager, maar iedere verkoper zal proberen een groep klanten te krijgen die regelmatig terug komt. Voor de slager en de bloemenzaak geldt, dat de directe omgeving van invloed is op het aantal vaste klanten.

Negen van de tien nieuwe producten worden een flop. Elk jaar proberen fabrikanten en winkeliers vele nieuwe producten te verkopen. Vaak lukt dat niet. Logisch dat fabrikanten marktonderzoek doen om er achter te komen welke spullen bij het publiek in de smaak vallen.Ook een bloemistwinkelier zal, bij nieuwe producten en trend bloemwerk, zich steeds moeten afvragen of ze in zijn winkel verkoopbaar zijn.

Doelstelling: Na deze opdracht kun je vertellen wat marketing, productbeleid, prijsbeleid, plaatsbeleid, promotie, personeel en presentatie inhoud.

Bronnen: Zoek op KISS in de kerntaak bij theorie ondersteuning.Kijk ook bij overige bronnen:Startpagina bloem, vakblad bloem en blad en de website van VBW.

Verwerkingsopdracht 1:

Verkopers moeten er alles aan doen om hun artikelen te verkopen.Al deze verkoopinspanningen gezamenlijk noem je

MARKETING.

1. Een bedrijfsleider van een supermarkt doet aan marketing. Noteer twee verschillende manieren om in een supermarkt zoveel mogelijk te verkopen.

a. ________________________________________________________________

b. ________________________________________________________________

Er zijn veel manieren om de verkoop te vergroten. Een van de manieren is je product zo aantrekkelijk mogelijk te maken. Denk aan de verpakking van bloemen en planten.

Alle verkoopactiviteiten die gericht zijn op het product zelf of op de verpakking, noem je PRODUCT(BELEID).

Als je langs winkels loopt, dan zie je een heleboel dingen die je graag zou willen kopen. Maar helaas je portemonnee weerhoud je van te veel aankopen.Dat weten winkeliers ook. Het is dan ook de kunst de klanten de winkel in te lokken. Sommige winkels doen dat door de indruk te wekken dat ze goedkoop zijn.

Alle verkoopactiviteiten die gericht zijn op de prijs van de producten, noem je PRIJSBELEID.

2. Noteer 3 verschillende manieren waarop, in de winkel waar je werkt, de indruk wordt gewekt dat jullie goedkoop zijn.

a. ________________________________________________________________

b. ________________________________________________________________

c. ________________________________________________________________

De verkopers op een vlooienmarkt gaan al vroeg op pad. Dan kunnen ze in de verkoophal een goed plaatsje uitzoeken. Ook een winkel vestig je op een gunstige plaats. En ook de bloemen zet je op een gunstige plaats neer.

Alle verkoopactiviteiten die gericht zijn op het vinden van een goede plaats noem je PLAATSBELEID.

3. In supermarkten is een z.g. 100% straat (of looppad). Het is de straat die je direct na binnenkomst van een supermarkt binnenloopt. Er is ook een gezelligheidsstraat. Hier staan vooral de dranken.

a. Waarom plaatst een winkelier in de 100% straat veel impulsartikelen en voordeelaanbiedingen.

______________________________________________________________

______________________________________________________________

______________________________________________________________

b. Waarom zet een winkelier naast de dure merkartikelen, voordeelaanbiedingen van andere merken (huismerk, B merk)?

_________________________________________________________

_________________________________________________________

_________________________________________________________

Alle verkoopactiviteiten die er op gericht zijn om de aandacht van de mensenop een artikel te vestigen noem je PROMOTIE.

4. Bedenk 3 verschillende manieren om een nieuw soort snijbloem onder de aandacht te brengen van het winkelend publiek

a._____________________________________________________________

b._____________________________________________________________

c._____________________________________________________________

In reclame komt echte informatie voor. Dan wordt er meestal informatie gegeven die helemaal juist is. In reclame komt ook veel verleidende informatie voor. Dan wordt de indruk gewekt dat je beter af bent als je het product koopt terwijl dit misschien niet juist is. In reclame komt daarnaast soms ook misleidende informatie voor. Deze manier van reclame maken is overigens verboden.

5. Noem 3 voorbeelden van bekende reclame activiteiten die echte informatie verstrekken.

1______________________________________________________________

2 ______________________________________________________________

3 ______________________________________________________________

Behalve de 4 al genoemde marketing begrippen

- PRIJS- PLAATS- PRODUKT- PROMOTIE

Zijn er in de detailhandel nog twee marketing begrippen onmisbaar. Dat zijn de begrippen

- PERSONEEL

- PRESENTATIE

Vooral deze laatste 2 P’s, bepalen voor een groot deel het "gezicht" van de winkel.

6. “Je krijgt meestal geen tweede kans om een eerste indruk te maken”. Deze stelling kun je gebruiken bij zowel het personeel als bij de presentatie van de bloemenwinkel. a. Wat wordt er met deze stelling bedoeld?

______________________________________________________________

______________________________________________________________

b. Kun je twee bedrijven noemen die een goede indruk maken? (maakt niet uit welk soort bedrijf)

1______________________________________________________________

2 ______________________________________________________________

c. Waarom maken zij een goede indruk? ______________________________________________________________

______________________________________________________________

d. Geldt dit ook voor jullie als verkoper/verkoopster?

______________________________________________________________

______________________________________________________________

Als verkoper/verkoopster kun je meerdere marketing technieken toepassen.Jouw benadering van de klant is voor een groot gedeelte bepalend voor het

beeld van de zaak naar de klant toe.

Wat is nee-verkoop?

De vrijheid om te kijken, rond te neuzen, iets te vragen zonder koopverplichting zou in iedere bloemenzaak of plantencentrum een heel normale zaak moeten zijn. Altijd moet al het mogelijke worden gedaan om de klant tevreden te stellen. Dan gaat ook de klant die niets heeft gekocht tevreden de deur uit. Als een klant iets vraagt wat niet in voorraad is, ga je na of je er op korte termijn voor kunt zorgen. Ook kun je op alternatieven wijzen. Indien het niet mogelijk is om de klant datgene aan te bieden wat hij/zij wil hebben noemen we het een neen-verkoop.

Waarom ging de koop niet door?

Als een klant niets gekocht heeft kan het komen doordat de klant echt alleen maar even wilde kijken. Maar er kunnen ook andere redenen zijn waarom de klant van de koop afzag. Het is na een mislukking altijd goed even na te gaan welke rol jijzelf speelde bij het niet verkopen.

- Lag het mislukken van de transactie niet aan jouw houding? - Heb je wel voldoende belangstelling getoond? - Heb je de klant de producten wel goed laten zien? - Heb je ook alternatieven aangeboden? -Ben je niet te opdringerig geweest?- Ligt de fout bij het assortiment?

Kleinigheden kunnen irritatie en wantrouwen veroorzaken. Een beschadigd blad bij een Ficus, een slijmerig blad bij een chrysant, ….Dergelijke onvolkomenheden kunnen er de oorzaak van zijn dat de verkoop niet doorgaat. Let daarom tijdig op deze zaken.

7. Is het belangrijk om alle vragen van een klant, met betrekking tot verkopen, te kunnen voldoen?

___________________________________________________________________

___________________________________________________________________

___________________________________________________________________

8. Waarom kan het soms zinvol zijn om nee te verkopen, in plaats van het gevraagde artikel te verkopen?

___________________________________________________________________

___________________________________________________________________

Fleurop:

Een van de grootste en bekendste verzendorganisaties is Fleurop Interflora. Er zijn 1.250 bloemisten aangesloten bij Fleurop. Wereldwijd zijn dat er 50.000 verdeeld over ruim 150 landen!

In 1920 richtte een aantal Limburgse bloemisten de vereniging Bloemenexpresse op voor de bezorging over grotere afstand. AI snel ontstond de behoefte om ook over de eigen landsgrenzen te bezorgen. Europese bloemisten speelden hier alert op in en richtten in 1927 de organisatie Fleurop op. De hoofdvestiging van Fleurop kwam in Zurich in Zwitserland. In 1946 werd de dienstverlening verder uitgebreid waardoor het mogelijk werd wereldwijd bloemengroeten te verzenden. Hiertoe richtte Fleurop samen met soortgelijke organisaties uit andere werelddelen Interflora op. De hoofdvestiging van die organisatie is in Southfield in Michigan, U.S.A. De oude Bloemenexpresse maakt hier deel van uit en heet nu Fleurop Interflora Nederland. Per jaar bezorgt Fleurop 25 miljoen boeketten wereldwijd, waarvan anderhalf miljoen in Nederland.

Fleurop is een samenvoeging van het Latijnse woord flos (= bloem) en Europa. Fleur is bovendien het Franse woord voor bloem.

Euroflorist/Teleflora International:

Een andere grote organisatie is Teleflora International waarbij wereldwijd 54.000 bloemisten zijn aangesloten. De Nederlandse afdeling, Teleflora Nederland, bestaat sinds 1982. Europa telt ongeveer 11.000 aangesloten bloemisten. AI deze bloemisten zijn in staat bloemen en planten te laten bezorgen, waar ook ter wereld. EuroFlorist is een partner van het Teleflora International netwerk. Hierdoor is het mogelijk om via een van de 54.000 bloemisten over de gehele wereld bloemen te leveren. Sinds de oprichting heeft EuroFlorist het hoofdkantoor in Malmö te Zweden. EuroFlorist heeft het netwerk in Europa uitgebreid door middel van het opstarten van bloemisten netwerken of het overnemen van netwerken. Zo zijn nu in 12 Europese landen, 11.000 bloemisten aangesloten.

Kwaliteitszorg:

Zowel Fleurop als Teleflora doet er alles aan om de kwaliteit van de producten aan de eisen van de consument te laten voldoen. Omdat de consument niet kan zien wat er wordt bezorgd moet hij er van op aan kunnen het in orde is. Dit geldt niet alleen voor de bloemen, ook de service moet goed zijn. Beide organisaties zijn er van overtuigd dat de aangesloten bloemisten zich hieraan houden. Vandaar dat met alle opdrachten een volledige kwaliteitsgarantie meegegeven wordt. Om deze garantie te kunnen blijven geven controleren beide organisaties steekproefsgewijs of de geleverde bloemengroeten aan de kwaliteitseisen voldoen. Ze doen dat door een zogenaamde testorder.

Testorders:Medewerkers van de organisatie plaatsen een order. Deze order wordt gecontroleerd en de uitslag wordt weer doorgegeven aan de betreffende bloemist. Als de uitslag onvoldoende is krijgt de bloemist een waarschuwing. Is de volgende testorder ook onvoldoende dan kan de bloemist uit de organisatie verwijderd worden.

Andere manieren waarop de kwaliteit op peil te houden is, zijn het geven van demonstraties en het organiseren van kampioenschappen bloemschikken.

lid worden:

Bij het aannemen van nieuwe leden gaan zowel Fleurop als Teleflora zorgvuldig te werk. De aanvraag voor het lidmaatschap van Fleurop wordt in Interne Florapost vermeld. Andere bloemisten kunnen dan binnen veertien dagen bezwaren indienen tegen het aangevraagde lidmaatschap. Vervolgens onderzoekt een medewerker van Fleurop of het bedrijf aan alle eisen voldoet. Teleflora stelt iets andere eisen aan bloemisten die zich willen aansluiten.

Werkwijze Fleurop en Teleflora:Een bestelling bij Fleurop of Teleflora wordt net zo opgenomen als een bestelling in je eigen winkel. Alleen voert een bloemist ergens in Nederland of in de wereld de bestelling uit. Alle informatie wordt per computer, fax of telefoon aan hem doorgegeven. De klant betaalt aan de bloemist die de bestelling noteert. De bloemist die de bestelling uitvoert krijgt zijn geld na tussenkomst van het centrale verreken- en hoofdkantoor van Fleurop in Veenendaal. Ook Teleflora verrekent op deze manier kosten en inkomsten. Zij doet dat op het hoofdkantoor in Joure. De tarieven verschillen per gemeente. Ze bestaan uit een vast bedrag en bezorgkosten. Voor de hoogte van extra bezorgkosten kan de bloemist een speciale lijst raadplegen. Bovendien hanteren beide organisaties een minimumbedrag voor een bestelling.

Bloemen via het world wide web:Stel je voor dat je in Seattle, in het westen van de Verenigde Staten, een bloemetje wilt bezorgen. Je kunt dan op Internet op zoek gaan naar het adres van een plaatselijke bloemist. Met hem kun je via e-mail afspraken maken over soort bloemwerk, bezorging, enzovoort. Betalen kun je met je creditkaart. Over andere, veilige mogelijkheden van betaling via Internet wordt nog nagedacht. Voor Fleurop en Teleflora kan deze ontwikkeling een bedreiging vormen. Vandaar dat zij ook mogelijkheden bieden om via Internet bloemen te bestellen. Je hoeft de deur niet meer uit en je kunt toch zien hoe het bloemwerk dat je wilt laten bezorgen eruit ziet. (www.fleurop.nl & www.teleflora.nl)

9. Overleg eens met je praktijkopleider of je een bestaande order mag verzenden via de computer of een fax.

10. Zoek de sites van Fleurop en Teleflora eens op.

11. Noem 3 soorten bloemen verzendorganisaties uit de bloemenbranche?

a. ___________________________________________________________

b. ___________________________________________________________

c. ___________________________________________________________

Daarnaast kun jij je bloemen natuurlijk ook altijd via de post laten bezorgen.

12. Noem de belangrijkste verschillen

________________________________________________________________

________________________________________________________________

________________________________________________________________

________________________________________________________________

________________________________________________________________

________________________________________________________________

________________________________________________________________