innovatie De weg naar · Colofon In deze uitgave 14 'Campus heeft schwung' 16 Morgen Gezond weer op...

Aethiopas Fugiens,Tithoniaque Flectit Delius, Arctoas Verbeelding en nieuwsgierigheid

Iasol, Aethiopas fugiensTithoniaque arva, Flectit ad Arctoas aurea

lora plagas.Me sacer intus agit. Delius ipse venit. Iam mihi mens

liquidi rap Iasol, Aethiopas fugiensTithoniaque arva, Flectit ad

Arctoas aurea lora plagas.Me sacer intus agit. Delius ipse venit.

Iam mihi mens liquidi rap-Iasol, Aethiopas fugiensTithoniaque arva,

Flectit ad Arctoas aurea lora plagas.Me sacer intus agit. Delius

ipse venit. Iam mihi mens liquidi rapIasol, Aethiopas.

Delius ipse venit. Iam mihi mens liquidi rap-Iasol, Aethiopas

fugiensTithoniaque arva, Flectit ad Arctoas aurea lora plagas.Me

sacer intus agit. Delius ipse venit. Iam mihi mens liquidi rapIasol,

Aethiopas.

Iam mihi mens

liquidi rap-Iasol, Aethiopas fugiensTithoniaque arva, Flectit ad

Arctoas aurea lora plagas. Me sacer intus agit.

Aethiopas. magazinePhilips Communicatie NederlandInterne CommunicatiePostbus 90050, 5600 PB EindhovenTelefoon: 040-2787833E-mail: [email protected] Philips Electronics Nederland B.V. Eindhoven 2005

Het interne magazine van Philips in Nederland, jaargang 10, nummer 8, december 2005

De weg naar innovatie

De KLM Crown Lounge op Schiphol. Een plek waar zakelijk rei-

zigers een kop koffie drinken, nog even werken of uurtje kunnen

relaxen. Deze Business Class reizigers stellen hoge eisen aan de

kwaliteit van de ruimte. Wibeke Pollé is lichtontwerper bij het

Lighting Design and Application Center van Philips Nederland.

Zij maakte het verlichtingsplan van de lounge. “Het was een

project dat zich onderscheidde door de korte planning, fijne

samenwerking en bovenal verrassende nieuwe toepassing van

LED-verlichting.” Wibeke maakte deel uit van een speciaal voor

dit project samengesteld team, aan Philips-zijde bestaande uit een

accountmanager, een servicedesk medewerker en een technisch

specialist. Wibeke vertelt: “De lounge werd door een architect

ontworpen; comfort en luxe uitstraling waren belangrijke elemen-

ten. Dat betekende ook dat er een belangrijke rol was weggelegd

voor de verlichting. Voor Philips was dat prettig werken, omdat je

dan echt iets moois kunt ontwerpen. We hebben onder andere

gekozen voor toepassing van blauwe LED-verlichting, als verwij-

zing naar de corporate identity van de KLM. De LED is toegepast

als indirecte architecturale koofverlichting. Daarnaast geven de

schemerlampen bij de relaxfauteuils de warme uitstraling. Om

daglicht te suggereren en de reiziger zo te laten wennen aan het

dagritme in Nederland, is een koof met gordijnen voorzien van

dynamische verlichting die een natuurlijk verloop heeft van hel-

der wit in de ochtend via koel wit overdag naar warm wit licht in

de avonduren.”

“Wat mij de grootste voldoening geeft? Het feit dat de gebrui-

kers de ruimte erg waarderen. Daarnaast ben ik ook blij dat de

opdrachtgever zeer tevreden is. Het totale verlichtingsconcept

zal ook worden geïntroduceerd in de overige zeven KLM Crown

Lounges. Zoiets is voor ons hele team een enorm compliment.”

Wibeke Pollé, lichtontwerper bij het Lighting Design and Application Center van Philips Nederland

Colofon

In deze uitgave

14 'Campus heeft schwung'

16 Morgen Gezond weer op

4 Sterker doorOpen Innovatie

Op weg naar beterIn de research in dit land is de afgelopen jaren veel veranderd.

Philips Research, het voormalige Nat.Lab, is onderdeel gewor-

den van de campus, met een voorzieningenniveau waar je in

de 21e eeuw mee aan kunt komen. En met veel nieuwe be-

woners - niet alleen collega’s van Philips, maar ook van andere

bedrijven. De campusopzet sluit naadloos aan bij wat wij Open

Innovatie noemen: geen onderzoek meer achter gesloten

deuren uitvoeren, maar zo veel mogelijk samen met andere

bedrijven, instituten en universiteiten. En ook met klanten, want

dat is in mijn ogen het grootste verschil met voorheen: meteen

aan het begin van innovatietrajecten halen we klanten erbij.

Hun feedback helpt ons de juiste richting te kiezen en nieuwe

dingen te bedenken waar echt vraag naar is. Wist u bijvoor-

beeld dat wetenschappers van Philips Research in Amerika aan

het bed van patiënten en aan de zijde van medisch specialisten

staan om oplossingen voor hun noden te kunnen aanreiken?

Gedeelde kennis vergroot de kans op succes. En maakt

ons als kennisland sterker. Daarom werken we ook steeds

meer samen met universiteiten in binnen- en buitenland, en

stimuleren we waar mogelijk de samenwerking tussen deze

universiteiten. Dat gaat goed en werpt steeds meer vruchten

af. Ook Den Haag weet ondertussen hoe belangrijk Zuidoost-

Nederland is voor de economie en begint dat – met

duwtjes in de rug van onder meer het Innovatieplatform – nu

te ondersteunen. Natuurlijk is er nog veel te verbeteren, maar

de richting stemt positief. Net als de prestaties die wij – alleen

of samen met onze partners – leveren. Europa heeft veel meer

te bieden dan we vaak denken. Laten we ons erop richten

de kansen die zich voordoen te grijpen.

Ik wens u veel leesplezier,

Rick Harwig,

Chief Executive Officer Philips Research

Zesgesprek

'Innovatie is gaan leven'

Philishave: revolutionair dankzij vlijmscherpe technologie

'Onze Business Line heeft goud in handen'

Kalender

Afscheid van gebouw SAQ

Lezersaanbiedingen

PBC overtuigt MKB met VP-systemen

Mijn Project

De GoGear jukebox HDD6320Kijk op pagina 19

Philips Magazine is een tweemaandelijkse uitgave van Philips Communicatie Nederland.

HoofdredactieA.I. Serge van Rooij

BladcoördinatieHenriëtte Bakker

TekstbijdragenBixie & S. tekstproducties / Peter HofCezanne Duijvesz

FotografieHollandse Hoogte / Philips

Design ConceptPhilips Design

Art Direction en VormgevingRoto Smeets GrafiServices Eindhoven

DrukRoto Smeets Services

Colofon

In deze uitgave

14 'Campus heeft schwung'

16 Morgen Gezond weer op

4 Sterker doorOpen Innovatie

Op weg naar beterIn de research in dit land is de afgelopen jaren veel veranderd.

Philips Research, het voormalige Nat.Lab, is onderdeel gewor-

den van de campus, met een voorzieningenniveau waar je in

de 21e eeuw mee aan kunt komen. En met veel nieuwe be-

woners - niet alleen collega’s van Philips, maar ook van andere

bedrijven. De campusopzet sluit naadloos aan bij wat wij Open

Innovatie noemen: geen onderzoek meer achter gesloten

deuren uitvoeren, maar zo veel mogelijk samen met andere

bedrijven, instituten en universiteiten. En ook met klanten, want

dat is in mijn ogen het grootste verschil met voorheen: meteen

aan het begin van innovatietrajecten halen we klanten erbij.

Hun feedback helpt ons de juiste richting te kiezen en nieuwe

dingen te bedenken waar echt vraag naar is. Wist u bijvoor-

beeld dat wetenschappers van Philips Research in Amerika aan

het bed van patiënten en aan de zijde van medisch specialisten

staan om oplossingen voor hun noden te kunnen aanreiken?

Gedeelde kennis vergroot de kans op succes. En maakt

ons als kennisland sterker. Daarom werken we ook steeds

meer samen met universiteiten in binnen- en buitenland, en

stimuleren we waar mogelijk de samenwerking tussen deze

universiteiten. Dat gaat goed en werpt steeds meer vruchten

af. Ook Den Haag weet ondertussen hoe belangrijk Zuidoost-

Nederland is voor de economie en begint dat – met

duwtjes in de rug van onder meer het Innovatieplatform – nu

te ondersteunen. Natuurlijk is er nog veel te verbeteren, maar

de richting stemt positief. Net als de prestaties die wij – alleen

of samen met onze partners – leveren. Europa heeft veel meer

te bieden dan we vaak denken. Laten we ons erop richten

de kansen die zich voordoen te grijpen.

Ik wens u veel leesplezier,

Rick Harwig,

Chief Executive Officer Philips Research

Zesgesprek

'Innovatie is gaan leven'

Philishave: revolutionair dankzij vlijmscherpe technologie

'Onze Business Line heeft goud in handen'

Kalender

Lezersaanbiedingen

Mijn Project

De GoGear jukebox HDD6320Kijk op pagina 19

Philips Magazine is een tweemaandelijkse uitgave van Philips Communicatie Nederland.

HoofdredactieA.I. Serge van Rooij

BladcoördinatieHenriëtte Bakker

TekstbijdragenBixie & S. tekstproducties / Peter HofCezanne Duijvesz

FotografieHollandse Hoogte / Philips

Design ConceptPhilips Design

Art Direction en VormgevingRoto Smeets GrafiServices Eindhoven

DrukRoto Smeets Services

Sterker door Open Innovatie

Enkele jaren geleden omarmde

Philips Research het ‘Open

Innovatie’-model. Klanten in vroeg

stadium bij innovatie betrekken

en intensief samenwerken met de

buitenwereld werd het credo. Rick

Harwig, verantwoordelijk voor de

wereldwijde research, vertelt hoe

de vlag er nu bij hangt.

“Ik zie op alle vlakken flinke

vooruitgang.”

willen; dat helpt ons te bepalen of onze rich-

ting de juiste is.”

Samenwerken

Open Innovatie is ook: samenwerken met

andere bedrijven, universiteiten en vele andere

partijen, zoals medische specialisten in de zie-

kenhuizen. Niet meer zelf doen wat je samen

beter kunt. “Als Philips Research zijn we tegen-

woordig rechtstreeks betrokken bij een twaalf-

tal ondernemingen.” Op de campus is te zien

wat dat betekent: bijna maandelijks vestigen

zich daar collega-bedrijven en –onderzoeksin-

stituten. En bijna dagelijks komen grote en klei-

nere bedrijven over de vloer om te zien wat

er hier allemaal gebeurt of om deel te nemen

aan een congres of andere manifestatie.

Die kruisbestuiving werkt goed. “Mede dankzij

de campus is het technologische kunnen bre-

der en dieper, en de regio Eindhoven sterker

geworden. Dankzij die samengebalde technolo-

giekennis is het makkelijker schuiven als het in

een bepaald gebied minder gaat, of oprekken

als er nieuwe gebieden bijkomen. Deze regio

kan beter tegen een stootje dan in het verle-

den.” Zuidoost-Brabant, als onderdeel van de

kennisdriehoek Aken-Leuven-Eindhoven, staat

nu op de kaart, en krijgt ook vanuit Den Haag

steeds meer erkenning en steun. Rick: “We

zitten hier in een heel uitdagende, dynamische

regio. Zuidoost-Nederland levert een buiten-

gewoon significant deel van de toegevoegde

waarde van de Nederlandse economie. Van

de vijf regio’s in ons land die samen voor vijf-

tig procent van het bruto nationaal product

zorgen is Zuidoost-Nederland met 14,5% de

grootste, en in 2004 was de groei er bedui-

december 2005Philips Magazine

Rick Harwig: “Ik zie op alle vlakken

flinke vooruitgang”

dend hoger dan in de rest van Nederland.”

Rick noemt vier redenen voor het ‘Open

Innovatie’-model. “Ons technologische speel-

veld is de laatste jaren enorm verbreed. Dat

gaat van elektromechanica, via mechatronica

en (‘embedded’) softwaregedreven en

genetwerkte systemen tot ambient

intelligence, nano- en biotechnologie.

Ecosysteem

Het technologische domein is zo groot

geworden dat eigenlijk geen enkel labora-

torium dat nog in zijn eentje kan afdekken.

Dus heb je een ecosysteem nodig van firma’s

die ieder hun specialiteiten inbrengen en

die samen tot dingen komen die ieder voor

zich competitief voordeel opleveren.” Daar

komt bij, dat applicaties steeds ingewikkelder

worden, terwijl de gebruiksvriendelijkheid

vergroot moet worden “Het beste voorbeeld

is de mobiele telefoon. Dat ding werd ooit

ontwikkeld om plaatsonafhankelijk te kun-

nen telefoneren. Moet je nu eens kijken: het

wordt gebruikt voor tekstberichten (SMS),

om muziek en e-mail te downloaden, foto’s te

delen en langzamerhand ook als radio en tv.

En dat gaat maar door. Wij hebben een tech-

niek, Near Field Communication (NFC), die je

kunt gebruiken om i-Swipe te doen. Dat bete-

kent dat als je twee apparaten even in elkaars

nabijheid houdt ze informatie gaan uitwisselen.

Dat geeft weer allerlei nieuwe mogelijkheden:

het mobieltje kan de sleutel worden naar je

medische dossier, de badge die deuren voor

je opent, je buskaartje en credit card. Of je

download er muziek mee van een poster

die je in de stad tegenkomt. Kortom: je weet

worden of de markt die zou oppikken, is ver-

leden tijd. Rick: “We gaan veel vroeger dan in

het verleden naar de klanten. Ik bedoel: échte

klanten, niet alleen de collega’s in de divisies

met wie we altijd al nauw hebben samenge-

werkt. We laten ze zien waar we mee bezig

zijn, vragen wat ze ervan vinden, staan open

voor hun kritiek. Door hun terugkoppeling

kunnen we beter begrijpen wat onze klanten

Open Innovatie – wat is dat ook alweer?

“Eigenlijk niets anders dan een leertraject,

waarin we onze innovatieprocessen afstem-

men op de wensen en behoeften in de markt,”

zegt Rick Harwig in zijn kantoor op de High

Tech Campus Eindhoven.

Philips Research als het gesloten bolwerk,

waar in afzondering knappe dingen werden

uitgedacht waarvan maar afgewacht moest

Sterker door Open Innovatie

Enkele jaren geleden omarmde

Philips Research het ‘Open

Innovatie’-model. Klanten in vroeg

stadium bij innovatie betrekken

en intensief samenwerken met de

buitenwereld werd het credo. Rick

Harwig, verantwoordelijk voor de

wereldwijde research, vertelt hoe

de vlag er nu bij hangt.

“Ik zie op alle vlakken flinke

vooruitgang.”

willen; dat helpt ons te bepalen of onze rich-

ting de juiste is.”

Samenwerken

Open Innovatie is ook: samenwerken met

andere bedrijven, universiteiten en vele andere

partijen, zoals medische specialisten in de zie-

kenhuizen. Niet meer zelf doen wat je samen

beter kunt. “Als Philips Research zijn we tegen-

woordig rechtstreeks betrokken bij een twaalf-

tal ondernemingen.” Op de campus is te zien

wat dat betekent: bijna maandelijks vestigen

zich daar collega-bedrijven en –onderzoeksin-

stituten. En bijna dagelijks komen grote en klei-

nere bedrijven over de vloer om te zien wat

er hier allemaal gebeurt of om deel te nemen

aan een congres of andere manifestatie.

Die kruisbestuiving werkt goed. “Mede dankzij

de campus is het technologische kunnen bre-

der en dieper, en de regio Eindhoven sterker

geworden. Dankzij die samengebalde technolo-

giekennis is het makkelijker schuiven als het in

een bepaald gebied minder gaat, of oprekken

als er nieuwe gebieden bijkomen. Deze regio

kan beter tegen een stootje dan in het verle-

den.” Zuidoost-Brabant, als onderdeel van de

kennisdriehoek Aken-Leuven-Eindhoven, staat

nu op de kaart, en krijgt ook vanuit Den Haag

steeds meer erkenning en steun. Rick: “We

zitten hier in een heel uitdagende, dynamische

regio. Zuidoost-Nederland levert een buiten-

gewoon significant deel van de toegevoegde

waarde van de Nederlandse economie. Van

de vijf regio’s in ons land die samen voor vijf-

tig procent van het bruto nationaal product

zorgen is Zuidoost-Nederland met 14,5% de

grootste, en in 2004 was de groei er bedui-

december 2005Philips Magazine

Rick Harwig: “Ik zie op alle vlakken

flinke vooruitgang”

dend hoger dan in de rest van Nederland.”

Rick noemt vier redenen voor het ‘Open

Innovatie’-model. “Ons technologische speel-

veld is de laatste jaren enorm verbreed. Dat

gaat van elektromechanica, via mechatronica

en (‘embedded’) softwaregedreven en

genetwerkte systemen tot ambient

intelligence, nano- en biotechnologie.

Ecosysteem

Het technologische domein is zo groot

geworden dat eigenlijk geen enkel labora-

torium dat nog in zijn eentje kan afdekken.

Dus heb je een ecosysteem nodig van firma’s

die ieder hun specialiteiten inbrengen en

die samen tot dingen komen die ieder voor

zich competitief voordeel opleveren.” Daar

komt bij, dat applicaties steeds ingewikkelder

worden, terwijl de gebruiksvriendelijkheid

vergroot moet worden “Het beste voorbeeld

is de mobiele telefoon. Dat ding werd ooit

ontwikkeld om plaatsonafhankelijk te kun-

nen telefoneren. Moet je nu eens kijken: het

wordt gebruikt voor tekstberichten (SMS),

om muziek en e-mail te downloaden, foto’s te

delen en langzamerhand ook als radio en tv.

En dat gaat maar door. Wij hebben een tech-

niek, Near Field Communication (NFC), die je

kunt gebruiken om i-Swipe te doen. Dat bete-

kent dat als je twee apparaten even in elkaars

nabijheid houdt ze informatie gaan uitwisselen.

Dat geeft weer allerlei nieuwe mogelijkheden:

het mobieltje kan de sleutel worden naar je

medische dossier, de badge die deuren voor

je opent, je buskaartje en credit card. Of je

download er muziek mee van een poster

die je in de stad tegenkomt. Kortom: je weet

worden of de markt die zou oppikken, is ver-

leden tijd. Rick: “We gaan veel vroeger dan in

het verleden naar de klanten. Ik bedoel: échte

klanten, niet alleen de collega’s in de divisies

met wie we altijd al nauw hebben samenge-

werkt. We laten ze zien waar we mee bezig

zijn, vragen wat ze ervan vinden, staan open

voor hun kritiek. Door hun terugkoppeling

kunnen we beter begrijpen wat onze klanten

Open Innovatie – wat is dat ook alweer?

“Eigenlijk niets anders dan een leertraject,

waarin we onze innovatieprocessen afstem-

men op de wensen en behoeften in de markt,”

zegt Rick Harwig in zijn kantoor op de High

Tech Campus Eindhoven.

Philips Research als het gesloten bolwerk,

waar in afzondering knappe dingen werden

uitgedacht waarvan maar afgewacht moest

6 7 december 2005Philips Magazine

eigenlijk niet waar de gebruiksmogelijkheden

stoppen. Om al die soms hele ingewikkelde

dingen tot stand te brengen moet je in vroeg

stadium samenwerken – met de service-provi-

ders, de fabrikanten van mobiele telefoons en

naarmate er functies bijkomen ook met ande-

ren. Je hebt dus heel veel partners nodig.”

Razendsnel

Open Innovatie is verder nodig om de snel-

heid van innovatieprocessen en marktin-

troducties te verhogen. Rick: “Veel mensen

staan er niet bij stil, maar over het algemeen

duurt het een jaar of tien voordat een vinding

wereldwijd wordt toegepast. GPS-navigatie is

twintig jaar oud, en pas sinds een paar jaar zie

je het razendsnel opkomen. Over twee, drie

jaar zal het in de meeste auto’s wel standaard

zijn. En ondertussen zie je meer toepassingen

komen. Ik heb al een hondentelefoon gezien,

en een telefoon die ouders vertelt waar hun

kind uithangt. En met Google Earth kun je

wereldwijd een gebied lokaliseren en bekijken.

Buitengewoon boeiend allemaal en, mits je er

op tijd bij bent, allemaal kansen voor nieuwe

business.”

Als vierde noemt Rick Harwig het financie-

ren van innovatieprojecten. “Investeerders

zijn minder geïnteresseerd in verschrikkelijk

knappe technologische vindingen dan in de

commerciële mogelijkheden van nieuwe appli-

caties. Over het algemeen willen ze vroegtijdig

kunnen inschatten wat hun investering gaat

opleveren. Doe je dingen samen dan vergroot

je de applicatiekennis en daarmee de innova-

tiesnelheid, en je spreidt de risico’s. Samen heb

je dus meer kans van slagen dan alleen. Als

Philips zijn we heel sterk in het partneren in

het begin van de keten van ontwikkeling.”

Vindingrijk

“Door dat alles”, zegt Rick, “is de breedte van

wat wij doen en de interactie met de bui-

tenwereld enorm toegenomen. Daar zit iets

bedreigends in: het is zaak die complexiteit

de baas te blijven en te begrijpen waar het

allemaal over gaat. Daarin moet het manage-

ment het voortouw nemen. Maar ik moet

zeggen: eigenlijk gaat dat best goed. We zitten

buitengewoon dicht tegen wat wij willen doen.

Ik vind het steeds verbazend om te zien hoe

ongelooflijk creatief en vindingrijk de mensen

hier zijn.”

Hij is positief gestemd over de toekomst. “Als

ik al die voorbeelden zie van buitengewoon

goede resultaten, dan krijg ik het idee dat we

in Europa in heel veel gevallen beter zijn dan

we zelf denken. Er is nog veel te doen, ook

op Europees niveau is het nog altijd niet goed,

‘In Europa zijn we in heel veel

gevallen beter dan we zelf denken’

Rugzakken, kussens en colbertjes die als extra functie bewegende (video)beelden kunnen tonen. Op de IFA 2005 in Berlijn demonstreerde Philips ‘fotonisch textiel’, stoffen waarin een raster van flexibele lichtgevende halfgeleiders (LEDs) is mee geweven. Met behulp van deze mini-lampjes kunnen bewegende beelden worden gecreëerd, waardoor kleding, meubels, gordijnen, vloermatten en andere textielproducten tevens als beeldscherm gebruikt kunnen worden. Fotonisch textiel opent een nieuwe wereld van toepassingen in de sfeer van ambient lighting, communicatie en op den duur misschien zelfs personal health care. De uitdaging is de LEDs zodanig in de stof te verweven, dat typische ken-merken van textiel zoals flexibiliteit (kreukvrij, opvouwbaar, comfortabel) behouden blijven. De lap fotonisch tex-tiel (substraat) die Philips Research en het textielinstituut TITV Greiz onlangs samen hebben ontwikkeld, is een eerste stap in die richting.

Ziektes vroegtijdig opsporenMoleculaire beeldvorming lijkt dé methode om ziekten al in het beginstadium op te sporen en heel snel te zien of therapie (bijvoorbeeld chemotherapie) werkt of niet. Om dat voor elkaar te krijgen ontwikkelt Philips Research kwantitatieve Magnetic Resonance (MR) meet- en analysetechnieken die in samenwerking met top academische centra worden geanalyseerd en verfijnd. Doel is om de concentra-tie van bepaalde (ziekteverwekkende) stoffen in het menselijk lichaam te kunnen meten. Daartoe krijgen patiënten nieuwe en bestaande contrastmiddelen toege-diend, waarna met behulp van de modernste MR(I)-systemen scans worden gemaakt. De resultaten tot nu toe zijn veelbelovend: het vroegtijdig opsporen van ziekten en het volgen van de effecten van therapie lijken inderdaad te verbeteren. Daarmee kan kwantitatieve MR bijdragen aan de ontwikkeling en toepassing van (nieuwe) medicijnen.

maar we gaan hard vooruit. Mede omdat de

Nederlandse overheid zich begint te roe-

ren en universiteiten steeds meer inzien dat

samenwerking geen inperking, maar juist uit-

breiding van hun domein betekent.”

Voor Nederland ziet Rick Harwig een rol

weggelegd als bruggenbouwer voor meer

samenwerking tussen China, Noord-Amerika

en Europa. “Nederland heeft van oudsher

een goede naam en faam in China. We heb-

ben al eeuwen lang goede handelscontacten

en culturele banden, en Philips is er al sinds

de jaren twintig van de vorige eeuw actief.

De Chinezen waarderen dat, ze weten dat

Nederland tot de top vijf van wetenschaps-

landen en van high-tech systems exporteurs

behoort, dat wij de poort naar Europa zijn en

ook met de Verenigde Staten goede contacten

hebben. Als we daar op voortbouwen, zie ik

de toekomst positief in.”

Simpel en veilig informatie uitwisselenVoorwerpen die draadloos communiceren, dingen van elkaar overnemen en van elkaar leren. Met het door Philips en Sony ontwikkelde Near Field Communication (NFC) kan dat – op een uiterst simpele en veilige manier. Twee voorwerpen met een NFC-chip die binnen een afstand van tien centimeter tot elkaar worden gebracht, vinden elkaar en wisselen automatisch informatie uit. Dat kan van alles zijn: muziek, beelden, adresboeken en zelfs elektronische transacties. Samen met het extreem lage energieverbruik is de korte afstand waarbinnen gecommuniceerd wordt het sterke punt van de NFC-technologie. De voorwerpen moeten doelbe-wust dicht bij elkaar worden geplaatst. Onbewust - en ongewild - informatie uitwisselen gebeurt dus niet: een veilige uitwisseling van (persoonlijks) informatie is gegarandeerd. De eerste mobiele telefoons met NFC zijn inmiddels te koop.

www.philips.nl/magazine

Textielstof als display

6 7 december 2005Philips Magazine

eigenlijk niet waar de gebruiksmogelijkheden

stoppen. Om al die soms hele ingewikkelde

dingen tot stand te brengen moet je in vroeg

stadium samenwerken – met de service-provi-

ders, de fabrikanten van mobiele telefoons en

naarmate er functies bijkomen ook met ande-

ren. Je hebt dus heel veel partners nodig.”

Razendsnel

Open Innovatie is verder nodig om de snel-

heid van innovatieprocessen en marktin-

troducties te verhogen. Rick: “Veel mensen

staan er niet bij stil, maar over het algemeen

duurt het een jaar of tien voordat een vinding

wereldwijd wordt toegepast. GPS-navigatie is

twintig jaar oud, en pas sinds een paar jaar zie

je het razendsnel opkomen. Over twee, drie

jaar zal het in de meeste auto’s wel standaard

zijn. En ondertussen zie je meer toepassingen

komen. Ik heb al een hondentelefoon gezien,

en een telefoon die ouders vertelt waar hun

kind uithangt. En met Google Earth kun je

wereldwijd een gebied lokaliseren en bekijken.

Buitengewoon boeiend allemaal en, mits je er

op tijd bij bent, allemaal kansen voor nieuwe

business.”

Als vierde noemt Rick Harwig het financie-

ren van innovatieprojecten. “Investeerders

zijn minder geïnteresseerd in verschrikkelijk

knappe technologische vindingen dan in de

commerciële mogelijkheden van nieuwe appli-

caties. Over het algemeen willen ze vroegtijdig

kunnen inschatten wat hun investering gaat

opleveren. Doe je dingen samen dan vergroot

je de applicatiekennis en daarmee de innova-

tiesnelheid, en je spreidt de risico’s. Samen heb

je dus meer kans van slagen dan alleen. Als

Philips zijn we heel sterk in het partneren in

het begin van de keten van ontwikkeling.”

Vindingrijk

“Door dat alles”, zegt Rick, “is de breedte van

wat wij doen en de interactie met de bui-

tenwereld enorm toegenomen. Daar zit iets

bedreigends in: het is zaak die complexiteit

de baas te blijven en te begrijpen waar het

allemaal over gaat. Daarin moet het manage-

ment het voortouw nemen. Maar ik moet

zeggen: eigenlijk gaat dat best goed. We zitten

buitengewoon dicht tegen wat wij willen doen.

Ik vind het steeds verbazend om te zien hoe

ongelooflijk creatief en vindingrijk de mensen

hier zijn.”

Hij is positief gestemd over de toekomst. “Als

ik al die voorbeelden zie van buitengewoon

goede resultaten, dan krijg ik het idee dat we

in Europa in heel veel gevallen beter zijn dan

we zelf denken. Er is nog veel te doen, ook

op Europees niveau is het nog altijd niet goed,

‘In Europa zijn we in heel veel

gevallen beter dan we zelf denken’

Rugzakken, kussens en colbertjes die als extra functie bewegende (video)beelden kunnen tonen. Op de IFA 2005 in Berlijn demonstreerde Philips ‘fotonisch textiel’, stoffen waarin een raster van flexibele lichtgevende halfgeleiders (LEDs) is mee geweven. Met behulp van deze mini-lampjes kunnen bewegende beelden worden gecreëerd, waardoor kleding, meubels, gordijnen, vloermatten en andere textielproducten tevens als beeldscherm gebruikt kunnen worden. Fotonisch textiel opent een nieuwe wereld van toepassingen in de sfeer van ambient lighting, communicatie en op den duur misschien zelfs personal health care. De uitdaging is de LEDs zodanig in de stof te verweven, dat typische ken-merken van textiel zoals flexibiliteit (kreukvrij, opvouwbaar, comfortabel) behouden blijven. De lap fotonisch tex-tiel (substraat) die Philips Research en het textielinstituut TITV Greiz onlangs samen hebben ontwikkeld, is een eerste stap in die richting.

Ziektes vroegtijdig opsporenMoleculaire beeldvorming lijkt dé methode om ziekten al in het beginstadium op te sporen en heel snel te zien of therapie (bijvoorbeeld chemotherapie) werkt of niet. Om dat voor elkaar te krijgen ontwikkelt Philips Research kwantitatieve Magnetic Resonance (MR) meet- en analysetechnieken die in samenwerking met top academische centra worden geanalyseerd en verfijnd. Doel is om de concentra-tie van bepaalde (ziekteverwekkende) stoffen in het menselijk lichaam te kunnen meten. Daartoe krijgen patiënten nieuwe en bestaande contrastmiddelen toege-diend, waarna met behulp van de modernste MR(I)-systemen scans worden gemaakt. De resultaten tot nu toe zijn veelbelovend: het vroegtijdig opsporen van ziekten en het volgen van de effecten van therapie lijken inderdaad te verbeteren. Daarmee kan kwantitatieve MR bijdragen aan de ontwikkeling en toepassing van (nieuwe) medicijnen.

maar we gaan hard vooruit. Mede omdat de

Nederlandse overheid zich begint te roe-

ren en universiteiten steeds meer inzien dat

samenwerking geen inperking, maar juist uit-

breiding van hun domein betekent.”

Voor Nederland ziet Rick Harwig een rol

weggelegd als bruggenbouwer voor meer

samenwerking tussen China, Noord-Amerika

en Europa. “Nederland heeft van oudsher

een goede naam en faam in China. We heb-

ben al eeuwen lang goede handelscontacten

en culturele banden, en Philips is er al sinds

de jaren twintig van de vorige eeuw actief.

De Chinezen waarderen dat, ze weten dat

Nederland tot de top vijf van wetenschaps-

landen en van high-tech systems exporteurs

behoort, dat wij de poort naar Europa zijn en

ook met de Verenigde Staten goede contacten

hebben. Als we daar op voortbouwen, zie ik

de toekomst positief in.”

Simpel en veilig informatie uitwisselenVoorwerpen die draadloos communiceren, dingen van elkaar overnemen en van elkaar leren. Met het door Philips en Sony ontwikkelde Near Field Communication (NFC) kan dat – op een uiterst simpele en veilige manier. Twee voorwerpen met een NFC-chip die binnen een afstand van tien centimeter tot elkaar worden gebracht, vinden elkaar en wisselen automatisch informatie uit. Dat kan van alles zijn: muziek, beelden, adresboeken en zelfs elektronische transacties. Samen met het extreem lage energieverbruik is de korte afstand waarbinnen gecommuniceerd wordt het sterke punt van de NFC-technologie. De voorwerpen moeten doelbe-wust dicht bij elkaar worden geplaatst. Onbewust - en ongewild - informatie uitwisselen gebeurt dus niet: een veilige uitwisseling van (persoonlijks) informatie is gegarandeerd. De eerste mobiele telefoons met NFC zijn inmiddels te koop.

Textielstof als display

A good

companyto work for

Please send us

your comments & opinions on:

‘New Topic’

Commentaar of

ideeën?

“De armaturenreeks Apollo is het meest exclusieve en variërende

product van Philips Winterswijk met een strak eigentijds design in

een aluminium jasje. Hiervan heeft de Savio-serie als bijzonderheid

dat de klant kleuren kan mixen met warm en koud licht om zo

comfortabel mogelijk te kunnen functioneren op de werkplek.”

Heeft u opmerkingen over deze rubriek of dit onderwerp?

Of heeft u ideeën voor een kwestie waarover Philips

medewerkers hun zegje kunnnen doen? Bel of mail ons

(voor adresgegevens zie achterpagina).

Welk product is het meest

Innovatief?MR Customer Support Engineer, Philips Medical Systems Best

”Het meest innovatief vind ik Ambient Experience in het zieken-

huis, een concept van Philips voor een mensvriendelijke behandel-

kamer. Een medisch onderzoek houdt voor de persoon in kwestie

geen goed nieuws in, Philips biedt steun met dit product. Dat geeft

mij een heel goed gevoel. Bovendien bevat Ambient Experience

elementen van verschillende Philips-divisies. Echt top.”

”Ik kies voor de Philips-Alessi Line. Pas achteraf kun je zien hoe

innovatief dit visionaire project werkelijk was. Het gaf niet alleen

de aanzet tot een veranderingsproces bij DAP, maar veranderde

ook de markt ingrijpend. Het ontwerp van kleine apparaten werd

vriendelijker, menselijker en veel attractiever. De Philips-Alessi

Line plaveide de weg voor andere gezamenlijke projecten als

CoolSkin en Senseo.”

”Ik kies voor de Panorama 1T Open MRI Scanner met Ambient

Experience. Een geweldige innovatie, vooral omdat vanaf het eer-

ste begin de beleving van de patiënt voorop gesteld is. Alle aspec-

ten van deze scanner ademen patiëntvriendelijkheid: 360 graden

openheid rondom, bereikbaarheid, rustgevend omgevingslicht en

-geluid. In één woord: fantastisch.”

Philips heeft een grote internationale reputatie op het gebied van

innovatie. Al jarenlang introduceert het vernieuwende producten

en baanbrekende technologieën, die niet zelden het leven van

consumenten ingrijpend veranderen en vergemakkelijken. Wat is

volgens jou het meest innovatieve product van Philips tot nu toe?

Innovation Design Director, Philips Design Eindhoven Plant Milieucoördinator Philips DAP Drachten Productiemedewerkster Philips Lighting Winterswijk:

Sabine Arentsen

Product marketing manager Floorcare, Philips DAP Amersfoort

”Voor mij is dat de Philips Electric Sweeper, een compacte en licht-

gewicht elektrische rolveger die geschikt is voor harde en zachte

vloeren. Een enorm gebruiksvriendelijk product om even tussen-

door snel en effectief schoon te maken. Ik verwacht er veel van.

De nieuwe Electric Sweeper voldoet helemaal aan de drie brand

pillars: innovatief, zinvolle technologie en makkelijk in het gebruik.”

Menno de Wilde

”Met het project ProX brengen Philips Corporate IT en Philips

Business Communications als eerste een moderne telefoniedienst

op de zakelijke markt. ProX maakt het mogelijk via Internet te

bellen en gebeld te worden via je eigen telefoonnummer, waar

ook ter wereld. Het is een goedkoper alternatief voor de mobiele

telefoon en je bent altijd en overal bereikbaar.”

Project manager NSO, Philips Business Communications, Hilversum

Kitty de Haan

Cees Boutsma

Mark Huijsmans

Laura Taylor

A good

companyto work for

Please send us

your comments & opinions on:

‘New Topic’

Commentaar of

ideeën?

“De armaturenreeks Apollo is het meest exclusieve en variërende

product van Philips Winterswijk met een strak eigentijds design in

een aluminium jasje. Hiervan heeft de Savio-serie als bijzonderheid

dat de klant kleuren kan mixen met warm en koud licht om zo

comfortabel mogelijk te kunnen functioneren op de werkplek.”

Heeft u opmerkingen over deze rubriek of dit onderwerp?

Of heeft u ideeën voor een kwestie waarover Philips

medewerkers hun zegje kunnnen doen? Bel of mail ons

(voor adresgegevens zie achterpagina).

Welk product is het meest

Innovatief?MR Customer Support Engineer, Philips Medical Systems Best

”Het meest innovatief vind ik Ambient Experience in het zieken-

huis, een concept van Philips voor een mensvriendelijke behandel-

kamer. Een medisch onderzoek houdt voor de persoon in kwestie

geen goed nieuws in, Philips biedt steun met dit product. Dat geeft

mij een heel goed gevoel. Bovendien bevat Ambient Experience

elementen van verschillende Philips-divisies. Echt top.”

”Ik kies voor de Philips-Alessi Line. Pas achteraf kun je zien hoe

innovatief dit visionaire project werkelijk was. Het gaf niet alleen

de aanzet tot een veranderingsproces bij DAP, maar veranderde

ook de markt ingrijpend. Het ontwerp van kleine apparaten werd

vriendelijker, menselijker en veel attractiever. De Philips-Alessi

Line plaveide de weg voor andere gezamenlijke projecten als

CoolSkin en Senseo.”

”Ik kies voor de Panorama 1T Open MRI Scanner met Ambient

Experience. Een geweldige innovatie, vooral omdat vanaf het eer-

ste begin de beleving van de patiënt voorop gesteld is. Alle aspec-

ten van deze scanner ademen patiëntvriendelijkheid: 360 graden

openheid rondom, bereikbaarheid, rustgevend omgevingslicht en

-geluid. In één woord: fantastisch.”

Philips heeft een grote internationale reputatie op het gebied van

innovatie. Al jarenlang introduceert het vernieuwende producten

en baanbrekende technologieën, die niet zelden het leven van

consumenten ingrijpend veranderen en vergemakkelijken. Wat is

volgens jou het meest innovatieve product van Philips tot nu toe?

Innovation Design Director, Philips Design Eindhoven Plant Milieucoördinator Philips DAP Drachten Productiemedewerkster Philips Lighting Winterswijk:

Sabine Arentsen

Product marketing manager Floorcare, Philips DAP Amersfoort

”Voor mij is dat de Philips Electric Sweeper, een compacte en licht-

gewicht elektrische rolveger die geschikt is voor harde en zachte

vloeren. Een enorm gebruiksvriendelijk product om even tussen-

door snel en effectief schoon te maken. Ik verwacht er veel van.

De nieuwe Electric Sweeper voldoet helemaal aan de drie brand

pillars: innovatief, zinvolle technologie en makkelijk in het gebruik.”

Menno de Wilde

”Met het project ProX brengen Philips Corporate IT en Philips

Business Communications als eerste een moderne telefoniedienst

op de zakelijke markt. ProX maakt het mogelijk via Internet te

bellen en gebeld te worden via je eigen telefoonnummer, waar

ook ter wereld. Het is een goedkoper alternatief voor de mobiele

telefoon en je bent altijd en overal bereikbaar.”

Project manager NSO, Philips Business Communications, Hilversum

Kitty de Haan

Cees Boutsma

Mark Huijsmans

Laura Taylor

1110 december 2005Philips Magazine

‘Innovatie is gaan leven’ Het Innovatieplatform bestaat twee jaar en viert dat met het Nationaal Innovatie Event.

Het adviesorgaan van de overheid, waarin Philips een nadrukkelijke rol speelt, staat aan

de basis van diverse projecten die het innovatie- en kennisniveau in ons land moeten

opkrikken. De belangrijkste winst tot nu toe: het onderwerp is gaan leven.

In het Innovatieplatform werken overheid,

bedrijfsleven, universiteiten en wetenschap-

pelijke instellingen samen om de ontwikke-

ling, uitwisseling en toepassing van kennis

te bevorderen. Nederland moet, zo luidt de

missie van het platform, weer een land worden

waar volop ruimte is voor excellentie, ambitie

en ondernemerschap. Gerard Kleisterlee is

één van leden van het platform, dat wordt

voorgezeten door premier Balkenende.

Philips is een belangrijke voortrekker van

het Innovatieplatform, dat er voor gezorgd

heeft dat innovatie hoog op de politieke

agenda staat. En dat is ooit anders geweest,

aldus Guy Kerpen, die de inbreng van Philips

voor het Innovatieplatform coördineert

en René Westbroek, tot voor kort verant-

woordelijk voor de communicatie bij het

Innovatieplatform. Guy Kerpen: “In Nederland

was er relatief weinig belangstelling voor

innovatie, technologie en industrie: we waren

een land geworden van diensten en logistiek.

Philips heeft er de afgelopen jaren op verschil-

lende manieren op gehamerd dat, wil je onze

economie nieuw leven inblazen, je sterk moet

inzetten op innovatie en technologie.”

Sleutelgebieden

Het Innovatieplatform richt de focus op

vier sleutelgebieden, waaronder Hightech

Systemen en Materialen – een gebied waarop

Philips zich flink manifesteert. René Westbroek:

“Per activiteitengebied is er een werkgroep,

waarin ook mensen uit ‘de sector’ zitting heb-

ben, die kennis en inzichten vergaart en komt

tot voorstellen en adviezen die de betrokken

ministeries vervolgens moeten omzetten in

concreet beleid.”

Uitwisseling

Inmiddels zijn verschillende projecten opge-

start. Een aantal daarvan zijn van belang voor

Philips, zoals de Technologische Topinstituten

waaronder het onlangs geopende Holst

Centrum in Eindhoven, en – begin 2004 door

Gerard Kleisterlee ingebracht – het Casimir-

programma, dat de uitwisseling van onder-

zoekers tussen bedrijven en universiteiten

moet stimuleren (zie kader). “Het onderwerp

innovatie is gaan leven”, aldus Guy Kerpen en

René Westbroek. “Dat is misschien nog wel de

grootste winst. Er is veel meer aandacht voor

innovatie en het Innovatieplaform is daar zeker

debet aan.”

Op woensdag 7 december wordt het

Nationaal Innovatie Event gehouden in De

Fabrique in Maarssen. Het thema: innova-

tie is van iedereen en komt tot bloei door

Philips wil met Innovatieplatform

vestigingsklimaat in ons land verbeteren

Casimir-onderzoeker Marjo Koets: ‘Ik voel me als een vis in het water’ Voor Marjo Koets kwam het Casimir-programma als geroepen. Koets maakt sinds mei 2005 voor een paar jaar deel uit van de

groep Biomolecular Engineering van Philips Research, die onderzoek doet naar de ontwikkeling van een magnetische biosensor

voor de detectie van DNA (erfelijk materiaal).

Als assistent-onderzoeker aan Wageningen Universiteit/Research Centrum hoorde ze van de aanstaande samenwerking tussen ‘haar’

universiteit en Philips Research in het kader van Casimir. Ze besloot bij Philips aan te kloppen. “Casimir gaf mij de gelegenheid om promotie-

onderzoek te doen en bovendien was ik al bekend met het onderwerp waar Philips onderzoek naar doet.” Sindsdien pendelt Marjo Koets

regelmatig op en neer tussen Eindhoven en Wageningen. “Op de universiteit gebruik ik apparatuur, kennis en faciliteiten die Philips niet ter

beschikking heeft. En andersom. Casimir lijkt mij een uitstekende regeling: mijn onderzoeksmogelijkheden worden er door verruimd. Het is

boeiend om van beide kanten iets mee te krijgen, zo krijg je toch een andere kijk op de materie. Ik voel me als een vis in het water, deze

uitwisseling werkt heel verfrissend.”

samenwerking. Het Innovatieplatform en zijn

deelnemers presenteren tijdens het Event hun

activiteiten: er zijn podiumpresentaties, een

informatiemarkt en tientallen workshops.

High Tech Campus Eindhoven en Philips

organiseren o.a. een interactief debat met als

titel ‘open innovatie, sleutel voor Nederlands

en Europees succes’. Meer informatie is te

vinden op www.nationaal-innovatie-event.nl

Kijk voor het volledige artikel op:

‘Innovatie is gaan leven’ Het Innovatieplatform bestaat twee jaar en viert dat met het Nationaal Innovatie Event.

Het adviesorgaan van de overheid, waarin Philips een nadrukkelijke rol speelt, staat aan

de basis van diverse projecten die het innovatie- en kennisniveau in ons land moeten

opkrikken. De belangrijkste winst tot nu toe: het onderwerp is gaan leven.

In het Innovatieplatform werken overheid,

bedrijfsleven, universiteiten en wetenschap-

pelijke instellingen samen om de ontwikke-

ling, uitwisseling en toepassing van kennis

te bevorderen. Nederland moet, zo luidt de

missie van het platform, weer een land worden

waar volop ruimte is voor excellentie, ambitie

en ondernemerschap. Gerard Kleisterlee is

één van leden van het platform, dat wordt

voorgezeten door premier Balkenende.

Philips is een belangrijke voortrekker van

het Innovatieplatform, dat er voor gezorgd

heeft dat innovatie hoog op de politieke

agenda staat. En dat is ooit anders geweest,

aldus Guy Kerpen, die de inbreng van Philips

voor het Innovatieplatform coördineert

en René Westbroek, tot voor kort verant-

woordelijk voor de communicatie bij het

Innovatieplatform. Guy Kerpen: “In Nederland

was er relatief weinig belangstelling voor

innovatie, technologie en industrie: we waren

een land geworden van diensten en logistiek.

Philips heeft er de afgelopen jaren op verschil-

lende manieren op gehamerd dat, wil je onze

economie nieuw leven inblazen, je sterk moet

inzetten op innovatie en technologie.”

Sleutelgebieden

Het Innovatieplatform richt de focus op

vier sleutelgebieden, waaronder Hightech

Systemen en Materialen – een gebied waarop

Philips zich flink manifesteert. René Westbroek:

“Per activiteitengebied is er een werkgroep,

waarin ook mensen uit ‘de sector’ zitting heb-

ben, die kennis en inzichten vergaart en komt

tot voorstellen en adviezen die de betrokken

ministeries vervolgens moeten omzetten in

concreet beleid.”

Uitwisseling

Inmiddels zijn verschillende projecten opge-

start. Een aantal daarvan zijn van belang voor

Philips, zoals de Technologische Topinstituten

waaronder het onlangs geopende Holst

Centrum in Eindhoven, en – begin 2004 door

Gerard Kleisterlee ingebracht – het Casimir-

programma, dat de uitwisseling van onder-

zoekers tussen bedrijven en universiteiten

moet stimuleren (zie kader). “Het onderwerp

innovatie is gaan leven”, aldus Guy Kerpen en

René Westbroek. “Dat is misschien nog wel de

grootste winst. Er is veel meer aandacht voor

innovatie en het Innovatieplaform is daar zeker

debet aan.”

Op woensdag 7 december wordt het

Nationaal Innovatie Event gehouden in De

Fabrique in Maarssen. Het thema: innova-

tie is van iedereen en komt tot bloei door

Philips wil met Innovatieplatform

vestigingsklimaat in ons land verbeteren

Casimir-onderzoeker Marjo Koets: ‘Ik voel me als een vis in het water’ Voor Marjo Koets kwam het Casimir-programma als geroepen. Koets maakt sinds mei 2005 voor een paar jaar deel uit van de

groep Biomolecular Engineering van Philips Research, die onderzoek doet naar de ontwikkeling van een magnetische biosensor

voor de detectie van DNA (erfelijk materiaal).

Als assistent-onderzoeker aan Wageningen Universiteit/Research Centrum hoorde ze van de aanstaande samenwerking tussen ‘haar’

universiteit en Philips Research in het kader van Casimir. Ze besloot bij Philips aan te kloppen. “Casimir gaf mij de gelegenheid om promotie-

onderzoek te doen en bovendien was ik al bekend met het onderwerp waar Philips onderzoek naar doet.” Sindsdien pendelt Marjo Koets

regelmatig op en neer tussen Eindhoven en Wageningen. “Op de universiteit gebruik ik apparatuur, kennis en faciliteiten die Philips niet ter

beschikking heeft. En andersom. Casimir lijkt mij een uitstekende regeling: mijn onderzoeksmogelijkheden worden er door verruimd. Het is

boeiend om van beide kanten iets mee te krijgen, zo krijg je toch een andere kijk op de materie. Ik voel me als een vis in het water, deze

uitwisseling werkt heel verfrissend.”

samenwerking. Het Innovatieplatform en zijn

deelnemers presenteren tijdens het Event hun

activiteiten: er zijn podiumpresentaties, een

informatiemarkt en tientallen workshops.

High Tech Campus Eindhoven en Philips

organiseren o.a. een interactief debat met als

titel ‘open innovatie, sleutel voor Nederlands

en Europees succes’. Meer informatie is te

vinden op www.nationaal-innovatie-event.nl

Philishave: revolu tionair dankzij vlijmsche rpe technologie Philips is al sinds de jaren dertig van de vorige eeuw

marktleider met elektrische scheerapparaten en ligt

sindsdien een straatlengte voor op de concurrentie. Nu de

baanbrekende SmartTouch-XL in de winkels ligt, is de tijd

rijp om deze revolutionaire Philishave en de vlijmscherpe

technologie die het apparaat zo populair hebben gemaakt

eens onder de loep te nemen.

De eerste Philishave werd in de jaren dertig

gelanceerd. Destijds kon men kiezen tus-

sen een recht scheermes en een elektrisch

apparaat met een enkel blad dat heen en weer

bewoog. Tot Alexander Horowitz, ontwerper

bij Philips, op het toneel verscheen. Hij liet

zich inspireren door de fietsdynamo waar

het concern op dat moment aan werkte.

Horowitz maakte een roterend systeem met

drie bronzen ‘beiteltjes’ die ronddraaiden

onder een ronde scheerkop met sleuven. Dit

systeem werd gebruikt in het eerste scheerap-

paraat van Philips dat in 1939 in de winkels

lag. De sigaarvormige behuizing was gemaakt

van Philite, Philips’ eigen versie van bakeliet.

In 1946 was de zogeheten Staalbaard, die

een grotere scheerkop had, overal een

succes – behalve in de Verenigde

Staten. De Amerikanen vonden

de Philite-behuizing maar

ouderwets.

Philips lanceer-

de daarop de

ivoorkleurige

‘Muis’, die al snel

werd opgevolgd

door het ‘Eitje’. Dit

model had een scheer-

kop die haaks op de huid stond, waardoor het

apparaat gemakkelijker in het gebruik was. Het

Eitje onderscheidde zich van zijn concurrenten

door zijn gladde, gestroomlijnde vormgeving.

Deze Philishave viel wel in de smaak bij het

Amerikaanse publiek.

Drie is beter dan twee

In 1951 kwam het tweekopsapparaat (met

dubbele scheerhoofden) op de markt. Philips

vergrootte het scheercomfort in de daarop-

volgende jaren met een gebruiksvriendelijk rei-

nigingssysteem, ‘zwevende’ scheerkoppen die

de contouren van het gezicht beter volgden,

betere scheerkappen voor het vangen en knip-

pen van de baardharen en een ingebouwde

tondeuse om de bakkebaarden bij te werken.

Het driekopssysteem, dat in 1966 verscheen,

werd uiteindelijk maatgevend voor elektrisch

scheren. Hoewel de Philishave eind jaren

zeventig een snel en goed scheerresultaat

mogelijk maakte, bleek het traditionele scheer-

mes op één punt heer en meester: gladheid.

In de jaren tachtig kwam Philips Design met

een oplossing: de Rota 80 met het ‘dubbele

scheersysteem’. Elk van de drie scheerkop-

pen had vijftien mesjes om de baardharen op

te tillen en vijftien zelfslijpende mesjes om ze

af te knippen. Een goed scheerresultaat bete-

kende nu ook een glad resultaat. Vanaf de jaren

negentig werd vormgeving steeds belangrijker.

Zo ging de Reflex Action HQ 5000 niet alleen

de strijd om een gladder scheerresultaat aan,

maar viel ook op door zijn nieuwe, oncon-

ventionele kleuren. Eind jaren negentig kwam

Philips opnieuw met een innovatie toen het

samen met Nivea de Coolskin introduceerde,

voorzien van een zakje verzachtende crème

voor een koele, natte scheerbeurt. En de inno-

vatie gaat verder. De nieuwe SmartTouch-XL

is uitgerust met het unieke Contour Following

System. De scheerkop én de drie afzonderlijke

scheerhoofden van dit apparaat kunnen vrij

bewegen. Bovendien vergroot de scheerkop

Speed-XL het scheergebied met maar liefst

vijftig procent.

De toekomst van elektrisch scheren

De SmartTouch en de Philishave uit 1939

mogen dan lichtjaren van elkaar zijn verwij-

derd, wat zij gemeen hebben is de achterlig-

gende filosofie. Al vanaf het allereerste ont-

werp uit de jaren dertig zijn ontwikkelaars en

ontwerpers op zoek naar innovatie en worden

daarbij geïnspireerd door de wensen van de

consument. Het is daarom zeker dat we ook in

de toekomst nog vaak verrast zullen worden

door de Philishave.

Philips AMeezing ConcertDe SmartTouch XL is één van de produc-ten waarbij consumenten gratis kaarten ontvangen voor het Philips AMeezing Concert op 18 december in het Gelredome stadion te Arnhem. Bekende Nederlandse artiesten zullen een spectaculair concert geven waarbij iedereen naar hartelust mag meezingen. Dit jaar zullen o.a. Do, Lois Lane, Intwine, Peter Koelewijn, Erik Corton, Berget Lewis, Lange Frans & Baas B, Willeke Alberti, Henk Westbroek en Albert West optreden. De presentatie van het 2e Philips AMeezing Concert is in handen van Bastiaan en Tooske Ragas. Wilt u er ook bij zijn? Dat kan. Op pagina 22 kunt u kaarten met korting bestellen voor dit concert.

werd opgevolgd

Philishave: revolu tionair dankzij vlijmsche rpe technologie Philips is al sinds de jaren dertig van de vorige eeuw

marktleider met elektrische scheerapparaten en ligt

sindsdien een straatlengte voor op de concurrentie. Nu de

baanbrekende SmartTouch-XL in de winkels ligt, is de tijd

rijp om deze revolutionaire Philishave en de vlijmscherpe

technologie die het apparaat zo populair hebben gemaakt

eens onder de loep te nemen.

De eerste Philishave werd in de jaren dertig

gelanceerd. Destijds kon men kiezen tus-

sen een recht scheermes en een elektrisch

apparaat met een enkel blad dat heen en weer

bewoog. Tot Alexander Horowitz, ontwerper

bij Philips, op het toneel verscheen. Hij liet

zich inspireren door de fietsdynamo waar

het concern op dat moment aan werkte.

Horowitz maakte een roterend systeem met

drie bronzen ‘beiteltjes’ die ronddraaiden

onder een ronde scheerkop met sleuven. Dit

systeem werd gebruikt in het eerste scheerap-

paraat van Philips dat in 1939 in de winkels

lag. De sigaarvormige behuizing was gemaakt

van Philite, Philips’ eigen versie van bakeliet.

In 1946 was de zogeheten Staalbaard, die

ouderwets.

Philips lanceer-

de daarop de

ivoorkleurige

‘Muis’, die al snel

werd opgevolgd

kop die haaks op de huid stond, waardoor het

apparaat gemakkelijker in het gebruik was. Het

Eitje onderscheidde zich van zijn concurrenten

door zijn gladde, gestroomlijnde vormgeving.

Deze Philishave viel wel in de smaak bij het

Amerikaanse publiek.

Drie is beter dan twee

In 1951 kwam het tweekopsapparaat (met

dubbele scheerhoofden) op de markt. Philips

vergrootte het scheercomfort in de daarop-

volgende jaren met een gebruiksvriendelijk rei-

nigingssysteem, ‘zwevende’ scheerkoppen die

de contouren van het gezicht beter volgden,

betere scheerkappen voor het vangen en knip-

pen van de baardharen en een ingebouwde

tondeuse om de bakkebaarden bij te werken.

Het driekopssysteem, dat in 1966 verscheen,

werd uiteindelijk maatgevend voor elektrisch

scheren. Hoewel de Philishave eind jaren

zeventig een snel en goed scheerresultaat

mogelijk maakte, bleek het traditionele scheer-

mes op één punt heer en meester: gladheid.

In de jaren tachtig kwam Philips Design met

een oplossing: de Rota 80 met het ‘dubbele

scheersysteem’. Elk van de drie scheerkop-

pen had vijftien mesjes om de baardharen op

te tillen en vijftien zelfslijpende mesjes om ze

af te knippen. Een goed scheerresultaat bete-

kende nu ook een glad resultaat. Vanaf de jaren

negentig werd vormgeving steeds belangrijker.

Zo ging de Reflex Action HQ 5000 niet alleen

de strijd om een gladder scheerresultaat aan,

maar viel ook op door zijn nieuwe, oncon-

ventionele kleuren. Eind jaren negentig kwam

Philips opnieuw met een innovatie toen het

samen met Nivea de Coolskin introduceerde,

voorzien van een zakje verzachtende crème

voor een koele, natte scheerbeurt. En de inno-

vatie gaat verder. De nieuwe SmartTouch-XL

is uitgerust met het unieke Contour Following

System. De scheerkop én de drie afzonderlijke

scheerhoofden van dit apparaat kunnen vrij

bewegen. Bovendien vergroot de scheerkop

Speed-XL het scheergebied met maar liefst

vijftig procent.

De toekomst van elektrisch scheren

De SmartTouch en de Philishave uit 1939

mogen dan lichtjaren van elkaar zijn verwij-

derd, wat zij gemeen hebben is de achterlig-

gende filosofie. Al vanaf het allereerste ont-

werp uit de jaren dertig zijn ontwikkelaars en

ontwerpers op zoek naar innovatie en worden

daarbij geïnspireerd door de wensen van de

consument. Het is daarom zeker dat we ook in

de toekomst nog vaak verrast zullen worden

door de Philishave.

Philips AMeezing ConcertDe SmartTouch XL is één van de produc-ten waarbij consumenten gratis kaarten ontvangen voor het Philips AMeezing Concert op 18 december in het Gelredome stadion te Arnhem. Bekende Nederlandse artiesten zullen een spectaculair concert geven waarbij iedereen naar hartelust mag meezingen. Dit jaar zullen o.a. Do, Lois Lane, Intwine, Peter Koelewijn, Erik Corton, Berget Lewis, Lange Frans & Baas B, Willeke Alberti, Henk Westbroek en Albert West optreden. De presentatie van het 2e Philips AMeezing Concert is in handen van Bastiaan en Tooske Ragas. Wilt u er ook bij zijn? Dat kan. Op pagina 22 kunt u kaarten met korting bestellen voor dit concert.

werd opgevolgd

14 15Philips Magazine

Het complex aan de zuidrand van Eindhoven is

de afgelopen jaren flink op de schop genomen.

En er staat nog het nodige te gebeuren.

Verhagen: “Van het geraamde vloeropper-

vlak van circa 240.000 vierkante meter is nu

ongeveer 160.000 vierkante meter gebouwd,

gerenoveerd of in ontwikkeling. Eind dit

jaar werken hier zo’n 5.000 mensen en de

komende twee jaar gaan we richting 6.000.

Uiteindelijk kunnen we tot 8.000 à 9.000

mensen doorgroeien.”

Verhagen is een tevreden man. “De campus

leeft, er zit schwung in. Zowel nationaal als

internationaal staan we op de kaart. De inte-

resse bij high tech bedrijven om zich hier te

vestigen is goed. Nu al zijn het er ruim twintig,

en met diverse andere zijn we in onder-

handeling.

Open campus

De ‘open’ campus begint echt vorm te krijgen.”

Het megaproject werd onder meer opge-

zet om de bewoners 21e eeuwse werken

verblijfsomstandigheden te bieden en de

overdracht van kennis te stimuleren. Volgens

december 2005

De High Tech Campus Eindhoven heeft zich in sneltreinvaart ontwikkeld tot dé

technologische hotspot van Nederland. Jérôme Verhagen, director van de High Tech

Campus Eindhoven, maakt de tussenbalans op. “Het gaat goed, zelfs beter dan we

een paar jaar geleden hadden kunnen bevroeden.”

‘Campus heeft schwung’

Werkzaamheden op schema,

doelstellingen behaald

Verhagen komen beide aspecten goed uit de

verf. “Het eerste kun je planmatig aanpakken,

het tweede kun je stimuleren en faciliteren,

maar moet uiteindelijk van de campusbewo-

ners zelf komen. Dat gaat goed, op beide vlak-

ken zie ik positieve resultaten.”

Overheidssteun

De grote belangstelling van politici (‘we heb-

ben er bijna wekelijks over de vloer’) vertaalt

zich gaandeweg steeds meer in steun. “Het

Holst Centre (waarin TNO en het Vlaamse

IMEC samenwerken, red.) is met steun van

de overheid opgezet. Hetzelfde geldt voor

Bèta, het centrum voor technostarters op de

campus dat door Koningin Beatrix virtueel

werd gestart. Bovendien zien we ook voor het

Centre for Molecular Medicine goede kansen

voor overheidssteun.”

Ook de regionale en provinciale overheid

steunen de campus waar mogelijk. “Om de

regio en de campus nationaal en internationaal

te promoten stelden de gemeente Eindhoven,

de provincie Noord-Brabant en ‘Brussel’ (via

de Stimulus-regeling, red.) 2 miljoen euro

beschikbaar.”

Selecteren

De niet-Philipsbedrijven op de campus zijn niet

de eerste de beste. “We selecteren op een

aantal criteria. In de eerste plaats moeten het

high tech bedrijven zijn en moeten ze passen

in de technologiedomeinen waar deze regio en

de campus sterk in zijn: microsystemen, life tec,

embedded systems, precision equipment en

IT/ambient intelligence. Verder moeten ze de

wil hebben om met andere campusbewoners

samen te werken. Alleen hier komen zitten

Campus in cijfers- complex van 100 hectare- totale geraamde vloeroppervlak 240.000 m2

- huidig vloeroppervlak 135.000 m2, waarvan 40.000 - 50.000 m2 voor laboratoria en 5.000 m2 clean rooms

- 25.000 m2 in ontwikkeling, waaronder het technostartersgebouw (Bèta) en de nieuwbouw voor Philips Intellectual Property & Standards (IP&S, oplevering eind 2006/begin 2007)

- de renovatie van gebouw WB (ruim 20.000 m2) is zojuist afgerond, met de renovatie van WY (zelfde grootte) werd onlangs begonnen (oplevering in 2007)

- de nieuwbouw voor ATOS Origin (700 personen) is zojuist opgeleverd; de nieuwbouw voor Philips Applied Technologies volgt rond de jaarwisseling

- per 1 januari 2006 verdwijnt de poortbewaking (alleen overdag) en worden beveiliging en ontvangst per gebouw geregeld

- medio 2007 is de eigen afslag van de snelweg (A2/A67) gereed. Dan zal de hoofdingang worden verplaatst van de Prof. Holstlaan (oostkant) naar de westkant

omdat het goed is voor het imago is absoluut

onvoldoende.”

Jérôme Verhagen weet niet wanneer de

campus is volgebouwd. “Dat mag best nog

even duren. Een van de succesfactoren is

namelijk dat de campus een motor wordt voor

bedrijven. Denk daarbij aan de nu nog kleine

technostarters in Bèta, die mede dankzij de

faciliteiten hier, mogelijk succesvol doorgroeien

naar bedrijven met vijftig tot 125 personen.

Die willen we dan graag op de campus houden.

Het zou dus niet goed zijn als over drie jaar

alles volgebouwd is, want dan zou er voor hen

geen plaats meer zijn.”

14 15Philips Magazine

Het complex aan de zuidrand van Eindhoven is

de afgelopen jaren flink op de schop genomen.

En er staat nog het nodige te gebeuren.

Verhagen: “Van het geraamde vloeropper-

vlak van circa 240.000 vierkante meter is nu

ongeveer 160.000 vierkante meter gebouwd,

gerenoveerd of in ontwikkeling. Eind dit

jaar werken hier zo’n 5.000 mensen en de

komende twee jaar gaan we richting 6.000.

Uiteindelijk kunnen we tot 8.000 à 9.000

mensen doorgroeien.”

Verhagen is een tevreden man. “De campus

leeft, er zit schwung in. Zowel nationaal als

internationaal staan we op de kaart. De inte-

resse bij high tech bedrijven om zich hier te

vestigen is goed. Nu al zijn het er ruim twintig,

en met diverse andere zijn we in onder-

handeling.

Open campus

De ‘open’ campus begint echt vorm te krijgen.”

Het megaproject werd onder meer opge-

zet om de bewoners 21e eeuwse werken

verblijfsomstandigheden te bieden en de

overdracht van kennis te stimuleren. Volgens

december 2005

De High Tech Campus Eindhoven heeft zich in sneltreinvaart ontwikkeld tot dé

technologische hotspot van Nederland. Jérôme Verhagen, director van de High Tech

Campus Eindhoven, maakt de tussenbalans op. “Het gaat goed, zelfs beter dan we

een paar jaar geleden hadden kunnen bevroeden.”

‘Campus heeft schwung’

Werkzaamheden op schema,

doelstellingen behaald

Verhagen komen beide aspecten goed uit de

verf. “Het eerste kun je planmatig aanpakken,

het tweede kun je stimuleren en faciliteren,

maar moet uiteindelijk van de campusbewo-

ners zelf komen. Dat gaat goed, op beide vlak-

ken zie ik positieve resultaten.”

Overheidssteun

De grote belangstelling van politici (‘we heb-

ben er bijna wekelijks over de vloer’) vertaalt

zich gaandeweg steeds meer in steun. “Het

Holst Centre (waarin TNO en het Vlaamse

IMEC samenwerken, red.) is met steun van

de overheid opgezet. Hetzelfde geldt voor

Bèta, het centrum voor technostarters op de

campus dat door Koningin Beatrix virtueel

werd gestart. Bovendien zien we ook voor het

Centre for Molecular Medicine goede kansen

voor overheidssteun.”

Ook de regionale en provinciale overheid

steunen de campus waar mogelijk. “Om de

regio en de campus nationaal en internationaal

te promoten stelden de gemeente Eindhoven,

de provincie Noord-Brabant en ‘Brussel’ (via

de Stimulus-regeling, red.) 2 miljoen euro

beschikbaar.”

Selecteren

De niet-Philipsbedrijven op de campus zijn niet

de eerste de beste. “We selecteren op een

aantal criteria. In de eerste plaats moeten het

high tech bedrijven zijn en moeten ze passen

in de technologiedomeinen waar deze regio en

de campus sterk in zijn: microsystemen, life tec,

embedded systems, precision equipment en

IT/ambient intelligence. Verder moeten ze de

wil hebben om met andere campusbewoners

samen te werken. Alleen hier komen zitten

Campus in cijfers- complex van 100 hectare- totale geraamde vloeroppervlak 240.000 m2

- huidig vloeroppervlak 135.000 m2, waarvan 40.000 - 50.000 m2 voor laboratoria en 5.000 m2 clean rooms

- 25.000 m2 in ontwikkeling, waaronder het technostartersgebouw (Bèta) en de nieuwbouw voor Philips Intellectual Property & Standards (IP&S, oplevering eind 2006/begin 2007)

- de renovatie van gebouw WB (ruim 20.000 m2) is zojuist afgerond, met de renovatie van WY (zelfde grootte) werd onlangs begonnen (oplevering in 2007)

- de nieuwbouw voor ATOS Origin (700 personen) is zojuist opgeleverd; de nieuwbouw voor Philips Applied Technologies volgt rond de jaarwisseling

- per 1 januari 2006 verdwijnt de poortbewaking (alleen overdag) en worden beveiliging en ontvangst per gebouw geregeld

- medio 2007 is de eigen afslag van de snelweg (A2/A67) gereed. Dan zal de hoofdingang worden verplaatst van de Prof. Holstlaan (oostkant) naar de westkant

omdat het goed is voor het imago is absoluut

onvoldoende.”

Jérôme Verhagen weet niet wanneer de

campus is volgebouwd. “Dat mag best nog

even duren. Een van de succesfactoren is

namelijk dat de campus een motor wordt voor

bedrijven. Denk daarbij aan de nu nog kleine

technostarters in Bèta, die mede dankzij de

faciliteiten hier, mogelijk succesvol doorgroeien

naar bedrijven met vijftig tot 125 personen.

Die willen we dan graag op de campus houden.

Het zou dus niet goed zijn als over drie jaar

alles volgebouwd is, want dan zou er voor hen

geen plaats meer zijn.”

Philips Magazine 16 17 december 2005

Na een zwaar verblijf in het ziekenhuis van-

wege longkanker mocht Rudolf Knes deze

zomer thuis aansterken. Samen met zijn vrouw

Christine en enkele goede vrienden vierde hij

zijn thuiskomst. “Het was een hele fijne, zon-

nige dag,” vertelt Christine. “We hadden ons

er al lang op verheugd dat hij weer thuis zou

zijn. Alles verliep prima. Tot Rudolf een kamer

inliep om aan onze vrienden een video te laten

zien en ik iedereen ineens heel hard ‘Rudolf!

Rudolf!’ hoorde roepen.”

Ze rende naar hem toe en zag haar man

bewegingloos op de grond liggen. Christine

aarzelde niet, maar haalde de HeartStart en

keerde terug naar haar man. Toen ze de defi-

brillator aanzette werd ze rustig: “Het was de

computerstem, daar ben ik van overtuigd. De

HeartStart vertelde mij precies wat ik moest

doen. Ik plakte de pads op Rudolfs borst, maar

deed het niet helemaal goed. De defibrillator

vertelde me echter keurig hoe ik het wel

moest doen.” Daarna diende ze een schok toe

en volgde de aanwijzingen van het apparaat om

te reanimeren en te beademen. Nadat ze op

advies van de defibrillator nog een schok had

gegeven, kwam Rudolf weer bij.

Rudolf Knes vertelt dat hij zich behalve een

forse hoofdpijn eigenlijk direct weer helemaal

goed voelde. Rudolf: “Die hoofdpijn kwam

doordat ik zo hard op de grond was gevallen.

Ik herinner me nog dat ik de kamer inliep, en

merkte dat het niet goed was. Daarna werd

het zwart tot het moment dat ik mijn vrouw

weer in de ogen keek. Ik heb mijn leven aan

haar te danken.” Maar Christine denkt daar

anders over: “Niet ik, maar de Heartstart heeft

hem gered, met name dankzij die rustige com-

puterstem. Daardoor bleef ik kalm. Pas nadat

Rudolf in veilige handen was, drong het volledig

tot me door wat er gebeurd was.”

De gezondheidszorg bereidt zich voor op een sterke toename van het aantal patiënten met (chronische)

hartaandoeningen. Philips is toonaangevend in de ontwikkeling van nieuwe cardiovasculaire technologieën.

Sterker nog, het is een belangrijk onderdeel van de wereldwijde strategie. Samen met bijvoorbeeld

universiteiten wordt gezocht naar nieuwe methoden voor diagnose, behandeling en zorg. Maar ook

buiten de muren van het ziekenhuis bewijst Philips zijn kracht. Motiva, waarmee patiënten vanuit huis

hun gegevens als gewicht en bloeddruk kunnen doorgeven, is hiervan een goed voorbeeld. Daarnaast is er

natuurlijk het succes van de Heartstart, de defibrillator voor thuisgebruik. Leest u het relaas van Rudolf

Knes die dankzij kordaat optreden van zijn vrouw Christine gered werd met behulp van een Heartstart.

Niet ik, maar de heartstart heeft hem gered

Bent u ouder dan vijftig jaar en wilt u weten

hoeveel risico u loopt op mogelijke hart- en

vaatziekten? Vul dan de bijgevoegde enquête

in en stuur deze op met behulp van de ant-

woordenvelop of vul de enquête in op www.

morgengezondweerop.nl. Op basis daarvan

wordt bepaald of u in aanmerking komt voor

een (gratis) onderzoek bij u in de buurt. In

ongeveer tien minuten worden uw lengte,

uw gewicht en uw bloeddruk gemeten.

Daarnaast wordt wat bloed afgenomen om

onder andere cholesterol en bloedsuiker te

meten. Op basis van deze metingen wordt

uw persoonlijke risicoprofiel opgesteld dat u

kosteloos krijgt thuisgestuurd, zodat u weet

hoe groot de kans is om een hart- of vaat-

ziekte te krijgen. Het is mogelijk dat u hierna

ook wordt uitgenodigd voor wetenschappe-

lijk vervolgonderzoek.

Op verzoek van de Stichting Risicoanalyse

Hart- en Vaatziekten is Philips sponsor van

Morgengezondweerop.nl en draagt bij aan

preventieve voorlichting rondom hart- en

vaatziekten. Het bij dit Philips Magazine

gevoegde enquêteformulier is daar een

voorbeeld van. De onderzoeken worden

uitgevoerd onder regie van Nederlandse

universitaire ziekenhuizen.

Hoe gaat het met ùw hart en vaten?