De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang...

134
UNIVERSITEIT GENT Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen Academiejaar 2010-2011 De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare positie Een kwalitatief onderzoek Masterproef voorgelegd tot het behalen van de graad van Master in de gezondheidsvoorlichting en bevordering Door Marieke Desmet en Delphine De Roose Promotor: dr. Sara Willems Copromotor: Evelyn Verlinde

Transcript of De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang...

Page 1: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

UNIVERSITEIT GENT

Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen

Academiejaar 2010-2011

De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare positie

Een kwalitatief onderzoek

Masterproef voorgelegd tot het behalen van de graad van

Master in de gezondheidsvoorlichting en –bevordering

Door Marieke Desmet en Delphine De Roose

Promotor: dr. Sara Willems

Copromotor: Evelyn Verlinde

Page 2: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke
Page 3: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke
Page 4: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke
Page 5: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

UNIVERSITEIT GENT

Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen

Academiejaar 2010-2011

De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare positie

Een kwalitatief onderzoek

Masterproef voorgelegd tot het behalen van de graad van

Master in de gezondheidsvoorlichting en –bevordering

Door Marieke Desmet en Delphine De Roose

Promotor: dr. Sara Willems

Copromotor: Evelyn Verlinde

Page 6: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke
Page 7: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

Abstract

DOEL: Financieel kwetsbare personen bevinden zich vaak in een precaire

gezondheidssituatie. Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door

zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke rol. Door discrepanties in

verwachtingen tussen arts en patiënt te vermijden, wordt tegemoet gekomen aan de

zorgtevredenheid van financieel kwetsbare personen en bijgevolg aan de toegang tot de

gezondheidszorg. Daarom wordt in dit onderzoek nagegaan wat financieel kwetsbare

personen van de zorgverlening verwachten, hoe zij deze ervaren en hoe zorgverleners

de zorgtevredenheid kunnen verhogen.

METHODE: Aan de hand van focusgroepgesprekken werden 58 financieel kwetsbare

personen geïnterviewd, begeleid door een observator en een moderator, in acht

welzijnszorgvoorzieningen in West- en Oost-Vlaanderen. De topiclijst werd opgesteld

aan de hand van een literatuurstudie en werd naar mate de gesprekken vorderden,

aangepast. De interviews werden gecodeerd en geanalyseerd door twee samenwerkende

onderzoekers en één onafhankelijke onderzoeker.

RESULTATEN: Financieel kwetsbare personen geven tal van aspecten aan die hen de

toegang tot de gezondheidszorg belemmeren, zoals kostprijs, ziekenhuisorganisatie en

het sociale zekerheidssysteem. Verder zijn er factoren die hun zorgtevredenheid

meebepalen, zoals de organisatie van een artsenpraktijk, de arts-patiënt relatie, de stijl

en inhoud van de arts-patiënt communicatie en communicatie tussen de artsen

onderling.

CONCLUSIE: Financieel kwetsbare personen ervaren een aantal zaken op vlak van

zorgverlening die niet stroken met hun verwachtingen. Werken met afspraken,

voldoende tijd nemen, een open attitude aannemen, een aangepaste communicatie

hanteren, herwerking van de wachtdiensten en maatregelen in ziekenhuizen kunnen

tegemoet komen aan de verwachtingen en bijgevolg de toegang en zorgtevredenheid

verhogen.

Aantal woorden masterproef: 29.503

Page 8: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

Inhoudstafel

ABSTRACT ................................................................................................................................................

INHOUDSTAFEL ........................................................................................................................................

WOORD VOORAF .....................................................................................................................................

1. INLEIDING .......................................................................................................................................... 1

2. LITERATUURSTUDIE ........................................................................................................................... 5

2.1. FINANCIEEL KWETSBARE PERSONEN: EEN SCHETS .......................................................................................... 5 2.2. PROBLEMEN VAN FINANCIEEL KWETSBARE PERSONEN .................................................................................... 6

2.2.1 gezondheidsproblemen .............................................................................................................. 6 2.2.2 gezondheidsrisico’s .................................................................................................................... 7

2.3. VERKLARINGEN VOOR GEZONDHEIDSVERSCHILLEN ........................................................................................ 9 2.3.1 Determinanten van gezondheid ............................................................................................... 10 2.3.2 Verklaringsmodel van sociaal economische gezondheidsverschillen ....................................... 11

2.4. GEBRUIK VAN HET ZORGAANBOD IN BELGIË ............................................................................................... 15 2.4.1 Cijfergegevens .......................................................................................................................... 15 2.4.2 Studies rond zorggebruik ......................................................................................................... 18

2.5. DETERMINANTEN VAN ZORGGEBRUIK ....................................................................................................... 19 2.6. ZORGTEVREDENHEID ............................................................................................................................. 22

2.6.1 Tevredenheid van zorg ............................................................................................................. 22 2.6.2 Verhoging tevredenheid ........................................................................................................... 29

2.7. ZORGSYSTEMEN ................................................................................................................................... 34 2.7.1 Zorgsystemen in de wereld ...................................................................................................... 34 2.7.2 Zorgsystemen in België ............................................................................................................ 35 2.7.3 Sociale maatregelen ................................................................................................................. 36 2.7.4 Zorgsysteem binnen het onderzoeksterrein ............................................................................. 37

3. PROBLEEM- EN DOELSTELLING ......................................................................................................... 39

3.1. PROBLEEMSTELLING ............................................................................................................................. 39 3.2. DOELSTELLING EN ONDERZOEKSVRAGEN ................................................................................................... 40

4. METHODE ........................................................................................................................................ 41

4.1. FOCUSGROEPGESPREKKEN ALS ONDERZOEKSMETHODE ................................................................................ 41 4.2. SAMENSTELLING FOCUSGROEPEN ............................................................................................................ 41 4.3. ETHISCHE AFWEGING ............................................................................................................................ 42 4.4. TOPICLIJST .......................................................................................................................................... 43 4.5. BELANG VAN MODERATOR ..................................................................................................................... 44 4.6. BELANG VAN OBSERVATOR ..................................................................................................................... 44 4.7. PROCEDURE VAN FOCUSGROEPGESPREKKEN .............................................................................................. 44 4.8. VERWERKING VAN ONDERZOEKSGEGEVENS ............................................................................................... 45 4.9. TRANSCRIPTIE ..................................................................................................................................... 45 4.10. ANALYSE .......................................................................................................................................... 46

5. RESULTATEN .................................................................................................................................... 47

5.1. SAMENSTELLING PARTICIPANTEN ............................................................................................................. 47 5.2. VOORNAAMSTE RESULTATEN .................................................................................................................. 49

5.2.1 Uitdagingen van financieel kwetsbare patiënten .................................................................... 49 5.2.2 Ervaringen met de huisarts ...................................................................................................... 53 5.2.3 Ervaringen met de specialist .................................................................................................... 63 5.2.4 Ziekenhuis en spoed ................................................................................................................. 68

Page 9: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

5.2.5 Het Belgische sociale zekerheidssysteem ................................................................................. 72

6. DISCUSSIE, BEPERKINGEN VAN HET ONDERZOEK EN AANBEVELINGEN ............................................ 80

6.1. DISCUSSIE ........................................................................................................................................... 80 6.1.1 Uitdagingen van financieel kwetsbare patiënten .................................................................... 80 6.1.2 Ervaringen met de huisarts ...................................................................................................... 81 6.1.3 Ervaringen met de specialist .................................................................................................... 84 6.1.4 Ziekenhuis en spoed ................................................................................................................. 86 6.1.5 Zorgsystemen ........................................................................................................................... 87

6.2. BEPERKINGEN VAN HET ONDERZOEK ........................................................................................................ 89 6.3. STERKTES VAN HET ONDERZOEK .............................................................................................................. 89 6.4. AANBEVELINGEN VOOR VERDER ONDERZOEK ............................................................................................. 90

7. CONCLUSIE ....................................................................................................................................... 91

8. LITERATUURLIJST ............................................................................................................................. 97

9. BIJLAGEN ....................................................................................................................................... 110

BIJLAGE 1: MORBIDITEIT NAARGELANG BEROEPSKLASSE ................................................................................... 110 BIJLAGE 2: INFORMATIEFOLDER ................................................................................................................... 119 BIJLAGE 3: INFORMED CONSENT .................................................................................................................. 121

Page 10: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

Woord vooraf

Deze masterproef is een afsluiter van de masteropleiding gezondheidsvoorlichting en –

bevordering en is tot stand gekomen dankzij de hulp van verschillende mensen. Graag

maken wij van deze gelegenheid gebruik om een aantal personen te bedanken voor hun

bijdrage bij de verwezenlijking van dit onderzoek. Eerst en vooral willen wij onze

promoter Dr. S. Willems bedanken om ons de kans te geven een masterproef uit te

werken rond een onderwerp dat ons beiden boeit. Ook willen wij in het bijzonder E.

Verlinde bedanken voor de intense begeleiding doorheen het volledige traject. Wij

konden steeds rekenen op haar feedback, bijsturing en deskundige inbreng ter

verbetering van het onderzoek en onze uiteindelijke masterproef.

Bovendien was deze opdracht niet mogelijk geweest zonder de bereidwillige

medewerking van verschillende welzijnsorganisaties die ons hielpen om participanten

voor de focusgroepgesprekken te verzamelen. Voor hun tijd, inbreng en het delen van

hun ervaringen, gaat onze dank vooral uit naar de participanten.

Tot slot willen wij onze ouders bedanken voor het nalezen van deze masterproef en voor

de hulp in de zoektocht naar welzijnsorganisaties.

Delphine De Roose en Marieke Desmet

Mei 2011

Page 11: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

1

1. Inleiding

Personen in een financieel kwetsbare positie hebben vaker te kampen met

gezondheidsproblemen dan personen die zich in een financieel gunstigere positie

bevinden. (Tafforeau, Demarest, Gisle, Van Der Heyden, Hesse, Drieskens, 2008).

Naast gezondheidsproblemen en financiële problemen, tonen heel wat onderzoeken aan

dat personen in een financieel kwetsbare positie ook vaak te maken hebben met andere

problemen, zoals slechte huisvesting (Macintyre, Macdonald, Ellaway, 2008), minder

gunstige werkomstandigheden (Tafforeau et al., 2008; Sociaal-economische raad van

Vlaanderen, 2010), minder bevredigende sociale contacten (Tafforeau et al., 2008) en

een hogere prevalentie van risicogedrag zoals roken en piekdrinken. Deze laatste houdt

een consumptie van meer dan vier alcoholhoudende dranken op korte tijd in (Tafforeau

et al., 2008; Lantz & Pritchard, 2010; Vereniging voor alchol- en andere

drugsproblemen vzw, 2011). Deze problemen leiden in veel gevallen tot een

verminderde gezondheidstoestand (Evans & Kantrowitz, 2002).

Aangezien personen in een financieel kwetsbare positie vaak te maken hebben met

gezondheidsproblemen, is een goede ondersteuning, die afgestemd is op hun noden en

behoeften, essentieel (Verlinde, Poppe, Willems, DeSmet, Hermans, De Maeseneer,

Van Audenhove, 2010). Het blijkt echter dat zorgverleners op een andere, soms zelfs

stigmatiserende manier, omgaan met financieel kwetsbare personen. Hierdoor ontstaat

een ongelijke verdeling in medische consumptie tussen financieel kwetsbare personen,

die kortere consultaties en minder informatie ontvangen, en personen die zich in een

financieel gunstigere positie bevinden (Scott, Shiell, King, 1996). Aan de basis van een

verschil in behandeling door de zorgverlener, ligt mogelijks een discrepantie tussen de

prioriteiten en verwachtingen van de zorgverlener en de verwachtingen, objectieve en

subjectieve noden van de financieel kwetsbare patiënt. Tegemoetkoming aan de

verwachtingen van de patiënt is meebepalend voor de zorgtevredenheid (Tafforeau et

al., 2008; Peck et al., 2004). Een mindere tevredenheid van de patiënt kan een barrière

vormen op vlak van toegang tot de gezondheidszorg. Verder kan het leiden tot een

lagere therapietrouw en het vaker wisselen van arts (Peck et al., 2004).

Het is dan ook belangrijk om voor deze groep mensen, die met heel wat

gezondheidsproblemen te maken hebben, de stap naar de gezondheidszorg zo klein

Page 12: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

2

mogelijk te maken. Dit door na te gaan wat de tevredenheid van financieel kwetsbare

personen bepaald.

Er werden reeds heel wat kwantitatieve studies uitgevoerd die de problemen van deze

groep mensen in kaart brengen. Er werd ook onderzoek verricht naar de verschillende

behandeling, noden en behoeften op vlak van zorgverlening voor personen in een

financieel kwetsbare positie. Er zijn echter nog maar weinig kwalitatieve onderzoeken

uitgevoerd naar hoe tevreden financieel kwetsbare personen zijn over de

gezondheidszorg en waar zij veel waarde aan hechten. De bestaande studies rond

zorgtevredenheid voor personen in een financieel kwetsbare positie komen verder

voornamelijk uit het Verenigd Koninkrijk of uit de Verenigde Staten. Deze landen

hanteren de principes van de liberale welvaartstaat. Op vlak van gezondheidszorg en

sociale zekerheid heeft dit tot gevolg dat de staat normaal gezien niet tussenkomt in

inkomenshandhaving, slechts in uitzonderlijke situaties biedt zij ondersteuning (Van

den Bosch, 2006). Kwalitatieve studies rond zorgtevredenheid van personen in een

financieel kwetsbare positie uit België of andere landen die tot een conservatieve

welvaartsstaat behoren, zijn echter amper voorhanden. Deze staatsvorm houdt in dat

iedere inwoner, die zich in een bepaalde toestand bevindt, op basis van het laatste

gekende inkomen ondersteuning ontvangt, om zo de levensstandaard te behouden (Van

den Bosch, 2006). Er werden reeds stappen ondernomen om de problematiek van

financieel kwetsbare personen in België te onderzoeken. Hierbij werd het KANS

(Kwetsbaarheid Aanpakken iN de Samenleving) onderzoek opgestart. Dit onderzoek

bracht reeds het welzijns- en gezondheidszorggebruik van kwetsbare personen in kaart

(Verlinde et al., 2010). Deze masterproef tracht na het zorggebruik, de zorgtevredenheid

van financieel kwetsbare personen in kaart te brengen. De doelstelling is het achterhalen

wat zij van de huidige zorgverlening verwachten, hoe zij deze ervaren en hoe

hulpverleners hun zorgtevredenheid kunnen verhogen.

Om de tevredenheid van financieel kwetsbare personen na te gaan werd geopteerd om

aan de hand van focusgroepgesprekken in West- en Oost-Vlaanderen, een zo diepgaand

en gedetailleerd mogelijk beeld te krijgen van de verwachtingen en ervaringen van

financieel kwetsbare personen. Deze mensen werden gerekruteerd via verschillende

welzijnszorgvoorzieningen zoals CAW‟s, OCMW‟s, sociale restaurants,

samenlevingsopbouw en verenigingen waar armen het woord nemen. Alle participanten

Page 13: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

3

dienden 18 jaar of ouder te zijn en de Nederlandse taal voldoende te beheersen om mee

te kunnen participeren aan de focusgroep. Er werd getracht een zo groot mogelijk

variëteit op vlak van leeftijd en geslacht na te streven.

Om deze studie mogelijk te maken binnen het gegeven tijdskader van een academiejaar,

werd geopteerd om te werken in duothesis. Op deze manier konden voldoende

gesprekken afgenomen en verwerkt worden, binnen de voorhanden tijd, om

betrouwbare bevindingen te kunnen formuleren. Verder konden de gegevens op een

meer kwalitatieve manier verwerkt worden, door overleg tussen twee onderzoekers. Een

derde onderzoeker, en tevens de copromotor van deze masterproef, verwerkte de

resultaten onafhankelijk van de andere om meer betrouwbaarheid in de resultaten te

verkrijgen.

De masterproef is als volgt opgebouwd. Het eerste hoofdstuk van deze masterproef

omvat de literatuurstudie. Hier wordt nagegaan wat financiële kwetsbaarheid inhoudt.

Er wordt beschreven met welke problemen financieel kwetsbare personen kampen,

welke invloed dit heeft op hun gezondheid en wat de mogelijke verklaringen hiervoor

zijn. Hiernaast wordt ook hun zorggebruik in kaart gebracht en wat de determinanten

van dit zorggebruik zijn. Verder wordt bestudeerd wat er reeds geweten is rond de

zorgtevredenheid van financieel kwetsbare personen en wat deze tevredenheid kan

verhogen. Tot slot worden zorgsystemen in kaart gebracht en wordt specifiek gekeken

hoe dit in België georganiseerd is. In dit hoofdstuk nam Delphine De Roose

voornamelijk de schets van de financieel kwetsbare persoon, het zorggebruik, de

determinanten van zorggebruik en de zorgsystemen in België op zich. Marieke Desmet

werkte de problemen waarmee financieel kwetsbare personen kampen, uit. Ook de

verklaringen voor de gezondheidsverschillen tussen mensen met een lage- en een hoge

sociaal-economische status, de zorgtevredenheid van mensen in een financieel

kwetsbare positie en wat deze tevredenheid kan verhogen nam Marieke voor haar

rekening. Tot slot bracht zij ook de verschillende zorgsystemen in de wereld in kaart.

In het tweede hoofdstuk wordt de probleemstelling van dit onderzoek toegelicht en

worden de doelstellingen van dit onderzoek bepaald. Dit deel werd voornamelijk door

Marieke Desmet uitgewerkt.

In het derde hoofdstuk wordt de methodiek van dit onderzoek besproken. Hierbij wordt

de keuze van het werken met focusgroepgesprekken verantwoord. Verder wordt de

Page 14: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

4

werkwijze voor rekrutering van participanten, de afname van de gesprekken en de

manier van verwerking van de resultaten uitgelegd. Dit hoofdstuk is voornamelijk van

de hand van Delphine De Roose.

Het vierde hoofdstuk omvat de beschrijving van de resultaten. In eerste instantie wordt

een overzicht gegeven van de participanten die deelnamen aan de gesprekken. Dit

omvat spreiding op basis van geslacht, leeftijd en woonplaats. Vervolgens wordt een

beschrijving gegeven van de voornaamste resultaten uit de gesprekken. De beschrijving

van de resultaten werd in samenwerking tussen Delphine De Roose en Marieke Desmet

tot stand gebracht.

In het vijfde hoofdstuk wordt een discussie weergegeven. De gevonden resultaten

worden gelinkt aan de literatuurstudie of ondersteund door bijkomende literatuur.

Verder worden ze geïnterpreteerd en worden verklaringen gezocht. Tot slot worden de

beperkingen van dit onderzoek weergegeven en wordt aangeduid waar er zich

mogelijkheden bevinden voor verder onderzoek.

Ook dit hoofdstuk kwam tot stand door een samenwerking tussen Delphine De Roose

en Marieke Desmet

In het zesde en laatste hoofdstuk wordt een conclusie gevormd. De belangrijkste

verwachtingen en ervaringen van personen in een financieel kwetsbare positie worden

hier nogmaals weergegeven en ook hoe hulpverleners de zorgtevredenheid van deze

personen kunnen verhogen, wordt op één lijn geplaatst. Dit hoofdstuk is van de hand

van zowel Delphine De Roose als Marieke Desmet.

Het volledige werk werd door beide studenten doorgelezen en de studenten voorzagen

elkaar van feedback.

Page 15: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

5

2. Literatuurstudie

2.1. Financieel kwetsbare personen: een schets

Wilken (2005) omschrijft kwetsbare personen als mensen die door psychische, sociale

of lichamelijke beperkingen minder goed in staat zijn om als 'autonome burger' te

bewegen in de samenleving. Deze personen zijn, meer dan andere mensen, afhankelijk

van steun die gegeven wordt door de omgeving, mantelzorgers, professionals of

voorzieningen. Daarnaast zorgt een laag inkomen of werkloosheid voor een beperkte

toegang tot gezondheidszorg (Bossuyt & Van Oyen, 2001). Shi en Stevens (2004)

definiëren kwetsbare personen als diegenen met een groter risico op een lage

gezondheidsstatus en een verminderde toegang tot de gezondheidszorg.

Het inkomen is, naast opleiding en beroep, een sterke pijler die de plaats op de sociale

ladder bepaalt en geeft bijgevolg een beeld van de socio-economische status (SES). Het

is echter moeilijk om gegevens rond inkomen te verkrijgen. In interviews wordt vaak

een lage respons verkregen, mogelijks omdat het moeilijk is om inkomen te definiëren

(Bossuyt & Van Oyen, 2001). Andere sterke pijlers van SES, zoals het opleidingsniveau

en de beroepsstatus, maken personen kwetsbaar, maar niet noodzakelijk financieel

kwetsbaar (Bakker, Sieben, Nieuwbeerta & Ganzeboom, 1997). Met enige

voorzichtigheid wordt er in deze literatuurstudie van uitgegaan dat financieel kwetsbare

personen een lage socio-economische status hebben en bijgevolg een laag

opleidingsniveau, een laag inkomen en een lage beroepsstatus.

De eerste resultaten van KANS - een onderzoek van het Steunpunt Welzijn,

Volksgezondheid en Gezin (SWVG) - zijn sinds december 2010 bekend. Deze gegevens

geven een eerste schets van de financieel kwetsbare personen in Vlaanderen. Van de

financieel kwetsbare personen die in de studie werden bevraagd, blijkt 43,6% ongehuwd

en woont de helft van de participanten alleen. Het overgrote deel (68,2%) van de

participanten die alleen wonen, zijn mannen. Daarnaast heeft 71,1% van de steekproef

geen betaalde job op het moment van de bevraging (Poppe et al., 2011).

Page 16: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

6

2.2. Problemen van financieel kwetsbare personen

Mensen met een lage SES hebben vaak te kampen met heel wat verschillende,

complexe problemen. Deze problemen kunnen een direct of indirect effect hebben op de

gezondheidsstatus (Mulatu & Schooler, 2002).

2.2.1 gezondheidsproblemen

Uit de Belgische gezondheidsenquête van 2008 blijkt dat mensen met een laag

opleidingsniveau in een minder goede gezondheid verkeren dan mensen met een hoger

opleidingsniveau (Tafforeau et al., 2008).

Zo wordt vastgesteld dat er meer chronische aandoeningen voorkomen naarmate het

opleidingsniveau daalt. Dit gaat vooral over aandoeningen zoals diabetes, maagzweren,

chronisch longlijden en hartinfarcten (Tafforeau et al., 2008). Hiernaast komt het KANS

onderzoek tot de bevinding dat 58,1% van de bevraagde financieel kwetsbare personen

lijdt aan een langdurige ziekte of aandoening. Hiervan wordt 37% af en toe belemmerd

in de dagdagelijkse activiteiten. De helft wordt voortdurend belemmerd (Poppe et al.,

2011).

Naast chronische aandoeningen rapporteren laag opgeleiden meer pijnklachten in

vergelijking met hoger opgeleiden. Dit fenomeen is mogelijks te wijten aan zwaardere

fysieke inspanningen die zij stellen binnen hun werkcontext, zoals veel hef- en tilwerk,

geluidsoverlast, blootstelling aan zeer warme temperaturen en weinig variatie

(Tafforeau et al., 2008; Sociaal-economische raad van Vlaanderen, 2010).

Verder kampen mensen met een lage SES met heel wat mentale gezondheidsproblemen.

Ze rapporteren meer psychisch onwelbevinden, een hoger aantal suïcidepogingen, meer

emotionele problemen en vertonen een groter gebruik van psychotrope geneesmiddelen

dan personen met een hoge SES. Dit is mogelijks te wijten aan meer psychosociale

stress door financiële zorgen of een hogere werkdruk. Gemiddeld ervaren mensen met

een lage SES minder steun uit hun sociale omgeving, onder andere omdat zij een grote

kans hebben om alleenstaand te zijn (Tafforeau et al., 2008; Schepers, 2007).

Ook wordt vastgesteld dat lager geschoolden op jongere leeftijd overlijden en minder

lang in goede gezondheid leven dan hoger geschoolden. Zo heeft een Belgische man op

vijfentwintig jarige leeftijd, zonder diploma, een levensverwachting van 48,1 jaar, voor

een vrouw in dezelfde toestand is dit 55,1 jaar. Een Belgische man die een diploma

Page 17: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

7

hoger onderwijs behaalde, heeft op vijfentwintig jarige leeftijd een levensverwachting

van 53,4 jaar. Een vrouw in dezelfde toestand heeft een levensverwachting van 58,1

jaar. Het verschil in levensverwachting in goed ervaren gezondheid op de leeftijd van

vijfentwintig jaar kan tot 17,8 jaar oplopen bij mannen en tot 24,7 jaar bij vrouwen.

Mensen met een lage SES leven dus een groter aantal jaren in minder goede gezondheid

en dit met een kortere levensduur (Bossuyt, Gadeyne, Deboosere, Van Oyen, 2004;

Schepers, 2007).

Uit bovenstaande bevindingen blijkt dat mensen met een lage SES vaak met heel wat

gezondheidsproblemen te kampen hebben. Niettegenstaande moeten zij vaak hun

medische consumptie uitstellen, onder andere omdat ze de bijdragen voor de

gezondheidszorg te hoog vinden. In 2008 gaf 13,7% van de Belgische huishoudens aan

dat ze hun medische consumptie moesten uitstellen omwille van financiële redenen. Bij

de huishoudens die behoren tot de laagste opleidingscategorie, moest 18,1% de

medische consumptie uitstellen omwille van dezelfde reden (Tafforeau et al., 2008).

Tot slot hebben mensen met een lage SES niet enkel te kampen met objectief

waarneembare klachten, zij blijken ook een minder goede subjectieve gezondheid te

ervaren dan hoog opgeleiden. Het gaat hierbij om de emotionele beleving die gepaard

gaat met aan- of afwezigheid van fysieke, mentale en sociale gezondheid (Tafforeau et

al., 2008). Subjectieve gezondheid weerspiegelt op voldoende betrouwbare wijze de

problemen waarmee mensen geconfronteerd worden. Deze indicator hangt nauw samen

met morbiditeit, mortaliteit, functionele mogelijkheid en medische consumptie

(Tafforeau et al., 2008). Over het algemeen is sociale status een belangrijke en stabiele

parameter van subjectieve gezondheid in België, er zijn wel enkele regionale

verschillen. Zo is in Vlaanderen 21% van de mensen met een lage SES niet tevreden

over hun gezondheid, in Wallonië is dat 27% en in Brussel 25% (Tafforeau et al., 2008;

Schepers, 2007).

2.2.2 gezondheidsrisico‟s

Naast rechtstreeks gerapporteerde problemen, ervaren mensen met een lage SES heel

wat problemen in hun leefomgeving die uiteindelijk kunnen leiden tot een verminderde

gezondheid (Evans & Kantrowitz, 2002).

Page 18: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

8

Zo blijkt dat de omgeving waarin mensen wonen een belangrijk effect heeft op de

gezondheid. Heel wat mensen met een lage SES wonen in zogenaamde achtergestelde

buurten. Deze buurten worden omschreven als plaatsen met minder gunstige

omgevingscondities, zoals vervuiling, geluidsoverlast, plaatsen waar veel werkloosheid

heerst, mensen over weinig sociaal kapitaal beschikken, veel armoede voorkomt, het

opleidingsniveau laag is en waar er weinig toegang is tot voorzieningen zoals scholen,

politiekantoren, ziekenhuizen, e.d. (Lantz & Pritchard, 2010; Macintyre et al., 2008;

Evans & Kantrowitz, 2002). Mensen die in deze buurten wonen, vertonen meer

risicogedrag zoals roken en overmatig alcoholgebruik. Ze wonen in minder

kwaliteitsvolle woningen en maken verder minder gebruik van zorgvoorzieningen,

waardoor bijvoorbeeld minder prenatale zorg ontvangen wordt. Uiteindelijk leidt dit tot

verminderde gezondheidsuitkomsten, zoals meer cardiovasculaire problemen, stress,

chronische aandoeningen en een te laag geboortegewicht (Lantz & Pritchard, 2010).

Een gevolg van deze verminderde gezondheidsuitkomsten is dat de mobiliteit van

mensen met een lage SES verminderd (moeilijkheden met wandelen, trappen

beklimmen, bagage dragen,…). Dit heeft een impact op de kwaliteit van het leven en

komt naast chronische aandoeningen, obesitas en risicogedrag zoals roken, voort uit een

hoge werklast. Zowel op fysisch als op psychisch vlak speelt een hoge werklast een

grote rol bij een verminderde mobiliteit. Het dragen van zware fysieke lasten is

bijvoorbeeld sterk gerelateerd aan osteoporosis (Sainio, Martelin, Koskinen, Heliövaara,

2007).

De omgeving waarin mensen wonen of werken zorgt dus voor een aantal

gezondheidsproblemen en –risico‟s, zoals roken, stress, mogelijks toxiciteit of

verwondingen. Maar daarnaast zorgen deze gezondheidsproblemen voor nog extra

gezondheidsproblemen, zoals chronische aandoeningen, cardiovasculaire problemen,

obesitas en problemen met het bewegingsstelsel (Lantz & Pritchard, 2010 & Sanio et

al., 2007) .

Naast omgeving, is ook de levensstijl een beïnvloedende factor van gezondheid. De

Belgische gezondheidsenquête van 2008 komt tot de bevinding dat mensen met een

lagere opleiding meer risicogedrag stellen dan mensen met een hogere opleiding. Lager

geschoolden bewegen minder, eten minder fruit en groenten, eten minder vaak bruin

brood en vis en drinken meer gesuikerde frisdranken dan hooggeschoolden. Het

Page 19: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

9

risicogedrag roken komt vaker voor op jongere leeftijd en wordt vaker op jongere

leeftijd gesteld. Bij hooggeschoolden wordt daarentegen een hogere prevalentie van

dagdagelijks alcoholgebruik gevonden. Bij laaggeschoolden komt piekdrinken,

consumptie van meer dan vier alcoholhoudende dranken op korte tijd, dan weer vaker

voor (Tafforeau et al., 2008; Vereniging voor alcohol- en andere drugsproblemen vzw,

2011).

Tot slot zijn mensen met een lage SES vaak niet tevreden over hun sociale contacten.

Dit terwijl sociale relaties een causale impact hebben op gezondheid. Zo blijkt dat

mensen met minder kwaliteit en kwantiteit in sociale relaties een verhoogd risico op

overlijden, psychische en fysische aandoeningen hebben (House, Landis & Umberson,

1988). Laag opgeleiden hebben 2,2 keer meer kans om ontevreden te zijn over hun

sociale contacten dan hoog opgeleiden (Tafforeau et al., 2008). Uit het KANS

onderzoek blijkt dat 49,9% van de bevraagde financieel kwetsbare personen alleen leeft.

Hiernaast zijn 40% van de bevraagden niet betrokken in sociale netwerken buiten het

huishouden. Ze hebben dus geen contacten via een werkcontext, een opleidingscontext,

vrijwilligerswerk of in hun vrije tijd (Poppe et al., 2011; Verlinde et al., 2010). In

tegenstelling tot wat de Belgische gezondheidsenquête uit 2008 vond, blijkt hier dat

toch 83,5% van de bevraagden hun contacten vrij tot zeer bevredigend vinden

(Tafforeau et al., 2008). Naast het al dan niet ervaren van bevredigende contacten,

stellen heel wat financieel kwetsbare personen weinig vertrouwen in andere mensen

(75% van de bevraagden uit het KANS onderzoek). Er wordt echter wel heel wat

vertrouwen gesteld in hulpverleners. Zo heeft bijvoorbeeld 87,3% van de bevraagden

een sterk tot zeer sterk vertouwen in de huisarts (Verlinde et al., 2010).

2.3. Verklaringen voor gezondheidsverschillen

Zoals hierboven wordt aangegeven, leiden de verschillende problemen waar mensen

met een lage SES mee te maken krijgen, in vele gevallen tot een verminderde

gezondheid. Hierbij ontstaat er een verschil in de gezondheid tussen mensen met een

hoge SES en mensen met een lage SES. Er bestaan verschillende modellen en theorieën

die een verklaring proberen te geven waarom deze verschillen voorkomen.

Page 20: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

10

2.3.1 Determinanten van gezondheid

Figuur 1: Dahlgren & Whitehead: Social model of health

Bovenstaand model van Dahlgren en Whitehead (1991) tracht het ontstaan van

verschillen in gezondheid te verklaren aan de hand van een sociaal ecologische theorie.

Multipele determinanten spelen mee bij het bepalen van de gezondheid. Binnen de

sociale klassen is er een ongelijke verdeling in deze determinanten die leiden tot een

ongelijkheid in gezondheid. In dit model hebben verschillende determinanten een effect

op gezondheid (Whitehead & Dahlgren, 1991).

In de kern van het model staan de factoren die vrijwel onveranderbaar zijn. Het gaat hier

om geslacht, leeftijd en genetische factoren (Whitehead & Dahlgren, 1991).

Op de eerste schil in het model is het individu met zijn persoonlijke gedragingen terug

te vinden. Deze gedragingen kunnen de gezondheid bevorderen of schaden. Zoals

hierboven vermeld, stellen mensen met een lage SES vaak risicogedragingen en stellen

ze vaak medische consumptie uit omwille van de kostprijs (Lantz & Pritchard, 2010;

Tafforeau et al., 2008).

Sociale- en gemeenschapsnetwerken zijn in een volgende laag van het model te

situeren. De sociale omgeving kan een steun bieden in geval van problemen, maar kan

ook ongelijkheid in de hand werken en een negatieve invloed op gezondheid

Page 21: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

11

veroorzaken. Mensen met een lage SES wonen vaak in zogenaamde achtergestelde

buurten waar weinig sociale binding is (Lantz & Pritchard, 2010). Vaak zijn zij dan ook

minder tevreden over hun sociale relaties (Tafforeau et al., 2008).

Verder houdt de derde laag alle structurele en materiële factoren in, die een effect

kunnen hebben op de gezondheid. Zoals hierboven vermeld, kunnen de

werkomstandigheden bijdragen tot een verminderde mobiliteit (Sainio et al., 2007) en

ontbreken vaak de nodige faciliteiten in achtergestelde buurten (Macintyre et al., 2008).

De buitenste laag ten slotte omvat factoren die ontstaan door de sociale organisatie en

de algemene leefomgeving. Dit kan bijvoorbeeld gaan over vervuiling van de

leefomgeving, maatschappelijke tendensen te linken aan gezondheid zoals

terugbetalingsmodaliteiten en de algemene socio-economische toestand zoals

bijvoorbeeld tewerkstellingsmogelijkheden (Dahlgren & Whitehead, 1991).

2.3.2 Verklaringsmodel van sociaal economische gezondheidsverschillen

Het besproken model van Dahlgren en Whitehead (1991) verduidelijkt een aantal

determinanten die een impact kunnen hebben op de gezondheid. Deze determinanten

spelen ook een rol in het ontstaan van sociale ongelijkheid in gezondheid. Hieronder

worden vijf mechanismen besproken, waarvan wordt aangenomen dat ze erg belangrijk

zijn in het tot stand komen en in stand houden van sociaal economische

gezondheidsverschillen (Dierckx, Van Herck & Vranken, 2010).

2.3.2.1. Sociale positie

Sociale positie heeft te maken met de plaats die iemand inneemt op de sociale ladder.

Met andere woorden de plaats die iemand inneemt ten opzichte van iemand anders.

Deze plaats wordt vaak bepaald door bezit, zoals inkomen. De afstand tot elkaar neemt

toe naarmate er meer inkomensongelijkheid is (Schepers, 2007; Dierckx et al., 2010).

Hoe groter de kloof tussen de verschillende sociale klassen, hoe meer effect dit heeft op

gezondheid. Verkleinen van inkomensongelijkheid zorgt voor meer welzijn en een

verbeterde volksgezondheid, waar voornamelijk de lage sociale klasse zou van kunnen

profiteren (Dierckx et al., 2010).

Een verklaring van het fenomeen dat mensen lager op de sociale ladder, zich in een

minder gunstige gezondheidstoestand bevinden, is mogelijks te vinden in het feit dat

Page 22: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

12

mensen die zich hoger op de sociale ladder bevinden meer macht hebben en meer

mogelijkheden bezitten om een gezond leven te leiden. Zo kunnen ze bijvoorbeeld meer

zelf beslissen wanneer zij gaan werken en hoe ze hun werk invullen, waardoor ze een

verhoogd gevoel van controle ervaren. Verder zijn ze minder afhankelijk van hun salaris

op het einde van de maand. Ze hebben vaak meer inbreng in het beleid van hun werk-

en leefomgeving. Een grotere toegang tot inkomen, meer welvaart, controle en

werkzekerheid, zorgen voor een betere mentale gezondheid (Muntaner, Borrell, Benach,

Pasarin & Fernandez, 2003).

Verder lijken mensen die zich lager op de sociale ladder bevinden meer te kampen met

psychosociale stress, onder andere door de financiële problemen die zij ervaren. De

biologische processen die te linken zijn aan stress, hebben mogelijks een invloed op

gezondheid (Dierckx et al., 2010).

Tot slot heeft de positie op de sociale ladder ook een psychosociale invloed. Mensen die

een lage sociale positie innemen voelen zich vaker waardeloos, vernederd en zonder

respect behandeld, wat een duidelijke impact heeft op gezondheid (Dierckx et al., 2010).

2.3.2.2. Gezondheidsrisico‟s

Mensen met een lage SES worden meer blootgesteld aan materiële, psychosociale en

gedragsgerelateerde risico‟s die de gezondheid negatief beïnvloeden. Voorbeelden

hiervan zijn overgewicht door te weinig beweging, longproblemen door roken, minder

sociale steun ervaren of gezondheidsproblemen door een ongezonde woonsituatie

(Lantz & Pritchard, 2010).

Naast materiële, psychosociale en gedragsgerelateerde risico‟s blijken mensen met een

lage SES disproportioneel, in vergelijking met mensen met een hogere SES,

blootgesteld te worden aan milieugerelateerde gezondheidsrisico‟s. Bijkomend zijn deze

mensen ook extra gevoelig voor de effecten van milieuvervuiling. Mogelijke

verklaringen hiervoor zijn dat mensen met een lage SES en bijgevolg een lager

inkomen, meer aangewezen zijn op goedkopere woningen, die zich vaak in

verontreinigde buurten bevinden. Hiernaast werken mensen met een lage SES ook vaker

in vervuilende bedrijfstakken (Morrens, Keune, Loots, 2008). Tot slot zou het ook

kunnen dat overheden, al dan niet bewust, een beleid voeren waarbij groepen met een

Page 23: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

13

lagere SES benadeeld worden, zoals het inplanten van een snelweg in een

achtergestelde buurt (Kruize & Bouwman, 2004 In: Morrens, Keune, Loots, 2008).

Factoren die een positieve invloed hebben op gezondheid, komen dan weer vaker voor

bij mensen met een hoge SES. Zij bewegen o.a. vaker, eten meer bruin brood, fruit,

groenten en vis en roken minder vaak (Tafforeau et al., 2008).

2.3.2.3. Gevolgen gezondheidsrisico‟s

Wanneer mensen met een lage SES en mensen met een hoge SES aan dezelfde

gezondheidsrisico‟s blootgesteld worden, dan kan dit toch een verschillende impact

hebben op de gezondheid (Dierckx et al., 2010). Een voorbeeld hiervan wordt gevonden

in een Zweedse studie van Hemmingsson, Lundberg, Romelsjo en Alfredsson (1997).

Zo vertonen zowel mensen met een hoge SES en mensen met een lage SES risicovol

alcoholgebruik. In beide klassen is eenzelfde vorm van alcoholmisbruik op te merken,

uitgedrukt in eenheden alcohol. Toch lijken mensen met een lagere SES vaker te

kampen met alcoholisme en alcoholgerelateerde gezondheidsproblemen zoals

levercirrose. Dit kan mogelijks verklaard worden door een verschillend drinkpatroon.

Zo hebben mensen met een hoge SES meer alcoholinname, maar drinken mensen met

een lage SES meer alcohol op korte tijd. Verder zou het ook kunnen dat mensen met een

hogere SES een beter ondersteunend netwerk ervaren zowel thuis als op het werk

waardoor ze minder vlug in alcoholisme vervallen (Hemmingsson, Lundberg, Romelsjo

& Alfredsson, 1997, Hemmingsson, Lundberg, Diderichsen & Allebeck, 1998).

2.3.2.4. Levensloopeffecten

Uit een volgende verklaring blijkt dat levensloopeffecten mogelijks een verklaring

kunnen bieden voor de gezondheidsverschillen. Deze theorie gaat er van uit dat mensen

tijdens hun leven een breed spectrum aan materiële, culturele en psychologische

condities tegenkomen. Deze condities kunnen ofwel een positief ofwel een negatief

effect hebben op gezondheidsuitkomsten. Door een cumulatie van de verschillende

condities, kan de gezondheid verbeteren of verslechteren. Iemand die bijvoorbeeld in

een arbeidersgezin opgegroeid is, zelf ook arbeider is en in een achtergestelde buurt

woont, zal waarschijnlijk op jongere leeftijd sterven en meer gezondheidsproblemen

ondervinden tijdens zijn leven, in vergelijking met iemand die bijvoorbeeld in een

Page 24: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

14

arbeidersgezin opgegroeid is, maar levenslang als bediende gewerkt heeft (Mackenbach

& Howden-Chapman, 2003).

Twee belangrijke Britse studies liggen aan de basis van deze theorie, namelijk de

Whitehall I en de Whitehall II studie. Beide studies onderzochten de sociale

determinanten van gezondheid. De Whitehall I studie toonde aan dat sterftecijfers

samenhangen met de beroepsklasse waartoe iemand behoort. De sterftecijfers voor een

bepaalde beroepsklasse liggen altijd hoger dan een hoger genoteerde beroepsklasse.

Whitehall II, (zie tabel 1 tot 4 in bijlage 1; Morbiditeit naargelang beroepsklasse, blz

111), een prospectieve cohortstudie, focuste zich vooral op verschillen in morbiditeit

naargelang de beroepsklasse. Ook hier ligt de morbiditeit hoger naargelang iemand tot

een lagere beroepscategorie behoort (Marmot & Smith, 1991; Willems, De

Maesschalck, Deveugele, Derese, De Maeseneer, 2005).

2.3.2.5. Sociale en economische gevolgen van ziekte

Waarbij voorgaande mechanismen er vooral vanuit gaan dat armoede de kans op ziekte

vergroot, gaat dit mechanisme er van uit dat ziekte de kans op armoede vergroot.

Ziekte kan leiden tot minder mogelijkheid of zelfs verlies van werk en bijgevolg dus

ook tot verlies van inkomen uit arbeid. Naast deze indirecte kosten, brengt ziekte ook

een groot deel directe kosten met zich mee, door medische behandeling. Deze financiële

last op een huishouden kan tot armoede leiden (McIntyre, Thiede, Dahlgren &

Whitehead, 2006). Verder blijkt ook dat mensen met een lage SES die ziek worden, hier

grotere gevolgen van ondervinden dan mensen met een hogere SES. Zo toont onderzoek

aan dat arbeiders een groter risico lopen om hun werk te verliezen bij ziekte dan

bedienden (Lindholm, Burström & Diderichsen, 2002).

Verschillende onderzoeken kwamen tot de conclusie dat mensen die zich in slechte

gezondheid bevinden, inderdaad meer kans hebben om te dalen op de sociale ladder. Er

wordt echter op gewezen dat het effect hiervan maar gering is en dat dit mechanisme

maar een beperkte verklaring geeft voor sociaal economische gezondheidsverschillen.

Het zijn vooral de sociale causatie modellen, deze modellen gaan er van uit dat een

lagere SES leidt tot een verminderde gezondheid, die in grotere mate een verklaring

bieden voor socio-economische gezondheidsverschillen (Manor, Matthews & Power,

2003; Mulatu & Schooler, 2002).

Page 25: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

15

2.4. Gebruik van het zorgaanbod in België

Om het zorggebruik in België in kaart te brengen, kunnen verschillende

informatiebronnen gehanteerd worden: databanken van verzekeringsinstelling,

cijfergegevens van het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (RIZIV)

of resultaten uit de Belgische gezondheidsenquête. Daarnaast kan ook informatie

verkregen worden uit reeds uitgevoerd onderzoek dat beschreven wordt in

wetenschappelijke artikels. Hieronder worden relevante gegevens uit de bronnen nader

bekeken.

2.4.1 Cijfergegevens

2.4.1.1. Medische consumptie

Het RIZIV houdt statistieken bij die een zicht geven op de consumptie van medische

zorg in België. Elk jaar wordt een rapport opgemaakt en worden de gegevens van vorige

jaren vergeleken. Uit de resultaten van 2009 blijkt dat 1.350.000 personen

rechthebbenden zijn op een verhoogde verzekeringstegemoetkoming t.o.v. 8.000.000

personen zonder verhoogde tegemoetkoming. De verhoogde tegemoetkoming zorgt

ervoor dat bepaalde categorieën van rechthebbenden een lage persoonlijke bijdrage

(remgeld) betalen bij een ziekenhuisopname, voor raadpleging van een arts of voor

geneesmiddelen. De gemiddelde kostprijs per rechthebbende op een verhoogde

tegemoetkoming is in 2009 met 2% gedaald t.o.v. 2008. Vooral bij de leeftijdscategorie

van 0 tot 50 jaar is dit verschil opmerkelijk. Hypothetisch zou er verondersteld kunnen

worden dat de kostprijs per rechthebbende daalt omdat deze mensen ofwel minder

compensatie ontvangen, ofwel minder gebruik maken van de gezondheidszorg.

Anderzijds kan er ook vanuit gegaan worden dat deze personen efficiënter gebruik

maken van de gezondheidszorg (RIZIV/ENAMI, 2009).

Nog in de gegevens van het RIZIV is informatie terug te vinden over de terugbetaling

van de maximumfactuur (MAF). De MAF wordt toegekend wanneer het totale bedrag

van de betaalde remgelden tijdens een jaar een zeker plafond overschrijdt, afhankelijk

van sociale criteria of inkomsten. Interessant voor deze studie is de afwijking boven het

gemiddelde voor de terugbetaling van de MAF in Oostende. Echter, na standaardisatie

wordt het verschil t.o.v. het gemiddelde kleiner, wat hoofdzakelijk verklaard kan

Page 26: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

16

worden door de bevolkingsstructuur. Het RIZIV vermeldt inderdaad dat de gemiddelde

leeftijd van het aantal verzekerden in de kuststreek hoger dan 42 jaar is, terwijl dit cijfer

in de meeste andere regio's van België lager ligt (RIZIV/ENAMI, 2009). De oudere

populatie van rechthebbenden op een verhoogde verzekeringstegemoetkoming kan

onrechtstreeks de mate en wijze van het zorggebruik bepalen (Daubie et al., 2009).

Naast het RIZIV, biedt de Belgische gezondheidsenquête een breed scala aan gegevens.

Uit de enquête van 2008 blijkt dat er geen indicaties zijn voor het bestaan van sociale

verschillen in het contacteren van de huisarts. Sinds de enquête van 1997 is het aantal

contacten met de huisarts zo goed als gelijk voor alle opleidingsniveaus. Voor

specialistische zorg zijn er echter wel significante verschillen op te merken. 45% van de

lager opgeleiden consulteerden in het jaar voorafgaand aan de enquête een specialist

t.o.v. 52% bij hoger opgeleiden. Ook voor het contact met een tandarts is een duidelijke

sociale gradiënt vastgesteld. Er bestaat een verschil van 20% tussen diegenen met een

diploma lager secundair onderwijs (38%) en personen met een diploma hoger onderwijs

(58%) in het consulteren van een tandarts in het jaar voorafgaand aan het interview.

Tevens vertonen de gecorrigeerde cijfers voor leeftijd en geslacht omtrent het beroep

doen op een kinesitherapeut, een stijging naar mate het opleidingsniveau toeneemt.

Daarnaast zijn niet-conventionele geneeswijzen, zoals homeopathie of acupunctuur bij

lager opgeleiden niet populair. 6 tot 7% van de mensen met een laag opleidingsniveau

consulteerden in het jaar voorafgaand aan de enquête een beoefenaar van een niet-

conventionele geneeswijze, t.o.v. 18% bij hoger opgeleiden. De dienst spoedgevallen

daarentegen wordt bij laag opgeleiden 1,4 keer meer geraadpleegd dan bij hoger

opgeleiden. Ook het percentage personen dat voor minimum 1 nacht werd opgenomen

in het ziekenhuis ligt bij lager opgeleiden hoger dan bij personen met een diploma hoger

onderwijs. Naast het gebruik van intra- en extramurale zorg, wordt in de Belgische

gezondheidsenquête van 2008 ook aandacht geschonken aan het gebruik van

geneesmiddelen in de twee weken voorafgaand aan de enquête. Op het eerste zicht blijkt

het percentage voor laag opgeleiden merkelijk hoger te zijn (69%) t.o.v. hoog

opgeleiden (43%). Na correctie voor leeftijd blijken deze verschillen gereduceerd te

zijn. Het verschil tussen beiden is voornamelijk te wijten aan de oudere populatie lager

opgeleiden (Tafforeau et al., 2008).

Page 27: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

17

Zoals reeds werd vermeld, is de Belgische gezondheidsenquête van 2008 een

waardevolle bron aan informatie. Toch moet rekening gehouden worden met een aantal

opmerkingen om de resultaten van de enquête als basis te beschouwen voor de

doelgroep van de studie in deze masterproef. Enerzijds is de deelname aan de

gezondheidsenquête niet verplicht. Personen die niet geïnteresseerd zijn in gezondheid

zullen minder snel geneigd zijn om deel te nemen, wat de resultaten kan beïnvloeden.

Anderzijds wordt in de gezondheidsenquête het opleidingsniveau als indicator voor de

socio-economische status beschouwd (Tafforeau et al., 2008). Voor de doelgroep van de

studie is deze indicator iets minder goed gekozen aangezien hier meer op zoek moet

gegaan worden naar het inkomen. Personen met een laag opleidingsniveau zijn daarom

niet financieel kwetsbaar en omgekeerd.

2.4.1.2. Gebruik wijkgezondheidscentra

Bij het uiteenzetten van het zorggebruik is het in het kader van dit onderzoek interessant

om na te gaan hoe het gebruik van wijkgezondheidscentra er uit ziet. In deze centra

worden zowel medische als paramedische eerstelijnszorg geïntegreerd. De

zorgverleners maken deel uit van een samenwerkingsverband en zijn gevestigd in één

gebouw. Kenmerkend voor deze vorm van gezondheidszorg is het forfaitaire

betalingssysteem (vereniging van wijkgezondheidscentra, 2010). In 2009 stelde de

'vereniging van wijkgezondheidscentra vzw' vast dat 43.363 patiënten gebruik maakten

van de voorziening. Dit zijn er 4.970 meer dan in 2008 (Jaarverslag 2009, vereniging

van wijkgezondheidscentra).

2.4.1.3. Welzijnszorggebruik

Naast de medische consumptie rijst ook de vraag naar het welzijnszorggebruik. 2,9%

van de bevolking geeft aan in de afgelopen 12 maanden een contact met het OCMW

(Openbaar Centrum Voor Maatschappelijk Welzijn) te hebben gehad. Er is een

duidelijke samenhang tussen het opleidingsniveau en het contact met het OCMW. De

kans om beroep te doen op diensten van het OCMW is 9 keer groter in de laagste

opleidingscategorie in vergelijking met de hoogste (Tafforeau et al., 2008). Het gebruik

van welzijnsvoorzieningen hangt af van het probleem waarmee mensen kampen. Bij het

OCMW hebben 57,6% van de aanmeldingsklachten te maken met geldtekort,

Page 28: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

18

daarentegen melden 44,7% van de CAW-gebruikers zich aan met

huisvestingsproblemen. Bij de diensten maatschappelijk werk van het ziekenfonds

hebben dan weer 46,4% van de mensen vragen i.v.m. de ziekteverzekering (Poppe et al.,

2011).

2.4.2 Studies rond zorggebruik

Aangetoonde verschillen in zorggebruik, afhankelijk van de SES, zijn reeds in heel wat

studies, o.a. in een studie van Van der Heyen et al. (2002) terug te vinden. De hogere

nood aan zorg bij personen met een lage SES zou een deel van de verklaring zijn

(Droomers & Westert, 2004). Kenmerkend voor het zorggebruik van personen met een

lage SES is het frequent gebruik van de spoedgevallendienst. Uit de Belgische

gezondheidsenquête van 2008 blijkt dat mensen met een lage SES 1,4 keer vaker een

spoeddienst gebruiken dan mensen met een hoge SES (Tafforeau et al., 2008). In een

studie van Drummond et al. (2000) werd reeds evidentie gevonden voor de hypothese

dat het gebruik van de dienst spoedgevallen samenhangt met het wonen in

achtergestelde buurten. In een daarop aansluitende studie in Gent, werd opgemerkt dat

mensen uit de zwaarst achtergestelde buurten tot bijna vier keer meer de

spoedgevallendienst raadplegen in vergelijking met mensen uit niet-achtergestelde

buurten (Bakelandt et al., 2009). In antwoord op de hamvraag waarom de mate van

achterstelling van een buurt een samenhang met de keuze van zorggebruik vertoont,

kunnen een aantal hypotheses geformuleerd worden. Mensen kunnen het idee hebben

dat zij voor hulp door de dienst spoedgevallen minder, niet of niet onmiddellijk moeten

betalen. Als zij naar de huisartsenwachtpost gaan moet wel onmiddellijk betaald

worden. Hoewel de meeste huisartsenwachtposten in Gent het systeem van derdebetaler

toepassen en de patiënt bijgevolg slechts enkele euro's moet betalen, zijn mensen uit

achtergestelde buurten toch meer geneigd zich tot de spoedgevallendienst te wenden

(Bakelandt et al., 2009). Verder blijkt uit het onderzoek van Bakelandt et al. (2009) dat

wanneer de huisartsenwachtpost het dichtst is, 41,5% van de participanten in het

onderzoek er ook gebruik van maakt. De andere grote helft gaat in dit geval toch iets

verder om geholpen te worden op een spoedafdeling. Wel dient er rekening mee houden

te worden dat er in Gent vier spoedgevallendiensten zijn en slechts twee

huisartsenwachtposten (Bakelandt et al., 2009).

Page 29: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

19

Naast onderzoek over het gebruik van de dienst spoedgevallen, werd ook onderzoek

verricht naar het gebruik van huisartsen, specialisten en tandartsen. Zoals in de

gezondheidsenquête reeds werd beschreven, zijn mensen met een hoger inkomen meer

geneigd een tandarts te consulteren in vergelijking met personen met een lager inkomen.

Hetzelfde geldt voor specialistische zorg (Van der Heyen et al., 2002). Voor wat het

raadplegen van de huisarts betreft, vond Van der Heyen et al. (2002) daarentegen meer

lager opgeleiden dan hoger opgeleiden, in tegenstelling tot de gezondheidsenquête die

nagenoeg geen verschil vaststelde tussen beide opleidingsniveaus (Tafforeau et al.,

2008).

Het verschil in bevinding is hoogst waarschijnlijk te wijten aan de methodologie die

voor de gezondheidsenquête gehanteerd werd. Het afnemen van vragenlijsten a.d.h.v.

zelfrapportage kan vertekening van de resultaten geven (Tafforeau et al., 2008).

2.5. Determinanten van zorggebruik

Bovenstaande cijfergegevens bieden een inzicht in welke mate financieel kwetsbare

personen beroep doen op de gezondheidszorg. Om te weten te komen waarom zij wel of

niet beroep doen op gezondheidszorgfacilliteiten, worden de determinanten van

zorggebruik onder de loep genomen. Uit gesprekken met betrokkenen worden enerzijds

contextuele drempels opgemerkt die te maken hebben met de levensomstandigheden,

zoals een laag inkomen of een ontoereikende huisvesting. Daarnaast speelt ook het

sociaal kapitaal een grote rol. Anderzijds krijgen mensen te kampen met drempels die te

maken hebben met het gezondheidszorgsysteem en de beleving van zorg (Conclusie

forum, 2002). De verschillende barrières worden hieronder nader besproken.

De organisatie van het gezondheidszorgsysteem bepaalt in belangrijke mate het gebruik

ervan en bijgevolg ook de tevredenheid. Factoren op verschillende niveaus kunnen

hierbij een rol spelen (Conclusie forum, 2002). Enerzijds kunnen organisatorische

barrières voorkomen. Binnen een voorziening wordt mogelijks een beperkt zorgaanbod

en daardoor weinig begeleiding ervaren doordat er bijvoorbeeld een tekort aan

personeel is. Een toenemende professionalisering met meer specialismen en meer

technologieën kan mensen met een lagere SES afschrikken. Daarnaast is ook de korte

betalingstermijn voor ziekenhuisrekeningen een drempel. Wanneer patiënten niet tijdig

betalen, worden de rekeningen verhoogd met interesten of wordt een deurwaarder

Page 30: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

20

aangesteld. De administratieve rompslomp bij een ziekenhuisopname of voor het

aanvragen van een tegemoetkoming is voor vele mensen onoverkomelijk. Anderzijds

zijn financiële barrières reëel (Conclusie forum, 2002). 29% van de huishoudens met

een laag inkomen bevestigt dat medische kosten niet in hun budget passen. Het risico

om medische consumptie uit te moeten stellen, is bijgevolg meer dan 3 keer hoger bij de

laagst opgeleide huishoudens dan bij de hoogst opgeleide (Tafforeau et al., 2008). Het

systeem van terugbetaling voor medische kosten is voor velen een drempel om hulp te

zoeken bij zorgverleners. Patiënten moeten, wanneer de derde betalerregeling niet van

toepassing is, de kosten voorschieten. Bij een ziekenhuisopname moet tevens een

voorschot betaald worden. Daarenboven gelden voor specialistische zorg, tandzorg,

kinesitherapie en psychologische begeleiding hoge kosten. Bij het consulteren van een

tandarts ter preventie van tandproblemen kan vaak niet worden ingeschat wat de

benodigde zorg zal inhouden en hoeveel dit uiteindelijk zal kosten. Voor personen in

een financieel kwetsbare positie is het niet kunnen inschatten van deze kost een reden

om de tandzorg achterwege te laten. Ten slotte gaat de aankoop van medicatie vaak ten

koste van andere noodzakelijke producten zoals voeding (Conclusie forum, 2002). Ook

determinanten die te maken hebben met de wet- en regelgeving bepalen het gebruik van

de gezondheidszorg. De verplichte ziekteverzekering kent veel voordelen maar heeft

zeker ook een keerzijde. Niet iedereen voldoet aan de voorwaarden om te kunnen

aansluiten bij een ziekteverzekering. Wanneer de noodzakelijke bijdrage niet betaald

kan worden, wordt de toegang door bepaalde hulpverleners geweigerd of komt de

persoon in kwestie niet in aanmerking voor een tegemoetkoming (Conclusie forum,

2002). Er bestaan bepaalde categorieën van personen, de rechthebbenden op een

verhoogde verzekeringstegemoetkoming (RVV), zoals o.a. mensen die een leefloon

ontvangen of personen die langdurig werkloos zijn. Respectievelijk genieten zij van een

tegemoetkoming met en zonder inkomensvoorwaarde. Deze voorwaarde houdt in dat

het inkomen onder een bepaalde grens moet liggen om van een tegemoetkoming te

kunnen genieten (woordenlijst RIZIV, 2010). Vaak gebeurt het dat mensen net buiten

de categorie vallen waardoor financiële problemen zich opstapelen. Frappant blijkt dat

wanneer de kosten voor gezondheidszorg van het inkomen zouden worden afgetrokken,

deze lager liggen dan bij RVV (Conclusie forum, 2002). Door vooruitgang en

hervormingen wordt de gezondheidszorg steeds duurder. Het aandeel dat de patiënt zelf

Page 31: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

21

moet betalen, stijgt. Een aantal medische kosten worden niet of weinig terugbetaald.

Hierbij gaat het vaak om kosten voor specialistische zorgen (sommige protheses,

tandzorg,..) die bijgevolg, zoals eerder vermeld, vaak worden uitgesteld (discussienota,

Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting,

2005).

De derde betalerregeling is een systeem dat heel wat voordelen biedt. Zo moet de

patiënt bijvoorbeeld geen geld voorschieten. Eerstelijnsgezondheidscentra, zoals

wijkgezondheidscentra, die werken met een forfaitaire betaling zijn heel toegankelijk

maar jammer genoeg weinig gekend (Conclusie forum, 2002). In artikel 52 §1 van de

wet van 14 juli 1994 wordt beschreven dat huisartsen, verpleegkundige en kinesisten

betaald kunnen worden op basis van het aantal patiënten, ingeschreven in de praktijk.

Dit is ongeacht het aantal consultaties. Van zodra de patiënt verzekerd is, moet er geen

persoonlijke bijdrage betaald worden, ongeacht de frequentie van consultatie. De

voorwaarde is wel dat de patiënt steeds naar het centrum terugkeert. Wanneer de patiënt

een zorgverlener consulteert buiten het centrum, terwijl die ook beschikbaar is in het

centrum, wordt de prestatie niet terugbetaald, tenzij op voorhand vastgelegd in

samenspraak met het wijkgezondheidscentrum (Art, Piessens, Dhont, De Maeseneer,

2003).

Naast de drempels die gepaard gaan met de organisatie van de intramurale zorg, zijn

ook barrières terug te vinden aan de kant van de welzijnszorgvoorzieningen. Het aanbod

is vaak niet gekend. Dit is hoofdzakelijk te wijten aan de onoverzichtelijke wirwar van

allerhande diensten. Mensen weten hierdoor niet waar zij terecht kunnen voor welk

probleem. Lange wachttijden en ingewikkelde administratieve procedures wanneer

iemand zich bij een dienst wil aanbieden, vormen een drempel (Sannen & Demeyer,

2003). Desalniettemin toont recent onderzoek van het SWVG aan dat 79,2% van de

participanten in het onderzoek sterk tot zeer sterk vertrouwen hebben in

welzijnswerkers en 69,1% heeft sterk tot zeer sterk vertrouwen in het OCMW (Verlinde

et al., 2010).

Page 32: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

22

2.6. Zorgtevredenheid

2.6.1 Tevredenheid van zorg

Nagaan wat zorgt voor een tevredenheid van het gezondheidszorggebruik en hoe we

deze tevredenheid kunnen verhogen, is belangrijk. Het zegt iets over de kwaliteit van de

zorg. Voor de patiënt kan het leiden tot een goede toegang tot de zorg, meer

therapietrouw en minder vaak veranderen van arts (Peck, et al., 2004).

Patiënten hebben echter vaak andere verwachtingen en prioriteiten dan zorgverleners en

de zorg komt niet altijd tegemoet aan de objectieve en subjectieve noden van de patiënt

(Tafforeau et al., 2008).

Wat de tevredenheid van zorg bepaalt en hoe deze vergroot kan worden, wordt

hieronder besproken.

2.6.1.1. Communicatie

Een kwaliteitsvolle communicatie, zowel verbaal als non-verbaal, tussen arts en patiënt

is essentieel. Het verhoogt de toegankelijkheid tot de zorgvoorzieningen, de

therapietrouw en de tevredenheid van zorg voor de patiënt (Willems et al., 2005).

Verschillende onderzoeken tonen echter aan dat een arts op een andere manier

communiceert met mensen met een lage SES dan met mensen met een hoge SES. Zo

ontvangen mensen met een lage SES minder specifieke informatie (bijvoorbeeld over de

diagnose), minder positieve uitingen, minder empathie en worden ze minder tot

participatie gestimuleerd. Ze worden verder directiever benaderd dan mensen met een

hogere SES (Willems et al., 2005).

Eén mogelijke verklaring hierbij, kan de communicatiestijl van de patiënt zijn. Patiënten

met een lage SES hebben vaak een passieve, afwachtende houding waarbij weinig

vragen naar de arts gericht worden. Artsen lijken zich aan te passen aan deze

communicatiestijl. Patiënten met een hoog uitdrukkingsvermogen en een actieve

communicatiestijl, ontvangen meer informatie dan patiënten die hier niet zelf om vragen

(Street, 1991). Door een zwijgzame houding van de patiënt is de arts minder geneigd

om de patiënt aan te moedigen om veel vragen te stellen of om hun visie rond de ziekte

te verduidelijken. Hierdoor is het niet duidelijk of de patiënt de gegeven informatie

begrijpt. Bijgevolg nemen artsen vaak geen luisterende houding aan en gebruiken ze

Page 33: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

23

vaak infantiele en paternalistische taal. Dit uit zich onder andere in het gebruik van

verkleinwoordjes. Een voorbeeld van dergelijk taalgebruik is bijvoorbeeld: „En, hoe

hebben wij geslapen?‟ (Schepers, 2007).

Een andere verklaring voor de verschillen in communicatie is mogelijks te vinden in de

culturele afstand (verschillende opvattingen, ander kennisniveau, andere

achtergrond,…) tussen patiënten met een lage SES en artsen. Artsen geven mogelijks

hun voorkeur aan hoog opgeleide patiënten. Ze gaan er mogelijks ook van uit dat laag

opgeleide patiënten niets willen bijleren over hun toestand of de informatie niet zullen

begrijpen (Street, 1991; Brekke, Hjortdahl & Kvien, 2001). Patiënten kunnen inderdaad

de informatie anders gaan interpreteren. Ze begrijpen het medische jargon niet of het

kan verwarring scheppen (Schepers, 2007).

Door deze verschillen komen patiënt en arts mogelijks in een vicieuze cirkel terecht.

Door de minder actieve communicatiestijl van mensen met een lage SES, komen zij

minder betrokken over. De arts voelt zich bijgevolg minder geroepen om een

partnerrelatie met de patiënt op te bouwen en hierdoor voelt de patiënt zich niet

aangesproken om zijn communicatiestijl aan te passen (Willems, et al., 2005).

De communicatie loopt op twee manieren mis. Patiënten met een lage SES hebben een

te passieve communicatiestijl en artsen gaan er van uit dat deze patiënten geen nood

hebben aan informatie (Street, 1991).

2.6.1.2. Arts-patiënt relatie

Iedere patiënt die bij een arts over de vloer komt, is grotendeels onderworpen aan zijn

professionele macht. Macht wordt hier niet gezien als het opleggen van de wil, of het

eenzijdig uitoefenen van invloed, het gaat hier wel over macht op basis van het bezit

van kennis of informatie. In het begin van een consultatie ligt de macht bij de patiënt,

aangezien de arts op dat moment geen kennis heeft over het probleem van de patiënt.

Nadat de patiënt zijn verhaal heeft gedaan, krijgt de arts een overgewicht in macht,

doordat de patiënt vanaf dat moment afhankelijk is van de kennis van de arts. De arts

leidt veelal het gesprek en beslist welke informatie gegeven wordt. Vaak wordt hierbij

geen rekening gehouden met de wensen, verlangens en ideeën van de patiënt. De arts

kan hier extra beïnvloed worden door de sociale klasse van de patiënt, doordat de

patiënt op een bepaalde manier communiceert en naar informatie vraagt. Het is echter

Page 34: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

24

de arts die beslist hoe hij met de gedragingen van zijn patiënten omgaat (Schepers,

2007).

Naast het verschil in macht tussen de arts en de patiënt, wordt de arts-patiënt relatie in

sterke mate bepaald door communicatie. Communicatie is een beïnvloedbare

determinant. Aanpassing van de communicatiestijl van de arts, is eenvoudig te

verkrijgen en kan een betere interactie tot stand brengen. Voor de patiënt speelt

communicatie een grote rol in de gezondheidsuitkomsten en de tevredenheid van de

zorg. Een goede relatie zorgt voor een vlotter zorggebruik. Deze relatie kan verbeteren

wanneer de patiënt het gevoel heeft dat de arts naar hem luistert en hem respecteert.

Ook de betrokkenheid van de patiënt in de beslissingen die genomen dienen te worden,

kan de relatie verbeteren. Maar zoals in het onderdeel rond communicatie besproken

werd, wordt er voor personen met een lage SES vaak geen beroep gedaan op hun

participatie en ontvangen zij meestal minder informatie. Bijgevolg zijn zij vaak minder

tevreden over de arts-patiënt relatie (Schoenthaler et al., 2009).

Naast communicatie blijkt het eerste bezoek en de tijd die de patiënt met de arts kan

doorbrengen belangrijk voor het ontwikkelen van een arts-patiënt relatie die leidt tot

tevredenheid. Een studie van Lin et al. (2001) wijst verder op het belang van de

communicatieve vaardigheden van de arts. Artsen met een goede communicatiestijl zijn

volgens de patiënt beter in staat om met emoties om te gaan (Lin et al., 2001). Ten slotte

wijzen verschillende studies op het belang van een vaste arts zodat een relatie

ontwikkeld kan worden tussen de arts en de patiënt (Lin et al., 2001; Wensing et al.,

2002; O‟Malley & Forrest, 2002).

2.6.1.3. Etnische afkomst

Er zijn heel wat onderzoeken naar de relatie tussen etnische afkomst en de tevredenheid

van deze patiënten over de zorgverlening. Dergelijke onderzoeken komen echter amper

voor binnen de Belgische context, terwijl ongeveer één tiende van de Belgische

bevolking bestaat uit allochtonen. In 2007 bedroeg de totale Belgische bevolking

9 673 896 inwoners, waarvan 951 805 van allochtone afkomst zijn (Center for

operational research in public health, 2010).

Onderzoek van Cambell, Ramsay en Green (2001) komt tot de bevinding dat niet-

blanke patiënten de zorgverlening minder gunstig beoordelen dan blanke patiënten. De

Page 35: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

25

items die zij vooral als ongunstig beoordelen gaan over de toegang tot de

zorgvoorzieningen, de prestaties van het baliepersoneel en het vertrouwen tussen de arts

en de patiënt. Mogelijke verklaringen voor deze lage beoordeling kunnen te wijten zijn

aan taalbarrières of problemen met de administratie. Ook de culturele verschillen (er

wordt vanuit gegaan dat de meerderheid van het baliepersoneel blank is) kunnen

aanleiding geven tot een verminderde beoordeling (Cambell et al., 2001).

Ook onderzoek van Ngui en Flores (2006) wijst op een lagere tevredenheid van de

gezondheidszorg bij etnische minderheden. Dit onderzoek focust zich, naast de

verminderde tevredenheid ook op een verminderde toegang tot noodzakelijke zorg voor

kinderen die speciale zorgen nodig hebben. Het onderzoek toont aan dat de meeste

kinderen die speciale zorgen nodig hebben, uit gezinnen komen, bestaande uit leden van

een etnische minderheid die vaak te kampen hebben met armoede. De problemen die

deze ouders aankaarten, hebben vooral te maken met het gevoel dat de familie niet

centraal genoeg staat. Ze vinden dat er niet naar hen geluisterd wordt, dat ze

onvoldoende informatie krijgen en dat de arts niet genoeg tijd met hen doorbrengt.

Verder vinden ze de voorzieningen niet eenvoudig te gebruiken, vooral als de personen

in kwestie niet over de correcte verzekering beschikken en geen vaste arts hebben.

Opnieuw speelt de taalbarrière een belangrijke rol in het bepalen van de tevredenheid

van zorg (Ngui & Flores, 2006).

Voorgaande problemen komen ook terug in een onderzoek van Mead en Roland (2009).

Vooral patiënten van Aziatische afkomst geven de meest negatieve beoordeling.

Mogelijks omdat zij meer moeite hebben, in vergelijking met andere ethnische groepen,

om een arts die hen van informatie voorziet, te begrijpen (Shive, Ma, Tan, Toubbeh,

Parameswaran & Halowich, 2006). Naast de taalbarrière lijken de algemene

communicatieve vaardigheden van de arts en het baliepersoneel een belangrijke rol te

spelen in de beoordeling van de zorg voor alle onderzochte etnische groepen. Geholpen

worden in de eigen taal kan de tevredenheid verhogen (Mead & Roland, 2009).

Ook Street, Gordon en Haidet (2007) kwamen tot de bevinding dat er communicatieve

moeilijkheden bestaan. Dit onderzoek bestudeert vooral zwarte patiënten. Door hun

zwarte huidskleur zouden zij minder kwaliteitsvolle zorg ontvangen (Street et al., 2007).

Etnische minderheden geven aan dat zij langer op een afspraak, een consultatie of een

operatie moeten wachten dan blanken. Deze lange wachttijden worden hier als een

Page 36: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

26

belangrijk element voor de verminderde beoordeling gevonden. Veel van de verschillen

in beoordeling tussen blanken en niet-blanken zouden volgens onderzoek mogelijks te

wijten kunnen zijn aan demografische verschillen (socio-economische status en

werksituatie), culturele verschillen (visie op ziekte, gezondheid en gezondheidszorg,

visie rond hoe een patiënt zich dient te gedragen om de best mogelijke zorg te

ontvangen,…), moeilijkheden om de vragenlijst juist te interpreteren of om contact te

leggen met de zorgvoorzieningen door taalverschillen. Daarnaast zijn er mogelijks

verschillende gezondheidsbehoeften tussen blanken en niet-blanken, ontvangen niet-

blanken mogelijks effectief minder kwaliteitsvolle zorgen of wordt de zorg gewoon

negatiever geëvalueerd. Hiernaast zouden niet-blanken en vooral Aziaten mogelijks ook

andere verwachtingen hebben rond de zorgvoorzieningen (Mead & Roland, 2009; Street

et al., 2007).

2.6.1.4. De huisartspraktijk

Een aantal organisatorische aspecten van de huisartspraktijk en een aantal kenmerken

van de huisarts zelf spelen een rol in het ervaren van tevredenheid.

Patiënten uit achtergestelde buurten schatten hun huisartspraktijk als kwaliteitsvol in op

basis van hun perceptie van de competentie en het empathisch vermogen van de arts.

Een arts wordt vaak als competent beschouwd na een eerdere succesvolle

gezondheidsuitkomst voor de patiënt of voor een familielid van de patiënt. De

inschatting van het empathisch vermogen van de arts hangt samen met de tevredenheid

van de patiënt. Als de patiënt het gevoel heeft dat er naar hem geluisterd wordt, hij kan

praten met de arts, hij als individu behandeld wordt, het gevoel heeft dat de arts het

grootste deel van zijn situatie begrijpt en wanneer de arts in staat is een klare en

duidelijke uitleg te geven, dan zal de patiënt het gevoel hebben dat de arts om zijn

patiënten geeft en hen begrijpt. De tevredenheid over de huisarts voor mensen uit

achtergestelde buurten hangt dus af van de holistische visie van de arts en van een

realistische kijk op de leefomstandigheden in achtergestelde buurten (Mercer, Cawston

& Bikker, 2007).

Naast specifieke kenmerken van de huisarts, hangt de tevredenheid van de patiënt ook

samen met de organisatie van de praktijk. Patiënten blijken vooral tevreden als ze naar

eenzelfde arts kunnen gaan, mogelijks omdat ze op die manier een persoonlijke arts-

Page 37: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

27

patiënt relatie ontwikkelen. Daarnaast vinden ze het belangrijk dat de arts frequent

beschikbaar is op weekdagen en in een kleine praktijk werkt met weinig andere artsen

of zorgverleners (Wensing et al., 2002). Een goed time management van de arts speelt

ook een rol bij de tevredenheid van patiënten. Patiënten verwachten ongeveer twintig

minuten met de arts te kunnen doorbrengen. Patiënten die zich ernstige zorgen maken

rond hun gezondheid verwachten nog meer tijd met hun arts te kunnen doorbrengen,

wat als normaal beschouwd kan worden, aangezien zij waarschijnlijk meer punten rond

hun gezondheid met de arts te bespreken zullen hebben (Lin et al., 2001).

Verder verwachten patiënten steeds vaker dat artsen vierentwintig uur per dag

beschikbaar zijn. Dit houdt in dat artsen zich meer en meer in groepspraktijken dienen

te verenigen en moeten werken rond organisatorische continuïteit in plaats van de

persoonlijke continuïteit die de patiënt verwacht. In België wordt er vooral in solo

praktijken gewerkt (69% van de praktijken) (Wensing et al., 2002).

Ten slotte speelt, zoals eerder vermeld, de manier van communiceren door de arts en het

baliepersoneel mee. Dit is vooral bij etnische minderheden het geval. De tevredenheid

verlaagt door het veelvuldig gebruik van jargon of communicatie in een andere taal dan

de moedertaal (Cambell et al., 2001).

2.6.1.5. Stigmatisering

Stigma kan omschreven worden als het schaden van de sociale en persoonlijke identiteit

op basis van een ziekte of handicap. Tegenwoordig wordt deze term ook vaak gebruik

wanneer mensen als minderwaardig bestempeld worden op basis van hun culturele

afkomst (Schepers, 2007).

Mensen worden vaak gestigmatiseerd omdat zij niet voldoen aan bepaalde normatieve

verwachtingen over hoe een persoon zou moeten zijn. Het slachtoffer wordt getroffen

door stereotypering en vooroordelen. De actuele toestand wordt een kenmerk van de

persoon. Bijvoorbeeld wanneer een persoon met een lage SES, die in een achtergestelde

buurt woont, werkloos is en blijft, dan wordt als oorzaak hiervan gegeven dat deze

persoon lui is. Maakt de langdurig werkloze echter deel uit van de middenklasse dan zal

zijn toestand meer te wijten zijn aan het economische klimaat dan aan een persoonlijke

karaktereigenschap (Schepers, 2007).

Page 38: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

28

Ook artsen kunnen, vaak onbewust, stigmatiseren. Dit uit zich bijvoorbeeld in een

andere behandeling van mensen met een lage SES in vergelijking met mensen met een

hoge SES. Zo wees onderzoek van Scott et al. (1996) aan dat mensen met een hoge SES

vaker worden doorverwezen naar een specialist om verdere testen te ondergaan, maar

minder vaak een voorschrift ontvangen op het einde van de consultatie. Mensen uit een

lage sociale klasse ontvangen kortere consultaties en minder informatie. Er vormt zich

zo een ongelijke verdeling in het gebruik van medische middelen op basis van de

sociale status. Mogelijke oorzaken van deze ongelijke verdeling zijn de sociale

verschillen tussen arts en patiënt die de communicatie beïnvloeden. Verder wordt er

vanuit gegaan dat mensen uit een lagere klasse minder kennis hebben over gezondheid

en een ander gezondheidsgedrag stellen. Ten slotte zou ook de professionele macht van

de arts een belangrijke invloed uitoefenen op het verloop van de consultatie. Deze

macht wordt mogelijks uitgeoefend op basis van klassenstereotypering (Scott et al.,

1996).

Zoals eerder aangetoond, stigmatiseren artsen ook op basis van de hoeveelheid

informatie die zij geven. Zo ontvangen mensen met een lage SES minder informatie,

omdat artsen er vaak vanuit gaan dat zij de informatie toch niet begrijpen of dat zij toch

niets willen bijleren over hun situatie (Street, 1991; Brekke et al., 2001).

2.6.1.6. Verwachtingen

Mensen hebben, voor hun bezoek aan een arts, heel wat verwachtingen. Dit kan

bijvoorbeeld gaan over de duurtijd van het bezoek, hoe een arts zich dient te gedragen,

welke testen de patiënt wil ondergaan, e.d.. Deze verwachtingen zijn echter niet altijd

realistisch en kunnen heel uiteenlopend zijn. Dit maakt het voor de arts niet eenvoudiger

om hier op in te spelen. Of een arts kan tegemoetkomen aan de verwachtingen van de

patiënt hangt in zekere mate samen met de uiteindelijke tevredenheid van de patiënt

(Peck et al., 2004).

Heel wat patiënten verwachten de laatste nieuwe medicatie en behandeling te

ontvangen. Vaak doordat deze heel wat media-aandacht ontvangen. Veelal gebeurt het

dat deze middelen echter niet noodzakelijk of niet haalbaar zijn. Hierdoor ontstaat een

spanning tussen arts en patiënt. Aan de ene kant verwacht de patiënt een persoonlijke

zorgverlening, waar hij mee betrokken wordt in het beslissingsproces en aan de andere

Page 39: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

29

kant dient een arts zuinig om te springen met de voorhanden middelen (Keitz,

Stechuchak, Grambow, Koropchak, Tulsky, 2007; Peck et al., 2004).

Het verwachtingspatroon kan echter ook samenhangen met etnische afkomst, SES of

gezondheidsstatus. Zo vermoeden Mead en Roland (2009) dat Aziaten hogere

verwachtingen hebben rond de toegang tot de gezondheidszorg dan andere etnische

groepen (Mead & Roland, 2009).

Verder vonden Lin et al. (2001) een correlatie tussen de gezondheidstoestand en

verwachting van de tijdsduur van de consultatie. Patiënten die zichzelf als niet gezond

inschatten of die zich zorgen maken rond hun gezondheid, verwachten langere bezoeken

bij hun arts (Lin et al., 2001).

Door op voorhand de verwachtingen van patiënten te bevragen, samen een agenda op te

stellen en door patiënten op geregelde tijdstippen te ontvangen, kan de arts meer

tegemoet komen aan de verwachtingen van de patiënt (Fiscella, Goodwin & Strange,

2002).

2.6.2 Verhoging tevredenheid

Heel wat elementen kunnen meespelen in het verhogen van de tevredenheid van een

patiënt. Er zijn een aantal elementen waar een arts weinig invloed op kan uitoefenen. Zo

staan oudere patiënten bijvoorbeeld positiever tegenover de zorg dan jongere,

waarschijnlijk omdat oudere patiënten meer gebruik maken van de zorg (Cambell et al.,

2001). Ook mensen die recent contact hadden met een arts zijn meer tevreden over de

zorg. Mensen die in minder goede gezondheid verkeren zijn meestal minder tevreden

over de gezondheidszorg, waarschijnlijk omdat hun verwachtingen van de zorg hoger

liggen (Tafforeau et al., 2008). Op heel wat andere zaken daarentegen kan de arts, al

dan niet ondersteund door een beleid, wel een invloed uitoefenen.

Hieronder wordt besproken wat een arts mogelijks kan ondernemen om de tevredenheid

te verhogen.

Page 40: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

30

2.6.2.1. Communicatie

Communicatie speelt een belangrijke rol bij het bepalen van de tevredenheid en het kan

een grote impact hebben op de gezondheidsuitkomsten. Voor kleine kwalen is het vaak

niet nodig om medisch in te grijpen. Een positieve communicatie en een optimistische

ingesteldheid van de arts kan hier al veel verandering teweeg brengen (Fassaert, Van

Dulmen, Schellevis, Van Der Jagt & Bensing, 2008).

Naast een positieve communicatie bij kleinere kwalen, is het belangrijk dat een arts zich

bewust is van contextuele communicatieve verschillen. Als de patiënt bijvoorbeeld een

persoon is met een lage SES, dient de arts zich bewust te zijn van een mogelijks minder

actieve communicatiestijl. De arts kan de patiënt dan empoweren om zijn wensen en

behoeften uit te drukken (Willems et al., 2005). Artsen die zich focussen op het geven

van voldoende heldere informatie (met niet teveel medisch jargon), participatie

aanmoedigen, de patiënt centraal stellen en steun en respect verlenen, hebben over het

algemeen meer tevreden patiënten die zich ook beter houden aan de behandeling en

uiteindelijk betere gezondheidsuitkomsten ervaren (Street et al., 2007). Naast het

aanpassen van de communicatiestijl, is het echter ook belangrijk om na te gaan of

patiënten de gegeven informatie begrepen hebben en of er nog achterliggende

emotionele problemen zijn die besproken dienen te worden (Main, Buchbinder,

Porcheret & Foster, 2010).

Onderzoek toont aan dat het aanleren van een patiëntgeoriënteerde houding verdwijnt

naar het einde van de medische opleiding. Het wordt dan ook aanbevolen om

communicatieve vaardigheden uitgebreid aan bod te laten komen tijdens en na de

opleiding (Street et al., 2007).

Naast algemene communicatie is ook non-verbale communicatie een belangrijk element

om aandacht aan te besteden tijdens een consultatie. Patiënten worden vaak

aangemoedigd om met de arts te communiceren indien de arts regelmatig oogcontact

maakt en een luisterende en aandachtige houding aanneemt (Main et al., 2010).

2.6.2.2. Arts-patiënt relatie

Er wordt heel wat belang gehecht aan het opbouwen van een relatie tussen arts en

patiënt. Een aantal elementen worden hierbij als essentieel beschouwd. Zo dient er

ruimte voor discussie te zijn, de arts verzamelt informatie voor en over de patiënt en

Page 41: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

31

deelt ook de nodige informatie met de patiënt. De arts moet zich kunnen inleven in het

perspectief van de patiënt. Arts en patiënt dienen samen tot een oplossing of een

behandeling te komen. Op het einde van de consultatie wordt samen de behandeling

afgesloten. Hier kunnen beide partijen polsen of de informatie goed begrepen is en kan

mogelijke verdere behandeling en opvolging verduidelijkt worden. Door tijdsgebrek

(administratie, aanvullen van dossiers,…) ontbreken echter vaak heel wat van deze

elementen. Met een goed time management kunnen deze relatievormende elementen in

de consultatie ingebouwd worden. Bij het begin van de consultatie samen een agenda

over het verloop van de consultatie opstellen, sociale en emotionele problemen

erkennen en korte informele gesprekjes met de patiënt, kunnen helpen om op een

efficiënte manier een relatie met de patiënt op te bouwen (Mauksch, Dugdale, Dodson,

Epstein, 2008).

Meer specifiek lijkt empathie een belangrijk middel om communicatie tot stand te

brengen en de arts-patiënt relatie te verbeteren. Empathie gaat om meer dan het zich

kunnen inleven in de situatie van de patiënt. De arts dient dit ook in praktijk uit te

voeren. Zo kan het in de praktijk geïmplementeerd worden door de patiënt in eerste

instantie te aanvaarden als deskundige over zijn ziekte of beperking. Dit moedigt de

patiënt aan om actief deel te nemen aan zijn behandeling en het helpt de arts om de

patiënt en zijn sociaal-culturele context te kennen. Het actief betrekken van de patiënt

kan behouden worden wanneer de arts tijdens de consultatie regelmatig nagaat of beiden

zich nog steeds op dezelfde golflengte bevinden. Hiernaast is het ook belangrijk om de

sociale context van de patiënt te betrekken, naast het aspect van ziekte (Garden, 2008).

Wanneer empathie op een geslaagde manier in de behandeling geïmplementeerd kan

worden, heeft dit niet enkel een positief effect op de tevredenheid van de patiënt, maar

kan dit ook een gevoel van tevredenheid bij de arts teweeg brengen (Garden, 2008).

Het empatisch inleven in de patiënt kan aangeleerd en ingeoefend worden. Er bestaan

verschillende ideeën over methodieken van het aanleren van empathie, maar veelal gaat

het om reflectieve methoden (Garden, 2008).

Een goede communicatie, time management en het empatisch vermogen van de arts

kunnen bijdragen bij het ontwikkelen van een arts-patiënt relatie. Er zijn echter een

aantal barrières tot het uitbouwen van een relatie. Zo wordt vaak heel wat druk op artsen

gelegd (veel administratie, slaapgebrek, stresserende werkomstandigheden,…), verder

Page 42: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

32

zijn de consultaties soms te kort om een relatie op te bouwen, ten slotte heerst er binnen

de geneeskunde vaak een cultuur die de eigen identiteit en gevoelens van de arts

onderdrukt, wat onder andere een invloed heeft op het empatisch vermogen van de arts

(Garden, 2008; Mauksch et al., 2008).

2.6.2.3. Etnische afkomst

Heel wat studies onderzochten de beoordeling die etnische minderheden geven aan de

gezondheidszorg. Daaruit blijkt dat deze minderheden de zorg minder positief ervaren

dan blanken. De meest aangehaalde reden hiertoe is de manier van communiceren

(Mead & Roland, 2009). Weinig onderzoek werd echter gevoerd naar het verhogen van

de tevredenheid bij etnische minderheden. Hieronder wordt kort besproken wat hier wel

rond onderzocht is.

Onderzoek van Karliner, Jacobs, Chen en Mutha (2007) wijst op de positieve effecten

van het gebruik van een professionele tolk om de taalbarrière te overwinnen. Gebruik

maken van een tolk kan misverstanden voorkomen, verhoogt de gezondheidsuitkomsten

en de algemene tevredenheid (Karliner et al., 2007).

Ook zelfreflectie kan de arts helpen om zijn waarden, normen en ideeën in kaart te

brengen en deze te plaatsen tegenover de verschillen van patiënten met een andere

ethische of culturele achtergrond (Beagan & Kumas-tan, 2009).

Zelfreflectie wordt verder uitgebreider besproken in het item rond stigmatisering.

2.6.2.4. De huisartspraktijk

Patiënten stellen vaak heel hoge verwachtingen aan hun huisarts en de praktijk. Een

huisarts dient haast vierentwintig uur op vierentwintig ter beschikking te staan van de

patiënt. Daarenboven geven patiënten de voorkeur aan kleine praktijken (Wensing et al.,

2002). Vanuit beleidsmatig vlak komt echter een tegenovergestelde ontwikkeling, wat

vooral sterk te merken is in het Verenigd Koninkrijk. Zo wordt er meer en meer in

groepspraktijken gewerkt. Het is niet langer belangrijk wie de patiënt behandeld, maar

wel waar en wanneer. Een verminderde persoonlijke continuïteit van zorg kan echter

een effect hebben op het vertrouwen die de patiënt stelt in de arts. Patiënten die

verschillende positieve interacties met de arts ervaren, gaan vlotter meewerken in de

behandeling, aangezien zij er in geloven dat hun arts het beste voor hen wil. Hiernaast

Page 43: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

33

staan ze toleranter tegenover kleine foutjes. Wanneer een patiënt deze continuïteit niet

kan opbouwen is de relatie veel kwetsbaarder. Continuïteit is tot op zekere hoogte

belangrijk, maar hiernaast is ook de kwaliteit van de interactie even waardevol (Tarrant,

Dixon-Woods, Colman & Stokes, 2010).

Om tegemoet te komen aan de beleidsmatige ontwikkelingen en aan de verlangens van

de patiënt, dient de patiënt zoveel mogelijk in contact te kunnen komen met de arts die

zij prefereren, ook al zijn ze in staat om te werken met een arts die ze voor een eerste

maal ontmoeten. Hiernaast hangt het opbouwen van vertrouwen sterk samen met het

gevoel van de patiënt dat de arts alles doet om hem te helpen (Tarrant et al., 2010).

Naast de grootte van de praktijk en wie de patiënt behandeld, is het belangrijk om een

praktijk niet louter te zien als een plaats waar ziekte behandeld wordt, maar om de

praktijk ook binnen zijn omgeving te zien. Er dienen zowel goede relaties binnen de

praktijk ontwikkeld te worden als naar buiten toe met de gemeenschap en de patiënten.

Zo kan de praktijk tijdig aangepast worden aan de veranderende omgeving en wordt

richting gegeven aan de werking van de organisatie. Conversatie is hierbij een

belangrijk werkmiddel. Hiermee wordt nagegaan wat de noden zijn in de omgeving en

wordt geleerd van de omgeving (Miller, Crabtree, Nutting, Stange, Jaén, 2010).

2.6.2.5. Stigmatisering

Vele artsen werken met patiënten die in sociale en culturele achtergrond van hen

verschillen. Ook al krijgen patiënten een gelijke toegang tot de zorgvoorziening, toch

kunnen ze nog ongelijk behandeld worden op basis van de arts-patiënt interactie. Zo

kunnen artsen onbewust te maken hebben met bepaalde vooroordelen en waarden die

sterk meespelen in de behandeling. Huidige bijscholingen die hieraan tegemoet

proberen te komen, zoals culturele competentietraining, werken vaak stereotypering

meer in de hand. De andere groep wordt vaak als “anders” gezien, terwijl de eigen

groep als “normaal” wordt beschouwd. Dit terwijl de medische context zelf een cultuur

op zich inhoudt. Verder kiezen veel artsen er voor om iedereen op eenzelfde objectieve

manier te behandelen, maar zo wordt diversiteit juist genegeerd (Beagan & Kumas-tan,

2009).

Een kritische zelfreflectie kan helpen om met mensen van verschillende achtergronden

te werken. Zowel arts als patiënt zijn individuen die constant beïnvloed worden door de

Page 44: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

34

sociaal-culturele context. Zelfreflectie kan de arts helpen om zijn eigen standpunt te

overdenken en hoe hij de art-patiënt relatie ziet (Beagan & Kumas-tan, 2009).

2.6.2.6. Verwachtingen

Patiënten hebben voor hun bezoek aan een arts heel wat verwachtingen rond de

behandeling. Voor de arts is het daarom belangrijk om aan het begin van een consultatie

na te gaan wat de patiënt verwacht en wat zijn overtuigingen zijn rond zijn ziekte en

behandeling. Zo kan een patiënt op zoek zijn naar een behandeling van zijn symptomen

of is hij op zoek naar geruststelling of heeft hij enkel een uitlaatklep nodig voor stress

en woede. Vaak dient een arts ook meer tegemoet te komen aan de meer emotionele

aspecten in het leven van de patiënt (Main et al., 2010).

Zo vinden patiënten het belangrijk dat ze beslissingen rond hun behandeling kunnen

meebepalen (Brekke et al., 2001). Een belangrijk onderdeel hierbij is dat artsen de

verwachtingen van hun patiënten kennen (Peck et al., 2004). Op basis van de bevraagde

verwachtingen, kunnen arts en patiënt samen een behandelingsagenda opstellen en

elkaar op geregelde tijdstippen zien (Fiscella et al., 2002)

Ook al hebben patiënten bepaalde verwachtingen, hieraan tegemoetkomen is niet altijd

noodzakelijk om de tevredenheid te verhogen. Patiënten ervaren vaak een verhoogde

tevredenheid op basis van de niet-medische ondersteuning, zoals educatie of

stresscounseling (Peck et al., 2004).

2.7. Zorgsystemen

2.7.1 Zorgsystemen in de wereld

Er zijn drie soorten zorgsystemen die tot uiting komen in de manier waarop de

welvaartstaat georganiseerd is. Een welvaartstaat is een samenlevingsvorm die een

aantal grondrechten aan zijn burgers wil verlenen om zo materiële welvaart te creëren

en gelijke kansen te bieden (Van den Bosch, 2006).

Een welvaartstaat kan liberaal georganiseerd zijn. Hier heeft de staat de rol van

nachtwaker en komt zij normaal gezien niet tussen in inkomenshandhaving. Slechts

wanneer alle bronnen aangeboord zijn om een inkomen te verwerven (privéverzekering,

terugvallen op familie,…), komt de staat tussen na een bestaansmiddelenonderzoek. Als

Page 45: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

35

er uitkeringen gegeven worden, dan ontvangt iedereen hetzelfde bedrag. Dergelijke

vorm van welvaartstaat komt voor in de Verenigde Staten, Engeland, Australië en

Nieuw-Zeeland (Van den Bosch, 2006).

De welvaartstaat kan ook sociaal democratisch georganiseerd worden. Hier is

inkomenshandhaving expliciet de taak van de overheid. De basisprincipes van deze staat

zijn gelijkheid en solidariteit. Ook hier ontvangt iedereen dezelfde uitkering, maar op

hoger niveau en onvoorwaardelijk, met als doel om zoveel mogelijk sociale

ongelijkheid te voorkomen. Deze vorm is veelal terug te vinden in de Scandinavische

landen (Van den Bosch, 2006).

Een derde vorm ten slotte is de conservatieve welvaartstaat. Inkomenshandhaving is

hier niet louter een taak van de overheid, maar wordt gedeeld met sociale partners en

sociaal verzekerden (gebaseerd op principes van solidariteit en verzekering, zowel

werkgever als werknemer helpen mee financieren). De bedoeling is om sociale

ongelijkheid en ongelijkheid van status te voorkomen. Uitkeringen worden gegeven op

basis van de laatst gekende wedde om zo de levensstandaard te kunnen behouden. Dit is

een vorm van welvaartstaat die in het Belgische systeem herkend kan worden. Hiernaast

komt het ook terug in Duitsland, Oostenrijk en Griekenland (Van den Bosch, 2006).

2.7.2 Zorgsystemen in België

Het Belgische sociale zekerheidssysteem is uniek en is gebaseerd op het principe van

solidariteit. Dit principe werkt enerzijds horizontaal, tussen gezonde en zieke mensen en

anderzijds verticaal, tussen arbeidsinkomens. Kosten voor medische hulpverlening

worden gekenmerkt door de betaling per prestatie. Twee betalingsmechanismen kunnen

hierbij worden onderscheiden. Vooral voor ambulante zorg geldt een rechtstreekse

betaling van de medische kosten door de patiënt aan de zorgverlener. Achteraf wordt

een deel van deze kosten terugbetaald door de mutualiteit. Voor geneesmiddelen en

ziekenhuisopnames wordt daarentegen de derde betalerregeling vooropgesteld. Hierbij

betaalt de patiënt enkel het remgeld. De rest van de kosten worden rechtstreeks door het

ziekenfonds aan de zorgverlener betaald. Voor kwetsbare groepen in de samenleving

wordt in sommige gevallen voor ambulante zorg ook de derde betalerregeling gebruikt

(Gerkens et al., 2010). Tot voor kort werden patiënten hiertoe overgeleverd aan de

good-will van artsen (Conclusie forum, 2002). In december 2010 kwamen artsen echter

Page 46: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

36

tot een akkoord om dit sowieso toe te passen voor mensen met een laag inkomen. Zo

wordt derde betalerregeling bij deze categorie van mensen gegarandeerd (Justaert,

2010).

2.7.3 Sociale maatregelen

Om de toegankelijkheid van de gezondheidszorg te verhogen werden een aantal

maatregelen genomen. Enerzijds werd de verplichte ziekteverzekering stevig onder

handen genomen om meer mensen te kunnen bereiken (Conclusie forum, 2002). In

2008 kon bijna de volledige bevolking (>99%) beroep doen op het pakket aan

terugbetaalde zorgen (Gerkens et al., 2010). Echter moet er rekening mee gehouden

worden dat niet iedereen kan voldoen aan de voorwaarden om toe te treden tot een

mutualiteit, zoals bijvoorbeeld het niet kunnen betalen van inschrijvingsgeld.

Anderzijds worden rechthebbenden op een verhoogde verzekeringstegemoetkoming

(RVV) en hun personen ten laste extra gesteund bij de terugbetaling van medische

kosten (Conclusie forum, 2002).

Naast het aanpassen van de ziekteverzekering en extra steun voor rechthebbenden op

een verhoogde verzekeringstegemoetkoming, werd ook het systeem van de

maximumfactuur (MAF) ingevoerd. Het federaal kenniscentrum voor de

gezondheidszorg (KCE) onderzocht samen met een aantal universiteiten het effect van

de MAF op de medische consumptie en het ontwijken van de financiële barrière, waar

personen in een financieel kwetsbare positie mee te maken krijgen. Het onderzoek wees

uit dat dankzij de MAF een groot aantal gezinnen uit de armoede worden gehouden.

Toch blijkt dat 1 op 10 gezinnen meer dan 5% van het inkomen moeten besteden aan

remgelden en supplementen gedurende minstens 2 jaar. Dit wijst er op dat het

beschermende doel van de MAF nog beperkingen kent (Schokkaert et al., 2008). Vele

kosten, zoals supplementen, worden niet meegerekend in de MAF, het geld moet door

de patiënt nog steeds worden voorgeschoten en voor personen met bijvoorbeeld een

chronische ziekte zorgt deze maatregel niet voor een verbetering (Conclusie forum,

2002).

Vervolgens bestaan er nog andere sociale beschermingsmaatregelen, zoals het OMNIO-

statuut (Schokkaert et al., 2008). Het statuut breidt het recht op een verhoogde

tegemoetkoming uit naar de verzekerden uit gezinnen met een laag inkomen. Het

Page 47: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

37

OMNIO-statuut wordt toegekend aan gezinnen waarvan het jaarlijks bruto belastbaar

inkomen van alle gezinsleden samen van het jaar vóór de aanvraag, lager is dan een

bepaald maximumbedrag. Het maximumbedrag wordt bijgevolg vermeerderd met een

bedrag per gezinslid, anders dan de aanvrager (Jetzen, 2008). Naast het OMNIO-statuut

maakt de sociale identiteitskaart (SIS) de administratieve formaliteiten eenvoudiger,

alsook de terugbetaling van medische kosten.

Ten slotte leidt het toepassen van het globaal medisch dossier tot het verminderen van

remgelden voor de patiënt en zet mensen aan om steeds dezelfde huisarts op te zoeken.

Dit komt de continuïteit ten goede (Conclusie forum, 2002).

Bijkomend aan de maatregelen om de toegang tot de gezondheidszorg te verhogen, zijn

ook binnen de wirwar van welzijnsvoorzieningen maatregelen getroffen. Het grootste

probleem binnen de brede waaier aan voorzieningen, is het gebrek aan overzicht.

Mensen weten hierdoor niet met welk probleem zij waar terecht kunnen. De Vlaamse

regering keurde daarom in 2001 het project Lokaal Sociaal Beleid goed, wat de

integratie van welzijn, gezondheid en gelijke kansen moet bevorderen. Het Lokaal

Sociaal Beleid moet een maximale toegankelijkheid van de dienstverlening voor elke

burger uit zwakkere sociale groepen garanderen. Het Sociaal huis is een plek waar

mensen terecht kunnen voor dienstverlening in hun gemeente of buurt van zowel de

gemeente zelf als van het OCMW. Het Sociaal huis kan de persoon eventueel

doorverwijzen naar de juiste dienst. De bedoeling is om een plaats te creëren waar

mensen terecht kunnen met alle vragen i.v.m. welzijnsvoorzieningen in hun buurt

(Bosmans et al., 2007). Over het effect van dit initiatief is helaas niets in de literatuur

terug te vinden. Het is bijgevolg niet duidelijk of het project in zijn opzet slaagt en

werkelijk de toegankelijkheid verhoogt.

2.7.4 Zorgsysteem binnen het onderzoeksterrein

Hypothetisch kan er vanuit gegaan worden dat de tevredenheid van personen in een

financieel kwetsbare positie te maken heeft met de aanwezige diensten en

hulpverleningsmogelijkheden (OCMW, wijkgezondheidscentra,...) in de buurt. In deze

masterproef zullen de provincies Oost- en West-Vlaanderen gebruikt worden als

onderzoeksterrein. In dit opzicht is het interessant om na te gaan welke

hulpverleningsmogelijkheden voorhanden zijn. Ten eerste is er in Gent, Oudenaarde,

Page 48: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

38

Roeselare en Oostende een OCMW ziekenhuis gevestigd. Hierbij kan echter worden

opgemerkt dat er nog weinig verschil bestaat tussen een OCMW ziekenhuis en niet-

OCMW ziekenhuis op vlak van sociale voordelen voor de patiënt. Daarnaast beschikt

de regio Gent, Sint-Niklaas en Aalst over wijkgezondheidscentra, terwijl dit in de rest

van Oost-Vlaanderen en in West-Vlaanderen niet het geval is. De dienst spoedgevallen

die, zoals eerder vermeld, frequent bezocht wordt door personen in een financieel

kwetsbare positie (Bakelandt et al., 2009), is daarentegen in alle belangrijke steden

centraal gevestigd (de sociale kaart, 2011).

Ten tweede zijn er in elke regio in Oost- en West-Vlaanderen welzijnsvoorzieningen

aanwezig. In de meeste gevallen is het OCMW gevestigd in het centrum van steden en

gemeenten (de sociale kaart, 2011). Het OCMW draagt ertoe bij personen en gezinnen

de dienstverlening te verzekeren waartoe de gemeenschap behouden is, zoals

bijvoorbeeld het voorzien van financieële ondersteuning. Het OCMW beheert rust- en

ziekenhuizen en/of lokale dienstencentra. Daarnaast kan een OCMW ook instaan voor

bijvoorbeeld het bedelen van warme maaltijden of het organiseren van poetshulp

(Bosmans et al., 2007). Naast het OCMW is ook het CAW talrijk gevestigd in Oost- en

West-Vlaanderen (de sociale kaart, 2011). Het centrum voor algemeen welzijn (CAW)

organiseert eveneens dienst- en hulpverlenende activiteiten omtrent o.a. psychologische

begeleiding, eerste opvang van personen in een noodsituatie of schuldbemiddeling. Ten

slotte zijn de diensten maatschappelijk werk van het ziekenfonds eerder gericht op

gezondheidsproblemen bij diverse doelgroepen die bijzondere hulp nodig hebben zoals

bijvoorbeeld bejaarden, of personen met een beperking (Bosmans et al., 2007).

Page 49: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

39

3. Probleem- en doelstelling

3.1. Probleemstelling

Na analyse van de literatuur blijkt er op tal van domeinen een discrepantie te bestaan

tussen de prioriteiten en verwachtingen van zorgverleners en de verwachtingen,

objectieve en subjectieve noden van patiënten (Tafforeau et al., 2008).

Meer specifiek blijkt uit de literatuur dat zorgverleners op een andere, vaak

stigmatiserende, manier omgaan met personen in een financieel kwetsbare positie. Dit

uit zich onder andere in het geven van minder informatie en kortere duurtijd van een

consultatie (Scott et al., 1996). In de literatuur komen herhaaldelijk een aantal thema‟s

naar voor rond de andere behandeling van personen in een financieel kwetsbare positie.

Zo verloopt de communicatie vaak passiever tussen een arts en een financieel kwetsbare

patiënt, waardoor zij onder andere minder informatie over hun ziekte en behandeling

ontvangen (street, 1991). Verder zijn financieel kwetsbare personen minder tevreden

over de arts-patiënt relatie. Deze wordt voor een groot deel bepaald door de

communicatie (Schoenthaler et al., 2009). Ook etnische verschillen kunnen meespelen

in de tevredenheid. Mensen van allochtone afkomst zijn vaak minder tevreden over de

zorgverlening dan mensen van autochtone afkomst (Cambell et al., 2001; Ngui &

Flores, 2006; Mead & Roland, 2009).

Ten slotte speelt de locatie en organisatie van de huisartspraktijk een rol. Zo dient een

arts ook rekening te houden met de leefomstandigheden van de patiënt en wordt van de

arts verwacht dat hij zo veel mogelijk beschikbaar is (Mercer et al., 2007; Lin et al.,

2001).

Bovenstaande elementen hebben een invloed op de kwaliteit van de zorgverlening en

kan de tevredenheid van patiënten beïnvloeden. Wanneer mensen minder tevreden zijn

over hun zorgverlening, kan dit ertoe leiden dat zij minder geneigd zijn om

gezondheidsgerelateerde hulp te zoeken, verder verlaagd dit de therapietrouw en kan het

zijn dat zij vaker van arts wisselen (Peck et al., 2004) Aangezien financieel kwetsbare

personen vaker te kampen hebben met objectieve en subjectieve gezondheidsproblemen,

hebben ze bijgevolg alle baat bij een goede ondersteuning op vlak van gezondheid

(Verlinde et al., 2010).

Page 50: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

40

3.2. Doelstelling en onderzoeksvragen

Er is weinig literatuur en onderzoek rond de zorgtevredenheid van personen in een

financieel kwetsbare positie te vinden voor België en het specifieke Belgische

zorgsysteem. Ook meer specifieke literatuur rond wat zorgtevredenheid bepaald voor

financieel kwetsbare personen in België, is amper te vinden. Daarom wordt in deze

studie, door middel van een kwalitatieve onderzoeksmethode, nagegaan in welke mate

personen in een financieel kwetsbare positie tevreden zijn over zorgverlening en wat

deze tevredenheid bepaald. Het doel van deze studie is het begrijpen van de

verwachtingen en ervaringen omtrent zorgverlening waarbij vooral gefocust wordt op

de tevredenheid over de hulpverlener en op de eventuele barrières om hulp te zoeken.

De onderzoeksvragen luiden: „Wat verwachten personen in een financieel kwetsbare

positie van de huidige zorgverlening?‟ „Hoe ervaren personen in een financieel

kwetsbare positie de zorgverlening?‟ „Op welke manier kunnen hulpverleners de

zorgtevredenheid verhogen?‟ De resultaten van dit onderzoek kunnen aan aantal

implicaties teweeg brengen voor hulpverleners en voornamelijk artsen in opleiding, die

vaak in contact komen met personen in een financieel kwetsbare positie. Dit zodat

rekening gehouden kan worden met de opvattingen, ideeën en ervaringen van deze

doelgroep, gericht op een betere patiënt-hulpverlener relatie.

Page 51: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

41

4. Methode

4.1. Focusgroepgesprekken als onderzoeksmethode

Om de zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare positie in kaart te

brengen, worden focusgroepgesprekken gehanteerd. Deze onderzoeksmethode houdt in

dat een aantal personen, meestal met gelijkaardige ervaringen of karakteristieken,

worden geïnterviewd door een onderzoeker om inzicht te verwerven in de gedachten en

perceptie van de participanten omtrent een specifiek onderwerp. Focusgroepgesprekken

onderscheiden zich van de traditionele interviews omdat een exploratie van ideeën

gebaseerd is op gedeelde perceptie en niet op individuele gedachten (Holloway &

wheeler, 2002). De focusgroepgesprekken binnen deze studie richten zich op de

overeenkomsten, verschillen of tegenstrijdigheden tussen de standpunten van de

participanten. Focusgroep participanten richten zich niet zozeer naar de onderzoeker,

maar veeleer naar elkaar. Door een mix aan standpunten bieden de

focusgroepgesprekken diepgaande, gedetailleerde en genuanceerde inzichten in de topic

rond zorgtevredenheid (Holloway & wheeler, 2002). De resultaten van het onderzoek

kunnen worden aangewend in het blootleggen van mogelijke pathways in verband met

de zorgtevredenheid van personen die zich in een financieel kwetsbare positie bevinden.

4.2. Samenstelling focusgroepen

De selectie van participanten voor de focusgroepen gebeurde via verschillende

welzijnszorgvoorzieningen in Oost- en West-Vlaanderen, initieel in Gent, Oudenaarde,

Ieper en Oostende. Dit in navolging van het KANS onderzoek. Telefonisch of via mail

werden onder andere sociale restaurants, verenigingen waar armen het woord nemen,

opvangcentra voor thuislozen, inloopcentra, wijkgezondheidscentra, OCMW‟s, CAW‟s

en diensten maatschappelijk werk van het ziekenfonds gecontracteerd met de vraag of er

een focusgroepgesprek kan plaatsvinden in de voorziening. In bijlage van de mail of na

telefonisch contact ontvingen de voorzieningen een informatiefolder met bijkomende

informatie omtrent het onderzoek (zie bijlage 2: informatiefolder, blz. 120). Er kwam

een vrij lage respons vanuit de voorzieningen waardoor de oorspronkelijk vastgelegde

regio‟s (Gent, Oostende, Ieper en Oudenaarde) verlaten dienden te worden. De focus

Page 52: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

42

van het onderzoek werd bijgevolg ruimer gericht op Oost- en West-Vlaanderen.

Uiteindelijk namen acht organisaties, verspreid over Oost- en West-Vlaanderen deel aan

de focusgroepgesprekken. De deelnemende organisaties bevonden zich in Diksmuide,

Eeklo, Ieper, Kortijk, Oostende, Sint-Niklaas en Torhout. De participanten werden door

de voorzieningen geselecteerd. Er werd aandacht besteed aan een maximale spreiding

omtrent leeftijd en geslacht. De inclusievoorwaarden voor de studie waren:

- Minimale leeftijd van 18 jaar;

- In contact staan met één van de geselecteerde voorziening (sociale restaurants,

verenigingen waar armen het woord nemen, opvangcentra voor thuislozen,

inloopcentra, wijkgezondheidscentra, OCMW‟s, CAW‟s en diensten

maatschappelijk werk van het ziekenfonds);

- Nederlands voldoende beheersen.

Na 8 focusgroepgesprekken werden door de onderzoekers geen nieuwe items bevonden,

wat suggereert dat op het niveau van 8 gesprekken met in totaal 58 participanten

datasaturatie werd bereikt.

4.3. Ethische afweging

Het onderzoek werd op 29 september 2010 goedgekeurd door het ethisch comité met als

kenmerk 2010/429. Voor deelname aan de focusgroepgesprekken ontvingen de

participanten een informed consent. Elke participant kreeg de tijd het formulier grondig

door te nemen en kreeg de ruimte hierover vragen te stellen aan de aanwezige

onderzoekers. Daarna dienden alle deelnemers voor aanvang van het focusgroepgesprek

de informed consent te ondertekenen. Voor de specifieke inhoud van het informed

consent wordt verwezen naar bijlage 3 (zie bijlage 3: informed consent, blz. 122). Tot

slot dient vermeld te worden dat gedurende de studie en bij publicatie de

vertrouwelijkheid van de participanten gegarandeerd werden. Na transcriptie van de

focusgroepgesprekken werden de opnames van de gesprekken vernietigd. Alle

persoonlijke informatie werd ten allen tijde strikt vertrouwelijk behandeld.

Page 53: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

43

4.4. Topiclijst

De focusgroepgesprekken werden geleid met behulp van een topiclijst. De moderator

van het gesprek volgde de topics, zoals deze op voorhand werden aangegeven, om de

juiste richting en de inhoud van het gesprek te kunnen aanhouden. De topiclijst werd

bepaald aan de hand van gegevens uit de literatuurstudie. Na elk focusgroepgesprek

werd de oorspronkelijke topiclijst aangepast indien de onderzoekers tot nieuwe

inzichten kwamen die zij in een vervolggesprek wilden toetsen.

Aan de hand van de topiclijst werden de drie hoofdvragen aan de deelnemers

voorgelegd. De bijkomende subtopics werden enkel aangehaald indien het onderwerp

onvoldoende werd toegelicht door de deelnemers.

Hoofdvraag 1: „Als je ziek bent, waar ga je dan naar toe?‟

Hoofdvraag 2: „Wat vind je belangrijk wanneer je naar de huisarts gaat?‟

Subtopics: Communicatie:

Informatie

Inspraak, wordt er geluisterd naar de mening van de patiënt

Arts-patiënt relatie:

Omgang met de patiënt

Problemen die niets te maken hebben met ziekte komen ook aan bod

Verwachtingen:

Verwachtingen van het bezoek

Komt de arts tegemoet aan verwachtingen?

Hoofdvraag 3: „Wat houdt je tegen om hulp te zoeken wanneer je ziek bent?‟

Subtopics: Financiële barrières

Barrières door wetgeving en regelgeving

Barrières door organisatie van voorzieningen

Bovenstaande topiclijst leverde een houvast doorheen de focusgroepgesprekken, maar

anderzijds was er ook de vrijheid om van de vragen af te wijken en eventuele

bijkomende vragen te stellen. Op die manier kon rijke data verkregen worden.

Page 54: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

44

4.5. Belang van moderator

De focusgroepgesprekken werden geleid door een moderator. De rol van de moderator

bestond erin een klimaat te creeëren waarin de participant geen gevoel van therapie of

hulpverlening ervaart. Op deze manier werden de deelnemers gestimuleerd om vrijuit

hun ideeën te uiten.

Het gebruik van een moderator vereenvoudigt tevens de interactie tussen de

verschillende participanten. De moderator moet in staat zijn objectieve, open vragen te

stellen zodat de deelnemers onbeïnvloed kunnen antwoorden. Daarnaast is het de taak

van de moderator om het gesprek in goede banen te leiden, zonder het in een bepaalde

richting te duwen. De moderator dient aandacht te schenken aan non-verbale

gedragingen. Enerzijds wordt in de literatuur beschreven dat de onderzoeker niet altijd

de beste persoon is om in de focusgroepgespekken als moderator deel te nemen. De

onderzoeker zou hiervoor onvoldoende vaardigheden hebben. Toch wordt anderzijds

gesuggereerd dat het gebruikelijk is dat de moderator direct betrokken is in het

onderzoek, omdat deze op de hoogte is van het onderwerp, het thema en de specifieke

aandachtspunten (McLafferty, 2004).

4.6. Belang van observator

Naast de begeleiding van de focusgroepgesprekken door een moderator, werd de rol van

observator ingevuld door een tweede onderzoeker. De voornaamste rol van de

observator was het observeren van de focusgroepdiscussies waarbij korte notities

gemaakt werden om nadien het uittypen van de gesprekken en de analyse te

vereenvoudigen. Hiernaast zorgde de observator voor de praktische organisatie van de

focusgroepgesprekken zoals het helpen organiseren van de tafelschikking, verzamelen

van het informed consent of het in de gaten houden van het opnamemateriaal.

4.7. Procedure van focusgroepgesprekken

De focusgroepgesprekken gingen door op het afgesproken tijdstip binnen de

voorziening en duurde gemiddeld 1 uur. Het aantal deelnemers per gesprek varieerde

van 6 tot 10 personen, met uitzondering bestond deze uit 4 personen. Elk

focusgroepgesprek ging van start met een korte presentatie van het onderzoek en een

Page 55: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

45

voorstelling van de aanwezige onderzoekers. Daarna konden de participanten de

informed consent doornemen, eventuele vragen stellen en het formulier ondertekenen.

Vervolgens werd bij aanvang vermeld dat het gesprek zou worden opgenomen en dat

elke participant zijn echte, of een fictieve naam dient te vermelden alvorens iets te

zeggen. Eén voor één werden de richtvragen aan de participanten gesteld. De moderator

zorgde ervoor dat de antwoorden zoveel mogelijk diepgang verkregen. Indien nodig

stelde de moderator subvragen of vroeg deze om verduidelijking. Tussentijds vatte de

moderator de belangrijkste items samen zodat de interpretatie kon worden getoetst met

de perceptie van de participanten. Na afloop van de discussie werden door de

onderzoekers opmerkingen genoteerd die eventueel kunnen helpen bij de analyse of bij

het uittypen van het gesprek.

4.8. Verwerking van onderzoeksgegevens

Het verwerken van de data gebeurde volgens een aantal stappen. Vooreerst werden de

gesprekken getranscribeerd, rekening houdend met de nota‟s die tijdens de gesprekken

werden genomen. Vervolgens kon de data gecodeerd worden en ten slotte geanalyseerd.

Bovenstaande stappen gebeurden gelijktijdig met het verzamelen van nieuwe data. Het

proces van kwalitatief onderzoek omvat het afstemmen van reeds geanalyseerde data op

de wijze van datacollectie. Op die manier kan diepgang worden verkregen, zodat zaken

die nog niet duidelijk zijn verder onderzocht kunnen worden (Holloway & Wheeler,

2002).

4.9. Transcriptie

De meest volledige en rijke data kan verkregen worden door het nauwgezet

transcriberen van alle afgenomen focusgroepgesprekken. Niet enkel de gesprekken,

maar ook de nota‟s die door de observator werden genomen, dienden te worden

getranscribeerd (Holloway & Wheeler, 2002). Om minder kans te hebben belangrijke

details te missen, transcribeerden de onderzoekers die tijdens de focusgroepgesprekken

aanwezig waren zelf het interview. Onafhankelijke onderzoekers zouden, door louter

naar de opnames van het gesprek te luisteren, noodzakelijke nuances kunnen missen.

Page 56: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

46

4.10. Analyse

Na het transcriberen van de gesprekken, volgde het coderen van de data met als doel

inzicht te verwerven in de veelheid aan informatie. Het coderen van de data verwijst

volgens Holloway & Wheeler (2002) naar het proces van categoriseren, naar het

ontwikkelen van thema‟s en het onderverdelen van de data onder belangrijke

constructen. Voor het coderen van de focusgroepgesrekken werd met een „open

codering‟ gewerkt zodat alle onderdelen van de gesprekken die tot hetzelfde thema

behoren, gemakkelijk konden worden teruggevonden. Bij het coderen werd gebruik

gemaakt van het gespecialiseerde softwareprogramma Nvivo 9. De uitgevoerde

focusgroepgesprekken werden verschillende keren herlezen zodat bepaalde thema‟s

konden worden uitgefilterd.

In een eerste fase werd de data uit elk focusgroepgesprek doorgenomen en werden de

relevante thema‟s geïsoleerd en omschreven door de twee onderzoekers die de

gesprekken afnamen. Een derde onderzoeker codeerde eenzelfde gesprek waarbij een

consensus werd gezocht tussen beide bevindingen. Op deze manier werd de

betrouwbaarheid van het onderzoek verhoogd.

In een volgende fase werden tekstfragmenten aan de verschillende thema‟s toegewezen.

Hierdoor ontstonden thematische mappen, waarbij in een volgend stadium via “axiaal

coderen” - het verder evalueren, herlezen, groeperen en rangschikken van de initiële

codes - werd gezocht naar illustrerende citaten. Ten slotte werd uitgezocht welke

thema‟s konden worden samengenomen onder een meer omvattend thema. Bijgevolg

vormden de thema‟s de leidraad voor de resultaten van deze studie. De uiteindelijke

data werden gepresenteerd in de vorm van algemene concepten, geïllustreerd aan de

hand van citaten uit de focusgroepgesprekken.

Page 57: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

47

5. Resultaten

5.1. Samenstelling participanten

Van de 58 participanten namen er 23 mannen (39,7%) en 35 vrouwen (60,3%) deel aan

de gesprekken. Veertig van de participanten komen uit West-Vlaanderen (69%) en 18

uit Oost-Vlaanderen (31%). Zij behoren voornamelijk tot de leeftijdscategorie 36-60

jaar (54,11%). Van een groot deel participanten is de leeftijd niet geweten (25,9%).

Verschillende welzijnsvoorzieningen werden gecontacteerd, uiteindelijk werden 13,8%

van de participanten uit een sociaal restaurant gerekruteerd, 29,3% via een OCMW of

een deelvoorziening van het OCMW, 20,7% vanuit een vereniging waar armen het

woord nemen, 29,3% uit een CAW of een deelvoorziening van het CAW en tot slot

6,9% vanuit samenlevingsopbouw. De samenstelling van iedere focusgroep is

weergegeven in tabel 1.

Tabel 1: Beschrijving deelnemers focusgroepgesprekken

Nr.

geslacht

Woonplaats

Leeftijdscategorie

1

3 mannen

5 vrouwen

Oostende: 8

Onbekend: 0

{36-40}: 1

{41-45}: 1

{46-50}: 1

{56-60}: 1

{61-65}: 1

{66-70}: 1

{71-75}: 1

Onbekend: 1

2 3 mannen

5 vrouwen

Torhout: 5

Lichtervelde: 1

Onbekend: 2

{41-45}: 1

{51-55}: 1

{71-75}: 1

Onbekend: 5

3 2 mannen Eeklo: 4 {26-30}: 1

Page 58: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

48

4 vrouwen Waarschoot: 2

Onbekend: 0

{46-50}: 1

{51-55}: 1

{56-60}: 1

{66-70 }: 1

Onbekend: 1

4 4 mannen

5 vrouwen

Kortrijk: 5

Kerkhove: 1

Kuurne: 1

Bissegem: 1

Onbekend: 1

{31-35}: 1

{36-40}: 1

{41-45}: 1

{46-50}: 1

{51-55}: 1

{56-60}: 1

Onbekend: 3

5 3 mannen

5 vrouwen

Sint-Niklaas: 1

Onbekend: 7

{31-35}: 1

{41-45}: 3

{46-50}: 2

{66-70}: 1

Onbekend: 1

6 2 mannen

2 vrouwen

Eeklo: 2

Sleidinge: 2

{36-40}: 2

{56-60}: 1

{66-70}: 1

Onbekend: 0

7 1 man

5 vrouwen

Ieper: 5

Onbekend: 1

{36-40}: 2

{41-45}: 1

{46-50}: 1

{56-60}:1

Onbekend: 1

8 5 mannen

4 vrouwen

Diksmuide: 8

Beerst: 1

{51-55}: 3

{56-60}: 2

{61-65}: 1

Onbekend: 3

Page 59: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

49

T

ota

al

58 deelnemers

39,7% mannen

60,3% vrouwen

31,0% Oost-Vlaanderen

69,0% West-Vlaanderen

{26-30}: 1,7%

{31-35}: 3,4%

{36-40}: 10,3%

{41-45}: 12,1%

{46-50}: 10,3%

{51-55}: 10,3%

{56-60}: 12,1%

{61-65}: 3,4%

{66-70}: 6,9%

{71-75}: 3,4%

Onbekend: 25,9%

5.2. Voornaamste resultaten

Uit de focusgroepgesprekken kwamen heel wat verwachtingen en ervaringen van

personen in een financieel kwetsbare positie naar voren. Naast verwachtingen en

ervaringen op vlak van de huisarts, kwamen ook heel wat ervaringen en verwachtingen

op vlak van de specialist, de ziekenhuizen en het Belgische sociaal zekerheidssysteem

naar voor. Daarom wordt onderstaande beschrijving van de resultaten opgedeeld in

uitdagingen van de financieel kwetsbare patiënt, de huisarts, de specialist, het

ziekenhuis en spoed en het sociale zekerheidssysteem in België.

5.2.1 Uitdagingen van financieel kwetsbare patiënten

Tabel 2: Overzicht „uitdaging van financieel kwetsbare patiënten‟

Algemene situatie - Voeding

- Huisvesting

- Sociaal contact

Gezondheid - Eerste contact

- Visie gezondheid

- Familie

Gevolgen gezondheidsproblemen - Financieel

- Uitzichtloosheid

Page 60: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

50

Uit de focusgroepgesprekken kwamen een aantal zaken naar voor die niet rechtstreeks

te maken hebben met de gezondheidszorg, maar die wel een invloed kunnen hebben op

de gezondheid van financieel kwetsbare personen. Hieronder wordt een beeld geschetst

van hun algemene situatie, hun ideeën op vlak van hun gezondheid en de gevolgen van

problemen met de gezondheid.

5.2.1.1. Algemene situatie

Een eerste item dat in de gesprekken aan bod kwam, is het ervaren van moeilijkheden

om betaalbare, maar gezonde voeding in huis te halen.

“ik heb lang een kaart gehad van de voedselbank. Maar het probleem van de

voedselbank is dat de voeding zeer eenzijdig is. Dus de voedselbank is niet

gezond dus ik ben sinds dat ik gestopt ben met werken al 10 kilo verdikt omdat ik

gewoon geen gezonde voeding kan kopen. Mijn dochter eet groenten. Zelfs als je

naar de Aldi gaat. Voor mijn kind alles, maar mijn gezonde voeding, geen

gezonde voeding. Maar gelijk dat meneer ook zegt. Dan wordt je ziek en zwak.”

Participanten gaven ook aan dat zij lang moeten zoeken naar een degelijke woning die

binnen het budget past. Dit terwijl woonomstandigheden ook een invloed hebben op

hun gezondheid.

“Ik heb een vriendin en die woont in een krot van een huis. De schimmel komt zo

op de muren vanonder de vensterbank. De vrouw werd echt ziek, ziek, ziek. Ze

woont nu in een sociaal appartement. Het is nu ongeveer een jaar dat ze daar

woont en ja nu is ze beter. En moest ze daar nog een jaar langer gewoond

hebben, ewel we hadden ze moeten begraven. Want dat is ook ne vorm van

gezondheidszorg e, maken dat de huizen bewoonbaar zijn. Waar dat het vochtig

en nat is en kil, daar wordt je ziek.”

Verder kwam het wegvallen van sociaal contact door ziekte tijdens de gesprekken aan

bod. Zij hechten hier veel belang aan en ervaren dit vaak als een groot probleem.

Page 61: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

51

“Je sociaal engagement dat volledig wegvalt euh ge voelt u niet meer nuttig,

voor mij is de maandag, is dat een maandag is dat gene werkdag. De zondag de

mensen zeggen tis morgen were maandag. Voor mij is maandag, maandag,

dinsdag dinsdag. En ge geraakt echt in een isolement en ge komt depressief en

ge zijt in een vicieuze cirkel en ge geraakt er gewoonweg niet meer uit.”

5.2.1.2. Gezondheid

Wanneer participanten zich ziek voelen, contacteren de meesten in eerste instantie hun

huisarts, wanneer zij hiertoe de financiële middelen hebben. Toch geven ook heel wat

mensen aan, eerst te rade te gaan in hun eigen huisapotheek of bij hun familie.

“Normaal gezien contacteer je nen dokter, maar euh ik heb enkele jaren geleden

een tweetal jaar geleefd met 25 euros in de week en euh als ge ziek zijt tis van ik

wil niet ziek zijn, ge kunt niet ziek zijn en ge hoopt van niet ziek te zijn en ge

komt er eigenlijk nog zieker van. Euh kzou zeggen tis een normale reactie als ge

ziek zijt gade naar de dokter als ge pijn ebt aan je tanden gade naar den

tandarts, Maar als je in armoede leeft dan ga je proberen euh jah, het uit te

zieken zoals ze zeggen.“

“Ik kijk eerst naar mijn huisapotheek. Want de meeste kwaaltjes, de dokter, ik

weet toch al op voorhand wat dat hij gaat geven. En voor ne griep, er bestaat

daar niets voor. Ge moet dat uitzweten. En anders ga je naar de huisdokter alst

nie overgaat. Maar meestal gaat dat over.”

“Als ik nie ga probeer ik daar over te klappen met mensen die mij verstoan.”

Ondanks financiële beperkingen hechten de participanten wel belang aan hun

gezondheid en proberen ze deze zo goed mogelijk te onderhouden.

“Natuurlijk als ge veel naar den dokteur moet ist wat anders maar euh. Maar

als je ne keer terloops moet gaan. Ja, dat is toch. Ik vind dat geen remminge om

te gaan. Het is toch zelfs beter dat je de diagnose krijgt want als je in

Page 62: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

52

onzekerheid leeft dat is ook iets hé. Ja. Het kan dan ook al te laat zijn. Ik werk

graag preventief. Daarmee gedaan.“

Indien het financieel niet mogelijk is om in alle zorgen te voorzien, dan proberen ouders

toch in de zorgen van hun kinderen te voorzien, waarbij ze hun eigen zorgen

uitstellen.

“Dus ik moet alles voor mijn dochter doen. Ik moet mezelf tekort komen omdat

mijn dochter speciale voeding nodig heeft. En, ik kom mezelf tekort e ja. Ik bel

naar de dokter en ik weet op voorhand dat ik geen medicatie voor mezelf kan

kopen. Mijn kindje is allergisch aan zeep, mag alles alleen maar hebben van

Galenco. En dat is dus allemaal van de apotheek. Vanals dat ze ene keer

gewassen is, zoals dat je nu ziet, in de crèche met iets anders of op school (..),

dus ik moet Daktarin gebruiken voor dat weg te krijgen omdat ze later geen

littekens zou overhouden.”

5.2.1.3. Gevolgen gezondheidsproblemen

Ziekte brengt voor de participanten heel wat bijkomende financiële problemen met zich

mee. Naast kosten voor de arts, komen er ook heel wat kosten voor medicatie bij

kijken. In vele gevallen dienen zij dit te bekostigen met een ziekte- of

invaliditeitsuitkering of werkloosheidsuitkering.

“Ik vind dat medicatie heel duur is. Ik vind dat dat niet zou mogen zijn. Ik heb

maar 700 euro en de medicatie dat kost veel veel geld. Als je het niet nodig hebt

heb je het niet nodig. Maar sommigen hebben het nodig. Veel mensen die tegen

pillen zijn, maar ik ben ervan overtuigd dat sommige pillen noodzakelijk zijn om

te overleven.”

“En wat dat er ook is, als ge ziek zijt is van ge mag niet meer werken. Niet

werken is geen inkomen meer ja ge hebt een vervangingsinkomen dat wel, maar

niet werken is geen inkomen meer.”

Page 63: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

53

Vaak hebben participanten al een lange weg afgelegd, waar het niet altijd even

eenvoudig is om de juiste hulp of informatie te krijgen. Veelal kampen zij met het

gevoel dat hun situatie uitzichtloos is.

“Ge hebt het mentaal moeilijk, ge hebt het fysiek moeilijk en ge moet dan nog

een keer overal je verhaal doen. Tranen in je ogen en aja echt en ge zijt moe en

als je dan uiteindelijk weet euh krijg je dan gewoon als antwoord, zwart op wit

zetten ze het op papier, gewoon kwetet het systeem is niet rechtvaardig. En daar

moet je het tan mee doen.”

5.2.2 Ervaringen met de huisarts

Tabel 3: Overzicht „Ervaringen met de huisarts‟

Huisartsenpraktijk - Wachttijden en afspraken

- Beschikbaarheid en toegankelijkheid

- Organisatie

- Consultatie

Arts-patiënt relatie - Vertrouwen

- Vaste arts

- Extra inspanning

- Psychosociale ondersteuning

- Tijd maken en luisteren

- Holistische visie

Communicatie - Jargon

- Informatie

- Communicatie tussen artsen

Stigmatisering - Niet serieus genomen

- Neerkijken

Barrières - Kostprijs

- Patiëntgebonden eigenschappen

Page 64: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

54

5.2.2.1. Huisartsenpraktijk

De participanten blijken vaak te maken te hebben met lange wachttijden. Sommigen

kunnen hier begrip voor opbrengen als de arts nadien ook voldoende tijd met hen

doorbrengt. Andere hebben hier minder nood aan en vragen naar een betere uitwerking

van de consultaties, zoals het werken met een systeem van afspraken, maar dan dienen

deze afspraken wel nageleefd te worden.

“Euh als ge in behandeling zijt bij dokters, dan is da meestal euh uren wachten,

zeker voor specialisten voor dat je mag voorkomen en als je dan neu ne keer bij

uw huisarts moet passeren en ge moet daar als gelijk bij de laatste keer twee

uren wachten, dan zijde niet zo happig niet meer om bij uwen huisarts te gaan.”

“Ik ben heel tevreden van die dokter omdat dat nog een dokter is die zijn tijd

neemt om naar de patiënten te luisteren en te onderzoeken. Ik ben daar toch

minimum 35 à 40 minuten binnen. Of dat daar nu 10 personen in de wachtzaal

zitten of 2, je hebt een afspraak, maar die afspraak komt nooit uit, want hij

neemt zijn tijd.”

“Vroeger kon je op vrije consultatie gaan, nu is dat dus allemaal op afspraak,

met zo‟n baksje gelijk dade bie de beenhouwer een nummertje moet nemen. é dat

is nu afgemeten, tien minuten tegen daje binnenkomt.”

“Bij ons den huisdokter ge kunt daar heel gemakkelijk een afspraak mee maken

via den computer en dan verliesde geen tijd, moete geen uren in de wachtzaal

gaan zitten bijvoorbeeld.”

Naast beperkingen van wachttijden, verwachten patiënten dat een arts steeds

beschikbaar is. Vooral gedurende het weekend is het volgens de participanten niet

altijd eenvoudig om artsen te bereiken. Het oproepingssysteem voor artsen van wacht

is in sommige regio‟s niet duidelijk geregeld. Op andere plaatsen geven mensen aan dat

zij de contactgegevens van de arts van wacht in het streekboekje kunnen raadplegen.

Page 65: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

55

“Hij weet dat als ik ziek ben in staat om tot daar te rijden, dan doe ik dat. Maar

als ik bel en ik zeg tis nie meugelijjk dat ik tot bij u komme, ewel, dan gaat hem

komen tot bij mij. En ik moet chapeau zeggen voor dienen mens want ik mag gat

in de nacht bellen, maar i staat er.”

“Twee jaar terug allé een jaar en een half terug euh op een weekend krijg ik

verschrikkelijke buikpijn, ik bel naar de dokter van wacht euhm ik heb dienen

drie keer moeten bellen omwille van de helse pijnen dat ik had euhm dat eeft

zeker twee uur geduurd voor die hier was en dan moest ik direct via de spoed

naar de kliniek en daar bleek dat ik een darmperforatie had wat vrij ernstig was.

Maar kom omdat ik niet anders weet heb ik dat zo gedaan.”

“Dat vind ik raar dus je moet dus euh, naar de brandweer bellen voor euh, voor

een arts, een huisarts te hebben van spoed. En dan zegt den dienen aan den

brandweer ik zal iemand laten doorkomen. Maar dan weet gij niet wie er komt of

wat. Ge weet dus van niets e. Ge hebt uw dokter zelf niet gesproken.”

Hier op volgend geven participanten vaak meer voorkeur aan een groepspraktijk dan

een solopraktijk, omdat er dan vaker iemand aanwezig is en zien zij hier nog tal van

andere voordelen in.

“Voor overleg en dat de patiënt opgevangen is door een groep da je kan naar

een andere dokter gaan voor een tweede advies vragen ofzo of dat besproken

kan worden in het geheel eigenlijk van de groep.”

Naast een aantal organisatorisch items, komen ook verwachting op vlak van de

consultatie aan bod. De deelnemers vinden het belangrijk dat de arts een grondige

analyse uitvoert van het probleem, niet te snel een besluit vormt rond de diagnose en bij

gevolg niet te snel medicatie voorschrijft. Wanneer de arts geen uitsluitsel kan brengen,

verwacht de patiënt dat de arts hen doorverwijst.

Page 66: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

56

“Want ze was helemaal in oedeem, in vochthoping, en twas met moeite dat hij

naar haar keek, want hij had moeten weten dat. Wij dachten dat het

nierproblemen waren, maar hij had moeten zeggen jamaar ja ge hebt ook

hartproblemen. Zou je ne keer nie contact opnemen met de hartspecialist. En wij

maar ja… ja maar dat een huisarts datie dat niet ziet. Allé, twringt toch.”

“Als je ga ga praten met de uisart, harts, tegen dat je der 5 minuten tegen

gepraat gaat hebben, hij haalt zijn boeksken ut en zin stylo en hij is al pillen

aant voorenschrieven.”

“Huisartsen willen alles zelf oplossen, wat dakik zeer positief vind, maar

sommige dinges moeten via specialisten gebeuren en men wacht er soms wel

lang mee en dan gade bij de specialist en die gaat u dan soms doorverwijzen.”

5.2.2.2. De arts-patiënt relatie

Vooreerst vinden participanten het belangrijk dat zij hun arts kunnen vertrouwen.

Hierbij hechten zij er onder andere belang aan dat een arts zich aan het beroepsgeheim

houdt.

“Nen dokteur, aje buiten komt, moe zwiggen van zin patiënt. Maar hij mag tegen

niemand anders klappen. Ik wete da genoeg ook, kga geen namen noemen, wie,

wat, at hem vandoage geweest et, heeft hij iedere keer geklapt van mi. En van

minne gebuur ok. En als ik ton wa durven zeggen dan wit em dat ook. Ik ga zo

winnig mogelijk zeggen.”

Ook de manier van communicatie is een belangrijk punt om vertrouwen tussen de arts

en de patiënt te realiseren. Een arts moet open zijn en eerlijk zeggen waar het op staat.

“Ik vind dat ze een bepaalde diagnose van een patiënt goed zouden moet

uitleggen zodat die mens eigenlijk weet, ze moeten niet over koetjes of kalfjes

praten, als een mens een bepaalde ziekte heeft. Ze zouden automatisch tegen die

Page 67: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

57

bepaald persoon moeten zeggen kijk meneer of mevrouw u hebt deze ziekte en

dat is de diagnose en de kans is zo of zo. En als u geneesbaar bent of niet.”

Aansluitend op het vertrouwen die patiënten hebben in hun arts, vinden zij het ook

belangrijk dat de arts hen kent, hun situatie begrijpt en daarmee rekening houdt.

“Uw huisarts moet eigenlijk een vertrouwenspersoon zijn ook. Want mijn

huisarts weet eigenlijk veel over over, wij leven eigenlijk van, kom daar al van

dat de kindjes klein zijn. Ij eeft ze zien opgroeien, ij weet de problemen, ij weet

de scheiding. Jee tem da al meegemaakt eigenlijk oe da je je gevoelt ed, é. En

dat doet er toch ook veel aan vind ik. Ja tegen de huisdokter ga kik al azo ne

keer eentwa vertellen van datie zegt allé edde da nu were of allé van euh een

dokter een vertrouwenspersoon is. Da vind ik wel…”

“Mijnen huisdokter heeft zonder dat ik dat vroeg staaltjes gegeven omdat hij

wist dat ik het moeilijk had. Allé, chapeau voor hem.”

Vervolgens ondervinden participanten een hogere tevredenheid wanneer ze het gevoel

hebben dat de arts iets extra voor hen doet.

“Ja, hij heeft ne keer gehad, bij mijnen man, die is ne keer heel erg ziek geweest

jaren terug, en hij moest jij dus medicatie inspuiten en die bleef een uur bij mij

thuis wachten tot als die werkte, die zij van ge moogt mij altijd ‟s nachts bellen,

da kan geen kwaad.”

Een goede arts-patiënt relatie is voor de patiënt ook gebaseerd op steun die zij van de

huisarts krijgen. Een goed gesprek, goede raad en psychosociale ondersteuning

omschrijven de participanten als erg belangrijk.

“Ik vind als ik naar mijn dokter ga dat ik opgelucht ben. En dat is eigenlijk ook

de bedoeling van een arts. Allé, een gesprek met een dokter hé, da je kunt verder

Page 68: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

58

doen. Dat je alles hebt kunnen zeggen en dat ie zegt doet da ekeer en doe da

ekeer. Ja. Ik kan alleen maar zeggen, zonder men dokter ben ik niets.”

“Kben wel content, want kijk over drie jaar is mijn man gestorven. Ik kwam

thuis van de markt en ik vond hem en die heeft mij echt e heel goed opgevangen.

Die heeft mij gesteund <<krijgt tranen in de ogen>> ‟t is een dokteres e en ik

ben daar heel content van.”

“Ik denk als ge naar een dokter gaat dat er niet alleen naar de fysische kant

moet gekeken worden maar ook naar de psychische toestand van de patiënt en

ook ja naar hoe de persoon hem voelt naar het familiale er rond. En ook ja dat

ze ne keer aan de mensen vragen van hoe voel je je daarbij? Dat is een woord

dat ze niet kennen.”

Aansluitend op de steun die de patiënt van de arts verwacht te ontvangen, rekent de

participant erop de arts tijd maakt en luistert.

“Ik ben naar mijn huisarts geweest en hij deed een onderzoek en opeens kijkt hij

op zijn uurwerk en hij zegt jama, da mag ier nie lang duren, want ik heb nog

patiënten. Ik heb dan gezegd: Wat ben ik dan?”

“Ik vind belangrijk dat hij eerst zegt “ik zet mij, ik drink ne pot kaffé en oe ist me

joen. Ik ben zeker dat ie 20 minuten in min huis is. 20 minuten. Hij maakt tijd

voor mij. Hij zet en hem en hij vraagt hoe voelt je joen en hoe ist met de gasten?

En ton begint hij mij te onderzoeken. Dat vind ik chapeau.”

“Maar gewoon datie luistert. En nie alleen van ik kom hier toe en hij neemt

mijne bloeddruk en euh ij luistert ier ne keer … maar gewoon datie luistert naar

uw verhaal. Dat ie zegt van “oe ist” oh mens kan dat deugd doen. En ton bie em

meuge kik tan wel ne keer klagen en zeggen van eigenlijk gadet wel nie zo goed.

Dat vind ik belangrijk bij nen huisdokter.”

Page 69: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

59

Patiënten die bij de huisarts op consultatie komen verwachten in hun totaliteit gezien te

worden. Mensen willen als individu behandeld worden en niet het gevoel krijgen dat de

arts alle patiënten op dezelfde manier bekijkt.

“Maar er zit ook achter iedere persoon met zijn ziekte en zijn ervaring, zit er

ook nog een mens met zijn karakter en zijn… En da wordt vaak vergeten. Allé ja

da vind ik ook belangrijk, da ze ook de dingen er rond zien.”

“Die dokter moet peisen, hetgeen dat je hebt moet hij aannemen. Je handicap

dat je hebt, moet hij, maar niet iedereen over dezelfde kam doen.”

5.2.2.3. Communicatie

Participanten geven aan dat communicatie met de arts erg belangrijk is. Vooreerst

ervaren zij aan dat zij vaak het medisch jargon niet begrijpen, waardoor de

communicatie niet optimaal verloopt. Echter komt dit probleem volgens hen vaker voor

bij oudere artsen. Patiënten geven aan dat jongere artsen vaker de tijd nemen om

medische termen uit te leggen.

“Weet je wat da ik heel belangrijk vind aan een dokter. Normaal gebruiken ze

altijd Grieks-Latijnse woorden e. Wel ze moeten dat uitleggen met handen en

voeten in normale Belgische taal. Dat vind ik chapeau van dokteurs. Ik vind dat

alle dokteurs dat zouden moeten doen maar niet iedereen doet dat.”

Nood aan informatie komt in de meeste gesprekken duidelijk naar voor. De patiënt

verwacht voldoende uitleg te krijgen van de arts. Bijkomende informatie in de

wachtzaal wordt ook belangrijk bevonden.

“En ik heb nu wel heel duidelijk uitleg gehad van mijn specialist en ik ben bij

mijn kinesist gekomen en die zij al dien uitleg ge zijt daar toch niets mee. Maar

dienen uitleg heeft mij gerustgesteld van hij gelooft mij, tklopt wa da kik voel,

tklopt dat een ander tnie kan snappen of keb geen oplossing, maar kweet

tenminste dak nie zot aant worden ben.

Page 70: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

60

“Dat vind ik ook wel belangrijk , als ge bij mij toch in de wachtzaal zit dat er zo

veel informatie hangt. Folderkes, dat je rapper dienen stap zet om iets te vragen

aan uwen huisarts. Posters of of folderkes dat je kan inkijken, dan ga je zo

rapper ne keer.. of je neemt dat mee naar huis. Ge kunt daar ne keer over praten

ofzo. Kvind dat wel goed ja.”

“Hij luisterde en hij luisterde, maar zelf gaf hij nooit geen antwoord. Dus ik

wist nooit van niks.”

Naast communicatie tussen de arts en de patiënt, geven participanten aan dat de

communicatie tussen artsen onderling niet altijd vlot verloopt. Zij vinden dit toch

belangrijk zodat de continuïteit in behandeling behouden wordt en zij niet telkens

opnieuw hun verhaal moeten doen

“Wa dak, ook rond de medicatie, misschien komt da nog aan bod mo, euhm de

communicatie tussen artsen onderling, dat is rampzalig. Dat is echt allé,

bijvoorbeeld van die specialist dak juist sprak, ik kom altijd buiten met een

verslag en kan aan iedereen dat geven. Maar omgekeerd, nooit. Ook als ze

ernaar vragen && en dan heb je bijvoorbeeld bepaalde medicatie reageer je

allergisch of kun je nie tegen en als je dat als patiënt zegt, wordt dat niet

geloofd.”

5.2.2.4. Stigmatisering

Participanten ervaren dikwijls stigmatisering door de arts. Patiënten hebben het gevoel

dat ze niet serieus genomen worden. Zij geven aan dat de arts niet altijd gelooft wat zij

vertellen.

“Je wordt niet serieus genomen. Tis lang geleden, maar vroeger eb ik da wel

meegemaakt. „k zat met een ontwrichte schouder. En twas juist voor Kerstmis en

kga daarmee naar den dokter, khad em zelf terug in geduwd. Van te vallen op de

jogging. En keb tien minuten K.O. geweest. Kga daarmee naar de dokter

Page 71: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

61

meugen. Hij dacht dat ik wou thuis zijn tussen Kerstmis en Nieuwjaar. Ik heb er

nu nog last van, twintig jaar geleden.”

“Voor wa kom je? Ja voor wa kom je. Euh ken azo van die kniessingen, den

enen dag is da ier, den anderen dag is da daar. Ik an men lange broek af. Die

dokter stond azo twee meters van me. Je zegt tegen mij (…) Kan toch gedacht

datij ne keer aan men been ging komen voelen, maar niks e. ‟t zijn kramptjes

madam. Kzeggen sorry meneer. Keb vier kinderbedden gedaan, kweten nu toch

wel wa da krampen zijn. Hij heeft mij een preparaatje gegeven. Hij pakte mij nie

serieus.”

Tevens hebben financieel kwetsbare personen het gevoel dat de arts op hen neerkijkt.

Zij ervaren dat zij vaak als minderwaardig worden beschouwd.

“Dat hij luistert en dat je daar toe komt en ik heb dat altijd gehad ik heb veel

liever dat ze zeggen tegen mij M., dag M., ze mogen ook ne keer zeggen dag

mevrouw als ze mij niet zo goed kennen. En ik groeide van amai mevrouw. Allé

vooral dat die mij al aanspreekt op gelijk niveau. Bij specialisten heb je dat niet,

ze mogen nog op gelijk niveau zitten, ze kijken toch op je neer.”

5.2.2.5. Barrières

De meest voorkomende barrière die participanten aangaven om hulp uit te stellen, is het

financiële. Naast de algemene kostprijs van de arts, weten financieel kwetsbaren vaak

niet hoeveel een bepaalde behandeling zal kosten waardoor ze geneigd zijn deze uit te

stellen.

“Wat dat ik ook vind mensen in armoede die dringend een arts nodig hebben,

die hebben altijd zoveel cash niet in huis en die direct niet kunnen betalen. En

dat is ook soms het probleem.”

“Als ge geld tekort komt zijde anders al niet geneigd om naar den dokter te gaan

anders. En te wachten totdat er wel geld is. Das wel heel belangrijk.”

Page 72: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

62

Op vlak van kostprijs hebben participanten een aantal verwachtingen tegenover hun

arts. Zo verwachten ze dat artsen spontaan generische geneesmiddelen voorschijven of

hen staaltjes aanbieden.

“Ik vind het belangrijk dat ze zoveel mogelijk werken met generische

geneesmiddelen Sommige artsen hebben azo nog van ze schrijven Buscopan en

dan bestaat er bijvoorbeeld een veel goedkoper middel. Dade daar niet elke keer

moet vragen van schrijf mij het goedkope voor.”

“Ook met medicatie hetzelfde, als hij iets staan heeft, als er wat in de kast staat

dan moeten wij niet meer langs gaan bij den apotheker. Das wel gemakkelijk

ook.”

In veel gesprekken komt terug dat participanten een doktersbezoek heel duur vinden,

omdat het een hap uit het budget betekent. Patiënten hebben het er moeilijk mee

wanneer de arts hen te snel een consultatie aanrekent of een volgens hen onnodig

huisbezoek brengt.

“Maar ik denk dat dat in ons situatie hier allemaal zo een beetje ga zijn, allé

zien, of het betaalbaar is want euh, nen euh nen doktersvisite is niet altijd

evident. Ik weet het nu niet vanbuiten, maar rond de €30 ongeveer. Als er geen

euh, ik moet leven van €60, schiet er maar €30 meer over.”

“Vroeger had ik ook iemand. Een andere dokter. En dat was een visitendief.

Iemand die gekend was als visitendief. En die kwam maar terug en terug om te

kijken of (..) in de tijd van mijn darmen. Die reeds met Porche en die rijdt nu

nog met Porche. Ik heb heel zeker de 4 wielen van de Porche betaald toen ik

zelfstandig was.”

Ten slotte spelen ook patiëntgebonden eigenschappen een rol wanneer het gaat over

barrières om hulp te zoeken. Participanten hebben te kampen met angst. Angst om niet

meer geholpen te kunnen worden of voor een ernstige diagnose.

Page 73: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

63

“En omdat je veel het verhaal krijgt van we kunnen er niets aan doen en het

hoort erbij en das niet belangrijk maar aan den andere kant neem je der al veel

bij.”

“Ik denk wat de vraag over ging is wat je tegenhoudt om naar de arts te gaan en

ik denk dat er veel angst meespeelt bij de mensen. En dat ze dan soms naar de

arts gaan en en (..) dat ze te veel klachten gaan krijgen.”

Verder schamen sommige financieel kwetsbare personen zich voor hun situatie ten

opzichte van de arts. Anderen achten zichzelf niet assertief genoeg waardoor zij hulp

uitstellen.

“Schaamte omda je arm zijt. Da je bijvoorbeeld naar spoed gaat en dat je het

niet kunt betalen of da je huisarts niet kunt betalen want dat kost allemaal veel

veel geld.”

“Ook omdaje als patiënt ook te weinig, durft, aanstalten maakt van allé moei da

ier nu zeggen. Alst nie op papier staat me moeilijke woorden ist niet waar.

5.2.3 Ervaringen met de specialist

Tabel 5: Overzicht „Ervaringen met de specialist‟

De praktijk - Receptiepersoneel

- Wachttijden

Communicatie - Communicatie

Diagnose - Zoektocht diagnose

Barrière - Erelonen

- Onnodige onderzoeken

- Uitstellen hulp

- Verwachting kostprijs schetsen

- Vervoersproblemen

Page 74: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

64

Heel wat zaken waar personen in een financieel kwetsbare positie belang aan hechten,

zijn gelijk lopend bij zowel huisarts als bij specialist zoals de arts-patiënt relatie, de

communicatie (het in eenvoudige taal uitleggen van diagnose en behandeling, het

meedelen van informatie,…), stigmatisering, de holistische visie op de patiënt, de

verwachtingen rond het onderzoek en een aantal barrières zoals de angst en de

persoonsgebonden eigenschappen van de patiënt. In dit deeltje worden enkel zaken

aangehaald waar financieel kwetsbare personen specifiek belang aan hechten bij

specialisten.

5.2.3.1. De praktijk

Personen in een financieel kwetsbare positie geven aan dat ze het belangrijk vinden dat

er met hun situatie rekening gehouden wordt door zowel de specialist als het

receptiepersoneel. Gemaakte afspraken dienen nagekomen te worden en niet eenzijdig

veranderd te worden.

“Dat ze rekening houden met wat dat een arts ook weet van een patiënt en dan

aja zijn consultaties zijn nu ook maar ‟s avonds maar ij wist mijn situatie, mijn

ouders zijn ook geen meer van de jongste, ij ad da allemaal vast gelegd om vijf

uur om zo weinig mogelijk in de donker te moeten rijden en van die toestand,

maarja ze veranderen dat dan en zonder uitleg zonder en euh ja en je durft dan

ook nie altijd weer ervragen.”

Vaak worden zij ook geconfronteerd met lange wachttijden. Zowel vóór zij op

afspraak kunnen komen bij de specialist, als wanneer zij wachten in de wachtzaal.

Wanneer zij zelf niet de stappen zetten om te vragen waar de arts blijft, hebben zij het

gevoel aan hun lot overgelaten te worden.

“En ge belt tos naar de kliniek en euh daar zeggen ze ge moet nog drie weken

wachten vooraleer euh dade euh op consultatie kunt komen. Ja euh allé ja euh

unne agenda is volzet. En tegen dat die drie weken om zijn kan die pijn weg zijn

Page 75: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

65

of verbeterd of verslecht allé ja. In feite zoude naar spoed moeten gaan als ge

direct wilt allé ja dat ze u onderzoeken maar allé ja je doet dat ook niet.”

“Informatie, nee, ze gaan u niet meer informatie geven. Ze gaan niet zeggen de

dokter is in operatie. Ze laten u gewoon maar wachten, gelijk voor welk

probleem dat je hebt. Dat is al tenminste een beleefdheidsvorm, dat mensen die

gaan werken niet te laat komen op hun werk allé het moet ook niet alles strikt

volgens het boekske gaan volgens die uren moete op tijd zijn.”

5.2.3.2. Communicatie

Over het algemeen hebben financieel kwetsbare patiënten een gelijklopende

verwachting op vlak van de hoeveelheid informatie en het gebruik van verstaanbare taal

bij de huisarts als bij de specialist. Bij de specialist lijkt echter vaak vooral de

communicatie tussen verschillende artsen mank te lopen.

“Ja en eigenlijk kent mijn specialist meer mijn verhaal, dan mijn huisarts. Maar

tvoordeel vind ik wel, datij da heel correct speelt da mijn specialist altijd een

verslag maakt en dakik zorg da mijn huisarts da ook eeft. Maar der zijn weinig

specialisten die zo menselijk zijn als ja en ik ben ook bang den dag datij em zal

stoppen.”

5.2.3.3. Diagnose

Participanten ervaren dat het lang kan duren voor een specialist uitsluitsel kan geven

over een diagnose. Vaak dienen zij bij heel wat ziekenhuizen en specialisten langs te

gaan voor zij een diagnose te horen krijgen.

“Sommige dinges moeten via specialisten gebeuren en men wacht er soms wel

lang mee en dan gade bij de specialist en die gaat u dan soms doorverwijzen en

dan komde in een circuitje terecht, waar dat je twee klinieken gezien hebt en vier

dokters gezien hebt euh over het algemeen die specialisten of als ge bij

professoren komt, vragen daar een loon voor achterover te vliegen.”

Page 76: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

66

Wanneer de participanten dan bij verschillende specialisten ten rade gaan, op zoek naar

een diagnose, ervaren zij dat de artsen elkaar soms tegenspreken.

“En dan heb ik in feite alle klinieken gedaan die een beetje mogelijk zijn. En de

klinieken hier in West-Vlaanderen. Oostende, Roeselare, UZ-gent en het UZ-

Leuven om dus een uitsluitsel te krijgen van wat ik dus allemaal mankeerde. En,

mijn conclusie is dat euh, de conclusie van de verschillende klinieken heel

uitlopend zijn. Van zelfs tot ge zijt niet ziek tot ge zijt wel ziek. Dus euh, artsen

hebben een andere opinie daarover, euh. Ze hebben der een andere uitleg of een

andere visie over eigenlijk he.”

Naast een lange zoektocht in onzekerheid, brengt het zoeken naar de juiste diagnose ook

een extra financiële last met zich mee.

“En natuurlijk dat heeft zijn prijskaartje. Natuurlijk hoe meer dat ze u

onderzoeken, ik heb dat, hoe meer dat ze te weten komen van jou, van je

gezondheid, hoe beter. Maar natuurlijk het moet kunnen betaald worden.”

5.2.3.4. Barrières

Kosten voor gezondheidszorg lijken extra zwaar te vallen wanneer mensen een

specialist dienen te raadplegen. De hoge erelonen en wat zij er maar van terugbetaald

krijgen, is één van de aspecten die financieel kwetsbare personen als last aangeven.

“Tis al niet als ze je deure sturen naar het ziekenhuis tan ist wat anders, want

ton e kspreeke kik van 48 euro da je nie were krijgt. Allé je moet ton, kzijn kik

nog gewist en kvloge van den enen naar den anderen. Kware 230 euro kwijt van

1 uchtendje bij den artspecialist, bij de longspecialist eh 230 euro wassek kwiet.

En kzeggekik ton azo, kenkik nie genoeg geld mee aja tis ier een bankcontact. Ja,

staat er genoeg op de bankcontact ja. Kwaren daar al ton in de miserie ja euh en

als je ton je briefkes begint rond te dragen, oevele krijg je ton maar were, under

ereloon staat er ook altijd op.”

Page 77: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

67

“Ik vind, ziek zijn is wel kostelijk. Euh, ik heb enorm, enorm in groten armoe

geleefd door mijn ziekte. Want ik heb 4 maanden in Antwerpen gelegen en dat

heeft mij meer of een miljoen gekost dat ik moesten achterdragen. Euh, ik vind

dat de dag van vandage dat ze ne keer moeten inzien de mensen die ziekelijk zijn

dat je daar ne keer entwa kunt aan doen. Want dat is nu 11 jaar geleden van

mijn kanker en ik moet nu nog alle 6 maanden naar Antwerpen. En dat kost mij

elke keer. Das mijn vervoer naar Antwerpen door en were en das ton iedere keer

een visite van 70 of 80 euro. Maar dat is niet 1 dokter maar er komen er altijd 4

of 5 erbij. Ja, en tons mijn onderzoeken dat ik zelve moet betalen.”

Sommige participanten hebben verder het gevoel heel wat onnodige onderzoeken te

ondergaan, waar zij ook weer de kosten van moeten dragen.

“Want ik denk dat het ook zo is, ik ben geopereerd en ik moet nu binnenkort

weer geopereerd worden en ik had gisteren bij de dokter geweest. Ik moet terug

een EKG hebben, een longonderzoek, euh, labo-onderzoek en ja euh, en wat zou

er nu veranderd zijn aan mijn hart of aan mijn longen als mijn algemene

gesteldheid is gebleven? Ik zal betalen, de mutualiteit zal betalen, het ziekenhuis

heeft werk. Ze hebben zelfs te veel werk.”

Door de hoge kostprijs van specialistische zorg stellen participanten dit uit omdat zij

hiervoor geen budget kunnen vrijmaken. Het uitstellen van specialistische zorg komt in

de gesprekken nog vaker aan bod dan het uitstellen van hulp door de huisarts.

“Ik vind eigenlijk dat financiële eigenlijk den zwaarsten doener is dat tegenhoud

om naar een specialist te gaan. Mijn dochter eeft een klein beetjen een scheven

tand, een klein beetje. En zij is heel hard aant schriemen omda ze dienen beugel

wilt, maar ik kan da gewoon nie betalen. En ik moet haar ook alsmaar

teleurstellen van schattie en da ga nie en da ga nie en da ga nie Dus ik wil geren

naar nen longspecialist, maar ik geroak der geweun nie, want das ineen keer

kweetnie oeveel geld dade daar moet leggen. Gisteren uit noodzaak naar nen

tandarts gewist, uit noodzaak!!”

Page 78: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

68

Om zich te kunnen voorbereiden op deze financiële inslag, vinden deze patiënten het

positief wanneer artsen hen op voorhand kunnen zeggen aan welke kosten zij zich

kunnen verwachten.

“Mijn dochter die had X-benen en ik heb er twee jaar voor kunnen sparen.

Achteraf hoorde kik, dade die operatiekosten in twee keren kunt afbetalen. Oe

kunde da neu betalen. Ik vind dat wel goed dat nen specialist op voorhand zegt

de operatie gaat zoveel kosten de ziekenbond komt er niet intussen, dat vind ik

ook belangrijk. Dade wel weet voor welke kost dade staat. Maar niet elke

specialist gaat dat op voorhand zeggen e.”

Een barrière die specifiek naar voor kwam bij het consulteren van specialisten, waren de

vervoersproblemen. Naast weinig parkeerplaats bij een ziekenhuis, hebben patiënten

die geen gebruik kunnen maken van een wagen, problemen om met het openbaar

vervoer tot bij de arts te raken en om dit vervoer te bekostigen.

“En de meeste dingen soms bereikbaarheid als ge zelf geen vervoer hebt. Als ge

naar Brussel moet, naar Wilrijk of Edegem ‟t vervoer de kosten van de trein of

de bus. Uren onderweg.”

5.2.4 Ziekenhuis en spoed

Tabel 5: Overzicht „ziekenhuis en spoed‟

Ziekenhuisverblijf - Personeel

- Dienstverlening

Ziekenhuisorganisatie - Toegankelijkheid

Spoed - Wachttijden

- Wachten op gepaste hulp

Page 79: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

69

5.2.4.1. Ziekenhuisverblijf

De participanten gaven aan soms minder tevreden te zijn over een ziekenhuisverblijf

omwille van de personeelstekorten en de drukte in een ziekenhuis. Hun tevredenheid

wordt ook bepaald door een gevoel van goede opvolging tijdens hun verblijf.

“Het tekort aan personeel in de ziekenhuizen is te wijten aan besparingen omdat

ze geld geven aan andere dingen dat vind ik niet goed. Ik vind dat er meer

personeel zou moeten zijn in de ziekenhuizen.”

“‟t Hangt er vanaf hoe druk het is, twee jaar geleden ben ik geopereerd geweest

aan mijn blaas en euh (zucht) ‟s morgens kwam de dokter en ‟s middags was ik

mijn eten aan het opeten en euh ze kwamen zeggen dak mij moest aankleden en

dak moest doorgaan want ze hadden dat bed nodig. En dan heb ik op de gang

moeten wachten op mijn vervoer. Dus ‟t hangt er vanaf denk ik hoe druk dat het

is.”

“Doktersbezoek die toch, allé ja. Soms komt hij maar ene keer als ge daar 10

dagen ligt. Of ge hebt ook dokters die regelmatig komen en die uitleg

verschaffen. En er zijn er die juist maar komen zeggen: „Hoe ist? Goed?‟ En ze

zijn al weg.”

Naast een aantal personeelsaspecten, zijn patiënten vaak minder tevreden over de

algemene dienstverlening tijdens hun ziekenhuisverblijf. Zo ervaren zij vaak een gebrek

aan privacy en zijn zij niet tevreden over het tijdstip om te eten.

“Ze leggen me doar up een kamere, kheb normaal een kamer van 2 maar twas

een kamer van 4. K zeggen godverdomme tlagen daar 2 oude ventjes en die

gerochten nie ut ulder bedde en die moesten bluven liggen ik lag daarbi. En ik,

ik komme ut mijn bedde en ik zette me aan da tafeltje en winst da ze die anderen

daar aant wassen zin moet i schijten en ze zetten em daar op ne stoel en (maakt

trillend geluid met de lippen) terwil dat gi daarbi zit é.”

Page 80: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

70

“Ik vind als je moet eten ‟s middags en dan ‟s avonds komen ze al om 5u met jen

eten en dan heb je nog genen honger en tegen ‟s avonds natuurlijk wel mo dan

heb je niets meer. Ik vind dat ze een beetje later zouden moeten zijn ‟s avonds.”

5.2.4.2. Ziekenhuisorganisatie

Participanten geven aan dat zij vaak aan hun lot overgelaten worden om hun weg te

zoeken in het ziekenhuis. De bewegwijzering is meestal niet duidelijk.

“Tene ziekenhuis bij tandere dat dat ook een groot verschil is, want kmoestekik

ne keer voor stamcellen naar Brugge en kanik daar nog nooit geweest en ge zijt

daar heel aan je lot overgelaten. En kvon kik nie waardakik moesten zijn en

kekik daar drie keer naar dat onthaal geweest en tis misschien omdat we Ieper

hier kennen dat da zo is, mo kwetetnie, tis toch een totaal verschil.”

De participanten maken een onderscheid tussen verschillende ziekenhuizen, waarbij

ze afhankelijk van de aandoening kiezen voor een universitair ziekenhuis of een iets

kleiner algemeen ziekenhuis. Universitaire ziekenhuizen vinden zij groot en

onoverzichtelijk, maar misschien wel beter voor zeldzame aandoeningen of voor

grondige onderzoeken met specifiek medisch materiaal.

“Natuurlijk dat verschilt van klinieken hé. In een universitaire kliniek, ja, daar

blijven ze onderzoeken. Dat is een grote fabriek als het ware. Maar daar ga je

toch wel beter service hebben dan de lokale klinieken als het ware.”

“Ik denk dat er ook zo een verschil is in hoeverre dat de ziekte dikwijls

voorkomt. Ik denk dat er hier ook wel goede dokters en specialisten zijn. Maar

als er nu heel zeldzame ziekten zijn en als je dan naar een UZ gaat gelijk Gent

waar dat ze daar ook al een beetje ervaring mee hebben, die mensen die er

automatisch ook beter mee weg kunnen. Ik denk dat dat wel een verschil

uitmaakt. En kwestie van apparatuur is het juist hetzelfde. Die mensen hebben

meer en kunnen ook meer onderzoeken.”

Page 81: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

71

5.2.4.3. Spoed

Sommige participanten maken af en toe gebruik van een spoedafdeling. Vaak omdat zij

niet terecht kunnen bij hun huisarts of omdat zij te lang moeten wachten op een afspraak

bij een specialist. Sommigen ervaren een vlottere hulp op de spoedafdeling, anderen

ervaren juist lange wachttijden.

“Ik zag niet anders in dan naar de spoed te gaan en ook met de ervaring van

twee uur te wachten dus zag ik niet anders, dus daarmee die dinge van ge moet

eerst bij de huisarts euh da gaat gewoon nie ze. In de kliniek zijde direct

geholpen.”

“Ik voelde me begin vorige maand niet goed en ik ben zelfstandig naar de spoed

geweest in Roeselare. Ik kwam daar toe en die hoofdverpleegkundige heeft mij

direct begeleden naar een wachtkamer waar ik een bed toegestaan kreeg. Hij

heeft dan de dokter van wacht opgebeld. En die was daar zeer vlug. En hij heeft

dan de specialist opgebeld en binnen een goed uur was ik geholpen. Dat was

mijn ervaring met de spoed.”

“Ik weet als ik ernstige aanvallen van astma krijg en de dokters zijn niet

beschikbaar of er is niemand beschikbaar die ik ken dan. A je naar de spoed

gaat ah ja ze weten voor wa dat je komt en we gaan eerst een bitje de ernstige

gevallen doen en dan moeje doar zitten wachten in een oeksje.”

Een ander aspect dat patiënten ervaren wanneer zij zich aanmelden op een

spoedafdeling is dat het even kan duren voor een patiënt de juiste arts te zien krijgt.

Patiënten dienen dan ook herhaaldelijk hun verhaal opnieuw te doen, wat als

onaangenaam ervaren wordt.

“Ik vind het vervelend als ge naar de spoed moet dat ge eerst een paar dokters

van wacht krijgt. Dat ge dan een reeks assistenten krijgt en dat ge dan hopelijk

nog bij de specialist geraakt. En ge moet iedere keer je verhaal doen en iedere

Page 82: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

72

keer zeggen, wat scheelt er. En dan zeggen ze ja mevrouw ge gaat iets krijgen.

Nog een beetje geduld, nog een beetje geduld. En dan wacht je en wacht je.”

5.2.5 Het Belgische sociale zekerheidssysteem

Tabel 6: Overzicht „Het Belgische sociale zekerheidssysteem‟

Toegankelijkheid - Wegwijs

- Niet in aanmerking komen

- Administratie

Mutualiteit - Terugbetaling

Maatregelen - Dossier

- Betalingssysteem

- Financieel

Organisatie gezondheidszorg - Subsidiariteitprincipe

Hospitalisatieverzekering - Hospitalisatieverzekering

5.2.5.1. Toegankelijkheid

Uit de gesprekken kwamen heel wat klachten over het Belgische sociale

zekerheidssysteem naar voor. Vooral het gebrek aan overzicht en afstemming tussen

de verschillende diensten vormt een hoge drempel om toegang tot de gepaste hulp te

verkrijgen. Veelal dienen zij zelf op zoek te gaan naar welke ondersteuningsmaatregelen

zij voor in aanmerking komen. Ze geven aan een centraal aanspreekpunt te ontbreken.

“Ik heb eigenlijk iedereen moeten inschakelen, ‟t ziekenfonds, sociale dienst,

CAW, om iemand te weten te komen die de ervaring had om mijn dochter te

helpen, maar dat het financieel ook haalbaar was. Daar zijn we vier tot zes

weken mee bezig geweest terwijl ze wel van week een al die behandeling nodig

had e. Maar ik heb het nu toch wel gevonden. Tis dat er eigenlijk gewoon meer

ergens of op het ziekenfonds of dat er ergens een centraal punt zou moeten zijn

waar dat ge beter geïnformeerd kunt geraken.”

“De gezondheidszorg gaat er wel op vooruit, ze nemen meer en meer initiatieven

zoals derde betalers regeling zoals generische middelen, maar ze geven nog veel

te weinig voorlichting in het algemeen als ge ergens terecht moet, bij wie kan je

Page 83: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

73

terecht, met al uw vragen rond medische zorg. Je wordt eigenlijk soms een

beetje van de kast naar de muur gestuurd eh.”

Verder geven personen in een financieel kwetsbare positie aan niet in aanmerking te

komen voor sommige aspecten van hulp. Ze glippen geregeld tussen de mazen van het

net, waardoor ze uiteindelijk toch met een minder inkomen overblijven, dan mensen die

wel van de voordelen genieten.

“Plus dat er ook veel systemen bijvoorbeeld verhoogde tegemoetkoming euhm ik

had dat ook maar doordat ik in een speciaal stelsel zit van in het onderwijs naar

pensioen euhm gakik moestik op invaliditeit of op ziekte staan. Hou je vast, kakik

300 euro per maand, subsidie krijgen van FOD. K‟en da nu nie, nul komma nul,

omdak in pensioenstelsel zit. Euhm ak euhm ook maar 1 euro daarvan krijg ik

daarvan vant stad, maar das op jaarbasis dan 150 euro, dat heb ik ook niet.

Omdak een jaar dat niet gekregen heb, ging de CM ook mijn verhoogde

tegemoetkoming afpakken, want je hebt zogezegd geen steun nodig, want je

krijgt elders ook geen steun. Dus het ene systeem trekt tegen bij het ander

systeem en keb ook vant kastje naar de muur moeten lopen om te weten hoe dat

in elkaar zit en ge moet gewoon… […] En ja bijvoorbeeld medicaties euhm ik

heb ook hulp van een aantal voedingssupplementen, niet terugbetaald. Den

osteopaat, niet terugbetaald. Allé zo‟n aantal dingen en der bestaan enorm veel

systemen maar er zijn mensen en ik hoor het hier ook, er zijn mensen die overal

tussenvallen. Ik ben toevallig zo één. […] aja ze hadden dan, ik heb nu

bijvoorbeeld een iets hoger inkomen dan het minimum. Maar ik heb meer

medische kosten, ik zit nog op een vaste huur, niet op een sociale allé geen

sociale woning ofzo. Dus uiteindelijk wat ik over heb is minder dan wat anderen

hebben met het minimumloon en met hun steunen.”

Sommige participanten geven ook aan uit de boot te vallen, doordat bij doorvoering van

bepaalde veranderingen niet met hun situatie rekening gehouden wordt. Hierdoor

ondervinden zij nog meer financiële nadelen.

Page 84: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

74

“Vroeger had ik een grote tegemoetkoming, een teruggave van medicatie. Maar

sinds een jaar of 3 is dienen index naar omhoog gegaan. Blijkbaar hebben ze die

barema‟s van tegemoetkomingen niet mee naar omhoog getrokken en zo ben ik

uit den bak gevallen en nu mag ik terug were volle pot betalen en dat scheelt ja,

toch een 30, 35 euro per maand.”

Een volgende aspect waar participanten belang aan hechten is een vereenvoudiging

van het vele papierwerk. Zo zijn ze tevreden met de maatregel dat zij zelf hun

belastingsbrief niet meer dienen in te vullen. Voordat zij in aanmerking komen voor

bepaalde voordelen dienen zij wel heel wat papier in orde te brengen. Dit vraagt heel

wat tijd en moeite.

“Er is veel vereenvoudigd zoals de belastingen e dat bepaalde mensen op

invaliditeit hun belastingsbrief niet meer moeten invullen.”

“Ik heb ook heel die procedure daar doorgelopen voor be bejaardentoelage, niet

alleen gelijk handicap. Tis ook de sociale dienst van de ziekenbond die mij

gestuurd heeft, want ik wist, ik ben daar ook zo rond of een kieken in. Ze zeggen,

je hebt daar recht op, je moet gaan. Allé, naar het stadshuis. Kheb er drie

maanden van Jan naar Pier, naar Pol, naar Claeys. Al de papieren, huisdokter,

specialisten, allemaal euh (..) binnendragen in het stadshuis en dan krijg je een

bericht dat je je moet aan gaan bieden bij de medisch adviseur. Dat was

zeventien december verleden jaar en ik daar naartoe stoeltjesdans terug.”

5.2.5.2. Mutualiteit

Ook op vlak van terugbetaling ondervinden personen in een financieel kwetsbare positie

vaak hinder. Zo worden heel wat medische hulpmiddelen maar in beperkte mate

terugbetaald. Eigen aankoop van dit materiaal valt financieel heel zwaar.

“Ik ben een stomapatiënt en voor een stoma moogt ge 3 keren een nieuwe plaat

leggen op een week. Ik krijg iedere keer een verstrekking voor de

thuisverpleging dat betaald wordt. Maar ik heb een heel gevoelige huid en dat

Page 85: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

75

mijn plaat er iedere dag of 2 keer daags afschiet en dat mag ik zelf betalen. En

voor 5 platen kost dat 40 euro. Dat is ook ergens iets dat niet klopt e.”

Wanneer zij verder niet over een huisarts beschikken die werkt volgens het principe

van derde betaler, vinden zij het zwaar om minimaal een week op de terugbetaling van

hun medische kosten te wachten.

“Ge doet het binnen in de ziekenkas en het is eigenlijk maar pas een week later

dat je eigenlijk uw geld terug krijgt.”

(Antwoord op de vraag van een andere deelnemer: Heb je je al eens afgevraagd

waarom een dokter geen derde betalerregeling toepast)

“Omdat de dokter ook rekeningen hebt dat hij binnendraagt bij de ziekenbond

en dat hij veel te lang moet wachten achter zijn geld. Veronderstel ik dat het dat

is. (..) Dus als wij de volle pot betalen, moet hij niet wachten achter zijn centen

e. Dus als hij zijn briefjes binnen geeft, duurt dat ook lang voordat hij zijn loon

krijgt.”

Participanten vinden het vervolgens belangrijk dat indien zij helemaal niet in

aanmerking komen voor een terugbetaling, zij hier uitleg over krijgen.

“Gelijk als dat je ook zegt als van de ziekenbond ze geven u dus genen

duidelijken uitleg, je wordt zwaar ziek, je wordt ineens geopereerd. Ge krijgt uw

factuur, ge verschiet, ge gaat naar de ziekenbond, daar zeggen ze ja maar

madam ebde gij verzekering of madam, ge waart met dat niet in orde.”

Wanneer een mutualiteit een aantal stappen onderneemt om een vlottere

dienstverlening te voorzien, zorgt dit voor een verhoogde tevredenheid bij financieel

kwetsbare personen.

Page 86: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

76

“Qua van betalingen, lidgeld noem maar op. Dat was allemaal gemakkelijker,

ook voor zaken te lenen of in bruikleen, moesten we daar geen borg of niks voor

betalen vroeger en ik heb dat nog gehoord dat dat bij de liberale nog zo is.”

5.2.5.3. Maatregelen

Enerzijds zijn er een aantal maatregelen die de tevredenheid van personen in een

financieel kwetsbare positie verhogen. Anderzijds verwachten zij nog een aantal

bijkomende maatregelen. Eén van de maatregelen waar zij tevreden over zijn, is het

globaal medisch dossier. Het zorgt voor continuïteit in hun zorg en ze ondervinden er

ook financiële voordelen van.

“Wat er wel een goeie zaak is da vast dat vast medisch dossier bij je huisarts.

Dan verlies je maar ne, ne goeien euro voor uw visite.”

“Hij heeft dan je medisch dossier op computer en alle gegevens staan erop.

Over medicatie en alles. Ze kunnen direct alles nagaan. Maar je moet wel bij

jezelfde dokter blijven.”

Er bestaan ook enkele financiële maatregelen die hen sterk vooruit kunnen helpen.

Sommige huisartsen of zelfs specialisten, al is het in beperkte mate, maken gebruik van

de derde betalerregeling. Vooral deze maatregel zorgt voor extra ademruimte voor

personen in een financieel kwetsbare positie. Ook maatregelen zoals een verhoogde

tegemoetkoming, Omnio-statuut en maximumfactuur helpen hen heel wat verder, al

lijken deze maatregelen minder naar voor te komen in de gesprekken.

“In het Sint-Jan in Brugge is het met het 3de betalingssysteem. Ge moet gij nie

betalen en als je het einde van de maand bie 5 verschillende geweest ziet dan

krijg je de rekening met juist hetgeen van remgeld dat je moet betalen. Je moet

zelfs niet naar de ziekenbond.”

“Ja vroeger euh zou ik ook niet naar de dokter gaan, maar nu heb ik het geluk

dat ik een goede huisdokter heb, dat ik gewoon het verschil moet bijpassen en ik

Page 87: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

77

heb ook verhoogde tegemoetkoming dus ik moet bijna niets betalen voor de

dokter, bij de tandarts is het ook zo.”

Participanten schetsen verder nog een aantal verwachtingen naar maatregelen, die

mogelijks hun financiële situatie ten gunste kunnen komen. Zoals de beperking van de

kosten voor ziekenvervoer, beperking in erelonen en het enkel uitvoeren van

noodzakelijke onderzoeken.

“En ik vind ook een groot verschil tussen ziek zijn en chronisch ziek zijn. Ik vind

dat ze daar een onderscheid moeten in maken in de mutualiteit. Als je ziek zijt en

ge moet een keer of 4, 5 naar de dokter en ge zijt genezen, ge zijt er vanaf. Maar

als ge chronisch ziek zijt moet ge om de 14 dagen, om de week voor iets anders.

Ge moet ook om de week gaan. Dat is niet ene keer of 2 keer, maar elke week.

Ook voor ambulancevervoer. Dat is 2 of 3 keer in de week. En dat wordt niet

betaald. Wel voor een nierdialysepatiënt en met alle respect voor die mensen die

krijgen dat voor een goedkoper tarief. Maar wij gaan ook 3 keer met het

ambulancevervoer naar het ziekenhuis. En voor ons is dat 40 euro. Voor hen is

dat ja, wat is het nu, 12 of 13 euro. Ik vind dat ze daar toch een onderscheid

moeten in maken. Desnoods met een plafond ofzo. Als je boven het plafond zit

van maximumfactuur voor ziekenhuisvervoer dat dat erbij komt. Want dat is toch

iets dat serieus doorweegt hoor.”

“Wat ik ook niet normaal vind, dus mensen die een kamer alleen hebben in een

ziekenhuis, dat de dokters 100% meer mogen vragen. Ik vind dat absoluut niet

normaal. (..) Daar zou ook iets aan gedaan moeten worden.”

“Ik vind dat ze daar in de wet iets moeten aan doen. Mensen die het echt niet

kunnen betalen, mo echt ziek zijn, helpt die dan tenminste. Laat die niet aan hun

lot over of dinge ofzo. Allé Ik vind daar moeten ze ook iets aan doen. Je vraagt

daar niet om om ziek te worden.”

Page 88: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

78

“Het is een beetje overdreven met al die onderzoeken en dat ze daar een beetje

in snoeien en al die supplementen dat de dokters aanrekenen of dat de

specialisten aanreken. Dat mag ook van mij minderen. Want dat kost allemaal

aan de sociale zekerheid hé.”

5.2.5.4. Organisatie gezondheidszorg

Uit de gesprekken blijkt verder dat er, ondanks de bedoeling van het

subsidiariteitsprincipe, nog steeds barrières bestaan om eerst naar de

eerstelijnsgezondheidszorg te stappen. Heel wat participanten vinden het financieel

voordeliger om rechtstreeks een specialist te contacteren in plaats van eerst de huisarts

te raadplegen.

“Maar ik vraag mij af waarom moet je eerst naar de dokter, de huisdokter

gaan? Men praat dat aan. Das geld over de balk gooien. Dat de huisdokter eerst

moet zeggen ge moet naar die of naar die specialist als je dat zelf weet. Allé,

over het algemeen toch.”

“Ik heb al jaren last van mijn schouder, dat ik toch naar de specialist moet gaan

euh en dienen specialist als ge met een verkoudheid zit en ge zegt dat aan dienen

specialist, dienen specialist die zal em ook wel een fles voorschrijven. Dus

waarom moet je nog ne keer bij den dokter langsgaan. Als je weet van de

wachttijd van de laatste keer. Ook ge moet er ook voor betalen en en dan euh als

ge zogezegd ne keer gaat praten voor het een of ander, bij de specialist zit je

direct goe, en de huisarts gaat je dan een beetje doorsturen dus je gaat dan

direct naar de specialist.”

5.2.5.5. Hospitalisatieverzekering

Heel wat participanten vinden een hospitalisatieverzekering belangrijk. Zij geven echter

wel aan dat een privéverzekering onbetaalbaar is of dat zij hiervoor niet in aamerking

komen door een reeds bestaande ziekte of aandoening.

Page 89: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

79

“Nu ik heb een hospitalisatieverzekering, DKV, dat is een hele dure verzekering.

Ik had op een bepaald moment gedacht, kijk kga ze opzeggen, nu ik heb ook een

ziekte die blijvend is, de ziekte van Bechterew, waar dak om de zes weken

baxters voor moet hebben en iedereen heeft mij aangeraden, zeg zeker die

hospitalisatieverzekering niet op. Dat is bijna 50 euros in de maand. Eh tot dat

ik eigenlijk die kosten niet meer hebt, dan lig je op je gemak in de kliniek.”

“De beste is die van de christelijke mutualiteit. Maar als je moet naar de privé

gaan is dat onbetaalbaar. Tis nu al zo hard. Het kost nu al zoveel geld. Anders

de privé, dat is niet te doen.”

Page 90: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

80

6. Discussie, beperkingen van het onderzoek en aanbevelingen

6.1. Discussie

In totaal werden aan de hand van de focusgroepgesprekken 35 vrouwen en 23 mannen

geïnterviewd. Het groter aantal vrouwen kan mogelijks te wijten zijn aan het feit dat

meer vrouwen in armoede leven in vergelijking met mannen. Volgens onderzoek is de

voornaamste verklaring voor dit fenomeen de verandering van de gezinssamenstelling.

Zo zijn er steeds meer alleenstaande moeders die met één inkomen, dat gemiddeld lager

ligt dan dat van een man, het gezin dienen te ondersteunen (Mc Lanahan, Sørensen,

Watson, 1989).

6.1.1 Uitdagingen van financieel kwetsbare patiënten

In eerste instantie geven participanten spontaan aan dat zij kampen met een aantal niet

rechtstreeks gezondheidsgerelateerde problemen. Eén van deze problemen is ongezonde

voeding. Het verkrijgen van voedsel via de voedselbank ervaren zij als een grote

ondersteuning, maar deze is volgens hen eenzijdig en ontbreekt aan verse groenten en

fruit. Internationale studies tonen aan dat personen met een lage SES inderdaad minder

groenten en fruit innemen. In tegenstelling tot wat uit dit onderzoek blijkt, zouden zij

hier wel een gelijke toegang tot hebben in vergelijking met mensen met een hoge SES,

maar ontbreken zij aan kennis om tegen lage prijs gezond te koken (Ball, Crawford &

Mishra, 2005; Inglis, Ball & Crawford, 2005).

Een volgend ervaren probleem is huisvesting. Vaak dienen financieel kwetsbare

personen zich tevreden te stellen met minderwaardige huisvesting in afwachting tot een

sociale woning. Onderzoek bevestigt de huisvestingsproblematiek voor deze groep

mensen (Stronks, Van de Mheen & Mackenbach, 1998).

Als derde probleem gaven participanten aan het gevoel te hebben dat zij ten gevolge van

ziekte minder sociaal contact hebben, bijgevolg zoeken zij sociaal contact bij hun

huisarts. House et al. (1988) bevestigt de causale relatie tussen gezondheid en sociaal

contact en dat vooral mensen met een lage SES mindere kwalitatieve en kwantitatieve

sociale relaties hebben in vergelijking met mensen met een hoge SES (House et al.,

1988).

Page 91: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

81

Naast niet rechtstreeks gezondheidsgerelateerde problemen ondervinden personen in

een financieel kwetsbare positie ook een aantal problemen op vlak van gezondheid. Zo

dienen zij vaak hulp uit te stellen. Niettegenstaande geven participanten wel aan dat zij

belang hechten aan gezondheid. Onderzoek concludeert dat financieel kwetsbare

personen prioriteit geven aan basisbehoeften zoals voeding, huisvesting en veiligheid

(Gelbert, Gallagher, Andersen & Koegel, 1997). Er wordt in onderzoek echter maar

weinig aandacht besteed aan het belang dat deze mensen, mogelijks secundair, hechten

aan gezondheid.

Tot slot blijkt dat participanten ondanks hun eigen behoeften, steeds voorrang geven aan

hun kinderen wanneer zij ziek zijn en hulp voor zichzelf uitstellen. Een onderzoek van

Gelberg et al. (1997) bevestigt dit.

6.1.2 Ervaringen met de huisarts

6.1.2.1. Huisartsenpraktijk

Een belangrijk aspect dat uit de gesprekken naar voor kwam, zijn de wachttijden bij de

huisarts. Dit kwam initieel niet in de literatuurstudie naar voor. Sommigen vinden een

langere wachttijd te tolereren, anderen niet. Een oplossing die de participanten zelf naar

voor brachten, is het werken met afspraken waarbij voldoende tijd per patiënt wordt

voorzien. Verschillende onderzoeken geven een richttijd van twintig minuten per

consultatie aan om in te spelen op de verwachtingen van patiënten. Dit is zeker van

belang gezien de vaak complexe problematiek van personen in een financieel kwetsbare

positie (Lin et al., 2001; Fiscella & Epstein, 2008).

Zoals in de literatuurstudie aan bod kwam, vinden de participanten het belangrijk dat

hun huisarts steeds bereikbaar is (Wensing et al., 2002). Wanneer de vertrouwde arts

niet beschikbaar is, zijn zij in vele gevallen genoodzaakt een huisarts van wacht te

raadplegen. Participanten zijn hier echter niet altijd tevreden over, omdat zij meestal

niet weten welke arts zij kunnen verwachten of hoe zij deze arts kunnen bereiken. De

federale overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en

Leefmilieu meldt dat huisartsen zich verenigen in huisartsenkringen op basis van een

geografisch gebied. Afspraken rond het bekendmaken van de wachtdienst verloopt per

kring op een andere manier (FOD, 2011). Hierdoor kan mogelijks onduidelijkheid

ontstaan rond het oproepingssysteem. Als mogelijke tegemoetkoming wijst Wensing et

Page 92: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

82

al. (2002) op de mogelijkheid voor artsen om zich in groepspraktijken te verenigen. Ook

de participanten gaven dit als reden om een groepspraktijk te bezoeken. Daarentegen

vinden zij het een nadeel dat het niet altijd mogelijk is om hun vertrouwde arts te

kunnen raadplegen. Wensing et al. (2002) bevestigt dat mensen vooral tevreden zijn

wanneer zij naar eenzelfde arts terug kunnen gaan.

6.1.2.2. Arts-patiënt relatie

Verschillende aspecten van de arts-patiënt relatie kwamen aan bod tijdens de

focusgroepgesprekken. Personen in een financieel kwetsbare positie verwachten dat een

arts hun situatie kent en begrijpt, zodat deze hiermee rekening kan houden. Onderzoek

van Mercer et al. (2007) bevestigt dat dit de tevredenheid verhoogt.

Vervolgens gaven participanten aan dat zij openheid van hun arts verwachten. Een arts

dient eerlijk te zijn en hen openhartig de juiste diagnose en gevolgen van de diagnose

mee te delen. Daarnaast vinden zij het ook belangrijk dat een arts zich aan het

beroepsgeheim houdt en geen zaken aan andere mensen doorvertelt. Dit alles komt er op

neer dat participanten een arts verwachten die zij kunnen vertrouwen. Fiscella et al.

(2004) erkennen in hun onderzoek het belang van vertrouwen in een arts, aangezien dit

de therapietrouw verhoogt.

Vervolgens kwam in de gesprekken aan bod dat een arts die luistert naar de patiënt en

de patiënt als een individu behandelt, aan de verwachtingen van de patiënt tegemoet

komt. Ook Mercer et al. (2007) staven deze bevinding. Onderzoek toont verder aan dat

de arts-patiënt relatie en bijgevolg de zorgtevredenheid door dergelijke houding

verbeterd kan worden (Schoenthaler et al., 2009).

Tijdens de focusgroepgesprekken kwam regelmatig aan bod dat participanten zich

geholpen voelen door een goed gesprek met hun arts. Hierdoor zou hij reeds een deel

van het probleem kunnen achterhalen, zonder dat hierbij fysisch onderzoek nodig is.

Mercer et al. (2007) beamen dit.

Een volgende aspect die participanten ervaren, is het gevoel van stigmatisering door de

arts. Dit uit zich in het gevoel niet serieus genomen te worden. Schepers (2007) staaft

dit probleem. Participanten gaven verder aan het belangrijk te vinden dat een arts niet

op hen neerkijkt.

Page 93: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

83

Een aspect uit de literatuurstudie, dat niet expliciet tijdens de gesprekken aan bod

kwam, is het belang van het bevragen van de verwachtingen van de patiënt. Door deze

te bevragen kan de arts meer aan hun verwachtingen tegemoet komen en zo de

tevredenheid verhogen (Fiscella et al., 2002).

6.1.2.3. Communicatie

Aansluitend op de arts-patiënt relatie, wordt ook het belang van de manier waarop

gecommuniceerd wordt, aangegeven. Een eerste aspect die participanten aanhalen, is

het gebruik van jargon. Onderzoek bevestigt het belang van een eenvoudige en

duidelijke uitleg en geeft aan dat jargon de zorgtevredenheid verlaagt (Cambell et al.,

2001). Participanten ervaren verder dat vooral oudere artsen een moeilijker taalgebruik

hanteren in vergelijking met jongere artsen. Onderzoek van Waitzkin & Howard (1984)

vond hierbij echter geen verschil. Volgens onderzoek zorgt vooral het gebrek aan tijd

voor een mindere uitleg van gebruikte medische termen (Waitzkin In: Buller & Buller,

1987).

Naast het vermijden van jargon, verwachten participanten dat zij voldoende informatie

krijgen over hun toestand. Ook extra informatie, zoals folders en affiches in de

wachtzaal, is welkom. Verder vinden participanten het belangrijk dat een arts zelf het

initiatief neemt om uitleg te geven. Onderzoek bevestigt dat, wanneer patiënten zich

zwijgzaam opstellen, de arts hen minder aanmoedigt om zelf informatie te vragen

(Scherpers, 2007). In tegenstelling tot wat in de gesprekken aan bod kwam, werd in de

literatuurstudie teruggevonden dat artsen vaak infantiele en paternalistische taal

hanteren ten opzichte van mensen met een lage SES (Schepers, 2007).

Naast communicatie tussen arts en patiënt, vinden personen in een financieel kwetsbare

positie ook de communicatie tussen artsen belangrijk. Ze vinden het aangenaam dat,

wanneer zij doorverwezen worden naar een andere arts, deze reeds op de hoogte is van

hun situatie, zodat zij niet telkens opnieuw hun verhaal dienen te doen. Onderzoek wijst

inderdaad op het belang van een goede communicatie tussen artsen (Sijstermans,

Jaspers, Bloemendaal, Schoonderwaldt, 2007).

Page 94: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

84

6.1.2.4. Barrières

Financieel kwetsbare personen geven aan minder vlug naar een huisarts te gaan,

wanneer zij niet over voldoende financiële middelen beschikken. Onderzoek bevestigt

dat de kostprijs van de gezondheidszorg een barrière vormt (Weissman, Stern, Stephen,

Fielding, Epstein, 1991). Participanten vinden een raadpleging bij de huisarts duur en

verwachten dan ook dat er geen onnodige raadplegingen plaatsvinden. Daarnaast

verwachten zij dat de arts spontaan generische geneesmiddelen voorschrijft of hen

staaltjes aanbiedt. Een verklaring hiervoor kan gevonden worden in een studie van

Reichert, Simon en Halm (2002). Hier wordt bevonden dat artsen vaak niet op de

hoogte zijn van de kostprijs van medicatie voor de patiënt (Reichert et al., 2000).

Ook angst wordt door de participanten als een barrière omschreven. Zij geven aan dat

zij schrik hebben voor een ernstige diagnose, ziekenhuizen en artsen. Onder andere in

een onderzoek van Carrillo, Green en Betancourt (1999) en Weissman et al. (1991)

wordt dit bevestigd. Naast angst, houdt schaamte sommige participanten tegen om hulp

te zoeken. Zij schamen zich om hun situatie waardoor zij niet steeds opnieuw om

bijvoorbeeld generische middelen durven vragen. Onderzoek van Schillinger, Bindman,

Wang, Steward en Piette (2004) komt tot dezelfde bevinding.

6.1.3 Ervaringen met de specialist

6.1.3.1. De praktijk

Personen in een financieel kwetsbare positie geven aan dat zij ook bij de specialist vaak

geconfronteerd worden met lange wachttijden. Naast wachttijden in de wachtzaal

dienen zij lang te wachten voor zij een afspraak kunnen maken. Sheppard, Zambrana en

O‟Malley (2004) komen tot de bevinding dat een aantal institutionele en structurele

factoren, zoals wachttijden, het vertrouwen en bijgevolg de tevredenheid op vlak van

specialistische zorg sterk mee bepaald (Sheppard, Zambrana & O‟Malley, 2004). Om

toch vlot een afspraak bij de specialist te kunnen maken, ervaren participanten dat dit

gemakkelijker gaat wanneer de huisarts dit regelt.

Page 95: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

85

6.1.3.2. Communicatie

Eén communicatieprobleem is specifiek van toepassing op de specialist. Personen in

een financieel kwetsbare positie geven aan dat de communicatie tussen verschillende

artsen vaak niet vlot verloopt. Veelal zijn zij niet op de hoogte van de medische situatie

van de patiënt of geven zij evoluties niet door aan de huisarts. Onderzoek van

Berendsen (2009) bevestigt dat patiënten de terugrapportage naar de huisarts te traag

vinden en dat deze meer informatie dient te bevatten (Berendsen, 2009).

6.1.3.3. Diagnose

Tijdens de gesprekken kwam aan bod dat participanten vaak het gevoel hebben dat zij

rondgestuurd worden voor zij een juiste diagnose te horen krijgen. Wanneer zij hiervoor

verschillende artsen raadplegen, hebben zij de indruk dat artsen elkaar tegenspreken. Zo

krijgen zij steeds een andere visie en diagnose te horen. Berendsen (2009) constateert

dat specialisten het belangrijk vinden om samen te werken in het belang van de patiënt.

Op deze manier staan specialisten meer op één lijn, waardoor problemen zoals

tegenspraak in diagnose minder vaak voorkomen.

6.1.3.4. Barrières

Nog sterker als bij de huisarts, wordt de kostprijs hier als grootste barrière om hulp te

zoeken aangegeven. Hierdoor stellen participanten vaak specialistische hulp uit, zoals

het dragen van een beugel of het ondergaan van een operatie. Onderzoek van

Wittevrongel (2004) staaft deze bevinding. Aangegeven redenen voor het uitstellen van

hulp zijn de hoge erelonen van specialisten en de beperkte of laattijdige terugbetaling

van specialistische zorg. Zij dienen minstens één week te wachten op terugbetaling door

de mutualiteit. Daarnaast komen heel wat medische hulpmiddelen niet of maar in

beperkte mate in aanmerking voor terugbetaling. Het RIZIV bevestigt deze problemen

(RIZIV, 2011). Een ander aspect van de hoge kostprijs houdt in dat participanten het

gevoel hebben onnodige onderzoeken te moeten ondergaan, die zij ook dienen te

betalen.

Een manier waarop de arts de barrière van de hoge kostprijs in zekere mate mee kan

overbruggen, is door de te verwachten kostprijs te schetsen aan de patiënt. Zo weten zij

waaraan ze zich kunnen verwachten en kunnen zij indien nodig sparen om hun zorg te

Page 96: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

86

betalen. Whitehead, Dahlgren en Evans (2001) wijzen op de zware weerslag van

onverwachte kosten op de patiënt.

Naast aspecten op vlak van kostprijs worden personen in een financieel kwetsbare

positie vaak tegengehouden door vervoersproblemen. Ze bezitten vaak geen wagen en

ook het openbaar vervoer kost veel geld. Onderzoek bevestigt deze praktische barrières

(Billings, Zeitel, Lukomnik, Carey, Blank & Newman, 1993).

6.1.4 Ziekenhuis en spoed

6.1.4.1. Ziekenhuisverblijf

Participanten gaven kort een aantal aspecten op vlak van ziekenhuisopname aan, die tot

een mindere zorgtevredenheid kunnen leiden. Zo ervaren zij de effecten van

personeelstekort en de drukte in ziekenhuizen, waardoor zij het gevoel hebben dat er

minder tijd voor hen genomen wordt. Naast tijd nemen door verpleegkundig personeel,

verwachten participanten een goede opvolging door hun arts tijdens hun

ziekenhuisverblijf. Onderzoek bevestigt de relatie tussen veelvuldig contact, een

verhoogde tevredenheid en een beter genezingsproces (Plantinga et al., 2004).

Naast personeelsaspecten zijn patiënten vaak minder tevreden over een aantal

dienstverleningsaspecten binnen het ziekenhuis. Zo hebben personen in een financieel

kwetsbare positie vaak het gevoel dat hun privacy niet gerespecteerd wordt. Onderzoek

bevestigt het belang van privacy in ziekenhuizen (Leino-Kilpi, Välimäki, Dassen,

Gasull, Lemonidou, Scott, Arndt, 2001).

6.1.4.2. Ziekenhuisorganisatie

Een aspect waar participanten moeilijkheden in ondervinden, is de bewegwijzering in

een ziekenhuis. Participanten hebben vaak het gevoel verloren te lopen in het

ziekenhuis. Verder ervaren participanten ook een verschil tussen algemene ziekenhuizen

en universitaire ziekenhuizen. Algemene ziekenhuizen worden als overzichtelijker

ervaren, maar zij vermoeden dat universitaire ziekenhuizen beter zijn voor zeldzame

aandoeningen en wanneer een grondig onderzoek noodzakelijk is.

Page 97: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

87

6.1.4.3. Spoed

Participanten geven aan voornamelijk gebruik te maken van spoed wanneer zij niet

terecht kunnen bij hun huisarts of wanneer zij te lang moeten wachten op een afspraak

bij de specialist. Onderzoek komt ook tot deze bevinding (Howard, Goertzen,

Hutchison, Kaczorowski & Morris, 2007).

Op de spoedafdeling ervaren sommige participanten een vlotte hulpverlening, andere

vinden juist dat er lange wachttijden zijn. Het verschil in de ervaren wachttijd wordt in

onderzoek niet verklaard.

Participanten aan de focusgroepgesprekken gaven ten slotte aan het storend te vinden

om herhaaldelijk hun verhaal opnieuw te moeten doen. Er wordt vermoed dat hierbij

verschillende aspecten meespelen, zoals gebrekkige continuïteit van zorg bij het

raadplegen van een spoedafdeling, minder kwaliteitsvolle communicatie tussen arts en

huisarts of tussen artsen onderling binnen het ziekenhuis en de algemene werking van

een spoedafdeling. Het effect van verschillende keren hetzelfde te moeten vertellen op

de tevredenheid van financieel kwetsbare personen is nog niet onderzocht.

Een bevinding uit de literatuurstudie die niet in de focusgroepgesprekken aan bod

kwam, is dat mensen mogelijks het idee hebben dat zij op spoed minder moeten betalen

of niet onmiddellijk moeten betalen (Bakelandt et al., 2009).

6.1.5 Zorgsystemen

6.1.5.1. Toegankelijkheid

Een aspect dat herhaaldelijk door participanten aangegeven werd, is het gebrekkige

overzicht in het sociale zekerheidssysteem in België. Een centraal aanspreekpunt waar

zij terecht kunnen met al hun vragen zou volgens hen soulaas brengen. Uit de

literatuurstudie blijkt echter dat de Vlaamse regering hier in 2001 reeds stappen toe

ondernomen heeft, door de oprichting van het sociaal huis, volgend uit het lokaal

sociaal beleid (Bosmans et al., 2007). Deze masterproef suggereert echter dat het lokaal

sociaal beleid zijn doelstelling nog niet bereikt heeft.

Financieel kwetsbare personen gaven verder aan geregeld tussen de mazen van het net

te glippen en niet in aanmerking te komen voor heel wat sociale voordelen, waardoor zij

uiteindelijk minder financiële middelen overhouden dan mensen die wel voor deze

Page 98: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

88

voordelen in aanmerking komen. Ook het conclusie forum (2002) komt tot deze

bevinding.

Tot slot verwachten mensen in een financieel kwetsbare positie een vereenvoudiging

van het vele papierwerk. Heel wat papieren dienen ingevuld te worden voordat zij voor

bepaalde maatregelen in aanmerking kunnen komen. Ook dit wordt door het conclusie

forum (2002) gestaafd.

6.1.5.2. Maatregelen

Tijdens de gesprekken kwamen een aantal sociale maatregelen aan bod, zoals het

globaal medisch dossier, de derde betalerregeling, verhoogde tegemoetkoming, de

maximumfactuur en het OMNIO-statuut.

Het globaal medisch dossier kan volgens participanten zorgen voor een verhoogde

continuïteit en een aantal financiële voordelen. Het conclusie forum (2002) beaamt dit.

Zoals ook in de gesprekken aangegeven, blijkt volgens Gerkens et al. (2010) dat de

derde betalerregeling in de ambulante zorg een verademing inhoudt voor mensen in een

financieel kwetsbare positie.

Verder worden zowel door onderzoek als door de participanten de voordelen van de

verhoogde tegemoetkoming en het OMNIO-statuut aangegeven (Conlucie forum, 2002;

Jetzen, 2008). Op vlak van de maximumfactuur wijst onderzoek dat het beschermende

doel van de maximumfactuur nog beperkingen kent (Schokkaert et al., 2008). Ook

participanten gaven dit aan.

Tot slot verwachten financieel kwetsbare personen zelf een aantal specifieke

maatregelen op vlak van terugbetaling van ziekenvervoer, het inperken van erelonen en

het enkel uitvoeren van noodzakelijke medische onderzoeken.

6.1.5.3. Organisatie gezondheidszorg

Participanten vinden het financieel voordeliger om rechtstreeks naar een specialist te

gaan in plaats van eerst naar de huisarts. Onderzoek wijst er op dat 46,3% van de

privéverzekerde patiënten rechtstreeks een specialist consulteert zodat zij niet eerst een

huisarts en vervolgens nog een specialist dienen te betalen (Kulu-Glasgow, Delnoij, de

Bakker, 1998).

Page 99: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

89

6.1.5.4. Hospitalisatieverzekering

Tot slot hechten personen in een financieel kwetsbare positie belang aan het hebben van

een hospitalisatieverzekering. Zij ervaren echter dat een privéverzekering onbetaalbaar

is. Ook soortgelijk onderzoek in Lier kwam tot deze bevinding (Samenlevingsopbouw

Antwerpen provincie vzw, 2010).

6.2. Beperkingen van het onderzoek

Bij het uitvoeren van dit onderzoek zijn een aantal beperkingen op te merken. Ten

eerste was het initieel de bedoeling om ook personen van allochtone afkomst te

bevragen. Echter meldde zich niemand uit deze groep aan. Mogelijks is dit te wijten aan

het inclusiecriterium om het Nederlands te beheersen en het feit dat er geen grootsteden,

zoals bijvoorbeeld Gent, in het onderzoek konden worden opgenomen. Een tweede

beperking van het feit dat geen grootsteden in het onderzoek konden worden

opgenomen, is een mogelijk gebrek aan participanten uit achtergestelde buurten en

participanten die gebruik kunnen maken van wijkgezondheidscentra en

huisartsenwachtposten. Er wordt van uit gegaan dat er zich meer achtergestelde buurten

in grootsteden bevinden. Door een beperking aan dergelijke buurten kan informatie over

veelvuldig spoedgebruik, gebruik van wijkgezondheidscentra en huisartsenwachtposten

ontbreken. Een gebrek aan informatie over wijkgezondheidscentra kan ook te wijten

zijn aan een meerderheid van participanten uit West-Vlaanderen, waar zich geen

wijkgezondheidscentra bevinden.

Tot slot is het gebruik van focusgroepgesprekken als methode voor het onderzoek een

mogelijke beperking. Het kan zijn dat sommige patiënten een remming ervaren om over

hun huisarts te praten aangezien in bepaalde regio‟s heel wat participanten naar dezelfde

arts gaan.

6.3. Sterktes van het onderzoek

Een eerste sterkte van dit onderzoek is te vinden in de rekrutering van de participanten.

Naast een spreiding van de gesprekken over verschillende steden en gemeenten, waren

verschillende leeftijdscategorieën vertegenwoordigd. Daarnaast zijn er ook sterktes op

vlak van de dataverzameling. Tijdens de gesprekken waren zowel een moderator als een

Page 100: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

90

observator aanwezig, wat later resulteerde in rijkere data en meer nauwkeurige

dataverwerking. De transcriptie van de gesprekken werd steeds door de moderator

uitgevoerd, wat de dataverwerking verder ten goede kwam. Na codering van de

resultaten bleek saturatie bereikt te zijn, wat ook als sterkte aanzien kan worden.

Als laatste werden de resultaten onafhankelijk gecodeerd door een derde onderzoeker,

dit om de betrouwbaarheid te verhogen.

6.4. Aanbevelingen voor verder onderzoek

Naast een aantal beperkingen van het onderzoek, kunnen ook enkele aanbevelingen

aangebracht worden voor verder onderzoek. Hieronder worden de belangrijkste

aangegeven.

Tijdens de focusgroepgesprekken kwamen een aantal specifieke problemen van

psychiatrische patiënten in een financieel kwetsbare positie aan bod. Vermoed kan

worden dat onderzoek naar ervaringen, ideeën en verwachtingen van deze specifieke

groep nuanceringen zou kunnen aanbrengen in dit onderzoek. Zo kunnen aanbevelingen

gedaan worden naar artsen die te maken krijgen met financieel kwetsbare psychiatrische

patiënten of zelfs specifiek naar de psychiatrische hulpverlening.

Naast psychiatrische patiënten, zou het interessant zijn om etnische minderheden in de

gesprekken aan het woord te laten. Mogelijks hebben ook zij andere ervaringen of

verwachtingen naar de zorg en wordt hun zorgtevredenheid door andere factoren

bepaald in vergelijking met autochtone financieel kwetsbare personen.

Tot slot zou het nuttig zijn om, op vlak van de uitbouw van het medische landschap,

onderzoek te verrichten naar het verschil in zorgtevredenheid tussen een

plattelandsregio en een stedelijke regio. Het effect van het gebruik van bijvoorbeeld

wijkgezondheidscentra, die meest voorkomen in stedelijke gebieden, kunnen op die

manier in kaart worden gebracht.

Page 101: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

91

7. Conclusie

Als antwoord op de eerste onderzoeksvraag „wat verwachten personen in een financieel

kwetsbare positie van de zorgverlening?‟, worden onderstaande zaken bevonden.

Financieel kwetsbare patiënten hebben vooreerst een aantal verwachtingen naar hun

huisarts toe. Zij verwachten dat hun arts steeds beschikbaar is. Verder wensen zij een

vaste arts te kunnen raadplegen. Dit omdat zij een arts verwachten die hun situatie kent,

begrijpt en hier rekening mee houdt. Een manier waarop de arts alvast de financiële

situatie van financieel kwetsbare personen in acht kan nemen, is door het automatisch

voorschrijven van generische middelen of het spontaan aanbieden van staaltjes. Naast

het kunnen raadplegen van eenzelfde arts, verwachten financieel kwetsbare personen

ook dat ze vertrouwen kunnen stellen in hun arts. Aangezien een vertrouwde arts vaak

veel over hen weet, verwachten zij dat deze zich aan het beroepsgeheim houdt. Zo niet

hypothekeert dit de vertrouwensrelatie. Wat naast vertrouwen de arts-patiënt relatie kan

bevorderen, is een bepaalde attitude van de arts. Zo verwachten financieel kwetsbare

personen een open houding, zoals het direct meedelen van de diagnose en voorzien van

voldoende uitleg. Daarnaast willen zij in hun totaliteit beschouwd worden. Financieel

kwetsbare personen verwachten dat een arts meer ziet dan louter het medische, maar

ook aandacht heeft voor de eigenheid van de persoon met zijn karakter en situatie. Er

wordt dan ook verwacht dat een arts meer dan medisch advies geeft. Hierbij wordt

gedacht aan psychosociale ondersteuning.

Afgezien van de arts-patiënt relatie, hebben financieel kwetsbare patiënten een aantal

verwachtingen op vlak van communicatie. Enerzijds is de manier waarop

gecommuniceerd wordt belangrijk. Zo dient jargon vermeden te worden en wordt de

arts geacht spontaan, een duidelijke en eenvoudige uitleg te geven. Anderzijds hechten

financieel kwetsbare patiënten ook belang aan de inhoud van de communicatie. Zij

rekenen op voldoende informatie over hun toestand en ook extra informatie,

bijvoorbeeld onder de vorm van folders of affiches in de wachtzaal. Naast de

communicatie tussen de arts en de patiënt mag ook communicatie tussen artsen

onderling niet uit het oog verloren worden. Zo dient de specialist bijvoorbeeld zijn

bevindingen terug te rapporteren aan de huisarts.

Volgend op een aantal verwachtingen ten opzichte van de arts, zijn er ook een aantal

verwachtingen naar het ziekenhuis toe. Wanneer financieel kwetsbare personen

Page 102: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

92

opgenomen worden, verwachten zij een goede opvolging. Bij een langdurige opname

wensen zij hun arts meerdere malen te zien. Ook verwachten zij niet meer onderzoeken

te moeten ondergaan dan nodig, om zo de kostprijs niet te laten oplopen.

Voorts bestaan bij financieel kwetsbare personen een aantal verwachtingen om

bestaande barrières van het systeem te voorkomen. Om wegwijs te raken in het systeem,

wordt een duidelijk aanspreekpunt verwacht van waaruit personen naar de juiste

instanties kunnen doorverwezen worden. In het verlengde hiervan wensen zij een

vereenvoudiging van het vele papierwerk om zo vlotter te kunnen genieten van sociale

voordelen. Op vlak van kostprijs kan beperking van erelonen en de ruimere

terugbetaling van ziekenvervoer, soulaas brengen. Wanneer personen ten slotte niet in

aanmerking komen voor sociale voordelen, wensen zij hier uitleg over te ontvangen.

In antwoord op de tweede onderzoeksvraag „Wat ervaren personen in een financieel

kwetsbare positie op vlak van de huidige zorgverlening?‟, wordt tot onderstaande

bevinden gekomen.

Ten eerste hebben financieel kwetsbare personen een aantal ervaringen op vlak van de

huisarts. Er kan geconcludeerd worden dat personen in een financieel kwetsbare positie

een eigen visie en ervaring hebben omtrent de huisartsenpraktijk. Zij ervaren in vele

gevallen lange wachttijden. Dit vormt op zich geen probleem wanneer zij zelf ook

voldoende tijd met de arts kunnen doorbrengen. Wanneer er echter gewerkt wordt met

afspraken wordt wel verwacht dat deze nageleefd worden. Verder vinden zij het

belangrijk dat zij steeds eenzelfde arts te zien krijgen, aangezien zij ervaren dat dit zorgt

voor een vertrouwensrelatie. Deze masterproef wijst uit dat financieel kwetsbare

personen een voorkeur hebben voor een groepspraktijk aangezien er vaker een arts

aanwezig is en overleg tussen de artsen mogelijk is. In tegenstelling tot wat zij

verwachten, ervaren financieel kwetsbare personen dat het niet steeds mogelijk is om

hun vertrouwde arts te raadplegen. Verder, om de continuïteit in de zorgverlening te

bevorderen, ervaren personen in een financieel kwetsbare positie een grote tevredenheid

bij gebruik van het globaal medisch dossier. Naast continuïteit krijgen zij er ook

financiële voordelen door.

In contact met de arts zelf ondervinden financieel kwetsbare personen dat met een goed

gesprek al een groot deel van het probleem uitgeklaard kan worden, voorafgaand aan

Page 103: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

93

het fysisch onderzoek. Niettegenstaande vinden zij het vaak moeilijk om zelf vragen te

richten aan de arts. Sommigen hebben het gevoel dat zij aan assertiviteit ontbreken.

Verder ervaren financieel kwetsbare patiënten soms stigmatisering door hun arts. Dit

terwijl zij hopen op gelijke hoogte behandeld te worden. Wanneer zij uiteindelijk toch

doorverwezen dienen te worden, hebben financieel kwetsbare personen het gevoel dat

zij sneller een afspraak met de specialist verkrijgen via hun huisarts. Wanneer zij zelf

geen stappen ondernemen voelen zij zich aan hun lot overgelaten.

Ten tweede hebben personen in een financieel kwetsbare positie ook een aantal

ervaringen met de specialist. Wanneer zij met een specifiek probleem kampen en

hiervoor bij de specialist ten rade gaan, ondervinden zij vaak een lange zoektocht bij

verschillende artsen voordat zij een diagnose te horen krijgen. Hierbij worden ze

geconfronteerd met een hoge kostprijs door de verschillende onderzoeken en

raadplegingen. Daarnaast lijken artsen elkaar tegen te spreken en krijgen zij

verschillende diagnoses te horen voor hetzelfde probleem.

Ten derde zijn er een aantal ervaringen op niveau van het ziekenhuis. Wanneer een

huisarts niet beschikbaar is of wanneer mensen lange wachttijden ervaren voor een

consultatie bij de specialist, zijn zij sneller geneigd om van een spoedafdeling gebruik te

maken. Financieel kwetsbare personen ervaren op een spoedafdeling vaak lange

wachttijden voor zij een arts te zien krijgen. In vele gevallen zien zij verschillende

zorgverleners waarbij ze telkens opnieuw hun verhaal moeten doen. Dit ervaren zij als

storend en komt niet tegemoet aan hun verwachting omtrent een goede communicatie

tussen hulpverleners. Bij een uiteindelijke opname in het ziekenhuis ondervinden zij

vaak een gebrek aan privacy en hebben zij het gevoel dat er geen tijd voor hen gemaakt

wordt door personeelstekort en drukte. Op organisatorisch vlak ontbreekt duidelijke

bewegwijzering. Financieel kwetsbare personen ervaren dat zij soms verloren lopen in

het ziekenhuis. Vooral in universitaire ziekenhuizen lijkt dit meer voor te komen.

Daarentegen zien zij als voordeel van universitaire ziekenhuizen dat meer

technologische middelen aanwezig zijn voor specifieke onderzoeken of dat universitaire

ziekenhuizen meer aangewezen zijn voor de behandeling van zeldzame aandoeningen.

Ten vierde worden er ook een aantal barrières in de zorgverlening ervaren. Financieel

kwetsbare personen hechten op zich veel belang aan hun gezondheid, maar dienen

gezondheidszorg vaak uit te stellen omwille van de hoge kostprijs. Vooral voor

Page 104: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

94

specialistische zorg is dit van toepassingen. Zowel voor specialistisch zorg als voor hulp

door de huisarts geven zij aan steeds prioriteit te geven aan hun kinderen. Zorg voor

henzelf wordt bijgevolg op de lange baan geschoven. Wanneer zij een specialist nodig

hebben, gaan zij in de meeste gevallen niet eerst via de huisarts passeren, maar

onmiddellijk contact opnemen met de specialist. Naast het ervaren van een hoge

kostprijs als voornaamste barrière voor zorggebruik, stellen financieel kwetsbare

personen vast dat vervoersproblemen ervoor zorgen dat hulp wordt uitgesteld. Vaak is

transport met het openbaar vervoer duur of niet altijd mogelijk. Verder krijgen zij te

maken met angst voor een ernstige diagnose of angst voor artsen. Ten slotte is het

ervaren van schaamte voor hun situatie een reden om geen hulp te zoeken.

Als laatste geven financieel kwetsbare personen een aantal ervaringen aan op vlak van

het Belgische sociale zekerheidssysteem. De verplichte ziekteverzekering biedt deels

een oplossing voor de hoge kostprijs van de gezondheidszorg, maar hierbij dient

opgemerkt te worden dat mensen vaak lang moeten wachten op de terugbetaling van

medische kosten. Het voorschieten van kosten betekent vaak een streep door de

rekening van financieel kwetsbare personen. Bijkomend dekt de mutualiteit niet alle

kosten voor gezondheidszorg. Bepaalde supplementen of specifieke behandelingen en

materialen worden niet of slechts in beperkte mate terugbetaald. Een aantal bijkomende

beschermende maatregelen kunnen worden onderscheiden om financieel kwetsbare

personen te ondersteunen. Vooral de derde betalerregeling wordt door financieel

kwetsbare patiënten als grote steun ervaren. Ook het OMNIO-statuut en de verhoogde

tegemoetkoming bieden voor sommigen een welkome ondersteuning. Ten slotte bestaat

ook de MAF als doel om de kosten voor medische hulpverlening niet te zwaar te laten

doorwegen op het budget. Niet alles wordt echter opgenomen in de MAF waardoor nog

vele gezinnen problemen ervaren op vlak van medische kosten. Niet enkel bij de MAF,

maar ook bij heel wat andere sociale voordelen blijken nog heel wat mensen uit de boot

te vallen. Bijkomend kunnen zij zich geen privé hospitalisatieverzekering veroorloven

gezien de hoge kostprijs en een mogelijke voorgeschiedenis van ziekte waardoor zij niet

in aanmerking komen. Financieel kwetsbare personen geven aan dat zij vaak zelf op

zoek moeten gaan naar sociale voordelen waar zij mogelijks kunnen van genieten.

Hierbij ervaren zij een gebrek aan overzicht tussen de verschillende systemen, waardoor

zij een eventueel sociaal voordeel mislopen.

Page 105: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

95

Tot slot in antwoord op de derde onderzoeksvraag „Hoe kunnen hulpverleners de

zorgtevredenheid van financieel kwetsbare personen verhogen‟, volgen hieronder een

aantal implicaties.

Om de ervaren wachttijden aan te pakken, geven financieel kwetsbare personen aan dat

het werken met afspraken een oplossing kan bieden. Bij het gebruik maken van

afspraken dient wel voldoende tijd per consultatie uitgetrokken te worden zodat iedere

patiënt op zijn minst twintig minuten bij de arts kan doorbrengen.

Om de arts-patiënt relatie te verbeteren, kan de arts zich een aantal attitudes eigen

maken, zoals openheid, eerlijkheid, luisterbereidheid en empathie. Op deze manier komt

al heel wat informatie rond het probleem van een financieel kwetsbare patiënt naar voor

en kan een vertrouwensrelatie opgebouwd worden. Bijkomend moet getracht worden

hen in hun totaliteit te zien.

Ook aandacht voor een aangepaste communicatie is van groot belang om de

zorgtevredenheid te verbeteren bij financieel kwetsbare patiënten. Aangezien patiënten

vaak zelf geen vragen durven stellen, dient een arts zelf initiatief te nemen om uitleg te

geven en hierbij jargon te vermijden. Extra informatie, zoals affiches of folders in de

wachtzaal, komen tegemoet aan de tevredenheid. Buiten de communicatie met

financieel kwetsbare personen, is een systeem van communicatie tussen artsen

noodzakelijk om een vlottere uitwisseling van informatie te bekomen.

Een punt waar heel wat financieel kwetsbare personen minder tevredenheid bij ervaren,

is het systeem van wachtdiensten. Een duidelijke communicatie omtrent welke arts zij

kunnen verwachten en hoe deze bereikt kan worden, kan aan dit probleem tegemoet

komen. Hiernaast zijn afspraken tussen de huisarts en de arts van wacht op vlak van

betalingsregeling van groot belang. Zo kan een financieel kwetsbare patiënt ook de zorg

betalen wanneer de vertrouwde huisarts niet beschikbaar is. Bij het doorverwijzen naar

een specialist kan het maken van een afspraak door de huisarts en geven van informatie

over specialistische zorg, de zorgtevredenheid verhogen. Bij veelvuldig specialistisch

zorg ervaren personen in een financieel kwetsbare positie een hogere tevredenheid

wanneer hun specialist de te verwachten kostprijs van de behandeling schetst.

Tot slot kunnen ook een aantal maatregelen in het ziekenhuis tot een verhoogde

tevredenheid leiden. Zo is bij opname veelvuldig contact tussen de arts en de patiënt

noodzakelijk. Op deze manier hebben zij het gevoel dat zij goed worden opgevolgd.

Page 106: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

96

Ook dienen aanpassingen gemaakt te worden in de organisatie van ziekenhuizen,

bijvoorbeeld het verduidelijken van de bewegwijzering naar de verschillende

afdelingen.

Financieel kwetsbare personen ervaren op heel wat vlakken nog een mindere

zorgtevredenheid. Met dit onderzoek worden een aantal aanknopingspunten aangereikt

waar zowel artsen als het beleid mee aan de slag kunnen, om zo tegemoet te komen aan

de specifieke verwachtingen van deze groep mensen en bijgevolg hun toegang tot de

gezondheidszorg te verbeteren.

Page 107: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

97

8. Literatuurlijst

Artikels

Art, B., Piessens, V., Dhont, L., De Maeseneer, J. (2003). Het universitair centrum voor

eerstelijnsgezondheidszorg nieuw gent, een geïntegreerde wijkgerichte benadering.

Huisarts NU, 32(1), 38-42.

Ball, K., Crawford, D., Mishra, G. (2005). Socio-economic inequalities in women‟s

fruit and vegetable intakes: a multilevel study of individual, social and environmental

mediators. Public health nutrition, 9(5), 623-630.

Bakker, B., Sieber, I., Nieuwbeerta, P., Ganzeboom, H. (1997). Maten voor prestige,

sociaal-economische status en sociale klasse voor de standaard beroepen classificatie.

Sociale wetenschappen, 40(1), 1-22.

Beagan, B.L., Kumas-Tan, Z. (2009). Approaches to diversity in family medicine “I

have always tried to be colour blind”. Canadian family physician, 55, 21-29.

Billings, J., Zeitel, L., Lukomnik, J., Carey, T.S., Blank, A.E., Newman, L. (1993).

Impact of socio-economic status on hospital use in New York city. Health affairs,

12(1), 162-173.

Bossuyt, N., Gadeyne, S., Deboosere, P., Van Oyen, H. (2004). Socio-economic

inequalities in health expectancy in Belgium. Public Health, 118(1), 3-10.

Brekke, M., Hjortdahl, P., Kvien, T. (2001). Involvement and satisfaction: A Norwegian

study of health care among 1,024 patients with rheumatoid arthritis and 1,509 patients

with chronic noninflammatory musculoskeletal pain. Arthrits care & research, 45(8), 8-

15.

Buller, M.K., Buller, D.B. (1987). Physicians‟ communication style and patient

satisfaction. Journal of health and social behavior, 28(4), 375-388.

Page 108: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

98

Cambell, J.L., Ramsay, J., Green, J. (2001). Age, gender, socioeconomic, and ethnic

differences in patients‟ assessments of primary health care. Quality in health care, 10,

90-95.

Carrillo, J.E., Green, A.R., Bretancourt, J.R. (1999). Cross-cultural primary care: a

patient-based approach. Annals of internal medicine, 130(10), 829-834.

Droomers, M., Westert, G.P. (2004). Do lower socioeconomic groups use more health

services, because they suffer from more illnesses? European journal of public health,

14(3), 311-313.

Drummond, N., Mcconnachie, A., O‟Donnell, C.A., Moffat, K.J., Wilson, P., Ross, S.

(2000). Social variation in reasons for contacting general practice out-of-hours:

implications for daytime service provision? British journal of general practice, 50(455),

460-464.

Evans, G.W., Kantrowitz, E. (2002). Socio economic status and health: the potential

role of environmental risk exposure. Annual review of public health, 23(1), 303-331.

Fassaert, T., Van Dulmen, S., Schellevis, F., Van Der Jagt, L., Bensing, J. (2008).

Raising positive expectations helps patients with minor ailments : A cross-sectional

study. British medical journal family practice, 9(38), 1-10.

Fiscella, K., Epstein, R.M. (2008). So much to do, so little time. Care for the socially

disadvantaged and the 15-minute visit. Archive of internal medicine, 168(17), 1843-

1852.

Fiscella, K., Goodwin, M.A., Strange, K.C. (2002). Does patient educational level affect

office visits to family physicians. Journal of the national medical association, 94(3),

157-165.

Page 109: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

99

Fiscella, K., Meldrum, S., Franks, P., Schields, C.G., Duberstein, P., McDaniel, S.H.,

Epstein, R.M. (2004). Patient trust. Is it related to patient-centered behavior of primary

care physicians? Medical care, 42(11), 1049-1055.

Garden, R. (2008). Expanding Clinical Empathy: An Activist Perspective. Journal of

general internal medicine, 42(1), 122-125.

Gelberg, L., Gallagher, T.C., Anderson, R.M., Koegel, P. (1997). Competing priorities

as a barrier to medical care among homeless adults in los Angeles. American journal of

public health, 87, 217-220.

Hemmingsson, T.I., Lundberg, F., Diderichsen, Allebeck, P. (1998). Explanations of

social class differences in alcoholism among young men. Social Science & Medicine,

47(10), 1399-405.

Hemmingsson, T.I., Lundberg, A., Romelsjo, Alfredsson, L. (1997). Alcoholism in

social classes and occupations in Sweden. International Journal of Epidemiology, 26(3),

584-91.

House, J.S., Landis, K.R., Umberson, D. (1988). Social relationships and health.

Science, 241(4865), 540-545.

Howard, M., Goertzen, J., Hutchison, B., Kaczorowski, J., Morris, K. (2007). Patient

satisfaction with care for urgent health problems: A survey of family practice patients.

Annals of family medicine, 5(5), 419-424.

Inglis, V., Ball, K., Crawford, D. (2005). Why do women of low socioeconomic status

have poorer dietary behaviours than women of higher socioeconomic status? A

qualitative exploration. Appetite, 45(3), 334-343.

Page 110: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

100

Karliner, L.S., Jacobs, E.A., Chen, A.H., Mutha, S. (2007). Do professional interpreters

improve clinical care for patients with limited English proficiency? A systematic review

of the literature. Health services research, 42(2), 727-754.

Keitz, S.A., Stechuchak, K.M., Grambow, S.C., Koropchak, C.M., Tulsky, J.A. (2007).

Behind closed doors: Management of patient expectations in primary care practice.

Archive of internal medicine, 167, 445-452.

Kulu-Glasgow, I., Delnoij, D., de Bakker, D. (1998). Self-referral in a gatekeeping

system: patients‟ reasons for skipping the general-practitioner. Health policy, 45, 221-

238.

Lantz, P.M., Pritchard, A. (2010). Socioeconomic indicators that matter for population

health. Preventing chronic disease. Public health research, practice and policy, 7(4), 1-

7.

Leino-Kilpi, H., Välimäki, M., Dassen, T., Gasull, M., Lemonidou, C., Scott, A., Arndt,

N. (2001). Privacy: a review of the literature. International journal of nursing studies,

38, 663-671.

Lin, C., Albertson, G.A., Schilling, L.M, Cyran, E.M., Anderson, S.N., Ware, L.,

Anderson, R.J. (2001). Is patients‟ perception of time spent with the physician a

determinant of ambulatory patient satisfaction? Archive of internal medicine, 161, 1437-

1442.

Linholm, C., Burström, B., Diderichsen, F. (2002). Class differences in the social

consequences of illness? Journal of epidemiology and community health, 56, 188-192.

Macintyre, S., Macdonald, L., Ellaway, A. (2008). Do poorer people have poorer access

to local resources and facilities? The distribution of local resources by area deprivation

in Glasgow, Scotland. Social science & medicine, 67(6), 900-914.

Page 111: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

101

McIntyre, D., Thiede, M., Dahlgren, G., Whitehead, M. (2006). What are the economic

consequences for households of illness and of paying for health care in low- and

middle-income country contexts? Social science & medicine, 62, 858-865.

McLafferty, I. (2004). Focus group interviews as a data collecting strategy. Journal of

advanced nursing, 48(2), 187-194.

Mc Lanahan, S.S., Sørensen, A., Watson, D. (1989). Sex diggerences in Poverty, 1950-

1980. Signs, 15(1), 102-122.

Mackenbach, J., Howden-Chapman, P. (2003). New Perspectives on Socioeconomic

Inequalities in Health. Perspectives in biology and medicine, 46(3), 428-444.

Main, C.J., Buchbinder, R., Porcheret, M., Foster, N. (2010). Addressing patient beliefs

and expectations in the consultation. Best practice & research. Clinical rheumatology,

24(2), 219-225.

Manor, O., Matthews, S., Power, C. (2003). Health selection: the role of inter- and

intra-generational mobility on social inequalities in health. Social science & medicine,

57, 2217-2227.

Marmot, M.G., Smith, G.D. (1991). Health inequalities among British civil servants:

The Whitehall II study. The Lancet, 337, 1387-1393.

Mauksch, L.B., Dugdale, D.C., Dodson, S., Epstein, R. (2008). Relationship,

Communication, and Efficiency in the Medical Encounter. Creating a Clinical Model

From a Literature Review. Archive of internal medicine, 168(13), 1387-1395.

Mead, N., Roland, M. (2009). Understanding why some ethnic minority patients

evaluate medical care more negatively than white patients: a cross sectional analysis of

a routine patient survey in English general practices. British medical journal, 339, 1-10.

Page 112: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

102

Mercer, S.W., Cawston, P.G., Bikker, A.P. (2007) Quality in general practice

consultations; a qualitative study of the views of patients living in an area of high socio-

economic deprivation in Scotland. BMC family practice, 8(22), 1-9.

Miller, W.L., Crabtree, B.F., Nutting, P.A., Stange, K.C., Jaén, C.N. (2010). Primary

Care Practice Development: A Relationship-Centered Approach. Annals of family

medecine, 8(1), 68-79.

Mulatu, M.S., Schooler, C. (2002). Causal connections between socio-economic status

and health: Reciprocal effects and mediating mechanisms. Journal of health and social

behavior, 43, 22-41.

Muntaner, C., Borrell, C., Benach, J., Pasarin, M.I., Fernandeze, E. (2003). The

associations of social class and social stratification with patterns of general and

mental health in a Spanish population. International journal of epidemiology, 32(6),

950-958.

Ngui, E.M., Flores, G. (2006). Satisfaction with care and ease of using health care

services among parents of children with special health care needs: the roles of

race/ethnicity, insurance, language, and adequacy of family-centered care. Pediatrics,

117(4), 1184-1194.

O‟Malley, A.S., Forrest, C.B. (2002). Beyond the examination room: primary care

performance and the patient-physician relationship for low-income women. Journal of

general internal medicine, 17(1), 66-74.

Peck, B.M., Ubel, P.A., Roter, D.L., Goold, S.D., Asch, D.A., Jeffreys, A.S., Grambow,

S.C., Tulsky, J.A. (2004). Do unmet expectations for specific tests, referrals, and new

medications reduce patients‟ satisfaction? Journal of general internal medicine, 19(11),

1080-1087.

Page 113: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

103

Platinga, L.C., Fink, N.E., Sadler, J.H., Levey, A.S., Levin, N.W., Rubin, H.R., Coresh,

J., Klag, M.J., Powe, N.R. (2004) Frequency of patient –physician contact and patient

outcomes in hemodialysis care. Journal of American society of nephrology, 15(1), 210-

218.

Reichert, S., Simon, T., Halm, E.A. (2000). Physicians‟ attitudes about prescribing and

knowledge of the costs of common medications. Archives of internal medicine, 160(18),

2799-2803.

Sainio, P., Martelin, T., Koskinen, S., Heliövaara, M. (2007). Educational differences in

mobility: the contribution of physical workload, obesity, smoking and chronic

conditions. Journal of epidemiological health, 61, 401-408.

Scheppard, V.B., Zambrana, R.E., O‟Malley, A.S. (2004). Providing health care to low-

income women: a matter of trust. Family practice, 21(5), 484-491.

Schillinger, D., Bindman, A., Wang, F., Stewart, A., Piette, J. (2004). Functional health

literacy and the quality of physician–patient communication among diabetes patients.

Elsevier, 52, 315-323.

Schoenthaler, A., Chaplin, W.F., Allegrante, J.P., Fernandez, S., Diaz-Gloster, M.,

Tobin, J.M., Ogedegbe, G. (2009). Provider communication effects medication

adherence in hypertensive African Americans. Patient education and counseling, 75(2),

185-191.

Scott, A., Shiell, A., King, M. (1996). Is general practitioner decision making associated

with patient socio-economic status? Social science & medicine, 42(1), 35-46.

Shive, S.E., Ma, G.X., Tan, Y., Toubbeh, J.I., Parameswaran, L., Halowich, J. (2006).

Health Information and Cancer Screening Differences for Asian Americans. Californian

journal of health promotion, 4(1), 1-11.

Page 114: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

104

Sijstermans, R. Jaspers, M.W.M., Bloemendaal, P.M., Schoonderwaldt, DM. (2007).

Training inter-physician communication using the Dynamic Patient Stimulator.

International journal of medical informatics, 76(5-6), 336-343.

Street, R. (1991). Information giving in medical consultation: the influence of patients

communicative styles and personal characteristics. Social science & medicine, 34, 1155-

1163.

Street, R., Gordon, H., Haidet, P. (2007). Physicians‟ communication and perceptions of

patients: Is it how they look, how they talk, or is it just the doctor? Social science &

medicine, 65, 586-598.

Stronks, K., Van De Mheen, H.D., Mackenbach, J.D. (1998). A higher prevalence of

health problems in low income groups: does it reflect relative deprivation? Journal of

epidemiology and community health, 52(9), 548-557.

Tarrant, C., Dixon-Woods, M., Colman, AM., Stokes, T. (2010). Continuity and trust in

primary care: a qualitative study informed by game theory. Annals of family medicine,

8(5), 440-446.

Van Der Heyden, J.H.A., Demarst, D., Tafforeau, J., Van Oyen, H. (2002). Socio-

economic differences in the utilisation of health services in Belgium. Health policy, 65,

153-165.

Waitzkin & Howard (1984). Doctors-patient communication: clinical implications of

social scientific research. Journal of the American medical association, 252, 2441-2446.

Weissman, J.S., Stern, R., Fielding, S.L., Epstein, A.N. (1991). Delayed access to health

care: risk factors, reasons, and consequences. Annals of internal medicine, 114(4), 325-

331.

Page 115: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

105

Wensing, M., Vedsted, P., Kersnik, J., Peersman, W., Klingenberg, A., Hearnshaw, H.,

Hjortdahl, P., Paulus, D., Künzi, B., Mendive, J., Grol, R. (2002). Patient satisfaction

with availability of general practice: an international comparison. International journal

for quality in health care, 14(2), 111-118.

Willems, S., De Maesschalck, S., Deveugele, M., Derese, A., De Maeseneer, J. (2005).

Socio-economic status of the patient and doctor-patient communication: does it make a

difference? Patient education and counselling, 56, 139-146.

Whitehead, M., Dahlgren, G. (1991). What can be done about inequalities in health?

Lancet, 338(8774), 1059-1063.

Whitehead, M., Dahlgren, G., Evans, T. (2001). Equity in health sector reforms; can

low-income countries escape the medical poverty trap? The Lancet, 358(8), 833-836.

Boeken

Bosmans, J., De Cort, L., Dekker, E., Roete, K., Vandenberghe, L., Vanden Boer, L.,

Van der Plas, G. (2007). Welzijn en zorg in Vlaanderen. Wegwijzer voor de sociale

sector. Mechelen: Wolters Kluwer.

Dierckx, D., Van Herck, N., Vranken, J. (2010). Armoede in België. Leuven: Acco.

Holloway, I. & Wheeler S. (2002). Qualitative research in nursing. Oxford: Blackwell

science.

Schepers, R. (2007). Ziekte en zorg: Inleiding in de medische sociologie. Leuven: Acco.

Rapporten, cursussen, eindwerken

Bakelandt, J., Beerens, A., Elyn, P., Schamp, V., Vandenbulcke, L., Haecke, C., Yde, L.

(2009). Analyse van het zorggebruik van niet-verwezen patiënten op de

huisartsenwachtpost en de spoedgevallendienst van Gent. Onuitgegeven scriptie, Gent:

universiteit van Gent.

Page 116: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

106

Berendsen, A.J. (2009). Samenwerking tussen huisarts en specialist. Wat vinden de

patiënten en de dokters? Proefschrift ter verkrijging van het doctoraat in de medische

wetenschappen, Groningen: Rijksuniversiteit Groningen.

Bossuyt N., Van Oyen H. (2001). Gezondheidsrapport: socio-economische verschillen

in gezondheid. Brussel: Wetenschappelijk instituut volksgezondheid.

Conclusie forum (2002). Armoede en gezondheid: knelpunten in de toegankelijkheid

van de gezondheidszorg. Van ervaringen en onderzoek naar beleid. Onuitgegeven

materiaal van de vereniging en partners van het algemeen verslag over de armoede.

Dahlgren, G., Whitehead, M. (1991). policies and strategies to promote social equity in

health. Background document to WHO-strategy paper for Europe. Stockholm: institutet

för Framtidsstudier.

Gerkens, S., Farfan, M.I., Desomer, A., Stordeur, S., De Waroux, M., Van de Voorde,

C., Van de Sande, S., Leonard, C. (2010). Het Belgische Gezondheidssysteem in 2010.

Health Services Research (HSR). Brussel: Federaal Kenniscentrum voor de

Gezondheidszorg (KCE). 2010. KCE Reports 138A.( D/2010/10.273/59).

Kruize, H., Bouwman, A.A. (2004). Milieu en sociale (on)gelijkheid in Nederland - Een

casusonderzoek naar de verdeling van milieukwaliteit in de regio Rijnmond. Bilthoven:

Rijksinstituut voor volksgezondheid en milieu.

Morrens, B., Keune, H., Loots, I. (2008). Sociale ongelijkheid en humane

biomonitoring. Literatuurstudie over de invloed van sociaal-economische factoren in

verband met milieu en gezondheid. Antwerpen: Steunpunt milieu en gezondheid.

Samenlevingsopbouw Antwerpen provincie vzw (2010). Gezondheidszorg in Lier. Over

de toegankelijkheid van de gezondheidszorg in Lier. Lier: Samenlevingsopbouw

Antwerpen vzw.

Page 117: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

107

Sannen, L. & Demeyer, B. (2003). Drempels naar welzijnsvoorzieningen: de cliënt aan

het woord. Literatuurstudie en diepte-interviews bij kansarmen en etnisch-culturele

minderheden. Leuven: KUL en hoger instituut voor arbeid.

Schokkaert E., Guillaume J., Lecluyse A., Avalosse H., Cornelis K., De Graeve D., et

al. (2008). Evaluatie van de effecten van de maximumfactuur op de consumptie en

financiële toegankelijkheid van gezondheidszorg. Equity and patient behaviour (EPB).

Brussel: Fedraal kenniscentrum voor de gezondheidszorg (KCE); 2008-07-01. KCE

reports 80A (D/2008/10.273/35).

Poppe, A., Verlinde, E., Willems, S., DeSmet, A., Hermans, K., Van Audenhove, C., De

Maesseneer, J. (2011). Beschrijving van de KANS steekproef: representativiteit,

demografische en socio-economische kenmerken, gezondheidstoestand en zorggebruik.

Beleidsrelevant onderzoek, Vlaamse overheid: Steunpunt welzijn volksgezondheid en

gezin.

Shi L., Stevens G.D. (2004). Vulnerability an unmet health care needs. The influence of

multiple risk factors. Department of health policy and management, Baltimore:

Bloomberg school of public health.

Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting

(2005). Recht op bescherming van de gezondheid. 10 jaar na het algemeen verslag over

de armoede: Discussienota. De keeting.

Tafforeau, J., Demarest, S., Gisle, L., Van Der Heyden, J., Hesse, E., Drieskens, S.

(2008). Gezondheidsenquête in België door interview. Brussel: Wetenschappelijk

instituut voor volksgezondheid, afdeling epidemiologie.

Van den Bosch, K. (2006). Sociale zekerheid. (Ongepubliceerd) cursus eerste bachelor

in het sociaal werk. Gent: Artevelde hogeschool.

Page 118: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

108

Vereniging van wijkgezondheidscentra vzw. (2009). Jaarverslag. Onuitgegeven

jaarverslag. Brussel: Vereniging van wijkgezondheidscentra vzw.

Verlinde, E., Poppe A., Willems, S., DeSmet, A., Hermans, K., De Maeseneer, J., Van

Audenhove, C. (2010). KANS, kwetsbaarheid aanpakken in de samenleving. Studiedag

SWVG, Leuven, 2 december 2010.

Wilken, J.P. (2005). Gemeenschapszorg: Community care als concept voor een

leefbaarder samenleving voor iedereen. Interne publicatie expertisecentrum

maatschappelijke zorg en sociaal beleid, Utrecht: Hogeschool Utrecht.

Wittevrongel, L. (2004). Recht op gezondheidszorg. Voortuigangs- en toekomstcongres

armoede. Eindverslag, Vlaamse gemeenschap, 6 mei 2004.

Websites

Center for operational research in public health (2010). Mid-year population 2007 -

2008, Belgium, By age - for all Belgium, Opgehaald 11 november, 2010, van

www.iph.fgov.be/epidemio/spma/index.htm

De sociale kaart (2011). Opgehaald 9 mei 2011 van www.desocialekaart.be

Daubie, M., de Falleur, M., Dercq, J. De Prins, L., Meeus P., Mensaert, A., Rego, F.,

Torres, R.T., Vigneul, M. (2009). Medisch verbruik vanuit geografisch perspectief.

Variaties in de uitgaven van de verzekering voor geneeskundige verzorging. Opgehaald

11 november, 2010 van www.riziv.be

Federale overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en

Leefmilieu (2011). Huisartsenkringen. Opgehaald 23 april, 2011 van

www.health.belgium.be

VWGC (2010). Definitie wijkgezondheidscentra. Opgehaald 4 december, 2010, van

www.vwgc.be

Page 119: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

109

Jetzen M. (2009). Het OMNIO-statuut. Opgehaald 11 november, 2010, van

www.riziv.be

Justaert, M. (2010). Tariefzekerheid gegarandeerd. Opgehaald 29 april 2011, van

www.cm.be

Sociaal-economische raad van Vlaanderen (2010). Sterk door overleg, Opgehaald 7

december, 2010, van www.serv.be/serv

RIZIV-INAMI (2009). Statistieken van ledentallen/sociaal verzekerden, Opgehaald 12

november, 2010 van www.riziv.be

RIZIV-INAMI (2010). Woordenlijst RIZIV, Opgehaald 5 december 2010, van

www.riziv.be

RIZIV-INAMI (2011). Honoraria, prijzen en vergoedingen, tarieven 2011, Opgehaald

29 april 2011, van www.riziv.be

Vereniging voor alcohol- en andere drugsproblemen vzw (2011). Tips tijdens het feest.

Traag is beter, Opgehaald 2 mei 2011, van www.bekijkheteensnuchter.be

Page 120: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

110

9. Bijlagen

Bijlage 1: Morbiditeit naargelang beroepsklasse

TABLE 1--MORBIDITY PREVALENCE BY CIVIL SERVICE EMPLOYMENT

GRADE REFERENCES CATEGORY (AGE-ADJUSTED)

Employment category[*]

Sex 1 2 3 4 5 6

Number in each category M 1026 1627 1228 1496 881 642

F 122 264 198 480 660 1690

Mean age (yr) M 46.9 44.2 43.5 42.5 43.2 44.4

F 44.1 43.0 42.1 42.9 45.5 46.7

Probable ischaemia on M 1.3 0.9 1.1 1.2 1.4 2.1

ECG (%) F 0 0 0.7 0.1 0.7 2.1

Probable/possible ischaemia M 6.4 4.9 5.0 6.5 6.7 10.5

on ECG (%) F 3.6 3.3 3.0 6.5 7.8 7.3

Angina by questionnaire (%) M 1.7 2.4 2.5 3.1 1.9 2.9

F 1.8 1.6 2.9 3.3 5.8 4.0

Probable/possible ischaemia M 7.6 7.0 7.3 9.3 8.4 12.3

on ECG or angina (%) F 4.5 5.0 5.5 9.8 13.3 11.1

History of diabetes (%) M 0.3 0.6 0.8 0.8 1.7 1.7

F 0.9 0.6 0 0 0.8 1.4

Mean number of symptoms M 2.1 2.4 2.5 2.5 2.6 2.6

F 3.2 3.3 3.1 3.1 3.2 3.0

Self-rated health average or M 15.3 19.5 21.5 22.8 27.5 33.7

worse(%) F 26.2 25.5 28.7 28.9 34.4 42.1

Regular cough with phlegm M 6.7 7.3 6.9 9.2 11.0 10.9

in winter (%) F 4.2 6.1 10.3 6.4 6.5 8.6

Long-standing illness (%) M 29.9 30.4 30.1 31.6 31.8 36.4

F 30.2 35.8 26.7 33.7 31.6 30.5

Any health problems last M 69.0 68.0 67.3 67.7 66.5 70.7

year (%) F 69.8 70.6 73.5 72.3 75.3 75.6

Page 121: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

111

Drug theraphy for M 2.1 2.1 2.1 2.7 4.8 5.2

Hypertension (%) F 3.7 4.4 4.1 2.9 3.5 4.3

Pre-menstrual "bloating" (%) F 2.2 8.6 9.6 10.9 16.8 19.6

Total Sample Test for trend (p) [a]

Number in each category 6900 ..

3414 ..

Mean age (yr) 6900 </=0.001

3414 </=0.001

Probable ischaemia on 6896 0.05 -</=0.1

ECG (%) 3412 0.01 -</=0.05

Probable/possible ischaemia 6896 </=0.001

on ECG (%) 3412 0.001-</=0.01

Angina by questionnaire (%) 6835 NS

3351 0.01 -</=0.05

Probable/possible ischaemia 6835 </=0.001

on ECG or angina (%) 3357 </=0.001

History of diabetes (%) 6852 </=0.001

3386 0.01-</=0.05

Mean number of symptoms 5151 </=0.001

2442 NS

Self-rated health average or 6874 </=0.001

worse(%) 3404 </=0.001

Regular cough with phlegm 6850 </=0.001

in winter (%) 3364 0.05 -</=0.1

Long-standing illness (%) 5157 0.001-</=0.01

2485 NS

Any health problems last 5148 NS

year (%) 2463 0.01 -</=0.05

Drug theraphy for hypertension 6673 </=0.001

(%) 3338 NS

Pre-menstrual "bloating" (%) 1939 </=0.001

Page 122: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

112

[*] Category, 1 = unified grades 1-6, 2 =unified grade, 7, 3 = SEO, 4 = HEO, 5 = EO (and professional

equivalents for categories 3-5), 6 = clerical officer/office support.

[a]NS = p > 0.1.

Bron: Marmot, MG., Smith, GD. (1991) Health inequalities among British civil

servants: The Whitehall II study. Lancet, 337, 1387-1393.

TABLE 2--SOCIODEMOGRAPHIC FACTORS BY EMPLOYMENT GRADE

CATEGORY[*] (AGE-ADJUSTED)

Sex 1 2 3 4 5 6

Father in manual social M 29.9 36.9 45.2 43.2 45.7 50.6

class (%) F 16.1 19.8 29.6 36.0 53.7 62.0

Married or cohabiting (%) M 89.2 88.5 84.7 76.4 74.6 57.0

F 58.8 56.1 50.9 51.4 56.4 67.6

Education at university or M 69.3 57.1 30.7 25.7 21.2 19.3

polytechnic (%) F 79.2 66.5 48.0 30.3 14.7 8.6

Owner-occupier (%) M 98.8 98.6 98.2 93.9 89.0 59.2

F 96.3 97.8 94.2 95.1 82.0 66.8

Council rented accommodation (%) M 0.1 0.4 0.3 1.9 5.9 23.1

F 1.8 0.3 0.4 2.1 8.5 24.2

Household has use of car/van (%) M 97.5 93.6 91.8 83.2 75.7 55.6

F 89.9 87.2 75.2 75.3 71.1 69.8

Total sample

Father in manual social 4778

class (%) 2207

Married or cohabiting (%) 6880

3396

Education at university or 5164

polytechnic (%) 2476

Owner-occupier (%) 6856

3376

Council rented accommodation (%) 6856

Page 123: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

113

3376

Household has use of car/van (%) 6881

3392

[*]In all cases p</=0.001 on test for trend. [a]See footnote

to table 1 from definition.

Bron: Marmot, MG., Smith, GD. (1991) Health inequalities among British civil

servants: The Whitehall II study. Lancet, 337, 1387-1393.

TABLE 3--PHYSIOLOGICAL MEASUREMENTS, HEALTH BEHAVIOURS,

AND FAMILY HISTORY EMPLOYMENT GRADE CATEGORY (AGE-

ADJUSTED)

Employment category[*]

Sex 1 2 3 4 5 6

Physiological measurements

Mean cholesterol (mmol/l) M 6.05 5.97 5.93 6.02 6.0 6.0

F 5.79 5.82 5.8 5.8 5.9 5.86

Mean systolic blood pressure M 124.3 124.6 123.9 124.8 125.4 125.4

(mm Hg) F 117.6 120.5 120.6 119.2 119.7 119.5

Mean diastolic blood pressure M 77.6 77.5 77.6 77.9 78.8 79.1

(mm Hg) F 74.0 75.2 75.3 74.3 74.8 74.9

Mean body mass index M 24.6 24.4 24.6 24.5 24.8 25.1

F 23.7 23.7 24.3 24.1 24.5 25.3

Obese (%) M 4.1 3.7 4.6 5.1 6.0 10.7

F 7.4 4.6 7.9 7.8 10.3 13.2

Mean height (cm) M 177.8 177.1 176.9 176.3 174.3 172.9

F 165.5 165.1 165.3 163.1 162.8 160.7

Health behaviours

Current smokers (%) M 8.3 10.2 13.0 18.4 21.9 33.6

F 18.3 11.6 15.2 20.3 22.7 27.5

Mean units of alcohol in last M 14.6 12.6 12.9 12.9 11.6 10.1

Page 124: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

114

7 days F 12.1 9.8 9.3 7.0 5.2 3.6

No moderate or vigorous M 5.1 5.4 4.9 7.5 16.2 30.5

exercise (%) F 12.0 14.7 10.8 13.2 19.7 31.1

Usually use skimmed or M 44.2 39.3 35.1 31.8 27.8 21.2

semi-skimmed milk (%) F 39.5 48.3 49.8 46.2 40.5 34.4

Mainly wholemeal bread (%) M 47.7 45.2 43.6 37.2 37.5 32.2

F 57.2 52.9 58.2 55.4 43.8 35.5

Eat fresh fruit or veg less M 34.0 39.6 40.6 47.9 52.5 61.7

than daily (%) F 17.7 20.4 28.4 29.7 36.4 43.6

Family history

Parent had heart attack (%) M 26.1 28.1 26.1 26.1 24.0 22.5

F 39.2 36.4 24.7 29.8 22.6 24.5

Sibling had heart attack (%) M 2.0 2.3 2.7 3.2 4.4 3.8

F 0.8 1.7 1.0 4.3 4.8 6.4

Total sample Test for trend (p)[a]

Physiological measurements

Mean cholesterol (mmol/l) 6865 NS

3375 NS

Mean systolic blood pressure 6886 0.001-</=0.001

(mm Hg) 3413 NS

Mean diastolic blood pressure 6886 </=0.001

(mm Hg) 3412 NS

Mean body mass index 6888 </=0.001

3412 </=0.001

Obese (%) 6888 </=0.001

3412 </=0.001

Mean height (cm) 6890 </=0.001

3413 </=0.001

Health behaviours

Current smokers (%) 6892 </=0.001

Page 125: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

115

3408 </=0.001

Mean units of alcohol in last 6845 </=0.001

7 days 3375 </=0.001

No moderate or vigorous 6662 </=0.001

exercise (%) 3221 </=0.001

Usually use skimmed or 6869 </=0.001

semi-skimmed milk (%) 3389 </=0.001

Mainly wholemeal bread (%) 6867 </=0.001

3380 </=0.001

Eat fresh fruit or veg less 6881 </=0.001

than daily (%) 3400 </=0.001

Family history

Parent had heart attack (%) 6649 0.001-</=0.01

3234 </=0.001

Sibling had heart attack (%) 5496 0.001-</=0.01

2804 </=0.001

[*] See footnote to table 1 for definition. [a]NS = p>01.

Bron: Marmot, MG., Smith, GD. (1991) Health inequalities among British civil

servants: The Whitehall II study. Lancet, 337, 1387-1393.

TABLE 4--PSYCHOSOCIAL CHARACTERISTICS BY EMPLOYMENT

GRADE CATEGORY (AGE-ADJUSTED)

Employment category[*]

Sex 1 2 3 4 5 6

Work characteristics[b]

High control (%) M 59.3 49.7 43.1 31.6 24.7 11.8

F 51.2 45.4 47.1 31.2 20.1 10.2

Varied work (%) M 70.5 52.1 41.9 27.1 18.2 3.9

F 71.2 55.2 40.5 31.7 14.0 4.7

Fast pace (%) M 58.0 43.6 34.7 27.9 20.8 15.8

Page 126: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

116

F 60.9 50.3 43.7 31.1 29.7 18.0

High Satisfaction (%) M 58.2 38.7 34.1 29.5 29.4 29.8

F 57.5 42.2 40.3 36.6 41.6 47.7

Social network/activities

See at least 3 relatives M 22.1 24.8 29.0 27.2 29.7 30.6

per month (%) F 18.9 23.7 21.1 24.1 30.4 44.9

See at least 3 friends per M 65.3 61.3 58.5 58.6 56.4 50.2

month (%) F 71.1 62.8 67.1 63.6 52.9 49.0

No hobbies (%) M 12.4 12.9 12.7 15.0 23.0 25.4

F 12.5 15.4 11.3 11.9 18.3 27.5

Social support from closest

person [b]

Confiding/emotional support M 31.3 33.7 28.3 28.3 34.6 26.1

(%) F 37.3 33.8 33.0 32.5 32.9 31.8

Practical support (%) M 41.1 40.0 37.2 33.0 36.4 29.1

F 21.8 25.9 26.8 17.1 24.0 28.0

Negative aspects of support M 25.0 28.4 31.3 30.9 38.1 39.0

(%) F 33.0 32.5 28.3 36.4 28.3 33.8

Events and difficulties

Two or more major life events M 29.6 31.6 35.1 37.9 39.9 41.9

(%) F 41.1 43.6 35.5 42.8 46.5 49.2

Sometimes not enough money (%) M 7.0 12.6 12.5 26.4 34.4 37.2

F 7.7 6.9 9.6 13.2 24.4 34.4

Some difficulty paying bills M 11.0 16.2 22.8 24.7 29.6 29.6

(%) F 15.2 13.2 11.8 15.7 18.1 26.9

Other

Type A (defined as upper M 51.3 40.2 36.9 27.8 20.4 12.8

tertile) (%) F 62.6 54.6 44.0 39.0 29.0 17.6

Hostility score M 9.7 10.2 10.9 11.3 12.7 14.7

F 9.5 9.5 9.4 10.1 10.4 12.3

Believe one can reduce risk M 71.6 72.2 70.8 66.8 65.5 52.4

of heart attack (%) F 58.1 61.6 69.7 68.4 65.0 53.7

Page 127: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

117

Total sample Test for trend(p)[b]

Work characteristics[b]

High control (%) 6877 </=0.001

3341 </=0.001

Varied work (%) 6875 </=0.001

3356 </=0.001

Fast pace (%) 6878 </=0.001

3356 </=0.001

High satisfaction (%) 6865 </=0.001

3337 NS

Social network/activities

See at least 3 relatives 6426 </=0.001

per month (%) 3187 </=0.001

See at least 3 friends per 5162 </=0.001

month (%) 5162 </=0.001

No hobbies (%) 6453 </=0.001

3044 </=0.001

Social support from

closest person [b]

Confiding/emotional 5021 0.05 -</=0.01

support (%) 2380 NS

Practical support (%) 5022 </=0.001

2384 0.05 -</=0.01

Negative aspects of 5010 </=0.001

support (%) 2379 NS

Events and difficulties

Two or more major life 6758 </=0.001

events (%) 3247 </=0.001

Sometimes not enough 4877 </=0.001

money (%) 2282 </=0.001

Some difficulty paying 5167 </=0.001

bills (%) 2490 </=0.001

Page 128: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

118

Other

Type A (defined as upper 6729 </=0.01

tertile) (%) 3228 </=0.001

Hostility score 4266 </=0.001

1772 </=0.001

Believe one can reduce 5136 </=0.001

risk of heart attack (%) 2487 </=0.007

[*]See footnote to table 1 for definition. [a]NS=p<0.1. [b]Upper tertile of distribution.

GRAPHS: Prevalence of cardiorespiratory disease and smoking among men aged 40-54 in the Whitehall I

(1967-69) and Whitehall 2 (1985-88) studies (age-adjusted percentages).

Probable and possible ECG ischaemia, (B) angina pectoris, (C) chronic bronchitis, (D) current cigarette

smokers. Administrators (* (This character cannot be converted In ASCII Text)), professional/executive

(* (This character cannot be converted in ASCII Text)), clerical/support (* (This character cannot be

converted in ASCII Text)).

Bron: Marmot, MG., Smith, GD. (1991) Health inequalities among British civil

servants: The Whitehall II study. Lancet, 337, 1387-1393.

Page 129: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

119

Bijlage 2: Informatiefolder

INFORMATIE OVER HET ONDERZOEK Wie zijn we? Deze studie gaat uit van de faculteit geneeskunde en gezondheids-wetenschappen van de Universiteit Gent, met als medewerkers van deze studie: Dr. Willems, Drs. Evelyn Verlinde, Delphine De Roose en Marieke Desmet.

Wat is ons doel?

We willen graag te weten komen hoe tevreden u bent over gezondheids-zorgverlening, hoe u hier tegenover staat en wat voor u belangrijk is om tevreden te zijn van bijvoorbeeld de arts. De bekomen resultaten zullen dienen om wetenschappelijke kennis op punt te stellen.

Bevindingen kunnen helpen om studenten nog beter voor te bereiden op een job in de gezondheidszorg. Dit is van belang voor u en vele andere patiënten!

Hoe doen we dit?

We brengen ongeveer 80 mensen (in 8 groepen) samen. Dit wil zeggen ongeveer 10 mensen per groep. Er zullen een aantal richtvragen worden gesteld. Hierover kan u dan in groep uw mening geven en vrij discussiëren over de aangehaalde onderwerpen. Het is de bedoeling dat wij iets kunnen leren uit wat u ons vertelt.

U kan kiezen om deel te nemen aan dit onderzoek! U komt in aanmerking als:

- U ouder bent dan 18 jaar - U spreekt Nederlands - U staat in contact staat met

een welzijnsvoorziening. Als u meewerkt aan ons onderzoek, participeert u in de groepsdiscussie.

Uw deelname is volledig vrijblijvend en u kan ermee ophouden zonder dat u ons daarvoor een verklaring schuldig bent; dit zou geen invloed hebben op de relatie tussen u en de onderzoekers. We zouden uw medewerking echter heel erg op prijs stellen!

Is mijn privacy beschermd? Deze wetenschappelijke studie werd goedgekeurd door de Ethische Commissie van het Universitair Ziekenhuis Gent. Alle persoonsgebonden infor-matie is strikt vertrouwelijk en zal enkel en alleen worden gebruikt door onderzoekers die aan deze studie meewerken. Uw naam verschijnt nooit in een rapport of publicatie en we doen ook geen uitspraken over één individu. U heeft ook steeds het recht om uw gegevens in te zien en te corrigeren. Hiervoor kunt u contact opnemen met de onderzoekers.

Page 130: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

120

Letsels ten gevolge van deelname aan de studie. De onderzoeker voorziet in een vergoeding en/of medische behan-deling in het geval van schade en/of letsel tengevolge van deelname aan de studie. Voor dit doeleinde is een verzekering afgesloten met foutloze aansprakelijkheid conform de wet inzake experimenten op de menselijke persoon van 7 mei 2004. Op dat ogenblik kunnen uw gegevens doorgegeven worden aan de verzekeraar.

Wat heb ik eraan als ik deelneem? U helpt ons om een beter beeld te krijgen over uw tevredenheid omtrent de gezondheidszorg. U helpt ons om wetenschappelijke kennis op te bouwen die kan gebruikt worden om studenten nog beter op te leiden. Dit komt op termijn niet alleen u, maar ook vele andere patiënten ten goede!

Daarnaast ontvangt u een waarde-bon van €12,50 als beloning voor uw openheid en uw bereidheid om uw mening te willen delen met ons.

Hebt u nog vragen? Wilt u nog meer te weten komen over ons onderzoek, hebt u vragen of is er een letsel opgetreden tengevolge van de studie, kunt op elk ogenblik contact opnemen met: Evelyn Verlinde

([email protected], 09/332 6082) Alvast bedankt, Het onderzoeksteam, Dr. Sara Willems (UGent) Drs. Evelyn Verlinde (UGent) Marieke De Smet (UGent) Delphine De Roose (Ugent)

Page 131: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

121

Bijlage 3: Informed consent

TOESTEMMINGSFORMULIER

Ik, _________________________________________ heb het document “Informatie over het

onderzoek” gelezen en er een kopij van gekregen. Ik ga akkoord met de inhoud van het

document en stem ook in deel te nemen aan deze studie.

Ik heb een kopij gekregen van dit ondertekende toestemmingsformulier. Ik heb uitleg

gekregen over de aard en het doel van de studie en over wat men van mij verwacht. Ik heb

uitleg gekregen over de voor- en nadelen van de studie. Men heeft mij de gelegenheid en

voldoende tijd gegeven om vragen te stellen over de studie, en ik heb op al mijn vragen een

bevredigend antwoord gekregen.

Ik stem ermee in om volledig samen te werken met de toeziende onderzoekers.

Men heeft mij ingelicht over het bestaan van een verzekeringspolis in geval er letsel zou

ontstaan dat aan de studieprocedures is toe te schrijven.

Ik ben me ervan bewust dat deze studie werd goedgekeurd door een onafhankelijke

Commissie voor Medische Ethiek verbonden aan het UZ Gent. Deze goedkeuring was in geen

geval de aanzet om te beslissen om deel te nemen aan deze studie.

Ik mag me op elk ogenblik uit de studie terugtrekken zonder een reden voor deze beslissing op

te geven en zonder dat dit op welke wijze dan ook een invloed zal hebben op mijn verdere

relatie met de onderzoekers.

Indien ik toegang wil tot mijn gegevens, zal ik mij richten tot de toeziende onderzoeker, die

verantwoordelijk is voor de verwerking.

Ik ben bereid op vrijwillige basis deel te nemen aan deze studie.

Naam van de vrijwilliger: _________________________________________

Datum: _________________________________________

Handtekening:

Ik bevestig dat ik de aard en het doel van de studie heb uitgelegd aan de bovenvermelde

vrijwilliger.

De vrijwilliger stemde toe om deel te nemen door zijn/haar persoonlijk gedateerde

handtekening te plaatsen.

Page 132: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke

122

Naam van de persoon

die voorafgaande uitleg

heeft gegeven: _________________________________________

Datum: _________________________________________

Handtekening:

Page 133: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke
Page 134: De zorgtevredenheid van personen in een financieel kwetsbare … · 2012. 3. 14. · Vlotte toegang tot de gezondheidszorg, o.a. bepaald door zorgtevredenheid, speelt daarom een belangrijke