Hebreeen studie 25
-
Upload
andre-piet -
Category
Documents
-
view
439 -
download
0
Transcript of Hebreeen studie 25
2
terugblik
Vanaf Hebr. 11: 8 voorbeelden van geloof van
o Abraham (4x)o Izaako Jakobo Jozefo Mozes (4x)o Rachab
Bij het einde van de woestijnreis eindigt de schrijver met afzonderlijk voorbeelden...(vergl. situatie Hebreeën!)
3
Hebreeën 11
32 En wat moet ik nog verder aanvoeren? Immers, de tijd zou mij ontbreken, als ik ging verhalen van Gideon, Barak, Simson, Jefta, David en Samuel en de profeten,
4
Hebreeën 11
33 die door het geloof koninkrijken onderworpen, gerechtigheid geoefend, de vervulling der belofte verkregen hebben, muilen van leeuwen dichtgesnoerd,
lett. -bedwingen
5
Hebreeën 11
33 die door het geloof koninkrijken onderworpen, gerechtigheid geoefend, de vervulling der belofte verkregen hebben, muilen van leeuwen dichtgesnoerd,
lett. rechtvaardigheid werken
6
Hebreeën 11
33 die door het geloof koninkrijken onderworpen, gerechtigheid geoefend, de vervulling der belofte verkregen hebben, muilen van leeuwen dichtgesnoerd,
lett. verkregen belofteN
NIET: "de belofte" (11:39)
7
Hebreeën 11
33 die door het geloof koninkrijken onderworpen, gerechtigheid geoefend, de vervulling der belofte verkregen hebben, muilen van leeuwen dichtgesnoerd,
Simson, David, Daniël
8
Hebreeën 11
34 de kracht van het vuur gedoofd hebben. Zij zijn aan scherpe zwaarden ontkomen, in zwakheid hebben zij kracht ontvangen, zij zijn in de oorlog sterk geworden en hebben vijandige legers doen afdeinzen.
niet vuur, maar de kracht van het vuur> vrienden van Daniël
9
Hebreeën 11
34 de kracht van het vuur gedoofd hebben. Zij zijn aan scherpe zwaarden ontkomen, in zwakheid hebben zij kracht ontvangen, zij zijn in de oorlog sterk geworden en hebben vijandige legers doen afdeinzen.
lett. vluchten monden van zwaardzoals b.v.:David aan SaulElia aan Izebel
10
Hebreeën 11
34 de kracht van het vuur gedoofd hebben. Zij zijn aan scherpe zwaarden ontkomen, in zwakheid hebben zij kracht ontvangen, zij zijn in de oorlog sterk geworden en hebben vijandige legers doen afdeinzen.
lett. vermogend gemaakt vanaf zwakheid
> Simson, Jonathan, Hizkia
11
Hebreeën 11
34 de kracht van het vuur gedoofd hebben. Zij zijn aan scherpe zwaarden ontkomen, in zwakheid hebben zij kracht ontvangen, zij zijn in de oorlog sterk geworden en hebben vijandige legers doen afdeinzen.
12
Hebreeën 11
34 de kracht van het vuur gedoofd hebben. Zij zijn aan scherpe zwaarden ontkomen, in zwakheid hebben zij kracht ontvangen, zij zijn in de oorlog sterk geworden en hebben vijandige legers doen afdeinzen.
Lett. legerplaatsen van uitheemsen doen zij wijken
13
Hebreeën 11
35 Vrouwen hebben haar doden uit de opstanding terugontvangen, anderen hebben zich laten folteren en van geen bevrijding willen weten, opdat zij aan een betere opstanding deel mochten hebben.
> weduwe van Sarfath (Elia) en de Sunamietische (Elisa)
14
Hebreeën 11
35 Vrouwen hebben haar doden uit de opstanding terugontvangen, anderen hebben zich laten folteren en van geen bevrijding willen weten, opdat zij aan een betere opstanding deel mochten hebben.
lett. anderen echter...
15
Hebreeën 11
35 Vrouwen hebben haar doden uit de opstanding terugontvangen, anderen hebben zich laten folteren en van geen bevrijding willen weten, opdat zij aan een betere opstanding deel mochten hebben.
16
Hebreeën 11
35 Vrouwen hebben haar doden uit de opstanding terugontvangen, anderen hebben zich laten folteren en van geen bevrijding willen weten, opdat zij aan een betere opstanding deel mochten hebben.
> Makkabeeën
"opstanding ten leven"
17
Hebreeën 11
36 Anderen weder hebben hoon en geselslagen verduurd, daarenboven nog boeien en gevangenschap.
lett. andersoortigen echter...
i.t.t. vers 33 en 34 (= overwinningen)
18
Hebreeën 11
36 Anderen weder hebben hoon en geselslagen verduurd, daarenboven nog boeien en gevangenschap.
= geen uitzitten van strafmaar voorspel van de executie
19
Hebreeën 11
37 Zij zijn gestenigd, op zware proef gesteld, doormidden gezaagd, met het zwaard vermoord; zij hebben rondgezworven in schapevachten en geitevellen, onder ontbering, verdrukking en mishandeling
20
Hebreeën 11
37 Zij zijn gestenigd, op zware proef gesteld, doormidden gezaagd, met het zwaard vermoord; zij hebben rondgezworven in schapevachten en geitevellen, onder ontbering, verdrukking en mishandeling
21
Hebreeën 11
37 Zij zijn gestenigd, op zware proef gesteld, doormidden gezaagd, met het zwaard vermoord; zij hebben rondgezworven in schapevachten en geitevellen, onder ontbering, verdrukking en mishandeling
22
Hebreeën 11
37 Zij zijn gestenigd, op zware proef gesteld, doormidden gezaagd, met het zwaard vermoord; zij hebben rondgezworven in schapevachten en geitevellen, onder ontbering, verdrukking en mishandeling
23
Hebreeën 11
37 Zij zijn gestenigd, op zware proef gesteld, doormidden gezaagd, met het zwaard vermoord; zij hebben rondgezworven in schapevachten en geitevellen, onder ontbering, verdrukking en mishandeling
Elia; 2Kon.1:8 (LXX)
24
Hebreeën 11
37 Zij zijn gestenigd, op zware proef gesteld, doormidden gezaagd, met het zwaard vermoord; zij hebben rondgezworven in schapevachten en geitevellen, onder ontbering, verdrukking en mishandeling
25
Hebreeën 11
38 (de wereld was hunner niet waardig) zij hebben rondgedoold door woestijnen, en gebergten, in spelonken en de holen der aarde.
26
Hebreeën 11
38 (de wereld was hunner niet waardig) zij hebben rondgedoold door woestijnen, en gebergten, in spelonken en de holen der aarde.
27
Hebreeën 11
39 Ook deze allen, hoewel door het geloof een getuigenis aan hen gegeven is, hebben het beloofde niet verkregen,
lett. getuigenis gegeven-wordende
28
Hebreeën 11
39 Ook deze allen, hoewel door het geloof een getuigenis aan hen gegeven is, hebben het beloofde niet verkregen,
= de belofte (enkelv.) > de zegen in Christus
29
Hebreeën 11
39 Ook deze allen, hoewel door het geloof een getuigenis aan hen gegeven is, hebben het beloofde niet verkregen,
= zij wachten nog in het graf
30
Hebreeën 11
40 daar God iets beters met ons voor had, zodat zij niet zonder ons tot de volmaaktheid konden komen.
lett. omtrent ons als gelovig overblijfsel van Israël
onder het nieuwe verbond
31
Hebreeën 11
40 daar God iets beters met ons voor had, zodat zij niet zonder ons tot de volmaaktheid konden komen.
> eerst moest de Messias komen en een "ekklesia van eerstgeborenen" vormen
32
Hebreeën 11
40 daar God iets beters met ons voor had, zodat zij niet zonder ons tot de volmaaktheid konden komen.
= de opstanding voorafgaand aan het vrederijk
33
Hebreeën 12
1 Daarom dan, laten ook wij, nu wij zulk een grote wolk van getuigen rondom ons hebben, afleggen alle last en de zonde, die ons zo licht in de weg staat, en met volharding de wedloop lopen, die voor ons ligt.
34
Hebreeën 12
1 Daarom dan, laten ook wij, nu wij zulk een grote wolk van getuigen rondom ons hebben, afleggen alle last en de zonde, die ons zo licht in de weg staat, en met volharding de wedloop lopen, die voor ons ligt.
= wolkenmassa
35
Hebreeën 12
1 Daarom dan, laten ook wij, nu wij zulk een grote wolk van getuigen rondom ons hebben, afleggen alle last en de zonde, die ons zo licht in de weg staat, en met volharding de wedloop lopen, die voor ons ligt.
niet: toeschouwers
36
Hebreeën 12
1 Daarom dan, laten ook wij, nu wij zulk een grote wolk van getuigen rondom ons hebben, afleggen alle last en de zonde, die ons zo licht in de weg staat, en met volharding de wedloop lopen, die voor ons ligt.
= belemmering
37
Hebreeën 12
1 Daarom dan, laten ook wij, nu wij zulk een grote wolk van getuigen rondom ons hebben, afleggen alle last en de zonde, die ons zo licht in de weg staat, en met volharding de wedloop lopen, die voor ons ligt.
38
Hebreeën 12
1 Daarom dan, laten ook wij, nu wij zulk een grote wolk van getuigen rondom ons hebben, afleggen alle last en de zonde, die ons zo licht in de weg staat, en met volharding de wedloop lopen, die voor ons ligt.
lett. verduring
39
Hebreeën 12
1 Daarom dan, laten ook wij, nu wij zulk een grote wolk van getuigen rondom ons hebben, afleggen alle last en de zonde, die ons zo licht in de weg staat, en met volharding de wedloop lopen, die voor ons ligt.
= rennen
40
Hebreeën 12
2 Laat ons oog daarbij alleen gericht zijn op Jezus, de leidsman en voleinder des geloofs, die, om de vreugde, welke voor Hem lag, het kruis op Zich genomen heeft, de schande niet achtende, en gezeten is ter rechterzijde van de troon Gods.
41
Hebreeën 12
2 Laat ons oog daarbij alleen gericht zijn op Jezus, de leidsman en voleinder des geloofs, die, om de vreugde, welke voor Hem lag, het kruis op Zich genomen heeft, de schande niet achtende, en gezeten is ter rechterzijde van de troon Gods.
= initiatienemerzoals Mozes
42
Hebreeën 12
2 Laat ons oog daarbij alleen gericht zijn op Jezus, de leidsman en voleinder des geloofs, die, om de vreugde, welke voor Hem lag, het kruis op Zich genomen heeft, de schande niet achtende, en gezeten is ter rechterzijde van de troon Gods.
> zoals Jozua
43
Hebreeën 12
2 Laat ons oog daarbij alleen gericht zijn op Jezus, de leidsman en voleinder des geloofs, die, om de vreugde, welke voor Hem lag, het kruis op Zich genomen heeft, de schande niet achtende, en gezeten is ter rechterzijde van de troon Gods.
Gr. anti = in plaats van
44
Hebreeën 12
2 Laat ons oog daarbij alleen gericht zijn op Jezus, de leidsman en voleinder des geloofs, die, om de vreugde, welke voor Hem lag, het kruis op Zich genomen heeft, de schande niet achtende, en gezeten is ter rechterzijde van de troon Gods.
lett. verduurt
45
Hebreeën 12
2 Laat ons oog daarbij alleen gericht zijn op Jezus, de leidsman en voleinder des geloofs, die, om de vreugde, welke voor Hem lag, het kruis op Zich genomen heeft, de schande niet achtende, en gezeten is ter rechterzijde van de troon Gods.
lett. het kruis van schande
46
Hebreeën 12
2 Laat ons oog daarbij alleen gericht zijn op Jezus, de leidsman en voleinder des geloofs, die, om de vreugde, welke voor Hem lag, het kruis op Zich genomen heeft, de schande niet achtende, en gezeten is ter rechterzijde van de troon Gods.
5x: 1:3,13; 8:1, 10:12; 12:2
47
Hebreeën 12
3 Vestigt uw aandacht dan op Hem, die zulk een tegenspraak van de zondaren tegen Zich heeft verdragen, opdat gij niet door matheid van ziel verslapt.
> analogie= overwegen door vergelijking
48
Hebreeën 12
3 Vestigt uw aandacht dan op Hem, die zulk een tegenspraak van de zondaren tegen Zich heeft verdragen, opdat gij niet door matheid van ziel verslapt.