Folia Magazine #34

44
FoliaMagazine nr. 34 13/06/2012 weekblad voor HvA en UvA Wij doen het beter dan de Amerikanen

description

* Seks uit het boekje - Seksuele voorlichting verschilt per land, en dat zie je terug in de meisjesblaadjes * Mond open a.u.b. - Studenten gaan niet naar de tandarts, behalve als ze moeten * Het rommelt bij FGw - Een dodenlijst van opleidingen zorgt voor onrust, maar decaan Van Vree blijft kalm * Hersenmarketing - Wie wil wat kopen? Die vraag wordt tegenwoordig beantwoord door hersenonderzoek * De managers - Ze zijn met velen, maar niemand kent ze * Het gezicht van de bureaucratie

Transcript of Folia Magazine #34

Page 1: Folia Magazine #34

Folia Magazinenr. 34 13/06/2012weekblad voor HvA en UvA

Wij doen het beter dan de Amerikanen

Page 2: Folia Magazine #34

(advertentie)

De mislukking van 10 jaar bachelor-master

De centrale belangenbehartiger van Amsterdamse studenten

In 2002 maakte de tweefasenstructuur plaats voor het hoger onderwijssysteem zoals we dat nu kennen: de bachelor-masterstructuur. Na tien jaar maakt de ASVA studentenunie de balans op. Heeft deze vernieuwing in onderwijsland het gewenste resultaat opgeleverd, of zijn de opbrengsten aan de magere kant?

De opzet van de huidige BaMa-structuur komt voort uit het Bologna-verdrag, dat voorzag in een Europese onderwijsruim-te. Naast vrij verkeer van personen en kapitaal zouden ook studiepunten in de vorm van de bekende ECTS verder reiken dan de landsgrenzen. Studeren in het bui-tenland zou met andere woorden aantrek-kelijker en eenvoudiger moeten worden. Daarnaast was een van de doelstellingen van het BaMa-stelsel dat studenten na hun bachelor een grote keuze aan master-opleidingen voorgeschoteld kregen. Ten slotte zou het bachelordiploma in waarde moeten stijgen, waardoor het volgen van een master niet noodzakelijk is om de ar-beidsmarkt op te gaan. UvA-rector Dymph van den Boom noemt de invoering van de BaMa-structuur ‘cum laude geslaagd’, maar zijn de mooie beloften ook werke-lijkheid geworden?

Het internationale stelsel van bachelors en masters heeft studeren in het buiten-land inderdaad vereenvoudigd, maar de praktijk leert dat dit voor veel studenten nog altijd een ingewikkelde opgave is. Zo is het onderwijs op buitenlandse univer-siteiten vaak zodanig anders ingericht dat het niet aansluit op vakken die in Neder-land zijn gevolgd en is er zelden ruimte in het programma om in het buitenland

te studeren. Veel studenten lopen derhalve studievertraging op als ze naar het buitenland togen. In het licht van de langstudeerboete is dat geen prettig vooruitzicht. Het Nederlandse onderwijsbeleid komt hiermee dus flink in de knel met de Europese onderwijsambities.

Is de keuzevrijheid van studen-ten vergroot dankzij het BaMa-systeem? Vooralsnog zijn er weinig aanwijzingen die dit idee kracht bijzetten. Universiteiten hanteren veelal strenge ingangseisen voor studenten die elders een bachelor hebben afgerond. Een schakelprogramma of premaster is vaak noodzakelijk om te worden toegelaten tot een master die niet geheel aansluit op de bachelor. Dit schakeltraject kan, mits het meer dan 30 ECs bevat, worden aangemerkt als tweede studie. Gevolg: een prijskaartje van 10.000 euro en een grote drempel om een ‘afwijkende’ master te doen.

Dan het bachelordiploma, dat studenten de mogelijkheid zou moeten geven gelijk de arbeidsmarkt op te gaan. Dat dit stre-ven verre van is bereikt behoeft weinig uitleg. Bachelors zijn in de regel te breed om als voorbereiding in het beroepsveld te kunnen fungeren. Masteropleidingen bieden deze specialisatie wel. Het is dan ook niet meer dan logisch dat studenten zich na hun bachelor verder willen verdie-pen in hun vakgebied.

Met het invoeren van de bachelor-mas-terstructuur werd flexibeler en toegan-kelijker hoger onderwijs beoogd. Na tien

jaar is duidelijk dat volgens ASVA deze doelstellingen niet gerealiseerd zijn, mede doordat er de laatste jaren flink is bezuinigd op het hoger onderwijs. Maat-regelen als de langstudeerboete en het instellingscollegegeld druisen regelrecht in tegen de ambities van het BaMa-stel-sel. Deze inconsistentie in het onderwijs-beleid zorgt ervoor dat de doelstellingen van de BaMa-structuur voorlopig niet zullen worden behaald.

13 juni – 10 jaar bachelor-master: mislukking of succes?Het onderzoeksbureau van de ASVA stu-dentenunie verzamelde bijdragen van verschillende experts op onderwijsge-bied over het slagen dan wel mislukken van het BaMa-stelstel. In SPUI25 vindt een debat plaats met onder anderen Jasper van Dijk (Kamerlid SP), Dymph van den Boom (Rector UvA) en Peter Kwikkers, die mede verantwoordelijk was voor de invoering van het stelsel. Datum: woensdag 13 juni. Tijd: 17.00 uur. Aanmelden kan via www.spui25.nl

In 2002 maakte de tweefasenstructuur plaats voor het hoger onderwijssysteem

te studeren. Veel studenten lopen derhalve studievertraging op als ze

16052012.indd 1 08-06-2012 17:11:08

Page 3: Folia Magazine #34

inhoud #34

en verder en verder de week/het moment/navraag 4-5 op de tong 9 passie 11 drift 17 objectief 18-19 opinie 20-22 Robbert Dijkgraaf 21 Fatihya Abdi 22 promoties 23

lezingenladder 27 overigens 31 Folia maakt kennis 32-33 prikbord 38-39 wasdom 40-41 stage 41 toehoorders 42 de lezer/deining 43

JongensdroomEen tijdje geleden maakte ik een filmpje bij de HvA over wat studenten na hun studie aan de hogeschool van plan zijn te gaan doen. ‘Ik wil manager worden,’ antwoordde een economie-student met een overduidelijk Noord-Hollands accent. In welke sector hij dat zou gaan doen, maakte hem niet uit; het mana-gen was een doel, geen middel. Met meer dan achtduizend medewerkers is de HvA/UvA een van de grootste werkgevers van Amsterdam. Een onbekend aan-tal van deze groep werknemers is manager. Wat ze precies doen, is lang niet altijd duidelijk, maar het heeft vaak te maken met leidinggeven, plannen maken en controleren. Om de manager letterlijk en figuurlijk een gezicht te geven is onze fotograaf Danny Schwarz langs een groot aantal UvA- en HvA-locaties gegaan. Vanaf pagina 34 en op onze site kunt u zien wie toch die mensen zijn die de tegenwoordig kenne-lijk begerenswaardige positie van manager bekleden.

Jim Jansen, hoofdredacteur Folia

Magazine, [email protected], @jimfjansen

(twitter)

redactioneel

Seks uit het boekje 6Seksuele voorlichting verschilt per land,

en dat zie je terug in de meisjesblaadjes.

Mond open a.u.b. 12Studenten gaan niet naar de tandarts,

behalve als ze moeten.

Het rommelt bij FGw 24Een dodenlijst van opleidingen zorgt voor onrust,

maar decaan Van Vree blijft kalm.

Hersenmarketing 28Wie wil wat kopen? Die vraag wordt tegenwoordig

beantwoord door hersenonderzoek.

De managers 34Ze zijn met velen, maar niemand kent ze.

Het gezicht van de bureaucratie.

3Folia Magazine

Page 4: Folia Magazine #34

Het was bijna niet bij te houden afge-lopen week: de lintjes, penningen, prijzen, medailles en andere erete-kens vlogen ons om de oren. Om

te beginnen was er natuurlijk Annemarie Mol, die de begerenswaardige Spinozapremie – de ‘Neder-landse Nobelprijs’ – in ontvangst mocht nemen. De UvA-hoogleraar antropologie van het lichaam kan een slordige 2,5 miljoen euro bijschrijven op haar rekening. Dat bedrag gaat ze vooral besteden aan het binnenhalen van jonge onderzoekers voor haar project ‘Het etende lichaam’. In de Volkskrant lichtte Mol haar onderzoek voor alle duidelijkheid eventjes toe: ‘Als je de wereld “eet”, verdwijnt het eten uit je omgeving, en wordt het onderdeel van je lichaam.’ Een belangrijk inzicht volgens Mol, want op die manier maken we deel uit van de aarde. Halbe ‘Valorisatie’ Zijlstra zal wel even een oogje hebben toegeknepen. Terwijl we ons nog aan het afvragen waren in hoeverre onze zojuist genuttigde lunch ons in contact met de aarde had gesteld, kwamen ons alweer twee andere prestigieuze prijzen van in-ternationale allure ter ore: de Hedy d’Anconaprijs voor excellente zorgarchitectuur en de gouden Piet Kranenbergring – wie kent ’m niet? De eerstgenoemde prijs ging naar het nieuwe Acta-gebouw aan de Zuidas, en de tweede naar HvA-docent stedenbouw Anneke Treffers, omdat ze zich zo ingezet heeft op het gebied van ‘vastgoed in de brede zin in Groot-Amsterdam’. Na zo’n prijzenregen kon Folia natuurlijk niet achterblijven. Deze week werd voor de eerste keer de Folia Startup Award uitgereikt. Acht student-ondernemers presenteerden ieder een bedrijfsplan waarmee ze in de toekomst ongetwijfeld miljoenen binnen gaan harken. Wat te denken van witlofplantages in leegstaande kantoorpanden of digitale reclame op de wc.

de week

Goudmijntjes. Uiteindelijk zag de jury het meest in het plan van HvA-student Donald Vossen die digitaal pakpapier aan de man wil brengen. Omdat het in deze barre economische tijden niet zonder risico is om een onderneming te begin-nen, kreeg hij een steuntje in de rug ter waarde van vijftigduizend euro.

Wij van ‘De Week’ kregen uiteindelijk ook de smaak te pakken en willen bij dezen een prijs uitreiken aan de beste presentator van een prijs. En die prijs gaat naar… Ivo Niehe. De UvA trok deze Tros-coryfee (door Gerard Reve ooit kleur-rijk omschreven als ‘een plastic lul met paarden-

UvA-hoogleraar Annemarie Mol ontving afgelopen week de Spinoza-premie à 2,5 miljoen euro. Daar moet ze toch behoorlijk wat sperzieboontjes voor kunnen kopen. Die komen vast goed van pas bij haar onderzoek naar ‘Het etende lichaam’, waarin ze zich afvraagt wat het eigenlijk betekent om te eten. ‘Wie proeft en verteert, maakt deel uit van de wereld.’

haar’) van stal om de scriptieprijs te presen-teren. Een man die grootheden als Yolanthe Cabau van Kasbergen-Sneijder en Jon Bon Jovi heeft geïnterviewd zet zo’n prijsuitreiking toch flink wat luister bij. Proficiat Ivo en alle andere prijswinnaars van deze week! yyy Eva Rooijers en

Gijs van der Sanden

Het regende prijzen.

tweet vande week

@dirkpaulDirk Paul Flach

11 juni 2012

Ik wordt wel een beetje iebel van al die taaltoetsen. Waarom accepteren we zomaar dat het voorafgaande onderwijs kennelijk onder de maat is?https://twitter.com/dirkpaul/status/

4 Folia Magazine

foto

: NW

O/A

rie W

apen

aar

Page 5: Folia Magazine #34

Hoe is een voorspellende pad onder-deel van jullie studieprogramma?‘Voor het vak media-ethiek wilden we in de prak-tijk bekijken hoe de journalistiek te werk gaat. Hoe beïnvloeden de media elkaar? Doen journa-listen wel aan hoor en wederhoor? In de klas heb-ben we vervolgens gebrainstormd over een goede actie die we zelf konden lanceren. Ik had toen net iets gelezen over octopus Paul en zo kwam ik op het idee van een voorspellend EK-dier.’

Een dierenorakel, waar vind je zoiets?‘Hij moest natuurlijk de aandacht trekken, dus we waren op zoek naar een onooglijk dier. Daarom zijn we naar reptielenspeciaalzaak

Animal Attraction gegaan en hebben gevraagd: “Hebben jullie een dier met voorspellende gaven?” Toen bleek daar al een tijdje een voorspellende pad actief te zijn met de naam Pad Do. Perfect, want die naam trekt ook de aandacht.’

Hoe gaat Do te werk?‘We hebben het verhaal gelanceerd dat ze door haar gifklieren af en toe gaat hallucineren. Ver-volgens plaatsen we haar in een bak waar ze kan kiezen tussen drie larven: twee bij de vlaggen van de spelende ploegen, en één in het midden voor gelijkspel. De larf die wordt opgegeten voorspelt de uitslag van de wedstrijd.’

Doet ze het een beetje naar behoren?‘De eerste wedstrijd had ze goed, maar bij de uitslag van Nederland-Denemarken is ze de fout in gegaan: Nederland won volgens haar. Waarschijnlijk was ze wat van slag door de spanning en had ze daarom een bad trip. De voorspellingen van de dag erna klopten wel weer allemaal.’

En hoe zit het met de media?‘AT5 zendt Do nu dagelijks uit. En verder is ze al bij RTL Nieuws geweest en heeft ze in Spits! gestaan. Bij dat artikel hadden ze gewoon een foto van een heel andere pad geplaatst.’ yyy Clara van de Wiel

Na het succes van octopus Paul twee jaar geleden, duiken de voorspellende dieren dit EK overal op. In Amsterdam wordt vooral Pad Do, gelanceerd door studenten van de HvA, als orakel geraadpleegd. Evelien van Doorn (20, media, informatie & communicatie) is een van de padvinders.

navraag Evelien van Doorn

HvA-student Donald Vossen (23) heeft de Folia Startup Award gewonnen met Wrap A Gift. De onderneming maakt het mogelijk digitale cadeautjes te verpakken. De student Communication & Multimedia Design krijgt 50.000 euro startkapitaal, professionele begeleiding én een eigen bedrijfsruimte in de Indische buurt. ‘Ik heb gewoon een eigen baan gecreëerd. Dit is echt fantastisch,’ aldus een uitzinnige winnaar vlak na de uitreiking in Pakhuis de Zwijger, afgelopen woensdag. yyy tekst Jeff Pinkster / foto’s Danny Schwarz

5Folia Magazine

Page 6: Folia Magazine #34

6 Folia Magazine

Drugs en prostituees. Dat waren de eerste twee woorden die de Amerikaanse promovenda Suchi Pradyumn Joshi te binnen schoten

als ze aan Nederland dacht. Dat stereotype beeld van een losgeslagen land was lastig te rijmen met een filmpje dat ze als jonge student te zien kreeg bij het vak gezondheidscommunicatie. Daarin werd verteld dat Nederland wereldwijd een van de laagste percentages tienerzwangerschappen kent. Terwijl Amerika van de westerse landen het hoogste percentage tienerzwangerschappen telt. Bovendien bleken Nederlandse jongeren ook nog eens veel minder soa’s te hebben dan hun Amerikaanse leeftijdsgenoten. Hoe kan dit? vroeg ze zich af. Zou het antwoord misschien liggen in de verschillen in seksuele voorlichting? Op het merendeel van de Amerikaanse mid-delbare scholen bestaat seksuele voorlichting alleen uit de bezwering vooral geen seks voor het huwelijk te hebben, vertelt Joshi in haar werkkamer aan de Kloveniersburgwal, op een steenworp afstand van de rosse buurt. ‘Soms aangevuld met basale informatie over voor-behoedsmiddelen. Maar bijna nergens in de VS wordt zo uitgebreid aandacht besteed aan seksuele voorlichting als in Nederland.’

In Amerika geen geklooi met komkommer en condoom en geen uitgebreide verhandelingen over geslachtsziektes. Maar ook geen aandacht voor de plezierige kanten van seks, wat volgens Joshi steevast onderdeel is van de Nederlandse lessen. Bovendien kunnen veel Nederlandse kinderen in meer of minder expliciete mate met hun ouders over seks praten. ‘Dat is in de VS zeldzaam,’ zegt Joshi.

Haar interesse in het onderwerp voerde haar naar Nederland, voor promotieonderzoek. Ze onderzocht of die verschillende benaderingen van seks ook terugkomen in de tijdschriften die tienermeisjes lezen, zoals Fancy, Seventeen en Girlz!. Honderden heeft ze er doorgespit. Een blik op een stapel magazines leert dat er maar weinig is veranderd sinds vijftien jaar geleden, toen de verslaggeefster dit soort blaadjes verslond.Nog steeds prijken er frisse jonge vrouwen op de cover die hun hagelwitte tanden net iets te opgewekt bloot lachen. Op de beautypagina’s

krijgen meiden nog altijd advies over hoe je teennagels te lakken en ook de quizjes blijken immer populair. In CosmoGirl! kan je bijvoorbeeld aan de hand van zeven meerkeuzevragen checken of je er wel klaar voor bent om met je crush tussen de lakens te duiken. Een van de vragen die de meisjes op het juiste spoor moet brengen: ‘Een klasgenootje laat je de sekstape van Paris Hilton zien. Jij… A. kijkt en leert B. giechelt C. walgt.’Ook de brievenpagina’s waar anoniempjes met hun meest prangende seksuele dilemma’s terecht-kunnen, ontbreken niet. Sommige vragen lijken een onbeperkte houdbaarheidsdatum te hebben. ‘Wat doet die natte plek in de broek van mijn vriendje als ik met hem zoen?’ En: ‘Ik vind mijn beste vriendin leuk. Ben ik nu lesbisch?’ Met hier en daar een moderne variant. ‘Ik heb mijn borsten laten zien en mezelf gevingerd voor de webcam. Ik schaam me zo. Wat moet ik doen?’De Amerikaanse tienerbladen lijken op het eerste gezicht van hetzelfde laken een pak. Toch vond Joshi opvallende verschillen tussen de manier waarop Nederlandse en Amerikaanse tijdschriften seks benaderden. ‘De risico’s en negatieve effecten van seks, zoals soa’s, verkrach-ting, fysieke pijn en tienerzwangerschappen,

Seks en de blaadjes

‘Amerikaanse jongeren krijgen heel inconsis-tente signalen’

Boudewijn de Groot zong het al: ‘De seksuele voorlichting, dat is een zeer gewichtig ding.’ Maar

de manier waarop die voorlichting tot stand komt verschilt nogal per land. Communicatieweten-

schapper Suchi Pradyumn Joshi bekeek de verschillende benaderingen van seks in Amerikaan-

se en Nederlandse meisjesblaadjes. tekst Eva Rooijers / illustratie Pascal Tieman

Page 7: Folia Magazine #34

7Folia Magazine

komen vaker voor in de bladen in de VS.’ Joshi trekt een Cosmogirl US uit de stapels tijdschrif-ten in haar archiefkast. Daarin staat het verhaal van Erica. Een meisje dat op haar veertiende verkracht wordt door een onbekende jongen. Ze schaamt zich zo dat ze het aan niemand vertelt. Negen maanden later denkt ze dat ze een blin-dedarmontsteking heeft, zo veel pijn doet haar buik. In het ziekenhuis krijgt ze ‘the surprise of her life’ als de dokter vertelt dat ze op het punt staat te bevallen.Daarnaast is er volgens Joshi in Nederland meer aandacht voor strelen als vorm van seks, terwijl Amerikaanse bladen bijna alleen aandacht be-steden aan penetratie. ‘Nederlandse tijdschrif-ten schrijven meestal dat het ook de bedoeling is dat vrouwen plezier beleven aan seks.’ In Amerika zijn artikelen als ‘Ten ways to please him between the sheets’ meer gebruikelijk.

Hook-uP culturEEen van Joshi’s meest opvallende bevindingen is dat Amerikaanse tienerbladen veel meer schrij-ven over wat zij de hook-up culture noemt. Denk aan het meer losbandige werk als: onenight-stands, summerflings en friends with benefits. De Nederlandse bladen schrijven juist vaker over seks binnen een serieuze relatie en benadrukken dat het belangrijk is om te vrijen met iemand op wie je echt verliefd bent.‘Meisje met klotegevoel’ schreef bijvoorbeeld aan Girlz!: ‘Ik had hem afgetrokken omdat hij dat wilde, maar ik niet. Ik was bang dat hij boos of zo werd. Hij wilde eigenlijk al meteen vrijen – hij had zelfs condooms bij zich – maar ik heb dus nee gezegd. Ik ben pas 14. Ik vond het echt gewoon ranzig

om te doen, en ik vond zijn spul vies. […]Ik vind het gewoon zo klote, vooral omdat ik niet verliefd op hem ben. Maar op iemand anders.’ Ze wil van Girlz! weten of ze het nu uit moet maken of niet. Het antwoord

Page 8: Folia Magazine #34

van het tijdschrift luidt: ‘Er zijn een heleboel redenen waarom je niet met hem door moet gaan. De eerste en belangrijkste: je bent niet verliefd op hem! En daarna: omdat je je gebruikt voelt, omdat je twijfelt aan de keuzes die je op dit moment maakt, omdat het je te snel gaat. […]’ Volgens Joshi is die nadruk op verliefdheid in het antwoord typerend voor de Nederlandse bladen.Terwijl jonge meiden in de VS bij wijze

van spreken op de ene pagina lezen dat het verliezen van je maagdelijkheid toch vooral een negatieve aangelegenheid is, om op de volgende bladzijde een stuk aan te treffen over hoe gewel-dig het is om een kortstondige zomerscharrel te hebben. Best verwarrend. Bovendien lijkt al die aandacht voor de hook-up culture in strijd met de conservatieve inborst van veel Amerikanen en de geheelonthoudingslessen die jongeren op de middelbare school krijgen. Terwijl de nadruk op liefde en serieuze relaties in het vrije Neder-land ook verrassend te noemen is. ‘Het lijkt inderdaad enorm tegenstrijdig,’ be-aamt Joshi. Toch ziet ze een rode draad. ‘Ame-rikaanse jongeren krijgen heel inconsistente signalen. In videoclips, films en televisieseries

hebben jongeren continu seks. Maar op school leren ze dat je moet wachten tot het

huwelijk. Precies die inconsistente signalen zie je terug in de tienerbladen. Nederlandse tieners krijgen daarentegen juist een heel consequente boodschap mee. Seks is fijn, maar doe het pas als je er echt aan toe bent, doe het veilig en bij voorkeur met iemand van wie je houdt. Dat zie je ook terug in de Nederlandse bladen.’ Of dat ook de reden is dat in Nederland relatief veel minder tieners zwanger raken, heeft Joshi niet onderzocht. Maar ze denkt dat de pragma-tische Nederlandse aanpak er vast iets mee te

maken heeft. ‘Wat dat betreft kunnen we in de VS nog heel wat leren van Nederland.’ yyy

Suchi Pradyumn Joshi promoveerde 7 juni op haar proefschrift Adolescent Sexual Socialization & Teen Magazines: A Cross-National Study Between the United States and the Netherlands.

Nl vs VSSuchi Pradyum Joshi onderzocht de meest gelezen meidenbladenin de periode 2006 t/m 2008.

Nederland Fancy, Cosmogirl! NL, Girlz! NLVerenigde Staten Seventeen, CosmoGirl! US, Teen

‘Op school leren ze datje moet wachten’

Page 9: Folia Magazine #34

9Folia Magazine

Toen deze moeder en zoon (kan het Italiaanser?) zich jaren geleden vestigden in de Spaarndammerstraat spraken ze geen woord Nederlands

of Engels. Intussen zijn ze verhuisd naar een groter pand aan de overkant en spreken ze

Engels. Het begon met afhaalpizza’s en -pasta’s en zelfgemaakt ijs en breidde langzaam uit tot het smakelijkste en meest sympathieke restaurant van de buurt.De aankleding is eenvoudig: simpele keukenta-fels met keukenstoelen. De specialiteit is pizza.

Die wordt met de beste, veelal biologische ingre-diënten bereid. Moeder en zoon hebben hun op-leiding tot pizzabakker in Rome voltooid, dus we eten pizza op z’n Romaans. Daarnaast serveren ze heerlijke ravioli en een aantal andere pasta’s en vleesgerechten. Op de kaart staat bij de wijnen een advies bij welk gerecht ze lekker smaken. De pizza’s kosten tussen de tien en vijftien euro, wat niet duur is voor de kwaliteit die je krijgt.In de bediening en keuken werken studenten uit alle windrichtingen. Niet iedereen spreekt Nederlands en de bediening is niet erg profes-sioneel, maar wel heel aardig. Voor kinderen hebben ze in het nieuwe pand een kinderkamer vol speelgoed gemaakt. Ik weet uit ervaring dat eten met kinderen soms lastig is. Hier is het een feestje voor iedereen. De kamer is afgesloten, dus de andere gasten hebben er geen last van. Het kindermenu bestaat uit kleinere pizza’s en lekkere, biologische appelsap. En met een beetje geluk is er huisgemaakt ijs.Het leuke van deze zaak is dat ze ook workshops pizza bakken, verse pasta en ijs maken geven, waarbij je zeker weet dat je het van een kenner leert. yyy Minou van Beurden

op de tong

Pinsa’s Spaarndammerstraat 772 (West)

Pasta makenNeem 600 g bloem tipo 00 en zes grote eieren. Doe de bloem in een kom. Maak een kuiltje in het midden en breek daar de eieren in.

Klop ze glad. Meng de eieren en de bloem beetje voor beetje door elkaar tot alles goed gemengd is. Kneed het tot een bal deeg. Als je eenmaal een bal deeg hebt, moet je die met je handen verder kneden, anders wordt je pasta bij het koken zacht en slap in plaats van elastisch en al dente. Als het deeg zacht en glad aanvoelt is het klaar.

Film e PizzaBij bioscoop Kriterion en pizzeria de Pizza-bakkers kun je voor € 13,50 pizza eten en naar de film. Een goede combinatie, weet ook de

Amerikaanse kooksite Chow.com. Zij stelden onder het kopje ‘Slice of Life’ een lijst samen van tien beroemde pizzamomenten in films, met daarin klassiekers als Wayne’s World, Manhattan, Goodfellas, Dog Day Afternoon en Saturday Night Fever. De bekende pizza-liefhebbers de Teenage Mutant Ninja Turtles schitteren door afwezigheid.

mamma miaZeven op de tien on-getrouwde, Italiaanse mannen boven de 35 wonen nog bij hun ouders en een op de drie Italiaanse mannen ziet

zijn moeder elke dag. In een cultuur waar veel vrouwen thuis blijven is dat niet vreemd. Een zoon ziet zijn buitenshuis werkende vader gemiddeld vijftien minuten per dag, terwijl hij uren doorbrengt met zijn moeder. Dat is de reden dat Italiaanse mannen zo vaak met hun moeder spreken, zelfs als ze het ouderlijk huis hebben verlaten.

foto

War

d K

uipe

rs

Folia Magazine ontvangt graag je restaurant recensie

en vergoedt tot € 50,-. Maximaal 270 woorden,

(suggesties voor de) kaders zijn welkom, maar niet

verplicht. Mail je recensie naar [email protected]. Stuur

je bon naar Folia Magazine, t.a.v. Stephanie Gude,

Prins Hendrikkade 189b, 1011 TD, Amsterdam.

Page 10: Folia Magazine #34

(advertenties)

Folia het platform voor hoger opgeleid AmsterdamAmsterdam FM.nl de stem van de hoofdstad

Folia maakt kennis ......metGeleyn Meijer Voorzitter domein Media,Creatie & InformatieWoensdag 13 juni tussen 16.00 en17.00 uur in de OBA (Oosterdokskade 143)

Live te beluisteren op AmsterdamFM (106.8 in de ether en 103.3 op de kabel)

Vanaf 14 juni terug te luisteren opwww.foliaweb.nl20 juni • Peter van Gorsel(ex-domeinvoorzitter HvA)

Kom werken bij deleukste kaartenwinkelvan NederlandBij Greetz zijn we altijd op zoek naar flexibele oproepkrachten voor ons

distributiecentrum. In het distributiecentrum maken we alle kaarten en cadeaus klaar

voor verzending naar ontvangers in Nederland én daarbuiten.

Klinkt een afwisselende job in een dynamische omgeving die perfect te combineren is

met je studie jou als muziek in de oren? En ben je flexibel inzetbaar, betrouwbaar,

zorgvuldig én enthousiast?

Dan zijn we op zoek naar jou!

Stuur je motivatiebrief en CV naar [email protected]

Greetz is gevestigd op loopafstand van metrostation Overamstel.

Kijk voor meer informatie over Greetz op www.greetz.nl

folia-greetz 120605.indd 1 08-06-2012 08:52:42

Page 11: Folia Magazine #34

11Folia Magazine

passieMolensJiPPE krEuNiNg (19, bèta-gam-ma, variant biologie) groeide op in een molen, en werd op zijn acht-tiende de jongste molenaar van Nederland. Later wil hij zijn eigen molen.‘Ik ben opgegroeid in een Noord-Hollandse Binnenkruier. Kruien is de wieken naar de wind richten. Veel mensen denken meteen aan een molen om meel te malen, maar onze molen pompte een polder droog. In de zeven-tiende eeuw had je voor alles een molen: zaag-molens, papiermolens, zelfs boormolens om gaten in de kanonnen van de VOC te boren. Toen mijn vader me opgaf voor de mole-naarscursus had ik er geen zin in. Ik was zes-tien en vond die molen maar een oud, vies ding. Maar na een tijdje greep het me. Er zijn een paar lesmolens in Nederland en je krijgt een molenmentor. Thuis kon ik oefenen, je moet veel draaiuren maken. Het examen was best moeilijk: je moet twee dikke boeken uit je hoofd kennen en weten hoe alle onderde-len heten – allemaal van die oud-Hollandse namen – en je wordt een halve meteoroloog. Het praktijkexamen was in een molen bij Hoorn. Dan staan er zes oude mannen met baarden vragen op je af te vuren: stel de wind komt van daar, en die breekt af, wat doe je dan? Ik kon ze nauwelijks verstaan.Sinds ik in Amsterdam woon moet ik het zonder molen stellen. Als ik bij mijn ouders ben leef ik me uit, ik help af en toe bij molens op open dagen en ik werk in het Zui-derzeemuseum als vrijwilliger in een klein rotmolentje. Het mooist vind ik dat ik als er oude mensen komen kijken, ze iets kan uit-leggen over vroeger, in plaats van andersom. De gemiddelde leeftijd onder molenaars is heel hoog; er zijn maar iets van vijf jongens van mijn leeftijd die het ook doen. Over twintig jaar is er bijna niemand meer om al die molens te bedienen, en een molen zonder molenaar zakt uiteindelijk in elkaar. Dus mijn tijd komt wel.’ yyy tekst Bob van Toor / foto Fred van Diem (genomen in het Zuiderzeemuseum)

Page 12: Folia Magazine #34

12 Folia Magazine

Komt het door geldgebrek, angst, of luiheid? Veel studenten gaan nooit naar de tandarts,

terwijl de met suiker en drank gevulde studentenjaren toch ernstige schade aanrichten aan

een gebit dat nog wel een halve eeuw mee moet. Drie studenten doen hun mond open.

tekst Bob van Toor / foto’s Danny Schwarz

Wees niet bang voor de stoel

Studenten zijn notoire wegblijvers van tandarts, kaakchirurg en mondhy-giënist. Met de verhuizing naar een studentenstad eindigt vaak de halfjaar-

lijkse controle van het gebit, en na vier of vijf jaar struisvogelpolitiek (‘als het geen pijn doet is er vast niks aan de hand’) is de schade vaak flink opgelopen. Tandarts Michiel Allessie weet dat als geen ander: vijftien procent van de studenten in zijn praktijk heeft tien gaatjes of meer. Het idee om speciaal met studenten te gaan wer-ken kreeg Allessie toen hij een praktijk had in de Jordaan. ‘Daar zag ik vooral yuppen die allemaal drie, vier jaar niet geweest waren, sinds ze be-gonnen waren met hun studie. Daarbij moesten we veel aan sanering doen. Het verbaasde me dat hoogopgeleide mensen niet weten dat ze regelmatig naar een tandarts moeten gaan.’ Op aanraden van Peter Vonk, hoofd van het Bureau Studentenartsen van de UvA en patiënt in zijn tandartspraktijk, besloot Allessie Studentist op te richten: een tandartspraktijk exclusief voor

studenten, met studentikoze prijzen. ‘We zijn de goedkoopste praktijk van Nederland,’ zegt Allessie. ‘Dat kan omdat we niet alle apparatuur hoeven aan te schaffen. We kunnen hier bijvoor-beeld geen protheses maken.’

Met verloren schaapjes Adinda, Dylan en Job (respectievelijk drie, vier en bijna vijf jaar weggebleven) treden we het efficiënt ingerichte gebouw aan de Nieuwe Doelenstraat binnen. Dylan mag als eerste bij de balie komen. ‘Wat studeer je? Antropologie, leuk! Weet je al wat je daarmee wil doen?’ Merel Jacobs, naast haar werk bij Studentist ook student Europese studies, weet zenuwachtige patiënten kundig af te leiden terwijl ze hun gegevens in het systeem opneemt. Vanaf nu krijgt Dylan elk halfjaar een oproep per mail om terug te komen.

Ook de tandartsen zelf hebben geleerd dat een directe, maar persoonlijke benadering bij studen-ten het best werkt. ‘Je hebt flink wat tandsteen,’ zegt tandarts Laura Jacobs als Adinda in de stoel ligt. ‘Kijk eens wat ik van één tand af haal? Ik denk dat jouw probleem meer ligt in ontstoken tandvlees dan gaatjes. Daar moeten we wat aan doen, anders kan het chronisch worden.’ Ondertussen neemt Allessie Job onder han-den. ‘We praten veel met de studenten,’ zegt hij. ‘Vroeger in de Jordaan kreeg ik patiënten die zeiden: kun je die kies maken? Nu zeg ik daarop: “Ja, maar weet je ook hoe het probleem is ontstaan?” Het fijne aan studenten is dat ze adviezen vaak ook opvolgen, vindt de tandarts. ‘Daardoor voel ik me gewaardeerd, anders is een tandarts soms een soort garage.’ Na afloop ogen de studenten ontspannen, al heeft Dylan meteen twee spoedafspraken. Ze zijn blij dat ze weer geweest zijn. Dylan laat een gratis tandenborstel in zijn jaszak glijden. ‘Ik ga mijn leven beteren,’ zegt hij vroom.

‘Kijk eens wat ik vanéén tand af haal?’

Page 13: Folia Magazine #34

13Folia Magazine

adinda van der Hoeven (22) culturele en maatschappelijke vorming

Niet geweest sinds ‘Drie jaar geleden onge-veer? Ik weet het niet precies.’Waarom ‘Ik ben niet meer gegaan sinds het moment dat mijn moeder vond dat ik oud genoeg was om zelf afspraken te maken bij de tandarts. Maar dat deed ik dus niet, ik denk uit luiheid.’Poetsen ‘Twee keer per dag, ik flos nooit.’Favoriete snoep ‘Ik denk dat het bij mij niet aan snoep zal liggen, maar ik drink best veel frisdrank en wijn, dat is ook niet erg goed.’

Voor ‘Ik ben bang dat het niet zo goed gaat met mijn gebit. Ik heb nergens last van, maar ik gok wel op een paar gaatjes.’Denkt twee gaatjesNa ‘Ik had geen gaatjes, maar wel drie opko-mende. Ik bleek wel ontstoken tandvlees te hebben, dat had ik totaal niet door. Ik ga een afspraak maken bij mijn oude tandarts, denk ik. Ik ben wel blij dat ik gegaan ben en ik ben erg opgelucht dat mijn verstandskiezen er niet uit hoeven.’

is dat verzekerd?Sinds 2011 zijn alle tandheelkundige behandelingen voor patiënten boven de 17 jaar uit het basispakket van de zorgverzekering verdwenen. Om bijvoorbeeld een wortelkanaalbehandeling vergoed te krijgen moet je een aanvullende verzekering afsluiten. De eerste afspraak bij Studentist kost tussen de € 50,- en € 120,- omdat bijvoorbeeld ook röntgenfoto’s worden gemaakt, daarna is een periodieke controle € 19,50.

Page 14: Folia Magazine #34

Job van Ballegoijen de Jong (26)rechten

Niet geweest sinds ‘Ik denk dat het 2007 of 2008 was. We kunnen het mijn tandarts in ieder geval niet meer vragen, die is inmiddels met pensioen. Ik ben in 2010 nog wel eens bij een kaakchirurg geweest voor een controle van een kaakoperatie uit 2004. Die heeft toen ook in mijn mond gekeken en leek niet erg te schrikken.’ Waarom ‘Als ik een tandarts ging zoeken dacht ik de ene keer: ik weet niet welke goed is; de volgende keer las ik in de media dat tandartsen zulke lange wachtlijsten hebben. En dan maakte ik toch weer geen afspraak.’ Poetsen ‘Twee keer per dag. Flossen heb ik

een week geprobeerd, maar dat is niet aange-slagen. Ik heb nog nooit klachten gehad over slechte adem.’ Favoriete snoep ‘Ik snoep heel weinig, als ik met een pistool op m’n hoofd moet kiezen, dan maar een lolly.’Voor ‘Ik hoop dat ik niets heb, maar vrees van wel. Een gaatje zou niet zo heel raar zijn, mensen die elk halfjaar gaan krijgen die ook. Ik hoop dat ik geen kunstgebit hoef.’Denkt één gaatjeNa ‘De tandarts was onder de indruk van hoe lang ik niet geweest was, veel langer dan het

gemiddelde van twee, drie jaar onder studenten. Dat is toch een compliment. Verder vond hij dat ik een goed gebit heb, maar ik moet meer flos-sen. Ik heb drie kleine gaatjes. Als die verholpen zijn ga ik mijn tanden laten sealen, dan doen ze er een beschermend laagje op. Ik vroeg: “Moet er worden geboord, en doet dat pijn?” Toen zei de tandarts: “Ik ga je wel verdoven, hoor.” Maar ik ben juist het meest bang voor die naald met verdovingsmiddel.’

14 Folia Magazine

Page 15: Folia Magazine #34

Dylan Henebury (23)antropologie

Niet geweest sinds ‘Ik in Amsterdam woon, zo’n vier jaar.’Waarom ‘In Groningen ging ik naar de tandarts van mijn ouders, dat vond ik geweldig: ik had nooit wat. Toen ik verhuisde heb ik geen nieuwe gezocht, maar maakte me wel steeds meer zorgen. Ik bijt op mijn nagels, en toen ik een keer uitschoot schraapte ik per ongeluk een stuk tandvlees weg. Het kwam niet meer terug, dus ik dacht: dit is het moment om naar de tandarts te gaan. Maar inmiddels vertrok ik bijna naar India voor zeven maanden, en zelfs mijn moeder vond dat ik maar na mijn reis moest gaan.’

Poetsen ‘Eén keer per dag, alleen ’s avonds. Ik flos niet.’ Favoriete snoep ‘Van alles, het hangt van mijn bui af. Als ik dan toch moet kiezen, dan Snickers. Maar als je eenmaal zo’n zak mini’s hebt leeg-gegeten duurt het wel een maand voor je er weer zin in hebt. En ik rook en drink.’ Voor ‘Ik denk niet dat ik gaatjes heb. Dat zou je toch moeten voelen? Ik weet eigenlijk niet eens of mijn verstandskiezen er al zitten. Maar ik vrees meer voor de financiële consequenties dan voor mijn tanden zelf.’Denkt nul gaatjes

Na ‘Twee gaatjes die direct attentie nodig hebben en vijf beginnende. Ik moet vaker poetsen en flossen of desnoods tandenstokers gebruiken – maar ik kan me nauwelijks voorstellen dat ik het deze keer wel vol ga houden. Die verstandskiezen bleken er wel degelijk te zitten, de onderste twee zitten helemaal vast. Eén komt in de buurt van een zenuw, dus ze moeten allebei worden getrok-ken. Ik moet volgende week terugkomen. Het moest gebeuren, ik ben blij dat ik gegaan ben.’ yyy

15Folia Magazine

Page 16: Folia Magazine #34

(advertenties)

TWEEDEGRAADS LERAAR WORDEN?

Binnen een jaar de populairste van de klas.Heb je tijdens je studie ontdekt dat je het leuk vindt om jouw vakkennis over te dragen aan anderen? Met de praktijkgerichte kopopleiding Tweedegraads Leraar voor hbo- en wo-bachelors heb je binnen een jaar al je tweedegraadsbevoegdheid. En kan je als docent aan de slag. Kijk voor meer informatie op www.hva.nl/kop of kom naar de open avond op 19 juni.

HVA ONDERWIJS EN OPVOEDINGCREATING TOMORROW

OPEN AVOND 19 JUNI

welzijn en cultuur

GO

EDE DOELEN

TR

O U W 2 0 111e

Mede mogelijk gemaakt door het UAF

Het UAF helpt al 60 jaar hoger opgeleide vluchtelingen om zich hier te ontwikkelen door studie. Voor duizenden getalenteerde vluchtelingen hebben we dat al mogelijk gemaakt: artsen, ingenieurs, economen, juristen en vele anderen. We zijn trots dat dit is beloond met de 1e plaats in het Trouw-onderzoek naar de prestaties van 800 goede doelen. Ook nieuw gevlucht talent willen wij de kans geven zich te ontwikkelen. En dat kun jij mede mogelijk maken! Kijk op www.uaf.nl

Folia-100x128mm.indd 1 30-01-12 10:35

Page 17: Folia Magazine #34

Diederik (25), student geneeskunde: ‘Ik ben mager, verlegen en zie er jonger uit dan ik ben; onder mijn vrouwelijke medestudenten ben ik

niet echt een succesnummer. In de homokroe-gen word ik daarentegen warm onthaald. Ze vin-den me knap, sexy, een trofee zelfs. En hoewel de gedachte aan seks met een man me niet aanstaat – me beangstigt misschien wel – laat ik me graag als trofee meevoeren. Tot aan de fiets in ieder geval, waar we zoenen. Ik vind het een stomme vraag. De vraag naar wat je bent. Alsof een seksuele identiteit – die volgens mij minstens net zo complex is als iemands emotionele of rationele identiteit – in een enkel antwoord te vatten is. Alsof je aan de hand van de woorden hetero, homo of bi weet wat iemand lekker vindt, en mooi, waar iemand opgewonden van raakt en tegen wie iemand ’s nachts graag aankruipt. Ik weet niet wat ik ben. Ik weet dat ik hou van het mollige lichaam van mijn vriendinnetje, van haar lange haren, van hoe haar lichaam voelt wanneer we samen in bed liggen. Maar ik weet

ook dat ik een deel van mezelf zou ontkennen wanneer ik niet ook de spanning kan opzoeken van de mannenclubs. Wat maakt dat mij?Ik weiger om een etiket op mijn keuzes te plak-ken, net zoals ik weiger om er verantwoording over af te leggen. Er zijn een paar mensen die weten van mijn uitspattingen. En na de initiële verontwaardiging over het bedrog tegenover mijn vriendin, na de eerste verbijstering over

het feit dat deze vormelijke jongen blijkbaar heimelijk zijn verzet zoekt in de Amsterdamse homoscene, accepteren zij het stuk voor stuk en weet ik mijn geheim veilig. Gelukkig maar, want er is geen haar op mijn hoofd die erover peinst mijn vriendin te bekennen dat ik wekelijks met mannen zoen. Netzomin als ik erover peins om ermee te stoppen.Ik speel cello in het studentenorkest, geef bijles en ben een prima student. Ik kleed me graag keurig, hou van klassieke muziek en zie mezelf

later zeker trouwen en een gezin stichten. Dat is wat ik ben. Maar als ik me te lang naar dat keurige keurslijf heb gevormd, als ik me te lang geconformeerd heb aan de vriend die ik voor mijn vriendin wil zijn, aan de keurige student op wie mijn ouders trots zijn, dan moet ik me ontworstelen. Dan moet ik naar het donker van de club, naar de vrolijke en ongecompliceerde spanning die heerst onder zo veel mannen bij elkaar. Ik hou van de aandacht die ik krijg, van het gemak waarmee er contact gelegd wordt en van de gretigheid waarmee er gekust wordt. Ingewikkeld natuurlijk – en vooral niet hele-maal eerlijk – maar dat is evengoed wie ik ben. yyy Fen Verstappen

drift

‘Ik weet niet wat ik ben’

De naam van de geïnterviewde is op zijn verzoek ge-

fingeerd. Wil je ook meedoen aan deze rubriek, mail

dan een korte motivatie naar [email protected].

Naar het donker van de club

illust

ratie

Den

ise

van

Leeu

wen

17Folia Magazine

Page 18: Folia Magazine #34

18 Folia Magazine18 Folia Magazine

Page 19: Folia Magazine #34

19Folia Magazine 19Folia Magazine

Het laatste avonDmaalMilitarisme is onlosmakelijk verbonden met Israëlische kunst en cultuur. Dat stelt Noa Roei in haar dissertatie Shifting Sights, Civilian Mili-tarism in Israeli Art and Visual Culture, waarop zij 14 juni promoveert. De militaire en de civiele sfeer lopen in elkaar over, stelt Roei, en het leger heeft een fundamentele impact op de Israëlische identiteit, cultuur en maatschappij.Een van de werken die Roei noemt is ‘Untitled (Last Supper)’ van de beroemde Israëlische fotograaf Adi Nes. Geïnspireerd op Leonardo

da Vinci’s ‘laatste avondmaal’, maar dan met soldaten in de rol van Jezus en zijn discipelen, en met nagenoeg dezelfde compositie als het beroemde vijftiende-eeuwse fresco. Een duide-lijk eerbetoon aan de grote meester, maar met bepaalde aanpassingen die volgens Roei wijzen op een ‘kritische dialoog met het verleden’. Zo voegde Nes een geïsoleerde veertiende figuur toe aan de compositie, als enige staand en met de letters Z.H.L. op zijn borst – de afkorting voor het Israëlische verdedigingsleger. Door de

scène naar het hier en nu te verplaatsen laat de kunstenaar niet alleen zien dat de discipelen ook ooit Joodse soldaten waren, stelt Roei, maar ook dat de hedendaagse soldaten tegelijk gedoemd en verlost zijn door hun geloof in Jezus. De kunste-naar speelt, aldus Roei, met connotaties als broe-derschap, loyaliteit, heroïek en een wisse dood. We zouden bijna vergeten dat het ook gewoon een prachtig kunstwerk is. yyy tekst Mirna van Dijk

/ foto Adi Nes (Israël, 1966), Untitled (Last Supper),

1999, collectie The Israel Museum, Jerusalem

objectief

Page 20: Folia Magazine #34

In Engeland worden regelmatig romanne-tjes gepubliceerd waarin de totale teloor-gang van de Europese Unie wordt beschre-ven. Een recent voorbeeld is The United

States of Europe, van Ken Jack. Het Verenigd Koninkrijk wil zich afscheiden van een failliet en dictatoriaal Europa, maar dit wordt door Brussel niet op prijs gesteld. Euro-soldaten stromen door de Kanaaltunnel het land binnen en moorden er lustig op los. Lekker griezelen over Europa.

Ik sluit niet uit dat dit soort verhaaltjes ook in Nederland geschreven gaat worden, wellicht met hordes Polen in plaats van Euro-soldaten in de hoofdrol. Het goede nieuws dat te melden is over Europa wordt nauwelijks gehoord. Een ge-zamenlijke markt, vrij verkeer van goederen en burgers, een begin van een gezamenlijke aanpak van criminaliteit, een stabiel ‘Oost-Europa’, stu-denten die met behoud van studiefinanciering kunnen studeren waar ze willen. En natuurlijk een afwezigheid van grote oorlogen voor een nu al onwaarschijnlijk lange periode.

Het is in toenemende mate bon ton te suggereren dat het Europese samenwerkingsproject nooit meer heeft gediend dan het eigenbelang van de lidstaten en hun politieke elites. Het is het bericht van menig docent aan de jonge student die naïef

De goede aspecten van de Europese samenwerking verdienen meer aandacht,

vindt Menno Spiering. illustratie Marc Kolle

opinie

In Europa is het altijd crisis

20 Folia Magazine

Page 21: Folia Magazine #34

uit een boekje napraat dat de wens van ‘nooit meer oorlog’ de grondslag vormt van het moderne Europa. Alle Menschen werden Brü-der, zo willen Friedrich von Schiller en het Europese volkslied ons doen geloven. Wat een onnozel idee. Maar in 1946 stonden vele Nederlanders wel degelijk te juichen toen Winston Churchill in Den Haag een pleidooi hield voor een verenigd Europa. Er was, en is, niets mis met dit idealisme. Maar nu is er dus die crisis. Volgens de media is het twee voor twaalf. Moet ook de grootse Eurofiel nu niet een toontje lager zingen?

Net als in het onderwijs, is het in Europa altijd crisis. Een doorlopende landbouw- en budgetcrisis, de ‘lege-stoel-crisis’ van 1966 (toen Frankrijk besloot niet meer aan te

schuiven aan de vergadertafel), een lange periode van ‘Eurosclerosis’ in de jaren zeventig, en een eindeloze reeks van valuta-crises (het Britse pond, de Franse franc en de Italiaanse lire), die steeds weer leidden tot paniek en instabiliteit, en dus ook slecht waren voor de zogenaamde harde Duitse mark en Nederlandse gulden.

De huidige crisis van de euro is een grote, daar is geen twijfel aan. Maar er is iets op-merkelijks met crises in de EU. Ze worden steeds weer opgelost. Het is zeker waar dat geen enkele ‘oplossing’ ooit totaal is, dus op termijn weer leidt tot het volgende probleem. Zo werkt dat in de politiek, en al helemaal in een mega-organisatie die voor het eerst een echte Europese samen-werking moet uitvinden. Resultaten uit

het verleden bieden geen garantie voor de toekomst, maar in Europa is het tot nu toe altijd een kwestie geweest van twee stappen vooruit en één terug. Dat is goed nieuws, althans als je vindt dat een onze-kere weg naar samenwerking nog altijd te prefereren is boven een terugtocht naar een verdeeld Europa.

Het is onderhand wel duidelijk dat een groei-end aantal figuren de eurocrisis helemaal niet wil oplossen. Populisten spelen handig in op anti-Europese emoties. Stomme Grieken, Polen en Hongaren, aangevoerd door de wolven uit Brussel. Ze kunnen de pot op. We trekken ons terug in ons vertrouwde landje en gooien de sleutel weg.

De werkelijkheid is dat het verlaten van Europa net zo min kan als het stappen uit je eigen schaduw. Europa is na zestig jaar vol-wassen aan het worden, met alles wat daarbij hoort: politieke en sociale tegenstellingen, demonstraties, stakingen, onderhandelingen, crisisberaad, verraad. Het lijkt warempel wel Nederland. Maar niemand roept: ‘Laten we uit Nederland stappen!’ Waar wordt samen-gewerkt zijn problemen. Vluchten is zinloos. Juist voor studenten, en jongeren in het alge-meen, zou een vergaande ontmanteling van de Europese samenwerking slecht uitpak-ken. Achter de landsgrenzen is er voor hen weinig toekomst in een markt die in een rap tempo globaliseert. Om nog maar te zwijgen van de bewezen instabiliteit van die goede oude landsgrenzen. Alle Menschen werden Brüder. Het blijft het proberen waard. yyy

Menno Spiering is universitair docent Europese studies.

In Europa is het altijd crisis Het was natuurlijk een grote eer om bij De Wereld Draait Door een televisiecollege te mogen geven. Geweldig dat 1,2 miljoen mensen naar de oerknal gekeken hebben. Zoals iemand zei: vier keer meer dan er universitaire studenten zijn. Dat is de kracht van televisie. Meestal geef ik zo’n publiekslezing voor een zaal van honderd man. Dat moet je dan veertig jaar lang iedere dag doen, om zo veel kijkers te bereiken. Dat zijn een hoop boekenbonnen!De leukste reactie was het filmpje dat een kijker mij stuurde van zijn twee vierjarige zoontjes. Ze horen hoeveel sterren de Melkweg bevat om, na een enorme gaap, tegelijkertijd uit te roepen: ‘Honderd miljard?!’ Maar is het ook niet bizar dat we na eeuwen onderzoek eindelijk de ge-schiedenis van het heelal hebben begrepen en dat dit kosmische verhaal dan bij hoge uitzon-dering drie kwartier aandacht van de kijkbuis mag hebben?Even over die drie kwartier. Ik kreeg commentaar hoe bijzonder het was dat ik precies 45 minuten kon volpraten. Inderdaad, in een tijd van sound-bites van enkele seconden of een snelle quote in het journaal voelen al die minuten als een eeu-wigheid waarin je gemakkelijk kunt verdwalen.Maar wacht even. Televisie is niet de enige plek waar tegen een publiek wordt gepraat. Iedere dag staan zo’n honderdduizend leraren voor de klas. Ze spreken allemaal 45 minuten, meerdere keren per dag. En dat doen ze al jarenlang. Iedere leraar weet precies wanneer de bel zal afgaan en dat voor die tijd het verhaal een natuurlijk einde moet krijgen. Deze spanningsboog bepaalt het succes van de les.Het is een teken van deze tijd dat we de alledaag-se prestaties in het onderwijs vergeten. Alleen al in het voorgezet onderwijs volgen iedere dag een miljoen leerlingen meerdere keren een live col-lege. Dat zijn pas kijkcijfers! yyy Robbert Dijkgraaf

Drie kwartier

Vluchten is zinloos

Dijkgraaf

21Folia Magazine

Page 22: Folia Magazine #34

22 Folia Magazine

Pas geleden hield de rechtenfacul-teit een pilot met proefstuderen. Proefstuderen is bedoeld voor vwo-scholieren ter oriëntatie op de studie.

Tijdens de pilot volgden 130 geïnteresseerden een dag colleges en werkgroepen, om daarna een tentamen te maken. De dag was een suc-ces, zowel volgens de vicedecaan als volgens de deelnemers die de evaluatie invulden. Terecht, want toekomstige studenten laten proeven aan studeren heeft alleen maar voordelen.

Als je 17 bent, is het onmogelijk om je een voorstelling te maken van een studie. Op een voorlichtingsdag legt een knappe student je uit dat politicologie veel boeiender is dan com-municatiewetenschap en vertelt een enthou-siaste docent je dat je vakken gaat krijgen die ‘politieke en economische geschiedenis’ en ‘bestuur en beleid’ heten. Je ziet een collegezaal van binnen, maar wat daar normaal gesproken gebeurt, blijft een raadsel.

Proefstuderen biedt de mogelijkheid echt te zien wat er komen gaat. Hoe de leerstof eruit-ziet, wat je in een werkgroep doet en – als kers op de taart – hoe dit alles getoetst wordt. De scholier ervaart zo of de gewenste studie (te) saai, snel, ingewikkeld, suf, uitdagend, lastig dan wel prikkelend is. Er is naast daadwerkelijk de studie gaan volgen geen betere manier om erachter te komen of scholier en studie met elkaar matchen – op interesse maar ook op kennis en vaardigheid.

Veel eerstejaarsdocenten proberen studenten te waarschuwen voor wat de studie niet inhoudt en de meeste studies kennen eerstejaarsvakken die bedoeld zijn om te selecteren. Met proefstu-deren is het mogelijk af te schrikken voordat het leed geleden is. De kosten van teleurstelling zijn immers hoog. Voor de opleiding zitten er vooral kosten in uitval. Ook voor de student zijn er financiële kosten, maar daarnaast ook hoge psy-chologische kosten. Een (half)jaar verliezen is demotiverend op allerlei vlakken van het leven.

Laat het proefstuderen – dat in januari 2013 breed ingevoerd wordt – geen promopraatje worden. Opleidingen moeten het gebruiken als selectiemiddel waarmee ze zichzelf maar vooral de aankomend fout-kiezer veel leed besparen. Het is daarom een goed idee om een proefstudeerweek verplicht te maken voor alle aankomende studenten. Noem het een in-gangseis. Wanneer de overheid de universiteit toestaat ook consequenties te verbinden aan een onvoldoende (uiteraard na herkansing) voor het proefstudeertentamen, wordt het proefstuderen helemaal een droom. Er kan dan aan de poort geselecteerd worden door de kennis te toetsen die specifiek voor deze opleiding vereist is. yyy

Linda Duits was tot 2010 aan de UvA verbonden als universitair docent en werkt sindsdien als freelancedocent bij de afdelingen sociologie en communicatiewetenschap. In 2010 richtte ze Diep Onderzoek op, een bureau gespecialiseerd in ken-nis over populaire cultuur, zie dieponderzoek.nl.

Proefstuderen is de beste manier om scholieren te matchen met

een studie, vindt Linda Duits.

opinie

We zijn de lul. Nederland zit in een recessie. Ook studenten worden geconfronteerd met een steeds onzekerdere toekomst. Het is ieder voor zich. Tal van studenten solliciteren zich suf; andere lopen fulltime stage, terwijl ze daar (bijna) niets voor betaald krijgen.Ja, dat leest u goed. Studenten zijn zo wanhopig om bij bepaalde bedrijven – ngo’s bijvoorbeeld – aan de slag te kunnen dat ze alles ervoor hebben. Dus ook veertig à zestig uur in de week werken en daarvoor slechts een reiskostenvergoeding te krijgen. Deze cultuur zorgt ervoor dat studenten niet alleen elkaar benadelen, maar ook dat dit algemeen geaccepteerd wordt. Pardon? Sinds wanneer is het normaal dat in een welvarend land als Nederland studenten zich laten uitbuiten voor een paar regels op hun cv? Ja, je leert vaardigheden en doet ervaring op tijdens een stage. Maar bedrijven maken ook keihard gebruik van jou. Want terwijl jij het werk vervult van een fulltimeme-dewerker, hoeven zij voorlopig niet iemand aan te nemen en kunnen ze collega X weer aan flexcontract nummer 20 helpen.De hele arbeidsmarkt is ultraflexibel en de oppositie ertegen is nihil. Langzamerhand ontstaat er een vici-euze cirkel waarin de (rechts-)positie van studenten en pas afgestudeerden steeds meer afhankelijk wordt van een door winst op de korte termijn gedreven be-stuurders die weigeren om te investeren in kwaliteit. Immers, winst gaat om cijfers en niet om mensen. En dan heb ik het nog niet eens over studenten in het mbo waarin het onderwijs bijna voor de helft bestaat uit korte stages. Concurrentie is goed, maar de hoop op een baan moet er niet toe leiden dat studenten zich laten uitbuiten. yyy Fatihya Abdi

Voor jou een ander

Proefstuderenals droom

Abdi

Page 23: Folia Magazine #34

(advertentie)

23Folia Magazine

promotiesDiNSDag 19/0610.00 uur: Michaël Deinema – GeografieThe Culture Business Caught in Place. Spatial Trajectories of Dutch Cultural Industries, 1899-2005 (Agnietenkapel)12.00 uur: Grigoris Effraimidis – GeneeskundeEffraimidis: Early Stages of Thyroid Autoimmunity: Follow-Up Studies in the Amsterdam AITD Cohort (Agnietenkapel)

WoENSDag 20/0610.00 uur: Machteld Boel - GeneeskundeSusceptibility to Malaria With a Focus on the Postpartum Period (Agnietenkapel)12.00 uur: Ramy El-Dardiry – NatuurkundeSources and Gain in Photonic Random Media (Agnietenkapel)13.00 uur: Robert Hakvoort – GeneeskundeVoiding Dysfunction After Vaginal Prolapse Surgery. Etiology, Prevention and Treatment (Aula)14.00 uur: Marije de Goede – PsychologieSearching For a Match. The Formation of Person-Organization Fit Perceptions (Agnietenkapel)

DoNDErDag 21/0612.00 uur: Sabine van der Veer – GeneeskundeSystematic Quality Improvement in Healthcare. Clinical Performance Measurement and Registry-Based Feedback (Agnietenkapel)14.00 uur: Maarten Vink – GeneeskundeThe Merit of Radial Access, Thrombus Aspiration, and Drug-Eluting Stents in Primary PCI. Controversies in the Treatment of Acute Myocardial Infarction (Agnietenkapel)

VrijDag 22/0610.00 uur: Florie Borel – GeneeskundeRNAi-Based Gene Therapy of Hepatocellular Carcinoma: Targeting ABC Transporters (Agnietenkapel)11.00 uur: Michael Schouten – RechtsgeleerdheidThe Decoupling of Voting and Economic Ownership (Aula)12.00 uur: Lisette Hoekstra – GeneeskundeTowards Safer Liver Resections (Agnietenkapel)13.00 uur: Karin Wittkampf – GeneeskundeSuffering in Silence. Studies About Screening For Major De-pressive Disorder in Primary Care (Aula)

14.00 uur: Dolf Timmerman – NatuurkundeOptical Spectroscopy of Carrier Multiplication by Silicon Nanocrystals (Agnietenkapel)

oraties/afscheidscollegeWoENSDag 20/0616.00 uur: Mw. prof. dr. Simone Pront-van Bommel, leerstoel energie en rechtEen redelijke energieprijs (Aula)

DoNDErDag 21/0616.00 uur: Dhr. prof. dr. Frank Cobelens, bijzonder hoogleraar epidemiologie en bestrijding van armoede gerelateerde infectieziektenDe langste dag (Aula)

VrijDag 22/0615.00 uur: Prof. dr. ir. Kees Grimbergen, hoogleraar medische technologieGeneeskunde en techniek; moet dat verder zo? (Aula)

Voor meer informatie zie www.uva.nl/agenda.

23Folia Magazine

20 juni is Wereldvluchtelingendag. Op deze bijzondere dag presenteren Floor en Stichting voor Vluchteling-Studenten UAF in samenwerking met New Dutch Connections As I Left My Father’s House. In dit indrukwekkende theaterstuk vertellen vluchtelingen met verschillende culturele en religieuze achtergronden over hun wereld. Een wereld van mensen die leven met de gevolgen van vijandigheid, geweld, oorlog en extremisme en die met deze bagage een nieuw bestaan moeten opbouwen.

As I Left My fAther’s house Wo 20 junI, 15:00 -17:00 uur | ArenA, KohnstAMMhuIs, WIbAutstrAAt 2-4

CreAtInG toMorroW

Page 24: Folia Magazine #34

‘De geest van Wilders is bij de UvA aangekomen.’ Josef Früchtl, departementsvoorzit-ter bij wijsbegeerte klinkt aan-

geslagen. Hij is boos en ongerust over het pro-fileringsdocument dat de universiteit begin mei naar Den Haag stuurde [zie kader op pagina 25]. Daarin schrijft het College van Bestuur (CvB) dat een aantal opleidingen mogelijk geschrapt gaat worden. Früchtl: ‘Dat is niet verwonderlijk als je opleidingen enkel aan de hand van econo-mische, neoliberale criteria beoordeelt. Studies als wijsbegeerte, theaterwetenschap en kunst-geschiedenis zijn dan niets meer dan de linkse hobby’s waar Wilders over klaagt.’ Früchtl is niet de enige die zijn hart vasthoudt. Binnen de Faculteit der Geesteswetenschappen (FGw) is er ‘grote onrust en diepe bezorgdheid’ ontstaan over het document, schrijft decaan Frank van Vree op 25 mei in een brief aan het CvB. Grootste punt van zorg is de resttabel, in de wandelgangen ook wel ‘dodenlijst’ of ‘sterf-

huistabel’ genoemd. Studies die volgens het col-lege niet direct onder een van de zeven onder-zoekszwaartepunten vallen, komen op deze lijst [zie kader op pagina 26]. In het profiel staat dat het college op basis van twee criteria beoordeelt of het de studies zal behouden: arbeidsmarkt-perspectief en economische levensvatbaarheid. Veel geesteswetenschappelijke opleidingen komen aan de hand van die criteria niet goed uit de bus. Terechte reden voor paniek, zou je denken. Maar decaan Van Vree zegt aan de

telefoon dat hij er persoonlijk alle vertrouwen in heeft dat er geen opleidingen geschrapt worden. ‘In vergaderingen heeft het college nooit gesug-gereerd dat er opleidingen opgeheven gaan worden.’ Hij kan zich wel voorstellen dat er paniek is ontstaan over de tekst. ‘Ik denk dat het

Ineens was daar ‘het lijstje’, met namen van opleidingen

die niet passen in het nieuwe profiel van de UvA en

mogelijk zelfs worden opgeheven. Heeft het College

van Bestuur snode plannen of berust alle onrust op een

misverstand? ‘Het is gewoon geknoei van ambtenaren op

het Maagdenhuis.’ tekst Marieke Buijs en Eva Rooijers / illustratie Bas Kocken

‘Dit soort lijstjes gaat een eigen leven leiden’

24 Folia Magazine

Wie niet verdient, verdwijnt

college onderschat heeft wat voor effect dit soort lijstjes op de werkvloer sorteren. Die gaan een eigen leven leiden.’ Maar volgens hem berust het allemaal op een misverstand. Sommige opleidingen zijn ‘per abuis’ en andere opleidin-gen ‘ten onrechte’ in de resttabel opgenomen, zo schrijft hij op 5 juni in een nieuwe brief aan het CvB. Daarin verdedigt hij de relatie met de onderzoekszwaartepunten voor iedere FGw-opleiding in de onfortuinlijke tabel.

MakkElijkEr ScHraPPENDraait alle commotie werkelijk om een ongeluk-kig misverstand? Jaap Oosterwijk, voorzitter van de Facultaire studentenraad van de FGw, heeft daar geen vertrouwen in. Hij wijst op een

Page 25: Folia Magazine #34

brief die het CvB in januari naar de Centrale Studentenraad (CSR) en de Centrale Onderne-mingsraad (COR) stuurde. Daarin kondigt het college aan geen instemming meer te vragen aan de beide raden wanneer een opleiding wordt opgeheven. ‘De CSR heeft zich hier fel tegen verzet,’ zegt Oosterwijk. ‘Uiteindelijk is de brief teruggetrokken, maar er ging wel een duidelijk signaal vanuit: het CvB wil het makkelijker ma-ken om opleidingen te schrappen.’ Er is volgens Oosterwijk sterke druk vanuit Den Haag om het aantal opleidingen terug te brengen. Dat was ook een van de aanbevelingen van de commis-sie-Veerman, die de toekomstbestendigheid van het Nederlandse hoger onderwijs onderzocht. Op de werkvloer heerst vooral onbegrip over

het ontransparante proces en de gebrekkige communicatie die voorafgingen aan de totstandkoming van het profiel. Depar-tementshoofd Früchtl van wijsbegeerte: ‘Wij hebben maandenlang gediscussieerd

over de onderzoeksthema’s van de faculteit en de bijdrage die wijsbegeerte kan leveren aan de profilering van de UvA. Ineens zie je dan wijsbegeerte in dat dodenlijstje staan, dat sloeg bij mijn collega’s en mij in als een bom.’ De onrust wordt versterkt doordat het

25Folia Magazine

profiel in verschillende stadia ter informatie is opgestuurd naar de departementshoofden en de COR. ‘Maar op het moment dat het profiel richting de minister ging, was die resttabel er ineens aan toegevoegd,’ zegt Jonneke Bekken-kamp van de COR. Ze hekelt de totale willekeur waarmee opleidingen in de tabel zijn geplaatst.

Voor de COR aanleiding om op 9 mei een kritisch advies aan het college te sturen waarin ze de samenstelling van de zeven zwaartepunten onevenwichtig en inhoudelijk niet overtuigend noemt.

Waarom valt religiestudies bijvoorbeeld niet onder het kopje Globalisation, vragen ze zich af. Want nergens in het profiel motiveert het CvB waarom de opleidingen in het restlijstje niet onder een van die zwaartepunten zou-den vallen.Ook afdelingsvoorzitter Henk van Nierop was

stomverbaasd toen hij zijn researchmaster geschiedenis in het lijstje zag staan. Van Nierop: ‘Ik zou niet weten waarom ze

Profileringsdocument Den Haag eist van universiteiten dat ze zich

meer profileren. De universiteiten moeten keuzes

maken en niet langer proberen alles te doen. De

UvA formuleerde zeven (veelal interdisciplinaire)

zwaartepunten in een dik dossier, het zogenoem-

de ‘profiel’ dat ze begin mei naar het Ministerie

van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap stuurde.

De losse opleidingen worden daarin onderge-

bracht bij de verschillende onderzoekszwaar-

tepunten. Zo valt de studie geschiedenis onder

Globalisation, Identity, Inequality and the Urban

Environment en economie & bedrijfskunde onder

Sustainable World.

 De zeven onderzoekszwaartepunten van de UvA

1. Transnational Law and Governance

2. Human Health

3. Cognition, Socio-Economic Behaviour and

Neuroscience

4. Globalisation, Identity, Inequality and the Urban

Environment

5. Communication and Information

6. Fundamentals of Natural Science

7. Sustainable World

‘We komen er redelijkbekaaid van af’

Page 26: Folia Magazine #34

26 Folia Magazine

de onderzoeksmaster willen opheffen. We vallen helemaal onder het zwaartepunt Globalisation, hebben ieder jaar een kleine veertig studenten, de opleiding loopt goed en is rendabel.’ Hij denkt dat de samenstelling van de tabel niet op willekeur maar op onkunde berust. ‘Het is gewoon geknoei van ambtenaren op het Maagdenhuis. Ze hebben geen idee waar ze het over hebben.’Diezelfde indruk heeft Früchtl. ‘Dat er geen ver-band zou zijn tussen de masterprogramma’s in de wijsbegeerte en deze zeven onderzoeksthe-ma’s is voor ons een volstrekt onacceptabele stel-lingname,’ schrijft hij in een brief aan het CvB. ‘Klaarblijkelijk bestaat er bij de auteurs van het profiel erg weinig begrip van wat filosofen, in het bijzonder die aan de UvA, heden ten dagen aan het doen zijn.’ Früchtl noemt de werkwijze van het CvB kafkaësk. ‘Kennelijk zitten er twee of drie ambtenaren in het Maagdenhuis die zelf kunnen bepalen waar het heengaat met de wijs-begeerte. En niemand op de faculteit weet wie dat zijn. Dat verwacht je niet bij een universiteit die pretendeert naar de werkvloer te luisteren. Het is in het geheel niet transparant.’

gEbrEk aaN WaarDEriNgDaarnaast stuit het veel van de ondervraagde geesteswetenschappers tegen de borst dat ze zo weinig waardering voor hun tak van sport te-rugzien in het profiel. Zelfs de optimistische Van Vree vindt dat er uit het profiel niet heel veel er-kenning spreekt voor wat de geesteswetenschap-pen doen. ‘We komen er redelijk bekaaid van af.’ Dat is des te wranger omdat het juist bij de FGw voor de wind gaat. ‘We zijn financieel kernge-zond,’ zegt Van Vree. ‘We investeren de komende jaren zelfs drie miljoen extra in onderwijs en on-derzoek terwijl er in Utrecht drie miljoen euro bezuinigd moet worden bij de Faculteit Gees-teswetenschappen. We voeren de internationale rankings aan. In de Times Higher Education Ranking staan we op plaats 30. De waardering daarvoor ontbreekt in het document.’Hij plaatst dit gebrek aan waardering in een bredere landelijke trend. Vanuit Den Haag wordt zwaar ingezet op topsectoren die bijna

allemaal in de bètahoek liggen. Het kabinet heeft economisch nut hoog in het vaandel staan. Ook binnen het onderzoek, dat zich bij voorkeur snel uitbetaalt in harde euro’s. ‘Dat zie je terug in het profiel,’ zegt Van Vree. ‘Alsof economisch gewin het enige is waartoe wij op aarde zijn.’Ook de COR hekelt de ‘business-like’ invul-ling van valorisatie. ‘Er zijn zo veel manieren van valorisatie mogelijk die niet direct de kassa doen rinkelen, maar die wel van belang zijn voor maatschappij en cultuur,’ zegt COR-lid Bekkenkamp. ‘Als onze studenten bij theater-wetenschap onderzoek doen dat zich vertaalt in een nieuwe Brecht-interpretatie voor het Amsterdamse toneel, is dat ook valorisatie. Of als een onderzoeker een nieuw schoolboek voor lessen Nederlands maakt.’Uiteraard heeft Folia Magazine een reactie gevraagd aan het CvB om duidelijk-

heid te krijgen over het gewraakte restlijstje. Moeten de geesteswetenschappers die aan de opleidingen verbonden zijn zich echt zorgen maken? Hoe is bepaald welke oplei-dingen onder welk zwaar-tepunt passen? En wat zijn de concrete implicaties van het profiel voor de FGw? Een mail met deze en andere vragen is tijdig naar de persvoorlichting van het college gestuurd. Dymph van den Boom, rector magnificus van de UvA, liet echter via een woordvoerder weten niet op de vragen in te willen gaan. Ze wil geen uitspraken doen over de situatie bij geesteswe-tenschappen, omdat ze alleen de implicaties van het profiel voor de universiteit als geheel wil behandelen. En daar vindt ze het te vroeg voor,

omdat het profiel nu bij een reviewcommissie van het ministerie ligt. Mogelijk worden er na opmerkingen van die commissie nog wijzigin-gen doorgevoerd in het profiel.Een uitkomst waar de ondervraagde geesteswe-tenschappers vurig op hopen. Bekkenkamp van de COR: ‘Ik ben redelijk optimistisch dat het profiel er in deze hoedanigheid niet doorheen komt. Laat het CvB eerst haar huiswerk maar eens overdoen.’ yyy

DodenlijstEen aantal opleidingen past volgens het CvB

onder geen van de zwaartepunten. Die opleidin-

gen staan in tabel 5, die inmiddels tot resttabel,

dodenlijst of sterfhuistabel is gedoopt. Bijna alle

studies in de resttabel vallen onder de faculteiten

rechten en geesteswetenschappen. Het lot van

deze opleidingen is onduidelijk. In de komende

twee jaar worden ze getoetst op economische

levensvatbaarheid en arbeidsperspectief.

geesteswetenschappenstudies in de rest-tabel:Bacheloropleidingen

Kunstgeschiedenis

Religiestudies

Theaterwetenschap

 MasteropleidingenArcheologie en prehistorie

Conservering en restauratie van cultuurerfgoed

Dramaturgie

General Linguistics

Nederlands als tweede taal

Tekst en communicatie

Theaterwetenschap

Wijsbegeerte

Redacteur/editor

 

onderzoeksmastersGeschiedenis

Religiewetenschappen

‘Alsof economisch gewin het enige is’

Page 27: Folia Magazine #34

27Folia Magazine

WWW.CREA.UVA.NL

het cultureel studentencentrum

van de UvA & HvA

CREA RoeterSeiland Adres: Nieuwe Achtergracht 170Bereikbaar via de Sarphatistraat en de

Plantage Muidergracht

lezingma 18 / 20.00 uur

Real World Economics: Greece, Goldman and the Wicked World of DerivativesThis event aims to clarify the dynamics behind de-

rivatives: the instruments, sellers and buyers, and

their impact upon society. More concretely, what

role has Goldman Sachs played in Greece qualifying

for euro membership? What happened to Dutch

housing association Vestia? Speakers: Rodrigo Fer-

nandez, researcher at the UvA and the Centre for

Research on Multinational Corporations and Reijer

Hendrikse, researcher at the UvA. Moderated by

Dimitris Pavlopoulos, economist at the VU. Loca-

tion: CREA Muziekzaal. Admission: students free,

others E 5,-. No reservations.

theater & muziekdo 14 / 20.30 uur

CREA Open PodiumEen afwisselende avond met singer-songwriters,

stand-up comedians, theatermakers en cabaretiers.

Zelf een keer optreden? Stuur een e-mail naar open-

[email protected]. Plaats: CREA Muziekzaal. Toe-

gang: gratis.

theatervr 15, za 16, 20.30 uur / zo 17, 14.00 uur

STAtus – STA!Een blauwe revolutie.13 profielen. 5.365 vrien-

den.13.267 likes.1.598 foto’s. Begluur deze men-

sen op www.facebook.com/blauwerevolutie. STA-

tus toont de levens van een groep mensen die

met elkaar verbonden zijn via het (over)heersende

Facebook. Mooi, interessant, geliefd en gelukkig.

Zo komen ze over. Toch? Deze voorstelling licht

af en toe een tipje van de sluier op. Wie bevinden

zich werkelijk achter deze profielen? Regie: Marilien

Mogendorff. Plaats: CREA Theater. Toegang: E 6,-,

niet-studenten: E 9,-. Reserveren: 020 525 1400.

lezingenladder

Popup University castrum Peregrini WO 13/06, 16.45 uur PopUpUniversity is een vorm van academisch activisme, ontstaan aan de universiteit van Utrecht. Negen mini-lezingen van o.a. Anneke Smelik (auteur van Ik, cyborg) en Arjo Klamer, hoogleraar culturele economie aan de Erasmus Universiteit.

Bachelor-Master: 10 jaar laterSpui 25 WO 13/06, 17.00 uurHet is inmiddels tien jaar geleden dat de Bachelor-Master structuur is ingevoerd in het hoger onderwijs. Zijn de doelen die toen zijn gesteld gehaald? Een debat met o.a. UvA-rector Dymph van den Boom.

Extreem rechts in BoedapestPakhuis de Zwijger DO 14/06, 20.00 uur Waarom stemmen hoogopgeleide jongeren in Hongarije op een extreem rechtse partij? Dat is het onderwerp van een documentaire, waarvan deze avond de première is. Met aansluitend politicoloog Sarah de Lange over de verschillen en overeenkomsten met Nederland.

Henriette van Lynden Lezingrode Hoed DO 14/06, 20.00 uur Prof. Tamar El-Or (Hebrew University) en Orly Erez-Likhovski (advocate Israel Religious Ac-tion Centre) over vrouwenrechten in Israël.

Literaire salon arti et amicitiae VR 15/06 16.00 uur Ze schelen ruim twintig jaar, maar zijn bei-den zowel auteur als recensent bij De Groene Amsterdammer: Marja Pruis en Joost de Vries. Een gesprek over de spanning tussen schrijven en recenseren.

Geschiedenis van het kwaad Verzetsmuseum VR 15/06, 20.00 uur Pools-Britse socioloog Zygmunt Bauman over hoe de moderniteit instrumenten biedt

voor het ontstaan van genocide (bureaucratie, ontmenselijking) of juist bescherming biedt.

Leven op Marstrippenhuis MA 18/06, 18.00 uur Minisymposium over de betekenis van het Marsonderzoek, de stand van zaken en de mogelijkheden die de volgende generatie Marsrobots biedt voor de zoektocht naar buitenaards leven.

De rol van de staatauditorium Vu MA 18/06, 18.00 uurOnderzoeksdirecteur van het Transnational Institute, Hilary Wainwright, over sociale veran-dering en de rol van de staat.

Eten! Literatuur!lab 111 MA 18/06, 20.00 uurAvond over eten en literatuur, met o.a. Kees ’t Hart, Frits Lambrechts, Gilles van der Loo en Hiske Versprille.

Wat denkt de computer?De balie MA 18/06, 20.00 uurMartijn van Calmthout praat met wetenschap-pers over kunstmatige intelligentie. Met o.a. Catholijn Jonker (hoogleraar interactieve intel-ligentie aan de TUDeft) en Peter Sloot (hoogle-raar Computational Science aan de UvA). Sweet little lies bitterzoet MA 18/06, 20.00 uurCafé Scientifique, met o.a. hersenwetenschapper Tomas Knapen over zijn onderzoek met visuele illusies; Mattijs Joosten, over zijn boek over cognitieve dissonantie; en Roger Pruppers, over het irrationele handelen van de mens en hoe marketeers hier gebruik van maken.

Voor een ieder die geïnteresseerd is in lezingen en debatten is er de Folia Magazine-lezingenladder. Wij

streven ernaar hierin de meest interessante lezingen en debatten in Amsterdam op één plek te verzamelen.

U organiseert een lezing of debat en wilt daarmee

graag op deze pagina staan? Stuur tijdig een mailtje

naar [email protected] onder vermelding van ‘Aanmel-

ding lezingenladder’.

Page 28: Folia Magazine #34

Het gebruik van hersenonderzoek om een merk of product beter in de markt te zetten, volgens Martin de Munnik, marketeer

van onderzoeksbureau Neurensics, is het de toekomst van marketing. Wat tegenstanders ook mogen beweren: wie een succesvolle recla-mecampagne wil voeren, kan volgens hem bin-nenkort niet meer om neuromarketing heen. ‘Tegen de tijd dat mensen erachter komen dat het wél werkt, zijn ze te laat. Als twee merken gebruikmaken van neuromarketing, heeft de rest geen kans meer’.In de enorme vergaderruimte van Neurensics laat De Munnik een projectiescherm uit het plafond zakken. Hij wijst op een serie foto’s van vijf verschillende spijkerbroeken en vraagt: ‘Welke denk je dat de duurste is?’ Pas als ook de merken in beeld verschijnen, is het duide-lijk: die van Versace natuurlijk. Hoe kan het dat een merk zulke sterke gevoelens weet op te roe-pen dat mensen bereid zijn driehonderd euro te betalen voor een broek die er net zo uitziet als een broek van veertig euro? In gesprek met Victor Lamme, hoogleraar neuropsychologie aan de UvA, werd De Munnik duidelijk dat ons brein daarin een heel belangrijke rol speelt. Samen richtten ze Neurensics op.

HEt brEiN alS WEEgMacHiNE‘Koopgedrag is één groot emotieverhaal,’ zegt Victor Lamme. ‘Ons brein is de hele dag bezig aan alles wat je ziet of meemaakt een waarde

toe te kennen. Dat proces noemen we in de psychologie een emotie. Als het brein voor een beslissing staat, doet het niks anders dan die emoties tegen elkaar afwegen. Het brein is een weegmachine.’ Dat afwegen van emoties gebeurt onbewust, al zijn we geneigd te denken dat we daar invloed op hebben. De Munnik: ‘We rationaliseren die beslissingen voor onszelf, maar we maken pas achteraf een construct, dat vaak niet overeenkomt met het beeld dat de hersenen laten zien.’Zo werd er aan de universiteit van Californië een onderzoek uitgevoerd waarbij proefper-

sonen die in een scanner lagen informatie kregen over zonnebrandcrème. Na de scan moesten ze aangeven of ze van plan waren de crème te gaan gebruiken. Toen hen een week later gevraagd werd wat ze gedaan hadden, bleek dat dat voor een groot deel van de men-sen anders was dan ze hadden ingeschat. De resultaten van de scanner bleken wél te cor-releren met het gedrag van de proefpersonen. Conclusie: ons brein maakt een beslissing op het moment dat informatie binnenkomt; onze gedachten en rationalisaties hobbelen daar achteraan.Lamme: ‘Daarom heeft bijvoorbeeld onderzoek naar consumentenvertrouwen geen zin. Mensen

kunnen alleen iets zeggen over hun bestedingen in het verleden, maar daarmee meet je niet wat ze in de toekomst gaan uitgeven.’ Viktor Lamme doet zelf vooral onderzoek naar het bewustzijn. Neuromarketing is ‘de toepassing in het wild’ van de kennis die hij in het lab opdoet. Dankzij Lamme kan Neuren-sics gebruik maken van fMRI-scanners (zie kader) van de UvA. Proefpersonen liggen in de scanner en kijken naar reclamefilmpjes of foto’s, terwijl de scanner aan de hand van oplichtende gebieden bepaalde netwerken in hun brein in kaart brengt. Aan de hand van die netwerken kan worden afgeleid hoeveel vertrouwen, begeerte of woede een product of merk oproept. Lamme: ‘We weten: als we op een bepaalde plek in het brein activiteit zien, dan duidt dat op vertrouwen. Dat heeft bijvoorbeeld te maken met een gebied dat de amygdala heet. Er zijn andere emoties die ook iets met de amygdala doen, zoals seksuele opwinding. Je moet dus alert zijn en niet al-leen naar plekken, maar naar netwerken in het brein kijken’. Met zelf ontwikkelde software worden de resulta-ten van zo’n fMRI-scan in een diagram verwerkt: brainrating wordt dat genoemd. Zo kan een heel scala aan emoties gemeten worden. Als uit on-derzoek bijvoorbeeld blijkt dat een product hoog scoort op vertrouwen, maar laag op zelfrelevantie – de mate waarin mensen het product relevant vinden voor zichzelf – kan een bedrijf zijn mar-ketingstrategie daarop aanpassen.

‘Koopgedrag is één groot emotieverhaal’

Precies weten welk product mensen willen en hoe je dat het beste aan de man kunt brengen

is de droom van iedere marketeer. Specifiek op de markt gericht hersenonderzoek – neuro-

marketing – brengt die droom dichterbij, maar is niet zonder gevaren. ‘Een product waar men-

sen eerder van doodgaan, kan nooit het “juiste” product zijn.’ tekst Brechtje Keulen / illustraties Pepijn Barnard

Wat koopt ons brein?

28 Folia Magazine

Page 29: Folia Magazine #34

Wat koopt ons brein?

Bij een tijdschrift dat in drie edities met ver-schillende covers in de winkels lag, voorspelde Neurensics bijvoorbeeld vooraf correct welke editie het beste zou verkopen. Vaak is dat een kwestie van testen in de scanner. De Munnik: ‘Het is nu nog vooral vergelijken, maar we krijgen steeds meer kennis waardoor we vooraf al kunnen zeggen wat je wel en niet moet doen.

We weten bijvoorbeeld dat het goed werkt als mensen op een foto je aankijken.’

EEN MooiErE WErElD‘Tachtig procent van de nieuwe producten mislukt binnen de eerste twee jaar,’ vertelt De Munnik. ‘Ons doel is om met onze technieken de juiste producten, op het juiste moment, bij de

juiste mensen te brengen. Dat is een geweldige vooruitgang.’ Toch zijn er ook critici. Want hoe bepaal je wat het juiste product is? Bij Neurensics mogen kinderen niet in de scanner, en aan politieke partijen verleent het bedrijf geen me-dewerking. Verpakkingen van alcohol worden wel getest, en pas geleden werd er nog gespro-

29Folia Magazine

Page 30: Folia Magazine #34

30 Folia Magazine

ken over een stoppen-met-rokencampagne. Maar wat als straks de tabakslobby voor de deur staat? Lamme: ‘Ik zou daar wel moeite mee hebben.’ De Munnik: ‘Een product waar mensen eerder van doodgaan, kan nooit het “juiste” product zijn.’Die ethische afwegingen roepen ook de vraag op hoe effectief neuromarketeers een bood-schap kunnen maken. ‘We kunnen geen koop-zombies maken,’ zegt De Munnik. ‘Maar wij kunnen een fabrikant wel helpen een zo groot mogelijke groep te bereiken.’ Hij vergelijkt het met het bakken van een appeltaart om een huis te verkopen. Je speelt effectief in op het onbewuste om een product beter aan de man te brengen. De Munnik en Lamme geven al-lebei toe dat die wetenschap ook verkeerd ge-bruikt zou kunnen worden. Toch zegt Lamme: ‘Volgens mij wordt de wereld er alleen maar

mooier van. We krijgen leukere reclames en betere producten.’ Belangrijk om in het oog te houden is dat onderzoek in neuromarketing niet gericht is op het brein van een individu, maar op het in kaart brengen van de voorkeuren van groepen mensen. ‘We lijken van binnen meer op elkaar dan we denken,’ zegt De Munnik. Daardoor is er maar een relatief kleine groep proefper-sonen nodig voor ieder onderzoek. En dat komt goed uit, want fMRI-onderzoek is erg duur. ‘Bij 32 proefpersonen hebben we een geldig onderzoek en krijgen we een handteke-ning van de professor, maar vaak zien we dat significantie al met vijf proefpersonen bereikt

wordt. Natuurlijk denkt iedereen anders over een fles Dreft, maar binnen die groep van andersdenkenden zijn er clusters die hetzelf-de denken.’Lamme: ‘Er is veel dat we nog niet weten, maar het is gebleken dat wij aan de hand van het brein ons gedrag beter kunnen voorspellen dan met andere marketingmethodes. Dat lijkt me handig. Als je empirisch vast kunt stellen dat je er iets mee kan, waarom zou je dat dan niet doen?’ yyy

‘We kunnen geen koopzombies maken’

fMri-scannerDe fMRI-scanner (functionele MRI) wordt in neuromarketing gebruikt om activiteit in het brein te meten. Martin de Munnik legt uit: ‘Als je ergens over nadenkt, worden er neurale netwerken aangezet, dan wordt er energie gebruikt en moet er dus ook weer energie worden aangevuld. Dat gebeurt in de vorm van zuurstof en glucose door het bloed. Doordat bloed magnetisch reageert, kunnen we met de scanner de doorbloeding van het brein meten.’

Dode zalmAan hersenonderzoek zitten nog vele haken en ogen. In 2005 legde hersenonderzoeker Craig Bennett van de universiteit van Californië een dode zalm in de fMRI-scanner. Ook bij het dode dier bleek het mogelijk om hersenactiviteit te registreren. Bennett wees daarmee op een van de gevaren van interpretatie, de zogenaamde false positives: op een willekeurig moment zijn altijd een aantal neurongroepen geactiveerd, zonder dat dat iets betekent.

reacties van expertsWillemijn van Dolen, hoogleraar marketing, Amsterdam Business School‘Ik hou neuromarketing met veel belangstelling in de gaten. Iedereen ziet dat er potentie in zit, maar tegelijk is duidelijk dat we er nog lang niet zijn. Hersenonderzoek is zo vreselijk complex. Als iets oplicht in de scanner, weet je niet altijd waaróm het oplicht, want je weet niet wat er in iemands hoofd gebeurt. Bij een foto van Obama denkt iemand misschien aan een bepaald interview of aan zijn vrouw of kinderen. Het is gevaarlijk om al te specifieke conclusies te trekken. Ik zou graag nauwe samenwerking zien tussen neuromarketingbedrijven en de universiteit, waarbij het belangrijk is dat bedrijven transparant zijn over hun methodes, zodat we gezamenlijk kunnen werken aan het vergroten van kennis hierover. Een marketeer kijkt naar de beste manier om een product aan de man te brengen, maar “het beste” kan voor een bedrijf anders zijn dan voor de consument. Voorzichtigheid is geboden.’

Hans krabbe, docent communicatie- en bedrijfsethiek, HvA‘Marketing is altijd op zoek geweest naar de behoeften van consumenten om daar op in te spelen. Neuromarketing is een vooruitgang, maar net als bij de “oude” marketing kan er bij neuromarketing sprake zijn van misleiding. Daarnaast gaan er ethische vragen spelen als neuromarketing wordt ingezet voor schadelijke producten, zoals alcohol, tabak of frisdrank. Een nieuw bierflesje dat beter verkoopt dan het oude, levert meer winst op, maar ook meer alcoholgerelateerde ziekten en verzuim. Wie gaat dat betalen? Wie is daar verantwoordelijk voor? De belangrijkste ethische kanttekeningen zijn aan de ene kant de ongewenste effecten van producten op het individu, zoals obesitas en verslavingen, en aan de andere kant de versterking van ongewenste waarden in de samenleving: neuromarketing kan op termijn leiden tot bijvoorbeeld extra materialisme, consumptisme en een eenzijdige cultuur.’

Page 31: Folia Magazine #34

31Folia Magazine

overigens

Damiaan Denys‘Eens, het idee is volstrekt onbegrijpelijk. We leven in een geglobaliseerde wereld en het is volkomen legitiem dat daar op masterniveau rekening mee wordt gehouden. Ten eerste biedt dat studenten de uitdaging om zich goed in het Engels te bekwamen en zich voor te bereiden op een internationale baan. Zeker bij een carrière in de wetenschap is het beheersen van Engels essentieel om toegang te hebben tot nieuwe on-derzoeksgegevens en om te kunnen publiceren. Daarnaast zijn Engelstalige masters natuurlijk toegankelijk voor buitenlandse studenten en kun je zo de meest intelligente studenten uit het buitenland aantrekken.Het voorstel getuigt van een conservatieve reflex van Zijlstra. Ik weet niet precies wat daarachter schuilt, maar kan me voorstellen dat het samen-hangt met liefde voor de Nederlandse taal. Dat is positief, maar het is te laat om je daar pas in de masterfase hard voor te maken. Je moet zorgen dat kinderen op de basis- en middelbare school de liefde voor het Nederlands meekrijgen en zich ook in die fase de taal goed eigen maken.’

Willem van Winden‘Het uitgangspunt moet zijn: masteronderwijs in het Engels. Dat is onvermijdelijk, binnen de EU vindt steeds meer uitwisseling van studen-ten plaats, vooral in de masterfase. Daarnaast is Engels de lingua franca van de wetenschap. Dus een masteropleiding, die toch op onderzoek is gericht, moet gewoon in het Engels. Maar je kunt uitzonderingen maken voor opleidingen met en-kel Nederlandse studenten over een Nederlands onderwerp, bijvoorbeeld bij literatuurwetenschap. De zorg is natuurlijk dat het Engels van do-centen en studenten niet toereikend is om een goede inhoudelijke discussie te kunnen voeren. Dat komt de kwaliteit van het onderwijs niet ten goede, maar dat is geen reden om meer masters in het Nederlands te geven. Het is juist een reden om aan de beheersing van het Engels te werken. Docenten die lesgeven in de master moeten via een toets aantonen dat ze het Engels voldoende onder de knie hebben. En voor stu-denten geldt hetzelfde. Als die een master willen doen, moet hun beheersing van het Engels aan harde eisen voldoen.’

andré Nollkaemper‘Je kunt de masters in drie categorieën onderver-delen. Allereerst is er een categorie waarbij zowel het onderwerp als het wetenschapsveld voor-namelijk van nationale aard is, zoals delen van het Nederlands recht. Bij zo’n opleiding slaat het nergens op haar in het Engels te geven. Aan de andere kant van het spectrum zijn opleidingen als International Finance, waarbij het volstrekt logisch is om ze in het Engels te geven.Ten slotte is er een groot middengebied, waarbij het onderwerp niet per se internationaal is, maar de wetenschappelijke discussie zich wel in het Engels voltrekt – bijvoorbeeld sociologie. Die masters moeten in het Engels gegeven worden, om aansluiting te vinden bij het internationale debat en om een international classroom te creëren. Zo’n internationale impuls is een verrij-king voor een opleiding. Mocht dat niet van de grond komen en zitten er na een paar jaar alsnog alleen Nederlanders in de klas, dan moet je de opleiding afschaffen, of hem weer deels in het Nederlands geven. Want het gebruik van Engels moet wel een doel dienen.’ yyy Marieke Buijs

Damiaan Denyshoogleraar psychiatrie

andré Nollkaemperhoogleraar internationaal

publieksrecht

Willem van Windenlector Amsterdamse

kenniseconomie

Halbe Zijlstra’s pleidooi voor Nederlandstalige masters is niet van deze tijd, wetenschap is juist grensoverschrijdend.

In deze rubriek reflecteren wetenschappers op een actuele stelling.

Page 32: Folia Magazine #34

Twee jaar geleden solliciteerde domeinvoorzitter Geleyn Meijer als bestuurslid van het Kenniscentrum van D66. In een toelichting op zijn

sollicitatie schreef hij ervan ‘overtuigd’ te zijn ‘dat we in Nederland en Europa veel te weinig uit het creatieve vermogen van onze maatschap-pij halen. We moeten meer geloven in eigen kracht om uitdagingen als kansen te zien. Het concreet maken van de Europese kennisecono-mie is een grote drijfveer van me. De politiek heeft daarin een sleutelrol. Zorgen dat we in Europa het sociaalliberale gedachtegoed uitdra-gen door een combinatie van gedegen kennis en verrassend frisse inzichten.’De bestuursfunctie ging aan zijn neus voorbij, maar Meijer, toen nog partner van het (net voor twee miljard door het ICT-bedrijf CGI overgenomen) IT-consultancybedrijf Logica, kon ergens anders zijn visie ook wel kwijt. Na-melijk op de HvA, waar Geleyn Roelof Meijer (1960) sinds juli 2011 domeinvoorzitter is van het Domein Media, Creatie & Informatie. Hij heeft een lange staat van dienst op het snijvlak van wetenschap en bedrijfsleven. Zijn carrière begon met een studie natuurkunde, gevolgd

door een promotieonderzoek in de informatica en robotica. Sindsdien is hij steeds als directeur, mededirecteur of partner werkzaam geweest bij (multi)nationale ondernemingen in de consul-tancy-, IT- en/of innovatiesector.‘Een mensenmens’, ‘een leider die mensen in de organisatie laat groeien’, ‘communicatief ’, ‘een hippie die innovatie en vernieuwing in zijn hart draagt’, ‘iemand die zijn medewerkers

open tegemoet treedt waardoor ze het beste van zichzelf aan het team kunnen geven’. Het zijn een paar typeringen die Gerben Mak, directeur Innovatie van Logica, geeft over zijn oud-collega Geleyn Meijer. Mak vat zijn typeringen van Meijer zelf zo samen: ‘Geleyn is op het eerste ge-zicht een alfaman, totdat je met hem gaat praten over de inhoud, dan blijkt dat hij wel degelijk een bètaman is die zeer goed op de hoogte is van wat zich op zijn vakgebied afspeelt.’Ondanks zijn keuze voor een meer bestuurlijke carrière is Geleyn Meijer altijd een fysicus geble-

ven, zei hij bij zijn aantreden tegen het HvA-blad Itopic. ‘Ik ben natuurkundige en heb nog steeds een passie voor natuurkundige ontwikkelingen. Een artikeltje over neutrino’s die sneller dan het licht gaan, daar wil ik dan wel iets meer van weten.’ Maar al tijdens zijn studie raakte hij naar eigen zeggen ‘steeds meer geïnteresseerd’ in de praktische kant van onderzoek. ‘Daarom ben ik gepromoveerd op een toegepast onderwerp in plaats van een theoretisch onderwerp: hoe zorg je ervoor dat een robotautootje zelf kan inparkeren? Ik ben iemand die de dingen wil zien werken.’Hoogleraar Arnold Smeulders van het Instituut voor Informatica van de UvA zit samen met Geleyn Meijer in de directie van het bedrijf Commit, een publiek-private onderzoeks-community op het gebied van informatie- en communicatiewetenschap. ‘Daar heb ik hem leren kennen als kundig, zeer sociaal vaardig en buitengewoon effectief,’ zegt Smeulders. ‘Hij gaat zo met mensen om dat een nieuwe strategie ook echt in een organisatie indaalt en geïmple-menteerd raakt. Je kunt mensen moeilijk de op-dracht geven met een goed idee te komen, maar Geleyn gaat zo met ze om dat ze als vanzelf met een goed idee komen.’

‘Iemand die de dingenwil zien werken’

Deze week in Folia maakt kennis: de domeinvoorzitter vanhet Domein Media, Creatie & Informatie Geleyn Meijer.tekst Dirk Wolthekker / foto Danny Schwarz

Een bèta in een alfajas

32 Folia Magazine

Page 33: Folia Magazine #34

Folia maakt kennis

Bij zo veel complimenten rijst al snel de vraag of er ook nog puntjes van kritiek zijn. ‘Het reper-toire van zijn talenten is zo breed dat het soms niet eenvoudig voor hem is om geconcentreerd te blijven,’ zegt Smeulders. Gerben Mak voegt er-aan toe: ‘Geleyn loopt soms voor de troepen uit.’ Maar hij voegt er gelijk aan toe dat Meijer ‘ge-noeg zelfkennis’ heeft om daarop te anticiperen.De domeinvoorzitter is nu een jaar in func-tie, maar oud-collega Mak ziet hem toch nog wel eens de politiek in gaan. ‘Want Geleyn is iemand die iets terug wil doen voor de maat-schappij. Overigens zal dat denk ik eerder de Amsterdamse dan de landelijke politiek zijn, want op lokaal niveau is beleid zichtbaarder en dat is meer iets voor hem.’ De domeinvoorzit-ter heeft nog twee jaar de tijd: de gemeente-raadsverkiezingen vinden plaats in het vroege voorjaar van 2014. yyy

Folia Radio zendt op 13 juni een interview uit met

Geleyn Meijer. In het gesprek zal hij terugblikken op

zijn eerste jaar als domeinvoorzitter. Daarnaast gaat

het over publiek-private samenwerking in onderwijs

en onderzoek, (Europese) innovatie en D66. Te be-

luisteren via Amsterdam FM, in de ether op 106.8 en

op de kabel op 103.3, tussen 16.00 en 17.00 uur.

Vanaf de volgende dag terug te luisteren via folia-

web.nl/radio. De uitzending is op zatermiddag 15.00

uur terug te zien op Salto TV. Daarna via salto.nl.

Een bèta in een alfajas

33Folia Magazine

Page 34: Folia Magazine #34

34 Folia Magazine

Wie zijn toch die figuren in pak die de UvA- en HvA-kantoren ‘bemensen’?

Fotograaf Danny Schwarz ging op zoek naar de mensen achter de beleidsplannen:

de managers. tekst en foto’s Danny Schwarz

De managers van het onderwijs

Meer dan achtduizend mede-werkers werken er bij de UvA en HvA. Om al die mensen en hun werkzaamheden in goede

banen te leiden is er een breed leidinggevend kader nodig: een leger van managers op diverse niveaus. Waar studenten en docenten herken-baar zijn, is het beeld van de manager minder scherp. Hoe ziet een leidinggevende eruit? Hoe zitten zij erbij en waar kijken ze op uit? Zijn ze al ten prooi gevallen aan de papieren tijger van de onderwijsbureaucratie of is hun werkplek juist opgeruimd en steriel? Fotograaf Danny Schwarz ging op verschillende locaties van hogeschool en universiteit op zoek naar de manager. Deze serie geeft geen volledig beeld, maar een impressie van managers in hun natuurlijke habitat. Er zijn veel voor de hand liggende overeenkomsten, zoals het bureau en overleg-tafel met stoelen. Op enkele progressievelingen na die flexwerken en graag tussen collega’s en studenten zitten. En de foto’s van kinderen en kleinkinderen en uitzicht op een stukje Amsterdam zie je overal wel terug. Verder zijn het zonder uitzondering gepassioneerde onderwijs- en onderzoekspecialisten die het

onderwijs in het algemeen en hun team in het bijzonder willen verbeteren en daar hard voor werken.Verschillen zijn er ook genoeg. Zo is er de echte professor, op leeftijd, ietwat wereldvreemd, maar ook het prototype van de manager: de man in pak, een tikkeltje saai. Gelukkig is de ambitieuze vrouw ruim vertegenwoordigd, al dan niet in mantelpak. Opvallend is dat de

reden om mee te doen aan dit project varieert van bekendheid geven aan de eigen afdeling, het instituut of onderzoek tot herkenbare ijdelheid, jezelf willen laten zien. En dan toch even de bril af en de lenzen in, een laatste blik in de spiegel en ‘alsjeblieft niet en profil’. Een enkeling is sinds dit jaar in functie, velen lopen al jaren mee, met als toppunt de manager die zichzelf de ‘oudste bobo van de universiteit’ noemt. En net diegene was zijn stropdas vergeten.

Over uitzicht hebben de meeste managers geen klagen. Hier en daar een troosteloos plat dak of bouwkranen, maar wat denk je van een

mooi stukje Roetersstraat, het Amstel Hotel, de Nes, het Koningsplein of de Westertoren? Mooiste uitzicht? Balkons, de achterkant van een woonblok, waar volgens de manager het Amsterdamse leven aan de kijker voorbijtrekt; van vier bevriende families die hangend over de balkons de dag doornemen tot een omaatje dat in een grote onderbroek was ophangt en denkt dat niemand haar ziet.

Onontkoombaar is het TL-licht. Lelijk en sfeerloos, soms gecompenseerd door een eigen lichtbron. En dan zijn daar nog de details die een glimp van persoonlijkheid laten zien. Bijvoorbeeld lijsten die al maanden op de grond staan, koffiemokken met opdruk (tekst of foto), maar ook een foto van een overleden collega. Hier en daar hangt er wat kunst aan de muur, al dan niet van de kunstuitleen, een panoramafoto van verre voorgangers of posters van onder-wijsevenementen. Ergens op een bureau ligt een oranje pluimstaart als sleutelhanger, staan stapels kartonnen koffiebekertjes en hangt een gele valhelm. Gekker dan dat wordt het niet bij de manager. Uiteindelijk is de boodschap van de fotograaf: oordeel vooral zelf. yyy

‘Alsjeblieft niet en profil’

Page 35: Folia Magazine #34

alice van kalsbeek, coördinator Instituut voor Nederlands Taal-onderwijs en Taaladvies (INTT), Faculteit der Geesteswetenschap-pen, P.C. Hoofthuis, geeft leiding aan 27 medewerkers. ‘Ik wil allereerst de toekomst van mijn instituut veilig-stellen.’

Henk van der liet, departementsvoorzitter Taal- en letterkunde en hoogleraar Scandina-vistiek, P.C. Hoofthuis, geeft leiding aan 170 medewerkers. ‘Ik wil zorgen dat de invoering van 8-8-4 zo goed mogelijk verloopt binnen mijn zeer onderwijsin-tensieve departement.’

bart Visser, opleidingsmanager oefentherapie Mensen-dieck / Lector oefen-therapie, Tafelbergweg, geeft leiding aan 20 medewerkers. ‘Ik wil een team vormen, een coalitie met docenten, en denk erover na hoe je moet zorgen dat je niet allemaal losse poppetjes hebt.’

Frank van kampen, directeur studenten ser-vices, BG3, geeft leiding aan 65 medewerkers. ‘Mijn speerpunt als manager is om studen-ten in hun ambities te ondersteunen.’

Hans Mackaaij, opleidingsmanager van de Academie voor Lichamelijke Opvoe-ding, Dr. Meurerlaan, geeft leiding aan 40 medewerkers. ‘De twee teamleiders met wie ik mijn kamer deel zijn echte motorfanaten. Ik word helemaal gek van al die motordingen hier, maar het is wel onwijs gezellig. De werkdruk is ontzettend hoog en humor is het beste instrument om daar niet aan onderdoor te gaan.’

gimène Spaans, afdelingshoofd Front Office ITS-HvA en afdelingshoofd Front Office IC-UvA, Rivier-staete, geeft leiding aan 60 medewerkers. ‘Goede samenwerking is belangrijk. Alleen ben je sneller, maar samen kom je verder.’

35Folia Magazine

Page 36: Folia Magazine #34

36Folia Magazine

Jans van kooij-van der Horn, opleidingsmanager DEM/HES, Fraijlema-borg, geeft leiding aan 29 medewerkers. ‘Ik vind het een geweldige baan. Vooral omdat ik kan zorgen voor rust in de tent. Met alle veran-deringen die constant worden doorgevoerd is het bieden van een luisterend oor voor col-lega’s belangrijk. Zodat mensen zich goed in hun vel voelen en goed presteren.’

Jurriën Wind, hoofd onderwijslogistiek DMCI, Benno Premse-lahuis, geeft leiding aan 36 medewerkers. ‘Als het hele roostersysteem van de HvA uitvalt, zoals laatst gebeurde, is dat niet leuk, maar het maakt mijn baan wel levendig.’

liduine bremer, directeur bedrijfsvoering FGw, Bungehuis, geeft leiding aan 289 mede-werkers. ‘Dit zijn mijn laatste weken als ma-nager bij de FGw. Er is een Joodse verwensing die zegt: “Ik wens je veel personeel toe.” Dat heb ik niet zo ervaren. Er zijn soms problemen, maar het is ook geweldig om mensen te kunnen bij-sturen en helpen als ze ergens mee worstelen.’

Marjolijn kaak, afdelingshoofd dienst studentenzaken HvA, Kohnstammhuis, geeft leiding aan 50 mede-werkers. ‘Flexwerken is kostenbesparend. Er moet geld worden besteed aan onderwijs, niet aan nieuwe kan-toorgebouwen.’

Michael Ellman, voorzitter afdeling Busi-ness Studies, Amster-dam Business School, geeft leiding aan 120 medewerkers. ‘Ik heb niet met enthousiasme voor het managerschap gekozen. Niemand an-ders wilde het doen, en een bijdrage leveren aan de organisatie hoort ook bij het hoogleraarschap. Ik heb het gevoel dat ik een positieve bijdrage heb geleverd, dat is het belangrijkste.’

Pieter van leeuwen, directeur personeel & organisatie, Vendelstraat 7, Binnengasthuister-rein, geeft leiding aan 7 medewerkers. ‘Het staat hier vol: stapels koffie-bekertjes, een valhelm. Het zijn verzamelingen die door de jaren heen zijn ontstaan.’ 36 Folia Magazine

Page 37: Folia Magazine #34

37Folia Magazine

Nol Verhagen, directeur bibliotheken HvA en UvA, UB, geeft leiding aan 400 mede-werkers. ‘In principe moeten medewerkers en studenten niet te veel met de organisatiekant lastig worden gevallen. Soms heb ik de indruk dat sommigen denken dat de digitale informatie die ze vinden uit de lucht komt vallen, en niet via de bibliotheek. Maar we winnen ieder jaar de te-vredenheidsmonitor, dus ze zien het kennelijk wel.’

Patricia Pisters, voorzitter departement mediastudies, BG 1, geeft leiding aan 100 medewerkers. ‘Als hoogleraar moet je ook de verantwoordelijkhe-den van het manager-schap dragen. Dat is soms zwaar, bijvoor-beeld als je een moeilijke boodschap aan een medewerker moet brengen. En je staat een stuk verder van je vak af. Maar het werken aan een goed team is ook heel uitdagend.’

Paul Helbing, directeur marketing & communicatie, Maag-denhuis, geeft leiding aan 25 medewerkers. ‘Als manager kun je mensen helpen hun doel te bereiken. Het geheim daarvoor is een individu-ele benadering, want niet iedereen heeft dezelfde sturing nodig. Als het je lukt om mensen met meer succes en plezier te laten werken, dan geeft dat voldoening.’

Susanne koenders, opleidingsmanager HRM, Wenckebachweg, geeft leiding aan 40 me-dewerkers. ‘Als je zelf flexwerken belangrijk vindt voor een open en transparante cultuur en beter wilt omgaan met je vierkante meters, kun je dat niet imple-menteren zonder zelf mee te doen. Waarom zou ik een eigen kamer moeten terwijl docen-ten misschien wel een belangrijkere bijdrage leveren dan ik?’

Sander Nieuwland, opleidingsmanager sociaal juridische dienst-verlening, Europahuis, geeft leiding aan 50 medewerkers. ‘Ik zit op één dag met een stu-dent, een lector en een domeinvoorzitter om de tafel. De dynamiek maakt het soms chao-tisch, maar dat is waar ik van hou.’

Willem baumfalk, voorzitter Domein Maatschappij & Recht, Jan Bommerhuis, geeft leiding aan 450 medewerkers. ‘Ik mis het directe contact met studenten. Dat heb ik nu nog wel, maar in een andere context. Je krijgt er echter veel moois voor terug, namelijk een rol waarin je kunt bijdragen aan onder-wijskwaliteit.’ 37Folia Magazine 37Folia Magazine

Page 38: Folia Magazine #34

ideëen voor deze rubriek: [email protected]

HvA StudentenkamersIn het Kohnstammhuis is de expositie ‘Op kamers’ van fotograaf Henny Boogert geopend. De fotograaf reisde de afgelopen twee jaar naar gebieden waar studeren niet zo vanzelfsprekend of financieel toegankelijk is als in Nederland en heeft daar studenten in hun kamers geportretteerd en geïnterviewd. Met name de mini-

male voorzieningen in de sloppenwijk Mathare in de Keniase hoofdstad Nairobi maakten diepe indruk op hem. De expositie is tot en met 26 augustus te bezoeken van maandag tot en met donderdag van 9.00-21.00 uur en op vrijdag van 9.00-17.00 uur.

DBSV NK-wielrennenHvA-docent René Randsdorp is zondag als derde geëindigd tijdens het Nederlands Kampioenschap wielrennen voor docenten. Het rood-wit-blauwe kampioenstricot ging naar Hermi Beute, docent aan de Hogeschool Arnhem Nijmegen. De rit voerde ruim anderhalf uur lang over het 1,4 km lange wielerpar-

cours van Beverwijk. Onder barre omstandigheden – de koudste junidag in veertig jaar – reden zo’n vijftig deelnemers de wedstrijd die voor de tweede keer werd georganiseerd door eerstejaarsstudenten sport, manage-ment & ondernemen (sm&o).

DOO CoachStudenten van de onderwijsopleidingen van de HvA gaan Amsterdamse scholieren uit het lager en voort-gezet onderwijs een jaar lang persoonlijk begeleiden. Studenten moeten zo beter voorbereid worden op de belevingswereld van het Amsterdamse kind. Gisteren zijn de afspraken met drie Amsterdamse scholen be-

krachtigd. De proef met vijftig studenten van de opleiding pedagogiek, de pabo en de lerarenopleidingen gaat komend studiejaar van start. Bij suc-ces wordt het coachingstraject een vast onderdeel van de lesprogramma’s.

prikbord HvADEM Bikepad

Student commerciële economie Noury Westers (20) heeft met twee collega’s van de Hogeschool Utrecht de publieksprijs van de Folia Startup Award gewonnen. De studenten ontwikkelden een smartphonehouder voor op de fiets. Telefoons die op de houder worden gelegd zuigen zichzelf automatisch vast. De studenten

wonnen twee uur professionele begeleiding, drie Bol.com-cadeaubonnen ter waarde van vijfhonderd euro en een advertentie in Folia Magazine. Student Communication & Multimedia Design Donald Vossen (23) won de hoofdprijs: 50.000 euro startkapitaal.

DT ZonnebootraceDe Elfstedentocht, maar dan per boot. En wel in boten die op zonne-energie varen. Van 8 tot en met 14 juli wordt de Friese zonnebootrace weer gehouden. Het Domein Techniek doet mee met het Solar Team HvA, een studententeam van vijftien studenten van de oplei-dingen Engineering, Design & Innovation en E-Tech-

nology. Tijdens de Dong Energy Scolar Challenge varen de deelnemers uit binnen- en buitenland in een zelfgebouwde zonneboot een afstand van 220 kilometer langs alle Friese elfsteden. Grootste uitdaging? Varen als de zon niet schijnt.

DMCI MICDe opleiding media, informatie & communicatie heeft drie nieuwe overeenkomsten gesloten met buiten-landse partnerscholen. Het gaat om de University of Central Oklahoma in de Verenigde Staten, en de Belgische Arteveldehogeschool Gent en Hogeschool West-Vlaanderen Kortrijk/Brugge. Studenten die graag

een minor in het buitenland volgen kunnen zich nog tot 17 september aanmelden. Er zijn alleen nog plekken in het tweede semester. Ook voor docenten bestaat de mogelijkheid korte tijd in het buitenland te doceren. Meer informatie op intranet.

DMR BibliotheekMet het oog op de bouw van de Amstelcampus verhuist de bibliotheek van het Jan Bommerhuis vanaf 2 juli naar het Kohnnstamhuis. De bibliotheek in het Jan Bom-merhuis is te gebruiken tot en met vrijdag 29 juni. Vanaf 2 juli kunnen boeken ingeleverd worden op de nieuwe locatie, lenen kan pas zodra de collecties zijn samenge-

voegd. Het informatiepunt van de bibliotheek is te vinden op de derde etage van het pand, de exacte locatie wordt later bekendgemaakt. Van 23 juli tot en met 12 augustus is de bibliotheek gesloten vanwege de zomervakantie.

DG WereldvluchtelingendagTijdens Wereldvluchtelingendag op 20 juni wordt in het Kohnstammhuis de toneelvoorstelling As I Left My Fathers House opgevoerd. In het toneelstuk vertellen vluchtelingen met verschillende culturele en religieuze achtergronden over hun wereld en de jarenlange gevol-gen van vijandigheid, geweld en oorlog. De makers ho-

pen dat de voorstelling het begrip en vertrouwen onder studenten vergroot ten aanzien van vluchtelingstudenten. De voorstelling loopt van 15.00 tot 17.00 uur in het Kohnstammhuis aan de Wibautstraat. De toegang is gratis.

38 Folia Magazine

Page 39: Folia Magazine #34

prikbord UvAFMG Spinozapremie

NWO heeft aan UvA-antropoloog Annemarie Mol de Spinozapremie 2012 toegekend. Mol, hoogleraar antropologie van het lichaam, ontvangt een bedrag van 2,5 miljoen euro, vrij te besteden aan een onderzoek naar keuze. De Spinozapremie geldt als de Nederlandse Nobelprijs en is de hoogste onderscheiding die een

Nederlandse wetenschapper ten deel kan vallen. Mol is sinds 1996 de elfde UvA-onderzoeker die de premie ontvangt. Naast Mol ontvangen de Nijmeegse wetenschappers Mike Jetten en Ieke Moerdijk en de Leidse wetenschapper Xander Tielens de premie.

UvA ScriptieprijsFysicus Thijs van Putten, promovendus bij het Anton Pannekoek Instituut voor sterrenkunde, heeft de UvA-scriptieprijs 2012 gewonnen. De prijs voor de beste masterscriptie van het afgelopen jaar werd hem op 2 juni uitgereikt door juryvoorzitter Bart Noordam tijdens de slotmanifestatie van de Universiteitsdag. Van

Putten kreeg de prijs, een oorkonde en drieduizend euro, voor zijn onder-zoek naar opgebrande sterren. De tweede prijs (tweeduizend euro) ging naar Roel Mocking en de derde (duizend euro) ex aequo naar Clotilde Caillault en Niki Frencken.

FEB Rudzani MatshiliEconomiestudent Egor Gorshkov is met vier andere UvA-studenten een crowdfundingsactie begonnen om voor 1 juli tienduizend dollar bij elkaar te krijgen voor de zeventienjarige Zuid-Afrikaanse activist en fotograaf Rudzani Matshili. Zij fotografeert de ellende in townships, maar heeft geld nodig voor een profes-

sionele camera, een laptop en een universitaire opleiding. Momenteel fotografeert ze in de township Diepsloot bij Johannesburg. Check www.supportanactivist.org om te doneren. Foto’s van Matshili zijn te zien bij galerij Qlick Editions in De Pijp.

KNAW Ridder RobbertRobbert Dijkgraaf is op 5 juni, bij zijn afscheid als president van de KNAW, benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw. Tijdens de Akademiemiddag 2012, die plaatsvond in het Muziekgebouw aan ’t IJ, wer-den hem de daarbij behorende versierselen opgespeld door demissionair minister-president Mark Rutte, die zei

‘ongelofelijk trots’ te zijn op Dijkgraaf, die per 1 juli naar de Verenigde Staten vertrekt, waar hij directeur wordt van het Institute for Advanced Study in Princeton. Dijkgraaf wordt opgevolgd door geneticus Hans Clevers.

AMC AMC-loopDe 29e AMC-loop wordt gehouden op zondag 17 juni. De jaarlijks georganiseerde loop bestaat uit een prestatieloop van 5, 10 of 15 kilometer, een kinderloop van circa 1 kilometer en een bedrijvenloop van 5 of 10 kilometer. Het festijn start om 11.00 uur. Start, hore-caterras en kleedruimtes zijn te vinden op parkeerter-

rein P4 van het AMC. De AMC-loop is opgenomen in de dertig mooiste looproutes van Nederland en de AMC bedrijvenloop geldt sinds 2011 als het officieuze Ziekenhuiskampioenschap van Nederland. Zie www.amcloop.nl.

UvA J.Pzn Sweelinck OrkestHet UvA-orkest J.Pzn Sweelinck geeft ook dit jaar een concert in het Concertgebouw. Gespeeld wordt een ‘spectaculair transatlantisch programma’: een opdrachtcompositie van het componistencollectief ‘Het Atelier’, bestaande uit een Braziliaan, Amerikaan en een Nederlander, verbonden aan het Koninklijk

Conservatorium. Daarnaast het altvioolconcert van Béla Bartók, dat hij schreef als vluchteling in New York. Na de pauze zal het orkest de negende symfonie van Dvořák spelen, bijgenaamd ‘Uit de nieuwe wereld’. Datum: 16 juni. Info: www.sweelinckorkest.nl.

AUC Robbert DijkgraafDe vertrokken president van de KNAW Robbert Dijk-graaf krijgt een naar hem genoemde collegezaal in het nieuwe Amsterdam University College op het Science Park. Dit heeft de directie van het AUC in overleg met Dijkgraaf besloten. Dijkgraaf, die per 1 juli directeur wordt van het Institute for Advanced Study in Prin-

ceton, is een van de medeoprichters van het AUC. De zaal waar het om gaat krijgt de naam ‘Robbert Dijkgraaf Auditorium’. Ook de wetenschap-pers Charles Darwin, Maria Sybilla Merian en Albert Einstein krijgen een zaal naar zich vernoemd.

FNWI Albert PolmanHoogleraar fysica en KNAW-lid Albert Polman heeft de ENI Renewable and Non-Conventional Energy Prize 2012 gekregen. Hij is verbonden aan het Institute of Physics. Polman krijgt de prijs samen met Harry Atwater van het California Institute of Technology. Ze ontvangen de prijs voor hun onderzoek naar efficiënte

zonnecellen. Die zetten nu vaak niet al het zonlicht om in elektriciteit en zijn relatief duur vanwege hoge materiaalkosten. De prijs wordt op 15 juni in Rome uitgereikt in aanwezigheid van de Italiaanse president Napolitano.

ideëen voor deze rubriek: [email protected]

39Folia Magazine

Page 40: Folia Magazine #34

wasdom

carlijn Visleeftijd: 29 (geboren op 3 maart 1983)beroep: Schrijver, haar debuutroman Vrij Spel verscheen afgelopen voorjaarStudie: Visual Marketing (HvA) en International Business (Universiteit Utrecht)afgestudeerd: 2007college: ‘Statistiek van Ralph Müller, aan de Universiteit Utrecht. Het is natuurlijk het meest nerdy vak dat je kan bedenken, maar tot mijn verbazing vond ik het echt leuk om de me-thodes te leren en later te gebruiken voor mijn scriptie-onderzoek.’ locatie: ‘Ik had altijd les aan de Wibautstraat, maar heb daar nooit echt bij stilgestaan. Het was niet meer dan de plek waar ik studeerde: een doodnormaal, saai gebouw.’café: ‘De Ysbreker, vlak bij de HvA met een groot terras aan de Amstel en lekkere tosti’s.’ afknapper: ‘Mijn diploma-uitreiking. Na bijna vier jaar op de HvA te hebben rondgelopen, zaten we met heel veel studenten in een grote zaal en werd er over niemand iets persoon-lijks gezegd.’

Redder vanverhalen

40 Folia Magazine

Page 41: Folia Magazine #34

stage

Julia van grieken (25)Studie ArchitectuurgeschiedenisStage Nederlands Architectuurinstituut (Nai)Verdiensten: 200 euro brutobeoordeling: JJJJJ

‘Na mijn bachelor kunstgeschiedenis wilde ik er even tussenuit, om te kijken hoe het er in het werkveld aan toegaat. Ik solliciteerde bij het Nederlands Architectuurinstituut, waar ik terecht kwam op de afdeling presentatie. Wij organiseer-den elke donderdagavond een debat of lezing. Voor deze avonden deed ik het vooronderzoek, maar ik was vaak ook praktisch bezig. Zo moest ik bijvoorbeeld een keer een Indiase architect ophalen op Schiphol. In de taxi naar Rotterdam hebben we heel lang zitten praten, en achteraf gaf hij mij een van zijn boeken cadeau. Een heel bij-zondere ervaring. Mijn studie is vrij wetenschap-pelijk, maar deze stage was een mooie combinatie van wetenschap en praktijk. De grootste klus was het symposium Architectuur 2.0, een geheel verzorgde dag voor enkele honderden mensen. Ik was lange tijd de enige stagiair, waardoor ik gewoon meedraaide met de rest van het team en werd behandeld als volwaardige medewerker. Veel mensen buiten de afdeling wisten zelfs niet dat ik stagiair was. Zodra ik klaar ben met mijn studie wil ik graag weer in de culturele sector aan de slag. Toen ik weg ging bij deze stage zeiden sommigen dan ook: “We zien je binnenkort toch gewoon weer terug?” Misschien gaat dat ook gebeuren, want ik heb er inmiddels weer gesolliciteerd. Ik ben nu bezig met mijn afstudeerscriptie, maar ik wil dat graag combineren met werken bij het NAi. Desnoods doe ik iets langer over mijn scriptie.’ yyy Roel van Luijk

Zij studeerde Visual Marketing en International Business en

werd schrijver: Carlijn Vis. tekst Julie de Graaf / foto Bob Bronshoff

‘Ik koos voor Visual Marketing omdat ik graag iets creatiefs wilde doen, maar merkte na het eerste jaar dat de opleiding mij

inhoudelijk niet genoeg prikkelde. Toch wilde ik niet zomaar stoppen, dat zou voelen alsof ik anderhalf jaar studie zou weggooien. Na overleg met een studie-adviseur besloot ik de studie dan maar versneld af te maken, om daarna nog een universitaire master te vol-gen. Naast het versnelde traject deed ik een minor journalistiek. Die beviel zo goed, dat ik mijn verplichte stage voor Visual Marketing graag op een redactie wilde lopen. Zo’n stage sluit natuurlijk niet echt aan bij een studie over merkmanagement, conceptontwikke-ling en communicatieplannen, maar mijn stagevoorstel werd toch goedgekeurd. Ik werd stagiair bij Quote en mocht meteen inter-views en artikelen maken. Ik heb het daar erg naar mijn zin gehad en veel geleerd. Na mijn afstuderen aan de HvA heb ik in Utrecht een master International Business gevolgd. Ik had voor Quote zo veel mensen gesproken over ondernemerschap en bedrijfsvoering, dat het me leuk leek om daar meer over te weten te komen. Voor mijn scriptie deed ik onder-zoek naar de manieren waarop jongeren nieuws consumeren in Nederland. Tijdens mijn afstuderen werd nrc.next opgericht, waar ik aan de slag kon als marketingma-nager lezersmarkt. Een baan waarin mijn studies samenkwamen; in een journalistieke omgeving was ik bezig met bedrijfsvoering en marketing. Twee jaar geleden begon ik met het schrijven van mijn boek Vrij spel. Het is een roman gebaseerd op het leven van mijn oma: Ellis Brandon. Zij zat tijdens de Tweede Wereldoorlog in het verzet en is de laatste vrouwelijke Engelandvaarder die nog leeft.

Ik praatte altijd al veel met mijn oma over de dingen die zij heeft meegemaakt. Zo vertelde ze mij over de periode waarin ze moest onderduiken omdat ze gezocht werd door de Gestapo. Ze heeft maanden haar familie niet gezien en zelfs toen haar oma overleed kon ze niet terug. Op een dag was ze als koerier van de verzetskrant op pad, toen ze in de trein opeens haar vader tegenkwam. Toen alle andere mensen de coupé hadden verlaten, konden ze elkaar begroeten en haalde haar vader een doosje uit zijn binnenzak. Het was de ring van haar oma, die hij elke dag bij zich droeg in de hoop zijn dochter tegen te komen. Toen ze dat verhaal vertelde, wist ik: dit moet ik opschrijven. Het is zonde als zulke verhalen verloren gaan. Ik heb meteen diezelfde dag het eerste hoofdstuk van mijn boek geschreven. In de twee jaar die volgde, heb ik elke zondag mijn oma geïnterviewd. Ik had toen nog een fulltimebaan, maar in mijn vrije tijd schreef ik en deed ik research. Het resultaat, mijn debuutroman Vrij spel, is afgelopen voorjaar verschenen. Het eerste exemplaar heb ik op de presentatie aan mijn oma uitgereikt. Zij vindt het te gek dat ik dit heb gedaan en het hele proces heeft ons nog dichter bij elkaar gebracht. Op een van de interviewopnamen zegt ze: “Ik denk niet dat iemand mij nu beter kent dan jij.” Dat was voor mij zo waardevol. Het is heel bijzonder dat mijn generatie nog de kans heeft om de ervaringen van mensen die de oorlog hebben meegemaakt uit eerste hand te horen. Ik ben dan ook altijd heel nieuwsgierig naar verha-len van andermans opa’s en oma’s.’ yyy

Ga naar www.foliaweb.nl/prijsvraag om kans te maken op het boek Vrij spel van Carlijn Vis.

41Folia Magazine

Page 42: Folia Magazine #34

Weekblad voor de HvA en UvA Folia Magazine is in 2011 voortgekomen uit Folia (1948) en Havana (1996).Redactieadres Prins Hendrikkade 189b, 1011 TD Amsterdam, telefoon 020-5253981, e-mail: [email protected] Jim JansenChef redactie Mirna van DijkArt director Pascal TiemanRedactie (print/web) Femke Awater, Marieke Buijs, Luuk Heezen, Max Lange, Roel van Luijk, Wim de Jong, Jeff Pinkster, Eva Rooijers, Gijs van der Sanden, Danny Schwarz, Bob van Toor, Annemarie Vissers, Clara van de Wiel, Dirk WolthekkerAan dit nummer werkten mee Fatihya Abdi, Pepijn Barnard, Bob Bronshoff, Fred van Diem, Robbert Dijkgraaf, Julie de Graaf, Brechtje Keulen, Bas Kocken, Marc Kolle, Ward Kuipers, Denise van Leeuwen, Adi Nes, Won Tuinema, Tjebbe Venema, Fen Verstappen Eindredactie Harmen van der MeulenCorrectie Martien Bos Opmaak Hannah Weis, Carl ZevenboomUitgever Stichting Folia CivitatisRedactieraad Wouter Breebaart, Simon Dikker Hupkes, Ilse Duijn, Jurriaan Gorter, Jaap Kooijman, Ronald Ockhuysen (voorzitter), Jean Tillie, Sebas VeekeSecretariaat Stephanie Gude (projectbegeleider)Zakelijke leiding Paul van de WaterDrukker Roularta Printing, Roeselare BelgiëAdvertenties Bureau van Vliet, Zandvoort, 023-5714745, [email protected]

coverPascal Tieman

colofon

42 Folia Magazine

Folia Magazinenr. 34 13/06/2012

weekblad voor HvA en UvA

Wij doen het beter dan de Amerikanen

FOL_1222.indd 1

11-06-12 17:38

toehoorders

Hoorcollege ‘Organismen in het milieu’ door Kenneth Rijsdijk,

woensdag 6 juni 11.00 uur, Science Park tekst en foto’s Clara van de Wiel

Nienke Beets (19, biologie)

‘Er werd veel verteld wat we eigenlijk al wel wisten. Maar een beetje herhaling is altijd fijn. En het is wel heel interessant dat een heel ecosysteem in zo’n klein stukje grond zit. Het lijkt me leuk om hierin verder te gaan. Bin-

nenkort gaan we ook een week op excursie naar Limburg om daar beestjes te verzamelen.’

Floris Nat (20, biologie)

‘Dit was voor ons het derde uur achtereenvolgend. Dan zakt mijn aandacht onder het dieptepunt. Ik probeerde wel op te letten, maar heb ook zitten whatsappen met medestudenten. Bijvoorbeeld over een domme vraag die werd

gesteld en de persoon die hem stelde. Achteraf eigenlijk wel jammer dat ik niet beter heb opgelet, want de stof was wel interessant. En de docent vertelde heel enthousiast.’

Isabelle van der Zanden (19, biologie)

‘Ze hebben alle colleges in één week gepropt zodat we de ko-mende weken tijd hebben voor de excursies. Volgende week gaan we bijvoorbeeld naar Texel. Maar daardoor hebben we er nu wel heel veel achter elkaar. Ik had

meer verwacht van dit college. Geologie leek me altijd wel interessant, maar dit wist ik allemaal al. Ik ben nu in elk ge-val blij dat ik geen aardwetenschappen ben gaan studeren.’

luchtvochtigheid: Hoog tot zeer hoog geruite blouses: 7 Scrabblewoorden: anthropogeen, protonenbombardement, nutriëntenbeschikbaarheid, humusinspoelingshorizonten

De zondvloed is zojuist losgebarsten en me-nig toehoorder drupt nog wat na. Geen mooier moment om de gevolgen van een ‘netto neerslagoverschot’ op de bodem te

bespreken. Geo-ecoloog Rijsdijk is te gast bij deze zaal biologen en hij is zich daar goed van bewust. ‘Bij som-mige dingen moeten jullie maar controleren of het klopt wat ik vertel,’ grapt hij bij aanvang. Normaal gesproken doet Rijsdijk namelijk heel andere dingen. Vaak is hij te vinden op het eiland Mauritius, om een dodo-massagraf te onderzoeken. Vandaag is hij hier om de relevantie van de bodem voor het ecosysteem dat erop ontstaat te benadrukken. Hoe de vruchtbaarheid van die bodem zich ontwikkelt is namelijk fascinerend. Bijvoorbeeld als er water in de ‘spleet van het gesteente’ drupt en zo bij het ‘moedermateriaal’ komt. Nooit was de geologie opwindender. Maar te veel vocht is niet goed. De ‘vloeibare fase’ van een bodem kan namelijk variëren en voor je het weet spoelen al je kostbare nutriënten weg. Een ‘jammerlijke situatie voor het eco-systeem,’ benadrukt Rijsdijk, terwijl de regen met bak-ken uit de lucht komt. Als hij het einde van zijn college nadert, legt hij nog even snel de link met de biologie. Want ook de bloemetjes en de bijtjes hebben zo hun invloed. Een worm kan er bijvoorbeeld voor zorgen dat er voor de bodem kostbare humus ontstaat die hon-derden jaren meegaat. Ook zogenaamde springstaarten hebben die gave. ‘Biologie is toch een wonderlijk vak voor ons aardwetenschappers,’ zegt Rijsdijk stralend, terwijl hij zich in volle vaart door zijn powerpoint met plaatjes van kleine beestjes heen klikt. Voor hem is het natuurlijk het mooist als beestjes massaal op één plaats het loodje leggen. Ter afsluiting wenst hij ons dan ook veel plezier bij het zelf onderzoeken van de aarde. Op Mauritius zal dat wel niet zijn. Maar ach, de gevolgen van zo’n neerslagoverschot kunnen misschien ook beter hier onderzocht worden. yyy

Page 43: Folia Magazine #34

Martha NussbaumDe meest invloedrijke vrouwelijke intellectueel van Amerika was in Nederland.

Achter gesloten deurenAmsterdam University College wordt binnenkort geopend. Een fotografisch voorproefje.

de lezerIn de rubriek ‘de lezer’ blikt wekelijks iemand terug op het vorige nummer. Wil jij diegene een keer zijn? Meld je dan aan via [email protected].

StEPHaNiE ScHoltE (27), corPoratE coMMuNicatioN, uVa‘Ik moet eerlijk bekennen dat ik Folia Magazine nooit lees. Sinds ik enige tijd geleden ben begonnen met twitteren lees ik sowieso nog maar weinig bladen. Alle belangrijke nieuwtjes komen daar toch wel voorbij. De cover van deze week sprak mij wel aan vanwege de mooie

kleuren en de strakke vormgeving, maar ik miste wat informatie over de inhoud. De cover bepaalt voor een groot deel of mensen het blad pakken. Als je niet in

een oogopslag kan opmaken wat erin staat ben je toch minder snel geneigd hem mee te nemen. Het stuk over de Folia Startup Award was erg leuk. Ik

heb pas met mijn studievereniging een soortgelijk evenement opgezet. De winnaar ging bij ons natuurlijk wel met een veel lager bedrag naar

huis. Ik vind “Drift” een beetje kinderachtig, zo’n seksrubriek hoort toch niet in een blad als Folia Magazine thuis. Je ziet dat het lastig

is om zowel HvA als de UvA aan te spreken. Misschien dat het magazine beter in tweeën opgesplitst kan worden, met voor elke doelgroep een eigen helft. Ik heb het stuk over het EK met plezier gelezen, al oogden die oranje pagina’s wel wat goedkoop. De

opmaak komt überhaupt nogal chaotisch over; je moet goed kijken wat bij wat hoort. Het leek net of sommige rubrieken bij

de advertentie ernaast hoorden. Leuk dat er een special over Rob-bert Dijkgraaf bij zat. Een unieke vent die zeker veel lezers aantrekt.

Als het even meezit studeer ik eind deze maand af, dus ik denk niet dat ik het blad nog vaak ga lezen.’ yyy tekst en foto Max Lange

deining‘Verkeerde klemtonen en klungelig geformuleerde zinnen, zoals geen mens ze zegt en niet eens opschrijft, dat zijn de kenmerken van de taal van ’t NOS-Journaal.’ De taal van het journaal laat veel te wensen over, vindt spreektaaldeskundige JaN StrooP, in de Volkskrant.

‘Het zijn toch, om een echt elitair en snobistisch woord te gebruiken, de meer “verfijnde”, hoger opgeleide Nederlanders die nu geconfronteerd worden met hun anders-zijn in het mavo/havo-land dat wij Nederland noemen.’ Oranje-waanzin hangt nauw samen met opleidingsniveau, stelt socioloog boWEN PaullE, in BN/De Stem.

‘Zoals ook het begrip “stoel” velerlei verschijnings-vormen kent.’ Autisme is er in vele varianten, be-nadrukt autismehoogleraar HilDE gEurtS, in de Volkskrant.

‘Ik ben ervoor om eerst ergens iets te eten, anders is het met die gasten al om halfelf gebeurd.’ Schrijver PHiliP HuFF waarschuwt voor het gevaar van te vroeg pieken tijdens de VrijMiBo, in Volkskrant Magazine.

‘Ik wil helemaal niet door een hoer gepijpt worden en ik heb al meer dan drie jaar een heel lieve vriendin die ik geen “hoer” noem.’ Rapper PEPijN laNEN legt uit hoe hij zich aan het hiphopgenre conformeert, in PS van de Week.

‘Ik heb mijn collectie laatst uitgedund en er zijn zo’n dertig, veertig paar overgebleven.’ Hoofd kunstzaken AMC SabriNa kaMStra heeft niet zo veel schoenen meer, in NRC Handels-blad.

‘Soms bel ik een vriendin: “We hebben net twee mensen vermoord, enig!”’ Advocaat britta böHlEr voelt zich helemaal thuis in haar rol als thrillerschrijver, in Volkskrant Magazine.

Amfi@LondenStudenten van het Amsterdam Fashion Institute showen hun kleding in Londen.

Spreekbuis SywertWaarom ziet Sywert van Lienden zichzelf als aangewezen persoon om het land te hervormen?

Opvallende quotes uit de afgelopen week van

(voormalig) HvA’ers en UvA’ers. Iets leuks gezien,

mail het naar [email protected].

43Folia Magazine

volgende week

Page 44: Folia Magazine #34

(advertentie)

Wereldreis voor een euro

360nl@360nl

Ga nu naar www.360magazine.nl

360, Nederlands nieuwste magazine, brengt elke twee weken de beste artikelen uit 900 buitenlandse kranten en tijdschriften

360 magazine, onmisbaar voor wie wil weten wat er in de wereld speelt

Maak voordelig kennisen lees 8 nummers voor maar 8 euro ( normaal € 39,80)

Nu 8 nummers € 8