Les 10

Click here to load reader

download Les 10

of 8

Transcript of Les 10

Welkom in de tweede les!

Welkom in de tiende les!

Wat hebben jullie gedaan?- Vakantie?- Kerstmis?- Eten?- Drinken?- Oudejaarsavond?- Nieuwjaar?

ACTIERESULTAATIk zet het glas op tafel.Het glas staat op tafel.Ik leg het mes op de tafel.Het mes ligt op de tafel.Els steekt alles in haar tas.Ik stop mijn zakdoek in mijn zak.Alles zit in de tas.Mijn zakdoek zit in mijn zak.Ik hang het schilderij aan de muur.Het schilderij hangt aan de muur.

ATTENTIE! (NIET actief gebruiken!)

Ik doe de bloemen in de vaas. (= ik zet de bloemen in de vaas)

Ik doe mijn zakdoek in mijn tas. (= ik steek mijn zakdoek in mijn tas)

Ik doe de messen in de lade. (= ik leg de messen in de lade)

Liggen en leggen

Els fietst naar huis. Thuis zet ze haar fiets voor de deur. Ze doet haar jas uit, hangt hem aan de kapstok en loopt naar de keuken. Ze legt de spaghetti en de rijst op de tafel en zet de blikken, de koffie en de confituur in de keukenkast. De yoghurt en de kaas, de groenten, de kip en de eieren legt ze in de koelkast en het fruit legt ze in de mand op de tafel. Haar portefeuille zit in haar tas. Ze zoekt haar bankkaart. Waar heeft ze die gelegd? Nu weet ze het weer. Haar bankkaart zit in haar portefeuille, samen met haar briefjes en muntstukken. Als ze klaar is, gaat ze op een stoel zitten, want ze is een beetje moe. Ze heeft zin om even te gaan liggen en een halfuurtje te slapen, maar dat kan ze niet. Ze moet nog naar Lisa, want dat heeft ze beloofd. Haar jas hangt aan de kapstok en haar tas staat/ligt in de keuken op de grond, naast de kast. Ze neemt haar jas en tas, loopt naar de deur en neemt vlug haar fiets. Haar fiets is niet gestolen. Hij staat nog voor de deur.Actie en situatie

InfinitiefStam Perfectumzijnbengeweesthebbenhebgehaddoendoegedaandrinkendrinkgedronkenkijkenkijkgekekenschrijvenschrijfgeschrevengaangagegaaneteneetgegetenliggenliggelegenzittenzitgezeten

ONREGELMATIGE VORMEN

Perfectum =

- totaal anders- vocaalwissel

Het perfectum (I)

InfinitiefStam Perfectumvertellenvertelverteldveranderenveranderveranderdherkennenherkenherkendontmoetenontmoetontmoetbedoelenbedoelbedoeld

REGELMATIG MET PREFIX BE-, ER-, GE-, HER-, ONT-, VER-

Perfectum =

- regelmatig- geen ge-

ONREGELMATIG MET PREFIX BE-, ER-, GE-, HER-, ONT-, VER-InfinitiefStam Perfectumverliezenverliesverlorenvergetenvergeetvergetenbegrijpenbegrijpbegrepenontstaanontstaontstaan

Perfectum =

- onregelmatig- geen ge-

Het perfectum (II)

InfinitiefStam Perfectumuitnodigennodig uituitgenodigduitleggenleg uituitgelegdopenmakenmaak openopengemaakt

REGELMATIGE SCHEIDBARE WERKWOORDEN

Perfectum =

- regelmatig- scheidbaar

ONREGELMATIGE SCHEIDBARE WERKWOORDENInfinitiefStam Perfectummeenemenneem meemeegenomenaantrekkentrek aanaangetrokkenterugvindenvind terugteruggevonden

Perfectum =

- onregelmatig- scheidbaar

Het perfectum (III)

Bij de kruidenierWat mag het zijn?