Evaluatie 2016 - Rijn Ijssel...2. Gerealiseerd aanbod 2016 De gemiddelde duur van een NT2 traject is...

44
Evaluatie 2016 Regio Midden Gelderland

Transcript of Evaluatie 2016 - Rijn Ijssel...2. Gerealiseerd aanbod 2016 De gemiddelde duur van een NT2 traject is...

Evaluatie 2016Regio Midden Gelderland

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

2

VoorwoordGraag bieden we u het jaarverslag voor 2016 aan in het kader van de Wet Educatie & Beroepsonderwijs (WEB). Een jaarverslag waarin een overzicht wordt gegeven van hetgeen we als team Educatie (onderdeel van Rijn IJssel Entree & Maatwerk) samen met en voor de gemeenten hebben uitgevoerd in het kader van het educatiebudget.

Sinds 1 januari 2015 is de gewijzigde Wet Educatie & Beroepsonderwijs van kracht en is er in toenemende mate geen ‘verplichte winkelnering’ meer bij een roc. We kunnen ons gelukkig prijzen dat de GRO nog steeds het vertrouwen in Rijn IJssel heeft en een afspraak met ons heeft gemaakt dat de afbouw van de ‘verplichte winkelnering’ in de komende jaren slechts gedeeltelijk zal plaatsvinden.

Er is één jaarverslag opgesteld voor alle gemeenten die vallen onder de Gemeenschappelijke Regeling Onderwijszaken Arnhem e.o. (GRO).Het Regionaal Educatief Plan, zoals opgesteld en vastgesteld door de GRO is uitgangspunt bij het uitvoeren van de activiteiten.Ook dit jaar stellen we weer vast dat het van belang is om in gezamenlijkheid met de gemeenten het aanbod te bepalen. Hoewel het educatiebudget geregionaliseerd is en de gemeente Arnhem de contactgemeente is, blijft iedere gemeente afzonderlijk verantwoordelijk voor het aanbod van de opleidingen, waarbij voldoende aandacht is voor alle doelgroepen.

Als vanouds is Rijn IJssel graag uw partner bij de uitvoering van de Participatiewet, Educatie en Integratie.

Rijn IJssel Entree & Maatwerk,

Marjan van den Broek teamleider Educatie Dick Mol teamleider EducatieWouter Groothedde directeur

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

3

1. InleidingDe samenwerkende gemeenten in de arbeidsmarktregio Midden-Gelderland ontvangen een uitkering van het rijk om te voldoen aan hun wettelijke taak op het gebied van volwasseneneducatie.In deze regio is Arnhem de contactgemeente en wordt er vanuit het bestaande samenwerkingsverband van de Gemeenschappelijke Regeling Onderwijszaken (GRO) invulling gegeven aan deze verantwoordelijkheid.

In maart 2016 heeft het bestuur van de GRO het Regionaal Educatie Plan, programma 2016 (REP) Midden Gelderland vastgesteld.Daarin geeft de GRO aan de bestaande infrastructuur voor Educatie te willen behouden en de expertise van Rijn IJssel in te willen zetten voor de innovatie van Educatie.Samen met de gemeenten geeft Rijn IJssel vorm aan de uitwerking van dit REP:• door Educatie te verbinden met de ontwikkelingen in het sociaal domein;• door de focus te leggen op de aanpak van laaggeletterdheid;• door zorg te dragen voor een gespreid en laagdrempelig aanbod;• door een sluitend leeraanbod tot stand te brengen van formele en non-formele aanbieders.Rijn IJssel heeft het afgelopen jaar actief deelgenomen aan de verschillende kernteams laaggeletterdheid in Arnhem, Rheden/Rozendaal, Renkum, Overbetuwe/Lingewaard en De Liemers en is betrokken bij het tot stand brengen van de (digi-)taalhuizen.Rijn IJssel vervult hierdoor steeds meer een schakelfunctie tussen het informele en formele aanbod, onder meer door te komen tot een bredere intake en plaatsing van cursisten, het trainen van (taal-)vrijwilligers en het in gezamenlijkheid starten van een nieuw en innovatief aanbod waarbij combinaties gemaakt worden met vrijwilligersorganisaties.

Het budget Educatie moet besteed worden aan opleidingen Nederlandse taal en Rekenen conform de Wet Educatie en Beroepsonderwijs (WEB).

Binnen educatie worden de volgende opleidingen onderscheiden:1. Opleidingen Nederlandse taal en rekenen, gericht op alfabetisering en op het ingangsniveau van het

beroepsonderwijs (1F en 2F);2. Opleidingen Nederlands als tweede taal (NT2), die opleiden voor het Staatsexamen 1 en 2;3. Opleidingen Nederlands als tweede taal (NT2), gericht op beheersing van het basisniveau NT2;4. Opleidingen Nederlands als tweede taal (NT2), gericht op alfabetisering.Prioriteit krijgen opleidingen die gericht zijn op de beheersing van fundamentele basisvaardigheden met het oog op de zelfredzaamheid van volwassenen in onze samenleving.

In dit jaarverslag laten wij zien op welke manier wij het afgelopen jaar inhoud gegeven hebben aan het Regionaal Educatief Plan 2016.

2. Gerealiseerd aanbod 2016

De gemiddelde duur van een NT2 traject is zes à negen maanden. De alfabetiseringstrajecten en trajecten Taal & Rekenen voor laaggeletterden variëren van zes maanden tot twee jaar.

4

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

soort traject Gepland aantal cursistenplaatsen Werkelijk aantal deelnemersNT2 Alfabetisering 12 13NT2 Basisniveau 198 264NT2 Staatsexamen 106 221Taal & rekenen 1F/2F 132 284Totaal 448 782

*) Door flexibele in- en uitstroom van cursisten gedurende het hele jaar kunnen er meerdere cursisten gebruik maken van 1 cursistplaats op jaarbasis.

Gerealiseerd aanbod

Uitwerking per gemeente

Regionaal aanbod

Aantal deelnemende cursisten 2016

Gepland aantal cursistplaatsen 2016

Per gemeente

MaatwerkOnze trajecten zijn per definitie maatwerk op het niveau van de deelnemer, dat wordt bepaald door zijn of haar beginniveau en het uiteindelijke leerdoel (participatie, werk, opvoeding kinderen). De daarvoor benodigde vaardigheden zijn uitgangspunt voor wat er geleerd wordt.Rijn IJssel kent flexibele instroommomenten en de cursussen worden aangeboden op diverse locaties en zijn verschillend qua intensiteit. Er is zowel overdag als ’s avonds de mogelijkheid om trajecten te volgen. Maatwerk leveren betekent dat we geen zaken aanbieden die nog te moeilijk zijn of zaken die al beheerst worden. En het betekent ook dat we rekening houden met leertempo, leerstijl en het zelfstandig leervermogen. We maken hiervoor gebruik van een mix, van enerzijds ervaren docenten, die ondersteund worden door vrijwilligers. Deze werkwijze is succesvol en stelt ons in staat om een kwalitatief hoogstaand aanbod in stand te houden, dat op diverse locaties - dicht bij de burger - uitgevoerd wordt.

Arnhem 220 396Overbetuwe 35 69Lingewaard 44 82Rheden 40 59Rozendaal 1 1Renkum 20 31Liemers 64 107

Taal op de werkvloer 12 22NT2 op de werkvloer 12 15Trainingen voor vrijwilligers 150 271Totaal 448 cursistplaatsen 782 deelnemers aan trajecten 150 vrijwilligers 271 vrijwilligers

5

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

NT2 Alfabetiseringstrajecten Door de wetswijziging Educatie én de wijziging van de Inburgeringswet mogen vanaf 1 januari 2013 alleen alfabetiseringstrajecten onder de WEB aangeboden worden aan niet-inburgeringsplichtigen.Inburgeraars zijn zelf verantwoordelijk geworden voor het inkopen van een inburgeringstraject en mogen niet deelnemen aan het gesubsidieerde onderwijs. Hierdoor is het aantal deelnemers dat een alfabetiseringstraject mag volgen onder de WEB aanzienlijk gedaald.Inmiddels hebben we een grote expertise met betrekking tot de specifieke aanpak van deze doelgroep. Een alfabetiseringstraject moet meer zijn dan het leren lezen en schrijven, gericht op instroom in een inburgeringstraject. Alfabetiseringscursisten hebben jarenlang in een situatie geleefd dat ze zichzelf hier niet of nauwelijks konden redden, ze zijn als het ware gehospitaliseerd: ze moeten zelfvertrouwen opbouwen en het lef krijgen zaken zelf op te pakken en actief te gaan deelnemen aan de Nederlandse samenleving. We zien dat dit in de praktijk ook zo werkt: een aantal cursisten is op fietsles gegaan en komen nu op de fiets naar school. Ze kunnen nu de verkeersborden lezen en hoeven dus niet meer de bus te pakken.Empowerment en gespreksvaardigheid zijn, naast het leren lezen en schrijven, dan ook belangrijke onderdelen ter ondersteuning van het alfabetiseringstraject.

NT2 BasisniveauVoor inburgeraars die het examen behaald hebben én voor niet-inburgeringsplichtigen, is het mogelijk om via Educatie te werken aan taalniveauverhoging.Veel inburgeraars maken hier gebruik van: het niveau van het inburgeringsexamen is in veel gevallen nog onvoldoende. Een groot deel van de inburgeraars wil uiteindelijk het taalniveau (A2) behalen, dat nodig is voor naturalisatie.

NT2 StaatsexamenVoor (in het land van herkomst) hoger opgeleiden, die het inburgeringsexamen behaald hebben of niet inburgeringsplichtig zijn, is er een speciaal taaltraject gericht op het behalen van het diploma Staatsexamen 1 of 2.Met dit diploma is het mogelijk om verder te studeren binnen het mbo/hbo of op dat niveau aan het werk te gaan.Naast de vaardigheden lezen, luisteren, spreken en schrijven is er veel aandacht voor uitbreiding van de woordenschat en de grammatica.

Taal en Rekenen 1F/2FHet gaat om de beheersing van fundamentele basisvaardigheden met het oog op zelfredzaamheid van volwassenen (niveau 1F) én op het ingangsniveau van het beroepsonderwijs (2F). Het leren omgaan met de computer of andere digitale hulpmiddelen vindt alleen nog plaats als onderdeel van een opleiding Nederlandse taal en rekenen. Voor deze trajecten ligt de prioriteit bij laaggeletterden en deelnemers met een uitkering, die een grotere of kleinere afstand tot de arbeidsmarkt hebben.

Er is nog weinig toeleiding van met name autochtonen vanuit het bestand van W&I. Het is voor de casemanagers moeilijk om de juiste doelgroep te herkennen, aangezien de mensen zelf hun problematiek goed verbergen en dit moeilijk bespreekbaar willen maken.

6

Regionaal aanbodAan het regionale aanbod kunnen de deelnemers uit de totale regio deelnemen:

Taal op de werkvloerPresikhaaf Bedrijven is als sociale werkvoorziening zeer actief in de aanpak van laaggeletterden en heeft als werkgever het Taalakkoord ondertekend met het Ministerie van Sociale Zaken en is actief lid van het Bondgenootschap Laaggeletterdheid regio Arnhem. Rijn IJssel verzorgt voor medewerkers van Presikhaaf Bedrijven trajecten Taal op de Werkvloer.Er zijn 2 lesgroepen op locatie van Presikhaaf Bedrijven (Driepoortenweg); er wordt onderscheid gemaakt in Nederlands als tweede taal of Nederlands als moedertaal.Veel WSW-werknemers hebben (te) veel moeite met lezen en schrijven en dit belemmert hen bij het groeien in zelfstandigheid. Tegelijkertijd is de stap om hier iets aan te doen erg groot. Gezien de transitie van de sociale werkvoorziening en de komst van de participatiewet is het van groot belang om te werken aan de bestrijding van de laaggeletterdheid binnen de sociale werkvoorziening.Via een heel gericht beleid wordt er stap voor stap gewerkt aan het aanpakken van de laaggeletterdheid. We hebben voorlichting gegeven aan alle werkbegeleiders en consulenten over de verschillende opleidingsmogelijkheden en hun eigen rol in het herkennen en doorverwijzen van de doelgroep.

Ondersteuningsaanbod voor taalvrijwilligerslIn het regionaal Educatief Plan geven de gemeenten aan het belangrijk te vinden dat er trainingen op maat ontwikkeld gaan worden voor (taal-) vrijwilligers, die in hun werk direct betrokken zijn bij de doelgroep laaggeletterden en een bijdrage leveren aan het oplossen van hun problematiek.Vanaf juni zijn we de informele aanbieders gaan benaderen en gevraagd of en welke ondersteuningsbehoefte er leeft.Voor organisaties die concrete vragen hadden is er een training op maat ontwikkeld.De ondersteuningsvragen variëren van:• Hoe ziet een alfabetiseringstraject er uit, welke methoden zijn er voor het leren lezen en

schrijven, de do’s en dont’s; • Training methode Succes van St. Lezen & Schrijven en gebruik van lesmateriaal op het gebied van lezen, schrijven en spreken;• Inburgeren andersom (zelf aan den lijve ervaren hoe het is ondergedompeld te worden in een

andere taal);• Niveaubepaling, hoe doe je dat;• Lesgeven met waardeloos materiaal; lege verpakkingen, kranten, reclamefolders en TPR

(total Physical Response);• Ideeën opdoen met de websites over taal;• Uitspraak/ articulatie;• Interculturele communicatie;• Lesbezoek, met feedback en tips voor taalvrijwilligers.

Ja

ar

ve

rs

la

g

Ed

uc

at

ie

r

eg

io

M

id

de

n

Ge

ld

er

la

nd

2

01

6

7

In 2016 zijn er steeds meer aanbieders van non-formele educatie gebruik gaan maken van de scholingsmogelijkheden. Hierdoor krijgen we een beter zicht op de inhoud en kwaliteit van het informele aanbod en kan er gewerkt (gaan) worden aan de inhoudelijke afstemming. Gestreefd wordt immers naar een sluitende leerlijn: beginnend bij laagdrempelig aanbod in de buurt en doorlopend naar het professionele aanbod. Het doel is een hoogwaardig aanbod, waarin lokale initiatieven op elkaar aansluiten en elkaar versterken. Regievoering vanuit de gemeenten is hierbij wel een vereiste; ambtelijke onderbezetting heeft de voortgang en kwaliteit hiervan zeker belemmerd.

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

Datum Aantal deelnemersArnhem Vrijwilligers De Koepel Arnhem, verdieping 11-01-16 11Vrijwilligers De Koepel Arnhem, verdieping 13-01-16 9Vrijwilligers taalcafé Bibliotheek Arnhem, feedback geven/doorvraagtechnieken 22-03-16 12Taalvrijwilligers Presikhaaf Bedrijven Arnhem, 18-04-16 4 maatwerktraining Training nieuwe taalvrijwilligers Arnhem 21-04-16 16Training vrijwilligers Rijn IJssel, Succes 9-11-16 24Training vrijwilligers Rijn IJssel, Succes 23-11-16 19 Regionaal Training vrijwilligers Rijn IJssel, Succes 16-11-16 23Training vrijwilligers Rijn IJssel, Succes 30-11-16 17 Liemers Vrijwilligers taalhuis Duiven, interculturele communicatie 21-03-16 31Training taalvrijwilligers Taalhuis Duiven 28-06-16 21Training taalvrijwilligers Taalhuis Duiven, Succes Lezen 31-10-16 12Training taalvrijwilligers Taalhuis Duiven, Succes Schrijven 7-11-16 idemTraining taalvrijwilligers Taalhuis Duiven, Succes Spreken 14-11-16 idemTraining op maat, vrijwilligers Praathuis Zevenaar 30-11-16 4 Renkum Training Taalmaatjes Renkum, inburgering 11-02-16 12 Rheden Training taalmaatjes Rheden, inburgering 22-01-16 12Training taalmaatjes Rheden, articulatie 26-02-16 17 Lingewaard Vrijwilligers avondschool 04-05-16 3Vrijwilligers avondschool, taalniveaus en lesmaterialen 05-10-16 3Taalvrijwilligers Lingewaard, achtergronden en doelgroep 19-12-16 11Totaal 261

Workshops Trainingen

8

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

3. Werving en toeleiding van laaggeletterden

In Nederland zijn 1,3 miljoen mensen tussen de 16 en 65 jaar laaggeletterd. Dat staat gelijk aan zeker 1 op de 9 Nederlanders in deze leeftijdscategorie. 65% van de laaggeletterden zijn autochtoon en 43% is werkloos of inactief.

“We leven in een digitale kennissamenleving”. Het huidige kabinet streeft ernaar in 2017 alle overheidsdiensten digitaal aan te bieden. Veel mensen hebben beperkte (digitale) basisvaardigheden, die belemmeren hen om hier optimaal gebruik van te maken. Onderzoek toont aan dat het hier gaat om 3 tot 4 miljoen Nederlanders (uit: Feiten & cijfers geletterdheid, 2013, Stichting Lezen & Schrijven in samenwerking met Universiteit van Maastricht, ECBO, PWC en SEO).Datzelfde onderzoek toont aan dat een betere taalbeheersing er voor zorgt dat mensen zelfredzamer, sociaal actiever en gelukkiger zijn:• 60-80% heeft een betere taalbeheersing na het volgen van een taaltraject en krijgt een betere plek

in de samenleving. • Investeren in vermindering van laaggeletterdheid leidt tot een betere economische situatie,

waaronder een betere arbeidsmarktpositie en beter functioneren van werknemers. Of zoals één van de cursisten het verwoordde: “Vroeger mocht ik de computer alleen afstoffen,

nu werk ik er lekker op als de kinderen op school zitten”.

Tot nu toe heeft het accent in Nederland vooral gelegen op lezen en schrijven.De eisen om maatschappelijk volwaardig te kunnen functioneren worden echter steeds hoger.Dit heeft geleid tot vernieuwing van het begrip geletterdheid:Laaggeletterdheid omvat luisteren, spreken, lezen, schrijven, gecijferdheid en in dat kader het gebruiken van alledaagse technologie om te communiceren en om te gaan met informatie.

Beperkte taalvaardigheid manifesteert zich op allerlei plekken en in alle leeftijdsfasen: lezen van wegwijzers, het voorlezen van de kleinkinderen, het lezen van een bijsluiter bij de medicijnen, een briefje schrijven, gebruik maken van websites e.d.Daarom is het zo belangrijk om bij de aanpak van laaggeletterdheid zoveel mogelijk aan te sluiten bij de levensfase en de leefomgeving van laaggeletterden: op die plek heeft een interventie het meeste zin.

Een laaggeletterde herkent zijn of haar taalprobleem niet altijd of durft het niet te erkennen. Om die reden is het belangrijk dat verschillende organisaties en betrokkenen in hun nabije omgeving betrokken zijn bij deze aanpak, ieder vanuit zijn eigen rol: als vindplaats voor laaggeletterden en als doorverwijzer naar een geschikte leeromgeving.Laaggeletterdheid kan bij uitstek effectief worden aangepakt waar de grootste problemen rondom taalachterstanden en laaggeletterdheid spelen en waar nieuwe verbindingen tussen organisaties het meest kansrijk zijn. Dit zijn het gezin, de arbeidsmarkt en de gezondheid(zorg):• Gezin: vaak gaan taalachterstanden over van generatie op generatie. Daarom moet

laaggeletterdheid worden voorkomen bij de kinderen en worden bestreden bij de ouders. Alleen zo kan de vicieuze cirkel van het doorgeven van taalachterstanden doorbroken worden.

• Arbeidsmarkt: zowel werkgevers als werknemers hebben een groot belang bij taalvaardigheid. Werkgevers hebben belang bij flexibele, duurzaam inzetbare werknemers waarmee ze kunnen inspelen op een dynamische en concurrerende economie. Werknemers zijn flexibeler inzetbaar,

9

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

kunnen makkelijker doorgroeien naar ander werk en kunnen beter (veiligheids-) instructies opvolgen als zij voldoende taalvaardig zijn. Werkzoekenden kunnen hun maatschappelijke positie verbeteren door een betere taalvaardigheid.

Daarvoor is een netwerkaanpak noodzakelijk van scholen, wijkteams, welzijnswerk, bibliotheken, consultatiebureaus (het in de lokale samenleving gewortelde lokale circuit) en het maatwerkaanbod bij Rijn IJssel. Momenteel hebben wijkteams laaggeletterdheid nog niet structureel in het vizier, daar zal de komende tijd dus extra in geïnvesteerd gaan worden.

Door de wetswijziging in de Educatie is de toeleiding en werving van laaggeletterden de verant-woordelijkheid van de gemeenten zelf geworden. De gemeenten hebben hier op ingespeeld door een ‘aanjager laaggeletterdheid’ aan te stellen, die afspraken kan maken over de toeleiding van Werk & Inkomen, sociale werkvoorziening, UWV en dergelijke.Als partner van het Bondgenootschap Laaggeletterdheid leveren wij een actieve bijdrage in het leggen van verbindingen met de verschillende ketenpartners. Taal biedt kansen: op het volgen van goed onderwijs, het vinden van een baan of het aangaan en onderhouden van sociale contacten. Taal leer je van jongs af aan op school en daarbuiten. Om je taalniveau op peil te houden moet je erin blijven investeren - ook nadat je de schoolbanken hebt verlaten.

Het aanpakken van laaggeletterdheid is een sociaaleconomisch vraagstuk: de vraag naar arbeid zal stijgen en de beroepsbevolking zal krimpen. Inzet op laaggeletterdheid moet helpen om de AOW en sociale voorzieningen betaalbaar te houden. Per 1 januari 2016 is de Wet Taaleis WWB ingevoerd: iedere (nieuwe) uitkeringsgerechtigde moet aantonen taalniveau 1F te beheersen; iemand die dit niveau niet beheerst, is verplicht zich in te spannen om alsnog dit basisniveau te bereiken.Voor laaggeletterden blijft het risico op sociale uitsluiting door werkloosheid en inactiviteit bestaan. Onze kenniseconomie vraagt immers om burgers die mondeling en schriftelijk effectief weten te communiceren. Investeren in geletterdheid bevordert de sociale cohesie in de samenleving en draagt bij aan de participatie van alle burgers.

Ambassadeurs laaggeletterdheidEnkele cursisten zijn actief als ambassadeur voor laaggeletterden; zij zijn ervaringsdeskundige en hebben een speciale training gevolgd om als ambassadeur te kunnen optreden. Onze ambassadeurs worden ingezet ten behoeve van de werving: een eigen verhaal heeft immers de meeste impact.

10

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

4. Vernieuwende aanpak van laaggeletterdheid in 2016De GRO heeft als doelstelling geformuleerd dat er in de transitieperiode (2015-2017) een meer gedifferentieerd maar ook geïntegreerd educatieaanbod tot stand komt. Daarbij moet vanaf onderaf, op lokaal niveau, de samenwerking en afstemming tussen relevante partijen en initiatieven op het terrein van aanbod, herkenning en verwijzing (= vraag) verbeterd worden. Dit vereist dat er regie gevoerd gaat worden op de inhoud, organisatie, uitvoering en financiering. Rijn IJssel heeft het afgelopen jaar actief deelgenomen aan de verschillende kernteams laaggeletterdheid in Arnhem, Rheden/Rozendaal, Renkum, Overbetuwe/Lingewaard en De Liemers en is betrokken bij het tot stand brengen van de taalhuizen.

Kernteam laaggeletterdheid Arnhem Op initiatief van het wijkteam en Rijnstad is er samen met Rijn IJssel een Totaalplan Presikhaaf/ ’t Broek opgesteld. Het huidige taalaanbod is in beeld gebracht en daar waar nodig was versterkt en aangevuld op basis van signalen van wijkbewoners en professionals.

Wat is er tot nu toe gedaan? • Al het taalaanbod is in beeld gebracht, zowel het formele en informele aanbod in de wijk.• Er zijn afspraken gemaakt voor wie welk aanbod het meest geschikt is.• Er is een heldere folder opgesteld, met daarin al het taalaanbod.• Alle mensen die zich bij de verschillende organisaties melden met taalvragen worden

verzameld, gescreend en vervolgens uitgenodigd voor een centrale intake.• Door deze screening ontstaat er direct een goed beeld van de leervraag: is de deelnemer wel

of niet inburgeringsplichtig? Heeft hij/zij eerder een traject gevolgd en is deze deelnemer nog leerbaar? Welk taalniveau heeft de cursist (degenen die nog gealfabetiseerd moeten worden doorverwezen, net als hoger opgeleiden) en wie komt er in aanmerking voor een taalaanbod in de wijk? In 2016 zijn er 46 intakes uitgevoerd voor de wijk Presikhaaf:

- potentiële cursisten zijn doorverwezen naar het informele aanbod;- 25 cursisten zijn geplaatst in een taaltraject van Rijn IJssel in de wijk;- 8 potentiële cursisten hebben een ander advies gekregen, bijvoorbeeld doorverwezen naar het centrale aanbod van Rijn IJssel;- 9 potentiële cursisten zijn niet op komen dagen bij de intake;- alle cursisten worden geplaatst: ofwel bij een vrijwilligersorganisatie of bij Rijn IJssel.• Nieuwe combitrajecten - Taal & Activering: De taaltrajecten van Rijn IJssel zijn uitgebreid met

taalstages c.q. vrijwilligerswerk in de wijk. Rijnstad verzorgt de acquisitie van de stageplekken. Er zijn afspraken gemaakt over de inzet van taalmaatjes in de wijk.

• Monitoring van de resultaten van de cursisten: er is een halfjaarlijkse toetsing en rapportage, zo nodig wordt het traject bijgestuurd. Over de toetsingsuitkomst, de vorderingen en de taalstage is regelmatig overleg tussen de docent en de participatiemedewerker. De docent verzorgt ook de stagebegeleiding op de werkvloer. Wel maken wij hierbij de opmerking dat er (nog) geen instrumenten en afspraken zijn om ook de resultaten van het informele aanbod te monitoren. We hopen dat er landelijk een registratiesysteem ontwikkeld wordt in het kader van Tel mee met Taal, waarbij we kunnen aansluiten.

• Na beëindiging van het traject wordt er overleg met de participatiemedewerker welk vervolgmogelijkheden tot participatie er zijn en volgt er een warme overdracht.

• Rijn IJssel verzorgt de training van de vrijwilligers van de aanbieders van het informele aanbod in de wijk (taalcafé, leestafel en internetcafé in de bibliotheek Presikhaaf, taalles in wijkcentrum De Oosthof, groep Oase, project taalmaatjes in de wijk, praatgroep in MFC Presikhave).

11

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

Succesfactoren van de vernieuwende aanpakIn de evaluatie bleek dat deze werkwijze vruchten afwerpt:Er zijn veel aanmeldingen vanuit het netwerk, de samenwerking tussen de verschillende organisaties is aanzienlijk verbeterd. De centrale intake werkt goed: er is meer regie op plaatsing van cursisten, de inhoud van het aanbod is meer afgestemd op elkaar en er is een start gemaakt met de professionalisering van de taalvrijwilligers. Er is een intensieve samenwerking ontstaan tussen de verschillende ketenpartners in de wijk en het aanbod is op elkaar afgestemd, verbreed en versterkt. Deze netwerkontwikkeling vraagt om tijdsinvestering van alle partijen, maar dit is nodig tot verbinding te komen, regie aan te brengen op de educatievoorzieningen en aansluiting te krijgen op het sociaal domein. Deze pilot kan als ‘good practises’ een voorbeeldfunctie vervullen bij de vorming van lokale netwerken, waarin we willen bereiken dat laaggeletterden in de gelegenheid gesteld worden om, onafhankelijk van woonplaats, afkomst of leeftijd gebruik kunnen maken van een variëteit aan initiatieven.

Naar aanleiding van de succesvolle aanpak in Presikhaaf is in het Kernteam Laaggeletterdheid Arnhem besloten om verder te gaan met de wijkgerichte aanpak. We hebben ons daarbij gericht op de wijken Geitenkamp en Malburgen.Malburgen: er is al een overzicht van het aanbod in deze wijk en er is afgesproken dat er een bijeenkomst belegd wordt met de contactpersonen in de wijk (van bijvoorbeeld de formulierenbrigade, het wijkcentrum, de inloop computerhulp etc. Via de Stichting PAS kunnen we de scholen en peuterspeelzalen benaderen. Uiteindelijk blijkt dat deze bijeenkomst pas in mei 2017 gehouden kan worden.Geitenkamp: laaggeletterdheid is niet onbekend bij de professionals die werkzaam zijn in Geitenkamp. Ze herkennen het probleem regelmatig bij wijkbewoners. Echter, er wordt nog (te) weinig gedaan om dit probleem op te lossen. Er wordt wel rekening mee gehouden bij bijvoorbeeld het invullen van formulieren of de manier waarop er informatie wordt verstrekt.Volgens de professionals ervaren de bewoners het feit dat ze niet goed kunnen lezen en schrijven vaak niet als een groot probleem. Ze hebben manieren gevonden om er mee om te gaan en hebben mensen om zich heen die hen helpen.Het is de verwachting van de professionals dat mensen te enthousiasmeren zijn voor een bijeenkomst over dit onderwerp, maar dat het mogelijk te combineren is met andere bijeenkomsten.In het kernteam hebben we geconcludeerd dat het moeizaam is om in contact te komen met de wijkteams, maar vooral ook om een trekker te vinden in de wijk die actief aan de slag kan gaan met laaggeletterdheid. In 2017 bekijken we of we mogelijk in andere wijken aan de slag gaan.

Kernteam laaggeletterdheid Veluwezoom In de gemeente Rheden, Rozendaal en Renkum zijn diverse partners (Bibliotheek Veluwezoom, gemeente Rheden en Renkum, Rijn IJssel, Vluchtelingenwerk, Huis van Renkum, welzijns-organisaties Solidez en Radar en de Stichting Lezen & Schrijven) aan de slag om de geletterdheid en basisvaardigheden van inwoners uit deze regio te versterken door in een netwerkverband met elkaar te gaan samenwerken. Dit netwerk noemen we het taalhuis Veluwezoom. Dit doel willen we bereiken door te komen tot één gezamenlijke aanpak in het terugdringen van laaggeletterdheid en het versterken van digitale basisvaardigheden. We bundelen onze krachten en organiseren gezamenlijk een gevarieerd activiteitenaanbod dat goed aanluit bij de leervragen en leerbehoeften van laaggeletterden. Op die manier is het Taalhuis breed gedragen en ingebed in de lokale structuur.Een Taalpunt is een inlooppunt, een laagdrempelige plek voor de aanpak van laaggeletterdheid. Een plek waar vragers, aanbieders, activiteiten en collectie samen komen. Afhankelijk van de behoeften kunnen er meerdere plekken als Taalpunt fungeren.

12

Voor een deel van de doelgroep gelden wettelijke verplichtingen tot inburgering en/of educatie. Dit betreft vooral inburgeringsplichtigen of mensen die onder de Wet Taaleis vallen. Het afgelopen jaar is er een taalakkoord opgesteld, dat uitgewerkt is in een gezamenlijk uitvoeringsplan. Er zijn plannen opgesteld om het huidige non-formele aanbod uit te breiden met onder meer een voorleesproject voor jonge ouders, een project taalstages, conversatiegroepen e.d. In 2017 zal het Taalakkoord ondertekend gaan worden.

Kernteam laaggeletterdheid De LiemersIn De Liemers wordt er door de gemeente Duiven, Rijnwaarden, Westervoort en Zevenaar, roc Rijn IJssel, Kunstwerk! de bibliotheek Liemers, welzijnsorganisaties Caleidoz en Mikado en de RSD samengewerkt om naast de formele educatietrajecten van het Rijn IJssel ook de ontwikkeling van informele educatietrajecten in te zetten.Afgelopen jaar is er hard gewerkt door de diverse partijen om te komen tot een inrichting van een Liemers Taalhuis, met een tweeledige functie:1. een samenwerkingsverband tussen diverse partijen;2. een toegankelijke, fysieke en voor velen laagdrempelige plek voor de aanpak van laaggeletterdheid.Kunstwerk! De Bibliotheek vervult de praktische regierol, die onder andere bestaat uit de afstemming met het Rijn IJssel en zorgt daarnaast ervoor dat het actuele taalaanbod terug te vinden is op de Educatieve Kaart. Op 31 januari jl. is er door middel van een persmoment aandacht geschonken aan de oprichting van het Liemers Taalhuis.

Kernteam laaggeletterdheid Overbetuwe/LingewaardHet kernteam Overbetuwe en Lingewaard is als laatste van start gegaan in september 2016. Hieraan nemen de gemeente Lingewaard en Overbetuwe deel, het Rijn IJssel, de bibliotheek Gelderland-Zuid, de Stichting Welzijn Lingewaard en de Stichting Lezen & Schrijven. De Stichting Welzijn Forte is benaderd om zich aan te sluiten bij dit kernteam.

In de komende periode gaat dit kernteam zich bezighouden het vinden en opleiden van laaggelet-terden. Als belangrijke vindplaatsen zijn benoemd: de gemeente zelf ( in het bijzonder Werk & Inkomen), de bedrijven via de bedrijfscontactfunctionarissen en aansluiten bij het preventieve beleid: consultatiebureaus, VVE, basisonderwijs en Voortgezet Onderwijs.

Het bestaande aanbod wordt in kaart gebracht, bekijken of er overlap is, zorgdragen voor een goede aansluiting, korte lijnen/elkaar weten te vinden en een sluitende keten.

In 2017 zal gewerkt woerden aan de verankering van laaggeletterdheid in het beleid van gemeenten en organisaties, het opstellen van een doorverwijsschema en een prioritering van de speerpunten. Daar waar dat kan wordt er uiteraard gebruik gemaakt van datgene dat al ontwikkeld is in de andere (sub-)regio’s.

13

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

5. Kwaliteit en kwaliteitszorgVoor alle trajecten binnen de educatie geldt dat het aanleren van vaardigheden op het terrein van taal en/of rekenen nooit een doel op zich is. Educatie is een middel, om beter te kunnen functioneren, of het nu is als opvoeder, als werknemer, als burger of als deelnemer aan een vervolgopleiding.Daarom vinden wij het belangrijk dat de verwerving van taalvaardigheden wordt gerelateerd aan de dagelijkse context waarin mensen participeren. De beste resultaten worden behaald als er een verbinding is met de praktijk van alledag.

Succesfactoren en kwaliteit van educatie• Kwaliteit van de docentUit onderzoek van De Greef, M. (2012) blijkt dat de kwaliteit van het onderwijs in belangrijke mate wordt bepaald door de kwaliteit van de docenten (en vrijwilligers) die betrokken zijn bij het onderwijsproces. De beste resultaten worden behaald bij trajecten waarin samengewerkt wordt met een mix van docenten, ondersteund door getrainde vrijwilligers. Bij deze trajecten zijn de resultaten bovengemiddeld. Dat komt overeen met onze werkwijze: een docent draagt de verantwoordelijkheid voor de lesgroep; deze docent voldoet aan de bevoegdheids- en bekwaamheidseisen van de Wet BIO. Onze docenten hebben door hun jarenlange ervaring veel kennis in huis over de doelgroepen en hun specifieke kenmerken.

• Kwaliteit van de intakeEen goede, deskundige intake is noodzakelijk om tot een maatwerktraject te komen, waarin het beginniveau wordt vastgesteld evenals de leerdoelen en de leermogelijkheden (tijd, plaats en mogelijkheden tot leren in de praktijk) en de leercompetenties van de deelnemer.

• Andere indicatoren voor kwaliteitBegeleiding, motivatie, kwaliteit van de leermethoden en groepsgrootte.

De borging van deze kwaliteit is onderwerp van gesprek in het Inhoudelijk Team (IT) en het TeamVertegenwoordigersOverleg (TVO).De resultaten van de verschillende trajecten worden vergeleken en geanalyseerd; aan de hand van deze analyses worden de verbeterpunten in kaart gebracht. De kwaliteitskaart geeft ons inzicht in de behaalde resultaten. In het kader van de gesprekscyclus worden er jaarlijks resultaats- en ontwikkelingsgesprekken met alle medewerkers gevoerd, waarin de ontwikkelingspunten besproken en beoordeeld worden. Jaarlijks worden de medewerkers geschoold in de nieuwste lesmethoden en methodieken en wordt er intensief gebruik gemaakt van intervisie en lesbezoeken bij elkaar.

Voor de toekomst is het noodzakelijk dat het GRO een visie ontwikkeld op de manier waarop de inzet van vrijwilligers en docenten zich verhoudt tot de doelgroepen die bediend worden en de beleidsdoelstellingen die moeten worden bereikt. Voor welke vormen van ondersteuning worden vrijwilligers ingezet en hoe werken ze samen met een formele aanbieder als Rijn IJssel?

1 De Greef, M. Een kwalitatief onderzoek naar het effect van inburgeringstrajecten en de tevredenheid daarover.

De Greef, M., Segers, Nijhuis, J. & J-F Lam (2014). Impactonderzoek taaltrajecten Taal voor het Leven door de St. Lezen & Schrijven

op het gebied van sociale inclusie en leesvaardigheid Deel A Maastricht: Maastricht University

14

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

Visie op kwaliteitszorgIn het Kwaliteitsplan MBO ‘RIJk aan kwaliteit’ beschrijft Rijn IJssel haar ambitie om de onderwijs- kwaliteit te verhogen en hoe zij haar evidente verantwoordingsplicht naar de samenleving wil invullen. In de interne notitie ‘RIJk, Samen werken aan kwaliteit’ (13-03-2014) verwoordt Rijn IJssel haar visie op kwaliteit van onderwijs. De belangrijkste uitgangspunten worden hier kort genoemd.

RIJk aan kwaliteit, Samen werken en Samen doen betekent voor Rijn IJssel:• Streven naar een kwaliteitsbeleid waardoor onderwijsteams, clusters en de instelling als

geheel op transparante wijze werken aan de kwaliteit van het onderwijs en de organisatie, met gemeenschappelijke beleidskaders, afspraken, instrumenten en verbeteracties.

• Regelmatig en stelselmatig monitoren en beoordelen van de progressie van de geleverde prestaties en de geleverde kwaliteit; in samenwerking met en betrokkenheid van stakeholders en desgewenst onafhankelijke deskundigen.

• Periodiek verantwoorden naar stakeholders over het gevoerde beleid en de uitvoering van het onderwijs (governance code).

• Structureel en systematisch feedback vragen aan de stakeholders ten behoeve van het leveren van input en tevredenheid over de kwaliteit van onderwijs, examinering en dienstverlening.

• Managementinformatie genereren waarmee knelpunten tijdig worden gesignaleerd, informatie die de leiding en de onderwijsteams ondersteunt bij de sturing op en uitvoering van het onderwijs, het doorvoeren van verbeteringen en de realisatie van de doelstellingen.

• Het als lerende organisatie systematisch en structureel borgen en verbeteren van de kwaliteit van het onderwijs en de bedrijfsvoering op alle niveaus.

• Het ondersteunen van het professioneel handelen en het uitdagen van iedere medewerker om dit verder te ontwikkelen, zodat het onderwijs beantwoordt aan de ambities en doelen van studenten en het werkveld.

In 2016 zijn er door de stafdienst Onderwijs en Examinering twee tevredenheidsonderzoeken uitgevoerd onder deelnemers Educatie:Een apart onderzoek voor analfabete cursisten: gemiddelde tevredenheid is 8,7Alle overige educatie cursisten: gemiddeld 92%. Cijfer 7,9

15

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

Keurmerk Inburgering (KIWA)Het Keurmerk Inburgering van Stichting Blik op Werk is ontwikkeld door de MBO Raad, BOA en BOREA. Het keurmerk wordt afgegeven door KIWA. Elk jaar voert KIWA een audit uit en wordt het keurmerk al dan niet verlengd. Na de audit in 2014 constateerde KIWA dat Rijn IJssel voldoet aan alle criteria.

De prestatie-indicatoren, onderverdeeld naar aandachtsgebied, zijn:

Algemeen CursuscontractDoorlooptijden 1. Doorlooptijd tot start cursus 2. Doorlooptijd cursusResultaten 3. Eindresultaat cursus 4. Slagingspercentage 5. Contractprestatie collectieve contractenBegeleiders 6. Bekwaamheid begeleidersOrganisatie 7. Privacyreglement 8. KlachtenmanagementTevredenheid 9. Tevredenheid cursisten 10. Tevredenheid opdrachtgevers

Tevredenheidonderzoeken

DeelnemersHetzelfde onafhankelijke bureau van Blik op Werk houdt ook ieder jaar een tevredenheidonderzoek onder de inburgeraars. In 2016 gaven de inburgeraars Rijn IJssel een 7,9. Naast dit externe tevredenheidonderzoek bevraagt Rijn IJssel ook zelf iedere twee jaar de deelnemers van Educatie. In 2016 kwam uit dit onderzoek een gemiddeld tevredenheidscijfer van 93%. Naast dit algemene tevredenheidonderzoek is in 2015 aan de deelnemers gevraagd wat zij van hun docent vinden. Voor elke docent is een individuele rapportage gemaakt die is besproken in de gesprekscyclus met de leidinggevende. De tevredenheid van de deelnemers over hun docenten is groot; alle scores lagen boven de 90% tevredenheid en het cijfer 7,9 (de analfabete cursisten scoorden nog hoger: 8,7).

MedewerkersIedere twee jaar wordt een tevredenheidonderzoek gehouden onder het personeel.

Profiel Norm Slagingspercentage Rijn IJssel

Analfabeet 63% 92%Laagopgeleid 63% 75%Midden opgeleid 72% 73%Hoog opgeleid 69% 83%

Slagingspercentage 2016

16

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

Toezichtkader Inspectie van OnderwijsAan de hand van verantwoordingsdocumenten van de instelling maakt de Inspectie van Onderwijs jaarlijks een risico-inventarisatie. Indien er risico’s worden gesignaleerd, komt de Inspectie de school bezoeken en voert een nader onderzoek uit. Hieronder de criteria uit het waarderingskader:

1. Naleving wettelijke vereisten

2. Opbrengsten

3. Onderwijsproces: Samenhang Maatwerk Didactisch handelen Leertijd Leeromgeving Intake en plaatsing Studieloopbaanbegeleiding Zorg Beroepspraktijkvorming/Stage

4. Kwaliteit van het leraarschap: Didactisch handelen Betrokkenheid docenten Professionalisering van docenten

5. Examinering en diplomering: Exameninstrumentarium Afname en beoordeling Diplomering

6. Kwaliteitsborging: Sturing Beoordeling Verbetering en verankering Dialoog en verantwoording

7. Financiële continuïteit: Financiële positie Financiële beheersing

Bij het laatste Inspectieonderzoek in 2014 constateerde de Inspectie geen risico’s voor de afdeling Educatie.

17

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

6. Bijlage: Cijfermatige gegevensDeze cijfers zijn de gegevens uit het cursistregistratiesysteem PeopleSoft.

Bijlagen

• Bijlage 1: Gegevens Totaal

• Bijlage 2: Gegevens Regionaal aanbod

• Bijlage 3: Gegevens gemeente Arnhem

• Bijlage 4: Gegevens gemeente Duiven

• Bijlage 5: Gegevens gemeente Lingewaard

• Bijlage 5a: Gegevens gemeente Overbetuwe

• Bijlage 6: Gegevens gemeente Renkum

• Bijlage 7: Gegevens gemeente Rheden

• Bijlage 7a: Gegevens gemeente Rozendaal

• Bijlage 8: Gegevens gemeente Rijnwaarden

• Bijlage 9: Gegevens gemeente Westervoort

• Bijlage 10: Gegevens gemeente Zevenaar

18

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

man 30%

vrouw 70%

Deelnemers

Sekse

Totaal Man Vrouw Totaaldeelnemers 231 30% 551 70% 782

Achtergrond

Totaal autochtoon allochtoon Totaaldeelnemers 175 22% 607 78% 782

autochtoon 22%

allochtoon 78%

Achtergrond

Bijlage 1: Gegevens Totaal

19

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

Leeftijdsopbouw

Totaal <20 20-30 30-40 40-50 50-60 >60 onb Totaaldeelnemers 7 151 261 207 113 43 0 782

Leeftijdsopbouw

0

50

100

150

200

250

300

7

151

261

207

43

113

<20 20-30 30-40 40-50 50-60 >60

0

50

100

150

200

250

300

Aantal deelnemers per traject 2016

13

264

221

284

ALFA BASIS STEX T&R

Gerealiseerde aanbod in deelnemerscontacturen 2016

1904

4075845200

26851

ALFA BASIS STEX T&R0

10000

20000

30000

40000

50000

20

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

Bijlage 2: Gegevens Regionaal aanbod

man 49%

vrouw 51%

Deelnemers

Sekse

Regionaal Man Vrouw Totaaldeelnemers 18 49% 19 51% 37

Achtergrond

Regionaal autochtoon allochtoon Totaaldeelnemers 19 51% 18 49% 37

autochtoon 51%

allochtoon 49%

Achtergrond

21

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

Leeftijdsopbouw

Regionaal <20 20-30 30-40 40-50 50-60 >60 onb Totaaldeelnemers 0 3 9 8 15 2 0 37

Leeftijdsopbouw

0

3

6

9

12

15

0

3

98

2

15

20-30 30-40 40-50 50-60<20 >60

0

5

10

15

20

25

Aantal deelnemers per traject 2016

0

15

0

22

ALFA BASIS STEX T&R

Gerealiseerde aanbod in deelnemerscontacturen 2016

0

1795

0

3690

ALFA BASIS STEX T&R0

500

1000

1500

2000

2500

3000

3500

4000

22

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

man 26%

vrouw 74%

Deelnemers

Sekse

Arnhem Man Vrouw Totaaldeelnemers 103 26% 293 74% 396

Achtergrond

Arnhem autochtoon allochtoon Totaaldeelnemers 71 18% 325 82% 396

autochtoon 18%

allochtoon 82%

Achtergrond

Bijlage 3: Gegevens gemeente Arnhem

23

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

Leeftijdsopbouw

Arnhem <20 20-30 30-40 40-50 50-60 >60 onb Totaaldeelnemers 5 89 151 92 40 19 0 396

Leeftijdsopbouw

0

50

100

150

200

5

89

151

92

1940

20-30 30-40 40-50 50-60<20 >60

0

30

60

90

120

150

Aantal deelnemers per traject 2016

9

147

95

ALFA BASIS STEX T&R

145

Gerealiseerde aanbod in deelnemerscontacturen 2016

1496

25942 27505

5140

ALFA BASIS STEX T&R0

5000

10000

15000

20000

25000

30000

24

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

Bijlage 4: Gegevens gemeente Duiven

man 26%

vrouw 74%

Deelnemers

Sekse

Duiven Man Vrouw Totaaldeelnemers 7 26% 20 74% 27

Achtergrond

Duiven autochtoon allochtoon Totaaldeelnemers 3 11% 24 89% 27

autochtoon 11%

allochtoon 89%

Achtergrond

25

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

Leeftijdsopbouw

Duiven <20 20-30 30-40 40-50 50-60 >60 onb Totaaldeelnemers 0 3 10 6 7 1 0 27

Leeftijdsopbouw

0

2

4

6

8

10

0

3

10

6

1

7

20-30 30-40 40-50 50-60<20 >60

0

3

6

9

12

15

Aantal deelnemers per traject 2016

0

4

15

ALFA BASIS STEX T&R

8

Gerealiseerde aanbod in deelnemerscontacturen 2016

0

750

3698

3030

ALFA BASIS STEX T&R0

500

1000

1500

2000

2500

3000

3500

4000

26

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16 Sekse

Lingewaard Man Vrouw Totaaldeelnemers 25 30% 57 70% 82

Achtergrond

Lingewaard autochtoon allochtoon Totaaldeelnemers 27 33% 55 67% 82

Bijlage 5: Gegevens gemeente Lingewaard

man 30%

vrouw 70%

Deelnemers

autochtoon 33%

allochtoon 67%

Achtergrond

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

27

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

Leeftijdsopbouw

0

5

10

15

20

25

1

1716

22

9

17

20-30 30-40 40-50 50-60<20 >60

0

10

20

30

40

50

60

70

80

Aantal deelnemers per traject 2016

0

15

62

ALFA BASIS STEX T&R

5

Gerealiseerde aanbod in deelnemerscontacturen 2016

0

920

523

2485

ALFA BASIS STEX T&R0

500

1000

1500

2000

2500

Leeftijdsopbouw

Duiven <20 20-30 30-40 40-50 50-60 >60 onb Totaaldeelnemers 1 17 16 22 17 9 0 82

28

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

Bijlage 5a: Gegevens gemeente Overbetuwe

man 29%

vrouw 71%

Deelnemers

Sekse

Overbetuwe Man Vrouw Totaaldeelnemers 20 29% 49 71% 69

Achtergrond

Overbetuwe autochtoon allochtoon Totaaldeelnemers 19 28% 50 72% 69

autochtoon 28%

allochtoon 72%

Achtergrond

29

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

Leeftijdsopbouw

Overbetuwe <20 20-30 30-40 40-50 50-60 >60 onb Totaaldeelnemers 0 4 12 35 12 6 0 69

Leeftijdsopbouw

0

5

10

15

20

25

30

35

0

4

12

35

6

12

20-30 30-40 40-50 50-60<20 >60

0

5

10

15

20

25

30

35

40

Aantal deelnemers per traject 2016

3

17

37

ALFA BASIS STEX T&R

12

Gerealiseerde aanbod in deelnemerscontacturen 2016

318

1125918

1830

ALFA BASIS STEX T&R0

500

1000

1500

2000

30

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

Bijlage 6: Gegevens gemeente Renkum

man 26%

vrouw 74%

Deelnemers

Sekse

Renkum Man Vrouw Totaaldeelnemers 8 26% 23 74% 31

Achtergrond

Renkum autochtoon allochtoon Totaaldeelnemers 4 13% 27 87% 31

autochtoon 13%

allochtoon 87%

Achtergrond

31

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

Leeftijdsopbouw

Renkum <20 20-30 30-40 40-50 50-60 >60 onb Totaaldeelnemers 1 11 10 6 2 1 0 31

Leeftijdsopbouw

0

2

4

6

8

10

12

1

1110

6

12

20-30 30-40 40-50 50-60<20 >60

0

5

10

15

20

Aantal deelnemers per traject 2016

0

18

4

ALFA BASIS STEX T&R

9

Gerealiseerde aanbod in deelnemerscontacturen 2016

0

1360

468 463

ALFA BASIS STEX T&R0

300

600

900

1200

1500

32

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

man 31%

vrouw 69%

Deelnemers

Sekse

Rheden Man Vrouw Totaaldeelnemers 18 31% 41 69% 59

Achtergrond

Rheden autochtoon allochtoon Totaaldeelnemers 12 20% 47 80% 59

autochtoon 20%

allochtoon 80%

Achtergrond

Bijlage 7: Gegevens gemeente Rheden

33

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

Leeftijdsopbouw

Rheden <20 20-30 30-40 40-50 50-60 >60 onb Totaaldeelnemers 0 12 27 14 6 0 0 59

Leeftijdsopbouw

0

5

10

15

20

25

30

0

12

27

14

0

6

20-30 30-40 40-50 50-60<20 >60

0

5

10

15

20

25

30

35

40

Aantal deelnemers per traject 2016

0

36

6

ALFA BASIS STEX T&R

17

Gerealiseerde aanbod in deelnemerscontacturen 2016

0

5886

3159

824

ALFA BASIS STEX T&R0

1000

2000

3000

4000

5000

6000

34

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

man 1%

vrouw 0%

Deelnemers

Sekse

Rozendaal Man Vrouw Totaaldeelnemers 1 100% 0 0% 1

Achtergrond

Rozendaal autochtoon allochtoon Totaaldeelnemers 0 0% 1 100% 1

autochtoon 0%

allochtoon 1%

Achtergrond

Bijlage 7a: Gegevens gemeente Rozendaal

35

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

Leeftijdsopbouw

Rozendaal <20 20-30 30-40 40-50 50-60 >60 onb Totaaldeelnemers 0 0 1 0 0 0 0 1

Leeftijdsopbouw

0,0

0,2

0,4

0,6

0,8

1,0

0 0

1

0 00

20-30 30-40 40-50 50-60<20 >60

0,0

0,2

0,4

0,6

0,8

1,0

Aantal deelnemers per traject 2016

0

1

0

ALFA BASIS STEX T&R

0

Gerealiseerde aanbod in deelnemerscontacturen 2016

0

188

0 0

ALFA BASIS STEX T&R0

50

100

150

200

36

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

Bijlage 8: Gegevens gemeente Rijnwaarden

man 42%

vrouw 58%

Deelnemers

Sekse

Rijnwaarden Man Vrouw Totaaldeelnemers 8 42% 11 58% 19

Achtergrond

Rijnwaarden autochtoon allochtoon Totaaldeelnemers 3 16% 16 84% 19

autochtoon 16%

allochtoon 84%

Achtergrond

37

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

Leeftijdsopbouw

Rijnwaarden <20 20-30 30-40 40-50 50-60 >60 onb Totaaldeelnemers 0 5 4 5 3 2 0 19

Leeftijdsopbouw

0

1

2

3

4

5

0

5

4

5

2

3

20-30 30-40 40-50 50-60<20 >60

0

2

4

6

8

10

Aantal deelnemers per traject 2016

0

4

9

ALFA BASIS STEX T&R

6

Gerealiseerde aanbod in deelnemerscontacturen 2016

0

810

1618 1655

ALFA BASIS STEX T&R0

500

1000

1500

2000

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

38

man 45%

vrouw 55%

Deelnemers

Sekse

Westervoort Man Vrouw Totaaldeelnemers 10 45% 12 55% 22

Achtergrond

Westervoort autochtoon allochtoon Totaaldeelnemers 3 14% 19 86% 22

autochtoon 14%

allochtoon 86%

Achtergrond

Bijlage 9: Gegevens gemeente Westervoort

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

39

Leeftijdsopbouw

Westervoort <20 20-30 30-40 40-50 50-60 >60 onb Totaaldeelnemers 0 2 5 9 6 0 0 22

Leeftijdsopbouw

0

2

4

6

8

10

0

2

5

9

0

6

20-30 30-40 40-50 50-60<20 >60

0

3

6

9

12

15

Aantal deelnemers per traject 2016

0

2

15

ALFA BASIS STEX T&R

5

Gerealiseerde aanbod in deelnemerscontacturen 2016

0

973 954

3660

ALFA BASIS STEX T&R0

500

1000

1500

2000

2500

3000

3500

4000

40

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

Bijlage 10: Gegevens gemeente Zevenaar

Sekse

Zevenaar Man Vrouw Totaaldeelnemers 13 33% 26 67% 39

Achtergrond

Zevenaar autochtoon allochtoon Totaaldeelnemers 14 40% 25 64% 39

man 33%

vrouw 67%

Deelnemers

autochtoon 40%

allochtoon 64%

Achtergrond

41

J

aa

rv

er

sl

ag

E

du

ca

ti

e

re

gi

o

Mi

dd

en

G

el

de

rl

an

d

20

16

Leeftijdsopbouw

Zevenaar <20 20-30 30-40 40-50 50-60 >60 onb Totaaldeelnemers 0 5 16 10 5 3 0 39

Leeftijdsopbouw

0

5

10

15

20

0

5

16

10

35

20-30 30-40 40-50 50-60<20 >60

0

5

10

15

20

Aantal deelnemers per traject 2016

1

5

19

ALFA BASIS STEX T&R

14

Gerealiseerde aanbod in deelnemerscontacturen 2016

901010

6360

4075

ALFA BASIS STEX T&R0

1000

2000

3000

4000

5000

6000

7000

8000

42

43

ContactadresUtrechtsestraat 40/42, 6811 LZ ArnhemPostbus 5162, 6802 ED Arnhem026 [email protected]/educatie

UitvoeringslocatiesArnhem Utrechtsestraat 40/42, Arnhem026 3129200

De LiemersBabberichseweg 23, Zevenaar0316 524153

Overbetuwe/Lingewaard Pr. Irenestraat 49, Elst0481 377492

RenkumGroeneweg 14, Renkum0317 315474

Rheden e.o.Tellegenlaan 2, Dieren0313 450500