Facilities Management Technologie in de zorg - …...rig overleg met de provincie hebben we voor de...
Transcript of Facilities Management Technologie in de zorg - …...rig overleg met de provincie hebben we voor de...
2017 |8/9GEZONDHEIDSZORG
f a c i l i t i e s , ( m e d i s c h e ) t e c h n o l o g i e e n w e t e n s c h a p i n d e z o r gw w w. f m t g e z o n d h e i d s z o r g . n l
Circulair denkende nieuwe norm case-mix informatie
draagt bij aan betere ziekenhuiszorgprotonen-
therapiekrijgt voet aan de grond
Medische gegevens vanuit ambulance naar SEH martini ziekenhuis
het nieuwe amphia:duurzaam,
patiëntgericht en flexibel
FMT DOCde nieuwe
ok & CSA
extra:
E D I T O R I A L
Binnenkort bezoeken weer duizenden mensen uit alle windstreken Düsseldorf. Niet, zoals ik dat onlangs ook deed, om nog een keer de Rolling Stones te zien optre-den, maar om een overzicht te krijgen van de laatste stand van zaken op allerlei gebied betreffende de zorg-sector. Van 13 tot 16 november vindt in Düsseldorf de Medica plaats.Uiteraard bezoekt ook de redactie van FMT Gezond-heidszorg deze beurs om weer helemaal op de hoogte te zijn.
Over medische high tech gesproken; in deze editie maakt u voor het eerst kennis met een “FMT DOC”. In deze uitgebreide special gaan we uitvoerig in op de ontwikke-lingen van, en voorzieningen binnen, OK’s en CSA’s. De kwaliteit die we in Nederland realiseren in deze complexe ziekenhuisafdelingen is illustratief voor de hoogstaande kwaliteit van onze zorg in het algemeen. Iets waar we trots op mogen zijn.
Hoe anders is dat in Venezuela, ooit een van de rijkste landen in Latijns-Amerika. Treurigmakend is het artikel dat ik onlangs las in de Groene Amsterdammer over een universitaire stagiaire in een Venezolaans ziekenhuis. Op de vraag wat Kasusi Herrera had geleerd antwoordde ze; improviseren. Door het economische wanbeleid van de regering beschikken de medewerkers van het Hospital Universitario in Maracaibo nauwelijks over medicijnen en medische hulpmiddelen en voorzieningen. Vaak is er ook geen water en elektriciteit. Wat leven we dan toch in geweldig fijn deel van de wereld. Volgende week kan ik in Düsseldorf weer allerlei innovaties bewonderen.Veel van die innovaties zullen we gedurende de kabinets-periode van Rutte III in de zorg kunnen terugzien.
Cor van Litsenburg,Hoofdredacteur.
rolling stones, medica, ok’s en venezuela
FMT GEZONDHEIDSZORG 3
Van 13 tot 16 november vindt in Düsseldorf de Medica plaats (foto: Messe Düsseldorf/ctillman).
FMT Gezondheidszorg is een uitgave van:Van Litsenburg BVEendenven 145646 JN EindhovenT +31 (0) 06 53 310 657E [email protected] www.fmtgezondheidszorg.nl
Volg FMT Gezondheidszorg op Twitter: @FMTzorg
FMT Gezondheidszorg wordt gemaakt met medewerking van o.a. NEN, Nictiz, TU/e, Hogeschool Arnhem en Nijme-gen, Taskforce Healthcare, IHE en KIVI.
FMT Gezondheidszorg verschijnt 10x per jaar.
Uitgever: Cor van Litsenburg
Eindredactie:Wim van Gurp
FMT komt tot stand met redactionele medewerking van: Ir. René Drost NAMCO, W. (Wim) van Gurp, H. (Henk-Jan) Hoekjen, prof. dr. ir. J (Jos) Lichtenberg, Prof. dr. ir. M. (Masi) Mohammadi, drs. F (Floor) Scholten, W. (Wilma) Schreiber, G. (Gerrit) Tenkink, F. (Frank) van Wijck, B. (Betty) Rombout, H. (Herman) Jansen, A. (Alex) van Geldrop, R. (Regien) Wiggers (NICTIZ), L. (Laura) van Lith (Zorg Brand-veilig), M. (Martin) van Rooij, D. (Dietske) van der Brugge, ir M. (Maurice) Dominicus, Renee van Litsenburg.
Fotografie: Peter Bouritius. e.a.
Vormgeving: Peter Bouritius
Advertenties:T +31 (0)513 68 48 08E: [email protected]
Druk: Scholma Druk
ISSN 1873 - 8877
Abonnementen:Nederland: e 125,00België e 125,00Buiten Europese Unie: e 169,50Losse nummers e 15,95Tarieven zijn excl. BTWKijk op: fmtgezondheidszorg.nl
Een abonnement kan op elk gewenst moment ingaan. Een abonnement wordt automatisch verlengd, tenzij ten-minste een maand voor het einde van de abonnementsperi-ode schriftelijk wordt opgezegd.
Coverfoto: Bouwactiviteiten bij het nieuwe Amphia, Breda.
Disclaimer:Van Litsenburg BV heeft deze uitgave op de meest zorgvuldige wijze samengesteld. Van Litsenburg BV en haar auteurs kunnen echter op geen enkele wijze instaan voor de juistheid of volledigheid van de gegevens. Uitgever en auteurs aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard dan ook, die het gevolg is van handelingen en/of beslissingen die gebaseerd zijn op de informatie in deze uitgave.
colofon
FMT GEZONDHEIDSZORG4 FMT GEZONDHEIDSZORG4
in DEzE uiTgAvE
10 protonentherapie krijgt voet aan de grond.
bestralen met protonen
06 Het nieuwe Amphia:duurzaam, patiëntgericht en flexibel.
nieuwbouw in de zorg
13 Innovatief bouwen aan een kluit beton.
nieuwbouw protonencentrum Groningen
16 “We moeten voorkomen dat dit ziekenuis uitvalt.”
de zorg brandveilig
18 We kunnen nu veel beter anticiperen op de situatie van de patiënt.
ambulancezorg groningen
20 Case-mix informatie draagt bij aan betere en goedkopere ziekenhuiszorg.
case-mix informatie
24 ‘Samen’ is het sleutelwoord bij nieuw OK-complex St Jansdal.
fmt doc: de nieuwe ok & CSA:
10protonentherapiekrijgt voet aan de grond
24nieuw ok-complexst jansdal
28 Nieuwe CSA/CSR VieCuri: Flinke verbetering van bedrijfsproces.
fmt doc: de nieuwe ok & CSA:
30 Sweegers en de Bruijn over CSA/CSR VieCuri: ‘Het is een afdeling waar het ziekenhuis met recht trots op mag zijn’
fmt doc: de nieuwe ok & CSA:
FMT GEZONDHEIDSZORG 5
TDVTDV
35 Continuering patiëntenstroom tijdens renovatie.
fmt doc: de nieuwe ok & CSA:
32 Een OK kan alleen goed functioneren als het hele operatiecentrum klopt.
fmt doc: de nieuwe ok & CSA:
36 Toekomstvisie: Circulair denken is de nieuwe norm.
fmt doc: de nieuwe ok & CSA:
38 Heeft het plenum zijn langste tijd gehad?
fmt doc: de nieuwe ok & CSA:
40 Zorgeloos bouwen zonder compromissen.
fmt doc: de nieuwe ok & CSA:
64 Harwig: installateur met meerwaarde.
installatietechniek
42 System integration zorgt voor toekomstbestendigheid OK-complex.
fmt doc: de nieuwe ok & CSA:
66 Ondersteunende technologie: Sluitstuk of prioriteit?
column zuyd hogeschool
44
67
De kracht van Sterilisatie Vereniging Nederland : Kennis delen door de hele keten.
Bedrijfsgegevens van bedrijven uit de branche.
fmt doc: de nieuwe ok & CSA:
bedrijvenindex
onze partners
70 Advertentie-index en info over FMT Gezondheidszorg.
advertentie-index
49 Transitie van ok-complexen naar centrale spil.
fmt doc: de nieuwe ok & CSA:
52 CSA VieCuri Medisch Centrum.fmt doc: de nieuwe ok & CSA:
54 OK-complex Máxima Medisch Centrum.fmt doc: de nieuwe ok & CSA:
56 Nieuwe CSA Maastricht UMC+ : Geoliede nieuwbouw door korte lijnen.
fmt doc: de nieuwe ok & CSA:
60 Dräger en Itannex koppelen BIM en virtual reality aan OK’s.
fmt doc: de nieuwe ok & CSA:
62 SAUTER Clean Room Monitoring Solution; het unieke monitoringsysteem.
fmt doc: de nieuwe ok & CSA:
63 Totaalbeheer van techniek voor optimale patiëntveiligheid.
fmt doc: de nieuwe ok & CSA:
FMT GEZONDHEIDSZORG6
nieuwbouw in de zorg
de regio Breda, wordt in de nieuwbouw ook
hoogwaardige topklinische en topreferente zorg
voor het gehele adherentiegebied gehuisvest.
Duurzame beDrijfsvoeringHet nieuwe ziekenhuis kent een duurzame be-
drijfsvoering (BREEAM very good). Amphia
ondertekende met de gemeente Breda een Green
Deal die inhoudt dat er zuinig en slim wordt
omgegaan met energie, water, voedsel, afval en
medicijnen. Er wordt een warmte-koude-opslag
(WKO) gerealiseerd. Mede daardoor vermindert
de CO2-uitstoot met 80%. Van Vliet: ‘Na uitvoe-
rig overleg met de provincie hebben we voor de
WKO-installatie tot 100 meter diep mogen
boren. Gebruikelijk is 80 meter in deze provin-
cie, maar we betwijfelden of die diepte voor ons
voldoende zou zijn. Op deze 100 meter hebben
we nu 16 meter filters staan. Dat is relatief wei-
nig. We hebben drie bronnen en per bron pom-
pen we 80 m3 water per uur op. Daarmee zijn we
in staat onze energiedoelstelling te realiseren. Door: Cor van Litsenburg
Het huidige Amphia beschikt in Breda
over twee locaties. De locatie Molen-
gracht is zo’n vijfentwintig jaar oud.
De locatie Langendijk is tussen de 25 en 60 jaar
oud. Alleen een ingrijpende renovatie zou de
bestaande locaties een tweede levensfase kunnen
geven. De investeringen die daarvoor vereist zijn,
leidde tot de beslissing voor uitbreidingsnieuw-
bouw aan de Molengracht en een ingrijpende
renovatie van de reeds bestaande locatie Molen-
gracht. De twee gebouwen worden in de nieuwe
situatie door een 250 meter lange passage en een
tunnel met elkaar verbonden. De bestaande
bouw zal na ingebruikname van de nieuwbouw
worden gerenoveerd en zal daarna onder meer
over een short stay, dagbehandeling, vier OK’s,
zes grote behandelkamers, poliklinieken, facilite-
rende afdelingen en logistieke functies beschik-
ken. Locatie Langedijk in Breda wordt afgesto-
ten. In de nieuwbouw wordt naast acute
intensieve zorg, ook de planbare zorg onderge-
bracht. Naast reguliere, specialistische zorg voor
De contouren van het nieuwe
Amphia in Breda worden steeds
duidelijker. Met bouwcoördina-
tor Eric van Vliet spreken we
over het nieuwe ziekenhuis dat
eind 2019 in gebruik wordt
genomen.
het nieuwe amphia:
DuurzAAM, pATiënTgEriCHT En FlExibEl
FMT GEZONDHEIDSZORG 7
naast beschikt de nieuwbouw ook nog eens over
65 isoleerkamers. Alleen de kinderafdeling kent
meerpersoonskamers.’
ultramoDernHet nieuwe Amphia wordt een ultramodern
ziekenhuis. De 16 nieuwe OK’s, waarvan er twee
hybride zijn, krijgen de beschikken over hightech
voorzieningen. Eén hybride OK heeft een C-
boog met plafondbevestiging, de andere krijgt
een C-boog aan een robotarm. Daarnaast is er
een robot-OK beschikbaar waar gebruikgemaakt
wordt van de Da Vinci robot. Voor de Röntgen-
techniek heeft Amphia een samenwerkingscon-
tract met Siemens. De invulling met de meest
moderne medische technologie is hierdoor
gewaarborgd.
Eric van Vliet vertelt dat in een vroege fase al
veel zaken zijn geregeld. “Zo zijn de OK-tafels al
besteld, de pendels, maar ook de diverse deuren.
Dat geeft rust in een proces dat op zichzelf de
nodige hectiek kent.’
De nieuwbouw van het Amphia verrijst op het
vroegere parkeerterrein van de bestaande locatie.
Op het aangrenzende terrein is daarom eerst een
parkeergarage voor bezoekers gebouwd. Op de
bouwlocatie is het een voortdurend af- en aan-
rijden van vrachtverkeer met bouwmaterialen.
De bouw van een ziekenhuis goed gestructureerd
te laten verlopen, vereist een enorme logistieke
inspanning. Alleen door “just in time” leveran-
ties is het mogelijk dat de bouwlocatie een goed
georganiseerde werkomgeving is waar efficiënt
kan worden gebouwd. Van Vliet vertelt dat de
meeste gevelelementen op het eerste gezicht
identiek lijken, maar dat het in werkelijkheid om
vele tientallen varianten gaat. ‘Direct bij aan-
komst worden de vrachtwagens gelost en de
elementen geplaatst. Als bij een levering niet de
juiste gevelplaten zijn geleverd leidt dat tot grote
problemen. Het bouwen van een nieuw zieken-
huis is op veel fronten een vak apart. Dat geldt
met name ook voor de logistiek.’
zelf invullenHet nieuwe gebouw telt drie torens van zes, vijf
en vier bouwlagen. De eerste en soms de tweede
bouwlaag van de torens is bestemd voor de
poliklinieken en diagnostiek. De bouwlagen
daarboven zijn beddenafdelingen. Naast de
torens is een laag bouwdeel met de zware func-
ties als OK-complex, röntgen, IC, SEH en CSA.
De verschillende bouwdelen worden verbonden
door een passage. In het midden van de vier
Maar het was aanvankelijk best spannend of het
zou lukken.’
zorgprocesHet nieuwe Amphia wordt een flexibel gebouw.
Dat zien we terug in ruimtes die zoveel mogelijk
universeel zijn waardoor de functionaliteit een-
voudig aanpasbaar is. Vrijwel alle patiëntenka-
mers zijn gelijk en beschikken allemaal over
voorzieningen als zuurstof en een tillift. Ook de
poliklinieken zijn zoveel mogelijk uniform. De
uniformiteit is daar wel minder omdat de func-
tie-eisen aan deze ruimtes meer gedifferentieerd
zijn.
Een belangrijk aspect bij de ontwikkeling van
het nieuwe ziekenhuis is de organisatie van het
zorgproces geweest. ‘Er wordt steeds meer multi-
disciplinair gewerkt’, vertelt Van Vliet. ‘Dat heeft
gevolgen voor de organisatie van het zorgproces.
Dat proces is het eerste uitgangspunt voor het
ontwerp. Specialisten werken steeds meer en
steeds intensiever samen. Dat betekent dat de
afstanden kort moeten zijn zodat ze elkaar snel
kunnen raadplegen. De verschillende functies
zijn geclusterd rondom ziektebeelden en kennen
daardoor een eigen identiteit.
menselijke maatBij het ontwerp door architectenbureau Wiege-
rinck was de menselijke maat een belangrijk
gegeven. Kleinschaligheid en “de patiënt cen-
traal” waren belangrijke uitgangspunten. De
beddenafdelingen van de nieuwbouw kennen
alleen eenpersoonskamers. Dit past in de huidige
visie op privacy en comfort, maar biedt ook
infectietechnisch veel voordelen. Eric van Vliet:
‘Het risico op kruisbesmetting is met eenper-
soonskamers kleiner dan bij meerpersoonska-
mers. Elke kamer beschikt over eigen sanitair.
Hoogleraar Jan Kluytmans is aan het Amphia
verbonden als arts-microbioloog en hij verwacht
dat in de toekomst besmetting met MRSA gaat
toenemen. Door eenpersoonskamers kunnen we
dat risico verminderen en houden we dus al
volop rekening met toekomstscenario’s. Daar-
het nieuwe amphia:
DuurzAAM, pATiënTgEriCHT En FlExibEl
nieuwbouw amphia ziekenhuis.
FMT GEZONDHEIDSZORG8
nieuwbouw in de zorg
elkaars rol respecterenHet nieuwe Amphia wordt gerealiseerd door de
bouwcombinatie Four Care dat bestaat uit de
bouwers Trebbe en Van Wijnen en de installa-
teurs Unica en Engie Services. Van Vliet; ‘In een
aanbestedingsproces zit de opdrachtgever vaak
tegenover de bouwer. Dat is bij dit project niet
het geval. Door het optimaliseringsproces is er
een goede verstandhouding ontstaan en is sprake
van een partnership. Bijzonder is dat het bouw-
consortium verantwoordelijk is voor het hele
ontwerp. Een dergelijke constructie is alleen
mogelijk als de bouwer het ontwerp heel goed
kent en weet waar de risico’s zitten. Het consor-
tium moet eventuele problemen die het tegen-
komt zelf oplossen. Dat is wel wat anders dan
een aanbesteding op de laagste prijs. Je ziet dan
vaak dat een bouwer de bouwovereenkomst aan
zijn jurist voorlegt en zich laat adviseren of er
juridisch voldoende ruimte is om bij tegenvallers
de opdrachtgever de meerkosten te laten betalen.
In de praktijk gebeurt dat maar al te vaak. In de
praktijk komt het erop neer dat wij tekeningen
beoordelen voor functioneel akkoord. Als blijkt
dat bijvoorbeeld een wandopbouw niet klopt,
dan moet het consortium dat voor eigen kosten
gebouwen is ruimte gereserveerd voor een bin-
nentuin.
Bij de selectie van het bouwconsortium lag het
accent niet op de laagste prijs, maar veel meer op
inzicht in de kwaliteit die Amphia voor ogen
heeft. Eric van Vliet vertelt dat de manier van
aanbesteding die het ziekenhuis heeft gevolgd,
afwijkt van hetgeen gebruikelijk is. ‘De aanbeste-
ding is niet gebeurd op volledig bestekniveau.
We hebben slechts een aantal kenmerkende
onderdelen op bestekniveau ingevuld zoals een
deel van de polikliniek, van de OK en de ver-
pleegafdelingen. Op basis daarvan en de be-
schrijving van het ontwerp werden consortia uit-
genodigd de rest van het gebouw zelf verder in te
vullen. Dat gaf ons een goed inzicht in visie en
werkwijze van de diverse partijen. Op zeker
moment moesten we constateren dat we boven
ons budget zaten. Toen zijn we met de partijen
een traject van optimaliseren ingegaan. Sommi-
ge besparingen konden wel, andere niet. Door
dit proces leerden we elkaar goed kennen. Dat is
in een complex bouwproject een belangrijk
gegeven.’
oplossen. Dit geldt ook voor installaties. Het
Amphia-bouwteam zit samen met de bouwende
partijen in de bouwkeet, hetgeen benadrukt dat
we als partners opereren. Belangrijk is dat je je
elkaars rol respecteert. Een aannemer wil bou-
wen, maar wil ook winst maken. Onze rol is
uiteraard een andere dan die van de aannemer.
Wij zijn er om de boel te bewaken.’ <
Feiten• De nieuwbouw van Amphia omvat
76.000 m2. In combinatie met de be-staande bouw ontstaat zo een zorgloca-tie van 128.000 m2.
• De nieuwbouw telt 572 eenpersoons-kamers.
• Dagelijks zullen circa 4.200 patiënten gebruik maken van de hoofdentree van het nieuwe ziekenhuis.
• Dagelijks zijn circa 2.800 medewerkers en medisch specialisten in het zieken-huis werkzaam.
• Het operatiecomplex van de nieuw-bouw telt 16 OK’s, waarvan 2 hybride OK’s.
Dräger
De nieuwe
NEN-EN-ISO 7396 is er!
Wat houdt dit in voor u? Wij
ondersteunen u graag bij deze vraag
met consulatie en training.
Dräger Gas Management Systems uw
partner voor de nieuwe NEN-EN-ISO
7396.
Ook Ook voor gecertificeerde
gassendistributiesystemen in laboratoria
is Dräger uw partner!
MEER INFO: WWW.DRAEGER.COM
Dräger. Technology for Life®
FMT GEZONDHEIDSZORG10
bestralen met protonen
Door: Wilma Schreiber
Momenteel wordt er getest, getest en nog eens getest. Het nieuwe protonentherapiecentrum van het UMCG hoopt begin 2018 de eerste kankerpatiënten te kunnen bestralen met protonen. Een preciezere behandeling en daardoor beter voor de patiënt. Een dure behandeling ook. “Als groot medisch centrum willen wij echter meedraaien aan de voorkant van de techniek.”
protonentherapiekrijgT vOET AAn DE grOnD
En die techniek is indrukwekkend. Een
cyclotron (protonencentrifuge) of deel-
tjesversneller wekt protonen op met een
snelheid van 600 miljoen kilometer per uur, twee
derde van de lichtsnelheid. De geladen deeltjes
komen met een hoge energie het lichaam in en
laten op een precies te definiëren punt - de zoge-
heten Bragg peak - hun energie los, waardoor
tumoren heel precies bestraald kunnen worden.
Daarna is de straling weg. Bij een behandeling
worden meerdere Bragg peaks softwarematig
achter elkaar gezet, net zolang tot de hele tumor
is afgedekt. Achter de tumor komt helemaal geen
straling, ervóór maar een fractie.
De bestraling met protonen is bedoeld voor niet-
operabele tumoren op moeilijk bereikbare plek-
ken in het lichaam. Denk aan het hoofd-halsge-
bied, hart en longen. De huidige
bestralingstherapie werkt met fotonen. “Daar-
mee kun je andere tumoren ook prima behande-
len. Nadeel is dat het weefsel voor en achter de
tumor ook veel straling krijgt. Dat is niet wense-
lijk en leidt tot veel bijwerkingen, zoals schade
artist impression van de nieuwbouw. De kunststof netconstructie dient ter camouflage van de technische ruimte op het dak.
FMT GEZONDHEIDSZORG 11
bedrijf IBA, staat in het hart van het centrum,
heeft een doorsnee van 4 meter en weegt 220.000
kilo. Hij bestaat bijna geheel uit massief koper en
staal, massa die nodig is om de vereiste snelheid
op te wekken. “Dat vergt ook iets van de funde-
ring, de betonnen vloeren en palen zijn dan ook
zwaar gedimensioneerd. Ook al omdat we ons
hier in aardbevingsgebied bevinden”, vertelt
Souman. “In totaal gaat het om 158 stalen, met
beton gevulde palen van 31 meter lang en 80
centimeter dik. Daarnaast staat er een muur van
5 meter beton omheen om protonen en neutro-
nen af te remmen en vast te houden.” Ook het
dak is voorzien van 3,5 meter beton.
Het gebouw beslaat 5.000 vierkante meter. De
gantries hebben onder en boven 4 meter nodig
om rond de patiënt te kunnen draaien en staan
in een deel van het gebouw dat in totaal 11 me-
ter hoog is: begane grond, eerste verdieping een
‘kap’ op het dak. “De facto ligt de patiënt op de
eerste verdieping, vandaar dat daar ook de deel-
tjesversneller geplaatst is want de beamline moet
er recht achter.” De gebouwgebonden techniek
(sprinklers, luchtbehandelingskasten, medicinale
gassen) bevinden zich eveneens op de begane
grond, net als de stafkamers; de kliniek op de
eerste etage. Bij de bouw is gewerkt met beton
met zo min mogelijk metaaldeeltjes (zonder
vliegas) omdat die bij straling actief worden.
“Omdat beton toch wel enigszins radioactief
wordt, zijn aan de binnenkant losse blokken
beton geplaatst. Zo kun je eventueel vervuilde
blokken separaat afvoeren en de rest onder een
nieuwe snelweg kruien. Daarmee zijn de financi-
ele lasten en de belasting voor het milieu veel
lager.”
toekomstige schakelInmiddels is de bouw gereed, alle apparatuur
geplaatst en de testfase in volle gang. Het appa-
raat kent tientallen subsystemen voor onder
centrum. In totaal kunnen de drie centra op
termijn zo’n 1.600 patiënten per jaar behande-
len. “De initiële behandeling is duurder dan de
huidige behandeling: gemiddeld € 25.000-
30.000 in plaats van € 12.000-15.000 voor een
bestraling met fotonen”, aldus Souman. “Je moet
echter ook de te vermijden zorgkosten op lange-
re termijn meerekenen, naast de winst in kwali-
teit van leven voor de patiënt. Dankzij de exacte
bestraling ontwikkelen mensen geen secundaire
tumoren en hoeven ze later niet opnieuw behan-
deld te worden.” Komende jaren willen de drie
centra kennis opbouwen en data verzamelen,
onder andere om het langetermijneffect van de
behandeling te onderzoeken.
zwaar geDimensioneerDNiet alleen de techniek is indrukwekkend, ook
het apparaat en het gebouw boezemen ontzag in.
Het cyclotron, gebouwd door het Belgische
aan het hersenweefsel of de slikspier. Het kan
ook leiden tot het ontstaan van secundaire tu-
moren”, stelt projectdirecteur Bert Jan Souman.
gunstigste bestralingspaDDe patiënt komt te liggen in een van de twee
zogeheten gantries, die 360 graden om de patiënt
heen kunnen draaien om zo het voor de patiënt
meest gunstige bestralingspad te kunnen kiezen.
Een goed gekalibreerde industriële robot positi-
oneert de patiënt in de gantry. “De robots heb-
ben een enorme stijfheid en bijbehorende preci-
sie, die mensen nooit kunnen bereiken.
Patiënten worden tot op 1 millimeter nauwkeu-
rig bestraald. Die exactheid moet je doorvoeren
in de rest van het proces, anders heb je er nog
niks aan.”
Behalve in Groningen wordt er ook in Delft en
Maastricht gewerkt aan een protonentherapie-
patiënten worden tot op 1 mm nauwkeurig bestraald
projectdirecteur bert jan souman.
een van de twee gantries, waarin patiënten behandeld worden.
FMT GEZONDHEIDSZORG12
bestralen met protonen
meer positionering van de patiënt, verificatie
(ligt de patiënt inderdaad op de goede positie?),
CT-panels in de gantries (nogmaals checken of
de tumor zit waar bestraald wordt) en verder de
nodige omliggende softwareschillen. “Al die
systemen zijn individueel gebouwd en getest.
Steeds is een deel toegevoegd en opnieuw ge-
checkt of alles dan nog precies zo werkt. En als
het apparaat draait checken we nogmaals of het
werkt zoals wij dachten dat het zou werken”,
verklaart Souman. “De totale testprocedure
neemt meer dan een jaar in beslag. Je moet zeker
weten dat het goed is.”
integraal kankercentrumHet nieuwe protonentherapiecentrum - totale
kosten circa 70 miljoen euro - sluit aan bij de
huidige functie van het UMCG als integraal
kankercentrum: patiënten kunnen er al terecht
voor alle behandelingen op het vlak van oncolo-
gie. Inmiddels heeft het UMCG een contract
afgesloten met alle zorgverzekeraars. “Protonen-
therapie is zeer nadrukkelijk een toekomstige
schakel in de behandeling. De techniek staat
overigens niet in de kinderschoenen. In het
buitenland, met name in de VS en Azië zijn al
zo’n zestig centra actief. En ook Duitsland,
Frankrijk en Zweden beschikken over zo’n cen-
trum. Er zijn echter nog geen Nederlandse pro-
tocollen en verwijzing naar het buitenland is een
lastig traject”, zegt Souman. “De apparaten zul-
len op termijn ongetwijfeld compacter en goed-
koper worden, maar als groot medisch centrum
zien wij het als onze rol om aan de voorkant van
de techniek mee te draaien.” <
Betrokken partijenBouwbedrijf: Visser & Smit BouwArchitect: AAS ArchitectenBouwkunde & organisatie: Adviesbureau Van der Plas Constructeur: Wassenaar Ingenieurs Hoofdaannemer: de Koninklijke Volker-
Wessels-onderneming Visser & Smit Bouw
Installaties: Kropman Installa-tietechniek, HOMIJ Technische Installaties, IBA Proton Therapy
Adviseur Installaties: Royal Haskoninghet cyclotron werd vorig jaar oktober geïnstalleerd.
De plaatsing van de cyclotron was een opzienbarende klus.
het protonentherapiecentrum is gereed en wordt nu getest.
FMT GEZONDHEIDSZORG 13
protonEncEntruM groningEn:
innoVAtiEf BouwEn AAn EEn kluit BEton
enigen”, stelt Bas Koman, vestigingsdirecteur
Visser & Smit Bouw in Groningen.
fun als eisVoor Jan Nauta, directeur HOMIJ Technische
Installaties in Groningen, ook onderdeel van
Koninklijke VolkerWessels-onderneming, was de
betrokkenheid van het Amerikaanse Proton
International even wennen. “De bouwwereld in
de VS heeft toch een andere cultuur. Uiteindelijk
bleken echter veel van de clichés niet waar en
hebben ze belangrijke knowhow rond de inte-
gratie van gebouw en apparaat ingebracht die zij
bij de bouw van vijf van dergelijke gebouwen
hebben opgedaan.”
Naast prijs was samenwerking tussen opdracht-
gever, adviseurs en aannemer een belangrijk
aandachtspunt bij de uitvraag. “In het contract
voorbijkomen. “Die werd uiteindelijk afgewezen
vanwege de kosten en de risico’s. Het behandel-
centrum is nu op de eerste verdieping terechtge-
komen om zo min mogelijk de slappe grond in
te hoeven”, aldus directeur-adviseur Roel de
Jong. Hoofdaannemer de Koninklijke Volker-
Wessels-onderneming Visser & Smit Bouw nam
zes maanden de tijd om samen met opdrachtge-
ver PTCG en adviseurs van kick-off tot definitief
plan te komen.
Het project sloot naadloos aan bij de expertise
van dit bouwbedrijf. “Wij zijn gewend om inte-
graal met installaties te werken. In dit geval
moest de cyclotron ter plekke worden opge-
bouwd, ongewoon voor het ziekenhuis en PTCG,
maar voor ons gewoon. We konden hier onze
ervaring in ziekenhuisland en de industrie ver-
Door: Wilma Schreiber
groningen ligt strak op schema:
januari 2018 is het nieuwe proto-
nentherapiecentrum (ptcg), een
nieuw onderdeel van het uMc
groningen cancer center, gereed
voor het behandelen van de eerste
kankerpatiënten. Een uitzonder-
lijk project, met de nodige uitda-
gingen voor de betrokken bouw-
partijen. “De cohesie in het team is
een van de belangrijkste redenen
dat we nu binnen tijd, budget en
specificaties klaar zijn.”
nieuwbouw protonencentrum groningen
Adviesburo Van der Plas uit Groningen
was al in 2012 betrokken bij de planont-
wikkeling van de bestralingsbunker van
het PTCG en adviseerde het UMCG ook over
inpassing van de protoneninstallatie, de cyclo-
tron. “We hebben de plattegrond ontwikkeld
voor de bunker, de installatiestrook en het klini-
sche deel, waar een heel programma van eisen
ingepast moest worden van de afdeling radiothe-
rapie”, vertelt directeur Johan Heuker. “Er zijn
verschillende varianten geweest, waar steeds het
voorgebied van de bunker op aangepast moest
worden. In 2014 lag er een voorlopig ontwerp
voor twee gantries en de cyclotron.”
Constructief adviseur abtWassenaar in Haren
was zelfs al betrokken ten tijde van de locatie-
keuze en zag nog een ondergrondse variant
eerste stortfase behandelgebouw, waarbij in het beton 150 mantelbuizen werden ingestort voor de kabels en leidingen.
nieuwbouw protonencentrum groningen
FMT GEZONDHEIDSZORG14
buitengewoon kwetsbare apparatuur en patiën-
ten. Dus zoek je mensen die je vertrouwt en
probeer je hen te doordringen van wat we hier
doen en wat medewerkers en patiënten ervaren”,
zegt hij. “De cohesie in het team is een van de
belangrijkste redenen dat we nu binnen tijd,
budget en specificaties klaar zijn.”
staat letterlijk als eis: fun hebben in het project.
Want dat leidt tot een stuk efficiency. Daarin
hebben we elkaar echt gevonden”, aldus Koman.
Bert Jan Souman, projectdirecteur PTCG en
opdrachtgever, beaamt dit. “Je zoekt geen aanne-
mer, adviseur of leverancier, maar partners. Het
project is complex en je hebt te maken met
geen referentieZonder meer een knappe prestatie, aangezien
elke partner zo zijn eigen uitdaging had. “Eigen-
lijk hadden we geen referenties bij dit project, je
groeit in het proces. We konden ook niet schui-
ven qua capaciteit, daar was het project te speci-
alistisch voor. Daarom hebben we er een vast
team op gezet”, zegt Johan Heuker. “En omdat
we te maken hadden met veel partijen en even-
zoveel invalshoeken, was werken in 3D-BIM
onontbeerlijk. Er zijn diverse sessies geweest met
het model op groot scherm, bijvoorbeeld om te
kijken hoe we de machine binnen moesten krij-
gen.” Ook installatietechnisch was BIM een
uitkomst. “Je moet wel zeker weten hoe de tracés
lopen en dat alles op zijn plek zit, voor ze er vier
meter beton op gaan storten”, stelt Jan Nauta.
Voor het team was het belangrijk zich te realise-
ren dat de kosten van de medische installatie een
veelvoud waren van de bouwkundige kosten en
uitsnede in bim van het ptcg.
eén van de twee gantries, waar patiënten straks in behandeld worden.
“Je moet wel zeker weten hoe de
tracés lopen en dat alles op zijn
plek zit, voor ze er vier meter
beton op gaan storten”
FMT GEZONDHEIDSZORG 15
dat het gebouw volledig ondergeschikt is aan
deze installatie. “Bij industriële projecten is dit
gebruikelijk, in de utiliteitsbouw niet. De wan-
den waren met vier meter uitzonderlijk dik. Dus
breng je voor de uitvoering vroegtijdig expertise
in en probeer je kosten en tijd in kaart te bren-
gen en te optimaliseren”, vertelt Roel de Jong. “In
10 procent van de tijd hadden we 80-90 procent
van het gebouw ontworpen, de overige 90 pro-
cent in tijd was nodig voor de detaillering van
het gebouw.”
aarDbevingsveilig Vrij laat in het traject - net voor de start van de
heiwerkzaamheden - kwamen daar nog nieuwe
eisen rond aardbevingsveilig bouwen bij. “Voor
een veilige fundering hebben we aan tafel geze-
ten met de NAM en allerlei oplossingen bekeken.
Vanwege het gewicht van de cyclotron - 220 ton
- maar vooral door het gewicht van heel veel
beton voor het afschermen van de straling, ge-
draagt het gebouw zich als een stijf massief blok”,
aldus Bas Koman. Uiteindelijk werd het hele
paalsysteem omgegooid. “Het behandelgebouw
is door al dat beton zo stijf, dat het blijft staan als
de grond eronder door trilt. Als de palen te dik
zijn, bestaat het risico dat ze afknappen”, ver-
klaart Roel de Jong. “Uiteindelijk zijn we uitge-
komen op palen van 56 centimeter diameter, 158
stuks van 30 meter lang.” Adviesburo Van der
Plas adviseerde over de bouwkundige compo-
nenten, zoals deuren, plafonds en installaties.
“We hebben die alle doorgenomen en waar
nodig voorzieningen getroffen”, aldus Johan
Heuker. De aardbevingsaspecten hadden ook
gevolgen voor de installatiewerkzaamheden.
“Omdat een kruipruimte in verband met de
aardbevingsmaatregelen niet mogelijk was, zijn
op de begane grond alle leidingen in goten
(ducts) ingespaard in de betonvloer gelegd. Zo
werd een kunstmatige kruipruimte gecreëerd”,
zegt Jan Nauta.
De straling betekende ook dat er in het hoofdge-
deelte niet geboord kon worden en dat leidingen
in bochten gelegd moesten worden: protonen
bewegen alleen ‘rechtdoor’. “Dit is opgelost door
van tevoren zo’n 150 mantelbuizen aan te bren-
gen om de kabels van de huisinstallatie en alle
besturing voor de gantries en de cyclotron op
zijn plaats te krijgen”, zegt Jan Nauta. “Bedrijfs-
zekerheid is van groot belang, het systeem moet
altijd gegarandeerd doordraaien. Zo hebben we
bijvoorbeeld het effect van de straling op ver-
lichtingsarmaturen onderzocht en deze uiteinde-
lijk buiten de zone geplaatst.” Bert Jan Souman
bevestigt het belang. “Als een lamp niet werkt,
kun je niet behandelen. Dan heb je een gebouw
van 25 miljoen euro en gaat het mis door een
lamp van een tientje.” De vergunning vanuit de
kernenergiewet verplichtte het team nu al na te
denken over de TCO en de sloop van het ge-
bouw. “Uiteindelijk hebben we gekozen voor
shielding blocks, voorzetblokken die de meeste
straling opvangen. Bij sloop van het gebouw
vormen deze blocks het besmette afval, de rest
van de in totaal 17.000 kuub beton kan worden
hergebruikt”, vertelt Roel de Jong.
teameffortTerugkijkend overheerst trots op de geleverde
prestatie. “Elke directeur is trots op zijn eigen
team en de gezamenlijke effort van het team van
partners. Normaal gesproken is de onderlinge
afstemming 10-20 procent van het werk. Ook de
opdrachtgever heeft de wensen en eisen van de
medici vroegtijdig en gedetailleerd vastgesteld en
de aanpassingen tijdens de bouw strak gema-
naged. Al die zaken hebben we bij elkaar weten
te houden door te focussen op ons gezamenlijke
doel: doen wat het beste is voor het project”,
aldus Bas Koman.
Bert Jan Souman toont zich een tevreden op-
drachtgever. “Escalaties werden onderling goed
opgepakt. Als een vrachtauto bijvoorbeeld drie
uur later was dan gepland, werd dit steeds flexi-
bel opgelost. Niemand ging op zijn strepen of op
zijn contract staan, iedereen had de opleverings-
datum voor ogen.” Het mooiste compliment
kwam wellicht van IBA, de Belgische producent
van de cyclotron. Het bedrijf maakte foto’s van
het PTCG-project en gebruikt deze bij andere
projecten met als commentaar: ‘Als je het goed
doet, dan doe je het zo’. <
staand, v.l.n.r.: bert jan souman, jan nauta en johan heuker, met gehurkt roel de jong (links) en bas koman.
Het behandelgebouw is door al dat beton zo stijf, dat het blijft staan als de grond eronder door trilt.
FMT GEZONDHEIDSZORG16
de zorg brandveilig
“wE MoEtEn VoorkoMEn DAt Dit ziEkEnuis uitVAlt”
kunnen binnen die gewenste twee minuten ter
plaatse zijn en weten exact wat ze moeten doen
op hun afdeling. Het maakt nogal verschil of er
brand is op een kantoor, een polikliniek met
zelfredzame patiënten of op een afdeling met
bedgebonden patiënten.” Eigen instructeurs
trainen de medewerkers in het trainingscentrum
van UMCG. Met e-learnings, blus- en ontrui-
mingsoefeningen en praktijkinstructies leren alle
medewerkers over de risico’s en hoe ze moeten
handelen bij een brand. Jan: “We hebben vooral
vol ingezet op de risicolocaties. Dat zit inmiddels
heel goed in elkaar.”
Diep in De organisatie Het aantal risicolocaties dat UMCG heeft ge-
identificeerd bedraagt maar liefst 130. Bijvoor-
beeld het operatiecentrum, de afdeling Radiolo-
gie en de Intensive Care. Iedere locatie heeft een
eigen contactpersoon, aangewezen door de
afdelingsmanagers, die op hun beurt onder-
Brancheorganisaties Zorg en Brandweer
Nederland stimuleren met het program-
ma De Zorg Brandveilig de omslag van
een regelgerichte naar een risicogestuurde aan-
pak van brandveiligheid. Een aanpak die UMC
Groningen al volop in de praktijk brengt, vertelt
Jan Tuinstra. Met zijn twintig jaar brandweerer-
varing, voorzitterschap van het platform BHV
van brancheorganisatie NFU is hij de drijvende
kracht achter de brandveiligheidsinspanningen
van UMCG. Maar Jan is al lang niet meer de
enige binnen UMCG bij wie brandveiligheid op
de agenda staat. “Vroeger zaten er kegjes onder
de deuren, stonden bedden gestald op de gang,
werden de brandblusserkasten gebruikt om bloe-
menvazen in op te slaan. Dat is verleden tijd.”
lokale hulpverleningZoals Jan het zelf omschrijft werd BHV toen hij
in 2008 bij UMCG begon als een sluitpost ge-
zien. “De gebouwen stonden, de installaties zaten
erin. BHV moest het verhaal rond maken. Maar
zo simpel is het niet. Je kunt niet met één oplos-
sing alle risico’s uitsluiten.” Om dat wel goed aan
te pakken heeft UMCG beleid en maatregelen
gebaseerd op realistische brandscenario’s. Jan:
“Wat is er nodig om goed om te gaan met brand
in een gang, in een patiëntenkamer, in een zus-
terpost? Wat kunnen we wel en wat nog niet?
Ons uitgangspunt is om op elke locatie binnen
twee minuten zelf hulp te kunnen verlenen.”
Daarvoor is geen traditionele BHV-organisatie
opgezet, maar LHV: lokale hulpverlening. Zij
zitten nog dichter bij het vuur, letterlijk. Jan: “Zij
risicogestuurde brandveiligheid is
een begrip bij het uMC groningen.
Alle medewerkers kennen hun rol
bij brand, afdeling voor afdeling
wordt gekeken naar risico’s en
worden passende maatregelen
getroffen. Maar jan Tuinstra,
senioradviseur brandveiligheid,
blijft bescheiden: “ik heb niet het
gevoel dat we ons op de borst
moeten kloppen. Het is toch heel
normaal dat we dit doen?”
Programma De Zorg BrandveiligHet programma De Zorg Brandveilig stimuleert de omslag van een regelgerichte naar risicogestuurde aanpak van brandveiligheid in de zorg. Het program-ma is een initiatief van ActiZ, GGZ Nederland, NFU, NVZ en de VGN, verenigd in de Brancheorganisatie Zorg (BoZ), en Brandweer Nederland.Het programma wordt ondersteund door het ministe-rie van VWS. Kijk op www.dezorgbrandveilig.nl voor meer informatie en een kennisbank met de meest ac-tuele inzichten.
Door: Laura van Lith; De Zorg Brandveilig
FMT GEZONDHEIDSZORG 17
veel uitgebreidere risico-inventarisatie, met
volledige steun van de Raad van Bestuur. Van
elke werkomgeving worden het huidige en het
gewenste niveau vergeleken. Jan: “Ik denk dat
daar wel een gat tussen zit, dus er valt nog wat te
verbeteren.” Ook Fiona heeft nog toekomstwen-
sen: “Ik hoop dat brandveiligheid en BHV struc-
tureel op de agenda komen te staan tijdens werk-
overleggen. En dat het onderdeel wordt van de
time-out-procedure op de OK. Dat zou helemaal
mooi zijn. Dat brandveiligheid een vast onder-
deel is van het begin van de werkdag.”
Aan het begin van het gesprek gaf Jan aan dat hij
niet aan borstklopperij wil doen, maar als hij tot
slot vertelt over zijn meest recente rondgang met
de brandweer door het operatiecentrum, klinkt
er toch trots: “Als je de mensen daar hoort pra-
ten over oefenen, vluchtwegen en noodplannen.
Ja, dan ben ik toch wel trots op wat we hier
doen.” <
Fiona legt uit waarom ook zij het belangrijk
vindt dat brandveiligheid bij iedereen op de
afdeling tussen de oren komt: “We moeten rea-
listisch zijn. Er dreigt altijd brandgevaar op de
OK. Dus je moet allemaal weten wat je moet
doen als er iets gebeurt. Iedereen die rond de
tafel staat kan zelf weglopen, maar we hebben
ook de zorg voor de patiënt op de tafel. In het
ergste geval zitten we op een cruciaal punt in een
operatie en kan die tafel niet naar buiten toe.
Wat doe je dan? Hoeveel tijd hebben we? We
hebben nu bijvoorbeeld vluchtmaskers. Daar-
mee kunnen we tot tien minuten op de OK
blijven bij rookontwikkeling. Dat geeft extra tijd
om de patiënt te redden. Maar het kan, en ik
moet er niet aan denken dat we zoiets ooit mee-
maken, dat er besloten moet worden dat de
patiënt niet gered kan worden. Vreselijk.”
beDrijfscontinuïteitVeiligheid van patiënten, bezoekers en medewer-
kers is – vanzelfsprekend – een drijfveer voor de
risicogestuurde aanpak van UMCG. Maar ook
de bedrijfscontinuïteit speelt een grote rol. Jan:
“We kunnen het niet veroorloven dat dit zieken-
huis uitvalt, dat moeten we op alle mogelijke
manieren voorkomen. We hebben een belang-
rijke functie in het noorden, er is geen enkel
UMC in de buurt. Waar moeten onze patiënten
heen die specialistische zorg nodig hebben?
Uitvallen kan gewoon niet.”
Stap voor stap is en wordt daaraan gewerkt. Jan
zit bij verbouw- en nieuwbouwplannen al vanaf
de initiatieffase aan tafel, samen met de brand-
weer wordt een integraal plan brandveiligheid
ontwikkeld en de volledige brandmeldinstallatie
is vervangen. “Maar we zijn er nog lang niet”,
waarschuwt Jan. “We onderzoeken bijvoorbeeld
ook of we op nog meer afdelingen iets kunnen
doen met automatische blusinstallaties. We
moeten wel. Je mag er niet op vertrouwen dat
een nachtteam van twee verpleegkundigen in
staat is om alle patiënten te evacueren.”
toekomstwensenUMCG is op dit moment ook bezig met een nog
steund worden door de sectorcoördinatoren. “Zo
ligt de verantwoordelijkheid voor brandveilig-
heid heel diep in de organisatie”, aldus Jan.
Eén van die contactpersonen is OK-assistente
Fiona de Boer. Samen met een collega van Anes-
thesie is zij het aanspreekpunt voor in totaal 180
collega’s die werken op 24 operatiekamers. Fi-
ona: “Inmiddels zit het er bij iedereen wel in dat
vluchtroutes en blusmiddelen altijd vrij gehou-
den moeten worden, maar dat was eerst wel
anders. En logisch, want je hebt al snel ruimtege-
brek. Waar laat je bedden en apparatuur? In het
begin leek het alsof ik als een politieagent moest
blijven waken dat er niets in de gang gezet werd.
Samen hebben we toen bedacht om met rode
lijnen op de vloer aan te geven welke ruimtes
vrijgelaten moeten worden en waar brandweren-
de deuren zijn. Dat werkt.”
“ik heb niet het gevoel dat we ons op de borst moeten kloppen. Het is toch heel normaal dat we dit doen?”
jan tuinstra, senioradviseur brandveiligheid bij umc groningen.
“inmiddels zit het er bij iedereen wel in dat vluchtroutes
en blusmiddelen altijd vrij gehouden moeten worden, maar
dat was eerst wel anders”
FMT GEZONDHEIDSZORG18
ambulancezorg
Ambulancezorg Groningen
technisch jasjeIn dit artikel concentreren we ons op het project
met het Martini Ziekenhuis. John van Son is
projectmanager ICT in het ziekenhuis en vertelt:
“In het verleden belde de ambulance met het
Martini Ziekenhuis om aan te kondigen dat ze
met een patiënt onderweg waren. Ze vertelden
wie de patiënt was, wat voor diagnose en/of
letsel er geconstateerd was en wat zij ter plekke al
gedaan hadden. Bij aankomst op de SEH volgde
dan de print met daarin de hele historie, het
rittenformulier. De wens was dit digitaal te ma-
ken. Bram Oosting vertelde al over de digitalise-
ring van deze vooraankondiging. Dit gebeurt via
een koppeling aan de Landelijke Server Digitale
Vooraankondiging (LS-DV). Echter, de LS-DV
bewaart de medische gegevens niet voor langere
tijd, maar zorgt alleen voor de routering. Dus
zijn wij als ziekenhuis nog een stap verder ge-
gaan, namelijk we hebben vanuit dat pakket een
koppeling gemaakt met ons ZIS. Hiertoe hebben
we het pakket AZN-Connect aangeschaft, ont-
wikkeld door IHomer in samenwerking me de
RAV IJssellanden en de Isala Klinieken in Zwolle.
Dit pakket zorgt ervoor, dat digitale gegevens
van de patiënt in de ambulance geconnect wor-
den met ons ZIS-EPD. Sterker nog, de gegevens
Bram Oosting is beleidsadviseur bij Am-
bulancezorg Groningen. Hij vertelt: “In
2014 zijn we begonnen met het digitali-
seren van de patiëntendossiers. Voorheen deden
we alles handmatig. Toen we dat op orde had-
den, was de volgende stap de patiëntgegevens op
de juiste wijze digitaal in de vier Groningse
ziekenhuizen te krijgen. Het digitaal versturen
op zich was geen probleem, maar vervolgens
moesten de gegevens in de ambulances wel
uitgeprint worden. Het ziekenhuis scande het
vervolgens en zette het in de patiëntendossiers.
Dat moest anders.
Met het Universitair Medisch Centrum Gronin-
gen (UMCG) zijn we met succes een eerste
project gestart. Een tweede project, met het
Martini Ziekenhuis, is in de tweede helft van
2016 van start gegaan en in maart van dit jaar
afgerond. In dit project is de integratie met het
SEH-dossier en het EPD direct gerealiseerd. De
uitdaging is, elk ziekenhuis heeft zijn eigen Zor-
ginformatiesysteem (ZIS). Ons systeem moet
telkens op een andere manier met het ZIS van
het ziekenhuis gekoppeld worden. Dat geldt ook
voor de nog twee andere ziekenhuizen in Gro-
ningen, met wie we binnenkort eenzelfde traject
aangaan.”
Medische gegevens van patiën-
ten worden voortaan vanuit de
Ambulancezorg groningen - en
alle andere ambulances in ne-
derland - direct naar de Spoed-
eisende Hulp (SEH) en het brand-
wondencentrum groningen van het
Martini ziekenhuis gestuurd.
FMT spreekt met beide organi-
saties over het waarom van het
project, de uitdagingen, de werk-
wijze en het vervolg. Een ding is
duidelijk, de patiënt heeft er veel
baat bij.
Door: Betty Rombout
wE kunnEn nu VEEl BEtEr AnticipErEn op DE situAtiE VAn DE pAtiënt
FMT GEZONDHEIDSZORG 19
John van Son over de uitdagingen: “Een dergelijk
systeem van digitaal uitwisselen van gegevens
lijkt in het begin een nice to have; het is iets
moois om te hebben. Ben je een paar maanden
verder, dat blijkt het bijna niet meer weg te den-
ken te zijn in de praktijk. Dus is het zaak te
zorgen voor een stabiele omgeving. Dit betekent
dat je vooraf goed moet kijken naar de wijze van
inrichten. Hoe zitten de ketens in elkaar?”
betere zorg“We krijgen veel positieve reacties op de nieuwe
werkwijze”, zegt Van Son. “We kunnen veel beter
anticiperen op de situatie van de patiënt en nog
betere zorg geven.”
Oosting beaamt dit. “Voordat de patiënt in het
ziekenhuis aankomt, is er al informatie beschik-
baar. Dat komt de zorg aan de patiënt ten goede.
Ook liggen gegevens vast. Er kan geen sprake
zijn van spraakverwarring. De gegevens hoeven
later in het proces niet op verschillende manie-
ren overgestuurd te worden. En stel, dat een
ziekenhuis wetenschappelijk onderzoek wil
doen, dan hoeven ze ons niet te raadplegen. Ze
hebben de gegevens zelf al.”
toekomst“Er ligt nu een prima basis met het Martini
Ziekenhuis” zegt Bram Oosting. “Natuurlijk den-
ken we na over vervolgstappen. Het blijkt, dat
nog niet in alle gevallen de foto-applicatie ge-
bruikt wordt. Is een patiënt erg ziek, dan heeft
het ambulancepersoneel zijn handen vol aan de
patiënt. Voor het maken van een foto is dan geen
tijd. We zijn aan het bezien, hoe we hier mee om
gaan. Ook zijn we aan het nadenken over life
streaming, het versturen van bewegende beelden.
Dan kunnen we de interactie nog meer mee
bevorderen.”
Van Son: “Over een tijdje evalueren we weer.
Dan gaan we uiteraard weer kijken naar nieuwe
toepassingen en functionaliteiten aan het pakket
toevoegen.” <
met welke urgentie en wat de verwachte aan-
komsttijd is. Indien de aankomsttijd wijzigt,
verandert dit in real time op het informatie-
scherm. De informatie stelt zorgpersoneel in
staat de patiënt direct bij aankomst op te vangen
en zich voor te bereiden door alvast de gegevens
van de patiënt te bekijken die tijdens de ambu-
lancerit worden gemaakt. De mogelijkheid direct
vanuit de ambulance berichten en foto’s te delen,
is met name ook voor het Brandwondencentrum
van groot belang. Het soort brandwond en het
percentage van verbranding is goed vast te stel-
len. Specialisten van het Brandwondencentrum
kunnen het ambulancepersoneel adviseren over
de beste behandeling van de brandwond en de
manier van vervoer naar het ziekenhuis of ver-
wijzen naar een andere behandelaar, bijvoor-
beeld een huisarts.
Van Son: “Voor alle duidelijkheid, de digitale
informatie vanuit de ambulance komt direct bij
de SEH of het Brandwondencentrum binnen.
We hebben twee ingangen. Andere afdelingen
binnen het ziekenhuis kunnen het SEH-dossier
met het bijbehorende ritformulier natuurlijk wel
inzien.”
uitDagingenTechnisch was een van de uitdagingen dat infor-
matie – procesinformatie, medische gegevens,
foto’s en hartfilmpjes - op een veilige manier in
het ZIS van het ziekenhuis geplaatst moest wor-
den. Dit gebeurt met de communicatietool
Zorgmail, die NEN7510 proof is. Zorgmail is een
landelijke door Ambulancezorg Nederland geko-
zen oplossing.
Bram Oosting: “De technische uitdaging zat
vooral aan de ziekenhuiskant. Twee systemen
moesten met elkaar verbonden worden, wat nu
dus gebeurt met AZN Connect. Zoals eerder
gezegd, elk ziekenhuis heeft een ander ZIS, dus
moet er elke keer anders gekoppeld worden. Het
handigste zou natuurlijk een standaardkoppeling
zijn voor alle Groningse ziekenhuizen.”
komen direct in de SEH-module van het ZIS
terecht. Krijgen we ook het burgerservicenum-
mer (BSN) van de patiënt door, dan wordt er
‘onder water’ nagegaan of de patiënt bekend is in
het ziekenhuis. Zo ja, dan vindt automatisch
koppeling met het digitale dossier plaats.”
in De praktijkHoe gaat het nu praktisch in zijn werk? Vanaf
het moment, dat de ambulance ter plaatse is,
verzamelt Ambulancezorg Groningen gegevens
van de patiënt. Indien de patiënt naar het Mar-
tini Ziekenhuis moet worden vervoerd, dan
wordt dit nog steeds telefonisch gemeld bij de
SEH en vervolgens worden de verzamelde gege-
vens digitaal aangeleverd. De SEH kan voortaan
op een scherm zien welke patiënt onderweg is,
bram oosting.
john van son.
we kunnen veel beter anticiperen op de situatie van de patiënt en nog betere zorg geven.
FMT GEZONDHEIDSZORG20
case-mix informatie
Door: Cor van Litsenburg
cAsE-Mix inforMAtiE DrAAgt BiJ AAn BEtErE En goEDkopErE ziEkEnHuiszorg
toenemende concurrentie en financiële
druk dwingen ziekenhuizen om duidelij-
ke keuzes te maken. welke zorg bieden
we wél en welke niet? En hoe maken we
de zorg zo efficiënt mogelijk? case-mix
informatie kan daarbij helpen.
Er zal het nodige moeten gebeuren in de
zorg om deze betaalbaar te houden. Het
is een open deur, maar een eenduidig
antwoord op de vraag hoe we een kwalitatief
hoogwaardige zorg betaalbaar houden, bestaat
niet. Een belangrijke bijdrage aan betere en
goedkopere zorg biedt een case-mix informatie-
systeem (CMI). Econoom Franck Asselman
voerde in de periode 2006 tot 2014 een ontwerp-
gericht onderzoek uit naar de invoering van een
CMI bij zijn werkgever AMC. Hij promoveerde
dit voorjaar op dit onderwerp aan de Radboud
Universiteit.
De doelstellingen van zijn diepgaande en lang-
durige studie waren:
- Het ontwerpen en implementeren van een
CMI voor het hoger (medisch) management,
namelijk afdelingshoofden, divisiemanagers
en Raad van Bestuur;
- Het verkrijgen van gedetailleerde ontwerpge-
richte kennis over een CMI.
Bij case-mix informatie gaat het om het slim
combineren van medische informatie (bijvoor-
beeld over diagnoses en behandelingen), patiënt-
gegevens (zoals leeftijd, geslacht en woonplaats)
en bedrijfsinformatie over de kosten en vergoe-
ding voor een behandeling. Dergelijke case-mix
informatie wordt steeds belangrijker om de
juiste beslissingen te nemen op het gebied van
type en volumes van patiënten, planning, moni-
toring, procesoptimalisatie en legitimering.
aanleiDingDe aanleiding voor de studie van Asselman was
het feit dat in Nederlandse (academische) zie-
kenhuizen weinig of geen kennis beschikbaar
was over case-mix informatie. Wel was er in de
literatuur te lezen over succes en mislukkingen
van CMI’s in andere landen. Sommige imple-
mentaties hadden geleid tot positieve uitkom-
franck asselman; foto: marieke de lorijn; marsprine.
FMT GEZONDHEIDSZORG 21
sten zoals een beter kostenbewustzijn, het ratio-
naliseren van de operationele processen en
kostenbesparingen. Maar er werden ook misluk-
kingen gemeld zoals machtsconflicten binnen
organisaties en discussies over de betrouwbaar-
heid van de gegenereerde gegevens. Franck As-
selman: ‘Een CMI op de juiste wijze ontwerpen
en implementeren is een ingewikkeld proces. Het
vraagt om een grote interne bereidheid om
samen te werken en inzicht te geven. Ik vergelijk
het ontwerpen en implementeren van een CMI
weleens met een kettingzaag. Dat is een eenvou-
dig product om te maken, maar het is allesbehal-
ve eenvoudig om er op een verantwoorde wijze
mee om te gaan. De informatie die CMI oplevert
kan grote impact hebben. Als je daar radicaal
mee aan de slag gaat, heeft het direct grote gevol-
gen.’
informatieproDuctenVoor het CMI van het AMC is een zogenoemde
Standaardrapportage Patiëntenzorg en Portfolio-
matrix ontworpen. Bij het ontwerpen van deze
informatieproducten werden de patiëntgroepen
van de medisch specialismen centraal gesteld. In
totaal ging het om 400 patiëntgroepen die wer-
den gedefinieerd door de afdelingshoofden in
deling inzichtelijk te maken voor de medische
wereld en andersom.
Een probleem bij het invoeren van de vereiste
informatie was dat er weinig data beschikbaar
was. Als je het over landelijke kwaliteitsindicato-
ren hebt dan hebben die betrekking op standaar-
daandoeningen. De informatie is vaak procesge-
richt, hetgeen weinig zegt over de werkelijke
kwaliteit. Voor UMC’s is juist de informatie met
betrekking tot complexe zorg belangrijk, daar
bestaan echter geen kwaliteitsindicatoren voor.’
betere keuzes makenCase-mix informatie laat het top medisch en
termen die aansloten bij hun klinische denkwe-
reld. De informatie die volgens de managers
minimaal in het CMI aanwezig moest zijn betrof
in eerste instantie systeemgegevens zoals patiënt-
kenmerken, capaciteit, zorgmarkt en financiën,
en niet-systeemgegevens zoals relevantie van de
zorg. In een later stadium zijn hier nieuwe soor-
ten informatie aan toegevoegd zoals type verwij-
zer, wachttijden, marktaandelen, omzetprogno-
ses, budgetten en percentages topreferente zorg.
In de Standaardrapportage Patiëntenzorg wordt
de informatie per patiëntgroep naast elkaar
gepresenteerd om onderlinge vergelijkingen
mogelijk te maken en om strategische alternatie-
ven te evalueren. De Portfoliomatrix is ontwor-
pen om snel inzicht te geven in de medische en
financiële relevantie per patiëntgroep. Asselman:
‘In feite reduceer je met een CMI een ingewik-
keld, complexe afdeling tot een inzichtelijke
werkelijkheid. Natuurlijk zitten er haken en ogen
aan en kregen we reacties als “dit is te simpel
gesteld’. Belangrijk is dat we duidelijk konden
maken dat het CMI geen bezuinigingsinstru-
ment is; dat het geen manier is om afdelingen af
te rekenen, maar dat het een instrument is om
de financieel economische kant van een behan-
in feite reduceer je met een cmi een ingewikkeld, complexe afdeling tot een inzichtelijke werkelijkheid
De impact van patiënten(groepen) op prestaties van kerntaken en financiën.
Over Franck AsselmanDrs. F.F. Asselman (Eindhoven, 1968) is bedrijfseconoom en werkt sinds 1999 als senior-adviseur in het Academisch Medisch Centrum in Amsterdam. Tussen 2006 en 2014 was hij verantwoorde-lijk voor het ontwerp van een case-mix informatiesysteem en verrichtte wetenschappelijk onderzoek naar dit onderwerp. Tijdens dit onderzoekspro-ject was hij bij diverse onderwerpen actief betrokken, zoals portfoliostra-tegie, planning & control, kostprijzen, bezuinigingsprogramma´s, kwaliteits-projecten, leiderschapsprogramma’s, onderhandelingen met verzekeraars en doelmatigheidsonderzoeken.Franck werkt momenteel voor de afde-ling Strategie & Beleid en is betrokken bij diverse samenwerkingen met andere ziekenhuizen. Franck is regelmatig gast-docent voor post-masters opleidingen. In 2008 heeft hij zijn boek Kostprijzen in ziekenhuizen gepubliceerd en daar-naast diverse artikelen in tijdschriften en kranten.
FMT GEZONDHEIDSZORG22
case-mix informatie
niet-medisch management betere keuzes maken
over wie ze het beste kunnen behandelen en hoe
dat moet gebeuren. Je zou zeggen dat een derge-
lijk informatiesysteem door alle ziekenhuizen
direct omarmd wordt. Maar om verschillende
redenen kan de aanpak nog onvoldoende wor-
den benut. Een nogal opmerkelijke reden is dat
ziekenhuizen rekening hebben te houden met
mededingingsregels. ‘Artsen willen hun keuzes
afstemmen met partners in de regio, maar dat
mag niet zomaar van de mededingingsregels,’
zegt Asselman. ‘Als ze wel afspraken maken lopen
ze het risico op een inval van de mededingings-
autoriteit. Dat is absurd en staat haaks op waar
ziekenhuizen en met name academische zieken-
huizen voor staan: samenwerken en in overleg
werken aan de beste oplossingen voor patiënten.’
Maar ziekenhuizen zelf zijn er ook de oorzaak
van dat case-mix informatie nog geen gemeen-
goed is. Medische managers hebben niet altijd de
kennis om de case-mix informatie te interprete-
ren. Specifieke scholing is hiervoor noodzakelijk.
In veel gevallen blijkt ook de kwaliteit van de
informatie niet toereikend. Op dat gebied moet
dus nog het nodige gebeuren.
Asselman: ‘Een struikelblok voor case-mix infor-
matie vormen ook de onderhandelingen met
verzekeraars. Een ziekenhuis weet tijdens de
onderhandelingen vaak maandenlang niet waar
het aan toe is. Soms wordt in oktober pas duide-
lijk wat je waarvoor krijgt. Het ziekenhuis kan
dan tien maanden lang niet kiezen op basis van
vergoeding. Dat is niet bevorderlijk voor de
informatie die is vereist voor het functioneren
van een CMI.’
struikelblokkenGedurende de zomer heeft Asselman met veel
regelgevers, beleidsontwikkelaars en bestuurders
gesproken. De belangstelling voor case-mix
informatie en wat het kan betekenen voor zie-
kenhuizen is, ondanks genoemde struikelblok-
ken, groot. Toch zal er nog het nodig water door
de Rijn vloeien alvorens case-mix informatie
gemeengoed is. Asselman: ‘Elk CMI is maatwerk.
Intern moet de bereidheid bestaan om over de
eigen grenzen te kijken. In ziekenhuizen is men
vaak nog aan eilandjes gewend, dat staat haaks
op case-mix informatie. Een CMI kent zeker
sterke gedragsmatige aspecten. Op het moment
dat een CMI succesvol is geïmplementeerd zien
we dat het kennisniveau van alle betrokkenen
toeneemt en daardoor ook de besluitvorming
rationeler is. Dat draagt bij aan goedkopere,
maar ook betere zorg.’
ervaringen DelenVoor meer informatie is door Franck Asselman
een website ontwikkeld (www.casemixinforma-
tie.nl). Het AMC wil door middel van deze
website de opgedane wetenschappelijke en prak-
tijkkennis met betrekking tot case-mix informa-
tie delen met andere partijen uit de zorgsector
en andere geïnteresseerden. Hierbij worden
gebruikers van deze site ook uitgenodigd om
hun kennis en ervaringen met case-mix infor-
matie in te sturen. Goede praktijkvoorbeelden
kunnen dan ook op deze site worden geplaatst
zodat er een landelijk kennisplatform ontstaat. <
Case-mix informatie in het kortBij case-mix informatie worden medische, patiënt- en bedrijfsmatige gegevens per Diagnose Behandeling Combinatie (DBC) verzameld, gecombineerd, geag-gregeerd en gepresenteerd. Hierdoor kunnen verschillende vragen worden beantwoord, zoals: wat zijn de kosten per diagnose? Wat is de relatie tussen leeftijd en ziekten? Wat is de financiële dekking per patiëntengroep? Case-mix informatie kan hiermee in belangrijke mate bijdragen aan de maatschappelijke opdracht van ziekenhuizen: het leveren van betaalbare zorg aan de juiste patiënten.
“Een struikelblok voor case-mix informatie vormen
ook de onderhandelingen met verzekeraars”
docGEZONDHEIDSZORG
svn:kennis delen door de
hele keten heen
Heeft het plenumzijn langstetijd gehad?
system integration zorgt voortoekomstbestendigok-complex
nieuwe csa/csr viecuri:flinke verbetering van bedrijfsproces
FMT DOCde nieuwe
ok & CSA
extra:
een ok kan alleen goed functioneren
als het hele operatie -centrum klopt
FMT GEZONDHEIDSZORG24
FMT DOC - Ok/CSA
‘sAMEn’ is HEt slEutElwoorD BiJ niEuw ok-coMplEx st JAnsDAl
Na een korte toespraak door Relinde
Weil, voorzitter RvB St Jansdal, en het
uitdelen van de champagne, hesen zes
medewerkers symbolisch een drietal bouwblok-
ken op elkaar in OK 6 en vormden zo het woord
‘Geopend’. De aanwezigen konden deze hande-
ling via een beveiligde multimediaverbinding
live op scherm volgen - een middel waarmee
voortaan ook meegekeken kan worden met
operaties. Daarna kregen ze een rondleiding
door het nieuwe OK-complex.
veilig en efficiëntDe officiële opening was het sluitstuk van een
mini-symposium dat startte met een toelichting
door Gea Rozenberg (scheidend hoofd OK St
Jansdal) en Janet Vissinga (OKCN) op de bot-
tom-up methode die het ziekenhuis hanteerde
bij het opstellen van het ruimtelijk en functio-
neel pakket van eisen voor het nieuwe OK-com-
plex. In verschillende gebruikersgroepen werd
daarbij intensief samengewerkt om de huidige
en toekomstige werkprocessen zo helder moge-
lijk te vertalen in een briefing voor de architect.
“De ingreep vormde daarbij het uitgangspunt
voor onze redenering, daarna bedachten we de
bouwkundige omgeving. Alle fases van de
nieuwbouw en renovatie hebben we samen met
de gebruikers doorlopen en na elke fase gingen
we terug naar de RvB. Zo hebben we hand in
hand het hele traject doorlopen.”
Een van de eisen voor de bouw van de zes OK’s
was het scheiden van de logistieke stromen
(patiënten/bezoekers, personeel, goederen) om
te komen tot een veilige en efficiënte behan-
delomgeving. Met gebruikers werden de beno-
digde ruimten in kaart gebracht plus hun aantal,
functie, omvang en onderlinge relatie. “In dum-
mysessies hebben we bijvoorbeeld de ideale
situatie voor alle ruimtes in kaart gebracht, van
OK, gangen tot sluizen en bedplekken. Daar-
naast hebben we gekeken naar een logische
hygiënische zonering”, aldus Rozenberg en Vis-
singa. In verband met de keus voor het Opragon
luchtbehandelingssysteem werd vanaf het ont-
werp ook de IGZ als toezichthouder aan tafel
gevraagd.
ruimteboekAls aanzet voor de aanschaf van de vaste medi-
sche inrichting werd gebruikgemaakt van een
ruimteboek, met per ruimte informatie over
benodigde voorzieningen, mee te verhuizen
items, financiële registratie en budget. “Dat ging
van OK-tafel tot kapstokhaakje”, lacht Gerwin
Vos, hoofd medische techniek bij St Jansdal. Hij
werkte hierbij nauw samen met hoofd inkoop en
Eind september opende ziekenhuis
st Jansdal in Harderwijk het nieuwe
ok/csA-complex. tijdens een mini-
symposium werd het hele proces van
ontwerp tot realisatie belicht,
waarbij intensief overleg met
gebruikers en leveranciers de rode
draad vormde. uiteraard kreeg ook
de primeur van st Jansdal - opragon
luchtbehandelingssysteem in alle
ok’s - de nodige aandacht.
De officiële opening van het nieuwe ok-complex van st jansdal in ok 6 was vanuit de zaal live te volgen.
Door: Wilma Schreiber
Met meer dan 850 implementaties wereldwijd, bieden Getinge’s Hybride experts waardevolle hulp bij het creëren van een efficiënte, toekomstbestendige, multidisciplinaire Hybride OK.
Van ruimteplanning tot workflow management. Getinge kan een oplossing leveren, die het beste past bij de behoeften van al uw klinische specialismen: cardio, vasculair, neurologie, orthopedie, urologie, gynaecologie, traumatologie en oncologie.
Getinge Hybride OperatiekamersEnd-to-end oplossingen van de experts
www.getinge.com
FMT GEZONDHEIDSZORG26
logistiek, Guus van den Tweel: “De wensenlijst
werd teruggebracht tot de essentiële zaken, ook
met het oog op het budget. Vervolgens hebben
we hoofdgroepen aangemaakt en prioriteiten
aangebracht. Per kavel hebben we in overleg met
betrokkenen en leveranciers een pakket van eisen
opgesteld, steeds niet meer dan één A4.” St Jans-
dal maakte daarbij gebruik van Negomatrix, een
internetplatform voor het vergelijken van aan-
biedingen van leveranciers. Deze werden tevens
getoetst door gebruikers tijdens presentaties in
St Jansdal zelf. Van den Tweel: “Steeds is gezocht
naar zo veel mogelijk kwaliteit tegen zo laag
mogelijke kosten, en overwogen: is meer kwali-
teit het geld ook waard?”
Bij het ontwerp van de technische installatie
stonden patiënt en medewerker centraal. “De
focus lag op patiëntveiligheid en daarmee op het
voorkomen c.q. zo veel mogelijk beperken van
postoperatieve wondinfecties. De zes nieuwe
OK’s moesten geschikt zijn voor alle ingrepen en
dus voldoen aan de eisen van de WIP-richtlijn
voor OK-klasse I-prestatieniveau I”, aldus Remko
Noor, seniorconsultant healthcare bij Royal
HaskoningDHV. “St Jansdal koos ervoor om het
gehele OK-complex uit te rusten met het Opra-
gon-luchtbehandelingssysteem.
Omdat dit systeem vervuilde deeltjes razendsnel
afvoert en schone lucht in de hele OK inbrengt,
vallen er moeilijker deeltjes te meten en kan de
werking ervan niet in totaliteit worden getoetst
conform de VCCN-richtlijn 7. Zoveel mogelijk is
gebruik gemaakt van de meetmethode zoals
beschreven in de VCCN-richtlijn 7. Waar nodig
heeft St Jansdal beschreven op welke manier
wordt afgeweken om de gelijkwaardigheid van
het Opragon-systeem aan te tonen.”
Bij de meting werd de OK verdeeld in een aantal
meetpunten. “Op elk punt hebben we twee
temperaturen gemeten en verder vervuiling
ingebracht om te kijken hoe snel deze werd
afgevoerd. Het Opragon-systeem bleek zeer
effectief. We hebben alle metingen kunnen doen
en zeer goede resultaten en grote afnameresulta-
ten geboekt”, stelt Noor. “Wel bleek het tempera-
tuurverschil van > 1,5 °C tussen tafel en omge-
ving essentieel. Bij één graad verschil veranderde
de luchtsnelheid en werkte het systeem slechter.”
meer comfortBij de vergelijking van het 2T-plenum- en het
Opragon-systeem gold een aantal eisen. De OK’s
moesten voor alle ingrepen geschikt zijn, alle
gelijk qua indeling en inrichting, met een opdek-
ruimte per OK en een minimale hoeveelheid
techniek in het schone gebied. Verder liefst ge-
schikt voor de komende twintig jaar en met een
zo hoog mogelijk comfort voor de patiënt. “Bij
het Opragon-systeem is de investering vooraf
hoger, maar de exploitatielasten zijn lager, onder
meer dankzij een lager energieverbruik. Er is
namelijk veel minder kubieke meter lucht nodig.
Daarnaast geldt bij Opragon de hele OK als
schoon gebied”, verklaart bouwopzichter Henk
Veldhuis van St Jansdal. “Uiteindelijk gaven het
hogere comfort voor patiënten en medewerkers
en de terugverdientijd van twee jaar de door-
slag.” Omdat elke opdekruimte is aangesloten op
dezelfde luchtbehandelingskast als de OK, is er
in geval van storing maar één OK buiten bedrijf.
Verder staat steeds één OK op stand-by als spoed
OK omdat het 20 minuten kost om de OK op
orde te krijgen.
Bij het nieuwe OK-complex werd voortgebor-
duurd op het bestaande gebouw. “De uitdaging
was een ontwerp te maken dat een optimaal
proces mogelijk maakte in een zo compact mo-
gelijke ruimte. De ambitie voor het interieur
omvatte onder andere daglicht, uitzicht naar
buiten en de basis moest fris, rust en ondersteu-
nend zijn”, verklaart Bastiaan Buurman van
Wiegerinck architecten. “Wat we samen bedacht
hebben, is ook gelukt: drie OK’s met daglicht.”
Ander, patiëntvriendelijk detail: de verlichting in
de OK-gang zit langs de randen van het plafond,
zodat de patiënt niet in het tl-licht kijkt als zijn
bed door de gang gereden wordt.
Een week voor de opleveringTijde werden alle
140 medewerkers getraind op de nieuwe materi-
alen in het proces. Ook vond een enquête plaats
onder medewerkers en faciliterende partijen om
te zien of producten en systemen voldeden.
Dankzij de vroege en continue betrokkenheid
van specialisten en medewerkers kwamen slechts
enkele verbeterpunten naar voren, die inmiddels
zijn opgelost. In oktober 2017 vond de eindeva-
luatie plaats, tevens de officiële afronding van dit
innovatieve bouwproject. <
na afloop van het symposium krijgen deelnemers de gelegenheid het nieuwe ok/csa-complex met eigen ogen te bekijken.
het proces naar een nieuw ok-complex wordt beschreven door gea rozenberg (rechts) en janet vissinga.
henk veldhuis (links) en remko noor belichten het ontwerp en de validatie van de ok-ventila-tie. Een permanente
of tijdelijke CSABinnen 7 werkdagen operationeel
Een turnkey centrale sterilisatieafdeling binnen zeven dagen operationeel? Jan Snel realiseert het. In samen-werking met Miele ontwikkelden we een unieke CSA die wereldwijd wordt ingezet voor tijdelijk gebruik. De ideale oplossing wanneer uw eigen CSA verbouwd of gerenoveerd wordt.
Naast onze tijdelijke oplossing realiseren we ook perma-nente CSA’s inclusief autoclaven, thermodesinfectoren, werkruimtes, luchtbehandeling en eventuele karrenwasinstallatie. Deze CSA wordt aangesloten op uw ziekenhuis door middel van een aanbouw of aparte vleugel. Interesse? Bel onze specialist Jorrit Janmaat op telefoonnummer (0348) 47 90 90. Volg ons ook op LinkedIn via Jan Snel - Medical Buildings.
www.jansnel.com
19452 Adv. FMT-Jan Snel- CSA(MIele)-225x285mm.indd 1 26-10-17 16:18
Een permanente of tijdelijke CSABinnen 7 werkdagen operationeel
Een turnkey centrale sterilisatieafdeling binnen zeven dagen operationeel? Jan Snel realiseert het. In samen-werking met Miele ontwikkelden we een unieke CSA die wereldwijd wordt ingezet voor tijdelijk gebruik. De ideale oplossing wanneer uw eigen CSA verbouwd of gerenoveerd wordt.
Naast onze tijdelijke oplossing realiseren we ook perma-nente CSA’s inclusief autoclaven, thermodesinfectoren, werkruimtes, luchtbehandeling en eventuele karrenwasinstallatie. Deze CSA wordt aangesloten op uw ziekenhuis door middel van een aanbouw of aparte vleugel. Interesse? Bel onze specialist Jorrit Janmaat op telefoonnummer (0348) 47 90 90. Volg ons ook op LinkedIn via Jan Snel - Medical Buildings.
www.jansnel.com
19452 Adv. FMT-Jan Snel- CSA(MIele)-225x285mm.indd 1 26-10-17 16:18
fmt doc - oK/cSA
FMT GEZONDHEIDSZORG28
flinkE VErBEtEring VAn BEDriJfsprocEs
De nieuwe CSA/CSR is geïntegreerd tot
één afdeling en de realisatie daarvan
was een onderdeel van het Langeter-
mijnhuisvestingsplan (LTHP) van VieCuri. In
2006 is de Limburgse zorgorganisatie met dit
LTHP, dat elf deelprojecten telt, gestart. Inmid-
dels is circa 90 procent ervan gerealiseerd. Reeds
opgeleverde projecten zijn o.a.de SEH, IC, radio-
therapie, het energiegebouw, de verpleegafdelin-
gen, CCU, diverse poliklinieken en de CSA/CSR.
De resterende projecten van het LTHP zijn de
poliklinieken neurologie, geriatrie, reumatologie
en revalidatie. Eind 2018 zal het volledige LTHP
zijn afgerond.
van Deze tijDDat het ziekenhuis weer helemaal van deze tijd
is, wordt bij aankomst direct duidelijk. Veel glas
in de centrale hal dat bijdraagt aan een aangena-
me sfeer met veel daglicht. Dat geldt ook voor de
vernieuwde poliklinieken die we in het voorbij-
gaan zien. De inrichting kent frisse kleuren en is
ruim van opzet. Die nieuwe, eigentijdse sfeer
kenmerkt ook de nieuwe CSA/CSR. De oude
CSA was voor het huidige proces te klein van
opzet. De nieuwe CSA/CSR is ruim, licht en
transparant. De werkruimtes zijn aanzienlijk
groter en lichter. Bijzonder is dat de medewer-
kers vanuit alle productieruimtes in de CSA
zicht naar buiten hebben. Een wereld van ver-
schil met de oude afdeling.
Projectcoördinator Eric Boots vertelt dat voor-
heen de CSA en CSR twee gescheiden afdelingen
waren. In de nieuwe opzet zijn ze geïntegreerd
tot één afdeling. ‘Bij een CSA en CSR is uiteraard
de hygiëne uitermate belangrijk. Is dat aspect en
de controle daarop niet goed geregeld, dan breng
je de patiëntveiligheid in gevaar. Dat is het laat-
ste wat een ziekenhuis wil; daarom kreeg dit
aspect bij de realisering van de CSA/CSR zeer
veel aandacht. Het andere aspect dat voor een
CSA/CSR zwaar weegt betreft de logistiek. Voor
de bedrijfsvoering van een CSA/CSR moet met
name de logistiek ervoor zorgen dat het bedrijfs-
proces efficiënt verloopt. Een afdeling als de
CSA/CSR is zeer specifiek voor een ziekenhuis,
maar kent als het ware een industrieel proces-
principe dat, uitgaande van een goede logistiek,
grote productie-aantallen moet kunnen verwer-
ken. Dat gebeurt nu.’
‘In de nieuwe situatie is sprake van een geza-
menlijke ontvangst van al het vuil instrumenta-
rium van het ziekenhuis, hetgeen een enorme
najaar 2016 opende Viecuri
Medisch centrum in Venlo een
nieuwe centrale sterilisatie
Afdeling (csA) en centrale scopen
reiniging (csr) met dagbehandeling
Maag-, Darm- en leverziekten.
Een jaar later constateert
projectcoördinator Eric Boots dat
de medewerkers van de nieuwe
afdeling meer dan tevreden zijn.
tevens is er sprake van een flinke
verbetering van het werkproces.
Door: Cor van Litsenburg
CijfersHet VieCuri Medisch Centrum beschikt over een hoofdlocatie in Venlo en een nevenlocatie in Venray. Het ziekenhuis heeft een capaciteit van 470 bedden. Het gebouw in Venlo is oorspronkelijk uit 1984 en daarmee ruim dertig jaar oud. De renovatie in het Langetermijnhuisves-tingsplan betreft met name de hoofdlo-catie. Dit gebouw telt 75.000 m2 bvo. De investering voor de nieuwe CSA/CSR bedroeg € 2,5 miljoen, exclusief inventaris en apparatuur.
Nieuwe CSA/CSR VieCuri:
‘Bij een csA en csr is
uiteraard de hygiëne
uitermate belangrijk’
gelijk, hetgeen uiteraard de interactie bevordert.
Daarnaast beschikken we over drie autoclaven,
ook van Miele, deze voeren de daadwerkelijke
sterilisatie van het instrumentarium uit. We
hebben ruimte voor een vierde autoclaaf zodat
we ook daarmee kunnen inspelen op groei. <
just in timeUiteindelijk zal de nieuwe CSA/CSR het principe
van just-in-time levering aan de OK gaan voe-
ren. De bevoorrading gebeurt dan direct vanuit
de CSA. Niet langer wordt voorraad gehouden
op de OK. Uitgangspunt is dat de CSA/CSR met
de productie in staat moet zijn bij te dragen aan
een gestage groei van het ziekenhuis als geheel.
Eric Boots: ‘We hebben nu zes wasmachines van
Miele, dat waren er vijf. Vermeldenswaard is dat
deze wasmachines, die de scheiding vormen
tussen de schone en vuile ruimte, over ramen
beschikken. Dit maakt non verbale communica-
tie tussen de medewerkers in deze ruimten mo-
verbetering van het logistiekproces betekent. Dat
geldt ook voor de doorgeefkasten op de CSR.
Een belangrijk verbeterpunt is ook de nieuwe
schone dedicated gang die de CSA direct ver-
bindt met het OK-complex. Door deze gang
wordt instrumentarium onder steriele omstan-
digheden direct naar de OK’s getransporteerd.
De nieuwe CSA werd gebouwd, terwijl de oude
moest blijven functioneren. De nieuwe locatie
ligt iets verder van de OK, maar door de nieuwe
gang is de stroomlijning van het proces sterk
verbeterd. Op de voormalige plek van de CSA is
de nieuwe dagbehandeling Maag-, Darm- en
Leverziekten gerealiseerd.’
FMT GEZONDHEIDSZORG 29
flinkE VErBEtEring VAn BEDriJfsprocEs
Betrokken Partijen:- Aan de Amstel Architecten;- Sweegers en de Bruijn;- Cornelissen aannemingsbedrijf;- Strukton (e);- Kuijpers (w).
Doorgeefwasmachines met glazen deuren.
FMT GEZONDHEIDSZORG30
FMT DOC - Ok/CSA
‘HEt is EEn AfDEling wAAr HEt ziEkEnHuis MEt rEcHt trots op MAg ziJn’
Sweegers en de Bruijn heeft voor VieCuri,
in samenspraak met a/d amstel architec-
ten, zorg gedragen voor het ontwerp en
begeleiding van de realisatie. Daarnaast heeft
Sweegers en de Bruijn in detail de installatie-
voorzieningen afgestemd met de leveranciers
van de CSA-apparatuur. FMT Gezondheidszorg
sprak met Johan Buijs, adviseur van Sweegers en
de Bruijn over dit project.
Belangrijke kenmerken van de nieuwe CSA/CSR
in Venlo zijn de directe verbinding met de zeven
OK’s door middel van een dedicated gang, voor-
raadbeheer en levering vanuit de CSA/CSR,
optimale stroomlijning van het proces en een
lichte, transparante werkomgeving. Ook over de
techniek valt het nodige te vertellen. Met name
over hoe de uiteindelijke uitgangspunten van de
technische voorzieningen tot stand zijn geko-
men.
eigen installaties en voorzieningenEen primair uitgangspunt bij de ontwikkeling
van de nieuwe CSA was dat de afdeling onafhan-
kelijk moest kunnen functioneren van de overige
afdelingen van het ziekenhuis. Dat betekende dat
in de ontwerpfase hoog werd ingezet op autono-
mie en beschikbaarheid van de installaties, zoals
elektrische vermogen, luchtbehandeling, stoom-
opwekking en productie van demiwater voor het
sterilisatieproces.
Omdat het inkooptraject met een leverancier
van de CSA-apparatuur tijdens de ontwerpfase
nog niet was gestart, waren op dat moment voor
het installatieontwerp niet alle technische speci-
ficaties beschikbaar. Johan Buijs: ‘In de ontwerp-
fase zijn we daarom uitgegaan van een worst-
casescenario op basis van brede
leve ran cierspecificaties die in deze fase bekend
waren. Dat betekende dat we onder meer reke-
ning hielden met hoge elektrische vermogens.
Omdat na de DO-fase pas werd besloten met
welke leveranciers VieCuri in zee ging, wisten we
ook pas vanaf dat moment met welke specifica-
ties we te maken kregen. Gelet op de verhouding
kosten-kwaliteit en energieverbruik, bood leve-
rancier Miele de meest optimale en bedrijfsze-
kere oplossing. De autoclaven konden worden
geleverd met elk een eigen schone stoomopwek-
ker (SSO-unit) die gevoed wordt vanuit de eigen
huisstoom.’
Buijs vervolgt: ‘Aan deze opzet is een aantal voor-
delen verbonden. Zo zal bij storing aan een
Het langetermijnhuisvestingsplan
(ltHp) van Viecuri Medisch centrum is
gestart in 2006. Vanaf 2010 is instal-
latieadviesbureau sweegers en de
Bruijn bij de projecten van dit ltHp
betrokken. Binnen het ltHp is de
nieuwe centrale sterilisatie Afdeling
(csA) en centrale scopen reiniging
(csr) gerealiseerd.
overzicht csa/csr.
Door: Cor van Litsenburg
Sweegers en de Bruijn over CSA/CSR VieCuri:
leereffect‘Een leereffect van dit project is om eerder met
leveranciers rond de tafel te gaan zitten. Was dat
namelijk het geval geweest dan zouden we het
ontwerptraject nog efficiënter vorm hebben
kunnen geven.
De nieuwe CSA/CSR is volgens Johan Buijs
state-of-the-art. Zowel vanuit technisch oogpunt
als wat betreft werkomgeving. Het verwondert
hem dan ook niet dat vanuit het hele land be-
langstelling is bij de diverse ziekenhuiscollega’s
voor een werkbezoek aan de nieuwe afdeling.
Het is een afdeling waar het ziekenhuis met recht
trots op mag zijn. <
probleem waarmee we werden geconfronteerd
was dat de nieuwe richtlijn voor de realisatie van
een CSA op dat moment nog in ontwikkeling
was. De vraag is dan; hoe ga je valideren? We
hebben besloten dit op basis van GMP (Good
Manufactering Practice) classificatie D te doen.
Deze sloot het beste aan bij de omgeving binnen
VieCuri en de afdeling infectiepreventie gaf dit
voldoende houvast. Overigens wordt inmiddels
een nieuwe richtlijn ontworpen door de VVCN.
Het validatierapport hebben we samen met
installateur Kuijpers opgesteld. Voor alle betrok-
kenen is een validatie belangrijk. Het is zowel
voor de instelling als voor ons als contractpar-
tijen een borging dat de CSA veilig functioneert
en voldoet.
Zaken die we hebben gevalideerd zijn: luchtzui-
verheid, ruimtetemperatuur, relatieve vochtig-
heid, onthard water, demiwater, microbiologi-
sche metingen en drukhiërarchie. Wat betreft dat
laatste aspect kan ik zeggen dat we tussentijds
regelmatig metingen hebben uitgevoerd door de
afdeling op druk te zetten, waardoor eventuele
lekkages in een vroeg stadium aan het licht
zouden komen.’
SSO-unit alleen die desbetreffende autoclaaf
uitvallen, en er zijn geen lange distributieleidin-
gen nodig tussen de SSO-unit en de autoclaven.
Demiwater In de DO-fase is uit oogpunt van beschikbaar
budget afgezien van een nieuwe demiwaterin-
stallatie. Op basis van onderzoek bleek dat
VieCuri met de huidige demiwaterinstallatie kon
blijven werken. Gekozen werd voor optimalise-
ren/reviseren van de bestaande installatie. Zo
moest de circulatieleiding groter worden gedi-
mensioneerd dan de bestaande toevoerleiding
naar de oude CSA. Door deze aanpassing levert
de installatie in combinatie met de buffer een
overcapaciteit van 137 procent, hetgeen voor de
huidige situatie voldoende is. Mocht er op ter-
mijn een hogere overcapaciteit nodig zijn, dan
kan daarvoor een extra buffercapaciteit van
1.500 liter worden gerealiseerd waarmee de
overcapaciteit op 161 procent van de huidige
behoefte komt.’
valiDatieVoordat de nieuwe CSA/CSR in gebruik is geno-
men is deze uiteraard gevalideerd. Buijs: ‘Een
“De kunst van het
inleven”
Sweegers en de Bruijn, adviseur voor een duurzaam
binnenklimaat en technische installaties
‘s-Hertogenbosch
Europalaan 12g - 5232 BC
Telefoon 088 030 7300
Internet www.swebru.nl
Gezondheidszorg
Justitie
Industrie & Laboratoria
Onderwijs
Sport/Cultuur/Recreatie
Kantoren
Duurzaamheid & Specials
Beheer & Onderhoud
Sweegers en de Bruijn, partner
VieCuri Medisch Centrum Venlo
voor ontwerp, advisering van technische installaties
en medisch technische inrichting
overzicht csa/csr.
FMT GEZONDHEIDSZORG32
Door: Cor van Litsenburg
EEn ok kAn AllEEn goED functionErEn Als HEt HElE opErAtiEcEntruM klopt
Een operatiecentrum is de meest complexe afdeling van een ziekenhuis.
Het is belangrijk dat bij de ontwikkeling van een nieuw operatiecen-
trum alle belanghebbende medewerkers en specialisten zijn betrok-
ken’. Aan het woord is Janet Vissinga van ok consultancy nederland
(okcn). fMt sprak met haar over de ontwikkeling van nieuwe hotfloors.
een complexe behandelomgeving ontwikkel je samen met als uitgangspunt de behandelingen die er plaatsvinden.
OKCN heeft een sterke reputatie in de
zorgsector. Die krijg je niet zomaar.
Janet Vissinga: ‘Onze goede naam
hebben we zorgvuldig opgebouwd door onze
professionaliteit en door onafhankelijk te blijven.
Objectief kunnen adviseren is een voorwaarde
voor een goede adviseur. De functie van OKCN
is onder andere een brugverbinding maken
tussen het ziekenhuis en de realiserende partijen.
En soms zijn we ook mediator. Als bijvoorbeeld
bepaalde wensen van gebruikers niet te realise-
ren zijn. Architecten, installatieadviseurs en de
industrie waarderen onze rol. Men kent er onze
manier van werken. Zo goed dat ze onze PvE’s
FMT DOC - Ok/CSA
herkennen. Ze zien er een duidelijke handteke-
ning in.’
‘Door onze onafhankelijke positie kunnen we de
industrie en ontwerpers indirect versterken.
Soms komt een leverancier met een aanbod
waarop wij aanvullingen doen. Dat levert zo’n
bedrijf kennis en nieuwe inzichten op. Het komt
ook voor dat we een PvE voorbereiden en dat de
industrie vragen heeft, waardoor het definitieve
PvE kan worden verbeterd. We hebben weleens
ter voorbereiding van een PvE alle potentiele
leveranciers voor een plenaire sessie uitgenodigd.
We daagden ze uit om kritisch op onze voorstel-
len te reageren. Zulke sessies zijn voor alle be-
trokkenen heel leerzaam.’
lucht en lichtVoordat Janet Vissinga OKCN 12 jaar geleden
startte, was ze werkzaam in de industrie. Eerst
negen jaar als projectmanager in de luchtbehan-
deling, daarna zo’n zelfde periode als projectma-
nager betrokken bij de inrichting van endoscopi-
sche OK’s. ‘Ik was dus eerst jaren in de weer met
lucht, daarna met licht. Beide zeer wezenlijke
zaken voor een OK. In die tijd verwonderde ik
me vaak over de inrichting van OK’s met bulky
torens met apparatuur en overal snoeren. Specia-
listen bleken nauwelijks bij de inrichting te zijn
betrokken. In mijn visie moest dat en kon dat
anders. Dat was voor mij aanleiding om OKCN
te starten. In feite heb ik mijn 18 jaar ervaring in
de industrie op het gebied van licht en lucht
gebruikt om een brugverbinding te maken naar
de wenselijke bouwkundige omgeving binnen
het operatiecentrum’.
Bottom up-werken
‘Als OKCN willen we graag in een vroeg stadium
bij een project betrokken worden. Ik noem dat
het stadium -1. Dat betekent dat een ziekenhuis
wil gaan bouwen, maar nog niet precies weet wat
en hoe. In dat stadium kun je naar een optimale
situatie werken waarbij alle betrokkenen hun
inbreng kunnen geven. Onze manier van werken
is bottom up, letterlijk vanaf de werkvloer. Dat
levert projecten op waarbij de medewerkers en
specialisten echt het gevoel hebben dat het hun
nieuwe operatiecentrum is.
Ons uitgangspunt voor een nieuw operatiecen-
trum is dat we de ingreep centraal stellen. Vanuit
de ingreep vertalen we alle werkprocessen bin-
nen het operatiecentrum welke uiteindelijk
leiden naar de fysieke OK. In een mock up spe-
len we de meest complexe ingrepen na. Voor de
nieuwe OK’s van het UMC Utrecht hebben we
zelfs alle ingrepen nagespeeld. We durfden niet
aan te nemen dat in zo’n complexe academische
omgeving met standaardapparatuur wordt ge-
werkt zoals we in perifere ziekenhuizen veelal
tegenkomen. Dat was een juiste beslissing, want
er bleek nogal wat zeer specifieke apparatuur te
worden ingezet. Met deze live toetsen genereren
we inzicht, kennis en draagvlak bij de gebruikers.
Ze worden enthousiast en ervaren de nieuwe OK
binnen een goed functionerend operatiecentrum
als een project waar ze daadwerkelijk zelf aan
hebben meegewerkt. Het is hun OK(C). Dat
klinkt wellicht vanzelfsprekend, maar dat is het
niet. Ik ben nog altijd verbaasd als ik merk dat
dit niet common sense is. We worden weleens
gevraagd om deel te nemen aan projecten die al
zijn gestart, maar het is niet vanzelfsprekend dat
we daar instappen. In zulke projecten staat vaak
al te veel vast en zijn wij er niet meer van over-
tuigd dat we de kwaliteit kunnen realiseren
waarvoor wij staan. Dat is voor OKCN een be-
langrijk gegeven. Kwaliteit staat voor ons boven
kwantiteit.’
ergonomie‘Een OK kan alleen goed functioneren als hele
operatiecentrum klopt’, vervolgt Janet Vissinga.
‘Je hebt daarbij te maken met een ruimtelijk en
functioneel eisenpakket dat een veilige behan-
“ons uitgangspunt voor een
nieuw operatiecentrum is
dat we de ingreep centraal
stellen”
EEn ok kAn AllEEn goED functionErEn Als HEt HElE opErAtiEcEntruM klopt
janet vissinga.
vaak apparaten op de gang omdat er geen reke-
ning is gehouden met de opslag. Dat is natuur-
lijk niet bevorderlijk voor een goede hygiënische
zonering. Gangen horen leeg, recht en breed te
zijn. Niet alleen in het eerste jaar, maar ook na
19 jaar.’
samen‘Door de VVCN-7 richtlijn focust iedereen zich
tegenwoordig op lucht, waardoor het aspect licht
minder aandacht krijgt. Dat is niet terecht. Licht
is belangrijk voor de kwaliteit van een OK.
Een ander aspect dat te weinig aandacht krijgt
zijn de ergonomische werkomstandigheden.
Omdat het instrumentarium binnen het be-
schermde gebied moet blijven, staat dat vaak
direct achter de rug van een operateur, waardoor
hij een weinig comfortabele werkruimte heeft.
Een OK is de meest ingewikkelde ruimte in een
ziekenhuis waarbij alle primaire processen aan-
dacht behoren te krijgen. Een ergonomische
werkruimte en voorzieningen op de juiste positie
zijn evenwel ook in het belang van de patiëntvei-
ligheid. Specialisten hebben de neiging om zich
vooral op hun werk te richten en in de voorbe-
delomgeving moet waarborgen. Daarvoor is het
noodzakelijk dat er sprake is van een logische
hygiënische zonering, de juiste vierkante meters
bij de processen en dat de logistieke stromen van
patiënten, medewerkers en bezoekers worden
gescheiden. Daarnaast dient er een heldere goe-
derenlogistiek te zijn waarbij uiteraard onder-
scheid wordt gemaakt tussen schone en vuile
processen. Ook moet functioneel en ruimtelijk
rekening houden met de apparaten die nodig
zijn. In het gros van de ziekenhuizen staan er
reiding van een bouwproces een afwachtende
houding aan te nemen. Maar een operatiecen-
trum ontwikkel je samen. Daar moeten alle
medewerkers en specialisten bij worden betrok-
ken om een optimaal resultaat te krijgen.’
miDDen-oostenIn de twaalf jaar van haar bestaan heeft OKCN
zich ontwikkeld tot een voor veel ziekenhuizen
voor de hand liggende keuze als het gaat om een
adviseur voor de ontwikkeling van een nieuwe
hotfloor. En niet alleen in Nederland. Een inves-
teerder die zich in het Midden-Oosten met de
ontwikkeling van hoogkwalitatieve zorg bezig-
houdt, hoorde tijdens zijn werkbezoek enkele
jaren geleden aan Nederlandse ziekenhuizen
telkens de naam van OKCN vallen. Sinds die tijd
is OKCN ook actief in dat deel van de wereld.
‘En ook daar werken we vanuit dezelfde visie.
Een complexe behandelomgeving ontwikkel je
samen met als uitgangspunt de behandelingen
die er plaatsvinden’, besluit Janet Vissinga. <
FMT GEZONDHEIDSZORG34
FMT DOC - Ok/CSA
Het ontwerp en de inrichting van een operatie-
afdeling is een ingewikkelde aangelegenheid.
De eisen vanuit de diverse specialismen, diverse
logistieke processen en snelle technologische
veranderingen vragen om coördinatie door een
ervaren adviseur.
‘PROFESSIONALS FOR PROFESSIONALS’
Postbus 60030 | 9703 BA Groningen
Postbus 2101 | 5202 CC ‘s-Hertogenbosch
+31 (0) 73 62 34 381 | WWW.OKCN.NL | [email protected]
Wij zijn een betrouwbare, resultaatgerichte en professionele partner. Plannen? Neem contact op voor een vrijblijvend oriënterend gesprek.
gangen horen leeg, recht en breed te zijn (foto haga ziekenhuis).
FMT GEZONDHEIDSZORG 35
FMT DOC - Ok/CSA
continuEring pAtiëntEnstrooM tiJDEns rEnoVAtiE
ziekenhuis ook profijt op langere termijn te
bieden, werden de permanente faciliteiten voor-
bereid op de toekomst door ze te ijken op de
hoogste standaards van de moderne gezond-
heidszorg. Een van de drijfveren voor de beslis-
sing van het ziekenhuis was het feit dat zorgaan-
bieders met de inzet van mobiele zorgfaciliteiten
controle houden over hun patiëntenstroom.
“Dankzij dit partnerschap heeft onze kliniek
haar huidige behandelplannen kunnen voortzet-
ten en onnodige vertragingen voor patiënten
tijdens de renovatie van onze faciliteiten kunnen
voorkomen. Met deze geweldige mobiele opera-
tiekamer hebben wij in een periode van slechts
negen weken procedures binnen tal van klinische
disciplines kunnen uitvoeren. Wat ook belang-
rijk is, is dat we in nauwe samenwerking met het
team de tijd die aan het renovatieproject is be-
steed hebben teruggebracht, en dat zorgde zowel
bij onze buren als onze patiënten voor blije
gezichten”, aldus ziekenhuismanager Mirjam
Wennick.
Q-bital is de voornaamste leverancier in Europa
van mobiele, standaard en laminaire flow opera-
tiekamers, dagbehandelingsunits, ziekenzalen,
endoscopie-uitrustingen en poliklinische voor-
zieningen.
Voor meer informatie zie www.vanguardhs.com
of www.q-bital.com <
In Nederland werd de eerste mobiele operatieka-
mer ingezet in Medinova Kliniek Klein Rosen-
dael in de buurt van Arnhem, onderdeel van het
belangrijkste netwerk van onafhankelijke behan-
delcentra van het land, waar specialistische zorg
voor patiënten wordt aangeboden zoals orthope-
dische, plastische en cosmetische chirurgie,
neurochirurgie en algemene chirurgie.
Het hoger management van de instelling zag
zich voor een lastig probleem geplaatst toen een
grote renovatie en modernisering van de opera-
tiekamers voor de deur stond. Het dilemma was
ofwel reduceren van de patiëntenstroom, ofwel
overwegen om voor de duur van het project
bepaalde operaties stop te zetten. Dit negatieve
scenario werd echter voorkomen dankzij een
end-to-end mobiele oplossing, waarmee de
kliniek haar chirurgische programma zonder
onderbrekingen kon voortzetten.
De oplossing, een mobiele operatiekamer, gele-
verd en geplaatst door Europees specialist Q-bi-
tal, droeg ertoe bij dat de duur van de renovatie
van tweeëntwintig weken werd teruggebracht
naar negen, doordat afzonderlijke operatieka-
mers niet meer in een soort cumulatief domino-
effect gesloten hoefden te worden.
Met een patiëntenpopulatie uit Arnhem en
omstreken kon het ziekenhuis garanderen dat de
patiënten comfortabel en bij hen in de buurt
behandeld konden blijven worden. Om het
of het nu lang of kort gaat duren,
wanneer het tijd is voor een renova-
tie, de dienstverlening op de schop
gaat, of de inrichting moet worden
aangepast, is het van vitaal belang
dat zorginstellingen erover
nadenken hoe de hoge standaards
van patiëntenzorg, efficiëntie,
veiligheid en chirurgische
compliance tijdens dit proces,
gehandhaafd kunnen blijven.
Door: Vanguard healthcare
Vroeger moesten organisaties in zo’n
geval gewoon berusten in een sterk
gereduceerde capaciteit voor het be-
handelen van patiënten, of, in het ergste geval,
sluiting van een afdeling en doorverwijzing van
patiënten naar een ander ziekenhuis. Als er nu
renovatiewerkzaamheden op stapel staan, heb-
ben ziekenhuismanagementteams in heel Europa
een alternatief om de patiëntenstroom in stand
te houden en tijdelijke sluiting van operatieka-
mers of afdelingen te vermijden.
Tegenwoordig zorgen nieuwe ontwikkelingen in
design en techniek ervoor dat mobiele gezond-
heidszorgfaciliteiten tijdens renovatieperiodes
een effectieve oplossing kunnen bieden. Be-
trouwbare mobiele units zorgen ervoor dat
ziekenhuizen de controle behouden over de
onderzoeken, procedures en het herstel van hun
patiënten, en dat ze aan het hoogste niveau van
professionele zorg kunnen blijven voldoen.
Ingebouwde systemen voor medische gassen,
elektriciteit, water en ventilatie maken dat mo-
biele faciliteiten onafhankelijk kunnen werken,
of zodanig in de bestaande ziekenhuisstructuur
en -inrichting geïntegreerd kunnen worden dat
zorgstandaards en patiëntenbeleving gewaar-
borgd blijven.
overzicht interieur mobiele ok
FMT GEZONDHEIDSZORG36
FMT DOC - Ok/CSA
toEkoMstVisiE:circulAir DEnkEn is DE niEuwE norM
Van Straten Medical, CoperniCare en Bexter
zetten gezamenlijk in op het duurzaam en slim-
mer maken van medische hulpmiddelen. Van
Straten Medical met een uiterst innovatieve
instrumentmakerij, veelzijdig en een modern
machinepark voor de revisie en onderhoud en
levering van instrumentarium.
integraal platformDoor de samenwerking tussen de Track & Trace
(T&T) softwarespecialisten CoperniCare en
Bexter ontstaat een integraal platform voor het
traceren en beheren van alle kritische items in
het ziekenhuis.
- CoperniCare met specifieke logistieke T&T-
oplossingen (registratie en traceerbaarheid)
voor ziekenhuizen en klinieken.
- Bexter met de applicatie MediTracker die
RFID inzet om o.a. instrumenten te volgen en
beheren, om daarmee grip te realiseren op
kritische productstromen in de zorg.
Toekomstbestendigheid, met nadruk op
geautomatiseerd volgen van instrumen-
tarium,
- instrumentrevisie en
- (preventief) onderhoud in plaats van disposa-
ble en vervanging.
circulariteitGrondstoffen, waaronder zeker ook RVS, zijn
eindig. Circulariteit houdt in dat we kijken of we
de materialen kunnen hergebruiken bijvoor-
beeld door vernieuwing ofwel ‘refurbishen’;
rennovatie van instrumentarium om vervolgens
opnieuw in te zetten in plaats van weg te gooien.
courant makenHet courant maken van incourante voorraad en
het inzetten van voorraad van de ene locatie op
een andere locatie dat wordt aangeduid als ‘Ca-
paciteitsvereffeningsprogramma’. Denk aan het
beheren van alle medische instrumenten in één
pool na bijvoorbeeld een fusie van ziekenhuizen.
in de komende jaren kan
rendement worden gegenereerd
uit de kapitaalgoederen van het
ziekenhuis. Dit biedt grote kansen
voor de voorraad instrumenta-
rium van ziekenhuizen!
Door: Van Straten Medical
revisie, onderhoud van instrumentarium inclusief het ‘slim’ maken van instrumentarium voor de traceability. instrumentmakerij van straten medical, aanbrengen rfiD via laserlastechnologie. fotografie: jeronimusvanpelt.nl
FMT GEZONDHEIDSZORG 37
veau. Dit maakt het instrument een levende
informatiedrager, wat de data levert voor inzicht
in de overcapaciteit en incourante instrumenten.
Om de kosten niet uit de hand te laten lopen en
om beter om te gaan met grondstoffen, is er een
groeiende interesse voor circulariteit en duur-
zaam denken in de zorg. Van Straten Medical zet
zich daarom ook actief in om afgekeurd instru-
mentarium opnieuw te verwerken. In 2050 moet
de Nederlandse economie helemaal draaien op
herbruikbare grondstoffen.
Efficiënte inzet, ICT-technologie en hergebruik
van grondstoffen schept voorwaarden voor een
circulaire economie. Zo heeft de overheid de am-
bitie dat in Nederland in 2050 zo goed als geen
primaire grondstoffen meer worden gebruikt.
Nederland is koploper en vanuit de zorg kunnen
we nu al het goede voorbeeld geven.
Met de mogelijkheid van circulair instrumentbe-
heer gecombineerd met T&T van de voorraad is
de toekomst vandaag begonnen! <
satie van voorraadbeheer en goederenstroom,
besteladviezen en koppelingen met het ERP en
EPD. Met CoperniCare is het ziekenhuis tevens
“LIR-proof”, verhoogt men de patiëntveiligheid
en bespaart men enorm veel kosten.
Het IVS, MediTracker, van Bexter maakt gebruik
van RFID-technologie wat real-time inzicht in
o.a. de locatie van instrument(netten) biedt. Het
verkrijgen van deze waardevolle (proces)infor-
matie wordt hiermee geautomatiseerd en is
mogelijk zonder menselijke handelingen.
In samenwerking met de TU Delft en Reinier de
Graaf ziekenhuis doen Van Straten Medical en
Bexter onderzoek met RFID op instrumentni-
Door de voorraad- en (RFID)-instrumentvolg-
systemen (VVS en IVS) te combineren met
reparatie, onderhoud en levering van instrumen-
tarium, kunnen kosten aanzienlijk worden ver-
laagd en de kwaliteit met verbeterd instrument-
beheer, significant worden verhoogd. Door ook
nog eens te kijken naar overtollig of incourant
instrumentarium teneinde deze in nieuwstaat te
brengen en in te zetten, ontstaat circulariteit.
Bespaar enorme kosten en wees voorbereid op
het LIR – Landelijke Implantatenregister.
Het CoperniCare-VVS levert volledige registratie
en traceerbaarheid van medische hulpmiddelen,
implantaten, disposables en, inclusief optimali-
onderzoek naar geautomatiseerd tellen op de ok.
onderzoek tu Delft, reinier de graaf, van straten medical en bexter in het kader van rfiD-track & trace op bestaand instrumentarium en netten.
fmt doc - oK/cSA
HEEft HEt plEnuM ziJn lAngstE tiJD gEHAD?
primaire proces leiDenDJanet Vissinga van OK Consultancy Nederland
onderschrijft dat wet- en regelgeving noodzake-
lijk is voor een hoog niveau luchtkwaliteit in de
OK, maar pleit ervoor het primaire proces lei-
dend te laten zijn. “We moeten niet doorslaan in
betere en nóg betere luchtkwaliteit in de OK,
maar realistisch kijken hoe je die kunt beheersen
zonder het primaire proces te kort te doen”, zegt
ze. “De richtlijn geeft tevens de afstand aan van
het beschermd gebied tot de OK-wanden. Ingre-
pen waarbij veel instrumentarium gebruikt
wordt, vereisen een fors beschermd gebied en
automatisch ook een grote(re) OK. Als gevolg
daarvan komt de vaste medische inrichting zoals
bruggen, pendels en monitoren en dergelijke
steeds verder weg te hangen van de patiënt. Dat
is niet bevorderlijk voor de veiligheid tijdens een
ingreep.”
Hoe schoner de omgeving, hoe minder kans op
infecties en in dat licht is lucht wel degelijk van
belang. “Dat hangt samen met het streven om
het antibioticagebruik te verkleinen, in andere
Europese landen wordt daar minder op ingezet.
Verder zijn kleding en gedrag eveneens invloed-
rijke factoren. Nadeel is alleen dat die niet zo
objectief te meten zijn als luchtkwaliteit”, aldus
Noor, die in de markt wel een ontwikkeling
signaleert. “Fabrikanten onderzoeken manieren
om de hele OK schoon te maken en zo de beper-
kende factor van het plenum op te heffen. Neem
Opragon van Avidicare en Vita OR van Halton.”
Vissinga is positief over de ontwikkeling van
alternatieve systemen die het OK-team meer
vrijheid geven. “Je hebt ruimte nodig om je werk
goed te kunnen doen. Als je de noodzakelijke
voorzieningen niet goed bij de patiënt kunt
krijgen, verlaagt dat juist de patiëntveiligheid.
Vandaar onze interesse voor alternatieve syste-
men die het OK-team veiliger laten werken.”
gelijkwaarDigheiDToen Ziekenhuis St Jansdal koos voor Opragon,
ontwikkelde Royal HaskoningDHV hiervoor een
meetmethodiek. “Om de gelijkwaardigheid van
het systeem te kunnen aantonen op basis van de
gestelde eisen in de WIP-richtlijn, was het nood-
zakelijk om een afwijking op de VCCN-richtlijn
7 te schrijven”, aldus Noor. “Met die methode
kunnen we ook andere alternatieve systemen
doormeten. Uiteindelijk gaat het om een zo
schoon mogelijke omgeving en een plenum is
dan niet het enig mogelijke systeem.” <
Het uitgangspunt is simpel: ziekenhui-
zen moeten voldoen aan de wet en
daarmee aan de WIP-richtlijn. De IGZ
toetst en handhaaft daarop. “Nu na aanpassing
van richtlijn 7 het daadwerkelijke beschermd
gebied gemeten wordt en dit in sommige zieken-
huizen kleiner blijkt dan vooraf aangenomen,
ontstaat enige nervositeit. Voor bepaalde ingre-
pen is nu eenmaal een bepaald beschermd ge-
bied nodig. De meeste eisen stonden echter ook
al in voorgaande richtlijnen waar ziekenhuizen
destijds aan moesten voldoen”, stelt Remko
Noor, seniorconsultant Healthcare bij Royal
HaskoningDHV. “Daar komt bij dat de WIP-
richtlijn weloverwogen tot stand is gekomen in
overleg met diverse stakeholders waaronder
vak- en beroepsgroepen. Ik begrijp dat zieken-
huizen geen miljoenen op de plank hebben
liggen voor aanpassingen, maar de patiëntveilig-
heid moet gegarandeerd worden.”
De aangepaste meetmethode bin-
nen de Wip-richtlijn ten aanzien
van het beschermd gebied op Ok’s,
doet het nodige stof opwaaien
binnen ziekenhuizen. Stelt de
richtlijn wel de juiste eisen? En
is de grote aandacht voor lucht-
behandelingssystemen terecht?
Twee experts uit het veld delen
hun visie.
Door: Wilma Schreiber
remko noor (royal haskoningDhv).
janet vissinga (okcn).
FMT GEZONDHEIDSZORG38
Clinium is dé specialist in het steriliseren van chirurgisch instrumentarium en beheer en logistiek van
steriele medische hulpmiddelen. Dat leidt tot aantoonbare verhoging van kwaliteit en patiëntveiligheid,
tot verlaging van de kosten én het ontzorgt uw organisatie. Bel
met Servaas Wibaut voor een verhelderend consult: 020 66 56 313.
S L I M M E R O P E R E R E N
Waarom u beter af bentzonder CSA
Sinds de introductie van Athena Medical op de Nederlandse markt, steeg ons marktaandeel in de zorgsector aanzienlijk en zijn we inmiddels ook in eigen land niet meer weg te denken. Veel vooraanstaande ziekenhuizen gebruiken onze Athena Medische PC’s en COW’s als standaard oplossing en weten zich professioneel ondersteund door het Athena team in Terheijden.
Diverse zorginstellingen hebben bewust gekozen voor de Athena Medical IT-oplossingen en zijn zeer enthousiast over het gebruik, de kwaliteit en onze service:
”Athena Medical producten zijn betrouwbaar en bovendien zeer betaalbaar.””Klanten herkennen hun feedback in productverbeteringen.”” Athena Medical heeft een gedegen reputatie als het aankomt op kwaliteit, certifi cering, service, meedenken en innovatie.”
Het Zuyderland Medisch Centrum heeft voor de fusie van Atrium MC en Orbis MC gekozen om volledig op Athena te standaardiseren. Athena heeft reeds meer dan 250 medische PC’s en COW’s mogen leveren • VieCuri Medisch Centrum in Venlo en Venray gebruiken naar volle tevredenheid Athena producten • Ziekenhuizen als het AMC Amsterdam en Erasmus MC gebruiken Athena Medical PC’s onder andere op trauma afdelingen. Wie volgt?
Dutch Design Medical IT of Tomorrow
Athena Medical brengt medische IT van morgen
Athena MedicalBredaseweg 84844 CL TerheijdenThe Netherlands
Telefoon: +31 (0)85 876 92 25eMail: [email protected]: www.athena-medical.com
medica düsseldorf:acropolis bVhall:15 / booth: 15f55
FMT GEZONDHEIDSZORG40
FMT DOC - Ok/CSA
zorgEloos BouwEnzonDEr coMproMissEn
triële productie-omgeving uit te voeren. Hier-
door wordt veel tijd gespaard, kwaliteit
gewaarborgd en risico geminimaliseerd.
alles uit één hanD Planning, engineering en realisatie: bij Cadolto
werken alle disciplines hand in hand.
Architectuur, bouwfysica, statica, elektra en
werktuigbouwkunde; alle facetten plannen en
werken samen binnen de muren van onze eigen
Cadolto productie-omgeving. Hierdoor voor-
kom je conflicten tussen verschillende disciplines
en is er een integrale kwaliteitsborging mogelijk.
Terwijl intern tot 90% van de werkzaamheden
met specialisten wordt uitgevoerd, kan gelijktij-
dig de bouwlocatie worden voorbereid en het
benodigde fundament worden gerealiseerd.
Doordat verschillende processen gelijktijdig
verlopen en nauw op elkaar aansluiten, wordt
veel waardevolle tijd bespaard.
Overeenkomstig conventionele bouw, maar dan
sneller, flexibeler en duurzamer
Omdat ziekenhuizen en klinieken zich steeds
sneller moeten kunnen aanpassen aan nieuwe
zorgtechnologieën en een veranderende zorg-
vraag, is ook ten aanzien van huisvesting de
nodige flexibiliteit gewenst. Onze moderne
industriële bouwwijze komt hieraan tegemoet;
afgezien van de enorme snelheid en de hoogste
kwaliteit waarmee gebouwen worden gereali-
seerd, is dit terug te vinden in zowel de architec-
tonische als functionele vrijheid. Ook de moge-
lijkheid voor latere veranderingen zoals
verbouwen, uitbreiden, inkrimpen of zelfs ver-
Nieuwbouw waarbij operatiekamers en
datacenters op bestelling worden
geleverd; complete zorgafdelingen
volgens de laatste normen en eisen turnkey
binnen enkele weken op locatie. Uw vastgoed
flexibeler kunnen inzetten door gebouwen die
kunnen krimpen, groeien, of zelfs te verplaatsen
zijn. En dit alles in recordtempo met praktisch
geen overlast op locatie.
Kortom zorgeloos bouwen zonder compromis-
sen.
inDustriële aanpak met een breeD proDuctportfolioVan beddenhuis en polikliniek tot intensive care;
van CT en MRI tot Hybride OK; en van dialyse
of CSA tot compleet ziekenhuis: onze onderne-
ming heeft met de realisatie van meer dan 700
succesvolle projecten binnen heel Europa een
schat aan ervaring en expertise opgedaan. En bij
ieder project blijven wij onze beproefde bouw-
wijze door ontwikkelen en verbeteren. Zo zijn
wij in staat om tot 90% van de kritische bouw-
processen binnen onze geconditioneerde indus-
cadolto fertiggebäude is onderdeel
van de cadolto-groep die in 1890 in
cadolzburg, nabij neurenberg is
opgericht. De onderneming is
Europees marktleider binnen de
industriële bouw voor de
gezond heidszorg en laboratorium-
markt.
Door: Peter van Thiel, Cadolto
nieuwbouw hye kirkenes sykehus, noorwegen.
centrum voor leveraandoeningen & isolatie afdeling t.b.v. infectieziektes.universiteitskliniek Düsseldorf, Duitsland.
FMT GEZONDHEIDSZORG 41
benodigde voorzieningen opgenomen om het
meer dan 1.500 kg wegende plafondstatief bin-
nen de geldende toleranties te kunnen monteren.
Door gedurende de korte bouwtijd op locatie de
werkzaamheden via de buitengevel te organise-
ren, kon de Universiteitskliniek tijdens de bouw
met minimale overlast in productie blijven.
Universitairziekenhuis Umeå, Zweden
In Umeå in de Zweedse provincie Västerbotten
heeft Cadolto onlangs de eerste fase van een vier
verdiepingen tellende uitbreiding van het Norr-
lands Universitetssjukhus in opdracht gekregen.
Deze fase bestaat uit 70 geprefabriceerde delen
en heeft een bruto vloeroppervlakte van
3.254 m². Het zal conform het bouwconcept van
Cadolto af fabriek al uitgerust zijn met alle
gebouwgebonden (medische) installaties en
vaste meubilering. Hierdoor moet de ingebruik-
name van fase 1 binnen een half jaar na op-
dracht een feit worden. <
vakkundig en nauwkeurig samengebouwd zodat
er in korte tijd een compleet gebruiksklaar ge-
bouw kan worden opgeleverd aan de klant.
Ziekenhuis in Kirkenes, Noorwegen
Het nieuwe ziekenhuis “Nye Kirkenes Sykehus”
in het uiterste puntje van Noorwegen werd
conventioneel ontworpen. Het vier verdiepingen
tellende gebouw moest daarbij aan de hoge
energieprestatie-eisen van de door de Noren
gehanteerde “Passive house” standaard voldoen.
Aangezien Kirkenes zich ten noorden van de
Poolcirkel bevindt, is de beschikbare tijd waar-
binnen men kan bouwen zeer kort. De referen-
ties en ervaring in combinatie met de enorm
snelle bouwtijd hebben de Noren ervan over-
tuigd met Cadolto in zee te gaan. Het complete
16.300 m2 grote ziekenhuis met alle bijbehoren-
de functieafdelingen als OK-afdeling, radiologie,
kraamafdeling, laboratoria, polikliniek, bedden-
huis en psychiatrie werd in recordtempo door
Cadolto gerealiseerd.
Universiteitskliniek Düsseldorf
Toen het universitaire ziekenhuis in Düsseldorf
haar bestaande operatiekamercomplex wilde
uitbreiden met een nieuwe hybrideoperatieka-
mer en bijbehorende nevenruimte, stond men
voor een grote uitdaging. De nieuwe hybride-OK
moest aan de bestaande OK-afdeling op de 2e
bouwlaag worden gerealiseerd. Bedrijfsvoering
moest ononderbroken kunnen worden voortge-
zet en men stelde gezien de toepassing en inrich-
ting zeer hoge eisen aan het complex. Gebruik-
makend van een stabiele betonnen onderbouw,
die tevens dienstdoet als technische ruimte, reali-
seerde Cadolto deze hybrideoperatiekamer
binnen 5 maanden. We pasten een speciaal in
samenwerking met LEICA en andere toonaange-
vende producenten van medische apparatuur
ontworpen gestabiliseerde vloerconstructie toe
en creëerden zo een uiterst moderne operatieka-
mer van 11 x 8,5 meter. In het dak werden de
plaatsen van uw huisvesting draagt bij aan de
flexibiliteit en duurzaamheid. En als een gebouw
uiteindelijk ontmanteld moet worden, kan het
vrijwel geheel worden gerecycled.
Een ander bijzonder en zeer belangrijk voordeel
ten aanzien van alle andere bouwwijzen is de
minimale verstoring van de ziekenhuisprocessen
op de bouwlocatie. Cadolto is gewend in een
operationele zorgomgeving te werken, voert
slechts een klein deel van de bouwwerkzaamhe-
den op locatie uit en voorkomt daarmee veel
logistieke en bouwkundige overlast tijdens de
zeer korte bouwtijd.
recente turnkey projectenDe geprefabriceerde delen van het gebouw zijn
bij het verlaten van de fabriek al voorzien van de
uiteindelijke vloer- en wandafwerking, alle ge-
bouwgebonden installaties, medische en labora-
toriumvoorzieningen en, indien gewenst, zelfs de
meubels en stoffering. Eenmaal op de bouw-
plaats worden de delen door eigen vakmensen
Eerder gerealiseerdEnkele bekende gebouwen van de
Cadolto-groep zijn:- ‘s Werelds eerste industrieel gebouw-
de ziekenhuis (1986) voor de Hoogge-bergtekliniek in Davos, Zwitserland.
- Het grootste interims beddenhuis (360 bedden) van Europa voor het Charité in Berlijn, tevens Europa’s grootste universitaire ziekenhuis.
- ‘s Werelds eerste industrieel vervaar-digde datacenter in Leverkusen.
- ‘s Werelds bekendste grensovergang: Checkpoint Charlie, Berlijn. In 1985 heeft CADOLTO FLOHR MANUFAC-TORIES de bestaande barakken in de Friedrichstraße vervangen door een moderne wachtpost.
Over CadoltoCadolto is een internationaal opererende organisatie.Bouw en gezondheidszorg hebben in de verschillende landen vaak een eigen karakter maar ook eigen wet- en regel-geving. Tevens is een groot deel van het succes van projecten afhankelijk van een nauwe samenwerking en goede afstem-ming tussen opdrachtgever en bouwer. Om die reden wordt er gewerkt vanuit lokale Cadolto-organisaties die dicht bij de klant staan.
In 1995 realiseerde Cadolto haar eerste project binnen de Benelux en in 2007 is er een eigen vestiging voor de Benelux opgericht. Sinds die tijd heeft Cadolto hier al meer dan 20 projecten mogen reali-seren voor klanten als het VUMC, Shell, MST Enschede en vele andere.
Uw Cadolto-aanspreekpunt voor de Benelux:Cadolto BeneluxDhr. Peter van ThielM. 06 10 6640 [email protected]
hybride operatiekamer universiteitskliniek Düsseldorf, Duitsland.
FMT GEZONDHEIDSZORG42
FMT DOC - Ok/CSA
systEM intEgrAtion zorgt Voor toEkoMstBEstEnDigHEiD ok-coMplEx
ontwerp en de realisatie, maar ook voor de sa-
menwerking en goede afstemming tussen onder
andere leveranciers van medisch apparatuur,
aannemer en maatschappen in het ziekenhuis.
“Bij ons staat de klant centraal. Als er in het
ziekenhuis wordt gewerkt met een bepaalde
leverancier of productgroep dan passen we ons
hierop aan. We werken namelijk grotendeels
merkonafhankelijk en dat maakt ons flexibel”.
continue up to Date Binnen Croonwolter&dros zijn diverse collega’s
gespecialiseerd in de bijzonderheden van de
operatiekamers. Om onze kennis up to date te
houden wordt er intensief contact onderhouden
met alle partners in de keten en deelt
Croonwolter&dros kennis via kennisnetwerken,
masterclasses en klantenseminars.
Eerder zijn door Croonwolter&dros (hybride)
OK’s gerealiseerd voor onder andere Rad-
boudumc, VUmc, Medisch Spectrum Twente,
Zuyderland Medisch Centrum, Catharina Zie-
kenhuis en Isala Zwolle. <
Een system integrator zoals Croonwolter&dros
weet vanuit ervaring standaarden toe te passen
en hiermee maatwerk te leveren.
energie-efficiency Een andere trend in de OK’s is het verbruik van
energie. De overheid heeft afspraken gemaakt
over de CO2-reductie waaraan Nederland moet
voldoen in 2020. Ook ziekenhuizen hebben
hiermee te maken en dat betekent dat er gekeken
wordt naar het verbeteren van energieprestaties.
“Doordat we een totaaloplossing bieden kijken
we automatisch mee naar de energie-efficiency
van de (hybride) OK’s en uiteindelijk zo ook
naar de energieprestatie van het hele ziekenhuis”,
vervolgt Fiala.
projectmanagement Door de toenemende mate van integratie van
apparatuur en systemen zoeken ziekenhuizen
technische partners die net dat stapje extra kun-
nen leveren. Hierbij is projectmanagement net
zo belangrijk al kennis van technische installa-
ties. Als ketenpartner is de aangewezen technisch
dienstverlener (mede)verantwoordelijk voor het
zonder uitzondering zijn operatie-
kamers complexe omgevingen. Het
hygiëneniveau is zeer hoog en er moet
blind kunnen worden vertrouwd op
de beschikbaarheid van apparatuur
en technische installaties.
Door: Croonwolter&dros
hybride ok.
Ontwikkelingen gaan echter snel en het
is een uitdaging om up-to-date te
blijven. Croonwolter&dros ontwerpt,
realiseert en onderhoudt al sinds jaar-en-dag
verschillende type operatiekamers.
“Al jarenlang werken we voor ziekenhuizen door
het hele land en realiseren we OK-complexen
van klein tot groot, van standaard tot hightech,
van traditionele tot hybride”, aldus Marcel Fiala,
accountmanager bij Croonwolter&dros. “We
zien in de ziekenhuizen een verschuiving van
focus van bouw naar techniek. Ziekenhuizen
willen flexibel en toekomstbestendig zijn en
vanwege de snelle technologische ontwikkelin-
gen ligt juist op technisch vlak de uitdaging. Zo
zijn robotisering en Internet of Things (IoT)
onderwerpen die steeds meer van toepassing zijn
op de OK’s van nu en de nabije toekomst.”
Naast die nieuwe technologieën is er natuurlijk
altijd nog de ‘standaarduitrusting’ zoals de medi-
sche gasinstallatie voor onder andere zuurstof en
CO2, moet de drukhiërarchie goed zijn ingere-
geld, is redundancy van belang aangezien de
elektriciteitsvoorziening nooit mag wegvallen en
speelt de integratie van verschillende systemen
een rol in het ontwerpen van een operatiekamer.
OK-complex met toekomst-perspectiefVan één operatiekamer tot een compleet nieuw hybride OK-complex, Jan Snel realiseert het. Recent bouwden wijeen nieuwe vleugel bij het ADRZ te Goes bestaande uit 6 operatiekamers, turnkey binnen zes maanden tijd.
Deze nieuwbouw is toekomstbestendig want ons bouwsysteem is flexibel uitbreidbaar of in te krimpen bij nieuwe inzichten van het ziekenhuis. Het OK-complex is hypermodern en voldoet aan de laatste specifcaties. Momenteel bouwen we de uitbreiding van de OK’s van het WKZ in opdracht van het UMCU.
Mocht u het wensen dan verzorgen wij voor u het gehele bouwtraject, van eerste ontwerp tot complete operationele oplevering. Ook financieel zijn wij flexibel, u kunt kiezen of u koopt, huurt of least. Interesse? Bel onze specialist Jorrit Janmaat op telefoonnummer (0348) 47 90 90. Volg ons ook op LinkedIn via Jan Snel - Medical Buildings.
www.jansnel.com
19452 Adv. FMT-Jan Snel- OK-225x285mm.indd 1 26-10-17 16:18
FMT GEZONDHEIDSZORG44
FMT DOC - Ok/CSA
Door: Dietske van der Brugge
kEnnis DElEn Door DE HElE kEtEn
op 4 oktober is tijdens het wfHss-congres in Bonn be-
kendgemaakt dat de sterilisatie Vereniging nederland
(sVn) samen met de Vereniging van Deskundigen steriele
Medische Hulpmiddelen (VDsMH) het wereldcongres
“steriliseren van medische hulpmiddelen” in 2019 zullen
organiseren.
Een mooi moment om SVN-voorzitter
Tom Pereboom te laten vertellen over de
stand van zaken rond SVN en de ontwik-
kelingen rond CSA’s in Nederland.
internationale positieOm het WFHSS-congres naar Nederland te
halen, is een serieuze lobby met een bidbook in
stelling gebracht. Er was concurrentie van Sevilla
en Athene. Nederland heeft echt moeten laten
zien dat er heel goede redenen zijn om SVN
samen met de VDSMH de eer van de hosting te
gunnen. Pereboom, nog voordat de aanwijzing
bekend is gemaakt: “Nederland is een voorloper
in de professionele ontwikkeling van CSA’s, dus
we hebben niet lang naar goede argumenten
hoeven zoeken. Hoe we in Nederland de kennis-
ontwikkeling aanpakken rond belangrijke the-
ma’s in dit werkveld en hoe we de beroepsgroep
van CSA-medewerkers een goed professioneel
profiel geven, dat is een best practice waar ons
land echt mee voor de dag kan komen.”
professioneel profiel van msmh’sNederland heeft in het afgelopen decennium
ingezet op verbetering van het professionele
profiel van CSA-medewerkers. Pereboom: “In
vergelijking met de rest van de zorg gaat het om
een groep medewerkers met een beperkt scho-
lingsniveau. Dat heeft de reputatie van de CSA’s
lang belemmerd. Er zijn in het verleden te vaak
mensen naar de CSA doorgeschoven die daar
niet uit vrije wil naartoe gingen. Ook voor ma-
nagers was het leiden van een CSA vaak een
doorgroeipositie. Tegelijkertijd waren CSA’s wel
afdelingen waar complexe processen plaatsvin-
den, waar hoge productie gedraaid wordt en
waar de ziekenhuizen van afhankelijk zijn. Dat
spoorde niet goed met elkaar; OK’s en CSA’s
moeten gewoon serieuze gesprekspartners voor
elkaar zijn om een goed product te kunnen
leveren.”
Er is op twee niveaus geïnvesteerd in kennis en
deskundigheid. In de eerste plaats is de oude
LOI-cursus vervangen door een MBO-opleiding
op BBL3-niveau. Een medewerker steriele medi-
sche hulpmiddelen (MSMH) volgt nu een oplei-
ding van twee jaar, waarin hij een dag per week
naar school gaat en de rest van de week een
opleidingstraject in de praktijk volgt. Er is tevens
een MSMH-accreditatiesysteem ingevoerd. SVN
heeft in die ontwikkeling een voortrekkersrol
vervuld; de ziekenhuiskoepels NVZ en NFU
hebben de vereniging daarin gesteund. Pere-
boom: “De nieuwe scholingsopzet is de kennis
en vaardigheden van de MSMH ten goede geko-
men. Internationaal zijn we hiermee ook afwij-
kend, in de goede zin van het woord. Daarnaast
doen we aan deskundigheidsbevordering door
onze thematische medewerkersdagen – binnen-
kort over kleding – en ons magazine.”
kennisontwikkeling: zaak van De hele ketenEen ander domein waarin Nederland zich goed
ontwikkelt, is de manier waarop kennis dooront-
wikkeld wordt. Tom Pereboom: “Wij zijn geen
“de nieuwe scholingsopzet is de
kennis en vaardigheden van de msmh
ten goede gekomen”
tom pereboom.
De kracht van Sterilisatie Vereniging Nederland
WWW.WAARDENBURGMEDICAL.COM
Focus op inrichting
FMT GEZONDHEIDSZORG46
FMT DOC - Ok/CSA
beroepsvereniging, maar een plaats waar de hele
keten samenkomt om kennis samen te brengen
en door te ontwikkelen. Kennis delen is absoluut
ons sterke punt. De VDSMH, deskundigen infec-
tiepreventie, afdelingshoofden, kwaliteitsmede-
werkers, technici, producenten van sterilisatoren
en wasmachines; iedereen doet mee in onze
werkgroepen en klankbordgroepen. Als SVN
staan we open voor iedereen die in dit vakgebied
actief is. Bedrijven als Johnson & Johnson, Miele
en Van Straten Medical zijn als bedrijfsleden bin-
nen SVN actief.
Doordat alle perspectieven bij ons samenkomen,
kunnen we de implementatie van WIP-richtlij-
nen ondersteunen, zodanig dat het ook werkbaar
is in de praktijk. Het is jammer dat de werk-
zaamheden van de WIP op een laag pitje zijn
gezet. Daardoor verlopen richtlijnen, hoewel het
niet zo is dat alles nu gestopt is. Een deel van de
normering wordt gewoon in de praktijk gedaan,
door beroepsorganisaties, door mensen die het
deels in hun eigen tijd en deels in werktijd doen
(zodat de ziekenhuizen indirect een deel van de
kosten dragen).
Omdat het niveau van infectiepreventie in Ne-
derland hoog is, is elke procent winst die er nog
te behalen valt duur. Het is dus begrijpelijk dat
dat een onderwerp van beleidsmatige afweging
wordt. Maar er moet wel duidelijkheid komen
over hoe we verder gaan, en daarbij zou SVN
best een rol kunnen spelen en een stukje van de
richtlijnontwikkeling kunnen overnemen. Met
de V&VN-MDL, de VDMSH en de Hygiëne en
Infectiepreventie in de Gezondheidszorg
(VHIG) vormen we de Stuurgroep Flexibele
Endoscopen Reiniging en Desinfectie (SFERD).
Met de totstandkoming van het SFERD “Kwali-
teitshandboek Reiniging en Desinfectie Flexibele
Endoscopen” hebben de partners laten zien dat
borging van kwaliteit bij hen in vertrouwde
handen is. ”
efficiency en kwaliteit samenbrengenEfficiency en kwaliteit zijn geen zaken die elkaar
bijten of uitsluiten, zo betoogt Tom Pereboom.
Het is de kunst om het een in dienst te stellen
van het ander. Als je je procesanalyse kunt verbe-
teren, kun je foutkansen elimineren en mogelijk
meer standaardiseren, waarmee je je efficiency
vergroot.
Ook het benutten van schaalvoordelen is een
ontwikkeling die in Nederland nog niet is uitge-
kristalliseerd. Pereboom: “Je schaalgrootte is
alleen veranderbaar door CSA’s fysiek uit elke
afzonderlijke instelling te halen en samen te
voegen. Dan kun je met dedicated teams werken,
die hun vaardigheden kunnen verfijnen en be-
houden. Dat heeft vanzelfsprekend consequen-
ties voor de flexibiliteit waarmee OK’s middelen
kunnen bijhalen; je kunt dan niet meer buiten je
orderstroom om werken. Het vraagt een goede
zakelijke samenwerking met de OK’s die je be-
dient.”
Pereboom voorziet een afname van het gevraag-
de volume aan steriel instrumentarium. “De
snelle groei van minimaal invasieve chirurgische
technieken speelt daar een rol in. Daarmee wordt
het aantal instrumenten per net een stuk kleiner.
Bovendien worden bijvoorbeeld implantaten
steeds vaker steriel aangeleverd.
Ook die beperking van het volume kan een
reden zijn om CSA’s samen te voegen. Leveran-
ciers als Stryker of Smith & Nephew hebben hun
eigen sterilisatieafdelingen; allang niet meer
alleen voor hun disposables. Daarmee zijn we
ook interessante partners in kennisontwikkeling
voor elkaar.”
Het zijn ontwikkelingen die Pereboom met
vertrouwen tegemoetziet. “Het leidt allemaal
naar een goede zakelijke verhouding tussen OK’s
en CSA’s, en dat is ook waar we naartoe moeten.
Gewoon service level agreements overeenkomen;
dat geeft ook richting aan hoe je met klachten
met omgaan. Elk incident is erg, maar het is wel
van belang om het te zien tegen de achtergrond
van wat er geproduceerd wordt. Als je 1,5 mil-
joen instrumenten per jaar schoonmaakt, bete-
kent ook een ‘acceptabel’ foutpercentage dat er af
en toe een probleem is. Doordat we een stevige
beroepsgroep en samenwerkingspartner zijn, is
er een basis om problemen zakelijk te analyseren
en te benutten als opstap naar kwaliteitsverbete-
ring.” <
steriel opdekken.
controleren van instrumenten.
“Elk incident is erg, maar het is
wel van belang om het te zien
tegen de achtergrond van wat
er geproduceerd wordt”
TripleAir EXCELLENCE AS STANDARD
Air Filtration TechnologyTripleAir Technology is an experienced manufacturer and supplier of Hepa (High Effi ciency Particulate Air) and Ulpa (Ultra Low Penetration Air) fi lters. Triple Air’s mission is to develop, design and deliver fi rst class quality air fi ltration systems utilising the latest technology and state of the art manufacturing equipment, in our product range, high quality and competitive pricing are paramount.
TripleAir Technology BVT +31 (0)591 630607E [email protected]
tripleair-technology.com
TripleAir Technology LtdT +44 (0)1670 739394E [email protected] technology.co.uk
ISO 9001
Intermicon B.V. - Roer 24 - 3068 LE Rotterdam - Tel.: +31 (010) 458 28 33 - [email protected]
Intermicon B.V. is een onafhankelijk bedrijf dat al meer dan 30 jaar gespecialiseerd is in het uitvoeren van metingen en validaties in o.a. de farmaceutische industrie, medische centra
en laboratoria. Het valideren van cleanrooms en klasse II veiligheidswerkbanken is hierbij een kerntaak. Intermicon B.V. voert een veelheid aan metingen uit en geeft hierbij
meerwaarde door met de klant mee te denken en zonodig advies te geven.
Al onze metingen worden, afhankelijk van de keuze, uitgevoerd cconform ISO normen, VCCN-RL7/WIP of volgens klantprotocol.
Om de kwaliteit te waarborgen is Intermicon B.V. gecertiiceerd volgens de ISO 9001:2008 norm.
LUCHTBEHANDELING IN OPERATIEKAMERS
Kwaliicatie & Validatie
Cleanroom- Luchthoeveelheden- Drukverschillen- Integriteit HEPA-ilters- Luchtsnelheden / uniformiteit- - Deeltjesclassiicatie- Luchtstromingspatronen, visualisatie en registratie- Hersteltijd- Temperatuur- Relatieve vochtigheid- Licht- - Geluid
Sterilisatietunnel- Integriteit HEPA-ilters- Luchtsnelheden- Deeltjesclassiicatie
Gassen - Deeltjesclassiicatie- Dauwpu- Dauwpunt- Oliegehalte GC/MS - Micro-organismen
FMT GEZONDHEIDSZORG 49
FMT DOC - Ok/CSA
Door: EGM architecten
Momenteel bereidt 30% van de Nederlandse ziekenhuizen plannen voor tot transitie van hun OK-complex, mede gedwongen door verscherpt IGZ-toezicht en aangescherpte WIP-richtlijnen. Met de juiste ambitie biedt dit uitgelezen kansen om het Nederlandse ziekenhuis gereed te maken voor de toekomst.
transitie van ok-complexennAAr CEnTrAlE Spil
Het OK-complex van het ziekenhuis
voor de toekomst is het centrum van
de zorg, waaromheen de functionele
afdelingen in optima forma zijn gegroepeerd. Zo
wordt de afdeling dagbehandeling bijvoorbeeld
steeds meer bij het OK-complex gesitueerd zodat
een optimaal proces kan worden ingericht voor
zowel de patiënt (acuut en electief) als het perso-
neel.
efficiënte ok-complexenConform de noodzaak tot compactheid, efficiën-
tie en doelmatigheid van de zorgprocessen trans-
formeert het OK-complex van zo groot mogelijk
naar zo efficiënt mogelijk. Lean werkprocessen,
just-in-time voorraadbeheer en flexibiliteit voor
mens en technologie zijn de paradigma’s.
Ook groeit de aandacht voor de beleving van de
ruimtelijke kwaliteit van het OK-complex. Van
egm architecten - mitec radboudumc
In essentie draait het om het ontwerpen met
flexibiliteit waardoor de – mogelijk disruptieve
– technologische ontwikkelingen en innovaties
tijdens en na het ontwerpproces goed in het
gebouw kunnen worden geïntegreerd. Een mooi
voorbeeld is het Erasmus MC, het grootste
bouwproject in de zorg in Europa van dit mo-
ment. Al sinds 1999 werkt EGM architecten in
de volledige breedte aan deze nieuwbouw en
transformatie op een ‘postzegel’ in Rotterdam.
Een periode waarin ook veel technologische
ontwikkelingen het licht hebben gezien. Zowel
het ontwerp als de ontwerpwijze van dit immen-
se project zijn zo flexibel dat de nieuwste techno-
logische ontwikkelingen moeiteloos worden
ingepast.
Evidence-based Design vormt de basis voor
succesvolle ontwerpen in de zorg. De kennis en
kunde, zoals verzameld in het OK-boek, is inte-
ressante en noodzakelijke ‘food for thought’ voor
het ontwikkelen van het OK-complex als centra-
le spil in het ziekenhuis voor de toekomst.
Meer weten? Neem dan contact op met Arnold
Sikkel, partner en architect bij EGM,
[email protected] of 078 6330 660. <
den opgemerkt en opgelost. Door updates van
het model en eventuele logboeken zijn door de
opdrachtgever op eenvoudige en eenduidige
manier wijzigingen te monitoren die van invloed
kunnen zijn op de te managen GOTIK-aspecten:
Geld, Organisatie, Tijd, Informatie en Kwaliteit.
toekomstscenario’sVanuit de focus op EBD en het delen van kennis
heeft EGM haar recent opgeleverde OK-com-
plexen gedocumenteerd in het ‘OK-boek’. Het
boek biedt een overzicht van ontwerpoplossin-
gen voor ruimtelijke structuren van het OK-
complex, ondersteund door beeld. Met een
checklist voor de programmering van het Pro-
gramma van Eisen wordt de lezer op een natuur-
lijke manier door deze interessante ontwerp-
opgave geleid.
Daarnaast bevat het boek een historische analyse
en interpretatie van de evolutie van de operatie-
kamer. Daarmee zijn dominante ontwikkelings-
lijnen uit deze ontstaansgeschiedenis vertaald
naar de huidige situatie. Dit brengt voor de
opdrachtgever en ontwerper interessante toe-
komstscenario’s in beeld en helpt bij het beant-
woorden van vragen. Wat betekent dit bijvoor-
beeld voor de ruimtelijke organisatie in Hybride
OK’s of de ideale werkprocessen in een MITeC?
donkere, inpandige afdelingen veranderen de
OK-complexen naar Healing Environments:
lichte, open en transparante verblijfs- en werk-
ruimten waar patiënten zich op hun gemak
voelen en professionals prettig kunnen werken.
De aandachtsvelden voor licht, geluid, privacy en
veiligheid worden integraal in het ontwerppro-
ces meegenomen om een goed ruimtelijk con-
cept te creëren, dat bijdraagt aan het welzijn van
patiënt en zorgprofessional.
innovatie in ontwerpenDeze veranderende ontwerpopgave vraagt om
een nieuwe manier van samenwerken in een
bredere scope. Een multidisciplinair, Evidence-
based perspectief (EBD, de laatste wetenschap-
pelijke inzichten) en het gebruik van een Buil-
ding Information Model (BIM) zijn hierin
onontbeerlijk. Virtual Reality & Augmented
Reality ondersteunen daarbij. Zij maken het
mogelijk om in de ontwerpfase de opdrachtgever
en professionals een beeld te geven van het mo-
gelijke eindresultaat en het ontwerp gaandeweg
te optimaliseren. Deze methodieken zijn bij
EGM architecten, EGM interieur, EGM r&d
EGM adviseurs en Powered by EGM al sinds
lang integraal onderdeel van de ontwerpfilosofie.
De eindgebruikers van het OK-complex staan in
deze aanpak centraal.
Dankzij het ontwerpen in BIM ontstaat snel en
helder inzicht in zowel de complete gebouw-
structuur, de hoeveelheden als de functionele en
ruimtelijke aspecten van het OK-complex. EGM
heeft regelmatig de rol van centrale BIM-coördi-
nator in projecten. Betrokken partijen werken
samen in het BIM-model en wisselen op deze
wijze uniform gegevens uit, waarbij eventuele
functionele of ruimtelijke knelpunten snel wor-
tijdlijn ok-boek.
FMT GEZONDHEIDSZORG50
FMT DOC - Ok/CSA
egm architecten – ok maxima medisch centrum
Modderkolk Industry & Healthcare Solutions
Oscar Arenz, 06-51611779
Nieuweweg 1436603 BL Wijchen
www.modderkolk.nl
Op uw OK complex alles onder controle met erkende partner Modderkolk• Dagelijksbeheerenonderhouddoorgekwalificeerdespecialisten• Prestatieverbeteringenbijtegenvallendformaatbeschermdgebied
Classificatie en Keuringen• OKcomplexValidatieenOKPrestatieclassificatievolgensdeactueleWIP
richtlijn2014/’16endeVCCN-RL07• CertificeringElektrischeinstallatievoormedischeruimtenvolgensNEN• Directeaanpakenher-metingbijafwijkingen
Operatiekamers en medische ruimten• Ontwerp,Realisatie,KwalificatievanMedische-ruimteneninstallaties
Uw
gek
wal
ifice
erde
par
tner
met
rugg
engr
aat!
FMT GEZONDHEIDSZORG52
FMT DOC - Ok/CSA
csA ViEcuri MEDiscH cEntruM
Enkele kenmerken van de nieuwe CSA/CSR
vermelden we graag in het bijzonder:
• Er is één centrale ruimte voor de ontvangst en
voorreiniging van vuil instrumentarium én
scopen. Dit is eenduidig en overzichtelijk voor
de organisatie en efficiënt voor de inzet van
gekwalificeerde medewerkers.
• De afdeling voldoet aan de laatste inzichten en
richtlijnen op het gebied van sterilisatie en
scopenreiniging en is voorbereid op een door-
ontwikkeling van deze richtlijnen in de toe-
komst.
Zo is de scopenreiniging opgezet volgens het
‘doorgeefprincipe’ en is er reservecapaciteit in
de installaties opgenomen.
• Alle primaire productieruimtes liggen aan de
gevel en hebben dus daglicht en uitzicht. Dit is
een uitdaging voor het beheersbaar houden
van het binnenklimaat en de luchtstroming/
drukhiërarchie, maar een absolute winst voor
het welzijn van de medewerkers!
• De CSA en CSR zijn niet groter dan nodig,
maar beschikken wel over voldoende reserve-
capaciteit doordat wasmachines en sterilisato-
ren eenvoudig kunnen worden bijgeplaatst.
Het resultaat is een state-of-the-art, toekomstbe-
stendige CSA/CSR waarmee VieCuri Medisch
Centrum verzekerd is van een essentiële voor-
waarde voor het bieden van veilige en verant-
woorde zorg. Wij zijn er trots op dat we hieraan
een belangrijke bijdrage mochten leveren. <
optimaal: een groot, vrij-indeelbaar bouwdeel,
situering van de (luchtbehandelings)installaties
in een nieuwe techniekruimte direct boven de
CSA en ‘last but not least’ een dedicated verbin-
dingsgang tussen de steriele kant van de CSA en
de schone gang van het OK-complex. In de vlek
van de oude CSA is de nieuwe scopieafdeling
ontwikkeld, waarmee ook de relatie tussen deze
afdeling en de CSR optimaal is.
Met onze integrale, kritische blik op het toe-
komstperspectief en de huisvestingsbehoefte van
VieCuri Medisch Centrum creëerden we de
mogelijkheid om tot een uitgekiende CSA/CSR
te komen die een directe verbinding heeft met
haar grootste afnemers, de operatie- en scopieaf-
delingen.
planontwikkeling toekomstbesten-Dige csa/csrNa de herijking van het LTHP en de keuze voor
een alternatieve oplossing voor de CSA/CSR
heeft ptg advies de planontwikkeling begeleid.
Hierbij hebben we onze uitgebreide kennis en
ervaring met CSA/CSR-afdelingen ingezet. Wij
hebben het ruimtelijk/functioneel programma
van eisen geschreven en de functionele lay-out
ontwikkeld, dit in nauwe samenwerking met de
gebruikers, de deskundige steriele medische
hulpmiddelen, de interne bouworganisatie en de
ontwerpers.
vieCuri Medisch Centrum heeft kort-
geleden haar nieuwe centrale steri-
lisatieafdeling en centrale scopen-
reiniging (CSA/CSr) op locatie venlo in
gebruik genomen. ptg advies heeft een
belangrijke bijdrage geleverd aan de
planontwikkeling van de CSA/CSr. De
oorspronkelijke CSA was functioneel en
technisch verouderd.
Door: ptg advies
Initieel was het plan ontwikkeld om een CSA
in nieuwbouw te realiseren aan het bestaan-
de gebouw. Bij de herijking van het toenma-
lige langetermijnhuisvestingsplan (LTHP) door
ptg advies is deze oplossingsrichting om meer-
dere redenen verlaten. De nieuwbouw was een
kostbare ingreep, de lay-out van de CSA was
voor verbetering vatbaar en door de herijking
van het LTHP ontstond binnen het bestaande
gebouw voldoende ruimte voor een nieuwe CSA.
DoorDachte functionaliteit en logistiek De ligging van de nieuwe CSA was daarmee
plattegrond csa.
overzicht csa; a/d amstel architecten, remco van blokland.
TEKEN VOOR SCHOON
Professionals willen prettig, veilig en efficiënt werken. Dat geldt voor zakelijke professionals én voor
schoonmaakprofessionals. Die verdienen dan ook de slimste methode en het beste materiaal. Kortom:
het schoonmaakconcept Triple-T. Daarmee tekent u voor de overtreffende trap van schoon. Dan wordt
schoonmaken prettiger, veiliger en efficiënter.
Wilt u weten hoe het prettiger, veiliger en efficiënter kan?
Dat leest u op www.alpheios.nl/triple-t
PR
ET
TIG
ER
E
FF
ICIË
NTE
RVE
ILIG
ER
FMT GEZONDHEIDSZORG54
FMT DOC - Ok/CSA
ok-coMplEx MáxiMA MEDiscH cEntruM
het nieuwe complexDe nieuwbouw biedt kansen die in het renova-
tieplan niet of nauwelijks inpasbaar waren. Het
totaal levert een huisvestingsoplossing die toe-
komstbestendig, ruim en overzichtelijk is en
logisch van opzet. Het nieuwe operatiekamer-
complex telt in totaal acht operatiekamers waar-
van één hybride operatiekamer en één ingericht
voor robotchirurgie. Kenmerkend voor het
gebouw van totaal circa 8.000 m2 bvo is de grote
centrale patio die daglicht tot midden in het
gebouw brengt. In alle operatiekamers komt
daglicht binnen en heeft het personeel zicht naar
buiten.
Op de begane grond van het complex komt de
dagbehandeling die is ingericht naar doelgroe-
pen. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen
volwassenen en kinderen. Speciaal voor kinderen
is in een deel van de afdeling extra aandacht
gegeven aan spel en afleiding.
We zien uit naar het najaar van 2018, wanneer
de oplevering van de nieuwbouw wordt ver-
wacht. <
ling van operatiekamers en opdekruimten aan-
gescherpt, met extra financiële consequenties als
gevolg. Om die reden is besloten alternatieven
voor de renovatie te onderzoeken.
van renovatie naar een nieuw masterplanAls gevolg van het onderzoek naar alternatieven
voor de renovatie is een nieuwe visie op de rol en
positionering van het operatiekamercomplex
ontstaan. De flexibiliteit die ontstaat door het
realiseren van nieuwbouw biedt kansen, vooral
als het gaat om het oplossen van beperkingen
van de huidige locatie van het operatiekamer-
complex ten opzichte van andere afdelingen.
Zo is de dagbehandeling ondergebracht in het
nieuwe bouwvolume van het operatiekamer-
complex. Daarmee ontstaat een hoog turnover
circuit tussen dagbehandeling en operatiekamer-
complex.
Om tijdverlies te beperken en de transitie van
renovatieplan naar nieuwbouwplan zo efficiënt
mogelijk te laten verlopen, zijn verbeteringen en
kansen die het nieuwbouwplan kunnen bieden
geformuleerd en geprioriteerd. Separate opdek-
ruimten per operatiekamer zijn opgenomen, de
omvang van de operatiekamers is vergroot,
family centered care heeft meer nadruk gekregen
in het ontwerp. Ook is er een separate recovery
voor kinderen opgenomen en is er meer aan-
dacht voor de privacy van patiënten.
wat eerst nog een terrein met perso-
neelsparkeerplaatsen was, is in een
half jaar tijd veranderd tot een bouw-
plaats waar inmiddels het hoogste punt
van de nieuwbouw is bereikt.
Door: ptg advies
Aan de achterzijde van het Máxima Me-
disch Centrum in Veldhoven vindt een
ware transformatie plaats: hier wordt in
hoog tempo een nieuw operatiekamer- en dag-
behandelingscomplex gerealiseerd door Bouw-
combinatie Carebuilders/Strukton.
Door de snelheid waarin de nieuwbouw gereali-
seerd wordt, zou je haast vergeten dat er een
langdurig proces aan vooraf is gegaan. Eind 2012
is een start gemaakt met het huisvestingsplan
voor het operatiekamercomplex. Daarbij werd
het project oorspronkelijk ingestoken als
midlife-renovatie van de bestaande huisvesting.
ptg advies is als huisvestingsadviseur vanaf de
initiatieffase van de renovatie tot en met de
prijs- en contractvorming van de uiteindelijke
nieuwbouw, nauw betrokken geweest bij dit
boeiende proces.
breeD onDerzoek en nauwkeurige afwegingenRenovatie in een continubedrijf als het operatie-
kamercomplex is geen sinecure. Om die reden is
uitvoerig onderzoek gedaan naar de impact van
de renovatie. Op basis van een risicoafweging
met het oog op logistieke stromen en patiëntvei-
ligheid is geadviseerd de verbouwing van het
OK-complex alleen uit te voeren als gedurende
de verbouwingsperiode uitgeweken kon worden
naar een tijdelijk operatiekamercomplex. De
inzet van een tijdelijk operatiekamercomplex
heeft echter een forse impact op de benodigde
investeringskosten. Eind 2014 zijn vervolgens
ook de richtlijnen aangaande de luchtbehande-
artist impression ok-gang; afb. egm architecten.
Oog voor detailop de hotfl oorDe kwaliteit van de hotfl oor wordt mede bepaald door de afwerking van de ruimtes. In ziekenhuizen realiseert Cleanroom Combination Group operatiekamers, productie-apotheken, CSA’s, weefselbanken, BSL3 en nucleaire labs. Rekening houdend met de werkzaamheden die in de faciliteit uitgevoerd worden, wordt in overleg met de klant de afwerking en detaillering bepaald.
Het bedrijf is onderdeel van CCG Holding: een groep solide bedrijven, gespecialiseerd in de inrichting en realisatie van hoogwaardige interieurs, geclassifi ceerde ruimtes, innovatieve oplossingen en algemene bouw. De markten beslaan de zorg, farma, biotech, utiliteit en luxe villabouw. Alle bedrijven binnen de holding werken geheel autonoom, maar maken ook actief gebruik van elkaars expertise en vaardigheden.
www.cleanroomcg.com
Cleanroom Combination Group heeft de CSA’sgerealiseerd in de volgende ziekenhuizen:
■ Isala Zwolle■ Beatrix Gorinchem■ Rijnstate Arnhem■ Maastricht UMC+
05_adv_CCG_mag_FMT_225x285_FC.indd 1 19-10-17 10:50
FMT GEZONDHEIDSZORG56
FMT DOC - Ok/CSA
gEoliEDE niEuwBouw Door kortE liJnEn
basis van kwaliteit/prijsverhouding werd de
aanbesteding gegund aan Miele Professional.
“Op de oude CSA gebruikten we de thermodes-
infectoren van Miele en deze voldeden aan de
gestelde eisen. Voor ons is de service die de leve-
rancier levert van groot belang. Bij een probleem
wil je dat dat adequaat wordt opgelost. Bij Miele
hadden we daar goede ervaringen mee”, zegt
Pelzer. “We wilden bij de bouw van de nieuwe
CSA niet opnieuw het wiel uitvinden, maar op
iedere CSA heb je weer te maken met unieke
omstandigheden.
We hadden in de voorbereiding een heel duide-
lijk PvE. Door aan het begin van de nieuwbouw
alle vragen uit dit document grondig door te
nemen konden diverse zaken perfect op elkaar
worden afgestemd en werd het risico op proble-
men voor een later stadium geminimaliseerd.
Miele speelde daarbij een belangrijke rol. We
hebben gekeken naar een zo efficiënt mogelijk
ontwerp. Vandaar dat er bijvoorbeeld is gekozen
huisvestingsplanOp de nieuwe CSA werken 32 medewerkers. De
totale oppervlakte bedraagt 1.080 vierkante
meter. De CSA is gesitueerd op de derde verdie-
ping van het ziekenhuis en sluit aan op de be-
staande twintig OK’s, die zich op dezelfde ver-
dieping bevinden. Projectleider Meertens: “De
oude CSA op de begane grond van het zieken-
huis was om meerdere redenen aan vervanging
toe. Allereerst was er behoefte aan meer ruimte,
maar belangrijker nog was de situering ten op-
zichte van de OK’s. Het hele proces past in het
langetermijnhuisvestingsplan (LTHP) van het
ziekenhuis waar ook twaalf nieuwe OK’s, de
renovatie van acht OK’s, recovery, holding en
interne distributiecentrum deel van uitmaken.
programma van eisenMiddels een Programma van Eisen (PvE) wer-
den in totaal drie Europese aanbestedingen
uitgeschreven op gebied van thermodesinfecto-
ren, sterilisatoren en karrenwasinstallaties. Op
Door: Gerrit Tenkink; foto’s: Gerrit Tenkink
De bouw van een Centrale
Sterilisatie Afdeling (CSA) in een
ziekenhuis is een complex proces.
uiteraard voor wat betreft
apparatuur, maar wellicht nog
meer qua planning, logistiek en
het afstemmen van onderlinge
afspraken.
Op de bouw van de nieuwe CSA in het
Maastricht UMC+ kijken de betrok-
ken partijen tevreden terug. Met dank
aan korte lijnen, heldere afspraken en open
communicatie. Door relatief veel tijd in de voor-
bereiding te investeren kon, na een initiële vali-
datie, de vooraf afgesproken opleverdatum
worden gehaald.
De bouw van de nieuwe CSA in het Maastricht
UMC+ startte in november 2016. Ruim zes
maanden later, op 22 mei 2017 rondde Bureau
Veritas de validatie af. Een opvallend korte tijd
gezien de complexiteit van de bouw.
Nu, in september 2017 kijken we met Sander
Cranshof (regievoerder CSA, MUMC+), Gert
Jan Stolk (projectleider Miele Professional),
Peter Meertens (projectleider/ groepsleider
Account MUMC+), Roy Pelzer (afdelingshoofd
CSA MUMC+) en Gabriël Valks (verkoopadvi-
seur Medische Techniek Miele Professional)
terug op het gehele proces.
gesteriliseerde lading op een automatische ontlaadband.
Nieuwe CSA Maastricht UMC+
FMT GEZONDHEIDSZORG 57
de ontlaadkarren en controleapparatuur, zoals
kabeltesters en doorspoelmeubilair.”
onvoorziene omstanDigheDenVanaf de aanvang van het project was Miele als
directieleverancier (en dus niet als onderaanne-
mer) bij het proces betrokken. Valks hecht veel
waarde aan deze positionering, die zich gaande-
weg het project ook bewees: “Zo stonden wij in
direct contact met de opdrachtgever. Wat ons
betreft een bewuste en verstandige keuze, omdat
de apparatuur op een CSA en heel belangrijke
plek in het geheel inneemt. Op die manier kon-
den wij als spin in het web functioneren.” Meer-
tens: “De betrokkenheid van Miele was goed.
Tekeningen en dergelijke waren altijd up-to-date
en pasten altijd in het projectplan. Stolk: “Alle
bouwkundige elementen, maar ook de inpassing
van apparatuur, is met elkaar verbonden. Aspec-
ten zoals bijvoorbeeld de capaciteit van de wa-
terinstallatie, het inrichten van de luchtbehande-
ling, de procesregistratie, en de validatie kun je
niet los van elkaar bespreken. Als bouwende
partij, maar ook als opdrachtgever moet je je
hiervan bewust zijn. Door duidelijke afspraken
voorkom je irritaties en extra kosten en, wat mis-
schien nog wel erger is, vertraging.”
vertrouwenNamens het ziekenhuis waren Sander Cranshof
en Jos Piëtte tijdens de bouw met regelmaat te
voor een automatische ontlading van de sterili-
satoren. De ruimte met de schone en gedesinfec-
teerde instrumenten sluit nu direct aan op het
interne distributiecentrum. Verder hebben we
veel aandacht besteed aan de looplijnen.” ”En”,
zo vult Meertens aan, “de hele CSA is nu inge-
deeld in twee zones. De zone waar gewerkt wordt
en de zone met looppaden. Met behulp van kleu-
ren zijn de twee zones heel duidelijk van elkaar
gescheiden. Dat was een belangrijk punt van
aandacht dat we van onze medewerkers meekre-
gen.” Een ander belangrijk onderdeel waar per-
soneel zeggenschap heeft gehad bij de inrichting
van de ruimte, is de inleg- en verpaktafel. Pelzer:
“Daar zat op de oude CSA veel waste. Om aan de
nieuwe inleg- en inpaktafels te wennen hebben
we deze een half jaar, gedurende de tijd van de
nieuwbouw, op de oude CSA gebruikt en van
hieruit een definitief model samengesteld. Daar-
naast heeft het personeel ook meegedacht over
vinden op de bouwplaats voor de technische
inhoud. Cranshof: “De afstemming met de bou-
wende partijen liep gesmeerd. Door veelvuldig
op de bouw aanwezig te zijn en goed contact te
onderhouden kun je veel kleine ‘problemen’
samen doorspreken en oplossen. Die afstemming
werd ook vereenvoudigd, omdat we het project
zijn ingestoken met behulp van het Bouw Infor-
matie Model (BIM). Dat was ook voorwaarde
van het ziekenhuis: alle partijen moesten kunnen
werken met BIM.” Stolk: “En ook voor ons was
hun aanwezigheid prettig. Vragen die er waren,
konden we daar neerleggen. Zij kwamen vaak
direct met een antwoord of zochten het hogerop
in de organisatie.” ”En daarnaast was er altijd
ruimte voor discussie. Wij leren van de klant en
de klant leert van ons”, vult Valks aan. “Het
scheelt natuurlijk wel dat je elkaar al wat langer
kent. Dat wederzijds vertrouwen is van belang.”
“We hebben dit project samen gedragen”, vult
Pelzer aan. “We hebben nooit gezegd: ‘Miele,
lossen jullie het maar op.’ Tijdens de validatie
met de kunststof containerdeksels bleek dat de
Wat leverde Miele?Voor de bouw van de nieuwe CSA van het Maastricht UMC+ leverde Miele:- Vier sterilisatoren, type PS 5662v, elk
voorzien van een automatische ont-laadband;
- Twee karrenwasmachines, type PG 8930 XXL gelijkvloers;
- Eén thermodesinfector, type PG 8528 (18 DIN) voorzien van een ontlaad-band;
- Zes ontlaadbanden voor de bestaande thermodesinfectoren;
- Eén instrumentensluis;- Eén parkeermeubel voor vier rekken;- Een procesregistratie voor alle Miele-
apparatuur op de CSA met de moge-lijkheid om op een centrale server te registreren;
- Laadkarren en rekken
Onderstaande apparatuur werd verhuisd van de oude naar de nieuwe CSA:- Drie spoelunits, elk voorzien van
spoelbak, spatkap, en geïntegreerde ultrasoon;
- Zes thermodesinfectoren, type PG 8528 (18 DIN);
- Eén parkeermeubel voor vier rekken.
vlnr: sander cranshof (regievoerder csa, mumc+), gert jan stolk (projectleider miele professional), peter meertens (projectleider/ groepsleider account mumc+), roy pelzer (afdelingshoofd csa mumc+) en gabriël valks (verkoopadviseur medische techniek miele professional). niet op de foto, maar wel intensief bij de bouw betrokken: jos piëtte (regievoerder csa, mumc+).
sterilisator met automatische ontlaadband.
fmt doc - oK/cSA
De validatie is uitgevoerd volgens het validatie-
proces”, zegt Valks, die ook bij de training van
het personeel betrokken was. Pelzer: “Wij hech-
ten veel waarde aan de training van onze mede-
werkers. Valks koos ervoor om onze mensen on
the job te instrueren. Daar zijn wij achteraf erg
tevreden over. Je merkt dat personeel in eerste
instantie onzeker is in het gebruik van de nieuwe
apparatuur. Die onzekerheid werd door Valks
weggehaald.”
Om de continuïteit van de bedrijfsvoering van
de CSA-afdeling te kunnen garanderen, is bij
ingebruikname van de nieuwe CSA ook de oude
droogtijd verlengd moest worden. Door de korte
communicatielijnen is er tijdens de validatie
besloten om nieuwe aluminium containerdeksels
aan te schaffen, waardoor verlenging niet nodig
bleek.”
valiDatie en training De validatieperiode was voor Miele en het zie-
kenhuis een spannende tijd. Al met al nam deze
periode vijf weken in beslag. Miele, in de per-
soon van Valks speelde hierbij een belangrijke
rol. “Ondanks alle testen en controles blijft het
spannend als de onafhankelijk valideur aan het
werk gaat. Het voelt een beetje als een examen.
CSA nog een viertal weken stand-by gehouden.
Dit was mogelijk, omdat Miele voor aanvang van
de werkzaamheden op de oude CSA leenappara-
tuur beschikbaar heeft gesteld, waardoor we op
twee plekken onafhankelijk van elkaar konden
werken. Pelzer: “We hebben daar vier weken
voor uitgetrokken, maar na een week werd de
oude CSA gesloten. Toen was duidelijk dat de
apparatuur voldeed aan de verwachtingen en
richtlijnen en dat de bedrijfsvoering gecontinu-
eerd kon worden.”
Op de vraag of het MUMC+ terugkijkend nog
verbeterpunten ziet, is het even stil. “Cranshof:
“Nee, dat zou ik zo niet kunnen bedenken. We
zijn heel tevreden over de korte lijnen en de
positieve opstelling van de betrokkenen. Meer-
tens beaamt dat: “Ja, het hele proces is voorspoe-
dig en soepel verlopen en ook binnen het tijds-
pad dat ervoor was uitgetrokken. Just in Time.
Als alle projecten zo zouden verlopen, dan zou ik
daar direct voor tekenen.” <
FMT GEZONDHEIDSZORG58
Eén systeem. Eén partner. Totaal leverancier voor de CSA.
Efficiënt.
Systeemoplossingen voor de onreine
en reine zijde
Minder kosten.
Lage total cost of ownership
Innovatief.
Gepatenteerd reinigingsproces voor
complexe en kritisch instrumentarium
Meer service.
Uitgebreide dienstverlening van de
hoogste Miele kwaliteit
Voor meer informatie: www.miele-professional.nlTelefoon: (0347) 37 88 84
Reinigen/DesinfecterenSteriliserenDocumenterenGaranderen
Bij de bouw waren de volgende partijen betrokken:Aannemer: BAM Utiliteitsbouw;Werktuigbouwkundig Installateur: Engie Services zuid bv;Architect: Architecten aan de Maas;Elektrotechnisch installateur: CroonWolter&Dros;Werktuigbouwkundig adviseur: Huygen Installatie Adviseurs bv;Bouwmanagement (procesbewaking): RO-Groep bv;Leverancier Apparatuur: Miele Nederland bv.
Maak kennis met de nieuwe GE Healthcare B105 en B125 Patiënt Monitoren
Eenvoudig. Flexibel. Betrouwbaar.Parameter technologie die u kunt vertrouwen.
Voor meer informatie:033 25 41 222 | [email protected]
Eenvoudig en Intuïtief
Flexibel
Betrouwbaar en robuust
voor al uw Care gebieden
voor uw gebruikers
technologie voor een uitdagende werkomgeving
© 2017 General Electric Company. GE en het GE Monogram zijn handelsmerken van General Electric Company.
B1x5 patient monitor FMT.indd 1 9/19/2017 11:32:08 AM
Q-bital werkt wereldwijd samen met zorgaanbieders om
te zorgen voor veilige, flexibele klinische omgevingen
en ondersteuning van het personeel bij kerntaken zoals
capaciteitsmanagement, renovatiemanagement en het
inspelen op noodsituaties. Samen met onze partners verleggen
we de grenzen van de gezondheidszorgverlening door
betrouwbare, tijdelijke operatie- en afdelingsfaciliteiten aan te
bieden die een efficiëntere patiëntenstroom mogelijk maken.
Ga voor meer informatie naar www.q-bital.com
Operatiekamers Endoscopie-units Afdelingen Klinieken Poliklinieken IC-units
FMT GEZONDHEIDSZORG60
FMT DOC - Ok/CSA
DrägEr En itAnnEx koppElEn BiM En VirtuAl rEAlity AAn ok-ontwErp
BIM, oftewel het Bouw Informatie Model,
bevat alle geometrie en informatie over
het definitief ontwerp van een (zorg)
gebouw. Oorspronkelijk was BIM bedoeld om
faalkosten te reduceren en doorlooptijden te
verkorten. Nu ook ziekenhuizen steeds vaker en
steeds gedetailleerder in 3D ontworpen worden,
komen de werelden van de bouw en medische
technologie bij elkaar. “Wij zien bij klanten een
groeiende behoefte aan 3D-weergaven van onze
producten. Daarom leveren we tegenwoordig
onder andere onze gassendistributiesystemen,
componenten, compressoren, omschakelkasten
en, indien gewenst, de medische apparatuur
(configuratieafhankelijk) in BIM aan”, verklaart
Theo Ypma, manager Business Unit Workplace
Infrastructure bij Dräger Nederland.
iDeale omgevingHet Duitse moederbedrijf in Lübeck onderkende
het strategische belang van deze Nederlandse
trend en startte een pilotfase. Hiervoor ging
Dräger een samenwerking aan met Itannex, een
adviesbureau in de bouw, installatie en infra op
het gebied van oplossingen voor ontwerpen,
beheren en delen van informatie. “Zij zijn
marktleider op dit gebied en de meest geschikte
partij om ons te faciliteren en onze klanten de
beste oplossing te bieden”, aldus Ypma. Momen-
teel leidt Itannex medewerkers in Duitsland op
in het werken met 3D en wordt een bibliotheek
aangelegd met Dräger-producten in 3D.
“Ziekenhuizen zijn vele malen complexer dan 25
jaar geleden”, beaamt Frans Nieman, Business
Unit Manager BIM for Manufacturing bij Itan-
nex. “Om ze goed te kunnen ontwerpen, bouwen
en installeren, zijn adequate gereedschappen
nodig. En 3D in combinatie met BIM is daar de
ideale omgeving voor.” Itannex ondersteunt de
Bouwen met behulp van BiM is
ook bij zorggebouwen de
toekomst. Daarbij vragen archi-
tecten en aannemers (bouwfase)
en in toenemende mate ook de
ziekenhuizen (beheer en onder-
houd) om 3D-weergaven van
medische technologie. Dräger
nederland startte daarom
onlangs een samenwerking met
itannex, adviesbureau in BiM en
3D-oplossingen.
Door: Wilma Schreiber
FMT GEZONDHEIDSZORG 61
maximale gebruikservaringGebruikers zien direct het effect van hun aan-
passing, bevestigt Nieman. “Met één klik pas je
bijvoorbeeld de kleur van een wand of vloer aan,
het is meteen duidelijk hoe je dat ervaart en wat
de effecten zijn. Hetzelfde geldt voor aanpassin-
gen in apparatuur, licht, noem maar op. Dat
betekent nogal wat als je het vergelijkt met bij-
voorbeeld fysieke mock-ups. Die kosten veel tijd
en geld, terwijl je in VR alles met een paar klik-
ken aanpast. Voor fabrikanten kan VR een mid-
del zijn om een maximale gebruikservaring te
creëren en toepassing van hun product te opti-
maliseren.”
Bij de virtuele OK werkt Dräger samen met
andere producenten, zoals Schmitz (OK-tafels)
en HT Technology (OK-wanden). Daarnaast zijn
uiteraard de eigen producten te zien. “Het stre-
ven is te komen tot een turnkey OK-oplossing
voor onze klanten. Verder willen we onze dienst-
verlening naar een hoger plan tillen door al in de
ontwerpfase onze kennis over de optimale inde-
ling van OK’s te delen met klanten en gebruikers
en zo in goede samenwerking tot het beste eind-
product te komen”, besluit Ypma.
Geïnteresseerd in een demonstratie van de
virtuele OK? Neem dan contact op met
Dräger via [email protected]. <
plafond, kan de beheerder in BIM er naartoe en
zien dat er een luchtkanaal zit en dat het wellicht
de regelklep is. Vooral voor zaken die verborgen
zijn gemonteerd, denk ook aan leidingen, is dit
een uitkomst. Verder verrijken producenten BIM
vaak met informatie over garantietermijnen en
onderhoudsschema’s.”
Intussen zijn Dräger en Itannex bezig met een
volgende stap: het verrijken van BIM met virtual
reality (VR). “Het gaat om een 3D-model van de
inrichting van een OK, want doorgaans is het
voor leken toch lastig een bouwkundige tekening
te interpreteren. Natuurlijk kan een chirurg in
BIM ook tekeningen bekijken en dingen ver-
plaatsen of er plattegrondjes van maken. Maar
dankzij de interactiviteit van onze VR-oplossing
en de koppeling met BIM staat hij nu “live” in de
OK”, aldus Nieman. Doel van de virtuele OK is
dan ook om de werkomgeving en alle producten
daarbinnen te visualiseren. Een volgende stap
kan zijn om in de virtuele omgeving de huidige/
toekomstige werkprocessen te verbeteren. ”
Onlangs demonstreerde Itannex de eerste demo-
omgeving van de virtuele OK bij Dräger op
kantoor. “Je krijgt een VR-bril op en kunt de OK
bekijken en erin rondlopen. Het ziet er bijzonder
realistisch uit”, vertelt Ypma. “Als een anesthesie-
apparaat bijvoorbeeld het zicht op een monitor
ontneemt, kun je dit verplaatsen. Die interactivi-
teit maakt de beleving compleet. Niet alleen
kijken, maar ook doen. Het is echt de laatste stap
voor de werkelijkheid. ”
Nederlandse bouwkolom al twintig jaar met
2D- en 3D-oplossingen om ontwerp en realisatie
van bouwprojecten efficiënter te doen verlopen.
Indirect was het bedrijf zo al via architecten en
aannemers, adviseurs en installateurs bij de zorg
betrokken. “En we raken er steeds meer bij be-
trokken omdat ons werkterrein verschuift van
het leveren en implementeren van software en
het geven van trainingen naar consultancy op de
toepassing ervan”, vertelt Nieman. “Ziekenhuizen
zijn hoogwaardige technologische omgevingen
geworden. Waren vroeger alleen OK’s en IC’s
voorzien van geavanceerde technologie, nu geldt
dat voor het hele ziekenhuis, van luchtbehande-
ling tot behandel- en patiëntenkamers.”
realistische belevingEerder deed Dräger Nederland al ervaring op
met BIM in projecten, zoals de nieuwbouw van
het UMCM+ in Maastricht en het Ommelander
Ziekenhuis in Scheemda. Ypma: “Ziekenhuizen
willen meer en meer weten wat er in gebouwen
zit en die kennis gebruiken voor beheer en on-
derhoud. Want als je bij een incident in IC’s,
OK’s of patiëntenkamers het gassensysteem wilt
afsluiten, dan moet je wel weten waar het zit. En
dezelfde kennis is ook van belang voor een effici-
ente uitvoering van het onderhoud.” Zo kan BIM
ook in de exploitatiefase van nut zijn. “Idealiter
is in het definitief ontwerp in BIM alle geometrie
en informatie aanwezig. Elk product is zo te
identificeren en te traceren”, verklaart Nieman.
“Als zich een rammeltje voordoet boven het
DrägEr En itAnnEx koppElEn BiM En VirtuAl rEAlity AAn ok-ontwErp
verzonden worden. Met de gebruiksvriendelijke
interface maakt u binnen een paar klikken uw
eigen rapport, grafiek of dashboard.
De meetwaarden worden overzichtelijk en gra-
Het monitoringsysteem van SAUTER is
een betrouwbaar meetsysteem voor
o.a. OK’s, apotheken, ziekenhuizen,
cleanrooms en laboratoria. Het beschikt over een
gebruiksvriendelijke, grafische interface. Het
multi-user systeem is modulair uit te breiden.
Door de rechtenstructuur kan scheiding aange-
bracht worden tussen afdelingen en gebruikers,
waarbij voor iedere gebruiker een eigen dash-
board gemaakt kan worden.
Monitoring in OK’s gebeurt conform het
OK- beheerplan en bewaakt alle relevante waar-
den. Bij (dreigende) afwijkingen vindt alarme-
ring plaats via lokale signalering, e-mail en sms.
Rapportages en protocollen kunnen periodiek
en geautomatiseerd gegenereerd, opgeslagen en
fisch gepresenteerd. Aanvullende rapporten,
grafieken en dashboards kunnen zelfstandig
gerealiseerd worden. Het monitoringsysteem is
voorzien van audit-trail. Het systeem voldoet
aan de FDA21 CFR 11 en is ontwikkeld en wordt
onderhouden conform GAMP5. Documenten
kunnen elektronisch ondertekend worden.
Het SAUTER monitoringsysteem is te koppelen
met elk gebouwbeheersysteem. Via een gevali-
deerde API kan informatie aan patiëntendossiers
worden toegevoegd. <
FMT GEZONDHEIDSZORG62
FMT DOC - Ok/CSA
ModulairHet systeem wordt voor verschillende gebruikers ingericht en is uit te breiden met functies voor meerdere toepassingen
Functioneel Conform FDA21 ch. 11 en voorzien van audit trail.Te onderhouden conform GAMP5 en te koppelen met elk GBS
Monitoringsysteem voor Controlled Environments
BetrouwbaarHet systeem registreert feilloos de omstandigheden in OK’s, apotheken, clean rooms en laboratoria
GebruiksvriendelijkDe grafische multi-user interface geeft heldere informatie met duidelijke beelden en symbolen
Voor meer informatie bezoek onze website: www.sauter.nl
SAUTERClean Room Monitoring Solutions
SAUTER Clean Room Monitoring Solution;
HEt uniEkE MonitoringsystEEM Voor ‘controllED EnVironMEnts’
FMT GEZONDHEIDSZORG 63
“De ketting is zo sterk als de zwakste schakel”
Uiteindelijk is de luchttechniek binnen een
geclassificeerde afdeling slechts één van de zaken
die een belangrijke rol spelen als het gaat om
beheersing van het proces en daarmee de bor-
ging van de patiëntveiligheid.
Kalibra is van mening dat alle zaken die van
invloed zijn op patiëntveiligheid inzichtelijk
gemaakt zullen moeten worden middels een
risico-analyse, waarna het benodigde onder-
houd, validatie en kalibratie plaats zal moeten
vinden. Als je enkele aspecten niet doet, heeft de
rest eigenlijk geen zin.
Het afdelingshoofd is eindverantwoordelijke,
maar maakt gebruik van interne en externe
toeleveranciers. Door de vele betrokken partijen,
De laatste jaren is er zeer veel aandacht
geweest voor de operatieafdelingen
binnen de Nederlandse ziekenhuizen,
niet in de laatste plaats vanwege nieuwe richtlij-
nen die in 2014 zijn uitgegeven door de WIP. Op
luchttechnisch vlak zijn er de afgelopen tijd veel
classificatiemetingen uitgevoerd conform richt-
lijn 7 van de VCCN. De vele metingen die zijn
uitgevoerd, hebben geleidt tot nieuwe inzichten
waardoor het ontwerpen en realiseren van OK’s
met voldoende vierkante meters beschermd
gebied meer binnen handbereik ligt. Ook voor
de CSA komt er steeds meer aandacht en worden
er momenteel stappen gemaakt in de realisatie
van nieuwe richtlijnen voor de luchtbeheersing
op de CSA.
blijkt het lastig al deze resultaten bij elkaar te
krijgen en geclusterd te beoordelen, om zo te
komen tot een betrouwbare overall eindconclu-
sie. Deze toetsing kan worden vergemakkelijkt
door de verschillende deelaspecten van het eind-
oordeel weg te leggen bij één partij, die de op-
dracht krijgt om ieder onderdeel aantoonbaar
binnen specificaties op te leveren, inclusief posi-
tief eindoordeel voor de gehele proces. Kalibra is
zo’n partij. <
FMT DOC - Ok/CSA
cmcmcmcm2222
78.42478.42478.42478.424
de nieuwe eenheid in
Kalibratie
Validatie
Inspectie
Kalibra International B.V. | Delftechpark 19 | 2628 XJ DELFT | [email protected] | www.kalibra.nl
totAAlBEHEEr VAn tEcHniEk Voor optiMAlE pAtiëntVEiligHEiD
CSA OKé
installatietechniek
FMT GEZONDHEIDSZORG64
Door: Cor van Litsenburg
HArwig: instAllAtEur MEt MEErwAArDE
technisch installatiebedrijf Harwig is een familiebedrijf
met een lange historie. De onderneming viert dit jaar dat
ze 110 jaar geleden werd opgericht. De zorgsector is
belangrijk voor de orderportefeuille van dit Drentse
familiebedrijf.
De hoofdvestiging van Harwig bevindt
zich in Emmen. Een mooi, markant
gebouw op een verzorgd bedrijven-
park; een uitstraling die, zo blijkt in de loop van
het gesprek, prima past bij de onderneming.
Harwig beschikt verder over vestigingen in Al-
mere, Apeldoorn en Groningen. De specialismes
van het bedrijf zijn elektrotechniek, installatie-
techniek, beveiligingstechniek, klimaattechniek,
service en onderhoud, keuring en inspectie, BIM
en datanetwerken.
kwaliteit Door scholingHarwig hecht veel waarde aan scholing en (in-
terne) opleidingen. Zo heeft het bedrijf een eigen
opleidingsinstituut opgericht en werkt de onder-
neming nauw samen met het Drenthe College.
Het bedrijf streeft ernaar om jongeren te interes-
seren voor techniek. Veel medewerkers van Har-
wig hebben als stagiaire kennis gemaakt met het
bedrijf. Dat geldt ook voor Alfred Veldsink,
Wouter Nijenstein en Bart Bolks, met wie FMT
Gezondheidszorg dit interview doet.
Alfred Veldsink, manager beveiligingstechniek:
‘Kennis is een belangrijk aspect van je kwaliteit
als technisch installatiebedrijf. Dat geldt zeker als
je in de zorgsector actief bent; voor de zorg dien
je vaak over heel specifieke kennis te beschikken.
Wij investeren veel in scholing en het volgen van
vakgerichte cursussen. We bezoeken ook regel-
matig beurzen om ervoor te zorgen dat we op de
hoogte zijn van de nieuwste trends en ontwikke-
lingen. Daarnaast hechten we veel waarde aan
kennis bij onze relaties. We willen een installa-
teur met meerwaarde zijn. Zo hebben we bij-
voorbeeld In 2015 een aantal seminars georgani-
seerd voor onze opdrachtgevers in de zorgsector.
De seminars gingen over het nieuwe Bouwbe-
sluit 2012 dat vanaf januari 2015 verplicht was
om toe te passen. We hebben tijdens die bijeen-
komsten toegelicht wat de consequenties van dat
nieuwe besluit waren. De opkomst was groot,
wat ons de bevestiging geeft dat we hiermee
inspelen op vraagstukken die bij onze opdracht-
gevers leven.’
bijzonDere sectorHarwig werkt van oudsher veel voor de over-
heid, het onderwijs en de gezondheidszorg. De
zorg, zo benadrukt manager beveiligingstechniek
Alfred Veldsink, is een bijzondere sector. ‘Je
werkt meestal in situaties waarin de organisatie
gewoon door functioneert. Dat betekent dat je
niet alleen flexibel moet zijn omdat er soms wat
tussendoor komt waardoor een geplande activi-
teit niet kan doorgaan, maar dat je ook altijd
heel zorgvuldig moet zijn. Neem bijvoorbeeld
werken op patiëntenkamers. Als een patiënt net
slecht nieuws heeft gehad zit hij of zij niet te
wachten op een monteur van ons die werkzaam-
heden gaat verrichten. De installatie moet aan
het eind van de dag wel veilig zijn en functione-
ren. In de zorg heb je te maken met mensenle-
vens. Daar mag niets fout gaan, want een fout
kan daar onherstelbaar zijn.’
speerpuntenNet als veel bedrijven in de installatiebranche
waren de voorbije jaren voor Harwig niet altijd
even gemakkelijk. Het bedrijf koos ervoor om
het onderwijs en de zorgsector tot speerpunten
te maken. Een prima strategische keuze, hetgeen
blijkt uit de interessante projecten die Harwig de
laatste jaren realiseerde in onder andere het
UMC Groningen (brandmeld- en ontruimings-
installaties) en de volledige installatietechniek in
de ziekenhuizen van de Treant Zorggroep en de
nieuwbouw van Ommelander Ziekenhuis Gro-
ningen in Scheemda. Bart Bolks, projectleider
beveiligingstechniek voor het UMC Groningen
vertelt dat in 2010 is begonnen met het vervan-
bart bolks.
‘De wijze waarop de mensen van Harwig over kwaliteit
denken en praten geeft een grote mate van
betrokkenheid weer’
FMT GEZONDHEIDSZORG 65
gen van de gehele brandmeldinstallatie in dit
ziekenhuis. ‘Het ging om het grootste brand-
meldinstallatienetwerk van Europa met 38
brandmeldcentrales en 17 bedienpanelen. Op
het moment dat je zo’n megaproject uitvoert
moet uiteraard de veiligheid voortdurend hon-
derd procent gewaarborgd blijven. Elke avond
als de monteurs naar huis gaan moet het systeem
functioneel achter gelaten worden. Dat is ons
gelukt. We hebben geen enkele keer gebruik
hoeven maken van brandwachten of andere
noodoplossingen. We hebben geen enkele klacht
ontvangen vanuit het verzorgend en sturend
personeel op de afdelingen waar wij hebben
gewerkt. De bedrijfsvoering van het UMCG
heeft geen hinder ondervonden. Daar zijn we
enorm trots op.’
betrokkenheiDKwaliteit leveren is een veelgebruikte gemeen-
plaats. Zo niet bij Harwig. De wijze waarop de
mensen van Harwig over kwaliteit denken en
praten geeft een grote mate van betrokkenheid
weer. Zo benadrukt Wouter Nijenstein, project-
leider elektrotechniek voor Treant, dat de mede-
werkers vanzelfsprekend over een grote mate
van, vaak specifieke, installatietechnische des-
kundigheid moeten beschikken om in de zorg-
sector te kunnen werken, maar dat ze ook sociaal
vaardig moeten zijn en respect dienen te hebben
voor de omgeving waarin zijn werken. ‘Onze
mensen hebben kennis van de medische proces-
sen en protocollen en weten dat ze flexibel moe-
ten zijn.
In de zorgsector moet je nog meer dan in elke
andere sector belang hechten aan een goede,
intensieve communicatie over wat je gaat doen,
zodat men daar vanuit de organisatie adequaat
op in kan spelen. Natuurlijk komt het weleens
voor dat je inplant om ’s nachts in een OK te
werken en dat dit niet kan doorgaan vanwege
een spoedoperatie. Medewerkers weten dat dit
kan gebeuren en houden er ook rekening mee.
In de zorg weet je dat je ook op onregelmatige
tijden inzetbaar moet zijn en dat op het allerlaat-
ste moment een activiteit kan worden verzet.
Maar je hebt ook rekening te houden met het
feit dat veel patiënten in het ziekenhuis een naar
bericht hebben gekregen, daar moet je respect
voor hebben. Dat is net zo goed een deel van de
kwaliteit waarvoor je staat.’
Alfred Velsink vult aan: ‘Als ISO-gecertificeerd
bedrijf zijn we voortdurend alert om onszelf te
verbeteren. Onze processen worden nauw ge-
volgd en we zijn continu op zoek naar verbete-
ringen. Begin oktober hebben een audit gehad
van de Kiwa voor CCV (brandmeld) en borg
(inbraak). We zijn zonder één enkel verbeter-
punt uit de audit gekomen. Hier ben ik heel erg
trots op en geeft ons de bevestiging dat we de
zaken prima op orde hebben.’
langDurige ervaring‘Onze langdurige ervaring in de zorg maakt dat
we van gebaande paden durven af te wijken. Als
in een bestek een installatie op een manier is
beschreven waarvan wij weten dat we het elders
anders hebben opgelost omdat dat tot een beter
resultaat leidde, dan zullen we zeker adviseren
om voor de in onze visie beste oplossing te kie-
zen. Een bestek kun je feitelijk uitvoeren, maar je
kunt het ook interpreteren. Dat geldt ook voor
het installeren conform de norm. Een norm is
geen wet. Als je maar kunt aantonen dat een
oplossing gelijkwaardig is aan de norm. Afwijken
van een norm om tot een nog beter resultaat te
komen en de klant nog meer te ontzorgen, is
voor ons regelmatig een uitdaging die we graag
aangaan. We hebben met onze relaties daadwer-
kelijk partnerships, wat in de praktijk betekent
dat we kritisch en creatief met hen meedenken.
En als we eens een keer wat extra’s doen, dan is
er echt geen sprake van uurtje factuurtje.’ <
Harwig en duurzaamheidHarwig hecht grote waarde aan duur-zaamheid binnen en buiten de eigen bedrijfsvoering. Het bedrijf voldoet aan het milieucertificaat NEN-EN-ISO 14001.Dat Harwig veel aandacht besteedt aan duurzaamheid uit zich op diverse manieren. Bijvoorbeeld door de ruime kennis van duurzame installaties en de visie op maatschappelijk verantwoord ondernemen, maar ook door bij ieder project te kijken hoe de CO2-uitstoot in de keten kan worden gereduceerd. Om de kennis up-to-date te houden en de uitdaging met duurzaamheid aan te gaan, is Harwig aangesloten bij www.duurzameleverancier.nl. In de bijbeho-rende database wordt de CO2-footprint van projecten vastgelegd. Bij deze foot-print wordt onder andere gekeken naar elementen als elektriciteit, gas, afval, transport, water en papierverbruik.
wouter nijenstein.
ondersteunende technologie: sluitstuk of prioriteit?
Ondersteunende technologie biedt ongekende mogelijkheden. Snelle technologische ontwikkelingen zorgen dat ouderen en mensen met een beperking zelfredzaam blijven en volwaardig in de samenleving
kunnen participeren. De inzet van technologie kan de kosten van de zorg besparen. Ondanks de voordelen blijft het gebruik van technologie thuis nog achter bij de mogelijkheden (Nivel, 2017). Een van de barrières is de wijze waarop toekenning van technologische voorzieningen in de WMO geregeld is. Een individuele voorziening (zoals een technologisch hulpmiddel) kan slechts verstrekt worden als onderzocht en aangetoond is dat:• de cliënt de activiteit niet op een andere wijze kan uitvoeren;• de mantelzorg geen hulp kan bieden;• een gemeenschappelijke voorziening geen oplossing is;• individuele zorg geen soelaas biedt.
Met andere woorden: ondersteunende technologie is het sluitstuk in de WMO. Alleen als het niet anders kan heeft de persoon met een beperking recht op vergoeding van een hulpmiddel. Doet deze werkwijze recht aan wensen van cliënten en aan besparing van kosten? Laten we eens twee ca-sussen onder de loep nemen.
Jenny B.Jenny B. woont bij haar moeder, die 20 uur in de week werkt. Jenny is ver-standelijk beperkt en heeft verminderde kracht en coördinatie. Ze kan lopen, zichzelf wassen en aankleden. Ze kan zelfstandig naar het toilet, maar kan zich niet zelfstandig afvegen. Daarom maakt ze gebruik van incontinentiema-teriaal en wordt ze in de ochtend verzorgd door de thuiszorg. ’s Avonds doet haar moeder dit. Op een dag maakt Jenny op de dagopvang gebruik van een toilet met spoel-föhn installatie. Zij was erg enthousiast en haar moeder ook; een dergelijke installatie in de thuissituatie zou Jenny’s zelfstandigheid en welbevinden vergroten. Het incontinentiemateriaal kan achterwege blijven en de thuiszorg zou minder vaak nodig zijn. Zij dient een aanvraag in bij de WMO maar deze wordt afgewezen. Jenny krijgt immers zorg.
Mevrouw PietersMevrouw Pieters heeft een beginnende dementie en woont alleen. Ze is lichamelijk nog heel actief en wandelt graag. Haar zoon komt elk weekend om met haar te wandelen, maar kan dit door de week niet doen. Dan gaat ze alleen. Het is nu al een aantal malen voorgekomen dat mevrouw Pieters verdwaalt tijdens haar wandeling. Tot nu toe is het steeds goed afgelopen omdat mevrouw hulp kon en durfde te vragen aan voorbijgangers en haar woonadres wist. Er is gps-lokalisatie apparatuur op de markt, waarmee me-vrouw de weg kan vinden. Tevens kan ze bij problemen op een knopje druk-ken om haar zoon te waarschuwen en kan mevrouw door anderen gevonden worden met de gps-lokalisatie. Deze technologie zou zowel mevrouw als haar zoon een veilig gevoel geven. Het wordt echter niet vergoed door de WMO of de zorgverzekering. Van haar AOW kan ze het niet betalen. Nog even en dan kan mevrouw niet meer op stap en is dagopvang noodzakelijk.
Optimale inzet van ondersteunende technologie kan besparingen in de zorg opleveren en het welbevinden van mensen verbeteren. Meer bewijs van effectiviteit van inzet van technologie en de economische return on invest-ment zal verstrekkers over de streep helpen. Tot die tijd hopen we dat indi-viduele casussen als Jenny en mevrouw Pieters leiden tot het besef dat tech-nologie ook als prioriteit en niet slechts als sluitstuk mag worden beschouwd.
column zuyd hogeschool
FMT GEZONDHEIDSZORG66
Door: Jeanne Heijkers en Edith Hagedoren
Jeanne Heijkers, onderzoeker/docent lectoraat ondersteunende technologie in de zorg/opleiding ergotherapie Zuyd Hogeschool.Edith Hagedoren onderzoeker/docent lectoraat ondersteunende technologie in de zorg, Zuyd Hogeschool.
FMT GEZONDHEIDSZORG 67
ADVieSBUreAU
Sweegers en de Bruijn bveuropalaan 12g, 5232 BC ’s-HertogenboschT: 088 030 7300e: [email protected]: www.swebru.nl______________________________________________________________
Valstar SimonisVeraartlaan 42288 GM rijswijkT: 070 307 22 22F: 070 307 22 07e: [email protected]: www.valstar-simonis.nl_______________________________
VAN LOOY GrOUP NVNoordersingel 19, B – 2140 AntwerpenT: +32 3 235 35 08e: [email protected]: www.vanlooy.com_______________________________
eGM adviseursWilgenbos 20, 3311 JX DordrechtT: +31(0)78 633 06 60e: [email protected]: www.egmadviseurs.nlT: [email protected]______________________________
OK Consultancy Nederland (OKCN)Postbus 2102, 5202 CC ’s-HertogenboschT: (0)73 62 34 381
e: [email protected] / i: www.okcn.nl
AirCONDiTiONiNG
Carrier Airconditioning BeneluxPapendorpseweg 83, 3528 BJ UtrechtPostbus 2731, 3500 GS Utrecht+31 (0) 88 - 567 67 00 [email protected]
ArCHiTeCTeN
eGM architectenWilgenbos 20, 3311 JX DordrechtT: +31(0)78 633 06 60e: [email protected]: www.egm.nlT: [email protected]
BeSCHerMiNGS-TrANSFOrMATOreN
Geveke BesturingstechniekKabelweg 21 - 1014 BA AmsterdamPostbus 820, 1000 AV AmsterdamT: 020-5829111 / F: 020-5822496e: [email protected]
BrANDVeiLiGHeiD
Witlox Brandveiligheid BVNieuwstraat 305491 VD Sint-OedenrodeM: +31(0)6 53 868 456W: www.witlox-brandveiligheid.nl
BrANDWereND GLAS
VeTrOTeCH SAiNT-GOBAiN BeNeLUXHulsenweg 21, 6031 SP NederweertPostbus 15, 6000 AA WeertT: +31 (0)495-57 44 35F: +31 (0)495-57 44 36i: www.vetrotech.nl
BUiTeNiNriCHTiNG &iNFrATeCHNieK
Kanters BVDoornhoek 3745, 5465 TA [email protected]
CLeANrOOMS
ropa Systems BVBelleweg 9, 5711 DH SomerenT: +31 (0)493 [email protected]_______________________________
Cadolto Benelux BVDorpsstraat 8a, 4181 BN WaardenburgT: +31 418 651 544M: +31 61066 4074e: [email protected]: www.cadolto.nl_______________________________
Brecon internationalPostbus 5554870 AN etten-LeurT: 31 (0)88 287 46 46e: [email protected]: www.breconinternational.com______________________________
interflowDe Stek 15, 1771 SP WieringerwerfT. (0227) 60 28 44 F. (0227) 60 31 [email protected]
DeUreN
Metaflex Doors europe BVAmbachtsstraat 117122 MP Aalten+31 88 1414 [email protected]_______________________________
Vestiging Doorwerthrecord Automatische Deuren B.V.Cardanuslaan 30Postbus 67, 6865 ZH DoorwerthT 026-3399777 F 026-3399770info@record-automatischedeuren.nlwww.record-automatischedeuren.nl
Vestiging Oosterhoutrecord/Van Nelfen DeurtechniekHoutduifstraat 6Postbus 565, 4900 AN OosterhoutT 0162-447720 F 0162-447730_______________________________
ropa Systems BVBelleweg 9, 5711 DH SomerenT: +31 (0)493 [email protected]
bedrijvenindex
GeBOUWBeHeerSYSTeMeN
Sauter Building Control Nederland BVPostbus 20613, 1001 NP AmsterdamT: 020 - 587 67 00i: www.sauter.nl
GrOOTHANDeL
Technische Unie B.V. Bovenkerkerweg 10-12 1185 Xe Amstelveen Postbus 900 1180 AX Amstelveen T: 020 - 545 03 45 F: 020 - 545 02 50 e: [email protected] i: www.technischeunie.com
HUiSVeSTiNG
Bussman Medical & researchiJzerwerf 16641 TK BeuningenT +31 24 67 90 100F +31 24 67 90 101i:www.bussman-mr.come: [email protected]_______________________________
Cadolto Benelux BVDorpsstraat 8a, 4181 BN WaardenburgT: +31 418 651 544M: +31 61066 4074e: [email protected]: www.cadolto.nl
_______________________________
ALHO Systeembouw NederlandTurbinestraat 8 C1, 3903 LW VeenendaalContactpersoon Dhr. Martin van LithTel.: +31 (0)318-517181+31 (0)6 4664 8880e: [email protected]: www.alho.com/nl/
iNSTALLATeUr
ULC installatietechniek b.v.Labradordreef 18Postbus 24053500 GK UtrechtT. +31 30 26 50 500e. [email protected]. www.ulcgroep.nl
iNSPeCTieS & LOGBOeKBeHeer
DiiP BVinspecties en logboekbeheerVerrijn Stuartweg 22-N, 1112 AX DiemenPostbus 298, 1620AG Hoorn020 [email protected]
iT & SOFTWAre
Ultimo Software Solutions bvWaterweg 3 - 8071 rr NunspeetT: +31(0)341 – 423737F: +31(0)341 – 421172e: [email protected]: www.ultimo.com
LANDSCHAPSArCHiTeCTeN
MTD LandschapsarchitectenPostbus 5225, 5201 Ge ’s-HertogenboschT: 073-6125033F: 073-6136665Contact: Han Thijssene: [email protected]: www.mtdls.nl
LUCHTBeHANDeLiNG
Altop international: exclusief vertegenwoor-diger van euroclimaMatjeskolk 237037 DZ Beek T: 0314 67 51 10e: [email protected]: www.euroclima.nl
LUCHTFiLTerS
iFB Filtertechniek bv.Van Leeuwenhoekweg 33225 LX Hellevoetsluisi: www.ifb-filtertechniek.nlT: 0181-311187 e: [email protected]
MeDiSCHe PerSLUCHT
Berko KompressorenHavenweg 14 - 6603 AS WijchenT: 024 - 641 11 11 - F: 024 -642 15 72e: [email protected]: www.berko.eu______________________________
Partner van DrägerBOGe KOMPreSSOreN B.V.Spaceshuttle 8B, 3824 ML AmersfoortT: +31 33 456 15 86 / F: +31 33 453 01 36e: [email protected]: www.boge.com/nl
MeDiSCHe GASSeN
Linde Healthcare BeneluxDe keten 7Postbus 325, 5600 AH eindhovenT: +31 40 28 25 825 - F: +31 40 28 16 875i: www.linde-healthcare.nl
MeDiSCHe GASSeN BeWAKiNG/MONiTOriNG
TPS technology BeNeLUX B.V.Postbus 1962130 AD HOOFDDOrPContactpersoon e. SchrijverT: +31 23 531 75 41i: www.tpstechnology.nli: www.tpstechnology.dee: [email protected]
MeDiSCHe GASSeNDiSTriBUTie SYSTeMeN
Dräger Nederland B.V. Huygensstraat 3-5, 2721 LT ZoetermeerNederlandT: 079 – 344 44 888i: www.draeger.com
MODULAire BOUW
ALHO Systeembouw NederlandTurbinestraat 8 C1, 3903 LW VeenendaalContactpersoon Dhr. Martin van LithTel.: +31 (0)318-517181+31 (0)6 4664 8880e: [email protected]: www.alho.com/nl/
NOODSTrOOM
Geveke BesturingstechniekKabelweg 21 - 1014 BA AmsterdamPostbus 820, 1000 AV AmsterdamT: 020-5829111 / F: 020-5822496e: [email protected]
______________________________
bedrijvenindex
FMT GEZONDHEIDSZORG68
elinex Power SolutionsWolweverstraat 152984 Ce ridderkerkTel: +31 (0)180 72 13 59e-mail: [email protected]: www.elinex.com
OPLeiDiNGeN
Hogeschool rotterdamG.J. de Jonghweg 4-63015 GG rotterdamT: 010 794 48 90i: http://gezondheidszorgtechnologie.nl
OPerATieKAMerS
interflowDe Stek 15, 1771 SP WieringerwerfT. (0227) 60 28 44 F. (0227) 60 31 [email protected]_______________________________
MANN+HUMMeL Vokes Air BVNijverheidsweg 153401 MC iJsselsteinPostbus 3093400 AH iJsselsteinT: 088-8653724- F : 088-8653400e: [email protected]______________________________
Q-bital werkt wereldwijd samen met zorgaanbieders om
te zorgen voor veilige, flexibele klinische omgevingen
en ondersteuning van het personeel bij kerntaken zoals
capaciteitsmanagement, renovatiemanagement en het
inspelen op noodsituaties. Samen met onze partners verleggen
we de grenzen van de gezondheidszorgverlening door
betrouwbare, tijdelijke operatie- en afdelingsfaciliteiten aan te
bieden die een efficiëntere patiëntenstroom mogelijk maken.
Ga voor meer informatie naar www.q-bital.com
Operatiekamers Endoscopie-units Afdelingen Klinieken Poliklinieken IC-units
Vanguard Healthcarerob van LieflandBenelux & Nordice: [email protected]: +31 6 54 78 58 76W: www.vanguardhs.com______________________________
Cadolto Benelux BVDorpsstraat 8a, 4181 BN WaardenburgT: +31 418 651 544M: +31 61066 4074e: [email protected]: www.cadolto.nl
PerSOONSBeVeiLiGiNG SYSTeMeN
OoperonMijkenbroek 254824 AA BredaT: + 31 76 57 230 30e: [email protected]: www.ooperon.nl
PrOJeCTiNriCHTiNG
M-projectservice B.V. Steenoven 4C5626 DK eindhovenTel: +31 (0)40- 2927950Mail: [email protected]: www.m-projectservice.nl
STrALiNGSWeriNG
Tinnemans Medical Design BVBelleweg 9, 5711 DH Someren T: +31 (0) 493 472399 F: +31 (0) 493 473299 i:www.4medicaldesign.come:[email protected]
______________________________
Tinnemans Medical Design BVBAGildenstraat 41,B-2470 retie
T: +32 (0) 14 717919 i: www.4medicaldesign.come:[email protected] Volg ons zusterbedrijf op twitter: @ropaSystems
VALiDATie
Cleanroom Management internationalThe Netherlands:Luchthavenweg 81, NL – 5657 eA eindhovenTel: +31 402 88 87 57Fax: +31 402 88 59 36e-mail: [email protected]
VLOereN
Nora flooring systems B.V.Belgiëstraat 14 5171 PN KaatsheuvelT: 0416-286140i: www.nora.com/nl
WANDBeKLeDiNG
Vescom Nederland B.V.Sint Jozefstraat 20, 5753 AV DeurnePostbus 70, 5750 AB DeurneT: +31 493 350 767F: +31 493 350 779e: [email protected]: www.vescom.nl______________________________
M-Wall B.V.Steenoven 4C5626 DK eindhovenTel: +31 (0)40- 2927950Tel: +31 (0)40- 2927950Mail: [email protected]: www.mwall.nl
WASMACHiNeS
Miele ProfessionalPostbus 166, 4130 eD VianenT: 034-73 78 884F: 034-73 78 429www.miele-professional.nle: [email protected]
WATerBeHANDeLiNG
BWT nederlandCoenecoop 1 2741 PG Waddinxveene: [email protected] T.: +31 88 750 90 00
FMT GEZONDHEIDSZORG 69
ADVERTENTIE-INDEX
FMT Gezondheidszorg70
fmt gezondheidszorg - info
ALHO Systeembouw Nederland 68
Alpheios BV 53
Athena Medical 39
Berko Kompressoren 68
Boge Kompressoren BV 68
Brecon international 69
Bussman Medical & research 68
BWT Nederland B.V. 69
Cadolto Benelux BV 40,72
Cadolto Benelux BV 67
Carrier Airconditioning Benelux BV 67
Cleanroom Combination Group 55
Cleanroom Management intern. 69
Clinicum 39
Croonwolter&dros 42
D2 Ontwikkeling 69
DiiP 68
Dräger 9
eGM adviseurs 67
eGM architecten 49
eGM architecten 67
elinex Power Solutions 69
Geveke Besturingstechniek 68
Ge Healthcare 59
Getinge 25
Harwig installatietechniek 64
Hogeschool rotterdam 69
iFB Filtertechniek bv. 68
info Support 29
interflow 68
intermicon BV 48
Jan Snel Group BV 27, 43
Kalibra international BV 63
Linde Healthcare Benelux 68
Luchtvalidatiecheck BV 47
MANN+HUMMeL Vokes Air BV 69
Metaflex Doors europe B.V. 67
Miele Professional Nederland B.V 69
Miele Professional Nederland B.V. 58,70
Modderkolk Projects & Maintenance BV 51
M-projectservice B.V. 69
MTD Landschapsarchitecten 64
M-Wall BV 69
Nora flooring systems B.V. 69
OK Consultancy 34
Ooperon 69
ptg-advies 54
Q-bital 59
Q-bital 67
record Automatische Deuren BV 67
ropa Systems BV 67
Salto 2
Sauter Building Control Nederland B.V. 62
SCA Hygiene Products Zeist B.V. 71
Sweegers en de Bruijn BV 31,67
Technische Unie B.V. 68
Tinnemans Medical Design BV 69
TPS Technology Benelux BV 68
TripleAir technology 47
ULC installatietechniek b.v. 68
Ultimo Software Solutions bv 68
Valstar Simonis 67
Vanguard healthcare 35
Van Looy Group 67
Van Straten Medical BV 36
Vescom Nederland BV 69
Vetrotech Saint-Gobain Benelux 67
Waardenburg Medical 45
Wiegerinck 8
Witlox Brandveiligheid BV 67
5 sterren voor iedere dag zorgeloos werkenSpreekwoordelijke kwaliteit voor uw bedrijfszekerheid
Perfecte reinigingsprestatiesBehoedzame reinigingsresultaten
Maximale energie-e� ciëntie Bijpassende service
Bekijk op www.miele-professional.nl/5sterrenwaarom uw collega-organisaties voor
Miele Professional kozen.
Miele Nederland B.V. | Miele Professional www.miele-professional.nl
GratisAnalyse
van uwtextielverzorging
www.tork.nl
Minder risico op kruisbesmetting en lagere kosten - met elk afzonderlijk vel
Dankzij de afgesloten Tork SmartOne® Toiletpapier Dispenser met vel-voor-vel dosering wordt het risico op kruisbesmetting kleiner. De dispenser zorgt ervoor dat de bezoeker alleen het papier gebruikt wat nodig is, waardoor het papierverbruik tot wel 40%* verminderd. Vel-voor-vel dosering zorgt dus voor een betere hygiëne en minder afval.
Gecontroleerd verbruik en verbeterde hygiëne – met de Tork SmartOne® Toiletpapier Dispenser
* Statistieken uit interne onderzoeken bij 7729 gebruikers in Europa. Traditionele Jumbo Toiletpapier dispenser tegenover Tork SmartOne® Mini Twin Toiletpapier dispenser. De vermindering wordt berekend in het aantal gebruikte vierkante
meters per bezoek. Jumbo Toiletpapier 13,6 dm2, Tork SmartOne® Mini Twin Toiletpapier: 8,2 dm2
Tork_Anzeige_Healthcare_INservFM_HealthCareManagement_NL_225w_x285h__102017.indd 1 24.10.2017 14:31:15
WWW.CADOLTO.COM
0031 418 651 544
D E I N N OVAT I E VO O RU I T
Als Europees marktleider onderscheidt Cadolto zich in het hoogste segment van de industriële bouw. Cadolto biedt flexibele oplossingen voor hoogwaardige huisvestingsvragen.
Zo realiseerde Cadolto al diverse complete klinieken en o.a. meer dan 700 operatiekamers.
De voordelen voor u: flexibele, hoogwaardige huisvesting, procesmatige aanpak en een bewezen technologie tegen een vaste prijs
met minimale verstoring van uw bedrijfsvoering en gegarandeerde korte bouwtijd.
UW ZORGPARTNER VOOR DE BOUW
MEER DAN EEN OPLOSSINGduurzaam, integraal en innovatief!
Heeft u nog uitbreidingsplannen ? Graag gaan we met u in gesprek om gezamenlijk aan uw ambities te bouwen.