Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van...

download Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

of 35

Transcript of Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van...

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    1/35

    REP_CEP4_11186

    AvenuedesArts4749Kunstlaan4749

    1000

    Bruxelles

    1000

    Brussel

    email:[email protected]://www.plan.be

    Het belang en de samenstelling vangelijkgestelde periodes in de drie

    pensioenstelselsEen stand van zaken

    Importance et composition des

    priodes assimiles dans les trois

    rgimes de pensionEtat des lieux

    Mei Mai 2016

    Hans Peeters

    Guy Van Camp

    Bureau

    fdral

    du

    Plan

    Analysesetprvisionsconomiques

    FederaalPlanbureauEconomischeanalysesenvooruitzichten

    CentredExpertisedespensions

    Kenniscentrumpensioenen

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    2/35

    Le Bureau fdral du Plan

    LeBureaufdralduPlan(BFP)estunorganismedintrtpublic.

    Le BFP ralise des tudes sur les questions de politique conomique, socioconomique et

    environnementale. cette fin, le BFP rassemble et analyse des donnes, explore les volutions

    plausibles,identifiedesalternatives,valuelesconsquencesdespolitiquesetformuledespropositions.

    Sonexpertisescientifiqueestmiseladispositiondugouvernement,duparlement,desinterlocuteurs

    sociaux,ainsiquedesinstitutionsnationalesetinternationales.LeBFPassuresestravauxunelarge

    diffusion.Lesrsultatsdesesrecherchessontportslaconnaissancedelacollectivitetcontribuent

    audbatdmocratique.

    LeBureaufdralduPlanestcertifiEMASetEntreprisecodynamique(troistoiles)poursagestion

    environnementale.

    url:http://www.plan.beemail:[email protected]

    Reproductionautorise,saufdesfinscommerciales,moyennantmentiondelasource.diteurresponsable:PhilippeDonnay

    Federaal Planbureau

    Het

    Federaal

    Planbureau

    (FPB)

    is

    een

    instelling

    van

    openbaar

    nut.

    HetFPBvoertbeleidsrelevantonderzoekuitopeconomisch,sociaaleconomischvlakenophetvlak

    van leefmilieu. Hiertoe verzamelt en analyseert het FPB gegevens, onderzoekt het aanneembare

    toekomstscenarios,identificeerthetalternatieven,beoordeelthetdegevolgenvanbeleidsbeslissingen

    enformuleerthetvoorstellen.

    Hetsteltzijnwetenschappelijkeexpertiseondermeerterbeschikkingvanderegering,hetParlement,

    de socialegesprekspartners,nationaleen internationale instellingen.HetFPBzorgtvoor een ruime

    verspreidingvanzijnwerkzaamheden.Deresultatenvanzijnonderzoekwordenterkennisgebracht

    vandegemeenschapendragenzobijtothetdemocratischdebat.

    HetFederaalPlanbureauisEMASenEcodynamischeOnderneming(driesterren)gecertificeerdvoor

    zijnmilieubeheer.

    url:http://www.plan.be

    email:[email protected]

    Overnamewordttoegestaan,behalvevoorhandelsdoeleinden,mitsbronvermelding.Verantwoordelijkeuitgever:PhilippeDonnay

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    3/35

    REP_CEP4_11186

    BureaufdralduPlan

    CentredExpertisedespensions

    AvenuedesArts4749,1000Bruxelles

    FederaalPlanbureau

    Kenniscentrum

    pensioenenKunstlaan4749,1000Brussel

    tl.:+3225077311fax:+3225077373email:[email protected]://www.plan.be

    Het belang en de samenstelling van gelijkgesteldeperiodes in de drie pensioenstelsels

    Een stand van zaken

    Importance et composition des priodesassimiles dans les trois rgimes de pension

    Etat des lieux

    Mei Mai 2016

    Hans Peeters, [email protected]

    Guy Van Camp, [email protected]

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    4/35

    REP_CEP4_11186

    Inhoudstafel

    1. Inleiding ........................................................................................................ 5

    2. Gelijkgestelde periodes: algemene principes per stelsel ............................................ 6

    2.1.Gelijkstellingen in het werknemersstelsel 6

    2.2.Gelijkstellingen in het zelfstandigenstelsel 7

    2.3.Gelijkstellingen in het ambtenarenstelsel 8

    2.3.1. Algemene regels 9

    2.3.2. Afwijkingen van de regels 9

    3. Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde pensioenopbouw ............................ 10

    3.1.Identificatieproblemen 10

    3.1.1. Het belang van gelijkstelling 10

    3.1.2. Het type gelijkstelling 12

    3.2.De loopbaanduur van werknemers, zelfstandigen en ambtenaren 13

    3.2.1. De loopbaanduur van werknemers en zelfstandigen 13

    3.2.2. De loopbaanduur van ambtenaren 15

    3.3.Het belang van gelijkgestelde periodes 17

    3.3.1. Het belang van gelijkgestelde periodes bij werknemers en zelfstandigen 17

    3.3.2. Het belang van gelijkgestelde periodes bij ambtenaren 22

    3.4.Een onderscheid naar type gelijkstelling 23

    3.4.1. Bij recent gepensioneerde werknemers en zelfstandigen 23

    3.4.2. Bij 30-jarige werknemers en zelfstandigen 25

    3.4.3. Gelijkstelling naar type bij ambtenaren 27

    4. Mogelijke conclusies met het oog op verder werk ................................................... 27

    5. Referenties.................................................................................................... 29

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    5/35

    REP_CEP4_11186

    Lijst met grafieken

    Figuur 1 Cumulatief aantal jaren pensioenopbouw bij recent gepensioneerde mannelijke werknemers

    en zelfstandigen 14

    Figuur 2 Cumulatief aantal jaren pensioenopbouw bij recent gepensioneerde vrouwelijke werknemers

    en zelfstandigen 14

    Figuur 3 Cumulatief aantal jaren pensioenopbouw bij recent gepensioneerde mannen 16

    Figuur 4 Cumulatief aantal jaren pensioenopbouw bij recent gepensioneerde vrouwen 16

    Figuur 5 Percentage recent gepensioneerde mannen naar percentage gelijkgesteld in loopbaan 17

    Figuur 6 Percentage recent gepensioneerde vrouwen naar percentage gelijkgesteld in loopbaan 17

    Figuur 7 Totaal aantal jaren gewerkt bij recent gepensioneerde mannelijke werknemers en

    zelfstandigen, cumulatieve percentages 19

    Figuur 8 Totaal aantal jaren gewerkt bij recent gepensioneerde vrouwelijke werknemers en

    zelfstandigen, cumulatieve percentages 19

    Figuur 9 Percentage gemiddeld gelijkgesteld in loopbaan bij mannelijke werknemers naar leeftijd en

    geboortecohorte 21

    Figuur 10 Percentage gemiddeld gelijkgesteld bij vrouwelijke werknemers naar leeftijd en

    geboortecohorte 21

    Figuur 11 Percentage gemiddeld gelijkgesteld in loopbaan bij mannelijke zelfstandigen naar leeftijd en

    geboortecohorte 22

    Figuur 12 Percentage gemiddeld gelijkgesteld in loopbaan bij vrouwelijke zelfstandigen naar leeftijd en

    geboortecohorte 22

    Figuur 13 Procentuele verdeling van type gelijkstelling over de loopbaan van in 2012 ingestoomde

    rustgepensioneerde mannen 24

    Figuur 14 Procentuele verdeling van type gelijkstelling over de loopbaan van in 2012 ingestoomde

    rustgepensioneerde vrouwen 24

    Figuur 15 Procentuele verdeling van type gelijkstelling over de loopbaan in 2011 bij mannen geboren in

    1981 26

    Figuur 16 Procentuele verdeling van type gelijkstelling over de loopbaan in 2011 bij vrouwen geboren in

    1981 26Figuur 17 Verdeling van de gemiddelde duur van de ambtenarenpensioenloopbaan in werkelijke

    diensten en gelijkgestelde periodes, volgens het geslacht, uitgedrukt in procenten (2011) 27

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    6/35

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    7/35

    REP_CEP4_11186

    1

    Synthse

    LeprsentrapportatralislademandedelaCellulestratgiqueduMinistredespensions.Ildonne

    un

    aperu

    de

    limportance

    et

    de

    la

    composition

    des

    priodes

    assimiles

    dans

    les

    diffrents

    rgimes

    de

    pensionaussibienpourlespersonnespartiesrcemmentlaretraitequepourlespersonnesdgeactif.

    Ilressortque,respectivementpourleshommesetpourlesfemmespartisrcemmentlaretraitedans

    le rgime salari, 30 et 37 pour cent desjournes ouvrant un droit la pension sont desjournes

    assimiles.Danslergimeindpendant,cetauxestrespectivementde3et5pourcent.Danslergime

    delafonctionpublique,environ10pourcentdesdroitslapensionsontassimils.Ceschiffresfont

    donc apparatre des diffrences notables en ce qui concerne limportance des droits assimils la

    pensionchez lespersonnes rcemment retraites.En raisonde la spcificitdes trois rgimesetde

    pratiques administratives diffrentes, ces disparits entre rgimes sont toutefois difficilement

    interprtables.

    Tantlestravailleurssalarisquelesfonctionnairesconnaissentdespriodesdemaladiequi,surleplan

    administratif,sontencodesdelammemanirequedespriodesprestes.Toutefoisonnedispose

    pasdedonnessurlimportancequantitativedecespriodes.Parailleurs,danslesrgimessalariset

    indpendants,lensembledespriodesdemaladiesontprisesencomptedanslecalculdelapensionde

    retraite. En dautres termes, les salaris et indpendants malades de longue dure continuent

    constituer des droits la pension pendant cette priode de maladie. Dans la fonction publique en

    revanche, les malades de longue dure sont, certaines conditions, mis la retraite pour cause

    dinaptitude

    physique

    et

    naccumulent

    alors

    plus

    de

    droits

    la

    pension.

    Lamesuredanslaquelleunedistinctionselonletypedassimilationpeuttretabliepourlespersonnes

    rcemmentpartieslaretraitevarieselonlergimedepension.Encequiconcernelespersonnesparties

    rcemmentlaretraitedanslergimesalari,ilestimpossibledtablirunedistinctiondtailleparce

    que,danslepass,lespriodesassimilesnontpastdfiniesdefaonunivoque.Ainsi,environun

    tiersdesdroitsassimilslapensiondanscegroupeconsisteendespriodesimpossiblesidentifier

    selon le type. Les priodes assimiles identifiables dans le rgime des travailleurs salaris sont

    principalementdespriodesdechmage(respectivement24et42pourcentdespriodesassimiles

    chez les hommes et les femmes), de chmage avec complment dentreprise (23 et 7 pour cent) et

    dincapacitdetravail(maladie,invalidit,maladiesprofessionnellesetaccidentsdutravail)(14et13pour cent).Lespriodesdinterruptionde carrire etde crdittemps, lespriodesnon prestesde

    travailleurstempspartielavecmaintiendesdroitsetleservicemilitairesontquantitativementmoins

    importantes.Pourlespersonnesrcemmentpartieslaretraitedanslergimeindpendant,ilestpar

    contre possible doprer une distinction dtaille selon le type dassimilation. Dans le rgime des

    travailleurs indpendants, les principales priodes assimiles sont les priodes de maladie et

    dinvalidit(47pourcentchezleshommes,86pourcentchezlesfemmes).Viennentensuitelespriodes

    dtudes(respectivement41et14pourcent)etdeservicemilitaire(12pourcentchezleshommes).Chez

    lespersonnespartiesilyapeularetraitedanslergimedelafonctionpublique,lespriodesassimiles

    nonconsidres

    comme

    des

    services

    effectifs

    sont

    constitues

    principalement

    de

    divers

    types

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    8/35

    REP_CEP4_11186

    2

    dabsencesnonrmunresoupartiellement rmunresquisontpropresaustatut.Cesdiffrentes

    assimilationsnesontpasidentifiesselonletypedanslesdonnesdisponibles.

    Encequiconcernelapopulationdgeactif,nousdisposonsuniquementdedonnessurlimportance

    despriodesassimilesrelativesauxcarrireseffectuesavantlgede50ansdanslergimesalariet

    dans lergime indpendant.Enrevanche,nousnedisposonspasdedonnesrelativesaux tranches

    dgesuprieuresouaurgimedelafonctionpublique.Chezlestravailleurssalaris,onconstatequ

    lgede30ans,respectivement21et30pourcentdelacarriredeshommesetdesfemmesestconstitu

    depriodesassimiles.Ceschiffressontde22et32pourcentlgede40ans,puisde22et33pour

    centlgede50ans.Chezlesindpendants,cespourcentagessonttousinfrieurs1pourcent.Lefait

    que limportance de lassimilation soit plus faible chez les indpendants dge actif que chez les

    personnesdepuispeu laretraitepeutsexpliquernotammentpar lesmodalitsdassimilationdes

    priodes dtudes. En effet, une telle assimilation ncessite le paiement dune cotisation de

    rgularisationquipeuttreversejusqulafindelacarrire.

    Sinousnouslimitonslagnrationlaplusjeune(30ansen2011)pourlaquellepratiquementtoutes

    lespriodesassimilespeuventtreventiles selon le typedassimilation,onconstateque,chez les

    personnesrelevantdurgimesalari,lespriodesassimilessecomposentprincipalementdepriodes

    dechmage(respectivement77et66pourcentdupaquettotaldepriodesassimileschezleshommes

    etlesfemmes)etdemaladieetdinvalidit,ycomprislecongdematernit(respectivement13et24

    pour cent). Les priodes dinterruption de carrire/crdittemps, les accidents de travail/maladies

    professionnelles, lescongsthmatiquesetlespriodesdtudesrgularisessontmoins frquentes.

    Danslergimeindpendant,lespriodesassimileslgede30anssontexclusivementdespriodes

    de

    maladie

    et

    dinvalidit.

    Enfin, ces donnes relatives aux carrires des personnes dge actif permettent de tirer quelques

    enseignements quant lvolution de la part des priodes assimiles pour un certain nombre de

    gnrations.Ilesttoutefoisplusdifficiledeprocderunecomparaisonentregnrations.Ainsi,on

    constatenotammentque,chezlespersonnesayantunecarriredanslergimesalariseulement,lapart

    despriodesassimilesaugmenteaveclgedanslagnrationlaplusge(annedenaissance1951).

    Cette part reste plutt constante en fonction de lge pour les gnrations plusjeunes (annes de

    naissance1961,1971et1981),mais,endbutdecarrire,elleestsuprieurecelledelacohortelaplus

    ge. Dans le rgime indpendant, la part des assimilations augmente avec lge, mais reste

    relativementfaible,mmeungeplusavanc.

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    9/35

    REP_CEP4_11186

    3

    Synthese

    Het voorliggende rapport werd geschreven op vraag van de strategische cel van de Minister van

    Pensioenen.

    Het

    geeft

    een

    overzicht

    van

    het

    belang

    en

    de

    samenstelling

    van

    de

    gelijkgestelde

    periodes

    indeverschillendepensioenstelselsenditzowelvoorderecentgepensioneerdenalsvoordebevolking

    opactieveleeftijd.

    Uitdegepresenteerdecijfersblijktdatrespectievelijk30en37percentvandepensioenopbouwvan

    mannenenvrouwen,dierecentmetpensioengingeninhetwerknemersstelsel,wordtgelijkgesteld.In

    het zelfstandigenstelselbedraagt dit aandeel respectievelijk 3 en 5 percent. In het stelsel van de

    ambtenareniszon10percentvandepensioenopbouwgelijkgesteld.Debeschikbarecijferslatendus

    belangrijke verschillen zien in het belang van de gelijkgestelde pensioenopbouw van recent

    gepensioneerden.Omwillevandeeigenheidvandedriestelselsendeonderscheidenadministratieve

    praktijken,zijndezeverschillentussendestelselsechtermoeilijkinterpreteerbaar.

    Zowel werknemers als ambtenaren kennen ziekteperiodes die administratief op dezelfde manier

    gecodeerdwordenalsgewerkteperiodes.Overhetkwantitatiefbelangvandezenietgewerkteperiodes

    bestaangeen cijfers.Periodesvanziektewordenbijwerknemers enzelfstandigenmeegeteldbijde

    berekeningvanhetrustpensioen.Delangdurigziekewerknemersenzelfstandigenblijvengedurende

    deze ziekteperiode dan ook verder pensioenrechten opbouwen. In het stelsel van de ambtenaren

    worden langdurig zieken onderbepaalde voorwaarden op pensioen gesteld wegens lichamelijke

    ongeschiktheidwaarnazegeenverderepensioenrechtenopbouwen.

    De mate waarinbij de recent gepensioneerden een onderscheid kan worden gemaakt naar type

    gelijkstellingverschiltnaargelangdeonderscheidenstelsels.Bijrecentgepensioneerdewerknemersis

    een gedetailleerd onderscheid niet mogelijk omdat in het verleden niet alle gelijkgestelde periodes

    eenduidigwerdenafgebakend.Metnamebestaatzonderdevanallegelijkgesteldepensioenopbouw

    indezegroepuitniet te identificerengelijkstellingen.De identificeerbaregelijkgesteldeperiodesbij

    werknemersbestaanvoornamelijkuitwerkloosheid(respectievelijk24en42percentgelijkstellingbij

    mannen envrouwen),werkloosheidmetbedrijfstoeslag (23en7percent) enarbeidsongeschiktheid

    (ziekte en invaliditeit,beroepsziekten en arbeidsongevallen) (14 en 13 percent). Minderbelangrijke

    gelijkgestelde periodes zijn loopbaanonderbreking en tijdskrediet, nietgewerkte periodes van

    deeltijdsewerknemersmetbehoudvanrechtenenlegerdienst.Bijrecentgepensioneerdezelfstandigeniseengedetailleerdonderscheidnaartypegelijkstellingwelmogelijk.Inhetzelfstandigenstelselisde

    belangrijkste gelijkgestelde periode ziekte en invaliditeit (47 percentbij mannen, 86 percent bij

    vrouwen), gevolgd door gelijkstelling van studieperiodes (respectievelijk 41 en 14 percent) en

    gelijkstellingvanlegerdienst(12percentbijmannen).Bijrecentgepensioneerdeambtenarenbestaathet

    belangrijkste aandeel van de gelijkgestelde periodes, die niet gelijkgesteld worden aan werkelijke

    diensten,uiteenamalgaamvanonbezoldigdeofdeelsbezoldigdeafwezighedendiestatuutspecifiek

    zijn.Dezeverschillendegelijkstellingenwordenindebeschikbaregegevensnietverderonderscheiden

    naartype.

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    10/35

    REP_CEP4_11186

    4

    Voor wat debevolking op actieve leeftijdbetreft, hebben we enkel cijfers over hetbelang van de

    gelijkstellingbijwerknemersenzelfstandigenvoorwatdeloopbaantotenmetdeleeftijdvan50jaar

    betreft.Gegevensoveroudere leeftijdsgroepenofoveractieveambtenarenzijnnietbeschikbaar.Bij

    werknemersvindenwedatop30jarigeleeftijdrespectievelijk21en30percentvandeloopbaanvan

    mannen

    en

    vrouwen

    is

    gelijkgesteld.

    Op

    40

    jarige

    leeftijd

    bedragen

    deze

    cijfers

    22

    en

    32

    percent

    en

    op

    50jarigeleeftijd22en33percent.Bijzelfstandigenliggendezepercentagessteedsonderde1percent.

    Dathetbelangvangelijkstellingbijdezelfstandigenopactieveleeftijdheelwatlagerligtdanbijrecent

    gepensioneerden kan mogelijks worden toegeschreven aan de gelijkstelling van studieperiodes.

    Dergelijke gelijkstelling veronderstelt immers hetbetalen van eenbijdrage en dezebijdrage wordt

    allichtpasgestortopheteindevandeloopbaan.

    Beperkenweonstotdejongstecohorte(30jaarin2011)waarvoorvrijwelallegelijkgesteldeperiodes

    eenduidigkunnenwordengenterpreteerd,danvindenwebijwerknemersdatgelijkgesteldeperiodes

    voornamelijkbestaanuitperiodesvanwerkloosheid (respectievelijk77en66percentvanhet totale

    pakket aan gelijkgestelde periodesbij mannen en vrouwen) en ziekte en invaliditeit inclusief

    moederschapsrust (respectievelijk13 en24percent).Minderbelangrijkegelijkgesteldeperiodes zijn

    loopbaanonderbreking/tijdskrediet, arbeidsongevallen/beroepsziekten, themaverloven en de

    regularisatie van studieperiodes. Bij zelfstandigen bestaat de gelijkstelling op 30jarige leeftijd

    uitsluitenduitperiodesvanziekteeninvaliditeit.

    Opbasisvanloopbaangegevensvanpersonenopactieveleeftijdkunnenwetotslotietslerenoverde

    evolutievanhetaandeelgelijkgesteldeperiodesover eenaantalgeneraties.Eenvergelijking tussen

    cohortenblijktmoeilijker.Zokanonderanderevastgesteldwordendatbijdezuiverewerknemershet

    aandeel

    gelijkstellingen

    stijgt

    met

    de

    leeftijd

    binnen

    de

    oudste

    cohorte

    (geboortejaar

    1951)

    daar

    waar

    dit

    aandeelvoordejongerecohorten(geboortejaren1961,1971en1981)eerderconstantblijftinfunctievan

    deleeftijd,maarzichbijaanvangwelsitueertopeenhogerniveaudandatvandeouderecohorte.Bij

    zelfstandigengroeithetbelangvandegelijkstellingenmetdeleeftijd,maarhetaandeelblijftookop

    latereleeftijd,relatieflaagliggen.

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    11/35

    REP_CEP4_11186

    5

    1. Inleiding

    In deze nota schetsen we voor de verschillende pensioenstelsels eenbeeld van hetbelang en de

    samenstellingvandegelijkgesteldeperiodes.Dezeperiodeswordenindezenotagedefinieerdalsniet

    gewerkteperiodesdiepensioenopbouwgenereren.Hetkanhierzowelgaanomperiodesdievolledig

    vergoedwordendoordewerkgever(vb.hetgewaarborgdloonbijwerknemers)alsperiodesdienietof

    slechts gedeeltelijk worden vergoed (vb. werkloosheid, al dan niet metbedrijfstoeslag). Daarmee

    hanterenweeenruimeredefinitiedanveelalgebruikelijk is.Meestalwordengelijkgesteldeperiodes

    beperkttotdeperiodesdienietofdeelsvergoedwordendoordewerkgever.Dergelijkeinperkingheeft

    echtereerderadministratievedaninhoudelijkeredenenenbemoeilijktdevergelijkingtussendestelsels.

    Dooreenbeeld te schetsenvanhetbelangende samenstellingvangelijkgesteldepensioenopbouw

    reikenweinformatieaandiedesolidariteitsfunctievandegelijkgesteldeperiodeskanhelpenmeten.

    Naastgelijkgesteldeperiodesbestaanerooknoganderebelangrijkevormenvansolidariteitbinnenhet

    Belgische pensioensysteem. Denk hierbij onder meer aan de afgeleide rechten en de onder enbovengrenzendiegehanteerdwordenbijdepensioenberekening.Deherverdelendewerkingvanhet

    volledige pensioensysteem kan dus niet enkel en alleenbeoordeeld worden opbasis van de hier

    bestudeerdegelijkgesteldeperiodesalleen.

    DeaanleidingvoordezenotawaseenvraagvanhetBegeleidingscomitvanhetKenniscentrumvoor

    Pensioenen (KCP) (13 november 2015) om een aantal beschikbare gegevens met betrekking tot

    gelijkgesteldeperiodesteinventariseren.1Gegevenhetreedsbeschikbaremateriaallaatdezevraagzich

    meerconcreetvertalenalsvolgt:

    1.

    Watishetbelangvangelijkstellingindetotalepensioenopbouw,naargeslachtentypegelijkstelling,vooreengroepdierecentisingestroomdinhetpensioensysteem?

    2. Watishetbelangvangelijkstellingindetotalepensioenopbouw,naargeslachtentypegelijkstelling,voordebevolkingopactieveleeftijd,ingedeeldinleeftijdsgroepenvan10jaar?

    Bijhetbeantwoordenvandezevragenzalbijzondereaandachtbesteedwordenaanhet feitdatde

    mogelijkhedenomgelijkstellingenteidentificeren,varirendoorheendetijd.

    Hoewel de klemtoon in deze nota ligt op het kwantitatieve aspect van de gelijkgestelde periodes,

    wordendemogelijkhedenomterapporterenoverdezeperiodesgedrevendoordeverschillen inde

    reglementeringdievantoepassingisbinneniedervandezestelsels.Omdezeredenbehandelenweindeeerstvolgendesectiedepensioenwetgeving.Insectie3presenterenwedekwantitatievegegevens

    metbetrekking totbovenstaande vragen 1 en 2. Tot slot formuleren we in sectie 4 een aantal

    aanbevelingenmethetoogoptoekomstigonderzoek.

    1 Voorwerknemersen/ofzelfstandigenbestaathetbelangrijkstemateriaalwaaroverwebeschikkenuitinformatiediewerdaangeleverd door RVP, Sigedis en RSVZ aan de Pensioencommissie 20202040 (zie RVP, Sigedis en RSVZ, 2013). Dezeinformatie werd aangeleverd in drie delen (2.1, 2.2 en 2.3). Andere informatie is terug te vinden in antwoord op eenparlementairevraag(zieVr.enAntw.Kamer20142015,7september2015,149155(Vr.nr.54P.DEROOVER))ofwerddoor

    deRSVZ

    overgemaakt

    aan

    het

    KCP

    (zie

    Priodes

    assimiles

    2004

    2014.xls).

    Voor

    ambtenaren

    wordt

    vooral

    gebruik

    gemaakt

    vanJanvierenJanssens(2014)envandehiervoorgeciteerdeparlementairevraag.

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    12/35

    REP_CEP4_11186

    6

    2. Gelijkgestelde periodes: algemene principes per stelsel

    Gelijkgestelde periodes worden in deze nota gedefinieerd als nietgewerkte periodes die

    pensioenopbouwgenereren.Deperiodesdieonderscheidenwordenendeberekeningswijzevande

    gelijkgesteldepensioenopbouwverschiltalnaargelanghetpensioenstelselwaarinhetpensioenwordt

    opgebouwd.Deregelgevingwordtdaaromafzonderlijkperstelselbehandeld.2

    Erkanbijaanvangvandezesectieookopgemerktwordendatgelijkgesteldeperiodeseenverschillende

    invloedkunnenhebbenopdetoegangtothetrechtendehoogtevanhetberekendepensioenbedrag.

    Zo heeftde recentebeslissing om de diplomabonificatiesvanambtenaren af tebouwen, enkel een

    invloed op de toegang tot het recht en niet directop hetberekende pensioenbedrag.3In wat volgt

    bespreken we steeds de regels die van toepassing zijnbij debepaling van de hoogte van het

    pensioenbedrag.

    2.1.

    Gelijkstellingen in het werknemersstelsel

    Inhetwerknemersstelselkanopbasisvandewetgevingeenlimitatievelijstvangelijkgesteldeperiodes

    wordenopgesteld.Opdiemanierwerdenineentechnischenotadiewerdopgesteldin2013tenbehoeve

    vandePensioencommissie20202040 (Technischenota,2013)40verschillendegelijkgesteldeperiodes

    onderscheiden in het werknemersstelsel. Belangrijke gelijkgestelde periodes zijn periodes van

    werkloosheid (aldannietmetbedrijfstoeslag),ziekte/invaliditeit,arbeidsongeschiktheid tengevolge

    vaneenarbeidsongevalofberoepsziekte,loopbaanonderbrekingoftijdskrediet,periodeswaarineen

    thematischverlofwordtopgenomen(veelalouderschapsverlof),nietgewerkteperiodesvandeeltijdse

    werknemers

    met

    behoud

    van

    rechten

    en

    periodes

    van

    inactiviteit

    die

    gratis

    worden

    gelijkgesteld

    (deze

    gelijkstellingisnietopgenomeninbovenvermeldelijst).Dezelaatste,atypische,vormvangelijkstelling

    houdt in dat de rechten van een individu met minstens 285 VTEdagen pensioenopbouw in een

    kalenderjaar(i.e.91%vaneenvolledigjaarinde6dagenweek)automatischwordenverhoogdtoteen

    volledigVTEjaarpensioenopbouw(RVP,SigedisenRSVZ,2013,deel2.1,p.5).Specifiekvoormannen

    diehun loopbaanaanvingenvoor1995 isverderdegelijkstellingvan legerdienstvanbelang,voor

    vrouwendegelijkstellingvanperiodesvanmoederschapsrust.

    Omtebepalenofiemandrechtheeftopeengelijkgesteldeperiodealswerknemerdientdezeinderegel

    tewerkgesteldtezijnalswerknemerophetmomentdatdegelijkgesteldeperiodezichaandient.Een

    belangrijkeuitzonderinghieropbetreftdegelijkstellingvanlegerdienst.Dezeperiodewordtimmers

    ookgelijkgesteldalsmenbinnendedriejaarnadelegerdiensttewerkgesteldwordtalswerknemer.Een

    andere uitzonderingbetreft studieperiodes: indien deze studieperiodesbinnen de 10jaren worden

    geregulariseerd, worden deze periodes gelijkgesteld. Omdat het regulariseren debetaling van een

    bijdrage veronderstelt, worden studieperiodes vaak afzonderlijk aangeduid als geregulariseerde

    periodesinplaatsvangelijkgesteldeperiodes.Indezestudiewordenzealseengelijkgesteldeperiode

    2 EengedetailleerdeenrecentebesprekingvandewetgevinginzakegelijkgesteldeperiodesvoorwerknemersenzelfstandigenisterugtevindeninhetPraktijkboekSocialeZekerheid(zieondermeerPutenVerdeyen,2015).Eengelijkaardigebespreking

    voorambtenarenisterugtevindeninJanvierenJanssens(2014,sectie2.1.3.3).3 Voorheen was de verschillende invloed van gelijkgestelde periodes op de toegang tot het recht en de hoogte van het

    pensioenbedragveelminderuitgesproken(zieJanvierenJanssens,2014,sectie2.1.3.3,p.51e.v.).

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    13/35

    REP_CEP4_11186

    7

    gedefinieerd omdat de beschikbare cijfers geen onderscheid toelaten tussen gelijkgestelde en

    geregulariseerdeperiodes.

    Ophetmomentvandepensioenberekeningwordteen fictief loon toegekendaaneengelijkgestelde

    periode.Omditfictiefloonteberekenenmaaktmenveelalgebruikvanhetlaatstverdiendeloon.Om

    hetfictiefloonvanngelijkgesteldedagineenbepaaldjaartebepalen,deeltmenhettotaleloonvan

    hetjaar dat de periode van de gelijkstelling voorafgaat, door het totaal aantal dagen van datjaar.

    Vervolgenswordthet fictief loon (grotendeels)aangepastaande inflatiediezich in tussentijdheeft

    voorgedaan.Somswordthetfictiefloonookforfaitairvastgelegd.Eenforfaitairloonwordtondermeer

    toegekend aan nietgewerkte periodes van deeltijdse werknemers metbehoud van rechten zonder

    inkomensgarantieuitkering.

    Wemerken ten slotteopdat, tengevolgedeeenheidvan loopbaan,periodesvanpensioenopbouw

    (gewerkte maar ook gelijkgestelde periodes) voor individuen met een lange loopbaan buiten

    beschouwingkunnenblijvenbijdeberekeningvanhetpensioen.Hetaandeelvandegelijkgesteldeperiodesbinnendevolledige loopbaankandusverschillenvanhetaandeelvande loopbaandie in

    aanmerkinggenomenwordtvoordeberekeningvanhetpensioen.

    2.2. Gelijkstellingen in het zelfstandigenstelsel

    Netalsbijwerknemerskaneenlimitatievelijstwordenopgesteldvanhetaantalgelijkgesteldeperiodes.

    In bovenvermelde technische nota (Technische nota, 2013) worden 11 periodes onderscheiden.

    Belangrijkegelijkgesteldeperiodeszijnperiodesvanziekte/invaliditeitenvoormannendelegerdienst.

    Net

    als

    in

    het

    werknemersstelsel,

    vereisen

    een

    aantal

    periodes

    dat

    bijkomende

    bijdragen

    worden

    betaald.Dergelijkebijdragebetalingisondermeervereistvoorperiodesvanvoortgezetteverzekering

    ofvoorstudieperiodes.Integenstellingtotinhetwerknemersstelsel,kunnendezelaatsteperiodestot

    ophetmomentvanpensioneringwordengeregulariseerd.

    Merkopdatdevoorwaardenomeengelijkstellingvanlegerdiensttegenieteninhetzelfstandigenstelsel

    stringenterzijndaninhetwerknemersstelsel.Netalsinhetwerknemersstelselheefteenzelfstandige

    rechtopeengelijkstellingvan legerdienstalshijeenzelfstandigeberoepsactiviteituitoefendeophet

    momentdatdelegerdienstbegon.Indieneenmanopdatmomentgeenzelfstandigewasmaarinde

    periode na legerdienst wel, dan heeft deze ook recht op een gelijkstelling maar enkel indien de

    zelfstandigeactiviteitplaatsvindtbinnende180dagennaheteindevandelegerdienst(bijwerknemers

    isdatdriejaar;cf.2.1).

    Bijzelfstandigenwordtaandegelijkgesteldeperiode,ophetmomentvandepensioenberekening,een

    fictiefinkomentoegekend.Voorgelijkgesteldeperiodesdiezichsituerenvr1984isditinkomengelijk

    aanhetforfaitairinkomendatookwordttoegekendtijdensperiodesvanberoepsactiviteit.Vanaf1984

    isdehoogtevanhetfictieveinkomenafhankelijkvanhettypegelijkstelling.Somswordteenforfaitair

    inkomenmeeinrekeninggebracht(vb.periodesvanlegerdienst),inanderegevallenwordtgekeken

    naardereleberoepsinkomstendievoorafgaanaandegelijkstelling(vb.bijziekte/invaliditeit).

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    14/35

    REP_CEP4_11186

    8

    Net alsbij werknemers impliceert de eenheid van loopbaan dat niet elke gelijkgestelde periode

    noodzakelijk meetelt in de pensioenberekening. Omwille van de aflopende volgorde in de in

    aanmerkinggenomenloopbaanjaren, i.e.eerstjarenindepubliekesector,danalswerknemerenten

    slottejarenalszelfstandige,kanmenbovendienverwachtendatingevalvangemengdeloopbanendeze

    inperking

    voor

    de

    jaren

    als

    zelfstandige

    belangrijker

    is

    dan

    voor

    de

    pensioenopbouw

    in

    andere

    stelsels.

    2.3. Gelijkstellingen in het ambtenarenstelsel

    Ambtenarenbekleden een ambt. Bij dit ambt hoort een rechtspositieregeling (het statuut) die de

    individueleloon enarbeidsvoorwaarden,inclusiefdeprincipesvansocialebescherming,vastlegt.4Dit

    contrasteertmetwerknemersinhetalgemeenencontractantenindepubliekesectorinhetbijzonder.

    Werknemers tekeneneencontract.Derelaties tussendewerknemerendewerkgever,endesociale

    beschermingvandewerknemer,wordengeregeldviahetarbeidsrechtenhetsocialezekerheidsrecht.

    In vergelijking met de andere stelsels, kent het ambtenarenstelsel een aantal particulariteiten. Zo

    wordendeaanneembarediensten(ditzijnperiodesdieeenpensioenaanspraakopleveren)inderegel

    uitgedruktinmaanden(endusnietintermenvandagenzoalsbijwerknemersofinkwartalenzoalsbij

    zelfstandigen)(JanvierenJanssens,2014,p.50).

    Typischvoorhetambtenarenstelsel isookdatdegelijkgesteldeperiodesdieeenpensioenaanspraak

    opleverennergenslimitatiefwordenopgesomd(JanvierenJanssens,2014,p.51).Hetisimmersveeleer

    de rechtspositieregeling dan wel de pensioenwetgeving die de gelijkstelling regelt. Zodra de

    toepasselijkerechtspositieregelingeenbezoldigdeafwezigheidgelijksteltmetdienstactiviteit,neemtde

    pensioenreglementering

    de

    betrokken

    periode

    van

    afwezigheid

    immers

    op

    als

    een

    werkelijke

    dienstprestatie(JanvierenJanssens,2014,sectie2.1.3.3.1.5).Hetbelangvanderechtspositieregelingin

    dezemateriekanverdergellustreerdwordenaandehandvantweevoorbeelden.

    Eeneerstevoorbeeldbetreftdebehandelingvanziektedagenbijverschillendeoverheidswerkgevers.In

    gevalvanziektewordthetloonvaneenambtenaar(netalsbijeenwerknemeroverigens)tijdenseen

    eersteperiodedoorbetaald.Daarwaarbijwerknemersdezeperiodevangewaarborgdloonbeperktis

    totmaximaal1maand,wordtbijambtenarenditzogenaamdeverlofwegensziektebepaaldopbasis

    vaneenkredietaanziektedagendatwordtopgebouwd tijdensde loopbaan.Demanierwaaropdit

    kredietwordtopgebouwdvarieertevenwelvanwerkgevertotwerkgever.Terillustratie:bijdeFederale

    overheid enbij de Vlaamse lokale besturen wordt bijvoorbeeld een krediet van 21 werkdagen

    opgebouwd per 12 maanden dienstancinniteit; in het onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap

    bedraagt dit 30 kalenderdagen per 12 maanden sociale ancinniteit; ambtenaren van de Vlaamse

    overheidtenslottehebbenoverheeldeloopbaaneenkredietvan666ziektedagen(Lambrechts,2015,

    p.45).Deregelsvoorde invullingvanderelevanteancinniteitkunnenverderookverschillenvan

    werkgevertotwerkgever.

    Eentweede illustratiebetreftdeverlovenvoorafgaandaandepensionering.Tergelegenheidvande

    progressieve verhoging van de vereiste minimumleeftijd voor het verkrijgen van een vervroegd

    rustpensioen

    van

    de

    overheidssector

    heeft

    de

    Pensioendienst

    voor

    de

    Overheidssector

    (PDOS)

    in

    2012

    4 ZieonderandereAertsenJanvier(2015,pp.68)vooreenverdereuitwerkingvanhetbegriprechtspositieregeling.

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    15/35

    REP_CEP4_11186

    9

    een inventaris opgemaakt van de op dat ogenblik bestaande systemen van dergelijke verloven

    voorafgaandaandepensioneringdiebijalleoverheden enoverheidsinstellingenbestondenophet

    momentvandepensioenhervormingvandecember2011.Indezeinventariswerdenmeerdanduizend

    rechtspositieregelingengedentificeerd.5

    Eenandereparticulariteitvanhetambtenarenstelselbetreftdeberekeningvandepensioenopbouw

    tijdenseengelijkgesteldeperiode.Zowordengelijkgesteldeperiodes,vanzodrazezijnaangenomen,

    opdezelfdemaniergewaardeerdalsdewerkelijkediensten,terwijlvoorwerknemersenzelfstandigen

    veelalgewerkt wordt met een fictief loonof inkomenuit een activiteitsperiodediedeperiode van

    gelijkstellingvoorafging.

    Omwillevanhetontbrekenvaneenlimitatievelijstmetgelijkgesteldeperiodesbesprekenweinwat

    volgtenkeldealgemeneregelsdievantoepassingzijnoverallerechtspositieregelingen(2.3.1)alsook

    eenaantaluitzonderingenopdezeregels(2.3.2).

    2.3.1.

    Algemene regels6

    Alleverlovenmetbehoudvanbezoldigingzijnaanneembaarvoorhetpensioenenwordenindefeiten

    gelijkgesteld met werkelijke diensten. Ook de meeste onbezoldigde afwezigheden die met

    dienstactiviteitwordengelijkgesteld,zijnaanneembaar.Deonbezoldigdeafwezighedendienietmet

    dienstactiviteitwordengelijkgesteldkomenperkalenderjaarvoormaximaal1maandinaanmerking.

    Periodesvandisponibiliteit,ofterbeschikkingstelling,tenslotte,genererenpensioenopbouwvoorzover

    ereenrechtopeenwachtgeldbestaat.

    2.3.2.

    Afwijkingen van de regels7

    Bepaaldeperiodeswordenbijdeberekeningvanhetambtenarenpensioen,behoudensuitzonderingen,

    beperkttotmaximaal20percentvandewerkelijkediensten(i.e.dienstendievergoedwordenaan100

    percentvandewedde).8Deze regelwordt,onderbepaaldevoorwaarden, toegepastbijondermeer

    periodesvanloopbaanonderbrekingenarbeidsregimeswaarinvierdagenperweekofhalftijdsgewerkt

    wordt.

    Voordehiervoorgeciteerdearbeidstijdregelingenwordenbovendienveelalbijkomendebeperkingen

    opgelegd.

    Zo

    worden

    deze

    periodes

    normaal

    slechts

    aangenomen

    tot

    maximaal

    60

    maanden

    in

    een

    volledigeloopbaanenopvoorwaardedatdeambtenaardegebruikelijkepensioenbijdrage,berekend

    opdeweddediehijzougenotenhebben,gestortheeft(JanvierenJanssens,2014,sectie2.1.3.3.1.2).

    TotslotkanopgemerktwordendatalsgevolgvandeZesdeStaatshervormingonbezoldigdeverloven

    entijdvakkenvandisponibiliteituiteenrechtspositieregelingeerstviaeenkoninklijkbesluitmoeten

    toegevoegdwordenaanderelevantewet,alvorenszemeegenomenkunnenwordenindeberekening

    vanhetrustpensioen.

    5 ZieinditverbandhetwerkbladF12TABELDispoVVAPvanbijlage2bijCPH20202040(2015).6 DezesectieisgebaseerdopJanvierenJanssens,2014,sectie2.1.3.3,p.51e.v.7 DezesectieisgebaseerdopJanvierenJanssens,2014,sectie2.1.3.3,p.51e.v.8 Voorbepaaldeindividuenwordenhogerepercentagestoegepast(zieJanvierenJanssens,2014,voetnoot228).

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    16/35

    REP_CEP4_11186

    10

    3. Het belang en de samenstelling van gelijkgesteldepensioenopbouw

    Recentbeschikbaargesteldeinformatiemaakteennieuwekwantificeringvandegelijkgesteldeperiodes

    mogelijk.Opbasisvandezeinformatiepresenterenweinwatvolgtcijfersoverdeloopbaanduurvan

    werknemers,zelfstandigenenambtenaren(3.2),overhetaandeeldaarindatwordtgelijkgesteld(3.3),

    alsook over hetbelang van de verschillende types gelijkstelling (3.4). Vooraf moet echter worden

    verduidelijktdatdeadministratievepraktijkeeneenduidigeinterpretatievandezegegevensingrote

    mateverhindert(3.1).

    3.1. Identificatieproblemen

    Een aantal identificatieproblemen maken het onmogelijk om voor elk van de drie pensioenstelsels

    vergelijkbareenaccuratecijfersweertegevenoverhetbelangvandegelijkstelling(3.1.1),alsookover

    hettypegelijkgesteldeperiode(3.1.2).

    3.1.1. Het belang van gelijkstelling

    Zoalsgezegd,wordteengelijkgesteldeperiodeindezenotagedefinieerdalseennietgewerkteperiode

    diepensioenopbouwgenereert.Dezebrededefinitiebrengteen identificatieprobleemmetzichmee

    omdatbepaaldenietgewerkteperiodesindebeschikbaregegevensbronnennietkunnenonderscheiden

    wordenvangewerkteperiodes.Ditidentificatieprobleemverschiltvanstelseltotstelsel.

    Inhetwerknemersstelselwordennietgewerkteperiodeswaarinhetloonwordtdoorbetaald,aangeduid

    als een gewerkte periode. 9 Dit maakt dat periodes van gewaarborgd loonbij ziekte niet worden

    geregistreerd als een gelijkgestelde periode maar dat volgens onze definitie wel zouden zijn. Ook

    periodesvanjaarlijksevakantiewordensinds2003voorallewerknemersindeprivatesector,envoor

    bepaalde contractanten in de publieke sector, 10 geregistreerd als gewerkte periodes terwijl deze

    periodesvolgenseenbrededefinitievangelijkstellingookalseengelijkgesteldeperiodezoudenkunnen

    wordenaangeduid.Omdatvakantieperiodes echterwettelijkverplichtzijn endusallewerknemers

    jaarlijksvakantieopnemen,lijkthetonsevenwelzinvolleromjaarlijksevakantieaanteduidenalseen

    gewerkteperiode.

    Inhetzelfstandigenstelseldoeteengelijkaardigidentificatieprobleemzichnietvoor.Welmoetopgemerktwordendatnietgewerkteengewerkteperiodesgegevendeeigenheidvanhetzelfstandigenstatuut

    moeilijk te onderscheiden zijn. Een kwartaal wordt als gewerkt aangeduid indien hiervoor een

    minimalebijdragewerdbetaald.Ditwiluiteraardnietzeggendatdezelfstandigeindezeperiodenooit

    werdverhinderdom(bijvoorbeeldtengevolgeziekte)zijnzelfstandigeactiviteituitteoefenen.Voor

    periodesvanvoortgezetteverzekeringzijnwewelzekerdatdezelfstandigeactiviteitwerdstopgezet,

    omdatstopzettingvandeactiviteiteenexplicietevoorwaardeisomeenberoeptekunnendoenopdeze

    verzekering.

    9 Mingiedi(2013)gaatverderinopdemogelijkhedenomperiodesvangewaarborgdloonbijwerknemersteidentificeren.10 Voorcontractantenindepubliekesectordieactiefzijnbijeenplaatselijkeofprovincialeoverheid,isdezeextracoderingpas

    invoegevanaf1januari2005tengevolgedeinvoeringvandeDmfAPPl.

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    17/35

    REP_CEP4_11186

    11

    Inhetstelselvandeambtenarenworden,zoalsvermeld,bepaaldeafwezighedengeregistreerdalseen

    periode van dienstactiviteit. Dit is in het bijzonder het geval voor periodes van ziekte. De

    administratievebehandelingvandezeziekteperiodesgenereert,zelfsophetniveauvandetotaleduur

    vandegelijkstelling,drieeffectendiedevergelijkbaarheidmetdeanderestelselsonmogelijkmaken:

    Deafwezigheid

    wegens

    ziekte

    wordt

    maar

    zichtbaar

    van

    zodra

    het

    verlof

    wegens

    ziekte

    is

    uitgeput

    (Janvier enJanssens,2014,p.54).Deperiodewaaringebruikwordtgemaaktvanverlofwegensziekteendieperdefinitiewordtgelijkgesteldmeteenperiodevanwerkelijkedienstisongelijkverdeeldoverambtenarenonderlingenkaneenlangereaaneensluitendeperiodebetreffendanbijwerknemers.11

    Eenperiodevanlangdurigeafwezigheidwegensziektekanleidentotdeambtsneerleggingwegenslichamelijkeongeschiktheidentotdeopnamevaneenziektepensioen(Lambrechts,2015,p.59).Deperiodes,voorafgaandaandeopnamevanditziektepensioen,wordenadministratiefverwerktbijde berekening van het ziektepensioen en verdwijnen als het ware uit de gegevens over depensioenberekeningvanhetreguliererustpensioendieindezenotawordengeanalyseerd.

    Eenmaal opgenomen in het stelsel van de ziektepensioenen wordt de loopbaan (toch voor hetbetreffende ambt) afgebroken terwijl werknemers en zelfstandigen tijdens een periode vanziekte/invaliditeitverderpensioenrechtenopbouwentotaandepensioengerechtigdeleeftijd.Louteromwillevandezeredenzalde loopbaanduurvaneen langdurigziekeambtenaarkorterzijndandezevaneenvergelijkbarelangdurigziekewerknemerofzelfstandige.

    Lambrechts (2015)presenteertzowelcijfersoverhetmotiefvanpensioenopnamealscijfersoverhet

    gemiddeldaantalziektedagenenpercentagesvanminimaleafwezigheidwegensziektevoorbepaalde

    overheidswerkgevers.Uitdegerapporteerdecijfersblijktdattussen2006en2014tussende12%ende

    16% van alle pensioengerechtigden, instroomde in het globale ambtenarenpensioenstelsel wegens

    lichamelijkeongeschiktheid (Lambrechts,2015,p.53). De cijfersdie indezebron geciteerdworden

    inzakehetziektegedragvanambtenarenbijeenaantalonderscheidenoverheidswerkgevers,illustreren

    datafwezighedenwegensziektediegelijkgesteldwordenmetwerkelijkediensten,bijalleonderzochte

    overheidswerkgeversvoorkomen.Netzoalsbijwerknemers,zoumenduseenvertekendbeeldkrijgen

    vandegelijkgesteldeperiodesalsmenenkelzoukijkennaardeperiodesdieadministratiefkunnen

    afgezonderdwordenvandewerkelijkediensten.

    Voor watbetreft het ambtenarenstelsel moet nogbijkomend worden opgemerkt dat het aandeel

    gelijkgesteldeperiodesindetotaleloopbaanpastenvollekanwordenbeoordeeldophetmomentvan

    pensionering.Hetisimmerspasdandatkanwordenbepaaldofbepaaldeperiodesaldannietingeperkt

    worden

    ten

    gevolge

    de

    20

    procent

    gelijkstellingsregel

    (cf.

    2.3.2).

    Het

    bestaan

    van

    deze

    regel

    bemoeilijkt

    danookdebeoordelingvanhetbelangvandegelijkstellingenopactieveleeftijd.

    11 Inhetambtenarenstelselkandebetrokkenelangdurigafwezigzijnalvorensdezeafwezigheidadministratiefidentificeerbaarwordt.Inhetwerknemersstelselkanditniet.Inprincipezoueenwerknemer,netalseenambtenaaroverdeloopbaaneenerglangeperiodevanafwezigheidvanziektekunnenhebbendiewordtgeregistreerdalseengewerkteperiode.Hiertoezoudeperiodevanziekteechtermoetenzijnopgesplitstinverschillendekleinereperiodesdietelkensonderbrokenwordendoor

    eenwerkhervatting.Weveronderstellendateenperiodevanlangdurigeafwezigheidvakervoorkomtdaneenopeenvolgingvan korte periodes van ziekte. Bijgevolg gaan we ervan uit dat een gelijkgestelde periode wegens ziekte in hetambtenarenstelselvakerdaninhetwerknemersstelselwordtgeregistreerdalseengewerkteperiode.

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    18/35

    REP_CEP4_11186

    12

    3.1.2. Het type gelijkstelling

    Dematewaarineenonderscheidkanwordengemaaktnaartypegelijkstellingverschiltnaargelanghet

    jaarwaarindegelijkstellingplaatsvondalsooknaargelanghetpensioenstelsel.

    Inhetstelselvanwerknemerswordthettypegelijkstellingdoordepensioenadministratiegedentificeerd

    opbasis van loopbaancodes. Op dit moment zijn deze loopbaancodes heel erg gedetailleerd (vb.

    loopbaancode 319 duidt op een gedeeltelijke onderbreking van de loopbaan door een voltijdse

    werknemer voor de verzorging van een zwaar zieke). In het verleden werden met n enkele

    loopbaancode evenwel meerdere soorten gelijkstelling aangeduid. Vooral onder loopbaancode 000

    werdenallerhandegelijkstellingenaangeduiddievantoepassingwarenoparbeiders.Zoomvattedeze

    loopbaancodeaanvankelijkzowatallebelangrijkegelijkgesteldeperiodes: legerdienst,werkloosheid,

    volledig brugpensioen, jaarlijkse vakantie, ziekte/invaliditeit en tijdelijke arbeidsongeschiktheid

    wegensarbeidsongevalofberoepsziekte.Hetispasvanafmiddenjaren1990dateenmeergedetailleerd

    onderscheid naar type gelijkstelling mogelijk wordt. Vanaf 1996 wordt werkloosheid en volledigbrugpensioenafzonderlijkgeregistreerd,vanaf1997ziekte/invaliditeit,envanaf2003/2005 tengevolge

    de multifunctionele aangifte DmfA/DmfAPPl wordt ook de jaarlijkse vakantie en tijdelijke

    arbeidsongeschiktheidwegensarbeidsongevalenberoepsziekteafzonderlijkaangeduid.

    Hetisbijgevolgpasvanafeindjaren1990envooralvanaf2003/2005dathetmogelijkwordtominhet

    werknemersstelseleenaccuraatonderscheidtemakennaartypegelijkstelling.12Enzelfsnunogkunnen

    nietalletypesvangelijkstellingafzonderlijkwordenaangeduid.Wegavenreedsaandatbijvoorbeeld

    deperiodevangewaarborgdloonnietkanwordenonderscheidenvaneengewerkteperiode.Maarook

    het onderscheid tussen periodes van ziekte/invaliditeit en periodes van moederschapsrust (beide

    wordenaangegevenonderloopbaancode023)werdindezecoderingtotophedennietgemaakt.

    Voor wat het stelsel van de zelfstandigenbetreft, zijn we niet op de hoogte van een vergelijkbaar

    identificatieprobleem. We veronderstellen dan ook dat de gelijkstellingen op een constante wijze

    doorheendetijdgecodeerdworden.

    Zoals gezegd kunnen in het ambtenarenstelsel periodes van afwezigheid wegens ziekte moeilijk

    afzonderlijkwordengedentificeerd(sectie3.1.1.).Dezeidentificatiekanopditmomentnietopbasis

    vaneencentraalrepertorium(zieLambrechts,2015,pp.2023).BijdemultifunctioneleaangiftesDmfA

    en

    DmfAPPl

    wordt

    immers

    geen

    onderscheid

    gemaakt

    tussen

    gewerkte

    dagen

    en

    afwezigheden

    wegens

    ziekte met volledigbehoud van de wedde. Dit is een logisch gevolg van het feit dat de huidige

    gegevensstromen binnen de sociale zekerheid zijn opgevat op basis van de bestaande

    informatiebehoeftenvanOpenbareInstellingenvanSocialeZekerheid.Degeciteerdebrontoontwel

    aan dat de niet gecentraliseerde personeelsregisters van onderscheiden overheidswerkgevers

    informatiebevattendietoelaatomziekteperiodesvanafdeeerstedagvanziekteteidentificeren.

    12 ZiePeeters,DonvilenKnapen(2014)voormeerinformatieoverdeidentificatieproblematiekbijwerknemers.

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    19/35

    REP_CEP4_11186

    13

    3.2. De loopbaanduur van werknemers, zelfstandigen en ambtenaren

    Ominzichttekrijgeninhetbelangvandegelijkgesteldeperiodeswordtineenvolgendesectiedieper

    ingegaanophetpercentagegelijkstellingindeverschillendestelsels.Dezepercentageszeggenevenwel

    nietsoverdetotaleduurvandeperiodevangelijkstelling.Vandaardatweeersteenbeeldschetsenvan

    de totale loopbaanduur van werknemers, zelfstandigen en ambtenaren. Omdat de cijfers over de

    loopbanen van ambtenaren moeilijk vergelijkbaar zijn met die van werknemers en zelfstandigen,

    wordenzeafzonderlijkbesproken.

    Idealiterzoudendevoorgestelderesultatenhierrekeninghoudenmetalleregelsdiewordentoegepast

    ophetmomentvandeberekeningvanhetpensioenendusbijvoorbeeldnatoepassingvanhetprincipe

    van de eenheid van loopbaan zijn. Debeschikbare gegevens laten niet toe om dezebenadering

    systematischtevolgen.Inprincipestellenwedaaromresultatenvoordiegebaseerdzijnopdevolledige

    loopbaan,zonderverderetoepassingvandepensioenrekenregels.Decijfersvandereedsvernoemde

    parlementairevraag

    (zie

    referentie

    in

    noot

    1)

    worden

    voor

    wat

    het

    stelsel

    van

    de

    werknemers

    betreft,

    welgeproduceerd na toepassing van eenaantalvan deze pensioenrekenregels, in hetbijzonder de

    toepassingvanhetprincipevaneenheidvanloopbaan.

    3.2.1.

    De loopbaanduur van werknemers en zelfstandigen

    Omdelengtevandeloopbanenvanwerknemersenzelfstandigenteonderzoeken,baserenweonsop

    gegevensdiewerdenaangeleverddoordeRVP,SigedisenRSVZ(2013,deel2.1).Dezegegevenshebben

    betrekkingopindividuendiein2011voordeeerstekeereenrustpensioenalswerknemerofzelfstandige

    ontvingen.13Zon71percentvandezepopulatiebestaatuitvoormaligewerknemers(51.270individuen),

    25 percent had een gemengde loopbaan als werknemer en zelfstandige (17.946 individuen). Een

    minderheid had uitsluitend een loopbaan als zelfstandige (3.115 individuen, i.e. 4 percent). Bij de

    werknemersis50percentman,bijdegemengdeloopbanenisdat60percentenbijdezelfstandigen57

    percent.

    Figuren1en2gevendeloopbaanduurweervandeomschrevenpopulatierecentgepensioneerdenvr

    de toepassing van de eenheid van loopbaan in samengedruktejaren. Figuur1 heeftbetrekking op

    mannen, figuur2bevat informatie over vrouwen. De gerapporteerde loopbaanjarenbetreffen dus

    samengedruktejaren.Voordeloopbaanalswerknemerwordenallevoltijdsequivalente(VTE)dagen

    pensioenopbouw

    opgeteld

    en

    gedeeld

    door

    14.040

    (i.e.

    45

    VTE

    jaren

    pensioenopbouw

    geteld

    in

    een

    zesdagenweek).Bijdezelfstandigenwordenallekwartalenpensioenopbouwgedeelddoor180(45jaar

    maal4kwartalen).Uiteraard isditslechtsnmanierom loopbanenvoor testellen.Voorbepaalde

    doeleindenishetmeeraangewezenomeenloopbaanopeenanderemaniersamentevatten.Omslechts

    nvoorbeeldtegeven:omtoegangtehebbentothetvervroegdpensioenmoeteenwerknemerin2016

    minstens een loopbaanvan40jaarhebben.En loopbaanjaarwordtdaarbijgeteldals njaarmet

    13 Meer specifiek betreft de populatie alle individuen die in 2011 voor het eerst een rustpensioen ontvingen uit hetwerknemersstelselenzelfstandigenstelselendiebovendiengeenrechtenhebbenopgebouwdinhetambtenarenstelsel,inhetbuitenlandengeenonvoorwaardelijkpensioenontvingenalszelfstandigezonderdatdeloopbaanisgekend(zieRVP,Sigedis

    enRSVZ

    2013,

    2.1,

    p.

    4).

    We

    merken

    hier

    ook

    op

    dat

    de

    selectiecriteria

    voor

    werknemers

    in

    de

    eerder

    geciteerde

    parlementaire

    vraag,zeervergelijkbaarzijn,maarbetrekkinghebbenopeenanderkalenderjaar,metnamehetjaar2012.

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    20/35

    REP_CEP4_11186

    14

    minstens n derde van een VTEkalenderjaar pensioenopbouw. Iemand die vier opeenvolgende

    kalenderjarennderdevaneenVTEkalenderjaarpensioenopbouwheeft,zaldusvierloopbaanjaren

    hebben volgensdeze telling maar slechts n loopbaanjaarals wordtgekekennaar samengedrukte

    jaren.14

    Webekijkeneerst figuur1.DeXas toonthetcumulatiefaantaljarenpensioenopbouw,deYashet

    percentagegepensioneerdemannen.Deoranjestippellijntoontdeloopbaanvanwerknemers,devolle

    grijzelijndievanzelfstandigen.Degestreepteblauwelijnduidtdeloopbanenaanvanindividuendie

    inbeidestelselseenpensioenhebbenopgebouwd.Defiguurtoontdat90percentvandevoormalige

    werknemers een loopbaan heeft van 37 samengedruktejaren of meer:bij de zelfstandigen en de

    gemengdeloopbanenheefteenzelfdepercentageeenloopbaanvan33jaren.Dehelftvandemannelijke

    voormaligewerknemersheefteen loopbaanvan45samengedruktejarenofmeer.Bijdevoormalige

    zelfstandigenendegemengdeloopbanenisdat42jaarofmeer.Slechts11percentvandevoormalige

    zelfstandigenen22percentvandepersonenmeteengemengdeloopbanenhebbeneenloopbaanvan

    45samengedruktejaren.

    Verdere bewerking van deze cijfers leert ook dat voormalige werknemers met een zuivere

    werknemersloopbaan gemiddeld 44jaar pensioenopbouw hebben, terwijl dit in het geval van een

    gemengde loopbaan als werknemer en zelfstandige 41jaar is en voor personen met een zuivere

    loopbaanalszelfstandige40jaar.

    Bijvrouwenstellenwemeervariatievastdanbijmannen(ziefiguur2).Inallestelselshebbenvrouwen

    kortereloopbanenmaarhetverschilisvooralduidelijkbijdezuiverezelfstandigen.90percentvande

    voormalige werknemers met een zuivere loopbaan als werknemer of met een gemengde loopbaan

    hebben een loopbaan van respectievelijk 6 en 7jaar of meer (10percent heeft dus minder dan 6/7

    loopbaanjaren).Bijdezelfstandigenheeft90percent2ofmeerloopbaanjaren(10percentheeftbijgevolg

    14 Deinditdocumentgeciteerdebron(RVP,SigedisenRSVZ2013,deel2.1)bevatookcijfersomdehiergepresenteerdefiguren

    tebaserenopanderejaartellingen.Figuren1en2zoudenineenalternatievetellingvoorgesteldkunnenwordenalsjarendieminstens n derde vaneen VTEjaar omvatten. Zie in dit verband in de geciteerdebronop p. 11 (werknemers), p. 40(gemengdeloopbanen)enp.67(zuiverezelfstandigen).

    Figuur 1 Cumulatief aantal jaren pensioenopbouwbij recent gepensioneerde mannelijkewerknemers en zelfstandigen

    Bron: p. 24 (figuur 2.1), p. 51 (figuur 2.1) en p. 72 (figuur 2.1) van RVP, Sigedisen RSVZ (2013, deel 2.1)

    0%

    10%

    20%

    30%

    40%

    50%

    60%

    70%

    80%

    90%

    100%

    0 10 20 30 40 50

    %recentgepensioneerdemannen

    cumulatief aantal jaren pensioenopbouw

    WN WN+ZS ZS

    Figuur 2 Cumulatief aantal jaren pensioenopbouwbij recent gepensioneerde vrouwelijkewerknemers en zelfstandigen

    Bron: p. 24 (figuur 2.1), p. 51 (figuur 2.1) en p. 72 (figuur 2.1) van RVP, Sigedisen RSVZ (2013, deel 2.1)

    0%

    10%

    20%

    30%

    40%

    50%

    60%

    70%

    80%

    90%

    100%

    0 10 20 30 40 50

    %recentgepensioneerdevrouwen

    cumulatief aantal jaren pensioenopbouw

    WN WN+ZS ZS

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    21/35

    REP_CEP4_11186

    15

    minderdan2loopbaanjaren).Dehelftvanderecentgepensioneerdevrouwenmeteenzuivereloopbaan

    alswerknemerkenteen loopbaanvanminstens35samengedrukte loopbaanjaren;bijdegemengde

    loopbanen (26 loopbaanjaren) maar vooralbij de zuivere zelfstandigen (14 loopbaanjaren) zijn de

    loopbanenkorter.Eenvolledigepensioenopbouwisbijiederegroepuitzonderlijk:respectievelijk13,4

    en

    2

    percent

    van

    de

    vrouwen

    met

    een

    zuivere

    werknemersloopbaan,

    een

    gemengde

    loopbaan

    en

    loopbaanalszelfstandigekenneneenloopbaanvan45samengedruktejarenofmeer.

    Gebruiken we dezelfde gegevens opnieuw om gemiddeldes teberekenen, dan zien we dat een

    voormaligwerkneemstergemiddeld30jaarpensioenopbouwheeft,eenrecentgepensioneerdevrouw

    meteengemengdeloopbaan26jaareneenvoormaligezelfstandigevrouw18jaar.

    Merkopdatbovenstaandecijferseenbelangrijkeonderschattingkennenvandebeperkteloopbanen

    vanvrouwen.Wanneerbinneneengezinhetalleenstaandenpensioenvandepartnermethetlaagste

    pensioeninkomenminderdan25percentbedraagtvanhetalleenstaandenpensioenvandepartnermet

    het hoogste pensioeninkomen, ontvangt deze laatste een gezinspensioen. Debehandeling van hetpensioenvandepartnermetde laagstepensioeninkomstenverschiltnaargelangdepensioenstelsels

    waarbinnen de verschillende pensioenrechten van het koppel zich bevinden. Wanneer de

    pensioenrechtenvandetweepartnerszichbinnenverschillendepensioenstelselssitueren,wordthet

    kleine pensioen uitgekeerd en wordt het gezinspensioen van de kostwinner met dit kleine

    pensioenbedragverminderd.Wanneerdepensioenrechtenvanhetkoppelzichbinnenhetzelfdestelsel

    bevindenvalthetkleinepensioenechterwegenwordthetgezinspensioenvandekostwinnervolledig

    uitgekeerd. In dit laatste geval zijn de korte loopbanen van vrouwen niet opgenomen in de hier

    gepresenteerdecijfers.

    3.2.2.

    De loopbaanduur van ambtenaren

    Voorambtenarenbeschikkenweovergegevensinzakedeloopbaanduurvooreenaantalonderscheiden

    sectoren.15Indegerapporteerdecijferswordendealgemeneadministratie,hetonderwijsendefensie

    onderscheiden.Netzoalsvoorwerknemersenzelfstandigen,tonenwedecumulatieveverdelingvan

    hetaantaljarendatinaanmerkinggenomenwordtbijdepensioenberekeningvooreengroepvanrecent

    gepensioneerdeambtenaren(ziefiguren3en4).

    15 DegegevensdiewehiergebruikenwerdendoordePDOSaangeleverdaanhetFPBinhetkadervandelangetermijnprojectiesdiedoorhetFPBwordenuitgevoerd.Hetgaathierspecifiekomambtenarendieeenrustpensioenhebbenopgenomen in2011.

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    22/35

    REP_CEP4_11186

    16

    De inbovenstaande figuren getoonde cijfers gaan gebukt onder een aantalbeperkingen die de

    vergelijkingmetdeanderestelselsbemoeilijken.Zowerdendegegevensvandeloopbanenvan15jaar

    enkorterallemaalgeaggregeerdinnklasse.Bovendienzijndegebruiktecijferseenaggregatieover

    individuenmeteenzuivereloopbaaninhetgegevenstelselendezemeteengemengdeloopbaan.Voor

    deanderestelselswordenwenietgeconfronteerdmetdezebeperking.Voorvrouwenzijnerindesector

    defensie, invergelijkingmetdeanderebronnen,ookrelatiefweinigobservaties,watdezeverdeling

    danookstatistischminderbetrouwbaarmaakt.Tochlijkendegegevensinfiguur3tesuggererendat

    deloopbaanduurvanmannelijkeambtenarenglobaalgenomenkorterisdandievanwerknemersenzelfstandigen (vergelijk met figuur1). Zo hebben tussen de 20% en de 30% van de mannelijke

    ambtenaren een loopbaan van minder dan 35jaar, daar waar ditbij werknemers en zelfstandigen

    minder dan 10% is. Bij vrouwen lijkt de situatie omgekeerd. Tussen de 20% en de 30% van de

    vrouwelijkeambtenarenhebbeneenloopbaanvanminderdan30jaar.Bijvrouwelijkewerknemersen

    zelfstandigenvarieertdittussende40%ende70%(vergelijkfiguur2enfiguur4).Hetspreektvoorzich

    datditvermoedenbestverdergestaafdwordtmetgegevenswaarinderesultatenvoorambtenarenmet

    eenzuivereeneengemengdeloopbaanonderscheidenworden.Totslotillustrerenfiguren3en4ook

    dateraanzienlijkeverschillenzijninzakeloopbaanprofielbinnendepubliekesectorinzijngeheel.

    Vermits debron die gebruikt werd voor de schets van de loopbaanprofielenbij ambtenaren geen

    informatie bevat met betrekking tot het aandeel gelijkstellingen in zijn globaliteit of het type

    gelijkstelling,makenweinhetverdereverloopvandezetekstgebruikvananderecijfersdieweliswaar

    geengedetailleerdeverdelingenomvatten.

    InJanvierenJanssens(2014,pp.5659)wordthetgemiddeldaantalinaanmerkinggenomenmaanden

    gerapporteerdopbasisvanallepensioenendiezijningegaanineengegevenjaar.Dezecijfersworden

    gerapporteerdnaargeslachtenperkalenderjaarvoordeperiode2003totenmet2013.Zoalsvoorde

    anderestelselshernemenweookvoorambtenaren,waarmogelijk,decijfersvan2011envullenwedeze

    eventueel aan met cijfers voor andere kalenderjaren. De geciteerde bron toont dat mannelijkeambtenarendiein2011metpensioengingen,gemiddeld419aangenomenmaandenhadden(i.e.34,9

    Figuur 3 Cumulatief aantal jaren pensioenopbouwbij recent gepensioneerde mannen

    Bron: PDOS (gegevens lange termijnprojecties van het FPB), verwerking FPB

    0%

    10%

    20%

    30%

    40%

    50%

    60%

    70%

    80%

    90%

    100%

    15 20 25 30 35 40

    %recentgepensioneerdemanne

    n

    cumulatief aantal jaren pensioenopbouwadministratie onderwijs defensie

    Figuur 4 Cumulatief aantal jaren pensioenopbouwbij recent gepensioneerde vrouwen

    Bron: PDOS (gegevens lange termijnprojecties van het FPB), verwerking FPB

    0%

    10%

    20%

    30%

    40%

    50%

    60%

    70%

    80%

    90%

    100%

    15 20 25 30 35 40

    %recentgepensioneerdevrouwen

    cumulatief aantal jaren pensioenopbouwadministratie onderwijs defensie

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    23/35

    REP_CEP4_11186

    17

    samengedruktejaren).Voorvrouwenbedroegdit388maanden(32,3jaren).Hetglobaalgemiddelde

    bedroeg404maanden (33,7jaren).Daarbijkanopgemerktwordendatdevariatie in loopbaanduur

    tussen2003en2013vrijbeperktis,maardatdecijfersvoor2011zichsituerenaandebovengrensvan

    allegeobserveerdewaarden.

    3.3. Het belang van gelijkgestelde periodes

    Zoalsbleekuitsectie3.1,kaneengelijkgesteldeperiodeindestelselsvanwerknemersenambtenaren

    niet steeds eenduidig worden afgezonderd van een gewerkte periode. We vermoeden dat dit

    identificatieprobleembijwerknemersbeperkterisdanbijambtenaren.Daaromwordendepercentages

    gelijkstellingbijwerknemersenzelfstandigenwelmetenigeomzichtigheidvergeleken,maarworden

    depercentagesvanambtenarennietindezevergelijkingbetrokken.Depercentagesvanwerknemers

    enzelfstandigenwordensamengepresenteerdinsectie3.3.1.,dezevanambtenareninsectie3.3.2.

    3.3.1.

    Het belang van gelijkgestelde periodes bij werknemers en zelfstandigen

    Webesprekeneersthetbelangvangelijkstellingbijderecentgepensioneerdebevolking.Daarnageven

    weeenoverzichtvandegegevensdiebeschikbaarzijnoverdebevolkingopactieveleeftijd.

    a.Gelijkstelling bij de recent gepensioneerde bevolking

    Figuren5en6geven,voordepopulatiedieindevorigesectiewerdomschreven,hetpercentagevan

    deloopbaandattenminstewerdgelijkgesteldvrdetoepassingvandeeenheidvanloopbaan.Figuur5

    heeft

    betrekking

    op

    recent

    gepensioneerde

    mannen,

    figuur

    6

    bevat

    informatie

    over

    vrouwen.

    Zoals

    blijktuitbeidefigurenverschilthetpercentagegelijkstellingsterktussendestelselseninzekeremate

    ooktussenmannenenvrouwen.

    Figuur 5 Percentage recent gepensioneerde mannennaar percentage gelijkgesteld in loopbaan

    Bron: p. 49 (figuur 2.2), p. 55 (figuur 2.2) en p. 62 (figuur 2.2) van RVP, Sigedisen RSVZ (2013, deel 2.2)

    0%

    10%

    20%

    30%

    40%

    50%

    60%

    70%

    80%

    90%

    100%

    0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%

    %recentgepensioneerdemannen

    cumulatief % gelijkgesteld in loopbaan

    WN WN+ZS ZS

    Figuur 6 Percentage recent gepensioneerdevrouwen naar percentage gelijkgesteld inloopbaan

    Bron: p. 49 (figuur 2.2), p. 55 (figuur 2.2) en p. 62 (figuur 2.2) van RVP, Sigedisen RSVZ (2013, deel 2.2)

    0%

    10%

    20%

    30%

    40%

    50%

    60%

    70%

    80%

    90%

    100%

    0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%

    %recentgepensioneerde

    vrouwen

    cumulatief % gelijkgesteld in loopbaan

    WN WN+ZS ZS

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    24/35

    REP_CEP4_11186

    18

    Figuur 5 toont vooreerst dat nagenoeg alle recent gepensioneerde mannen met een (gedeeltelijke)

    loopbaan als werknemer minstens eenbeperkt percentage gelijkgestelde pensioenopbouw kennen.

    Allicht hangt dit gegeven samen met het feit dat legerdienst wordt gelijkgesteld en dat de meeste

    mannenuitdehieronderzochtecohorte legerdienstverrichtten.Uiteraardzalhetmerendeelvande

    zuivere

    zelfstandige

    mannen

    ook

    legerdienst

    hebben

    verricht.

    Dat

    deze

    laatsten

    vaker

    geen

    enkele

    gelijkstelling hebben, kan mogelijk worden toegeschreven aan de strengere voorwaarden inzake

    gelijkstelling van legerdienst (zie sectie 2.2). De figuur laat verder zien datbij 67 percent van de

    voormaligewerknemersminstens1/5devande loopbaan isgelijkgesteld(ofnog,dat33percent het

    complementvan67percent minderdan20percentheeftgelijkgesteld).Bijdegemengdeloopbanenis

    ditslechts42percent,bijdezelfstandigen9percent.Voorrespectievelijk16,9en2percentbestaatmeer

    dandehelftvandeloopbaanuitgelijkstellingen.

    Ookbijvrouwenstellenwevastdatdemeerderheidvandevoormaligewerknemersenigevormvan

    gelijkstellingkent.Dithoeftnietteverwonderenaangezieninhetstelselvanwerknemersperiodesvan

    moederschapsrust worden gelijkgesteld. Bij zelfstandige vrouwen vinden we een hoger percentage

    zonderenigevormvangelijkstellingdanbijwerknemers.Ookzelfstandigevrouwenkunnenweliswaar

    eenvergoedingwegensmoederschapsrustontvangenmaardezeinactiviteitsperiodewordtnietapart

    geregistreerdmethetoogopeeneventuelelateregelijkstelling.Menblijftindezeperiodeofwelgewoon

    aangeslotenalszelfstandige,watdanverderepensioenopbouw impliceert,ofmen isgedurendeeen

    bepaaldeperiodenietlangeraangeslotenalszelfstandigeenbouwtdangeenverderepensioenrechten

    op. Deze praktijk verklaart mede dat gelijkstellingen bij zelfstandige vrouwen minder vaak

    geobserveerd wordendanbij vrouwelijkewerknemers.Respectievelijk62,53 en 32 percentvan de

    vrouwenmeteenloopbaanalswerknemer,eengemengdeloopbaanofeenloopbaanalszelfstandige

    heeftminstens

    1/5de

    van

    de

    loopbaan

    gelijkgesteld.

    Het

    percentage

    vrouwen

    met

    meer

    dan

    de

    helft

    van

    deloopbaangelijkgesteldbedraagtrespectievelijk27,21en17percent.

    DegegevensaangeleverddoorRVP,SigedisenRSVZ (2013,deel2.1) latenook toegemiddeldes te

    berekenen.Dezegegevensgevenaandatdeloopbaanvanwerknemersgemiddeldvoor30/37percent

    (mannen/vrouwen)wordtgelijkgesteld.Bijdegemengdeloopbanenbedraagtdit16/24percent,bijde

    zuiverezelfstandigen3/5percent.Merkopdatdezecijfersgebaseerdzijnopeenvergelijkingvaneen

    geaggregeerd aantal gelijkgestelde dagen en een geaggregeerd aantal dagen pensioenopbouw.

    Individuenmeteenlangeloopbaanzullendusimplicieteengrotergewichthebbendanindividuenmet

    eenkortereloopbaan.

    (Cumulatieve) percentages geven een inzicht in het belang van gelijkgestelde periodes in de

    verschillende stelsels. Ze zeggen echter niets over het absoluut aantal loopbaanjaren dat wordt

    gelijkgesteld.Daarom tonendevolgende twee figurenhetcumulatiefaantalgewerktejarenvoorde

    reeds omschreven populatie van recent gepensioneerden. Een vergelijking tussen deze figuren en

    figuren1en2overdetotaleloopbaan,geeftonsmeerinzichtinhetabsolutebelangvangelijkgestelde

    periodes.Tegelijkertijdtoontdezevergelijkingaaninwelkemateverschilleninloopbaanduurtewijten

    zijnaangewerkteperiodesdanwelaangelijkgesteldeperiodes.

    Webekijkeneerstfiguur7,i.e.desituatievanrecentgepensioneerdemannen.Defiguurtoontvooreerst

    aandatdezuiverezelfstandigendelangsteloopbanenhebbenindienweenkelkijkennaargewerkte

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    25/35

    REP_CEP4_11186

    19

    periodes.Dehelftvandezemannenheefteenloopbaanvan41samengedruktegewerktejarenofmeer;

    6percentheeft45samengedruktegewerktejaren.Dezecijfersverschillenweinigvandecijfersdiede

    totalepensioenopbouwweergaven(dehelftheefteenloopbaanvan42jaarofmeer,11percentheeft

    eenloopbaanvanminstens45jaar).Bijzuiverewerknemersenbijmannenmeteengemengdeloopbaan

    zijn

    de

    verschillen

    wel

    groot.

    Bij

    werknemers

    heeft

    90

    percent

    een

    loopbaan

    van

    ten

    minste

    16

    gewerkte

    jaren(inclusiefgelijkgesteldejarenbedroegditcijfer37jaren).Ofandersgezegd:10percentheefteen

    loopbaanvanminderdan16gewerktejaren.Dehelftvandemannenkaneenloopbaanvanminstens

    32jarenaantonen.Slechtsnpercentheeft45samengedruktegewerktejaren,daarwaardehelftvan

    devoormaligewerknemerseenloopbaanvan45samengedruktejarenpensioenopbouw(gewerkteen

    gelijkgestelde periodes samen) kon aantonen. Bij de gemengde loopbanen vinden we gelijkaardige

    verschillen.

    Gebruikenwedegegevensdieaandebasisliggenvanfiguren7en8omgemiddeldesteberekenen,

    dan vinden we dat een voormalige mannelijke werknemer gemiddeld 30jaar heeft gewerkt (in

    vergelijkingmet44jaarpensioenopbouw), een recentgepensioneerdemet een gemengde loopbaan

    heeftgemiddeld34jaargewerkt(vgl.met41jaarpensioenopbouw)eneenvoormaligezelfstandige39

    jaar(vgl.met40jaarpensioenopbouw).Hetverschiltussenhetgemiddeldaantalloopbaanjarenvan

    een gepensioneerde mannelijke werknemer en het gemiddeld aantal gewerktejaren is met andere

    woorden14jaar.Bijdegemengdeloopbanenisdat7jaar,bijdevoormaligezelfstandigen1jaar.

    Bijvrouwenstellenwemindervariatievastdanbijmannen(ziefiguur8):dezuiverewerkneemstersen

    devrouwenmet eengemengde loopbaankennen eennagenoeg identiekeverdelingvanhetaantal

    gewerktejarenterwijlhetverschilmetzuiverezelfstandigenmoeilijkerteinterpreterenis.Inelkgeval

    maakt

    een

    vergelijking

    met

    figuur

    2

    duidelijk

    dat

    bij

    vrouwen

    de

    verschillen

    in

    loopbaanduur

    tussen

    werknemers/gemengde loopbanen enerzijds en zelfstandigen anderzijds grotendeels zijn terug te

    brengentothetbelangvangelijkgesteldeperiodes.

    Figuur 7 Totaal aantal jaren gewerkt bij recentgepensioneerde mannelijke werknemers enzelfstandigen, cumulatieve percentages

    Bron: p. 26 (figuur 2.1), p. 53 (figuur 2.1) en p. 74 (figuur 2.1) van RVP, Sigedisen RSVZ (2013, deel 2.1)

    0%

    10%

    20%

    30%

    40%

    50%

    60%

    70%

    80%

    90%

    100%

    0 10 20 30 40 50

    %recentgepensioneer

    demannen

    cumulatief aantal jaren gewerktWN WN+ZS ZS

    Figuur 8 Totaal aantal jaren gewerkt bij recentgepensioneerde vrouwelijke werknemersen zelfstandigen, cumulatieve percentages

    Bron: p. 26 (figuur 2.1), p. 53 (figuur 2.1) en p. 74 (figuur 2.1) van RVP, Sigedisen RSVZ (2013, deel 2.1)

    0%

    10%

    20%

    30%

    40%

    50%

    60%

    70%

    80%

    90%

    100%

    0 10 20 30 40 50

    %recentgepensioneer

    devrouwen

    cumulatief aantal jaren gewerktWN WN+ZS ZS

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    26/35

    REP_CEP4_11186

    20

    Gebruiken we dezelfde gegevens opnieuw om gemiddeldes teberekenen, dan zien we dat een

    voormaligwerkneemstergemiddeld19jaarheeftgewerkt(invergelijkingmet30jaarpensioenopbouw),

    een recent gepensioneerde vrouw met een gemengde loopbaan heeft eveneens gemiddeld 19jaar

    gewerkt (vgl.met26jaarpensioenopbouw)eneenvoormaligezelfstandige17jaar (vgl.met18jaar

    pensioenopbouw).

    Het

    verschil

    tussen

    het

    gemiddeld

    aantal

    loopbaanjaren

    van

    een

    gepensioneerde

    werkneemsterenhetgemiddeldaantalgewerktejarenbedraagtdus11jaar.Bijdegemengdeloopbanen

    ishetverschil7jaarenbijdevoormaligezelfstandigen1jaar.

    Merkopdatdehierbovengepresenteerdecijfersnietnoodzakelijkietszeggenoverhetbelangvande

    gelijkstelling in de pensioenberekening omwille van het feit dat de onderliggende gegevens de

    loopbanenweergevenvrtoepassingvandeeenheidvanloopbaan.

    b.Gelijkstelling bij bevolking op actieve leeftijd

    Zoalsblijkt

    uit

    voorgaande

    sectie

    maken

    gelijkgestelde

    periodes vooral

    bij

    werknemers een

    omvangrijkonderdeeluitvandepensioenopbouwvanrecentgepensioneerden.Vraagisdanofdatin

    detoekomstzozalblijven.Eeninschattinghiervanismogelijkdoornureedstekijkennaarhetbelang

    vangelijkstellingopactieve leeftijd.Ditgebeurt infiguren9en10voor individuenmeteenzuivere

    loopbaan als werknemer en in figuren 11 en 12 voor de zuivere zelfstandigen. Deze figuren zijn

    gebaseerdopgegevensdiewordengepresenteerdinRVP,SigedisenRSVZ(2013,deel2.3)enbetreffen

    eenpopulatievanindividuenop30,40,50 en60jarigeleeftijdin2011dieeenloopbaankendenals

    werknemeren/ofzelfstandige.16Voordeomvangengenderverdelingvandezepopulatieverwijzenwe

    naarRVP,SigedisenRSVZ(2013,deel2.3,p.9).

    Figuren 9 en 10 tonen voor vier geboortecohorten (geboortecohorten 1951, 1961, 1971 en 1981) het

    gemiddeldpercentagegelijkgesteldejarenindeloopbaanvanzuiverewerknemersenditopdeleeftijd

    van30,40en50jaar(gelijkaardigeinformatieop60jarigeleeftijdisnietbeschikbaar).Omhetbelang

    vangelijkstellingentebekijkenbijdebevolkingopactieveleeftijdin2011volstaathetomtekijkennaar

    depercentagesop30,40 en50jarigeleeftijdvoorderespectievelijkegeboortecohorten1981,1971en

    1961. De andere gegevenspunten laten verder toe om mogelijk evoluties in het belang van de

    gelijkstellingeninteschatten.

    Webekijkeneersthetbelangvandegelijkstellingenbijdemannelijkebevolkingopactieveleeftijdin

    2011

    (figuur

    9).

    We

    zien

    dat

    op

    30

    jarige

    leeftijd

    gemiddeld

    21

    percent

    van

    de

    loopbaan

    werd

    gelijkgesteld (gele cirkel),op40 en50jarige leeftijd isdat22percent (zie respectievelijk het grijze

    vierkantendeblauweruit).Verschillentussencohortenopnenkeleleeftijdzijnmoeilijktevergelijken,

    onderandereomwillevanverschillenindemacroeconomischecontextofdetijdsgeest,waarvoorwe

    hiernietcorrigeren.Tochkanopgemerktwordendatop30jarigeleeftijdderecentstegeboortecohorte

    (1981)eengroterpercentagegelijkstellingkentdandegeboortecohorte1951maareenlagerpercentage

    dande tussenliggendegeboortecohorte.Verderkennenderecenteregeboortecohortenop40 en50

    jarigeleeftijdeenhogerpercentagegelijkstellingdandegeboortecohorte1951.

    16 Meerspecifiekbetreftdepopulatiewaaropvolgendefigurengebaseerdzijn,dieindividuendiein2011deleeftijdvan30,40,

    50en60hadden,dieenkeleenloopbaanhaddenalswerknemeren/ofzelfstandigeendiebovendiengeenrechtenhebbenopgebouwd in hetambtenarenstelsel, inhetbuitenlandengeenonvoorwaardelijkpensioenopbouwdenalszelfstandigezonderdatdeloopbaanisgekend(zieRVP,SigedisenRSVZ2013,deel2.3,p.4).

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    27/35

    REP_CEP4_11186

    21

    Bekijkenwehetbelangvandegelijkstellingenbijdevrouwelijkebevolkingopactieveleeftijdin2011

    (figuur10)danzienwedatop30jarigeleeftijdgemiddeld30percent,op40jarigeleeftijd32percenten

    op50jarigeleeftijdgemiddeld33percentvandeloopbaanisgelijkgesteld.Deevolutiedoorheendetijd

    is identiek aan de evolutie die werd vastgesteld bij mannen maar de verschillen tussen

    geboortecohorten

    op

    eenzelfde

    leeftijd

    zijn

    omvangrijker.

    Figuren11en12biedendezelfdeinformatiealsfiguren9en10maarnuvoorindividuenmetuitsluitend

    een loopbaanalszelfstandige.Bekijkenweeersthetbelangvandegelijkstellingenbijdemannelijke

    bevolking

    op

    actieve

    leeftijd

    in

    2011

    (figuur

    11),

    dan

    zien

    we

    dat

    op

    30

    en

    op

    40

    jarige

    leeftijd

    gemiddeld

    0,4percent vande loopbaan werdgelijkgesteld en op 50jarige leeftijd0,5percent. Bijdevrouwen

    (figuur12)zienwein2011op30jarigeleeftijdgemiddeld0,1percentgelijkstelling,op40jarigeleeftijd

    0,7procentenopdeleeftijdvan50haddenvrouwenmeteenzuivereloopbaanalszelfstandigetotdan

    toe0,8percentvandeloopbaangelijkgesteld.Bijdegeboortecohorte1951(60jaaroudin2011)vinden

    weopmerkelijkhogerepercentages:bijmannenenvrouwenrespectievelijk4,2/4,6percentop30jarige

    leeftijd,2,0/2,2percentop40jarigeleeftijden1,5/1,7percentop50jarigeleeftijd.Merkechteropdatdit

    nietnoodzakelijkimpliceertdathetbelangvangelijkstellingenbijzelfstandigenafneemt.Immers,uit

    een uitsplitsing naar type gelijkstelling (hier niet gepresenteerd)blijkt dat het groterebelang van

    gelijkstellingen in de geboortecohorte 1951 voornamelijk kan worden toegeschreven aan de

    gelijkstelling van studieperiodes. Zoals vermeld (cf. sectie 2.2), veronderstelt een dergelijke

    gelijkstellingdebetalingvaneenbijdrage.Allichtwordtdezebijdragepasopheteindevandeloopbaan

    gestortwaardoorhetbelangvangelijkstellingbijdejongerecohortenoptermijnookzaltoenemen.

    Figuur 9 Percentage gemiddeld gelijkgesteld inloopbaan bij mannelijke werknemers naarleeftijd en geboortecohorte

    Bron: RVP, Sigedis en RSVZ, 2013, deel 2.3: 82; 88; 94

    0%

    5%

    10%

    15%

    20%

    25%

    30%

    35%

    40%

    30 jaar 40 jaar 50 jaar

    %gemiddeldgelijkgesteldinloopbaan

    leeftijdGeboortecohorte 1951 1961 1971 1981

    Figuur 10 Percentage gemiddeld gelijkgesteld bijvrouwelijke werknemers naar leeftijd engeboortecohorte

    Bron: RVP, Sigedis en RSVZ, 2013, deel 2.3: 83; 89; 95

    0%

    5%

    10%

    15%

    20%

    25%

    30%

    35%

    40%

    30 jaar 40 jaar 50 jaar

    %gemiddeldgelijkgesteldinloopbaan

    leeftijdGeboortecohorte 1951 1961 1971 1981

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    28/35

    REP_CEP4_11186

    22

    Opbasisvandegegevenswaaroverwebeschikkenkunnenwevoordegemengde loopbanengeen

    gelijkaardige figurenproducerendieduidelijkkunnenwordengenterpreteerd.Het percentagedat

    gemiddeldwordtgelijkgesteldbinneneencohortetotopeenbepaaldeleeftijdwordtimmersvoorhet

    grootstedeelbepaalddoordesamenstellingvande loopbaanvandecohorte (aldannieteengroot

    aandeelwerknemersloopbanen).Eencohortediegemiddeldeengroteraandeelpensioenopbouwals

    werknemerheeftgehadzalautomatischeenhogerpercentagegelijkstellingkennendaneencohorte

    meteenkleineraandeel.Zolanggeeninformatiebeschikbaarisoverhetpercentagevandeloopbaan

    dat

    gemiddeld

    in

    een

    bepaald

    stelsel

    werd

    opgebouwd,

    kunnen

    percentages

    gelijkstelling

    naar

    leeftijd

    engeboortecohortedanooknietzinvolwordengeduid.

    3.3.2.

    Het belang van gelijkgestelde periodes bij ambtenaren

    Integenstellingtotbijwerknemersenzelfstandigenisgeeninformatiebeschikbaaroverhetbelangvan

    gelijkstellingbijdeambtenarenopactieveleeftijd.Dergelijkecijferszoudentengevolgede20percent

    beperking(zie2.3.2)overigenszeermoeilijkteinterpreterenzijn.Welkanvanrecentgepensioneerde

    ambtenarendeverdelingvangelijkgesteldeperiodesdoorheendeloopbaanwordenaangegeven.Dit

    gebeurtinsectie3.3.2.b.Eerstgevenwehetglobalebelangaanvangelijkstellingindepensioenopbouw

    vanrecentgepensioneerdeambtenaren

    a.Gelijkstelling bij de recent gepensioneerde bevolking

    Omhetbelangvangelijkstelling teonderzoekenbij recentgepensioneerdeambtenarenkunnenwe

    opnieuwgebruikmakenvandeeerdergeciteerdebronnen(zie3.2.2).Ditimpliceertweldatopnieuw

    enkelglobalegemiddeldenbeschikbaarzijnengeenandereverdelingsinformatie.

    JanvierenJanssens(2014,pp.5659)tonenvoormannendiein2011pensioneerdendatzon9percent

    vanalle inaanmerkinggenomenmaandengelijkgesteldwas.Bijvrouwenwasdat11percentenbij

    mannenenvrouwensamen10percent.Inovereenstemmingmetonzebrededefinitievangelijkstelling

    omvatten deze percentages periodes van legerdienst, loopbaanonderbreking, diplomabonificatie en

    Figuur 11 Percentage gemiddeld gelijkgesteld inloopbaan bij mannelijke zelfstandigen naarleeftijd en geboortecohorte

    Bron: RVP, Sigedis en RSVZ, 2013, deel 2.3: 86; 92; 98

    0%

    1%

    2%

    3%

    4%

    5%

    30 jaar 40 jaar 50 jaar

    %gemiddeldgelijkgesteldinloopbaan

    leeftijdGeboortecohorte 1951 1961 1971 1981

    Figuur 12 Percentage gemiddeld gelijkgesteld inloopbaan bij vrouwelijke zelfstandigen naarleeftijd en geboortecohorte

    Bron: RVP, Sigedis en RSVZ, 2013, deel 2.3: 87; 93; 99

    0%

    1%

    2%

    3%

    4%

    5%

    30 jaar 40 jaar 50 jaar

    %gemiddeldgelijkgesteldinloopbaan

    leeftijdGeboortecohorte 1951 1961 1971 1981

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    29/35

    REP_CEP4_11186

    23

    andereafwezigheden.JanvierenJanssens(2014,pp.5659)gevenookcijfersvoorallejarenindeperiode

    20032013, die we hier niet overnemen. De tabellen in dezebron illustreren wel dat de geciteerde

    percentagesoverheeldezeperiodenauwelijksvarieerden.

    Volgensdeinformatiedieisaangehaaldindevernoemdeparlementairevraag(p.154,zienoot1)zijn

    de verschillen tussen mannen en vrouwen naar hetbelang van gelijkstelling meer uitgesproken.

    Volgensdezecijfers,diebetrekkinghebbenopdeinstroom2014,zoubijmannenongeveer6percent

    van alle in aanmerking genomen maanden gelijkgesteld zijn,bij vrouwen 13 percent en globaal 9

    percent.

    Weherhalendatertussenbeidebronneneenconceptueelverschilbestaatintermenvandeafgebakende

    populatie,i.e.rustgepensioneerdenmeteenzuivereofeengemengdeloopbaanalsambtenaarinJanvier

    enJanssens(2014)enerzijdsversusrustgepensioneerdenmeteenzuivereloopbaanalsambtenaarinde

    parlementairevraaganderzijds.

    b.Opbouw gelijkstelling doorheen de loopbaan

    Cijfersoverdeverdelingvangelijkgesteldeperiodesdoorheendeloopbaanvanrecentgepensioneerde

    ambtenarenwordengegevenindehiervoorgeciteerdeparlementairevraagmaarzonderindelingnaar

    geslacht. Uit die gegevensblijkt dat het globale aandeel van 9 percent gelijkstelling doorheen de

    loopbaanvoornamelijktoeteschrijvenisaangelijkstellingendiewordenopgebouwdtussendeleeftijd

    van20en29jaartengevolgeloopbaanbonificatiesendezediewordenopgebouwdtussendeleeftijd

    van50en59jaaralsgevolgvanperiodesvanloopbaanonderbreking.

    3.4. Een onderscheid naar type gelijkstelling

    Devorigesectiesgaveneenoverzichtvanhetbelangvangelijkgesteldepensioenopbouw.Inwatvolgt

    gaanwenahoedezegelijkgesteldepensioenopbouwissamengesteld.Wegeveneersteenonderscheid

    naartypegelijkstellingbijrecentgepensioneerdewerknemersenzelfstandigen(sectie3.4.1).Omwille

    vandehierbovengeciteerdeidentificatieproblemen(cf.sectie3.1)ishetechternietmogelijkomvoor

    dezegroepalletypesvangelijkgesteldeperiodeseenduidigtebepalen.Zoalszalblijken(sectie3.4.2)is

    eengedetailleerdonderscheidnaartypegelijkstellingechterwelmogelijkbij30jarigenmeteenzuivere

    loopbaanalswerknemerofzelfstandige.Insectie3.4.3zoomenwespecifiekinopdegelijkstellingbij

    ambtenaren.

    3.4.1.

    Bij recent gepensioneerde werknemers en zelfstandigen

    Figuren13en14tonenvoordereedsbesprokensteekproefvanrecentgepensioneerden(cf.sectie3.2.1)

    hoedegelijkgesteldepensioenopbouwisverdeeldnaartypegelijkstelling.Daarbijwordeneenaantal

    typesgelijkstellingsamengevoegd.BijwerknemersomvatdecategorieWLperiodesvanwerkloosheid,

    WL+BT duidt op werkloosheid metbedrijfstoeslag. De categorie AO [arbeidsongeschiktheid] omvat

    periodesvanziekte/invaliditeitalsookvanwerkonbekwaamheidtengevolgevaneenarbeidsongeval

    ofberoepsziekte(bijvrouwenomvatAOtevensdemoederschapsrust;cf.sectie3.1);LOomvatperiodes

    van loopbaanonderbreking of tijdskrediet, BR deeltijdse arbeid metbehoud van rechten en LD

  • 7/26/2019 Het belang en de samenstelling van gelijkgestelde periodes in de drie pensioenstelsels Een stand van zaken

    30/35

    REP_CEP4_11186

    24

    legerdienst.DecategorieA[andere]duidtopminderbelangrijkeperiodesvangelijkstellingalsookop

    periodes die niet eenduidig kunnen worden gedentificeerd. Bij zelfstandigen duidt AO op

    ziekte/invaliditeit.GelijkstellingvanstudieperiodeswordtaangeduidalsOND.

    Webekijkeneerstdeloopbanenvanrecentgepensioneerdenmeteenzuivereloopbaanalswerknemer

    (zielinkerbalkjesinfiguren13en14).Watonmiddellijkopvalt,isdeenormeomvangvandecategorie

    andere(A):respectievelijk34en33percentvanallegelijkstellingenvanmannenenvrouwenbestaatuit

    andereofnietidentificeerbaregelijkstellingen.Dezehogepercentageszijneendirecteweerspiegeling

    van de reeds geduide identificatieproblemen (zie debespreking van code 000 in sectie 3.1.2) en

    omvattenookdegratisgelijkstelling.17Dezepercentageszijnzohoogdathetmoeilijkisomdeandere

    percentagesnogzinvol te interpreteren.Dit inhetachterhoofdhoudend, illustrerende figuren dat

    zowelbij mannen alsbij vrouwen periodes van werkloosheid (24 en 42 percent gelijkstelling) en

    werkloosheid met bedrijfstoeslag (23 en 7 percent) een belangrijk aandeel vormen binnen de

    gelijkstellingen.Eenanderebelangrijkeperiode isdievanarbeidsongeschiktheid (14en13percent).

    Gelijkstellingenbetreffeninminderemateperiodesvanloopbaanonderbrekingentijdskrediet(2en4

    percent), nietgewerkte periodes van deeltijdse werknemers metbehoud van rechten (2 percentbij

    vrouwen)enlegerdienst(3percentbijmannen).

    Bij zelfstandige vrouwen (zie rechterbalkje in figuur 14) is het opmerkelijkdat 86 percent van alle

    gelijkstellingbestaatuitperiodesvanziekte/invaliditeit.14percentbestaatuiteengelijkstellingvan

    studieperiodes(i.e.nabijdragebetaling).Bijmannen(rechterbalkjeinfiguur13)bestaat47percentuit

    ziekte/invaliditeit,41percentuit eengelijkstellingvan studieperiodesen12percentuit legerdienst.

    Slechts0,05percentbestaatuitperiodesvanvoortgezetteverzekering.Bijzelfstandigevrouwenkomt

    deze

    gelijkstelling

    in

    de

    praktijk

    niet

    voor.

    17 Hetbegripgratisgelijkstellingwordttoegelichtinsectie2.1vandezenota.

    Figuur 13 Procentuele verdeling van typegelijkstelling over de loopbaan van in 2012ingestoomde rustgepensioneerde mannen

    Bron: werknemers: Vr. en Antw. Kamer 2014-2015, 7 september 2015, 154 (Vr.nr. 54 P. DE ROOVER); zelfstandigen: Priodes assimiles 2004-2014.xls(informatie aangeleverd aan het Kenniscentrum voor de Pensioenen door deRSVZ .

    0%

    10%

    20%

    30%

    40%

    50%

    60%

    70%

    80%

    90%

    100%

    werknemers zelfstandigen

    WL AO BR LO OND A WL+BT LD VZ

    Figuur 14 Procentuele verdeling van typegelijkstelling over de loopbaan van in 2012ingestoomde rustgepensioneerde vrouwen

    Bron: werknemers: Vr. en Antw. Kamer 2014-2015, 7 september 2015, 154 (Vr.nr. 54 P. DE ROOVER); zelfstandigen: Priodes assimiles 2004-2014.xls(informatie aangeleverd aan het Kenniscentrum voor de Pensioenen door deRSVZ .

    0%

    10%

    20%

    30%

    40%

    50%

    60%

    70%

    80%