Het schoolreglement

43
schoolreglement versie 1 september 2007 1 1. Welkom Beste ouders, Het verheugt ons dat u voor het onderwijs en de opvoeding van uw kind op onze school een beroep doet. Directie en leerkrachten zullen alles in het werk stellen om de kansen te scheppen die uw kind nodig heeft om zich evenwichtig te ontplooien. Wij hopen goed met u te kunnen samenwerken en willen u nu reeds danken voor het vertrouwen dat u in onze school stelt. Als ouders draagt u de eerste verantwoordelijkheid voor de op- voeding en het onderwijs van uw kinderen. Wij hopen dan ook dat u uw kind aanmoedigt de doelstellingen van onze school na te streven en de afspraken ervan na te leven. Als school willen we ons volledig inzetten voor uw kind. Terecht verwacht u van ons degelijk onderwijs, een passend onderwijs- klimaat en een christelijk geïnspireerde, eigentijdse opvoeding. Dag kleutertje, Dag leerling, Hartelijk welkom! Hartelijk welkom! Jullie zullen een leerrijke en fijne tijd beleven in onze school. Alle juffen en meesters zullen hun uiterste best doen en we rekenen er uiteraard ook op dat jij je steentje bijdraagt. Indien je vragen of problemen hebt, kan je steeds bij hen of de directie terecht.

description

Het schoolregelement van gvb Tielrode bevat de regels die in onze school van toepassing zijn.

Transcript of Het schoolreglement

schoolreglement versie 1 september 2007 1

1. Welkom

Beste ouders, Het verheugt ons dat u voor het onderwijs en de opvoeding van uw kind op onze school een beroep doet. Directie en leerkrachten zullen alles in het werk stellen om de kansen te scheppen die uw kind nodig heeft om zich evenwichtig te ontplooien. Wij hopen goed met u te kunnen samenwerken en willen u nu reeds danken voor het vertrouwen dat u in onze school stelt. Als ouders draagt u de eerste verantwoordelijkheid voor de op-voeding en het onderwijs van uw kinderen. Wij hopen dan ook dat u uw kind aanmoedigt de doelstellingen van onze school na te streven en de afspraken ervan na te leven. Als school willen we ons volledig inzetten voor uw kind. Terecht verwacht u van ons degelijk onderwijs, een passend onderwijs-klimaat en een christelijk geïnspireerde, eigentijdse opvoeding. Dag kleutertje, Dag leerling,

Hartelijk welkom! Hartelijk welkom!

Jullie zullen een leerrijke en fijne tijd beleven in onze school. Alle juffen en meesters zullen hun uiterste best doen en we rekenen er uiteraard ook op dat jij je steentje bijdraagt. Indien je vragen of problemen hebt, kan je steeds bij hen of de directie terecht.

schoolreglement versie 1 september 2007 2

2. Ons pedagogisch project

De VZW Katholieke Scholen Temse-Scheldekant organiseert ka-tholiek basisonderwijs in het dekenaat Temse. Dit schoolbestuur organiseert acht parochiale scholen: de vrije basisscholen van Elversele, Tielrode, Velle en Steendorp; de kleuter- en lagere school van Hollebeek en de vrije basischolen Heilig Hart (Cau-werburg) en Sint-Amelberga (Akkerstraat) uit het centrum. Al deze scholen hebben een opvoedingsproject dat opgesteld is re-kening houdend met de “Opdrachtsverklaring van het Katholiek Onderwijs” en “Het Opvoedingsconcept van het katholiek basis-onderwijs in Vlaanderen”. Alle scholen hanteren de leerplannen van het VVKBaO.

Wij verwachten van alle ouders dat ze loyaal achter de identiteit en het pedagogisch project van onze school staan en deze mee dragen. Hieronder vindt u een beschrijving van de uitgangspun-ten van ons pedagogisch project. U kunt steeds terecht bij de directeur voor verdere informatie. 2.1. DE UITGANGSPUNTEN VAN ONZE CHRISTELIJKE IDENTITEIT Wij zijn een katholieke school en willen een pedagogisch verant-woord onderwijs en een kwaliteitsvolle opvoeding aanbieden. Onze inspiratie vinden wij in het evangelie en in de katholieke traditie. Wij gaan ervan uit dat je mens wordt in een verbondenheid met anderen, met de wereld en met jezelf. In deze verbondenheid ervaren we God als dragende grond en krijgt ook de verbonden-heid met het mysterie concreet gestalte. Vanuit onze verbonden-heid met God durven we als katholieke basisschool de toekomst hoopvol tegemoet zien en vertrouwen we erop dat onze inspan-ningen niet op niets uitlopen.

schoolreglement versie 1 september 2007 3

Vanuit ons christelijk geïnspireerd mensbeeld geven we voorrang aan waarden als: het unieke van ieder mensenkind, de verant-woordelijkheid van ieder mens voor zijn handelen, verbondenheid en solidariteit met anderen, vertrouwen in het leven (hoop), ge-nieten van en dankbaar zijn voor wat ons gegeven is, openheid, respect en zorg voor mens en natuur, verwondering door het gewone als ongewoon te ervaren, vergeving kunnen geven en ontvangen als herstel van verbondenheid, zorgzame nabijheid en troost voor mensen in moeilijke situaties … Wij bieden in onze school gevarieerde en zinvolle pastorale activi-teiten aan. We nodigen alle leerlingen geregeld uit op activiteiten die gericht zijn op de ontmoeting van elkaar in verbondenheid; de verdieping in de bijbelse boodschap; de dienstbare en solidai-re inzet voor anderen dichtbij en veraf; het vieren van belangrij-ke gebeurtenissen in het leven op school, in verbondenheid met elkaar en (waar het kan) in verbondenheid met God. In de godsdienstlessen, die door alle leerlingen verplicht gevolgd worden, komt de christelijke levensbeschouwing uitdrukkelijk ter sprake. De godsdienstlessen ondersteunen de levensbeschouwe-lijke ontwikkeling van de kinderen. Ons doel is de kinderen te helpen om competente vertellers te worden van het levensbe-schouwelijke in hun eigen levensverhaal. We brengen kinderen thuis in de verhalen uit de eigen traditie, en leren hen de verbin-ding leggen tussen deze verhalen en de existentiële vragen en grenservaringen uit het eigen leven en uit het leven van andere mensen. Dat veronderstelt communicatie. Het inzicht in de eigen traditie kan verdiept worden door de dialoog met andere levens-visies. Zonder de verankering in een traditie heeft de dialoog echter geen grond onder de voeten. Er bestaat geen levensbeschouwe-lijke benadering van de werkelijkheid of van een levensbeschou-welijke dimensie vanuit de christelijke godsdienst en de katholie-ke traditie. Ook de zinvragen die zich aandienen in de andere leergebieden komen daar uitdrukkelijk aan bod.

schoolreglement versie 1 september 2007 4

2.2. EEN DEGELIJK EN SAMENHANGEND INHOUDELIJK AANBOD We staan stil bij wat kinderen moeten leren om op te groeien tot ‘goede’ mensen. Het unieke van elk kind staat voorop. Ons aan-bod is gericht op de harmonische ontwikkeling van de totale per-soon: hoofd, hart en handen. Doorheen ons aanbod brengen we kinderen in contact met alle componenten van de cultuur: taal en communicatie, het muzi-sche, cijfers en feiten, techniek, het samenleven, verleden en heden, het goede, zingeving … In ons aanbod is een logische samenhang te vinden. We werken met leerlijnen waarin het ene logisch volgt uit het andere. We bouwen voort op wat kinderen reeds beheersen. We zorgen er ook voor dat alles wat kinderen leren in de verschillende leerge-bieden en leerdomeinen zinvol samenhangt. We willen dat wat kinderen leren, deel wordt van hun zijn, van hun persoon. Het is niet voldoende dat kinderen beschikken over een aantal weetjes of dat ze een aantal vaardigheden kunnen toepassen als de leerkracht het vraagt. Waar het uiteindelijk op aan komt, is dat kinderen leren met het oog op het leven. Dat ze de dingen die ze leren, kunnen plaatsen en gebruiken in hun le-ven. Dat is leren dat zin heeft en zin geeft. 2.3. DOELTREFFENDE AANPAK EN EEN STIMULEREND OPVOEDINGSKLIMAAT We zoeken naar de beste aanpak om het leren van de kinderen te ondersteunen en te begeleiden. Wij nemen kinderen serieus. Kinderen staan positief tegenover het leven en de wereld. Wij

schoolreglement versie 1 september 2007 5

willen aansluiten bij die positieve ingesteldheid. Leren is niet het vullen van vaten met alle mogelijke kennis. Kinderen zijn zelf actief betrokken in het leren. Ze bouwen nieuwe kennis, inzichten en vaardigheden op, bouwen voort op wat ze reeds kennen en kunnen. Onze opvoeding wordt gedragen door: • onze gerichtheid op het unieke van ieder kind. We stemmen

ons aanbod en het leerproces zoveel mogelijk af op de ont-wikkeling van ieder kind.

• de pedagogie van verbondenheid. Leren is een sociaal gebeu-ren. Leren is samen leren, wederzijdse verrijking.

• de pedagogie van de hoop. We hebben een optimistische visie op de ontwikkeling van kinderen. We geloven in de groeikan-sen van kinderen en dat ze ondanks hun grenzen, hun beper-kingen, hun onmogelijkheden toch kansen hebben en bege-leid kunnen worden in hun groei.

• de pedagogie van het geduld. Onderwijs en opvoeding af-stemmen op de mogelijkheden van kinderen vraagt veel ge-duld opdat de hoop niet zou omslaan in wanhoop, want dan is opvoeding onmogelijk.

Van onze leerkrachten verwachten we dat ze model staan voor goed leren, strategische vragen stellen, aansluiten bij wat de leerlingen reeds beheersen, zinvolle contexten aanbieden, inter-actieprocessen begeleiden, peilen naar de vorderingen, helpen en coachen. 2.4. EEN BREDE ZORG We streven ernaar elk kind centraal te stellen. Ieder kind is een beeld van God. Wij omringen kinderen daarom met brede zorg. We willen kinderen optillen en hen uitzicht geven op een veilige oever van welbevinden. Daarvoor zijn de pedagogie van de hoop en van het geduld essentieel.

schoolreglement versie 1 september 2007 6

Onze brede zorg heeft twee dimensies. • We hebben enerzijds aandacht voor de ‘gewone zorgvragen’

van alle kinderen. Ieder kind is anders, uniek en heeft eigen vragen, problemen en mag daarvoor aanspraak maken op de nodige zorg. Wij worden uitgedaagd om het onderwijs zoveel mogelijk af te stemmen op de noden van de kinderen, bij-voorbeeld door te diagnosticeren en te differentiëren.

• We verbreden onze zorgen voor kinderen wiens ontwikkeling anders verloopt dan verwacht (sneller of trager). Hier stoten we op ‘bijzondere zorgvragen’. Voor deze bijzondere zorgvra-gen werkt het zorgteam (zie 1.3) van onze school samen met ouders, CLB, scholen voor buitengewoon onderwijs en gespe-cialiseerde centra.

2.5. ONZE SCHOOL ALS GEMEENSCHAP EN ALS ORGANISATIE We erkennen onze partners in de opvoeding en het onderwijs van kinderen. We respecteren ieders verantwoordelijkheid. We zorgen voor een goede organisatie. Onze school wordt gedragen door het hele team onder de leiding van de directie. We werken samen, overleggen en streven naar een voortdurende kwaliteitsbewaking en –verbetering. We delen onze zorg voor kwaliteitsvol onderwijs met: • de ouders, als eerste verantwoordelijken voor de opvoeding

van de kinderen. Daarom streven we naar een goede com-municatie en een zo groot mogelijke betrokkenheid van ou-ders bij de school;

• het schoolbestuur, dat de eindverantwoordelijkheid draagt voor het beleid van de school;

schoolreglement versie 1 september 2007 7

• externe begeleiders, die ons ondersteunen, vormen en ons helpen bij onze professionalisering.

• de lokale kerkgemeenschap, die verwijst naar de traditie en het geloof van waaruit in de school gewerkt wordt;

• de lokale gemeenschap, waarin we gestalte geven aan onze opvoedings- en onderwijsopdracht.

3. Inschrijving en inschrijvingsbeleid

3.1. HET INSCHRIJVINGSRECHT Wat houdt het inschrijvingsrecht precies in? Het gelijkeonderwijskansendecreet garandeert het recht op in-schrijving van alle kinderen in het basis- en secundair onderwijs. Dit betekent dat u uw kind kunt inschrijven in de school en/of vestigingsplaats van uw keuze. Is uw kind twaalf jaar of ouder, dan kiest u samen voor een school. Wanneer inschrijven? De inschrijvingen starten na de kerstvakantie van het vooraf-gaand schooljaar. Volgende bepalingen zijn daarbij van kracht:

1. Er geldt in alle scholen een voorrang tot inschrijving van broers en zussen van na de kerstvakantie tot voor het krokusverlof.

2. In alle basisscholen met uitzondering van GVB Sint-Amelberga en GVB Heilig Hart kan men alle leerlingen in-schrijven van na het krokusverlof tot voor de paasvakan-tie.

schoolreglement versie 1 september 2007 8

3. Er is in GVB Sint-Amelberga en GVB Heilig Hart een voor-rang voor niet-indicatorleerlingen van na het krokusverlof tot voor de paasvakantie.

4. Na de paasvakantie kunnen alle leerlingen zich in alle scholen inschrijven. Er geldt dan nergens nog een voor-rangsregel.

Er zijn twee voorwaarden aan dit inschrijvingsrecht verbonden:

1. uw kind moet aan de toelatingsvoorwaarden voldoen. Hiermee bedoelen we de instapleeftijd voor het basison-derwijs.

2. u moet als ouder instemmen met het pedagogisch project

en het schoolreglement, die u bij een eerste inschrijving worden voorgelegd. De inschrijving van een leerling geldt voor de duur van de hele schoolloopbaan in de school.

Mag een school de inschrijving van mijn kind weigeren? Een school kan slechts in enkele gevallen de inschrijving van uw kind weigeren:

1. de school is ‘vol’. Dit betekent dat de vooropgestelde, maximale capaciteit bereikt is. Het schoolbestuur kan zelf - op basis van de materiële omstandigheden - bepalen wat de maximale capaciteit van de school, het niveau of het leerjaar is

2. uw kind is ‘definitief uitgesloten’. Dit betekent dat uw kind

het vorige of daaraan voorafgaande schooljaar via een tuchtprocedure uit de school werd verwijderd;

schoolreglement versie 1 september 2007 9

3. Kinderen kunnen specifieke noden hebben. Van ouders wordt verwacht dat zij dit meedelen aan de school. De school zal onderzoeken of haar draagkracht voldoende groot is om het kind de nodige ondersteuning te geven op het vlak van onderwijs, therapie en verzorging. Indien de ouders, bij inschrijving, nalaten om mee te delen dat hun kind een attest buitengewoon onderwijs heeft, en er de eerste weken na de inschrijving een vermoeden is van specifieke noden, zal de school haar draagkracht alsnog onderzoeken. Bij het onderzoek naar de draagkracht houdt de school, in overleg met de ouders en het CLB, rekening met: • De verwachtingen van de ouders ten aanzien van het

kind en ten aanzien van de school; • De concrete ondersteuningsnoden van de leerling op

het vlak van leergebieden, sociaal functioneren, com-municatie en mobiliteit;

• Een inschatting van het regulier aanwezig draagvlak van de school inzake zorg;

• De beschikbare ondersteunende maatregelen binnen én buiten het onderwijs;

• Het intensief betrekken van de ouders bij de verschil-lende fasen van het overleg- en beslissingsproces.

Wanneer de opschortende voorwaarden niet vervuld zijn om het kind de nodige specifieke ondersteuning te geven op het vlak van onderwijs, therapie en verzorging zal de school het kind weigeren. De beslissing wordt binnen vier kalenderdagen bij aangetekend schrijven of tegen afgifte-bewijs aan de ouders van de leerling bezorgd. De school meldt de weigering ook aan de voorzitter van het Lokaal Overlegplatform. De bemiddelingscel van het LOP neemt automatisch contact op met de ouders. Ouders krijgen toelichting bij de beslissing van het school-bestuur. Na de bemiddeling door het LOP kunnen ouders

schoolreglement versie 1 september 2007 10

alsnog een klacht indienen bij de Commissie inzake Leer-lingenrechten. (deze gegevens vindt u op het weigerings-document)

3.2. HET INSCHRIJVINGSBELEID In de volgende van de acht scholen geldt vanaf het schooljaar 2007 - 2008 een maximumgrens voor inschrijvingen in functie van de beschikbare infrastructuur, teneinde de veiligheid & de gezondheid van de kinderen te waarborgen: Ges. Vrije Basisschool Sint-Amelberga, Akkerstraat 42, 9140 Temse Ges. Vije Basisschool, H.Hartschool, Cauwerburg 2, 9140 Temse Voor de start van de inschrijvingsperiode wordt jaarlijks voor die twee scholen:

1. het maximaal aantal peuters en kleuters per leeftijdsgroep en het maximum aantal leerlingen per klasgroep, in een organigram bepaald, in functie van de beschikbare infra-structuur en de veiligheid & de gezondheid van de te huis-vesten kinderen;

2. de plattegrond van de school met de gedetailleerde lokali-satie van de diverse klasgroepen voor peuters, kleuters en leerlingen lager onderwijs voorgesteld.

Dit organigram en deze plattegrond zijn ter inzage op de school-secretariaten en worden op het informatiebord van de betreffen-de scholen uitgehangen. Deze inschrijvingsprocedure doet geen afbreuk aan het inschrij-vingsrecht, i.c. de weigering of de doorverwijzing van leerlingen of kleuters. De VZW Katholieke Scholen Temse-Scheldekant verleent immers zijn volledige medewerking aan de opdrachten van het Lokaal

schoolreglement versie 1 september 2007 11

Overleg Platform van Temse en de Engagementsverklaring van de Vlaamse onderwijswereld.

3.3. INSCHRIJVINGSDOCUMENTEN Bij de inschrijving van de leerling dient een officieel document te worden voorgelegd dat de identiteit van het kind bevestigt en de verwantschap aantoont. Dit kan het trouwboekje van de ouders zijn, de Sis-kaart, het geboortebewijs of een ander identiteitstuk van het kind (een bewijs van inschrijving in het vreemdelingen-register, een reispas …). De school vraagt aan de ouders het rijksregisternummer of de toelating dit nummer op te vragen. De ouders dienen ook schriftelijk te bevestigen dat het kind niet in een andere school is ingeschreven. Bij de inschrijving is ook de school verplicht informatie mee te geven: een infobrochure met algemene informatie, het opvoe-dingsproject van de school en het schoolreglement 3.4. TOELATING OP SCHOOL Kleuters die twee jaar en zes maand worden in de loop van het schooljaar, worden toegelaten op school vanaf de volgende in-stapdatum: de eerste schooldag na de zomer-, herfst-, kerst-, krokus- paasvakantie, de eerste schooldag na Hemelvaart en op 1 februari. Deze kleuters worden dan toegelaten in de school en worden opgenomen in het aanwezigheidsregister van de klas. Vanaf de leeftijd van drie jaar hoeft men geen rekening te hou-den met de instapdata

schoolreglement versie 1 september 2007 12

4. Structuur en organisatie

4.1. SCHOOL

Vrije Basisschool Sint-Henricus Lagere afdeling: Gelaagstraat 161 9140 Steendorp Tel en fax: 03/774.23.10 GSM: O478/ 275.930 E-mail: [email protected]. Website : www.basisschool-steendorp.be Kleuterafdeling: Gelaagstraat 78 9140 Steendorp Tel: 03/827.38.27 4.2. SCHOOLBESTUUR Het schoolbestuur is de eigenlijke organisator van het onderwijs in onze school. Het is verantwoordelijk voor het beleid en de be-leidsvorming en schept de noodzakelijke voorwaarden voor een

goed verloop van het onderwijs. VZW Katholieke Scholen Temse-Scheldekant Oeverstraat 5 9140 Temse (Samenstelling: zie infoboekje)

4.3. SCHOLENGEMEENSCHAP Onze school behoort tot de scholengemeenschap KSTS (Katholie-ke Scholen Temse- Scheldekant) Contactadres: Gelaagstraat 161 9140 Steendorp Tot de scholengemeenschap behoren volgende scholen:

schoolreglement versie 1 september 2007 13

VBS Priester Poppe Elversele VBS Tielrode VBS Heilig Hart Cauwenburg VBS Sint-Amelberga Akkerstraat VKS Hollebeek VLS Hollebeek VBS Sint-Jozef Velle VBS Sint-Henricus Steendorp 4.4. KLASSENRAAD Team van personeelsleden dat o.l.v. de directeur samen de ver-antwoordelijkheid draagt voor de begeleiding van en het onder-wijs aan een bepaalde leerlingengroep of individuele leerling. 4.5. SCHOOLRAAD De schoolraad bestaat uit vertegenwoordigers van de ouders, het personeel en de lokale gemeenschap. Zij hebben advies- en overlegbevoegdheid. (Samenstelling: zie infoboekje)

4.6. OUDERRAAD De ouderraad is een vereniging van enthousiaste ouders die op alle domeinen positief meehelpen aan de groei en bloei van onze school. (Samenstelling: zie infoboekje)

4.7. PEDAGOGISCHE BEGELEIDING De school werkt samen met de Diocesane Pedagogische Begelei-dingsdienst. DPB Marialand 31 9000 Gent

schoolreglement versie 1 september 2007 14

Zij ondersteunen de school op organisatorisch en pedagogisch vlak. 4.8. ONDERWIJSINSPECTIE De inspectiedienst werkt in opdracht van het Ministerie van On-derwijs. Zij volgt het onderwijskundig en schoolorganisatorisch functioneren op. De godsdienstinspectie van het Bisdom Gent ondersteunt en begeleidt onze christelijke geloofsgemeenschap. 4.9. CLB (Centrum voor LeerlingenBegeleiding) Het CLB is een dienst waarop leerlingen, ouders, leerkrachten en schooldirecties een beroep kunnen doen voor informatie, hulp en begeleiding. In een CLB werken onder andere artsen, maatschappelijk wer-kers, pedagogen, psychologen, psychologisch assistenten en ver-pleegkundigen. Die verschillende vakmensen werken samen in een multidisciplinair team. De relatie tussen het centrum en de leerlingen en hun ouders

• De school en het CLB hebben een gezamenlijk beleidscontract opgesteld dat de aandachtspunten voor de leerlingenbegeleiding vastlegt. Dat is met de ouders besproken in de schoolraad.

• Niet alleen de school, maar ook de leerlingen en ouders kunnen het CLB om hulp vragen. Het CLB werkt gratis en discreet. Het centrum, de school en de ouders dragen een gezamenlijke verantwoordelijkheid.

• Als de school aan het CLB vraagt om een leerling te begeleiden, zal het CLB een begeleidingsvoorstel doen. Het CLB zet de begeleiding slechts voort als de ouders van de leerling hiermee instemmen. Vanaf de leeftijd van 12 jaar vermoedt de regelgever dat een kind voldoende competent is

schoolreglement versie 1 september 2007 15

om zelfstandig te beslissen of hij/zij wil instemmen met het voorgestelde begeleidingsplan.

• Ouders zijn verplicht hun medewerking te verlenen aan: • de begeleiding van leerlingen die spijbelen. Als de betrokken

ouders niet ingaan op de initiatieven van het centrum, meldt het centrum dit aan de door de Vlaamse regering aangeduide instantie.

• collectieve medische onderzoeken en/of preventieve gezondheidsmaatregelen i.v.m. besmettelijke ziekten.

• Hebben ouders bezwaren tegen een bepaalde arts van het CLB, dan kan in overleg een andere arts worden aangeduid. In dat geval zijn de kosten ten laste van de ouders.

• Het centrum maakt zijn werking bekend aan de ouders. Dat gebeurt minstens op het ogenblik dat de leerling voor de eerste keer wordt ingeschreven in de school. Ouders krijgen informatie over de rechten en plichten van ouders, leerlingen, de school en het centrum.

• De regering kan het centrum verplichten vormen van begeleiding voor deelgroepen van leerlingen, ouders en scholen voor te stellen. Het staat deze leerlingen, ouders en scholen vrij om al dan niet op dit verzekerd aanbod in te gaan.

• Als een leerling van school verandert, behoudt het centrum zijn bevoegdheid en verantwoordelijkheid ten aanzien van die leerling tot de leerling is ingeschreven in een school die door een ander centrum wordt bediend.

• Als een leerling voor een bepaalde periode niet ingeschreven is in de school, behoudt het centrum zijn bevoegdheid en verantwoordelijkheid ten aanzien van die leerling tot het einde van de periode van niet-inschrijving.

• Het centrum heeft recht op de relevante informatie die over de leerlingen in de school aanwezig is en de school heeft recht op de relevante informatie over de leerlingen in begeleiding. Ze houden allebei bij het doorgeven en het gebruik van deze

schoolreglement versie 1 september 2007 16

informatie rekening met de geldende regels inzake het beroepsgeheim, de deontologie en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer.

Het multidisciplinair dossier van uw kind.

• Het multidisciplinair dossier van uw kind bevat alle voorhanden zijnde gegevens die over uw kind op het centrum aanwezig zijn.

• Als een leerling van school verandert, is het CLB dat de vorige school begeleidt, ervoor verantwoordelijk dat het CLB-dossier de leerling volgt. Er is geen toestemming van de ouders vereist om een multidisciplinair dossier over te dragen.

• Er bestaat maar één CLB- dossier en dit dossier is in principe een ondeelbaar geheel. Daarom wordt het bij schoolveranderen in één zending overgemaakt. Elk CLB is eraan gehouden de ouders te informeren over het doorgeven van het dossier. Er wordt een wachttijd van 10 dagen gerespecteerd na het informeren van de ouders. Als ouder kunt u afzien van die wachttijd. U kunt binnen die 10 dagen verzet aantekenen tegen het overmaken van de niet-verplichte gegevens uit het dossier. U kunt geen verzet aantekenen tegen de overdracht van volgende gegevens: identificatiegegevens, vaccinatiegegevens, gegevens in het kader van de verplichte CLB-opdrachten, bijzondere consulten en de medische onderzoeken uitgevoerd als vorm van nazorg na een algemeen, een gericht of een bijzonder consult.

• Indien u verzet aantekent verzendt het vorige CLB enkel de verplicht over te dragen gegevens samen met een kopie van het verzet. Het bewaart de gegevens waartegen verzet werd aangetekend tot 10 jaar na het laatste contact.

Onze school werkt samen met:

Vrij CLB Waas en Dender

Ankerstraat 63

schoolreglement versie 1 september 2007 17

9100 Sint-Niklaas

Tel: 03/ 780.66.04

e-mail: [email protected]

website : www.vclbwaasdender.be

4.10. LOP (lokaal overlegplatform) Het lokaal overleg Temse Basisonderwijs wil een platform zijn dat instaat voor het realiseren van optimale leer- en ontwikkelings-kansen voor alle leerlingen, het vermijden van uitsluiting, segre-gatie en discriminatie en het bevorderen van sociale cohesie, zo-als bepaald is door het decreet gelijke onderwijskansen.

5. WETTELIJKE BEPALINGEN

5.1. LEERPLICHT In september van het jaar waarin het kind zes jaar wordt is het leerplichtig en wettelijk verplicht om les te volgen. Ook wanneer het op die leeftijd in het kleuteronderwijs blijft is het net als elk ander leerplichtig kind onderworpen aan de con-trole op het regelmatig schoolbezoek. Een jaar langer in de kleuterschool doorbrengen, vervroegd naar de lagere school komen en een achtste jaar in de lagere school verblijven, kan enkel na adviezen van de klassenraad en van het CLB. De leerlingen zijn verplicht om alle lessen en activiteiten van hun leerlingengroep te volgen. 5.2. CONTACT OUDERS SCHOOL

schoolreglement versie 1 september 2007 18

Ouders en school hebben elkaar nodig om tot een goede en vol-ledige opvoeding van de kinderen te komen. Altijd blijven ouders de eerstelijns– en ook de belangrijkste verantwoordelijken voor de opvoeding van hun kinderen. De school vormt echter een on-misbare schakel tussen het gezin en de maatschappij. Het doel is dus in elkaars verlengde samen te werken aan de op-voeding.

Geplande oudercontacten

Kleuterafdeling:

Algemene klasvergadering begin schooljaar: hier ligt de klemtoon op de klasorganisatie en de methodiek. Individueel contact rond de paasvakantie voor de kleuterafdeling Op het einde van het schooljaar bespreking van advies voor de overstap naar het eerste leerjaar met de klastitularis van de der-de kleuterklas

Lagere afdeling:

Algemene klasvergadering begin schooljaar: hier ligt de klemtoon op de klasorganisatie en de methodiek. Individueel contact eind januari voor de lagere afdeling: gesprek in verband met attitudes en schoolvorderingen van het eerste semester, hulp en remediëring Op het einde van het schooljaar voor de lagere afdeling: gesprek in verband met de schoolresultaten Voor de leerlingen van het zesde leerjaar wordt er ook uitgebreid aandacht besteed aan de verdere studiekeuze. Occasionele contacten:

schoolreglement versie 1 september 2007 19

• bij de directie: tijdens de lesuren of na afspraak • bij de leerkrachten: buiten de lesuren of na afspraak Tijdens de lessen is er geen mogelijkheid om de leerkrachten te spreken. Ze staan dan volledig ter beschikking van de kinderen. Multi Disciplinair Overleg (MDO) Op school is er ook geregeld overleg over de kinderen met ont-wikkelings-, leer– of andere gedragsproblemen. De klastitula-ris,de directeur, het CLB plegen overleg in het MDO. Ook andere betrokkenen kunnen hierbij uitgenodigd worden (re-validatie, logopedisten,…) Regelmatig worden de betrokken ouders uitgenodigd om de be-vindingen te bespreken. Samen zoeken we naar de best mogelij-ke begeleiding van uw kind. 5. 3. ORGANISATIE SCHOOLUREN Openingsuren: voormiddag: 8.30 tot 11.40 namiddag: 13.10 tot 15.25 Let op: woensdag tot 12.05 Toezicht: Een kwartier voor de aanvang van de lessen is er toezicht op de speelplaats. De kinderen zijn ’s morgens van 8.15 en ’s middags van 12.55 welkom op de speelplaats. 5.4. KLASINDELING De directie bepaalt, in overleg met de klassenraad, in welke klas-groep het kind wordt opgenomen.

schoolreglement versie 1 september 2007 20

5.5. AANWEZIGHEDEN Aanwezigheid in de lagere afdeling: De leerlingen zijn verplicht het volledige lessen- en activiteiten-programma van hun leerjaar te volgen. De lessen lichamelijke opvoeding en zwemmen maken er integraal deel van uit. Alle kinderen moeten er aan deelnemen. Om gezondheids- en andere gegronde redenen kunnen er, in samenspraak met de directie, eventueel aanpassingen gebeuren. Aanwezigheid in de kleuterafdeling: In het kleuteronderwijs moeten afwezigheden, gelet op het feit dat er geen leerplicht is, niet gewettigd worden door medische attesten. Behalve uiteraard kleuters met leerplicht. Uit veiligheidsoverwegingen is het stellig aan te bevelen dat de ouders de kleuterleidster en/of de directie informeren omtrent de afwezigheid van hun kind. 5.6. EXTRA-MUROSACTIVITEITEN Met extra-murosactiviteiten bedoelen we activiteiten van één of meer schooldagen die plaatsvinden buiten de schoolmuren en georganiseerd worden voor één of meer leerlingengroepen. Het is de bedoeling zo veel mogelijk kinderen aan de extra-murosactiviteiten te laten deelnemen. De school gaat er van uit dat zonder tegenbericht van de ouders het kind mag deelnemen. Ouders hebben evenwel het recht om hun kinderen niet mee te laten gaan, mits ze deze weigering voorafgaand aan de betrokken activiteit uitdrukkelijk schriftelijk kenbaar maken aan de school. De leerplichtige kinderen die niet deelnemen aan de extra-murosactiviteiten moeten wel op school aanwezig zijn.

schoolreglement versie 1 september 2007 21

5.7. VOOR-EN NASCHOOLSE OPVANG De voor- en naschoolse opvang wordt verzorgd door de gemeen-telijke buitenschoolse opvangdienst “ De Woonboot”. De leerlin-gen worden ’s morgens naar school gebracht en ’s avonds on-middellijk na de schooltijd naar “De Woonboot” begeleid. ’s Morgens kan u vanaf 7.00 en ’s avonds tot 18.30 terecht in “De Woonboot” Gelaagstraat 100. 5.8. TE LAAT KOMEN Te laat komen stoort altijd. Het klasgebeuren is dan volop bezig en het is voor de kinderen dan ook moeilijk aan te sluiten bij de les. Ouders zorgen ervoor dat hun kind tijdig op school is. 5.9. AFWEZIGHEDEN De overheid is bijzonder streng wat afwezigheden betreft. De verificateur controleert elke afwezigheid. Elk leerplichtig kind is onderhevig aan deze wetgeving.

Welke afwezigheden zijn gewettigd?

Ziekte.

Is een kind méér dan drie opeenvolgende kalenderdagen ziek dan is steeds een medisch attest vereist. Dat attest kan afkomstig zijn van een geneesheer, een geneesheer-specialist, een psychiater, een tandarts, een orthodontist en de administratieve diensten van een ziekenhuis of een erkend labo. Consultaties ( zoals bijvoorbeeld een bezoek aan de tandarts), moeten zoveel mogelijk buiten de schooluren plaatsvinden. Wanneer een kind een chronische ziekte heeft die leidt tot

schoolreglement versie 1 september 2007 22

verschillende afwezigheden zonder dat telkens een doktersconsultatie noodzakelijk is (bijv. astma, migraine,...) is het goed contact op te nemen met de school en het CLB. Het CLB kan dan een medisch attest opmaken dat de ziekte bevestigt. Wanneer het kind afwezig is voor die aandoening volstaat dan een attest van de ouders. Een medisch attest wordt beschouwd als twijfelachtig als:

- het attest geeft zelf de twijfel van de geneesheer aan-geeft wanneer deze schrijft “dixit de patiënt”;

- het attest geantedateerd is of begin- en einddatum ogenschijnlijk vervalst werden;

- het attest een reden vermeldt die niets met de medi-sche toestand van de leerling te maken heeft zoals bv. de ziekte van één van de ouders, hulp in het huishou-den, …

De school zal het CLB contacteren telkens ze twijfels heeft over een medisch attest.

Voor ziekte tot en met drie opeenvolgende schooldagen volstaat een briefje van de ouders. Gebruik hiervoor de attesten die door de school ter beschikking worden gesteld. Dergelijk briefje kan slechts vier keer per schooljaar door de ouders zelf geschreven worden. Vanaf de vijfde keer is een medisch attest vereist.

De ouders verwittigen de school zo vlug mogelijk en bezorgen ook het attest zo vlug mogelijk.

Van rechtswege gewettigde afwezigheden.

In volgende situaties kan een kind gewettigd afwezig zijn. De ouders moeten een verklaring (6) of een document met officieel karakter (1 - 5) kunnen voorleggen ter staving van de afwezigheid. Voor deze afwezigheden is geen voorafgaand akkoord van de directeur nodig. De ouders verwittigen de school vooraf van dergelijke afwezigheden.

1. het bijwonen van een begrafenis- of huwelijksplechtigheid van iemand die onder hetzelfde dak woont als het kind, of van een bloed- of aanverwant van het kind;

schoolreglement versie 1 september 2007 23

2. het bijwonen van een familieraad;

3. de oproeping of dagvaarding voor de rechtbank (bijvoorbeeld wanneer het kind in het kader van een echtscheiding moet verschijnen voor de jeugdrechtbank);

4. het onderworpen worden aan maatregelen in het kader van de bijzondere jeugdzorg (bijvoorbeeld opname in een onthaal-, observatie- en oriëntatiecentrum);

5. de onbereikbaarheid of ontoegankelijkheid van de school door overmacht (bijvoorbeeld door staking van het openbaar vervoer, door overstroming,...) ;

6. het beleven van feestdagen die inherent zijn aan de door de grondwet erkende levensbeschouwelijke overtuiging van een leerling (anglicaanse, islamitische, joodse, katholieke, orthodoxe, protestantse-evangelische godsdienst)

Concreet gaat het over:

• islamitische feesten: het Suikerfeest en het Offerfeest ( telkens 1 dag);

• joodse feesten: het joods Nieuwjaar ( 2 dagen), de Grote Verzoendag (1 dag), het Loofhuttenfeest (2 dagen), het Slotfeest (2 laatste dagen), de Kleine Verzoendag (1 dag), het feest van Esther (1 dag), het Paasfeest (4 dagen), het Wekenfeest (2 dagen);

• orthodoxe feesten: Paasmaandag, Hemelvaart en Pinksteren voor de jaren waarin het orthodox Paasfeest niet samenvalt met het katholieke Paasfeest.

De katholieke feestdagen zijn reeds vervat in de wettelijk vastgelegde vakanties. De protestantse-evangelische en de anglicaanse godsdienst hebben geen feestdagen die hiervan afwijken.

Voor elke afwezigheid bezorgen de ouders zo vlug mogelijk een officieel document aan de school.

schoolreglement versie 1 september 2007 24

Afwezigheden waarvoor de toestemming van de directeur nodig is.

Deze categorie afwezigheden verleent de school autonomie om in te spelen op specifieke situaties die niet altijd door de regelgeving op te vangen zijn. Indien de directeur akkoord is en mits voorlegging van, naargelang het geval, een officieel document of een verklaring van de ouders, kan de leerling gewettigd afwezig zijn om één van de onderstaande redenen:

• het overlijden van een persoon die onder hetzelfde dak woont als het kind of van een bloed- of aanverwant tot en met de tweede graad. ( Voor de dag van de begrafenis zelf is geen toestemming van de directeur nodig. Het gaat hier over een periode die het kind eventueel nodig heeft om emotioneel evenwicht terug te vinden (rouwperiode)). Mits toestemming van de directeur kan zo ook een begrafenis van een bloed- of aanverwant in het buitenland bijgewoond worden.

• het actief deelnemen aan een culturele of sportieve manifestatie, indien het kind hiervoor als individu of als lid van een club geselecteerd is. Het bijwonen van trainingen komt niet in aanmerking, wel bijv. de deelname aan een kampioenschap/competitie. Het kind kan maximaal 10 halve schooldagen per schooljaar hiervoor afwezig zijn (hetzij achtereenvolgend, hetzij gespreid over het schooljaar).

• in echt uitzonderlijke omstandigheden afwezigheden voor persoonlijke redenen. Voor deze afwezigheden moet de directeur op voorhand zijn akkoord verleend hebben. Het gaat om maximaal 4 halve schooldagen per schooljaar (al dan niet gespreid).

• Afwezigheid wegens deelname aan een time-outptoject.

• afwezigheid wegens topsport in de sporten tennis, zwemmen en gymnastiek voor maximaal 6 lestijden per week (verplaatsingen inbegrepen), mits het vooraf indienen van een dossier met de volgende elementen:

a. een gemotiveerde aanvraag van de ouders;

schoolreglement versie 1 september 2007 25

b. een verklaring van een bij de Vlaamse sportfederatie aangesloten sportfederatie;

c. een medisch attest van een sportarts verbonden aan een erkend keuringscentrum van d Vlaamse Gemeenschap;

d. een akkoord van de directie.

Deze vijf categorieën van afwezigheden zijn geen automatisme, geen recht dat ouders kunnen opeisen. Enkel de directeur kan autonoom beslissen om deze afwezigheden toe te staan. De directeur mag onder geen beding toestemming geven om vroeger op vakantie te vertrekken of later terug te keren. De leerplicht veronderstelt dat een kind op school is van 1 september tot en met 30 juni.

Afwezigheden van kinderen van trekkende bevolking, in zeer uitzonderlijke omstandigheden.

De volgende regels zijn van toepassing op de kinderen van binnenschippers, kermis- en circusexploitanten en -artiesten en woonwagenbewoners. Ze zijn niet van toepassing op kinderen die behoren tot de trekkende bevolking maar die ter plaatse verblijven (bijvoorbeeld in een woonwagenpark). Die kinderen moeten elke dag op school aanwezig zijn.

Ouders behorend tot de categorie trekkende bevolking die hun kind inschrijven in een school, moeten er - net als alle andere ouders - op toezien dat hun kind elke dag op school aanwezig is. In uitzonderlijke omstandigheden kunnen zich situaties voordoen waarbij het onvermijdelijk is dat het kind tijdelijk met de ouders meereist. Deze situaties moeten op voorhand goed met de school besproken worden. De ouders maken samen met de school duidelijke afspraken over hoe het kind in die periode met behulp van de school verder de onderwijstaken zal vervullen (de school zorgt voor een vorm van onderwijs op afstand) en over hoe de ouders met de school in contact zullen blijven. Deze afspraken moeten in een overeenkomst tussen de ouders en de school neergeschreven worden. Enkel als de ouders hun engagementen naleven is het kind gewettigd afwezig.

schoolreglement versie 1 september 2007 26

Problematische afwezigheden.

Alle afwezigheden die niet opgesomd en gewettigd kunnen worden zoals hierboven beschreven zijn te beschouwen als problematische afwezigheden. Leerlingen die ongewettigd afwezig zijn (d.w.z. problematische afwezigheden die niet omgezet worden in gewet-tigde afwezigheden) verliezen hun statuut van regelmatige leer-ling overeenkomstig van het decreet basisonderwijs. Dit houdt in dat de betrokken leerling in het zesde leerjaar geen getuigschrift basisonderwijs kan krijgen en dat de school de betrokken leerling niet kan meetellen voor de personeelsformatie en de toelagen.

De school zal de ouders onmiddellijk contacteren bij elke problematische afwezigheid en deze afwezigheid melden aan het CLB. School en CLB zullen in communicatie met de betrokken ouders een begeleidingsplan opstellen voor de betrokken ouders en hun kinderen.

Van zodra het kind meer dan 10 halve schooldagen problematisch afwezig is stelt de school samen met het CLB een begeleidingsdossier op dat ter inzage is voor de verificateurs.

5.10. GENEESMIDDELEN OP SCHOOL –BESMETTELIJKE ZIEKTEN Geneesmiddelen op school Het algemeen uitgangspunt is dat op school geen medicatie nodig is om zich goed, gezond of gelukkig te voelen. Het is toegelaten dat een kind met een chronische ziekte de no-dige eigen medicatie op school kan nemen. Ouders dienen dit schriftelijk te melden aan de hand van een medisch attest. De enige medicatie die op school wordt voorzien is paracetamol. Deze medicatie kan gebruikt worden voor allerlei pijnklachten.

schoolreglement versie 1 september 2007 27

Een kind dat ziek is hoort niet thuis op school. Besmettelijke ziekten De ouders hebben meldingsplicht voor elke besmettelijke ziekte waarvoor maatregelen kunnen nodig zijn.. De huis-/kinderarts die een dergelijke ziekte vaststelt, zal u zeggen of u de schooldi-rectie moet verwittigen. De schooldirectie is wettelijk verplicht de schoolarts van het CLB-centrum te contacteren. De schoolarts neemt maatregelen voor zover dit nodig is voor de leerling, de klas of de school. In verband met luizen geldt ook een meldings-plicht aan de directeur van de school. Kinderen met luizen, die niet in behandeling zijn, dienen thuis te blijven tot behandeling opgestart is. De schooldirecteur heeft een attest van behandeling nodig vooraleer het kind terug in de klas komt. In het begin van elk schooljaar wordt uitgebreide informatie rond luizen meegege-ven aan elk kind van het basisonderwijs via de school. 5.11. SCHOOLVERANDEREN Neem bij overweging van schoolverandering steeds contact op met de directie Elke schoolverandering tussen de eerste schooldag van septem-ber en de laatste schooldag van juni moet schriftelijk meegedeeld worden door de directie van de nieuwe school aan de directie van de oorspronkelijke school. De mededeling gebeurt ofwel bij aan-getekend schrijven of bij afgifte tegen ontvangstbewijs. De nieu-we inschrijving is rechtsgeldig de eerste schooldag na deze me-dedeling. In geval van betwisting over de rechtsgeldigheid van de inschrij-ving geldt de datum van de poststempel van het aangetekend schrijven of de datum van het ontvangstbewijs als datum van mededeling. De nieuwe inschrijving is dan rechtsgeldig de eerste schooldag na deze datum van poststempel of afgiftebewijs. Een schoolverandering van het gewoon naar het buitengewoon basisonderwijs is slechts mogelijk als de leerling over een in-

schoolreglement versie 1 september 2007 28

schrijvingsverslag beschikt waaruit blijkt welk type voor het bui-tengewoon onderwijs voor hem is aangewezen. Dit verslag be-staat uit een attest en een protocol ter verantwoording. Zodra de ouders over een dergelijk inschrijvingsverslag beschik-ken, kan de leerling van school veranderen. De nieuwe school licht de oorspronkelijke school in volgens de bovenvermelde pro-cedure. 5.12. AGENDA – HUISWERK - RAPPORT Schoolagenda

De leerlingen van het lager onderwijs krijgen een schoolagenda. Hierin worden de taken van de leerlingen en mededelingen voor de ouders dagelijks genoteerd. Er is ook ruimte voorzien voor mededelingen van ouders voor de leerkracht. De klastitularis ondertekent wekelijks de agenda; de ouders of de personen die het kind na de schooltijd opvangen dagelijks of wekelijks volgens afspraak met de titularis. Huistaken en lessen De leerlingen zijn steeds verplicht de opgegeven lessen te leren. De leerkracht is steeds gerechtigd deze leerstof mondeling of schriftelijk op te vragen. De school organiseert op geregelde tijd-stippen schriftelijke (soms mondelinge) proeven. De ouders ne-men hiervan kennis. Leren studeren wordt progressief aange-bracht via aangeleerde en geoefende technieken, specifiek voor elk leerjaar. Een huistaak wordt gegeven om de leerstof te verwerken (in te oefenen) of voor te bereiden. Soms valt er ook een les te leren, wat het bewerken van reeds behandelde leerstof inhoudt. De leerlingen van de basisschool en zeker onze jongste leerlingen moeten hun huiswerk en opdrachten ervaren als iets creatiefs, prettig en uitdagend. Het moet hen boeien en motiveren. De op-gegeven huistaak wordt in de schoolagenda ingeschreven. Een

schoolreglement versie 1 september 2007 29

huistaak omvat niet meer of minder dan wat er opgegeven werd. Indien er probleempjes zijn, kan u dit ook melden in de school-agenda. Rapport

Leerlingen, ouders en leerkrachten informeren over alle aspecten van het kind is de functie van het schoolrapport. Wij zien het rapport dus als een middel tot schriftelijke en mondelinge com-municatie tussen school en thuis. Het heeft een begeleidende en motiverende functie. Ons rapport poogt een beeld te schetsen van de schoolvorderin-gen en de leer– en leefhouding van elke leerling. Op vooraf gemelde data – vijf keer per jaar – krijgen de leerlin-gen van de lagere school een rapport mee ter ondertekening. Op het eind van elk semester is er de mogelijkheid op een ouder-contact waarbij de resultaten worden besproken. 5.13. ONDERWIJS AAN HUIS Een leerplichtig kind uit het lager onderwijs heeft recht op tijde-lijk onderwijs aan huis (4 lestijden per week) indien volgende voorwaarden gelijktijdig zijn vervuld: • de leerling is meer dan 21 kalenderdagen afwezig wegens

ziekte of ongeval; • voor chronisch zieke kinderen vervalt de wachttijd van 21

kalenderdagen. Deze kinderen hebben recht op 4 uur tijdelijk onderwijs aan huis na 9 halve schooldagen afwezigheid (moeten niet in een ononderbroken periode doorlopen). Telkens het kind daarop opnieuw 9 halve schooldagen afwezigheid heeft opgebouwd, heeft het opnieuw recht op 4 uur tijdelijk onderwijs aanhuis;

• de ouders hebben een schriftelijke aanvraag ingediend bij de directeur van de thuisschool;

• de aanvraag is vergezeld van een medisch attest waaruit blijkt dat het kind de school niet of minder dan halftijds kan bezoeken en dat het toch onderwijs mag volgen. Voor

schoolreglement versie 1 september 2007 30

chronisch zieke leerlingen moet bij de eerste aanvraag tijdens het betrokken schooljaar een medisch attest worden gevoegd, uitgereikt door een geneesheer-specialist, dat het chronisch ziektebeeld bevestigt en waaruit blijkt dat het kind onderwijs mag krijgen. Bij een nieuwe afwezigheid ten gevolge van deze chronische ziekte tijdens hetzelfde schooljaar is geen nieuw medisch attest vereist. Er dient wel een nieuwe aanvraag voor tijdelijk onderwijs aan huis ingediend te worden.

• de afstand tussen de school (vestigingsplaats) en de verblijf-plaats van betrokken leerling bedraagt ten hoogste 10 km.

Ook een leerling die - na een onderbroken afwezigheid van 21 kalenderdagen - wegens ziekte of ongeval op weekbasis minder dan halftijds aanwezig kan zijn op school, heeft recht op tijdelijk onderwijs aan huis. Het medisch attest moet hier bevestigen dat de leerling onmogelijk halftijds of meer op school kan zijn. In de praktijk gaat het dus om kinderen die per week minder dan 5 halve dagen aanwezig zijn. De combinatie op weekbasis (eventueel zelfs op dagbasis) van tijdelijk onderwijs aan huis en onderwijs op school, vermijdt dat jongeren die voldoende hersteld zijn om de lessen gedeeltelijk te hervatten, door deze hervatting onmiddellijk het recht op onder-wijs aan huis zouden verliezen. Bij verlenging van de afwezigheid moeten de ouders opnieuw zorgen voor een schriftelijke aanvraag en een medisch attest. Kinderen die na een periode van onderwijs aan huis de lessen op school hervatten, maar binnen een termijn van drie maand op-nieuw afwezig zijn wegens ziekte, hebben onmiddellijk recht op onderwijs aan huis. Wel moet het onderwijs aan huis opnieuw aangevraagd worden. 5.14. DOORSTROMING EN ZITTENBLIJVEN

schoolreglement versie 1 september 2007 31

Leerlingen en kleuters worden beoordeeld over de mate waarin

ze de eindtermen of ontwikkelingsdoelen bereikt hebben die voor

hun leerjaar of leeftijdsgroep vermeld staan in de leerplannen

(lager onderwijs) en het ontwikkelingsplan (kleuteronderwijs)

van het “Vlaams verbond van het katholiek basisonderwijs”

(VVKBaO).

a. Doorstroming Om kleuters en leerlingen de kans te geven zich volledig te ont-plooien en de vooropgestelde eindtermen en ontwikkelingsdoelen te bereiken, wordt zowel in kleuterschool als lagere school een jaarklassensysteem gehanteerd. In principe doorloopt elk kind de kleuterschool en de lagere school bij zijn/haar leeftijdsgenoten. Er wordt geen kleuterklas of leerjaar overgeslagen. Uitzonderin-gen zijn slechts mogelijk mits: • voorleggen van een attest, afgeleverd door het CLB waarmee

de school samenwerkt, waarin op basis van testverslagen ver-klaard wordt dat de kleuter/leerling bekwaam is een klas-je/leerjaar over te slaan.

• gunstig advies van de klassenraad. • grondig overleg tussen ouders, klastitularis en directie Bij de vijfjarige kleuters geeft de klassenraad en het CLB een advies i.v.m. de overgang naar het eerste leerjaar van de lagere school. In het belang van het kind, o.m. om mislukkingen in het eerste leerjaar te vermijden enerzijds, of anderzijds om het kind niet onnodig in de kleuterschool te laten, wordt aan de ouders de raad gegeven dit advies niet te negeren, maar onvoorwaarde-lijk te volgen in het bijzonder als het een unaniem advies is. b. Zittenblijven

schoolreglement versie 1 september 2007 32

De leerlingen die de minimumdoelen (basisleerstof) van het leer-plan voor hun leerjaar bereiken gaan het volgend schooljaar over naar een hoger leerjaar. De directie beslist, na overleg met de klassenraad en het CLB, over eventueel zittenblijven of vervroegd doorstromen van een leerling. Er wordt daarover met de ouders degelijk gecommuni-ceerd. De beslissing wordt grondig gemotiveerd en is bindend voor de ouders. Tegen de beslissing tot zittenblijven is geen beroep mogelijk. Als de ouders de beslissing niet aanvaarden kan het kind niet langer in de school ingeschreven blijven. De klassenraad kan eveneens adviseren, na overleg met het CLB, om het kind te verwijzen naar een school van het buitengewoon onderwijs. Dit advies wordt eveneens grondig gemotiveerd en degelijk met de ouders gecommuniceerd. Dit advies wordt enkel gegeven, als uit de afweging van de draagkracht van de school en de specifieke noden van het kind, blijkt dat een overstap naar het buitengewoon onderwijs voor het kind in alle opzichten betere kansen kan bieden. Dit advies is evenwel niet bindend voor de ouders. 5.15. GETUIGSCHRIFT Het schoolbestuur kan, op voordracht en na beslissing van de klassenraad, een getuigschrift basisonderwijs uitreiken aan een regelmatige leerling uit het gewoon lager onderwijs. Een regel-matige leerling is volgens het Decreet basisonderwijs van 25 fe-bruari 1997 een leerling die slechts in één school ingeschreven is. In het basisonderwijs, of als leerplichtige in het kleuteronderwijs, moet de leerling daarenboven aanwezig zijn, behoudens gewet-tigde afwezigheid en deelnemen aan alle onderwijsactiviteiten die voor hem of zijn leergroep worden georganiseerd.

schoolreglement versie 1 september 2007 33

De klassenraad oordeelt autonoom of een regelmatige leerling in voldoende mate, de doelen die in het leerplan zijn opgenomen heeft bereikt, om een getuigschrift basisonderwijs te bekomen. De beslissing van de klassenraad is steeds het resultaat van een weloverwogen evaluatie in het belang van de leerling. Het is uitzonderlijk dat dergelijke beslissing door de ouders wordt aangevochten. In voorkomend geval wenden de ouders zich bin-nen de zeven kalenderdagen tot de directeur die de klassenraad binnen drie werkdagen opnieuw bijeenroept. De betwiste beslis-sing wordt opnieuw overwogen. De ouders worden schriftelijk verwittigd van het resultaat van deze bijeenkomst. Als de be-twisting blijft bestaan kunnen de ouders aangetekend beroep instellen bij de voorzitter van het schoolbestuur binnen een ter-mijn van zeven kalenderdagen na ontvangst. Het schoolbestuur beslist of de klassenraad opnieuw wordt samengeroepen. De ouders worden schriftelijk op de hoogte gebracht van de beslis-sing van het schoolbestuur. Iedere leerling die bij het voltooien van het lager onderwijs geen getuigschrift basisonderwijs krijgt, heeft recht op een attest afge-leverd door de directie met de vermelding van het aantal en de soort van gevolgde leerjaren lager onderwijs. Wanneer de leerling het eerste leerjaar B met vrucht beëindigt, behaalt hij evenwel ook het getuigschrift basisonderwijs. 5.16. VERZEKERING Waarvoor is de school verzekerd? Uitgangspunt van de schoolverzekeringen is het gehele schoolle-ven. Concreet betekent dit dat elke activiteit georganiseerd door de school ook door de school verzekerd is: de lesactiviteiten, sport-activiteiten, schoolreis, zeeklas, sneeuwklas, de activiteiten die de school organiseert samen met de ouderraad.

schoolreglement versie 1 september 2007 34

Welke waarborgen heeft de school onderschreven?

1. Lichamelijke Ongevallen

Op school gebeuren er nog al wat ongevallen waarvoor de school niet aansprakelijk kan gesteld worden. Toch heeft de school hiervoor bijkomende waarborgen afgesloten. De medische kosten ten laste van de ouders bovenop de mu-tualiteitbijdrage worden vergoed, er zijn waarborgen voor tandprothese, bril en hoorapparaat bij ongeval, overlijden en blijvende invaliditeit. Ook lichamelijke ongevallen op weg van en naar school zijn verzekerd.

2. Burgerlijke Aansprakelijkheid

Wanneer de school, zijn leerlingen, schade berokkent aan derden en zij hiervoor aansprakelijk wordt gesteld dan dient zij deze schade ook te vergoeden (art. 1382-1386 van het Burgerlijk Wetboek). Opgelet: deze waarborg is van toepassing op het schoolleven, maar hier valt de weg van en naar de school niet onder! Het schoolleven geldt enkel wanneer zij onder toezicht van de school staan (of verondersteld worden onder toezicht te staan). Het is belangrijk dat ouders er zich van bewust zijn dat zij voor de ongevallen die hun kinderen op weg van en naar de school veroorzaken persoonlijk aansprakelijk kunnen gesteld worden.

3. 0bjectieve Aansprakelijkheid in geval van brand en ontploffing

schoolreglement versie 1 september 2007 35

Dit is een bij wet verplichte verzekering die tussenkomt voor slachtoffers van brand en/of ontploffing, en dit zonder dat de aansprakelijkheid is bewezen.

Alle waarborgen zijn van toepassing zonder vrijstelling.

En de vrijwilligers?

De school maakt bij de organisatie van verschillende activiteiten gebruik van vrijwilligers. De nieuwe wet van 3 juli 2005 betref-fende de rechten van de vrijwilligers verplicht o.m. de scholen om aan de vrijwilligers te informeren over een aantal elementen. Omdat elke ouder een schoolreglement ontvangt en voor akkoord ondertekent, kiest de school ervoor om de organisatienota in het schoolreglement op te nemen. Op die manier is elke ouder op de hoogte.

Organisatie

VZW Katholieke Scholen Temse-Scheldekant

Verplichte verzekering

De school heeft een verzekeringscontract afgesloten tot dekking van de burgerlijke aansprakelijkheid, met uitzondering van de contractuele aansprakelijkheid, van de organisatie en de vrijwilli-gers. Het verzekeringscontract werd afgesloten bij ….(naam maatschappij en polisnummer toevoegen). De polis ligt ter inzage op het schoolsecretariaat.

Vrije verzekering

De school heeft een verzekeringscontract afgesloten tot dekking van de lichamelijke schade die geleden is door vrijwilligers tijdens de uitvoering van het vrijwilligerswerk of op de weg naar- en van

schoolreglement versie 1 september 2007 36

de activiteiten. Het verzekeringscontract werd afgesloten bij ….(naam maatschappij en polisnummer toevoegen). De polis ligt ter inzage op het schoolsecretariaat.

Vergoedingen

De activiteit wordt onbezoldigd en onverplicht verricht. De orga-nisatie voorziet in geen enkele vergoeding voor vrijwilligersactivi-teiten.

Aansprakelijkheid

De school is aansprakelijk voor de schade die de vrijwilliger aan derden veroorzaakt bij het verrichten van vrijwilligerswerk. Inge-val de vrijwilliger bij het verrichten van vrijwilligerswerk de school of derden schade berokkent, is hij enkel aansprakelijk voor zijn bedrog en zijn zware fout. Voor zijn lichte fout is hij enkel aansprakelijk als die hem eerder gewoonlijk dan toevallig voorkomt.

Geheimhoudingsplicht

Het vrijwilligerswerk houdt in dat de vrijwilliger geheimen kan vernemen ten aanzien waarvan hij gehouden is tot de geheim-houdingsplicht. Deze bepaling richt zich vooral tot vrijwilligers die actief zijn binnen telefonische hulpverlening zoals Tele-Onthaal, de Zelfmoordlijn en andere vormen van hulpverlening waarbij vrijwilligers in contact komen met vertrouwelijke informatie.Op vrijwilligers die actief zijn binnen scholen is deze bepaling in be-ginsel niet van toepassing.

Dit overzicht van een aantal schoolverzekeringen wil aantonen

dat het schoolbestuur niets aan het toeval heeft overgelaten en

het schoolleven op een zo goed mogelijke wijze heeft verzekerd.

De schoolverzekeringen zijn in handen van het Interdiocesaan Centrum, een verzekeringskantoor gespecialiseerd in het verze-keren van scholen. 5.17. WET OP DE PRIVACY

schoolreglement versie 1 september 2007 37

De school gebruikt de persoonlijke gegevens van de leerlingen uitsluitend om haar administratieve taken en verplichtingen te kunnen vervullen. De ouders hebben het recht deze gegevens in te kijken en, als ze een fout vaststellen, te laten verbeteren. Ook kan er in overleg met de school en met respect voor de pri-vacy van het gezin een persoonlijk document opgemaakt worden om de overgang naar een andere school, een ander niveau opti-maal te laten verlopen. Dit document kan relevante informatie bevatten over de onderwijsloopbaan van het kind zoals bijvoor-beeld gegevens over onderwijsproblemen, leerstoornissen, be-langrijke gegevens medische aard, schoolrapporten, enz. Zonder schriftelijke bezwaar van de ouders mogen foto’s van de kinderen genomen tijdens het schoolleven gepubliceerd worden in schoolbrochures en de website.

5.18. ORDE- EN TUCHTMAATREGELEN Het orde- en tuchtreglement is een middel om de goede gang van zaken in onze opvoedingsgemeenschap te vrijwaren. Wanneer een leerling de goede werking van de school hindert of het lesverloop stoort, kan er een ordemaatregel worden genomen (en/of kunnen er meer bindende gedragsregels worden vastge-legd in een geschreven begeleidingsplan). Mogelijke ordemaatregelen zijn: • een verwittiging • strafwerk • een tijdelijke verwijdering uit de les gevolgd door aanmelding

bij de directie. • … Deze ordemaatregelen kunnen genomen worden door elk perso-neelslid van de school in samenspraak met de directie. Wanneer het gedrag van de leerling werkelijk een probleem be-tekent voor het verstrekken van het onderwijs en/of het opvoe-dingsproject van de school in het gedrang brengt, kan er een tuchtmaatregel genomen worden.

schoolreglement versie 1 september 2007 38

Mogelijke tuchtmaatregelen zijn: • een schorsing houdt in dat de gesanctioneerde leerling gedu-

rende een bepaalde periode de lessen en activiteiten van zijn leerlingengroep niet mag volgen. De betrokkene moet echter wel op school aanwezig zijn;

• een uitsluiting houdt in dat de gesanctioneerde leerling defini-tief uit de school verwijderd wordt op het moment dat deze leerling in een andere school is ingeschreven en uiterlijk één maand, vakantieperiode niet inbegrepen, na de schriftelijke kennisgeving van de beslissing van de uitsluiting. In afwach-ting daarvan bevindt betrokken leerling zich in dezelfde toe-stand als een geschorste leerling en moet dus op de school aanwezig zijn.

De beslissing tot schorsing of uitsluiting van een leerling behoort tot de exclusieve bevoegdheid van het schoolbestuur. Bij het nemen van een beslissing tot schorsing van meer dan één dag of een beslissing tot uitsluiting wordt de volgende procedure gevolgd: 1. de directeur wint het advies in van de klassenraad. 2. de leerling wordt, in aanwezigheid van de ouders en eventu-

eel bijgestaan door een raadsman, voorafgaandelijk gehoord over de vastgestelde feiten. Voormelde personen worden hiertoe vijf werkdagen vooraf per brief verwittigd.

3. de ouders hebben inzage in het tuchtdossier van de leerling; 4. de genomen beslissing wordt schriftelijk gemotiveerd en

schriftelijk ter kennis gebracht aan de ouders van de betrok-ken leerling binnen een termijn van 5 werkdagen.

Tegen de schorsing voor meer dan één dag en tegen de uitsluiting is onderstaande beroepsprocedure mogelijk. Uiterlijk vijf werkdagen na ontvangst van de beslissing tot uitslui-ting, kunnen de ouders schriftelijk beroep indienen bij de voorzit-

schoolreglement versie 1 september 2007 39

ter van de beroepscommissie: Diocesaan Onderwijsbureau, Be-roepscommissie Basisonderwijs, Marialand 31, 9000 Gent. Het beroep schort de uitvoering van de eerder genomen tuchtbe-slissing niet op. De leerling wordt samen met zijn ouders per brief opgeroepen om te verschijnen voor deze beroepscommissie. Uiterlijk vijf werkdagen na ontvangst van het beroep komt deze beroeps-commissie dan samen. De ouders hebben inzage in het dossier. De beroepscommissie brengt de ouders binnen de vijf werkdagen per aangetekende brief op de hoogte van haar gemotiveerde be-slissing. Deze beslissing is bindend voor alle partijen. Een personeelslid van de school kan niet optreden als vertrou-wenspersoon. Buitenstaanders mogen het tuchtdossier niet inzien, tenzij mits schriftelijke toestemming van de ouders. Ten gevolge van een definitieve uitsluiting het vorige of het daar-aan voorafgaande schooljaar kan het schoolbestuur de betrokken leerling weigeren terug in te schrijven. 5.19. RECLAME EN SPONSORBELEID De middelen van scholen zijn beperkt. Daarom kan het voorko-men dat de school voor een project sponsors aantrekt. Bij spon-soring gaat het om geld, goederen of diensten die een sponsor verstrekt aan een schoolbestuur, directie, leraren, niet-onderwijzend personeel of leerlingen, waarvoor de sponsor een tegenprestatie verlangt in schoolverband. Tegenprestaties zijn bijvoorbeeld het noemen van de sponsor in de schoolkrant of een opdruk op t-shirts.

schoolreglement versie 1 september 2007 40

Voorbeelden van sponsoring zijn: gesponsorde materialen zoals boekjes, video’s, folders, posters en spellen; gratis producten die winkels of bedrijven uitdelen aan leerlingen of ouders; gespon-sorde activiteiten zoals schoolfeesten, sportdagen, schoolzwem-men en schoolreisjes; sponsoring van het schoolgebouw, bijvoor-beeld een leslokaal, de inrichting, computerapparatuur of ca-teringactiviteiten. Schenkingen waar geen tegenprestatie tegen-over staat, vallen dus niet onder het begrip sponsoring. Als de school een sponsorovereenkomst zou afsluiten, worden volgende regels als uitgangspunt gebruikt: � sponsoring moet in overeenstemming zijn met de goede

smaak en het fatsoen; � sponsoring moet verenigbaar zijn met de pedagogische en

onderwijskundige taak en doelstelling van de school; � sponsoring mag niet in strijd zijn met het onderwijsaanbod en

de kwalitatieve eisen die een school aan het onderwijs stelt; � sponsoring mag de onderwijsinhoud en/of de continuïteit van

het onderwijs niet beïnvloeden; � sponsoring mag geen aantasting betekenen van de objectivi-

teit, de geloofwaardigheid, de betrouwbaarheid en de onaf-hankelijkheid van het onderwijs, de scholen en de daarbij be-trokkenen;

� sponsoring mag geen schade berokkenen aan de geestelijke en/of lichamelijke gesteldheid van leerlingen.

Het schoolbestuur is altijd verantwoordelijk voor wat er in schoolverband plaatsvindt. Zelfs als het gaat om bijvoorbeeld de ouderraad die een sponsorovereenkomst aangaat waarbij een tegenprestatie wordt gevraagd waarmee ouders of leerlingen in schoolverband worden geconfronteerd. Het schoolbestuur moet ook in zulke gevallen beoordelen of de sponsorovereenkomst verantwoord is. Als ouders het niet eens zijn met beslissingen van de school over sponsoring, kunnen zij daarover steeds een gesprek vragen bij

schoolreglement versie 1 september 2007 41

de directeur. Levert dat geen resultaten op, dan kan men een klacht indienen bij de Commissie Zorgvuldig Bestuur, Departe-ment Onderwijs, Secretariaat-generaal, Kamer 5B12, Koning Al-bert ll-laan 15, 1210 Brussel. 5.20. BIJDRAGEREGELING

De school vraagt geen direct of indirect inschrijvingsgeld. De school staat in principe in voor alle onderwijsgebonden kosten die noodzakelijk zijn om een ontwikkelingsdoel na te streven of een eindterm te bereiken.

Alle niet-onderwijsgebonden kosten worden geregeld met een onkostennota met betaling via de kinderen. Van de ouders wordt verwacht dat zij binnen de gestelde betalingstermijn het nodige geld meegeven aan hun kind.

In overleg met de ouderraad wordt, voor een aantal zaken, de kostprijs aan de ouders aangerekend. Dit gebeurt omdat bedoel-de zaken niet tot de onderwijsgebonden kosten gerekend wor-den, maar om organisatorische en/of pedagogische redenen toch noodzakelijk zijn voor een kwaliteitsvolle werking van de school en/of de pedagogisch-didactische eenheid.

Bij de aanvang van elk schooljaar worden de ouders ingelicht over de niet-onderwijsgebonden kosten, d.m.v. een bijdragelijst met de geraamde bedragen van diverse activiteiten, diensten en materialen.

Als schoolrekeningen geregeld onbetaald blijven, kunnen ouders niet meer intekenen op de diensten, materialen of verbruiksgoe-deren die vrijblijvend zijn (bijv. : melk, abonnementen, …).

Ouders die problemen hebben om een schoolrekening te betalen kunnen zich wenden tot de directeur, om in overleg te zoeken naar een passende individuele oplossing voor het

schoolreglement versie 1 september 2007 42

betalingsprobleem via een gedifferentieerde bijdrageregeling. Bij onaanvaardbare cumulatie van niet betaalde rekeningen, en bij ontstentenis van een gegronde reden voor niet betaling, noch van een afgesproken betalingsplan, zullen uiteindelijk de wettelijk voorziene juridische stappen door de schoolinstelling worden ge-zet.

5.21. VERKOOPSVOORWAARDEN VAN VZW KSTS.

1. Onze facturen zijn betaalbaar uiterlijk 30 dagen na fac-tuurdatum.

2. Wanneer één of meerdere betalingen niet geregeld wor-

den binnen de acht dagen na het verzenden van een aan-getekend schrijven, houdende ingebrekestelling tot beta-ling ervan, zal hierdoor voor ons een recht op schadever-goeding ontstaan waarbij het niet-betaalde bedrag forfai-tair verhoogd wordt met 15 % met een minimum van 38 EUR. Deze vergoeding is gerechtvaardigd wegens de last, de moeilijkheden, het tijdsverlies, de moeilijkheden in de boekhouding en het gebrek betreffende het beschikken over het niet-betaalde bedrag. Tevens zal een verwijlrente van 12 % verschuldigd zijn.

3. Deze algemene voorwaarden gelden voor alle aan ons overgemaakte bestellingen. De klant wordt geacht ze te aanvaarden door het enkel feit van zijn bestelling.

4. Elke betwisting i.v.m. de uitvoering van de overeenkomst

valt onder de uitsluitende bevoegdheid van de Rechtbank van Koophandel, Rechtbank van 1e aanleg te Sint-Niklaas of van de heer Vrederechter 1e kanton te Sint-Niklaas.

schoolreglement versie 1 september 2007 43

5. Afwijkingen van deze verkoopsvoorwaarden, zelfs indien vermeld op documenten uitgaande van de klant, of van onze medewerkers, zijn alleen aan ons tegenstelbaar wanneer ze door ons schriftelijk werden bevestigd.