DIERPROEVEN · DIERPROEVEN EDITIE 2017 Zo doen ze dat! Lees hier alles over dierproeven en vorm je...

7
EDITIE 2017 DIERPROEVEN Zo doen ze dat! Lees hier alles over dierproeven en vorm je eigen mening DEZE BROCHURE IS DE PUBLIEKSVERSIE VAN ZO DOENDE 2015, HET JAARVERSLAG OVER DIERPROEVEN EN PROEFDIEREN VAN DE NEDERLANDSE VOEDSEL- EN WARENAUTORITEIT. HET JAARVERSLAG IS GEPUBLICEERD IN DECEMBER 2016

Transcript of DIERPROEVEN · DIERPROEVEN EDITIE 2017 Zo doen ze dat! Lees hier alles over dierproeven en vorm je...

Page 1: DIERPROEVEN · DIERPROEVEN EDITIE 2017 Zo doen ze dat! Lees hier alles over dierproeven en vorm je eigen mening DEZE bROchuRE Is DE PubLIEksVERsIE VaN ZO DOENDE 2015, hET jaaRVERsLag

EDITIE 2017

DIERPROEVENZo doen ze dat!

Lees hier alles over dierproeven en vorm je eigen mening

DEZE bROchuRE Is DE PubLIEksVERsIE VaN ZO DOENDE 2015, hET jaaRVERsLag OVER DIERPROEVEN EN PROEfDIEREN VaN DE NEDERLaNDsE VOEDsEL- EN WaRENauTORITEIT.

hET jaaRVERsLag Is gEPubLIcEERD IN DEcEmbER 2016

Page 2: DIERPROEVEN · DIERPROEVEN EDITIE 2017 Zo doen ze dat! Lees hier alles over dierproeven en vorm je eigen mening DEZE bROchuRE Is DE PubLIEksVERsIE VaN ZO DOENDE 2015, hET jaaRVERsLag

bEZWaREN • ethischebezwaren dieren worden gebruikt als middel.• wetenschappelijkebezwaren

niet alle resultaten van dierproeven gelden zonder meer voor mensen.

• economischebezwaren het doen van dierproeven kost veel geld.

2013526.593

2015528.159

2011589.853

19781.572.534

2009592.665

2012589.056

2014621.027

INLEIDINg

Dierproeven doe je niet zomaar. Toch zijn ze soms nodig. Strenge regels zorgen ervoor dat dierproeven alleen uitgevoerd worden wanneer het echt niet anders kan. Veel mensen zijn tegen. Onderzoekers noemen het wel ‘een noodzakelijk kwaad’. De overheid stimuleert onderzoek naar alternatieven voor dierproeven. Hierbij gaat het niet alleen om proeven zonder dieren (vervanging) maar ook om proeven met zo min mogelijk dieren (vermindering) waarbij het welzijn van de dieren zo min mogelijk wordt aangetast (verfijning).

Want we willen:• weten hoe het lichaam van mensen en dieren precies werkt en hoe daarin ziekten ontstaan• betere medicijnen ontwikkelen• ziektes zoals kanker en dementie de wereld uit helpen• ecologische vraagstukken oplossen.

De (Europese) overheid verplicht dierproeven zodat er geen medicijnen of producten op de markt komen die schadelijk zijn voor de gezondheid van mensen en dieren of voor het milieu. Lees hier alles over dierproeven en vorm je eigen mening.

INhOuDsOPgaVE

1. DIERPROEVEN De overheid streeft naar het verantwoord en zorg-vuldig uitvoeren van dierproeven. De NVWA draagt hieraan bij door toe te zien op de naleving van de Wet op de dierproeven.

aaNTaL DIERPROEVEN DaaLTIn 2014 veranderde de statistische rapportage. Hierdoor laten de gegevens van voor en na 2014 zich moeilijk met elkaar vergelijken. De registratie van dierproeven door de overheid startte in 1978. In dat jaar werden 1.572.534 dierproeven gedaan.

In 2015 registreerden de Nederlandse vergunning-houders 528.159 dierproeven. Sinds 1978 is het aantal dierproeven in ons land dus met 66% verminderd.

WaaROm EEN DIERPROEf? Zo’n 29% van de dierproeven binnen het toegepast onderzoek is wettelijk verplicht. Zo kan de veiligheid en werkzaamheid van medicijnen, chemische stoffen en voedingsmiddelen tot op zekere hoogte worden gegarandeerd.

Uit: Zo doende 2015, Harry Paul, inspecteur-generaal Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit.

DIERPROEVEN

PROEfDIEREN

PROEfDIEREN EN PIjN

gENETIsch VERaNDERDE DIEREN

WETgEVINg

DIEREXPERImENTENcOmmIssIE (DEc)

DE 3V-aLTERNaTIEVEN

DEskuNDIghEID EN VERguNNINghOuDERs

INsPEcTIE NEDERLaNDsE VOEDsEL- EN WaRENauTORITEIT (NVWa)

OVER DEZE bROchuRE

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

WaT Is EEN DIERPROEf?Een dierproef is een proef op een levend gewerveld dier die daarbij ongerief ondervindt. Het moet een proef zijn met een duidelijk om-schreven doel. Dit is vastgelegd in de Wet op de dierproeven. Gewervelde dieren zijn zoogdieren, vissen, amfibieën en reptielen.

Onderwijs 4,1%

Fok met ongerief, niet gebruikt in dierproeven 10,7%

Wetenschappelijk onderzoek26,4%

Wettelijk verplicht 28,6%

Toegepast onderzoek29,7%

Page 3: DIERPROEVEN · DIERPROEVEN EDITIE 2017 Zo doen ze dat! Lees hier alles over dierproeven en vorm je eigen mening DEZE bROchuRE Is DE PubLIEksVERsIE VaN ZO DOENDE 2015, hET jaaRVERsLag

In Nederland spreken we bij dierproeven niet over pijn, maar over ‘ongerief’. Daarmee bedoelen we meer dan pijn. Ook stress, alleen-zijn, angst en ziekte worden mee- gerekend. Sinds 2014 moeten de vergunninghouders volgens de wet een schaal van 1 tot en met 4 gebruiken om het ongerief te meten.

Verfijning van dierproeven, een van de 3V’s (zie hoofdstuk 7), is erop gericht om het ongerief voor proefdieren te verminderen. En hun welzijn zo optimaal mogelijk te maken. Hierbij kun je denken aan pijnbestrijding en kooiverrijking.

Verfijning is van belang tijdens de hele levenscyclus, niet alleen tijdens de proef. In 2015 was bij 72,2% van de dierproeven sprake van licht ongerief, voornamelijk bij muizen en ratten. Ernstig ongerief kwam voor bij 17.197 dierproeven. Dat is een kleine stijging ten opzichte van 2014.

Het dier is gestorven of gedood ten behoeve van de proef90.4%

Het dier is na beëindiging van de proef in leven gelaten9,6%

TOEsTaND DIEREN Na PROEf De dieren die na het einde van de proef in leven zijn gelaten, kunnen indien mogelijk worden ingezet bij een volgende proef. Sommige dieren worden na gebruik in een proef herplaatst op een voor hen geschikte locatie; apen kunnen bijvoorbeeld naar Stichting Aap en honden naar een gezin.

meeste dierproeven met muizen en ratten

2. PROEfDIEREN

In 2015 zijn 479.580 proefdieren gebruikt voor onderzoek. Daarvan was 51% muis en 20,8% rat. Een proefdier kan meerdere keren worden gebruikt. Dat heet hergebruik.

In 2015 zijn 8.514 dieren één of meerdere malen hergebruikt. Hergebruik vindt met name plaats bij proeven voor onderwijs (4.841 ofwel 56,9%).

Als een dierproef gepaard gaat met pijn voor het dier, moet men deze pijn zo veel mogelijk voorkomen en/of verlichten. Bijvoorbeeld door behandelingen onder verdoving uit te voeren of door pijnstillers te geven. Uit: Zo doende 2015

3. PROEfDIEREN EN PIjN

mET WELkE DIEREN ZIjN PROEVEN gEDaaN?

hONDEN EN kaTTEN In 2015 werden 750 proeven gedaan met 750 honden. Met 61 katten werden 61 proeven gedaan. Ruim 30% van het onderzoek met honden en bijna 92% van het onder-zoek met katten wordt gedaan om de gezondheid en veiligheid van honden en katten zelf te verbeteren. Bijna de helft van de proeven is onderdeel van opleidingen gericht op dieren zoals de opleiding tot dierenarts.

IN NEDERLaND ZIjN VIER TyPEN PROEfDIEREN

Gewone dieren. Dit zijn dieren waarvan een aantal speciaal wordt gefokt: 320.709

66,9%Dieren die in het wild leven, maar worden onderzocht in het laboratorium: 9.883

2,1%

Dieren die worden bestudeerd in hun eigen omgeving (bijvoorbeeld voor gedragsstudies): 21.175

4,4%

26,7%Genetisch veranderde dieren: 127.813 (daarvan is 97,2% muis). Deze dieren worden speciaal gefokt

ONgERIEf bIj DIEREN

muizen

Ratten

Overige knaagdieren

konijnen

Vleeseters

apen

hoefdieren

Overige gewervelde dieren

(o.a. hamsters en cavia’s)

(o.a. honden, katten en fretten)

(o.a. paarden, varkens, geiten en schapen)

(o.a. kippen, andere vogels en vissen)

Terminaal onder anesthesie t/m licht Matig t/m ernstig

172.519

87.928

85.451

3.401

9.033

970

10.324

148

72.285

14.331

2.581

866

647

86

5.896

13.294

“DOET hET PIjN, ZO’N DIERPROEf?“

244.804

99.602

101.222

5.982

9.899

1.617

234

16.220

Page 4: DIERPROEVEN · DIERPROEVEN EDITIE 2017 Zo doen ze dat! Lees hier alles over dierproeven en vorm je eigen mening DEZE bROchuRE Is DE PubLIEksVERsIE VaN ZO DOENDE 2015, hET jaaRVERsLag

EEN DIERPROEf DOE jE NIET ZOmaaR...

Instelling vraagt vergunning aan bij overheid om dier- proeven te mogen doen.

4. gENETIsch VERaNDERDE DIEREN

Het erfelijk materiaal in elke cel van het lichaam bevat de genen die nodig zijn voor alle bouwstenen van het lichaam, de eiwitten. Sommige genen spelen een rol bij de ontwikkeling van ziekten. Zo verhoogt een bepaald gen de kans op borstkanker. Om de genetische basis van ziekten beter te begrijpen gebruiken onderzoekers dieren waarbij één of meer ge-nen veranderd zijn. Hierdoor kan de werking van genen worden bestudeerd. In sommige gevallen wordt een ziektebeeld opgeroepen. Dit zijn bijna allemaal muizen (95,8%). Ze zijn gefokt in het eigen laboratorium, verkre-gen van collega-onderzoekers of gekocht.

DOEL VaN DEZE WET Is: • het welzijn van de dieren te beschermen • kaders te stellen waaraan een dierproef moet voldoen • uitsluitend deskundigen met proefdieren te laten werken.

De herziene Wet op de dierproeven (Wod) is sinds december 2014 van kracht. De herziening was nodig om de Europese Richtlijn 2010/63/EU in onze nationale wetgeving in te voeren. De richtlijn gaat over de bescherming van dieren die voor wetenschappelijk onderzoek worden gebruikt.

5. WETgEVINgEr zijn twee belangrijke wettelijke kaders voor dierproeven. Ten eerste de wetgeving die dierproeven vereist om de veiligheid voor mens, dier en milieu te waarborgen. Ten tweede de Wet op de dierproeven (Wod). Hieronder meer informatie over de Wod.

Je begint met 2 muizen. Daaruit komen 8 jongen: 4 mannetjes en 4 vrouwtjes. Deze 8 muizen krijgen 32 jongen: 16 mannetjes en 16 vrouwtjes. Deze 16 mannetjes en 16 vrouwtjes zorgen vervolgens voor 128 muizen: 64 mannetjes en 64 vrouwtjes, waardoor je 60 identieke vrouwtjesmuizen hebt.

IDENTIEkE DIEREN VEREIsT Voor onderzoek met genetisch veranderde dieren moeten altijd meer dieren worden gefokt dan daad- werkelijk in de proef worden gebruikt, zodat ze: • allemaal even oud zijn • onder identieke omstandigheden zijn geboren • hetzelfde voer hebben gegeten • in dezelfde kooien hebben gezeten • indien nodig van hetzelfde geslacht zijn.

hOE kRIjg jE 60 gENETIsch VERaNDERDE muIZEN? Stel dat voor onderzoek naar borstkanker 60 vrouwtjesmuizen nodig zijn. Dan moeten hiervoor 170 genetisch veranderde muizen worden gefokt. Minimaal, want dit rekenvoorbeeld gaat uit van een ‘ideale situatie’, waarbij elk ‘echtpaar’ 4 mannetjes en 4 vrouwtjes ter wereld brengt.

8 muIZEN4 vrouwtjes

32 muIZEN16 vrouwtjes

128 muIZEN64 vrouwtjes

2 muIZEN1 vrouwtje

TOTaaL 170 muIZEN

Na afgeven van de vergunning kan een onderzoeker de dierproef uitvoeren. De CCD publiceert niet-technische samenvatting.

De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) verleent instellingsvergunningnamens staatssecretaris van Economische Zaken (EZ).

STAP 1

STAP 2

CCD krijgt advies van Dierexperimenten- commissie (DEC) en besluit vervolgens wel of geen vergunning voor uitvoering onderzoek te geven.

STAP 4

STAP 5

De IvD ziet toe op dierenwelzijn bij uitvoering onderzoek en op gebruik juiste technieken. De NVWA inspecteert of regels worden nageleefd.

STAP 6

Onderzoeker maakt projectvoorstel en niet- technische samenvatting. Hij legt dit voor aan Instantie voor Dierenwelzijn (lvD). Bij Centrale Commissie Dierproeven (CCD) wordt vergunning voor uitvoeringprojectvoorstel aangevraagd.

STAP 3

Sinds 1977 is de Wet op de dierproeven van kracht.

Page 5: DIERPROEVEN · DIERPROEVEN EDITIE 2017 Zo doen ze dat! Lees hier alles over dierproeven en vorm je eigen mening DEZE bROchuRE Is DE PubLIEksVERsIE VaN ZO DOENDE 2015, hET jaaRVERsLag

Wat is een Dierexperimentencommissie? Voordat een dierproef mag worden gedaan, moet de Centrale Commissie Dierproeven (CCD) vergunning verlenen na een positief advies van de Dierexperimentencom-

missie (DEC). Aan de hand van de projectvoorstellen bepaalt de DEC of de opzet en de uitvoering van de dierproef ethisch aanvaardbaar zijn en of de 3V-alternatieven optimaal zijn doorgevoerd.

Een DEC bestaat uit ten minste zeven* leden met deskundigheid op de volgende gebieden:•afwezigheidvanreëlealternatieven•proefdierenenhunbescherming•ontwerpvandierproeven•ethiek.

* Vier van hen hebben geen arbeidsrelatie met de vergunninghouder.

NaTIONaaL cOmITé aDVIEs DIERPROEVENbELEID Een belangrijk gevolg van de herziene Wet op de dierproeven (Wod) is dat het organisatiemodel voor de beoordeling van dierproeven is gewijzigd. Twee nieuwe instanties spelen een belangrijke rol: de Centrale Commissie Dierproeven (CCD), belast met het verlenen van projectvergunningen, en het Nationaal Comité advies dierproevenbeleid (NCad). Een belangrijke taak van het NCad is het geven van advies over het (verbeteren van het) welzijn van proefdieren. Het NCad geeft gevraagd en ongevraagd advies aan de staatssecretaris van Economische Zaken, de Centrale Commissie Dierproeven (CCD) en Instanties voor Dierenwelzijn (IvD’s). Iedere instelling die dierproeven uitvoert, heeft een Instantie voor Dierenwelzijn (IvD) ingesteld. Deze houdt intern toezicht en geeft advies, met name op het gebied van de 3V’s. Meer informatie:

www.ncadierproevenbeleid.nl

VERmINDERINg kan de proef met minder dieren worden uitgevoerd? Dankzij de MRI-scan zijn bij tumoronderzoek bijvoor-beeld minder proefdieren nodig. Door deze techniek (die het inwendige lichaam van buitenaf scant) kan hetzelfde dier in verschillende fasen van de tumor- vorming worden gevolgd. Voorheen moest voor elke fase een ander proefdier worden ingezet.

VERfIjNINgIs de opzet van het onderzoek zodanig dat de dieren het minste ongerief ondervinden? Verfijning van dierproeven is erop gericht het ongerief voor proefdieren te verminderen en hun welzijn opti-maal te beschermen. Pijnbestrijding is een voorbeeld van het eerste, kooiverrijking van het tweede. Een ander voorbeeld is de plaatsing van een zendertje in het dier, waardoor onderzoekers op elk gewenst moment informatie over het welzijn krijgen. Het dier kan hiervan wel enige last hebben. Verfijning is van belang tijdens de gehele levenscyclus en niet alleen tijdens de proef.

VERVaNgINgkan de proef (gedeeltelijk) zonder proefdieren worden uitgevoerd? Enkele proefdiervrije methoden: • cellen of weefsels gekweekt in een kweekfles of op chip (b.v. kunsthuid) • computermodellen en -simulaties• proeven met mensen • levensechte modellen (bijvoorbeeld met kunstaderen en kunstbloed) om studenten te leren prikken.

Waarop toetst een DeC het onDerzoeksplan? •afwezigreëlealternatieven•welzijnvandedieren•afwegingmaatschappelijkenwetenschappelijk belangtegenongeriefdieren.Kandeuitkomstvan deproefgoedvertaaldwordennaardepatiënt/ziekte waarvoorhetonderzoekzalwordenuitgevoerd?

7. DE 3V-aLTERNaTIEVEN6. DIEREXPERImENTEN- cOmmIssIE (DEc) Overheid, wetenschap, bedrijfsleven en maatschappelijke

organisaties zoeken naar methoden die dierproeven vervangen,verminderen en verfijnen. Deze 3V-alternatieven moeten het aan- tal proeven verder terugdringen en op termijn overbodig maken. Systematische studies van wetenschappelijke literatuur leiden bijvoorbeeld tot minder, beter en soms zelfs sneller onderzoek.

Page 6: DIERPROEVEN · DIERPROEVEN EDITIE 2017 Zo doen ze dat! Lees hier alles over dierproeven en vorm je eigen mening DEZE bROchuRE Is DE PubLIEksVERsIE VaN ZO DOENDE 2015, hET jaaRVERsLag

9. INsPEcTIE NEDERLaNDsE VOEDsEL- EN WaRENauTORITEIT (NVWa)

In 2015 voert de NVWA in totaal 286 inspecties uit bij vergunninghouders. Dit zijn er ongeveer evenveel als in 2014. Uit: Zo doende 2015

De NVWA voert de inspecties aangekondigd uit, maar legt ook verrassingsbezoeken af (28,1%). De NVWA geeft ook informatie over de regels en wetten waaraan de instellingen zich moeten houden.

Als de wet wordt overtreden, krijgt de vergunning- houder een waarschuwing plus de verplichting de ongewenste situatie te verhelpen. De NVWA helpt de vergunninghouder de regels te begrijpen en na te leven.

8. DEskuNDIghEID EN VERguNNINghOuDERs

In 2015 hebben 83 instellingen een vergunning om proefdieren te houden en om dierproeven uit te voeren.

OPLEIDINg VEREIsT Onderzoeker, biotechnicus, laboratoriummedewerker of dierverzorger word je niet zomaar. Voor elke functie is een gedegen opleiding vereist. Voor sommige speci-fieke functies is daarnaast een cursus proefdierkunde verplicht.

Elke instelling en ieder bedrijf waar dierproeven worden gedaan, heeft een Instantie voor Dierenwelzijn (IvD). De IvD is een verbindende schakel tussen de DEC, CCD en de onderzoeker. De IvD houdt intern toezicht en adviseert over bijvoorbeeld 3V-beleid. In de IvD zitten deskundigen met betrekking tot proefdieren, dierproeven en de 3V’s.

Van alle dieren wordt bovendien dagelijks een welzijns-dagboek bijgehouden. Een biotechnicus ondersteunt onderzoekers bij het uitvoeren van dierproeven. Bijvoorbeeld bij het afnemen van bloed of het toedie-nen van narcose. Hierbij spelen de dierverzorgers een belangrijke rol. De Nederlandse Voedsel- en Warenauto-riteit (NVWA) controleert regelmatig al deze zaken.

DIERENaRTs Elke instelling moet tegenwoordig een dierenarts hebben, met kennis van de proefdiergeneeskunde. De dierenarts bewaakt diergezondheid en dierenwelzijn en adviseert de IvD.

Elk jaar publiceert de NVWA alle feiten en cijfers over dierproeven. Dit jaarverslag heet Zo doende.

““

Page 7: DIERPROEVEN · DIERPROEVEN EDITIE 2017 Zo doen ze dat! Lees hier alles over dierproeven en vorm je eigen mening DEZE bROchuRE Is DE PubLIEksVERsIE VaN ZO DOENDE 2015, hET jaaRVERsLag

Deze brochure bevat de belangrijkste gegevens uit Zo doende 2015, het jaarverslag over dierproeven en proefdieren in Nederland opgesteld door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA). Het jaarverslag is gepubliceerd in december 2016.

Dierproeven zijn een gevoelig onderwerp, waarover soms nog veel onwetendheid en onduidelijkheid bestaat. Laat je door deze brochure en poster informe-ren over de belangrijkste feiten en cijfers. Kijk ook naar onze voorlichtingsfilm Dierproeven doe je niet zomaar. Te zien op onze website en YouTube. Vorm zo jouw mening over dierproeven.

De Stichting Informatie Dierproeven heeft de redactie gevoerd. De inhoud is getoetst door een redactieraad bestaande uit: •dr.jeffreybajramovicphD afdelingshoofd Alternatieven, Biomedical Primate Research Centre

•prof.dr.ir.jan-basprins hoogleraar Proefdierwetenschappen, hoofd Proefdiercentrum, Leids Universitair Medisch Centrum en lid Nationaal Comité advies dierproevenbeleid •prof.dr.pieterh.reitsma hoogleraar Experimentele en Moleculaire Geneeskunde, Leids Universitair Medisch Centrum

•dr.ceessmit beleidsmedewerker VSOP (Vereniging Samenwerkende Ouder- en Patiëntenorganisaties)

Deze uitgave is tot stand gekomen dankzij financiële steun van de donateurs van de SID. het jaarverslag Zo doende 2015 kun je downloaden van de website van de NVWa: www.nvwa.nl

10. OVER DEZE bROchuRE

stichting informatie dierproeven