2013

Jelle Strybosch

Fudoshin Dojo vzw.

22-10-2013

Fudoshin Dojo vzw. Handleiding voor de beginnende karateka

Woord Vooraf Met onze verhuis naar sporthal ’t Kooike in putte vonden heel wat nieuwe gezichten hun weg

naar de dojo. Van hen kwam vrij snel de vraag of ik een informatiebundel kon opstellen

waarin zij meer uitleg over onze club en het karate zouden terugvinden.

Het samenstellen van die bundel was niet simpel en het heeft dan ook even geduurd voor hij

er was. Nu hij er echter is, is het niet meer dan gepast om de mensen te bedanken die hebben

bijgedragen tot de verwezenlijking ervan. Sensei Franky Vermeulen (en door hem beheerde

website van Fudoshin Dojo) was de belangrijkste informatiebron voor deze bundel.

Daarnaast was ook Shihan Etienne Van Holt een vat van kennis waaruit ik heb kunnen putten.

Ik wil hen beide van harte bedanken voor de goede begeleiding die zij mijzelf en vele andere

karatekas bieden. Ook José Quiñonero, mijn coach, wil ik via deze weg bedanken voor zijn

continue inzet en steun én voor zijn verhalen, die toch ook altijd een bron van inspiratie

vormen.

Ik hoop dat deze bundel is geworden wat ervan verwacht werd en dat het een hulp mag zijn

voor onze beginnende karatekas.

Jelle Strybosch

Inhoudsopgave Woord Vooraf ------------------------------------------------------------------------------------------------------ 1

Inhoudsopgave ---------------------------------------------------------------------------------------------------- 2

Inleiding ------------------------------------------------------------------------------------------------------------ 3

Fudoshin Dojo vzw. ----------------------------------------------------------------------------------------------- 4

Geschiedenis ---------------------------------------------------------------------------------------------------- 4

Sensei Franky Vermeulen ------------------------------------------------------------------------------------ 5

Fudoshin Dojo -------------------------------------------------------------------------------------------------- 5

Clublogo ------------------------------------------------------------------------------------------------------------ 6

Dojo-etiquette -------------------------------------------------------------------------------------------------- 7

Dojo Eed --------------------------------------------------------------------------------------------------------- 8

Kyokushinkai Karate --------------------------------------------------------------------------------------------- 9

Karate ------------------------------------------------------------------------------------------------------------ 9

Kyokushinkai - Betekenis----------------------------------------------------------------------------------- 10

Sosai Masutatsu Oyama ------------------------------------------------------------------------------------- 11

IFK – Internationale Federatie voor Karate ------------------------------------------------------------- 14

Japans voor Dummies ------------------------------------------------------------------------------------------ 15

Syllabus ----------------------------------------------------------------------------------------------------------- 18

10e Kyu – Witte band ---------------------------------------------------------------------------------------- 18

9e kyu – Rode band ------------------------------------------------------------------------------------------ 19

8e kyu – Blauwe band --------------------------------------------------------------------------------------- 20

7e kyu – Blauwe band met streep ------------------------------------------------------------------------- 21

6e kyu – Gele band ------------------------------------------------------------------------------------------- 22

5e Kyu – Gele band met streep ---------------------------------------------------------------------------- 23

4e kyu – Groene band --------------------------------------------------------------------------------------- 24

3e Kyu – Groene band met streep ------------------------------------------------------------------------- 25

2e Kyu – Bruine band --------------------------------------------------------------------------------------- 26

1e Kyu – Bruine band met streep ------------------------------------------------------------------------- 27

1e Dan - Shodan – Zwarte band --------------------------------------------------------------------------- 28

2e Dan - Nidan – Zwarte band ----------------------------------------------------------------------------- 29

3e Dan - Sandan – Zwarte band --------------------------------------------------------------------------- 30

3

Inleiding Dat je dit leest betekent dat jij of iemand uit je directe omgeving lid is van Fudoshin Dojo. Het

betekent dat jij of iemand die je kent karate doet én dat je er meer over wil weten. Deze bundel is

dan ook voor jou geschreven, het is een bron van informatie waarin je meer kan leren over

Fudsohin Dojo zelf en over het Kyokushin Karate.

In het eerste hoofdstuk van deze bundel, ‘Fudoshin Dojo vzw.’, krijg je meer uitleg over onze

club. Hoe ze ontstaan en gegroeid is, wie haar leidt, waar ze voor staat en wat er verwacht wordt

van de leden, wordt hier allemaal aan je uitgelegd.

Het volgende hoofdstuk, ‘Kyokushinkai Karate’, geeft je dan weer alle informatie over onze stijl

van karate. Je leert er de geschiedenis van Karate in het algemeen, hoe daar het Kyokushin uit

gegroeid is en wie daar verantwoordelijk is. Dit hoofdstuk geeft je echter ook uitleg over het IFK,

de karate-organisatie waar onze club bij is aangesloten.

De volgende twee hoofdstukken, ‘Japans voor Dummies’ en ‘Syllabus’, zijn bedoeld om de

trainingen in de club wat te vereenvoudigen. ‘Japans voor Dummies’ geeft een overzicht van

Japanse termen die tijdens de training naar voor kunnen geven. Aan de hand van dat overzicht

kan je ook de naam van iedere techniek ontleden. De ‘syllabus’ is de kapstok waarop het

Kyokushin gebaseerd is. Het is een overzicht van de technieken, kata en kennis die je voor iedere

graad moet beheersen en dus ook een enorme hulp voor wie zich voorbereid op zijn karate-

examens.

4

Fudoshin Dojo vzw.

Geschiedenis

Op 8 november 1985 richtte Sensei Stanny van Gestel de club Mas Oyama Brasschaat op. Deze

club, die naar Sensei Stanny vernoemd zou worden en Sutani Dojo zou gaan heten, bouwde van

in het prille begin een stevige reputatie uit. Zowel de leraar als de leerlingen bleken uit het goede

hout gesneden en dit zowel op nationaal en internationaal niveau.

In 2001 namen Sensei Etienne van Holt en Sensei Ludo Eekhaut de fakkel van Sensei Stanny

over. Zij zetten zijn werk onvermoeibaar verder en bouwden de jeugd- en kinderafdeling verder

uit. De werking en activiteiten van de club werden verdergezet en de mooie resultaten bleven

elkaar dan ook opvolgen.

In 2009 werd Sensei Benny Geluykens als nieuwe clubhouder aangeduid. Ook hij is een oud-

leerling van Sensei Stanny en kan buigen op jarenlange ervaring. Sutani Dojo staat tot op de dag

van vandaag onder zijn toezicht en is een club met naam in binnen- en buitenland. De meer dan

honderdvijftig leden en medewerkers van de club hebben de kleine karateclub uitgebouwd tot

een bruisende organisatie die met de ware geest van het Kyokushin de toekomst tegemoet gaat.

2009 was ook op andere vlakken een jaar van verandering. Senpai Franky Vermeulen besloot op

eigen benen te gaan staan en stichtte Fudoshin Dojo te Stabroek. Sensei Lu Eekhaut nam

dezelfde beslissing en richtte Seinshin Dojo op in Kapellen.

De werking van Fudoshin Dojo begon op 1 september 2009 in de sporthal van PITO Stabroek. In

dat eerste jaar vormde zich meteen een kern van karateka’s die hun hart aan deze discipline

verloren. Om dit ook naar een jonger publiek over te dragen, begon Fudoshin Dojo het jaar erop

met een jeugdwerking voor de jongste karateka’s.

Sindsdien groeide Fudoshin Dojo gestaag. Omdat de ruimte waarin zij trainden gedeeld werd

met andere clubs, werd de club echter wel in zijn werking beperkt. In september 2013 verhuisde

Fudoshin Dojo daarom naar de nieuwe sporthal ‘Putte’ in Putte-Kapellen. Met deze nieuwe start

vonden vele nieuwe gezichten hun weg naar de dojo. Maar ook Etienne van Holt, ondertussen

gepromoveerd tot Shihan, stapte bij Fudoshin Dojo binnen. Hij brengt jarenlange kennis en

ervaring mee om Sensei Franky Vermeulen met raad en daad bij te staan.

5

Sensei Franky Vermeulen

In 1988 begon Sensei Franky Vermeulen met het beoefenen van Kyokushin Karate. Net als

zovelen besefte hij toen nog niet welke inpakt dat op zijn verdere leven zou hebben. Sensei

Franky trainde jarenlang bij Sutani Dojo en kreeg daar training van Shihan Stanny van Gestel,

Shihan Etienne van Holt, Shihan Lu Eekhaut, Senpai Carreño en Sensei Benny Geluykens. Hij nam

met succes deel aan vele wedstrijden in binnen- en buitenland, trainingsstages en seminaries en

werkte onvermoeibaar tot hij in 1995 zijn 1e Dan haalde na een loodzwaar trainingsweekend.

Waar voor vele het verhaal zou eindigen, ging dat van Sensei Franky verder. Hij bleef trainen,

leerde bij door zelf les te gaan geven, behaalde zijn 2e Dan,…Tot uiteindelijk in 2009 het moment

aanbrak waarop hij Fudoshin Dojo oprichtte. Later dat jaar legde hij opnieuw succesvol examen

af. Na een lang technisch examen en dertig rondjes Kumité, werd Sensei Franky tot 3e Dan

Kyokushin Karate gepromoveerd.

Fudoshin Dojo

De naam van onze club bestaat uit twee delen: Fudoshin en Dojo. Beide woorden hebben een

diepere betekenis en om onze club te kennen is het belangrijk de betekenis achter de naam goed

te begrijpen.

A spirit of unshakable calm and determination,

courage without recklessness,

rooted stability in both mental and physical realms.

Like a willow tree,

powerful roots deep in the ground

and a soft, yielding resistance against

the winds that blow through it

Een vast doel voor ogen hebben en je niet meer laten afleiden door allerlei invloeden van buiten,

dat is eigenlijk in het kort wat onder het Japanse woord Fudoshin wordt verstaan. Fudoshin is

een vorm van vrij zijn, van onverzettelijk zijn; het is een kracht die je put uit jarenlange ervaring.

Door te weten wat je moet doen, hoe je het moet doen en wanneer je het moet doen, sta je sterk

in je schoenen en maak je je geen zorgen over de uitdagingen die voor je liggen. Je weet dat je het

kan, omdat je het al eerder gedaan hebt. Net als de wilg in het gedichtje, heb je de storm al vele

keren doorstaan. Je wortels (je ervaring) geven je de kracht om overeind te blijven en je hoeft je

dus ook geen zorgen te maken wanneer er een beetje wind komt opzetten.

6

Fudoshin Dojo is een club die op stevige wortels kan vertrouwen. Sensei Franky is sinds 1988

met karate bezig en hij weet dus wat hij doet. Die kennis en kunde, die ervaring, probeert hij aan

de leden van Fudoshin Dojo door te geven.

Dojo is eveneens een Japans woord. Het is samengesteld uit twee delen: Do en Jo, die ‘weg’ en

‘plaats’ betekenen. De Dojo is dus, ruw vertaald: “de plaats waar men de weg leert”. Heel

letterlijk is de Dojo dus de sportzaal. Het is echter meer dan alleen de ruimte; iedereen die in de

Dojo binnenkomt maakt deel van de Dojo uit. Op die manier wordt de Dojo dus ook een groep

van mensen; een club.

Clublogo

Wie het logo van onze club bekijkt, merkt meteen drie belangrijke elementen op: De Belgische

vlag, de Japanse poort of torii en het kanku-symbool.

De Belgische vlag heeft niet veel uitleg nodig. We zijn een Belgische club en mogen dat (zeker op

evenementen met een internationaal publiek) laten zien.

De Japanse poort of torii vraagt wat meer uitleg. Een torii is een element uit het Shintoïsme, de

oorspronkelijke religie van Japan. De torii verschaft meestal de toegang tot een heiligdom van

deze religie, maar kan ook op zichzelf een heiligdom zijn. De torii symboliseert de stok waarop

iedere ochtend de haan kraait om de zon te begroeten. Onder een Torii doorlopen staat dan ook

voor het verlaten van het rijk van de nacht om het rijk van het licht te betreden.

Opvallend aan de torii op ons clublogo is echter dat deze drie horizontale balken heeft. Deze

staan voor de drie stichters van onze Dojo: Sensei Franky Vermeulen, Senpai Frank Van Tillburg,

Senpai Cliff Van Tillburg.

De kanku, tot slot, is het cirkelvormige symbool onder de torii. Het is een van de symbolen van

het Kyokushin Karate en is afgeleid van de Kanku kata. In deze kata stijgen de handen waarbij

duim en wijsvinger tegen elkaar gezet worden om een opening te vormen waardoor de hemel

wordt bekeken.

Het hoogste en laagste punt van het Kanku-symbool stellen deze vingers voor, terwijl de dikkere

zijkanten de polsen voorstellen en kracht symboliseren. De middelste cirkel staat voor de

opening tussen de handen waardoor men naar de hemel kijkt. De cirkel die de Kanku omringt

staat symbool voor continuïteit en een nooit eindigende actie - een cirkel heeft geen begin of

einde.

7

Dojo-etiquette

1. Wanneer je de dojo binnenkomt, groet je en laat je een luide “Osu” horen. Hiermee groet

je iedereen in de zaal en de dojo zelf. Vervolgens groet je alle aanwezigen, beginnend bij de

aanwezige met hoogste rang.

2. De groetceremonie is een belangrijk onderdeel van de training en bijgevolg een ernstige

zaak. Ze begint wanneer een van de aanwezige lesgevers (Senpai/Sensei/Shihan) het teken geeft

dat de les begint en vraagt om in blok te gaan staan. De karateka’s schikken zich op graad. De

hoogste in graad staat rechtsvooraan, de volgende in graad staat links van hem. Op de rij

daarachter staat weer de hoogste in graad rechts etc. Wanneer meerdere mensen dezelfde graad

hebben staat diegene die zijn graad het langste heeft rechts. Hebben verschillende mensen hun

tegelijk dezelfde graad gehaald, dan staat de oudste rechts. Zodra iedereen op zijn plek staat

geeft de eerste van de aanwezige senpai het teken om in kniezit te gaan zitten. Dit doet hij door

luid “seiza” te zeggen. Vervolgens geeft de senpai de instructie “Mokuso”. Alle aanwezige

karateka’s sluiten hierop de ogen om te mediteren. Ook beloven ze ondertussen zich volledig in

te zetten tijdens de training. Op “Mokuso Yame” doen alle karateka hun ogen weer open.

Vervolgens geeft de Senpai de instructie “sosai ni rei” en groet iedereen de afbeelding van Sosai

Oyama met een buiging en een luide “osu!”. Hierna worden de lesgevers gegroet, de hoogste

eerst.(shihan ni rei>sensei ni rei) Hierna groet men op “senpai ni rei” de aanwezige senpai en

vervolgens op “otogai ni rei” elkaar. Zodra de shihan of sensei recht staat en teken geeft dat

iedereen mag rechtstaan, staat iedereen recht.

3. Wanneer men in blok staat opgesteld dient iedereen op zijn plaats te blijven staan.

Wanneer je toch je plaats moet verlaten begeef je je naar de dichtstbijzijnde zijkant van het blok

en dan langs buiten naar achteren. Ga nooit binnen- of tussen de lesgevers en andere studenten

door.

4. Wanneer een karateka om eender welke reden ook te laat is zet deze zich in seiza neer

vooraan in de dojo, met zijn of haar gezicht naar de muur. Pas wanneer één van de lesgevers hen

opmerkt en aanspreekt, mogen zij opstaan. Ze verontschuldigen zich met de woorden “shitsurei

shimasu”, wat zoveel wil zeggen als “vergeef me dat ik stoor.” Behalve wanneer de lesgever

enkele oefeningen opgeeft om de gemiste tijd in te halen, voegen de karatekas zich daarna

achteraan bij de groep.

5. Wanneer je de lesgever of je trainingspartner aanspreekt, doe je dat steeds met de

gepaste titel. Het is dus “Sensei Franky” en niet “Franky” tijdens de training. Als je je tot hen richt

groet je hen ook met een luide “Osu!”. Respect geven is respect krijgen.

6. Wanneer instructies worden gegeven, dien je die snel en zonder commentaar uit te

voeren. Geen enkele lesgever zal iets vragen dat hij zelf niet kan.

7. Training is een serieuze zaak. Er wordt niet gelachen, gegiecheld, gepraat of gestoord

behalve wanneer dit nodig is. Sta altijd in Fudo Dachi wanneer je wacht of er uitleg wordt

gegeven. Het materiaal van de dojo wordt enkel voor de juiste doeleinden gebruikt en is geen

speelgoed. Verder doe je altijd het beste dat je kunt.

8

8. Kumite of sparren is een serieuze bezigheid. Wanneer er gespard wordt houdt je

rekening met je partner en pas je je aan elkaar aan. Er wordt ook niet gespard als daar geen

toestemming voor is gegeven.

9. Iedereen is er verantwoordelijk voor de veiligheid en hygiëne in de dojo. Het opruimen

en klaarzetten van de zaal is de verantwoordelijkheid van de blauwe gordels, maar iedereen

dient hen daarbij te helpen.

10. Wanneer je in de dojo bent, eet je niets; ook geen kauwgom. Gedronken wordt er enkel

wanneer er daar toestemming voor is gegeven.

11. Je dogi of karatepak moet van een clublogo voorzien zijn en na iedere training gewassen

worden. Het is een teken van respect tegenover jezelf en de gehele Kyokushin-gemeenschap.

Onze dogi is een van de symbolen van onze gemeenschap en draagt bij tot het beeld dat anderen

over ons hebben. Een vuile dogi wordt dus niet getolereerd. Obi’s daarentegen mogen niet

gewassen worden. Symbolisch stellen we dat ons bloed, ons zweet en zelfs onze tranen in de obi

worden opgenomen en onze ervaring dragen. Een obi die wordt gewassen verliest al die

eigenschappen. Ook is het niet toegestaan een andere obi te dragen dan die waar je recht op

hebt.

12. Nagels worden altijd kort gehouden, juwelen en uurwerken worden niet gedragen

tijdens de training.

Dojo Eed

Wij zullen ons lichamelijk en mentaal trainen, om een sterke, onwankelbare geest te krijgen.

Wij zullen de ware betekenis van het budo leren kennen, zodat we op het juiste moment waakzaam

zijn.

Wij zullen met ware volharding een onbaatzuchtige geest ontwikkelen.

Wij zullen de regels van de hoffelijkheid in acht nemen, onze meerdere respecteren en ons

onthouden van geweld.

Wij zullen ons geloof bewaren en nooit de ware deugd der nederigheid vergeten.

Wij zullen streven naar wijsheid en sterkte, zonder toe te geven aan andere verlangens.

Wij zullen ons leven lang door de discipline van het do, de weg van het Kyokushinkai en het budo

beter leren begrijpen.

9

Kyokushinkai Karate

Karate

Karate is een krijgskunst uit Japan. De naam bestaat uit twee delen: Kara en Te.

Kara betekent ‘leeg’ en Te betekent ‘hand’. Karate is dus een ongewapende

krijgskunst. In het karate worden de handen, voeten, schenen, onderarmen,

knieën, ellebogen en zélfs het hoofd als wapens gebruikt. Men onderscheidt

slagen, stoten, trappen en verschillende soorten blokkeringen en in het Goshindo

(Zelfverdediging) zitten ook worpen, verwurgingen, houdgrepen en klemmen.

Karatetraining bestaat traditioneel uit drie delen: Kihon, Kata en Kumite. Kihon is

het inoefenen van de basistechnieken, Kata is het toepassen van deze technieken

in vormen en Kumite is het toepassen van technieken in een gevecht.

De vroege oorsprong van het Karate kunnen we terugvoeren naar het eilandrijk Okinawa, dat

handel dreef met China, Japan en Korea. Het was een smeltkroes van culturen en ook de

verschillende vechtstijlen uit héél Azië kwamen er samen. Toen de koning van Okinawa het

dragen van wapens verbood, kende de ongewapende vechtstijlen er een enorme bloei. In deze

periode ontstonden er drie scholen; Naha-te, Shuri-te en Tomari-te, die aan de basis liggen van

het moderne karate. Ze verschilden echter nog van het Karate doordat ze op zeer kleine schaal

en achter gesloten deuren beoefend worden. Ook had iedere meester zijn eigen stijl en aanpak.

In 1901 worden deze stijlen echter op de openbare scholen van Okinwa geïntroduceerd, een

evolutie die men in Japan aandachtig volgde.

In 1922 erkende het Japanse ministerie van onderwijs de

voordelen van het karate als vorm van lichaamscultuur en zij

nodigden Gichin Funakoshi uit om aan de universiteit van

Tokyo een karatedemonstratie te geven. Japan, in die periode

erg militaristisch ingesteld, stond enorm open voor het

ongewapende vechten dat Funakoshi introduceerde. Het karate

kende een enorme bloei en werd razendsnel populair.

Om het geven van karateles te vereenvoudigen, veranderde

Funakoshi enkele zaken. Hij introduceerde het Kyu-systeem

(graden en evaluaties) en ging de technieken op moeilijkheid

ordenen zodat men ze systematisch naar studenten kon

overbrengen.

Het karate dat Funakoshi naar Japan bracht groeide uit tot wat wij nu het Shotokan-karate

noemen, maar was niet de enige stijl die voet aan wal kreeg. Ook het Goju-ryu-karate van

Choyun Miyagi waaide naar Japan over en kende een enorme groei. Naast het Shotokan en het

Goju-ryu vonden ook het Wado-ryu, het Shorin-ryu en het Shito-ryu hun weg naar Japan.

Gichin Funakoshi

10

Kyokushinkai - Betekenis

Het in 1964 gestichte Kyokushinkai Karate is een van de jongere karatestijlen. De

naam, Kyokushinkai bestaat uit drie delen: Kyoku, Shin en Kai.

Kyoku betekent ‘het uiterste’ en benadrukt wat er van de beoefenaars van deze

karatestijl verwacht wordt. Kyokushinkai is boven alles een manier van vechten en

er wordt van iedere karateka verwacht dat hij ook écht vecht. Vechten in de

Kyokushin-betekenis is echter veel ruimer dan wat je zou denken. Er wordt vooral

mee bedoeld dat je volharding en uithouding toont om je doelen te bereiken. Je

kans dus ook vechten door hard te werken voor school, door goed te presteren op

de werkvloer of door alles te geven op de training.

Shin betekent ‘de waarheid’. Dit slaat vooral op de manier waarom er in het Kyokushin getraind

wordt: Full-contact. De stichter van het Kyokushinkai, Sosai Masutatsu Oyama, geloofde niet dat

je jezelf kan leren verdedigen wanneer je niet gewend bent aan full-contact. Hij geloofde dat

iemand die jarenlang getraind had zonder ooit geraakt te worden niet de nodige vaardigheden

zou hebben om wat hij leerde toe te passen. Er zit namelijk een hemelsbreed verschil tussen het

inoefenen van een techniek in een goed-gecontroleerde, kunstmatige omgeving en, bijvoorbeeld,

een overval op straat. Een overvaller die door jou wordt tegengewerkt zal je écht 100% willen

raken en niets inhouden wanneer hij je aanvalt. Wanneer hij je dan ook raakt, zal dat pijn doen

en dat is een moeilijk moment voor iedereen, maar zeker voor mensen die nooit op deze manier

getraind hebben. Sosai Oyama geloofde absoluut niet in het trainen ‘alsof’ en gaf zijn leerlingen

daarom mee om ‘volgens de waarheid’ te trainen.

Kai betekent ‘samenwerking’ en is het allerbelangrijkste element in het Kyokushinkai. Karate is

dan wel geen teamsport, je kan het ook niet in je eentje beoefenen. Net als iedere zware taak of

uitdaging, is het ook in het Kyokushin makkelijker wanneer je er niet alleen voor staat. De

‘zwakkeren’ kunnen sneller leren wanneer ze worden bijgestaan door ‘sterkeren’ die hen in het

hele proces meesleuren. Zo lever je prestaties die je, als je alleen zou zijn, nooit had kunnen

bereiken. Bij samenwerking hoort er ook respect en die waarde wordt in het Kyokushin dan ook

hoog in het vaandel gehouden.

Tot slot plaatst men soms ‘Kan’ achter Kyokushinkai. Kan betekent ‘huis’ slaat op de Kyokushin-

gemeenschap. Iedere karateka maakt deel uit van het huis en maakt dat groter, maar daarnaast

is iedere karateka ook veilig binnen de muren van dit figuurlijke huis. De Kyokushin-

gemeenschap is een hechte familie waarbinnen iedereen elkaar helpt en steunt en samen van

het karate genieten centraal staat.

Het Kyokushinkai is echter meer dan de letterlijke vertaling die er hierboven van wordt gegeven.

Meer dan een uitleg is Kyokushinkai een gevoel dat iedere beoefenaar vrij snel leert kennen. Het

is een geestelijk en fysiek leerproces waar geen einde aan komt, maar waar je enorm veel aan

hebt.

11

Sosai Masutatsu Oyama

Sosai Masutatsu Oyama, de stichter van het Kyokushin-karate, werd in 1923 geboren in het door

Japan overheerste Korea. De vroege jaren van zijn jeugd bracht hij echter door op de boerderij

van zijn zuster in Mantsjoerije. Het was daar dat Masutatsu Oyama, toen nog Choi Yeong-eui,

voor het eerst met krijgskunsten in aanraking kwam. Van een zeker meester Lee, die werkte op

de boerderij van zijn zus, leerde hij de beginselen van het Chinese Kempo.

Wanneer de tweede wereldoorlog uitbreekt, trek Masutatsu Oyama naar Japan om in dienst te

treden als piloot in het Japanse leger. De oorlog is echter afgelopen voor Oyama zijn opleiding

kan voltooien en hij blijft net als vele Japanners verdwaasd achter. De plannen die hij gemaakt

had zijn met het einde van de oorlog aan diggelen geslagen en Oyama gaat op zoek naar een

andere doel om zijn leven aan te wijden. Hij sticht een school voor ongewapend vechten, maar

deze komt niet van de grond omdat hij als buitenlander niet door de japanners wordt aanvaard.

Hij besluit opnieuw een opleiding te volgen en schrijft zich in aan de universiteit van Waseda.

Het is daar dat Masutatsu Oyama op een dag studenten van het Shotokan Karate ziet trainen. Hij

voelt zich enorm tot hun stijl aangetrokken en traint met hen mee onder Gigo Funakoshi, de

tweede zoon van Gichin Funakoshi. Wanneer deze de toewijding van Oyama ontdekt, zorgt hij

ervoor dat Oyama onder Gichin Funakoshi zelf kan gaan trainen, wat hij twee jaar lang zal doen.

Ondertussen komt Oyama via een Koreaanse vriend ook in aanraking met het Goju-ryu karate,

waarin hij zich ook gaat verdiepen.

Toen Mas Oyama 23 jaar oud was ontmoette hij Eiji Yoshikawa, de auteur van het boek

'Musashi', dat gebaseerd is op het leven van samoerai Miyamoto Musashi. Zowel het boek als de

auteur hielpen Oyama bij het leren van de Bushido-code en wat die eigenlijk inhield. In datzelfde

jaar zetten politieke onlusten in Korea Oyama in beweging. Zijn politieke engagement leidde

echter tot confrontaties met de Japanse politie. Daarbij kwam ook dat Masutatsu Oyama in deze

periode regelmatig betrokken was bij vechtpartijen tussen japansgezinden en leden van de

Amerikaanse militaire politie, die de orde handhaafde in de straten van Tokyo.

12

Om zich enkel om karate te focussen en problemen met de politie te vermeiden ging Oyama naar

de berg Minobu. Hij dacht dat dit de geschikte plaats was om de training te volgen die hij voor

zichzelf had gepland. Het enige gezelschap dat Oyama in deze periode zou hebben was dat van

zijn student, Yashiro, en een vriend die elke maand langs zou komen om hem voedsel te brengen.

Het leven op de berg Minobu was echter zwaar en de eenzaamheid speelde Yashiro parten. Na 6

maanden vluchtte hij dan ook stiekem weg. De volkomen eenzaamheid waarin Oyama

achterbleef dreigde hem te veel te worden, maar So Nei Chu raadde hem in een brief aan zijn

wenkbrauw af te scheren. Oyama, die niet wilde dat iemand hem zo zou zien, bleef daardoor in

de bergen. Hij zette zijn training en studie door, totdat zijn vriend hem liet weten dat hij niet

meer in staat was om Oyama van levensmiddelen te voorzien. Noodgedwongen zette Oyama na

14 maanden zijn training in de bergen op.

Toen hij terug in Tokyo was, ontdekte Oyama dat hij net op tijd was teruggekeerd op deel te

nemen aan de karatewedstrijden van het eerste Japanse nationale vechtkunstkampioenschap na

de Tweede Wereldoorlog. Hij schreef zich in en won al zijn partijen op een ongeziene manier.

Oyama groeide daardoor uit tot een levende legende, maar nog steeds voelde hij de drang om

zijn bergtraining af te maken. Hij begon zijn training opnieuw, deze keer op de berg Kiyozumi.

De training die hij zichzelf oplegde was nog fanatieker dan voordien. Elke dag trainde hij twaalf

uur zonder een enkele dag rust. Hij oefende kihon terwijl hij onder koude watervallen stond,

brak rivierstenen met zijn blote handen, gebruikte bomen als bokszak en sprong honderden

keren per dag over snelgroeiende vlasplanten. Ook besteedde hij elke dag een periode aan de

studie van oude klassieke vechtkunsten, zen en filosofie.

Op achttien maanden tijd veranderde Oyama volledig. Hij hardde zichzelf in het vuur van

training en kwam zelfzeker van zijn training terug. Hij had zijn leven volledig zelf in handen

genomen en zou nooit nog zo hevig beïnvloed raken door de maatschappij als bij het einde van

de oorlog.

13

Om aan de wereld te tonen wat hij bereikt had, legde hij 3 dagen op rij een 100 man kumité af.

Drie dagen op rij vocht hij honderd partijen zonder er ook maar één te verliezen en toen hij de

vierde dag opnieuw wilde beginnen, ontdekte hij dat er geen uitdagers meer waren. Ook vocht

hij tegen 52 stieren, waarbij hij er vele met een enkele slag velde of de hoorns afsloeg. Later, op

een reis door de verenigde staten van Amerika, daagde hij iedereen die maar wilde uit om hem

te bevechten. 270 vechters uit allerlei stijlen namen zijn uitdaging aan, maar geen van hen bleek

tegen Oyamas ongekende kracht en karatevaardigheden op te kunnen. Een gevecht duurde nooit

langer dan 3 minuten en meestal duurde het zelfs niet langer dan enkele seconden. Wat Oyama

deed was ongezien en dat leverde hem de bijnaam ‘Godhand’ op.

Hoewel Masutatsu Oyama een niet-gekende kracht toonde, was ook hij maar een mens. In zijn

latere jaren kreeg hij last van artrose, maar nooit stopte hij met trainen. Ook toen longkanker bij

hem werd vastgesteld trainde hij verder. Tot op zijn sterfbed leidde hij de Kyokushinkai-

organisatie. Toen hij op 26 april 1994 overleed, liet hij het Kyokushin met een gigantisch gat

achter. Het machtsvacuüm dat door zijn overlijden in de organisatie ontstond, zorgde ervoor dat

de Kyokushinkai verdeeld geraakte. Op zijn sterfbed benoemde hij Akiyoshi Matsui tot zijn

opvolger, wat enkele oudere shihan tegen de borst stootte. Enkelen van hen besloten niet meer

bij de hoofdorganisatie van het Kyokushin te blijven en richtten daarom een eigen organisatie

op, anderen sloten zich bij het IFK aan.

14

IFK – Internationale Federatie voor Karate

Het IFK is een karate-organisatie gesticht door Hanshi Steve Arneil. Arneil was een van Oyamas

eerste niet-Japanse leerlingen en ook een van de eerste lesgevers die het Kyokushin buiten Japan

moest gaan verspreiden. Hanshi Arneil bracht het Kyokushin naar Groot-Brittannië en zorgde

daar voor een brede, stevige basis voor het karate.

Tussen 1980 en 1991, bemerkte Hanshi Arneil echter dat de belangen van de karateka’s binnen

en buiten Japan niet altijd dezelfde waren. Daarom trok hij zich terug uit Oyamas organisatie en

richtte hij, samen met de Kyokushin-karateka’s uit Ierland, het IFK op. Een maand later sloot ook

Rusland zich bij het IFK aan en vele dojo’s uit andere landen volgden in de jaren die daar op

volgden.

Het logo van het IFK is een grote golf met daarin de letters ‘IFK’. De golf is gebaseerd op de

Saiha-kata, die zowel grote vernieling als golf betekend. De golf staat er voor dat het IFK als

organisatie iedere uitdaging of ieder obstakel aankan.

Sutani Dojo, Fudoshin Dojo en Ryo Dojo zijn voorlopig de enige dojo’s uit België die bij het IFK

zijn aangesloten.

15

Japans voor Dummies Bij Fudoshin Dojo wordt er op traditionele wijze getraind. Dit houdt in dat de tijdens de

trainingen heel wat Japanse termen worden gebruikt. Om de trainingen goed te kunnen volgen,

is het dan ook belangrijk deze goed te kennen.

Japans Nederlands

Soorten technieken Ashi waza Beentechnieken

Ate(waza) Worpen/werptechnieken

Barai(waza) Veeg(technieken)

Dachi Standen

Geri(waza) Trap(technieken)

Kansetsu(waza) Klem(technieken)

Osae-komi(-waza) Houdgreep(technieken)

Shime(waza) (Ver)wurging(stechnieken)

Tameshiwara(waza) Breek(technieken)

Te-waza Handtechnieken

Tsuki(waza) Stoot(technieken)

Uchi(waza) Slag(technieken)

Uke(waza) Wering(stechnieken)

Ukemi(waza) Valbreken en Rol(technieken)

Richtingen Age Opwaarts

Mae Voorwaarts

Mawashi Cirkelvormig

Oroshi Neerwaarts

Soto Binnenwaarts

Uchi Buitenwaarts

Uchiro Achterwaarts

Yoko Zijwaarts

Migi Rechts

Hidari Links

Onderdelen van het lichaam Sectoren

Jodan Boven de schouders

Chudan Tussen de schouders en de obi

Gedan Onder de obi

Lichaamsdelen

Empi/Hiji Elleboog

Gin/Kin Kruis

Haishu Rug v.d. hand

Haisoku Wreef

Haito Omgedraaide meshand

Hara Buik

Hiza Knie

Kakato Hiel

Ken Vuist

Koshi/Chusoku Bal v.d. voet

16

Me Ogen

Nukite Vinger/speerhand

Seiken Knokkels bij een vuist

Shotei Handpalm

Shuto Meshand

Sokuto Buitenkant voet

Tanden Navel

Te Hand

Teisoku Binnenkant voet

Ude Voorarm

Uraken Omgedraaide vuist

Wan Arm

Tellen<uitspraak> Ich(i)<Itsj> 1

Ni 2

San 3

Shi<Tsji> 4

Go 5

Roku<Rok> 6

Shishi<Sitshh> 7

Hachi<Hatshh> 8

Ku<koe> 9

Dju<Dzjoe> 10

Instructies Hajime! Begin!

Hantei! Andere kant!

Kamae! Gevechtshouding aannemen

Kiai! Oefeningen uitvoeren met kreet

Mae! Vooruit

Maté!/Yame! Stop

Mawate! Omdraaien

Mokuso! Sluit de ogen (meditatie)

Mokuso Yame! Ogen terug open (einde meditatie)

Seiza! Ga zitten in kniezit (voor meditatie of verdere instructies)

Titshu! Rechtstaan

Uchiro! Achteruit

Yasume! Plaats rust

Yoko! Zijwaarts

Yoshi! Ga door

(titel+ni+)Rei Groet(+aan+titel)

Kata? Begrepen?

Aanspreken Titels

Shihan Vanaf 5de dan

Sensei Vanaf 3de dan

Sempai Vanaf 1ste dan, iedereen met een hogere graad

17

Andere Aka Rood

Shiro Wit

Uke Verdediger

Tori Aanvaller

Ura Omgedraaid

Morote Dubbel

Oi Stoot met de arm aan dezelfde kant als voorste been

Gyaku Stoot met de arm aan de andere kant van het voorste been

Wapens van de Kyokushin-Karateka

18

Syllabus De syllabus is een overzicht van wat je moet kennen voor iedere evaluatie.

10e Kyu – Witte band

Algemeen

- Dragen van een dogi - Betekenis van kyokushinkai - Dojo etiquette - Dojo eed - Algemene kennis van opwarming- en stretchoefeningen - Algemene kennis van Japanse begrippen uit het Karate

Standen

Fudo Dachi Yoi Dachi Uchi Hachiji Dachi Zenkutsu Dachi

Te waza

- Seiken morote tsuki (jodan – chudan – gedan) - Seiken oi tsuki (jodan – chudan – gedan)

Blokkeringen

- Seiken jodan uke - Seiken mae gedan barai

Ashi waza

- Hiza gamnen geri - Kin geri

Kata

- Taikyoku I

Renraku

- Ippon kumite 1 - Ippon kumite 2

Oefeningen

- 10 Seiken push-ups - 20 Sit-ups

Opmerkingen

- Technieken moeten worden uitgevoerd vanuit fudo dachi en vorderend in zenkutsu dachi.

- Vuisten moeten ten allen tijde gesloten blijven

19

9e kyu – Rode band

Algemeen

- Geschiedenis van het kyokushinkai karate

Standen

Sanchin Dachi Kokutsu Dachi Musubi Dachi

Te waza

- Seiken ago uchi - Seiken gyaku tsuki (jodan – chudan – gedan)

Blokkeringen

- Seiken chudan uchi uke - Seiken chudan soto uke

Ashi waza

- Chudan mae geri chusoku

Kata

- Taikyoku II

Renraku

- Sanbon kumite - Seiken gyaku tsuki – mae geri chusoku – draaien en blokken

Oefeningen

- 15 Seiken push-ups - 25 Sit-ups

Opmerkingen

- Nogare (ademen) - Technieken staande uitvoeren + vorderend vanuit kokutsu dachi en sanchin dachi

20

8e kyu – Blauwe band

Standen

Kiba Dachi

Te waza

- Tate tsuki (jodan – chudan – gedan) - Shita tsuki - Jun tsuki (jodan – chudan – gedan)

Blokkeringen

- Seiken morote chudan uchi uke !2 Methoden! - Seiken chudan uchi uke gedan barai

Ashi waza

- Jodan mae geri chusoku

Kata

- Taikyoku III

Renraku

- Chudan mae geri chusoku - seiken gyaku tsuki - draaien en blokken - Seiken soto uke - seiken mae gedan barai - seiken gyaku tsuki - draaien en blokken

Oefeningen

- 20 Seiken push-ups - 30 Sit-ups - 10 Squats - 10 Vier-vinger push-ups

Opmerkingen

- Vorderen in kiba dachi onder 90° en 45°

21

7e kyu – Blauwe band met streep

Standen

Neko Achi Dachi

Te waza

- Tetsui orochi uchi - Tetsui komi kami uchi - Tetsui hizo uchi - Mae tetsui yoko uchi (jodan – chudan – gedan) - Tetsui yoko uchi (jodan – chudan – gedan)

Blokkeringen

- Seiken mawashi gedan barai - Shuto mawashi uke

Ashi waza

- Mae keage - Yoko keage - Uchi mawashi keage - Soto mawashi keage

Kata

- Pinan I

renraku

- Seiken gyaku tsuki chudan - mae geri chudan chusoku - mae geri chudan chusoku - seiken gyaku chudan tsuki - draaien en blokken

Oefeningen

- 15 Vijf-vinger push-ups - 25 Seiken push-ups - 35 Sit-ups - 20 Squats

Opmerkingen

- Ibuki

22

6e kyu – Gele band

Standen

Tsuru Achi Dachi

Te waza

- Uraken gamnen uchi - Uraken sayu uchi - Uraken hizo uchi - Uraken oroshi uchi - Uraken mawashi uchi - Nihon nukite (me tsuki) - Yonhon nukite (jodan – chudan)

Blokkeringen

- Seiken juji uke (jodan – chudan)

Ashi waza

- Gedan mawashi geri (haisoku – chusoku) - Kansetsu geri (sokuto) - Chudan yoko geri (sokuto)

Kata

- Pinan II

Renraku

- Gedan mawashi geri - seiken gyaku tsuki chudan - draaien en blokken - Chudan yoko geri - seiken gyaku tsuki chudan - draaien en blokken

Oefeningen

- 10 Vier-vinger push ups (op knieën) - naar 5 vingers - benen uitstrekken - 10 sec houden - 30 Seiken push-ups - 40 Sit-ups - 30 Squats

23

5e Kyu – Gele band met streep

Standen

Moro Ashi Dachi

Te waza

- Jodan hiji ate - Shotei uchi (jodan – chudan – gedan

Blokkeringen

- Shotei uke (jodan – chudan – gedan)

Ashi waza

- Chudan mawashi geri (haisoku – chusoku) - Ushiro geri (chudan – gedan) !3 Methoden!

Kata

- Pinan III

Renraku

- Chudan ushiro geri - chudan gyaku tsuki - draaien en blokken - Mae geri chudan chusoku - yoko geri chudan - ushiro geri chudan - chudan gyaku tsuki -

draaien en blokken

Oefeningen

- 15 Vier-vinger push ups (op knieën) - naar 5 vingers - benen uitstrekken - 10 sec houden - 35 Seiken push-ups - 45 Sit-ups - 40 Squats

Opmerkingen

- Vorderen in moro ashi dachi

24

4e kyu – Groene band

Standen

Heiko Dachi Heisoku Dachi

Te waza

- Shuto sakotsu uchi - Shuto gamnen uchi - Shuto (sakotsu) uchi komi - Shuto hizo uchi - Shuto jodan uchi uchi

Blokkeringen

- Shuto jodan uchi uke - Shuto chudan uchi uke - Shuto jodan uke - Shuto mae gedan barai - Shuto soto uke - Shuto mae mawashi uke

Ashi waza

- Jodan yoko geri - Jodan mawashi geri (haisoku – chusoku) - Jodan ushiro geri

Kata

- Sanchin (met ibuki)

Oefeningen

- 10 Drie-vinger push ups (op knieën) - naar 5 vingers - benen uitstrekken - 10 sec houden - 40 Seiken push-ups - 50 Sit-ups - 50 Squats - 10 Sprongen (voeten samen) over een obi op heuphoogte

25

3e Kyu – Groene band met streep

Standen

Kake Dachi

Te waza

- Chudan hiji ate - Chudan mae hiji ate - Hiji age ate (jodan – chudan) - Ushiro hiji ate - Oroshi hiji ate

Blokkeringen

- Shuto juji uke (jodan – chudan)

Ashi waza

- Ago geri - Mae kakato geri (jodan – chudan – gedan)

Kata

- Pinan IV - Sanshin (met kiai)

Kumite

- Jiyu kumite

Oefeningen

- 15 Drie-vinger push ups (op knieën) - naar 5 vingers - benen uitstrekken - 10 sec houden - 45 Seiken push-ups - 70 Sit-ups - 60 Squats - 15 Sprongen (voeten samen) over een obi op heuphoogte

Opmerkingen

- Vorderen in kake dachi

26

2e Kyu – Bruine band

Te waza

- Hiraken tsuki (jodan – chudan) - Hiraken oroshi uchi - Hiraken mawashi uchi - Haisho uchi (jodan – chudan) - Jodan age tsuki

Blokkeringen

- Koken uke (jodan - chudan - gedan)

Ashi waza

- Mae tobi geri (3 methoden) - Nidan tobi geri

Kata

- Pinan V - Gekisai dai

Renraku

- Terugstappen met seiken mae gedan barai - schuifpas voorwaarts met seiken ago uchi - schuifpas voorwaarts met seiken gyaku tsuki chudan - één pas doorstappen - mae geri chudan - mawashi geri jodan - ushiro geri chudan - schuifpas achteruit met mae gedan barai - chudan gyaku tsuki - draaien en blokken

Kumite

- Jiyu kumite

Oefeningen

- 10 Twee-vinger push ups (op knieën) - naar 5 vingers - benen uitstrekken - 10 sec houden

- 50 Seiken push-ups - 100 Sit-ups - 70 Squats - 20 Sprongen (voeten samen) over een obi op heuphoogte

Opmerkingen

- De kandidaat moet in goede conditie zijn, elke fysische onbekwaamheid moet worden verantwoord door een medisch getuigschrift

- Algemene vragen over kyokushinkai karate - Opwarmingsoefeningen begrijpen en kunnen voordoen

27

1e Kyu – Bruine band met streep

Te waza

- Ryutoken tsuki (jodan - chudan) - Nakayubi ippon ken tsuki (jodan - chudan) - Oyayubi ippon ken tsuki (jodan - chudan)

Blokkeringen

- Kake uke (jodan) - Chudan haito uchi uke

Ashi waza

- Jodan uchi haisoku geri - Oroshi uchi kakato geri - Oroshi soto kakato geri - Tobi yoko geri

Kata

- Yantsu - Tsuki no kata

Renraku

- Seiken oi tsuki - seiken gyaku tsuki - seiken oi tsuki - shita tsuke met cover - draaien en blokken

- Voorste been mawashi geri jodan - chudan oi tsuki - seiken gyaku tsuki - achterste been mawashi geri jodan - draaien en blokken

Kumite

- Jiyu kumite

Oefeningen

- 15 Twee-vinger push ups (op knieën) - naar 5 vingers - benen uitstrekken - 10 sec houden

- 55 Seiken push-ups - 100 Sit-ups - 70 Squats - 20 Sprongen (voeten samen) over een obi op heuphoogte

28

1e Dan - Shodan – Zwarte band

Algemeen

- Diploma eerste hulp - Het karakter en de algemene bekwaamheid van de kandidaat als leraar zal in overweging

genomen worden - Alle technieken mogen verplicht worden in gyaku

Te waza

- Morote haito uchi (jodan -chudan) - Haito uchi (jodan - chudan - gedan)

Blokkeringen

- Morote kake uke (jodan) - Osae uke - Verschillende methoden van blokken met benen

Ashi waza

- Kake geri kakato (jodan - chudan) - Kake geri chusoku (jodan - chudan) - Ushiro mawashi geri (jodan - chudan - gedan)

Kata

- Tensho - Saiha - Taikyoku I, II en III uitgevoerd in ura

Renraku

- Gedan mawashi geri - jodan ushiro mawashi geri - jodan mae geri chusoku - jodan mawashi geri - jodan ushiro mawashi geri - draaien en blokken

Tameshiwara

- Verplichte breekoefening met seiken

Kumite

- Jiyu kumite 10 rondes van 2 minuten

Oefeningen

- 10 Één-vinger push ups (op knieën) - naar 5 vingers - benen uitstrekken - 10 sec houden - 60 Seiken push-ups - 150 Sit-ups - 100 Squats

29

2e Dan - Nidan – Zwarte band

Te waza

- Toho uchi (jodan) - Keiko uchi - Jodan ippon nukite

Blokkeringen

- Chudan hiji uke - Shotei gedan morote uke - Shuto gedan morote uke

Ashi waza

- Tobi ushiro geri - Tobi ushiro mawashi geri - Tobi mawashi geri - Age kakato ushiro geri

Kata

- Kanku dai - Gekisai sho - Seienchin - Pinan I uitgevoerd in ura

Tameshiwara

- Verplichte breekoefening met seiken

Kumite

- Jiyu kumite 20 rondes van 2 minuten

Oefeningen

- 65 Seiken push ups - naar 5 vingers - 20 sec houden - 150 Sit-ups - 100 Squats

Opmerkingen

- Kwalificatie als jurylid - Nationale of internationale wedstrijdervaring (vechten of coachen) - Goede basis van technieken en allround vechtbekwaamheid

30

3e Dan - Sandan – Zwarte band

Kata

- Sushi ho - Garyu - Seipai - Pinan II uitgevoerd in ura - De kandidaat moet een kata voorstellen die minstens 28 bewegingen inhoud

Tameshiwara

- Verplichte breekoefening met seiken

Kumite

- Jiyu kumite 30 rondes van 2 minuten

Oefeningen

- 70 Seiken push-ups - 150 Sit-ups - 100 Squats

Opmerkingen

- De kandidaat moet jurylid zijn in kata - De kandidaat moet jurylid zijn in knockdown