Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

52
MAGAZINE VAN DE UNIVERSITEIT LEIDEN ZOMER 2014 ‘Een toezichthouder moet een actieve rol spelen’ Chris Fonteijn, voorzitter Autoriteit Consument en Markt LEREN OPVALLEN Wat maakt het verschil op de arbeidsmarkt? SURVIVAL OF THE FITTEST De natuur vindt zijn eigen evenwicht WINNAARSMENTALITEIT Vier alumni over de competitieprikkel in hun werkgebied

description

 

Transcript of Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

Page 1: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

MAGAZINE VAN DE UNIVERSITEIT LEIDEN

ZOMER 2014

‘ Een toezichthouder moet een actieve rol spelen’ Chris Fonteijn, voorzitter Autoriteit

Consument en Markt

LEREN OPVALLEN Wat maakt het verschil op de arbeidsmarkt?

SURVIVAL OF THE FITTEST De natuur vindt zijn eigen evenwicht

WINNAARSMENTALITEIT Vier alumni over de competitieprikkel in hun werkgebied

Page 2: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

2 LEIDRAAD2 LEIDRAAD

04 OVER DE GRENS

05 EDITORIAL

06 ‘BIJ GELIJKE KANSEN HAAL JE HET BESTE UIT JEZELF’ Alumnus Chris Fonteijn is bestuursvoorzitter van de Autoriteit Consument en Media. Hij bewaakt het speelveld dat “markt’ heet, om gelijke kansen en eerlijke concurrentie zeker te stellen.

10 Faculteitsnieuws – CAMPUS DEN HAAG11 Faculteitsnieuws – ARCHEOLOGIE

12 NIEUWS

14 TRAIN JE BREIN VOOR SUCCES Waarom komen sommige mensen tegenslagen te boven en lijken anderen, ondanks gunstige omstandigheden, maar niet te kunnen slagen? Het antwoord ligt in het benutten van je human potential.

16 OPVALLEN BIJ JE WERKGEVER Het is voor net afgestudeerden niet altijd gemakkelijk om een mooie, eerste baan te vinden. Een succesvolle oriëntatie op de arbeidsmarkt begint al tijdens de studie.

06 20

ZOMER 2014

MAGAZINE VAN DE UNIVERSITEIT LEIDEN

12

20 EEN JUISTE KEUZE VAN BEIDE KANTEN

De populaire studie Geneeskunde selecteert dit jaar de helft van de eerstejaars studenten volgens een nieuwe selectieprocedure. Doel is om voor een nog betere match tussen student en opleiding te zorgen.

22 Faculteitsnieuws – RECHTSGELEERDHEID23 Faculteitsnieuws – WISKUNDE EN

NATUURWETENSCHAPPEN

24 DE SCHADUW VAN COMPETITIE Externe financiering creëert extra onderzoeks- mogelijkheden binnen de academische wereld. De strijd om de budgetten barst dan ook regelmatig los – maar wat zijn de gevolgen daarvan voor de wetenschap?

28 Faculteitsnieuws – GEESTESWETENSCHAPPEN29 Faculteitsnieuws – GENEESKUNDE/LUMC

30 BIODVERSITEIT IN BEWEGING In de wereld van de natuur is competitie letterlijk een zaak van leven of dood: soorten verschijnen en verdwijnen, als aanpassing aan de omgeving. Een normale gang van zaken, aldus biologe Barbara Gravendeel.

32 GRENS OVERSCHRIJDEND CONCURREREN Slaagt Europa erin om een gelijk speelveld voor alle deelnemers te scheppen? En in hoeverre is de wetgeving van individuele lidstaten hierop afgestemd?

14

Page 3: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

LEIDRAAD 3

COLOFON

LEIDRAAD is een uitgave van de directie Strategisch Communicatie & Marketing / Alumni Office van de Universiteit Leiden. Het blad is kosteloos voor de alumnus (zie www.alumni.leidenuniv.nl). Een abonnement is op aanvraag beschikbaar voor andere belangstellenden.

Uitgever Universiteit Leiden, Renée Merkx, directeur Strategische Communicatie & MarketingHoofdredacteur Yoeri AlbrechtBladmanager Karen JochemsBasisvormgeving/Art Direction Van LennepEindredactie Beatrijs Bonarius, Suus van GeffenFotografie en illustraties Rhonald Blommestijn, Taco van der Eb, Hollandse Hoogte, Marc de Haan, Marieke van der Velden, Martijn de VriesMedewerkers aan dit nummer Beatrijs Bonarius, Niels Christern, Edith van Gameren, Karina Meerman, Hugo Schalkers, Karen Jochems, Ruud Slierings, Annette Zeelenberg en het Leids Universiteits Fonds (LUF)Universiteit LeidenInformatie: [email protected]: [email protected]

: Alumni van de Universiteit LeidenWebsite www.alumni.leidenuniv.nl

: @leidenalumniOplage 60.000Gehele of gedeeltelijke overname van artikelen, foto’s en illustraties uit Leidraad is alleen toegestaan na overleg met de redactie en met bronvermelding. Universiteit Leiden noch Albrecht Media kan aansprakelijk gesteld worden voor eventuele zet- of drukfouten.

34 Faculteitsnieuws – SOCIALE WETENSCHAPPEN

35 SPOTLIGHT – prof.dr.mr. Maurits Berger, hoogleraar Islam en de hedendaagse Westerse wereld

36 OP DE BRES EN IN DE RINGZonder de competitieprikkel geen winnaars. Alumni Volkert Doeksen, Marie-Anne Frenken, Roderik van Grieken en Ockje Tellegen vertellen over de rol van verbale, fysieke en mentale strijd in hun carrières.

43 VERENIGINGSNIEUWS

44 ALUMNI MET EEN SLEUTELROLSleuteldragers onderhouden een bijzondere band met de Universiteit Leiden en ondersteunen het onderwijs en het onderzoek aan hun alma mater.

48 INSPIRATIE

49 HET BOEDDHISME ONDER DE LOEPDe Numata Chair ondersteunt de studie van het boeddhisme in het Westen.

50 LUF NIEUWS51 LUF VOOR ALUMNI

52 RED HET ZWEETKAMERTJE!

3624

Page 4: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

4 LEIDRAAD

BEFAAMD ONDERZOEK CHINEES BOEDDHISME GEBUNDELD

Op 12 februari jongstleden kwamen boeddhisme-onderzoekers uit de hele wereld bijeen in Leiden om te reflecteren op het werk van de Leidse sinoloog Erik Zürcher. Hare Koninklijke Hoogheid Prinses Beatrix woonde de opening van het congres bij.

Professor Erik Zürcher leverde gedurende zijn leven een enorme bijdrage aan de studie van het Chinese boeddhisme. De Leidse hoogleraar, die in 2008 overleed, geniet nog steeds wereldwijde faam op zijn vakgebied en geldt als dé man voor geschiedenis van het Chinese boeddhisme. Na het verschij-nen van zijn invloedrijke proefschrift, publiceerde Zürcher niet meer in boekvorm. Prof.dr. Jonathan Silk, hoogleraar Buddhist Studies in Leiden, besloot met toestemming van Zürcher zelf daarin verandering te brengen met de publicatie Buddhism in China: Collected Papers of Erik Zürcher. In dit boekwerk, dat is uitgegeven door Koninklijke Brill uitgevers, zijn de belangrijkste artikelen van de sinoloog verzameld.

INTERNATIONAAL CONGRESTer ere van Erik Zürcher en ter gelegenheid van de publicatie van het boek organiseerde Silk van 12 tot 14 februari een in-ternationaal congres, waarbij gerenommeerde onderzoekers uit onder andere Oxford, Londen, Kyoto en Taipei met elkaar spraken over het werk van Zürcher en het huidige onderzoek naar Chinees boeddhisme. Eregasten waren Zürchers wedu-we mevrouw H.D. Zürcher-Buiten, die het eerste exemplaar van het boek in ontvangst nam, en prof.dr. Erik-Jan Zürcher, zoon van het echtpaar en hoogleraar Turkse taal en cultuur in Leiden, die een toespraak hield.

PRINSES BEATRIXHeel bijzonder was de aanwezigheid van Hare Koninklijke Hoogheid Prinses Beatrix bij de opening van het congres. Zij kende Zürcher goed: hij begeleidde haar in China tijdens een staatsbezoek. Daarna hielden zij contact. Prinses Beatrix was geroerd door de toespraken die doorspekt waren met persoonlijke herinneringen aan Zürcher.

Meer informatie over Buddhist Studies in Leiden vindt u op pagina 49 van dit nummer.

Jonathan Silk overhandigt een exemplaar van het boek aan HKH Prinses Beatrix.

Page 5: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

LEIDRAAD 5

EDITORIAL

HET BESTE UIT JEZELF HALEN. DAT STAAT AAN DE BASIS VAN WAT EEN UNIVERSITEIT NASTREEFT. Het beste uit de studenten halen, maar ook uit de wetenschappers die eraan verbon-den zijn. En uit de middelen die daarvoor ter beschikking worden gesteld. Veelal gebeurt dat in samenwerking, waarin alle partijen voordeel ondervinden van het streven naar verbetering, naar de beste zijn. Individuele doelstellingen kunnen immers verschillen. Echt succesvol ben je pas als de eigen ambities en doelstellingen worden behaald. Het benutten van human potential, daar draait het om. Hoe dat werkt, vertellen Leidse psychologen Andrea Evers en Lorenza Colzato verderop in het blad. Dat het werkt, vertellen drie jonge alumni die zich positief wisten te profileren tijdens hun studie. Loopbaanadviseurs van de universiteit en een recruiter van jong talent, tot slot, weten hoe je je potentie echt zichtbaar kunt maken en boven het maaiveld kunt uitstijgen.

Soms echter leidt de competitieprikkel tot ongewilde bijeffecten. Instanties als de Autoriteit Consument en Markt (ACM) waken voor deze side effects. Alumnus Chris Fonteijn, bestuursvoorzitter van het ACM, vertelt in deze Leidraad over zijn strijd voor een gelijk speel-veld om de positie van de consument te beschermen. Maar ook buiten de markt kan concurrentie tot schadelijke neveneffecten leiden. De laatste tijd heeft u ongetwijfeld in de media gelezen over omvangrijke fraudezaken in de wetenschap. Vaak speelde publicatie-drang een rol. Voor de wetenschapper in kwestie werd publiceren bijna een obsessie: immers, wie niet publiceert, is niet zichtbaar. En wie niet zichtbaar is, wordt overgeslagen bij het verdelen van prijzen en subsidies. Een perverse prikkel is dit in meerdere media genoemd, een term die de huidige situatie aardig kenschetst. Maar hoe zou het systeem er anders uit moeten zien? En welke rol speelt onderwijs hierin? Twee talentvolle jonge wetenschappers van onze universiteit delen hun mening hierover in het Opinie-artikel van deze Leidraad.

Dat competitie ook een positieve prikkel biedt, laten de alumni duidelijk zien in het artikel Waar Leiden toe kan leiden. Alle vier raakten zij gemotiveerd tijdens studie of carrière om een stapje extra te doen en de lat net even hoger te leggen voor zichzelf. Daardoor zijn zij allen zeer succesvol gebleken op hun eigen vakgebied, of het nu gaat om de kunst van het debatteren of om roeien, en of de arena de Tweede Kamer is of het internationale zakenleven.

De lat steeds hoger leggen, dat willen wij ook voor onszelf doen als universiteit. Momenteel denken we na over onze strategie voor de komende jaren, waarin een belangrijke rol zal zijn weggelegd voor excelleren op allerlei gebied: in onderwijs, in onderzoek, als werkge-ver en als samenwerkingspartner met het bedrijfsleven bijvoorbeeld. Daarbij willen we ook nadrukkelijk excelleren als uw alma mater, zodat u zich als alumnus betrokken blijft voelen bij de Universiteit Leiden. De laatste maanden heb ik al veel van u hierover gesproken en uw opmerkingen en suggesties zijn niet onopgemerkt gebleven. In de komende periode vertellen we u graag meer hierover.

Carel Stolker

CAREL STOLKER Rector Magnificus

en Voorzitter van het College van Bestuur Universiteit Leiden

Page 6: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

6 LEIDRAAD

INTERVIEW

‘BIJ GELIJKE KANSEN HAAL JE HET BESTE UIT JEZELF’

Page 7: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

LEIDRAAD 7

De Autoriteit Consument en Markt (ACM) bewaakt het speelveld dat “markt” heet. Gelijke kansen, eerlijke con-currentie, geen uitsluitingen of onoorbare afspraken, voor-lichting aan consumenten. Chris Fonteijn is bestuurs-voorzitter. Hij waakt met harde én zachte hand.

Tekst: Ruud SlieringsBeeld: Taco van der Eb

Op de kop af 25 jaar werkte Chris Fonteijn bij advocatenkan-toor NautaDutilh toen hij de overstap maakte naar de wereld van het toezicht. Vanuit het ministerie van Economische Zaken, zijn cliënt, kreeg hij de vraag of hij voorzitter van de OPTA wilde worden, de toezichthouder in de telecomsector. Fonteijn nam de uitdaging aan:‘Ik had geen idéé waar ik in terechtkwam. Het voelde als een enorme sprong. Ik kende de ambtelijke wereld niet, was niet thuis in de telecomsector en kreeg nu de politiek aan mijn broek. En toch zei mijn intuïtie: doen. Veel mensen verklaarden me voor gek, ik was op de top van mijn carrière, mijn praktijk liep als een trein. Maar ik had het idee dat veel dingen in deze baan samenkwamen. En de timing van de overstap was goed. Als ik nu advocaten van mijn leeftijd zie die voor de honderdste keer dezelfde oefe-ning doen, ben ik blij dat ik die stap heb gezet.’

Veel dingen kwamen in deze baan samen. Ook de studie?‘Ja, hoewel ik me pas later heb gerealiseerd dat ik in Leiden ook academisch ben gevormd. Ik ben in 1973 Rechten gaan studeren. Zonder verwachtingen. Ik wilde Geschiedenis doen, maar vreesde – ten onrechte – dat ik daarmee alleen leraar zou kunnen worden. Met Rechten, dacht ik, kan ik straks alle kanten op.’

Goed bevallen, die studie?‘De eerste jaren boden weinig uitdaging. Massaal, tentamens in de Groenoordhallen, geen interactie of prikkeling om je grenzen op te zoeken. Mijn doel: zorg dat je alles haalt. Mijn vader wilde betalen, maar had een limiet gesteld: als je het

eerste jaar niet haalt, ben je blijkbaar te dom of te lui. Een luxepositie, want dat bleek geen probleem. Mijn vader is pas gaan studeren toen hij over de veertig was, met een baan en vier kinderen. Ik mocht alles doen, zolang het maar niet ten koste van de studie ging.’

Heeft u ook “alles” gedaan?‘Ik hoefde geen acht te halen, de lat was “het halen”. De sfeer in Leiden was losjes. Ik kom niet uit een milieu waar het lidmaatschap van Minerva vanzelfsprekend is, maar vrienden van mijn Haagse hockeyclub werden lid, dus ik ook. Het was een periode waarin het niet zo corporaal was, dat beviel me. Ik woonde op het Rapenburg, zat veel op de sociëteit en ben vicepresident van de Commissie geweest. De voortgang in de studie leed daar niet onder, op de een of andere manier had ik de juiste balans gevonden.’

Wat is vormender geweest, de studie of het studenten­leven?‘Zonder twijfel het leven in Leiden. Een aantal vaardigheden waar ik nu dagelijks plezier van heb, heb ik me in Leiden eigen gemaakt. Zelfvertrouwen, verbale weerbaarheid, het gemak om met mensen om te gaan, je in groepen bewegen. Voor de achttienjarige jongen die ik was toen ik aankwam, is er in Leiden een complete wereld opengegaan.’

Lastig dat u daar ook nog bij moest studeren.‘Nee, zo erg was het ook weer niet. Ik heb toch wel met plezier gestudeerd, zeker toen er in de laatste jaren meer inspiratie vanuit ging: kleine groepen, meer denkwerk, mooi schrijven, standpunten beargumenteren. Uiteindelijk heb ik daardoor ook gemerkt dat dit vakgebied me erg goed ligt en dicht bij me staat.’

En dat vakgebied opende zich direct na de studie?‘Eerst moest ik mijn dienstplicht vervullen. Bij de Militaire Inlichtingen Dienst: krijgsgevangene-ondervrager Russisch. We zaten midden in de Koude Oorlog. Ik heb een keiharde fulltime opleiding Russisch gehad. Het examen was een na-gespeelde ondervraging van Kim Philby, de Britse overloper. En daarnaast de militaire training op de hei, in de koudste winter sinds vele decennia. Van de vrijheid-blijheid sfeer van Leiden was weinig over.’

Wanneer kwam Nauta in beeld?‘Een vriend die er al werkte, belde: er waren mensen nodig. Ik was afgestudeerd op zeerecht en had mijn stage bij Nauta gelopen, dus dat was een gelopen koers. Een enorme insiders >>

INTERVIEW

Page 8: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

8 LEIDRAAD

cultuur: Nauta was erg Leids georiënteerd, ik was lid geweest, vertegenwoordigde een zeker milieu, het netwerk deed alles. Totaal geen sprake van competitie. Had je in Amsterdam of in Utrecht gestudeerd? Jammer, geen plek. Dat klinkt nu absurd, zeker in het licht van mijn huidige pleidooi voor ge-lijke mededinging, maar zo werkte dat toen. Gelukkig is dat veranderd.’

En dan volgen 25 jaren bij een en dezelfde werkgever. ‘Geen moment verveeld. Begonnen op de zeerecht afde-ling, werd ik binnen twee jaar naar Dubai gestuurd om daar samen met onze Engelse partner een kantoor te bemannen. Heel leerzaam, zo’n internationale omgeving. In een sterk competitieve sfeer. Het was voor het eerst dat ik daarmee te maken kreeg, ik was 26 en moest ineens knokken voor mijn business. Het bracht een enorme versnelling in mijn carrière. Na drie jaar ging ik terug naar Nederland, met de auto vanuit Dubai. Zette het kantoor Eindhoven op en heb heel mooi werk als advocaat kunnen doen, de laatste tien jaar vooral in de energiesector waar een grote privatiseringsgolf gaande was. Totdat ik in 2005 overstapte naar de OPTA.’

Sindsdien is toezicht de rode draad in uw loopbaan. Ken­nelijk een goede match.‘Toen ik begon, zat de OPTA in zwaar weer, enorme conflic-ten met KPN. Ik werd benoemd voor vier jaar, maar was in 2009 nog niet klaar. Er volgde een tweede termijn en halver-wege, toen ik ook voorzitter van de Europese OPTA’s werd, besloot het kabinet om de Nederlandse Mededingingsauto-riteit (NMa, red.), de Consumentenautoriteit en de OPTA te laten fuseren. Ik kreeg naast de OPTA het voorzitterschap van de NMa toebedeeld en als toekomstig voorzitter mocht ik de fusie vormgeven tot wat nu de Autoriteit Consument & Markt is. Een eventueel besluit om na mijn tweede OPTA-termijn iets anders te gaan doen, werd ingehaald door ontwikkelin-gen. Ik heb nu te maken met mededinging, regulering én consumentenbescherming in Nederland. Dat is nog altijd toezicht inderdaad, maar ook een flinke schop in een nieuwe richting.’

En door die “schop” komen nu veel dingen samen?‘Zeker. De vaardigheden die ik in Leiden en in de advocatuur heb ontwikkeld, krijgen in deze functie een extra bestuurlijke, economische, technische en politieke dimensie. Ik ben ook

INTERVIEW

CVChris Fonteijn (1955) studeerde rechten aan de Universiteit Leiden (1973-1978). Hij begon zijn carrière in 1980 bij Nauta (nu NautaDutilh). Aan dat kantoor bleef hij 25 jaar verbonden, vanaf 1988 als partner. In 2005 werd hij voorzitter van de OPTA. In 2011 werd hij tevens voorzitter van de BEREC (Body of European Regulators for Electronic Communications) en de Neder-landse Mededingingsautoriteit. OPTA, NMa en de Consumentenautoriteit fuseerden in 2013 tot de Autoriteit Consument & Markt (ACM), waarvan Fonteijn de eerste voorzit-ter is. De ACM heeft berekend dat de orga-nisatie in 2013 een waarde van 1,85 miljard euro vertegenwoordigde (uitgekeerde boe-tes, opbrengst van interventies). Fonteijn: ‘Ook onze preventieve invloed is groot, bedrijven willen niet door ons “in de kijker” worden gezet. Om die invloed te behouden is het van groot belang dat ACM effectief werkt en geloofwaardig is.’

Page 9: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

LEIDRAAD 9

het liefst beslissend bezig. Als advocaat beslis je niet echt. Je adviseert en als het misgaat, hangt je kop niet in de strop. Als ik hier op een bananenschil trap, ben ik degene die afgeser-veerd wordt.’

En er wórden nogal eens toezichthouders afgeserveerd. De functie ligt onder vuur.‘Dat is de toezichtsparadox. Politiek, publiek en media ver-wachten veel van toezichthouders, maar het mag niet teveel kosten. Dat ten eerste. Ten tweede krijgen veel toezichthou-ders soms te weinig bevoegdheden en middelen om hun werk goed te doen, kijk naar de corporatiesector. Daarnaast doe je als toezichthouder bijna altijd te veel of te weinig. Als je ingrijpt in tijden dat het goed gaat, begint iedereen te gillen dat je de competitie verstoort. En als het slecht gaat, ben je te laat met ingrijpen.’

Een nogal verwarrende positie.‘Dit is geen klacht, dit is zoals het is. Ik vind dat een toe-zichthouder een actieve rol moet spelen. Ik ben niet zo bang uitgevallen. Je moet durven handelen, dat zit toezichthouders wel eens dwars. Ik durf risico te nemen als ik ergens goed over nagedacht heb.’

Schuilt er enige waarheid in het verwijt dat de ACM com­petitie soms dwarsboomt?‘Nee. Wij zetten de consument centraal. Maar als we een kar-tel aanpakken, doen we dat niet alleen voor de consument, maar ook voor bedrijven die daardoor niet meekunnen. Competitie betekent: de mogelijkheid creëren om op een gelijk speelveld de beste prestatie te kunnen leveren, niet gehinderd door ongelijke voordelen of afspraken. Eerlijke mededinging dus.’

Gelijk speelveld, een lastig begrip.‘Dat valt wel mee. Zolang je maar geen mensen uitsluit of

machtsposities misbruikt. Wij zijn er om dat speelveld te bewaken: gelijke kansen voor iedereen, want juist dan creëer je de voedingsbodem voor innovatie. Als je op je tenen moet lopen, dus als er anderen zijn die op dat speelveld hetzelfde willen als jij, haal je het beste uit jezelf. Wij zijn geen fetisjisten van marktwerking, maar als er mededinging is, moet die goed en fair bewaakt worden.’

Verspeel je daarmee toch niet ook competitiekracht?‘De Mededingingswet is in feite simpel: je mag geen afspra-ken maken die de mededinging nadelig beïnvloeden, tenzij er voordelen voor alle partijen tegenover staan. Bijvoorbeeld in de zorg is dat een urgente vraag: hoe kun je samenwer-ken zonder partijen buiten te sluiten, zodat het iedereen, de samenleving, voordeel oplevert? Ik geloof sterk in samen-werking, zolang je maar niemand uitsluit. Ander voorbeeld: telecom. De consument wil de snelste verbindingen tegen de laagste kosten. Maar die verbindingen komen er alleen als bedrijven investeren. We kijken dus ook nadrukkelijk naar de lange termijn. Het is voor de ACM vaak een kwestie van balanceren.’

En ook een kwestie van ingrijpen? ‘Dat hebben we in bijvoorbeeld het Energieakkoord gedaan. We hebben een stokje gestoken voor de afspraken om op termijn de kolencentrales te sluiten. De milieuwinst daarvan is ons inziens kleiner dan de nadelige prijseffecten die voor consumenten zullen optreden. Die ingreep is flink bekriti-seerd, omdat de maatschappelijke impact groot is. Dan moet je als ACM stevig in je schoenen staan.’

Is dat een vaardigheid waarvoor in Leiden de basis is gelegd?‘Zeker. Het probleemoplossend werken hebben wij tot mantra verheven. Een boete uitdelen of juridisch ingrijpen, maar het kan ook zijn dat we de oplossing zoeken door met bedrijven te overleggen en guidance te verlenen. Er zijn meer manieren voor gedragsbeïnvloeding, je hoeft niet altijd je tanden te laten zien. Ik noem dat de twee handigheid: de zachte hand verdient de voor-keur, maar als dat niet lukt, schromen we niet om de harde hand te hanteren. Welke van de twee je kiest, is de kunst die we hier proberen te beheersen.’ <

‘Toen ik begon, zat de OPTA in zwaar weer; enorme conflicten met KPN. Ik werd benoemd

voor vier jaar, maar was in 2009 nog niet klaar’

‘Er zijn meer manieren voor gedragsbeïnvloeding, je hoeft niet altijd je tanden te laten zien’

INTERVIEW

Page 10: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

EDITORIAL

CAMPUS DEN HAAG

HUMAN RIGHTS AND TRANSITIONAL JUSTICE SUMMER SCHOOLPast decades have witnessed new approaches and tensions in the interplay between internati-onal justice, regional approaches and local responses to conflict. International Courts and Tribunals have sought to develop policies and mechanisms to engage with domestic constitu-encies and actors. This is reflec-ted in complementarity, outre-ach and legacy strategies. But practice has also shown weak-nesses and constraints of international criminal justice institutions. The International Criminal Court has faced signifi-cant challenges in its engage-ments in regional conflicts and its interaction with the African Union. New regional initiatives and approaches are emerging in the African context and Latin America. At the same time, regional human rights have had to deal with dilemmas of histori-cal justice and transitions. The 2014 session of the Human Rights and Transitional Justice Summer School in The Hague explores these developments, including practice and under-lying accountability strategies.

Advanced law students and young professionals are invited to apply. More information and applica-tion: www.grotiuscentre.org.

LEERGANG TERRORISME, RECHT EN VEILIGHEIDIn september 2014 gaat de leergang Terrorisme, Recht en Veiligheid voor practitioners weer van start. Deze leergang is speciaal samengesteld voor mensen die in hun dagelijks werk direct of indirect te maken hebben met vraagstukken over terrorisme, contraterrorisme, radicalisering en extremisme. De leergang biedt een grondig overzicht van de actuele ontwik-kelingen in terrorisme en contra-terrorisme en koppelt die ontwikkelingen aan de nieuwste academische inzichten en onderzoeksresultaten. Uiteraard aangevuld met praktische inzichten en ervaringen van gastsprekers afkomstig van onder andere de Nationaal Coördinator Terrorisme-bestrijding en Veiligheid, de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst, de Militaire Inlichtingen- en Veiligheids-dienst, de politie, het Openbaar Ministerie en de advocatuur.

De vorige lichting deelnemers gaf de leergang op inhoud en organisatie gemiddeld het rapportcijfer 8. ‘Een stevig fundament voor iedereen die direct of indirect te maken heeft met nationale en internationale veiligheid en terrorismebestrij-ding’, aldus oud-deelnemer Thijs Jansen (Defensie). Meer informatie: www.professionallearning.nl.

PUBLIC AFFAIRS IN PERSPECTIEFPublic Affairs (PA) is een snel-groeiend aandachtsgebied. Prof.dr. Arco Timmermans is sinds najaar 2013 bij Campus Den Haag aangesteld als bijzonder hoogleraar Public Affairs. Ook startte in oktober in aanvulling op de leergang P ublic Affairs, een nieuwe opleiding: Public Affairs in perspectief, een strategische leergang voor gevorderden. In kleine kring bespraken ervaren Public Affairs-professionals van de overheid en de private sector de laatste ontwikkelingen in het vak, onder begeleiding van aansprekende kerndocenten en sprekers uit de praktijk van het openbaar bestuur, de politiek en de wetenschap. Timmermans

belichtte trends en gaf zijn reflecties op de toekomst. Ook morele dilemma’s van het vak kwamen tijdens het pro-gramma aan de orde. De module Leadership in Complex Contexts ging nader in op de eigen rol en ruimte als PA professional. Deltacommissaris Wim Kuijken en voormalig politiek adviseur van premier Balkenende Jeroen de Graaf gaven een kijkje in de keuken en deelden hun eigen ervaringen op het gebied van effectief beïnvloeden. In het najaar start een nieuwe lichting. Meer informatie over Public Affairs en de data van de leergang:www.professionallearning.nl.

Links: Studenten van de Summer School in Den Haag.Midden: Arco Timmermans is bijzonder hoogleraar Public Affairs.Rechts: Onderzoeks-resultaten en praktische inzichten in de leergang Terrorisme, Recht en Veiligheid.

10 LEIDRAAD

Page 11: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

ARCHEOLOGIE

Links: De woestijn van Oman wordt door Leidse archeologen onderzocht.Rechts: Zes studenten leggen een deel van de Zijderoute af.

DIESREDE OVER NEXUS 1492De universiteit vierde haar 439ste verjaardag met een vol programma. In haar diesrede vertelde gelauwerd archeoloog prof.dr. Corinne Hofman over het grote Caribische project NEXUS 1492, waarvoor ze met collega’s uit Leiden, Amsterdam en Konstanz 15 miljoen euro ont-ving. Hiermee wil ze de geschie-denis van de Amerika’s herschrij-ven vanuit het perspectief van de oorspronkelijke bewoners, de indianen.

BOUWOFFER In september 2014 verhuist de faculteit Archeologie naar een nieuw onderkomen op de Science Campus van de Universiteit Leiden. Het Van Steenis-gebouw wordt momen-teel verbouwd en de ingang on-dergaat een ware metamorfose. Ter markering van deze “nieuw-bouw” is op 10 maart 2014 een offer gebracht in de vorm van de begraving van een aardewerken pot uit de late bronstijd, gevon-den bij een opgraving in Haps in 1960. De pot wordt gevuld met een selectie van voorwerpen die symbool staan voor breedte van het onderwijs en onderzoek dat verzorgd wordt door de Faculteit der Archeologie. Een bouwoffer is een oude en gekoesterde traditie

onder archeologen. De overle-vering wil dat een bouwoffer kwade geesten op afstand houdt en de bewoners beschermt. De faculteit wil met dit bouwoffer de traditie eren en veel geluk over de faculteit en al haar onderwijs en onderzoek afroepen.De faculteit betrekt het ver-nieuwde Van Steenis-gebouw bij de start van het nieuwe academi-sche jaar 2014-2015. De officiële opening vindt plaats op 25 en 26 september 2014. Om deze fees-telijke gebeurtenis luister bij te zetten wordt voor de gelegenheid een internationaal symposium georganiseerd over het belang van archeologie.

COMPETITIE-BEURS VOOR AKKERMANS Prof.dr. Peter Akkermans heeft een NWO Vrije Competitie beurs ontvangen voor zijn onderzoek-in de “zwarte woestijn” van Jordanië. Akkermans, hoogleraar Archeologie van het Nabije Oosten, zal het multidisciplinaire onderzoeksprogramma leiden. Dat programma zal zich richten op de sociale, politieke, ideologische en economische (overlevings)strategieën van de bewoners van dit marginale landschap tussen 1000 voor Christus en 500 na Christus In deze droge, ontoegankelijke basaltwoestijn zijn namelijk tijdens eerdere veldverkennin-

gen, die medegefinancierd werden door het Prof.dr. A.W Byvanck Fonds van het LUF, verrassend veel archeologische vindplaatsen ontdekt.

REIZEN VIA DE ZIJDEROUTEZes studenten (Archeologie,Kunstgeschiedenis enGeschiedenis) leggen een deelvan de legendarische van de legendarische Zijderoute af. De reis maakt deel uit van de ten-toonstelling Expeditie Zijderoute die in de Hermitage Amsterdam te zien is. Tijdens het project, dat in februari jongstleden van start ging, bestuderen de studenten landen en culturen, handel, landschap, muziek, voedsel en dieren, met als doel hedendaag-se bewijzen te vinden van de enorme culturele uitwisseling waar de antieke Zijderoute toe leidde. Vooraf en tijdens de expe-ditie doen ze verslag via video- en weblogs, zodat het grote publiek in Nederland ze kan volgen, via de tentoonstelling en (social) media. In juni keren ze terug met objecten die getuigen van de culturele uitwisseling langs de Zijderoute.Het project is opgezet door de Hermitage Amsterdam en Universiteit Leiden, met onder-steuning van KLM.Meer informatie: retourzijderoute.wordpress.com

LEIDSE ARCHEOLOGEN GRAVEN IN OMANDe woestijn van Oman herbergt een verrassend rijk archeolo-gisch erfgoed. Een Leids team van archeologen onder leiding van dr. Bleda Düring is in januari 2014 begonnen met een langjarig onderzoeksproject in het achter-land van de stad Sohar. Hier bevindt zich de Wadi al Jizzi, die door de eeuwen heen een belangrijke route door de bergke-ten van Oman vormde. Ook zijn er koperafzettingen in de bergen direct achter Sohar. Al sinds 3000 voor Christus wordt er koper gewonnen en vervolgens geëx-porteerd naar verre oorden als India en Irak. Dat blijkt uit spijkerschriftteksten over het land Magan (Oman) en de vond-sten van Mesopo tamische en Indische importen in Oman.Over de effecten van deze vroege globalisatie op de lokale ecologie en samenleving weten we nog betrekkelijk weinig. Dit is dan ook een van de centrale thema’s in het onderzoek. Het onderzoek richt zich onder andere op het functioneren van grootschalige irrigatiesystemen in de Midden Islamitische periode en waar-om ze rond 1500 na Christus in onbruik raakten.

LEIDRAAD 11

Page 12: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

12 LEIDRAAD12 LEIDRAAD

Uiterst links: De Universiteit Leiden helpt gevluchte collega’s om hun werk voort te zetten.Links: De EL CID-week is voortaan ook voor studenten van de Hogeschool Leiden.Rechts: Stijn Schoonderwoerd proost met minister Jet Bussemaker op het Nationaal Museum van Wereldculturen.Uiterst rechts: Simone Buitendijk organiseerde het Gendered Innovations symposium.

Jonge alumni: denk mee!Ben jij een jonge alumnus (35 jaar of jonger), vind je dat er meer activiteiten voor jonge alumni georganiseerd kunnen worden en heb je hier zo je ideeën over? Meld je dan aan voor de jong-alumni-brainstorm op woensdag 2 juli in Leiden.De Universiteit Leiden is op zoek naar enthousiaste jonge alumni die graag meedenken over vragen als: hoe kan de universiteit bijdragen aan je carrière en professionele ontwikkeling na je afstuderen? Welke activiteiten zou je als jonge alumnus graag bezoeken? Hoe kom of blijf je in contact andere jonge alumni? Deel je graag je ideeën met ons en ben je beschikbaar op woensdag 2 juli van 18.00 tot 20.00 uur? Stuur dan een e-mail naar: [email protected] om je aan te melden of voor meer informatie en vermeld hierbij je naam, studie, leeftijd en jaar van afstuderen.

Veilige plek voor bedreigde collega’sDe Universiteit Leiden biedt via vluchtelingenorganisatie

UAF onderdak aan bedreigde wetenschappers en biedt hun de ruimte om hun werk te blijven doen. Een deel van de donaties van alumni van de juridische faculteit aan het Leids Universiteits Fonds (LUF) is direct bestemd voor het ondersteunen van gevluchte promovendi en onderzoekers. In totaal ontving het LUF in 2013 ruim 90.000 euro van alumni van de rechtenfaculteit. De Universiteit Leiden biedt op dit moment onderdak aan vier gevluchte promovendi, drie bij Geesteswetenschappen en een bij Bestuurskunde.

EL CID: voor universiteit en hogeschoolMet ingang van het komende collegejaar wordt de EL CID officieel de introductieweek voor zowel de Universiteit Leiden als de Hogeschool Leiden. Op 7 april jongstleden tekenden Agnita Mur, collegelid van de hogeschool, en Simone Buitendijk, vicerector van de universiteit, daartoe een overeenkomst. Hiermee wordt tegemoet gekomen aan de wens van de studentenverenigingen om één introductieweek te hebben. Studenten van de

hogeschool kunnen direct kennismaken met het rijke studentenleven in de stad. De EL CID, die dit jaar als motto Fast Forward heeft, groeit hierdoor in een klap van 3.000 naar 4.000 deelnemers. Dit betekent dat het programma op onderdelen moet worden aangepast. De organisatie is echter heel enthousiast over deze ontwikkeling en gaat ervan uit dat de EL CID-week nog meer zal leven dan ooit.

Nationaal Museum van WereldculturenBegin april jongstleden zijn het Tropenmuseum in Amsterdam, het Rijksmuseum Volkenkunde in Leiden en het Afrika Museum in Berg en Dal gefuseerd tot het Nationaal Museum van Wereldculturen. Het nieuwe nationale museum behoudt de drie namen en locaties. Onderzoeksactiviteiten worden gebundeld in een nieuw op te richten Research Centre for Material Culture, dat in Leiden zal worden gehuisvest. Ook het overkoepelende kantoor van het nieuwe museum komt in de stad. Stijn Schoonderwoerd, algemeen directeur van het Rijksmuseum voor Volkenkunde

wordt de directeur/bestuurder van de nieuwe organisatie. Rector Magnificus Carel Stolker neemt zitting in de Raad van Toezicht.

Grotere rol voor vrouwenNederlandse universiteiten hebben een prima reputatie met hun toponderzoek en een slechte naam wat betreft de participatie van vrouwen, aldus vicerector prof.dr. Simone Buitendijk tijdens het symposium Gendered Innovations dat op 28 maart jongstleden in Leiden werd gehouden. Buitendijk memoreerde in haar openingstoespraak eveneens de urgentie van aandacht voor het genderprobleem, ook vanuit financieel oogpunt. De Europese commissie stelt immers in haar programma Horizon 2012 een budget van 80 miljard euro beschikbaar voor onderzoek, waarbij twee belangrijke randvoorwaarden worden gesteld: gender- en sekseanalyse zijn geïntegreerd in het onderzoek en er is een genderbalans in het onderzoeksteam en besluitvormende gremia.

NIEUWS

Page 13: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

LEIDRAAD 13

Buitendijk was initiatiefnemer van het symposium dat een grotere rol voor vrouwen als onderzoekers en als factor in wetenschappelijk onderzoek bepleit. Het symposium trok deelnemers aan uit Leiden, Delft, Noorwegen, Zweden en de Verenigde Staten.

KIT-collectie in LeidenSinds 12 december 2013 is de Koloniale collectie van de opgeheven bibliotheek van het Koninklijk Instituut voor de Tropen (KIT) overgebracht naar de Leidse universitaire bibliotheek (UBL) Leidse universitaire bibliotheek. Zo’n 25.000 titels zijn beschikbaar in de UBL. De collectie is interessant voor onderzoekers en studenten met belangstelling voor de landbouw, economie, cultuur, bestuur, antropologie en geschiedenis van Indië, Suriname en de Nederlandse Antillen.

HOVO zomer en najaarHet HOVO (Hoger Onderwijs Voor Ouderen) van de Universiteit Leiden biedt colleges voor vijftigplussers, gegeven door ervaren docenten. U buigt zich over diverse wetenschappelijke onderwerpen. Een vooropleiding is niet nodig. Het programma voor de zomer en het najaar is volop in ontwikkeling, onder andere de volgende colleges zullen dan plaatsvinden:Mysterie van het bewustzijn – drs. Arnold Ziegelaar

Christendom in Egypte – dr. Karel InnemeeCarthago (in het kader van de expositie in het Rijksmuseum voor Oudheden) – prof.dr. Ruurd Halbertsma, dr. Margreet Steiner, dr. Diklah Zohar e.a.Premoderne Chinese geschiedenis – dr. Paul van ElsDe concurrerende expansiedrift van de Iberische landen en Noordwest-Europa in het Atlantische gebied (1450-1850) – prof.dr. Raymond Buve en prof. dr. Piet Emmer Gebaar en lichaamstaal in de beeldende kunst – drs. Ernest KurpershoekDe Da Ponte-Mozart opera’s – dr. Peter van Stapele en Hernan SchvartzmannHistorische tuinen – diverse docenten (in Huygens Museum Hofwijck, Voorburg)Het Gilgamesh epos – dr. Theo KrispijnKanker – dr. Ed Roos e.a.Geneeskrachtige planten – diverse docenten van de Hortus botanicus Vogels – dr. Herman Berkhout e.a. (aug. 2014)Supergeleiding – prof. dr. Teun Klapwijk e.a.De ontwikkeling van het programma kunt u volgen op: www.hovo.leidenuniv.nl. Meer informatie: HOVO Universiteit Leiden, [email protected], telefoonnummer:(071) 527 72 99 (ma. t/m do. 10-13 uur).

Studium Generale najaarStudium Generale organiseert brede activiteiten voor studenten, medewerkers, alumni en andere geïnteresseerden die graag over de grenzen van hun vakgebied heenkijken. Indien niet anders vermeld geldt: toegang is gratis. Geen aanmelding nodig, iedereen is welkom. Kom wel op tijd, want vol = vol.

In het najaarssemester kunt u bij Studium Generale onder andere de volgende lezingencycli volgen:

De Eerste Wereldoorlog 1914-1918 (woensdagen, 3 september t/m 22 oktober 2014)

Augustus, de eerste keizer van Rome, 2000 jaar later (woensdagen, 29 oktober t/m 10 december 2014)

Wetenschap als spiegel van de maatschappij door prof.dr. Frans van Lunteren (data nader bekend te maken)

Bouwstenen voor leven in het heelal door prof.dr. Ewine van Dishoeck (data nader bekend te maken)

Het definitieve programma vindt u vanaf medio augustus op www.studiumgenerale.leidenuniv.nl.Aardig om te weten is dat de lezingen en activiteiten van Studium Generale sinds het begin van dit jaar per semester

gebundeld zijn in een handig en informatief programmaboekje. Mocht u hier belangstelling voor hebben, stuur dan een e-mail naar [email protected]. U kunt wekelijks via e-mail een herinnering krijgen over onze activiteiten. Ook hiervoor stuurt u een e-mail naar bovenstaand mailadres.

ORGANISATIE & INFORMATIEStudium Generale Universiteit LeidenPostbus 9500, 2300 RA LeidenTel. (071) 527 7283/7295/7296/1964studiumgenerale@ sea.leidenuniv.nl

NIEUWS

LEIDRAAD 13

Page 14: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

14 LEIDRAAD

TRAIN JE BREIN VOOR SUCCESHet beste uit jezelf halen: hoe doe je dat? En is dat voor iedereen mogelijk? Sommige mensen sla-gen erin ondanks tegenslagen successen te boeken, terwijl an-deren ook onder gunstige om-standigheden falen. Twee Leidse wetenschappers vertellen hoe we onszelf tot grotere hoogte kunnen brengen.

Tekst: Karina MeermanBeeld: Hollandse Hoogte

POPULAIRE MEDIA HEBBEN TAL VAN THEORIEËN OVER HOE EEN MENS HET BESTE UIT ZICHZELF KAN HALEN. Van oosterse religies tot en met obscure voed-selsupplementen en vooral ook positief denken. Het lijkt of er iedere week een nieuwe manier is om tot persoonlijke topprestaties te komen. Maar wat werkt echt? Het ontsluiten van het human potential is een van de onderzoeksgebieden van het Leiden Institute for Brain and Cognition (LIBC). Dit is een samenwerkingsverband tussen het Leiden Universitair Medisch Centrum (LUMC) en een aantal faculteiten van de Universiteit Leiden, waaronder de faculteit Sociale Weten-schappen. Het LIBC onderzoekt het brede gebied rondom hersenen en denkvermogen. En wat blijkt? Sommige tips en trucs uit tijdschriften hebben inderdaad een wetenschappe-lijke basis.

STEVE JOBS, VOOR VELEN HET TOPPUNT VAN SUCCES, MEDITEERDE ZIJN HELE LEVEN EN WAS SE­LECTIEF IN WAT HIJ AT. Dat betekent niet dat we allemaal Steve Jobs hadden kunnen worden als we die gewoontes vroeg genoeg hadden overgenomen, legt cognitief psycho-loog dr. Lorenza Colzato uit. ‘Talent is voor iedereen anders. Zeker is dat Jobs altijd streefde naar zijn personal best.’ Klinisch psycholoog prof.dr. Andrea Evers: ‘Mensen die het beste uit zichzelf halen, zijn eerder volhardend, doelgericht en wilskrachtig. Maar wat als iemand van jongs af aan heeft gehoord dat hij niets kan? Negatieve bevestiging belemmert

enorm. Mensen onthouden negatieve opmerkingen beter dan positieve. Als er geen motivatie is, dan is het lastig om überhaupt iets te ondernemen.’Het is dus zaak eerst een authentiek doel te hebben alvo-rens we echt succesvol actie kunnen ondernemen. Toch falen we vaak waar we dachten dat we wilden slagen. Op een onbewust niveau speelt een conditionering mee die ons belemmert. Of we houden onszelf voor de gek met het doel dat we daadwerkelijk willen bereiken. Evers: ‘Wouter Bos hield tijdens de verkiezingen van een aantal jaar geleden een dagboek bij. Daarin gaf hij zelf aan dat hij zich afvroeg of hij dit echt wel wilde. Hij wilde er immers ook voor zijn kinde-ren zijn. Het kan grote invloed hebben wanneer iemand niet geheel gefocust is.’

DE KRACHT VAN HET MENSELIJK BREIN LAAT ZICH GOED ZIEN IN HET PLACEBO­EFFECT: het brein maakt pijnstillende stofjes aan wanneer het een werkend medicijn

‘Mensen die het beste uit zichzelf halen, zijn eerder volhardend, doelgericht en wilskrachtig’Andrea Evers

COMPETITIE

Page 15: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

LEIDRAAD 15

verwacht. Dit is geen inbeelding maar een chemische reactie in de hersenen. Evers legt uit dat het zogenoemdenocebo-effect juist klachten versterkt, omdat het brein op grond van eerdere leerervaringen verwacht dat medicatie toch niet gaat werken. Het is haar overtuiging dat ziekte daarom niet te behandelen is zonder psychologie. ‘Iemands verwachtingen over een behandeling zijn van invloed op de uitkomsten van dezelfde behandelingen. Een fl ink deel van de chronisch zieken die cognitieve gedragstherapie volgen, voelt zich niet alleen psychisch beter. Ook lichamelijke klach-ten zoals vermoeidheid, pijn en jeuk nemen vaak af.’Wie zijn doel echt wil bereiken, kan zich niet laten verlammen door vermeende beperkingen, zoals een ziekte of een diepe overtuiging van minderwaardigheid of falen. Ons Neder-lands calvinisme is een meester in het veroordelen van onze gedachten. Het heeft overal een mening over. Meditatie kan dat helpen loslaten, daarbij heeft het een positieve invloed op de creativiteit.

COLZATO ONDERZOCHT DE INVLOED VAN TWEE VORMEN VAN MEDITATIE: open monitoring, waarbij ge-dachten en gevoelens worden vrijgelaten en niet beoordeeld en focused attention-mediatie, die zich juist richt op een specifi eke gedachte of object. Zij bekeek het effect van me-ditatie op creativiteit. Deelnemers aan Colzato’s onderzoek kregen drie verschillende woorden te zien en moesten een gemeenschappelijke deler vinden. Bijvoorbeeld tijd, haar en rek kunnen alle drie ‘lang’ zijn. Deze oefening wordt remote associates task genoemd.. Uit het onderzoek bleek dat open monitoring positief werkt op divergent denken, de creativiteit die tot nieuwe ideeën leidt. Focused attention had echter geen enkele meetbare invloed op creativiteit. Loslaten is dus beter voor onze crea-tiviteit. In datzelfde onderzoek testte Colzato het effect van lichamelijke beweging op het creatieve deel van het brein. Het bleek dat de groep van regelmatige sporters beter is in de Remote Associates Task. Beweging brengt meer zuurstof naar het brein, waardoor er gemakkelijker nieuwe ideeën ontstaan. De hardnekkige bankhanger hoeft echter niet gelijk op de racefi ets te springen, hij is al gebaat bij een kwartiertje wandelen. Complexere activiteiten nemen namelijk te veel denkvermogen in beslag wanneer het lichaam ze niet gewend is. Colzato: ‘Mensen moeten zelf ontdekken wat voor hen werkt. Voor mij werkt meditatie niet, maar een stuk wandelen wel. En weer anderen spelen videogames.’ WAT BLIJKT? SPELERS VAN VIDEOGAMES UIT HET GENRE fi rst person shooters hebben een kortere reactietijd dan mensen die zelden of nooit gamen. Deze gamers zijn namelijk gewend snel te schakelen. Ook het aminozuur tyro-sine heeft een positief effect op onze reactiesnelheid. Dit zit

onder andere in spinazie, eieren, hüttenkäse en soja. Colzato en collega’s creëerden een omgeving waarin testpersonen op willekeurige momenten een repetitieve handeling moesten onderbreken. De testpersonen dronken vooraf een keer sinaasappelsap met toegevoegde tyrosine en een keer een placebo. De stoptaak werd beter uitgevoerd na het drinken van het sap met tyrosine. Wie overigens niet genoeg tyrosine binnenkrijgt, maakt te weinig dopamine aan wat kan leiden tot depressie en apathie. Maar dan zijn de woorden van Evers heel geruststellend: ‘Iedereen wil zijn wereld zo goed en gezond mogelijk maken, of we nu ziek zijn of niet. Twee factoren spelen dan mee: wat ons overkomt en wat wij daarmee doen. Wij kunnen nooit van een pessimist een optimist maken, dat willen we ook niet, maar we kunnen wel vaak iemand minder pessimistisch maken en daarmee mogelijk een depressie voorkomen.’<

Publiekssymposium Human PotentialOp 26 september houdt het Leiden Institute for Brain and Cognition (LIBC) in samenwerking met de gemeente Leiden het publiekssymposium Human Potential in de Leidse Stadsgehoor-zaal. Prof.dr. Andrea Evers en dr. Lorenza Colzato van het LIBC organiseren het symposium en zijn twee van de sprekers. De titel van het symposium is Optimaliseer Jezelf, Train je Hersenen.Meer informatie: www.libc-leiden.nl.

COMPETITIE

Meditatie heeft een positieve invloed op creativiteit.

Page 16: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

16 LEIDRAAD

OPVALLEN BIJ JE WERKGEVERWe horen het dagelijks om ons heen: de arbeids-markt zit op slot. Het is lastiger geworden om een baan te vinden en dat geldt niet in de laatste plaats voor net afgestudeerden, die nog aan het begin van hun carrière staan. Twee loopbaan-adviseurs van de Universiteit Leiden en een recruiter vertellen hoe studenten kunnen zor-gen dat ze positief opvallen bij werkgevers.

Tekst: Annette ZeelenbergBeeld: Hollandse Hoogte

‘JE KUNT ALS STUDENT NIET MEER ZEGGEN: “Ik doe eerst mijn studie en daarna richt ik me pas op een baan.” Het vereist echt meer inspanning dan vroeger om de arbeidsmarkt te betre-den.’ Nieke Campagne van de centrale Studenten Loopbaan Service is er stellig over. Haar collega Loes Nordlohne van de Studenten Loopbaan Service van de faculteit Geesteswetenschappen is het met haar eens. ‘Laat zien over welke vaardigheden je beschikt. Het is essentieel dat je je profileert.’De Loopbaan Service van de universiteit adviseert studenten bij het vinden van werk. Het aanbod is breed en omvat workshops op het gebied van sollicite-ren, netwerken, een cv opstellen, maar ook individueel loopbaanadvies en voorlichting binnen de opleiding over arbeidsperspectieven. Daarnaast levert de afdeling beleidsmatige informatie, bijvoorbeeld bij het streven om de tutoren en mentoren een grotere rol te

laten spelen bij de voorlichting. ‘Zij zijn immers het eerste aanspreekpunt voor studenten’, zegt Campagne. Want niet alleen de studenten moeten in actie komen, ook van de academische wereld wordt meer gevraagd dan vroeger. Nordlohne: ‘Het is al lang niet meer zo dat de universiteit voornamelijk mensen opleidt voor de wetenschap en nauwelijks voor het bedrijfsleven. Uit eigen onderzoek blijkt dat 85 procent van de afgestudeerden terechtkomt bij bedrijven of organisaties en dat minder dan 15 procent wetenschapper wordt. Daar moet de universiteit op inspelen, dat gebeurt onder andere via onze diensten.’

ER ZIJN GROTE VERANDERINGEN GAANDE OP DE ARBEIDSMARKT. Er is minder werk, een baan voor het leven bestaat niet meer en flexibiliteit is enorm belangrijk. Nordlohne: ‘Dat vraagt van studenten dat zij zich instel-

len op een voortdurend veranderende arbeidsmarkt.’ Ook de traditionele vormen van solliciteren zijn aan het veranderen. Zo verliezen personeels-advertenties aan belang en speelt het eigen netwerk een steeds grotere rol. Campagne: ‘En vergeet de internationa-lisering van de arbeidsmarkt niet. Inter-nationale alumni zijn geduchte con-currenten van de Nederlandse alumni. Ze zijn zeer gemotiveerd, vaardig en hebben vaak de hele wereld al gezien. Dat telt bij banen in een internationale setting.’ De loopbaanadviseurs bena-drukken dat naast een goed netwerk de juiste werkervaring het verschil kan maken. Campagne: ‘Daar moeten studenten al tijdens hun studie mee aan de slag, bijvoorbeeld via stages of bestuursfuncties.’Voor alle afgestudeerden geldt dat goede mensen er altijd komen, zeggen Nordlohne en Campagne, waarbij “goed” staat voor goed voorbereid op de toekomstige loopbaan. Dat blijkt ook uit een onderzoek van de faculteit Geesteswetenschappen uit 2013. 76 procent van de afgestudeerden met relevante werkervaring (zoals stages, bijbanen, bestuurswerk) vond binnen twee maanden een betaalde func-tie. Voor de alumni zonder relevante werkervaring was dat 67 procent. Het merendeel daarvan betrof banen op academisch of hbo-niveau.

ANNEMARIE BOSCH, SENIOR CONSULTANT CAMPUS RECRUIT­MENT VOOR ARBEIDSBEMIDDE­LAAR YER, zoekt “de top vijf van de jonge academici” en brengt hen in contact met potentiële werkgevers. Ze

COMPETITIE

Page 17: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

COMPETITIE

LEIDRAAD 17

Page 18: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

18 LEIDRAAD

Het toverwoord: opvallenLEONIE SNIJDERS (34) is gepromoveerd sterrenkundige, maar is na haar promotie niet in de academische wereld gebleven. Als consultant en trainer bij de Lean Consultancy Group (LCG) ondersteunt ze organisaties bij een doorlopend verbeterproces. ‘Ik twijfelde tijdens mijn studie eigenlijk al of de wetenschap iets voor mij was, en volgde daarom de bedrijfskundige master Science Based Business. Maar toen zich na die master een heel mooie promotieplek voordeed, ben ik daar-mee verder gegaan. Na afloop wist ik het zeker: ik wilde in het bedrijfsleven werken. Vervolgens kwam ik bij Nuon in een corporate management-traineeshipprogramma.’ De volgende carrièrestap bracht haar bij LCG. ‘Mijn coach bij Nuon heeft me daar geïntroduceerd.’ De bijzondere combinatie van haar exacte studie en bijbanen in de sociale hoek deden de rest, denkt ze. ‘Het is belangrijk om je in de breedte te ontwikkelen. Opvallen is het toverwoord, eigenlijk maakt het niet eens zoveel uit op welke manier.’

selecteert jaarlijks zo’n 120 kandida-ten, waarvan er twee à drie per maand geplaatst worden in onder andere consulting- en investeringsfirma’s. ‘Wij werken met scouts op de universitei-ten. Dat zijn talentvolle studenten die andere veelbelovende academici onder onze aandacht brengen.’ De selectie van kandidaten is streng. ‘Het begint bij de cijferlijsten van zowel het vwo als het wetenschappelijk onderwijs. Het gemiddelde moet echt 7,5 of hoger zijn. Daarnaast let ik op analytische vaardig-heden, iets wat bijvoorbeeld kan blijken uit de keuze voor vakken als natuur- en wiskunde op de middelbare school. Ook het cv is heel belangrijk. Daarbij gaat het erom dat iemand een brede interesse heeft, veel verschillende za-ken heeft aangepakt – dus niet slechts één bestuursfunctie bij één vereniging. Ervaring in het buitenland is een pré, omdat dit laat zien dat iemand zich bui-ten zijn comfortzone durft te begeven.’

NA HET “PAPIEREN” DEEL VAN DE SELECTIE komt de werkelijke ontmoeting met een kandidaat. Bosch: ‘Dat moment is doorslaggevend. Dan wordt duidelijk of iemand energiek en authentiek overkomt, een teamplayer is, leiderskwaliteiten heeft. Soms lijkt een cv op papier prachtig, maar kom ik er in het gesprek achter dat het vooral om “cv building” gaat en dat er geen drive achter zit. Zo’n kandidaat wijs ik af. Ik kan niet vaak genoeg tegen jonge academici zeggen: “Doe waar je goed in bent en volg daarin je hart.” Laat je niet sturen door peer pressure. Ambitie is goed, maar als je ergens terechtkomt waar je voortdurend op je tenen moet lopen, word je niet gelukkig.’<

Voor meer informatie:www.voorzieningen.leidenuniv.nl/loopbaanwww.jouwvooruitzichtopwerk.nl.

‘Laat zien over welke vaardigheden je beschikt’Loes Nordlohne

Page 19: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

LEIDRAAD 19

Open uw netwerkVeel bevlogen Leidse studenten en jonge alumni zijn op zoeknaar stage- of werkervaring in het binnen-en buitenland.Via het initiatief `Open uw netwerk’ kunnen alumni vacatures,stageplaatsen of tips aanmelden.Stelt u uw netwerk voor hen open? Als u een stage of vacature heeft, zorgen wij dat deze bij de juiste kandidaten terechtkomt.www.alumni.leidenuniv.nl/nieuws/open-uw-netwerk.html

Ervaring opdoen en je netwerk vergrotenBO PETERS (25) werkt sinds januari 2013 als fondsenwerver bij het Nederlands Philharmonisch Orkest. Die baan was misschien niet het meest logische vervolg op haar studie Kunstgeschiede-nis, maar ze voelt zich er helemaal op haar plaats. ‘Ik onderhoud de relatie met de Vrienden van het orkest en probeer hun aantal uit te breiden.’ Bo Peters heeft tijdens en na haar studie actief gewerkt aan haar professionele toekomst. ‘Ik heb verschillende stages gedaan bij musea zoals het Stedelijk Museum en de Hermitage, maar ook bij veilinghuis Christie’s. Ik ben geïnteresseerd in mensen, zo deed ik steeds nieuwe contacten op. Sommigen van die mensen hielpen me weer een stapje verder.’ Op deze manier deed ze werkerva-ring op én vergrootte haar netwerk. Uiteindelijk zorgde haar stagebegeleider bij de Hermitage ervoor dat ze bij het Nederlands Philharmonisch Orkest kon solliciteren. ‘Zo iemand, die weet wie je bent en wat je kunt, is echt belangrijk.’

Waardevolle stages in het buitenlandHANNEKE PITERS (29) loopt stage bij het NAVO- hoofdkwartier in de Verenigde Staten. In het Offi ce of the Legal Advisor biedt zij onder andere juridische ondersteuning en doet ze juridisch onderzoek. ‘Een droomstage, maar wel een waar je in kleine stappen naar toe moet werken.’ Hanne-ke heeft een MA Politicologie in Leiden en een LLM Rechten aan de University of Essex behaald. Al in het begin van haar studie deed ze via een uitwisselingsprogramma in het Duitse Heidelberg relevante buitenlandervaring op. ‘Ik vind dat zo’n buitenlandse periode er echt bij hoort als je een in-ternationaal georiënteerde studie doet. Daar moet je dan ook in investeren.’ In Heidelberg vergaarde ze kennis over de Duitse politiek. Dat hielp bij het verkrijgen van een stageplaats bij de Nederland-se ambassade in Berlijn, wat weer tot volgende waardevolle stages leidde. Toch heeft ze geen strak uitgestippeld plan. ‘Ik volg mijn passie en straal daardoor enthousiasme uit. Ik heb ervaren dat er dan allerlei kansen op je pad komen.’

Page 20: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

20 LEIDRAAD

EEN JUISTE KEUZE VAN BEIDE KANTENHet Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) zet dit jaar voor het eerst een selectieprocedure (decentrale selectie) in voor de helft van de plekken voor eerste-jaars studenten Geneeskunde.Aankomend studenten worden getoetst op aanleg, vaardigheden en motivatie. Dit moet voor een nog betere match tussen student en opleiding zorgen.Tekst: Karen Jochems

DECENTRALE SELECTIE IS GEEN NIEUW VERSCHIJN­SEL OP UNIVERSITEITEN EN HOGESCHOLEN. Zo wordt er in Groningen en Rotterdam al langere tijd decentraal geselecteerd voor Geneeskunde. Toch stond de telefoon bij decaan en lid van de Raad van Bestuur prof.dr. Pancras Hogendoorn roodgloeiend toen het LUMC de decentrale se-lectie aankondigde. ‘Veel studenten Geneeskunde in Leiden hebben ouders die ook in Leiden hebben gestudeerd. Dan is het lijntje naar het LUMC kort. Deze verandering is ook ingrij-pend – ik kan me goed voorstellen dat veel ouders daarover vragen hebben.’

DE DIRECTE AANLEIDING IS DE VERANDERING IN ONDERWIJSWETGEVING. Hogendoorn: ‘De overheid heeft ervoor gekozen om de centrale loting af te schaffen (Wet Kwaliteit in verscheidenheid hoger onderwijs, red). Se-lectie aan de poort moet leiden tot een betere match tussen student en opleiding en daarmee tot minder uitval en minder switchen.’ Maar voor Hogendoorn is dat niet de hoofdreden: ‘Student en universiteit hebben een wederzijds belang bij de juiste keuze. De decentrale selectieprocedure dwingt de student om heel bewust na te denken over zijn studiekeuze. Dat is beslist winst. Bovendien biedt decentraal selecteren de

mogelijkheid om eerder en beter een band met aankomende studenten aan te gaan. Zo wordt tijdens de procedure ook informatie gevraagd aan de middelbare school. Die kent de aankomende student al langere tijd, weet wat zijn sterke en zwakke kanten zijn. Dat is ten eerste van belang voor de selectie, maar minstens zo belangrijk bij toelating voor een goede start van de studie. Zo kun je de leerlijn voortzetten en voorkom je dat je opnieuw bij nul begint.’

HET LUMC HEEFT ERVOOR GEKOZEN OM DE SE­LECTIEPROCEDURE IN TWEE DELEN TE SPLITSEN. Het eerste deel is de Biomedical Admissions Test (BMAT), een Engelstalige test waarmee verschillende vaardigheden worden getoetst, zoals probleemoplossingvermogen en het toepassen van wetenschappelijke kennis. ‘De BMAT is verreweg de beste selectietoets ter wereld voor Geneeskun-de’, legt Hogendoorn uit. ‘Niet voor niets wordt de toets bij enkele van de beste universiteiten ingezet, zoals Oxford,

Cambridge en University College London. Het geeft een eerlijk beeld van de kennis en kunde van een aankomend student.’ De BMAT die in Leiden wordt gebruikt, is speciaal voor het LUMC ontwikkeld. Daarbij is onder meer gelet op de moeilijkheidsgraad van het gebruikte Engels (5 vwo-niveau). Een goede beheersing van het Engels is volgens Hogendoorn ook van groot belang voor een aankomend arts. ‘Engels is het huidige Latijn van de Geneeskunde. Het is de voertaal voor de medische wetenschap, niet alleen in Leiden maar ook bij alle andere opleidingen. Vrijwel alle boeken en tijdschriften zijn in die taal geschreven en ook nascholing wordt in het Engels gegeven. Vandaar onze keuze om de BMAT niet naar het Nederlands te laten vertalen.’

IN HET TWEEDE DEEL VAN DE SELECTIE STAAN MO­TIVATIE EN COMMUNICATIEVAARDIGHEDEN CEN­TRAAL. Die zijn minstens zo belangrijk als cijfers en scores, aldus Hogendoorn. ‘De studie Geneeskunde is pittig. Daarom

‘Door decentrale selectie kun je eerder een band aangaan met aankomend studenten’

COMPETITIE

Selectie van studenten

Page 21: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

LEIDRAAD 21

EEN JUISTE KEUZEVAN BEIDE KANTEN

is het van belang dat aankomend studenten echt gemotiveerd zijn en weten wat hen te wachten staat. Wat communicatie-vaardigheden betreft: geneeskunde is mensenwerk. Een goe-de arts is niet alleen in staat om de juiste diagnose te stellen, maar ook om die duidelijk over te brengen aan zijn patiënt. Het gebeurt nu helaas nog steeds dat studenten tijdens hun coschappen, na vijf jaar studie, ontdekken dat ze die essentië-le vaardigheden missen. Dat is eeuwig zonde voor de student en de opleiding.’

HET IS EVEN WENNEN – VOOR HET LUMC EN VOOR AANKOMEND STUDENTEN – maar de decaan is ervan overtuigd dat de nieuwe selectieprocedure een meerwaarde heeft. ‘Ik zie de procedure vooral als een assessment dat inzicht biedt in de sterke en zwakke punten van een aanko-mende student. Waardevol voor ons zodat wij het beperkte aantal plekken kunnen toewijzen aan mensen die de beste kans hebben om de opleiding succesvol af te ronden. Maar minstens zo waardevol voor de student zelf, die zijn zelfken-nis ziet toenemen en daarmee betere keuzes kan maken.’

Meer informatie over de selectieprocedure: www.lumc.nl, zoek op “decentrale selectie”.

COMPETITIE

Decentrale selectie: overige opleidingenDe Universiteit Leiden kent meer opleidingen met decentrale selectie, ofwel selectie die de opleiding zelf doet. Decentrale selectiecriteria kunnen te maken hebben met de vooropleiding, vakkenpakket, werkervaring of specifi eke kennis en vaardighe-den. Daarnaast moet de student ook voldoen aan de eisen van de centrale loting. Zo’n eigen selectie bestaat meestal uit schriftelijk en een mondeling onderdeel, zoals een toelatingsexamen en/of toelatingsgesprek.Bij de Engelstalige BA-opleiding Leiden University College The Hague (LUC The Hague) moeten studenten goed zijn in Engels en wiskunde om door de eerste selectie te komen. Daarnaast beoor-deelt de opleidingscommissie de aanstaande student op basis van een motivatiebrief en een essay. LUC The Hague biedt jaarlijks plaats aan maximaal 200 studenten.Ook de populaire Engelstalige opleiding International Bachelor in Psychology – die 120 studenten per jaar toelaat – past decentrale selectie toe. Studenten doen mee aan een Thinking Skills Assess-ment, met multiplechoice-vragen en een schrijfopdracht die het probleemoplossend vermogen en het kritisch denkvermogen van de kandidaten toetst.

Decaan Pancras Hogendoorn

Meer dan 500 aankomend studenten deden op 8 maart jongstleden de Biomedical Admissions Test.

Page 22: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

22 LEIDRAAD

RECHTEN

A YEAR FULL OF PRIZES FOR IIASL2013 was a very successful year for the International Institute of Air and Space Law (IIASL): students, staff and an alumna won prestigious prizes. In fact, they won all international contests in this field of law. In March 2013 adv. LL.M. student Uros Kosenina was awarded the Geoff Masel Aviation Law Prize, in the international competition organised by the Aviation Law Association of Australia and New Zealand (ALAANZ). In September 2013, alumna Elena Carpanelli (student in the Air & Space Law LL.M. programme 2010-2011), was awarded the Diederiks-Verschoor Award by the International Institute of Space Law. The next prizewinner was Wouter Oude Alink, who won the first prize in the European Air Law Association (EALA) prize competition. The EALA also awarded a second prize this year that was granted to another student from the Leiden LL.M. programme, Sonja Radosevic. The year was rounded off with the first prize of the prestigious Constance O’Keefe Annual Aviation Law Writing Award, sponsored by the International Air Transport Association (IATA), which was won by David Cluxton (LL.M. student 2013-2014) The IIASL is very proud of these

achievements and wishes the winners continuation of their successes!

BENOEMINGENAlumnus prof.dr. Sjoerd Douma is per 1 januari jongstleden benoemd tot hoogleraar Internationaal & EU Belastingrecht. Hij blijft naast zijn hoogleraarschap voor een dag per week verbonden aan PwC. Op 16 mei hield Douma zijn oratie getiteld Legal Research in International and EU Tax Law. Met ingang van 1 januari jongst-leden is prof.mr. Serge Gijrath benoemd tot hoogleraar Telecommunicatierecht. Zijn oratie, die de titel Telecommunicatierecht in het digitale tijdperk droeg, vond plaats op 17 maart.

LUSTRUM BELASTINGRECHTOp vrijdagmiddag 26 september 2014 viert de afdeling Belastingrecht haar vijftigjarig bestaan met het symposium “50 jaar Belastingrecht in Leiden”. Het symposium vindt plaats in de Hooglandse Kerk te Leiden. Tijdens dit symposium wordt niet alleen teruggeblikt op het onder-wijs en het onderzoek van de afdeling Belastingrecht geduren-de de afgelopen vijftig jaar, maar presenteren jonge onderzoekers ook het huidige onderzoek. Ook

wordt een rondetafel-discussie met bekende Leidse alumni georganiseerd. Het programma wordt afgesloten met een gastle-zing van de vermaarde weten-schapper prof.dr.h.c.mult. Wilhelm Sieber van het Duitse Max Planck Institut Mannheim over het belang van fiscaal empirisch onderzoek.Voor meer informatie en het programma: www.law.leidenuniv.nl/org/fisceco/belastingrecht/symposi-um-50-jaar.

BIJZONDERE SUBSIDIEHet Hazelhoff Centre for Financial Law gaat in samenwer-king met China University of Politics and Law (Beijing, China) een onderzoek uitvoeren naar het beste insolventieregime voor de Chinese en Europese banken-sector, en hoe deze bereikt zou kunnen worden. Het project zal resulteren in twee rapporten, die bediscussieerd worden tijdens twee workshops, een in Beijing en een in Leiden. Afsluitend zal er een congres plaatsvinden in Beijing. Het onderzoek wordt mogelijk gemaakt door een bijzondere subsidie van de Koninklijke Akademie voor Wetenschappen en het Ministerie van Onderwijs van de Volksrepubliek China. Het project, dat drie jaar zal lopen, wordt geleid door de hoogleraren

prof.mr.drs. Matthias Haentjens (Leiden), prof.mr. Bob Wessels (Leiden) en Kong Qingjian (Beijing).

MOOIE NOTERING LEIDENDe faculteit Rechtsgeleerdheid van de Universiteit Leiden staat op plaats 23 in de QS World University Ranking. Leiden heeft daarmee de hoogste notering voor rechtsgeleerdheid in Nederland en bezet de zesde plaats van heel Europa. De QS World University Ranking is gebaseerd op wetenschappelijke reputatie, citaties en werk-geversimago.

LEIDEN REVISITED 2014Op dinsdag 9 september organi-seert de Leidse Rechtenfaculteit, in samenwerking met het Juridisch Post Academisch Onderwijs van de Universiteit Leiden, voor alumni het jaarlijkse netwerk evenement “Leiden Revisited: een middag terug in de schoolbanken.” U kunt kiezen uitdiverse colleges, waaronder Intellectueel Eigendom, Strafrecht, eLaw en Onder-nemings recht. Daarnaast is er uiteraard gelegenheid tot netwer-ken en bijpraten met oud- studiegenoten en oud- docenten. Meer informatie en inschrijving: www.paoleiden.nl/LR2014.

Links: Sjoerd Douma, de nieuwe hoogleraar Internationaal & EU Belastingrecht. Midden: Serge Gijrath is benoemd tot hoogleraar Telecommunicatierecht. Rechts: Leiden Revisited vindt op 9 september plaats in de Sterrewacht te Leiden.

Page 23: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

LEIDRAAD 23

WISKUNDE EN NATUURWETENSCHAPPEN

SCIENCE MEETS BUSINESS CAFÉS In 2012 is Science meets Business opgezet om alumni van de Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen en het LUMC in contact te brengen met jonge professionals (25-35 jaar) die werkzaam zijn bij Leidse bedrijven. Iedere tweede donderdag van de maand organiseert een groep vrijwilli-gers het Science Meets Business Café, met jonge sprekers vanuit het bedrijfsle-ven en de wetenschap op het gebied van bijvoorbeeld bio-technologie, natuurkunde, ICT en gezondheidzorg. Aankomende Cafés:12 juni 2014: Young entrepreneurs from Leiden11 september 2014: The value of (bio)statistics in Biotech CompaniesDe bijeenkomsten vinden plaats van 17.00 uur tot 19.30 uur in het BioPartner 1 gebouw aan J.H. Oortweg 21. De Cafés zijn gratis toegankelijk, maar aanmelden is wel noodzakelijk.Meer informatie: www.science-meetsbusiness.nl.

het NGL. Het NGL organiseert lezingen en excursies voor geïn-teresseerden op het gebied van biologie, scheikunde, farmacie, geneeskunde, milieuweten-schappen, natuurkunde, wiskunde, sterrenkunde en aardrijkskunde. Aankomende natuurweten-schappelijke lezingen en vergaderingen:16 oktober 201420 november 201415 januari 201519 februari 201519 maart 2015De vergaderingen en lezingen vinden plaats van 19.30 uur tot 21.30 uur in de Gorlaeus Laboratoria, Einsteinweg 55 Leiden. Elk voorjaar wordt een excursie naar een bedrijf, museum of onderzoeksinstel-ling georganiseerd.

AanmeldenHuidige en oud-medewerkers van de Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen en het LUMC en geïnteresseerden uit de regio Leiden in de diverse natuurwetenschappelijke en medische onderwerpen van het NGL kunnen zich aanmelden voor lidmaatschap door een e-mail te sturen aan secretaris prof. dr. Ben Nieuwenhuys via [email protected] lidmaatschap kost 10 euro

ALUMNI-LIDMAATSCHAP CHEMISCH DISPUUT LEIDENIn 2013 is het buitenlidmaat-schap van het Chemisch Dispuut Leiden geïntroduceerd, speciaal voor alumni van deze studievereniging. Naast de mogelijkheid om contact te hou-den met oud-studiegenoten krijgt u een gratis abonnement op het kwartaalblad Chimica. Dit blad is speciaal op oud- leden toegespitst en bevat artikelen van alumni, de leukste stukjes uit de vier Chimica’s voor studenten en een artikel over de afgelopen alumniactivi-teiten.Aankomende alumniborrel:14 mei 2014De alumniborrels vinden plaats van 16.00 uur tot 20.00 uur in de Science Club van de Gorlaeus Laboratoria, Einsteinweg 55 Leiden. Aanmelden: bestuur@ chemischdispuutleiden.nl.

NATUURWETENSCHAPPELIJKGEZELSCHAP LEIDENHet Natuurwetenschappelijk Gezelschap Leiden (NGL) is op 20 april 1870 opgericht en uit de boezem van de Universiteit Leiden ontstaan. Illustere wetenschappers als Lorentz, Van der Waals en Van Steenis duiken op in de ledenlijsten van

per jaar (5 euro voor echtge-nootleden).Meer informatie: http://goo.gl/0Ul3qF.

BETER STAALLeidse informatici gaan de komende jaren samen met andere academici en het bedrijfsleven werken aan een computersysteem dat industri-ele productieprocessen kan verbeteren, te beginnen met staal. NWO heeft hiervoor ruim een miljoen euro beschikbaar gesteld.Het betreft een gezamenlijk onderzoek van het Leiden Institute of Advanced Computer Science (LIACS), het Centrum Wiskunde & Informatica (CWI), staalproducent Tata Steel, autofabrikant BMW en databa-sebedrijf MonetDB. Doel is om inzicht te verschaffen in welke elementen in het productiepro-ces leiden tot welke eigen-schappen van het eindproduct, in dit geval staal. De algoritmes die het LIACS hiertoe ontwikkelt zijn echter breed toepasbaar. Andere industriële producenten die hun productieproces willen optimaliseren, kunnen verge-lijkbare algoritmes gebruiken om modellen te destilleren uit de veelvoud van productie-gegevens.

Links: Bedrijfsleven en wetenschap ontmoeten elkaar bij de Science meets Business cafés.Midden: Het Natuurwetenschappelijk Gezelschap Leiden organiseert lezingen en excursies op vele gebieden. Rechts: Ook autofabrikant BMW doet mee aan het onderzoek naar beter staal.

Page 24: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

24 LEIDRAAD

OPINIE

DE SCHADUW VAN COMPETITIEAls een wetenschapper geen financiering weet binnen te halen, beperkt hem of haar dat aanzienlijk in zijn of haar onder-zoeksmogelijkheden. In de acade mische wereld draait het dan ook in belangrijke mate om geld. Ook in Leiden zorgt dit voor een sfeer van competitie.

Tekst: Beatrijs BonariusIllustratie: Rhonald Blommestijn

DE ROMANTISCHE VERSIE VAN DE WETENSCHAP IS DIE VAN DE ERUDIETE KAMERGELEERDE MET EEN VASTE AANSTELLING, die zich vol toewijding beweegt in de Leidse academische gemeenschap, zich solistisch richtend op één onderzoek. ‘In die wereld leven we niet meer’, zegt David van Bodegom, universitair docent aan de Leyden Academy on Vitality and Ageing. ‘We hebben te maken met een grote, internationale wereld, waarin competitie een grote rol speelt, ook in de academische gemeenschap. En zoals bij elke competitie gaat er veel energie en tijd verloren aan het voeren van de competitie zelf.’ Daniela Stockmann, universitair docent Politicologie, be-vestigt Van Bodegoms beeld. Competitie is overal, zo stelt ze. ‘Universiteiten strijden om zoveel mogelijk studenten, om de hoogste ranking en om de beste wetenschappers. Daarnaast is er competitie tussen wetenschappers onder-ling om onderzoek te publiceren, om hoe goed je je resul-taten op congressen weet te presenteren én om financie-ringen binnen te halen.’

Volgens Van Bodegom is dat laatste de kern. ‘De weten-schap draait om het binnenhalen van geld. Daar worden we immers op afgerekend. Het werkt nu eenmaal zo dat je alleen maar geld kunt binnenhalen als je veel publicaties op je naam hebt staan, en je alleen maar veel kunt publice-ren als je veel onderzoek doet, en je veel onderzoek kunt doen als je genoeg geld binnenhaalt. Ik zie die competitie als een spel waarmee door de selectie wel een kwaliteits-slag gemaakt wordt. Maar er zijn ook nadelen. Als weten-schappers afgerekend worden op het aantal publicaties en niet op het aantal briljante hoorcolleges, zullen er op de lange termijn meer publicaties en minder briljante hoor-colleges komen.’De Rector Magnificus besprak de negatieve gevolgen van de competitie tijdens zijn meest recente Diesrede. De bijef-fecten van competitie in de academische wereld uiten zich in alle geledingen van de universiteit: van het hoge uitval-cijfer of depressies onder studenten tot falsificatie, fraude of slodderwetenschap bij onderzoeken en publicaties.

WETENSCHAPPERS MOETEN STEEDS MEER FONDSEN ZIEN AAN TE BOREN VAN BUITEN DE UNIVERSITEIT, zowel op Nederlands als Europees niveau. Van Bodegom: ‘Ik ben momenteel bezig met een subsidievoorstel voor een grote financiering door de Europese Unie. Daar ben ik minimaal twee maanden zoet mee, fulltime. Dat bete-kent het hele onderzoekstraject formuleren, aanscherpen en gedetailleerd voorbereiden opdat je goede resultaten kunt behalen. In het geval van toekenning levert het ons uiteindelijk vier tot vijf jaar financiering op, maar de suc-cesrate is slechts twintig tot dertig procent. Soms zijn die honoreringspercentages maar tien procent.’ Van Bodegom ziet dat niet als volledig verkwanselde tijd. ‘Je wordt wel gedwongen een doordacht en nuttig plan in te dienen – in tegenstelling tot vroeger, toen wetenschappers “lukraak” onderzoeken konden doen waar de maatschappij niet op zat te wachten.’ >>

Page 25: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

LEIDRAAD 25

DE SCHADUW VAN COMPETITIE

Page 26: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

26 LEIDRAAD

Stockmann ontving onlangs een Starting Grant van de European Research Council. Ook zij ziet de voordelen van het aanvraagtraject. ‘Ook als je een subsidie of Grant niet krijgt toegekend, kan het formuleren van de aanvraag, of zelfs de afwijzing van een aanvraag zélf, je helpen om de kwaliteit van je research te verbeteren. Je leert immers wie de andere kandidaten zijn en wat zij ervoor hebben gedaan. Ergo: je leert je zwaktes kennen en daarmee ook je verbeterpunten. Op de lange termijn komt dat je onder-zoek ten goede. En mijn ervaring is dat je uiteindelijk wel financiering krijgt, voor dezelfde of voor andere Grants.’ Toch wil Van Bodegom wel een kanttekening plaatsen. ‘Je gooit veel dure onderzoeks- en onderwijstijd van wetenschappers weg met het uitwerken van plannen die nooit uitgevoerd zullen worden. Bovendien konden wetenschappers vroeger een weg inslaan waar alleen zij in geloofden. Omdat je tegenwoordig allerlei commis-sies en reviewers moet overtuigen, is er een gevaar dat “mainstream-onderzoek” meer financiering krijgt dan innovatief onderzoek van mensen die voor de troepen uitlopen. Het werkt zo ook als een beperking van de academische vrijheid.’ Daarnaast vindt Van Bodegom het dubieus dat subsidieverstrekkers sturen op economisch nut. ‘Je leest het zwart-op-wit in de calls: “Het onderzoek moet bijdragen aan de economische positie van Europa en voor het bedrijfsleven.” Hierom moet ik bijvoorbeeld, voor de onderzoeksubsidie die we momenteel aanvragen, twee mkb’s in het plan betrekken. Hoewel je daar natuurlijk wel leuke verbindingen mee kan maken, stel ik er toch vragen bij. De kunst is nu het voorstel zo te framen dat we deels tegemoet komen aan de eisen van de geldschieter, en deels ons eigen onderzoek en interesses kunnen onder-zoeken, ondanks de spelregels die er zijn.’

DAN IS ER NOG DE KWESTIE ONDERZOEK VERSUS ONDERWIJS. Wat Stockmann betreft ligt de nadruk teveel op het onderzoeksdeel. ‘Het onderwijs is momenteel een ondergeschoven kindje. Ondanks dat je meer financiering krijgt als je je studenten aantrekkelijk lesgeeft – waardoor je meer studenten weet te lokken – kun je geen onder-zoeksfinanciering binnenhalen als je je grotendeels op on-derwijs richt. De universiteit heeft een andere koers inge-

zet door het onderzoekstraject en het onderwijstraject op te splitsen. Het voordeel daarvan is dat wetenschappers en professoren in het onderzoeksveld zich meer kunnen fo-cussen op onderzoek en verkrijgen van financiering, terwijl de andere kant richt zich op beter onderwijs. Toch vind ik die koers grotendeels onwenselijk. Immers, sommige mensen doen geweldig onderzoek, maar focussen zich op minder populaire onderwerpen. Zo is Birma momenteel minder sexy dan China. Onderzoekers in die impopulaire velden kunnen op die manier in een positie terechtkomen waarin ze weinig tijd voor onderzoek krijgen.’Van Bodegom schopt nog wat heilige huisjes omver. ‘Veel wetenschappers hebben een hekel aan onderwijs geven. Ze beschouwen het als last. Als je namelijk een acade-mische carrière wilt maken en daarvoor wilt publiceren – want dat moet – kan dat officieel alleen maar als je veel onderzoek doet. En officieus als je veel netwerkt. Je moet als wetenschapper tegenwoordig meer kunnen dan alleen goed onderzoek doen. Je moet je onderzoek ook kunnen verkopen. Wanneer je je onderzoek namelijk naar een tijdschrift stuurt, moet dat worden ge-peer-reviewed. De peer reviewers zijn je “concullega’s”. Als onderzoeker mag je opgeven wie je suggested reviewers zijn, en door wie je je niet wilt laten reviewen in verband met concurrentiege-voeligheid. Omdat elke wetenschapper in een niche werkt en op congressen dezelfde mensen tegenkomt, loont het dus als je goed bent in netwerken; je geeft je vriendjes op als reviewer. Ik durf te stellen dat het makkelijker is te publiceren als je goed bent in die sociale discipline. Zeker door regels als een minimum aantal publicaties – die nog steeds gelden – is het meer dan ooit een sociale vaardig-heid geworden om wetenschapper te zijn.’

STOCKMANN NUANCEERT HET BEELD DAT VAN BO­DEGOM SCHETST. ‘Bij een aanvraag van een Grant gaat het om zoveel verschillende aspecten en zijn er dermate veel criteria, dat de sociale kant slechts een detail is. Ik zeg niet dat netwerken niet belangrijk is, maar nóg belang-rijker voor de reputatie van onderzoekers – en een van de criteria om een Grant te verkrijgen – is aan welke univer-siteit je bent verbonden en welke reputatie die heeft. De kwaliteit van de universiteit is weer afhankelijk van wie er

‘ Je gooit veel dure onderzoeks- en onderwijstijd van wetenschappers weg met het uitwerken van

plannen die nooit uitgevoerd zullen worden.’David van Bodegom

OPINIE

Page 27: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

LEIDRAAD 27

werkt, wie er doceert en welk onderzoek men doet.’ Van Bodegom: ‘Het is een illusie om te denken dat je onder-zoek voor de universiteit doet. “De universiteit” bestaat niet. De wetenschap gaat verder dan Leiden: wij zijn onderdeel van de Nederlandse wetenschap, maar ook van Europa, dus lever ik ook een – bescheiden – bijdrage aan het succes van Europa. Maar als je nog een stap verder denkt, dan heb je het over de wetenschap in algemene zin, wereldwijd. Dáár zou je het eigenlijk voor moeten doen. Wat maakt het uit voor welke universiteit je je inzet, of het nou in China, Amerika of Nederland is. Je ambitie als wetenschapper moet zijn dat je heersende problemen en vragen wilt oplossen. Idealistisch gezien. Het is zinloos dubbel werk te doen, parallelle trajecten te volgen. Ik denk niet in competitie tussen steden, van onderzoeks-gelden of om studenten, ik denk in samenwerking.’ En aan dat laatste is volgens Stockmann een gebrek. ‘Ik zie in Nederland te weinig samenwerking tussen institu-ties binnen de universiteit, omdat men met elkaar strijdt om studenten. Zelf zou ik graag meer interdisciplinair onderwijs geven, wat ook vanwege die competitie niet mogelijk is. Niet dat er regelgeving voor bestaat – in theo-rie is het mogelijk – maar er is geen aanmoediging. Terwijl samenwerking zeer stimulerend kan werken. Dat geldt overigens niet alleen binnen een universiteit, ook voor tussen Nederlandse universiteiten onderling. Dat komt door de manier waarop zij worden gefinancierd, namelijk voor een groot deel op basis van studentenaantallen.’ Een verkeerde prikkel, vindt Van Bodegom. ‘De hoeveelheid studenten aan de universiteit levert diezelfde universiteit geld op, mits ze slagen. Hierdoor zou je het onderwijs- en onderzoeksniveau naar beneden kunnen halen.’ In Noord-Amerika is dat anders, legt Stockmann uit. ‘Naast het collegegeld en subsidies voor onderzoek halen zij, anders dan in Nederland, een zeer groot deel van hun financiering uit schenkingen en particuliere giften. Ik denk niet dat andere systemen vanzelfsprekend beter zijn; elke wijze van financiering heeft zijn eigen voordelen en nadelen.’

TIJD VOOR EEN MOMENT VAN BEZINNING. Stock-mann: ‘Meer competitie zou de onderwijskant in Ne-derland helpen. We staan teveel stil, hebben te weinig positieve competitie. Onderwijskundige vaardigheden worden hier niet gewaardeerd in de letterlijke zin van het woord. Je zou bijvoorbeeld onderwijsspecialisaties of -diploma’s kunnen inzetten, die je vervolgens ook op je cv kunt plaatsen.’ Van Bodegom reflecteert: ‘Ach, uiteindelijk is dat competitieve systeem, net zoals dat over de demo-cratie is gezegd, waarschijnlijk het slechtste systeem, op alle andere systemen na.’ <

CVDr. David van Bodegom studeerde Geschiedenis en Geneeskunde in Leiden. Voor zijn promotie-onderzoek bij de afdeling Ouderengeneeskunde deed hij jarenlang onderzoek naar veroudering in het noorden van Ghana. Begin 2009 trad Van Bodegom toe tot de wetenschappelijke staf van Leyden Academy on Vitality and Ageing, waar hij onder andere de masteropleiding Vitality and Ageing coördineert.

CVDr. Daniela Stockmann studeerde Politieke wetenschappen aan de Universiteit van Michi-gan-Ann Arbor (PhD) en Chinese Studies aan de School van Oosterse en Afrikaanse Studies in Londen (MA). Sinds 2007 is ze verbonden aan de Universiteit Leiden, momenteel als assis-tent-professor. Haar onderzoeksveld is de Chinese politiek, politieke communicatie, ver-gelijkende politiek en onderzoeksmethodologie. Haar recente boek Media Commercialization and Authoritarian Rule in China (Cambridge University Press, 2013) onderzoekt censuur en propaganda in de moderne autoritaire staten zoals China.

OPINIE

Page 28: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

28 LEIDRAAD

GEESTESWETENSCHAPPENUiterst links: Roberta D’Alessandro is lid van de Global Young Academy.Links: Ahmad Al-Jallad heeft een Vrije Competitie-subsidie ontvangen.Midden: Marian Klamer heeft een Vici-subsidie ontvangen.Rechts: Zijn broodje-aapverhalen wel zo onschuldig?

D’ALESSANDRO IN GLOBAL YOUNG ACADEMYPer 20 januari 2014 is prof.dr. Roberta D’Alessandro, werkzaam aan het Leiden University Centre for Linguistics, benoemd tot lid van de Global Young Academy (GYA). De GYA is een platform voor excellente jonge weten-schappers uit de hele wereld en bestaat momenteel uit 155 leden.

SUBSIDIESDr. Ahmad Al-Jallad, docent Arabic language and linguistics, en prof.dr. Peter Akkermans, hoogleraar Near Eastern Archaeology, hebben een NWO Vrije Competitie-subsidie ontvangen voor hun onderzoek naar antieke nederzettingen, grafmonumenten en inscripties in de Zwarte Woestijn van Jordanië (zie pagina 11).Dr. Marian Klamer, verbonden aan het Leiden University Centre for Linguistics en het Leiden University Institute for Area Studies, heeft van het NWO een Vrije Competitie-subsidie gekregen voor haar onderzoeks-project Taal als tijdmachine. Het onderzoek geeft informatie over de evolutie van taal in het algemeen en over de geschiede-nis van de sprekers in Oost-Indonesië in het bijzonder.

Historicus dr. Raymond Fagel heeft eind december 2013 de NWO Vrije Competitie-subsidie toegekend gekregen voor zijn project Facing the Enemy. The Spanish Army Commanders during the First Decade of the Dutch Revolt (1567-1577). Dit onderzoek richt zich op de complete groep van twintig Spaanse commandanten uit de eerste tien jaar van de Nederlandse Opstand, toen er onafgebroken Spaanse troepen in de Lage Landen gelegerd waren.Prof.dr. Caroline van Eck heeft de Descartes-Huygensprijs ontvangen: een verblijf als gastonderzoeker in Frankrijk. Historica Van Eck krijgt de prijs voor haar excellente onderzoek en haar bijdrage aan de Frans-Nederlandse samenwerking. Zij onderzoekt kruisbestuivin-gen tussen kunstgeschiedenis, archeologie en antropologie, met name rond de presentatie van beeldhouwwerken in Parijse musea.

EEN BROODJE AAP?Zijn broodjeaapverhalen wel zo onschuldig als zij lijken? Volgens dr. Peter Burger, journalistiek onderzoeker, klopt de sfeer van goedgelovigheid met name rondom misdadige broodjeaapverhalen niet. De

verhalen worden immers ook in kwaliteitskranten en zelfs in de Tweede Kamer besproken. In zijn promotieonderzoek bekeek Burger twee broodjes aap: nieuws en discussies omtrent de “Smileybende” (die verkrachtin-gen en verminkingen zou aan-richten) en “drugs in je drankje” (het gevaar van verkrachtings-drugs in het uitgaansleven). In het eerste geval werd de waar-heid van het verhaal door autori-teiten en nieuwsmedia ontkend, maar werden er heftige discus-sies over gevoerd op social media. In het tweede geval brachten gevestigde media het als een probleem maar werd er vanuit social media getwijfeld aan het waarheidsgehalte. Burger stelt dat discussies over broodjeaapverhalen draaien om autoriteit: wie mag vaststellen of een verhaal waar is? Uit beide cases blijkt het gezag van journalisten en gevestigde autoriteiten beperkt. Bovendien namen journalisten vaak passief de mening van gevestigde autoriteiten over, zonder nader bronnenonderzoek.

STUDEREN À LA CARTESamen met studenten colleges volgen? Waardevolle kennis opdoen op het gebied van geschiedenis, kunst, theater en film, talen en culturen, wijsbe-

geerte en religiestudies? Colleges vinden zowel overdag als ’s avonds plaats. Inschrijven is mogelijk vanaf 1 juni. Kijk voor meer informatie en het cursus-aanbod op: hum.leidenuniv.nl/alacarte. Wij zien u graag terug in Leiden.

AGENDA:• 5 -7 juni Internationale conferentie 19th and 20th Century Philological Encounters •5 – 6 juniConferentie Language and Learning: The History of linguis-tics in the context of education •6 juni Oratie prof.dr. Jan-Bart Gewald: Geschiedenis van zuidelijk Afrika •16 juni Oratie prof.dr. E. Jorink: Verlichting en religie in historis

BLIJF OP DE HOOGTEVolg Geesteswetenschappen op:

: www.facebook.com/HumanitiesLeiden en via

: @LeidenHum.

Page 29: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

LEIDRAAD 29

GENEESKUNDE/LUMC

Links: Het LUMC voert decentrale selectie in voor de bachelor Geneeskunde.Midden: Beerend Hierck heeft de Onderwijsprijs gewonnen. Rechts: Marcel Tijsterman beschreef een nieuwe manier van DNA-reparatie.

vaak met filmpjes en 3D-animaties. Hierck won ook al twee keer de prof.dr. G.J. Tammelingprijs voor beste docent van het LUMC.

NIEUW SOORT DNA-REPARATIE Een niet eerder beschreven manier van DNA-reparatie biedt nieuwe inzichten in genetische mutaties en evolutie. Hierover heeft dr. Marcel Tijsterman, afdeling Toxicogenetica, met zijn team onlangs gepubliceerd in Nature Communications Tijdens de vermeerdering van DNA verloopt de DNA-replicatie nauwgezet. ‘Van de zes miljard keer dat een base wordt gekopi-eerd bij een DNA-replicatie, gaat het hooguit één keer fout’, aldus Tijsterman. Tijdens de replicatie kan het gebeuren dat het DNA breekt. Zulke breuken worden meestal keurig gerepa-reerd. Maar wat als ook deze mal beschadigd is? Lange tijd dacht men dat zo’n chromo-soom dan verloren zou gaan en de cel ten dode was opgeschre-ven. Dat is niet zo, heeft Tijsterman ontdekt. ‘Er is een back-upmechanisme. Wanneer een breuk de andere helix niet beschikbaar heeft als mal,

proberen basen aan de uitein-des van beide strengen met elkaar te paren. Er blijken enzymen te zijn die daarbij helpen. Zodra dat lukt worden de twee uiteindes van de breuk aan elkaar geplakt.’De genetische informatie is dan niet meer wat het was: ze is gemuteerd. Mutaties zijn de oorzaak van kanker. ‘Mogelijk heeft het nu ontdekte mecha-nisme ook een aandeel in de vorming van tumoren’, vertelt Tijsterman. ‘Het enzym dat betrokken is bij deze alternatie-ve DNA-reparatie is overactief in veel tumoren. Dat enzym zou nuttig kunnen zijn voor tumor-cellen, die sneller en minder gereguleerd delen, en daarom meer DNA-breuken oplopen. Een actiever enzym betekent dat al die schade toch gerepa-reerd kan worden.’ Vervolgonderzoek moet leiden tot beter begrip van het mecha-nisme. Ook moet dit type reparatie bestudeerd worden in menselijke cellen. Daarna kan nagedacht worden of het enzym ingezet kan worden om tumor-groei te verhinderen.

VERANDERING NIERBESCHERMING BESPAART MILJOENENPatiënten die een contrast-CT moeten ondergaan en bij wie de nieren minder goed werken, hoeven voortaan niet meer twee tot drie dagen te worden opge-nomen voor een beschermend infuus. Met een vervangende behandeling is één uur voor- bereidingstijd voldoende, zo ontdekten onderzoekers van het LUMC. In plaats van een liter zoutop-lossing om de nieren te be-schermen, krijgen patiënten dan slechts een kwart liter zoutoplossing. Uit onderzoek bleek namelijk dat een liter infuus – dat lang duurt voordat de patiënt het toegediend heeft gekregen – geen meerwaarde heeft boven de korte voorberei-ding met een kwart liter. Bovendien geeft de korte methode geen risico op hartfa-len, hetgeen bij de langdurende methode wel het geval is. De nieuwe aanpak is veel vriendelijker voor de patiënt en geeft minder kans op complica-ties. Daarbij kunnen de zorg-kosten in Nederland jaarlijks tot 60 miljoen euro dalen.

LUMC SELECTEERT GE-NEESKUNDESTUDENTENHet LUMC selecteert dit jaar voor het eerst circa de helft van de studenten die in 2014-2015 aan de bachelor Geneeskunde beginnen. De andere helft krijgt via loting een plek. Meer dan vijfhonderd kandidaten voor de decentrale selectie deden op 8 maart de eerste test. Op 12 april vond de tweede ronde met korte gesprekken en interviews plaats. Half juli horen kandida-ten of zij geplaatst zijn. In totaal beginnen er in september 315 studenten aan de bachelor Geneeskunde aan het LUMC.Zie voor meer informatie het interview met decaan Pancras Hogendoorn op pagina 20 van deze Leidraad.

HIERCK WINT ONDERWIJSPRIJSDr. Beerend Hierck, docent Anatomie en Embryologie, heeft op de dies natalis op 8 februari jongstleden de Onderwijsprijs gewonnen. Hierck was voorge-dragen door de studievereni-ging M.F.L.S. ‘omdat hij alles uit de kast haalt om studenten de stof te laten begrijpen’. De docent ondersteunt zijn lessen

Page 30: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

30 LEIDRAAD

BIODIVERSITEIT IN BEWEGING

Barbara Gravendeel is bioloog. Aan de hand van de historische collecties van Naturalis en met moderne DNA-technieken doet ze geregeld opvallende ontdekkingen. Bijvoorbeeld over competitie in de natuur.Tekst: Edith van GamerenBeeld: Marieke van der Velden

SOORTEN VERSCHIJNEN EN SOORTEN VERDWIJNEN. ZO IS HET ALTIJD GEWEEST, op elke plek op de aarde en zo zal het altijd zijn. Survival of the fittest is een krachtig principe. Wie het best is aangepast aan de omstandigheden, wint. Nieuwe omstandigheden: nieuwe winnaars. ‘Klimaatverandering zorgt voor het verdwijnen en verschij-nen van soorten. Dat is normaal. Ik raak daar niet van in pa-niek, ik vind het juist interessant’, zegt bioloog dr. Barbara Gravendeel. Biodiversiteit is altijd dynamisch. Gravendeel geeft het voorbeeld van de rivierkreeft. Vanaf 1968 komt de gevlekte rivierkreeft (Orconectes limosus) ons land binnen. Via België bereikt het van oorsprong Zuid-Franse diertje ons land en begint zich daar te verspreiden. ‘Door de warmere winters kan deze rivierkreeft tegenwoordig ook in Nederland leven’, legt Gravendeel uit. ‘Een heel natuurlijk verschijnsel.’

‘DWARS DOOR HET NATUURLIJKE FLOREREN ENACHTERUITGAAN, speelt echter een ander verschijnsel: de exoten die Nederland soms ongewild “veroveren”. Bijvoor-

beeld de Amerikaanse moeraskreeft (Procambarus clarkii). Die kwam via de Randstad Nederland binnen, waarschijn-lijk door ontsnapping uit een kwekerij. Dit beestje ver-spreidt zich agressief. Omdat hij geen natuurlijke vijanden heeft, worden de larven van deze kreeft niet opgegeten. Volwassen Amerikaanse moeraskreeften worden opgegeten door vogels, maar dat is te laat in de levenscyclus. Deze kreeft graaft holen in oevers en is op dit moment schadelij-ker dan de muskusrat.’ Gravendeel wil met studenten gaan onderzoeken waarom sommige plassen toch gevrijwaard blijven van deze rivierkreeft. Welke omstandigheden zorgen ervoor dat de kreeft daar niet voorkomt? Als dat duidelijk is, kan de bestrijding elders ook doelgericht op touw wor-den gezet.

EEN SOORTGELIJK VOORBEELD is Prunus serotina, beter bekend als Amerikaanse vogelkers. ‘Begin 1900 was

er in Nederland een gebrek aan hout. De Amerikaanse vogelkers is een zeer snel groeiend boompje en werd daar-om op veel plaatsen aangeplant. De boom verspreidt zich klonaal en vooral de Nederlandse duingebieden stonden in no time vol met die vogelkers. Natuurbeschermers hadden en hebben er hun handen vol aan om te zorgen dat deze boom niet alle andere verdringt.’ Maar er is hoop. Na dik honderd jaar lijkt het evenwicht zich te herstellen, doordat ook andere soorten zich aanpassen aan de nieuwe omstan-

‘Het verdwijnen en verschijnen van soorten is normaal’

COMPETITIE

Page 31: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

LEIDRAAD 31

BIODIVERSITEIT IN BEWEGING

digheden: insecten die de Amerikaanse vogelkers niet lustten, gaan hem nu toch waarderen. Interessant is dat Gravendeel en haar studenten dit konden concluderen aan de hand van de herbariumcollectie van Natura-lis. ‘Van de inheemse vogelkers hebben we blaadjes geanalyseerd uit de periode 1811 tot 2013. Studenten hebben de vraatsporen op die blaadjes geteld en kwa-men tot een vrij continue veertig procent van aangevre-ten blaadjes. Van de Amerikaanse vogelkers hebben we collecties van 1898 tot 2013. Daar vonden de studenten een oplopend percentage van aangevreten blaadjes van twintig procent tot veertig procent. De theorie is dat lokale beestjes, zoals de spinselmot, zich aanpassen. Honderd jaar blijkt voldoende te zijn voor deze insec-ten om te evolueren – bij insecten gaat dat sneller om-dat ze meerdere reproductiecyclussen per jaar hebben. We kunnen ervan uitgaan dat de Amerikaanse vogelkers

steeds minder een probleem zal zijn. Hier is dus “gewoon” sprake van evolutie, zonder dat klimaatverandering een rol speelt.’

HET BELANG VAN LANGJARIG ONDERZOEK NAAR FLORA EN FAUNA IS GROOT. ‘Vaak kom je tot de con-clusie dat we de natuur gewoon haar werk moeten laten doen. Soms is het nodig in te grijpen. Voor een succesvolle bescherming of herintroductie van een soort moet je het hele ecosysteem bekijken. Bijvoorbeeld in het geval van de steeds zeldzamer wordende Keverorchis (Neottia corda-ta). Die soort heeft sluipwespen nodig voor de bestuiving en bodemschimmels voor de kieming van de zaden. Zowel de prooien van de sluipwesp als de bodemschimmel ko-men alleen voor in naaldbomen. Als die verdwijnen omdat het dennenbos rond deze orchidee wordt gekapt dan lijkt me dat gemakkelijk op te lossen.’ <

CVDr. Barbara Gravendeel (foto) werkt als bio-loog bij Naturalis Biodiversity Center (NBC). Gra-vendeel is vanuit NBC onbezoldigd universitair docent bij de Universiteit Leiden en heeft een lectoraat aan de Hogeschool Leiden. Ze studeer-de biologie in Utrecht en promoveerde in Leiden op DNA-onderzoek aan orchideeën. Sindsdien gebruikt ze het DNA uit museumcollecties van zowel planten, dieren als schimmels voor het beantwoorden van diverse onderzoeksvragen.

Hyenadrol zorgt voor ophefIn 2010 was er veel media-aandacht voor een fossiele hy-enadrol die op de Maasvlakte was gevonden. Dr. Barbara Gravendeel doet samen met palaeozoölogen en master-studenten paleobotanie onderzoek naar deze uitwerpse-len. Door ze te bekijken onder een micro-CT-scanner ontdekten ze botfragmentjes, die gedetermineerd werden als alpenmarmot, in Nederland verdwenen. Ook restanten van pollen kwamen uit de fossiele poep. Door daarnaast met DNA-sequencing de inhoud van het maag-darmka-naal van oergrazers te analyseren, is de hele vegetatie in kaart gebracht van het gebied dat nu Noordzee is. Verder ontdekten de onderzoekers een enorme variëteit aan mestschimmels, die inherent is aan een gebied met veel grote grazers. Gravendeel: ‘We concludeerden dat de Noordzee een zeer kruidenrijke vlakte was, waar grote kuddes zoogdieren leefden. We kwamen tot het concept “koude Serengeti”, een steppe met grote grasvlakten en kuddes grazers zoals paarden en bizons. We gaan daar binnenkort over publiceren.’

COMPETITIE

Page 32: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

32 LEIDRAAD

GRENSOVERSCHRIJDEND CONCURRERENDe mededingingsregels van de EU moeten bedrijven in de hele unie gelijke kansen bieden en zo zorgen voor eerlijke concurrentie. De regelgeving moet concur-rentievervalsing voorkomen en tegelijk voldoende ruimte laten voor innovatie, harmonisering en nieuwe kleine ondernemers. Maar slaagt Europa daarin volgens hoogleraar Tom Ottervanger?Tekst: Niels ChristernBeeld: Hollands Hoogte, Universiteit Leiden

MEDEDINGINGSRECHT IS ER UITEINDELIJK OP GERICHT DAT DE CONSUMENT GOEDE, BETAALBA­RE PRODUCTEN EN DIENSTEN KRIJGT. ‘Maar waar het precies vandaan komt, is niet helemaal duidelijk’, vertelt professor Tom Ottervanger, alumnus, deeltijdhoogleraar Mededingingsrecht aan de Universiteit Leiden en advocaat bij het kantoor Allen & Overy. ‘Er zijn al uitspraken bekend uit de zestiende eeuw, bijvoorbeeld van een bakker die zijn bak-kerij verkoopt en zich er daarbij toe verbindt niet in dezelfde stad een nieuwe bakkerij te beginnen. Een redelijke afspraak, maar wel één die de concurrentie beperkt.’ De belangen van consument, producent en maatschappij kunnen erg van elkaar verschillen. Dat maakt het mede-dingingsrecht erg divers en dus soms ook erg ingewikkeld, vooral wanneer de regels over de landsgrenzen heen moeten worden toegepast. In Europa hebben de 28 staten ieder een eigen mededingingsautoriteit. Ottervanger: ‘Maar de rechts-stelsels van de EU-landen zijn bijna een-op-een afgestemd op het Europese recht en zijn daarom in grote trekken gelijk.

De nationale toezichthouders opereren naast de Europese Commissie, die als “oppertoezichthouder” fungeert.’ Voor de staatssteunregels, die onderdeel zijn van het mededingings-recht, ligt dit anders. ‘Dat toezicht kun je niet overlaten aan de lidstaten zelf; dat moet op Europees niveau worden bepaald’, licht Ottervanger toe. ‘De regels daarvoor heb-ben als doel een gelijk speelveld te creëren. Een subsidie of belastingaftrek op nationaal niveau mag dat speelveld niet verstoren.’

DE BASIS VAN DE MEDEDINGINGSWETGEVING VAN NU LIGT IN AMERIKA. Rond 1890 bestond daar een nieu-we industriële samenleving waarbij de economische macht in de meeste sectoren in handen was van samenwerkende “trusts”. Zij hadden veel financiële en commerciële macht, waardoor kleine bedrijven geen ruimte kregen om te groeien. Senator Sherman ontwierp daarom de anti-trustwetgeving, de Sherman Act, om meer competitie te creëren en de econo-mie dynamischer te maken. ‘Tegenwoordig gaat het om de consumentenwelvaart’, vertelt Ottervanger. ‘In de pers krijgt dat aspect ook de meeste aandacht: prijsafspraken waar de consument door wordt gedupeerd, zijn streng verboden. Alle fusies van enige omvang worden door de mededingingsauto-riteit getoetst op de vraag of er een onwenselijk dominante marktpositie ontstaat die kan leiden tot hoge prijzen. Leidend zijn de marktverhoudingen en de effecten, niet de plaats van vestiging. Toen UPS een bod deed op TNT werd dit getoetst in alle landen waar een fusie gevolgen voor klanten zou kunnen sorteren. Er lopen jaarlijks wereldwijd honderden fusiezaken en de EU is op dat gebied belangrijker dan de landelijke mededingingsautoriteiten.’

BIJ HET TOEZICHT ONDER HET MEDEDINGINGS­RECHT SPEELT MARKTMACHT EEN GROTE ROL. Otter-vanger: ‘Er zijn in Europa en Amerika bij voorbeeld veel zaken geweest tegen dominante bedrijven in de technologiesector, zoals eerst IBM en later Microsoft. Hun marktmacht is flink afgenomen – vooral door de markt zelf, met innovaties en nieuwe spelers. En nu lopen er weer veel procedures tegen Apple, Samsung en Google, die misbruik zouden maken van hun dominante marktpositie. Je ziet dus dat de concrete in-

COMPETITIE

Page 33: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

LEIDRAAD 33

vulling van het begrip “dominant” steeds weer moet worden bijgesteld.’Wat recentelijk vanuit Amerika is overgewaaid zijn schade-claims van afnemers die claimen dat ze schade ondervinden van kartels. Ottervanger: ‘Dat is een van de vele aspecten van mededingingsbeleid waar we aan het Europa Instituut in Leiden nu onderzoek naar doen. Je hebt de public enfor-cement door de toezichthouder die boetes of, in sommige

landen, zelfs gevangenisstraf kan opleggen. Maar steeds vaker wordt ook met een private enforcement schade gevorderd, actief aangemoedigd vanuit de Europese Commissie. En door die schadeclaims komt ook de problematiek van de whistle blowers – de klikkers of kroongetuigen – in een ander licht te staan. Negen van de tien zaken zijn nu klikzaken. Een bedrijf dat bij de overheid mededingingszonden opbiecht, is weliswaar immuun voor boetes maar blijft kwetsbaar vanwege schadeclaims.’Het boeiende van mededingingsrecht, vindt Ottervanger, is dat het een combinatie van politiek, economie en recht is. Met de economische integratie tot één markt blijft Europa zich ontwikkelen. ‘Europa is erop gericht dat er grensover-schrijdend geconcurreerd kan worden; ieder product van de

Nederlandse markt moet in heel Europa op de markt kunnen komen. Maar voor veel producten is er nog geen echte Euro-pese markt. De markten zijn in menig opzicht nog nationaal georiënteerd. In de VS is meer integratie, dankzij dezelfde taal, dezelfde reclame-uitingen en supermarktketens die overal in het land zitten.’

IN ZIJN ORATIE IN 2010, GETITELD “MAATSCHAPPE­LIJK VERANTWOORD CONCURREREN: mededingings-recht in een veranderende wereld” bracht Ottervanger de economische kant van het mededingingsrecht ook in verband met onder meer duurzaamheid en kinderarbeid. ‘Econo-men leren dat efficiëntie allesbepalend is in onze economie; kapitalisme en concurrentie draait om het efficiënt alloceren van grondstoffen en arbeid. Als je concurreert, probeer je net wat beter, innovatiever te zijn, tegen lagere kosten. Maar bijvoorbeeld de concurrentie tussen grote visserijbedrijven leidt ertoe dat de zee met steeds innovatievere schepen wordt leeggevist. Stel nu dat men visquota zou afspreken om dat te voorkomen. Dat zou waarschijnlijk als een ver-boden concurrentiebeperking worden beschouwd. Er zijn legio voorbeelden van dergelijke tegenstrijdigheden. Grote bedrijven zijn erg bezig met duurzaamheid. Daar moeten we het dus ook van hebben, want overheden zijn misschien wel van goede wil, maar niet bij machte op wereldschaal te doen wat multinationale ondernemingen wél kunnen. Ik vind dat samenwerking tussen bedrijven op dit punt niet bij voorbaat, vanwege spanning met het mededingingsrecht, al afgescho-ten mag worden.’<

‘Er zijn in Europa en Amerikabijvoorbeeld veel zaken geweest tegen dominante bedrijven in de technologiesector’

COMPETITIE

Het bod van UPS op TNT werd Europees getoetst op gevolgen voor de klant, aldus Tom Ottervanger

Page 34: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

34 LEIDRAAD

34 LEIDRAAD

SOCIALE WETENSCHAPPEN

SUBSIDIESAan prof.dr. Lenneke Alink en prof.dr. Femmie Juffer (beiden AGP) is een onderzoekssubsidie van 150.000 euro toegekend door de Stichting Kinderpostzegels Nederland. Met dit bedrag wordt het onderzoeksproject Positief Ouderschap bij Pleegzorg uitgevoerd, in samenwerking met dr. Maras van de Yulius Academie en diverse pleegzorgorganisaties.prof.dr. Judi Mesman (AGP) heeft een onderzoekssubsidie van 250.000 euro ontvangen van het Open Research Area Plus. Zij krijgt deze subsidie voor het Nederlandse deel van een driejarige internationale studie naar vroege stress en kwaliteit van de opvoeding als voorspel-lers van executieve functies van kinderen in de eerste levensjaren. Dr. Anne-Laure van Harmelen heeft een Rubicon-subsidie ontvangen. Zij zal twee jaar aan de University of Cambridge, department of Psychiatry, verblijven waar zij haar onderzoek naar emotionele mishandeling in de kindertijd zal voortzetten (zie elders op deze pagina).

ONDERSCHEIDINGENProf. Christine Espin (Orthopedagogiek/Leerproblemen) heeft de Fleischner Career Leadership Award 2014 toegekend gekregen vanwege haar leiderschap en vakkundigheid op het gebied van leerproblemen. De prijs wordt jaarlijks uitgereikt door de Division of Learning Disabilities van de Council for Exceptional Children (CEC). Prof.dr. Rien van IJzendoorn heeft de Dr. Hendrik Muller Prijs voor de gedrags- en maatschap-pijwetenschappen ontvangen. De prijs werd hem toegekend voor zijn hele oeuvre. Psycholoog prof.dr. Willem Heiser (Statistische methoden en Datatheorie) is op 31 januari 2014 benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw. Na zijn afscheidsrede ontving hij de koninklijke onderscheiding wegens uitzonderlijke weten-schappelijke, maatschappelijke en bestuurlijk-organisatorische verdiensten. Sociaal psycholoog dr. Riel Vermunt ontvangt de Life Time Achievement Award van de International Society for Justice Research. Deze prijs is toege-kend aan Vermunt als erkenning voor zijn vele bijdragen aan de ontwikkeling van het rechtvaardigheidsonderzoek.

AFWIJZING EN UITSLUITING GEEFT LITTEKENSUit een publicatie van dr. Anne-Laure van Harmelen en Leidse collega’s in vakblad Plos One blijkt dat kinderen die chroni-sche ouderlijke afwijzing en uitsluiting ervaren, later gevoeli-ger kunnen zijn voor sociale buitensluiting en er langer last van hebben. Buitensluiting leidt tot daling van de stemming en vermindert het zelfvertrouwen bij alle deelnemers. Van Harmelen: ‘We stelden ook vast dat personen die extreme emotionele kindermishandeling hebben meegemaakt, sociale buitensluiting niet als heftiger ervaren dan diegenen die daar in hun jeugd weinig mee te maken hebben gehad. Wel bleek dat personen uit de eerste groep langer last hadden van de buitensluiting; ze bleven zich langer naar voelen.’ Het onder-zoek suggereert dat negatieve interpersoonlijke ervaringen, zoals buitensluiting, op hun beurt weer leiden tot versterkt negatief denken over jezelf en anderen. Van Harmelen: ‘Op deze manier raken mensen die vroeger emotioneel mishandeld zijn in een negatieve spiraal. Hierdoor zijn ze kwetsbaar voor het ontwikkelen van psychische stoornissen.’

TEMPERATUUR EN GEHEUGENLeidse psychologen dr. Lorenza Colzato en dr. Roberta Sellaro hebben de invloed van de omge-vingstemperatuur op het werk-geheugen onderzocht. Uit hun tests blijkt dat het werkgeheu-gen beter functioneert wanneer mensen hun omgevingstempera-tuur als prettig ervaren. De resultaten bevestigen het idee dat temperatuur het cognitief vermogen beïnvloedt en dat een ideale temperatuur de efficiency en productiviteit kan verhogen.

POLITICOLOGEN OP DE ARBEIDSMARKTSPIL, de Studievereniging voor Politicologen in Leiden, organi-seert activiteiten die inhoudelij-ke verdieping en verbreding bieden aan studenten Politicologie. Contact tussen studenten en alumni is in deze tijden steeds belangrijker. Studenten hebben de verhalen van alumni nodig ter inspiratie en motivatie. Alumni kunnen al in een vroeg stadium de talenten spotten die nodig zijn, bijvoor-beeld voor stagevacatures. Wilt u als alumnus studenten inspi-reren of een stageplaats aan-bieden? Stuur dan een mail naar: [email protected]. Meer informatie: www.spilplaats.nl.

Uiterst links: Anne-Laure van Harmelen heeft een Rubicon-subsidie ontvangen.Links: Christine Espin ontvangt de Fleischner Career Leadership Award 2014.Rechts: Aan Riel Vermunt werd een Life Time Achievement Award toegekend.Uiterst rechts: Het werkgeheugen functioneert het beste bij de juiste omgevingstemperatuur.

Page 35: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

‘DE REGELS EN NORMEN VAN DE SHARIA ZIJN GEBASEERD OP SCHRIFTELIJKE BRONNEN EN EEN EEUWENLANGE TRADITIE VAN THEOLOGEN EN FILOSOFEN. In het westen passen moslims ze op verschil-lende manieren toe en dat leidt tot re-acties. Vanuit politiek-juridische veld bijvoorbeeld, wordt gevraagd welke liberale vrijheden moslims mogen gebruiken en waar de grens ligt. Maar ook vanuit cultureel-religieus perspec-tief komen reacties. Vergelijk het met de biblebelt. Voor wat men wel en niet doet op zondag is geen wetboek, maar de gemeenschap kent de regels en past die toe. Veel moslims wonen in drukke steden en worden hard-handig geconfronteerd met seculair spervuur. Misschien hangt daarom de zoektocht naar identiteit door jonge moslims vaak samen met een juridi-sering van hun religie: alles gaat in termen van haram en halal.

“Het westen” is natuurlijk een breed begrip en de verschillen tussen lan-den zijn groot. In de Verenigde Staten praat men in de politiek openlijk over religie, in Nederland niet. In Oost-Eu-ropa is de islam al eeuwen geïnstitu-

Hoe passen moslims in het westen het begrip Sharia toe en gaat dat wel samen met onze politieke en juridische stelsels? Het online college Sharia in the West van Maurits Berger gaat hierop in.

Tekst: Karina MeermanBeeld: Martijn de Vries

‘DE REGELS EN NORMEN VAN DE SHARIA ZIJN GEBASEERD OP SCHRIFTELIJKE BRONNEN EN EEN EEUWENLANGE TRADITIE VAN THEOLOGEN EN FILOSOFEN. In het westen passen moslims ze op verschil-lende manieren toe en dat leidt tot reacties. Vanuit politiek-juridische veld bijvoorbeeld, wordt gevraagd welke liberale vrijheden moslims mogen gebruiken en waar de grens ligt. Maar ook vanuit cultureel- religieus perspectief komen reacties. Vergelijk het met de biblebelt. Voor wat men wel en niet doet op zondag is geen wetboek, maar de gemeen-schap kent de regels en past die toe. Veel moslims wonen in drukke steden en worden hardhandig geconfron-teerd met seculair spervuur. Misschien hangt daarom de zoektocht naar identiteit door jonge moslims vaak samen met een juridisering van hun religie: alles gaat in termen van haram en halal.

“Het westen” is natuurlijk een breed begrip en de verschillen tussen landen zijn groot. In de Verenigde Staten praat men in de politiek openlijk over

religie, in Nederland niet. In Oost- Europa is de islam al eeuwen geïn-stitutionaliseerd, in Groot-Brittannië kent men maar vier generaties moslims. In een besloten Small Private Online Course (SPOC, red.) van een semester bekijken ruim veertig studenten van verschillende nationaliteiten in meerdere landen deze verschillen en denken erover na. Helaas zijn er nog geen studenten in de Arabische wereld die kunnen vertellen hoe de lokale pers spreekt over sharia in het westen. Wellicht lukt dat een volgende keer.’

Een SPOC biedt net als een Massive Open Online Course onderwijs op afstand dat gratis en overal ter wereld via de computer is te volgen. Bij een SPOC worden deelnemers echter geselecteerd, is de groepsgrootte beperkt en is de begeleiding intensief. Berger: ‘Mijn energie is normaliter gericht op de colleges maar de interactie wordt steeds meer verlegd naar de periodes tussen de colleges in. De dynamiek is werkelijk formi-dabel. Wekelijks krijg ik essays van mijn studenten over hun eigen land. Voor een professor die in Leiden werkt, is die informatie ongelofelijk waardevol.’<

CVProf.dr. mr. Maurits Berger (1964) is sinds 2008 hoogleraar Islam en de hedendaagse Westerse wereld aan de Universiteit van Leiden. Hij is tevens publicist, rechtsgeleerde, Arabist en voormalig jour-nalist. Hij begon zijn carrière als jurist in Amsterdam. Vervolgens werkte hij als journalist en onderzoeker in Egypte en Syrië. Van 2003 tot 2008 was Berger werkzaam als senior onderzoeker aan het Instituut Clingendael.

SPOTLIGHT

SHARIA IN BEELD

LEIDRAAD 35

Page 36: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

36 LEIDRAAD

OP DE BRESEN IN DE RING

VOLKERT DOEKSEN 1982-1987: Rechten(Nederlands-Recht). 1987-1989: Morgan Stanley (Londen), Financieel Analist. 1989-1992: Dillon Read, Associate. 1992-2000: Dresdner Kleinwort Benson,(laatstelijk) Director Private Equity (1994-2000: vanuit New York). 2000-heden: AlpInvest Partners, Chairman | Managing Director. AlpInvest is onderdeel van de Amerikaanse Carlyle Group sinds augustus 2013.

De competitieprikkel kan van iemand zomaar ineens een winnaar maken. Niet altijd bewust, vaak wel overtuigd. Vier alumni vertellen over de rol die verbale, fysieke en men-tale strijd in hun carrière speelt.

Tekst: Ruud SlieringsBeeld: Martijn de Vries

‘Dit is een vak van common sense, gevoel

voor mensen, analytisch denken en gedetailleerd

onderzoek. Geen meedogenloze business’

WAAR LEIDEN TOE KAN LEIDEN

Page 37: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

LEIDRAAD 37

MARIE­ANNE FRENKEN 2006-2013: Biologie (Ecology, biodiversity and conservation). Lid van de nationale roeiselectie sinds 2011. 2013: 1e NK lichte skiff, 1e NK lichte dubbelvier. 2013: 3e EK lichte dubbelvier (Sevilla). 2013: 1e WK lichte dubbelvier (Chungju Zuid-Korea). 2013: winnaar Head of the Charles (Boston), in de acht met stuurvrouw.

‘Ik ben fysiek en mentaal sterker en zelf verzekerder geworden en daar heb ik ook profijt van gehad tijdens mijn studie’

WAAR LEIDEN TOE KAN LEIDEN

Page 38: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

38 LEIDRAAD

EEN NATUURTALENT. MARIE­ANNE FRENKEN HAD NOOIT EERDER GEROEID TOEN ZE TIJDENS DE EL CID­WEEK OP EEN ROEI­ERGO­METER EEN PAAR HALEN MAAKTE. Leuk, dacht ze. En hoewel ze zich gelijk bij Njord meldde, duurde het nog even voordat in haar naar boven kwam: ‘Ik wilde iets sportiefs doen. In een team, bij een leuke vereniging. Pas in mijn derde jaar, in de skiff, ontdekte ik dat ik meer wilde dan meedoen. Meer ook dan mijn coach. Dus wisselde ik van coach, tot twee keer toe. Ik kreeg meer bewijsdrang, ik wilde laten zien dat ik meer in me had.’Waarvan akte. Vorig jaar werd ze in Zuid-Korea wereldkampioen in de lichte dubbelvier. Inmiddels weet ze dat ze ‘behoorlijk streberig’ is. En als het moet meedogenloos. ‘Maar niet altijd bewust’, voegt ze er verontschuldigend aan toe. ‘En die drang komt vanuit het plezier. Ik vind het heerlijk om hard te trainen, niet eens zozeer voor een specifiek doel. In je eerste jaar train je al zes keer per week. Veel blikken lever-de dat ons niet op. Daar moet je tegen kunnen. Mij kostte dat geen moeite, ik bleef het heerlijk vinden. Maar na drie, vier jaar had ik het gevoel het vereni-gingsroeien ontgroeid te zijn, hoe mooi de tijd op het Zwanennest ook was. Dan moet je niet bang zijn om keuzes te maken.’Wat hielp om die keuzes te maken was het feit dat haar twee trouwste spon-sors – “mijn vader en mijn moeder” – haar steunden. Zo kwam ze in de nationale selectie, ging World Cups en WK’s roeien, met 2013 als ‘voorlopig topjaar.’ Voorlopig? ‘Ja, de wereldkam-pioenschappen zijn dit jaar in Am-sterdam. Daar wil ik bij zijn. En bij de Olympische Spelen in Rio in 2016.’ Ook daarna blijft de roeisport mogelijk het leven van de biologe bepalen: ‘Ik zie me niet in het onderwijs of onderzoek terechtkomen. Roeien staat al jaren

voor mij op nummer één. Ik zou het mooi vinden als ik daar beroepsmatig in verder kan.’

VOLKERT DOEKSEN WIST VOOR­DAT HIJ NAAR LEIDEN KWAM AL DAT HIJ STUDEREN VOORAL SNEL WILDE DOEN. ‘Ik weet niet precies waar dat vandaan kwam, ik idealiseerde het werkzame bestaan, denk ik.’ Maar die haast mondde niet uit in aftroeven: ‘Dit ging vrij natuurlijk, zonder over-dreven te hoeven vechten. Ik was wel gemotiveerd. Ik had zelfs een wedden-schap afgesloten dat ik in vier jaar zou afstuderen. Die heb ik natuurlijk en ook gelukkig maar niet gewonnen.’Eigenlijk zou economie of bedrijfs-kunde beter bij hem gepast hebben: ‘Ik wilde het bedrijfsleven in. Verhalen van mijn vader over fusies, overnames, bedrijven runnen en internationale contacten zetten me op het spoor. Mijn stage bij Pierson Heldring & Pierson en mijn bijvakscriptie economie over managementbuy-outs bevestigden de juistheid van die voorkeur. Met één nieuw inzicht: ik wilde niet slechts advi-seren over het kopen van ondernemin-gen, het werk van investmentbankers. Ik wilde degene zijn die de onderne-mingen ook ging besturen. Private equity dus. Met die mindset – kopen én leiden – aanschuiven aan de onderhan-delingstafel, dat leek me echt spannend Om dat doel te bereiken, moest ik eerst wel ervaring op doen in investment banking.’Die ‘spanning’ heeft Doeksen tot in het ultieme gecultiveerd, toen hij in 2000 na zeven jaar Londen en zes jaar New York terugkeerde naar Nederland. Hij zette AlpInvest Partners op en sinds-dien is hij als directievoorzitter mede richtinggevend in de internationale financiële wereld. Het is één van de grootste private equity-fondsen ter wereld met meer dan EUR 50 miljard aan assets. Geregeld staan de media

bij hem op de stoep. Maar stress was er niet vaak: ‘Ik kan meer uit mijn doen zijn van een akkefietje in de privésfeer dan van een investering. Dit is een vak van common sense, gevoel voor mensen, analytisch denken en gedetail-leerd onderzoek. Geen meedogenloze business, zoals soms wordt beweerd. Wij kopen bedrijven of bedrijfsonderdelen in de groei, bestendigen of versnellen die groei, en creëren zo nieuwe banen. Het is een bakerpraatje dat private equity een bedreiging voor de continuïteit zou zijn.’Geen stress, wel strijdbaarheid. Een paar jaar geleden verkocht Doeksen AlpInvest aan het Amerikaanse Carlyle, hij acteert nu meer buiten de schijn-werpers: ‘Naast het beslissen over nieu-we transacties vooral nieuwe produc-ten creëren en grote klanten beheren. Dat bevalt me goed.’

DE KIEM VOOR DE CARRIÈRE VAN RODERIK VAN GRIEKEN WERD VER VOOR ZIJN STUDIETIJD GE­LEGD. In Gordonstoun in Schotland om precies te zijn. De laatste twee jaar van zijn middelbare school heeft hij (uit

‘Rechten is een prima basis voor verbale

weerbaarheid’Volkert Doeksen

>>

WAAR LEIDEN TOE KAN LEIDEN

Page 39: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

LEIDRAAD 39

‘Debatteren is hersengymnastiek, een verbaal spel’

Roderik van Grieken1990-1997: Rechten (Civiel recht). Mede-organisator van het MASCQ-debattoernooi en de Europese Kampioenschappen debatteren. 1998-heden: Oprichter en Directeur Nederlands Debat Instituut. Publicist en columnist (o.m. Volkskrant), auteur van Debatteren om te winnen (2011) en Een feest van de democratie. De regels voor een goed verkiezingsdebat (2012). Lid van het dagelijks bestuur van LUF (Leids Universiteits Fonds).

WAAR LEIDEN TOE KAN LEIDEN

Page 40: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

40 LEIDRAAD

vrije wil) op deze kostschool doorge-bracht: ‘In die twee jaar heb ik mini-maal zoveel geleerd als in de zeven jaar Leiden die volgden. De buitenschoolse activiteiten zijn gevarieerd: sporten, debatteren, opera’s zingen, je kunt het zo gek niet bedenken. Ondanks de taal-barrière wist ik bij de debatclub gelijk: dít is het.’Hoewel aan de keuze voor Rechten een ‘redelijk klassieke afweging’ vooraf ging (lees: daar kun je alle kanten mee op), was de landing dus al min of meer ingezet. En dankzij zijn vele bestuurs-activiteiten tijdens de studie was het debatteren dagelijkse kost geworden: ‘Wat ik van dat bestuurswerk heb geleerd, is dat het in organisaties draait om mensenwerk, met uiteenlopende belangen. En dat de studie Rechten toch een goede keuze was: bij het be-argumenteren van standpunten heb je veel aan het denkkader van de jurist.’Gek genoeg twijfelde hij over zijn toe-komst: ‘Mijn stage bij NautaDutilh was een drama. Te weinig juridische inte-resse, en ik gedij niet als radertje in een grote organisatie. Ik heb op de waanzin-nigste dingen gesolliciteerd, weerman, Tweedekamerlid, advocaat, het werd allemaal niks. Ik werd wel bij een advocatenkantoor aangenomen, maar nog voor mijn eerste werkdag koos ik ervoor om samen met twee studen-ten uit Groningen en Amsterdam het Nederlands Debat Instituut op te zetten (de beide partners zijn er inmiddels weer uitgestapt). Nooit gedacht dat er een ondernemer in mij zat. Maar ik had en heb er heel veel plezier in. Het heeft alleen jaren geduurd voordat mensen in mijn omgeving het snapten.’ Inmiddels is het bedrijf van Van Grieken een gevestigde partij in “het debat”. Op veel fronten predikt hij zijn passie.

En zijn mening: ‘Ik stoor me vaak aan het opleuken van politieke debatten. Spelletjes, ludieke debatleiding, het getuigt van weinig respect voor de kie-zer. En ik vind het jammer dat er zoveel partijen zijn. Daardoor zijn standpun-ten op voorhand al troebeler dan in bijvoorbeeld Engeland, want er moet samengewerkt worden. Van mij mag de kiesdrempel flink omhoog.’

DAT POLITIEKE BEDRIJF IS DE CORE BUSINESS VAN TWEEDE KAMERLID OCKJE TELLEGEN. Hoewel ze aanvankelijk via het “diplo-matenklasje” haar droom verzilverde en werk in de frontlinie van Buitenlandse Zaken kreeg (directie Integratie Europa, ambassade Berlijn, Taskforce Iran) is ze uiteindelijk toch voor de politiek ge-gaan: ‘Ik ben overtuigd lid van de VVD, al sinds mijn studietijd. Mijn mening zat me tijdens het werk als ambtenaar wel eens in de weg. Iemand zei ooit tegen me: “Je bent te geopinieerd om een goed ambtenaar te zijn, je moet kie-zen.” Dat heb ik gedaan en mijn ambte-lijke pet verwisseld voor een politieke. Maar nu ik in de Tweede Kamer zit, ben ik juist iemand die minder met de waan van de dag bezig is en bij voorkeur ach-ter de schermen beleid maakt en zaken verwezenlijkt. Mijn kracht zal dus wel ergens in het midden liggen.’In 2006 stond Tellegen al op de lijst voor het Kamerlidmaatschap, maar op een onverkiesbare plek. In 2010 was een plek op de lijst geen optie: ‘Ik had een prachtbaan op de politieke afdeling van de ambassade in Berlijn, het epi-centrum van de Nederlandse belangen in Europa. Maar toen het kabinet in 2012 viel, was de tijd rijp. Ik had het politieke bedrijf vanuit talloze perspec-tieven ervaren en veel kennis van het

ragfijne spel tussen bestuur en politiek opgedaan.’ Ze kwam op nummer 32 op de lijst: ‘Dat leek aanvankelijk een spannende plek. Maar de VVD kreeg 41 zetels, dus ik mocht de Kamer in.’ Misschien niet letterlijk een battle-ground, de Tweede Kamer, maar zeker een competitieve omgeving: ‘Strijd tussen partijen, tussen Kamerleden onderling, het zijn 150 mensen die al-lemaal de zaak in een bepaalde richting willen duwen. Ik functioneer hier goed, probeer zoveel mogelijk trouw te blij-ven aan mijn eigen kompas. Als je maar goed genoeg weet wat je wilt bereiken en je goed voorbereidt en verdiept in de zaak, hoef je niet af te wijken van je koers. Dat vergt erg goed onderhande-len, zowel voor als achter de schermen.’Dat onderhandelen, het vermogen om de strijd aan te gaan, de schwung om je in groepen staande te houden, heeft Tel-legen grotendeels in Leiden ontwikkeld: ‘Nou ja, bevlogenheid, maatschappelijke

‘Wat ik van bestuurswerk heb geleerd, is dat organisaties mensenwerk zijn met uiteenlopende belangen’Roderik van Grieken

WAAR LEIDEN TOE KAN LEIDEN

>>

Roderik van Grieken

Page 41: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

LEIDRAAD 41

‘Leiden was academisch en sociaal zeer vormend’

Ockje Tellegen1993-1999: Geschiedenis (Vaderlandse en Europese) en internationaal recht (postdoctoraal). 2000-2002: medewerker VVD-Tweede Kamerlid Bibi de Vries. 2002-2006: assistent BZ-staatssecretaris Atzo Nicolai. 2007-2010: beleidsmedewerker ambassade Berlijn. 2010-2012: beleidsmedewerker BZ: Taskforce Iran. Sinds september 2012: lid Tweede Kamer VVD.

WAAR LEIDEN TOE KAN LEIDEN

Page 42: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

42 LEIDRAAD

betrokkenheid, dat zal best al latent in je karakter zitten. Maar in Leiden is dat maximaal geprikkeld en is het individu Ockje tot wasdom gekomen. Dat reali-seer je je overigens later pas, want voor mij waren het in eerste instantie vooral de vrijheid van het studentenleven en de zelfstandigheid die me gelukkig maakten. Gaandeweg word je je dan meer bewust van dingen, ontwikkel je maatschappelijke betrokkenheid en ga je jezelf echt ontplooien.’ Ook Frenken heeft in Leiden ontdekt dat ze graag het maximale uit zichzelf haalt, zij het dat haar speelveld anders is: ‘Ik heb strijd nodig. Mijn motivatie is niet de wil om te winnen, eerder de wil om niet te verliezen. Ik denk vaak: over mijn lijk dat ik verlies van die of die, of dat ik een bepaalde tijd op de ergometer niet haal. Ik geniet enorm van de perfecte haal, maar die is ondergeschikt aan het resultaat. Iedereen die gaat roeien kan een zeker niveau halen. Maar op een gegeven moment moet je kiezen: wil ik hier verder in en daar alles voor doen? Ik ben er fysiek en mentaal sterker en zelf-verzekerder door geworden en daar heb ik ook profijt van gehad in mijn studie.’ Strijd en competitie speelden voor Doek-sen nauwelijks een rol in zijn studietijd: ‘De studie verliep redelijk vlot, Rechten lag me. Misschien was Economie een logischer keuze geweest gezien mijn ambitie, maar dat zou me een stuk moeilijker zijn afgegaan. En in het so ciale leven voelde ik me thuis. De echte klap op mijn kop, mijn wake-up call, kreeg ik in mijn eerste baan in Londen. Dat was ineens aanpoten als 24-jarige tussen jongens van 21 die echte competitie gewend waren. Ik kwam er wel achter dat Rechten toch een prima basis is voor verbale weerbaarheid. Ik heb ook nooit meer de behoefte gehad om mijn MBA te halen, ik had genoeg gestudeerd, had tenslotte al een Master-degree. En na die eerste baan viel alles op zijn plek.’Van Grieken mocht in 2010 en 2012 het lijststrekkersdebat in Carré van RTL4 vormgeven. Het leverde een nominatie

voor de Beeld & Geluid Award op. Met zijn instituut is hij mede verantwoorde-lijk voor de groei van de debatcultuur in Nederland: ‘Nou, verantwoordelijk... we hebben een duwtje gegeven. Doelbe-wust, omdat veel mensen bang zijn voor het debat. Dat vind ik jammer. Daarom zijn we ook een onderwijsprogramma gestart. We verzorgen lesmateriaal, bezoeken honderden scholen per jaar en organiseren met Universiteit Leiden het NK Debatteren voor scholieren in het Kamerlingh Onnes Gebouw.’

IN DE TIJD DAT DOEKSEN STUDEERDE WAS ER NAUWELIJKS AANDACHT VOOR HET DEBAT: ‘Het was de tijd van de grote massa. Ik las de boeken, deed examen, maar kan me amper colleges herinneren. Ik ging er wel heen, hoor. Dat calvinistische ben ik nooit kwijtgeraakt: ik ging en ga nog al-tijd trouw naar kantoor.’ Calvinistisch of niet, het heeft hem ver gebracht: ‘Maar dat ligt minder aan mijn studietijd dan aan mijn ontwikkeling daarna. In dit vak moet je niet vies zijn van hard werken. En je moet met tegenstellingen kunnen omgaan. Nooit woedend weglopen, altijd zoeken naar oplossingen. Cruciale skills

om succesvol te zijn in de financiële sec-tor, die ik me vooral na de studie eigen heb gemaakt.’Tellegen heeft wel al in Leiden de basis onder haar huidige politieke carrière gesmeed. De studiekeuze Geschie-denis wees al in die richting (met een afstudeerscriptie over de PvdA-coryfee Van der Goes Van Naters). De wil om ook maatschappelijk van betekenis te zijn, deed de rest: ‘Dan is de stimulans die van zo’n studentenmilieu uitgaat belangrijk. Daardoor leerde ik spelender-wijs wat ik belangrijk vind en hoe ik kon strijden voor mijn overtuiging. Leiden was dus academisch en sociaal zeer vormend.’Competitiedrang kan je ook wel eens dwars zitten, zo heeft Frenken ervaren. Was haar keuze voor biologie al uit een zeker romantisch gevoel ingegeven - ik was een buitenkind, zat op scouting - een toekomst in dat vak is naar de achtergrond verdwenen. Ze concentreert zich nu volledig op die paar roeiwed-strijden per jaar: ‘Ik heb het idee dat ik er niets naast kan doen. Qua tijd wel, maar qua focus niet. Elk afleiding zie ik als schadelijk. Daar zou ik wel een betere balans in willen vinden.’Hoewel Van Grieken het zelf nog even ontkende, was eigenlijk vóór zijn komst naar Leiden al duidelijk waar zijn toe-komst lag. De daarvoor benodigde vaar-digheid heeft hij in Leiden aangescherpt door zijn bestuurswerk voor Augustinus en de faculteit, en door zijn deelname aan en organisatie van debatwedstrijden: ‘Daar was ik fanatiek in. Ook omdat het zo leuk is. Debatteren is hersengymnas-tiek, een verbaal spel. Je bespeelt het publiek, kunt functioneel boos zijn, kiest ongehinderd de aanval om een stand-punt te verdedigen. Een heel leuke vorm van competitie, en ik ben blij dat ik in Leiden de context gevonden heb om me daar verder in te bekwamen.’<

‘Mijn mening zat me tijdens het werk als ambtenaar wel eens in de weg’Ockje Tellegen

WAAR LEIDEN TOE KAN LEIDEN

Page 43: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

LEIDRAAD 43

EDITORIAL

LSC MINERVA JAAR 1964 – 50STE DIESOp zaterdag 25 oktober 2014 viert LSC Minerva Jaar 1964 haar vijftigste Dies. Tijdens het middagprogramma zal onder meer een jaargeschenk worden aangeboden aan Rector Magnificus Carel Stolker (voor de restauratie van de linkerwand van het Zweetkamertje) en bij het avondprogramma zijn een borrel en diner inbegrepen.Voor inschrijving en verdere informatie: www.LSC1964.nl of via het secretariaat van het jaarcomité LSC 1964: Robert Verwey ([email protected]) en Jan Willem Elte: ([email protected]).

VVSL 1964-2014: 50 JAARVijftig jaar geleden werden ruim 300 novie-ten lid van de VVSL. Het jaar 1964 wil dit feestelijk vieren op zaterdag 8 november 2014 in Leiden. Noteer deze dag alvast!We zoeken nog contactgegevens van de volgende personen (liefst e-mailadressen): A.J.A.Avezaat, R.Beunder, H.M.Boon, A.N.Bos, C.P.M.Bosman, T.M.Bot, W.Breederveld, A.H.Clemens, J.T.Cruson, Y.H.Daamen, E.Dieperink, H.N.R.Drabbe, M.E.Drijver, M.J.Duppen, M.C.E.v.d.Eem, G.M.Eman, V.M.C.v.Geen, L.M.J.Geurts, M.Gobel, N.R.Henry, A.L.J.Holierhoek, R.J.Hupkes, M.Hustinx, C.B.M.L.Italiaander, N.J.Jacobs, A.M.Karreman, R,Kleinbussink, W.A.Koch, C.T.M.Kool, F.A.M.Koops,M.A.Kok,M.M.Kreugel, C.Loopuyt, A.M.A.Maeyer, M.W.v.Manen, M.E.Neering, H.Polack, E.Postma, M.Schelfhout, F.W.Schram, J.A.Schram, M.F.Slotboom, E.T.v.Sluis, H.J.T.L.M.Smeets, M.Snell, A.C.M.v.d.Toorn, M.Vaas,

LEIDRAAD 43

VERENIGINGSNIEUWS

MINERVA – LUSTRUM EN MASKERADEIn de tijd dat de Universiteit Leiden samen met het Leidse Studenten Corps haar lustra vierde, was de maskerade een hoogtepunt in de stad. Een maskerade is een optocht waarbij studenten zich verkleden in histori-sche kostuums rond een bepaald thema, vaak een belangrijk personage uit de Nederlandse geschiedenis. Vooral de maskerades van 1905 en 1910 waren enorme hoogtepunten in de geschiedenis van Leiden en de universiteit. Het 200-jarig bestaan van sociëteit Minerva is hét moment om tradities in ere te herstel-len en daarbij het oog op de toekomst te houden. Vele elementen van de maskerade worden daarom toegevoegd aan de traditio-nele Intocht der reünisten. De studenten van L.S.V. Minerva nemen het initiatief om op zaterdagmiddag 28 juni de geschiedenis van Minerva en de band met de Universiteit Leiden en de stad op een spectaculaire manier uit te beelden. Aangrijpende mo-menten uit de geschiedenis, zoals de Tiendaagse Veldtocht en het leven van Soldaat van Oranje worden uitgebeeld door middel van tableaux vivants. Ook lopen de reünisten samen met hun jaargenoten mee in de tocht door Leiden. In samenwerking met Burgersdijk & Niermans en prof.dr. Willem Otterspeer, hoogleraar Universiteitsgeschiedenis aan de Universiteit Leiden, wordt er tevens een speciaal boekwerk uitgegeven, inclusief een leporello van de gehele maskerade. Reünisten van Minerva kunnen zich aan- melden voor het reünistenweekend van 28 en 29 juni op: www.lustrumminerva.nl/reunisten.

Links: Ter gelegenheid van het 200-jarig bestaan van de vereni-ging, blaast Minerva de maskerade nieuw leven in. Rechts: Quintus viert dit jaar het zevende lustrum.

M.A.Verbist, J.M.Verhulst, C.v.d.Weerd, Y.Wierda, H.G.J.Zondervan. Stuur uw e-mail naar: [email protected].

QUINTUS – 35 JAARDit jaar viert Quintus het zevende lustrum ofwel het 35-jarig bestaan. De reünisten vieren dat op zaterdag 12 juli tijdens het grote lustrumfeest. Overdag zijn alle reünis-ten en hun kinderen welkom in de Hortus botanicus in Leiden met een spannend programma voor kinderen van alle leeftij-den, muziek, drankjes en lekkere hapjes. Professor Otterspeer geeft om 14.00 uur een lezing over de (soms hilarische) univer-siteitsgeschiedenis. Hiervoor aanmelden verplicht. ‘s Avonds gaat het feest door op Quintus met een spetterend feest met live muziek.Meer informatie:www.reunistenquintus.nl.

AUGUSTINUS – CONTACTGEGEVENS Dit bestuursjaar besteedt het 123ste bestuur van de L.V.V.S. Augustinus veel aandacht aan het optimaliseren van haar reünistenbestand. U hebt daarover mis-schien ook al een e-mail ontvangen. Alle reünisten van Augustinus worden opgeroe-pen hun actuele contactgegevens door te geven aan onze administratie. Dit kan via [email protected]. Uw mede-werking wordt zeer op prijsgesteld.

Page 44: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

44 LEIDRAAD

ALUMNI MET EEN SLEUTELROLOp 31 oktober organiseert het LUF voor het vijfde jaar op rij het Fun(d)diner. Deze diners, exclusief voor Sleuteldragers, zijn een enorm succes. Dit jaar kunnen álle Sleuteldragers genieten van een uniek diner op een bijzondere Leidse lo-catie, terwijl vooraanstaande Leidse wetenschappers hen bijpraten over de laatste ontwikkelingen van de universiteit en de wetenschap.Beeld: Marc de Haan

SLEUTELDRAGERS VAN DE UNI­VERSITEIT LEIDEN HEBBEN EEN STREEPJE VOOR. Zo ontvangen zij uitnodigingen voor bijzondere acti-viteiten, zoals lezingen van het Leids Universiteits Fonds (LUF), de dies natalis op 8 februari, de opening van het academisch jaar en de jaarlijkse Sleuteldragersdag. ‘Sleuteldragers zijn alumni die zich nauw betrokken voelen bij de universiteit’, vertelt mr. Stan de Klerk-Waller, voorzitter van het LUF. ‘Met hun langjarige financiële bijdrage maken zij tal van activiteiten en onder-zoeken mogelijk.’

Voor Sleuteldragers is het Fun(d)-diner het onbetwiste hoogtepunt.Tijdens deze avond, gehouden op een aansprekende Leidse locatie, worden (aspirant-)Sleuteldragers verwelkomd door de Rector Magnificus en door de voorzitter van het LUF. Nadat de

Sleuteldragers zijn bijgepraat over de ontwikkelingen binnen de universi-teit, delen studenten en hoogleraren de resultaten van hun onderzoek met de zaal. Vaak is dat onderzoek mede mogelijk gemaakt door een bijdrage

van het LUF. De Klerk-Waller: ‘We willen Sleuteldragers graag op de hoogte houden van hetgeen zij met hun giften mogelijk maken. Vaak ontmoeten de gasten jaargenoten en vrienden – ook daarvoor is het Fun(d)diner een mooie gelegenheid.’

Inspirerend dinerHet LUF hoort van veel Sleuteldragers

‘Iedereen is van harte welkom om zich aan te melden als Sleuteldrager’

>>

SLEUTELDRAGERS

Page 45: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

LEIDRAAD 45

>>

SLEUTELDRAGERS

Het Fun(d)diner is een succesvol initiatief dat door tal van bekende en minder bekende alumni wordt bezocht. Bij het vorige diner waren onder andere minister Melanie Schultz van Haegen, Roderik van Grieken (boven) en premier Mark Rutte (onder) aanwezig.

Page 46: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

46 LEIDRAAD

dat ze het diner geweldig vonden en dat ze het heel jammer vinden dat het eenmalig was. De Klerk-Waller: ‘Het weerzien met oud-studiegenoten, verrassende ontmoetingen met beken-den, de entourage van het Rijksmuse-um van Oudheden, de borrel achteraf in L’Espérance – al deze elementen vinden de Sleuteldragers waardevol. Maar vooral dat ze betrokken wor-den bij de universiteit wordt enorm gewaardeerd. Veel alumni raken door de sprekers zo geïnspireerd dat zij die band verder willen vormgeven.’

Tot nu toe verliep het uitnodigen van de gasten via zogenaamde tafelhoof-den: enthousiaste Sleuteldragers die acht tot tien alumni die ook Sleutel-drager willen worden, uitnodigen om aan hun tafel plaats te nemen tijdens het Fun(d)diner. De Klerk-Waller: ‘Dat doen we dit jaar ook. Daarnaast

worden dit jaar alle Sleuteldragers uitgenodigd om, al of niet vergezeld van aankomende Sleuteldragers, aan te schuiven bij dit prachtige diner. Hiermee komen we tegemoet aan de wens van onze huidige Sleuteldragers om meer dan eens aanwezig te kunnen zijn bij het diner.’

Het Fun(d)diner 2014 zal plaatsvinden op vrijdag 31 oktober. Aan het diner zijn geen kosten verbonden voor aankomende Sleuteldragers, Sleutel-

dragers die één of meer nieuwe leden aandragen en Sleuteldragers die hun Sleuteldragerschap vernieuwen. Een vrijwillige bijdrage is natuurlijk altijd welkom. Aan alle overige Sleuteldra-gers wordt een bijdrage gevraagd. Ove-rigens is het beslist niet zo dat aanko-mend Sleuteldragers alleen door een bestaand lid kunnen worden aangedra-gen. ‘Iedereen is van harte welkom om zich aan te melden als Sleuteldrager’, benadrukt De Klerk-Waller. ‘Hoe meer Sleuteldragers, hoe meer we kunnen betekenen voor de universiteit!’

Betrokkenheid vergrotenDe Klerk-Waller hoopt dat deze opzet van het Fun(d)diner tot nog grotere betrokkenheid van de groep Sleuteldragers leidt. ‘We willen de huidige en toekomstige Sleuteldragers een mooie inspirerende avond bieden waarop zij de betrokkenheid bij hun

universiteit weer echt ervaren. Zo is tijdens het afgelopen Fun(d)diner onder meer de samenwerking met Leiden, Delft en Rotterdam ter sprake gekomen. Een zeer actueel onderwerp voor onze universiteit, waarover we alumni graag informeren.’ Natuurlijk zijn er ook ambities met betrekking tot de groei van het aantal Sleuteldragers. De Klerk-Waller: ‘Ons doel is het continu uitbreiden van de groep van Sleuteldragers. Het zou prachtig zijn als we dit jaar ten minste

honderd nieuwe Sleuteldragers krij-gen. De extra fondsen die we daarmee verwerven, kunnen we direct inzetten. We zien namelijk dat de mogelijkhe-den voor studenten en wetenschap-pers de laatste jaren steeds beperkter worden. Het LUF wil de student en de wetenschapper van nu stimuleren zichbreed te ontwikkelen en hen bijvoor-beeld ook over de landgrenzen en vakgrenzen heen laten kijken. Dit kan immers het verschil maken tussen goed en excellent onderzoek. Door financiële steun te bieden, kan het LUF hieraan bijdragen. Daarvoor heeft het LUF extra geld nodig. De bijdragen vanuit het Sleuteldragersnetwerk zijn hierbij essentieel.’De voorzitter van het LUF besluit: ‘Het zou toch geweldig zijn als we in 2015, het lustrumjaar van de Universi-teit Leiden en van het LUF, de 600ste Sleuteldrager zouden mogen verwel-komen.’ <

‘Ons doel is het continu uitbreiden van de groep van Sleuteldragers’

SLEUTELDRAGERS

Page 47: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

LEIDRAAD 47

Sluit u aan als Sleuteldrager!Het LUF ondersteunt onderwijs en onderzoek aan de Universiteit Leiden dankzij de jaarlijkse donaties en schenkingen van vele alumni en met het rendement op haar vermogen. Sleuteldragers vervullen hierin een belangrij-ke rol: doordat zij het LUF over een langere periode steunen met een aanmer-kelijk bedrag, vergroten zij de structurele steun aan de universiteit. Op dit moment zijn er 415 Sleuteldragers. Zij ontvangen persoonlijke uitnodigingen voor evenementen van het LUF en de Universiteit Leiden en zijn lid van een exclusieve LinkedIn-groep.Sleuteldragers doneren gedurende een periode van vijf jaar jaarlijks mi-nimaal 500 euro. Voor echtparen is een speciale regeling ontwikkeld. Zij doneren een bedrag van minimaal 750 euro per jaar gedurende een periode van vijf jaar. In één keer doneren kan ook, op rekeningnummer NL86 ING B000 3930464 ten name van het Leids Universiteits Fonds te Leiden, onder vermelding van “Sleuteldrager”. Dankzij de ANBI-status van het LUF is uw donatie fiscaal aftrekbaar. Het Sleuteldragerschap geldt voor de periode van vijf jaar en kan daarna vanzelfsprekend worden verlengd.

Wilt u ook aanwezig zijn bij het Fun(d)diner op 31 oktober en Sleuteldrager worden? Neem dan contact op met mw. Annah R. Neve, directeur van het Leids Universiteits Fonds, via telefoonnummer (071) 513 05 03 of via [email protected] informatie over het Sleuteldragerschap en alle voordelen die dit biedt, vindt u op: www.luf.nl/alumni/sleuteldragers.

Universiteit en geldstromenDe Universiteit Leiden krijgt op verschillende manieren geld voor onderwijs en onderzoek. De eerste geldstroom is afkomstig van het ministe-rie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen. Via het NWO en andere organisaties wordt geld verdeeld onder universiteiten op basis van ex-cellent onderwijs en onderzoek. Dit is de tweede geldstroom. Het geld dat binnenkomt voor contractonderwijs en -onderzoek is de derde geldstroom. Giften van alumni tot slot worden de vierde geldstroom genoemd. Universiteiten zijn steeds meer aangewezen op de derde en vierde geldstroom. Alumni kunnen hieraan een grote bijdrage leveren. In andere landen, zoals de Verenigde Staten en Groot-Brit-tannië, is dit al heel normaal. In Nederland moet dit fenomeen nog groeien. Gelukkig loopt de Universiteit Leiden hierin voorop en en zijn er steeds meer Leidse alumni die bijdragen. Jaar-lijks doneren meer dan 10.000 alumni aan het LUF. De Sleuteldragers zijn daarbij een belangrijke groep.

Alexander Rinnooy-Kan in gesprek met Hermine Voȗte, lid van het Algemeen Bestuur van het LUF.

SLEUTELDRAGERS

Page 48: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

48 LEIDRAAD

EDITORIAL

48 LEIDRAAD

HAAGSE THRILLERWie volgt de vermoorde staatssecretaris van Veiligheid en Justitie op? In haar derde thriller, Noodtoestand, biedt alumna en Algemeen Dagblad-journaliste Ellen den Hollander een (fictief) kijkje achter de schermen van politiek Den Haag. De beoogde opvolger van de staatssecretaris is een vakkundige criminoloog die ook de politieke klappen van de zweep kent. De vraag is of hij opgewassen zal blijken tegen de enorme taak die voor hem ligt. En belangrijker: loopt deze man zelf geen gevaar?

Noodtoestand – Ellen den Hollander. Uitgeverij Querido, 2014. ISBN 978 90 214 5476 4.

DE SINOLOGISCHE TRADITIENederland kent een lange, rijke traditie in het bestuderen van China en de Chinese taal en cul-tuur. Voor het eerst zijn nu, on-der redactie van alumnus prof.dr. Wilt. L. Idema van Harvard University, artikelen gebundeld die een beeld schetsen van de historische ontwikkeling van dit vakgebied vanaf het midden van de negentiende eeuw. Ze bieden inzicht in het Nederlandse onderzoek naar verschillende disciplines binnen Chinese studies. Bijdrages van onder andere Leonard Blussé, Maghiel van Crevel, Frank Pieke en Rint Sybesma houden het Leidse aandeel hoog.

Chinese Studies in the Netherlands. Past, Present and Future – Wilt L. Idema. BRILL 2013, ISBN 13 978 900 422 5916.

NAOORLOGSE INTRIGESHet lijkt wel een spannende spionageroman, maar het boek van alumnus Jochem Botman is beslist geen fictie. Hij beschrijft in De intriges van de gebroe-ders Sassen het leven van de broers Wim en Alfons Sassen, die beiden een belangrijke rol speelden in de naoorlogse schemerwereld waarin oorlogs-misdadigers werden ingezet om Duitse weerwolfnetwerken en communistische cellen bloot te leggen. Als de broers vervolgd dreigen te raken, wijken ze uit naar Latijns-Amerika, waar ze worden opgenomen in de gemeenschap van uitgeweken nazi’s. Via dit netwerk, waarin zij met Adolf Eichmann, Josef Mengele en Klaus Barbie bevriend raken, komen de Sassens terecht in de wereld van internationale wapenhan-del en huursoldaten.

De intriges van de gebroeders Sassen – Jochem Botman. Uitgeverij Aspekt, 2013. ISBN: 978 946 153 3579.

DREES: BIOGRAFIE VOLTOOIDNa jarenlang onderzoek is de po-litieke biografie van Willem Drees eindelijk voltooid. Al in 1973 vroeg oud-premier Willem Drees de Leidse hoogleraar politicologie Hans Daalder om zijn biografie te schrijven. Daalder had Drees al eerder overgehaald om een boek te schrijven over diens ervaringen als minister-president en de twee hadden sindsdien geregeld contact. Pas in 1993 echter na zijn emeritaat had Daalder tijd om het noodzakelijke onderzoek voor de biografie ter verrichten. Een subsidie van het Prins Bernhard Cultuurfonds maakte het mogelijk om Leids alumnus Jelle Gaemers van begin af aan hierbij te betrekken. De eerste vier delen van de biografie verschenen tussen 2003 en 2006. Het vijfde en laatste deel werd op 17 maart jongstleden in Den Haag gepresenteerd.

Premier en elder statesman. Willem Drees 1886-1988. De jaren 1948-1988 – Hans Daalder, Jelle Gaemers. Uitgeverij Balans, 2014. ISBN 978 94 6003 715 3.

INSPIRATIEEEN SELECTIE UIT PUBLICATIES VAN DE UNIVERSITEIT LEIDEN, HAAR MEDEWERKERS EN HAAR ALUMNI.

Page 49: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

LEIDRAAD 49

HET BOEDDHISME ONDER DE LOEP

Als jonge Japanse uitwisselingsstudent kreeg Numata de mogelijkheid om Engineering te studeren aan de Universiteit van Berkeley. Terug in Japan richtte hij in 1934 met zijn pas verworven kennis de zeer succesvolle onderneming Mitutoyo Manufacturing Company op, die uitgroeide tot wereldleider in precisiemeetinstrumenten. Als dank voor zoveel succes besloot hij in 1965, ter gelegenheid van het dertigjarig be-staan van zijn bedrijf, een actieve bijdrage te leveren aan een betere, vreedzame wereld. Het middel dat hij daarvoor wilde inzetten, stond hem helder voor ogen: het boeddhistische gedachtegoed. Hij richtte daartoe de stichting Bukkyo Dendo Kyokai (BDK) op, die onder andere de werken van Boeddha in vrijwel alle wereldtalen liet vertalen.

In 1984 lanceerde Numata vervolgens het Numata­pro­gramma, om de kennis van het boeddhisme binnen de academische wereld te vergroten. De eerste Numata-leerstoel werd ingesteld aan zijn alma mater in Californië. In 1991 was de Universiteit Leiden de eerste universiteit in Europa die een Numata-leerstoel kreeg. Daarna volgden ook in Hamburg, Wenen, Oxford vergelijkbare leerstoelen. De Numata-leerstoel valt onder de faculteit Geesteswetenschappen en wordt sinds 2007 begeleid door prof.dr. Jonathan Silk, hoogleraar Bud-dhist Studies. In het kader van de Numata leerstoel nodigt hij elke twee jaar een buitenlandse hoogleraar uit om enkele maanden in Leiden te verblijven en met studenten, promo-vendi en andere belangstellenden het boeddhisme vanuit een wetenschappelijke invalshoek te bestuderen. Hierbij wordt gekeken naar de tradities van het boeddhisme, waar mogelijk aan de hand van authentieke materialen. Er worden twee cursussen verzorgd: een voor bachelorstudenten en een voor masterstudenten. Beide cursussen zijn ook toegankelijk voor studenten van andere universiteiten dan Leiden, om het bereik te maximaliseren. In 2013 zijn de fondsen die BDK sinds 1991 heeft opgebouwd voor de Leidse Numata Chair ondergebracht in het Numata Chair in Buddhist Studies Fonds van het Leids Universiteits Fonds (LUF). Hiermee is de continuïteit van de leerstoel verze-kerd. <Voor meer informatie over het LUF en deze bijzondere leerstoel: www.luf.nl/numata­chair.

NUMATA LEERSTOEL

Een vreedzame wereld creëren door studenten en toekomstige wereldleiders in contact te brengen met het boeddhisme – dat was de missie van dr. Yehan Numata, oprichter van de Numata-leerstoel in Leiden.

Page 50: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

LEIDSE UNIVERSITAIRE SCRIPTIEPRIJZEN 2014 Met haar scriptie Almost the best of three worlds: The switch model selection criterion for single parameter exponential families heeft Stéphanie van der Pas de eerste prijs gewonnen bij de uitreiking van de Leidse Universitaire Scriptieprijzen 2014. Zij sloot de masteropleiding Toegepaste Wiskunde (W&N) met deze scriptie cum laude af. De jury van de scriptieprijzen, bestaande uit vertegenwoordigers van de Minerva-reünisten 1957/1961 en de leden van de Commissie Wetenschappelijke Bestedingen van het LUF, omschreef de scriptie van Van der Pas als ‘briljant, humoristisch en van brede betekenis voor de wetenschappelijke praktijk’. Sabine Cuijpers won de tweede prijs (Biomedische Wetenschappen, LUMC) , de derde prijs ging naar Nora Dörrenbächer (Political Science and Public Administration, FSW).

BIJZONDERE LEERSTOELEN VANWEGE HET LUF Het LUF maakt een aantal bijzondere leerstoelen mogelijk, verdeeld over de verschillende faculteiten. Er zijn nu vijftien van deze bijzondere leerstoelen vanwege het LUF. Nieuw ingesteld in 2013 is de leerstoel Bouwhistorie en erfgoed (Archeologie). Deze wordt bekleed door prof.dr. D.J. de Vries.

BESCHERMVROUWEHare Koninklijke Hoogheid Prinses Beatrix is beschermvrouwe van het Leids Universiteits Fonds. Het LUF voelt zich vereerd met de beslissing van Hare Koninklijke Hoogheid om ook na de abdicatie beschermvrouwe van het LUF te blijven.

TYPISCH LEIDSE WETENSCHAP DANKZIJ UW STEUN!Wetenschap die 200% Leiden is. Vanwege de bijzondere invalshoeken, het

baanbrekende onderzoek, de bevlogen wetenschappers en de academische topkwaliteit. Daar zet het Leids Universiteits Fonds (LUF) zich al ruim een eeuw voor in. Het LUF kan dit doen dankzij de donaties van Leidse alumni. In 2013 ontving het LUF 2.096.000 euro aan donaties, schenkingen en legaten. Het LUF is de meer dan tienduizend alumni die doneerden heel dankbaar.

Wilt u ook in 2014 innovatief en ambitieus onderzoek mogelijk maken?U kunt uw zeer gewaardeerde bijdrage overmaken op IBAN: NL16 INGB 0000 164535 ten name van het Leids Universiteits Fonds te Leiden onder vermelding van “donatie”. U kunt uw donatie ook online regelen via www.LUF.nl/doneren.

Wij danken u hartelijk voor uw bijdrage aan de Leidse wetenschap!

IN MEMORIAM In het afgelopen half jaar heeft het Leids Universiteits Fonds afscheid moeten nemen van twee ereleden. Het LUF gedenkt hen met grote dankbaarheid voor hun inzet voor het LUF en de universiteit, en koestert de warme herinneringen aan deze erudiete, innemende persoonlijkheden.

Piet Cleveringa overleed op 4 december 2013. Mr. P. Cleveringa (29 juli 1917) studeerde van 1937 tot 1942 Rechten in Leiden. Cleveringa was van 1982 tot en met 1988 voorzitter van het Dagelijks Bestuur van het LUF.

Seerp Gratama overleed op 7 februari 2014. Mr. S. Gratama (6 februari 1924) kwam in 1945 aan in Leiden om Rechten te studeren. Gratama was voorzitter van het Dagelijks Bestuur van het LUF van 1988 tot en met 1994.

LUF NIEUWS

Links: De prijswinnares-sen op een rij van links naar rechts: Sabine Kuijpers, Stéphanie van der Pas en Nora Dörrenbächer.Rechts: Prinses Beatrix blijft beschermvrouwe van het LUF.

50 LEIDRAAD

Page 51: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

MR. P. HEERING SR. FONDS Ter nagedachtenis aan zijn vader heeft mr. P. Heering met een schenking van 150.000 euro een nieuw Fonds op Naam ingesteld. Mr. P. Heering sr. was van 1961 tot 1971 voorzitter van het LUF en leverde in deze periode een belangrijke bijdrage aan de modernisering van het LUF. Daarnaast heeft het LUF onder zijn voorzitterschap vele grote schenkingen en legaten ontvangen. De doelstelling van het Mr. P. Heering sr. Fonds is studenten van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid van de Universiteit Leiden in staat te stellen ervaring op te doen in het buitenland op het gebied van Europees en Internationaal recht, door het verstrekken van beurzen aan individuele studenten.

MEDE DANKZIJ HET LUF: SPECIALE BRIL VOOR SLECHTHORENDENHet onderzoek van prof.dr. Niels O. Schiller, Automatische tekstreductie bij real-time ondertiteling voor doven en slechthorenden, richt zich op een praktische oplossing voor doven en slechthorenden. Zij kunnen door middel van een bril met real-time ondertiteling een gesprek voeren en iemand in de ogen kijken in plaats van zich te concentreren op de lippen of gebaren. Dit project kreeg in 2013 subsidie van het LUF en de Gratama Stichting.Schiller (Leiden University Centre for Linguistics, LUCL) heeft in samenwerking met dr.ir. Michiel van Overbeek en Barend Nieuwendijk van de maatschap OORZAAK de bril SpraakZien ontwikkeld. Het is een videobril die uit spraakherkenning gegenereerde tekst op het glas projecteert, zodat de gebruiker een gesprek kan meelezen. Er moet nog veel gebeuren alvorens de bril op de markt komt. Lezen gaat namelijk langzamer dan spreken, wat betekent dat in het conversieproces van spraak naar tekst een reductie moet worden toegepast.Het komende jaar gaat een team van onderzoekers gesproken tekst vergelijken met gereduceerde tekst die op de bril geprojecteerd kan worden. Met de vergelijking van grammaticale informatie tussen de twee teksten hopen de onderzoekers regels te ontdekken om tekst automatisch te reduceren. Het team dat werkt aan SpraakZien staat voor een grote uitdaging, maar heeft ook een zeldzame kans om uiterst theoretisch, grammaticaal onderzoek te combineren met het werken aan een product dat het leven van veel mensen positief zal beïnvloeden.

LUF VOOR ALUMNI

LEIDRAAD 51

SCHENKINGEN EN LEGATENHet LUF ontving de afgelopen maanden onder meer de volgende schenkingen:

• 306.790 euro van Bukkyô Dendô Kyôkai (BDK; Society for the Promotion of Buddhism) voor het Numata Chair in Buddhist Studies Fonds. (Zie ook pagina 49)• 166.657 euro van Gieskes-Strijbis Fonds als toevoeging aan het Gieskes Fonds• 150.000 euro van mr. P. Heering voor het Mr. P. Heering sr. Fonds (zie rechts)• 100.000 euro als toevoeging aan het Betsy Brouwer Fonds• 82.500 euro als toevoeging aan het Fonds UNICEF Chair Children’s Rights• 50.000 euro van mr. F.B. Durksz voor het Cella Durksz Fonds. Daarnaast ontving het LUF de nalatenschap van mw. M.S.H. Mulder-Hamelers, 150.000 euro ten behoeve van het Mulder-Hamelers Fonds.

foto: Marijn van ‘t Veer

Deze videobril wordt doorontwik-keld om real-time ondertiteling te bieden aan doven en slechtho-renden.

Page 52: Leidraad zomer 2014 Universiteit Leiden

Het Zweetkamertje is dringend aan restauratie toe: de handtekeningen van talloze alumni dreigen verloren te gaan. Help mee om deze mooie traditie te redden!

TIJDENS RECENTE ONDERHOUDSWERKZAAMHEDEN IN HET ACADEMIEGEBOUW IS GEBLEKEN DAT DE WANDEN VAN HET ZWEETKAMERTJE DRINGEND AAN RESTAURA­TIE TOE ZIJN. Op diverse plekken op de muren laat de kalklaag los, waardoor de handtekeningen van vele Leidse alumni verloren dreigen te gaan.

Renovatie is dringend nodig. Corrie van Maris, als collectiespecia-list verantwoordelijk voor de historische onderdelen van het Academiegebouw: ‘We doen er alles aan om deze plek, waar zoveel Leidse alumni bijzondere herinneringen aan hebben, in goede staat te houden. Op dit moment echter zijn de wanden van het Zweetkamertje in zeer slechte toestand. We moeten snel iets doen om deze bijzondere plek en alle handtekeningen te behou-den.’

Wij vragen u om een bijdrage aan de restauratie van het Zweet-kamertje . U kunt uw donatie overmaken op www.steunleiden.nl. Elk bedrag is welkom: samen kunnen wij de wanden weer in oorspronkelijke staat herstellen. Zo blijft het Zweetkamertje met alle handtekeningen behouden voor de toekomst. Alvast hartelijk dank voor uw steun!

WWW.STEUNLEIDEN.NL

Red het Zweetkamertje!