Document

56
Foliolum JAARGANG XXII EDITIE II DECEMBER 2008 wat zijn vaccins en hoe werken ze? De antwoorden op de vragen Niet ziek op reis, maar een parasiet waar je thuis pas achter komt Ziek op reis: De bijkomstigheden van blaasontsteking op vakantie Dies thema nummer Reizigersziekten

description

http://www.psgroningen.nl/foliolum/december2008.pdf

Transcript of Document

Page 1: Document

FoliolumJAARGANG XXII EDITIE II DECEMBER 2008

UNIVERSITAIR CENTRUM VOOR FARMACIEG. F. S. V. “PHARMACIAE SACRUM”

Dr. S. Welling-Wester F. van Weelie A. Benaars

wat zijn vaccins en hoewerken ze?

De antwoorden op de vragen

Niet ziek op reis, maar eenparasiet waar je thuis pas

achter komt

Ziek op reis:De bijkomstigheden vanblaasontsteking op

vakantie

Dies thema nummer

Reizigersziekten

Page 2: Document

Mediq Apotheek, de landelijke apotheekformule van OPG,

stelt de kwaliteit van de zorg centraal. Nu, en in de

toekomst. Dat dit succes heeft, bewijst onze snelle groei.

Zoek jij een professionele én persoonlijke uitdaging?

Groei dan met ons mee!

Interesse? Neem contact op met de vacaturebank (030 – 282 14 90)

of stuur een mail naar [email protected]

www.mediq-apotheek.nl

Kom werken bij

Mediq Apotheek!

Page 3: Document

G. F. S. V. “Pharmaciae Sacrum” in samenwerkingmet het Universitair Centrum voor Farmacie

aan de Rijksuniversiteit Groningen

FoliolumJaargang XXII Editie II december 2008

Copyright 2008: Niets van deze uitgave mag worden verveelvuldigd en/of openbaar gemaakt wordendoor middel van druk, microfilm of welke andere wijze dan ook zonder toestemming van deRedactiecommissie der Foliolum.

RedactiecommissieIlse Dubbelboer

Casper van der HoevenGert SalentijnElien UitvlugtSjoukje PotijkLouis Keyzer

Ab-actiaatCasper van der Hoeven

Hoendiep 199718 TA Groningen

[email protected]

DrukkerijWeissenbach BV

Sneek

Oplage1100 stuks

En verder...

Redactioneel 04Praesespraat 05Voorwoord Diescommissie 07Infectieziekten tijdens de reis 13Promovendi 23Afgestudeerden 28Evaluatie cursussen 30STOF vs OC 32Mede mogelijk gemaakt door 33Onderzoek belicht 34Student in het buitenland 36Alumnus 39Alumnidag 41Eerstejaarsexcursie Suikerunie 42OPG eerstejaarsexcursie 43EJC-feest 44Voorstellen commissies 46Post-It 48PS-Agenda 49Harteloos 51

Puzzelpagina 52

Wat een UITKOMST 54

VaccinsDr. Sytske Welling-Wester legt uithoe vaccins gemaakt worden, hoe zewerken en welke verschillende soor-ten er zijn.

PatiëntverhaalDe medische zorg is overal andersen mensen komen niet altijd gezondterug van vakantie.

PatiëntverhaalWat er mis kan gaan bij een blaasonsteking, ook op gebied vanmedicatie.

Ziek op reisEr kan vanalles mis gaan op en voorde vakantie: waar moet je rekeningmee houden?

09

14

13

17

Page 4: Document

Geachte lezer,

Ik kan wel zeggen dat het maken van ons tweede nummer een hele reis was, met de nodige reizgersziekten. Maar uitein-delijk is het allemaal weer gelukt en ligt het tweede nummer nu voor u. Traditiegetrouw is er ook dit jaar besloten om hetnummer op het symposiumthema van de Dies te laten aansluiten. Het thema van het symposium zal grenzeloos zijn, waarons thema van reizergersziekten op inhaakt.

Elk jaar verheug ik mij enorm op de Dies. Het onthullen van het thema is altijd een leuk moment voor mij. Natuurlijk wistik het dit jaar wat eerder, doordat Maarten Mensink ons het thema niet kon onthouden. De praeses van de Diescommissiemoet natuurlijk een mooi voorwoord schrijven in het nummer dat om het thema van het symposium draait.Het thema van het symposium werd ons nog eerder verteld. Hoe konden we anders de schrijvers gaan zoeken? Voor onswas de onthullingsborrel niet meer zo spannend. Maar desalniettemin verheug ik me steeds meer op de Dies, waar wevanzelfsprekend weer een paar leuke dagen tegemoed gaan.

Vaccinaties zijn soms noodzakelijk als men op vakantie gaat, maar hoe werken vaccins en welke zijn er? Want natuurlijkzijn er veel meer vaccins dan alleen de reisvaccinaties. Dr. Sietske Welling-Westers legt uit hoe ze werken en hoe zegemaakt worden.Er zijn ditmaal twee patiëntverhalen: één zoals de meeste van ons die naar een ver land zijn afgereist misschien wel zullenherkennen en één met een wat minder bekend verhaal.Tot slot is er besloten om een artikel over ziekten op en tijdens de reis zelf te schrijven. Gert Salentijn en Louis Keyzerhebben een artikel geschreven over bijvoorbeeld blaren en jet-lags. De connectie zult u vanzelf tegenkomen in het artikel.

Natuurlijk bestaat het foliolum uit meerdere onderdelen. Zoals beloofd is er voor het eerst een klein verslag te lezen vande OC en het STOF. Hierin worden de ontwikkelingen binnen de opleidingen farmacie en farmaceutische wetenschappenkort besproken, zodat ook mensen die niet bij de STOF-vergaderingen en de ALV’s van P.S. aanwezig waren een kijkje krij-gen over het reien en zeilen van de studie.Natuurlijk is de column “mede mogelijk gemaakt door...” ook weer gevuld, deze keer door dr. Herman Woerdenbag, docenten wetenschappelijk coördinator voor de afdeling farmacie. De P.S.-activiteiten zijn weer onder de loep gelegd, met onder andere de eerstejaarsexcursie naar de Suikerunie en de OPG-eerstejaarsexcursie. Post-it is dit maal gespeeld met de EersteJaars Commissie 2008-2009, waardoor zij hopelijk heel watwijzer zijn geworden over het gaan en staan van P.S.Tonnis Jan en Pieter hebben weer ontzettend hun best gedaan om jullie uit de tent te lokken met hun column.Helaas zijn er ten tijde van schrijven nog geen reacties op de column ‘zelfmedicatie voor apothekers’ of oplossingen voorde puzzels binnen gekomen. Er is dus nog geen prijs uitgereikt. Reacties kunnen tot een maand na uitkomen van hetFoliolum gestuurd worden naar het email-aders vermeld bij de stukken. We houden u op de hoogte!

Namens de Redactiecommissie ‘08-’09

Ilse Dubbelboerh.t. praeses redactiecommissie

Between the lines

Redactiecommissie 2008-2009

Foliolum Jaargang XXII Ed II

04

v.l.n.r. Ilse Dubbelboer, Sjoukje Potijk, Louis Keyzer, Elien Uitvlugt, Gert Salentijn en Casper van der Hoeven

Page 5: Document

Geachte lezer,

Voor u ligt het tweede Foliolum van Redactiecommissie “Between the lines”. Dit nummer is traditiegetrouw het Dies-the-manummer en zal, aangezien het thema van het symposium Grenzeloos is, dit jaar in het teken staan van reizigers- eninfectieziekten. In een tijd waarin het mogelijk is elke plek ter wereld te bereiken, zijn deze ziekten een steeds bekenderfenomeen. De meest voorkomende reizigersziekte is diarree. Ook hepatitis A en B zijn voorbeelden van ziekten die jemakkelijk oploopt in verre oorden. Wat valt hier allemaal aan te doen? Het is algemeen bekend dat je anti-malariamidde-len moet slikken als je naar Afrika gaat. Voor reizen naar tropische gebieden zijn vaccinaties vaste prik. Maar welke vacci-naties zijn dit allemaal? En wat voor ziekten worden er ondanks alle voorzorgsmaatregelen geïmporteerd? Slechts twee vanvele vragen waar we hopelijk antwoord op krijgen in dit themanummer of op het symposium van de Dies Natalis op woens-dag 10 december.

Deze dag is de eerste van drie dagen waarop de 127e verjaardag van Pharmaciae Sacrum gevierd wordt. Na het symposiumvolgt de receptie, voor ons als bestuur één van de hoogtepunten van het jaar. De eerste dag wordt afgesloten met het open-ingsfeest. Op de tweede dag staat allereerst een sportieve activiteit, de buitendag, op het programma. ’s Avonds zullen deculturele avond en de almanakonthulling plaatsvinden. Het driedaagse evenement wordt traditiegetrouw afgesloten metde activiteit waar jaarlijks de meeste farmaceuten op af komen: het galabal, voorafgegaan door het galadiner.

De Dies markeert het punt waarop het bestuursjaar al weer halverwege is. De afgelopen tijd zijn wij druk geweest met eerstde Algemene Ledenvergadering in oktober, die massaal door eerste- en ouderejaars bezocht werd, en momenteel zijn wijdruk met de voorbereidingen voor de ALV in januari. Daarnaast hebben er eerstejaarsexcursies plaats gevonden, naar deSuikerunie en naar OPG Groothandel, is er een groots feest neergezet door de EJC ’07-’08 en hebben we vorige week meteen grote groep masterstudenten een bezoek gebracht aan Mosadex in Limburg. Na de Dies hebben we nog één groteactiviteit op het programma staan in dit kalenderjaar: de skireis naar Les Menuires. In januari van het nieuwe jaar gaat deEHBO-cursus weer van start en staat het eerste EJC-feest van de EJC ’08-’09 op het programma.

Rest mij nog u voor nu veel plezier te wensen bij het lezen van het tweede Foliolum van Redactiecommissie “Between the

lines”. Daarnaast hoop ik u allen te mogen begroeten op één van de activiteiten van de Dies Natalis om samen de 127e

verjaardag van Pharmaciae Sacrum groots te vieren.

Met vriendelijke groet,

Namens het 127e bestuur der G.F.S.V. “Pharmaciae Sacrum”,

Maarten Boonh.t. praeses

Boon

Praeses der G.F.S.V. “Pharmaciae Sacrum”

Foliolum Jaargang XXII Ed II

05

v.l.n.r. Sven de Krou, Mirjam Simoons, Maarten Boon, Astrid Horsels en Rogier Hilbers

Page 6: Document

Je weet pas wat je mist als

het er niet is

Inbraak, lekkage of brand. Het zal je verbazen hoe kostbaar je spullen dan blijken te zijn.Wij vergoeden de waarde.Zonder maximum.Afsluiten doe je via www.vvaa.nl/studeren.

VVAA studenten inboedelverzekering

Page 7: Document

Geachte lezer,

U leest nu in het decembernummer van het Foliolum, welke speciaal gewijd is aan het thema van het symposium dat zal

worden gehouden tijdens de Dies Natalis. Pharmaciae Sacrum viert dit jaar haar 127e Dies Natalis, een heugelijkegebeurtenis waarbij een groot feest hoort.

Het thema van de 127e Dies Natalis is “Loos”. De Dies Natalis is een veelzijdig evenement en daarom vonden wij het eengoed plan om iedere activiteit zijn eigen (sub)thema te geven. “Loos” is dan ook meer een kapstok waaraan de subthe-ma’s zijn opgehangen.

De eerste en belangrijkste activiteit van de Dies is het symposium. Het symposium draagt het thema “Grenzeloos, reizigersen infectieziekten”. Er zal gesproken gaan worden over de risico’s die er kleven aan het toegenomen reisgedrag van deNederlander. Men gaat tegenwoordig steeds vaker en verder op vakantie; dat is lang niet altijd zonder gevaar. Het onder-werp zal vanuit verscheidene hoeken worden belicht om een zo compleet mogelijk beeld te krijgen. In deze editie van hetFoliolum zal het het thema van het symposium behandeld worden.Na het symposium is het tijd voor de receptie, alwaar genodigden het bestuur traditioneel kunnen feliciteren onder hetgenot van jenever. Vervolgens is het tijd om voor het eerst echt “Loos” te gaan op het openingsfeest. Het thema van hetopeningsfeest is “Tijdloos -90’s”, haal dus je Nike Air Max en Australian uit de kast en gabber door tot in de kleine uurtjes! De buitendag zal dit jaar “genadeloos” zijn. We gaan naar de Hunting Valley om daar zes verschillende schietspellen tedoen. Als de agressie geloost is, is het tijd voor het tweede avondprogramma, de culturele avond. Op vrijdag 12 december, de echte Dies Natalis, zullen onze laatste activiteiten plaatsvinden. Een “grandi(l)oos” galadineren galabal. Hier kunt u een laatste keer “loos” gaan.

Tot slot wil ik het bestuur en alle leden van Pharmaciae Sacrum feliciteren met de 127e Dies Natalis van onze studieverenig-ing.

Ik wens u veel plezier bij het lezen van dit nummer en bij de viering van de 127e Dies Natalis.

Met vriendelijke groet,

Namens de 127e Diescommissie der G.F.S.V. “Pharmaciae Sacrum”

Maarten Mensinkh.t. Praeses

07

Foliolum Jaargang XXII Ed II

Mensink

Diescommissie 2008-2009

v.l.n.r. Meike van der Veen, Gwenny Verstappen, Maarten Mensink, Lars van der Wijk en Rik de Vries

Page 8: Document

INVESTEREN IN EEN BETERE KWALITEIT VAN LEVEN

Passie voor innovatie. Omdat een nieuw medicijn

het verschil kan maken in het leven van een patiënt.

Dat is al meer dan 100 jaar de drijfveer van MSD.

Met als resultaat een indrukwekkende reeks van

medicijnen en vaccins.

Ons werk is nooit af. Omdat innovatie niet stopt.

En omdat we iedere dag werken aan programma’s

om onze medicijnen overal ter wereld bij de

mensen te krijgen die ze nodig hebben.

Where patients come firstPostbus 581, 2003 PC Haarlem Telefoon: 023 - 515 31 53 Fax: 023 - 514 80 00

Het resultaat van jaren succesvol onderzoek:

Voor meer informatie: www.msd.nl

Baanbrekende medicijnen tegen HIV/AIDS,

astma, hart- en vaatziekten en diabetes

Het eerste vaccin tegen de belangrijkste

verwekkers van baarmoederhalskanker

Effectieve bestrijding van rivierblindheid

in Afrika en Latijns-Amerika

Toekomstige nieuwe medicijnen voor de

behandeling van kanker en alzheimer

Page 9: Document

het virusoppervlak voorkomen. Deze eiwitten, die alsvaccin dienen, worden uit de virusenvelop geëxtraheerden gezuiverd. Voor het hepatitis B-vaccin wordt hetoppervlakte-eiwit van het virus (het HBsAg) gebruikt alsvaccin. Het gen voor het HBsAg is hiervoor in de gistSaccharomyces cerevisiae gekloneerd en tot expressiegebracht. Het HBsAg wordt in het groeimedium uit-gescheiden en hieruit gezuiverd.

Naast antigenen bevatten vaccins een adjuvant. In demeeste humane vaccins is voor dit doel een alumini-umverbinding toegevoegd als adjuvant. Een adjuvantheeft verschillende functies, het is een stof die de aspecifieke immuunrespons stimuleert. Daarnaast zorgthet in veel gevallen voor een slow-release van de anti-genen naar het omringende weefsel. Aanvankelijk bevat-ten vaccins vaak ook het conserveringsmiddel thimeros-al. Tegenwoordig zijn de vaccins die kinderen toegediendkrijgen thimerosal-vrij.

Glas-in-lood raam met de afbeelding van Jenner waarbij hijpokkenvaccinatie toepast. Het raam werd door de De Ploegkunstenaar Johan Dijkstra ontworpen ter gelegenheid van deopening van het Medisch Microbiologisch Laboratoruim

Vaccinatie is gericht op preventie van infec-tieziekten en ook op de complicaties diemogelijk door infectieziekten veroorzaakt kun-nen worden. Vaccinatie is niet gericht op hetverhinderen van besmettingen en infecties,maar uitsluitend op het voorkomen van deziekteverschijnselen. Het woord vaccinatiestamt van het woord “vacca”, dat koe betekent.Pasteur (1822-1895) heeft deze naamgevingvoorgesteld als eerbewijs aan Jenner (1749-1823) die als eerste vaccineerde en demenselijke pokken bestreed door inentingenmet koepokken. Pokken met een mortaliteitvan 25% is uiteindelijk door gerichte vacci-natiecampagnes uitgeroeid. Vaccinatie heeftdoor de eeuwen heen een grote impact op devolksgezondheid gehad. Dankzij vaccinatie isde mortaliteit door infectieziekten sterkgedaald.

Waaruit bestaan vaccins?De klassieke virusvaccins bestaan uit levende, verzwak-te virussen of uit gedode/geïnactiveerde virussen, dieals antigeen dienen. Vaccins tegen bacteriële ziektenbestaan uit geïnactiveerd toxine (toxoïden) of uit poly-sachariden gebaseerd op het bacteriekapsel gekoppeldaan een dragereiwit. De levende, verzwakte vaccins zijnmeestal verkregen door herhaalde passage van het wild-type virus in celkweken of proefdieren totdat de virulenteeigenschappen verloren zijn gegaan. In sommigegevallen gaat verandering in virulentie samen met veran-derde fenotypische eigenschappen van een virusstam.Zo is bijvoorbeeld. bij de levende, verzwakte poliovirus-vaccinstam de temperatuur- en CO2-gevoeligheid een

goede graadmeter voor de virulentie. Het inactiveren van bacteriële toxines tot een toxoïdzoals dat voor het tetanusvaccin gebeurt, is al lange tijdbekend. Bij de polysacharidevaccins worden de suiker-ketens of van de bacteriewand geïsoleerd, of zoals bij demeer recente vaccins chemisch gesynthetiseerd. De suik-erketens, die alleen een T-cel onafhankelijke immuunre-spons genereren, zijn aan een dragereiwit gekoppeld omeen adequate memory-respons te geven. Daarnaast zijn er de vaccins waarbij slechts componen-ten van virussen als antigeen gebruikt worden. Dit wor-den subunit-vaccins genoemd. Het influenzavaccin iseen dergelijk vaccin. Het bestaat uit de eiwitten die op

09

Foliolum Jaargang XXII Ed II

Vaccins

Dr. Sytske Welling-Wester

Page 10: Document

stige redenen (aangeduid als de zogenaamde “bible-belt”) en uit antroposofische overtuiging. Daarnaast is ereen kleine groep weigeraars die ervan uitgaan dat afweeropgebouwd door een natuurlijke infectie effectiever isdan afweer verkregen door vaccinatie. Wetenschappelijkis dit echter nooit aangetoond. In Nederland worden ieder jaar rond de 2,1 miljoen vac-cinaties gegeven waarbij ongeveer 1500 meldingen vanmogelijk ernstige bijwerkingen worden gemeld. HetNederlands vaccin instituut (NVI) doet onderzoek naarde gemelde bijwerkingen van de eigen DTP- en BMR-vac-cins. Met de uitkomsten kan de informatie in de bijsluiteraangepast worden. Milde bijwerkingen zoals lokaleroodheid, spierpijn op de plaats van de injectie, hui-lerigheid en hangerigheid zijn algemeen en treden inongeveer de helft van de gevallen op.

In vergelijking met andere Europeselanden heeft Nederland een hoge

vaccinatiegraad.

Het vaccinatiebeleid, inclusief welke vaccins wordenopgenomen in het RVP, is een landelijk beleid en wordtdoor de minister van VWS bepaald op advies van deGezondheidsraad. Vaccins worden toegelaten conformde Wet op de Geneesmiddelenvoorziening. De afdelingBureau Uitvoering Programma’s van het RIVM is verant-woordelijk voor de aansturing van landelijke program-ma’s, waaronder het RVP. In de meeste gevallen wordenzuigelingen ingeënt op de consultatiebureaus, dieonderdeel zijn van de thuiszorg. Inentingen vanschoolkinderen vindt meestal plaats bij de GGD’s. Deinspectie van de Gezondheidszorg is belast met hettoezicht op de uitvoering. De vaccinaties die worden aan-bevolen, zijn min of meer gelijk voor de Europese landen.In enkele landen worden hepatitis B-vaccinatie voor degehele bevolking aanbevolen. Sommige Europese lan-den hebben een vaccinatieplicht.

SYTSKE WELLING-WESTER studeerde biologie aan de RijksuniversiteitGroningen. Ze promoveerde aan de FaculteitGeneeskunde oponderzoek aan eiwit-ten van herpes simplexvirus type 1 aanwezigop de membraan vangeïnfecteerde cellen. Naast haar onderzoekaan de eiwitten vanherpes simplex virus-sen is ze betrokken bijhet onderwijs aan stu-denten in de biomedi-sche richtingen. Ze isals UHD werkzaam bijde afdeling MedischeMicrobiologie.

Reizigersziekten

Foliolum Jaargang XXII Ed II

De werking van vaccinsDe mogelijkheid om door middel van vaccinatie d.w.z.immunisatie met verzwakte, of geïnactiveerde micro-organismen, of componenten, of producten daarvan eeninfectieziekte te voorkomen heeft een lange geschiede-

nis achter de rug, die in Europa aan het eind van de 18e

eeuw begonnen is.

Vaccinatie werd reeds lang toegepastzonder dat men enig inzicht had in de

achterliggende immunologie.

De werking van een vaccin berust op het opwekken vaneen immuunrespons met geheugencellen. Bij de injec-ties met een vaccin zal meestal op de plaats van de injec-tie een ontstekingsreactie op gang komen.Antigeenpresenterende cellen, zoals macrofagen, zullenhet antigeen aanwezig in het vaccinpreparaat opnemenen presenteren aan T-helper cellen. Een voor het vacci-nantigeen specifieke immuunrepons zal volgen met deproductie van specifieke cytotoxische T-lymfocyten(CTLs), specifieke antilichamen en specifieke memory-cellen. Wanneer een gevaccineerd persoon vervolgens incontact komt met het betreffende micro-organismewaartegen gevaccineerd is zal een memory-responsoptreden. Immers wat antigene samenstelling betreft ishet betreffende micro-organisme identiek aan of sterkgelijkend op het vaccinantigeen. Deze memory-responsdie optreedt, is sneller, specifieker en sterker dan de oor-spronkelijke primaire respons. Doordat deze memory-respons in vele gevallen sneller is dan de replicatie vanhet betreffende micro-organisme zullen ziekteverschi-jnselen uitblijven. De infectie met het micro-organismedient als een booster voor de al aanwezige specifiekeimmuuncellen verkregen na de vaccinatie. Bij infec-tieziekten met een lange incubatietijd zoals hepatitis Ben rabies kan vaak kort na besmetting nog gevaccineerdworden. Bijna altijd wordt dan naast de vaccinatie,passieve immunisatie toegepast, d.i. toediening vanspecifieke immuunglobinen als onmiddelijkebescherming. Het hoeft verder geen betoog dat dit nietde ideale gang van zaken is.

Het Nederlandse beleidIn Nederland worden kinderen gevaccineerd volgens hetrijksvaccinatieprogramma (RVP). Dit programma isingesteld in 1957 en wordt regelmatig op grond vannieuwe inzichten bijgesteld. De vaccinaties zijn gratis enworden betaald uit de AWBZ. Het budget voor het RVPwas in 2005 ongeveer 60 miljoen euro. Vaccineren vanzuigelingen blijkt een gunstige verhouding tussenkosten en baten te hebben. Nederland kent geen vaccinatieplicht. Desondanks laateen hoog percentage ouders (rond 95%) de kinderenvaccineren. Bij een voldoende hoge vaccinatiegraad vande bevolking treedt er zgn. “kudde-immuniteit” (herdimmunity) op, waarbij één ziektegeval niet tot een epi-demie kan leiden, omdat er niet genoeg vatbare person-en voorkomen om de ziekte verder te verspreiden.Vaccinatie wordt voornamelijk geweigerd om godsdien-

10

Page 11: Document

Een ander voorbeeld is de hepatitis B-vaccinatie.Personen werkzaam in de gezondheidszorg, wordt gead-viseerd zich tegen hepatitis B te laten vaccineren. Voorsommige medische specialismen geldt als aanstelling-seis een adequate bescherming tegen hepatitis B.

De reizigervaccinaties.Reizen brengt risico’s met zich mee op infectieziektendie niet in Nederland voorkomen. Voor reizigers naar lan-den waar gele koorts heerst is een gele koorts- vaccinatieverplicht. Omgekeerd zijn personen, die uit gebiedenmet gele koorts komen, verplicht zich te laten vaccinerenbij bezoek aan een gele koorts-vrij land. In het algemeenwordt een DTP-, een hepatitis A, een buiktyfus encholera-vaccinatie afhankelijk van het reisdoel aanbev-olen. Daarnaast kunnen afhankelijk van de verblijfsduur,het te bezoeken land, en andere specifiekeomstandigheden nog andere vaccinaties aanbevolenworden. Voor sommige gebieden heeft men specifiekeaanvullende reizigervaccinaties nodig. Welke vaccinatiesvereist zijn en/of aanbevolen worden voor de verschil-lende gebieden is te vinden op de website van hetLandelijk Coördinatiecentrum Reizigeradvisering.

Sommige ziekenhuizen en verpleegte-huizen vaccineren personeel op

vrijwillige basis tegen influenza terbescherming van de patiënten.

Een aantal vaccins zoals het varicellavaccin tegen water-pokken en gordelroos, het rotavirusvaccin tegen darmin-fecties bij kleine kinderen worden elders al toegepastmaar nog niet in Nederland.

De toekomstTot slot de vraag: welke nieuwe vaccins zijn er nodig enwat zijn de ontwikkelingen op vaccingebied?Wat ziekten betreft wordt als eerste gedacht aan malariawaarvoor gezien het aantal personen dat eraan lijdt drin-gend een vaccin nodig is. Daarnaast zijn er nog tal vanandere ziekten, zoals b.v. dengue, Neisseria meningitisB infecties, AIDS, cytomegalie, hepatitis C, respiratoir

In Tabel 1 is aangegeven welke vaccins aan zuigelingenworden gegeven via het RVP. Niet in de Tabel is opgenomen de hepatitis B-vaccinatie,die wordt gegeven aan kinderen van draagsters van hethepatitis B-virus, kinderen waarvan de ouders uit eengebied komen waar hepatitis B endemisch is enkinderen met het syndroom van Down. Kinderen vanHBV-draagsters worden bij de geboorte passief geïmmu-niseerd en vervolgens gevaccineerd. De eerste hepatitisB-vaccinatie bij zuigelingen wordt gegeven op eenleefdtijd van 6-9 weken. Daarna volgen booster-injectiesop 2, 3, 4, en 11 maanden. De antigene bestanddelen van de RVP-vaccins zijn:- het DKTP vaccin bestaande uit diferie-toxoïd, acellulairkinkhoestvaccin (een extract uit de kinkhoestbacterie),tetanus-toxoïd en geïnactiveerd poliovirus.

- het Hib-vaccin bestaande uit een conjugaatvaccin waarbij de gesynthetiseerde polysacharide-ketens gebaseerd zijn op het Haemophilus influenzae type b kapseltype en gekoppeld zijn aan een dragereiwit.

- Het Pneu-vaccin (tegen Streptococcus pneumoniae); ditis eveneens een synthetisch conjugaat- vaccin en gebaseerd op 7 verschillende kapseltypen.

- Het BMR-vaccin bestaande uit levende, verzwakte bof, mazelen- en rubella-virussen.

- Het MenC-vaccin; dit is een synthetisch conjugaatvaccin waarbij de polysacharideketen gebaseerd is op hetkapsel van Neisseria meningitidis type C.

- Het HPV-vaccin bestaande uit L1-eiwitten van humaan papillomavirussen. Afhankelijk van het commerciële vaccinpreparaat zijn L1-eiwitten van meerdere HPV-typen in het preparaat aanwezig.

Tabel 1. Rijksvaccinatieprogramma, schema per kind in 2008

*, -DKTP- tegen difterie, kinkhoest, tetanus, en polio Hib,tegen de ziekte door Haemophilus influenzae type b

- Pneu- tegen pneumokokkenziekte, zoals meningitis, sepsis en pneumonie

- BMR, tegen bof, mazelen en rubella- MenC, tegen meningokokken C ziekte, zoals meningitis

- HPV, humaan papillomavirus (veroorzaker van cervixcarcinoom)

Overige vaccinsNaast de vaccins die in het RVP zijn opgenomen, zijn ervaccins, die voor specifieke groepen in Nederland wor-den toegepast. Een bekend voorbeeld is de jaarlijkseinfluenza(griep)vaccinatie. Hiervoor komen in aanmerk-ing personen ouder dan 60 jaar, patiënten met aan-doeningen van hart, longen en nieren, evenals diabetici.

Reizigersziekten

Foliolum Jaargang XXII Ed II

Leeftijd Vaccinatie *

2 maanden DKTP-HIB-1 + Pneu-1

3 maanden DKTP-HIB-2 + Pneu-2

4 maanden DKTP-HIB-3 + Pneu-3

11 maanden DKTP-HIB-4 + Pneu-4

14 maanden BMR-1 + MenC

4 jaar DKTP-5

9 jaar DKTP-6 + BMR-2

11 jaar (meisjes HPV (Vanaf sep 2009)

11

Page 12: Document

syncytieel virusinfecties, West Nile, die grote delen vande wereldbevolking treffen, die gebaat zouden zijn bijeen vaccin. Naast preventieve vaccins zoals die voor de infectieziek-ten gebruikt worden, wordt ook onderzoek gedaan naartherapeutische vaccins. Dit zijn vaccins die een ziek-teproces terugdraaien en zieke patiënten mogelijk doengenezen. Met name onderzoek wordt gedaan naar vac-cins tegen oncologische- en chronische aandoeningen. Het is gebruikelijk dat een vaccin, behalve de antigenecomponenten van een ziekteverwekker, ook een adju-vant bevat om de aspecifieke immuunrespons te stim-uleren. Belangrijk is ook het onderzoek naar nieuweadjuvantia. Het inzicht dat de laatste jaren verkregen isin het functioneren van het aspecifieke immuunsysteembiedt hiervoor goede mogelijkheden. De opkomst van de moleculaire biologie heeft ook voorvaccinontwikkeling uitbreiding van de bestaande endaarnaast tal van nieuwe mogelijkheden geopend. Subunit-vaccins. Voor de klassieke subunits-vaccinswerden de antigene componenten nog uit bacteriën envirussen geïsoleerd. Met de mogelijkheid om het genvoor antigene viruseiwitten te kloneren zijn ook demogelijkheden voor het produceren van subunit-vaccinsvergroot. Voorbeelden hiervan zijn het huidige hepatitisB-vaccin en het HPV-vaccin. Deze toepassings-mogelijkheden worden ook onderzocht voor talrijkenieuw te ontwikkelen vaccins.

Vector-vaccins. Een andere benadering zijn de recombi-nante vector-vaccins. Hierbij wordt het gen van het eiwitwaartegen immuniteit verkregen moet worden gek-loneerd in een ander niet-schadelijk micro-organisme.Dit kan een virus of een bacterie zijn. Deze wordengebruikt als vector of als drager voor het “vaccin-gen” enzorgen ervoor dat het betreffende gen in het lichaamterechtkomt. In het lichaam zal het eiwit geproduceerdworden en er zal een immuunrespons tegen het betref-fende eiwit opgewekt worden. Geliefd als carrier zijn hetadenovirus, het kanariepokkenvirus en een gemodi-ficeerde Salmonella-bacterie. DNA-vaccins. Hier wordt geen gebruik gemaakt van eenvector als “delivery systeem” maar wordt het gen van hetantigene eiwit via een speciale techniek geïnjecteerd inspierweefsel. Het DNA zal tot expressie gebracht wordenen tegen het geproduceerde eiwit zal een immuunre-spons opgebouwd worden.

De combinatie van de huidige moleculaire DNA-tech-nieken samen met de toenemende immunologische ken-nis zijn goede uitgangspunten voor de ontwikkeling vannieuwe vaccins.

Reizigersziekten

Foliolum Jaargang XXII Ed II

Literatuur:1.www.rivm.nl/rvp, geeft informatie over vaccinatie inNederland

2.www.reizigersvaccinatie.nl/landeninformatie.htm,informatie over vaccinaties voor reizigers

3.www.travelclinic.com,Havenziekenhuis Rotterdam, reizigersvaccinaties

4.www.rivm.nl/cib/infectieziekten/htm, informatie overinfectieziekten

5.www.hepatitis.nl, informatie over hepatitis B virus(HBV) infecties, risicogroepen, en HBV vaccinatie

6.www.gezondheidsraad.nl, adviezen aan de minister7.www.vaccinatieschade.nl, Stichting vaccinatieschade,platform van ouders

8.www.nvkp.nl, Nederlandse Vereniging Kritisch Prikken

9.www.who.int/ith/vaccines/en/, World HealthOrganisation, routine vaccines and travel vaccines

10. www.cdc.gov/az.do, Centre for Disease ControlAtlanta, brede informatie over infectieziekten, toege-spitst op de Amerikaanse situatie

12

Page 13: Document

Infectieziekten tijdens de reis

Drs. H. SprengerInternist-infectioloog aan het UMCG

Foliolum Jaargang XXII Ed II

13

Tijdens reizen staat men aan allerlei gevarenbloot. Vooral reizen naar ontwikkelinglandenbrengen risico’s met zich mee. Hoewel ‘gewo-ne’ risico’s zoals verkeersongelukken daarvaneen substantieel onderdeel vormen, zijn hetook vaak infecties waar men mee te makenkrijgt. Het is belangrijk daar goed over geïnformeerdte zijn, omdat een aantal, ook voor gezondemensen, levensbedreigend kunnen zijn.

De kansen op het oplopen van infecties verschillen perregio en binnen regio’s verschillen die ook weer. Zo zijnfactoren als klimaat, tijd van het jaar, de hoogte waaropmen verblijft en omstandigheden waaronder men leeftvan invloed. Het is gelukkig mogelijk een groot deel van de gezond-heidsrisico’s op reis te beperken. Daartoe is het essenti-eel zich tevoren goed te laten informeren over preventie-ve maatregelen die op velerlei gebied daartegen geno-men kunnen (soms verplicht, zoals gele koorts vaccina-tie) worden. In Nederland wordt deze informatie verstrekt doorGGD’s, speciale reizigersadvies- en vaccinatiebureaus enin sommige steden door Travel Health Clinics ofTropencentra. De adviezen van deze instellingen wordencentraal aangestuurd door het Landelijk CoördinatieCentrum Reizigersadvisering (LCR, www.lcr.nl).

Besprekingen van ziekten die men op reis kan oplopenkan men op verschillende wijzen indelen. Hierondervolgt een overzicht van een aantal van deze infectieziek-ten die men kan oplopen, geselecteerd op ernst van ziek-tegevolgen en op frequentie van voorkomen. Een inde-ling is gemaakt op basis van wijze van overdracht. Hetoverzicht is echter vanzelfsprekend verre van volledig.Vrij uitvoerig wordt aandacht besteed aan malaria, aan-gezien dit de meest gevaarlijke aandoening kan zijn

Veel van de ziekten die men op reis kan opdoenworden overgebracht door geleedpotigen (vec-toren). 1. Ziekten overgebracht door muskieten.Tijdens de reis kunnen zich allerlei klachten voordoen.Ongeveer 3% van de internationale reizigers krijgt gedu-rende korte periodes koorts. Het optreden hiervan ver-eist onmiddellijke aandacht. Daarbij moet in endemi-

sche gebieden in eerste instantie aan malaria gedachtworden, als meest belangrijke oorzaak van koorts. Malaria (afgeleid van het Italiaanse mal aria = slechtelucht, omdat vroeger gedacht werd dat de lucht bij demoerassen de ziekte overbracht) is een ziekte die wordtveroorzaakt door eencellige parasieten van de soortPlasmodium. Zij worden overgebracht door muggen. Hetzijn de vrouwtjes van deze malariamuggen die door ste-ken de malariaparasieten overdragen. Dat steken doenze vooral ’s nachts. Bij mensen zijn er 3 vormen vanmalaria die door 4 soorten parasieten worden veroor-zaakt. Plasmodium falciparum veroorzaakt de gevaarlijke vormvan malaria, malaria tropica, een ziekte die in korte tijddodelijk kan zijn. De ander malariaparasieten veroorza-ken de goedaardige vormen van malaria. P. vivax en P.ovale veroorzaken malaria tertiana, ook ander- of derde-daagse koorts genoemd. P. malariae veroorzaakt malariaquartana, de vierdedaagse koorts. Voor de volledigheidmoet opgemerkt worden dat er nog een vijfde malariapa-rasiet bekend is, P. knowlesi die voornamelijk in apenvoorkomt, maar in Zuidoos-Azië soms ook bij mensen

ziekte veroorzaakt.

Dunne bloeduitstrijk met Plamodium falciparum in erytrocyten.Foto Lab Bijzondere hematologie UMCG

De malariaparasieten infecteren na een kort verblijf in delever de erytrocyten. P. falciparum kan alle erytrocyten-stadia infecteren. Daardoor kan de besmettingsgraadvan de erytrocyten zeer hoog worden. De andere vormenkunnen alleen jonge dan wel oude erytrocyten infecte-ren, waardoor het percentage geïnfecteerde erytrocytenbeneden de 2% blijft. De meeste infecties door P. falci-parum worden in Afrika ten zuiden van de Sahara opge-lopen. De andere malariavormen komen meer voor inZuid-Amerika en Azië. Infectie door P. falciparum treedtop binnen 4 weken na terugkeer uit een endemischgebied. De andere parasieten kunnen in zogenaamdeslapende vorm in het lichaam aanwezig blijven, waar-door ziekte zich ook nog tot een aantal jaren na terugkeeruit een endemisch gebied kan manifesteren.

Page 14: Document

Dengue (knokkelkoorts) is een virusziekte. Het viruswordt overgebracht door muggen, onder andere door detijgermug. Dengue is een opkomende ziekte in dewereld. in tegenstelling tot de malariamug steekt dezevector overdag en komt hij meer in rurale gebieden voor.De ziekte komt vooral voor in Zuidoost-Azië en hetCaribisch gebied. Er zijn 4 serotypen van hetDenguevirus bekend. De eerste keer dat iemand besmetraakt wordt hij meestal niet zo ernstig ziek. Vindt een vol-gende infectie plaats met een ander serotype dan kaneen zeer ernstige infectie optreden met verschijnselenvan shock.

Chikungunya, eveneens een virusziekte, komt de laatstejaren meer voor en wordt ook overgebracht door muggen,onder andere door de tijgermug. Het betreft meestal eengoedaardig verlopende ziekte en komt voor in Afrika enAzië, maar is recent (onder invloed van klimaatfactoren?)ook in Italië gesignaleerd.

De tijgermug, overbrenger van onder andere. het Dengue virus

en het Chikungunya virus.

2. Ziekten overgebracht door tekenTeken als overbrenger van ziekten zijn in Nederlandbekend van de ziekte van Lyme. Deze ziekte wordt ver-oorzaakt door de bacterie Borrelia burgdorferi. Elders inde wereld kunnen teken ook een ander speciaal soortbacterieziekten overdragen, de rickettsiosen. Bij eenaantal van deze ziekten is ter plaatse van de tekenbeetvaak een roodheid met een zwarte korst zichtbaar, dezogenaamde eschar of tache noire. In Zuid-Europa en Afrika komt mediterranaen spottedfever of fièvre boutonneuse voor, veroorzaakt doorRickettsia conorii en overgebracht door de bruine hon-denteek. Daarnaast komt in zuidelijk Afrika ook deAfrikaanse tekenkoorts voor, veroorzaakt door R.africae.Afgezien dat hierbij vaak meerdere teken tegelijk aanval-len (en dus meerdere eschars zichtbaar kunnen zijn) lijkthet ziektebeeld enigszins op fièvre boutonneuse. Beiderickettsiosen, vooral de Afrikaanse tekenkoorts, hebbenover het algemeen een goedaardig beloop. In de V.S. komt Rocky Mountain spotted fever voor, ver-oorzaakt door R. rickettsi. Dit is een ernstig ziektebeeld,dat onbehandeld een mortaliteit heeft van 20-25%.Rickettsiosen kunnen goed behandeld worden met eenkorte kuur antibiotica, zoals doxycycline. Teken kunnen ook virusziekten overbrengen. In Centraal-Europa komt teken-encepahalitis voor een ziektebeeld

De diagnose wordt gesteld door onderzoek van eenbloeduitstrijk en een dikke druppel. Daarbij is de dikkedruppel een concentratiemethode, waarvan de sensitivi-teit hoger is dan van de bloeduitstrijk. Het laboratoriumdient een typering, evenals een percentage van het aan-tal geïnfecteerde erytrocyten af te geven. Beide zijn mak-kelijker in de bloeduitstrijk uit te voeren.

Dikke druppel (erytrocyten kapotgemaakt) waarin zich P.ovale

parasieten bevinden. Foto Lab Bijzondere Hematologie UMCG

Vanwege de potentieel ernstige gevolgen van malariadient men zich daartegen te beschermen. De maatrege-len bestaan uit muggenwerende maatregelen en chem-oprofylaxe. Muggenwerende maatregelen zijn het dragenvan kleding met lange mouwen en lange broeken, even-als het toepassen van insectenwerende middelen.Hiertoe kan men de onbedekte huid insmeren met diëthyltoluamide (DEET). Verder kan men muskietennet-ten gebruiken die geïmpregneerd zijn met permethrine ofdeltamethrine. Het belangrijkste doel van de chemoprofylaxe isbescherming tegen de ernstig verlopende malaria tropi-ca. Bij zowel de chemoprofylaxe als de behandeling vanmalaria doet zich het probleem van resistentie voor. Ditbetreft vooral resistentie van P. falciparum tegen meer-dere middelen. Zoals hierboven vermeld doen ernstige complicaties zichalleen voor bij de malaria tropica. Bij de ernstige vormdaarvan (klinisch zeer ziek, of parasitemiegraad > 2-5%)dient altijd ziekenhuisopname plaats te vinden voorparenterale behandeling. Tot vorig jaar was dat inNederland nog met het al zeer oude kinine. In de jaren‘80 zijn er nieuwe middelen ter beschikking gekomen viaChina, de artemesininepreparaten. Zij waren daar al lan-ger in gebruik als koortswerende middelen, afkomstigvan een alsemplant. Deze aertemesininederivaten zijnde breedst werkende antimalariamiddelen, d.w.z. werk-zaam tegen alle stadia van de parasiet in het bloed. Zehebben ook de snelste reductie van de parasietenbio-massa. In trials is de hogere effectiviteit van sommigevan deze derivaten ten opzichte van kinine vastgesteld.Sinds 2007 is het dan ook in Nederland mogelijk om opartsenverklaring bij ernstige malaria tropica artesunaatte gebruiken.

Foliolum Jaargang XXII Ed II

Reizigersziekten

14

Page 15: Document

dat zich met en neurologische verschijnselen manifes-teert, zoals hoofdpijn en verwardheid.

Twee eschars bij Afrikaanse tekenkoorts

3. Overdracht van mens op mensMensen vormen een bron voor een aantal infectieziektendat men op reis kan opdoen. In de eerste plaats buiktyfus, veroorzaakt doorSalmonella (para-)typhi. De salmonellosen die mendaarentegen in de ontwikkelde wereld oploopt zijn zoö-nosen. Net zoals malaria tropica is buiktyfus een poten-tieel dodelijke ziekte indien niet antibiotisch behandeld.Hoewel het een Salmonella bacterie betreft, gaat de ziek-te niet speciaal met diarree gepaard, maar is er sprakevan een systemische ziekte, waarbij de diagnose gesteldwordt door het aantonen van de bacterie in de bloed-kweek. Fluorochiniolonen zijn over het algemeen geïndi-ceerd als therapie, maar resistentie komt in de wereldmeer voor. Daarom moet soms met 3e generatie cefalo-sporinen behandeld worden.

Ook enkele wel typische diarreeziekten worden door demens overgedragen via de faeco-orale route. Het betref-fen onder andere de bacteriële dysenterie (ontstekingvan de dikke darm), veroorzaakt door Shigella bacteriënen de amoebendysenterie veroorzaakt door de parasietEntamoeba histolytica. Beide zijn te behandelen metantimicrobiële middelen. Onbehandelde darminfectiesdoor E. histolytica kunnen tot complicaties leiden op ietslangere termijn, onder andere in de vorm van leverab-cessen. Escherichia coli is een normale darmcommensaal bij demens. De meest voorkomende diarreeziekte op reis, ‘rei-zigersdiarree’, wordt vooral veroorzaakt door een patho-gene E. coli-soort, de enterotoxigene E.coli (ETEC).

Vele worminfecties kunnen ook van mens op mens over-gedragen worden, al dan niet via een tussengastheer.Schistosomiasis is een wormziekte waarvan de larfjesvrijkomen uit slakken in stilstaand zoet water. De larfjeskunnen bij iemand die in dat water verblijft via de intac-te huid binnendringen en vervolgens via de bloedbaandoor het hart en de longen naar de darmen of urinewegen migreren om daar vervolgens als volwassen wor-men eitjes te gaan leggen. Bij de acute besmetting kun-nen zich verschijnselen voordoen van een netelroos-ach-tige huiduitslag met veel jeuk en algemene malaise(Katayama fever). Indien die afwezig zijn kan men bijonzekerheid over besmetting een antistoffentest opSchistosoma laten verrichten.

Urticariële huiduitslag bij acute schistosomiasis ('katayamasyndroom')

Virusinfecties die overgedragen kunnen worden zijnhepatitis A en B. Hepatitis A via de faeco-orale besmet-tingsweg, hepatitis B vooral door onveilig seksueel con-tact. Er zijn gebieden in de wereld waar 5% van de bevol-king het hepatitis-B-virus draagt. Op dezelfde wijze alshepatitis B kan ook HIV worden overgedragen. Aangeziende concentratie van HBV-DNA in het plasma hoger is danvan HIV-RNA, is hepatitis B echter vele malen besmette-lijker. Ook meestal onschuldiger verlopende virusinfec-ties zoals door Cytomegalovirus (CMV) worden overge-dragen via intiem contact.

Foliolum Jaargang XXII Ed II

Reizigersziekten

15

Herman G. Sprenger werktsinds 1986 als internist opde afdeling AlgemeenInterneGeneeskunde /Infectieziekten van hetUMCG. In 1993 werd hijgeregistreerd in het aandachtsgebiedInfectieziekten. Op de afdeling en polikli-niek Infectieziekten worden patiënten behandeld metHIV / AIDS, hepatitis B en C en bijzondere algemeneinfectieziekten, waaronder regelmatig patiënten metimportziekten. Verder werkt de afdeling samen met detuberculoseafdeling op de locatie Beatrixoord in Harenvan het UMCG. Zijn wetenschappelijk onderzoek richtzich vooral op de complicaties en behandeling vanHIV/ AIDS. Naast het leveren van zorg na de reis is hetUMCG van plan ook zorg vóór het reizen aan te bieden.Het is de bedoeling samen met de GGD Groningen inhet UMCG een Travel Health Clinic op te richten.

Page 16: Document

4. Zoönosen Zoönosen zijn ziekten waarvan de verwekkers dieren alseen natuurlijk reservoir hebben. Als men de definitie vanhet begrip zoönosen beperkt, zijn belangrijke voorbeel-den hiervan diarreeziekten, brucellose en leptospirose.Brucellose is een bacteriële ziekte die men oploopt doorhet drinken van ongepasteuriseerde melkproducten. Zijkomt veel voor in Zuid-Europa en Turkije en het Midden-Oosten. De ziekte kan gekenmerkt zijn door lang aanhoudendekoorts en kan met antibiotica behandeld worden. Leptospirose is een bacteriële ziekte die wereldwijd, ookin Nederland, voorkomt en met leverproef- en nierfunc-tiestoornissen gepaard kan gaan. De bacteriën wordenonder andere uitgescheiden door knaagdieren in hunurine. Besmetting vindt plaats door wondjes of doorinademing van aerosolen met bacteriën. Tot slot kunnen, evenals in Nederland, op reis ook diar-reeziekten opgelopen worden, zoals infecties door (non-tyfeuze) Salmonella-soorten of door Campylobacter.Deze Salmonellae zijn commensalen van vele diersoor-ten (rund, varken, gevolgelte) en worden vooral overge-dragen via vleesproducten. Campylobacter is een com-mensaal van gevogelte en wordt vooral in kip- en kal-koenproducten aangetroffen.

Ten slotte het risico op tuberculosebesmetting op reis.Dit onderwerp is ook belangrijk omdat er wereldwijd eenopmars is van extreem resistente tuberculosebacteriën.De kans op besmetting wordt bepaald door de incidentievan tuberculoste (tbc) in het land van bestemming (hethoogste in Oost-Europa, Azië en zuidelijk Afrika), de duurvan het verblijf en het contact met de lokale bevolking.Mensen die in de gezondheidszorg gaan werken lopende grootste risico’s op besmetting. Voor toeristen is hetrisico vergroot indien langer dan 3 maanden in gebiedenwordt doorgebracht met een verhoogde tbc-incidentie.De gemiddelde infectiekans voor een reis van 6 maan-den naar een dergelijk gebied is 1,6%. In Nederland isdie kans slechts 0,01%. Besmetting kan worden vastgesteld door middel van deal meer dan 100 jaar oude huidtest met tuberculine(mantouxtest). Indien de reactie hierop een zwelling van>10-15 mm is, wordt uitgegaan van de aanwezigheid vaneen latente tuberculose-infectie.

Positieve Mantoux test

Tegenwoordig gebeurt het opsporen van een latentetuberculose-infectie ook door testen op bloedmonsters.Daarin wordt gekeken naar interferonproductie doorbloedcellen na stimulatie met antigenen van tuberculo-sebacteriën. Na besmetting treedt bij gezonde mensenslechts bij 10% actieve tuberculose op. Bij het meren-deel in het eerste jaar na besmetting. Om dit te voorko-men kan, na vaststelling van een latente infectie, gedu-rende 6 maanden profylaxe gegeven worden met isonia-zide (INH). Hiermee wordt in 70% van de gevallen eenactieve tuberculose voorkomen. Er bestaat een vaccintegen tbc. Effectiviteit hiervan wordt als zeer wisselendbeschreven in onderzoeken en varieert van 0-80%bescherming. Met de toediening hiervan is men over hetalgemeen zeer terughoudend, ook omdat daarna contro-le op een eventuele besmetting sterk bemoeilijkt is.Alleen bij een lang verblijf in gebieden en omstandighe-den met een zeer hoge tbc-incidentie wordt BCG-vaccina-tie wel toegepast.

Foliolum Jaargang XXII Ed II

Reizigersziekten

16

Page 17: Document

Titel stukEvt ondertitel

Titel persoon en hun naam, bijv. prof. dr. Martina SchmidtEvt. beroep, bijv. apotheker

Foliolum Jaargang XXII Ed II

17

PatiëntverhaalEen andere kijk op de medische zorg

Frans van Weelie

Afgelopen zomer ben ik samen met 30 anderemensen afgereisd naar Sierra Leone om daarde begane grond van een nieuwe middelbareschool te bouwen.

We zijn in Sierra Leone geweest van 17 juli tot en met 8augustus 2008. De huisvesting was goed en er werdiedere dag door de lokale staf eten gekookt. Ditgebeurde onder primitieve omstandigheden: er werdgekookt op houtskool -vuur in een korf en in de keukenwas geen aanrecht en stromend water aanwezig. Delokale staf was wel geïnstrueerd over het schoon wassenvan de groentes en het werkelijk koken van de gerechten,om de kans op een voedselvergiftiging voor ons zo kleinmogelijk te houden. Gelukkig is de gezondheid in de groep over het alge-meen erg goed gebleven. Een enkeling heeft een paardagen last gehad van diarree. Afgezien van wat ver-moeidheid is iedereen van de groep na terugkomst weergezond en wel aan de slag gegaan.

Ik kreeg zelf echter na terugkomst last van buikkrampen,een opgeblazen gevoel en een hele dunne ontlasting.Dat werd gecombineerd met een heftige vermoeidheiden een algeheel niet welbevinden. In eerste instantieprobeerde ik met wat venkel en kamillethee verbeteringin de situatie te brengen. Helaas was dit zonder succes.Nadat ik drie weken in deze staat verkeerde heb ikbesloten om langs de huisarts te gaan. Mijn ontlastingwerd onderzocht en ik bleek giardiasis te hebben. Dit iseen infectie van de Giardia Lamblia, een parasiet.Besmetting hiervan kan plaats vinden door het eten ofdrinken van voedsel dat besmet is door Giardia-cysten.

De infectie kan ook rechtstreeks worden overgebrachtdoor contact met ontlasting van een besmet persoon. Nainfectie van de parasiet via de mond komt hij uiteindelijkin de dunne darm terecht, waar hij zich gaat ver-menigvuldigen en zicht vast hecht aan het slijmvlies.Daar zorgt het voor een beschadiging van het slijmvlies,wat diaree veroorzaakt. De parasiet vormt cysten in dedunne darm die via de ontlasting worden uitgescheiden.

De cysten kunnen vervolgens weer andere personeninfecteren. Ik kreeg Metronizadol voorgeschreven en ditmoest ik een weeklang driemaal daags slikken.Helaas waren de klachten toen nog niet over en daaromben ik nu bezig met een herhaling van de kuur voor eenweek. Gelukkig gaan de klachten over.Giardia kan ook in Nederland voorkomen, het komt voorin landen met zowel een hoge als een lage welvaart.Maar omdat ik nooit eerder dergelijke buikklachten hebgehad in Nederland en gezien de hygiënischeomstandigheden in Sierra Leone, vermoed ik toch dat ikde parasiet daar heb opgelopen.

Zorg in Nederland ligt op een enorm hoog niveau. We vin-den het volkomen normaal om een huisarts te bellenvoor een consult. Vervolgens is het normaal om binneneen dag je medicijnen middels een recept op te halen bijeen apotheek. En als het dan nog niet helemaal over is,haal je na overleg gewoon nog een kuur van een week.Waar we vaak niet bij stil staan, is dat voor 75 % van dewereldbevolking alle bovengenoemde gemakken nietnormaal zijn. Huisartsen moeten worden gedeeld met 10tot 100 keer zoveel patiënten. Beschikbare medicijnenzijn moeilijk te krijgen of gewoon niet beschikbaar. Latenwe stoppen met klagen in Nederland!

Page 18: Document

tijd om een arts op te zoeken.

Met mijn vriend en zijn vader liep ik het oude gebouwbinnen. In het door de zon fel verlichte wachtkamer zatenKroatische patiënten en wat personeel dat verveeld eensigaretje rookte. Ondanks de drukte in de wachtkamer was ik vrij snel aande beurt. We liepen door de schemerig verlichte gangnaar het kleine kamertje van de dokter. Zoals een goedevriend betaamt, ging mijn vriend met me mee naar bin-nen. Gelukkig, zo bleek, want de dokterverontschuldigde zich in gebrekkig Engels alleen Duits tespreken. Fántastisch! Ik spreek geen woord Duits, ik hadhet van mijn leraar Duits op de middelbare niet eensDuits mogen kiezen, want ik was hopeloos volgens hem.En daar moet ik hem gelijk in geven.

Gelukkig sprak mijn vriend een aardig woordje Duits enwas de dokter uitmuntend in gebarentaal. Ik hoefdemaar te wijzen op mijn buik, daar waar mijn blaasongeveer moet zitten, en ze wist precies wat er aan dehand was. Binnen twee minuten was het doktersbezoek-je alweer gepiept. Gelukkig maar, want mijn blaas stondalweer op springen. Vlug ging ik naar het toilet naast dewachtkamer. Na dit toiletbezoek wist ik zeker een blaasontsteking tehebben: als ik het twee minuten nog niet had gehad, hadik het nu wel. Het toilet was zo ranzig dat geen mens ergezond uit kon komen. Misschien was het een Kroatischemanier van werkverschaffing, de dokter zou op dezemanier nooit zonder patiënten komen te zitten in iedergeval.

De dagen die daarop volgden werd ik door vriendlief ged-wongen pillen te slikken en vieze groene thee te drinken,waarna ik een sprintje trok naar het minitoiletje in de ca-ravan van zijn ouders, waar ik spontaan God dankte datzijn ouders net voor deze vakantie hun oude caravanhadden ingeruild voor een super-de-luxe caravan mettoilet. Ondertussen had ik aardige koorts. Ik kon niet eten, ikkreeg het simpelweg niet meer door mijn keel. Buitenheerste een hittegolf met temperaturen die bijna net zohoog waren als mijn lichaamstemperatuur. De vier stappen naar het toilet werden een steeds grotereuitdaging. Op het toilet aangekomen zat ik uit te hijgenvoordat ik mezelf weer op kon hijsen en mezelf terugsleepte naar mijn bed. Drinken deed ik alleen nog maarop het toilet, om ongelukjes te voorkomen. Vijf dagen en een aanhoudende koorts van ruim 40graden Celsius later was er nog geen vooruitgang zicht-baar. Eigenlijk leek het allemaal alleen maar slechter te

18

Foliolum Jaargang XXII Ed II

Ik kan me herinneren dat de smaakpolitie naeen van zijn bezoekjes aan een smerig studen-tenhuis heeft gezegd dat menig student zonderenige inenting naar Afrika kon. Hij had het hele-maal bij het verkeerde eind. Wij, doorgewinterde studenten uit Leeuwardenen Groningen, hangen regelmatig boven hetAfrikaanse toilet, ons campusmaaltje op ons-makelijke wijze deponerend.

Ik ben nu bijna 4 maanden in Zuid Afrika. Ik woon op eencampus met 20 Nederlandse en 50 Afrikaanse studentenen loop stage op een basisschool in de township vanPort Alfred, een klein stadje aan de oostkust van ZuidAfrika. In de afgelopen maanden hebben wij Nederlanders hetbewijs geleverd fysiek verwend te zijn. Terwijl deAfrikaanse studenten kerngezond zijn, lopen veelNederlanders voedselvergiftigingen op van ieder‘keukenfoutje’. Mijn lichaam heeft aardig lang weerstand kunnen biedentegen de ziektekiemen in ons voedsel, maar dit keer benik toch aan de beurt. Het is drie uur ’s nachts en ik zit alruim anderhalf uur op het toilet. Ik heb een deken ommijn benen heen geslagen en een dikke trui aan tegen denachtelijke kou. Ik voel me kotsmisselijk, maarovergeven doe ik niet. Dat doe ik zelden. Mijn lichaamweet op misselijkmakende wijze de lunch van gisterenom te zetten tot chocolademelk die, zonder dat ik daariets over te zeggen heb, mijn lichaam via de achteruit-gang verlaat. Uit voorzorg blijf ik dus maar op het toilet zitten. Hetheeft geen zin om in bed te gaan liggen om vervolgenskrampachtig terug naar het toilet te rennen. Dus daar zit ik dan: doodmoe en niet in staat in slaap tevallen. Mijn gedachten dwalen af naar een aantal jaargeleden. Een zomervakantie waarin ik ook menig uurgespendeerd heb op het toilet. Niet vanwege een voed-selvergiftigingen dat keer.

Ik was 17, net klaar met mijn HAVO examens en met mijntoenmalige vriend en zijn ouders op vakantie in Kroatië.Na een zorgeloze week vol smoorverliefde strandwan-delingen en dergelijke stelletjesbezigheden, kreeg ikblaasontsteking. Niets aan de hand, eerst maar proberen het zelf op telossen met wat extra hygiënische maatregelen en veelvitamine C. Toen dat niet bleek te werken en ik begon te bloeden- nee, het was niet de tijd van de maand – werd het toch

PatiëntverhaalExpert van het kleine stinkende hokje

Amely Benaars

Page 19: Document

De volgende dag haalde ik mijn tweede prik bij deKroatische dokter en kreeg de ampullen voor de rest vande week mee. Ook schreef ze een brief - in het Duits -voor de Sloveense arts die de derde tot en met dezevende prik zou geven. Vijf uur en zes vieze benzinepomptoiletten later kon ikweer verder drinken en plassen op mijn inmiddels bek-ende caravantoiletje, ditmaal op de schaduwrijke camp-ing in Slovenië.

De volgende ochtend stond ik met mijn vriend en zijnvader in een smetteloze, westers ogende dokterskamermet een hysterische Sloveense arts. “It’s murder! It’smurder! riep de vrouw uit terwijl ze naar de ampullenwees. Mijn Duits mag dan misschien belabberd zijn, opmijn Engels is niets aan te merken. Met deze zin had ikdan ook absoluut geen vertaalproblemen. De dokter zei te weigeren mij de injecties te geven.Doodziek en wanhopig bleef ik met mijn laatste beetjeenergie volhouden dat ik mijn medicijnen wilde hebben. Na enig aandringen van mijn vriend en zijn vader stemdede dokter toe mij het medicijnen te geven, op voor-waarde dat dit verdund per infuus zou gebeuren. Beidepartijen stemden met deze middenweg in, waarna ikanderhalf uur aan een infuus moest liggen.

Voor ik wegging deed de dokter een klein onderzoekje.Met een mokerslag gaf ze me een stomp in mijn nieren,waarna ik van de pijn minstens een meter in de luchtsprong. Tenminste, zo voelde het, in werkelijkheid hadde dokter mijn nieren zachtjes aangetikt en was ik niet instaat geweest om ook maar 40 centimeter van de grondaf te komen. Ze concludeerde dat mijn nieren ook ontstoken waren enik kreeg tabletten mee. De ampullen gaf ze me niet terug,die vond ze gevaarlijk.

gaan, ondanks de goede zorgen van mijn vriend en zijnouders.

We besloten nog een keer naar de dokter te gaan. Ditkeer was de wachtkamer leeg en konden we meteendoorlopen. Nog voordat ik de dokter in mijn beste Duitskon begroeten, wist ze alweer wat er aan de hand was.Haar talent in het verstaan van gebarentaal, of in ditgeval lichaamstaal - ik slofte in elkaar gedoken van depijn naar binnen - had haar al verteld dat de ontstekingalleen nog maar erger was geworden. Voordat ik goed enwel binnen was had ze me al meegesleept naar eenander kamertje, waar ik op de behandeltafel moest gaanliggen. Toen ik de assistente een megaspuit zag pakkenbegreep ik dat er geprikt ging worden. Voor ik verder konvragen werd er, zonder enige vorm van overleg – ach, dathad ook niet gekund in het Duits – zette de assistent eenspuit in mijn arm, terwijl de dokter mijn polsslag voelde. Het was zo gepiept. Met de mededeling morgen eentweede prik te moeten komen halen, mocht ik weer gaan. Op de gang schrok mijn vriend zich een ongeluk. ‘Je zieteen beetje geel, met witte vlekjes.’ Ik had geen idee waarhij het over had, ik was vooral doodmoe en verlangdenaar een schone wc en mijn bed. Naar het toilet in dedokterspraktijk durfde ik niet meer, dus met eenrondgang reden we door de Kroatische straten terug naarde camping. Die middag besloten we naar Slovenië te gaan, want dehittegolf ik Kroatië kon ook niet heel bevorderlijk voor desituatie zijn. De ouders van mijn vriend wisten wel eenrustige, schaduwrijke camping in Slovenië waar we heenzouden kunnen gaan. Ik vond alles prima, zolang wemaar bij elk tankstation konden stoppen voor een toilet-bezoek.

Reizigersziekten

Foliolum Jaargang XXII Ed II

19

Page 20: Document

Wanneer ik na mijn nacht op het toilet met mijnhuisgenoot mee ga naar het ziekenhuis in Port Alfredvoor een onderzoek naar haar verstopte darmen (gelukbij een ongeluk dat het niet tegenovergestelde klachtenzijn, het toilet was de hele nacht bezet), komt dezevaardigheid toch weer goed van pas. Voordat ze ookmaar de kans krijgt een stap over de drempel bij de artste zetten sleep ik haar mee de toiletten in. na eennauwkeurige blik en een vakkundige snuif verklaar ik, deExpert Van Kleine Stinkende Hokjes, het ziekenhuis alsonbevoegd voor elke vorm van onderzoek en/of behan-deling. Gauw verlaten we het pand. Op zoek naar een privaat ziekenhuis.

Ten slotte adviseerde ze met spoed naar huis terug tekeren voor grondig onderzoek. Dit advies namen we terharte en de volgende dag begonnen we aan een helsetocht naar huis, ik ineenkrimpend van de pijn bij elkehobbel in de weg.

Thuisgekomen, zat ik met mijn moeder bij mijn eigenvertrouwde dokter. De doosjes van al mijn medicijnenhad ik als souvenirtjes meegebracht. Mijn dokter zuchtte. Het eerste medicijn was te zwaargeweest, in Nederland zou men dat alleen aandoorgewinterde antibiotica patiënten geven. Door naar de injecties. Mijn dokter haalde haarwenkbrauwen op. Ze legde ons uit dat de Sloveense artshet helemaal aan het juiste einde had gehad met haarverontrustende uitspraken. Antibiotica, zo legde ze uit,mogen nóóit recht in de bloedbaan worden gespoten.Daarnaast was dit antibioticum een sterke. In Nederlandwordt deze ook gebruikt, op de intensive care onderzware hartbewaking. Bijwerkingen? Blindheid, doofheid,hartfalen… Het lijstje enge bijwerkingen werd halver-wege afgebroken, de boodschap was wel duidelijk: ikhad geluk gehad. Na wat onderzoeken in het ziekenhuis bleek ik gelukkigook geen blijvende schade te hebben overgehouden aandie blaasontsteking.

Relativerend concludeer ik, zittend op het Afrikaanse toi-let dat ik mezelf voortaan wel een expert op het gebiedvan Het Kleine Stinkende Hokje mag noemen. Na hetbezeten hebben van bijna elk benzinepomptoilet op deroute van Kroatië naar Nederland en nu menig in ZuidAfrika, kan ik je alles vertellen over toiletpapier,brilschoonmaak- en hygiëne- inschatting- technieken. De waarde van deze laatste techniek moet vooral nietonderschat worden.

Foliolum Jaargang XXII Ed II

Reizigersziekten

20

Page 21: Document

Foliolum Jaargang XXII Ed II

21

Ziek op reis

Gert Salentijn en Louis Keyzer

Iedereen heeft wel eens tijdens de vakantieiets opgelopen, zoals diarree, of kent iemandbij wie dit gebeurd is. Bij reizen naar verre lan-den word je van te voren grondig geïnformeerdover de risico’s en wordt vaccinatie vaakaangeraden, zodat je geen hepatitis, tyfus ofgele koorts oploopt. Behalve deze vrij zwareaandoeningen, zijn er nog meer problemenwaar je lichaam tegen op kan lopen tijdens devakantie, maar ook tijdens de reis zelf.

Het begint al voor de eigenlijke onderneming:vakantiestress. Is alles wel gepakt? Is het visum goedaangevraagd? Identificatie bij de hand? Noem het maarop. Stress zorgt voor de afgifte van cortisol uit de bijnier-schors, welke een remmend effect heeft op het immuun-systeem, zodat je vatbaarder bent voor allerlei infecties

van buitenaf: het begint al lekker.1

Vol van enthousiasme en cortisol sta je dan op hetvliegveld en kijk je op de klok: het is ongeveer twaalf uur’s middags. Er wordt omgeroepen dat de passagiers inhet vliegtuig moeten gaan zitten en niet veel later vertrekje dan. De reis gaat naar San Fransisco, Californië, waarje dan ook negen uur later het vliegtuig weer verlaat. Inde terminal aangekomen kijk je weer op de klok en tot jeverbazing lijkt de tijd te hebben stil gestaan: het is twaalfuur ’s middags. Bij het passeren van een tijdzone vandergelijke grootte, heb je een aanzienlijke kans op hetkrijgen van een jetlag. Dit houdt in dat je biologischeklok verstoord is geraakt en daarmee je hele hormoon-huishouding.

Je “biologische klok”, gelegen in de cellen van desuprachiasmatic nucleus (SCN) in de hersenen, zorgtvoor een syntheseritme van melatonine met een periodevan iets meer dan 24 uur. Melatonineconcentraties zijnhoog tijdens donkerperioden en laag tijdens lichtperio-den. Licht inactiveert de enzymen die nodig zijn voormelatoninesynthese, waardoor de biologische klokwordt gesynchroniseerd door licht uit de omgeving. Delichtinput blijft in het geval van een jetlag veel langerbestaand en de hele hormoonhuishouding raakt versto-

ord.2

Als je een paar dagen later aan je jetlag gewend bent enhet weer aandurft een reisje te maken, huur je een autoom typisch Amerikaans “off-road” te gaan. Je hebt eengoede deal gesloten en vrij goedkoop een auto weten tebemachtigen, die volgens de verkoper meer dan geschiktis voor een dergelijke reis. Eenmaal cruisend over dehobbels en bulten wens je dat je toch iets meer geld had

Page 22: Document

Foliolum Jaargang XXII Ed II

Reizigersziekten

22

uitgegeven: op de achterbank hangen je kinderen al meteen groen gezicht uit het raam en jij hebt je ook wel eensbeter gevoeld. Wagenziekte wordt veroorzaakt door eenverschil aan visuele input en aan wat je evenwichtsor-gaan waarneemt. Lezen in de auto is vooral funest,aangezien je visueel geen beweging waarneemt, maarhet wel voelt. Ook als je gewoon naar de rugleuning kijktof naar iets anders in de auto komen de inputs nietovereen en kun je al last van wagenziekte krijgen. Vooraljonge kinderen hebben last van wagenziekte, omdat hetevenwichtsorgaan nog niet volledig ontwikkeld is. Ookkunnen ze vaak niet goed naar buiten kijken, zodat ze de

beweging van de auto niet kunnen waarnemen.3

Aangezien je de kinderen wel zat bent keer je snel om enmeteen zeg je ook maar de geplande cruise af; zeeziekword je nog veel sneller dan wagenziek, omdat deschommelingen groter zijn dan in een auto. In plaatshiervan wordt een lange wandeltocht gepland. Na tienkilometer krijg je wederom spijt van de gemaakte keuze;je had met een lekker drankje tussen de mooie vrouwenkunnen liggen, maar in plaats daarvan voel je de blarenbranden onder je voeten. Deze blaren worden veroorza-akt door frictie tussen de lagen van huid, waardoor delagen los raken en er vloeistof tussen komt.

Teruggaand na een hele lange dag en eenmaal zittend inje goedkope, lelijke, slecht verzorgde hotelkamer,uithuilend van de blaren, zegt één van je kinderenineens dat hij toch wel terugverlangd naar huis en naar

zijn eigen bedje. Als je zo om je heen kijkt deel je ditgevoel eigenlijk wel met je zoon: je hebt heimwee. Je kunt heimwee krijgen omdat je je vertrouwde gevoelvan ‘thuis’ kwijt bent of omdat je een bepaald object(van thuis) mist, zoals je bedje in dit geval. Heimweekomt vaker voor bij kinderen dan bij volwassenen, omdatkinderen in het algemeen minder vaak van huis zijnweggeweest, ze hebben er dus meer moeite mee omdeze vertrouwde omgeving te verlaten. Als gevolg heeftheimwee dat je depressief, angstig en timide kan wor-den. Hoe serieuzer de heimwee hoe serieuzer de symp-tomen, zo kun je ook letterlijk ziek worden van heimwee,

je kunt bijvoorbeeld maagklachten krijgen.4

Als je weer thuis bent en tijdens het bekijken van defoto’s terugdenkt aan de vakantie, komt de vraag bij jeop waarom nou eigenlijk beweerd wordt dat je bijkomtop vakantie. Zo’n feest was het namelijk niet.

Literatuur:

1 Silverthorn e.a., Human Physiology 4th ed., p.753-754

2E. Hadley e.a., Endocrinology, 6th ed., p. 455-467

3.http://reizen-en-recreatie.infonu.nl/diversen/ 19562-wagenziekte-of-reisziekte-bij-kinderen.html

4 Verschuur MJ, Eurelings-Bontekoe EH, Spinhoven P,“Associations among homesickness, anger, anxiety, anddepression”.

Page 23: Document

Foliolum Jaargang XXII Ed II

23

Promovendus

FWN

Promovendi

FWN

Promotie: mw. B.E. Smink, 14.45 uur, Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen Proefschrift: Benzodiazepines and traffic safety Promotor(s): prof.dr. D.R.A. Uges, prof.dr. A.C.G. Egberts, prof.dr. J.J. de Gier Faculteit: Wiskunde en Natuurwetenschappen

Medicijngebruik in het verkeer opsporen met speekseltest

Een aanzienlijk aantal verkeersongelukken wordt veroorzaakt doordat weggebruikers onder invloed zijn van medicijnen.Grote boosdoeners zijn de zogenaamde benzodiazepinen, een groep medicijnen die als slaap- en kalmeringsmiddelenvoorgeschreven wordt. Beitske Smink, toxicologe van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI), onderzocht wat de risico’szijn van benzodiazepinegebruik in het verkeer en welke methode het beste is om vast te stellen of iemand benzodi-azepinen gebruikt. Ze stelde vast dat de speekseltest potentie heeft. Smink promoveert op dit onderzoek aan deRijksuniversiteit Groningen op 17 oktober 2008. Benzodiazepinen zijn een van de meest gebruikte groep medicijnen in Nederland. Ze worden niet alleen heel veelvoorgeschreven, maar ook vaak te lang. Smink: ‘Ze hebben een slaapverwekkende en spierverslappende werking. Dat zijneffecten die je niet in het verkeer kan gebruiken. Bij ongelukken zien we ze daarom vaak terug.’ Het is verboden om te rij-den onder invloed van stoffen die de rijvaardigheid kunnen beïnvloeden, maar toch houden veel gebruikers zich hier nietaan. ‘Je ziet wel dat mensen die niet kunnen slapen, midden in de nacht een tablet slikken. Vervolgens stappen ze ’s ocht-ends in de auto, terwijl het middel nog niet uitgewerkt is.’

Snelle indicatie Als mensen staande worden gehouden door de politie (bijvoorbeeld vanwege afwijkend rijgedrag) en er geen alcohol inhet spel is, wordt er bloed afgenomen en doorgestuurd naar het NFI. Daar wordt het bloed gecontroleerd op onder anderebenzodiazepinen. Het afnemen van bloed is echter vrij omslachtig, en bij controles is het wenselijk dat zo weinig mogelijkmensen ten onrechte deze procedure moeten doorlopen. Het zou dus handig zijn als de politie na het staande houden vaneen bestuurder een snelle indicatie kan krijgen of er benzodiazepinen gebruikt zijn. ‘Een blaastest, zoals bij alcohol, werktniet, omdat benzodiazepinen niet in de adem terechtkomen.’

Speeksel versus urine Smink heeft daarom gekeken of speeksel of urine bruikbaar is om vast te stellen in welke mate iemand onder invloed isvan benzodiazepinen. Hiervoor gebruikte ze diverse laboratoriumtests. Deze tests moeten aan veel eisen voldoen. Smink:‘Er zijn heel veel verschillende soorten benzodiazepinen. Een test moet dus wel twintig soorten stoffen kunnen opsporen.’ Om de aanwezigheid in speeksel en urine te vergelijken met bloed liet Smink acht vrijwilligers het kalmeringsmiddeloxazepam slikken. Vervolgens werden de uitslagen van de speeksel- en urinetests vergeleken met de concentratie van hetmiddel in hun bloed. Hieruit bleek dat de concentratie benzodiazepinen in speeksel veel lager is dan in urine. Speeksellijkt daarom minder geschikt als testmateriaal, maar de concentratie in speeksel is wel een betere afspiegeling van de con-centratie in het bloed dan die in urine. Speekseltests zijn dus een betere indicator voor recent gebruik. Daarbij komt nogdat het gemakkelijker is om speeksel af te nemen dan urine.

Voorlichting Speekseltests zullen de bloedtests niet gaan vervangen. Smink: ‘Het is echt een voorselectie; want alleen bloed kan op ditmoment als wettig bewijsmateriaal worden gebruikt.’ Volgens Smink is het nog niet bekend wanneer de politie speeksel-tests gaat gebruiken als controlemiddel. ‘Het is aan de politiek om te beslissen of dit ingevoerd moet worden. Daarna moetde politie ermee leren werken en zullen de tests verder onderzocht moeten worden.’ Speekseltests maken de controle opbenzodiazepinen makkelijker, maar daarnaast moet ook de voorlichting door zorgverleners naar gebruikers verbeterd wor-den, benadrukt Smink. Dit najaar wordt daarom een speciale publiekscampagne over dit onderwerp gelanceerd.

Page 24: Document

Betrokken en gedegenJ. van Dalen FB

F. Pol FB

H. de Vos FB

drs. H.M. Draijer RA

Page 25: Document

Grenswaarde Smink heeft ook onderzocht wat het verband is tussen benzodiazepinen in het bloed en verkeersongevallen. Bij alcohol isdit al goed vastgesteld, maar bij benzodiazepinen nog niet. Als dit verband wel bekend zou zijn, is het gemakkelijker om– net zoals bij alcohol - een strafbare grenswaarde vast te stellen. Nu moet, bij vervolging, het per geval aannemelijkgemaakt worden of het rijgedrag beïnvloed is door het geneesmiddel. Voor dit deel van het onderzoek bestudeerde Smink een groot aantal dossiers van aangehouden bestuurders waarin hunuiterlijke verschijnselen worden omschreven en de concentratie van benzodiazepinen in het bloed. Hieruit bleek dat er eenduidelijk verband is, alhoewel het moeilijk is om op basis van deze resultaten een grenswaarde vast te stellen. Smink:‘Daarvoor is meer onderzoek nodig. Bovendien is het aan de politiek om te besluiten waar je die grens wilt leggen.’

Noot voor de pers

Curriculum vitae Beitske Smink (Utrecht, 1966) studeerde farmacie in Utrecht. Na haar afstuderen in 1992 was ze een aantal jaren werk-zaam als apotheker. In 1996 is ze bij het Nederlands Forensisch Instituut gaan werken als wetenschappelijk toxicologischonderzoeker. In 2002 begon ze met haar promotieonderzoek. Het onderzoek is bij het NFI uitgevoerd in samenwerking metde Rijksuniversiteit Groningen, afdeling Farmaceutische Wetenschappen/UMCG en de Universiteit Utrecht, DepartementFarmaceutische Wetenschappen. De titel van haar proefschrift luidt: Benzodiazepines andtraffic safety: Forensic, analyti-cal-toxicological and epidemiological aspects of driving under the influence of benzodiazepines.

Symposium Rijden onder invloed van alcohol, drugs en geneesmiddelen staat internationaal in de belangstelling. Met het oog op deverkeersveiligheid en het terugdringen van het aantal verkeersongevallen is de aandacht voor dit probleem groot. Op don-derdag 20 november 2008 organiseert het Nederlands Forensisch Instituut in samenwerking met de RijksuniversiteitGroningen en Universiteit Utrecht een symposium waarbij recente onderzoeksresultaten worden gepresenteerd en actueleontwikkelingen in de maatschappij worden toegelicht.

Datum: 14 november 2008 Promotie: T.W. de Vries, 16.15 uur, Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen Proefschrift: Improving care in paediatric asthma: patients, prescriptions, pharmacovigilance, pathogens, and particles Promotor(s): mw.prof.dr. L.T.W. de Jong-Van den Berg, prof.dr. E.J. Duiverman Faculteit: Wiskunde en Natuurwetenschappen

Improving care in paediatric asthma: patients, prescriptions, pharmacovigilance, pathogens and particles

Veel kinderen met astma krijgen te lage startdosis medicijnen Kinderarts Tjalling de Vries onderzocht een aantal aspecten van de behandeling van astma bij kinderen. Hij concludeertonder andere dat ruim 40% van de kinderen met astma, eczeem of allergische rhinitis een te lage startdoseringinhalatiecorticosteroïden (ICS) krijgt en dat veel kinderen niet behandeld worden volgens de beschikbare richtlijnen. Dezelaatste conclusie volgt op zijn bevinding dat respectievelijk 2%, 3% en 0.7% van deze kinderen chronisch behandeld wor-den met corticosteroïden en dat deze getallen lager liggen dan verwacht op grond van eerder epidemiologisch onderzoek.Interventie via apotheken leidt tot een belangrijke verbetering van het voorschrijfgedrag. Aan de hand van gegevens van het Nederlands Bijwerkingen Centrum Lareb ontdekte De Vries dat ICS abnormale haargroeikan veroorzaken. Nadere analyse met WHO-gegevens bevestigt dit. Omdat bij Lareb gedragsveranderingen relatief vaak waren gemeld, onderzocht De Vries of deze vaker voorkomen bijkinderen met ICS, in vergelijking met kinderen met KNO-problemen en gezonde kinderen. Dit blijkt niet zo te zijn. Ook bepaalde De Vries de opbrengst van inhaleerbare ICS-deeltjes uit dosisaerosolen. Hij constateert dat tijdens hetgebruik van de dosisaërosol met fluticasone 125 µg deze opbrengst duidelijk afnam. De gemiddelde deeltjesgrootte bleefechter gelijk en werd niet beïnvloed door gebruiksduur of vochtigheidsgraad. De dosisaerosolen van hydrofluoroalkaanbeclomethasone en ciclesonide gaven de hoogste opbrengst aan inhaleerbare deeltjes. Bovendien toont de kinderarts aan dat sommige ziekmakende bacteriën overleven in zogenaamde voorzetkamers, maarniet als deze van metaal zijn gemaakt. Onderzoek van voorzetkamers van een groep poliklinisch behandelde kinderen laatzien dat in de praktijk weinig voorzetkamer besmet zijn met ziekmakende bacteriën.

Foliolum Jaargang XXII Ed II

Facultair

25

Page 26: Document

Curriculum vitaeTjalling de Vries (Oldebroek, 1959) studeerde geneeskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Zijn promotieonderzoekverrichtte hij in het Medisch Centrum Leeuwarden, waar hij werkzaam is als kinderarts en bij de afdeling Farmacie van deRUG, het landelijk bureau registratie bijwerkingen van geneesmiddelen (Lareb), en het laboratorium voor Volksgezondheidvan Friesland. Een deel van het onderzoek is gefinancierd door de Wetenschapscommissie van de Medische Staf van hetMCL.

Promotie: M. van Hulst, 16.15 uur, Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen Proefschrift: Health economics of bloodtransfusion safety Promotor(s): prof.dr. M.J. Postma, prof.dr. C.Th. Smit Sibinga Faculteit: Wiskunde en Natuurwetenschappen

Bloedtransfusies in Derde Wereld kunnen veiliger

Ontwikkelingslanden moeten geen geld uitgeven aan nieuwe, gevoeliger tests om HIV- en hepatitisbesmettingen doorbloedtransfusies te voorkomen, concludeert René van Hulst op basis van internationaal onderzoek. In plaats daarvan ishet raadzamer te investeren in betere kwaliteitssystemen en beter geschoold personeel. Van Hulst promoveert op 21november 2008 op dit onderzoek aan de Rijksuniversiteit Groningen. In ontwikkelingslanden is de kans op het oplopen van een infectie door bloedtransfusies aanzienlijk groter dan inontwikkelde landen. Kinderen met malaria en vrouwen in het kraambed krijgen relatief het vaakst een bloedtransfusie. Zijzijn dus ook het vaakst het slachtoffer van fouten die gemaakt worden bij het testen, administreren en bewaren van donor-bloed.

KosteneffectiviteitIn veel gevallen wordt in ontwikkelingslanden gebruik gemaakt van donoren die niet vooraf op HIV of hepatitis getest zijn.Pas nadat het bloed is afgenomen, wordt het onderworpen aan een test. Hierbij wordt gekeken of er antilichamen tegenHIV in het bloed aanwezig zijn. Er bestaan betrouwbaarder tests, gebaseerd op DNA- en RNA-analyse. Het is echter nietkosteneffectief deze tests naast de gebruikelijke tests in te voeren, zo blijkt uit het onderzoek van Van Hulst. Door hetbeschikbare geld anders te besteden, kan grotere gezondheidswinst worden geboekt.

Eerst testen, dan donerenBeter nog is het om donoren te testen vóórdat ze bloed geven, blijkt uit een onderzoek in een ziekenhuis in Kumasi, Ghana.Zo hoeft er geen bloed weggegooid te worden, hoeft er niet onnodig bloed afgenomen te worden en wordt geld bespaard.Maar het is ook veiliger: bloed dat niet afgenomen is, kan niet per ongeluk toch aan een patiënt worden toegediend.

Voorbeeld voor NederlandWat voor ontwikkelingslanden geldt, geldt mutatis mutandis ook voor ontwikkelde landen. Gevoeliger tests voor HIV enhepatitis invoeren naast bestaande tests, is duur, voorkomt slechts weinig infecties en levert dus weinig gezondheidswinstop. Van Hulst: “In ontwikkelingslanden heeft men opmerkelijk veel aandacht voor rationele argumenten bij doorvoeringvan vernieuwingen in de zorg. Ook in Nederland moeten we blijven streven naar optimale en niet naar maximale bloedvei-ligheid. Niet elke nieuwe techniek moet automatisch ingevoerd worden. Eerst moet duidelijk worden wat de kosten zijn enhoeveel besmettingen voorkomen kunnen worden. Onze politici moeten op basis van gezondheidseconomisch onderzoeksoms impopulaire beslissingen durven nemen. Alleen zo kan de zorg betaalbaar en toegankelijk blijven.”

Curriculum vitaeRené van Hulst (Leeuwarden, 1972) studeerde Farmacie te Groningen. Hij verrichtte zijn onderzoek bij de onderzoekschoolSHARE, vakgroep Farmacie, faculteit Wiskunde en Natuurwetenschappen van de Rijksuniversiteit Groningen. Zijn promo-tors zijn prof.dr. M.J. Postma en prof.dr. C. Th. Smit Sibinga. Het onderzoek werd gefinancierd door de Landsteinerstichtingvoor bloedtransfusieonderzoek, het Ghanees-Nederlandse samenwerkingsprogramma voor onderzoek naar zorg enontwikkeling, het ministerie van VWS en de firma’s Bio-Rad en Baxter. Van Hulst is thans werkzaam als onderzoeker aande RUG, ziekenhuisapotheker in het Martini Ziekenhuis te Groningen en consultant bij adviesbureau HECTA. De titel vanzijn proefschrift luidt Health economics of bloodtransfusion safety.

Foliolum Jaargang XXII Ed II

Facultair

26

Page 27: Document

Foliolum Jaargang XXII Ed II

Facultair

27

Datum: 28 november 2008 Promotie: M.K. Reinders, 14.45 uur, Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen Proefschrift: Practice research in the field of gout: clinical pharmacology of antihyperuricemic drugs Promotor(s): prof.dr. J.R.B.J. Brouwers, prof.dr. M.A.F.J. van de Laar Faculteit: Wiskunde en Natuurwetenschappen

Practice research in the field of gout: clinical pharmacology of antihyperuricemic drugs

Klinisch onderzoek naar urinezuurverlagende medicijnen bij jicht Jicht wordt gekenmerkt door acute pijnaanvallen in gewrichten, veroorzaakt door neerslag van urinezuurkristallen. Debelangrijkste factor is een te hoge concentratie urinezuur in het lichaam. Mark Reinders onderzocht de klinische farmacolo-gie van de urinezuurverlagende middelen allopurinol, benzbromaron, probenecide en rasburicase bij jichtpatiënten in dedagelijkse reumatologische praktijk, gericht op effectiviteit en verdraagbaarheid. In de literatuur zijn veel meldingen van het tekort schieten van de behandeling van jicht. Een van de redenen is dat eronvoldoende gegevens beschikbaar zijn over effectieve behandelstrategieën. Reinders concludeert onder andere uit zijn onderzoek dat benzbromaron in standaard of hoge dosering, allopurinol inhoge dosering (600 mg/dag) en allopurinol+probenecide effectieve behandelingen zijn. Allopurinol in standaarddosering(300 mg/dag) en probenecide zijn minder effectief; probenecide wordt minder goed verdragen dan benzbromaron. Ook beschrijft hij de experimentele behandeling van rasburicase bij twee uitbehandelde jicht-patiënten. Deze nieuweintraveneuze behandeling is bij deze patiënten zeer effectief gebleken.

Curriculum vitaeMark Reinders (Winschoten, 1978) studeerde farmacie aan de Rijksuniversiteit Groningen, waar hij zijn promotieonderzoekverrichtte bij de vakgroep Farmacotherapie en farmaceutische patiëntenzorg. Reinders werkt als ziekenhuisapotheker bijAtrium Medisch Centrum Parkstad in Heerlen.

Page 28: Document

Afgestudeerden

augustus, september en november

DE AFGELOPEN MAANDEN ZIJN DE VOLGENDE LEDEN VAN PHARMACIAE SACRUM AFGESTUDEERD:

AUGUSTUS

M.A. Eschbach

S. Mardoonderzoeksproject Moleculaire farmacologie, differentiatie Farmaceutische Zorg

M. Plaisieronderzoeksproject Medische microbiologie, differentiatie Farmaceutische Zorg

A. Boumaonderzoeksproject Therapeutische gen modulatie, differentiatie Farmaceutische Zorg

A.L. van Ojikonderzoeksproject Farmacochemie, differentiatie Farmaceutische Zorg

D.J.A.R. Moesonderzoeksproject Moleculaire farmacologie, differentiatie Farmaceutische Zorg

K.M.C. van der Elstonderzoeksproject Farmacotherapie en farmaceutische patiëntenzorg. differentiatie Farmaceutische Zorg

M.H. van Dijkonderzoeksproject Farmacotherapie en farmaceutische patiëntenzorg, differentiatie Farmaceutische Zorg

W. Kromdijkonderzoeksproject Farmacotherapie en farmaceutische patiëntenzorg, differentiatie Farmaceutische Zorg

B.J.A. Hofmanonderzoeksproject Analytische biochemie en ziekenhuisfarmacie , differentiatie Farmaceutische Zorg

P. ten Haveonderzoeksproject Farmacotherapie en farmaceutische patiëntenzorg, differentiatie Farmaceutische Zorg

E. van Noordonderzoeksproject Sociale farmacie en farmaco-epidemiologie

J.C.A. de Koningonderzoeksproject Farmacotherapie en farmaceutische patiëntenzorg, differentiatie Farmaceutische Zorg

P.A. Daoonderzoeksproject Farmaceutische patiëntenzorg, differentiatie Farmaceutische Zorg

N.W. Hoekstraonderzoeksproject Sociale farmacie en farmaco-epidemiologie, differentiatie Farmaceutische Zorg

Foliolum Jaargang XXII Ed II

28

Page 29: Document

Foliolum Jaargang XXII Ed II

Facultair

29

I.M. Redderonderzoeksproject Farmacotherapie en farmaceutische patiëntenzorg, differentiatie Farmaceutische Zorg

I.M. Harmelinkonderzoeksproject Ziekenhuisfarmacie, differentiatie Farmaceutische Zorg

I.B.M. Meijeronderzoeksproject Klinische chemie, differentiatie Farmaceutische Zorg

M. Fouchieronderzoeksproject Farmacotherapie en farmaceutische patiëntenzorg, differentiatie Farmaceutische Zorg

SEPTEMBER

W. Tanaydinonderzoeksproject Analytische biochemie, differentiatie Farmaceutische Zorg

D.J. Wiegmanonderzoeksproject Therapeutische genmodulatie, differentiatie Farmaceutische Zorg

R.A. Janssenonderzoeksproject Farmacotherapie en farmaceutische patiëntenzorg, differentiatie Farmaceutische Zorg

J.L.W. Potonderzoeksproject Farmacotherapie en farmaceutische patiëntenzorg, differentiatie Farmaceutische Zorg

H.A. Bakkeronderzoeksproject Farmacochemie, differentiatie Farmaceutische Zorg

Q. Fillekesonderzoeksproject Biomonitoring en Sensoring, differentiatie Productie en Kwaliteit

J.E. Buiskoolonderzoeksproject Sociale farmacie en farmaco-epidemiologie, differentiatie Farmaceutische Zorg

J.J. de Grootonderzoeksproject Moleculaire microbiologie, differentiatie Farmaceutische Zorg

NOVEMBER

E.H. Schepersonderzoeksproject Farmaceutische patiëntenzorg

P.T. Boersmaonderzoeksproject Farmacotherapie

E. ten Brugonderzoeksproject Farmacotherapie

S.R. Saadatonderzoeksproject Farmacotherapie

C.D. Tononderzoeksproject Farmaceutische patiëntenzorg

Page 30: Document

J.C. Dekkeronderzoeksproject Technologie & biofarmacie

I.E.M. de Haan onderzoeksproject Moleculaire biologie

A.J.Th.M.Jenniskensonderzoeksproject Moleculaire biologie

T. de Vosonderzoeksproject Ziekenhuisfarmacie

V. Tanaydinonderzoeksproject Ziekenhuisfarmacie

Allemaal van harte gefeliciteerd met het behalen van jullie bul!

Vervolg Evaluaties studiejaar 2007 – 2008

Moleculen en Reactiviteit januari 2008Een cursus die als goed geëvalueerd is met enkel kleine kritiekpunten op de docent en de zwaarte van de cursus invergelijking met andere cursussen (brief 1).

Farmacologie practicum februari 2008Er is enige kritiek op de tijd die er is voor de voorbereiding, met name op de uitvoering en nabespreking van het practicum.Over de inhoud en opzet zijn de respondenten zeer tevreden (brief 1).

Practicum Minimale Cel 2007 – 2008De practica Celbiologie, Genetica en Biochemie zijn allemaal goed en zonder knelpunten verlopen. Wel vinden de studen-ten over het geheel genomen dat de beoordeling van de practica niet duidelijk is en het rooster niet optimaal (brief 1).

Levensloop periode 2De relevantie van het vak lijkt voor veel respondenten niet voldoende duidelijk. Ook is ongeveer de helft niet tevreden metde inhoud van het vak en de plaats in het studieprogramma. Belangrijke punten, die om verbetering vragen (brief 3).

Foliolum Jaargang XXII Ed II

Facultair

30Evaluatie cursussen

Page 31: Document

Foliolum Jaargang XXII Ed II

Facultair

31

Criminalistiek 2008 De studenten hebben een positieve waardering voor de cursus, alleen is er kritiek op het tentamen (brief 1).

Geneesmiddelvormen en Biofarmacie april / mei 2008De cursus is inhoudelijk goed bevonden. Er is echter kritiek op het practicum (werkruimte, eisen verslagen en tijdsdrukvoor opdrachten). (brief 2 + opmerkingen over practicum).

Diversiteit Ecologie en gedrag, december 2007Studenten hebben kritiek op de algehele inhoud van het vak. Dit komt waarschijnlijk voort uit het gemis aan relevantievoor de studie Farmacie, evenals vorig jaar. Bovendien is er kritiek op de werkcolleges en de wijze van roosteren. De orga-nisatie van het vak wordt wel positief beoordeeld (brief 1).

BioAnalyse april 2008Prima cursus (brief 1).

Fysiologie en Farmacologie 2007 – 2008In het algemeen zijn de studenten positief over deze cursus (brief 1).

Farmacokinetiek februari 2008 De studenten waarderen deze cursus en de docent positief (brief 1).

Specialistische Farmacotherapie november 2007De studenten hebben een positieve waardering voor deze cursus, die niet als zwaar ervaren wordt (brief 1).

Farmacie in Perspectief mei 2008Een matig geëvalueerde cursus. De studenten hadden vooral opmerkingen over de inhoud en samenhang van de collegesen de vraagstelling op het tentamen (brief 2 + opmerking over tentamen).

Farmacologie practicum januari 2008 Een prima cursus, de studenten zijn enthousiast. Mogelijke aandachtspunten betreffen de uitvoerbaarheid van depracticumopdrachten en de helderheid in de eisen van de verslagen (brief 1).

Farmaceutische Analyse A mei / juni 2008De studenten hebben een positieve waardering voor deze cursus, maar vinden hem wel zwaar (brief 1).

Immunologie juni 2008De respondenten zijn over het algemeen tevreden over de cursus. De colleges en de docenten worden als goed be-oordeeld. De normering van het tentamen en de gedetailleerdheid waarmee de tentamenvragen moeten worden beant-woord, verdienen nog aandacht (brief 1).

Thermodynamica maart 2008(tweedejaarsvak voor studenten Technische Farmacie)De cursus en de docent worden als goed beoordeeld door de studenten. Aansluiting bij voorkennis van de studenten en(toelichting op) het gebruikte boek evenals het benutten van Nestor zijn verbeterpunten (brief 2 + opmerking over boek).

Page 32: Document

Foliolum Jaargang XXII Ed II

32

STOF versus OC

J. Vogelzang en K. Rijkee namens de OCR. Kollen en L. Tanke namens het STOF

Dit is de eerste keer dat we een stukje over hetSTOF en de OC plaatsen. De STOF (StudentenOverleg Farmacie) en deOC (Opleidingscommissie) zijn beiden overleg-organen die er voor zorgen dat de opleidingenfarmacie en farmaceutische wetenschappenbeter functioneren.

Aangezien er veel vragen zijn over onderwer-pen die spelen binnen opleiding, schrijven wijvanaf nu in elke editie van het Foliolum eenkorte samenvatting van de behandelde onder-werpen van de afgelopen OC- enSTOFvergaderingen.

Er zal dit jaar veel gesproken worden over de capaci-teitsproblemen. Op ProgressWWW staan veel studentenop de wachtlijst omdat de capaciteit van een vak nietgroot genoeg is. Dit is onder andere aan de orde bij hettweedejaars vak Farmaceutische Analyse B (FA-B) en devierdejaars vakken Geneesmiddelproductie enOnderzoek (GPO) en Communicatie/Stage. Vanwege de toenemende studentenaantallen zullendeze problemen alleen nog maar groter worden. Daaromhebben wij een brandbrief geschreven naar de directeurvan het opleidingsinstituut Levenswetenschappenwaarin wij deze problemen onder de aandracht brengenen wij dringend verzoeken hier iets aan te doen.Mogelijke oplossingen voor dit probleem zijn meer geldvoor het onderwijs (voor extra docenten en coördina-toren) en de invoering van avondonderwijs.

Naar aanleiding van steeds terugkerende signalen vanstudenten over het zesde jaar is er aan het einde van hetjaar een enquête gehouden onder de bijna afge-studeerde studenten, om zo te peilen wat er volgens henveranderd zou moeten worden. De resultaten van dezeenquête zijn inmiddels bekend. Er is ontevredenheidover de onderlinge samenhang van vakken, de beoordel-ing en de coördinatie ervan. Daarnaast zouden de stu-denten graag een intensiever programma willen metmeer aandacht voor bijvoorbeeld zelfzorgmiddelen.Deze wensen worden doorgespeeld naar het ontwikkel-team van de master, zodat zij hiermee aan de slag kun-nen gaan en deze punten verbeterd kunnen worden.

Dit jaar is de klapper ‘Communicatieve vaardigheden’vernieuwd en deze zal worden uitgedeeld aan alle bach-elorstudenten. Hierin staat informatie over alle commu-nicatieve vaardigheden, zoals onder andere presenterenen verslagen schrijven. Er zal worden gekeken naar deinvulling van de verschillende communicatievormen(zoals presentaties en verslagen) in de vakken om zo allevaardigheden in de bachelor aan bod te laten komen.

Er is gebleken dat het niveau van de Nederlandse taalvan sommige studenten niet goed genoeg is. Daaromzijn er een aantal toetsingsmomenten in de bacheloringevoerd om deze studenten te signaleren en hen er opte wijzen dat het niveau omhoog moet. Indien aan heteind van de bachelor het niveau nog steeds onvol-doende is, moet hier eerst wat aan worden gedaan voor-dat men verder kan met de studie.

Bachelorstudenten zouden een beter beeld willen krij-gen van de beroepsmogelijkheden na de studie. Bij hetvak Farmacie in Perspectief vindt de eerste kennismak-ing met de apotheek plaats. Er wordt gekeken naar demogelijkheden om dit uit te breiden. Bij het schrijven vandit stukje, wordt er inmiddels gekeken naar demogelijkheid om een beroependag te organiseren. HetSTOF zal in samenwerking met het bestuur van P.S. dezetaak op zich nemen. Via de P.S./STOF-website en de e-mail worden jullie hiervan op de hoogte gehouden.Hetzelfde geldt voor een onderwijsmiddag die georga-niseerd zal worden vanuit de Opleidingscommissie enhet STOF. Deze heeft als doelstelling de vragen die bij destudenten leven te laten beantwoorden door medewerk-ers binnen de opleiding.

Indien jullie vragen en/of opmerkingen hebben, kunnenjullie in eerste instantie naar het STOF. Het STOF zal zonodig de vragen/opmerkingen doorspelen naar deOpleidingscommissie.

Page 33: Document

Mede mogelijk gemaakt door...

Dr. H. WoerdenbagDocent en wetenschappelijk coördinator voor de afdeling farmacie

Foliolum Jaargang XXII Ed II

33

Of ik een column wil schrijven voor Foliolum. Natuurlijk!Maar het moet een verhaal worden over jezelf. Oei, datmaakt de opdracht lastiger. Wat vindt de lezer leuk omover mij te weten? En wat wil ik zèlf kwijt op zo’n pagina?Als ik nu -in gedachte- Herman Woerdenbag interview endaar een verhaaltje van maak..

Sinds juni van dit jaar ben ik docent in de basiseenheidFarmaceutische Technologie en Biofarmacie. Ik neem hetrecepteerkunde-onderwijs over van dr. Gerad Bolhuis,die volgend jaar met pensioen gaat. Daarnaast (deandere helft van mijn werktijd) ben ik wetenschappelijkcoördinator voor de Afdeling Farmacie. Dat werk doe iknu ruim tien jaar.

Ik ben RUG alumnus en begon in 1976 met de studieFarmacie, waar ik 8½ jaar over deed. Dat was gemiddeldin die tijd. Tijdens mijn studie ben ik een aantal jaren stu-dent-assistent geweest en heb ik het nodige gedaan bin-nen Pharmaciae Sacrum en de ANPSV. Met een kersversapothekersdiploma op zak begon ik aan mijn promotie-onderzoek bij de toenmalige vakgroep Farmacognosie.Daarmee verkoos ik de universiteit boven de openbare ofziekenhuisfarmacie. Eind 1988 mocht ik de titel “doctor”voeren.De combinatie van onderzoek doen aan medicinaleplanten en onderwijs geven beviel goed. Uiteindelijkwerkte ik na mijn promotie tot medio 1997 als docent-onderzoeker bij Farmaceutische Biologie. Toen diendezich een carrièreswitch aan, maar de liefde voor ‘naturalproducts’ is altijd gebleven. Ik vervolgde mijn loopbaanaan de beleidsmatige kant van universitair onderzoek enonderwijs. Voordat ik docent recepteerkunde werd, wasik een half decennium lang beleidsmedewerker onder-wijs farmacie. In die tijd coördineerde ik ook het vakOriëntatie Geneesmiddelonderzoek.

Dat farmacie in de praktijk echt leuk is, werd me nogeens duidelijk toen we vorig jaar startten met een projectgericht op het ontwikkelen van de klinische farmacie inVietnam. Ik ben coördinator van dit project. Prof. KoosBrouwers is inhoudelijk verantwoordelijk en zijn enthou-siasme voor het vak is aanstekelijk. Toen prof. ErikFrijlink mij vroeg of ik zijn groep wilde versterken, zag ikdat als een prachtkans om weer wat dichter bij de farma-cie te komen. Voor dat vak had ik immers geleerd.Bovendien vind ik onderwijs en onderwijsontwikkelingheel erg belangrijk, net als het contact met studenten.

Ik vertegenwoordig onze basiseenheid in deOpleidingscommissie, de Evaluatiecommissie en hetOntwikkelteam Farmacie. Dit werk deed ik al met de pet

op van beleidsmedewerker onderwijs. Ik kan mijn ervar-ing dus gewoon blijven gebruiken. Binnen hetOntwikkelteam werken we nu aan het nieuwe eerste jaarvan de masteropleiding, dat in september volgend jaarvan start gaat.

Het vak recepteerkunde zal de komende tijd enige veran-deringen ondergaan. We willen een betere link met defarmacotherapie (is het rationeel wat de arts voorschri-jft?) en aandacht voor communicatie (wat vertel je depatiënt als je een klysma aflevert?). Ook GMP en hetomgaan met risicovolle stoffen moeten in de toekomstaan bod komen.Om mijn kennis over recepteerkunde en productzorg bijte spijkeren heb ik de afgelopen tijd veel gelezen.Daarnaast bieden de collega’s van de Apotheek van hetUMCG mij alle gelegenheid om een kijkje in de keuken tenemen en mee te draaien. Ik heb inmiddels een product-dossier ontwikkeld voor een intravitreale ooginjectie.Contacten met het veld zijn waardevol en nodig vooronze opleiding. Als docent ben ik daarom ook bij onder-wijsstages betrokken, als ze over apotheekbereidinggaan. Verder werk ik mee als redacteur aan de nieuweuitgave van het boek Recepteerkunde, dat volgend jaarmoet verschijnen.

Een onderzoeksproject doen in het buitenland wordtsteeds populairder. In de rol van internationaliser-ingsmedewerker adviseer ik studenten bij hun voorberei-ding van een buitenlandperiode en help hen met het ver-werven van financiële steun. Dit is nog een ‘erfenis’ vanmijn vorige baan, maar omdat het onderzoek betreft sluithet aan bij mijn werk als wetenschappelijk coördinator.

Iedere farmaciestudent kent de Faberzaal met helemaalvoorin en beneden de buste van prof. Faber. Ik heb prof.Faber goed gekend. Hij was een van de belangrijkste eninvloedrijkste hoogleraren in mijn studietijd. Zijnbetrokkenheid bij de studenten was groot en welge-meend. In die zin was hij een voorbeeld voor ons, docen-ten, maar er was helaas ook een grote afstand. Mijn deurstaat daarentegen altijd open, letterlijk en figuurlijk, juistvoor studenten.

Page 34: Document

Onderzoek belichtDe rol van Interleukine-8 en Epac bij astma en COPD

Loes Kistemaker

In januari 2008 ben ik begonnen met mijn onderzoeks-project bij de vakgroep Moleculaire Farmacologie. Ik hadal eerder kennis gemaakt met deze vakgroep tijdens hetvak communicatie en oriëntatie. Het was me toen al erggoed bevallen en hoewel ik wel even getwijfeld heb of ikniet bij een andere vakgroep moest gaan kijken, ben ikachteraf erg blij met mijn keuze om mijn onderzoek toch‘gewoon’ bij Moleculaire Farmacologie te doen.

Zoals jullie waarschijnlijk allemaal wel weten, houdtdeze vakgroep zich bezig met receptorfarmacologie ensignaaltransductie van de luchtwegen, voornamelijkgericht op de pathofysiologie van allergisch astma envan COPD. Dit gebeurt zowel in vivo (in vrij bewegendeproefdieren), als in vitro (in geïsoleerde organen, cellenen celmembranen), waarbij verschillende techniekenworden gebruikt.

Over al deze signaaltransductiemechanismen heeft eenieder van jullie waarschijnlijk al veel gehoord tijdens col-leges. Mijn onderzoeksproject heeft echter betrekking opeen nieuwe focus, namelijk de rol van de nieuwe cAMPeffector Epac. Dit heb ik gedaan onder begeleiding vaneen Italiaanse AIO; Sara Roscioni. Even wennen aan hetEngels praten natuurlijk, maar uiteindelijk erg leuk. Zokreeg ook mijn project in Groningen nog een internation-aal tintje.

Foliolum Jaargang XXII Ed II

34

Ik heb me dus bezig gehouden met Epac, wat staat voorExchange protein directly activated by cAMP. Zoals inonderstaande figuur te zien is, is Epac ‘het zusje’ vanprotein kinase A (PKA). PKA is al erg lang bekend, Epac isechter nog meer recent ontdekt. Er wordt veronderstelddat Epac een belangrijke rol speelt in de (pathofysiologievan de) longen, omdat het belangrijke processen zoalsinflammatie en celproliferatie kan beïnvloeden. Er is nog maar weinig bekend over de expressie van Epacin de luchtweg gladde spiercellen van de mens die onzevakgroep gebruikt, welke verkregen worden van ope-ratiepatiënten van het UMCG. Daarom heb ik geprobeerdde aanwezigheid van Epac aan te tonen met behulp vanWestern Blot analysis. Hoe dit het best gedaan kan wor-den was nog niet bekend en ik heb geprobeerd de me-thode te optimaliseren. Hier heb ik niet echt goede resul-taten mee gekregen, wat weinig motiverend werkte!

Daarom is besloten om de focus van mijn project ergensanders op te leggen, namelijk de rol van Interleukine-8(IL-8) bij astma en COPD en de rol van Epac hierin.Luchtweg gladde spieren zijn naast hun contractiele enproliferatieve functie ook in staat om onder anderegroeifactoren, cytokines en chemokines te produceren.IL-8 is een chemokine welke bij veel ziektes, ook bijastma en COPD, verhoogd geproduceerd wordt.Vervolgens zorgt het voor de infiltratie van neutrofielen

Page 35: Document

en eosinofielen en op die manier moduleert het deinflammatie, onder andere door de vorming van reac-tieve zuurstof radicalen. Vooral eosinofielen wordenbeschouwd als het meest belangrijk in de pathogenesevan de late fase van astma.Onder de COPD-patiënten zijn er veel mensen die nietgoed reageren op corticosteroïden, en er is een drin-gende behoefte aan ati-inflammatoire geneesmiddelen.Naast corticosteroiden zijn ß-agonisten erg belangrijk inde therapie, welke bronchodilaterend werken. Ook hier-bij zouden veel mensen baat kunnen hebben bij eenanti-inflammatoir geneesmiddel, met Epac als eeneventueel target.

Om het effect op IL-8 te onderzoeken zijn de cellen ges-timuleerd met verschillende stoffen. Dit heb ik gedaanmet specifieke PKA en Epac activatoren, maar ook metfenoterol, een ß2 agonist, en met forskoline, welke spec-ifiek op cAMP aangrijpt. Op die manier wordt ook heteffect van PKA én Epac onderzocht. Ook heb ik de cellengestimuleerd met bradykinine, wat aangrijpt via de Gqgekoppelde receptor. Ook zijn combinaties gebruikt omhet synergisme tussen de verschillende mechanismen teonderzoeken. Dit stimuleren wordt gedaan door de stoffen in degewenste concentratie aan het medium, en dus aan decellen, toe te voegen. De cellen zullen de stof opnemenen hierop reageren door meer of minder IL-8 te gaan pro-duceren. Dit medium blijft 18 uur op de cellen zitten,waarna het supernatant verzameld wordt. In dit super-natant kan met behulp van een ELISA (Enzyme-LinkedImmunoSorbent Assay) de hoeveelheid geproduceerdeIL-8 gemeten worden. Dit klinkt misschien saai, maar wanneer je aan het eindvan de dag leuke resultaten hebt na al je inspanningen,ben je hier erg blij en vind je het de leukste techniek dieer is. Uiteindelijk heb ik hier goede én significante dataweten te verzamelen en bleek dat PKA en Epac beide instaat zijn de hoeveelheid geproduceerde IL-8 dosis gere-lateerd te beïnvloeden. Hier was ik, en natuurlijk mijnbegeleidster, erg blij mee.

Om meer zekerheid te krijgen over deze data heb ik ookonderzocht wat het effect van al deze stoffen is op deeiwit expressie, opnieuw met behulp van Western Blotanalysis. Ik heb specifiek gekeken naar de activatie vaneen MAP (mitogen-activated protein) kinase, namelijkERK (extracellular signal-regulated kinases). Ik hebweten aan te tonen dat ERK verhoogd tot expressie komtna zowel stimulatie van PKA als Epac, met als gevolg eenverhoogde IL-8 productie. Bovendien wordt deze acti-vatie sterker wanneer je het combineert met bradykinine.Dit was in overeenstemming met de IL-8 data en dus eenextra bevestiging.

Vervolgens heb ik nog twee remmers gebruikt, welke vol-gens een verschillend mechanisme aangrijpen. Metbeide was een verminderde IL-8 productie en een ver-mindere ERK expressie te zien. Opnieuw een bevestig-ing!Tot slot is er ondertussen een methode gevondenwaarop Epac wel aangetoond kan worden en hier is eennieuwe student al mee bezig.

Al met al heb ik dus, na een ietwat moeizame start, leukeresultaten weten te verzamelen, waarover mijn begeleid-ster een artikel gaat publiceren. Het is erg leuk om, integenstelling tot een practicum, zelf over je experi-menten na te mogen denken en uit te zoeken hoe je dithet beste aan kunt pakken. Maar buiten dat heb ik ookeen erg leuke tijd gehad bij deze vakgroep, de 28 wekenzijn voorbij gevlogen. Het was altijd erg gezellig, waar-door ik er elke dag met veel plezier naar toe ging. Ookdingen zoals samen het EK-voetbal kijken was erg gezel-lig. Hoewel dit voor mijn begeleidster (ik help je evenherinneren: Italiaans; en zo ongeveer de meest fanatiekevoetbalsupporter die ik ken!) natuurlijk minder leuk was.Ook heb ik de jaarlijkse lab-dag mee kunnen maken,wat, zoals op de foto te zien is, een succes was.

Ik wens iedereen die zijn onderzoek nog moet gaan doenveel plezier. Naar mijn idee is dit het leukste onderdeelvan je studie! Zoek een vakgroep die bij je past en als jetwijfelt, moleculaire farmacologie is een aanrader en jekunt altijd even een kijkje komen nemen!

Foliolum Jaargang XXII Ed II

Facultair

35

Page 36: Document

Student in het buitenland

Tessa Leenders

Toen was de tijd gekomen om een half jaar onderzoek tedoen, om deze tijd nog specialer te maken leek het meleuk dit in het buitenland te doen. Omdat de vakgroepKlinische chemie me erg aansprak, kwam al snel Curaçaoals optie naar voren. Onder begeleiding van Prof.Muskiet heb ik in Nederland mijn project voorbereid.Vitamine D deficiëntie in tropische gebieden lijkt miss-chien niet voor de hand te liggen en juist daarom heb ikdit onderzocht. In Nederland is het vrij normaal om bijeen bepaalde leeftijd supplementen te nemen om vita-mine D aan te vullen, op Curaçao is dit zeker niet vanzelfsprekend omdat daar veel zonneschijn is. Maar wat nouals de mensen niet buiten komen? Hoe komen ze danaan hun vitamine D? Ik ben nu nog bezig met het verw-erken van de resultaten maar het is al wel duidelijke datook op Curaçao helaas vitamine D tekort voorkomt.

Vanuit Nederland had ik veel voorbereidend werkgedaan zoals het onderkomen op Curaçao geregeld ende verschillende fondsen voor een buitenland stageaangeschreven. Zonder de subsidie van KNMPStipendiafonds, het Marco polo fonds en het Guf zou heteen stuk moeilijker worden het onderzoek in het buiten-land te doen.

Bij aankomst op Curaçao was het wel even wennen, ikkwam uit een koud en regenachtig Nederland in een tro-pisch warm klimaat met een hele andere cultuur waar ikniemand echt kende. Na een kleine aanpas periode waarik toch even moest wennen zat ik helemaal in het levendaar. Ik kwam erachter dat het toch wel een beetjeanders gaat dan in Nederland, het openbaar vervoerbijvoorbeeld. Zoals je misschien kunt voorstellen zijndaar geen treinen en trams of metro’s. Wel busjes, algaan die niet op gezette tijden of routes. Wanneer je ineen busje zit, kan die je brengen naar het huis waar jemoet zijn. Ideaal zou je zeggen…maar iedereen kan datdus doen, dus de rit duurt op die manier wel iets langer. Huizen zoals wij in Nederland hebben kennen ze daarook niet, iedereen leeft veel meer buiten, dus de porch iserg belangrijk. Huizen hebben dan ook vaak geen boven-verdieping.

Verder is het niet normaal om gewoon over straat telopen, bijna alles doe je met de auto. Ik was dan ooksuperblij eindelijk mijn eigen autootje te hebben, hetzijn echter geen glimmende mercedessen die je daarhuurt, maar kleine barrels waar nog al eens wat aan man-keert, zoals geen binnenspiegel, ramen die niet openkunnen (of juist niet meer dicht) en onverklaarbare geluiden die uit de auto komen.

Foliolum Jaargang XXII Ed II

36

Op Curaçao spreken de mensen Nederlands enPapiaments. Omdat sommige mensen slecht Nederlandsspreken, stelden ze het op prijs als ik ook een paarwoordjes Papiaments kon.

Wat weer heel herkenbaar was daar, was dat de guldendaar nog gewoon wordt gebruikt. De munten en briefjeszien er wel iets anders uit, maar de koers is ongeveergelijk aan onze oude gulden.

Met mijn onderzoek kwam ik veel bij mensen thuis ommet hun een enquête over hun leef- en eetgewoontesdoor te nemen en om een bloedmonster af te nemen omaan de hand van verschillende parameters de vitamine Dstatus te kunnen bepalen. Hiervoor heb ik samen ge-werkt met de thuiszorg, een verpleegtehuis en verschil-lende bejaardenhuizen. Het samenwerken met verschil-lende instanties en mensen was erg interessant, je zietveel van de verschillende instanties en hun werkzaamhe-den. Doordat het zoveel verschillende instanties warenwas het ook veel geregel en overleg, maar daar heb ikveel van geleerd om dat zo soepel mogelijk te laten ver-lopen.

Page 37: Document

Mijn resultaten en bloedmonsters kon ik op het laborato-rium van Stichting Rode Kruis bloedbank verwerken.Ook heb ik samen met een orthopedisch chirurg gewerkt,zodat ik verschillende mensen in het ziekenhuis konbenaderen. Via hem mocht ik ook meekijken met tweeoperaties, dat was een hele nieuwe ervaring en heel erginteressant. Doordat ik veel bij mensen thuiskwam zag ikdat er erg veel mantelzorg is op het eiland. Familie is nogsteeds heel erg belangrijk op Curaçao. Moeder en vaderwonen dan ook vaak naast of bij zonen en dochters in.Het is ook vaak druk bij mensen thuis en iedereen kanaltijd langskomen. Dit maakte mijn onderzoek een stukmakkelijker omdat ik minder hoefde te plannen. Als ik inde ochtend bellen kon ik die middag gewoonlangskomen. Op Curaçao is het ook gewoon niet te veelte plannen, wat komt dat komt.

Er was nog een farmaceut, Anneliene Schimmel, die ookop dit eiland haar onderzoek deed en met wie het snelklikte. Met haar en een groep huisgenoten gingen we inde weekenden het eiland verkennen, zo ook de velelandhuizen die nog uit te slavernij stammen.

De werkdagen begonnen vroeg en konden lang duren,maar het weekend was des te relaxter, heerlijk naar deverschillende stranden en in de avonden verschillendehappy hours af. Veel stagiaires zoeken elkaar toch op, erzijn een aantal uitgaansgelegenheden waar op vasteavonden iedereen komt, dus na een aantal weken kendeje al heel veel mensen. Iedereen heeft ook hetzelfdesoort leven dus dat trekt elkaar ook wel aan. Demogelijkheden om op Curaçao nieuwe dingen teproberen waren te veel om op te noemen. Iedereen wasenthousiast om nieuwe dingen te proberen, dus daar gaje snel in mee. Een echte must is het duiken, voor 295gulden (120 euro) kon je al je duikbrevet (PADI) halen.

Voor de rest wordt op Curaçao enorm veel gedanst, endan ook de mannen die in Nederland nog wel eens muur-bloempjes zijn, gingen op Curaçao met de heupenwiegen. Omdat daar veel salsa, merengue en bachatawerd gedraaid, ben ik op salsa les gegaan Samen metiemand die ik daar heb leren kennen, hebben we tweecursussen doorlopen en kon ik op het laatst een paarleuke pasjes maken. Ook kwam bij toeval zeilen op mijnpad, na flink wat lessen heb ik ook daarvan mijn brevetgehaald. Het waait altijd op Curaçao, dus wind genoegom te zeilen.

Op Curaçao is ook een dolphine academie waar je metdolfijnen kunt zwemmen. Omdat het daar niet duur is enje het toch een keer gedaan moet hebben, heb ik metvriendinnen een half uur met dolfijnen gezwommen. Er isook een therapie gedeelte waar bijvoorbeeld autistischekinderen met dolfijnen kunnen zwemmen.

Toen het moment gekomen was om naar Curaçao te gaanviel het me erg zwaar, maar toen dat moment op Curaçaogekomen was, viel het me opnieuw erg zwaar. Ik heb veel geleerd van deze ervaring en ik ben er ookdoor veranderd en ik had het nooit willen missen. Ik wilnu zeker meer van de wereld zien en ik hoop dat ik snelweer die mogelijkheid krijg.

Als je meer zou willen weten over Curaçao of onderzoekin het buitenland kun je altijd contact met me opnemen.

Ayo

Foliolum Jaargang XXII Ed II

Facultair

37

Page 38: Document
Page 39: Document

Alumnus

D. Vogel

Foliolum Jaargang XXII Ed II

39

Ik ben door de Redactiecommissie gevraagd om iets tevertellen over mijn studietijd en de werkzame periodedaarna als apotheker. Nu moet ik bekennen dat ik nogniet eens drie jaar ben afgestudeerd, dus de ervaring inde apotheek is betrekkelijk.

Op de lagere school was de inschatting dat ik makkelijknaar het VWO moest kunnen. Mijn ouders dachten echterdat ik op de HAVO beter uit de verf zou komen en hier-mee in de privé-situatie meer ruimte over zou houden.Na een carrière van zes jaar heb ik dit diploma behaalden omdat ik eigenlijk nog niet wist wat ik voor opleidingzou kunnen doen ben ik naar enkele open dagen gegaan.Zo kwam ik terecht op de Hogere Laboratorium Opleiding(HLO). Dit was leuk! Allemaal mensen in witte jassen dieleuke proefjes deden. Dat was ook wel wat voor mij.Jammer genoeg had ik geen natuurkunde en wiskunde Bin mijn pakket, dus toch maar gestart op de MiddelbareLaboratorium Opleiding. Deze opleiding ging me erggemakkelijk af. Tijdens mijn stage bij de Keuringsdienstvan Waren en een producent van babyvoeding kwam iker echter achter dat ik het werk in de praktijk niet zo inte-ressant vond. Ik besloot om door te studeren, het zou deHLO in Utrecht worden. Na een half jaar had ik mijn pro-pedeuse op zak en heb toen de benen genomen. Mijnvriendin, nu huidige vrouw, zou naar Groningen gaan omeen studie te starten en ik mocht mee! Tijdens het door-spitten van het universiteitsboekje kwam ik de studieFarmacie tegen, hé dit leek toch wel veel op de laborato-riumsfeer waarin ik tot voor kort verkeerde.

September 1999 begon de introductie van de EIK en eenmaand later werd deze voortgezet op Ameland. Na driefantastische dagen, een hoop drank en veel nieuwevrienden te hebben gemaakt werd ik samen met Elma,Bart, Henk, Josine en Mark verkozen tot EersteJaarsCommissie. Dit betekende dus dat we bij ieder feest aan-wezig zouden zijn! Dat was een mooi vooruitzicht. Nadrie mooie feesten in onder andere de Golden Arm heb-ben we het EJC-jaar afgesloten met een feest in de BeachBar, waar om drie uur 's nachts nog een vrouwelijkestamgast een spontane stripshow gaf! En iedereen maardenken dat wij die mevrouw hadden ingehuurd.De tijd in de Buitenland Excursie Commissie was even-eens om niet te vergeten. Eén van mijn commissiegeno-ten loopt zelfs nu nog rond op de faculteit (hoi Dries). Deonvergetelijke BEC-onthullingsborrel in 2002 met PoolseVodka in overvloed heeft sommige mensen doen besef-fen dat deze drank toch best hard kan aankomen. De reisging destijds naar Krakow waar de 'roots' liggen van onzeBEC-praeses Joanna Klopotowska. Een mooie meevallerwas dat zij de boete voor een snel-

heidsovertreding wist te verlagen van 40 naar 10 euro.Waar de Poolse taal al niet goed voor is.

De studie farmacie ging ondertussen eigenlijk wel soe-pel. Weinig hertentamens en daarnaast veel assisterenvoor de vakken celbiologie, TBF, biostatistiek en farma-cokinetiek. Dit assisteren is leuk en zeer leerzaam, ik kanhet iedereen aanraden. Net voor de periode dat ik stagemocht gaan lopen heb ik een week of tien vertragingopgelopen doordat ik het theorie examen van recepteer-kunde een aantal keren heb verprutst. De tijd voor hetwachten op een nieuw examen heb ik benut met een reisnaar India, heel gaaf!

Via een studiegenoot ben ik direct na de studie in Zwollebegonnen als onderzoeker voor het HARM onderzoek,een grote multi-center studie naar geneesmiddelgerela-teerde ziekenhuisopnames. Een zeer leerzame periodewaarin ik veel in de kliniek ben geweest om medischestatussen door te spitten. Aan de hand van de gebruiktemedicatie moest een inschatting worden gemaakt of deopname naar aanleiding van een medicatiefout wasgebeurd. Helaas is de oorzaak van ruim vier procent vande spoedopnames medicatie-gerelateerd. Een uitdagingvoor de toekomstige apotheker om hier verandering in tebrengen!Een opleidingsplaats op korte termijn in Zwolle zat erechter niet in. Gelukkig werd ik in dezelfde periode bena-derd door een collega uit Leeuwarden die daar in oplei-ding zou gaan, maar toch naar Arnhem ging; of ik nogiemand wist die in Leeuwarden wilde werken. Ja, die wistik wel! Zo ben ik in november 2006 aan een projectplekin Leeuwarden begonnen en in juli 2007 ingestroomd alsziekenhuisapotheker in opleiding.

In mijn huidige werk komen verschillende aspecten naarvoren. Een deel van mijn werkzaamheden bestaat uit hetupdaten van een transmuraal formularium. Dit houdt indat ik literatuurstudie moet doen om de meest recenteontwikkelingen op verschillende ziektegebieden bij tehouden. Voor elk ziektegebied is er een werkgroepsamengesteld, welke bestaat uit een ziekenhuisapothe-ker, specialist, huisarts en een openbaar apotheker.Gedurende bijeenkomsten vinden discussies plaats overde mate van evidence van de effectiviteit van genees-middelen, waarna men tot een gefundeerde keuze vooreen bepaald geneesmiddel komt.

Page 40: Document

Naast het formularium ben ik één tot twee dagen perweek dagapotheker, hier komt de bereiding van genees-middelen voorbij en de daarbijbehorende kwaliteitscon-troles door het laboratorium. De medicatiebewaking iseen ander groot onderdeel van mijn werkzaamhedenwaarbij voornamelijk interacties tussen geneesmiddelenworden beoordeeld. Daarnaast kun je geconsulteerdworden door artsen, verpleegkundigen, analisten enapothekers-assistenten over geneesmiddelen. Deze vra-gen variëren van de wijze van toediening van geneesmid-delen tot de bloedspiegelbepaling ervan met bijbeho-rende doseringsadviezen.Wanneer je in opleiding tot ziekenhuisapotheker gaatmoet je minimaal een half jaar voltijd aan wetenschap-pelijk onderzoek besteden. Op dit moment zit ik in deopstartfase hiervan. Samen met een reumatoloog enmijn opleiders Koos Brouwers en Eric van Roon ben ikbezig een onderzoeksvoorstel op te stellen. Ik hoop in deloop van 2009 de eerste patiënt te includeren en eind2010 hierover een artikel te publiceren.

De veelzijdigheid van aspecten van de ziekenhuisfarma-cie zijn voor mij een reden om dit vak erg leuk te vinden.Ik kan het iedereen aanraden en ik zou zeggen: komtegen de tijd dat je stage moet lopen eens langs inLeeuwarden!

Djoek Vogel

Foliolum Jaargang XXII Ed II

Pharmaciae Sacrum

40

Foto’s Alumnidag 6 september 2008

Page 41: Document

Alumnidag

Jan-Dietert Brugma

Na lang praten en veel gefilosofeer was het 6september 2008 dan zover, de Alumnidag vanPharmaciae Sacrum. Alexander Armbrust,Matthijs van Luin, Lous Kluin en MirjamSimoons hadden de organisatie op zich geno-men.

Ongeveer vijfentwintig oud-leden hebben zich aange-meld, uitlopend van de jaren 1997 tot en met 2000.Volgens het programma moest iedereen zich om twaalfuur melden bij het "Land van Kokanje", waar een lunchen instructies op ons wachtten. Hier was het weerzienvan oude bekenden, waarvan je sommigen al een paarjaar niet meer gezien had (dus de vraag rees soms op,wat ook al weer de naam was van die ene persoon).Natuurlijk konden we daarnaast kennis maken met hethuidige bestuur van P.S. Waarna we door de organisatienaar de tafels werden gedirigeerd. Er volgde een kortemaar altijd weer bondige uitleg van Alexander over deplannen van de dag.

Zijn eerste taak was om de voorgenomen rally even snelom te vormen naar een "puzzelrit" (weer van dat juridi-sche geneuzel, want volgens mij is het resultaat hetzelf-de; met slippende banden wegrijden, één heeft de taakde Volvo met een kastje te spotten en hopen dat je heelaankomt). Op de oude vertrouwde Bloemsingel zou de"puzzelrit" aanvangen. Alexander en Matthijs zouden destart regelen, al waren ze toen al volledig de regie kwijtover de vijf auto's. Als eerste vertrokken Maurits de Rotteen Emma de Feijter, als oud-bestuur, en het zou nog langduren voordat we ze terug zagen. Als derde konden wij(Peter Brummelhuis, navigator, Rik Stuurman en JelteMeulenaar (de heren van het bier) en ikzelf chauffeur),met een achterbak slepend over de grond van het bier,starten.

Peter, wonend in Groningen, wist precies de weg doorhet lege landschap van de Ommelanden en zette nauw-keurige koers uit, met zo min mogelijk aantal kilometers.

Hij bracht ons via de binnenwegen optimaal naar DeFraeylemaborg (op zoek naar een paard en een hond ophet dak), waar Lous en Mirjam ons verwelkomde met eenbiertje en voor de chauffeurs iets fris. Na deze goedestart volgde de route via Sidderburen en Scheemda naarde Blauwe stad (leuke buitenwijk, maar ik zou er nietdood gevonden willen worden). Na deze lange tocht(waarbij ook nog wel wat denkwerk moest worden ver-richt) verlangden de heren, zeker na al dat bier, naar eenvette hap, wat resulteerde in een versnelde rit (gelukkigkennen ze in Groningen nog geen traject controle) naarde stad. Aangekomen bij de finish, hadden we hetgenoegen om als eerste het bier, inclusief vette hap, temogen verwelkom.

Ondanks dat het huidige bestuur het voor elkaar kreegom gediskwalificeerd te worden en het oude bestuur ver-geten was dat er ook nog zo iets was als een klok, washet verschil in de top drie erg klein. Maar door het sublie-me navigeren van Peter mocht hij de fantastische prijs(fietsroutes in Groningen en een fles bubbels die nietopen te krijgen was) in ontvangst nemen. Na een borrel in de fameuze Gouden Zweep, werd deavond voortgezet in eetcafé ‘Schuitendiep’. Hier werdenwe getrakteerd op een heerlijke drie gangen maaltijd.Hier werd de groep ook nog aangevuld met oud-ledendie overdag niet aanwezig konden zijn. Onder genot vanijs en koffie werden de plannen voor de avond gesmeed.Voor de Tapperij was het nog wat vroeg! Dus na een langediscussie was het besluit om maar de stad in te gaan ente zien waar we terecht kwamen. Om censuur te voorkomen sluiten we daarom af met: dathet bier nog steeds prima smaakte! De openingstijdenbestaan nog steeds niet en paracetamol werkt nogsteeds prima tegen koppijn.

Alexander, Matthijs, Lous en Mirjam dank jullie wel voorde goede organisatie, we kijken uit naar de alumnidagvan 2009.

Foliolum Jaargang XXII Ed II

41

Page 42: Document

Eerstejaarsexcursie Suikerunie

Pim de Haan

Op maandag 13 oktober was het dan zo ver: na een ruime maand colleges was er voor deeerstejaars van farmacie de allereerste excursiegepland. Volgens P.S.-traditie ging deze eersteexcursie naar de fabriek van de Suikerunie, inHoogkerk. De suikerfabriek was inmiddels algestart met haar bietencampagne; de karakte-ristieke geur was volop te ruiken in de stad.

Om één uur 's middags verzamelden degenen die mee-gingen zich voor het gebouw MWF, waar het assessoraatvan P.S. al klaar stond. Na een korte tijd wachten op delaatste paar deelnemers kon de stoet fietsers (het zullener zo'n 25 geweest zijn, helaas een stuk minder dan de50 beschikbare plaatsen) vertrekken richting Hoogkerk.

Daar aangekomen werden we ontvangen met een over-heerlijke kop koffie, waarna een korte film over deSuikerunie werd getoond. De film gaf alvast een kortinzicht in de productie van kristalsuiker uit suikerbieten,welke producten ervan gemaakt worden (de door deSuikerunie geproduceerde suikerproducten worden ver-kocht onder de merknaam 'Van Gilse'), en gaf ook eenkort overzicht van de geschiedenis van de Suikerunie. Oorspronkelijk hadden twee suikergiganten, deSuikerunie en de Centrale Suiker Maatschappij (CSM),elk een fabriek: de Suikerunie in het westen van de stadGroningen, en CSM in Hoogkerk. Begin 2007 heeft CSMhaar suikerafdeling verkocht aan de Suikerunie, waar-door de Suikerunie momenteel in het bezit is van beidefabrieken (op beide fabrieken prijkt het Suikerunielogo).De fabriek in Groningen wordt nu alleen nog gebruiktvoor de opslag van geproduceerd suiker, vanaf volgendjaar zal de fabriek in Hoogkerk zelf voldoende opslag-ruimte hebben en wordt de Groningse fabriek afgebro-ken.

Na de film begon de daadwerkelijke rondleiding, diewerd verzorgd door twee gidsen. Het productieproceswerd min of meer chronologisch gevolgd - alleen duurdede rondleiding minder lang dan de 24 uur die een suiker-biet erover doet om volledig door de fabriek te komen.Het begon bij de weegbrug voor binnenkomende vracht-wagens, waar naast het wegen ook een monster wordtgenomen van de door hen aangeleverde lading suiker-bieten. Aan de hand van dat monster wordt de prijs diede boer zal krijgen voor zijn bieten bepaald. Na de weegbrug worden de bieten gelost op een grotehoop achter de fabriek, waarna ze de fabriek in wordengetransporteerd. Eerst worden de bieten gewassen, want

Foliolum Jaargang XXII Ed II

42

zand en stenen zijn immers niet prettig in de koffie. Na het wassen vallen de bieten in een hoge toren naarbeneden, aan de binnenzijde bekleed met vlijmscherpemessen, waar ze tot kleine reepjes worden versneden.Nu kan het meest energieverslindende deel van de sui-kerproductie beginnen: het koken van de suikerbietentot een stroperig sap, waar de suiker uit gewonnen kanworden. Binnen deze afdeling van de fabriek was de temperatuurerg hoog en de lucht vochtig (de gids kreeg een hevigehoestbui). Door een serie kleine kijkglaasjes in de enor-me reactievaten werd zichtbaar hoe het diksap lang-zaamaan werd omgezet tot helderwitte sacharosekristal-len.

Ergens halverwege werd er door de deelnemers aan deexcursie nog een tussenproduct geproefd, namelijk eenmengsel van suiker en een fractie die er nog uitgehaaldmoest worden (het deed denken aan basterdsuiker,maar dat was het volgens de gids zeker niet).De laatste stap kwam in zicht: de opslag en distributievan de geproduceerde suiker. Deze afdeling kon niet vandichtbij bekeken worden; staande naast de grote opslag-torens werd toegelicht hoe de suiker wordt gescheidenop basis van korrelgrootte en deze vervolgens in verpak-kingen van allerlei vormen en afmetingen werd gedaan.Daarna begint de distributie van de suiker.

De excursie was hiermee bijna tot een eind gekomen: demenigte eerstejaars kwam weer aan bij het beginpuntvan de rondleiding, het filmlokaaltje. Hier werd de rond-leiding afgesloten met een kort vragenrondje, gevolgddoor een glas frisdrank - uiteraard pas nádat ons werdverteld dat er maar liefst zes à zeven suikerklontjes ineen glas cola zitten. De groep fietste weer terug richting MWF rond vier uur 'smiddags. Al met al was het een zeer geslaagde excursie,die een interessant inzicht verschafte in de herkomst van'die typische stank'.

Page 43: Document

Foliolum Jaargang XXII Ed II

43

Ieder jaar wordt het weer georganiseerd: Deeerstejaarsexcursie naar de OPG (OnderlingePharmaceutische Groothandel). Het bestuursamen met 45 eerstejaars gaan op bezoek bijdit bedrijf. Dit jaar was de excursie gepland opwoensdag 19 november. Na weer een geweldigcollege DEG stond er in Haren een bus voor onsklaar. Op het programma stonden een rondlei-ding door de OPG, een lunch, een praatje vanLeo Timmers, een potje karten in Hoogeveen endaarna een lekker avondmaal.

Die woensdag vertrokken we rond 11 uur met de bus rich-ting Staphorst. Na een uurtje reizen waren we er en wer-den we ontvangen in een zaaltje. Voor de rondleidingwerd iedereen in 3 groepen verdeeld, die ieder eengids/begeleider kregen. Ze lieten zien hoe alle produc-ten die binnenkomen volgens een bepaald systeem instellingen werden geplaatst. Dit gebeurde heel zorgvul-dig, zodat bestellingen gemakkelijk en snel bij elkaarkonden worden gepakt. In principe gaat dit net als bijandere groothandelaren: Met behulp van het welbeken-de orderpick-systeem.

Na de rondleiding was het lunchtijd. Hier was iedereenwel aan toe en de broodjes kroket waren zeker een suc-ces. Toen we vol zaten begon Leo Timmers met zijn praat-je. Hij vertelde over zijn werk en vooral de dingen die

OPG-Eerstejaarsexcursie

Steffan Geertman

voor ons, farmaceuten, relevant zijn. Het ging over wat hijbinnen de OPG deed en over wat ze willen veranderen enbereiken met de nieuwe organisatie Mediq.Het gaat hierbij vooral om persoonlijk advies, goed over-leg met andere deskundige zorgverleners en innovatie.Daarna stapten we de bus weer in en als presentje kre-gen we allemaal een USB-stick mee.

Bij Indoor Karting Hoogeveen mochten we allemaal eennickname verzinnen en werden we ingedeeld bij een vande zes heats voor het karten. Tijdens het wachten kon-den we uiteraard wat te drinken bestellen, wat ookbetaald werd door OPG. Na de zes heats werd er nog eenfinale gereden met de beste racers van alle heats. RogierHilbers ging als eerste door de finish en kreeg een gewel-dig mooie beker en een lekkere dikke smakkerd van hetmeisje achter de bar. Ook Sven de Krou en ik, die respec-tievelijk tweede en derde werden, kregen ieder eenbeker en een zoen. Hierna werd het warm en koud buffetgeopend en stortte iedereen zich op het heerlijke eten.Nadat we goed gegeten en gedronken hadden, ver-plaatsten we ons weer naar de bus en konden we vanuitHaren weer naar huis. Volgens mij was het een geslaag-de dag en ik denk dat er nog veel meer mooie activiteitenkomen, met het oog op december.

Page 44: Document

Op dinsdag 11 november 2008 stond het eerste EJC-feestvan het jaar in de planning, wat tevens het laatste feestvan EJC "Cervisia" zou zijn. Een nieuwe EersteJaarsCommissie stond namelijk te trappelen om het stokjeover te nemen. In Huize Maas, waar de band ENERGY deavond aftrapte, liep het al snel vol met farmaceuten. Deband speelde enthousiast en er konden zelfs verzoek-nummertjes aangevraagd worden.

Veel mensen hadden hun masker opgezet, het themavan het feest was immers "Incognito". Vele maskers pas-seerden de revue, van vlinders en Esmeralda's tot DarthVader. Echte creatievellingen hadden hun outfit com-pleet aangepast en gingen voor een geheel andere per-soonlijkheid. Maarten en Sven waren er respectievelijkals hamer en roos.

Ondanks de hoge prijs vloeide het bier rijkelijk; een gra-tis fust gaat er namelijk altijd goed in.

Foliolum Jaargang XXII Ed II

44

EJC-feest

Casper van der Hoeven

Na de band kwam er een DJ die voor de rest van de avondvoor de muziek zorgde. Nu konden er mooie pasjesgemaakt worden op de dansvloer en menig farmaceutstond even later dan ook op het podium.

Om half vier werd aangekondigd dat het einde van hetfeest er nu toch echt aan zat te komen. De DJ draaidedaarom nog een stuk of vijf afscheidsliedjes, maar daar-na moesten de mensen die nog verder wilden feestenzich maar naar de afterparty in de Tapperij begeven. Ofdit een grap was of echt, heb ik niet meer ondervonden.

Ik ben ervan overtuigd dat goed voorbeeld doet goed vol-gen en dat het volgende EJC feest minimaal even mooiwordt als dat van afgelopen dinsdag.

Veel succes met het organiseren van het feest in januari!

Page 45: Document
Page 46: Document

Foliolum Jaargang XXII Ed II

46

Beste lezer,

Het is mij een eer en genoegen om jullie in deze uitgavevan het Foliolum te berichten over de allernieuwste com-missie die onze vereniging rijk is: de CarrièredagCommissie! Een idee dat nog niet zo heel erg lang gele-den is ontstaan en wel op de volgende wijze. We schrijven de maand maart van het lopende jaar, datPiter en ik onder het genot van veel drank in Cafe TimeOut op de ons gebruikelijke enthousiaste wijze het reilenen zeilen binnen onze prachtige vereniging PharmaciaeSacrum doorspraken. Immers, het was 'ongenuanceerdevrijdagavond'. En, zoals dat gaat op deze avonden,waren we het de hele tijd met elkaar eens. Zo ook over devolgende twee zaken. - Pharmaciae Sacrum heeft te weinig activiteiten die

gericht zijn op de master-studenten en - er bestaat te weinig contact tussen apothekers in spe

en hun aanstaande werkveld. Ondanks - of misschien wel dankzij - onze beschonkentoestand wisten we gaandeweg ons gesprek deze tweezaken te verbinden in een nieuw initiatief: deCarrièredag. Hoewel we nog geen vijf minuten na dezeingeving al droomden van wachtlijsten voor zowel bedrijfals student met dollartekens in de ogen, beseften we onsterdege dat vooral de drank het idee zo goed maakte.Zodoende werd er, ondanks goede voornemens, eenweek lang niet over gesproken. Stiekem bleef het ideeechter toch kriebelen. Het is een week later als we, nuch-ter en wel, de besproken zaken nog eens proberen terugte halen. We zijn verbaasd dat we nu ook zonder drank zoenthousiast worden en besluiten tot het schrijven vaneen concept. Dit concept was al binnen enkele dagenklaar, waarna contact werd gezocht met het bestuur.Sindsdien is de bal echt gaan rollen en wel in de richtingvan de ALV. Toen de ALV eenmaal achter de rug was,waren we blij dat we konden uitzien naar een aantalnieuwe mensen, die ons konden versterken. Immers, decommissieavonden met ons tweeën begonnen te verve-len: we gingen op zoek naar nieuwe gezichten met nieu-we inzichten. Gelukkig verliep de samenstelling van degehele commissie zeer voorspoedig en door de aanwinstvan drie echte talenten zijn we inmiddels goed op dreefgeraakt. Zo staat de Carrièredag inmiddels op de agendavoor maandag 16 maart 2009 en is deze dag vrij geroos-terd voor zesdejaars studenten! Daarnaast zijn ook vijf-dejaars studenten welkom! Op de dag zullen 8 bedrijven aanwezig zijn uit zowel deopenbare farmacie als de farmaceutische industrie.Binnenkort kun je hier alles over vinden op onze nieuwesite: www.pscarrieredag.nl! Dus, als je nu bijna klaarbent met je studie Farmacie of FarmaceutischeWetenschappen; zorg dat je erbij bent op maandag 16maart 2009! We houden jullie op de hoogte, Met vriendelijke groeten,

Ebian Brill, Loes Kistemaker, Piter Oosterhof, KirstenLubbers en Lisette Knuif.

Beste mede-farmaceuten,

Een leuke sportieve dag binnen de G.F.S.V. 'PharmaciaeSacrum' is natuurlijk de Rijwiel Prestatie Tocht. Dit jaarwordt deze gezellige dag voor de 36ste keer georgani-seerd. Er wordt een fietstocht uitgezet langs allemaalmooie plekjes van Groningen. Tijdens het fietsen wordeneen aantal opdrachten bedacht om jullie vindingrijke engeestige hersenen toch ook even flink te laten kraken.

Om tussendoor even bij te komen van de actieve fiets-tocht wordt een leuke groepsactiviteit gepland. Wordt het paintballen, bioscoop of misschien karten?Eén ding is echter zeker, het wordt geweldig mooi! Na deactiviteit zal weer op de fiets worden gesprongen omrichting Groningen terug te keren.

Eenmaal weer aangekomen in Groningen zullen de hon-gerige magen gevuld worden met een lekker diner.Hierna zal de sportieve maar ook gezellige dag wordenafgesloten met een borrel waar bekend zal wordengemaakt wie de opdrachten het best heeft uitgevoerd enwelke naam in de prestigieuze RWPT beker zal wordengegraveerd.

Dus, ben jij die enthousiaste farmacie student die deeventuele zadelpijn durft te trotseren, doe dan mee!

Go to fietz yourself!

Lotte Knapen PraesesMaarten Broecks Ab-actisJulia Lederhofer QuaestorSimba Timmer Assessor

RWPTCCarrièredagCommissie

Page 47: Document

Foliolum Jaargang XXII Ed II

47

SSS

Lieve Farmaceuten,

Aangezien wij net geïnstalleerd zijn, leek het ons gepastom ons even voor te stellen. Wij zijn de SSS, ofwel decommissie farmaceutische wetenschappen en zullen ditjaar 2 mooie symposia organiseren en als afsluiting vanhet jaar nog een binnenlands bedrijvenbezoek. Dit jaarzal de commissie bestaan uit Karlijn, Milou, Remy, Ingriden Mark.

Karlijn is dit jaar onze gedreven praeses en zal altijd vande partij zijn om ons de goede weg te wijzen. Milou staatdit jaar garant voor een goede verslaglegging als ab-actisen streeft naar perfectie van onze activiteiten. Remy isonze quaestor. Met zijn motto 'geld moet rollen' zal hijervoor zorgen dat alles goed gefinancierd zal worden.Het assessoraat bestaat uit Ingrid en Mark. Ingrid is devroege vogel van ons en zal ervoor zorgen dat we altijdop schema blijven. En last but not least, Mark. Hij zaliedereen overtuigen van ons mooie programma met zijnzachte géé.

Het komende jaar zal in het teken staan van vooruitstre-vende gedachten die hopelijk tot mooie ideeën en the-ma's zullen leiden. Wij kijken er daarom naar uit jullie temogen ontmoeten op één of meerdere van onze activitei-ten.

SSS '08-'09 'Vooruitstrevend'

Karlijn Rijkee Milou VreemanRemy VerheijenIngrid van der MoorenMark Bastiaansen

Batavierenrace

In 50 voor Christus zakten de grote batavieren met vlot-ten de Rijn af. In navolging van deze grote sterke mannenorganiseerde een groep Nijmeegse studenten in 1973een estafetteloop van Rotterdam naar Nijmegen. Het waseen daverend succes! Vanwege logistieke problemenwerd besloten om de race de jaren daarop te verplaat-sen. Sinds 1974 lopen de deelnemers vanaf hetUniversitair Sportcentrum Nijmegen, via Duitsland en denatuurrijke Achterhoek naar de campus van deUniversiteit Twente. De route is nauwelijks veranderd,het aantal deelnemers wel. Waren er de eerste loop 600deelnemers, lopen er inmiddels bijna 8.000 studentenmee (een record in het Guiness Book of Records). Detotale loopafstand bedraagt ruim 182 kilometer en isonderverdeeld in 25 etappes (17 heren- en 8 damesetap-pes). Het startschot klinkt in Nijmegen, het eindsignaalis op de atletiekbaan van de Universiteit Twente.Pharmaciae Sacrum liep afgelopen jaar mee en verover-de de 91e plaats met een gemiddelde loopsnelheid van12,1 kilometer per uur! Voor deze zware fysieke inspan-ning zijn deze lieden beloond met een prachtig eind-feest. Eigenlijk is het eindfeest alleen al de moeite waardom mee te gaan, duizenden sportieve mannen en vrou-wen, allen wanhopig op zoek naar iemand om op te steu-nen vanwege de spierpijn. Ook dit jaar is PharmaciaeSacrum weer vertegenwoordigd op de batavierenrace enook dit jaar zoekt zij de meest enthousiaste lopers bin-nen onze mooie vereniging.In de de zeer vroege morgen van zaterdag 25 april (zorond half één) zal het startschot klinken, en zal een damevan Pharmaciae Sacrum, onder het mom van 'een goedbegin is het halve werk' haar benen uit haar lijf lopen,om na een aantal kilometers te worden afgewisseld dooreen heer.

Natuurlijk staat de STERC ook dit jaar weer voor jullieklaar om een aantal trainingen te organiseren.Ruimschoots voor de race zullen er hardlooptrainingengeorganiseerd worden opdat deelnemers zo goed voor-bereid als redelijkerwijs mogelijk aan de start van deetappe verschijnen. Vrijdag 24 april vertrekken deze atle-tishe keizers richting Enschede (en een deel naarNijmegen), zondag 26 april komen zij brak maar zeer vol-daan weer terug in Groningen. Wees erbij!!

Geert Oldenbeuving Babette BechererSjoerd van Olffen Willemieke Mudde

Sport, Training en Recreatie Commissie '08-'09'Farmaceutical Friends, STERC spul!'

STERC

Page 48: Document

Foliolum Jaargang XXII Ed II

48

Post-itmet de EersteJaars Commissie 2008-2009

Gert Salentijn

Het is bijzonder vermakelijk om eens aan tafelte gaan zitten en een gesprek te voeren overonze vereniging met mensen die nog hier noggeen deel van uitmaken en zodoende weinigweten over de mores en tradities hierachter. Zoware het dat wij van de Redactiecommissie op20 oktober, overigens slechts één dag voor deinauguratie van de eerstejaarsleden en deinstallatie van de eerstejaars commissie EJC,uitgenodigd waren, of liever gezegd, onszelfhadden uitgenodigd, bij Rianne thuis, toenma-lig kandidaat ab-actis van de EJC 2008-2009.

Het was een behoorlijke klus om de Jadestraat te vinden;allereerst is er de rit naar Vinkhuizen, welke voor eendoorsnee student toch echt wel buiten de maximale reis-afstand valt en dan zijn er ook nog eens een stuk of tienJadestraten naast elkaar waar je uit mag kiezen.Uiteindelijk heeft het gros de bestemming weten tebereiken en was alleen Frank van de kandidaat EJC nogafwezig; dit was echter vanwege een muziekles die gege-ven diende te worden en niet vanwege een gebrek aanoriëntatievermogen.

Na een lange zoektocht naar de bieropener besloten wijvan de redactiecommissie dat een ander flesje ook zouvolstaan en met een drankje in de hand begonnen deeerste gesprekken al te komen. Nadat we het doel vandeze bijeenkomst hadden opgehelderd en nog wat meerover P.S. hadden verteld, werd de sfeer vrij snel gemoe-delijk en kwamen de woorden evenredig van beide kan-ten. Hierbij dient wel vermeld te worden dat wij met zesman waren en de vier aanwezige leden van de EJC met

twee waren verminderd vanwege kookaangelegenhedenen een derde gewoonweg niet het stemvolume had omboven de vierde, te weten Rob, uit te komen. Als wijdachten dat Louis een praatjesmaker was, dan waren wijecht niets gewend.

Spoedig stond het eten op tafel en begon het goed gezel-lig te worden. Louis en Rob schepten de borden vol metpasta en salade, waarna er even geen gekwebbel meeruit hun monden kwam, aangezien deze, zij het voor eenkorte periode, gevuld waren. Kort hierna werden wealweer overspoeld met een hippie klassieker van "TheTrashmen". Voor wie het nog niet heeft gehoord, hetschijnt zo te zijn dat "the bird is the word."

Na een aanzienlijke periode van slap geouwehoer, welkeoverigens wel erg bevorderlijk is geweest voor de sfeer

Page 49: Document

en waarin tevens Frank arriveerde, begonnen wij met despeluitleg van Post-It. Aanvankelijk kregen we de reactie:"Wat een stom spel," maar gelukkig draaide dezemening wel bij na enige speeltijd.

Mannen met baarden domineerde Post-It deze avond.We vonden zowel Osama Bin Laden, als Sinterklaasmaarliefst twee maal op een Post-It. Rob had de gewoon-te om iedere keer als hij een fout antwoord gaf, af te slui-ten met "Kak!". Dit heeft zelfs eenmaal in zijn voordeelgewerkt, aangezien de gezocht persoon meneer Cactusbleek te zijn.Een erg mooie uitspraak uit de tweede ronde, waarinabsoluut geen geluiden gemaakt mogen worden door deactieve speler, luidde: "Je mag geen geluid maken in detweede ronde, en dat was wel een hele harde scheet!" Ook verkeerden wij in het gezelschap van enkele lekenop het gebied van sport; tijdens de derde ronde, waarinslechts één woord gesproken mag worden om de per-soon te raden, werd "tennis" gezegd. Het antwoord hier-op luidde Taeke Takema, waarbij het ergste nog wel wasdat dit inderdaad de naam bleek te zijn die op de Post-Itstond.

Uiteindelijk zijn Casper en Louis als overwinnaars geëin-digd. Er moet helaas wel van enig bedrog van de kant vanLouis worden gesproken, aangezien zijn drie personenvrij onbekend waren en hij zodoende ongeveer de enigewas die ze heeft kunnen raden.

Wat de EJC betreft, zijn wij er wel achter gekomen dat erin ieder geval mensen in zitten waarmee je een gezelligeavond kunt hebben en hopelijk zullen we komend jaarvier hele gezellige avonden beleven tijdens vier helegezellige EJC feesten.

Na ons etentje is de samenstelling van de EJC veran-derd. Nicole van Zenden is gestopt als praeses, Rob vande Velde heeft deze plaats overgenomen. Verder isRenske Glerum als 5e commissielid toegevoegd.

Foliolum Jaargang XXII Ed II

Pharmaciae Sacrum

49

P.S.-agenda

December

10. Dies-viering11. Dies-viering11. Almanakonthulling12. Dies-viering

Januari

05. STOF vergadering 06. P.S.-borrel 08. EHBO-cursus 13. EJC-feest 15. EHBO-cursus 20. ALV 22. EHBO-cursus 29. Eerstjaars Beroepenmiddag29. EHBO-cursus

Februari

02. STOF vergadering 03. P.S.-borrel 05. EHBO-examen 21. STERC Sportdag

Page 50: Document

Alliance Apotheek is een sterke groep van 78 apotheken. Samen met meer dan 240 zelfstandige apotheken zijn we

voor de consument herkenbaar als Kring-apotheek. Gezamenlijk garanderen we de beste zorg voor de consument.

Alliance Apotheek koestert ondernemers. Niet in de laatste plaats omdat we zelf ondernemers zijn maar ook omdat

ondernemers gedreven zijn en de passie hebben die we zoeken.

Alliance Apotheek is altijd op zoek naar ondernemende apothekers (m/v) die carrière willen maken

Ben je ondernemend en vind je dat zorg meer is dan medicijnen? Houd je van samenwerking en heb je plezier in de dynamiek

van de openbare apotheek? Dan nodigen we je van harte uit te reageren. Je schriftelijke reactie, bestaande uit CV en

motivatie, kun je sturen naar [email protected]. Meer informatie lees je op www.alliance-apotheek.nl.

Alliance Apotheek, Hambakenwetering 5A, 5231 DD ’s-Hertogenbosch, telefoon +31 (0)73 628 29 00, e-mail: [email protected], www.alliance-apotheek.nl

De ondernemendeapotheek

Carrière maken |

Wie?

Giselle Tak-Ronnen (32)

Sinds 2005 ondernemend apotheker

van de Kring-apotheek ‘t Oude Dorp.

Waarom Alliance Apotheek?

Ik wilde mijn ambities combineren met

het sterke imago van Kring-apotheek

en de ondernemersgeest en support

van Alliance apotheek. Ik ben en voel

me een ondernemer in loondienst.

Tip?

Laat je maar eens vrijblijvend

informeren.

Page 51: Document

Foliolum Jaargang XXII Ed II

51

Harteloos

Tonnis Jan Kruizinga & Pieter Oomen

De derde woensdag van september kromdenmijn tenen zich door mijn schoenzolen heen."Terror" Geert (red: Wilders) had zeer uitgespro-ken commentaren bij de algemene beschou-wingen, o.a. over het volgens hem weggooienvan geld in het kader van ontwikkelingshulp.Ongelofelijk! Nederland is juist een land datmet haar solidaire en gulle houding naar ont-wikkelingslanden hét voorbeeld is/zou moetenzijn van Westerse Beschaving. Hoe komt dezeman er bij hier kritiek op te leveren?Generositeit is al twee generaties een traditie.Altruïsme is de basis van vele religies, filoso-fieën en culturen. Waar komt dan opeens ditcommentaar vandaan?

Voor de hand ligt het te denken, dat ontwikkelingshulpminder belangrijk wordt geacht nu we als Westersewereld in een financiële dip zitten en de economischefundering instabiel is. Dit is echter te kort door de bocht.Natuurlijk is de vraag of ontwikkelingshulp wel functio-neert belangrijker geworden nu er problemen ontstaan ineigen land. Maar de kritiekpunten zijn ouder dan de cri-sis zelf. Ik bleef een maand zitten met deze vraag totdat op eenzaterdagavond mijn ogen werden opengerukt. In eenaflevering van Rondom Tien werd gediscussieerd over devraag of het Nederlandse ontwikkelingsbeleid wel zoprijzenswaardig is. Journalisten, ex-ontwikkelingsmede-werkers, mensen uit de bijstand, de minister vanOntwikkelingssamenwerking, mensen uit rampgebie-den, kortom: eigenlijk iedereen die met de discussieover ontwikkelingssamenwerking heeft te maken. Hetovergrote merendeel van de sprekers was het erovereens dat het beleid van de afgelopen jaren absoluut nietfunctioneel was. Punten die naar voren kwamen warende bekende strijkstok en alles wat daaraan blijft hangenen daarnaast de corruptie - al dan niet ter plaatse. Destrijkstok heeft betrekking op het geld dat in eigen landverloren gaat aan de organisatie. Corruptie vindt plaatsdoordat de infrastructuur van ontwikkelingslanden ern-stig te kort schiet. De warlords zijn oppermachtig en clai-men alle goederen en de financiële steun die wij ze inonze naïviteit sturen. De warlords hebben dan meer gelden kunnen beslissen wat er met bijvoorbeeld medicijnenen eten gebeurd. Het uiteindelijke resultaat is dan datveel van de hulpbehoevende mensen nog hulpbehoe-vender worden: de machtsverdeling schuift nog meer opnaar de warlords.

Verrassend vond ik echter dat veel van de "zielige hon-gernegers" eigenlijk helemaal niet zo dankbaar zijn alsze hulp krijgen. Om dit uit te leggen dient u zich de vol-gende situatie voor te stellen: U werkt in een fabriek 70uur per week en verdient zo weinig dat u (en uw gezin)niet rond kunnen komen. Dan komt de directeur van defabriek naar u toe en gooit u een brood in het gezicht. Hetbrood valt op de grond en is niet bruikbaar. De directeuris rijk geworden door uw arbeid en koopt schuldgevoel afop bijzonder inefficiënte wijze.

Ditzelfde overkomt de Afrikanen: het Westen kooptgrondstoffen van de warlords voor veel te weinig geld ende Afrikanen moeten dan heel dankbaar zijn wanneer wijnaar hen toegaan met ontwikkelingshulp. Hulp die zoalseerder beschreven vaak niet eens aankomt. In het pro-gramma werd productie die uit dit soort marktwerkingontstaat beschreven als heling. Een ander voorbeeld vande enorme ongelijkheid is het feit dat pas sinds enkelemaanden Verkade is overgestapt naar cacaobonen dieniet door "slavernij" zijn geproduceerd. Hiermee is hetde eerste chocoladefabrikant in Nederland die zichbezighoud met de rechten van de arbeiders daar.Verwachten wij dat Afrika een soort Stockholm-syndroomontwikkelt? Dat als we af en toe lief naar ze lachen eneen paar pogingen doen ze te helpen ze alles wel slik-ken, terwijl we tegelijkertijd ontzettend van ze profite-ren? Hoeveel mensen gaan er niet een wc-complex bou-wen in Afrika of een school… Goede initiatieven, absoluut, maar wanneer durven wegewoon lekker die geitenwollen sokken aan te trekkenen de mensen echt proberen te helpen? Of is dat danweer te veel van het goede? Ik zit nu achter mijn pc tetypen en weet dat deze is gemaakt door de rijkdom hier.Naast me ligt een mooie camera en zo heb ik nog welmeer erg leuke en handige gadgets. Ach, ik heb al eencolumn geschreven. Ik denk dat het zo eerst wel evengoed is….

Wilt u reageren op bovenstaande tekst, kunt u een e-mail sturen met uw reactie naar [email protected]. Het isniet gegarandeerd dat een inzending daadwerkelijkgeplaatst gaat worden. Uw inzending kan worden inge-kort of aangepast.

Page 52: Document

Titel stukEvt ondertitel

Titel persoon en hun naam, bijv. prof. dr. Martina SchmidtEvt. beroep, bijv. apotheker

Foliolum Jaargang XXII Ed II

52

De Puzzelpagina

Gert Salentijn, Louis Keijzer & Jeroen Kolkman

De puzzel op deze pagina staat in het teken van reizigersziekten. De kakuro op de volgende pagina staat in het tekenvan de dies. Indien u beide puzzels heeft opgelost, kunt u de uitkomsten binnen 1 maand naar verschijnen per e-mailverzenden naar [email protected]. Onder de juiste inzendingen wordt een prijs verloot.

Plaatjespuzzel

Onderstaande puzzel dient als een soort rebus opgelost te worden. Elk plaatje stelt een woord voor. Als alle woorden ingevuld zijn, kuntu de oplossing van boven naar onder in de gele balk lezen.

Page 53: Document

Links van de diagonale lijn staat de omschrijving van een som die verticaal moet worden ingevuld, te beginnen in het vakje onder deomschrijving. Rechts van de diagonale lijn staan omschrijvingen voor horizontale sommen, te beginnen rechts van de omschrijving. In een som mogen cijfers niet twee keer gebruikt worden. Ook mogen alleen cijfers van 1 t/m 9 gebruikt worden.

A B - C D- E F G H_ _ - _ _ - _ _ _ _

53

Kakuro

Bas & Sil

Foliolum Jaargang XXII Ed II

Page 54: Document

Wat een UITKOMST!De antwoorden van de puzzels uit de oktobereditie 2008

Foliolum Jaargang XXII Ed II

65

Foliolum Jaargang XXII Ed II

54

Page 55: Document

Thinking big

Thinking big. Dan denken wij aan complexe

generieke geneesmiddelen. Relevante

medicijnen voor de meest uiteenlopende

indicaties. Ontwikkeld door getalenteerde

onderzoekers. Ondersteund door experts in

octrooirecht, registratie en fabricage. Samen

met farmaceutische bedrijven over de hele

wereld. Maar we denken ook aan nieuwe

uitdagingen. Zoals innovaties op het gebied

van biotechnologie waarmee Synthon zich in

de toekomst onderscheidend wil profileren.

www.synthon.com

Page 56: Document

Nummer 1 in distributie

T e l e f o o n 0 4 6 - 4 2 0 3 9 0 0 , w w w . m o s a d e x . n l