Gemeente Groningen 2020€¦ · Web viewCarmen de Wit, Ben de Boer, Hilko Appels, Laura Huizinga,...

Junior beleidsmedewerkers groep 2 28-maart-2014

Carmen de Wit, Ben de Boer, Hilko Appels, Laura Huizinga, Emilie Wouda, Jelco Witteveen, Anne Schlüchtermann en Rob de Bliek

VoorwoordVanuit het secretariaat van het OCSW, Dienst Onderwijs Cultuur Sport Welzijn, hebben wij, Junior Beleidsmedewerkers de opdracht gekregen een visie te ontwikkelen voor het sportbeleid van de gemeente Groningen. Deze visie heeft betrekking op de komende zeven jaar, 2013-2020. Mede dankzij de medewerking van de afdelingshoofden van SOZAWE (Dienst Sociale Zaken en Werk), EZ (Economische Zaken), RO (Ruimtelijke Ordening) en OCSW (Dienst Onderwijs Cultuur Sport en Welzijn), zijn wij in staat geweest een realistische en pakkende visie te ontwikkelen voor het sportbeleid van de gemeente Groningen. Onze dank gaat uit naar Dhr. N. van Lunteren, Mvr. H. Dankbaar, Mvr. A. Bos en Dhr. S. Post.

Junior Beleidsmedewerkers


InhoudsopgaveVoorwoord.............................................................................................................................................1

Inleiding..................................................................................................................................................3

Visie 2020...............................................................................................................................................4

Openbare speelruimtes......................................................................................................................5

‘de Vinkygames’.................................................................................................................................5

City of Talent......................................................................................................................................6

Beste binnenstad van Nederland.......................................................................................................6

Trends................................................................................................................................................6

Concluderend.....................................................................................................................................7

Kansen en ontwikkelingen......................................................................................................................8

Wensen en behoeften............................................................................................................................9

Inspelen op overige beleidsterreinen...................................................................................................10

Nawoord...............................................................................................................................................12

Bibliografie...........................................................................................................................................13

Bijlagen.................................................................................................................................................14


InleidingDeze visieontwikkeling is gericht op de toekomst van de gemeente Groningen. De gemeente Groningen richt zich met deze visie op het jaar 2020 en wil vernieuwend en doortastend optreden. In dit verslag vindt u een uitgebreide deskresearch en fieldresearch, met daarbij een duidelijk beeld van de belangrijkste punten. Er zal onder andere worden beschreven wat de identiteit van de gemeente Groningen is, wat de plannen zijn voor de komende zeven jaar en hoe de visie op het sportbeleid er voor de komende zeven jaar uit zal zien. Het is een vernieuwende en inspirerende visie voor de gemeente Groningen.


Visie 2020De visie luidt als volgt: “Het streven naar een actief en gezond Groningen, waarbij zowel sport als bewegen wordt gestimuleerd en deelname wordt verhoogd. Dit zal gedaan worden door de jeugd te stimuleren en de wijken aantrekkelijker te maken, waardoor sport toegankelijk wordt voor iedereen. De topsport zal hierbij een inspireerde rol vervullen om de doelstellingen te bereiken. ”

De gemeente streeft er naar om zoveel mogelijk mensen aan het sporten te houden en te krijgen.Zoals in de visie is te lezen zal er ingespeeld worden op zowel het sporten onder de jeugd als in wijk. Dit zal hieronder worden toegelicht.

Figuur 1 NNGB Nederland 2011 (Ministerie van Volksgezondheid, 2013)

In de bovenstaande figuur is af te lezen hoeveel mensen van een bepaalde leeftijdscategorie voldoen aan de NNGB. De NNGB staat voor de Nederlandse Norm voor Gezond Bewegen. Deze norm houdt in dat elke persoon minstens vijf dagen, dertig minuten per dag matig intensief zal moeten bewegen. Voor jongeren en kinderen geldt hierbij dat zij minstens vijf dagen per week zestig minuten in plaats van dertig minuten zullen moeten bewegen (Nederlandse Norm Gezond Bewegen, (z.d.)).

Uit de bovenstaande figuur is op te maken dat jongeren in de leeftijdscategorie van 12-16 jaar veel te weinig bewegen. Om iedereen voldoende te laten bewegen, zal elke leeftijdscategorie op 100% moeten zitten. Van de mannen in de leeftijdscategorie 12-16 jaar haalt nog geen 20% deze NNGB. Het percentage vrouwen dat dit in deze leeftijdscategorie wel lukt, ligt iets hoger maar komt op nog geen 30% uit. Dit is zorgwekkend en daarom is er in de visie voor gekozen om op deze doelgroep een focus te leggen. Jongeren zijn de toekomst. Als jongeren van jongs af aan te weinig sporten, dan is de kans groot dat dit patroon zich doorzet tot op latere leeftijd. In november jongstleden werd er in het nieuws nog aandacht aan besteed; “Mensen die op jonge leeftijd al actief zijn hebben zeven keer meer kans op een gezonde oude dag dan mensen die niet van jongs af aan sporten.” Dit bleek uit een Brits onderzoek (Trouw, 2013)

Niet voldoende bewegen kan vele problemen met zich mee brengen. Zo word de kans op chronische aandoeningen zoals diabetes mellitus type 2, osteoporose, hart en vaatziekten en depressies groter. Wél voldoende bewegen zal ervoor zorgen dat de gemiddelde resterende levensverwachting groter wordt. Zo zullen mannen vanaf 20 jaar 0,7 jaar langer leven en vrouwen vanaf 20 jaar 1,2 jaar langer leven (Oorzaken en gevolgen van onvoldoende beweging, 2014).


In de Sportvisie 2010-2020 werd gepresenteerd dat Groningse kinderen steeds corpulenter worden, op steeds jongere leeftijd. Ook werd er geschreven dat naar schatting in 2015 één op de vijf kinderen te dik zal zijn (Groningen G. , Sportvisie 2010-2020, 2009).

Er kan dus met zekerheid geconcludeerd worden dat het van groot belang is dat de jeugd meer gaat bewegen. De gekozen doelgroep zal daarom door middel van deze visie gestimuleerd worden om meer te gaan bewegen. Het doel zal dan ook zijn om in 2020 minimaal 60% van de jongeren in de leeftijdscategorie 12-16 jaar zal voldoen aan de NNGB. Dit zal nog niet voldoende zijn, omdat het liefst wordt gezien dat álle jongeren hieraan zullen voldoen. Toch is dit doel gesteld zodat het haalbaar blijft. Het gemiddelde van Nederland ligt rond de 60 %, dit is af te lezen in de laatste kolom in figuur 1. De jeugd van 12 -16 jaar trekt dit gemiddelde enorm naar beneden. Het streef percentage ligt hoger dan een verdubbeling van het huidige percentage. Echter, omdat het belangrijk is voldoende te bewegen en er een lange termijn doel wordt gesteld, is het zeker realiseerbaar. Hiervoor zal wel een nieuwe aanpak moeten worden gehanteerd, dus zullen vernieuwende en inspirerende ideëen worden ingezet om dit doel te realiseren.

Openbare speelruimtesWat tevens in de Sportvisie van 2010-2020 werd gepresenteerd, is dat het aanbod van sporten en bewegen binnenschools en na schooltijd sterk in kwaliteit verschilt (Groningen G. , Sportvisie 2010-2020, 2009).

Het streven is dan ook dat de jeugd altijd de mogelijkheid heeft om voor, tijdens en na school in de wijk te kunnen sporten. Speelruimtes dienen hiervoor schoon, veilig, leuk en aantrekkelijk te zijn. Denk hierbij aan schoolpleinen, speeltuinen, trapveldjes en parken. Hierbij is het belangrijk dat de locaties om te kunnen bewegen wel overwogen worden en in overleg met de buurt op een makkelijk bereikbare plek geplaatst worden.

De gemeente Groningen ziet graag een samenwerkingsverband tussen de gemeente, scholen en sportverenigingen (Groningen G. , Talent voor topsport, 2012). Deze scholen zijn onder te verdelen in; kinderdagverblijven, basis onderwijs en voortgezet onderwijs. Op deze verschillende onderwijsinstellingen is het van belang dat sportstimulatie plaats zal vinden. Wat bereikt zal moeten worden is dat de sportparticipatie groter wordt en ook door blijft zetten. Door middel van vroegtijdig sportaanbod bij kinderen en jongeren is de kans op latere sportparticipatie groter. Wat hierbij van belang is, is dat op het voortgezet onderwijs jongeren geactiveerd worden om te blijven bewegen en sporten.

Om dit te bereiken is het belangrijk dat de samenwerking tussen scholen, gemeente en sportverenigingen er komt en dat er gebruik gemaakt gaat worden van al bestaande projecten die in het verleden succesvol gebleken zijn.

‘de Vinkygames’Eén van de projecten die ook in zal worden gezet, is ‘de Vinkygames’. Dit is een erg leuke en vernieuwende interventie die gericht is om de jeugd in de wijk Vinkhuizen aan het sporten te krijgen. Het project is ontwikkeld door een groep studenten van de Hanzehogeschool die de opleiding Sport, Gezondheid en Management volgen. Vanaf juli 2014 zal dit project van start gaan en het zal duren tot minimaal juli 2016. Als dan blijkt dat dit een doeltreffende interventie is, zal dit project in meer wijken in Groningen ingezet gaan worden (Appels, 2014). Het plan van de Vinkygames kan ter inzage op worden gevraagd bij Hilko Appels ([email protected]).


City of TalentDe missie van de gemeente Groningen luidt als volgt: “Groningen profileert zich via Het Akkoord van Groningen en het economisch beleid G-kracht lokaal, regionaal en nationaal als kennisstad. In het verlengde hiervan positioneert het internationaliseringsbeleid Groningen als kennisstad in internationaal perspectief.” (Gemeente Groningen, 2013)

Met de geformuleerde visie kan Groningen fungeren als een kennisstad die ook voor andere steden raadzaam kan zijn. Groningen is een zogenaamde ‘City of Talent’; de stad loopt voorop op het gebied van onderzoek, innovatie en ondernemerschap. Groningen is een echte studentenstad waarin er ruimte is voor talent, ruimte om te leren, te werken, te groeien en om het beste uit jezelf te kunnen halen (City Of Talent, 2013).

Als ‘City of Talent’ gaat Groningen ook voor de ontwikkeling en verbetering van topsport; het ontdekken van bijzondere sporttalenten, het bieden van kansen voor ontwikkeling en het optimaal faciliteren en begeleiden van topsporters-in-spe (Groningen G. , Topsportnota talent voor topsport, 2012).

Zoals in de visie geschreven is, zal topsport ingezet worden als inspiratie. Een ‘held’ die aan topsport doet, kan vele mensen inspireren om ook te gaan sporten. Nadat Epke Zonderland goud had gehaald op de Olympische Spelen in Londen in 2012, zijn meer kinderen gaan gymmen (Zonderland, 2012). Topsporters kunnen fungeren als rolmodel en op deze manier een grote inspiratie voor anderen vormen.

Beste binnenstad van NederlandIn 2005 is de binnenstad van Groningen uitgeroepen tot de beste binnenstad van Nederland. Hierbij werd benadrukt dat de samenwerking tussen de inwoners, ondernemers en gemeente erg positief is. Ook viel op hoe goed de stad in zijn geheel functioneert.Groningen wordt gezien als een stad die mensen aantrekt vanuit het Noorden en Noordoosten van Nederland. Vanuit de provincies Groningen en Friesland, maar ook uit Drenthe en zelfs Overijssel komen mensen naar Groningen toe (De Verkiezing, 2013).Door de speeltuinen en speelplekken aan te passen, zal de binnenstad van Groningen alleen nog maar mooier en levendiger worden. Door scholen, kinderdagverblijven en buurtverenigingen samen te laten werken onder begeleiding van combinatiefunctionarissen wordt alles tot één geheel gebracht. De jeugd kan ook zijn of haar mening geven, dit zal de samenwerking tussen de inwoners en de gemeente die al zo goed was, alleen maar meer ten goede komen.

Trends In totaal is er in het financieel meerjarenbeleid incidentele ruimte van 121 duizend euro. Vanaf 2015 vertoont het meerjarenbeleid een positief saldo van 15,8 miljoen euro dat oploopt tot 17,5 miljoen euro in 2016. In 2013 en 2014 is 128,4 miljoen euro aan incidentele middelen beschikbaar. Deze middelen worden gebruikt om knelpunten op te lossen en het weerstandsvermogen aan te vullen (tot een ratio van 0,8).Het nieuwe Groninger armoedebeleid staat voor ondersteuning en verbinding en wil bereiken dat er zo min mogelijk mensen in armoede leven. Ook maakt het Groninger armoedebeleid gebruik van ieders eigen kracht en blijft het een vangnet voor mensen die het niet zelfstandig redden.


Zoals er aan de begroting te zien is, wordt er veel geld vrij gemaakt voor de incidentele middelen. Deze middelen zijn een kostenvoorraad, die wordt gebruikt als er bijkomende kosten ontstaan. Dit zal binnen een aantal jaren worden gebruikt. De kostenvoorraad zou goed kunnen bijdragen aan de sportsimulering rondom scholen, door bijvoorbeeld de voorraad te gebruiken voor nieuwe schoolpleinen.

Het armoedebeleid heeft een grote impact op het beweeggedrag van de jeugd. Omdat ouders de sportverengingen niet voor hun kinderen kunnen betalen, kunnen kinderen en jongeren vaak niet actief bewegen. Met uitdagende en leuke speelpleinen, zullen zij toch actief kunnen bewegen, zonder hier geld voor te moeten betalen. Ook door het inzetten van leuke interventies zoals de eerder genoemde ‘Vinkygames’, kan er ingespeeld worden op het armoedeprobleem, waarbij de jeugd wel aan het sporten kan gaan.

ConcluderendConcluderend kan gesteld worden dat de visie;

“Het streven naar een actief en gezond Groningen, waarbij zowel sport als bewegen wordt gestimuleerd en deelname wordt verhoogd. Dit zal gedaan worden bij de jeugd en in de wijk, waardoor sport toegankelijk wordt voor iedereen. De topsport zal inspirerend ingezet worden om de doelstellingen te bereiken. ”

is geformuleerd om de grootste probleemgroep aan te pakken. Zoals terug te lezen is, bewegen jongeren in de leeftijd van 12-16 jaar zorgwekkend weinig met alle gevolgen van dien. Door middel van deze visie kan dit probleem doelmatig aangepakt worden. Er liggen verschillende interventies en plannen klaar die op de laatste ontwikkelingen inspelen en tevens vernieuwend zijn.

In de Sportvisie 2010-2020 werd al verteld dat de gemeente er naar streeft om zoveel mogelijk mensen aan het sporten te houden en te krijgen (Groningen G. , Sportvisie 2010-2020, (z.d.)) . Door alle interventies, plannen, samenwerkingen en ontwikkelingen kan gesteld worden dat de opgestelde visie hier naadloos bij aan sluit.


Kansen en ontwikkelingenDoor demografische en sociaal-economische veranderingen die samengaan met technologische ontwikkelingen, is de verandering van sportsector een interessante groeimarkt. Omdat deze sector zo in de groei zit moet er worden opengestaan voor nieuwe innovaties. Technologische ontwikkelingen zijn belangrijk in de sportsector en kunnen de markt ook sturen. De belangrijkste ontwikkelingen vinden zich plaats bij voeding-, materiaal-, informatie- en biotechnologie. Een combinatie van deze sectoren zorgt er voor dat Nederland zich onderscheidt op het gebied van technologische innovaties. Om een actief en gezond Groningen te krijgen, moet er worden ingespeeld op de actuele ontwikkelingen op het gebied van sport en bewegen. De belangrijkste ontwikkelingen zullen worden weergegeven met daarbij de blik op de kansen die er zijn om Groningen meer te laten bewegen. Eerst zullen de ontwikkelingen op nationaal niveau uitgelicht worden, om dan vervolgens naar regionaal en lokaal niveau te kijken.

NederlandWat blijkt uit cijfers van het CBS,( (Duin, 2006) is dat de allochtone bevolkingsgroep in aantal toeneemt. Deze doelgroep heeft specifieke wensen en eisen. De groeiende allochtone doelgroep van de eerste en tweede generatie heeft andere behoeften en levensstijlen. Hierdoor dreigt er een cultuurkloof te ontstaan in Nederland. Sporten en bewegen kunnen gebruikt worden om deze cultuurkloof te verkleinen; door meer te kijken naar de behoeftes van de allochtone doelgroep. Er is ook een gooiende populariteit te zien van etnische sportclubs. Het huidige georganiseerde sportaanbod sluit nog niet genoeg aan op de behoeften.In Nederland verdwijnt de “hokjesgeest”; mensen willen steeds meer vrijheid in hun leven en hier zelf invulling aan geven. Nederlanders willen zich graag onderscheiden om niet tot de massa te behoren om zo een eigen identiteit te bepalen. Dit heeft consequenties voor de sportsector; er is maatwerk nodig om de sporter/vrijwilliger aan te trekken. Sport moet avontuurlijker worden. Dit zal terug komen in de speelplaatsen in de verschillende wijken van Groningen. Sporters zoeken steeds vaker korte termijn verbindingen zonder verplichtingen. (Rob Bijl, 2013)Uit onderzoeken uit het CBS (De Nederlandse samenleving 2012, 2012) neemt de onzekerheid over de veiligheid van de buitenwereld toe. Hierdoor veranderen traditionele structuren. De behoefte voor warmte en geborgenheid neemt hierdoor toe, dit vindt men dichtbij huis en in bekende kring. Om hier op in te spelen moeten er meer veilige speelplaatsen komen in de wijk, zodat men niet meer ver van huis moet gaan om te bewegen/sporten. Een van de grootste veranderingen in de Nederlandse samenleving, is de verandering in communicatie (fysiek en online). Dit wordt steeds belangrijker en er wordt steeds meer gebruik gemaakt van sociaal media. Hierbij kan als goed voorbeeld de commerciële sportcentra genomen worden, zij maken hier goed gebruik van. (Simon van den Bighelaar, 2013)

Door de verstedelijking van Nederland is er ruimte gebrek. Dit legt zware druk op de beschikbaarheid van ruimte en ook het groene hart komt in de problemen. De consequentie voor de sport is dat de groei van verenigingen vaak beperkt wordt. Ook worden sommige verenigingen gedwongen te verhuizen naar sportaccommodaties buiten de stad. Door het ruimte gebrek is het efficiënt benutten van faciliteiten noodzakelijk. Hier vallen sportaccommodaties ook onder. Als gevolg hiervan wordt de georganiseerde sport gedwongen met bedrijven en met de overheid samen te werken.


De Stad GroningenDe ontwikkelingen die op internationaal Niveau en nationaal niveau spelen hebben natuurlijk ook invloed op het lokaal niveau. Er zal hieronder kort worden toegelicht wat de consequenties zijn voor de stad Groningen. Daarbij wordt er ook gekeken naar de politieke kleur die momenteel speelt in Groningen.

De heersende partijen zijn: De PvdA (9 zetels): De focus van de PvdA ligt op het verbeteren van accommodaties en dan met name op het onderhoud hiervan. Op het gebied van ruimtelijke ordening wil de PvdA wijkbewoners zelf laten beslissen waar speelruimte moet worden aangelegd. Verenigingen willen zij steun bieden en daarnaast de sport sector een boost geven. Als laatste willen ze sport en onderwijs meer met elkaar in verbinding brengen (Groningen P. , Verkiezingsprogramma 2010-2014, 2013).De VVD (6 zetels): De VVD vindt dat de openbare ruimte effectief moet worden benut om sport en bewegen te stimuleren. Ook de VVD wil een brug slaan tussen sport en onderwijs, mede door buurtsportcoaches. Het aantal uren LO moet hoger komen te liggen (landelijk). Commerciële particulieren worden gestimuleerd om sport te promoten (Lo-A-Njoe, Standpunten politieke partijen over sport en bewegen Blad1.pdf, 2013).Groen Links (5 zetels): Groen Links wil de sport als middel inzetten in de gemeente Groningen, vooral om de stad op de kaart te zetten (Groeninks, 2013). Scholen moeten sport meer gaan inzetten, ook buiten de reguliere lestijden om. Gezonde schoolkantines en voldoende sportmogelijkheden moeten door scholen worden aangeboden. De leefbaarheid van de wijk moet sportief in worden gericht, met genoeg groen en mogelijkheden tot bewegen (Lo-a-Njoe, 2013).

De stadspartij (5 zetels): De stadspartij geeft aan dat het sportbudget vooral besteed moet worden aan amateursport en sportorganisaties die voor iedereen toegankelijk zijn. Daarnaast moeten vrijwilligers alle ruimte krijgen en wil de stadspartij meer ondersteuning bieden bij het beheer van accommodaties, bij de uitbreiding van openbare sportgelegenheden en bij het verbeteren van onderhoud.Voor de sportstimulering op school worden er sportcompetities georganiseerd tussen scholen (Groningen G. , Partijprogramma Stadspartij, 2013).

Concluderend valt op dat er veel gericht wordt op onderwijs en sport, dit zal de Groninger dan ook belangrijk vinden. Ook de leefbaarheid van de wijk komt bij bovenstaande partijen sterk naar voren. (Groningen G. , Samenstelling Gemeenteraad, 2013).

De stad Groningen blinkt uit op een aantal gebieden waar de kansen liggen die benut moeten worden.

Duurzame stadGroningen streeft ernaar de duurzaamste stad van Nederland te worden. Hiervoor richt de gemeente zich op het inperken van de CO2 uitstoot en de daarbij horende duurzame effecten voor de lokale economie. De focus is gericht op energie en op de kwaliteit van de leefomgeving. Dit omvat de bodem, de lucht, het water, het geluid en de hoeveelheid groen in de gemeente. (Groningen G. , Beleidskader Duurzaamstestad, (z.d.))

Beste binnenstad van NederlandIn 2005 is de binnenstad van Groningen uitgeroepen tot de beste binnenstad van Nederland. Hierbij werd benadrukt dat de samenwerking tussen de inwoners, ondernemers en gemeente erg positief is. Ook viel op hoe goed de stad in zijn geheel functioneert.


Groningen wordt gezien als een stad die mensen aantrekt vanuit het Noorden en Noordoosten van Nederland. Vanuit de provincies Groningen en Friesland, maar ook uit Drenthe en zelfs Overijssel komen mensen naar Groningen toe (De Verkieizing, 2013).

Kwaliteit nieuwbouwwoningenDe gemeente Groningen wil dat alle nieuwbouwwoningen in Groningen van een zeer goede kwaliteit zijn. Hiervoor zijn afspraken gemaakt die betrekking hebben op de duurzaamheid en energie, toegankelijkheid en levensloopbestendigheid en veiligheid en gezondheid. Elke nieuwbouwwoning dient een kwaliteitslabel te hebben met betrekking tot deze punten (Groningen G. , Nieuwbouw, 2013).

Gemeentelijke gymzalenUit recent onderzoek is gebleken dat sporters in Groningen de gemeentelijke gymzalen geschikt vinden voor de sport die zij beoefenen. Het contact dat met tussen de gemeente en de verhuurder is, wordt als positief beoordeeld en ook zijn de sporters tevreden over de dienstverlening en de gymzalen in het algemeen (Groningen G. , Sportaccommodatie, 2013).

Groningen beschikt over goede gemeentelijke gymzalen. De inwoners van Groningen zijn hier erg blij mee, deze zullen dus zeker gebruikt worden in het kunnen verwezenlijken van de doelen en het uitvoeren van de visie. Omdat de inwoners van Groningen zo tevreden zijn met de gymzalen, zullen deze ingezet worden als er een accommodatie nodig is bij een bepaalde interventie, project of iets dergelijks. Dit zal zorgen voor een positief gevoel en een fijne ervaring met bewegen en sporten.

De gemeente Groningen investeert in 2014 1,5 miljoen euro in sportaccommodaties. Met dit geld zouden ook speelvoorzieningen gerenoveerd of gebouwd kunnen worden. (Gemeente Groningen, 2013)

ConclusieUit onderzoek van de buurtmonitor blijkt dat in een aantal wijken van de gemeente Groningen nog niet voldoende speelvoorzieningen zijn. Bijvoorbeeld in de Grunobuurt vindt maar net iets meer dan de helft van de inwoners dat er genoeg voorzieningen zijn om te spelen. Hierdoor worden kinderen minder snel gestimuleerd om te gaan spelen. Op het gebied van voorzieningen voor jongeren is dit getal nog veel slechter. In ongeveer de helft van de onderzochte wijken vindt minder dan 50% dat er voldoende voorzieningen zijn voor jongeren, terwijl dit juist de doelgroep is waarbij de meeste sportuitval is. Over het onderhoud van de voorzieningen zijn de inwoners over het algemeen wel tevreden, maar uiteraard kan dit nog veel beter en is dit ook belangrijk voor het stimuleren van sporten en bewegen. (Buurtmonitor, 2014)

Een ontwikkeling in Groningen is wel het aantal sportterreinen. Inmiddels zijn er al 21 verschillende sportterreinen in de gemeente. Deze terreinen zijn zeker te gebruiken voor het stimuleren van sporten en bewegen bij de jeugd, met name door dit te combineren met scholen en buurtverenigingen. De gemeente Groningen investeert in 2014 1,5 miljoen euro in sportaccommodaties. Met dit geld zouden ook speelvoorzieningen gerenoveerd of gebouwd kunnen worden. (Gemeente Groningen, 2013)

Met deze visie wordt vooral ingespeeld op het voornemen van de gemeente om te investeren in het stimuleren van sport en bewegen in de openbare ruimte. Daarnaast heeft de gemeente op vijf


september 2013 het convenant ‘Bewegen voor kinderen: slim, fit en gezond’ getekend. Met de visie wordt hier eigenlijk op doorgeborduurd. (Gemeente Groningen, 2013)

De vier grootste politieke partijen in Groningen zijn de PvdA, de VVD, het GroenLinks en de Stadspartij. De PvdA wil verenigingen ondersteunen en de sportsector een boost geven. Daarnaast willen ze sport en onderwijs meer in verbinding met elkaar brengen, net zoals de VVD en GroenLinks, daarnaast vindt de VVD dat de openbare ruimte effectiever benut moet worden. De Stadspartij vindt dat het sportbudget uitgegeven moet worden aan sportorganisaties die voor iedereen toegankelijk zijn.


Wensen en behoeftenOm de mening en daarmee de wensen en behoeften van de bevolking te peilen, is er binnen de gemeente Groningen een aantal interviews op straat afgenomen. Om een brede doelgroep te bereiken, zijn mensen van verschillende leeftijden ondervraagd. Hierdoor wordt de diversiteit van de inwoners van Groningen in kaart gebracht doordat verschillende mensen gevraagd worden. Er wordt dus vanuit verschillende oogpunten naar de wensen en behoeften van de bevolking gekeken.

Aantrekkelijke wijkenUit de interviews is gebleken dat er zeer verschillend over sport gedacht wordt. Er moet niet alleen gericht worden op de georganiseerde sport, maar ook op het bewegen. Dit kan met name bereikt worden door de infrastructuur aan te passen in Groningen. Dit gebeurt al redelijk de laatste tijd door middel van de aanleg van fietspaden en wandelroutes. Dit is ook duidelijk terug te zien in de visie van de gemeente. De wijken moeten aantrekkelijker worden gemaakt om te gaan bewegen.

JeugdEen belangrijk onderdeel voor de meeste ondervraagden is de jeugd. Volgens de ondervraagde moet de meeste aandacht van de gemeente liggen bij de stimulering van sport voor de jeugd. Sport is belangrijk en dit moet bij kinderen gepromoot worden. Naast het stimuleren van sport en bewegen, moet er ook een gevarieerd aanbod komen zodat kinderen met veel verschillende sporten in aanraking komen. Om de sociale en fysieke gesteldheid te verbeteren, is een breed sportaanbod nodig. De functie van sportverenigingen en scholen mag daarom extra benadrukt worden door de gemeente en hiervoor mag volgens de bevolking best in geïnvesteerd worden. De gemeente is het eens met dit standpunt en wil er dan ook voor zorgen dat de participatie van de jeugd in sport richting de honderd procent gaat. Om dit te realiseren moeten er plekken gecreëerd worden waar kinderen voor, tussen en na school op een spelende wijs kunnen bewegen en sporten.

CrisisEen aantal ondervraagden geeft aan dat ze niet meer sporten vanwege hun financiële situatie. Om de sportparticipatie zo hoog mogelijk te krijgen zal sport laagdrempelig gemaakt moeten worden. De focus moet hierbij met name liggen bij de jeugd. Wederom ligt hier de kans met name bij de infrastructuur. Door speelpleinen, trapveldjes en andere beweegplekken te creëren of te renoveren, wordt het aantrekkelijker gemaakt voor de kinderen om te gaan bewegen.

WerkveldWanneer gekeken wordt naar het werkveld sport wordt aandacht geschonken aan het feit dat de sportdeelname van kinderen afneemt en de interesse ergens anders ligt.

“Nog nooit was het binnen zo leuk…de wereld bij hen thuis levert kinderen veel op, maar impliceert ook dat er minder stimulansen zijn om in beweging te komen’’ (Mulier Instituut, 2011) Er is gebleken dat één op de zeven kinderen te dik is. (NISB)

TelevisiegeneratieHet Nederlands Instituut voor Sport en Bewegen vermeldt dat kinderen die op jonge leeftijd voldoendesporten en bewegen, op latere leeftijd vaker actief zijn. Dit is op dit moment steeds minder het geval. De jeugd kiest tegenwoordig eerder voor een potje call of duty of fifa in plaats van


dat ze buiten gaan spelen. Hierdoor bewegen kinderen te weinig. Het is dan ook van groot belang dat in het primair onderwijs door middel van een goed sporten beweegaanbod de basis wordt gelegd voor een actieve leefstijl. Daarnaast kennen kinderen in het voortgezet onderwijs vaak minder prioriteit toe aan sport door bijbaantjes en studiedruk. Een gevarieerd sporten beweegaanbod op en rondom school stimuleert leerlingen toch in beweging te komen. (NISB)Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport wil “[e]en sportieve samenleving waarin voor iedereen een passend sporten beweegaanbod aanwezig is en waarin uitblinken in sport wordt gestimuleerd”. (Artikel 6) Dit sluit prima aan bij de visie van de Gemeente Groningen. Door middel van samenwerking kan een gevarieerd beweegaanbod aangeboden worden voor alle kinderen in Groningen.

ConclusieUit de gesprekken met de Stadjers en het werkveld blijkt dat met name het bewegen bij de jeugd gestimuleerd moet worden. Dit kan gedaan worden door de wijk aantrekkelijker te maken via speeltuinen, trapveldjes en fietspaden. Door middel van een sportieve samenleving moet de gemeente de jeugd aan het bewegen krijgen. Om zoveel mogelijk mensen aan het bewegen te krijgen zal het zo laagdrempelig mogelijk moeten, zodat mensen niet gehinderd worden om te bewegen. De nadruk ligt hier duidelijk niet bij sporten, maar meer bij bewegen. Denk hierbij met name aan de ongeorganiseerde sport.


Inspelen op overige beleidsterreinen

Een sport visie is meer dan alleen zorg dragen voor het aanbieden van sport en het stimuleren van beweeggedrag binnen een gemeente. Met een visie moet worden ingespeeld op andere beleidsterreinen en belangrijke raakvlakken in de maatschappij. Sport is ook meer dan alleen lekker bewegen. De visie richt zich op drie belangrijke kernthema’s, namelijk;

1. Beweeg- en sportparticipatie in de wijk verhogen2. Overwicht tegengaan bij jongeren 3. Topsport als inspiratie bron laten fungeren

Bovenstaande thema’s hebben veel raakvlakken met overige beleidsterreinen die hieronder nader worden toegelicht.

Zorg speelt een steeds belangrijkere rol binnen de wereld van sport en bewegen. Preventief te werk gaan is wat een mede doelstelling is van deze visie. Zorg kosten laten dalen en zorg dragen voor een vitale gemeente. Dit is uiteraard een neveneffect van deze visie. Hieronder staat een opsomming weergegeven van beleidsterreinen en hoe daarop in wordt/kan worden gespeeld.

Onderwijs, Cultuur, Sport en Welzijn (OCSW)De dienst OCSW is op veel terreinen actief: cultuur, sport, recreatie, onderwijs, jeugd, welzijn, zorg en minderheden. OCSW maakt op al deze terreinen beleid en voert dit beleid deels zelf uit. In totaal beheert OCSW 240 objecten, zoals de Oosterpoort, de Stadsschouwburg, schoolgebouwen van het openbaar onderwijs en sportcentra.

Vooral onderwijs en sport hebben een raakvlak binnen deze visie. Om de jeugd te bereiken is onderwijs een ideaal middel. Wanneer bewegingsparticipatie omhoog moet is onderwijs dé methode om een grote groep jeugd te bereiken. Door middel van combinatiefunctionarissen kan er hechter worden samengewerkt op het gebied van onderwijs en sport. Hierbij wordt er mede gestimuleerd vanuit de wijken door buurthuizen te betrekken bij bewegingsprojecten. Combinatiefunctionarissen dragen zorg voor het betrekken van alle partijen en het creëren van een groter geheel. Door buurthuizen te betrekken om de doelstellingen te bereiken van deze visie wordt mede ingespeeld op de sociale samenhang. Sociale cohesie creëren is daarom een positief neveneffect van deze visie. In overleg met onderwijs, kunnen mogelijkheden besproken worden om de kernthema’s van deze visie duidelijk te maken onder de jeugd. (Istha, 2010)

Ruimtelijke Ordening (RO)De dienst RO ontwikkelt ruimtelijke plannen en projecten. Daarvan regelt de dienst ook het ontwerp, de aanleg en inrichting. Het beheer en onderhoud van de publieke ruimte is de zorg van RO-Stadsbeheer. De dienst RO is ook vraagbaak voor ondernemers en leveranciers van de nodige vergunningen en ontheffingen op het gebied van bouwen, grondgebruik, groen, verkeer, reclame en parkeren. (Schaaf, 2010)

RO heeft betrekking op de visie, omdat RO zich bezig houdt met de inrichting van wijken. In overleg met RO kunnen wijken meer (beweging) uitdagend worden ingericht . Hiermee wordt met name op speelruimte gericht. Samenwerking creëren is hierbij ontzettend belangrijk. Het belang van de inwoners van de wijk moet naar boven worden gehaald. Om op deze manier samen tot een beslissing te komen over de manier waarop de wijk in wordt gericht. Bewoners van wijken krijgen dus meer inspraak. Daarbij speelt de combinatiefunctionaris weer een belangrijke rol. Samenwerking wordt


niet alleen tussen scholen, buurthuizen en de gemeente belangrijk, ook de samenwerking tussen beleidsterreinen binnen de gemeente zullen goed op elkaar afgestemd moeten worden en nauw gaan samenwerken om doelstellingen te behalen.

Dienst Sociale Zaken en Werk (SOZAWE)Met de slogan 'Alle Stadjers actief! SOZAWE werkt mee' wil de gemeente Groningen zoveel mogelijk mensen zonder werk aan een baan helpen. (Schroor, Dienst Sociale Zaken en Werk, 2010).

Blikkende op de visie 2013 – 2020 waarbij vernieuwend beweegaanbod in de wijk wordt gecreëerd, zullen er begeleiders nodig zijn. Deze banen kunnen worden vervuld door mensen die er eventueel al ervaring mee hebben. SOZAWE kan de juiste mensen hiervoor benaderen en zo invulling geven aan projecten. Veel projecten, (denk ook aan de Vinkygames) kunnen veel vrijwilligers gebruiken. Wanneer dit op een CV komt te staan en aangetoond wordt actief bezig te zijn geweest binnen een project, helpt dit mensen sneller aan een baan (HRD, 2007). Daarbij is het van belang de werkloosheid zo laag mogelijk te houden. Door samenwerking met alle beleidsterreinen Groningen zo in te richten dat het meer aanlokt om te gaan bewegen, worden veel banen gecreëerd; zowel voor korte als de lange termijn.

Economische Zaken (EZ) EZ stimuleert de werkgelegenheid in Groningen. Hier zijn momenteel 3 programma’s voor:

1. Groningen piekt: ‘Groene energie’ en ‘gezond ouder worden’ (Healthy Ageing)2. Bedrijvig Groningen: Faciliteren van bestaande bedrijven en instellingen.3. Gastvrij Groningen: Aantrekken van bezoekers en talenten/kenniswerkers.

Doordat er beweegaanbod gecreëerd moet worden in wijken en bij scholen, zijn er mensen nodig die dit gaan realiseren. Daarnaast zijn er mensen nodig om de jeugd te begeleiden op de openbare speelpleinen. Hierdoor ontstaan er banen en EZ zal de regeling van deze werkgelegenheid op zich kunnen nemen (Schroor, Economische zaken, 2010). Daarnaast kan mede met programma 1, Groningen piekt, bij worden gedragen aan de doelstellingen van de gemeente Groningen. Het gezond ouder worden komt niet direct terug in de visie, maar is een onmisbare doelstelling in deze maatschappij.

Tot slot kan door samenwerking de bedrijvigheid in de gemeente Groningen meer gestimuleerd worden tot het doen aan bedrijfsport of sponsering. Door het bedrijfsleven meer te betrekken bij sport en bewegen, worden meer mensen benaderd, kunnen projecten makkelijker worden gefinancierd en kan Groningen topsport nog beter op de kaart zetten. Bedrijven moeten worden benaderd, mede om te vragen of ze bij willen dragen aan Groningen ‘City of Talent’.

Samen staan we sterker, dit geldt voor de individuen in deze gemeente, maar ook voor bedrijven en verschillende beleidsterreinen.


NawoordWie zich verdiept in de sport en beweegdeelname in de gemeente Groningen, zal zien dat hier een tekort bestaat onder bepaalde doelgroepen. Met name de doelgroep jeugd vergt enige aandacht betreft het stimuleren om te gaan sporten en bewegen. Met informatie verkregen uit verschillende documenten hebben wij een duidelijk beeld geschetst van de gemeente Groningen, met haar missie, kernwaarden en kwaliteiten. Op basis van alle verzamelde gegevens en informatie zijn wij in staat geweest een passende visie te ontwikkelen.

Tijdens dit proces hebben wij veel gehad aan de medewerking van de afdelingshoofden van SOZAWE (N. van Lunteren), EZ (H. Dankbaar) en RO (A. Bos) en de eigen afdeling OCSW (S.Post). Daarnaast willen wij ook GEMSport, adviesbureau voor gemeentelijk sportbeleid bedanken voor haar medewerking en advies.

Junior Beleidsmedewerkers


Bibliografie

BibliografieAppels, d. B. (2014). 'de Vinkygames'. Groningen.

(2013). Beleidsbrief Sport.

Bruin, E. (2013). Profielschets directeur Shared Service Center. Utrecht: Rieken&Oomen.

Buurtmonitor. (2014). Gronometer. Opgeroepen op Januari 9, 2014, van Buurtmonitor Groningen: http://groningen.buurtmonitor.nl/

City Of Talent. (2013, januari 4). Opgeroepen op 2014, van cityoftalent.nl: http://www.cityoftalent.nl/content/city-of-talent

City Of Talent. (2013, januari 4). Opgehaald van cityoftalent.nl: http://www.cityoftalent.nl/content/city-of-talent

(2012). De Nederlandse samenleving 2012. Den Haag: Centraal Bureau voor de Statistiek.

De Verkieizing. (2013, januari 4). Opgeroepen op 2014, van debestebinnenstad.nl: http://www.debestebinnenstad.nl/de-verkiezing/voorgaande-winnaars/2005-2007/grote-binnenstad

De Verkieizing. (2013, januari 4). Opgehaald van debestebinnenstad.nl: http://www.debestebinnenstad.nl/de-verkiezing/voorgaande-winnaars/2005-2007/grote-binnenstad

De Verkiezing. (2013, januari 4). Opgehaald van debestebinnenstad.nl: http://www.debestebinnenstad.nl/de-verkiezing/voorgaande-winnaars/2005-2007/grote-binnenstad

Duin, C. v. (2006). Regionale bevolkings- en allochtonenprognose 2005-2025 . Den Haag : CBS.

Gemeente. (2013, januari maandag). Auto. Opgehaald van gemeente.groningen.nl: http://gemeente.groningen.nl/auto

Gemeente Groningen. (2008). Europese samenwerkingsprojecten. Opgehaald van Gemeente Groningen: http://gemeente.groningen.nl/internationaal/europese-samenwerkingsprojecten

Gemeente Groningen. (2012). Samen sterk in Stad. Groningen: Gemeente Groningen.

Gemeente groningen. (2013). Begroting 2013 . Groningen: Gemeente Groningen.

Gemeente Groningen. (2013, September 6). Groningen wil kwaliteit bewegingsonderwijs gaan verbeteren. Opgeroepen op Januari 9, 2014, van Sporthal: http://gemeente.groningen.nl/sporthal/groningen-wil-kwaliteit-bewegingsonderwijs-gaan-verbeteren


Gemeente Groningen. (2013). Kadernota internationalisering. Groningen.

Gemeente Groningen. (2013, 04 1). Sporten. Opgeroepen op Januari 9, 2014, van Gemeente Groningen: http://gemeente.groningen.nl/sporten

Groeninks. (2013, december 20). Sport en Bewegen. Opgehaald van groningen.groenlinks.nl: http://groningen.groenlinks.nl/node/89506

GroenLinks. (2013, januari 4). Sport en Bewegen. Opgehaald van groningen.groenlinks.nl: http://groningen.groenlinks.nl/node/89506

Groningen, G. (sd). Opgehaald van (http://www.provinciegroningen.nl/fileadmin/user_upload/Documenten/Brief/2011-58166.pdf

Groningen, G. ((z.d.)). Beleidskader Duurzaamstestad. Opgeroepen op januari 6, 2013, van decentrale regelgeving overheid: http://decentrale.regelgeving.overheid.nl/cvdr/XHTMLoutput/Actueel/Groningen%20(Gr)/13077.html

Groningen, G. ((z.d.)). Sportvisie 2010-2020. Opgeroepen op maart 14, 2014, van gemeente.groningen.nl: http://gemeente.groningen.nl/sporthal/sportvisie-2010-2020

Groningen, G. (2009). Sportvisie 2010-2020. Groningen.

Groningen, G. (2012). Talent voor topsport. Groningen.

Groningen, G. (2012). Topsportnota talent voor topsport. Groningen.

Groningen, G. (2013, januari maandag). Fietsen. Opgehaald van gemeente.groningen.nl: http://gemeente.groningen.nl/fietsen

Groningen, G. (2013, januari maandag). Gladheid. Opgehaald van gemeente.groningen.nl: http://gemeente.groningen.nl/gladheid

Groningen, G. (2013, januari maandag). Mobiliteit. Opgehaald van gemeente.groningen.nl: http://gemeente.groningen.nl/mobiliteit

Groningen, G. (2013, januari 4). Nieuwbouw. Opgehaald van gemeente.groningen.nl: http://gemeente.groningen.nl/nieuwbouw/groninger-woonkwaliteit

Groningen, G. (2013, januari maandag). Openbaar Vervoer. Opgehaald van gemeente.groningen.nl: http://gemeente.groningen.nl/openbaar-vervoer

Groningen, G. (2013, januari maandag). Openbaar Vervoer. Opgehaald van gemeente.groningen.nl: http://gemeente.groningen.nl/openbaar-vervoer

Groningen, G. (2013, december 20). Partijprogramma Stadspartij. Opgehaald van stadspartijgroningen.nl: http://stadspartijgroningen.nl/home/partijprogramma/


Groningen, G. (2013, januari 4). Partijprogramma Stadspartij. Opgehaald van stadspartijgroningen.nl: http://stadspartijgroningen.nl/home/partijprogramma/

Groningen, G. (2013, januari 4). Regelingen bank. Opgehaald van gemeente.groningen.nl: http://gemeente.groningen.nl/regelingenbank/Sturen-en-vereenvoudigen-naar-een-nieuw-tarieven.html

Groningen, G. (2013, januari maandag). Samenstelling Gemeenteraad. Opgehaald van gemeente.groningen.nl: http://gemeente.groningen.nl/gemeenteraad/fracties

Groningen, G. (2013, januari 4). Samenstelling Gemeenteraad. Opgehaald van gemeente.groningen.nl: http://gemeente.groningen.nl/gemeenteraad/fracties. Geraadpleegd 19-12-2013

Groningen, G. (2013, januari 4). Sportaccommodatie. Opgehaald van gemeente.groningen.nl: http://gemeente.groningen.nl/sportaccommodatie/sporters-vinden-gemeentelijke-gymzalen-geschikt

Groningen, G. (2013, december 20). Sportvisie 2010-2020. Opgehaald van gemeente.groningen.nl: http://gemeente.groningen.nl/sporthal/sportvisie-2010-2020

Groningen, G. (2013, januari 4). Sportvisie 2010-2020. Opgehaald van gemeente.groningen.nl: http://gemeente.groningen.nl/sporthal/sportvisie-2010-2020

Groningen, G. (2013, januari 4). Subsidie voor sportevenementen. Opgehaald van gemeente.groningen.nl: http://gemeente.groningen.nl/sporthal/subsidie-voor-sportevenementen

Groningen, P. (2013, december` 20). Verkiezingsprogramma 2010-2014. Opgehaald van pvdagroningen.nl: http://www.pvdagroningen.nl/p/wp-content/uploads/2012/03/PvdA_Verkiezingsprogramma_Verbinden_en_Versterken1.pdf. Geraadpleegd 20-12-2013

Groningen, P. (2013, januari 4). Verkiezingsprogramma 2010-2014. Opgehaald van pvdagroningen.nl: http://www.pvdagroningen.nl/p/wp-content/uploads/2012/03/PvdA_Verkiezingsprogramma_Verbinden_en_Versterken1.pdf

HRD, B. i. (2007, Juni). Vacature. Opgeroepen op Maart 15, 2014, van Uitzendbureau: http://www.uitzendbureau.nl/files/artikelbusinessinhrd.pdf

Instituut, M. (2013). Schoolzwemmen bezuingingen.

Istha, D. (2010, 1 1). Onderwijs, Cultuur, Sport en Welzijn. Opgeroepen op 1 6, 2014, van Gemeente Groningen: http://gemeente.groningen.nl/diensten/ocsw

(2013). Landelijke nota gezondheidsbeleid.

Lo-a-Njoe, J. (2013, december 20). Standpunten politieke partijen over sport en bewegen Blad1.pdf. Opgehaald van bb.helo.hanze.nl: https//:bb.helo.hanze.nl/


Lo-A-Njoe, J. (2013, december 20). Standpunten politieke partijen over sport en bewegen Blad1.pdf. Opgehaald van bb.helo.hanze.nl: https://bb.helo.hanze.nl/

Lo-A-Njoe, J. (2013, januari 4). Standpunten politieke partijen over sport en bewegen Blad1.pdf. Opgehaald van bb.helo.hanze.nl: bb.helo.hanze.nl

Ministerie van Volksgezondheid, W. e. (2013, december). Hoeveel mensen zijn voldoende lichamelijk actief? Opgeroepen op maart 14, 2014, van Nationaal Kompas Volksgezondheid: http://www.nationaalkompas.nl/gezondheidsdeterminanten/leefstijl/lichamelijke-activiteit/hoeveel-mensen-zijn-voldoende-lichamelijk-actief/

Mulier Instituut. (2011). Mulier Instituut. Opgeroepen op 1 9, 2013, van Mulier Instituut: http://www.mulierinstituut.nl/projecten/overige-projecten/school_bewegen-en-sport/volledige-publicatie.pdf

Nederlandse Norm Gezond Bewegen. ((z.d.)). Opgeroepen op maart 14, 2014, van Sportzorg.nl: http://www.sportzorg.nl/bibliotheek/nederlandse-norm-gezond-bewegen-nngb

NISB. (sd). Belang van sport en bewegen binnen het onderwijs. Opgeroepen op Januari 9, 2014, van Nederlands Instituut voor Sport en Bewegen: http://www.nisb.nl/weten/kennisgebieden/jeugd-en-onderwijs/belang-van-sport-en-bewegen-binnen-het-onderwijs.html

NISB. (sd). Kinderen bewegen te weinig. Opgeroepen op Januari 9, 2014, van Nederlands Instituut voor Sport en Bewegen: http://www.nisb.nl/index.php?p=1

Oorzaken en gevolgen van onvoldoende beweging. (2014, maart 11). Opgeroepen op maart 14, 2014, van loketgezondleven.nl: http://www.loketgezondleven.nl/gemeente-en-wijk/gezonde-gemeente/sport-en-bewegen/cijfers-en-feiten/oorzaken-en-gevolgen/

Provincie Groningen. (sd). Vraag en antwoord. Opgehaald van Provincie Groningen: http://www.provinciegroningen.nl/loket/vraag-en-antwoord/over-de-provincie-groningen/

Rob Bijl, J. B. (2013). De sociale staat van Nederland 2013. Nederland Den Haag .

Schaaf, R. v. (2010, 1 1). Ruimtelijke Ordening. Opgeroepen op 1 6, 2014, van Gemeente Groningen: http://gemeente.groningen.nl/diensten/ro-ez

Schroor, T. (2010, 1 1). Dienst Sociale Zaken en Werk. Opgeroepen op 1 6, 2014, van Gemeente Groningen: http://gemeente.groningen.nl/diensten/over_sozawe

Schroor, T. (2010, 1 1). Economische zaken. Opgeroepen op 1 6, 2014, van Gemeente Groningen: http://gemeente.groningen.nl/ondernemer/economische-zaken

Simon van den Bighelaar, M. A. (2013). Gebruik en gebruikers van sociale meida . Bevolkingstrends 2013.

Standpunten politieke partijen over sport en bewegen Blad1.pdf. . (2013, januari 4). Opgehaald van bb.helo.hanze.nl: bb.helo.hanze.nl


staten, V. G. (2011, December 20). Provincie Groningen. Opgeroepen op December 19, 2013, van http://www.provinciegroningen.nl/fileadmin/user_upload/Documenten/Brief/2011-58166.pdf

Statistiek, C. B. (2013). NNGB Beweegnorm.

Statistiek, C. B. (2013). Recreatiesport.

Terpstra, E. (2009). Kennisbank. Opgeroepen op December 19, 2013, van Nederlands Instituut voor Sport en Bewegen: http://kic.nisb.nl/site/catalogus/show/9405

Terpstra, E. (sd). Een beter Nederland dankzij sport. Opgeroepen op 12 5, 2013, van http://kic.nisb.nl/site/catalogus/show/9405

Trouw. (2013, november 26). Nooit te oud om te gaan sporten. Opgeroepen op maart 14, 2014, van Trouw.nl: http://www.trouw.nl/tr/nl/4516/Gezondheid/article/detail/3551538/2013/11/26/Nooit-te-oud-om-te-gaan-sporten.dhtml

VWS. (2013). Overgewicht. Opgeroepen op Februari 26, 2014, van Rijksoverheid: http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/overgewicht/in-actie-tegen-overgewicht

Zonderland, E. (2012, december 19). Epke ambassadeur Sports for Children. Opgeroepen op maart 14, 2014, van Epkezonderland.com: http://epkezonderland.com/2012/12/19/epke-ambassadeur-sports-for-children/


BijlagenBijlage 1: Sportvisie 2010/2020

In het document ‘Meer ruimte voor Sport 2010-2020’ richt de gemeente Groningen haar blik op de toekomst. Hierbij wordt gekeken naar de ontwikkelingen die zich op lange termijn voor zullen doen. De gemeente namelijk de afgelopen jaren veel achterstand in het beheer en onderhoud van sportaccommodaties rechtgezet. In het document wordt aangegeven waar de budgetten heen gaan; of er extra geld ergens heen gaat of dat er misschien verschuivingen zullen zijn. Dit wordt bepaald doordat de gemeente duidelijk maakt welke richting zij op wil gaan.

Het document is gebaseerd op eerdere sportvisies. Zo werd in 2002 de sportvisie ‘In naam van de sport’ opgesteld. Door middel van een Richtingennotitie werd dit document in 2003 aangevuld. De accommodatienota ‘Sport in Beeld’ kwam uit in 2005 en in 2008 werd ook dit document aangevuld met ‘Sport op Orde’.

De centrale doelstelling die de gemeente Groningen in ‘Meer ruimte voor sport en bewegen’ stelt, is zoveel mogelijk mensen aan het sporten krijgen én aan het sporten krijgen. Sport wordt hierbij dus al doel op zich gezien. Daarnaast wordt sport ook als middel ingezet; om de doelstelling te kunnen behalen, zijn er drie thema’s opgesteld. Dit zijn ‘Dat beweegt Stad’, ‘Stad waar iedereen zijn sportieve talent kan ontdekken’ en ‘Stad waar sporttalenten hun talent kunnen ontwikkelen’.

Het eerste thema, ‘Dat beweegt Stad’, is gericht op sportverenigingen; de gemeente wil dat alle sportverenigingen laagdrempelig zijn en dat er genoeg voorzieningen zijn die aantrekkelijk, bereikbaar en betaalbaar zijn. Dit zal gerealiseerd worden door de richtlijnen om de sportieve inrichting van de stad vast te stellen. Ook zal er bepaald worden hoe de gemeente in zal gaan spelen op verschillende conclusies die voort zijn gekomen uit een capaciteitsonderzoek dat onlangs is gedaan. Er zal een beheersplan worden ontwikkeld waarin wordt weergegeven hoe de gemeente zal kunnen garanderen dat de sportaccommodaties veilig, heel en schoon zijn. De gemeente Groningen wil graag meehelpen in het verkrijgen van een duurzame stad, ook dit wordt dus bij dit punt in acht genomen. Tot slot zal onder de loep worden genomen of sportverenigingen voldoen aan de eisen die tegenwoordig worden gesteld.

‘Stad waar iedereen zijn sportieve talent kan ontdekken’, is een thema dat gericht zal zijn op het ontdekken van talent voor sport en bewegen. De gemeente Groningen wil bevorderen dat alle inwoners van de Stad Groningen kunnen ontdekken wat hun talent voor sport en bewegen is. Er zal ingespeeld worden op de kwaliteit van het aanbod in sport en bewegen. Zo zal de gemeente met schoolbesturen om de tafel gaan om afspraken te maken over de kwaliteit van het beweegonderwijs en de mogelijkheden hiervan. Hierbij zal passende ondersteuning worden geboden. Tenslotte biedt de nieuwe rijksregeling ‘Brede school, sport en cultuur’ kansen met betrekking tot sport, jeugd en onderwijs. Deze kansen zullen benut worden doordat er combinatiefunctionarissen in zullen worden gezet.

Het derde en laatste thema, ‘Stad waar sporttalenten hun talent kunnen ontwikkelen’, zal gericht zijn op het verder ontwikkelen van talenten van inwoners van de stad Groningen; Stadjers. De ambitie van de gemeente Groningen is om een kennisstad te worden op het gebied van topsport en talentontwikkeling. Er zal worden onderzocht hoe topsporters het best kunnen worden gefaciliteerd in de accommodaties. De gemeente wil de beschikbare middelen die er zijn om topsportevenementen te ondersteunen, specifiek gaan inzetten voor het ontwikkelen van talent. Er zullen gesprekken komen met de sport, het onderwijs en het bedrijfsleven om zo concrete inhoud te


kunnen gaan geven aan het worden van een kennisstad op het gebied van topsport en talentontwikkeling. Dit zal samenvallen met het rijksbeleid om in Nederland topsportcentra te ontwikkelen.

De gemeente zal in hun subsidies nadrukkelijker gaan sturen. De subsidies die zullen worden verstrekt, zullen bij moeten gaan dragen aan het realiseren van de sportstimuleringsdoelen. Er zal hierin onderscheid worden gemaakt in structurele subsidies en incidentele subsidies. Tot slot zal een vierjaarlijkse sportpeiling komen, dit zal bijdragen aan het meten van de effecten en resultaten op het gebied van sportbeleid. Hier wil de gemeente actief mee bezig zijn (Groningen G. , Sportvisie 2010-2020, 2013).


Bijlage 2: Gedachtengoed Olympisch Plan 2028

Een beter Nederland dankzij de sportMet velen, hebben wij onze dromen gedeeld over een beter Nederland. Een Nederland, waar de burgers vitaal zijn en de jeugd fit is, waar bewegingsarmoede en obesitas duidelijk zijn teruggedrongen en waar een gezonde levensstijl de standaard is.

Een Nederland, waar burgers uit alle lagen van de bevolking elkaar op het sportveld vinden en ontmoeten. Waar de jeugd zijn talenten op school, maar ook daarbuiten maximaal ontwikkelt. Een land, dat gastvrij, solidair en veilig is. Een land, met een sterke maatschappelijke verbondenheid. Kortom: een Nederland om trots op te zijn.

Maar ook moet Nederland een innovatief en competitief land zijn. Een land met een hoge arbeidsmoraal, laag verzuim en een hoge productiviteit. De media-industrie moet worden versterkt door een groeiend sportaanbod. En waar de sportsector zelf, met meer dan 2% van het bruto binnenlands product, een belangrijke bron is van werkgelegenheid.

Nederland moet ruimtelijk veel leefbaarder zijn geworden en moet zuinig, slim en op een duurzame manier met ruimte leren omgaan. De mobiliteitsproblemen moeten grotendeels worden opgelost en op alle niveaus over geschikte sportaccommodaties beschikt.

Zo’n Nederland hebben we nu nog niet. Maar we geloven er heilig in, en het is de moeite waard om ons er met hart en ziel voor in te zetten. Is het niet fantastisch om te zien wat sport in zijn volle breedte voor onze samenleving kan betekenen (Terpstra E. , 2009)

Missie : Heel Nederland naar Olympisch niveau

We gaan met sport in de volle breedte heel Nederland naar Olympisch niveau brengen. Daar hebben we allemaal profijt van, nu en in de toekomst, op sociaal-maatschappelijk, economisch, ruimtelijk en welzijnsgebied. Met als mogelijk resultaat Olympische en Paralympische Spelen in 2028 in Nederland. (Terpstra E. , 2009)

Olympisch Plan 2028 Gemeente GroningenBij de nadere uitwerking van het Olympisch Plan geldt, dat er meerdere partijen op lokaal en bovenlokaal niveau acteren. Het gaat hier om partijen die grotendeels onafhankelijk van elkaar opereren. Wij hebben geconstateerd, evenals ten aanzien van het kennis- en dienstencentrum, dat ook voor het Olympisch Plan momenteel geen consensus heerst onder de partijen over de exacte invulling van een Groninger en mogelijke Noordelijke uitwerking van het Olympisch Plan. Daarnaast zal er ook bepaald moeten worden wie welke rol krijgt. Gesprekken daarover zijn gaande met vele partijen, zoals de gemeente Groningen, de provincies Drenthe en Fryslan, de drie noordelijke sportraden (in Groningen het Huis voor de Sport), het Hanze Instituut voor Sportstudies, Sportstad Heerenveen, Topsport Steunpunt Noord en Noorder Vuur. Overigens constateren wij wel veel enthousiasme als het gaat om het Olympisch plan en de bereidheid daar qua uitvoering snel mee bezig te gaan. (Groningen G. )

Visie op Olympisch Plan 2028Door middel van deskresearch zijn er een aantal punten aan het licht gekomen die van belang zijn om een visie te vormen over dit bepaalde onderwerp. Ondanks dat de gedachten vooral betrekking


hebben op landelijk niveau maar ook provincies en gemeenten hebben hun aandeel. Zo geeft gemeente Groningen aan in een informerende brief dat er voor dit Olympisch plan weinig politiek draagvlak is maar dat er onder de burgers wel enthousiasme ervaren wordt.

In het Plan van aanpak dat het NOC*NSF geleverd heeft wordt toegelicht waar het idee vandaan komt en wil focussen op een beter Nederland doormiddel van sport. In de visie wordt daarom gericht op een land waar burgers uit alle lagen van de bevolking elkaar op het sportveld vinden en ontmoeten. De basis moet ontwikkeld worden door sportaanbod bij kinderen te realiseren want dan kan ontwikkeling werkelijk plaats vinden. Met resultaat dat het Olympisch niveau bij het Groningse volk gehaald wordt en de gehele gemeente daar profijt van heeft op sociaal-maatschappelijk, economisch, ruimtelijk en welzijnsgebied.


Bijlage 3: Tarieven en SubsidiesTegenwoordig:Verenigingen zijn aangesloten bij een door het NOC*NSF landelijk erkende sportbond of bij een andere landelijke sportbond of internationale sportorganisatie.

Subsidies:2008-2009: subsidie is in mindering gebracht op de huur. De verenigingen ontvangen een nettofactuur.2009-2010: verenigingen hadden automatisch recht op de basis- en de jeugdsubsidie wanneer ze een sportaccommodatie huurden van de gemeente.2010 – heden: De verenigingen krijgen een factuur voor de (bruto) huur terwijl de subsidie apart wordt toegekend en uitbetaald. De verenigingen krijgen de subsidie vóór dat ze de huur moeten betalen.

Vanaf 2010:Verenigingen krijgen basissubsidies wanneer zij:- statutair gevestigd zijn in de gemeente Groningen- aangesloten zijn bij een sportbond en ingeschreven zijn bij de Kamer van Koophandel. - financieel gezond is (eigen vermogen, de financiële weerbaarheid, de solvabiliteit, de liquiditeit en de begroting.)

- een beleidsplan heeft dat voldoet aan de eisen van de betreffende sportbond en past binnen de kaders van het gemeentelijk sportbeleid- gekwalificeerde trainers heeft- een minimale omvang heeft, afhankelijk van de sector.- voldoet aan een minimum aantal leden

En Jeugdsubsidies wanneer:- de vereniging heeft gekwalificeerde jeugdtrainers;- de vereniging heeft haar visie op het jeugdbeleid beschreven in een (jeugd)beleidsplan.

Naast sportverenigingen komen ook sportbonden en talentopleidingen in aanmerking voorde basis- en jeugdsubsidie. Een vereniging krijgt wel of geen basissubsidie, een tussenweg is er niet. Datzelfde geldt voor de jeugdsubsidie.

Daarnaast worden volgende verenigingen ondersteund:- welke sport aanbieden voor mensen met lichamelijke of verstandelijke beperking- welke met andere partners, scholen, bedrijven, sportverenigingen en partners samen werken om het netwerk te sterken -> Innovatiesubsidie


In cijfers:

Netto lasten verenigingen € 875.000,--

Huurlasten niet-verenigingen (non profit-gebruik) € 250.000,--

Totale huurlasten sportverenigingen en niet-verenigingen € 1.125.000,--

_________________________________________________________________

Jeugdsubsidiebudget huur niet-gemeentelijke accommodaties*** € 10.000,--

Subsidiebudget mensen met een lichamelijke of verstandelijke beperking**** € 5.000,--

Subsidiebudget innovatiesubsidie**** € 70.000,--

Vergoeding beheerstaken

13%

Basissubsidie64%

Jeugdsubsidie22%

Subsidiebudget verenigingen

Subsidies Evenementen- per evenement besloten hoeveel subsidie word gegeven- geen vaste richtlijn- een vast budget, ervan is een aandeel gereserveerd voor bepaalde sportevenementen, de rest word verdeeld (Groningen G. , Subsidie voor sportevenementen, 2013).

Algemeen financiën- Door economisch crisis is ook financiële positie verslechtert- Solide aan beleid gehouden (meerjarenbeleid 2013 – 2016)- Groningen investeert in groot netwerk en samenwerking

Sportbegroting voor 2009 bedraagt € 15.878.000, waarvan € 13.934.000 bestemd is voor accommodaties en € 1.944.000 voor sportondersteuning. Van dit bedrag is €1.599.000 vrij besteedbaar (Groningen G. , Regelingen bank, 2013).


accomodaties80%

sportonders-

teuning11%

vrij besteedbaar9%

Sportbegroting 2009

Voor de sport/ Sportbeleid tot 2020- Sportaccommodatie € 5.880.000

Volgens Jelle Zwart- Worden 90% voor sportaccommodatie en 10% voor sportstimulatie. Sportondersteuning: € 1.599.000


Zwembad Hoogkerk7%

Sportv-erenigingen

64%

Topsport10%

Rest19%

Sportondersteuning 1.599.000

1. Vaste doeluitkering aan het zwembad Hoogkerk € 115.000

2. Budget ten behoeve van ondersteuning sportverenigingenBasissubsidie sportaccommodaties, Jeugdsubsidie sportaccommodaties, Versterken verenigingsstructuur, Stimulering mensen met een beperking

Totaal 2. € 1.016.000

3. Budget ten behoeve van Topsport

Talentontwikkeling, Accommodatiesubsidie t.b.v. Topsport Martiniplaza, Sportprijs en Sportpenningen

Totaal 3. € 165.000

4. Budget ten behoeve van Innovatiesubsidie

5. Budget Stimulering Sport en Bewegen

6. Overige budgetten zoals:

Budget ten behoeve van onderzoek, Werkbudget Adviescommissie

Totaal 4,5,6: € 303.000

B-slim financiert door: - Rijksubsidies en Co-financiering 900.000€

Bron: Begroting 2013, Sportbeleid 2020

Mening van het beleidsteam- Sportbegroting moet reallocatie


Bijlage 4: Mening van de GroningersDe mening van Groningers over het te voeren sportbeleid voor de komende jaren.Er zijn meerdere manieren om erachter te komen wat de mening over sport is van de Groninger. Door gebruik te maken van desk- en fieldresearch wordt deze mening in kaart gebracht. Op het gebied van deskresearch wordt gekeken naar de politieke samenstelling van de gemeenteraad. Deze raad vertegenwoordigt de gemeente Groningen op alle maatschappelijke vlakken, en dus ook op het gebied van sport. Daarnaast is de sportvisie van groot belang. Hierin staan plannen voor de komende jaren, maar wordt ook de mening van de Groninger naar voren gehaald. Op het gebeid van fieldresearch zijn interviews afgenomen onder meerdere Groningers, om te inventariseren wat er speelt onder deze mensen. Waar liggen belangen en wat is de kijk van de Groninger op het sportbeleid.

De samenstelling van de gemeenteraad is bepalend voor het te voeren beleid in de betreffende gemeente. De laatste gemeenteraadsverkiezingen vonden plaats in maart 2010. De raad wordt verkozen voor een periode van vier jaar. Voor de gemeente Groningen is hieronder weergegeven welke politieke partijen het sterkst vertegenwoordigd zijn (Groningen G. , Samenstelling Gemeenteraad, 2013).

Tabel 1 Samenstelling gemeenteraad

Politieke partij Aantal raadsledenPvdA 9VVD 6GroenLinks 5Stadspartij 5SP 4D66 4CDA 2ChristenUnie 2Student en Stad 1PvdD 1Totaal 39

Nu duidelijk is hoe de gemeente Groningen wordt vertegenwoordigd, is het belangrijk te weten wat de standpunten en visies zijn van de grootste partijen, omdat deze de meeste invloed kunnen uitoefenen op het uit te voeren beleid.

Standpunten en visies van politieke partijen in de gemeente Groningen op het gebied van sportbeleid.

De PvdA is van mening dat accommodaties verbeterd moeten worden en er meer moet worden gefocust op beheer en onderhoud hiervan. Op het gebied van ruimtelijke ordening willen ze wijkbewoners zelf laten beslissen waar speelruimte moet worden aangelegd. Hier moet natuur, sport spel en recreatie ook op afgestemd worden. Verenigingen willen ze aan alle kanten steun bieden en daarnaast de sport sector een boost geven. Vooral op het creëren van banen wordt ingespeeld. Als laatste willen ze sport en onderwijs meer met elkaar in verbinding brengen en hier een brug tussen slaan (Groningen P. , Verkiezingsprogramma 2010-2014, 2013).

De VVD is van mening dat sporten belangrijk is voor je gezondheid en je sociale contacten. Openbare ruimte moet effectief worden benut om sport en bewegen te stimuleren. Ook de VVD wil een brug slaan tussen sport en onderwijs, mede door buurtsportcoaches. Het aantal uren LO moet hoger


komen te liggen (landelijk). Commerciële particulieren worden gestimuleerd om sport te promoten (Lo-A-Njoe, Standpunten politieke partijen over sport en bewegen Blad1.pdf, 2013).

Groen Links is van mening dat sport als middel ingezet moet worden in de gemeente Groningen, vooral om de stad op de kaart te zetten (GroenLinks, 2013). Scholen moeten sport meer gaan inzetten, ook buiten de reguliere lestijden om. Gezonde schoolkantines en voldoende sportmogelijkheden moeten door scholen worden aangeboden. De leefbaarheid van de wijk moet sportief in worden gericht, met genoeg groen en mogelijkheden tot bewegen (Standpunten politiekepartijen over sport en bewegen Blad1.pdf. , 2013).

De stadspartij geeft aan dat het sportbudget vooral besteed moet worden aan amateursport en sportorganisaties die voor iedereen toegankelijk zijn. Het gaat dus met name om de breedtesport. Daarnaast moeten vrijwilligers alle ruimte krijgen en eventueel meer ondersteuning bieden bij het beheer van accommodaties, bij de uitbreiding van openbare sportgelegenheden en bij het verbeteren van onderhoud.Voor de sportstimulering op school worden er sportcompetities georganiseerd tussen scholen (Groningen G. , Partijprogramma Stadspartij, 2013).

Concluderend valt op dat er veel gericht wordt op onderwijs en sport, dit zal de Groninger dan ook belangrijk vinden. Ook de leefbaarheid van de wijk komt bij bovenstaande partijen sterk naar voren. Onderstaand wordt de input van de interviews weergegeven en besproken, om te kijken of de mening van de Groninger aansluit bij bovenstaande informatie.

De geïnterviewde GroningerDe meningen van Groningers zijn zeer verschillend. Het blijkt dat nog veel mensen geen idee hebben wat er speelt op het gebied van sport in Groningen en hoe het financiële plaatje in elkaar steekt. Het is dus belangrijk om ten eerste duidelijk te maken aan de inwoners hoe het sportbeleid in elkaar zit. Uit interviews is gebleken dat een aantal mensen wel het gevoel heeft dat ze gestimuleerd worden door de gemeente terwijl andere mensen aangeven dat ze niet gestimuleerd worden. Daarnaast is de kennis sterk verschillend over sportparticipatie en geld besteding door de gemeente. De Groningers hebben wel een verantwoordelijkheid gevoel, zo vinden de meeste Groningers het belangrijk goed voor hun eigen gezondheid te zorgen, maar hier moet de gemeente wel duidelijk op aansturen en de inwoners bij steunen.

Over het algemeen vinden de mensen wel dat er meer gestimuleerd moet worden op het gebied van jeugd. Er zou meer gesport moeten worden op school en er moet met name meer worden gevarieerd. Er is meer dan alleen voetbal, basketbal en volleybal, ook minder gebruikelijke (lifestyle) sporten zouden geïntroduceerd moeten worden.

Uit gesprekken met de mensen in de gemeente Groningen is een aantal conclusies gekomen: - De openbare ruimte moet sportiever worden ingericht. Voorbeelden hiervan zijn Cruijff Courts of trapveldjes.- Sportvoorzieningen moeten zoveel mogelijk in de buurt zitten. Het is belangrijk dat ze makkelijk bereikbaar zijn. Dit geldt vooral voor mensen met een beperking, jeugd en ouderen. Om dit te bereiken zijn veilige routes en situaties, plus sociale controle van groot belang.- Er is behoefte aan meer transparantie en duidelijkheid rond accommodaties. Denk hierbij aan het beheer en toewijzing. - Sportvoorzieningen kunnen efficiënter gebruikt worden. Dit kan met name door middel van samenwerking met onderwijs of kinderopvang.- Er moet worden ingezet op het bevorderen van sporten op jonge leeftijden. Dit is met name terug te zien in de vorm van vakdocenten.


Verenigingen, onderwijsinstellingen en kinderopvang geven aan dat de samenwerking nog stukken beter kan. Om dit te waarborgen wordt geadviseerd om de rijksuitkering ‘Brede school, sport en cultuur’ gebruik te maken (Groningen G. , Sportvisie 2010-2020, 2013).


Bijlage 5: BeleidsanalyseHet belang van sportDat sport en bewegen belangrijk is, is over het algemeen wel bekend. Voldoende sporten en bewegen helpt bij het voorkomen van gezondheidsproblemen. Maar daarnaast heeft sport ook nog veel meer interessante waarden. Sport heeft een pedagogische waarde, economische waarde, sociaal- maatschappelijke waarde en dus een gezondheidswaarde. Genoeg redenen om als overheid veel aandacht te investeren in sport.

De overheidDe overheid heeft op dit moment een inspirerende rol voor de samenleving en wil daarmee bereiken dat er een gezonde sportieve samenleving ontstaat. Er wordt gesproken over een Publiek Private Samenleving, waarbij publieke en private partijen actief samenwerken. Er wordt ingezet op een integrale benadering, waarbij er wordt gekeken vanuit meerdere beleidssectoren. Er wordt hard gewerkt om op deze manier de Nederlandse bevolking voldoende te laten sporten en bewegen, en daarmee veel voordelen te boeken. In het huidige sportbeleid ligt de nadruk op de jeugd. De overheid subsidieert projecten als sport en bewegen in de buurt, waarbij geïnvesteerd wordt in de inzet van combinatiefunctionarissen (buurtcoaches). De overheid wil dat een gezonde keuze makkelijker wordt en projecten als deze kunnen hierbij helpen (Beleidsbrief Sport, 2013).

De focusEr ligt een focus op de jeugd, een gezonde leefstijl is op jonge leeftijd al erg belangrijk. Om dit te kunnen realiseren is het belangrijk dat er juiste informatie op deze doelgroep wordt overgebracht. School kan hier een bijdrage aan leveren, dit door onder andere voldoende sport aan te bieden. Er wordt veel gedaan om jongeren voldoende aan het sporten te krijgen op school en in de buurt. De overheid wil dat gemeenten zelf weten wat de vraag naar sport aanbod is, dit wordt gesteund door een buurtscan, ontworpen door de NISB en VSG. De gemeente moet effectief accommodaties inzetten, door bijvoorbeeld samenwerking tussen school en sportorganisaties (Landelijke nota gezondheidsbeleid, 2013).

De harde werkelijkheidEchter blijkt dat jongeren te weinig voldoen aan de norm voor gezond bewegen. Er is nog steeds te veel overgewicht onder jongeren. Slechts 22% van de jongeren tussen 12-16 jaar voldoen aan de NNGB, veel te weinig dus! Er moet dus gerealiseerd worden dat jongeren eerder geneigd zijn te gaan sporten (Statistiek, NNGB Beweegnorm, 2013).

Belangrijke onderwerpenEr zijn vier belangrijke onderwerpen uitgekozen, waarover van mening was, dat er aan deze punten veel aandacht moet worden besteed. Bij deze punten, ligt er vooral nadruk op de doelgroep: Jeugd. Omdat de jeugd, de toekomst is van de samenleving, moet deze doelgroep worden gestimuleerd om te gaan sporten. Zoals in kopje ‘De harde werkelijkheid’ als is beschreven, voldoet slechts 22% van de jongeren tussen de 12 en 16 jaar aan de NNBG. Om de jeugd te stimuleren om te gaan sporten en bewegen, zijn de vier onderstaande onderwerpen uitgekozen. Voor deze onderwerpen is een beschrijving, advies en good practice beschreven.

Sport- en speelruimtes in de wijkVeel wijken zijn ongeschikt om veilige en leuke speelplekken aan te leggen. Het probleem dat zich vooral afspeelt is dat wijken steeds meer volgebouwd worden en dat wijken vaak onveilig zijn, door het drukke verkeer. Het gevolg hiervan is, dat kinderen vaak binnen blijven en achter de computer, tv of videogame gaan zitten.


Kinderen gaan pas naar buiten, als ze het leuk vinden om naar buiten te gaan. Om aan de wensen van kinderen te voldoen, is het goed om de kinderen te laten beslissen wat er in hun buurt komt. Ga bijvoorbeeld met kinderen rond de tafel en bedenk een idee voor bijvoorbeeld een buurtspeelplein. Zorg daarnaast ook voor veiligheid, door bijvoorbeeld een veilige oversteekroute te maken, waar de kinderen langs kunnen lopen naar de speelplek. Alleen op deze manier, gaan kinderen buiten spelen.

Sport en OnderwijsHet probleem dat er hier speelt is dat er op school te weinig aandacht wordt besteed aan sport. Daarnaast zijn veel schoollunches niet gezond, gymlessen zijn totaal niet effectief en 31% van de gemeenten bezuinigt schoolzwemmen (Instituut, 2013).Er moet zeker focus worden gelegd op beweging en sport onder de jongeren. 75% van de uitgaven aan sport gaat momenteel naar recreatie, maar er wordt geadviseerd om meer te investeren in onderwijs, zodat hier goede accommodatie is en de juiste informatie wordt gegeven. Lestijden moeten aansluiten op de mogelijkheid tot sport (Statistiek, Recreatiesport, 2013). Er moeten verplichte sporturen zijn en er moet meer aandacht komen voor de leefstijl. Gezonde lunches, rookvrije schoolpleinen en de mogelijkheid om in tussenuren en uren na school gebruik te maken van sportaccommodatie, bijvoorbeeld op verenigingen. Daarnaast moet schoolzwemmen weer moet worden ingevoerd, omdat het belangrijk is voor de veiligheid en bewegen van kinderen. Gymlessen moeten effectief worden gebruikt en kinderen moeten lessen krijgen, waarbij ze matig-intensief tot intensief gaan bewegen.

Samenwerking tussen publieke-private partijenOp dit moment zijn er veel kinderen di nog niet aan sport doen of nog niet aan sport doen in georganiseerd verband. Daarnaast hebben veel sportverengingen te maken met een ledentekort. Als de publieke partijen (scholen) samen gaan werken met de private partijen(sportverenigingen), kunnen kinderen gestimuleerd worden om te gaan sporten.Het advies dat wordt gegeven is, dat scholen en sportverengingen samen moeten gaan werken. Door deze samenwerking, kunnen kinderen die nog niet aan sport doen (of niet in georganiseerd verband), worden gestimuleerd om (voor een lage prijs) te gaan sporten bij een sportverenigingen. Hierdoor neem het aantal kinderen dat sport toe en het ledenaantal bij verengingen stijgt.


Gemeente Groningen 2020€¦ · Web viewCarmen de Wit, Ben de Boer, Hilko Appels, Laura Huizinga,...

Documents

Transcript of Gemeente Groningen 2020€¦ · Web viewCarmen de Wit, Ben de Boer, Hilko Appels, Laura Huizinga,...