DINSDAG 7 JANUARI2014 Zonder bronvermelding€¦ · Verdere steekproeven van deze krant leveren nog...

1
4 In het nieuws PeterNijkampis volgensderang- lijstenvanecono- menopdewebsi- terepec.orgmon- diaalnummer1 watbetreftaantal gepubliceerdepa- ginasintijdschriften (5.398paginas)enook nummer1vandewereldinaantalgepubliceer- dewerken(1.036). Inzijnrecordjaar2011publiceerdeNijkamp 127artikelen,veelalmetco-auteursuitbinnen- enbuitenland.Datiséénartikelperdrieda- gen. Van1964tot1972studeerdeNijkampeco- nometrieenruimtelijkeeconomieaanwat nudeErasmusUniversiteitis..In1973kreeg hijeenaanstellingaandeVrijeUniversiteit.In 1975ishijdaarbenoemdtothoogleraarregio- naleeconomieeneconomischegeografie.In 1996kreeghijeenSpinozapremie,dehoogste onderscheidingbinnendeNederlandsewe- tenschap.Van1999tot2002washijvice-pre- sidentvandeKoninklijkeNederlandseAkade- mievoorWetenschappen.Van2002tot2008 voorzittervandeNederlandseOrganisatie voorWetenschappelijkOnderzoek(NWO). Sinds1januariishijnogeendagindeweek hoogleraar. NijkampisookadviseurvandeWereld- bank,deEuropeseCommissie,deOECD,de RaadvanEuropaendeNederlandseregering. Tevensishijredacteurbij29internationalewe- tenschappelijketijdschriftenenheefthijgast- hoogleraarschappenaan17universiteiten. Door FrankvanKolfschoten AMSTERDAM. Econoom Peter Nijkamp is het boegbeeld van de Vrije Universiteit. Collegas kij- ken jaloers naar zijn niet te stuiten stroom publi- caties. Hij staat al jaren nummer 1 op de wereld- ranglijst van economische veelpubliceerders. In 2011, op zijn 65ste, beleeft deze ontvanger van de Spinozapremie zijn topjaar, als hij maar liefst één artikel per drie dagen publiceert. Iedereen wil meeliften op het succes van de al- tijd strak geklede man uit het gereformeerde dorp Dalfsen. In binnen- en buitenland wordt hij veevuldig gevraagd als co-auteur. Maar al die tek- sten moeten toch ook geschreven worden. Dat doet Nijkamp onder meer door het niet zo nauw te nemen met de academische regels voor herge- bruik van teksten, bronvermelding en aanha- lingstekens, zo blijkt uit een steekproef die NRC Handelsblad nam uit het oeuvre van Nijkamp. Half december 2013 neemt rector magnificus Frank van der Duyn Schouten de lift naar de achtste verdieping van het hoofdgebouw van de Vrije Universiteit. Hij hoopt de aanhoudende on- rust op de afdeling Ruimtelijke Economie over de zaak-Kourtit te kunnen bezweren. Dat dossier baart hem zorgen sinds zijn aanstelling aan de VU in mei 2013, als opvolger van de na een be- stuurscrisis opgestapte rector Lex Bouter. Er was die maand een anonieme klacht bin- nengekomen bij Ombudsman Wetenschappelij- ke Integriteit Peter Hollander. Er zou sprake zijn van plagiaat in het proefschrift The New U rban W orld van econome Karima Kourtit, een promo- venda van universiteitshoogleraar Peter Nij- kamp. De rector kent Nijkamp sinds 1973, toen hij zelf als econometrist kwam werken aan de VU. Ook in zijn latere carrière is hij hem blijven tegenkomen, recent nog in de jury van de Reijer Hooykaasprijs voor geloof en wetenschap en bij een gezamenlijke workshop over de kwaliteit van proefschriften. De plagiaatklacht was zo ernstig dat Van der Duyn Schouten op advies van de ombudsman een onderzoekscommissie instelde. Daarin za- ten emeritus VU-hoogleraar psychologie Pieter Drenth (oud-KNAW-president) en de VU-hoogle- raren economie Jan Willem Gunning en Hester van Herk. Van der Duyn Schouten gaf in deze pe- riode ook de officiële opdracht aan de commis- sie-Baud, die fraudebeschuldigingen aan het adres van VU-antropoloog Mart Bax moest on- derzoeken. Dat was een op het oog veel ingewik- kelder zaak, maar toch had de commissie-Baud het rapport al eind september 2013 af. Over de zaak-Kourtit meldt de VU pas op 1 no- vember 2013 in een summier persbericht dat Kourtit alsnog mag promoveren na herstel van geconstateerde tekortkomingenin haar proef- schrift over de creativiteit, diversiteit en attracti- viteit van moderne steden. Om geen twijfel te laten bestaan over de beoordeling van het her- ziene manuscript hebben de promotor en de co- promotoren besloten zich terug te trekken.Dat zijn de hoogleraren Nijkamp, Masurel en Riet- veld. Vergeleken met de zaak-Bax is de VU opval- lend zwijgzaam. Economie-decaan Harmen Ver- bruggen meldt in interviews dat het rapport- Drenth niet openbaar wordt gemaakt en dat hij geen nadere mededelingen kan doen over de geconstateerde tekortkomingen. Van der Duyn Schouten corrigeert de decaan later en zegt dat de VU een samenvatting van het rapport zal publiceren na het verstrijken van de beroeps- termijn bij het Landelijk Orgaan Wetenschappe- lijke Integriteit. Voorafgaand aan deze publicatie gaat de rector op 11 december 2013 dus naar de achtste verdieping om de medewerkers van Ruimtelijke Economie in te lichten. Ze kunnen hem vragen stellen en ook Kourtit en Nijkamp zijn aanwezig. Voor de afwezigen stuurt de rector zijn relaas in de week daarna ook nog eens per e-mail (in be- zit van deze krant). Van der Duyn Schouten meldt daarin dat de belangrijkste conclusie van de commissie-Drenth is dat het proefschrift te- kortkomingen bevatte wat betreft precieze en ordentelijke verwijzingen naar oorspronkelijke bronnen, vooral eerdere publicaties van de pro- movenda en haar co-auteurs. Hij herhaalt wat op 1 november al in het persbericht stond, name- lijk dat Kourtit deze tekortkomingen mag her- stellen en de nieuwe versie mag voorleggen aan een nieuwe promotiecommissie. Hij rept met geen woord over Nijkamps rol als co-auteur van vrijwel alle hoofdstukken van het proefschrift. De rector laat weten geen aanleidingte zien om het complete rapport openbaar te maken. Wat moet er per se geheim blijven uit dat rap- port? Zonder bronverwijzing Op 19 december verschijnt de samenvatting op de VSNU-site. Deze blijkt explosieve informatie te bevatten, die Van der Duyn Schouten slechts vaag heeft aangestipt bij zijn bezoek en in zijn e- mail aan de afdeling. Een al eerder in een tijd- schrift gepubliceerd hoofdstuk van Kourtits proefschrift bevat volgens de samenvatting geen verwijzingen naar bijdragen van deelnemers aan een workshop. Een opzienbarender mededeling is dat in twee andere hoofdstukken teksten zijn aangetroffen die overeenkomen met eerder verschenen teksten, ook van anderen dan de promovendus . Nijkamp en Kourtit hebben vol- gens de geanonimiseerde samenvatting aange- voerd dat dit zelfcitatieszijn. Nijkamp heeft passages uit een artikel dat hij eerder met we- tenschapper B.heeft gepubliceerd, zonder B.s naam te vermelden opgenomen in een artikel dat hij met Kourtit publiceerde. Vervolgens heeft Kourtit dit artikel met Nijkamp, opnieuw zonder bronvermelding, opgenomen in haar proef- schrift. Nijkamp en Kourtit zijn van mening dat zulk hergebruik van teksten is toegestaan. Maar de commissie keurt de werkwijze af aangezien de bijdrage van de andere wetenschapper aan het proefschrift zo onvermeld is gebleven, net als de naam van het werk waarin het eerder is versche- nen. De commissie is van mening dat in alle ge- vallen van hergebruik van eigen teksten (zelfcita- tie) een verwijzing naar de oorspronkelijke bron ter plekke opgenomen dient te worden. De com- missie bestempelt deze vorm van incorrecte bronvermelding, conform de geldende regels, als plagiaat.De commissie oordeelt dat deze on- juiste werkwijze wellicht het gevolg is van on- voldoende kennis van de geldende regelsen vindt dat Kourtit de kans moet krijgen de tekort- komingen te herstellen. Bij afblazen van de pro- motie zou de VU de vergoeding van 90.000 euro voor een voltooid proefschrift mislopen. Een immens oeuvre Nijkamps opvattingen doen de vraag rijzen of zijn immense oeuvre van 1.036 artikelen en boe- PETERNIJKAMP Nummer1metpublicaties Zonder bronvermelding Zelfplagiaat De VU-econoom Peter Nijkamp publiceert in moordend tempo wetenschappelijke artikelen. Dat lukt hem doordat hij zich niet erg bekommert om de academische regels voor het hergebruik van teksten. DINSDAG7JANUARI2014 5 N RC H A NDEL SBLA D ken meer voorbeelden van dergelijk (zelf)plagi- aat bevat. NRC Handelsblad vraagt Van der Duyn Schouten daarom kort voor het Kerstreces of de VU Nijkamps werk zal doorlichten. De rector laat weten: De VU zal geen onderzoek instellen naar mogelijk hergebruik van eigen teksten door Nij- kamp, omdat we daartoe geen aanleiding zien.Van der Duyn Schouten stuurt een bestand mee dat moet bewijzen dat Kourtit en Nijkamp intussen hun werk hebben gecorrigeerd in een artikel dat in 2011 is verschenen in International Journal of Business and Globalization (IJBG) (hoofdstuk 7 in het proefschrift). Deze herziene versie die volgens de rector inmiddels is gepu- bliceerd, al zegt de redactie desgevraagd van niets te weten maakt inderdaad duidelijk welke bronnen onvermeld zijn gebleven. Googelen van de bewuste tekstblokken laat echter zien dat het plagiaatprobleem in de herziene versie niet is opgelost: er staan geen aanhalingstekens bij zin- nen die in identieke vorm te vinden zijn in de ge- bruikte bronnen. Ook blijken nog steeds niet alle aangehaalde bronnen te zijn vermeld. Er komen zinnen in voor uit een researchpa- per dat Nijkamp in 2007 publiceerde met als eer- ste auteur de Turkse econome Tüzin Baycan-Le- vent, zonder verwijzing naar die bron. Een groot deel van dat artikel publiceerde hij in 2010 met Baycan tevens in het boek The Sustainability of Cultural Diversity, en ook daar verwijst het proef- schrift niet naar. Baycan (mogelijk wetenschap- per B. uit de samenvatting) reageert niet op e- mails met vragen. Nijkamp en Kourtit zwijgen al sinds de start van de zaak, op advies van de VU. Ze willen evenmin reageren op vragen van deze krant. Het IJBG-artikel (hoofdstuk 7) biedt ruim in- zicht in de tekstrecycling van Nijkamp en zijn co- auteurs. Googelen van daarin drie zonder aanha- lingstekens gekopieerde zinnen van de econoom Dustman leidt naar een artikel dat Nijkamp in 2012 (zonder Kourtit) publiceerde in Review of Economic Analysis. Dit artikel bevat dezelfde drie gekopieerde zinnen van Dustman, zonder ver- wijzing naar diens artikel of naar het IJBG-artikel van Kourtit/Nijkamp uit 2011. Het artikel bevat voorts (weer zonder bronver- melding) een tekstblokje van eco- noom Strutt, dat Kourtit/Nij- kamp, zonder bronvermelding, kopieerden in IJBG. Deze uitglijders leveren het eerste bewijs dat het problematische gebruik van teksten niet beperkt blijft tot het proefschrift van Kourtit, maar ook voorkomt in an- der werk van Nijkamp. Verdere steekproeven van deze krant leveren nog meer onregelmatigheden op, zoals kan worden nagelezen op nrc.nl. De totale oogst is zes keer plagiaat en acht keer zelfplagiaat. De proefschriften van Mediha Sahin en John Steenbruggen, met veel hoofd- stukken waarvan Nijkamp co-auteur is, bevat- ten diverse tekstblokken uit artikelen die Nij- kamp eerder alleen of met anderen publiceerde in andere bladen, steeds zonder verwijzing. Ook staan er tekstblokken in die zonder afdoende bronvermelding, letterlijk en zonder aanhalings- tekens zijn overgenomen uit artikelen van ande- ren. Zowel Sahin als Steenbruggen zien desge- vraagd af van een reactie. Hoogleraar Erik Verhoef, hoofd van de afde- ling Ruimtelijke Economie, hoort op van Nij- kamps hergebruik van een groot deel van een door hen samen in 2004 gepubliceerd artikel. Dat heeft Nijkamp daarna nóg twee keer uitge- molken, zonder verwijzing naar de eerste publi- catie en zonder de naam van eerste auteur Ver- hoef erbij. Verhoef zegt dat Nijkamp wel zelf het door hem hergebruikte deel van de tekst heeft geschreven in 2004. Dus het is niet zo dat ik mij als eerste auteur gepasseerd zou voelen. Maar dat is natuurlijk maar één aspect van de zaak, meldt hij diplomatiek. Na ruggespraak met de nieuwe voorzitter van het College van Bestuur Jaap Winter (opvolger van de per 1 december vertrokken René Smit) laat Van der Duyn Schouten weten dat deze vondsten voor het college aanleiding zijn om zich nader over deze zaak te beraden. Peter Nijkamp (nu 67) is vanaf 1 januari 2014 nog één dag in de week hoogleraar aan de VU. Nu het jaar nog maar net is begonnen heeft hij al- weer zes publicaties op zijn naam staan, met ver- schillende co-auteurs. Maar hoe verdiend is zijn positie als meest publicerende econoom ter we- reld als deze mede tot stand is gekomen door hei- melijk tekstblokken te recyclen en ook tekstblok- jes te kopiëren van anderen zonder afdoende bronvermelding? Zouden redacties zijn artike- len ook hebben geaccepteerd als ze ervan op de hoogte waren geweest dat Nijkamp een deel van zijn werk hergebruikt? Het wachten is nu op het besluit van het Colle- ge van Bestuur van de VU. De zaak doet denken aan de affaire rond Ulrich Lichtenthaler, hoogle- raar management en organisatie aan de Univer- siteit van Mannheim. Hij schudde de afgelopen tien jaar de ene na de andere publicatie uit zijn mouw en gold als een van de sterren in zijn vak. Tot begin 2012 een groep wetenschappers twij- fels kreeg over zijn werk en diverse voorbeelden van zelfplagiaat ontdekte. Intussen zijn diverse artikelen van Lichtenthaler teruggetrokken uit de wetenschappelijke literatuur, ook inverband met statistische onregelmatigheden waarvoor bij Nijkamp overigens geen aanwijzingen zijn. Een Duitse krant trok de conclusie: Carrières die te mooi lijken om waar te zijn, zijn ook vaak te mooi om waar te zijn.[+] nrc.nl/zelfplagiaat ZELFPLAGIAAT Tegendegedragscode Wetenschappersbehorenvolgensdeaca- demischemoresdebronnendiezijgebrui- kenzorgvuldigaantegeven,doorteverwij- zennaardevindplaatsvandeoorspronkelijke tekstendenaamvanauteur(s)tenoemen. Letterlijkeovernamevantekstmoetworden aangegevenmetaanhalingstekens. Dezeregelsgeldenookalseenauteurei- gentekstenopnieuwgebruiktineennieu- wepublicatie. Gebeurtdatniet,daniser sprakevan(zelf)plagiaat.IndeNederlandse GedragscodeWetenschapsbeoefeningvan deVerenigingvanUniversiteitenstaatdatwe- tenschappersderegelsvoorbronvermelding enauteurschapzorgvuldigmoetennaleven, ondankstoenemendeprestatiedruk. Zelfplagiaatondermijnthetacademische systeem datprestatiesondermeerafmeet aanhetaantalgeproduceerdeartikelen.Het kanongewensteeffectenveroorzakenbijbe- slissingenoveraanstellingenensubsidies. ILLUSTRATIEHAJO

Transcript of DINSDAG 7 JANUARI2014 Zonder bronvermelding€¦ · Verdere steekproeven van deze krant leveren nog...

Page 1: DINSDAG 7 JANUARI2014 Zonder bronvermelding€¦ · Verdere steekproeven van deze krant leveren nog meer onregelmatigheden op, zoals kan worden nagelezen op nrc.nl. De totale oogst

4 In het nieuws

Peter Nijkamp isvolgens de rang-lijsten van econo-men op de websi-te repec.org mon-diaal nummer 1wat betreft aantalgepubliceerde pa-

g i n a’s in tijdschriften (5.398 pagina’s) en ooknummer 1 van de wereld in aantal gepubliceer-de werken (1.036).In zijn recordjaar 2011 publiceerde Nijkamp127 artikelen, veelal met co-auteurs uit binnen-en buitenland. Dat is één artikel per drie da-gen.

Van 1964 tot 1972 studeerde Nijkamp eco-nometrie en ruimtelijke economie aan watnu de Erasmus Universiteit is.. In 1973 kreeghij een aanstelling aan de Vrije Universiteit. In1975 is hij daar benoemd tot hoogleraar regio-nale economie en economische geografie. In1996 kreeg hij een Spinozapremie, de hoogsteonderscheiding binnen de Nederlandse we-tenschap. Van 1999 tot 2002 was hij vice-pre-sident van de Koninklijke Nederlandse Akade-mie voor Wetenschappen. Van 2002 tot 2008voorzitter van de Nederlandse Organisatievoor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO).Sinds 1 januari is hij nog een dag in de weekh o o g l e ra a r.

Nijkamp is ook adviseur van de Wereld-bank, de Europese Commissie, de OECD, deRaad van Europa en de Nederlandse regering.Tevens is hij redacteur bij 29 internationale we-tenschappelijke tijdschriften en heeft hij gast-hoogleraarschappen aan 17 universiteiten.

Door Frank van Kolfschoten

AMSTERDAM. Econoom Peter Nijkamp is hetboegbeeld van de Vrije Universiteit. Collega’s kij-ken jaloers naar zijn niet te stuiten stroom publi-c aties. Hij staat al jaren nummer 1 op de wereld-ranglijst van economische veelpubliceerders. In2011, op zijn 65ste, beleeft deze ontvanger van deSpinozapremie zijn topjaar, als hij maar liefstéén artikel per drie dagen publiceert.

Iedereen wil meeliften op het succes van de al-tijd strak geklede man uit het gereformeerdedorp Dalfsen. In binnen- en buitenland wordt hijveevuldig gevraagd als co-auteur. Maar al die tek-sten moeten toch ook geschreven worden. Datdoet Nijkamp onder meer door het niet zo nauwte nemen met de academische regels voor herge-bruik van teksten, bronvermelding en aanha-lingstekens, zo blijkt uit een steekproef die N RCH a n del sbl a d nam uit het oeuvre van Nijkamp.

Half december 2013 neemt rector magnificusFrank van der Duyn Schouten de lift naar deachtste verdieping van het hoofdgebouw van deVrije Universiteit. Hij hoopt de aanhoudende on-rust op de afdeling Ruimtelijke Economie overde zaak-Kourtit te kunnen bezweren. Dat dossierbaart hem zorgen sinds zijn aanstelling aan deVU in mei 2013, als opvolger van de na een be-stuurscrisis opgestapte rector Lex Bouter.

Er was die maand een anonieme klacht bin-nengekomen bij Ombudsman Wetenschappelij-ke Integriteit Peter Hollander. Er zou sprake zijnvan plagiaat in het proefschrift The New U rbanW o rl d van econome Karima Kourtit, een promo-venda van universiteitshoogleraar Peter Nij-kamp. De rector kent Nijkamp sinds 1973, toenhij zelf als econometrist kwam werken aan deVU. Ook in zijn latere carrière is hij hem blijventegenkomen, recent nog in de jury van de ReijerHooykaasprijs voor geloof en wetenschap en bijeen gezamenlijke workshop over de kwaliteitvan proefschriften.

De plagiaatklacht was zo ernstig dat Van derDuyn Schouten op advies van de ombudsmaneen onderzoekscommissie instelde. Daarin za-ten emeritus VU-hoogleraar psychologie PieterDrenth (oud-KNAW-president) en de VU-hoogle-raren economie Jan Willem Gunning en Hestervan Herk. Van der Duyn Schouten gaf in deze pe-riode ook de officiële opdracht aan de commis-sie-Baud, die fraudebeschuldigingen aan hetadres van VU-antropoloog Mart Bax moest on-derzoeken. Dat was een op het oog veel ingewik-kelder zaak, maar toch had de commissie-Baudhet rapport al eind september 2013 af.

Over de zaak-Kourtit meldt de VU pas op 1 no-vember 2013 in een summier persbericht datKourtit alsnog mag promoveren na herstel van„geconstateerde tekortkomingen” in haar proef-schrift over de creativiteit, diversiteit en attracti-viteit van moderne steden. „Om geen twijfel telaten bestaan over de beoordeling van het her-ziene manuscript hebben de promotor en de co-promotoren besloten zich terug te trekken.” D atzijn de hoogleraren Nijkamp, Masurel en Riet-ve l d .

Vergeleken met de zaak-Bax is de VU opval-lend zwijgzaam. Economie-decaan Harmen Ver-bruggen meldt in interviews dat het rapport-Drenth niet openbaar wordt gemaakt en dat hijgeen nadere mededelingen kan doen over de„geconstateerde tekortkomingen”. Van derDuyn Schouten corrigeert de decaan later enzegt dat de VU een samenvatting van het rapportzal publiceren na het verstrijken van de beroeps-

termijn bij het Landelijk Orgaan Wetenschappe-lijke Integriteit. Voorafgaand aan deze publicatiegaat de rector op 11 december 2013 dus naar deachtste verdieping om de medewerkers vanRuimtelijke Economie in te lichten. Ze kunnenhem vragen stellen en ook Kourtit en Nijkampzijn aanwezig .

Voor de afwezigen stuurt de rector zijn relaasin de week daarna ook nog eens per e-mail (in be-zit van deze krant). Van der Duyn Schoutenmeldt daarin dat de belangrijkste conclusie vande commissie-Drenth is „dat het proefschrift te-kortkomingen bevatte wat betreft precieze enordentelijke verwijzingen naar oorspronkelijkebronnen, vooral eerdere publicaties van de pro-movenda en haar co-auteurs”. Hij herhaalt watop 1 november al in het persbericht stond, name-lijk dat Kourtit deze tekortkomingen mag her-stellen en de nieuwe versie mag voorleggen aaneen nieuwe promotiecommissie. Hij rept metgeen woord over Nijkamps rol als co-auteur vanvrijwel alle hoofdstukken van het proefschrift.De rector laat weten „geen aanleiding” te zienom het complete rapport openbaar te maken.Wat moet er per se geheim blijven uit dat rap-por t?

Zonder bronverwijzing

Op 19 december verschijnt de samenvatting opde VSNU-site. Deze blijkt explosieve informatiete bevatten, die Van der Duyn Schouten slechtsvaag heeft aangestipt bij zijn bezoek en in zijn e-mail aan de afdeling. Een al eerder in een tijd-schrift gepubliceerd hoofdstuk van Kourtitsproefschrift bevat volgens de samenvatting geenverwijzingen naar bijdragen van deelnemers aaneen workshop. Een opzienbarender mededelingis dat in twee andere hoofdstukken teksten zijnaangetroffen „die overeenkomen met eerderverschenen teksten, ook van anderen dan dep ro m ove n d u s ”. Nijkamp en Kourtit hebben vol-gens de geanonimiseerde samenvatting aange-voerd dat dit „zelfc it aties” zijn. Nijkamp heeftpassages uit een artikel dat hij eerder met ‘we -tenschapper B.’ heeft gepubliceerd, zonder B.’snaam te vermelden opgenomen in een artikeldat hij met Kourtit publiceerde. Vervolgens heeftKourtit dit artikel met Nijkamp, opnieuw zonderbronvermelding, opgenomen in haar proef-schrift .

Nijkamp en Kourtit zijn van mening dat zulkhergebruik van teksten is toegestaan. Maar decommissie keurt de werkwijze af aangezien debijdrage van de andere wetenschapper aan hetproefschrift zo onvermeld is gebleven, net als denaam van het werk waarin het eerder is versche-nen. „De commissie is van mening dat in alle ge-vallen van hergebruik van eigen teksten (zelfcita-tie) een verwijzing naar de oorspronkelijke bronter plekke opgenomen dient te worden. De com-missie bestempelt deze vorm van incorrectebronvermelding, conform de geldende regels,als plagiaat.” De commissie oordeelt dat deze on-juiste werkwijze „wellicht het gevolg is van on-voldoende kennis van de geldende regels” envindt dat Kourtit de kans moet krijgen de tekort-komingen te herstellen. Bij afblazen van de pro-motie zou de VU de vergoeding van 90.000 eurovoor een voltooid proefschrift mislopen.

Een immens oeuvre

Nijkamps opvattingen doen de vraag rijzen ofzijn immense oeuvre van 1.036 artikelen en boe-

PETER NIJKAMP

Nummer 1 met publicaties

Zonderb ro nv e r m e l d i n gZelfplagiaat De VU-econoom Peter Nijkamp publiceert inmoordend tempo wetenschappelijke artikelen. Dat lukt hemdoordat hij zich niet erg bekommert om de academischeregels voor het hergebruik van teksten.

D I N S DAG 7 JANUARI 2 0 14 5N R C H A NDEL SBLA D

ken meer voorbeelden van dergelijk (zelf )plagi-aat bevat. NRC Handelsblad vraagt Van der DuynSchouten daarom kort voor het Kerstreces of deVU Nijkamps werk zal doorlichten. De rector laatweten: „De VU zal geen onderzoek instellen naarmogelijk hergebruik van eigen teksten door Nij-kamp, omdat we daartoe geen aanleiding zien.”

Van der Duyn Schouten stuurt een bestandmee dat moet bewijzen dat Kourtit en Nijkampintussen hun werk hebben gecorrigeerd in eenartikel dat in 2011 is verschenen in I n te r n a t i o n alJournal of Business and Globalization (IJBG )(hoofdstuk 7 in het proefschrift). Deze herzieneversie – die volgens de rector inmiddels is gepu-bliceerd, al zegt de redactie desgevraagd vanniets te weten – maakt inderdaad duidelijk welkebronnen onvermeld zijn gebleven. Googelen vande bewuste tekstblokken laat echter zien dat hetplagiaatprobleem in de herziene versie niet isopgelost: er staan geen aanhalingstekens bij zin-nen die in identieke vorm te vinden zijn in de ge-bruikte bronnen. Ook blijken nog steeds niet alleaangehaalde bronnen te zijn vermeld.

Er komen zinnen in voor uit een researchpa-per dat Nijkamp in 2007 publiceerde met als eer-ste auteur de Turkse econome Tüzin Baycan-Le-vent, zonder verwijzing naar die bron. Een grootdeel van dat artikel publiceerde hij in 2010 metBaycan tevens in het boek The Sustainability ofCultural Diversity, en ook daar verwijst het proef-schrift niet naar. Baycan (mogelijk wetenschap-per B. uit de samenvatting) reageert niet op e-mails met vragen. Nijkamp en Kourtit zwijgen alsinds de start van de zaak, op advies van de VU.Ze willen evenmin reageren op vragen van dezekrant .

Het IJBG-artikel (hoofdstuk 7) biedt ruim in-zicht in de tekstrecycling van Nijkamp en zijn co-auteurs. Googelen van daarin drie zonder aanha-lingstekens gekopieerde zinnen van de econoomDustman leidt naar een artikel dat Nijkamp in2012 (zonder Kourtit) publiceerde in Review ofEconomic Analysis. Dit artikel bevat dezelfde driegekopieerde zinnen van Dustman, zonder ver-wijzing naar diens artikel of naar het IJBG-artikelvan Kourtit/Nijkamp uit 2011. Het artikel bevat

voorts (weer zonder bronver-melding) een tekstblokje van eco-noom Strutt, dat Kourtit/Nij-

kamp, zonder bronvermelding,kopieerden in IJBG. Deze uitglijders

leveren het eerste bewijs dat hetproblematische gebruik van teksten

niet beperkt blijft tot het proefschriftvan Kourtit, maar ook voorkomt in an-

der werk van Nijkamp.Verdere steekproeven van deze krant

leveren nog meer onregelmatigheden op,zoals kan worden nagelezen op nrc.nl. De

totale oogst is zes keer plagiaat en acht keerzelfplagiaat. De proefschriften van Mediha

Sahin en John Steenbruggen, met veel hoofd-stukken waarvan Nijkamp co-auteur is, bevat-

ten diverse tekstblokken uit artikelen die Nij-kamp eerder alleen of met anderen publiceerdein andere bladen, steeds zonder verwijzing. Ookstaan er tekstblokken in die zonder afdoendebronvermelding, letterlijk en zonder aanhalings-tekens zijn overgenomen uit artikelen van ande-ren. Zowel Sahin als Steenbruggen zien desge-vraagd af van een reactie.

Hoogleraar Erik Verhoef, hoofd van de afde-ling Ruimtelijke Economie, hoort op van Nij-kamps hergebruik van een groot deel van eendoor hen samen in 2004 gepubliceerd artikel.Dat heeft Nijkamp daarna nóg twee keer uitge-molken, zonder verwijzing naar de eerste publi-catie en zonder de naam van eerste auteur Ver-hoef erbij. Verhoef zegt dat Nijkamp wel zelf hetdoor hem hergebruikte deel van de tekst heeftgeschreven in 2004. „Dus het is niet zo dat ik mijals eerste auteur gepasseerd zou voelen. Maardat is natuurlijk maar één aspect van de zaak”,meldt hij diplomatiek.

Na ruggespraak met de nieuwe voorzitter vanhet College van Bestuur Jaap Winter (opvolgervan de per 1 december vertrokken René Smit)laat Van der Duyn Schouten weten dat dezevondsten voor het college aanleiding zijn om„zich nader over deze zaak te beraden”.

Peter Nijkamp (nu 67) is vanaf 1 januari 2014nog één dag in de week hoogleraar aan de VU. Nuhet jaar nog maar net is begonnen heeft hij al-weer zes publicaties op zijn naam staan, met ver-schillende co-auteurs. Maar hoe verdiend is zijnpositie als meest publicerende econoom ter we-reld als deze mede tot stand is gekomen door hei-melijk tekstblokken te recyclen en ook tekstblok-jes te kopiëren van anderen zonder afdoendebronvermelding? Zouden redacties zijn artike-len ook hebben geaccepteerd als ze ervan op dehoogte waren geweest dat Nijkamp een deel vanzijn werk hergebruikt?

Het wachten is nu op het besluit van het Colle-ge van Bestuur van de VU. De zaak doet denkenaan de affaire rond Ulrich Lichtenthaler, hoogle-raar management en organisatie aan de Univer-siteit van Mannheim. Hij schudde de afgelopentien jaar de ene na de andere publicatie uit zijnmouw en gold als een van de sterren in zijn vak.Tot begin 2012 een groep wetenschappers twij-fels kreeg over zijn werk en diverse voorbeeldenvan zelfplagiaat ontdekte. Intussen zijn diverseartikelen van Lichtenthaler teruggetrokken uitde wetenschappelijke literatuur, ook inverbandmet statistische onregelmatigheden waarvoorbij Nijkamp overigens geen aanwijzingen zijn.Een Duitse krant trok de conclusie: „Carr ière sdie te mooi lijken om waar te zijn, zijn ook vaakte mooi om waar te zijn.”

[+]n rc . n l / ze l f p l a g i a a t

Z E L F P L AG I A AT

Tegen de gedragscode

Wetenschappers behoren volgens de aca-demische mores de bronnen die zij gebrui-ken zorgvuldig aan te geven, door te verwij-zen naar de vindplaats van de oorspronkelijketekst en de naam van auteur(s) te noemen.Letterlijke overname van tekst moet wordenaangegeven met aanhalingstekens.

Deze regels gelden ook als een auteur ei-gen teksten opnieuw gebruikt in een nieu-we publicatie. Gebeurt dat niet, dan is ersprake van (zelf)plagiaat. In de NederlandseGedragscode Wetenschapsbeoefening vande Vereniging van Universiteiten staat dat we-tenschappers de regels voor bronvermeldingen auteurschap zorgvuldig moeten naleven,ondanks toenemende prestatiedruk.

Zelfplagiaat ondermijnt het academischesysteem dat prestaties onder meer afmeetaan het aantal geproduceerde artikelen. Hetkan ongewenste effecten veroorzaken bij be-slissingen over aanstellingen en subsidies.

ILLUSTRATIE HAJO