Incidentbestrijdingsplan voor de bedrijven Rampbestrijdingsplan … · Dit document sluit aan op...
Transcript of Incidentbestrijdingsplan voor de bedrijven Rampbestrijdingsplan … · Dit document sluit aan op...
Incidentbestrijdingsplan voor de bedrijven &
Rampbestrijdingsplan inrichting HFR Onderzoekslocatie Petten
Veiligheidsregio Noord-Holland Noord
Versie Publiek & zienswijze 22 december 2016
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 2 van 66
Inhoud Deel A: Inleiding en documentinformatie ................................................................................................. 3
Deel B: Bedrijfsinformatie, beschrijvingen 8 scenario’s en omgevingsinformatie ................................... 7
Algemene informatie bedrijven op de Onderzoekslocatie Petten ........................................................... 7
Processen, installaties en gevaarlijke stoffen........................................................................................ 10
Omgevingsinformatie ............................................................................................................................. 11
Selectie van scenario’s .......................................................................................................................... 12
Deel C: Incidentbestrijding op het terrein van de OLP .......................................................................... 14
1. Algemene handelswijze optreden hulpverleningsdiensten incidenten OLP .................................. 14
2. Scenariokaarten B-objecten en overige niet-radioactieve scenario’s ........................................... 18
Deel D. Stralingsongevallen HFR .......................................................................................................... 35
1. Organisatie rampenbestrijding....................................................................................................... 35
2. Bijzondere actor ............................................................................................................................. 36
3. Randvoorwaardelijke processen ................................................................................................... 37
4. Uitvoerende processen .................................................................................................................. 38
Bijlagen .................................................................................................................................................. 44
Bijlage 9a: Overzicht inwoners per sector ............................................................................................. 45
Bijlage 9b: Plattegrond campings en bungalowparken ......................................................................... 49
Bijlage 9c: Plattegrond opstapplaatsen en bushaltes ........................................................................... 50
Bijlage 9d: plattegrond scholen peuterspeelzalen en BSO ................................................................... 51
Bijlage 9e: Plattegrond strandslagen ..................................................................................................... 52
Bijlage 9f: Plattegrond hotels en bed & breakfast ................................................................................. 53
Bijlage 17: Overzicht directe maatregelen emissie nucleaire wolk ....................................................... 54
Bijlage 17a: Evacuatie / ontruiming ....................................................................................................... 55
Bijlage 17b: Jodium profylaxe ............................................................................................................... 56
Bijlage 17c: Schuilen ............................................................................................................................. 60
Bijlage 19: Bestuurlijke netwerkkaart .................................................................................................... 62
Bijlage 20: Toepasselijke wet- en regelgeving ...................................................................................... 63
Bijlage 21: Afkortingenlijst ..................................................................................................................... 64
Bijlage 22: Verspreidingslijst.................................................................................................................. 66
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 3 van 66
Incident- en Rampbestrijdingsplan OLP
Deel A: Inleiding en documentinformatie
Inleiding
Dit document is geschreven voor een multidisciplinaire inzet op het terrein van Onderzoekslocatie
Petten. Op het terrein staan vier bedrijven, dat zijn NRG, ECN, JRC en Mallinckrodt B.V. Op het terrein
staat ook de inrichting Hoge Flux Reactor.
Dit document bestaat uit twee plannen: het Incidentbestrijdingsplan en het Rampbestrijdingsplan.
In het Rampbestrijdingsplan staan de scenario’s voor een inzet bij een stralingsongeval in de Hoge Flux
Reactor. Deze reactor is een A-object volgens de Kernenergiewet. Ook op grond van wet
Veiligheidsregio’s art. 17 lid 1 dient voor de inrichting Hoge Flux Reactor als A-object conform de
Kernenergiewet een Rampbestrijdingsplan te worden opgesteld. Vanwege deze wetten gelden
landelijke richtlijnen ten aanzien van de crisisbeheersing voor de reactor en sluit het plan aan bij de
nationale crisisstructuur.
In het Incidentbestrijdingsplan staan de scenario’s op de rest van het terrein van Onderzoekslocatie
Petten (OLP) beschreven. Enkele objecten op het terrein van Onderzoekslocatie Petten hebben de
classificatie B-object. Ook zijn in het incidentbestrijdingsplan scenario's opgenomen ten behoeve van
gebouwen waarin geen nucleaire bedrijfsvoering plaatsvindt. Hiervan zijn twee scenario's gebaseerd
op het gebruik van gevaarlijke stoffen als BRZO bedrijf.
Dit document bestaat uit vier delen:
Deel A - Inleiding en documentinformatie
Deel B - Bedrijfsinformatie, beschrijving acht scenario’s en omgevingsinformatie
Deel C - Incidentbestrijdingsplan
Deel D - Rampbestrijdingsplan
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 4 van 66
Deel C - Incidentbestrijdingsplan voor Onderzoekslocatie Petten
Scenario 1 Brand bij een radiologisch laboratorium met (mogelijk) emissie van radioactieve stoffen
Scenario 2 Brand in een opslag met radioactief / bestraald materiaal
Scenario 3 Brand bij het transport van (hoog/middel/laag) radioactief materiaal tussen de
gebouwen op het terrein
Scenario 4 Brand en/of explosie waterstofopslag in flessentrailer met waterstof van ECN of een
explosie in de waterstofbunker van JRC
Scenario 5 Giftige stof komt vrij door toxische plas en dampen
Scenario 6 (Grote) brand met rookpluim door brand in een van de kantoren van de bedrijven of een
natuurbrand op het bedrijventerrein
Deel D - Rampbestrijdingsplan voor de Hoge Flux Reactor
Scenario 7 Incident met dreigende emissie van radioactieve stoffen bij de reactor
Scenario 8 Incident waarbij radioactieve stoffen vrijkomen bij de reactor
Vaststelling en inwerkingtreding
Het Incidentbestrijdingsplan (Documentdelen A, B en C) is vastgesteld door de directie van
Veiligheidsregio Noord-Holland Noord op 29 november 2016 en treedt in werking per 1 januari 2017.
Het Rampbestrijdingsplan (Documentdelen A, B en D) wordt definitief vastgesteld door het Dagelijks
Bestuur van de Veiligheidsregio Noord-Holland Noord, nadat het plan zeven weken ter inzage heeft
gelegen voor zienswijzen op 6 april 2017 Het plan treedt een week na vaststelling in eerste aanleg (22
december 2016) per 1 januari 2017 in werking omwille van operationele inzetbaarheid.
De conceptversie van dit hele document is vastgesteld door Dagelijks Bestuur van Veiligheidsregio
Noord-Holland Noord op 22 december 2016 in eerste aanleg. De bijlagen worden, vanwege
vertrouwelijkheid van gegevens en frequente onderhoudsbehoefte, door de ambtenaren van de
veiligheidsregio beheerd. Actualisatie van bijlagen behoeft geen hernieuwde vaststelling door de directie
of door het Dagelijks Bestuur. De teammanager RCB heeft het mandaat om n.a.v. nieuwe
ontwikkelingen van diverse aard, de bijlagen van het totaalplan bij te stellen zonder voorafgaande
instemming van het Dagelijks Bestuur en de directie.
Doel
Dit document dient ter voorbereiding op de multidisciplinaire inzet van hulpverleningsdiensten, wanneer
een groter incident of calamiteit (of dreiging daarvan) zich voordoet bij één van de vier bedrijven op
Onderzoekslocatie Petten of bij de Hoge Flux Reactor.
Voor wie
Dit document is bestemd voor operationele- en bestuurlijke crisisfunctionarissen van Veiligheidsregio
Noord-Holland Noord en de Bedrijfsnoodorganisaties van de vier bedrijven op het terrein van
Onderzoekslocatie Petten.
TVB
De taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden bij dit document zijn:
Wie TVB
DB van VR NHN Stelt anderhalve maand, na een inzage- en zienswijzetermijn van
zeven weken van het Rampbestrijdingsdeel, het plan vast.
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 5 van 66
DB van VR NHN Openbaar maken van het Rampbestrijdingsplan in overleg met de
gemeente Schagen en de vier bedrijven op de OLP.
Directie VR NHN Stelt het onderdeel Incidentbestrijdingsplan vast en maakt dit
openbaar. Communicatie met de relevante autoriteiten.
Team Risico- en
Crisisbeheersing van VR NHN
Voert regie op het bijstellen van het IBP/RBP wanneer daar
aanleiding toe is en evalueert het plan tenminste eens in de drie jaar.
Veiligheidsregio NHN Neemt het oefenen met het IBP/RBP op in oefenplannen en zorgt
voor afstemming met de vier bedrijven op de OLP.
ECN, NRG, JRC, MM Verantwoordelijk voor het bekend maken van dit plan bij de betrokken
werknemers en voor borging en aansluiting met eigen planvorming
voor bedrijfsnoodorganisatie in samenwerking met de VR NHN. Ieder
individueel bedrijf is verantwoordelijk voor het informeren en
voorlichten over hun risico’s aan crisisfunctionarissen van de
betrokken hulpverleningsdiensten van VR NHN.
Gerelateerde documenten
Dit document sluit aan op het regionaal crisisplan van Veiligheidsregio Noord-Holland Noord. Ook sluit
dit document aan bij de vier bedrijfsnoodplannen, de vier bedrijfsnoodorganisaties van de bedrijven op
de OLP en het Intern Noodoverleg (INO 2.0) voor bedrijfsoverschrijdende incidenten op
Onderzoekslocatie Petten. Bij een stralingsincident in de reactor of bij emissie van radioactieve stoffen
bij andere onderdelen op het OLP terrein sluit de regionale crisisorganisatie aan op de nationale
crisisstructuur.
Het deel Rampenbestrijdingsplan en het deel Incidentbestrijdingsplan hebben een relatie met hieronder
vermelde documenten:
Document Relatie
Regionaal Crisisplan Noord-
Holland Noord + deelplannen
Vormt de basis voor de organisatie van de crisisbestrijding in de
veiligheidsregio.
Nationaal Crisisplan
Stralingsincidenten
Beschrijft op hoofdlijn de uitgangspunten ten aanzien van de
beheersing van stralingsincidenten.
NPK Responsplan Beschrijft de nationale crisisstructuur bij stralingsongevallen en de link
naar de regionale crisisstructuur bij stralingsongevallen.
Bedrijfsnoodplannen van de
vier bedrijven
Per 26 september 2016 zijn de bedrijfsnoodplannen van NRG, ECN
en MM herzien. JRC implementeert in december 2016 een
geactualiseerde versie. Tot die tijd geldt het huidige plan van 2008.
Iedere organisatie heeft een eigen noodorganisatie. INO 2.0 is per 26
september 2016 een afstemmingsoverleg tussen 2 of meer bedrijven
in geval van een bedrijfsoverschrijdend incident. De bedrijfs-
noodorganisaties van de vier bedrijven en de crisisorganisatie van de
veiligheidsregio moeten op elkaar aansluiten.
De acht scenario’s uit het Incidentbestrijdingsplan en het Rampbestrijdingsplan zijn gebaseerd op de
volgende rapporten:
Maatscenario’s rampbestrijding OLP-bedrijven (Tebodin, december 2000)
Maatscenario’s OLP (NRG, mei 2008)
Bedrijfsbrandweerrapport ECN Petten (Save, oktober 2011)
Bedrijfsbrandweerrapport NRG Petten (2016)
PBZO-document (ECN, september 2015)
QRA (ECN, 24 april 2015)
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 6 van 66
Besloten versie en publieke versie
Het totale plan is na bestuurlijke vaststelling beschikbaar in een besloten versie voor de operationele
organisatie vanwege vertrouwelijke gegevens. De verspreidingslijst staat in Bijlage 21. Daarnaast wordt
een publieksversie gemaakt. In de publieksversie zijn bedrijfsvertrouwelijke gegevens in overleg met de
betrokken bedrijven verwijderd; de discrepantie tussen de bijlagen in de inhoudsopgave en het
bijlagenoverzicht op pagina 44 komt voort uit het verwijderen van de vertrouwelijke bijlagen. Het
publieke Incident- & Rampbestrijdingsplan is in te zien op gemeentehuis Schagen en op het
hoofdkantoor van Veiligheidsregio Noord-Holland Noord te Alkmaar.
Implementatie
Alle betrokken partijen krijgen een digitale versie van de besloten versie van het totale plan. Om het
plan in te voeren worden voor vertegenwoordigers van de betrokken organisaties in onderling overleg
onder andere workshops en bedrijfsbezoeken georganiseerd.
In het LCMS (Landelijk Crisismanagementsysteem) is een voorbereide activiteit opgenomen, waarin
informatie vanuit dit plan is opgenomen en beschikbaar gemaakt voor de incident- &
rampbestrijdingsorganisatie.
Actueel houden en oefenen
Het Incidentbestrijdingsplan en Rampbestrijdingsplan worden geactualiseerd wanneer daartoe
aanleiding is, maar in ieder geval eens in de drie jaar. De Wet
veiligheidsregio en de Kernenergiewet vereisen dat het Rampbestrijdingsplan eens in de drie jaar moet
worden geactualiseerd. Het Incidentbestrijdingsonderdeel wordt dan, vanwege efficiency, gelijk ook
geactualiseerd.
Actualisatie van beide onderdelen zal echter – ondanks de wettelijke termijn – jaarlijks plaatsvinden op
grond van wijzigingen in internationale- en nationale wet- en regelgeving en lokale ontwikkelingen.
Tenminste eens per drie jaar worden onderdelen uit het incident- en rampbestrijdingsplan op wederzijds
initiatief van de veiligheidsregio en de vier bedrijven samen en ieder individueel geoefend en/of getraind
en geëvalueerd. Het jaarlijks OTO-programma van VR NHN en de OTO-plannen van de vier
inrichtingen/ bedrijven worden hierover in nader overleg afgestemd. Tevens vindt opname plaats in het
meerjarig multidisciplinaire OTO-programma van VR NHN.
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 7 van 66
Deel B: Bedrijfsinformatie, beschrijvingen 8 scenario’s en omgevingsinformatie
Algemene informatie bedrijven op de Onderzoekslocatie Petten
Locatie & toegang
De OLP kent 2 aparte terreinen met 2 aparte toegangspoorten:
Zuidzijde:
ECN, Westerduinweg 3
1755 LE Petten
Noordzijde:
Europese Commissie, Westerduinweg (bij JRC).
Op de beide terreinen zijn totaal 4 bedrijven gevestigd. Tussen de 2 terreinen bestaan een aantal interne
poorten (zie bijlagen 14 en 15, kaarten bedrijfsterreinen en toegangspoorten intern & extern OLP).
Vanwege het feit dat JRC en de HFR op apart Europees grondgebied staan en vanwege het nucleaire
karakter van de objecten, vereist dit hoge beveiligingsmaatregelen voor toegang.
Bedrijven op de Onderzoekslocatie Petten en alarmnummers incl.
Gemeenschappelijke Meldkamer VR NHN
Bereikbaarheid alarmcentrales:
Bedrijf & Alarmcentrale Alarm telefoonnummer
Bedrijfsalarmcentrale (BAC)
NRG, ECN, MM
Bedrijfsalarmcentrale (BAC)
JRC
Gemeenschappelijke Meldkamer
VRNHN
NRG
Nuclear Research & consultancy Group is een nucleaire dienstverlener. NRG produceert isotopen,
verricht nucleair technologisch onderzoek, is consultant op het gebied van veiligheid en
betrouwbaarheid van nucleaire installaties en dienstverlener in stralingsbescherming. NRG exploiteert
de Hoge Flux Reactor (HFR) van JRC en is verantwoordelijk voor de veiligheid van de faciliteit.
MM
Mallinckrodt Medical B.V. (ook wel Mallinckrodt Pharmaceuticals) is producent van radiofarmaca voor
diagnostische en therapeutische toepassingen en radionucliden ten behoeve hiervan. De activiteiten
die in de Molybdenum Production Facility (MPF) worden verricht, vallen onder de vergunning van NRG.
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 8 van 66
ECN
Energieonderzoek Centrum Nederland doet onderzoek op het gebied van zonne-energie, windenergie,
biomassa, afval, energie besparing, milieu, duurzame energiesystemen, en levert onafhankelijk beleids-
en strategisch advies. ECN werkt samen met zowel bedrijven als (internationale) overheden. Het
onderzoek is gericht op het vinden van innovatie oplossingen om het gebruik van duurzame energie en
de toepassing van energiebesparing te bevorderen.
JRC
Het Joint Research Centre is een onderdeel van de Europese Commissie. De plaats waar JRC
gevestigd is, is formeel Europees grondgebied. JRC in Petten geeft wetenschappelijke en technische
ondersteuning aan de makers van energie- en klimaatbeleid van de Europese Unie. De HFR is formeel
eigendom van JRC.
Aanwezige personen bedrijven OLP
Een indicatie van het aantal aanwezig personen per bedrijf is hieronder schematisch weergegeven:
Bedrijf Algemeen
telefoonnummer
Aanwezige personen
(tijdens kantooruren,
incl bezoekers)
Aanwezige
personen (buiten
kantooruren)
Joint Research Centre (JRC) 0224 - 56 5656
Nuclear Research and
consultancy Group (NRG)
0224 - 56 4950
Energieonderzoek Centrum
Nederland (ECN)
088 - 515 4949
Mallinckrodt Medical B.V.
(MM)
0224 - 56 7890
Er bestaat geen centrale registratie van personen, waarbij duidelijk is hoeveel mensen
(medewerkers/bezoekers) zich waar op enig moment op het terrein bevinden, met uitzondering voor
de HFR en de HCL’s.
A- en B-objecten
Op de OLP (terrein Europese Commissie/JRC) staat de inrichting Hoge Flux Reactor (HFR). In de
kernenergiewet wordt dit aangemerkt als een A-object. De Lage Flux Reactor (LFR) die op het terrein
aanwezig is, is niet meer in gebruik en wordt ontmanteld.
Als B-object zijn aangemerkt:
De Hot Cell Laboratories (HCL) en de Molybdeen Production Facility (MPF) voor het vervaardigen
van o.a. isotopen;
Decontamination and Waste Treatment (DTW), de opslagruimte van bestraald/radioactief materiaal;
de transporten van radioactieve bronnen tussen en naar faciliteiten en inrichtingen op de OLP.
Bedrijfsnoodorganisaties vier bedrijven & meldingsafspraken
Per 26 september 2016 bestaan vier aparte nieuwe bedrijfsnoodorganisaties van elk apart bedrijf of
inrichting. De bedrijven/inrichtingen beschikken allen over eigen bedrijfsnoodplannen en 2
bedrijfsalarmcentrales (BAC NRG (voor HFR), ECN, MM. en BAC JRC). Daarnaast zijn afspraken
gemaakt over samenwerking bij bedrijfsoverstijgende incidenten in het Interne Noodoverleg (INO 2.0).
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 9 van 66
In dit overleg worden bij een bedrijfsgrensoverschrijdend incident maatregelen afgestemd en informatie
uitgewisseld.
Ieder van de vier bedrijfsnoodorganisaties heeft een crisisteam dat opschaalt al naar gelang het type
incident. Eerst wordt intern opgeschaald al dan niet via de betreffende BAC. Iedere bedrijfs-
noodorganisatie heeft functionarissen op piket, waarvan een aantal als liaison kunnen optreden voor de
crisisorganisatie van VR NHN. Per bedrijf kunnen deze via de BAC van het betreffende bedrijf worden
gealarmeerd en opgeroepen.
Indien bijstand en inzet vanuit de Veiligheidsregio noodzakelijk is, gerelateerd aan dit gecombineerde
Incidentbestrijdingsplan en Rampbestrijdingsplan, zal daarvoor een eerste melding zijn gedaan door de
Bedrijfsbrandweer NRG via……., via de BAC of via een vertegenwoordiger van de
bedrijfsnoodorganisatie (NRG, MM, JRC. Voor ECN via de BAC). Een vertegenwoordiger van de
betrokken bedrijfsnoodorganisatie meldt bij de Gemeenschappelijke Meldkamer (GMK) en – afhankelijk
van de aard en omvang van het incident – via de GMK afstemmen met de dienstdoende Leider CoPI
(LCoPI) of de Operationeel Leider (OL).
Aanwezige (gevaarlijke) stoffen
Een actueel overzicht van de aanwezige (gevaarlijke) stoffen en de hoeveelheden, wordt ten tijde van
een incident geleverd door het betreffende bedrijf waar het incident zich voordoet. Dit is wettelijk
verankerd. In geval van radioactieve stoffen kan de mogelijkheid zich voordoen dat door bepaalde
processen tijdens een incident, de aard van de stoffen kan veranderen. Hiervoor berekent het betrokken
bedrijf op dat moment de aard en effecten hiervan en deelt deze met de ANVS en de crisisorganisatie
van VR NHN.
Bedrijfsbrandweer NRG
NRG beschikt over een Bedrijfsbrandweer (BBRW) met een 24-uurs inzetbaarheid. De
Bedrijfsbrandweer NRG is in 2013 formeel door de veiligheidsregio aangewezen. De Bedrijfsbrandweer
NRG verzorgt op basis van de samenwerkingsovereenkomst tussen NRG, de gemeente Schagen en
Veiligheidsregio Noord-Holland Noord de basisbrandweerzorgtaken, te weten brand- en gevaarlijke
stoffenbestrijding voor de vier bedrijven/inrichtingen.
De bedrijfsbrandweer bestaat uit een basis-brandweervoertuig (tankautospuit) en 6 persoonsbezetting
(24/7, opkomsttijd 6 minuten na alarm).
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 10 van 66
Processen, installaties en gevaarlijke stoffen
Activiteiten/processen
Op de OLP vinden de volgende activiteiten/processen plaats:
Research & Development op het gebied van energie (ECN en JRC)
Research en productie van radionucliden (NRG), afvoer hoogradioactief afval, ontmanteling Lage
Flux Reactor, opslag (historisch) radioactief afval, decontaminatiefaciliteiten voor olie- en
gasindustrie, consultancydiensten (NRG)
Productie en distributie van radiofarmaca, radionucliden, opslag radioactieve stoffen (MM)
Belangrijkste onderdelen/installaties
Op de 2 hoofdterreinen van de Onderzoekslocatie (waartussen interne poorten) zijn de volgende
onderdelen/installaties aanwezig:
Hoge Flux Reactor (HFR)
Lage Flux Reactor (LFR, in ontmanteling)
Cyclotrons
Radiologische laboratoria
Decontamination and Waste Treatment (DWT)
Waste Storage Facility (WSF)
Chemische laboratoria
Experimenteerhallen met testopstellingen
Werkplaatsen
(buiten) opslagen van gevaarlijke stoffen
Overzicht gevaarlijke stoffen
Hieronder zijn de belangrijkste gevaarlijke stoffen weergegeven die aanwezig zijn op de OLP. Een
actueel overzicht van de aanwezige gevaarlijke stoffen en de maximale hoeveelheden (voor wat betreft
radioactieve stoffen) wordt ten tijde van een incident geleverd door het betreffende bedrijf via de
betrokken bedrijfsvertegenwoordiger.
Locatie Gevaar aspecten Maximale hoeveelheid
HFR, LFR, HCL, DWT,
WSF, radiologische
laboratoria, MM.
Radioactieve stoffen
Splijtstoffen
MM geen splijtstoffen.
Actueel overzicht
verkrijgbaar bij het
betreffende bedrijf.
Chemische laboratoria,
experimenteerhallen met
testopstellingen,
werkplaatsen, opslagen
van gevaarlijke stoffen.
Tot vloeistof verdichte
gassen
Ontvlambare stoffen
Oxiderende stoffen
(zeer) Giftige stoffen
Bijtende stoffen
(corrosief)
Actueel overzicht altijd
verkrijgbaar bij de
betreffende bedrijf via
betrokken
Bedrijfsnoodorganisatie.
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 11 van 66
Omgevingsinformatie
Karakter
De OLP bevindt zich in het duingebied op ongeveer 2 km van het dorp Petten in de kop van Noord-
Holland. Het betreft een relatief dunbevolkt gebied, dat wordt gekenmerkt door toerisme en landbouw
(bollenteelt). Ongeveer 40% (10 ha) van het JRC-terrein is onderdeel van Natura 2000-gebied
Zwanenwater en Pettemerduinen.
Demografie
Het dorp Petten heeft ongeveer 1.900 inwoners. Door de ligging aan de kust kent de regio omvangrijke
voorzieningen voor toerisme, met name vele bungalowparken en campings. Inwoneraantallen en
aantallen van recreanten wisselen sterk met het seizoen.
Op basis van het aantal plekken/huisjes/chalets op campings en bungalowparken, wordt het maximaal
aantal aanwezige toeristen in de omgeving in het hoogseizoen geschat op 25.000 mensen.
Verkeerssituatie
In een straal van ongeveer 10 km kent de infrastructuur één provinciale weg (de N9), de verbindingsweg
tussen Alkmaar en Den Helder en overige lokale wegen. Naast de N9 ligt het Noordhollands Kanaal dat
op een beperkt aantal plaatsen een overbrugging kent. Een spoorlijn die Den Helder – Schagen –
Alkmaar verbindt, ligt op enige afstand (ongeveer 10km).
Hoogteligging OLP t.o.v. NAP
De hoogte van de OLP varieert van 2 meter tot 15 meter boven Normaal Amsterdams Peil (NAP). De
hoogte van de duinen zelf ligt tussen de 8 en 16 meter boven NAP. De HFR ligt op 4,7 meter boven
NAP.
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 12 van 66
Selectie van scenario’s
Inleiding
Op de OLP is recent een risicoanalyse uitgevoerd. In 2005 is een risicoanalyse uitgevoerd bij ECN. In
2008 is een rapport opgesteld door NRG, waarin maatscenario’s voor de OLP (specifiek voor NRG) zijn
beschreven. In 2011 is voor ECN een bedrijfsbrandweerrapport geschreven. ECN heeft in 2016 een
vernieuwd PBZO (Preventie Beleid ter voorkoming/beheersing van Zware Ongevallen) opgesteld en in
2015 een vernieuwde QRA (Quantative Risk Analysis) opgesteld. Uit voorgenoemde rapporten zijn acht
maatgevende scenario’s voor de OLP gedestilleerd, inclusief een scenario ‘brand met grote rookwolk’
(zonder nucleair karakter). In 2016 is een nieuw brandweerrapport door NRG opgesteld.
Voor de acht geselecteerde scenario’s zijn multidisciplinaire scenariokaarten opgesteld. Voor alle
uitgewerkte scenario’s geldt dat het zich voordoen van een dergelijk ongeval ‘zeer onwaarschijnlijk’ is
(zie ook Rapport “Maatscenario’s Rampbestrijding OLP-bedrijven).
Risico’s en keuze scenario’s`
Van de 8 scenario’s hebben de eerste 6 overige scenario’s op voorhand geen rampenkarakter (d.w.z.
een eenmalig ernstig ongeval waardoor een ernstige verstoring van de openbare veiligheid is ontstaan,
waarbij het leven en de gezondheid van vele personen, het milieu of grote materiële belangen in ernstige
mate worden bedreigd of zijn geschaad). Deze kunnen onder omstandigheden wel om bijzondere
(multidisciplinaire) aandacht van de hulpdiensten vragen en mogelijke (grote) maatschappelijke impact
hebben, o.a. vanwege zichtbare mogelijk grootschalige inzet hulpdiensten.
De laatste twee scenario’s (nucleair) hebben betrekking op het categorie A-object, de HFR. Gezien het
karakter hiervan in relatie tot de Kernenergiewet en het Nationaal Crisisplan Stralingsincidenten, worden
in deze deel D van dit plan toegelicht en uitgewerkt.
Op grond van de risicoanalyses zijn op de OLP de volgende risico’s benoemd:
1) een (geëscaleerde) brand bij een radiologisch laboratorium met (mogelijke) emissie radioactieve
stoffen (Deel C, B-object);
2) het vrijkomen van radiologische verbrandingsproducten bij brand in een opslag met
bestraald/radioactief materiaal (Deel C, B-object);
3) ontstaan van brand bij het transport van (hoog, middel, laag) radioactief materiaal tussen, naar en
vanaf faciliteiten op de OLP (Deel C, B-object);
4) het ontstaan van een brand/explosie als gevolg van het bezwijken van een waterstofopslag in een
H2 flessentrailer (ECN) of een explosie in/bij de waterstofbunker (JRC) (Deel C);
5) het vrijkomen van een giftige stof tot een toxische plas en dampen (Deel C);
6) een (grote) brand met rookpluim in een kantoorgebouw leidend tot maatschappelijke onrust in de
nabije omgeving tot gevolg (Deel C);
7) een incident met dreigende emissie van radioactieve stoffen bij de HFR (Deel D, A-object);
8) een geëscaleerd incident met directe emissie van radioactieve stoffen bij de HFR (Deel D, A-
object).
De scenario’s voor de B-objecten gaan op basis van de benoemde risico’s (zie Documentinformatie) in
principe uit van incidentbestrijding binnen de 4 bedrijven zelf binnen het terrein. Radioactieve emissie
met een verspreidingsradius buiten het OLP-terrein is hierbij vooralsnog niet aan de orde. Indien emissie
wel aan de orde is, worden aanvullende specifieke maatregelen getroffen (zie multi-scenariokaarten).
Wanneer emissie buiten het OLP-terrein dreigt vindt opschaling naar GRIP 2 of hoger plaats. De
mogelijkheid bestaat om dan zonodig te besluiten het incident conform de scenario’s 7 en/of 8 van het
Rampbestrijdingsgedeelte voor het A-object (de HFR) te behandelen.
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 13 van 66
De 6 scenario’s in het gedeelte Incidentbestrijdingsplan zijn afkomstig uit de volgende rapporten:
Scenario Rapport
Bijzonder scenario 1 Bedrijfsbrandweerrapport NRG (2016)
Bijzonder scenario 2 Bedrijfsbrandweerrapport NRG (2016, voor NRG-objecten)
Bijzonder scenario 3 Bedrijfsbrandweerrapport NRG (2016)
Bijzonder scenario 4 PBZO (2016) / QRA ECN (2015) / bedrijfsbrandweerrapport ECN (2011)
Bijzonder scenario 5 Bedrijfsbrandweerrapport ECN (2011)
Bijzonder scenario 6 Dit betreft een brand gewoon/groot met rookpluim en is beschreven in verband
met de mogelijke (maatschappelijke) onrust in de omgeving tot gevolg.
De scenario’s 7 & 8 betreffende de HFR in het gedeelte Rampbestrijdingsplan zijn gebaseerd op het
Bedrijfsbrandweerrapport NRG (2016).
Externe Beveiliging Organisatie Nucleaire Inrichting
Dit Incident- & Rampbestrijdingsplan heeft geen betrekking op incidenten als gevolg van een
moedwillige actie (crimineel/terroristisch). In geval van een dergelijk scenario, richten de hulpdiensten
hun inspanningen volgens de kaders van dit plan op beheersing en bestrijding van de effecten. Bij
criminele en terroristische activiteiten zijn leiding & coördinatie in handen van het Rijk, de Nationale
Politie en het Openbaar Ministerie. De veiligheidsregio treedt dan volgend op in afstemming met Rijk,
Nationale Politie en Defensie. Het EBO NI-plan (Externe Beveiliging Organisatie Nucleaire Inrichting)
treedt dan in werking onder leiding van de NCTV en de Nationale Politie. Het ATb en R-UOA worden
dan geactiveerd en de bestuurlijke netwerkkaart Terrorismebestrijding dient te worden gehanteerd in
combinatie met het plan EBO NI en zo nodig dit Incident- & Rampbestrijdingsplan.
NRG is verantwoordelijk voor IBO NI (Interne Beveiliging Organisatie Nucleaire Inrichting). In dit kader
is een geactualiseerd ‘Convenant afstemming IBO – EBO tussen de nucleaire inrichting NRG te Petten
en de decentrale overheid’ per 5 oktober 2016 afgesloten.
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 14 van 66
Deel C: Incidentbestrijding op het terrein van de OLP
1. Algemene handelswijze optreden hulpverleningsdiensten incidenten OLP
Inleiding
Dit hoofdstuk geeft informatie, aandachtspunten en instructies in algemene zin bij een optreden van de
hulpdiensten veiligheidsregio bij incidenten binnen het terrein van de OLP.
Het gaat hier dus om de generieke maatregelen en processen, die voor alle niet-nucleaire scenario’s
van toepassing zijn -dus niet gericht op ongevallen met de HFR- en regulier bij de incidentbestrijding
worden toegepast. Waar nodig worden aanvullende specifieke maatregelen voor een scenario
benoemd. De randvoorwaardelijke processen bij crisisbestrijding op het terrein van de OLP worden bij
deze incidenten regulier ingevuld conform het Regionaal Crisisplan.
De bijzondere aandacht voor crisiscommunicatie geldt voor alle scenario’s.
Bijzondere actor: CETns
Het Crisis Expert Team nucleair & straling (CETns) is een bundeling van partijen die kennis hebben en
advies en informatie kunnen verstrekken bij (dreigende) stralingsongevallen. Het CETns fungeert als
landelijk vraagregisseur en is aanspreekbaar voor alle vragen om advies en informatie, ook bij
incidenten met B-objecten zoals in de scenario’s 1 t.m.3 in dit incidentbestrijdingsplan zijn beschreven.
Organisatie van de Incidentbestrijding
Hier wordt een beeld gegeven van de planvorming om de incidentbestrijding te organiseren.
De inrichting van de crisisorganisatie en de inzet van de hulpdiensten vindt plaats volgens reguliere
procedures (conform het Regionaal Crisisplan van VR NHN).
Operationele eenheden worden per incident naar behoefte ingezet. Processen, die van toepassing zijn
voor een specifiek scenario, worden op multidisciplinaire scenariokaarten en monodisciplinaire
werkkaarten uitgewerkt.
De scenario’s die in dit Incidentbestrijdingsplan worden benoemd, vallen uiteen in 3 scenario’s met een
(in geëscaleerde situatie) radiologisch karakter en 3 scenario’s zonder radiologisch karakter, waar
multidisciplinair optreden aan de orde kan zijn.
Algemeen optreden hulpverleningsdiensten op terrein OLP
Voor optreden van de hulpdiensten op het terrein van de OLP gelden een aantal algemene
aandachtspunten en generieke maatregelen, waarvan de hulpdiensten op de hoogte moeten zijn. Deze
aandachtspunten dienen te worden geraadpleegd in combinatie met eventuele specifieke maatregelen
per scenario.
Melden & Alarmeren en Bedrijfsbrandweer Onderzoekslocatie Petten
NRG heeft de beschikking over een eigen bedrijfsbrandweer (BBWR), een basisvoorziening
bestaande uit één eenheid (TS6). Deze kan worden ingezet tot 30 minuten conform de
samenwerkingsovereenkomst; de bedrijfsbrandweer heeft echter het de mogelijkheid om langer
opereren. Daarna neemt de brandweer van de veiligheidsregio de coördinatie van de
brandbestrijding en gevaarlijke stoffen over met ondersteuning van de bedrijfsbrandweer NRG.
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 15 van 66
De Bedrijfsalarmcentrales: er zijn 2 Bedrijfsalarmcentrales (BAC NRG, ECN, MM en BAC JRC
voor de HFR) op het terrein van de Onderzoekslocatie vanwege de onderscheiden
bedrijfsterreinen. (zie Deel B. pagina 8 Paragraaf Bedrijven/inrichtingen OLP en alarmnummers)
Beide BAC’s kunnen melden en alarmeren bij de GMK VR NHN op de reguliere wijze.
Ook de Bedrijfsbrandweer NRG kan melden bij de Gemeenschappelijke Meldkamer (GMK) VR
NHN namens de vier bedrijven. De Bedrijfsbrandweer beschikt over C2000 die zij, wanneer
operationeel ingezet, gebruikt om de GMK VR NHN te bereiken. Bevelvoerders kunnen eventueel
ook via hun GSM contact opnemen, nummer daarvan is ….. (operationeel) of……...
Daarnaast kunnen ook de Calamiteitencoördinator van NRG en calamiteitenfunctionarissen van
ECN en MM melden en alarmeren bij de GMK VR NHN via de BAC NRG/ECN/MM en de
Emergency Director van JRC via de BAC JRC.
De bevelvoerder BBRW geeft via de BAC in eerste instantie een regulier 1e melding door aan de
GMK VR NHN. Hierbij wordt de feitelijke situatie van het incident uiteengezet (met opschaling
middelbrand, grote brand etc).
De Bedrijfsbrandweer NRG treedt altijd op als eerste eenheid ter plaatse in de incidentbestrijding
en heeft een coördinerende rol zolang het een brandincident betreft binnen het terrein en de
Brandweer Noord-Holland Noord nog niet ter plaatse is.
Bij een eerste opschaling door de Bedrijfsbrandweer NRG komt een OvDB van de Brandweer
Noord-Holland Noord, die deze coördinatie in samenwerking met de Bedrijfsbrandweer NRG
overneemt voor de incidentbestrijding.
Toegang & begidsing hulpdiensten
Zuidzijde, Ingang ECN: Westerduinweg 3 (ECN/NRG/Mallinckrodt Medical), 1755 LE Petten
Noordzijde, Ingang Europese Commissie/JRC: Westerduinweg bij JRC, ongeveer een
kilometer ten noorden van de zuidelijke ingang en gebruik ervan is afhankelijk van de plaats
incident en wordt door de meldkamer aangegeven.
Begidsing OLP
(vertrouwelijk)
Brandweer VR NHN
Algemene en generieke aandachtspunten en maatregelen brandweer:
Aandacht voor beschikbaarheid van meetapparatuur (ook persoonlijk)
Aandacht voor inzet bij gevaarlijke stoffen
Gebruik van de beschikbare planvorming
Inzetten meetplanorganisatie
Verkenning in overleg met bedrijfsvertegenwoordiger of coördinator bedrijfsnoodorganisatie
betrokken bedrijf en bedrijfsbrandweer
Taken verdelen onder de juiste personen
Op tijd opschalen met de juiste eenheden
Welk (aanvullend) materieel is nodig (grote mobiele watervoorraad, grote mobiele pomp- en
bluscapaciteit, lange slangen met grote afstandworpcapaciteit)
Welke aanvullende grote hoeveelheden bluswater en blusschuim zijn noodzakelijk
Vastleggen afspraken en besluiten tijdens de inzet
Redden van personen/slachtoffers uit onveilig gebied (instructie eigen veiligheid!)
Brancardovernameprocedure!
Ontsmetting regelen in overleg tussen bedrijfsdeskundige en AGS
Bij afschaling en aflossing registratie op orde
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 16 van 66
GHOR/Ambulancedienst VF NHN
Algemene en generieke aandachtspunten en maatregelen GHOR/Ambulancedienst (zowel
scenario’s 1 t.m. 3 – IBP, als 7 & 8 – RBP, zie ook Afsprakenkader RAV en NRG met betrekking tot
vervoer slachtoffers, bijlage 10a ):
Wees bewust van de verschillende groepen slachtoffers/betrokkenen.
Overleg met een lokaal (of algemeen) of geconsigneerd stralingsdeskundige!
Prédistributie van jodium profylaxe heeft in een straal van 4 kilometer rond het OLP-terrein in het
dorp Petten plaatsgevonden.
Zowel NRG als de ambulancedienst hebben kennis van het document “stralingsincidenten
veiligheidsregio’s” en volgen de processen zoals beschreven in hoofdstuk 9 van deel 2
genaamd “Stralingsincidenten veiligheidsregio’s: Basisinformatie voor operationeel
leidinggevenden”
Belangrijk uitgangspunt bij het maken van het afsprakenkader VR NHN/RAV – NRG is dat
levensreddende handelingen prevaleren boven straling hygiënische aspecten. Indien strikt
noodzakelijk, wanneer een patiënt die besmet is met radioactief materiaal en die niet
gedecontamineerd kan worden overgebracht naar de veilige zone kan, in overleg met de MMA
(Medisch Manager Ambulancezorg) of GAGs, worden afgesproken dat ambulancemedewerkers
zich begeven in het gebied waarbij wel persoonlijke beschermingsmiddelen nodig zijn (deze
persoonlijke beschermingsmiddelen dienen dan door NRG beschikbaar te worden gesteld en
de aan- en uitkleedprocedure wordt begeleid door een NRG-medewerker).
Tevens wordt in dit geval de komst van een Officier van Dienst Geneeskundig (OVDG)
verzocht. Hierbij wordt rekening gehouden met een maximum stralingsniveau van 750
mSv/keer, voor levensreddend handelen. Voor niet levensreddend handelen gelden de normen
voor “normaal” werk; 2 mSv/keer.
Te allen tijde zullen NRG en RAV zich inzetten om het ALARA-principe na te leven: het
stralingsniveau waaraan medewerkers en/of ambulancemedewerkers worden blootgesteld is
“as low as reasonably archievable”. De ambulancedienst zal zich ter plaatse melden bij de
bevelvoerder brandweer en/of de (lokaal) stralingskundige.
Levensbedreigend (T1) (radioactief besmet).
Deze gewonden dienen te worden vervoerd naar ziekenhuizen, die zijn voorbereid op de ontvangst
van patiënten die mogelijk zijn besmet met radioactief materiaal en die de mogelijkheid hebben om
stralingsslachtoffers te behandelen (MCA Alkmaar max … slachtoffers; bij meer dan … slachtoffers
vindt opname plaats in het Calamiteitenhospitaal Utrecht). Gewonden in levensgevaar (T1) worden
direct naar ziekenhuis vervoerd zonder dat decontaminatie in het veld plaats vindt.
Indien er bij een eventueel ongeval slechts 1 of 2 besmette slachtoffers betrokken zijn, zorgt NRG
ervoor dat tijdens het vervoer een stralingskundige mee gaat. Deze beschikt over
stralingsmeetapparatuur, begeleidt het slachtoffer en geeft advies aan het ambulancepersoneel
aangaande de besmetting en de eventuele risico’s daarvan. De stralingsdeskundige draagt bij
aankomst in het ziekenhuis ook zorg voor het schoon verklaren van het ambulancevoertuig en het
controleren van het ambulancepersoneel op besmetting.
Denk aan de brancardovernameprocedure en stem af met de brandweer en stralingsdeskundige,
regel beschikbaarheid GAGs.
Crisiscommunicatie
Bij een meervoudige inzet of een bijzonder incident, vindt een stille alarmering door de GMK plaats
van de Voorlichter van Dienst (VvD). De VvD schaalt op eigen initiatief op binnen het proces
Crisiscommunicatie, waarbij het Communicatieplan (bijlagen 8 en 24) ondersteunend is.
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 17 van 66
Alarmeren en informeren LCoPI/OL en burgemeester
Enkelvoudige inzet (1 TS VR NHN of 1 ambulance)
Dit vereist geen verdere bijzondere activiteiten of handelingen.
Meervoudige inzet (meerdere TS’en en/of ambulances), niet scenariogerelateerd
Bij een meervoudige VR NHN inzet neemt de CaCoN NRG contact op met de GMK. De CaCo
neemt contact op met de OL of LCoPI om te melden wat er aan de hand is. De OL of LCoPI
informeert de burgemeester.
Indien de OL niet kan worden bereikt, neemt de CaCo direct contact op met de burgemeester en
informeert deze.
Tevens alarmeert bij een meervoudige inzet de CaCo de Voorlichter van Dienst, zodat deze de
social media kan monitoren. Ook vindt afstemming met het betrokken bedrijf plaats. De VvD
initieert opschaling van het proces Crisiscommunicatie, indien nodig.
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 18 van 66
2. Scenariokaarten B-objecten en overige niet-radioactieve scenario’s
Scenariokaarten
Navolgend worden zes multidisciplinaire scenariokaarten beschreven:
3 radiologisch gerelateerde scenario’s voor B-objecten en
3 niet-nucleaire of niet-radiologische incidentscenario’s op de Onderzoekslocatie Petten als
onderdeel van dit Deel C.
Per scenario is aangegeven welk bedrijf of welke inrichting het betreft.
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 19 van 66
Multi-scenariokaart 1: Brand in radiologisch laboratorium met eventueel beperkte emissie
van radioactieve stoffen
Scenariobeschrijving
Scenario
Brand in een radiologisch latoratorium van NRG, MM, ECN of JRC.
Toelichting
Duur van het scenario is afhankelijk van de ingrijpsnelheid op de brandbestrijding. Verspreiding van
radioactieve stof kan plaatsvinden. Dit gebeurt alleen wanneer alle technische LOD’s + gebouw-insluiting
falen.
Effect
Bij eventuele emissie ontstaat een benedenwindse wolk met radioactieve deeltjes en –gassen, afhankelijk
van bronsterkte en weersgesteldheid (maximaal enkele honderden meters).
Gevolg:
Blootstelling aan ioniserende straling/radioactieve stoffen (rookwolk en besmette bodem)
Maatschappelijke onrust
Specifieke Aandachtspunten
In aanleg zolang het een gecompartimenteerde brand betreft, is het een mono brandweerincident, dat
een multi-karakter krijgt, wanneer escalatie met emissie dreigt. Bij escalatie van deze brand, wanneer
emissie van radioactief materiaal is te verwachten, vindt opschaling plaats.
Indien in de ontwikkeling van de brand na enige tijd de reële verwachting ontstaat, dat emissie van
radioactieve stoffen kan plaatsvinden, wordt door de verantwoordelijke brandweer leidinggevende
opgeschaald naar GRIP 2.
Eventuele emissie buiten het terrein kan leiden tot een ‘incident van meer dan lokale betekenis’, om die
reden informeren van de Voorzitter VR NHN door OL, naast de burgemeester van Schagen.
Goede afstemming met crisispartners, crisiscommunicatie naar omwonenden en recreanten vanwege
mogelijke verwachte maatschappelijke onrust.
Denk aan veilige referentiewaarden stralingsdoses voor hulpdiensten! (zie mono-instructies en -
procedures)
Beeldvorming
Veiligheid van hulpverleners
Bestrijden incident (milieu, bluswater, slachtoffers)
Ontsmetten slachtoffers, gebied
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 20 van 66
Netwerk (in een geëscaleerde situatie!)
Doelgroepen
- medewerkers VR NHN
- medewerkers NRG, ECN, MM
JRC
- overige bedrijven OLP
Crisispartners
- CETns
- Bedrijfsnoodorganisatie
NRG
- Bedrijfsnoodorganisatie JRC
- Bedrijfsnoodorganisatie MM
- Bedrijfsnoodorganisatie ECN
- Gemeente Schagen
Overig
- omgeving
- NCC
- Prov. Noord-Holland
Motorkapoverleg/CoPI ROT
Toegevoegde personen + taken
Toegevoegde + Taken uitsluitend indien opschaling
GRIP 2 wordt gegeven n.a.v. mogelijke emissie
buiten terrein
Bereikbaarheid
Effecten incident
Bestrijding
Bestrijding
Veiligheid van Hulpdiensten Veiligheid hulpdiensten
Tijdsduur van het incident
Tijdsduur van het incident
Voorlichting/Communicatie
Afstemming met gemeente.
Duiding door burgemeester
Voorlichting door VvD
Afstemmen met afd. communicatie
betreffende bedrijf (of bedrijven)
Voorlichting/Communicatie
Kwartiermaker Communicatie sectie
Bevolkingszorg – afstemming met VvD en
gemeente en GHOR. Zie ook Communicatieplan.
Duiding door burgemeester.
Z.s.m. aandacht voor (social) media
Zo spoedig mogelijk aandacht voor (social)
media.
Duiding door burgemeester.
Onderzoeksinstanties
Welke zijn te verwachten (ANVS, Onderzoeksraad Veiligheid, ISZW). Regel daarvoor één aanspreekpunt.
G/RBT GMK
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 21 van 66
Multi-scenariokaart 2: Inpandige brand in opslagruimte met radioactief materiaal
Scenariobeschrijving
Scenario
Inpandige brand in opslagruimte met radioactief materiaal:
MM-magazijn met een beperkte hoeveelheid radioactieve geretourneerde producten (UTK) en gebouw
… voor opslag radioactieve afvalstoffen.
STEK
onderdelen van het DWT (Decontamination and Waste Treatment) & WSF (Waste Storage Facility).
Toelichting
Brand in STEK, DWT en WSF is denkbaar via branddoorslag vanuit andere gebouwen.
Brand ontwikkelt binnen compartiment en wordt daar in eerste instantie bestreden door bedrijfsbrandweer
NRG.
Effect
Rookgassen met radioactieve stoffen binnen het gebouw. Bijzondere omgeving (radioactiviteit) voor
brandweerlieden m.b.t. bestrijding/binnen-aanval (PBM’s)..
Specifieke Aandachtspunten
Eventuele maatschappelijke onrust ten gevolge van omvang van de inzet (brandweer en/of ambulance).
In aanleg zolang het een inpandige brand betreft, is het een mono brandweerincident, dat een multi-
karakter krijgt, wanneer escalatie met emissie dreigt. Bij escalatie van deze brand, wanneer emissie
van radioactief materiaal is te verwachten, vindt opschaling plaats.
Indien in de ontwikkeling van de brand na enige tijd de reële verwachting ontstaat, dat emissie van
radioactieve stoffen kan plaatsvinden, wordt door de verantwoordelijke brandweer leidinggevende
opgeschaald naar GRIP 2.
Goede afstemming met crisispartners, crisiscommunicatie naar omwonenden en recreanten in relatie
tot verwachte maatschappelijke onrust.
Denk aan veilige referentiewaarden stralingsdoses voor hulpdiensten! (zie mono-instructies en -
procedures)
Beeldvorming
Soort incident
Locatie
Uitbreidingskansen
Effecten
Slachtofferbeeld
Incidentlocatie niet veilig
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 22 van 66
Netwerk (in geëscaleerde situatie)
Doelgroepen
- medewerkers
OLP/VR
- contractors op terrein
Crisispartners
- CETns
- NRG-
Bedrijfsnoodorg.
- MM Bedrijfsnoodorg.
Overig
- gemeente Schagen
- inwoners
- Provincie Noord-
Holland
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 23 van 66
CoPI ROT
Toegevoegde personen + taken
Toegevoegde + Taken uitsluitend
indien opschaling GRIP 2 wordt
gegeven door brandweer
leidinggevende n.a.v. emissie
buiten gebouw/terrein
Bereikbaarheid
Effecten incident
Bestrijding
Bestrijding
Advies en ondersteuning (
.
Veiligheid van Hulpdiensten
Coördinatie
Tijdsduur van het incident
Tijdsduur van het incident
Voorlichting/Communicatie
Voorlichting door VvD
Afstemmen met afd. communicatie betreffende bedrijf en
overige OLP-bedrijven.
Afstemmen met gemeente.
Voorlichting
Kwartiermaker Communicatie
sectie Bevolkingszorg –
afstemming met VvD en
gemeente en GHOR. Zie ook
Communicatieplan.
Duiding door burgemeester.
Z.s.m. aandacht voor (social)
media Duiding door burgemeester
bij maatschappelijke onrust
binnen een uur.
Onderzoeksinstanties
Welke zijn te verwachten (ANVS, Onderzoeksraad voor Veiligheid, ISZW). Regel daarvoor één
aanspreekpunt
G/RBT GMK
n.v.t.
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 24 van 66
Multi- scenariokaart 3: Brand bij het transport van (hoog/middel/laag) radioactief materiaal
tussen, naar en vanaf faciliteiten op de OLP
Scenariobeschrijving
Scenario
Vervoer van radioactief materiaal in container raakt betrokken bij een ongeval op locatie, waardoor brand
ontstaat. Dit kan bij escalatie leiden tot het vrijkomen van radioactief materiaal.
Toelichting
Verhoogd stralingsniveau in de directe omgeving (door smelten afscherming containers. Duur van het
scenario is afhankelijk van de ingrijpsnelheid op de brandbestrijding.
Effect
Door de brand kan radioactief materiaal vrijkomen. Effecten blijven beperkt tot de directe omgeving van de
brand en komen vooralsnog niet buiten het OLP-terrein.
Gevolg
Afhankelijk van locatie en ongeval/brand, dreiging naar omliggende objecten. Bijzondere omgeving
(radioactiviteit) voor brandweerlieden m.b.t. bestrijding/binnen-aanval.
Onrust on site.
Specifieke Aandachtspunten
In eerste aanleg betreft dit een mono-brandweerincident.
De brand – niet het ongeval zelf – is bestrijdbaar, waardoor escalatie valt te voorkomen.
Vraag bij het betrokken bedrijf naar de karakteristieken van het type container en de inhoud ervan.
Opschaling vindt plaats volgens regulier model.
Denk aan veilige referentiewaarden stralingsdoses voor hulpdiensten! (zie mono-instructies en -
procedures).
Maatschappelijke onrust (als gevolg inzet hulpdiensten), crisiscommunicatie, boegbeeldfunctie
burgemeester Schagen.
Beeldvorming
Soort incident
Locatie
Uitbreidingskansen
Effecten
Slachtofferbeeld
Is de incidentlocatie veilig
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 25 van 66
Netwerk (in een geëscaleerde situatie)
Doelgroepen
- medewerkers OLP/VR
- contractors op terrein
- getroffen bedrijven
- verkeer op terrein
Crisispartners
- CETns
- NRG/Bedrijfsnoodorg.
- (MM/ Bedrijfsnoodorg.)
Overig
- gemeente Schagen
- inwoners
- NCC
- Provincie Noord-Holland
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 26 van 66
CoPI ROT
Toegevoegde personen + taken
Toegevoegde + Taken
Bereikbaarheid
Effecten incident
Bestrijding
Bestrijding
Veiligheid van Hulpdiensten
Coördinatie
Tijdsduur van het incident
Tijdsduur van het incident
Voorlichting/Communicatie
Voorlichting door VvD
Afstemmen met afd. communicatie bedrijven OLP
Duiding door burgemeester binnen een uur.
Voorlichting/Communicatie
Kwartiermaker Communicatie sectie
Bevolkingszorg – afstemming met VvD
en gemeente en GHOR. Zie ook
communicatieplan.
Duiding door burgemeester.
Z.s.m. aandacht voor (social) media.
Onderzoeksinstanties
Welke zijn te verwachten (ANVS, Onderzoeksraad Veiligheid, ISZW). Regel daarvoor één aanspreekpunt
G/RBT GMK
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 27 van 66
Multi-scenariokaart 4: Brand/explosie waterstoftrailer of waterstoflocatie JRC
Scenariobeschrijving
Scenario Locatie 1 (ECN): Brand/explosie van de trailer met verticale waterstofcilinders. Locatie 2 (JRC): Brand/explosie JRC, gasdistributie. Waterstofflessen pakketten JRC test, gasdistributie
Toelichting (trailer, locatie 1)
In geval van uitstroming van waterstof en ontsteking, ontstaat een fakkelbrand. De fakkel is maximaal 15
meter hoog, koeling door automatische koelinstallatie op het waterstofveld. Dreiging naar omliggende
objecten. Onrust on site.
Effect
Locatie 1, trailer ECN
Brand, warmtestraling
1e graad brandwonden straal 100 meter
Explosie, overdruk:
Letaliteit tot 50 meter, ruitbreuk tot 160 meter.
Locatie 2 JRC
Brand. Warmtestraling
Explosie, overdruk
Letaliteit ongeveer 10 meter
Specifieke aandachtspunten
Maatschappelijke onrust als gevolg van geluid explosie en eventuele zichtbare vuurbal/steekvlam.
Explosie van de cilinders op trailer leidt tot alarmering GRIP 1.
Beeldvorming
Uitbreidingskansen
Effecten
Hoe is de toegang tot het gebied
Slachtofferbeeld
Vereiste hulpverlening
Is de incidentlocatie veilig
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 28 van 66
Netwerk
Doelgroepen
- medewerkers
- contractors op terrein
- getroffen bedrijven
- verkeer on site
Crisispartners
- ECN/Bedrijfsnoodorg.
- JRC/Bedrijfsnoodorg.
- Bedrijfsbrandweer
NRG
Overig
- gemeente Schagen,
burgemeester
- Provincie Noord-
Holland
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 29 van 66
CoPI ROT
Toegevoegde personen + taken
Toegevoegde + Taken
n.v.t.
Bereikbaarheid
Effecten incident
Bestrijding
Bestrijding
Veiligheid van Hulpdiensten
Coördinatie
Tijdsduur van het incident
Tijdsduur van het incident
Bevolkingszorg
n.v.t.
Bevolkingszorg
n.v.t.
Voorlichting
Voorlichting door VvD
Afstemmen met afd. communicatie bedrijven OLP en gemeente
Schagen. Monitoren social media.
Duiding door burgemeester.
Voorlichting
Onderzoeksinstanties
Welke zijn te verwachten (Onderzoeksraad voor Veiligheid, ISZW). Regel daarvoor één aanspreekpunt.
G/RBT GMK
Melding: explosie waterstofcontainer
leidt tot GRIP 1, Sitrap van
Bevelvoerder BBRWR.
GMK vraagt bij melding naar
mogelijk aantal en locatie van
slachtoffers. Terugmelding via
bedrijfsnoodorganisatie/BAC ECN of
JRC.
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 30 van 66
Multi-scenariokaart 5: Emissie leidend tot toxische plas en -damp
Scenariobeschrijving
Scenario
Emissie leidend tot toxische plas en –damp
Toelichting
Emissie leidt tot toxische plas van HF-zuur, inpandig (gebruik inpandig, opslag buiten).
Effect
Uit de toxische plas verdampt HF. Concentratie maximaal 50%, omvang maximaal 25 liter in jerrycan.
Gevolg
Toxische atmosfeer in gebouw, bijzondere eisen (o.a. PBM’s).
Onrust on site.
Specifieke aandachtspunten
Indien een niet-geëscaleerde situatie, is de aanpak monodisciplinair.
GRIP-opschaling volgens regulier model
Mogelijke maatschappelijke onrust omwonenden en recreanten als gevolg van inzet hulpdiensten.
Indien ook meerdere slachtoffers overwegen opschaling GRIP 1.(OvD-B)
Beeldvorming
Locatie
Uitbreidingskansen
Effecten
Hoe is de toegang tot het gebied
Slachtofferbeeld
Vereiste hulpverlening
Is de incidentlocatie veilig
Netwerk
Doelgroepen
- medewerkers
- contractors op terrein
- getroffen bedrijven
Crisispartners
- ECN Bedrijfsnoordorg.
- Overig
- gemeente Schagen
- Provincie Noord-Holland
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 31 van 66
CoPI ROT
Toegevoegde personen + taken
Toegevoegde + Taken
Bereikbaarheid (afhankelijk locatie incident)
Effecten incident
Bestrijding
Bestrijding
N.v.t.
Veiligheid van Hulpdiensten
Coördinatie
Tijdsduur van het incident
Tijdsduur van het incident
Voorlichting/Communicatie
Voorlichting door VvD over incidentbestrijding.
Afstemmen met afd. Communicatie bedrijven
OLP en gemeente Schagen.
Verdere voorlichting door bedrijf zelf naar eigen
medewerkers.
Duiding door burgemeester.
Voorlichting
Onderzoeksinstanties
Welke zijn te verwachten (Arbeidsinspectie ISZW, Onderzoeksraad voor Veiligheid). Regel daarvoor één
aanspreekpunt.
G/RBT GMK
Mono-opschaling volgens mono-kaarten
Indien GRIP 1: Primaire opstelplaats CoPI,
toegangshek ingang Poort ECN (zuidzijde) of
Poort Europese Commissie/JRC (noordzijde)
Veilige opstelplaats van de brandweer
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 32 van 66
Multi-scenariokaart 6: Brand (gewoon/groot) met rookpluim met onrust in omgeving tot
gevolg
Scenariobeschrijving
Scenario
Brand in reguliere bebouwde (kantoor)omgeving op terrein OLP.
Toelichting
De brand geeft een grote rookpluim en veroorzaakt veel commotie (bijv. grotere aantallen mensen, waaronder
vreemdtaligen, ontruimen uit gebouwen). Bestrijding vraagt meer dan brandweereenheid van NRG.
Effect
Rookpluim die zichtbaar is buiten OLP-terrein.
Gevolg
Maatschappelijke onrust in directe en/of wijde omgeving.
N.B. Indien natuurbrand in duingebied van de industrie/bedrijfsterreinen ECN/NRG/MM of JRC/Europese
Commissie, dan afhankelijk van de omvang, handelen volgens kantoorbrand of Incidentbestrijdingsplan
Natuurbrand VR NHN.
Specifieke aandachtspunten
Dit scenario is opgenomen vanwege verwachte mogelijke (grote) maatschappelijke onrust als gevolg van
de zichtbare grote rookpluim en omvang inzet hulpdiensten.
In eerste aanleg monodisciplinaire bestrijding door brandweer NRG, opschaling vindt plaats volgens
reguliere procedures.
Snelle duiding door burgemeester Schagen
Zo spoedig mogelijk aandacht voor social media voor VvD en Kwartiermaker Communicatie VR NHN
Beeldvorming
Locatie
Uitbreidingskansen
Effecten
Hoe is de toegang tot het gebied
Slachtofferbeeld
Vereiste hulpverlening
Is de incidentlocatie veilig
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 33 van 66
Netwerk
Doelgroepen
- personen aanwezig op
OLP
- getroffen bedrijven
- verkeer op het terrein
Crisispartners
- Bedrijfsbrandweer NRG
- betreffende
bedrijfsnoodorganisatie
(ECN, NRG, MM, JRC)
- Overig
- gemeente Schagen
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 34 van 66
Motorkapoverleg/CoPI ROT
Toegevoegde personen + taken
Toegevoegde + Taken
Bereikbaarheid (afhankelijk van locatie incident)
Effecten incident
Mogelijk grote
maatschappelijke
onrust.
Bestrijding
Opvang werknemers/bezoekers in ander gebouw op het OLP terrein
Bestrijding
Veiligheid van Hulpdiensten
Reguliere procedures van toepassing.
Coördinatie
Tijdsduur van het incident
Enkele uren, denk om overdracht nafase.
Tijdsduur van het
incident
Bevolkingszorg
Crisiscommunicatie ivm maatschappelijke onrust.
Bevolkingszorg
Voorlichting
Voorlichting door VvD
Afstemmen met afd. communicatie bedrijf
Duiding door burgemeester als boegbeeld binnen een uur.
Voorlichting
Onderzoeksinstanties
Welke zijn te verwachten: ISZW
G/RBT GMK
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 35 van 66
Deel D. Stralingsongevallen HFR
1. Organisatie rampenbestrijding
Nationaal crisisplan stralingsincidenten & NPK responsplan
Hieronder een beeld van de planvorming, die op verschillende niveaus is gemaakt om rampenbestrijding
bij stralingsongevallen te organiseren.
De uitgangspunten voor de nationale crisisstructuur bij stralingsongevallen worden beschreven in de
Kernenergiewet (KEW), het Nationaal Crisisplan Stralingsincidenten (NCS) en het Nationaal Plan
Kernongevallenbestrijding (NPK responsplan).
Het regionaal crisisplan van Veiligheidsregio Noord-Holland Noord (RCP VR-NHN) beschrijft de
inrichting van de regionale multidisciplinaire crisisorganisatie. Dit is een plan op hoofdlijnen, elke
discipline heeft deelplannen uitgewerkt waarin invulling wordt gegeven aan dienst-specifieke processen.
Bovengenoemde planvorming wordt verder als bekend verondersteld en wordt in dit
rampbestrijdingsplan niet nader toegelicht. De uitwerking van KEW, het NCS en het NPK-responsplan
is opgenomen in dit RBP.
Een reële dreiging van emissie zal leiden naar een opschaling in de regio van GRIP 4; het betreft immers
een ‘incident van meer dan lokale betekenis’.
Een emissie van radioactieve stoffen kan bijvoorbeeld optreden na een ernstige beschadiging van de
reactorkern van de HFR door verschillende oorzaken. Bijvoorbeeld een vliegtuig- of meteorietinslag,
technische oorzaken en het falen van de veiligheidsmaatregelen en -systemen. Het zich voordoen van
een dergelijk scenario is zeer onwaarschijnlijk, maar wordt gehanteerd als “worst case” scenario.
RCP VR NHN & deelplannen discipline
Het RCP VR-NHN gaat conform ‘het landelijk referentiekader regionaalcrisisplan’ uit van sturende,
ondersteunende en uitvoerende processen. Door deze processen te beschrijven (v.w.b. de specifieke
aspecten op stralingsongevallen) ontstaat een beter begrip van de taken en bevoegdheden die
functionarissen in de crisisorganisatie hebben. Bijzonderheden binnen deze processen ten aanzien van
de scenario’s op de inrichting HFR, worden uitgewerkt op werkkaarten.
Rampbestrijdingsplan OLP
Deelplannen per discipline
Nationaal Crisisplan Stralingsincidenten
NPK Responsplan
Regionaal Crisisplan Noord-Holland Noord (RCP)
Monodisciplinaire werkkaarten Multidisciplinaire scenariokaarten
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 36 van 66
2. Bijzondere actor
CETns
Het Crisis Expert Team nucleair/straling (CETns) is een bundeling van partijen die kennis hebben en
advies en informatie kunnen verstrekken bij (dreigende) stralingsongevallen. Het CETns fungeert als
landelijk vraagregisseur en is aanspreekbaar voor alle vragen om advies en informatie.
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 37 van 66
3. Randvoorwaardelijke processen
Leiding en coördinatie
De verantwoordelijkheidslijnen rondom een (dreigend) stralingsongeval met een A-object wijken sterk
af van de lijnen bij de reguliere incidentbestrijding.
In de multiscenariokaart is voor de crisisfunctionarissen het netwerk in beeld gebracht. Belangrijk om te
weten is, dat advies en inhoudelijke informatie is te verwachten vanuit de bovenregionaal
georganiseerde organen, zoals het CETns.
Hieraan gekoppeld is de operationele werkkaart ‘directe maatregelen’. Dit zijn de maatregelen die
kunnen worden ingezet. Benoemd wordt het oogmerk van de maatregelen met daarbij voordelen en
beperkingen.
Voor het proces ‘leiding en coördinatie’ zijn de volgende ondersteunende documenten opgenomen:
bestuurlijke netwerkkaart. Bijlage 19.
operationele kaart; ‘Directe maatregelen bij stralingsongevallen’. Bijlage 17.
Melding en alarmering
Belangrijk in dit proces is dat alarmering van hulpverleningsdiensten zeer weloverwogen plaats vindt;
immers, een ‘over-alamering’ kan snel leiden tot effecten in de (sociale) media, die ten onrechte bron
kunnen zijn van maatschappelijke onrust.
Voor dit proces is een werkkaart opgesteld, die dient als leidraad zowel voor de GMK NHN als ontvanger
van berichten en is afgestemd met NRG. Hierin is ook opgenomen hoe de burgemeester van Schagen
wordt geïnformeerd, zoals gesteld in de Kernenergiewet.
Informatiemanagement
De organisatie en werkwijze van het informatiemanagement op regionale schaal verloopt op reguliere
wijze. Het netwerk waarbinnen de informatie-uitwisseling plaatsvindt, is echter sterk afwijkend. Om
hierin de weg te vinden en handreikingen te doen is een operationele Werkkaart ‘informatiemanagement
bij stralingsongeval’ opgesteld, bijlage 18.
Crisiscommunicatie
Bij de bestrijding van grootschalige incidenten neemt crisiscommunicatie een steeds prominentere rol
in. Zeker wanneer een ongeval mogelijke nucleaire aspecten heeft, zal dat incident veel aandacht
trekken van (sociale) media. Snelle interventie op dit proces is dus vereist om bij te dragen aan een zo
reëel mogelijk beeld in de media.
Aspecten hiervan zijn daarom ook opgenomen in het proces ‘melding en alarmering’ (i.v.m. de
tijdigheid). Uitvoerig staat de handelswijze beschreven in het communicatieplan, bijlage 8a.
N.B. Crisiscommunicatie maakt -als proces- onderdeel uit van Bevolkingszorg.
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 38 van 66
4. Uitvoerende processen
Bevolkingszorg (publieke zorg, omgevingszorg, crisiscommunicatie)
Bevolkingszorg heeft een belangrijke rol in de inzet en uitvoering van maatregelen, vooral vanwege de
effecten die dat heeft op bewoners, recreatieve verblijvers en leefomgeving.
Voor bevolkingszorg zijn hiertoe een aantal documenten opgesteld:
Werkkaart bevolkingszorg-breed (bijlage 7)
Werkkaart crisiscommunicatie (bijlage 8)
Communicatieplan (bijlage 8a)
Evacuatie (zie bijlagen 9c Opstapplaatsen en 17a Evacuatie & ontruiming)
Door de gemeente Schagen wordt voorzien in relevante omgevingsinformatie, zoals locatie en
omvang van campings, bungalowparken etc. Deze informatie en specifieke werkkaarten zijn
beschikbaar via het intranet VR NHN in de Toolbox voor crisisteams (bijlagen 9a t.m. 9f).
Brandweerzorg (redden, ontsmetten, meten)
Bij tijdige inzet en effectueren van maatregelen zal grootschalige decontaminatie niet aan de orde zijn.
In de scenario’s voor stralingsongevallen moet een meetplan voor regionale meetploegen i.s.m.
eenheden van elders beschikbaar zijn en uitgevoerd worden. De brandweer prepareert zich hierop en
heeft hiervoor monodisciplinaire werkkaarten beschikbaar.
N.B. bron- en emissiebestrijding vormt geen onderdeel van dit deel van het RBP.
Geneeskundige zorg (acute gezondheidszorg, publieke gezondheid)
Het belangrijkste aandachtspunt is advisering bij maatregelen vanuit geneeskundig perspectief en het
al dan niet inzetten van de maatregel jodiumprofylaxe.
In de preparatie heeft prédistributie van jodiumtabletten in een straal van ongeveer 4000 m
plaatsgevonden. (conform het collegebesluit d.d. 11 oktober 2016)
Politiezorg (afzetten, mobiliteit)
Beide processen (mobiliteit en afzetten) zullen –wanneer een bedreigd gebied afgesloten en mogelijk
moet worden ontruimd- leiden tot een grote belasting van de politie. De werkkaart Politie/ Mobiliteit
(bijlage 11) bevat mogelijke verkeersmaatregelen.
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 39 van 66
Multi scenariokaart 7: Dreigend ongeval HFR met radioactieve wolk
Scenariobeschrijving
Als alle technische LOD’s + gebouw-insluiting falen komen mogelijk radioactieve stoffen via de
schoorsteen vrij in de omgeving.
Een benedenwindse wolk met radioactieve deeltjes kan ontstaan. De omvang hiervan is afhankelijk van
bronsterkte en weergesteldheid en kan reiken tot enkele kilometers.
Emissie kan in 1 keer plaatsvinden of in meerdere wolken gedurende enkele uren na de eerste emissie.
Specifieke aandachtspunten
Het scenario heeft geen acuut karakter, maar kent een lange doorlooptijd van moment vanaf eerste
technisch falen.
Advisering over de te nemen maatregelen vindt plaats door het CETns.
Vanwege de meer dan lokale betekenis van dit mogelijke scenario, is het van belang dat naast de
burgemeester van Schagen ook de voorzitter VR NHN tijdig wordt geïnformeerd.
De ontwikkeling van het incident naar een reële verwachting van emissie zal aanleiding zijn tot
opschaling naar GRIP 4.
Beeldvorming
Maatschappelijke onrust in de omgeving en mogelijk ook landelijk.
Mediahype is te verwachten.
Preparatiezone voor schuilen en evacueren is 3000 meter.
Preparatiezone voor jodiumprofylaxe is vastgesteld op 3000 meter, maar ten behoeve van de uitvoering
gesteld op 4000 meter.
Veiligheid van hulpverleners: advies bedrijfsvertegenwoordiger NRG en CETns.
Besmetting benedenwinds gebied is afhankelijk van windrichting: aandacht voor infrastructuur,
woonkern(en) en/of recreatieparken.
Netwerkkaart
Doelgroepen
- bewoners van /
verblijvers in bedreigd
gebied
- medewerkers OLP
- hulpverleners
Crisispartners
- CETns
- NRG/ Bedrijfsnoodorg.
- JRC/ Bedrijfsnoodorg.
- NCC
- LOCC
Overig
- omgeving
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 40 van 66
CoPI ROT
Toegevoegde personen + taken
Op voorhand geen inzet van CoPI.
CoPI kan ingezet worden voor coördinatie van
uitvoeringstaken wanneer deze zich
aandienen.
NB: pas alarmeren wanneer inzet nodig of te
verwachten is.
Toegevoegde + Taken
Adviesrol voor NRG en CETns.
Liaison NRG.
GAGS.
Scenario’s uitwerken incl maatregelen (schuilen
en evacueren)
Bereikbaarheid
Mobiliteit: afzetten bedreigd gebied
Effecten/Impact incident
Maatschappelijke onrust ‘nucleair’.
Voorbereiden op hype in (social) media
politieke aandacht.
Voorbereiden op escalatie
Rekening houden met spontane evacuatie.
Bestrijding op OLP-terrein
Op basis van advies van
Bedrijfsvertegenwoordiger NRG, Site Safety
Officer JRC, stralingsdeskundige, MPL/AGS,
GAGS.
inzetgebied en prioriteitstelling bepalen.
Bestrijding
Inzicht verkrijgen in te verwachten tijdsverloop
(tijdlijn).
Bepalen mogelijk bedreigd gebied.
Advies inwinnen CETns en NRG/JRC.
Scenario-uitwerking / implicaties daarvan
Preparatie nafase; inschatten tijdsduur effecten
en herstel.
Voorbereiden opvang + vervoer minder
zelfredzamen voor het geval dat er moet worden
geëvacueerd en voorbereiden evacuatiebesluit.
Veiligheid van Hulpdiensten
Denk aan adequate informatie!
Coördinatie
Ontvangen adviezen / aanwijzingen (RBT)
omzetten in activiteiten voor te nemen (directe)
maatregelen.
Tijdsduur van het incident
Tijdsduur van het incident
Mogelijk langdurige inzet (denk om aflossing).
Voorlichting
Communicatie
Snel handelen!
Afstemmen met NRG/JRC en NCC.
Meertalige berichtgeving
Doelgroepen benoemen (o.a. actiegroepen)
Gebruik Communicatieplan, bijlage 8a.
Onderzoeksinstanties
n.v.t.
G/RBT GMK Dreiging en Emissie (2 blokken)
Liaison NRG
Oriënteren op netwerkpartners/ netwerkkaart
Check op juiste GRIP-fase
Communicatie in afstemming met NCC
Mogelijk langdurige inzet (denk om aflossing)
Bij incidenten rondom HFR en eventuele
dreiging van emissie: alarmeren OL en
afstemmen over in te zetten acties.
Bij P2000 gebruik: denk na over tekst!
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 41 van 66
Multi scenariokaart 8: Calamiteit HFR met directe emissie van een radioactieve wolk
Scenariobeschrijving
Indien (door bijvoorbeeld meteoriet-inslag of een ander voorwerp / oorzaak) de koepel van de HFR wordt
beschadigd met koepelbreuk als gevolg, zal emissie van radioactieve deeltjes plaats kunnen vinden.
Benedenwinds vormt zich een wolk met radioactieve deeltjes. Deze kan zich afhankelijk van bronsterkte
en weergesteldheid uitstrekken over enkele kilometers (besmetting te verwachten).
Specifieke aandachtspunten
Dit scenario is voornamelijk opgesteld voor de Gemeenschappelijke Meldkamer NHN ten behoeve van
een eenduidige alarmering en opschaling.
Beeldvorming
Onbekend en niet in te schatten effectgebied.
Maatschappelijke onrust in de omgeving en landelijk.
Mediahype.
Veiligheid van hulpverleners: advies bedrijfsvertegenwoordiger NRG, AGS en CETns. Denk aan veilige
referentiewaarden stralingsdoses voor hulpdiensten! (zie mono-instructies en -procedures)
Netwerkkaart
Doelgroepen
- verblijvers in
bedreigd
gebied
Crisispartners
- CETns
- Bedrijfsnoodorg.
NRG
- Bedrijfsnoodorg.
JRC
- NCC
- LOCC
Overig
- omgeving
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 42 van 66
CoPI ROT
Toegevoegde personen + taken
Bij alarmering is niet direct taak/opdracht te
benoemen.
Opkomen op uitgangsstelling buiten bedreigd gebied
(Brandweerkazerne Schagen).
Afwachten van taak / opdracht.
Toegevoegde personen + Taken
Adviesrol voor NRG en CETns (NRG m.n.
wanneer CETns nog niet operationeel is)
Liaison NRG / JRC
GAGS en AGS.
Effecten/ Impact incident
Als in scenario ‘dreigende emissie’, maar
dan heftiger vanwege acute aard.
Bestrijding
Initieel op ruime afstand blijven.
Bestrijding
1: Bepalen van het bedreigd gebied
2: ruim afzetten hiervan
3: afwegen inzet van directe maatregelen
en uitvoeren daarvan
inzicht verkrijgen in te verwachten verloop
(tijdlijn).
afgezet gebied: in eerste aanleg alleen
personen uit het gebied, niet erin. Wanneer
mogelijk scherper kaderen.
advies inwinnen NRG en CETns.
voorbereiden opvang + vervoer minder-
zelfredzamen voor het geval dat er moet
worden geëvacueerd, voorbereiden
evacuatiebesluit.
Veiligheid van Hulpdiensten
Benedenwindse opstelling op ruime afstand.
Coördinatie
Advisering directe maatregelen aan RBT;
combi met NRG/GAGS/AGS/CETns
Voorbereiden nafase in afstemming met
RBT:
o Starten nafase inspectie.
o Starten nafase gezondheid.
o Starten nafase gebied.
Tijdsduur van het incident
Langdurige inzet. Denk om aflossing.
Tijdsduur van het incident
Informatie van NRG / CETns
Voorlichting
voorlichting door VvD , in afstemming met
kwartiermaker en NCC
Crisiscommunicatie
Gelijk maximaal opschalen, met aandacht
voor rol NCC.
NL Alert-bericht voor afgezet gebied in
afstemming met GHOR en
Bevolkingszorg: ‘Naar binnen, deuren en
ramen sluiten’ en voor specifieker gebied:
‘woning verlaten en elders tijdelijke
huisvesting zoeken’.
RTV-NH (rampenzender) z.s.m. betrekken.
Zie voor verdere instructies
Communicatieplan, bijlage 8a. Stem af met
Communicatie NRG en JRC.
Voorgestelde maatregelen afstemmen met
OL/ROT.
Onderzoeksinstanties
Welke zijn te verwachten? Regel daarvoor één aanspreekpunt: ANVS, Onderzoeksraad voor Veiligheid,
ISZW.
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 43 van 66
RBT GMK
Liaison NRG / CETns
Informeren netwerkpartners.
Communicatie in afstemming met NCC.
Besluit nemen over directe maatregelen (aan de hand
van adviezen CETns / ROT/ NRG)
Rol BGM: boegbeeld & burgervader.
Voorbereiding rol burgemeester / voorzitter VR in
nafase.
primaire inschatting van het effectgebied :
benedenwinds / 5 km; eerste indicatie van
NRG.
eerste maatregel: ruim afzetten bedreigd
gebied (Meldkamer Politie) op basis van
werkkaart politie Mobiliteit.
crisiscommunicatie z.s.m. breed alarmeren
GRIP 2 - initieel,
vervolgens GRIP 4! na contact OL, die dit
heeft afgestemd met de voorzitter VR!
CoPI naar kazerne Schagen
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie publiek en zienswijze 22 december 2016 Pagina 44 van 66
Bijlagen
Overzicht bijlagen (behorend bij deel C én D)
Bijlage 1: Werkkaart Brandweer ............................................................................................................ 47
Bijlage 2: Werkprocedure meetplan ...................................................................................................... 50
Bijlage 3: Scenariokaart meetplanleider scenario 1; brand in radiologisch laboratorium ..................... 56
Bijlage 4: Scenariokaart meetplanleider scenario 3; Brand bij radiologisch transport ......................... 58
Bijlage 5: Scenariokaart meetplanleider scenariokaart 7; Dreigend ongeval Hoge flux Reactor .......... 60
Bijlage 6: Scenariokaart meetplanleider scenario 8; Calamiteit Hoge Flux Reactor ............................. 62
Bijlage 7: Werkkaart Bevolkingszorg, Operationeel ............................................................................. 64
Bijlage 8: Werkkaart Bevolkingszorg, Communicatie ............................................................................ 65
Bijlage 8a: Communicatieplan…………………………………………………………………………………67
Bijlage 9a: Overzicht inwoners per sector ............................................................................................. 96
Bijlage 9b: Plattegrond campings en bungalowparken ....................................................................... 100
Bijlage 9c: Plattegrond opstapplaatsen en bushaltes ......................................................................... 101
Bijlage 9d: plattegrond scholen peuterspeelzalen en BSO ................................................................. 102
Bijlage 9e: Plattegrond strandslagen ................................................................................................... 103
Bijlage 9f: Plattegrond hotels en bed & breakfast………………………………………………………… 104
Bijlage 10: Werkkaart GHOR............................................................................................................... 105
Bijlage 10a: Brief Afsprakenkader Ambulancezorg NHN – NRG ........................................................ 107
Bijlage 11: Werkkaart Politie - Mobiliteit .............................................................................................. 110
Bijlage 12: Werkkaart Gemeenschappelijke Meldkamer ..................................................................... 112
Bijlage 13: Plattegrond OLP ................................................................................................................ 116
Bijlage 14: Plattegrond inrichtingen OLP onderscheiden bedrijfsterreinen ......................................... 117
Bijlage 15: Toegankelijkheid OLP externe & interne poorten .............................................................. 118
Bijlage 16: Netwerkkaart NRG ............................................................................................................ 119
Overzicht bijlagen (uitsluitend behorend bij deel D, bijl. 23 ook Deel C)
Bijlage 17: Overzicht directe maatregelen emissie nucleaire wolk ..................................................... 123
Bijlage 17a: Evacuatie / ontruiming ..................................................................................................... 124
Bijlage 17b: Jodiumprofylaxe............................................................................................................... 125
Bijlage 17c: Schuilen ........................................................................................................................... 129
Bijlage 18: Werkkaart informatiemanagement bij stralings-ongevallen .............................................. 131
Bijlage 19: Bestuurlijke netwerkkaart .................................................................................................. 136
Bijlage 20: Toepasselijke wet- en regelgeving .................................................................................... 137
Bijlage 21: Afkortingenlijst ................................................................................................................... 138
Bijlage 22: Verspreidingslijst................................................................................................................ 140
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie 1.26, 22 november 2016 Pagina 45 van 66
Bijlage 9a: Overzicht inwoners per sector
Peildatum: 18 juli 2013 (EERSTE 3 KM): sector 1 t/m 8
Peildatum: 15-12-2014 (LAATSTE KM = 4): sector 9 t/m 16
Sector Straat en huisnummers Aantal inwoners Totaal
1 Westerduinweg 15 0 6
Westerduinweg 36 + 36a 4
Westerduinweg 38 2
2 Westerduinweg 5 t/m 5a 1 133
Westerduinweg 24 t/m 32 (alleen de even huisnummers) 11
Belkmerweg 83 t/m 101 (alleen de oneven huisnummers) 37
Zeeweg 2 + 4 11
Zeeweg 37 t/m 95 (alleen de oneven huisnummers) 18
Belkmerweg 101a t/m 115 (alleen de oneven
huisnummers)
31
Parallelweg 16, 17 + 18 3
Ruigeweg 87 t/m 93 (alleen de oneven huisnummers) 12
Ruigeweg 76a t/m 78 (alleen de even huisnummers) 9
3 Parallelweg 14 + 15 5 531
Belkmerweg 63a t/m 81 (alleen de oneven huisnummers) 44
Belkmerweg 50 t/m 74 (alleen de even huisnummers) 60
Zeeweg 1 t/m 35 (alleen de oneven huisnummers) 41
G. van der Sluijsstraat 1 t/m 5 (even + oneven
huisnummers)
8
Handelskade 1 t/m 9 ( even + oneven huisnummers) 27
Sint Maartensweg 2 4
Vermeerstraat 2 t/m 16 (alleen de even huisnummers) 14
Rijksweg 31 t/m 47 (alleen de oneven huisnummers) 15
Ruigeweg 27a t/m 85 (alleen de oneven huisnummers) 116
Ruigeweg 24 t/m 76 (alleen de even huisnummers) 21
Frans Halsstraat 2 t/m 16 (alleen de even huisnummers) 21
G. van der Sluijsstraat 7 t/m 34 (even + oneven
huisnummers)
37
Handelskade 10 0
Sint Maartensweg 1 t/m 7 (alleen de oneven huisnummers) 12
Sint Maartensweg 2 t/m 44 (alleen de even huisnummers) 56
Van Goghstraat 1 t/m 15 (alleen de oneven huisnummers) 22
Van Goghstraat 2 t/m 16 (alleen de even huisnummers) 9
Vermeerstraat 1 t/m 15 (alleen de oneven huisnummers) 19
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie 1.26, 22 november 2016 Pagina 46 van 66
4 Belkmerweg 35 t/m 63 (alleen de oneven huisnummers) 42 118
Belkmerweg 32 + 34 11
Westerduinweg 20 + 22 5
Parallelweg 11, 12 + 13 4
Belkmerweg 22 t/m 30 (alleen de even huisnummers) 11
Belkmerweg 27 t/m 33 (alleen de oneven huisnummers) 24
Ruigeweg 13 t/m 27 (alleen de oneven huisnummers) 17
Ruigeweg 22 4
5 Korfwaterweg 1 t/m 49 (alleen de oneven huisnummers) 35 1642
Korfwaterweg 2 t/m 40 (alleen de even huisnummers) 23
Westerduinweg 12 + 14 7
Ir van der Banstraat 1 t/m 15 (alleen de oneven
huisnummers)
19
Ir van der Banstraat 2 t/m 14 (alleen de even huisnummers) 12
JC Belisstraat 1 t/m 3 (alleen de oneven huisnummers) 7
JC Belisstraat 2 t/m 4 (alleen de even huisnummers) 2
Bergeendstraat 1 t/m 59 (alleen de oneven huisnummers) 75
Bergeendstraat 2 t/m 42 (alleen de even huisnummers) 56
Coppersdelle 1 t/m 35 (alleen de oneven huisnummers) 50
Coppersdelle 2 t/m 54 (alleen de even huisnummers) 81
Erikstraat 1 t/m 29 (alleen de oneven huisnummers) 26
Erikstraat 2 t/m 12 (alleen de even huisnummers) 11
De Fok 0
Meester Geensenweg 1 t/m 5 (alleen de oneven
huisnummers)
4
Meester Geensenweg 2 t/m 14 (alleen de even
huisnummers)
24
Hofstraat 1 t/m 5 (alleen de oneven huisnummers) 4
Hofstraat 2 1
Hondsbosschestraat 1 t/m 5 (alleen de oneven
huisnummers)
11
Hondsbosschestraat 2 t/m 6 (alleen de even huisnummers) 6
Jan van Gentstraat 1 t/m 37 (alleen de oneven
huisnummers)
42
Jan van Gentstraat 2 t/m 48 (alleen de even huisnummers) 52
Ketelduinweg 1 t/m 7 (alleen de oneven huisnummers) 16
Ketelduinweg 2 t/m 6 (alleen de even huisnummers) 2
Middelweg 1 t/m 13 (alleen de oneven huisnummers) 10
Middelweg 2 t/m 12 (alleen de even huisnummers) 11
Molenstraat 2 t/m 10 (alleen de even huisnummers) 7
Muiweg 1 t/m 13 (alleen de oneven huisnummers) 10
Muiweg 2 t/m 12 (alleen de even huisnummers) 10
Nevenpad 1 t/m 3 (alleen de oneven huisnummers) 2
Nevenpad 2 1
Noordhazedwarsdijk 2 2
Noordzeestraat 3 t/m 37 (alleen de oneven huisnummers) 47
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie 1.26, 22 november 2016 Pagina 47 van 66
Noordzeestraat 2 t/m 84 (alleen de even huisnummers) 81
Oostend 1 2
Pettemerweg 1 t/m 37 (alleen de oneven huisnummers) 53
Pettemerweg 2 t/m 4 (alleen de even huisnummers) 14
Plein 1945 1 t/m 33 (alleen de oneven huisnummers) 36
Plein 1945 2 t/m 26 (alleen de even huisnummers) 42
Schoolstraat 1 t/m 17 (alleen de oneven huisnummers) 22
Schoolstraat 2 t/m 16 (alleen de even huisnummers) 8
Singel 1 t/m 73 (alleen de oneven huisnummers) 64
Singel 2 t/m 64 (alleen de even huisnummers) 64
Sportweg 3 t/m 5 (alleen de oneven huisnummers) 0
Spreeuwendijk 1 t/m 3 (alleen de oneven huisnummers) 8
Spreeuwendijk 2 t/m 4 (alleen de even huisnummers) 6
Sternstraat 1 t/m 15 (alleen de oneven huisnummers) 29
Sternstraat 2 t/m 16 (alleen de even huisnummers) 26
Strandweg 1 t/m 3 (alleen de oneven huisnummers) 5
Strandweg 2 t/m 4 (alleen de even huisnummers) 0
Ir de Vassystraat 1 t/m 9 (alleen de oneven huisnummers) 7
Ir de Vassystraat 2 t/m 22 (alleen de even huisnummers) 18
Vliewint 1 t/m 71 (alleen de oneven huisnummers) 99
Vliewint 2 t/m 40 (alleen de even huisnummers) 53
Westerdelle 1 t/m 35 (alleen de oneven huisnummers) 48
Westerdelle 2 t/m 36 (alleen de even huisnummers) 49
Westerduinweg 1 t/m 3 (alleen de oneven huisnummers) 2
Westerduinweg 2 t/m 10 (alleen de even huisnummers) 24
Wilbertsdel 1 t/m 25 (alleen de oneven huisnummers) 35
Wilbertsdel 2 t/m 62 (alleen de even huisnummers) 93
Zeearendstraat 1 t/m 13 (alleen de oneven huisnummers) 17
Zeearendstraat 2 t/m 16 (alleen de even huisnummers) 11
Zuiderhazedwarsdijk 1 t/m 3 (alleen de oneven
huisnummers)
0
Zuiderhazedwarsdijk 2 t/m 6 (alleen de even huisnummers) 8
Zijperweg 1 t/m 23 (alleen de oneven huisnummers) 13
Zijperweg 2 t/m 54 (alleen de even huisnummers) 39
6 -- -- --
7 -- -- --
8 -- -- --
9 -- -- --
10 Parallelweg 19 2 79
Ruigeweg 95 t/m 105 11
Ruigeweg 82 t/m 84 6
Westerduinweg 40 4
Belkmerweg 117 t/m 133 27
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie 1.26, 22 november 2016 Pagina 48 van 66
Belkmerweg 114 t/m 118 15
Parallelweg 21 en 22 6
Ruigeweg 101 t/m 105 8
11 Grote Sloot 139 3 372
Grote Sloot 148 t/m 244 98
Grote Sloot 141 t/m 259 149
Sint Maartensweg 46 t/m 100 67
Sint Maartensweg 85 t/m 105 55
12 Parallelweg 7 t/m 23 9 100
Burgerweg 1 t/m 7 12
Burgerweg 2 t/m 8 14
Ruigeweg 1 t/m 11 11
Ruigeweg 4 t/m 10 14
Grote Sloot 101 t/m 139a 31
Grote Sloot 138 t/m 146 9
13 Leiweg 1 t/m 4 10 38
Belkmerweg 8 t/m 20a 9
Belkmerweg 9 t/m 25 19
14 -- -- --
15 -- -- --
16 -- -- --
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie 1.26, 22 november 2016 Pagina 49 van 66
Bijlage 9b: Plattegrond campings en bungalowparken
Peildatum 2014
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie 1.26, 22 november 2016 Pagina 50 van 66
Bijlage 9c: Plattegrond opstapplaatsen en bushaltes
Peildatum 2014
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie 1.26, 22 november 2016 Pagina 51 van 66
Bijlage 9d: plattegrond scholen peuterspeelzalen en BSO
Peildatum 2014
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie 1.26, 22 november 2016 Pagina 52 van 66
Bijlage 9e: Plattegrond strandslagen
Peildatum 2014
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie 1.26, 22 november 2016 Pagina 53 van 66
Bijlage 9f: Plattegrond hotels en bed & breakfast
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie 1.25, 22 november 2016 Pagina 54 van 66
Bijlage 17: Overzicht directe maatregelen emissie nucleaire wolk
Evacuatie
Evacuatie levert maximale bescherming wanneer de bevolking uit het gebied is verwijderd, voordat de
radioactieve wolk arriveert, maar ook in een latere fase kan evacuatie uitgevoerd worden.
Schuilen
Verblijf in gebouwen biedt een zekere bescherming, tegen externe bestraling en tegen het inademen
van radioactief besmette lucht. Hoe hoog deze bescherming precies is hangt van vele factoren af, maar
als ruwe vuistregel levert schuilen een dosisreductie op van ca. 50%. Langer dan 6 uur schuilen is
echter weinig zinvol, omdat de binnenlucht teveel besmet is geraakt.
Jodium profylaxe (zie ook bijlage 17b)
Bij een nucleair ongeval komen radioactieve jodiumisotopen vrij. Radioactief jodium wordt vooral bij
kinderen effectief door de schildklier opgenomen, wat kan leiden tot schildklierkanker. De
schildklierdosis kan vrijwel geheel vermeden worden door het tijdig innemen van stabiel jodium. Voor
dit plangebied geldt conform collegebesluit gemeente Schagen 11 oktober 2016, m.i.v. 1 november t.m.
31 november 2016 predistributie aan kinderen t.m. 18 jr., zwangere vrouwen, volwassenen tot en met
40 jr. (in afstemming met Ministerie VWS).
Jodium tabletten dienen te worden ingenomen wanneer het bevoegd gezag hiertoe opdracht geeft.
Voor meer informatie: ‘Predistributieplan jodiumprofylaxe (gemeente Schagen, VR NHN, GGD HN) d.d.
22 september 2016’.
Decontaminatie
Bij een ernstig kernongeval worden mensen en goederen besmet. Bij een opvangplaats zal er dus een
besmettingscontrole plaats moeten vinden en dient zo nodig decontaminatie plaats te vinden. De regie
op dit proces is onderdeel van brandweerzorg. Het team geneeskundige zorg ondersteunt hierin op het
gebied van gezondheidsaspecten.
Indirecte maatregelen
Vermijden van consumptie van besmet voedsel of drinkwater.
Graasverbod, sluiten van kassen, afvoeren en vernietiging besmette gewassen.
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie DB 12/12/ 2016 Pagina 55 van 66
Bijlage 17a: Evacuatie / ontruiming
Ontruiming
Onder ontruiming wordt verstaan: het gedwongen verplaatsen van de bevolking van een gebied en de
daaruit voortvloeiende afvoer, opvang, huisvesting en verzorging van bevolking en de daarmee
samenhangende registratie hiervan. Of vee meegenomen dient te worden, is afhankelijk van de
voorbereidingstijd die beschikbaar is.
Evacuatie
Onmiddellijke evacuatie. Als de situatie zo is dat de bevolking hoe dan ook weg moet uit het bedreigde
gebied, wordt de maatregel onmiddellijke evacuatie ingezet. Dit gebeurt bij voorkeur voordat de wolk
overtrekt, maar kan zelfs bij een langdurige lozing tijdens het overtrekken noodzakelijk worden geacht.
Vroege evacuatie: De evacuatie wordt uitgevoerd na het voorbijtrekken van een radioactieve wolk,
bijvoorbeeld omdat het interventieniveau is overschreden of omdat een in gang gezette evacuatie niet
tijdig kon worden voltooid.
Niet-urgente evacuatie: Niet-urgente evacuatie is aan de orde als de lozing voorbij is, maar uit
berekeningen en metingen een persistent hoog dosistempo blijkt door (met name) externe straling van
op de grond gedeponeerd materiaal.
Spontane evacuatie: De evacuatie vindt plaats op eigen initiatief van de bevolking, zonder dat daar een
beslissing van de overheid aan vooraf is gegaan. Hierbij kan politieoptreden zijn vereist om het verkeer
zoveel mogelijk te reguleren en de hulpdiensten te faciliteren.
Uitvoering (zie ook bijlage 9c – Opstapplaatsen)
Als de evacuatie op een gecoördineerde wijze uitgevoerd en voltooid kan worden vóór dat een mogelijke
lozing van radioactieve stoffen plaatsvindt, is evacuatie de meest effectieve beschermende maatregel.
Als de lozing van korte duur zal zijn of als het evacuatieproces niet tijdig kan worden afgerond waardoor
de bevolking (onbeschermd) blootgesteld kan worden aan ioniserende straling, kan de maatregel
schuilen effectiever zijn. De beslissing om te schuilen of te evacueren is afhankelijk van de situatie, de
verwachte duur van de lozing en het tijdsverloop van de evacuatie. Hierbij dient rekening gehouden te
worden met het feit dat de tijdsduur van een mogelijke lozing moeilijk te voorspellen is. De betrokken
operationele diensten zijn primair verantwoordelijk voor het managen en uitvoeren van de tactische en
operationele aspecten van een evacuatie.
Naar aanleiding van een stralingsongeval of –dreiging kan zal zeer waarschijnlijk een spontane
evacuatie ontstaan. Dit kan de gecoördineerde activiteiten voor de uitvoering van een evacuatie
(verkeerscontrole toe- en afvoer routes) en de controle op de algehele situatie belemmeren. Het kan
tevens tot een ongewenste blootstelling van het publiek aan ioniserende straling leiden. Via een goede
communicatie kan sturing van deze groep worden gegeven.
Indien evacuatie aan de orde is het te overwegen een (aan het ROT ondersteunend) team in te richten
dat evacuatie voorbereidt en begeleidt.
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie DB 12/12/ 2016 Pagina 56 van 66
Bijlage 17b: Jodiumprofylaxe
Wat is het
Bij het splijtingsproces in het reactorvat van een kernenergiecentrale ontstaan verschillende
radioactieve splijtingsproducten, waaronder radioactief jodium. Indien door een ongeval met de reactor
een lozing van splijtingsproducten optreedt zal (een deel) deze producten in de atmosfeer terechtkomen.
Hierbij vormt het vrijkomende jodium (I-131) de grootste stralingsbelasting. Het vrijgekomen radioactief
jodium zal via de luchtwegen en bloedsomloop in de schildklier worden opgenomen. Als gevolg van
opname van radioactief jodium kan de schilklier acuut uitvallen en/of na enkele tientallen jaren
schildklierkanker ontstaan.
Verzadiging van de schildklier met niet radioactief jodium wordt jodium profylaxe genoemd.
Doel
De gemeente heeft, net als VRNHN, een zorgplicht voor haar inwoners. Het doel van predistributie is
om de relevante doelgroepen vooraf, in de tijd dat er geen sprake is van een stralingsongeval of een
dreiging hiervan, van jodiumtabletten te voorzien. Mocht zich een stralingsongeval met de HFR als
brongebied voordoen (waarbij een radioactieve wolk vrijkomt, voornamelijk de stof radioactief jodium)
en de interventieniveaus worden overschreden, dan beschikt een groot deel van de mensen uit de
relevante doelgroepen reeds over de jodiumtabletten en kunnen ze deze tijdig innemen uitsluitend op
aangeven van de overheid via de hiervoor geschikte kanalen. De tijdige inname van jodiumtabletten
blokkeert de opname van radioactief jodium in de schildklier en levert daarmee een flinke reductie op
van de stralingsdosis van de schildklier. Dit geeft een aanzienlijke verlaging van de kans op het krijgen
van schildklierkanker. Het betreft een gezondheidskundige preventiemaatregel. Prédistributie van
jodium heeft in een straal van 4000 m rond het OLP-terrein plaatsgevonden.
Inzetten: wanneer
Het effect van de jodiumtabletten is afhankelijk van het moment van inname in relatie tot het tijdstip van
blootstelling aan het radioactief jodium.
Bij inname binnen 12 uur vóór de blootstelling verzadigt de schildklier en treedt een
vrijwel volledige blokkade van nieuw (radioactief) jodium op.
Inname binnen 6 uur na aanvang van de inhalatie van radioactief jodium kan nog een
dosisreductie van 50% opleveren.
Samenhang met andere maatregelen
De maatregel ‘schuilen’ wordt in ieder geval gecombineerd met jodiumprofylaxe.
Preparatiezone (pre)distributie jodiumprofylaxe
Het ministerie van Economische Zaken heeft in juli 2014 de nieuwe preparatiezones van de reactoren
in Nederland bepaald. Voor de HFR op de OLP geldt voor jodiumprofylaxe een preparatiezone van drie
kilometer (zone waarbinnen de overheid zich adequaat moet voorbereiden in geval van een ongeval),
net als voor de andere twee beschermende maatregelen (schuilen en evacueren). Omdat binnen een
straal van drie kilometer rondom de HFR niet alle omliggende bevolkingsconcentraties worden
meegenomen, is voor een straal van vier kilometer gekozen. Hierdoor worden er geen
bevolkingsconcentraties onnodig uitgesloten.
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie DB 12/12/ 2016 Pagina 57 van 66
Binnen deze straal van vier kilometer (lees: directe omgeving OLP) vallen:
circa 1.300 inwoners t/m 40 jaar in de kernen Petten, Sint Maartensvlotbrug, Sint
Maartensbrug, deels Burgerbrug en een klein deel van Schagerbrug;
geen zorginstellingen (betreft huidige situatie);
vijf basisscholen / kinderdagverblijven;
circa 50 recreatiebedrijven (campings, bungalowparken, kleinschalig kamperen en Bed-&-
Breakfast-verblijven) met wisselende bezetting;
twee hotels te Sint Maartensvlotbrug en Petten;
één AZC te Petten;
vier bedrijven (ECN, NRG, MM en JRC) op het OLP-terrein.
De preparatiezone van vier kilometer grenst aan geen van de vijf buurgemeenten van de gemeente Schagen (Den Helder, Hollands Kroon, Langedijk, Heerhugowaard en Bergen).
Doelgroepen
Om in aanmerking te komen voor verstrekking van jodiumtabletten dient men woonachtig of gevestigd
te zijn binnen een straal van vier kilometer rondom de HFR en te voldoen aan één van de onderstaande
uitgangspunten:
inwoner met een leeftijd t/m 40 jaar of zwanger;
onderneming met een langdurige logiesfunctie met gasten in de leeftijd t/m 40 jaar of
zwanger;
instelling met (een zorgfunctie voor) verminderd zelfredzamen in de leeftijd t/m 40 jaar of
zwanger;
organisatie vervult een rol in het RBP OLP.
Deze uitgangspunten leiden tot de volgende doelgroepen voor de predistributie:
inwoners t/m 40 jaar en alle zwangere vrouwen ongeacht de leeftijd (i.v.m. de schildklier van
het ongeboren kind);
zorginstellingen, basisscholen en kinderdagverblijven;
hotels, campings, bungalowparken en Bed-&-Breakfast-verblijven;
AZC;
werknemers van de vier bedrijven op de OLP;
hulpverleners.
Toelichting doelgroepen
Inwoners t/m 40 jaar en zwangere vrouwen (bron: brief minister van EZ d.d. juli 2014)
Inwoners die ouder zijn dan 40 jaar vallen buiten deze doelgroep, omdat er bij deze groep geen
verhoogd risico op schildklierkanker is aangetoond. Het innemen van jodiumtabletten brengt vanaf die
leeftijd risico’s met zich mee, omdat de gevoeligheid voor bijwerkingen van extra jodium met de leeftijd
toeneemt. Hierbij kan worden gedacht aan schildklierfunctiestoornissen. Daarom wordt door WHO het
innemen van jodiumtabletten door personen ouder dan 40 jaar ontraden. Onder de ‘inwoners’ worden
ook de seizoenarbeiders verstaan die bij de gemeente als woonachtig staan ingeschreven. Zwangere
vrouwen boven de 40 jaar komen in aanmerking voor jodiumprofylaxe vanwege het ongeboren kind.
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie DB 12/12/ 2016 Pagina 58 van 66
Zorginstellingen, basisscholen en kinderdagverblijven
Op dit moment bevinden zich geen zorginstellingen in de straal van vier kilometer rondom de HFR
voor bijvoorbeeld verstandelijk gehandicapten t/m 40 jaar. De basisscholen en kinderdagverblijven
worden aangemerkt als kwetsbare objecten, waarbij sprake is van verminderd zelfredzamen. Verder
dient er rekening te worden gehouden met de werknemers van deze instellingen die tijdens een
calamiteit zorg dragen voor deze doelgroep. Vanwege de verminderd zelfredzaamheid van de
kinderen ligt de verantwoordelijkheid voor nooddistributie (op aangeven van de overheid) bij de
zorginstelling, basisschool of kinderdagverblijf.
Hotels, campings, bungalowparken en Bed-&-Breakfast-verblijven
Deze objecten hebben een logiesfunctie en hier kunnen zowel jongeren, ouderen als zwangeren
verblijven. Daarnaast kenmerken deze objecten zich door een continue wisselende populatie
waardoor predistributie per individu niet reëel is. Tevens hebben we hierbij te maken met toeristen
vanuit het buitenland; door de taalbarrière ligt onjuist gebruik van de jodiumtabletten op de loer. Het is
aan te raden om bij deze objecten flyers met betrekking tot jodiumprofylaxe in verschillende talen
(zoals Nederlands, Duits en Engels) te hebben staan om in geval van een ongeval of dreiging uit te
kunnen delen. Vanuit ‘goed gastheerschap’ ligt de verantwoordelijkheid voor nooddistributie (op
aangeven van de overheid) bij het hotel, de camping, het bungalowpark en/of het Bed-&-Breakfast-
verblijf.
AZC
De bewoners van het AZC te Petten zijn ook inwoners van de kern Petten en dus van de gemeente
Schagen. In dit AZC zijn jongere-, oudere- en/of zwangere bewoners woonachtig. Vanwege de
continue wisselende populatie en de taalbarrière, is het niet reëel om de jodiumtabletten per individu
te verstrekken. De verantwoordelijkheid voor nooddistributie (op aangeven van de overheid) ligt bij het
AZC Petten.
Werknemers van de vier OLP-bedrijven
De werknemers van NRG en eventueel van de andere drie bedrijven op de OLP (te weten ECN,
Mallinckrodt en JRC) kunnen een cruciale rol vervullen bij het bestrijden van een calamiteit. Deze
bedrijven ontvangen daarom ook jodiumtabletten en zijn zelf verantwoordelijk voor het correcte
gebruik en beheer.
Hulpverleners
In geval van een stralingsongeval of een dreiging hiervan, zou het kunnen zijn dat hulpverleners in de
nabijheid van de OLP werkzaamheden dienen te verrichten. Naast beschermende kleding en andere
voorzieningen, is het ook voor de hulpverleners van belang dat zij over de jodiumtabletten kunnen
beschikken (in geval van overschrijden interventieniveaus). Er is voor gekozen om in alle ambulances
uit de regio Noord-Holland Noord minimaal drie doosjes jodiumtabletten te plaatsen. In geval van een
calamiteit zullen de ambulances worden gealarmeerd en ter plaatse gaan. Hiermee zullen de
desbetreffende hulpverleners tijdig van jodiumtabletten worden voorzien, zodat ze deze kunnen
innemen mocht dit nodig zijn.
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie DB 12/12/ 2016 Pagina 59 van 66
Geen prédistributie overige objecten
Restaurants, cafés, bedrijven, winkels, kantoren, strandpaviljoens / strandbezoekers komen niet in
aanmerking voor predistributie van jodiumtabletten. Deze objecten hebben geen logiesfunctie en de
bezoekers verblijven er slechts voor een korte tijd. Voor deze objecten geldt, uiteraard afhankelijk van
de aard en de omvang van het ongeval of de dreiging hiervan, de volgende aanpak: inzetten op zo
spoedig mogelijk evacueren (al dan niet sprake van spontane evacuatie: rekening houdend met de
windrichting en het effectgebied), bezoekers die in de buurt wonen en de jodiumtabletten thuis hebben
naar hun huis dirigeren en indien mogelijk toepassen nooddistributie (inzet van de noodvoorraden: zie
paragraaf 3.5) als blijkt dat schuilen een betere optie is. Het gaat hier dus om ad-hoc maatregelen
getroffen door de crisisorganisatie.
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie DB 12/12/ 2016 Pagina 60 van 66
Bijlage 17c: Schuilen
Wat is het
De maatregel die direct kan worden genomen bij een (dreigende) emissie is schuilen.
Schuilen vertoont grote overeenkomsten met het advies ‘blijf binnen, sluit ramen, deuren en ventilatie
en stem af op de rampenzender’.
Doel
Bij een kernongeval biedt verblijf in gebouwen een zekere mate van bescherming, zowel tegen externe
besmetting als tegen het inademen van radioactief besmette lucht. Hoe hoog de bescherming exact is,
hangt af van vele facetten.
Effectiviteit
Het daadwerkelijk schuilen kan uit diverse overwegingen niet langer effectief zijn dan maximaal 6 uur.
Dit betekent dat het tijdstip van het besluit tot schuilen moet worden genomen op een dusdanig moment
dat:
de maatregel nog uitvoerbaar is ten opzichte van het te verwachte moment van lozing;
de maatregel geëffectueerd is op het moment van lozing;
de maatregel geëffectueerd blijft tot het eind van de lozing (overtrekken radioactieve
wolk);
als de maatregel niet effectief is, bijvoorbeeld vanwege de emissie die langer duurt dan
6 uur, dan wil dat niet zeggen dat er altijd geëvacueerd dient te worden. Het
interventieniveau voor evacuatie hoeft nog niet bereikt te worden.
Voor en tegen
Bij het overtrekken van een radioactieve wolk zal de lucht in een afgesloten woning in
eerste instantie beduidend minder radioactief zijn, maar dit effect wordt gaandeweg
minder.
Hoe snel de radioactiviteit binnendringt hangt vooral af van het ventilatievoud van de
woning. Uit modelberekeningen blijkt dat de maatregel schuilen gedurende een
urenlange passage van een radioactieve wolk tot zo’n 50% reductie van de
inhalatiedosis leidt.
De daadwerkelijke bereidheid te gaan schuilen (en niet over te gaan tot spontane
evacuatie) is afhankelijk van de wijze waarop de bevolking (tevoren) is voorgelicht over
de effecten van deze maatregel en de mate van maatschappelijke onrust.
Aandachtspunten
Voor schuilen dienen de volgende aandachtpunten in ogenschouw te worden genomen:
effect van de maatregel gerelateerd aan de stralingssituatie;
tijdstip van ingaan maatregel en duur van de maatregel;
effectiviteit van de maatregel gerelateerd aan de op dat moment in de gemeente
aanwezig omstandigheden (jaargetijde, gevoelige aspecten, verkeersontwikkeling etc.);
eventueel noodzakelijke aanvullende maatregelen (openstellen verenigingsgebouwen,
sportzalen/-hallen etc.) ten behoeve van toeristen;
activiteiten en werkzaamheden die zich in de buitenomgeving afspelen (strandtoerisme,
festiviteiten, sportbeoefening, campingtoeristen en jachthavens).
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie DB 12/12/ 2016 Pagina 61 van 66
Intrekken
De maatregel kan worden ingetrokken als:
De radioactieve wolk is overgetrokken en er geen gevaar meer voor de gezondheid
bestaat;
Overgegaan wordt tot een repressieve evacuatie van een bepaald gebied;
De verwachte deposito niet heeft plaatsgevonden.
Na het overtrekken van de radioactieve wolk is het van belang om ramen en deuren zo snel mogelijk te
openen, om zo de besmette lucht snel uit de woning te verdrijven.
Relatie met jodium profylaxe
De maatregel schuilen wordt altijd uitgevoerd wanneer wordt besloten tot het gebruik van jodium
profylaxe.
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie DB 12/12/ 2016 Pagina 62 van 66
Bijlage 19: Bestuurlijke netwerkkaart
Bron: Bestuurlijke Netwerkkaarten IFV
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie DB 12/12/ 2016 Pagina 63 van 66
Bijlage 20: Toepasselijke wet- en regelgeving
Arbobesluit
Mallinckrodt Medical B.V. en JRC beschikken conform art. 2.5c lid van het Arbobesluit over een intern
bedrijfsnoodplan.
BRZO
ECN betreft een inrichting als bedoeld in artikel 8 van het Besluit risico’s zware ongevallen 2015 en is
lage drempel bedrijf. ECN beschikt over een bedrijfsnoodplan als bedoeld in het Besluit Risico’s en
Zware Ongevallen 2015 (bedrijfsnoodplan). Er bestaat geen verplichting tot het indienen van een
veiligheidsrapport en er is geen verplichtende brandweeraanwijzing voor ECN.
Kernenergiewet (KEW)
Op de nucleaire installaties van NRG is de Kernenergiewet van toepassing. In het kader van de
kernenergiewetvergunning heeft NRG een veiligheidsrapport opgesteld voor een zogenaamde grote
vergunning.
Wet & Besluit Veiligheidsregio’s
Op basis van art. 17 lid 1 Wet Veiligheidsregio is voor de OLP een rampbestrijdingsplan opgesteld.
Daarbij is NRG op basis van art. 31 Wet Veiligheidsregio’s aangewezen voor het hebben van een
bedrijfsbrandweer. Conform art. 16 Wet Veiligheidsregio beschikt VR NHN over een crisisplan. Dit
rampbestrijdingsplan sluit zoveel mogelijk aan op dit vastgestelde crisisplan.
Vergunningverleners en toezicht
De vergunningverlener van NRG is het ministerie van Infrastructuur & Milieu op basis van de
Kernenergiewet. De Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied is vergunningverlener van ECN. De
Regionale Uitvoeringsdienst Noord-Holland Noord verleent de milieuvergunningen voor Mallinckrodt
Medical B.V. en JRC. Voor deze bedrijven/inrichtingen geldt een zogenaamde kleine (KEW) vergunning.
De ANVS treedt op als de landelijke toezichthouder voor nucleaire installaties.
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie DB 12/12/ 2016 Pagina 64 van 66
Bijlage 21: Afkortingenlijst
Afkortingen
In onderstaande tabel worden de gebruikte afkortingen verklaard:
ANVS Autoriteit Nucleaire Veiligheid- en Stralingsbescherming
AT Adviesteam
AUI Alarmerings-, Uitruk- & Inzet- (procedures)
BAC Bedrijfsalarmcentrale(s) (BAC ECN, NRG, Mallinckrodt Medical B.V. & BAC Europese
Commissie/JRC)
BBRW Bedrijfsbrandweer (NRG)
BNP Bedrijfsnoodplan (bedrijven/inrichtingen OLP)
BNO Bedrijfsnoodorganisatie (voor ieder individueel bedrijf OLP)
BRZO Besluit Risico’s Zware Ongevallen
CaCo Calamiteiten Coördinator Gemeenschappelijke Meldkamer VR NHN
CETns Crisis Expert Team nucleair/straling
CoPI Commando Plaats Incident
DCC Departementaal Coördinatie Centrum
ECN Energieonderzoek Centrum Nederland
GBT Gemeentelijk Beleidsteam
GCO Gemeenschappelijk Centrum voor Onderzoek
GHOR Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de Regio
GRIP Gecoördineerde Regionale Incidentenbestrijdingsprocedure
HCL Hot Cell Laboratories
HFR Hoge Flux Reactor
ICCb Interdepartementale Commissie Crisisbeheersing
ILENT Inspectie Leefomgeving & Transport
INO 2.0 Intern Noodoverleg bedrijven en inrichtingen OLP: beeldvorming, afstemming & informatie-
uitwisseling bij (dreigende) bedrijf overschrijdende verstoringen of calamiteiten
JRC Joint Research Centre
KEW Kernenergiewet
LFR Lage Flux Reactor
LOCC Landelijk Operationeel Coördinatie Centrum
MCCb Ministeriele Commissie Crisisbeheersing
MM Mallinckrodt Medical B.V.
MPF Molybdeen Production Facility
mSv millisievert
NAP Normaal Amsterdams Peil
NCC Nationaal Crisiscentrum
NKC Nationaal Kernteam Communicatie
NPK Nationaal Plan Kernongevallenbestrijding
NRG Nuclear Research & consultancy Group
OL Operationeel Leider (ROT)
OLP Onderzoekslocatie Petten (verzamelnaam voor het inrichtingen/bedrijventerrein)
OvD Officier van Dienst
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie DB 12/12/ 2016 Pagina 65 van 66
OvD-
B/G/P/Bz
Officier van Dienst Brandweer / Geneeskundig / Politie / Bevolkingszorg
PBZO Preventie Beleid Zware Ongevallen
QRA Kwalitatieve risicoanalyse
RBT Regionaal Beleidsteam
ROT Regionaal Operationeel Team
RT Response Team ECN
SGBO Staf Grootschalig en Bijzonder Optreden (Politie)
VR-NHN Veiligheidsregio Noord-Holland Noord
Incident- & Rampbestrijdingsplan OLP, versie DB 12/12/ 2016 Pagina 66 van 66
Bijlage 22: Verspreidingslijst
Veiligheidsregio Noord-Holland Noord draagt zorg voor de in- en externe verspreiding van het
rampbestrijdingsplan. Daarnaast is het toegankelijk via de website van de gemeenten Schagen en het
intranet van VRNHN.
Verzending vindt plaats aan onderstaande organisaties, mede op basis van artikel 46 lid 1 WVr. Elke
organisatie ontvangt 1x een hardcopy van het plan + bijlagen. Ook wordt het digitaal ter beschikking
gesteld. De organisaties dragen zorg voor interne verspreiding:
Nationale Politie, regio Noord Holland (t.a.v. de Eenheidsleiding en hoofd CCB)
Bedrijven op het terrein van Onderzoeklocatie Petten:
o Energieonderzoek Centrum Nederland (ECN)
o Nuclear Research & consultancy Group (NRG)
o Joint Research Centre (JRC)
o Mallinckrodt Medical B.V.
Burgemeester gemeente Schagen
De voorzitter van de veiligheidsregio
Provincie Noord-Holland (t.a.v. de Commissaris der Koning)
Arrondissementsparket Noord-Holland (t.a.v. de Hoofdofficier van Justitie)
Ministerie van V&J (t.a.v. de Minister)
Ministerie van I&M (t.a.v. de Minister)
Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming (ANVS, t.a.v. de algemeen directeur)