Literaire gesprekken in groep 7 en groep 8

Beleving én Interpretatie

OnderzoeksvraagHoe kunnen basisschoolleerlingen van gr 7 / 8

- op een literaire manier boeken leren lezen- hierover met elkaar in gesprek komen- welke uitwerking heeft dat op hun literaire

competentie ?

Rosenblatt,L. (1995), Literature as exploration, New York Langer,J. (1994) A response - based approach to reading literature, AlbanyChambers, A. (2002) Vertel eens, Kinderen, lezen en praten, Den Haag

Visies op lezen

Literair lezen, beleving én interpretatie

• Lezers stellen vanuit een persoonlijke beleving en ervaringen vragen aan de tekst.

• Interpretatie komt tot stand door vanuit eigen belevingen, verwachtingen en veronderstellingen hypotheses over de betekenis van de tekst te formuleren.

• Tekstwerelden: geheel van verwachtingen, veronderstellingen en hypotheses over de betekenis van de tekst (Langer)

Bouwen van tekstwerelden(Langer)

1. Uit de tekstwereld zijn en erin stappen2. In de tekstwereld zijn en er doorheen

bewegen3. Uit de tekstwereld zijn en overdenken wat je

weet4. Uit de tekstwereld zijn en de ervaringen

objectiverenInterpretatie groeit als lezers aan alle vier vormen aandacht besteden!!Langer, J. ( 1995), Envisioning literature: literary understanding and literature

instruction, Newark: International Reading Association

Hoe werkt het in de praktijk?

Onderwijsleertraject waarin kinderen door deze vier tekstwerelden worden geleid.

1.In interactie met het boek . Post-it opmerkingen over beleving,personages,relatie met eigen leven.

2.Interactie over het boek : afwisselend kleine groep en kring. Vierde boek eigen leesclub.

Groei in de gesprekken

• Lees de vier protocollen• Bepaal de volgorde: Boek1, 2, 3 en 4• Vergelijk met buurman/ buurvrouw• Motiveer je rangorde

Hoe worden gesprekken betekenisvol?

• Praten over teksten die iedereen gelezen heeft.

• Gesprekonderwerpen komen uit de kinderen.• Vragen zijn onderdeel van de literaire

ervaring.• Er zijn meerdere interpretaties mogelijk. Geen

goede of foute antwoorden.

Leerkracht zet kinderen aan het denken

• Vragen sluiten aan bij wat kinderen vertellen. Niet de soort vraag is belangrijk, maar de context waarin de vraag gesteld wordt.

• Verdiepende vragen, vragen vanuit een ander perspectief (personages, andere tijd, eigen leven; verschillende tekstwerelden)

• Leraren mogen vragen stellen waarop ze zelf het antwoord niet weten.

Zijn er nog vragen?

StellingLiteraire gesprekken dragen meer bij aan

interpretatie van literatuur dan lessen begrijpend lezen.

gertrudcornelissen@gmail. com