1

de Hebreeën-brief (29)

18 september 2014Rijnsburg

2

de vorige keer:

Hebreeën 13 als slot en conclusie;

broederlijke liefde (:1) herbergzaamheid (:2) medeleven met gevangenen (:3) het huwelijk in ere (:4) liefde voor geld vs. tevredenheid (:5) vertrouwen zonder angst voor mensen (:6) gedenken de voorgangers die het Woord van

God brachten (:7) Jezus Christus, gisteren, vandaag en tot in

de aeonen dezelfde (:8)

3

de vorige keer:

Hebreeën 13 als slot en conclusie;

bevestigd worden in genade (:9) ons 'altaar' is buiten de legerplaats (:10) het zondoffer (waarvan het bloed in het

heiligdom gebracht werd), werd verbrand buiten de legerplaats (:11)

ook Jezus heeft buiten de poorten geleden (:12)

4

Hebreeën 13

13 Laten wij derhalve tot Hem uitgaan buiten de legerplaats en zijn smaad dragen.

zoals in:2Kor.6:16-18; 2Tim.2:19-22; Openb.18:4

5

Hebreeën 13

13 Laten wij derhalve tot Hem uitgaan buiten de legerplaats en zijn smaad dragen.

verwijzend naar Ex.33:7

6

Exodus 33:7

Mozes nu nam een tent en spande haar voor zich uit buiten de legerplaats, ver van de legerplaats, en noemde haar: tent der samenkomst. Ieder, die de HERE zocht, ging uit naar de tent der samenkomst, die buiten de legerplaats was.

na de afgoderij van het gouden kalf – Ex.32

7

Hebreeën 13

13 Laten wij derhalve tot Hem uitgaan buiten de legerplaats en zijn smaad dragen.

zie 10:33 en 11:26

8

Hebreeën 13

14 Want wij hebben hier geen blijvende stad, maar wij zoeken de toekomstige.

eerder in 11:10,16; 12:22het (Jeru)zalem van de Koning-Priester naar de orde van Melchizedek

9

Hebreeën 13

15 Laten wij dan door Hem Gode voortdurend een lofoffer brengen, namelijk de vrucht onzer lippen, die zijn naam belijden.

"DOOR Hem" = Hij is de weg en het kanaal> Kol.3:17; Jud.:25; 1Petr.2:5

10

Kolosse 3:17

En al wat gij doet met woord of werk, doet het alles in de naam des Heren Jezus, God, de Vader, dankende door Hem!

11

Judas:25

de enige God, onze Heiland, zij door Jezus Christus, onze Here, heerlijkheid, majesteit, kracht en macht...

1Petr.2:5

... laat u ook zelf als levende stenen gebruiken voor de bouw van een geestelijk huis, om een heilig priesterschap te vormen, tot het brengen van geestelijke offers, die Gode welgevallig zijn door Jezus Christus.

12

Hebreeën 13

15 Laten wij dan door Hem Gode voortdurend een lofoffer brengen, namelijk de vrucht onzer lippen, die zijn naam belijden.

lett. door alles

13

Hebreeën 13

15 Laten wij dan door Hem Gode voortdurend een lofoffer brengen, namelijk de vrucht onzer lippen, die zijn naam belijden.

14

Hebreeën 13

15 Laten wij dan door Hem Gode voortdurend een lofoffer brengen, namelijk de vrucht onzer lippen, die zijn naam belijden.

lett. offer van lofprijzing

15

Hebreeën 13

15 Laten wij dan door Hem Gode voortdurend een lofoffer brengen, namelijk de vrucht onzer lippen, die zijn naam belijden.

16

Hebreeën 13

16 En vergeet de weldadigheid en de mededeelzaamheid niet, want in zulke offers heeft God een welgevallen.

17

Hebreeën 13

16 En vergeet de weldadigheid en de mededeelzaamheid niet, want in zulke offers heeft God een welgevallen.

18

Hebreeën 13

17 Gehoorzaamt uw voorgangers en onderwerpt u aan hen, want zij zijn het, die waken over uw zielen, daar zij rekenschap zullen moeten afleggen...

19

Hebreeën 13

17 Gehoorzaamt uw voorgangers en onderwerpt u aan hen, want zij zijn het, die waken over uw zielen, daar zij rekenschap zullen moeten afleggen...

lett. wordt volgzaam

20

Hebreeën 13

17 Gehoorzaamt uw voorgangers en onderwerpt u aan hen, want zij zijn het, die waken over uw zielen, daar zij rekenschap zullen moeten afleggen...

21

Hebreeën 13

17 Gehoorzaamt uw voorgangers en onderwerpt u aan hen, want zij zijn het, die waken over uw zielen, daar zij rekenschap zullen moeten afleggen...

lett. als Woord zullende-af-geven> 4:12!

22

Hebreeën 13

17 ... Laten zij het met vreugde kunnen doen en niet al zuchtende, want dat zou u geen nut doen.

23

Hebreeën 13

17 ... Laten zij het met vreugde kunnen doen en niet al zuchtende, want dat zou u geen nut doen.

24

Hebreeën 13

18 Bidt voor ons, want wij vertrouwen, dat wij een goed geweten hebben, daar wij in alle opzichten de rechte weg willen gaan.

= de auteur, "de voorgangers" (:17) en Timotheüs (:23)

25

Hebreeën 13

18 Bidt voor ons, want wij vertrouwen, dat wij een goed geweten hebben, daar wij in alle opzichten de rechte weg willen gaan.

lett. zijn-ervan-overtuigd

26

Hebreeën 13

18 Bidt voor ons, want wij vertrouwen, dat wij een goed geweten hebben, daar wij in alle opzichten de rechte weg willen gaan.

ondanks alle beschuldingen en smaad;> gevangenschap (:23)