DE PROEFJESFABRIEK Drie mooie uitvindingen uit...

1
....................................................... Dr. Zeepaard zoekt Poolster DE PROEFJESFABRIEK Hoe vind je s nachts de weg als het stikdonker is? Nou gewoon: omhoog kijken! Wat heb je nodig? - Een heldere, wolkeloze avond- of nachthemel, een donkere plek buiten (op een weiland bijvoorbeeld ) en de Grote en Kleine Beer. Wat moet je doen? - Zoek, als het buiten helemaal donker is geworden, een plek op waar je geen last hebt van (straat)verlichting. - Kijk omhoog en zoek de zeven sterren die samen het Steelpannetje vormen. Dit sterrenbeeld ken je misschien als de Grote Beer, maar eigenlijk is het Steelpannetje maar een deel van de Grote Beer, die uit meer sterren bestaat. - Kijk naar de laatste twee sterren van het Steelpannetje, aan de kant van de pan. Trek in gedachten een lijn door deze twee sterren van de bodem van de pan naar de rand. - Trek die lijn door totdat je bij een andere heldere ster komt (ongeveer op vijf keer de afstand tussen de twee sterren van het Steelpannetje). - Deze ster heet de Poolster. Hij is het puntje van de steel van een kleiner steelpannetje: de Kleine Beer. - Onthoud waar alle sterren staan. - Ga een paar uur later terug en zoek op dezelfde manier de Poolster nogmaals op. En voordat je naar bed gaat nog een keertje. Valt je iets op? Hoe kan dat? De sterren lijken langs de hemel te bewegen, net als de zon. Maar het is de aarde die beweegt! De aarde draait om zijn as, en zo lijkt het alsof de zon en de sterren bewegen. Maar waarom staat de Poolster dan wél stil? Dat komt doordat de Poolster boven de Noordpool staat, precies boven de draai-as van de aarde! Handig als je 's nachts verdwaalt bent: als je dan de Poolster zoekt, weet je weer waar het noorden is. Met dank aan Unawe, sterrenkunde voor kinderen ILLUSTRATIE RIK VAN SCHAGEN

Transcript of DE PROEFJESFABRIEK Drie mooie uitvindingen uit...

Page 1: DE PROEFJESFABRIEK Drie mooie uitvindingen uit Eeldenl.unawe.org/static/archives/education/pdf/NRC3.pdfvan de Daltonschool in Eelde, bedacht daar iets op. Een tafel met een ronddraai-end

De Kleine We t e n s ch a pn r c H A N D E L S B L A D . w e k e l i j k s e w e t e n s c h a p s p a g i n a v o o r k i n d e r e n . o n d e r r e d a c t i e v a n M a r g r i e t v a n d e r h e i j d e n

week in het tijdschrift Na-ture.)Nu we dat weten, denkende Amerikanen, kunnenwe misschien echte auto’sstabieler maken. Niet deauto’s waarmee we op deweg rijden, want die dui-ken niet zo vaak de afgrondin. En met zo’n staart is hetlastig parkeren. Maar hetidee is wel handig voorkleine, onbemande robot-autootjes waarmee mensenbijvoorbeeld bommen op-ruimen, of opgesloten

mijnwerkers opspo-ren. Of planeten ver-

kennen, zoals Mars.De biologen waren in-

tussen nieuwsgierig ge-worden: hoe zit het eigen-lijk met de staarten van di-nosaurussen? Zorgden dieook voor balans? De biolo-gen keken goed naar deskeletten van dinosaurus-sen die op hun achterpotenliepen, zoals velociraptors.De dinostaarten, ontdek-ten ze toen, zagen er pre-cies zo uit als die van hage-dissen. Maar dan veel gro-ter. De biologen denkendaarom dat velociraptorshun staarten tijdens hetrennen en springen net zoomhoog zwiepten als hage-dissen. De makers van defilm Jurassic Park haddenhet goed bekeken, schrij-ven de biologen op hunwebsite, want in die filmzwiepen de velociraptorshun staart heel natuurlijkomhoog .Nienke Beintema

Bekijk zelf filmpjes met sprin-gende hagedissen en vliegenderobotautootjes op:h t t p : / / n r ch . n l / 5 7 g

.......................................................

Krijg je wel eens ruzieaan tafel? Omdat jebroer of zus de hagel-slag afpakt? Silver,van de Daltonschoolin Eelde, bedachtdaar iets op. Een tafelmet een ronddraai-end ‘ding’ voor de ha-gelslag en ander be-leg, en met knoppenwaarmee je het ‘ding’kan laten draaien.“Zo komt de hagel-slag naar je toe. Als ie-mand anders al hadgedrukt moet je ge-woon wachten en danzegt-ie wacht even.”Een slimme uitvin-ding aan het beginvan het jaar – dankje-wel! Arina Nijdamvan dezelfde schoolbedacht een gitaar-handschoen. “Als jegeen gitaar kan spe-len dan kan je diehandschoenen aan-trekken.” Dan gaathet ineens als vanzelf.Klasgenoot Christel

ten slotte, bedacht depaardendeken meteen soort kachel erin.Die zorgt ervoor datde spieren van eenpaard niet te snel af-

koelen als je er net ophebt gereden.Dr. Zeepaard bedanktjullie zeer, en ook deandere kinderen uitde klas!

Drie mooie uitvindingen uit Eelde

ILL

US

TR

AT

IE I

RE

NE

GO

ED

E

De ups en downs van kwallen

Hagedissen landen altijd ophun pootjes. Zelfs als ze zichvoor hun sprong zich afzettenop een glibberige steen. Hoedoen ze dat? Met hun zwiep-staart , ontdekten biologen.

Dr. Zeepaard zoekt Poolster

DE PROEFJESFABRIEK

Hoe vind je ‘s nachts de weg als hetstikdonker is? Nou gewoon: omhoogkijken!

Wat heb je nodig? - Een heldere,wolkeloze avond- of nachthemel,een donkere plek buiten (op eenweiland bijvoorbeeld ) en de Grote en

Kleine Beer.Wat moet je doen? - Zoek, als hetbuiten helemaal donker is geworden,een plek op waar je geen last hebtvan (straat)verlichting.- Kijk omhoog en zoek de zevensterren die samen het Steelpannetjevormen. Dit sterrenbeeld ken je

misschien als de Grote Beer, maareigenlijk is het Steelpannetje maareen deel van de Grote Beer, die uitmeer sterren bestaat.- Kijk naar de laatste twee sterrenvan het Steelpannetje, aan de kantvan de pan. Trek in gedachten eenlijn door deze twee sterren van debodem van de pan naar de rand.- Trek die lijn door totdat je bij eenandere heldere ster komt (ongeveerop vijf keer de afstand tussen detwee sterren van het Steelpannetje).- Deze ster heet de Poolster. Hij is hetpuntje van de steel van een kleinersteelpannetje: de Kleine Beer.- Onthoud waar alle sterren staan.- Ga een paar uur later terug en zoekop dezelfde manier de Poolsternogmaals op. En voordat je naar bedgaat nog een keertje. Valt je iets op?

Hoe kan dat? De sterren lijken langsde hemel te bewegen, net als de zon.Maar het is de aarde die beweegt! Deaarde draait om zijn as, en zo lijkt hetalsof de zon en de sterren bewegen.Maar waarom staat de Poolster danwél stil? Dat komt doordat dePoolster boven de Noordpool staat,precies boven de draai-as van deaarde! Handig als je 's nachtsverdwaalt bent: als je dan dePoolster zoekt, weet je weer waar hetnoorden is.Met dank aan Unawe,sterrenkunde voor kinderen

16

Als je een speelgoedau-tootje heel hard van de ta-fel af laat rijden, maakt heteen mooie boog naar degrond. En landt op zijnneus. Net als de boevenau-to die in de film van de pierafrijdt: die landt met zijnneus in het water, niet platop zijn onderkant. Maarhagedissen die een sprongmaken, landen niet op hunneus. Ze kantelen niet eensvoorover. Als ze hard ren-

nen en dan een sprong ma-ken, komen ze keurig ophun poten terecht, zelfs naeen rommelige of glibberi-ge afzet.Hoe doen ze dat? Ameri-kaanse biologen weten nuhet antwoord. Ze bekekenallerlei slow-motionfilmpjesmet hagedissensprongen.De hagedissen, zo zagenze, zwiepen tijdens de afzethun staart naar boven. Zoblijven ze in evenwicht.De Amerikanen sloegenaan het knutselen. Zebouwden kleine robot-au-tootjes waar ze verschillen-de soorten staarten aanvastmaakten. Een stijvestaart, een slappe staart en

een staart die je omhoogkunt laten zwiepen meteen mechaniekje. De au-tootjes met de stijve en deslappe staarten klaptensteeds op hun neus. Maarde autootjes met een om-hoogzwiepende staart ble-ven in de lucht keurig inbalans en landden plat optafel. Zoals de hagedissen.(Het onderzoek staat deze

ILL

US

TR

AT

IE R

IK V

AN

SC

HA

GE

N

Een beetje met de stroom meegaan.Met de golven mee bewegen. Enwilloos eb en vloed volgen. Dat ishet beeld van het leven van kwallen.En het is fout.Iedereen denkt dat die kwallenmaar wat in zee zweven, zo door-zichtig als plastic zakjes en al net zoslap. Met hun lange tentakels van-gen ze zo wat er aan kleine beestjesin het water toevallig tegen ze aankomt zweven. Willoos en dommig.Maar nu hebben Amerikaanse bio-logen ontdekt dat kwallen hardewerkers zijn (het staat in Proceedingsof the Royal Society B van februari). IJ-verig verkennen ze hun wereld enop hun manier doen ze dat slim.De biologen maakten kleine diepte-metertjes vast aan wilde kwallen.Wat bleek? Kwallen bewegen heelwat af, op eigen kracht. Een tijdlang blijven ze op één hoogte,maar daarna gaan ze opeenshoger op, of veel meer dediepte in. Daar zoeken zedan weer naar voedsel.In maar tien meter diepkustwater stuiteren ze zoop en neer, bij elkaar welvijfhonderd meter per dag.Het heeft niets met stro-ming te maken. De dierendoen het zelf. Het beeld vanslappe kwallen klopt dus niet.Kwallen ‘staan actief in het leven’,zoals mensen graag over zichzelfzeggen. En ze pakken hun werkperfect aan. Want: wat moet je alsdier doen met verspreid voedsel?Waarvan je van tevoren niet kan we-ten waar het is? Dat je niet van groteafstand kan zien?Landdieren lopen daarvoor heel

veel rond. Hier eens zoeken, en dandaar. Kleine stukjes verder. En danopeens een flink stuk verder gaan,en daar weer hun geluk beproeven.Vossen zoeken zo muizen. Vogelsprikken zo met lange snavels in debodem naar beestjes. Mensen opeen grote rommelmarkt snuffelenzo – omdat ze een goede kans willenhebben iets te vinden.Kortom, ingewikkelde dieren doendat: veel bewegen, met af en toe eengrote verplaatsing. En simpelekwallen doen dus precies hetzelfde,maar dan op en neer. In hun eigentempo, dat wel. Als kwallenonder-zoeker moet je wel geduld hebben.Frans van der Helm

FO

TO

PO

LY

PE

DA

L L

AB

& C

IBE

R/U

C B

ER

KE

LE

Y

Zwiepstaart sprongen