Empathisch directieve benadering bij Korsakov

13
NOTITIE Empathisch Directieve Benadering Derde herzien versie September 2006

description

Beschrijving van een succesvolle benaderingswijze bij Korsakovpatiënten

Transcript of Empathisch directieve benadering bij Korsakov

Page 1: Empathisch directieve benadering bij Korsakov

NOTITIE

Empathisch Directieve Benadering

Derde herzien versie September 2006

Page 2: Empathisch directieve benadering bij Korsakov

Stichting Saffier, Notitie Empathisch Directieve Benadering

2

Inhoudsopgave

Hoofdstuk 1 3

Empathisch Directieve Benadering 3

Hoofdstuk 2 4

De Zorgvraag. 4

Hoofdstuk 3 7

Eisen aan het personeel 7

Hoofdstuk 4 9

Voorwaarden waaraan de organisatie moet voldoen. 9

Hoofdstuk 5 11

Huidige mogelijkheden en beperkingen. 11

Slotwoord 13

Page 3: Empathisch directieve benadering bij Korsakov

Stichting Saffier, Notitie Empathisch Directieve Benadering

3

Hoofdstuk 1

Empathisch Directieve Benadering

Binnen Saffier wordt gewerkt met de Empathisch Directieve Benadering. De termen Directieve Therapie en Directieve Benadering worden vaak door elkaar gebruikt. Ze staan echter niet voor het zelfde. Veel gehoorde misverstanden : " Je moet niet aardig zijn, maar directief."

" Directieven zijn hetzelfde als commando's " " Directief is hetzelfde als recht voor z'n raap"

Het woord "directief" heeft echter niets te maken met "direct" (tegenover "indirect"). Directief betekent: richtlijn, aanwijzing. Je zou ook kunnen zeggen: handvat. Bij de Empathisch Directieve Benadering (EDB) wordt gebruik gemaakt van een aantal essentiële uitgangspunten. De belangrijkste kenmerken van deze benadering zijn: - Een individuele aanpak met maatwerk voor iedere bewoner. - De begeleider neemt het initiatief voor de dagelijkse gang van zaken, dat wil

zeggen, hij is sturend bezig en kan opdrachten geven. Soms impliceert dit dat de verantwoordelijkheid ( voor een deel ) wordt overgenomen.

- De begeleider plaatst een "probleem" in een positieve context; als een bewoner niet weet wat hij moet doen, kan dat worden gezien als een goede aanleiding om een aanwijzing (directief) te geven.

- Het directief moet goed omschreven zijn, zodat de bewoner het kan begrijpen. - Het doel moet haalbaar zijn. - De bewoner moet resultaat zien van zijn actie. - Een pragmatische aanpak is het best: wat werkt bij dit probleem, bij deze

bewoner, in deze situatie. Naast de individuele directieven zijn er tevens een aantal groepsdirectieven, zoals: - De dagstructuur die vast ligt per persoon. - Regels die voor iedereen gelden. Essentieel is het vinden van een goed evenwicht tussen het hanteren van de groepsdirectieven en de flexibiliteit om de individuele bewoner tot zijn recht te laten komen. In de EDB gaan we niet uit van opdrachten en bevelen maar geven personeel en bewoner samen invulling aan het leven van de bewoner. Het personeel vormt een prothese voor de geestelijke handicaps van de bewoners. Daarnaast wordt uiteraard ook vorm gegeven aan de lichamelijke zorgvraag, die veel bewoners hebben.

Page 4: Empathisch directieve benadering bij Korsakov

Stichting Saffier, Notitie Empathisch Directieve Benadering

4

Hoofdstuk 2

De Zorgvraag.

Voordat we ingaan op de concrete zorgvraag en hoe deze er precies uitziet, is het van belang stil te staan bij het feit dat de bewoners hun hulpvraag in het algemeen anders definiëren dan de hulpverleners. Dit heeft consequenties voor de interventies die we plegen. De zorgvraag kan grofweg worden uitgesplitst naar drie gebieden:

- lichamelijk - sociaal - psychisch

Op ieder genoemd gebied zijn deelaspecten te onderscheiden. De lichamelijke zorgvraag. De zorgvraag op lichamelijk gebied kan bestaan uit: - het niet goed (kunnen) uitoefenen van ADL-functies - een slechte hygiëne - een matige voedingstoestand Daarnaast zijn medisch gezien vaak diverse klachten te onderkennen. Zo komen stoornissen aan het zenuwstelsel (polyneuropathie) veelvuldig voor. De medische klachten zijn sterk individueel bepaald en worden hier niet nader benoemd. De sociale zorgvraag De zorgvraag op sociaal gebied kan bestaan uit: -sociaal isolement (bijv. m.b.t. familie of in de groep) -een gebrek aan sociale vaardigheden soms mede als gevolg van moeilijk spreken of slecht horen -niet in staat zijn om een dag zinvol te besteden (apathie en verveling) -financiële chaos De psychische zorgvraag. 1 De zorgvraag op psychisch gebied kan worden gesplitst in drie verschillende niveaus waarop een hersenbeschadiging tot uiting kan komen. Deze niveaus worden

1Uit "Revalidatiepsychologie". Redactie : J.M.H.de Moor, H.G.G.v.Balen,

K.A.Beers, L.A.J.de Vos. ISBN 9023225252

Page 5: Empathisch directieve benadering bij Korsakov

Stichting Saffier, Notitie Empathisch Directieve Benadering

5

onderscheiden volgens de regels van de International Classification of Impairments, Disabilities and Handicaps. Men beschrijft daarbij als volgt wat men hier onder verstaat:

1) Stoornissen of impairments zijn de directe gevolgen van hersenletsel op het niveau van elementaire functies. Het gaat dus om de hersenbeschadiging zelf a. g. v. een bloeding of een ander trauma.

2) Beperkingen of disabilities zijn de effecten van die stoornissen voor wat wij handelingen of gedragingen noemen. Het uitvallen van een arm bijv. a. g. v. een verlamming.

3) Handicaps zijn de gevolgen van de beperkingen, de blijvende veranderingen in het maatschappelijk (sociaal) functioneren van de patiënt. Het geeft een indicatie van het vermogen om sociaal actief te zijn. Mogelijk kan iemand niet langer gaan kaarten omdat hij zijn arm niet meer goed kan gebruiken.

Stoornissen Beperkingen stoornissen in aandacht/concentratievermogen - snel afgeleid raken (door eigen

gedachten of door prikkels in de omgeving), niet goed met meerdere taken tegelijkertijd bezig kunnen zijn.

stoornissen in geheugenfuncties - bijv. afspraken niet kunnen

onthouden. Het herkennen van informatie die een ander noemt (of die in de omgeving te zien is) lukt vaak beter dan het zelf (actief) informatie uit het geheugen ophalen.

initiatiefverlies - passiviteit. planningsstoornis - geen structuur kunnen

aanbrengen in handelingen (bijv. ADL) en/of geen invulling kunnen geven aan een dag.

overzichtsverlies - niet of onvoldoende in staat zijn

om informatie te rangschikken en te integreren tot één geheel.

ontremming - geen controle hebben over

eigen handelen.

Opmerking [COMMENT1]:

Page 6: Empathisch directieve benadering bij Korsakov

Stichting Saffier, Notitie Empathisch Directieve Benadering

6

stoornissen in het oordeelsvermogen - geen/weinig ziekte-inzicht: wel

zien wat er mis is in het gedrag van een ander, maar niet zien/begrijpen welke invloed eigen handelingen hebben op anderen. Het ontbreek vaak (grotendeels) aan normbesef/ geweten.

Er zijn nog een aantal andere stoornissen in de psychische zorgvraag, die vooral indirecte gevolgen hebben voor het functioneren van de bewoner. gedragsstoornissen - hebben vaak tot gevolg dat de bewoner meer

negatieve aandacht vraagt (en krijgt) dan positieve. Negatieve aandacht is echter ook aandacht, zodat het gedrag blijft bestaan.

decorumverlies - zorgt voor sociaal isolement faalangst - is vaak een reden om passief te blijven persoonlijkheidsverandering- veroorzaakt veel onbegrip en boosheid Andere indirecte gevolgen waarop de EDB zich dient te richten zijn: adaptatie : aanpassen in de breedste zin van het woord verwerking : het te boven komen van gebeurtenissen motivatie : bereidheid tot doelgerichte inspanning 'coping' : persoonlijke stijl van omgaan met gebeurtenissen

Page 7: Empathisch directieve benadering bij Korsakov

Stichting Saffier, Notitie Empathisch Directieve Benadering

7

Hoofdstuk 3

Eisen aan het personeel

De vaardigheden van het personeel dienen gericht te zijn op aspecten uit de zorgvraag zoals die in hoofdstuk 2 is beschreven. Concreet betekent dit, dat de benadering die personeel hanteert, is afgestemd op deze aspecten. Medewerkers dienen in staat te zijn om structuur aan te bieden. Echter de EDB is meer dan alleen 'structuur bieden'. Het steunend element vormt een belangrijk onderdeel van deze benadering, met name wat betreft de psychische zorgvraag. De zorgverlener dient een soort prothese te zijn. Dit kan zijn in de vorm van: - structuur aanbrengen - overzicht bieden - controleren - als extra geheugen beschikbaar zijn - als 'geweten' functioneren - voorwaarden kunnen scheppen voor bewoners om hen zo zelfstandig mogelijk

te laten functioneren De prothese doet een beroep op enig leervermogen c.q. herkenning bij de hulpvrager. Verdere eisen aan het personeel zijn: - kennis met betrekking tot de stoornissen, beperkingen en handicaps - een empathische grondhouding - geduld en respect tonen - bewustzijn van interactie tussen personeel en bewoners - eigen grenzen kennen (in de breedste zin van het woord) en het liefst ook

kunnen reflecteren op eigen handelen. - kennis van lichaamstaal - elementen van een machtsstrijd (her)kennen en kunnen hanteren - weten wanneer personeel tegen elkaar uitgespeeld wordt - om kunnen gaan met manipulatief gedrag Personeel dient als team goed eigen grenzen te kennen, wat men zelf toelaatbaar c.q. acceptabel acht. Het personeel dient zich ook bewust te zijn van de invloed van het eigen gedrag op het gedrag van bewoners. Bij gedragscorrectie is het van belang om niet alleen aan te geven hoe het niet moet, maar ook hoe het wel moet. Gedragsalternatieven dienen aangeboden te worden. Agressie is één van de voorkomende gedragsstoornissen en is tevens het moeilijkst te hanteren. Dat vraagt van personeel alertheid. Kennis van lichaamstaal is erg belangrijk. Wat voor houding heeft de bewoner, hoe staan de ogen, wat voor

Page 8: Empathisch directieve benadering bij Korsakov

Stichting Saffier, Notitie Empathisch Directieve Benadering

8

uitdrukking heeft een bewoner? Komt een bewoner dreigend over, zo ja in welke mate. De interactie tussen personeel en bewoners is erg belangrijk, bijvoorbeeld omdat een verkeerde inschatting van de situatie mogelijk een heftige reactie kan veroorzaken. Dat betekent dat personeel zich goed dient te realiseren wat voor invloed het eigen handelen heeft op het handelen van de bewoner. Ook de eigen lichaamshouding heeft invloed. Belangrijk in deze is om niet te verzanden in een machtsstrijd. Gesprekstechnisch zijn bepaalde vaardigheden nodig: - In staat zijn tot het geven van eenduidige boodschappen volgens de vijf K's: kort, konkreet, konsekwent, kontinu en kreatief - Stimuleren zonder dwingen - Corrigeren zonder kleineren - Doen wat je belooft d.w.z. konsekwent zijn. Het is belangrijk om konsekwent

gedrag niet alleen naar bewoners te hanteren maar ook naar jezelf en naar collega’s

- Niet primair, maar secundair op provocerende uitingen van een bewoner kunnen reageren dat betekent ook dat je opmerkingen niet persoonlijk moet opvatten

- Afstand kunnen nemen Het is van belang hierbij te benoemen, dat personeel zich gesteund moet voelen door de leiding van de afdeling bij alle afspraken die gezamenlijk gemaakt worden. De term ‘vroegsignalering’ wordt regelmatig gehanteerd bij het werken op deze afdelingen. Hiermee wordt bedoeld dat men alert dient te zijn op veranderingen in het gedrag van bewoners waardoor eventueel dreigend gedrag eerder gesignaleerd wordt. Dit houdt in dat zorgafspraken geformuleerd worden over momenten die als signalen te benoemen zijn om het bereiken van de grens c.q. calamiteiten te voorkomen. Goede communicatie is een belangrijk middel om op de afdeling op één lijn te komen. Hiervoor is het noodzakelijk dat teamleden het eigen handelen en het handelen van collega's (ook multi - disciplinair) ter discussie kunnen stellen. Het is van belang dat teamleden ook de veiligheid voelen van het team. Het komt voor dat personeel in sommige situaties meer doet dan ze eigenlijk willen/kunnen en dat niet erkennen. Het gevoel van machteloosheid dient een plek te krijgen binnen het team. Voor betrokken afdelingen in de SBZ is het onontbeerlijk om duidelijk de grenzen van eigen mogelijkheden aan te geven. Zie voor het verder uitwerken van de eisen aan het personeel de notitie ‘competenties van medewerkers van de Sector Bijzondere Zorg’.

Page 9: Empathisch directieve benadering bij Korsakov

Stichting Saffier, Notitie Empathisch Directieve Benadering

9

Hoofdstuk 4

Voorwaarden waaraan de organisatie moet voldoen.

Om de zorg te kunnen bieden die in hoofdstuk 2 besproken wordt dient de organisatie aan een aantal voorwaarden te voldoen. Deze zijn te verdelen in materiële en immateriële voorwaarden. De materiële voorwaarden. - Logopedische en ergotherapeutische hulpmiddelen om de oriëntatie,

communicatie en zelfstandigheid te bevorderen. Te denken valt o.a. aan klokken, informatieborden, foto's en (elektronische) agenda's.

- Een ruimte voor crisisinterventie. Deze ruimte moet aan de volgende criteria voldoen:

� Af te sluiten � Niet voorzien van contrabande (=die voorwerpen waarmee mensen zichzelf

en/of anderen schade kunnen toebrengen) � Een kale ruimte met alleen een bed � Een mogelijkheid tot observatie dient hierbij aanwezig te zijn. Te denken valt

aan bijv. een verklikker in de deur van buiten naar binnen. Andere behoefte ten aanzien van activiteiten en ontspanning kunnen een hogere kostenpost tot gevolg hebben met betrekking tot ruimte en middelen. De immateriële voorwaarden. Organisatorisch dient vastgesteld te worden aan welke eisen het personeel voor deze doelgroep moet voldoen. Dat betekent dat ook duidelijk moet worden hoe moet worden omgegaan met personeel dat niet aan de gestelde eisen voldoet. Het realiseren van scholing is een belangrijke voorwaarde en naast scholing is continuering van het geleerde van belang. Te denken valt aan teambegeleiding in een bepaalde frequentie om bepaalde zaken bespreekbaar en hanteerbaar te maken. Mogelijk vraagt het bijzondere van deze doelgroep wel een permanente scholing c.q. training of teambegeleiding. De inhoud van de scholing wordt verder bepaald door hoofdstuk 3. Er is een cursus ontwikkeld door de psycholoog samen met het Hoofd opleiding om de vaardigheden aan te leren die nodig zijn voor het omgaan met deze bijzondere doelgroep. In de cursus wordt ook uitvoerig ingegaan om het therapeutisch milieu, de ziektebeelden en het gedrag van de doelgroep en van individuen. Wanneer sprake is van onacceptabel gedrag en wanneer hier een crisissituatie uit voortkomt zal een duidelijk crisisinterventie beleid noodzakelijk zijn. In dit beleid zal verwoord kunnen worden welke stappen genomen worden en hoe deze te nemen.

Page 10: Empathisch directieve benadering bij Korsakov

Stichting Saffier, Notitie Empathisch Directieve Benadering

10

(bijvoorbeeld wanneer iemand gesedeerd wordt onder dwang moet duidelijk zijn hoe dit over 24 uur gerealiseerd kan worden en waar de bewoner verblijft gedurende de periode tussen het moment van injecteren (voor zover noodzakelijk) en het daadwerkelijk gesedeerd zijn van de bewoner) Situaties zijn denkbaar waarin dwang noodzakelijk is bij deze doelgroep. Een voorwaarde daarbij is dat het verplichtend karakter in de zorg in overeenstemming gebracht dient te worden met de BOPZ. In het zorgplan moet worden opgenomen of er sprake is van vrijheidbeperkende maatregelen, waaruit deze bestaan en wanneer evaluatie plaats vindt.Tevens dient goed geregeld te worden wat te doen, wanneer een team aangeeft niet meer te weten op welke wijze zij met een bepaalde bewoner moeten omgaan. De ervaring heeft geleerd dat een team soms niet meer weet, hoe zij verder moeten handelen. Het beroep en de druk op de emoties heeft zulke vormen aangenomen dat de betreffende situatie voor personeel moeilijk hanteerbaar is. Hierbij wordt nogmaals het belang van een goede communicatie belicht tussen afdeling en de ondersteunende disciplines. Het ontwikkelen van een agressieprotocol heeft geholpen om beter te kunnen omgaan met allerlei vormen van agressie en agitatie. Het blijft evenwel noodzakelijk ook deze vorm van bijscholing regelmatig te herhalen om nieuwe collega’s bij te scholen en om geleerde kennis weer op te halen.

Page 11: Empathisch directieve benadering bij Korsakov

Stichting Saffier, Notitie Empathisch Directieve Benadering

11

Hoofdstuk 5

Huidige mogelijkheden en beperkingen.

Als de omschreven zorgvraag, de eisen aan het personeel en de voorwaarden waaraan de organisatie moet voldoen als uitgangspunt wordt genomen, zullen een aantal zaken nog gerealiseerd dienen te worden. De doelgroep bestaat echter en de Sector Bijzondere Zorg, Lozerhof heeft een plaats op deze markt. Het verdient de voorkeur om op de ingeslagen weg verder te gaan, waarbij gaandeweg aan de voorwaarden gewerkt wordt. Door het steeds verder groeien naar specifieke invulling van de randvoorwaarden wordt de kwaliteit van zorg steeds verder verbeterd. Op afdelingsniveau is de organisatie zodanig, dat deze helpend is voor het personeel en bewoners. Kennis in het omgaan met de doelgroep is echter nog steeds veelal in de praktijk opgedaan, al dan niet aangevuld met korte cursussen. Dit gaat vrij goed zolang er geen sprake is van ernstige gedragsproblematiek. Treedt die op, dan blijkt dat er soms onvoldoende basis aanwezig is in het team om kritisch te kunnen kijken naar het eigen handelen. Ondersteuning van het team door Leidinggevende en Teambegeleiding door de psycholoog blijven daarom een voortdurend aandachtspunt. De cursus Empathisch Directieve Benadering met onderwerpen die geformuleerd zijn in onderstaande eisen als basis en teambegeleiding als "onderhoudsdosis" is naar de mening van de schrijvers erg belangrijk. Onderwerpen die in de cursus aan de orde komen zijn o.a.: - Voorwaarden kunnen scheppen om bewoners zo zelfstandig mogelijk te kunnen

laten functioneren - Bewust zijn van interactie tussen personeel en bewoners - Eigen grenzen kennen ( in de breedste zin van het woord ) - Gebruik maken van de mogelijkheden van een bewoner, niet het accent leggen

op de beperkingen - Kennis van lichaamstaal - Elementen van een machtsstrijd kennen en kunnen hanteren - Weten wanneer personeel tegen elkaar uitgespeeld wordt - Om kunnen gaan met agressief,claimend,manipulatief en afhankelijk gedrag - Gedragscorrectie met het geven van gedragsalternatieven - Eigen handelen en het handelen van collega's ter discussie kunnen stellen - Gesprekstechnische vaardigheden in relatie tot de bewoners - Gesprekstechnische vaardigheden binnen het team (zowel binnen het

Page 12: Empathisch directieve benadering bij Korsakov

Stichting Saffier, Notitie Empathisch Directieve Benadering

12

verplegingsteam als binnen het multi-disciplinair team), met name aan het aspect om op één lijn te komen en hiernaar te handelen. Om te weten wat als team "gewoon" gevonden wordt, maar wat echter niet normaal is.

Andere immateriële voorwaarden die mogelijk nog verdere uitwerking behoeven zijn: - Vaststellen van eisen/ kwaliteiten waaraan personeel voor deze doelgroep moet

voldoen. - Het verplichtend karakter van elementen in de zorg in overeenstemming

brengen met de BOPZ - Een duidelijk crisisinterventiebeleid met een mogelijkheid tot afzonderen van

een bewoner in een prikkelarme omgeving op de afdeling. - Een agressieprotocol dat bekend is op de afdeling en het volgen van een cursus

voor nieuwe personeelsleden - Vaststellen van verantwoordelijkheden en bevoegdheden, wanneer een team

aangeeft de noodzakelijke zorg niet meer aan te kunnen door gedrags-problematiek van een bewoner.

Page 13: Empathisch directieve benadering bij Korsakov

Stichting Saffier, Notitie Empathisch Directieve Benadering

13

Slotwoord

In deze notitie wordt genoemd (hoofdstuk 1,2 en 4) dat personeel in sommige gevallen met overwicht de bewoner moet kunnen benaderen en structuur moet kunnen bieden voor de bewoners. Deze wijze van omgaan is misschien nog steeds discutabel, gezien de ontwikkelingen in onze tijd waarin autonomie een belangrijk aspect in de zorgverlening is geworden. Wanneer dit overwicht nodig blijkt, is de vraag gerechtvaardigd in hoeverre mensen, binnen en buiten de instelling, willen wat wij als personeel van bewoners vragen. Wanneer niet duidelijk is, dat de geboden structuur voor de bewoner iets toevoegt zal iedere keer opnieuw moeten worden afgewogen wat voor deze bewoner de meest geëigende oplossing zal zijn. Bij deze vraag komt het verschil in definitie van de hulpvraag naar voren. Hulpverleners dienen zich te realiseren of de door hen gepleegde interventies voldoen aan de individueel bepaalde hulpvraag,. Marlies van Noppen, Psycholoog NIP Wiebe van de Weide Zorgmanager Sector Bijzondere Zorg