Groei en ambitie vrouwelijke ondernemers en topmanagers
Transcript of Groei en ambitie vrouwelijke ondernemers en topmanagers
Groei en ambitie
vrouwelijke ondernemers en topmanagers
Onderzoek uitgevoerd door het VNO-NCW VrouwenNetwerk, regio West, in het voorjaar van
2012, onder de vrouwelijke leden van de regionale verenigingen van VNO-NCW.
Uitgave maart 2013 ONDERZOEK GROEI EN AMBITIE VROUWELIJKE ONDERNEMERS EN TOPMANAGERS
[VNO-NCW VrouwenNetwerk]
2
INHOUD
Inleiding en verantwoording................................................................................... 3
Methode en onderzoeksgroep ................................................................................. 3
Algemene en persoonlijke gegevens ........................................................................ 4
Regio’s ............................................................................................................ 4
Persoonlijk profiel .............................................................................................. 4
Organisatie en activiteiten ..................................................................................... 6
Professionele omgeving ...................................................................................... 6
Drijfveren ........................................................................................................ 7
Huishoudelijke taken ......................................................................................... 8
Belemmeringen .................................................................................................... 9
Wetten en regels …………………………………………………………………………………………………………….. 9
Financiële stellingen ….................................................……………………………………….……9
Crisis …………………………………………………………………………………………………………………………..…..10
Stellingen …………………………………………………………………………………………………………………..…..10
Ondersteuning ................................................................................................... 11
Netwerken ........................................................................................................ 12
VNO-NCW ......................................................................................................... 13
Conclusies ......................................................................................................... 14
Bijlage 1: Vragenlijst .......................................................................................... 15
Bijlage 2: Persbericht juni 2012 ………………………………………………………………………………………..21
Bijlage 3: Projectgroep ……………………………………………………………………………………………………..23
Uitgave maart 2013 ONDERZOEK GROEI EN AMBITIE VROUWELIJKE ONDERNEMERS EN TOPMANAGERS
[VNO-NCW VrouwenNetwerk]
3
Inleiding en verantwoording
Eind 2010 is binnen VNO-NCW West het vrouwennetwerk opgezet. De behoefte aan een
dergelijk netwerk werd al enige tijd uitgesproken door de vrouwelijke leden van VNO-NCW
West. Zij wilden gelijkgestemden - vrouwelijke ondernemers en topmanagers - ontmoeten,
die bij kansen en/of belemmeringen als klankbord kunnen dienen en die ondersteuning
kunnen geven. Het bestuur van het VrouwenNetwerk bestaat uit vijf vrouwelijke
ondernemers, één vrouwelijke topmanager uit het bedrijfsleven en een secretaris werkzaam
bij VNO-NCW West. In een strategisch plan zijn de ambities en doelstellingen van het
VrouwenNetwerk vastgelegd. De algehele missie is GROEI: groei bevorderen van vrouwelijke
ondernemers en topmanagers, zowel professioneel alsook persoonlijk.
Bij het bepalen van de activiteiten die het VrouwenNetwerk initieert en faciliteert voor haar
achterban, is een inventarisatie van de verwachtingen van de leden van cruciaal belang.
Daarom heeft het VrouwenNetwerk in het voorjaar van 2012 een enquête uitgevoerd om
haar leden beter te leren kennen en om ze een stem te geven in de keuze van activiteiten
van het VrouwenNetwerk. De resultaten van dit onderzoek worden gepresenteerd in dit
verslag.
Methode en onderzoeksgroep
De vragenlijst is opgesteld door bestuursleden van het VrouwenNetwerk. Daarbij is advies
ingewonnen bij emeritus hoogleraar Iteke Weeda, gespecialiseerd in onder meer
emancipatiezaken. De vragenlijst is te vinden als bijlage van dit rapport.
Het inleidende deel van de vragenlijst geeft inzicht in het persoonlijk profiel van de
respondenten, daarna volgt een deel met vragen over de zakelijke omgeving van de
respondenten en hun ambities met de organisatie waarin ze werken. Het derde deel tracht
boven water te halen of vrouwelijke ondernemers en topmanagers belemmeringen voor
groei ervaren en welke ondersteuning zij wensen om deze eventuele belemmeringen weg te
nemen. Daarbij wordt ook gevraagd naar het belang van netwerken en de rol van VNO-NCW.
In het laatste deel van de vragenlijst wordt de beeldvorming over vrouwelijk
ondernemerschap en topmanagement bepaald aan de hand van stellingen.
Andere VNO-NCW- regiobesturen hebben ook hun vrouwelijke ledenbestand aangeschreven
met deze enquête. De vragenlijst is verstuurd naar 853 mailadressen. Daarvan hebben 349
personen het mailbestand geopend en bekeken en hebben 191 vrouwelijke ondernemers en
topmanagers geantwoord. Dat is 22% van de totale groep geadresseerden.
Uitgave maart 2013 ONDERZOEK GROEI EN AMBITIE VROUWELIJKE ONDERNEMERS EN TOPMANAGERS
[VNO-NCW VrouwenNetwerk]
4
Algemene en persoonlijke gegevens
Regio’s
Het onderzoek is uitgezet onder de leden
van:
- VNO-NCW West (West)
- LWV (VNO-NCW Limburg/Zuid)
- BZW (VNO-NCW Brabant en Zeeland)
- VNO-NCW Midden (Midden en Oost)
- VNO-NCW Noord (Noord)
Het aantal respondenten was verreweg het grootst uit regio West (>110), met de regio’s
BZW (35) en Zuid (28) op de respectievelijk tweede en derde plaats. De regio’s Oost, Noord
en Midden hadden samen ± 20 respondenten.
Persoonlijk profiel
Het persoonlijke profiel van de respondenten varieert sterk.
Leeftijd: Ongeveer de helft is tussen de 40 en 50 jaar, maar er is ook een substantiële
groep jonger dan 40 jaar en boven de 50 jaar (beide groepen zijn ongeveer 25% ).
Meer dan de helft van de respondenten geeft aan dat ze gehuwd is en dat ze
thuiswonende kinderen heeft. Er is eveneens een groep die alleenstaand is, een
partner heeft of samenwoont. Ook geven sommige vrouwen aan dat de kinderen al
uit huis zijn of dat ze geen kinderen hebben.
Van de respondenten hebben meer dan 90% een hoge opleiding genoten: Meer dan
50% geeft aan een universitaire opleiding te hebben afgerond en een andere 40%
een HBO opleiding.
Meer dan 50% van de respondenten zijn managers in hoge posities binnen het
bedrijfsleven, 40% is ondernemer en iets minder dan 10% is ZZP-er.
Op de vraag op welke leeftijd de respondent is begonnen als ondernemer of manager
antwoordt 60% tussen de 26 en 35 jaar. Minder dan 10% is op een jongere leeftijd
begonnen en de rest van de respondenten geeft aan dat ze na hun 36e jaar zijn
gestart als ondernemer of manager.
Op de vraag ‘Wat heeft u doen besluiten om ondernemer/manager te worden?’ wordt door
ondernemers ) en managers verschillend gereageerd. Tot de ondernemers behoren ook de
zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers), een kleine 10% van de respondenten.
Uitgave maart 2013 ONDERZOEK GROEI EN AMBITIE VROUWELIJKE ONDERNEMERS EN TOPMANAGERS
[VNO-NCW VrouwenNetwerk]
5
Van de managers antwoordde slechts een handvol. Hun redenen vallen uiteen in vier
categorieën:
1. Persoonlijke ontwikkeling en talenten gebruiken, ontwikkelen;
2. Opvolging, kwam op pad en in de functie gegroeid;
3. Ze willen leiding geven aan mensen en mensen motiveren en ontwikkelen;
4. De ambitie om meer te bereiken voor de organisatie, iets doen dat betekenis heeft,
goede dingen doen.
Ondernemers geven andere redenen aan. Het vaakst genoemd:
1. Droom verwezenlijken en van passie werk maken;
2. Drang naar vrijheid om tijd in te delen, strategie te bepalen, de uitdaging aan te gaan
en eigen idee ten uitvoer te brengen. Ook om de juiste dingen te doen en een
maatschappelijk verschil te maken;
3. Gewend van huis uit om te ondernemen;
4. Onvrede met de werknemerssituatie en deze willen omzetten in ondernemerschap
waarbij zelfstanding een koers uitgezet kan worden.
Verder blijkt dat de meeste respondenten kostwinnaar zijn of ten minste evenveel verdienen
als hun partner. Slechts 20% van de vrouwen geeft aan dat de partner kostwinnaar is.
Het grootste gedeelte van de
respondenten is heel tot een beetje
tevreden met haar inkomen
(verdeling respectievelijk 20% en
70%). Slechts een kleine groep,
10%, is niet tevreden met haar
inkomen.
Wanneer er wordt gekeken naar het ambitieniveau van de vrouwen blijkt dat de ambitieuze
vrouwen (en bijna alle vrouwen geven aan heel of een beetje ambitieus te zijn) belang
hechten aan een goed (hoog) inkomen, doch nauwelijks tot geen belang hechten aan status.
Uitgave maart 2013 ONDERZOEK GROEI EN AMBITIE VROUWELIJKE ONDERNEMERS EN TOPMANAGERS
[VNO-NCW VrouwenNetwerk]
6
Slechts een kleine minderheid hecht
belang aan status. De meeste
respondenten geven aan dat ze er
slechts een beetje of geen belang aan
hechten.
Organisatie en activiteiten
Professionele omgeving
In het onderzoek is eveneens gevraagd naar de professionele omgeving van de
respondenten en de hoeveel tijd die ze aan professionele taken besteden.
De sectoren waarin de respondenten werkzaam zijn, zijn vooral zakelijke dienstverlening
(57%), industrie (10%) en de financiële sector (5%). Ook is er een relatief grote groep die
aangeeft dat zij in de sector ‘overig’ werkzaam is (22%). Andere sectoren waarin enkele
respondenten werken, zijn: bouw, detailhandel, groothandel en persoonlijke
dienstverlening. Deze samen vertegenwoordigen echter slechts 6% van de totale groep
respondenten.
De samenstelling van de sectoren waaruit de respondenten konden kiezen, komt overeen
met de indeling van de sectoren in het handelsregister van de Kamer van Koophandel.
De meeste respondenten – ongeveer tweederde deel heeft een werkweek van 40 tot 50
uren. Van de respondenten besteedt 15% minder dan 40 uren per week aan zakelijke taken
en een andere 20% geeft aan 60 uren of zelfs meer te werken.
De respondenten werken voor bedrijven van verschillende grootte, zowel in aantallen
werknemers als omzet en winst. De meeste bedrijven hebben tussen 3 en 50 werknemers in
dienst (ongeveer 70%) en 20% van de bedrijven is groter tot veel groter (tussen 50 en >1000
werknemers).
De omzet van de bedrijven waarvoor de respondenten werken, varieert tussen €250.000 en
€200.000.000. Er is geen categorie met een duidelijke meerderheid. Er zijn 25 respondenten
die deze vraag niet hebben ingevuld. Ongeveer het dubbele aantal (50) wil geen winstcijfers
noemen. De anderen geven aan dat de winst tussen enkele duizenden euro’s tot meer dan
honderd miljoen euro ligt. De meeste winstcijfers liggen tussen 0 en 1,5 miljoen euro en er
Uitgave maart 2013 ONDERZOEK GROEI EN AMBITIE VROUWELIJKE ONDERNEMERS EN TOPMANAGERS
[VNO-NCW VrouwenNetwerk]
7
zijn enkele respondenten die aangeven dat ze geen winst, maar verlies maken.
Ongeveer eenderde van de respondenten is niet tot helemaal niet tevreden met de winst die
is behaald. Een goede 25% is daarentegen heel tevreden met de behaalde winst en 40% is
een beetje tevreden.
Het is uiteraard van belang te weten welke invloed de huidige recessie op het bedrijf heeft
of heeft gehad, zeker in het kader van de ambitie van het VNO-NCW VrouwenNetwerk:
GROEI. De helft van de vrouwen antwoordt dat het bedrijf een krimp heeft ondergaan,
ongeveer 40% zegt dat de recessie geen invloed heeft (gehad) en een kleine 10% heeft een
bedrijf dat nog steeds groeit.
Drijfveren
Zoals Anna Fels beschrijft in haar boek ‘Vrouwen & Ambitie - Nieuwe keuzes, hardnekkige
taboes’ is ambitie belangrijk voor onze identiteit en ons welzijn. Vrouwen krijgen veel meer
kansen dan voorheen, maar toch zijn er taboes die hardnekkig blijven bestaan en het
vrouwen soms moeilijk maken hun ambities te volgen.
In het onderzoek zegt 60% van de respondenten
heel ambitieus te zijn, een ander gedeelte van
bijna 40% zegt een beetje ambitieus te zijn en
slechts 2% van de respondenten antwoordt dat
ze niet ambitieus is.
Ongeveer driekwart van de vrouwen geeft een antwoord op de open vraag wat hun ambitie
is met hun organisatie. De antwoorden zijn zeer gevarieerd, waarbij opvalt dat zeker de helft
wil groeien met haar organisatie. Andere ambities die meerdere malen worden genoemd,
zijn kwalitatief in plaats van kwantitatief: kwaliteit leveren, de beste zijn en het meest
innovatief in de branche. Dan zijn er ook ondernemers en managers die aangeven dat ze op
Uitgave maart 2013 ONDERZOEK GROEI EN AMBITIE VROUWELIJKE ONDERNEMERS EN TOPMANAGERS
[VNO-NCW VrouwenNetwerk]
8
dit moment slechts de ambitie hebben om het bedrijf te laten voortbestaan; deze groep
vertegenwoordigt een kleine 20% van de respondenten.
Hoewel bijna alle respondenten zeggen
enigszins of zeer ambitieus te zijn, blijkt er
geen correlatie te zijn met het nemen van
risico’s. Van de vrouwen zegt 20%
nauwelijks tot geen risico te willen nemen,
ongeveer 75% zegt dat ze een beetje risico
willen nemen en een kleine groep van
ongeveer 10% zegt dat ze een behoorlijk
risico aandurven.
Huishoudelijke taken
De vrouwen die de enquête hebben ingevuld, hebben ook enig inzicht gegeven in de tijd die
ze kwijt zijn aan huishoudelijke taken. Het blijkt dat de meeste respondenten (circa 65%)
tussen de 5 en 15 uren per week zelf aan het huishouden besteden.
Op de vraag hoeveel uren hun partner aan het huishouden besteedt, antwoordt bijna 60%
dat hun partner tussen 3 en 10 uren per week meehelpt in het huishouden. Slecht 10% zegt
dat de partner minder dan 3 uren helpt en de rest van de partners – ongeveer 30% - is 11
uren of meer druk met het huishouden.
Van de respondenten besteedt 44% tussen de 3 en 7 uren huishoudelijke werk uit aan
derden, 34% besteedt meer dan 8 uren per week uit en 20% zegt dat ze minder dan 3 uren
per week uitbesteden.
Uitgave maart 2013 ONDERZOEK GROEI EN AMBITIE VROUWELIJKE ONDERNEMERS EN TOPMANAGERS
[VNO-NCW VrouwenNetwerk]
9
Belemmeringen
Het VrouwenNetwerk van VNO-NCW is
uitermate geïnteresseerd om in kaart
te brengen of vrouwelijke
ondernemers en managers in hoge
posities belemmeringen ervaren om te
groeien – zakelijk of persoonlijk. Van
de respondenten geeft 23% aan dat ze
de vraag niet relevant vindt, bijna 20%
zegt dat ze geen belemmeringen
ervaren en de rest (bijna 60%) van de vrouwen loopt wel tegen belemmeringen aan. Deze
groep is te verdelen in drie - qua omvang gelijke - groepen: één die zowel interne als externe
belemmeringen ervaart, een andere groep die alleen interne belemmeringen ervaart (zoals
motivatie, perfectionisme en leeftijd) en een groep die vooral externe belemmeringen
aangeeft.
Wetten en regels
Op de vraag welke belemmeringen het grootst zijn, zie je een gevarieerd beeld. Slechts door
ongeveer de helft van de respondenten wordt geantwoord op de vraag of er wetten of
regels zijn die vrouwelijke ondernemers/managers belemmeren in hun ambitie en groei.
Ongeveer driekwart hiervan zegt dat ze geen specifiek op vrouwen gerichte wetten of regels
als belemmering ervaren Ze ervaren belemmeringen die voor alle ondernemers gelden: te
veel regels op allerlei gebied, de starre ontslagwet en moeilijk te verkrijgen financiering en
verzekeringen. Toch zegt een andere 20% van deze groep dat zwangerschapsverlof,
ouderschapsverlof en kinderopvang slecht zijn geregeld in Nederland en dat ze dat als
belemmering ervaren. Met name vrouwelijke ondernemers kunnen tijdens hun
zwangerschapsverlof geen volledige vervanger in de zaak aantrekken, omdat verzekeringen
erg duur zijn en ook voor/naschoolse opvang hoge kosten met zich meebrengen. Er wordt
meerdere keren gerefereerd aan ons omringende landen die dit alles beter geregeld zouden
hebben.
Financiële instellingen
Een enkeling noemt de verschillen in salaris en de ongeëmancipeerde benadering door
banken en verzekeraars als belemmering Die laatste gaan er, volgens sommige
respondenten, vanuit dat de directie van een bedrijf per definitie mannelijk moet zijn en
nemen de vrouw niet serieus. Bovendien stellen zij soms de eis dat de man meetekent bij
het aangaan van een lening, zelfs als men op huwelijkse voorwaarden is getrouwd, aldus een
respondent.
Uitgave maart 2013 ONDERZOEK GROEI EN AMBITIE VROUWELIJKE ONDERNEMERS EN TOPMANAGERS
[VNO-NCW VrouwenNetwerk]
10
Crisis
Uiteraard is het ook interessant om te
weten of deze vrouwen belemmeringen
zien om door te groeien en uit de
antwoorden blijkt dat de meeste vrouwen
aangeven dat de crisis en financiële (on-)
mogelijkheden de grootste belemmeringen
voor groei zijn. Andere redenen die worden
aangegeven, zijn: de vooroordelen die
mannen over vrouwen hebben, groeibelemmeringen door organisatievorm, gebrek aan tijd
en gebrek aan vertrouwen in eigen kunnen.
Stellingen Om verder een beeld te vormen van de belemmeringen kregen de respondenten stellingen
voorgelegd. De meningen blijken zeer verdeeld te zijn. De helft van de respondenten vindt
dat zwangerschap een belemmering is om te ondernemen of carrière te maken. De andere
helft vindt dat juist niet. De meesten geven aan dat ondernemerschap best te combineren is
met het hebben van kinderen. Op de stelling of vrouwen worden gestimuleerd om te gaan
ondernemen, blijft het antwoord zeer neutraal, dus geen ‘ja’ en geen ‘nee’.
Opvallend is dat de groep respondenten het grotendeels eens is met de stelling dat vrouwen
minder risico nemen. Dat bevestigt het verschil tussen mannen en vrouwen in de bereidheid
risico te nemen.
Een kleinere groep (ongeveer 40%) zegt dat ze het eens is met de stelling dat vrouwen meer
barrières ondervinden dan mannen om (nieuwe) business te verkrijgen. De andere 60%
reageert neutraal of is het oneens met deze stelling. Toch zien de meeste vrouwen niets in
een voorkeursbehandeling voor vrouwen door middel van positieve discriminatie, hoewel er
enkelen zijn die dit wel een goede benadering vinden.
Uitgave maart 2013 ONDERZOEK GROEI EN AMBITIE VROUWELIJKE ONDERNEMERS EN TOPMANAGERS
[VNO-NCW VrouwenNetwerk]
11
Ondersteuning
Het VrouwenNetwerk van VNO-NCW wil ontdekken of vrouwelijke ondernemers en vrouwen
in hoge managementposities behoefte hebben aan ondersteuning bij het waarmaken van
hun groeiambities. In het algemeen beantwoordt ongeveer de helft van de respondenten
dat ze inderdaad behoefte heeft aan ondersteuning. Een andere helft zegt deze behoefte
niet te hebben.
Op de vraag naar de soort ondersteuning wordt heel verschillend geantwoord.
Er zijn enkele vormen van ondersteuning die meerdere keren worden genoemd.
Sparren met gelijkgestemden – vrouwen zijn over het algemeen perfectionisten en
hebben behoeft aan een klankbord. Het delen van ervaringen wordt dan ook de
meeste keren genoemd.
Coaching – enkele specifiek genoemde voorbeelden zijn:
o Coaching op zelfvertrouwen en leiderschap. Stimuleren van vrouwen in groei;
o Coaching hoe om te gaan met vrouwelijke en mannelijke leiderschapsstijlen
(er wordt opgemerkt dat dit eveneens aan mannen moet worden
aangeboden);
o Coaching om vrouwen te helpen een balans te vinden bij alle
verantwoordelijkheden, zowel zakelijk als prive;
o Coaching hoe om te gaan met financieringsvraagstukken, hoe te
onderhandelen en hoe typisch vrouwelijke valkuilen te vermijden.
Netwerk met vrouwelijke rolmodellen – het aanbieden van informatie,
bijeenkomsten voor vrouwen met vrouwelijke sprekers die een voorbeeldfunctie
vervullen en waarmee vrouwen kunnen sparren over specifieke onderwerpen.
Mentaliteitsverandering van iedereen – zodat het heel normaal is dat er flexibel
gewerkt wordt en dat de economie zowel vrouwen als mannen in het werkproces
nodig heeft. Hierbij wordt zelfs coaching van mannen genoemd, zodat ook de
mannen duidelijk wordt dat de wereld volgens de mannelijke blauwdruk niet meer
up-to-date is en dat er anders moet worden gedacht en gewerkt.
Een voorstrekkersrol van de landelijke politiek: vrouwen die op hoge posities in de
politiek een prominente rol vervullen in het teweegbrengen van een
mentaliteitsverandering.
Quota voor vrouwen in hoge posities.
Een betere aansluiting tussen ondernemerschap en onderwijs.
Uitgave maart 2013 ONDERZOEK GROEI EN AMBITIE VROUWELIJKE ONDERNEMERS EN TOPMANAGERS
[VNO-NCW VrouwenNetwerk]
12
Verbeteren van financieringsmogelijkheden voor vrouwen.
Betere, betaalbare and flexibele kinderopvang.
Een groot deel van de respondenten geeft aan dat ze zelf weinig tot geen ondersteuning
heeft gehad. Degenen met ondersteuning hebben vaak op eigen initiatief een coach
geraadpleegd of aan intervisiegroepen deelgenomen.
Het algemene beeld is dat vrouwen hun ondersteuning zelf regelen als ze daar behoefte aan
hebben, hetzij in de vorm van een coach of door zich aan te sluiten bij netwerken.
Respondenten melden dat veel zakelijke netwerken worden gedomineerd door mannen en
zij zich daartussen minder op hun gemak voelen. Er zijn slechts enkele respondenten die
ondersteuning hebben gekregen vanuit hun organisatie (vrouwen in hoge
managementposities) of directe omgeving (vrouwelijke ondernemers).
Netwerken
Het belang van netwerken neemt toe in de moderne economie, waar hiërarchische
organisatiestructuren minder dominant zijn en moderne communicatiemiddelen
laagdrempelig nieuwe verbindingen tussen mensen mogelijk maken. De vraag is of
vrouwelijke ondernemers en topmanagers dit belang onderschrijven. Ook is het interessant
te weten of zij netwerken inzetten voor persoonlijke en/of zakelijke groei.
Uit het onderzoek blijkt dat de meeste vrouwelijke ondernemers en managers netwerken
enigszins tot zeer belangrijk vinden. De meesten (87%) zijn bewust actief aan het netwerken.
Er worden verschillende redenen om te netwerken vermeld. Opvallend is de minderheid die
nieuwe opdrachten of personeel zoekt via deze route. Het merendeel netwerkt om te
sparren, gelijkgestemden te ontmoeten, sociale contacten te verkrijgen of te onderhouden
en om kennis en inspiratie op te doen.
De netwerken waarbij de respondenten zijn aangesloten, zijn behoorlijk divers: het varieert
van lokaal tot internationaal en van branchespecifiek tot social media.
Uitgave maart 2013 ONDERZOEK GROEI EN AMBITIE VROUWELIJKE ONDERNEMERS EN TOPMANAGERS
[VNO-NCW VrouwenNetwerk]
13
Er dient opgemerkt dat de groep vrouwen die is aangeschreven, op dat moment aangesloten
was bij een van de regionetwerken van VNO-NCW. Derhalve bestaat de groep van
respondenten uit actieve netwerkers en moeten de antwoorden in dat perspectief worden
geplaatst.
VNO-NCW
Op de vraag wat het VNO-NCW-netwerk voor de leden zou kunnen doen, kwamen veel
suggesties die specifiek voor een bepaalde onderneming van nut zijn. Zoals: meer aandacht
aan versoepelen van het ontslagrecht, betere nieuwsbrieven, het versoepelen van
kredietverlening door banken en het koppelen van bedrijven met het oog op zakendoen.
Voornamelijk willen de respondenten dat VNO-NCW meer vrouwenbijeenkomsten
organiseert en dat VNO-NCW de vrouw in het bedrijfsleven promoot.
Uitgave maart 2013 ONDERZOEK GROEI EN AMBITIE VROUWELIJKE ONDERNEMERS EN TOPMANAGERS
[VNO-NCW VrouwenNetwerk]
14
Conclusies
De resultaten van dit onderzoek maken duidelijk dat veel vrouwelijke ondernemers en
managers in hoge posities op eigen kracht zijn gekomen waar ze zijn. Vrouwen nemen
ondanks de zware professionele verantwoordelijkheid, ook veel zorgtaken voor hun
rekening. Ze zijn druk. Vrouwen zijn ambitieus en willen groeien met of in hun onderneming,
maar geven aan dat ze daarbij ondersteuning kunnen gebruiken.
VNO-NCW kan in die ondersteuning faciliteren door het organiseren van bijeenkomsten
specifiek voor vrouwelijke ondernemers en managers en het aanbieden van specifieke
coaching- en trainingsprogramma’s.
Uit dit onderzoek blijkt ook dat er kritiek is op de overheid en op de regelingen voor
zwangerschapsverlof en kinderopvang. Eveneens wordt de politiek aangesproken op het
gebrek aan vrouwen in hoge posities binnen ministeries en andere overheidsinstellingen. De
respondenten roepen de politiek op meer een voortrekkersrol te vervullen, vrouwen op
hoge posities te profileren, alsook ondernemerschap te stimuleren. Bovendien zou de
overheid de omgevingsfactoren moeten beïnvloeden, opdat een fulltime positie van
vrouwen als ondernemer of manager volledig geaccepteerd wordt in Nederland.
Dit onderzoek pretendeert niet volledig te zijn. De representativiteit van de groep
respondenten kent beperkingen, omdat uitsluitend leden van VNO-NCW zijn benaderd en
omdat veruit de meeste respondenten in de Randstad werken. Desalniettemin draagt het
onderzoek met enkele opmerkelijke resultaten bij aan de politieke en publieke discussie over
investeren in groei van vrouwelijke ondernemers en topmanagers. Het bestuur van het VNO-
NCW VrouwenNetwerk zal haar toekomstige activiteiten mede op de resultaten van dit
onderzoek afstemmen. Ook beschouwt zij dit onderzoek als een 0-meting onder haar leden
en voorziet zij in een vervolgonderzoek in het voorjaar van 2014.
Uitgave maart 2013 ONDERZOEK GROEI EN AMBITIE VROUWELIJKE ONDERNEMERS EN TOPMANAGERS
[VNO-NCW VrouwenNetwerk]
15
Bijlage 1: Vragenlijst
Algemene en persoonlijke gegevens
Het onderzoek is anoniem, de antwoorden worden vertrouwelijk behandeld. De vragen die u niet
aanspreken, kunt u overslaan.
Geslacht
Man
Vrouw
Wat is uw leeftijd?
Hoe is uw thuissituatie?
Alleenstaand
Partner
Samenwonend
Gehuwd
Kinderen uit huis
Kinderen thuiswonend
Kinderen deels uit huis
Ouder(s) inwonend
Anders
Regio
Wat is uw hoogst genoten en voltooide opleidingsniveau?
Werkervaring
Manager (in dienst) of ondernemer?
manager/leidinggevende
ondernemer (met personeel in dienst)
ZZP-er
Wilt u hieronder aangeven op welke leeftijd u begonnen bent als ondernemer/manager?
Uitgave maart 2013 ONDERZOEK GROEI EN AMBITIE VROUWELIJKE ONDERNEMERS EN TOPMANAGERS
[VNO-NCW VrouwenNetwerk]
16
Wat heeft u doen besluiten om ondernemer/manager te worden?
Organisatie en activiteiten
Hoeveel medewerkers heeft u in dienst (in fte) of vallen onder u?
In welke sector bent u werkzaam?
Hoeveel uren bent u gemiddeld per week werkzaam voor uw organisatie?
Hoeveel uren per week bent u gemiddeld kwijt aan huishouden en zorgtaken?
(huishouden, boodschappen, was doen, koken, schoonmaken, tuin etc)
Hoeveel uren per week besteedt uw partner gemiddeld aan huishouden en zorgtaken?
Hoeveel uren per week besteedt u gemiddeld uit aan huishouden en zorgtaken?
Financiën en ambities
Uw antwoord wordt vertrouwelijk behandeld. Mocht u deze vraag niet willen beantwoorden, dan kunt u hem overslaan.
Welke van de onderstaande antwoordmogelijkheden is op u van toepassing?
Ik ben kostwinnaar, mijn partner verdient niet
Mijn partner en ik verdienen beiden ongeveer evenveel
Mijn partner verdient meer dan ik
Ik verdien meer dan mijn partner
In hoeverre is de huidige recessie van invloed op uw organisatie?
Krimp
Geen invloed
Groei
Uitgave maart 2013 ONDERZOEK GROEI EN AMBITIE VROUWELIJKE ONDERNEMERS EN TOPMANAGERS
[VNO-NCW VrouwenNetwerk]
17
Geen verandering
Wat is de omzet van uw onderneming (ex btw)? (van 2011)
Wat is de winst (voor belasting)? (van 2011)
Bent u tevreden met de huidige winst?
Heel tevreden
Beetje tevreden
Niet tevreden
Helemaal niet
Hoe belangrijk is een hoog inkomen voor u?
Heel belangrijk
Beetje belangrijk
Niet belangrijk
Helemaal niet
Hoe belangrijk is status voor u?
Heel belangrijk
Beetje belangrijk
Niet belangrijk
Helemaal niet
Hoeveel risico neemt u zakelijk?
Veel risico
Beetje risico
Nauwelijks
Geen
Hoe ambitieus bent u?
Heel ambitieus
Beetje ambitieus
Niet ambitieus
Helemaal niet
Wat is uw ambitie met uw organisatie?
Uitgave maart 2013 ONDERZOEK GROEI EN AMBITIE VROUWELIJKE ONDERNEMERS EN TOPMANAGERS
[VNO-NCW VrouwenNetwerk]
18
Ervaart u belemmeringen of barrières (in uzelf of buiten u)?
Heeft u voor uw onderneming/organisatie ooit geld geleend?
Ja
Nee
Netwerken
Is netwerken belangrijk voor u?
niet belangrijk
enigszins belangrijk
belangrijk
zeer belangrijk
Bent u bewust bezig met netwerken?
ja
nee
Waarom doet u aan netwerken?
meerdere antwoorden mogelijk
Sociale contacten
Zakelijk kunnen sparren
Inspiratie opdoen
Gelijkgestemden ontmoeten
Interessante contacten
Scherp houden
Nieuwe opdrachten
Nieuw personeel
Anders
Bent u lid van netwerken? (landelijk, lokaal, regionaal, branche - of beroepsorganisatie, social media)
Ja
Nee
Beeldvorming
Hieronder ziet u een aantal stellingen, wij zijn benieuwd naar uw mening!
In Nederland vinden mensen het normaal dat ik ondernemer/leidinggevende ben
Mensen vinden het normaal dat vrouwen ondernemer zijn
In Nederland wordt vrouwelijk ondernemerschap gestimuleerd
Uitgave maart 2013 ONDERZOEK GROEI EN AMBITIE VROUWELIJKE ONDERNEMERS EN TOPMANAGERS
[VNO-NCW VrouwenNetwerk]
19
Zwangerschap is een barrière voor ondernemerschap
Ondernemerschap is goed te combineren met het hebben van kinderen
Zwangerschap is een barrière voor carrière maken
Voor mannen is het makkelijker om ondernemer te worden dan voor vrouwen
Er zou een quota moeten worden ingesteld om meer vrouwen in leidinggevende functies te krijgen
Vrouwen ondervinden meer barrières dan mannen op het verkrijgen van (nieuwe) business
Vrouwen nemen minder risico dan mannen
Vrouwelijke managers/ondernemers zouden positief gediscrimineerd moeten worden
Belemmering en ondersteuning
Welke wetten en regelgeving belemmeren u als vrouwelijke ondernemer/manager?
Is er behoefte aan ondersteuning van vrouwelijke
managers/ondernemers?
Ja
Nee
Welke ondersteuning heeft u zelf gehad bij managen/ondernemen?
Uitgave maart 2013 ONDERZOEK GROEI EN AMBITIE VROUWELIJKE ONDERNEMERS EN TOPMANAGERS
[VNO-NCW VrouwenNetwerk]
20
Heeft u nu of in de toekomst behoefte aan ondersteuning bij het
managen/ondernemen?
ja
nee
Welke belemmeringen ziet u om door te groeien?
Wat kan VNO-NCW volgens u doen?
Persoonsgegevens
We zullen je antwoorden vertrouwelijk behandelen. Mocht je op de hoogte willen worden gehouden van de uitslag, vul dan hier je gegevens in.
Voornaam
Tussenvoegsel
Achternaam
http://hoezo.congrezzo.nl/ozvno-ncw/deelnemer
Uitgave maart 2013 ONDERZOEK GROEI EN AMBITIE VROUWELIJKE ONDERNEMERS EN TOPMANAGERS
[VNO-NCW VrouwenNetwerk]
21
Bijlage 2: Persbericht juni 2012
Persbericht
Rotterdam, 26 juni 2012
Embargo: 26 juni 2012, 15.00 uur
Vrouwelijke ondernemers en managers zijn ambitieus
Vrouwelijke ondernemers en managers zijn ambitieus (99%). Het
overgrote deel (91%) vindt inkomen belangrijker dan status. Veel van
hen vindt ook dat het voor mannen makkelijker is om ondernemer te
worden dan voor vrouwen. Dit blijkt uit onderzoek van het VNO-NCW VrouwenNetwerk, regio West, dat op 26 juni wordt gepresenteerd.
VNO-NCW VrouwenNetwerk, regio West heeft onderzoek gedaan onder de
vrouwelijke leden van de regionale verenigingen van werkgeversorganisatie
VNO-NCW naar hun positie en groeimogelijkheden. Tot nu toe hebben bijna 150 leden een uitgebreide vragenlijst ingevuld, een respons van 27 procent. Het
aantal respondenten neemt nog verder toe. Vanmiddag worden de eerste
opmerkelijke resultaten gepresenteerd in het Wereldmuseum in Rotterdam.
Respondenten
Het merendeel van de respondenten is tussen 40 en 50 jaar oud en heeft 1 of 2 kinderen.
Van de managers heeft 96 procent een hbo of wetenschappelijke opleiding, van
de ondernemers 90 procent. Het merendeel van de respondenten geeft leiding
aan 6 tot 50 medewerkers. De zakelijke dienstverlening is de dominante sector:
van de ondernemers is 73 procent hierin actief, van de managers 47 procent.
Ambitieus
Van de vrouwelijke ondernemers en managers noemt 59 procent zichzelf heel
ambitieus, 40 procent ambitieus. Hun doelen met de organisatie variëren van
‘groeien tot 150 medewerkers’, ‘groeien naar de top 5 positie van Europa’ tot ‘de beste in onze branche zijn’. Toch wil slechts een kwart van de respondenten dat
hun organisatie groter wordt.
Voor 91 procent van de managers en ondernemers is het inkomen belangrijk.
Status daarentegen is voor 38 procent onbelangrijk en voor 52 procent slechts
een beetje belangrijk.
Stellingen
De respondenten hebben hun mening gegeven over tien stellingen. Slechts 30
procent ervaart dat mensen het normaal vinden dat vrouwen ondernemer zijn.
Bovendien vindt 74 procent dat het voor mannen makkelijker is om ondernemer
Uitgave maart 2013 ONDERZOEK GROEI EN AMBITIE VROUWELIJKE ONDERNEMERS EN TOPMANAGERS
[VNO-NCW VrouwenNetwerk]
22
te worden dan voor vrouwen, (25 procent geen mening, 29 procent oneens).
Desondanks vindt 56 procent het geen goed idee als vrouwelijke managers en ondernemers positief worden gediscrimineerd. Over een verplicht quota om meer
vrouwen in leidinggevende functies te krijgen, zijn de meningen verdeeld:
evenveel eens als oneens.
Ondernemerschap is goed te combineren met kinderen, vindt 64 procent.
Noot voor de pers De pers is van harte welkom op de bijeenkomst in het Wereldmuseum, waar de resultaten worden gepresenteerd. Professor Iteke Weeda zal de resultaten in een breder verband interpreteren. De
uitnodiging (zie bijlage) is vorige week verstuurd. Een compleet overzicht van de eerste onderzoeksresultaten vind je op www.vno-
ncwwest.nl/vrouwennetwerk Voor meer informatie:
Annemarie van Oorschot, Communicatiemanager VNO-NCW West, T. 070 349 08 14, T. 06 250 023 87, E: [email protected] I: www.vno-ncwwest.nl
Uitgave maart 2013 ONDERZOEK GROEI EN AMBITIE VROUWELIJKE ONDERNEMERS EN TOPMANAGERS
[VNO-NCW VrouwenNetwerk]
23
Bijlage 3: Projectgroep
Vanuit bestuur VNO-NCW VrouwenNetwerk
Caroline van Reenen
directeur-eigenaar van HOEZO Projectmanagement & Congresorganisatie in Heemstede
Voorzitter bestuur VrouwenNetwerk.
Tatjana Romanyk
president van adviesbureau TRM Oncology in Den Haag
Penningmeester bestuur VrouwenNetwerk.
Annemarie van Oorschot
Communicatiemanager VNO-NCW West
secretaris VrouwenNetwerk
Advies
Emeritus hoogleraar Iteke Weeda
Uitwerking enquêteresultaten
Thijs van der Groen en Thomas van Oorschot (studenten Universiteit van Amsterdam)