Gedragscode - Eduvak...3.5 Schending van deze geheimhoudingsplicht, hetzij gedurende opleiding of de...
Transcript of Gedragscode - Eduvak...3.5 Schending van deze geheimhoudingsplicht, hetzij gedurende opleiding of de...
1
Gedragscode
Juni 2016
ROC Kop van Noord-Holland VeiligheidsAcademie
2
Inhoudsopgave:
Bladzijde 3: Inleiding, Enkele woorden vooraf
Bladzijde 5: Uw toekomst
Bladzijde 6: Gedragscode VeiligheidsAcademie
Bladzijde 7: Doel van de gedragscode Artikel 1. Gedragscode VeiligheidsAcademie, Algemene
richtlijnen inzake gedragingen Bladzijde 8: Artikel 2. Gedragscode VeiligheidsAcademie, Algemene
richtlijnen inzake ongewenst gedrag
Bladzijde 9: Artikel 3. Gedragscode VeiligheidsAcademie, Algemene richtlijnen social media
Artikel 4. Gedragscode VeiligheidsAcademie, Algemene richtlijnen met betrekking tot gegevensdragers
Bladzijde 10: Artikel 5. Gedragscode VeiligheidsAcademie, Algemene richtlijnen alcohol en drugs
Artikel 6. Gedragscode VeiligheidsAcademie, Algemene
richtlijnen afspraken niet nakomen, ziekte en/of te laat komen
Bladzijde 11: Artikel 7. Gedragscode VeiligheidsAcademie, Algemene richtlijnen geschillen tijdens de beroepspraktijkvorming
Bladzijde 12: Artikel 8. Gedragscode VeiligheidsAcademie, Verwijdering
beroepspraktijkvorming Bladzijde 14: Schematisch overzicht van een aantal gewenste en
ongewenst gedragingen.
Bladzijde 15: Ondertekening
3
Enkele woorden vooraf:
Uw beroepspraktijkvorming U neemt deel of staat op het punt om deel te nemen aan de opleiding Medewerker
Toezicht en Veiligheid (crebo 25410) of Handhaver Toezicht en Veiligheid (crebo
94810/25409) of Beveiliger (crebo 25407) bij het ROC Kop van Noord-Holland, specifiek
de VeiligheidsAcademie. Daarbij heeft u vrijwillig, weloverwogen en welbewust gekozen
voor een bijzonder en geüniformeerd beroep. Bijzonder in de zin dat u vanaf nu wordt
opgeleid en voorbereid op een ‘voorbeeldberoep’. Een beroep waarin u altijd en overal
van onbesproken gedrag dient te zijn en het goede voorbeeld moet geven. Hoe kunt u
anders anderen terecht wijzen als u het zelf ook niet zo nauw neemt met regels en
afspraken?
De keuze voor een van eerdergenoemde opleidingen houdt veel meer in dan een
opleiding volgen. Deze opleidingen onderscheiden zich van andere opleidingen, omdat
hier houding en gedrag de kernbegrippen zijn. Het betekent concreet dat wij van u eisen
dat u gemotiveerd bent en daarnaast voortdurend correct en beleefd bent en de juiste
beroepshouding heeft tijdens uw opleiding in school en daarbuiten tijdens uw
beroepspraktijkvorming. U vertegenwoordigt tenslotte ook de VeiligheidsAcademie en
haar in vele jaren opgebouwde reputatie.
Maar wat valt er nu allemaal onder een juiste beroepshouding?
‘De beroepshouding is een soort gedragscode voor een bepaald beroep.’
‘Eigenschappen die een persoon in staat stellen arbeid te verrichten binnen de voor die
arbeid kenmerkende verhoudingen.’
‘Een beroepshouding wordt enerzijds bepaald door een set van waarden en regels die bij
een beroep passen en anderzijds door de visie van de opleiding en de
beroepspraktijkvorming die je volgt.’
Waarom spreken we U in dit stuk aan met U zult u zich ondertussen wellicht afvragen?
Dit doen we niet zomaar. U komt in een beroep terecht waarin hiërarchie en een juiste
beroepshouding vanzelfsprekendheden zijn. U zult daaraan wellicht moeten wennen
echter gelet op het vorenstaande en het onderstaande vinden we het van belang om u
met deze manier van verhoudingen bekend te laten worden.
4
Verderop in dit document wordt hier verder op ingegaan, maar voor nu alvast een paar
herkenbare begrippen.
Sociale vaardigheden
Taalbegrip
Respect
Uiterlijke verzorging
Omgevingssensitiviteit
Algemene houding
Motivatie
Energieniveau
Prestatie
Doorzettingsvermogen
Flexibiliteit
Discipline
Arbeidsvaardigheden
Correct communiceren
Afspraak = afspraak
Geen ja-maar want dat is meestal nee
Op tijd aanwezig
Leiding accepteren
Integriteit - eigenschap waaruit blijkt
dat je eerlijk en betrouwbaar bent
Omgaan met feedback - kritiek
Omgaan met hiërarchie
Afspraken nakomen
Werktempo
Leerhouding
Leergierigheid
Eigen initiatief
Samenwerken
Betrokkenheid
Zelfstandigheid
5
Uw toekomst
Zoals gezegd heeft u gekozen voor een beroep van regels. Nederland is een land met
regels. Opsporings- en controlemedewerkers handhaven deze regels: op papier en in het
veld.
Handhaven is communiceren
De handhavers en toezichthouders vertegenwoordigen de overheid. Die overheid geeft
graag in alle gevallen het goede voorbeeld. Dat mogen wij als burgers ook van die
overheid verlangen. In het handhavingsproces heeft de handhaver met publiek te maken
die niet zit te wachten op bemoeienis van instanties. De handhaver wil dat het publiek
zich aan de regels houdt, zich laat controleren en meewerkt aan het mogelijk maken van
de handhaving. De handhaver heeft machtsmiddelen om de burger te dwingen of te
stimuleren, afhankelijk van de situatie.
Een toezichthoudende en/of controlerende ambtenaar heeft als taak om burgers en
organisaties te controleren opdat overtredingen van de regels worden tegengegaan.
Die taak is niet altijd even makkelijk. Sommige mensen verzetten zich tegen deze
controles of maken het de controleur lastig.
Tijdens de opleiding is alles er op gericht u die instrumenten aan te leren om deze zaken
goed af te handelen.
In de uitvoering van de handhaving is het straks uw taak het contact te beïnvloeden, dat
u bereikt dat de burger meewerkt aan de controle en zich (uiteindelijk) aan de regels
houdt.
U bent tijdens uw aanwezigheid op school en/of tijdens de beroepspraktijkvorming dus
voortdurend bezig met en aanspreekbaar op uw:
1. Beroepshouding;
2. Sociale vaardigheden;
3. Gedrag;
4. Voorbeeldfunctie;
5. Discipline;
6. Integriteit;
7. Geheimhouding;
8. Feedback die u van anderen krijgt;
9. Leerhouding.
Deze elementen hebben wij binnen de VeiligheidsAcademie juist daarom opgenomen in
deze gedragscode.
6
Gedragscode VeiligheidsAcademie
Een getekende gedragscode (overeenkomst) is nodig om deze afspraken tussen u
(verder te noemen leerling) en de VeiligheidsAcademie vast te leggen, want zoals eerder
vastgesteld: overtreding van de regels blijft niet zonder consequentie voor u en uw
opleiding.
Deze gedragscode geeft weer welke normen en waarden we binnen de
VeiligheidsAcademie van het ROC Kop van Noord-Holland hanteren en welke gedraging
wij wenselijk en onwenselijk vinden. Deze gedragscode veronderstelt dat leerlingen
vrijwillig en uit eigen verantwoordelijkheid rekening houden met hetgeen hierin
vastgelegd is.
Om dat te bekrachtigen zal elke leerling een exemplaar van deze gedragscode
ondertekenen en indien minderjarig ook zijn/haar verzorger(s), voogd of ouder(s).
Omdat de situatie van elke opleiding, elke leerkracht en elke leerling specifiek is, kan
deze code niet anders dan richtlijnen geven. Scherpe grenzen van wat wel en niet kan en
mag, zijn niet te geven en zouden ook onrecht doen aan de realiteit.
In elke beoordeling van wat wel of niet acceptabel is, is er ook sprake van een zekere
subjectiviteit. De gedragscode geeft richtlijnen aan die aanleiding kunnen zijn voor het
aangaan van een gesprek tussen betrokkenen, mogelijk gevolgd door een maatregel
(officiële waarschuwing), schorsing of zelfs beëindiging van de opleiding.
De leerlingen worden, voorafgaand aan het schooljaar en stageperiode, van deze
gedragscode in kennis gesteld. Uitgangspunt van deze gedragscode is dat leerlingen zich
gedragen op een manier die positief bijdraagt aan de reputatie van het ROC Kop van
Noord-Holland, specifiek de VeiligheidsAcademie en het realiseren van kwalitatief goed
onderwijs. Criterium om te bepalen welk gedrag we (on-)wenselijk vinden, is de mate
waarin dit gedrag ons onderwijs bevordert of juist daarvan afleidt. En al dan niet overeen
komt met de normen en waarden, die gelden binnen de beroepscultuur.
Als een leerling van de opleidingen Beveiliger, METV of HATV, gegeven aan het ROC Kop
van Noord-Holland, specifiek de VeiligheidsAcademie, de onderstaande gedragsregels
overtreedt, wordt conform het schoolreglement deze gedraging aangemerkt als een
overtreding van deze overeenkomst tenzij een klager (bijvoorbeeld een stage verlenende
instantie) uitdrukkelijk de leerling wil aanspreken op grond van de voor hem geldende
regels van zijn beroepsorganisatie (privaatrechtelijke acties daargelaten).
7
Doel van de gedragscode
Het doel van de gedragscode is duidelijkheid verschaffen over wat er wel en niet wordt
getolereerd in het gedrag van alle betrokkenen binnen de VeiligheidsAcademie. En dan
met name duidelijkheid verschaffen over wat er van elkaar mag worden verwacht in de
VeiligheidsAcademie, namelijk het scheppen van een goed pedagogisch leerklimaat,
waarbinnen alle betrokkenen zich prettig en veilig voelen. Daarmee wordt bedoeld:
- het bijdragen aan preventie van machtsmisbruik in ruime zin;
- het bevorderen en bewaken van veiligheids-, gezondheids-, en welzijnsaspecten;
- het bewaken van de privacy.
De vastgestelde gedragscode moet het mogelijk maken dat betrokkenen elkaar kunnen
aanspreken op de naleving van de afspraken. Daarnaast kan de gedragscode worden
uitgelegd aan ouders en verzorgers, zodat zij weten wat er van een leerling/stagiaire
wordt verwacht gedurende de opleiding. Ook heeft de bekendheid met de gedragscode
een preventieve werking. Verder kunnen gedragsregels worden opgesteld en uitgebreid
die op deze gedragscode zijn gebaseerd. Tot slot kan bij overtreding van de gedragscode
de juiste actie worden ondernomen.
Artikel 1. Gedragscode VeiligheidsAcademie
Algemene richtlijnen inzake gedragingen:
1.1 Leerlingen laten in hun gedragingen zien dat zij gericht zijn op het geven en
ontvangen van onderwijs.
1.2 Leerlingen beperken het regelen van privéaangelegenheden onder lestijd tot het
minimum. Dat betekent onder andere dat hun mobiele telefoon is uitgeschakeld en
dat zij voor derden niet bereikbaar zijn.
1.3 Leerlingen hebben onder lestijd geen afleidende of niet-functionele spullen tot hun
beschikking: mobiele telefoons en dergelijke worden opgeborgen.
1.4 Leerlingen maken onder lestijd geen gebruik van e-mail of internetverkeer tenzij dit
direct voortvloeit uit een lestaak.
1.5 Leerlingen zorgen na gebruik voor normerende ordentelijke (dat wil zeggen
opgeruimde) klaslokalen en andere werkruimten. Van alle leerlingen wordt verwacht
dat zij aan deze ordentelijkheid bijdragen.
1.6 Leerlingen gedragen zich in taal en houding respectvol en beschaafd tegenover
andere leerlingen, docenten, stagebegeleiders en/of hun leidinggevende(n) en
andere volwassenen.
1.7 Leerlingen spreken en handelen altijd in het belang van de opleiding, de
VeiligheidsAcademie en de op de stageplaats gewenste omgangsvormen.
8
Artikel 2. Gedragscode VeiligheidsAcademie
Algemene richtlijnen inzake ongewenst gedrag
De volgende gedragingen worden onder geen enkele voorwaarde getolereerd en
resulteren in een directe verwijdering van de opleiding:
2.1 Pestgedrag en/of cyberpesten
Cyberpesten komt tegenwoordig heel veel voor en gebeurt vaak buiten de school.
Het ruziën en pesten gaat op school door. Er ontstaat hierdoor een onveilig klimaat
en de studieresultaten leiden hieronder. Cyberpesten heeft een grote impact op de
individuele leerling en op het schoolklimaat. Vormen van cyberpesten zijn:
anonieme berichten versturen via WhatsApp, SMS, schelden, roddelen, bedreigen,
foto’s van mobieltjes en webcam op internet plaatsen, privégegevens op een site
plaatsen, wachtwoorden en credits stelen en misbruiken, haatprofielen aanmaken,
virussen sturen, happy slapping en het versturen van een e-mailbom.
2.2 Discriminatie
In het algemeen grappen, opmerkingen en/of toespelingen (ook van seksuele aard)
over geloof, seksuele voorkeur, uiterlijk, gedrag, kleding e.d. die discriminerend
en/of vernederend zijn of die door de ander als discriminerend en/of vernederend
worden ervaren.
Discriminatie is het ongelijk behandelen, achterstellen of uitsluiten van mensen op
basis van (persoonlijke) kenmerken. Er kan bijvoorbeeld onderscheid worden
gemaakt op afkomst, sekse, huidskleur, seksuele voorkeur, leeftijd, religie, handicap
of chronische ziekte.
2.3 Agressief gedrag
Onder agressie wordt verstaan: voorvallen waarbij een persoon psychisch of fysiek
wordt lastiggevallen, bedreigd of aangevallen, onder omstandigheden die (in)direct
verband houden met het onderwijs en handtastelijkheden, al dan niet middels enige
vorm van fysieke bedreiging, die door de ander als vernederend kunnen worden
ervaren.
9
Artikel 3. Gedragscode VeiligheidsAcademie
Algemene richtlijnen social media
Tijdens de opleiding en/of de vakanties gedurende het schooljaar worden de volgende
gedragingen onder geen enkele voorwaarde getolereerd en resulteren in een directe
verwijdering van de opleiding:
3.2 Berichten via sociale media over zaken die direct of indirect te maken hebben met de
opleiding of de beroepspraktijkvorming (stage).
3.3 Het schenden van de geheimhouding op andere en/of enigerlei wijze. De
geheimhouding is opgelegd van alle bijzonderheden betreffende of verband
houdende met de opleiding of de beroepspraktijkvorming.
3.4 De verplichting zich tegenover onbevoegden strikte geheimhouding te betrachten ten
aanzien van alles wat ten gevolge de opleiding of de beroepspraktijkvorming bekend
wordt en waarvan hij/zij weet of kan vermoeden dat deze informatie van
vertrouwelijke aard is.
3.5 Schending van deze geheimhoudingsplicht, hetzij gedurende opleiding of de
beroepspraktijkvorming, hetzij na beëindiging hiervan, is naast de genoemde sanctie
vanuit het ROC Kop van Noord-Holland ook onderhevig aan de sancties bij de wet
gesteld.
Artikel 4. Gedragscode VeiligheidsAcademie
Algemene richtlijnen met betrekking tot gegevensdragers
4.1 Het is verboden gedurende de aanwezigheid in en rond de lessen en/of op de
beroepspraktijkvorming foto- en/of filmopnamen te maken van
situaties/mensen/apparatuur/accommodaties en/of medewerkers, tenzij daarvoor
uitdrukkelijke toestemming is gegeven door de docent of een lid van de
schoolleiding. Indien dit toch gebeurt, wordt naast de sanctie voornoemd, de
apparatuur in beslag genomen en pas na onderzoek en na een aantal wachtdagen
terug gegeven.
4.2 Het is verboden gedurende de aanwezigheid in en rond de lessen en/of op de
beroepspraktijkvorming foto- en/of filmopnamen te laten maken door derde(n) van
situaties/mensen/apparatuur/accommodaties en/of medewerkers, tenzij daarvoor
uitdrukkelijke toestemming is gegeven door de docent of een lid van de
schoolleiding.
10
Artikel 5. Gedragscode VeiligheidsAcademie
Algemene richtlijnen alcohol en drugs
Tijdens de opleiding en/of de vakanties gedurende het schooljaar worden de volgende
gedragingen onder geen enkele voorwaarden getolereerd en resulteren in een directe
verwijdering van de opleiding:
5.1 Alcoholgebruik van een leerling of het in bezit hebben van alcohol op school of tijdens
een door de school georganiseerde activiteit en/of tijdens de
beroepspraktijkvorming.
5.2 Drugsgebruik van een leerling of het in bezit zijn van drugs op school of tijdens een
door de school georganiseerde activiteit en/of tijdens de beroepspraktijkvorming.
Alle gedragingen met betrekking tot harddrugs resulteren in een misdrijf en die in
softdrugs in een overtreding. Deze gedragingen zullen dan ook vanuit dat perspectief
afgehandeld worden (in kennis stellen van de politie).
Artikel 6. Gedragscode VeiligheidsAcademie
Algemene richtlijnen afspraken niet nakomen, ziekte en/of te laat komen
Uitgangspunt is dat afspraken worden nagekomen, niemand te laat in de les verschijnt
en/of op zijn beroepspraktijkvorming komt. Maar uitzonderingen bevestigen elke regel
dus:
6.1 In voorkomende gevallen waarbij afspraken niet nagekomen kunnen worden, wordt
tijdig met de wederpartij contact opgenomen en wordt daar verklaard waarom een of
meerdere afspraken niet kunnen worden nagekomen. Pas na akkoord van beide
partijen kan een nieuwe afspraak gemaakt worden.
6.2 Bij ziekte licht de stagiair direct de administratie van het ROC Kop van Noord-Holland
in en meldt de stagiair zich ziek bij haar of zijn stagebegeleider.
6.3 Bij te laat komen licht de stagiair direct de administratie van het ROC Kop van
Noord-Holland in en meldt dit ook direct bij haar of zijn stagebegeleider.
11
Artikel 7. Gedragscode VeiligheidsAcademie
Algemene richtlijnen bij geschillen tijdens de beroepspraktijkvorming
Om te beginnen is het verlenen van een stage een gunst, geen recht!
Die gunst kan u worden verleend, maar die gunst kan u ook niet meer worden
verleend. Met als direct gevolg dat de leerling zelf verantwoordelijk wordt voor
het vinden van een contextrijke stage.
Het doel van een beroepspraktijkvorming (stage) is om de leerling ervaring te laten
opdoen met de praktische toepassing van theoretische kennis die hij of zij reeds heeft
verworven en het verwerven van nieuwe kennis en vaardigheden. De stage verlenende
organisatie zorgt ervoor dat de leerling zijn taken en verantwoordelijkheden krijgt
opgedragen, overeenkomstig het competentieniveau van de opleiding. Daarbij wordt
gebruik gemaakt van een stage- en/of trajectbegeleider.
De stage- en/of trajectbegeleider wordt ook wel eens (ouderwets) de leermeester
genoemd. Dat woord heeft een dubbele betekenis: leren en meester. Een leermeester is
een persoon die zijn vakkennis of expertise overdraagt aan zijn leerlingen. De
leermeester als leraar beschikt doorgaans over goede vakkennis en kunde en dient te
allen tijde gerespecteerd te worden. Deze leermeester heeft een grote invloed op de
leerling en zijn wil is in beginsel wet.
7.1 De stage- of trajectbegeleider (leermeester) wordt te allen tijde met respect
behandeld. Zijn vakkennis wordt op waarde geschat en uitgangspunt is dat de
leermeester, ook als hij weleens streng is of negatieve feedback geeft, het beste met
de leerling voor heeft.
7.2 Aanwijzingen en opdrachten, gegeven door de stagebegeleider of een andere
collega, zoals bijvoorbeeld een leidinggevende, worden te allen tijde opgevolgd.
7.3 De stagebegeleider van de stage verlenende organisatie zal als eerste de leerling
benaderen ingeval van ongewenst gedrag, negatieve houding, gebrek aan
beroepshouding, ongemotiveerd zijn en onbeleefde communicatie of optreden en dit
ten behoeve van de verbetering, bespreekbaar maken. Een eventueel geschil daarover
wordt besproken met een leidinggevende van de stage verlenende organisatie.
7.4. Indien het geschil, met uitzondering van de onmiddellijke verwijdering uit de
beroepspraktijkvorming (stage), zoals genoemd in artikel 8, niet minnelijk kan worden
opgelost tussen de stagebegeleider en de leerling, zal het worden voorgelegd aan de
opleidingsmanager van de opleiding teneinde te trachten een voor alle partijen
aanvaardbare oplossing te vinden.
12
Artikel 8. Gedragscode VeiligheidsAcademie
Verwijdering beroepspraktijkvorming
8.1 De stage verlenende organisatie kan de praktijkovereenkomst beëindigen, gehoord
de
stagiair en de stage- en/of trajectbegeleider:
a. Wanneer de stage- en/of trajectbegeleider vaststelt dat de stagiair de regelingen
van de stage verlenende organisatie of de aanwijzingen van de stage- en/of
trajectbegeleider niet naleeft dan wel opvolgt.
b. Wanneer de stage- en/of trajectbegeleider vaststelt dat de stagiair niet integer
heeft gehandeld.
c. Wanneer de stage- en/of trajectbegeleider vaststelt dat de stagiair een misdrijf
heeft gepleegd en/of daarvan verdacht wordt.
d. Wanneer de stagiair de afspraken met betrekking tot geheimhouding als bedoeld
in artikel 3.3, niet heeft naleeft.
e. Wanneer de stagiair zich zodanig gedraagt dat van de stage verlenende
organisatie redelijkerwijs niet kan worden gevraagd dit te accepteren.
De stagebegeleider stelt onverwijld het ROC Kop van Noord-Holland op de hoogte van de
beëindiging van de beroepspraktijkvorming (stage).
8.2 Een beslissing van de stage verlenende organisatie om de leerling definitief te
verwijderen van de beroepspraktijkvorming (stage) kan niet worden aangevochten. Er
bestaat binnen het ROC Kop van Noord-Holland geen vorm van bezwaar en/of verzet
open tegen de beslissing van een autonome externe organisatie.
13
Om zaken nog helderder te maken is een schematisch overzicht gemaakt van een aantal
gewenste en ongewenste gedragingen. Zie de tabel hieronder.
Voorbeelden van gewenst en ongewenst gedrag Gewenst gedrag Ongewenst gedrag
Respect
✓ Houd rekening met elkaar.
✓ Gedraag je eerlijk, open en respectvol
naar een ieder. ✓ Houd je aan gemaakte afspraken. ✓ Houd regelmatig contact met elkaar. ✓ Werk samen. ✓ Luister naar elkaar. ✓ Spreek elkaar aan op ongewenst
gedrag.
❖ Gedrag dat agressief,
ongeïnteresseerd, bewust kwetsend of
denigrerend van aard of intentie is. ❖ Oordelen zonder feiten of
omstandigheden te kennen of waarheden verspreiden zonder vermelding van de bron.
❖ Roddel en achterklap.
❖ Zelf en zonder overleg interpreteren van gemaakte afspraken.
Betrokkenheid
✓ Werk mee aan een postitief werk- en
leerklimaat, gekenmerkt door eigen initiatief, motivatie, betrokkenheid, samenwerking, humor en plezier in de opleiding/stage.
✓ Draag uit dat de VeiligheidsAcademie een onderscheidende en betrouwbare partner is.
✓ Positief opbouwende kritiek kunnen geven en ontvangen.
❖ Niet flexibel willen werken en denken.
❖ Veel Ja-maar roepen en eigenlijk Nee bedoelen.
❖ De noodzaak van eigen initiatief, motivatie, beroepshouding en zelfreflectie niet willen inzien.
❖ Negatieve kritiek leveren, maar niet willen of kunnen meedenken over een
verandering.
Samenwerken
✓ Iedereen werkt graag samen en
onderschrijft het belang daarvan met het oog op de beroepstoekomst.
✓ Iedereen deelt kennis, vaardigheden en informatie.
✓ Iedereen spant zich in voor een goede teamgeest en een prettig leerklimaat.
❖ Iedereen werkt graag samen en
niemand onderschrijft het belang van samenwerken, met het oog op de beroepstoekomst. Iedereen gaat voor eigen gewin.
❖ Kennis, vaardigheden en informatie worden niet gedeeld.
❖ Niemand in de groep spant zich in voor
een goede teamgeest en prettig leerklimaat.
Prestatiegericht
✓ Samen met andere leerlingen tijdig een
goed product (opdracht) afleveren.
✓ Afspraken maken en nakomen. ✓ Vraag hulp bij medeleerling(en).
❖ Afspraken niet duidelijk maken en/of
anders uitleggen en excuses
verzinnen. ❖ Niemand vragen om hulp en alleen een
eigen koers varen.
Duidelijkheid
✓ Afspraak is afspraak. ✓ Afspraken worden samen gemaakt,
neem verantwoordelijkheid. ✓ Durf Nee te zeggen. ✓ Communiceer duidelijk en direct (met
de juiste persoon) en controleer of de
boodschap duidelijk is overgekomen. ✓ Bij vertraging: tijdig melden en begrip
vragen.
❖ Te laat komen en allerlei smoesjes gebruiken.
❖ Storing in de communicatie of misverstanden onbesproken laten.
❖ Niet duidelijk communiceren; niet zeggen waar het op staat.
14
Deze gedragscode zal tevens aan alle stage verlenende organisaties ter beschikking
worden gesteld.
De docent, coach, opleidingscoördinator, opleidingsmanager en de stage-
trajectbegeleider en/of zijn/haar leidinggevende zijn gemachtigd om leerlingen aan te
spreken op de in deze gedragscode vastgestelde zaken.
Op deze gedragscode is de binnen ROC Kop van Noord-Holland geldende
klachtenregeling van toepassing, met uitzondering van de onmiddellijke verwijdering van
de beroepspraktijkvorming, zoals vermeld in artikel 8 van deze gedragscode.
Met het ondertekenen van deze gedragscode, verplicht de leerling (of
verzorgers/ouders/voogd) zich om de vorenstaande regels na te leven.
Leerling…….
Verzorgers/Ouders/voogd/…….
Namens het ROC Kop van Noord-Holland
Opleidingsmanager Mevrouw Drs. W.F. Kenter
Datum en Plaats