Goed bezig!

1
98 Tijdschrift voor praktijkondersteuning augustus 2013 | nr 4 REDACTIONEEL Goed bezig! Susan Umans De praktijkondersteuner doet het goed. Uitstekend zelfs. Zo goed dat het takenpakket alsmaar groter wordt, de druk op de ketel toeneemt en de oplei- dingseisen zijn aangescherpt. Ook patiënten zijn uitermate tevreden over de praktijkondersteuner. 1 Vandaar die lauwerkrans in het vorige nummer. 2 De vraag is: kan het nog beter? Altijd natuurlijk. Bij- voorbeeld op het gebied van samenwerking met de praktijkondersteuner-ggz. In het vorige nummer kon je lezen over het nieuwe competentieprofiel van de praktijkondersteuner. Voor wie het niet heeft meegekregen: praktijkondersteuning wordt een uitstroomrichting van hbo-verpleegkunde. Deze upgrade van de opleiding heeft alles te maken met het ongekende succes van praktijkondersteuners. Naast geprotocolleerde zorg voor chronisch zieken hebben steeds meer praktijkondersteuners ouderen- zorg in hun takenpakket. Zorg waarbij generalistisch en protocoloverstijgend werken nog meer een vereiste is. Hoe dat nieuwe competentieprofiel is vormgegeven in de opleiding, lees je in het interview met twee docenten van de Hogeschool Rotterdam op pagina 129. SOLK Mogelijkheden voor nieuwe taken blijven zich maar aandienen. In het vorige nummer berichtten wij over het preconceptieconsult, waarin de praktijkondersteu- ner een rol zou kunnen spelen. In dit nummer beste- den we vrij uitgebreid aandacht aan somatisch onvol- doende verklaarde lichamelijke klachten, oftewel SOLK. Niet iedereen weet even goed raad met patiën- ten met SOLK, terwijl je er in de huisartsenpraktijk regelmatig mee te maken krijgt. Want onder chronisch zieke patiënten zijn welzeker ook SOLK-gevallen. Wat doe je hier nu mee? Heel simpel: signaleer het, meld het en blijf het monitoren. Schakel de huisarts en/of de POH-ggz in. Probeer ook mee te denken in wat het juiste behandelplan is, want jij kent die patiënt. Jij weet zijn achtergrond en zijn leefstijl. Daar heb je je al uitgebreid mee beziggehouden bij de behandeling van zijn diabetes of COPD. Om te testen hoeveel kennis je over SOLK hebt, kun je de vragen in ‘Weet je dit?’ proberen te beantwoor- den. Verder kun je het artikel lezen over de NHG- Standaard Somatisch onvoldoende verklaarde licha- melijke klachten en de interviews met huisarts Nikki Makkes en POH-ggz Erik te Biesbeke die in het Utrechtse Overvecht meewerkten aan een SOLK-pro- ject. Bij SOLK speelt de POH-ggz een belangrijke rol, naast de huisarts. Voor een succesvolle aanpak is het echter noodzakelijk dat de neuzen van het hele team dezelfde kant op staan. Bij veel praktijken is hier nog een slag te slaan, maar het vormt ook een uitdaging. POH-ggz Bij SOLK maken we opnieuw kennis met de POH- ggz. Deze functionaris is sinds een paar jaar toegetre- den tot het team van de huisartsenpraktijk. Sinds kort is er ook een eigen vereniging van praktijkondersteu- ners-ggz (www.pohggz.nl). POH-ggz is een hele andere functie dan POH-soma- tiek, met een hele andere achtergrond. De meeste praktijkondersteuners-ggz zijn sociaalpsychiatrisch verpleegkundige of hebben een psychologische achter- grond. Juist die andere achtergrond is essentieel om toe te voegen in de eerste lijn. Is het immers niet zo dat lichaam en geest elkaar beïnvloeden? Bewegingsangst is daar een goed voorbeeld van: door (chronische) pijn durven mensen zich niet goed te bewegen, bang om iets te forceren. Dat beperkt hun actieradius en hun (spier)conditie gaat steeds verder achteruit. Ze komen niet of minder buiten de deur en dat beïnvloedt ook hun stemming. Een vicieuze cirkel ontstaat, sterker nog: een neerwaartse spiraal in het welbevinden van de patiënt. In het interview met POH-ggz Erik te Bie- sebeke lees je hoe zijn aanpak is bij deze patiënten: niet alleen focussen op de ziekte, maar ook kijken naar andere factoren en de impact van die ziekte. Dus: heb je of ben je een POH-ggz in de huisartsen- praktijk? Doe daar dan je voordeel mee! 1 Van Gunst S. Heden, verleden en toekomst van de praktijkondersteuning (3). Hoe denkt de patiënt over de praktijkondersteuner? Tijdschr praktijkonderst 2013;8:123-4. 2 Van Gunst S. Heden, verleden en toekomst van de praktijkondersteuning (2). Taakdelegatie en toekomstige competenties. Tijdschr praktijkonderst 2013;8:82-4.

Transcript of Goed bezig!

98 Tijdschrif t vo or prakti jkondersteuning augustus 2013 | nr 4

R e d a c t i o n e e l

Goed bezig!Susan Umans

de praktijkondersteuner doet het goed. Uitstekend zelfs. Zo goed dat het takenpakket alsmaar groter wordt, de druk op de ketel toeneemt en de oplei-dingseisen zijn aangescherpt. ook patiënten zijn uitermate tevreden over de praktijkondersteuner.1 Vandaar die lauwerkrans in het vorige nummer.2 de vraag is: kan het nog beter? altijd natuurlijk. Bij-voorbeeld op het gebied van samenwerking met de praktijkondersteuner-ggz.

In het vorige nummer kon je lezen over het nieuwe competentieprofiel van de praktijkondersteuner. Voor wie het niet heeft meegekregen: praktijkondersteuning wordt een uitstroomrichting van hbo-verpleegkunde. Deze upgrade van de opleiding heeft alles te maken met het ongekende succes van praktijkondersteuners. Naast geprotocolleerde zorg voor chronisch zieken hebben steeds meer praktijkondersteuners ouderen-zorg in hun takenpakket. Zorg waarbij generalistisch en protocoloverstijgend werken nog meer een vereiste is. Hoe dat nieuwe competentieprofiel is vormgegeven in de opleiding, lees je in het interview met twee docenten van de Hogeschool Rotterdam op pagina 129.

SOLKMogelijkheden voor nieuwe taken blijven zich maar aandienen. In het vorige nummer berichtten wij over het preconceptieconsult, waarin de praktijkondersteu-ner een rol zou kunnen spelen. In dit nummer beste-den we vrij uitgebreid aandacht aan somatisch onvol-doende verklaarde lichamelijke klachten, oftewel SOLK. Niet iedereen weet even goed raad met patiën-ten met SOLK, terwijl je er in de huisartsenpraktijk regelmatig mee te maken krijgt. Want onder chronisch zieke patiënten zijn welzeker ook SOLK-gevallen. Wat doe je hier nu mee? Heel simpel: signaleer het, meld het en blijf het monitoren. Schakel de huisarts en/of de POH-ggz in. Probeer ook mee te denken in wat het juiste behandelplan is, want jij kent die patiënt. Jij weet zijn achtergrond en zijn leefstijl. Daar heb je je al uitgebreid mee beziggehouden bij de behandeling van zijn diabetes of COPD.Om te testen hoeveel kennis je over SOLK hebt, kun

je de vragen in ‘Weet je dit?’ proberen te beantwoor-den. Verder kun je het artikel lezen over de NHG-Standaard Somatisch onvoldoende verklaarde licha-melijke klachten en de interviews met huisarts Nikki Makkes en POH-ggz Erik te Biesbeke die in het Utrechtse Overvecht meewerkten aan een SOLK-pro-ject. Bij SOLK speelt de POH-ggz een belangrijke rol, naast de huisarts. Voor een succesvolle aanpak is het echter noodzakelijk dat de neuzen van het hele team dezelfde kant op staan. Bij veel praktijken is hier nog een slag te slaan, maar het vormt ook een uitdaging.

POH-ggzBij SOLK maken we opnieuw kennis met de POH-ggz. Deze functionaris is sinds een paar jaar toegetre-den tot het team van de huisartsenpraktijk. Sinds kort is er ook een eigen vereniging van praktijkondersteu-ners-ggz (www.pohggz.nl).POH-ggz is een hele andere functie dan POH-soma-tiek, met een hele andere achtergrond. De meeste praktijkondersteuners-ggz zijn sociaalpsychiatrisch verpleegkundige of hebben een psychologische achter-grond. Juist die andere achtergrond is essentieel om toe te voegen in de eerste lijn. Is het immers niet zo dat lichaam en geest elkaar beïnvloeden? Bewegingsangst is daar een goed voorbeeld van: door (chronische) pijn durven mensen zich niet goed te bewegen, bang om iets te forceren. Dat beperkt hun actieradius en hun (spier)conditie gaat steeds verder achteruit. Ze komen niet of minder buiten de deur en dat beïnvloedt ook hun stemming. Een vicieuze cirkel ontstaat, sterker nog: een neerwaartse spiraal in het welbevinden van de patiënt. In het interview met POH-ggz Erik te Bie-sebeke lees je hoe zijn aanpak is bij deze patiënten: niet alleen focussen op de ziekte, maar ook kijken naar andere factoren en de impact van die ziekte.Dus: heb je of ben je een POH-ggz in de huisartsen-praktijk? Doe daar dan je voordeel mee!

1 Van Gunst S. Heden, verleden en toekomst van de praktijkondersteuning (3). Hoe denkt de patiënt over de praktijkondersteuner? tijdschr praktijkonderst 2013;8:123-4.

2 Van Gunst S. Heden, verleden en toekomst van de praktijkondersteuning (2). taakdelegatie en toekomstige competenties. tijdschr praktijkonderst 2013;8:82-4.