Deel 2: Op verkenning door de landen van de EU · 2017. 6. 5. · 2.4 De EU‐landen in een...

9
2.1 Expeditie Europa In het stripverhaal reisden onze vrienden, Marie en Alexander, naar MiniEuropa. Misschien herkenden jullie enkele gebouwen of trekpleisters van Europese landen waar jullie ook al op reis geweest zijn. De Europese Unie telt 27 landen, maar kennen jullie ze eigenlijk? In bijlage 1 vind je de kaart van Europa. Vul de kaart en de legende aan. Je mag hiervoor je atlas gebruiken. Elk land heeft een nummer. Schrijf in de tabel (zie bijlage 2) de naam van het land en de hoofdstad. Kleur de landen die lid zijn van de Europese Unie geel. Kleur de landen die graag lid willen worden (kandidaatlidstaten) groen. Duid aan waar de Alpen, Pyreneeën, Apennijnen, Jura en de Karpaten zich bevinden. Duid de volgende rivieren aan: de Maas, Schelde, Rijn, Donau, Seine, Ebro en de Oder. Duid de volgende zeeën aan: de Noordzee, Atlantische Oceaan, Middellandse Zee, Oostzee, Adriatische Zee, Egeïsche Zee en de Zwarte Zee. 2.2 Europa: een kleurig pallet De EU telt 27 lidstaten. Hoewel ze samen een Unie vormen, heeft elk land zijn eigen verhaal. Aan jullie om de typische elementen van alle EUlanden op te sommen. In bijlage 3 vinden jullie een affiche waarop België wordt voorgesteld. Maak nu voor de andere EUlidstaten ook zo’n poster. Gebruik hiervoor het internet. Stel daarna de landen voor aan je klasgenoten. Organiseer vervolgens een verkiezing van het ‘populairste Europese land’. Elke leerling stelt een top 3 op van het land waar hij/zij het liefst naartoe zou willen gaan. 2.3 Een rondje Europa Welk land zoeken we? Zoek de antwoorden in de landenfiches die je voor opdracht 2.2 gemaakt hebt. 1. Dit land heeft het meeste inwoners van de EU. 2. Dit land telt het minste inwoners van de EU. 3. Dit land heeft de grootste oppervlakte. 4. Dit land heeft de kleinste oppervlakte. 5. Dit land voerde in 2007 de euro in. 6. In dit land spreekt men Lets en de munteenheid is de Lats. 7. Dit land heeft maar liefst 9 buurlanden. 8. Dit land heeft de vorm van een zeshoek. 9. Dit eiland is verdeeld in een Grieks en een Turks deel. 10. Dit land telt ongeveer 40 miljoen inwoners. Het is het grootste land dat in 2004 tot de EU toetrad. Deel 2: Op verkenning door de landen van de EU Deel 2: Op verkenning door de landen van de EU 1

Transcript of Deel 2: Op verkenning door de landen van de EU · 2017. 6. 5. · 2.4 De EU‐landen in een...

  • 2.1 Expeditie Europa  In het stripverhaal reisden onze vrienden, Marie en Alexander, naar Mini‐Europa. Misschien herkenden jullie enkele gebouwen of trekpleisters van Europese landen waar jullie ook al op reis geweest zijn. De Europese Unie telt 27 landen, maar kennen jullie ze eigenlijk?  In bijlage 1 vind je de kaart van Europa. Vul de kaart en de legende aan. Je mag hiervoor je atlas gebruiken.  Elk land heeft een nummer. Schrijf in de tabel (zie bijlage 2) de naam van het land en de hoofdstad.  Kleur de landen die lid zijn van de Europese Unie geel.  Kleur de landen die graag lid willen worden (kandidaat‐lidstaten) groen.  Duid aan waar de Alpen, Pyreneeën, Apennijnen, Jura en de Karpaten zich bevinden.  Duid de volgende rivieren aan: de Maas, Schelde, Rijn, Donau, Seine, Ebro en de Oder.  Duid de volgende zeeën aan: de Noordzee, Atlantische Oceaan, Middellandse Zee, Oostzee, Adriatische Zee, Egeïsche Zee en de Zwarte Zee. 

      2.2 Europa: een kleurig pallet  De EU telt 27 lidstaten. Hoewel ze samen een Unie vormen, heeft elk land zijn eigen verhaal. Aan jullie om de typische elementen van alle EU‐landen op te sommen. In bijlage 3 vinden jullie een affiche waarop België wordt voorgesteld. Maak nu voor de ande‐re EU‐lidstaten ook zo’n poster. Gebruik hiervoor het internet. Stel daarna de landen voor aan je klasgenoten. Organiseer vervolgens een verkiezing van het ‘populairste Europese land’. Elke leerling stelt een top 3 op van het land waar hij/zij het liefst naartoe zou willen gaan.   2.3 Een rondje Europa   Welk land zoeken we? Zoek de antwoorden in de landenfiches die je voor opdracht 2.2 ge‐maakt hebt. 

     1.  Dit land heeft het meeste inwoners van de EU. 2.  Dit land telt het minste inwoners van de EU. 3.  Dit land heeft de grootste oppervlakte. 4.  Dit land heeft de kleinste oppervlakte. 5.  Dit land voerde in 2007 de euro in. 6.  In dit land spreekt men Lets en de munteenheid is de Lats. 7.  Dit land heeft maar liefst 9 buurlanden. 8.  Dit land heeft de vorm van een zeshoek. 9.  Dit eiland is verdeeld in een Grieks en een Turks deel. 10. Dit land telt ongeveer 40 miljoen inwoners. Het is het grootste land dat in 2004 tot de 

    EU toetrad.  

    Deel 2: Op verkenning door de landen van de EU 

    Deel 2: Op verkenning door de landen van de EU  1 

  • 2.4 De EU‐landen in een notendop  Hieronder vind je uitspraken over de EU‐lidstaten. Geef aan of ze juist of fout zijn. Probeer de foute uitspraken te verbeteren!  

    1.  België is gekend voor zijn stripverhalen: Suske en Wiske, Kuifje, De Smurfen,… ze zijn allemaal Belgisch. 

    2.  Het Nederlandse koningshuis wordt ook het ‘Huis van Oranje’ genoemd.  3.  Het staatshoofd van Luxemburg is een groothertog. 4.  Lodewijk XVI, ook wel de Zonnekoning genoemd, woonde in het prachtige paleis van 

    Versailles. 5.  De componisten Bach en Beethoven waren Duitsers. 6.  De enige 3 vulkanen in West‐Europa die nog actief zijn, liggen in Italië. Het zijn de Vesu‐

    vius, de Etna en de Ravioli. 7.  Als het in België 12u is, dan is het in het Verenigd Koninkrijk 13u. 8.  Op sommige plaatsen in Ierland regent het wel 250 dagen per jaar. Daarom ziet het 

    landschap er heel groen uit. 9.  ‘De kleine zeemeermin’ uit het sprookje van Hans Christian Andersen heeft een stand‐

    beeld in Kopenhagen. 10. De term ‘alfabet’ is afgeleid van de laatste letters van het Griekse alfabet. 11.  Spaanse wagens hebben het kenteken ‘S’. 12. Portugal vormt samen met Spanje het Iberisch schiereiland. 13. De Zweed Celsius vond een  thermometer uit met een schaal van 0 tot 100. 0 graden is 

    het vriespunt en 100 graden het kookpunt van water. 14.  Sissi was een bekende Oostenrijkse keizerin. 15. De kerstman woont in Finland. 16.  Litouwen, Letland en Estland vormen samen de ‘Baskische Staten’. 17. De nationale bloem van Letland is de madelief. 18.  Litouwen grenst aan Rusland. 19. Polen is het enige land in de EU waar nog bizons voorkomen. 20.  Tsjechië is het land waar graaf Dracula geleefd heeft. 21.  Slovakije wordt in het noorden begrensd door een bergketen, de kleine Karpaten, en in 

    het zuiden door een grote rivier, de Wolga. 22. De hoofdstad van Hongarije, Boedapest, bestaat uit 2 delen: Boeda en Pest. Ze worden 

    gescheiden door de rivier de Donau. 23.  In de vlag van Slovenië zie je de afbeelding van de hoogste berg van dit land: de Triglof. 24.  In Malta rijden de auto’s links. 25. Als je naar Cyprus belt, toets je eerst 00358. 26.  Een vaak voorkomende naam in Roemenië is Popescu. 27. De yoghurt werd door de Bulgaren uitgevonden . 

      2.5 Nice to meet you  Louise, Pekka, Sofia en Luca wonen in de EU. Ze vertellen jullie wat meer over de gewoonten en gebruiken in hun land. Plaats de uitspraken in de juiste tekstballon. (Noteer enkel de num‐mers. Dit gaat sneller.) 

    2 Deel 2: Op verkenning door de landen van de EU 

  • 1.  ’s Avonds eten we rond 22u. Bekende gerechten uit mijn land zijn tapa’s (kleine hapjes) en paella. 

    2.  In mijn land zijn er meer sauna’s dan auto’s. We gaan dan ook vaak naar de sauna om ons op te warmen en om ons te ontspannen. Als we het lekker warm hebben, rollen we in de sneeuw of duiken we in een ijskoud meer. 

    3. Met Pasen eten we niet enkel  chocolade‐eieren, maar ook ‘figolli’. Dat zijn koekjes in de vorm van schaapjes: roze voor de meisjes en blauwe voor de jongens. 

    4.  ’s Morgens starten we de dag met stokbrood en croissants. 5.  Rond 21 juni valt Midzomernacht of de langste dag van het jaar. Dit wordt in ons land 

    heel uitbundig gevierd. Er wordt veel gegeten, gedanst en er zijn vele muziekoptredens. 6.  Op 31 december om middernacht eten we bij elke klokslag één druif. Dit brengt geluk in 

    het nieuwe jaar. 7.  Op 14 juli vieren we onze nationale feestdag. In vele grote steden wordt er dan een 

    vuurwerk afgestoken en danst men op straat. 8.  Als een kind één jaar wordt, dan wordt zijn toekomst voorspeld door het met verschil‐

    lende voorwerpen te omringen. Als het kind naar de maïs loopt, zal het landbouwer wor‐den. Als het naar het boek loopt, zal het leraar worden, … 

        

       

             

            

          

    Bonjour, ik ben Louise uit Frankrijk. Ik vertel jullie wat meer over mijn land: 

    Moi! Dat betekent ‘hallo’ in het Fins. Ik ben Pekka en ik vertel kort iets over mijn land: 

    Hola, mijn naam is So‐fia. Ik wil jullie wat ver‐tellen over Spanje: 

    Ik heet Luca en ben afkomstig uit Malta. Ik vertel jullie wat meer over mijn land: 

    3 Deel 2: Op verkenning door de landen van de EU 

  • 2.6 Europese keuken   Wat staat er in de Europese landen zoal op het menu? Verbind de omschrijvingen in bijlage 4 met de gerechten. 

      Welke gerechten hebben jullie al in het buitenland gegeten? Maak thuis met je ouders een typisch gerecht klaar uit een ander Europees land. Vind je het lekker? Neem het mee naar school en organiseer in de klas een Europees buffet met hapjes en drankjes. 

      2.7 Vlaggengroet   Een vlag is hét symbool van een land. In de Unie wapperen er dus 27 vlaggen. Neem bijlage 5 erbij. Kleur de vlaggen in en noteer naast elke vlag het land. 

      Tekenen en kleuren jullie ten slotte de Europese vlag? Weten jullie ook wat ze bete‐kent? Neen? Ga dan op zoek op deze site van de Europese Unie: http://europa.eu/abc/symbols/emblem/index_nl.htm.  

             

    Europese vlag   Bij een vlag hoort ook een volkslied. Verbind onderstaande volksliederen met het juiste land. Beluister ze op http://www.youtube.com. Welk vind je het mooiste?  

          

    1. La Marseillaise    a. Nederland 

    2. Fratelli d’Italia    b. Europa 

    3. Brabançonne    c. Portugal 

    4. God save the Queen    d. Duitsland 

    5. Alle Menschen werden Brüder    e. Frankrijk 

    6. Wilhelmus    f. België 

    7. A Portuguésa    g. Italië 

    8. Das Lied der Deutschen    h. Verenigd Koninkrijk 

    4 Deel 2: Op verkenning door de landen van de EU 

  • 30

    7

    8

    4

    11

    12

    6

    24

    13

    23

    28

    31

    10

    1

    3

    2

    5

    9

    14

    15

    16 17

    18

    21

    19

    20 22

    26 2

    7

    29

    32

    25

    Deel 2: Op verkenning door de landen van de EU ‐ bijlage 1 5

  • Deel 2: Op verkenning door de landen van de EU — bijlage 2 6

    De landen van de Europese Unie

    Nr. Land Hoofdstad1.

    2.

    3.

    4.

    5.

    6.

    7.

    8.

    9.

    10.

    11.

    12.

    13.

    14.

    15.

    16.

    17.

    18.

    19.

    20.

    21.

    22.

    23.

    24.

    25.

    26.

    27.

    28. kandidaat-lidstaat

    29. kandidaat-lidstaat

    30. kandidaat-lidstaat

    31. kandidaat-lidstaat

    32. kandidaat-lidstaat

  • 7 Deel 2: Op verkenning door de landen van de EU - bijlage 3

    bekende Belgen

    Romelu LukakuMagritteKuifje

    11 miljoen

  • De Europese keuken 

      1. Pizza 

       a. Dit gerecht bevat rijst, zeevruchten, stukjes kip, bonen en saffraan. Het is het meest bekende gerecht uit Spanje. 

      2. Sachertorte 

      b. Deze kruidige vleesstoofpot maken de Hongaren klaar in een grote ketel die ze boven een houtvuur hangen. De berei‐ding duurt een aantal uren. Naast het vlees zijn uien, look en paprikapoeder de belangrijkste ingrediënten. 

      3. Goulash 

      c. Dit is een gerecht uit de traditionele Griekse keuken. Het bestaat uit lagen gehakt en in schijfjes gesneden aubergi‐nes en tomaten. Dit wordt overgoten met een witte saus en in de oven gebak‐ken. 

      4. Pyttipanna 

      d. Een bodem van deeg bedekt met kaas, tomaten, olijven, champignons, groenten en vlees. Daarna wordt de bo‐dem in de oven gebakken. De Italianen zijn er gek op. 

      5. Hutsepot 

       e. Deze taart uit Wenen bestaat uit cho‐coladecake, gevuld met abrikozenconfi‐tuur en wordt bedekt met een laag cho‐coladeglazuur. 

      6. Moussaka 

      f. Dit Zweedse eenpansgerecht maak je met aardappelen die je in dobbelsteen‐tjes snijdt, uien en vlees. Het wordt ge‐serveerd met rode bieten en een gebak‐ken of rauw ei er bovenop. 

      7. Paella 

       g. Dit is een typische Vlaamse stoofscho‐tel. Het gerecht is een mix van vlees met allerlei groenten, zoals wortelen, uien, groene kool, raapjes, ... 

    8 Deel 2: Op verkenning door de landen van de EU ‐ bijlage 4 

  • De vlaggengroet 

     1. 

         15. 

     

     2. 

         16. 

     

     3. 

         17. 

     

     4. 

         18. 

     

     5. 

         19. 

     

     6. 

         20. 

     

     7. 

         21. 

     

     8. 

         22. 

     

     9. 

         23. 

     

     10. 

         24. 

     

     11. 

         25. 

     

     12. 

         26. 

     

     13. 

         27. 

     

     14. 

           

    9 Deel 2: Op verkenning door de landen van de EU ‐ bijlage 5