Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 ›...

34
Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid Hygiënerichtlijnen voor GGD’en Augustus 2012

Transcript of Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 ›...

Page 1: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid Hygiënerichtlijnen voor GGD’en

Augustus 2012

Page 2: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

Colofon

De Hygiënerichtlijnen voor GGD’en zijn in 2007 opgesteld, herzien in 2009 en in 2012, met medewerking van de volgende GGD’en en organisaties:

GGD Amsterdam

GGD Flevoland

GGD Gelre-IJssel

GGD Gooi en Vechtstreek

GGD Midden-Nederland

GGD Regio Nijmegen

GGD Regio Noord-Veluwe

GGD Regio Twente

Hulpverlening Gelderland Midden Deze uitgave is te downloaden via: www.lchv.nl

Contact Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid

Postbus 2200 1000 CE Amsterdam T 020 555 54 15 F 020 555 56 71 E-mail: [email protected] Web: www.lchv.nl © Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 2 van 34

Page 3: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

Inhoud

Colofon 2

Begrippen en afkortingen 5

1 Inleiding 6 1.1 Voor wie zijn deze richtlijnen bedoeld? 6 1.2 Opbouw richtlijnen 6 1.3 Waarom is een goede hygiëne belangrijk? 7 1.4 Wat zijn micro-organismen? 7 1.5 Hoe verspreiden micro-organismen zich? 7 1.6 Hoe kunnen infectierisico’s worden beperkt? 8

2 Algemene voorzorgsmaatregelen medewerkers 9 2.1 Handhygiëne 9

2.1.1 Algemeen 9 2.1.2 Wanneer is een goede handhygiëne van belang? 10 2.1.3 Techniek handreiniging 10 2.1.4 Techniek handdesinfectie 11

2.2 Persoonlijke hygiëne 11 2.2.1 Eigen kleding 11 2.2.2 Haren en nagels 11 2.2.3 Sieraden 12 2.2.4 Wondjes 12 2.2.5 Eten, drinken, en roken 12 2.2.6 Zakdoeken 12

2.3 Desinfectie van de huid 12 2.4 Persoonlijke beschermingsmiddelen 12

2.4.1 Handschoenen 13 2.4.2 Beschermende kleding 13 2.4.3 Mondneusmaskers 13

3 Preventie en vaccinatiebeleid 15 3.1 Hepatitis B, C en hiv 15 3.2 Tuberculose screening 15 3.3 Medewerker met een infectieuze aandoening 16 3.4 Zwangerschap en infectieziekten 16

4 Bouw en inrichting 17 4.1 Ruimten 17

4.1.1 Behandel- , onderzoeks- en/of spreekkamer 17 4.1.2 Röntgenkamer 17 4.1.3 Sputuminductiekamer 17 4.1.4 Toiletten 18 4.1.5 Wachtruimte 18 4.1.6 Mobiele units 18 4.1.7 Werkzaamheden op locatie 19 4.1.8 Consultatiebureaus 19 4.1.9 Behandelkamers SOA polikliniek 19

5 Opslag materialen en goederen 21 5.1 Kasten 21 5.2 Koelkasten 21 5.3 Goederen met een beperkte houdbaarheidsdatum 21 5.4 Steriele materialen 22

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 3 van 34

Page 4: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

5.5 Diagnostisch materiaal 22

6 Reinigen en desinfectie 23 6.1 Algemeen 23 6.2 Reinigen 23 6.3 Desinfectie 23

6.3.1 Mengschema chlooroplossingen 24 6.3.2 Oppervlaktedesinfectie met een chlooroplossing 24 6.3.3 Oppervlaktedesinfectie met alcohol 70% 24

6.4 Schoonmaakmateriaal 25 6.4.1 Borstels 25 6.4.2 Emmers 25 6.4.3 Materiaalwagen 25 6.4.4 Microvezeldoekje 25 6.4.5 Moppen 26 6.4.6 Reinigingsmiddelen 26 6.4.7 Sopdoeken 26 6.4.8 Sponzen 26 6.4.9 Stofwisapparaat 26 6.4.10 Stofzuigers 26 6.4.11 Werkkast 26

7 Afval 27 7.1 Huishoudafval 27 7.2 Specifiek afval 28

8 Dierplaagbeheersing 29

9 Literatuur 30

10 Bijlagen 32 10.1 Reinigingsschema en methoden van reiniging 32 10.2 Ventilatievoud en ultraviolette straling 33

10.2.1 Ventilatievoud 33 10.2.2 Ultraviolette straling 34

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 4 van 34

Page 5: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

Begrippen en afkortingen

BCG-vaccin

Bacille Calmette en Guérin (BCG) is een vaccin tegen tuberculose dat gemaakt wordt van verzwakte levende bij runderen voorkomende, Mycobacterium bovis, dat zijn kracht bij mensen heeft verloren door een jarenlange speciale kweek in een kunstmatig medium. De mycobacteriën hebben genoeg kracht behouden om een matig effectief vaccin te zijn voor het voorkomen van menselijke tuberculose.

CE markering

CE staat voor conformiteit met de Europese richtlijnen. De CE markering is een conformiteitsteken (een soort productlabel) wat een fabrikant aanbrengt op zijn product nadat hij dat product in overeenstemming heeft gebracht met de eisen die er door de Europese Unie aan gesteld zijn. Pas daarna mag het product binnen de EU op de markt gebracht worden.

Ctgb College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden. Het Ctgb oordeelt over de toelating van bestrijdingmiddelen op basis van Europees geharmoniseerde wet- en regelgeving.

Excreta Uit- en afscheiding van voor het lichaam of de cel onbruikbare stoffen. Voorbeelden hiervan zijn sputum, urine en feces.

FIFO FIFO staat voor het ‘first-in-first-out’ principe, dat gebruikt wordt voor het opslaan van producten met een beperkte houdbaarheid, waarbij producten met de kortste houdbaarheidstermijn vooraan worden geplaatst.

HBV Hepatitis B virus IGRA Interferon Gamma Release Assay. Dit is een bloedtest ter controle op

tbc bij personen met een tuberculinehuidtest groter dan of gelijk aan 5 mm, of die eerder een positieve tuberculinehuidtest hadden.

LCHV Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid. ppm De Engelse afkorting ppm staat voor parts per million, oftewel delen

per miljoen en past in het rijtje procent ("per honderd") en promille ("per duizend"). Dat wil dus zeggen dat 1 ppm één deel in 1.000.000 is ofwel duizend keer minder dan een promille. In een overzichtelijk rijtje:1 procent = 10-2, 1 promille = 10-3, 1 ppm = 10-6.

RIVM Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu. RVG nummer

Elk geneesmiddel dat in Nederland in de handel mag zijn, heeft een uniek registratienummer. Nationaal geregistreerde geneesmiddelen hebben een RVG nummer. Het RVG nummer wordt toegekend door het "College ter Beoordeling van Geneesmiddelen" en gepubliceerd in het Register van Verpakte Geneesmiddelen.

Secreta Afscheiding door een cel of orgaan van stoffen die een functie hebben in het buitenmilieu. Voorbeelden hiervan zijn speeksel of talg.

THT Tuberculinehuidtest, ook wel bekend als een Mantouxtest, die gebruikt wordt ter controle op tbc.

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 5 van 34

Page 6: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

1 Inleiding

Deze richtlijnen zijn bedoeld als leidraad voor het hygiënisch werken binnen de GGD’en. Middels hygiënisch werken kan voorkomen worden dat overdracht van micro-organismen plaatsvindt van cliënt naar cliënt, van medewerker naar medewerker en van cliënt naar medewerker en vice versa. GGD’en vallen onder de kwaliteitswet Zorginstellingen. De Kwaliteitswet stelt dat betrokken instellingen de verantwoordelijkheid hebben om het risico van infecties zo laag mogelijk te maken. De Inspectie voor de Gezondheidszorg treedt hierbij op als toezichthouder. Daarnaast heeft de werkgever in het kader van de arbowetgeving de verplichting om zijn medewerkers te beschermen tegen biologische agentia. In deze richtlijnen worden maatregelen beschreven die bijdragen aan het minimaliseren van infectierisico’s. Er wordt aanbevolen om één of meerdere personen verantwoordelijk te stellen voor de implementatie en monitoring van deze richtlijnen. Tevens bieden deze richtlijnen een goede basis voor een (jaarlijkse) hygiëne audit. Om de objectiviteit te waarborgen verdient het aanbeveling de controle uit te laten voeren door een deskundige van een andere GGD. Het uiteindelijke resultaat voor cliënten en medewerkers is een minimaal besmettingsrisico, dat niet hoger is dan in de openbare samenleving.

1.1 Voor wie zijn deze richtlijnen bedoeld? De richtlijnen zijn geschreven voor alle medewerkers van GGD’en die zich bezighouden met het uitvoeren van een of meer van de genoemde werkzaamheden in de richtlijn. Dit betekent dat de richtlijnen niet alleen bedoeld zijn voor de medewerkers die een direct contact met cliënten onderhouden of werken met cliëntenmateriaal, maar ook voor eventuele schoonmaakmedewerkers, keukenpersoneel, etc. Zij bieden immers ook een vorm van zorg en/of begeleiding waarbij hygiëne een belangrijke rol speelt. De hygiënerichtlijnen beperken zich tot situaties binnen de GGD waarbij sprake is van reguliere en routinematige werkzaamheden. In deze richtlijnen zijn dus niet alle denkbare hygiënemaatregelen voor alle denkbare situaties tot in detail beschreven. Dit zou leiden tot een voor de praktijk onwerkbaar document. Het is dus mogelijk dat er situaties voorkomen waar in deze richtlijnen geen direct antwoord op te vinden is. Bespreek in zo’n geval het probleem met interne deskundigen of met externe instanties zoals het LCHV om tot een pragmatische oplossing te komen. Bij een epidemische verheffing van een bepaalde infectie (uitbraak) zijn de hygiënemaatregelen van kracht die beschreven staan in het desbetreffende draaiboek.

1.2 Opbouw richtlijnen De richtlijnen zijn opgebouwd uit verschillende onderwerpen, te weten: Algemene voorzorgsmaatregelen medewerkers. Preventie en vaccinatiebeleid. Bouw en inrichting. Opslag materialen en goederen. Reinigen. Desinfectie. Afval. Dierplaagbeheersing.

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 6 van 34

Page 7: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

Ieder voorschrift in deze richtlijn is aangegeven met een symbool met de volgende betekenis: wetboek = wettelijk verplicht voorschrift, bijvoorbeeld het opstellen van een

risicoanalyse en beheersplan ten behoeve van legionellapreventie. Deze punten worden door de overheid of de GGD getoetst.

handje = landelijk vastgestelde norm, bijvoorbeeld het aantal aanwezige toiletten op het terrein. Deze punten worden door de GGD getoetst.

lachebek = advies, is wenselijk, bijvoorbeeld een afvinkschema voor de schoonmaak. Deze punten worden bij het toezicht niet getoetst.

Cursief gedrukte teksten in een kader zijn bedoeld als tip!

1.3 Waarom is een goede hygiëne belangrijk? Een goede hygiëne is van belang om het risico op overdacht van ziekmakende micro-organismen tijdens het verblijf in de GGD te verkleinen. Door het ontbreken en/of niet naleven van de hygiëneregels, kunnen micro-organismen zich snel verspreiden en infecties veroorzaken. Dit kan gevolgen hebben voor de gezondheid en veiligheid van de cliënten en medewerkers.

1.4 Wat zijn micro-organismen? Micro-organismen zijn voor het blote oog onzichtbaar. Tot de micro-organismen behoren bacteriën, virussen, schimmels, gisten en protozoën. Micro-organismen komen overal voor: op de huid, op meubelen, gebruiksvoorwerpen, in de lucht, in water, op en in voedsel. De meeste zijn onschuldig of zelfs nuttig. Een aantal micro-organismen zijn ziekteverwekkend. Als de mens hiermee in aanraking komt kan hij ziek worden. Of iemand ziek wordt hangt af van een aantal factoren. Allereerst is de hoeveelheid micro-organismen waarmee iemand besmet wordt van belang. Verder speelt het ziekmakende vermogen van het micro-organisme een belangrijke rol. Of besmetting uiteindelijk tot een infectie leidt, is mede afhankelijk van de conditie van de persoon. Een bepaalde besmetting kan bij de ene mens ziekte veroorzaken, de ander voelt zich niet lekker en een derde heeft nergens last van. Onder gunstige omstandigheden kunnen micro-organismen uitgroeien tot grote aantallen. Om zich te vermeerderen hebben ze veelal vocht en voedsel nodig (bijvoorbeeld vuil, huidschilfers, stof). De snelheid waarmee ze zich vermenigvuldigen is afhankelijk van de temperatuur. De ideale groeitemperatuur ligt voor de meeste micro-organismen tussen de 10 °C en 50 °C. Een goede hygiëne is erop gericht om besmetting te voorkomen en het aantal schadelijke micro-organismen tot een minimum te beperken.

1.5 Hoe verspreiden micro-organismen zich? Micro-organismen kunnen zich op de volgende manieren verspreiden, via: handen lucht (via druppels door aanhoesten, huidschilfers of stof) voedsel en water voorwerpen, zoals medische hulpmiddelen of een deurklink lichaamsvloeistoffen, zoals speeksel, feces of bloed dieren, zoals huisdieren, ratten en insecten

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 7 van 34

Page 8: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

1.6 Hoe kunnen infectierisico’s worden beperkt? Door hygiënemaatregelen te treffen kan de overdracht van micro-organismen en dus het infectierisico worden beperkt. Medewerkers dienen op de hoogte te zijn van een hygiënische werkwijze en kunnen dit ook toepassen in de dagelijkse praktijk. Dit geldt zowel voor de medische handelingen als de schoonmaak- en onderhoudswerkzaamheden. De kennis in deze richtlijnen kan ook gebruikt worden om medewerkers op het belang van goede hygiëne te wijzen en eventueel voor het opstellen/aanpassen van de werkinstructies. In deze richtlijnen worden handvatten geboden om volgens hygiënische wijze te werken, zodat infectierisico’s tot een minimum beperkt blijven.

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 8 van 34

Page 9: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

2 Algemene voorzorgsmaatregelen medewerkers

In het contact met cliënten bestaan situaties die een hoger risico op besmetting geven. Het gaat hierbij om: Contact met cliëntenmaterialen. Te denken valt aan bloed, lichaamsvochten,

secreta (uitgezonderd transpiratievocht) en excreta. Contact met niet-intacte huid of slijmvliezen. Contact met verpleeg- en behandelmaterialen die in aanraking zijn geweest met

cliëntenmaterialen. Als mogelijk besmet materiaal wordt beschouwd: ieder materiaal, voorwerp of instrument dat zichtbaar is verontreinigd met bloed, lichaamsvocht, secreta of excreta. Om het risico op besmetting te beperken, is er een aantal algemene voorzorgsmaatregelen die medewerkers kunnen nemen. Centraal in de algemene voorzorgsmaatregelen staat handhygiëne. Tevens speelt de persoonlijke hygiëne en het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen een belangrijke rol.

2.1 Handhygiëne

2.1.1 Algemeen Handhygiëne wordt beschouwd als de belangrijkste maatregel om risico op overdracht van micro-organismen te verminderen. In het algemeen worden ‘handreiniging met water en zeep’ en ‘het inwrijven van de handen met handalcohol’, wat betreft de preventie van kruisinfecties, als aan elkaar gelijkwaardig beschouwd. De keuze zal dan worden bepaald door de praktische uitvoerbaarheid (aanwezigheid wastafel etc.) en de mate van bevuiling van de handen. Wanneer de handen zichtbaar verontreinigd zijn, dienen ze altijd te worden gewassen met water en gewone, vloeibare zeep [2, 5, 9, 24]. Indien de handen visueel schoon en droog zijn mag men, in plaats van reiniging met water en zeep, de handen desinfecteren met handalcohol. Handreiniging houdt in het wassen van de handen met water en vloeibare zeep en heeft als doel het verwijderen van vuil. Zie voor techniek handreiniging 2.1.3 Handdesinfectie houdt in het inwrijven van de handen met handalcohol totdat de handen droog zijn, en heeft als doel het doden van de micro-organismen die op de handen aanwezig zijn. Zie voor techniek handdesinfectie 2.1.4. Handalcohol heeft het voordeel dat ze op de plek van de verzorging gebruikt kan worden en onafhankelijk is van de aanwezigheid van een wasbak. Daarnaast zit er een terugvettend middel in dat uitdrogen van de handen voorkomt. Uit het oogpunt van gebruiksgemak heeft handalcohol daarom de voorkeur boven het handen wassen met vloeibare zeep. Gebruik alleen handalcohol dat is opgenomen door of aangemeld bij het Ctgb

(College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden) [8]. Op de site http://www.ctb.agro.nl is het register van toegelaten middelen te downloaden (onder het kopje ‘toelatingen’ bestrijdingsmiddelendatabank).

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 9 van 34

Page 10: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

Handverzorging houdt in het zodanig verzorgen van de handen dat uitdrogen van de huid wordt voorkomen. Ook het verzorgen van de nagels valt onder handverzorging [10].

2.1.2 Wanneer is een goede handhygiëne van belang? Pas handhygiëne toe op de volgende momenten:

voor aanvang van de werkzaamheden en na pauzes na niezen en snuiten van de neus na toiletgebruik voor en na contact met voedsel

Pas handhygiëne toe bij het uitvoeren van handelingen bij cliënten. Doe dit in ieder geval op de volgende momenten: na lichamelijk onderzoek vóór en na kleine ingrepen na contact met lichaamsvloeistoffen of uitscheidingsproducten (feces, urine,

bloed en wondvocht) vóór en na overige verpleegkundige handelingen

Draag handschoenen wanneer de handen in contact kunnen komen met lichaamsvloeistoffen.

Dek wondjes aan de handen af met vochtwerende pleisters. Pas handhygiëne toe na het uittrekken van handschoenen.

2.1.3 Techniek handreiniging Neem bij het reinigen van de handen de volgende instructie in acht:

Maak de handen eerst goed nat onder de kraan en voorzie ze vervolgens van een laagje vloeibare zeep uit de dispenser.

Wrijf de handen gedurende 10 seconden goed over elkaar, waarbij de vingertoppen, duimen en gebieden tussen de vingers en de polsen goed moeten worden ingewreven.

Spoel de handen goed af. Maak bij voorkeur gebruik van een kraan met elleboog- of voetbediening,

zodat de kraan niet met de hand hoeft te worden dichtgedraaid. Indien een elleboog- of voetbediening ontbreekt, draai de kraan dan dicht met behulp van een papieren doekje.

Droog de handen goed af met een schone doek of eenmalige handdoekjes. Vergeet hierbij niet de polsen en de huid tussen de vingers te drogen.

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 10 van 34

Page 11: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

2.1.4 Techniek handdesinfectie Neem bij het desinfecteren van de handen met handalcohol de volgende

instructie in acht: Neem uit de dispenser een hoeveelheid handalcohol passend in het kuiltje

van de handpalm. Breng de handalcohol op de droge handen aan. Wrijf de handen zorgvuldig over elkaar totdat ze droog zijn. Ook de

vingertoppen, duimen, gebieden tussen de vingers en de polsen moeten grondig met de handalcohol worden ingewreven.

Het gebruik van lotions of crèmes kan helpen om kloofjes en uitdroging van handen als gevolg van handreiniging of –desinfecie te voorkomen. Gebruik alleen lotions en crèmes uit een tube of dispenser.

2.2 Persoonlijke hygiëne

2.2.1 Eigen kleding Zorg dat de eigen kleding schoon is.

2.2.2 Haren en nagels Zorg dat de haren kort zijn of dat lang haar bijeengebonden of opgestoken is. Zorg ervoor dat baarden en snorren kort geknipt zijn. Houd de nagels kort en draag geen nagellak of kunstmatig aangebrachte nagels. Motivatie: Medewerkers die kunstmatig aangebrachte nagels dragen, hebben vaker grotere aantallen pathogene micro-organismen op de handen dan medewerkers zonder

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 11 van 34

Page 12: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

kunstnagels. Kunstnagels en lange nagels belemmeren een goede handhygiëne waardoor na gebruik van handdesinfectans of wassen van de handen met water en zeep nog micro-organismen op de handen aanwezig kunnen zijn. Meerdere uitbraken van zorginfecties zijn toegeschreven aan medewerkers die kunstnagels droegen. Nagellak kan gaan afbladderen en op niet-intacte nagellak kunnen micro-organismen achterblijven.

2.2.3 Sieraden Draag geen hand- en polssieraden. Ook gladde ringen, horloges en lange

kettingen zijn niet toegestaan. Piercings mogen, mits deze de hygiëne niet in de weg staan en/of in contact kunnen komen met de cliënten.

2.2.4 Wondjes Dek bij medische handelingen wondjes aan de handen af met een niet-

vochtdoorlatende pleister. Draag eventueel handschoenen.

2.2.5 Eten, drinken, en roken Er mag niet worden gerookt binnen een publieke ruimte als de GGD. Eventueel

alleen in de daartoe aangegeven ruimte. Attendeer medewerkers erop dat eten en drinken niet is toegestaan in

ruimten waar gewerkt wordt met cliënten en/of cliëntenmateriaal.

2.2.6 Zakdoeken Veel mensen dragen in hun neus micro-organismen die bij anderen ziekten of besmettingen kunnen veroorzaken. Gezonde dragers kunnen bij het snuiten (katoenen) zakdoeken en handen besmetten. De gebruikte zakdoek wordt meestal op een bepaalde plaats in de kleding opgeborgen. Deze kan bij aanraking ook als besmettingsbron fungeren. Gebruik tijdens de werkzaamheden papieren zakdoekjes voor éénmalig gebruik. Gooi na gebruik de zakdoekjes direct weg en was of desinfecteer de handen.

2.3 Desinfectie van de huid Desinfectie van de huid voorafgaande aan injecties is niet nodig, tenzij dit expliciet is voorgeschreven. Gebruik uitsluitend een huiddesinfectiemiddel dat voorzien is van een RVG

nummer of gebruik alcohol 70-80%. Let op! Huiddesinfectie is alleen effectief wanneer men de inwerktijd in acht neemt, namelijk tot de huid aan de lucht is gedroogd.

2.4 Persoonlijke beschermingsmiddelen Het dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen vermindert het risico op de overdracht van micro-organismen. Belangrijke persoonlijke beschermingsmiddelen voor GGD medewerkers zijn handschoenen, beschermende kleding (schorten) en mondneusmaskers [25].

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 12 van 34

Page 13: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

2.4.1 Handschoenen Draag waar dat staat voorgeschreven schone nitril onderzoekshandschoenen, die voldoen aan de normeringen NEN-EN 374, NEN-EN 420 en NEN-EN 455 (zie voetnoot)1. Nitril onderzoekshandschoenen worden niet aangetast door alcohol, bieden een goede bescherming tegen micro-organismen en chemicaliën en ‘pinholes’ (zeer kleine gaatjes) in de handschoen worden sneller gesignaleerd, doordat de handschoen openscheurt. Door het gebruik van nitril handschoenen in plaats van latex wordt voorkomen dat medewerkers een latexallergie opbouwen en worden problemen voorkomen bij cliënten met een latexallergie. Vinyl, polyethyleen en polyvinyl handschoenen zijn niet geschikt omdat deze onvoldoende bescherming bieden door de aanwezigheid van pinholes, de doorlaatbaarheid voor micro-organismen en andere middelen zoals hormoonzalven en cytostatica. Draag handschoenen wanneer de handen in contact kunnen komen met bloed,

lichaamsvloeistoffen, slijmvliezen, niet-intacte huid of behandelmaterialen die (mogelijk) besmet zijn.

Gebruik handschoenen eenmalig en bij een zelfde cliënt. Trek ze na gebruik direct uit.

Draag tijdens de werkzaamheden waarbij handschoenen gedragen worden geen kleding met lange mouwen (uitzondering: beschermende kleding met lange mouwen mag wél gedragen worden).

Vermijd tijdens het dragen van handschoenen contact met deurknoppen, telefoon, apparatuur, toetsenborden, et cetera.

Was of desinfecteer de handen na het uittrekken van de handschoenen. Bij het uittrekken van de handschoenen kunnen de handen namelijk besmet zijn geraakt.

Indien bij bloedafname gebruik wordt gemaakt van een gesloten afnamesysteem (bijvoorbeeld een vacuümsysteem) hoeven er geen handschoenen gedragen te worden.

2.4.2 Beschermende kleding Beschermende kleding is kleding die over de privékleding of dienstkleding wordt gedragen met als doel verontreiniging van de kleding en overdracht van micro-organismen via kleding te voorkomen. Beschermende kleding kan bestaan uit een schort, eventueel van plastic, of een jas met lange mouwen. De voorkeur gaat uit naar disposable schorten met lange mouwen. Een voorbeeld waarbij beschermende kleding gedragen wordt, is tijdens een SOA-onderzoek. Draag beschermende kleding met lange mouwen over de kleding. Trek de beschermende kleding na afloop van de handeling direct uit. Gooi in het

geval van een plastic schort deze direct weg. Doe een stoffen jasschort direct in de was. Stoffen jasschorten moeten gewassen worden op 60 °C.

Vervang de kleding onder het schort als deze vochtig is geworden of als er zichtbare verontreiniging aanwezig is.

Draag de beschermende kleding gesloten zodat de dienst- of privékleding wordt beschermd.

2.4.3 Mondneusmaskers Mondneusmaskers worden in bepaalde situaties gedragen. In de praktijk zal dit voornamelijk situaties betreffen waarbij de kans bestaat op overdracht van micro-organismen via de lucht. Welk type masker gebruikt moet worden, is afhankelijk van de situatie [6, 7]. 1 De nitril handschoenen moeten voldoen aan de volgende normeringen: - NEN-EN 374 (beschermende handschoenen tegen chemicaliën en micro-organismen);

- NEN-EN 420 (beschermende handschoenen – algemene eisen en beproevingsmethode); en - NEN-EN 455 (medische handschoenen voor eenmalig gebruik).

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 13 van 34

Page 14: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

Draag een chirurgisch mondneusmasker bij iedere handeling waarbij kans bestaat op spatten in het gezicht. Gooi het masker direct na gebruik weg.

Draag bij contact met een (mogelijke) tuberculose cliënt een speciaal ademhalingsbeschermingsmasker met een filterklasse FFP2. Zorg daarbij voor een goede aansluiting van masker en gezicht. Het periodiek oefenen daarvan (evt. met zogenoemde fit testing) kan behulpzaam zijn. De maskers zijn persoonsgebonden en mogen (mits droog en schoon bewaard) meerdere dagen worden gebruikt (totale gebruiksduur maximaal acht uur).

Zorg dat FFP2 maskers voorradig zijn op de afdelingen Infectieziekte.

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 14 van 34

Page 15: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

3 Preventie en vaccinatiebeleid

3.1 Hepatitis B, C en hiv Het hepatitis B virus (HBV) en hiv worden overgedragen via bloed(producten), transplantatieweefsel (met uitzondering van cornea), sperma en andere genitale secretia. Ook is aangetoond dat HBV kan worden overgedragen via speeksel dat is vermengd met besmet bloed. Hiv kan ook via de moedermelk worden overgedragen. Overdracht van hepatitis C geschiedt voornamelijk door direct bloed-bloedcontact [16]. Iedere medewerker die risico loopt op blootstelling aan potentieel besmettelijke (lichaams)materialen wordt in de gelegenheid gesteld zich te laten vaccineren tegen het HBV. Volgens de Arbowetgeving is de werkgever verantwoordelijk voor naleving van preventieve maatregelen, zoals vaccinatie van (nieuwe) werknemers en het hebben van een protocol voor melding van prik-, bijt-, snij- en spataccidenten, conform de Landelijke Richtlijn Prikaccidenten (april 2007) [15]. Iedere medewerker moet handelen naar de voorgeschreven maatregelen ter preventie en is verplicht de leidinggevende direct op de hoogte te brengen als er een accident heeft plaatsgevonden. Daarnaast dient de werknemer na een accident zelf direct actie te ondernemen ter voorkoming van onnodig risico. De GGD beschikt over een prikaccidentenprotocol. Hang zichtbaar in ruimten waar met naalden gewerkt wordt een korte instructie

op met informatie over: wat te doen bij prikaccidenten. Een belangrijk onderdeel van de afhandeling van een prikaccident is de risico-inschatting. Een prikaccident wordt ingedeeld in drie categorieën: geen risico, laag risico en hoog risico. Voor prikaccidenten met een laag en hoog risico kan brononderzoek uitgevoerd worden of de immuunstatus van de verwonde worden vastgesteld. Voor meer informatie over afhandeling en risico-inschatting wordt verwezen naar de Landelijke Richtlijn Prikaccidenten (april 2007) [15].

3.2 Tuberculose screening Een besmetting met tuberkelbacteriën komt, uitzonderingen daargelaten, aërogeen tot stand. Na hoesten, niezen, spreken of zingen kunnen besmette sputumdruppels indrogen tot druppelkernen van circa 0,5 μm die langere tijd in de lucht blijven zweven en bij inademing in de longblaasjes van de nieuwe gastheer doordringen. In vochtige warme lucht is overleving in druppelkernen gedurende uren mogelijk; in pus of sputumcontainers meerdere dagen. De besmettelijkheid van personen met tuberculose is afhankelijk van de concentratie van tuberkelbacteriën in het sputum, de ernst van de hoestklachten en de hoesthygiëne van de cliënt. In het algemeen wordt het begin van de hoestklachten aangehouden als begin van de besmettelijke periode. In de regel is een cliënt na drie weken adequate behandeling niet meer besmettelijk voor zijn omgeving. Dit geldt niet voor ziekteprocessen veroorzaakt door (multi)resistente tuberkelbacteriën. Hoewel een aanstellingskeuring of intredeonderzoek niet meer mag worden verplicht, wordt aanbevolen medewerkers van gezondheidsinstellingen, die tijdens het uitvoeren van hun werkzaamheden risico lopen op het verkrijgen van tuberculose, wel te laten onderzoeken indien er sprake is van een hoge kans op eerdere expositie, teneinde de nulwaarde te bepalen. Een hoge kans op eerdere

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 15 van 34

Page 16: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

expositie bestaat wanneer de betreffende persoon langer dan twee jaar in endemisch gebied (incidentie >50/100.000) heeft verbleven of er sprake is van een anamnestisch bekend tbc-contact. Het bepalen van de nulwaarde is met name van belang voor de uitgangssituatie bij een mogelijk later onderzoek op tuberculose. De controle op tbc kan op drie manieren plaatsvinden: tuberculinehuidtest (THT; Mantouxtest) voor die personen die niet eerder een

positieve tuberculinehuidtest hadden IGRA (Interferon Gamma Release Assay; bloedtest) voor personen met een

tuberculinehuidtest groter dan of gelijk aan 5 mm, of die eerder een positieve THT hadden

thoraxfoto voor medewerkers die eerder een positieve IGRA hadden. Voor BCG-gevaccineerden en sommige mensen met een eerder positieve THT is infectiediagnostiek mogelijk met behulp van een IGRA. Om tuberculose in een vroeg stadium te ontdekken kunnen GGD medewerkers met een indicatie op de volgende momenten met een tuberculosescreening worden geconfronteerd:

bij indiensttreding bij een (half)jaarlijks periodiek tuberculose onderzoek bij uitdiensttreding (3 maanden na het verlaten van de dienst).

Indien een positieve tuberculinehuidtest en een positieve IGRA, of een afwijking op de thoraxfoto wordt geconstateerd, zal verder medisch onderzoek en zo nodig behandeling plaats moeten vinden. Ook zal moeten worden nagegaan of de transmissiepreventie op de afdeling te wensen overlaat, en zal bronopsporing c.q. verder onderzoek moeten worden overwogen [5].

3.3 Medewerker met een infectieuze aandoening Indien een medewerker een infectieuze aandoening heeft, kan deze een infectiebron zijn voor de omgeving. Het betreft met name aandoeningen van de huid, luchtwegen en darmen, die een risico voor andere medewerkers en cliënten kunnen vormen. Medewerkers dienen dergelijke aandoeningen te melden aan het hoofd van de afdeling. Deze bepaalt in overleg met de bedrijfsarts welke werkzaamheden kunnen worden uitgevoerd. De indicaties voor een melding zijn onder meer: steenpuisten nagelbedontsteking aanhoudende diarree hepatitis A herpes (bij werkzaamheden met baby’s tot vier weken) langer dan drie weken hoesten, in combinatie met andere voor tuberculose

verdachte symptomen.

3.4 Zwangerschap en infectieziekten Zwangere medewerksters die cliëntencontacten hebben waarbij mogelijk sprake is van (een verhoogde kans op) besmetting met bijvoorbeeld de vijfde ziekte (Parvo B19), rode hond (rubella) of waterpokken (varicella), dienen contact op te nemen met hun bedrijfsarts voor advies en eventueel passende maatregelen. Meer informatie is te vinden op de themasite ‘Zwangerschap en infectieziekten’ van het RIVM [21].

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 16 van 34

Page 17: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

4 Bouw en inrichting

Aan ruimten waarin gewerkt wordt en aan apparatuur waarmee men werkt zijn eisen gesteld ten aanzien van infectiepreventie. Het totaal aan maatregelen draagt bij aan een werkomgeving met een minimaal besmettingsrisico. Voorzie ruimten die bovengemiddeld vaak gebruikt worden van een vloer met

slijtvaste bovenlaag.

4.1 Ruimten

4.1.1 Behandel- , onderzoeks- en/of spreekkamer

Zorg dat alle materialen goed reinigbaar zijn en dat de vloer goed reinigbaar, naadloos en stroef is.

Voorzie de behandeltafel of –stoel van niet-absorberend en goed schoon te maken materiaal.

Vervaardig werkbladen van materiaal dat goed te reinigen is, zoals roestvrij staal of kunststof. Houd het werkblad overzichtelijk.

Voorzie handenwasgelegenheden van vloeibare zeep en handalcohol in niet navulbare flacons, papieren handdoekjes en een pedaalemmer met afvalzak en voetbediening.

Zorg voor de aanwezigheid van een UN-gekeurde naaldencontainer. Voorzie de onderzoeksbank van een papierrol. Vervang het papier na iedere

cliënt die op de onderzoeksbank heeft gelegen. Zorg voor mondneusmaskers als bescherming tegen het inademen van

aërosolen. Zorg ervoor dat eventueel aanwezig speelgoed goed afwasbaar of wasmachine

bestendig is. Zorg dat er alcohol 70-80% aanwezig is.

4.1.2 Röntgenkamer

Zorg dat de vloer goed reinigbaar, naadloos en stroef is. Voorzie de stoelen van niet-absorberend en goed schoon te maken materiaal. Voorzie de handenwasgelegenheid van vloeibare zeep en handalcohol in niet

navulbare flacons, papieren handdoekjes en een pedaalemmer met afvalzak en voetbediening.

Zorg voor de aanwezigheid van alcohol 70-80% als desinfectiemiddel. Reinig de directe onderzoeksomgeving na elk tuberculose-onderzoek. Besteed

hierbij speciale aandacht aan contactpunten zoals de kinsteun en handgrepen. Zorg voor ademhalingsbeschermingsmaskers (FFP2) als bescherming tegen

het inademen van aërosolen. De ademhalingsbeschermingsmaskers zijn persoonsgebonden en mogen in totaal maximaal acht uur gebruikt worden.

Geef aan wanneer na aanwezigheid van een potentieel besmettelijke patiënt de ruimte opnieuw gebruikt mag worden (zie bijlage 10.2).

4.1.3 Sputuminductiekamer

In de sputuminductiekamer is sprake van een verhoogd besmettingsrisico voor tuberculose. Zorg dat de vloer goed reinigbaar, naadloos en stroef is. Voorzie de stoelen van niet-absorberend en goed schoon te maken materiaal. Betreed de kamer met ademhalingsbeschermingsmasker (FFP2) indien een

cliënt aanwezig is. De ademhalingsbeschermingsmaskers zijn persoonsgebonden en mogen in totaal maximaal acht uur gebruikt worden.

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 17 van 34

Page 18: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

Reinig de directe onderzoeksomgeving na elke cliënt. Besteed hierbij speciale aandacht aan contactpunten zoals de kinsteun en handgrepen.

Houd na sputuminductie de kamer gesloten en zet eventueel de UV-lamp aan tot de kamer voldoende gezuiverd is. De tijd die voor het zuiveren nodig is, is afhankelijk van het ventilatievoud en de capaciteit van de UV-lamp, en moet door elke GGD locatie afzonderlijk worden bepaald [1, 3]. Meer informatie hierover is te vinden in bijlage 10.2.

Geef aan wanneer na aanwezigheid van een potentieel besmettelijke patiënt de ruimte opnieuw gebruikt mag worden (zie bijlage 10.2).

4.1.4 Toiletten

In toiletten is mogelijk sprake van een iets hoger besmettingsrisico dan in de samenleving met name voor fecaal-oraal overdraagbare infecties. Dit komt vooral door onhygiënisch gedrag. Voorzie de handenwasgelegenheden van vloeibare zeep en handalcohol in niet

navulbare flacons, papieren handdoekjes en een pedaalemmer met afvalzak en voetbediening.

Plaats een afsluitbare afvalemmer voor tampons en maandverband op de damestoiletten.

Zorg voor een goede ventilatie. Vervaardig de vloer, muren (tot 1,50 meter) en sanitair van materiaal dat

geen vocht absorbeert en goed te reinigen is. Voorzie de toiletten van goede verlichting. Zorg voor voldoende toiletpapier. In toiletten met blauw UV-licht tegen drugsgebruik, is het resultaat van de schoonmaak niet goed zichtbaar. Voorzie deze toiletten daarom ook van wit licht, dat in een aparte ruimte kan worden bediend, en doe dit licht aan tijdens schoonmaakwerkzaamheden.

4.1.5 Wachtruimte

Laat huisdieren niet toe in de wachtruimten (en dus ook niet in andere ruimten), met uitzondering van sociale honden (SOHO), waaronder de blindengeleidehond. Zorg dat alle materialen, zoals tafels, stoelen en eventueel aanwezig

speelgoed, goed reinigbaar zijn. Neem de materialen op in het reinigingsschema. Zorg voor een goed luchtverversingssysteem in de wachtruimtes. Hierdoor wordt

het besmettingsrisico verkleind. Meer informatie hierover is te vinden in het Handboek TBC-bestrijding Nederland [4].

Zorg dat de vloer goed reinigbaar, naadloos en stroef is. Met cliënten van wie redelijkerwijs kan worden aangenomen dat ze (nog) in de besmettelijke fase van een via de lucht overdraagbare infectieziekte verkeren, moeten de afspraken zo worden gemaakt dat ze niet bij andere mensen in de wachtruimte zitten. Bijvoorbeeld door ze als laatste te plannen of in een andere kamer te laten wachten.

4.1.6 Mobiele units

Mobiele units kunnen binnen de GGD werkzaamheden voor diverse doeleinden worden ingezet. Enkele voorbeelden hiervan zijn: tuberculose onderzoek en verslavingszorg. Zorg dat alle materialen goed reinigbaar zijn en dat de vloer goed reinigbaar,

naadloos en stroef is. Voorzie de stoelen van niet-absorberend en goed schoon te maken materiaal. Voorzie handenwasgelegenheid van vloeibare zeep en handalcohol in niet-

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 18 van 34

Page 19: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

navulbare flacons, papieren handdoekjes en een pedaalemmer met afvalzak en voetbediening.

Zorg voor ademhalingsbeschermingsmaskers (FFP2) bij tuberculoseonderzoek als bescherming tegen het inademen van aërosolen. De ademhalingsbescher-mingsmaskers zijn persoonsgebonden en mogen in totaal maximaal acht uur gebruikt worden.

Zorg voor aanwezigheid van alcohol 70-80% als desinfectiemiddel. Zorg voor voldoende ventilatiemogelijkheden in de mobiele unit. Geef aan wanneer na aanwezigheid van een potentieel besmettelijke patiënt de

ruimte opnieuw gebruikt mag worden (zie bijlage 10.2). Stel een werkinstructie op voor het juiste gebruik van beschermende middelen

bij het ledigen van septic tanks.

4.1.7 Werkzaamheden op locatie

Buiten de GGD locaties zijn niet altijd de middelen aanwezig die men nodig heeft. De GGD medewerker die (regelmatig) op locatie werkt dient afhankelijk van het soort werkzaamheden over de volgende middelen te beschikken. Neem altijd handalcohol mee in een meeneemflacon, bij voorkeur met een

pompsysteem. Neem altijd een kleine, handzame UN-gekeurde naaldencontainer mee. Neem altijd nitril handschoenen en ademhalingsbeschermingsmaskers mee. Neem indien nodig disposable beschermende kleding (schort, overall) mee. Neem indien nodig een koelbox met koelelementen mee (vaccintransport). Neem een protocol prikaccidenten mee.

4.1.8 Consultatiebureaus Voor consultatiebureaus gelden dezelfde eisen die gesteld worden aan de ruimten binnen de GGD’en. Op consultatiebureaus worden baby's en kinderen aan- en uitgekleed. Er is onder normale omstandigheden geen verhoogd infectierisico. Zorg dat de vloer goed reinigbaar, naadloos en stroef is. Voorzie de stoelen van niet-absorberend en goed schoon te maken materiaal. Voorzie aankleedkussens, onderzoekskussens en tussenschotten van glad en

goed te reinigen materiaal. Reinig tussenschotten dagelijks en bij zichtbare verontreiniging. Reinig de kussens na elk kind of dagelijks indien er per kind gebruik wordt gemaakt van schoon papier of een schone (hand)doek. Neem deze onderdelen op in het reinigingsschema. De kussens dienen onbeschadigd te zijn. Beschadigde kussens zijn niet meer goed te reinigen en dienen vervangen te worden.

Zorg voor speelgoed dat goed afwasbaar of wasmachinebestendig is. Neem ze op in het reinigingsschema.

Maak voor een gehoortest gebruik van disposable oorstukjes. Gebruik dezelfde oorstukjes nooit bij meerdere kinderen, maar gooi ze direct na het testen weg.

Vraag aan de ouders een handdoek mee te nemen waarop het kind kan liggen. In geval van urine, ontlasting of braken wordt direct huishoudelijk gereinigd.

4.1.9 Behandelkamers SOA polikliniek In de behandelkamers van de SOA-poli’s is sprake van een verhoogd besmettingsrisico vanwege het medische en soms invasieve karakter van de handelingen die er worden uitgevoerd en de aanwezigheid van besmet materiaal. Zorg dat de vloer goed reinigbaar, naadloos en stroef is. Voorzie de behandeltafel of –stoel van niet-absorberend en goed schoon te

maken materiaal. Voorzie de tafel voorzien van een papierrol. Vervang het papier na iedere de cliënt die op de onderzoeksbank heeft gelegen.

Vervaardig werkbladen van materiaal dat goed te reinigen is, zoals roestvrij staal of kunststof. Houd het werkblad overzichtelijk.

Reinig de verbandkarren minimaal wekelijks. Neem de reiniging op in het

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 19 van 34

Page 20: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

reinigingsschema. Reinig de handvatten van de onderzoekslamp na gebruik en desinfecteer

vervolgens met alcohol 70%. Reinig flexibele lichtslangen periodiek en desinfecteer vervolgens met alcohol

70%. Het risico bestaat dat de slang besmet raakt met micro-organismen van cliënten, of dat er vervuiling plaatsvindt die de groei van de micro-organismen bevordert.

Voorzie de handenwasgelegenheid van vloeibare zeep en handdesinfectans in niet-navulbare flacons, papieren handdoekjes en een pedaalemmer met afvalzak en voetbediening.

Zorg voor de aanwezigheid van een UN-gekeurde naaldencontainer. Voor lichaamsmateriaal van cliënten dat gebruikt wordt voor onderzoek en ander mogelijk besmet materiaal, is een speciale UN-gekeurde container aanwezig.

Zorg dat koelkasten waarin cliëntenmateriaal, bestemd voor onderzoek, wordt opgeslagen, één keer per kwartaal en bij zichtbare verontreinigingen worden gereinigd, en zo nodig gedesinfecteerd.

Volg voor de procedure na kweekafname het protocol van het betrokken laboratorium.

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 20 van 34

Page 21: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

5 Opslag materialen en goederen

Binnen de GGD worden materialen en goederen in aparte kasten of koelkasten bewaard. Er wordt altijd uitgegaan van een droge en stofvrije opslag.

5.1 Kasten Zorg voor schone, stofvrije kasten die zijn vervaardigd van goed te reinigen

materiaal. Sla materialen geordend en netjes op. Neem de kasten op in een reinigingsschema. Zie bijlage 10.1.

5.2 Koelkasten Koelkasten worden voor diverse doeleinden gebruikt. Voorbeelden zijn het bewaren van vaccins, diagnostische monsters of voedsel. Bewaar voedsel in een aparte, daar specifiek voor bedoelde koelkast. Sla materialen geordend en netjes op. Lees de temperatuur van de koelkast dagelijks af, tenzij de koelkast over een

geautomatiseerd alarmsysteem beschikt. In dat geval moet het meetsysteem jaarlijks gekalibreerd worden.

Gebruik een min-max thermometer. Registreer eenmaal per week in een logboek de temperatuur van koelkasten die

niet over een geautomatiseerd meetsysteem beschikken. De temperatuur moet tussen de 2 °C en 7 °C liggen.

Stel een verantwoordelijke aan voor de bewaking van de korte keten. Maak met een toezichthoudend apotheker afspraken over een periodieke

controle van de koelkasten. Neem de koelkasten op in een reinigingsschema. Zie bijlage 10.1. Vaak zijn koelkasten waarin vaccins worden bewaard aangesloten op een (centraal) alarmeringssysteem. Het alarm treedt in werking bij calamiteiten zoals stroomuitval of bij afwijkende temperaturen. Veelal wordt het alarm (via een beveiligingsbedrijf) aan een dienstdoend persoon van de GGD gemeld. Een alarmeringssysteem is vooral nuttig bij calamiteiten buiten kantooruren.

5.3 Goederen met een beperkte houdbaarheidsdatum Sla goederen droog en stofvrij op. Hanteer bij de opslag het principe van ‘first-in-first-out’ (FIFO). Controleer maandelijks de vervaldata. Omdat vaccins veel gevoeliger zijn voor omgevingsfactoren dan de meeste gewone geneesmiddelen, is het handhaven van de juiste bewaar- en vervoerscondities van essentieel belang. Informatie hierover staat beschreven in de Cold Chain-richtlijn van het Rijksvaccinatieprogramma, en is verkrijgbaar via de website van het RIVM2. Zorg dat men op de hoogte is van de Cold Chain-richtlijn en vaccins

dienovereenkomstig bewaart en vervoert.

2 Zie: http://www.rivm.nl/Onderwerpen/Onderwerpen/R/Rijksvaccinatieprogramma/Professionals/De_uitvoering.

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 21 van 34

Page 22: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

5.4 Steriele materialen Sla steriele materialen droog en stofvrij op in een afsluitbare kast. Hanteer bij de opslag het FIFO-systeem. Gebruik geen plakbandjes, elastiekjes, veiligheidsspelden, nietjes en dergelijke

om materialen te bundelen, omdat dit de verpakking kan beschadigen. Gebruik alleen materialen uit een steriele verpakking die onbeschadigd en droog

is en geen verkleuring (van vochtplekken) vertoont. Controleer maandelijks de vervaldata.

5.5 Diagnostisch materiaal Gebruik voor diagnostisch materiaal alleen de door het laboratorium beschikbaar

gestelde materialen voor diagnostiek en verzending. Hanteer bij de opslag het FIFO-systeem. Bewaar en verzend diagnostisch materiaal dat voor onderzoek naar het

laboratorium wordt gezonden volgens de instructies van het onderzoeks-laboratorium.

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 22 van 34

Page 23: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

6 Reinigen en desinfectie

6.1 Algemeen Onder reiniging wordt verstaan: het met een zeepoplossing verwijderen van zichtbaar vuil alsmede zichtbaar en onzichtbaar organisch materiaal om te voorkomen dat micro-organismen zich kunnen handhaven, vermeerderen en worden verspreid. Onder desinfectie wordt verstaan: het inactiveren van micro-organismen op levensloze oppervlakken alsmede op de intacte huid en de slijmvliezen. Desinfectie is gericht op het minimaliseren van micro-organismen tot een aanvaardbaar geacht niveau. Meestal is huishoudelijke reiniging van oppervlakken en ruimtes voldoende en hoeft er niet gedesinfecteerd te worden. Desinfectie wordt alleen toegepast onder bijzondere omstandigheden zoals bij sommige besmettelijke infectieziekten en na het morsen van bloed.

6.2 Reinigen De reiniging van vloeren moet volgens een vast schema gebeuren. Vaak wordt de reiniging van grote oppervlakken door de huishoudelijke dienst geregeld en is een extern bedrijf belast met de uitvoering. De frequentie waarmee alle ruimten, oppervlakken, apparaten en meubilair moeten worden gereinigd, is opgenomen in het schoonmaakschema in paragraaf 10.1. Ook schoonmaakmaterialen moeten worden schoongemaakt. Zie hiervoor paragraaf 6.4. Werk volgens een schoonmaakschema. Het is wenselijk om een afvinklijst te

gebruiken waarop de uitgevoerde periodieke werkzaamheden worden genoteerd.

6.3 Desinfectie In Nederland mag in de gezondheidszorg alleen gebruik worden gemaakt van wettelijk toegelaten middelen voor desinfectie. Desinfectiemiddelen voorzien van een CE-markering zijn bedoeld voor een specifiek medisch hulpmiddel en mogen niet voor andere toepassingen worden gebruikt. Voor de desinfectie van oppervlakken, zoals vloeren en meubilair, mogen in de gezondheidszorg alleen middelen gebruikt worden die zijn voorzien van een N-nummer. Deze middelen zijn getest en toegelaten door het Ctgb. Een uitzondering hierop vormt alcohol. Alcohol is het enige toegelaten desinfectiemiddel dat niet over een N-nummer beschikt. Gebruik voor de desinfectie van een specifiek medisch hulpmiddel alleen

middelen die zijn voorzien van een CE-markering. Gebruik voor de desinfectie van vloeren, materialen en andere oppervlakken

alleen alcohol of middelen voorzien van een N-nummer. Dit beleid heeft ertoe geleid dat voor oppervlaktedesinfectie in Nederland alleen gebruik kan worden gemaakt van chlooroplossingen met een concentratie van 250 of 1000 ppm3, en van alcohol 70 – 80 %.

3 In het mengschema in paragraaf 6.3.1 staat beschreven hoe de juiste concentratie chlooroplossing wordt

verkregen.

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 23 van 34

Page 24: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

Gebruik alcohol 70% of chloor 1000 ppm voor de desinfectie van oppervlakken besmet met bloed. Gebruik alcohol 70% alleen bij oppervlakken kleiner dan 0,5 m2.

Gebruik alcohol 70% of chloor 250 ppm indien oppervlaktedesinfectie nodig is, en het oppervlak niet besmet is met bloed. Gebruik alcohol 70% alleen bij oppervlakken kleiner dan 0,5 m2.

Motivatie: Chloor 250 ppm wordt gebruikt bij gewone besmettingen die veroorzaakt worden door bacteriën en sommige virussen. Indien er bloed is gemorst, moet 1000 ppm worden gebruikt. Virussen die in het bloed aanwezig kunnen zijn, zoals het hepatitis B en C virus en hiv, worden namelijk niet door chloor 250 ppm geïnactiveerd. Bij bloed kan ook gebruik worden gemaakt van alcohol 70%. Dit laatste mag vanwege het brandgevaar echter alleen gebruikt worden op oppervlakken die kleiner zijn dan een halve vierkante meter.

6.3.1 Mengschema chlooroplossingen Gebruik onderstaand schema om de juiste chlooroplossing te verkrijgen. Let op: onderstaand schema is gebaseerd op de hoeveelheid werkzaam chloor per tablet. Dit wijkt af van het totale gewicht van een tablet. Mengschema: Aantal

tabletten watervolume (in liters)

ppm g%

1 4 250 0,025 tabletten à 1,0 g werkzaam chloor 1 1 1000 0,1 1 6 250 0,025 tabletten à 1,5 g werkzaam chloor 2 3 1000 0,1

6.3.2 Oppervlaktedesinfectie met een chlooroplossing Trek handschoenen aan. Draag bij oppervlakken besmet met bloed ook een

veiligheidsbril en ventileer de ruimte waarin gewerkt wordt. Dit in verband met de hogere chloorconcentratie waarmee gedesinfecteerd moet worden.

Neem de bevuiling op met keukenrol of wegwerphanddoekjes en gooi ze weg in een vuilniszak. Gooi direct daarna ook de handschoenen weg.

Trek nieuwe handschoenen aan. Reinig het oppervlak met een allesreiniger. Spoel het oppervlak na met schoon water en droog het met een schone doek of

papier. Maak de chlooroplossing pas vlak voor gebruik aan met koud of lauwwarm water.

Bij blootstelling aan de lucht loopt de concentratie (actief) chloor namelijk snel terug. Bij gebruik van heet water ontstaat chloorgas dat giftig is voor de mens.

Gebruik chloor nooit in combinatie met andere schoonmaakmiddelen. Sop het oppervlak in met de chlooroplossing en laat deze minimaal vijf minuten

inwerken. Spoel het oppervlak vervolgens na met schoon water. Gooi de schoonmaakmaterialen na het desinfecteren weg of was ze op 60°C.

6.3.3 Oppervlaktedesinfectie met alcohol 70% Trek handschoenen aan. Neem de bevuiling op met keukenrol of wegwerphanddoekjes en gooi ze weg in

een vuilniszak. Gooi direct daarna ook de handschoenen weg. Trek nieuwe handschoenen aan. Reinig het oppervlak met een allesreiniger. Spoel het oppervlak na met schoon water en droog het met een schone doek of

papier.

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 24 van 34

Page 25: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

Dep de plek met de alcohol. Zorg dat het oppervlak minimaal 30 seconden nat blijft van de alcohol. Laat het vervolgens aan de lucht drogen.

Gebruik voor desinfectie geen middelen zoals dettol, lysol en huishoudchloor (bleekmiddel). Deze middelen zijn niet (meer) wettelijk toegelaten voor desinfectie.

6.4 Schoonmaakmateriaal Voor alle methoden van reiniging en desinfectie wordt zoveel mogelijk gebruik gemaakt van wegwerpmaterialen. Bij niet-wegwerpmaterialen is het van belang dat het schoonmaakmateriaal dagelijks na de werkzaamheden op een juiste wijze wordt gereinigd, gedroogd en eventueel gedesinfecteerd en opgeruimd. Zo kan men voorkomen dat met vuile voorwerpen gereinigd wordt en een tegenovergesteld resultaat bereikt wordt. Desinfecteer schoonmaakmaterialen na reiniging indien ze zijn gebruikt voor de

reiniging van een oppervlak of materiaal dat mogelijk besmet is geweest met bloed of andere lichaamsvochten. Maak hierbij gebruik van chemische desinfectie (m.b.v. chloor of alcohol 70%) of thermische desinfectie. Dit laatste vindt plaats door de materialen op minimaal 60 °C te wassen met een totaalwasmiddel.

6.4.1 Borstels Indien borstels noodzakelijk zijn, maak dan gebruik van kunststof borstels. Houten borstels zijn onvoldoende te reinigen. Maak kunststof borstels na gebruik schoon. Spoel ze vervolgens na met schoon

water en berg ze met de borstelkop naar beneden hangend op, om aan de lucht te drogen.

Gebruik toiletborstels alleen toiletgebonden. Reinig de toiletborstel huishoudelijk wanneer deze zichtbaar is verontreinigd. Laat de borstel vervolgens hangend drogen. Bewaar hem droog tot het volgende gebruik.

6.4.2 Emmers Maak emmers na gebruik huishoudelijk schoon, spoel ze vervolgens schoon en

berg ze droog op.

6.4.3 Materiaalwagen Reinig de materiaalwagen wekelijks huishoudelijk.

6.4.4 Microvezeldoekje In instellingen wordt steeds vaker gebruik gemaakt van microvezeldoekjes. Microvezeldoekjes bestaan uit vezels die zijn gesplitst om een ultra fijne structuur te krijgen. Deze ultra fijne structuur is kleiner dan de meeste bacteriën en stofdeeltjes. Microvezeldoekjes kunnen zowel droog als vochtig worden gebruikt. Droge microvezeldoekjes Bij wrijving ontstaat statische elektriciteit waardoor stof en bacteriën als door een magneet worden aangetrokken en vastgehouden tussen de vezels. Vochtige microvezeldoekjes Door de samenstelling van de vezels en door de splitsingstechniek ontstaan ontelbare microscopisch kleine oppervlakken waardoor vloeistof tussen de vezels wordt opgezogen en vastgehouden. Het vezelnetwerk kan vier maal zijn eigen gewicht aan vocht opnemen.

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 25 van 34

Page 26: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

Algemene aandachtspunten: Gebruik de microvezeldoekjes altijd zonder reinigingsmiddelen, tenzij anders

voorgeschreven door de leverancier. Maak de doekjes vlak voor gebruik klamvochtig onder de kraan of met door de

leverancier voorgeschreven middelen. Leg de doekjes niet in een emmer water, hierdoor raken ze verzadigd en verliezen ze hun reinigende werking.

Vouw de doekjes een aantal malen dubbel, zodat er meerdere vlakken ontstaan. Gebruik een nieuw, schoon vlak zodra de werking minder wordt.

Spoel de microvezeldoekjes tussentijds niet uit, maar stop verontreinigde doekjes direct in de was. Microvezeldoekjes trekken vuil zó goed aan dat handmatig uitspoelen geen zin heeft. Alleen machinaal wassen kan een vies doekje weer schoon krijgen.

Was de doekjes met een vloeibaar wasmiddel, zonder wasverzachter, bij een temperatuur van tenminste 60 ºC. Droog ze vervolgens. Gebruik geen korrelig waspoeder, dit verstopt de vezelstructuur van de doekjes.

Bewaar schone doekjes droog tot gebruik. Sla ze nooit vochtig op, om uitgroei van micro-organismen te voorkomen.

6.4.5 Moppen Gebruik bij voorkeur wegwerpmoppen. Indien dit niet mogelijk is, was de

moppen dan na elke werkdag (in de wasserij) met een totaalwasmiddel volgens wasvoorschrift en droog deze vervolgens (bij voorkeur in de droger). Stop niet-wegwerpmoppen na reiniging van een sanitaire ruimte in de was.

6.4.6 Reinigingsmiddelen Tegenwoordig wordt veel gebruik gemaakt van sproeiflacons om detergens te sproeien op kleine te reinigen oppervlakken. Gooi sproeiflacons met detergens dagelijks leeg, spoel ze om en droog ze

(handmatig of in de vaatwasser) om uitgroei van micro-organismen te voorkomen. Een uitzondering vormen kant-en-klare sproeiflacons die volgens advies van de fabrikant mogen worden gebruikt tot ze leeg zijn.

6.4.7 Sopdoeken Zorg dat de sopdoeken van wegwerpmateriaal zijn of op 60 C gewassen kunnen

worden. Was niet-wegwerp sopdoeken volgens wasvoorschrift. Stop niet-wegwerpsopdoeken na reiniging van een sanitaire ruimte in de was.

6.4.8 Sponzen Gebruik sponzen alleen voor het schoonmaken van ramen en spiegels, omdat in

een spons altijd vocht en grote aantallen micro-organismen achterblijven. Was de sponzen op 60 °C.

6.4.9 Stofwisapparaat Reinig het stofwisapparaat dagelijks huishoudelijk. Verwijder het doekje

dagelijks en bij zichtbare verontreiniging.

6.4.10 Stofzuigers Reinig de stofzuiger, inclusief borstelmondstuk, maandelijks huishoudelijk.

6.4.11 Werkkast Reinig de werkkast minimaal eenmaal per maand huishoudelijk.

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 26 van 34

Page 27: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

7 Afval

Binnen de GGD worden diverse soorten afval geproduceerd, die moeten worden verzameld, vervoerd en vernietigd. Het is van belang dat dit op een veilige wijze gebeurt om besmetting te voorkomen. Vervoer van de GGD naar de afvalverwerking mag alleen plaats vinden door hiertoe bevoegde transporteurs. Het meeste afval van GGD’en verschilt niet wezenlijk van gewoon huishoudafval en levert dan ook geen groter gevaar op voor de volksgezondheid dan huishoudafval. Daarnaast hebben GGD’en ook te maken met “specifiek afval”, met name met scherp afval en infectieus afval. Er is wettelijk vastgelegd dat dit afval anders moet worden verwerkt dan huishoudelijk afval. De reden voor insluiting van scherp afval in de categorie “specifiek afval”, is het risico op prik- en snijaccidenten, ook na verbranding bij lagere temperatuur. De verpakking van scherpe voorwerpen in speciale containers en het verbrandingsproces in een draaitrommeloven met rookgasreiniging nemen deze risico’s weg. Specifiek afval dient bij de bron gescheiden te worden van gewoon afval. Daarom dienen er naast containers voor huishoudafval ook daartoe geschikte containers te zijn voor specifiek afval. Het is noodzakelijk dat door de directie van de GGD één medewerker (met een plaatsvervanger) wordt aangewezen als deskundige die de verantwoordelijkheid krijgt voor het vaststellen van de juiste procedures voor het verzamelen en verpakken van het specifieke afval. Er moet overleg plaatsvinden met de transporteur van de verwerkende instelling van het afval. Conform de wet mag deze categorie afval niet via een ziekenhuis of apotheek worden afgevoerd [28].

7.1 Huishoudafval Het overgrote deel van het GGD afval is afval zonder infectierisico en onderscheidt zich niet van het normale huishoud- en bedrijfsafval zoals dat door de gemeentelijke reinigingsdiensten wordt opgehaald en bij de afvalverwerkingsbedrijven wordt aangeboden. Het huishoudafval omvat in feite alle bedrijfsafval met uitzondering van het "specifieke afval". Bij de GGD gaat het vooral om afval dat afkomstig is van administratieve en daarmee vergelijkbare ruimten. Daarnaast betreft het afval afkomstig uit behandelruimten (watjes, lege spuiten, lege vaccinflacons, et cetera.). Voor dit afval gelden dezelfde regels als voor het scheiden (bijvoorbeeld papier) en verzamelen van gewoon huishoudelijk afval. In iedere ruimte waar gewerkt wordt hoort een afvalbak te staan. De afvalbakken moeten lekdicht en goed af te sluiten zijn, en bovendien als zodanig herkenbaar en te onderscheiden zijn van containers voor specifiek afval. Iedere afvalbak dient voorzien te zijn van een plastic zak en voetbediening. Volle afvalzakken moeten goed afgesloten worden opgeslagen in een dichte container in afwachting van verder transport. Deze container mag niet in een ruimte staan waar schone materialen worden opgeslagen. Voer het gebruikte verband, wattendeppertjes met bloed, pleisters en disposable

verpleegartikelen op normale wijze via het huishoudelijk afval af. Een uitzondering hierop vormt verpleeg- en onderzoeksmateriaal dat gebruikt is bij cliënten die onderzocht worden op mogelijke infecties. Dit materiaal moet worden afgevoerd als ‘specifiek afval’.

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 27 van 34

Page 28: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

Reinig wekelijks de afvalbakken van binnen en van buiten, en bij zichtbare verontreiniging diezelfde dag, met een reinigingsmiddel.

7.2 Specifiek afval Aan de verpakking van specifiek afval voor transport zijn de volgende eisen gesteld: lucht- en lekdicht; schokbestendig; een sluiting voor transport buitenshuis, die niet meer te openen is zonder

beschadiging; als zodanig herkenbaar door de kleur van de verpakking. Toegelaten containers, die aan deze eisen voldoen, zijn voorzien van een ‘UN-keurmerk’. Onder andere WIVA-vaten zijn voorzien van het bedoelde kenmerk. Binnen de GGD betreft specifiek afval alleen scherpe voorwerpen zoals bijvoorbeeld injectienaalden, opengebroken (en dus scherprandige) ampullen en glazen bloedbuizen, en verpleeg- en onderzoeksmateriaal dat gebruikt is bij cliënten die onderzocht worden op mogelijke infecties. Binnen GGD’en zal daarom kunnen worden volstaan met naaldencontainers. Plaats een UN-gekeurde naaldcontainer binnen handbereik tijdens handelingen

met klein scherp afval zoals injectienaalden, mesjes en glazen ampullen, en deponeer gebruikte naalden en scherpe voorwerpen hier direct in.

Vul de naaldcontainers niet boven de indicatielijn voor maximale hoeveelheid. De naaldcontainers moeten in zijn geheel worden afgevoerd naar het afvalverwerkingsbedrijf.

Voer verpleeg- en onderzoeksmateriaal dat gebruikt is bij cliënten die (mogelijk) een infectie hebben, af in speciale UN-gekeurde containers.

Bewaar specifiek afval na afvoeren van de afdeling/behandelkamer altijd in een gesloten ruimte.

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 28 van 34

Page 29: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

8 Dierplaagbeheersing

Plaagdieren kunnen verschillende ziekteverwekkers overdragen op mensen, en moeten daarom geweerd worden uit de GGD. Meld bij je leidinggevende als je (sporen van) plaagdieren ziet in de GGD. Zorg dat de GGD een beleid heeft voor dierplaagbeheersing. Plaagdieren worden aangetrokken door vuil en etensresten. Bewaar geopende verpakkingen met levensmiddelen afgesloten.

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 29 van 34

Page 30: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

9 Literatuur

1. Bosje T. Ventilatie en UV-straling ter voorkoming van tuberculosetransmissie. Tegen de Tuberculose 2000, 96(3):79-82.

2. Boyce JM, Pittet D. Guideline for hand hygiene in health-care settings. American Journal of Infection Control 2002, 30(8):S1-46.

3. Centers for Disease Control and Prevention (CDC), Guidelines for Preventing the Transmission of Mycobacterium tuberculosis in Health-Care Settings, 2005. (http://www.cdc.gov/mmwr/preview/mmwrhtml/rr5417a1.htm?s_cid=rr5417a1_e)

4. Commissie voor Praktische Tuberculosebestrijding. Handboek tbc-bestrijding Nederland. Den Haag; 2008. (via www.kncvtbc.nl)

5. Cozad A, Jones RD. Disinfection and the prevention of infectious disease. American Journal of Infection Control 2003, 31(4):243-54.

6. Daha T. T(H)IP.DOC: Vraag en antwoord, mondneusmaskers. Tijdschrift voor hygiëne en infectiepreventie 2003, 22(4):114-5.

7. Daha T. T(H)IP.DOC: Vraag en antwoord, Indicatiegebied voor het dragen van de verschillende types mondneusmaskers. Tijdschrift voor hygiëne en infectiepreventie 2003, 22(6):186-7.

8. Daha T. T(H)IP.DOC: Vraag en antwoord, Desinfectantia en de wet. Tijdschrift voor hygiëne en infectiepreventie 2004, 23(5):130.

9. Girou E, Loyeau S, Legrand P, Oppein F, Brun-Buisson C. Efficacy of handrubbing with alcohol based solution versus standard handwashing with antiseptic soap: randomised clinical trial. Britisch Medical Journal 2002, 325(7360):362-4.

10. Hamann CP, Rodgers PA, Sullivan KM. Skin health is an overlooked element of infection control. American Journal of Infection Control 2004, 32(2):121-2.

11. Heessen F, Meester H, Zwaard A. Praktijkgidsen arbeidshygiëne, biologische risico's in de gezondheidszorg en in laboratoria. Amsterdam: NIA TNO; 1999.

12. Inspectie voor de Gezondheidszorg. Rapport. Neem (inwerk)tijd voor het desinfectiebeleid. Den Haag; 2007.

13. Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid. Beleidsrichtlijn technische hygiënezorg: prioriteren en financieren. Amsterdam; 2006.

14. Landelijke Coördinatiestructuur Infectieziektebestrijding. Kwaliteitsprofiel bestrijding infectieziekten en opsporing ziekteoorzaken, bijlage 3 - Hygiëneprotocol GGD'en. Den Haag; 1999. (www.rivm.nl/Images/Kwaliteitsprofiel%20draaiboek%20bijl3_tcm91-33541.pdf)

15. Landelijke Coördinatiestructuur Infectieziektebestrijding. LCI-richtlijnen Infectieziektebestrijding. LCI-richtlijn Hepatitis B. RIVM, Bilthoven; 2011, 6e herziene druk. (http://www.rivm.nl/Bibliotheek/Professioneel_Praktisch/Richtlijnen/Infectieziekten/LCI_richtlijnen/LCI_richtlijn_Hepatitis_B)

16. Landelijke Coördinatiestructuur Infectieziektebestrijding. Richtlijn Prikaccidenten. April 2007.

17. Maas P van der, Mackenbach P. Volksgezondheid en gezondheidszorg. Maarssen: Elsevier gezondheidszorg;1999.

18. Potvin P, Groepsdiscussie handhygiëne. Tijdschrift voor hygiëne en infectiepreventie 2004, 23(1):14-7.

19. Putte M van der. Ziekenhuishygiëne - handboek infectiepreventie voor verpleegkundigen. Maarssen: Elsevier Gezondheidszorg; 1997.

20. Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu. Themasite ‘Zwangerschap en infectieziekten’. (http://www.rivm.nl/cib/themas/Zwangerschap/)

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 30 van 34

Page 31: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

21. Rutala WA, Weber DJ. The benefits of surface disinfection. American journal of Infection Control 2005, 32(4):226-31.

22. Sengers IJM, Ouwerkerk Y , Terpstra S. Hygiëne en infectiepreventie. Maarssen: Elsevier gezondheidszorg; 2000.

23. Werkgroep Infectie Preventie. Huisartsgeneeskunde. Infectiepreventie in de huisartsenpraktijk. Leiden: Stichting Werkgroep Infectie Preventie; 2004. (www.wip.nl/free_content/Richtlijnen/1Huisartsen.pdf)

24. Werkgroep Infectie Preventie. Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Handhygiëne. Leiden: Stichting Werkgroep Infectie Preventie; 2004. (www.wip.nl/free_content/Richtlijnen/111111Handhygiene.pdf)

25. Werkgroep Infectie Preventie. Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Persoonlijke beschermingsmiddelen. Leiden: Stichting Werkgroep Infectie Preventie; 2005. (www.wip.nl/free_content/Richtlijnen/11111Persoonlijke bescher-mingsmiddelen.pdf)

26. Werkgroep Infectie Preventie. Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Reiniging, desinfectie en sterilisatie in verpleeghuis en woonzorgcentrum. Leiden: Stichting Werkgroep Infectie Preventie; 2004. (www.wip.nl/free_content/Richtlijnen/11Reiniging desinfectie sterilisatie.pdf)

27. Werkgroep Infectie Preventie. Ziekenhuizen. Beleid reiniging, desinfectie en sterilisatie. Leiden: Stichting Werkgroep Infectie Preventie; 2005. (www.wip.nl/free_content/Richtlijnen/111Beleid reiniging desinfectie en sterilisatie.pdf)

28. Werkgroep Infectie Preventie. Ziekenhuizen. Infectiepreventie bij afvalverwijdering vanuit instellingen voor gezondheidszorg. Leiden: Stichting Werkgroep Infectie Preventie; 2004. (www.wip.nl/free_content/Richtlijnen/11Afval.pdf)

29. Werkgroep Infectie Preventie. Ziekenhuizen. Persoonlijke hygiëne medewerkers in de intramurale gezondheidszorg en de thuiszorg. Leiden: Stichting Werkgroep Infectie Preventie; 2003. (http://www.wip.nl/free_content/Richtlijnen/1Persoonlijke hygiene intramuraal.pdf)

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 31 van 34

Page 32: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

10 Bijlagen

10.1 Reinigingsschema en methoden van reiniging Hieronder staat de minimale reinigingsfrequentie van verschillende oppervlakken en materialen vermeld. Daarnaast moeten alle oppervlakken en materialen direct gereinigd worden bij zichtbare verontreiniging.

Aanbevolen frequentie Onderwerp Dagelijks Wekelijks Anders

Methode Opmerkingen

Aankleedkussens Nat Afvalbakken Nat Apparatuur (meet-, weeg-, luister-)

1x/maand Nat

Behandelbanken/stoelen Nat Deuren Nat Deurklinken, lichtschakelaars

Nat

Gordijnen 1x/jaar Nat Volgens wasvoorschrift

Handcontactpunten Nat Kasten 1x/½ jaar Nat Binnen- en

buitenkant Koelkasten (voor cliënten-materiaal, medicijnen, vaccins)

4x/jaar4 Binnen- en buitenkant

Lamellen/jaloezieën 1x/½ jaar Nat Plafond en wanden Zonodig Droog Ramen 4x/jaar Nat Radiatoren/randen/richels 4x/jaar Droog Sanitairtegels Nat Schoonmaakkar Nat Speelgoed baby’s (in de mond)

Nat

Speelgoed (niet in de mond)

1x/maand Nat Direct bij zichtbare verontreiniging.

Speelgoed (stof) 1x/maand Machinaal

Telefoon/toetsenbord Nat Vensterbank Nat Verbandkar Nat Ventilatieroosters 1x/½ jaar Droog Vloeren (glad) Droog Vloeren (tapijt) Droog Wastafels + kranen Nat Werkbladen Na

spreekuur Nat

Toiletten Nat Zo nodig vaker

4 In logboek bijhouden.

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 32 van 34

Page 33: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

Instrumentarium Afhankelijk van de plek op of in het lichaam waar het instrument mee in contact is geweest, wordt de wijze van decontaminatie bepaald. Zie onderstaand schema. Dit is een globale indicatie. Er bestaan uitzonderingen zoals bijvoorbeeld een speculum. Een speculum dient wel gesteriliseerd te worden vanwege het risico van besmetting op humaan papillomavirus (HPV). De voorkeur gaat echter uit naar disposable instrumenten. Instrument was in contact met:

Wijze van decontaminatie: Benodigde persoonlijke beschermingsmiddelen

Intacte huid Alleen reinigen en drogen n.v.t. Slijmvliezen Reinigen, desinfecteren en

drogen. Handschoenen, schort met lange mouwen en veiligheidsbril

Niet-intacte huid, steriele lichaamsholten

Reinigen, en steriliseren door een gespecialiseerd bedrijf

Handschoenen, schort met lange mouwen en veiligheidsbril

10.2 Ventilatievoud en ultraviolette straling Voor het effectief verwijderen van in de lucht aanwezige kleine zwevende deeltjes, zoals bijvoorbeeld ingedroogde druppelkernen met mycobacteriën, is een aantal factoren van invloed. Hieronder volgt een uiteenzetting. Luchten is vanwege wisselende klimatologische omstandigheden niet altijd effectief en wordt daarom voor het verwijderen van mycobacteriën uit een ruimte afgeraden, indien als enige maatregel gebruikt.

10.2.1 Ventilatievoud Met het ventilatievoud wordt het aantal luchtverversingen per uur in een ruimte aangegeven. Het ventilatievoud of in het Engels Air Changes per Hour (ACH) is de meetwaarde van het aantal kubieke meters lucht dat in een ruimte per uur wordt weggezogen gedeeld door het aantal kubieke meters (inhoud) van de ruimte. Het effect van verhoogde ventilatie komt vooral in de eerste drie luchtwisselingen tot uiting en is boven zesvoudige ventilatie nog maar beperkt. Naarmate een ruimte groter en de luchtmenging minder volledig is, worden aanzienlijk lagere reducties bereikt. Tabel: Aantal minuten benodigd voor verwijdering van resp. 99% en 99,9% van de micro-organismen in een ruimte waarvan de lucht 1-400 maal per uur wordt gewisseld (in ACH). ACH 99% 99,9% 2 138 207 4 69 104 6 46 69 12 23 35 15 18 28 20 7 14 50 3 6 400 <1 1

Bron: Centers for Disease Control and Prevention (CDC), Guidelines for Preventing the Transmission of Mycobacterium tuberculosis in Health-Care Settings, 2005 [3]. Een voorbeeld. Een kamer met een lengte, breedte en hoogte van 2 x 2 x 2,5 meter heeft een inhoud van 10 m3. Door het ventilatiesysteem wordt per uur 60 m3 lucht

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 33 van 34

Page 34: Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid - QRSqrs.nl › wp-content › uploads › 2016 › 01 › Nieuwe-richtlijnen... · 2016-11-17 · De Engelse afkorting ppm staat voor parts

Hygiënerichtllijnen voor GGD’en (augustus 2012)

Pagina 34 van 34

weggezogen. Gedurende het uur wordt verse buitenlucht, eventueel verwarmd, gekoeld, ontvochtigd of bevochtigd weer ingeblazen via plafondroosters. Het ventilatievoud komt daarmee op 6 (60 gedeeld door 10). Indien in de kamer mycobacteriën in de lucht zweven dan is de kamer bij gesloten deuren na 46 minuten voor 99% gezuiverd en na 69 minuten voor 99,9%.

10.2.2 Ultraviolette straling Mycobacterium tuberculosis wordt zeer snel gedood door ultraviolette straling (UV). Het desinfecterend effect van UV is al in het midden van de 20e eeuw aangetoond. Dit effect daalt echter snel bij toename van de relatieve luchtvochtigheid boven 60%. Dit is een voor infectiepreventie belangrijke beperking. De toegepaste UV straling heeft een golflengte van 254 nanometer. Deze korte golflengte bevindt zich in het UV-C gebied van het spectrum. UV-C heeft weliswaar een hoge energie, maar een gering penetrerend vermogen. De straling dringt niet door de hoornlaag van de huid heen. Er is hierdoor geen risico voor het ontstaan van tumoren van de huid. Ook is UV-C niet in staat de cornea te passeren zodat geen cataract ontstaat. Welke concrete hygiënerichtlijnen voor GGD’en uit het bovenstaande voortvloeien, staat beschreven in de richtlijn ‘Naar een afdelings Tuberculose Infectie Preventie Plan’ (RPT 35.400 + erratum) van de Commissie voor Praktische Tuberculosebestrijding (CPT). Deze richtlijn is te vinden op de website van het KNCV Tuberculosefonds (www.kncvtbc.nl; N.B. doordat de website in 2012 wordt vernieuwd, kan er geen directe weblink worden gegeven).