GBO inspiratiekader onthaaltrajecten · 2018-06-11 · > Het aanreiken van tips en instrumenten om...
Transcript of GBO inspiratiekader onthaaltrajecten · 2018-06-11 · > Het aanreiken van tips en instrumenten om...
GBO inspiratiekader onthaaltrajectenMensen met een VDAB-advies niet toeleidbaar
11/06/18
Inspiratiekader onthaaltrajecten mensen met advies niet toeleidbaar
•Inhoud
• Inleiding
• Aanbevelingen vanuit pilootprojecten GBO 2016-2018
• Situering
> Werk- en zorgdecreet
> Decreet LSB en samenwerkingsverband GBO
• Het onthaaltraject
> Situering
> Krachtlijnen sociaal werk
> Doelstellingen
2
Inspiratiekader onthaaltrajecten mensen met advies niet toeleidbaar
•Inhoud
• Onthaaltraject
> Functies
> Principes
> Basishouding
• Doelgroep VDAB-advies niet toeleidbaar
• Verwijzing van VDAB naar GBO
> Eindgesprek
> Aanmelding bij GBO
3
Inspiratiekader onthaaltrajecten mensen met advies niet toeleidbaar
•Inhoud
• Fasen in het dialogisch cyclisch proces
> Fase 1: opstart
> Fase 2: trajectbepaling
> Fase 3: trajectuitvoering en opvolging
> Fase 4: afsluiten van het onthaaltraject
• Randvoorwaarden
• Uitwisseling van persoonsgegevens in de context van GBO
> Tussen de kernactoren
> Tussen GBO en VDAB
4
Inspiratiekader onthaaltrajecten mensen met advies niet toeleidbaar
•Inhoud
• Wetenschappelijk onderzoek
• Literatuur
• Bijlagen
5
Inleiding
•Projectoproep
• Januari 2018
> Waarbij nieuwe en bestaande samenwerkingsverbanden GBO zich
engageren om specifiek voor de doelgroep met een VDAB-advies niet
toeleidbaar een onthaaltraject aan te bieden.
•Doelgroep
• MMPPS- problematiek
> Het gaat over mensen met medische, mentale, psychische,
psychiatrische en/of sociale problemen die (tijdelijk) niet in staat
zijn om betaalde arbeid te verrichten, noch in het normaal
economisch circuit, noch in de sociale economie.
6
Inleiding
•Onthaaltrajecten
• Doelstelling
> Rechtenverkenning met oog voor statuut en uitkering
> Brede vraagverheldering
> Doorverwijzing naar gepaste hulpverlening
> Expertisedeling tussen de partners
> Beter zicht krijgen op de doelgroep, hun hulpvragen en de
problematiek i.v.m. statuut en uitkering om beleidsmatige signalen
en structurele verbetervoorstellen te formuleren.
7
Inleiding
•Werkgroep
• Opdracht
> Het maken van basisafspraken voor een uniforme toepassing van een
aantal uitgangspunten m.b.t. onthaaltraject over de verschillende
projecten in Vlaanderen.
> Het aanreiken van tips en instrumenten om rond belangrijke topics in
het onthaaltraject aan de slag te gaan.
• Samenstelling
> Vertegenwoordiging kernactoren (OCMW, CAW en DMW), VDAB, NTA,
VPP, VVSG, W13, samenlevingsopbouw, afdeling Welzijn en
Samenleving, en SAM, steunpunt Mens en Samenleving als trekker.
• Output
> Inspiratiekader
8
Aanbevelingen vanuit pilootprojecten GBO
•Situering
• Pilootprojecten:
> In september 2016 gingen elf pilootprojecten, verspreid over heel
Vlaanderen, aan de slag om de uitgangspunten van het GBO aan de
praktijktoets te onderwerpen.
> De pilootprojecten ontvingen geen extra middelen, maar werden wel
ondersteund via procesbegeleiding en wetenschappelijk onderzoek.
> Het wetenschappelijk onderzoek is gestart met een analyse van de
beleidsdocumenten en een literatuurstudie, op basis waarvan een
globale programmatietheorie volgens CAIMeR-model is opgesteld.
9
Aanbevelingen vanuit pilootprojecten GBO
•Situering
• Pilootprojecten:
> Dit model laat toe om de ontwikkeling van het GBO in kaart te
brengen, zowel vanuit beleidsperspectief als vanuit de praktijk
binnen de pilootprojecten.
> Aansluitend is dan vanuit multi-stakeholdersperspectief waarin zowel
het perspectief van beleidsmakers, basiswerkers en de doelgroep
werd meegenomen, een brede evaluatie gebeurd van de projecten
om zicht te krijgen op wat werkt voor wie, waarom en onder welke
omstandigheden?
10
Aanbevelingen vanuit pilootprojecten GBO
•Situering
• Pilootprojecten:
> De werkzame principes van het GBO hebben betrekking op het
proactief verkennen en realiseren van rechten, outreachend werken,
generalistisch werken en het uitbouwen van een positieve
hulpverleningsrelatie tussen sociaal werkers en cliënten.
> De onderzoekers komen tot een 20-tal aanbevelingen, die terug te
vinden zijn in de conclusies bij het onderzoeksrapport.
> Selectie van die aanbevelingen die het meest aansluiten bij het
inspiratiekader.
11
Aanbevelingen vanuit pilootprojecten GBO
•Aanbevelingen
• Aanbevelingen rond regie en uitbouw van het GBO
> Maak duidelijke afspraken op het lokale niveau over wie, waarom en
op welke manier de regiefunctie van het GBO opgenomen wordt.
> Lokale samenwerkingsverbanden dienen zich te verantwoorden
tegenover partners over de manier waarop de coördinatierol wordt
afgestemd op de noden van het netwerk.
> De actiegerichtheid van het netwerk op het niveau van het
formuleren van doelstellingen, het uitdenken en uitvoeren van acties
wordt verhoogd door een coördinerende organisatie die beslissingen
maakt op basis van een synthese van verwachtingen en noden van
partners.
12
Aanbevelingen vanuit pilootprojecten GBO
•Aanbevelingen
• Aanbevelingen rond regie en uitbouw van het GBO
> Ontwikkel en evalueer de lokale invulling van het GB0 op basis van
een omgevingsanalyse naar de lokale noden, behoeften en
problematieken in de lokale context.
> Formuleer de doelstellingen van het GBO op basis van deze
omgevingsanalyse cliënt- en burgergericht.
13
Aanbevelingen vanuit pilootprojecten GBO
•Aanbevelingen
• Aanbevelingen rond participatie
> Investeer in participatie van doelgroep en basiswerkers bij het bepalen van visie, doelstelling en acties van een GBO op het (boven)lokale niveau.
> Het perspectief van basiswerkers en doelgroep kan helpen bij het identificeren van prioritaire noden en behoeften.
> Het perspectief van basiswerkers en doelgroep helpt bij het ontwikkelen en afbakenen van concrete en prioritaire acties.
> Het perspectief van basiswerkers en doelgroep kan helpen bij het nadenken over de nodige randvoorwaarden om deze acties te ontplooien.
14
Aanbevelingen vanuit pilootprojecten GBO
•Aanbevelingen
• Aanbevelingen rond werkzame principes
− Basiswerkers dienen in hun lokale GBO-praktijk in te zetten op
een proactieve en aanbodgerichte benadering om:
> De rechten van (kwetsbare) burgers actief te verkennen en te
realiseren;
> De drempels naar de hulp- en dienstverlening te overbruggen;
> Resultaten te boeken op niveau van rechten, maar ook sociaal
welbevinden.
15
Aanbevelingen vanuit pilootprojecten GBO
•Aanbevelingen
• Aanbevelingen rond werkzame principes
− Basiswerkers dienen in hun lokale GBO-praktijk in te zetten op
outreachend werken om:
> Onderbescherming bij niet-gekende maar hulpbehoevende burgers te
detecteren;
> De rechten van (kwetsbare) burgers te verkennen en te realiseren in
hun eigen leefomgeving;
> De drempels naar de hulp- en dienstverlening te overbruggen;
16
Aanbevelingen vanuit pilootprojecten GBO
•Aanbevelingen
• Aanbevelingen rond werkzame principes
− GBO-praktijken dienen in te zetten op samenwerking met basis-
en faciliterende actoren om aansluiting te vinden op de
vertrouwde leefomgeving van de doelgroep in laagdrempelige
ontmoetingsplekken.
17
Aanbevelingen vanuit pilootprojecten GBO
•Aanbevelingen
• Aanbevelingen rond werkzame principes
− Basiswerkers dienen in hun lokale GBO-praktijk generalistisch
te werken om:
> De cliëntsituatie in zijn totaliteit te verkennen en onderbescherming
te detecteren;
> Antwoorden te formuleren voor de relevante levensdomeinen;
> De verbinding te maken tussen de cliënt en de relevante organisaties
en diensten door te informeren, cliënten te ondersteunen en te
onderhandelen;
18
Aanbevelingen vanuit pilootprojecten GBO
•Aanbevelingen
• Aanbevelingen rond werkzame principes
− Basiswerkers dienen in hun lokale GBO-praktijk in te zetten op
het realiseren van een positieve hulpverleningsrelatie
waarbinnen krachtgericht en op maat wordt gewerkt rond het
tegengaan van onderbescherming.
19
Aanbevelingen vanuit pilootprojecten GBO
•Aanbevelingen
• Aanbevelingen rond de noodzakelijke randvoorwaarden
> Creëer autonomie voor lokale basiswerkers met voldoende tijd en
ruimte om op maat van kwetsbare burgers generalistisch,
outreachend, participatief en krachtgericht te werken.
> Basiswerkers van lokale GBO-praktijken hebben ruimte nodig voor
hun signaleringsopdracht in het kader van het GBO.
> Actoren vanuit het beleid dienen responsief te zijn voor signalen en
expertise vanuit de basiswerkers en doelgroep van het GBO.
20
Aanbevelingen vanuit pilootprojecten GBO
•Aanbevelingen
• Aanbevelingen rond de noodzakelijke randvoorwaarden
> De basis- en faciliterende actoren verbonden aan het
samenwerkingsverband GBO dienen expertise van basiswerkers en
ervaringskennis van doelgroep vanuit de GBO-praktijken te benutten
om innovaties door te voeren in de eigen werking en
samenwerkingsverband.
> Investeer in inhoudelijke ondersteuning door de blijvende
uitwisseling van inspiratievolle praktijken bij de verdere uitrol van
het GBO.
21
Situering
•Werk- en zorgdecreet 25/04/14
• Aanbod
− Activeringstrajecten
> Kortstondige werk- en zorgtrajecten van maximaal 18 maanden om
mensen met een MMPPS-problematiek een duwtje in de rug te geven,
op weg naar betaald werk.
> Traject met combinatie van werkacties en hulpverlening
> Doel: voorbereiden op betaalde tewerkstelling.
> Traject wordt uitgetekend door casemanager Zorg en een
casemanager Werk, samen met cliënt.
> Netwerk van dienstverleners gaat aan de slag met trajectplan.
> Netwerken en casemanager Werk worden aangesteld door VDAB.
> Casemanager zorg wordt gemandateerd door departement WVG.
22
Situering
•Werk- en zorgdecreet
• Aanbod
− Arbeidsmatige activiteiten (AMA)
> Onbetaalde bezigheid voor mensen tussen 18 en 65 jaar met een
MMPPS- problematiek.
> Kunnen op korte en middellange termijn geen betaalde arbeid
verrichten.
> Ze worden begeleid door erkende begeleiders.
> Doel: bieden van zinvolle bezigheid, zorgen voor structuur, aanreiken
van sociale contacten en mogelijkheid tot zelfontplooiing.
> Voorzieningen kunnen erkend worden als begeleider door
departement WVG.
23
Situering
•Werk- en zorgdecreet
• Aanbod
− Trajecten maatschappelijke oriëntatie
> Deze worden gekoppeld aan het decreet lokaal sociaal beleid en
meer bepaald aan het GBO.
> Voortaan spreken we van onthaaltrajecten voor mensen met een
VDAB-advies niet toeleidbaar.
> Deze mensen met een MMPPS-problematiek kunnen op korte niet
meer betaald aan de slag en krijgen van de VDAB een advies niet
toeleidbaar.
24
Situering
•Werk- en zorgdecreet
• Aanbod
> Na een gespecialiseerde screening is de VDAB van oordeel dat de
werkzoekende omwille van niet-arbeidsmarkt gerelateerde
problematieken, zelfs mits intensieve begeleiding, niet ingezet kan
worden op de arbeidsmarkt, noch in betaald, noch in onbetaald
werk.
> Het zijn enkel de mensen met advies niet toeleidbaar gekoppeld
aan het statuut werkloosheidsuitkering die doorverwezen worden
naar het samenwerkingsverband GBO.
25
Situering
•Decreet LSB van 09/02/18
> Binnen het decreet LSB fungeert het sociaal huis als loket voor de
OCMW hulp- en dienstverlening.
> Zichtbaar aanspreekpunt voor welzijnsvragen.
> Vanuit het sociaal huis, wordt onder regie van het lokaal bestuur, het
samenwerkingsverband GBO uitgebouwd.
> Drie kernactoren met een decretale onthaalopdracht: OCMW,CAW en
DMW.
> Prioritair gericht op het verhogen van de toegankelijkheid van de
hulp- en dienstverlening en de aanpak van onderbescherming.
> Samenwerking met basis- en faciliterende actoren en achterliggend
aanbod.
26
Situering
•Samenwerkingsverband GBO
> Gezamenlijke onthaalopdracht maar onderscheiden expertise.
> De meerwaarde van het samenwerkingsverband ligt in het realiseren
van meer synergie tussen de werking van de kernpartners waarbij de
onderscheiden competenties maximaal gebundeld worden ingezet.
> Een doorgedreven samenwerking leidt tot een meer omvattende
oplossing op maat van de doelgroep en is van belang inzake de strijd
tegen onderbescherming.
> Belangrijk om een onderscheid te maken tussen de rol van de
onthaalmedewerker en andere rollen die verbonden zijn aan
specifieke mandaten die hulpverleners van betrokken partners
opnemen.
27
Situering
•Samenwerkingsverband GBO
> Zodanig georganiseerd dat het, daar waar nodig, het overzicht op het
hulpverleningstraject blijft behouden.
> Terugvalbasis daar waar cliënten om een of andere reden afhaken,
terwijl nog hulp nodig is.
> Werkt structureel/politiserend en vervult een signaalfunctie.
> Vanuit een gemeenschappelijke doelstelling en gedeelde
werkingsprincipes komen tot een geïntegreerde aanpak.
> Dit veronderstelt een gemeenschappelijke aanpak van de
onthaalfuncties en de werkingsprincipes.
28
Situering
•Samenwerkingsverband GBO
> Term onthaal is een overkoepelende term voor een aantal functies en
werkingsprincipes die eigen zijn aan eerstelijnswerkingen met een
onthaalopdracht.
> Binnen het samenwerkingsverband zullen de onderscheiden
competenties/expertise maximaal samen ingezet worden.
29
Onthaaltraject
•Krachtlijnen sociaal werk: eindrapport conferentie sociaal werk
• Uitgangspunt
> Sociaal werkers zijn ‘democratische ‘ professionals.
> Realiseren van mensenrechten en sociale rechtvaardigheid zijn
gedeelde normatieve principes van het sociaal werk.
> Het gaat hier over burgerrechten, politieke rechten, over sociaal
economische en culturele rechten zoals recht op arbeid, huisvesting,
onderwijs, gezondheidzorg.
> Sociaal werkers werken op basis van gelijkwaardigheid, leggen
verbindingen en laten mensen tot hun recht komen.
> Het tegengaan van onderbescherming is een belangrijke doelstelling.
30
Onthaaltraject
•Krachtlijnen sociaal werk: eindrapport conferentie sociaal werk
• Uitgangspunt
De 5 krachtlijnen van het sociaal werk zijn onlosmakelijk met mekaar
verbonden.
> Nabijheid en laagdrempelig werken
> Politiserend werken
> Generalistisch werken
> Verbindend werken
> Proceslogica
De specifieke combinatie maakt de kern uit van het sociaal werk en het
handelen van sociaal werkers.
31
Onthaaltraject
•Krachtlijnen sociaal werk: eindrapport conferentie sociaal werk
• Nabijheid en laagdrempelig werken
− ‘Nabije’ professional
> Iemand die de omgeving van de cliënt kent en letterlijk dichterbij
komt.
> Aanwezig in de leefwereld van cliënten in een kwetsbare positie:
thuissituatie, laagdrempelige werkingen zoals buurthuizen, lokale
dienstencentra, verenigingen waar armen het woord nemen.
> Iemand die per definitie vindplaatsgericht en outreachend werkt.
32
Onthaaltraject
•Krachtlijnen sociaal werk
• Politiserend werken
− Verwijst naar dubbele functie van mensenrechten:
> Waarborgen van toegang tot rechten
> Collectiviseren van maatschappelijke problemen
− Verzekeren dat mensen gebruik kunnen maken van sociale
rechten
− Wijzen op structurele mechanismen die bijdragen aan sociale
onrechtvaardigheid
− Organiseren van de dialoog rond maatschappelijk
ontwikkelingen, evoluties en problemen.
33
Onthaaltraject
•Krachtlijnen sociaal werk
• Generalistisch werken
− ‘Specialisten in het generalisme’ – brede kijk
> Een generalist focust nooit op een specifiek onderdeel maar plaatst
de persoon in zijn bredere context.
> Er is aandacht voor alle levensdomeinen en de onderlinge samenhang
> De generalist is een brugfiguur, heeft goed zicht op de sociale kaart
en zet actief in op netwerkvorming met andere professionals.
> Sociaal werkers zijn vanuit de generalistische invalshoek per definitie
trajectbegeleiders, casemanagers of zorgcoördinatoren.
34
Onthaaltraject
•Krachtlijnen sociaal werk
• Verbindend werken: ‘empowermentparadigma als denk- en
handelingskader’
− Individueel niveau
> Versterken van individuen en groepen om terug greep te krijgen op
hun leven en om betekenisvol te kunnen deelnemen aan de
samenleving.
> Het gaat hier om het versterken van verbinding van de cliënt met
zichzelf.
> Het gaat niet louter om een individuele component maar zeker ook
om een samenleving die faciliterend moet optreden.
> Een faciliterende samenleving is essentieel in het kader van de
vermaatschappelijking van de zorg.
35
Onthaaltraject
•Krachtlijnen sociaal werk
• Verbindend werken: ‘empowermentparadigma als denk- en
handelingskader’
− Collectief niveau
> Dit verwijst naar het werken aan verbinding in buurten en op het
lokale niveau om het samenleven te versterken.
− Politiek-maatschappelijk niveau
> Verbinden met de maatschappelijke basisinstituties zoals onderwijs,
arbeidsmarkt, gezondheidszorg en de democratische processen om
deze toegang voor iedereen te borgen, in het bijzonder voor de
meest kwetsbaren.
> Niet alleen verzekeren van toegang maar ook het collectiviseren van
problemen bij deze toegang.
36
Onthaaltraject
•Krachtlijnen sociaal werk
• Verbindend werken: ‘empowermentparadigma als denk- en
handelingskader’
− Onderlinge samenhang tussen de 3 niveaus
> De drie niveaus van empowerment hangen onderling met mekaar
samen.
> Door het verbinden van de onderscheiden niveaus kunnen problemen
gecollectiviseerd worden.
37
Onthaaltraject
•Krachtlijnen sociaal werk
• Proceslogica
> Sociaal werk is maatwerk en er wordt steeds aansluiting gezocht bij
de concrete situatie.
> Sociaal werk volgt een zekere proceslogica waarbij de uitkomst niet
op voorhand vastligt.
> Inspraak en participatie van de cliënt in het gehele proces staat
hierbij centraal.
38
Onthaaltraject
•Doelstellingen
• Samenwerkingsverband
− Toegankelijkheid van hulp verhogen en onderbescherming
tegengaan
> Krachtenbundeling
• Onthaal(traject)
− Proactief handelen in de strijd tegen onderbescherming
> Kernactoren nemen zelf het initiatief om rechthebbenden te
bereiken, hen te informeren over mogelijke rechten, deze rechten
realiseren en hulp te bieden.
39
Onthaaltraject
•Doelstellingen
• Onthaaltraject
− Het bevorderen van de eigen regie en het zelfhelpend
vermogen van cliënten
> De cliënt wordt ondersteund om zoveel mogelijk op eigen
gelegenheid vragen te beantwoorden en levensdomeinen op te
lossen.
> De onthaalmedewerker zal samen met de cliënt op zoek gaan naar de
probleemoplossende vaardigheden van de cliënt.
> In een aantal omstandigheden is het niet aangewezen om de
verantwoordelijkheid bij de cliënt zelf te leggen.
40
Onthaaltraject
•Doelstellingen
• Onthaaltraject
− Het versterken van het hulporganiserend vermogen van de
cliënt en zijn betrokkenen
> De onthaalmedewerker zal samen met de cliënt op zoek gaan naar
sociale steun van familie, vrienden of buren, en ruimer.
> Hierbij is er ook aandacht voor het feit dat kwetsbare burgers niet
altijd kunnen terugvallen op een (sterk) netwerk, wat extra
ondersteuning vraagt.
41
Onthaaltraject
•Doelstellingen
• Onthaaltraject
− Het activeren van het helpend vermogen van cliënten
> De cliënt wordt gestimuleerd om te participeren aan de samenleving
en tevens een bijdrage te leveren door zijn talenten en vaardigheden
in te zetten.
− Het vervullen van een signaleringsopdracht
> Hierbij worden noden, tekorten en drempels in het (achter)liggend
aanbod aangekaart evenals de factoren die de onderbescherming
versterken.
42
Onthaaltraject
•Functies
• Wat?
> Is erop gericht mensen te informeren
> De cliënt te helpen om een beter inzicht te krijgen in zijn situatie en
mogelijkheden aan te reiken
> Te onderzoeken of de cliënt zijn rechten volledig uitput en, zo niet,
te ondersteunen bij het realiseren van deze rechten
> Te bekijken of er alternatieven zijn voor het statuut van de
betrokkene
> Eventueel door te verwijzen naar meer specifieke hulpverlening
43
Onthaaltraject
•Functies
− Neutraal, toegankelijk, herkenbaar en zichtbaar
− Proactief acties opzetten
> Acties waarbij de kernactoren zelf het initiatief nemen om contact te
zoeken met de kwetsbare burgers
> Doel: ervoor zorgen dat mensen rechten verkrijgen en zorg en
ondersteuning ontvangen.
− De rechten verkennen en gebruikers proactief informeren over
hun sociale grondrechten en de sociale voordelen
− Cliënten ondersteunen om hun grondrechten en sociale
voordelen maximaal te realiseren en waar nodig sociaal
administratieve hulp verstrekken.
44
Onthaaltraject
•Functies
− De hulpvraag beluisteren en verhelderen vanuit een breed
generalistisch perspectief
− Objectieve en transparante informatie verstrekken over het
volledige aanbod van de lokale sociale hulp- en dienstverlening
− Oriënterend advies verstrekken
− Toeleiden naar de gepaste hulp- en dienstverlening
45
Onthaaltraject
•Functies
− Het overzicht behouden op het hulpverleningstraject van de
cliënt, fungeren als terugvalbasis indien de verdere hulp- en
dienstverlening stopt, beschikbaar blijven voor verdere vragen
en bemiddelen tussen de cliënt en andere actoren.
− Signaleren van drempels die de toegankelijkheid van hulp- en
dienstverlening bedreigen en factoren die onderbescherming
versterken.
46
Onthaaltraject
•Principes
• Richtlijnen die richting geven aan handelen dat nodig is om de
doelstellingen te bereiken.
− Generalistisch werken met specialisaties binnen bereik
> Aandacht voor de verschillende levensdomeinen en de onderlinge
verwevenheid van problematieken
− Krachtgericht werken
> De mogelijkheden en hulpbronnen van cliënten en hun directe
omgeving worden verkend en benut
− Maatzorg en subsidiariteit
47
Onthaaltraject
•Principes
− Participatief werken
> De cliënt wordt structureel en op een volwaardige en gelijkwaardig
manier betrokken bij het hulpverleningstraject
− Aanklampend werken
> Motiveren van mensen om hulp en ondersteuning te aanvaarden.
− In continuïteit van de hulp- en dienstverlening voorzien
− Inzetten op samenwerking
− Methodisch werken
> Systematisch en weloverwogen te werk gaan om een bepaald doel te
bereiken.
48
Onthaaltraject
•Basishouding
• Positieve hulpverleningsrelatie
> Cliënten worden op hun gemak gesteld
> De situatie wordt erkend zonder een oordelende houding aan te
nemen
> Het gevoel wordt gegeven oprecht te willen helpen
> Duidelijke antwoorden worden gegeven
> Responsief en transparant handelen
> Maatgericht
> Inzetten op krachten van cliënten en hun netwerk
49
Doelgroep mensen met VDAB-advies niet toeleidbaar
•Wie komt in aanmerking voor onthaaltraject?
• Niet toeleidbaar en werkloosheidsuitkering
> ‘Werkzoekenden’ die het advies niet toeleidbaar hebben gekregen en
een werkloosheidsuitkering ontvangen of een aanvraag hiervoor
lopende hebben.
> Mensen in een achterstandspositie met een grote zorgnood en
waarbij er sprake is van een MMPPS-problematiek.
> VDAB is van oordeel dat stappen zetten naar betaalde tewerkstelling,
(tijdelijk), zelfs mits intensieve begeleiding, niet mogelijk is.
50
Doelgroep mensen met VDAB-advies niet toeleidbaar
•Kenmerken?
> Doordat ze niet inzetbaar zijn op de arbeidsmarkt krijgen ze vanuit
de VDAB geen bemiddeling naar werk
> Kunnen ze geen beroepsopleiding volgen, krijgen ze geen vacatures
doorgestuurd, moeten ze geen werkzoekgedrag vertonen
> Werkloosheidsuitkering is degressief in tijd en het statuut niet
toeleidbaar schort de degressiviteit niet op
> Voor mensen met een inschakelingsuitkering, die beperkt is in tijd,
stopt de uitkering na de maximumduur van 3 jaar
> Jaarlijkse opvolging/evaluatie door VDAB
51
Verwijzing van VDAB naar GBO
•Eindgesprek
• Wanneer wordt advies niet toeleidbaar aangevraagd?
> Wanneer de ‘werkzoekende’ een grote afstand heeft tot de
arbeidsmarkt wegens een combinatie van medische, mentale,
psychische, psychiatrische en/of sociale problemen.
> In dit geval kan betrokkene niet toegeleid worden naar jobs in het
normale economisch circuit, niet naar jobs in de sociale economie,
niet naar activiteiten in de arbeidszorg in het kader van doorstroom
en niet naar gespecialiseerde begeleiding zoals bijvoorbeeld
activeringsbegeleiding.
> De ‘werkzoekende’ met een advies niet toeleidbaar, komt
automatisch op ‘niet inzetbaar’.
52
Verwijzing van VDAB naar GBO
•Eindgesprek
• Wanneer wordt advies niet toeleidbaar aangevraagd?
− Er zijn verschillende trajecten die mensen kunnen lopen om
een advies niet toeleidbaar te krijgen
> Screening
> Na het lopen van een activeringstraject
> Na arbeidszorg (AMA) wanneer men niet meer in aanmerking komt
voor statuut doorstroom arbeidszorg.
53
Verwijzing van VDAB naar GBO
•Eindgesprek
− Opmerking
> Voor de toeleiding naar een onthaaltraject GBO ligt de prioriteit NIET
bij de mensen die het statuut niet toeleidbaar krijgen omdat ze niet
meer in aanmerking komen voor het statuut doorstroom arbeidszorg.
> De toeleiding door VDAB moet hier prioritair gaan richting
begeleiders arbeidsmatige activiteiten of andere vormen van
dagbesteding.
54
Verwijzing van VDAB naar GBO
•Eindgesprek
− Aanvraag niet toeleidbaar?
> De bemiddelaar bij de VDAB beslist zelf niet over de niet
toeleidbaarheid.
> Het statuut niet toeleidbaar moet steeds aangevraagd worden bij de
Dienst voor Arbeidsbeperking (DABP).
> Soms is een advies niet toeleidbaar het resultaat van een actie bij de
partners, bijvoorbeeld na activeringsbegeleiding.
> In dit geval maken de zorg- en empowermentspartners samen met de
GTB-trajectbegeleider (gespecialiseerde trajectbepalings- en
begeleidingsdienst) het verslag op.
55
Verwijzing van VDAB naar GBO
•Eindgesprek
− Aanvraag niet toeleidbaar?
> GTB is een dienst voor bemiddeling van mensen met een
arbeidsbeperking of gezondheidsproblemen naar een gepaste job.
− Vervolgens zal de DABP
> Het advies niet toeleidbaar goedkeuren op basis van de aangeleverde
informatie door de bemiddelaar of zelf een screening uitvoeren.
> Ervoor zorgen dat de werkzoekende een eindgesprek krijgt waarin de
resultaten van de screening en het advies wordt toegelicht.
> Een afsprakenblad niet toeleidbaar opmaken waarin afspraken en
een aantal vrijblijvende tips zijn opgenomen.
56
Verwijzing van VDAB naar GBO
•Eindgesprek
− Hoe wordt de werkzoekende geïnformeerd?
> De DAPB zorgt ervoor dat de werkzoekende wordt uitgenodigd voor
een eindgesprek.
> De DABP overlegt eerst met de bemiddelaar wie het best geplaatst is
om het afrondend gesprek te voeren.
− Wat komt aan bod in het eindgesprek?
> Dat het in de huidige situatie moeilijk is om werk te vinden en dat
betrokkene tijd moet nemen om deze persoonlijke situatie aan te
pakken.
> Dat een VDAB-opleiding volgen niet mogelijk is omdat er geen
haalbaar job profiel kan opgemaakt worden.
57
Verwijzing van VDAB naar GBO
•Eindgesprek
− Wat komt aan bod in eindgesprek?
> Dat de VDAB-bemiddeling stopt tot de persoonlijke situatie gewijzigd
is.
> Dat de betrokkene zelf contact moet opnemen met de VDAB als de
problemen zijn opgelost en werk opnieuw mogelijk wordt.
> Dat de betrokkene zich kan informeren bij andere uitkeringsstelsels
> Dat de betrokkene bij RVA een aanvraag kan doen voor 33%
arbeidsongeschiktheid
> Dat voor niet toeleidbaren die ouder zijn dan 61, er een vrijstelling
van inschrijving bij de VDAB kan aangevraagd worden.
58
Verwijzing van VDAB naar GBO
•Eindgesprek
− Wat komt aan bod in eindgesprek?
> VDAB bespreekt samen met de werkzoekende de mogelijkheid om
een onthaaltraject te lopen op het ogenblik dat iemand een advies
niet toeleidbaar krijgt.
> De VDAB geeft aan de hand van de folder GBO toelichting bij de
werking van het samenwerkingsverband en motiveert de betrokkene
om hier op in te gaan.
> De woonplaats (domicilie) van de doelgroep bepaalt in eerste
instantie of VDAB iemand kan toeleiden naar het
samenwerkingsverband GBO.
> De woonplaats moet liggen in het werkingsgebied van een van de
weerhouden projecten.
59
Verwijzing van VDAB naar GBO
•Eindgesprek
− Wat komt aan bod in eindgesprek?
> De VDAB geeft prioriteit aan werkzoekenden met een
inschakelingsuitkering die beperkt is in tijd, in functie van het feit
dat rechtenverkenning, waaronder het nagaan of een persoon kan
overgaan naar een beter passend statuut en uitkering, deel uitmaakt
van een traject GBO.
> De VDAB hanteert geen selectiecriteria op basis van leeftijd,
problematiek, hulpvraag, persoonlijke situatie en duurtijd van de
niet toeleidbaarheid.
60
Verwijzing van VDAB naar GBO
•Eindgesprek
− Wat komt aan bod in eindgesprek?
> VDAB legt uit dat ze een jaarlijkse evaluatieopdracht heeft zolang ze
een werkloosheidsuitkering ontvangen.
> Hiervoor baseert de VDAB zich enkel op het gesprek met de
betrokkene.
> De VDAB beschikt niet over informatie vanuit GBO omdat er in de
pilootfase gewerkt wordt met een minimale invulling van
gegevensuitwisseling.
> Bij het begin van het traject zal de VDAB met instemming van de
betrokkene het inschrijvingsformulier doormailen naar de
contactpersoon van het samenwerkingsverband GBO.
61
Verwijzing van VDAB naar GBO
•Eindgesprek
− Wat komt aan bod in eindgesprek?
> Dit wordt per mail (met wachtwoord en toestemming van de
betrokkene) bezorgd aan de contactpersoon GBO.
> De VDAB noteert de opdracht ‘onthaaltraject GBO’ op het
afsprakenblad en volgt op of de betrokkene op het aanbod is kunnen
ingaan.
> Indien een bepaalde kernactor moeilijk ligt bij de betrokkene dan
wordt dit genoteerd op het inschrijvingsformulier.
> Bij de toewijzing van het dossier wordt hier rekening mee gehouden.
62
Verwijzing van VDAB naar GBO
•Eindgesprek
− Wat komt aan bod in eindgesprek?
> De tips op het afsprakenblad worden, mits instemming van de cliënt,
genoteerd op het inschrijvingsformulier.
> Het inschrijvingsformulier en het afsprakenblad worden overhandigd
aan de betrokkene.
− Wie verwijst door naar GBO?
> De doorverwijzing kan gebeuren door de VDAB/GTB-bemiddelaar of
de DABP-psycholoog.
> Dat is afhankelijk van wie het advies niet toeleidbaar doorpraat met
de betrokkene en wie de doorverwijzing naar GBO met de betrokkene
bespreekt.
63
Verwijzing van VDAB naar GBO
•Eindgesprek
− Wie verwijst door naar GBO?
> Indien advies niet toeleidbaar na activeringstraject dan zal de GTB-
bemiddelaar doorverwijzen.
> Voor de niet toeleidbaren die die gekend zijn bij DABP gebeurt de
toeleiding door DABP- meestal na screening of reeds langer een
advies niet toeleidbaar en tijdens proces van herevaluatie door DABP
worden toegeleid naar GBO.
> Op het inschrijvingsformulier staat de naam van de DABP-psycholoog
vermeld omdat deze voor de verdere opvolging zorgt.
64
Verwijzing van VDAB naar GBO
•Aanmelding bij GBO
> Het inschrijvingsformulier met tips uit afsprakenblad komt via mail
toe bij de contactpersoon van het GBO.
> Voor de manier van toewijzen van het ‘dossier’ zijn er verschillende
scenario’s opgenomen in de onderscheiden projectvoorstellen.
> Wetenschappelijk onderzoek zal de gevolgen van de keuzes mee in
kaart brengen.
> De onthaalmedewerker zal op een proactieve, outreachende en
aanklampende wijze contact opnemen met de betrokkene om een
afspraak te maken.
> Streefdoel is om de persoon binnen de vier weken te contacteren
voor een eerste contact/gesprek.
65
Onthaaltraject: dialogisch cyclisch proces
•Fasen in het dialogisch cyclisch proces
• Een herkenbaar grondpatroon
> Het methodisch handelen van een onthaalmedewerkers is gebaseerd op een herkenbaar grondpatroon dat de logica volgt van de probleemoplossingscyclus.
• Stappen:
> Proactief handelen
> Rechten verkennen en realiseren
> Hulpvraag in kaart brengen
> Diagnose/situatieanalyse
> Plan/ontwerp
> Interventies
> Bijsturen
> Evaluatie
66
Onthaaltraject: dialogisch cyclisch proces
67
•Fasen in het dialogisch cyclisch proces
• Flexibel proces
> Het gaat hier over een flexibel proces dat zich aanpast aan de
situatie van de cliënt.
• Activerend proces
> De onthaalmedewerker is steeds gericht op het activeren en
ontwikkelen van het zelfhelpend, het hulporganiserend en het
helpend vermogen van de cliënt en zijn betrokkenen.
Onthaaltraject: dialogisch cyclisch proces
•Fasen in het dialogisch cyclisch proces
• Uitgangspunten:
> De onthaalmedewerker stuurt dit proces door op passende momenten
de juiste vragen te stellen, korte samenvattingen te geven en door te
vragen.
> De cliënt bepaalt zelf welke oplossingen hij verkiest om uit te
voeren, op welke manier hij dat doet, wie hij daarbij inschakelt en
welk tempo hij aanhoudt.
> Essentieel is dat de onthaalmedewerker en de cliënt dit in
samenspraak doen, eventueel met de betrokkene van de cliënt en
soms ook me andere hulpverleners.
68
Onthaaltraject: dialogisch cyclisch proces
•Fasen in het dialogisch cyclisch proces
• Uitgangspunten:
> De onthaalmedewerker laat zich niet uitsluitend leiden door het
verhaal van de cliënt.
> Hij maakt steeds professionele afwegingen en neemt beslissingen om
de situatie gunstig te beïnvloeden.
> In wat volgt zullen we de onderscheiden fasen/taken los van elkaar
bespreken maar ze staan doorlopend met mekaar in verbinding en
kunnen in de praktijk niet los van mekaar gezien worden.
69
Onthaaltraject: dialogisch cyclisch proces
•Fasen in het dialogisch cyclisch proces
• Fasen:
− Opstart
> De onthaalmedewerker legt (hernieuwd) contact met de cliënt en legt de bouwstenen voor een vertrouwensband.
> Het kan hier gaan om één of meerdere gesprekken.
> De opgedane ervaringen in de pilootregio leert dat het concreet realiseren van sociale voordelen en tegemoetkomingen een belangrijke succesfactor is om de vertrouwensband met de cliënt uit te bouwen.
> Door met een concreet aanbod ‘rechten’ successen met de cliënt te boeken, wint de onthaalmedewerker het vertrouwen en open zich mogelijkheden om ook met achterliggende vragen aan de slag te gaan.
70
Onthaaltraject: dialogisch cyclisch proces
•Fasen in het dialogisch cyclisch proces
• Fasen:
− Opstart
> De onthaalmedewerker zal de betrokkene proactief informeren over de sociale grondrechten, de sociale voordelen en de financiële tegemoetkomingen.
> De onthaalmedewerker contacteert de betrokkene en spreekt met de betrokkene de plaats en het tijdstip af voor het eerste contact/gesprek.
> De betrokkene kiest de plaats waar hij het gesprek wil laten doorgaan.
> Indien de betrokkene ervoor opteert om zich te begeven tot de onthaalmedewerker, dan zorgt de onthaalmedewerker voor een warm ontvangst.
71
Onthaaltraject: dialogisch cyclisch proces
•Fasen in het dialogisch cyclisch proces
• Fasen:
− Opstart
> De betrokkene krijgt de gelegenheid en de ruimte om zichzelf voor te stellen, de nodige vragen te stellen en zijn verhaal te doen.
> De onthaalmedewerker stelt zich voor en geeft duiding bij de doelstellingen, de werkingsprincipes en de uitgangspunten van het onthaaltraject.
> De onthaalmedewerker geeft duiding bij de afspraken over de informatie- en gegevensuitwisseling.
> De klachtenprocedure wordt eveneens toegelicht.
> De cliënt wordt geïnformeerd over het omkaderend wetenschappelijk onderzoek en er wordt toestemming gevraagd om de geanonimiseerde gegevens te verzamelen.
72
Onthaaltraject: dialogisch cyclisch proces
•Fasen in het dialogisch cyclisch proces
• Fasen:
− Opstart
> De startdatum en de contactgegevens van de onthaalmedewerker
worden doorgegeven aan de contactpersoon van de VDAB.
> Er worden afspraken gemaakt voor een vervolgcontact.
73
Onthaaltraject: dialogisch cyclisch proces
•Fasen in het dialogisch cyclisch proces
• Fasen
Trajectbepaling
− De onthaalmedewerker zal samen met de cliënt de rechten
verkennen en realiseren
> Proactief informeren over sociale grondrechten, sociale voordelen en
financiële tegemoetkomingen en ondersteunen bij realiseren
hiervan.
> De onthaalmedewerker bekijkt of er kan overgegaan worden tot een
ander statuut dat meer rechtszekerheid en bescherming geeft.
74
Onthaaltraject: dialogisch cyclisch proces
•Fasen in het dialogisch cyclisch proces
• Fasen
Trajectbepaling
− De onthaalmedewerker zal samen met de cliënt de rechten
verkennen en realiseren
> Een wijziging van statuut moet een verbetering zijn voor de cliënt en
de totale situatie moet in overweging worden genomen, dus ook
impact van wijziging van statuut op afgeleide sociale voordelen.
> Een verbetering van statuut leidt ertoe dat er op verschillende
levensdomeinen stappen vooruit worden gezet.
75
Onthaaltraject: dialogisch cyclisch proces
•Fasen in het dialogisch cyclisch proces
• Fasen
Trajectbepaling
− De onthaalmedewerker verkent samen met de cliënt de
situatie en brengt deze in beeld.
> Bijzondere aandacht voor de onderscheiden levensdomeinen en de
onderlinge samenhang.
> Door de verschillende levensdomeinen gaandeweg in beeld te
brengen ontstaat er in het proces inzicht en uitzicht.
> Inzicht in problemen, krachten, strategieën en hulpbronnen op maat
van de cliënt en uitzicht dat betrekking heeft op een werkbaar zinvol
perspectief.
76
Onthaaltraject: dialogisch cyclisch proces
•Fasen in het dialogisch cyclisch proces
• Fasen
Trajectbepaling
− De onthaalmedewerker zal samen met de cliënt die situatie
afwegen
> Bijzondere aandacht voor de balans draagkracht en draaglast.
> Draaglast: feitelijk en ervaren problemen en de gevolgen voor het
dagelijks leven van de cliënt en zijn netwerk.
> Draagkracht: eigen kracht en ondersteunende krachten
77
Onthaaltraject: dialogisch cyclisch proces
78
•Fasen in het dialogisch cyclisch proces
• Fasen
Trajectbepaling
− De onthaalmedewerker zal samen met de cliënt de wensen
en oplossingen verkennen en de acties plannen
> De onthaalmedewerker zal de cliënt informeren over welke mogelijkheden er zijn, de consequenties hiervan duiden, zodat de cliënt zelf een keuze kan maken en mee kan nadenken over het herstel van de balans draagkracht en draaglast.
> De onthaalmedewerker zoekt samen met de cliënt naar oplossingen die aansluiten bij de leefwereld van de cliënt en zijn omgeving.
> Het doorverwijzen naar meer gespecialiseerde vormen van hulpverlening en het opvolgen hiervan is zeker ook een onderdeel van de acties.
Onthaaltraject: dialogisch cyclisch proces
•Fasen in het dialogisch cyclisch proces
• Fasen:
− Trajectuitvoering en opvolging
> De acties worden uitgevoerd en voortdurend geëvalueerd en
bijgestuurd.
> De onthaalmedewerker heeft samen met de cliënt de situatie
verkend en samen zijn ze gekomen tot een plan van aanpak met
acties die betrekking hebben op de onderscheiden levensdomeinen
en die aansluiten bij de leefwereld van de cliënt.
> Voor de uitvoering van het traject zal er doorverwezen en
samengewerkt worden met het achterliggend aanbod
79
Onthaaltraject: dialogisch cyclisch proces
80
•Fasen in het dialogisch cyclisch proces
• Fasen:
− Trajectuitvoering en opvolging
> De onthaalmedewerker zal samen met de cliënt onderzoeken of de
uitvoering van de plannen leidt in de richting van een verbetering
van de situatie van de cliënt.
> Door tussentijds te evalueren wordt duidelijk wat gaat en wat niet
> De onthaalmedewerker volgt de uitvoering van de acties op en stuurt
bij waar nodig.
> Hij informeert zich bij de cliënt en peilt naar de tevredenheid van de
cliënt over zijn traject.
> De onthaalmedewerker gaat na of de beoogde doelen en acties nog
aansluiten bij de vragen van de cliënt.
Onthaaltraject: dialogisch cyclisch proces
•Fasen in het dialogisch cyclisch proces
• Fasen:
− Trajectuitvoering en opvolging
> De onthaalmedewerker werkt op maat van de cliënt, speelt kort op
de bal en vertrekt hierbij van een proactieve houding.
> De onthaalmedewerker onderhoudt de contacten met de betrokken
hulp- en dienstverleners
81
Onthaaltraject: dialogisch cyclisch proces
•Fasen in het dialogisch cyclisch proces
• Fasen:
− Afsluiten van het onthaaltraject
> Het uitvoeren en evalueren gebeurt voortdurend in het dialogisch
cyclisch proces.
> In deze fase gaat het over het moment van afsluiten van het
onthaaltraject.
> Wanneer de doelstellingen bereikt zijn, of wanneer de hulpverlening
geen meerwaarde meer biedt.
82
Onthaaltraject: dialogisch cyclisch proces
•Fasen in het dialogisch cyclisch proces
• Fasen:
− Afsluiten van het onthaaltraject
> Wanneer het onthaaltraject wordt afgesloten zal de
onthaalmedewerker de einddatum van het onthaaltraject doorgeven
aan de contactpersoon van de VDAB.
> De onthaalmedewerker geeft geen informatie door over het
hulpverleningstraject tenzij de cliënt hier expliciet om vraagt.
> De onthaalmedewerker heeft aandacht voor het jaarlijks
evaluatiegesprek dat de VDAB heeft met de doelgroep.
> De onthaalmedewerker zal de cliënt hierbij ondersteunen en samen
bekijken wat belangrijk is om in te brengen in het gesprek.
83
Onthaaltraject: dialogisch cyclisch proces
•Fasen in het dialogisch cyclisch proces
• Fasen:
− Afsluiten van het onthaaltraject
> Dit kan gaan over eventuele stappen naar werk die betrokkene wil
zetten of het evalueren van het advies niet toeleidbaar.
> Indien werk opnieuw mogelijk is, dan kan er een afspraak gemaakt
worden met de Dienst Arbeidsbeperking van de VDAB.
> De contactgegevens van de VDAB zijn terug te vinden op het
inschrijvingsformulier.
> De onthaalmedewerker bekijkt met de cliënt of nazorg wenselijk is
en welke rol de onthaalmedewerker hierbij kan opnemen.
84
Onthaaltraject: dialogisch cyclisch proces
•Fasen in het dialogisch cyclisch proces
• Opmerking
− Inspiratiekader
> Ondanks het gegeven dat het accent in het inspiratiekader vooral ligt
op het generieke van het onthaaltraject en bijgevolg op de
onthaalmedewerker en de een-op-een relatie is het minstens even
belangrijk om in de projecten te blijven stil staan bij de
samenwerking tussen de kernactoren binnen het
samenwerkingsverband.
> Belangrijk dat de kernactoren actief samenwerken, de krachten
bundelen en samen bekijken hoe ze de onderscheiden competenties
inzetten.
85
Onthaaltraject: dialogisch cyclisch proces
•Fasen in het dialogisch cyclisch proces
• Fasen:
• Opmerking
− Inspiratiekader
> De meerwaarde van de samenwerking moet leiden tot een meer
omvattende oplossing op maat van de cliënt.
> Er moet bijzondere aandacht zijn voor het tegengaan van
onderbescherming en rechtendetectie, competentieontwikkeling en
er moet ruimte gemaakt worden voor kennisuitwisseling en het
samen ontwikkelen van nieuwe kennis.
86
Randvoorwaarden
•Zie ‘aanbevelingen vanuit pilootprojecten’
87
Uitwisseling van persoonsgegevens in context GBO
•Gegevensuitwisseling tussen de kernactoren
• Finaliteit
> Hulpverlening aan cliënt om toegang tot hulp- en dienstverlening
maximaal te realiseren en onderbescherming tegen te gaan.
− Decreet lokaal sociaal beleid en gegevensuitwisseling
> Heeft alleen betrekking op gegevens die noodzakelijk zijn voor een
verantwoorde hulp- en dienstverlening en de continuïteit van de
hulp- en dienstverlening.
> De gegevens worden alleen uitgewisseld in het belang van de
gebruikers.
> Behoudens overmacht of dringende noodzaak, dient de gebruiker op
wie de gegevens betrekking hebben, zijn instemming te geven met
de gegevensuitwisseling.
88
Uitwisseling van persoonsgegevens in context GBO
•Gegevensuitwisseling tussen de kernactoren
− Decreet lokaal sociaal beleid en gegevensuitwisseling
> Deze basis wordt momenteel omgezet in uitvoeringsbesluiten.
− Voorstel overeenkomst gegevensdeling
> Op Vlaams niveau is in overleg met VVSG, CAW en DMW afgesproken
om binnen de lopende GBO-projecten met een
samenwerkingsovereenkomst te werken waarin de principes rond
gegevensuitwisseling en het mandaat van de betrokken hulpverleners
worden gevat.
> Nota: ‘voorstel van overeenkomst gegevensdeling GBO’
89
Uitwisseling van persoonsgegevens in context GBO
•Gegevensuitwisseling tussen GBO en VDAB
• Pilootfase
− Minimale invulling van gegevensuitwisseling
> Enkel noodzakelijke inschrijvingsinformatie en de datum van start en
einde onthaaltraject worden structureel uitgewisseld.
> Inhoudelijke informatie over het hulpverleningstraject wordt niet
uitgewisseld tenzij de cliënt hier uitdrukkelijk om vraagt.
> Welke samenwerking en gegevensuitwisseling op termijn in belang
van cliënt en de betrokken actoren mogelijk en wenselijk is, vormt
een onderzoeksvraag die in wetenschappelijk onderzoek zal
opgenomen worden.
90
Instrumenten
•Pilootregio GBO
• Instrumenten ontwikkeld in de pilootprojecten
> In een vervolgtraject zullen we deze instrumenten ook ontsluiten
voor andere samenwerkingsverbanden GBO en in dit inspiratiekader
een plaats geven.
91
Wetenschappelijk onderzoek
•Onderzoeksvragen
> Wat zijn de kenmerken en problematieken van de doelgroep met het
advies niet toeleidbaar?
> Welke invulling geven de pilootprojecten aan het onthaaltraject?
> Wat is de impact van het onthaaltraject op de doelgroep?
> Op welke wijze werken de partners in het GBO samen en wat zijn
volgens hen de succesvolle ingrediënten?
92
Literatuur
•Zie inspiratiekader
93
Bijlagen
•Welke?
> Afsprakenblad VDAB
> Inschrijvingsformulier VDAB
> Folder GBO
> Voorstel overeenkomst gegevensdeling GBO
> Privacyverklaring op vlak van gegevensverwerking- en bescherming
bij het inschrijvingsformulier
> Samenwerkingsovereenkomst met penhouders van het
samenwerkingsverband
94
Bedankt!Lifa Ouald Chaib