JAARVERSLAG 2009 – DG LABORATORIANieuwe analyses in het labo te Melle : opsporing van GGO’s...

21
JAARVERSLAG 2009 – DG LABORATORIA

Transcript of JAARVERSLAG 2009 – DG LABORATORIANieuwe analyses in het labo te Melle : opsporing van GGO’s...

Page 1: JAARVERSLAG 2009 – DG LABORATORIANieuwe analyses in het labo te Melle : opsporing van GGO’s (foto links) en expertise op het vlak van de kalibratie van thermometers (foto rechts).-Laboratorium

JAARVERSLAG 2009 – DG LABORATORIA

Page 2: JAARVERSLAG 2009 – DG LABORATORIANieuwe analyses in het labo te Melle : opsporing van GGO’s (foto links) en expertise op het vlak van de kalibratie van thermometers (foto rechts).-Laboratorium

1

JAARVERSLAG 2009 – DG LABORATORIA .................................................................................................. 1 

1  HET FAVV EN HAAR LABORATORIUMNETWERK ............................................................................... 1 1.1  DE LABORATORIA VAN HET FAVV .................................................................................................................. 1 1.2  DE ERKENDE LABORATORIA ............................................................................................................................. 2 1.3  DE NATIONALE REFERENTIELABORATORIA ...................................................................................................... 2 1.4  HOOFDBESTUUR ............................................................................................................................................... 3 

2  NIEUWIGHEDEN IN 2009 ......................................................................................................................... 3 

3  WERK GEREALISEERD TIJDENS HET JAAR ....................................................................................... 7 3.1  LABORATORIA VAN HET FAVV........................................................................................................................ 7 3.2  HOOFDBESTUUR ............................................................................................................................................. 17 

4  PERSPECTIEVEN IN DE LABORATORIA VAN HET FAVV ................................................................. 19 

1 Het FAVV en haar laboratoriumnetwerk Het FAVV werkt met interne en externe laboratoria, waaronder de referentielaboratoria die technische en wetenschappelijke ondersteuning bieden aan de andere laboratoria alsook aan het Agentschap in het algemeen. De coördinatoren van het hoofdbestuur die gespecialiseerd zijn in de verschillende betrokken domeinen, staan in voor het beheer van de contacten en de uitwisseling van gegevens met zowel de externe laboratoria als de referentielaboratoria, met inbegrip van de opvolging van de contracten en de validatie van analyseresultaten met het oog op facturatie. 5 FAVV-laboratoria : Gent – Gembloux – Luik - Melle – Tervuren 57 erkende laboratoria 8 referentielaboratoria

1.1 De laboratoria van het FAVV Het FAVV beschikt over 5 interne laboratoria. Deze laboratoria zijn verspreid over het hele grondgebied, in Vlaanderen en Wallonië. Hun voornaamste taak is het uitvoeren van analyses voor het FAVV en bijkomend ook voor externe klanten. De meerderheid van de analyses wordt uitgevoerd onder ISO 17025 accreditatie verleend door BELAC. Elk jaar worden nieuwe analyses ontwikkeld waardoor de scope van de FAVV-laboratoria geleidelijk uitbreidt. De accreditatiecertificaten zijn beschikbaar op de website van BELAC (www.belac.fgov.be). De laboratoria van het FAVV zijn ook altijd in staat om, naast routineanalyses, bijkomende analyses uit te voeren wanneer een crisis zich voordoet.

Werkingsgebied van de FAVV-laboratoria :

Melle • Microbiologie van levensmiddelen, diervoeders, water, milieumonsters • GGO • Residuen van schalen en vliezen in eiproducten • Kalibratie van thermometers en frituurtesters • Dispatching Gembloux • Microbiologie van levensmiddelen, diervoeders, water, milieumonsters • Fysico-chemische samenstelling van levensmiddelen en diervoeders • Bacterievuur op planten uit de rozenfamilie, en bruin- en ringrot bij aardappelen • Dispatching Gent • Residuen van diergeneesmiddelen en verboden stoffen, antibiotica, kalmerende middelen, hormonen in

levensmiddelen, diervoeders, producten van dierlijke oorsprong, bereidingen en plasma

Page 3: JAARVERSLAG 2009 – DG LABORATORIANieuwe analyses in het labo te Melle : opsporing van GGO’s (foto links) en expertise op het vlak van de kalibratie van thermometers (foto rechts).-Laboratorium

2

• Metalen in levensmiddelen, diervoeders, meststoffen, bodemverbeterende middelen en slib sporenelementen in diervoeders, meststoffen (waaronder gechelateerde meststoffen), fluor in diervoeders, fysische parameters in bodembeterende middelen en slib

• Aardappelcysten type Globodera in grond Luik • Garanties van diervoerders en meststoffen • Formuleringen van fytofarmaceutische producten • Dierlijke eiwitten in diervoeders • Gepolymeriseerde glyceriden en onzuiverheden in vetten • Mycotoxinen • Oganofosforresiduen in dierlijke matrices • Histamines, avermectines, allergenen, bewaarmiddelen, zoetstoffen en contaminanten • Aantonen van bestraling Tervuren • Contaminanten, additieven, antibiotica, coccidiostatica, vitamines, mycotoxinen • Dioxines en PCB’s in diervoeders en levensmiddelen • Dierlijke eiwitten in diervoeders

1.2 De erkende laboratoria In 2009 heeft het FAVV samengewerkt met meer dan vijftig erkende laboratoria, gespecialiseerd in diverse analysedomeinen zoals bv. toxinen, dierziekten, microbiologie van levensmiddelen, GGO’s, fytopathologie. De lijst van de erkende laboratoria en de analyses waarvoor zij erkend zijn, is beschikbaar op de website van het Agentschap : www.favv.be

1.3 De nationale referentielaboratoria De voornaamste taak van de nationale referentielaboratoria (NRL) bestaat er in het FAVV technische en wetenschappelijke ondersteuning te bieden. Zij moeten op de hoogte blijven van de evoluties binnen hun activiteitendomeinen en belangrijke gegevens aan het FAVV en de externe laboratoria doorgeven via vergaderingen en praktische of theoretische opleidingen. De referentielaboratoria spelen ook een rol in de organisatie van interlaboratoriumproeven. Lijst en domeinen van de nationale referentielaboratoria van het FAVV Domein Referentielaboratorium

• Besmettelijke dierziekten en overdraagbare spongiforme encefalopathieën (OSE)

• Controle op de doeltreffendheid van vaccins tegen rabiës

• Genotypering van schapen • Mycotoxinen en zware metalen

CODA

• Trichinen Instituut Tropische Geneeskunde

• Dioxinen en PCB’s in voeding voor mensen en dieren

Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid (WIV) & Centre d’Analyses des Résidus en Traces (CART) & Laboratorium van het FAVV in Tervuren

• Visziekten CODA & CER-Marloie

• Residuen (dieren en planten) • Polyaromatische koolwaterstoffen

WIV

Page 4: JAARVERSLAG 2009 – DG LABORATORIANieuwe analyses in het labo te Melle : opsporing van GGO’s (foto links) en expertise op het vlak van de kalibratie van thermometers (foto rechts).-Laboratorium

3

• In diervoeding gebruikte toevoegingsmiddelen • Mariene biotoxinen • Microbiologie van levensmiddelen van dierlijke

oorsprong (behalve zuivelproducten) • Voedseltoxi-infecties • Antimicrobiële resistentie • Rabiës

• GGO WIV – ILVO – CRA-W

• Zuivelproducten : microbiologie en kwaliteits-parameters

ILVO - Eenheid Technologie & Voeding & CRA-W Département Qualité des Productions agricoles

• Dierlijk eiwit in diervoeders Laboratorium van het FAVV in Tervuren

• Plantenziekten : bacteriën, schimmels, aaltjes, insecten en virussen

ILVO – Departement voor gewasbescherming & CRA-W – Département Lutte Biologique et Ressources Phytogénétiques

1.4 Hoofdbestuur De disciplines waarin de referentielaboratoria en de externe laboratoria actief zijn, zijn onderverdeeld in 6 categorieën, waarvan de opvolging verzorgd wordt door tien coördinatoren en adjunct-coördinatoren : Dierziekten, Microbiologie, Fytopathologie, GGO, Chemie, Melk en melkproducten.

2 Nieuwigheden in 2009

- FOODLIMS. Na de ingebruikname van Foodlims in 2008 werden de mogelijkheden van deze informatica-applicatie in 2009 verder uitgebreid dankzij het permanente werk van het Limsteam. Een configuratie van de werklijsten werd gerealiseerd, waardoor het voor analisten makkelijker is om resultaten in te voeren. Bovendien werd voor elke geconfigureerde methode een SOP-koppeling (Standard Operating Procedure) voorzien. Wanneer een analist de meest recente versie van een SOP wil raadplegen, volstaat het om in LIMS op de methode te klikken. Daarnaast werd ook een LIMS – apparatuur koppeling ontwikkeld; wanneer een resultaat beschikbaar komt op een analytisch instrument, dan wordt dit onmiddellijk en automatisch naar Foodlims gestuurd, zonder verdere manuele tussenkomst van de analist. Het hulpprogramma « Uniconnect » verwerkt het resultaat en plaatst het op de overeenstemmende pagina van de methode toegepast voor het geanalyseerd monster. Het team heeft hard gewerkt aan de implementatie van een beheersysteem van oplosmiddelen binnen LIMS. Voor elk labo werd een overzicht van de reagentia, middelen, standaarden, enz gemaakt en de stock wordt via de computer up-to-date gehouden. Deze databank werd gekoppeld aan een automatisch bestelsysteem. Wanneer van een bepaald product nog slechts de minimumhoeveelheid beschikbaar is, krijgt dit product automatisch de status « te bestellen ». De stand van zaken i.v.m. de bestellingen en leveringen kan vervolgens worden opgevolgd.

Page 5: JAARVERSLAG 2009 – DG LABORATORIANieuwe analyses in het labo te Melle : opsporing van GGO’s (foto links) en expertise op het vlak van de kalibratie van thermometers (foto rechts).-Laboratorium

Overzicht van de interface van het nieuwe stockbeheersysteem voor materiaal in de laboratoria via Lims.

- Bijkomende erkende laboratoria. In 2009 heeft het FAVV 8 nieuwe laboratoria erkend. De

helft hiervan zijn buitenlandse laboratoria (1 uit Frankrijk, 2 uit Nederland en 1 uit Duitsland). Dit wijst op het vertrouwen in en de goede samenwerking met ons land. De analyses waarvoor deze 8 laboratoria een erkenning verkregen, hebben betrekking op de microbiologie van levensmiddelen en diervoeders (Silliker), microbiologie, residuen en contaminanten en samenstelling van melk (MCC), microbiologie van water en residuen en contaminanten van water, fruit en groenten en bodem (POVLT), additieven in vlees (LICB), bestrijdingsmiddelen op fruit en groenten (Zeeuws-Vlaanderen), plantenziekten (BLGG), paardenziekten (BÖSE), en additieven in voedingssupplementen (UCAG²). De erkenning van één Nederlands laboratorium voor plantenziekten (NAK) werd ingetrokken omdat het betrokken laboratorium niet langer wilde werken volgens de voorschriften van het FAVV.

- Overdracht van taken en nieuwe NRL’s. Doordat de universiteit van Luik afziet van de

aanstelling als referentielaboratorium voor microbiologie van levensmiddelen, en microbiologie en virologie van weekdieren, alsook pathologie van weekdieren, werd er voorzien om taken aan andere laboratoria over te dragen. Zo heeft het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid (WIV) in 2009 de rol van referentielaboratorium voor microbiologie van levensmiddelen opgenomen. Voor wat de weekdieren betreft, werd contact opgenomen met het Centraal Veterinair Instituut (Nederland) om dit als NRL aan te stellen voor de pathologie van weekdieren (lopende). Voor de aanstelling als NRL voor microbiologie en virologie van weekdieren, wordt een contractontwerp opgesteld om deze nieuwe taken aan het WIV toe te kennen.

4

Page 6: JAARVERSLAG 2009 – DG LABORATORIANieuwe analyses in het labo te Melle : opsporing van GGO’s (foto links) en expertise op het vlak van de kalibratie van thermometers (foto rechts).-Laboratorium

Laboratorium te Gembloux. In 2009 werd het project ter ontwikkeling van de activiteiten in de fytopathologie voortgezet door de ontwikkeling en validatie van analysemethoden voor Ralstonia solanacearum en Clavibacter michiganensis spp. sepedonicus (bruinrot en ringrot bij aardappelen). In december 2009 werd dit ontwikkelingsproces gunstig afgesloten met een BELAC-audit, en het bekomen van een accreditatiecertificaat voor deze twee parameters. Voor de microbiologie werden 10 methodes ontwikkeld inzake o.a. wateranalyses en analyses van Vibrio cholerae en Vibrio parahaemolyticus in schaaldieren en tweekleppige weekdieren. Het laboratorium heeft bovendien ook een eerste interlaboratoriumproef georganiseerd over de fysico-chemische eigenschappen van fytosanitaire producten.

Nieuwe analyses van aardappelen in de afdeling Fytopathologie van het labo te Gembloux : bemonstering

van aardappelnaveleinden (foto links) en analyse met een fluorescentiemicroscoop (foto rechts).

- Laboratorium te Luik. Begin 2009 heeft de sectie “Speciale Analyses” de accreditatie gekregen

voor de dosering van avermectines in lever. Een methode voor de dosering van bixine/norbixine in vleeswaren werd ontwikkeld, maar de aanvraag tot accreditatie is uitgesteld omdat deze analyses niet in het analyseplan van 2010 voorkomen. Een opsporingsmethode voor histamine door HPLC werd op punt gesteld zodat deze de ELISA-methode kan vervangen in 2010. In de sectie “Natte Chemie” werd gestart met de analyses van boraten en oligo-elementen door ICP-OES. In april werd de accreditatie verkregen voor de dosering van Mg, Ca, Na en K in diervoeders en meststoffen door ICP-OES. In de sectie “Fyto/Residuen” werd een lokaal ingericht voor de analyse van contactmaterialen en in deze optiek werden 2 analyses gevalideerd : migratie van bisfenol A uit voorwerpen in polycarbonaat en de migratie van formaldehyde uit voorwerpen in melamine. De sectie heeft ook nog andere analyses gevalideerd zoals de analyse van ethylcarbamaat in alcoholische dranken en azijn, en de fosfaten in limonades door HPLC-lC. Deze analyses zullen in 2010 voor accreditatie worden voorgedragen. Eind 2009 werd een GC-MS triple quad apparaat geïnstalleerd maar dit zal in 2010 omwille van technische problemen worden vervangen.

- Laboratorium te Tervuren. In de sectie “Contaminanten” werd de analyse van

glyceroltriheptanoate in dierlijke producten door GC-MS ontwikkeld. In de sectie “Toevoegingsmiddelen” werd de flexibele scope verkregen voor de bepaling met LC-MS van coccidiostatica in proteïnerijke dierlijke weefsels en eieren, alsook voor diervoeders en grondstoffen. De screening van diergeneesmiddelen in diervoeders door middel van een UPLC-gebaseerde methode werd eveneens aan de scope toegevoegd. De bepaling van vitamines door de VitaFast-methode en vitamine B door HPLC werd opgestart. De sectie “Mycotoxinen en Microscopie” heeft 3 nieuwe methodes op punt gesteld, met name de opsporing van aflatoxinen in babyvoeding met HPLC, van de toxine T2 en HT2 in granen met HPLC en moederkoren in granen met microscopie.

- Laboratorium te Melle. Na hun validatie in 2008 werden de methodes voor de analyse van GGO’s toegepast op monsters van het controleplan. . Voor wat betreft de microbiologie werden de activiteiten van 2008 verder op punt gesteld en uitgebreid, met onder meer microbiologische

5

Page 7: JAARVERSLAG 2009 – DG LABORATORIANieuwe analyses in het labo te Melle : opsporing van GGO’s (foto links) en expertise op het vlak van de kalibratie van thermometers (foto rechts).-Laboratorium

analyses op water, Salmonella-bepalingen op swabs, lymfeklieren en omgevingsstalen en bepaling van de wateractiviteit op verschillende voedingsmiddelenmatrices. De kalibratie van de thermometers van DG Controle, opgestart eind 2008, werd verder gezet terwijl de thermometers van de interne labo’s voor de eerste keer werden gekalibreerd in het labo van Melle. Er is eveneens gestart met de controle van de testers voor frituurolie. Met betrekking tot het organigram werden een aantal samengevoegd.

Nieuwe analyses in het labo te Melle : opsporing van GGO’s (foto links) en expertise op het vlak

van de kalibratie van thermometers (foto rechts).

- Laboratorium te Gent. In de sectie “Residuen en Contaminanten” werden in totaal 11 nieuwe

methoden ingevoerd. Zo werd de scope uitgebreid met een post-screeningmethode voor antibiotica in vlees met LC-MS. Nieuwe methodes werden ontwikkeld voor de bepaling van anabolica en corticosteroïden in diverse matrices waardoor de screening volledig met LC-MS kan worden uitgevoerd. Voor de bereidingen werd de bestaande HPLC-methode omgezet in een UPLC-methode voor de bepaling van anabolica, β-agonisten, corticosteroïden en thyreostatica. In de sectie “Anorganische chemie en Globodera” werden op het vlak van levensmiddelenanalyses enkele nieuwe element-matrix combinaties als routine uitgevoerd, zoals bv. Hg, As, Cd en Pb in zuivelproducten. Na een poging tot ontwikkeling van de methode is gebleken dat aluminium niet door ICP-MS DRC kan worden gedoseerd bij normale gebruiksomstandigheden van het apparaat.

6

Page 8: JAARVERSLAG 2009 – DG LABORATORIANieuwe analyses in het labo te Melle : opsporing van GGO’s (foto links) en expertise op het vlak van de kalibratie van thermometers (foto rechts).-Laboratorium

3 Werk gerealiseerd tijdens het jaar

3.1 Laboratoria van het FAVV

7

Page 9: JAARVERSLAG 2009 – DG LABORATORIANieuwe analyses in het labo te Melle : opsporing van GGO’s (foto links) en expertise op het vlak van de kalibratie van thermometers (foto rechts).-Laboratorium

- Laboratorium te Gembloux. In vergelijking met het jaar 2008 is het aantal ontvangen monsters gedaald met 3,4 %, maar is het aantal analyses daarentegen toegenomen met 10,5%. Terwijl in 2008 geen analyses voor externe klanten (BIRB) werden uitgevoerd, werd dit terug opgepikt bij het begin van 2009. Vooral in de sectie “Chemie” ging dit niet onopgemerkt voorbij. In de grootste sectie “Microbiologie”, die ongeveer 90% van de analyses in LFSAGx uitvoert, blijft Salmonella de voornaamste analyse. In deze context heeft het labo gekozen om voor deze parameter over te schakelen op de PCR-methode. Zo wordt tijd gewonnen en wordt binnen de sectie tevens de nodige afwisseling in analytisch werk voorzien. In de sectie “Fytopathologie” is het aantal analyses sterk toegenomen (x10), want 2009 was het eerste volledige jaar voor de analyse van bacterievuur. De inkomsten van het labo zijn algemeen gestegen met 1,5%. Naast de routineanalyses en de ontwikkeling van methodes (zie punt 2) heeft het labo FAVV-bezoekers en 4 stagiairs ontvangen. In de sectie “Chemie” werd voor de eerste keer een interlaboratoriumproef georganiseerd. De sectie “Microbiologie” heeft meegewerkt aan de validatie van de methode voor Campyfoodagar volgens ISO 16140. Een vijftiental opleidingen, die al-dan-niet rechtstreeks betrekking hebben op de activiteiten van het labo, werden door het personeel gevolgd. Vijf apparaten (2 droogstoven, 2 diepvriezers, 1 stomacher) werden aangekocht om de capaciteit van de secties “Microbiologie” en “Fytopathologie” te verhogen. Het beschikbaar personeel is licht afgenomen; in totaal ging 1/3 van een FTE (full time equivalent) verloren. Verder werd een herverdeling van verantwoordelijkheden doorgevoerd; dit met betrekking tot het hoofd van het labo, het hoofd van de sectie “Fytopathologie”, de kwaliteitsverantwoordelijke, verantwoordelijke van de dispatching.

Opsporing van bacterievuur in de afdeling Fytopathologie van het labo te Gembloux :

bemonstering op plantentakken (foto links) en biotest op stukjes peer (foto rechts).

In cultuur afgezonderde kolonies in het labo te Gembloux van de bacterie Erwinia amylovora

(grote, ronde, paarse bollen) op een plant die is aangetast met bacterievuur.

Laboratorium te Luik. Terwijl het aantal geanalyseerde monsters de laatste jaren licht is gestegen, blijft het aantal analyses stabiel. Het aantal monsters voor diervoeders en meststoffen is afgenomen, terwijl het aantal monsters menselijke voeding is toegenomen. Voor dit laatste type matrix wordt in het algemeen slechts één parameter per monster gevraagd, in tegenstelling tot wat het geval is bij diervoeders en meststoffen. Dit verklaart de niet-parallelle evolutie van het aantal monsters en analyses. Een ander fenomeen in Luik is de toename van de diversiteit aan methoden enerzijds, en de afname van het aantal monsters per methode

8

Page 10: JAARVERSLAG 2009 – DG LABORATORIANieuwe analyses in het labo te Melle : opsporing van GGO’s (foto links) en expertise op het vlak van de kalibratie van thermometers (foto rechts).-Laboratorium

anderzijds. In 2009 werden 135 verschillende methoden toegepast voor Foodnet-monsters. Hierbij nam de opsporing van dierenmeel 14% van het analysevolume voor zijn rekening, gevolgd door de bepaling van het vetgehalte (7% van dit volume). In totaal werd voor 89% van de methodes minder dan 100 monsters ontvangen. Wat betreft het aantal monsters, waren voor de respectieve secties, de volgende analyses het belangrijkst in 2009: de opsporing van dierenmeel voor de sectie “Speciale Analyses”, de dosering van vetstoffen in diervoeders voor de sectie “Natte Chemie” en de dosering van sulfiet voor de sectie “Fyto/Residu“. Naast de routinemonsters en de ontwikkeling van methodes (zie punt 2), heeft het labo 1 stagiair uit het 6e jaar middelbaar onderwijs gehad en werden 17 opleidingen gevolgd door het personeel. Tien apparaten werden aangekocht waaronder een triple quad GC-MS, een multiposition vacuum evaporator en een stikstofgenerator. Het aantal FTE’s is niet gewijzigd in vergelijking met 2008, maar het laboratorium heeft wel een nieuwe labomanager. Het labo heeft deelgenomen aan verschillende comités en werkgroepen van het type CEN op het vlak van allergenen, meststoffen en contactmateriaal.

- Laboratorium te Tervuren. In vergelijking met 2008 is het aantal monsters stabiel gebleven

terwijl het aantal analyses is afgenomen. In de sectie “Contaminanten” is het aantal monsters en analyses over het algemeen stabiel gebleven. Het geringer aantal PCB-analyses werd gecompenseerd door de nieuwe glyceroltriheptanoate (GTH) analyses. In de sectie “Toevoegingsmiddelen” is het aantal analyses voor vitamines en antibiotica afgenomen met 20% en 27%, respectievelijk, terwijl het aantal coccidiostatica-analyses met 19% is toegenomen. In de sectie “Mycotoxinen en Microscopie” is het totaal aantal analyses met 2% gedaald. Hier wordt een opmerkelijke daling voor de mycotoxinen gecompenseerd door een toename van 20% voor de microscopische analyses. En de sectie “Dioxines” stelde een afname van 3,5% vast. Naast de routineanalyses en de ontwikkeling van methoden (zie punt 2), heeft het laboratorium verschillende presentaties gegeven over onderwerpen zoals bv. het gebruik van de microscoop voor de bepaling van botanische onzuiverheden of CALUX in het kader van de dioxineanalyses. Het FAVV-laboratorium te Tervuren herbergt eveneens twee NRL’s, namelijk het NRL Dioxines en het NRL dierlijke eiwitten. Het labo heeft aan verschillende projecten en comités deelgenomen, zoals o.a. de opendeurdagen in oktober, een interlaboratoriumstudie m.b.t. GTH, communicatiegroepen van het WIV over PCB’s en bestrijdingsmiddelen, een workshop over decoquinaat, een Europees project m.b.t. de opsporing van specifieke dierlijke eiwitten in diervoeders, werkgroepen van CRL voor dioxines. De sectie “Mycotoxinen” heeft een stagiair opgeleid. In 2009 werden twee apparaten aangekocht ; een GC-MS iontrap Varian voor PCB, PAK en GTH, alsook een GPC kolom. Het beschikbaar personeel is licht afgenomen, met 0,6 full time equivalenten. Het personeel heeft een tiental opleidingen gevolgd.

Opendeurdagen in het labo te Tervuren in oktober 2009.

- Laboratorium te Melle. In vergelijking met 2008 is zowel het aantal monsters als het aantal analyses aanzienlijk toegenomen, met respectievelijk 21% en 12%. Dit fenomeen was vooral te merken in het begin van het jaar. Het laboratorium heeft het toegenomen aantal monsters heel

9

Page 11: JAARVERSLAG 2009 – DG LABORATORIANieuwe analyses in het labo te Melle : opsporing van GGO’s (foto links) en expertise op het vlak van de kalibratie van thermometers (foto rechts).-Laboratorium

efficiënt verwerkt, en dit ondanks het moeilijke beheer als gevolg van de onevenwichtige spreiding van deze monsters over het jaar. Net zoals in 2008 werd ook dit jaar geen enkele analyse voor derden uitgevoerd. Nog meer dan in 2008, was Salmonella de voornaamste parameter voor wat betreft de microbiologie. Zoals LFSAGx heeft ook het laboratorium te Melle gekozen voor de PCR-methode om deze analyse aldus te vergemakkelijken. Monsters van uitwerpselen, stofdeeltjes en schoenovertrekken werden eveneens geanalyseerd voor Salmonella, en de MSRV-methode werd toegepast. De wateranalyses werden geaccrediteerd, ook al nemen zij slechts een klein deel van analysevolume in. In de onderafdeling GGO van de sectie “Biologische Analyses” werd de GGO-screeningsmethode geïmplementeerd en werden de methodes voor de kwantitatieve bepaling van GGO’s gevalideerd. Bovendien werden de eerste routineanalyses in dit analytisch domein uitgevoerd. In de sectie “Expertise”, werden bijna 500 thermometers gekalibreerd. De meerderheid van deze thermometers zijn bestemd voor de PCE’s. De controle van de frituurtesters werd opgestart. Naast het uitvoeren van routineanalyses en het ontwikkelen van methodes heeft het laboratorium ook infosessies en opleidingen georganiseerd, bezoekers onthaald en 2 stagiairs ontvangen. De secties “Microbiologie” en “GGO” werden gegroepeerd. Procedures en initiatieven op het vlak van EMAS en OHSAS werden in werkgroepen opgesteld. Lokalen werden opnieuw ingericht om beter te voldoen aan de reglementering inzake milieu en bioveiligheid en om meer werkruimte ter beschikking te hebben. Er werd geïnvesteerd in 7 soorten apparatuur, met Labguard als duurste systeem. Dit systeem wordt gebruikt voor het toezicht van op afstand op de goede werking van bepaalde apparatuur. Het aantal FTE’s is licht gedaald met 0,7. Het personeel heeft 19 opleidingen gevolgd. Het labo heeft deelgenomen aan verscheidene werkgroepen, zoals communicatiegroepen van de NRL microbiologie en GGO, het cluster PCR-microbio, terwijl het permanent in dialoog stond met LFSAGx om de methodes in microbiologie uniform te maken.

Sectie “Biologische Analyses” (foto links) en sectie Dispatching (foto rechts) van het labo te

Melle. - Laboratorium te Gent. In vergelijking met vorig jaar is het aantal monsters en analyses met

respectievelijk 5% en 6% gestegen. In de sectie “Residu’s en Contaminanten” worden bijna uitsluitend analyses in opdracht van het FAVV uitgevoerd. Ondanks de toekenning van analyses m.b.t. nitrofuranen en nitro-imidazole aan een ander labo op het einde van het jaar, wordt een toename van 1% in het aantal geanalyseerde monsters vastgesteld. Het aantal analyses voor anabolica en kalmerende middelen nam toe, terwijl het aantal analyses voor streptomycine en tetracyclines afnam ten gevolge van de toekenning van honingmonsters aan het ILVO. Naast honing, werden in 2009 ook andere matrices minder frequent aangeboden voor analyse, bv. zuivelproducten, feces, en plasma. Bepaalde matrices werden daarentegen vaker geanalyseerd, bv. vis, dranken, dierlijke weefsels. In de sectie “Anorganische chemie en Globodera”, is een algemene toename van 16% vastgesteld zowel voor het aantal analyses als het aantal monsters. Met betrekking tot de aangeboden matrices, nam het aantal bodemmonsters het sterkst toe (+30%), wat te wijten was aan een toegenomen vraag voor Globodera-analyses. Diervoeder was het enige matrixtype waarvoor minder monsters geanalyseerd werden (-16%), dit ten gevolge van de rationalisering tussen de FAVV-laboratoria. De toename van het totaal aantal analyses wordt voornamelijk verklaard door de grotere vraag voor voedingsmiddelen en bodem. Het valt op te merken dat de analyse aardappelcysten (type Globodera) in bodems niet uitsluitend wordt uitgevoerd op vraag van het FAVV, maar eveneens op vraag van de Vlaamse Gemeenschap, het Waals Gewest en de certificerende inrichtingen. Ondanks de toename van het aantal monsters van meststoffen, blijft het aantal analyses stabiel. In tegenstelling tot in 2008 is het aantal gevraagde analyseparameters per monster vaak sterk

10

Page 12: JAARVERSLAG 2009 – DG LABORATORIANieuwe analyses in het labo te Melle : opsporing van GGO’s (foto links) en expertise op het vlak van de kalibratie van thermometers (foto rechts).-Laboratorium

beperkt gebleven in 2009. Naast de routineanalyses en de ontwikkeling van methoden (zie punt 2) heeft het labo zich als vormingscentrum geprofileerd, door het ontvangen van 5 stagiairs en het organiseren van diverse opleidingen: buitenlandse delegaties (Bangladesh, Maleisië) werden onderricht in de analyse van aquacultuurproducten, een Deense delegatie werd de methodiek van Globodera-analyses gedemonstreerd, terwijl collega’s van het FAVV een opleiding inzake het kwaliteitssysteem werd gegeven. Voorts werd ook tijdens een communicatiegroep een presentatie gegeven betreffende de gebruikte methodiek voor de bepaling van Globodera-cysten in grond. In totaal werden 100 dagen opleiding georganiseerd voor personen die niet tot DG Laboratoria behoren. Het personeel van het laboratorium zelf heeft in totaal 54 opleidingen gevolgd, waarbij de opleidingen met betrekking tot de identificatie van Globodera en deze met betrekking tot migratieanalyse, beide georganiseerd door het betrokken NRL, als interessantste beschouwd werden. Het labo werkt daarenboven ook samen met het Franse laboratorium LABERCA en de universiteit van Gent in het kader van het project « natuurlijke hormonen ». De sectie “Anorganische chemie & Globodera” is actief betrokken bij verschillende CEN werkgroepen die de analyse van metalen (en spoorelementen) in diervoeders en levensmiddelen behandelen. Verder worden de activiteiten van diverse CEN werkgroepen betreffende compostanalyses, analyse van minerale meststoffen, en de analyse van chelaten eveneens gevolgd. Voor de analyse van metalen in levensmiddelen worden contacten onderhouden met het CODA, het NRL in dit domein. Ook voor de analyse van Globodera in grondstalen wordt regelmatig beroep gedaan op het NRL, in dit geval het ILVO – Diagnosecentrum voor plantenziekten. Het beschikbaar personeel is afgenomen met 1,8 FTE’s in 2009 en een herverdeling van de verantwoordelijkheden heeft plaatsgevonden (labomanager, verantwoordelijke kwaliteit, verantwoordelijke bioveiligheid en leefmilieu, vertrek van medewerkers). Negen soorten apparatuur en werkmiddelen werden aangekocht, waaronder 1 GC-C-IRMS voor het project natuurlijke hormonen. Sommige apparaten worden geleased zoals LC-MS of ICP-MS.

Voorbeelden van apparatuur in het labo te Gentbrugge : GC-C-IRMS (foto links) en Meku voor de spoeling

tijdens analyses voor Globodera (foto rechts).

Laboratorium Matrix

Aantal geanalyseerde

monsters in 2008

Aantal geanalyseerde

monsters in 2009

Aantal geanalyseerde parameters in

2008

Aantal geanalyseerde parameters in

2009Gent Residu’s en contaminanten

(residu’s en contaminanten

49125 + anorganische

chemie en Globodera 12987)

(residu’s en contaminanten

50896 + anorganische

chemie en Globodera 15064)

Fruit en groenten 146 104 Vis en afgeleide producten 247 279 Eieren en eiproducten 50 37 Zuivelproducten 175 103 Honing 173 54

Granen, producten afgeleid van granen en bereidingen op basis van granen 89 72

Bereide producten 268 222

Thee, koffie, kruidenthee en cacao 23 22

11

Page 13: JAARVERSLAG 2009 – DG LABORATORIANieuwe analyses in het labo te Melle : opsporing van GGO’s (foto links) en expertise op het vlak van de kalibratie van thermometers (foto rechts).-Laboratorium

12

Oliehoudende zaden en vruchten en planaardige oliën 21 26

Dranken 0 12 Kruiden 11 10 Diervoeders 791 894 Feces van dierlijke oorsprong 5097 4620 Organen en dierlijk weefsel 6756 7509 Urine van dierlijke oorsprong 1121 1327 Bereidingen 220 164 Plasma 299 207 Andere 0 1 Anorganische chemie Levensmiddelen 943 1014 Diervoeders 1104 963

Meststoffen en bodemverbeterende middelen 331 409

Globodera nematode 2898 3759 Totaal aantal 20763 21808 62112 65960

Tervuren

Contaminanten en additieven, vitamines, microscopie en mycotoxinen

(additieven 3410 + contaminanten 2852 + dioxine

4807 + mycotoxinen en

microscopie 2966 + vitamines 814)

Diervoeders 6929 7101 Matrices dierlijke oorsprong 1430 1453

Geharde dierlijke producten NHC 0 236

Producten en bereidingen van de visserij 380 372

Melk, melkproducten 463 335 Bereide producten 421 365

Vlees, vleesproducten en vleesbereidingen 152 136

Oliehoudende zaden en vruchten en planaardige oliën 68 53

Eieren, eiproducten en eibereidingen 207 239

Groenten 135 116 Kruiden 23 20 Additieven 62 70

Geharde dierlijke producten HC 12 10

Fruit 50 11 Granen 895 739 Dranken 219 200 The, koffie 3 30 Levensmiddelenadditieven 21 12

Pootgoed en vermeerderingsmateriaal 0 6

Bodem 28 0 Stof 7 0 2 0 Totaal aantal 11507 11504 20863 14849

Melle Microbiologie en GGO (chemie inbegrepen)

(microbiologie 20059 + GGO-

(microbiologie 22413 + GGO-

Page 14: JAARVERSLAG 2009 – DG LABORATORIANieuwe analyses in het labo te Melle : opsporing van GGO’s (foto links) en expertise op het vlak van de kalibratie van thermometers (foto rechts).-Laboratorium

13

Producten afgeleid van granen 0 12 chemie 116) chemie 226)

Producten afgeleid van vis 219 155

Producten van de brood- en banketbakkerij 121 148

Bemonsteringsmateriaal 2844 2905 Bereide schotels 355 403

Bereidingen op basis van eieren 137 117

Bereidingen op basis van melk 187 144

Bereidingen op basis van producten van de visserij of de aquacultuur 161 90

Bessen en klein fruit 15 34 Bladgroenten 44 50 Bouillons, soepen en sausen 0 5 chocoladeproducten 0 1 confituur en smeerpasta 0 30 Diverse bereide producten 90 144 Eieren 71 79 Eiproducten 206 176 Fecale stoffen 0 326 Grondstoffen 0 719 Koeken 0 2 Landweekdieren 2 0 Melk 32 65

Producten op basis van melkpoeder 1 26

Zuivelproducten 665 640 Niet-alcoholische dranken 0 68 Organen en dierlijk weefsel 592 592 Calamaris en inktvis 5 0 Samengestelde diervoeders 0 785 Schaaldieren 82 104 Snoepgoed 0 2 Specifieke levensmiddelen 97 101 Stof 0 216 Aromatische kruiden 47 69

Geharde dierlijke producten NHC 205 585

Geharde dierlijke producten HC 0 2

Vis 117 39 Vleesbreidingen 770 1023 Vlees en afval 2405 2236 Vleesproducten 1092 663 Vruchtgroenten 43 35 Water (niet voor consumptie) 0 28 Weekdieren 70 0 Wortelgroenten en knollen 45 67 Totaal aantal 10720 12888 20175 22639

Microbiologie, chemie en

fytopathologie (microbiologie

16227 + chemie 1856 +

fytopathologie 34)

(microbiologie 18047 + chemie

1894 + fytopathologie 263)

Gembloux Samengestelde diervoeders 2015 1623 Specifieke levensmiddelen 194 318 Bodemverbeterende middelen 0 1

Page 15: JAARVERSLAG 2009 – DG LABORATORIANieuwe analyses in het labo te Melle : opsporing van GGO’s (foto links) en expertise op het vlak van de kalibratie van thermometers (foto rechts).-Laboratorium

14

Bessen en klein fruit 15 10 Alcholische dranken 0 1 Niet-alcoholische dranken 30 69 Bouillons, soepen en sausen 0 4 Granen 0 2 Champignons 0 2 Kolen 0 1 Schaaldieren 59 37 Water (niet voor consumptie) 0 37 Samengestelde meststoffen 0 5 Kruiden 119 119 Fijne kruiden 40 36 Plantaardige oliën 32 32 Melk 355 157 Bolgroenten 0 1 Bladgroenten 33 30 Vruchtgroenten 18 25 Wortelgroenten en knollen 47 48 Vermeerderingsmateriaal 0 2 Bemonsteringsmateriaal 1376 1 Fecale stoffen 0 1537 Grondstoffen 954 157 Weekdieren 0 198 Eieren 76 8 Organen en dierlijk weefsel 572 66 Eiproducten 83 519 Pootgoed en teeltmateriaal 34 41 Bereide schotels 331 339 Vis 46 294 Inktvis-Calamaris 0 24 Stof 0 84 Bereidingen op basis van melk 169 120

Bereidingen op basis van producten van de visserij of aquacultuur 45 47

Bereidingen op basis van eieren 91 59

Vleesbreidingen 473 492 Vleesproducten 308 399

Verwerkte dierlijke producten NHC 926 1085

Producten van brood- en banketbakkerij 112 84

Producten van de chocoladeproducenten 57 46

Producten van de suikergoedindustrie 46 46

Producten afgeleid van vis 110 102 Zuivelproducten 745 960 Melkpoederproducten 79 86 Diverse bereide schotels 45 71 Verwerkte dierlijke eiwitten HC 12 14 Vlees en afval 1145 983 Totaal aantal 10792 10422 18117 20204

Page 16: JAARVERSLAG 2009 – DG LABORATORIANieuwe analyses in het labo te Melle : opsporing van GGO’s (foto links) en expertise op het vlak van de kalibratie van thermometers (foto rechts).-Laboratorium

15

Speciale analyses, natte chemie, meststoffen, fytopharmacie en residuen

(speciale analyses 2746 + chemie 1 + natte chemie levensmiddelen 2509 + meststoffen 1033 + fytopharmacie 1470 + Residuen 801)

Luik Levensmiddelenadditieven 10 1 Additieven voor dieren 2 80

Samengestelde levensmiddelen 2135 1732

Specifieke levensmiddelen 161 264 Bodemverbeteraars 8 11 Fabricatiehulpmiddelen 0 14 Bessen en klein fruit 1 13 Alcoholische dranken 88 118 Niet-alcoholische dranken 116 143 Zuiveringsslib 0 7 Bouillons, soepen en sausen 10 3 Koffie 1 0 Champignons 1 1 Confituur en smeerpasta 11 4 Schaaldieren 76 78

Meststoffen op basis van secundaire elementen 21 34

Meststoffen met oligo-elementen 1 24

Samengestelde meststoffen 111 164 Meststoffen voor hydrocultuur 6 6 Enkelvoudige meststoffen 75 71 Kruiden 2 1 Fijne kruiden 15 23 Steenvruchten 12 10 Pitvruchten 5 4 Divers fruit 8 6 Oliehoudende granen 0 13 Plantaardige oliën 0 9 Melk 88 90 Bolgroenten 1 1 Bladgroenten 101 87 Vruchtgroenten 4 3 Wortelgroenten en knollen 15 10 Peulgroenten 13 15 Grondstoffen 753 487 Weekdieren 15 23 Noten 2 3 Eieren 5 5 Organen en dierlijk weefsel 109 345 Eiproducten 53 52

Bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik 133 120

Bereide schotels 19 16 Vis 339 334

Page 17: JAARVERSLAG 2009 – DG LABORATORIANieuwe analyses in het labo te Melle : opsporing van GGO’s (foto links) en expertise op het vlak van de kalibratie van thermometers (foto rechts).-Laboratorium

16

Inktvis-Calamaris 0 1 Voormengsels voor voeders 3 57 Bereidingen 1 0

Bereidingen op basis van granen 25 30

Bereidingen op basis van melk 0 20 Vleesbereidingen 64 82 Producten op basis van vlees 121 86 Producten van de bijenteelt 73 73 Verwante producten 1 3

Producten van de brood- en banketbakkerij 90 153

Producten van de suikerindustrie 24 0

Producten van de biscuitindustrie 19 10

Producten afgeleid van vis 0 8 Zuivelproducten 66 96 Melkpoederproducten 21 20 Diverse bereide producten 38 30 Verwerkte dierlijke eiwitten 6 0 Thee 1 0 Vlees en afval 49 82 Totaal aantal 5124 5176 8194 8560

Totaal aantal voor de 5

laboratoria 58906 61798 129461 132212

monsters in

2008monsters in

2009parameters in

2008 parameters in

2009

Overzicht van het aantal monsters en parameters geanalyseerd in de laboratoria van het FAVV in 2008-2009

Laboratorium Activiteiten

Aantal monsters

geanalyseerd in 2008

Aantal monsters

geanalyseerd in 2009

Aantal parameters

geanalyseerd in 2008

Aantal parameters

geanalyseerd in 2009

Gent

Residu’s en contaminanten, Anorganische chemie en Globodera 20763 21808 62112 65960

Tervuren

Contaminanten en additieven, vitamines, microscopie en mycotoxines 11507 11504 20863 14849

Melle

Microbiologie en GGO (chemie inbegrepen), expertise 10720 12888 20175 22639

Gembloux Microbiologie, chemie en fytopathologie 10792 10422 18117 20204

Page 18: JAARVERSLAG 2009 – DG LABORATORIANieuwe analyses in het labo te Melle : opsporing van GGO’s (foto links) en expertise op het vlak van de kalibratie van thermometers (foto rechts).-Laboratorium

17

Luik

Speciale analyses, natte chemie, meststoffen, fytopharmacie en residuen 5124 5176 8194 8560

Totaal aantal voor de 5

laboratoria 58906 61798 129461 132212 Evolutie 2008-2009 +4,9% +2,1%

3.2 Hoofdbestuur

- Wetgeving en erkenningen. In het eerste trimester van 2009 werd overgegaan tot de vernieuwing van de erkenningen die zijn toegekend aan 40 laboratoria in het kader van het koninklijk besluit van 15 april 2005 betreffende de aanduiding van de officiële laboratoria, tot bepaling van de procedure en de erkenningsvoorwaarden van laboratoria die analyses uitvoeren in het kader van de controleopdracht van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen en tot uitvoering van de wet van 15 juli 1985 betreffende het gebruik bij dieren van stoffen met hormonale, antihormonale, beta-adrenergenische of productiestimulerende werking. Dit gebeurde via de publicatie van 2 besluiten in het Belgisch staatsblad. De erkenning van 1 laboratorium werd ingetrokken, terwijl 8 nieuwe laboratoria werden erkend (zie punt 2), eveneens door de publicatie van meerdere besluiten. In het kader van het voornoemde besluit werden 12 berichten gepubliceerd, ondermeer in het kader van analyses om na te gaan of vlees is bestraald, of de opsporing van benzofenon in levensmiddelen. Bij gebrek aan erkende laboratoria kunnen door dergelijke besluiten, monsters toegekend worden aan, en resultaten aanvaard worden van, laboratoria die voor deze specifieke analyses niet erkend zijn. In september werd het voornoemde koninklijk besluit van 15 april 2005 gewijzigd. Vanaf 11 oktober 2009 werden de volgende wijzigingen van kracht : 1/ de erkenning wordt niet langer toegekend voor een periode van 3 jaar maar voor onbepaalde duur ; 2/ voor wat de tegenanalyses betreft, wanneer er geen ander erkend laboratorium is, moeten deze worden uitgevoerd volgens de hierna vermelde volgorde : 1° door het Nationaal Referentielaboratorium dat voor deze analyse is aangeduid ; 2° door een laboratorium dat aan de accreditatienormen voldoet ; 3° door een laboratorium dat door een andere overheid is erkend. 3/ de verplichte opleidingen die door het Agentschap worden georganiseerd en in overleg met de Nationale Referentielaboratoria worden bepaald, zullen voortaan door het Agentschap worden gefactureerd ; 4/ Het laboratorium moet « de kwaliteit van de geleverde prestaties garanderen ». Daarom zal het Agentschap betalende, interlaboratoriumproeven en/of controletests organiseren. De prijs van de opleidingen en interlaboratoriumproeven en/of controletests zijn vastgelegd in het koninklijk besluit van 17 juni 2009 tot wijziging van het koninklijk besluit van 10 november 2005 betreffende retributies bepaald bij artikel 5 van de wet van 9 december 2004 betreffende de financiering van het FAVV, van toepassing vanaf 4 september 2009. Bovendien werd de bijlage van het koninklijk besluit van 22 mei 2005 houdende maatregelen voor de bewaking van en de bescherming tegen bepaalde zoönoses en zoönoseverwekkers gewijzigd, en dit om het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid als Nationaal Referentielaboratorium voor microbiologie van voedingsmiddelen aan te duiden in plaats van het Laboratorium voor microbiologie van voedingsmiddelen van de Universiteit van Luik. Dit onderwerp was eveneens de inleiding tot de wijziging van het ministerieel besluit van 19 juni 2007 tot aanduiding van de nationale referentielaboratoria.

- Ontvangst van buitenlandse experts. DG laboratoria neemt actief deel aan de

inspectiebezoeken van het “Food and Veterinary Office” (FVO) van DG SANCO (Directoraat-generaal Gezondheid en bescherming van de Consumenten) en vergezelt de delegatie bij bezoeken aan de interne, externe en nationale referentielaboratoria.

Page 19: JAARVERSLAG 2009 – DG LABORATORIANieuwe analyses in het labo te Melle : opsporing van GGO’s (foto links) en expertise op het vlak van de kalibratie van thermometers (foto rechts).-Laboratorium

18

Dit jaar werden 5 inspectiebezoeken van het FVO voorbereid en/of begeleid door de coördinatoren. Het eerste bezoek vond plaats in maart en betrof de controle van residuen en contaminanten en het gebruik van veterinaire producten bij voedselproducerende dieren. Vervolgens was er in september een inspectiebezoek met betrekking tot de controle van de import en export van levensmiddelen van plantaardige oorsprong en de hygiënecontrole van levensmiddelen, terwijl in diezelfde maand een ander bezoek volgde omtrent de controle van residuen van bestrijdingsmiddelen in en op levensmiddelen van dierlijke oorsprong. In oktober, betrof een ander bezoek de analyses met betrekking tot Salmonella-besmettingen bij vleeskippen. Het 5e bezoek vond plaats eind november en betrof de controle van voeding voor zuigelingen en baby’s. Tijdens de voorbereiding van deze inspectiebezoeken werden door het hoofdbestuur pre-audits uitgevoerd in 4 interne laboratoria (FLVVT, voor mycotoxines; FLVVG, voor diergeneesmiddelen, hormonale stoffen en bestrijdingsmiddelen; FLVVM en LFSAGx voor microbiologie) en 1 extern laboratorium (WIV, voor diergeneesmiddelen, hormonale stoffen en bestrijdingsmiddelen). Naast bovenstaande is ook de deelname aan een studie over voedingssupplementen en dieetproducten, in samenwerking met DG Controlebeleid. Bovendien werd het werk van DG Laboratoria ook voorgesteld aan de officiële delegaties van Bangladesh (in mei), China (in september) en Zuid-Afrika (in oktober).

- Begeleiding van audits uitgevoerd door BELAC en de NRL. De coördinatoren nemen elk jaar

deel aan BELAC audits in externe laboratoria. Zij worden door BELAC uitgenodigd om als afgevaardigden van de bevoegde overheid deze audits als waarnemer te volgen. In 2009 werd voor de volgende audits bij de volgende laboratoria ingegaan op de uitnodiging van BELAC: HVS (Hainaut Vigilance Sanitaire, voor levensmiddelenmicrobiologie), ILVO en CRA-W (voor plantenziekten), CARAH (voor overdraagbare spongiforme encefalophatieën (OSE) en trichinen), SHA (Service d’Hygiène Alimentaire, voor OSE), VAHDB (diergeneesmiddelen), CER (diergeneesmiddelen). Wanneer de NRL’s audits uitvoeren in de externe laboratoria, dan worden deze eveneens gevolgd door coördinatoren van het FAVV. In 2009 was dit het geval voor de audit die het NRL voor levensmiddelenmicrobiologie (Katelijne Dierick) uitvoerde bij het laboratorium Silliker France. Deze audit kaderde in de erkenningsaanvraag van dit Franse laboratorium. Er dient vermeld te worden dat in het kader van erkenningsaanvragen het FAVV ook zelf audit uitvoert in de betrokken buitenlandse laboratoria (bv. Zeeuws-Vlaanderen, CCL).

- Stuurgroepen. Het FAVV en de NRL’s vergaderen over het algemeen 2 tot 4 keer/jaar binnen

het kader van stuurgroepen, om zodoende per discipline het jaarlijkse beleid uit te stippelen, en de prioritaire taken en de activiteitenkalender van de NRL vast te leggen. Ook de stand van zaken met betrekking tot de werking van de NRL en de KPI (Key performance indicatoren) worden tijdens deze vergaderingen besproken. Specifieke problemen worden eveneens behandeld om aldus oplossingen te voorzien zoals dit in de herfst van 2009 het geval was met de introductie in Europa van het niet-toegelaten GGO FP967 afkomstig uit Canada. In 2009 werden een twintigtal stuurgroepen geprogrammeerd.

- Elektronisch infoblad Labinfo. Na de lancering in oktober 2008 van “Labinfo”, een halfjaarlijks

infoblad gepubliceerd door het Bestuur Laboratoria, zijn nummers twee en drie verschenen in april en november 2009. Dit blad richt zich in de eerste plaats tot de laboratoria die erkend zijn in het kader van de voedselveiligheid. Via deze weg wordt technisch-wetenschappelijk informatie die beschikbaar is binnen de FAVV-laboratoria en binnen de nationale/communautaire referentielaboratoria (NRL et CRL) uitgewisseld met externe, erkende laboratoria. Het betreft vooral nieuwe evoluties op het vlak van methoden en technieken, nieuwe normen en wetgeving, verslagen van CRL-workshops en de agenda van de opleidingen en symposia. In 2009 hebben alle NRL en laboratoria van het FAVV meegewerkt aan Labinfo, en werd door hen vaak een kwalitatief hoogstaande bijdrage geleverd.

- Opleidingen georganiseerd door het FAVV. Een continue opleiding en bijscholing van de

medewerkers is een absolute voorwaarde voor laboratoria die hun niveau willen aanhouden en succes willen boeken in een wereld waarin de analyses i.v.m. voedselveiligheid snel evolueren. Deze behoefte is enkel maar groter geworden als gevolg van de economische crisis die geleid heeft tot scherpere concurrentie en een vermindering van de marges en het aantal analyses. Daarom heeft het FAVV, in haar overeenkomsten met de NRL, ondermeer de organisatie voorzien van interlaboratoriumproeven, alsook opleidingen voor de erkende laboratoria en de

Page 20: JAARVERSLAG 2009 – DG LABORATORIANieuwe analyses in het labo te Melle : opsporing van GGO’s (foto links) en expertise op het vlak van de kalibratie van thermometers (foto rechts).-Laboratorium

19

medewerkers van het FAVV. Bij de opleidingen werden specifieke onderwerpen behandeld, zoals de bepaling van bestrijdingsmiddelen in levensmiddelen van dierlijke oorsprong (WIV, maart), quarantaine-organinsmen en fytopathologie (CRA-W en ILVO, oktober), een kwantitatieve multi-mycotoxinenmethode voor granen (CERVA, november). Tijdens diverse communicatiegroepvergaderingen hebben de NRL hun activiteiten als referentielaboratorium toegelicht, o.a. interlaboratoriumproeven, deelname aan internationale conferenties, contacten met de CRL, antwoorden op vragen van het Agentschap en andere laboratoria, externe wetenschappelijke samenwerking. In 2009 werden 21 opleidingen en 15 communicatiegroepvergaderingen georganiseerd. De presentaties, evaluatie door de deelnemers en de lijst met deelnemers zijn beschikbaar op de beveiligde website van het FAVV. Na raadpleging van de erkende laboratoria, de FAVV laboratoria DG Controle en DG Controlebeleid werd in nauw overleg met DG Laboratoria en de NRL een opleidingskalender opgesteld voor 2010. Deze opleidingskalender, met de data van de opleidingen en de communicatiegroepen is beschikbaar op de website van het FAVV (www.favv.be > beroepssectoren > laboratoria > seminaries & workshop). Deze tabel wordt regelmatig bijgewerkt. Het FAVV organiseert ook opleidingen die niet rechtstreeks betrekking hebben op de laboratoria en waaraan het personeel van DG Laboratoria deelneemt. Zo werd in 2009 bijvoorbeeld een initiatieopleiding voor het informaticasysteem « Business Objects » georganiseerd.

- Deelname aan externe werkgroepen en conferenties. De coördinators nemen bij het FAVV elk jaar deel aan externe werkgroepen en conferenties over onderwerpen binnen hun expertisedomein. Zo werd in 2009 onder meer deelgenomen aan: de 30e CCMAS vergadering (Codex Committee on Methods of Analysis and Sampling, Budapest, maart), een conferentie over de diagnostiek en fytopathologie (OEPP, York, mei), een samenkomst van CEN TC 275 over horizontale analysemethodes van levensmiddelen (Berlijn, juni), de 14e conferentie van levensmiddelenmicrobiologie (Luik, juni), een vergadering met het opvolgingscomité omtrent het FURA project (Brussel, november). De deelname aan deze meetings kan ook bijkomende taken inhouden, zoals bij de CCMAS waarbij de coördinator instond voor de communicatie tussen de elektronische Codex werkgroep met betrekking tot GGO-analyses en de betreffende referentielaboratoria.

4 Perspectieven in de laboratoria van het FAVV Laboratorium te Gembloux. Toename van het aantal analyses in de secties Microbiologie en Fytopathologie, als gevolg van de ontwikkeling van nieuwe methodes. Ontwikkeling van een nieuw activiteitendomein binnen de sectie Chemie, meer bepaald serotypering van Salmonella (moleculaire biologie).

Laboratorium te Luik. Het laboratorium spitst zich toe op de specifieke en globale migratieanalyses op materiaal dat in contact komt met levensmiddelen. In 2010 zal de bepaling van de 4,4-diaminofenylmethaan in het laboratorium worden gedaan alsook de bepaling van een globale migratie. Een BELAC audit zal plaatsvinden in 2010 en de volgende uitbreidingen zullen worden gevraagd :

- Dosering van oligo-elementen in meststoffen en diervoeders met ICP-OES - Dosering van boraten in garnalen met ICP-OES - Dosering van histamines in vis met HPLC - Specifieke migratieanalyse van formaldehyde in materiaal dat in contact komt met

levensmiddelen, bepaling met HPLC-UV - Specifieke migratieanalyse van bisfenol A in materiaal dat in contact komt met

levensmiddelen, bepaling met HPLC-UV - Opsporing van residuen van organofosforpesticiden in dierlijke matrices met GC-MS

(screening 10 ppb) - Opsporing van melamine in producten op basis van melk met GC-MS - Uitbreiding van de opsporing van ethylcarbamaat in matrices voor azijn en alcoholische

dranken - Dosering van fosfaten in limonades

Page 21: JAARVERSLAG 2009 – DG LABORATORIANieuwe analyses in het labo te Melle : opsporing van GGO’s (foto links) en expertise op het vlak van de kalibratie van thermometers (foto rechts).-Laboratorium

Laboratorium te Tervuren. Op verzoek van DG controle zullen binnen de onderafdeling “Antibiotica en Coccidiostatica” van de sectie “Toevoegingsmiddelen” nieuwe HPLC-methoden ontwikkeld worden voor de bepaling van additieven, zoals bv. colistine, paracetamol, ivermectine, tiamuline en florfenicol. De onderafdeling “Vitamines“ van dezelfde sectie zal zich verder blijven ontwikkelen om tegemoet te komen aan de toenemende behoefte aan vitamineanalyses in voedingssupplementen en om de bestaande methodes te optimaliseren. Zo zullen de bestaande microbiologische methodes voor de B-vitamines worden vervangen door een HPLC methode die zo veel mogelijk B-vitamines simultaan zal kunnen bepalen en zal worden getracht om de matrix voedingssupplementen toe te voegen aan de accreditatiescope. Laboratorium te Melle. Het laboratorium wil in 2010 een certificatie voor EMAS. Het aanpassen van de lokalen zal worden voortgezet, met name voor de PCR-analyses. In de microbiologie is de serotypering van Listeria monocytogenes voorzien. De sectie wil zich richten op (semi-) automatische technieken zoals PCR en VIDAS. De accreditatie van de bevestiging van de GGO-resultaten en de kalibratie van thermometers is eveneens voorzien in 2010, terwijl een accreditatie voor het kallibreren van pipetten wordt verwacht tegen 2010-2011. Gegevensregistratiesystemen, aangekocht in 2009, zullen in 2010 door de sectie Dispatching worden gebruikt voor de opvolging van de temperaturen tijdens het vervoer van de monsters. Laboratorium te Gent. Algemeen wil het labo de ingeslagen weg op het vlak van communicatie en de organisatie van opleidingen voortzetten. In de sectie “Residu’s en Contaminanten” verloopt het project “natuurlijke hormonen” heel goed dankzij de investeringen van 2009. Inzake de analyse van residuen richt het labo zich op de screening van meervoudige analyten na een eenvoudige extractie, en op middellange termijn zou in hogeresolutiemassaspectometrie moeten worden geïnvesteerd. In de sectie “Anorganische chemie en Globodera” worden verschillende projecten voorzien op lange of korte termijn, zoals bv. de invoering van een standaardmethode voor de bepaling van anorganisch arsenicum, de standaardisatie van een gelijkaardige methode voor diervoeders. De implementatie van methoden die door het NRL (CODA) in deze context werden ontwikkeld en gevalideerd, biedt in deze context ook een opportuniteit en uitdaging, te meer daar hiervoor de koppeling van apparatuur voor de organische (HPLC) en anorganische chemie (ICP-MS) noodzakelijk is. Het labo is zich ervan bewust dat moderne methodes (microgolfdestructie, ICP-MS,…) op termijn de klassieke methodes zullen vervangen. Tot slot wordt ook de mogelijkheid bestudeerd om de analyses van metalen in minerale meststoffen uit te breiden om in lijn te blijven met de wijzigende reglementering.

ICP-MS apparaat van het labo te Gentbrugge.

20