Energie Actueel nr.13 2012

5
Energie Actueel verschijnt eenmaal per drie weken - Oplage: 5.500 Abonnementen op aanvraag. Losse nummers 6,50 SER regisseur van nationaal energieakkoord Adviesorgaan wil bindende afspraken over besparing, schone technologie en klimaatbeleid 3 Hoogleraar Saskia Lavrijssen (UvA) ‘Positie consument op energiemarkt tot op heden onderbelicht’ 4 DOOR WIM VERSEPUT, KOPENHAGEN “Het politieke risico wordt gezien als de grootste frustrerende fac- tor. Voortdurend worden nieuwe subsidieregelingen gelanceerd en bestaande regelingen aange- past. Dit terwijl de fiscale lasten voor de energiesector toenemen, gedeeltelijk ook op een manier dat deze haaks staan op het kli- maatbeleid”, zei Brunila tijdens een onlangs gehouden seminar in Zweedse warmte- klanten kunnen onderhandelen over contracten opgemerkt Stadsverwarmingsafnemers in Zweden krijgen een instrument om bij de aanbieders in de boek- houding te kijken en op basis van de zo verworven kennis over het bedrijf contractonderhandelingen te beginnen. Dat gebeurt op initiatief van energie- marktoezichthouder Energimark- nadsinspektionen (EI). Deze instan- tie heeft een website geopend waar de stadsverwarmingsbedrijven aan de hand van diverse gegevens door de klanten tegen het licht kunnen worden gehouden. Het gaat daarbij om zaken als omzet en winstmar- ges, geleverde volumes, inkomsten per afnemer per geleverde eenheid en nog een aantal cijfermatigheden. Zo kan een afnemer in Gotenburg bijvoorbeeld te weten komen dat aanbieder Göteborg Energi AB vorig jaar een rendement van 16,9 procent op het eigen vermogen draaide en per klant een slordige 17.000 euro aan inkomsten haalde. Transparantie Het initiatief van EI moet ook wor- den gezien tegen de achtergrond van het regeringsbeleid om de trans- parantie en de competitie op de stadsverwarmingsmarkt drastisch te verbeteren. Tot dusver was stads- verwarming voor de consument primair een kwestie van slikken of stikken, maar als het aan de over- heid ligt komt daaraan een eind. Zo werd eerder al door de regering be- sloten om de tarieven in monopolie- situaties te koppelen aan de prijzen van andere verwarmingsbronnen. EI komt aan de gegevens op grond van een aan de bedrijven opgelegde in- formatieplicht. Zweden telt in totaal 220 warmtebedrijven. n de Finse hoofdstad Helsinki. Aan de energiebedrijven ligt het dus niet. Brunila: “Deze hebben zich verplicht tot een ambitieus doel inzake de terugdringing van de CO2-emissies. Langetermijnin- vesteringen om dat doel te berei- ken vereisen echter een voorspel- baar politiek beleid. Helaas is dat niet de realiteit.” Marktintegratie De onvoorspelbaarheid wordt in de hand gewerkt door de natio- Nog deze maand wordt het EU-besluit van kracht, dat de 27 lidstaten bij energieonderhandelingen met derde landen een sterkere positie moet ga- randeren dan voorheen. DOOR JAN SCHILS, BRUSSEL Voortaan mag de Europese Com- missie niet alleen op verzoek van een lidstaat diens energieonder- handelingen met een derde land (bijvoorbeeld met Rusland over gas) als ‘waarnemer’ bijwonen. De Commissie wordt ook bevoegd om desgevraagd door een lidstaat het onderhandelingsresultaat met een Het energiebeleid in de EU-landen is te wispelturig en dat is voor de elektriciteitsbedrijven het grootste struikelblok om te investeren in duur- zaamheid. Die visie ventileert Anne Brunila, strategiedirecteur van het Finse energieconcern Fortum. Brunila baseert haar visie op een inventa- risatie van de investeringsplannen die bij de Europese concurrentie op de agenda staan. delingspositie van de lidstaten, die weinig of geen eigen energiebron- nen (zoals gas en olie) bezitten en voor hun bevoorrading in grote mate afhankelijk zijn van derde lan- den. Daarbij gaat het in de eerste plaats om de energieafhankelijk- heid van verschillende lidstaten van Russisch aardgas, in het bijzonder Polen, de Baltische staten, Bulgarije en Roemenië. De Europese Com- missie maakt zich sterk dat het EU- besluit ook de energievoorzienings- zekerheid van de Unie ten goede zal komen. Zekerheid Oettinger benadrukt tevens dat het EU-besluit meehelpt om meer wet- telijke zekerheid te bieden op het vlak van investeringsbeslissingen op het gebied van energie, waardoor de onderhandelingspositie van de lid- staten tegenover derde landen wordt verstevigd. De Letse rapporteur van het Euro- pees Parlement in deze kwestie, Kri- sjanis Karins, geeft toe dat de nieu- we EU-wetgeving niet volmaakt is, maar “beter dan géén wetgeving.” n ‘Energietransitie heel goed mogelijk zonder kerncentrales’ Het rapport Global Energy Assess- ment (GEA) is een uitgave waaraan driehonderd onderzoekers over de hele wereld hun inbreng hebben ge- leverd. Zes jaar is er aan deze vuist- dikke uitgave gewerkt. GEA is een eerste, volledig geïntegreerde alles- omvattende studie van energiesyste- men. Het werd voorafgaand aan de Rio+20 conferentie afgelopen zo- mer gelanceerd. In dit rapport ook bijdragen van Nederlandse onder- zoekers, onder wie Turkenburg. Hij is de hoofdauteur van het hoofdstuk over hernieuwbare energie. Energiepaden GEA schetst 41 alternatieve ener- giepaden richting een duurzame wereld. Deze paden bieden handvat- ten voor beleidsmakers om haalbare en kosteneffectieve keuzes te ma- Er zijn inmiddels veel discussies over gevoerd, waarin voor- en tegenstan- ders van kernenergie lijnrecht tegenover elkaar staan: is de energietransitie wel of niet haalbaar zonder inbreng van nucleaire energie? Volgens atoom- fysicus Wim Turkenburg is die transitie heel goed mogelijk zonder kern- centrales. Hij baseert zich op het Global Energy Assessment rapport dat eind september in ons land werd gepresenteerd. ken om duurzaamheidsdoelstelling die voor 2030 en 2050 zijn gesteld te halen. Turkenburg: “Wat zijn de randvoorwaarden waaraan het energiesysteem moet voldoen om een duurzame ontwikkeling van de samenleving te krijgen? Welke energieopties spelen in die ontwik- keling een centrale rol en hoe krijg je die opties gerealiseerd? Die vragen staan centraal in GEA.” Eén van de conclusies uit het rap- port is dat kernenergie niet nodig is om de duurzaamheidsdoelen van 2050 te realiseren, zegt Turkenburg. “Kernenergie kan een bijdrage leve- ren, maar is niet noodzakelijk. Voor mij persoonlijk was dat een grote verrassing. Vijf jaar geleden achtte ik dat onmogelijk, nu blijkt uit de stu- die dat het wel mogelijk is.” n nale uitgangspunten die door de afzonderlijke lidstaten worden gehanteerd. Daar moet wel wat aan - dan wel tegen - worden ge- daan volgens de Fortum-direc- teur. “Integratie van de markt zou moeten leiden tot gemeenschap- pelijke principes bij de aanpak en de opzet van systemen, net als bij het economische beleid. Dat zou de doelmatigheid en de transpa- rantie aanzienlijk verbeteren en een subsidierace tussen de lidsta- ten voorkomen”, aldus Brunila. “Marktgedreven mechanismen, zoals de emissiehandel, zijn qua kosten voor de samenleving effi- ciënter dan aan specifieke geval- len gebonden subsidies.” Brunila is ervan overtuigd dat met name de transitie in haar eigen Finland daarbij sterk gebaat zou zijn. “Maar zoals het nu gaat, ben ik eerder bezorgd dat een steeds groter deel van de nieuwe investe- ringen in energieproductie komt te drijven op subsidies.” n Atoomfysicus Wim Turkenburg ‘Ik heb er moeite mee om de kerncentrale Borssele veilig te noemen’ 5 6 ENERGIE Actueel Tips voor de redactie? Tips voor de redactie? De redactie verwelkomt tips en onderwerp- suggesties van de lezers. Ook wil de redactie graag persberichten en overige van belang zijnde mailings ontvangen. Zie het colofon op pagina 8 voor het redactieadres. Dinsdag 6 november 2012, jaargang 15, nummer 13 derde land aan de Europese regel- geving te toetsen, vóórdat daarover een akkoord wordt ondertekend. Tot nu toe wilden vooral de grotere EU-landen niet dat ‘Brussel’ zich zou bemoeien met hun ‘externe’ energieonderhandelingen. Het EU-besluit voorziet tevens in een systeem van informatie-uit- wisseling tussen de lidstaten en de Commissie, en tussen de lidstaten onderling over hun energieonder- handelingen met derde landen. Volgens Europees energiecommis- saris Oettinger is er sprake van een “eerste pragmatische stap om de energieovereenkomsten van lidsta- ten met derde landen transparanter te maken en de Europese reglemen- tering beter te doen naleven.” Zwakke positie De belangrijkste reden voor de nieu- we aanpak is volgens de Europese Commissie de zwakke onderhan- Meer begrip van protestbewegingen voor Energiewende in Duitsland Acceptatie onder burgers voor versnelde aanleg stroominfra groeit ‘Brussel’ gaat energieakkoorden lidstaten met derde landen aan EU-regels toetsen Duurzame zeeboeren Ongeveer tien kilometer voor de kust van Texel ligt een testveld dat moet uitgroeien tot een professioneel zeewierteelt- bedrijf. Het waterplantje kan in de toekomst een belangrijke brandstof worden voor de transportsector. Bovendien is de biomassa zeer geschikt voor energieopwekking, bijvoorbeeld met biovergisters. De partijen, waaronder adviesbureau Ecofys en zeewierveredelingsbedrijf Hortimare, richten zich voor de ‘Noordzeeboerderij’ op windparken. De clustering van offshore windturbines van 12 tot 14 vierkante kilometer waar geen schepen mogen komen, is een prima schaal voor landbouw op zee. Het teeltsysteem is gebaseerd op horizontaal hangende netten, een paar meter onder het waterop- pervlak. En wie wordt de zeeboer? De partijen denken aan vissers of akkerbouwers, maar zien ook mogelijkheden voor energieleveranciers. De bedrijven investeren in windparken en kunnen zo op eenvoudige wijze de teelt combineren. n Fins energieconcern pleit voor minder subsidies en meer markt

description

Energie Nederland is een driewekelijkse uitgave van EnergieNed, Vereniging van Energieproducenten, -handelaren en retailbedrijven in Nederland en Netbeheer Nederland, Vereniging van Energienetbeheerders in Nederland.

Transcript of Energie Actueel nr.13 2012

Page 1: Energie Actueel nr.13 2012

Energie Actueel verschijnt eenmaal per drie weken - Oplage: 5.500 Abonnementen op aanvraag. Losse nummers € 6,50

SER regisseur van nationaal energieakkoord

Adviesorgaan wil bindende afspraken over besparing, schone technologie en klimaatbeleid 3

Hoogleraar Saskia Lavrijssen (UvA)

‘Positie consument op energiemarkt tot op heden onderbelicht’ 4

DOOR WIM VERSEPUT, KOPENHAGEN

“Het politieke risico wordt gezien als de grootste frustrerende fac-tor. Voortdurend worden nieuwe subsidieregelingen gelanceerd

en bestaande regelingen aange-past. Dit terwijl de fiscale lasten voor de energiesector toenemen, gedeeltelijk ook op een manier dat deze haaks staan op het kli-maatbeleid”, zei Brunila tijdens een onlangs gehouden seminar in

Zweedse warmte- klanten kunnen onderhandelen over contracten

o p g e m e r k t

Stadsverwarmingsafnemers in Zweden krijgen een instrument om bij de aanbieders in de boek-houding te kijken en op basis van de zo verworven kennis over het bedrijf contractonderhandelingen te beginnen.

Dat gebeurt op initiatief van energie-marktoezichthouder Energimark-nadsinspektionen (EI). Deze instan-tie heeft een website geopend waar de stadsverwarmingsbedrijven aan de hand van diverse gegevens door de klanten tegen het licht kunnen worden gehouden. Het gaat daarbij om zaken als omzet en winstmar-ges, geleverde volumes, inkomsten per afnemer per geleverde eenheid en nog een aantal cijfermatigheden. Zo kan een afnemer in Gotenburg bijvoorbeeld te weten komen dat aanbieder Göteborg Energi AB vorig jaar een rendement van 16,9 procent op het eigen vermogen draaide en per klant een slordige 17.000 euro aan inkomsten haalde.

TransparantieHet initiatief van EI moet ook wor-den gezien tegen de achtergrond van het regeringsbeleid om de trans-parantie en de competitie op de stadsverwarmingsmarkt drastisch te verbeteren. Tot dusver was stads-verwarming voor de consument primair een kwestie van slikken of stikken, maar als het aan de over-heid ligt komt daaraan een eind. Zo werd eerder al door de regering be-sloten om de tarieven in monopolie-situaties te koppelen aan de prijzen van andere verwarmingsbronnen. EI komt aan de gegevens op grond van een aan de bedrijven opgelegde in-formatieplicht. Zweden telt in totaal 220 warmtebedrijven. n

de Finse hoofdstad Helsinki. Aan de energiebedrijven ligt het dus niet. Brunila: “Deze hebben zich verplicht tot een ambitieus doel inzake de terugdringing van de CO2-emissies. Langetermijnin-vesteringen om dat doel te berei-ken vereisen echter een voorspel-baar politiek beleid. Helaas is dat niet de realiteit.”

MarktintegratieDe onvoorspelbaarheid wordt in de hand gewerkt door de natio-

Nog deze maand wordt het EU-besluit van kracht, dat de 27 lidstaten bij energieonderhandelingen met derde landen een sterkere positie moet ga-randeren dan voorheen.

DOOR JAN SCHILS, BRUSSEL

Voortaan mag de Europese Com-missie niet alleen op verzoek van een lidstaat diens energieonder-handelingen met een derde land (bijvoorbeeld met Rusland over gas) als ‘waarnemer’ bijwonen. De Commissie wordt ook bevoegd om desgevraagd door een lidstaat het onderhandelingsresultaat met een

Het energiebeleid in de EU-landen is te wispelturig en dat is voor de elektriciteitsbedrijven het grootste struikelblok om te investeren in duur-zaamheid. Die visie ventileert Anne Brunila, strategiedirecteur van het Finse energieconcern Fortum. Brunila baseert haar visie op een inventa-risatie van de investeringsplannen die bij de Europese concurrentie op de agenda staan.

delingspositie van de lidstaten, die weinig of geen eigen energiebron-nen (zoals gas en olie) bezitten en voor hun bevoorrading in grote mate afhankelijk zijn van derde lan-den. Daarbij gaat het in de eerste plaats om de energieafhankelijk-heid van verschillende lidstaten van Russisch aardgas, in het bijzonder Polen, de Baltische staten, Bulgarije en Roemenië. De Europese Com-missie maakt zich sterk dat het EU-besluit ook de energievoorzienings-zekerheid van de Unie ten goede zal komen.

ZekerheidOettinger benadrukt tevens dat het EU-besluit meehelpt om meer wet-telijke zekerheid te bieden op het vlak van investeringsbeslissingen op het gebied van energie, waardoor de onderhandelingspositie van de lid-staten tegenover derde landen wordt verstevigd.

De Letse rapporteur van het Euro-pees Parlement in deze kwestie, Kri-sjanis Karins, geeft toe dat de nieu-we EU-wetgeving niet volmaakt is, maar “beter dan géén wetgeving.” n

‘Energietransitie heel goed mogelijk zonder kerncentrales’

Het rapport Global Energy Assess-ment (GEA) is een uitgave waaraan driehonderd onderzoekers over de hele wereld hun inbreng hebben ge-leverd. Zes jaar is er aan deze vuist-dikke uitgave gewerkt. GEA is een eerste, volledig geïntegreerde alles-omvattende studie van energiesyste-men. Het werd voorafgaand aan de Rio+20 conferentie afgelopen zo-mer gelanceerd. In dit rapport ook bijdragen van Nederlandse onder-zoekers, onder wie Turkenburg. Hij is de hoofdauteur van het hoofdstuk over hernieuwbare energie.

EnergiepadenGEA schetst 41 alternatieve ener-giepaden richting een duurzame wereld. Deze paden bieden handvat-ten voor beleidsmakers om haalbare en kosteneffectieve keuzes te ma-

Er zijn inmiddels veel discussies over gevoerd, waarin voor- en tegenstan-ders van kernenergie lijnrecht tegenover elkaar staan: is de energietransitie wel of niet haalbaar zonder inbreng van nucleaire energie? Volgens atoom-fysicus Wim Turkenburg is die transitie heel goed mogelijk zonder kern-centrales. Hij baseert zich op het Global Energy Assessment rapport dat eind september in ons land werd gepresenteerd.

ken om duurzaamheidsdoelstelling die voor 2030 en 2050 zijn gesteld te halen. Turkenburg: “Wat zijn de randvoorwaarden waaraan het energiesysteem moet voldoen om een duurzame ontwikkeling van de samenleving te krijgen? Welke energieopties spelen in die ontwik-keling een centrale rol en hoe krijg je die opties gerealiseerd? Die vragen staan centraal in GEA.”

Eén van de conclusies uit het rap-port is dat kernenergie niet nodig is om de duurzaamheidsdoelen van 2050 te realiseren, zegt Turkenburg. “Kernenergie kan een bijdrage leve-ren, maar is niet noodzakelijk. Voor mij persoonlijk was dat een grote verrassing. Vijf jaar geleden achtte ik dat onmogelijk, nu blijkt uit de stu-die dat het wel mogelijk is.” n

nale uitgangspunten die door de afzonderlijke lidstaten worden gehanteerd. Daar moet wel wat aan - dan wel tegen - worden ge-daan volgens de Fortum-direc-teur. “Integratie van de markt zou moeten leiden tot gemeenschap-pelijke principes bij de aanpak en de opzet van systemen, net als bij het economische beleid. Dat zou de doelmatigheid en de transpa-rantie aanzienlijk verbeteren en een subsidierace tussen de lidsta-ten voorkomen”, aldus Brunila.

“Marktgedreven mechanismen, zoals de emissiehandel, zijn qua kosten voor de samenleving effi-ciënter dan aan specifieke geval-len gebonden subsidies.”

Brunila is ervan overtuigd dat met name de transitie in haar eigen Finland daarbij sterk gebaat zou zijn. “Maar zoals het nu gaat, ben ik eerder bezorgd dat een steeds groter deel van de nieuwe investe-ringen in energieproductie komt te drijven op subsidies.” n

Atoomfysicus Wim Turkenburg

‘Ik heb er moeite mee om de kerncentrale Borssele veilig te noemen’ 5 6

ENERGIEActueelTips

voor de redactie?Tips voor de redactie? De redactie verwelkomt tips en onderwerp-

suggesties van de lezers. Ook wil de redactie graag persberichten en overige van belang zijnde mailings

ontvangen. Zie het colofon op pagina 8 voor het redactieadres.Dinsdag 6 november 2012, jaargang 15, nummer 13

derde land aan de Europese regel-geving te toetsen, vóórdat daarover een akkoord wordt ondertekend. Tot nu toe wilden vooral de grotere EU-landen niet dat ‘Brussel’ zich zou bemoeien met hun ‘externe’ energieonderhandelingen.

Het EU-besluit voorziet tevens in een systeem van informatie-uit-wisseling tussen de lidstaten en de

Commissie, en tussen de lidstaten onderling over hun energieonder-handelingen met derde landen. Volgens Europees energiecommis-saris Oettinger is er sprake van een “eerste pragmatische stap om de energieovereenkomsten van lidsta-ten met derde landen transparanter te maken en de Europese reglemen-tering beter te doen naleven.”

Zwakke positieDe belangrijkste reden voor de nieu-we aanpak is volgens de Europese Commissie de zwakke onderhan-

Meer begrip van protestbewegingen voor Energiewende in Duitsland

Acceptatie onder burgers voor versnelde aanleg stroominfra groeit

‘Brussel’ gaat energieakkoorden lidstaten met derde landen aan EU-regels toetsen

Duurzame zeeboeren Ongeveer tien kilometer voor de kust van Texel ligt een testveld dat moet uitgroeien tot een professioneel zeewierteelt-bedrijf. Het waterplantje kan in de toekomst een belangrijke brandstof worden voor de transportsector. Bovendien is de biomassa zeer geschikt voor energieopwekking, bijvoorbeeld met biovergisters. De partijen, waaronder adviesbureau Ecofys en zeewierveredelingsbedrijf Hortimare, richten zich voor de ‘Noordzeeboerderij’ op windparken. De clustering van offshore windturbines van 12 tot 14 vierkante kilometer waar geen schepen mogen komen, is een prima schaal voor landbouw op zee. Het teeltsysteem is gebaseerd op horizontaal hangende netten, een paar meter onder het waterop-pervlak. En wie wordt de zeeboer? De partijen denken aan vissers of akkerbouwers, maar zien ook mogelijkheden voor energieleveranciers. De bedrijven investeren in windparken en kunnen zo op eenvoudige wijze de teelt combineren. n

Fins energieconcern pleit voor minder subsidies en meer markt

Page 2: Energie Actueel nr.13 2012

2 Energie Actueel, jaargang 15, nr 13 • dinsdag 6 november 2012 Energie Actueel, jaargang 15, nr 13 • dinsdag 6 november 2012 3

Groen bouwen in wit jasjeEen op houtpallets gestookte mobiele verwarmingsinstallatie staat naast het in aanbouw zijnde regiokantoor van netbeheerder Enexis in Zwolle. De ‘Heaterbox’ is door BAM Utiliteitsbouw geplaatst. Niet alleen zorgt de installatie voor de verwarming tijdens de werkzaamheden, het is een van de maatregelen die het bouwbedrijf treft in het ka-der van de BREEAM-certificering. Het duurzaamheidscertificaat is een eis van de opdrachtgever. Een medewerker van BAM is tijdens de nieuwbouw van het Enexis-kantoor fulltime met die certificering aan de slag. Het gebouw wordt in anderhalve tot twee maand tijd opgeleverd. Bijzonder element zijn de 97 composietgevelpanelen die door NPSP Com-posieten uit Haarlem zijn gemaakt. De witte platen hebben een rc-waarde van 8,0. Het kantoor moet een epc-waarde van nul krijgen. Op het grote dakvlak worden pv-zonnecellen neergelegd die voldoende energie opwekken voor de mensen in het kantoor. In combinatie met een warmte-koude-installatie wordt het gebouw energieneutraal. n

BINNENLANDECONOMIEECONOMIE Europees energiecommissaris Günther Oettinger

‘Duitse energiepolitiek is te weinig Europees’

(Pagina 7)NieuwsFinanciën

DOOR PETER WESTHOF

De winst van Iberdrola over de eerste drie kwartalen van 2012 is met 12 procent gestegen naar 2,4 miljard euro. De internationale groei was hiervoor opnieuw ver-antwoordelijk. De nettowinst uit internationale activiteiten klom met 52 procent, terwijl die in het thuisland Spanje met 36 procent naar beneden ging. De economi-sche crisis in Spanje is hier weer debet aan. Iberdrola schroefde in dezelfde periode de investeringen met 67 procent terug naar rond 2 miljard euro. Het bedrijf wil de komende jaren zijn schuld van 31 miljard euro verder verkleinen.

Street Journal. De krant baseerde zich op ingewijden die de afgelo-pen maanden bij de onderhande-lingen betrokken waren. Als de twee ondernemingen zouden sa-mengaan, ontstaat er een bedrijf ter waarde van 45 miljard euro. De gesprekken zouden echter zijn ge-stopt, omdat er problemen op het gebied van mededinging kunnen ontstaan. De informele onderhandelingen zouden, op initiatief van Suez, al in augustus zijn begonnen. Ze zijn volgens The Wall Street Journal echter afgebroken, voordat ze het niveau van het management heb-ben bereikt. Zowel Veolia als Suez ontkende dat er besprekingen zijn gevoerd. “Een fusie met Suez staat niet op de agenda”, schrijft Veolia kortaf op zijn website.De mogelijke gesprekken over de megafusie zouden zijn ingegeven door de economische crisis in de

De activiteiten van Iberdrola in het thuisland Spanje draaien nog steeds heel slecht, zo bleek eind oktober uit de resultaten van het bedrijf over de eerste negen maanden van 2012. Iberdrola is de eerste Europese utility die over deze periode de boeken heeft geopend. Andere volgen wat later. Het bedrijf maakte ook bekend dat het de komende tijd zijn miljardenschuld drastisch wil verkleinen. Een opzienbarend bericht was er over Veolia Environnement, dat besprekingen zou voeren met Suez Environnement over een mogelijke fusie.

Eind 2014 moet voor 2 miljard euro aan bezittingen verkocht zijn en de schuld moet dan zijn afgenomen tot 26 miljard euro. “Iberdrola zet zijn bezittingen te koop, die niet direct te maken hebben met zijn kernactivitei-ten en vallen buiten de gebieden die het belangrijkst voor Iberdrola zijn. Hierbij gaat het om de Verenigde Staten, Spanje, Groot-Brittannië, Mexico en Brazilië”, zei topman Ig-nacio Galan van Iberdrola tijdens de presentatie van de resultaten. De snelle groei van het marktaandeel in hernieuwbare energie is een be-langrijke winstmaker voor Iberdrola. Het bedrijf is de grootste beheerder van windmolenparken ter wereld. De stijging van de nettowinst over de af-

gelopen kwartalen was in lijn met de verwachting van analisten. De koers van het aandeel Iberdrola liet in re-actie op de cijfers een kleine stijging zien. Maar beleggers in Iberdrola hebben reden tot enige tevreden-heid. Na een dieptepunt in juli is het aandeel op de Spaanse beurs aan een gestage opmars bezig.

Mogelijke fusieVeolia Environnement en Suez En-vironnement, de twee grootste uti-lities ter wereld op het gebied van water en afval, hebben besprekin-gen gevoerd om de mogelijkheden van een fusie te onderzoeken. Dat meldde eind oktober althans het altijd goed ingevoerde The Wall

Europese Unie en de stagnatie in een aantal opkomende landen. Al voor de eurocrisis zijn gemeenten scherper gaan letten op hun kosten op het gebied van water en afval, terwijl de overzeese markten min-der winstgevend zijn dan ze aan-vankelijk leken.Door een mogelijke fusie zouden Veolia Environnement en Suez Environnement in Frankrijk zo groot worden, dat ze op last van de Franse mededingingsautoriteiten gedwongen worden een groot deel van hun activiteiten te verkopen. In de overzeese gebieden hebben beide bedrijven weinig geografi-sche overlapping, zodat een fusie hier weinig kostenbesparingen zou opleveren.Het aandeel Veolia Environnement liet in reactie op het fusiegerucht weinig beweging zien. De koers van het aandeel Suez Environne-ment ging wel flink omlaag. n

Best presterende in %

RWE 9,67%

Endesa 7,14%

Gasnatural - 6,02%Union Fenosa

Iberdrola 3,96%

National Grid Group 0,79%

Minst presterende in %

EVN -2,78%

EDP -2,83%

Centrica -3,35%

E.On -4,99%

Veolia Env -6,53%

Best en slechtst presterende beursfondsen

periode 8 oktober t/m 29 oktober 2012

Iberdrola wil schuldenberg verkleinen, gerucht over megafusie

Spotmarkt elektriciteit: • Hoogste volume: 144.899 MWh (25 okt) • Laagste volume: 113.639 MWh

(7 okt) • Hoogste prijs: 57,39 €/MWh

(25 okt) • Laagste prijs: 40,14 €/MWh

(14 okt)

VOLUME (MWH) AVG Base PRIJS (EUR)

APX Markt Ontwikkeling 06/10/2012 t/m 26/10/2012 (EUR/MWh)160.000140.000120.000100.00080.00060.00040.00020.000

0

06/1

007

/10

08/0

909

/10

10/1

011

/10

12/1

013

/10

14/1

015

/10

16/1

017

/10

18/1

019

/10

20/1

021

/10

22/1

023

/10

24/1

025

/10

26/1

0

Volu

me

(MW

h)

Prijs

(EU

R)

M 100M 90 M 80M 70M 60M 50M 40M 30M 20M 10M 0

Nov-12 Q1-13 CAL-13 CAL-14 CAL-15

Wood Pellets indices alle contracten omlaag • €/MT: Nov-12: 130,92 (-0,98) Q1-13: 135,26 (-0,24) Cal-13: 136,77 (-0,75) Cal-14: 139,52 (-0,78) Cal-15: 142,01 (-0,56)

ENDEX Wood Pellets - Basislast Index

Base

Inde

x (e

/MT)

Volume Wk 44-12 Nov-12 Q1-13 Cal-13 Cal-14 Cal-15

ENDEX Power NL - Basislast Index & Volume1.200.000

1.000.000

800.000

600.000

400.000

200.000

0

Volu

me

(MW

h)

Base

Inde

x (M

/MW

h)

58565452504846444240

Futures Power NL behalve Calender 14 stijgende indices •€/MWh: Wk 44-12: 53,75 (+0,19) Nov-12: 56,13 (+2,38) Q1-13: 55,34 (+1,25) Cal-13: 52,54 (+0,54) Cal-14: 50,58 (0,00) Cal-15: 50,57 (+0,27) • Hoogste dagvolume: 987.172 MWh (23 okt)

27/0

7

28/0

7

29/0

7

01/0

8

02/0

8

03/0

8

04/0

8

05/0

8

08/0

8

09/0

8

10/0

8

11/0

8

12/0

8

15/0

8

16/0

8

17/0

8

TTF Gas Day-Ahead • Laagste prijs deze periode:

25,76 €/MWh (6/7 okt), hoogste prijs: 27,53 €/MWh (24 okt)

• Het hoogste volume was 11 okt met 57.264 MWh, het laagste 7.416 MWh (24 okt)

APX TTF Day-Ahead Index & Volume

Volume MWh (Flow Day) APX TTF DAY-AHEAD INDEX

Volu

me

MW

h

M/M

Wh

Marktontwikkeling APX-ENDEX – 06-10-2012 / 26 -10-2012

ENDEX TTF Gas - Basislast Index & Volume

Volu

me

(MW

h)

Base

Inde

x (M

/MW

h)

TTF Futures contracten in de lift • €/MWh: WDNW: 27,22 (+0,82) Nov-12: 27,91 (+1,06) Q1-13: 28,01 (+0,76) Sum-13: 26,63 (+0,68) Cal-13: 27,40 (+0,64) Cal-14: 27,66 (+0,27) Cal-15: 27,41 (+0,24) • Hoogste dagvolume: 7.515.460

MWh (11 okt) Volume WDNW 29-Oct-12 Nov-12 Q1-13Sum-13 Cal-13 Cal-14 Cal-15

08/1

0

09/1

0

10/1

0

11/1

0

12/1

0

15/1

0

16/1

0

17/1

0

18/1

0

19/1

0

22/1

0

23/1

0

24/1

0

25/1

0

26/1

0

70.000

60.000

50.000

40.000

30.000

20.000

10.000

0

8.000.000 7.000.000 6.000.000 5.000.0004.000.0003.000.0002.000.0001.000.000

0

145143141139137135133131

129127125

282726252423222120

28,0027,5027,0026,5026,0025,5025,0024,5024,00

06-0

7/10

08/1

0

09/1

0

10/1

0

11/1

0

12/1

0

13-1

4/10

15/1

0

16/1

0

17/1

0

18/1

0

19/1

0

20-2

1/10

22/1

0

23/1

0

24/1

0

25/1

0

26/1

0

08/1

0

09/1

0

10/1

0

11/1

0

12/1

0

15/1

0

16/1

0

17/1

0

18/1

0

19/1

0

22/1

0

23/

10

24/1

0

25/

10

26/1

0

08/1

0

11/1

0

15/1

0

18/1

0

22/1

0

25/1

0

Conflict met AmerikaHet is niet voor het eerst dat de export van Chinese zonnepanelen onder vuur ligt. Amerika besloot eerder dit jaar al de producten van diverse Chinese ondernemingen extra te belasten. De VS zijn ervan overtuigd dat de bewuste bedrijven illegale prijzen hanteren. De panelen werden, zo werd gemeld, met aanzienlijk verlies ver-kocht en daarom werden er ‘strafheffingen’ opgelegd van 31 tot maximaal 250 procent. China heeft intussen een klacht ingediend bij de Wereldhandelsorganisatie WTO over deze importheffingen. In eerdere conflicten met Amerika stelde China als tegenreactie heffingen in op producten die juist veel van de VS naar China worden geëxporteerd. n

Europese producenten zonnepanelen juichen EC-onderzoek Chinese bedrijven toeProducenten van zonnepanelen uit Europa juichen een onderzoek van de Europese Commissie toe. De Commissie gaat toetsen of Chinese bedrijven hun solarproducten ver onder de kostprijs aanbieden, en daarmee de antidump- wetgeving overtreden.

DOOR MARCEL VINK, BEIJING

De Chinese bedrijven zouden daar-mee onder andere Nederlandse concurrenten buitenspel willen zet-ten. Er waren al eerder klachten dat ondernemingen uit de Aziatische grootmacht overheidssteun krijgen, en dat veel buitenlandse bedrijven in het land daardoor niet kunnen over-leven. “Het wordt een bloedbad”, voorspelt een Nederlander in Peking die in de solarindustrie werkzaam is. “Als kleine investeerder kun je hier gewoon niet tegenop. Er zijn heel veel spelers op deze markt, dus er wordt natuurlijk hard geconcurreerd. Maar dit is een oneerlijke strategie.”

Grootste antidump-klachtDe klacht in Brussel was eerder inge-diend door een consortium van ze-ker twintig Europese producenten, die gezamenlijk een kwart van de Europese productie van zonnepane-len voor hun rekening nemen. Het zou gaan om de grootste antidump-klacht die de Europese Commissie ooit in behandeling heeft genomen, zo verklaarde een vertegenwoordi-ger van de EU. China exporteerde in 2011 voor 21 miljard euro aan zon-nepanelen naar de Europese Unie, dat voor de Aziatische reus daarmee de grootste afzetmarkt is. Het land is zelfs verantwoordelijk voor twee-derde van de wereldproductie. Zeker 80 procent van alle producten wordt uitgevoerd.

Tevreden en opgeluchtVeel Europese producenten zijn te-vreden en opgelucht over het onder-

zoek, maar de Chinese overheid is verbolgen over de beslissing van de Europese Commissie en wijst erop dat veel Europese ondernemingen, zoals de Duitse, jarenlang zijn ge-groeid, vooral door subsidies van hun eigen regering. Het Chinese mi-nisterie van Handel heeft in een ver-klaring nog eens extra aangegeven dat de beschuldigingen van dum-ping ongegrond zijn en voegde eraan toe dat protectionistische pogingen de gehele markt zullen schaden.

Eerlijke competitieHet voortouw tot het onderzoek is voornamelijk door Duitse bedrij-ven genomen, onder de noemer EU ProSun, geleid door het beursgeno-teerde Solar World AG. “We vech-ten voor eerlijke competitie, maar Chinese fabrikanten overtreden de regels”, verklaarde CEO Frank As-beck de beslissing in een brief aan de aandeelhouders. “Er moet iets gebeuren om te strijden tegen deze illegale dumpingen.” Andere Euro-pese producenten, zoals het grote Wacker Chemie AG, hebben zich

juist tegen het onderzoek uitgelaten. Bondskanselier Angela Merkel heeft ook laten weten dat ze in dergelijke conflicten liever zelf naar een oplos-sing zoekt, in plaats van meteen de Europese Unie in te schakelen.

Goede relatiesMerkel was eerder dit jaar, in augus-tus, in China voor een staatsbezoek en heeft het onderwerp aangesne-den, ook al omdat de twee landen belangrijke handelspartners zijn en er vrees is dat het conflict de goede relaties kunnen schaden. Premier Wen Jiabao was het eens met het standpunt van Merkel. “Antidump-conflicten moeten door middel van overleg worden opgelost”, liet hij de internationale pers weten tijdens het bezoek. Het Europese onderzoek duurt naar verwachting langer dan een jaar, maar de EU heeft juridische mogelijkheden al eerder maatrege-len te treffen als voorlopige onder-zoeksresultaten daar aanleiding toe geven. In dat geval kunnen er onder andere tijdelijke heffingen worden opgelegd. n

LOKA AL EN ERGI EBEDR IJ F MEPPELEN ERGI E GA AT DUU RZAME EN ERGI E LEVER EN

Gemeente Meppel ontwikkelt wijk van de toekomst met 3.400 woningen

SER dringt aan op energieakkoord voor duurzame groei

De SER wil als regisseur alle belang-hebbende partijen – werkgevers-organisaties, vakbonden, energie-producenten, milieuorganisaties, woningcorporaties, chemiebranche en metaalsector – bijeen brengen binnen het akkoord. Het SER-advies is het antwoord op een adviesaan-

Een ‘Energieakkoord voor duurzame groei’ met bindende afspraken over energiebesparing, schone technologie en klimaatbeleid. Daar dringt de So-ciaal-Economische Raad (SER) op aan, aldus SER-voorzitter Wiebe Draijer. Het adviesorgaan wil een regierol spelen bij de totstandkoming van zo’n nationaal energieakkoord met een breed maatschappelijk draagvlak.

vraag over energie en economie van demissionair minister Verhagen van EL&I. Volgens SER-voorzitter Draijer biedt een nationaal energie-akkoord een uitgelezen mogelijk-heid voor een nieuw kabinet om de weg in te slaan naar een ‘robuust en toekomstbestendig’ energie- en

DOOR ALEXANDER HAJE

De oprichting van MeppelEner-gie vond januari dit jaar plaats in bijzijn van staatssecretaris Joop Atsma van Infrastructuur & Milieu. Het lokale energiebedrijf moet te-gen een scherpe prijs duurzame energie gaan leveren aan de nieuwe woonwijk Nieuwveense Landen. Offringa: “MeppelEnergie is een gezamenlijk initiatief van de ge-meente en energiebedrijf Rendo Duurzaam, dat is gespecialiseerd in duurzame energiesystemen. Ook Waterschap Reest & Wieden is bij

de realisatie van de nieuwe, duur-zame woonwijk betrokken. Het gaat biogas en warmte leveren uit afvalwater van de rioolzuiverings-installatie.”

IcoonprojectDe komst begin dit jaar van be-windsman Atsma naar Meppel il-lustreert het belang van het Drentse klimaatproject voor Nederland, zegt Offringa. “MeppelEnergie is een goed voorbeeld van een lokaal duurzaam klimaatinitiatief zoals staat vermeld in de Klimaatagenda 2011-2014. Nieuwveense Landen

is aangewezen als Icoonproject door het ministerie van Infrastruc-tuur en Milieu en is een van de zo-genoemde ‘excellente gebieden’. Deze negentien aangewezen gebie-den in Nederland bouwen met een hogere energienorm dan wettelijk verplicht.” Offringa zegt dat de pro-vincie Drenthe enthousiast is over het nieuwbouwproject, omdat zij graag meewerkt aan een duurzame energiehuishouding in Drenthe. Inspelen op lokale kansen en om-standigheden voor de opwekking van duurzame energie past in het klimaatbeleid van de provincie, al-dus Offringa.

Warmte-koudeopslagHet energiesysteem van Nieuw-veense Landen is volledig duur-zaam, CO2-neutraal en uitzonder-lijk voor Nederland, zegt Offringa. “Bewoners gaan dat merken aan hun lagere energierekening, maar met name ook aan het wooncom-fort. Het energiesysteem werkt deels op basis van warmte- en koudeopslag, een duurzaam al-ternatief voor stoken op aardgas. MeppelEnergie gaat de warmte en koude aan de woningen leveren. Daarbij wordt optimaal gebruik ge-maakt van beschikbare restenergie uit de omgeving, zoals biogas en warmte van de plaatselijke afvalwa-terzuiveringinstallatie. Het lokale energiebedrijf is investeerder en beheerder van de benodigde ener-gie-infrastructuur.”

IntelligentOffringa: “We richten ons op de aanleg van twee intelligente netten in de woonwijk: één voor bewoners en één voor het technische netwerk voor de collectieve warmtevoorzie-ning van de wijk. Intelligente syste-men die het aanbod van collectieve warmtekrachtinstallaties op biogas aansturen. Daarnaast sturen ze de elektriciteitsvraag van de collectieve en individuele warmtepompen aan. Mogelijk wordt ook de openbare verlichting intelligent aangestuurd.” Op termijn zal het smart grid waar-schijnlijk worden uitgebreid met onder meer een afstemming van vraag en aanbod van stroom af-

De Drentse gemeente Meppel heeft zich sterk gemaakt voor de bouw van de wijk van de toekomst. Een energieleverende wijk met 3.400 wonin-gen, waarvan de bouw eind dit jaar start. Begin dit jaar is MeppelEnergie opgericht, een lokaal duurzaam energiebedrijf, zegt Kees Offringa, stra-tegisch adviseur Duurzaamheid van de gemeente Meppel. “Nieuwveense landen maakt gebruik van een hybride energiesysteem en smart grids, en is uniek voor Nederland.”

klimaatbeleid. En dat schept kan-sen voor bedrijven, instellingen en burgers.

Continuïteit en samenhangDe SER trad eind oktober met zijn voorstel voor een breed nationaal energieakkoord naar buiten. Het moet zorgen voor meer continuïteit en samenhang in het Nederlandse energie- en klimaatbeleid. Het ont-breken daarvan leidt tot grote onze-kerheid, aldus de SER. En dat staat het grijpen van kansen in de transi-tie naar een duurzame economie en samenleving in de weg. Ook zet het de concurrentiepositie van ons land onder druk en maakt het Nederland nog afhankelijker van energie uit in-stabiele regio’s.

MilieuwinstVolgens de SER zorgt een nationaal energieakkoord voor een lagere energierekening en milieuwinst, maar levert het ook nieuwe banen op in de bouw en aanverwante sec-toren. En voor kennisintensieve Nederlandse bedrijven liggen er grote kansen op de snel groeiende wereldmarkt voor schone techno-logie. De SER vraagt het nieuwe kabinet een half jaar de tijd om tot een nationaal energieakkoord te komen. n

komstig van zonnepanelen, en windenergie op afstand. Ook de vraagsturing van huishoudelijke apparatuur en oplaadpunten voor elektrische auto’s wordt in het net ingebouwd. De terugkoppeling van informatie over het energiegebruik aan bewoners zal via displays in de woningen of mobiele telefoons mo-gelijk worden.

Offringa: “Bij de start van de ont-wikkeling van Nieuwveense Landen behaalt de wijk minimaal een EPL (Energie Prestatie op Locatie, red.) van 8+. In de eindfase is dit opgelo-pen naar 10+. Dan ook is er echt spra-ke van een energieleverende wijk.”

WatersysteemNieuwveense Landen wordt op een duurzame manier ingepast in de na-tuurlijke omgeving, zegt Offringa. “Alle buurten in de wijk krijgen een ecologisch verantwoorde opzet. Het watersysteem bestaat uit verschil-lende sloten en watergangen die onderling verbonden zullen zijn. Voor een duurzame wijk is het van belang dat het waterpeil past bij de stedelijke omgeving. Maar ook dat het water van goede kwaliteit is en zoveel mogelijk in de wijk wordt vastgehouden. Veranderingen in het waterpeil mogen geen gevolgen hebben voor landbouw en natuur in de omgeving.” nDe Meppelse wijk Nieuwveense landen wordt energieleverend gemaakt.

Energiebedrijf Rendo Duurzaam, dat hier zijn nieuwe kantoor opent, is partner van MeppelEnergie.

Page 3: Energie Actueel nr.13 2012

4 Energie Actueel, jaargang 15, nr 13 • dinsdag 6 november 2012 Energie Actueel, jaargang 15, nr 13 • dinsdag 6 november 2012 5

Dreigende stroomtekorten op Britse markt

Toezichthouder OFGEM waarschuwt voor black-outs

(Pagina 7)INTERVIEWKernenergieBINNENLANDNieuws

Wim Turkenburg is atoomfysicus en als hoogleraar Natuurwetenschap en Samenleving verbonden aan het Co-pernicus Instituut van de Universiteit Utrecht. Hij maakte deel uit van de stuurgroep die de stresstest van de kerncentrale in Borssele begeleidde. Uit deze test – waaraan alle 143 Europese kerncentrales nationaal werden onderworpen - kwam naar voren dat de Nederlandse centrale weliswaar voldoet aan alle nationale veiligheidsei-sen, maar dat zij zich beter moet voorbereiden op extreme situaties. “Veiligheid is een normatief begrip, dat maakt het zo lastig.”

DOOR ALEXANDER HAJE

Mensen die de kerncentrale in Borssele veilig of onveilig noemen hebben allemaal een beetje gelijk, zegt Turkenburg. “Want veiligheid van kerncentrales is sterk afhanke-lijk van hoe hoog je de veiligheids-lat legt. Veiligheid is een rekbaar begrip en hangt af van welke eisen je stelt aan een nucleaire centrale. Bij de stresstest hebben we gecon-stateerd dat Borssele voldoet aan alle door de overheid gestelde ei-sen. Je mag op basis daarvan zeg-gen dat de kerncentrale veilig is. Maar de vraag is of die eisen wel ver genoeg gaan. Moet je bijvoorbeeld uitgaan van een snelle stijging van de zeespiegel met 6,1 meter of tien meter? Hoe groot is de kans dat een stijging met meer dan 6,1 meter zich voordoet in ons land? Moet je de centrale tegen zo’n uitzonder-lijke en extreme gebeurtenis bevei-ligen?”

Extreme gebeurtenissen-Waar richtte het veiligheidsonderzoek in Borssele zich op? Was het bedoeld om zwakke plekken bloot te leggen of juist een bevestiging te geven van ‘kijk we doen het zo goed in Nederland en nie-mand hoeft zich zorgen te maken’?Turkenburg: “Het onderzoek richtte zich op extreme gebeurte-nissen en hoe Borssele daartegen is beveiligd. Een basisvoorwaarde is natuurlijk of een centrale voldoet aan de eisen die nationaal worden gesteld aan veiligheid. De uitkomst van de stresstest van alle kerncen-trales in Europa is dat ze aan de nationale (minimale) veiligheidsei-sen voldoen. In die zin kun je zeg-gen dat ze dus veilig zijn. Maar we moeten ons realiseren dat niet elk

land even strenge veiligheidseisen hanteert. De IAEA, International Atomic Energy Agency, heeft niet de bevoegdheid om in te grijpen als een centrale naar hun oordeel niet aan bepaalde veiligheidseisen voldoet. Het is de nationale auto-riteit die bepaalt of de zaken veilig zijn. Nederland hanteert strenge veiligheidseisen, maar of je dan ook kunt zeggen dat we ons totaal geen zorgen hoeven te maken, dat wil en kan ik niet beamen.”

Touwtje-Maar waarom een stresstest voor alle Europese centrales? Betekent dit dat er toch twijfels zijn over de veiligheid van kerncentrales, ook die van Borssele?“De ramp - aardbeving en tsunami - in het Japanse Fukushima vormde de aanleiding voor een stresstest voor alle 143 kerncentrales in Eu-ropa. Zijn centrales bestand tegen zware aardbevingen en/of overstro-mingen die lokaal kunnen plaats-vinden? Tegen hoeveel krachten is Borssele bestand? Kan zij een be-ving weerstaan met een kracht van 5,5 op de schaal van Richter, het vooralsnog hoogst denkbare niveau dat zich in Borssele kan voordoen? Tegen welke vliegtuiginslagen is ze bestand? Wanneer breekt uit-eindelijk het touwtje? Bij welke gebeurtenis gaat het goed mis en komt er radioactiviteit vrij, zoals in Fukushima? Het rapport van de Europese Commissie heeft als een van de conclusies dat je de veilig-heidseisen net wat hoger moet stellen dan die 5,5 op de schaal van Richter. Daarmee verdween de veiligheidsmarge die er in Borssele was. Mijn conclusie is dat de cen-trale daardoor nog net voldoet aan de Europese veiligheidsnorm.”Borssele is bestand tegen een be-paald overstromingsniveau, legt Turkenburg uit. “De Europese Commissie heeft echter vragen bij de wijze waarop Borssele de bevei-liging van dijken tegen overstro-mingen heeft berekend. Ook zijn vragen over stressbestendigheid bij zeer felle en langdurige kou en bij

de inzetbaarheid van mobiele ap-paratuur wanneer het mis dreigt te gaan.”

Interne studieTurkenburg: “De stresstest van de Europese Commissie voor Bors-sele berust op een interne studie die door Borssele zelf is uitgevoerd op basis van Europese richtlijnen. Daar is een onafhankelijke team bij betrokken geweest dat optrad als toezichthouder. De studie van Borssele is beoordeeld door een team van buitenlandse deskundi-gen voordat de Europese Commis-sie er een oordeel over gaf. Er is bij de stresstest ook gekeken naar explosies en extreme weersom-standigheden, zoals langdurige vorstperiodes. Daarnaast is er een security test uitgevoerd, waarbij is gekeken naar beveiliging tegen ter-roristische aanslagen.”Er is gekeken naar het managent bij kerncentrales wanneer zich een ernstig ongeval voordoet, zegt Turkenburg. “Mijn bevinding als lid van de stuurgroep is dat de aan-dacht voor terroristische aanslagen groter zou moeten zijn dan nu het geval is.”

Nieuw type reactoren-Maar zijn alle kerncentrales nu veilig of zijn ze dat niet?“Zoals ik al aangaf, voldoen alle kerncentrales in Europa aan de na-tionale veiligheidseisen. Maar niet ieder land hanteert dezelfde eisen. Veiligheid is mede daarom een normatief en rekbaar begrip. De uitspraak ‘ze zijn allemaal veilig’ moet je dus met een korreltje zout nemen. Als je de minimale eisen

neemt van een land, en je neemt dat als referentiepunt, dan kun je zeg-gen ‘ze zijn allemaal veilig’. Maar van absolute veiligheid kan nooit sprake zijn.”

-GroenLinks riep op om Borssele te slui-ten, omdat de centrale volgens haar niet veilig is. En ook een aantal media noem-de Borssele onveilig. “Ik moet als lid van de stuurgroep constateren dat Borssele voldoet aan alle nationale veiligheidseisen. Of de centrale daarmee dan ook veilig is, blijft de vraag. Zelf zou ik het liefst opteren voor kerncen-trales die inherent veilig zijn. Dat zijn kerncentrales die om fysische redenen niet kunnen smelten als de koeling wegvalt, zoals in Fuku-shima is gebeurd. Je kunt nieuwe type reactoren bedenken die zo’n melt down onmogelijk maken. Ook ben ik geen voorstander van reac-toren waarbij reactiviteitsongeval-len kunnen plaatsvinden. Dat zijn een soort vertraagde kernexplo-sies, zoals in 1986 in Tsjernobyl is gebeurd. Dat zijn de twee majeure ongevallen die bij huidige centrales in extreme situaties kunnen plaats-vinden. Ik vind dat je moet werken aan het ontwikkelen van een nieuw

Wim Turkenburg (Universiteit Utrecht): “Nederland hanteert strenge veiligheidseisen, maar of je dan ook kunt zeggen dat we ons totaal geen zorgen hoeven te maken, dat wil en kan ik niet beamen.”

‘De uitkomst van de stresstest van alle kern- centrales in Europa is dat ze

aan de nationale, minimale veiligheidseisen voldoen’

‘In Japan heerste een hele foute veiligheidscultuur, wij doen het in Europa

duidelijk beter’

‘Het relatieve aandeel van kernenergie in de

stijgende stroombehoefte zakt op termijn verder’

type reactoren waarbij dit soort on-gelukken niet kunnen gebeuren. Dan pas zijn kerncentrales in mijn optiek veilig. In dat licht bezien heb ik er moeite mee om Borssele veilig te noemen.”

Nekslag-Feit is dat de discussie omtrent vei-ligheid verder wordt aangewakkerd. Zorgen de uitkomsten van de stresstest ervoor dat kernenergie in Europa nu de nekslag krijgt toebedeeld?“Ik geloof niet dat dit de nekslag is. Ik denk dat er landen zijn die toch doorgaan met kernenergie. In Japan heerste een hele foute veilig-heidscultuur, wij doen het in Euro-pa duidelijk beter. Toch zijn er lan-den die de zaken minder goed op orde hebben. Maar nogmaals: vei-ligheid blijft een normatief begrip. In Frankrijk zie je nu dat de discus-sie over kernenergie en de noodza-kelijke investeringen van zo’n 10

miljard euro in vergroting van de veiligheid van hun kerncentrales de Franse regering doet besluiten om kerncentrales te sluiten. Zij wil de bijdrage van kernenergie aan de stroomproductie verminderen van 80 naar 50 procent. Dat is uniek voor Frankrijk. Duitsland wijst de weg naar een andere route zon-der kerncentrales. Een gigantisch maar ook interessant experiment. Ook Nederland wordt meegezogen in die ontwikkeling. De Energie- wende biedt nieuwe kansen en uit-dagingen voor ons land. België stopt op termijn met kernenergie en in Zwitserland zet men er ook een punt achter. Italië heeft beslo-ten niet met kernenergie aan de slag te gaan. Landen als Engeland en Finland willen kernenergie wel verder uitbouwen. Er worden we-reldwijd nu zo’n 65 nieuwe reacto-ren gebouwd, waarvan 25 in Chi-na. Kernenergie draagt wereldwijd bij aan 5 procent van de primaire energiebehoefte en aan 12 procent van de elektriciteitsbehoefte. Het relatieve aandeel van kernenergie in die stijgende elektriciteitsbe-hoefte zal op termijn verder zak-ken. Die ontwikkeling lijkt voorlo-pig niet te stuiten.” n

ZuiveringsgasPDe zuivering van water is in het Friese Tjerkgaast de basis voor de winning van methaangas. Waterbedrijf Vitens bouwt op de locatie Spannenburg een installatie die het methaan opvangt dat in het productieproces vrijkomt. Jaar-lijks wordt in Tjerkgaast voor ongeveer de helft van Friesland, zo’n 25 miljoen kubieke meter, drinkwater gewonnen en gezuiverd. Het ruwe grondwater bevat relatief veel methaan. De innovatieve techniek is gebaseerd op het principe van vacuümontgassing. Uniek is dat het methaan op een geconcentreerde wijze wordt vrijgemaakt en opgeslagen. Door het gas op te vangen, kan dat opnieuw worden gebruikt voor bijvoorbeeld de energievoorziening op de productielo-catie of het wagenpark. Ook kan het gas het openbare net op. De kosten voor de bouw van de installatie in Tjerkgaast liggen rond de 8 miljoen euro. n

Eemshaven wil centraal knooppunt worden voor windparken Noordzee

DOOR FRANK KOOLS

Met dit geld wil Groningen Seaports de Beatrixhaven vijfhon-derd meter verlengen en die over een lengte van zevenhonderd me-ter nieuwe zware kadefaciliteiten geven. Dat moet installatiesche-pen, die op zee aan het werk zijn, in staat stellen om bij te harde wind snel de haven binnen te lopen en daarna ook weer snel hun taak op te pakken. De werkzaamheden moeten in 2013 gereed zijn.

Streepje voorDe Eemshaven heeft op zich al een relatief grote diepgang, zodat de meeste installatieschepen daar terecht kunnen. Verder heeft de

De Eemshaven wil een centraal knooppunt worden voor de offshore windindustrie in de Noordzee. Daartoe in-vesteert het havenbedrijf Groningen Seaports 25 miljoen euro om de installatieschepen voor windmolenparken beter op te kunnen vangen.

haven als voordeel dat ze tiental-len hectares ruimte voor bedrij-ven heeft, die onderdelen willen opslaan of turbines willen assem-bleren. Groningen Seaports stelt reeds met enkele geïnteresseerde partijen te praten over een vesti-ging in het havengebied. Gronin-gen Seaports is niet de enige die op de snel opkomende offshore wind-industrie aast. Maar het bedrijf zegt dat de Eemshaven ook dankzij zijn centrale ligging duidelijk een streepje voor heeft op de meeste andere Noorzeehavens. De haven ligt vlak bij het Duitse deel van de Noordzee en was eerder betrokken bij de logistiek rond de aanleg van het eerste operationele windpark aldaar.

Enorm potentieelJuist in de wateren boven de Wad-deneilanden en in het Duitse ge-deelte van de Noordzee staan veel windprojecten gepland. Als alle plannen van de grond komen, zou-den in 2030 totaal 33 windparken binnen een straal van maximaal zeventig zeemijlen van de Eems-haven af liggen. Die zouden dan in totaal 2.500 turbines tellen, met een gezamenlijke productie-capaciteit van 12.200 megawatt. Vanwege dat enorme potentieel voorziet projectmanager infrapro-jecten Leendert Bourgonjen geen grote concurrentieslag tussen de verschillende Noordzeehavens. “Het is niet zo dat iedereen bezig is met het afsnoepen van markt-

aandeel van anderen. Als alle ge-plande windparken er komen, is er gewoon zo’n grote markt dat er voor meerdere havens werk aan de winkel is. We zien die markt daar buiten nu gewoon ontstaan”, stelt Bourgonjen.

Om een zo groot mogelijk deel van de offshore windsector binnen te halen, namen eerder de NOM, de investerings- en ontwikkelings-maatschappij voor Noord-Neder-land, Energy Valley en Syntens het initiatief tot het oprichten van Nor-

thern Netherlands Offshore Wind (NNOW). Die moet een cluster van bedrijven opbouwen die een flink deel van de offshore groeimarkt binnen kunnen slepen. Een veer-tigtal bedrijven heeft zich tot nu toe bij het netwerk aangesloten. n

SASKIA LAVR IJSSEN, HOOGLERA AR CONSUMENT EN EN ERGI E A AN DE UVA

‘Positie consument op energiemarkt tot op heden onderbelicht’

DOOR ALEXANDER HAJE

Saskia Lavrijssen (1976) is speci-alist in Europees (mededingings)recht, nationaal mededingings-recht, economische regulering en goed bestuur. Ze deed onder meer onderzoek naar de bevoegdheden en de invloed van de Europese Commissie en de Europese regu-lerende netwerken op de praktijk van de nationale onafhankelijke mededingingstoezichthouders.

Onlangs werd Saskia Lavrijssen benoemd tot hoogleraar Consument en Energie van de faculteit der Rechtsge-leerdheid aan de Universiteit van Amsterdam (UvA). De leerstoel is ingesteld om onafhankelijk multidisciplinair onderzoek te bevorderen naar de positie van de huishoudelijke en zakelijke consument in de energiemarkt on-der de invloed van liberalisering, globalisering en klimaatveranderingsvraagstukken. Lavrijssen: “De energie-sector is altijd een aandachtspunt van mij geweest.”

Ook richtte zij haar aandacht op de bescherming van publieke belan-gen door onafhankelijke mededin-gingstoezichthouders in publieke dienstverleningssectoren. En ze deed onderzoek naar de liberali-sering van de energiesector. De leerstoel Consument en Energie aan de Universiteit van Amsterdam is mede mogelijk gemaakt door de Consumentenbond, Vereniging Eigen Huis en de Vereniging voor Energie, Milieu en Water (VEMW).

Onderbelicht- Waarom een leerstoel Consument en Energie?Lavrijssen: “Het belang van deze leerstoel is dat er onafhankelijk on-derzoek wordt gedaan naar de po-sitie van de consument op de ener-giemarkt. Deze positie was tot op heden tamelijk onderbelicht in we-tenschappelijk onderzoek en in be-leidsstukken. In wetenschappelijke publicaties die de laatste jaren over de energiesector zijn verschenen, lag vooral de nadruk op de ontvlech-ting van energie- en netwerkbedrij-ven, op de groothandelsmarkten en grensoverschrijdend transport. Degenen voor wie dit allemaal uit-eindelijk is bedoeld – consument en grootverbruiker – daar was tot op heden minder aandacht voor.”

Waar richt uw aandacht zich specifiek op?“Die richt zich op de betekenis van de beginselen van goed bestuur, zoals transparantie, onafhanke-lijkheid en effectiviteit. De beteke-nis hiervan voor de wetgever en de toezichthouder bij de regulering van de energiesector loopt als een rode draad door het onderzoek.

Bijvoorbeeld met welke beginselen en instrumenten kan de energietoe-zichthouder waarborgen dat de net-werktarieven enerzijds de efficiëntie en de betaalbaarheid bevorderen en anderzijds voldoende prikkels geven voor het doen van noodzakelijke in-vesteringen.

Mijn aandacht gaat verder uit naar het gedragseconomische aspect. Hoe gedragen huishoudens zich in de markt en hoe gaan de wetgever en toezichthouder NMa daarmee om? Er was de afgelopen jaren een nogal idealistisch beeld van consumenten. Men dacht dat met het liberaliseren van de energiemarkt consumenten en masse zouden gaan switchen van energieleverancier. En dat zij actief zouden worden op het gebied van energiebesparing. Onderzoek toont echter aan dat dat switchpro-ces maar heel moeizaam op gang is gekomen. Pas nu – zo blijkt uit een recent NMa-rapport – lopen consumenten meer warm om daad-werkelijk te switchen omdat er forse besparingen zijn te behalen. Het is met name dat gedragseconomische aspect dat mijn aandacht vraagt.”

OnvolledigHet beeld dat aanvankelijk bestond van de consument op de energie-markt was onvolledig, zegt Lavrijs-sen. “Nu komt er iets meer oog

‘Gedragseconomie integreren in regulering energiesector’ Lavrijssen: “Volgens de Europese wetgever vervult de energieconsu-ment een belangrijke rol bij de realisatie van de doelstellingen van het Europese energiebeleid. Inclusief mededinging, de betaalbaarheid van de energieprijzen, leveringszekerheid en de realisatie van de Europese milieu- en klimaatdoelstellingen. In de praktijk blijkt de consument deze rollen echter maar nauwelijks te vervullen. De energieconsument bestaat niet uit een homogene groep van mensen en heeft meerdere ge-zichten. Veel mensen maken in de praktijk geen beslissingen die in lijn zijn met het traditionele, rationele keuzemodel waarvan de wetgever was uitgegaan. Zij zijn niet geïnteresseerd om te zoeken naar goedko-pere aanbiedingen in de energiesector, maken verkeerde keuzes en zijn zich veelal niet bewust van de mogelijkheden om energiebesparings-maatregelen te treffen.” De vraag is, zegt Lavrijssen, of de energieconsument de rollen die de Europese wetgever hem heeft toebedeeld in de praktijk ook kan en wil waarmaken? Lavrijssen: “Om die vraag te kunnen beantwoorden komen economie, recht en psychologie samen. De juridische en economische aannames van de wetgever over de vraag wie de energieconsument is en hoe hij wordt geacht zich te gedragen, kunnen alleen gestaafd worden aan de hand van breed onderzoek. Daarbij zullen inzichten uit de gedragseco-nomie moeten worden geïntegreerd in de regulering van de energie-sector.” n

‘Borssele kan die investering van 30 miljoen euro makkelijk ophoesten’Turkenburg: “Er zijn centrales in Frankrijk, Finland en Zweden – dat heeft mij toch verbaasd – waar bepaalde apparatuur of installaties en organisatiestructuren ontbreken. Ik vind bijvoorbeeld dat de mogelijkheid voor het wegvangen van waterstof in geval van calamiteiten per definitie overal aanwezig moet zijn. Reactoren die dat niet kunnen, zijn in mijn optiek onvoldoende veilig. In totaal moet er in Europa tussen de circa 10 miljard en 25 miljard euro geïnvesteerd worden in veiligheidsmaatregelen van kernreactoren. In Frankrijk gaan die investeringen richting de 10 miljard.” GroenLinks, de Partij voor de Dieren en de 50Plus partij willen dat Borssele sluit, zegt Turkenburg. “Liesbeth van Tongeren van GroenLinks vond ook de 30 miljoen euro die in Borssele geïnvesteerd moet worden te hoog. Dat geld zouden we in andere energiebronnen moeten investeren. Daar ben ik het niet mee eens. Kennelijk begrijpt zij niet dat die investeringen in vergroting van de veiligheid niet door de overheden plaatsvinden, maar door de bedrijven zelf. Borssele is qua investeringskosten al lang afgeschreven. De kilowattuurprijzen zijn daardoor heel laag. De winst die Borssele jaarlijks maakt is hoog en men is zonder meer in staat om die 30 miljoen euro op te hoesten.” Turkenburg legt uit dat er in Borssele nu twee discussies spelen. Dat zijn de uitkomst van de stresstest en de vrees dat zich haarscheurtjes in het reactorvat bevinden, net als in Doel en Tihange is geconstateerd. Turkenburg: “In de stresstest zijn we niet nagegaan of bepaalde onderdelen van de reactor nog wel in orde zijn. Daar zijn andere methoden en momenten voor om dat te controleren. Dat gebeurt periodiek en doet Borssele zelf, onder controle van de Kernfysische Dienst.” n

voor verschillende groepen consu-menten, hoewel sommige groepen nog onvoldoende scherp in beeld komen. Zoals kwetsbare afnemers, klanten die door afsluiting in de problemen komen. Langzaam maar zeker zie je ook daar meer aandacht voor komen.”

Wil de overheid de energietransitie doen laten slagen, dan zal er meer geïnvesteerd moeten worden in ge-dragsonderzoek bij consumenten, stelt Lavrijssen. “Duidelijk moet worden welke prikkels precies no-dig zijn om burgers aan te zetten tot energiebesparing.” n

Saskia Lavrijssen (Universiteit van Amsterdam): “Duidelijk moet worden welke prikkels precies nodig zijn om burgers aan te zetten tot energiebesparing.”

ATOOMFySICUS WIM TU R KEN BU RG

‘Ik heb er moeite mee om de kerncentrale Borssele veilig te noemen’

Page 4: Energie Actueel nr.13 2012

6 Energie Actueel, jaargang 15, nr 13 • dinsdag 6 november 2012 Energie Actueel, jaargang 15, nr 13 • dinsdag 6 november 2012 7

Europese producentenzonnepanelen juichen EC-onderzoek Chinese bedrijven toe

Ook Amerika gaat Chinese zonnepanelen extra belasten

(Pagina 2)BUITENLANDNieuwsTHEMANimbyNiet in mijn achtertuinNot in my backyard: Nimby. Terwijl de energievraag blijft toene-men en de roep om meer duurzame energie almaar luider klinkt, groeit ook de weerstand onder de bevolking tegen tal van energie-projecten. Wat willen ‘de’ Nederlanders allemaal niet in ‘hun ach-tertuin’? De lijst is lang. Geen windmolens in het zicht, alsjeblieft, niet op land en ook niet voor de kust op zee. Geen opslag van CO2 onder de grond: zie Barendrecht en Groningen, waar burgerpro-testen minister Verhagen ertoe hebben doen besluiten CO2-opslag alleen nog toe te staan onder de Noordzee. Geen boringen naar schaliegas: ondanks verleende vergunningen hebben inwoners van Boxtel boringen naar deze onlangs ontdekte energievoorraad voorlopig tot stilstand gebracht. En liefst ook geen hoogspan-ningsmasten in de buurt, die al die elektriciteit die iedereen nodig heeft moet transporteren. Enzovoorts. In aanloop op een special over dit Nimby-gedrag in Nederland neemt Energie Actueel een kijkje in Duitsland en Denemarken. Hoe is het daar met Nimby gesteld, en hoe wordt daar gewerkt aan oplossingen? n

Meer begrip van protestbewegingen voor Energiewende in Duitsland

DOOR JAN VAN HOOF, FRANKFURT

Dit blijkt uit een recent representa-tief opinieonderzoek van GMS in Hamburg. Een kwart van de Duit-sers is echter nog altijd tegen meer transportleidingen, ook al staan velen die dit vinden achter de Ener-giewende die nieuwe stroominfra-structuur noodzakelijk maakt, als Duitsland straks 80 procent van zijn elektriciteitsproductie met hernieuwbare energievormen door heel het land wil transporteren.

Geen totale blokkadesInsiders in de energiebranche heb-ben de indruk, dat veel protestbe-wegingen geen totale blokkades

meer nastreven om alles wat nieuw is te verhinderen. “Vorig jaar is de weerstand al afgenomen”, zegt Marian Rappl, woordvoerder van netbeheerder Amprion. Hij is zelf begonnen “naar de burgers toe te gaan” en ziet daarvan de positieve gevolgen. Ook bij RWE meent een woordvoerster dat “de acceptatie een beetje verbeterd is” en volgens de organisatie van regionale on-dernemingen (VKU) “loopt het in-derdaad beter als men de burgers informeert. Dan accepteren ze de gevolgen meer.” Volker Kamm van netbeheerder 50Herz merkt echter niet dat het beter gaat. “Ik kan geen afname ontdekken.” De protesten tegen de bouw van hoog-

spanningsmasten zijn volgens hem zelfs toegenomen.

Krachtige uitsprakenVeel vertegenwoordigers van pro-testbewegingen, met namen als ‘Pro Kabel’ en ‘Vorsicht Hochspan-nung’, lijken er intussen ook voor-al op uit gehoord te worden. “We willen meepraten en laten zien dat we niet alles accepteren”, zegt de woordvoerder van Pro Erdkabel in Nedersaksen, die normaal bekend staat om krachtige uitspraken. Het gaat de initiatiefnemers ook niet alleen om eigen belangen. Nog meer bovengrondse stroomlei-dingen vinden ze “slecht voor het toerisme, ze verdrijven veel jonge

inwoners en ze verstoren de land-schappelijke idylle.”

Gezondheid bevolkingYoga- lerares Gaby Bischop, tevens woordvoerster van de actiegroep Pro Kabel in Noordrijn Westfalen, is honderd procent voor de Ener-giewende. “Maar voor we nog meer grote transportleidingen door het land leggen, willen we daarover eerst discussiëren hoe we nog meer energie kunnen besparen en hoe we de elektriciteit willen produce-ren”, zegt ze in de krant Die Welt. Pro Kabel maakt zich vooral zor-gen over de, wetenschappelijk ove-rigens niet bewezen, ongezonde uitwerking van elektromagnetische straling van bovengrondse stroom-leidingen, waardoor mogelijk ook de waarde van onroerend goed in de regio daalt. Dan is het volgens Bischop beter meer elektriciteit decentraal te produceren, zodat minder bovengrondse stroomka-bels nodig zijn. “Als dat toch niet te verhinderen is, moeten de stroom-kabels maar onder de grond wor-den gelegd.” Ze weet dat de kosten daarvoor zeven tot tien keer hoger zijn, “maar dat moet dan maar. We mogen de gezondheid van de bevol-king niet riskeren.” Daarmee is ze niet de enige. Ge-zondheidszorg en landschap zijn op dit moment de belangrijkste punten van de protestbewegingen tegen uitbreiding van hoogspanningslij-nen. Het zijn niet meer de politieke acties van vroeger die overal tegen waren, maar niet wisten waarom.

De verandering van de energiekoers in Duitsland, daar Energiewende genoemd, wordt niet alleen door een grote meerderheid van de bevolking ondersteund maar heeft ook geleid tot meer begrip voor de noodzaak de infra-structuur daaraan aan te passen. Iets meer dan de helft van de Duitsers accepteert zelfs dat de aanleg van hoog-spanningslijnen versneld wordt, ook als die door woongebieden en landschappen voeren.

Troeven in de handMaar “men kan niet voor de Ener-giewende zijn en tegen de uitbrei-ding van de stroomleidingen” zei bondskanselier Angela Merkel eerder al. “Dan wordt het met de verandering van de energie-koers niets. De uitbreiding van de transportleidingen is de kern van de Energiewende en bepaalt het tempo daarvan.” Met de uitbouw van het hoogspanningsnet heeft Duitsland al langer slechte erva-ringen. Vóór de Energiewende werd al eens besloten, om ten be-hoeve van de benutting van meer duurzame energiebronnen, 850 kilometer nieuwe leidingen aan te leggen. Tot voor kort was men nog niet verder dan 90 kilometer gekomen. Vooral wegens verzet van burgerij en activisten die dat soms tot tien jaar kunnen tegen-houden. Daarbij spelen de posi-tieve berichten over meer begrip en acceptatie onder de burgerij

nauwelijks een rol. Nu is nog eens 3.600 kilometer aan nieuwe kabels nodig, waarvoor tot 2022 rond 50 miljard euro is gereserveerd. Maar ook daarmee loopt Duitsland weer achter, liet Merkel afgelopen voor-jaar weten.

De bondskanselier vliegt inmid-dels persoonlijk stad en land af om de Energiewende te doen slagen. Maar ze heeft nog wat andere troe-ven in hand om dat te bereiken. Voor de 3.800 kilometer nieuwe stroomtransportleidingen ligt het verloop nog niet volledig vast. De netbeheerders hebben daarvoor echter al wel plannen voorgelegd. Voor het einde van dit jaar zal de politiek daarover beslissen en de plannen omsmeden tot wettelijke regelingen. Er zal daarover vooraf nu wel met belanghebbenden wor-den gesproken. Dit om langdurige vertragingen wegens protesten te voorkomen. n

Deense politieke ambities, pps en offshore-aanpak tillen duurzame energie van de grond

DOOR WIM VERSEPUT, KOPENHAGEN

Denemarken is, ongeacht hoe het ‘volksgevoel’ ook wordt ingeschat, Europees koploper bij windener-gie. De politieke ambities zijn hoog. Al in 2035 moet de hele elek-triciteits- en warmtesector draaien op basis van hernieuwbare pro-ductiemiddelen. Een Kamerbrede meerderheid heeft zich achter die doelstelling geschaard. Nog eens vijftien jaar later moet volgens dat

brede akkoord heel Denemarken fossielvrij zijn, ook de transport-sector. Om dat te bereiken, moet de bevolking natuurlijk wel een beetje meewerken. En niet alleen met de portemonnee, maar ook door de acceptatie van projecten dicht bij de eigen huisdeur. Daar wringt ook in Denemarken echter wel dege-lijk vaak de schoen, zeker gezien het feit dat de windturbines steeds groter worden. De populariteit die windenergie in de jaren ’80 had, is allang verleden tijd.

Buren van megawindmolensDe universiteit van Aalborg heeft er een paar onderzoekers op gezet. Bij een inventarisatie van duur-zame energieprojecten telden zij met gemak ruim 160 verschillende conflicten met de burgerij, primair over de bouw van megawindtur-bines. Voor die meer dan 160 over heel het land verdeelde projecten blijken de burgers in evenzoveel protestverenigingen de krachten te hebben gebundeld bij de landelijke federatie ‘Buren van megawind-molens’. De vraag echter, die door de Aalborgse onderzoekers beant-woord diende te worden, was wat de burgers tot protest drijft en wat er in gegeven gevallen tegen is te doen. De conclusie van de onder-zoekers is dat het spanningsveld tussen individuele belangen van omwonenden en de klimaat- en energieambities van de overheid niet altijd uit de weg kan worden geruimd. Wel kan de communica-tie worden verbeterd, evenals de vergunningenprocedures. Daar-

naast moeten de plaatselijke over-heden nauwer samenwerken en de opgedane ervaringen bij de proce-dures onderling uitwisselen, zodat niet telkens dezelfde fouten wor-den gemaakt. Een speciale website met alle projecten en ervaringen zou daarbij goede diensten kunnen bewijzen, aldus de Aalborgers.

VoorrangDe vereniging Vedvarende Energi (Duurzame Energie) - een lande-lijke organisatie die al vele jaren ijvert voor de zaak - ziet het niet an-ders: “De lokale samenleving is be-langrijk voor succes. Daarom moet deze vroegtijdig worden betrokken bij de planning en in dialoog gaan met de gemeente en de projectont-wikkelaar.”

Om de acceptatie van windturbines nabij huizen te vergroten, zijn door de Deense politiek evenwel al gren-zen gesteld aan de maximale ge-luidsoverlast die de molens mogen veroorzaken. Acceptatie-verho-gend bij omwonenden werkt mo-gelijk ook, dat zij wettelijk het recht hebben om financieel te participe-ren in een turbineproject. Twintig procent van de eigendomsrechten, bijvoorbeeld aandelen, van een duurzaam energieproject moet aan de inwoners van de gemeente waar

het zich afspeelt worden aange-boden. Personen die in een straal van 4,5 kilometer rond het project wonen, hebben voorrang bij de intekening. Dat neemt niet weg dat de vervanging van kleinere, inmiddels uitgediende turbines door veel grotere met hoogtes van 100 tot 150 meter op bezwaren van omwonenden blijft stuiten. Niet-temin is het zo dat een groot deel van de uitbouw van windenergie-capaciteit op zee wordt uitgevoerd,

ver weg van morrende burgers. De-nemarken met zijn lange kustlijn langs zowel Oost- als Noordzee heeft daarvoor aanzienlijk meer geschikte zeelocaties beschikbaar dan Nederland. Gunstig voor de ontwikkeling van duurzame ener-giefaciliteiten is verder de nauwe publiek-private samenwerking (pps) tussen overheden en bedrijfs-leven. Die visie wordt bevestigd door industriewerkgeversfederatie Dansk Industri. n

Ruim kwart Deense stroomproductie afkomstig uit windIn 2011 werd 23,6 procent van het energieverbruik in Denemarken ge-dekt door duurzame energie, tegen 22,1 procent in 2010. Bij de elek-triciteitsproductie was vorig jaar 40,7 procent afkomstig uit duurzame bronnen, waarvan 28,1 procent windkracht. Dit blijkt uit de statistie-ken van de rijksdienst energie in Kopenhagen. De in 2008 door de po-litiek aanvaarde doelstelling dat in 2011 minstens 20 procent van het bruto verbruik van duurzame aard moest zijn, is daarmee gehaald, stelt de dienst vast. n

Pleidooi voor de markteconomieRWE-topman Peter Terium hield in Keulen een uitgebreid pleidooi voor de markteconomie. Want, zei hij, “de politiek reageert met steeds meer regulering en laat de markt steeds minder haar werk doen.” Zelf vertrouwt Terium meer op marktkrachten op Europese schaal. “Het is mijn vaste overtuiging dat alleen marktmechanismen in staat zijn om complexe industriesystemen, zoals de energiebranche, efficiënt te stu-ren. Hoe groter een markt is, des te efficiënter functioneren prijssyste-men en concurrentie.” n

De Duitse Energiewende lijkt in een nieuwe fase gekomen, waarin de bevordering van hernieuwbare energie de dominante factor van het gehele elektriciteitsbeleid zou kunnen worden, maar deze tegelijk meer marktconform wordt. Het gaat om de omslag van een steeds gro-tere nichemarkt naar dominantie.

Half oktober kondigde de Duitse milieuminister Altmeier een fun-damentele herziening aan van de Erneuerbare Energie Gesetz (EEG). Hij noemde drie oorzaken: de on-dersteunende bedragen houden de kostendaling en het uitbouwtempo niet bij, waardoor de totale onder-steuning te duur wordt; de onder-steuning is alleen op kwantiteit hernieuwbaar gericht, terwijl het om

DoorPieter Boot

een samenspel van alle energievor-men en de regionale verdeling moet gaan; er is onvoldoende coördinatie tussen Berlijn en de regio’s. Achter-grond hiervan is een toenemende onrust onder bevolking en mid-delgrote bedrijven over oplopende kosten: van 4,7 miljard in 2008 via 12,1 in 2011 naar ruwweg 20 miljard euro in 2013. Die zorg is niet nieuw maar actueel, omdat de EEG opslag op de stroomrekening in 2013 met 47% stijgt. De Duitse bevolking was de werkelijke drager van de transitie, uit een mengeling van zorg om het milieu en energietoekomst, behoef-te het heft in de hand te nemen en eigen baat. De grote industrie werd in de bekostiging geheel ontzien: deze betaalt dit jaar 40 miljoen op een totaal van 13,5 miljard euro. Fei-telijk heeft de grote industrie alleen baat, omdat door het ‘merit order effect’ de groothandelsprijs door aanvoer van wind- en zonne-energie daalt. Ook wordt het aantal bedrij-ven dat nauwelijks hoeft te betalen uitgebreid – maar drukt de last dan nog meer op de anderen. Het finan-

cieringsmodel van de EEG is onder druk komen staan. Dat werd steeds urgenter door de enorme toename van zon-PV. In de eerste helft van dit jaar steeg de capaciteit daarvan tot 29 gigawatt (meer dan de gehele Nederlandse capaciteit). Het doel van 35% hernieuwbare elektriciteit in 2020 is bijgesteld naar 40%, tegen 25% nu. Tegelijk neemt de flexibiliteit van het elektriciteitssysteem af. Gas-centrales worden uit bedrijf geno-men, maar tot 2015 komt er per saldo 5 gigawatt aan kolencentrales bij die allemaal hard willen draaien. Over het probleem van het tekort aan netwerkcapaciteit is in deze krant al vaak geschreven. Minder aandacht kreeg de verregaande autarkiewens van Duitse regio’s. De analyse van Altmeier spreekt zelfs van ’export’ van de ene deelstaat naar de andere. Dat past ook in een beeld waarin de wisselwerking met omringende landen tot nu toe niet in de beschou-wing werd meegenomen.

Wettelijke einddoelenWat gaan de Duitsers hieraan doen?

Net zoals bij zon-PV al het geval is, komen er per technologie wette-lijke einddoelen met nadrukkelijker een, aan de jaarlijkse toename ge-koppelde, daling van het subsidie-bedrag. Als het einddoel is bereikt, stopt de ondersteuning. Tegelijk wordt de ondersteuning meer als premie dan als volledig subsidiebe-drag vormgegeven, vergelijkbaar met de SDE+. Er komt een sterkere koppeling tussen de aanwezigheid van netten en de mate van onder-steuning, wat tot regionale diffe-rentiatie gaat leiden. Dit hangt ook samen met de totstandkoming van een landelijke netplanning in 2013. In de EEG komt apart aandacht voor energieopslag. Dit alles is al-leen mogelijk als de regio’s en de Bondsregering meer samen optrek-ken, wat tot onderling afgestemde groeipaden moet leiden. Een grote mate van consensus is daarbij es-sentieel. Door een intensieve dia-loog moet die in mei 2013 zijn be-reikt, maar insiders denken dat dit voor de verkiezingen (september) niet gereed komt.

Andere zorgOf de voorgestelde aanpak het doel van een rond hernieuwbare energie vormgegeven markt zal bereiken weten we niet. Op de achtergrond speelt een andere zorg mee. De ver-wachting was dat de Energiewende nieuwe industriële banen zou ople-veren. Maar komen die niet vooral in China terecht? Eerste analyses in-diceren dat dit wellicht mee lijkt te vallen. Duitsland heeft een aandeel van 15% in het mondiale aanbod van milieutechnologie en grond-stoffenefficiency en verwacht dat

te behouden. Het grootste deel is van middelgrote bedrijven, actief in energie-efficiency. Op papier is energiebesparing ook een centraal onderdeel van de Energiewende, maar de financiering daarvan blijkt moeilijk. Maanden bleken nodig om een investeringsfonds van 400 miljoen euro tot stand te brengen. Maar ja, in Nederland hadden we het wel sneller, maar werd het even later afgeschaft.

Pieter Boot is verbonden aan het Planbureau voor de Leefomgeving. n

Nieuwe stap Energiewende

EU ROPEES EN ERGI ECOMMISSAR IS Gü NTH ER OETTI NGER

‘Duitse energiepolitiek is te weinig Europees’

DOOR JAN VAN HOOF, FRANKFURT

Oettinger zei op een onlangs gehou-den congres aan de Universiteit van Keulen dat de Duitse Energiewende meer kans van slagen kan hebben als Duitsland meer zou samenwer-ken met andere Europese landen en in de context van de Europese energiepolitiek. Daarnaast wees de eurocommissaris erop dat veel be-slissingen van Duitsland negatieve uitwerkingen op de energiemarkten in andere Europese landen hebben. In het bijzonder moet het volgens hem bij de uitbreiding van trans-portnetten tot een coöperatie op Eu-ropees niveau komen.

TechnologieneutraalAndere sprekers op het Keulse con-gres spaarden de Duitse regering evenmin. Niemand minder dan de algemeen directeur van het energie-wetenschappelijk instituut aan de Universiteit van Keulen, Marc Oliver Bettzüge, meent dat de politiek on-danks het besluit de kerncentrales

“Het weer samen brengen van Oost- en West-Duitsland is ook de voorwaarde voor het samengroeien van Europa geweest”, zei de president van het Duitse parlement, Norbert Lammert, begin oktober op de dag van de Duitse eenheid. Niet iedereen ziet dat zo, zeker niet als het om energiepolitiek gaat. De Europese Commissaris voor Energie, Günther Oettinger, heeft zijn landgenoten in de Duitse politiek onlangs in elk geval fors de les gelezen. Hij verwijt Duitsland dat het in zijn eentje een andere energiekoers is gaan varen.

stil te leggen tot nu toe geen dui-delijk concept voor de toekomstige vorming van de energiemarkt ont-wikkeld heeft. Hij heeft de indruk “dat de politiek deze rol ontwijkt en liever over de mogelijke bijdrage van afzonderlijke technologieën voor de energievoorziening specu-leert.” Volgens Bettzüge moet de bevordering en financiële steun van hernieuwbare energiebronnen tech-nologieneutraal zijn.

RegionaliseringOpvallend was das zowel Bettzüge als de nieuwe topman van energie-

concern RWE, Peter Terium, grote nadruk legden op een grotere rol van de markteconomie en een ster-kere invloed van de Europese Unie. “We hebben in de energiepolitiek een nieuwe bekentenis voor de markteconomie nodig. Dan zal ook de Energiewende slagen”, aldus Te-rium. Hij waarschuwde daarnaast voor de toenemende regionalisering van de energievoorziening, zoals die zich onder andere in de energie-politieke opstelling van de Duitse deelstaten aftekent.

Gezamenlijk planDe Duitse regering heeft tot nu toe niet gereageerd op de geuite kri-tiek. Maar Jürgen Schmid, lid van het gerenommeerde Fraunhofer Instituut voor energiesystemen en lid van de adviesraad van de rege-ring, gaf als zijn persoonlijke reac-tie dat eurocommissaris Oettinger gelijk heeft als hij over een geza-menlijk plan voor Europa spreekt. “Daar is dringend behoefte aan. Maar Duitsland kan niet op andere landen wachten. Dus moet Oet-tinger die andere landen er snel bij betrekken.” n

Dreigende stroomtekorten op Britse markt

DOOR ARJAN SCHIPPERS, LONDEN

In 2015-2016 zal de buffercapaci-teit in Groot-Brittannië zodanig zijn teruggelopen (van 14 naar 4 procent), zegt OFGEM, dat niet kan worden uitgesloten dat er black-outs zullen optreden. De capaciteit loopt snel terug omdat oude kolencentrales voor 2015 moeten sluiten. Een aantal daar-van mag als gevolg van Europese regels nog maar een beperkt aan-tal uren draaien en die worden snel opgebruikt nu de kolenprijs zo laag ligt. Voortijdige sluiting is dus niet uitgesloten. Ook raken de meeste Britse kerncentrales aan het eind van hun levensduur. OF-GEM zegt dat in geval van dreigen-

de tekorten het mogelijk is eerst energie-intensieve industrieën stil te leggen. Het zal misschien zo’n vaart niet lopen, maar het lijkt wel voor de hand te liggen dat stroom-prijzen zullen stijgen.

Zwalkend beleidTegenover de sluiting van oude centrales staat dat er weinig nieuwe (gas)centrales worden gebouwd, omdat het zwalkende energiebeleid investeerders doet aarzelen. Er ligt nog een nieuwe Energiewet bij het parlement die onder meer een capaciteitsmarkt voorstelt, maar er is nog te weinig duidelijkheid over prijsniveaus en lengte van contracten. Daar komt onzekerheid over schaliegas nog eens bij. Wordt er nu wel of niet

geboord naar schaliegas in de Britse bodem en wat voor effect zal dat hebben op de gasprijzen? Desondanks heeft energieminis-ter Davey onlangs aangekondigd dat er twintig nieuwe gascentrales bij zullen komen, naast alle duur-zame energieprojecten. Maar de realiteit is dat investeerders wat huiverig zijn nu hun geld in nieuw gas te steken. Datzelfde geldt voor kerncentrales. Plannen om de ko-mende jaren acht nieuwe kerncen-trales te bouwen, lijken op niets uit te lopen. De ene na de andere mogelijke gegadigde valt af, voor-al nu Chinese financiers het laten afweten. Er dreigt dus een behoor-lijk gat in de Britse energievoor-ziening. De beleidsdirecteur van Greenpeace in Engeland merkte fijntjes op dat wat het OFGEM-rapport vooral duidelijk maakt, is dat het tijd wordt zuiniger om te gaan met energie. n

De Britse energietoezichthouder OFGEM heeft gewaarschuwd voor mo-gelijke black-outs omdat oude kolencentrales niet snel genoeg worden vervangen.

Over de bereidheid van de Deense burgers om met het oog op de verduurzaming van de energieproductie meer te betalen, komen bij de daarover gehouden enquêtes uiteenlopende resultaten uit de bus. Brancheorganisatie Dansk Energi schakelde TNSGallup in en meldde als resultaat dat die bereidheid gering is. Een derde deel van de ondervraagden wil maximaal 5 procent meer neertellen als het erop aankomt. Een groene denktank, genaamd Concito, kwam met zijn enquête daarentegen tot het resultaat dat een grote meerderheid (79 procent) van de Denen “graag bereid is de overschakeling op duurzame energie te financieren via een stapsgewijze verhoging van de energierekening.”

Energiecommissaris Oettinger: “Veel beslissingen van Duitsland hebben negatieve uitwerking op energiemarkten van andere EU-lidstaten.”

Page 5: Energie Actueel nr.13 2012

8 Energie Actueel, jaargang 15, nr 13 • dinsdag 6 november 2012

OPINIEDe energietransitie is echt in gang gezet. In mijn directe omgeving verschijnen plotseling overal zon-nepanelen op de daken. Zelfs bij mijzelf! Weliswaar heb ik nog steeds geen elektrische of hybride of anderszins groene auto, hoewel hij wel groen van kleur is, maar het is duidelijk dat bij anderen ook het vervoer aan het verduurzamen is. Ook professionele vervoerders van goederen en personen beraden zich al op een minder fossiele toekomst. Verderop in Europa worden nog veel grotere stappen gezet, zoals bij onze Oosterburen en in het Zuiden, waar windenergie en zon-PV ra-zendsnel terrein winnen. In Brussel wordt verduurzaming van de Eu-ropese energievoorziening gezien als oplossing voor een hele reeks issues, zoals de afhankelijkheid van instabiele leveranciers, het gebrek aan eigen fossiele energiebronnen, het klimaatprobleem en het stimu-leren van technologische innovatie. Een jarenlange belofte, toekomsti-deaal of wensdroom lijkt eindelijk in vervulling te gaan.

Maar de afgelopen maanden ver-schijnen met grote regelmaat stukken in de pers, zoals ‘De schok van de groene stroom’ over de uitdaging voor netwerkbedrijven om voldoende transportcapaciteit aan te leggen. Ook zou de scha-liegaslobby de verdere uitrol blok-keren van zonne-energie. Andere voorbeelden zijn de discussie rond de nieuwe kolencentrales en de bijstook van biomassa, de inpas-sing van wind en de lastige positie van gasgestookte centrales tussen hoge gas- en lage kolen- en elek-triciteitsprijzen, en de gevaren, dan wel de geneugten, van de mogelij-ke export van schaliegas uit de VS. Daarnaast zijn er problemen met de Europese olieraffinage die in een krimpende markt met lage marges toch aanzienlijke investeringen moet doen om een duurzame voor-ziening van transport brandstoffen mogelijk te maken. En dat terwijl de nieuwe, duurzame, energievoor-ziening juist als dé oplossing voor al die problemen gezien wordt. Het idee dat een transitie naar een duurzame energievoorziening een simpele oplossing is voor alle problemen is een gevaarlijke mis-vatting. Retorisch is het natuurlijk aansprekend om simpele en hel-dere oplossingen aan te reiken. En dat gebeurt dan ook in ruime mate door politici, idealisten, economen en technologen. Helaas zijn zowel de economen als de technologen gevaarlijke adviseurs.

Ze hebben namelijk één groot ge-brek gemeen. En dat is dat ze hun visies en modellen partieel ontwik-kelen. Bij economen is het ceteris paribus denken dominant; alles blijft gelijk in hun modellen, behal-ve wat ze veranderen en daar me-ten ze dan de doorwerking van. Ook de technologen houden zich alleen bezig met ‘hun’ stukje techniek in het systeem; de windmolens, de

gas- of kolencentrales, de zon-PV, de transmissiecapaciteit, et cetera. De econoom gaat er vervolgens van uit dat een goed functionerende, li-quide markt ervoor zorgt dat iedere individuele producent of consu-ment de ‘juiste’ keuze maakt en dat welvaart en welzijn gemaximeerd worden. Zonder daar expliciet over te zijn, gaat de technoloog er van-uit dat met hun ‘goed’ functione-rende technologieën ieder Joule op de juiste wijze opgewekt wordt en op de juiste wijze gebruikt zal wor-den. En als dat niet het geval is, ligt de oorzaak daarvan natuurlijk in misbruik van marktmacht en onge-wenst overheidsingrijpen.

In de theoretische omgeving van de economische en de technolo-gische modellen kan dat wel waar zijn misschien. En natuurlijk: “Licht schijnt oneindig op alle landen” volgens de PV-verkoper. Maar in de complexe werkelijkheid zal er ze-ker geen sprake van een wrijvings-loze transitie naar een duurzame energievoorziening. Technologieën maken in samenhang deel uit van het systeem van energievoorzie-ning en veranderingen van enige omvang hebben gevolgen voor het functioneren daarvan. Ook de economische kant van de transitie verloopt niet zonder frictie als het gaat om het doen van grote inves-teringen in netten, opwekkingsca-paciteit en nieuwe apparaten bij de verbruikers, die over een lange periode moeten worden terugver-diend in een onzekere omgeving. En, inderdaad, sommige investe-ringen uit het verleden zullen op termijn waardeloos blijken te zijn. Dit geheel van technische en eco-nomische relaties wordt bovendien aangestuurd door een stelsel van regels, routines, contracten en af-spraken, die allemaal aangepast moeten worden aan de veranderin-gen in het systeem. En daarbij zijn de belangen in het geding van eige-naars, investeerders, producenten, energiegebruikers, omwonenden, en van buurlanden, die allemaal hun argumenten voor of tegen be-paalde veranderingen in het ener-giesysteem hebben.

Het gaat echter niet alleen om de optelsom van al die individuele be-langen. Onze energievoorziening is een randvoorwaarde voor vrijwel alle maatschappelijke activiteit, met grote invloed op ons welzijn. Het is een ingewikkeld systeem dat zich door technische, economische en ecologische afhankelijkheden slecht laat aansturen als een simpe-le markt van vraag en aanbod. Het collectieve belang van een ‘goed’ functionerende energievoorziening en van een ‘transitie’ die zonder al te grote ongelukken verloopt zal dan ook gebaat zijn bij een zekere mate van afstemming, planning en coördinatie die verder gaat dan het faciliteren van de markt en het cor-rigeren van marktfalen. Meer piket-paaltjes en wegwijzers in de goede richting lijkt het devies!

Aad Correljé is universitair hoofd-do-cent Economie van Infrastructuren aan de TU Delft en verbonden aan het Clingendael International Energy Programme.n

Wrijvingsloze energietransitie?Onverwachte effectenDe uitspraken van EU-Commissa-ris Oettinger kortgeleden om wat rustiger aan te doen met zonne-energie in Duitsland is op veel plaatsen met ongeloof ontvangen. Immers, zo stellen voorstanders van een snelle omvorming van de energie-economie naar een duurzamere versie: het aandeel duurzaam moet omhoog en niet stagneren.

De uitspraak van Oettinger legt echter wel een onverwacht effect van de transitie naar een duurzame energiehouding bloot, een te grote concentratie van variabele energie-bronnen in een bepaalde regio of deel van de markt creëert aanzien-lijke aanpassingsproblemen, die andere prioriteiten van het ener-giebeleid in het gedrang dreigen te brengen. Deze problemen zijn niet voorzien in de vele scenariostudies en andere beleidsdocumenten op grond waarvan het transitieproces is ingezet. Kortom, het begrip van het transitieproces is nog steeds beperkt, waardoor er steeds weer oplossingen moeten worden be-dacht om aan nieuwe flessenhal-zen het hoofd te bieden.

LeveringszekerheidDe grote concentratie zonne-energie in Duitsland en de op-bouw van aanzienlijke capaciteit in windenergie vormen een tech-

nische en politiek-economische uitdaging, evenals de sluiting van de nucleaire capaciteit. Vraag en aanbod van energie raken in onbalans qua locatie en beschik-baarheid waardoor een grotere behoefte ontstaat aan netwerkca-paciteit om lokale disbalansen op te vangen. Dit was bekend. Wat niet onderkend is of te laat, is dat een relatief klein deel van zonne- en windenergie ten opzichte van de totale elektriciteitscapaciteit een disproportionele invloed zou hebben op de vraag naar en soort van netwerkverbindingen, zeker in een systeem waarbij zonne- en windenergie met voorrang op het net worden toegelaten. Ook is te weinig onderkend dat de huidige beleidsinrichting in combinatie met economische tegenslag, de economische prestaties van de bestaande productiecapaciteit nu al zo ingrijpend zou aantasten. De onbalans wordt vergroot, doordat het tempo van het bouwen van nieuwe onderdelen van netten, ook al waren deze voorzien, geen gelijke tred houdt met de opbouw van capaciteit. Er is bij het den-ken over transitie - een proces dat mede wordt gestimuleerd door Europees beleid en met verschil-lende intensiteit is omgezet in nationaal beleid - geen rekening gehouden met de complexe ef-fecten op meso- en microniveau. Daar is de economische crisis dus nog als complicerende factor bijgekomen, waardoor de mo-gelijkheden van bedrijven om te investeren in een moeilijke markt verminderd zijn en verschillende partijen moeite hebben om in zwarte cijfers te blijven. De ont-stane specifieke marktomstandig-

heden vergroten de zorgen over leveringszekerheid.

Houtje touwtjeDe markt en beleidsprikkels zor-gen voor een tamelijk onoverzich-telijke brij van acties en reacties waar de vergunningsbureaucratie een steeds groter obstakel wordt om alles nog enigszins te laten werken. Het gevolg is een houtje-touwtjebenadering; een stapeling van beleid om tijdelijke proble-men te accommoderen, zonder oog te houden voor de combina-tie van effecten. Veelal worden beleidsinstrumenten ingezet met een te open einde of met een te algemeen geldende werking. Een lokaal probleem in Zuid-Duitsland zou opgelost kunnen worden met een (nadrukkelijk) tijdelijke lokale beleidsmaatregel, in afwachting van de netwerkinvesteringen; dat lijkt me niet in tegenspraak met de interne markt. Wat volgt is echter een discussie over een capaciteits-markt, een duidelijke poging om met weer ander, naar mijn idee ruw, ‘marktinstrument’ eerder overheids- en marktfalen te repa-reren. Immers, de CO2-prijs werkt nog nauwelijks als instrument van disciplinering van de markt, ter-wijl ondernemingen daar juist re-kening mee hadden gehouden in hun eerdere investeringen. Ook zij hebben wellicht te weinig inzicht gehad in het effect van een relatief klein deel variabele energiedra-gers op de markt en de werking van het energiesysteem.

Vooruit met de geitIn het licht van de nieuwe inzich-ten is de opmerking van Oettinger minder vreemd dan een eerste le-

DoorCoby van der Linde

Energie Actueel is een driewekelijkse uitgave van de vereniging Energie-Nederland.

Energie Actueel verschaft nieuws, achtergronden en opinies uit de wereld

van energie en aanverwante bedrijfstakken.

RedactieadresEnergie Actueel

Lange Houtstraat 22511 CW DEN HAAGTel. 070 - 311 43 50

e-mail [email protected]

HoofdredactieAnne Sypkens Smit

Bladmanagement & eindredactiePACT Mediaproducties BV, Den Haag

RedactieNoud Köper, Sjoerd Marbus,

Sander Schilders

CorrespondentenHenk van den Boom (Barcelona),

Elro van den Burg (Warschau),Jan van Etten (Parijs), Jan van Hoof (Frankfurt),

Frank Kools (New york), Jan Schils (Brussel),Arjan Schippers (Londen),

Wim Verseput (Kopenhagen)

Lay-out & opmaakDo Company, Rotterdam

Druk & DistributieSenefelder Misset Grafisch bedrijf bv,

Doetinchem

AbonnementenEnergie Actueel wordt kosteloos toegezonden

aan personen in dienst van bedrijven die lid zijn van Energie-Nederland, in dienst van de overheid

of hoger onderwijsinstelling.Overige geïnteresseerden kunnen zich abonneren.

Een jaarabonnement kost € 99,- Losse nummers € 6,50

Alle bedragen zijn inclusief BTW.Abonnementsgelden worden namens de uitgevers

geïnd door Abonnementenland, Heemskerk.

Opzeggingen - uitsluitend schriftelijk - twee maan-den vóór ingang van het nieuwe kalenderjaar aan:

Energie Actueel, Postbus 834, 6800 AV Arnhem

Adreswijzigingen kunnen worden doorgegeven aan:

[email protected]

André van Beveren,Recent BV, Postbus 17229, 1001 JE AmsterdamPrins Hendrikkade 77 b, 1012 AE Amsterdam

t 020 3308998, f 020 [email protected]

Overname van artikelen uitsluitendtoegestaan na toestemming van

de hoofdredactie.ISSN 2211-6230

Abonnement op

Vul de bon volledig in en stuur zonder postzegel naar:Energie Actueel, Postbus 834, 6800 AV Arnhem

Ik abonneer mij op Energie ActueelEen abonnement kost €99,- incl. 6% btwIk verzoek om kosteloze toezending van Energie Actueel, omdat ik werk bij:

een bedrijf dat lid is van Energie-Nederland de overheid een hoger onderwijsinstelling

Titel(s)

Voorletters en naam M / V

Functie

Telefoonnummer

E-mail

Naam organisatie/bedrijf

Afdeling

Postadres* Locatiecode

Postcode/woonplaats

Aard van het bedrijf* Tevens factuuradres.

Ik ontvang Energie Actueel graag op onderstaand privéadres**

Adres

Postcode/woonplaats** Bij ontvangst op privéadres ook altijd de gegevens bedrijf, incl. postadres, invullen.

Datum Ordernr. btw-nr.

Handtekening

ENERGIEActueel

06-1

1-20

12

Energie

ENERGIEActueel

zing dus doet vermoeden. Het stu-ren op duurzame marktaandelen heeft te weinig rekening gehou-den dat de ‘markt’ voor windlo-caties en daken een andere dyna-miek bezit. Onze voorspellingen en studies gaan nog steeds uit van een optimale spreiding van nieuwe energiedragers, waardoor intro-ductie niet gauw nieuwe flessen-halzen creëert. De lessen die we nu leren zijn belangrijk. Immers, de elektrificatie van het vervoer komt er ook aan. Wanneer een elektri-sche auto met veel levensstijl kwa-liteiten in de markt wordt gezet en zo een concentratie van bezit oplevert in bepaalde buurten, dor-pen of steden, voordat netwerken daarop kunnen worden ingericht, dan roepen we de volgende ellende alweer over ons af. Inmiddels lijkt opwekking met het relatief schone gas het kind van de rekening te worden. Zorgelijk is ook dat het draagvlak voor duurzame energie geen goed wordt gedaan door een rommelige introductie en onnodig hoge kosten. Er is kennelijk een groot verschil tussen de rijpheid van politiek en beleid om stappen te nemen en deze op een goede manier ten uitvoer te brengen. De overgang van een centraal systeem naar een meer decentraal elektri-citeit systeem is veel moeilijker en complexer gebleken en zit ken-nelijk vol met tegenstrijdigheden, die we uit vooruitgangsdrift te veel hebben weg hebben gedacht.

Coby van der Linde is hoofd van het Clingendael International Energy Pro-gramme en hoogleraar Geopolitiek en Energiemanagement aan de Rijksuni-versiteit Groningen. n

DoorAad Correljé