magazine online...6 7 ADOPTIE MAGAZINE ONLINE 1 MAART 2019 H oe gek het ook klinkt: het jaarlijkse...
Transcript of magazine online...6 7 ADOPTIE MAGAZINE ONLINE 1 MAART 2019 H oe gek het ook klinkt: het jaarlijkse...
MAART 2019
J A A R G A N G 4 • N U M M E R 0 1 • M A A R T 2 0 1 9
V O O R W I E B E T R O K K E N I S B I J A F S TA N D E N A D O P T I E
Een weekendje GEEN UITZONDERING zijn
COMPOSITIES van een Colombiaanse
Delen is het begin van HELEN
magazine online
IN DIT NUMMER
THEMA
lotgenoten
32
TEKST ANGELA JANS ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #1 MAART 2019
REDACTIONEEL
LotgenotenIk ben geen afstandsmoeder, niet geadopteerd en ook geen adoptieouder. Je zou dus kunnen denken dat ik weinig op heb met het thema van dit nummer: Lotgenoten. Maar niets is minder waar. Ik vind het juist des te interes-santer om vanuit alle hoeken van de adoptie-driehoek te horen wat het kan betekenen om contact te hebben met mensen die hetzelfde hebben meegemaakt, die een vergelijkbare achtergrond delen.
Nou ja, echt vergelijkbaar is het natuurlijk nooit.
Iedere adoptiegeschiedenis is anders, elke ouder,
elke geadopteerde heeft zijn of haar eigen bijzon-
dere verhaal. Eén ding hebben ze echter gemeen:
zonder uitzondering zeggen de mensen die in dit
nummer van het Adoptiemagazine online aan bod
komen, dat zij contact met lotgenoten als zeer
prettig ervaren, dat het soms helend werkt of een
eyeopener kan zijn.
Zo nemen we een kijkje bij de Kenia-groep die een
weekendje in een bungalowpark verblijft en spre-
ken we met Lyda Groot, al ruim twintig jaar een van
de stuwende krachten achter Loga, de Landelijke
Oudervereniging Gezinsproblematiek Adoptie.
Verder vertellen de geadopteerden Mariam en
Natalia over hun afstudeeropdracht, een onderzoek
naar de behoefte aan lotgenotencontact van
geadopteerden tussen de 10 en 25 jaar.
De rubriek Drieluik verschijnt dit nummer in een
speciale variant. Dit keer is de gemeenschappelijke
noemer een boekje dat de stichting
Adoptie-nazorg heeft uitgebracht
met als doel: de nazorg bij adoptie
bij wet regelen.
Daarnaast ook dit keer weer
ruimte voor de vaste rubrieken als
Gelezen/gezien, Wetten en Regels
en Begeleiding Besproken.
Veel leesplezier!
Angela Jans
2
REDACTIONEEL
INHOUD
Thema
2 Redactioneel
2 Blog Wiwin:
Thuis
6 Een weekendje geen
uitzondering zijn
– Machteld Stilting
12 Loga: ouders helpen ouders
– Angela Jans
18 Onderzoek naar
laagdrempelig lotgenoten-
contact jongeren
– Mariam Tempelman
en Natalia Smit
20 Delen is het begin van helen
– Maarten van Zwieten
24 ‘If you can’t pay it back,
pay it forward’
– Selina van der Meer
Het Drieluik
9 GEBOORTEMOEDER Ik was geen slecht meisje
– Irene Essenberg
15 GEADOPTEERDE
Vaak in gevecht met mezelf
– Puk Poels
23 ADOPTIEOUDERS
Geen enkele ondersteuning
als de kinderen er zijn
– Geke en Ronald Rouffaer
Vaste Rubrieken
4 KORT Ruimte voor
aankondigingen, nieuws,
gadgets en een column
van adoptiemoeder
Sandra Benschop
10 ACTUEEL – Composities
van een Colombiaanse
– Meike Melenhorst
14 GELEZEN/GEZIEN
– Trudy van den Berge
16 WETTEN EN REGELS – Vera Kidjan
26 VRAGENDERWIJS
28 COLOFON
6
24
BLOG
Thuis
Heel lang heb ik me niet afgevraagd waar
ik vandaan kwam, waarom ik een andere
huidskleur had dan mijn adoptiemoeder of
waarom we in een dorpje woonden met
drie straten en een kerk in plaats van een
exotische dessa.
Ondanks dat er in die tijd weinig bekend was
over adoptie deden mijn adoptieouders er
alles aan om het hechtingsproces zo soepel
mogelijk te laten verlopen. De wetenschap
dat er ergens anders een papa en mama
waren die niet voor me hadden kunnen
zorgen was voor mij heel normaal. Voor mijn
leeftijdsgenoten was ik ‘gewoon’ en toevallig
geadopteerd. Ik voelde mij niet anders, ik
hoorde erbij!
Voor mijn ouders was het belangrijk dat ik wist
waar ik vandaan kwam. De zeldzame adoptie-
bijeenkomsten die georganiseerd werden
bezochten we, ik moest naar Indonesische les
en deed mee aan een Indonesische dans-
groep. Voor mij hoefde dat allemaal niet, ik
had geen vragen. Sterker nog: ik wilde er het
liefste niet telkens aan herinnerd worden.
Tijdens mijn tienerjaren kwam wel de be-
hoefte: loopt er ergens een moeder rond
met dezelfde gelaatstrekken? Wiens karakter
heb ik nu het meest? Hoe voelt mijn land van
herkomst? Na een onsuccesvolle ontmoe-
ting kwam ik weer in Nederland; ik voelde
me boos! En vooral heel alleen.
Achteraf bekeken was dat misschien wel het
moment geweest waarop het fijn was ge-
weest hierover te kunnen sparren met die
lotgenoot die het allemaal al meegemaakt
had. Iemand die mijn verdriet en het mach-
teloze gevoel begreep. Had kunnen invoelen,
simpelweg omdat we beiden eenzelfde
verhaal delen; geadopteerd zijn.
Als volwassen geadopteerde heb ik die be-
hoefte niet meer, ik voel mij steeds meer thuis
in mezelf en voor mij is dat het belangrijkste!
Wiwin
10
THEMALotgenoten
54
TEKST ANGELA JANS ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #1 MAART 2019
4
AdoptiecaféNa een geslaagde eerste bijeenkomst in
november, wordt op 19 mei in Amsterdam
alweer voor de derde keer een adoptiecafé
gehouden. Initiatiefnemer Stefan-Martin
Regelink wilde graag andere geadopteerden
ontmoeten en heeft daarom de organisatie
op zich genomen. Hij wil zo’n vier keer per
jaar een meeting organiseren, laagdrempelig
en gratis. Ook houdt hij groepsbijeenkom-
sten aan de hand van thema’s.
> MEER INFORMATIE
Kijk op https://adoptiecafe.wixsite.com/
bijeenkomst.
Geadopteerde tieners gezocht voor boek
Hoe is het om op te
groeien bij ouders
die er niet hetzelf-
de uitzien als jij?
Femmie Juffer,
bijzonder hoog-
leraar Adoptie-
studies aan de
Universiteit Leiden,
en Lindy Popma en
Monique Steenstra
zoeken voor hun nieuwe
boek jongeren tussen de 15 en 19 jaar, die
geadopteerd zijn uit diverse landen en nog
thuis wonen bij hun adoptieouders.
Wil je geïnterviewd worden en samen met je
gezin op de foto? Meld je dan aan! Naast
interviews en fotoportretten komt er in het
boek een inhoudelijk hoofdstuk geschreven
door Juffer. Daarin staat de vraag centraal: Is
het belangrijk om aandacht te schenken aan
kleur- en cultuurverschillen in een adoptie-
of pleeggezin? En hoe kun je dat het beste
doen?
> MEER WETEN OF JE OPGEVEN?
Mail naar Femmie Juffer:
KORT
In de rubriek Kort is ruimte voor aankondigingen,
nieuws en discussie. Heeft u een tip voor een
bijeenkomst, een film of een lezing?
Laat het ons weten: [email protected].
TEKST Sandra Benschop
LaatjeDe laatste opdracht is gedaan. De Cito-toets, toch ook belangrijk voor het eindoordeel en het uit-stroomadvies, ligt achter hem. Onze oudste is bijna klaar voor de middelbare, voor de voor hem steeds groter wordende wereld.
Op de eerste dag kwam hij wat paniekerig thuis. “Mam,
het is net of ik niets meer weet!” Met een glas Raak en
een koekje erbij keken we wat er gaande kon zijn. Ik
bedacht een metafoor. Vertelde hem dat hij zijn herse-
nen kon beschouwen als een hele grote kast met heel
veel laatjes erin. Dat in al die laatjes al het geleerde zit.
Dat als je gespannen bent, de laatjes dan klemmen,
terwijl ontspanning maakt dat ze zo open floepen.
Weet je een opdracht even niet, dan ga je naar de
volgende en voor je het weet schiet het antwoord je te
binnen. De metafoor ging met koek en al erin.
De volgende dag kwam hij blij thuis van weer een
dagje Cito. “Mam, alle laatjes gingen open!” Het deed
mij plezier dat ik had kunnen helpen en hem een
waardevolle suggestie had gedaan. Maar dat dit beeld
dieper zou doorwerken en het verhaal daarmee een
staartje zou krijgen had ik niet vermoed.
Als bijna-twaalfjarige is hij meer dan ooit bezig met de
vraag ‘wie ben ik?’. Zo hoorde ik hem een tijdje gele-
den tegen een vriend met een migrantenachtergrond
zeggen: “Ik ben geen tata*, ik ben Keniaan.” Hij is eigen
taal aan het vinden om het verhaal op te bouwen
rondom zijn identiteit, zijn oorsprong. Hij verkent de
polen, onderzoekt waar zijn affiniteit ligt, is kind van
meerdere werelden. Voelt zich thuis in meerdere
werelden. En iedere identiteit wordt gedragen
door een fundament, een veilige basis. Van
daaruit ontstaat een hecht verhaal.
Mijn kleine grote man is hard op weg
zijn plek te claimen in de buitenwe-
reld en ik zie hem steviger worden
en wijs: “Mam, adoptie is ook een
laatje in mijn hoofd, het is nog dicht,
maar voor nu is dat goed.”
* ‘Hollander’ in straattaal, afkomstig van
p’tata, wat ‘aardappel’ in het Surinaams
betekent.
ZIE OOK: SANDRABENSCHOPCOACHT.NL
Het Ja-breinKinderen kunnen in woede uitbarsten of zich juist terugtrekken bij uitdagingen of ruzie. Ze reageren dan reactief.
Dat noemen Daniel J. Siegel en Tina Payne Bryson een
nee-brein-reactie. Maar het kan ook anders, je kunt een
kind leren om het leven open tegemoet te treden, ook
als het tegenzit. Daarover schreven Siegel en Payne
Bryson samen het boek: Het Ja-brein. In dit boek geven
ze ouders handige strategieën om negatief gedrag van
kinderen, agressie en angst bij te sturen en het vermo-
gen tot positief gedrag te vergroten. Dit alles voorzien
van speelse illustraties. Het boek is geschikt voor ouders
van kinderen van 4 tot 12 jaar.
> MEER WETEN? Kijk op www.scriptum.nl.
Cijfers adoptie historisch laag
In 2018 zijn in totaal 156 kinderen ter adoptie
naar Nederland gekomen. Daarmee is weer
een nieuw historisch laag aantal bereikt. Een
jaar eerder, in 2017, kwamen er nog 210 kin-
deren via interlandelijke adoptie naar Neder-
land. De meeste kinderen die vorig jaar
werden geadopteerd, zijn afkomstig uit
China (28). Dit land van herkomst wordt
tegenwoordig op de voet gevolgd door
Hongarije, waar 24 kinderen vandaan kwa-
men, en de Verenigde Staten, met 23 kinde-
ren. Op de vierde plaats komt Taiwan met 16
kinderen, gevolgd door Zuid-Afrika met 11
adopties in 2018.
Bijeenkomst voor familie en vriendenVoor familieleden en goede vrienden van
mensen die een kind gaan adopteren wordt
op 3 juli een informatieve bijeenkomst
gehouden. Aan de orde komen vragen als:
Onder welke omstandigheden hebben
adoptiekinderen geleefd? Kan een kind zich
nog wel hechten aan nieuwe ouders? Waar
moet je op letten bij de opvoeding en wat
kan ik doen om het gezin straks te helpen?
Familieleden en andere betrokkenen vertel-
len over hun ervaringen. Tot slot is er gele-
genheid om vragen te stellen.
De bijeenkomst is van 13.30 tot 16.30 uur in
de Bilt. Deelname kost 25 euro per persoon.
MEER WETEN OF AANMELDEN?
Ga naar: www.adoptie.nl.
6 7
ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #1 MAART 2019
H oe gek het ook klinkt: het jaarlijkse ‘Kenia-week-
end’, dat sinds 2011 wordt georganiseerd, is ei-
genlijk ontstaan uit een Yahoo-groep. Om dit uit
te leggen, gaat Andrea terug naar 2007, het jaar voordat
zij met haar man naar Kenia vertrok om hun tweeling-
dochters te adopteren. Van vergunninghouder Stichting
Afrika hadden ze begrepen dat er al een echtpaar uit Ke-
nia had geadopteerd. Die wilden ze wel ontmoeten. Kon
dat? Dat kon. Omdat Andrea vermoedde dat er meer
wachtende stellen geïnteresseerd zouden zijn in die ont-
moeting, nodigde ze via het bestand van Stichting Afrika
meer mensen uit. En omdat het niet de vorm van een
vragenvuur moest krijgen, maakte ze er een uitstapje
naar het Afrika Museum van. Het werd een informatieve
en gezellige dag. Een Yahoo-groep, die het mogelijk
maakte om met elkaar in contact te blijven, was in die tijd
een logische volgende stap. De groep bestaat nog steeds,
al vindt er weinig activiteit op plaats. Op die ene periode
in het jaar dan, wanneer de datum van het Kenia-week-
end bekend wordt gemaakt. “De behoefte om elkaar
jaarlijks fysiek te ontmoeten is bij ons groter dan regel-
matig contact via een online community.”
Lotgenoten
Er zijn behoorlijk wat adoptiegroepen actief op social
media. Dat de Kenia-groep wat dat betreft wat achter-
blijft, kan Andrea wel verklaren. Ten eerste is Kenia als
adoptieland gesloten en komen er dus geen nieuwe
adoptieouders met nieuwe vragen bij. Maar wat mis-
schien nog wel een grotere rol speelt, is dat je destijds
lang in Kenia moest verblijven voordat je je kind mee
naar Nederland kon nemen. Sowieso
drie maanden als foster parent en
vervolgens gedurende de adoptie-
procedure. Die kon maanden duren.
Andrea: “In ons geval was het drie
maanden, maar we kennen mensen
die wel een jaar in Kenia hebben
gewoond.” Ze is geen fan van het
woord ‘lotgenoten’ (“Dat klinkt toch
alsof je iets vreselijks hebt meege-
maakt”), maar voor het verblijf in
Kenia is het volgens Andrea mis-
schien toch wel een geschikte term.
“Je moest je daar echt zelf zien te redden. De mensen
die tegelijkertijd in Kenia woonden, zochten elkaar op,
steunden elkaar.” Daaruit groeiden zeer hechte en
warme vriendschappen, die ook bij terugkomst in
Nederland voortduurden. Zo ontstonden een soort
subgroepjes binnen het grotere geheel van mensen die
uit Kenia hebben geadopteerd. “Als je een klankbord
nodig hebt, bijvoorbeeld als je kind heftig gedrag
vertoont, kun je bij ‘je eigen’ groepje terecht. Die stap is
vaak kleiner dan je vraag in een groep
gooien met mensen die je niet of
minder goed kent.”
Gezamenlijk diner
Ook Andrea en haar man hebben een
hecht Kenia-vriendenclubje. Binnen dat clubje bespre-
ken ze zaken als de puberteit en hechtingsproblema-
tiek. De gesprekken tijdens het Kenia-weekend zijn
vaak van een andere orde, lacht Andrea: “Een van mijn
dochters wil dreadlocks. Daar heb ik afgelopen keer
heel handige tips over gekregen.” Los daarvan is het
gewoon leuk om iedereen ieder jaar weer te zien,
vindt Andrea. Je ziet hoe de kinderen gegroeid zijn
en je hoort hoe ze bijvoorbeeld het teruggaan naar
Eenmaal per jaar komt een groep ouders met hun uit Kenia geadopteerde kinderen een weekend samen in een Landal GreenPark ergens in Nederland. Een ongedwongen samenzijn volgens Andrea Catshoek (51), een van de organisatoren. De ouders wisselen ervaringen uit en kletsen gezellig bij. De kinderen vinden elkaar in het speelbos, de voetbalkooi of het zwembad. Andrea: ‘Ze genieten ervan een weekend lang niets uit te hoeven leggen en geen uitzondering te zijn. Het is leuk om te zien hoe zo’n zwembad helemaal bruin kleurt.’
TEKST MACHTELD STILTING
Een weekendje geen uitzondering zijn
>>
THEMA LOTGENOTEN
‘Het is een bonus
als je met
mensen bent die
het gewoon snappen’
DE KLEUREN VAN HET INDIVIDU
Sandra Benschop (zelfstandig coach/psycholoog en
moeder van twee zonen uit Kenia) vult het verhaal
van Andrea aan: "Vader en moeder worden is een
emotionele en life-changing gebeurtenis, waarin je
jezelf enorm tegenkomt. Vooral in het begin vraag je
je continu af of je het wel goed doet. Combineer dat
met een langdurig verblijf in een vreemde omgeving
en het is niet meer dan logisch dat je elkaar opzoekt
om kennis en ervaring, maar ook onzekerheden te
toetsen en te delen. De saamhorigheid van de groep
geeft je kracht, en dat is mooi. Maar dat neemt niet
weg dat je je eigen klus te klaren hebt. Daarom is het
zo ontzettend belangrijk om binnen een groep altijd
als individu te blijven denken en handelen. Er is
weliswaar die grote gemene deler dat we allemaal
kinderen – in ons geval uit Kenia – hebben geadop-
teerd, maar geen enkel adoptieverhaal lijkt op het
andere. Geen enkel kind heeft exact dezelfde be-
hoeftes als het andere. Weeg daarom de steun en
adviezen die je krijgt van groepen, boeken en thera-
peuten. Leg op het andere schaaltje jullie eigen
behoeftes, ervaringen en gevoelens. Durf autonoom
te blijven en in jezelf te geloven. Breng dat ook over
op je kind. Het wil niet beoordeeld worden op dat
ene aspect: die bruine kleur of het geadopteerd zijn.
Elk kind is een uniek individu met een eigen ‘kleur’.
We moeten zorgen dat de kleuren van het individu
niet verloren gaan. Ze vormen samen met die van
anderen een prachtig geheel.”
8 9
RUBRIEK DRIELUIKTHEMA LOTGENOTEN
LEEFTIJD70 jaar
BEROEPvrijwilliger
WOONPLAATSDen Haag
Ik was geen slecht meisje,
maar een slachtoffer
> GEBOORTEMOEDER
Irene Essenbergdrieluik
RUBRIEK DRIELUIK
Kenia hebben ervaren. (“Een rootsreis is het bij ons niet.
We hebben er gewoond, we gaan gewoon terug.”)
Sommige mensen huren een huisje en zijn er het hele
weekend, andere komen alleen naar het diner op
Stichting Interlandelijk Geadopteerden (SIG)De landelijk netwerk- en belangen-
organisatie voor (volwassen)
geadopteerden uit alle
mogelijke herkomstlanden.
www.geadopteerd.info
United Adoptees InternationalStichting United Adoptees Inter-
national behartigt de belangen
van volwassen geadopteerden op
sociaal, juridisch en politiek gebied.
tel. 06-47022023
e-mail: [email protected]
www.facebook.com/uai.nederland
Arierang (Zuid-Korea)e-mail [email protected]
www.arierang.nl
Bangladesh Geadopteerden Groep(Bangladesh)Dit is een besloten facebookgroep
speciaal voor geadopteerden uit
Bangladesh die met elkaar in
contact willen komen.
www.facebook.com/
groups/556199187765118/
Desta (Ethiopië)Nova Zemblastraat 270,
1013 RP Amsterdam
tel. 020–5012070
Los Hijos (Colombia)Los Hijos helpt geadopteerden uit
Colombia die meer willen weten
over hun achtergrond, roots en
het maken van een rootsreis.
e-mail: [email protected]
www.loshijos.nl
Ta Pediá (Griekenland)Reespoor 25 3766 JW Soest
tel: 035-6032880
E-mail: [email protected]
VOGN (Oostenrijk)Sabine Meijling
Postbus 557, 4870 AN Etten-Leur
tel. 076–526 97 71
Vietnamese Geadopteerden (Vietnam)Oosterhesselenstraat 303
2545 SV Den Haag
E-mail: [email protected]
MAART 2019 ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #1
Wat zou mijn leven er anders uit hebben gezien, als ik na
de bevalling was opgevangen door hulpverleners. Door
meelevende mensen die naar mij geluisterd zouden heb-
ben. Die mij hadden geholpen, mijn leven weer op te bou-
wen. Die een arm om mij heen hadden geslagen. Die mij
zouden vertellen dat ik niet slecht was, maar juist zelf een
slachtoffer.
Het bovenstaande verhaal van Irene is één van de ruim
dertig brieven die Stichting Adoptie-nazorg heeft verza-
meld en gebundeld in een boekje met als titel:
‘Nazorg Adoptie wettelijk regelen’. Een
exemplaar is overhandigd aan minister
Sander Dekker voor Rechtsbescher-
ming. De initiatiefnemers van
Stichting Adoptie-nazorg willen
hiermee een breed draagvlak
creëren voor de problemen
waarmee geadopteerden,
adoptie ouders en afstands-
ouders te maken kunnen krij-
gen. Ze wijzen de minister
erop dat uit onderzoek blijkt
dat adoptiekinderen die na hun
eerste levensjaar worden ge-
adopteerd, zich vaak minder veilig
kunnen hechten. ‘Adoptieouders én
geadopteerden hebben adoptiespecifieke
hulp nodig om hen te helpen het vertrou-
wen in anderen te herstellen. Echter, direct
na plaatsing van het kind in het nieuwe ge-
zin is er nauwelijks zorg/hulp voor de
adoptieouders en het kind, tenzij de ou-
ders hier zelf om vragen. Het zicht op het
welbevinden van de geadopteerde is in
Nederland onvoldoende gewaarborgd.
Structurele nazorg bij adoptie moet daar-
om bij wet worden geregeld’, stellen de ini-
tiatiefnemers en zij onderbouwen dat met
de persoonlijke, ontroerende brieven van
ervaringsdeskundigen in het boek.
Ik was 16 jaar toen ik ongewild zwanger werd. Toen mijn ouders dit hoorden ben ik als oud vuil in de auto gezet en naar Duitsland afgevoerd naar een tante en oom die (hoe bizar) ongewild kinderloos waren. Ik heb in die tijd geen enkele medische controle of andere zorg gekre-gen. Ik voelde mij eenzaam en niet begrepen.
Ik was net zeventien jaar toen ik werd teruggehaald en
mensen om mij heen, zonder inspraak van mij, besloten
mijn kind te laten adopteren. Geen enkele nazorg heb ik
gekregen, daar leek ik geen aanspraak op te
hebben, ‘ik was immers een slecht meisje’,
zo werd gezegd, want zo werd je be-
schouwd als je ongehuwd zwanger
was. Ook mocht ik er met nie-
mand over praten, want als
mensen in onze omgeving te
weten zouden komen wat mij
was overkomen, zouden ze
niets meer van mij willen we-
ten en geen enkele man zou
ooit nog met mij willen trou-
wen, als hij wist dat ik op mijn
zeventiende al een kind had ge-
kregen. Die negen maanden
moest ik maar uit mijn hoofd zetten,
dan zou ik alles snel vergeten en verder
kunnen gaan met mijn leven. Zo werd
mij verteld. Ik durfde er niets tegenin te
brengen.
Tweeëndertig jaar lang heb ik dat volge-
houden.
Nog steeds praat ik er met niemand over. Ik
heb hier nog altijd heel veel last van. Ik durf
geen vriendschappen aan te gaan, omdat
ik bang ben voor hun reacties en uit angst
die vrienden toch weer kwijt te raken. Ik
voel nog steeds de navelstreng als een ver-
wurgend koord om mijn nek zitten, immers
de navenstreng is fysiek danwel doorge-
knipt, in mijn hoofd zit deze nog altijd vast.
zaterdagavond. Tijdens het laatste weekend in januari
waren er 100 ouders met hun kinderen bij het diner
aanwezig. “Als je weet dat er in totaal zo’n 150 kinderen
uit Kenia zijn geadopteerd, is dat best een aanzienlijk
aantal.”
Kenia-genoten
Het is leuk om te zien hoe ook de kinderen elkaar
tijdens zo’n weekend direct weer vinden, zegt Andrea.
“Alsof er geen jaar tussen heeft gezeten.” De groep is
hecht. Dat merkte ze in het begin vooral aan de biolo-
gisch eigen kinderen die ook meekomen naar het
weekend. Die hadden soms wat meer moeite om
aansluiting te vinden. Toen er laatst een akkefietje was
met anderen kinderen op het park, vormden de Kenia-
kinderen direct een soort blok. “Je kon merken dat ze
zich sterk voelden, omdat ze nu eens een keer in de
meerderheid waren.” Lotgenoten is in deze context
toch nog steeds geen fijne term, concludeert Andrea.
“Kunnen we er misschien iets van Kenia-genoten van
maken of gewoon ‘gelijkgestemden’? Dat dekt volgens
mij meer de lading.”
VERENIGINGEN VOOR GEADOPTEERDEN
Bijeenkomsten voor geadopteerden uit verschillende landen zie:
adoptiecafe.wixsite.com/ bijeenkomst. adoptiecafe.wixsite.com/bijeenkomst
Een groot aantal geadopteerden heeft zich verenigd in organisaties die zowel aandacht hebben voor adoptie als voor de cultuur van het land van herkomst. Zoals onder andere:
ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #1 MAART 2019
1110
de overeenkomsten tussen deze plekken: overal zie je
dezelfde plastic stoelen, ventilatoren, colakratjes en
flessen zelfgebrouwen drank in het straatbeeld.
ALLEEN ZWARTE MENSENIn de tentoonstelling wordt slechts genoemd dat de
kunstenaar in Colombia is geboren, niet dat ze is ge-
adopteerd. Na het zien van de schilderijen was ik der-
mate gefascineerd dat ik wat speurwerk ben gaan
doen. In een interview dat ze op 21 november 2018 gaf
aan NRC vertelt Van Haver dat ze besloten heeft alleen
nog maar zwarte mensen te schilderen, omdat zij in de
westerse kunstgeschiedenis zo ondervertegenwoor-
digd zijn. Haar schilderijen gaan over de plekken die
aangetast zijn door de geschiedenis van kolonialisme
en migratie. “In de Nederlandse kunst wordt dat soort
onderwerpen bijna vermeden”, vindt ze, “en dat zou
niet moeten. We moeten juist breder kijken.”
Bij Van Haver zelf ontstond dat besef toen ze op haar
twintigste een museum in de Colombiaanse stad
Medellín bezocht. “Je zag daar nauwelijks portretten
van gekleurde mensen en als ze al werden afgebeeld
stonden ze in de schaduw of gingen schuil achter een
balk.” Terug op de kunstacademie in Utrecht keek ze
om zich heen en zag geen representatie van zichzelf.
Toen is ze de schilderijen zelf maar gaan maken.
In de Volkskrant, als onderdeel van een reeks interviews
waarin wordt onderzocht welke rol afkomst in Nederland
speelt, vertelt Raquel van Haver op 3 oktober 2017: “Ik ben
geadopteerd uit Colombia, mijn zusje uit Sri Lanka, mijn
ouders zijn witte Nederlanders en ik groeide op in Hoorn.
De eerste keer dat werd gevraagd of ik het koud vond
hier, of dat iemand zei: wat spreek je goed Nederlands, is
In de eerste zaal hangen collages die prachtig van
compositie zijn, in de overige zalen het woestere werk.
Zelf noemt ze het ‘luide’ schilderkunst. Van Haver maakt
enorme schilderijen, met verf in zulke dikke lagen dat je
er bijna mee kunt boetseren. Ook maakt ze gebruik van
bijzondere materialen als nephaar, sigarettenpeuken,
gips en teer. Het pronkstuk van de tentoonstelling
is We do not sleep as we parade through the night,
een schilderij van 4 bij 9 meter dat op Het Laatste
het niet erg. Bij de tiende keer is het niet fijn meer. Ik kon
er slecht tegen dat door de buitenwereld steeds werd
bevestigd dat ik anders was. In mijn hoofd was ik een
gewoon Nederlands kind. Maar dat was ik niet, op school
werd ik letterlijk achter in de klas gezet, met de andere
allochtone kinderen. We kregen andere boekjes: lezen
jullie dit maar, dat begrijpen jullie tenminste. Als school-
advies kreeg ik van mijn leraar het laagste van het laag-
ste, vmbo kader. Tot mijn moeder naar school kwam. Zijn
hele beeld van mij veranderde. Ik ben naar de mavo
gegaan, na een jaar naar de havo en daarna het hbo.’
GEEN ONWETENDHEIDEen paar jaar geleden vroeg ze haar moeder mee te
gaan naar een lezing die ze gaf in het Tropenmuseum
in Amsterdam. “Een man in het publiek vertelde dat hij
ook leraar was op een basisschool en zei: maar jullie zijn
ook gewoon dommer. Ik had het eerder geprobeerd uit
te leggen aan mijn moeder. Over achtervolgd worden
in winkels omdat ik misschien iets zou stelen, dat er
sneller gedacht werd dat ik iets stouts had gedaan. Dit
was de eerste keer dat ze het zag gebeuren. Na die
avond heeft mijn moeder het opgepakt, dat is zo mooi
om te zien. Ze probeert het te begrijpen. Ik wil het geen
onwetendheid noemen als Nederlanders zeggen dat ze
geen racisme zien. Je kunt lezen, je kunt je inleven.”
In hetzelfde interview vertelt Van Haver dat ze al jaren
een fantasie heeft: dat ze een beroemd kunstenaar
wordt en in Colombia met haar foto in de krant komt,
en dat haar biologische moeder haar ziet en ze elkaar
zo zullen vinden. Of dat gaat gebeuren is uiteraard de
vraag, maar met deze tentoonstelling is ze zeker dich-
ter bij haar streven gekomen om een beroemd kunste-
naar te worden.
Avondmaal van Leonardo da Vinci lijkt en tegelijkertijd
volstrekt hedendaags is.
Van Haver laat in haar schilderijen allerlei gemeen-
schappen zien, uit Nigeria, Cuba, Suriname en ook uit
haar geboorteland Colombia. Ze gaat tijdens haar
reizen naar buurten die een slecht imago hebben, maar
waar veel saamhorigheid is en waar het sociale leven
zich vooral op straat afspeelt. Ze is gefascineerd door
Tot en met 7 april is in het Stedelijk Museum Amsterdam nog de expo-sitie ‘Spirits of the Soil’ te zien van Raquel van Haver (Bogotá, 1989). Het werk van de kunstenaar is verdeeld over zes zalen. Kijken naar haar
schilderijen is – zeker als je er de tijd voor neemt – een overweldigende ervaring.
RUBRIEK ACTUEEL TEKST MEIKE MELENHORST
COMPOSITIES VAN EEN COLOMBIAANSE
12 13
TEKST ANGELA JANSTHEMA LOTGENOTEN ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #1 MAART 2019
veer 150. Volgens berekeningen heeft de organisatie in
de loop van haar bestaan alles bij elkaar wel zo’n ze-
venduizend leden gekend. Meer of minder, het maakt
volgens Groot niet uit, de vereniging is gezond en wil er
vooral zijn voor degenen die dat nodig hebben. Niet
zelden bellen ouders die helemaal geen lid zijn voor
een luisterend oor of een goed gesprek. Dat kan ook.
“En als ze een tweede keer bellen, ga ik ook niet zeg-
gen dat ze eerst lid moeten worden, daar laat ik ieder-
een vrij in.”
De vereniging is opgericht om gezinnen waarbij adop-
tieproblematiek speelt te helpen. Dat gebeurt bijvoor-
beeld tijdens huiskamerbijeenkomsten die regelmatig
worden gehouden op zo’n tien verschillende plaatsen
in het land. Tijdens thema-dagen, via individuele (tele-
foon)gesprekken of door middel van informatieve
artikelen op de website. Ook hulpverleners, leerkrach-
ten of anderen die op de een of andere manier te
maken krijgen met geadopteerden, kunnen bij de
vereniging aankloppen. En er zijn vier landelijke con-
tactpersonen met verschillende expertises zoals licht
verstandelijk beperkten, conflicten met hulpverlening
en traumaverwerking. Voor dat laatste is Lyda Groot het
eerste aanspreekpunt.
PTTS als diagnose voor geadopteerden met problemen
Met de kennis van nu denkt Groot dat heel veel proble-
men van geadopteerden zijn terug te voeren op een
posttraumatische stressstoornis (PTSS). “Vaak krijg je
allerlei andere diagnoses, bijvoorbeeld in de puberteit
of daarna. Ik zeg: ‘Denk bij adoptiekinderen ook aan
PTSS. In basis hebben ze immers allemaal een vroeg-
kinderlijk trauma. Ga niet meteen mee met een diag-
nose van ADHD of een bipolaire stoornis, test eerst op
PTSS.’ Als je uitlegt waarom ze misschien niet naar
school willen, waar de agressie vandaan komt, het
gebrek aan energie, als je dat als ouder of leerkracht
beseft, dan scheelt dat de helft. Ook komt het regel-
matig voor dat kinderen licht verstandelijk beperkt zijn,
terwijl ouders dat nooit hebben geweten.”
Tijdens de groepsgesprekken die op verschillende
plaatsen in de regio worden gehouden, leidt dit soort
informatie vaak snel tot verdieping. Ouders herkennen
veel in elkaars ervaringen. Voelen dat er begrip is, dat
ze niet de enigen zijn. “Adoptieouders hebben soms
ook zelf een trauma, door wat ze allemaal meemaken
met hun kinderen. Erkenning en herkenning kan dan
helend zijn. Ik hoor regelmatig: ‘Ik zat heel diep, bij Loga
trokken ze me weer omhoog. Het was heel fijn te horen
dat ik niet alleen ben. Dat er begrip is. En ook hoop.’
Niet zelden verbreken adoptiekinderen, meestal meis-
jes trouwens, op een gegeven moment het contact
met hun adoptieouders. Maar als je hoort dat er, soms
na jaren, plotseling weer toenadering komt, geeft dat
ook hoop. Hoe dan ook, Loga, het lotgenotencontact,
is voor velen een steuntje in de rug.”
De Landelijke Oudervereniging Gezinsproblematiek Adoptie, Loga, is eind jaren tachtig opgericht ter ondersteuning van adoptiegezinnen
met problemen. Dit volgens het principe: ouders helpen ouders. Dat werkt anno 2019 nog steeds. ‘Wij bieden een luisterend oor, individueel of in groepsverband, en denken bij problemen mee
over een mogelijke oplossing’, zegt Lyda Groot, zelf adoptieouder en al ruim twintig jaar actief voor Loga.
Loga
Ouders helpen oudersWELKE PROBLEMEN KUNNEN ZICH IN EEN ADOPTIEGEZIN VOOR DOEN?
Bij het kind:
- Geen verschil voelen tussen ouders en
vreemden
- Boosheid en agressief gedrag of lusteloos-
heid en depressief gedrag
- Geen gewetensontwikkeling: het liegt en
steelt
- Zwart/wit denken: het ziet mensen vaak als
helemaal goed of helemaal slecht
- Geweld tegen ouders en/of partner
- Psychiatrische ziektes
- Moeilijk op eigen benen kunnen staan
- Eenzaamheid door angst om relaties aan te
gaan
Problemen nemen vaak extreme vormen aan
vanaf de puberteit maar gelukkig zien we ook
dat de problemen afnemen als de kinderen in
de twintig zijn.
Bij de ouders:
- Isolement: niemand begrijpt hen
- Machteloosheid: het opvoeden lukt gewoon
niet
- Relatieproblemen: het kind speelt hen
tegen elkaar uit
- Burn-out: de verantwoordelijkheid blijft
- Gezondheidsproblemen: hoge bloeddruk,
maagklachten, burn-out e.d.
Bij de andere kinderen:
- Komen aandacht tekort: alle aandacht is
voor het probleemkind
- Worden uitgespeeld, krijgen vaak de schuld
- Vertonen angstig of aangepast gedrag,
door de woedeaanvallen of vernielzucht van
hun broer/zus
- Nemen de verantwoordelijkheid over van
hun ouders; die zijn opgebrand
Bron: logadoptie.nl
H aar adoptiekinderen zijn inmiddels al lang
volwassen. “Maar dat wil niet zeggen dat de
problemen dan weg zijn. Sommige dingen
gaan gewoon door, voor sommige ouders zullen de
zorgen altijd blijven, want soms kunnen de geadopteer-
den hun leven niet op de rit krijgen, lopen relaties tel-
kens stuk, verliezen ze keer op keer hun baan. Als ouder
blijf je betrokken”, zegt Groot.
De meeste adoptieouders zijn echter tijdelijk verbon-
den aan de vereniging. Ze komen en gaan. Er was een
periode dat Loga 900 leden telde. Nu zijn dat er onge-
15
ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #1
14
LEEFTIJD31 jaar
Getrouwd
BEROEP sociotherapeutisch
medewerker
WOONPLAATS Venray
> GEADOPTEERDEPuk Poels
14
Mijn vader, Ricardo Rubilar, was een tegenstander van het regime van dictator Pinochet in Chili. Hij heeft daarvoor lang in hechtenis gezeten. Toen hij vrijgelaten werd, was hij een gebroken man die psychisch met veel problemen kampte. In die periode liep hij Rosa Arria-gada tegen het lijf, waarna ik ben verwekt. Ik ben gebo-ren op 6 november 1987. Mijn ouders konden niet voor mij zorgen en brachten mij naar kindertehuis Hogar Esperanza in Chilan. Toen ik acht maanden oud was, ben ik geadopteerd door een lief echtpaar uit het Limburgse Oostrum. Zij konden zelf geen kinderen krijgen, waarop ze besloten te gaan adopteren. Vier jaar later kwam mijn broer Pim erbij, die ook geadopteerd is uit Chili. We konden zeggen dat we een hecht gezin vormden met zijn vieren.
Mijn ouders zijn vanaf het begin
eerlijk geweest dat ik uit een an-
der land kwam en dat zij niet mijn
echte ouders waren. Ik voelde dit van
kinds af aan ook al heel goed aan. Mijn
vriendjes en vriendinnetjes waren wit, ik
was dat niet. In die periode is ook al het ge-
voel ontstaan van ‘je een vreemde eend in
de bijt’ voelen. Ik voelde me anders dan de
meeste mensen om mij heen. Was heel on-
zeker over mijzelf.
Door dit gevoel heb ik me later ontwikkeld
tot een moeilijke puber, die in een ernstige
identiteitscrisis terechtkwam. Ik had liefde-
volle mensen om mij heen, maar ik voelde
me hier niet thuis en ik wist niet of mijn
thuisbasis hier was of in Chili. Dat leidde tot
conflicten thuis. Als 17-jarige heb ik ervoor
gekozen om een half jaar stage te gaan lo-
pen in het kindertehuis waar ik als baby was geweest. Dit
was een mooie maar moeilijke periode waarin ik ook con-
tact heb gezocht met mijn biologische familie. Deze peri-
ode heeft me veel opgeleverd, ook dat ik na een half jaar
wist dat ik niet thuishoorde in Chili. Mijn thuis was toch Ne-
derland, bij mijn familie en vrienden.
De afgelopen jaren zijn vaak een gevecht met mezelf ge-
weest. Ik ben me bewust van wat ik heb, maar ik mis toch
iets. Elke dag ben ik bezig met vragen als: mag ik
er wel zijn, vinden ze me stom, praten ze
over me? Op sommige dagen blijf ik
het liefst binnen, omdat ik het moei-
lijk vind om onder de mensen te
komen.
Ik heb de afgelopen jaren vaak
naar hulp gezocht en gemerkt
dat er weinig nazorg is voor
geadopteerden. Er zijn veel
psychologen en psychiaters,
maar de kennis over adoptie is
te weinig aanwezig. Ik had graag
mensen gehad die echt begrij-
pen wat ik meegemaakt heb. Ik
denk dat als geadopteerden goede
begeleiding krijgen, ze minder worstelen
in het leven en beter in hun vel zitten.
Zelf zou ik heel graag een opleiding willen
volgen tot adoptiecoach. Daarover heb ik
contact gehad met een organisatie. Daar
begreep ik dat het moeilijk is om de oplei-
ding te certificeren. Hier kan de overheid
zeker wat aan doen. Zorg ervoor dat dit ge-
regeld wordt, dat er goede adoptiecoa-
ches komen en dat zij geadopteerden en
hun omgeving kunnen helpen.
Bron: Nazorg adoptie wettelijk regelen.
Brieven van ervaringsdeskundigen aan
de Minister. Stichting Adoptie-nazorg
drieluik
RUBRIEK DRIELUIKRUBRIEK GELEZEN GEZIEN
Leren praten met plezier
Een handboek om de sociale, spraak- en taalontwikkeling van kinderen te bevorderen
Auteurs: Elaine Weitzman en Janice GreenbergUitgeverij SWP
ISBN 978 90 8850 81 34
Het boek Leren praten met ple-
zier is gericht op het bevorderen
van de sociale, spraak- en taal-
ontwikkeling van jonge kinderen.
Beide auteurs zijn verbonden aan
The Hanen Centre, een Canadese
organisatie die wereldwijd be-
kend staat om haar vernieuwen-
de trainingsprogramma’s voor
vroege taalinterventie. In het
boek wordt ingegaan op de
dagelijkse interacties in de kin-
deropvang, peuterspeelzaal en
eerste groepen van de basis-
school. Beschreven wordt hoe je
als opvoeder, begeleider of
leerkracht ieder kind kunt bena-
deren door in te spelen op de
signalen van een kind. Kinderen
kunnen zo beter nieuwe vaardig-
heden oefenen en zichzelf verder
ontwikkelen.
Verschillende communicatiestijlen
komen aan de orde, van zowel het
kind als de volwassene. Met de
observatieformulieren die zijn
opgenomen krijg je zicht op de
manier van communiceren van
een kind en van jezelf als profes-
sional. Dit kan je helpen bij de
manier van communiceren die je
als volwassene inzet bij een kind.
Ook is er aandacht voor kinderen
met een taal- of ontwikkelings-
achterstand. Deze kinderen
worden niet altijd vanzelfspre-
kend opgenomen in een ‘regu-
liere’ groep. Zij hebben specifieke
en consistente steun van de
volwassene nodig om deel te
kunnen nemen aan het groeps-
proces.
De auteurs pleiten voor interactie
met elk kind in de groep door
middel van ZICHT: Zorg voor
kleine groepjes, Introduceer een
geschikte activiteit, Check bij elk
kind de mate van betrokkenheid,
Handel naar de behoefte van elk
kind, Telkens weer, houd het aan
de gang.
Soms heeft een kind nauwelijks
tot geen interactie met leeftijd-
genoten en richt het zich op de
volwassene. De auteurs waar-
schuwen voor te veel leidster-
kindinteracties bij kinderen die
het moeilijk vinden om met
leeftijdgenoten te communice-
ren. Maar in het geval van adop-
tiekinderen ligt dat in mijn ogen
soms anders. Als een adoptiekind
weinig zorg en positieve interac-
ties met vaste volwassenen in de
eerste jaren van zijn leven gehad
heeft, is een band opbouwen
met de leidster of leerkracht van
groot belang om vertrouwen in
zichzelf en volwassenen te krij-
gen. Van daaruit kan het contact
met leeftijdgenoten ontstaan
en groeien.
Het kringgesprek is een onder-
werp dat vaak ter sprake komt in
de schoolconsulten van Stichting
Adoptievoorzieningen. Met
aandacht en rust aanwezig zijn
tijdens een kringgesprek is voor
sommige (adoptie)kinderen veel
gevraagd. De auteurs doen
diverse suggesties hoe je het
voor elk kind leuk kunt houden.
Dan kan het ook goed zijn dat
een kind even niet meedoet en
iets anders mag gaan doen.
Leren praten met plezier is een
veelomvattend boek dat terecht
een handboek wordt genoemd.
Het is overzichtelijk en logisch
ingedeeld, en het bevat naast
uitgebreide informatie veel
praktische handvatten. Je kunt
het raadplegen op onderwerp als
je je als professional bijvoorbeeld
afvraagt waarom je geen contact
met een kind krijgt of wat maakt
dat een kind steeds stoort tijdens
de kring. Een boek dus om in de
kast te hebben voor wie met
jonge kinderen in een groep
werkt.
— Trudy van den Berge
orthopedagoog en VIB’er
Vaak in gevecht met mezelf
MAART 2019
TEKST VERA KIDJAN ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #1 MAART 2019
1716
RUBRIEK WETTEN & REGELS
Voor veel Nederlanders die een tijdje in het buitenland willen werken, is Dubai in de Verenigde Arabische Emiraten (VAE) een aantrekkelijke stad. Hoge salarissen en nauwelijks belastingen. Maar als ze daar wonen
en willen adopteren, moeten ze naar het buitenland. De VAE is een islamitisch land
en islamitische landen kennen geen adoptie.
VIJF LANDEN, TWEE KINDEREN, ÉÉN ADOPTIE
landen buiten Nederland wonen, de buitenlandse
adoptie alleen door Nederland kan worden erkend als
ook beide landen (waar de partijen wonen) deze adop-
tie erkennen. De VAE is een islamitisch land en islamiti-
sche landen erkennen adopties niet geeft de
ambtenaar van de burgerlijke stand, de verwerende
partij, aan. Ook om die reden kunnen de Cambodjaan-
se adopties niet worden erkend.
De adoptieouders voeren aan dat op de overheids-
website van de VAE echter het volgende staat: ‘Expatri-
ate couples who are not Muslims can adopt while living
in the UAE as per the laws of their country/ies of citi-
zenship and that of the child's.’ Ook voeren zij aan dat
hun kinderen tijdens hun verblijf in Dubai in het bezit
waren van een verblijfsvergunning op basis van hun
gezinsleven. Kennelijk geldt dit adoptieverbod niet voor
niet-islamitische expats en worden adopties door deze
groep gedoogd. De rechtbank is echter onverbiddelijk.
Zolang niet onmiskenbaar uit de plaatselijke wetgeving
volgt dat adopties kunnen worden erkend, volgt de
rechtbank het standpunt van de ambtenaar van de
burgerlijke stand. Het feit dat de VAE kennelijk adopties
van niet-islamitisch expats gedogen is onvoldoende.
De heer Wien en mevrouw Mouskouri worden uitgeno-
digd ter zitting te verschijnen. Tijdens de zitting worden
zij door drie rechters uitgebreid ondervraagd over het
verloop van de Cambodjaanse adoptieprocedure.
Daaruit blijkt dat de twee steeds te goeder trouw
hebben gehandeld en er alles aan hebben gedaan om
ervoor te zorgen dat de Cambodjaanse adopties op
zorgvuldige wijze hebben plaatsgevonden. De Cam-
bodjaanse adopties en de Griekse rechtbankbeslissing
worden niet erkend. Wel worden adopties naar Neder-
lands recht uitgesproken. De Griekse rechtbankbeslis-
sing wordt wel erkend op het op punt van de toewijzing
van de achternaam van de kinderen. De rechtbank Den
Haag erkent niet de wijziging van de geboorteplaats
van de kinderen maar erkent wel de toewijzing van de
achternaam van de kinderen en neemt deze op grond
van artikel 10:24 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek over.
Eind goed al goed.
NOTEN1 Zie voor meer uitleg over de betekenis van de erkenning
van een adoptie: “Adoptie en de Nederlandse nationaliteit”, adoptiemagazine 2013 nummer 2, pagina 24
INFOVera Kidjan is advocaat bij Everaert Advocaten in
Amsterdam, www.everaert.nl. 020-7523217 of stuur een
e-mail naar: [email protected]
geboorteakten en paspoorten waarop de geboorte-
plaats ‘Thessaloniki’ staat vermeld. Dat komt omdat in
de Griekse wetgeving staat dat geen onderscheid mag
worden gemaakt tussen biologische en geadopteerde
kinderen. Als een buitenlandse geboorteplaats in de
geboorteakte staat vermeld, zou het een aanwijzing
kunnen zijn dat de kinderen zijn geadopteerd en dat
is ongewenst. Ook bepaalt de Griekse rechter dat de
kinderen de achternaam Wien krijgen.
ERKENNING ADOPTIE IN GRIEKENLAND De Cambodjaanse adopties van de kinderen worden
aanvankelijk ook door de Nederlandse autoriteiten
erkend . Zij krijgen in 2012 een Nederlands paspoort van
de Nederlandse ambassade in Kuala Lumpur. Bij de
paspoortverlengingen gaat het mis. De paspoortaan-
vragen worden in behandeling genomen maar de
Nederlandse paspoorten worden niet direct verstrekt
zoals gebeurde bij de eerste aanvragen. Meer dan een
jaar later volgt een beslissing. Daarin staat dat de kin-
deren nooit Nederlander zijn geweest omdat de Cam-
bodjaanse adopties niet kunnen worden erkend. De
Nederlandse paspoorten worden daarom geweigerd.
De heer Wien en mevrouw Mouskouri stappen naar de
rechtbank in Den Haag. Zij vragen allereerst om de
Cambodjaanse adopties te erkennen en, als dit verzoek
niet wordt toegewezen, adopties naar Nederlands recht
uit te spreken. In die procedure stuiten zij op twee
obstakels.
JURIDISCHE OBSTAKELS IN NEDERLAND Ten eerste is in de periode dat de kinderen zijn ge-
adopteerd sprake geweest van een tijdelijk adoptiever-
bod om kinderen afkomstig uit Cambodja te
adopteren. De Nederlandse autoriteiten maakten zich
destijds ernstige zorgen over de zorgvuldigheid van de
Cambodjaanse adoptieprocedure. Op 9 februari 2007
publiceert de minister van Buitenlandse Zaken een
brief waarin staat dat adopties uit Cambodja niet kun-
nen worden erkend en daarom geen Nederlandse
paspoorten aan deze adoptiekinderen kunnen worden
verstrekt. Kennelijk is de Nederlandse ambassade in
Kuala Lumpur in 2012 niet op de hoogte geweest van
deze brief.
Het tweede obstakel is dat de heer Wien en mevrouw
Mouskouri tijdens de Cambodjaanse adoptieprocedure
in 2008 in Dubai woonden. Een buitenlandse adoptie
kan niet in alle gevallen worden erkend. In boek 10 van
het Burgerlijk Wetboek staan in, met name, artikel 108
en 109 regels opgenomen aan welke voorwaarden
moet worden voldaan. Eén daarvan is dat als de adop-
tanten en de adoptiekinderen in twee verschillende
Dat komt omdat de islam adoptie verbiedt. Volgens de
islam moet de biologische identiteit van een kind
duidelijk en herkenbaar blijven. Het gaat zelfs zover dat
als een kind wordt geboren en de biologische vader is
onbekend, op de geboorteakte van het kind een gefin-
geerde naam bij de vadergegevens wordt vermeld.
Omdat in de VAE dus niet kan worden geadopteerd,
zoeken Europese stellen die in Dubai wonen en die
willen adopteren, omwegen via andere landen zoals op
dit moment, Ethiopië, Nigeria of Cambodja.
Zo ook de Nederlandse heer Wien en zijn Griekse
echtgenote, mevrouw Mouskouri. Zij leren elkaar in
Griekenland kennen en gaan eerst in Thessaloniki
samenwonen. Daarna vertrekken zij naar Nederland en
trouwen zij te Eindhoven. In 2006 besluiten zij om hun
geluk te beproeven in Dubai waar Wien bij een groot
ICT-bedrijf kan beginnen.
ADOPTIE IN CAMBODJA, VERHUIZEN NAAR MALEISIË Mouskouri heeft kanker gehad en is onvruchtbaar
geworden door medische ingrepen. Het echtpaar kiest
voor adoptie. In 2008 adopteren zij Myrthe en Alex,
twee kinderen uit Cambodja. Beide kinderen zijn te
vondeling gelegd en in een tehuis opgenomen in
Cambodja. Gedurende zes maanden is gezocht naar
de biologische ouders en een oproep geplaatst aan
de poort van het tehuis, doch niemand heeft in die
periode de kinderen opgeëist. Met de vereiste toe-
stemmingen van de Cambodjaanse autoriteiten vinden
de Cambodjaanse adopties plaats.
In 2010 verhuist het gezin naar Maleisië om zo dicht
mogelijk bij Cambodja te wonen. Aanvankelijk zijn zij
van plan om een poos in Cambodja te verblijven zodat
zij kennis kunnen maken met de cultuur. Het is echter
lastig om werk te vinden in Cambodja en er is beperkte
medische zorg. Om die reden besluiten zij om, als alter-
natief, naar Maleisië te verhuizen.
De heer Wien en mevrouw Mouskouri hebben veel
inspanningen verricht om meer achtergrondinformatie
over de kinderen te krijgen. In Kuala Lumpur hebben zij
contact gezocht met de Cambodjaanse ambassade
maar de ambassade kan niets voor hen doen. Ook
hebben zij zich gewend tot de Amerikaanse vertegen-
woordiging in Kuala Lumpur omdat van hen bekend is
dat zij gespecialiseerd zijn in het, met succes, samen-
brengen van informatie over de biologische afstam-
ming van geadopteerde kinderen. Ook van hen krijgen
zij niet de gewenste informatie. In de zomer van 2013
gaat het gezin voor drie maanden naar Cambodja en
hebben zij onder meer het kindertehuis bezocht waar
Myrthe en Alex vandaan komen. Ook de medewerkers
van het tehuis kunnen hen niet verder helpen. De twee
hebben zelfs lokale ‘investigators’ ingeschakeld maar
ook zij stuiten op een dood spoor.
De Cambodjaanse adopties worden in Griekenland via
de Griekse rechter erkend.1 De kinderen krijgen Griekse
18 19
THEMA LOTGENOTEN ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #1 MAART 2019
steden en daar woonden ze geen van tweeën. Andere
gespreksgroepen, bijvoorbeeld onder leiding van een
deskundige, waren geen optie. “Praten met een profes-
sionele coach of hulpverlener was niet onze wens. We
wilden eigenlijk gewoon contact met lot- en leeftijdsge-
noten, om samen te kunnen sparren over ervaringen en
gedachten over adoptie en misschien af en toe met z’n
allen wat leuks te ondernemen”, vertellen de twee.
Vijf geadopteerden in één klas
Mariam en Natalia hebben elkaar op de hbo-opleiding
in Ede leren kennen. Daar waren ze niet de enige ge-
adopteerden onder de studenten. Mariam: “In ons
eerste jaar bleken er maar liefst vijf geadopteerden in
dezelfde klas te zitten. Dat was voor ons allemaal een
hele nieuwe ervaring. Overigens hadden we dat na-
tuurlijk niet meteen door. Maar op deze opleiding moet
je al snel een en ander over jezelf vertellen en daarbij
kwam het onderwerp natuurlijk op tafel. Vervolgens
konden we met elkaar lachen en herkenning en erken-
ning bij elkaar vinden als het om adoptie ging. Dat was
prettig. Met dat groepje kwamen we ook op het idee
om iets te organiseren voor jonge geadopteerden. Dat
plan kwam echter nooit echt van de grond. Drie van de
vijf zijn inmiddels met de studie gestopt en nu zitten wij
met z’n tweetjes in het laatste jaar en hebben we be-
sloten alsnog met het onderwerp aan de slag te gaan,
maar nu als afstudeeronderzoek”.
Natalia vult aan: “Samen met Stichting Adoptievoorzie-
ningen hebben we een onderzoek opgezet waarmee
we willen kijken naar de behoeften van geadopteerde
jongeren. Hebben geadopteerde jongeren behoefte
aan laagdrempelig lotgenotencontact? Zo ja, hoe ziet
dat laagdrempelig lotgenotencontact er dan uit? Die
vragen willen we voorleggen aan jongeren in de leeftijd
van 10 tot 25 jaar die vanuit het buitenland naar Neder-
land geadopteerd zijn.”
Uitgangspunten zijn laagdrempeligheid en de jongere
zelf. Vanaf week 16 (half april) wordt een enquête ver-
spreid waarin geadopteerde jongeren kunnen aange-
ven of zij behoefte hebben aan laagdrempelige nazorg
en zo ja, in welke vorm ze dat zouden willen. De doel-
groep is volgens de twee het beste te vinden via social
media, vandaar dat ze willen proberen de enquête
vooral op Instagram onder de aandacht te brengen.
“Door naar de geadopteerde jongeren te luisteren en
met hen samen te werken, hopen wij echt te kunnen
aansluiten bij hun behoefte. Willen ze periodieke eve-
nementen, een podcast, een online chatgroep, een
website of juist een videoblog? Er zijn ontzettend veel
laagdrempelige vormen die wellicht op dit moment
raken aan de behoefte van deze jongeren. Wat het
uiteindelijk wordt, moet blijken uit ons praktijkonder-
zoek. Daarbij is de enquête van groot belang”, aldus
Mariam en Natalia.
Veel enthousiasme
De afstudeerperiode duurt van februari tot juni. In die
tijd moeten de vragen zijn verwerkt tot een concreet
resultaat. Het is mogelijk dat dat een aanbeveling voor
Stichting Adoptievoorzieningen wordt. Een voorbeeld
van een aanbeveling zou een website kunnen zijn.
Natalia en Mariam: “Hierbij kunnen wij een aantal rand-
voorwaarden benoemen. Zoals: waar moet de website
aan voldoen, wie zou het moeten ontwerpen, voor wie
is de site, enzovoort. Wanneer we voldoende tijd heb-
ben, zouden we het resultaat van ons onderzoek al
meer vorm kunnen geven. Om hetzelfde voorbeeld te
gebruiken: we zouden in dat geval een duidelijk ont-
werp van de website af kunnen leveren aan onze op-
drachtgever, waarbij we al hebben nagedacht over
thema’s en het totaalplaatje. Het is ook mogelijk dat we
het resultaat van ons onderzoek zelf gaan uitvoeren. Bij
ons voorbeeld zouden wij de daadwerkelijke website
zelf kunnen lanceren.”
Een digitale ontmoetingsplek, een site om elkaar te
vinden: wat het wordt, is nog de vraag, en ook wie het
uiteindelijk draaiende zal gaan houden. Stichting Adop-
tievoorzieningen, jongeren zelf of andere studenten?
Natalia en Mariam in ieder geval niet. Natalia is van plan
na haar afstuderen zo snel mogelijk voor een jaar naar
het buitenland te gaan, Mariam heeft nog geen con-
crete plannen, maar: “Als Stichting Adoptievoorzienin-
gen zelf niet iets met het resultaat van ons onderzoek
kan, gaan we verder kijken naar wat er wel kan. Hierbij
denken we aan een nieuwe lichting afstudeerders.
Afstudeerders communicatie zouden dit bijvoorbeeld
over kunnen nemen en verder kunnen uitwerken. Maar
dat zien we nog wel, zover is het nog niet. Tot die tijd
werken we zelf met veel enthousiasme aan dit onder-
zoek. Vanuit eigen ervaring, vanuit ons netwerk én ons
eigen vooronderzoek, weten we zeker dat dit onder-
zoek bij kan dragen aan inzichten in de wensen van
geadopteerde jongeren. We zijn benieuwd naar de
stem van geadopteerde jongeren horen en willen hier
graag iets mee doen.”
De enquête, belangrijke basis voor het onderzoek, zal
te vinden zijn op Instagram. Dus voor geadopteerden
van 10-25 jaar die geïnteresseerd zijn en graag hun
mening geven, volg de twee op Instagram: https://
instagram.com/so_adopteddutch?r=nametag.
Mariam Tempelman (21) en Natalia Smit (21), twee studenten Social Work aan de Christelijke Hogeschool Ede, zijn bij Stichting Adoptievoorzieningen begonnen aan een afstudeeropdracht met als onderwerp ‘Laagdrempelig lotgenotencontact voor geadopteerde jongeren die hier behoefte aan hebben’. Waarom? Nou, niet toevallig zijn beide dames zelf geadopteerd.
TEKST MARIAM TEMPELMAN EN NATALIA SMIT
Studenten doen onderzoek naar behoefte lotgenotencontact
N atalia is geboren in Colombia, Mariam in Ethio-
pië. Op 9-jarige leeftijd ging Natalia voor het
eerst op zoek naar een website waar ze in
contact met andere geadopteerden kon komen. Mariam
deed dit toen ze veertien jaar oud was. Beiden boekten
destijds weinig succes, ze vonden niet wat ze zochten.
Praatgroepen en evenementen voor geadopteerde
jongeren waren er wel, maar met name in de grotere
20 21
THEMA LOTGENOTEN ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #1 MAART 2019
Eva geeft tijdens de eerste bijeen-
komst aan dat ze het heel moeilijk
vindt om zich kwetsbaar op te
stellen. De andere deelnemers
vinden dat helemaal okay, want ze
weten precies hoe dat voelt.
Wanneer Eva een tijd later iets
heel persoonlijks vertelt, wordt ze
uitvoerig geprezen. De hele groep
is trots op haar en tegelijkertijd vormt ze een voor-
beeld voor de rest.Palika Vlasblom en ik, beiden adoptiecoach, zijn vorig jaar begonnen met thema-bijeenkomsten voor geadopteerden. Deze bijeenkomsten waren zo’n succes, dat de groep van vorig jaar in 2019 doorgaat met verdiepende sessies. Tegelijkertijd start dit jaar een nieuwe groep waarin, weer in zes bijeenkomsten, de belangrijk-ste thema’s die adoptie met zich meebrengt gezamenlijk worden onderzocht.
TEKST MAARTEN VAN ZWIETEN
Bijeenzijn wil veilig thuis bieden
Delen is het begin van helen
D e kracht van lotgenotenwerk is niet te onder-
schatten. Een groep geadopteerden kan, bege-
leid door ervaringsdeskundige professionals,
een veilige plek vormen waarin verbondenheid de basis
vormt voor zelfinzicht en leren van elkaar. “Ik heb geleerd
dat ik meer ben dan alleen adoptie”, zei een van de
deelnemers vorig jaar. “Ik kan nu leven in plaats van het
gevoel te hebben dat ik moet overleven.”
Er zijn weinig lotgenotengroepen voor geadopteerden
in Nederland, laat staan groepen waarin therapeutisch
werk wordt gedaan. Om die reden
hebben Palika en ik de handen
ineengeslagen en zijn we in 2018
begonnen met groepswerk voor
geadopteerden. Vorig jaar vonden
zes bijeenkomsten plaats, waarbij
telkens een thema centraal stond dat
gelieerd is aan adoptie. De thema’s
zijn nauw met elkaar verbonden,
waardoor inzichten die bij het ene
thema worden opgedaan ook een
basis bieden voor het onderzoeken
van andere thema’s. Vorig jaar ont-
stond al snel een groeiende kern-
groep van deelnemers die aan (bijna)
elke bijeenkomst deelnam. Daardoor
kwam ook de kracht van het groeps-
proces goed tot uiting. Bij elke sessie
leerden de deelnemers elkaar beter
kennen en ontstond er al gauw een
groepssfeer van veiligheid en ver-
bondenheid. Dat bleek een prachtige
basis voor mooi groepswerk, ontroe-
rende momenten en inzichten.
De kracht van herkenning
Hoe leg je aan iemand uit wat het betekent om ge-
adopteerd te zijn? Veel geadopteerden vinden dat
moeilijk. Niet alleen is het voor henzelf best ingewikkeld
om woorden te geven aan wat hen bezighoudt en waar
ze mee worstelen. Innerlijk voelt het vaak al als bijzon-
der complex en verwarrend. Maar het wordt nog moei-
lijker als ze iemand tegenover zich hebben die zich niet
echt kan verplaatsen in het onderwerp. Daardoor
voelen geadopteerden zich vaak onbegrepen en te-
kortgedaan. Het voelt voor hen dan als onveilig om
erover te praten en veel geadopteerden trekken zich
om die reden terug uit contact, want de ander begrijpt
er toch niets van, of kwetst je met een ongevoelige
opmerking. Hoeveel geadopteerden hebben wel niet
gehoord dat ze niet te veel in het verleden moeten
blijven hangen en dankbaar moeten zijn voor wat ze
wél hebben?
Door bij elke bijeenkomst theorie af te wisselen met
opdrachten en deelmomenten wordt elk thema zowel
op groepsniveau als individueel nader onderzocht en
blijkt er onderling veel herkenning gevonden te worden
en daarmee meer erkenning van zichzelf. Want opeens
blijken er gelijkgestemden te zijn voor wie een half
woord genoeg is om je te begrijpen. Opeens blijken
anderen ook met hun achtergrond te worstelen. Bij elke
bijeenkomst waren er dan ook meerdere momenten
dat deelnemers vertelden over zichzelf en anderen
daarna aangaven: “Hé, dat heb ik ook! Nu snap ik mij-
zelf weer een beetje beter.”
Verschillend en toch verwant
“Sinds de bijeenkomsten heb ik niet meer het gevoel
alleen op de wereld te zijn”, zei een deelnemer achteraf.
“En het helpt enorm dat Maarten en Palika zelf ook zijn
geadopteerd. Ze weten waar we het over hebben.” In de
groep van vorig jaar is gebleken dat geadopteerd-zijn
een soort wij-gevoel geeft. Dit terwijl de deelnemers aan
de themabijeenkomsten van vorig jaar op het oog heel
verschillend waren. De leeftijd varieerde tussen begin
twintig en eind vijftig en de geboortelanden lagen
verspreid over vier continenten. En toch bleken de
deelnemers zich al snel nauw verwant te voelen, waarbij
de thema’s dienden als de verbindende factor. Want
Wanneer Mike dit onderwerp aansnijdt, blijkt er
enorm veel herkenning te zijn in de groep. Ieder-
een voelt zich enigszins onbegrepen in zijn of haar
directe omgeving. Zowel bij ouders als bij partners
of vrienden blijkt het moeilijk te zijn om de inner-
lijke worstelingen te delen. Er gaat een zucht van
opluchting door de groep. “Ik heb altijd gedacht
dat het aan mij lag”, zegt een deelnemer.
>>
2322
THEMA LOTGENOTEN ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #1
> ADOPTIEOUDERS
Geke en Ronald Rouffaer
22
LEEFTIJD49 en 57 jaar
Ouders van Marckus (16) en Julie (12)
BEROEP beleidsaviseur jeugd
en taxichauffeur
WOONPLAATSAssen
derzoek ondergaat voordat je mag adopteren (en begrijp
ons goed, dat vinden we terecht) maar er is geen enkele
proactieve ondersteuning als de kinderen er eenmaal
zijn.
Hadden we, toen de problemen in ons gezin begonnen,
maar geweten wat we nu weten. Dan hadden we veel
eerder professionele hulp gezocht en was de situatie niet
zo geëscaleerd. Was er maar een ‘consultatiebureau’ voor
adoptieouders waar je – net als met een biolo-
gisch kind – bijvoorbeeld tijdens de eerste
twee jaar na aankomst als ouders eens
in de zoveel tijd naartoe gaat.
Wij pleiten er sterk voor om pro-
actief deskundige nazorg te
verlenen aan adoptieouders.
Voorbereiding op adoptie is
belangrijk, maar ondersteuning
in de eerste jaren van de (eer-
ste) adoptie vinden wij nog veel
belangrijker. Dat kost natuurlijk
geld, dat beseffen wij. Maar deze
preventieve ondersteuning kan
ook geld besparen, doordat proble-
men eerder erkend worden en dan met
minder intensieve ondersteuning kunnen
worden opgelost. En met moderne mid-
delen als bijvoorbeeld videobellen, kan
dat ook prima op afstand.
Met proactieve en preventieve nazorg
krijgen adoptiekinderen en -ouders een
goede start in het nieuwe gezin dat zij
vormen. Dat is heel normaal als ouders
een ‘gewoon’ kind krijgen en dat zou het
naar onze mening ook moeten zijn als het
gaat om adoptiekinderen.
Bron: Nazorg adoptie wettelijk regelen.
Brieven van ervaringsdeskundigen aan de
Minister. Stichting Adoptie-nazorg
drieluikGeen enkele
ondersteuning
als de kinderen er zijn
In 2002 hebben wij, nadat wij ongewild kinderloos bleven, besloten te gaan adopteren. Gelukkig gaat dat niet zomaar in Nederland. We volgden de voor-lichtingscursus en hebben deze als informatief en waardevol ervaren. In 2004 kregen wij onze beginsel-toestemming, in januari 2010 werden wij de ouders van Marckus en Julie. Vanwege de aardbeving op Haïti konden wij hen niet op gaan halen. De overdracht was in Brussel, waar zij met een Belgische hulpvlucht naartoe waren gebracht.
En toen waren we ineens ouders van
twee kinderen. Marckus was zeven,
Julie drieënhalf jaar oud. De eer-
ste tijd verliep probleemloos. Na
anderhalf jaar kwamen de eer-
ste moeilijkheden. De kinderen
begonnen probleemgedrag te
vertonen, de school trok aan de
bel. Geleidelijk ging het van
kwaad tot erger. We dachten niet
meteen: we moeten hulp inscha-
kelen. We waren immers voorbereid
dat het niet vlekkeloos zou verlopen. We
zochten pas hulp toen de situatie was
geëscaleerd. Waarbij er in ons gezin din-
gen zijn gebeurd waar we echt niet trots
op zijn.
We trokken aan de bel bij Stichting Adop-
tievoorzieningen en kregen Video-interac-
tiebegeleiding (VIB). Degene die dat deed,
raadde ons aan meer professionele hulp te
zoeken. Gelukkig hebben wij goede hulp
gevonden. We zijn daarbij door een diep
dal gegaan en het heeft veel moeite en tijd
gekost. Onze kinderen hebben heel wat
meegemaakt en wij hebben echt moeten
leren om hiermee om te gaan.
Het rare is dat je een heel proces en on-
RUBRIEK DRIELUIK
elke deelnemer was vroeg in het leven gescheiden van
de geboortemoeder en opgegroeid in een andere
omgeving dan het geboorteland. Elke deelnemer her-
kende het verwarrende gevoel van je nergens echt thuis
te voelen. En elke deelnemer worstelde op de een of
andere manier met de gevolgen van deze gegevens,
bijvoorbeeld in zijn of haar denk- en gedragspatronen,
of in de mate van verbinding met een geliefde.
Soulmates noemde een van de deelnemers het.
“Mensen die me begrijpen zonder al te veel uitleg.
Mensen die een steun voor mij zijn omdat ik nu weet
dat ik er niet alleen voor sta.” Het feit dat alle deelne-
mers in hun eigen fase zaten van hun proces van per-
soonlijke groei bleek totaal niet belemmerend te zijn
voor het groepsproces. Integendeel, daardoor bleken
de deelnemers elkaar juist te kunnen versterken. Vaak
gaf de ene deelnemer woorden aan iets wat de ander
tot op dat moment nog niet kon verwoorden. Ook
vonden deelnemers inspiratie bij elkaar door net vanuit
een ander perspectief naar iets te kijken.
Van een tijdelijk huis naar eindelijk thuis
Ook in 2019 worden er weer zes themabijeenkomsten
voor geadopteerden georganiseerd, begeleid door
Palika en mij. Thema van de eerste bijeenkomst is
‘Afstand & Adoptie’. Tijdens deze sessie wordt inge-
zoomd op het deel van het leven voorafgaande aan de
adoptie. Een vaak vergeten deel, maar wel van grote
invloed op het latere leven. Bijzonder is dat alle bijeen-
komsten deze keer in een luxe yurt (spreek uit als joert)
plaatsvinden. Een yurt is oorspronkelijk een Mongoolse
nomadentent die bewoond werd door rondtrekkende
veehouders. ‘Een tijdelijk huis’ is de betekenis van het
woord, en dat past goed bij wat Palika en ik de deel-
nemers graag bieden. Een veilige plek waarin je door
te delen weer een stukje verder kan helen.
De yurt zal dit jaar ook fungeren als tijdelijk huis voor
aparte groepssessies met adoptieouders en met
partners van geadopteerden. Deze twee ‘lotgenoten-
groepen’ zijn gericht op het vergroten van het bewust-
zijn van wat geadopteerd zijn betekent en hoe je vanuit
dat vergroot begrip de verbinding met je kind of lief-
despartner kunt versterken.
Meer informatie over de lotgenotenbijeenkomsten is
te vinden op www.bijeenzijn.nl. Hier kunnen geïnteres-
seerden zich ook inschrijven. Het maximale aantal
deelnemers is 12. De bijeenkomst voor adoptieouders
vindt plaats op 1 juni en die voor partners van geadop-
teerden op 29 juni. Eventuele vragen aan Maarten
kunnen gesteld worden via [email protected]
of 06-47246518.
Om privacyredenen zijn in dit artikel niet de werkelijke
namen van de deelnemers aan de bijeenkomsten
vermeld.
Palika Vlasblom werkt als gezinscoach en traumatherapeut
(www.palika.nl). Maarten van Zwieten coacht zowel geadop-
teerden als adoptieouders in zijn praktijk ‘Het Adoptie Atelier’
(www.adoptieatelier.nl).
Bij het thema ‘Nature & Nurture’ vertelt Jamilla over
haar rootsreis en hoe ze met al haar zintuigen
merkte dat ze weer thuis was. Dat maakt dat een
andere deelnemer opeens beter contact kan
maken met haar nature-kant. Ze beseft dat ze deze
kant van haar lang heeft weggedrukt en ontkend.
MAART 2019
25
ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #1 MAART 2019
24
THEMA LOTGENOTEN
Opinie geadopteerde Selina
Waarom zou ik anderen niet helpen als ik dat kan?
I k ben in de gezegende positie dat ik een gelukkig
leven leid en ik heb daar zeker hard voor gewerkt,
maar een beetje liefde en steun krijgen in het leven
is zeker net zo belangrijk. De meesten die mij door de
jaren heen hebben geholpen vragen er niets voor terug,
dus waarom zou ik dan anderen niet helpen als ik dat
kan? Zoals de Amerikaanse auteur Catherine Ryan Hyde
in haar roman Pay It Forward schrijft over goede daden
(favors): ‘If you can’t pay it back, pay it forward.’
Frustraties en pijn
De afgelopen jaren heb ik meerdere geadopteerden
leren kennen. Dit heeft mijn beeld over adoptie ver-
breed. Zelf ben ik heel nuchter en zie ik mijn adoptie als
een verrijking, misschien zelfs wel als een voorrecht. Ik
heb nu het enorme geluk om twee families te hebben
en daarmee warme banden te onderhouden. Veel
‘lotgenoten’ die ik ken onderhouden positieve contacten
in het land van herkomst. Maar ik weet dat dit niet voor
iedereen zo is en dat er geadopteerden zijn die worste-
len met de eigen adoptie, identiteit of afkomst. Dit is
heel verdrietig uiteraard.
Als adoptie in het mainstream-nieuws komt, gaat het
vrijwel altijd over zaken uit de jaren 70 en 80 waarbij het
niet goed is gegaan. Vaak spreken geadopteerden die
dit is overkomen zich uit in de
media en melden dat zij onjuist zijn
behandeld. Misstanden bij adopties
moeten zeker aangekaart worden
en ik vind dat de Nederlandse staat
hierin zijn verantwoordelijkheid
moet nemen. In deze negatieve
ervaringen vinden lotgenoten
elkaar ook. Ik heb een enkeling
ontmoet en vind het ontzettend
verdrietig als iemands hele leven in
beslag wordt genomen door frus-
traties en pijn rondom adoptie. Ikzelf beschouw
mij als een Nederlander met sterke Taiwanese roots en
draag dit ook zo uit. Met regelmaat krijg ik in persoon-
lijke of werksfeer vragen over mijn adoptie en ik ben
hierin heel open.
Als ik van een afstand aan lotgenoten en adoptie denk,
associeer ik het vooral met lotgenoten die ontevreden
zijn met hun adoptie. Ik heb hier een aantal keer met
een andere geadopteerde over gesproken. Hij claimt
dat elke geadopteerde per definitie met trauma te
maken krijgt door adoptie. Dat kan op allerlei manieren
wel of niet tot uiting komen, maar het trauma is een feit
volgens hem. Hij staat hier niet alleen in, er is weten-
schappelijk onderzoek naar gedaan, maar toch deel ik
deze visie niet.
Een ander perspectief
Zoals ik al eerder zei, heeft lotgenoten wat mij betreft
een negatieve weerklank, bij deze bepleit ik een ander
perspectief op lotgenoten- een positief perspectief.
Ik vind het super dat ik iemand met mijn positieve
ervaringen met mijn roots een stapje verder kan hel-
pen. Het komt neer op ervaringen delen en daarmee
anderen kunnen helpen het ‘juiste’ pad te vinden en
verder te komen in wat hij of zij nu daadwerkelijk wil.
Via mijn passie, de sport Braziliaans jiujitsu, ken ik Ben.
Hij is geadopteerd uit Korea en vroeg een tijdje gele-
den of we hier eens over konden praten. Hij was op een
punt in zijn leven dat hij antwoord zocht op de vraag of
hij nog iets met zijn roots zou willen doen, maar hij
kwam niet verder dan dat. Misschien zouden mijn
ervaringen nieuw licht op de zaak kunnen werpen. En
wonderlijk genoeg deed dat het ook, Ben gaf aan dat
mijn perspectief van verrijking een andere insteek voor
hem was waar hij zelf totaal niet bij had stilgestaan. Dit
vind ik ook lotgenotencontact, op een hele positieve
manier, die ook iemand verder helpt. ‘I don’t need
to pay it back, so I like to pay it forward’, is mijn
versie dan van de quote van
Catherine Ryan Hyde.
Ik heb een vriendin die ook ge-
adopteerd is uit Taiwan, we kennen
elkaar al sinds we in de luiers zaten.
We hebben het regelmatig over
Taiwan gehad en vooral over onze
ervaringen met de families daar. Na
bezoekjes constateren we cultuur-
verschillen en omgangsnormen
die voor ons vreemd zijn. Hoe ga
je daarmee om? Wat vind je ervan? Lotgenotencontact
dus, maar niet zoals lotgenoten vaak gezien worden
– als mensen die elkaar vinden in negatieve ervaringen.
Ik hoop dat lotgenoten elkaar vooral vinden in het
ervaringen delen en elkaar verder helpen bij eventuele
vragen rondom adoptie of het geboorteland of wat
dan ook. Ik hoop dat adoptie een onderdeel is van
iemands identiteit en als een verrijking wordt ervaren in
plaats van als een obstakel of donkere plek waar ie-
mand mee worstelt. Ik ben in ieder geval dankbaar voor
het contact met mijn lotgenoten en dat wij ervaringen
kunnen delen en vaak ook kunnen lachen om de ver-
schillen in culturen.
‘If you can’t pay it back, pay it
forward’
– CATHERINE RYAN HYDE
TEKST SELINA VAN DER MEER
Voor mij betekent lotgenoten dat mensen soortgelijke ervaringen hebben gehad en daar mogelijk iets mee willen. In mijn jeugd heb ik een paar keer deelgenomen aan weekenden en activiteiten die speciaal waren geor-ganiseerd voor Taiwanese kinderen en jongeren, en in mijn vrienden- en kennissenkring heb ik een aantal geadopteerden, vooral uit Taiwan. Het lijkt me duidelijk waar ik vandaan kom…
Foto: Rinu Photography
2726
TEKST ANGELA JANS ADOPTIE MAGAZINE ONLINE #1THEMA LOTGENOTEN MAART 2019
26
RUBRIEK VRAGENDERWIJS
‘Onze zoon heeft slaapproblemen.’ ‘Mijn puberdochter vliegt uit de bocht.’ Adoptieouders die vragen of twijfels hebben over de ontwikkeling of opvoeding van hun kinderen kunnen terecht bij de advieslijn van de Stichting Adoptievoorzieningen. Ook geadopteerden, leerkrachten of andere betrokkenen kunnen daar terecht. In deze rubriek komen zaken voorbij die daar aan de orde komen. SAMENSTELLING: Ria Heek, Chris Thie en Yvonne Geelen.
Ik zoek iemand die het snapt!Ze belt en kan het eerste kwartier alleen maar huilen. Maya, een jonge vrouw van 24, voelt zich moegestreden. Langzaam en heel zachtjes vertelt ze dat ze hulp zoekt. Ze is op vijfjarige leeftijd vanuit Mexico naar Nederland geko-men en opgevoed in een liefdevol gezin. Haar ouders namen de tijd voor haar en heel langzaam opende zij zich voor haar nieuwe familie. Toch bleef er altijd wat knagen. Het gevoel er nooit helemaal bij te horen, niet het gezel-lige gevoel ervaren op feestjes en ook niet goed kunnen aarden in de Nederlandse cultuur. De relaties die geen stand hielden en paniek als haar ouders vertelden op vakantie te gaan.
Om het knagende gevoel van zich af te schudden had Maya
na haar afstuderen een ticket geboekt naar Mexico en
rondgereisd in de omgeving waar ze geboren was. Omdat
ze weinig informatie had en de taal niet sprak, was bij thuis-
komst een somber gevoel opgekomen. Vragen waren niet
beantwoord en verwachtingen niet uitgekomen. Professio-
nele hulp sloot niet aan. Maya: “Het lag niet aan de psycho-
loog maar aan mij. Zij kon me gedeeltelijk goed helpen
maar er ontbrak iets!” De laatste tijd is ze zo somber dat ze
het niet meer aankan. Waar het vandaan komt, weet ze niet.
“Zou het misschien komen door mijn adoptie?”
De nazorgmedewerker vraagt of zij wel eens gedacht heeft
aan het praten met lotgenoten. Maya zegt dat ze bang is
dat het dan een klaaguurtje wordt over wat er allemaal niet
goed gegaan is in het adoptieproces. “Ik heb fijne ouders
die altijd open zijn geweest over mijn adoptie. Voor mij is
dat geen issue. Ik zoek iemand die snapt hoe ik me voel!”
Op de vraag waar zij behoefte aan zou hebben, vraagt Maya
of er hulpverleners zijn die zelf geadopteerd zijn. Zelf denkt
ze dat die mensen beter snappen waar ze mee worstelt
omdat ze in eenzelfde soort situatie zijn begonnen. Iemand
die zonder te vragen aanvoelt waar ze mee zit.
De adoptiemedewerker spreekt af een
overzicht te sturen van adoptie-
ervaringsdeskundigen en lotge-
notencontacten. Als het
gesprek wordt afgerond
vraagt de nazorgmedewerker
of zij nog wat kwijt wil. Maya:
“Ik heb het idee dat jullie het
snappen!”
Ik ben niet de enige
Vaak horen we een zucht van verlichting als adoptieouders bellen over iets waar ze zich zorgen over maken en wij dan zeggen dat het vaker voorkomt, dat we regel-matig ouders spreken die dezelfde zorgen of gevoelens hebben. Herkenning, opluchting dat je niet de enige bent die twijfelt, onzeker is, zich af en toe zelfs compleet machteloos voelt… Echt geloof-waardig wordt het echter pas als je die woorden hoort of leest van iemand die echt kan weten hoe het voelt, iemand die in dezelfde situatie zit, vergelijkbare erva-ringen heeft: een lotgenoot.
Dat geldt voor adoptieouders,
maar natuurlijk net zo goed voor
adoptie kinderen, voor pubers, voor
adolescenten, voor volwassen
geadopteerden…. Jezelf gespiegeld
zien in de ervaringen van een ander
is vaak prettig, steunend, rustge-
vend. Het relativeert en brengt je
soms op ideeën die je zelf niet
bedacht had. Het forum van Adop-
tieoudersonline.nl is een uitwisse-
lingsplatform voor adoptieouders,
waar ze elkaar antwoord kunnen
geven op de vraag: waar vinden
geadopteerden hun spiegels?
Nazorglijn ook voor leraren, leidsters en IB’ers
Leerkrachten, leidsters of intern
begeleiders hebben regelmatig
vragen over een adoptiekind bij
hen in de groep. Er wordt niet altijd
aan gedacht, maar de nazorglijn
is er ook voor hen! Wat heeft een
kind nodig om beter te kunnen
functioneren in de groep? U kunt
de leerkracht of leidster helpen
door hen te wijzen op de mogelijk-
heid om te bellen met de afdeling
Nazorg. Wij kunnen dan mee-
denken, informatie verstrekken
en concrete handvatten geven.
SAV bij WK Adoptiekids
Natuurlijk is de afdeling Nazorg van Stichting Adoptievoorzieningen ook dit jaar weer aanwezig bij het WK Adoptiekids op
22 juni Blankensteijn in Vianen.
Op het WK Adoptiekids, dat dit jaar voor de tiende keer wordt
gehouden, wordt niet alleen gevoetbald. Er is ook altijd een infor-
matieve markt waar onder andere medewerkers van Stichting
Adoptievoorzieningen jaarlijks een kraampje inrichten. Zij hebben
informatie over cursussen, thema-bijeenkomsten en zijn bereid
vragen te beantwoorden. Ook zullen ze dit keer weer gratis een
prijsvraag houden in de stand, waarmee kinderen een leuke prijs
kunnen winnen. Ria Heek en Chris Thie (foto): ‘Kom vooral bij ons
langs. We verheugen ons erop om jullie weer te zien en spreken.’
Op zoek naar lotgenotencontact?
Ben je geadopteerd en op zoek
naar contact met andere geadop-
teerden? Bel de nazorglijn:
030 – 233 03 40, optie 3
(maandag t/m donderdag 9.30 tot
12.30 uur). Wij kunnen in onze
sociale kaart voor je op zoek naar
mogelijkheden. Mailen mag
natuurlijk ook: [email protected].
28
TEKST ANGELA JANSTHEMA LOTGENOTEN
COLOFON
ADOPTIE MAGAZINE ONLINEOnafhankelijk, informerend, signalerend en opiniërend.
Voor aspirant-adoptieouders, adoptieouders, geadopteerden,
professionals op het gebied van adoptie en alle anderen
die zich betrokken voelen bij afstand en adoptie.
Adoptiemagazine online is een uitgave van
Stichting Adoptievoorzieningen.
Het magazine verschijnt vier keer per jaar.
RedactieHoofdredacteur Angela Jans
Aan dit nummer werkten mee: Erik Draaijer (eindredactie),
Sandra Benschop, Ria Heek, Vera Kidjan, Selina van der Meer,
Meike Melenhorst, Natalia Smit, Machteld Stilting,
Mariam Tempelman, Chris Thie en Maarten van Zwieten.
Foto coverThinkstock
Foto backcoverThinkstock
Vormgeving
Studio Jorrit van Rijt
RedactieadresPostbus 290
3500 AG Utrecht
Telefoon: 030 2330344
e-mail: [email protected]
AbonnerenEen abonnement is gratis. Aanmelden kan via www.adoptie.nl of
kijk op www.adoptieoudersonline.nl
KopijBijdragen, ingezonden brieven of tips zijn van harte welkom.
Neem daarvoor contact op met bovenstaand telefoonnummer
of e-mailadres.
Overname van artikelen is alleen toegestaan na voorafgaande
toestemming van de redactie en desbetreffende auteur. Verzoeken
tot overname dienen gericht te worden aan de hoofdredacteur.