Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2...

32
Inhoudsopgaven Blz. Hoofdstuk 1. Algemene inleiding……………………………………....4 § 1.1 Wat is verwering………………………………………...4 § 1.2 Verwering in Suriname………………………………....8 § 1.3 Geologische informatie over het studie gebied………..11 § 1.4 geologische kaart van het studie gebied……………….14 Hoofdstuk 2 Methoden………………………………………………..15 § 2.1 Methoden in het veld…………………………………...15 § 2.2 Methoden in het laboratorium………………………...16 Hoofdstuk 3 Resultaten……………………………………………….18 § 3.1 Trans-Amazonian greenstone belt => Marowijne Groep………………………………………..18 § 3.1.1 Rosebel formati………………………………………18 § 3.1.2 Paramaka formati…………………………………....23 § 3.2 Apatoe dolerieten………………………………………27 § 3.3 Trans-Amazonian Granitoï d-Volcanic complex ( Lower proterozoic )………………………………….29 Verwerkte labresultaten………………………………………………...31 Discussie & conclusie…………………………………………………...32 Literatuurlijst……………………………………………………………34

Transcript of Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2...

Page 1: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

Inhoudsopgaven

Blz.

Hoofdstuk 1. Algemene inleiding……………………………………....4

§ 1.1 Wat is verwering………………………………………...4

§ 1.2 Verwering in Suriname………………………………....8

§ 1.3 Geologische informatie over het studie gebied………..11

§ 1.4 geologische kaart van het studie gebied……………….14

Hoofdstuk 2 Methoden………………………………………………..15

§ 2.1 Methoden in het veld…………………………………...15

§ 2.2 Methoden in het laboratorium………………………...16

Hoofdstuk 3 Resultaten……………………………………………….18

§ 3.1 Trans-Amazonian greenstone belt

=> Marowijne Groep………………………………………..18

§ 3.1.1 Rosebel formati………………………………………18

§ 3.1.2 Paramaka formati…………………………………....23

§ 3.2 Apatoe dolerieten………………………………………27

§ 3.3 Trans-Amazonian Granitoid-Volcanic complex

( Lower proterozoic )………………………………….29

Verwerkte labresultaten………………………………………………...31

Discussie & conclusie…………………………………………………...32

Literatuurlijst……………………………………………………………34

Page 2: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

2

Hoofdstuk 1. Algemene inleiding

§ 1.1 Wat is verwering

Verwering is de verandering van materiaal op of nabij het aardoppervlak, als een reactie op de

condities die er daar heersen. Het is het resultaat van interacties tussen de lithosfeer,

atmosfeer, hydrosfeer en de biosfeer. Het proces vindt plaats in een zone dat zich uitstrekt

vanuit het aardoppervlak naar de ondergrond in de zone van diagenese.

Verwering wordt onderverdeeld in de volgende typen:

Fysische verwering

Chemische verwering.

Bij biologische verwering wordt het gesteente afgebroken door de activiteit van

planten en dieren.

De fysische verwering of mechanische verwering vindt plaats wanneer een vast gesteente in

fragmenten wordt gebroken, dit type van verwering hangt af van het uiteen vallen van

gesteenten onder in vloed van atmosferische verschijnselen en vegetatie. Het treedt op waar er

grote verschillen zijn tussen dag en nacht temperaturen. Fysische verwering is alleen te zien in

gebieden waar de chemische verwering afwezig is. Dus gebieden waar er weinig of geen

water aanwezig is ( droge gebieden of aride klimaten).

Fysische verwering kunnen we onderscheiden in de volgende onderdelen:

Drukontlasting: Door het afnemen van de druk doordat materiaal bovenop het

gesteente weg erodeert, kan het op gaan breken..

Insolatie: deze vorm van fysische verwering vindt plaats in gebieden waar er sprake is

van sterke temperatuursveranderingen. Door hoge temperaturen zal het gesteente

uizetten en door lage temperaturen krimpt deze weer in. Het herhalen van het

inkrimpen en uitzetten zorgt er uiteindelijk voor breuken in het gesteente, waardoor

het gesteente uit elkaar valt.

Vorstverwering: deze verwering vindt plaats doordat water bij zijn uitzetting tot ijs,

voor een volume vergroting zorgt. Hierbij is het gesteente gedwongen om uit te zetten

maar omdat het massief is gaat het breken, waardoor je scherpe en hoekige deeltjes

krijgt. Deze type van verwering is afhankelijk van de porositeit van het gesteente

(zowel poriënvolume als – diameters) en de optredende temperaturen.

Page 3: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

3

Een belangrijk gevolg van fysische verwering is, dat het zorgt voor oppervlakte vergroting

van een gesteente. Hierdoor kan de chemische verwering beter gaan werken

Voorbeeld:

Een graniet blok van 1m×1m×1m. Dit blok heeft een oppervlakte van 6m2. Als we dit blok in

de helft breken in alle richting krijgen we 8 graniet blokken van 0.5m×0.5m×0.5m. De totale

oppervlakte van de acht blokken is nu 12m2. Door de oppervlakte vergroting kan chemische

verwering makkelijker en sneller plaats vinden.

Bij chemische verwering worden mineralen in de reacties afgebroken door chemische

reacties. Deze chemische reacties ontstaan door processen, waarbij atmosferische,

hydrosferische en biologische elementen reageren met de mineralogisch bestanddelen van het

gesteente, hierdoor worden er relatief stabiele mineralen gevormd. Het meest voorkomende

gesteente vormende mineralen zijn de silicaten, deze worden meestal afgebroken door

hydrolyse reacties. Deze vinden plaats wanneer het gesteente in aanraking komt met water.

Manieren van chemische verwering:

Door oxidatie, het materiaal reageert met zuurstof. Daarbij ontstaan oxiden, die over

het algemeen minder hard zijn dan de oorspronkelijke mineralen, en daardoor

makkelijker verkruimelen;

Door hydrolyse, het materiaal reageert met water. De producten van de

verweringsreactie zijn meestal minder harde mineralen;

Door carbonatie, een reactie die wordt veroorzaakt door in water opgeloste

koolstofdioxide (CO2);

Door het rechtstreeks oplossen van mineralen in water;

Door hydratie, waarbij water in het kristalrooster van het mineraal wordt opgenomen.

Over het algemeen worden mineralen hierdoor minder hard.

Voorbeelden van verweringsreacties:

-Verweren van kalksteen als gevolg van carbonatie

Als CO2 in water wordt opgelost, wordt het water zuurder want er ontstaan oxoniumionen

(H3O+):

CO2 (aq) + 2H2O (l) <--> H3O+ (aq) + HCO3- (aq)

Bovenstaande reactie beschrijft het proces van carbonatie. Zuur water (bijvoorbeeld zure

regen) verweert kalksteen.

Kalksteen bestaat grotendeels uit calciet (CaCO3).

De reactie is als volgt:

CaCO3 (calciet) + H3O+ (aq) --> Ca2+ (aq) + HCO3- (aq) + H2O (l)

Hierbij wordt het gesteente effectief afgebroken. Het is ook een sink (manier van verdwijnen)

van CO2 uit de atmosfeer.

-Verweren van olivijn door hydrolyse.

Olivijn reageert met water, in feite met oxoniumionen in het water (deze zijn in zeer kleine

hoeveelheid altijd in water aanwezig). Er is dus eigenlijk sprake van een zuur-base-reactie.

Hieronder als voorbeeld forsteriet, dat is magnesiumhoudende olivijn, bij de reactie ontstaat

kiezelzuur:

Mg2SiO4 (olivijn) + 4H3O+ (aq) --> 2Mg2+ (aq) + H4SiO4 (l)

Page 4: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

4

Hoe sterk een mineraal gevoelig is voor chemische verwering hangt af van hoe stabiel het is

aan het oppervlak. Mineralen die op grotere diepte gevormd worden zullen minder stabiel zijn

(ze zijn verder verwijderd van de omstandigheden waarbij ze zijn gevormd) en dus sneller

verweren. Daarom kan de Bowen reactie serie gebruikt worden om te zien welk mineraal het

gevoeligst is voor chemische verwering: olivijn verweerd snel, kwarts is stabiel. Hoe

mafischer een mineraal is, des te gevoeliger het is voor chemische verwering.

Het uit pure silica bestaande mineraal kwarts is goed bestand tegen verwering. Andere

belangrijke gesteentevormende mineralen als veldspaat of mica vallen sneller ten prooi aan

chemische verwering, waarbij ze worden omgezet naar kleimineralen.

Bowen reeks

Biologische verwering: dit is een soort van fysische verwering, waardoor dikker wordende

plantenwortels en de toenemende druk van de wortels zorgen ervoor dat de gesteenten open

barsten, hierdoor is het dan makkelijker is voor de chemische.

Geen van de 3 soorten verwering werkt onafhankelijk. Als door fysische verwering het

gesteente afbrokkelt, wordt er meer van het gesteente blootgesteld aan chemische verwering.

Anderzijds zal door chemische verwering het makkelijker worden voor fysische verwering

om op het gesteente te reageren. Biologische verwering helpt de andere 2 soorten verwering.

De wortels van bomen scheuren het gesteente waardoor het makkelijker wordt om af te

breken door fysische verwering en hierdoor wordt meer van het gesteente blootgesteld aan

chemische verwering. Hieronder is te zien hoe de verschillende soorten verwering

samenwerken.

Page 5: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

5

Factoren die een rol spelen bij de verwering zijn:

Klimaat: Zoals gezegd is voor chemische verwering veel water nodig. Chemische

verwering zal dan ook het dominante verweringsproces in tropisch vochtige klimaten

zijn, terwijl mechanische verwering in aride klimaten dominant is. Tijdens een ijstijd

heeft fysische verwering de overhand, vanwege de algemeen lage temperaturen en

grote warm/koud verschillen. Doordat chemische verwering sommige mineralen

sneller afbreekt dan andere, zal zand in een tropisch vochtige klimaat meestal alleen

kwarts bevatten, terwijl in een aride klimaat ook K-veldspaat in het zand zit.

Vegetatie: de planten groei zorgt voor de biologische verwering. Vegetatie houdt

water vast in het gesteente, dit zorgt dan voor de chemische verwering.

Tijd

Topografie: dit zorgt voor water drainage dat de chemische verwering op gang brengt

Menselijke activiteiten: industriële activiteiten veroorzaken vervuiling van de lucht.

Hierdoor krijgen we zure regens die de chemische verwering ook op gang brengt.

a: Gesteente breekt door druk- en trekkrachten in de aarde

Fig. 1: fysische verwering

a: Regenwater loopt in barsten. Daarin opgeloste stoffen lossen het gesteente op (chemische

verwering door oplossing).

b: Water dat in barsten bevriest, zet uit en duwt het gesteente uit elkaar (mechanische

verwering door vorst)

Fig. 2: Chemische verwering

Page 6: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

6

a: Gesteenten vallen uit elkaar

b: Planten, (bodem)dieren, schimmels en bacteriën tasten het gesteente aan

( chemische verwering door organismen).

c: Planten drukken het gesteente met hun wortels uit elkaar (mechanische

verwering door organismen).

Fig. 3: Verschillende vormen van verwering werken samen om het gesteente af te brokkelen

§1.2 Verwering in Suriname

Zoals er eerder behandeld is de verwering sterk afhankelijk van het klimaat. In Suriname

hebben is er sprake vaneen tropisch vochtig klimaat, bij dit klimaat zal de chemische

verwering overheersen. Dit doordat er hoge temperaturen, hoge vochtigheids graad (veel

neerslag) en vegetatie voorkomen. De kleiige bodems van het binnenland van Suriname is het

gevolg van een hoge mate van chemische verwering.

Het verwerings profiel bij tropische verwering

Gesteente: fysisch en chemisch onverweerd gesteente

Saprock: samentrekking van saproliet en rock. Gesteente dat tekenen van verwering vertoont

(bijvoorbeeld bruinkleuring), maar nog stevig is.

Saproliet: verweerd gesteente, meestal zacht, waarbij echter het makroscopisch en

microscopisch maaksel behouden bleven. De verwering is dus eigenlijk isovolumetrisch.

Bodemmateriaal: onder invloed van fysisch en biologische processen gehomogeniseerd

materiaal. In het bovenste gedeelte treffen we de eigenlijke bodem aan met verticale

anisotropie, horizonten.

Het verwerings profiel bij tropische verwering wordt onderverdeeld in:

A theoretische verweringsprofiel

B Reële verweringsprofiel

C lateritische verweringsprofiel

Page 7: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

7

Figuur 4. schematische tekening van een theoretisch verweringprofiel

De α-laag is een dek bestaande uit relatief fijn, homogeen

materiaal dat in vele gevallen dezelfde mineralogische

samenstelling heeft als de diepere delen.

De β1 en β2 vormen samen de zogenaamde stone-line. De

β1 is een grint met kenmerken van een oud oppervlak

d.m.v. aanwezigheid van een vernis op de lateriet

fragmenten, aanwezigheid van prehistorische werktuigen.

De β2 is ontstaan door verharding van ijzervlekken, en dit

grint wordt naar de diepte toe steeds zachter en minder

dens.

De γ1 laag is een gehomogeniseerde saproliet dus boven

de pedoplasmatie zone, de γ2 is de echte saproliet.

De oorsprong van de α laag boven de stoneline wordt op

verschillende manieren verklaard. De meest aanvaardbare

redenen zijn de micro-pedimentatie door terugwijkende

geulen, en de aanvoer van materiaal uit de diepte door

termieten activiteit. In dit laatste is er uiteraard een nauw

verband tussen de γ en de α lagen, wat van belang is bij de

geochemische prospectie.

Figuur 5. schematische tekening van een reële verweringsprofiel

Page 8: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

8

Lateriet profielen

Laterieten zijn residuaire afzettingen ontstaan door de concentratie van onoplosbere

componenten gedurende de uitloging van aluminium houdende klei mineralen.

Het lateriet profiel ziet er als volg uit:

Horizons:

- residual soil horizon: dit is de bovenste horizon bestaande uit mechanische en fysische

verwerings producten van de onderliggende horizonten met planten resten en humus.

De zwarte kleur is afkomstig van humus of te wel ijzeroxiden.

- Duricrust horizon: dit is een massieve zone van het profiel dat veroorzaakt is door

rekristallisatie van ijzermineralen.

- Bauxiet horizon: dit een minder massieve horizon bestaande uit minder ijzer houdende

mineralen. Deze horizon heeft een oranje bruine kleur.

- Saproliet horizon: deze horizon bestaat uit aluminium silicaat verwerings producten

van het moeder materiaal.

- Parent rock: deze horizon bestaat uit moedergesteente, dat ook wel vers gesteente

wordt genoemd.

Figuur6. Schematische tekening van een lateritisch verwering profiel

Page 9: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

9

§1.3 Geologische informatie over het studie gebied

Om de tropische verwering in Suriname beter te begrijpen zijn we op een veldwerk geweest.

Tijdens dit veldwerk hebben wij op verschillende plaatsen de verwerings patronen van

gesteenten bestudeerd en monsters genomen voor verder laboratorium onderzoeken. Deze

studie plaatsen waarbij wij gesteenten en hun verwerings producten zijn tegen gekomen

kunnen wij verdelen in het verschillende gesteente groepen en formaties van de verschillende

geologische tijdperken. Dit hebben wij aan de hand van de geologische kaart gedaan van dat

gebied

1. Marowijne groep.

2. Intrusieve gesteenten zoals ‘Apatoe’ dolrerieten

3. Granieten intrusies

Marowijne groep

Het grootste gedeelte van het binnenland van Suriname wordt in beslag genomen door

gesteenten die in een enkele periode van gebergtevorming zijn ontstaan. De Trans –

Amazonische gebergtevorming, is ongeveer 1900 miljoen jaar geleden ontstaan. Hiertoe

behoren de metamorfe gesteenten van de Marowijne groep en verder verschillende typen

stollingsgesteenten: granieten, gabbro’s en vulkanische gesteenten. De Marowijne groep

beslaat grote delen van Noordoost Suriname en kan onderverdeeld worden in:

Paramaka formatie

Armina formatie

Rosebel formatie

De Marowijnegroep en de Maronigroep in Frans-Guyana worden elk door Gibbs & Baron

(1993) benoemd tot de Marowijne supergroep. De lage graad meta vulkanische gesteenten

van de Marowijne supergroep komen voor in grote gebieden in het oosten en noordoosten en

wat kleinere gebieden in het noordwesten van Suriname voor. Deze gesteenten zijn deel van

een bijna continue, Oost-west tot Zuidoost-Noordwest lopende, greenstone belt. Deze zone

bevindt zich in het Noordoostelijk gedeelte van het Guyanaschild en wordt gesplitst in 2

delen:

1. het gedeelte dat vanaf Frans – Guyana in de Oostelijke richting loopt.

2. het gedeelte dat doorloopt naar Noordoost Brazilië.

De marowijne Supergroep is van onder naar boven in te delen in:

1. bazalten

2. felsisch vulkanische gestenten

3. klastisch vulkanische en chemische sedimenten, die voornamelijk verweringsproducten

zijn van de vulkanische gesteenten. De hoeveelheid sedimentaire gesteenten neemt naar

boven steeds toe.

De Paramaka formatie bestaat voornamelijk uit vulkanische sedimentgesteenten. In het

noordoostelijke gedeelte van de Paramaka formatie ligt de Armina formatie, welke

voornamelijk bestaat uit schist, grauwak en phyllieten.

De Rosebel formatie in het Noordoosten van Suriname bestaat uit zandstenen, afgewisseld

met fyllieten en op sommige plekken met intermediair vulkanische gesteenten. Verder bestaat

het ook uit metavulkanische gesteenten.Net als de Armina formatie, ligt de Rosebel formatie

ook op de Paramaka formatie. De sedimenten van de Rosebel formatie zijn of equivalent aan

Page 10: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

10

de grauwakken van de Armina formatie of het zijn erosieproducten van een periode van

opheffing en metamorfose.

Dolerieten

Dolerieten behoren tot de intrusieve gesteente waarbij het uit fijnkorrelig materiaal bestaat.

Doleriet (v. Gr. doleros = verraderlijk), een kiezelzuurarm stollingsgesteente van

subvulkanische oorsprong, meestal voorkomend als hypabyssische gesteenten in gangen of

intrusieplaten.

Mineralogische samenstelling van dolerieten zijn:

-Plagioklaas met een anorthietgehalte van meer dan 50%

-Clinopyroxeen

-Amfibool

-Hyperstheen

-Pigeoniet

-Kwarts

-Alkaliveldspaat

-Nefelien

-Meliliet

-Analciet

-en soms olivijn

De dolerieten die wij dit studie gebied zijn tegen gekomen behoren tot de groep van de

Apatoe dolerieten of te wel Pigeoniet Doleriet. Dit hebben wij waargenomen op het

geologische kaart van Suriname.

Kayser Doleriet

De Kayser olivijn doleriet vormt een 300 km lange Noordwest- zuidoost strekking. Voor dit

olivijn doleriet is er geen betrouwbare ouderdom datum, maar de datum van de Nickerie

Metamorfe Episode.

Het bestaan van verschillende ganggesteenten, variërend van niet gemetamorfoseerd tot

verschillende graden van metamorfe, heeft veel verwarring gebracht in de eerdere geologische

onderzoekingen tot hedendaagse. Er zijn twee verschillende soorten dolerieten:

1. De oudste doleriet: de Avanavero hypersteen-pigeoniet doleriet, deze vormt grote

gangen en dunne rotslagen van stollingsgetseenten.

2. Het jonge doleriet: de Apatoe pigeoniet doleriet, deze is en serie van smalle noord-

zuid liggende dolerieten. Kenmerkend voor deze pigeoniet dolerietgangen is dat de

pigeoniet mineraal nooit is omgezet, wegens de afwezigheid van metamorfose

effecten.

De Nickerie Metamorfe episode

Ongeveer 1200 miljoen jaar geleden, dus net nog voor de intrusie van de Apatoe dolerieten,

trad er een periode van breukbewegingen op, in de Nickerie episode. Deze periode resulteerde

niet alleen in een lage graad metamorfose, maar ook het reclasseren van de ouderdom van de

mica’s in het heel westelijk deel van de Guyana Schild tot in het centraal deel van Suriname.

Deze episode resulteerde ook in een wijdverspreide extreme deformatie en granulatie van

gesteenten (terwijl er geen chemische veranderingen optreed) in een Oost- Noord- Oost trend

scheidings zone als vb het Bakhuis fault (grens tussen breuken in gesteenten langs welke de

oppervlakte op verschillende manieren is verschoven). Een patroon van dat bij elke van de

Page 11: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

11

boven genoemde gebieden is dat zij altijd kenmerken hebben van activiteiten die zich in de

oudheid hebben afgespeeld, mogelijk tijdens de periode van de Trans- Amazonische faults.

Faulting en nieuwe geologische activiteiten sinds het Cretaceous zijn te zien in het Bakhuis

gebergte bij verschillende hoogtes van tertiair bauxiet- lateriet. In de kustvlakte zijn deze

processen te bewijzen door kleine, abrupte veranderingen in de diepte naar de kristallijnen

ondergrond.

Sindsdien is er behalve de intrusie van de Apatoe dolerieten, in geologisch opzicht weinig

meer gebeurt in het Guyana schild. Daarom spreekt men ook van een schild: het is een star,

stabiel gebied geworden waarin geen gebergtevorming, aardbeving of vulkanisme optreden.

Door de erosie is dit gebied ook sterk afgevlakt.

Granieten intrusies

Grotendeels van het precambrisch schild van Suriname bestaat uit granitoide gesteente. Dit is

heel goed geillustreert in d e geologische kaart van Suriname. Graniet is een zuur (of felsisch)

stollingsgesteente dat voornamelijk bestaat uit drie mineralen; kwarts, veldspaten

(kaliveldspaat en plagioklaas) en mica's (muscoviet en/of biotiet). Graniet is oververzadigd

met SiO2, waardoor het vrij kwarts bevat. Ook amfibool of pyroxeen komt in graniet voor. De

onderlinge verhouding van de mineralen verschilt, maar doorgaans is kwarts de dominante

component (ongeveer 50%). De soorten granieten die we kunnen onderscheiden zijn:

-Biotiet graniet

-pyroxeen graniet

- bi-mica graniet etc.

Aan de hand van de petrologie die we bepaald hebben van het vers materie en met behulp van

de literatuur (Contributions to the Geology of Suriname 8), kunnen wij bepalen dat we in dit

gebied(Noord – Oosten van Suriname) muscoviet – biotiet granieten hebben. Deze granieten

hebben een fijnkorrelig tot grof korrelig textuur en met bandingen van biotieten. Volgens A.

Bouwer (1965) zijn er twee groepen van graniet intrusies in dit gebied. De twee typen

granieten hebben een ouderdom tussen die van de Paramaka formatie en van de Armina- en

Rosebel formatie. Deze granieten zijn dus in de Paramaka formatie geintrudeerd. De intrusie

van deze granieten wordt in verband gebracht met de Guyanna-plooing. Deze plooing is in

Suriname een betrekkelijk zwakke plooings fase geweest.

Het type 3 granieten zijn jonger dan de Armina- en de Rosebel formatie en zijn geintrudeerd

tijdens de Suriname-plooing. Deze plooing heeft veel meer effect gehad in Suriname en heeft

gezorgd voor oost-west lopende plooien

De granieten die we tegen zijn gekomen tijdens dit veldwerk behoren tot de Granitoide-

vulcanisch complex. Ontstaan in de geologisch tijdperk: lower - proterozoic

De Granitoide – vulkanisch complex wordt onderverdeeld in:

de Granitoide gesteenten

de Pyroxene – bearing granieten

de Meta gabro’s ( de Goeje gabro)

zure intermediaire meta vulkanische gesteenten (Dalbana formatie)

De Goeje gabbrolichamen hebben een uiteenlopende samenstelling varierend van duniet tot

pyroxeen granodioriet. Zonatie en opeengehoopte texturen geven aan dat de variatie in

samenstelling het resultaat is van differentiatie van en gabbroische magma (Bosma &

Lokhorst, 1975).

Page 12: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

12

De Dalbana formatie (oftewel de zure metavulkanische gesteenten) en enkele

corresponderende granieten worden door de meeste auteurs gezien als deel van de Uatamã

supergroep, die een weidverspreide continentale, felsisch magmatische reeks is welke meer

dan 250.000 km2 van de central Guyanaschild beslaat. Ook reikt uit tot het Zuiden van de

Amazone bekken (Santos 1980, 1982).

De ondiepe granieten in centraal Suriname, deze hebben verband met en intrusies in de zure

metavulkanische gesteenten van de Dalbana formatie.

De diepe granieten in oost centraal Suriname bestaan uit granieten en metamorfose

gesteenten.

De tonalitische diapieren bestaan uit diapirische intrusies van biotiet tonaliet en

muscoviet/biotiet grnaiet in de greenstone belt in Noordoost Suriname.

§ 1.4 geologische kaart van het studie gebied

Page 13: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

13

Hoofdstuk 2 Methoden

§2.1 methoden in het veld

Tijdens het veldwerk zijn er verschillende methoden toegepast om het onverweerd

moedergesteente te determineren. Ook werd het verweerd material zoveel als mogelijk

gedetermineerd om de graad van verwering die plaats gevonden heeft te bepalen. Om dit te

doen hebben wij steeds monsters moeten verzamelen bij de stop punten.

Determinatie onverweerd moedergesteente: Dit gebeurt op basis van petrologische

klassificatie, waarbij er gekeken wordt naar de mineralogie, de textuur en de structuren van

het gesteente. Ook is er gebruik gemaakt van de geologische kaart van het gebied om te

achterhalen welke gesteente types er voorkomen.

Determinatie van het verweerde materiaal: Hier wordt er ook gebruik gemaakt van de

mineralogie; althans in hoeverre dat mogelijk was. Er is dus vooral gelet op de klei -

mineralen (vb. Kaoliniet ), de immune mineralen ( Kwarts ), de micas en de opake -

mineralen. Ook de textuur van het verweerde materiaal werd bepaald (zandig, kleiig etc. ).

Graad van verwering

De graad van verwering geeft de verhouding aan tussen de relatieve hoeveelheid van de

originele mineralen en de secundaire mineralen of open spaties(oplossingen).

Hierbij is er gebruik gemaakt van de classificatie van Rock material weathering classification

(GSL, 1995) Tabel 1

Grade Description Characteristics

I Fresh Unchanged from original state

II Slightly

weathered

Slight discoloration, slight weathering

III Moderately

weathered

Considerably weakened, penetrative discoloration, large pieces

cannot be broken by hand.

IV Highly

weathered

Large pieces can be broken by hand, does not readily disaggregate

(slake) when dry sample is immersed in water

V Completely

weathered

Considerably weakened, slakes in water, original texture apparent

VI Residual soil Soil derived by in situ weathering but having lost original texture

and fabric

Page 14: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

14

§2.2 Methoden in het laboratorium

X-RAY Diffraction

Informatie welke wordt verkregen m.b.v. deze techniek:

Identificatie, structuur en onder gewenste omstandigheden quantificatie van kristallijne fasen.

Principes: constructieve interferentie van convergente verstrooide röntgenstralen levert

diffractie pieken op gerelateerd aan de spaties van atomaire vlakken in een monster (bijv. d-

spacing) en golflengte van röntgenstralen (λ).

Voordelen:

- minimale monster voorbereiding

- well-established database

- microanalyse mogelijk(SXRD)

Nadelen:

- niet goed voor slecht gesorteerde mineralen

- quantificatie moeilijk

XRD-onderzoek XRD-onderzoek staat voor X-Ray Diffraction onderzoek. Het is een van de meest toegepaste

onderzoeks methodes in de kristallografie. Men kan deze methode heel goed toepassen als

men de samenstelling van een gesteente wilt weten. Om een onbekend mineraal te

identificeren moet men de netafstanden binnen het kristal meten. om dit te bepalen maakt men

gebruik van de diffractie van licht stralen met een zeer korte golflengte, de Röntgen of X-

stralen. Voor XRD-onderzoek gebruikt men stralen met een golflengte van 0,06 tot 09,23 nm.

In een kristalrooster worden sommige van de invallende stralen afgebogen door de atomen.

Om een gediffracteerd bundel te doen ontstaan moeten de stralen die afgebogen worden op de

vele atomen die op regelmatige afstand van elkaar liggen, elkaar versterken. Om elkaar te

versterken moeten de verschillende stralen in-fase zijn, dus het fase verschil moet een geheel

aantal keren de golflengte zijn.

De netafstanden worden bepaald met behulp van de Wet van Bragg: n = 2d sin

waarbij de hoek is waaronder de X-stralen de netvlakken raken, d de gezochtte netafstand

en (λ) de golflengte van de lichtstraal.

Doordat n variëert over 0, 1, 2, 3, etc kan eenzelfde mineraal verschillende d-waardes hebben.

Men spreekt van een d-waarde van de 1e orde, 2

e orde etc. M.b.v. analyse van d-spacings en

intensiteiten in een diffractie patroon, kan men de regelmatige structuur of rangschikking van

atomen in een kristal nagaan. Dus, het diffractiepatroon van een bodem kan geanalyseerd

worden om de mineralen die erin voorkomen te identificeren en te quantificeren.

Referenties bij XRD:

XRD techniques - Bish and Post (1989); Klug and Alexander (1974)

XRD methods for clay minerals – Moore and Reynolds (1997); Brindley and Brown

(1980); Pevear and Mumpton (1989).

Page 15: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

15

X-stralen Fluorescentie (XRF)

Fluorescentie is een natuurkundig verschijnsel waarbij een atoom een hoog-energetisch foton

absorbeert, in een aangeslagen toestand belandt en vervolgens terugvalt naar de grondtoestand

onder uitzending van een foton van lagere energie (langere golflengte). Het woord

fluorescentie is afkomstig van fluoriet: een mineraal dat bestaat uit het zout (calciumfluoride)

CaF2. Bekende stoffen die fluorecent zijn, zijn witte fosfor en calciumfluoride .Fluorescentie

in het gebied van ultraviolette straling en zichtbaar licht wordt veroorzaakt door aangeslagen

toestanden van een elektron in een atoom: de energieverschillen tussen de elektronenbanen

van de bindingselektronen zijn daar in de orde van enkele elektronvolts. Een kleine

verandering in het atoom zal de energieniveaus een klein beetje veranderen, en daardoor ook

de golflengte waarbij de fluorescentie plaats vindt. Deze effecten kunnen worden gebruikt om

de moleculen te identificeren. Ook voor Röntgenstraling kan fluorescentie optreden, maar hier

betreft het de binnenste, meest hecht gebonden elektronen van zwaardere atomen. De

energieverschillen zijn daar van de orde van enkele tot tientallen kilo-elektrovolts. Deze

energieniveaus veranderen niet meetbaar als het atoom in een molecuul wordt opgenomen,

dus kunnen deze fluorescentieverschijnselen worden gebruikt om de soorten atomen waaruit

een monster bestaat te bepalen onafhankelijk van de chemische bindingen. Deze techniek heet

Röntgenfluorescentiespectrometrie.

Werkwijze bij deze methoden in het ‘Moengo Minerals’ lab:

Het monster werd fijn gestampt, voor oppervlakte vergroting en werd vervolgens in het bakje

gezet. De positie van het bakje werd geschreven. Röntgenstraling bestraalde het monster en

weerkaatste het terug. De teruggekaatste stralen werden opgevangen door de detector, terwijl

het monster een roterende beweging maakte in het apparaat, zodat het van alle kanten

bestraald werd. De resultaten werden weergegeven doormiddel van een hiervoor bestemde

programma op de computer.

Page 16: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

16

Hoofdstuk 3 Resultaten

Tijdens dit veldwerk hebben wij op verschillende plaatsen de verwerings patronen van

gesteenten bestudeerd en monsters genomen voor verdere lab analyses. De stopplaatsen waar

wij dit gedaan hadden zijn; langs de Afobaka weg, het gebied bij het stuwmeer(GMD kamp

&OS afobaka),langs de Brownsweg, langs de weg naar Dam 11 & Langs de weg naar

Atjonie. Al de stopplaatsen van onderzoek en bemonstering hebben wij gerefereerd met GPS

coördinaten en elektriciteit mast nummers.

Zoals behandeld in hoofdstuk 1 kunnen we de gesteenten en hun verwerings produkten van

het veldwerk gebied verdelen in de verschillende gesteente groepen en formaties van de

verschillende geologische tijdperken,dit middels de geologische kaart. Hierbij hebben wij

verweerd gesteentes gevonden van de ; 1. Marowijne Groep (Lower Proterozoic )

Rosebel Formatie

Paramaka Formatie

2. ‘Apatoe’ Dolerieten ( Perm-Triassic )

3. Trans-Amazonian Granitoid-Volcanic complex ( Lower proterozoic )

§3.1 Trans-Amazonian greenstone belt => Marowijne Groep

§3.1.1 Rosebel formatie Deze formatie bestaat zoals eerder in hoofdstuk 1. behandeld uit metamorfoceerde-

vulkanisch –sedimentaire gesteenten en clastische afzettingen, zoals meta-quartz, meta-

fylliten, zandstenen en conglomeraten. Deze formatie strekt zich Noord – Oost in Suriname.

De verwerings produkten van deze formaties zijn wij tegen gekomen op ;

Dag 1; langs de Afobaka weg

Datum : 01-12-‘07

Stop 1 (heuvel links bekeken richting Noord )

Referentie : GPS: 21N07.10-776

Mast # 85

Hellingsrichting :N340oE/ Strekking : N250

oE / Hoek : 10

o

Obsevaties: Naar onder toe neemt Chemisch

verwering toe. Dit is een verwerings

profiel van een motled klei zone.

Boven op humus laag en lateratiekap

met daar onder sterkverweerd

materiaal en daaronder klei laag

met zwarte pebbels.

( fig#1.schematische weergave

verweringsprofiel stop1.)

Mineralogie : zwarte pebbels kunnen mogelijk concentraties van FeO3 zijn

Klei mineralen

Textuur + struktuur: niet te herkennen omdat het sterk verweerd materi was (zie foto onder)

Humuslaag

Verweerd bodem

Klei laag &

zwarte pebbels

Chemische

verwering

Fisische

verwering

g

Page 17: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

17

Foto# 1. Onherkenbare struktuur &textuur

Foto#2. verweringsprofiel stop1.

Stop 2. Datum:01-12-07

Referentie : GPS: 21N07.11-606

Mast # 92-93

Hellingsrichting :N310oW / Strekking : N10

oE / Hoek : 85

o

Observatie : a. Saproliet

b. Motled Clay zone

Mineralogie: Klie mineralen

Kleur: Grijz kleiig materie met roodkleurige concentraties

Behouden textuur + struktuur, dus niet al te sterk

verweerd materie waardoor de secundaire mineralen

te herkennen zijn.

Textuur : Matig schistositeit

Struktuur: Fijnkorrellig Foto# 3. Mottled

clay zone

Humus lag met vegetatie groei

Bodem met inworteling

Roodbruine klei laag

met zwarte pebbels,

mottled clay zone

Fisische

verwering

Chemische

verwering

Naar onder toe neemt

de Cemische verwering

toe

Zwarte pebbels

Page 18: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

18

a. b.

(Fig.2 Schematische tekening van de heuvel stop2)

Foto# 4&5 Saproliet zone stop2

Stop 3

Referentie : GPS:21N07.11-976

Mast: 96

Hellingsrichting :N24oE / Strekking : N 114

oE / Hoek :

60o

Obsevaties:Saproliiet,omdat;

-minder verweerd materie, overwegend

chemische verwering.

-Behouden textuur + struktuur .

-De primaire minerale secundaire

mineralen.

-De vorm van de mineralen is behouden.

Mineralogie : Klei mineralen,mafische mineralen

pyriet.

Kleur : Donker grijs +donker gespikkelde mineralen.

Struktuur : Fijnkorrelig matrix

Textuur: Schistositeit

Foto#6.Saproliet stop3.

Hoogte ± 3.5m

Page 19: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

19

Conclusie

We hebben geconcludeerd dat bij stop1,stop2 en stop3 het gaat om dezelfde moeder

gesteente. Maar alleen de mate van verwering verschilt. Stop1 is het gesteente sterk verweerd

geen textuur en struktuur te herkenen. Stop2 is minder verweerd waardoor er matig

schistositeit kan worden waargenomen bij de saproliet. Bij stop3 kan het verweerd gesteente

gerekend worden tot een saproliet,omdat de textuur en struktuur behouden is. Bij stop3 is er

duidelijk sprake van shistositeit,dit komt voor bij metamorfe gesteente. Ook is er een

duidelijke kleurs overgang van stop2 naar stop3 en de zwarte stippen van de motled clay zone

is duidelijker waar te nemen bij stop3,mogelijk pyriet.Dus uiteindelijk aan de hand van de

geologische kaart van dit gebied zien wij dat deze 3 stops voorkomen in het rosebel fomatie

waardoor het hier gaat om een meta-vulcano sedimentair moeder gesteente. Mogelijk een

meta-fylliet van wege de struktuur en textuur.

Meta-vulcano sedimentair moeder gesteenten zijn als volg gevormd : 1. Een periode van vulcanisme, hierbij kreeg je vulkanisch-as vrij kwamen bestaande uit

S,Co2en N zijn gaan reageren met Fe en O tot vorming van pyriet( zwarte stippen)

2. Vulkanisch-as werd afgezet als een sedimentaire laag- vorming sedimentair gesteente

3. Sedimentaire gesteente wordt dieper begraven waardoor het is gaan metamorfoceren, dit heeft

later een oplift gehad,waardoor het bloot kwam te liggen voor verwering.

Dag 2. Datum: 02-12-‘07

Stop 4.

Referentie : GPS:21N07.20-701

Mast 141-142

Textuur: Fijnkorrelig

Structuur : Gelaagd met daartussen matige schistociteits

structuren,

meer te herkennen als cros-bedding.(zie fig. naast)

Mineralogie:- Klei-mineralen (fyllo-sillicaten)

-Kwarts korrels

-Ijzer houdende mineralen

Kleur: Wit, licht rode stippen(afkomstig van ijzerhoudende

min.)

Foto#7.

Fig.3 schematisch sedimentaire lag bij stop 4.

Page 20: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

20

Dag 2. Datum: 02-12-‘07

Stop 5.

Referentie : GPS:21N07.20-701

Mast 140

Observatie : Bij deze zone gaat het om een saprock, het zelfde als bij stop4.

Kleur: witte korrels met rosé stippen donkergelkeurde mineralen.

Structuur : gelaagd met daar tussen cros-bedings, hetzelfde als stop 4. maar wat duidelijker

+ bandingen van mafische mineralen

Textuur: Fining up-warts, dus van fijnkorrelig naar middel-grofkorrelig tussen de lagen.

(kenmerkend voor sedimentair gesteente)

Mineralogie: Mica, Kwarts, veldspaat,

Foto#8.&9. bij stop5.

Conclusie

Aan de hand van de structuren die wij bij stop4. & stop5. bij het verweerd gesteente( sap-

rock) hebben aangetroffen dit waren namelijk sedimentaire lagen met daartussen matige

schistociteit, als het ware cros-beddings, en ook nog een fining-up-warts. Uit dit alles

concluderen wij dat het hier gaat om een afkomst van een meta-sedimentair moeder gesteente.

Dus ook horende bij de rosebell formatie.

Dag 3. Datum: 03-12-‘07

Stop 3.

Referentie: Weg naar Atjonie

GPS:

Observatie: sedimentaire afzetting afkomstig van een meta-sedimentair getseente.

Textuur : Middel-korrelig tot grof-korrelig (zie foto onder)

Struktuur: geen struktuuur

Kleur : Licht-rose + wit

Mineralogie: Kwarts , veldspaat

Page 21: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

21

Foto#10. Stop3.

§3.1.2 Paramaka formatie

Deze formatie komt in de green Stone belt zone voor, waarbij het uit

(magmatisch)Vulkanische sedimentgesteenten die gemetamorfoseerd zijn en het bestaat ook

uit niet clastische afzettingen. Dus een meta vulkanische reeks. Omdat deze stop punten uit

verweerd materiaal van metamorfe en magmatische gesteente bestaat zoals meta-basalten en

meta-andesieten behandelen wij deze onder de paramaka formatie.

Dag 2. Datum: 02-12-‘07

Stop 1.

Referentie: GPS: 21 N 07. 24 – 095

Heuvel aan de overkant van O.S Afobakka

Hellingsrichting: N 80o E / strekking: N 170

o E

Textuur algemeen: fijn korrelig

Structuur algemeen: geen structuur

Kleur: bandingen van roodbruin, wit, geelbruin,paars-bruin materiaal + rood zwarte pebbles

Mineralogie: mafische mineralen en kleimineralen

Observatie: overwegend chemisch sterk verweerd materiaal. mogelijk een saproliet zone

Vegetatie: laag bos en varens

Foto#11. stop1. Dag 2

Page 22: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

22

(Fig.4 Schematisch tekening gehele heuvel bij OS afobakka)

1 . Het linker deel van de heuvel bestaat uit roodbruine grof korrelige pebbels ,lateriet. Van

boven uit naar beneden worden de grote pebbels kleiner. Dit is mogelijk een saproliet zone

vanwege de colovialle afzetting kunnen we deze conclusie trekken. De colloviale afzetting is

mogelijk van de top van de heuvel,van een hoogte van ±40m naar onderen getransporteerd.

2. Bij dit deel van de heuvel hebben wij overwegend fijnkorrelig materiaal dat licht tot

geelbruin gekleurd is.

3. Dit deel van de heuvel bestaat uit fijn tot middelkorrelig materiaal dat heel erg droog is.

Hier heeft er ten eerste sterke fysische verwering plaats gevonden en daarna hebben we hier

sterke chemische verwering gehad.

Uiterst rechts van de heuvel:

1a. Humuslaag met een dikte van 10 cm

1b. Colovialle afzetting

2. Dit is een saproliet zone geen duidelijke textuur en structuur.

Foto#12. Stop1 het 2

e gedeelte van de heuvel

Page 23: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

23

Dag 2. Datum: 02 – 12 – ’07

Stop 2

Referentie: GPS: 21 N 07. 23 – 526

Dagzoom op de weg van bijna vers gesteente ± 500 m van de brug over de

Suriname rivier

bij de stuwmeer verwijderd ( richting O.S Afobakka) voorbij de bocht naar

Moessa.

Structuur: schistositeit

Textuur: fijn tot middelkorrelig

Mineralogie: felsische mineralen en mafische mineralen (bandingen).

Kleur: wit, licht groen en zwarte stippen

Observatie: dit gesteente heeft een vrij goede textuur. De mineralen zijn goed te zien, dit is

nog te relateren met het vers gesteente. Hieruit trekken wij de conclusie dat dit een saprock

kan zijn mogelijk een meta basalt, vanwege de schistositeit. De witte kleur bij de dagzoom

komt door de uitloging van het saproliet van de heuvel te O.S Afobakka

Foto#13. Saprock Stop2,materie is wit door uitloging

Foto#13. Saprock monsterstuk Stop 2.

Page 24: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

24

Dag 2. Datum: 02 – 12 – ‘07

Stop 3

Referentie: GPS 21 N 07. 22 – 988

Quarry rock reserved for dam renovation ( GMD kamp)

Gesteente type: Vers gesteente ( meta basalt)

Conclusie:

Dit gesteente is namelijk door mens afgezet. Door de intrussie van kwarts aders kunnen wij

concluderen dat het reeds mechanisch verweerd was. Waar het zich nu bevindt is het in kleine

mate chemisch verweerd.

Stop 1: sterk verweerd meta basalt ( saproliet)

Stop 2: matig verweerd meta basalt ( saprock)

Stop 3; meta basalt ( fresh rock)

Foto #14. stop3 Freshrock

Dag 2. Datum: 02 -12 – ‘07

Stop 6

Referentie: GPS 21 N 07. 18 – 069 ( heuvel langs de Afobakka weg)

Observatie: 1. Dit deel van de heuvel bestaat uit fijnkorrelig droog materiaal met een

roodbruine kleur.

2. Dit deel van de heuvel bestaat uit fijnkorrelig kleiig materiaal met een donker

groen grijze

Kleur.

Het leek veel op een plooi structuur met een groen pakket aan de binnenkant, gevolgd door

een geel pakket en tenslotte een roodbruin pakket aan de buitenkant. Het geheel werd

doorkruist door ijzer-oxide aders.

Page 25: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

25

Foto#15. stop 6.

§ 3.2 Apatoe dolerieten

Deze dolerieten behoren tot de jonge groep van dolerieten die gevorm zijn in de Perm -

Triassic. Deze dolerieten lopen in de noord - zuidelijke richting, waarbij de dolerieten als

intrussies worden aangegeven in de Rosebel – en Paramakka formatie. Dit is te zien in de

geologische kaart van Suriname.

Dag 3. Datum: 03 – 12 – ‘07

Stop 1

Referentie: GPS 21 N 07. 05 – 22 (dam 11)

Hellingsrichting: N 160o E / strekking: N 250

o E / helling: 40

o

Observatie:

In dit gebied bevindt zich een 10 cm dikke humuslaag, met daaronder een ± 2,5 m dikke

bodem laag ( A – horizon). Rond dit gebied bevindt zich grote blokken gesteente van ± 1 m3 –

1.5 m3. Deze grote blokken gesteente zijn deels aan de oppervlakte te zien en een deel ligt

begraven onderin in de bodem ( A – horizon). Het deel dat aan de oppervlakte is, kunnen

wij verdelen in drie stadia’s van verwering.

Dit ziet er als volg uit: 1. Vers gesteente => omdat de mineralogie goed te determineren is en het materiaal is hard.

Mineralogie: felsische mineralen => mica’s, kwarts, donker groene mineralen

Mafische mineralen.

Textuur: fijn tot middelkorrelig

Kleur: donker grijs 2. Matig verweerd gesteente => bij dit stadium is er sprake van een hoge mate van fysische

verwering en een kleine mate van chemische verwering. De fysische verwering bij dit

stadium is te herkennen aan de breuken en splijtingen in het gesteente.

Breuken, deze zijn ontstaan mogelijk door

tectonische krachten

Page 26: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

26

insolatie => dit is het verschil in temperatuur, waardoor het gesteente door het steeds

uitzetten en inkrimpen gaat breken.

Mineralogie: (minder duidelijk te zien) mafische mineralen,

Felsische mineralen, secundaire mineralen ( klei mineralen), groene mineralen.

Textuur: fijnkorrelig

Structuur: hier is er geen sprake van een verwering structuur, omdat het pas begonnen was met

chemische verwering.

Kleur: overwegend roodbruine kleur 3. Sterk verweerd gesteente => in dit stadium is er sprake van een hoge mate van chemische

verwering.

Mineralogie: (niet goed te zien) mafische mineralen, felsische mineralen waaronder

secundaire

mineralen.

Textuur: fijnkorrelig

Kleur: overwegend een roodbruine kleur met gele en zwarte stippen (mafische

mineralen).

Structuur: geen structuur te zien.

Foto #16 stop1. De 3 stadia’s van Doleriet verwering Foto#17. stop1. Minder

verweerd Doleriet

Dag 3. Datum: 03 – 12 – ‘07

Stop 2

Referentie: mast BrW 239

GPS: 21 N 07. 04 – 767

Observaties: sterk verweerd gesteente, hier is er sprake van sferoïdale verwering. Waarbij

fysische

Verwering veel zwaarder was dan chemische verwering.

Textuur: fijnkorrelig

Structuur: concentrische ringen

Mineralogie: overwegend klei mineralen (chemische verwering)

ijzerhoudende mineralen (vandaar de rode kleur)

Page 27: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

27

foto#18.&19. Stop 2 concentrische ringen bij sferoidale verwering

§ 3.3 Trans-Amazonian Granitoid-Volcanic complex ( Lower proterozoic )

Graniet gesteenten dekken het gehele centrale deel van tussen de metamorfe belt in het oosten

en westen. De granitoÏden stammen af van een groot deel van de trans – amazonische

provincie van zure magmatische gesteenten.

Dag 3. Datum: 03 -12 –‘ 07

Stop 4

Referentie: op weg naar Atjoni heuvel rechts van de weg

Observatie: Verweerd gesteente laag met een dikte van ± 40 m. hier is er geen structuur te herkennen.

Mineralogie: veel klei mineralen en kwarts korrels

Textuur: fijn – tot middel korrelig.

Aan de voet van de heuvel onder het verweerd gesteente laag dagzoomt er vers gesteente.

Textuur: middel – tot grof korrelig

Structuur: equigranulair

Mineralogie: felsische mineralen kwarts, veldspaat

Mafische mineralen biotiet

Fig. 5. schematische weergave van het verwerings profiel van graniet

Page 28: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

28

Dag 3. Datum: 03 -12 – ‘07

Stop 5

Referentie: op weg naar Atjoni hoek zijweg naar fingoen vallen.

Observatie: hier is er sprake van verweerd gesteente dat het tussen product is van de vorige

vers

materiaal, dat niet helemaal verweerd is.

Mineralogie: Idem als stop 4

Structuur: nog te herkennen equigranulair

Textuur: middel – grof korrelig

Foto#19.stop5. saprock

Conclusie stop 4 -5:

Aan de hand van de mineralogie, textuur en structuur kunnen wij concluderen dat het om een

verwerings reeks van een graniet gesteente gaat. Dus het vers gesteente dat aan de voet van de

heuvel bij stop 4 te zien was, is vers graniet en het tussen product bij stop 5 een saprock van

het vers gesteente.

Lab resultaten

Page 29: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

29

Verwerkte labresultaten Monster

nummer

Monster

nr lab R

Monster

nummer

Monster

nr lab R

1-12-’07

Stop 1- 1 1 1.340625

2-12-'07 Stop 7

(2 monsters) 15-1 1.058333

1-12-’07

Stop 1- 2 2 1.277439 15-2 4.033708

1-12-’07

Stop 2

(2monsters) 3-1 1.968182 3-12-'07 Stop 1A 16 1.052632

3-2 2.227778 3-12-'07 Stop 1B 17 4.050847

3-12-'07 Stop 1C

(2 monsters) 18A 2.58

1-12-’07

Stop 3 4 3.372222 18B

Niet mogelijk te

berekenen

2-12-'07

Stop 1 - 1 5 1.052632 3-12-'07 Stop 2 19 0.325

2-12-'07

Stop 1 - 2 6

2-12-'07

Stop 1 - 3 7 0.714286 3-12-'07 Stop 3 20 2.64

2-12-'07

Stop 2 - 1 8 2.458678 3-12-'07 Stop 4-1 21 4.761538

2-12-'07

Stop 2 - 2 9 2.741379 3-12-'07 Stop 4-2 22 1.599349

2-12-'07

Stop 3 10 3.942857 3-12-'07 Stop 5 23 3.505319

2-12-'07

Stop 4 11 3.653061

2-12-'07

Stop 5 12 3.459893

2-12-'07

Stop 6-1 13 3.6

2-12-'07

Stop 6-2 14 2.70625

De bovengenoemde waarden zijn berekend aan de hand van de Ruxtion Ratio (R): hiermee

wordt het sillicaverlies vergeleken met total-element loss, waarbij alumina het immobile

element is gedurende de verwering. R wordt berekend middels SiO2:Al2O3. in bovenstaande

tabel zien we dat de resultaten R afnemen. Dus sillica neemt af.

Page 30: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

30

Discussie en conclusie Dag 1 Stopplaats 1, 2 en 3

Als we de Ruxton ratio bekijken dan valt op dat er een negatieve trend te bespeuren is van

monster 1 naar 2, dit geeft aan dat monster 2 (chemisch) verder verweerd is. Monster 2 ligt

onder 1 en de ruxton ratio ondersteund de veldwaarneming dat naar onderen toe de chemische

verwering toenemt.

Bij stopplaats 2 neemt de ruxton ratio toe van 3-1 naar 3-2.

Als we de ruxton ratio van de monsters van stopplaats 3 bekijken dan zien we dat deze groter

zijn dan die bij Stop 1 en Stop 2. Uit waarnemingen in het veld konden wij al concluderen dat

het gaat om dezelfde gesteenteafzetting. Als we de ruxton ratio hier verwerken dan kunnen we

zeggen dat van stop 1 naar stop 3 het gesteente minder verweerd is.

Dag 2 Stopplaats 1 ,2 en 3

Dit waren de eerste 3 stopplaatsen van dag 2. Uit veldwaarnemingen konden wij halen dat het

hier om dezelfde gesteentesoort gaat (metabasalt). We zien een stijging van de ruxton ratio

van stop 1 naar 2 en dan van 2 naar 3. Dit is ook logisch omdat het bij stop 1 ging om

materiaal dat chemisch zeer sterk verweerd was naar stop 3 toe ging het om steeds verser

gesteente.

Dag 2 Stopplaats 4 en 5

Zoals eerder aangegeven in hoofdstuk 3 ging het bij deze 2 stopplaatsen om gesteente van

sedimentaire afkomst. Als de ruxton ratio hier verwerkt wordt dan kunnen we de conclusie

trekken dat bij stopplaats 4 het gaat om iets verser gesteente dan bij stop 5.

Dag 2 Stopplaats 6

Bij dit stoppunt zagen we 2 soorten verweerde lagen. Monster 14 is zeer sterk chemisch

verweerd in vergelijking met monster 13. Dit was ook duidelijk te merken bij de afzetting,

want bij dat deel waar we 14 van bemonsterd hebben was er al vegetatiegroei. Zou het niet

gaan om bodemmateriaal dan zou er geen sprake zijn van vegetatie.

Dag 2 Stopplaats 7

Bij dit stoppunt ging het niet zozeer om het bestuderen van verwering. Het diende als

voorbeeld om na te kunnen gaan hoe goud zich in een rivier zou kunnen afzetten. Derhalve

gaan wij dus niet in op de XRF waarden van de monsters van dit stoppunt.

Dag 3 Stopplaats 1

Bij deze stopplaatsen ging het om het bekijken van verwering bij dolerieten. Monster 16 was

de buitenste rand van een verweerd doleriet terwijl monster 17 het binnenste gedeelte van de

doleriet was. Van de middenrand (monster 18) waren er 2 monsters genomen. Aan de hand

van de ruxton ratio zien we dus dat de doleriet aan de buitenkant chemisch sterker is verweerd

dan aan de binnenkant. Dit is ook logisch omdat de buitenkant ook meer blootgesteld is aan

verwering.

Een opvallende waarneming is dat bij monsters van de binnenrand van een van de monsters

de ruxton ratio niet bepaald kan worden en het bestaat voor het grootste deel ( 77 % uit NiO.

Dag 3 Stopplaats 2

Bij dit stoppunt ging het ook om een doleriet. De waarde voor de ruxton ratio van dit monster

is zeer laag en geeft aan dat het monster (monster 19) chemisch heel erg verweerd is.

Page 31: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

31

Dag 3 Stopplaats 3

Bij dit stoppunt ging het om een metasedimentair gesteente. Het monster van dit stoppunt

heeft een lage waarde voor de ruxton ratio en dat geeft aan dat het monster verweerd was.

Dag 3 Stopplaats 4 en 5

Bij stoppunt 4 zijn er monsters genomen van vers (monster 21) en verweerd materiaal

(monster 22). Monster 22 kwam onder monster 21 voor.

Bij stoppunt 5 werd ook een monster genomen. De ruxton ratio hiervan is groter dan die van

monster 22 en kleiner dan van monster 21.

Dit is te verklaren doordat monster 22 helemaal aan het oppervlakte voorkomt en dus

helemaal blootgesteld is aan verwering, terwijl monsters 21 en 23 iets lager voorkwamen en

dus minder lang zijn blootgesteld, waardoor zij meer beschermd waren tegen verwering.

Page 32: Inhoudsopgaven - Weeblydelfstofproductie.weebly.com/uploads/2/5/7/3/2573197/... · 2019-11-06 · 2 Hoofdstuk 1. Algemene inleiding § 1.1 Wat is verwering Verwering is de verandering

32

Literatuur:

Algemene Geologie, 4e druk, Wolters Noordhoff, Grongingen, samengesteld door A.J.

Pannekoek en Straaten van L.M.J.U. (1)

Suriname in Geografisch Perspectief, samengesteld door Drs. E.C. Leeflang, Drs. J.H.

Koladev, Dr. S.B. Kroonenberg(2)

The History of earth sciences in Suriname; Th.E. Wong, D.R. de Vetter, L. Krook, J.I.

S. Zonneveld and A.J. van Loon (editors) (3)

Algemene & fysische geologie diktaat (4)

Tropische verwering diktaat (5)

Hnadleiding Petrologie Practicum

Internet:

www. Google.nl (keywords: verwering)

www.wikepedia.nl ( keywords: verwering)

Encarta enceclopedie